Dit product heeft batterijen of een externe spanningsvoorziening nodig (adapter). Sluit dit product NIET aan op een
andere spanningsvoorziening of adapter dan in de handleiding wordt beschrev en, dan op het naamplaatje staat of
die speciaal wordt aanbevolen door Yamaha.
WAARSCHUWING:
waar iemand over het netsnoer of aangesloten kabels kan
lopen, erop kan stappen of er iets overheen kan rollen.
Het gebruik van een verlengsnoer wordt niet aanbevolen!
ALS u toch een verlengsnoer moet gebruiken, dan is de
minimum draaddoorsnede voor een snoer van 8 meter (of
minder) 18 AWG. OPMERKING: Des te lager het AWGnummer, des te groter het stroomdoorlatend vermogen.
Raadpleeg voor langere verlengsnoeren een plaatselijke
elektricien.
Dit product zou alleen gebruikt mogen worden met de bijgeleverde componenten of een kar, rek of standaard die
speciaal wordt aanbevolen door Yamaha. Als een kar,
enz., wordt gebruikt, neem dan alstublieft alle veiligheidsmarkeringen en instructies, die het product vergezellen, in
acht.
Plaats dit product niet op een plaats
SPECIFICATIES ONDERHEVIG AAN WIJZIGINGEN:
Wij menen dat de informatie die deze handleiding bevat
juist is op het moment van drukken. Yamaha houdt zich
echter het recht voor de specificaties te ver anderen of aan
te passen, zonder kennisge ving en zonder de verplichting
reeds bestaande modellen daar aan aan te passen.
Dit product, alleen of in combinatie met een versterker en
hoofdtelefoon of luidsprekers, kan in staat zijn geluidsniveaus voort te brengen die tot permanente gehoorbeschadiging kunnen leiden. Gebruik GEEN hoge of onaangename
volumeniveaus gedurende een langere tijd. Mocht u gehoorbeschadiging of oorsuizen ervaren, dan kunt u het best contact opnemen met een KNO-arts of gehoordeskundige.
BELANGRIJK: Des te harder het geluid, des te korter de
tijd die nodig is om tot gehoorbeschadiging te leiden.
Sommige Yamaha producten zijn voorzien van banken en/of
accessoire bevestigingsmontagebeugels die of zijn bijgeleverd of als optionele accessoire leverbaar zijn. Sommige
hiervan zijn zo ontworpen dat ze door de dealer moeten worden gemonteerd of geïnstalleerd. Zorg er alstublieft voor dat
banken stabiel zijn en eventuele optionele bevestigingen
(waar toepasbaar) goed bevestigd zijn VOOR gebruik.
Door Yamaha gele verde bank en zijn uitsluitend ontworpen
om op te zitten. Ander gebruik wordt afgeraden.
MERK OP:
Servicekosten die worden gemaakt vanwege een gebrek
aan kennis van hoe een functie of effect werkt (als het apparaat wordt gebruikt waarvoor het is ontworpen) vallen niet
onder de fabrieksgarantie en komen derhalve v oor rekening
van de gebruiker . Bestudeer deze handleiding zorgvuldig en
raadpleeg uw dealer voordat u om service verzoekt
Kennisgeving batterij:
Dit product KAN een kleine niet oplaadbare batterij bevatten die (indien van toepassing) vastgesoldeerd zit.
De gemiddelde levensduur van zo’n batterij is ongeveer vijf jaar. Als vervanging noodzakelijk wordt, neem
dan contact op met gekwalificeerd servicepersoneel
om de vervanging uit te voeren.
Het kan zijn dat dit product werkt met een normaal
gangbaar type batterij. Enkele daarvan kunnen oplaadbaar zijn. Vergewis u ervan dat de op te laden batterij
inderdaad oplaadbaar is en dat de oplader geschikt is
voor het desbetreffende type batterij.
Als u batterijen plaatst, gebruik dan nooit oude en
nieuwe batterijen en verschillende soorten batterijen
door elkaar. De batterijen MOETEN juist worden geplaatst. Niet overeenkomende soorten of foutieve
plaatsing kunnen leiden tot oververhitting en scheuren
van de batterijbehuizing.
Waarschuwing:
Probeer geen enkele batterij uit elkaar te halen of te
doorboren. Houd alle batterijen bij kinderen vandaan.
Zorg dat lege batterijen niet bij het normale afval komen, maar zorg dat ze zo spoedig mogelijk als Klein
Chemisch Afval worden ingeleverd. Opmerking: Informeer bij een willekeurige leverancier van batterijen in
uw omgeving naar informatie over de verwijderingsvoorschriften voor batterijen.
Opmerking over verwijdering:
Als u dit product weg wilt doen omdat het kapot is en
niet meer gemaakt kan worden of omdat het apparaat
om een of andere reden aan het eind van zijn bruikbare levensduur is, vergewis u er dan van wat de wettelijke regelingen op dat moment zijn voor het verwijderen van producten die lood, batterijen, plastics, etc. bevatten. Als uw leverancier u daarmee niet kan helpen,
neem dan alstublieft direct contact op met Yamaha.
POSITIE NAAMPLAATJE:
Het naamplaatje bevindt zich aan de onderzijde van
het product. U vindt hierop het modelnummer, serienummer, vereisten voor de spanningsvoorziening, etc.
Het is verstandig om het modelnummer, het serienummer en de aankoopdatum in de hieronder gereserveerde ruimte te noteren. Bewaar ook uw officiële aankoopbon, aangezien dat uw garantiebewijs is.
MILIEU ZAKEN:
Yamaha streeft ernaar om producten te maken die zowel
veilig als milieuvriendelijk zijn. Wij menen oprecht dat onze producten en de gebruikte productiemethodes aan deze doelstellingen voldoen. Om ons zowel aan de letter als
de geest van de wet te houden, willen we dat u zich bewust bent van de volgende zaken:
92-BP (onderkant)
BEWAAR DEZE HANDLEIDING ALSTUBLIEFT
Model
Serienummer
Aankoopdatum
Page 3
VOORZORGSMAATREGELEN
LEES DIT ZORGVULDIG DOOR VOORDAT U VERDER GAAT
* Bewaar deze handleiding op een veilige plaats voor eventuele latere bestudering.
WAARSCHUWING
Volg altijd de algemene voorzorgsmaatregelen op die hieronder worden opgesomd om te voorkomen dat u gewond raakt of zelfs sterft als gevolg van elektrische schokken, kortsluiting, schade,
brand of andere gevaren. De maatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
Spanningsvoorziening/Netadapter
•
Gebruik alleen het voltage dat is aangegeven voor het instrument. Het vereiste voltage wordt genoemd op het naamplaatje
van het instrument.
•
Gebruik uitsluitend de aangegeven adapter (PA-300 of een door
Yamaha aanbevolen equivalent). Gebruik van een andere adapter kan brand en defecten veroorzaken.
•
Controleer zo nu en dan de stroomstekker en verwijder stof en
vuil dat zich heeft verzameld op de stekker.
•
Plaats de netadapter niet in de buurt van warmtebronnen zoals
kachels of radiatoren. Verbuig of beschadig het snoer niet, plaats er
geen zware voorwerpen op en leg het niet op een plaats waar mensen er over kunnen struikelen of er voorwerpen ov er kunnen rollen.
Niet openen
•
Open het instrument niet, haal de interne onderdelen niet uit
elkaar en modificeer het instrument niet. Het instrument bevat
geen door de gebruiker te vervangen onderdelen. Als het
instrument stuk lijkt te zijn, stop dan met het gebruiken van het
instrument en laat het nakijken door een Yamaha Service Center.
PAS OP
Waarschuwing tegen water
•
Stel het instrument niet bloot aan regen, gebruik het niet in de
buurt van water of onder natte of vochtige omstandigheden en
plaats geen voorwerpen op het instrument die vloeistoffen bevatten die in de openingen kunnen vallen.
•
Haal nooit een stekker uit het stopcontact met natte handen.
Waarschuwing tegen brand
•
Plaats geen brandende voorwerpen, zoals kandelaars, op het apparaat.
Een brandend voorwerp kan omvallen en brand veroorzaken.
Als u onregelmatigheden opmerkt
•
Als het snoer van de adapter beschadigd is of stuk gaat, als er plotseling geluidsverlies is in het instrument, of als er plotseling een geur
of rook uit het instrument komt, moet u het instrument onmiddellijk
uit zetten, de stekker uit het stopcontact halen en het instrument na
laten kijken door een officieel Yamaha Service Center.
Volg altijd de algemene voorzorgsmaatregelen op die hieronder worden opgesomd om eventuele
lichamelijke verwondingen, of beschadiging aan andere instrumenten of bezittingen te voorkomen.
De maatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
Spanningsvoorziening/NetadapterLocatie
•
Als u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u altijd aan de
stekker trekken, nooit aan het snoer.
•
Haal de adapter uit het stopcontact gedurende een elektrische
storm (b.v. onweer), of als u het instrument gedurende langere
tijd niet gebruikt.
•
Sluit het instrument niet aan op een stopcontact via een verdeelstekker. Dit kan resulteren in een verminderde geluidskwaliteit
en het stopcontact oververhitten.
(3)-7
•
Stel het instrument niet bloot aan extreme schokken of stof,
extreme koude of warme omstandigheden (zoals in direct
zonlicht, bij de verwarming, of in de auto) om vervorming van het
paneel of schade aan de interne elektronica te voorkomen.
•
Gebruik het instrument niet in de nabijheid van een TV, radio,
stereo-installatie, mobiele telefoon of andere elektrische apparaten.
Anders kan het instrument, de TV of radio ruis opwekken.
•
Plaats het instrument niet op een onstabiele plek waar het kan
omvallen.
•
Haal voordat u het instrument verplaatst alle kabels en de
adapter los.
•
Gebruik alleen een voor het instrument bedoelde standaard. Als
u het instrument vast maakt aan de standaard, gebruik dan uitsluitend
de bijgeleverde schroev en. Anders kan dit leiden tot beschadiging van
de interne componenten of het vallen van het instrument.
1/2
PSR-2100/1100/A1000
3
Page 4
Aansluitingen
•
Voordat u het instrument aansluit op andere elektronische componenten moet u alle betreffende apparatuur uitzetten. Voordat u
alle betreffende apparatuur aanzet moet u alle volumes op het
minimum zetten. Voer de volumes van alle componenten, na het
aanzetten, geleidelijk op tot het gewenste luisterniveau.
Onderhoud
•
Gebruik bij het schoonmaken een zachte droge doek. Gebruik bij
het schoonmaken geen verfverdunners (b.v. thinner), oplosmiddelen, schoonmaakmiddelen of chemische schoonmaakdoekjes.
Zorgvuldig behandelen
•
Steek geen vinger of hand in de openingen van het instrument.
•
Steek of laat nooit papier, metaal of andere voorwerpen in de
openingen op het paneel of het toetsenbord vallen. Als dit gebeurt, zet dan onmiddellijk het instrument uit en trek het netsnoer
uit het stopcontact. Laat vervolgens uw instrument nakijken door
gekwalificeerd Y amaha servicepersoneel.
•
Plaats geen vinylen, plastic of rubberen voorwerpen op het
instrument, aangezien dit verkleuring van het paneel of het
toetsenbord tot gevolg kan hebben.
•
Leun niet op en plaats geen zware voorwerpen op het instrument, ga voorzichtig om met de knoppen, schakelaars en aansluitingen.
•
Gebruik het instrument niet te lang op een niet comfortabel
geluidsniveau aangezien dit permanent gehoorverlies kan
veroorzaken. Als u gehoorbeschadiging of suizen in uw oor
constateert, neem dan contact op met een KNO-arts of
gehoordeskundige.
Data wegschrijven
Wegschrijven en back-up van uw data
•
De data in het geheugen (zie blz. 47) gaat verloren als u het
instrument uitzet. Sla de data op op een diskette/de User Drive
(zie blz. 44, 52).
Opgeslagen data kan verloren raken ten gevolge v an een storing
of foutieve handelingen. Sla belangrijke data op op een diskette.
Als u instellingen in een displaypagina wijzigt en die pagina
verlaat, worden de System Setup data (opgesomd in de
Parameter Chart van het bijgaande Engelstalige Data List
boek) automatisch opgeslagen. De gewijzigde data gaan
echter verloren als u het instrument uitzet zonder dat u de
betreffende pagina eerst heeft verlaten.
Een backup van de diskette maken
•
Om te voorkomen dat er data verloren gaan door beschadigde
media, adviseren wij u belangrijke data op twee afzonderllijke
diskettes op te slaan.
Pas op bij datahandelingen
Let er op dat u NOOIT de PSR-2100/1100/A1000 uitzet tijdens wat voor een datahandeling dan ook waarbij de USER/
FLOPPY DISK-drives betrokken zijn — zoals opslaan, wissen of kopiëren/plakken — totdat de handeling volledig is afgerond. (Let er op dat u wacht totdat de waarschuwingsboodschap verdwijnt.)
Het instrument uitzetten tijdens de handeling resulteert in het verloren gaan van de data die naar de betreffende drive
werden opgeslagen of geplakt.
Het aanhouden van het instrument is met name belangrijk met betrekking tot de USER-drive. Het instrument uitzetten
terwijl er een opslag-/wis-/plakhandeling op de USER-drive wordt uitgevoerd, kan resulteren in het verloren gaan van
ALLE data op de USER-drive (bij het opnieuw aanzetten) — en niet alleen de betreffende data. Met andere woorden,
als u alleen een opslag-/wis-/plakhandeling met de songdata op de USER-drive uitvoert, en u zet het instrument uit
voordat de handeling is afgerond, loopt u het risico AL uw data op de USER-drive kwijt te raken — inclusief alle v oices,
stijlen, Multipadbanken en Registration Memory presets die u op de USER-drive heeft opgeslagen.
Deze waarschuwing geldt ook voor het creëren van een nieuwe map op de USER-drive of het terugroepen van de fabrieksgeprogrammeerde instellingen (blz. 165).
Yamaha kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor schade veroorzaakt door oneigenlijk gebruik of modificaties aan het instrument, of
data die verloren zijn gegaan of gewist.
Zet het instrument altijd uit als u het niet gebruikt.
Zelfs als de POWER-schakelaar in de “STANDBY”-positie staat, loopt er nog een minimale hoeveelheid stroom door het instrument. Als u het
instrument voor een langere tijd niet gebruikt, zorg er dan voor dat u de netadapter uit het stopcontact haalt.
PSR-2100/1100/A1000
4
(3)-7
2/2
Page 5
Dank u voor de aanschaf van de Yamaha PSR-2100/1100/A1000!
We adviseren u deze handleiding zorgvuldig te lezen zodat
u volledig gebruik kunt maken van de geavanceerde en
handige functies van de PSR-2100/1100/A1000.
We adviseren u ook deze handleiding op een veilige
en handige plaats te bewaren voor toekomstige raadpleging.
PSR-2100/1100/A1000
5
Page 6
Accessoires
■
PA-300 netadapter
■
Diskette [PSR-2100/1100: leeg]; [PSR-A1000: bevat begeleidingsstijlfiles, songfiles en MIDI-
*
driver (blz. 169)]
■
Muziekstandaard (blz. 19)
■
Data List (apart Engelstalig boekje)
■
Handleiding
* Alleen in bepaalde landen bijgeleverd. Informeer hiernaar bij uw Yamaha dealer.
Over deze handleiding en de Data List
Deze handleiding bestaat uit vier hoofdgedeelten: Inleiding, Beknopte handleiding, Basisbediening en Referentie.
Er is ook een afzonderlijke Data List (Engelstalig boekje) bijgeleverd.
Dit gedeelte legt uit hoe u de basisfuncties kunt gebruiken.
Basisbediening (blz. 43): Dit gedeelte legt de basisbediening uit, inclusief de op de display-gebaseerde regelaars.
Referentie (blz. 61): Dit gedeelte legt uit hoe u gedetailleerde instellingen voor de PSR-2100/1100/A1000’s
verscheidene functies kunt maken.
Data List (apart Engelstalig boekje) : Voice-overzicht, MIDI-dataformat, enz.
* Deze Nederlandstalige handleiding is in eerste instantie geschreven voor de PSR-1100 en PSR-2100.
De PSR-A1000 lijkt qua bediening en functioneren erg op de PSR1100. Het grootste verschil is dat de PSR-A1000 niet over
de MUSIC FINDER en ONE TOUCH SETTING functie beschikt, maar daarentegen wel over de ORIENTAL SCALE-functie.
Over het algemeen kunt u als u over een PSR-A1000 beschikt, de bedieningsinstructies v oor de PSR-1100 aanhouden. Waar
mogelijk zal de PSR-A1000 ook vermeld worden.
* De illustraties en LCD schermen zoals getoond in deze Nederlandstalige handleiding zijn uitsluitend voor instructie doel-
einden en kunnen enigszins afwijken (bijvoorbeeld de voice- en stijlnamen) van die op uw instrument.
