LET OP: LEES DIT VOOR U UW TOESTEL IN GEBRUIK NEEMT.
1
Leest u deze handleiding alstublieft zorgvuldig door
om uzelf te verzekeren van de beste prestaties.
Bewaar deze handleiding op een veilige plaats,
zodat u er later nog eens iets in kunt opzoeken.
2
Installeer dit toestel op een goed geventileerde,
koele, droge, schone plek met tenminste 30 cm
ruimte aan de bovenkant, 20 cm aan de rechter- en
linkerkant en 10 cm aan de achterkant als
ventilatieruimte — uit direct zonlicht, uit de buurt
van warmtebronnen, trillingen, stof, vocht en/of kou.
3Plaats dit toestel uit de buurt van andere
elektrische apparatuur, motoren en
transformatoren om bromgeluiden te voorkomen.
Om brand of een elektrische schok te voorkomen,
mag dit toestel niet worden blootgesteld aan
regen, water en/of enige andere vloeistof.
4
Stel dit toestel niet bloot aan plotselinge
temperatuurwisselingen van koud naar warm en zet
dit toestel niet in een omgeving met een hoge
vochtigheidsgraad (bijv. een kamer met een
luchtbevochtiger) om te voorkomen dat er zich in
het binnenwerk van het toestel condens kan vormen
waardoor een elektrische schok, brand, schade aan
het toestel en/of persoonlijk letsel kan ontstaan.
5Zet de volgende dingen in geen geval bovenop dit
toestel:
– Andere componenten, daar deze de afwerking
van dit toestel kunnen beschadigen en/of doen
verkleuren.
– Brandende voorwerpen (bijv. kaarsen), daar
deze brand kunnen veroorzaken, het toestel
kunnen beschadigen en/of kunnen leiden tot
persoonlijk letsel.
– Voorwerpen die vloeistoffen bevatten, daar deze
de gebruiker een elektrische schok kunnen
bezorgen en/of dit toestel kunnen beschadigen.
6Dek het toestel niet af met een krant, tafellaken,
gordijn enz. zodat de koeling niet belemmerd
wordt. Als de temperatuur binnenin dit toestel
stijgt, kan dit leiden tot brand, beschadiging van
dit toestel en/of persoonlijk letsel.
7
Steek de stekker van dit toestel pas in het
stopcontact als u alle aansluitingen heeft gemaakt.
8Gebruik dit toestel nooit ondersteboven. Dit kan
oververhitting en mogelijk beschadiging ten
gevolge hebben.
9Oefen geen overmatige kracht uit op de
schakelaars, knoppen en/of snoeren.
10 Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt
mag u alleen de stekker zelf vastpakken; trek nooit
aan het snoer.
11
Maak dit toestel niet schoon met chemische
oplosmiddelen; hierdoor kan de afwerking aangetast
worden. Gebruik slechts een schone, droge doek.
12
Gebruik dit toestel uitsluitend op het voltage dat op
het toestel zelf vermeld staat. Het is gevaarlijk om
dit toestel te gebruiken op een hoger voltage dan
het opgegeven voltage, dit kan leiden tot brand,
schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel.
YAMAHA aanvaardt geen aansprakelijkheid voor
enige schade die voortkomt uit gebruik van dit
toestel bij een hoger voltage dan werd opgegeven.
LET OP
13 Om schade door blikseminslag te voorkomen,
dient u de stekker uit het stopcontact te halen bij
onweer.
14 Zorg ervoor dat er geen vreemde voorwerpen en/
of vloeistoffen in het toestel kunnen
binnendringen.
15 Probeer niet zelf dit toestel aan te passen of te
repareren. Neem contact op met bevoegd YAMAHA
servicepersoneel wanneer u denkt dat reparatie of
controle nodig is. Open in geen geval en onder
geen enkele voorwaarde zelf de behuizing.
16 Wanneer u dit toestel langere tijd niet zult
gebruiken (bijv. als u op vakantie gaat), dient u de
stekker uit het stopcontact te halen.
17 Lees eerst het hoofdstuk “OPLOSSEN VAN
PROBLEMEN” voor het opsporen van veel
voorkomende bedieningsfouten voor u
concludeert dat het toestel defect is.
18 Voor u dit toestel gaat verplaatsen, dient u op
STANDBY/ON te drukken om het toestel uit
(standby) te zetten en de stekker uit het
stopcontact te halen.
19 VOLTAGE SELECTOR (alleen modellen voor China
en algemene modellen)
De netspanning keuzeschakelaar op het
achterpaneel van dit toestel moet worden
ingesteld op de netspanning in het gebied waar u
het toestel gaat gebruiken VOOR u de stekker in
het stopcontact steekt. U kunt kiezen uit 110/120/
220/240 V wisselstroom, 50/60 Hz.
De stroomvoorziening van dit toestel is niet afgesloten
zolang de stekker in het stopcontact zit, ook al is het
toestel zelf uitgeschakeld. Dit is de zogenaamde
standby-stand. In deze toestand is het toestel
ontworpen een zeer kleine hoeveelheid stroom te
verbruiken.
Alleen voor klanten in Nederland
Bij dit product zijn batterijen
geleverd. Wanneer deze leeg
zijn, moet u ze niet weggooien
maar inleveren als KCA.
(0,04% THV, 20 Hz – 20 kHz, 8Ω)
Hoofd:80 W + 80 W
Midden:80 W
Achter:80 W + 80 W
Midden-achter: 80 W
Meervoudige digitale geluidsvelden
◆ Dolby Pro Logic/Dolby Pro Logic decoder
◆ Dolby Digital/Dolby Digital Matrix 6.1 decoder
◆ DTS/DTS ES Matrix 6.1, Discrete 6.1, DTS
Neo: 6 decoder
◆ CINEMA DSP: combinatie van YAMAHA DSP
technologie en Dolby Pro Logic, Dolby Digital
of DTS
◆ Virtual CINEMA DSP
◆ SILENT CINEMA DSP
Verfijnde AM/FM tuner
◆ 40 gemakkelijk toegankelijke voorkeuzezenders
◆ Automatisch voorprogrammeren van
voorkeuzezenders
◆ Mogelijkheid tot herschikken van
voorkeuzezenders (voorkeuzezenders bewerken)
Andere kenmerken
◆ 96-kHz/24-bits D/A converter
◆ “SET MENU” met 14 onderdelen via welke u dit
toestel optimaal kunt afstemmen op uw Audio/
Videosysteem
◆ Testtoon-generator voor gemakkelijke instelling
van de luidspreker-balans
◆ 6-kanaals externe decoder uitwisseling voor
toekomstige signaaldefinities
◆ BASS EXTENSION toets voor extra versterking
van de lage tonen
◆ Handige in-beeld display functie die de
bediening vereenvoudigt
◆ S-Video in- en uitgangsaansluitingen
◆ Component video in- en uitgangsaansluitingen
◆ Optische en coaxiale digitale audio aansluitingen
◆ Slaaptimer
◆ Afstandsbediening met voorgeprogrammeerde
fabrikantencodes en “leer” mogelijkheid
◆ PROCESSOR DIRECT mogelijkheid voor
ongewijzigde weergave van het oorspronkelijke
signaal
• y geeft een handige tip bij de bediening aan.
• Sommige handelingen zijn mogelijk met de toetsen op de afstandsbediening of via het hoofdtoestel zelf. Waar de namen van de
toetsen op de afstandsbediening afwijken van die op het hoofdtoestel worden de namen van de toetsen op de afstandsbediening in
deze handleiding tussen haakjes toegevoegd.
Gefabriceerd onder licentie van Dolby Laboratories.
“Dolby”, “Pro Logic”, en het dubbele-D symbool zijn
handelsmerken van Dolby Laboratories.
2
VAN START
Controleren van de inhoud van de doos
Controleer de doos en kijk of de volgende toebehoren inderdaad aanwezig zijn.
Afstandsbediening
CLEAR
TRANSMIT
SYSTEM
POWERSLEEP
A
V-AUX
D-TV/LD
POWER
REC
DISC SKIP
LEVEL
TITLE
TV INPUT
–
PRESETPRESET
TEST
RETURN
HALL
ENTER-
TAINMENTTVSPORTS
5
MOVIE
THEATER 2
910
LEARN
RE–NAME
STANDBY
6CH INPUT
PHONO
TUNER CD
CBL/SAT MD/TAPE CD-R
VCR2/DVRVCR 1DVD
SELECT
POWER
AMP
AVTV
AUDIO
VOL
SET MENU
MUTE
+
MENU
TV VOL
A/B/C/D/E
CHCH
TV MUTE
SELECT
+
ON SCREEN
STEREO
TV VOL
DISPLAY
–
EFFECT
ROCK
CHURCH
JAZZ CLUB
CONCERT
3421
MOVIE
MONO
THEATER 1
MOVIE
678
/DTS
SUR.
6.1/ES
SELECT
1112
0+10
CHP/INDEX
+
–
Batterijen in de afstandsbediening
zetten
Doe de batterijen in de juiste richting in het batterijvak
door de + en – tekens op de batterijen te laten
overeenkomen met de polariteitsmerktekens (+ en –) in
het batterijvak.
Batterijen (4)
(AAA, R03, UM-4)
FM binnenantenne
1
■ Opmerkingen over batterijen
• Vervang de batterijen van tijd tot tijd.
• Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar.
• Gebruik geen verschillende soorten batterijen door
elkaar (zoals alkali en mangaan batterijen). Lees de
aanwijzingen op de verpakking aandachtig door
aangezien verschillende soorten batterijen qua vorm en
kleur op elkaar kunnen lijken.
■ Vervangen van de batterijen
Als de batterijen leeg raken, zal het bereik van de
2
afstandsbediening verminderen en zal de indicator niet
meer knipperen, of zwakker worden. Wanneer u een van
deze omstandigheden bemerkt, dient u alle batterijen te
vervangen.
CONNECTION
GUIDE
Connection with a DVD player
This connection guide shows the basic way to connect this unit
to a DVD player to enjoy 5.1 channel digital sources.
Carefully connect the speakers with
this unit not to cause short circuits.
Tightly twist the exposed wires of
the cable together to prevent short
circuits.
