LET OP:Verwijder in geen geval de bovenste afdekking (van
het achterste gedeelte) anders bestaat er gevaar
voor een elektrische schok. Het apparaat bevat geen
te onderhouden onderdelen; reparaties dienen door
bevoegde personen uitgevoerd te worden.
WAARSCHUWING:
Om het risico op brand of elektrische schokken te
beperken, dient u te voorkomen dat dit apparaat
wordt blootgesteld aan regen en vocht. Het
apparaat mag niet worden blootgesteld aan
neerdruppelend of opspattend water en er mogen
geen met water gevulde voorwerpen zoals een
vaas op het apparaat worden gezet.
Dit symbool wijst u er altijd op dat er niet-geïsoleerde
gevaarlijke spanning binnen de behuizing aanwezig
is deze spanning is voldoende om gevaar voor
elektrische schok op te leveren.
Dit symbool wijst u altijd op belangrijke bedieningsen onderhoudsvoorschriften in de bijbehorende
documenten. Wij vragen u dringend de handleiding
te lezen.
DE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN OP EEN RIJ:
1) Lees deze voorschriften.
2) Bewaar deze voorschriften.
3) Neem alle waarschuwingen in acht.
4) Volg alle voorschriften op.
5) Gebruik dit apparaat niet in de buurt van water.
6) Reinig het uitsluitend met een droge doek.
7) Let erop geen van de ventilatie-openingen te
bedekken. Plaats en installeer het volgens de voorschriften van de fabrikant.
8) Het apparaat mag niet worden geplaatst in de buurt
van radiatoren, warmte-uitlaten, kachels of andere zaken
(ook versterkers) die warmte afgeven.
9) Maak de veiligheid waarin door de polarisatie- of
aardingsstekker wordt voorzien, niet ongedaan. Een
polarisatiestekker heeft twee bladen, waarvan er een
breder is dan het andere. Een aardingsstekker heeft
twee bladen en een derde uitsteeksel voor de aarding.
Het bredere blad of het derde uitsteeksel zijn er voor
uw veiligheid. Mocht de geleverde stekker niet in uw
stopcontact passen, laat het contact dan door een
elektricien vervangen.
10) Zorg ervoor dat er niet over de hoofdstroomleiding
gelopen kan worden en dat het niet wordt samengeknepen, vooral bij stekkers, verlengkabels en het punt
waar ze het apparaat verlaten.
11) Gebruik uitsluitend door de producent gespecificeerd toebehoren c.q. onderdelen.
12) Gebruik het apparaat uitsluitend in combinatie met
de wagen, het statief, de driepoot, de beugel of tafel die
door de producent is aangegeven, of die in combinatie
met het apparaat wordt verkocht. Bij gebruik van een
wagen dient men voorzichtig te zijn bij het verrijden van
de combinatie wagen/apparaat en letsel door vallen te
voorkomen.
Technische veranderingen en veranderingen in het productuiterlijk onder
voorbehoud. Alle gegevens komen overeen op het moment van de
drukoplage. De hier afgebeelde of vermelde namen van andere bedrijven,
instellingen of publicaties en de desbetreffende logos zijn geregistreerde
handelsmerken van de desbetreffende houders. Het gebruik hiervan is op
géén enkele wijze een aanspraak op het desbetreffende handelsmerk en
vertegenwoordigt géén bestaande band tussen de houder van het
handelsmerk en BEHRINGER®. Voor de juistheid en volledigheid van de
gegeven beschrijvingen, afbeeldingen en aanwijzigen neemt BEHRINGER
géén enkele vorm van aansprakelijkheid. De afgebeelde kleuren en
specificaties kunnen onbeduidend van het product afwijken. Distributeurs
en handelaren zijn geen gevolmachtigden van BEHRINGER® en hebben
geen enkele bevoegdheid om BEHRINGER® op welke wijze dan ook
juridisch te binden, zij het impliciet of expliciet. Dit boek is auteursrechtelijk
beschermd. Ieder verveelvoudiging, bijv. nadrukken, ook uittrekselsgewijs,
en iedere reproductie van de afbeeldingen, ook in veranderde toestand, is
alleen met schriftelijke toestemming van de firma BEHRINGER Spezielle
Studiotechnik GmbH toegestaan. BEHRINGER is een geregistreerd
handelsmerk.
13) Bij onweer en als u het apparaat langere tijd niet
gebruikt, haalt u de stekker uit het stopcontact.
14) Laat alle voorkomende reparaties door vakkundig en
bevoegd personeel uitvoeren. Reparatiewerkzaamheden
®
zijn nodig als het toestel op enige wijze beschadigd is
geraakt, bijvoorbeeld als de hoofdstroomkabel of stekker is beschadigd, als er vloeistof of voorwerpen in
terecht zijn gekomen, als het aan regen of vochtigheid
heeft blootgestaan, niet normaal functioneert of wanneer
het is gevallen.
15) WAARSCHUWING Deze onderhoudsinstructies zijn
uitsluitend bedoeld voor gekwalificeerd onderhoudspersoneel. Om het risico op elektrische schokken te
beperken, mag u geen andere onderhoudshandelingen
verrichten dan in de bedieningsinstructies vermeld staan,
tenzij u daarvoor gekwalificeerd bent.
XENYX 1002FX/1202FX
VOORWOORD
Waarde klant,
Beslist hoort ook u bij de
mensen, die zich met
hart en ziel aan één
bepaald thema gewijd
hebben. En gegarandeerd heeft dit ervoor
gezorgd, dat u nu een
expert op uw vakgebied
bent.
Al meer dan 30 jaar is
mijn passie muziek en
elektronica, waarmee ik
niet alleen het bedrijf
BEHRINGER heb opgericht, maar waardoor ik
ook mijn enthousiasme
op mijn medewerkers
kon overbrengen. In al
die jaren waarin ik mij
met studiotechniek en
gebruikers bezig hield, heb ik een gevoel voor de wezenlijke
factoren zoals geluidskwaliteit, betrouwbaarheid en gebruikersvriendelijkheid ontwikkeld. Daarnaast heb ik het altijd ook een
uitdaging gevonden te onderzoeken, waar de grenzen van het
technisch haalbare liggen.
