Sony MHC-DP700, MHC-DP800AV User Manual [ko]

Mini Hi-Fi Component System
4-231-993-63(1)
Gebruiksaanwijzing Istruzioni per l’uso
Instrukcja obsługi
MHC-DP700
NL
IT
PL
MHC-DP800AV
© 2001 Sony Corporation
WAARSCHUWING
Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht, om gevaar voor brand of een elektrische schok te voorkomen.
Open de behuizing niet, om een elektrische schok te vermijden. Laat eventuele reparaties over aan bevoegd vakpersoneel.
Plaats het apparaat niet in een gesloten ruimte, zoals een boekenrek of ingebouwde kast.
Dit apparaat is geclassificeerd als een KLASSE 1 LASER product. Een label met de aanduiding CLASS 1 LASER PRODUCT bevindt zich aan de achterkant van het apparaat.
Het volgende waarschuwingslabel bevindt zich binnenin het apparaat.
Deze stereo-installatie is voorzien van Dolby* Digital en Pro Logic Surround akoestiek, DTS** en het DTS Digital Surround akoestieksysteem. * Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories.
“Dolby”, “Pro Logic” en het dubbel D-symbool zijn handelsmerken van Dolby Laboratories. Vertrouwelijk ongepubliceerd materiaal. ©1992­1997 Dolby Laboratories. Alle rechten voorbehouden.
**
Vervaardigd onder licentie van Digital Theater Systems, Inc. V.S. Octrooinummers 5.451.942,
5.956.674, 5.974.380, 5.978.762 en andere octrooien wereldwijd verleend en aangevraagd. “DTS” en “DTS Digital Surround” zijn gedeponeerde handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc. ©1996, 2000 Digital Theater Systems, Inc. Alle rechten voorbehouden.
Om oververhitting en brandgevaar te vermijden, mag u de ventilatie-openingen van het apparaat niet afdekken met kranten, een tafelkleed, gordijnen e.d. Plaats nooit een brandende kaars bovenop het apparaat.
Om gevaar voor brand of een elektrische schok te voorkomen, mag u geen voorwerpen als vazen op het apparaat zetten.
Gooi de batterij niet weg, maar lever hem in als KCA.
NL
2

Inhoudsopgave

Plaats en functie van de
bedieningsorganen
Voorpaneel ............................................ 4
Afstandsbediening ................................. 5
Bediening via het digipad aanraakpaneel .....
Voorbereidingen
Aansluiten van de stereo-installatie.......7
Twee R6 (AA-formaat) batterijen in de
afstandsbediening plaatsen..............8
Voorbereiden van uw luidsprekers voor
Dolby Pro Logic akoestiek-weergave* .....
Instellen van de luidsprekerparameters ..
Gelijkzetten van de klok ......................11
Stroom besparen in de gebruiksklaar-stand....
10
11
Compact disc weergave
Een CD inleggen ................................. 12
Een CD afspelen
–– Normale weergave/willekeurige
weergave/herhaalde weergave ...... 12
Muziekstukken van CD’s programmeren
–– Programma-weergave .............. 13
Gebruik van het CD uitleesvenster......14
Tuner voor radio-ontvangst
Voorinstellen van radiozenders ........... 15
Luisteren naar de radio
–– Geheugenafstemming...............15
Gebruik van het Radio Data Systeem (RDS)** ...
16
Cassette-weergave en opname
Een cassette inleggen........................... 17
Een cassette afspelen ........................... 17
Een cassette opnemen
–– CD synchroon-opname/versneld
kopiëren/handmatig opnemen/
programma-montage .....................18
Schakelklok-opname van radio-uitzendingen ...
19
Geluidsinstellingen
Versterken van de weergave................ 21
Keuze van een klankbeeld of
geluidseffect .................................. 21
6
Bijregelen van de geluidseffecten ....... 21
Vastleggen van een zelfgemaakt
klankbeeld
— Personal file opslagfunctie ....... 22
Andere mogelijkheden
Omschakelen van de spectrum
9
analyzer aanduidingen................... 23
Keuze van de helderheid van het
uitleesvenster................................. 23
Luisteren naar meerkanaals-geluid...... 23
Meezingen met de muziek:
karaoke*** .................................... 23
Aanduidingen voor
signaalverwerking .........................24
Gerust in slaap vallen met muziek
— Sluimerfunctie .......................... 24
Ontwaken met muziek
— Dagelijkse wekfunctie .............. 25
Aansluiten van los verkrijgbare apparatuur
Aansluiten van audio-apparatuur......... 26
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen......................... 27
Verhelpen van storingen...................... 28
Technische gegevens ........................... 30
* Alleen voor de MHC-DP800AV. ** Alleen voor de Europese modellen. ***Uitgezonderd de modellen voor Noord-Amerika
en Europa.
3
NL
NL

Plaats en functie van de bedieningsorganen

De lijst geeft de bedieningsorganen in alfabetische volgorde. Zie voor nadere bijzonderheden de tussen haakjes ( ) aangegeven bladzijnummers.

Voorpaneel

12345
wk wj wh
wg
wf
wd
ws
wa w;
ql
2CH/MULTI r; (23) CD wk (8, 12, 13, 18, 19) CD SYNC HI-DUB qj (18, 19) CLOCK/TIMER SET ea (11, 19,
25) DECK A Z ql (17) DECK B Z qk (17, 18) digipad (aanraakpaneel) ej (6, 9,
10, 11, 13, 15, 16, 17, 20, 22, 25) DIGITAL wf (26) Digitale ingangsaansluiting (DIGITAL IN (of DIGITAL IN 2)
(OPTICAL)) ws (26) DIRECTION ed (17, 18, 19) DISC 1–3 2 (12, 13, 19) DISC SKIP EX-CHANGE 3 (12) Disc-lade 5 (12) DISPLAY wl (11, 14, 16) DOLBY NR ef (17, 18, 19) DSP EDIT rg (21) EDIT ed (19) EFFECT ra (21, 22) ENTER ek (9, 10, 11, 13, 15, 16,
19, 20, 22, 23, 25)
NL
4
6
7
8
9
q;
qa
qs
qd
qf qg qh qj qk
FM MODE ef (15) GAME wd (26) GAME MODE rf (21) GROOVE rs (21) Hoofdtelefoon-aansluiting
(PHONES) qg Infrarood-sensor qf KARAOKE PON (Niet op de
modellen voor Noord-Amerika
en Europa) e; (23) MD (VIDEO) wg (26) Meerkanaals-decodeerlampje
(MULTI CHANNEL
DECODING) rj (24) Microfoon-aansluiting (MIC) (Niet
op de modellen voor Noord-
Amerika en Europa) w; (23) Microfoon-niveauregelaar (MIC
LEVEL) (Niet op de modellen
voor Noord-Amerika en Europa)
wa (23) MOVIE MODE eh (21) MUSIC MODE rh (21) P FILE rd (22) PLAY MODE eg (12, 13, 19) PTY (Alleen op Europese
modellen) ed (16)
wle;eaesedef eg
rj rh rg
rf
rdrsrar;
REC PAUSE/START qh (18, 19) REPEAT ef (13) SPECTRUM (Alleen op de
modellen voor Noord-Amerika
en Europa) e; (23) TAPE A/B wh (17, 18) TIMER SELECT es (20, 25) TOOL MODE el (21) TUNER/BAND wj (15) TUNER MEMORY eg (15) Volumeregelaar (VOLUME) qd
FUNCTIETOETSEN MET STANDAARDSYMBOLEN
@/1 (aan/uit-schakelaar) 1 Z OPEN/CLOSE (disc-lade) 4 nN (weergavetoetsen) 6 X (pauzetoets) 7 x (stoptoets) 8 . (terugzoektoets) q; > (vooruitzoektoets) 9 m/– (terugspoeltoets) qs M/+ (vooruitspoeltoets) qa
eh ej ek el

Afstandsbediening

Plaats en functie van de bedieningsorganen
123
2CH/MULTI qh (23) AMP MENU qk (9, 23) CD wj (8, 12, 13, 18, 19) CLEAR 6 (13) D.SKIP 7 (12) DIGITAL wf (26) DISPLAY 1 (11, 14, 16) DSP EDIT qs (21) EFFECT ON/OFF qj (21, 22) ENTER w; (9, 10, 11, 13, 15, 16,
19, 20, 22, 23, 25) GAME wd (26) GAME MODE 9 (21) MD (VIDEO) ws (26) MOVIE MODE 8 (21) MUSIC MODE wa (21)
wj wh wg wf
wd ws wa
w;
ql
v
bB
V
n N
.
>
Mm
X
x
qk qj qh
P FILE qd (22) REPEAT 5 (13) SLEEP 4 (24) SPEAKER LEVEL qg (10) SPECTRUM 2 (23) TAPE A/B wg (17, 18) TOOL MODE qa (21) TUNER/BAND wh (15) VOL +/– qf
4 5 6 7
8 9
q;
qa qs qd
qf
qg
FUNCTIETOETSEN MET STANDAARDSYMBOLEN
@/1 (aan/uit-schakelaar) 3 nN (weergavetoetsen) ql X (pauzetoets) ql x (stoptoets) ql . (terugzoektoets) ql > (vooruitzoektoets) ql m (terugspoeltoets) ql M (vooruitspoeltoets) ql v/V/b/B q;
NL
5

Bediening via het digipad aanraakpaneel

Deze stereo-installatie is voorzien van een uniek “digipad” aanraakpaneel. Via dit paneel kunt u diverse functies van het apparaat gemakkelijk bedienen.
Bedieningsfuncties voor CD, TUNER (radio) en de TAPE A/B cassettedecks
Basisbediening CD, TUNER en TAPE A/B werking
Eenmaal aantikken nN (weergave starten)* Tweemaal aantikken x (weergave stoppen) * Wanneer u het digipad paneel aantikt tijdens het afspelen van een CD, pauzeert
de weergave. Tik het paneel nogmaals aan om door te gaan met afspelen.
Van links naar rechts > schuiven
Van rechts naar links . schuiven
Van beneden naar M boven schuiven
Van boven naar m beneden schuiven
**Zolang u de vinger blijft bewegen, is de werking hetzelfde als bij ingedrukt
houden van de toetsen.
(AMS + vooruitzoeken, voorkeurzender + vooruitzoeken)**
(AMS – terugzoeken, voorkeurzender – terugzoeken)**
(vooruitspoelen, op hoger genummerde zender + afstemmen)
(terugspoelen, op lager genummerde zender – afstemmen)**
Instellen van de grafiek-toonregelcurve bij de EQ EDIT bediening (zie blz. 21)
De curve die u met de vinger schetst wordt in het uitleesvenster gevolgd.
Keuze van parameters voor de DSP EDIT digitale signaalverwerking en andere instellingen (zie blz. 21)
Schuif net zover door tot u de gewenste waarde bereikt (zie tevens de afzonderlijke instelfuncties).
**
Opmerkingen
• Gebruik geen scherp voorwerp op dit aanraakpaneel.
• Als het apparaat niet reageert op het digipad aanraakpaneel, drukt u dan iets harder.
NL
6

