Yamaha RX-V1500 User Manual [nl]

RX-V1500
AV Receiver
Ampli-tuner audio-vidéo
GB
OWNER'S MANUAL
MODE D'EMPLOI
BEDIENUNGSANLEITUNG
BRUKSANVISNING
MANUALE DI ISTRUZIONI
MANUAL DE INSTRUCCIONES
GEBRUIKSAANWIJZING
ESPECIFICACIONES
ESPECIFICACIONES
SECCIÓN DE AUDIO
• Potencia de salida RMS mínima para los altavoces delanteros, central, surround y surround trasero
20 Hz a 20 kHz, THD de 0,04%, 8 ................................. 120 W
• Potencia máxima (EIAJ) [Modelos de Australia, China, Corea, Asia y generales]
1 kHz, THD de 10%, 8 ..................................................... 170 W
• Potencia dinámica (IHF) [Modelos de EE.UU., Canadá, China, Australia, Asia y Corea, y modelos en general]
8/6/4/2 ....................................................... 155/195/250/330 W
• Potencia de salida estándar DIN [Modelos del R.U. y Europa]
1 kHz, THD de 0,7%, 4 .................................................... 170 W
• Potencia de salida IEC [Modelos del R.U. y Europa]
1 kHz, THD de 0,04%, 8 .................................................. 125 W
• Factor de amortiguación (IHF)
20 Hz a 20 kHz, 8 ........................................................140 o más
• Respuesta de frecuencia
CD a delanteros L/R................................ 10 Hz a 100 kHz, –3 dB
• Distorsión armónica total
PHONO a REC OUT (20 Hz a 20 kHz, 1 V) .......................0,02%
CD, etc. a delanteros L/R (20 Hz a 20 kHz, 60 W, 8 Ω)...... 0,04%
• Relación señal a ruido (red IHF-A)
PHONO (5 mV) a delanteros L/R
[Modelos del R.U. Europa y Australia] .................................81 dB
[Otros modelos] .....................................................................86 dB
CD (250 mV) a delanteros L/R, efectos apagados ...............100 dB
• Ruido residual (red IHF-A)
Delanteros L/R .................................................... 150 µV o menos
• Separación de canales (1 kHz/10 kHz)
PHONO (terminado) a delanteros L/R ...................... 60 dB/55 dB
CD (5.1 k terminado) a delanteros L/R .................. 60 dB/45 dB
• Control de tono (delanterosL/R)
Refuerzo/Corte BASS ............................................... ±6 dB/50 Hz
Frecuencia de transisión BASS ...........................................350 Hz
Refuerzo/Corte TREBLE ......................................... ±6 dB/20 kHz
Frecuencia de transisión TREBLE......................................3,5 kHz
• Salida de auriculares ................................................ 150 mV/100
• Sensibilidad de entrada/Impedancia de entrada
PHONO ................................................................... 3,5 mV/47 k
CD, etc .................................................................. 200 mV/47 k
MULTI CH INPUT ............................................... 200 mV/47 k
• Nivel de salida/Impedancia de salida
REC OUT.............................................................. 200 mV/1,2 k
PRE OUT .................................................................. 1,0 V/500
SUBWOOFER .......................................................... 2,0 V/500
ZONE 2 OUTPUT
[Modelos de EE.UU., Canadá, R.U., Europa y Australia]
................................................................................ 1,0 V/1,2 k
ZONE 3 OUTPUT
[Modelos de EE.UU., Canadá, R.U., Europa y Australia]
................................................................................ 1,0 V/1,2 k
SECCIÓN DE VÍDEO
• Tipo de señal de vídeo ................................................... PAL/NTSC
• Relación señal a ruido ............................................................. 60 dB
• Respuesta de frecuencia (MONITOR OUT)
Compuesto, S-vídeo ................................. 5 Hz a 10 MHz, –3 dB
Componente .............................................. 5 Hz a 60 MHz, –3 dB
SECCIÓN DE FM
• Gama de sintonización
[Modelos de EE.UU. y Canadá] ....................... 87,5 a 107,9 MHz
[Modelos de Asia y generales] ... 87,5/87,50 a 108,0/108,00 MHz
[Otros modelos] ............................................ 87,50 a 108,00 MHz
• Sensibilidad útil (IHF) .......................................... 1,0 µV (11,2 dBf)
• Relación señal a ruido (IHF)
Mono/Estéreo ........................................................... 76 dB/70 dB
• Distorsión armónica (1 kHz)
Mono/Estéreo .............................................................. 0,2%/0,3%
• Separación estéreo (1 kHz) ..................................................... 42 dB
• Respuesta de frecuencia ....................... 20 Hz a 15 kHz +0,5, –2 dB
SECCIÓN DE AM
• Gama de sintonización
[Modelos de EE.UU. y Canadá] .......................... 530 a 1710 kHz
[Modelos de Asia y generales] ............ 530/531 a 1710/1611 kHz
[Otros modelos] ................................................... 531 a 1611 kHz
• Sensibilidad útil ................................................................ 300 µV/m
GENERALIDADES
• Alimentación
[Modelos de EE.UU. y Canadá] ......................... CA 120 V/60 Hz
[Modelo de Australia].......................................... CA 240 V/50 Hz
[Modelo de China]............................................... CA 220 V/50 Hz
[Modelo de Corea]............................................... CA 220 V/60 Hz
[Modelos de R.U. y Europa] ............................... CA 230 V/50 Hz
[Modelo general] .............. CA 110/120/220/230-240 V, 50/60 Hz
[Modelo de Asia] .............................CA 220/230-240 V, 50/60 Hz
•Consumo
[Modelos de EE.UU. y Canadá] ............................ 500 W/630 VA
[Otros modelos] .................................................................. 500 W
• Consumo en espera
[Modelos de Asia y general] (CA 240 V/50 Hz).... 0,8 W o menos
[Otros modelos] ..................................................... 0,5 W o menos
• Salidas de CA [Modelos de EE.UU. y Canadá] ... 2 (Total 100 W/0,8 A máximo)
[Modelos del R.U. y Australia] .............. 1 (Total 100 W máximo)
[Modelos de China y Europa]................. 2 (Total 100 W máximo)
[Modelos Asia y general] ......................... 2 (Total 50 W máximo)
• Dimensiones (An x Al x Prof) ....................... 435 x 171 x 433,5 mm
• Peso........................................................................................ 15,5 kg
98
LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK NEEMT.
LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK NEEMT.
1 Om er zeker van te kunnen zijn dat u de optimale prestaties uit
uw toestel haalt, dient u deze handleiding zorgvuldig door te lezen. Bewaar de handleiding op een veilige plek zodat u er later nog eens iets in kunt opzoeken.
2 Installeer dit toestel op een goed geventileerde, koele, droge,
schone plek — uit direct zonlicht, uit de buurt van warmtebronnen, trillingen, stof, vocht en/of kou. Zorg voor een ventilatieruimte van tenminste 30 cm ruimte aan de bovenkant, 20 cm aan de rechter- en linkerkant en 20 cm aan de achterkant van dit toestel.
3 Plaats dit toestel uit de buurt van andere elektrische
apparatuur, motoren of transformatoren om storend gebrom te voorkomen.
4 Stel dit toestel niet bloot aan plotselinge
temperatuurswisselingen van koud naar warm en plaats het toestel niet in een omgeving met een hoge vochtigheidsgraad (bijv. in een ruimte met een luchtbevochtiger) om te voorkomen dat zich binnenin het toestel condens vormt, wat zou kunnen leiden tot elektrische schokken, brand, schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel.
5 Vermijd plekken waar andere voorwerpen op het toestel
kunnen vallen, of waar het toestel bloot staat aan druppelende of spattende vloeistoffen. Plaats de volgende dingen niet bovenop dit toestel: – Andere componenten, daar deze schade kunnen
veroorzaken en/of de afwerking van dit toestel kunnen doen verkleuren.
– Brandende voorwerpen (bijv. kaarsen), daar deze brand,
schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel kunnen veroorzaken.
– Voorwerpen met vloeistoffen, daar deze elektrische
schokken voor de gebruiker en/of schade aan dit toestel kunnen veroorzaken wanneer de vloeistof daaruit in het toestel terecht komt.
6 Dek het toestel niet af met een krant, tafellaken, gordijn enz.
zodat de koeling niet belemmerd wordt. Als de temperatuur binnenin het toestel te hoog wordt, kan dit leiden tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel.
7 Steek de stekker van dit toestel pas in het stopcontact als alle
aansluitingen gemaakt zijn.
8 Gebruik het toestel niet wanneer het ondersteboven is
geplaatst. Het kan hierdoor oververhit raken wat kan leiden tot schade.
9 Gebruik geen overdreven kracht op de schakelaars, knoppen
en/of snoeren.
10 Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u aan de
stekker zelf trekken, niet aan het snoer.
11 Maak dit toestel niet schoon met chemische oplosmiddelen;
dit kan de afwerking beschadigen. Gebruik alleen een schone, droge doek.
12 Gebruik alleen het op dit toestel aangegeven voltage. Gebruik
van dit toestel bij een hoger voltage dan aangegeven is gevaarlijk en kan leiden tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel. YAMAHA aanvaardt geen aansprakelijkheid voor enige schade veroorzaakt door gebruik van dit toestel met een ander voltage dan hetgeen aangegeven staat.
13 Om schade door blikseminslag te voorkomen dient u de
stekker uit het stopcontact te halen wanneer het onweert.
14 Probeer niet zelf wijzigingen in dit toestel aan te brengen of
het te repareren. Neem contact op met erkend YAMAHA servicepersoneel wanneer u vermoedt dat het toestel reparatie behoeft. Probeer in geen geval de behuizing open te maken.
15 Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet zult gebruiken
(bijv. vakantie), dient u de stekker uit het stopcontact te halen.
16 Lees het hoofdstuk “OPLOSSEN VAN PROBLEMEN” over
veel voorkomende vergissingen bij de bediening voor u de conclusie trekt dat het toestel een storing of defect vertoont.
17 Voor u dit toestel verplaatst, dient u op STANDBY/ON te
drukken om dit toestel uit (standby) te schakelen en de stekker uit het stopcontact te halen.
18 VOLTAGE SELECTOR (Alleen modellen voor Azië en
algemene modellen) De VOLTAGE SELECTOR schakelaar op het achterpaneel van dit toestel moet worden ingesteld op de lokale netspanning VOOR u de stekker in het stopcontact steekt. De geschikte voltages zijn als volgt: Algemene modellen
..................... 110/120/220/230-240 V, 50/60 Hz wisselstroom
Modellen voor Azië
................................... 220/230-240 V, 50/60 Hz wisselstroom
WAARSCHUWING
OM DE RISICO’S VOOR BRAND OF ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VERMINDEREN, MAG U DIT TOESTEL IN GEEN GEVAL BLOOTSTELLEN AAN VOCHT OF REGEN.
