Verveelvoudiging, bewerking en vertaling
zonder voorafgaande schriftelijke
toestemming zijn verboden, behalve zoals
toegestaan door het auteursrecht.
De informatie in dit document kan zonder
kennisgeving worden gewijzigd.
Handelsmerken
Windows
®
is een gedeponeerd handelsmerk
van Microsoft Corporation in de Verenigde
Staten.
Informatie over veiligheid
Tijdens het gebruik van dit apparaat dient u
er altijd voor te zorgen dat de
veiligheidsrichtlijnen worden opgevolgd. Zo
beperkt u het risico dat er letsel ontstaat ten
gevolge van brand of elektrische schokken.
Neem alle waarschuwingen en instructies op
het apparaat in acht.
De enige garanties voor HP-producten
en -diensten staan vermeld in de expliciete
garantieverklaringen die bij deze producten
en diensten worden geleverd. Niets in deze
verklaring mag worden opgevat als een
aanvullende garantie. HP is niet
aansprakelijk voor technische of
redactionele fouten of weglatingen in deze
verklaring.
Edition 1, 3/2008
C5956-90353
Waarschuwing! Kans op letsel bij
het verwijderen van onderdelen. Steek uw
handen niet in de nietmachine. Steek uw
handen niet in het gedeelte onder
bewegende laden.
Inhoudsopgave
1 Basisinformatie over het apparaat
Symbolen in deze handleiding ............................................................................................................. 2
Beperkte garantieverklaring van Hewlett-Packard ............................................................................. 84
Index ................................................................................................................................................................... 87
viNLWW
1Basisinformatie over het apparaat
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen:
Symbolen in deze handleiding
●
Productoverzicht
●
Het apparaat aan- en uitzetten
●
Het bedieningspaneel gebruiken
●
Ondersteund papier
●
Laden vullen
●
Speciale papiersoorten plaatsen
●
WAARSCHUWING!Raak geen bewegende onderdelen aan om letsel te voorkomen. Steek uw
handen niet in het apparaat, behalve voor het verhelpen van een storing, het vervangen van
inktcartridges of het plaatsen of verwijderen van papier.
NLWW1
Symbolen in deze handleiding
De tips, opmerkingen en waarschuwingen in deze handleiding geven u belangrijke informatie.
TIP:Bij Tip vindt u handige tips of sneltoetsen.
OPMERKING:Bij Opmerking vindt u belangrijke informatie, zoals een toelichting bij een concept of
uitleg van een taak.
VOORZICHTIG:U dient de procedures bij Voorzichtig te volgen om gegevensverlies of beschadiging
aan het apparaat te voorkomen.
WAARSCHUWING!Bij Waarschuwing vindt u bepaalde procedures die u dient te volgen om
persoonlijk letsel, verlies van belangrijke gegevens of ernstige schade aan het apparaat te voorkomen.
2Hoofdstuk 1 Basisinformatie over het apparaatNLWW
Productoverzicht
Het is verstandig vertrouwd te raken met de belangrijkste onderdelen van het apparaat voordat u het
apparaat gaat gebruiken.
Vooraanzicht
1Aan-uitknop
2Documentinvoer
3Bedieningspaneel
4Voorklep
5Lade 1 (handmatige invoer; voor 80 vellen gewoon papier)
6Lade 5 (optionele lade met hoge capaciteit; voor 4000 vellen gewoon papier)
7Lade 4 (voor 500 vellen gewoon papier)
8Lade 3 (voor 500 vellen gewoon papier)
9Lade 2 (voor 500 vellen gewoon papier)
10Klep van de inktcartridges
11Optionele afwerkeenheid
NLWWProductoverzicht3
Achteraanzicht (rechterzijde)
1Hoofdschakelaar
2Stroomaansluiting
WAARSCHUWING!Gebruik de hoofdschakelaar niet en haal de stekker niet uit het stopcontact, tenzij
u het apparaat eerst met de aan-uitknop op het bedieningspaneel hebt uitgeschakeld. Als u het apparaat
uitzet met de hoofdschakelaar, dient u te wachten tot de oranje LED donker is geworden voor u het
apparaat weer aanzet.
