Verveelvuldiging, bewerking en vertaling
zonder voorafgaande schriftelijke
toestemming zijn verboden, behalve zoals
toegestaan door het auteursrecht.
De informatie in dit document kan zonder
kennisgeving worden gewijzigd.
De enige garantie voor producten en
services van HP worden uiteengezet in de
garantieverklaring die bij dergelijke
producten en services wordt geleverd. Niets
in deze verklaring mag worden opgevat als
een aanvullende garantie. HP is niet
aansprakelijk voor technische of
redactionele fouten of weglatingen in deze
verklaring.
Onderdeelnummer: Q1321-90906
Uitgave 1, 10/2003
Handelsmerken
Adobe® is een handelsmerk van Adobe
Systems Incorporated.
Arial® is een in de Verenigde Staten
gedeponeerd handelsmerk van Monotype
Corporation.
CorelDRAW
gedeponeerd handelsmerk van Corel
Corporation of Corel Corporation Limited.
Energy Star® en het logo van Energy Star®
zijn in de Verenigde Staten gedeponeerde
merken van de Amerikaanse EPA
(Environmental Protection Agency).
Informatie over het juiste gebruik van de
tekens vindt u in de richtlijnen voor het
juiste gebruik van de naam en het
internationale logo van Energy Star®.
Microsoft® is een gedeponeerd
handelsmerk van Microsoft Corporation in
de Verenigde Staten.
Netscape Navigator is een in de Verenigde
Staten gedeponeerd handelsmerk van
Netscape Communications Corporation.
Opera™ is een handelsmerk van Opera
Software ASA.
*Het handelsmerk van Pantone, Inc. voor
de controlestandaard voor kleuren.
PostScript® is een handelsmerk van Adobe
Systems Incorporated.
UNIX® is een gedeponeerd handelsmerk
van The Open Group.
Windows®, MS Windows® en Windows
NT® zijn in de Verenigde Staten
gedeponeerde handelsmerken van
Microsoft Corporation.
™
is een handelsmerk of
Hewlett-Packard Development Company, L.P.
20555 S.H. 249
Houston, TX 77070
hp online klantenondersteuning
Telefonische ondersteuning
HP biedt gedurende de garantieperiode kosteloze telefonische ondersteuning. Als u belt,
wordt u doorverbonden met een team van medewerkers die klaar staan om u te helpen.
Raadpleeg de brochure in de productverpakking voor het telefoonnummer voor uw land/
regio. U kunt ook naar http://www.hp.com/support/callcenters gaan. Zorg dat u de volgende
gegevens bij de hand hebt als u HP belt: productnaam, serienummer, datum van aankoop en
een beschrijving van het probleem.
U kunt voor ondersteuning ook terecht op http://www.hp.com. Klik op het vak support &
drivers.
On line ondersteuning en overige ondersteuning
Online Services (24 uur per dag bereikbaar via een modem- of internetverbinding)
World Wide Web-adres: voor de HP Color LaserJet 3500 series printer kunt u op
http://www.hp.com/support/clj3500 updates van HP printersoftware, product- en
ondersteuningsinformatie en printerdrivers in verschillende talen krijgen. Voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer kunt u terecht op http://www.hp.com/support/clj3700. (Deze
websites zijn Engelstalig.)
Printerdrivers: ga naar http://www.hp.com. Kies uw taal. Klik op het vak support & drivers
en typ de productnaam color laserjet 3500 of color laserjet 3700. De
webpagina voor de drivers kan Engelstalig zijn, maar u kunt de drivers in verschillende talen
downloaden.
Toepassingen, drivers en elektronische informatie
Ga naar: www.hp.com/go/clj3500_software voor de HP Color LaserJet 3500 series printer of
www.hp.com/go/clj3700_software voor de HP Color LaserJet 3700 series printer. (De
website is Engelstalig, maar u kunt de printerdrivers in verschillende talen downloaden.)
Bel: (zie de brochure in de productverpakking).
Ga naar: http://www.hp.com/support/net_printing voor informatie over de HP Jetdirect
en3700 externe printserver.
Rechtstreeks bestellen van HP accessoires en benodigdheden
In de Verenigde Staten kunt u benodigdheden bestellen op http://www.hp.com/sbso/product/
supplies. In Canada kunt u benodigdheden bestellen op http://www.hp.ca/catalog/supplies. In
Europa kunt u benodigdheden bestellen op http://www.hp.com/supplies. In Zuidoost-Azië en
Australië kunt u benodigdheden bestellen op http://www.hp.com/paper/.
Accessoires kunnen worden besteld op http://www.hp.com/go/accessories.
Bel: 1-800-538-8787 (Verenigde Staten) of 1-800-387-3154 (Canada).
Cd HP Support Assistant
Deze ondersteunings-cd bevat een uitgebreid on line informatiesysteem met technische
informatie en productinformatie over producten van HP. Als u zich op deze driemaandelijkse
service wilt abonneren in de Verenigde Staten of Canada, belt u 1-800-457-1762. In Hong
Kong SAR, Indonesië, Maleisië of Singapore belt u Mentor Media op nummer (65) 740-4477.
HP service-informatie
Voor de gegevens van geautoriseerde HP dealers kunt u bellen met 1-800-243-9816
(Verenigde Staten) of 1-800-387-3867 (Canada).
NLWWiii
Neem voor service voor uw product contact op met de afdeling klantenondersteuning van uw
land/regio (zie de brochure in de productverpakking).
Serviceovereenkomsten van HP
Bel: 1-800-835-4747 (Verenigde Staten) of 1-800-268-1221 (Canada).
Verlengde service: 1-800-446-0522
HP werkset
Met HP werkset kunt u de printerstatus controleren en probleemoplossingsinformatie en on
line documentatie bekijken. U kunt de HP werkset weergeven als de printer rechtstreeks op
de computer is aangesloten of als deze op een netwerk is aangesloten. U kunt de HP
werkset alleen gebruiken als u de software volledig hebt geïnstalleerd. Zie
gebruiken.
Ondersteuning en informatie van HP voor Macintosh-computers
Ga naar: http://www.hp.com/go/macosx voor ondersteuningsinformatie voor Macintosh OS X
en de service voor driverupdates van HP.
Ga naar: http://www.hp.com/go/mac-connect voor producten die speciaal voor de Macintoshgebruiker zijn ontworpen.
De hp werkset
ivNLWW
Inhoudsopgave
1 Basisinformatie over de printer
Snelle toegang tot printerinformatie ..........................................................................................2
Koppelingen naar handleiding ............................................................................................2
Als u meer informatie wilt ...................................................................................................2
De lettertype-DIMM activeren .........................................................................................235
Installatie van een DIMM controleren .............................................................................236
Een hp Jetdirect printserver installeren in de hp color LaserJet 3700 series printer ............237
Een HP Jetdirect printserver installeren .........................................................................237
Woordenlijst
Index
xNLWW
1
Basisinformatie over de printer
Dit hoofdstuk biedt informatie over de functies van de printer. De volgende onderwerpen
komen aan bod:
Snelle toegang tot printerinformatie
●
Printerconfiguraties
●
Printerfuncties
●
Overzicht
●
Printersoftware
●
Specificaties voor het afdrukmateriaal
●
NLWW1
Snelle toegang tot printerinformatie
Koppelingen naar handleiding
●Overzicht
Onderdelen en benodigdheden vervangen
●
Als u meer informatie wilt
Voor deze printer zijn verschillende handleidingen beschikbaar. Ga naar http://www.hp.com/
support/clj3500 voor HP Color LaserJet 3500 series printers. Ga naar http://www.hp.com/
support/clj3700 voor HP Color LaserJet 3700 series printers.
De printer gereedmaken
Aan de slag... Stapsgewijze instructies voor het installeren en instellen van de printer.
Handleiding voor HP Jetdirect printservers voor beheerders Instructies voor het
configureren van de HP Jetdirect printserver en het oplossen van problemen.
Handleidingen voor accessoires en benodigdheden Stapsgewijze instructies bij de
optionele accessoires en benodigdheden van de printer voor het installeren van deze
accessoires en benodigdheden.
2Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
Gebruik van de printer
Gebruikershandleiding Uitgebreide informatie over het gebruik van de printer en het
verhelpen van mogelijke problemen. Deze handleiding staat op de cd-rom die u bij de printer
hebt gekregen.
On line Help Informatie over de printeropties die via de printerdrivers beschikbaar zijn. U
kunt een Help-onderwerp raadplegen via het menu Help van de printerdriver.
NLWWSnelle toegang tot printerinformatie3
Printerconfiguraties
Hartelijk dank voor het aanschaffen van de HP Color LaserJet 3500 series printer of de
HP Color LaserJet 3700 series printer. Deze printers zijn verkrijgbaar in de hieronder
beschreven configuraties.
HP Color LaserJet 3500 printer
De HP Color LaserJet 3500 printer is een vierkleurenlaserprinter met een maximumsnelheid
van 12 pagina's per minuut (ppm) in zowel monochroom (zwart-wit) als kleur.
●Laden. De printer wordt geleverd met een multifunctionele lade (Lade 1) voor maximaal
100 vel van verschillende papiersoorten en -formaten of 10 enveloppen en een
papierinvoer voor 250 vel (Lade 2) met ondersteuning voor verschillende papierformaten.
De printer ondersteunt een optionele papierinvoer voor 500 vel (Lade 3). Zie
Ondersteunde papiergewichten en -formaten voor meer informatie.
●Connectiviteit. De printer heeft een Hi-Speed USB 2.0-poort als aansluitmogelijkheid.
●Geheugen. De printer beschikt over 64 MB SDRAM-geheugen (Synchronous Dynamic
Random Access Memory).
HP Color LaserJet 3500n printer
De HP Color LaserJet 3500n printer biedt dezelfde functies als de HP Color LaserJet 3500
printer, en een HP Jetdirect en3700 externe printserver voor een eenvoudige verbinding met
10baseT-/100baseT-netwerken.
4Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
HP Color LaserJet 3700 printer
De HP Color LaserJet 3700 printer is een vierkleurenlaserprinter met een maximumsnelheid
van 16 pagina's per minuut (ppm) in zowel monochroom (zwart-wit) als kleur.
●Laden. De printer wordt geleverd met een multifunctionele lade (Lade 1) voor maximaal
100 vel van verschillende papiersoorten en -formaten of 10 enveloppen en een
papierinvoer voor 250 vel (Lade 2) met ondersteuning voor verschillende papierformaten.
De printer ondersteunt een optionele papierinvoer voor 500 vel (Lade 3). Zie
Ondersteunde papiergewichten en -formaten voor meer informatie.
●Connectiviteit. De printer biedt een USB-poort en een bidirectionele parallelle poort (die
voldoet aan IEEE-1284) als aansluitmogelijkheid.
●Geheugen. De printer beschikt over 64 MB SDRAM-geheugen (Synchronous Dynamic
Random Access Memory). De printer heeft drie DIMM-sleuven waarin geheugenmodules
van 64, 128 of 256 MB RAM kunnen worden geïnstalleerd. Deze printer ondersteunt
maximaal 448 MB geheugen.
HP Color LaserJet 3700n printer
De HP Color LaserJet 3700n printer biedt dezelfde functies als de HP Color LaserJet 3700
printer, en een HP Jetdirect 615n printserver voor een eenvoudige verbinding met
10/100baseT-netwerken.
NLWWPrinterconfiguraties5
HP Color LaserJet 3700dn printer
De HP Color LaserJet 3700dn printer biedt dezelfde functies als de HP Color LaserJet 3700n
printer, de functie voor automatisch dubbelzijdig afdrukken (duplex) en een totaal van 128
MB SDRAM.
HP Color LaserJet 3700dtn printer
De HP Color LaserJet 3700dtn printer biedt dezelfde functies als de HP Color LaserJet
3700dn printer en een extra papierinvoer voor 500 vel (Lade 3).
6Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
Printerfuncties
In deze printer worden de kwaliteit en betrouwbaarheid van Hewlett-Packard gecombineerd
met de onderstaande functies. Raadpleeg de volgende website van Hewlett-Packard:
http://www.hp.com/support/clj3500 voor meer informatie over de functies van de HP Color
LaserJet 3500 series printer. Raadpleeg de volgende website: http://www.hp.com/support/
clj3700 voor meer informatie over de functies van de HP Color LaserJet 3700 series printer.
Functies
HP Color LaserJet 3500 series
printer
Prestaties●12 ppm (zowel zwart-wit als
kleur).
Zie
Factoren die de prestaties
van de printer beïnvloeden als
de prestatie van de printer
minder is.
●Drukt af op verschillende
afdrukmaterialen. Zie
Ondersteunde papiergewichten
en -formaten voor meer
informatie.
Geheugen●64 MB SDRAM-geheugen
(Synchronous Dynamic Random
Access Memory).
Gebruikersinterface
●Grafisch uitleesvenster op het
bedieningspaneel.
●Verbeterde Help op het
bedieninsgpaneel.
●HP werkset (een webtoepassing
voor informatie over status en
problemen oplossen).
HP Color LaserJet 3700 series
printer
●16 ppm (zowel zwart-wit als kleur).
Factoren die de prestaties van
Zie
de printer beïnvloeden als de
prestatie van de printer minder is.
●Drukt af op verschillende
afdrukmaterialen. Zie
Ondersteunde papiergewichten en
-formaten voor meer informatie.
●MIPS RISC-processor (350 MHz)
●64 MB SDRAM-geheugen
(Synchronous Dynamic Random
Access Memory).
●Uitbreidbaar tot 448 MB.
●Grafisch uitleesvenster op het
bedieningspaneel.
●Verbeterde Help op het
bedieninsgpaneel.
●HP werkset (een webtoepassing
voor informatie over status en
problemen oplossen).
●Printerdrivers voor Windows en
Apple Macintosh.
Ondersteunde
printerpersonality's
OpslagfunctiesNiet van toepassing.●Lettertypen en formulieren.
Niet van toepassing.●HP PCL 6.
●Printerdrivers voor Windows en
Apple Macintosh.
●Ingebouwde webserver voor
toegang tot ondersteuning en
bestelmogelijkheden voor
printerbenodigdheden
(beheerhulpmiddel voor printers
die op een netwerk zijn
aangesloten).
●PostScript 3-emulatie.
●Automatisch schakelen tussen
printertalen.
NLWWPrinterfuncties7
HP Color LaserJet 3500 series
printer
HP Color LaserJet 3700 series
printer
Milieuvoorzieningen
●PowerSave-instelling.
●Groot aantal onderdelen
geschikt voor recycling.
●Voldoet aan Energy Star.
●PowerSave-instelling.
●Groot aantal onderdelen geschikt
voor recycling.
●Voldoet aan Energy Star.
LettertypenNiet van toepassing.●80 interne lettertypen beschikbaar
voor de PCL-printertaal en voor
PostScript-emulatie.
●80 schermlettertypen in
TrueType™-formaat geleverd bij
de software.
Papierverwerking●Drukt af op papier van 76 bij
127 mm tot 215 bij 355 mm.
●Drukt af op papier met een
gewicht van 60 g/m
2
m
.
2
tot 163 g/
●Drukt af op een verscheidenheid
van afdrukmateriaal waaronder
glanspapier, zwaar papier,
etiketten, film, transparanten en
enveloppen.
●Meerdere glansniveaus.
●Een papierinvoer voor 250 vel
(Lade 2) die de papierformaten
Letter, Legal, Executive,
Executive (JIS), A4, A5, B5
(JIS), B5 (ISO) en 216 bij 330
mm ondersteunt.
●Optionele papierinvoer voor 500
vel die de papierformaten letter
en A4 (Lade 3) ondersteunt. Zie
Ondersteunde papiergewichten
en -formaten voor meer
informatie.
●Een uitvoerbak voor 150 vel
(boven) met de afdrukkant naar
beneden en een uitvoerbak voor
25 vel (achter) met de
afdrukkant naar boven.
●Drukt af op papier van 76 bij
127 mm tot 215 bij 355 mm.
●Drukt af op papier met een
gewicht van 60 g/m
2
tot 163 g/m2.
●Drukt af op een verscheidenheid
van afdrukmateriaal waaronder
glanspapier, zwaar papier,
etiketten, film, transparanten en
enveloppen.
●Meerdere glansniveaus.
●Een papierinvoer voor 250 vel
(Lade 2) die de papierformaten
Letter, Legal, Executive, Executive
(JIS), A4, A5, B5 (JIS), B5 (ISO)
en 216 bij 330 mm ondersteunt.
●Optionele papierinvoer voor 500
vel die de papierformaten letter en
A4 (Lade 3) ondersteunt. Deze
wordt standaard geleverd bij de
HP Color LaserJet 3700dtn printer
(Lade 3). Zie
Ondersteunde
papiergewichten en -formaten
voor meer informatie.
●Een uitvoerbak voor 150 vel
(boven) met de afdrukkant naar
beneden en een uitvoerbak voor
25 vel (achter) met de afdrukkant
naar boven.
●Automatisch dubbelzijdig
afdrukken op de HP Color
LaserJet 3700dn en 3700dtn.
8Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
HP Color LaserJet 3500 series
printer
HP Color LaserJet 3700 series
printer
Accessoires●Optionele papierinvoer voor 500
vel die de papierformaten letter
en A4 (Lade 3) ondersteunt.
Connectiviteit●Interface met USB-kabel (Hi-
Speed Universal Serial Bus 2.0).
●HP Jetdirect en3700 externe
printserver; standaard op de
HP Color LaserJet 3500n
printer.
●HP Web Jetadmin-software.
●Optionele papierinvoer voor 500
vel (Lade 3) die de papierformaten
letter en A4 ondersteunt. Deze
wordt standaard geleverd bij de
HP Color LaserJet 3700dtn
(Lade 3).
●DIMM-modules (Dual Inline
Memory Modules).
●Optionele flash-DIMM.
●Standaardinterface met een
bidirectionele parallelle kabel
(voldoet aan IEEE -1284) voor
neerwaartse compatibiliteit.
●Interface met USB-kabel
(Universal Serial Bus).
●Optioneel verkrijgbare EIO-
netwerkkaart (Enhanced Input/
Output); standaard op de
HP Color LaserJet 3700n, 3700dn
en 3700dtn printers.
●Ingebouwde webserver van HP
●HP Web Jetadmin-software.
Toebehoren●De statuspagina biedt informatie
over het niveau van de toner,
het aantal afgedrukte pagina's
en het geschatte aantal
resterende pagina's.
●Inktcartridges hoeven niet te
worden geschud.
●Printer controleert of nieuw
geïnstalleerde inktcartridges van
HP zijn.
●Bestellen van
printerbenodigdheden via het
internet (met HP werkset).
