Sony VPCF12E1E, VPCF12E1R, VPCF12C4E, VPCF12B4E, VPCF12Z1E Manual [nl]

...
0 (0)
N
Gebruikershandleiding
Personal computer
VPCF12-serie
2
nN
Inhoud
Voor gebruik ....................................................................... 4
Ergonomische overwegingen........................................ 8
Aan de slag....................................................................... 10
De besturingselementen en poorten ........................... 11
De lampjes .................................................................. 16
Een stroombron aansluiten ......................................... 17
De batterij gebruiken ................................................... 19
De computer veilig uitschakelen ................................. 26
Energiebesparingsstanden gebruiken......................... 27
Uw computer in optimale conditie houden .................. 30
De VAIO-computer gebruiken........................................... 32
Het toetsenbord gebruiken .......................................... 33
Het touchpad gebruiken .............................................. 35
De knoppen voor speciale functies gebruiken ............ 37
De ingebouwde camera gebruiken ............................. 39
Het optische station gebruiken .................................... 40
De Memory Stick gebruiken ........................................ 48
Andere modules/geheugenkaarten gebruiken ............55
Het internet gebruiken ................................................. 62
Het netwerk (LAN) gebruiken ......................................63
Het draadloze LAN gebruiken .....................................64
De Bluetooth-functie gebruiken ...................................69
Randapparaten gebruiken.................................................75
Externe luidsprekers of een hoofdtelefoon
aansluiten ....................................................................76
Een externe monitor aansluiten ...................................77
Weergavemodi selecteren ...........................................82
De meerdere-monitorsfunctie gebruiken .....................83
Een externe microfoon aansluiten ...............................85
Een USB-apparaat aansluiten .....................................86
Een i.LINK-apparaat aansluiten...................................88
Uw VAIO-computer aanpassen.........................................90
Het wachtwoord instellen.............................................91
Intel(R) VT gebruiken ..................................................98
VAIO Control Center gebruiken ...................................99
VAIO Energiebeheer gebruiken.................................100
De weergavetaal wijzigen..........................................102
Uw VAIO-computer uitbreiden.........................................103
Geheugen toevoegen en verwijderen........................104
3
nN
Voorzorgsmaatregelen ................................................... 110
Informatie over de veiligheid ..................................... 111
Informatie over reinigen en onderhoud ..................... 114
Met de computer omgaan ......................................... 115
Met het LCD-scherm omgaan ................................... 117
De stroomvoorziening gebruiken .............................. 118
Met de ingebouwde camera omgaan........................ 119
Met schijven omgaan ................................................ 120
De batterij gebruiken ................................................. 121
Memory Sticks hanteren ........................................... 122
Met het ingebouwde opslagapparaat omgaan .......... 123
Problemen oplossen ....................................................... 124
Computerbewerkingen .............................................. 126
Systeemupdates/-beveiliging .................................... 132
Herstellen .................................................................. 134
Batterij ....................................................................... 137
Ingebouwde camera.................................................. 139
Netwerken (LAN/draadloos LAN) .............................. 141
Bluetooth-technologie ............................................... 145
Optische schijven ...................................................... 149
Beeldscherm ............................................................. 154
Afdrukken .................................................................. 158
Microfoon .................................................................. 159
Luidsprekers.............................................................. 160
Touchpad...................................................................162
Toetsenbord ..............................................................163
Diskettes ....................................................................164
Audio/video ................................................................165
Memory Stick .............................................................168
Randapparatuur.........................................................169
Handelsmerken ...............................................................170
Opmerking.......................................................................172
4
nN
Voor gebruik >
Voor gebruik
Gefeliciteerd met de aankoop van deze Sony VAIO
®
-computer en welkom bij de Gebruikershandleiding op het scherm.
Sony heeft speerpunttechnologie op het gebied van audio, video, computertechnologie en communicatie gecombineerd en
geïntegreerd in deze uiterst geavanceerde computer.
