"!" wordt weergegeven in het fotoselectiescherm 285
Bijlage
Technische specicaties.................... 286
Printer
Scannerspecicaties.....................287
Interfacespecicaties.................... 287
Faxspecicaties
Lijst met netwerkfuncties.................289
Wi-Fi-specicaties......................289
Ethernetspecicaties.....................290
Beveiligingsprotocol.....................290
Ondersteunde services van derden.......... 290
Specicaties van extern USB-apparaat........290
Ondersteunde gegevensspecicaties......... 291
Dimensies............................291
Elektrische
Omgevingsspecicaties...................293
Systeemvereisten....................... 293
specicaties
specicaties
..................... 286
........................ 288
.................. 292
6
Gebruikershandleiding
Inhoudsopgave
Regelgevingsinformatie.................... 294
Normen en goedkeuringen................294
De Duitse blauwe engel.................. 295
Beperkingen op het kopiëren.............. 295
De printer vervoeren...................... 296
Meldingen die worden weergegeven tijdens
Verbinding controleren.....................298
Copyright.............................. 300
Handelsmerken..........................301
Hulp vragen.............................301
Technische ondersteuning (website)......... 301
Contact opnemen met de klantenservice van
Epson...............................302
7
Gebruikershandleiding
Over deze handleiding
Over deze handleiding
Introductie tot de handleidingen
De volgende handleidingen worden meegeleverd met uw Epson-printer.Naast de handleidingen kunt u ook de
verschillende hulpmogelijkheden op de printer zelf of in de toepassingen raadplegen.
Bevat instructies om deze printer veilig te gebruiken.
❏ Hier beginnen (gedrukte handleiding)
Bevat informatie over het instellen van de printer en het installeren van de soware.
❏ Gebruikershandleiding (digitale handleiding)
Deze handleiding.Biedt algehele informatie en instructies voor het gebruik van de printer, voor
netwerkinstellingen wanneer de printer in een netwerk wordt gebruikt en voor het oplossen van problemen.
❏ Beheerdershandleiding (digitale handleiding)
Gee informatie aan netwerkbeheerders over het beheer en de printerinstellingen.
U kunt de meest recente versie van de bovenstaande handleidingen in uw bezit krijgen op de volgende manieren.
❏ Gedrukte handleiding
Ga naar de ondersteuningssite van Epson Europe (http://www.epson.eu/Support) of de wereldwijde
ondersteuningssite van Epson (http://support.epson.net/).
❏ Digitale handleiding
Start EPSON Soware Updater op uw computer.EPSON Soware Updater controleert of er updates
beschikbaar zijn voor Epson-toepassingen of digitale handleidingen en laat u vervolgens de meest recente versie
downloaden.
Gerelateerde informatie
& “Hulpprogramma's voor soware-updates (EPSON Soware Updater)” op pagina 233
Informatie zoeken in de handleiding
In de PDF-handleiding kunt u naar informatie zoeken via een zoekwoord, of direct naar een bepaald gedeelte gaan
met behulp van de bladwijzers. U kunt ook alleen de pagina's afdrukken die u nodig hebt. Dit gedeelte bevat uitleg
over het gebruik van een PDF-handleiding die in Adobe Reader X is geopend op de computer.
8
Gebruikershandleiding
Over deze handleiding
Zoeken met een zoekwoord
Klik op Bewerken > Geavanceerd zoeken. Voer in het zoekvenster het zoekwoord (tekst) in voor de informatie die
u zoekt en klik vervolgens op Zoeken. Zoekresultaten worden weergegeven in een lijst. Klik op een van de
weergegeven zoekresultaten om naar de
Direct naar informatie gaan via bladwijzers
betreende
pagina te gaan.
Klik op een titel om naar de betreende pagina te gaan. Klik op en bekijk de onderliggende titels in dat gedeelte.
Voer de volgende bewerking uit op het toetsenbord als u wilt terugkeren naar de vorige pagina.
❏ Wi n d ow s : ho ud d e Alt-toets ingedrukt en druk op ←.
❏ Mac OS: houd de command-toets ingedrukt en druk op ←.
Alleen pagina's afdrukken die u nodig hebt
U kunt alleen de pagina's die u nodig hebt extraheren en afdrukken. Klik op Afdrukken in het menu Bestand en
geef in Pagina's bij Pagina's die moeten worden afgedrukt de pagina's op die u wilt afdrukken.
❏ Als u een paginareeks wilt opgeven, voert u tussen de begin- eindpagina een areekstreepje in.
Voorb eeld : 20- 2 5
❏ Als u niet-opeenvolgende pagina's wilt opgeven, scheidt u de pagina's met komma's.
Voorbeeld: 5, 10, 15
9
Gebruikershandleiding
Over deze handleiding
Markeringen en symbolen
Let op:
!
Instructies die zorgvuldig moeten worden gevolgd om lichamelijk letsel te voorkomen.