●De statuspagina biedt informatie
over het niveau van de toner, het
aantal afgedrukte pagina's en het
geschatte aantal resterende
pagina's.
●Inktcartridges hoeven niet te
worden geschud.
●Printer controleert of nieuw
geïnstalleerde inktcartridges van
HP zijn.
●Bestellen van
printerbenodigdheden via het
internet (via de ingebouwde
webserver en HP werkset).
NLWWPrinterfuncties9
Overzicht
De volgende afbeeldingen geven een overzicht van de naam en de plaats van de
belangrijkste onderdelen van de printer.
Vooraanzicht (afgebeeld met papierinvoer voor 500 vel)
1aan/uit-schakelaar
2Lade 3 (optioneel; 500 vel normaal papier)
3Lade 2 (250 vel normaal papier)
4Lade 1
5voorklep
6printerbedieningspaneel
7verlengstuk voor uitvoerbak, voor gebruik met B5 (JIS), B5 (ISO) en papier van 216 x 356 mm
(8,5 x 14 inch)
8uitvoerbak
9DIMM-toegangsklep (bij de HP Color LaserJet 3700 series printer)
Zij- en achteraanzicht
1bovenklep aan de achterzijde
2parallelle verbinding (bij de HP Color LaserJet 3700 series printer)
3onderklep aan de achterzijde (achteruitvoerbak)
4USB-verbinding
5voedingsaansluiting
6Lade 3 (optioneel)
7aan/uit-schakelaar
8EIO-aansluiting (bij de HP Color LaserJet 3700 series printer)
9DIMM-toegangsklep (bij de HP Color LaserJet 3700 series printer)
10Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
Printersoftware
Bij de printer hebt u een cd-rom gekregen met daarop de afdruksysteemsoftware. De
softwareonderdelen en printerdrivers op deze cd-rom maken het mogelijk ten volle gebruik te
maken van de mogelijkheden van de printer. Instructies voor het installeren van deze
software vindt u in de beknopte handleiding.
Opmerking
Opmerking
De nieuwste informatie over de verschillende componenten van de afdruksysteemsoftware
vindt u in de Leesmij-bestanden op de cd-rom.
Hieronder volgt een beknopt overzicht van de software op de cd-rom. Het afdruksysteem
omvat software voor eindgebruikers en netwerkbeheerders van de volgende
besturingssystemen:
●Microsoft Windows 98, ME en NT 4.0
●Microsoft Windows 2000, XP 32-bits en XP 64-bits
●Apple Mac OS versie 9.1 of hoger en Mac OS X versie 10.1 of hoger
Zie Netwerkconfiguratie voor een overzicht van alle netwerkomgevingen die door de
netwerkbeheersoftware worden ondersteund.
Ga voor een lijst van printerdrivers, bijgewerkte printersoftware van HP en informatie over
productondersteuning voor de HP Color LaserJet 3500 series printer naar
http://www.hp.com/support/clj3500. Ga naar http://www.hp.com/support/clj3700 voor de
HP Color LaserJet 3700 series printer.
Printerdrivers
Printerdrivers geven toegang tot de printerfuncties en zorgen ervoor dat de computer met de
printer kan communiceren. De volgende printerdrivers worden bij de printer geleverd op een
cd-rom.
Printerdrivers voor de HP Color LaserJet 3500 series printer
Besturingssysteem
Windows 98, ME
Windows NT 4.0
Windows 2000
Windows XP (32-bits)
Windows XP (64-bits)
Windows Server 2003 (32-bits)
Windows Server 2003 (64-bits)
Macintosh OS
1
Niet alle functies van de printer zijn beschikbaar vanuit alle drivers of besturingssystemen.
1
JetReady 4.0
Welke mogelijkheden in uw driver beschikbaar zijn, kunt u vinden in de on line Help.
NLWWPrintersoftware11
Printerdrivers voor de HP Color LaserJet 3700 series printer
Besturingssysteem
Windows 98, ME
Windows NT 4.0
Opmerking
Windows NT biedt geen ondersteuning
voor USB
Windows 2000
Windows XP (32-bits)
Windows XP (64-bits)2,
Windows Server 2003 (32-bits)
Windows Server 2003 (64-bits)
Macintosh OS
1
Niet alle functies van de printer zijn beschikbaar vanuit alle drivers of besturingssystemen.
1
2
2
3
PCL 6PS-emulatie
Welke mogelijkheden in uw driver beschikbaar zijn, kunt u vinden in de on line Help.
2
Voor Windows 2000 en Windows XP (32-bits en 64-bits) kunt u de PCL 5-driver
downloaden van http://www.hp.com/go/clj3700software.
3
Voor Windows XP (64-bits) kunt u de PCL 6-driver downloaden van http://www.hp.com/go/
clj3700software.
Opmerking
Opmerking
Als tijdens de installatie van de software niet automatisch is gezocht naar de meest recente
drivers op het internet, kunt u de drivers downloaden voor de HP Color LaserJet 3500 series
printer via de URL: http://www.hp.com/support/lj5500. Ga naar http://www.hp.com/go/
clj3700_software voor de HP Color LaserJet 3700 series printer.
Extra drivers
De volgene drivers zijn niet opgenomen op de cd-rom, maar zijn wel beschikbaar via
http://www.hp.com/go/clj3700software. Deze drivers zijn alleen voor de HP Color LaserJet
3700 series printer.
●OS/2 PS- en PCL-printerdriver
●UNIX-modelscripts
●Linux-drivers
De drivers voor OS/2 zijn verkrijgbaar bij IBM en worden bij OS/2 geleverd. Deze drivers zijn
niet beschikbaar voor de talen Traditioneel Chinees, Vereenvoudigd Chinees, Koreaans en
Japans.
Software voor netwerken
Zie de Handleiding voor HP Jetdirect printservers voor beheerders voor een overzicht van
verkrijgbare HP software voor netwerkinstallatie en configuratie. Deze handleiding kunt u
vinden op de cd die bij de printer is geleverd.
12Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
HP Web Jetadmin
Met HP Web Jetadmin kunt u met een browser de printers beheren die via HP Jetdirect zijn
aangesloten op het intranet. HP Web Jetadmin is een op de browsertechnologie gebaseerd
beheerhulpmiddel en moet alleen op de netwerkcomputer van de beheerder worden
geïnstalleerd. Het kan op een aantal verschillende systemen worden geïnstalleerd en
uitgevoerd.
Ga naar HP Online Klantenondersteuning op http://www.hp.com/go/webjetadmin voor de
meest recente versie van HP Web Jetadmin of een recente lijst met de meeste ondersteunde
hostservers.
Als HP Web Jetadmin op een hostserver is geïnstalleerd, is het programma vanaf elke
clientcomputer toegankelijk via een ondersteunde webbrowser, zoals Microsoft Internet
Explorer 4.x of Netscape Navigator 4.x of hoger. In de browser kunt u naar de HP Web
Jetadmin-host navigeren.
HP Web Jetadmin 6.5 of hoger beschikt over de volgende functies:
●De taakgeoriënteerde gebruikersinterface biedt configureerbare weergaven, waardoor
netwerkbeheerders veel tijd kunnen besparen.
●Met de aanpasbare gebruikersprofielen kunnen netwerkbeheerders ervoor zorgen dat
alleen de bekeken of gebruikte functie wordt opgenomen.
●Onmiddellijke waarschuwingen per e-mail voor apparatuurdefecten, benodigdheden die
bijna op zijn en overige printerproblemen worden nu naar verschillende personen
verzonden.
●Installatie-op-afstand en beheer-vanaf-waar-dan-ook met behulp van een standaard
webbrowser.
●Met geavanceerde autodetectie wordt gezocht naar randapparatuur in het netwerk, zodat
de beheerder niet elke printer handmatig in de database hoeft in te voeren.
●Eenvoudige integratie in beheertoepassingen voor de onderneming.
●Snel zoeken naar randapparatuur gebaseerd op parameters, zoals het IP-adres, de
kleurcapaciteit of de naam van het model.
●Eenvoudig organiseren van randapparatuur in logische groepen, met virtuele
kantoorplattegronden voor gemakkelijke navigatie.
Ga voor de meest recente informatie over HP Web Jetadmin naar de URL:
http://www.hp.com/go/webjetadmin.
UNIX
Het HP Jetdirect-printerinstallatieprogramma voor UNIX is een eenvoudig hulpprogramma
voor het installeren van printers op HP-UX- en Solaris-netwerken. U kunt deze software
downloaden via HP Online Klantenondersteuning op de volgende URL: http://www.hp.com/
support/net_printing.
Linux
Ga naar http://www.hp.com/go/linux voor meer informatie over ondersteuning van Linux.
NLWWPrintersoftware13
Hulpprogramma's
De HP Color LaserJet 3500 series printer en de HP Color LaserJet 3700 series printer zijn
voorzien van verschillende hulpprogramma's waarmee u de printer op een netwerk
eenvoudig kunt controleren en beheren.
HP werkset
De HP werkset is een toepassing die u voor de volgende taken kunt gebruiken:
●de printerstatus controleren
●de printerinstellingen configureren
●informatie over het oplossen van problemen bekijken
●on line documentatie bekijken
●interne printerpagina's afdrukken
U kunt de HP werkset bekijken wanneer de printer direct is aangesloten op de computer of
wanneer de printer is aangesloten op een netwerk. U kunt de HP werkset alleen gebruiken
als u de software volledig hebt geïnstalleerd.
Ingebouwde webserver (bij de HP Color LaserJet 3700 series printer)
Deze printer is uitgerust met een ingebouwde webserver die toegang geeft tot informatie
over de printer- en netwerkactiviteiten. Een webserver biedt een omgeving waarin
webtoepassingen kunnen worden uitgevoerd, net zoals een besturingssysteem, zoals
Windows, een omgeving biedt waarin computertoepassingen kunnen worden uitgevoerd. De
resultaten van deze toepassingen kunnen vervolgens worden weergegeven door een
webbrowser, zoals Microsoft Internet Explorer of Netscape Navigator.
Een ingebouwde webserver bevindt zich in een hardwareapparaat (zoals een printer) of in de
firmware, in plaats van in software die op een netwerkserver is geladen.
Het voordeel van een ingebouwde webserver is dat deze een interface met de printer biedt
die toegankelijk is voor iedereen met een standaard webbrowser en een op het netwerk
aangesloten computer. Er is geen speciale software die moet worden geïnstalleerd en
geconfigureerd, maar u moet wel een ondersteunde webbrowser op de computer hebben.
Als u naar de ingebouwde webserver wilt gaan, typt u het IP-adres van de printer in de
adresregel van de browser. (Als u het IP-adres niet weet, drukt u een configuratiepagina af.
Meer informatie over het afdrukken van een configuratiepagina vindt u in
printerinformatie.)
Functies
De ingebouwde webserver van HP dient voor het bekijken van de status van de printer en de
netwerkkaart en voor het beheren van de afdrukfuncties via uw computer. U kunt met de
ingebouwde webserver van HP het volgende doen:
●informatie over de printerstatus bekijken
●de resterende levensduur van alle benodigdheden bepalen en nieuwe bestellen
●de configuratie van laden bekijken en wijzigen
●de configuratie van het bedieningspaneel van de printer bekijken en wijzigen
●interne pagina's bekijken en afdrukken
Pagina's met
●berichten van printergebeurtenissen en benodigdheden ontvangen
14Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
●koppelingen naar andere websites maken en aanpassen
●de taal selecteren waarin de pagina's van de ingebouwde webserver moeten worden
weergegeven
●de netwerkconfiguratie bekijken en wijzigen
●ondersteuningsinformatie over de printer en over de huidige printerstatus bekijken.
Ingebouwde webserver gebruiken (alleen voor de hp color LaserJet 3700 series printer)
Zie
voor een volledig overzicht van de functies van de ingebouwde webserver.
Overige componenten en hulpprogramma's
Voor gebruikers van Windows en Macintosh-computers en voor netwerkbeheerders zijn
diverse programma's beschikbaar. Een kort overzicht van deze programma's volgt hieronder.
WindowsMacintosh OS
●Een programma voor het
automatisch installeren van
het afdruksysteem
●On line webregistratie
●HP werkset: een
webtoepassing voor het
controleren van de
printerstatus en instellingen voor gebruikers
van Windows 98, 2000, ME
en XP
●PPD-bestanden (PostScript
Printer Description): voor
gebruik met de Apple
PostScript-drivers die
worden geleverd met het
besturingssysteem van de
Macintosh (Mac OS)
●HP werkset: een
webtoepassing voor het
controleren van de
printerstatus en instellingen voor gebruikers
van Max OS X, 10.1 en
10.2.
Netwerkbeheerder
●HP Web Jetadmin: een op
browsertechnologie
gebaseerd hulpmiddel voor
systeembeheer. Raadpleeg
http://www.hp.com/go/
webjetadmin voor de meest
recente software voor
HP Web Jetadmin
●HP JetDirect Printer
Installer voor UNIX:
beschikbaar voor
downloaden van
http://www.hp.com /
support /net_printing
NLWWPrintersoftware15
Specificaties voor het afdrukmateriaal
Voor optimale resultaten gebruikt u fotokopieerpapier van 75 g/m2 tot 90 g/m2. Controleer of
het papier van goede kwaliteit is en vrij is van insnijdingen, scheuren, vlekken, losse deeltjes,
stof, kreukels, knikken, vouwen of omkrullende randen.
Ondersteunde papiergewichten en -formaten
Papierformaten voor Lade 1
1
Lade 1AfmetingenGewicht of dikteCapaciteit
Minimumformaat
papier
Maximumformaat
papier
Minimumformaat
glanzend papier
Maximumformaat
glanzend papier
Minimumformaat
transparanten
2
Maximumformaat
transparanten
2
Minimumformaat
76 bij 127 mm
216 bij 356 mm
76 bij 127 mm
216 bij 356 mm
60 tot 163 g/m
60 tot 163 g/m
75 tot 120 g/m
75 tot 120 g/m
76 bij 127 mm0,12 tot 0,13 mm dik50 vellen
216 bij 356 mm0,12 tot 0,13 mm dik50 vellen
76 bij 127 mm
60 tot 90 g/m
2
100 vellen
(75 g/m
2
100 vellen
(75 g/m
2
Maximale
stapelhoogte: 12 mm
2
Maximale
stapelhoogte: 12 mm
2
10 enveloppen
enveloppen
Maximumformaat
216 bij 356 mm
60 tot 90 g/m
2
10 enveloppen
enveloppen
2
)
2
)
Minimumformaat etiket76 bij 127 mm
Maximumformaat etiket 216 bij 356 mm
Minimumformaat
76 bij 127 mm
75 tot 163 g/m
75 tot 163 g/m
135 tot 216 g/m
2
2
2
50 vellen
50 vellen
40 vellen
kaarten
Maximumformaat
216 bij 356 mm
135 tot 216 g/m
2
40 vellen
kaarten
1
De printer ondersteunt verschillende aangepaste en standaardformaten van het
afdrukmateriaal. De capaciteit kan verschillen afhankelijk van het materiaalgewicht, de dikte
van het materiaal en de omgevingsomstandigheden. Gladheid: 100 tot 250 (Sheffield). Zie
Printerbenodigdheden en accessoires voor meer informatie over bestellen.
2
Gebruik uitsluitend transparanten die zijn ontwikkeld voor HP Color LaserJet printers. Deze
printer herkent transparanten die niet zijn ontworpen voor gebruik met de HP Color LaserJet
Menu Afdrukkwaliteit voor meer informatie.
Opmerking
printers. Zie
In de volgende tabel worden de standaardpapierformaten weergegeven die de printer
ondersteunt voor Lade 2.
16Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
Papierformaten voor Lade 2
1
Lade 2AfmetingenGewicht of dikteCapaciteit
Letter216 bij 279 mm
Legal216 bij 356 mm
Executive184 bij 267 mm
Executive (JIS)216 bij 330 mm
A4210 bij 297 mm
A5148 bij 210 mm
B5 (JIS)182 bij 257 mm
B5 (ISO)176 bij 250 mm
1
De capaciteit kan verschillen afhankelijk van het materiaalgewicht, de dikte van het
60 tot 105 g/m
60 tot 105 g/m
60 tot 105 g/m
60 tot 105 g/m
60 tot 105 g/m
60 tot 105 g/m
60 tot 105 g/m
60 tot 105 g/m
2
2
2
2
2
2
2
2
250 vellen
(75 g/m
2
250 vellen
(75 g/m
2
250 vellen
(75 g/m
2
250 vellen
(75 g/m
2
250 vellen
(75 g/m
2
250 vellen
(75 g/m
2
250 vellen
(75 g/m
2
250 vellen
(75 g/m
2
)
)
)
)
)
)
)
)
materiaal en de omgevingsomstandigheden.
Papierformaten voor Lade 3
1
Lade 3AfmetingenGewicht of dikteCapaciteit
Letter215 bij 279 mm
A4210 bij 296 mm
1
De capaciteit kan verschillen afhankelijk van het materiaalgewicht, de dikte van het
60 tot 105 g/m
60 tot 105 g/m
2
2
500 vellen
(75 g/m
2
500 vellen
(75 g/m
2
)
)
materiaal en de omgevingsomstandigheden.
Automatisch dubbelzijdig afdrukken (beschikbaar op bepaalde modellen van de
HP LaserJet 3700 series printer)
Automatisch
dubbelzijdig
afdrukken
Letter216 bij 279 mm
Legal216 bij 356 mm
A4210 bij 297 mm
1
De printer drukt automatisch af op papier met een gewicht tot 163 gm2. Automatisch
AfmetingenGewicht of dikteCapaciteit
1
60 tot 105 g/m
60 tot 105 g/m
60 tot 105 g/m
2
2
2
onbeperkt aantal vellen
onbeperkt aantal vellen
onbeperkt aantal vellen
afdrukken op papier dat zwaarder is, kan echter leiden tot onverwachte resultaten.
NLWWSpecificaties voor het afdrukmateriaal17
Handmatig dubbelzijdig afdrukken. Op alle ondersteunde papierformaten en -soorten die
vanuit Lade 1 worden afgedrukt, kan handmatig dubbelzijdig worden afgedrukt. Zie
Dubbelzijdig afdrukken (duplex) voor meer informatie.
18Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
2
Bedieningspaneel
Dit hoofdstuk bevat informatie over het bedieningspaneel van de printer, waaronder de
printerfuncties en gegevens over de printer en de afdruktaken. De volgende onderwerpen
komen aan bod:
Overzicht van het bedieningspaneel
●
Menu's van het bedieningspaneel
●
Menuoverzicht
●
Menu Informatie
●
Menu Papierverwerking
●
Menu Apparaat configureren
●
Menu Diagnostiek
●
Configuratie-instellingen van het bedieningspaneel veranderen
●
Het bedieningspaneel gebruiken als de printer wordt gedeeld
●
NLWW19
Overzicht van het bedieningspaneel
Het bedieningspaneel biedt functies voor de bediening van de printer en geeft informatie
weer over de printer en over afdruktaken. Het uitleesvenster biedt grafische informatie over
de printer en de status van de printerbenodigdheden zodat u gemakkelijker problemen kunt
opsporen en oplossen.
De printer biedt informatie via het uitleesvenster en de lampjes in het onderste gedeelte van
het bedieningspaneel. De lampjes Klaar, Gegevens en Attentie bieden overzichtelijke
informatie over de status van de printer en waarschuwen u voor afdrukproblemen. Het
uitleesvenster biedt verdere statusinformatie, menu's, Help-informatie en foutberichten.
Knoppen op het bedieningspaneel
U kunt de knoppen op het bedieningspaneel gebruiken voor het uitvoeren van printerfuncties
en voor het doorlopen van de menu's en berichten in het uitleesvenster.
KnopFunctie
SelecterenHiermee kunt u selecties maken, het afdrukken
hervatten na wisbare fouten en inktcartridges
activeren die niet van HP zijn.
20Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
KnopFunctie
Pijl omhoog
Pijl omlaag
TerugSpringt terug in de menu's.
MenuDient voor het openen en afsluiten van menu's.
StopHiermee kunt u de huidige taak onderbreken,
Help
Dient voor het doorlopen van menu's en tekst en
voor het verhogen of verlagen van numerieke
opties in het uitleesvenster.
kunt u de huidige afdruktaak hervatten of
annuleren, kunt u papier uit de printer
verwijderen en kunt u wisbare fouten bij de
onderbreken taak verwijderen.
Hiermee krijgt u gedetailleerde informatie over
printerberichten en menu's.
Lampjes op het bedieningspaneel
LampjeAanUitKnippert
Klaar
(groen)
Printer is on line (klaar
om gegevens te
ontvangen en af te
drukken)
Printer is off line
(onderbroken) of is
uitgeschakeld.
Printer probeert het
afdrukken te
beëindigen en offline te
gaan. Dit gebeurt
meestal in reactie op
een verzoek van de
gebruiker om de
huidige afdruktaak te
onderbreken.
Gegevens
(groen)
Attentie
(geel)
Er zijn verwerkte
gegevens in de printer
aanwezig, maar er zijn
nog meer gegevens
nodig om de afdruktaak
te kunnen voltooien.
Ook kan afdruktaak zijn
onderbroken of kan er
sprake van fouten die
moeten worden
verholpen.
Er heeft zich een
kritieke fout
voorgedaan. De printer
heeft aandacht nodig.
Printer kan geen
gegevens verwerken of
ontvangen.
Er zijn geen
omstandigheden meer
aanwezig die aandacht
vragen.
Printer verwerkt of
ontvangt gegevens.
Er heeft zich een fout
voorgedaan. De printer
heeft aandacht nodig.
Uitleesvenster
Het uitleesvenster van de printer biedt snel volledige informatie over de printer en de
afdruktaken. Het niveau van de benodigdheden worden aangegeven met afbeeldingen. De
menu's bieden toegang tot de printerfuncties en tot gedetailleerde informatie.
NLWWOverzicht van het bedieningspaneel21
Het hoofdscherm van het uitleesvenster beschikt over twee gebieden: bericht/prompt en
meter voor benodigdheden.
Uitleesvenster van de printer
1Berichten/prompt-gebied
2Meter voor de benodigdheden
3Kleurinktcartridges van links naar rechts: zwart, cyaan, magenta en geel
Het bericht- en het promptgebied bieden informatie over de staat van de printer en laten u
weten hoe u verder moet handelen.
De meter voor de benodigdheden toont het niveau in de inktcartridges (zwart, magenta, geel
en cyaan). Als een inktcartridge is geïnstalleerd die niet van HP is, wordt er wellicht een
weergegeven in plaats van het inktniveau. De meter voor benodigdheden wordt altijd met het
bericht Gereed weergegeven en wanneer de printer een waarschuwing of foutbericht over
een inktcartridge weergeeft.
Toegang tot het bedieningspaneel via een computer
Met de HP werkset of de instellingspagina van de ingebouwde webserver kunt u tevens
toegang krijgen tot het bedieningspaneel van de printer via een computer.
Op de computer wordt dezelfde informatie weergegeven als op het bedieningspaneel. Verder
kunt u via de computer een aantal functies van het bedieningspaneel uitvoeren, zoals het
controleren van de printerbenodigdheden, het bekijken van berichten en het veranderen van
de configuratie van de laden. Zie
gebruiken (alleen voor de hp color LaserJet 3700 series printer) voor meer informatie.
De hp werkset gebruiken of Ingebouwde webserver
22Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
Menu's van het bedieningspaneel
U kunt de meeste dagelijkse afdruktaken in de computer uitvoeren via de printerdriver of het
programma. Dit is de eenvoudigste manier om de printer te bedienen. Wijzigingen die u
aanbrengt met de computer hebben voorrang op de instellingen op het bedieningspaneel.
Raadpleeg de bijbehorende Help-bestanden van de software of raadpleeg
voor meer informatie over het openen van de printerdriver.
U kunt de printer ook bedienen door instellingen te wijzigen in het bedieningspaneel van de
printer. Via het bedieningspaneel kunt u toegang krijgen tot printerfuncties die niet worden
ondersteund door de printerdriver en het programma. U gebruikt het bedieningspaneel voor
het configureren van de laden voor bepaalde soorten afdrukmateriaal en formaten.
Aan de slag
Met de volgende knoppen u door de menu's van het bedieningspaneel bladeren.
KnopFunctie
SelecterenMaakt een selectie en hervat het afdrukken na
Printersoftware
een wisbare waarschuwing.
Pijl omhoog
Pijl omlaag
TerugSpringt terug in de menu's.
MenuDient voor het openen en afsluiten van menu's.
GereedAls er 60 seconden niet op een knop wordt
Hangslotsymbool
Dient voor het doorlopen van menu's en tekst en
voor het verhogen of verlagen van numerieke
opties in het uitleesvenster. Houd de pijlen
ingedrukt om sneller door de opties te bladeren.
gedrukt, keert de printer terug naar de status
Gereed.
Het menu is door de netwerkbeheerder
vergrendeld.
NLWWMenu's van het bedieningspaneel23
Menuoverzicht
In de volgende tabellen vindt u een overzicht van ieder menu.
De menu's openen
1. Druk één keer op M
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op M
6.
Druk op
MENU'SInformatie
of om naar het overzicht te gaan.
om de gewenste optie te selecteren.
om naar het vorige niveau terug te gaan.
ENU
om extra informatie over een menu weer te geven.
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om MENU'S te verlaten.
PAPIERVERWERKING
Apparaat configureren
DIAGNOSTIEK
SERVICE
Menu Informatie
Zie Menu Informatie voor meer informatie.
InformatieMENUSTRUCTUUR AFDRUKKEN
CONFIGURATIE AFDRUKKEN
STATUSPAGINA BENODIGDH. AFDR.
STAT. BENODIGDHDN
GEBRUIKSGEGEVENS AFDRUKKEN (voor de
HP Color LaserJet 3700 series printer)
DEMO AFDRUKKEN
BESTANDSDIRECTORY AFDRUKKEN (voor de
HP Color LaserJet 3700 series printer)
PCL-LETTERTYPEN OVERZICHT AFDRUK.
(voor de HP Color LaserJet 3700 series printer)
PS-LETTERTYPEN- OVERZICHT AFDRUK.
(voor de HP Color LaserJet 3700 series printer)
Menu Papierverwerking
Zie Menu Papierverwerking voor meer informatie.
24Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
PAPIERVERWERKINGLADE 1 FORMAAT
LADE 1 TYPE
LADE 2 FORMAAT
LADE 2 TYPE
LADE 3 FORMAAT
LADE 3 TYPE
Menu Apparaat configureren
Zie Menu Apparaat configureren en Configuratie-instellingen van het bedieningspaneel
veranderen voor meer informatie.
Apparaat configurerenAFDRUKKENEXEMPLAREN
Standaard papierformaat:
STAND. AANGEPAST
PAPIERFORMAAT
DUBBELZIJDIG (voor de
HP Color LaserJet 3700dn en
3700dtn)
DUPLEX BINDEN (voor de
HP Color LaserJet 3700dn en
3700dtn)
A4/LETTER VERVANGEN
HANDMATIG INVOEREN
LETTERTYPE COURIER (voor
de HP Color LaserJet 3700
series printer)
BREDE A4 (voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer)
Afdrukken PS fouten: (voor de
HP Color LaserJet 3700 series
printer)
PCL
AFDRUKKWALITEITKLEUR AANPASSEN
KALIBRATIE INSTELLEN
FUSERMODI
AUTODETECTIEMODUS
INKTJET TRANSPARANTEN
OPTIMALISEREN
NU KALIBREREN
REINIGINGSPAGINA MAKEN
REINIGINGSPAGINA
VERWERKEN
NLWWMenuoverzicht25
SYSTEEM- INSTELLINGENADRES WEERGEVEN
(beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer)
OPTIMALE SNELHEID/
KOSTEN
GEDRAG VAN LADE
POWERSAVE-TIJD
HELDERHEID WEERGEVEN
PERSONALITY (voor de
HP Color LaserJet 3700 series
printer)
WISBARE BERICHTEN (voor
de HP Color LaserJet 3700
series printer)
AUTOM. DOORGAAN
BENDIGDH. BIJNA OP
Storing verhelpen:
ram_disk (voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer)
Taal
I/OI/O TIME-OUT
HERSTELFABRIEKSINST.
Menu Diagnostiek
Zie Menu Diagnostiek voor meer informatie.
PAGINA
BUFFERINSTELLINGEN
PARALLELLE INVOER (voor
de HP Color LaserJet 3700
series printer)
EIO X (voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer)
HERSTELLEN
POWERSAVE
RESET BENODIGDHDN
26Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
DIAGNOSTIEKGEBEURTENISLOG- BOEK AFDRUKKEN
GEBEURTENISLOG- BOEK WEERGEVEN
PQ PROBLEEMOPLOSSING
CARTRIDGE CONTR. UITSCHAKELEN
SENSOREN PAPIERBAAN
PAPIERBAANTEST
HANDMATIGE SENSORTEST
ONDERDELENTEST
TEST AFDRUKKEN/STOPPEN
KLEURBANDTEST
NLWWMenuoverzicht27
Menu Informatie
U kunt het menu Informatie gebruiken voor toegang tot bepaalde printerinformatie en het
afdrukken ervan.
MenuoptieOmschrijving
MENUSTRUCTUUR AFDRUKKENDrukt een overzicht af van het menu van het
CONFIGURATIE AFDRUKKENHiermee drukt u de configuratiepagina van de
STATUSPAGINA BENODIGDH. AFDR.Maakt een afdruk van de resterende levensduur
STAT. BENODIGDHDNToont de status van de benodigdheden in een
bedieningspaneel waarop u de lay-out en de
instelling van de diverse opties van het menu van
het bedieningspaneel kunt zien. Zie
printerinformatie.
printer af.
van de benodigdheden en rapporteert gegevens
over het totaal aantal afgedrukte pagina's en de
verwerkte taken, de productiedatum van de
inktcartridges, het serienummer, het aantal
afgedrukte pagina's en onderhoudsinformatie.
lijst.
Pagina's met
GEBRUIKSGEGEVENS AFDRUKKENMaakt een afdruk van alle materiaalformaten die
door de printer zijn gevoerd; geeft aan of de
afdrukken enkelzijdig (simplex), dubbelzijdig
(duplex), zwart-wit of in kleur zijn; en rapporteert
het aantal pagina's.
Beschikbaar voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
DEMO AFDRUKKENDrukt een demonstratiepagina af.
BESTANDSDIRECTORY AFDRUKKENMaakt een afdruk van de naam en de directory
van de bestanden die in de printer zijn
opgeslagen.
Beschikbaar voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
PCL-LETTERTYPEN OVERZICHT AFDRUK.Maakt een afdruk van de beschikbare PCL-
lettertypen.
Beschikbaar voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
PS-LETTERTYPEN- OVERZICHT AFDRUK.Maakt een afdruk van de beschikbare PS-
lettertypen (PostScript-emulatie).
Beschikbaar voor de HP Color LaserJet 3700
series printer.
28Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
Menu Papierverwerking
Via het menu Papierverwerking kunt u de laden configureren op soort en formaat. Het is
belangrijk om door middel van dit menu de laden juist te configureren alvorens u voor het
eerst afdrukt.
Opmerking
Als u eerdere HP LaserJet printers hebt gebruikt, bent u wellicht gewend om Lade 1 te
configureren in de Eerste modus of de Cassettemodus. Als u de instellingen voor de Eerste
modus wilt nabootsen, configureert u Lade 1 met formaat = ELK FORMAAT en type = ELKSOORT. Als u de instellingen van de Cassettemodus wilt nabootsen, stelt u de soort of het
formaat voor Lade 1 in op een andere instelling dan ELK FORMAAT of ELK SOORT.
Menuoptie
LADE 1 FORMAATEr wordt een lijst met de
LADE 1 TYPEEr wordt een lijst met de
LADE 2 FORMAAT
LADE 3 FORMAAT
WaardeOmschrijving
Dient voor het configureren van
beschikbare formaten
weergegeven.
beschikbare typen
weergegeven.
Er wordt een lijst met de
beschikbare formaten
weergegeven.
het papierformaat voor Lade 1.
De standaardinstelling is ELK
FORMAAT. Zie
papiergewichten en -formaten
voor een volledig overzicht van
de beschikbare formaten.
Dient voor het configureren van
het papiertype voor Lade 1. De
standaardinstelling is ELK
SOORT. Zie
papiergewichten en -formaten
voor een volledig overzicht van
de beschikbare soorten.
Hiermee kunt u het
papierformaat voor Lade 2 of
Lade 3 configureren. De
standaardinstelling is Letter of
A4, afhankelijk van het land/de
regio. Zie
papiergewichten en -formaten
voor een volledig overzicht van
de beschikbare formaten.
Ondersteunde
Ondersteunde
Ondersteunde
LADE 2 TYPE
LADE 3 TYPE
Er wordt een lijst met de
beschikbare typen
weergegeven.
Hiermee kunt u de papiersoort
voor Lade 2 of Lade 3
configureren. De
standaardinstelling is
GEWOON. Zie
papiergewichten en -formaten
voor een volledig overzicht van
de beschikbare soorten.
Ondersteunde
NLWWMenu Papierverwerking29
Menu Apparaat configureren
Met het menu Apparaat configureren kunt u de standaardafdrukinstellingen wijzigen of
opnieuw instellen, de afdrukkwaliteit aanpassen en de systeemconfiguratie en de I/O-opties
wijzigen.
Menu Afdrukken
Deze instellingen zijn alleen van toepassing op taken zonder specifieke eigenschappen. Voor
de meeste taken worden alle eigenschappen specifiek opgegeven en worden de instellingen
in dit menu tenietgedaan. Met dit menu kunt u ook de standaardinstellingen voor
papierformaat en -type opgeven.
MenuoptieWaardenOmschrijving
EXEMPLAREN1–32.000Dient voor instelling van het
standaardaantal exemplaren.
Het standaardaantal
exemplaren is 1.
Standaard papierformaat:Er wordt een lijst met de
beschikbare formaten
weergegeven.
STAND. AANGEPAST
PAPIERFORMAAT
DUBBELZIJDIGUIT
DUPLEX BINDENLANGE RAND
A4/LETTER VERVANGENNEE
MAATEENHEID
X-GROOTTE Y-GROOTTE
AAN
KORTE RAND
JA
Dient voor het instellen van het
standaardpapierformaat.
Dient voor het instellen van
standaardafmetingen voor
aangepaste taken zonder
formaat. Beschikbaar voor
Lade 1.
Dient voor het in- en
uitschakelen van de
duplexfunctie (automatisch
dubbelzijdig afdrukken). De
standaardwaarde is UIT. U kunt
deze instelling tenietdoen in de
printerdriver.
Beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700dn en 3700dtn
printer.
Hiermee kunt u instellen of een
dubbelzijdige afdruktaak aan de
lange zijde of de korte zijde
wordt afgedrukt.
Hiermee kunt u instellen dat A4-
formaat wordt afgedrukt op
papier van Letter-formaat
wanneer er geen papier van A4-
formaat in de printer is geplaatst
of dat Letter-formaat wordt
afgedrukt op papier van A4-
formaat wanneer er geen papier
van Letter-formaat is geplaatst.
De standaardwaarde is NEE.
30Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
MenuoptieWaardenOmschrijving
HANDMATIG INVOERENAAN
UIT
LETTERTYPE COURIERNORMAAL
DONKER
BREDE A4NEE
JA
De standaardwaarde is UIT. Als
u de optie instelt op AAN, wordt
HANDMATIG INVOEREN de
standaardwaarde voor taken
waarbij geen lade wordt
geselecteerd. U kunt deze
instelling tenietdoen in de
printerdriver.
Dient voor het selecteren van
een van de beschikbare versies
van het lettertype Courier. De
standaardwaarde is
NORMAAL.
Beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer.
Dient voor het veranderen van
het afdrukgebied van het A4-
formaat zodat 80 10-pitch
tekens op een enkele regel
passen. De standaardwaarde is
NEE.
Beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer.
Afdrukken PS fouten:UIT
AAN
Dient voor het in- of
uitschakelen van pagina's met
PS-fouten (emulated
PostScript). De
standaardwaarde is UIT.
Beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer.
NLWWMenu Apparaat configureren31
MenuoptieWaardenOmschrijving
PCLPAGINALENGTE
AFDRUKSTAND
BRON LETTERTYPEN
GROOTTE LETTERTYPE
PITCH LETTERTYPE
PUNTGROOTTE
LETTERTYPE
SYMBOOLSET
CR AAN LF TOEVOEGEN
BLANCO PAGINA'S
ONDERDRUKKEN
Dient voor het configureren van
de instellingen voor de
printertaal.
Met PAGINALENGTE stelt u
het aantal regels per pagina in.
De standaardwaarde is 0.
Met AFDRUKSTAND bepaalt u
of de pagina wordt opgemaakt
langs de lange zijde of de korte
zijde. De standaardwaarde is
STAAND (beschikbaar voor de
HP Color LaserJet 3700 series
printer).
Met BRON LETTERTYPEN
selecteert u welk lettertype
wordt gebruikt op het
bedieningspaneel van de
printer. De standaardwaarde is
INTERN. GROOTTE
LETTERTYPE is het getal van
het lettertype dat u selecteert.