!
Externe aanzichten die in deze handleiding worden geïllustreerd, kunnen enigszins verschillen van de werkelijke aanzichten van uw computer.
Locatie van specificaties
Mogelijk zijn niet alle voorzieningen, opties en meegeleverde items beschikbaar op uw computer.
Ga naar de website van VAIO-Link op http://support.vaio.sony.eu/
voor meer informatie over de configuratie van uw computer.
5
nN
Voor gebruik >
Meer informatie over uw VAIO-computer
Meer informatie over uw VAIO-computer
In dit gedeelte vindt u ondersteuningsinformatie over uw VAIO-computer.
1. Gedrukte documentatie
Handleiding Snel aan de slag: een overzicht van het aansluiten van onderdelen, configuratiegegevens, enzovoort.
Gids systeemherstel, back-up en probleemoplossing
Voorschriften, Garantie en Ondersteuning
Lees de informatie in Voorschriften, Garantie en Ondersteuning zorgvuldig door voordat u de functies voor draadloze communicatie, zoals het
draadloze LAN en de Bluetooth-technologie, activeert.
6
nN
Voor gebruik >
Meer informatie over uw VAIO-computer
2. Documentatie op het scherm
Gebruikershandleiding (deze handleiding): de functies van de computer en informatie over veelvoorkomende problemen.
U geeft deze handleiding als volgt op het scherm weer:
1 Klik op Start , Alle programma's en VAIO Documentation.
2 Open de map voor uw taal.
3 Kies de handleiding die u wilt lezen.
Als u handmatig in de gebruikershandleiding wilt zoeken, gaat u naar Computer > VAIO (C:) (uw C-schijf) > Documentatie (Documentation) > Documentatie
(Documentation) en opent u de map voor uw taal.
Windows Help en ondersteuning: een uitgebreide bron voor praktisch advies, zelfstudies en demo's die u leren uw
computer te gebruiken.
Voor toegang tot Windows Help en ondersteuning klikt u op Start en op Help en ondersteuning, of houdt u de Microsoft
Windows-toets ingedrukt en drukt u op F1.
7
nN
Voor gebruik >
Meer informatie over uw VAIO-computer
3. Ondersteuningswebsites
Als u een probleem hebt met de computer, vindt u op de website van VAIO-Link op http://support.vaio.sony.eu/ instructies
voor probleemoplossing.
Verder zijn de volgende informatiebronnen beschikbaar:
Via de Club VAIO community op http://club-vaio.com
hebt u de mogelijkheid om vragen te stellen aan andere
VAIO-gebruikers.
Informatie over producten vindt u op onze website met producten op http://www.vaio.eu/
of in de onlinewinkel op
http://www.sonystyle-europe.com
.
Zorg dat u het serienummer van uw VAIO-computer bij de hand hebt wanneer u contact opneemt met VAIO-Link.
Het serienummer bevindt zich aan de onderkant, aan de achterkant of in het batterijcompartiment van uw VAIO-computer.
Op de website van VAIO-Link vindt u aanvullende instructies, als u problemen hebt met het vinden van uw serienummer.
8
nN
Voor gebruik >
Ergonomische overwegingen
Ergonomische overwegingen
U zult uw computer waarschijnlijk op verschillende plaatsen gebruiken. Indien mogelijk moet u rekening houden met de
volgende ergonomische overwegingen die zowel betrekking hebben op gewone als op draagbare computers:
Positie van de computer: plaats de computer direct voor u. Houd uw onderarmen horizontaal, met uw polsen in een
neutrale, comfortabele positie als u het toetsenbord of aanwijsapparaat gebruikt. Houd uw bovenarmen ontspannen
naast uw bovenlichaam. Pauzeer regelmatig tijdens het gebruik van de computer. Als u te veel met de computer werkt,
kunt u uw ogen, spieren of pezen overbelasten.