L
Analog audio signal
R
O
Optical digital signal
S video signal
S
V
Video signal
Signal flow
V795390
AansluitgidsAM ringantenne
DVD PlayerMain Speaker
AUDIO OUT S VIDEO
OPTICAL
OUT
LR
S VIDEO
AUDIO
OPTICAL
OUT
OUT
OUT
L RSV
O
AUDIO AUDIO VIDEO
DIGITAL OUTPUT
R
R
L
L
OPTICAL
MD
/
IN
TAPE
(
)
PLAY
MD/TAPE
OUT
(
)
CD-R
REC
IN
CD
(
)
PLAY
CD-R
OUT
(
)
REC
CD-R
DVD
CD
D-TV
PHONO
/LD
MAIN
CD
CBL
SURROUND
/SAT
COAXIAL
MONITOR OUT
SUB
WOOFER
CENTER
GND
DIGITAL INPUT
6CH INPUT
V
S
S VIDEO IN VIDEO IN
TVSubwoofer Center Speaker Rear Center
INLEIDINGPREPARATION
VIDEO
COMPONENT
OUT
VIDEO OUT
RIGHTLEFT
COMPONENT
VIDEO
VIDEO OUT
OUT
COMPONENT VIDEO
S VIDEO
VIDEO
PR/ C
R
PB/ CB Y
DVD
DVD
D-TV / LD
SUB
D-TV
WOOFER
/LD
MONITOR
OUT
CBL
/SAT
MAIN
TUNER
R
LRL
IN
+
+
VCR 1
AM
ANT
OUT
REAR
A
(SURROUND)
GND
–
–
IN
VCR 2
75Ω UNBAL.
/DVR
OUT
FM
–
–
ANT
REAR
CENTER
B
CENTER
+
+
SPEAKERS
VIDEO
S VIDEO
COMPONENT
VIDEO IN
RIGHT
LEFT
Rear Speaker
Speaker
OPERAIONT
BASIC
OPERATION
ADVANCED
INFORMATION
ADDITIONAL
3
1 Druk op het teken en schuif de klep van
de afstandsbediening af.
2 Doe de vier meegeleverde batterijen (AAA,
R03, UM-4) overeenkomstig de aanduidingen
in het batterijvak.
3 Schuif de klep terug op zijn plaats tot deze
vastklikt.
Als de afstandsbediening langer dan 2 minuten zonder
batterijen blijft, of als de batterijen leeg zijn maar u ze in
de afstandsbediening laat zitten, zal de inhoud van het
geheugen mogelijk gewist worden. Als het geheugen
van de afstandsbediening gewist is, dient u er nieuwe
batterijen in te doen en moet u de fabrikantencode op
nieuw invoeren en eventueel eerder geprogrammeerde
functies die gewist zijn opnieuw programmeren.
Opmerking
• Als de batterijen onverhoopt gelekt hebben, dient u ze
onmiddellijk te verwijderen. Raak het uit de batterijen gelekte
materiaal niet aan en laat het niet in contact komen met uw
kleding enz. Maak het batterijvak goed schoon voor u er
nieuwe batterijen in doet.
APPENDIX
Nederlands
3
Voorpaneel
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
1
STANDBY
/
ON
SPEAKERS
AB
8
NATURAL SOUND AV RECEIVER
PROCESSOR
BASS
DIRECT
EXTENSION
90
2345
/
PRESET
TUNING
A/B/C/D/E
TUNER
STEREO
q
PROGRAM
EFFECT
e
w
r
DSP
1 STANDBY/ON toets
Hiermee zet u het toestel aan of uit (standby). Wanneer u
dit toestel aan zet, zult u een klik horen, waarna er een
vertraging zal optreden van 4 a 5 seconden voor dit
toestel in staat is geluid te reproduceren.
Standby-stand
In de standby-stand blijft dit toestel een kleine
hoeveelheid stroom verbruiken zodat het kan reageren
op de infrarood signalen van de afstandsbediening.
2 Sensor afstandsbediening
Deze ontvangt de signalen van de afstandsbediening.
3 Display voorpaneel
Hierop verschijnt de bedieningsinformatie van het toestel
(zie bladzijde 8).
4 INPUT MODE toets
Hiermee selecteert u het prioriteitssignaal (AUTO, DTS,
ANALOG) voor signaalbronnen die twee of meer soorten
signalen leveren aan dit toestel (zie bladzijde 27). U kunt
het prioriteitssignaal niet instellen wanneer u 6CH INPUT
als signaalbron heeft ingesteld.
5 INPUT l / h toetsen
Hiermee selecteert u de signaalbron waar u naar wilt
luisteren of lijken.
PRESET
/TUNING
EDIT
DIGITAL
PHONES
t
TUNING
MEMORYFM/AM
MODE
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
S VIDEO
VIDEOAUDIOOPTICALLR
y
PRESET
/TUNING
EDIT
INPUT M0DE
RDS MODE
/FREQ
EON PTY SEEK
VIDEO AUXSILENT
MEMORYFM/AM
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
MODE START
TUNING
MODE
PRO LOGIC
RDS MODE
/FREQ
EON PTY SEEK
MODE START
BASS
–+
g
VOLUMEINPUT
TREBLE
–+
h
u i o p a s d f
6 VOLUME draaiknop
Hiermee kunt u het volume van alle audiokanalen
instellen. Dit heeft geen invloed op het REC OUT
uitgangsniveau.
7 6CH INPUT toets
Hiermee kunt u de 6CH INPUT functie selecteren. De
6CH INPUT functie heeft voorrang boven de met de
INPUT l / h toetsen (of de ingangskeuzetoetsen op de
afstandsbediening) geselecteerde signaalbron.
8 SPEAKERS A/B luidsprekers A/B toetsen
Hiermee kunt de set hoofd-luidsprekers die zijn
aangesloten op de A en/of B aansluitingen op het
achterpaneel inschakelen.
9 BASS EXTENSION toets
Hiermee schakelt u de extra versterking van de lage tonen
in of uit. Als u deze functie inschakelt zal de weergave
van de lage tonen via de linker en rechter hoofdkanalen
met +6 dB (bij 60 Hz) versterken terwijl toch de algehele
toonbalans behouden blijft. Deze extra versterking kan
nuttig zijn als u geen subwoofer gebruikt.
De versterking kan echter onopgemerkt blijven als de
hoofd-luidsprekers (“1B MAIN SP”) op het “SET
MENU” ingesteld zijn op “SMALL” (klein) en de
uitgangsfunctie voor de lage tonen (“1E LFE/BASS
OUT”) is ingesteld op “SWFR” (subwoofer).
67
6CH INPUT
4
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
0 PROCESSOR DIRECT toets
Met deze toets kunt u de PROCESSOR DIRECT voor
ongewijzigde weergave van het oorspronkelijke signaal
inschakelen. Indien ingeschakeld, worden de BASS,
TREBLE en BASS EXTENSION instellingen gepasseerd en
wordt het oorspronkelijke signaal onveranderd doorgegeven.
q STEREO/EFFECT toets
Hiermee kunt u heen en weer schakelen tussen normale stereo
weergave of weergave met DSP effecten. Op STEREO
worden 2-kanaals ingangssignalen zonder toegevoegde
effecten naar de linker en rechter hoofd-luidsprekers gestuurd.
Alle DTS en Dolby Digital audiosignalen worden naar 2
kanalen teruggebracht en naar de linker en rechter hoofdluidsprekers geleid, met uitzondering van het LFE-kanaal.
w A/B/C/D/E toets
Hiermee kunt u een van de groepen voorkeuzezenders (A
t/m E) selecteren.
e PROGRAM l / h toetsen
Hiermee kunt u het geluidsveldprogramma selecteren (zie bladzijde 28).
r PRESET/TUNING l / h toetsen
Hiermee kunt u de voorkeuzezenders 1 t/m 8 selecteren wanneer
de dubbele punt (:) naast de aanduiding van de band op het
display op het voorpaneel staat, of de afstemmen op een bepaalde
frequentie wanneer de dubbele punt (:) niet op het display staat.
t PHONES hoofdtelefoonaansluiting
Via deze aansluiting kunt u met een hoofdtelefoon naar de
gereproduceerde geluiden luisteren. Wanneer u hierop een
hoofdtelefoon aansluit, zullen er geen signalen worden
gereproduceerd via de OUTPUT aansluitingen of de luidsprekers.
y VIDEO AUX externe video-aansluitingen
Via deze aansluitingen kunt u audio- en videosignalen van een
draagbare externe signaalbron, bijvoorbeeld een spelcomputer,
gebruiken. Om de signalen van deze aansluitingen te kunnen
a RDS MODE/FREQ toets
Bij ontvangst van een RDS zender kunt u met deze toets
de displayfunctie omschakelen naar PS, PTY, RT en/of CT
(als de zender deze RDS diensten ondersteunt) of kiezen
voor display van de frequentie waarop afgestemd is.
s EON toets
Druk op deze toets om het gewenste programmatype
(NEWS, INFO, AFFAIRS, SPORT) te kiezen wanneer u
automatisch wilt afstemmen op een radioprogramma van
dat type.
d PTY SEEK MODE toets
Hiermee kunt u een programma van een bepaald type
instellen waarnaar u het toestel wilt laten zoeken.
f PTY SEEK START toets
Druk op deze toets om het toestel te laten zoeken naar het
met de PTY SEEK functie ingestelde programmatype.
g BASS lage tonen draaiknop
Hiermee kunt u de lage frequentierespons voor het linker
en het rechter hoofdkanaal instellen.
Draai de draaiknop naar rechts om de lage tonen te
versterken en draai de draaiknop naar links om de lage
tonen te verzwakken.
h TREBLE hoge tonen draaiknop
Hiermee kunt u de hoge frequentierespons voor het linker
en het rechter hoofdkanaal instellen.
Draai de draaiknop naar rechts om de hoge tonen te
versterken en draai de draaiknop naar links om de hoge
tonen te verzwakken.
Opmerking
• Als u de hoge of lage tonen teveel versterkt of verzwakt, is het
mogelijk dat de toonkwaliteit van de midden- en achterluidsprekers niet overeenkomt met die van de linker en rechter
hoofd-luidsprekers.
reproduceren, dient u V-AUX als signaalbron in te stellen.
u PRESET/TUNING EDIT toets
Hiermee schakelt u de PRESET/TUNING l / h toetsen heen
en weer tussen het kiezen van een voorkeuzezender en het
afstemmen op een bepaalde frequentie (ten teken waarvan de
■ Openen en sluiten van de klep op
het voorpaneel
Doe deze klep dicht wanneer u de bedieningsorganen
erachter niet gebruikt.
dubbele punt (:) al of niet getoond zal worden).
Met deze toets kunt u ook twee voorkeuzezenders van plaats
laten wisselen.
i FM/AM toets
Met deze toets schakelt u de radio heen en weer tussen AM en FM.
INLEIDINGPREPARATION
OPERAIONT
BASIC
OPERATION
ADVANCED
INFORMATION
ADDITIONAL
D
I
G
I
T
A
L
APPENDIX
o MEMORY (MAN’L/AUTO FM) toets
Hiermee kunt u een zender in het geheugen opslaan. Houd
deze toets tenminste 3 seconden ingedrukt om het automatisch
voorprogrammeren van voorkeuzezenders te laten beginnen.
p TUNING MODE (AUTO/MAN’L MONO) toets
Met deze toets kunt u schakelen tussen automatisch en handmatig
afstemmen. Als u het toestel automatisch wilt laten afstemmen, dient u
op deze toets te drukken zodat de “AUTO” indicator op het display op
het voorpaneel gaat branden. Wilt u met de hand afstemmen, dan moet u
deze toets zo indrukken dat de “AUTO” indicator uit gaat.
