GB
RX-V2500
AV Receiver
Ampli-tuner audio-vidéo
OWNER'S MANUAL MODE D'EMPLOI BEDIENUNGSANLEITUNG BRUKSANVISNING MANUALE DI ISTRUZIONI
MANUAL DE INSTRUCCIONES GEBRUIKSAANWIJZING
LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK NEEMT.
1Om er zeker van te kunnen zijn dat u de optimale prestaties uit uw toestel haalt, dient u deze handleiding zorgvuldig door te lezen. Bewaar de handleiding op een veilige plek zodat u er later nog eens iets in kunt opzoeken.
2Installeer dit toestel op een goed geventileerde, koele, droge, schone plek — uit direct zonlicht, uit de buurt van warmtebronnen, trillingen, stof, vocht en/of kou. Zorg voor een ventilatieruimte van tenminste 30 cm ruimte aan de bovenkant, 20 cm aan de rechteren linkerkant en 20 cm aan de achterkant van dit toestel.
3Plaats dit toestel uit de buurt van andere elektrische apparatuur, motoren of transformatoren om storend gebrom te voorkomen.
4Stel dit toestel niet bloot aan plotselinge temperatuurswisselingen van koud naar warm en plaats het toestel niet in een omgeving met een hoge vochtigheidsgraad (bijv. in een ruimte met een luchtbevochtiger) om te voorkomen dat zich binnenin het toestel condens vormt, wat zou kunnen leiden tot elektrische schokken, brand, schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel.
5Vermijd plekken waar andere voorwerpen op het toestel kunnen vallen, of waar het toestel bloot staat aan druppelende of spattende vloeistoffen. Plaats de volgende dingen niet bovenop dit toestel:
–Andere componenten, daar deze schade kunnen veroorzaken en/of de afwerking van dit toestel kunnen doen verkleuren.
–Brandende voorwerpen (bijv. kaarsen), daar deze brand, schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel kunnen veroorzaken.
–Voorwerpen met vloeistoffen, daar deze elektrische schokken voor de gebruiker en/of schade aan dit toestel kunnen veroorzaken wanneer de vloeistof daaruit in het toestel terecht komt.
6Dek het toestel niet af met een krant, tafellaken, gordijn enz. zodat de koeling niet belemmerd wordt. Als de temperatuur binnenin het toestel te hoog wordt, kan dit leiden tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel.
7Steek de stekker van dit toestel pas in het stopcontact als alle aansluitingen gemaakt zijn.
8Gebruik het toestel niet wanneer het ondersteboven is geplaatst. Het kan hierdoor oververhit raken wat kan leiden tot schade.
9Gebruik geen overdreven kracht op de schakelaars, knoppen en/of snoeren.
10Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u aan de stekker zelf trekken, niet aan het snoer.
11Maak dit toestel niet schoon met chemische oplosmiddelen; dit kan de afwerking beschadigen. Gebruik alleen een schone, droge doek.
12Gebruik alleen het op dit toestel aangegeven voltage. Gebruik van dit toestel bij een hoger voltage dan aangegeven is gevaarlijk en kan leiden tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel. YAMAHA aanvaardt geen aansprakelijkheid voor enige schade veroorzaakt door gebruik van dit toestel met een ander voltage dan hetgeen aangegeven staat.
13Om schade door blikseminslag te voorkomen dient u de stekker uit het stopcontact te halen wanneer het onweert.
14Probeer niet zelf wijzigingen in dit toestel aan te brengen of het te repareren. Neem contact op met erkend YAMAHA servicepersoneel wanneer u vermoedt dat het toestel reparatie behoeft. Probeer in geen geval de behuizing open te maken.
15Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet zult gebruiken (bijv. vakantie), dient u de stekker uit het stopcontact te halen.
16Lees het hoofdstuk “OPLOSSEN VAN PROBLEMEN” over veel voorkomende vergissingen bij de bediening voor u de conclusie trekt dat het toestel een storing of defect vertoont.
17Voor u dit toestel verplaatst, dient u op STANDBY/ON te drukken om dit toestel uit (standby) te schakelen en de stekker uit het stopcontact te halen.
18VOLTAGE SELECTOR (Alleen modellen voor Azië en algemene modellen)
De VOLTAGE SELECTOR schakelaar op het achterpaneel van dit toestel moet worden ingesteld op de lokale netspanning VOOR u de stekker in het stopcontact steekt. De geschikte voltages zijn als volgt:
Algemene modellen
.................... 110/120/220/230–240 V, 50/60 Hz wisselstroom Modellen voor Azië
.................................. 220/230–240 V, 50/60 Hz wisselstroom
WAARSCHUWING
OM DE RISICO’S VOOR BRAND OF ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VERMINDEREN, MAG U DIT TOESTEL IN GEEN GEVAL BLOOTSTELLEN AAN VOCHT OF REGEN.
De stroomvoorziening van dit toestel is niet afgesloten zolang de stekker in het stopcontact zit, ook al is het toestel zelf uitgeschakeld. Dit is de zogenaamde standby-stand. In deze toestand is het toestel ontworpen een zeer kleine hoeveelheid stroom te verbruiken.
ALLEEN VOOR KLANTEN IN NEDERLANDS
Bij dit product zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA.
INHOUDSOPGAVE
INLEIDING |
|
KENMERKEN ...................................................... |
2 |
VAN START .......................................................... |
3 |
Meegeleverde accessoires......................................... |
3 |
Inzetten van batterijen in de afstandsbedieningen .... |
3 |
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES........ |
4 |
Voorpaneel................................................................ |
4 |
Afstandsbediening .................................................... |
6 |
Gebruiken van de afstandsbediening ........................ |
8 |
Display voorpaneel ................................................... |
9 |
Achterpaneel ............................................................ |
11 |
VOORBEREDINGEN |
|
LUIDSPREKER SETUP .................................... |
12 |
Opstelling van de luidsprekers................................ |
12 |
Luidspreker-aansluitingen ...................................... |
13 |
AANSLUITINGEN ............................................. |
17 |
Voor u componenten gaat aansluiten...................... |
17 |
Aansluiten van videocomponenten......................... |
18 |
Aansluiten van audiocomponenten......................... |
21 |
Aansluiten van de antennes .................................... |
23 |
Aansluiten van het netsnoer.................................... |
24 |
Instelling luidsprekerimpedantie ............................ |
25 |
Inschakelen van de stroom...................................... |
25 |
AUTO SETUP...................................................... |
26 |
Inleiding.................................................................. |
26 |
Optimalisatie-microfoon setup ............................... |
26 |
Beginnen van de setup ............................................ |
27 |
Bevestigen van de resultaten .................................. |
29 |
BASISBEDIENING |
|
WEERGAVE ....................................................... |
32 |
Basisbediening........................................................ |
32 |
Selecteren van geluidsveldprogramma’s ................ |
33 |
Aanvullende mogelijkheden ................................... |
34 |
Selecteren van ingangsfuncties............................... |
39 |
AFSTEMMEN ..................................................... |
40 |
Automatisch en handmatig afstemmen................... |
40 |
Zenders voorprogrammeren.................................... |
41 |
Selecteren van voorkeuzezenders ........................... |
43 |
Omwisselen van voorkeuzezenders........................ |
43 |
Ontvangst van RDS zenders ................................... |
44 |
Wijzigen van de RDS functie ................................. |
44 |
De PTY SEEK functie ............................................ |
45 |
De EON functie ...................................................... |
46 |
OPNEMEN........................................................... |
47 |
GELUIDSVELDPROGRAMMA’S |
|
GELUIDSVELDPROGRAMMA |
|
BESCHRIJVINGEN........................................ |
48 |
Voor film/video bronnen ........................................ |
48 |
Voor muziekmateriaal ............................................ |
51 |
GEAVANCEERDE BEDIENING |
|
GEAVANCEERDE BEDIENING...................... |
52 |
Gebruiken van de slaaptimer .................................. |
52 |
SYSTEEMINSTELLINGEN .............................. |
53 |
Veranderen van instellingen ................................... |
55 |
Input Select ............................................................ |
56 |
Handmatige setup: Sound ....................................... |
58 |
Handmatige setup: Basic ........................................ |
61 |
Handmatige setup: Option ...................................... |
65 |
System Memory...................................................... |
67 |
KENMERKEN VAN DE |
|
AFSTANDSBEDIENING................................ |
69 |
Bedieningstoetsen ................................................... |
69 |
Instellen van afstandsbedieningscodes ................... |
70 |
Overnemen van functies van andere |
|
afstandsbedieningen (Leerfunctie) ..................... |
72 |
Veranderen van de namen van signaalbronnen in het |
|
uitleesvenster ...................................................... |
74 |
Gebruiken van de Macro functie ............................ |
75 |
Wissen van ingestelde functies............................... |
77 |
Wissen van individuele functies ............................. |
78 |
Bedienen van andere componenten ........................ |
80 |
ZONE 2/ZONE 3 (ALLEEN MODELLEN |
|
VOOR DE V.S., CANADA, EUROPA, HET |
|
V.K. EN AUSTRALIË).................................... |
81 |
Zone 2/Zone 3 aansluitingen .................................. |
81 |
Afstandsbediening Zone 2/Zone 3.......................... |
82 |
MENU’S OP HET DISPLAY OP HET |
|
VOORPANEEL................................................ |
84 |
Geavanceerd setup menu ........................................ |
84 |
Voorpaneel display systeem opties menu............... |
85 |
AANVULLENDE INFORMATIE |
|
WIJZIGEN VAN GELUIDSVELD |
|
INSTELLINGEN ............................................. |
89 |
Wat is een geluidsveld? .......................................... |
89 |
Veranderen van instellingen ................................... |
89 |
GELUIDSVELD PARAMETER |
|
BESCHRIJVINGEN........................................ |
90 |
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN...................... |
95 |
WOORDENLIJST ............................................. |
100 |
Audioformaten...................................................... |
100 |
Geluidsveldprogramma’s...................................... |
101 |
Audio informatie................................................... |
102 |
Videosignaal informatie ....................................... |
103 |
PARAMETRISCHE EQUALIZER |
|
INFORMATIE ............................................... |
104 |
TECHNISCHE GEGEVENS............................ |
105 |
|
INLEIDING |
|
|
|
|
|
|
|
|
VOORBEREDINGEN |
|
|
|
|
|
BASISBEDIENING |
|
|
|
|
|
|
|
|
GELUIDSVELDPROGRAMMA’S |
|
|
|
|
|
|
|
|
BEDIENING |
GEAVANCEERDE |
|
|
|
|
|
|
|
INFORMATIE |
AANVULLENDE |
|
|
|
|
|
|
|
Nederlands |
|
|
|
|
1
KENMERKEN
Ingebouwde 7-kanaals eindversterker
Minimum RMS uitgangsvermogen (0,04% THV, 20 Hz – 20 kHz, 8 Ω)
Voor: 130 W + 130 W Midden: 130 W Surround: 130 W + 130 W
Surround Achter: 130 W + 130 W
Kenmerken geluidsveld
Zelf ontwikkelde YAMAHA technologie voor de creatie van geluidsvelden
THX Select
Dolby Digital/Dolby Digital EX decoder
DTS/DTS-ES Matrix 6.1, Discrete 6.1, DTS Neo:6 decoder, DTS 96/24
Dolby Pro Logic/Dolby Pro Logic II/Dolby Pro Logic IIx decoder
Virtual CINEMA DSP
SILENT CINEMA™
Verfijnde AM/FM tuner
40 Gemakkelijk toegankelijke voorkeuzezenders
Automatisch voorprogrammeren
Wijzigen van voorkeuzezenders (Bewerken voorkeuzezenders)
RDS: Radio Data Systeem ontvangst (alleen modellen voor Europa en het V.K.)