* De voorbeeld bedieningsdisplays die in deze handleiding te zien zijn, zijn meestal van de PSR-2100 en in het Engels.
* Dit product (PSR-2100) is gefabriceerd onder licentie van U.S. Patentnummers 5231671, 5301259, 5428708 en 5567901
van IVL Technologies Ltd.
* De in dit instrument gebruikte bitmap fonts zijn geleverd door en het eigendom van Ricoh Co., Ltd.
* Ongeautoriseerd kopiëren van software waarop auteursrechten rusten, voor andere doeleinden dan voor persoonlijk ge-
bruik van de koper, is ten strengste verboden.
AUTEURSRECHTEN
Dit product bevat en gaat v ergezeld v an computerprogramma’ s en data w aarvan Yamaha eigenaar is van de auteursrechten of
over de licentie beschikt om de auteursrechten van anderen te gebruiken. Materiaal waarop deze auteursrechten van
toepassing zijn, zijn onder andere, zonder enige beperking, alle computersoftware, stijlfiles, MIDI-files, WAVE-data en
geluidsopnamen. Elk ongeautoriseerd gebruik van dergelijke programma’s en data, met uitzondering van persoonlijk gebruik
door de koper, is niet toegestaan en is beschermd door wetten. Schending van de auteursrechten heeft strafrechtelijke
gevolgen.
MAAK, DISTRIBUEER EN GEBRUIK GEEN ILLEGALE KOPIEËN!
Deze handleiding is uitsluitend bedoeld om u te helpen zich de bediening van het instrument eigen te maken.
Er kunnen derhalve geen rechten aan ontleend worden.
Handelsmerken:
• Apple en Macintosh zijn handelsmerken van Apple Computer, Inc.
• IBM-PC/AT is een handelsmerk van International Business Machines Corporation.
• Windows is het geregistreerde handelsmerk van Microsoft® Corporation.
• Alle andere handelsmerken zijn eigendom van hun respectieve eigenaren.
PSR-2100/1100/A1000
6
Page 7
Omgaan met de diskdrive (FDD) en diskette
Let er op de diskettes en de diskdrive met zorg te behandelen. Volg de onderstaande belangrijke voorzorgsmaatregelen.
Ondersteunde diskettesoorten
• Er kunnen 3,5’’ 2DD- en 2HD-diskettes worden gebruikt.
Diskettes plaatsen en uitwerpen
Om een diskette in de diskdrive te plaatsen:
• Houd de diskette met het label naar boven en met het
sluitermechanisme naar voren in de richting van de
diskdrive. Plaats de diskette zorgvuldig in de opening,
langzaam verder duwend tot het einde, waar deze op
zijn plaats klikt en waardoor de uitwerpknop naar
buiten komt.
Diskdrivelamp
Als het instrument wordt aangezet, licht de diskdrivelamp (links onderaan de diskdrive) op om aan te
geven dat de diskdrive kan worden gebruikt.
• Probeer nooit de diskette uit te werpen of het instrument uit te zetten als er data naar de diskette worden
geschreven. Dit zou de diskette kunnen beschadigen
en mogelijk zelfs de diskdrive. Druk langzaam op de
uitwerp (eject) knop zo ver als deze gaat; de diskette
zal automatisch naar buiten komen. Als de diskette er
gedeeltelijk uitsteekt, haal deze er dan voorzichtig uit
met de hand.
• Als de uitwerpknop te snel wordt ingedrukt, of niet ver
genoeg, kan het zijn dat de diskette niet goed wordt
uitgeworpen. De uitwerpknop kan dan halverwege
vast komen te zitten waarbij de diskette slechts een
paar millimeter uit de opening steekt. Als dit gebeurt,
probeer dan niet de gedeeltelijk uitgeworpen diskette
eruit te trekken, aangezien het uitoefenen van kracht
in deze situatie de diskdrive en/of de diskette kan beschadigen. Probeer nogmaals op de uitwerpknop te
drukken, om de gedeeltelijk uitgeworpen diskette
eruit te halen of druk de diskette weer terug op zijn
plaats en herhaal de uitwerpprocedure.
• Zorg ervoor dat u de diskette uit de diskdrive haalt
voordat u de PSR-2100/1100/A1000 uitschakelt. Als
een diskette voor langere periodes in de diskdrive
wordt gelaten, kan deze gemakkelijk stof en vuil aantrekken die lees- en schrijffouten kunnen veroorzaken.
Om een diskette uit te werpen:
Let erop dat er geen data naar de diskette worden
geschreven op het moment dat u de diskette wilt
uitwerpen.
Als er tijdens de volgende handelingen data op dat
moment naar diskette worden geschreven staan er de
volgende mededelingen in de display: “Now
executing”, “Now copying” of “Now formatting”.
• Verplaatsen (move), kopiëren (copy), plakken
(paste), wegschrijven (save), of wissen (delete) van
data (blz. 50 - 52).
• Benoemen (name) van files en mappen (folders)
(blz. 49); een nieuwe map (folder) maken (blz. 52).
• Een diskette naar een andere diskette kopiëren (blz.
164); de diskette formatteren (blz. 164).
Uitwerpknop
De lees/schrijfkop reinigen
• Reinig de lees/schrijfkop regelmatig. Dit instrument
bevat een precisie magnetische lees/schrijfkop die, na
langdurig gebruik, een laag magnetische deeltjes vast
kan houden, die tenslotte lees- en schrijffouten kunnen veroorzaken.
• Om de diskdrive in optimale toestand te houden, beveelt Yamaha het gebruik van een commercieel beschikbare drogesoort koppenreinigingsdiskette aan
om de kop eens per maand te reinigen. Vraag uw
Yamaha dealer naar de beschikbaarheid van de juiste
reinigingsdiskette.
• Plaats nooit iets anders dan diskettes in de diskdrive.
Andere voorwerpen kunnen beschadiging van de
diskdrive of diskettes veroorzaken.
PSR-2100/1100/A1000
7
Page 8
Over de diskettes
Om de diskettes zorgvuldig te gebruiken:
• Plaats geen zware voorwerpen op de diskette en buig
de diskette niet en oefen er op geen enkele manier
druk op uit. Bewaar de diskettes altijd in hun beschermende doosjes als ze niet worden gebruikt.
• Stel de diskette niet bloot aan direct zonlicht, extreme
hoge of lage temperaturen, overmatige vochtigheid,
stof of vloeistoffen.
• Open het sluitermechanisme niet en raak het oppervlak
van de daadwerkelijke disk in de diskette niet aan.
• Stel de diskette niet bloot aan magnetische velden,
zoals die worden geproduceerd door televisies, luidsprekers, motors, enz., aangezien magnetische velden
de data op de diskette geheel of gedeeltelijk kunnen
wissen, waardoor deze onleesbaar wordt.
• Gebruik nooit een diskette met een verbogen sluitermechanisme of behuizing.
• Plak niets anders dan de bijgeleverde labels op de diskette. Let er ook op dat de labels op de juiste plaats
worden geplakt.
Om uw gegevens te beveiligen
(schrijfbeschermingsnokje):
• Om per ongeluk wissen van belangrijke data te voorkomen, schuift u het disketteschrijfbeveiligingsnokje in de
“protect” stand (vakje open).
schrijfbeveiligingsnokjeopen(beveiligdepositie)
Data backup
• Om uw data optimaal veilig te stellen beveelt Yamaha
aan om van belangrijke data twee kopieën op verschillende diskettes te bewaren. Hierdoor heeft u zelfs
nog een kopie als één van de diskettes beschadigd of
kwijt is. Gebruik voor het maken van een backupdiskette de “Kopiëren van diskette naar diskette”-functie
op blz. 164.
Over de displaymededelingen
Er verschijnt soms een mededeling (informatie- of bevestigingsdialoog) op het scherm om de bediening te vergemakkelijken.
Als zo’n mededeling verschijnt, volg dan gewoon de aangegeven instructies door op de betreffende knop te drukken.
OPM.
F
G
H
I
J
Bij dit voorbeeld, drukt u op
de [G] (YES)-knop om het
formatteren uit te voeren.
U kunt de gewenste taal van
de Helpdisplay (blz. 58) selecteren.
Uw PSR-2100/1100/A1000 met andere apparaten
gebruiken
Specificaties (PSR-2100/1100) 178
Specificaties (PSR-A1000) ...... 180
Index ................................... 182
Appendix
PSR-2100/1100/A1000
11
Page 12
Toepassingsindex
Gebruik deze index om referentiebladzijden te vinden die van pas kunnen
komen bij uw specifieke toepassing en situatie.