Nederlands
Druk zachtjes tegen de onderkant van het paneel om
de klep open te doen.
5
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Afstandsbediening
Dit hoofdstuk beschrijft de bedieningsorganen en functies van
de afstandsbediening. De AMP functie moet zijn geselecteerd
voor u het toestel kunt bedienen. Zie “KENMERKEN
AFSTANDSBEDIENING” op de bladzijden 45 t/m 54 als u
ook andere componenten met deze afstandsbediening wilt
bedienen.
1
2
3
TRANSMIT
SYSTEM
POWERSLEEP
RE–NAME
STANDBY
CLEAR
LEARN
6CH INPUT
r
t
y
u
4
A
PHONO
TUNERCD
i
5
V-AUX
CBL/SAT MD/TAPE CD-R
6
7
8
9
0
q
w
e
D-TV/LD
POWER
REC
DISC SKIP
LEVEL
TITLE
TV INPUT
–
PRESETPRESET
TEST
RETURN
HALL
ENTER-
TAINMENTTVSPORTS
5
MOVIE
THEATER 2
910
VCR2/DVRVCR 1DVD
SELECT
POWER
AMP
AVTV
AUDIO
+
VOL
–
SET MENU
MENU
A/B/C/D/E
CHCH
+
ON SCREEN
DISPLAY
JAZZ CLUB
3421
MONO
MOVIE
SELECT
1112
MUTE
STEREO
EFFECT
ROCK
CONCERT
MOVIE
THEATER 1
6.1/ES
CHP/INDEX
+
TV VOL
TV MUTE
SELECT
TV VOL
–
CHURCH
678
/DTS
SUR.
0+10
o
p
a
s
d
f
g
h
3 STANDBY toets
Druk hierop om het hoofdtoestel uit (standby) te zetten.
4 SYSTEM POWER
Hiermee kunt u het hoofdtoestel aan zetten.
5 Å toets
Met deze toets schakelt u de toetsen in voor een bepaalde
niet op dit toestel aangesloten component zonder de op dit
toestel ingestelde signaalbron te veranderen.
6 Ingangskeuzetoetsen
Hiermee kunt u de ingangsbron selecteren en de
bijbehorende toetsen inschakelen.
7 Uitleesvenster
Toont de broncomponent die u wilt bedienen.
8 TV POWER toets
Hiermee kunt u de TV aan of uit zetten.
9 Bedieningstoetsen
Hier vindt u functies zoals weergave, stoppen, overslaan
enz. voor het bedienen van uw andere componenten.
0 LEVEL toets
Hiermee kunt u de luidspreker-effectkanalen selecteren,
zodat u de uitgangsniveaus daarvan apart kunt instellen.
q Overige toetsen
De werking hiervan hangt mede af van de componenten
die u heeft geprogrammeerd via de fabrikantencode.
w TEST toets
Hiermee schakelt u de testtoon in om de niveaus van de
luidsprekers in te stellen.
e
DSP geluidsveldprogramma-toetsen/Cijfertoetsen
Selecteer DSP geluidsveldprogramma’s in de AMP stand of voer
cijfers in met deze toetsen voor de andere te bedienen componenten.
(Druk herhaaldelijk op een van deze toetsen om een bepaald
geluidsveldprogramma uit de gewenste groep in te stellen.)
r RE-NAME toets
Deze toets gebruikt u om de naam van de signaalbron zoals die
in het uitleesvenster verschijnt te veranderen (zie bladzijde 48).
y
Gele woorden en symbolen zijn bedoeld voor de
bediening van dit toestel.
1 Infraroodvenster
Vanachter dit venster worden de infraroodsignalen uitgezonden.
Richt dit venster op de component die u wilt bedienen.
2 TRANSMIT indicator
Dit lampje knippert wanneer de afstandsbediening
signalen uitzendt.
6
t CLEAR wistoets
Met deze toets kunnen functies die de afstandsbediening geleerd
(Learn) heeft, of nieuwe namen (Rename) en voorgeprogrammeerde
fabrikantencodes gewist worden (zie bladzijde 49).
y LEARN leertoets
Met deze toets kunt u de fabrikantencodes vastleggen of functies van
andere afstandsbedieningen voorprogrammeren (zie bladzijde 47).
u SLEEP toets
Met deze toets kunt u de slaaptimer inschakelen.
i 6CH INPUT toets
Hiermee kunt u overschakelen naar de signaalbron die is
aangesloten op de 6CH INPUT aansluitingen.
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
BASS
VOLUMEINPUT
INPUT M0DE
VIDEO AUX
SILENT
PROGRAM
STEREO
SPEAKERS
BASS
EXTENSION
PROCESSOR
DIRECT
PRESET
/
TUNING
PHONES
EFFECT
A/B/C/D/E
S VIDEO
MEMORY
FM/AM
EDIT
PRESET
/TUNING
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
TUNING
MODE
VIDEO AUDIO OPTICALLR
TUNER
STANDBY
/
ON
NATURAL SOUND AV RECEIVER
DSP
6CH INPUT
– +
TREBLE
– +
AB
DIGITAL
30°30°
RDS MODE
/FREQ
MODE START
EON PTY SEEK
o SELECT k/n toetsen
Hiermee kunt u een andere component selecteren om te
bedienen met de afstandsbediening zonder de
ingangsfunctie die is ingeschakeld via een van de
ingangskeuzetoetsen om te schakelen.
p AV POWER toets
Hiermee zet u de met de ingangskeuzetoetsen
geselecteerde broncomponent aan of uit.
a AMP toets
Hiermee schakelt u heen en weer tussen bediening van dit
toestel en de via de ingangskeuzetoetsen geselecteerde
broncomponent.
s VOL +/– volumetoetsen
Met deze toetsen kunt u het volume verhogen of verlagen.
d MUTE toets
Schakelt de geluidsweergave tijdelijk uit (dempen). De
MUTE indicator gaat branden wanneer deze functie
wordt ingeschakeld. Druk nogmaals op deze toets om de
geluidsweergave te hervatten op het oorspronkelijk
ingestelde niveau.
f SET MENU toets
Hiermee schakelt u de SET MENU instelfunctie in.
g ON SCREEN toets
Hiermee kunt u de in-beeld displays laten verschijnen.
h STEREO/EFFECT toets
Hiermee kunt u heen en weer schakelen tussen normale
stereo weergave of weergave met DSP effecten. Op
STEREO worden 2-kanaals ingangssignalen zonder
toegevoegde effecten naar de linker en rechter hoofdluidsprekers gestuurd. Alle DTS en Dolby Digital
audiosignalen worden naar 2 kanalen teruggebracht en
naar de linker en rechter hoofd-luidsprekers geleid, met
uitzondering van het LFE-kanaal.
Gebruik van de afstandsbediening
Ongeveer 6 m
De afstandsbediening zendt een gerichte infrarode straal
uit. U moet daarom de afstandsbediening direct op de
sensor op het hoofdtoestel richten wanneer u dit met de
afstandsbediening wilt bedienen.
■ Omgaan met de
afstandsbediening
• Mors geen water of andere vloeistoffen op de
afstandsbediening.
• Laat de afstandsbediening niet vallen.
• Stel de afstandsbediening niet bloot aan deze
omstandigheden:
– hoge vochtigheid of temperatuur, zoals in de buurt
van een verwarming, kachel of badkuip;
– stof; of
– zeer lage temperaturen.
INLEIDINGPREPARATION
OPERAIONT
BASIC
OPERATION
ADVANCED
INFORMATION
ADDITIONAL
APPENDIX
Nederlands
7
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Display voorpaneel
1234567
VCRDVDTUNERCD
/
1
VIRTUAL
SILENT
SP
AB
0q
CBL/SAT
VCR2/DVR
DSP
6.1/ES
PCM
DISCRETE
DIGITAL
PRO LOGIC
89werty
TV/LD
D
DTS Neo
:6 DOLBY DIGITAL PRO LOGIC
MOVIE THEATER
MD/TAPE
ENTERTAINMENT12
1 Processor indicators
Als een van de DSP, DTS, DISCRETE, VIRTUAL,
/
PRO LOGIC
g, 6.1/ES of
is, zal de bijbehorende indicator oplichten.
functies in werking
CD RV AUX
AUTO
STEREO
MEMORY
TUNED
w DSP programma-indicators
De naam van het geselecteerde DSP digitale
geluidsveldprogramma zal oplichten wanneer u het
ENTERTAINMENT, MOVIE THEATER 1, MOVIE
THEATER 2 of q/DTS SURROUND DSP programma
2 Signaalbron-indicator
heeft ingesteld.
De onderstreping geeft de huidige signaalbron aan.
e Multi-informatie display
3 AUTO indicator
Laat zien dat de tuner automatisch aan het afstemmen is.
4 RDS functie-indicators
De functie of functies die wordt of worden ondersteund
door de RDS zender waarop is afgestemd zal (zullen)
oplichten. Als de rode indicator vooraan de naam van een
bepaalde functie oplicht, betekent dat dat deze RDS
functie ook is geselecteerd.
5 SLEEP indicator
Deze indicator licht op wanneer de slaaptimer is
ingeschakeld.
6 MUTE indicator
Deze indicator gaat knipperen wanneer u het geluid
tijdelijk heeft uitgeschakeld (gedempt).
7 VOLUME niveau-aanduiding
Deze balkjes geven het volumeniveau aan.
8 v indicator
Deze licht op wanneer het toestel PCM (pulscodemodulatie) digitale audiosignalen produceert.
9 Hoofdtelefoon indicator
Deze indicator zal oplichten wanneer er een
hoofdtelefoon aangesloten is.
0 SP A B indicators
De indicator die hoort bij de set hoofd-luidsprekers die u
heeft gekozen zal oplichten. Wanneer beide sets
luidsprekers zijn geselecteerd, zullen beide indicators
oplichten.
Hierop verschijnt het huidige DSP geluidsveldprogramma
en andere informatie wanneer u instellingen wijzigt.
r STEREO indicator
Licht op wanneer de AUTO afstem-indicator aan is en het
toestel een sterk FM stereo signaal ontvangt.
t TUNED indicator
Licht op wanneer dit toestel op een zender afstemt.
y MEMORY indicator
Knippert als een zender kan worden opgeslagen.
u EON indicator
Licht op wanneer er een RDS zender wordt ontvangen die
tevens EON ondersteunt.
i PTY HOLD indicator
Licht op terwijl er met de PTY SEEK functie naar een
programma van het gewenste type wordt gezocht.
o P. DIRECT indicator
Licht op wanneer de PROCESSOR DIRECT functie in
werking is.
p BASS indicator
Licht op wanneer de BASS EXTENSION functie in
werking is.
a Ingangskanalen indicators
Deze geven de kanalen aan waaruit het ontvangen
ingangssignaal bestaat.