De stroomvoorziening van dit toestel is niet afgesloten zolang de stekker in het stopcontact zit, ook al is het toestel zelf uitgeschakeld. Dit is de zogenaamde standby-stand. In deze toestand is het toestel ontworpen een zeer kleine hoeveelheid stroom te verbruiken.
ALLEEN VOOR KLANTEN IN NEDERLANDS
Bij dit product zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA.
INHOUDSOPGAVE
INLEIDING
KENMERKEN ....................................................... 2
VAN START ........................................................... 3
Megeleverde accessoires ........................................... 3
Inzetten van batterijen in de afstandsbediening......... 3
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES ......... 4
Voorpaneel................................................................. 4
Afstandsbediening ..................................................... 6
Gebruiken van de afstandsbediening......................... 8
Display voorpaneel .................................................... 9
Achterpaneel ............................................................ 11
VOORBEREIDINGEN
LUIDSPREKER SETUP ..................................... 12
Opstelling van de luidsprekers................................. 12
Luidspreker-aansluitingen ....................................... 13
AANSLUITINGEN .............................................. 17
Voor u componenten gaat aansluiten....................... 17
Aansluiten van videocomponenten.......................... 18
Aansluiten van audiocomponenten.......................... 21
Aansluiten van de antennes ..................................... 23
Aansluiten van het netsnoer..................................... 24
Instelling luidsprekerimpedantie ............................. 25
Inschakelen van de stroom....................................... 25
AUTO SETUP....................................................... 26
Inleiding................................................................... 26
Optimalisatie-microfoon setup ................................ 26
Beginnen van de setup ............................................. 27
BASIS SETUP....................................................... 31
Gebruiken van het BASIC MENU .......................... 31
BASISBEDIENING
WEERGAVE ........................................................ 33
Basisbediening......................................................... 33
Selecteren van geluidsveldprogramma’s ................. 34
Aanvullende mogelijkheden .................................... 35
Selecteren van ingangsfuncties................................ 40
AFSTEMMEN ...................................................... 41
Automatisch en handmatig afstemmen.................... 41
Zenders voorprogrammeren..................................... 42
Selecteren van voorkeuzezenders ............................ 44
Omwisselen van voorkeuzezenders......................... 44
Ontvangst van RDS zenders .................................... 45
Wijzigen van de RDS functie .................................. 45
De PTY SEEK functie ............................................. 46
De EON functie ....................................................... 47
OPNEMEN............................................................ 48
GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
GELUIDSVELDPROGRAMMA
BESCHRIJVINGEN.........................................49
Voor film/video bronnen ......................................... 49
Voor muziekmateriaal ............................................. 52
GEAVANCEERDE BEDIENING
GEAVANCEERDE BEDIENING .......................53
Selecteren van de OSD (in-beeld display)
weergavefunctie................................................... 53
Gebruiken van de slaaptimer ................................... 53
Handmatig instellen van de luidsprekersniveaus..... 54
Gebruiken van de testtoon ....................................... 55
SET MENU ............................................................56
Gebruiken van het SET MENU ............................... 57
Gebruiken van het SOUND MENU ........................ 58
Gebruiken van het INPUT MENU .......................... 63
Gebruiken van het OPTION MENU ....................... 65
KENMERKEN VAN DE
AFSTANDSBEDIENING.................................68
Bedieningstoetsen .................................................... 68
Instellen van afstandsbedieningscodes .................... 69
Overnemen van codes van andere
afstandsbedieningen (Leren) ............................... 71
Veranderen van de namen van signaalbronnen in
het uitleesvenster ................................................. 73
Gebruiken van de Macro functie ............................. 74
Wissen van ingestelde functies ................................ 76
Wissen van individuele functies .............................. 77
Bedienen van andere componenten ......................... 79
ZONE 2/ZONE 3
(ALLEEN MODELLEN VOOR DE V.S., CANADA, EUROPA, HET V.K. EN
AUSTRALIË) ....................................................80
Zone 2/Zone 3 aansluitingen ................................... 80
Afstandsbediening Zone 2/Zone 3........................... 81
AANVULLENDE INFORMATIE
WIJZIGEN VAN GELUIDSVELD
INSTELLINGEN ..............................................83
Wat is een geluidsveld? ........................................... 83
Veranderen van instellingen .................................... 83
GELUIDSVELD PARAMETER
BESCHRIJVINGEN.........................................85
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN .......................89
WOORDENLIJST ................................................94
Audioformaten......................................................... 94
Geluidsveldprogramma’s......................................... 95
Audio informatie...................................................... 96
Videosignaal informatie .......................................... 97
TECHNISCHE GEGEVENS ...............................98
INLEIDING
VOORBEREIDINGEN
BASISBEDIENING
GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
GEAVANCEERDE
BEDIENING
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
1
KENMERKEN
KENMERKEN
Ingebouwde 7-kanaals eindversterker
Minimum RMS uitgangsvermogen (0,04% THV, 20 Hz – 20 kHz, 8 Ω) Voor: 120 W +120 W Midden: 120 W Surround: 120 W +120 W Surround Achter: 120 W +120 W
Kenmerken geluidsveld
Zelf ontwikkelde YAMAHA technologie voor de creatie van geluidsvelden
THX Select
Dolby Digital/Dolby Digital EX Decoder
DTS/DTS-ES Matrix 6.1, Discrete 6.1, DTS Neo:6
Decoder, DTS 96/24
Dolby Pro Logic/Dolby Pro Logic II/Dolby Pro Logic IIx Decoder
Virtual CINEMA DSP
SILENT CINEMA
Verfijnde AM/FM tuner
40 Gemakkelijk toegankelijke voorkeuzezenders
Automatisch voorprogrammeren
Wijzigen van voorkeuzezenders (Bewerken voorkeuzezenders)
RDS: Radio Data Systeem ontvangst (alleen modellen voor Europa en het V.K.)
Overige kenmerken
YPAO: YAMAHA Parametric Room Acoustic Optimizer voor automatische instelling van uw luidsprekers
192-kHz/24-bits D/A converter
SET MENU om dit toestel optimaal af te stemmen aan
uw audio/videosysteem
6 of 8 extra ingangsaansluitingen voor gescheiden multikanaals signalen
De in-beeld displayfunctie maakt de bediening van dit toestel gemakkelijk
PURE DIRECT voor onversneden, natuurgetrouwe weergave van analoge en PCM bronnen
S-Video in-/uitgangsaansluitingen
Component video in-/uitgangsaansluitingen
Videosignaal conversie (composiet video S-Video
component video) mogelijk voor de monitor uitgang
Optische en coaxiale digitale audio-aansluitingen
Slaaptimer
Cinema en Muziek Middernacht luisterfuncties
Afstandsbediening met voorgeprogrammeerde
afstandsbedieningscodes en Leer-/Macrofunctie
Zone 2/Zone 3 aangepaste installatie mogelijk (alleen bij modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië)
y geeft een bedieningstip aan.
• Sommige handelingen kunnen zowel worden uitgevoerd met de toetsen op het toestel zelf als met de afstandsbediening. Als de naam van een toets op de afstandsbediening verschilt van die op het toestel zelf, zal de naam van de betreffende toets op de afstandsbediening tussen haakjes vermeld worden.
• Deze handleiding is gedrukt voor uw toestel geproduceerd werd. Daarom kunnen ontwerp en specificaties gewijzigd zijn als gevolg van verbeteringen enz. Als de handleiding en het product van elkaar verschillen, heeft het product de prioriteit.
Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories. “Dolby”, “Pro Logic”, “Surround EX” en het dubbele-D symbool zijn handelsmerken van Dolby Laboratories.
“SILENT CINEMA” is een handelsmerk van YAMAHA CORPORATION.
“DTS”, “DTS-ES”, “Neo:6” en “DTS 96/24” zijn handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc.
THX en het THX logo zijn gedeponeerde handelsmerken van THX Ltd. Surround EX is een gezamenlijk door THX en Dolby Laboratories, Inc. ontwikkelde technologie en is een handelsmerk van Dolby Laboratories, Inc. Alle rechten voorbehouden. Gebruikt met toestemming.
2
VAN START
1
3
2
VAN START
Megeleverde accessoires
Controleer of u alle volgende onderdelen inderdaad ontvangen hebt.
Afstandsbediening
STANDBY
AVTV
INPUT MODE
B
CBL/SAT MD/TAPE
+
+
VOL
CH
A/B/C/D/E
MUTE
SET MENU
MENU
ENTER
ON SCREEN
DISPLAY
3421
MUSIC TV THTR MOVIE
+10
CLEAR
LEARN
MACROONOFF
SYSTEM
SLEEP
MULTI CH IN
CD-R
SELECT
AMP
SOURCE
PURE DIRECT
NIGHT
AUDIO
STRAIGHT
EFFECT
ROCK
ENT.
RE–NAME
TV
POWER POWER POWER
A
PHONO TUNER CD
V-AUX
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
LEVEL
TITLE
TEST
RETURN
STEREO HALL JAZZ
ENTERTAIN
5678
THX STANDARD EXTD. SUR
90
FREQ/RDS EON MODE PTY SEEK START
REC
DISC SKIP
Inzetten van batterijen in de afstandsbediening
Batterijen (4)
(AAA, R03, UM-4)
Sleutel voor de
luidspreker-aansluitingen
75 Ohm/300 Ohm antenne-adapter (Alleen bij modellen voor het V.K.)
(Modellen voor de V.S., Canada, Europa, het
V.K., Australië, China en Korea)
Optimalisatie-microfoon
AM ringantenne
Opmerkingen over batterijen
• Vervang alle batterijen tegelijk als u merkt dat bijvoorbeeld het bereik van de afstandsbediening afneemt, de indicator niet knippert of dat de indicator of het uitleesvenster zwakker worden.
• Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar.
• Gebruik geen verschillende soorten batterijen door elkaar (alkali en gewone (mangaan) batterijen bijvoorbeeld). Lees de informatie op de verpakking aandachtig door, want de verschillende soorten batterijen kunnen erg op elkaar lijken.
• Als de batterijen zijn gaan lekken, moet u ze onmiddellijk weggooien. Raak het uit de batterijen gelekte materiaal niet aan en zorg ervoor dat het niet op uw kleding enz. komt. Maak het batterijvak goed schoon voor u er nieuwe batterijen in doet.