Luisteren
Naar de interne songs luisteren ................................................................................................................blz. 85
Naar de diskettesongs luisteren ............................................................ “Songs van diskette afspelen” op blz. 87
Naar de demosongs luisteren ...................................................................................................................blz. 61
Naar de demo van de geselecteerde voices luisteren................................................................................blz. 63
Naar songs met de speciale voices van de PSR-2100/1100/A1000 luisteren............................................blz.135
Spelen
Een begeleiding afspelen met de juiste toonhoogte ............................................. “Transpose Assign” op blz.155
Twee voices combineren................................. “Layer - Twee verschillende voices stapelen (layeren)” op blz. 65
Afzonderlijke voices met de rechter- en linkerhand bespelen
........“Left - Afzonderlijke voices instellen voor het linker- en rechtergedeelte van het toetsenbord” op blz. 66
Het geluid veranderen
Verbeter het geluid met aanslag (touch) en andere effecten...................... “Voice-effecten toepassen” op blz. 66
...............................................................................................................“De effecten aanpassen” op blz. 137
De niveaubalans aanpassen ...................................................................................................................blz. 135
Twee voices combineren................................. “Layer - Twee verschillende voices stapelen (layeren)” op blz. 65
Afzonderlijke voices met de rechter- en linkerhand bespelen
........“Left - Afzonderlijke voices instellen voor het linker- en rechtergedeelte van het toetsenbord” op blz. 66
Zie voor hetzelfde overzicht, maar dan specifiek voor de PSR-A1000: bladzijde 16.
SONG
Afspelen van reeds opgenomen
songs (blz. 25, 40, 84)
Geniet van een grote verscheidenheid aan preset songs, alsook songs
op commercieel beschikbare diskettes.
Multi Pads
Uw spel kruiden met speciale
dynamische frases (blz. 82, 131)
Door gewoon op één van de multipads te drukken, kunt u korte ritmische of melodische frases afspelen.
U kunt ook uw originele multipadfrases creëren door ze direct via het
toetsenbord op te nemen.
SONG
STYLE
TRACK2TRACK
EXTRA
TRACKS
(STYLE)(R)(L)
RECREWFF
NEW SONG SYNC. START
POP & ROCK
BALLADUSERLATIN
MASTER VOLUME
MINMAX
1
TOP
SWING &
JAZZ
DANCE
TRANSPOSE
RESET
FADE
IN/OUT
START/STOP
BALLROOM
MULTI PAD
REPEAT
TEMPO
RESET
STOP
DEMO
Verken de Demo’s
(blz. 24, 61)
Deze geven niet alleen een
indruk van de verbluffende
voices en stijlen van het instrument, maar ze laten u
ook kennis maken met de
verscheidene functies en eigenschappen — en laten u
praktijkervaring opdoen met
de PSR-2100/1100!
METRONOME
DIGITAL
STUDIO
SOUND CREATOR
MARCH &
WALTZ
TAP TEMPO
DIGITAL RECORDING
MIXING CONSOLE
PART
MENU
DEMO
HELP
FUNCTION
DIRECT
ACCESS
A
B
C
D
E
BALANCE
CHANNEL ON/OFF
STANDBY
ON
STIJL
Onderbouw uw spel met automatische begeleiding (blz. 32, 68)
Door een akkoord te spelen met uw linkerhand
speelt u automatisch de automatische begeleiding.
Selecteer een begeleidingsstijl — zoals pop, jazz,
Latin, enz. — en laat de PSR-2100/1100 uw begeleidingsband zijn!
PSR-2100/1100/A1000
14
STYLE CONTROL
ACMP
BREAK
INTRO
MAIN
ENDING
/ rit.
AUTO
FILL IN
SYNC.
SYNC.
STOP
START
OTS
LINK
START/STOP
DIGITAAL OPNEMEN
Neem uw spel op (blz. 105, 121)
Met de krachtige en makkelijk-te-gebruiken
songopname-eigenschappen, kunt u uw
eigen toetsenspel opnemen en uw eigen
volledig georkestreerde composities creëren
— die u dan kunt opslaan op de USER-drive
of een diskette voor toekomstig gebruik.
PART
Page 15
81234567
LCD
De grote LCD (samen met
de verscheidene paneelknoppen) zorgt voor een
uitgebreide en makkelijkte-begrijpen bediening van
de PSR-2100/1100 functies.
BACK NEXT
MAIN
F
G
H
I
J
EXIT
LAYER
LEFT
MUSIC
FINDER
DATA ENTRY
MUSIC FINDER
Roep de perfecte begeleidingsstijl
op (blz. 37, 78)
Als u weet welke song u wilt spelen,
maar u weet niet welke stijl of voice geschikt zou zijn, laat de MUSIC FINDER u
dan helpen. Selecteer gewoon de titel
van de song en de PSR-2100/1100 roept
automatisch de meest geschikte stijl en
voice op.
VOICE EFFECT
LEFT
HOLD
VOICE
PIANO & HARPSI.
GUITAR
STRINGSCHOIR & PAD
USER
MIC.
VH TYPE
SELECT
OVER
SIGNAL
ENTER
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
HARMONY/
SUSTAIN
ECHO
E.PIANO
BASS
ORGAN FLUTES
MIC.
SETTING
ONE TOUCH SETTING
VOCAL
HARMONY
ACCORDION
MONOTOUCH
ORGAN &
BRASS
SYNTH.
TALK
DSP
UPPER OCTAVE
RESET
EFFECT
VARIATION
PERCUSSION
WOODWIND
XG
Organ Flutes
(alleen PSR-2100)
Vervaardig uw eigen orgelvoices (blz.
104)
Deze speciale functie geeft u niet alleen
een complete set aan rijke en voluptueuze
orgelgeluiden, het geeft u ook de mogelijkheid uw eigen orgelvoices te creëren,
net als op een traditioneel orgel, door de
fluit voetmaten toe of af te laten nemen en
percussieve geluiden toe te voegen.
VOICE
Geniet van een enorme verscheidenheid aan realistische
voices (blz. 29, 63)
De PSR-2100/1100 beschikt over
een schat aan uitzonderlijk authentieke en dynamische voices
— inclusief vleugel, strijkers,
houtblazers en meer!
USB-aansluiting
Muziek maken met een computer — snel en
makkelijk (blz. 170)
Duik erin en doe uw voordeel met de uitgebreide
wereld aan computermuzieksoftware.
Aansluitingen en opstellingen zijn uitzonderlijk
makkelijk en u kunt uw op de computer opgenomen partijen afspelen met verschillende instrumentgeluiden — alles met één enkele PSR-2100/
1100!
LCD
CONTRAST
Vocal Harmony (alleen PSR-2100)
Voegt automatisch achtergrondstemmen aan uw zangpartij toe (blz. 142)
De verbazingwekkende Vocal Harmony-eigenschap (op de PSR-
2100) produceert automatisch achtergrondzangharmonieën bij
de solozangpartij die u in de microfoon zingt. U kunt zelfs het
geslacht van de harmoniestemmen veranderen — u voegt
bijvoorbeeld een vrouwelijke achtergrondstem toe aan uw eigen
mannelijke stem (of andersom).
INPUT
OUT
MIDIUSBFOOT PEDAL
2
MIC. LINEIN
VOLUME
LINE IN
MIC./
LRRL/L+R
AUX OUT
(LEVEL FIXED)
OUTPUT
PSR-2100/1100/A1000
DC IN 16V
15
Page 16
Wat kunt u doen met de PSR-A1000?
SCALE SETTING/
SONG
Afspelen van reeds opgenomen
songs (blz. 25, 40, 84)
Geniet van een grote verscheidenheid
aan preset songs, alsook songs op
commercieel beschikbare diskettes.
SCALE MEMORY
De Scale Setting eigenschap laat u gemakkelijk de toonhoogte van bepaalde
noten verlagen met 50 cents om zo uw
eigen oriëntaalse stemmingen te
creëren. Er kunnen tot maximaal zes
stemmingen worden opgeslagen voor
onmiddellijk terugroepen (Scale
Memory), wanneer u ze maar nodig
heeft.
DEMO
Verken de demo’s (blz. 24, 61)
Deze geven niet alleen een indruk
van de verbluffende voices en stijlen van het instrument, maar ze
laten u ook kennis maken met de
verscheidene functies en eigenschappen — en laten u praktijkervaring opdoen met de PSR-A1000!
STIJL
Onderbouw uw spel met automatische begeleiding (blz. 32, 68)
Door een akkoord te spelen met uw linkerhand,
speelt u automatisch de automatische begeleiding.
Selecteer een begeleidingsstijl — zoals pop, jazz,
Latin, enz. — en laat de PSR-A1000 uw begeleidingsband zijn!