Voorbereidingen

Aansluiten van de stereo-installatie

Volg de onderstaande aanwijzingen van 1 tot 6 om de stereo-installatie aan te sluiten met de bijgeleverde snoeren en accessoires.
AM kaderantenne
FM antenne
Rechter
achterluidspreker*
2 2
4
1 1
Middenluidspreker*
3
5
3 3 2
Linker
achterluidspreker*
1
6
Rechter
voorluidspreker
Linker
voorluidspreker
Alleen bij de MHC-DP800AV.
*
Voorbereidingen
1 Sluit de voorluidsprekers aan.
Verbind de luidsprekersnoeren met de SPEAKER aansluitbussen (op de MHC-DP700) of de FRONT SPEAKER aansluitbussen (op de MHC-DP800AV).
Steek alleen het koperdraad-uiteinde in de opening.
Rood/ eenkleurig (3)
R
L
+
Zwart/gestreept (#)
2 Sluit de achterluidsprekers aan.
(alleen bij de MHC-DP800AV)
Verbind de luidsprekersnoeren met de REAR SPEAKER aansluitbussen.
Steek alleen het koperdraad-uiteinde in de opening.
Grijs/ eenkleurig (3)
R
L
+
Zwart/gestreept (#)
wordt vervolgd
+
NL
7
Aansluiten van de stereo-installatie (vervolg)
3 Sluit de middenluidspreker aan.
(alleen bij de MHC-DP800AV)
Verbind de luidsprekersnoeren met de CENTER SPEAKER aansluitbussen.
Steek alleen het koperdraad-uiteinde in de opening.
Grijs/ eenkleurig (3)
4 Sluit de FM/AM antennes aan.
Zet de AM kaderantenne in elkaar en sluit hem daarna aan.
R
L
+
Zwart/gestreept (#)
+
Aanbrengen van de luidsprekervoetjes
Bevestig de bijgeleverde luidsprekervoetjes onder de luidsprekers, om te zorgen dat ze stevig staan en niet kunnen wegglijden.
Opmerkingen
• Houd de antennes en antennesnoeren uit de buurt van de luidsprekersnoeren, om storing in de radio-ontvangst te voorkomen.
• Het bijgeleverde type luidsprekers kan verschillen, afhankelijk van uw uitvoering van dit apparaat (zie de “Technische gegevens” op blz. 30).
• Plaats de achterluidsprekers niet bovenop een TV­toestel. Ze zouden storing in de kleurweergave op het TV-scherm kunnen veroorzaken.
• Bij de MHC-DP800AV dient u in elk geval beide achterluidsprekers aan te sluiten, links en rechts. Een enkele achterluidspreker zal geen geluid geven.
Aansluiting A
AM kaderantenne
Aansluiting B
AM kaderantenne
De stekker of stekkerdoos van de FM antenne kan verschillen, afhankelijk van uw model van dit apparaat.
5
Bij de modellen met een spanningskiezer,
Strek de FM-draadantenne zover mogelijk horizontaal uit.
FM75
AM
Strek de FM-draadantenne zover mogelijk horizontaal uit.
FM75 COAXIAL
AM
stelt u deze VOLTAGE SELECTOR schakelaar in op het voltage van het plaatselijk lichtnet.
VOLTAGE SELECTOR
220V 230-240V120V
6
Steek de stekker van het netsnoer in het stopcontact.
In het uitleesvenster begint nu een demonstratie van de mogelijkheden van het apparaat. Wanneer u op de
?/1
aan/uit-schakelaar drukt, wordt de stereo-
installatie
ingeschakeld en stopt automatisch de
demonstratie.
Als het netsnoer met de bijgeleverde verloopstekker niet in het stopcontact past, verwijdert u dan de verloopstekker (alleen voor de modellen
NL
met een verloopstekker).
8

Twee R6 (AA-formaat) batterijen in de afstandsbediening plaatsen

]
}
}
]
Tip
Als de stereo-installatie niet meer goed op de afstandsbediening reageert, vervangt u dan beide batterijen door nieuwe.
Opmerking
Als u de afstandsbediening voorlopig niet meer gebruikt, kunt u beter de batterijen eruit verwijderen, om schade door eventuele batterijlekkage en corrosie te vermijden.
Voor vervoer of verplaatsen van de stereo-installatie
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen om het CD-mechanisme te beschermen.
1 Schakel de stereo-installatie in en druk
op de CD toets. Zorg dat er geen disc meer in de CD-speler zit.
2 Houd de CD toets ingedrukt en druk op
de ?/1 aan/uit-schakelaar totdat de aanduiding “LOCK” oplicht.
3 Laat eerst de ?/1 aan/uit-schakelaar
los en dan de CD toets.
4 Trek de stekker uit het stopcontact.
Voorbereiden van uw luidsprekers voor Dolby Pro
Logic akoestiek-weergave
(alleen voor de MHC-DP800AV)
Het Dolby Pro Logic Surround akoestieksysteem zorgt voor meer diepte in het klankbeeld door weergave via vier afzonderlijke kanalen. Deze kanalen geven het geluid allemaal verschillend aangepast weer, zodat de totale klank optimaal aansluit bij de actie op uw beeldscherm.
Opstellen van de luidsprekers
1
Plaats de linker en rechter voorluidsprekers in een onderlinge hoek van 45 graden, gezien vanuit uw favoriete luisterplaats.
Linker
voorluidspreker
achterluidspreker
2 Plaats de middenluidspreker op ongeveer
dezelfde hoogte als de voorluidsprekers. Zorg dat de middenluidspreker op één lijn met, of ietwat achter het vlak van de linker en rechter voorluidsprekers staat.
Middenluidspreker
Linker
Rechter
voorluidspreker
45°
Rechter
achterluidspreker
Instellen van de afstand van de luidsprekers
Gebruik hiervoor de afstandsbediening.
1 Druk op de AMP MENU toets. 2 Druk vanaf uw luisterplaats enkele
malen op de v of V toets om de gewenste parameter te kiezen.
De beschikbare parameters staan hieronder beschreven.
3 Druk enkele malen op de b of B toets
om de gewenste instelling te kiezen.
4 Herhaal de stappen 2 t/m 3 voor de
andere parameters die u wilt instellen.
5 Druk op de ENTER invoertoets.
Tip
U kunt ook het “digipad” aanraakpaneel gebruiken in plaats van de cursortoetsen (v/V/b/B).
Opmerking
Als de beide voor- of achterluidsprekers niet op gelijke afstand van uw luisterplaats staan, kies dan de afstand van de dichtstbijzijnde luidspreker.
Parameters voor de luidspreker­opstelling
De oorspronkelijke instellingen staan tussen haakjes vermeld.
• FRNT: 1,0 meter tot 12,0 meter (2,4 meter) (3 ft tot 40 ft (8 ft))*
Afstand van de voorluidsprekers
• CTR: FRNT tot 1,5 meter (2,4 meter)
(FRNT tot 5 ft (8 ft))*
Afstand van de middenluidspreker
• REAR: FRNT tot 4,5 meter (1,5 meter)
(FRNT tot 15 ft (5 ft))*
Afstand van de achterluidsprekers
Voorbereidingen
3 Plaats of hang de akoestiekluidsprekers
recht tegenover elkaar, naast en ongeveer 60 tot 90 cm boven uw luisterplaats.
Achterluidspreker
60 tot 90 cm
* Voor het model voor Noord-Amerika.
Opmerking
Om te luisteren naar Dolby Pro Logic surround geluidsweergave met 2-kanaals PCM of analoge geluidsbronnen, kiest u uit de geluidseffecten het “NORMAL SURR” klankbeeld (zie blz. 21).
NL
9

Instellen van de luidsprekerparameters

Gebruik hiervoor de afstandsbediening.
1 Ga op uw luisterplaats zitten en druk op
de SPEAKER LEVEL toets.
De beschikbare parameters en instelmenu’s staan hieronder beschreven.
2 Druk enkele malen op de v of V toets
om de gewenste parameter te kiezen.
3 Druk enkele malen op de b of B toets
om de gewenste instelling te kiezen.
4 Herhaal de stappen 2 t/m 3 voor de
andere parameters die u wilt instellen.
5 Druk op de ENTER invoertoets.
Tip
U kunt ook het “digipad” aanraakpaneel gebruiken in plaats van de cursortoetsen (v/V/b/B).
Parameters voor de luidspreker­instellingen
De oorspronkelijke instellingen staan tussen haakjes vermeld.
x BALANCE (links-rechts balans)
• FRNT L___R: (midden) Evenwichtige weergave via de linker en rechter voorluidsprekers.
• (alleen voor de MHC-DP800AV) REAR L___R: (midden) Evenwichtige weergave via de linker en rechter achterluidsprekers.
Instelbereik: 6 dB (links) tot 6 dB (rechts), in 13 stapjes
x LEVEL (geluidsniveau, alleen voor
de MHC-DP800AV)
• REAR ** dB: (0 dB) Geluidsniveau van de achterluidsprekers. Instelbereik: –6 dB tot 6 dB, in stapjes van 1 dB
• CTR ** dB: (0 dB) Geluidsniveau van de middenluidspreker. Instelbereik: –6 dB tot 6 dB, in stapjes van 1 dB
• SW ** dB: (10 dB) Geluidsniveau van de lagetonen-luidspreker. Instelbereik: –10 dB tot 10 dB, in stapjes van 1 dB
x LFE (lagetonen-kanaal)
• LFE Geluidsniveau via het speciale LFE (Lage Frequentie Effect) lagetonen-kanaal. Instelbereik: OFF, –20 dB tot 0 dB, in stapjes van 1 dB In de “OFF” stand klinkt er geen weergave via het LFE lagetonen-kanaal. De lagere tonen van de andere luidsprekerkanalen worden echter wel weergegeven via de lagetonen-luidspreker. Met de instellingen van “–20 dB” tot “0 dB” kunt u de lagetonen-weergave verzwakken. In de “0 dB” stand wordt het volledige LFE signaal weergegeven met het mengniveau zoals gekozen door de opnametechnicus.
x D.COMP. (dynamisch bereik,
compressie)
• D.COMP.: (STD) Compressie van de weergavedynamiek Instelbereik: OFF, 0,1 tot 0,9, STD, MAX In de “OFF” stand blijft het dynamisch bereik ongewijzigd. Met de instellingen van “0,1” tot “0,9” kunt u het dynamisch bereik geleidelijk steeds verder verminderen. De “STD” stand biedt geluidsweergave met dezelfde dynamiek als de opnametechnicus bedoeld had. In de “MAX” stand wordt de dynamiek van de weergave het meest beperkt.
x T.TONE (testtoon, alleen voor de
MHC-DP800AV)
• T.TONE: (OFF) Wel of geen testtoon Instelmogelijkheden: OFF, ON In de “ON” stand wordt er een testtoon via elke luidspreker op zijn beurt weergegeven. Dan kunt u vanaf uw luisterplaats met de afstandsbediening de LEVEL en BALANCE parameters zo instellen dat de testtoon via alle luidsprekers even luid klinkt. Kies de “OFF” stand om de testtoon uit te schakelen.
Opmerkingen
• Om de geluidssterkte van de lagetonen-luidspreker
bij te regelen, zet u de T.TONE instelling op “OFF”.
• De compressie van het dynamisch bereik is alleen
mogelijk met Dolby Digital geluidsbronnen.
*****
: (0 dB)
10
NL