En precies met deze motivatie begon ik te werken aan een nieuwe
serie mengpanelen. Nu onze EURORACKs al wereldwijd maatstaf
geworden zijn, behoorde het resultaat van de ontwikkeling van
een nieuwe generatie mengpanelen bijzonder ambitieus te zijn.
Zo dragen het ontwerp en design van de nieuwe XENYXmengpanelen mijn handtekening. De designstudie, de ontwikkeling
van het complete schakelschema en van de printplaten en zelfs
het mechanische concept zijn van mijn hand. Ieder onderdeeltje
is zorgvuldig door mij uitgekozen waarbij het uitgangspunt
was met de analoge en digitale technologie van de mengpanelen
tot aan de grenzen van het technisch haalbare te gaan.
Mijn visie was, dat u als gebruiker uw ware potenties en uw
creativiteit maximaal moet kunnen ontplooien. Het resultaat:
mengpanelen met een enorm vermogen en tegelijkertijd intuïtief
te bedienen, die door bijzondere routingmogelijkheden alsook
een fantastische hoeveelheid functies overtuigen. Toekomstige
technologieën zoals bijv. de volledig nieuwe XENYX Mic Preamps
alsook de Britisch EQs garanderen optimale geluidskwaliteit.
En buitengewoon hoogwaardige componenten staan borg voor
onovertroffen betrouwbaarheid, ook bij extreme belasting.
Door de kwaliteit en de gebruikersvriendelijkheid van uw nieuwe
XENYX-mengpaneel zult u al snel merken, dat u voor mij als
mens, musicus en geluidstechnicus in het middelpunt staat en
dat alleen passie en liefde voor het detail tot dit topproduct konden
leiden.
Ik dank u voor het vertrouwen, dat u met de aankoop van het
XENYX-mengpaneel in ons hebt gesteld en allen, die mij geholpen
hebben, deze overtuigende serie mengpanelen door hun
persoonlijke engagement en hun hartstochtelijke inzet tot leven
te wekken.
Met hartelijke groeten,
1. INLEIDING
Hartelijk gefeliciteerd! Met de XENYX 1002FX/1202FX van
BEHRINGER heeft u een mengpaneel aangeschaft, dat ondanks
de compacte afmetingen uiterst veelzijdig is en tegelijk op
uitstekende audio-eigenschappen kan bogen.
Het BEHRINGER XENYX mengpaneel heeft u hoogwaardige
microfoonvoorversterkers met optionele fantoomvoeding,
symmetrische Line-ingangen en verschillende aansluitingen voor
effectapparatuur. Door de omvangrijke en slim doordachte
routing-mogelijkheden is uw XENYX zowel live als in de studio
ronduit ideaal.
De XENYX-serie is een mijlpaal in de ontwikkeling van de
mengpaneeltechnologie. Met de nieuw ontwikkelde XENYXmicrofoonvoorversterkers met optionele fantoomvoeding,
symmetrische Line-ingangen alsook een effectsectie met groot
vermogen zijn de mengpanelen van de XENYX-serie zowel voor
Live- als voor studiosituaties uitstekend uitgerust. Door de inzet
van de modernste schakeltechnieken bereikt iedere XENYXmixer een onvergelijkbaar warme, analoge klank. Aangevuld met
de nieuwste digitale techniek worden de goede eigenschappen
van analoge en digitale techniek in mengpanelen van buitengewoon goede kwaliteit verenigd.
De microfoonkanalen zijn voorzien van High-End XENYX Mic
Preamps, waarvan de geluidskwaliteit en dynamiek te vergelijken
zijn met die van dure Outboard-voorversterkers en
smet 130 dB dynamiekomvang een ongelooflijke mate aan
headroom bieden,
smet een bandbreedte van onder 10 Hz tot boven 200 kHz
een kristalheldere weergave van de fijnste nuances mogelijk
maken,
sdankzij de extreem ruis- en vervormingvrije schakeling met
2SV888 transistors voor absoluut onvervalste klank en
neutrale signaalweergave zorgen,
svoor iedere denkbare microfoon de ideale partner zijn (tot
60 dB versterking en +48 V fantoomvoeding) en
shet voor u mogelijk maken de dynamiekomvang van uw
24-Bit/192 kHz HD-recorder consequent tot het einde uit te
proberen om de optimale audiokwaliteit te krijgen.
British EQ
De equalizers van de XENYX-serie zijn gebaseerd op de
legendarische schakeltechniek van Britse edelconsoles, die
wereldwijd voor hun ongelooflijk warm en muzikaal klankkarakter
bekend zijn. Deze waarborgen zelfs bij extreme versterkingen
uitstekende klankeigenschappen.
Multi-effectprocessor
Bovendien biedt uw XENYX-mengpaneel als extra een met
een 24-Bit A/D en D/A convertor uitgeruste effectprocessor,
waardoor u 100 presets met eersteklas hall-, echo- en modulatieeffecten en veel multi-effecten in uitstekende audiokwaliteit ter
beschikking staan.
LET OP!
+ Wir willen u erop wijzen, dat hoge geluidsvolumes
het gehoor beschadigen en/of schade aan de
koptelefoon c.q. luidspreker kunnen toebrengen.
Draait u de MAIN MIX-regelaar in de Main-sectie
alstublieft helemaal naar links, voordat u het
apparaat inschakelt. Let ten allen tijde op een bij de
situatie passend geluidsvolume.
Uli Behringer
1. INLEIDING
3
XENYX 1002FX/1202FX
1.1 Algemene functies van het mengpaneel
Een mengpaneel vervult 3 wezenlijke functies:
sSignaalbewerking:
Voorversterking
De microfoons zetten de geluidsgolven in elektrische spanning
om. Deze spanning moet vier maal versterkt worden alvorens
men deze signaalspanning kan gebruiken om een luidspreker
aan te drijven en om op zijn beurt weer geluid te kunnen
produceren. Door de filigreine constructie van de microfoonkapsels is de uitgangsspanning zeer laag en daarmee ook
gevoelig voor storings- invloeden. Daarom wordt de signaalspanning van de microfoon, bij de ingang van het mengpaneel,
naar een storingsvrij niveau verhoogd. Dit dient door een
versterker van de hoogste kwaliteit te worden gedaan, zodat
het signaal zo onvervalst mogelijk naar een ongevoelig niveau
gebracht wordt. Deze taak wordt op perfecte wijze door de
XENYX Mic Preamp vervuld, zonder daarbij sporen achter
te laten in de vorm van ruis of geluidsvervorming. Anders
zouden de interferenties, die op deze plaats de kwaliteit en
de zuiverheid van het signaal zouden kunnen beïnvloeden,
bij het doorlopen van de versterkingsstappen versterkt
worden en bij opname of bij opnameweergave via een PA
een nadrukkelijke onaangename verschijning zijn.
