Epson EMP-DM1 Owner's Manual [nl]

Notaties in deze handleiding
Als u dit doet, kan het toestel beschadigd raken of slecht gaan functioneren.
Hier vindt u extra informatie en nuttige tips over een onderwerp.
s Verwijst naar een pagina waar handige informatie over een onderwerp te vinden is.
Dit zijn gebruiksinstructies – in de juiste volgorde. De hier beschreven methode moet in de juiste volgorde uitgevoerd worden.
Dit staat voor de afstandsbediening of de projectorknoppen.
"(Menunaam)"
Dit zijn menuopties en berichten die u op het scherm te zien krijgt. Voorbeeld: "Helderheid"
Afhankelijk van het type schijf kunnen er verschillende functies en handelingen worden uitgevoerd. Met deze symbolen krijgt u informatie over het gebruikte type schijf.
-
-
Inhoudsopgave
Veiligheidsvoorschriften ........................................... 2
Gebruik en opslag...................................................... 8
Opslaan op disks en USB.......................................... 10
Namen en functies van onderdelen ........................... 12
De afstandsbediening voorbereiden .......................... 16
Introductie-handleiding
Installatie................................................................... 18
Projectieafstand en schermgrootte ............................................. 18
De stroomkabel aansluiten ......................................................... 18
Disks afspelen............................................................ 19
Een disk afspelen en projecteren ................................................ 19
De projectiepositie en het volume aanpassen............................. 20
Stoppen met afspelen ............................................................. ... . 22
De projector uitzetten................................................................. 22
Basishandelingen tijdens het afspelen....................... 23
Pauze .......................................................................................... 23
Zoeken in voor- en achterwaartse richting................................. 23
Overslaan.................................................................................... 24
Frame vooruit ............................................................................. 24
Afspelen in slow motion ......................... ... ................................ 24
De projectorlamp tijdelijk gebruiken voor verlichting
(onderbreken) ............................................................................. 25
Color Mode (Kleurmodus)......................................................... 25
Mute (Dempen) .......................................................................... 25
Geavanceerde bediening
Afspelen voor gevorderden....................................... 26
Afspelen vanuit een dvd-menu................................................... 26
Een video-Cd vanuit het menu afspelen..................................... 27
JPEG-, MP3/WMA- en DivX®-weergave................................. 29
Afspelen door het hoofdstuk- of tracknummer te kiezen........... 32
Herhaald en willekeurig afspelen............................................... 32
Program play (afspelen in geprogrammeerde volgorde)............ 34
Zoom in ...................................................................................... 35
De gesproken taal wijzigen ........................................................ 36
De weergave van ondertitels wijzigen ....................................... 36
De hoek wijzigen........................................................................ 37
Handelingen uitvoeren vanuit het scherm
met afspeelgegevens... ......................................... ... .... ... ............. 37
De sluimerstand instellen ........................................................... 39
De aspectverhouding wijzigen ................................................... 40
Met randapparatuur afspelen..................................... 42
Een USB-opslagapparaat aansluiten .......................................... 42
Op een ander videoapparaat, een tv of computer aansluiten...... 43
Beelden projecteren vanuit externe videoapparatuur of een
computer..................................................................................... 45
Audio-instellingen..................................................... 47
Luisteren met de hoofdtelefoon.................................................. 47
Aansluiten op audioapparatuur met een digitale coaxiale
audio-ingang............................................................................... 48
De Surround Sound-modus selecteren ....................................... 48
De digitale geluidseffecten selecteren........................................ 49
Instellingen en aanpassingen
Gebruik en functies van het instellingsmenu............. 50
Het instellingsmenu gebruiken................................................... 50
Overzicht van het instellingsmenu ............................................. 51
Taalcodelijst ............................................................................... 53
Instellingen voor "Digit. uitgang" en uitgangssignalen.............. 54
Handelingen en functies in het menu
Beeldinstellingen....................................................... 55
Handelingen in het menu Beeldinstellingen............................... 55
Menu Beeldinstellingen.............................................................. 56
Bijlage
Problemen oplossen................................................... 58
De indicatielampjes begrijpen .................................................... 58
Als de indicatielampjes geen uitkomst bieden ........................... 60
Onderhoud................................................................. 62
Schoonmaken ............................................................................. 62
Vervangingsfrequentie losse onderdelen.................................... 63
Optionele accessoires en onderdelen.......................................... 63
Losse onderdelen vervangen ............................... ....................... 64
Projectieafstand en schermgrootte............................. 68
Lijst met geschikte resoluties .................................... 69
Specificaties............................................................... 70
Verklarende woordenlijst ........................................ .. 72
Index.......................................................................... 73
Vragen ....................................................................... 74
Introductiehandleiding
Geavanceerde
bediening
Instellingen en
aanpassingen
Bijlage
1