Gelijkzetten van de klok

1 Schakel de stereo-installatie in. 2 Druk op de CLOCK/TIMER SET toets.
Als u de tijd voor het eerst instelt, kunt u nu direct doorgaan met stap 5.
3 Druk enkele malen op de . of >
toets om in te stellen op “CLOCK SET”.
4 Druk op de ENTER invoertoets. 5 Druk enkele malen op de . of >
toets om het juiste uur in te stellen.
6 Druk weer op de ENTER toets. 7 Druk enkele malen op de . of >
toets om de juiste minuut in te stellen.
8 Druk tenslotte weer op de ENTER toets.
Tips
• Als u een vergissing bemerkt of de tijdinstelling wilt wijzigen, zult u weer bij stap 2 moeten beginnen.
• U kunt ook het “digipad” aanraakpaneel gebruiken in plaats van de . en > toetsen.
Opmerking
De tijdinstelling vervalt wanneer de stekker uit het stopcontact wordt getrokken of de stroom uitvalt.
Opmerking
In de stroombesparingsstand zullen de volgende functies niet werken: – Gelijkzetten van de klok. – Omschakelen van het AM afsteminterval
(uitgezonderd de modellen voor Europa en het Midden-Oosten).
– Inschakelen van de stereo-installatie met een druk
op een functiekeuzetoets.
– Omschakelen van de functie van de MD (VIDEO)
toets.
Voorbereidingen

Stroom besparen in de gebruiksklaar-stand

Druk enkele malen op de DISPLAY toets wanneer het apparaat nog uit staat.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de stand van de stereo-installatie als volgt:
demonstratie t klok t stroombesparingsstand
Uitschakelen van de stroombesparingsstand
Druk eenmaal op de DISPLAY toets om de demonstratie te starten, of tweemaal om de tijdsaanduiding te zien.
Tips
• Het ?/1 spanningslampje blijft ook in de stroombesparingsstand nog wel branden.
• De schakelklok zal in de stroombesparingsstand ook normaal werken.
11
NL

Compact disc weergave

Een CD inleggen

1 Druk op de Z OPEN/CLOSE toets.
De disc-lade schuift open.
2 Leg een compact disc in de lade met de
label-kant boven.
Voor het afspelen van een 8-cm CD­singletje plaatst u dit in de binnenste uitsparing van de disc-lade.
Om nog meer discs af te spelen, drukt u op de DISC SKIP/EX-CHANGE disc­wisseltoets om de disc-lade door te draaien.
3 Druk op de Z OPEN/CLOSE toets om
de disc-lade te sluiten.

Een CD afspelen

Stel in op
ALL DISCS
1 DISC
ALL DISCS SHUFFLE
1 DISC SHUFFLE
PROGRAM
Voor weergave van
Alle CD’s in de disc-lade achtereenvolgens.
De gekozen CD in de gewone nummervolgorde.
De muziekstukken op alle CD’s in willekeurige volgorde.
De muziekstukken van de gekozen CD in willekeurige volgorde.
Muziekstukken van alle CD’s in een door u gekozen volgorde (zie “Muziekstukken van CD’s programmeren” op blz. 13).
2 Druk op de DISC 1–3 toets.
Als u op de nN toets drukt terwijl de CD als geluidsbron is gekozen (met een druk op de CD toets) en de disc-lade is gesloten, dan begint de weergave.
Tip
Tijdens weergave kunt u de afspeelfunctie niet omschakelen.
–– Normale weergave/willekeurige
weergave/herhaalde weergave
Met deze stereo-installatie kunt u compact discs met verschillende afspeelfuncties weergeven.
uitsparing
1 DISC
MUSIC
21
GAME
Disc-aanwezig indicator
Muziekstuknummer
CD
3
1 Druk terwijl het afspelen gestopt is
enkele malen op de PLAY MODE toets totdat de gewenste afspeelfunctie in het uitleesvenster wordt aangegeven.
NL
12
SpeelduurNummer disc-
MOVIE
AB
TOOL
Andere bedieningsfuncties
Voor het
Stoppen met afspelen Pauzeren van de
weergave
Kiezen van een muziekstuk
Opzoeken van een muziekpassage
Kiezen van een CD terwijl de weergave is gestopt
Overschakelen van een andere geluidsbron naar CD-weergave
Verwisselen van de andere compact discs tijdens CD-weergave
Verwijderen van een compact disc
Doet u het volgende
Drukt u op de x stoptoets. Drukt u op de X pauzetoets.
Nogmaals drukken om door te gaan met afspelen.
Drukt u tijdens afspelen of in de pauzestand op de > toets (om verder te zoeken) of de . toets (om terug te zoeken).
Houdt u tijdens afspelen de M of m toets ingedrukt en laat u de toets los bij het gezochte punt.
Drukt u op de DISC 1–3 toets of de DISC SKIP EX-CHANGE toets (of op D.SKIP op de afstandsbediening).
Drukt u op de DISC 1–3 toets (automatische geluidsbron­keuze).
Drukt u op de DISC SKIP/ EX-CHANGE toets.
Drukt u op de Z OPEN/CLOSE toets.
Voor het
Meermalen afspelen (herhaalde weergave)
* Deze functie is niet te gebruiken tijdens de ALL
DISCS SHUFFLE willekeurige weergave.
Tips
• U kunt ook het “digipad” aanraakpaneel gebruiken voor de CD-bedieningsfuncties.
• Bij een druk op de CD toets terwijl de stereo­installatie nog uit staat, wordt de stroom automatisch ingeschakeld.
Doet u het volgende
Drukt u op de REPEAT toets tijdens afspelen totdat er “REPEAT” of “REPEAT 1” wordt aangegeven. REPEAT*: voor weergave van alle muziekstukken op de CD’s, tot 5 maal de hele reeks. REPEAT 1: voor herhalen van een enkel muziekstuk. Om de herhaalde weergave uit te schakelen, drukt u weer op de REPEAT toets totdat de “REPEAT” of “REPEAT 1” aanduiding dooft.

Muziekstukken van CD’s programmeren

–– Programma-weergave
U kunt een muziekprogramma samenstellen van maximaal 25 muziekstukken van alle geplaatste CD’s, in de volgorde waarin u de muziek wilt horen.
1 Druk op de CD toets. 2 Druk enkele malen op de PLAY MODE
toets totdat er “PROGRAM” in het uitleesvenster oplicht.
3 Druk op de DISC 1–3 toets om een
compact disc te kiezen.
Om alle muziekstukken van een CD in één keer samen te programmeren, gaat u door naar stap 5 wanneer er “AL” in het uitleesvenster verschijnt.
4 Druk enkele malen op de . of >
toets totdat het gewenste muziekstuknummer wordt aangegeven.
Nummer disc­uitsparing
PROGRAM
MUSIC
GAME
Muziekstuknummer
21
3
Totale speelduur (inclusief het gekozen muziekstuk)
MOVIE
AB
TOOL
5 Druk op de ENTER toets.
Hiermee programmeert u de gekozen muziek. Het programma-volgnummer verschijnt, met daarna de totale speelduur.
6 Om nog meer muziekstukken te
programmeren, herhaalt u de stappen 3 t/m 5.
Stap 3 kunt u overslaan bij het toevoegen van andere muziekstukken van dezelfde disc.
7 Druk op de nN toets.
Voor het
Uitschakelen van de programma­weergave
Wissen van het laatste muziekstuk uit uw programma
Toevoegen van een muziekstuk terwijl het afspelen is gestopt
Tips
• Een eenmaal vastgelegd muziekprogramma blijft ook na afspelen in het geheugen bewaard. Met een druk op de nN weergavetoets kunt u hetzelfde programma nogmaals weergeven.
• Als er tijdens het programmeren in plaats van de totale speelduur alleen “--.--” streepjes verschijnen, dan:
– hebt u een muziekstuknummer boven de 20
gekozen.
– overschrijdt de totale speelduur de 100 minuten.
Doet u het volgende
Drukt u enkele malen op de PLAY MODE toets totdat er “1 DISC” of “ALL DISCS” in het uitleesvenster verschijnt.
Drukt u op de CLEAR wistoets van de afstandsbediening terwijl het afspelen is gestopt.
1 Drukt u op DISC 1–3 om
een CD te kiezen.
2 Drukt u enkele malen .
of > om een nummer te kiezen.
3 Drukt u op de ENTER toets.
Compact disc weergave
NL
13

Gebruik van het CD uitleesvenster

U kunt de resterende speelduur het weergegeven muziekstuk of de gehele compact disc in het uitleesvenster controleren.
Wanneer er een CD TEXT disc is geplaatst, kunt u de tekst daarvan, zoals de disc-titel, muziektitels en de naam van de artiest(en) in het uitleesvenster zien. Zodra het apparaat een geplaatste CD TEXT disc waarneemt, verschijnt de aanduiding “CD TEXT” in het uitleesvenster.
Druk op de DISPLAY toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de aanduiding in het uitleesvenster als volgt:
Tijdens normale weergave
Verstreken speelduur van het weergegeven muziekstuk t Resterende speelduur van het weergegeven muziekstuk t Resterende speelduur van de gehele compact disc (tijdens “1 DISC” weergave) of “--.-- ” (tijdens “ALL DISCS” weergave) t Titel van het weergegeven muziekstuk* t Tijdsaanduiding (8 seconden lang) t Gekozen geluidseffect
Wanneer het afspelen gestopt is
Tijdens programma-weergave en als er nummers van een CD geprogrammeerd zijn:
Laatst geprogrammeerd muziekstuknummer en totale programma-speelduur** t Totaal aantal geprogrammeerde nummers (8 seconden lang) t Titel van de CD* t Gewone tijdsaanduiding (8 seconden lang) t Gekozen geluidseffect
Tijdens andere afspeelfuncties: Totaal aantal muziekstukken en totale speelduur
t Titel van de CD* t Gewone tijdsaanduiding (8 seconden lang) t Gekozen geluidseffect
* Alleen bij CD TEXT discs (bepaalde lettertekens
kunnen worden weggelaten). Afhankelijk van de disc kan soms niet alle CD TEXT informatie worden getoond.
**In plaats van de speelduur verschijnen er alleen
“--.--” streepjes:
– als de CD 21 of meer muziekstukken bevat en u
hebt een muziekstuknummer boven de 20 gekozen.
– als de totale programma-speelduur de 100
minuten overschrijdt.
NL
14