Achteraanzicht (linkerzijde)
Op de volgende afbeelding ziet u de interfacepoorten van het apparaat.
4Hoofdstuk 1 Basisinformatie over het apparaatNLWW
1Opstartcodes LCD-scherm (alleen voor service)
2Host-USB (voor aansluiten van een accessoire op het apparaat)
3Fax (RJ-11) (onder label)
4Geïntegreerd LAN (RJ-45) (geen telecomverbindingen)
5CAN-interface (afwerkeenheid)
6Motorinterface (PCI Express)
7Scannerinterface
8EIO-sleuf
9FIH (Foreign Interface Harness)
10Apparaat-USB (om het apparaat aan te sluiten op een computer)
11Status-LED's (alleen voor service)
12Bediening motorvoeding (serieel)
Eén uitvoerbak
1Eén uitvoerbak
Optionele afwerkeenheden
Als een optionele afwerkeenheid is geïnstalleerd, worden alle kopieertaken standaard in uitvoerbak 1
afgeleverd, afdruktaken in uitvoerbak 2 en faxtaken in uitvoerbak 3. De systeembeheerder kan deze
standaardinstellingen wijzigen.
NLWWProductoverzicht5
Optionele HP Taakscheidingseenheid met 4 bakken
1Uitvoerbak 1 (kopieertaken)
2Uitvoerbak 2 (afdruktaken)
3Uitvoerbak 3 (faxtaken)
4Uitvoerbak 4
Optionele HP Multifunctionele afwerkeenheid
1Uitvoerbak 1 (kopieertaken)
2Uitvoerbak 2 (afdruktaken)
3Uitvoerbak 3 (faxtaken)
4Uitvoerbak 4
5Uitvoerbak 5 (alle geniete taken worden afgeleverd in uitvoerbak 5)
6Nietmachine 2
7Nietmachine 1
6Hoofdstuk 1 Basisinformatie over het apparaatNLWW
Het apparaat aan- en uitzetten
Druk op de aan-uitknop op het bedieningspaneel van het apparaat om het apparaat aan of uit te
zetten.
WAARSCHUWING!Gebruik de hoofdschakelaar niet en haal de stekker niet uit het stopcontact tenzij
u het apparaat eerst hebt uitgeschakeld met de aan-uitknop op het bedieningspaneel.
NLWWHet apparaat aan- en uitzetten7
Het bedieningspaneel gebruiken
Het bedieningspaneel heeft een VGA-kleurenaanraakscherm dat toegang biedt tot alle functies van het
apparaat. Gebruik de knoppen en het numerieke toetsenblok om taken en de apparaatstatus te regelen.
De LED's geven de algemene status van het apparaat weer.
Indeling van het bedieningspaneel
1Aan-uitknopHiermee zet u het apparaat aan en uit.
2AanraakschermHiermee selecteert en gebruikt u alle apparaatfuncties.
3Numeriek toetsenblokHiermee geeft u het aantal kopieën en overige numerieke informatie op.
4Knop Onderbreken
(onderbrekingsknop)
5Knop Sluimer (sluimerknop)Hiermee zet u het apparaat in de energiebesparende sluimermodus.
6Knop Opnieuw instellenHiermee zet u alle apparaatinstellingen terug naar de standaardwaarden en gaat
7Knop StoppenHiermee onderbreekt u de huidige taak. Het scherm Taakstatus verschijnt. Als
8Knop StartHiermee wordt een opgeslagen taak gekopieerd, gescand of afgedrukt of wordt
9Knop WissenHiermee wist u het huidige aantal of tekstveld of herstelt u de
10Attentie-lampje
(waarschuwingslampje)
Hiermee onderbreekt u tijdelijk de huidige taak zodat u een nieuwe taak vooraan
in de wachtrij kunt plaatsen.
Als het apparaat zich reeds in de sluimermodus bevindt, brandt het lampje naast
de knop oranje. Druk op Sluimer om terug te keren naar de modus Klaar.
u terug naar het beginscherm. Druk op deze knop om u af te melden als u bent
aangemeld. Met deze knop wordt het apparaat ook geactiveerd als het is
onderbroken.
het apparaat bezig was met een scantaak, wordt de taak onmiddellijk
geannuleerd. Raak OK aan om door te gaan.
het afdrukken van een onderbroken taak hervat.
standaardwaarde.