DIGITAAL OPNEMEN
Neem uw eigen spel op (blz. 105, 121)
Met de krachtige en makkelijk te gebruiken
songopname-eigenschappen, kunt u uw
eigen toetsenspel opnemen en uw eigen
volledig georkestreerde composities creëren
— die u dan kunt opslaan op de USER-drive
of een diskette voor toekomstig gebruik.
PSR-2100/1100/A1000
16
Page 17
LCD
De grote LCD (samen met de
verscheidene paneelknoppen)
zorgt voor een uitgebreide en
makkelijk te begrijpen bediening van de PSR-A1000-functies.
SCALE TUNING
U kunt een gewenste voorgeprogrammeerde stemming selecteren, waaronder oriëntaalse stemmingen, en uw eigen stemming
creëren door een stemming naar
wens aan te passen.
VOICE
Geniet van een enorme verscheidenheid aan realistische voices
(blz. 29, 63)
De PSR-A1000 beschikt over een schat
aan uitzonderlijk authentieke en dynamische voices — waaronder vleugels,
strijkers, houtblazers en meer!
TO HOST-aansluiting
Muziek maken met een computer — snel en
makkelijk (blz. 168)
Duik erin en doe uw voordeel met de uitgebreide
wereld aan computermuzieksoftware.
Aansluitingen en opstellingen zijn uitzonderlijk
makkelijk en u kunt uw op de computer opgenomen
partijen afspelen met verschillende instrumentgeluiden — alles met één enkele PSR-A1000!
Multipads
Uw spel kruiden met speciale dynamische frases (blz.
82, 131)
Door gewoon op één van de multipads te drukken, kunt u korte ritmische of melodische frases afspelen. U kunt ook uw originele multipadfrases creëren door ze direct via het toetsenbord
op te nemen.
PSR-2100/1100/A1000
17
Page 18
MIDI-master(verzendendapparaat)
Audio-apparatuur(eerstdemixer,dandeversterker)
12345678910111213141516LR
PSR-2100/1100/A1000alsMIDI-slave
(MIDIontvangendapparaat)
AAN
ZETTEN
De PSR-2100/1100/A1000 opstellen
Spanningsvoorziening
Zorg ervoor dat de PSR-2100/1100/A1000’s STANDBY/
1
ON-schakelaar in de STANDBY (uit)-positie staat.
Sluit het éne eind van het netsnoer aan op de PA-300
2
Sluit de PA-300’s DC-stekker aan op de PSR-2100/
3
1100/A1000’s DC IN-aansluiting op het achterpaneel
van het instrument.
DC IN 16V
L/L+R
OUTPUT
DC IN
Opstartprocedure
Als u alle nodige aansluitingen (blz. 166) heeft gemaakt
tussen uw PSR-2100/1100/A1000 en elk van de andere
apparaten, zorg er dan voor dat alle volume instellingen
.
helemaal dicht zijn gedraaid. Zet vervolgens elk apparaat in uw setup aan in de volgende volgorde: MIDI-masters (verzenders), MIDI-slaves (ontvangers), vervolgens
de audio apparatuur (mixers, versterkers, luidsprekers,
enz.). Dit zorgt voor een vloeiende MIDI-werking en
voorkomt luidsprekerbeschadigingen.
Bij het uitzetten van de setup, zet u eerst weer het volume van elk audio-apparaat dicht en vervolgens zet u alle
apparaten in de omgekeerde volgorde uit (eerst de audio
apparaten en vervolgens de MIDI-apparaten).
Naar een
stopcontact
Sluit het andere eind (normale netstekker) aan op het
4
dichtstbijzijnde stopcontact.
WAARSCHUWING
Gebruik geen andere netadapter dan de Yamaha PA-300 of een door
Y amaha aanbevolen equiv alent. Gebruik v an een andere adapter kan
niet te repareren schade aan de PSR-2100/1100/A1000 veroorzaken
en kan zelfs een ernstige elektrische schok veroorzaken! HAAL DE
NET AD APTER ALTIJD LOS VAN HET STOPCONTACT ALS DE PSR2100/1100/A1000 NIET IN GEBRUIK IS.
PAS OP
Onderbreek nooit de spanningsvoorziening (bijv. de netadapter
loshalen) tijdens een PSR-2100/1100/A1000 opnamehandeling!
Dit zou namelijk kunnen resulteren in het verloren gaan van de
data.
PAS OP
Zelfs als de schakelaar in de “STANDBY” positie staat, loopt er
nog een minimale hoeveelheid stroom door het instrument. Als
u de PSR-2100/1100/A1000 gedurende een langere periode niet
gebruikt, zorg er dan voor dat u de netadapter loshaalt van het
stopcontact.
PSR-2100/1100/A1000
18
Page 19
MAIN
BACKNEXT
LEFT
MUSIC
FINDER
LAYER
I
F
J
G
H
D
A
E
B
C
Aanzetten
PAS OP
Schakel altijd eerst de PSR-2100/1100/A1000 aan voordat u de versterkte luidsprekers of het mengpaneel en de versterker aanzet, om
mogelijke schade aan de luidsprekers of andere aangesloten elektronische apparatuur te voorkomen. Andersom geldt, zet altijd de
PSR-2100/1100/A1000 uit nadat u de versterkte luidsprekers of het
mengpaneel en de versterker hebt uitgeschakeld.
PAS OP
Zelfs als de schakelaar in de "STANDBY"-positie staat, loopt er nog
een minimale stroom door het instrument. Als u de PSR-2100/1100/
A1000 gedurende een langere periode niet gebruikt, zorg er dan voor
dat u de netadapter loshaalt van het stopcontact.
OPM.
Zet eerst het volume van alle aangesloten audio-apparatuur uit, v oordat u uw PSR-2100/1100/A1000 aan of uitzet.
1Druk op de [STANDBY/ON]-schakelaar.
De algemene (MAIN)-display verschijnt.
→
STANDBY
ON
Muziekstandaard
De PSR-2100/1100/A1000 wordt geleverd met een muziekstandaard die aan het instrument kan worden bevestigd door deze
in de uitsparing achter op het bedieningspaneel te plaatsen.
De paneellogo’s
De logo’s die op het PSR-2100/1100/A1000-paneel gedrukt
zijn, geven de standaards/formats aan die worden ondersteund
en de speciale eigenschappen waarover ze beschikken.
GM System Level 1
“GM System Level 1” is een toevoeging aan de MIDI-standaard
die garandeert dat alle data die voldoen aan de standaard
nauwkeurig zal worden afgespeeld op elke GM-compatibele
toongenerator of synthesizers van elke fabrikant.
XG-format
XG is een nieuwe Yamaha MIDI specificatie die een significante uitbreiding en verbetering is van de “GM System Level 1” standaard met
een grotere voicecapaciteit, expressieve aansturing en effect mogelijkheden, terwijl de compatibiliteit met GM volledig behouden blijft.
Door de PSR-2100/1100/A1000 XG-voices te gebruiken, is het mogelijk om XG-compatibele songfiles op te nemen.
XF-format
Het Yamaha XF-format verbetert de SMF (Standard MIDI File) standaard met meer functionaliteit en een open architectuur voor latere
uitbreidingsmogelijkheden. De PSR-2100/1100/A1000 is in staat
songteksten weer te geven als er een XF-file met lyric (songtekst) data
wordt afgespeeld. (SMF is het meest gebruikte format bij MIDIsequencefiles. De PSR-2100/1100/A1000 is compatibel met de SMFformats 0 en 1, en neemt “song”-data op met SMF-format 0.)
Als u klaar bent om het instrument uit te zetten, drukt
u nogmaals op de [STANDBY/ON]-schakelaar.
Zowel de display- als de diskdrive lamp
→
(linksonderaan de diskdrive) zal uit gaan.
2Het displaycontrast afstellen
Als de LCD moeilijk te lezen is, pas dan
het contrast aan met de [LCD CON-
TRAST]-knop op het achterpaneel.
3Het volume instellen
Gebruik de [MASTER VOLUME]dial om het volumeniveau naar
wens aan te passen.
CONTRAST
MASTER VOLUME
MINMAX
LCD
FADE
IN/OUT
Vocal Harmony (alleen de PSR-2100)
Vocal Harmony werkt met hoogwaardige digitale signaalverwerkingstechnologie om automatisch geschikte vocale harmonieën toe te voegen aan een door de gebruiker gezongen zangpartij. Vocal Harmony is
zelfs in staat het karakter en het geslacht van de solostem te veranderen,
alsook die van de toegevoegde stemmen, om zo een uitgebreide reeks
aan harmonie-effecten te produceren.