Als dit lettertype een
contourlettertype is, kunt u met
PITCH LETTERTYPE de pitch
van een lettertype met een
vaste letterafstand instellen. De
standaardwaarde is 10,00
(beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer).
Met PUNTGROOTTE
LETTERTYPE wordt de grootte
van een geselecteerd lettertype
met een vaste letterafstand
ingesteld. Het
standaardlettertype is 12
punten.
Met SYMBOOLSET stelt u in
welke symbolenset wordt
gebruikt op het bedienings-
paneel van de printer. De
standaardwaarde is PC-8.
Met CR AAN LF TOEVOEGEN
kunt u instellen of een
regelinvoer wordt toegevoegd
aan elke regelterugloop bij een
neerwaarts compatibele PCL-
taak. De standaardwaarde is
NEE.
Met BLANCO PAGINA'S
ONDERDRUKKEN kunt u
instellen of lege pagina's in
PCL-taken automatisch worden
onderdrukt. JA betekent dat
lege pagina's worden
onderdrukt (beschikbaar voor
de HP Color LaserJet 3700
series printer.
32Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
Menu Afdrukkwaliteit
Dit menu dient voor het aanpassen van alle aspecten van de afdrukkwaliteit, waaronder
instellingen voor de kalibratie, registratie en de kleurhalftonen.
MenuoptieWaardenOmschrijving
KLEUR AANPASSENCYAANDICHTHEID
MAGENTADICHTHEID
GEELDICHTHEID
ZWARTDICHTHEID
KLEURWAARDEN
HERSTELLEN
KALIBRATIE INSTELLENTESTPAGINA AFDRUKKEN
Bron
LADE 1
LADE 2
LADE 3
AUTODETECTIEMODUSALLEEN TRANSPARANT
UITGEBR. DETECT.
Dient voor het aanpassen van
de halftooninstellingen voor
iedere kleur apart. De
standaardwaarde voor elke
kleur is 0.
Dient voor het uitlijnen van de
afbeelding voor enkelzijdig en
dubbelzijdig afdrukken. De
standaardwaarde voor Bron is
LADE 2. De standaardwaarde
voor de subitems LADE 1,
LADE 2 en LADE 3 is 0.
Als een lade is ingesteld op
GEWOON of ELK FORM en in
de afdruktaak geen
materiaalsoort is opgegeven,
wordt de afdrukkwaliteit
aangepast aan de
materiaalsoort die door de
printer wordt herkend. De
standaardwaarde is ALLEEN
TRANSPARANT, waarmee
transparanten, glanzend papier
en tough paper worden
herkend.
INKTJET TRANSPARANTENWEIG.-BEV. FUSER
ACCEPT.-NIET GEADV.
FUSERMODIEr wordt een lijst met de
beschikbare modi
weergegeven.
WEIG.-BEV. FUSER zorgt
ervoor dat een afdruktaak wordt
stopgezet wanneer is
vastgesteld dat een type
transparant ongeschikt is om op
af te drukken. Deze optie
beschermt de printerfuser tegen
beschadiging.
Met ACCEPT.-NIET GEADV.
kan de taak toch worden
afgedrukt, zelfs wanneer een
ongeschikt type transparant
wordt gebruikt.
De standaardwaarde is WEIG.-
BEV. FUSER.
Dient voor het koppelen van
een papiertype aan een
bepaalde afdrukmodus.
NLWWMenu Apparaat configureren33
MenuoptieWaardenOmschrijving
OPTIMALISERENT1 OMLAAG
T1 OMHOOG
T2 OMHOOG 1
T2 OMHOOG 2
T2 OMLAAG 1
T2 OMLAAG 2
VOORRAND OMHOOG
VOORRAND OMLAAG
ACHTERGR.VERKL. 1
ACHTERGR.VERKL. 2
FUSER OMLAAG 1
FUSER OMLAAG 2
VERSCHUIVING
SPOOKEFF.VOORK.
ROTATIE VOORAF
OPTIMALISATIE OPNIEUW
INSTELLEN
NU KALIBRERENHiermee worden alle
Hiermee kunt u bepaalde
parameters optimaliseren voor
alle taken in plaats van (of
naast) alleen parameters te
optimaliseren voor bepaalde
papiertypen. De
standaardwaarde voor elke
optie is UIT.
OPTIMALISATIE OPNIEUW
INSTELLEN zorgt ervoor dat
alle waarden worden teruggezet
op UIT.
printerkalibraties uitgevoerd om
de afdrukkwaliteit te
optimaliseren.
REINIGINGSPAGINA MAKENDient om een reinigingspagina
af te drukken waarmee de
printer kan worden gereinigd.
Deze pagina bevat instructies
voor het verwerken van de
REINIGINGSPAGINA
VERWERKEN
reinigingspagina. Zie
reinigen voor meer informatie.
Nadat de reinigingspagina in
Lade 1 is geplaatst, zorgt deze
menuoptie ervoor dat de
reinigingspagina door de printer
wordt verwerkt. Het
reinigingsproces duurt enkele
momenten. Zie
reinigen voor meer informatie.
De printer
De printer
Menu Systeeminstellingen
In het menu Systeeminstellingen kunt u de standaardinstellingen voor de algemene
printerconfiguratie wijzigen, zoals de PowerSave-tijd, de printer-personality (printertaal) en
het herstel na een storing. Zie
voor meer informatie.
Configuratie-instellingen van het bedieningspaneel veranderen
34Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
MenuoptieWaardenOmschrijving
ADRES WEERGEVENAUTO
UIT
OPTIMALE SNELHEID/ KOSTENAUTO
MEESTAL
KLEURENPAG
MEESTAL MONO
PAG.
Met AUTO kan op het
bedieningspaneel van de printer
afwisselend het IP-adres van de printer
en het bericht Gereed worden
weergegeven. De standaardwaarde is
UIT.
Deze menuoptie wordt alleen
weergegeven als de printer is
aangesloten op een netwerk
(beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700n, 3700dn en 3700dtn
printer).
Deze menuoptie bepaalt hoe de printer
overschakelt van afdrukken in kleur
naar monochroom (zwart-wit)
afdrukken zodat maximale prestaties
en een maximale gebruiksduur van de
inktcartridges worden verkregen.
Met AUTO worden de
standaardinstellingen van de printer
hersteld. De standaardwaarde is
AUTO.
Selecteer MEESTAL KLEURENPAG
als u bijna al uw taken afdrukt in kleur
met een hoge paginadekking.
Selecteer MEESTAL MONO PAG. als
u meestal monochrome taken of een
combinatie van kleurentaken en
monochrome taken afdrukt.
GEDRAG VAN LADEGEBRUIK
GEWENSTE
LADE
HANDINVOER
PROMPT
PS OF
AFDRUKMATERI
AAL
Dient voor het opgeven van
instellingen voor de ladeselectie. (Met
deze instelling kunt u laden
configureren als laden van bepaalde
oudere printers van HP.)
De standaardwaarde voor GEBRUIKGEWENSTE LADE is EXCLUSIEF.
De standaardwaarde voor
HANDINVOER PROMPT is ALTIJD.
PS OF AFDRUKMATERIAAL bepaalt
hoe papier wordt verwerkt wanneer u
afdrukt vanuit een Adobe PSprinterdriver. Bij INGESCHAKELD
wordt de HP papierverwerking
gebruikt. Bij Niet mogelijk wordt de
papierverwerking van Adobe PS
gebruikt. De standaardwaarde is
INGESCHAKELD.
Zie
Opties voor ladegedrag: gewenste
lade gebruiken en handmatige invoer
voor meer informatie.
NLWWMenu Apparaat configureren35
MenuoptieWaardenOmschrijving
POWERSAVE-TIJD1 UREN
2 MINUUT
30 MINUTEN
4 UREN
15 MINUTEN
15 UUR
HELDERHEID WEERGEVEN1–10Met deze optie kunt u de helderheid
PERSONALITYAUTO
PS
PCL
Vermindert het stroomverbruik
wanneer de printer een bepaalde tijd
niet gebruikt is.
Met deze optie kunt u instellen hoe
lang het duurt voordat de PowerSavestand van de printer wordt
ingeschakeld als de printer niet actief
is. De standaardwaarde is 30MINUTEN.
Zie
PowerSave-tijd voor meer
informatie.
van het bedieningspaneel van de
printer instellen. De standaardwaarde
is 5. Zie
uitleesvenster.
Dient voor het instellen van de
standaard-personality op PCL,
PostScript-emulatie of op automatisch
heen en weer schakelen. De
standaardwaarde is AUTO.
Zie
hp color LaserJet 3700 series printer)
voor meer informatie.
Helderheid van het
Personality (beschikbaar voor de
WISBARE BERICHTENTAAK
AAN
AUTOM. DOORGAANUIT
AAN
Met deze optie kunt u instellen hoe
lang een wisbare waarschuwing wordt
weergegeven op het bedieningspaneel
van de printer. De standaardwaarde is
TAAK. Dit wordt weergegeven tot u op
drukt. AAN wordt weergegeven tot
het einde van de taak waardoor de
waarschuwing is gegenereerd.
Zie
Wisbare waarschuwingen
(beschikbaar voor de hp color LaserJet
3700 series printer) voor meer
informatie.
Bepaalt wat de printer doet wanneer er
een fout optreedt waarna automatisch
doorgaan mogelijk is. De
standaardwaarde is AAN.
Bij AAN wordt het afdrukken na 10
seconden automatisch hervat.
Met UIT wordt het afdrukken
onderbroken. Druk op
gaan met afdrukken.
Automatisch doorgaan voor meer
Zie
informatie.
om door te
36Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
MenuoptieWaardenOmschrijving
BENDIGDH. BIJNA OPSTOP
VERDER
Storing verhelpen:UIT
AAN
AUTO
ram_diskAUTO
UIT
Dient voor instelling van rapportage
over benodigdheden die bijna op zijn.
De standaardwaarde is VERDER.
BijSTOP wordt het afdrukken
stopgezet zodra wordt vastgesteld dat
printerbenodigdheden bijna op zijn.
Druk op
afdrukken.
Zie
voor meer informatie.
Bepaalt of de printer na een
papierstoring zal proberen om
overgeslagen pagina's opnieuw af te
drukken. De standaardwaarde is
AUTO.
Zie
informatie.
Bepaalt hoe de functie voor de RAMschijf is geconfigureerd. AUTO stelt de
printer in staat de optimale grootte van
de RAM-schijf te bepalen op basis van
de hoeveelheid beschikbaar
geheugen. Met UIT wordt de RAMschijf uitgeschakeld, maar blijft een
klein gedeelte van de RAM-schijf nog
beschikbaar. De standaardwaarde is
AUTO.
om door te gaan met
Printerbenodigdheden bijna op
Storingsherstel voor meer
Beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer.
TaalEr wordt een lijst
met beschikbare
talen
weergegeven.
Dient voor het instellen van de
standaardtaal voor het
bedieningspaneel.
Zie
Taal voor meer informatie.
Menu I/O
Met dit menu kunt u de I/O-opties van de printer configureren.
Netwerkconfiguratie.
Zie
MenuoptieWaardenOmschrijving
I/O TIME-OUT5–300Dient voor het selecteren van
de I/O-time-out in seconden.
NLWWMenu Apparaat configureren37
MenuoptieWaardenOmschrijving
PAGINA
BUFFERINSTELLINGEN
PARALLELLE INVOERHOGE SNELHEID
UIT
AAN
GEAVANCEERDE FUNCTIES
Hiermee stelt u in of de printer
de prestaties moet
optimaliseren of het
apparaatgebruik moet beperken
terwijl wordt gewacht op
gegevensoverdracht. Selecteer
AAN als de printer USB 1.1 of
Ethernet 10 base T gebruikt. De
standaardwaarde is UIT
(beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3500 series printer).
Dient voor het selecteren van
de snelheid waarmee de
parallelle poort communiceert
met de host en voor het in- en
uitschakelen van de
bidirectionele parallelle
communicatie.
De standaardwaarde voor
HOGE SNELHEID is JA. De
standaardwaarde voor
GEAVANCEERDE FUNCTIES
is AAN.
Beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer.
EIO XMogelijke waarden zijn:
TCP/IP
IPX/SPX
APPLETALK
DLC/LLC
LINK-SNELH
Hiermee kunt u EIO-apparaten
configureren die in de EIO-sleuf
zijn geïnstalleerd.
Beschikbaar voor de HP Color
LaserJet 3700 series printer.
Zie
EIO-configuratie (Enhanced
I/O) (alleen voor de hp color
LaserJet 3700 series printer)
voor meer informatie.
Menu Herstel
In het menu Herstel kunt u de fabrieksinstellingen herstellen, de PowerSave-functie in- en
uitschakelen en de printer bijwerken na het installeren van nieuwe printerbenodigdheden.
MenuoptieWaardenOmschrijving
FABRIEKSINST.
HERSTELLEN
GeenHiermee kunt u de paginabuffer
wissen, alle tijdelijke
personality-gegevens
verwijderen, de afdrukomgeving
opnieuw instellen en alle
standaardinstellingen
herstellen. Met dit menu worden
de netwerkinstellingen van HP
Jetdirect echter niet teruggezet
naar de standaardwaarden.
38Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
MenuoptieWaardenOmschrijving
POWERSAVEUIT
AAN
RESET BENODIGDHDNNWE. TRANSFERKIT
NIEUWE FUSERKIT
Dient voor het in- en
uitschakelen van de
PowerSave-functie. De
standaardwaarde is AAN.
Hiermee kunt u doorgeven aan
de printer dat er een nieuwe
transferkit of fuserkit is
geïnstalleerd.
NLWWMenu Apparaat configureren39
Menu Diagnostiek
Met het menu Diagnostiek kunnen tests worden uitgevoerd waarmee de problemen met de
printer kunnen worden vastgesteld en opgelost.
MenuoptieOmschrijving
GEBEURTENISLOG- BOEK AFDRUKKENMet deze optie kunt u een lijst met de laatste 50
GEBEURTENISLOG- BOEK WEERGEVENDeze optie toont de laatste 50 gebeurtenissen
PQ PROBLEEMOPLOSSINGDeze optie drukt een aantal pagina's af die u kunt
CARTRIDGE CONTR. UITSCHAKELENMet deze test kunt u afdrukken als een of meer
SENSOREN PAPIERBAANDeze optie toont de waarden van de sensoren.
vermeldingen in het printerlogboek afdrukken, te
beginnen met het meest recente bericht.
van het bedieningspaneel, te beginnen met de
meest recente gebeurtenis.
gebruiken om problemen met de afdrukkwaliteit
op te lossen.
inktcartridges zijn verwijderd, zodat u problemen
met inktcartridges kunt vaststellen.
De waarden worden elke keer dat het papier de
sensoren passeert, bijgewerkt. Afdruktaken
kunnen worden gestart op het bedieningspaneel
of worden verzonden via de computer.
PAPIERBAANTESTDeze optie komt is nuttig voor het testen van de
functies voor de papierverwerking, zoals de
configuratie van de laden.
HANDMATIGE SENSORTESTMet dit item kan een servicemedewerker testen
of de sensors en schakelaars voor de papierbaan
correct functioneren.
ONDERDELENTESTMet deze optie kunt u aparte onderdelen
onafhankelijk activeren om geluiden, lekkages en
andere kwesties te isoleren.
TEST AFDRUKKEN/STOPPENMet dit item worden problemen met de
afdrukkwaliteit nauwkeuriger geïsoleerd door de
printer tijdens het afdrukken te onderbreken. Als
u de printer tijdens het afdrukken onderbreekt,
heeft dit wellicht een papierstoring tot gevolg die
handmatig moet worden verwijderd. Een
servicemedewerker moet deze test uitvoeren.
KLEURBANDTESTMet dit item kan een servicemedewerker
vonkvorming in de voedingsbron met hoog
voltage vaststellen. Deze test is alleen bedoeld
voor de HP Color LaserJet 3700 series printer.
40Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
Configuratie-instellingen van het bedieningspaneel veranderen
Via het bedieningspaneel van de printer kunt u de algemene standaardinstellingen van de
printerconfiguratie wijzigen, zoals het formaat en het type afdrukmateriaal van een lade, de
tijd voor de PowerSave-functie, de personality van de printer (de printertaal) en de methode
van storingherstel.
U hebt tevens toegang tot het bedieningspaneel van de printer via een computer als u de
instellingspagina van de ingebouwde webserver gebruikt. De computer toont dezelfde
informatie als op het bedieningspaneel wordt weergegeven. Zie
gebruiken (alleen voor de hp color LaserJet 3700 series printer) voor meer informatie.
Ingebouwde webserver
VOORZICHTIG
De configuratie-instellingen hoeven maar zelden te worden gewijzigd. Hewlett-Packard
beveelt aan dat de configuratie-instellingen uitsluitend door de systeembeheerder worden
veranderd.
Opties voor ladegedrag: gewenste lade gebruiken en
handmatige invoer
De laden hebben de volgende opties die door de gebruiker kunnen worden ingesteld:
●GEBRUIK GEWENSTE LADE. Als u EXCLUSIEF (de standaardinstelling) selecteert,
selecteert de printer niet automatisch een andere lade wanneer u aangeeft dat een
bepaalde lade moet worden gebruikt. Als u EERSTE selecteert, kan de printer papier
opnemen uit een tweede lade als de opgegeven lade leeg is.
●Handmatig laden. Als u ALTIJD (de standaardinstelling) selecteert, geeft het systeem
altijd eerst een melding voordat papier uit de multifunctionele lade wordt opgenomen. Als
u TENZIJ GELADEN selecteert, geeft het systeem alleen een melding als de
multifunctionele lade leeg is.
Ga als volgt te werk om gebruik van de verzochte lade in te stellen
1. Druk op M
2. Druk op
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
7. Druk op
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op
11. Druk op M
om Apparaat configureren te selecteren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
om GEDRAG VAN LADE te markeren.
om GEDRAG VAN LADE te selecteren.
om GEBRUIK GEWENSTE LADE te selecteren.
of om EXCLUSIEF of EERSTE te selecteren.
om het gedrag van de lade in te stellen.
ENU
.
Ga als volgt te werk om de prompt voor handinvoer in te stellen
1. Druk op M
2. Druk op
NLWWConfiguratie-instellingen van het bedieningspaneel veranderen41
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op om Apparaat configureren te selecteren.
Opmerking
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
7. Druk op
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op
11. Druk op
12. Druk op M
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
om GEDRAG VAN LADE te markeren.
om GEDRAG VAN LADE te selecteren.
om HANDINVOER PROMPT te markeren.
om HANDINVOER PROMPT te selecteren.
of om ALTIJD of TENZIJ GELADEN te selecteren.
om het gedrag van de lade in te stellen.