Meubilair en houding: gebruik een stoel met een goede rugsteun. Stel de hoogte van de stoel zo in dat uw voeten plat
op de grond staan. Gebruik een voetbankje als u daar comfortabeler mee zit. Neem een ontspannen houding aan, houd
uw rug recht en neig niet te ver naar voren (ronde rug) of naar achteren.
9
nN
Voor gebruik >
Ergonomische overwegingen
Gezichtshoek t.o.v. het scherm: kantel het scherm tot u de optimale gezichtshoek vindt. Dit is minder belastend voor
uw ogen en spieren. Stel ook de helderheid van het scherm optimaal in.
Verlichting: zorg ervoor dat zonlicht of kunstlicht niet direct op het scherm valt om reflectie en schittering te vermijden.
Werk met indirecte verlichting om lichtvlekken op het scherm te vermijden. Met de juiste verlichting werkt u niet alleen
comfortabeler, maar ook efficiënter.
Opstelling van een externe monitor: als u een externe monitor gebruikt, plaatst u deze op een comfortabele
gezichtsafstand. Plaats het scherm op ooghoogte of iets lager als u vlak voor de monitor zit.
10
nN
Aan de slag >
Aan de slag
In dit deel wordt beschreven hoe u aan de slag kunt met de VAIO-computer.
De besturingselementen en poorten (pagina 11)
De lampjes (pagina 16)
Een stroombron aansluiten (pagina 17)
De batterij gebruiken (pagina 19)
De computer veilig uitschakelen (pagina 26)
Energiebesparingsstanden gebruiken (pagina 27)
Uw computer in optimale conditie houden (pagina 30)
11
nN
Aan de slag >
De besturingselementen en poorten
De besturingselementen en poorten
Bekijk de besturingselementen en poorten op de volgende pagina's.
!
Het uiterlijk van uw computer zoals dit in deze handleiding wordt geïllustreerd, kan verschillen van het werkelijke uiterlijk van uw computer vanwege
verschillen in de specificaties.
Voorzijde
A Sensor voor omgevingslicht (pagina 156)
Meet de intensiteit van het omgevingslicht en past de helderheid
van het LCD-scherm aan tot het beste niveau.
B Num lock-lampje (pagina 16)
C Caps lock-lampje (pagina 16)
D Scroll lock-lampje (pagina 16)
E Ingebouwde microfoon (mono)
F Lampje voor ingebouwde MOTION EYE-camera (pagina 16)
G Ingebouwde MOTION EYE-camera (pagina 39)
H LCD-scherm (pagina 117)
I Ingebouwde luidsprekers (stereo)
J Numeriek toetsenblok
Hiermee typt u cijfers of voert u de meestgebruikte wiskundige
berekeningen uit.
K Toetsenbord (pagina 33)
L Touchpad (pagina 35)
M Rechterknop (pagina 35)
N Linkerknop (pagina 35)
12
nN
Aan de slag >
De besturingselementen en poorten
A DISPLAY OFF-knop (pagina 37)
B Afspelen/Pauzeren-knop (pagina 37)
C Stop-knop (pagina 37)
D Vorig item-knop (pagina 37)
E Volgend item-knop (pagina 37)
F ASSIST-knop (pagina 37)
G De knop S1 (pagina 37)
H VAIO-knop (pagina 37)
I Batterijlampje (pagina 16)
J Lampje voor schijfstation (pagina 16)
K WIRELESS-lampje (pagina 16)
L Lampje voor mediatoegang (pagina 16)
M WIRELESS-schakelaar (pagina 64), (pagina 69)
N Memory Stick Duo-sleuf
*
(pagina 48)
O Sleuf voor SD-geheugenkaart (pagina 58)
* Uw computer ondersteunt alleen Memory Sticks in het Duo-formaat.