Disk Orchestra Collection
Het DOC voicetoewijzingsformat voorziet in een data-afspeelcompatibiliteit met een groot aantal Yamaha instrumenten en MIDI-apparaten.
Style File Format
Het Style File Format (SFF) is Yamaha’s originele stijlfileformat,
dat gebruik maakt van een uniek conversiesysteem om in een
hoge kwaliteit automatische begeleiding te voorzien, gebaseerd
op een uitgebreide reeks akkoordsoorten. De PSR-2100/1100/
A1000 gebruikt SFF intern, leest optionele SFF-stijldiskettes, en
creëert SFF-stijlen als u de Stijl Creator-eigenschap gebruikt.
USB (alleen de PSR-2100/1100)
USB is een afkorting van Universal Serial Bus. Het is een seriële
interface voor het aansluiten van randapparatuur op een computer. Er is “hot swapping” mee mogelijk (randapparatuur aansluiten terwijl de computer aan is).
De PSR-2100/1100/A1000 beschikt over een uitgebreide verscheidenheid aan demosongs, die een goede indruk geven van de rijke,
authentieke voices en zijn dynamische ritmes en stijlen.
Handiger nog, er is een speciale selectie aan demofuncties.
Aan de hand van praktijkvoorbeelden worden alle belangrijke
eigenschappen en functies van het instrument doorgenomen—
zodat u uit de eerste hand kunt zien hoe u de PSR-2100/1100/
A1000 effectief in uw eigen muziek kunt gebruiken.
1
PSR-2100/1100: Druk op de
MENU
DEMO
[DEMO]-knop om het menu
voor het selecteren van een
HELP
demosong op te roepen.
PSR-A1000: Drukken op de
FUNCTION
[DEMO]-knop speelt automatisch de demosongs af in
willekeurige volgorde.
PSR-A1000: Selecteer als voorbeeld op de PSR-A1000
FUNCTION. De functiedemo’s demonstreren al de verschillende functies op de PSR-A1000.
PSR-2100/1100: Voor dit voorbeeld is VOICE geselecteerd. De voicedemo’s geven een indruk van de verschillende voices op de PSR-2100/1100.
2 Druk op de [BACK]/[NEXT] knop om de
Demoknop
democategorieën te selecteren.
Zie ook
blz. 61
BACKNEXT
OPM.
Voicedemo’s geven een indruk van de voices van de
PSR-2100/1100/A1000.
Functiedemo’s demonstreren
de verschillende functies op
de PSR-2100/1100/A1000.
Stijldemo’s introduceren u de
ritmes en begeleidingsstijlen
van de PSR-2100/1100/
A1000 (blz. 61).
3Druk op één van de [A] tot [J] knoppen of [8▼] [AUTO] knop (alleen in de FUNCTION pagina) om de demosongs te selecteren.
PSR-A1000: Druk voor dit voorbeeld op [8▼] (AUTO).
Alle functiedemo’s worden achtereenvolgens afgespeeld.
MAIN
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
LAYER
LEFT
Druk op de [EXIT]-knop om de demomode te verlaten en terug te keren naar de MAIN-display als u klaar bent met het
afspelen van de demosongs.
PSR-2100/1100: Druk voor dit voorbeeld op de [A]-knop,
om de demo van de hobo (Oboe) af te spelen.
MAIN
OPM.
F
G
H
I
J
LAYER
LEFT
A
B
C
D
E
Zie voor details over de
demo’s blz. 61.
Als u klaar bent met de demo’s, kunt u uw PSR-2100/1100/A1000 zelfs nog beter leren kennen met deze functies:
• Song afspelen (blz. 25)
• Korte demonstratie van de geselecteerde voice (in de Voice Open-display; blz. 30).
Beknopte handleiding
24
Page 25
Song afspelen
Song afspelen
Zie ook
blz. 84
Hier komen alle verbazingwekkende voices, effecten, ritmes, stijlen en andere geavanceerde
eigenschappen van de PSR-2100/1100/A1000 samen — in songs!
Songgerelateerde
knoppen
BALANCE (balans) en
CHANNEL (kanaal)
knoppen
Diskdrive
OPM.
Let erop dat de taalinstelling
voor het instrument (blz. 165)
gelijk is aan die van de filenaam van de song die u afspeelt.
De volgende songs zijn compatibel wat afspelen betreft op de PSR-2100/1100/A1000. Zie de bladzijden 84, 174 voor
meer details over de logo’s.
Diskettes die zijn voorzien van dit logo bevatten songdata voor voices zoals die zijn vastgelegd in de GM-standaard.
Diskettes voorzien van dit logo be v atten songdata volgens het XG-format, een uitbreiding
van de GM-standaard die in een grotere verscheidenheid aan voices en meer uitgebreidere geluidsregelmogelijkhedenvoorziet.
Diskettes voorzien van dit logo bevatten songdata voor voices zoals vastgelegd in het
Yamaha DOC-format.
OPM.
Songs die een grote hoeveelheid data bevatten, kunnen
misschien niet goed worden
ingelezen door het instrument, waardoor u ze misschien ook niet kunt selecteren. De maximale capaciteit
bedraagt ongeveer 200-300
KB, maar dit kan afwijken
tengevolge van de inhoud
van de data van elk van de
songs.
Songs afspelen
Als u een diskettesong wilt afspelen, plaats dan een geschikte diskette die songdata bevat in de diskdrive.
1
PAS OP !
• Zorg ervoor dat u het gedeelte “De diskdrive (FDD)
en diskettes gebruiken” op
blz. 7 heeft gelezen.
Beknopte handleiding
25
Page 26
Song afspelen
2
Druk op de [A] knop om de Song Open display op te roepen.
Als het MAIN scherm niet wordt weergegeven, druk dan op de [DIRECT ACCESS]-knop gevolgd door de
[EXIT]-knop.
26
OPM.
Vanuit de MAIN-display (de
A
B
C
D
E
display die te zien is als u het
instrument aanzet), kunt u
songs, voices, begeleidingsstijlen, enz. selecteren.
PRESET (Songs voor Demo’s)
Druk op de [A] - [C] knop om de Voice-/Style-/Functionmap te selecteren.
3
A
B
C
D
E
FLOPPY DISK (commercieel beschikbare songs, uw eigen songs, enz.)
Druk op de [BACK]/[NEXT]-knop om de drive te selecteren. In het voorbeeld in de linker display, is de
PRESET-pagina geselecteerd; rechts is FLOPPY
DISK (diskette) geselecteerd.
Beknopte handleiding
Page 27
8123456781234567
27
]
4
Druk op één van de [A] tot [J]-knoppen om de songfile te selecteren.
Druk op de SONG [START/STOP]-knop om het afspelen te starten.
5
REC
NEW SONGSYNC. START
6
Probeer de Mute-functie eens uit, terwijl de song speelt, om bepaalde instrumentkanalen uit of aan te
zetten — waardoor u ter plekke dynamische arrangementen kunt vervaardigen!
1) Druk op de [CHANNEL ON/OFF]-knop.
2) Druk op de [1 - 8
TOP
START/STOP
▲▼
-knop die overeenkomt met het kanaal dat u aan of uit wilt zetten.
OPM.
• Om terug of snel vooruit te spoelen naar het afspeelpunt van de song, drukt u op de
[REW] of [FF]-knop.
• Bij songdatasoftware (Standard MIDI format 0) die teksten bevat, kunt u de teksten zien in
de display tijdens het afspelen. U kunt ook de notatie zien (alleen bij de PSR-2100/1100).
Zie de bladzijden 89 en 92 voor details.
Song afspelen
CHANNEL ON/OFF
PART
Als de STYLE-tab is
geselecteerd, drukt u
nogmaals op deze knop.
Beknopte handleiding
Page 28
Song afspelen
81234567
7
Neem tenslotte plaats op de producersstoel en neem de mix eens onderhanden. Deze balansregelaars laten
u de niveaus aanpassen van de afzonderlijke onderdelen — de song, de stijl, uw zangpartij (alleen bij de
PSR-2100) en uw spel.
1) Druk op de [BALANCE]-knop.
2) Druk op de [1 - 8
28
]
▲▼
-knop die overeenkomt met de part waarvan u het volume wilt aanpassen.
BALANCE
8
Druk op de SONG [START/STOP]-knop om het afspelen te stoppen.
REC
NEW SONGSYNC. START
TOP
START/STOP
OPM.
U kunt een volledige set
mengregelaars oproepen
door op de [MIXING CONSOLE]-knop te drukken
(blz. 134).
OPM.