Overige kenmerken
YPAO: YAMAHA Parametric Room Acoustic Optimizer voor automatische instelling van uw luidsprekers
192-kHz/24-bits D/A converter
GUI (graphische gebruikersinterface) menusysteem waarmee u dit toestel optimaal kunt aanpassen aan uw audio/videosysteem
6 of 8 extra ingangsaansluitingen voor gescheiden multikanaals signalen
Beknopte meldfunctie
PURE DIRECT voor onversneden, natuurgetrouwe weergave van analoge en PCM bronnen
S-Video in-/uitgangsaansluitingen
Component video in-/uitgangsaansluitingen
Videosignaal conversie (composiet video ↔ S-Video → component video) mogelijk voor de monitor uitgang
Optische en coaxiale digitale audio-aansluitingen
Slaaptimer
Cinema en Muziek Middernacht luisterfuncties
Afstandsbediening met voorgeprogrammeerde afstandsbedieningscodes en Leer-/Macrofunctie
Zone 2/Zone 3 aangepaste installatie mogelijk (alleen bij modellen voor de V.S., Canada Europa, het V.K. en Australië)
•ygeeft een bedieningstip aan.
•Sommige handelingen kunnen zowel worden uitgevoerd met de toetsen op het toestel zelf als met de afstandsbediening. Als de naam van een toets op de afstandsbediening verschilt van die op het toestel zelf, zal de naam van de betreffende toets op de afstandsbediening tussen haakjes vermeld worden.
•Deze handleiding is gedrukt voor uw toestel geproduceerd werd. Daarom kunnen ontwerp en specificaties gewijzigd zijn als gevolg van verbeteringen enz. Als de handleiding en het product van elkaar verschillen, heeft het product de prioriteit.
Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories.
“Dolby”, “Pro Logic”, “Surround EX” en het dubbele-D symbool zijn handelsmerken van Dolby Laboratories.
“SILENT CINEMA” is een handelsmerk van YAMAHA CORPORATION.
“DTS”, “DTS-ES”, “Neo:6” en “DTS 96/24” zijn handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc.
THX en het THX logo zijn gedeponeerde handelsmerken van THX Ltd. Surround EX is een gezamenlijk door THX en Dolby Laboratories, Inc. ontwikkelde technologie en is een handelsmerk van Dolby Laboratories, Inc. Alle rechten voorbehouden. Gebruikt met toestemming.
2
VAN START
Meegeleverde accessoires
Controleer of u alle volgende onderdelen inderdaad ontvangen hebt.
Afstandsbediening |
Batterijen (4) |
Netsnoer |
|||||
|
|
|
|
|
(AAA, LR03) |
|
|
|
|
|
|
SYSTEM |
|
|
|
POWER |
POWER |
STANDBY |
POWER |
|
|
||
TV |
AV |
|
|
|
|
|
|
A |
B |
INPUT MODE |
SLEEP |
|
|
||
PHONO |
TUNER |
CD |
|
MULTI CH IN |
|
|
|
V-AUX |
CBL/SAT |
MD/TAPE |
CD-R |
|
|
||
DTV |
VCR 1 |
DVR/VCR2 |
DVD |
|
|
||
|
|
|
|
SELECT |
Sleutel voor de |
|
|
+ |
+ |
|
+ |
|
Optimalisatie-microfoon |
||
|
AMP |
luidspreker-aansluitingen |
|||||
TV VOL |
CH |
VOL |
SOURCE |
|
|
||
|
|
|
|||||
– |
– |
|
– |
TV |
|
|
|
|
A / B / C / D / E |
|
|
|
|
|
|
TV MUTE |
TV INPUT |
MUTE |
|
|
|
||
TOP |
|
EXIT |
|
PURE DIRECT |
|
|
|
TITLE |
|
MENU |
|
|
|
||
|
|
|
|
NIGHT |
|
|
|
|
ENTER |
|
|
AUDIO |
|
|
|
|
|
|
|
STRAIGHT |
|
|
|
RETURN |
|
DISPLAY |
|
75 Ohm/300 Ohm |
|
||
STEREO |
MUSIC |
ENTERTAIN |
MOVIE |
|
|||
|
|
|
|
EFFECT |
|
|
|
1 |
2 |
3 |
|
4 |
antenne-adapter |
AM ringantenne |
|
THX |
STANDARD |
SELECT |
EXTD. SUR |
||||
(alleen bij modellen |
|||||||
5 |
6 |
7 |
|
8 |
|
||
9 |
0 |
+10 |
|
ENT. |
voor het V.K.) |
|
|
1 MEMORY 2 |
A |
SPEAKERS B |
|
|
|||
FREQ/RDS |
EON |
MODE |
PTY SEEK START |
|
|
||
REC |
|
|
|
|
|
|
|
DISC SKIP |
|
|
|
|
|
|
|
OFF ON |
MACRO LEARN CLEAR RE–NAME |
|
|
FM binnenantenne (modellen voor de V.S., Canada, China, Korea, Azië en algemene modellen)
FM binnenantenne (modellen voor het V.K., Europa en Australië)
INLEIDING
Inzetten van batterijen in de afstandsbedieningen
2 1
3
1Druk op en schuif het klepje van het batterijvak.
2Doe de vier meegeleverde batterijen (AAA, LR03) in het batterijvak, in overeenstemming met de polariteitsaanduidingen binnenin.
3Schuif het klepje terug op zijn plaats tot het vastklikt.
Opmerkingen over batterijen
•Vervang alle batterijen tegelijk als u merkt dat bijvoorbeeld het bereik van de afstandsbediening afneemt, de indicator niet knippert of dat de indicator of het uitleesvenster zwakker worden.
•Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar.
•Gebruik geen verschillende soorten batterijen door elkaar (alkali en gewone (mangaan) batterijen bijvoorbeeld). Lees de informatie op de verpakking aandachtig door, want de verschillende soorten batterijen kunnen erg op elkaar lijken.
•Als de batterijen zijn gaan lekken, moet u ze onmiddellijk weggooien. Raak het uit de batterijen gelekte materiaal niet aan en zorg ervoor dat het niet op uw kleding enz. komt. Maak het batterijvak goed schoon voor u er nieuwe batterijen in doet.
•Gooi batterijen niet weg met het gewone afval; gooi batterijen alleen weg in overeenstemming met de plaatselijke regelgeving, dus als klein chemisch afval.
Als de afstandsbediening langer dan 2 minuten zonder batterijen zit, of als er lege batterijen in zitten, zal het geheugen gewist worden. Wanneer het geheugen gewist is, dient u nieuwe batterijen in de afstandsbediening te doen en moet u eventueel ingevoerde functies opnieuw programmeren.
Nederlands
3
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Voorpaneel
1 |
2 |
3 |
4 5 6 7 8 |
9 |
0 |
(Modellen voor de V.S.)
VOLUME
INPUT
PURE DIRECT
|
STANDBY |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
/ON |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
SOURCE/ |
|
|
PRESET/ |
PRESET |
|
|
TUNING |
|
ZONE ON/OFF |
|
|
PROGRAM |
|
|
|
|
|
REMOTE |
|
A/B/C/D/E |
TUNING |
/TUNING |
FM/AM |
MEMORY |
MODE |
|
MAIN |
ZONE 2 |
|
|
|
|
|
|
|
DVD |
MD/TAPE |
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
|
DTV |
CD-R |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
SPEAKERS |
MULTI CH |
CBL/SAT |
TUNER |
|
|
EDIT |
|
MAN'L/AUTO FM |
AUTO/MAN'L MONO |
|
|
|
TONE CONTROL |
|
STRAIGHT |
|
|
INPUT MODE |
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
A |
B |
INPUT |
VCR 1 |
CD |
|
|
SILENT CINEMA |
S VIDEO |
VIDEO |
L AUDIO |
R |
OPTICAL |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|||||||||
|
|
|
DVR/ |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
VCR2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
YPAO |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
EFFECT |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
REC OUT/ZONE 2 |
OPTIMIZER |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
MIC |
|
PHONES |
|
|
VIDEO AUX |
|
|
|
|
|
|
|
|
A B C D E F G H I |
|
|
J K |
L M |
N |
|||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
RDS MODE |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
/FREQ |
EON |
PTY SEEK |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
MODE |
START |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
O |
P |
Q R |
|
(Alleen modellen voor het V.K. en Europa)
1 STANDBY/ON
Hiermee zet u het toestel aan of uit (standby). Wanneer u het toestel aan zet, hoort u een klik, waarna het 6 a 7 seconden duurt voor er geluid wordt weergegeven.
Opmerking
Wanneer het toestel uit (standby) staat, wordt er nog steeds een heel klein beetje stroom verbruikt zodat er gereageerd kan worden op de infraroodsignalen van de afstandsbediening.
2 INPUT keuzeknop
Hiermee kunt u kiezen naar welke signaalbron u wilt luisteren of kijken.
3 PURE DIRECT
Hiermee zet u de PURE DIRECT weergavefunctie aan of uit. Licht op indien ingeschakeld (zie bladzijde 37).
4 Display voorpaneel
Hierop wordt informatie getoond over de bediening en de toestand waarin het toestel zich bevindt.
5 PRESET/TUNING EDIT
Hiermee schakelt u PRESET/TUNING l/ hheen en weer tussen voorkeuzezenders en gewoon afstemmen.
6 FM/AM
Hiermee schakelt u heen en weer tussen de FM en AM radiobanden.
7 MEMORY (MAN’L/AUTO FM)
Hiermee kunt u een zender in het geheugen opslaan. Houd deze toets tenminste 3 seconden ingedrukt om het automatisch voorprogrammeren te laten beginnen.
8TUNING MODE (AUTO/MAN’L MONO)
Hiermee schakelt u heen en weer tussen automatisch afstemmen (“AUTO” indicator aan) en handmatig afstemmen (“AUTO” indicator uit).
9Sensor voor de afstandsbediening
Deze ontvangt de signalen van de afstandsbediening.
0 VOLUME
Hiermee kunt u het volume (uitgangsniveau) van alle audiokanalen tegelijk instellen.
Dit heeft geen invloed op het REC OUT niveau.
A SPEAKERS A/B
Met elke druk op de bijbehorende toets zet u de set voorluidsprekers aangesloten op de A en/of B aansluitingen op het achterpaneel aan of uit.
4
B MULTI CH INPUT
Hiermee selecteert u de met de MULTI CH INPUT aansluitingen verbonden signaalbron. Indien geselecteerd, zal de MULTI CH INPUT signaalbron voorrang krijgen over een met INPUT (of met de ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening) geselecteerde signaalbron.
C INPUT MODE
Hiermee bepaalt u uw voorkeur (AUTO, DTS, ANALOG) voor het soort signaal dat u wilt weergeven wanneer een bepaalde component verbonden is met twee of meer van de ingangsaansluitingen (zie bladzijde 39) van dit toestel.
DREC OUT/ZONE 2
(Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië)
Hiermee selecteert u de bron waarvan u de signalen naar de audio/videorecorder en ZONE 2 wilt sturen, ongeacht de signaalbron waarnaar u luistert of kijkt in de hoofdruimte. In de SOURCE/REMOTE stand zal de signaalbron via alle uitgangen worden gereproduceerd. De signaalbron voor Zone 2 en de bron waarvan wordt opgenomen zijn altijd identitiek
REC OUT (overige modellen)
Hiermee selecteert u de bron waarvan u de signalen naar de audio/videorecorder wilt sturen, ongeacht de signaalbron waarnaar u luistert of kijkt. In de SOURCE/REMOTE stand zal de signaalbron via alle uitgangen worden gereproduceerd.