13
nN
Aan de slag >
De besturingselementen en poorten
Rechterzijde
A Hoofdtelefoon-/OPTICAL OUT-connector (pagina 76)
(optische-uitvoersamplesnelheid: 44,1 kHz/48,0 kHz/96,0 kHz)
B Microfoonconnector (pagina 85)
C USB-poorten
*
(pagina 86)
D Optisch station (pagina 40)
E Uitwerpknop voor station (pagina 40)
F Opening voor handmatig uitwerpen (pagina 149)
G Aan/uit-knop / Aan/uit-lampje (pagina 16)
* Compatibel met de USB 2.0-standaard en ondersteuning voor
hoge/volle/lage snelheid.
14
nN
Aan de slag >
De besturingselementen en poorten
Linkerzijde
A DC IN-poort (pagina 17)
B Beveiligingssleuf
C Ventilatieopening
D Netwerkpoort (LAN) (pagina 63)
E Monitorpoort (pagina 77)
F HDMI-uitgangspoort
*1
(pagina 80)
G eSATA/USB-poort
*2
Sluit een extern apparaat aan dat compatibel is met de eSATA- of
USB-standaard.
H ExpressCard/34-sleuf (pagina 55)
I 4-pins i.LINK-poort (S400) (pagina 88)
*1
Mogelijk komt er de eerste seconden na het starten van het afspelen geen
geluid uit het uitvoerapparaat dat is aangesloten op de HDMI-uitgangspoort.
Dit wijst niet op een defect.
*2
Compatibel met de USB 2.0-standaard en ondersteuning voor
hoge/volle/lage snelheid.
!
Opmerkingen over het gebruik van de eSATA/USB-poort:
- Een eSATA-apparaat en een USB-apparaat kunnen niet tegelijkertijd op de poort
zijn aangesloten.
- Mogelijk herkent de computer het USB-apparaat niet vanwege de vorm van de
apparaatconnector. Gebruik in dat geval een van de speciale USB-poorten.
- Wanneer u de verbinding met een eSATA-apparaat verbreekt, dubbelklikt u op
het pictogram Hardware veilig verwijderen en media uitwerpen op de taakbalk
en selecteert u het apparaat voordat u het verwijdert.
- De poort biedt geen ondersteuning voor een eSATA-poortmultiplier.
15
nN
Aan de slag >
De besturingselementen en poorten
Achter/onderzijde
A Ventilatieopeningen
B Kapje van geheugenmodulecompartiment (pagina 104)
C Batterijconnector (pagina 19)
16
nN
Aan de slag >
De lampjes
De lampjes
Uw computer is voorzien van de volgende lampjes:
Lampje Functies
Aan/uit 1 Brandt groen als de computer in de normale stand is, knippert langzaam oranje als de computer in de slaapstand
is gezet en gaat uit als de computer wordt uitgeschakeld of in de sluimerstand is gezet.
Batterijlading
Brandt als de batterij wordt opgeladen. Zie De batterij opladen (pagina 22) voor meer informatie.
Ingebouwde MOTION EYE-camera Brandt als de ingebouwde camera in gebruik is.
Mediatoegang Brandt terwijl gegevens worden gelezen van een geheugenkaart, zoals een Memory Stick of een
SD-geheugenkaart. (Zet de computer niet in de slaapstand of schakel de computer niet uit wanneer dit lampje
brandt.) Als het lampje niet brandt, wordt de geheugenkaart niet gebruikt.
Schijfstation
Brandt als gegevens worden gelezen van het ingebouwde opslagapparaat of het optische station. Zet de computer
niet in de slaapstand of schakel de computer niet uit wanneer dit lampje brandt.
Num lock
Druk op de toets Num Lk om het numerieke toetsenblok in te schakelen. Druk er nogmaals op om het numerieke
toetsenblok uit te schakelen. Als het lampje niet brandt, is het numerieke toetsenblok uitgeschakeld.
Caps lock
Druk op de toets Caps Lock als u hoofdletters wilt typen. Letters worden als kleine letters weergegeven als
u op de toets Shift drukt terwijl het lampje brandt. Druk nogmaals op de toets om het lampje uit te schakelen.