ENU
.
PowerSave-tijd
Met de instelbare PowerSave-functie kunt u het energieverbruik beperken wanneer de printer
enige tijd niet actief is geweest. De tijdsduur die verstrijkt voordat de PowerSave-stand van
de printer wordt ingeschakeld, kan worden ingesteld op 1 UREN, 2 MINUUT, 30 MINUTEN, 4UREN, 4 UREN, 15 MINUTEN of 15 UUR. De standaardinstelling is 30 MINUTEN.
Het uitleesvenster van de printer wordt gedimd wanneer de printer naar de PowerSave-stand
verspringt. De PowerSave-stand heeft geen invloed op de opwarmtijd van de printer, tenzij
deze meer dan 8 uur in de PowerSave-stand heeft gestaan.
Ga als volgt te werk om de tijd voor de PowerSave-stand in te stellen
1. Druk op M
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
7. Druk op
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
om POWERSAVE-TIJD te markeren.
om POWERSAVE-TIJD te selecteren.
of om de gewenste tijd te selecteren.
om de tijd in te stellen.
ENU
.
Ga als volgt te werk om PowerSave in of uit te schakelen
1. Druk op M
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
om HERSTEL te markeren.
5. Druk op
6. Druk op
om HERSTEL te selecteren.
om POWERSAVE te markeren.
42Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
7. Druk op om POWERSAVE te selecteren.
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op M
of om AAN of UIT te selecteren.
om de waarde in te stellen.
ENU
.
Helderheid van het uitleesvenster
U kunt de helderheid van het bedieningspaneel aanpassen met de optie HELDERHEID
WEERGEVEN.
Ga als volgt te werk om de helderheid van het uitleesvenster in te
stellen
1. Druk op M
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
7. Druk op
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
om HELDERHEID WEERGEVEN te markeren.
om HELDERHEID WEERGEVEN te selecteren.
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op M
of om de gewenste instelling te selecteren.
om de waarde in te stellen.
ENU
.
Personality (beschikbaar voor de hp color LaserJet 3700
series printer)
Deze printer schakelt automatisch over naar de juiste personality (printertaal).
●AUTO stelt de printer in staat om automatisch de aard van de afdruktaak te detecteren
en de personality voor de betreffende taak in te stellen.
●PCL stelt de printer in voor gebruik van de printertaal PCL (Printer Control Language).
●
PS stelt de printer in voor gebruik van de PostScript-emulatiemodus.
Ga als volgt te werk om de personality in te stellen
1. Druk op M
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
5. Druk op
6. Druk op
7. Druk op
NLWWConfiguratie-instellingen van het bedieningspaneel veranderen43
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
om PERSONALITY te markeren.
om PERSONALITY te selecteren.
8. Druk op of om de juiste personality te selecteren (AUTO, PS of PCL).
9. Druk op
10. Druk op M
om de personality in te stellen.
ENU
.
Wisbare waarschuwingen (beschikbaar voor de hp color
LaserJet 3700 series printer)
Met deze optie bepaalt u de tijd dat wisbare waarschuwingen worden weergegeven door
AAN of TAAK te selecteren. De standaardwaarde is TAAK.
●AAN geeft de wisbare waarschuwingen weer totdat u op
●TAAK geeft de wisbare waarschuwingen weer totdat de taak waardoor het bericht is
veroorzaakt, is beëindigd.
Ga als volgt te werk om de wisbare waarschuwingen in te stellen
1. Druk op M
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
drukt.
6. Druk op
7. Druk op
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op M
om WISBARE BERICHTEN te markeren.
om WISBARE BERICHTEN te selecteren.
of om de gewenste instelling te selecteren.
om de waarde in te stellen.
ENU
.
Automatisch doorgaan
U bepaalt wat de printer doet wanneer er een fout optreedt waarna automatisch doorgaan
mogelijk is. AAN is de standaardinstelling.
●AAN toont gedurende tien seconden een foutbericht alvorens automatisch door te gaan
met afdrukken.
●UIT zet het afdrukken tijdelijk stil wanneer er een foutbericht wordt weergegeven. Dat
duurt totdat u op
Ga als volgt te werk om de printer in te stellen op automatisch doorgaan
1. Druk op M
2. Druk op
ENU
om Apparaat configureren te markeren.
drukt.
om naar MENU'S te gaan.
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
44Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
om Apparaat configureren te selecteren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
om AUTOM. DOORGAAN te markeren.
7. Druk op om AUTOM. DOORGAAN te selecteren.
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op M
of om de gewenste instelling te selecteren.
om de waarde in te stellen.
ENU
.
Printerbenodigdheden bijna op
De printer biedt twee opties voor het rapporteren dat de benodigdheden bijna op zijn;
VERDER is de standaardwaarde.
●Met VERDER kan de printer ondanks het feit dat er een waarschuwing wordt
weergegeven, doorgaan met afdrukken totdat de benodigdheden zijn vervangen of op
zijn.
●Met STOP houdt de printer op met afdrukken totdat de benodigdheden zijn vervangen of
totdat u op
blijft.
Ga als volgt te werk om de waarschuwing voor de
printerbenodigdheden in te stellen
1. Druk op M
2. Druk op
drukt waardoor de printer verder afdrukt terwijl de waarschuwing zichtbaar
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
7. Druk op
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op M
om Apparaat configureren te selecteren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
om BENDIGDH. BIJNA OP te markeren.
om BENDIGDH. BIJNA OP te selecteren.
of om de gewenste instelling te selecteren.
om de waarde in te stellen.
ENU
.
Storingsherstel
Met deze optie bepaalt u de reactie van de printer na een papierstoring, waaronder de
manier waarop de printer de betrokken pagina's verwerkt. AUTO is de standaardwaarde.
●AUTO. Wanneer er voldoende geheugen beschikbaar is, wordt de functie voor
storingsherstel automatisch door de printer ingeschakeld.
●AAN. De pagina's die bij de papierstoring zijn betrokken, worden opnieuw afgedrukt. Er
wordt aanvullende geheugencapaciteit toegewezen om de laatste afgedrukte pagina's op
te slaan. Hierdoor kunnen de algemene afdrukprestaties afnemen.
●UIT. Pagina's die bij de papierstoring zijn betrokken, worden niet opnieuw afgedrukt.
Aangezien er geen geheugen wordt gebruikt voor het opslaan van de laatst afgedrukte
pagina's, is het mogelijk dat de prestaties optimaal zijn.
NLWWConfiguratie-instellingen van het bedieningspaneel veranderen45
Ga als volgt te werk om de reactie van de printer op een papierstoring in
te stellen
1. Druk op M
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
7. Druk op
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
om Storing verhelpen: te markeren.
om Storing verhelpen: te selecteren.
of om de gewenste instelling te selecteren.
om de waarde in te stellen.
ENU
.
Taal
De optie voor het instellen van de standaardtaal wordt weergegeven wanneer de printer voor
het eerst wordt gestart. Als u de beschikbare opties doorloopt, wordt de lijst weergegeven in
de taal die is gemarkeerd. Wanneer de lijst in de gewenste taal wordt weergegeven, drukt u
om de betreffende taal in te stellen. U kunt de taal ook wijzigen met de onderstaande
op
procedures:
Ga als volgt te werk om de taal te selecteren
1. Druk op M
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
7. Druk op
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
om Taal te markeren.
om Taal te selecteren.
of om de gewenste taal te selecteren.
om de waarde in te stellen.
ENU
.
46Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
Het bedieningspaneel gebruiken als de printer wordt gedeeld
Als gebruik van de printer met anderen wordt gedeeld, volgt u de onderstaande richtlijnen:
●Raadpleeg altijd uw systeembeheerder voordat u de instellingen op het
bedieningspaneel wijzigt. Het wijzigen van de instellingen op het bedieningspaneel kan
gevolgen hebben voor andere afdruktaken.
●Overleg altijd met de andere gebruikers voordat u het standaardlettertype van de printer
wijzigt of software-lettertypen downloadt. Een goede coördinatie bespaart
printergeheugen en voorkomt onverwachte afdrukresultaten.
●Houd er rekening mee dat overschakeling op een andere printer-personality, zoals
geëmuleerde PostScript of PCL, van invloed is op de afdrukresultaten van andere
gebruikers.
Opmerking
Het besturingssysteem van het netwerk beschermt wellicht de afdruktaak van elke gebruiker
automatisch tegen de invloed van andere afdruktaken. Raadpleeg uw systeembeheerder
voor meer informatie.
NLWWHet bedieningspaneel gebruiken als de printer wordt gedeeld47
48Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
3
I/O-configuratie
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u bepaalde netwerkparameters configureert op de
printer. De volgende onderwerpen komen aan bod:
USB-configuratie
●
Parallelle configuratie (alleen voor de hp color LaserJet 3700 series printer)
●
EIO-configuratie (Enhanced I/O) (alleen voor de hp color LaserJet 3700 series printer)
●
Netwerkconfiguratie
●
NLWW49
USB-configuratie
Voor alle printermodellen worden USB-aansluitingen ondersteund. De USB-poort bevindt
zich aan de achterkant van de printer.
De USB-kabel aansluiten
Sluit de USB-kabel aan op de printer. Sluit het andere uiteinde van de USB-kabel aan op de
computer.
1
2
Verbinding voor de USB-poort
1USB-poort
2USB-aansluiting
50Hoofdstuk 3 I/O-configuratieNLWW
Parallelle configuratie (alleen voor de hp color LaserJet 3700
series printer)
De HP Color LaserJet 3700 biedt ondersteuning voor een netwerk- en een parallelle
verbinding tegelijk. Een parallelle verbinding wordt gemaakt door de printer op een computer
aan te sluiten via een bidirectionele parallelle kabel (die voldoet aan IEEE-1284) waarbij de
b-connector in de parallelle poort van de printer wordt gestoken. De kabel mag maximaal 10
m lang zijn.
Wanneer een parallelle interface wordt beschreven, duidt de term bidirectioneel erop dat de
printer via de parallelle poort zowel gegevens van de computer kan ontvangen als gegevens
naar de computer kan verzenden. Met de parallelle interface beschikt u over neerwaartse
compatibiliteit. U kunt echter het beste de USB- of netwerkaansluiting gebruiken voor de
beste prestaties.
1
2
Opmerking
Opmerking
Verbinding voor de parallelle poort
1b-connector
2parallelle poort
Voor gebruik van de geavanceerde mogelijkheden van de bidirectionele parallelle interface,
zoals de bidirectionele communicatie tussen de computer en de printer, snellere overdracht
van gegevens en automatische configuratie van printerdrivers, moet u ervoor zorgen dat de
meest recente printerdriver is geïnstalleerd. Zie
De fabrieksinstellingen bieden ondersteuning voor automatisch heen en weer schakelen
tussen de parallelle poort en een of meer netwerkverbindingen van de printer. Als zich
problemen voordoen, raadpleegt u
Netwerkconfiguratie.
Printerdrivers voor meer informatie.
NLWWParallelle configuratie (alleen voor de hp color LaserJet 3700 series printer)51
EIO-configuratie (Enhanced I/O) (alleen voor de hp color LaserJet
3700 series printer)
De printer beschikt over één EIO-sleuf (Enhanced Input/Output). In de EIO-sleuf kunt u
compatibele, externe apparaten installeren, zoals netwerkkaarten voor de HP Jetdirect
printserver of andere apparaten. Als u een EIO-netwerkkaart in de sleuf installeert, verhoogt
u het aantal netwerkinterfaces dat voor de printer beschikbaar is.
EIO-netwerkkaarten kunnen de prestaties van de printer maximaliseren wanneer u afdrukt
via een netwerk. Bovendien beschikt u op deze manier over de mogelijkheid om de printer
overal in een netwerk te plaatsen. Hierdoor is het niet nodig om de printer rechtstreeks op
een server of een werkstation aan te sluiten en kunt u de printer dichter bij de gebruikers van
het netwerk plaatsen.
Als de printer van een EIO-netwerkkaart is voorzien, kunt u deze kaart configureren via het
menu Apparaat configureren van het bedieningspaneel.
HP Jetdirect printservers
HP Jetdirect printservers (netwerkkaarten) kunnen worden geïnstalleerd in een van de EIOsleuven van de printer. Deze kaarten ondersteunen diverse netwerkprotocollen en
besturingssystemen. HP Jetdirect printservers vergemakkelijken het netwerkbeheer doordat
u de mogelijkheid hebt om een printer op iedere locatie rechtstreeks aan te sluiten op uw
netwerk. HP Jetdirect printservers ondersteunen ook het SNMP (Simple Network
Management Protocol), waarmee netwerkbeheerders printers op afstand kunnen beheren en
problemen via HP Jetadmin software kunnen oplossen.
Opmerking
Opmerking
Installatie van deze kaarten en de netwerkconfiguratie moet worden uitgevoerd door een
netwerkbeheerder. U kunt de kaart configureren via het bedieningspaneel, via de
installatiesoftware voor de printer of via het programma HP Web Jetadmin.
Raadpleeg de documentatie bij de HP Jetdirect printserver voor informatie over welke
externe apparaten of EIO-netwerkkaarten worden ondersteund.
Beschikbare interfaces voor Enhanced I/O
HP Jetdirect printservers (netwerkkaarten) bieden oplossingen voor:
●Novell NetWare Network
●Microsoft Windows- en Windows NT-netwerken
●Apple Mac OS (AppleTalk)
●UNIX (HP-UX en Solaris)
●Linux (Red Hat en SuSE)
●Afdrukken via het internet
Voor een overzicht van beschikbare netwerkoplossingen raadpleegt u de Handleiding voor
HP Jetdirect printservers voor beheerders of bezoekt u HP Online Klantenondersteuning op
http://www.hp.com/support/net_printing.
52Hoofdstuk 3 I/O-configuratieNLWW
NetWare-netwerken
Als u Novell NetWare samen met een HP Jetdirect printserver gebruikt, biedt de modus
Queue Server betere afdrukprestaties dan de modus Remote Printer. De HP Jetdirect
printserver biedt ondersteuning voor NDS (Novell Directory Services) en Bindery. Raadpleeg
voor verdere informatie de Handleiding voor HP Jetdirect printservers voor beheerders.
Voor computers met Windows 98, Me, NT 4.0, 2000 en XP gebruikt u het hulpprogramma
voor printerinstallatie om de printer in een NetWare-netwerk in te stellen.
Windows- en Windows NT-netwerken
Voor computers met Windows 98, Me, NT 4.0, 2000 en XP gebruikt u het hulpprogramma
voor printerinstallatie om de printer in een Microsoft Windows-netwerk in te stellen. Het
hulpprogramma kan worden gebruikt om printers in te stellen voor peer-to-peer gebruik of
voor client-server netwerkgebruik.
AppleTalk-netwerken
Gebruik de HP werkset om de printer te configureren voor een EtherTalk- of een LocalTalknetwerk. Raadpleeg de Handleiding voor HP Jetdirect printservers voor beheerders voor
meer informatie. Deze handleiding wordt geleverd bij printers waarin een HP Jetdirect
printserver is geïnstalleerd.
UNIX/Linux-netwerken
Gebruik het HP Jetdirect printerinstallatieprogramma voor UNIX om de printer voor een HPUX- of Sun Solaris-netwerk in te stellen.
Gebruik HP Web Jetadmin om printers voor een UNIX- of Linux-netwerk in te stellen en te
beheren.
Als u software van HP wilt aanschaffen voor UNIX/Linux-netwerken, bezoekt u HP Online
Klantenondersteuning op URL: http://www.hp.com/support/net_printing. Raadpleeg de
Handleiding voor HP Jetdirect printservers voor beheerders voor overige installatieopties die
door de HP Jetdirect printserver worden ondersteund. Deze handleiding wordt geleverd bij
printers met een HP Jetdirect printserver.
NLWWEIO-configuratie (Enhanced I/O) (alleen voor de hp color LaserJet 3700 series printer)53
Netwerkconfiguratie
Opmerking
Opmerking
De netwerkconfiguratiefunctie is beschikbaar voor de HP Color LaserJet 3700 series printer
als een EIO-apparaat is geïnstalleerd.
Het is mogelijk dat u bepaalde netwerkparameters op de printer moet configureren. U kunt
deze parameters configureren via het bedieningspaneel van de printer, de ingebouwde
webserver en voor de meeste netwerken ook vanuit HP Web Jetadmin of de HP werkset.
Zie voor meer informatie over het gebruik van de ingebouwde webserver Ingebouwde
webserver gebruiken (alleen voor de hp color LaserJet 3700 series printer).
Raadpleeg de Handleiding voor HP Jetdirect printservers voor beheerders voor een volledig
overzicht van ondersteunde netwerken en instructies voor het configureren van
netwerkparameters vanuit software. Deze handleiding wordt geleverd bij printers waarin een
HP Jetdirect printserver is geïnstalleerd.
Dit gedeelte bevat de volgende instructies voor het configureren van netwerkparameters
vanaf het bedieningspaneel van de printer:
●configuratie van TCP/IP-parameters
●uitschakelen van ongebruikte netwerkparameters
Configuratie van TCP/IP-parameters
Via het printerbedieningspaneel kunt u de volgende TCP/IP-parameters configureren:
●gebruik van het bestand BOOTP voor configuratieparameters (het bestand BOOTP
wordt standaard gebruikt)
●IP-adres (4 bytes)
●subnetmasker (4 bytes)
●standaard-gateway (4 bytes)
●time-out voor niet-actieve TCP-verbinding (in seconden)
TCP/IP-parameters configureren met BOOTP of DHCP
1. Druk op M
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
7. Druk op
8. Druk op
9. Druk op
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
om I/O te markeren.
om I/O te selecteren.
om EIO X te markeren.
om EIO X te selecteren.
om TCP/IP te markeren.
om TCP/IP te selecteren.
10. Druk op
11. Druk op
54Hoofdstuk 3 I/O-configuratieNLWW
om CONFIG.METHODE te selecteren.
om BOOTP of DHCP te markeren.
12. Druk op om de instelling op te slaan.
ENU
13. Druk op M
om terug te keren naar de status Gereed.
TCP/IP-parameters handmatig configureren via het bedieningspaneel
van de printer
Stel handmatig een IP-adres, subnetmasker, standaardgateway, syslog server en time-out bij
inactiviteit in.