Veiligheidsvoorschriften

Lees alle veiligheidsvoorschriften en gebruiksaanwijzingen voordat u dit apparaat in gebruik neemt. Bewaar deze voorschriften zodat u ze later altijd kunt raadplegen. De documentatie en het apparaat tonen aan de hand van grafische symbolen hoe u het apparaat op een veilige manier gebruikt. Neem deze waarschuwingssymbolen steeds in acht zodat u geen blessures of schade oploopt.
Dit symbool geeft informatie weer die, indien deze
Waarschuwing
Let op
Let op:
Verminder het risico van elektrische schok en verwijder nooit de boven- of achterzijde van de projector. Binnen in het toestel bevinden zich geen onderdelen die door de consument kunnen worden gerepareerd. Laat alle onderhoudswerkzaamheden over aan bevoegde onderhoudsmedewerkers.
wordt genegeerd, letsels of zelfs de dood tot gevolg kan hebben door een verkeerde handeling.
Dit symbool geeft informatie weer die, indien deze wordt genegeerd, letsels of lichamelijke schade tot gevolg kan hebben door een verkeerde handeling.
Dit symbool is bestemd om de gebruiker te waarschuwen voor niet-geïsoleerd "gevaarlijk voltage" binnen de behuizing van de projector, als dat voltage zo hoog is dat er kans ontstaat op elektrische schok.
Dit symbool maakt de gebruiker attent op belangrijke gebruiks- en onderhoudsinstructies in de documentatie bij het apparaat.
Verklaring van symbolen
Symbolen die een handeling aanduiden die u niet mag uitvoeren
Niet doen Niet
demonteren
Symbolen die een handeling aanduiden die u moet uitvoeren
Instructies Haal de
stekker uit het
stopcontact
Niet
aanraken
Niet
natmaken
Niet op vochtige plaatsen
gebruiken
Niet op een
onstabiele
ondergrond
plaatsen
2
Belangrijke veiligheidsvoorschriften
Volg deze veiligheidsvoorschriften wanneer u de projector instelt en gebruikt:
• Lees deze instructies.
• Houd u aan deze instructies.
• Let op alle waarschuwingen.
• Volg alle aanwijzingen op.
• Gebruik de projector niet in de buurt van water.
• Reinig de projector uitsluitend met een droge doek.
• Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet geblokkeerd raken. Installeer de projector volgens de instructies van de fabrikant.
• Installeer de projector niet in de buurt van warmtebronnen als radiatoren, kachels, fornuizen of andere apparatuur (waaronder versterkers) met warmteafgifte.
• Laat de beveiliging van de gepolariseerde of geaarde stekker ongemoeid. Een gepolariseerde stekker heeft twee pootjes, waarvan het een breder is dan het ander. Een geaarde stekker heeft twee pootjes plus een derde aardingspootje. Het bredere pootje van de gepolariseerde stekker en het derde aardpootje van de geaarde stekker zijn aangebracht voor uw eigen veiligheid. Als de meegeleverde stekker niet in uw stopcontact past, verzoek dan een elektricien om uw verouderde stopcontact te vervangen.
• Zorg ervoor dat er niet over de stroomkabel wordt gelopen en dat de kabel niet klem komt te zitten, met name bij stopcontacten en op het punt waar de kabel uit de projector komt.
• Gebruik alleen de door de fabrikant opgegeven bevestigingen en accessoires.
• Gebruik de projector altijd met de door de fabrikant opgegeven of bij de projector verkochte wagen, statief, beugel of tafel. W anneer er een wa gen wordt gebruikt, dient u bij het verplaatsen van de w agen met de projector uit te kijken dat de combinatie niet valt – dit kan letsel veroorzaken.
• Haal bij onweer of wanneer de projector lange tijd niet gebruikt wordt de stekker uit het stopcontact.
• Laat alle onderhoudswerkzaamheden over aan bevoegde onderhoudsmedewerkers. Onderhoud is nodig wanneer de projector op de een of andere manier is beschadigd, wanneer bijvoorbeeld de stroomkabel of de stekker beschadigd is, wanneer er vloeistof of voorwerpen in de projector terechtgekomen is/zijn, wanneer de projector in de regen of in een vochtige omgeving heeft gestaan, of wanneer de projector niet normaal functioneert of gevallen is.
3
Waarschuwing
Verminder het risico van brand en elektrische schok - stel de projector niet bloot aan regen of vocht.
Haal in de volgende gevallen de stekker uit het stopcontact en doe een beroep op een onderhoudstechnicus:
• Als er rook, een vreemde geur of geluid uit het apparaat komt.
• Als er vloeistof of vreemde objecten in het apparaat terechtkomen.
• Als u het apparaat hebt laten vallen of de behuizing beschadigd is. Indien u het apparaat in deze omstandigheden blijft gebruiken, kan dit brand of een elektrische schok
tot gevolg hebben. Probeer het apparaat niet zelf te herstellen. Laat alle herstellingen over aan bevoegde onderhoudsmedewerkers. Zet de projector in de buurt van een stopcontact waar u de stekker gemakkelijk uit het stopcontact kunt halen.