E OPTIMIZER MIC aansluiting
Hierop kunt u de meegeleverde microfoon aansluiten voor gebruik met de AUTO SETUP functie (zie bladzijde 26).
F A/B/C/D/E
Hiermee kunt u één van de 5 voorkeuzegroepen selecteren (A t/m E).
G PRESET/TUNING l / h
Hiermee stelt u één van de voorkeuzezenders 1 t/m 8 in wanneer er op het display op het voorpaneel naast de radioband een dubbele punt (:) te zien is.
U stemt hiermee af op de gewenste frequentie wanneer de dubbele punt (:) niet getoond wordt.
H PHONES (SILENT CINEMA) aansluiting
Deze aansluiting produceert audiosignalen waarnaar u kunt luisteren met een hoofdtelefoon. Wanneer u een hoofdtelefoon aansluit, zullen er geen signalen worden gereproduceerd via de PRE OUT aansluitingen of de luidsprekers.
Alle Dolby Digital en DTS audiosignalen worden teruggemengd naar de linker en rechter voorkanalen.
IVIDEO AUX aansluitingen
Via deze audioen video-aansluitingen kunt u een externe signaalbron zoals een spelcomputer aansluiten. Om de signalen die via deze aansluitingen binnenkomen weer te geven, dient u V-AUX in te stellen als signaalbron.
J ZONE ON/OFF (MAIN)
(Alleen modellen voor de V.S., Canada en Australië)
Hiermee zet u het hoofdtoestel aan of uit (standby) (zie bladzijde 83).
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
KZONE ON/OFF (ZONE 2)
(Alleen modellen voor de V.S., Canada en Australië)
Hiermee zet u Zone 2 aan of uit (standby) (zie bladzijde 83).
L TONE CONTROL
Hiermee kunt u de weergave van de lage en hoge tonen regelen voor de linker, rechter en midden voorkanalen (zie bladzijde 34).
M PROGRAM
Hiermee kunt u geluidsveldprogramma’s selecteren of de weergave van de lage/hoge tonen regelen (samen met TONE CONTROL).
N STRAIGHT/EFFECT
Hiermee zet u de geluidsvelden aan of uit. Wanneer STRAIGHT is geselecteerd zullen de ingangssignalen (2-kanaals of multikanaals) direct, onveranderd worden weergegeven via de bijbehorende luidsprekers, zonder enig toegevoegd effect.
■Alleen bij modellen voor het V.K. en Europa
O RDS MODE/FREQ
Druk op deze toets wanneer het toestel een RDS zender ontvangt om te schakelen tussen de PS functie, PTY functie, RT functie, CT functie (als de zender deze RDS gegevens verzorgt) en/of het frequentiedisplay (zie bladzijde 44).
P EON
Druk op deze toets om automatisch af te stemmen op een radioprogramma van het door u gewenste type (NEWS, INFO, AFFAIRS, SPORT) (zie bladzijde 46).
Q PTY SEEK MODE
Druk op deze toets om het toestel in de PTY SEEK functie te zetten (zie bladzijde 45).
R PTY SEEK START
Druk op deze toets om het zoeken naar een geschikte zender te laten beginnen nadat u het gewenste programmatype heeft geselecteerd in de PTY SEEK functie (zie bladzijde 45).
■ Open en dicht doen van de klep in het voorpaneel
Wanneer u de bedieningsorganen achter het klepje wilt gebruiken, kunt u dit openen door zachtjes op het onderste deel van het paneel te drukken. Houd het klepje dicht wanneer u deze bedieningsorganen niet nodig heeft.
Druk voorzichtig tegen het onderste deel om het klepje te openen.
INLEIDING
Nederlands
5
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Afstandsbediening
In dit hoofdstuk worden de functies van de toetsen op de bij dit toestel behorende afstandsbediening beschreven. Zie “KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING” op bladzijde 69 als u andere componenten wilt kunnen bedienen.
1 |
|
|
|
|
|
E |
2 |
POWER |
POWER |
STANDBY |
SYSTEM |
|
|
|
POWER |
|
||||
|
TV |
AV |
|
|
|
F |
|
A |
B |
INPUT MODE |
SLEEP |
G |
|
|
H |
|||||
|
|
|
|
|
|
|
|
PHONO |
TUNER |
CD |
MULTI CH IN |
I |
|
|
|
|
|
|
|
|
3 |
V-AUX |
CBL/SAT |
MD/TAPE |
CD-R |
|
|
|
DTV |
VCR 1 |
DVR/VCR2 |
DVD |
|
|
4 |
|
|
|
|
SELECT |
J |
5 |
|
PRESET |
|
|
AMP |
K |
|
+ |
+ |
|
+ |
|
|
|
|
|
L |
|||
6 |
TV VOL |
CH |
|
VOL |
SOURCE |
|
|
|
|
||||
|
– |
– |
|
– |
TV |
|
7 |
|
A / B / C / D / E |
|
|
|
M |
|
TV MUTE |
TV INPUT |
MUTE |
|
||
|
TOP |
|
EXIT |
PURE DIRECT |
N |
|
8 |
TITLE |
|
MENU |
|
||
|
|
|
|
|
NIGHT |
O |
9 |
|
|
|
|
P |
|
|
ENTER |
|
|
AUDIO |
||
|
|
|
|
|
STRAIGHT |
Q |
0 |
|
|
|
|
R |
|
RETURN |
|
DISPLAY |
|
|||
|
|
|
|
|
EFFECT |
|
|
STEREO |
MUSIC |
ENTERTAIN |
MOVIE |
|
|
A |
1 |
2 |
3 |
|
4 |
|
THX |
STANDARD |
SELECT |
EXTD. SUR |
|
||
|
S |
|||||
|
5 |
6 |
7 |
|
8 |
|
B |
1 MEMORY 2 |
A |
SPEAKERS B |
|
||
9 |
0 |
+10 |
ENT. |
t |
||
|
FREQ/RDS |
EON |
MODE |
PTY SEEK START |
X |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
REC |
|
|
|
|
|
|
DISC SKIP |
|
|
|
|
|
C |
OFF ON |
MACRO LEARN |
CLEAR RE–NAME |
U |
||
|
|
|
|
|
V |
|
|
|
|
|
|
|
|
D |
|
|
|
|
|
W |
1 Infrarood venster
Hiervandaan worden de infraroodsignalen verzonden. Richt dit venster op de component die u wilt bedienen.
2 Zendindicator
Knippert wanneer de afstandsbediening signalen aan het uitzenden is.
3 Ingangskeuzetoetsen
Hiermee selecteert u de weer te geven signaalbron en bepaalt u welke set bedieningstoetsen gebruikt wordt.
4 Uitleesvenster
Toont de naam van de geselecteerde signaalbron die u wilt bedienen.
5 PRESET +/–
In de tunerfunctie selecteert u hiermee voorkeuzezenders.
6 LIGHT toets
Druk hierop om de toetsen van de afstandsbediening en het uileesvenster te verlichten.
7 A/B/C/D/E
In de tunerfunctie selecteert u hiermee groepen voorkeuzezenders.
8 TOP
Hiermee stelt u de grafische gebruikersinterface (GUI) in voor uw beeldscherm.
9 Cursortoetsen k / n / l / h / ENTER
Hiermee kunt u DSP programma parameters of GUI menu-items selecteren en instellen.
0 RETURN
Terug naar de directory boven in de menufunctie voor het display op het voorpaneel.
AGeluidsveldprogramma/cijfertoetsen
Hiermee kunt u geluidsveldprogramma’s selecteren of cijfers invoeren.
Wanneer het toestel in de tunerfunctie staat, kunt u met de cijfertoetsen 1 t/m 8 direct voorkeuzezenders selecteren.
BMEMORY 1/2
Hiermee kunt u uw favoriete geluidsveldprogramma’s, YPAO instellingen of extra voorkeuzezenders oproepen (zie bladzijde 68).
C MACRO ON/OFF
Hiermee zet u de macro-functie aan of uit.
D MACRO
Met deze toets kunt u een reeks handelingen onder een enkele toets programmeren (zie bladzijde 75).
E STANDBY
Hiermee zet u het toestel uit (standby).
FSYSTEM POWER
Hiermee zet u het toestel aan.
GINPUT MODE
Hiermee bepaalt u uw voorkeur (AUTO, DTS, ANALOG) voor het soort signaal dat u wilt weergeven wanneer een bepaalde component verbonden is met twee of meer van de ingangsaansluitingen (zie bladzijde 39) van dit toestel.
H SLEEP
Hiermee kunt u de slaaptimer instellen.
6
I MULTI CH IN
Hiermee selecteert u de MULTI CH INPUT functie bij gebruik van een externe decoder (enz.).
J SELECT k / n
Hiermee kunt u een andere component selecteren die u onafhankelijk van de met de ingangskeuzetoetsen geselecteerde signaalbron kunt bedienen.
K VOL +/–
Hiermee verhoogt of verlaagt u het volume.
L AMP/SOURCE/TV
Hiermee selecteert u de component die wilt bedienen met de afstandsbediening.
AMP: In deze stand kunt u dit toestel bedienen. SOURCE: In deze stand kunt u de met de ingangskeuzetoetsen geselecteerde component bedienen. TV: In deze stand kunt u de televisie bedienen.
Zie bladzijde 70 voor het instellen van de afstandsbedieningscodes voor uw componenten.
M MUTE
Deze toets schakelt u de geluidsweergave tijdelijk uit. Druk nog eens op deze toets om de geluidsweergave op het oorspronkelijke volume voort te zetten.
N PURE DIRECT
Hiermee zet u de PURE DIRECT weergavefunctie aan of uit (zie bladzijde 37).
O EXIT
Hiermee kunt u de graphische gebruikersinterface (GUI) afsluiten.
P NIGHT
Hiermee kunt u de middernacht luisterfuncties aan of uit zetten (zie bladzijde 37).
Q DISPLAY
Hiermee schakelt u de menufunctie voor het display op het voorpaneel in.
R STRAIGHT/EFFECT
Hiermee zet u de geluidsvelden aan of uit. Wanneer STRAIGHT is geselecteerd zullen de ingangssignalen (2-kanaals of multikanaals) direct, onveranderd worden weergegeven via de bijbehorende luidsprekers, zonder enig toegevoegd effect.
S EXTD. SUR
Schakelt tussen 5.1- en 6.1/7.1-kanaals weergave van multikanaals materiaal.
T SPEAKERS A/B
Met elke druk op de bijbehorende toets zet u de set voor-luidsprekers aangesloten op de A en/of B aansluitingen op het achterpaneel aan of uit.
U RE-NAME
Hiermee kunt u de naam van de signaalbron in het uitleesvenster veranderen (zie bladzijde 74).
V CLEAR
Hiermee kunt u dingen wissen bij de leeren macrofuncties en bij het veranderen van de getoonde namen, of bij het instellen van afstandsbedieningscodes (zie bladzijde 77).
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
W LEARN
Hiermee kunt u afstandsbedieningscodes instellen of functies overnemen van andere afstandsbedieningen (zie bladzijde 72).
■Alleen bij modellen voor het V.K. en Europa
X RDS afstemtoetsen
(Beschikbaar wanneer dit toestel in de tunerfunctie staat)
FREQ/RDS
Druk op deze toets wanneer het toestel een RDS zender ontvangt om te schakelen tussen de PS functie, PTY functie, RT functie, CT functie (als de zender deze RDS gegevens verzorgt) en/of het frequentiedisplay (zie bladzijde 44).
