Miele T 685 User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing Droogautomaat met afvoer T 685
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor u dit toestel installeert en in gebruik neemt. Daardoor zorgt u voor uw eigen veiligheid en vermijdt u schade aan uw toestel. M.-Nr. 04 856 352
B
Inhoud
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Berging van uw oud toestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Korte handleiding. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Opmerkingen omtrent het wasgoed. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Zo droogt u juist
Tips om stoom te besparen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
A Het toestel inschakelen ende was in de trommel doen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
B Een programma kiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
E Bijkomende functies kiezen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
D Een programma starten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Na het drogen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Bijkomende functies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Programmaoverzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Display / Startuitstel
Het display. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Startuitstel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
2
Inhoud
Elektronisch slot . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Programmeerfuncties
Overzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Opvragen en opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Reiniging en onderhoud van het toestel
Pluizenzeef. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
De droogautomaat zelf . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Wat gedaan als . . . ? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Technische Dienst
Herstellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Het programma updaten (moderniseren) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Opstellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Installatie van de luchtafvoerleiding. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37
Verbruik. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39
3
Beschrijving van het toestel
1 Aansluitsnoer 2 Bedieningspaneel 3 Deur 4 Aansluiting luchtafvoer (in de fabriek achteraan opengelaten) 5 Vier in de hoogte verstelbare voetjes
4
Bedieningspaneel
Beschrijving van het toestel
a Toets ‘I-aan/0-uit’ (jk) schakelt het toestel in en uit of onder
breekt een programma. Is het toestel ingeschakeld, dan brandt de trommel­verlichting als u de machinedeur opent.
b Toets ‘Deur’
om de deur te openen of het program­ma af te breken. Deze toets springt meteen weer uit.
c CONTROLE-AANDUIDINGEN
Deze lampjes worden in de rubriek "Wat gedaan als..." beschreven.
d Toetsen voor de programmakeus
WIT en BONT
KREUKHERSTELLEND
SPECIALE PROGRAMMA’S
TIJDKEUS
Controlelampje: aan = ingeschakeld
uit = uitgeschakeld
-
f Verklikkerlichtjes voor het
PROGRAMMAVERLOOP
g Display
– duidt de programmaduur aan, – duidt bij ‘Startuitstel’ aan hoelang het
nog duurt voor het toestel start,
– maakt de opgevraagde program-
meerfuncties zichtbaar.
h Toets ‘START’
om een droogprogramma te starten. Het controlelampje:
knippert als u het programma kan starten,
blijft branden na de start van het pro gramma.
i Toets ‘Zoemer’ j Toets ‘Startuitstel’
De start van het programma kan u tot 24 uur later laten plaatsvinden.
-
e Toetsen voor BIJKOMENDE
FUNCTIES
Controlelampje: aan = ingeschakeld
uit = uitgeschakeld
k Toetsen ‘$&
om
- de tijd van het startuitstel
- de duur van een programma met tijdkeus te kiezen.
5

Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu

Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd materiaal ge kozen, dat door het milieu wordt verdra gen en opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop te brengen, wordt er grondstof ge spaard en verkleint de afvalberg. Geef deze stoffen dus niet met het gewone vuilnis mee. Breng ze liever naar het dichtstbijzijnde gemeentelijk container park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij uw gemeentebestuur aan de weet.
-
Berging van uw oud toestel
Bij de aankoop van uw nieuw toestel heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
­volledig gebruikt voor de toekomstige
­recyclage van dat toestel. Dat bevat trouwens nog waardevol materiaal. Door te recycleren wordt er dan ook minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het afdan­ken van uw oud toestel, neem dan con tact op met
­de handelaar bij wie u het kocht
– of – de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10, website: www.recupel.be
of – uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus­sen kinderveilig wordt bewaard voor u het laat wegbrengen. Hou dus rekening met de gelijknamige rubriek in de "Opmerkingen omtrent uw veiligheid".
-
6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Lees uw gebruiksaanwijzing voordat u uw droogautomaat in gebruik neemt. U vindt er belangrijke opmer kingen omtrent uw veiligheid, het ge bruik en het onderhoud van het toe stel. U zorgt zo voor uw eigen veiligheid en vermijdt schade aan uw apparaat. Bewaar deze gebruiksaanwijzing en geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
Juist gebruik
Uw droogautomaat is uitsluitend
bestemd om in water gewassen textiel te drogen. Droog enkel wasgoed dat volgens het onderhoudsetiket voor de droogautomaat geschikt is. Andere toepassingen zijn misschien gevaarlijk. De fabrikant is niet aanspra­kelijk voor schade veroorzaakt door on­juiste bediening of verkeerd gebruik.
Technische veiligheid
Zie na of het toestel geen uiterlijk
zichtbare schade vertoont voordat u het opstelt. Beschadigde toestellen mag u nooit opstellen noch in gebruik nemen.
Vergelijk de gegevens omtrent de
aansluiting (smeltveiligheden, spanning en frequentie) op het type plaatje met die van het elektriciteitsnet bij u ter plaatse voordat u het toestel aansluit. Vraag eventueel uitleg aan een elektricien indien u niet zeker bent.
-
-
De elektrische veiligheid van dit toestel is enkel gewaarborgd in
dien het op een volgens de voorschrif
-
ten geïnstalleerd aardsysteem is aang
-
esloten. Het is heel belangrijk dat deze fundamentele veiligheidsvoorziening voorhanden is. In geval van twijfel dient u uw installatie door een vakman te la ten nakijken. De fabrikant kan niet aan sprakelijk worden gesteld voor schade die werd veroorzaakt doordat de aard leiding onderbroken was of gewoon ontbrak.
Dit toestel beantwoordt aan de
voorgeschreven beveiligingsbepa­lingen. Door ondeskundige reparaties kunnen er onvoorziene risico’s opdui­ken voor wie het toestel gebruikt. Daar kan de fabrikant niet aansprakelijk voor worden gesteld. Herstellingen mag u uitsluitend laten uitvoeren door vaklui die door de firma Miele erkend zijn.
Er bestaat vergiftigingsgevaar door
het terugzuigen van uitlaatgassen wanneer er gasboilers, gasverwarmers, kolenkachels met schouwaansluiting e.d. in hetzelfde of aangrenzende ver trek geïnstalleerd zijn en de onderdruk 0,04 mbar (4 Pa) of meer bedraagt. Onderdruk kunt u vermijden door het vertrek voldoende te verluchten, b.v. door
niet-afsluitbare ventilatie-openingen in de buitenmuur of
vensterschakelaars - waardoor u de droogautomaat enkel kan inschake len als u het venster opendoet.
-
-
-
-
-
-
-
-
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Gebruik om veiligheidsredenen geen verlengsnoeren. Er bestaat
risico op oververhitting.