Niveau-aanpassing
Signalen, die via een DI-Box (Direct Injection) of bijv. via
een uitgang van een geluidskaart of van een keyboard het
mengpaneel bereiken, moeten vaak aan het bewerkingsniveau van het mengpaneel worden aangepast.
Correctie van de frequentiekarakteristiek
Met behulp van de op de kanalen aanwezige equalizer kan
het geluid van een signaal eenvoudig, snel en effectief
worden veranderd.
sSignaalverdeling:
De bewerkte individuele signalen uit de individuele kanaaltrajecten worden via zogenaamde bussen verzameld en
ter verdere bewerking naar de Main-sectie geleid. Hier
staan aansluitingen voor opnameapparatuur, de versterkereindtrappen, een koptelefoon en de CD/tape-uitgangen ter
beschikking. Via een Aux-weg wordt de mix naar de interne
effectprocessor of naar buiten naar een externe effectprocessor geleid. Tevens kan een mix voor de muzikant op
het podium worden gerealiseerd (monitormix).
sMix:
In deze koningsdiscipline van het mengpaneel komen alle
andere functies tezamen. Het opbouwen van een mix
betekent voornamelijk het geluidsniveau van de afzonderlijke instrumenten en stemmen op elkaar af te stellen en
tevens de zwaarte van de verschillende stemmen binnen het
totale frequentiespectrum te bepalen. Tevens is het van belang
om de afzonderlijke stemmen binnen het stereopanorama
zinvol te verdelen. Nadat het proces voltooid is kan het niveau
van de totaalmix door apparaten zoals bijv. een aangesloten
recorder/crossover/eindversterker worden aangepast.
Het bedieningsvlak van de BEHRINGER mengpanelen is optimaal
op deze taak berekend en zo vormgegeven, dat de signaalweg
gemakkelijk te volgen is.
1.2 Het handboek
Dit handboek is zo opgebouwd, dat u een overzicht over de
bedieningselementen krijgt en tegelijk gedetailleerd over de
toepassing ervan wordt geïnformeerd. Om de onderlinge
samenhang inzichtelijk te maken, hebben we de bedieningselementen naar functies in groepen geordend. Mocht u behoefte
hebben aan gedetailleerdere uitleg over bepaalde onder
werpen, bezoekt u dan eens onze website onder
http://www.behringer.com. Op de informatiebladen van onze
producten en de woordenlijst vind u nadere uitleg over
vakbegrippen uit de audiotechniek/geluidstechniek.
+ Het meegeleverde blokschakelbeeld biedt een
overzicht over de verbindingen tussen de in- en
uitgangen en de daartussen geplaatste schakelaars
en regelknoppen.
Probeert u bijvoorbeeld eens, de signaalweg van de
microfooningang naar de FX SEND-bus te vervolgen. Laat u niet
door de overvloed aan mogelijkheden afschrikken, het is
gemakkelijker dan u denkt! Wanneer u gelijk ook het overzicht over
de bedieningselementen bekijkt, zult u uw mengpaneel snel leren
kennen en al gauw alle mogelijkheden volledig kunnen benutten.
1.3 Voordat u begint
1.3.1 Uitlevering
Teneinde een veilig transport te waarborgen werd uw
mengpaneel in de fabriek zorgvuldig verpakt. Mocht de doos
desondanks beschadigingen vertonen, kijkt u dan direct, of de
buitenkant van het apparaat beschadigt is geraakt.
+ Stuurt u het apparaat bij eventuele beschadigingen
NIET aan ons terug, maar neemt u dringend eerst
contact op met uw dealer en het transportbedrijf,
aangezien elke aanspraak op vergoeding anders
teniet kan worden gedaan.
+ Om een optimale bescherming van je XENYX te
garanderen raden we je aan om tijdens gebruik en
voor vervoer een koffer te gebruiken.
+ Gebruik alsjeblieft de originele doos om schade bij
opslag en verzending te vermijden.
+ Laat zonder toezicht geen kinderen met het
apparaat of verpakkingsmateriaal omgaan.
+ Neem alsjeblieft de milieuvoorschriften in acht bij
het weggooien van het verpakkingsmateriaal.
1.3.2 Eerste gebruik
Zorgt u alstublieft voor voldoende luchttoevoer en stelt u het
mengpaneel niet in de buurt van verwarmingen neer, om
oververhitting van het apparaat te voorkomen.
+ Sluit de XENYX nooit aan op de transformator, terwijl
deze al op het stopcontact is aangesloten! Eerst
verbindt u het uitgeschakelde paneel met de
transformator en dan pas legt u de verbinding met
de hoofdstroom c.q. het stopcontact.
+ Let u er alstublieft op, dat alle apparaten geaard
dienen te zijn. Voor uw eigen veiligheid dient u in
geen geval de aarding van de apparaten c.q. de
netkabel te verwijderen of onklaar te maken. Het
toestel met altijd met een intacte aarddraad aan
het stroomnet aangesloten zijn.
+ Zorgt u er alstublieft voor dat het apparaat
uitsluitend door ter zake kundige personen
aangesloten en bediend wordt. Tijdens en na het
aansluiten dient men altijd op voldoende aarding
van de persoon die met het apparaat bezig is te
letten, elektrostatische ontladingen e.d. kunnen de
bedrijfseigenschappen anders nadelig beïnvloeden.
4
1. INLEIDING
XENYX 1002FX/1202FX
1.3.3 Online-registratie
Registreer uw nieuw BEHRINGER-apparaat na aankoop zo
snel mogelijk op onze website www.behringer.com
(respectievelijk www.behringer.nl) en lees de garantievoorwaarden aandachtig door.