Open nooit de afdekkingen van het apparaat tenzij dit uitdrukkelijk in deze handleiding wordt v ermeld. Probeer het apparaat nooit te demonteren of te wijzigen. Laat alle herstellingen over aan bevoegde onderhoudsmedewerkers.
De elektrische spanning in de projector kan ernstige letsels veroorzaken.
Niet op vochtige plaatsen
gebruiken
Haal de
stekker uit het
stopcontact
Niet
demonteren
Stel het apparaat niet bloot aan water, regen of extreme vochtigheid.
Gebruik het type netspanning dat staat vermeld op de projector. Gebruik van een andere netspanning dan vermeld kan brand of elektrische schokken tot gevolg hebben. Als u niet precies weet welke netspanning beschikbaar is, vraagt u uw leverancier of het plaatselijke elektriciteitsbedrijf om advies.
Controleer de specificaties van de stroomkabel. W anneer u een onjuiste stroomkabel gebruikt, kan er brand ontstaan of kunt u een elektrische schok krijgen.
De bij het apparaat geleverde stroomkabel is ontworpen om te voldoen aan de stroomtoevoervereisten van het land van aanschaf. Als u het apparaat in het land van aanschaf gebruikt, gebruik dan geen andere stroomkabel dan de kabel die bij het apparaat is geleverd. Als u het apparaat in het buitenland gebruikt, controleer dan of de stroomspanning, vorm van stopcontacten en stroomsterkte van het apparaat overeenstemmen met de lokale normen en koop een geschikte stroomkabel in dat land.
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen wanneer u de stekker aanraakt.
Het niet opvolgen van deze voorzorgsmaatregelen kan leiden tot brand of elektrische schokken.
• Zorg ervoor dat de spanning op stopcontacten, verl engkabels en meerv oudige con tactdozen niet te hoog is.
• Steek de stekker niet in een stopcontact waarin stof is opgehoopt.
• Steek de stekker stevig in het stopcontact.
• Raak de stekker niet aan wanneer uw handen nat zijn.
• Trek niet aan de stroomkabel als u de stekker uit het stopcontact wilt halen. Houd steeds de stekker vast als u loskoppelt.
Niet op vochtige plaatsen
gebruiken
Niet doen
Instructies
Instructies
4
Waarschuwing
Gebruik geen beschadigde stroomkabel. Dit kan tot brand of elektrische schokken leiden.
• Pas de stroomkabel niet aan.
• Plaats geen zware objecten op de stroomkabel.
• Buig of verdraai de stroomkabel niet en trek er niet hard aan.
• Houd de stroomkabel uit de buurt van warme elektrische toestellen. Als de stroomkabel beschadigd raakt (draden zijn zichtbaar of gebroken), neem dan contact op met uw
leverancier om de kabel te laten vervangen.
Wanneer het onweert, mag u de stekker niet aanraken, anders krijgt u wellicht een elektrische schok.
Plaats geen bussen met vloeistof, water of chemicaliën op het apparaat.
Als de bussen lekken en de inhoud binnenin het apparaat terechtkomt, kan dit brand of elektrische schokken tot gevolg hebben.
Kijk nooit recht in de lens wanneer de lamp ingeschakeld is. Het felle licht zou uw ogen kunnen beschadigen.
Niet doen
Niet aanraken
Niet
natmaken
Niet doen
Duw geen metalen of brandbare voorwerpen, of andere vreemde materialen in de ventilatoren voor luchtinvoer en -uitvoer. Dit kan tot brand of elektrische schokken leiden.
Een kwiklamp met hoge interne druk fungeert als lichtbron voor het apparaat. Neem de onderstaande instructies in acht.
Wanneer u dat niet doet, kunt u gewond raken of een vergiftiging oplopen.
• Beschadig de lamp niet en stel deze niet bloot aan stoten.
• De gassen in de kwiklampen bevatten kwikdamp. Wanneer de lamp breekt, dient u de kamer te ventileren, zodat niemand de gassen die vrijkomen wanneer de lamp breekt, kan inademen en deze niet in contact kunnen komen met ogen en mond.
• Houd uw gezicht uit de buurt van het apparaat als dat in gebruik is.
Wanneer de lamp breekt en u gassen of stukjes gebroken glas van de lamp inademt of deze in uw ogen of mo nd terechtkomen of u andere verwondingen oploopt, dient u onmiddellijk een arts te raadplegen.
Laat het apparaat of de afstandbediening met batterijen niet in een voertuig met gesloten ramen achter of op plaatsen waar ze worden blootgesteld aan rechtstreeks zonlicht of waar de temperatuur hoog kan oplopen.
Dit kan leiden tot thermische vervorming of technische storingen, hetgeen op zijn beurt brand tot gevolg kan hebben.
Niet doen
Instructies
Niet doen
5
Let op
LASER-product klasse 1
Laat het deksel gesloten. Binnen in de projector zitten geen onderdelen die door de gebruiker gerepareerd kunnen worden.
Gebruik het apparaat niet op plaatsen waar het erg vochtig of stoffig is, in de buur t van kook­of warmtetoestellen of op plaatsen waar het in contact kan komen met rook of stoom. Gebruik of bewaar het apparaat niet buitenshuis gedurende een lange periode.
Dit kan tot brand of elektrische schokken leiden.