Een IP-adres instellen
1. Druk op M
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
7. Druk op
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op
11. Druk op
12. Druk op
13. Druk op
14. Druk op
15. Druk op
16. Druk op
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
om I/O te markeren.
om I/O te selecteren.
om EIO X te markeren.
om EIO X te selecteren.
om TCP/IP te markeren.
om TCP/IP te selecteren.
om CONFIG.METHODE te selecteren.
om HANDMATIG te markeren.
om HANDMATIG te selecteren.
om HANDM. INST. te markeren.
om HANDM. INST. te selecteren.
om IP-adres: te markeren.
om IP-adres: te selecteren.
Opmerking
De eerste serie van vier series getallen is gemarkeerd. Elke serie getallen geeft een byte aan
informatie weer en heeft een bereik van 0 tot 255.
17. Druk op
of op om het getal te verhogen of te verlagen voor de eerste byte van het
IP-adres.
Opmerking
Houd de pijltoets ingedrukt om de getallen sneller te doorlopen.
18. Druk op
om naar de volgende serie getallen te verspringen. (Druk op om naar de
vorige reeks getallen te gaan.)
19. Herhaal stap 17 en 18 totdat het gewenste IP-adres is opgegeven.
20. Druk op
21. Druk op M
om de instelling op te slaan.
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
NLWWNetwerkconfiguratie55
Het subnetmasker instellen
1. Druk op M
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
7. Druk op
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op
11. Druk op
12. Druk op
13. Druk op
14. Druk op
15. Druk op
16. Druk op
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
om I/O te markeren.
om I/O te selecteren.
om EIO X te markeren.
om EIO X te selecteren.
om TCP/IP te markeren.
om TCP/IP te selecteren.
om CONFIG.METHODE te selecteren.
om HANDMATIG te markeren.
om HANDMATIG te selecteren.
om HANDM. INST. te markeren.
om HANDM. INST. te selecteren.
om SUBNETMASKER te markeren.
om SUBNETMASKER te selecteren.
Opmerking
De eerste serie van vier series getallen is gemarkeerd. Elke serie getallen geeft een byte aan
informatie weer en heeft een bereik van 0 tot 255.
17. Druk op
of op de om het getal te verhogen of te verlagen voor de eerste byte van
het subnetmasker.
18. Druk op
om naar de volgende serie getallen te verspringen. (Druk op om naar de
vorige reeks getallen te gaan.)
19. Herhaal stap 17 en 18 totdat het gewenste subnetmasker is opgegeven.
20. Druk op
21. Druk op M
om het subnetmasker op te slaan.
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
De standaardgateway instellen
1. Druk op M
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
om I/O te markeren.
om I/O te selecteren.
om EIO X te markeren.
7. Druk op
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op
om EIO X te selecteren.
om TCP/IP te markeren.
om TCP/IP te selecteren.
om CONFIG.METHODE te selecteren.
56Hoofdstuk 3 I/O-configuratieNLWW
11. Druk op om HANDMATIG te markeren.
Opmerking
12. Druk op
13. Druk op
14. Druk op
15. Druk op
16. Druk op
om HANDMATIG te selecteren.
om HANDM. INST. te markeren.
om HANDM. INST. te selecteren.
om STANDAARDGATEWAY te markeren.
om STANDAARDGATEWAY te selecteren.
De eerste serie van vier series getallen vormt de standaardinstellingen. Elke serie getallen
geeft een byte aan informatie weer en heeft een bereik van 0 tot 255.
17. Druk op
of op om het getal te verhogen of te verlagen voor de eerste byte van de
standaardgateway.
18. Druk op
om naar de volgende serie getallen te verspringen. (Druk op om naar de
vorige reeks getallen te gaan.)
19. Herhaal stap 17 en 18 totdat het gewenste subnetmasker is opgegeven.
20. Druk op
21. Druk op M
om de standaardgateway op te slaan.
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
De syslog server instellen
1. Druk op M
ENU
om naar MENU'S te gaan.
Opmerking
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
7. Druk op
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op
11. Druk op
12. Druk op
13. Druk op
14. Druk op
15. Druk op
16. Druk op
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
om I/O te markeren.
om I/O te selecteren.
om EIO X te markeren.
om EIO X te selecteren.
om TCP/IP te markeren.
om TCP/IP te selecteren.
om CONFIG.METHODE te selecteren.
om HANDMATIG te markeren.
om HANDMATIG te selecteren.
om HANDM. INST. te markeren.
om HANDM. INST. te selecteren.
om SYSLOG SERVER te markeren.
om SYSLOG SERVER te selecteren.
De eerste serie van vier series getallen vormt de standaardinstellingen. Elke serie getallen
geeft een byte aan informatie weer en heeft een bereik van 0 tot 255.
17. Druk op
of op om het getal te verhogen of te verlagen voor de eerste byte van de
standaardgateway.
18. Druk op
om naar de volgende serie getallen te verspringen. (Druk op om naar de
vorige reeks getallen te gaan.)
NLWWNetwerkconfiguratie57
19. Herhaal stap 17 en 18 totdat het gewenste subnetmasker is opgegeven.
20. Druk op
21. Druk op M
om de syslog server op te slaan.
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
De time-out bij inactiviteit instellen
1. Druk op M
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
7. Druk op
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op
11. Druk op
12. Druk op
13. Druk op
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
om I/O te markeren.
om I/O te selecteren.
om EIO X te markeren.
om EIO X te selecteren.
om TCP/IP te markeren.
om TCP/IP te selecteren.
om CONFIG.METHODE te selecteren.
om HANDMATIG te markeren.
om HANDMATIG te selecteren.
om HANDM. INST. te markeren.
14. Druk op
15. Druk op
16. Druk op
17. Druk op
om HANDM. INST. te selecteren.
om INACTIV.TIME-OUT te markeren.
om INACTIV.TIME-OUT te selecteren.
of om het aantal seconden voor de time-out bij inactiviteit te verhogen of te
verlagen.
18. Druk op
19. Druk op M
om de time-out bij inactiviteit op te slaan.
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
De verbindingssnelheid instellen
De verbindingssnelheid is standaard ingesteld op AUTO. Voer de volgende procedure uit om
een bepaalde snelheid in te stellen:
ENU
1. Druk op M
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
om I/O SUBMENU te markeren.
om I/O SUBMENU te selecteren.
om EIO X te markeren.
7. Druk op
8. Druk op
9. Druk op
om EIO X te selecteren.
om LINK-SNELH te markeren.
om LINK-SNELH te selecteren.
58Hoofdstuk 3 I/O-configuratieNLWW
10. Druk op om de gewenste verbindingssnelheid te markeren.
Opmerking
Opmerking
11. Druk op
12. Druk op M
om de gewenste verbindingssnelheid te selecteren.
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
Netwerkprotocollen uitschakelen (optioneel)
Alle ondersteunde netwerkprotocollen zijn ingeschakeld in de fabriek. Het uitschakelen van
de ongebruikte protocollen heeft de volgende voordelen:
●vermindert door printers veroorzaakt netwerkverkeer
●verhindert dat onbevoegde gebruikers op de printer afdrukken
●geeft alleen toepasselijke informatie op de configuratiepagina
●maakt het mogelijk dat het bedieningspaneel van de printer protocolspecifieke
foutberichten en waarschuwingen weergeeft
De TCP/IP-configuratie van de HP Color LaserJet 3500 moet niet worden uitgeschakeld. Als
u TCP/IP uitschakelt, verliest u de verbinding met de pagina van de ingebouwde webserver
van de printer.
IPX/SPX uitschakelen
Schakel dit protocol niet uit als Windows 95/98, Windows NT, Me, 2000 en XP naar de
printer afdrukken met IPX/SPX.
ENU
1. Druk op M
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
7. Druk op
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op
11. Druk op
12. Druk op
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
om I/O te markeren.
om I/O te selecteren.
om EIO X te markeren.
om EIO X te selecteren.
om IPX/SPX te markeren.
om IPX/SPX te selecteren.
om INSCHAKELEN te selecteren.
om UIT te markeren.
om UIT te selecteren. Er verschijnt een bericht op het bedieningspaneel dat de
instelling is opgeslagen en er wordt een optie weergegeven waarmee IPX/SPX opnieuw
kan worden ingesteld.
ENU
13. Druk op M
om terug te keren naar de status Gereed.
AppleTalk uitschakelen
1. Druk op M
2. Druk op
3. Druk op
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
NLWWNetwerkconfiguratie59
4. Druk op om I/O te markeren.
5. Druk op
6. Druk op
7. Druk op
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op
11. Druk op
12. Druk op
om I/O te selecteren.
om EIO X te markeren.
om EIO X te selecteren.
om APPLETALK te markeren.
om APPLETALK te selecteren.
om INSCHAKELEN te selecteren.
om UIT te markeren.
om UIT te selecteren. Er verschijnt een bericht op het bedieningspaneel dat de
instelling is opgeslagen en er wordt een optie weergegeven waarmee AppleTalk opnieuw
kan worden ingesteld.
ENU
13. Druk op M
om terug te keren naar de status Gereed.
DLC/LLC uitschakelen
1. Druk op M
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
om I/O te markeren.
5. Druk op
6. Druk op
7. Druk op
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op
11. Druk op
12. Druk op
om I/O te selecteren.
om EIO X te markeren.
om EIO X te selecteren.
om DCL/LLC te markeren.
om DCL/LLC te selecteren.
om INSCHAKELEN te selecteren.
om UIT te markeren.
om UIT te selecteren. Er verschijnt een bericht op het bedieningspaneel dat de
instelling is opgeslagen en er wordt een optie weergegeven waarmee DLC/LLC opnieuw
kan worden ingesteld.
ENU
13. Druk op M
om terug te keren naar de status Gereed.
60Hoofdstuk 3 I/O-configuratieNLWW
4
Afdruktaken
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u eenvoudige afdruktaken uitvoert. De volgende
onderwerpen komen aan bod:
Afdruktaken beheren
●
Papier selecteren
●
Laden configureren
●
Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal
●
Dubbelzijdig afdrukken (duplex)
●
Bijzondere afdruksituaties
●
Geheugen beheren (alleen voor de hp color LaserJet 3700 series printer)
●
NLWW61
Afdruktaken beheren
Als u het besturingssysteem Microsoft Windows gebruikt en een taak wilt afdrukken, wordt
door drie instellingen bepaald waar de printerdriver zal proberen om papier op te nemen. De
instellingen voor Bron, Soort en Formaat worden in de meeste softwareapplicaties
weergegeven in het dialoogvenster Pagina-instelling, Afdrukken of
Afdrukeigenschappen. Als u deze instellingen niet verandert, selecteert de printer
automatisch een lade op basis van de standaardinstellingen.
VOORZICHTIG
Opmerking
Als u afdruktaken van andere gebruikers onveranderd wilt laten, is het verstandig om
veranderingen in de instelling aan te brengen via het programma of de printerdriver.
Wijzigingen van de printerinstellingen die zijn aangebracht via het bedieningspaneel van de
printer, worden de standaardinstellingen voor alle volgende afdruktaken. De instellingen die
in de software of de printerdriver worden geselecteerd, krijgen voorrang op de instellingen
die op het bedieningspaneel worden geselecteerd.
Bron
Afdrukken volgens Bron houdt in dat u een specifieke lade kiest waaruit de printer het papier
moet opnemen. De printer zal proberen om uit de opgegeven lade af te drukken, ongeacht
de soort en het formaat van het afdrukmateriaal in de lade. Als u een lade kiest die is
geconfigureerd voor een soort of formaat dat niet met de afdruktaak overeenkomt, drukt de
printer niet automatisch af. In plaats daarvan wacht de printer totdat u in de opgegeven lade
papier van de juiste soort en het juiste formaat voor de afdruktaak plaatst. Als het papier juist
in de lade is geplaatst, begint de printer met afdrukken. Als u op
uitleesvenster andere laden kiezen.
Zie Prioriteit van afdrukinstellingen als u problemen hebt met afdrukken op Bron.
drukt, kunt u via het
62Hoofdstuk 4 AfdruktakenNLWW
Soort en Formaat
Afdrukken volgens Soort of Formaat houdt in dat de printer papier ophaalt vanuit de eerste
lade die papier van de gewenste soort of het gewenste formaat bevat. Selectie van papier
volgens soort in plaats van bron is vergelijkbaar met het vergrendelen van laden en zorgt
ervoor dat speciaal papier niet per ongeluk wordt gebruikt. (Als u echter de instelling
Willekeurig selecteert, wordt de functie voor het vergrendelen van laden niet ingeschakeld.)
Als een lade bijvoorbeeld voor briefhoofdpapier is geconfigureerd en u in de printerdriver
opgeeft dat u op normaal papier wilt afdrukken, wordt door de printer geen papier uit de lade
briefhoofdpapier opgenomen. In plaats daarvan wordt papier opgenomen uit een lade die
normaal papier bevat en die via het bedieningspaneel voor normaal papier is geconfigureerd.
Selectie van papier volgens soort en formaat leidt tot aanmerkelijke verbeteringen in de
afdrukkwaliteit voor zwaar papier, glanspapier en transparanten. Gebruik van de onjuiste
instelling kan leiden tot verminderde afdrukkwaliteit. Druk altijd af volgens Soort voor
speciaal afdrukmateriaal, zoals etiketten of transparanten. Druk altijd af volgens Formaat
voor enveloppen.
●Als u wilt afdrukken volgens Soort of Formaat en de laden niet zijn geconfigureerd voor
een bepaalde soort of een bepaald formaat, plaatst u het papier of het afdrukmateriaal in
Lade 1. Vervolgens selecteert u de opties Soort en Formaat in de dialoogvensters
Pagina-instelling, Afdrukken of Afdrukeigenschappen.
●Als u vaak op een bepaalde soort of een bepaald formaat papier afdrukt, kunt u (voor
een lokale printer) of kan de netwerkbeheerder (voor een netwerkprinter) een lade voor
de betreffende soort of het betreffende formaat papier configureren. Zie
webserver gebruiken (alleen voor de hp color LaserJet 3700 series printer) en Laden
configureren voor soort en formaat. Als u daarna die soort of dat formaat kiest als
afdruktaak, zal de printer papier opnemen uit de lade die voor de betreffende soort of het
betreffende formaat is geconfigureerd.
Ingebouwde
Opmerking
●Elke keer dat Lade 2 of de optionele Lade 3 wordt gesloten, wordt een bericht
weergegeven dat u een Soort of Formaat voor de lade moet selecteren. Als de lade al
correct is geconfigureerd, drukt u op
om terug te keren naar de status Gereed.
Prioriteit van afdrukinstellingen
Wijzigingen die u in de afdrukinstellingen aanbrengt, krijgen voorrang (of hebben prioriteit)
afhankelijk van waar de wijzigingen zijn aangebracht:
Namen van opdrachten en dialoogvensters kunnen variëren afhankelijk van het programma
dat u gebruikt.
●Dialoogvenster Pagina-instelling. Dit dialoogvenster wordt geopend wanneer u klikt op
Pagina-instelling of een vergelijkbare opdracht in het menu Bestand van het
programma waarin u werkt. Als u hier wijzigingen aanbrengt, worden alle gewijzigde
instellingen ergens anders teniet gedaan.
●Dialoogvenster Afdrukken. Dit dialoogvenster wordt geopend wanneer u klikt op
Afdrukken, Pagina-instelling of een vergelijkbare opdracht in het menu Bestand van
het programma waarin u werkt. Instellingen die in het dialoogvenster Afdrukken worden
gewijzigd, hebben een lagere prioriteit en doen wijzigingen in het dialoogvenster Pagina-instelling niet teniet.
●Dialoogvenster Printereigenschappen (printerdriver). De printerdriver wordt geopend
wanneer u klikt op Eigenschappen in het dialoogvenster Afdrukken. Instellingen die in
het dialoogvenster Printereigenschappen worden gewijzigd, hebben geen prioriteit over
instellingen die elders in het programma zijn gekozen.
NLWWAfdruktaken beheren63
●Standaardinstellingen in de printerdriver. Met de standaardinstellingen in de printerdriver
worden de instellingen voor alle afdruktaken bepaald, tenzij de instellingen worden
gewijzigd in de dialoogvensters Pagina-instelling, Afdrukken of Eigenschappen voorprinter, zoals hierboven wordt beschreven.
●Instellingen op het bedieningspaneel van de printer. De instellingen die hier worden
gewijzigd, hebben een lagere prioriteit dan instellingen die elders worden gewijzigd.
Toegang tot de instellingen in de printerdriver
BesturingssysteemInstellingen voor afdruktaken
tijdelijk wijzigen
Windows 98, NT 4.0, 2000, Me
en XP
Macintosh OS 9.1Kies Print in het menu Archief.
Macintosh OS XKies Print in het menu Archief.
1
Toegang tot de standaardinstellingen voor de printer is wellicht beperkt en de instellingen
Kies Afdrukken in het menu
Bestand. Selecteer de printer
en klik op Eigenschappen. (De
werkelijke procedure kan
verschillen; dit is de
meestvoorkomende procedure.)
Wijzig de gewenste instellingen
in de verschillende popupmenu's.
Wijzig de gewenste instellingen
in de verschillende popupmenu's.
Standaardinstellingen
definitief wijzigen
Klik op Start en kies
Instellingen en Printers of
Printers en faxapparaten. Klik
met de rechtermuisknop op het
printerpictogram en kies
Eigenschappen. Veel functies
zijn beschikbaar als u de
opdracht Standaardwaarden
document (NT 4.0) of
Voorkeursinstellingen voor
afdrukken (2000 en XP)
gebruikt.
Kies Print in het menu Archief.
Als u de instellingen hebt
gewijzigd in het pop-upmenu,
klikt u op Bewaar instellingen.
Kies Print in het menu Archief.
Wijzig de gewenste instellingen
in de verschillende popupmenu's en klik op Bewaarspeciale instellingen in het
hoofdpop-upmenu. Deze
instellingen worden opgeslagen
als de optie Speciaal. Als u de
nieuwe instellingen wilt
gebruiken, moet u de optie
Speciaal selecteren wanneer u
een programma opent en wilt
afdrukken.
1
zijn dus wellicht niet beschikbaar.
64Hoofdstuk 4 AfdruktakenNLWW
Papier selecteren
Met deze printer kunt u op verschillende soorten papier en andere afdrukmaterialen
afdrukken. In dit gedeelte worden richtlijnen en specificaties voor de keuze en het gebruik
van verschillende afdrukmaterialen gegeven.
Zorg voordat u papier of speciale formulieren in grotere hoeveelheden aanschaft, dat uw
leverancier weet welke eisen worden gesteld aan afdrukmaterialen die op uw printer mogen
worden gebruikt. Deze eisen worden beschreven in de HP LaserJet Printer Family PrintMedia Specification Guide.