U kunt weer normaal typen als het lampje Caps lock niet meer brandt.
Scroll lock
Druk op de toetsen Fn+Scr Lk om het bladeren op het scherm te wijzigen. U kunt weer normaal bladeren als
het lampje Scroll lock niet meer brandt. De functies van de toets Scr Lk kunnen verschillen, afhankelijk van het
gebruikte programma. De toets werkt niet in alle programma's.
WIRELESS Brandt als een of meer draadloze opties zijn ingeschakeld.
17
nN
Aan de slag >
Een stroombron aansluiten
Een stroombron aansluiten
De computer kan werken op netstroom (via een netadapter) of op een oplaadbare batterij.
De netadapter gebruiken
Wanneer de computer rechtstreeks op een netspanningsbron is aangesloten en er een batterij is geplaatst, wordt netspanning
gebruikt.
Gebruik alleen de meegeleverde netadapter voor uw computer.
De netadapter gebruiken
1 Steek het ene uiteinde van het netsnoer (1) in de netadapter (3).
2 Steek het andere uiteinde van het netsnoer in een stopcontact (2).
3 Sluit de kabel van de netadapter (3) aan op de DC IN-poort (4) van de computer.
!
De vorm van de netadapterconnector kan variëren, afhankelijk van de netadapter.
18
nN
Aan de slag >
Een stroombron aansluiten
Als u de netstroom naar de computer volledig wilt verbreken, koppelt u de netadapter los van het stopcontact.
Zorg ervoor dat er een gemakkelijk toegankelijk stopcontact is.
Als u de computer langere tijd niet gaat gebruiken, zet u de computer in de sluimerstand. Zie De sluimerstand gebruiken (pagina 29).
19
nN
Aan de slag >
De batterij gebruiken
De batterij gebruiken
De batterij die bij uw computer wordt geleverd, is niet volledig opgeladen op het moment van de levering.
De batterij plaatsen/verwijderen
De batterij plaatsen
1 Schakel de computer uit en sluit het LCD-scherm.
2 Schuif het vergrendelingslipje LOCK voor de batterij (1) naar binnen.
20
nN
Aan de slag >
De batterij gebruiken
3 Schuif de batterij diagonaal in het batterijcompartiment tot de uitsteeksels (2) aan beide kanten van het batterijcompartiment
in de U-vormige uitsparingen (3) aan beide kanten van de batterij vastzitten.
4 Duw de batterij omlaag in het compartiment totdat die op zijn plaats klikt.
5 Schuif het vergrendelingslipje LOCK voor de batterij naar buiten om de batterij in de computer vast te zetten.
21
nN
Aan de slag >
De batterij gebruiken
De batterij verwijderen
!
U verliest alle niet-opgeslagen gegevens als u de batterij verwijdert terwijl de computer is ingeschakeld en niet is aangesloten op de netadapter.
1 Schakel de computer uit en sluit het LCD-scherm.
2 Schuif het vergrendelingslipje LOCK voor de batterij (1) naar binnen.
3 Schuif de RELEASE-pal voor de batterij (2) naar binnen en houd die vast, plaats een vingertop onder het lipje (3) op de
batterij en til de batterij in de richting van de pijl. Schuif de batterij vervolgens uit de computer.
!
Voor uw veiligheid wordt u ten zeerste aanbevolen de originele oplaadbare batterijen en netadapters van Sony te gebruiken die voldoen aan de
kwaliteitsnormen en die Sony voor uw VAIO-computer levert. Sommige VAIO-computers werken mogelijk alleen met een originele Sony-batterij.
22
nN
Aan de slag >
De batterij gebruiken
De batterij opladen
De batterij die bij uw computer wordt geleverd, is niet volledig opgeladen op het moment van de levering.