Geeft aan dat het apparaat een probleem heeft waarvoor ingrijpen noodzakelijk
is. Voorbeelden hiervan zijn een lege papierlade of een foutbericht op het
aanraakscherm.
11Gegevens-lampje
(gegevenslampje)
Geeft aan dat het apparaat gegevens ontvangt.
8Hoofdstuk 1 Basisinformatie over het apparaatNLWW
12Klaar-lampjeGeeft aan dat het apparaat gereed is om een taak uit te voeren.
13Wieltje voor helderheidsregeling Hiermee regelt u de achtergrondverlichting van het aanraakscherm.
Beginscherm
Het beginscherm biedt toegang tot de apparaatfuncties en geeft de huidige status van het apparaat
weer.
OPMERKING:De functies die op het beginscherm worden weergegeven zijn afhankelijk van de door
de systeembeheerder ingestelde apparaatconfiguratie. Voor sommige functies moet u zich mogelijk
aanmelden.
1
2
HP CM8060 Color MFP with Edgeline Technology
3
4
5
8
1Statusregel apparaatGeeft de algemene status van het apparaat weer. Hier worden verschillende
2FunctiesAfhankelijk van de door de systeembeheerder ingestelde apparaatconfiguratie,
7
knoppen weergegeven, afhankelijk van de huidige status. Raadpleeg
op het aanraakscherm op pagina 10 voor een beschrijving van de knoppen op
het aanraakscherm.
kunnen hier de volgende functies worden weergegeven:
●
6
Knoppen
Kopiëren
Fax
●
E-mail
●
Netwerkmap
●
Taakopslag
●
Taakstatus
●
Status benodigdheden
●
Beheer
●
Service
●
Mogelijk moet u omlaag bladeren om alle functies te zien.
NLWWHet bedieningspaneel gebruiken9
3Help-knopHiermee opent u het ingebouwde Help-systeem. U kunt informatie zoeken via
het Help-menu of via trefwoorden. Zie
op pagina 11.
Help-systeem op het bedieningspaneel
4Aantal kopieënHier wordt het aantal kopieën weergegeven dat het apparaat gaat afdrukken.
5SchuifbalkRaak de pijlen omhoog of omlaag op de schuifbalk aan om de volledige lijst met
6Aanmelden of AfmeldenMogelijk moet u zich aanmelden voor functies waarvoor de systeembeheerder
7NetwerkadresHier kunt u informatie zoeken over het aansluiten van het apparaat op het
8Datum en tijdHier worden de huidige datum en tijd weergegeven. De systeembeheerder
Als u het aantal wilt wijzigen raakt u het veld aan om een virtueel toetsenblok te
openen of gebruikt u het numerieke toetsenblok op het bedieningspaneel.
beschikbare functies weer te geven.
een beperkte toegang heeft ingesteld. Naast deze functies ziet u een
vergrendelingssymbool (
het mogelijk dat u geen toegang hebt tot sommige functies, zelfs wanneer u zich
hebt aangemeld.
OPMERKING: Het vergrendelingssymbool verschijnt, nadat u zich hebt
aangemeld. De apparaatbeheerder heeft toegang tot alle apparaatfuncties, met
uitzondering van het servicemenu.
Raak Aanmelden aan om een virtueel toetsenblok te openen zodat u uw
gebruikersnaam en wachtwoord kunt invoeren, of voer uw toegangscode in.
Nadat u zich hebt aangemeld verandert de naam van deze knop in Afmelden.
netwerk of het installeren van een printerdriver.
bepaalt de indeling waarin de datum en de tijd worden weergegeven,
bijvoorbeeld: 12-uurs indeling of 24-uurs indeling.
). Als u niet over de juiste machtigingen beschikt, is
Knoppen op het aanraakscherm
Er kunnen verschillende knoppen op het aanraakscherm worden weergegeven.
Knop Beginscherm. Raak deze knop aan als u vanuit een willekeurig scherm naar het beginscherm wilt
gaan.