• Gooi batterijen niet weg met het gewone afval; gooi batterijen alleen weg in overeenstemming met de plaatselijke regelgeving, dus als klein chemisch afval.
Netsnoer
INLEIDING
FM binnenantenne
(Modellen voor de V.S.,
Canada, China, Korea,
Azië en algemene
modellen)
FM binnenantenne
(Modellen voor het V.K.,
Europa en Australië)
1 Druk op en schuif het klepje van het
batterijvak.
2
Doe de vier meegeleverde batterijen (AAA, R03, UM-4) in het batterijvak, in overeenstemming met de polariteitsaanduidingen binnenin.
3
Schuif het klepje terug op zijn plaats tot het vastklikt.
Als de afstandsbediening langer dan 2 minuten zonder batterijen zit, of als er lege batterijen in zitten, zal het geheugen gewist worden. Wanneer het geheugen gewist is, dient u nieuwe batterijen in de afstandsbediening te doen en moet u eventueel ingevoerde functies opnieuw programmeren.
Nederlands
3
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Voorpaneel
1 24 0
INPUT
STANDBY
/ON
SPEAKERS
A
MULTI CHBINPUT MODE
INPUT
3
PURE DIRECT
TUNER
YPAO
A/B/C/D/E
OPTIMIZER
MIC
PRESET/ TUNING
ABC DEFGH K
67 85
PRESET/ TUNING
EDIT
SILENT CINEMA S VIDEO VIDEO L
PHONES
FM/AM
MEMORY
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
TUNING
MODE
VIDEO AUX
RDS MODE
/FREQ
9
AUDIO R OPTICAL
EON PTY SEEK
MODE START
MNOL
1 STANDBY/ON
Hiermee zet u het toestel aan of uit (standby). Wanneer u het toestel aan zet, hoort u een klik, waarna het 6 a 7 seconden duurt voor er geluid wordt weergegeven.
Opmerking
Wanneer het toestel uit (standby) staat, wordt er nog steeds een heel klein beetje stroom verbruikt zodat er gereageerd kan worden op de infraroodsignalen van de afstandsbediening.
2 INPUT keuzeknop
Hiermee kunt u kiezen naar welke signaalbron u wilt luisteren of kijken.
3 PURE DIRECT
Hiermee zet u de PURE DIRECT weergavefunctie aan of uit. Licht op indien ingeschakeld (zie bladzijde 37).
4 Display voorpaneel
Hierop wordt informatie getoond over de bediening en de toestand waarin het toestel zich bevindt.
5 PRESET/TUNING EDIT
Hiermee schakelt u PRESET/TUNING l / h heen en weer tussen voorkeuzezenders en gewoon afstemmen.
(Alleen modellen voor het V.K. en
6 FM/AM
Hiermee schakelt u heen en weer tussen de FM en AM radiobanden.
7 MEMORY (MAN’L/AUTO FM)
Hiermee kunt u een zender in het geheugen opslaan. Houd deze toets tenminste 3 seconden ingedrukt om het automatisch voorprogrammeren te laten beginnen.
8 TUNING MODE (AUTO/MAN’L MONO)
Hiermee schakelt u heen en weer tussen automatisch afstemmen (AUTO indicator aan) en handmatig afstemmen (AUTO indicator uit).
9 Sensor voor de afstandsbediening
Deze ontvangt de signalen van de afstandsbediening.
0 VOLUME
Hiermee kunt u het volume (uitgangsniveau) van alle audiokanalen tegelijk instellen. Dit heeft geen invloed op het REC OUT niveau.
A SPEAKERS A/B
Met elke druk op de bijbehorende toets zet u de set voor­luidsprekers aangesloten op de A en/of B aansluitingen op het achterpaneel aan of uit.
Europa)
(Modellen voor de
V. S .)
VOLUME
PROGRAM
TONE CONTROL STRAIGHT
EFFECT
JI
4
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
B MULTI CH INPUT
Hiermee selecteert u de met de MULTI CH INPUT aansluitingen verbonden signaalbron. Indien geselecteerd, zal de MULTI CH INPUT signaalbron voorrang krijgen over een met INPUT (of met de ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening) geselecteerde signaalbron.
C INPUT MODE
Hiermee bepaalt u uw voorkeur (AUTO, DTS, ANALOG) voor het soort signaal dat u wilt weergeven wanneer een bepaalde component verbonden is met twee of meer van de ingangsaansluitingen (zie bladzijde 40) van dit toestel.
D OPTIMIZER MIC aansluiting
Hierop kunt u de meegeleverde microfoon aansluiten voor gebruik met de AUTO SETUP functie (zie bladzijde 26).
E A/B/C/D/E
Hiermee kunt u één van de 5 voorkeuzegroepen selecteren (A t/m E).
F PRESET/TUNING l / h
Hiermee stelt u een voorkeuzezender, nummer 1 t/m 8, in wanneer er op het display op het voorpaneel naast de radioband een dubbele punt (:) te zien is. U stemt hiermee af op de gewenste frequentie wanneer de dubbele punt (:) niet getoond wordt.
G PHONES (SILENT CINEMA) aansluiting
Via deze aansluiting kunt u luisteren met een hoofdtelefoon. Wanneer u een hoofdtelefoon aansluit, zullen er geen signalen worden gereproduceerd via de PRE OUT aansluitingen of de luidsprekers. Alle Dolby Digital en DTS audiosignalen worden teruggemengd naar de linker en rechter hoofdtelefoonkanalen.
Alleen bij modellen voor het V.K. en
Europa
L RDS MODE/FREQ
Druk op deze toets wanneer het toestel een RDS zender ontvangt om te schakelen tussen de PS functie, PTY functie, RT functie, CT functie (als de zender deze RDS gegevens verzorgt) en/of het frequentiedisplay (zie bladzijde 45).
M EON
Druk op deze toets om automatisch af te stemmen op een radioprogramma van het door u gewenste type (NEWS, INFO, AFFAIRS, SPORT) (zie bladzijde 47).
N PTY SEEK MODE
Druk op deze toets om het toestel in de PTY SEEK functie te zetten (zie bladzijde 46).
O PTY SEEK START
Druk op deze toets om het zoeken naar een geschikte zender te laten beginnen nadat u het gewenste programmatype heeft geselecteerd in de PTY SEEK functie (zie bladzijde 46).
Open en dicht doen van de klep in het
voorpaneel
Wanneer u de bedieningsorganen achter het klepje wilt gebruiken, kunt u dit openen door zachtjes op het onderste deel van het paneel te drukken. Houd het klepje dicht wanneer u deze bedieningsorganen niet nodig heeft.
INLEIDING
H VIDEO AUX aansluitingen
Via deze audio- en video-aansluitingen kunt u een externe signaalbron zoals een spelcomputer aansluiten. Om de signalen die via deze aansluitingen binnenkomen weer te geven, dient u V-AUX in te stellen als signaalbron.
I TONE CONTROL
Hiermee kunt u de weergave van de lage en hoge tonen regelen voor de linker, rechter en midden voorkanalen (zie bladzijde 35).
J PROGRAM
Hiermee kunt u geluidsveldprogramma’s selecteren of de weergave van de lage/hoge tonen regelen (samen met TONE CONTROL).
K STRAIGHT/EFFECT
Hiermee zet u de geluidsvelden aan of uit. Wanneer STRAIGHT is geselecteerd zullen de ingangssignalen (2­kanaals of multikanaals) direct, onveranderd worden weergegeven via de bijbehorende luidsprekers, zonder enig toegevoegd effect.
Druk voorzichtig tegen het onderste deel van het klepje
om dit te openen.
Nederlands
5
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Afstandsbediening
In dit hoofdstuk worden de functies van de toetsen op de bij dit toestel behorende afstandsbediening beschreven. Zie “KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING” op bladzijde 68 als u andere componenten wilt kunnen bedienen.
1
2
POWER POWER POWER
AVTV
A
B
STANDBY
INPUT MODE
SYSTEM
SLEEP
C
D E F
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
G
3
4
5
6
7
8
9
0
A
B
V-AUX
CBL/SAT MD/TAPE
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
PRESET
+
+
CH
TV VOL
A/B/C/D/E
TV MUTE TV INPUT
LEVEL
TITLE
ENTER
TEST
RETURN
STEREO HALL JAZZ
ENTERTAIN
MUSIC TV THTR
5678
THX STANDARD EXTD. SUR
90
FREQ/RDS EON MODE PTY SEEK START
REC
DISC SKIP
LEARN
MACROONOFF
+
VOL
MUTE
SET MENU
MENU
ON SCREEN
DISPLAY
3421
+10
CLEAR
CD-R
SELECT
AMP
SOURCE
TV
PURE DIRECT
NIGHT
AUDIO
STRAIGHT
EFFECT
ROCK
MOVIE
ENT.
RE–NAME
H
I
J
K
L M
N O P
Q
U
R S t
3 Ingangskeuzetoetsen
Hiermee selecteert u de weer te geven signaalbron en bepaalt u welke set bedieningstoetsen gebruikt wordt.
4 Uitleesvenster
Toont de naam van de geselecteerde signaalbron die u wilt bedienen.
5 PRESET +/–
In de tunerfunctie selecteert u hiermee voorkeuzezenders.
6 A/B/C/D/E
In de tunerfunctie selecteert u hiermee groepen voorkeuzezenders.
7 LEVEL
Hiermee kunt u een luidsprekerkanaal selecteren om het niveau in te stellen.
8 Cursortoetsen k / n/ l / h / ENTER
Hiermee kunt u DSP programma parameters of SET MENU items selecteren en instellen.
9 TEST
Met deze toets kunt u de testtoon laten weergeven voor het instellen van de luidsprekers.
0 Geluidsveldprogramma / cijfertoetsen
Hiermee kunt u geluidsveldprogramma’s selecteren of cijfers invoeren. Wanneer het toestel in de tunerfunctie staat, kunt u met de cijfertoetsen 1 t/m 8 direct voorkeuzezenders selecteren.
A MACRO ON/OFF
Hiermee zet u de macro-functie aan of uit.
B MACRO
Met deze toets kunt u een reeks handelingen onder een enkele toets programmeren (zie bladzijde 74).
C STANDBY
Hiermee zet u het toestel uit (standby).
D SYSTEM POWER
Hiermee zet u het toestel aan.
E INPUT MODE
Hiermee bepaalt u uw voorkeur (AUTO, DTS, ANALOG) voor het soort signaal dat u wilt weergeven wanneer een bepaalde component verbonden is met twee of meer van de ingangsaansluitingen (zie bladzijde 40) van dit toestel.
1 Infrarood venster
Hiervandaan worden de infraroodsignalen verzonden. Richt dit venster op de component die u wilt bedienen.