PS PTY
EON
u
PHONO
PTY HOLD
i
MUTE VOLUME
SLEEP
RT CT BASS
P. DIRECT
opa
LFE
LCR
RL
RC RR
q SILENT indicator
Deze licht op wanneer er een hoofdtelefoon is
aangesloten terwijl er geluidseffecten gebruikt worden
(zie “SILENT CINEMA DSP” op bladzijde 30).
8
Achterpaneel
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
1
DIGITAL OUTPUT
OPTICAL
COAXIAL
DIGITAL INPUT
7
2
AUDIOAUDIOVIDEO
SUB
WOOFER
R
L
MONITOR OUT
R
MD
/
IN
TAPE
(
)
PLAY
MD/TAPE
OUT
(
)
CD-R
REC
IN
CD
(
)
PLAY
CD-R
OUT
(
)
REC
CD-R
DVD
CD
D-TV
PHONO
/LD
MAIN
CD
CBL
SURROUND
/SAT
CENTER
GND
6CH INPUT
80q9
L
3
VIDEO
VIDEO
COMPONENT VIDEO
PR/ C
DVD
D-TV / LD
MONITOR
OUT
R
PB/ CB Y
TUNER
AM
ANT
GND
75Ω UNBAL.
FM
ANT
S VIDEO
DVD
D-TV
/LD
CBL
/SAT
IN
VCR 1
OUT
IN
VCR 2
/DVR
OUT
S VIDEO
1 DIGITAL OUTPUT digitale
uitgangsaansluitingen
2 Aansluitingen audio-apparatuur
Raadpleeg bladzijde 16 en 17 voor informatie omtrent het
aansluiten.
3 Aansluiting video-apparatuur
Raadpleeg bladzijde 14 en 15 voor informatie omtrent het
aansluiten.
4 OUTPUT uitgangsaansluitingen
Raadpleeg bladzijde 18 voor informatie omtrent het
aansluiten.
5 Netsnoer
Sluit de stekker hiervan aan op een stopcontact.
*1
4
OUTPUT
L
R
MAIN
SUB
WOOFER
MAIN
R
L
+
A
–
–
B
+
SPEAKERS
REAR
(SURROUND)
CENTER
REAR
(SURROUND)
CENTER
L
R
REAR
CENTER
R
+
–
–
+
5
IMPEDANCE SELECTOR
SET BEFORE POWER ON
L
MAIN A OR B:
4ΩMIN. /SPEAKER
A+B:
8ΩMIN. /SPEAKER
:
6ΩMIN. /SPEAKER
CENTER
:
REAR CENTER
6ΩMIN. /SPEAKER
:
REAR
6ΩMIN. /SPEAKER
MAIN A OR B:
8ΩMIN. /SPEAKER
A+B:
16ΩMIN. /SPEAKER
:
8ΩMIN. /SPEAKER
CENTER
:
REAR CENTER
8ΩMIN. /SPEAKER
:
REAR
8ΩMIN. /SPEAKER
REAR
CENTER
6
AC OUTLETS
(Model voor Europa)
9 Antenne ingangsaansluitingen
Raadpleeg bladzijde 36 voor informatie omtrent het
aansluiten.
0 SPEAKERS Aansluitingen luidsprekers
Raadpleeg bladzijde 11 en 12 voor informatie omtrent het
aansluiten.
q IMPEDANCE SELECTOR impedantie
keuzeschakelaar
Gebruik deze schakelaar om het uitgangssignaal van de
versterker aan te passen aan de impedantie van uw
luidsprekers (zie bladzijde 13). Schakel het toestel uit
(standby) voor u de stand van deze schakelaar verandert.
INLEIDINGPREPARATION
OPERAIONT
BASIC
OPERATION
ADVANCED
INFORMATION
ADDITIONAL
6 AC OUTLETS Netstroomaansluitingen
Deze netstroomaansluitingen kunt u gebruiken om uw
andere A/V apparatuur van stroom te voorzien (zie
bladzijde 19).
7 DIGITAL INPUT digitale ingangsaansluitingen
8 6CH INPUT ingangsaansluitingen
Raadpleeg bladzijde 18 voor informatie omtrent het
aansluiten.
*1 Deze aansluiting is uitsluitend bedoeld voor werkzaamheden in
de fabriek en u mag hierop dan ook geen andere apparatuur
aansluiten.
APPENDIX
Nederlands
9
PREPARATION
LUIDSPREKERS OPSTELLEN EN INSTELLEN
Te gebruiken luidsprekers
Dit toestel is ontworpen voor gebruik met een systeem
bestaande uit 6 luidsprekers, met linker en rechter hoofdluidsprekers, linker en rechter achter-luidsprekers en met
luidsprekers in het midden, voor en achter. Als
verschillende merken luidsprekers (met verschillende
weergave-karakteristieken) door elkaar gebruikt, is het
mogelijk dat bijvoorbeeld een menselijke stem of andere
geluiden niet vloeiend kan worden weergegeven. Wij
raden u daarom aan luidsprekers van dezelfde fabrikant of
luidsprekers met dezelfde weergave-karakteristieken te
gebruiken.
De hoofd-lss wo gebr voor wg van de belangrijkste
signalen plus de effectgeluiden. Dit zullen waarschijnlijk
de luidsprekers van uw huidige stereosysteem zijn. De
achter-luidsprekers worden gebruikt voor de effect- en
surround-geluiden, terwijl de midden luidspreker gebruikt
wordt voor weergave van de in het midden geplaatste
geluiden (dialoog, vocalen enz.). Als het om de een of
andere reden niet mogelijk is een midden-luidspreker te
gebruiken, kunt u deze eventueel ook weglaten. De beste
resultaten worden echter alleen bereikt bij gebruik van het
volledige systeem.
Voor de hoofd-luidsprekers dient u modellen met een zeer
hoog prestatieniveau te nemen, met voldoende vermogen
voor het maximum uitgangsvermogen van uw
audiosysteem. De andere luidsprekers hoeven niet aan
dergelijke hoge eisen te voldoen. Voor een zeer accurate
plaatsing van de geluidsweergave is het echter aan te
bevelen modellen te gebruiken die gelijkwaardig zijn aan
de hoofd-luidsprekers.
■ Gebruik van een subwoofer
verdiept het geluidsveld
U kunt uw systeem verder uitbreiden met een subwoofer.
Een subwoofer helpt niet alleen bij de weergave van de
lage tonen via een of alle kanalen, maar ook bij het zuiver
weergeven van het LFE (Lage Frequentie Effecten)
kanaal van Dolby Digital of DTS signalen. Het
YAMAHA Active Servo Processing Subwoofer System is
ideaal voor een natuurlijke en levendige reproductie van
de lage tonen.
Opstellen van de luidsprekers
Raadpleeg de volgende afbeelding wanneer u uw
luidsprekers gaat opstellen.
Hoofd-luidspreker (R)Midden-luidspreker
Achter-luidspreker (R)
Subwoofer
Hoofdluidspreker (L)
Achter-luidspreker (L)
■ Hoofd-luidsprekers
Zet de linker en rechter hoofd-luidsprekers op gelijke
afstanden van de belangrijkste luisterplek. De afstand van
elk van deze luidsprekers tot de TV of video-monitor
moet ook gelijk zijn.
■ Midden-luidspreker
Breng de voorkant van de midden-luidspreker in lijn met
de voorkant van het beeldscherm van de TV of monitor.
Plaats de luidspreker zo dicht mogelijk bij de monitor,
bijvoorbeeld er direct onder of er bovenop en midden
tussen de hoofd-luidsprekers.
Opmerking
• Als u geen midden-luidspreker gebruikt, zullen de signalen die
bedoeld zijn voor het middenkanaal worden weergegeven via
de linker en rechter hoofd-luidsprekers. In een dergelijk geval
dient u “1A CENTER SP” via het SET MENU op NONE
(geen) te zetten (zie bladzijde 56 voor details).
■ Achter-luidsprekers
Plaats deze luidsprekers achter de luisterplek en richt ze een
beetje naar binnen, ongeveer 1,8 m boven de vloer.
■ Midden achter-luidspreker
Plaats deze midden tussen de linker en rechter achterluidsprekers op dezelfde hoogte van de vloer.
■ Subwoofer
De plaatsing van de subwoofer is niet kritiek, vanwege het
ongerichte karakter van de lage tonen. Het is wel beter de
subwoofer in de buurt van de hoofd-luidsprekers te plaatsen.
Keer de subwoofer een beetje naar het midden van de ruimte
om weerkaatsingen via de wanden te verminderen.
1,8 m
Achterluidspreker
(midden)
10
LET OP
Gebruik magnetisch afgeschermde luidsprekers. Als
dit type luidspreker nog steeds het beeld van uw TV of
monitor verstoord, zet ze dan verder bij de beeldbuis
vandaan.
Aansluiten van de luidsprekers
LUIDSPREKERS OPSTELLEN EN INSTELLEN
Let er op dat u de linker (L) en de rechter (R) kanalen en ook de + (rood) en – (zwart) polariteit van de luidsprekers op
de juiste manier aansluit. Als u de aansluitingen ondeugdelijk zijn, zullen de luidsprekers geen geluid produceren en als
u luidsprekers verkeerd om aansluit (+ op –), zal de geluidsweergave onnatuurlijk zijn en weinig lage tonen bevatten.
LET OP
• Gebruik uitsluitende met de op het achterpaneel van dit toestel aangegeven impedantie.
• Zorg ervoor dat de luidsprekerdraden elkaar niet kunnen raken en ook geen metalen onderdelen van het toestel
kunnen raken. Hierdoor kan het toestel zowel als de luidsprekers beschadigd raken.
Indien nodig kunt u na het opstellen en aansluiten met SET MENU de instellingen voor de luidsprekers wijzigen zodat
deze overeenkomen met het aantal en de afmetingen van de luidsprekers in uw configuratie.
■ Luidsprekerkabels
Een luidsprekersnoer bestaat eigenlijk uit een paar van
isolatie voorziene draden naast elkaar. Een van deze
10 mm
12
draden heeft een afwijkende kleur of vorm, misschien
heeft deze een streepje, een groef of een ribbel.
1 Strip ongeveer 10 mm van de isolatie van de
uiteinden van beide draden.
2 Draai de blote uiteinden van de draden in
elkaar om kortsluiting te voorkomen.
■ Aansluiten op de SPEAKERS aansluitingen
Rood: positief (+)
Zwart: negatief (–)
2
3
1
1 Draai de knop van de aansluiting los.
2 Steek alleen het blote stukje draad in de
opening in de zijkant van de aansluiting.
3 Draai de knop weer vast.
INTRODUCTION
VOORBEREIDINGEN
BASIC OPERA-
TION
OPERATION
ADVANCED
Bananenstekker
y
(Modellen voor de VS, Canada, Australië, China en algemene
modellen)
• U kunt de aansluitingen ook maken met bananenstekkers.