Startknop. Raak deze knop aan om te beginnen met de gekozen functie.
OPMERKING: De naam van deze knop verandert bij elke functie. Zo heet de knop Kopiëren starten bij
de functie Kopiëren.
Knop Informatie. Deze knop wordt weergegeven wanneer twee of meer instellingen strijdig zijn met
elkaar. Druk op de knop voor informatie over het oplossen van het conflict.
Knop Fout. Deze knop wordt weergegeven wanneer er sprake is van een fout waarbij ingrijpen nodig is
om te kunnen doorgaan. Raak de knop aan om een bericht weer te geven waarin de fout wordt
beschreven. Het bericht bevat ook aanwijzingen voor het oplossen van het probleem.
Knop Waarschuwing. Deze knop wordt weergegeven als het apparaat een probleem heeft maar kan
doorgaan. Raak de knop Waarschuwing aan om een bericht weer te geven waarin de fout wordt
beschreven. Het bericht bevat ook aanwijzingen voor het oplossen van het probleem.
Help-knop. Raak deze knop aan om het ingebouwde online Help-systeem te openen. Zie Help-systeem
op het bedieningspaneel op pagina 11 voor meer informatie.
10Hoofdstuk 1 Basisinformatie over het apparaatNLWW
Help-systeem op het bedieningspaneel
Het apparaat heeft een ingebouwd Help-systeem dat uitleg geeft over het gebruik van elk scherm. Raak
de Help-knop (
Voor sommige schermen wordt een algemeen Help-menu geopend waarin kan worden gezocht naar
specifieke onderwerpen. U kunt door de menustructuur bladeren door het aanraken van de
menuknoppen. U kunt ook informatie zoeken via een trefwoord. Raak Index aan en typ een trefwoord.
Voor schermen met instellingen voor afzonderlijke taken wordt een Help-onderwerp geopend dat uitleg
geeft over de opties voor dat scherm.
) in de rechterbovenhoek van het scherm aan om het Help-systeem te openen.
Als het apparaat een fout of waarschuwing toont, raakt u de Fout-knop (
(
) aan om een bericht weer te geven waarin het probleem wordt beschreven. Het bericht bevat ook
aanwijzingen voor het oplossen van het probleem.
) of de knop Waarschuwing
NLWWHet bedieningspaneel gebruiken11
Ondersteund papier
Het apparaat levert kwalitatief hoogwaardige documenten in de snelst mogelijke tijd af wanneer u de
volgende richtlijnen volgt:
Het apparaat is geschikt voor allerlei papiersoorten voor algemeen kantoorgebruik. Gebruik voor
●
optimale prestaties papier uit de lijst met aanbevolen papiersoorten.
Zorg altijd dat de lade geconfigureerd is voor de juiste papiersoort en selecteer ook in de
●
printerdriver de juiste papiersoort.
Controleer vooraf of het te gebruiken papier van goede kwaliteit is, niet gesneden is en vrij is van
inkepingen, scheuren, vlekken, losse deeltjes, krullen, vouwen en gebogen hoekjes.
Aanbevolen papier
De papiersoorten die in dit gedeelte staan vermeld, zijn getest en geschikt bevonden voor het apparaat.
Deze papiersoorten zijn onderverdeeld in drie categorieën:
Getest en gekwalificeerd papier van HP. Gebruik deze papiersoorten voor de beste resultaten.
●
Een aantal van deze papiersoorten is speciaal samengesteld om voor dit apparaat te worden
gebruikt.
Papier van HP dat niet speciaal is geoptimaliseerd voor dit apparaat. Deze papiersoorten zijn
●
geschikt voor het apparaat, maar de resultaten zijn mogelijk van mindere kwaliteit dan wanneer
een geteste en gekwalificeerde papiersoort wordt gebruikt.
Bepaalde papiersoorten die niet van HP zijn. De afdrukkwaliteit van deze papiersoorten is
●
voldoende.
OPMERKING:Omdat HP de samenstelling van deze papiersoorten niet kan controleren, kan het
gebeuren dat de kwaliteit van latere afdrukken niet overeenkomt met eerdere testresultaten.