Tuner voor radio-ontvangst

Omschakelen van het AM afsteminterval

Voorinstellen van radiozenders

In het afstemgeheugen kunt u 20 FM zenders vastleggen en 10 AM zenders.
1
Druk enkele malen op de TUNER/BAND toets om te kiezen voor de FM of AM afstemband.
2 Houd de m of M toets ingedrukt
totdat de frequentie-aanduiding begint te veranderen en laat de toets dan los.
Het doorzoeken van de afstemband stopt zodra er goed op een zender is afgestemd. Het uitleesvenster geeft dan “TUNED” aan (en ook “STEREO” als er een stereo
(uitgezonderd de modellen voor Europa en het Midden-Oosten)
Het afsteminterval voor de AM ontvangst is in de fabriek ingesteld op 9 kHz (voor sommige verkoopgebieden 10 kHz). Om dit AM afsteminterval om te schakelen, stemt u eerst af op een willekeurige AM zender en dan schakelt u het apparaat uit. Houd vervolgens de ENTER toets ingedrukt en schakel zo de stroom weer in. Bij omschakelen van het afsteminterval verdwijnen alle vastgelegde AM voorkeurzenders uit het afstemgeheugen. Om het afsteminterval weer terug te schakelen, herhaalt u de bovenstaande stappen.
uitzending wordt ontvangen).
TUNED
STEREO
MHz
3 Druk op de TUNER MEMORY toets.
In het uitleesvenster gaat een voorinstelnummer knipperen. De radiozenders worden vastgelegd vanaf het voorinstelnummer 1.
Voorinstelnummer
–– Geheugenafstemming
Hiervoor zult u eerst een aantal radiozenders moeten vastleggen in het afstemgeheugen van de tuner (zie “Voorinstellen van radiozenders”).
1
2
4 Druk op de ENTER toets.
De zender wordt vastgelegd onder het aangegeven nummer.
5 Herhaal de stappen 1 t/m 4 om nog
andere zenders vast te leggen.
Afstemmen op een zender die te zwak is voor automatische afstemming
Druk enkele malen op de m of M toets om handmatig op de gewenste zender af te stemmen.
Vastleggen van een nieuwe zender onder een al gebruikt voorinstelnummer
Begin weer vanaf stap 1. Na stap 3 drukt u eerst enkele malen op de . of > toets om het gewenste voorinstelnummer te kiezen en dan volgt u de aanwijzingen verder vanaf stap 4.
Tips
Bij een druk op de TUNER/BAND toets terwijl de stereo-installatie nog uit staat, wordt de stroom automatisch ingeschakeld.
• U kunt ook het “digipad” aanraakpaneel gebruiken in plaats van de . en > toetsen.
De vastgelegde voorkeurzenders blijven ongeveer een halve dag in het afstemgeheugen bewaard als de stekker uit het stopcontact wordt getrokken of de stroom uitvalt.
Voor het Doet u het volgende
Uitschakelen van de radio Druk op de ?/1 schakelaar.
Luisteren naar radiozenders die niet zijn vastgelegd
Druk bij stap 2 enkele malen op de m of M toets (voor handmatig afstemmen) of houd de m of toets langer ingedrukt (voor automatisch afstemmen).
Tips
• Bij een druk op de TUNER/BAND toets terwijl de
• U kunt ook het “digipad” aanraakpaneel
• Voor de beste radio-ontvangst is het aanbevolen

Luisteren naar de radio

Druk enkele malen op de TUNER/BAND toets om te kiezen voor de FM of AM afstemband.
Druk enkele malen op de . of > toets om af te stemmen op de gewenste voorkeurzender.
Voorinstelnummer Afstemfrequentie
MHz
M
stereo-installatie nog uit staat, wordt de stroom automatisch ingeschakeld.
gebruiken in plaats van de . en > toetsen. Als een FM stereo radio-uitzending niet duidelijk doorkomt, drukt u enkele malen op de FM MODE toets, totdat de aanduiding “MONO” oplicht. De radio-ontvangst zal niet meer in stereo zijn, maar wel beter klinken.
verschillende antenne-opstellingen uit te proberen.
15
Tuner voor radio-ontvangst
NL

Gebruik van het Radio Data Systeem (RDS)

(Alleen voor het Europese model)
Wat is het Radio Data Systeem?
Het Radio Data Systeem (kortweg RDS) is een speciale radio-informatiedienst waarmee radiozenders naast hun gewone radioprogramma’s allerlei nuttige informatie kunnen uitzenden. De tuner van deze stereo-installatie biedt handige functies zoals zendernaam-aanduidingen en het opzoeken van zenders aan de hand van het programmatype. De RDS informatie wordt alleen uitgezonden door FM zenders.
Opmerking
De RDS informatie zal niet altijd goed te ontvangen zijn, als de zender waarop u hebt afgestemd niet duidelijk doorkomt of als de signaalsterkte onvoldoende is.
Ontvangst van RDS radio­uitzendingen
Kies eenvoudigweg een radiozender uit de FM afstemband.
Bij ontvangst van een zender die RDS informatie uitzendt, verschijnt automatisch de zendernaam in het uitleesvenster.
Controleren van de RDS informatie
Druk op de DISPLAY toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de aanduiding in het uitleesvenster kringsgewijze als volgt:
Zendernaam* t Afstemfrequentie t Programmatype* t Tijdsaanduiding t Gekozen geluidseffect
* Als de RDS uitzending niet duidelijk genoeg
ontvangen wordt, kan de zendernaam niet in het uitleesvenster worden aangegeven.
Opzoeken van een radiozender aan de hand van het programmatype (PTY)
U kunt een FM radiozender van uw keuze opzoeken door in te stellen op het gewenste programmatype. De tuner stemt dan af op een uitzending van het gekozen type, verzorgd door een van de RDS zenders die zijn vastgelegd in het afstemgeheugen van de tuner.
NL
16
De beschikbare programmatypen zijn NEWS (nieuws), AFFAIRS (actualiteiten), INFO (weersverwachting e.d.) SPORT, EDUCATE (educatieve programma’s), DRAMA (hoorspelen), CULTURE (culturele aangelegenheden), SCIENCE (wetenschap), VARIED (vraaggesprekken, quizprogramma’s en amusement), POP M (popmuziek), ROCK M (rockmuziek), EASY M (easy listening achtergrondmuziek), LIGHT M (lichte klassieke muziek), CLASSICS (klassieke muziek), OTHER M (overige muziek), WEATHER (weerbericht), FINANCE (beursberichten, zakennieuws), CHILDREN (kinderprogramma’s), SOCIAL (sociale vraagstukken e.d.), RELIGION (godsdienst en religie), PHONE IN (forum voor telefonische reacties), TRAVEL (reisprogramma’s), LEISURE (vrijetijdsbesteding), JAZZ (geïmproviseerde muziek), COUNTRY (country & western muziek), NATION M (nationale of streekmuziek), OLDIES (hits van vroeger), FOLK M (volksmuziek), DOCUMENT (documentaires), TEST (testsignaal voor nooduitzendingen), ALARM (nooduitzendingen over natuurrampen e.d.) en NONE (programma’s die in geen van deze categorieën passen).
1 Druk tijdens het luisteren naar de radio
op de PTY toets.
2
Druk enkele malen op de . of > toets om te kiezen voor het gewenste programmatype.
3 Druk op de ENTER toets.
De aanduiding “PTY SEARCH” en het gekozen programmatype knipperen nu om en om in het uitleesvenster.
Wanneer de tuner een zender vindt die het gekozen programmatype uitzendt, gaat de zendernaam knipperen.
4 Druk enkele malen op de . of >
toets als u verder wilt zoeken naar een volgende zendernaam.
5 Druk op de ENTER toets als u de
zendernaam ziet van een zender waarnaar u wilt blijven luisteren.
Uitschakelen van de PTY zoekfunctie
Druk nogmaals op de PTY toets.
Tip
U kunt ook het “digipad” aanraakpaneel gebruiken in plaats van de ./> toetsen.
Opmerking
De aanduiding “NOT FOUND” verschijnt als er geen zender te vinden is die het door u gekozen programmatype uitzendt.

Cassette-weergave en opname

Een cassette inleggen

1
Druk enkele malen op de TAPE A/B toets om te kiezen voor cassettedeck A of B.
2 Druk op de DECK A Z of DECK B Z
uitwerptoets.
3
Plaats een cassette in de houder van A of B.
Inleggen met de kant voor opname/ weergave naar voren gericht.

Een cassette afspelen

In dit apparaat kunt u TYPE I (normaalband) of TYPE II (metaalband) cassettes gebruiken. Het cassettedeck neemt automatisch de geplaatste bandsoort waar.
1 Plaats de af te spelen cassette. 2
Druk enkele malen op de DIRECTION toets om in te stellen op g voor afspelen van één cassettekant, op j voor beide cassettekanten of op RELAY* (estafette) voor afspelen van beide cassettes achtereen.
3 Druk op de nN weergavetoets.
Het afspelen van de cassette begint. Druk nogmaals op de nN toets als u de
andere cassettekant wilt horen. Na keuze van j voor beide cassettekanten of op RELAY zal het cassettedeck automatisch stoppen na het 5 maal herhalen van het totaal.
MUSIC
DSP EDIT
GAME
MOVIE
AB
TOOL
Voor het
Stoppen met afspelen Pauzeren van de
weergave
Snel vooruitspoelen
Snel terugspoelen
Tips
• U kunt ook het “digipad” aanraakpaneel gebruiken voor de cassette-bedieningsfuncties.
• Bij een druk op de TAPE A/B toets terwijl de stereo-installatie nog uit staat, wordt de stroom automatisch ingeschakeld.
Als u in zachtere passages met hoge tonen de hinderlijk hoorbare bandruis wilt verminderen, drukt u op de DOLBY NR toets zodat de aanduiding “DOLBY NR” in het uitleesvenster oplicht.
• Wanneer er een cassette is geplaatst, licht de bijbehorende cassette-aanwezig indicator op.
Doet u het volgende
Drukt u op de x stoptoets. Drukt u op de X pauzetoets.
Nogmaals drukken om door te gaan met afspelen.
Drukt u op de M toets tijdens het afspelen van de voorkant of op de m toets tijdens afspelen van de achterkant.
Drukt u op de m toets tijdens het afspelen van de voorkant of op de M toets tijdens afspelen van de achterkant.
Het begin van een muziekstuk opzoeken (AMS* zoekfunctie)
Druk tijdens afspelen net zo vaak op de . of > toets als het aantal nummers dat u vooruit
(of terugwaarts) wilt verspringen. De zoekrichting, + (vooruit) of – (terugwaarts)
en het aantal te verspringen nummers (1-9) wordt in het uitleesvenster aangegeven.
Bijvoorbeeld: 2 nummers verder zoeken
* Automatische Muziek Sensor
Opmerking
De AMS zoekfunctie kan niet altijd goed werken in de volgende gevallen: – Als de pauzes tussen de muziekstukken minder dan
4 seconden lang zijn.
– Als de stereo-installatie te dicht bij een
televisietoestel staat.
Cassette-weergave en opname
Cassette-aanwezig indicator
* De RELAY estafette-weergave houdt altijd deze
volgorde aan: deck A (voorkant) t deck A (achterkant) t deck B (voorkant) t deck B (achterkant)
17
NL