BEHRINGER geeft een jaar* garantie, gerekend vanaf de
aankoopdatum, op materiaal- en productiefouten. Zo nodig kunt
u de garantievoorwaarden in de Nederlandse taal op onze website
onder http://www.behringer.com opvragen of telefonisch onder
+49 2154 9206 4131 opvragen.
Mocht uw product van BEHRINGER defect raken, willen wij
het zo snel mogelijk repareren. Neemt in dat geval direct contact
op met de BEHRINGER-leverancier waar u het apparaat gekocht
heeft. Als uw BEHRINGER-leverancier niet bij u in de buurt
gevestigd is, kunt u ook direct contact opnemen met een van
onze vestigingen. Op de originele verpakking van het apparaat
vindt u een lijst met de adressen van onze BEHRINGER-vestigingen
(Global Contact Information/European Contact Information). Als
er voor uw land geen contactadres vermeld is, kunt u contact
opnemen met de dichtstbijzijnde importeur. Onder het kopje
Support op onze website www.behringer.com kunt u ook de
contactadressen vinden.
Als uw apparaat, samen met de aankoopdatum, bij ons
geregistreerd is, wordt het afhandelen van uw garantieaanspraken aanmerkelijk eenvoudiger.
Hartelijk dank voor uw medewerking!
* Voor klanten binnen de Europese Unie kunnen er hiervoor
andere bepalingen geldig zijn. Verdere informatie is voor EUklanten via de BEHRINGER Support Duitsland verkrijgbaar.
2. BEDIENINGSELEMENTEN EN
AANSLUITINGEN
In dit hoofstuk worden de verschillende bedieningselementen
van uw mengpaneel beschreven. Alle regelaars, schakelaars
en aansluitingen komen uitgebreid aan bod.
2.1 De monokanalen
Afb. 2.1: De aansluitingen en regelaars van de monokanalen
MIC
Ieder monoingangskanaal biedt u een symmetrische microfooningang via de XLR-bus, waarbij door een druk op een knop ook
een +48 V fantoomvoeding voor de werking van condensatormicrofoons ter beschikking staat. De XENYX Preamps maken
een onvervalste, ruisvrije versterking mogelijk, zoals men typisch
genoeg alleen van dure Outboard-voorversterkers kent.
+ Zet het weergavesysteem stil, voordat u de
fantoomvoeding activeert. Anders wordt er een
inschakelgeluid via de meeluiserluidspreker
weergegeven. Zie verder de aanwijzingen in
paragraaf 2.4 De Main-sectie.
LINE IN
Elke mono-ingang beschikt ook over een symmetrische Lineingang, die als 6,3-mm klinkerbus is uitgevoerd. Op deze ingangen
kunnen ook asymmetrisch geschakelde stekkers (monoplug)
worden aangesloten.
2. BEDIENINGSELEMENTEN EN AANSLUITINGEN
5
XENYX 1002FX/1202FX
+ Denkt u er alstublieft aan, dat u altijd of de microfoon-
of de line-ingang van een kanaal mag gebruiken,
maar nooit beiden tegelijk!
TRIM
Met de TRIM-potmeter stelt u de ingangsversterking in. Altijd
wanneer u een signaalbron aan een van de ingangen aansluit of
ervan af haalt, dient deze regelaar helemaal naar links te zijn gedraaid.
De schaal geeft 2 verschillende waardebereiken aan: Het eerste
waardebereik +10 tot +60 dB heeft betrekking op de MIC-ingang en
geeft de versterking van het daarop aangesloten signaal aan.
Het tweede waardebereik +10 tot -40dBu heeft betrekking op
de Line-ingang en geeft de gevoeligheid van de ingang aan.
Voor apparaten met het gebruikelijke Line-uitgangsniveau
(-10 dBV of +4 dBu) ziet de instelling er als volgt uit: Sluit het
apparaat met dicht gedraaide TRIM-regelaar aan en stel dan het
door de fabrikant van het desbetreffende apparaat aangegeven
uitgangsniveau in. Als het externe apparaat over uitgangsniveauweergave beschikt, dient deze bij signaalpieken 0 dB aan te geven.
Voor +4 dBu draait u de regelaar een beetje open en voor -10 dBV
nog iets verder open. De fijninstelling gebeurt, wanneer u een
muzieksignaal invoert, met behulp van de CLIP-LED.
EQ
Alle mono-ingangskanalen beschikken over een 3-bands
toonregeling. De banden kunnen elk maximaal met 15 dB worden
verhoogd of verlaagd, in de middelste stand is de equalizer neutraal.
De schakeltechniek van de Britse EQs berust op de in de
meest gerenommeerde edelconsoles gebruikte techniek, die een
warme klankingreep zonder ongewenste neveneffecten mogelijk
maakt. Het resultaat: uiterst muzikaal klinkende equalizers, die
zelfs bij sterke ingrepen van ±15 dB geen neveneffecten als
faseverschuivingen of beperking van de bandbreedte tot gevolg
hebben, zoals bij eenvoudige equalizers vaak het geval is.
De bovenste (HIGH) en onderste band (LOW) zijn shelvingfilters, die alle frequenties boven resp. onder hun grensfrequenties verhogen of verlagen. De grensfrequenties van de
boven- en onderband liggen op 12 kHz en 80Hz. De middenband
(MID) is als peak-filter uitgevoerd en de desbetreffende middenfrequentie ligt op de 2,5 kHz. Anders dan bij een Shelvingfilter,
bewerkt de peak-filter een frequentiebereik, dat zich naar boven
en beneden om de middenfrequentie uitstrekt.
LOW CUT
De monokanalen beschikken bovendien over een steilflankige
LO CUT-filter (18 dB/oct, -3 dB bij 75 Hz), waarmee u
ongewenste, laagfrequente signaaldelen kunt elimineren. Dit
kunnen greepgeluiden van handmicrofoons, contactgeluiden of
explosieve geluiden bij gevoelige microfoons zijn.
FX
FX verzendwegen (of AUX verzendwegen) bieden u de
mogelijkheid, om uit een of meerdere kanalen signalen te
ontkoppelen en via één bus te verzamelen. Via een FX
verzendbus kunt u het signaal oppikken en bijv. toespelen aan
een extern affectapparaat. Als afspeelweg dienen dan de
stereokanalen. De FX verzendweg is mono en biedt een
versterking van max. +15 dB.