Papier van HP is verkrijgbaar via www.hpshopping.com of bij plaatselijke leveranciers van
kantoorbenodigdheden.
VOORZICHTIG:Het gebruik van papier of ander afdrukmateriaal dat niet overeenkomt met de
specificaties van HP, kan defecten veroorzaken die reparatie vereisen. Dergelijke reparaties vallen niet
onder de garantie of serviceovereenkomst van HP.
Het apparaat is niet geschikt voor het afdrukken op enveloppen of transparanten.
Tabel 1-1 Ondersteunde merken van papiersoorten voor dit apparaat
Getest en gekwalificeerd papier van HPOndersteunde papiersoorten van HP (niet
Gewoon papier
HP Office
HP Multi-purpose
HP Afdrukpapier
HP Kopieerpapier
geoptimaliseerd voor dit apparaat)
HP All-in-one Papier
HP Everyday Kopieer- & Afdrukpapier
HP LaserJet Papier
HP Color laserpapier
HP Geavanceerd Papier
Geteste papiersoorten die niet van HP zijn
Noord-Amerika
Boise X9
Domtar Copy Paper
GP Spectrum DP Copy
GP Copy Paper
HP Office Papier LG
Brochurepapier
HP Office Kringlooppapier
HP inkjetpapier
IP HammerMill Fore MP
IP Great White Copy Paper
12Hoofdstuk 1 Basisinformatie over het apparaatNLWW
Tabel 1-1 Ondersteunde merken van papiersoorten voor dit apparaat (vervolg)
Getest en gekwalificeerd papier van HPOndersteunde papiersoorten van HP (niet
HP Edgeline, Glanzend, 180 g/m
HP Premium presentatiepapier, Mat
HP Brochure- en Flyerpapier, Mat
Speciaal papier
HP Office Papier, Geperforeerd
HP Etiketten
2
geoptimaliseerd voor dit apparaat)
HP Color Inkjetpapier
HP Helderwit
HP Premium Choice
Geteste papiersoorten die niet van HP zijn
Wausau Exact Multipurpose
Weyerhauser Husky Xerocopy
Xerox 4200
Buiten Noord-Amerika
Clairealfa White
IP Rey Office
IP Duo Colourcopy
Mondi IQ Economy
M-Real Data Copy
Portucel Navigator Universal
Stora-Enso Multicopy
UPM Office copy/print
Xerox Premier
Reflex Pure White
Richtlijnen voor speciaal papier
Tabel 1-2 Richtlijnen voor speciaal papier
PapiersoortRichtlijnen
EtikettenPlaats etiketten alleen in lade 1. Plaats etiketten met de voorzijde omlaag.
Etiketten moeten plat liggen en mogen in geen enkele richting meer dan 13 mm omkrullen.
Gebruik alleen volledige etiketvellen. Als er ruimte zit tussen de verschillende etiketten op een
vel, kunnen de etiketten losraken en storingen veroorzaken die moeilijk te verhelpen zijn.
Gebruik geen etiketten die vouwen of luchtbellen bevatten of die losraken van het
achterliggende papier.
KartonZwaarder karton, tot 220 g/m² (80 lb), mag alleen in lade 1 worden geplaatst.
Karton tot 180 g/m² (67 lb) kan in elke lade worden geplaatst.
Karton moet een gladheidswaarde hebben van 100 tot 180 Sheffield.
Karton moet plat liggen en mag in geen enkele richting meer dan 13 mm omkrullen.
Gebruik geen karton dat gevouwen, gekarteld of anderszins beschadigd is.
HP Edgeline, GlanzendPlaats glanzend HP Edgeline-papier alleen in lade 1.
Waaier de stapel papier uit voordat u de vellen in de lade plaatst. Hierdoor voorkomt u dat de
vellen papier aan elkaar plakken.
TransparantenHet apparaat ondersteunt geen transparanten. Probeer niet af te drukken op transparanten.
EnveloppenHet apparaat ondersteunt geen enveloppen. Probeer niet af te drukken op transparanten.