2 Zendindicator
Knippert wanneer de afstandsbediening signalen aan het uitzenden is.
6
F SLEEP
Hiermee kunt u de slaaptimer instellen.
G MULTI CH IN
Hiermee selecteert u de MULTI CH INPUT functie bij gebruik van een externe decoder (enz.).
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
H SELECT k/n
Hiermee kunt u een andere component selecteren die u onafhankelijk van de met de ingangskeuzetoetsen geselecteerde signaalbron kunt bedienen.
I VOL +/–
Hiermee verhoogt of verlaagt u het volume.
J AMP/SOURCE/TV
Hiermee selecteert u de component die wilt bedienen met de afstandsbediening.
AMP: In deze stand kunt u dit toestel bedienen. SOURCE: In deze stand kunt u de met de
ingangskeuzetoetsen geselecteerde bedienen. TV: In deze stand kunt u de televisie bedienen. Zie bladzijde 69 voor het instellen van de afstandsbedieningscodes voor uw componenten.
K MUTE
Deze toets schakelt u de geluidsweergave tijdelijk uit. Druk nog eens op deze toets om de geluidsweergave op het oorspronkelijke volume voort te zetten.
L PURE DIRECT
Hiermee zet u de PURE DIRECT weergavefunctie aan of uit (zie bladzijde 37).
M SET MENU
Selecteren van de SET MENU functie.
N NIGHT
Hiermee kunt u de middernacht luisterfuncties aan of uit zetten (zie bladzijde 38).
O ON SCREEN
Hiermee kunt u bepalen welke gegevens van het in-beeld display (OSD) door dit toestel naar uw beeldscherm worden doorgestuurd.
T LEARN
Hiermee kunt u afstandsbedieningscodes instellen of functies overnemen van andere afstandsbedieningen (zie bladzijde 69 en 71).
Alleen bij modellen voor het V.K. en
Europa
U RDS afstemtoetsen
(Beschikbaar wanneer dit toestel in de tunerfunctie staat)
FREQ/RDS
Druk op deze toets wanneer het toestel een RDS zender ontvangt om te schakelen tussen de PS functie, PTY functie, RT functie, CT functie (als de zender deze RDS gegevens verzorgt) en/of het frequentiedisplay (zie bladzijde 45).
EON
Druk op deze toets om automatisch af te stemmen op een radioprogramma van het door u gewenste type (NEWS, INFO, AFFAIRS, SPORT) (zie bladzijde 47).
PTY SEEK MODE
Druk op deze toets om het toestel in de PTY SEEK functie te zetten (zie bladzijde 46).
PTY SEEK START
Druk op deze toets om het zoeken naar een geschikte zender te laten beginnen nadat u het gewenste programmatype heeft geselecteerd in de PTY SEEK functie (zie bladzijde 46).
INLEIDING
P STRAIGHT/EFFECT
Hiermee zet u de geluidsvelden aan of uit. Wanneer STRAIGHT is geselecteerd zullen de ingangssignalen (2-kanaals of multikanaals) direct, onveranderd worden weergegeven via de bijbehorende luidsprekers, zonder enig toegevoegd effect.
Q EXTD. SUR
Schakelt tussen 5.1- en 6.1/7.1-kanaals weergave van multikanaals materiaal.
R RE-NAME
Hiermee kunt u de naam van de signaalbron in het uitleesvenster veranderen (zie bladzijde 73).
S CLEAR
Hiermee kunt u dingen wissen bij de leerfunctie en bij het veranderen van de getoonde namen, of bij het instellen van afstandsbedieningscodes (zie bladzijde 76).
Nederlands
7
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Gebruiken van de afstandsbediening
De afstandsbediening zendt een gerichte infraroodstraal uit. Richt de afstandsbediening op de sensor op het toestel dat
u wilt bedienen.
AUDIO R OPTICAL
VOLUME
PROGRAM
TONE CONTROL STRAIGHT
30 30
EFFECT
INPUT
PURE DIRECT
STANDBY
/ON
MULTI CHBINPUT MODE INPUT
TUNER
YPAO
SPEAKERS
A
Ongeveer 6 m
PRESET/
PRESET
TUNING
TUNING
/TUNING
MODE
A/B/C/D/E
FM/AM
MEMORY
EDIT
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
PHONES S VIDEO VIDEO L
MIC
VIDEO AUX
SILENT
Omgaan met de afstandsbediening
• Mors geen water of andere vloeistoffen op de afstandsbediening.
• Laat de afstandsbediening niet vallen.
• Laat de afstandsbediening niet liggen en bewaar hem niet op de volgende plekken: – zeer vochtige plekken, bijvoorbeeld bij een bad – plekken waar de temperatuur hoog kan oplopen,
zoals naast de verwarming of kachel – zeer koude plekken – stoffige plekken
8
Display voorpaneel
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
135678
V–AUX
96
MATRIX
24
DISCRETE
THX
PCM
DIGITAL PL EX
PL
PL x
AFGHK
1 Decoder indicators
Wanneer één van de decoders van dit toestel in werking is, zal de bijbehorende indicator oplichten.
2 Geluidsveld indicators
Lichten op om aan te geven welke DSP geluidsvelden er in werking zijn.
Linker surround DSP geluidsveld
3 NIGHT indicator
Licht op wanneer u de nacht-luisterfunctie selecteert.
4 Signaalbron indicators
Een cursorstreepje geeft aan welke signaalbron wordt weergegeven.
5 CINEMA DSP indicator
Licht op wanneer u een CINEMA DSP geluidsveldprogramma selecteert.
6 YPAO indicator
Licht op tijdens de automatische set-up en wanneer de automatische luidspreker-instellingen onveranderd worden gebruikt.
7 AUTO indicator
Licht op wanneer dit toestel in de automatische afstemfunctie staat.
8 STEREO indicator
Licht op wanneer het toestel een sterk FM stereosignaal ontvangt en de AUTO indicator brandt.
9 VOLUME niveauaanduiding
Hiermee wordt het volumeniveau aangegeven.
0 THX indicator
Licht op wanneer er een THX programma is geselecteerd.
DSP aanwezigheidsgeluidsveld
Achter surround DSP geluidsveld
2
DVR/VCR2
ZONE2 ZONE3
ZONE4
SLEEP
BE
VCR 1
NIGHT
VIRTUAL
C
DIJ
(Alleen modellen voor de V.S.,
PQ
Canada, Europa, het V.K. en Australië)
SP
A B
CBL/SAT
SILENT CINEMA
4
DTV DVD
MD/TAPE
YPAO HiFi DSP
CD–R CD TUNER
STEREO
EON
PS PTY RT CT
PTY HOLD
AUTO
TUNED
MEMORY
(Alleen modellen voor het V.K. en Europa)
MUTE
96/24
ft mS
LFE
dB
LM
PHONO
VOLU ME
LL C R SL SB SR
NO0
9
INLEIDING
dB
A PCM indicator
Licht op wanneer dit toestel PCM (pulscode modulatie) digitale audiosignalen weergeeft.
B SLEEP indicator
Licht op wanneer de slaaptimer is ingeschakeld.
C VIRTUAL indicator
Licht op wanneer Virtual CINEMA DSP in werking is (zie
Luisterplek
Rechter surround DSP geluidsveld
bladzijde 39).
D Hoofdtelefoon indicator
Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten.
E SP A B indicators
Lichten op om aan te geven welke set voor-luidsprekers is geselecteerd. Beide indicators lichten op wanneer u beide sets luidsprekers heeft geselecteerd of bij dubbele aansluiting van een enkele set.
F SILENT CINEMA indicator
Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten en er een geluidsveldprogramma is geselecteerd (zie bladzijde 35).
G Multifunctioneel display
Toont de naam van het huidige geluidsveldprogramma en andere gegevens bij het invoeren of wijzigen van instellingen.
H HiFi DSP indicator
Licht op wanneer u een HiFi DSP geluidsveldprogramma selecteert.
I MEMORY indicator
Knippert ten teken dat een zender kan worden opgeslagen.
J TUNED indicator
Licht op wanneer dit toestel is afgestemd op een zender.
Nederlands
K MUTE indicator
Knippert wanneer de MUTE functie (tijdelijk uitschakelen geluidsweergave) is ingeschakeld.
9
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
L 96/24 indicator
Licht op wanneer dit toestel een DTS 96/24 signaal ontvangt.
M LFE indicator
Licht op wanneer het ingangssignaal een LFE signaal bevat.
N Indicators ingangskanalen
Deze geven aan uit welke kanalen het huidige digitale ingangssignaal bestaat.
O Aanwezigheids- en surround achter-
luidspreker indicators
Deze geven aan of er aanwezigheids- en/of achter surround luidsprekers zijn aangesloten bij gebruik van de SPEAKERS instelling (bladzijde 32) of de SP LEVEL instelling (bladzijde 60).
P ZONE 2/ZONE 3 indicators
(Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië)
Licht op wanneer de Zone 2 of Zone 3 functie wordt gebruikt.
Q RDS indicators
(Alleen modellen voor het V.K. en Europa)
De RDS gegevens die worden verzorgd door de RDS zender waar op dit moment op is afgestemd zullen oplichten. EON licht op wanneer er is afgestemd op een RDS zender die EON gegevens aanbiedt. PTY HOLD licht op wanneer er met de PTY SEEK zoekfunctie naar zenders wordt gezocht.
10
Achterpaneel
AC OUTLETS
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
12 3 54678
DIGITAL OUTPUT
OPTICAL
DIGITAL INPUT
GND
AUDIO AUDIO VIDEO
R
MD/TAPE
IN
(
)
PLAY
MD/TAPE
CD-R
OUT (
)
REC
CD
IN
(
)
PLAY
CD-R
DVD
OUT (
)
REC
DTV
CD
PHONO
CBL/SAT
FRONT (6CH)/SB (8CH)
COAXIAL
CD
SURROUND
DVD
DVR/ VCR 2
SUB
WOOFER
MULTI CH INPUT OUTPUT
VIDEO
R
ZONE 2
ZONE 3
L
DVD
DTV
CBL /SAT
IN
VCR 1
OUT
IN
DVR/ VCR 2
OUT
CD-R
MONITOR OUT
L
CENTER
1 DIGITAL OUTPUT aansluitingen
Zie bladzijde 21 voor details.
2 Aansluitingen voor audio-apparatuur
Zie bladzijde 21 voor meer informatie over deze aansluitingen.
3 Aansluitingen voor video-apparatuur
Zie de bladzijden 18 en 20 voor meer informatie over deze aansluitingen.