EON
Druk op deze toets om automatisch af te stemmen op een radioprogramma van het door u gewenste type (NEWS, INFO, AFFAIRS, SPORT) (zie bladzijde 46).
PTY SEEK MODE
Druk op deze toets om het toestel in de PTY SEEK functie te zetten (zie bladzijde 45).
PTY SEEK START
Druk op deze toets om het zoeken naar een geschikte zender te laten beginnen nadat u het gewenste programmatype heeft geselecteerd in de PTY SEEK functie (zie bladzijde 45).
INLEIDING
Nederlands
7
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Gebruiken van de afstandsbediening
De afstandsbediening zendt een gerichte infraroodstraal uit. Richt de afstandsbediening op de sensor op het toestel dat u wilt bedienen.
Ongeveer 6 m
30 30
■ Omgaan met de afstandsbediening
•Mors geen water of andere vloeistoffen op de afstandsbediening.
•Laat de afstandsbediening niet vallen.
•Laat de afstandsbediening niet liggen en bewaar hem niet op de volgende plekken:
–zeer vochtige plekken, bijvoorbeeld bij een bad
–plekken waar de temperatuur hoog kan oplopen, zoals naast de verwarming of kachel
–zeer koude plekken
–stoffige plekken
8
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Display voorpaneel
1 |
|
|
|
2 |
|
3 |
4 |
|
5 |
6 |
|
|
7 8 |
|
9 |
INLEIDING |
|
24 |
DISCRETE |
DVR/VCR2 |
VIRTUAL |
A B |
CINEMA |
DTV |
DVD |
HiFi DSP |
PTY HOLD MEMORY TUNED |
|
dB |
||||
|
V–AUX |
VCR 1 |
CBL/SAT |
MD/TAPE |
CD–R |
CD |
TUNER |
PHONO |
|
|||||||
|
96 |
MATRIX |
|
NIGHT |
SP |
SILENT |
|
|
YPAO |
PS PTY RT CT EON AUTO STEREO |
|
|
|
|||
THX |
DIGITAL |
ZONE2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
MUTE VOLUME |
|
||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
96/24 |
|
|
||||
PCM |
PL |
PL |
ZONE3 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
ft |
|
L C R |
|
|
EX |
PL x |
ZONE4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
mS |
LFE |
SL SB SR |
|
|
SLEEP |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
dB |
|
||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||
0 A |
|
|
B |
C |
D E F |
|
G |
H |
|
I J K L |
MNO |
|
P (Alleen modellen voor de V.S., |
Q (Alleen modellen voor het V.K. |
Canada, Europa, het V.K. en |
en Europa) |
Australië) |
|
1 Decoder indicators
Wanneer één van de decoders van dit toestel in werking is, zal de bijbehorende indicator oplichten.
2 Geluidsveld indicators
Lichten op om aan te geven welke DSP geluidsvelden er in werking zijn.
DSP aanwezigheidsgeluidsveld
|
Luisterplek |
Linker surround DSP |
Rechter surround |
geluidsveld |
DSP geluidsveld |
Surround/achter surround DSP geluidsveld
3 NIGHT indicator
Licht op wanneer u de nacht-luisterfunctie selecteert.
4 Signaalbron indicators
Een cursorstreepje geeft aan welke signaalbron wordt weergegeven.
5 CINEMA DSP indicator
Licht op wanneer u een CINEMA DSP geluidsveldprogramma selecteert.
6 YPAO indicator
Licht op tijdens de automatische set-up en wanneer de automatische luidspreker-instellingen onveranderd worden gebruikt.
7 AUTO indicator
Licht op wanneer dit toestel in de automatische afstemfunctie staat.
8 STEREO indicator
Licht op wanneer het toestel een sterk FM stereosignaal ontvangt en de AUTO indicator brandt.
9 VOLUME niveauaanduiding
Hiermee wordt het volumeniveau aangegeven.
0 THX indicator
Licht op wanneer er een THX programma is geselecteerd.
A PCM indicator
Licht op wanneer dit toestel PCM (pulscode modulatie) digitale audiosignalen weergeeft.
B SLEEP indicator
Licht op wanneer de slaaptimer is ingeschakeld.
C VIRTUAL indicator
Licht op wanneer Virtual CINEMA DSP in werking is (zie bladzijde 38).
D Hoofdtelefoon indicator
Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten.
E SP A B indicators
Lichten op om aan te geven welke set voor-luidsprekers is geselecteerd. Beide indicators lichten op wanneer u beide sets luidsprekers heeft geselecteerd of bij dubbele aansluiting van een enkele set.
F SILENT CINEMA indicator
Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten en er een geluidsveldprogramma is geselecteerd (zie bladzijde 34).
G Multifunctioneel display
Toont de naam van het huidige geluidsveldprogramma en andere gegevens bij het invoeren of wijzigen van instellingen.
H HiFi DSP indicator
Licht op wanneer u een HiFi DSP geluidsveldprogramma selecteert.
I MEMORY indicator
Knippert ten teken dat een zender kan worden opgeslagen.
J TUNED indicator
Licht op wanneer dit toestel is afgestemd op een zender.
K MUTE indicator
Knippert wanneer de MUTE functie (tijdelijk uitschakelen geluidsweergave) is ingeschakeld.
Nederlands
9
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
L 96/24 indicator
Licht op wanneer dit toestel een DTS 96/24 signaal ontvangt.
M LFE indicator
Licht op wanneer het ingangssignaal een LFE signaal bevat.
N Indicators ingangskanalen
Deze geven aan uit welke kanalen het huidige digitale ingangssignaal bestaat.
OAanwezigheidsen surround achterluidspreker indicators
Deze geven aan of er aanwezigheidsen/of achter surround luidsprekers zijn aangesloten bij gebruik van de Auto Setup instelling (bladzijde 26) of de Speaker Level instelling (bladzijde 64).
P ZONE 2/ZONE 3 indicators
(Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië)
Licht op wanneer de Zone 2 of Zone 3 functie wordt gebruikt.
Q RDS indicators
(Alleen modellen voor het V.K. en Europa)
De RDS gegevens die worden verzorgd door de RDS zender waar op dit moment op is afgestemd zullen oplichten.
EON licht op wanneer er is afgestemd op een RDS zender die EON gegevens aanbiedt.
PTY HOLD licht op wanneer er met de PTY SEEK zoekfunctie naar zenders wordt gezocht.
10
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Achterpaneel
1 |
|
|
2 |
|
3 |
|
|
4 |
|
56 |
|
|
7 |
|
|
8 |
|
|
|
||
DIGITAL OUTPUT |
|
|
TUNER |
VIDEO |
AUDIO |
|
AUDIO |
|
|
|
|
REMOTE |
|
CONTROL OUT |
|
|
|||||
OPTICAL |
|
|
|
S VIDEO |
VIDEO |
R |
L |
R |
L |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
MD/TAPE |
|
|
|
|
|
|
|
IN |
|
|
|
|
1 |
|
|
2 |
1 |
2 |
|
|
|
|
|
|
FM ANT |
|
DVD |
|
|
(PLAY) |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||
|
|
|
|
|
|
|
|
MD/TAPE |
|
|
|
|
IN |
OUT |
IN |
OUT |
+12V 15mA MAX. |
|
|
||
CD-R |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
+ |
– |
A |
– |
|
+ |
|
|
|
|
|
|
|
75Ω |
|
|
|
|
|
|
|
|
R |
|
L |
|
|
|||||
|
|
|
|
DTV |
|
|
OUT |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||
|
|
|
UNBAL. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
(REC) |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
IN |
|
GND |
RS-232C |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
CD |
|
|
|
|
|
|
|
(PLAY) |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||
|
|
|
|
CBL/ |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
SAT |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
CENTER |
|
|
|
GND |
|
|
|
|
CD-R |
|
|
|
FRONT |
– |
|
– |
|
+ |
|
– |
||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
+ |
B |
|
|
+ |
||||||
DVD |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
AM |
|
IN |
|
|
OUT |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
ANT |
|
|
|
|
(REC) |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
VCR 1 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
DTV |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
FRONT |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
COMPONENT VIDEO |
|
OUT |
|
|
CD |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|||
|
Y |
PB |
PR |
|
|
|
|
PHONO |
|
R |
L |
|
|
|
SURROUND |
|
|
|
|
|
|
CBL/SAT |
DVD |
|
|
|
|
|
|
|
|
R |
+ |
– |
|
– |
|
+ |
L |
|
|
||
|
|
|
|
|
IN |
|
|
|
|
SURROUND |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||
|
|
|
|
|
DVR/VCR 2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
R |
L |
|
|
|
|
|
|
|
FRONT (6 ch)/ SB (8 ch) |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||
|
DTV |
|
|
|
|
|
|
R |
L |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||
|
|
|
|
OUT |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
SUB WOOFER |
CENTER |
|
|
|
|
|
|
|
|
+ |
|
|
CD |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
CBL/ |
|
|
|
ZONE 2 |
|
|
SURROUND |
|
|
|
R |
+ |
– |
|
– |
|
+ |
L |
|
|
|
SAT |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||
DVD |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
SINGLE |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
(SB) |
|
|
|
|
|
|
|
|
– |
|
|
|
MONITOR |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
OUT |
|
|
|
|
|
|
|
|
R |
L |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
DVR/ |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
SURROUND BACK |
SINGLE |
|
PRESENCE/ZONE 2 |
||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
SURROUND BACK /PRESENCE |
|
|
|
|||||||||
VCR 2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
PRE OUT |
|
|
|
SPEAKERS |
|
|
|
|
|
||
COAXIAL |
|
|
|
MONITOR |
ZONE 3 |
|
SUB WOOFER |
CENTER |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
DIGITAL INPUT |
|
|
|
|
|
OUTPUT |
|
MULTI CH INPUT |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
9 0
AC IN
AC OUTLETS |
INLEIDING
A B C
1DIGITAL OUTPUT aansluitingen
Zie bladzijde 21 voor details.
2Antenne-aansluitingen
Zie bladzijde 23 voor meer informatie over deze aansluitingen.
(Modellen voor de V.S.)
D E F
9 AC OUTLET(S)
Hiermee kunt eventueel andere A/V componenten van stroom voorzien (zie bladzijde 24).
0 AC INLET
Steek hier het meegeleverde netsnoer in (zie bladzijde 24).
3 Aansluitingen voor video-apparatuur
Zie de bladzijden 18 en 20 voor meer informatie over deze aansluitingen.
4 Aansluitingen voor audio-apparatuur
Zie bladzijde 21 voor meer informatie over deze aansluitingen.
5 Haak voor de luidspreker-aansluitingensleutel
Hier kunt u de luidspreker-aansluitingensleutel opbergen
A DIGITAL INPUT aansluitingen
Zie de bladzijden 18, 20 en 21 voor details.
B ZONE 2/ZONE 3 OUTPUT aansluitingen (Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië)
Zie bladzijde 81 voor details.
wanneer u deze niet gebruikt. |
C MULTI CH INPUT aansluitingen |
|
6 RS-232C aansluiting |
Zie bladzijde 19 voor meer informatie over deze |
|
aansluitingen. |
||
(Alleen modellen voor de V.S., Canada, |
||
|
Europa, het V.K. en Australië)
Dit is een aansluiting voor uitbreidingen voor handelsdoeleinden. Raadpleeg uw dealer voor details hieromtrent.
7REMOTE 1/2 IN/OUT aansluitingen (Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië)
Zie bladzijde 81 voor details.