Belangrijk:
c
Instructies die moeten worden gevolgd om schade aan het apparaat te voorkomen.
Opmerking:
Biedt aanvullende informatie en referentiegegevens.
&
Gerelateerde informatie
Koppelingen naar de verwante paragrafen.
Beschrijvingen gebruikt in deze handleiding
❏ Screenshots van de schermen van de printerdriver en Epson Scan 2 (scannerdriver) zijn van Windows 10 of
macOS Sierra. De inhoud die op de schermen wordt weergegeven, is aankelijk van het model en de situatie.
❏ Aeeldingen van de printer gebruikt in deze handleiding dienen uitsluitend als voorbeeld. Er zijn kleine
verschillen tussen elk model, maar de gebruiksmethode
❏ Sommige menu-items op de display variëren naargelang het model en de instellingen.
blij
hetzelfde.
Referenties voor besturingssystemen
Windows
In deze handleiding verwijzen termen als "Windows 10", "Windows 8.1", "Windows 8", "Windows 7", "Windows
Vista", "Windows XP", "Windows Server 2016", "Windows Server 2012 R2", "Windows Server 2012", "Windows
Server 2008 R2", "Windows Server 2008", "Windows Server 2003 R2" en "Windows Server 2003" naar de volgende
besturingssystemen. Bovendien wordt "Windows" gebruikt om alle versies ervan aan te duiden.
❏
Microso
❏ Microso
❏
Microso
❏ Microso
❏ Microso
❏
Microso
❏ Microso
❏ Microso
❏
Microso
❏ Microso
Wi n d o w s® 10 besturingssysteem
®
Wi n d o w s® 8.1 besturingssysteem
®
Wi n d o w s® 8 besturingssysteem
®
Wi n d o w s® 7 besturingssysteem
®
Wi n d o w s Vi s t a® besturingssysteem
®
Wi n d o w s® XP besturingssysteem
®
Wi n d o w s® XP Professional x64 Edition besturingssysteem
®
Wi n d o w s Se r ve r® 2016 besturingssysteem
®
Wi n d o w s Se r ve r® 2012 R2 besturingssysteem
®
Wi n d o w s Se r ve r® 2012 besturingssysteem
®
10
Gebruikershandleiding
Over deze handleiding
❏ Microso® Wi n d o w s Se r ve r® 2008 R2 besturingssysteem
❏
Microso
❏ Microso
❏ Microso
Mac OS
In deze handleiding wordt "Mac OS" gebruikt om te verwijzen naar macOS Sierra, OS X El Capitan, OS X
Yosemite, OS X Mavericks, OS X Mountain Lion, Mac OS X v10.7.x en Mac OS X v10.6.8.
Wi n d o w s Se r ve r® 2008 besturingssysteem
®
Wi n d o w s Se r ve r® 2003 R2 besturingssysteem
®
Wi n d o w s Se r ve r® 2003 besturingssysteem
®
11
Gebruikershandleiding
Belangrijke instructies
Belangrijke instructies
Veiligheidsinstructies
Lees en volg deze instructies om deze printer veilig te gebruiken. Bewaar deze handleiding voor latere
raadplegingen. Let ook op al de waarschuwingen en instructies die op de printer staan.
❏ Sommige van de symbolen die gebruikt worden op uw printer zijn bedoeld om de veiligheid en het juiste
gebruik van de printer te garanderen. Bezoek de volgende website voor de betekenis van de symbolen.
http://support.epson.net/symbols
❏ Gebruik alleen het netsnoer dat met de printer is meegeleverd en gebruik het snoer niet voor andere apparatuur.
Gebruik van andere snoeren met deze printer of gebruik van het meegeleverde netsnoer met andere apparatuur
kan leiden tot brand of elektrische schokken.
❏ Zorg ervoor dat het netsnoer voldoet aan de relevante plaatselijke veiligheidsnormen.
❏ Haal het netsnoer, de stekker, de printer, de scanner of de accessoires nooit uit elkaar en probeer deze
onderdelen nooit zelf te wijzigen of te repareren, tenzij zoals uitdrukkelijk staat beschreven in de handleidingen
van het apparaat.
❏ Trek in de volgende gevallen de stekker uit het stopcontact en laat het onderhoud aan een onderhoudstechnicus
over:
Als het netsnoer of de stekker beschadigd is, als er vloeistof in de printer is gekomen, als de printer is gevallen of
als de behuizing beschadigd is, als de printer niet normaal werkt of als er een duidelijke wijziging in de
prestaties optreedt. Wijzig geen instellingen als hiervoor in de gebruiksaanwijzing geen instructies worden
gegeven.
❏ Zet het apparaat in de buurt van een wandstopcontact waar u de stekker gemakkelijk uit het stopcontact kunt
halen.
❏ Plaats of bewaar de printer niet buiten en zorg ervoor dat de printer niet wordt blootgesteld aan vuil, stof, water
of hittebronnen. Vermijd plaatsen die onderhevig zijn aan schokken, trillingen, hoge temperaturen of
luchtvochtigheid.