De FX-weg van de XENYX mengpanelen is zoals al uit de
naam blijkt in zijn schakelingen bedoeld voor de aansluiting van
effectapparaten en postfaders. D.w.z. dat de effectgeluidssterkte
in een kanaal bepaald wordt door de stand van de kanaalfader.
Was dat niet het geval, dan bleef het effectsignaal van het kanaal
ook dan hoorbaar, wanneer de fader volledig dichtgetrokken
wordt. Bij de XENYX-mengpanelen heet de kanaalfader LEVELregelaar.
Bij de 1002FX/1202FX is de FX-Send eveneens de directe weg
naar de ingebouwde effectprocessor. Om de effectprocessor
een ingangssignaal te laten ontvangen, mag de regelaar dus niet
volledig tot aan de linkse aanslag (-oo) gedraaid zijn.
PA N
Met de PAN-regelaar wordt de positie van het kanaalsignaal
binnen het stereoveld vastgelegd. Dit onderdeel biedt een constantpower-karakteristiek, d.w.z. het signaal heeft onafhankelijk van
de stand in het stereopanorama altijd een gelijk volume.
LEVEL
De LEVEL-regelaar bepaalt het geluidsniveau van het
kanaalsignaal in de Main Mix.
+ Let op: omdat de Aux-route voor de effect-
processor post-fader is geschakeld moet de
LEVEL-fader openstaan, zodat de effectprocessor
een signaal via dit kanaal kan ontvangen!
CLIP
De CLIP-LEDs van de monokanalen lichten op, wanneer het
ingangssignaal te hoog is uitgestuurd. Zet u in dit geval de
voorversterking met de TRIM-regelaar lager, tot de LED uitgaat.
2.2 Stereokanalen
Afb. 2.2: De aansluitingen en regelaars van de stereokanalen
LINE IN
Ieder stereokanaal beschikt over twee symmetrische lineniveau-ingangen op klinkerbussen voor het linker en het rechter
kanaal. Wanneer uitsluitend de met L gekenmerkte bus wordt
gebruikt, werkt het kanaal in mono. De stereokanalen zijn voor
typische line-niveausignalen ontworpen.
Allebei de bussen kunnen ook met een asymmetrisch
geschakelde stekker worden gebruikt.
FX
Het FX Send traject van de stereokanalen functioneert precies
zoals de monokanalen. Omdat de FX-weg mono is, wordt het
signaal op een stereokanaal eerst tot een monosom gemengd,
voordat het bij de FX-bus (verzamelrail) terechtkomt.
6
2. BEDIENINGSELEMENTEN EN AANSLUITINGEN
XENYX 1002FX/1202FX
BAL
Als een kanaal in stereo wordt gebruikt, bepaalt de BAL(ANCE)regelaar het relatieve aandeel tussen het linker en het rechter
ingangssignaal, voordat beide signalen naar de linker c.q. rechter
Main Mix-bus worden gestuurd. Wordt een kanaal via de linker
line-ingang mono gebruikt, dan heeft deze regelaar dezelfde
functie als de PAN-regelaar van de monokanalen.
LEVEL
Net als bij de monokanalen bepaalt de LEVEL-regelaar in de
stereokanalen het niveau van de kanaalbediening in de Main Mix.
+4/-10
De stereo-ingangen hebben een schakelaar om het ingangsniveau aan te passen, waarmee u de ingangsgevoeligheid tussen
+4 dBu en -10 dBV kunt omschakelen. Bij -10dBV (homerecording-
niveau) reageert de ingang gevoeliger dan bij +4 dBu (studioniveau).
2.3 Het aansluitingenveld van de Main-sectie
Live-geluidsweergave:
Stereo dynamische processor (optioneel), stereo-equalizer
(optioneel) en hierna de stereo-eindversterker voor fullrangeboxen met een passieve crossover.
Wanneer u een luidsprekersysteem zonder geïntegreerde
crossovers wilt gebruiken moet u actieve crossovers en meerdere
eindversterkers inzetten. Dikwijls zijn daarin al dynamische
begrenzers (limiter) ingebouwd (bijv. in de BEHRINGER SUPER-X
PRO CX2310 en ULTRADRIVE PRO DCX2496). De actieve
crossovers worden direct voor de versterkers ingezet en delen
de frequentieband in meerdere delen, die hierna, via de versterkers,
naar het desbetreffende luidsprekersysteem wordt doorgestuurd.
Opname:
Voor Mastering strekt een stereo-processor zoals bijv. de
COMPOSER PRO-XL MDX2600 tot aanbeveling, waarmee u de
dynamiek van uw muzieksignaal op maat kunt maken met de
dynamiekomvang van uw opnamemedium. Van de compressor
gaat het signaal naar de recorder.
CD/TAPE INPUT
De CD/TAPE INPUT-bussen dienen voor het aansluiten van
een externe signaalbron (bijv. CD-speler, tapedeck enz.). U kunt
ze ook als stereo-line-ingang benutten, waarop ook het uitgangssignaal van een tweede XENYX of van de BEHRINGER
ULTRALINK PRO MX882 kan worden aangesloten. Wanneer u
de TAPE INPUT met een HiFi-versterker met bronselectieschakelaar verbindt, kunt u heel eenvoudig extra bronnen
beluisteren (bijv. cassetterecorder, MD-speler, geluidskaart, etc.).
TAPE OUTPUT
Deze aansluitingen zijn uitgevoerd als RCA-bussen en parallel
bekabeld naar de MAIN OUT. Sluit hier de ingangen van een PC
geluidskaart of van opnameapparatuur aan. Het uitgangsniveau
wordt ingesteld via de uiterst precieze MAIN MIX-fader.
Afb.2.3: De aansluitingen van de Main-sectie
FX SEND
De FX SEND-bus voert het signaal dat u met de FX-regelaar
uit de individuele kanalen heeft losgekoppeld. Sluit hier de ingang
van het externe effectapparaat aan, waarmee u het somsignaal
van de FX-verzamelrail wilt bewerken. Wordt er een effectmix
aangemaakt, dan kan het bewerkte signaal vanaf de uitgang van
het effectapparaat naar een stereokanaal worden teruggevoerd.
+ Als het aangesloten effectapparaat geen ingangs-
signaal ontvangt dan is het goed mogelijk dat de FX
SEND-regelaar gesloten is. Dit geld ook voor de
ingebouwde effectprocessor.