De batterij opladen
1 Plaats de batterij.
2 Sluit de computer met de netadapter aan op een stopcontact.
Het batterijlampje brandt als de batterij wordt opgeladen. Wanneer de batterijlading bijna het opgegeven maximale
percentage heeft bereikt, gaat het batterijlampje uit.
!
Laad de batterij vanaf de eerste keer op zoals is beschreven in deze handleiding.
Batterijlampje Betekenis
Brandt oranje De batterij wordt opgeladen.
Knippert samen met het groene aan/uit-lampje De batterij is bijna leeg. (Normale stand)
Knippert samen met het oranje aan/uit-lampje De batterij is bijna leeg. (Slaapstand)
Is oranje en knippert snel Er is een batterijstoring opgetreden vanwege een defecte
of niet goed vergrendelde batterij.
23
nN
Aan de slag >
De batterij gebruiken
Laat de batterij in de computer zitten als deze rechtstreeks op een netspanningsbron is aangesloten. De batterij wordt verder opgeladen terwijl u de
computer gebruikt.
Als de batterijlading bijna op is en de batterij- en stroomlampjes knipperen, moet u de netadapter aansluiten zodat de batterij weer kan worden opgeladen
of de computer uitschakelen en een volledig opgeladen batterij plaatsen.
Uw computer wordt geleverd met een oplaadbare lithium-ionbatterij. Het opladen van een gedeeltelijk ontladen batterij heeft geen invloed op de levensduur
van de batterij.
Tijdens het gebruik van sommige toepassingen of randapparaten is het mogelijk dat de computer niet overschakelt op de sluimerstand, zelfs niet als
de batterij bijna leeg is. Om te vermijden dat u gegevens verliest wanneer de computer op batterijstroom werkt, moet u uw gegevens geregeld opslaan
en handmatig een energiebeheerstand activeren, bijvoorbeeld de slaap- of sluimerstand.
Als de batterij leeg raakt terwijl de computer in de slaapstand staat, verliest u alle gegevens die nog niet zijn opgeslagen. Het is niet mogelijk terug te
keren naar de voorgaande werksituatie. Om te vermijden dat u gegevens verliest, moet u uw gegevens geregeld opslaan.
24
nN
Aan de slag >
De batterij gebruiken
De oplaadcapaciteit van de batterij controleren
De oplaadcapaciteit van de batterij neemt langzamerhand af, als de batterij vaker wordt opgeladen of als de batterij al langer
in gebruik is. Voor een optimaal profijt van de batterij controleert u de laadcapaciteit van de batterij en wijzigt u de instellingen
van de batterij.
De oplaadcapaciteit van de batterij controleren
1 Klik op Start, Alle programma's en VAIO Control Center.
2 Klik op Energiebeheer (Power Management) en Batterij (Battery).
U kunt ook de batterijbeheerfunctie inschakelen om de levensduur van de accu te verlengen.
25
nN
Aan de slag >
De batterij gebruiken
De levensduur van de batterij verlengen
Als de computer op batterijstroom werkt, kunt u de levensduur van de batterij verlengen met de volgende methoden.
Verminder de helderheid van uw computerscherm.
Gebruik de energiebesparingsstand. Zie Energiebesparingsstanden gebruiken (pagina 27) voor meer informatie.
Wijzig de instellingen voor energiebesparing bij Energiebeheer. Zie VAIO Energiebeheer gebruiken (pagina 100) voor
meer informatie.
Stel de wallpaper in bij Een energiebesparende wallpaper instellen (Long Battery Life Wallpaper Setting) in het
VAIO Control Center als de achtergrond voor uw bureaublad.
26
nN
Aan de slag >
De computer veilig uitschakelen
De computer veilig uitschakelen
Zorg ervoor dat u de computer op de juiste manier afsluit om te vermijden dat u gegevens verliest, zoals hieronder wordt
beschreven.