Bij storingen of bij reiniging en on derhoud is uw toestel pas van het
stroomnet losgekoppeld indien
u de stekker uit het stopcontact haalt
of de smeltstoppen van uw installatie
uitschakelt.
Defecte onderdelen mogen enkel
worden vervangen door originele Miele-vervangstukken. Enkel daardoor bent u zeker dat ze ten volle voldoen aan de eisen die Miele op het stuk van veiligheid stelt.
Gebruik
Indien u dit toestel niet op een vas-
te plaats inbouwt en monteert, bv. op een schip, laat dit karwei dan enkel uitvoeren door vakmensen. Die moeten ervoor zorgen dat u het toestel veilig kan gebruiken.
Stel uw droogautomaat niet op in
een vertrek waar het kan vriezen. Temperaturen die duidelijk onder het vriespunt liggen, brengen de goede werking van het toestel in het gedrang.
De weggeblazen lucht mag niet
terechtkomen in een afvoerschouw voor rook of uitlaatgassen. Laat die lucht ook niet afvoeren in een kanaal
­dat dient om een vertrek te verluchten,
waar verwarmingstoestellen opgesteld staan. Anders bestaat er gevaar dat er rook en uitlaatgas wordt teruggezogen.
Sluit de deur na elk gebruik. Zo voorkomt u dat kinderen
op de deur leunen en het toestel
doen kantelen, in het toestel proberen te kruipen of
er voorwerpen in verstoppen.
Er bestaat brandgevaar bij textiel dat
– schuimrubber of overwegend rub-
berachtig materiaal bevat,
– textiel dat met brandbaar reinigings-
middel werd behandeld,
– met haarspray, nagellak-oplosmiddel
e.d. in aanraking is gekomen.
opgevuld is en waarvan het opvulsel beschadigd is, bv. bij kussens of jas sen. De losgekomen voering kan brand veroorzaken.
met vet of olie besmeurd is.
-
Gebruik uw droogautomaat enkel wanneer de luchtafvoerleiding is
aangesloten.
8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Het gebruik van toebehoren
Toebehoren mogen enkel worden
ingebouwd indien ze door Miele goedgekeurd zijn. Worden er andere onderdelen gemon teerd of ingebouwd, dan vervalt elke waarborg of productaansprakelijkheid.
Berging van uw oud toestel
Trek de stekker uit het stopcontact.
Maak stekker en snoer onbruik baar. Zo vermijdt u dat het toestel ver keerd wordt gebruikt.
-
-
-
9
Korte handleiding
Beschrijving in een notendop
Nadat u het toestel hebt ingeschakeld, gaan de controlelampjes van al de pro gramma’s aan. U kiest een programma door op een toets te drukken. Via een druk op de gewenste toets kan u daar een bijkomende functie bij combineren. Uw keus wordt bevestigd doordat het bijpassende controlelampje aangaat. De controlelampjes van de overige programma’s worden gedoofd.
Elk programma start nadat u op de toets ‘START’ hebt gedrukt.
De controlelampjes in de aanduiding van het programmaverloop vertellen u hoever het programma gevorderd is.
Door het Sensitiv-droogsysteem wordt het verschil in waterkwaliteit automa­tisch weggewerkt. De gewenste droog­tegraad wordt nauwkeuriger bereikt.
De Novotronic-besturing meet de gelei­dingswaarde van het water, registreert die en compenseert de verschillen om steeds een gelijke restvochtigheid te halen.
De trommel draait ook afwisselend naar links en naar rechts. Zo wordt het was goed gelijkmatig en behoedzaam ge droogd.
Nadat de gewenste droogtegraad is bereikt, wordt het wasgoed afgekoeld.
Op het einde van het programma volgt nog een ‘kreukbeveiligingsfase’: de trommel draait met korte tussenpozen. Dit voorkomt ligplooien in het wasgoed.
-
-
behoeften aan te passen. Deze instel lingen kan u steeds weer wijzigen.
­Gelieve eerst de rubrieken ‘Opmer
kingen omtrent uw veiligheid’ en ‘Zo droogt u juist’ te lezen.
Het toestel inschakelen en de was inleggen
Druk om het toestel in te schakelen
^
op de toets ‘I-aan/0-uit’. Druk op de toets ‘Deur’ en maak de
^
toesteldeur open.
^ Leg de was losjes in de trommel. ^ Sluit de deur met een lichte zwaai.
Duw ze niet dicht.
Een programma kiezen
^ Druk op de gewenste programma-
toets.
^ De duur van een programma met tijd-
keus (zo u dat wenst) stelt u in met behulp van de toetsen ‘_’
(Een) bijkomende functie(s) kiezen
^
Schakel eventueel bijkomende func ties in of uit door op de toetsen te drukken.
^
Druk eventueel op de toets ‘Startuit stel’ en kies met de toetsen ‘_’ de duur van dat uitstel.
Het programma starten
^
Druk op de toets ‘START’.
-
-
-
-
U kan ook nog programmeerfuncties activeren om het toestel aan uw eigen
10
Opmerkingen omtrent het wasgoed
Zie goed na welk droogsymbool er op het etiket van het textiel staat voordat u gaat drogen.
Deze symbolen betekenen:
q = drogen bij normale temperatuur r = drogen bij lagere temperatuur
(druk ook op de toets ‘Tempera­tuur laag’)
s = niet machinaal te drogen Is er geen symbool voorhanden, hou
dan met deze principes rekening:
Wit en bont alsook kreukherstellend
wasgoed kan u met de overeenstem­mende droogtegraad laten drogen. Zie rubriek ‘Programma-overzicht’.
– Delicaat wasgoed
droogt u in het programma ‘Kreuk­herstellend’. Druk daarbij ook op de toets ‘Temperatuur laag’.
Volgend wasgoed mag u niet in de machine drogen:
- Wol en gemengde weefsels die wol bevatten: vertonen de neiging te vilten of te krimpen. U kan ze wel drogen in het speciaal programma ‘Finish wol’.
- Met dons gevuld textiel*: naar gelang van de kwaliteit neigt het fijne weefsel binnenin te krim pen.
- Zuiver linnen weefsels*: droog die enkel machinaal zo de fa brikant dat in het onderhoudsetiket vermeldt. Anders kan het weefsel ‘ruig’ worden. * Deze weefsels kunnen wel drogen in het speciaal programma ‘Ontkreu ken’.
, bv. van acryl,
-
Tips om wasgoed te drogen:
Gebreide textielsoorten
truitjes) neigen bij de eerste was beurt te krimpen. Laat dit wasgoed niet te lang drogen. Daarmee ver mijdt u dat het verder krimpt. Koop gebreid textiel eventueel een of twee maten groter.
Gesteven wasgoed
automaat worden gedroogd. Om het gewone glanseffect te verkrijgen, dient u wel de dosis stijfsel te ver­dubbelen.