4 RS-232C aansluiting
(Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië)
Dit is een aansluiting voor uitbreidingen voor handelsdoeleinden. Raadpleeg uw dealer voor details hieromtrent.
5 REMOTE IN/OUT aansluitingen
(Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië)
Zie bladzijde 80 voor meer informatie over deze aansluitingen.
6 CONTROL OUT aansluiting
(Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië)
Zie bladzijde 80 voor meer informatie over deze aansluitingen.
7 AC OUTLET(S)
Hiermee kunt eventueel andere A/V componenten van stroom voorzien (zie bladzijde 24).
8
AC INLET (Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K., Australië, China en Korea)
Steek hier het meegeleverde netsnoer in (zie bladzijde 24).
S VIDEO
DVD
DTV
COMPONENT VIDEO
P
R
PB Y
MONITOR OUT
TUNER
AM
ANT
GND
FM ANT
75
UNBAL.
FRONT
SURROUND
SUB WOOFER
RS-232C
R
R
R
SURROUND BACK /PRESENCE
PRE OUT
CENTER
+
R
FRONT
+
L
+
R
L
+
R
L
IN OUT
A
B
SURROUND
SURROUND BACK
SPEAKERS
CONTROL OUTREMOTE
+12V 15mA MAX.
SINGLE
+
L
L
L
R
PRESENCE/ZONE 2
CENTER
+
AC OUTLETS
AC OUTLETS
L
+
++–
+
(Modellen voor de
EDCBA09
V. S .)
9 DIGITAL INPUT aansluitingen
Zie de bladzijden 18, 20 en 21 voor details.
0 MULTI CH INPUT aansluitingen
Zie bladzijde 19 voor meer informatie over deze aansluitingen.
A ZONE 2/ZONE 3 OUTPUT aansluitingen
(Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië)
Zie bladzijde 80 voor meer informatie over deze aansluitingen.
B Antenne-aansluitingen
Zie bladzijde 23 voor meer informatie over deze aansluitingen.
C PRE OUT aansluitingen
Zie bladzijde 22 voor meer informatie over deze aansluitingen.
D Luidspreker-aansluitingen
Zie bladzijde 13 voor meer informatie over deze aansluitingen.
E
PRESENCE/ZONE 2 luidspreker-aansluitingen (Modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië)
PRESENCE luidspreker-aansluitingen (overige modellen)
Zie bladzijde 14 voor meer informatie over deze aansluitingen.
< Alleen modellen voor Azië en algemene modellen >
FREQUENCY STEP schakelaar
Zie bladzijde 23.
VOLTAGE SEL ECTOR
Zie bladzijde 24.
INLEIDING
Nederlands
11
LUIDSPREKER SETUP
LUIDSPREKER SETUP
Opstelling van de luidsprekers
Voor de beste resultaten dient u de luidsprekers op te stellen zoals hieronder staat aangegeven.
Surround-luidsprekers (SR en SL)
De surround-luidsprekers worden gebruikt voor omhullende surroundweergave en effecten. Plaats deze luidsprekers achter uw luisterplek, een beetje naar binnen gericht en ongeveer 1,8 m van de vloer.
PL
FL
SL
SL
.
1,8 m
C
30˚
60˚
80˚
SBL
Meer dan 30 cm
SBR
PR
FR
SR
SR
1,8 m
y
De illustraties tonen de standaard luidsprekeropstelling zoals aanbevolen door de ITU-R (zie bladzijde 96). Met deze opstelling profiteert u optimaal van CINEMA DSP, multikanaals audio en THX weergave.
Voor-luidsprekers (FR en FL)
De voor-luidsprekers worden gebruikt voor weergave van het hoofdkanaal plus effecten. Plaats deze luidsprekers op gelijke afstand van uw luisterplek. De afstanden van deze luidsprekers tot het beeldscherm moeten ook gelijk zijn.
Surround achter-luidsprekers (SBR en SBL)
De surround achter-luidsprekers geven een aanvulling op de surround-luidsprekers en zorgen voor realistischer overgangen van voor naar achter. Plaats deze luidsprekers direct achter de luisterplek en op dezelfde hoogte als de surround-luidsprekers. Deze luidsprekers moeten tenminste 30 cm uit elkaar worden geplaatst. In het ideale geval zou u ze op dezelfde afstand uit elkaar moeten plaatsen als de voor-luidsprekers.
Subwoofer
Een subwoofer, zoals het YAMAHA Active Servo Processing Subwoofer System, zorgt niet alleen voor een effectieve versterking van de lage tonen in de diverse weergavekanalen, maar ook voor een natuurgetrouwe reproductie van het LFE (lage frequentie effecten) kanaal in Dolby Digital en DTS geluidsmateriaal. De opstelling van de subwoofer is niet zo belangrijk, want de zeer lage tonen zijn niet erg richtingsgevoelig. U kunt de subwoofer het beste in de buurt van de voor-luidsprekers plaatsen. Richt hem een beetje naar het midden van de ruimte om weerkaatsing via de wanden te verminderen.
Aanwezigheidsluidsprekers (PR en PL)
De zogenaamde ‘aanwezigheids’-luidsprekers geven een aanvulling op de weergave via de voor-luidsprekers met extra omgevingseffecten geproduceerd door CINEMA DSP (zie bladzijde 49). Deze effecten bestaan onder meer uit geluiden die de filmmakers een stukje verder achter het scherm willen plaatsen voor een groter bioscoopeffect. Plaats deze luidsprekers voor in de ruimte, ongeveer 0,5 ­1 m buiten de voor-luidsprekers, een beetje naar binnen gericht en ongeveer 1,8 m van de vloer.
Opmerking
De surround-achter en de zogenaamde aanwezigheidsluidsprekers kunnen niet tegelijkertijd geluid weergeven. Via het SOUND MENU (zie bladzijde 63) kunt u één van beide sets luidsprekers de voorkeur geven.
Midden-luidspreker (C)
De midden-luidspreker is voor weergave van het middenkanaal (dialoog, vocalen enz.). Als het om de een of andere reden niet mogelijk is om een midden-luidspreker te gebruiken, kunt u ook zonder. De beste resultaten krijgt u echter met een volledig systeem. Zorg ervoor dat de voorkant van de midden-luidspreker in lijn ligt met de voorkant van uw beeldscherm. Plaats deze luidspreker midden tussen de voor-luidsprekers en zo dicht mogelijk bij het beeldscherm, bijvoorbeeld direct erboven of eronder.
12
Opstelling di-pool luidsprekers
Voor THX surroundweergave kunnen di-pool of direct weerkaatsende luidsprekers worden gebruikt. Als u voor di-pool luidsprekers kiest, dient u de surround- en surround achter-luidsprekers op te stellen zoals hieronder schematisch is aangegeven.
FL
SL
: Di-pool luidspreker
: Richting di-pool luidspreker
C
30˚ 30˚
SBL
FR
SR
SBR
LUIDSPREKER SETUP
Luidspreker-aansluitingen
Let erop dat u de linker (L) en rechter (R) kanalen, “+” (rood) en “–” (zwart) op de juiste manier aansluit. Als de aansluitingen niet kloppen, zal er geen geluid worden weergegeven via de luidsprekers en als de polariteit van de luidspreker-aansluitingen niet correct is, zal de weergave onnatuurlijk klinken met te weinig lage tonen.
LET OP
• Als u 6 Ohm luidsprekers wilt gebruiken, moet u de luidsprekerimpedantie van dit toestel voor gebruik op 6 Ohm instellen (zie bladzijde 25).
• Zet het toestel uit voor u de luidsprekers gaat aansluiten.
• Laat de blote luidsprekerdraden elkaar niet raken en zorg ervoor dat ze geen contact maken met de metalen onderdelen van het toestel. Hierdoor kunnen het toestele en/of de luidsprekers beschadigd raken.
• Gebruik magnetisch afgeschermde luidsprekers. Als dergelijke luidsprekers toch uw beeldscherm storen, zet de luidsprekers dan verder bij het beeldscherm vandaan.
Een luidsprekersnoer bestaat uit twee geïsoleerde draden naast elkaar. De ene draad onderscheidt zich van de andere door een andere kleur, of misschien een streep, groef of ribbels. Sluit de afwijkend gestreepte (gegroefde enz.) draad aan op de “+” (rode) aansluitingen van dit toestel en uw luidspreker. Verbind de gewone draad met de “–” (zwarte) aansluitingen.
VOORBEREIDINGEN
10 mm
1
2
1 Strip ongeveer 10 mm isolatie van het
uiteinde van de luidsprekerdraden.
2 Draai de blootgekomen draadjes in elkaar om
kortsluiting te voorkomen.
3 Draai de knop los.
De meegeleverde dopsleutel is handig bij het los en vast draaien van deze knoppen.
4 Steek een ontbloot draadeind in het gat aan
de zijkant van de aansluiting.
Nederlands
13
LUIDSPREKER SETUP
5 Draai de draad vervolgens met de knop weer
vast.
Sleutel voor de luidspreker-aansluitingen
5
4
3
Rood: positief (+)
Zwart: negatief (–)
Gebruik van de PRESENCE/ZONE 2 of PRESENCE luidspreker-aansluitingen
1
3
2
1 Doe het lipje open.
2 Steek een ontbloot draadeind in het gat van
de aansluiting.
3 Doe het lipje weer op zijn plaats om de draad
vast te zetten.
Aansluiten met bananenstekkers
(Uitgezonderd modellen voor het V.K., Europa en Azië) Draai eerst de knop vast en steek vervolgens de bananenstekker in het gat bovenin de aansluiting.
Bananenstekker
(Uitgezonderd modellen voor het V.K., Europa en Azië)
y
Voor de PRESENCE/ZONE 2 en PRESENCE luidspreker­aansluitingen kunt u ook bananenstekkers gebruiken. Doe het lipje open, en steek één bananenstekker in het gat van elk van de aansluitingen. Probeer de lipjes niet weer dicht te doen nadat u de bananenstekkers in de aansluitingen heeft gestoken.
14
9
10
3
2
4
1
7
8
5
6
Opstelling van de luidsprekers
Subwoofer met
ingebouwde
versterker
Voor-luidsprekers (A)
231
RC-232C
+
R
LUIDSPREKER SETUP
LinksRechts
Midden-
luidspreker
Voor-
luidsprekers
(B)
VOORBEREIDINGEN
4
+
L
SUB WOOFER
PRE OUT
FRONT
SURROUND
SURROUND BACK
SPEAKERS
+
+
SINGLE
+
+
R
+
R
+
L
L
R
+
PRESENCE/ZONE 2
CENTER
+
L
(Modellen voor de V.S.)