+ In dit geval moet het externe effectapparaat op 100%
effectaandeel worden ingesteld, daar het effectsignaal parallel met droge kanaalsignalen aan de
Main Mix wordt toegevoegd.
+ Bij deze toepassing dient de FX-regelknop van het
betreffende kanaal helemaal naar links gedraaid
zijn, anders veroorzaakt u terugkoppelingen!
PHONES/CONTROL ROOM OUT
De PHONES-aansluiting (boven in het aansluitingenveld) is
uitgevoerd als stereo stekkerbus. Hier kunt u een koptelefoon
aansluiten. De CONTROL ROOM OUT bussen (asymmetrisch
bekabelde stekkerbussen) dienen ter controle van de somsignalen
(effectmix en main mix) en van de individuele signalen via
studiomonitoren. Via de PHONES/CONTROL ROOM-regelaar in
de Main-sectie bepaalt u de niveaus van beide uitgangen.
MAIN OUT
De MAIN OUT-bussen zijn asymmetrisch geschakeld en zijn
uitgevoerd als monoklinkerbussen. Hier komt het Main Mixsomsignaal met een niveau van 0 dBu binnen. Afhankelijk van hoe
u het mengpaneel wenst te gebruiken en van de apparatuur
waarover u beschikt, kunt u hier de volgende apparaten aansluiten:
2.4 De Main-sectie
Afb. 2.4: De bedieningselementen van de Main-sectie
De rode +48 V-LED brandt, wanneer de fantoomvoeding
ingeschakeld is. De fantoomvoeding is noodzakelijk bij het gebruik
van condensatormicrofoons en wordt geactiveerd met de
erboven geplaatste +48 V-schakelaar.
+ Sluit alle benodigde microfoons aan, alvorens u
overgaat tot het inschakelen van de fantoomvoeding. Sluit of koppel geen microfoon aan of los
2. BEDIENINGSELEMENTEN EN AANSLUITINGEN
7
XENYX 1002FX/1202FX
van het mengpaneel, als de fantoomvoeding
ingeschakeld is. Bovendien dienen de monitor/PAluidsprekers te worden stilgeschakeld voordat u
de fantoomvoeding in gebruik neemt. Wacht na het
inschakelen ca. één minuut, voordat u de ingangsversterking instelt, zodat het systeem eerst kan
stabiliseren.
+ Let op! Gebruik in geen geval asymmetrisch
geschakelde XLR-verbindingen (PIN 1 en 3 verbonden) op de MIC-ingangsbussen, wanneer u de
fantoomvoeding in gebruik wilt nemen.
POWER
De blauwe POWER-LED geeft aan, dat het apparaat
ingeschakeld is.
NIVEAU-INDICATIE
De zeer precieze 4-segments-niveau-indicatie geeft u steeds
een precies overzicht over de intensiteit van het weergegeven
signaal.
Modulatie:
Om het niveau in te stellen dient u de LEVEL-regelaar van de
ingangskanalen in de middelste positie te brengen en met de
TRIM-regelaar de ingangsversterking zover te verhogen dat een
niveau van maximaal 0 dB wordt weergegeven.
Bij de opname met digitale recorders dienen de Peak-meters
van de recorder niet hoger te komen dan 0 dB. Dat heeft daarmee
te maken, dat in tegenstelling tot de analoge opname reeds de
kleinste oversturingen (die ook zeer plotseling optreden) tot
onprettige, digitale vervormingen leiden.
Bij analoge opnames dienen de VU-meters van het opnameapparaat tot ca. +3 dB bij laagfrequente signalen (bijv. Bass Drum)
uitslaan. VU-meters hebben bij frequenties boven 1kHz vanwege
hun traagheid de neiging, het signaalniveau te laag weer te geven.
Bij instrumenten als een Hi-Hat is het daarom beter, maar tot
-10 dB uit te sturen. SnareDrums stuurt u tot ca. 0 dB uit.
+ De CLIP-LEDs van uw XENYX geven het niveau min
of meer frequentie-onafhankelijk weer. Raadzaam
is een opnameniveau van 0 dB voor alle soorten
signalen.
MAIN MIX
Met de MAIN MIX-Fader kunt u de geluidssterkte van de Main Out.
PHONES/CONTROL ROOM
Via de PHONES/CONTROL ROOM-regelaar bepaalt u het
niveau van de CONTROL ROOM en PHONES-uitgangen.
CD/TAPE TO MIX
Wanneer de CD/TAPE TO MIX schakelaar ingedrukt is, wordt
de CD/Tape ingang naar de Main Mix geschakeld is en hij dient
dan als extra ingang voor bandopnames, MIDI-instrumenten of
andere signaalbronnen, die geen verdere bewerking vereisen.
CD/TAPE TO CTRL
Druk op de schakelaar CD/TAPE TO CTRL, om de CD/Tape
ingang ook naar de monitoruitgang (CTRL ROOM OUT/PHONES)
te schakelen. Een typische studiotoepassing van deze functie is
de opname van muziek in een Digital Audio Workstation (DAW)
bij gelijktijdige weergave.
FX TO CONTROL
Wanneer u via uw koptelefoon of via de monitorluidsprekers
alleen het effectsignaal wilt beluisteren, dan drukt u op de FX TO
CTRL schakelaar. Het signaal van het effectapparaat kan dan
apart worden beluisterd en het Main Mix- of CD/Tape signaal is
niet meer hoorbaar via de koptelefoon- en Control Roomuitgangen.
2.5 Digitale effectprocessor
Afb. 2.5: De Effectsectie
100 EERSTEKLAS EFFECTEN
De XENYX 1002FX/1202FX beschikt over een ingebouwde
digitale stereo effectprocessor. Deze effectprocessor biedt u
een breed scala van standaardeffecten zoals Nagalm, Chorus,
Flanger, Delay en diverse combinatie-effecten. Via de FX-regelaar
in de kanalen kunt u de effectprocessor met signalen voeden. De
geïntegreerde effectmodule heeft het voordeel dat er geen kabels
hoeven te worden aangesloten. Daarmee wordt a priori het risico
van signaalbrom of ongelijkmatigheden in de niveaus vermeden
en het bedieningsgemak verhoogd.