– Hoe meer kreukherstellend
u in de trommel doet, hoe groter de kans op kreuken voor heel delicaat weefsel, bv. over­hemden en bloezen. Verminder de lading of kies het aparte programma ‘Kreukherstellend, strijkvochtig’.
– Nieuw donker textiel
samen met licht gekleurd wasgoed laten drogen. Anders loopt u het risico dat de kleur afgeeft.
Overlaad de trommel nooit! Hou steeds rekening met de maximum­lading die in de rubriek ‘Programma overzicht’ wordt opgegeven. Anders wordt de was niet zo behoedzaam behandeld. Het droogresultaat komt dan eveneens in het gedrang. Er kunnen ook meer kreuken optreden.
-
-
kan in de droog-
. Dat geldt vooral
mag u niet
(bv. t-shirts,
-
-
wasgoed
-
11

Zo droogt u juist

Tips om stoom te besparen
Laat de was in de wasautomaat te
^
gen het hoogste toerental centrifuge ren. Zo spaart u bij het drogen ca. 30 % tijd en stroom zo u de was te gen 1600 i.pl.v. 800 t.p.m. laat centrifugeren.
Gebruik tijdens het droogprogramma
^
de volledige trommellading. Stop niet te veel noch te weinig was in de trommel. Zie rubriek ‘Programma­overzicht’. Het stroomverbruik voor de hele lading is zo het gunstigst.
^ Sorteer het textiel zoveel mogelijk vol-
gens
- de vezel- en weefselsoort,
- de gewenste droogtegraad,
- het formaat en de restvochtig­heid na het centrifugeren.
Zo verkrijgt u een gelijkmatig droog­resultaat.
-
-
Verwijder wasmiddelkorfjes, doseer bekers e.d. uit het wasgoed.
­Deze objecten kunnen tijdens het
drogen smelten en schade teweeg brengen aan toestel en wasgoed.
Leg het wasgoed losjes in de trom
^
mel.
Overlaad de trommel nooit. De was wordt dan niet zo behoedzaam behandeld. Het droogresultaat komt dan eveneens in het gedrang.
^ Zwaai de deur zachtjes dicht. Duw ze
niet dicht.
Zorg ervoor dat er bij het sluiten geen stukken wasgoed tussen de deur geklemd zitten. Anders loopt het textiel schade op.
-
-
-
^ Zorg voor een degelijke ventilatie van
het vertrek waar het toestel moet wer ken.
Het toestel inschakelen en
de was in de trommel doen
^
Knoop dekbedovertrekken en kus senslopen dicht. Zo komen er geen kleinere stukken wasgoed in terecht.
^
Sluit ritsen en knoop linten en schor tenbanden samen.
^
Druk op de toets ‘I-aan/0-uit’.
^
Druk op de toets ‘deur’ en maak de deur open.
12
-
-
-
Zo droogt u juist
Een programma kiezen
De programma’s worden uitgelegd in de rubriek ‘Programmaoverzicht’.
WIT / BONT, KREUKHERSTELLEND, SPECIALE PROGRAMMA’S
^ Druk op de toets van het gewenste
programma.
De duur van het programma wordt door de elektronische programmabesturing bepaald.
TIJDKEUS
Druk op de toets van het gewenste
^
programma.
In het display verschijnt de tijd die u het laatst hebt gekozen.
U kan de duur van het programma wel zelf bepalen:
^ Druk zo vaak op de toets ‘&’ tot de
gewenste duur in het display ver­schijnt. U kan een duur instellen van min­stens 15 minuten en hoogstens 2 uur.
^ Om de duur te verkorten, drukt u op
de toets ‘$’.
Het gekozen programma en de bij­komende functies worden aange­duid door de controlelampjes die daarbij horen.
13
Zo droogt u juist
Bijkomende functies kiezen
U kan bijkomende functies in- of uit
^
schakelen. Zo u dat wenst, kan u het programma
^
ook later van start laten gaan.
De bijkomende functies en het start­uitstel vindt u beschreven in de gelijk­namige rubrieken.
de afvoerleiding is te lang; wenken
-
omtrent de lengte en de diameter van de afvoerleiding vindt u in het hoofdstuk ‘Installatie van de luchtaf voerleiding’.
Kunt u de afvoerleiding niet verkorten? In dit geval wijst het lampje ‘Filter’ erop dat u na elke droogbeurt de filter dient na te kijken.
-
Een programma starten
Druk op de toets ‘START’.
^
In de aanduiding van het PROGRAMMAVERLOOP gaat het con­trolelampje aan van de droogtegraad die het laatst werd bereikt.
Omtrent de memory-functie:
Is de memory-functie actief? Dan voert het toestel de extra functies uit, die u in het vorige droogprogramma erbij had gekozen. De controlelampjes van de bijkomende functies worden verlicht. Hebt u een programma met tijdkeus ingesteld, dan verschijnt er een duur in het display. De memory-functie vindt u verder beschreven in de rubriek ‘Program meerfuncties’.
Controlelampje ‘Filter’
Dit lampje duidt aan dat het toestel niet optimaal of niet spaarzaam werkt. De redenen waarom het brandt, kunnen zijn:
de pluizenzeef in de deur is verstopt,
de luchtafvoerleiding of de luchtuit laatopening is verstopt,
-
-
Voor u een programma start, gaat het controlelampje ‘Filter’ pas uit indien u het toestel met de toets ‘I-aan/0-uit’ hebt uitgeschakeld.
Na het drogen
Zodra het droogprogramma ten einde is, gaat het controlelampje ‘Kreukbevei­liging’ aan.
^ Druk de toets ‘Deur’ in om de toestel-
deur te openen.
^ Neem het wasgoed uit de trommel. ^ Zie na of de trommel wel leeg is.
Zo er wasgoed achterblijft, kan dat bij de volgende droogbeurt schade oplopen door te lang te drogen.
^
Verwijder na elke droogbeurt de pluizen uit de zeef aan de binnenzij de van de deur. Zie rubriek ‘Reiniging en onderhoud van het toestel’.
Doe na elke droogbeurt de toestel deur dicht en schakel het toestel uit.
^
Druk op de toets I-aan/0-uit’ om het toestel uit te schakelen.
-
-
14
Bijkomende functies
Bijkomende functies kan u voor de
^
start van het programma in- of uit schakelen door op de gepaste toets te drukken.
Het controlelampje:
aan = bijkomende functie ing
eschakeld, uit = bijkomende functie uitge
schakeld.
Bijkomende functies die niet met het basisprogramma te verenigen zijn, kan u niet inschakelen. Het controlelampje gaat dan meteen uit nadat u de toets hebt losgelaten.
Stelt u bijkomende functies in, die niet met elkaar te verenigen zijn, bv. ‘kort’ en ‘Temperatuur laag’, dan wordt enkel de laatst gekozen functie ingeschakeld.