• De [FADE IN/OUT]-knop
(blz. 74) kan worden gebruikt om vloeiende fadeins en fade-outs te maken
als u de song of de begeleiding start of stopt.
Beknopte handleiding
Page 29
Voices bespelen
Voices bespelen
De PSR-2100/1100/A1000 beschikt over een verbluffende verscheidenheid van meer dan 700
Zie ook
blz. 63
dynamische, rijke en realistische voices. Probeer nu eens enkele van deze voices te bespelen en
luister eens naar wat ze voor uw muziek kunnen betekenen. Hier leert u hoe u afzonderlijke voices selecteert, twee
voices in een layer combineert en twee voices apart neemt (split) voor uw linker en rechter hand.
Voicegerelateerde
knoppen
Een voice bespelen
Druk op de [MAIN]-knop om de MAIN-part aan te zetten en druk vervolgens op de [F]-knop om het menu
1
voor het selecteren van de MAIN-voice op te roepen.
Als het MAIN-scherm niet wordt weergegeven, druk dan op de [DIRECT ACCESS]-knop gevolgd door de [EXIT]-knop.
Zet MAIN aan.
MAIN
F
G
H
I
J
LAYER
LEFT
OPM.
De voice die u hier selecteert, behoort toe aan de
MAIN-part, en wordt de
MAIN-voice genoemd. (Zie
blz. 65 voor meer informatie.)
2
Selecteer een voicegroep.
Voor dit v oorbeeld is STRINGS geselecteerd. Bij
de PSR-A1000 is dit een andere knop, maar er
staat wel STRINGS bij.
VOICE
PIANO & HARPSI.
GUITARBASS
STRINGSCHOIR & PAD
USERORGAN FLUTES
E.PIANO
ORGAN &
ACCORDION
BRASS
SYNTH.
U wilt de MAIN-voice helemaal
apart horen — zorg er dus voor
dat de LAYER- en LEFT-parts
zijn uitgezet.
Druk op de [BACK]/[NEXT]-knop
om de geheugenlocatie van de
voice te selecteren. Voor dit voorbeeld is PRESET geselecteerd.
PERCUSSION
WOODWIND
XG
Beknopte handleiding
29
Page 30
Voices bespelen
Selecteer een voice.
3
Voor dit v oorbeeld is
”Orchestra” geselecteerd.
A
B
C
D
E
Druk op de corresponderende knoppen om de
andere pagina’s te selecteren — en zelfs nog
meer voices te ontdekken.
30
OPM.
• U kunt onmiddellijk terugspringen naar de MAINdisplay door met één van
de [A] - [J] knoppen te
"dubbelklikken".
• De voices aangegeven op
de PSR-1100 en PSRA1000 zijn afwijkend van
de linker voorbeelddisplay;
de handelingen zijn echter
hetzelfde.
Druk op de [8▲]-knop om de demo voor de
geselecteerde voice te starten. Om de demo
te stoppen, drukt u nogmaals op deze knop.
Er komt echter meer kijken bij de demofuncties dan alleen maar voices – zie voor meer
informatie blz. 61.
4
Bespeel de voices.
Uiteraard kunt u de voice zelf bespelen via het toetsenbord, maar u kunt de PSR-2100/
1100/A1000 ook de voice voor u laten demonstreren. Druk gewoon op de [8
van de display hierboven en er wordt automatisch een demo van de voice afgespeeld.
Twee voices tegelijkertijd bespelen
Druk op de VOICE PART AAN/UIT [LAYER]-knop om de
1
LAYER-part aan te zetten.
2
Druk op de [G]-knop om de LAYER-part te selecteren.
Selecteer een voicegroep.
3
In dit geval selecteren we een weelderige opvulling (pad)
om het totaalgeluid op te vullen. Roep de “CHOIR &
PAD”-groep op. Bij de PSR-A1000 zit deze knop op een
andere plek, maar er staat wel “CHOIR & PAD” bij.
4
Selecteer een voice.
Selecteer voor dit voorbeeld “Gothic Vox.”
]-knop
▲
MAIN
LAYER
LEFT
VOICE
PIANO & HARPSI.
GUITARBASS
STRINGSCHOIR & PAD
USERORGAN FLUTES
E.PIANO
ORGAN &
ACCORDION
BRASS
SYNTH.
PERCUSSION
WOODWIND
XG
5
Bespeel de voices.
Nu kunt u twee verschillende voices samen in een rijk
klinkende layer bespelen — de MAIN-voice die u in het
voorgaande gedeelte heeft geselecteerd, plus de nieuwe
LAYER-voice die u hier heeft geselecteerd.
En dat is pas het begin. Probeer deze andere voicegerelateerde eigenschappen eens uit:
• Creëer uw eigen originele voices — snel en makkelijk — door de instellingen van bestaande voices te veranderen
(blz. 100).
• Stel uw favoriete paneelinstellingen in — inclusief voices, stijlen en meer — en roep ze op wanneer u ze ook maar
nodig heeft (blz. 97).
Beknopte handleiding
Page 31
Voices bespelen
USERORGAN FLUTES
STRINGSCHOIR & PAD
GUITARBASS
PIANO & HARPSI.
E.PIANO
XG
WOODWIND
PERCUSSION
SYNTH.
BRASS
ORGAN &
ACCORDION
VOICE
Splitpunt
LEFT
MAIN/LAYER
EXIT
Verschillende voices met de linker- en rechterhand bespelen
1 Druk op de VOICE PART AAN/UIT [LEFT]-knop om de LEFT-part
MAIN
aan te zetten.
LAYER
LEFT
2 Druk op de [H] knop om de LEFT-part te selecteren.
3 Selecteer een voicegroep.
In dit geval selecteren we de “STRINGS”-groep — zodat u rijke,
orkestrale akkoorden met uw linkerhand kunt spelen. De knop
bevindt zich bij de PSR-A1000 weer op een andere plek.
4 Selecteer een voice en druk vervolgens op de [EXIT]-knop om
terug te keren naar de MAIN-display.
Selecteer bijvoorbeeld “Symphon. Str.”
5 Roep de SPLIT POINT-display op (blz. 152). Hier kunt u een bepaalde toets op het toetsenbord instellen die de
twee voices scheidt — het splitpunt genoemd. Om dit te doen, houdt u de [F]- of [G]-knop ingedrukt en drukt
u tegelijkertijd op de gewenste toets op het toetsenbord. (Zie voor meer informatie blz. 152.)
MENU
DEMO
HELP
FUNCTION
6 Bespeel de voices.
A
B
C
D
E
De noten die u met uw linkerhand speelt geven de éne voice,
terwijl de noten die u met uw rechterhand speelt een andere
voice (of voices) geven.
MAIN- en LAYER-voices zijn bedoeld om met de rechterhand
te worden bespeeld. De LEFT-voice wordt gespeeld met de
linkerhand.
7 Druk op de [EXIT]-knop om terug te keren naar de MAIN-
display.
Beknopte handleiding
31
Page 32
Stijlen bespelen
Stijlen bespelen
De PSR-2100/1100/A1000 heeft een enorme verscheidenheid aan muzikale “stijlen” die u kunt
oproepen om uw eigen spel te ondersteunen. Ze bieden u van alles, van een eenvoudige, maar
effectieve pianobegeleiding of percussiebegeleiding tot een volledige band of orkest.
Stijlgerelateerde
knoppen
Een stijl spelen
1 Selecteer een stijlgroep en een stijl.
STYLE
POP & ROCKBALLROOM
BALLADUSERLATIN
SWING &
JAZZ
DANCE
MARCH &
WALTZ
A
B
C
D
E
Zie ook
blz. 68
Voor dit voorbeeld is Dance geselecteerd.
Kies bij de PSR-A1000: D ANCE & BALLROOM.
Voor dit voorbeeld is EuroTrance
geselecteerd. Kies bij de PSR-A1000
voor VienneseWaltz.
Druk op de [BACK/[NEXT]-knop om
de geheugenlocatie van de stijl te
selecteren. Voor dit voorbeeld is
PRESET geselecteerd.
2 Zet ACMP aan.
Het als linkerhandsectie aangegeven gedeelte van het toetsenbord wordt het “Automatische begeleidingsgedeelte” genoemd, en akkoorden die in dit gedeelte worden gespeeld worden automatisch gedetecteerd en
gebruikt als basis voor een volledig automatische begeleiding met de geselecteerd stijl.
Splitpunt
ACMP
Automatische
begeleidingsgedeelte
OPM.
• Het punt op het toetsenbord dat het automatische
begeleidingsgedeelte en
het rechterhandgedeelte
van het toetsenbord
scheidt, wordt het “splitpunt” genoemd. Zie blz.