Draai eerst de knop van de aansluiting vast en steek vervolgens
de stekker in het gat van de knop.
■ MAIN SPEAKERS aansluitingen
U kunt hier indien gewenst twee luidsprekersystemen aansluiten. Als u slechts een enkel luidsprekersysteem gebruikt,
kunt u kiezen of u de MAIN A of B aansluiting wilt gebruiken.
■ REAR SPEAKERS aansluitingen
U kunt hier een achter-luidsprekersysteem aansluiten.
■ CENTER SPEAKER aansluitingen
U kunt hier een midden-luidspreker aansluiten.
■ REAR CENTER SPEAKER aansluitingen
U kunt hier een midden achter-luidspreker aansluiten.
11
INFORMATION
ADDITIONAL
APPENDIX
Nederlands
LUIDSPREKERS OPSTELLEN EN INSTELLEN
DIGITAL OUTPUT
OPTICAL
MD
/
IN
TAPE
(
)
PLAY
MD/TAPE
OUT
(
)
CD-R
REC
IN
CD
(
)
PLAY
CD-R
OUT
(
)
REC
CD-R
DVD
CD
D-TV
PHONO
/LD
MAIN
CD
CBL
SURROUND
/SAT
COAXIAL
DIGITAL INPUT
CENTER
GND
(Model voor Europa)
B hoofd-luidsprekers
RechtsLinks
AUDIOAUDIOVIDEO
SUB
WOOFER
R
L
L
MONITOR OUT
DVD
D-TV
/LD
CBL
/SAT
IN
VCR 1
OUT
IN
VCR 2
/DVR
OUT
R
6CH INPUT
S VIDEO
S VIDEO
VIDEO
VIDEO
COMPONENT VIDEO
PR/ C
DVD
D-TV / LD
MONITOR
OUT
A hoofd-luidspreker
RechtsLinks
1
R
PB/ CB Y
AM
ANT
GND
FM
ANT
TUNER
75Ω UNBAL.
R
Subwoofer-
systeem
23
OUTPUT
MAIN
SUB
WOOFER
L
R
MAIN
L
+
A
–
–
B
+
SPEAKERS
REAR
(SURROUND)
CENTER
REAR
(SURROUND)
CENTER
L
R
R
+
–
–
+
REAR
CENTER
IMPEDANCE SELECTOR
SET BEFORE POWER ON
L
MAIN A OR B:
4ΩMIN. /SPEAKER
A+B:
8ΩMIN. /SPEAKER
:
6ΩMIN. /SPEAKER
CENTER
:
REAR CENTER
6ΩMIN. /SPEAKER
:
REAR
6ΩMIN. /SPEAKER
MAIN A OR B:
8ΩMIN. /SPEAKER
A+B:
16ΩMIN. /SPEAKER
:
8ΩMIN. /SPEAKER
CENTER
:
REAR CENTER
8ΩMIN. /SPEAKER
:
REAR
8ΩMIN. /SPEAKER
REAR
CENTER
AC OUTLETS
4567
Midden-
luidspreker
Midden achter-
luidspreker
RechtsLinks
Achter-
luidspreker
■ De SUBWOOFER aansluiting
Wanneer u een subwoofer met een ingebouwde versterker gebruikt, zoals de YAMAHA Active Servo Processing
Subwoofer System, dient u de ingangsaansluiting van de subwoofer aan te sluiten op dit toestel. De lage tonen voor de
hoofd-, midden en/of achterkanalen wo naar deze aansl geleid indien het ts op die manier is ingesteld. (De drempelfrequentie voor deze aansluiting is 90 Hz.) De LFE (Lage Frequentie Effecten) signalen die worden geproduceerd bij
weergave van Dolby Digital of DTS zullen ook naar deze aansluiting worden geleid indien het toestel op deze wijze is
ingesteld.
Opmerkingen
• Regel het volume van de subwoofer via de bedieningsorganen op de subwoofer zelf. U kunt het volumeniveau ook instellen via de
afstandsbediening of dit toestel (zie “REGELEN VAN DE NIVEAUS VAN DE EFFECT-LUIDSPREKERS” op bladzijde 66).
• Afhankelijk van de instellingen voor “1 SPEAKER SET”en “10 LFE LEVEL” via het SET MENU, is het mogelijk dat bepaalde
signalen niet via de SUBWOOFER aansluiting gereproduceerd zullen worden.
1
4
2
3
6
5
7
De afbeelding hierboven toont de opstelling van de
luidsprekers in uw kamer.
12
LUIDSPREKERS OPSTELLEN EN INSTELLEN
■ IMPEDANCE SELECTOR Impedantie keuzeschakelaar
WAARSCHUWING
Verzet de impedantie keuzeschakelaar (IMPEDANCE SELECTOR) niet terwijl het toestel is ingeschakeld, daar dit
het toestel kan beschadigen.
Als dit toestel niet inschakelt wanneer er op de STANDBY/ON (of SYSTEM POWER) toets wordt gedrukt, is het
mogelijk dat de impedantie keuzeschakelaar (IMPEDANCE SELECTOR) wellicht niet goed in een van de twee
mogelijke standen staat. In dit geval dient u de keuzeschakelaar goed in de juiste stand te zetten terwijl het toestel uit
(standby) staat.
Kies de stand, links of rechts, die overeenkomt met de impedantie van uw luidspreker-systeem. Verzet deze schakelaar
alleen wanneer het toestel uit (standby) staat.
IMPEDANCE
SELECTOR
schakelaar
PEDANCE SELECTOR
ET BEFORE POWER ON
MAIN A OR B:
4ΩMIN. /SPEAKER
A+B:
8ΩMIN. /SPEAKER
:
6ΩMIN. /SPEAKER
CENTER
:
REAR CENTER
6ΩMIN. /SPEAKER
:
REAR
6ΩMIN. /SPEAKER
MAIN A OR B:
8ΩMIN. /SPEAKER
A+B:
16ΩMIN. /SPEAKER
:
8ΩMIN. /SPEAKER
CENTER
:
REAR CENTER
8ΩMIN. /SPEAKER
:
REAR
8ΩMIN. /SPEAKER
IMPEDANCE SELECTOR
SET BEFORE POWER ON
MAIN A OR B:
4ΩMIN. /SPEAKER
A+B:
8ΩMIN. /SPEAKER
:
6ΩMIN. /SPEAKER
CENTER
:
REAR CENTER
6ΩMIN. /SPEAKER
:
REAR
6ΩMIN. /SPEAKER
MAIN A OR B:
8ΩMIN. /SPEAKER
A+B:
16ΩMIN. /SPEAKER
:
8ΩMIN. /SPEAKER
CENTER
:
REAR CENTER
8ΩMIN. /SPEAKER
:
REAR
8ΩMIN. /SPEAKER
AC OUTLETS
Stand
Links
Rechts
Luidspreker
Hoofd
Midden
Midden achter
Achter
Hoofd
Midden
Midden achter
Impedantie
Als u een paar hoofd-luidsprekers gebruikt, moet de
impedantie van elke luidspreker tenminste 4 Ohm
bedragen. Als u twee paar hoofd-luidsprekers gebruikt,
moet de impedantie van elke luidspreker tenminste 8
Ohm bedragen.
De impedantie moet tenminste 6 Ohm bedragen.
De impedantie moet tenminste 6 Ohm bedragen.
De impedantie van elke luidspreker moet tenminste
6 Ohm bedragen.
Als u een paar hoofd-luidsprekers gebruikt, moet de
impedantie van elke luidspreker tenminste 8 Ohm
bedragen.
Als u twee paar hoofd-luidsprekers gebruikt, moet de
impedantie van elke luidspreker tenminste 16 Ohm
bedragen.
[Alleen modellen voor Canada]
De impedantie van elke luidspreker moet tenminste
8 Ohm bedragen.
De impedantie moet tenminste 8 Ohm bedragen.
De impedantie moet tenminste 8 Ohm bedragen.
INTRODUCTION
VOORBEREIDINGEN
BASIC OPERA-
TION
OPERATION
ADVANCED
INFORMATION
ADDITIONAL
(Model voor Europa)
Achter
De impedantie van elke luidspreker moet tenminste 8
Ohm bedragen.
APPENDIX
Nederlands
13
AANSLUITINGEN
Voor u andere componenten gaat aansluiten
LET OP
Sluit dit toestel en andere componenten niet aan op de netspanning voor u alle aansluitingen tussen de componenten
heeft gemaakt.
• Let er op dat u alle aansluitingen op de juiste manier maakt, dus L (Links) op L, R (Rechts) op R, “+” op “+” en “–”
op “–”. Sommige componenten hebben afwijkende aansluitingen of afwijkende benamingen voor de aansluitingen.
Raadpleeg daarom de handleiding van elk van de op dit toestel aan te sluiten componenten.
• Wanneer u andere YAMAHA audiocomponenten (zoals een csd, MD-recorder en CD-speler of -wisselaar), dient u
deze te verbinden met de aansl met hetzelfde nummer; !, #, $ enz. YAMAHA gebruikt voor al haar producten
hetzelfde labelsysteem.
• Nadat u alle aansluitingen heeft gemaakt, moet u ze nog een keer allemaal nalopen om te zien of alles in orde is.
Aansluiten van videocomponenten
■ Over de video-aansluitingen
Er zijn drie soorten video-aansluitingen. Videosignalen die binnenkomen via de VIDEO aansluitingen zijn
conventionele composiet videosignalen. Videosignalen die binnenkomen via de S VIDEO aansluitingen zijn gescheiden
in luminantie (Y) en kleur (C) videosignalen. De S-videosignalen zorgen voor een hogere kwaliteit kleurweergave.
Videosignalen die binnenkomen via de COMPONENT VIDEO aansluitingen zijn gescheiden in luminantie (Y) en
kleurverschil (PB/CB, PR/CR) videosignalen. De aansluitingen zijn derhalve ook gescheiden in drie voor elk signaal. De
beschrijving van de component video-aansluitingen kan verschillen, afhankelijk van de gebruikte apparatuur (bijv. Y,
Als uw videocomponent is voorzien van een S-Video of component video uitgangsaansluiting, kunt u deze aansluiten
op dit toestel. Sluit de S-Video uitgangsaansluiting van uw videocomponent aan op de S VIDEO ingangsaansluiting of
sluit de component video uitgangsaansluitingen van uw videocomponent aan op de COMPONENT VIDEO
ingangsaansluitingen van dit toestel.
VIDEO
S VIDEO VIDEO
S VIDEO
aansluiting
VIDEO
aansluiting
(composiet)
COMPONENT VIDEO
PR/ CR PB/ CB Y
COMPONENT
VIDEO
aansluitingen
y
• Elke soort video-aansluiting werkt onafhankelijk van de andere. Signalen die
binnenkomen via de composiet video, S-video en component aansluitingen worden
gereproduceerd via de corresponderende composiet video, S-video en component
uitgangsaansluitingen.