-
-
-
Economie
Het stroomverbruik wordt beperkt bij hogere omgevingstemperaturen (vanaf 25 °C).
Er is een spaareffect te bereiken bij ho gere omgevingstemperaturen (bv. in de zomer) en bij maximumlading.
Het programma duurt dan wel langer.
Kort
De programmaduur wordt verkort.
– Om niet delicaat wasgoed te drogen.
Temperatuur laag
De droogtemperatuur wordt ver­laagd.
– Voor delicaat textiel (onderhouds-
symbool r), bv. van acryl.
De programmaduur wordt verlengd.
-
Zoemer
Na afloop van het programma weer klinkt er tijdens de kreukbeveiligings­fase met tussenpozen een signaal.
Zo regelt u het volume van de zoemer:
A Kies een programma. B Druk op de toets ‘zoemer’ (het
controlelampje ‘zoemer’ gaat aan) tot het gewenste geluidsvolume is ingesteld. Meteen wordt de toon­hoogte van de zoemer gewijzigd.
C Laat de toets ‘zoemer’ los en start
het programma.
-
15
Programmaoverzicht
Programma Soort wasgoed Maximum-
WIT EN BONT Extra droog Textiel met verschillende
Kastdroog + Textiel met een laag of verschil
Kastdroog
Strijkvochtig Strijkvochtig
Mangelvochtig Katoen of linnen dat achteraf met
KREUKHERSTELLEND Kastdroog + Kreukherstellend textiel van
Kastdroog
Strijkvochtig Kreukherstellende overhemden;
(1)
(1)
lagen dat in ‘Kastdroog +’ niet
droog genoeg wordt.
lende lagen, alsook verscheidene soorten katoen (bv. badhanddoe
(1)
(of mangel) wordt gestreken; ge-
weefsel, bv. katoen / synthetisch.
weefsel, bv. katoen / synthetisch,
ken, breigoed).
Gelijksoortig textiel van katoen
(breigoed, molton, badstof).
Katoen of linnen (bv. tafel-
lakens en beddegoed,
gesteven wasgoed e.d.)
een professionele strijkmachine
steven was.
synthetisch of gemengd
weefsel dat bij ‘Kastdroog’
niet droog genoeg wordt
(bv. truien, jurken, broeken).
Kreukherstellende overhemden;
tafellakens e.d. van gemengd
tafellakens e.d. van gemengd
die achteraf nog wat moeten
worden gestreken.
-
-
(2)
lading
5 kg Breigoed niet extra droog
5 kg -
5 kg Blijken sommige stoffen
5 kg ­5 kg Blijken sommige stukken
5 kg Het wasgoed - in afwachting
2,5 kg Laat de was minstens
2,5 kg
2,5 kg
Opmerkingen
laten drogen.
Krimprisico.
nog te vochtig, kies dan
‘Kastdroog +’.
wasgoed nog te vochtig om
ze manueel te strijken, kies
dan liever ‘Strijkvochtigr‘.
van de strijkbeurt - oprollen.
Daarmee vermijdt u dat het
uitdroogt.
30 seconden centrifugeren.
(1)
Opmerking voor testinstituten: programma-instelling voor tests volgens de norm EN 61121/A11.
(2)
Gewicht van droog wasgoed.
16
Programmaoverzicht
Programma Soort wasgoed Maximum-
TIJDKEUS Warme lucht Aparte stukken wasgoed
Koude lucht Om wasgoed enkel te
Aparte programma’s Kreukherstellend,
strijkvochtig
Finish-wol Wolgoed. 1 kg Wolgoed wordt even
Ontkreuken Katoenen of linnen weefsels.
(bv. badhanddoek, badpak,
vaatdoek).
Stukken textiel met verschillen-
de lagen die wegens hun
samenstelling verschillende
droogeigenschappen vertonen.
ventileren.
Textiel van katoen of gemengd
weefsel (bv. overhemden, bloe
zen)
Kreukherstellend textiel
van katoen, gemengd of
synthetisch weefsel.
-
(2)
lading
5 kg -
5 kg -
1 kg Het textiel wordt - naar gelang
2,5 kg Kreuken uit de voorafgegane
hang het aan de lijn of op kleer
Opmerkingen
van de textielsoort - vrijwel
kreukloos gedroogd.
luchtig gemaakt zodat het
donzig aanvoelt.
Neem het wolgoed
meteen na afloop van het
programma uit de trommel.
Wol wordt in dit programma
niet volkomen droog
centrifugeerbeurt worden be-
perkt.
Neem de was meteen na het
programma uit de trommel en
hangers te drogen.
-
(2)
Gewicht van droog wasgoed.
17

Display / Startuitstel

Het display
Dit duidt verschillende functies aan:
- de programmaduur (resttijd),
- de duur van een programma met TIJDKEUS indien u dat kiest,
- de tijd voordat een programma van start gaat indien u startuitstel kiest,
- de programmeerfuncties, terwijl u die activeert of desactiveert.
Resterende tijd in het display
Na de start van het droogprogramma berekent de electronic van het toestel de resterende tijd. In het display ver-
schijnen deze tekens: === ... -== ... .
Na ca. 1 minuut wordt de resterende tijd in stappen van een minuut afgeteld. Die tijd kan in elk programma verschil­len. Hij wordt tijdens het drogen verschillende factoren beïnvloed: – de soort, de hoeveelheid en het verschil in restvochtigheid van de was, – schommelingen in de stroomtoevoer, – de omgevingstemperatuur.
Opdat deze ‘geschatte waarde’ erg nauwkeurig wordt, slaat de electronic de echte droogtijden in zijn geheugen op. Na 10 à 15 programma’s ziet u bij de programmastart op het display een resterende tijd die overeenstemt met de werkelijkheid.
door
Startuitstel
Na de programmakeus kan u de start uitstellen: minimum 30 minuten (30) , maximum 24 uur (24h).
Kies een programma.
^
Druk op de toets ‘Startuitstel’.
^
^ Druk zo vaak op de toets ‘&’ tot de
gewenste tijd in het display ver­schijnt.
^
Om die tijd te verkorten, drukt u op de toets ‘$’.
^
Druk op de toets ‘START’.
De gekozen tijd wordt afgeteld. Ca. 1 minuut na de start van het pro gramma wordt de duur van het pro gramma in kwestie aangeduid.
-
-
Droog bij elk programma zoveel mogelijk even grote ladingen was goed. Bij sterk variërende trommel­ladingen kan de resterende tijd af wijkingen vertonen! De resterende tijd kan dan even voor het einde van het programma blijven staan. Zie ru briek ‘Wat gedaan als . . .?’
18
-
-
Het startuitstel wissen
^
Druk op de toets ‘Startuitstel’ of, indien u reeds op ‘START’ had gedrukt:
^
schakel het toestel uit met de toets
-
‘I-aan/0-uit’.