❏ Zorg ervoor dat u geen vloeistoen op de printer morst en pak de printer niet met natte handen vast.
❏ Houd de printer ten minste 22 cm verwijderd van pacemakers. De radiogolven die door deze printer worden
uitgezonden, kunnen een negatieve invloed hebben op de werking van pacemakers.
❏ Neem contact op met uw leverancier als het display beschadigd is. Als u vloeistof uit het display op uw handen
krijgt, was ze dan grondig met water en zeep. Als u vloeistof uit het display in uw ogen krijgt, moet u uw ogen
onmiddellijk uitspoelen met water. Raadpleeg onmiddellijk een arts als u ondanks grondig spoelen problemen
krijgt met uw ogen of nog steeds ongemak ondervindt.
❏ Vermijd het gebruik van de telefoon tijdens onweer. Er bestaat een minieme kans op elektrische schokken door
bliksem.
❏ Gebruik voor het melden van een gaslek geen telefoon in de directe omgeving van het lek.
12
Gebruikershandleiding
Belangrijke instructies
❏ De printer is zwaar en wanneer deze opgetild of verplaatst moet worden, moet dit altijd door ten minste twee
personen gebeuren. Bij het optillen van de printer moeten de twee of meer personen de correcte posities
innemen (zie hieronder).
Veiligheidsinstructies voor inkt
❏ Wees voorzichtig met gebruikte cartridges. Er kan inkt rond de inkttoevoer kleven.
❏ Als u inkt op uw huid krijgt, wast u de plek grondig met water en zeep.
❏ Als u inkt in uw ogen krijgt, moet u uw ogen onmiddellijk uitspoelen met water.Raadpleeg onmiddellijk een
arts als u ondanks grondig spoelen problemen krijgt met uw ogen of nog steeds ongemak ondervindt.
❏ Als er inkt in uw mond terechtkomt, raadpleegt u direct een arts.
❏ Haal de cartridge of onderhoudscassette niet uit elkaar, omdat u inkt in uw ogen of op uw huid kunt krijgen.
❏ Schud de cartridges niet te hard en laat ze niet vallen.Wees ook voorzichtig dat u ze niet ineendrukt of hun
etiket scheurt.Omdat hierdoor inkt kan lekken.
❏ Houd cartridges en de onderhoudscassette buiten het bereik van kinderen.
Printeradviezen en waarschuwingen
Lees en volg deze instructies om schade aan de printer of uw eigendommen te voorkomen. Bewaar deze
handleiding voor toekomstig gebruik.
Adviezen en waarschuwingen voor het instellen/gebruik van de
printer
❏ De openingen in de behuizing van de printer niet blokkeren of afdekken.
❏ Gebruik alleen het type stroombron dat staat vermeld op het etiket op de printer.
13
Gebruikershandleiding
Belangrijke instructies
❏ Gebruik geen stopcontacten in dezelfde groep als fotokopieerapparaten, airconditioners of andere apparaten die
regelmatig worden in- en uitgeschakeld.
❏ Gebruik geen stopcontacten die met een wandschakelaar of een automatische timer kunnen worden in- en
uitgeschakeld.
❏ Plaats het hele computersysteem uit de buurt van apparaten die elektromagnetische storing kunnen
veroorzaken, zoals luidsprekers of basisstations van draagbare telefoons.
❏ Plaats het netsnoer zodanig dat geen slijtage, inkepingen, rafels, plooien en knikken kunnen optreden. Plaats
geen voorwerpen op het netsnoer en plaats het netsnoer zodanig dat niemand erop kan stappen. Let er vooral
op dat snoeren mooi recht blijven aan de uiteinden en de punten waar deze de transformator in- en uitgaan.
❏ Als u een verlengsnoer gebruikt voor de printer, mag de totale stroombelasting in ampère van alle aangesloten
apparaten niet hoger zijn dan de maximale belasting voor het verlengsnoer. Zorg er bovendien voor dat het
totaal van de ampèrewaarden van alle apparaten die zijn aangesloten op het wandstopcontact, niet hoger is dan
de maximumwaarde die is toegestaan voor het stopcontact.
❏ Als u de printer in Duitsland gebruikt, moet u rekening houden met het volgende: de installatie van het gebouw
moet beschikken over een stroomonderbreker van 10 of 16 A om de printer te beschermen tegen kortsluiting en
stroompieken.
❏ Let bij het aansluiten van de printer op een computer of ander apparaat, op de juiste richting van de stekkers
van de kabel. Elke stekker kan maar op één manier in het apparaat worden gestoken. Wanneer u een stekker op
een verkeerde manier in het apparaat steekt, kunnen beide apparaten die via de kabel met elkaar verbonden
zijn, beschadigd raken.
❏ Plaats de printer op een vlakke, stabiele ondergrond die groter is dan de printer zelf. De printer werkt niet goed
als deze scheef staat.