• U kunt het ingangssignaal voor de COMPONENT VIDEO A en B aansluiting
afstemmen op de gebruikte component via de “7 I/O ASSIGNMENT” instelling op
het SET MENU (zie bladzijde 61 en 62 voor details).
Opmerkingen
• Gebruik een in de handel verkrijgbare S-videokabel wanneer u iets aansluit op de S VIDEO aansluitingen en een in de handel
verkrijgbare videokabel wanneer u iets aansluit op de COMPONENT VIDEO aansluitingen.
• Wanneer u de COMPONENT VIDEO aansluitingen gebruikt, dient u tevens de handleiding van de aan te sluiten apparatuur te
raadplegen.
■ VIDEO AUX aansluitingen (op het voorpaneel)
S VIDEO VIDEO
L AUDIO R OPTICAL
VIDEO AUX
S
VLR
O
OPTICAL OUT
AUDIO OUT R
AUDIO OUT L
VIDEO OUT
S VIDEO OUT
Spelcomputer of camcorder
Via deze aansluitingen kunt u een andere videobron zoals
een spelcomputer of een camcorder aansluiten op dit
toestel.
14
AUDIO
OUTPUT
OPTICAL
OUTPUT
TV/digitale TV
of LD-speler
RF
OUTPUT
LD-speler
COMPONENT
OUTPUT
AUDIO
OUTPUT
OPTICAL
OUTPUT
DVD-speler
AANSLUITINGEN
COMPONENT
OUTPUT
INTRODUCTION
RF
INPUT
RF
demodulator
L
R
O
O
C
C
L
R
S VIDEO
OUTPUT
*1
S VIDEO
OUTPUT
AUDIO
OUTPUT
S
DIGITAL OUTPUT
OPTICAL
COAXIAL
DIGITAL INPUT
S
Kabel TV of
COAXIAL
OUTPUT
VIDEO
V
OUTPUT
MD
/
IN
TAPE
(
PLAY
MD/TAPE
OUT
(
CD-R
REC
IN
CD
(
PLAY
CD-R
OUT
(
REC
CD-R
DVD
CD
D-TV
PHONO
/LD
MAIN
CD
CBL
SURROUND
/SAT
GND
VIDEO
OUTPUT
Satelliet
ontvanger
)
)
)
)
CENTER
AUDIO
R
6CH INPUT
V
SUB
WOOFER
L
L
AUDIOVIDEO
R
L
MONITOR OUT
R
R
L
R
L
S VIDEO
DVD
D-TV
/LD
CBL
/SAT
IN
VCR1
OUT
IN
VCR2
/DVR
OUT
S VIDEO
S
S VIDEO
OUTPUT
AUDIO INPUT
S VIDEO
OUTPUT
COMPONENT VIDEO
VIDEO
PR/ C
R
DVD
D-TV / LD
MONITOR
OUT
VIDEO
S
S VIDEO
INPUT
Videorecorder 1
of videorecorder
2/DVR (digitale
videorecorder)
AUDIO OUTPUT
S
PB/ CB Y
TUNER
AM
ANT
GND
75Ω UNBAL.
FM
ANT
V
VIDEO
OUTPUT
VIDEO
V
OUTPUT
MAIN
(Model voor Europa)
SUB
WOOFER
MAIN
R
V
VIDEO
INPUT
VOORBEREIDINGEN
L
R
L
+
A
–
–
B
+
BASIC OPERA-
TION
OPERATION
ADVANCED
INFORMATION
ADDITIONAL
geeft de signaalrichting aan
geeft linker analoge
L
signaalkabel aan
geeft rechter analoge
R
signaalkabel aan
geeft optische
O
glasvezelkabel aan
C
geeft coaxiale kabel aan
V
geeft videokabel aan
S
geeft S-videokabel aan
*1 Als uw LD-speler een RF
OUTPUT aansluiting heeft, dient
u deze eerst te verbinden met de
RF INPUT aansluiting van een
RF demodulator en de RF
OUTPUT aansluiting van deze
RF demodulator vervolgens te
verbinden met de COAXIAL
aansluiting van dit toestel.
V
VIDEO
INPUT
Video-monitor
S VIDEO
INPUT
S
COMPONENT
INPUT
APPENDIX
Nederlands
15
AANSLUITINGEN
Aansluiten van audiocomponenten
■ Digitale aansluitingen
Dit toestel heeft digitale aansluitingen om digitale
signalen direct door te geven via hetzij coaxiale, hetzij
optische glasvezelkabels. U kunt de digitale aansluitingen
gebruiken om PCM, DTS en DOLBY DIGITAL
bitstromen te verwerken. Wanneer u componenten
aansluit op zowel de COAXIAL als de OPTICAL
aansluitingen zullen de ingangssignalen van de
COAXIAL aansluiting voorrang krijgen. Alle digitale
ingangsaansluitingen zijn geschikt voor digitale signalen
met een bemonsteringsfrequentie van 96 kHz (zie
bladzijde 27 voor details).
y
• U kunt het ingangssignaal van elk van de digitale
ingangsaansluitingen toewijzen aan bepaalde componenten in
uw systeem door middel van de “7 I/O ASSIGNMENT”
instelling van het SET MENU (zie bladzijde 61 en 62 voor
details).
Opmerking
• De OPTICAL aansluitingen van dit toestel voldoen aan de EIA
standaard. Als u een optische glasvezelkabel gebruikt die niet
aan deze standaard voldoet, is het mogelijk dat het toestel niet
naar behoren kan functioneren.
■ Aansluiten van een draaitafel
De PHONO ingangsaansluitingen zijn bedoeld om een
draaitafel met een MM of hoog vermogen MC cartridge
op aan te sluiten. Als u een draaitafel heeft met een laag
vermogen MC cartridge, dient u een inline booster-trafo
of MC-kop versterker te gebruiken voor u deze
ingangsaansluitingen kunt gebruiken.
y
• De GND (aarde) aansluiting dient alleen om storing van het
overgedragen signaal te verminderen. Bij sommige
platenspelers is het echter mogelijk dat u minder last heeft van
ruis als u de GND (aarde) aansluiting niet gebruikt.
■ Aansluiten van een CD-speler
y
• De COAXIAL CD en OPTICAL CD ingangsaansluitingen kunt
u gebruiken als uw CD-speler eveneens is voorzien van
coaxiale of optisch digitale uitgangsaansluitingen.
• Wanneer u een CD-speler aansluit op zowel de COAXIAL CD
en OPTICAL CD ingangsaansluitingen, zullen de signalen die
binnenkomen via de COAXIAL CD ingangsaansluiting
voorrang krijgen.
■ Aansluiten van een MD-recorder,
cassettedeck of CD-recorder
y
• De DIGITAL OUTPUT uitgangsaansluitingen en de analoge
OUT (REC) uitgangsaansluitingen werken onafhankelijk van
elkaar. Via de DIGITAL OUTPUT aansluitingen worden
digitale signalen geproduceerd, en via de OUT (REC)
aansluitingen analoge signalen.
• Wanneer u uw opname apparatuur aansluit op zowel de analoge
als de digitale in- en uitgangsaansluitingen, zullen de digitale
signalen voorrang krijgen.
Opmerkingen
• Wanneer u opname apparatuur aansluit op dit toestel, dient u
deze apparatuur ingeschakeld te houden terwijl u dit toestel
gebruikt. Als de stroom is uitgeschakeld, is het mogelijk dat dit
toestel de geluidssignalen van andere apparatuur vervormt.
• Wanneer u opneemt van signaalbronnen die zijn aangesloten op
dit toestel terwijl dit uit (standby) staat, is het mogelijk dat het
opgenomen signaal vervormd wordt. Om dit te voorkomen
dient u dit toestel aan te zetten.
16
AANSLUITINGEN
OPTICAL
OUTPUT
CD-speler
COAXIAL
OUTPUT
OPTICAL
INPUT
MD-recorder of
cassettedeck
INPUTOUTPUTINPUTOUTPUT
R
L
O
O
OUTPUT
L
R
C
(Model voor Europa)
R
L
DIGITAL OUTPUT
OPTICAL
MD
/
TAPE
MD/TAPE
CD-R
CD
CD-R
CD-R
DVD
CD
D-TV
PHONO
/LD
MAIN
CD
CBL
SURROUND
/SAT
COAXIAL
DIGITAL INPUT
GND
O
AUDIO
R
L
IN
(
)
PLAY
OUT
(
)
REC
IN
(
)
PLAY
OUT
(
)
REC
SUB
WOOFER
CENTER
6CH INPUT
OPTICAL
INPUT
AUDIOVIDEO
R
L
VCR 1
VCR 2
/DVR
MONITOR OUT
S VIDEO
DVD
D-TV
/LD
CBL
/SAT
IN
OUT
IN
OUT
S VIDEO
CD-recorder
R
L
VIDEO
DVD
D-TV / LD
MONITOR
VIDEO
L
COMPONENT VIDEO
PR/ C
R
OUT
R
PB/ CB Y
TUNER
AM
ANT
GND
75Ω UNBAL.
FM
ANT
OPTICAL
OUTPUT
O
INTRODUCTION
VOORBEREIDINGEN
BASIC OPERA-
TION
GND
OUTPUT
Draaitafel
geeft de signaalrichting aan
geeft linker analoge
L
signaalkabel aan
geeft rechter analoge
R
signaalkabel aan
geeft optische
O
glasvezelkabel aan
C
geeft coaxiale kabel aan
L R
CENTER
OUTPUT
SUBWOOFER
OUTPUT
L R
SURROUND
OUTPUT
Externe decoder
Zie bladzijde 18
L R
MAIN
OUTPUT
OPERATION
ADVANCED
INFORMATION
ADDITIONAL
APPENDIX
Nederlands
17
AANSLUITINGEN
Aansluiten van externe versterkers
Als u het uitgangsvermogen van de luidsprekers wilt
opvoeren, of wanneer u een andere versterker wilt
gebruiken, kunt u als volgt een externe versterker
aansluiten op de OUTPUT aansluitingen.
Opmerking
• Wanneer er tulp (RCA) stekkers zijn aangesloten op de
OUTPUT uitgangsaansluitingen voor weergave via een externe
versterker, hoeft u de overeenkomstige SPEAKERS
aansluitingen niet te gebruiken.
12
OUTPUT
MAIN
SUB
WOOFER
REAR
(SURROUND)
CENTER
L
R
3
1 MAIN aansluitingen
Hoofdkanaal uitgangsaansluitingen.
Opmerking
• De uitgangssignalen via deze aansluitingen kunnen worden
geregeld door de BASS, TREBLE, en BASS EXTENSION
instellingen.