Nadat het programma van start is ge gaan, aanvaardt het toestel geen wij zigingen meer in programmakeus en bijkomende functies.
Een programma afbreken
Open de toesteldeur of schakel het
^
toestel uit.
Een programma opnieuw kie
-
zen
Schakel het toestel uit en daarna
^
weer in.
^ Kies het gewenste programma door
op de gepaste toets te drukken.
^ Schakel eventueel bijkomende func-
ties in.
^ Druk op de toets ‘Start’.
Van programma veranderen
De toesteldeur openen tijdens
-
het drogen / wasgoed erbij leg
-
gen of uitnemen
Druk de toets ‘Deur’ in en maak de
^
toesteldeur open.
- Nu kan u bv. wasgoed toevoe­gen of voortijdig uitnemen.
Verder drogen:
Doe de toesteldeur dicht.
^
Kies een programma.
^
Kies evt. een bijkomende functie.
^
Druk op de toets ‘Start’.
^
- Het programma wordt voortge­zet.
- De resterende tijd, zichtbaar in het display, kan nu eventueel van de werkelijke droogtijd afwijken.
Bij programma’s met TIJDKEUS: Na een stroomonderbreking dient u het programma opnieuw te starten zodra er weer stroom is.
-
19
Elektronisch slot
Het elektronisch slot beschermt uw toestel tegen ongewenst gebruik.
Het slot inschakelen
A Sluit de toesteldeur. B Schakel het toestel in. C Druk op de toets ‘kort’ en hou die
ingedrukt terwijl u de stappen D tot en met G uitvoert.
D Druk op de toets ‘mangelvochtig’. E Laat de toets ‘mangelvochtig’ los. F Druk op de toets
‘KREUKHERSTELLEND, kastdroog’.
G Laat de toets
‘KREUKHERSTELLEND, kastdroog’
los. H Laat de toets ‘kort’ los. Het controlelampje ‘vergrendeld’ knip-
pert. H Schakel het toestel uit.
Het slot uitschakelen
^
Herhaal de stappen A-H.
Het controlelampje ‘vergendeld’ gaat uit na stap H.
20

Programmeerfuncties

Overzicht
Met de programmeerfuncties kan u het toestel aan uw individuele be hoeften aanpassen. Deze functies blijven in het geheugen van het toe stel tot u ze wist.
U kan een enkele programmeerfunc
^
tie activeren of wissen ofwel allemaal.
Programmeerfunctie 0I ‘aanpassing droogtegraad’
Het Sensitiv-systeem is berekend op stroombesparing bij het drogen. Indien u het wasgoed echter iets dro­ger wenst, kan u de vochtigheids­graad in alle programma’s wat verla­gen.
Deze functie werd in de fabriek niet geactiveerd.
-
Programmeerfunctie 03 ‘memory-functie’
De bijkomende functies die u bij een vorig programma extra hebt ing
-
esteld, worden in het geheugen van het toestel opgeslagen.
De memory-functie werd in de fabriek
­ingesteld. U kan ze via deze program meerfunctie weer uitschakelen.
Programmeerfunctie 04 ‘kreukbeveiliging’
Na afloop van het programma draait de trommel met tussenpozen. Zo worden kreuken in het wasgoed ver­meden.
De kreukbeveiligingsfase werd in de fabriek ingesteld. U kan ze via deze programmeerfunctie weer uitschakelen.
-
-
21
Programmeerfuncties
Opvragen en opslaan
De programmeerfuncties activeert u met de toetsen voor bijkomende functies en met de programmatoet sen. Deze toetsen beschikken dus over een verborgen functie die niet op het bedieningspaneel af te lezen is.
A Het toestel is uitgeschakeld en de
deur dicht.
B Hou de toetsen ‘WIT en BONT, extra
droog’ en ‘KREUKHERSTELLEND, kastdroog +’ tegelijk ingedrukt en ...
C ... zet het toestel aan met de toets
‘I-aan/0-uit’. D Laat alle toetsen los. – in het display verschijnt een ‘P’. E Door op toets ‘&’ te drukken kiest u
elke programmeerfunctie.
Drukt u 1 x op toets ‘&’ = 0I
(aanpassing van de droogtegraad)
Drukt u 2 x op toets ‘&’ = 03
(memory-functie)
Drukt u 3 x op toets ‘&’ = 04
(kreukbeveiliging)
^
Met de toets "$" kunt u stap voor stap teruggaan.
-
F In het display knippert de ‘P’ afge
wisseld met het getal van de pro grammeerfunctie, bv.: 0i0... p o...
0i0... p 0... .
Het getal rechts branden. Het betekent:
0 = programmeerfunctie uit. i = programmeerfunctie aan.
G Drukt u op de toets ‘START’, dan
schakelt u het getal rechts om van
0 op i = aan of van i op 0 = uit.
H Indien u nog meer programmeer
functies wenst op te vragen, herhaal dan de instellingen vanaf punt E. Zoniet:
I Opslaan:
Schakel het toestel uit via de toets ‘I-aan/0-uit’.
Programmeerfuncties uitschakelen
^ Voer de punten A tot I uit.
Nazien of de programmeerfuncties opgevraagd zijn:
^
Voer de punten A tot F uit.
^
Schakel het toestel uit.
De controle is afgelopen.
druk op de toets ‘Zoemer’.
in het display blijft
-
-
-
22

Reiniging en onderhoud van het toestel

Pluizenzeef
Pluisjes die tijdens het drogen worden gevormd, komen in de pluizenzeef in de deur terecht.
Maak deze zeef na elke droogbeurt
^
schoon. Daarmee spaart u tijd en stroom.
De droogautomaat zelf
Maak het toestel stroomloos.
Reinig. . .
^
. . . ommanteling en bedieningspa neel: met een zacht sopje; . . . trommel en andere roestvrijstalen onderdelen: met een geschikt reini gingsmiddel voor roestvrijstaal.
Gebruik geen schuurmiddel. Reini gingsmiddel voor glas of voor uni verseel gebruik is ook af te raden. Dit kan schade toebrengen aan kunststof oppervlakken of andere onderdelen. Spuit het toestel nooit met een slang af.
^ Wrijf alle onderdelen met een zachte
doek droog.
-
-
-
-
^ Open de deur en trek de zeef eruit. ^
Verwijder de pluizen. Gebruik daar geen spitse of scherpe voorwerpen voor!
^
In de holle ruimte bevinden zich ook pluizen. Die verwijdert u langs de brede gleuf onderaan.
^
Schuif de zeef weer in de holle ruimte en doe de toesteldeur weer dicht.
Zo de pluizenzeef erg plakkerig of verstopt is, kan u die onder stromend heet water schoonmaken.
^
Droog de pluizenzeef goed af voord at u ze terugplaatst.
-
23
Wat gedaan als . . . ?