❏ Zorg er bij opslag of transport van de printer voor dat deze niet gekanteld, verticaal of ondersteboven wordt
gehouden, anders kan er inkt lekken.
❏ Laat boven de printer voldoende ruimte vrij om het deksel volledig te kunnen openen.
❏ Zorg ervoor dat aan de voorkant van de printer voldoende ruimte is voor het papier dat uit de printer komt.
❏ Vermijd plaatsen met grote schommelingen in temperatuur en luchtvochtigheid. Houd de printer ook uit de
buurt van direct zonlicht, fel licht of warmtebronnen.
❏ Steek geen voorwerpen door de openingen in de printer.
❏ Steek uw hand niet in de printer tijdens het afdrukken.
❏ Raak de witte, platte kabel binnen in de printer niet aan.
❏ Gebruik geen spuitbussen met ontvlambare stoen in of in de buurt van de printer. Dit kan brand veroorzaken.
❏ Verplaats de printkop niet handmatig; anders kunt u de printer beschadigen.
❏ Pas bij het sluiten van de scannereenheid op dat uw vingers niet klem komen te zitten.
❏ Let erop dat u nooit te hard op de scannerglasplaat drukt wanneer u er een origineel op legt.
❏ Zet de printer altijd uit met de knop
stopcontact niet af zolang het lampje
❏ Controleer voordat u de printer vervoert of de printkop zich in de uitgangspositie bevindt (uiterst rechts) en of
de cartridges aanwezig zijn.
❏ Als u de printer gedurende langere tijd niet gebruikt, trek dan de stekker uit het stopcontact.
P
. Trek de stekker niet uit het stopcontact en sluit de stroom naar het
P
nog knippert.
14
Gebruikershandleiding
Belangrijke instructies
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik van de printer met een
draadloze verbinding
❏ Radiogolven van deze printer kunnen nadelige gevolgen hebben voor de werking van medische elektronische
apparatuur, waardoor deze apparatuur defect kan raken. Wanneer u deze printer gebruikt in een medische
instelling of in de buurt van medische apparatuur, volg dan de aanwijzingen van het bevoegd personeel van de
medische instelling en volg alle waarschuwingen en aanwijzingen die op de medische apparatuur zelf staan.
❏ Radiogolven uit deze printer kunnen de werking van automatisch gestuurde apparaten, zoals automatische
deuren of een brandalarm, storen en kunnen tot ongevallen leiden als gevolg van storing. Volg alle
waarschuwingen en aanwijzingen die op deze apparatuur zijn aangeduid wanneer u deze printer gebruikt in de
buurt van automatisch aangestuurde apparaten.
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik van het touchscreen
❏ Het lcd-scherm kan een paar kleine heldere of donkere puntjes vertonen en is mogelijk niet overal even helder.
Dit is normaal en wil geenszins zeggen dat het beschadigd is.
❏ Maak het lcd-scherm alleen schoon met een droge, zachte doek. Gebruik geen vloeibare of chemische
reinigingsmiddelen.
❏ De afdekplaat van het touchscreen kan breken bij zware schokken. Neem contact op met uw leverancier als het
display barst of breekt. Raak het gebroken glas niet aan en probeer dit niet te verwijderen.
❏ Raak het touchscreen zachtjes met uw vinger aan. Druk niet te hard en gebruik niet uw nagels.
❏ Gebruik geen scherpe voorwerpen zoals balpennen of scherpe potloden om handelingen uit te voeren.
❏ De werking van het touchscreen kan verminderen als gevolg van condensatie in het touchscreen veroorzaakt
door plotselinge schommelingen in temperatuur of luchtvochtigheid.
Uw persoonlijke gegevens beschermen
Als u de printer aan iemand anders gee of wilt weggooien, wordt aangeraden alle persoonlijke gegevens in het
geheugen van de printer te wissen door de menu's op het bedieningspaneel als volgt te selecteren.
Instel. > Algemene instellingen > Systeembeheer > Standaardinst. herstellen > Alle gegevens en instellingen
wissen
15
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
Basisprincipes van printer
Namen en functies van onderdelen
Deksel van ADF (Automatic Document
A
Feeder — Papierlade van de
automatische documentinvoer)
Zijgeleider van de ADFZorgt ervoor dat originelen recht in de printer worden
B
Invoerlade van de ADFHiermee worden originelen automatisch ingevoerd.
C
Uitvoerlade van de ADFBevat de originelen die uit de ADF komen.
D
Papiercassette 1 of papiercassetteLaadt papier.
E
Papiercassette 2Alleen op beschikbare modellen.
F
Open dit om vastgelopen originelen te verwijderen uit de ADF.
ingevoerd.Schuif naar de randen van het papier.
Laadt papier.
16
Gebruikershandleiding
ZijgeleiderHiermee wordt het papier recht in de printer ingevoerd.Schuif deze
A
Papiertoevoer achterVoor het handmatig laden van telkens één vel papier.