R
4 5
L
REAR
CENTER
Aansluiten van een externe
decoder
Dit toestel is uitgerust met 6 extra ingangsaansluitingen
(links en rechts MAIN, CENTER, links en rechts
SURROUND en SUBWOOFER) voor gescheiden
multikanaals ingangssignalen van een externe decoder,
geluidsprocessor of voorversterker.
Sluit de uitgangsaansluitingen van uw externe decoder
aan op de 6CH INPUT ingangsaansluitingen. Let er op
dat de linker en rechter uitgangsaansluitingen worden
aangesloten op de linker en rechter ingangsaansluitingen
voor de hoofd en surround kanalen.
Opmerkingen
• Wanneer u 6CH INPUT selecteert als signaalbron, zal dit
toestel automatisch de ingebouwde geluidsveldprocessor
uitschakelen en zal het derhalve niet mogelijk zij te luisteren
met een van de DSP programma’s.
• Wanneer u 6CH INPUT selecteert als signaalbron, zullen de
instellingen voor “1 SPEAKER SET” via het SET MENU
buiten werking worden gesteld, met uitzondering van “1F
MAIN LEVEL”.
2 REAR (SURROUND) aansluiting
Achter-kanaal uitgangsaansluitingen.
3 SUBWOOFER aansluiting
Wanneer u een subwoofer met een ingebouwde versterker
gebruikt, zoals het YAMAHA Active Servo Processing
Subwoofer System, dient u de ingangsaansluiting van de
subwoofer te verbinden met deze aansluiting. De lage
tonen voor de hoofd-, midden- en/of achterkanalen zullen
naar deze aansluiting worden geleid indien het toestel op
die manier is ingesteld. (De drempelfrequentie voor deze
aansluiting is 90 Hz.) De LFE (Lage Frequentie Effecten)
signalen bij Dolby Digital of DTS weergave worden ook
naar deze aansluiting geleid indien het toestel op deze
manier is ingesteld.
Opmerkingen
• Regel het volume voor de subwoofer met de daartoe bestemde
regelaar op de subwoofer zelf. Het volume van de subwoofer
kan ook worden geregeld door de afstandsbediening van dit
toestel (zie “REGELEN VAN DE NIVEAUS VAN DE
EFFECT-LUIDSPREKERS” op bladzijde 66).
• Afhankelijk van de instellingen in voor de onderdelen “1
SPEAKER SET” en “10 LFE LEVEL” van het SET MENU, is
het mogelijk dat sommige signalen niet worden gereproduceerd
via de SUBWOOFER aansluiting.
4 CENTER aansluiting
Aansluitingen voor het middenkanaal uitgangssignaal.
5 REAR CENTER aansluiting
Aansluiting voor het midden achterkanaal
uitgangssignaal.
18
Aansluiten van netsnoeren
S
AANSLUITINGEN
PEDANCE SELECTOR
ET BEFORE POWER ON
AC OUTLETS
MAIN A OR B:
4ΩMIN. /SPEAKER
A+B:
8ΩMIN. /SPEAKER
:
6ΩMIN. /SPEAKER
CENTER
:
REAR CENTER
6ΩMIN. /SPEAKER
:
REAR
6ΩMIN. /SPEAKER
MAIN A OR B:
8ΩMIN. /SPEAKER
A+B:
16ΩMIN. /SPEAKER
:
8ΩMIN. /SPEAKER
CENTER
:
REAR CENTER
8ΩMIN. /SPEAKER
:
REAR
8ΩMIN. /SPEAKER
(Model voor Europa)
Naar stopcontact
■ Aansluiten van het netsnoer
Steek de stekker van het netsnoer in het stopcontact.
Modellen voor Europa ............. 2 netstroomaansluitingen
Modellen voor het V.K. ................ 1 netstroomaansluiting
U kunt deze gebruiken om andere componenten uit uw
systeem van stroom te voorzien. De aan/uit toets
(STANDBY/ON of SYSTEM POWER en STANDBY)
van dit toestel zal vervolgens ook deze componenten
bedienen. Deze netstroomaansluitingen voorzien de
aangesloten apparatuur alleen van stroom wanneer dit
toestel is ingeschakeld. Het maximum vermogen (totaal
opgenomen vermogen van de componenten) die kunnen
worden aangesloten op de AC OUTLET(S)
netstroomaansluitingen is 80 W.
INTRODUCTION
VOORBEREIDINGEN
OPERAIONT
BASIC
OPERATION
ADVANCED
INFORMATION
ADDITIONAL
APPENDIX
Nederlands
19
AANSLUITINGEN
PHONO
POWERSLEEP
CLEAR
LEARN
STANDBY
TRANSMIT
RE–NAME
6CH INPUT
SYSTEM
V-AUX
A
D-TV/LD
POWER
POWER
AMP
AVTV
VCR2/DVRVCR 1DVD
SELECT
CBL/SAT MD/TAPE CD-R
TUNER CD
Inschakelen van de stroom
Pas wanneer alle aansluitingen gemaakt zijn, mag u dit
toestel inschakelen.
1
VOLUMEINPUT
6CH INPUT
PRO LOGIC
BASS
TREBLE
– +
– +
STANDBY
/
SPEAKERS
AB
ON
NATURAL SOUND AV RECEIVER
PROCESSOR
BASS
DIRECT
EXTENSION
INPUT M0DE
DIGITAL
/
PRESET
TUNING
A/B/C/D/E
TUNER
STEREO
PROGRAM
DSP
EFFECT
TUNING
PRESET
RDS MODE
EON PTY SEEK
MODE
MEMORY
/TUNING
FM/AM
/FREQ
EDIT
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
S VIDEO
VIDEO AUDIO OPTICALLR
VIDEO AUXSILENT
MODE START
PHONES
1
1 Druk op STANDBY/ON (SYSTEM POWER op
de afstandsbediening) om dit toestel aan te
zetten.
SYSTEM
STANDBY
/ON
Voorpaneel
of
POWER
Afstandsbediening
Het niveau van het hoofdvolume zal op het display
op het voorpaneel getoond worden, gevolgd door de
naam van het DSP programma.
2 Zet de op dit toestel aangesloten video-
monitor aan.
Dezelfde informatie als hierboven zal op de videomonitor verschijnen.
20
PHONO
POWER SLEEP
CLEAR
LEARN
STANDBY
TRANSMIT
RE–NAME
6CH INPUT
SYSTEM
V-AUX
A
D-TV/LD
POWER
REC
DISC SKIP
SET MENU
TV INPUT
A/B/C/D/E
AUDIO
VOL
LEVEL
MENU
STEREO
HALL
ENTERTAINMENTTVSPORTS
MONO
MOVIE
SELECT
6.1/ES
0+10
MOVIE
THEATER 1
MOVIE
THEATER 2
/DTS
SUR.
TEST
ON SCREEN
EFFECT
CHP/INDEX
TV VOL
RETURN
DISPLAY
PRESETPRESET
TV MUTE
TV VOL
SELECT
CHURCH
CHCH
JAZZ CLUB
ROCK
CONCERT
TITLE
MUTE
POWER
AMP
AVTV
VCR2/DVRVCR 1 DVD
SELECT
CBL/SAT MD/TAPE CD-R
TUNER CD
+
+
+
–
–
–
3421
5
910
11 12
678
ON SCREEN
DISPLAY
IN-BEELD DISPLAY (OSD)
U kunt de bedieningsinformatie voor dit toestel laten
weergeven op een video-monitor. Als u het SET MENU
instelmenu en de instellingen voor de DSP
geluidsveldprogramma’s op een scherm bekijkt, is het
veel makkelijker om de beschikbare mogelijkheden en
parameters te overzien dan wanneer u deze gegevens van
het display op het voorpaneel moet lezen.
y
• Als er tevens een videobron wordt weergegeven, zal het inbeeld display over het beeld worden geprojecteerd.
• Het videosignaal voor het in-beeld display wordt niet
gereproduceerd via de REC OUT aansluiting en zal dus niet
worden opgenomen met het daartoe bestemde videosignaal.
• U kunt instellen of u het in-beeld display wilt inschakelen
(tegen een blauwe achtergrond) of wilt uitschakelen als er geen
videobron wordt weergegeven (of wanneer de stroom voor de
signaalbron is uitgeschakeld), via “13 DISPLAY SET” van het
SET MENU (zie bladzijde 65).
In-beeld display functies
U kunt de hoeveelheid gegevens die wordt getoond door
het in-beeld display wijzigen.
Volledige weergave
Deze instelling laat de ingestelde waarden voor het DSP
geluidsveldprogramma op de video-monitor zien (zie
bladzijde 69).
Verkorte weergave
Deze instelling laat onder in beeld dezelfde informatie
zien als het display op het voorpaneel, waarna de
informatie van het beeld verdwijnt.
Weergave uit
Deze instelling laat korte tijd de aanduiding “DISPLAY
OFF” onder in beeld zien. Hierna zullen er geen
aanduidingen van handelingen meer op het scherm
verschijnen, behalve wanneer ON SCREEN gebruikt
wordt.
ingeschakeld en druk herhaaldelijk op ON
SCREEN op de afstandsbediening om de
instelling voor de weergave van het in-beeld
display te wijzigen.
De instelling voor het in-beeld display verandert als
volgt: Volledige weergave, verkorte weergave, uit.
Opmerkingen
• Als u een videobron kiest die apparatuur aangesloten heeft op
zowel de S VIDEO IN als de composiet VIDEO IN
aansluitingen en zowel de S VIDEO OUT als de composiet
VIDEO OUT uitgangsaansluitingen zijn aangesloten op een
video-monitor, dan zal het beeld zowel via de S VIDEO OUT
als via de composiet VIDEO OUT uitgangsaansluitingen
worden weergegeven. Het in-beeld display zal echter alleen
worden gereproduceerd via het S-video uitgangssignaal. Als er
geen videosignaal binnenkomt, zal het in-beeld display worden
gereproduceerd via zowel de S-video als het composiet
videosignaal.
• Als uw video-monitor alleen aangesloten is op de
COMPONENT VIDEO aansluitingen van dit toestel, zal het inbeeld display niet getoond worden. Let er op dat uw videomonitor aangesloten is op de COMPONENT VIDEO
aansluiting en hetzij de VIDEO, hetzij de S VIDEO
aansluitingen, als u het in-beeld display wilt kunnen zien.
• Afspelen van videomateriaal met een anti-kopieersignaal, of
van videosignalen die veel ruis bevatten, kan resulteren in
instabiele beeldweergave.
INTRODUCTION
VOORBEREIDINGEN
OPERAIONT
BASIC
OPERATION
ADVANCED
INFORMATION
ADDITIONAL
APPENDIX
Volledige weergaveVerkorte weergave
y
• Wanneer u kiest voor weergave van alle informatie op het
scherm, zullen de INPUT l / h, VOLUME en sommige
andere gegevens onder in beeld wordt weergegeven op
dezelfde manier als op het display op het voorpaneel van het
toestel.