De computer afsluiten
1 Schakel alle op de computer aangesloten randapparaten uit.
2 Klik op Start en op Afsluiten.
3 Antwoord op alle waarschuwingen om documenten op te slaan of rekening te houden met andere gebruikers en wacht
tot de computer is uitgeschakeld.
Het stroomlampje gaat uit.
27
nN
Aan de slag >
Energiebesparingsstanden gebruiken
Energiebesparingsstanden gebruiken
Via de instellingen voor energiebeheer kunt u ervoor zorgen dat de batterij minder snel leeg raakt. Naast de normale
werkingsmodus heeft de computer twee andere energiebesparingsstanden waaruit u kunt kiezen: slaap- en sluimerstand.
!
Als u de computer langere tijd niet gaat gebruiken terwijl deze is losgekoppeld van de netspanningsbron, zet u de computer in de sluimerstand of
schakelt u de computer uit.
Als de batterij leeg raakt terwijl de computer in de slaapstand staat, verliest u alle gegevens die nog niet zijn opgeslagen. Het is niet mogelijk terug te
keren naar de voorgaande werksituatie. Om te vermijden dat u gegevens verliest, moet u uw gegevens geregeld opslaan.
Stand Beschrijving
Normale stand Dit is de normale toestand als de computer in gebruik is. Als de computer in deze stand staat, brandt het groene stroomlampje.
Slaapstand In de slaapstand wordt het LCD-scherm uitgeschakeld en worden de ingebouwde opslagapparatuur en de CPU ingesteld op
laag energieverbruik. Als de computer in deze stand staat, knippert het oranje stroomlampje langzaam. De computer verlaat
de slaapstand sneller dan de sluimerstand. In de slaapstand verbruikt de computer echter meer stroom dan in de sluimerstand.
Sluimerstand Als de computer in de sluimerstand staat, wordt de toestand van het systeem opgeslagen in de ingebouwde opslagapparatuur
en wordt de stroom uitgeschakeld. Zelfs als de batterij leeg raakt, zullen er geen gegevens verloren gaan. Als de computer
in deze stand staat, brandt het aan/uit-lampje niet.
28
nN
Aan de slag >
Energiebesparingsstanden gebruiken
Slaapstand gebruiken
De slaapstand activeren
Klik op Start, de pijl naast de knop Afsluiten en op Slaapstand.
Terugkeren naar de normale stand
Druk op een willekeurige toets.
Druk op de aan/uit-knop van uw computer.
!
Als u de aan/uit-knop langer dan vier seconden ingedrukt houdt, wordt de computer automatisch uitgeschakeld. Alle nog niet opgeslagen gegevens
gaan hierbij verloren.
29
nN
Aan de slag >
Energiebesparingsstanden gebruiken
De sluimerstand gebruiken
De sluimerstand activeren
Druk op Fn+F12.
U kunt ook klikken op Start, op de pijl naast de knop Afsluiten en op Sluimerstand.
!
Verplaats de computer niet tot het stroomlampje uitgaat.
Terugkeren naar de normale stand
Druk op de aan/uit-knop.
!
Als u de aan/uit-knop langer dan vier seconden ingedrukt houdt, wordt de computer automatisch uitgeschakeld.
30
nN
Aan de slag >
Uw computer in optimale conditie houden
Uw computer in optimale conditie houden
Uw computer bijwerken
Werk uw VAIO-computer regelmatig bij met de volgende softwaretoepassingen om de efficiëntie, beveiliging en functionaliteit
van uw computer te verbeteren.
De toepassing VAIO Update waarschuwt u automatisch wanneer er nieuwe updates beschikbaar zijn op het internet,
en downloadt en installeert die op de computer.
Windows Update
Klik op Start, Alle programma's en Windows Update, en volg de instructies op het scherm.
VAIO Update 5
Klik op Start, Alle programma's en VAIO Update 5, en volg de instructies op het scherm.
!
Uw computer moet verbinding hebben met het internet voordat u updates kunt downloaden.
Loading...
+ 143 hidden pages