B
UitvoerladeOpvanglade voor het papier dat uit de printer komt.
C
ZijgeleiderHiermee wordt het papier recht in de printer ingevoerd.Schuif deze
D
PapiercassetteLaadt papier.
E
PapiercassettepaneelVoorkomt dat ongewenste zaken in de papiercassette terechtkomen.
F
Basisprincipes van printer
naar de randen van het papier.
naar de randen van het papier.
DocumentdekselHoudt extern licht tegen tijdens het scannen.
A
ScannerglasplaatPlaats de originelen.
B
BedieningspaneelVoor bediening van de printer.
C
U kunt het bedieningspaneel in een andere hoek zetten.
Externe USB-poortAansluiting van geheugenapparaten.
D
17
Gebruikershandleiding
ScannereenheidScant de geplaatste originelen.Open de eenheid om inktpatronen te
A
InktcartridgeafdekkingOpenen wanneer u cartridges wilt vervangen.
B
CartridgehouderInstalleer de inktpatronen.Inkt komt uit de spuitkanaaltjes van de
C
Basisprincipes van printer
vervangen of papier dat in de printer is vastgelopen, te verwijderen.
printkop.
Achterpaneel 2Verwijderen bij het verwijderen van vastgelopen papier.
A
Achterpaneel 1Open dit om de onderhoudscassette te vervangen, of vastgelopen
B
NetaansluitingVoor aansluiting van het netsnoer.
C
LijnpoortVoor aansluiting van een telefoonlijn.
D
EXT.-poortVoor aansluiting van externe telefoontoestellen.
E
LAN-poortVoor aansluiting van een LAN-kabel.
F
USB-poortVoor aansluiting van een USB-kabel.
G
Bedieningspaneel
papier te verwijderen.
18
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
Hiermee schakelt u de printer in of uit.
Haal het netsnoer uit het stopcontact als het aan/uit-lampje uit staat.
Houd een smart device tegen deze markering aan om rechtstreeks af te drukken of te scannen.
Gaat branden wanneer ontvangen documenten die nog niet gelezen, afgedrukt of opgeslagen zijn, in het
geheugen van de printer staan.
Hiermee opent u het startscherm.
Hiermee geeft u menu's en berichten weer.
Hiermee wordt het scherm Hulp weergegeven.
Hier kunt u oplossingen voor problemen bekijken.
Hiermee stopt u de actieve bewerking.
Hiermee onderbreekt u de actuele afdruktaak en kunt u een andere taak onderbreken.Druk nogmaals op deze
toets om een onderbroken taak te hervatten.
Reset de huidige instellingen naar de standaard gebruikersinstellingen.Als standaard gebruikersinstellingen niet
zijn gemaakt, wordt gereset naar standaard fabriekswaarden.
Hiermee wordt het scherm Papierinstelling weergegeven.U kunt voor elke papierbron de instellingen voor
papiergrootte en papiertype selecteren.
K
L
M
N
Hiermee wordt het menu Job/Status weergegeven.U kunt de status en taakgeschiedenis van de printer
weergeven.
Als er een storing optreedt, knipper het storingslampje links of gaat het branden.
Als de printer gegevens aan het verwerken is, knippert het gegevenslampje rechts.Het gaat branden als er taken
in de afdrukwachtrij staan.
Hiermee voert u getallen, tekens en symbolen in.
Hiermee wordt de lijst Contacten weergegeven.U kunt contacten vastleggen, bewerken en verwijderen.
Hiermee wist u aantal instellingen, zoals het aantal exemplaren.
Conguratie basisscherm
19
Gebruikershandleiding
Hierop worden items aangegeven die voor de printer als pictogram zijn ingesteld.Selecteer elk pictogram om de
A
huidige instellingen te controleren of elk instellingenmenu te openen.
Geeft elk menu weer.U kunt de volgorde wijzigen of items toevoegen.
B
Hiermee worden actieve taken en de status van de printer weergegeven.Selecteer het bericht om het menu Job/
C
Status weer te geven.
Geeft de datum en tijd weer wanneer de printer niet actief is en er geen fouten zijn.
Tussen tabbladen wisselen.
D
Geeft de instellingsitems aan.Selecteer elk item om de instellingen te congureren of te wijzigen.
E
De items die grijs worden weergegeven, zijn niet beschikbaar.Selecteer het item om te controleren waarom dit niet
beschikbaar is.
Hiermee voert u de huidige instellingen uit.Beschikbare functies variëren afhankelijk van elk menu.
F
Basisprincipes van printer
Pictogrammen op het lcd-scherm
De volgende pictogrammen worden op het display weergegeven naargelang de status van de printer.
Hiermee wordt het scherm Printerstatus weergegeven.
U kunt controleren hoeveel inkt er nog is en hoe lang de onderhoudscassette nog meegaat (bij
benadering).
Geeft de status van de netwerkverbinding aan.