SIGNAL en CLIP LED
De SIGNAL LED op de effectmodule geeft een actief signaal
aan met een niveau dat hoog genoeg is. De LED dienst
voortdurend te branden. Let er echter op dat de CLIP LED alleen
bij niveaupieken brandt. Brandt deze constant, dan is er sprake
van oversturing van de effectprocessor en er kunnen zich
onaangename vervormingen voordoen. Mocht dat het geval zijn,
dan stelt u de FX-regelaar in de kanalen iets lager in.
PROGRAM
De PROGRAM-regelaar heeft twee functies: door draaien
van de PROGRAM-regelaar selecteert u een effectnummer.
Het display geeft knipperend het nummer van de zojuist ingestelde
preset aan. Om de gekozen preset te bevestigen, drukt u op de
PROGRAM-regelaar; het knipperen hoort op.
FX TO MAIN
Met de FX TO MAIN-regelaar wordt het effectsignaal in de
Main Mix ingevoerd. Als de regelaar linksom gedraaid is, is er
géén effectsignaal te beluisteren.
Op het bijgevoegde extra sheet vindt u een overzicht van alle
presets van de multi-effectprocessor.
+ Wanneer u via TAPE OUTPUT een signaal opneemt
en dit tegelijk via CD/TAPE INPUT wilt kunnen beluisteren, dan mag de CD/TAPE TO MIX-schakelaar
niet ingedrukt zijn. Op die manier zou er een lus
ontstaan, aangezien dit signaal via de Main Mix weer
bij TAPE OUTPUT zou worden uitgevoerd. Bij deze
toepassing moet u het tape-signaal met behulp van
CD/TAPE TO CTRL naar de monitorluidsprekers of
de koptelefoon verleggen. In tegenstelling tot de
Main Mix worden deze signalen niet naar TAPE
OUTPUT uitgevoerd.
8
2. BEDIENINGSELEMENTEN EN AANSLUITINGEN
XENYX 1002FX/1202FX
3. TOEPASSINGEN
3.1 Opnamestudio
Afb. 3.1: de 1002FX in de opnamestudio
Ondanks het feit dat de meeste taken in een studio inmiddels
met de computer kunnen worden afgehandeld, vormt het
mengpaneel nog steeds een onmisbaar hulpmiddel dat u
ondersteuning biedt bij het beheer van de audio in- en uitgangen:
microfoonsignalen moeten vóór de opname worden voorversterkt
en de klank moet worden bewerkt. De opname- en de
weergavesignalen moeten worden doorgegeven naar de
daarvoor bedoelde aansluitingen of in de mix worden geïntegreerd,
de geluidssterkte van koptelefoons en studiomonitors moet
worden geregeld etc. De van uitgebreide mogelijkheden
voorziene Main-sectie van de XENYX-mengpanalen komen u
daarbij uitstekend van pas.
Bekabeling:
Verbind uw geluidsbronnen met de Mic- of Line-ingangen van
het mengpaneel. Sluit uw masterapparaat (DAT-/MD-recorder)
aan op de Main-uitgangen. Uw weergaveluidsprekers worden
verbonden met de Control Room-uitgangen en de koptelefoon
met de Phones-uitgang. Nu verbindt u de CD/Tape-uitgangen met
de ingangen van de geluidskaart van uw (DAW) (Digital Audio
Workstation). Sluit de uitgangen van de PC-geluidskaart aan op
de CD/Tape-ingangen.
Opname en weergave:
Het opnamesignaal wordt in een mengpaneel voorversterkt,
met de EQ bewerkt en naar de Main-bus geleid. Bepaal het
opnameniveau met de LEVEL-regelaar. Het totaalniveau richting
computer worden ingesteld met de MAIN MIX-fader. Om zeker te
stellen dat het signaal daadwerkelijk wordt opgenomen, dient u
via de Phones- of de Control Room-bus nu niet het Main Mixsignaal (d.w.z. het uitgangssignaal van het paneel, dus vóór de
opname) te beluisteren, maar de terugweg uit de geluidskaart,
die op de CD/Tape-ingangen aangesloten is. Zo krijgt u als het
ware een achteraf plaatsvindende bandcontrole. Druk daartoe
op de schakelaar CD/TAPE TO CTRL en regel het afluistervolume
met de PHONES/CONTROL ROOM-regelaar. Op deze manier kunt
u ook bij een al opgenomen playback nog verdere sporen
opnemen (zog. overdubs). Gebruik daarvoor de Direct Monitoring
functie van uw DAW.
+ Bij deze toepassing mag de schakelaar CD/TAPE TO
MIX niet ingedrukt zijn, anders zou het weergavesignaal van de geluidskaartuitgangen naar de
computer worden teruggeleid en mee worden opgenomen. Dit is niet alleen ongewenst, maar leidt
tevens tot een Feedbacklus.
3. TOEPASSINGEN
9
XENYX 1002FX/1202FX
3.2 Live geluidsweergave
Abb. 3.2: 1202FX Live toepassing
Deze afbeelding toont een typische opbouw voor een Live
weergave. Op de monokanalen van de 1202FX worden twee
zangmicrofoons en de uitgangen van een gitaarversterker en
een basversterker aangesloten. Een keyboard en een
drumcomputer worden aangesloten op de stereokanalen. De
versterkereindtrap van het geluids-systeem wordt aangesloten
op de Main-uitgangen; apparaten zoals compressoren, equalizers
of frequentiefilters worden tussen het mengpaneel en de
versterkereindtrap geplaatst. Wanneer u een concertopname
wilt maken, kunt u uw opnameapparaat (hier een minidiscrecorder) aansluiten op de CD/Tape-uitgangen. Een CD-speler
die tijdens ombouw- of speelpauzes muziek weergeeft, wordt
aangesloten via de CD/Tape-ingangen. Wanneer u een
gecombineerd opname- en afspeelapparaat (bijc. Een
cassetterecorder) wilt aansluiten, dan mag tijdens de opname
de schakelaar CD/TAPE TO MIX niet ingedrukt zijn, omdat op
deze wijze het voor opname bestemde signaal meteen weer
naar het mengpaneel wordt geleid en vandaar weer naar het
10
3. TOEPASSINGEN
opnameapparaat ... een terugkoppeling zou tot stand komen,
zodra u de opnametoets indrukt. Een luide, onaangename en
zelfs pijnlijke fluittoon zou het gevolg zijn.