8CONTROL OUT aansluitingen
(Alleen modellen voor de V.S., Canada,
Europa, het V.K. en Australië)
Dit zijn bedieningsaansluitingen voor handelsdoeleinden.
D PRE OUT aansluitingen
Zie bladzijde 22 voor meer informatie over deze aansluitingen.
E Luidspreker-aansluitingen
Zie bladzijde 13 voor meer informatie over deze aansluitingen.
FPRESENCE/ZONE 2 luidsprekeraansluitingen
(Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië)
PRESENCE luidspreker-aansluitingen (Overige modellen)
Zie bladzijde 13 voor meer informatie over deze aansluitingen.
Nederlands
11
+
LUIDSPREKER SETUP
Opstelling van de luidsprekers
Voor de beste resultaten dient u de luidsprekers op te stellen zoals hieronder staat aangegeven.
PL |
PR |
|
C |
FL |
FR |
30˚
SL |
|
SR |
|
|
60˚ |
SL |
80˚ |
SR |
|
SBL |
SBR |
Meer dan 30 cm
.
1,8 m |
1,8 m |
y
De illustraties tonen de standaard luidsprekeropstelling zoals aanbevolen door de ITU-R (zie bladzijde 102). Met deze opstelling profiteert u optimaal van CINEMA DSP, multikanaals audio en THX weergave.
Voor-luidsprekers (FR en FL)
De voor-luidsprekers worden gebruikt voor weergave van het hoofdkanaal plus effecten. Plaats deze luidsprekers op gelijke afstand van uw luisterplek. De afstanden van deze luidsprekers tot het beeldscherm moeten ook gelijk zijn.
Midden-luidspreker (C)
De midden-luidspreker is voor weergave van het middenkanaal (dialoog, vocalen enz.). Als het om de een of andere reden niet mogelijk is om een midden-luidspreker te gebruiken, kunt u ook zonder. De beste resultaten krijgt u echter met een volledig systeem. Zorg ervoor dat de voorkant van de midden-luidspreker in lijn ligt met de voorkant van uw beeldscherm. Plaats deze luidspreker midden tussen de voor-luidsprekers en zo dicht mogelijk bij het beeldscherm, bijvoorbeeld direct erboven of eronder.
Surround-luidsprekers (SR en SL)
De surround-luidsprekers worden gebruikt voor omhullende surroundweergave en effecten. Plaats deze luidsprekers achter uw luisterplek, een beetje naar binnen gericht en ongeveer 1,8 m van de vloer.
Surround achter-luidsprekers (SBR en SBL)
De surround achter-luidsprekers geven een aanvulling op de surround-luidsprekers en zorgen voor realistischer overgangen van voor naar achter. Plaats deze luidsprekers direct achter de luisterplek en op dezelfde hoogte als de surround-luidsprekers. Deze luidsprekers moeten tenminste 30 cm uit elkaar worden geplaatst. In het ideale geval zou u ze op dezelfde afstand uit elkaar moeten plaatsen als de voor-luidsprekers.
Subwoofer
Een subwoofer, zoals het YAMAHA Active Servo Processing Subwoofer System, zorgt niet alleen voor een effectieve versterking van de lage tonen in de diverse weergavekanalen, maar ook voor een natuurgetrouwe reproductie van het LFE (lage frequentie effecten) kanaal in Dolby Digital en DTS geluidsmateriaal. De opstelling van de subwoofer is niet zo belangrijk, want de zeer lage tonen zijn niet erg richtingsgevoelig. U kunt de subwoofer het beste in de buurt van de voor-luidsprekers plaatsen. Richt hem een beetje naar het midden van de ruimte om weerkaatsing via de wanden te verminderen.
Aanwezigheidsluidsprekers (PR en PL)
De zogenaamde ‘aanwezigheids’-luidsprekers geven een aanvulling op de weergave via de voor-luidsprekers met extra omgevingseffecten geproduceerd door CINEMA DSP (zie bladzijde 48). Deze effecten bestaan onder meer uit geluiden die de filmmakers een stukje verder achter het scherm willen plaatsen voor een groter bioscoopeffect. Plaats deze luidsprekers voor in de ruimte, ongeveer 0,5 - 1 m buiten de voor-luidsprekers, een beetje naar binnen gericht en ongeveer 1,8 m van de vloer.
Opmerking
De surround-achter en de zogenaamde aanwezigheidsluidsprekers kunnen niet tegelijkertijd geluid weergeven. Via het Sound menu (zie bladzijde 60) kunt u de voorkeur geven aan één van deze sets luidsprekers.
12
■ Opstelling di-pool luidsprekers
Voor THX surroundweergave kunnen di-pool of direct weerkaatsende luidsprekers worden gebruikt. Als u voor di-pool luidsprekers kiest, dient u de surrounden surround achter-luidsprekers op te stellen zoals hieronder schematisch is aangegeven.
FL |
C |
FR |
SL |
SR |
30˚ |
30˚ |
SBL |
SBR |
: Di-pool luidspreker
: Richting di-pool luidspreker
LUIDSPREKER SETUP
Luidspreker-aansluitingen
Let erop dat u de linker (L) en rechter (R) kanalen, “+” (rood) en “–” (zwart) op de juiste manier aansluit. Als de aansluitingen niet kloppen, zal er geen geluid worden weergegeven via de luidsprekers en als de polariteit van de luidspreker-aansluitingen niet correct is, zal de weergave onnatuurlijk klinken met te weinig lage tonen.
LET OP |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
• Als u 6 Ohm luidsprekers wilt gebruiken, moet |
|
|||||||||||
u de luidsprekerimpedantie van dit toestel |
|
|||||||||||
VOORBEREIDINGEN |
||||||||||||
• Voor u de luidsprekers aansluit moet u ervoor zorgen |
||||||||||||
voor gebruik op 6 Ohm instellen (zie |
|
|||||||||||
bladzijde 25). Als u 8 Ohm luidsprekers |
|
|||||||||||
gebruikt, moet u de begininstelling voor de |
|
|||||||||||
luidsprekerimpedantie van dit toestel |
|
|||||||||||
gebruiken. |
|
|
|
|
|
|||||||
dat de stekker uit het stopcontact gehaald is. |
|
|||||||||||
|
||||||||||||
• Laat de blote luidsprekerdraden elkaar niet raken en |
|
|||||||||||
zorg ervoor dat ze geen contact maken met de metalen |
|
|||||||||||
onderdelen van het toestel. Hierdoor kunnen het |
|
|||||||||||
toestele en/of de luidsprekers beschadigd raken. |
|
|||||||||||
• Gebruik magnetisch afgeschermde luidsprekers. Als |
|
|||||||||||
dergelijke luidsprekers toch uw beeldscherm storen, zet |
|
|||||||||||
de luidsprekers dan verder bij het beeldscherm |
|
|||||||||||
vandaan. |
|
|
|
|
|
|||||||
Een luidsprekersnoer bestaat uit twee geïsoleerde draden |
|
|||||||||||
naast elkaar. De ene draad onderscheidt zich van de andere |
|
|||||||||||
door een andere kleur, of misschien een streep, groef of |
|
|||||||||||
ribbels. Sluit de afwijkend gestreepte (gegroefde enz.) |
|
|||||||||||
draad aan op de “+” (rode) aansluitingen van dit toestel en |
|
|||||||||||
uw luidspreker. Verbind de gewone draad met de “–” |
|
|||||||||||
(zwarte) aansluitingen. |
|
|
|
|
|
|||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||
10 mm |
|
|
|
|
|
|
|
|
||||
1 |
|
|
|
|
|
|
2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
1 Strip ongeveer 10 mm isolatie van het |
|
|
||||||||||
uiteinde van de luidsprekerdraden. |
|
|||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|||
2 Draai de blootgekomen draadjes in elkaar om |
|
|
||||||||||
kortsluiting te voorkomen. |
|
|||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
3 Draai de knop los. |
|
|
|
|
|
|||||||
De meegeleverde dopsleutel is handig bij het los en |
|
|||||||||||
vast draaien van deze knoppen. |
|
|||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||
4 Steek een ontbloot draadeind in het gat aan |
|
Nederlands |
||||||||||
de zijkant van de aansluiting. |
||||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
13
LUIDSPREKER SETUP
5Draai de draad vervolgens met de knop weer vast.
Sleutel voor de luidspreker-aansluitingen |
5 |
4 |
3 |
Rood: positief (+)
Zwart: negatief (–)
■Gebruik van de PRESENCE/ZONE 2 of PRESENCE luidspreker-aansluitingen
13
2
1Doe het lipje open.
2Steek een ontbloot draadeind in het gat van de aansluiting.
3Doe het lipje weer op zijn plaats om de draad vast te zetten.
■ Aansluiten met bananenstekkers
(Uitgezonderd modellen voor het V.K., Europa en Azië) Draai eerst de knop vast en steek vervolgens de bananenstekker in het gat bovenin de aansluiting.
Bananenstekker
(Uitgezonderd modellen voor het V.K., Europa en Azië)
y
Voor de PRESENCE/ZONE 2 en PRESENCE luidsprekeraansluitingen kunt u ook bananenstekkers gebruiken. Doe het lipje open, en steek één bananenstekker in het gat van elk van de aansluitingen. Probeer de lipjes niet weer dicht te doen nadat u de bananenstekkers in de aansluitingen heeft gestoken.
14
LUIDSPREKER SETUP
|
|
9 |
|
|
10 |
|
2 |
|
|
|
4 |
1 |
|
|
|
|
7 |
||
3 |
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
|
|
|
|
8 |
6 |
5 |
|
|
|
Voor-luidsprekers (A) |
Rechts Links
Opstelling van de luidsprekers |
Subwoofer met |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
ingebouwde |
|
|
|
|
versterker |
|
Midden- |
Voor- |
|
|
|
luidspreker |
luidsprekers |
|
|
|
|
(B) |
|
1 |
2 |
3 |
4 |
|
|
R |
+ |
– |
A |
– |
|
+ |
L |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|||
|
|
FRONT |
– |
|
– |
|
+ |
– |
CENTER |
|
|
|
|
+ |
B |
|
+ |
||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
FRONT |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
R |
L |
|
+ |
– |
SURROUND |
– |
|
+ |
|
|
R |
|
|
L |
|
||||||
SURROUND |
|
|
|
|
|
|
|
|
||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
R |
L |
R |
L |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
SUB WOOFER |
CENTER |
|
|
|
|
|
|
|
+ |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
R |
+ |
– |
|
– |
|
+ |
L |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||
|
SINGLE |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
(SB) |
|
|
|
|
|
|
|
– |
|
R |
L |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
SURROUND BACK /PRESENCE |
|
|
SURROUND BACK |
SINGLE |
|
PRESENCE/ZONE 2 |
||||
PRE OUT |
|
|
|
SPEAKERS |
|
|
|
|
|
(Modellen voor de V.S.)
7 |
|
|
|
8 |
5 |
|
|
|
|
6 |
9 |
|
|
|
10 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Rechts |
|
Links |
|
Rechts |
Links |
Rechts |
Links |
||||||||
|
Surround- |
|
|
Surround achter- |
Aanwezigheidsluidsprekers |
||||||||||
|
luidsprekers |
|
|
luidsprekers |
|
|
|
|
|
•U kunt zowel aanwezigheidsals surround-achter luidsprekers aansluiten op dit toestel, maar deze zullen niet tegelijkertijd geluid kunnen produceren. Via het geluidsmenu (zie bladzijde 60) kunt u één van beide sets luidsprekers de voorkeur geven.