Selecteer het pictogram om de instellingen te controleren en te wijzigen.Dit is de snelkoppeling naar het
volgende menu.
Selecteer het pictogram om de slaapmodus in te schakelen.Wanneer het pictogram grijs wordt
weergegeven, kan de slaapmodus niet worden ingeschakeld voor de printer.
Geeft aan dat de blokkeringsfunctie geactiveerd is.Selecteer dit pictogram om u aan te melden op de
printer.U moet een gebruikersnaam selecteren en wachtwoord invoeren.Neem voor uw
aanmeldgegevens contact op met uw printerbeheerder.
Basisprincipes van printer
Hiermee wordt aangegeven of Stille modus is ingesteld voor de printer.Wanneer deze functie is
ingeschakeld, wordt het geluid dat door de printer wordt gemaakt gedempt. De afdruksnelheid
kan hierdoor verminderen.Het geluid wordt mogelijk niet gedempt, afhankelijk van het
geselecteerde papiertype en de gekozen afdrukkwaliteit.
Hiermee wordt aangegeven dat Dempen is ingesteld voor de printer.
Geeft aan dat een gebruiker met toegang aangemeld is.
Selecteer het pictogram om u af te melden.
Hiermee wordt het scherm Informatie faxgegevens weergegeven.
Geeft aan dat de instellingen zijn gewijzigd van de standaardinstellingen van de gebruiker naar de
fabrieksinstellingen.
Geeft aan dat er aanvullende informatie is.Selecteer het pictogram om het bericht weer te geven.
Geeft aan dat er een probleem is met de items.Selecteer het pictogram om te zien hoe u het probleem
kunt oplossen.
Geeft aan dat er gegevens zijn die nog niet zijn gelezen, afgedrukt of opgeslagen.Het weergegeven getal
geeft het aantal gegevensitems weer.
Gerelateerde informatie
& “Netwerkinstellingen” op pagina 70
& “Geluid:” op pagina 66
Touchscreenbewerkingen
Het touchscreen is compatibel met de volgende bewerkingen.
Tik ke nDruk op de items of pictogrammen of selecteer deze.
21
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
VegenVeeg snel over het scherm.
Schuiven
Houd de items vast en verplaats ze.
Tekens invoeren
Wanneer u contactpersonen registreert, netwerkinstellingen congureert, etc. kunt u tekens en symbolen invoeren
via het toetsenbord op het scherm.
Opmerking:
Beschikbare pictogrammen variëren naargelang de instelling.
A
B
C
D
E
F
G
H
I
Geeft het aantal tekens weer.
Verplaatst de cursor naar de invoerpositie.
Hiermee schakelt u tussen hoofdletters en kleine letters, of cijfers en symbolen.
Hiermee schakelt u tussen tekentypes.U kunt alfanumerieke tekens en symbolen gebruiken.
Hiermee schakelt u tussen tekentypes.U kunt alfanumerieke tekens en speciale tekens, zoals umlauten en
accenten gebruiken.
Hiermee voert u veelgebruikte e-maildomeinadressen of URL's in door het item te selecteren.
Hiermee typt u een spatie.
Hiermee voert u een teken in.
Hiermee wist u het teken links van de cursor.
22
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
Conguratie Job/Status-scherm
Druk op de knop om het menu Job/Status weer te geven.U kunt de status van de printer of de taken
controleren.
Hiermee schakelt u tussen de weergegeven lijsten.
A
Hiermee ltert u de taken op functie.
B
Wanneer Actief is geselecteerd, wordt een lijst weergegeven met actuele opdrachten en opdrachten in de wachtrij.
C
Wanneer Logboek is geselecteerd, wordt de taakgeschiedenis weergegeven.
U kunt taken annuleren of de foutcode controleren die in de geschiedenis wordt weergegeven wanneer een taak is
mislukt.
Geeft het geschatte inktpeil weer.
D
Geeft de geschatte levensduur van de onderhoudscassette weer.
E
Geeft fouten weer die in de printer zijn opgetreden.Selecteer de fout in de lijst om het foutbericht weer te geven.
F
Gerelateerde informatie
& “Foutcode in het statusmenu” op pagina 241
Animaties bekijken
Op het lcd-scherm kunt u animaties bekijken van bedieningsinstructies, zoals het laden van papier of het
verwijderen van vastgelopen papier.
❏ Ti k op
wilt bekijken.
rechts op het lcd-scherm. Het scherm Hulp wordt weergegeven.Tik op Hoe en selecteer de items die u
23
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
❏ Selecteer Hoe onderaan het bedieningsscherm. De contextgevoelige animatie wordt weergegeven.
Geeft het totale aantal stappen en het nummer van de huidige stap weer.
A
In het voorbeeld hierboven wordt stap 3 van 7 stappen weergegeven.
Hiermee keert u terug naar de vorige stap.
B
Geeft de voortgang in de huidige stap aan.De animatie wordt herhaald wanneer de voortgangsbalk het einde
C
bereikt.