Wanneer u een extern effectapparaat gebruikt, moet u erop
letten dat de FX SEND-regelaar in kanaal 11/12 helemaal
dichtgedraaid is (regelaar naar links tot aan de aanslag), om ook
hier een feedbacklus te vermijden.
4. INSTALLATIE
4.1 Netaansluiting
AC POWER IN
Het apparaat wordt via de 3-polige netaansluiting aan de
achterkant van stroom voorzien. Hier wordt de meegeleverde
AC Adapter aangesloten. De netverbinding voldoet aan de
noodzakelijke veiligheidsbepalingen.
+ Gebruikt u alstublieft uitsluitend de meegeleverde
netvoeding, om het apparaat aan te sluiten.
+ Sluit de XENYX nooit aan op de netvoeding, terwijl
deze laatste al is aangesloten op het net! In plaats
daarvan sluit u eerst het mengpaneel aan op de
netvoeding en gaat dan pas naar het stopcontact
van het net.
+ Let u er alstublieft op, dat zowel de netvoeding als
het mengpaneel bij gebruik erg warm worden. Dit
is volkomen normaal.
4.2 Audioverbindingen
Voor de verschillende toepassingen heeft u vele verschillende
kabels nodig. De volgende afbeeldingen laten u zien, hoe deze
kabels eruit dienen te zien. Denk eraan, altijd hoogwaardige kabels
te gebruiken.
Voor het gebruik van de CD/Tape-in- en uitgangen, neemt u
alstublieft de in de handel gebruikelijke RCA-kabels.
Natuurlijk kunnen er ook asymmetrisch geschakelde apparaten
aan de symmetrische in-/uitgangen worden aangesloten. Gebruik
hetzij monoklinkers of verbindt u de ring van de stereoklinkers
met de schacht (oftewel Pin 1 met Pin 3 bij XLR-stekkers).
XENYX 1002FX/1202FX
Afb. 4.2: 6,3-mm-monoklinkerstekker
Afb. 4.3: 6,3-mm-stereoklinkerstekker
+ Let op! Gebruik in geen geval asymmetrisch
geschakelde XLR-verbindingen (PIN 1 en 3 verbonden) op de MIC-ingangsbussen, wanneer u de
fantoomvoeding in bedrijf wilt nemen.
Afb. 4.1: XLR-verbindingen
Afb. 4.4: Koptelefoon-stereoklinkerstekker
4. INSTALLATIE
11
XENYX 1002FX/1202FX
5. TECHNISCHE GEGEVENS
Mono-ingängen
Microfooningangen
TypeXLR, electr. gesymmetreerde,
Mic E.I.N. (20 Hz - 20 kHz)
@ 0 W bronweerstand-132,7 dB / 137 dB A-gewogen
@ 50 W bronweerstand-130 dB / 133,9 dB A-gewogen
@ 150 W bronweerstand-127,1 dB / 130,9 dB A-gewogen
Frequentiekarakteristiek<10 Hz - 200 kHz (-1 dB)
Versterkingsbereik+10 tot +60 dB
Max. ingangsniveau+12 dBu @ +10 dB Gain
Impedantieca. 2,6 kW symmetrisch
Ruisafstand107 dB / 111 dB A-gewogen
Vervormingen (THD+N)0,005% / 0,003% A-gewogen
Line-ingang
Type6,3 mm stereoklinker,
Impedantieca. 20 kW symmetrisch
Versterkingsbereik-10 tot +40 dB
Max. ingangsniveau+20 dBu @ 0 dB Gain
Wegsterfdemping
1
(Overspreekdemping)
Main-fader gesloten85 dB
Kanaal-fader gesloten88 dB
Frequentiekarakteristiek
Microfooningang naar Main Out
<10 Hz - 80 kHz+0 dB / -1 dB
<10 Hz - 137 kHz+0 dB / -3 dB
Stereo-ingangen
Type6,3 mm stereoklinker,
Impedantieca. 20 kW symmetrisch
Max. ingangsniveau+22 dBu
EQ monokanalen
L o w80 Hz / ±15 dB
Mid2,5 kHz / ±15 dB
High12 kHz / ±15 dB
discrete ingangsschakeling
(0 dBu In @ +22 dB Gain)
elektronisch gesymmetreerd
10 kW asymmetrisch
elektronisch gesymmetreerd
10 kW asymmetrisch (+4 dBu)
ca. 20 kW symmetrisch
5 kW asymmetrisch (-10 dBV)
Main Mix-systeemgegevens
2
Ruis
Main Mix @ -oo,
Kanaal-fader -oo-105 dB / -108 dB A-gewogen
Main Mix @ 0 dB,
Kanaal-fader -oo-94 dB / -97 dB A-gewogen
Main Mix @ 0 dB,
bij 1: 1 kHz gerel. aan 0 dBu; 20 Hz - 20 kHz; Line ingang; Main uitgang; Gain @ Unity.
bij 2: 20 Hz - 20 kHz; gemeten aan de Main-uitgang.
Kanalen 1 - 4 Gain @ Unity; toonregeling neutraal; alle kanalen op Main Mix;
kanalen 1/3 helemaal links, kanalen 2/4 helemaal rechts. Referentie = +6 dBu
FX Sends
Type6,3 mm stereoklinker, asymm.
Impedantieca. 120 W
Max. uitgangsniveau+22 dBu
Main-uitgangen
Type6,3 mm stereoklinker, asymm.
Impedantieca. 120 W
Max. uitgangsniveau+22 dBu
Control Room-uitgangen
Type6,3 mm stereoklinker, asymm.
Impedantieca. 120 W
Max. uitgangsniveau+22 dBu
Koptelefoonuitgang
Type6,3 mm stereoklinker,
asymmetrisch
Max. uitgangsniveau+19 dBu / 150 W (+25 dBm)
12
5. TECHNISCHE GEGEVENS
De Fa. BEHRINGER streeft altijd naar de hoogste kwaliteit en voert
eventuele verbeteringen zonder voorafgaande aankondiging door.
Technische gegevens en uiterlijke kenmerken kunnen daarom van de
genoemde specificaties of van de afbeeldingen van het product afwijken.
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.