Blokkeer de aansluitingen en de opening in de behuizing niet. Ze zorgen voor de ventilatie en voorkomen dat het apparaat oververhit raakt.
• Het is mogelijk dat papier of ander materiaal aan de luchtfilter onder aan het apparaat blijft kleven wanneer u de projector gebruikt. Verwijder alle objecten die vastzitten aan de luchtfilter onder aan het apparaat. Als het apparaat dichtbij een muur wordt geplaatst, laat dan een ruimte van ten minste 20 cm vrij tussen de muur en de ventilator voor luchtuitvoer.
• Zorg ervoor dat er minstens 10 cm ruimte is tussen de luchtinlaat en bijvoorbeeld de muur.
• Plaats het apparaat niet op een sofa, een vloerkleed of een ander zacht oppervlak en niet in een afgesloten kast, tenzij de ruimte op de juiste wijze wordt geventileerd.
Plaats het apparaat niet op een onstabiele wagen, stand of tafel.
Het apparaat kan vallen of omkantelen met mogelijk letsels tot gevolg.
Niet
demonteren
Niet doen
Niet doen
Ga niet op het apparaat staan en plaats er geen zware objecten op.
Het apparaat kan vallen of omkantelen met mogelijk letsels tot gevolg.
Plaats geen voorwerpen die door de warmte kunnen vervormen of beschadigd raken, in de buurt van de ventilatoren voor luchtuitvoer en houd handen en gezicht uit de buurt van de ventilatoren als de projector in gebruik is.
Gezien er hete lucht uit de ventilatoren voor luchtuitvoer komt, kan dit brandwonden, vervormingen of andere ongelukken tot gevolg hebben.
Probeer de lamp niet onmiddellijk na gebruik te verwijderen. Deze is erg heet. Voordat u de lamp verwijdert, schakelt u de stroom uit en wacht u zo lang als in dez e handleiding wordt aangegeven om de lamp volledig te laten afkoelen.
De warmte kan brandwonden of andere letsels veroorzaken.
Plaats geen voorwerpen met een onafgeschermde vlam, bijvoorbeeld een brandende kaars, op of in de buurt van het apparaat.
Niet op een
onstabiele
ondergrond
plaatsen
Niet doen
Niet doen
Niet doen
Niet doen
Trek de stekker uit het stopcontact als u het apparaat gedurende een lange periode niet gebruikt.
De kwaliteit van de isolatie kan verslechteren, hetgeen brand kan veroorzaken.
Haal de
stekker uit het
stopcontact
Controleer of de stroom is uitgeschakeld, de stekker uit het stopcontact is getrokken en of alle kabels zijn losgekoppeld voordat u het apparaat verplaatst.
Dit kan tot brand of elektrische schokken leiden.
Haal de
stekker uit het
stopcontact
6
Let op
Haal de stekker uit het stopcontact voordat u de projector gaat reinigen.
Hierdoor voorkomt u elektrische schokken tijdens het reinigen.
Gebruik voor het reinigen van het apparaat geen natte doeken of oplosmiddelen z oals alcohol, thinner of benzine.
Waterinfiltratie, beschadiging of stukgaan van de behuizing kan tot elektrische schokken leiden.
Verkeerd gebruik van batterijen kan leiden tot lekkage van de batterijvloeistof of stukgaan van de batterij, hetgeen brand, letsels of corrosie van het apparaat kan veroorzaken. Neem de volgende voorzorgsmaatregelen wanneer u batterijen vervangt.
• Plaats de batterijen met de + en - polen in de juiste richting.
• Gebruik geen andere typen van batterijen en gebruik geen oude en nieuwe batterijen tegelijkertijd.
• Gebruik geen andere batterijen dan die in deze handleiding worden vermeld.
• Wanneer de batterijen lekken, veegt u het batterijvloeistof weg met een zachte doek. Mocht er vloeistof op uw handen terechtkomen, was ze dan ogenblikkelijk.
• Vervang de batterijen zodra deze leeg zijn.
• Verwijder de batterijen wanneer u het apparaat langere tijd niet gebruikt.
• Stel batterijen niet bloot aan warmte, vuur of water.
• Volg de plaatselijke regelgeving voor het weggooien van gebruikte batterijen.
• Houd deze batterijen uit de buurt van kinderen. Kinderen kunnen stikken in batterijen en batterijen zijn bijzonder gevaarlijk wanneer ze worden ingeslikt.
Haal de
stekker uit het
stopcontact
Instructies
Instructies
Zet het volume niet meteen heel hoog.
Er kan plotseling een hard geluid worden weergegeven dat schade toebrengt aan de luidspreker of aan uw gehoor. Draai uit voorzorg het volume lager voordat u de projector uitzet en voer het langzaam op als u de projector weer aangezet hebt.
Zet het volume niet te hoog wanneer u een hoofdtelefoon gebruikt.
Wanneer u langdurig naar hoge volumes luistert, kan dit een nadelig effect hebben op uw gehoor.
Neem het schema voor onderhoud voor dit apparaat in acht. Wanneer de binnenzijde van het apparaat lange tijd niet gereinigd is, kan zich daar stof ophopen. Dit kan leiden tot brand of elektrische schokken.
Vervang uw luchtfilter regelmatig indien nodig. Neem contact op met uw leverancier om de binnenzijde van het apparaat te reinigen indien nodig.
Niet doen
Niet doen
Instructies
7