Printerbenodigdheden en accessoires voor informatie over het bestellen van de HP
Zie
LaserJet Printer Family Print Media Specification Guide. Als u een exemplaar van de HP
LaserJet Printer Family Print Media Specification Guide wilt downloaden, gaat u naar
http://www.hp.com/support/clj3500 voor de HP Color LaserJet 3500 series en naar
http://www.hp.com/support/clj3700 voor de HP Color LaserJet 3700 series. Selecteer
Manuals (Handleidingen).
Het is mogelijk dat het papier voldoet aan alle richtlijnen van dit hoofdstuk of van de HPLaserJet Printer Family Print Media Specification Guide en toch niet tot voldoende
afdrukresultaten leidt. Dit kan te wijten zijn aan abnormale omstandigheden in de ruimte waar
wordt afgedrukt, of aan andere variabelen waarover Hewlett-Packard geen controle heeft
(bijvoorbeeld een extreem hoge of lage temperatuur of luchtvochtigheid).
Hewlett-Packard raadt aan papier eerst uit te proberen voordat u grote hoeveelheden
aanschaft.
VOORZICHTIG
Het gebruik van papier dat niet voldoet aan de hier of in de handleiding voor afdrukmateriaal
beschreven specificaties, kan problemen veroorzaken waar reparaties voor nodig zijn die niet
door de garantie- of service-overeenkomst van Hewlett-Packard worden gedekt.
Papier dat u moet vermijden
De printer kan veel verschillende soorten papier verwerken. Gebruik van papier dat niet aan
de specificaties van de printer voldoet, leidt tot verslechtering van de afdrukkwaliteit en een
verhoogde kans op papierstoringen.
●Gebruik geen papier met een te ruw oppervlak.
●Gebruik geen papier met gaatjes of perforaties, behalve geperforeerd standaardpapier
met 3 gaatjes.
●Gebruik geen meerdelige formulieren.
●Gebruik geen papier waarop al eerder is afgedrukt of dat door een kopieerapparaat is
gevoerd.
●Gebruik geen papier met een watermerk als u afdrukt met dekkende kleurvlakken of
patronen.
NLWWPapier selecteren65
Papier dat de printer kan beschadigen
In zeldzame gevallen kan het voorkomen dat de printer door het papier wordt beschadigd.
Als u schade aan de printer wilt voorkomen, moet u gebruik van het volgende papier
vermijden:
●Gebruik geen papier met nietjes.
●Gebruik geen transparanten die bestemd zijn voor inkjetprinters of voor andere printers
met lage temperaturen of transparanten die bestemd zijn voor zwart-wit afdrukken.
Gebruik uitsluitend transparanten die zijn goedgekeurd voor gebruik met HP Color
LaserJet printers.
●Gebruik geen fotopapier bestemd voor Inkjet-printers.
●Gebruik geen gebosseleerd of gecoat papier dat niet geschikt is voor de temperatuur van
de fusereenheden van de HP Color LaserJet 3500 en 3700 series printer. Selecteer
papier dat gedurende 0,1 seconde een temperatuur van 190° C kan doorstaan. HP levert
verschillende soorten papier die speciaal zijn ontwikkeld voor gebruik in HP Color
LaserJet 3500 en 3700 series printers.
●Gebruik geen briefhoofdpapier dat met lage-temperatuurinkt of thermografie is bedrukt.
Op voorbedrukte formulieren en briefhoofdpapier moet inkt zijn gebruikt dat gedurende
0,1 seconde een temperatuur van 190° C kan doorstaan.
●Gebruik geen afdrukmateriaal dat schadelijke emissies produceert of dat smelt, vervormd
of verkleurd als het gedurende 0,1 seconde aan een temperatuur van 190° C wordt
blootgesteld.
Als u benodigdheden voor HP Color LaserJet printers wilt bestellen, gaat u naar URL:
http://www.hp.com/go/ljsupplies in de V.S. of naar URL: http://www.hp.com/ghp/buyonline.
html in de overige delen van de wereld.
66Hoofdstuk 4 AfdruktakenNLWW
Laden configureren
U kunt met de HP Color LaserJet 3500 en 3700 series printer laden configureren per soort
en formaat. U kunt verschillende soorten papier in de laden van de printer plaatsen en
vervolgens papier opvragen per soort of formaat in de toepassing of de printerdriver.
Opmerking
Opmerking
Als u eerder HP LaserJet printers hebt gebruikt, bent u wellicht gewend om Lade 1 te
configureren in de Eerste modus of de Cassettemodus. Als u de instellingen voor de Eerste
modus wilt nabootsen, configureert u voor Lade 1 de opties ELK FORMAAT en ELKSOORT. Het papier wordt eerst uit Lade 1 gehaald (indien deze lade papier bevat) wanneer
er voor de afdruktaak geen andere lade is opgegeven. Deze instelling wordt aanbevolen als
u verschillende soorten of formaten papier in Lade 1 plaatst. Als u de instellingen van de
Cassettemodus wilt nabootsen, stelt u de soort of het formaat voor Lade 1 in op een andere
instelling dan ELK FORMAAT of ELK SOORT. Deze instelling wordt aanbevolen wanneer u
hetzelfde papierformaat en dezelfde papiersoort gebruikt in Lade 1.
Als u dubbelzijdig wilt afdrukken, controleert u of het geplaatste papier voldoet aan de
specificaties voor dubbelzijdig afdrukken. (Zie
Met de volgende instructies kunt u de laden configureren op het bedieningspaneel van de
printer. Het is tevens mogelijk om de laden via de computer te configureren met behulp van
de ingebouwde webserver. Zie
LaserJet 3700 series printer).
Ingebouwde webserver gebruiken (alleen voor de hp color
Ondersteunde papiergewichten en -formaten.)
Formaat configureren
1. Druk op M
2. Druk op
3. Druk op
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om PAPIERVERWERKING te markeren.
om PAPIERVERWERKING te selecteren.
4. Druk op
markeren.
5. Druk op
selecteren.
6. Druk op
7. Druk op
8. Druk op M
9. Als LADE 1 FORMAAT is ingesteld op custom, wordt het pop-upmenu voor speciaal
papier weergegeven. Zie
om LADE 1 FORMAAT, LADE 2 FORMAAT, LADE 3 FORMAAT te
om LADE 1 FORMAAT, LADE 2 FORMAAT, LADE 3 FORMAAT te
of om het gewenste papierformaat te markeren.
om het papierformaat te selecteren.
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
Aangepast papier voor Lade 1 voor meer informatie.
Soort configureren
1. Druk op M
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
ENU
om naar MENU'S te gaan.
om PAPIERVERWERKING te markeren.
om PAPIERVERWERKING te selecteren.
om LADE 1 TYPE, LADE 2 TYPE, LADE 3 TYPE te markeren.
om LADE 1 TYPE, LADE 2 TYPE, LADE 3 TYPE te selecteren.
of om de gewenste papiersoort te markeren.
NLWWLaden configureren67
7. Druk op om de papiersoort te selecteren.
ENU
8. Druk op M
om terug te keren naar de status Gereed.
Aangepast papier voor Lade 1
Gebruik de instelling ELK FORMAAT wanneer het papier waarop u wilt afdrukken, niet
precies overeenkomt met het papierformaat dat is opgegeven in het document dat u afdrukt.
De printer probeert eerst papier te vinden dat precies overeenkomt met het document en
probeert vervolgens af te drukken vanuit de lade die is ingesteld op ELK FORMAAT of ELKSOORT.
Gebruik de instelling ELK AANGEPAST wanneer het formaat van het papier waarop u wilt
afdrukken, niet precies overeenkomt met het papierformaat dat is opgegeven in het
document dat u afdrukt. De printer probeert een formaat te vinden dat precies overeenkomt.
Wanneer er geen formaat wordt gevonden dat precies overeenkomt met het aangepaste
formaat dat is opgegeven, probeert de printer de lade te vinden die is ingesteld op ELKAANGEPAST. Uiteindelijk drukt de printer af vanuit een lade die is ingesteld op ELK FORM.
Het instellen van aangepast papier bestaat uit twee stappen. Nadat u beide stappen hebt
uitgevoerd, wordt op het uitleesvenster opnieuw het menu PAPIERVERWERKING
weergegeven. Wanneer een aangepast formaat voor een lade is ingesteld, blijft deze
instelling behouden totdat u de instelling wijzigt in het bedieningspaneel.
?
yy
x
1X-afmeting
2Y-afmeting
Maateenheid
1. Druk op om MAATEENHEID te markeren.
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
om MAATEENHEID te selecteren.
of om de gewenste maateenheid te markeren.
om de instelling te selecteren.
2
1
X-afmeting
De X-afmeting is de breedte van de pagina zoals deze wordt ingevoerd.
1. Druk op
2. Druk op
68Hoofdstuk 4 AfdruktakenNLWW
om X-GROOTTE te markeren.
om X-GROOTTE te selecteren.
3. Druk op of om de gewenste instelling te markeren.
4. Druk op
bereik valt, wordt gedurende twee seconden Ongeldige waarde weergegeven. U wordt
in het uitleesvenster gevraagd om een andere instelling op te geven.
om de instelling te selecteren. Als de opgegeven instelling buiten het geldige
Y-afmeting
De Y-afmeting is de lengte van de pagina zoals deze wordt ingevoerd.
1. Druk op
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
bereik valt, wordt gedurende twee seconden Ongeldige waarde weergegeven. U wordt
in het uitleesvenster gevraagd om een andere instelling op te geven.
om Y-GROOTTE te markeren.
om Y-GROOTTE te selecteren.
of om de gewenste instelling te markeren.
om de instelling te selecteren. Als de opgegeven instelling buiten het geldige
Afdrukken vanuit Lade 1 (multifunctionele lade)
Lade 1 is een multifunctionele lade die 100 vel papier of 10 enveloppen kan bevatten. Deze
lade biedt een gemakkelijke manier voor het afdrukken van enveloppen, transparanten,
aangepaste papierformaten of andere papiersoorten zonder dat u papier uit andere laden
hoeft te verwijderen.
NLWWLaden configureren69
Papier plaatsen in Lade 1
VOORZICHTIG
Opmerking
Plaats geen afdrukmateriaal in Lade 1 tijdens het afdrukken om papierstoringen te
voorkomen.
1. Open Lade 1.
Gebruik Lade 1 als u wilt afdrukken op speciaal afdrukmateriaal, zoals enveloppen. Zie
Enveloppen afdrukken vanuit Lade 1 voor meer informatie.
2. Trek het verlengstuk van de lade uit en open indien nodig het extra verlengstuk van de
lade.
70Hoofdstuk 4 AfdruktakenNLWW
3. Schuif de papiergeleiders voor de breedte iets verder uit elkaar dan de breedte van het
afdrukmateriaal.
?
4. Plaats het afdrukmateriaal met de afdrukzijde naar boven en met de bovenste, korte
zijde als eerste in de lade.
Opmerking
Raadpleeg Dubbelzijdig afdrukken (duplex) voor plaatsingsinstructies als u dubbelzijdig wilt
afdrukken.
?
NLWWLaden configureren71
5. Schuif de papiergeleiders voor de breedte net zover naar binnen totdat deze de stapel
afdrukmateriaal op zijn plaats houden zonder het materiaal te buigen. Het
afdrukmateriaal moet onder de lipjes op de breedtegeleiders passen.
?
VOORZICHTIG
Wacht totdat de printer gereed is met afdrukken voordat u Lade 1 (optioneel) sluit. Anders
kunnen papierstoringen ontstaan.
6. Als u afdrukt op speciaal afdrukmateriaal, zoals etiketten, enveloppen of zwaarder of
lichter papier, opent u de onderklep aan de achterzijde van de printer (achteruitvoerbak).
Trek het verlengstuk van de lade uit.
Enveloppen afdrukken vanuit Lade 1
U kunt vanuit Lade 1 verschillende soorten enveloppen afdrukken. Er kunnen maximaal 10
enveloppen in de lade worden geplaatst. De afdrukkwaliteit is afhankelijk van de soort
envelop.
In de software stelt u de marges in op ten minste 15 mm van de rand van de envelop.
VOORZICHTIG
Enveloppen met klemmetjes, vensters, binnenvoering, niet-bedekt plakmiddel of andere
synthetische materialen kunnen de printer zwaar beschadigen. Probeer nooit op beide zijden
van een envelop af te drukken om storingen en mogelijke beschadiging van de printer te
vermijden. Voordat u enveloppen laadt, moet u ervoor zorgen dat deze vlak en onbeschadigd
zijn en niet aan elkaar plakken. Gebruik geen zelfklevende enveloppen waarvan de
kleefstroken onder druk vastkleven. Verwijder geen enveloppen uit de lade en vul de lade
niet bij tijdens het afdrukken, omdat u hiermee papierstoringen kunt veroorzaken.
72Hoofdstuk 4 AfdruktakenNLWW
Ga als volgt te werk om enveloppen in Lade 1 te plaatsen
1. Open Lade 1.
2. Trek het verlengstuk van de lade uit en open indien nodig het extra verlengstuk van de
lade.
3. Stel de papiergeleiders voor de breedte in.
?
NLWWLaden configureren73
4. Plaats maximaal 10 enveloppen in het midden van Lade 1 met de afdrukzijde naar
boven, de postzegelhoek naar de printer gericht en de korte zijde naar de printer
gekeerd. Schuif de enveloppen zo ver mogelijk in de printer zonder te forceren.
?
5. Schuif de geleiders tegen de stapel enveloppen, zonder dat deze echter opbollen. De
enveloppen moeten onder de lipjes op de geleiders passen.
?
Opmerking
Enveloppen bedrukken
1. Als voor Lade 1 een specifiek formaat is ingesteld, stelt u op het bedieningspaneel het
papierformaat voor Lade 1 in op het formaat van de enveloppen.
2. Geef Lade 1 op of selecteer de papierbron op formaat in de printerdriver.
3. Wanneer uw software niet automatisch de juiste opmaak voor een envelop kiest, moet u
in uw programma of in de printerdriver de oriëntatie Liggend opgeven. Neem bij het
instellen van de marges voor het adres van de afzender en de ontvanger op enveloppen
van het formaat Commercial #10 of DL de volgende richtlijnen in acht.
Kies voor andere envelopformaten een marge-instelling die met dit formaat overeenkomt.
4. Selecteer in het programma of de printerdriver de opdracht Afdrukken.
AdrestypeLinkermargeBovenmarge
Afzender15 mm15 mm
Bestemming102 mm51 mm
74Hoofdstuk 4 AfdruktakenNLWW
Afdrukken vanuit Lade 2 en Lade 3
Lade 2 biedt plaats aan 250 vel normaal papier. Voor Lade 2 kan een groot aantal formaten
worden ingesteld. De optionele Lade 3 kan maximaal 500 vel normaal papier bevatten.
Lade 3 kan onder Lade 2 worden geplaatst. Lade 3 is geschikt voor Letter- en A4-papier.
Indien juist geïnstalleerd, wordt Lade 3 door de printer herkend en wordt Lade 3
weergegeven als een optie in het menu Apparaat configureren op het bedieningspaneel.
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
De papierbaan voor Lade 3 loopt door Lade 2. Wanneer Lade 2 of Lade 3 gedeeltelijk naar
buiten is getrokken of is verwijderd, kan papier in Lade 3 niet worden ingevoerd. Hierdoor
kan in de printer een papierstoring ontstaan.
Papier plaatsen in Lade 2
Als u papierstoringen wilt vermijden, moet u geen lade toevoegen of verwijderen tijdens het
afdrukken.
1. Trek Lade 2 uit de printer en verwijder alle papier.
2. Verschuif de zijgeleiders totdat de blauwe pijlen op de breedtegeleiders het geplaatste
papierformaat aangeven.
NLWWLaden configureren75
3. Druk op de achterkant van de lade op de blauwe ribbels en verschuif de lengtegeleiders
totdat de pijl gericht is op het papierformaat dat u plaatst.
4. Plaats het papier in de lade. Als dit speciaal papier is, bijvoorbeeld briefhoofdpapier,
plaatst u het papier met de afdrukzijde naar beneden en de bovenrand richting de
voorkant van de lade.
Opmerking
Raadpleeg Dubbelzijdig afdrukken (duplex) voor plaatsingsinstructies als u dubbelzijdig wilt
afdrukken.
76Hoofdstuk 4 AfdruktakenNLWW
5. Druk op de stapel papier totdat de metalen hefplaat vastklikt. Zorg dat de stapel papier
vlak ligt en dat het papier onder de hoogtelipjes is geplaatst.
6. Schuif de lade terug in de printer.
NLWWLaden configureren77
Papier plaatsen in Lade 3
1. Trek de lade uit de printer en verwijder alle papier.
2. Pas de lengtegeleiders aan. Als u Letter-papier gebruikt, tilt u de blauwe afsluiter aan de
achterkant op. Als u A4-papier gebruikt, laat u de blauwe afsluiter aan de achterkant
zakken.
3. Pas de breedtegeleiders aan. Druk voor Letter-papier het midden van de
breedtegeleiders aan de zijkant zo ver mogelijk naar buiten. Druk voor A4-papier de
blauwe ribbels aan de buitenkant van de breedtegeleiders aan de zijkant zo ver mogelijk
naar binnen.
78Hoofdstuk 4 AfdruktakenNLWW
4. Plaats het papier in de lade. Als dit speciaal papier is, bijvoorbeeld briefhoofdpapier,
plaatst u het papier met de afdrukzijde naar beneden en de bovenrand naar de voorkant
van de lade gericht.
Opmerking
Raadpleeg Dubbelzijdig afdrukken (duplex) voor plaatsingsinstructies als u dubbelzijdig wilt
afdrukken.
5. De stapel papier moet in alle vier hoeken vlak in de lade liggen en moet onder de
hoogtelipjes zijn geplaatst.
6. Schuif de lade terug in de printer.
NLWWLaden configureren79
Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal
Ga bij het afdrukken op speciaal afdrukmateriaal te werk volgens onderstaande richtlijnen.
Transparanten
Neem bij het afdrukken op transparanten het volgende in acht:
●Pak transparanten altijd bij de randen vast. Vettige vingerafdrukken op een transparant
kunnen de afdrukkwaliteit aantasten.
●Gebruik alleen overheadtransparanten die voor gebruik in deze printer worden
aanbevolen. Hewlett-Packard beveelt voor deze printer HP Color LaserJet
Transparanten aan. HP producten zijn zo ontwikkeld dat deze in combinatie met elkaar
de best mogelijke resultaten garanderen.
●Selecteer TRANSPARANT als materiaalsoort in de toepassing of de printerdriver of druk
af uit een lade die is geconfigureerd voor transparanten.