7 8 6
5
LinksRechts LinksRechts
Surround-
luidsprekers
Surround achter-
luidsprekers
9
Aanwezigheidsluidsprekers
10
LinksRechts
• U kunt zowel aanwezigheids- als surround-achter luidsprekers aansluiten op dit toestel, maar deze zullen niet tegelijkertijd geluid kunnen produceren. Via het SOUND MENU (zie bladzijde 63) kunt u één van beide sets luidsprekers de voorkeur geven.
• De surround achter-luidsprekers geven het surround achterkanaal in Dolby Digital EX en DTS-ES materiaal weer en werken alleen wanneer de Dolby Digital EX, DTS-ES of Dolby Pro Logic IIx decoder is ingeschakeld.
• De aanwezigheidsluidsprekers produceren omgevingseffecten die worden gecreëerd door de DSP geluidsvelden. Ze zullen geen geluid produceren wanneer er andere geluidsvelden geselecteerd zijn.
15
Nederlands
LUIDSPREKER SETUP
FRONT aansluitingen
U kunt hierop een enkel of twee luidsprekersystemen aansluiten. Als u een enkel luidsprekersysteem gebruikt, kunt u dit naar keuze met de FRONT A of de B aansluitingen verbinden.
Opmerking
Modellen voor Canada zijn niet in staat weergave via twee verschillende luidsprekersystemen tegelijkertijd te verzorgen.
Dubbele aansluiting
Met dit toestel is het ook mogelijk een enkel luidsprekersysteem dubbel aan te sluiten. Gebruik in dit geval twee luidsprekersnoeren voor elke box (één snoer voor de woofer en één snoer voor de tweeter/ middenbereik luidspreker in de box). Om gebruik van de dubbele aansluitingen te kunnen maken moet u de SPEAKERS A en SPEAKERS B toetsen op het voorpaneel indrukken zodat zowel SP A als B op het display op het voorpaneel oplichten.
Dubbele aansluiting
CENTER aansluitingen
Hierop kunt u een midden-luidspreker aansluiten.
SURROUND aansluitingen
Hierop kunt u surround-luidsprekers aansluiten.
SUBWOOFER aansluiting
Sluit hierop een subwoofer met ingebouwde eindversterker aan, zoals het YAMAHA Active Servo Processing Subwoofer System.
SURROUND BACK aansluitingen
Hierop kunt u surround achter-luidsprekers aansluiten. Als u slechts één surround achter-luidspreker gebruikt, verbind deze dan met de linker (L) aansluitingen.
PRESENCE aansluitingen
Hierop kunt u aanwezigheidsluidsprekers aansluiten.
Opmerking
(Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië) U kunt deze aansluitingen ook gebruiken om Zone 2 luidsprekers op aan te sluiten (zie bladzijde 67).
R
FRONT
++–
Dit toestel
+
A
B
L
+
16
AANSLUITINGEN
Voor u componenten gaat aansluiten
LET OP
Sluit dit toestel of één van de andere componenten pas aan op het lichtnet wanneer alle verbindingen tussen de componenten gemaakt zijn.
Kabelaanduidingen
Voor analoge signalen
Linker analoge bedrading
Rechter analoge bedrading
Voor digitale signalen
Optische kabels
Coaxiale bedrading
Voor videosignalen
Videobedrading
S-videobedrading
L
R
O
C
V
S
V
AANSLUITINGEN
Stofkapje
Trek het kapje van de optische aansluiting voor u er de optische glasvezelkabel op aansluit. Gooi het stofkapje niet weg. Wanneer u de optische aansluiting niet gebruikt, dient u het stofkapje er weer op te doen. Dit kapje beschermt de aansluiting tegen stof en vuil.
Video-aansluitingen
Dit toestel heeft drie soorten video-aansluitingen. Welke aansluiting u nodig heeft hangt af van die van uw beeldscherm. De signalen die binnenkomen via de S VIDEO aansluitingen worden automatisch omgezet voor weergave via de VIDEO aansluitingen. Wanneer V CONV. op “ON” (zie bladzijde 66) is ingesteld, zullen signalen die binnenkomen via de VIDEO aansluitingen kunnen worden gereproduceerd via de S VIDEO en COMPONENT VIDEO aansluitingen. Op dezelfde manier zullen signalen die binnenkomen via de S VIDEO aansluitingen kunnen worden gereproduceerd via de COMPONENT VIDEO aansluitingen.
VIDEO
S VIDEO
COMPONENT VIDEO
PR PB Y
VOORBEREIDINGEN
Analoge aansluitingen
Analoge signalen van andere audiocomponenten kunt u via tulpstekkerkabels aansluiten op de analoge aansluitingen van dit toestel. Verbind de rode stekkers met de rechter en de witte stekkers met de linker aansluitingen.
Digitale aansluitingen
Dit toestel heeft digitale aansluitingen voor directe transmissie van digitale signalen via coaxiale bedrading of optische glasvezelkabels. U kunt de digitale aansluitingen gebruiken voor PCM, Dolby Digital en DTS ingangssignalen. Wanneer u een bepaalde component zowel met de COAXIAL als met de OPTICAL aansluiting verbindt, zal het via de COAXIAL aansluiting binnenkomende signaal voorrang krijgen. Alle digitale ingangsaansluitingen zijn geschikt voor digitale signalen met een bemonsteringsfrequentie van 96 kHz.
Opmerking
In dit toestel is de verwerking van digitale signalen gescheiden van de verwerking van analoge signalen. Daarom kunnen audiosignalen die binnenkomen via de analoge ingangsaansluitingen ook alleen via de analoge OUT (REC) uitgangsaansluitingen worden weergegeven. Op dezelfde manier zullen via de digitale (OPTICAL of COAXIAL) ingangsaansluitingen binnenkomende signalen alleen via de DIGITAL OUTPUT uitgangsaansluitingen kunnen worden weergegeven.
VIDEO aansluiting
Voor conventionele composiet videosignalen.
S VIDEO aansluiting
Voor S-video signalen, in luminantie (Y) en kleur (C) gescheiden videosignalen voor een betere beeldkwaliteit.
COMPONENT VIDEO aansluitingen
Voor component videosignalen, in luminantie (Y) en kleurverschil (P
B, PR) gescheiden videosignalen voor de
beste beeldkwaliteit.
Signaalschema binnenin het toestel
Ingang
COMPONENT VIDEO
S VIDEO
VIDEO
Alleen wanneer V CONV. op ON staat (zie bladzijde 66)
Uitgang
(MONITOR OUT)
Opmerking
Wanneer er zowel signalen binnenkomen via de S VIDEO als via de VIDEO aansluitingen, krijgen de via de S VIDEO aansluiting binnenkomende signalen voorrang.
Nederlands
17
AANSLUITINGEN
GND
M
SUR
SUB WOO
CENTER
SUB
WOOFER
MONITOR OUT
MULCH CH INPUT OUTPUT
AUDIO AUDIO VIDEO
S VIDEO
DVD
VIDEO
R
L
R
L
IN
(
PLAY
)
IN
(
PLAY
)
OUT (
REC
)
OUT (
REC
)
CD-R
MD/TAPE
CD
PHONO
ZONE 2
ZONE 3
MAIN/SURROUND BACK
SURROUND
TUNER
75
UNBAL.
AM
ANT
GND
FM ANT
COMPONENT VIDEO
P
R
DVD
MONITOR OUT
PB Y
DIGITAL OUTPUT
DIGITAL INPUT
OPTICAL
MD/TAPE
CD-R
DVD
CBL/SAT
CD
CD
DVD
DTV
COAXIAL
Aansluiten van videocomponenten
Aansluitingen voor DVD weergave
Coaxiale uitgang
Optische uitgang Video uitgang
DVD-speler
Audio uitgang
C
O
LR
Video ingang
Beeldscherm
18
(Modellen voor de V.S.)
AANSLUITINGEN
Apparatuur verbinden met de MULTI CH INPUT aansluitingen
Dit toestel is voorzien van 6 extra ingangsaansluitingen (links en rechts FRONT, CENTER, links en rechts SURROUND en SUBWOOFER) voor gescheiden multikanaals ingangssignalen van een multiformat-speler, externe decoder, sound processor of voorversterker. Als u MULTI CH INPUT 6ch/8ch op “8ch” zet (zie bladzijde 65), kunt u de ingangsaansluitingen die zijn toegewezen aan MULTI CH INPUT FRONT (bladzijde 65) samen met de MULTI CH INPUT aansluitingen gebruiken voor ingangssignalen met 8 kanalen. Verbind de uitgangsaansluitingen van uw multiformaat-speler of externe decoder met de MULTI CH INPUT aansluitingen. Let er goed op dat u de linker en rechter uitgangen verbindt met de linker en rechter ingangsaansluitingen voor zowel de voor- als de surroundkanalen.
LR
Voorkanaal uitgang
Voor 6-kanaals
ingangssignalen
FRONT(6CH)/SB(8CH)
SURROUND
SUB
WOOFER
CENTER
MULTI CH INPUT
Subwoofer uitgang
Middenkanaal uitgang
Multiformaat-speler/
externe decoder
LR
Surroundkanaal uitgang
Surround­achter uitgang
FRONT(6CH)/SB(8CH)
SURROUND
SUB
WOOFER
CENTER
MULTI CH INPUT
Subwoofer uitgang
Middenkanaal uitgang
Multiformaat-speler/
externe decoder
Voor 8-kanaals
ingangssignalen
IN
(
PLAY
MD/TAPE
IN
(
PLAY
CD-R
LRLR
CD
Surroundkanaal uitgang
R
L
Voorkanaal uitgang
AUDIO AUDIO
R
L
)
)
R
L
DVD
DTV
CBL
/SAT
IN
VCR 1
IN
DVR/
VCR 2
Opmerkingen
• Wanneer u MULTI CH INPUT als signaalbron selecteert, zal dit toestel automatisch de digitale geluidsveldprocessor uitschakelen en zult u geen geluidsveldprogramma’s kunnen selecteren.
• Dit toestel is niet in staat de via de MULTI CH INPUT aansluitingen binnenkomende signalen zo te herschikken dat er wordt gecompenseerd voor eventueel in uw systeem ontbrekende luidsprekers. Daarom bevelen we u aan tenminste een 5.1-kanaals luidsprekersysteem aan te sluiten voor u gebruik maakt van deze functie.
• Wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten, zullen alleen de L/R voorkanalen worden weergegeven.