Gebruik en opslag

Neem de volgende adviezen in acht om slecht functioneren en schade te voorkomen.
EPSON is niet verantwoordelijk voor schade die
Adviezen voor gebruik en opslag
Neem de bedrijfs- en opslagtemperaturen vermeld in deze handleiding in acht bij gebruik en opslag van de projector.
Installeer het apparaat niet op plaatsen waar het wordt blootgesteld aan trillingen of schokken.
Plaats de projector niet dichtbij televisie-, radio­of videoapparatuur die magnetische velden verspreiden.
Dit kan het geluid en de beelden van het apparaat verkeerd beïnvloeden en een storing veroorzaken. Als deze problemen zich voordoen, plaats het apparaat dan verder weg van televisie-, radio- en videoapparatuur.
Gebruik de projector niet in de volgende omstandigheden. Als u deze instructie s niet volgt, kan dit storingen en ongelukk en tot ge volg hebben.
Als de projector op een zijde is geplaatst
Als de projector met de bovenkant naar boven is geplaatst
voortkomt uit problemen met de projector of de lamp die buiten de garantievoorwaarden vallen.
U kunt het apparaat in verticale positie op een compacte manier op een plank, enz. opberge n dankzij de opbergvoeten aan de zijkant. Als u het apparaat in verticale positie plaatst, plaats het dan op een stabiele ondergrond met de opbergvoeten aan de onderzijde. Berg het apparaat op in de opbergtas die met het apparaat is geleverd zodat er geen stof in de luchtinlaat kan binnendringen.
Condensatie
Als u het apparaat van een koude naar een warme ruimte verplaatst of als de ruimte waar het apparaat zich bevindt, snel opwarmt, kan er condensatie (vocht) binnenin het apparaat of op het lensoppervlak ontstaan. Als er condensatie optreedt, kan dit niet alleen storingen zoals slechte beeldkwaliteit veroorzaken, maar ook beschadiging van disks en/of onderdelen. Om condensatie te voorkomen moet u dit apparaat ongeveer een uur voordat u het gaat gebruiken in de ruimte plaatsen. Als er toch condensatie optreedt, trek de stroomkabel dan uit het stopcontact en wacht twee uur voordat u de projector gebruikt.
Lamp
Een kwiklamp met hoge interne druk fungeert als lichtbron voor het apparaat. Eigenschappen van de kwiklamp zijn:
Als de projector met de onderkant naar boven is geplaatst
Verplaats de projector niet tijdens het afspel en.
Dit kan de schijf beschadigen of storingen veroorzaken.
Gebruik of bewaar de projector niet in ruimten met veel sigarettenrook of andere rook, of in ruimten met veel stof.
Dit kan vermindering van de beeldkwaliteit tot gevolg hebben.
Raak de lens niet met uw blote handen aan.
Als er vingerafdrukken of vlekken op de lens voorkomen, wordt het beeld niet helder geprojecteerd. Als het apparaat niet in gebruik is, plaats dan steeds de lensdop.
8
Als de projector naar een kant helt
De intensiteit van de lamp neemt af naarmate u de projector meer gebruikt.
Als de lamp haar levensduur heeft bereikt, licht ze niet meer op of springt ze stuk met een harde knal.
De levensduur van de lamp is sterk afhankelijk van de eigenschappen van de lamp en de bedrijfsomstandigheden. Het is daarom verstandig altijd een reservelamp bij de hand te hebben.
Nadat de levensduur is verstreken, neemt de kans toe dat de lamp kapot gaat. Wanneer een bericht wordt weergegeven dat u de lamp moet vervangen, dient u dat zo snel mogelijk te doen.
Dit product is uitgerust met een lamp die kwik (Hg) bevat. Raadpleeg uw plaatselijke voorschriften met betrekking tot afvalverwerking of recycling. Gooi de lamp niet weg met het normale huisvuil.
LCD-paneel
Aandachtspunten voor v ervoer
Het LCD-paneel wordt met erg hoogstaande technologie gemaakt. Er kunnen echter zwarte stippen of felrode,
-blauwe of -groene stippen op het paneel voorkomen. Bovendien kunnen er soms ook gekleurde strepen of ongelijkmatigheden op gebied van helderheid voorkomen. Deze worden door de eigenschappen van het LCD-paneel veroorzaakt en zijn volstrekt normaal.
Er kan een ingebrand beeld in het geprojecteerde beeld blijven staan als u een stilstaand beeld met felle contrasten gedurende meer dan 15 minuten projecteert. Als dit voorkomt, projecteer dan een helder scherm (bij gebruik van een computer: wit scherm – bij gebruik van video: een zo helder mogelijk beeld) totdat het ingebrande beeld verdwijnt. Dit kan ongeveer 30 tot 60 minuten duren, afhankelijk van de mate dat het beeld is ingebrand. Als het ingebrande beeld niet verdwijnt, neem dan contact op met uw leverancier voor meer advies. sp. 74
De projector verplaatsen
Sluit de lensdop.
Werp de disk uit.
Trek de voet van het apparaat in als deze is
uitgetrokken.
Als u het apparaat verplaatst, houd dan het handvat vast zoals op onderstaande afbeelding.
Het apparaat bevat veel glazen en andere breekbare onderdelen Plaats de projecto r als u deze moet vervoeren terug in de oorspronkelijke doos en gebruik het oorspronkelijke beschermingsmateriaal om de projector zo goed mogelijk te beschermen. Als u de oorspronkelijke doos niet meer hebt, bescherm de buitenkant van het apparaat dan met schokabsorberend materiaal, zet het in een stevige doos en geef duidelijk op de doos aan dat er breekbare apparatuur in de doos zit.
Sluit de lensdop en verpak het apparaat.
Als u een koerier inschakelt voor het transport,
vertel dan dat de doos breekb a re app aratu ur bevat waar voorzichtig mee moet worden omgegaan.
* De garantie dekt geen schade aan de projector die
tijdens het vervoer wordt veroorzaakt.
Auteursrechten
Het kopiëren van een schijf voor uitzending, openbare vertoning of afspelen in het openbaar, of verhuur (ongeacht eventuele ver goeding of beloning) zonder uitdrukkelijke schriftelijke toestemming vooraf van de rechthebbende is verboden.
9