• De informatie betreffende het SET MENU en de testtoon zal op
het scherm verschijnen ongeacht de instelling voor het in-beeld
display.
Nederlands
21
LUIDSPREKER-INSTELLINGEN
Dit toestel heeft 6 SPEAKER SET onderdelen op het SET MENU die u moet instellen aan de hand van het aantal
luidsprekers in uw opstelling en hun afmetingen. De volgende tabel geeft een kort overzicht van deze SPEAKER SET
onderdelen em laat de begininstellingen en andere mogelijke instellingen zien.
Samenvatting SPEAKER SET onderdelen 1A t/m 1F
Onderdeel
1A CENTER SP
1B MAIN SP
1C REAR L/R SP
1D REAR CT SP
1E LFE/BASS OUT
1F MAIN LEVEL
Instelling afhankelijk van het al dan niet aangesloten zijn van een
midden-luidspreker en de afmetingen daarvan.
Instelling van het uitgangssignaal voor het hoofd-kanaal, afhankelijk
van de afmetingen van de hoofd-luidsprekers.
Instelling afhankelijk van het al dan niet aangesloten zijn van L/R
achter-luidsprekers en van de afmetingen daarvan.
Stelt het uitgangssignaal voor het midden achter-kanaal in aan de hand
van de ingestelde grootte van de midden achter-luidspreker.
Stelt een luidspreker in voor het LFE en lage tonen uitgangssignaal.
Stelt het uitgangsniveau van het uitgangssignaal voor het hoofd-kanaal
in.
Beschrijving
Ingestelde waarde
(Fabrieksinstelling vet
gedrukt)
LRG/SML/NONE
LARGE/SMALL
LRG/SML/NONE
LRG/SML/NONE
SWFR/MAIN/BOTH
Normal/–10 dB
Als de hierboven getoonde fabrieksinstelling niet geschikt is voor uw luidspreker-configuratie,
dient u deze via “1 SPEAKER SET” van het instelmenu te wijzigen (zie bladzijden 56 t/m 59).
22
2,5
1
3
4
INSTELLEN VAN HET UITGANGSNIVEAU VAN DE LUIDSPREKERS
VOLUME
Dit hoofdstuk legt uit hoe u de uitgangsniveaus voor de
luidsprekers kunt instellen met behulp van de testtoongenerator. Deze instelling is nodig om de uitgangsniveaus
van de zes luidsprekers die nodig zijn in surround
geluidssystemen zoals waargenomen op de luisterplek
met elkaar in evenwicht te brengen. Dit is belangrijk om
de beste prestaties van de digitale geluidsveldprocessor en
van de diverse decoders (Dolby Digital, Dolby Pro Logic,
Dolby Pro Logic
, DTS, DTS ES en DTS Neo: 6) te
kunnen waarborgen.
Opmerking
• Aangezien dit toestel de test niet kan uitvoeren wanneer er een
hoofdtelefoon is aangesloten, moet eerst een eventueel op de
PHONES aansluiting aangesloten hoofdtelefoon losmaken
voor u de testtoon kunt gebruiken.
Voor u begint
VOLUMEINPUT
PRO LOGIC
BASS
– +
33
STANDBY
SPEAKERS
AB
2
/
ON
NATURAL SOUND AV RECEIVER
PROCESSOR
BASS
DIRECT
EXTENSION
INPUT M0DE
DIGITAL
RDS MODE
PRESET
TUNING
/
PRESET
MEMORYFM/AM
/TUNING
MODE
/FREQ
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
S VIDEO
EON PTY SEEK
VIDEO AUDIO OPTICALLR
VIDEO AUXSILENT
MODE START
TUNING
A/B/C/D/E
TUNER
DSP
EDIT
PHONES
STEREO
PROGRAM
EFFECT
1 Zet de op dit toestel aangesloten video-
monitor aan.
2 Druk SPEAKERS A of B
SPEAKERS
AB
en selecteer welke hoofdluidsprekers u wilt
gebruiken.
Als u beide sets hoofdluidsprekers wilt gebruiken,
dient u zowel A als B in te
drukken.
3 Zet de BASS en TREBLE regelaars op het
voorpaneel in het midden en schakel de
BASS EXTENSION en PROCESSOR DIRECT
functies uit met de bijbehorende toetsen.
Op het display zullen de meldingen “BASS EXT.
OFF” en “P. DIRECT OFF” verschijnen.
BASS
PROCESSOR
EXTENSION
DIRECT
Zet uit (OFF).
BASS
–
TREBLE
–
+
+
– +
INTRODUCTION
Gebruik van de testtoon (TEST
DOLBY SUR.)
U kunt de testtoon gebruiken om de uitgangsniveaus van
de 6 luidsprekers die nodig zijn voor een
surroundsysteem met elkaar in balans te brengen. U dient
het uitgangsniveau van elk van de luidsprekers te regelen
met de afstandsbediening terwijl u op de luisterplek zit.
VOORBEREIDINGEN
Als u klaar bent, kunt u vanaf uw luisterplek met VOL
+/– controleren of de gemaakte instellingen voldoen.
1
NATURAL SOUND AV RECEIVER
STANDBY
/
ON
/
PRESET
PRESET
TUNING
A/B/C/D/E
PROCESSOR
BASS
SPEAKERS
EXTENSION
AB
6CH INPUT
TUNER
DIRECT
DSP
/TUNING
EDIT
PHONES
STEREO
PROGRAM
EFFECT
DIGITAL
TUNING
MODE
MEMORYFM/AM
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
S VIDEO
INPUT M0DE
RDS MODE
EON PTY SEEK
/FREQ
VIDEO AUDIO OPTICALLR
VIDEO AUXSILENT
MODE START
2
TREBLE
POWER
REC
DISC SKIP
LEVEL
TITLE
TV INPUT
–
PRESETPRESET
TEST
RETURN
1 Druk op AMP om de AMP
functie in te schakelen.
AMP zal verschijnen in het
uitleesvenster op de
afstandsbediening.
SELECT
POWER
AMP
AVTV
AUDIO
+
VOL
–
SET MENU
MUTE
+
MENU
TV VOL
A/B/C/D/E
CHCH
TV MUTE
SELECT
+
ON SCREEN
STEREO
TV VOL
DISPLAY
–
EFFECT
AMP
VOLUMEINPUT
6CH INPUT
PRO LOGIC
BASS
– +
TREBLE
– +
OPERAIONT
BASIC
33
OPERATION
ADVANCED
INFORMATION
ADDITIONAL
2 Druk op TEST om de testtoon te laten
klinken.
TEST
RETURN
APPENDIX
3 Regel het volume van dit toestel zo af dat u
de testtoon goed kunt horen.
+
Nederlands
Voorpaneel
of
Afstandsbediening
VOL
–
23
INSTELLEN VAN HET UITGANGSNIVEAU VAN DE LUIDSPREKERS
LEFT
CENTER
LEFT SURROUND RIGHT SURROUND
REAR CENTER
RIGHT
De testtoon klinkt achtereenvolgens uit de linker
hoofd-luidspreker, de midden-luidspreker, rechter
hoofd-luidspreker, rechter achter-luidspreker, midden
achter-luidspreker en de linker achter-luidspreker. De
testtoon zal elke keer 2,5 seconden lang weergegeven
worden.
Het kanaal dat getest wordt. wordt ook aangegeven
op het beeldscherm door middel van een
schematische afbeelding van de luisterruimte. Dit is
handig wanneer u een losse luidspreker wilt
inpassen.
TEST DOLBY SUR.
LEFT
Het display op het voorpaneel van het toestel geeft
ook aan via welk kanaal de testtoon wordt
geproduceerd: TEST LEFT→TEST
CENTER→TEST RIGHT→ TEST R SUR.→TEST
REAR CNTR→TEST L SUR.
Opmerking
• Als u de testtoon niet kunt horen, zet het volume dan laag, zet
het toestel uit (standby) en controleer vervolgens alle
luidspreker-aansluitingen.
4 Regel het uitgangsniveau
van de effect-luidsprekers
met de j / i toetsen op de
afstandsbediening zo af
dat het uitgangsniveau
van de effect-luidsprekers
+
TV VOL
CHCH
TV MUTE
SELECT
TV VOL
+
–
–
PRESETPRESET
hetzelfde klinkt als dat
van de hoofdluidsprekers.
Bij het instellen zal de testtoon
uit de geselecteerde
luidspreker klinken.
Opmerking
• Het uitgangsniveau van de hoofd-luidsprekers kan hier niet
worden ingesteld.
5 Druk op TEST om de
testtoon te stoppen
TEST
RETURN
wanneer u klaar bent.
Opmerkingen
• De toonkwaliteit van de luidsprekers kan worden ingesteld via
“5 CENTER GEQ” van het SET MENU (zie bladzijde 60).
• Als “1A CENTER SP” van het SET MENU op NONE (geen)
staat, zal het signaal voor het middenkanaal automatisch
worden weergegeven via de linker en rechter hoofdluidsprekers.
• Als “1C REAR L/R SP” van het SET MENU op NONE (geen)
staat, zult u bij stap 4 het uitgangsniveau van de rechter, linker
en midden achter-luidsprekers niet kunnen instellen. De
testtoon zal bewegen van LEFT→CENTER→RIGHT→LEFT...
en zal de linker, rechter en midden achter-luidsprekers
overslaan.
• Als “1D REAR CT SP” van het SET MENU op NONE (geen)
staat, zult u bij stap 4 het uitgangsniveau van de midden achterluidspreker niet kunnen instellen. De testtoon zal bewegen van
LEFT→CENTER→RIGHT→RIGHT SURROUND→LEFT
SURROUND→LEFT... en zal de midden achter-luidspreker
overslaan.
y
• U hoeft de niveaus van de luidsprekers in principe niet meer te
wijzigen als u ze eenmaal naar tevredenheid heeft ingesteld,
behalve wanneer u de luidspreker-configuratie verandert. U
kunt verder gewoon met de volume toetsen of draaiknop het
volume naar believen regelen.
• U kunt de uitgangsniveaus van de effect-kanalen (midden, links
achter, rechts achter en midden achter) verhogen tot +10 dB.
Als het uitgangsniveau van deze luidsprekers lager is dan dat
van de hoofd-luidsprekers, zelfs nadat u het volume ervan met
+10 dB verhoogd heeft, dient u onderdeel “1F MAIN LEVEL”
van het SET MENU op “–10 dB” te zetten (zie bladzijde 59).
Hierdoor zal het uitgangsniveau van de hoofd-luidsprekers tot
ongeveer een derde van het normale niveau worden
teruggebracht. Nadat u het onderdeel “1F MAIN LEVEL” van
het SET MENU op “–10 dB” heeft gezet, dient u de
uitgangsniveaus voor de midden, achter en achter-middenluidsprekers opnieuw in te stellen.
24
Loading...
+ 58 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.