•De surround achter-luidsprekers geven het surround achterkanaal in Dolby Digital EX en DTS–ES materiaal weer en werken alleen wanneer de Dolby Digital EX, DTS–ES of Dolby Pro Logic IIx decoder is ingeschakeld.
•De aanwezigheidsluidsprekers produceren omgevingseffecten die worden gecreëerd door de DSP geluidsvelden. Ze zullen geen geluid produceren wanneer er andere geluidsvelden geselecteerd zijn.
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
15
LUIDSPREKER SETUP
■ FRONT aansluitingen
U kunt hierop een enkel of twee luidsprekersystemen aansluiten. Als u een enkel luidsprekersysteem gebruikt, kunt u dit naar keuze met de FRONT A of de B aansluitingen verbinden.
Opmerking
Modellen voor Canada zijn niet in staat weergave via twee verschillende luidsprekersystemen tegelijkertijd te verzorgen.
Dubbele aansluiting
Met dit toestel is het ook mogelijk een enkel luidsprekersysteem dubbel aan te sluiten. Gebruik in dit geval twee luidsprekersnoeren voor elke box (één snoer voor de woofer en één snoer voor de tweeter/ middenbereik luidspreker in de box). Om gebruik van de dubbele aansluitingen te kunnen maken moet u de SPEAKERS A en SPEAKERS B toetsen op het voorpaneel indrukken zodat zowel SP A als B op het display op het voorpaneel oplichten.
Dubbele aansluiting
R + |
– |
A |
– |
+ |
L |
FRONT + |
– |
B |
– |
+ |
|
|
|
|
|
|
■ CENTER aansluitingen
Hierop kunt u een midden-luidspreker aansluiten.
■ SURROUND aansluitingen
Hierop kunt u surround-luidsprekers aansluiten.
■ SUBWOOFER aansluiting
Sluit hierop een subwoofer met ingebouwde eindversterker aan, zoals het YAMAHA Active Servo Processing Subwoofer System.
■ SURROUND BACK aansluitingen
Hierop kunt u surround achter-luidsprekers aansluiten. Als u slechts één surround achter-luidspreker gebruikt, verbind deze dan met de linker (L) aansluitingen.
■ PRESENCE aansluitingen
Hierop kunt u aanwezigheidsluidsprekers aansluiten.
Opmerking
(Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië)
U kunt deze aansluitingen ook gebruiken om Zone 2 luidsprekers op aan te sluiten (zie bladzijde 66).
Dit toestel
16
AANSLUITINGEN
Voor u componenten gaat aansluiten
LET OP
Sluit dit toestel of één van de andere componenten pas aan op het lichtnet wanneer alle verbindingen tussen de componenten gemaakt zijn.
■ Kabelaanduidingen
Voor analoge signalen |
|
linker analoge bedrading |
L |
rechter analoge bedrading |
R |
Voor digitale signalen |
|
optische kabels |
O |
coaxiale bedrading |
C |
Voor videosignalen |
|
videobedrading |
V |
S-Videobedrading |
S |
|
V |
■ Analoge aansluitingen
Analoge signalen van andere audiocomponenten kunt u via tulpstekkerkabels aansluiten op de analoge aansluitingen van dit toestel. Verbind de rode stekkers met de rechter en de witte stekkers met de linker aansluitingen.
■ Digitale aansluitingen
Dit toestel heeft digitale aansluitingen voor directe transmissie van digitale signalen via coaxiale bedrading of optische glasvezelkabels. U kunt de digitale aansluitingen gebruiken voor PCM, Dolby Digital en DTS ingangssignalen. Wanneer u een bepaalde component zowel met de COAXIAL als met de OPTICAL aansluiting verbindt, zal het via de COAXIAL aansluiting binnenkomende signaal voorrang krijgen. Alle digitale ingangsaansluitingen zijn geschikt voor digitale signalen met een bemonsteringsfrequentie van 96 kHz.
Opmerking
In dit toestel is de verwerking van digitale signalen gescheiden van de verwerking van analoge signalen. Daarom kunnen audiosignalen die binnenkomen via de analoge ingangsaansluitingen ook alleen via de analoge OUT (REC) uitgangsaansluitingen worden weergegeven. Op dezelfde manier zullen via de digitale (OPTICAL of COAXIAL) ingangsaansluitingen binnenkomende signalen alleen via de DIGITAL OUTPUT uitgangsaansluitingen kunnen worden weergegeven.
■ Video-aansluitingen
Dit toestel heeft drie soorten video-aansluitingen. Welke aansluiting u nodig heeft hangt af van die van uw beeldscherm. De signalen die binnenkomen via de
S VIDEO aansluitingen worden automatisch omgezet voor weergave via de VIDEO aansluitingen. Wanneer “Video Conv.” op “On” (zie bladzijde 65) is ingesteld, zullen signalen die binnenkomen via de VIDEO aansluitingen kunnen worden gereproduceerd via de
S VIDEO en COMPONENT VIDEO aansluitingen. Op dezelfde manier zullen signalen die binnenkomen via de S VIDEO aansluitingen kunnen worden gereproduceerd via de COMPONENT VIDEO aansluitingen.
COMPONENT VIDEO
VIDEO |
S VIDEO |
PR |
PB |
Y |
|
VIDEO aansluiting
Voor conventionele composiet videosignalen.
S VIDEO aansluiting
Voor S-Video signalen, in luminantie (Y) en kleur (C) gescheiden videosignalen voor een betere beeldkwaliteit.
COMPONENT VIDEO aansluitingen
Voor component videosignalen, in luminantie (Y) en kleurverschil (PB, PR) gescheiden videosignalen voor de beste beeldkwaliteit.
Signaalschema binnenin het toestel |
|
Ingang |
Uitgang |
(MONITOR OUT) |
COMPONENT
VIDEO
S VIDEO
VIDEO
Alleen wanneer “Video Conv.” op “On” staat (zie bladzijde 65)
Opmerking
Wanneer er zowel signalen binnenkomen via de S VIDEO als via de VIDEO aansluitingen, krijgen de via de S VIDEO aansluiting binnenkomende signalen voorrang.
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
17
AANSLUITINGEN
Aansluiten van videocomponenten
■ Aansluitingen voor DVD weergave
Coaxiale uitgang |
Audio uitgang |
Optische uitgang |
Video uitgang |
|
DVD-speler |
C |
O |
R L |
VIDEO |
|
AUDIO |
S VIDEO VIDEO |
R |
L |
|
DVD |
|
Beeldscherm
DVD
Video ingang
COMPONENT VIDEO
Y PB PR
DVD
DVD
MONITOR
OUT
MONITOR
(Modellen voor de V.S.)
18
AANSLUITINGEN
■ Apparatuur verbinden met de MULTI CH INPUT aansluitingen
Dit toestel is voorzien van 6 extra ingangsaansluitingen (links en rechts FRONT, CENTER, links en rechts SURROUND en SUBWOOFER) voor gescheiden multikanaals ingangssignalen van een multiformat-speler, externe decoder, sound processor of voorversterker.
Als u Multi CH Assign: Input Channels op 8ch zet (zie bladzijde 57), kunt u de ingangsaansluitingen die zijn toegewezen aan Multi CH Assign: Front Input (bladzijde 57) samen met de MULTI CH INPUT aansluitingen gebruiken voor ingangssignalen met 8 kanalen.
Verbind de uitgangsaansluitingen van uw multiformaat-speler of externe decoder met de MULTI CH INPUT aansluitingen. Let er goed op dat u de linker en rechter uitgangen verbindt met de linker en rechter ingangsaansluitingen voor zowel de voorals de surroundkanalen.
|
Voor 6-kanaals |
|
|
|
Voor 8-kanaals |
|
|
|
|
|
ingangssignalen |
|
|
|
ingangssignalen |
|
|
|
|
|
FRONT(6CH)/SB(8CH) |
|
|
FRONT(6CH)/SB(8CH) |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
AUDIO |
|
|
|
AUDIO |
|
|
|
|
|
R |
L |
IN |
R |
L |
|
|
|
|
SURROUND |
|
|
(PLAY) |
|
|
|
SURROUND |
|
|
DVD |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
MD/TAPE |
|
|
|
|
|
|
|
DTV |
|
OUT |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
(REC) |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
IN |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
(PLAY) |
|
|
|
SUB WOOFER CENTER |
|
|
SUB WOOFER CENTER |
CBL |
|
|
|
|
|
MULTI CH INPUT |
|
|
MULTI CH INPUT |
/SAT |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||
|
|
|
|
|
|
CD-R |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
IN |
|
|
|
|
|
Subwoofer |
|
|
Subwoofer |
VCR 1 |
|
|
|
|
R L |
R L |
R L |
R L |
|
|
|
|
||
|
uitgang |
|
|
uitgang |
|
|
CD |
|
|
|
Middenkanaal |
|
|
Middenkanaal |
IN |
|
|
|
|
|
uitgang |
|
|
uitgang |
DVR/ |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||
|
|
|
|
|
VCR 2 |
|
|
|
|
|
Multiformaat-speler/ |
|
|
Multiformaat-speler/ Surroundkanaal uitgang |
|
|
|
|
|
Voorkanaal |
externe decoder |
Surroundkanaal |
Surround- |
externe decoder |
R |
|
|
|
|
|
|
L |
|
|
|
|
|||
uitgang |
|
uitgang |
achter |
|
|
|
|
|
|
|
|
Voorkanaal |
|
|
|
|
|||
|
|
|
uitgang |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
uitgang |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Opmerkingen
•Wanneer u MULTI CH INPUT als signaalbron selecteert, zal dit toestel automatisch de digitale geluidsveldprocessor uitschakelen en zult u geen geluidsveldprogramma’s kunnen selecteren.
•Dit toestel is niet in staat de via de MULTI CH INPUT aansluitingen binnenkomende signalen zo te herschikken dat er wordt gecompenseerd voor eventueel in uw systeem ontbrekende luidsprekers. Daarom bevelen we u aan tenminste een 5.1-kanaals luidsprekersysteem aan te sluiten voor u gebruik maakt van deze functie.
•Wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten, zullen alleen de L/R voorkanalen worden weergegeven.
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
19
AANSLUITINGEN
■ Aansluiting van andere videocomponenten
Optische uitgang |
Kabel TV of |
Audio uitgang |
|
|
|
|
satellietontvanger |
|
Video uitgang |
|
|
O |
|
R L |
|
|
VIDEO |
AUDIO |
CBL/
SAT
IN
VCR 1
OUT
COMPONENT VIDEO
CBL/SAT
DTV
CBL/
SAT
DVR/
VCR 2
COAXIAL
DIGITAL INPUT
(Modellen voor de V.S.)