Een cassette opnemen

–– CD synchroon-opname/versneld kopiëren/handmatig opnemen/programma-
montage
U kunt geluidsopnamen maken van compact discs, cassettes, de radio of een andere aangesloten geluidsbron. Hiervoor kunt u TYPE I (normaalband) of TYPE II (metaalband) cassettes gebruiken. Het opnameniveau wordt automatisch ingesteld.
Opnemen van een compact disc
Stap
(CD synchroon-opname)
Plaats een voor opnemen geschikte cassette in deck B.
1
Druk op de CD toets. Druk op de functietoets
2
Plaats de compact disc die
3
u wilt opnemen.
Druk op de CD SYNC HI-DUB toets.
4
Cassettedeck B komt in gereedheid voor opnemen. De REC PAUSE/START toets gaat knipperen. Als u in zachtere passages met hoge tonen de hinderlijk hoorbare bandruis wilt verminderen,
drukt u op de DOLBY NR toets zodat de aanduiding “DOLBY NR” in het uitleesvenster oplicht (behalve bij opnemen vanaf een cassette).
Druk enkele malen op de DIRECTION toets om in te stellen op
5
één cassettekant. Stel in op j (of op RELAY) voor opnemen op beide cassettekanten. Druk op de REC PAUSE/START toets.
6
Het opnemen begint.
7
Kopiëren van een cassette
(Versneld kopiëren)
Druk enkele malen op de TAPE A/B toets om in te stellen op het TAPE A cassettedeck.
Plaats de cassette waarvan u de opnamen wilt kopiëren in cassette deck A.
g
Handmatig opnemen
voor de op te nemen geluidsbron.
Plaats de op te nemen CD/cassette of stem af op de gewenste radiozender.
Druk op de REC PAUSE/ START toets.
voor het opnemen op
Start de weergave van de op te nemen geluidsbron.
Voor het Drukt u op
Stoppen met opnemen x. Pauzeren van de opname* * Alleen bij handmatig opnemen.
Tips
Als u wilt beginnen met opnemen aan de achterkant van de cassette, drukt u na stap 1 op de TAPE A/B toets om in te stellen op het TAPE B cassettedeck en dan drukt u op de nN weergavetoets om de achterkant van de cassette af te spelen. Druk op de x stoptoets wanneer u het punt bereikt waar u wilt beginnen met opnemen.
• Om op te nemen op beide cassettekanten dient u altijd te beginnen aan de voorkant. Als u begint aan de achterkant van de cassette, zal het opnemen stoppen aan het eind van die kant.
NL
18
REC PAUSE/START.
• (Alleen voor versneld kopiëren) Als u voor de omkeerfunctie j kiest terwijl de beide cassettes verschillend van lengte zijn, zullen de cassettes in beide decks afzonderlijk van richting veranderen. Als u de RELAY stand kiest, zal de band in beide decks tegelijk van richting veranderen.
Opmerkingen
• Tijdens opnemen kunt u niet naar een andere geluidsbron luisteren.
• Tijdens opnemen kunt u het “digipad” aanraakpaneel niet gebruiken.
Als u tijdens het opnemen een geluidsinstelling, zoals bijvoorbeeld het klankbeeld verandert, zal het opgenomen geluid bij dat punt even worden onderbroken.
• Als u begint met opnemen terwijl de 2CH/MULTI parameter staat ingesteld op V.SEMI M.D., MULTI of V.M.DIMENS., dan wordt deze instelling automatisch omgezet naar 2CH.
Opnemen van bepaalde muziekstukken van een CD in zelf gekozen volgorde
— Programma-montage
Tijdens het samenstellen van een muziekprogramma voor opname mag de totale speelduur van de gekozen muziekstukken de speelduur van beide cassettekanten niet overschrijden.
1 Plaats een of meer compact discs, leg
een voor opnemen geschikte cassette in deck B en druk op de CD toets.
2 Druk enkele malen op de PLAY MODE
toets totdat er “PROGRAM” in het uitleesvenster oplicht.
3 Druk op de DISC 1-3 toets om een
compact disc te kiezen.
Om alle muziekstukken van een CD in één keer samen te programmeren, gaat u door naar stap 5 wanneer er “AL” in het uitleesvenster verschijnt.
4 Druk enkele malen op de . of >
toets totdat het gewenste muziekstuknummer wordt aangegeven.
Nummer disc-uitsparing
PROGRAM
MUSIC
21
GAME
Muziekstuknummer
3
Totale speelduur (inclusief het gekozen muziekstuk)
MOVIE
AB
TOOL
5 Druk op de ENTER toets.
Hiermee programmeert u de gekozen muziek. Het programma-volgnummer verschijnt, met daarna de totale speelduur.
6
Om nog meer muziekstukken te programmeren, herhaalt u de stappen 3 t/m 5.
Stap 3 kunt u overslaan bij het toevoegen van andere muziekstukken van dezelfde disc.
7 Druk op de CD SYNC HI-DUB toets.
Cassettedeck B komt in gereedheid voor opnemen. Als u in zachtere passages met hoge tonen de hinderlijk hoorbare bandruis wilt verminderen, drukt u op de DOLBY NR toets zodat de aanduiding “DOLBY NR” in het uitleesvenster oplicht. De REC PAUSE/START toets gaat knipperen.
8 Druk enkele malen op de DIRECTION
toets om in te stellen op g voor het opnemen op één cassettekant. Stel in op j (of op RELAY) voor opnemen op beide cassettekanten.
9 Druk op de REC PAUSE/START toets.
Het opnemen begint.
Uitschakelen van de programma-montage
Druk enkele malen op de PLAY MODE toets totdat er “1 DISC” of “ALL DISCS” in het uitleesvenster verschijnt.
Tip
Om de benodigde bandlengte voor het opnemen van een compact disc te controleren, drukt u op de EDIT toets nadat u de compact disc hebt ingelegd en op de CD toets hebt gedrukt. De vereiste bandlengte voor de gekozen CD wordt aangegeven, gevolgd door de totale speelduur voor cassettekant A en kant B (Bandlengte-montage).
Opmerking
De bandlengte-montage is niet te gebruiken voor discs met meer dan 20 muziekstukken.

Schakelklok-opname van radio-uitzendingen

Voor het opnemen met de schakelklok zult u eerst de ingebouwde klok gelijk moeten zetten (zie “Gelijkzetten van de klok” op blz. 11) en de radiozenders moeten voorinstellen (zie “Voorinstellen van radiozenders” op blz. 15).
1
Stem af op een vooringestelde radiozender (zie “Luisteren naar de radio” op blz. 15).
2 Druk op de CLOCK/TIMER SET toets.
De aanduiding “DAILY1 SET” verschijnt.
3 Druk enkele malen op de . of >
toets om in te stellen op “REC SET” en druk dan op de ENTER toets.
Nu verschijnt er “ON” en de uren-cijfers gaan knipperen.
4 Kies de tijd waarop het opnemen moet
beginnen.
Druk enkele malen op de . of > toets om het juiste uur in te stellen en druk dan op de ENTER toets.
De minuten-aanduiding gaat knipperen. Druk enkele malen op de . of > toets
om de juiste minuut in te stellen en druk weer op de ENTER toets.
Nu knippert weer de uren-aanduiding.
wordt vervolgd
19
Cassette-weergave en opname
NL
Schakelklok-opname van radio­uitzendingen (vervolg)
5 Stel de tijd in waarop het opnemen
moet stoppen, volgens de aanwijzingen onder stap 4.
Daarna verschijnt de begintijd, de eindtijd, de radiozender voor de op te nemen uitzending (bijv. “TUNER FM 5”) en dan ziet u weer de oorspronkelijke aanduidingen.
6 Plaats een voor opnemen geschikte
cassette in deck B.
7 Schakel de stereo-installatie uit.
Wanneer het opnemen begint, komt de geluidssterkte automatisch in de minimumstand.
Voor het
Controleren van de instellingen
Wijzigen van de instellingen
Annuleren van de schakelklok-opname
Tip
U kunt ook het “digipad” aanraakpaneel gebruiken in plaats van de . en > toetsen.
Opmerkingen
• Als de stereo-installatie op de gekozen inschakeltijd nog aan staat, zal de schakelklok-opname niet plaatsvinden.
• Als u de sluimerfunctie voor automatisch uitschakelen gebruikt, zal de schakelklok-opname niet beginnen tot nadat de sluimerfunctie het apparaat heeft uitgeschakeld.
• De stroom zal ongeveer 15 seconden vóór de gekozen opname-begintijd worden ingeschakeld.
Doet u het volgende
Drukt u op de TIMER SELECT toets, dan enkele malen op . of > om in te stellen op “REC SELECT” en druk dan op de ENTER toets.
Begint u weer vanaf stap 1.
Drukt u op de TIMER SELECT toets, dan enkele malen op . of > om in te stellen op “TIMER OFF” en druk dan op de ENTER toets.
20
NL

Geluidsinstellingen

Versterken van de weergave

Druk op de GROOVE toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de aanduiding in het uitleesvenster kringsgewijze als volgt:
GROOVE ON t V-GROOVE ON t GROOVE OFF
GROOVE:
Het geluid wordt extra bekrachtigd en
de curve van de grafiek-toonregeling aangepast. V-GROOVE: Het geluid wordt bekrachtigd, de
laagste tonen van de muziek worden extra versterkt en de curve van de grafiek­toonregeling aangepast.

Keuze van een klankbeeld of geluidseffect

Druk enkele malen op een van de DSP toetsen (MUSIC MODE, MOVIE MODE, GAME MODE of TOOL MODE) om in te stellen op het gewenste klankbeeld of geluidseffect.
De naam van het klankbeeld wordt in het uitleesvenster aangegeven.
Zie “Repertoire van geluidseffecten” hieronder.
Weergave zonder geluidseffect
Druk op de EFFECT toets (of de EFFECT ON/ OFF toets van de afstandsbediening) om in te stellen op “EFFECT OFF”. Alle bijregelparameters worden dan vlak ingesteld.
Repertoire van geluidseffecten
U kunt genieten van een indrukwekkende ruimtelijke akoestiekweergave, eenvoudig door het klankbeeld of geluidseffect te kiezen dat het best past bij het weergegeven geluid.
DSP Repertoire MODE
MUSIC LIVE HOUSE MODE HALL
S.ENHANCE (SOUND ENHANCE) RADIO SOUND
MOVIE C.STUDIO A (CINEMA STUDIO A) MODE C.STUDIO B (CINEMA STUDIO B)
C.STUDIO C (CINEMA STUDIO C) NORMAL SURR (NORMAL SURROUND)
GAME ARCADE MODE RACING
ADVENTURE BATTLE
TOOL PAN MODE FLANGER
KEY CONTROL EXCITER COMPRESSOR REVERB EARLY RFLC. (EARLY REFLECTION)
CINEMA STUDIO A: Geeft de karakteristieke klank van de Sony Pictures Entertainment klassieke filmmontage-studio. CINEMA STUDIO B: Geeft de karakteristieke klank van de Sony Pictures Entertainment filmgeluid­mengstudio, een van de meest geavanceerde studio’s in Hollywood. CINEMA STUDIO C: Geeft de karakteristieke klank van de Sony Pictures Entertainment opnamestudio voor filmmuziek.