NLWWOndersteund papier13
Aanbevolen papiersoorten voor bepaalde documenttypen
Het apparaat ondersteunt veel soorten papier. Gebruik de informatie in de volgende tabel om een
papiersoort te selecteren voor bepaalde documenttypen.
Tabel 1-3 Aanbevolen papiersoorten voor documenttypen
DocumenttypeAanbevolen papierSoort afwerking
Kopiëren en afdrukken voor
algemeen kantoorgebruik
Als u een papiersoort selecteert, krijgt het apparaat de instructie een groep vooraf gedefinieerde
instellingen te gebruiken voor de beste afdrukkwaliteit voor die papiersoort.
VOORZICHTIG:Selectie van een andere papiersoort dan die in de lade kan het apparaat
beschadigen.
Tabel 1-4 Ondersteunde papiersoorten voor iedere lade
Papiersoort die wordt vermeld in de
printerdriver of op het
bedieningspaneel
GewoonGewoon, niet-gecoat papier van
14Hoofdstuk 1 Basisinformatie over het apparaatNLWW
OmschrijvingLade 1Laden 2, 3 en 4Lade 5
XXX
minder dan 150 g/m
2
Tabel 1-4 Ondersteunde papiersoorten voor iedere lade (vervolg)
Papiersoort die wordt vermeld in de
OmschrijvingLade 1Laden 2, 3 en 4Lade 5
printerdriver of op het
bedieningspaneel
HP Premium, mat 120 gGebruik deze instelling alleen voor
HP Premium Presentatiepapier, Mat,
2
120 g/m
HP Brochure, mat 180 gGebruik deze instelling alleen voor
HP Brochure- en Flyerpapier, Mat, 180
2
g/m
HP Omslagpapier, mat 200 gGebruik deze instelling alleen voor
papier van HP.
HP Edgeline, Glanzend 180gGebruik deze instelling alleen voor
glanzend HP Edgeline-papier, 180 g/
2
m
KartonGewoon, niet-gecoat papier van 160
tot 220 g/m
KartonGewoon, niet-gecoat papier van 160
tot 180 g/m
2
2
(60 tot 67 lb)
MatGewoon, niet-gecoat papier.
A3-papier of papier van 11x17 inch
moet een lange vezel hebben.
Brochure, MatGewoon, niet-gecoat papier.
X
X
X
X
X
XXX
XXX
XXX
A3-papier of papier van 11x17 inch
moet een lange vezel hebben.
Omslag, MatGewoon, niet-gecoat papier van 160
tot 220 g/m
2
X
EtikettenNiet-gecoate, niet-glanzende etikettenX
BriefpapierFijn, niet-gecoat papier van minder
dan 150 g/m
VoorbedruktGewoon, niet-gecoat papier van
minder dan 150 g/m
2
2
GeperforeerdLetter-papier (3 perforaties) of A4-
papier (2 of 4 perforaties) van minder
dan 150 g/m
GekleurdGewoon, niet-gecoat papier van
minder dan 150 g/m
BankpostpapierFijn, niet-gecoat papier van minder
dan 150 g/m
KringlooppapierGewoon, niet-gecoat papier van
minder dan 150 g/m
2
2
2
2
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
XXX
Ondersteunde papierformaten voor iedere lade
Standaard papierformaten zijn gemarkeerd in de laden. Gebruik lade 1 voor aangepaste
papierformaten.