VOORZICHTIG
Opmerking
Transparanten die niet zijn ontwikkeld voor afdrukken in een LaserJet printer smelten in de
printer, waardoor de printer wordt beschadigd. Gebruik geen transparanten die bestemd zijn
voor zwart-wit afdrukken.
Glanspapier
●Selecteer in het programma of in de driver de optie Glanspapier als de soort
afdrukmateriaal of druk af vanuit een lade die voor glanspapier is geconfigureerd.
Selecteer Glanzend voor materialen met een gewicht tot 105 g/m
glanzend voor materialen met een gewicht tot 120 g/m
●Aangezien dit voor alle afdruktaken geldt, is het belangrijk dat u na uitvoering van uw
afdruktaak de normale instelling van de printer herstelt. Zie
meer informatie.
Hewlett-Packard beveelt voor deze printer HP Color LaserJet Soft Gloss paper aan. HP
producten zijn zo ontwikkeld dat deze in combinatie met elkaar de best mogelijke resultaten
garanderen. Als in deze printer geen HP Color LaserJet Soft Gloss paper wordt gebruikt, kan
de afdrukkwaliteit verminderen.
2
.
2
. Selecteer Zwaar
Laden configureren voor
Gekleurd papier
●Gekleurd papier moet van dezelfde hoge kwaliteit zijn als wit fotokopieerpapier.
●De gebruikte kleurpigmenten moeten de temperatuur van de fuser van de printer
(190° C) gedurende 0,1 seconde kunnen doorstaan zonder dat de kwaliteit van de
kleuren wordt aangetast.
●Gebruik geen papier met een gekleurde coating die na fabricage van het papier is
aangebracht.
●De printer produceert kleuren door patronen puntjes – overlappend en met variërende
spatiëring – af te drukken. De tint of de kleur van het gebruikte papier kan de tinten van
de afgedrukte kleuren beïnvloeden.
80Hoofdstuk 4 AfdruktakenNLWW
Enveloppen
Opmerking
Opmerking
U kunt enveloppen alleen bedrukken vanuit Lade 1. Stel het formaat voor de lade in op het
specifieke envelopformaat. Zie
Houd rekening met de volgende punten om juist af te drukken op enveloppen en om
papierstoringen te voorkomen:
●Plaats niet meer dan 10 enveloppen tegelijk in Lade 1.
●
De enveloppen mogen niet zwaarder zijn dan 90 g/m
●Enveloppen moeten plat zijn.
●Gebruik geen vensterenveloppen of enveloppen met sluithaakjes.
●Enveloppen mogen niet verkreukeld, geknikt of gevouwen of anderszins beschadigd zijn.
●Zelfklevende enveloppen moeten zijn voorzien van lijm die bestand is tegen de hitte en
de druk van het smeltproces van de printer.
●De enveloppen moeten worden geplaatst met de afdrukkant naar beneden, de
bovenkant van de envelop naar links en de korte zijde naar de printer gericht.
In een vochtige omgeving moeten enveloppen met de lange zijde naar de printer gericht
worden afgedrukt. Dit voorkomt dat de enveloppen tijdens het afdrukken worden
dichtgeplakt. Enveloppen moeten met de afdrukkant naar beneden en met de lange zijde
naar de printer worden geplaatst als u wilt afdrukken langs de lange zijde. Zie
afdrukken vanuit Lade 1 als u de afdrukstand van de printer voor enveloppen wilt wijzigen.
Enveloppen afdrukken vanuit Lade 1.
2
.
Enveloppen
Opmerking
Etiketten
Selecteer in de toepassing of de printerdriver Etiketten als de materiaalsoort of configureer
Lade 1 voor etiketten. Zie
Neem bij het afdrukken op etiketten het volgende in acht:
●Controleer of de kleeflaag van de etiketten gedurende 0,1 seconde een temperatuur van
190° C kan doorstaan.
●Zorg ervoor dat de kleeflaag tussen de etiketten nergens blootligt. Op plaatsen waar de
kleeflaag blootligt, kunnen de etiketten loslaten, waardoor papierstoringen kunnen
worden veroorzaakt. Een blootliggende kleeflaag kan ook onderdelen van de printer
beschadigen.
●Laad een vel etiketten niet meer dan een keer in de printer.
●Zorg ervoor dat de etiketten goed vlak liggen.
●Gebruik geen etiketten met kreukels, bobbels of andere beschadigingen.
Laden configureren.
NLWWAfdrukken op speciaal afdrukmateriaal81
Zwaar papier
●
De laden kunnen de meeste zware materialen tot 105 g/m
●
Gebruik in Lade 1 alleen kaarten met een gewicht van 135 g/m
●
Selecteer ZWAAR 106 g/m
materiaalsoort in de toepassing of de printerdriver of druk af uit een lade die is
geconfigureerd voor zwaar papier. Aangezien deze instelling voor alle afdruktaken geldt,
is het belangrijk dat u na uitvoering van uw afdruktaak de normale instelling van de
printer herstelt. Zie
Laden configureren.
2
tot 163 g/m2 of KAARTEN 135 g/m2 tot 216 g/m2 als
2
verwerken.
2
tot 216 g/m2.
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
Gebruik over het algemeen geen papier dat zwaarder is dan het afdrukmateriaal dat voor
deze printer wordt aanbevolen. Gebruik van te zwaar papier kan tot transportproblemen,
papierstoringen, verminderde afdrukkwaliteit of tot overmatige slijtage van de
printermechanismen leiden. Bepaalde zware afdrukmaterialen, zoals HP Cover Stock,
kunnen echter zonder problemen worden gebruikt.
HP LaserJet Tough paper
Volg onderstaande richtlijnen wanneer u op HP LaserJet Tough paper afdrukt:
●Pak het papier altijd bij de randen vast. Vettige vingerafdrukken op het papier kunnen de
afdrukkwaliteit aantasten.
●Gebruik alleen HP LaserJet Tough paper voor deze printer. HP producten zijn zo
ontwikkeld dat deze in combinatie met elkaar de best mogelijke resultaten garanderen.
●Selecteer STEVIG PAP. als materiaalsoort in de toepassing of de printerdriver of druk af
uit een lade die is geconfigureerd voor HP LaserJet Tough paper.
Transparant materiaal dat niet is ontwikkeld voor afdrukken in een LaserJet printer, smelt in
de printer waardoor de printer wordt beschadigd.
Voorbedrukte formulieren en briefhoofdpapier
Als u afdrukt op voorbedrukte formulieren en briefhoofdpapier bereikt u de beste resultaten
wanneer u de volgende richtlijnen in acht neemt:
●Formulieren en briefhoofdpapier moeten zijn bedrukt met hittebestendige inkt die niet
smelt, verdampt of schadelijke emissies produceert wanneer deze gedurende 0,1 aan de
temperatuur van de fuser van de printer (ongeveer 190° C) wordt blootgesteld.
●De inkt op het papier mag niet brandbaar zijn en de rollen in de printer niet aantasten.
●Formulieren en briefhoofdpapier moeten in een vochtbestendige verpakking worden
bewaard om veranderingen in het materiaal tegen te gaan.
●Controleer voordat u voorgedrukte formulieren of briefhoofdpapier in de printer laadt,
eerst of de inkt goed droog is. Natte inkt op voorgedrukt papier kan tijdens het
smeltproces loslaten.
82Hoofdstuk 4 AfdruktakenNLWW
●Tijdens dubbelzijdig afdrukken op de HP Color LaserJet 3700 series printer plaatst u
voorgedrukte formulieren en briefhoofdpapier in Lade 2 en Lade 3 met de afdrukzijde
naar boven en de bovenrand van de pagina naar de achterkant van de lade. Als u
voorgedrukte formulieren of briefhoofdpapier in Lade 1 wilt plaatsen, plaatst u het papier
met de afdrukzijde naar beneden en de onderrand naar de printer gericht.
●Tijdens enkelzijdig afdrukken plaatst u voorgedrukte formulieren en briefhoofdpapier in
Lade 2 en Lade 3 met de afdrukzijde naar boven en de bovenrand van de pagina naar
links. Als u voorgedrukte formulieren en briefhoofdpapier in Lade 1 wilt plaatsen, plaatst
u deze in de lade met de bedrukte zijde naar beneden en de bovenste korte zijde naar
de printer gericht.
Kringlooppapier
U kunt op uw printer ook kringlooppapier gebruiken. Kringlooppapier moet aan dezelfde
eisen voldoen als normaal papier. Raadpleeg de HP LaserJet Printer Family Print MediaSpecification Guide voor meer informatie. Hewlett-Packard beveelt aan om kringlooppapier te
gebruiken dat niet meer dan 5 procent houtpulp bevat.
NLWWAfdrukken op speciaal afdrukmateriaal83
Dubbelzijdig afdrukken (duplex)
De printer kan op beide zijden van het papier afdrukken. Raadpleeg Handmatig dubbelzijdig
afdrukken als de printer niet beschikt over een functie voor automatisch dubbelzijdig
afdrukken.
Automatisch dubbelzijdig afdrukken (beschikbaar voor de
hp color LaserJet 3700dn en 3700dtn printer)
Opmerking
Als u automatisch dubbelzijdig wilt afdrukken, moet u dit aangeven in het programma dat u
gebruikt of in de printerdriver.
Ga als volgt te werk om automatisch dubbelzijdig af te drukken:
●Zorg ervoor dat de printerdriver voor dubbelzijdig afdrukken is ingesteld. (Raadpleeg de
on line Help van de printerdriver voor instructies.)
●Selecteer de opties voor dubbelzijdig afdrukken in de printerdriver. U moet opties
instellen voor de pagina-oriëntatie en het binden.
●Bepaalde afdrukmaterialen, zoals transparanten, etiketten, kaarten en glansfilm kunnen
niet dubbelzijdig worden bedrukt.
●Voor de beste resultaten kunt u dubbelzijdig afdrukken het beste vermijden bij gebruik
van ruw en zwaar papier.
●Tijdens dubbelzijdig afdrukken plaatst u voorgedrukte formulieren en briefhoofdpapier in
Lade 2 en Lade 3 met de afdrukzijde naar boven en de bovenrand van de pagina richting
de achterzijde van de lade. Als u voorgedrukte formulieren of briefhoofdpapier in Lade 1
wilt plaatsen, plaatst u het papier met de afdrukkant naar beneden en de onderrand als
eerste in de lade.
Instellingen van het bedieningspaneel voor automatisch
dubbelzijdig afdrukken
In veel programma's kunt u de instellingen voor dubbelzijdig afdrukken zelf wijzigen. Als u de
instellingen voor dubbelzijdig afdrukken niet in uw programma of printerdriver kunt wijzigen,
kunt u dit doen via het bedieningspaneel van de printer. De fabrieksinstelling is UIT.
84Hoofdstuk 4 AfdruktakenNLWW
VOORZICHTIG
Druk niet dubbelzijdig af op etiketten, transparanten of glanzend papier. De printer kan
hierdoor ernstig worden beschadigd.
Ga als volgt te werk om het dubbelzijdig afdrukken via het
bedieningspaneel te activeren
Opmerking
Opmerking
Het wijzigen van de instellingen voor dubbelzijdig afdrukken heeft gevolgen voor alle
afdruktaken. Wijzig deze instellingen daarom indien mogelijk altijd via uw programma of de
printerdriver.
ENU
1. Druk op M
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
7. Druk op
om dubbelzijdig afdrukken uit te schakelen.
8. Druk op
9. Druk op M
10. Selecteer, indien mogelijk, dubbelzijdig afdrukken in het programma dat u gebruikt of in
de printerdriver.
Als u dubbelzijdig afdrukken in de printerdriver wilt selecteren, moet eerst de driver juist
worden geconfigureerd. (Raadpleeg de on line Help van de printerdriver voor instructies.)
om naar MENU'S te gaan.
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
om AFDRUKKEN te selecteren.
om DUBBELZIJDIG te markeren.
om DUBBELZIJDIG te selecteren.
of om AAN te selecteren om dubbelzijdig afdrukken in te schakelen of UIT
om de waarde op te slaan.
ENU
om terug te keren naar de status Gereed.
Opmerking
Opmerking
Opties voor het binden van dubbelzijdige afdruktaken
Voordat u een dubbelzijdig document afdrukt, kiest u de printerdriver de rand waarlangs het
voltooide document moet worden gebonden. Over de lengte van het papier (boekbinden) is
de bindmethode die voor boeken wordt gebruikt. Over de breedte van het papier is de
bindmethode die voor kalenders wordt gebruikt.
De standaardbindmethode is binden langs de lange zijde waarbij de pagina is ingesteld op
de staande oriëntatie. Als u langs de korte zijde wilt binden, schakelt u het selectievakje
Pagina's naar boven omslaan in.
Handmatig dubbelzijdig afdrukken
De HP Color LaserJet 3500 series printer ondersteunt automatisch dubbelzijdig afdrukken
(duplex) niet.
Als u dubbelzijdig wilt afdrukken op papier waarvan het formaat of gewicht niet wordt
ondersteund (bijvoorbeeld papier dat zwaarder is dan 105 g/m
printer geen automatisch dubbelzijdig afdrukken ondersteunt, moet u het papier handmatig
opnieuw in de printer plaatsen nadat de eerste zijde is afgedrukt. U moet het papier ook
opnieuw handmatig in de printer plaatsen als u in de printerdriver de optie Uitvoer in dejuiste volgorde voor de achterste bak of Uitvoer in de juiste volgorde voor de rechte
papierbaan selecteert. Volg de instructies in de printerdriver.
2
of heel dun papier), of als de
NLWWDubbelzijdig afdrukken (duplex)85
Als u kaarten of zwaar papier gebruikt, selecteert u Uitvoer in de juiste volgorde in de
printerdriver om papierstoringen te voorkomen. Open de onderklep aan de achterzijde
(achteruitvoerbak).
Opmerking
Gebruik geen beschadigd of eerder bedrukt papier. Dit kan papierstoringen veroorzaken.
Handmatig dubbelzijdig afdrukken
1. Plaats voldoende papier in een van de laden om de taak te kunnen afdrukken. Als u
speciaal papier gebruikt, bijvoorbeeld briefhoofdpapier, plaatst u het papier op een van
de volgende manieren in de lade:
Als u Lade 1 gebruikt, plaatst u het briefhoofdpapier met de afdrukzijde naar onder en
met de onderzijde als eerste in de lade.
Als u Lade 2 gebruikt (lade voor 250 vel) of Lade 3 (lade voor 500 vel), plaatst u het
briefhoofdpapier met de afdrukzijde naar boven en de bovenrand van de pagina richting
de achterzijde van de lade.
2. Open de printerdriver.
3. Selecteer het juiste formaat en type.
4. Als u afdrukt op zwaar papier of zeer dun papier, selecteert u Uitvoer in de juistevolgorde of Uitvoer in de juiste volgorde in de printerdriver. Open de onderklep aan
de achterzijde (achteruitvoerbak).
5. Selecteer Dubbelzijdig afdrukken (handmatig) op het tabblad Afwerking.
6. Klik op OK.
7. Stuur de afdruktaak naar de printer.
86Hoofdstuk 4 AfdruktakenNLWW
8. Ga naar de printer. Wanneer de melding HANDMATIG INVOEREN verschijnt, verwijdert
u eventueel leeg papier uit Lade 1. Plaats de afgedrukte stapel met de onbedrukte zijde
omhoog en met de bovenrand als eerste in de lade. U moet de tweede zijde altijd
afdrukken vanuit Lade 1.
Opmerking
Opmerking
Verwijder geen lege vellen uit de afgedrukte stapel.
9. Als er een bericht verschijnt in het bedieningspaneel drukt u op
.
Als het totale aantal vellen in Lade 1 het toegestane aantal voor handmatig dubbelzijdig
afdrukken overschrijdt, herhaalt u stap 6 en 7 elke keer dat u opnieuw papier plaatst totdat
de dubbelzijdige afdruktaak is voltooid. Plaats het bovenste gedeelte van de stapel als eerste
in de lade.
10. Als de afdruktaak niet wordt afgedrukt, gaat u terug naar de printer en drukt u op
VERDER.
NLWWDubbelzijdig afdrukken (duplex)87
Bijzondere afdruksituaties
Gebruik deze richtlijnen als u gaat afdrukken op speciale papiersoorten.
De eerste pagina anders afdrukken
Voer de onderstaande procedure uit om de eerste pagina van een document op een andere
papiersoort af te drukken dan de rest van het document. U kunt bijvoorbeeld de eerste
pagina van een document op briefhoofdpapier afdrukken en de rest op normaal papier.
1. Geef vanuit uw toepassing of de printerdriver een lade op voor de eerste pagina en een
andere lade voor de overige pagina's.
2. Plaats het speciale papier in de lade die u in stap 1 hebt opgegeven.
3. Leg het papier voor de overige pagina's van het document in een andere lade.
4. Druk het document af.
U kunt ook op ander papier afdrukken door via het bedieningspaneel of vanuit de
printerdriver de soorten papier in de laden in te stellen en vervolgens voor de eerste pagina
en de resterende pagina's de gewenste papiersoort te selecteren.
Afdrukken op speciaal papier
Opmerking
U kunt met deze printer ook enkelzijdig en handmatig dubbelzijdig afdrukken op papier van
afwijkend formaat. Lade 1 ondersteunt papierformaten van 76 bij 127 mm tot 216 bij 356 mm.
Als tijdens het afdrukken op speciaal papier Lade 1 via het bedieningspaneel van de printer
is geconfigureerd als LADE X TYPE= ELK SOORT en LADE X FORMAAT= ELK FORM, zal
de printer afdrukken op het papier in de lade, ongeacht de papiersoort.
In sommige programma's en printerdrivers kunt u zelf speciale papierformaten opgeven. Let
er in dat geval op dat u het papierformaat correct instelt, zowel in het dialoogvenster Paginainstelling als in het dialoogvenster Afdrukken. Wanneer dit niet mogelijk is met de software,
geeft u de afmetingen van het speciale papierformaat op in het menu Papierverwerking op
het bedieningspaneel van de printer. Zie
Wanneer u in uw programma ook zelf de marges voor een speciaal papierformaat moet
berekenen, raadpleeg dan de on line Help van de toepassing.
Menu Papierverwerking voor meer informatie.
Een afdruktaak afbreken
U kunt een afdruktaak afbreken vanaf het bedieningspaneel of vanuit het programma. Voor
instructies voor het afbreken van een afdruktaak vanaf een computer in een netwerk
raadpleegt u de on line Help voor het desbetreffende netwerkbesturingssysteem.
Nadat een afdruktaak is geannuleerd, kan het even duren voordat alle afdrukgegevens uit
het geheugen zijn verwijderd.
88Hoofdstuk 4 AfdruktakenNLWW
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.