Herstellingen aan elektrische toestellen mag u enkel en alleen door een erkend vakman laten uitvoeren. Door ondeskundige reparaties kunnen er niet te onderschatten risico’s opduiken voor wie het toestel gebruikt.
Wat gedaan als . . . Oorzaak . . . Oplossing . . . . . . de trommel na het inscha
kelen niet begint te draaien?
. . . wasgoed van synthetische vezels na het drogen statisch geladen is?
. . . het wasgoed eventueel niet droog genoeg werd?
. . . er pluizen worden ge vormd?
-
Misschien werd het toestel niet
-
in de juiste volgorde inge­schakeld.
De lading bestond uit verschil lende textielsoorten.
Door het droogproces komen er pluizen vrij, die zich vooral door slijtage bij het dragen en wassen op het textiel hebben gevormd. In de droogautomaat is die slijtage gering. Machinaal drogen heeft dus eigenlijk geen invloed op de levensduur van uw textiel. Dit werd door wetenschappelijk onderzoek uitgemaakt.
Herhaal het inschakelen. Zie ru briek ‘Zo droogt u juist’.
Zit de stekker wel in het stop
contact? Is de deur juist gesloten?
Werd de toets ‘I-aan/0-uit’ wel
ingedrukt? Hebt u op de toets ‘START’
gedrukt? Hebt u het startuitstel geacti
veerd? Het programma start pas na afloop van dat uitstel.
Zijn de smeltstoppen van de
huisinstallatie bij het inscha­kelen van het toestel uitge­sprongen? Zo ja, doe een be­roep op uw handelaar of op de technische dienst van Miele.
Voeg bij de laatste spoelbeurt in de wasautomaat wasver­zachter toe. Zo neemt de sta­tische lading af.
-
Kies bij de volgende droog beurt een geschikt program ma.
-
-
-
-
-
24
Wat gedaan als . . . ?
Wat gedaan als . . . ? Oorzaak . . . Oplossing . . . . . . het droogproces erg lang
duurt?
. . . de trommelverlichting niet aangaat?
. . . u de toesteldeur bij een stroomonderbreking dient te openen?
De ventilatie is ontoereikend (bv. in een klein vertrek). Misschien is de temperatuur ter plaatse sterk gestegen.
Het toestel kan de lucht niet afvoeren zoals het hoort.
Het wasgoed werd niet genoeg uitgecentrifugeerd.
Die gaat enkel aan wanneer het toestel ingeschakeld is. Even­tueel is het gloeilampje defect.
Zet tijdens het drogen een
deur en/of venster open. Zo stroomt er meer lucht naar binnen.
Maak de pluizenzeef in de
deur schoon. Zie na of de uitlaatopening
evt. niet geblokkeerd is Verhoog evt. het centrifugeer-
toerental in de wasautomaat. Het gloeilampje vervangen.
Zie tekst op het einde van deze rubriek.
De toesteldeur openen. Zie
tekst op het einde van deze rubriek.
25
Wat gedaan als . . . ?
Storingen en te verrichten controles die via controlelampjes of in het display worden aange­duid:
Wat gedaan als . . . ? Oorzaak . . . Oplossing . . . . . . het controlelampje ‘ver
grendeld’ knippert na het inschakelen van het toestel?
. . . het lampje ‘vergrendeld’ knippert tijdens het drogen
. . . het controlelampje ‘kreuk beveiliging’ knippert?
. . . het controlelampje ‘Filter’ brandt?
. . . het controlelampje ‘Filter’ na het reinigen van de pluizen­zeef nog steeds brandt?
-
De slotfunctie is geactiveerd. U kan het programma niet van start laten gaan.
Dit is geen storing. Het lampje gaat uit op het einde
Misschien gaat het over een
-
storing.
Temperaturen die merkbaar onder het vriespunt liggen, brengen de werking van het toestel in het gedrang.
Belangrijk: schakel het toestel uit met de toets ‘I-aan/0-uit’. De pluizenfilter in de deur is ver-
stopt.
De afvoerleiding is verstopt. De luchtuitlaatopening (bv.
vensterrooster of muurbuis) is verstopt of geblokkeerd.
Er stroomt te weinig lucht in het toestel. Bv. in een klein vertrek.
De luchtafvoerleiding is zeer lang.
Is de leiding erg lang, dan verlengt de programmaduur en ver hoogt het stroomverbruik.
Zie rubriek ‘Elektronisch slot’.
van het programma.
Schakel het toestel uit en
daarna weer in. Stel het toestel op in een
minder koud vertrek. Kies en start een programma.
Zo het controlelampje weer knippert, gaat het over een tech nisch defect. Doe een beroep op de technische dienst van Miele.
Maak na afloop van het pro-
gramma de pluizenzeef schoon. Zie rubriek ‘Reini­ging en onderhoud’.
Kijk de afvoerleiding en de luchtuitlaatopening na.
Zet tijdens het drogen deu­ren of vensters open zodat er genoeg lucht binnenstroomt.
Hou bij het berekenen van de afvoerleiding rekening met de lengte en de diame­ter van de leiding! Zie rubriek ‘Zo droogt u juist!’.
-
-
26
Wat gedaan als . . . ?
Storingen en te verrichten controles die via controlelampjes of in het display worden aange­duid:
Wat gedaan als . . . ? Oorzaak . . . Oplossing . . . . . . deze tekens na de pro
grammastart in het display verschijnen: ‘=== ... -== ...== ... -= ...’?
. . . het programma wordt afge broken, het controlelampje ‘kreukbeveiliging’ aangaat en er een ‘0’ verschijnt in het dis play?
. . . het programma wordt afge broken en er in het display ‘- -
-’ verschijnt? . . . de resterende tijd in het
display even voor het einde van het programma op ‘5’ blijft staan en er tekens knipperen (=5...-5...), maar de droogauto­maat wel verder droogt?
Dit is geen storing. Zie rubriek ‘Display’.
-
Ligt er na de start van het programma geen wasgoed in de trom
-
mel, dan wordt dit door de electronic herkend. Het programma wordt dan afgebroken. Dat gebeurt ook zo u een programma start met droog wasgoed.
-
Zie ‘Wat gedaan als het droogproces erg lang duurt?’
-
Dit is geen storing. Er werd meer was gedroogd dan bij de laatste programma’s. Indien het aantal kg wasgoed erg varieert, kan de resterende tijd afwijkin­gen vertonen!
Het droogproces is nog niet af­gesloten. Het programma heeft meer tijd nodig dan de electro­nic bij de programmastart heeft berekend. De tijdsaanduiding blijft staan tot de gekozen droogtegraad is bereikt.
-
27
Wat gedaan als . . . ?
De trommelverlichting werkt niet. Het lampje vervangen:
Doe de toesteldeur open.
^
Zet het kapje stevig op zijn plaats. Zo vermijdt u dat er vocht indringt, wat kortsluiting kan veroorzaken.