NLWWOndersteund papier15
Tabel 1-5 Ondersteunde papierformaten voor iedere lade
FormaatAfmetingenLade 1Laden 2, 3 en 4Lade 5
Letter216 x 280 mm
8,5 x 11 inch
Legal216 x 356 mm
8,5 x 14 inch
Executive184 x 267 mm
7,25 x 10,5 inch
Statement140 x 216 mm
5,5 x 8,5 inch
8,5 x 13216 x 330 mm
8,5 x 13 inch
11 x 17280 x 432 mm
11 x 17 inch
12 x 18305 x 457 mm
12 x 18 inch
4 x 6102 x 152 mm
4 x 6 inch
XXX
XX
XX
XX
XX
XX
X
X
5 x 7127 x 178 mm
5 x 7 inch
5 x 8127 x 203 mm
5 x 8 inch
A3297 x 420 mm
11,69 x 16,54 inch
A4210 x 297 mm
8,27 x 11,69 inch
A5148 x 210 mm
5,83 x 8,27 inch
RA3305 x 430 mm
12,01 x 16,93 inch
RA4215 x 305 mm
8,46 x 12,01 inch
SRA4225 x 320 mm
8,86 x 12,6 inch
X
X
XX
XXX
XX
X
X
X
B4 (JIS)257 x 364 mmXX
16Hoofdstuk 1 Basisinformatie over het apparaatNLWW
Tabel 1-5 Ondersteunde papierformaten voor iedere lade (vervolg)
FormaatAfmetingenLade 1Laden 2, 3 en 4Lade 5
10,12 x 14,33 inch
B5 (JIS)182 x 257 mm
7,17 x 10,12 inch
B6 (JIS)128 x 182 mm
5,04 x 7,17 inch
8K273 x 394 mm
10,75 x 15,5 inch
16K197 x 273 mm
7,75 x 10,75 inch
AangepastMinimaal: 102 x 152 mm (4 x 6 inch)
Maximaal: 320 x 457 mm
(12,6 x 18 inch)
Capaciteit van iedere lade en bak
Plaats de juiste hoeveelheid papier in de laden om papierstoringen en problemen met de afdrukkwaliteit
te voorkomen. Plaats steeds volledige riemen.
Verwijder het papier uit de uitvoerbakken wanneer deze vol zijn.
XX
X
X
X
X
Tabel 1-6 Capaciteit van iedere lade en bak
Lade of bakCapaciteitGewicht
Glasplaat van de scannerEén vel papier: maximaal 305 x 445 mm
Het maximale scangebied is 297 x 433 mm
Documentinvoer
Lade 1
Laden 2, 3 en 4
Lade 5
Eén uitvoerbak
HP Multifunctionele
afwerkeenheid
HP Taakscheidingseenheid met
4 bakken
100 vellen papier, 75 g/m2 (20 lb bond)60 tot 135 g/m2 (16 tot 36 lb bond)
80 vellen papier, 75 g/m2 (20 lb bond)60 tot 220 g/m2 (16 tot 58 lb bond)
500 vellen papier, 75 g/m2 (20 lb bond)60 tot 180 g/m2 (16 tot 48 lb bond)
4000 vellen papier, 75 g/m2 (20 lb bond)
Alleen papier van Letter- of A4-formaat
250 vellen papier, 75 g/m2 (20 lb bond)60 tot 220 g/m2 (16 tot 58 lb bond)
Uitvoerbakken 1 en 2: 400 vellen
Uitvoerbakken 3 en 4: 200 vellen
Uitvoerbak 5: 2500 vellen
Uitvoerbakken 1 en 2: 400 vellen
Uitvoerbakken 3 en 4: 200 vellen
Willekeurig gewicht
Objecten, zoals boeken: maximaal 50 mm
hoog
60 tot 180 g/m2 (16 tot 48 lb bond)
60 tot 220 g/m2 (16 tot 58 lb bond)
60 tot 220 g/m
2
(16 tot 58 lb bond)
NLWWOndersteund papier17
Ondersteunde papierformaten voor elke bak
Tabel 1-7 Ondersteunde papierformaten voor elke bak
BakLengteBreedte
Uitvoerbakken 1, 2, 3 en 4457 tot 152 mm320 tot 102 mm
Uitvoerbak 5
(alleen HP Multifunctionele
afwerkeenheid)
432 tot 230 mm297 tot 182 mm
18Hoofdstuk 1 Basisinformatie over het apparaatNLWW
Laden vullen
Op elke lade zit een label met daarop de juiste wijze om papier te plaatsen. Telkens wanneer u papier
in een lade plaatst, vraagt het systeem u om de lade voor het papierformaat en de papiersoort te
configureren. Stel voor de beste resultaten altijd het papierformaat en de papiersoort in.
Lade 1 vullen (lade voor handmatige invoer)
Plaats in deze lade standaard of aangepaste papierformaten. Er passen 80 vellen papier van 75 g/m
in. Gebruik deze lade ook voor zwaarder papier, zoals karton, glanzend HP Edgeline-papier of
brochurepapier.