VOORBEREIDINGEN
19
Nederlands
AANSLUITINGEN
A
F
Aansluiting van andere videocomponenten
Optische uitgang
O
DIGITAL OUTPUT
OPTICAL
MD/TAPE
CD-R
DIGITAL INPUT
CD
CD-R
DVD
CBL/SAT
COAXIAL
CD
DVD
DVR/ VCR2
GND
Kabel TV of
satellietontvanger
Audio uitgang
LR
AUDIO AUDIO VIDEO
R
IN
(
)
PLAY
MD/TAPE
OUT (
)
REC
IN
(
)
PLAY
CD-R
OUT (
)
REC
CD
PHONO
MAIN/SURROUND BACK
SURROUND
SUB
WOOFER
CENTER
MULCH CH INPUT OUTPUT
R
L
ZONE 2
ZONE 3
Video uitgang
VIDEO
L
CBL /SAT
IN
VCR 1
OUT
IN
DVR/
VCR 2
OUT
CD-R
S VIDEO
COMPONENT VIDEO
P
R
DTV
PB Y
TUNER
AM
ANT
FM ANT
SURR
SUB WOO
M
GND
75
UNBAL.
(Modellen voor de V.S.)
Hierop kunt u een YAMAHA CD­recorder aansluiten die OSD in-beeld displaysignalen produceert.
C
LR LR
Audio ingang
DVD-recorder of
videorecorder
Audio uitgang Video uitgang
Coaxiale
uitgang
VIDEO AUX aansluitingen (op het voorpaneel)
Via deze aansluitingen kunt u allerlei videobronnen, zoals spelcomputers of camcorders, aansluiten op dit toestel.
S VIDEO VIDEO
S
20
Video ingang
L AUDIO R OPTICAL
VIDEO AUX
V
L
R
O
Optische uitgang
Audio uitgang R Audio uitgang L
Video uitgang S-video uitgang
Spelcomputer of videocamera
Aansluiten van audiocomponenten
L
Aansluitingen voor audiocomponenten
AANSLUITINGEN
Optische uitgang
CD-speler
Coaxiale uitgang
O
Audio uitgang
L
R
C
Optische ingang
O
DIGITAL OUTPUT
OPTICAL
MD/TAP E
CD-R
DIGITAL INPUT
CD
DVD
CBL/SAT
COAXIAL
CD
DVD
MD-recorder of
cassettedeck
LR LR
AUDIO AUDIO
R
IN
(
)
PLAY
MD/TAPE
OUT (
)
REC
IN
(
)
PLAY
CD-R
OUT (
)
REC
CD
PHONO
MAIN/SURROUND BACK
SURROUND
Audio ingangAudio uitgang
VOORBEREIDINGEN
R
L
Optische ingang
O
Audio uitgang
L
ZONE 2
R
L
R
Audio ingang
*
Sommige CD-recorders kunnen worden aangesloten op de VIDEO CD-R aansluitingen (zie bladzijde 20).
CD-recorder
*
DTV
WOOFER
GND
MULCH CH INPUT OUTPUT
(Modellen voor de V. S. )
Aansluiten van een draaitafel
De PHONO aansluitingen zijn bedoeld voor een draaitafel met een MM of hoog-vermogen MC cartridge. Als u een draaitafel heeft met een laag-vermogen MC cartridge, dient u een in-line boosting transformator of een MC-kopversterker te gebruiken bij verbinding met deze aansluitingen.
Audio uitgang
SUB
CENTER
ZONE 3
L
R
GND
Draaitafel
y
Verbind uw draaitafel met de GND aardaansluiting om ruis in het signaal te verminderen. Bij sommige platenspelers is het echter mogelijk dat u minder ruis zult horen zonder gebruik te maken van de GND aansluiting.
Nederlands
21
AANSLUITINGEN
Aansluiten op een externe versterker
Als u het uitgangsvermogen voor de luidsprekers wilt opvoeren, of als u gewoon een andere versterker wilt gebruiken, kunt u als volgt een externe versterker verbinden met de PRE OUT aansluiten.
Opmerkingen
• Wanneer er audio tulpstekkers in de PRE OUT aansluitingen zitten voor de verbinding met een externe versterker, is het niet meer nodig de corresponderende SPEAKERS aansluitingen te gebruiken. Zet het volume van de op dit toestel aangesloten externe versterker op de hoogste stand.
• Het signaal dat wordt doorgegeven via de FRONT PRE OUT en CENTER PRE OUT aansluitingen ondervindt invloed van de TONE CONTROL instellingen.
• Als SPEAKERS A uit staat en SP B op ZONE B (zie bladzijde 67) is ingesteld, zullen er alleen signalen worden geproduceerd via de FRONT PRE OUT aansluitingen.
CENTER
SURROUND BACK
/PRESENCE
PRE OUT
L
L
5
L
1
2
3
4
FRONT
SURROUND
SUB WOOFER
R
R
R
Opmerkingen
• Elk van de PRE OUT uitgangsaansluitingen produceert hetzelfde signaal als de bij dat kanaal behorende luidsprekeraansluiting. Wannneer echter zowel surround-achter als zg. aanwezigheidsluidsprekers zijn ingesteld op dit toestel, is het mogelijk dat de signalen geproduceerd via de SURROUND BACK/PRESENCE PRE OUT aansluitingen niet corresponderen met de juiste luidsprekers.
• Regel het volume van de subwoofer met de bedieningsorganen op de subwoofer zelf. U kunt het volumeniveau ook regelen met de afstandsbediening (zie “Handmatig instellen van de luidsprekersniveaus” op bladzijde 54).
• Het is mogelijk dat sommige signalen niet worden gereproduceerd via de SUBWOOFER PRE OUT aansluiting, afhankelijk van de SPEAKER SET (zie bladzijde 58) en LFE/ BASS OUT (zie bladzijde 59) instellingen.
1 FRONT PRE OUT aansluitingen
Voorkanaal uitgangsaansluitingen op lijnniveau.
2 SURROUND PRE OUT aansluitingen
Surroundkanaal uitgangsaansluitingen op lijnniveau.
3 SUBWOOFER PRE OUT aansluiting
Sluit hierop een subwoofer met ingebouwde eindversterker aan, zoals het YAMAHA Active Servo Processing Subwoofer System.
4 SURROUND BACK/PRESENCE PRE OUT
aansluitingen
Surround achter- of aanwezigheidskanaal uitgangsaansluitingen op lijnniveau.
5 CENTER PRE OUT aansluiting
Middenkanaal uitgangsaansluitingen op lijnniveau.
22
Aansluiten van de antennes
N
O
E
AANSLUITINGEN
Dit toestel wordt geleverd met zowel een AM als een FM binnenantenne. Normaal gesproken zorgen deze antennes voor een voldoende sterke ontvangst. Verbind de antennes op de juiste manier met de bijbehorende aansluitingen.
COMPONENT VIDEO
P
R
D
V
NITOR OUT
TUNER
AM
ANT
GND
AM ringantenne
(meegeleverd)
PB Y
MAI
FM ANT
75
UNBAL.
SURR
SUB WOOF
Aarde (GND aansluiting)
Voor de grootst mogelijke veiligheid en zo min mogelijk storing dient u de antenne GND aansluiting goed te aarden. Een goede aarding wordt bijvoorbeeld verzorgd door een metalen staaf die in vochtige grond gedreven is.
FM binnenantenne (meegeleverd)
Aansluiten van de AM ringantenne
1
Zet de AM ringantenne in elkaar en verbind deze met de bijbehorende aansluitingen op dit toestel.
Opmerkingen
• De AM ringantenne moet niet te dicht bij dit toestel geplaatst worden.
• De AM ringantenne moet altijd aangesloten blijven, zelfs als er een AM buitenantenne op dit toestel is aangesloten.
• Een goede buitenantenne geeft een betere ontvangst dan een binnenantenne. Als u last heeft van een slechte ontvangst, probeer dan of de ontvangst verbetert met een buitenantenne. Vraag bij uw dichtstbijzijnde erkende YAMAHA dealer of service-centrum naar de mogelijkheden met buitenantennes.
75 Ohm/300 Ohm antenne-adapter
(Alleen modellen voor het V.K.)
1 Maak de meegeleverde 75
Ohm/300 Ohm antenne­adapter open.
2 Strip de buitenmantel
van de 75 Ohm coaxiale kabel en maak deze klaar voor het aansluiten.
3 Knip de verbindingsdraad
door en verwijder deze.
11 8 6
eenheid: mm
Verbindingsdraad
VOORBEREIDINGEN
2 Houd het lipje ingedrukt zodat u de AM
antennedraden in de AM ANT en GND aansluitingen kunt steken.
3 Stel de AM ringantenne zo op dat u de beste
ontvangst verkrijgt.
4 Steek de
binnendraad van de kabel in de sleuf en klem deze vast met een tang.
Klem
Steek de draad in de sleuf
Klem
5 Klik de behuizing weer
dicht.
FREQUENCY STEP schakelaar
(Alleen modellen voor Azië en algemene modellen)
Omdat de ruimte tussen de zendfrequenties per gebied verschilt, dient u de FREQUENCY STEP schakelaar (op het achterpaneel) op de juiste stand voor het gebied waar u zich bevindt te zetten.
• Noord, Midden en Zuid Amerika: 100 kHz/10 kHz
• Overige gebieden: 50 kHz/9 kHz
Voor u deze schakelaar op een andere stand zet, moet u de stekker van het toestel uit het stopcontact halen.
100kHz/10kHz
50kHz/9kHz
FM AM
FREQUENCY
STEP
Nederlands
23
AANSLUITINGEN
Aansluiten van het netsnoer
AC OUTLETS
(Modellen voor de V.S.)
VOLTAGE SELECTOR
VOLTAGE
2
SELECTOR
Aansluiten van het netsnoer (Modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K., Australië, China en Korea)
Steek het netsnoer pas in de netstroomingang nadat u alle andere aansluitingen hebt verricht en steek daarna pas de stekker in het stopcontact.
LET OP
Gebruik geen andere netsnoeren. Gebruik uitsluitend het meegeleverde netsnoer. Gebruik van andere netsnoeren kan leiden tot brandgevaar of elektrische schokken.
(Overige modellen)
Steek de stekker van het netsnoer in het stopcontact.