Opslaan op disks en USB

Disks
Leesbare disktypen
De projector kan de volgende disktypen afspelen.
Symbolen
Disktypen
Dvd-video In de handel verkrijgbare
DVD+RW DVD+R DVD+R DL DVD-RW DVD-R DVD-R DL
Video-CD Software met beelden en geluid.
CD Software met geluid en stem.
in deze
handleiding
Uitleg
software met films en visuele beelden van hoge kwaliteit. U kunt geen DVD-video's afspelen als de regiocode van de DVD niet overeenkomt met het regiocodelabel aan de zijkant van de projector.
DVD-disks links beschreven opgenomen met een andere DVD-recorder.
Kan een DVD-disk met videobeelden afspelen.
Kan een DVD-disk met VR­beelden afspelen.
Kan een disk afspelen die is "gefinaliseerd" door de DVD­recorder die de beelden heeft opgenomen.
Kan de v olgende bestanden die zijn opgenomen in ISO 9660/ UDF-formaat, afspelen: MP3/WMA/JPEG/MPEG1/2/
®
4/DivX
Kan alleen de eerste sessie afspelen hoewel het apparaat meerdere sessies ondersteunt.
Kan een video-CD afspelen (versie 2.0) met PBC (afspeelbesturing).
Kan een super-video-CD afspelen (SVCD).
3/4/5/6/DivX® Ultra
CD-R/RW CD+R/RW
CD's gemaakt met een CD-
-
recorder of een computer.
-
Kan de v olgende bestanden die zijn opgenomen in ISO9660 level-1 of -2/UDF-formaat, afspelen: MP3/WMA/JPEG/Kodak Picture CD/FujiColor CD/ MPEG1/2/4/
®
3/4/5/6/DivX® Ultra
DivX
Ondersteunt het uitgebreide formaat (Joliet).
Ondersteunt meerdere sessies.
Kan een disk die met een
pakket-schrijfindeling is opgenomen, afspelen.
De beeld- en geluidskwaliteit van CD's met kopieerbeveiliging die niet conform de CD­standaard zijn vervaardigd, kan niet worden gegarandeerd. CD's die conform zijn aan de CD-standaard, dragen het volgende compact disc-logo. Controleer of dit logo op de verpakking van de audiodisk wordt weergegeven.
Deze projector is geschikt voor de televisiesignaalformaten NTSC en PAL.
Bij DVD-video's, SVCD's en video-CD's kunnen afspeelfuncties opzettelijk worden beperkt door softwareproducenten. Aangezien het apparaat een disk afspeelt, zullen bepaalde functie s dan niet beschikbaar zijn. Raadpleeg voor meer informatie de gebruikersinf ormatie van de disk.
DVD-R/R DL/RW, DVD+R/R DL/RW, CD-R/RW en CD+R/RW-disks kunnen mogelijk niet worden afgespeeld als er krassen op voorkomen, als de CD's vuil of vervormd zijn, of als de opnamestatus of opnameomstandigheden niet geschikt zijn. Het kan ook even duren vooraleer het apparaat de diskgegevens kan lezen.
Van de volgende disks kan alleen het geluid worden afgespeeld.
- MIX-MODE CD - CD-G - CD-EXTRA
- CD TEXT
10
Niet-leesbare disktypen
De projector kan de volgende disks niet afspelen.
- DVD-ROM - CD-ROM - PHOTO CD
- DVD-audio - SACD - DACD
- DVD-RAM
Ronde disks met een diameter die geen 8of12cm is
Disks met een onregelmatige vorm
Disks gebruiken
Raak de afspeelzijde niet met uw blote handen aan.
Bewaar de disks altijd in de oorspronkelijke doosjes.
Bewaar de disks niet in vochtige ruimten of in direct zonlicht.
Als het oppervlak van de disk is bevuild door stof of vingerafdrukken, kan de beeld- en geluidskwaliteit slecht zijn. Als het oppervlak vuil is, veeg de disk dan zachtjes schoon met een droge doek, bewegend vanaf het midden van de disk naar de r and toe.
Gebruik ge en sch oo nmaakproducten of antistatische producten voor het schoonmaken van grammofoonplaten.
Plak geen labels of stickers op een disk.
USB-opslag die kan worden afgespeeld
U kunt de volgende USB 1.1-apparaten op het apparaat aansluiten en afspelen:
- USB-geheugen (alleen apparaten die niet met een beveiliging zijn uitgerust)
- Multikaartlezer
- Digitale camera (als USB mass storage class wordt ondersteund)
Gebruik een multikaartlezer om een SD­geheugenkaart of een ander apparaat op de projector aan te sluiten.
FAT16 en FAT32-bestandssystemen worden ondersteund.
Bepaalde bestandssystemen worden niet ondersteund. Als een apparaat niet wordt ondersteund, formatteer het da n m et he t Windows-systeem vóór gebruik.
Dit apparaat kan slechts één geheugenkaart afspelen, zelfs als er meerdere kaarten op de kaartlezer worden geïnstalleerd.
Installeer enkel de kaart die u wilt afspelen.
Specificaties van bestanden die kunnen w orden afgespeeld
Bestands-
type
MP3 ".mp3" of
WMA ".wma" of
®
DivX DivX®
Ultra
JPEG ".jpg" of ".JPG" Aantal pixels: max.
*Als er een double-byte teken in een bestandsnaam
voorkomt, wordt dit niet correct afgespeeld.
Bestandsgrootte 4 GB Totaal aantal
bestanden Totaal aantal mappen
Bestands-
extensie
".MP3"
".WMA"
".divx" of ".DIVX", ".avi" of ".AVI"
*
648 bestanden (inclusief mappen) + 2 standaardmappen
Maximaal 300 mappen
Specificaties
Bitsnelheid: 16 tot 320K bps Samplingfrequentie: 11 kHz, 16 kHz, 22,05 kHz, 32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz
Bitsnelheid: 64 tot 192K bps Samplingfrequentie: 44,1 kHz, 48 kHz
Maximaal 3M bps Max. aantal pixels: 720 x 576 pixels Max. framesnelheid: 30 fps Een bestand mag geen
®
DivX
-bestandsformaat zijn, zelfs als de extensie ".avi" of ".AVI" is. In dit geval kan het bestand niet worden afgespeeld.
3.027 x 2.048 pixels Motion JPEG wordt niet ondersteund. JPEG-gegevens die met een digitale camera zijn vervaardigd en die voldoen aan de DCF­standaard (Design rule for Camera File) worden ondersteund. Het is mogelijk dat foto's niet worden afgespeeld als de functie automatisch roteren van de digitale camera in gebruik is of als er gegevens worden verwerkt, bewerkt of opgeslagen met behulp van computersoftware voor beeldbewerking.
11