Bijregelen van de geluidseffecten

Alvorens enige instelling te maken, kiest u eerst het geluidseffect dat u als basis wilt gebruiken voor uw eigen klankbeeld.
1 Druk op de DSP EDIT toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de aanduiding in het uitleesvenster kringsgewijze als volgt:
DSP EDIT* (voor het bijregelen van de DSP signaalverwerking) t EQ EDIT (voor het bijregelen van de grafiek­toonregeling)
* Dit instelmenu zal niet altijd verschijnen,
afhankelijk van het gekozen klankbeeld of geluidseffect.
Geluidsinstellingen
wordt vervolgd
21
NL
Bijregelen van de geluidseffecten (vervolg)
2 Gebruik het digipad aanraakpaneel
om de parameters bij te regelen.
Elke parameter wordt ingesteld volgens de curve die uw vinger beschrijft op het digipad aanraakpaneel. De beschikbare bijregel­parameters staan hieronder vermeld. Eerst wordt nog even de curve getoond die u met de vinger hebt beschreven en dan verschijnt de curve die op basis daarvan automatisch door het apparaat is ingesteld. Voor de DSP EDIT bijregeling kunnen de instelbare parameters verschillen afhankelijk van het gekozen klankbeeld of geluidseffect.
3 Druk op de ENTER toets.
Annuleren van de bijregeling
Druk op de EFFECT toets (of de EFFECT ON/OFF toets van de afstandsbediening) om in te stellen op “EFFECT OFF”. De bijregeling voor de gekozen parameter vervalt en die wordt vlak ingesteld.
Instelbare parameters
Menu rechts/links omhoog/omlaag
DSP EDIT (Zie het onderstaande schema) EQ EDIT Frequentie Instelniveau
Instelbare DSP parameters
Repertoire van rechts/links omhoog/omlaag geluidseffecten (X) (Y)
LIVE HOUSE tijd wandbekleding HALL tijd wandbekleding S.ENHANCE tijd niveau RADIO SOUND tijd niveau
C.STUDIO A niveau — C.STUDIO B niveau — C.STUDIO C niveau — NORMAL SURR
ARCADE tijd niveau RACING vorm — ADVENTURE frequentie niveau BATTLE tijd wandbekleding
PAN positie positie FLANGER frequentie niveau KEY CONTROL toonsoort tijd EXCITER frequentie niveau COMPRESSOR tijd niveau REVERB tijd wandbekleding EARLY RFLC. vorm
Wandbekleding: met deze parameter kunt u het niveau van de hoge frequenties bepalen en daarmee de scherpte van de klank, net alsof uw luisterkamer gladde harde wanden heeft, of een zachtere wandbekleding.
NL
22
(X) (Y)
——
De instelbare DSP parameter worden aangegeven door de indicator in de linker bovenhoek van het uitleesvenster. U kunt de instelling maken in de richting die wordt aangegeven door de oplichtende cursor. Beweeg uw vinger over het digipad aanraakpaneel om de parameters in te stellen.
omhoog/omlaag
(Y)
rechts/links
Tips
• U kunt ook de cursortoetsen (v/V/b/B) op de afstandsbediening gebruiken in plaats van het digipad aanraakpaneel. Hierbij kunt u twee toetsen tegelijk indrukken om diagonaal te bewegen. Bijvoorbeeld: druk de v en B toets tegelijk in om naar de rechter bovenhoek te gaan.
• U kunt een zelf bijgeregeld geluidseffect ook vastleggen als een “personal file” klankbeeld (zie “Vastleggen van een zelfgemaakt klankbeeld”).
(X)

Vastleggen van een zelfgemaakt klankbeeld

— Personal file opslagfunctie
U kunt de beste bijgeregelde klankbeelden vastleggen in het geheugen van de stereo­installatie. Zo kunt u maximaal 5 zelfgemaakte klankbeelden bewaren.
1 Regel een geluidseffect naar wens bij
voor opslag als P FILE klankbeeld.
2 Druk op de P FILE toets en houd deze
ingedrukt.
Een nummer voor het “personal file” bestand verschijnt in het uitleesvenster.
3 Raak op het digipad aanraakpaneel het
bestandsnummer aan waaronder u het klankbeeld wilt vastleggen.
4 Druk op de ENTER toets.
Oproepen van een vastgelegd personal file klankbeeld
Druk enkele malen op de P FILE toets om het nummer van het gewenste bestand te kiezen.
Opmerking
Voor het samenstellen van een personal file klankbeeld kunt u alleen die parameters bijregelen die beschikbaar zijn voor het oorspronkelijk gekozen vaste geluidseffect.

Andere mogelijkheden

V.M.DIMENS. (Virtuele Multi-Dimensie)*:

Omschakelen van de spectrum analyzer aanduidingen

Druk op de SPECTRUM toets van de afstandsbediening.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de aanduiding in het uitleesvenster kringsgewijze als volgt:
PATTERN 1 t PATTERN 2 t PATTERN 3 t PATTERN OFF
Hierbij wordt met 3D geluidsverwerking een heel stel “virtuele achterluidsprekers” boven normale luisterhoogte gesimuleerd, op basis van slechts twee werkelijke achterluidsprekers. Dit klankbeeld biedt 5 paar virtuele luidsprekers rondom en in een hoek van ongeveer 30° boven de luisteraar.
* Alleen voor de MHC-DP800AV.
Opmerkingen
• Bij het luisteren via een hoofdtelefoon is de
Keuze van de helderheid
weergave vast ingesteld op “2CH” voor normale stereo. Hierbij kunt u geen andere instelling kiezen. Tijdens het decoderen van DTS signalen kunt u de MUSIC MODE geluidseffecten niet tegelijk kiezen met het V.SEMI M.D. of V.M.DIMENS. klankbeeld.
van het uitleesvenster
Hiervoor gebruikt u de afstandsbediening.
1 Druk op de AMP MENU toets. 2 Druk op de v of V toets om in te stellen
op “DIMMER”.
3 Druk enkele malen op de b of B toets
om de gewenste helderheid te kiezen.
DIMMER 1 t DIMMER 2 t DIMMER 3
4 Druk op de ENTER invoertoets.
Luisteren naar
(Uitgezonderd de modellen voor Noord-Amerika en Europa)
U kunt zelf meezingen met de muziek op elke stereo CD of cassette, eenvoudig door het vaste zanggeluid weg te draaien. Om mee te zingen zult u een los verkrijgbare microfoon moeten aansluiten.
1 Draai de MIC LEVEL regelaar helemaal
2 Sluit een los verkrijgbare microfoon
3 Druk op de KARAOKE PON toets.
meerkanaals-geluid
Druk op de 2CH/MULTI toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de aanduiding in het uitleesvenster kringsgewijze als volgt:
2CH t V.SEMI M.D. t MULTI* t V.M.DIMENS.*
2CH: Alle geluid wordt weergegeven in gewone 2-kanaals stereo.
V.SEMI M.D. (Virtuele Semi Multi­Dimensie):
geluidsverwerking een heel stel “virtuele achterluidsprekers” boven normale luisterhoogte gesimuleerd, op basis van het geluid van de linker en rechter voorluidsprekers, zonder dat er werkelijke achterluidsprekers gebruikt worden. Dit klankbeeld biedt 5 paar virtuele luidsprekers rondom en in een hoek van ongeveer 30° boven de luisteraar.
MULTI*: als een meerkanaals-geluidsspoor.
Hierbij wordt met 3D
Hierbij wordt het geluid weergegeven
4 Start de weergave van de muziek en
5 Regel de geluidssterkte van de
Na afloop van het meezingen
Draai de MIC LEVEL regelaar helemaal naar MIN, maak de microfoon los van de MIC aansluitbus en druk nogmaals op de KARAOKE PON toets zodat de “ microfoon-aanduiding dooft.

Meezingen met de muziek: karaoke

Andere mogelijkheden
naar MIN opdat er geen plotselinge bijgeluiden via de microfoon klinken.
aan op de MIC aansluitbus.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de aanduiding in het uitleesvenster kringsgewijze als volgt:
KARAOKE PON t MPX R t MPX L t
* Hierbij wordt de KARAOKE PON
meezingfunctie uitgeschakeld.
Om mee te zingen in karaoke-stijl met onderdrukking van de oorspronkelijke zang op een gewone CD of cassette, stelt u in op “KARAOKE PON”. Om mee te zingen met een speciale CD met multiplex-geluid, stelt u in op “MPX R” of “MPX L”.
stel de geluidssterkte naar wens in.
microfoon met de MIC LEVEL knop.
Gekozen geluidseffect*
wordt vervolgd
m
NL
23
Meezingen met de muziek: karaoke (vervolg)
Opmerkingen
Bij sommige muziek kunnen de zangstemmen niet verdwijnen wanneer u instelt op “KARAOKE PON”.
• Als u een geluidseffect of klankbeeld inschakelt, wordt de karaoke meezingfunctie uitgeschakeld.
In de “KARAOKE PON”, “MPX R” of “MPX L” stand wordt de DSP signaalverwerking ingesteld op “KEY CONTROL” voor toonhoogteregeling. Bij uitschakelen van de karaoke meezingfunctie keert de DSP signaalverwerking terug naar de oorspronkelijke stand vóór het meezingen.
• Bij weergave van mono opnamen kunnen niet alleen de zangstemmen maar ook bepaalde instrumenten worden onderdrukt.
• In de volgende gevallen kan het gebeuren dat de zangstemmen niet volledig worden onderdrukt:
bij stereo-opnamen met slechts weinig instrumenten. — bij weergave van een duet. — bij muziek met veel echo of koorzang. — wanneer de zangstem niet in het midden, maar
grotendeels op één kanaal is opgenomen. — bij muziek waar de zangstem een hoge sopraan
of tenor is.
Mengen en opnemen van samengemengd geluid
1
Volg de aanwijzingen voor “Meezingen met de muziek” (van 1 t/m 5). Plaats dan een voor opnemen geschikte cassette in deck B.
2
Druk op de functietoets voor de geluidsbron die u wilt opnemen (bijv. CD).
Als u de muziek van een cassette in deck A wilt opnemen, drukt u enkele malen op de TAPE A/B toets om in te stellen op het TAPE A cassettedeck.
3 Druk op de REC PAUSE/START toets.
Cassettedeck B komt in gereedheid voor opnemen.
4
Druk enkele malen op de DIRECTION toets om in te stellen op g voor het opnemen op één cassettekant. Stel in op j (of op RELAY) voor opnemen op beide cassettekanten.
5 Druk op de REC PAUSE/START toets.
Het opnemen begint.
6
Druk op de van de op te nemen geluidsbron te starten.
Zing mee met de muziek.
Stoppen met opnemen
Druk op de x stoptoets.
nN
toets om de weergave
Tips
• Als er een hinderlijke fluittoon gaat “rondzingen” (door akoestische terugkoppeling), zet u het geluid wat zachter of houdt u de microfoon in een andere richting of wat verder van de luidsprekers vandaan.
• Als u alleen uw stem door de microfoon wilt opnemen, kan dat ook: dan stelt u in op CD­weergave, maar speelt u geen compact disc af.
• Als er erg krachtige geluidssignalen binnenkomen, zal het apparaat automatisch het opnameniveau verminderen om vervorming in de opnamen te voorkomen (automatische niveauregeling).