1.Schuif de ladesteun omhoog, trek deze naar buiten en trek het verlengstuk uit.
2.Schuif de geleider naar buiten.
2
3.Plaats het papier. Plaats het papier altijd met de korte zijde naar voren.
NLWWLaden vullen19
Plaats briefpapier of voorbedrukt papier met de bedrukte zijde naar beneden en de bovenrand
●
naar rechts.
OPMERKING:Plaats briefpapier of voorbedrukt papier met de bedrukte zijde naar boven
en de bovenrand naar voren om dubbelzijdig af te drukken.
Plaats geperforeerd papier met de geperforeerde zijde naar de voorzijde van het apparaat.
●
Plaats labels met de voorzijde naar beneden.
●
Wanneer u glanzend HP Edgeline-papier plaatst, waaiert u de papierstapel uit voordat u deze
●
in de lade plaatst. Hierdoor voorkomt u dat de vellen papier aan elkaar plakken.
4.Schuif de geleider tegen het papier.
5.Configureer de lade voor de papiersoort en het papierformaat.
a.Raak Status benodigdheden aan op het beginscherm.
b.Raak het tabblad Laden aan.
c.Als de papiersoort en het formaat die voor de lade zijn ingesteld niet juist zijn, raak dan de
naam van de lade aan en raak Wijzigen aan.
d.Selecteer de juiste papiersoort en het juiste formaat en raak OK aan.
-of-
20Hoofdstuk 1 Basisinformatie over het apparaatNLWW
Raak Aangepast aan als u een aangepast papierformaat plaatst. Geef de afmetingen van het
papier op en raak OK aan om terug te keren naar het scherm Lade wijzigen.
e.Raak OK aan om de instellingen op te slaan.
Laden 2, 3 en 4 vullen
In de laden 2, 3 en 4 kunnen de meeste standaard papierformaten en -soorten worden geplaatst. In
elke lade passen 500 vellen papier van 75 g/m
1.Open lade 2, 3 of 4.
2.Plaats het papier. Gebruik steeds volledige riemen papier. Plaats altijd de lange zijde aan de
voorzijde van de lade.
2
.
Plaats briefpapier of voorbedrukt papier met de bedrukte zijde naar boven en de bovenrand
●
naar links.
OPMERKING:Plaats briefpapier of voorbedrukt papier met de bedrukte zijde naar beneden
en de bovenrand naar rechts om dubbelzijdig af te drukken.
Plaats geperforeerd papier met de geperforeerde zijde naar de voorzijde van de lade.
●
NLWWLaden vullen21
3.Schuif beide geleiders naar de positie die is aangegeven voor het papierformaat tot u ze hoort
klikken.
4.Schuif de lade terug in het apparaat.
5.Configureer de lade voor de papiersoort volgens de aanwijzingen in het pop-upbericht dat op het
aanraakscherm verschijnt zodra u de lade sluit. Of volg deze stappen:
a.Raak Status benodigdheden aan op het beginscherm.
b.Raak het tabblad Laden aan.
c.Als de papiersoort die voor de lade is ingesteld niet juist is, raak dan de naam van de lade
d.Selecteer de juiste papiersoort en raak OK aan.
Lade 5 vullen
Deze lade is vooraf geconfigureerd voor 4000 vellen papier (acht riemen) van Letter- of A4-formaat. U
kunt deze formaatinstelling niet wijzigen.
1.Open de bovenste klep van lade 5 en plaats het papier. Plaats telkens volledige riemen papier. De
lade zakt automatisch als u meer papier plaatst.
●
●
aan en raak Wijzigen aan.
Plaats briefpapier of voorbedrukt papier met de bedrukte zijde naar beneden en de bovenrand
naar rechts.
OPMERKING:Plaats briefpapier of voorbedrukt papier met de bedrukte zijde naar boven
en de bovenrand naar voren om dubbelzijdig af te drukken.
Plaats geperforeerd papier met de geperforeerde zijde naar de voorzijde van het apparaat.
22Hoofdstuk 1 Basisinformatie over het apparaatNLWW
Loading...
+ 72 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.