C |
|
R L |
R L |
Video ingang |
|
Audio ingang |
|
|
DVD-recorder |
|
|
Video uitgang |
of |
|
|
videorecorder |
Audio uitgang |
|
Coaxiale uitgang
■ VIDEO AUX aansluitingen (op het voorpaneel)
Via deze aansluitingen kunt u allerlei videobronnen,
S VIDEO |
VIDEO |
L |
AUDIO R |
OPTICAL |
zoals spelcomputers of camcorders, aansluiten op dit |
|
|
|
|
toestel. |
|
VIDEO AUX |
|
|
S |
V |
L |
R |
O |
Optische uitgang
Audio uitgang R
Audio uitgang L
Video uitgang
S-Video uitgang
Spelcomputer of videocamera
20
AANSLUITINGEN
Aansluiten van audiocomponenten |
|
|
||
■ Aansluitingen voor audiocomponenten |
|
|
||
|
|
|
O |
|
Optische |
|
|
Optische ingang |
|
ingang |
|
|
|
|
|
CD-recorder |
|
MD-recorder of |
|
|
|
cassettedeck |
||
|
|
|
||
|
Audio |
Audio uitgang |
Audio uitgang |
Audio ingang |
|
ingang |
|
|
|
O |
R L R |
L |
R L |
R L |
|
|
|
|
|
DIGITAL OUTPUT |
|
|
AUDIO |
|
OPTICAL |
|
|
R |
L |
MD/TAPE |
IN |
|
(PLAY) |
CD-R |
MD/TAPE |
|
|
|
OUT |
|
(REC) |
|
GND |
CD |
IN |
|
(PLAY) |
|
CD-R |
|
OUT |
|
(REC) |
|
CD |
PHONO
CD
VOORBEREIDINGEN
DIGITAL INPUT
R L R L
(Modellen voor de V.S.) |
Audio uitgang |
Audio uitgang |
|
Optische |
|
||
uitgang |
|
|
|
O |
|
|
|
Coaxiale |
CD-speler |
GND |
|
uitgang |
|||
|
|
||
C |
|
|
|
|
|
Draaitafel |
■ Aansluiten van een draaitafel |
y |
|
De PHONO aansluitingen zijn bedoeld voor een draaitafel |
Verbind uw draaitafel met de GND aardaansluiting om ruis in het |
|
met een MM of hoog-vermogen MC cartridge. Als u een |
signaal te verminderen. Bij sommige platenspelers is het echter |
|
mogelijk dat u minder ruis zult horen zonder gebruik te maken |
||
draaitafel heeft met een laag-vermogen MC cartridge, |
||
van de GND aansluiting. |
||
dient u een in-line boosting transformator of een |
||
|
||
MC-kopversterker te gebruiken bij verbinding met deze |
|
|
aansluitingen. |
|
Nederlands
21
AANSLUITINGEN
■ Aansluiten op een externe versterker
Als u het uitgangsvermogen voor de luidsprekers wilt opvoeren, of als u gewoon een andere versterker wilt gebruiken, kunt u als volgt een externe versterker verbinden met de PRE OUT aansluiten.
Opmerkingen
•Wanneer er audio tulpstekkers in de PRE OUT aansluitingen zitten voor de verbinding met een externe versterker, is het niet meer nodig de corresponderende SPEAKERS aansluitingen te gebruiken. Zet het volume van de op dit toestel aangesloten externe versterker op de hoogste stand.
•Het signaal dat wordt doorgegeven via de FRONT PRE OUT en CENTER PRE OUT aansluitingen ondervindt invloed van de TONE CONTROL instellingen.
•Als SPEAKERS A uit staat en Multi Zone: Speaker B op “Zone B” (zie bladzijde 66) is ingesteld, zullen er alleen signalen worden geproduceerd via de FRONT PRE OUT aansluitingen.
FRONT |
|
1 |
|
R |
L |
SURROUND |
|
2 |
|
R |
L |
SUB WOOFER |
CENTER |
3 |
5 |
|
SINGLE |
|
(SB) |
4 |
|
R |
L |
SURROUND BACK /PRESENCE
PRE OUT
1FRONT PRE OUT aansluitingen
Voorkanaal uitgangsaansluitingen op lijnniveau.
2SURROUND PRE OUT aansluitingen
Surroundkanaal uitgangsaansluitingen op lijnniveau.
3SUBWOOFER PRE OUT aansluiting
Sluit hierop een subwoofer met ingebouwde eindversterker aan, zoals het YAMAHA Active Servo Processing Subwoofer System.
4SURROUND BACK/PRESENCE PRE OUT aansluitingen
Surround achterof aanwezigheidskanaal uitgangsaansluitingen op lijnniveau. Als u slechts één externe versterker aansluit voor het surroundachterkanaal, dient u deze te verbinden met de linker (L) aansluiting.
5 CENTER PRE OUT aansluiting
Middenkanaal uitgangsaansluitingen op lijnniveau.
Opmerkingen
•Elk van de PRE OUT uitgangsaansluitingen produceert hetzelfde signaal als de bij dat kanaal behorende luidsprekeraansluiting. Wannneer echter zowel surround-achter als zg. aanwezigheidsluidsprekers zijn ingesteld op dit toestel, is het mogelijk dat de signalen geproduceerd via de SURROUND BACK/PRESENCE PRE OUT aansluitingen niet corresponderen met de juiste luidsprekers.
•Regel het volume van de subwoofer met de bedieningsorganen op de subwoofer zelf.
•Het is mogelijk dat sommige signalen niet worden gereproduceerd via de SUBWOOFER PRE OUT aansluiting, afhankelijk van de Speaker Set (zie bladzijde 61) instellingen.
22
AANSLUITINGEN
Aansluiten van de antennes
Dit toestel wordt geleverd met zowel een AM als een FM binnenantenne. Normaal gesproken zorgen deze antennes voor een voldoende sterke ontvangst. Verbind de antennes op de juiste manier met de bijbehorende aansluitingen.
FM binnenantenne AM ringantenne (meegeleverd) (meegeleverd)
TUNER
FM ANT
75Ω
UNBAL.
GND
AM
ANT
COMPONENT VIDEO
Y PB PR
DVD
DTV
CBL/
SAT
MONITOR
OUT
Aarde (GND aansluiting)
Voor de grootst mogelijke veiligheid en zo min mogelijk storing dient u de antenne GND aansluiting goed te aarden. Een goede aarding wordt bijvoorbeeld verzorgd door een metalen staaf die in vochtige grond gedreven is.
■ Aansluiten van de AM ringantenne
1Zet de AM ringantenne in elkaar en verbind deze met de bijbehorende aansluitingen op dit toestel.
3Stel de AM ringantenne zo op dat u de beste ontvangst verkrijgt.
Opmerkingen
•De AM ringantenne moet niet te dicht bij dit toestel geplaatst worden.
•De AM ringantenne moet altijd aangesloten blijven, zelfs als er een AM buitenantenne op dit toestel is aangesloten.
•Een goede buitenantenne geeft een betere ontvangst dan een binnenantenne. Als u last heeft van een slechte ontvangst, probeer dan of de ontvangst verbetert met een buitenantenne. Vraag bij uw dichtstbijzijnde erkende YAMAHA dealer of service-centrum naar de mogelijkheden met buitenantennes.
■75 Ohm/300 Ohm antenne-adapter (Alleen modellen voor het V.K.)
1 Maak de meegeleverde 75 Ohm/300 Ohm antenneadapter open.
2 |
Strip de buitenmantel |
11 |
|
|
van de 75 Ohm |
Eenheid: |
|
|
8 |
||
|
coaxiale kabel en maak |
mm |
|
|
6 |
||
|
deze klaar voor het |
|
|
|
aansluiten. |
|
|
3 |
Knip de verbindingsdraad |
|
|
|
door en verwijder deze. |
|
Verbindingsdraad |
VOORBEREIDINGEN
4 Steek de |
|
|
binnendraad van |
Klem |
Klem |
de kabel in de |
|
|
sleuf en klem |
|
|
deze vast met |
Steek de draad |
|
een tang. |
in de opening |
|
|
|
2Houd het lipje ingedrukt zodat u de AM antennedraden in de AM ANT en GND aansluitingen kunt steken.
5 Klik de behuizing weer dicht.
Nederlands
23
AANSLUITINGEN
Aansluiten van het netsnoer
AC OUTLETS |
(Modellen voor de V.S.)
VOLTAGE SELECTOR
VOLTAGE
SELECTOR
2
(Algemeen model)
■ Aansluiten van het netsnoer
Steek het netsnoer pas in de netstroomingang nadat u alle andere aansluitingen hebt verricht en steek daarna pas de stekker in het stopcontact.
LET OP
Gebruik geen andere netsnoeren. Gebruik uitsluitend het meegeleverde netsnoer. Gebruik van andere netsnoeren kan leiden tot brandgevaar of elektrische schokken.
■ AC OUTLET(S) (SWITCHED)
Modellen voor het V.K. en Australië
...................................................... |
1 Netstroomaansluiting |
Modellen voor Korea ................................................. |
Geen |
Overige modellen....................... |
2 Netstroomaansluitingen |
Via de netstroomaansluitingen op dit toestel kunt u andere componenten in uw systeem van stroom voorzien. De stroomvoorziening van de AC OUTLET(S) stopcontacten wordt geregeld door de STANDBY/ON toets van dit toestel (of SYSTEM POWER en STANDBY). Deze aansluitingen voorzien de erop aangesloten componenten van stroom wanneer dit toestel aan staat. Het maximale vermogen (totale stroomverbruik van de aangesloten componenten) van de AC OUTLET(S) aansluitingen is:
Modellen voor Azië en algemene modellen |
............. 50 W |
Overige modellen .................................................... |
100 W |
■VOLTAGE SELECTOR
(Alleen modellen voor Azië en algemene
modellen)
De VOLTAGE SELECTOR op het achterpaneel van dit toestel moet worden ingesteld op de ter plekke gebruikte netspanning VOOR u de stekker in het stopcontact steekt. De geschikte voltages zijn als volgt:
Algemene modellen
............. 110/120/220/230–240 V, 50/60 Hz wisselstroom Modellen voor Azië
............................ 220/230–240 V, 50/60 Hz wisselstroom
■ Geheugen back-up
De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel uit (standby) staat. Wanneer echter de stekker uit het stopcontact gehaald wordt of de stroomvoorziening om een andere reden langer dan een week onderbroken wordt, zullen de opgeslagen gegevens verloren gaan.
24
|
|
AANSLUITINGEN |
|
|
|
Instelling luidsprekerimpedantie |
|
Inschakelen van de stroom |
U moet het toestel eerst uit (standby) zetten. |
|
Wanneer alle aansluitingen gemaakt zijn, kunt u dit toestel |
|
|
aan zetten. |
1 Houd op het voorpaneel STRAIGHT/EFFECT |
|
1 |
|
|
|
|
|
|
|
|
ingedrukt en druk dan op STANDBY/ON. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
“SP IMP.–8ΩMIN” zal op het display op het |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
voorpaneel verschijnen. |
|
|
INPUT |
|
|
|
|
|
|
VOLUME |
|
|
|
PURE DIRECT |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
STANDBY |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
/ON |
|
|
|
|
|
|
|
|
STRAIGHT |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
STANDBY |
|
|
A/B/C/D/E |
TUNING |
/TUNING |
FM/AM |
MEMORY MODE |
MAIN |
ZONE 2 |
PROGRAM |
|
|
|
|
PRESET/ |
PRESET |
|
TUNING |
ZONE ON/OFF |
|
|
/ON |
SPEAKERS |
MULTI CH INPUT MODE |
|
|
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO |
|
TONE CONTROL |
|
||
|
A |
B |
INPUT |
|
|
|
STRAIGHT |
|||
|
|
|
|
|
SILENT CINEMA |
|
|
|
|
|
EFFECT |
|
|
|
YPAO |
|
|
|
|
|
EFFECT |
|
|
REC OUT /ZONE 2 |
|
|
|
|
VIDEO AUX |
|
|
SP IMP.-8MIN
2Druk op STRAIGHT/EFFECT om de impedantie van uw luidsprekers instellen.
U kunt kiezen tussen 6 Ohm of 8 Ohm.
3Druk op STANDBY/ON om deze instelling af te sluiten.