Aanduidingen voor signaalverwerking

MULTI CHANNEL DECODING aanduiding
Deze licht op wanneer de stereo-installatie signalen decodeert die zijn opgenomen in een meerkanaals-formaat.
PRO LOGIC aanduiding (in het uitleesvenster) (alleen voor de MHC-DP800AV): Deze licht op wanneer het apparaat Dolby Pro Logic signaalverwerking toepast op een 2-kanaals geluidsbron, om aparte signalen te verkrijgen voor een middenluidspreker en achterluidsprekers.
; DIGITAL aanduiding (in het uitleesvenster): Deze licht op wanneer de stereo-installatie signalen decodeert die zijn opgenomen in het Dolby Digital formaat.
dts aanduiding (in het uitleesvenster): licht op wanneer er DTS signalen binnenkomen.
:
Deze

Gerust in slaap vallen met muziek

— Sluimerfunctie
U kunt de stereo-installatie automatisch laten uitschakelen na een door u gekozen tijdsduur, zodat u gerust met de muziek aan kunt gaan slapen.
Druk op de SLEEP toets van de afstandsbediening.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de minuten-aanduiding (de uitschakel­tijdsduur) in het uitleesvenster als volgt:
AUTO* t 90 t 80 t 70 tt 10 t OFF (geen uitschakelfunctie)
* Hierbij wordt de stroom uitgeschakeld wanneer het
einde van de weergegeven compact disc of cassette wordt bereikt (tot maximaal 100 minuten later).
24
NL
Voor het
Controleren van de resterende tijd tot het uitschakelen (behalve in de AUTO stand)
Wijzigen van de tijdsduur tot het uitschakelen
Annuleren van de uitschakelfunctie
Drukt u
eenmaal op de SLEEP toets.
enkele malen op de SLEEP toets om de gewenste tijdsduur te kiezen.
net zovaak op de SLEEP toets totdat er “SLEEP OFF” wordt aangegeven.

Ontwaken met muziek

— Dagelijkse wekfunctie
U kunt elke dag op een door u gekozen tijdstip gewekt worden met muziek. Hiervoor moet wel eerst de ingebouwde klok gelijk zetten (zie “Gelijkzetten van de klok” op blz. 11).
1 Tref de voorbereidingen voor de
geluidsbron die u moet wekken.
CD: Plaats een compact disc. Om te beginnen bij een bepaald muziekstuk, maakt u een muziekprogramma (zie “Muziekstukken van CD’s programmeren” op blz. 13).
• Cassette: Leg een cassette in met de kant die u wilt horen naar voren gericht.
Radio: Stem af op de gewenste voorkeurzender (zie “Luisteren naar de radio” op blz. 15).
2 Stel de geluidssterkte naar wens in. 3 Druk op de CLOCK/TIMER SET toets.
De aanduiding “DAILY1 SET” verschijnt.
4
Druk enkele malen op de . of > toets om in te stellen op “DAILY1 SET” (of “DAILY2 SET”) en druk dan op de ENTER toets.
Nu verschijnt er “ON” en de uren-cijfers gaan knipperen.
5 Kies de tijd waarop de muziekweergave
moet beginnen.
Druk enkele malen op de . of > toets om het juiste uur in te stellen en druk dan op de ENTER toets.
De minuten-aanduiding gaat knipperen. Druk enkele malen op de .of > toets
om de juiste minuut in te stellen en druk weer op de ENTER toets.
Nu knippert weer de uren-aanduiding.
6 Stel de tijd in waarop de muziek moet
stoppen, volgens de aanwijzingen onder stap 5.
7 Druk enkele malen op de . of >
toets totdat de gewenste geluidsbron wordt aangegeven.
De geluidsbron-aanduiding verandert als volgt:
t TUNER y CD PLAY T t TAPE PLAY T
8 Druk op de ENTER toets.
Nu verschijnt het nummer van de schakelklok-instelling (“DAILY 1” of “DAILY 2”), de wektijd, de eindtijd, de gekozen geluidsbron en dan weer de oorspronkelijke aanduidingen.
9 Schakel de stereo-installatie uit.
Voor het
Controleren van de instellingen
Wijzigen van de instellingen
Annuleren van de schakelklok-opname
Tip
U kunt ook het “digipad” aanraakpaneel gebruiken in plaats van de . en > toetsen.
Opmerkingen
• Als de stereo-installatie op de gekozen inschakeltijd nog aan staat, zal de Daily timer wekfunctie niet werken.
• Als u de sluimerfunctie voor automatisch uitschakelen gebruikt, zal de wekfunctie niet werken tot nadat de sluimerfunctie het apparaat heeft uitgeschakeld.
• De stroom zal ongeveer 15 seconden vóór de gekozen wektijd al worden ingeschakeld.
Doet u het volgende
Drukt u op de TIMER SELECT toets, dan enkele malen op . of > om de instelling te kiezen (“DAILY 1” of “DAILY 2”) en druk dan op de ENTER toets.
Begint u weer vanaf stap 1.
Drukt u op de TIMER SELECT toets, dan enkele malen op . of > om in te stellen op “TIMER OFF” en druk dan op de ENTER toets.
Andere mogelijkheden
25
NL

Aansluiten van los verkrijgbare apparatuur

Aansluiten van audio­apparatuur
Verbinden met de analoge uitgangen van een videospel
Verbinden met de analoge uitgangen van een minidisc­recorder/ videorecorder
Verbinden met de digitale uitgang van een minidisc-recorder of DVD videospeler
NL
26
Verbinden met een ultralaag­luidspreker
Verbinden met de analoge ingangen van een minidisc­recorder/ videorecorder
Verbinden met de digitale ingang van een minidisc-recorder
(Uitgezonderd de modellen voor Noord-Amerika en Europa) Verbinden met de digitale uitgang van een minidisc­recorder of DVD videospeler
Voor het
Digitaal opnemen van een CD op minidisc
Luisteren naar de digitale weergave van een aangesloten minidisc-speler
Luisteren naar de analoge weergave van een aangesloten minidisc-speler
Luisteren naar de analoge weergave van een aangesloten videorecorder
Luisteren naar de analoge weergave van een aangesloten videospelapparaat
* Behalve bij de modellen voor Noord-Amerika en
Europa, drukt u enkele malen op de DIGITAL toets om in te stellen op “DIGITAL 1” (voor de digitale ingangsaansluiting op het achterpaneel) of op “DIGITAL 2” (voor de digitale ingangsaansluiting op het voorpaneel).
Tips
• Bij een druk op de DIGITAL, MD (VIDEO) of GAME toets terwijl de stereo-installatie nog uit staat, wordt de stroom automatisch ingeschakeld.
• Bewaar het dopje dat u van de digitale aansluitbus verwijdert voor eventueel later gebruik.
Opmerkingen
• Maak de aansluitingen volgens de kleurcodes van de stekkers en de aansluitbussen, om links en rechts niet te verwisselen.
• Als het weergegeven geluid in de “VIDEO” stand te luid of vervormd klinkt, of u wilt terugschakelen naar de “MD” stand, volgt u de aanwijzingen hierboven, maar kiest u nu de “MD” stand.
• Er worden alleen digitale signalen weergegeven via de DIGITAL OUT aansluiting tijdens CD-weergave en weergave van een DIGITAL geluidsbron. De uitgestuurde signalen via de DIGITAL OUT aansluiting worden niet beïnvloed door de geluidsbijregeling.
• Dit apparaat is niet geschikt voor weergave van digitaal geluid met een bemonsteringsfrequentie van 96 kHz of in het SACD formaat.
Doet u het volgende
Sluit u een los verkrijgbare optische kabel aan.
Drukt u op de DIGITAL* toets.
Drukt u op de MD (VIDEO) minidisc/videogeluidtoets.
Houdt u de MD (VIDEO) toets ingedrukt en drukt u op de ?/1 aan/uit-schakelaar terwijl het apparaat nog aan staat. Laat eerst de ?/1 toets los en dan de MD (VIDEO) toets. Dan wordt de ingangskeuze omgeschakeld van “MD” naar “VIDEO”. Wanneer u deze instelling op “VIDEO” eenmaal gemaakt hebt, hoeft u voortaan alleen op de MD (VIDEO) toets te drukken.
Drukt u op de GAME spelgeluidtoets.

Aanvullende informatie

Zorg dat uw compact discs niet worden blootgesteld aan fel

Voorzorgsmaatregelen

Bedrijfsspanning
Controleer voor het inschakelen van de stereo-installatie eerst of de bedrijfsspanning van het apparaat wel overeenkomt met het voltage van het plaatselijk lichtnet.
Veiligheid
Zolang de stekker van het netsnoer in het stopcontact zit, blijft er een geringe hoeveelheid stroom naar het apparaat lopen, ook al staat de stereo-installatie uitgeschakeld.
Trek de stekker uit het stopcontact wanneer u denkt de stereo­installatie geruime tijd niet te gebruiken. Pak de stekker vast om deze uit het stopcontact te trekken. Trek nooit aan het snoer.
Mocht er vloeistof of een voorwerp in het inwendige van het apparaat terechtkomen, verbreek dan de aansluiting op het stopcontact en laat de stereo-installatie eerst door een deskundige nakijken alvorens deze weer in gebruik te nemen.
Mocht het nodig zijn het netsnoer of de stekker te vervangen, laat dit dan uitsluitend bij een erkende onderhoudsdienst verrichten.
Opstelling
Zorg dat het apparaat zo goed mogelijk horizontaal staat.
• Zet het apparaat niet op een plaats met: — extreme hitte of koude — stof of vuil — erg veel vocht — heftige trillingen — directe zonnestraling.
Hitte in het inwendige
• Alhoewel het apparaat tijdens gebruik nogal warm kan worden, wijst dat niet op storing in de werking.
• Zet de stereo-installatie op een goed geventileerde plaats, met voldoende luchtdoorstroming om oververhitting in het inwendige te voorkomen.
Bij langdurig afspelen op hoog volume kunnen de boven-, onder­en zijpanelen van de behuizing na verloop van tijd erg heet worden. Pas hiervoor op en raak de behuizing liever niet aan. Om oververhitting en storing in de werking te vermijden, mag u de ventilatiesleuven voor de koelventilator niet afdekken.
Voorkomen van schade door condensvocht
Als de stereo-installatie rechtstreeks van een koude in een warme omgeving wordt gebracht of in een erg vochtige kamer wordt geplaatst, kan op de lens binnenin de compact disc speler of de minidisc-recorder vocht uit de lucht condenseren. Als dit zich voordoet, zal de stereo­installatie niet naar behoren functioneren. In zulke gevallen verwijdert u de CD of de minidisc te verwijderen en laat u het apparaat ongeveer een uur lang ongebruikt aan staan, zodat alle condensvocht kan verdampen.
• Voor u de stereo-installatie verplaatst of vervoert, dient u alle discs uit het apparaat te verwijderen.
Als u vragen hebt of problemen met het apparaat, neemt u dan a.u.b. contact op met uw dichtstbijzijnde Sony handelaar.
Juiste omgang met compact discs
Veeg elke CD voor het afspelen schoon met een niet pluizend reinigingsdoekje. Veeg vanuit het midden naar de rand.
Gebruik voor het reinigen van CD’s geen oplosmiddelen e.d.
zonlicht of de hitte van een kachel of andere warmtebron.
Discs met afwijkende vormen (hartvorm, stervorm e.d.) kunt u in dit apparaat niet afspelen. Probeer het niet uit, want het kan schade aan het apparaat veroorzaken. Gebruik dergelijke discs niet.
Afspelen van CD-R/CD-RW discs
Compact discs die zijn opgenomen met een CD-R/CD-RW recorder of “CD-brander” zijn in dit apparaat niet altijd goed af te spelen, niet alleen door stof of vuil, maar vanwege de opnamekarakteristiek van het opname-apparaat. En als een zelf opgenomen CD nog niet gefinaliseerd is, kunt u die nooit in dit apparaat afspelen.
Reinigen van de behuizing
Maak de buitenkant van de apparatuur schoon met een zacht doekje, droog of licht bevochtigd met wat milde vloeibare zeep.
Beveiligen van waardevolle bandopnamen
Om een cassette tegen per ongeluk wissen of abusievelijk opnemen te beveiligen, breekt u het wispreventienokje uit voor cassettekant A of B, zoals in de afbeelding is aangegeven. Om een beveiligde cassette weer voor opnemen te gebruiken, dekt u de ontstane opening(en) met een stukje plakband af.
Nokje van kant B
Wispreventienokje van kant A uitbreken
Alvorens u een cassette in een van de decks plaatst
Zorg dat eventuele lussen in de band zijn strakgetrokken. Anders zou de band in het mechanisme verwikkeld kunnen raken, met kans op beschadiging.
Betreffende cassettes langer dan 90 minuten
De uiterst dunne band in deze cassettes kan gemakkelijk uitrekken. Bij gebruik van een dergelijke cassette mag u de band niet te vaak snelspoelen, stoppen en weer starten. Hierdoor zou de band in het bandloopwerk verstrikt kunnen raken.
Reinigen van de bandkoppen
Het verdient aanbeveling de koppen na iedere tien gebruiksuren te reinigen. Maak de bandkoppen in elk geval even schoon vóór het maken van een belangrijke bandopname, evenals na het afspelen van een oude cassette. Reinig de bandkoppen met een in de audiohandel verkrijgbare reinigingscassette, van het droge of het vloeistof-type. Zie voor nadere bijzonderheden de gebruiksaanwijzing van de reinigingscassette.
Nokje van kant A
Kant A
Aansluiten van los verkrijgbare apparatuur
Aanvullende informatie
Aanvullende informatie
/
NL
27
Demagnetiseren van de bandkoppen
Na 20 à 30 gebruiksuren, of bij een hoorbaar verlies aan hoge tonen en/of toename van ruis, dient u de bandkoppen en de metalen delen van het bandloopwerk te demagnetiseren met een in de audiohandel verkrijgbare demagnetiseercassette. Zie voor nadere bijzonderheden de gebruiksaanwijzing van de demagnetiseercassette.