Schakel het toestel uit door de stek ker uit het stopcontact te trekken of de smeltveiligheden uit te schakelen voor u het lampje vervangt.
^
Schroef het afdekkapje aan de bin nenzijde boven de vulopening af.
^
Vervang het lampje.
­Koop reservelampjes die tegen hoge
temperaturen bestand zijn, bij uw han delaar of in de Technische Dienst van Miele.
De toesteldeur openen bij een stroomonderbreking
-
-
Het vermogen van het lampje mag niet hoger liggen dan wat op het typeplaatje en op het kapje staat aangegeven.
^
Zet het kapje weer op zijn plaats en schroef het vast.
28

Technische Dienst

Herstellingen
Neem bij storingen die u zelf niet kan verhelpen, contact op
met uw Miele-handelaar
of met de technische dienst van Miele
– Het adres en de telefoonnummers van
onze technische dienst vindt u op de rugzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Wanneer u op onze technische dienst een beroep doet, geef dan altijd het machinetype en -nummer op. Beide ge gevens staan vermeld op het typeplaat­je. Dat vindt u rechts onder de vulope­ning.
Voorbeeld:
Het programma updaten (moderniseren)
Op het bedieningspaneel vindt u een controlelampje met de markering ‘PC’. Deze led dient de technische dienst als contactpunt voor de actualisering van het programma. (PC = program correction).
Bij de aanpassing van de elektronische besturing van uw toestel kan er dan rekening worden gehouden met ontwik kelingen in textielsoorten en droog procédés.
­Miele zal de mogelijkheid om een pro-
gramma te actualiseren tijdig bekend­maken.
-
-
29
Opstellen
Om een perfecte werking te waarbor­gen, moet de automaat horizontaal wor­den opgesteld. Door lichte afwijkingen komt de goede werking van het toestel echter nog niet in het gedrang.
Laat een spleet van 10 mm vrij tus sen de onderkant van het toestel en de vloer. Deze luchtspleet mag in geen geval door afsluitlijsten, dik tapijt e.d. worden versmald. Anders is er geen voldoende toevoer van koele lucht gewaarborgd!
Deze droogautomaat mag niet wor den ingebouwd!
U kan deze droogautomaat met een Miele-wasautomaat tot een was- en droogzuil kombineren. Daarvoor is er een tussenset* vereist.
Onderdelen met een * zijn in de techni­sche dienst van Miele en bij uw Miele-handelaar verkrijgbaar.
-
-
^
Oneffenheden in de vloer kan u weg werken door aan de machinevoetjes te draaien.
30
-
Installatie van de luchtafvoerleiding.
Deze droogautomaat mag enkel met een luchtafvoerleiding worden ge bruikt. Uitzondering: directe aanslui ting naar buiten toe.
Vermijd bij de installatie:
– lange afvoerleidingen, – een te groot aantal bochten, – te smalle bochten.
Anders . . . . . . vermindert het droogrendement, . . . wordt er meer stroom verbruikt en duurt het programma langer.
Gebruik bij de installatie:
– verzinkte ijzeren buizen, – kunststof buizen, – buigbare buizen.
Installeer de luchtafvoerbuis
-
Installatie opzij links of rechts
-
^ Verwijder enkel het deksel in het mid-
den van de opening.
– aan de achterzijde (in de fabriek
werd deze opening opengelaten) of
– aan de linker of rechter zijwand van
de droogautomaat.
Monteer de afvoerleiding zo dat weggeblazen vochtige lucht niet opnieuw wordt aangezogen.
Het is niet toegestaan de afvoerlei ding op een schouw voor gas- of steenkoolverwarming aan te sluiten.
Trek de stekker uit of schakel de smeltveiligheden van uw installatie uit voordat u het toestel installeert.
-
^
Sluit met dit deksel de aansluiting op de achterzijde af.
Installatie van de luchtafvoerleiding
Voor de aansluiting van de afvoerbuis wordt een aanpasstuk (Ø 100 mm) meegeleverd.
^
Dat wordt in de afvoertuit gestoken. Daarmee kunt u soepele afvoerlei dingen vlotter aansluiten.
-
31
Installatie van de luchtafvoerleiding.
De weggeblazen lucht ondervindt wrij
­vingsweerstand in de afvoerleiding. Hoe korter de buis en hoe gladder de binnenwand, hoe vlotter de lucht weg
­stroomt. Dat heeft een gunstig effect op stroomverbruik en programmaduur.
Extra buislengte Bochten bieden meer weerstand dan rechte buizen. Daarom wordt bij de lengte van een bocht een getal bijge
­teld: de bijkomende buislengte. Zie tabel I.
Totale buislengte Dit is de som van de werkelijke en de extra buislengte.
Buisdiameter Grotere buisdiameters verlagen de weerstand. Pas dus bij langere buizen een grotere diameter toe.
Berekening afvoerleiding:
Meet de lengte van de nodige afvoer
^
leiding:
Tel het aantal bochten. Hou daarbij
rekening met de soort, de buiging en de straal. Zie tabel I.
Voeg de extra buislengte (als in tabel
I) bij de lengte van de voorziene af voerleiding.
Uit tabel II kunt u de vereiste diame
ter van de afvoerleiding aflezen.
Opmerking:
Droogtijd en stroomverbruik veranderen bij een totale buislengte tot 10 m, bij 100 mm Ø, niet. Bij wijdere buizen ver­meerdert dat wel lichtjes. Hou voldoen­de rekening met de diameters uit tabel II. Dan komt de werking van het toestel met langere leidingen niet in het ge­drang.
-
-
-
Tabel I
Soort bocht Buiging Bochtstraal R (mm) Extra buislengte (m)
Buigbare buis 90°
Gladde buis Kunststof buis Ovenbuis
Elleboog 2,5 Vouwbocht 90° 200 0,8 Muurbuis of vensteraansluiting met rooster
Muurbuis of vensteraansluiting met terugslagklep Luchtafvoertuit links / rechts
Vlak kanaal
32
45° 90°
90° 45°
100 tot 500 100 tot 500
100 200 100
0,5 0,4
0,4 0,3 0,3
3,8 1,5
2 8
Installatie van de luchtafvoerleiding.
Tabel II
Totale buislengte Buisdiameter
0 - 20 m 20 - 30 m 30 - 43 m 43 - 60 m
100 mm 110 mm 120 mm 130 mm
Voor het volgende voorbeeld werden buigzame afvoerbuizen voorzien. Bij andere buissoorten verandert de extra buislengte. Zie tabel I.
Voorbeeld:
Zijdelingse aansluiting links. . . . . . . 2 m
Lengte (L) . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1,20 m
Onderste straal (R) . . . . . . . . . . . 0,50 m
Hoogte (H). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1 m
Bovenste straal (R) . . . . . . . . . . . 0,50 m
Muurbuis met rooster . . . . . . . . . 3,80 m
Totale buislengte . . . . . . . . . . . . . . . 9 m
Resultaat:
100 mm Ø volstaat daar de lengte onder de 20 m blijft, zoals op tabel II aangegeven.