(Modellen voor de V.S.)
|
|
|
SYSTEM |
1 |
POWER |
POWER |
STANDBY |
POWER |
|
TV |
AV |
|
|
|
A |
B |
INPUT MODE |
SLEEP |
|
PHONO |
TUNER |
CD |
MULTI CH IN |
|
V-AUX |
CBL/SAT |
MD/TAPE |
CD-R |
|
DTV |
VCR 1 |
DVR/VCR2 |
DVD |
|
SELECT
AMP
+ + +
Het toestel gaat vervolgens uit (standby). |
1 Druk op STANDBY/ON (SYSTEM POWER op |
||
Opmerking |
de afstandsbediening) om dit toestel aan te |
||
De instelfunctie voor de impedantie van de luidsprekers kunt u |
zetten. |
|
|
|
|
||
vinden in het Advanced menu (zie bladzijde 84). |
|
SYSTEM |
|
|
POWER |
||
|
|
||
LET OP |
STANDBY |
of |
|
/ON |
|||
Als 6 Ohm luidsprekers gebruikt, dient u de impedantie op |
Voorpaneel |
Afstandsbediening |
|
6 Ohm in te stellen voor u de stroom inschakelt. |
|||
|
|
VOORBEREIDINGEN
2Zet het beeldscherm dat is aangesloten op dit toestel aan.
Opmerking
Druk nog eens op STANDBY/ON (STANDBY op de afstandsbediening) om dit toestel uit (standby) te zetten.
Nederlands
25
AUTO SETUP
Inleiding
Deze receiver maakt gebruik van YAMAHA Parametric Room Acoustic Optimizer (YPAO) technologie zodat u zelf geen lastige luidspreker-instellingen hoeft te doen en waardoor een zeer accurate instelling wordt verkregen. De meegeleverde optimalisatie-microfoon pikt het geluid op dat uw luidsprekers maken in de omgeving waar u ze daadwerkelijk zult gebruiken.
Opmerkingen
•Wij wijzen u erop dat het normaal is dat tijdens de automatische setup luide testtonen worden geproduceerd.
•Als de automatische setup stopt en er een foutmelding op het scherm verschijnt, dient u de procedure voor het oplossen van problemen op bladzijde 30 te volgen.
YPAO voert de volgende controles uit en maakt de juiste instellingen voor een zo optimaal mogelijke weergave van uw systeem.
Wiring
Controleert welke luidsprekers er aangesloten zijn en de polariteit van elk van de luidsprekers.
Distance
Controleert de afstand van elk van de luidsprekers tot de luisterplek en stelt de timing van elk van de kanalen in.
Size
Controleert de frequentierespons van van de luidsprekers en stelt de juiste laagfrequente crossover in voor elk van de kanalen.
Equalizing
Regelt de frequentie en het niveau van elk van de kanalen via een parametrische equalizer om te voorkomen dat de verschillende kanalen elkaar onbedoeld beïnvloeden en om een samenhangend geluidsveld samen te stellen. Dit is vooral van belang wanneer u luidsprekers van verschillende afmetingen of verschillende merken gebruikt voor sommige kanalen of wanneer uw kamer bijzondere akoestische kenmerken vertoond.
De YPAO equalisatie maakt gebruik van drie parameters (Frequency, Level en Q factor) voor elk van de zeven banden in de parametrische equalizer om te komen tot een precieze automatische instelling van de frequentiekarakteristieken.
Level
Controleert en regelt het geluidsniveau (volume) van elk van de luidsprekers.
Optimalisatie-microfoon setup
1Verbind de meegeleverde optimalisatiemicrofoon met de OPTIMIZER MIC aansluiting op het voorpaneel.
(Modellen voor de V.S.)
SOURCE |
|
|
PRESET/ |
PRESET |
|
|
TUNING |
ZONE ON/OFF |
|
/REMOTE |
|
A/B/C/D/E |
TUNING |
/TUNING |
FM/AM |
MEMORY |
MODE |
MAIN |
ZONE 2 |
DVD |
MD/TAPE |
|
|
|
|
|
|
||
D–TV |
CD–R |
|
|
|
|
|
|
|
|
CBL/SAT |
TUNER |
|
|
EDIT |
|
MAN'L/AUTO FM |
AUTO/MAN'L MONO |
|
|
VCR 1 |
CD |
|
|
SILENT CINEMA S VIDEO |
VIDEO |
L AUDIO R |
OPTICAL |
||
DVR |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
/VCR2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
YPAO |
|
|
|
|
|
|
REC OUT /ZONE 2 |
OPTIMIZER |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
MIC |
|
PHONES |
|
|
VIDEO AUX |
|
Opmerkingen
•Nadat u de automatische setup heeft afgemaakt moet u de optimalisatie-microfoon weer losmaken.
•De optimalisatie-microfoon is niet goed bestand tegen warmte.
–Houd hem daarom uit direct zonlicht.
–Laat hem ook niet bovenop dit toestel liggen.
2Plaats de optimalisatie-microfoon op een vlak en horizontaal oppervlak met de omnidirectionele microfoonkop naar boven op uw normale luisterplek.
Gebruik indien mogelijk een statief (o.i.d.) om de optimalisatie-microfoon vast te zetten op dezelfde hoogte als waar uw oren zich zouden bevinden wanneer u op uw luisterplek zit.
Opstelling optimalisatie-microfoon
26
Beginnen van de setup
Voor de beste resultaten moet u ervoor zorgen dat de ruimte zo stil mogelijk is tijdens de automatische setup (YPAO). Als er teveel andere geluiden zijn, is het mogelijk dat de resultaten tegenvallen.
y
Als het volume en de crossover frequentie van uw subwoofer ingesteld kunnen worden, zet het volume dan ongeveer op half (of iets minder) en zet de crossover frequentie op de maximale waarde.
|
|
CROSSOVER/ |
|
VOLUME |
HIGH CUT |
||
MIN |
MAX |
MIN |
MAX |
Subwoofer
1Zet dit toestel en uw beeldscherm aan.
2Zet AMP/SOURCE/TV op AMP en druk vervolgens op TOP op de afstandsbediening.
Het ‘topscherm’ zal nu verschijnen.
AMP |
TOP |
|
|
SOURCE |
TITLE |
|
|
TV |
|
Stereo/Surround |
|
Input Select |
Sound |
Manual Setup |
Basic |
Auto Setup |
Option |
System Memory |
|
3Druk herhaaldelijk op k / n om Auto Setup te selecteren en druk dan op h.
ENTER |
ENTER |
Input Select |
|
Manual Setup |
Information |
Auto Setup |
Setup Menu |
System Memory |
Setup Type |
Audio Info. |
Start |
AUTO SETUP
4Druk herhaaldelijk op k/ nom Setup Menu te selecteren en druk dan op h.
|
Information |
|
|
|
|
|
|
|
Setup Menu |
|
Wiring |
|
|||
|
Setup Type |
|
Distance |
|
|||
|
Start |
|
Size |
|
|
|
|
5Druk herhaaldelijk op k / n om Wiring,
Distance, Size, Equalizing of Level te selecteren en druk dan op h.
|
Skip |
Wiring |
Skip |
Wiring |
Check |
Distance |
Check |
Distance |
|
Size |
|
Size |
|
Equalizing |
|
Wiring |
|
Distance |
|
Distance |
Skip |
Size |
Skip |
Size |
Check |
Equalizing |
Check: Natural |
Equalizing |
|
Level |
Check: Flat |
Level |
|
|
Check: Front |
|
Size |
|
|
|
Equalizing |
Skip |
|
|
Level |
Check |
|
6Selecteer voor Wiring, Distance, Size of Level:
Check |
Om het geselecteerde onderdeel automatisch te |
|
controleren en in te stellen. |
Skip |
Om het geselecteerde onderdeel over te slaan |
|
zonder instellingen te wijzigen. |
y
Bij gebruik van THX luidsprekers moet u Skip instellen bij Size en controleren of “Small” of “Small x2” is geselecteerd bij Speaker Set (bladzijde 61) en dat “80 Hz (THX)” is geselecteerd bij Bass Cross Over (bladzijde 63).
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
27
AUTO SETUP
Druk voor Equalizing op k / n en selecteer:
Skip |
Om het geselecteerde onderdeel over te |
9 Druk op n, selecteer Start en druk |
|||||||||
|
|
|
slaan zonder instellingen te wijzigen. |
vervolgens op ENTER. |
|
|
|||||
Check: Natural Om de frequentierespons van alle |
Er zullen nu luide testtonen worden geproduceerd via |
||||||||||
|
|
|
luidsprekers te middelen, met minder |
||||||||
|
|
|
de diverse luidsprekers, terwijl gedurende de |
||||||||
|
|
|
nadruk op de hogere frequenties. |
||||||||
|
|
|
automatische setup de boodschap “Measuring” |
||||||||
|
|
|
Aanbevolen wanneer de “Flat” instelling |
||||||||
|
|
|
getoond zal worden. |
|
|
||||||
|
|
|
een beetje schel klinkt. |
|
|
||||||
Check: Flat |
Om de frequentierespons van alle |
|
|
|
|
|
|||||
|
|
|
|
|
|||||||
|
|
|
luidsprekers te middelen. Aanbevolen |
|
|
Setup Menu |
|
|
|||
|
|
|
|
|
|
|
|||||
|
|
|
wanneer al uw luidsprekers van |
|
|
Setup Type |
|
|
|||
|
|
|
vergelijkbare kwaliteit zijn. |
|
|
|
|
||||
|
|
|
|
|
Start |
Press ENTER |
|
||||
Check: Front |
Om de frequentierespons van elk van de |
|
|
|
|||||||
|
|
|
|
|
|||||||
|
|
|
luidsprekers in te stellen in |
|
|
|
|
|
|||
|
|
|
overeenstemming met de weergave van uw |
|
|
|
|
|
|||
|
|
|
voor-luidsprekers. Aanbevolen wanneer uw |
|
|
|
|
|
|||
|
|
|
voor-luidsprekers van aanzienlijk betere |
|
|
|
|
|
|||
|
|
|
kwaliteit zijn dan uw andere luidsprekers. |
• Om de iautomatische stelprocedure te stoppen, kunt u op |
|||||||
|
|
|
|
|
|
|
één van de cursortoetsen drukken (k/ n/ l/ h) of op |
||||
7 Wanneer u de gewenste instelling heeft |
ENTER. Druk op kwanneer het toestel gepauzeerd is om |
||||||||||
geselcteerd, druk dan op lom terug te gaan |
de procedure opnieuw te proberen, of op lom de |
||||||||||
naar Setup Menu. |
|
|
|
automatische instelprocedure te annuleren. |
|||||||
|
|
|
• Als er tijdens het testen een foutmelding verschijnt, |
||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|||||
|
|
|
|
|
|
|
raadpleeg dan “Oplossen van problemen met de |
||||
|
|
|
|
|
|
|
|||||
|
|
|
|
|
|
|
automatische setup” op bladzijde 30 en probeer het |
||||
|
|
Information |
|
|
|
opnieuw nadat u het probleem heeft opgelost. |
|||||
|
|
Setup Menu |
|
Wiring |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||
|
|
Setup Type |
|
Distance |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||
|
|
Start |
|
|
Size |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
8Druk op n, selecteer Setup Type en kies vervolgens:
Auto |
Om de hele automatische setup |
||||
|
|
|
automatisch uit te laten voeren. |
||
Step |
Om te wachten op een bevestiging |
||||
|
|
|
tussen elke controle in de automatische |
||
|
|
|
setup. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Information |
|
|
|
|
|
|
|
||
|
|
Setup Menu |
|
|
|
|
|
Setup Type |
Auto |
|
|
|
|
Start |
|
Step |
|
|
|
|
|
|
|
28