Verhelpen van storingen

Mocht zich een probleem voordoen met de stereo-installatie, neemt u dan de volgende lijst met controlepunten door.
Controleer echter eerst of het netsnoer stevig is aangesloten en of alle aansluitingen van de luidsprekers in orde zijn. Is het probleem niet zo eenvoudig te verhelpen, neem dan a.u.b. contact op met uw dichtstbijzijnde Sony handelaar.
Algemeen
Het uitleesvenster gaat knipperen zodra u de stekker in het stopcontact steekt, ook al hebt u het apparaat nog niet eens ingeschakeld.
• Er is een demonstratie van de mogelijkheden gestart. Schakel de stereo-installatie in met de ?/1 toets (zie stap 6 op blz. 8).
De tijdinstelling/schakelklok-instellingen zijn vervallen.
De stekker is uit het stopcontact getrokken of de stroom is uitgevallen. Volg opnieuw de aanwijzingen onder “Gelijkzetten van de klok” (op blz. 11). Als u een schakelklok-instelling hebt gemaakt, volg dan weer de aanwijzingen onder “Ontwaken met muziek” (op blz. 25) en/of “Schakelklok-opname van radio­uitzendingen” (op blz. 19).
De voorkeurzenders zijn uit het geheugen gewist.
De stekker is uit het stopcontact getrokken of de stroomvoorziening is langer dan een halve dag onderbroken geweest. Leg de voorkeurzenders opnieuw vast volgens “Voorinstellen van radiozenders” (op blz. 15).
Er klinkt geen geluid.
• Draai de VOLUME knop naar rechts.
Controleer of er geen hoofdtelefoon is aangesloten.
Steek bij het aansluiten van de luidsprekers alleen de gestripte kerndraad van de snoeren in de SPEAKER aansluitklemmen. Als u ook de plastic isolatielaag insteekt, kunnen de luidsprekers geen geluid weergeven.
Het beveiligingscircuit van de versterker is in werking getreden, vanwege kortsluiting. (De aanduidingen “PROTECT” en “PUSH POWER” knipperen om en om.) Schakel de stereo-installatie uit, verhelp de kortsluiting en schakel dan de stroom weer in.
• Tijdens een schakelklok-opname wordt er nooit
NL
28
geluid weergegeven.
Ernstige brom of andere storende geluiden.
• De stereo-installatie staat te dicht bij een TV of videorecorder. Zet de stereo-installatie verder van de TV of videorecorder vandaan.
Er klinkt vervorming in de weergave van de geluidsbron die aangesloten op de MD (VIDEO) ingangsaansluitingen.
• Als er “VIDEO” wordt aangegeven bij indrukken van de MD (VIDEO) keuzetoets, schakel het apparaat dan om zodat er “MD” verschijnt (zie de opmerking onder “Aansluiten van audio­apparatuur” op blz. 26).
In plaats van de tijd verschijnt er alleen “--.--” .
• De stroomvoorziening is onderbroken geweest. Stel de klok op de juiste tijd in en leg uw voorkeurzenders en schakelklok-instellingen opnieuw vast.
De schakelklok-functies werken niet naar behoren.
• Stel de klok op de juiste tijd in.
• U kunt de “Daily” wekfunctie en de “Rec” schakelklok-opname niet tegelijk gebruiken.
Bij indrukken van de TIMER SELECT toets verschijnt de “DAILY 1”, “DAILY 2” of “REC” aanduiding niet.
• Maak de schakelklok-instellingen zorgvuldig volgens de aanwijzingen.
• Stel eerst de klok op de juiste tijd in.
De afstandsbediening werkt niet.
• Zorg dat er geen obstakels tussen de afstandsbediening en de stereo-installatie zijn.
Richt de afstandsbediening van dichtbij recht op de afstandsbedieningssensor van de stereo-installatie.
• Misschien zijn de batterijen (bijna) leeg. Vervang beide batterijen door nieuwe.
Er gaat een hinderlijke fluit- of loeitoon “rondzingen”.
• Verminder de geluidssterkte.
• Houd de microfoon wat verder van de luidsprekers of in een andere richting.
Er blijven vreemde kleuren op het TV-scherm verschijnen.
• Schakel uw TV-toestel eenmaal uit en dan na 15 of 30 minuten weer in. Als de kleuren nog steeds niet goed zijn, zet dan de luidsprekers wat verder van het TV-toestel vandaan.
De aanduidingen “PROTECT” en “PUSH POWER” knipperen om en om.
Er is een te krachtig ingangssignaal doorgekomen. Schakel de stroom uit, laat de stereo-installatie een tijdje uit staan en schakel dan de stroom weer in. Als de aanduidingen “PROTECT” en “PUSH POWER” bij weer inschakelen nog steeds beurtelings knipperen, controleert u dan de aansluiting van de luidsprekersnoeren.
Luidsprekers
Een van de luidsprekers geeft geen geluid of de weergave van links en rechts klinkt onevenwichtig.
• Controleer de luidspreker-aansluitingen en de opstelling van de luidsprekers.
• Er wordt een mono geluidsbron weergegeven.
• Stel de parameters voor de geluidsbalans beter in (zie blz. 10).
De middenluidspreker geeft geen geluid (alleen voor de MHC-DP800AV).
• Stel de geluidssterkte van de middenluidspreker wat hoger in.
• Wellicht staat de 2CH/MULTI toets in de “2CH” stand.
De akoestiek-achterluidsprekers geven geen geluid (alleen voor de MHC-DP800AV).
• Stel de geluidssterkte van de achterluidsprekers wat hoger in.
Wellicht staat de 2CH/MULTI toets in de “2CH” stand.
• De weergegeven geluidsbron bevat niet veel akoestiek- of geluidseffecten. Controleer met de testtoon of de luidsprekers goed staan ingesteld.
Er klinken te weinig lage tonen.
• Controleer of de + en – aansluitingen van de luidsprekers niet verwisseld zijn.
Cassettedeck
Het opnemen lukt niet.
Het wispreventienokje van de cassette is verwijderd (zie “Beveiligen van waardevolle bandopnamen” op blz. 27).
• De band is geheel naar het einde doorgespoeld.
Het is niet mogelijk op te nemen of weer te geven of het geluidsvolume neemt af.
• Misschien zijn de bandkoppen vuil (zie “Reinigen van de bandkoppen” op blz. 27).
De opname/weergavekoppen zijn gemagnetiseerd (zie “Demagnetiseren van de bandkoppen” op blz. 28).
Eerdere opnamen worden onvoldoende gewist.
De opname/weergavekoppen zijn gemagnetiseerd (zie “Demagnetiseren van de bandkoppen” op blz. 28).
Teveel snelheidsfluctuaties of soms wegvallend geluid.
• Vuil op de capstan-assen of aandrukrollen (zie “Reinigen van de bandkoppen” op blz. 27).
Teveel ruis of wegvallende hoge tonen.
De opname/weergavekoppen zijn gemagnetiseerd (zie “Demagnetiseren van de bandkoppen” op blz. 28).
Bij indrukken van de nN weergavetoets of de Z uitwerptoets klinkt er een mechanisch geluid,
er verschijnt “EJECT” in het uitleesvenster en het apparaat wordt uitgeschakeld.
Waarschijnlijk is de cassette niet juist ingestoken.
Aanvullende informatie
Compact disc speler
De disc-lade gaat niet dicht.
• Controleer of de compact disc scheef in de disc­lade ligt.
Het afspelen van de compact disc begint niet.
• Misschien ligt de CD niet precies vlak in de disc­lade.
• Misschien is de compact disc vuil (zie blz. 27).
• Misschien is de CD ondersteboven ingelegd.
• Er kan vocht uit de lucht in het apparaat zijn gecondenseerd.
Het afspelen begint niet bij het eerste muziekstuk.
• De compact disc speler staat ingesteld op programma-weergave of weergave in willekeurige volgorde. Druk enkele malen op de PLAY MODE toets totdat er “1 DISC” of “ALL DISCS” in het uitleesvenster verschijnt.
De aanduiding “OVER” verschijnt in het uitleesvenster.
• Tijdens het zoeken is het einde van de compact disc bereikt.
Tuner
Ernstige brom of andere storing in de radio­ontvangst (in het uitleesvenster knippert de “TUNED” of de “STEREO” aanduiding).
• Richt of verstel de antenne.
• De ontvangen zender komt te zwak door. Sluit een buitenantenne aan.
Een stereo FM uitzending wordt niet in stereo weergegeven.
• Druk op de FM MODE toets zodat de “MONO” aanduiding in het uitleesvenster dooft.
Als er zich andere problemen voordoen, die hierboven niet zijn beschreven, kunt u de stereo-installatie als volgt terugstellen in de uitgangsstand:
1 Houd de x stoptoets, de DISPLAY toets en
de DISC 1 toets alle drie tegelijk ingedrukt.
2 Trek de stekker uit het stopcontact. 3 Steek de stekker weer in het stopcontact. 4 Druk op de ?/1 aan/uit-schakelaar om de
stereo-installatie weer aan te zetten.
Zo stelt u de stereo-installatie terug op de oorspronkelijke fabrieksinstellingen. U zult alle eigen geheugen-instellingen opnieuw moeten maken.
29
NL
Loading...
+ 67 hidden pages