Hiermee gaat u naar de volgende stap.
D
24
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
Netwerkinstellingen
Typen netwerkverbindingen
U kunt de volgende verbindingsmethoden gebruiken.
Ethernet-verbinding
Verbind de printer met een hub met behulp van een Ethernet-kabel.
Raadpleeg Beheerdershandleiding voor het toewijzen van een statisch IP-adres.
Gerelateerde informatie
& “Geavanceerde netwerkinstellingen maken” op pagina 32
Wi-Fi-verbinding
Sluit de printer en de computer of het smart device aan op het toegangspunt. Dit is de meest gebruikelijke manier
van verbinden voor netwerken thuis en op kantoor waar de Wi-Fi-verbindingen worden verzorgd door een
toegangspunt.
25
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
Gerelateerde informatie
& “Een computer verbinden” op pagina 26
& “Een smart device verbinden” op pagina 27
& “Wi-Fi-instellingen congureren op de printer” op pagina 27
Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt)
Gebruik deze verbindingsmethode wanneer u thuis of op kantoor geen Wi-Fi hebt of wanneer u de printer en het
smart device rechtstreeks met elkaar wilt verbinden. In deze modus fungeert de printer als toegangspunt en kunt u
maximaal vier apparaten met de printer verbinden zonder dat u een apart toegangspunt nodig hebt. Smart devices
die rechtstreeks met de printer zijn verbonden kunnen echter niet met elkaar communiceren via de printer.
Opmerking:
Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt) is een verbindingsmodus die is ontwikkeld als vervanging voor de adhocmodus.
De printer kan tegelijk verbinding hebben via Wi-Fi of Ethernet en Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt). Als u
echter een netwerkverbinding start in Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) wanneer de printer verbinding hee
via Wi-Fi, wordt de Wi-Fi-verbinding tijdelijk verbroken.
Gerelateerde informatie
& “Verbindingsinstellingen voor Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) congureren” op pagina 31
Een computer verbinden
Het wordt aanbevolen het installatieprogramma te gebruiken om de printer te verbinden met een computer.U kunt
het installatieprogramma op een van de volgende manieren uitvoeren.
❏ Instellen vanaf de website
Open de volgende website en voer de productnaam in.Ga naar Instellen en congureer de instellingen.
http://epson.sn
❏ Instellen met de soware-cd (alleen voor modellen die worden geleverd met een soware-cd en gebruikers die
beschikken over een computer met een schijfstation.)
Plaats de soware-cd in de computer en volg de instructies op het scherm.
26
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
De verbindingsmethoden selecteren
Volg de instructies op het scherm totdat het volgende scherm wordt weergegeven en selecteer vervolgens de
gewenste methode om de printer met de computer te verbinden.
Selecteer het verbindingstype en klik vervolgens op Vo lg e n de .
Volg de instructies op het scherm.
Een smart device verbinden
U kunt de printer gebruiken vanaf een smart device wanneer u de printer verbindt met hetzelfde Wi-Fi-netwerk
(SSID) als het smart device. Als u de printer wilt gebruiken vanaf een smart device, stelt u dit in vanaf de volgende
website. Open de website vanaf een smart device waarmee u verbinding wilt maken met de printer.
http://epson.sn > Instellen
Opmerking:
Als u tegelijkertijd een computer en een smart device met de printer wilt verbinden, wordt aangeraden als eerste de
computer te verbinden.
Wi-Fi-instellingen congureren op de printer
Op het bedieningspaneel van de printer kunt u op verschillende manieren de netwerkinstellingen
congureren.Kies de verbindingsmethode die overeenkomt met uw omgeving en de voorwaarden die u gebruikt.
Als u beschikt over de informatie voor het toegangspunt, zoals de SSID en het wachtwoord, kunt u de instellingen
handmatig congureren.
Als het toegangspunt WPS ondersteunt, kunt u de instellingen
27
congureren
met drukknopinstellingen.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
Nadat de printer verbinding hee gemaakt met het netwerk, maakt u verbinding tussen de printer en het apparaat
dat u wilt gebruiken (computer, smart device, tablet, enz.)
Congureer geavanceerde netwerkinstellingen om een statisch IP-adres te gebruiken.
“Wi-Fi-instellingen congureren via de pincode-instelling (WPS)” op pagina 30
& “Verbindingsinstellingen voor Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) congureren” op pagina 31
& “Geavanceerde netwerkinstellingen maken” op pagina 32
congureren
congureren
via de drukknopinstelling (WPS)” op pagina 29
” op pagina 28
Handmatig Wi-Fi-instellingen congureren
Voor het handmatig instellen hebt u de SSID en het wachtwoord van het toegangspunt nodig.
Opmerking:
Als u een toegangspunt met de standaardinstellingen gebruikt, gebruikt u de SSID en het wachtwoord die op het label
vermeld staan.Als u de SSID en het wachtwoord niet weet, neem dan contact op met de persoon die het toegangspunt hee
ingesteld of raadpleeg de documentatie van het toegangspunt.