33
Installatie van de luchtafvoerleiding.
Aanbeveling bij opstelling van verschillende droogautomaten:
Installeer per droogautomaat een terug­slagklep (R) direct op de gezamenlijke luchtafvoerleiding. Er is een mits toe­slag verkijgbaar toebehoren* (zie afb. rechts) vereist. Zo vermijdt u reukover­dracht en vorming van condensatiewa ter in toestellen die niet in werking zijn.
-
U kan hoogstens 5 droogautomaten op een gezamenlijke luchtafvoerleiding aansluiten. Pas in zo’n geval een grote re buisdiameter (D) toe. Hoe groot die diameter dient te zijn, vindt u in tabel III.
Tabel III
Aantal droog-
automaten
2 3
4-5
34
Factor waarmee
de diameter van de
buis (zie tabel II)
vergroot
1 1,25 1,50
-
1 Aansluiting op de gezamenlijke
luchtafvoerleiding* 2 Terugslagklep* 3 Bijkomend aanpasstuk* 4 Luchtafvoerslang*
^
Druk de terugslagklep (2) volledig in het aanpasstuk (3).
Installatie van de luchtafvoerleiding.
De afvoer kan rechtstreeks naar buiten worden geleid met een muurbuis of vensteraansluiting. Deze onderdelen zijn in de technische dienst van Miele en bij uw Miele-handelaar verkrijgbaar.
Voorbeeld: muurbuis
1. lijst
2. muurbuis
3. aansluitstuk
4. rooster
5. klep
6. houtschroef
7. muurplug
Bovenaanzicht:
Voorbeeld: vensteraansluiting
1. lijst
4. rooster
5. klep
8. spanstukjes (4x)
9. schroeven (4x)
Zijaanzicht:
1. muurbuis
2. soepele tussenring Indien de muurbuis met een aansluitstuk aan de muurzijde wordt gemonteerd, dient u de soepele tussenring te gebruiken.
1. vensteraansluiting
2. aanpasstuk voor soepele buis Vensteraansluiting in een plexiglas gemonteerd. Bij gebruik van een voorhanden glazen ruit dient u een opening van 125 mm Ø aan te brengen.
35
Installatie van de luchtafvoerleiding.
Aansluitvoorbeeld 1
Verschoven aansluiting (zijaanzicht) met een soe pele afvoerslang op een afvoerschacht.
1. muurbuis A. =slang met spiraaldraad
2. aansluitstuk B. = soepele buis
3. tegen vocht beschermd afvoerkanaal
Aansluitvoorbeeld 3
Aansluiting van de kunststof afvoerbuis op de droogautomaat (zijaanzicht).
Aansluitvoorbeeld 2
Verschoven aansluiting (zijaanzicht) met een
­kunststof afvoerbuis op een muurbuis.
1. muurbuis
2. verloopstuk
3. kunststof afvoerbuis
(buitenwerkse Ø: 110 mm)
Aansluitvoorbeeld 4
Hoogte van de afvoertuit bij een was- en droog­zuil.
1. kunststof afvoerbuis 2. verloopstuk
36
Uw droogautomaat is voorzien voor aansluiting op eenfasige stroom 230 V, 50 Hz. Hij is uitgerust met een geaarde stekker en een ca. 2 m lange kabel.
Elektrische aansluiting
De aansluiting mag uitsluitend gebeu ren op een volgens de voorschriften geïnstalleerd stopcontact met aarding.
Om de veiligheid te verhogen, verdient het aanbeveling een verliesstroomscha kelaar met een uitschakelstroom van 30 mA voor het toestel te schakelen.
Sluit uw toestel in geen geval aan op verlengsnoeren. Zo vermijdt u brandri sico’s.
Gegevens omtrent aansluitwaarde en vereiste smeltstoppen vindt u op het ty­peplaatje. Vergelijk die zorgvuldig met de gegevens van uw elektrische instal­latie.
-
-
-
37
Verbruik
Programma’s Lading Centrifugeertoerental
kg t.p.m. kWh minuten
WIT en BONT wasgoed Extra droog 5 kg 1200
Kastdroog + 5 kg 1200
Kastdroog Kastdroog 5 kg 1200
Strijkvochtig rr Strijkvochtig rr 5 kg 1200
Mangelvochtig 5 kg 1200
KREUKHERSTELLEND wasgoed Kastdroog Strijkvochtig 2,5 kg 1000 1 kWh 30’ Speciale programma’s Finish wol 1 kg - 0,2 kWh 3’ Ontkreuken 2,5 kg - 0,3 kWh 8’
(1)
(1)
5 kg 800 (70 % restvochtigheid) 3,3 kWh 85’
(1)
5 kg 800 (70 % restvochtigheid) 2,7 kWh 70’
2,5 kg 1000 (50 % restvochtigheid) 1,15 kWh 33’
(in een huishoudelijke
wasautomaat)
1400 1600
1400 1600
1400 1600
1400 1600
1400 1600
Stroom­verbruik
3,2 kWh
3,05 kWh
2,8 kWh 2,7 kWh
2,6 kWh 2,3 kWh
2,6 kWh
2,45 kWh
2,2 kWh
2 kWh 1,85 kWh 1,55 kWh
1,6 kWh 1,5 kWh 1,2 kWh
Droogtijd
incl. afkoeltijd
81’ 78’ 72’
71’ 67’ 61’
67’ 64’ 58’
53’ 50’ 43’
43’ 40’ 33’
(1)
Testprogramma volgens EN 61121/A11.
Gegevens berekend volgens de norm EN 61121/A11.
Deze cijfers kunnen wijzigingen ondergaan onder meer door het verschil in tex tielsoort, in het gewicht van het te drogen wasgoed, in de restvochtigheid na het centrifugeren en door schommelingen in de stroomvoorziening.
38
-
Technische gegevens
Hoogte. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Breedte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Diepte (incl. afstand tot de wand) . . . . .
Gewicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Trommelinhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Capaciteit . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Aansluitspanning. . . . . . . . . . . . . . . . . .
Aansluitwaarde . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Smeltveiligheden . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Stroomverbruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Verkregen labels . . . . . . . . . . . . . . . . . .
850 mm (verstelbaar +10/-5 mm) 595 mm 600 mm met deksel 49 kg 103 l 5 kg droog wasgoed
zie typeplaatje zie typeplaatje zie typeplaatje
zie rubriek ‘Verbruik’ radio- en T.V.-ontstoring
39
Wijzigingen voorbehouden/001 4001
Dit papier spaat het milieu doordat het uit 100 % chloorvrij gebleekte celstof bestaat.
Loading...