AC OUTLET(S) (SWITCHED)
Modellen voor het V.K. en Australië
...................................................... 1 Netstroomaansluiting
Modellen voor Korea .................................................Geen
Overige modellen.......................2 Netstroomaansluitingen
Via de netstroomaansluitingen op dit toestel kunt u andere componenten in uw systeem van stroom voorzien. De stroomvoorziening van de AC OUTLET(S) stopcontacten wordt geregeld door de STANDBY/ON toets van dit toestel (of SYSTEM POWER en STANDBY). Deze aansluitingen voorzien de erop aangesloten componenten van stroom wanneer dit toestel aan staat. Het maximale vermogen (totale stroomverbruik van de aangesloten componenten) van de AC OUTLET(S) aansluitingen is:
Modellen voor Azië en algemene modellen ............. 50 W
Overige modellen .................................................... 100 W
24
(Algemeen model)
VOLTAGE SELECTOR
(Alleen modellen voor Azië en algemene modellen)
De VOLTAGE SELECTOR op het achterpaneel van dit toestel moet worden ingesteld op de ter plekke gebruikte netspanning VOOR u de stekker in het stopcontact steekt. De geschikte voltages zijn als volgt: Algemene modellen
.............. 110/120/220/230-240 V, 50/60 Hz wisselstroom
Modellen voor Azië
............................ 220/230-240 V, 50/60 Hz wisselstroom
Geheugen back-up
De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel uit (standby) staat. Wanneer echter de stekker uit het stopcontact gehaald wordt of de stroomvoorziening om een andere reden langer dan een week onderbroken wordt, zullen de opgeslagen gegevens verloren gaan.
AANSLUITINGEN
SELECT
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V-AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
INPUT MODE
A
B
AMP
Instelling luidsprekerimpedantie
LET OP
Als u 6 Ohm luidsprekers gebruikt, dient u als volgt de impedantie op 6 Ohm in te stellen voor u de stroom inschakelt.
U moet het toestel eerst uit (standby) zetten.
1 Houd op het voorpaneel SPEAKERS A
ingedrukt en druk dan op STANDBY/ON.
“SP IMP.SET” zal een paar seconden lang op het display op het voorpaneel getoond worden, waarna “Minimum 8ohms” zal verschijnen.
SPEAKERS
A
SP IMP.SET
Minimum 8ohms
2 Druk op SPEAKERS A of SPEAKERS B om
de impedantie van uw luidsprekers te kiezen.
U kunt kiezen tussen 6 Ohm of 8 Ohm.
STANDBY
/ON
Inschakelen van de stroom
Wanneer alle aansluitingen gemaakt zijn, kunt u dit toestel aan zetten.
1
SYSTEM
POWER
TONE CONTROL
VOLUME
PROGRAM
STRAIGHT
EFFECT
INPUT
PURE DIRECT
/ PRESET TUNING
A/B/C/D/E
INPUT MODE
MULTI CH
INPUT
TUNER
YPAO
OPTIMIZER
MIC
TUNING
PRESET
MODE
MEMORY
/TUNING
FM/AM
EDIT
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
PHONES
S VIDEO
VIDEO AUDIO OPTICALLR
VIDEO AUXSILENT
SPEAKERS
A B
STANDBY
/
ON
(Modellen voor de V.S.)
1
1 Druk op STANDBY/ON (SYSTEM POWER op
de afstandsbediening) om dit toestel aan te zetten.
STANDBY
/ON
Voorpaneel
of
Afstandsbediening
VOORBEREIDINGEN
3 Druk op STANDBY/ON om deze instelling af
te sluiten.
Het toestel gaat vervolgens uit (standby).
y
U kunt ook SP IMP.SET gebruiken (zie bladzijde 66) om de luidsprekerimpedantie in te stellen.
2 Zet het beeldscherm dat is aangesloten op
dit toestel aan.
Opmerking
Druk nog eens op STANDBY/ON (STANDBY op de afstandsbediening) om dit toestel uit (standby) te zetten.
Nederlands
25
AUTO SETUP
AUTO SETUP
Inleiding
Deze receiver maakt gebruik van YAMAHA Parametric Room Acoustic Optimizer (YPAO) technologie zodat u zelf geen lastige luidspreker-instellingen hoeft te doen en waardoor een zeer accurate instelling wordt verkregen. De meegeleverde optimalisatie-microfoon pikt het geluid op dat uw luidsprekers maken in de omgeving waar u ze daadwerkelijk zult gebruiken.
y
De basis setup (bladzijde 31) is handig wanneer u uw systeem snel en met minimale inspanningen klaar voor gebruik wilt maken. We raden u echter aan eventueel op een later tijdstip toch de automatische setup uit te voeren zodat u kunt profiteren van de YPAO instelfunctie en een nog betere geluidsweergave kunt bereiken.
Opmerkingen
• Wij wijzen u erop dat het normaal is dat tijdens de automatische setup luide testtonen worden geproduceerd.
• Als de automatische setup stopt en er een foutmelding op het scherm verschijnt, dient u de procedure voor het oplossen van problemen op bladzijde 29 te volgen.
YPAO voert de volgende controles uit en maakt de juiste instellingen voor een zo optimaal mogelijke weergave van uw systeem.
WIRING
Controleert welke luidsprekers er aangesloten zijn en de polariteit van elk van de luidsprekers.
DISTANCE
Controleert de afstand van elk van de luidsprekers tot de luisterplek en stelt de timing van elk van de kanalen in.
SIZE
Controleert de frequentierespons van van de luidsprekers en stelt de juiste laagfrequente crossover in voor elk van de kanalen.
EQUALIZING
Regelt de frequentie en het niveau van elk van de kanalen via een parametrische equalizer om te voorkomen dat de verschillende kanalen elkaar onbedoeld beïnvloeden en om een samenhangend geluidsveld samen te stellen. Dit is vooral van belang wanneer u luidsprekers van verschillende afmetingen of verschillende merken gebruikt voor sommige kanalen of wanneer uw kamer bijzondere akoestische kenmerken vertoond. De YPAO equalisatie maakt gebruik van drie parameters (Frequency, Level en Q factor) voor elk van de zeven banden in de parametrische equalizer om te komen tot een precieze automatische instelling van de frequentiekarakteristieken.
LEVEL
Controleert en regelt het geluidsniveau (volume) van elk van de luidsprekers.
Optimalisatie-microfoon setup
1 Verbind de meegeleverde optimalisatie-
microfoon met de OPTIMIZER MIC aansluiting op het voorpaneel.
/
PRESET TUNING
A/B/C/D/E
TUNER
YPAO
OPTIMIZER
MIC
Opmerkingen
• Nadat u de automatische setup heeft afgemaakt moet u de optimalisatie-microfoon weer losmaken.
• De optimalisatie-microfoon is niet goed bestand tegen warmte.
–Houd hem daarom uit direct zonlicht. –Laat hem ook niet bovenop dit toestel liggen.
2 Plaats de optimalisatie-microfoon op een
vlak en horizontaal oppervlak met de omni­directionele microfoonkop naar boven op uw normale luisterplek.
Gebruik indien mogelijk een statief (o.i.d.) om de optimalisatie-microfoon vast te zetten op dezelfde hoogte als waar uw oren zich zouden bevinden wanneer u op uw luisterplek zit.
Opstelling optimalisatie-microfoon
(Modellen voor de V.S.)
FM/AM
PHONES
TUNING
MEMORY
MODE
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
S VIDEO
VIDEO AUDIO OPTICALL R
VIDEO AUXSILENT
PRESET /TUNING
EDIT
26
AUTO SETUP
Beginnen van de setup
Voor de beste resultaten moet u ervoor zorgen dat de ruimte zo stil mogelijk is tijdens de automatische setup (YPAO). Als er teveel andere geluiden zijn, is het mogelijk dat de resultaten tegenvallen.
y
Als het volume en de crossover frequentie van uw subwoofer ingesteld kunnen worden, zet het volume dan ongeveer op half (of iets minder) en zet de crossover frequentie op de maximale waarde.
ENTER
: Up/Down : Enter
ENTER
CROSSOVER/
HIGH CUT
MIN
SET MENU
MENU
MAX
VOLUME
MAX
MIN
Subwoofer
1 Zet dit toestel en uw beeldscherm aan.
Controleer of het OSD (in-beeld display) inderdaad wordt weergegeven (zie bladzijde 53).
2
Zet AMP/SOURCE/TV op AMP en druk vervolgens op SET MENU om het SET MENU te openen.
AMP
SOURCE
TV
vervolgens
3 Druk op k / n, selecteer AUTO SETUP en
druk vervolgens één keer op h om het hoofdmenu te openen.

SET MENU
. ;AUTO SETUP
;MANUAL SETUP
p
p
/
</>
4
Druk herhaaldelijk op
k / n
om WIRING, DISTANCE,
SIZE, EQUALIZING of LEVEL te selecteren.
1 AUTO:MENU
.WIRING;;;;;CHECK DISTANCE;;;CHECK SIZE;;;;;;;CHECK EQUALIZING;;FLAT LEVEL;;;;;;CHECK SETUP;;;;;;;AUTO START PUSH
p
/
</>
p
: Up/Down : Select
>
5 Wanneer u WIRING, DISTANCE, SIZE of
LEVEL heeft geselecteerd, kunt u op l / h drukken voor de volgende mogelijkheden:
CHECK
SKIP Om het geselecteerde onderdeel over te slaan
Opmerking
Bij gebruik van THX luidsprekers moet u SIZE op SKIP instellen en controleren of “SMALL” of “SMLx2” is geselecteerd bij SPEAKER SET (bladzijde 58) en dat 80Hz (THX) is geselecteerd bij CROSS OVER (bladzijde 60).
Wanneer u EQUALIZING heeft geselecteerd, kunt u op
FRONT
FLAT Om de frequentierespons van alle
LOW Om de frequentierespons van al uw
MID Om de frequentierespons van al uw
HIGH Om de frequentierespons van al uw
SKIP Om het geselecteerde onderdeel over te
6
Druk op n, selecteer SETUP en druk vervolgens op
AUTO Om de hele automatische setup
STEP
RELOAD Om de vorige automatische setup
Om het geselecteerde onderdeel automatisch te controleren en in te stellen.
zonder instellingen te wijzigen
l / h
drukken voor de volgende mogelijkheden:
.
Om de frequentierespons van elk van de luidsprekers in te stellen in overeenstemming met de weergave van uw voor-luidsprekers. Aanbevolen wanneer uw voor-luidsprekers van aanzienlijk betere kwaliteit zijn dan uw andere luidsprekers.
luidsprekers te middelen. Aanbevolen wanneer al uw luidsprekers van vergelijkbare kwaliteit zijn.
luidsprekers te middelen, met voorrang voor de precisie van de lage tonen.
luidsprekers te middelen, met voorrang voor de precisie van de middentonen.
luidsprekers te middelen, met voorrang voor de precisie van de hoge tonen.
slaan zonder instellingen te wijzigen.
l / h
voor de volgende mogelijkheden:
automatisch uit te laten voeren. Om te wachten op een bevestiging tussen elke controle in de automatische setup.
instelling te herstellen.
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
27
Loading...
+ 71 hidden pages