1.Tik op het startscherm op .
2.Selecteer Router.
3.Tik op Start de instelling.
Als de netwerkverbinding al is ingesteld, worden de verbindingsdetails weergegeven.Tik op Wij zig n a ar Wi -Fi -verbinding. of Instellingen wijzigen om de instellingen te wijzigen.
4.Selecteer Wizard Wi-Fi instellen.
5.Selecteer de SSID van het toegangspunt.
Opmerking:
❏ Als de SSID waarmee u verbinding wilt maken, niet wordt weergegeven op het bedieningspaneel van de printer, tikt
u op Opnieuw zoeken om de lijst te vernieuwen.Als deze nog steeds niet wordt weergegeven, tikt u op Handmatiginvoeren en voert u de SSID vervolgens rechtstreeks in.
❏ Als u de SSID niet kent, controleer dan of deze vermeld staat op het label van het toegangspunt.Als u het
toegangspunt gebruikt met zijn standaardinstellingen, gebruikt u de SSID die op het label staat.
28
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
6.Voer het wachtwoord in.
Opmerking:
❏ Het wachtwoord is hoofdlettergevoelig.
❏ Als u het wachtwoord niet kent, controleer dan of het vermeld staat op het label van het toegangspunt.Als u het
toegangspunt gebruikt met zijn standaardinstellingen, gebruikt u het wachtwoord dat op het label staat.Het
wachtwoord kan ook een sleutel of wachtwoordzin worden genoemd.
❏ Als u het wachtwoord voor het toegangspunt niet kent, raadpleegt u de documentatie die bij het toegangspunt is
geleverd of neemt u contact op met de persoon die dit hee ingesteld.
7.Als u klaar bent, tikt u op Start installatie.
8.
Tik op OK om af te sluiten.
Opmerking:
Als u geen verbinding kunt maken, laadt u normaal papier op A4-formaat en tikt u op Controlerapport afdrukken om
een netwerkverbindingsrapport af te drukken.
9.Sluit het scherm met instellingen voor de netwerkverbinding.
Gerelateerde informatie
& “Tekens invoeren” op pagina 22
& “De status van de netwerkverbinding controleren” op pagina 34
& “Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt
congureren
” op pagina 254
Wi-Fi-instellingen congureren via de drukknopinstelling (WPS)
U kunt automatisch een Wi-Fi-netwerk instellen door op een knop op het toegangspunt te drukken.Als aan de
volgende voorwaarden is voldaan, kunt u deze manier van instellen gebruiken.
❏ Het toegangspunt is compatibel met WPS (Wi-Fi Protected Setup).
❏ De huidige Wi-Fi-verbinding is tot stand gebracht door op een knop op het toegangspunt te drukken.
Opmerking:
Als u de knop niet kunt vinden of als u instelt met behulp van de soware, raadpleeg dan de documentatie van het
toegangspunt.
1.Tik op het startscherm op .
2.Selecteer Router.
3.
Tik op Start de instelling.
Als de netwerkverbinding al is ingesteld, worden de verbindingsdetails weergegeven.Tik op Wij zig n a ar Wi -Fi -verbinding. of Instellingen wijzigen om de instellingen te wijzigen.
4.Selecteer Instellen met drukknop (WPS).
29
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
5.Houd de [WPS]-knop ingedrukt op het toegangspunt tot het beveiligingslampje knippert.
Als u niet weet waar de [WPS]-knop zit, of als het toegangspunt geen knoppen
documentatie van het toegangspunt voor meer informatie.
6.Tik op Start installatie.
7.Sluit het scherm.
Het scherm sluit automatisch na een vastgestelde tijd.
Opmerking:
Als de verbinding mislukt, start dan het toegangspunt opnieuw, zet het dichter bij de printer en probeer het nog een
keer.Als het nog steeds niet werkt, druk dan een netwerkverbindingsrapport af en controleer de oplossing.
8.Sluit het scherm met instellingen voor de netwerkverbinding.
Gerelateerde informatie
& “De status van de netwerkverbinding controleren” op pagina 34
& “Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt
congureren
” op pagina 254
raadpleeg dan de
hee,
Wi-Fi-instellingen congureren via de pincode-instelling (WPS)
U kunt automatisch verbinding maken met een toegangspunt door gebruik te maken van een pincode.U kunt deze
methode gebruiken als uw toegangspunt WPS (Wi-Fi Protected Setup) ondersteunt.Gebruik een computer om een
pincode in te voeren in het toegangspunt.
1.Tik op het startscherm op
2.Selecteer Router.
3.Tik op Start de instelling.
Als de netwerkverbinding al is ingesteld, worden de verbindingsdetails weergegeven.Tik op Wij zig n a ar Wi -Fi -verbinding. of Instellingen wijzigen om de instellingen te wijzigen.
4.Selecteer Overige > Instellen met PIN (WPS)
.
30
Loading...
+ 278 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.