Namen en functies van onderdelen

Voorzijde
Lensschuifdop
A
A
B
C
D E
F
Naam Functie
Sluit de lensdop om de lens te beschermen als het apparaat niet wordt gebruikt. U kunt de projectie volledig stoppen door de lensdop tijdens de projectie te sluiten. Als het apparaat zich echter gedurende 30 minuten in deze staat bevindt, wordt de lamp automatisch uitgeschakeld.
sp. 18
K
J
I
H
G
Disk-indicatielampje
B
Eject-toets
C
Ontvangstgebied voor
D
de afstandsbediening Diskgleuf Plaats een disk die u wilt afspelen. sp. 19
E
Voeten
F
Koptelefoonaansluiting
G
Luidsprekers
H
Ventilator voor
I
luchtinvoer
Handvat Houd dit handvat vast als u het apparaat verplaatst. sp. 9
J
Projectielens
K
Gaat groen branden als u een disk in de diskgleuf plaatst.
Druk op deze toets om een disk uit de diskgleuf te werpen.
Ontvangt signalen van de afstandsbediening. sp. 16
U kunt de voeten aan de zijkant van de projectielens uittrekken door deze te draaien. Als u de voeten maximaal uittrekt, wordt het apparaat ongeveer 5 graden opgeheven. sp. 21
Sluit een hoofdtelefoon op het apparaat aan.
Ze bevinden zich links en rechts, en ondersteunen het virtuele surround-luidsprek ersysteem.
Zuigt koelende lucht in het apparaat. Als er stof in de ventilator voor luchtinvoer ophoopt, kan de interne temperatuur van het apparaat oplopen en kan dit leiden tot storingen en een kortere levensduur van optische onderdelen. Reinig het regelmatig.
Projecteert een beeld.
sp. 47
sp. 19
sp. 22
sp. 48
sp. 62
12
Achterzijde
A B
C
D
E
F
Naam Functie
L
K
J
I H
G
Computeringang
A
Componentingang Kan op de componentuitgang van een video-apparaat (YCbCr of YPbPr) worden aangesloten. sp. 44
B
Video-ingang
C
Audio-ingang
D
Aansluiting voor netsnoer
E
Digitale coaxiale audio-
F
uitgang USB-poort
G
Beveiliging (j)
H
Ontvangstgebied voor
I
de afstandsbediening Luidsprekers
J
Ventilator voor
K
luchtuitvoer
Kan op de RGB-uitgang van een computer worden aangesloten.
Kan op de gewone beelduitgang van een video-apparaat worden aangesloten.
Kan op de audio-uitgang van het aangesloten video-apparaat of een computer worden aangesloten.
sp. 43, 44
Sluit de stroomkabel aan.
Kan op een audio-apparaat worden aangesloten met een digitale coaxiale audio-ingang. sp. 48
Sluit een USB 1.1-geheugen of een multikaartlezer aan om MP3/WMA, JPEG, DivX of andere opslagformaten af te spelen.
Ondersteunt het Kensington micro saver-beveiligingssysteem. Surf naar de website van K ensington op http://www.kensington.com/ voor meer informatie.
Ontvangt signalen van de afstandsbediening.
Ze bevinden zich links en rechts, en ondersteunen het virtuele surround-luidsprekersysteem.
De luchtuitvoer van het apparaat na de koeling.
sp. 18
sp. 42
sp. 16
Let op
Blokkeer het ventilatierooster niet en raak het niet aan direct na of tijdens het gebruik van de projector omdat het rooster heet wordt.
sp. 44
sp. 43
®
-bestanden
sp. 48
Opbergvoeten
L
Als u het apparaat in verticale positie opbergt. Als u het apparaat in verticale positie plaatst, plaats het dan op een stabiele ondergrond met de opbergvoeten aan de onderzijde. Berg het apparaat op in de opbergtas die met het apparaat is geleverd zodat er geen stof in de luchtinlaat kan binnendringen.
13
Bovenzijde
A
B
D
SourcePower
Volume
Tw
Enter
Return
C
vAfsteltoetsen voor volume sp. 20
vZoomknop sp. 20
Volume
SourcePower
Enter
Tw
Return
vEnter-knop
sp. 29
vPower-knop
sp. 22
vAfspeel-/
pauzetoets
vw/v-knop
sp. 21
sp. 23
vBrontoets
sp. 45
Naam Functie
Focusring Verplaats naar links of rechts voor het focussen van het beeld. sp. 20
A
Statusindicatielampje
B
Lampafdekking
C
Knop lensdop Verschuif de knop om de lenskap te openen/sluiten. sp. 18
D
Als er zich een probleem voordoet, gaat het statusindicatielampje knipperen of branden.
Als u de lamp dient te vervangen, open deze afdekking en vervang de lamp.
vStoptoets
sp. 2 2
vReturn-knop
sp. 29
sp. 58
sp. 65
14
Afstandsbediening
A
B
Sneltoetsen
sp. 37 sp. 32 sp. 34 sp. 3 9 sp. 48 sp. 49 sp. 35 sp. 4 0
Toetsen die u tijdens het afspelen gebruikt
sp. 2 2 s p. 23, 24 sp. 23, 24 sp. 2 3, 24 sp. 2 4 s p. 24 sp. 2 2
sp. 2 6 s p. 26, 28,
29, 30, 31
F
E
Geavanceerde functies
sp. 45 sp. 25
sp. 25
Toetsen voor het afstellen van het geluid
sp. 20 sp. 25
Toetsen voor het afstellen van dvd-video
sp. 36 sp. 3 6
sp. 5 0 s p. 28 sp. 27, 28, 29, 30
sp. 26, 28, 29, 30
C D
Naam Functie
Zendgebied van de
A
afstandsbediening
B
C
D
sp. 37
Stuurt signalen van de afstandsbediening uit.
Schakelt de stroombron van het apparaat in of uit. sp. 22
Corrigeert beeldvervorming op het scherm naar vierkant of rechthoekig. sp. 21
Geeft de projectie-instelling en het check out-menu weer of sluit deze. sp. 55
sp. 16
E
Schakeltoets Functie/
F
cijfers
Druk op deze toets om een disk uit de diskgleuf te werpen. sp. 22
Schakelt tussen de functies en cijfers die u wilt gebruiken. Schuif deze schakelaar naar de functiepositie om een van deze functies te gebruiken. sp. 26
15

De afstandsbediening voorbereiden

De batterijen plaatsen
Als u de projector koopt, zijn de batterijen nog niet in de afstandsbediening geplaatst. Voordat u de projector gaat gebruiken, moet u de meegeleverde batterijen plaatsen.
Druk het klepje achterop de afstandsbediening in en til het
A
omhoog.
Plaats de batterijen op de juiste manier.
B
Let op
Controleer de positie van de markeringen (+) en (-) in het batterijvakje om er zeker van te zijn dat de batterijen correct zijn geplaatst.
Sluit de batterijdeksel.
C
Als u merkt dat de afstandsbediening langzamer reageert of als de afstandsbediening niet werkt nadat u deze enige tijd niet hebt gebruikt, betekent dit waarschijnlijk dat de batt erijen bijna le e g z ijn . Zorg ervoor dat u altijd twee AA-alkalinebatterijen (mangaan) in voorraad hebt.
Gebruiksbereik van de afstandsbediening
Ontvangstbereik (horizontaal)
Ong. 30°
Ong. 30°
6 m6 m
Ong. 30°
Ong. 30°
16
Ontvangstbereik (verticaal)
Ong. 15° Ong. 15°
Ong. 15° Ong. 15°
6 m6 m
Voorkom dat er direct zonlicht of fluorescerend licht valt op de afstandsbedieningsontvanger van de projector. Dit kan namelijk de ontvangst van de afstandsbediening verstoren.

Introductiehandleiding

Introductiehandleiding
Afspelen
Er zijn geen ingewikkelde aansluitingen vereist. U hoeft zelfs niet eens het type televisie of een invoerapparaat te selecteren. U kunt uw DVD's op een groot scherm bekijken door de vier eenvoudige stappen hieronder te volgen. De standaardluidsprekers ondersteunen het virtuele surround-luidsprekersysteem en u kunt van echt surround­stereogeluid genieten door gebruik te maken van de linker- en rechterluidsprekers.
Pas de
Ga voor het scherm zitten. sp. 18
Sluit de stroomkabel aan. sp. 18
Speel een disk af. sp. 19
projectiepositie, de beeldgrootte en het volume naar wens aan. sp. 2 0
17

Installatie

Projectieafstand en schermgrootte

Plaats het apparaat zodat u een
A
optimale beeldgrootte op het scherm kunt projecteren.
Als u bijvoorbeeld gebruikmaakt van een beeldscherm 16:9 van 80 inch, plaats dan het apparaat op een afstand van ongeveer 237 cm van het scherm.
* Standaardwaarde
Hoe verder u de projector van het scherm af zet, hoe groter het geprojecteerde beeld wordt.
Zie de gedetailleerde tabel met afstanden op sp. 68
Plaats de projector zodanig dat deze
B
parallel is met het scherm.
Scherm
Als de projector niet parallel met het scherm is geplaatst, wordt het geprojecteerde beeld vervormd weergegeven.

De stroomkabel aansluiten

Sluit de stroomkabel aan. Open de lensdop.
Lichten oranje op
SourcePower
Volume
Enter
Tw
Return
18

Disks afspelen

Een disk afspelen en projecteren

Plaats de disk in de gleuf met het label
A
naar boven gericht.
Als u een dual-side disk gebruikt, plaats dan de zijde die u wilt afspelen naar boven.
Plaats een disk van 8 cm in het midden van de diskgleuf.
U hoort een korte pieptoon en de projector wordt ingeschakeld.
Door de disk plaatsen gaat het disk­indicatielampje branden.
Start de weergave.
B
De projectorlamp gaat automatisch branden en de projectie begint. Het duurt ongeveer 30 seconden vanaf het oplichten van de lamp totdat het geprojecteerde beeld helder wordt.
Als het menu verschijnt:
p. 26
s sp. 27
sp. 29
Introductiehandleiding
Als u het apparaat op hoge hoogtes gebruikt (d.w.z. 1.500 m of meer boven zeeniveau), stel dan "Hoogtemodus" in op "Aan".
sp. 56
Let op
Kijk nooit in de lens nadat u de stroomschakelaar op Aan hebt gezet. Sluit de lensdop vooraleer u een disk plaatst of verwijdert.
19

De projectiepositie en het volume aanpassen.

Het volume en het beeld dat wordt geprojecteerd afstellen.
De projectiegrootte afstellen (zoomknop)
Als u het formaat wilt vergroten, drukt u op de richting "W".
Focus (focusring)
Als u het formaat wilt verkleinen, drukt u op de richting "T".
Het volume instellen (volume)
Via het apparaat Via de
afstandsbediening
20
Beeldvervorming corrigeren (keystone)
Om de positie van het geprojecteerde beeld hoger op het scherm te plaatsen, trekt u de aanpasbare voorste voeten uit door deze te draaien.
Introductiehandleiding
Pas de voeten aan zodat het apparaat waterpas staat. U kunt de voeten alleen aan de kant van de projectielens instellen.
Als u de voet uittrekt en het apparaat opheft, wordt het beeld vervormd. Herstel de beeldvervorming als volgt:
Als de bovenkant van het beeld breed is Als de onderkant van het beeld breed is
Aanpassing op het apparaat
U kunt de beeldvorm corrigeren door het apparaat 15 grad en naar boven of beneden te verplaatsen. Het is echter moeilijk om te focussen als de hellingshoek groot is.
Via de afstandsbediening
Aanpassing op het apparaat
Via de afstandsbediening
21

Stoppen met afspelen

U kunt Hervat afspelen niet gebruiken tijdens afspelen op geprogrammeerde volgorde.
De positie waar het afspelen wordt hervat kan iets afwijken van de positie waar het afspelen was gestopt.
De audiotaal, taal voor ondertitels en hoekinstellingen worden samen met de positie waar het afspelen was gestopt opgeslagen.
Als u stopt als het diskmenu wordt weerge ge v en, werkt Hervat afspelen mogelijk niet.

De projector uitzetten

Als u een disk hebt afgespeeld, druk
A
dan op om de disk uit de gleuf te werpen.
Druk op .
B
Als de lamp aan was, zal deze uitgaan
C
en wordt het Power-indicatielampje oranje en begint te knipperen (tijdens het afkoelen).
Druk op .
Als u op drukt nadat het afspelen is gestopt, wordt het afspelen hervat vanaf de scène waar u het afspelen had onderbroken (hervatten).
Opmerkingen over hervat afspelen
U kunt het afspelen hervatten tot maximaal 10 disks die u recent hebt afgespeeld, zelfs als u de disks vervangt.
Als u op drukt terwijl "Laden" op het scherm wordt weergegeven, dan verschijnt "Hervat afsp." en wordt de disk vanaf de laatste stoppositie afgespeeld.
De functie Herv at afspelen wordt geannuleerd als u op drukt om de stroom uit te schakelen of als u tweemaal op
U kunt Hervat afspelen niet gebruiken voor een disk die als in de bestandslijst en op een in VR-formaat
wordt weergege ven.
Als de disk Hervat afspelen niet ondersteunt, wordt het pictogram op het scherm
weergegeven als u op drukt.
drukt.
Als het afkoelen is voltooid hoort
D
u tweemaal een pieptoon. Trek de stroomkabel uit het stopcontact.
Als u alleen op drukt om de projector uit te schakelen, blijft het toestel elektriciteit
verbruiken.
Sluit de lensdop.
E
Plaats de lensdop op de lens als u het apparaat niet gebruikt, zodat de lens niet vuil en stoffig kan worden.
Het Power-indicatielampje wordt oranje en begint te knipperen om aan te geven dat de interne afkoelfunctie van de lamp w o rdt uitgevoerd. Tijdens het afkoelen worden de knoppen op de afstandsbediening en het toestel zelf uitgeschakeld (ongeveer 5 seconden).
Trek tijdens het afkoelen de stroomkabel niet uit het stopcontact. Dit kan de levensduur van de lamp verkorten.
22
Loading...
+ 55 hidden pages