152 voor instructies over
het splitpunt instellen.
Beknopte handleiding
32
Page 33
3 Zet SYNC.START aan.
SYNC.
START
4 Zodra u een akkoord met uw linkerhand speelt, begint de stijl.
Speel als voorbeeld een C-majeur akkoord (zoals hieronder aangegeven).
Splitpunt
Automatische
begeleidingsgedeelte
Stijlen bespelen
5 Wijzig het tempo door indien nodig de TEMPO[] []-knoppen te gebruiken.
Druk tegelijkertijd op de TEMPO [] []-knoppen om het tempo terug te
zetten naar zijn originele instelling. Druk op de [EXIT]-knop om de TEMPOdisplay te verlaten.
OPM.
U kunt het tempo ook aanpassen door de [TAP TEMPO]-knop te gebruiken
(blz. 60).
6 Probeer eens andere akkoorden met uw linkerhand te spelen.
Zie voor informatie over hoe akkoorden in te voeren “Akkoordvingerzettingen” op blz. 71.
7 Druk op de STYLE [START/STOP]-knop om de stijl te stoppen.
En er is nog veel meer. Probeer deze andere stijlgerelateerde eigenschappen eens uit:
• Gemakkelijk uw eigen originele stijlen creëren (blz. 100).
• Stel uw favoriete paneelinstellingen in — inclusief stijlen, voices en meer — en roep ze op wanneer u ze ook maar
nodig heeft (blz. 97).
Verrijk en verfraai uw melodieën — met de automatische Harmony- en Echo-effecten
Deze krachtige speeleigenschap laat u automatisch harmonienoten toevoegen aan de melodieën die u met uw rechterhand
speelt — gebaseerd op de akkoorden die u links speelt. Tremolo, Echo en andere effecten zijn ook beschikbaar.
1 Zet HARMONY/ECHO aan.
LEFT
HOLD
VOICE EFFECT
SUSTAIN
HARMONY/
ECHO
DSP
MONOTOUCH
VARIATION
2 Zet ACMP aan (blz. 32).
3 Speel een akkoord met uw linkerhand en speel enkele noten in het rechterhand-
bereik van het toetsenbord.
De PSR-2100/1100/A1000 heeft verscheidene Harmony-/Echotypes (blz. 157).
Het Harmony-/Echotype kan wijzigen overeenkomstig de geselecteerde MAIN-voice.
OPM.
Zie voor details over
Harmony-/Echotypes de
afzonderlijke Engelstalige
Data List.
• Harmony/Echo is slechts één van de vele voice-effecten die u kunt gebruiken.
Probeer eens enkele van de andere effecten uit en hoor hoe ze uw spel kunnen verbeteren (blz. 66).
Beknopte handleiding
33
Page 34
Stijlen bespelen
Stijlsecties
Elke stijl in de automatische begeleiding is opgebouwd uit “secties”. Aangezien elke sectie een ritmische variatie van de
basisstijl is, kunt u ze gebruiken om extra variatie aan te brengen in uw spel en om de beat op te sieren — terwijl u
speelt. Intro’s, Endings, Main Patterns en Breaks — ze zijn hier allemaal, u de dynamische elementen aanrijkend die u
nodig heeft om uw eigen professioneel-klinkende arrangementen te creëren.
INTRODeze wordt gebruikt voor het begin van de song. Als het intro klaar is met spelen, gaat de begeleiding door
MAIN Deze wordt gebruikt voor het spelen van het algemene gedeelte v an de song. Deze speelt een begeleidings-
BREAKDeze laat u dynamisch variaties en breaks aan het ritme van de begeleiding toevoegen, om uw spel nog
ENDINGDeze wordt gebruikt voor het einde van de song. Als de ending klaar is, stopt de automatische begeleiding
met de mainsectie.
patroon van verscheidene maten en wordt eindeloos herhaald tot er een andere sectieknop wordt ingedrukt.
professioneler te laten klinken.
automatisch.
1 - 3 Pas dezelfde procedure toe als bij “Een stijl spelen” op de bladzijden 32 en 33.
4 Druk op de [INTRO]-knop.
BREAK
INTRO
5 Zodra u een akkoord speelt met uw linkerhand, begint het intro.
Speel als voorbeeld een C-majeur akkoord (zoals hieronder aangegeven).
Splitpunt
MAIN
ENDING
/ rit.
Automatische
begeleidingsgedeelte
Als het afspelen van het intro is afgerond, gaat deze automatisch over in de mainsectie.
6 Druk desgewenst op één van de MAIN [A] tot [D]-
knoppen of de [BREAK]-knop. (Zie de Begeleidingsstructuur op de volgende bladzijde.)
7 Druk indien nodig op de [AUTO FILL IN]-knop om een fill-
in toe te voegen.
Fill-inpatronen worden automatisch afgespeeld tussen elke
wijziging in de Mainsectie.
8 Druk op de [ENDING]-knop.
Hierdoor wordt naar de endingsectie geschakeld. Als
de ending is afgerond, stopt de stijl automatisch.
BREAK
PSR-2100/1100:
BREAK
INTRO
of
INTRO
AUTO
FILL IN
OTS
LINK
MAIN
PSR-A1000:
MAIN
AUTO
FILL IN
FADE
IN/OUT
ENDING
ENDING
/ rit.
/ rit.
Beknopte handleiding
34
Page 35
■ Begeleidingsstructuur
Stijlen bespelen
INTRO (blz. 75)
INTRO (blz. xx)
MAIN V ARIA TION
via BREAK
INTRO D
INTRO AINTRO BINTRO C
(PSR-2100/1100: max. drie patronen) (PSR-A1000: max. vier patronen)
via BREAK
(Alleen
PSR-A1000)
MAIN
VARIATIONB
MAIN
VARIATION
A
MAIN
VARIATION
C
MAIN
VARIATION
D
via BREAK
via BREAK
Druk op de [ENDING]-knop.
U kunt de ending geleidelijk laten vertragen
(ritardando) door nog-
ENDING (blz. xx)
ENDING (blz. 75)
OPM.
ENDING AENDING BENDING C
(PSR-2100/1100: max. drie patronen) (PSR-A1000: max. vier patronen)
ENDING D
(Alleen
PSR-A1000)
maals op de [ENDING]-
knop te drukken terwijl
de ending afspeelt.
• Een Intro hoeft niet noodzakelijkerwijs aan het begin te worden toegepast! Als u wilt, kunt u een Introsectie in het midden van uw spel
afspelen door gewoon op het gewenste punt op de [INTRO]-knop te drukken.
• Houd uw timing in de gaten bij de Breaksecties. Als u te dicht bij het einde van de maat op een [BREAK]-knop drukt (dat wil zeggen, na
de laatste achtste noot), begint de Breaksectie vanaf de volgende maat te spelen. Dit geldt ook voor de Auto Fill-in.
• Gooi uw intro’s door elkaar en gebruik één van de andere secties om de stijl te starten, als u wilt.
• Als u weer terug wilt keren naar de stijl, gelijk na een Ending, drukt u gewoon op de [INTRO]-knop terwijl de Endingsectie afspeelt.
• Als u op de [BREAK]-knop drukt terwijl de ending afspeelt, zal de break onmiddellijk gaan spelen spelen, gevolgd door de mainsectie.
Andere regelaars
FADE IN/OUT
PSR-2100 PSR-A1000
/1100:
FADE
IN/OUT
De [FADE IN/OUT]-knop kan worden gebruikt om vloeiende fade-ins en fade-outs te maken (blz. 74) bij het starten en
stoppen van de stijl
FADE
IN/OUT
TAP TEMPODe stijl kan worden gestart in elk door u gewenste tempo door het tempo "in te tikken" met de [TAP/TEMPO]-knop. Zie
TAP TEMPO
voor details blz. 60.
SYNC.STOPAls Synchro Stop aan is, kunt u de stijl op elk moment stoppen en starten door gewoon de toetsen los te laten of te spe-
SYNC.
STOP
len (in het automatische begeleidingsgedeelte van het toetsenbord). Dit is een te gekke manier om dramatische breaks
en accenten aan uw spel toe te voegen. Zie voor details blz. 74.
Beknopte handleiding
35
Page 36
Stijlen bespelen
ONE TOUCH SETTING knoppen
One Touch Setting (alleen PSR-2100/1100)
One Touch Setting is een krachtige en handige eigenschap die automatisch de meest geschikte paneelinstellingen (voice
nummer, enz.) oproept voor de momenteel geselecteerde stijl, met één druk op een enkele knop. Dit is een fantastische
manier om onmiddellijk alle instellingen op de PSR-2100/1100 opnieuw te configureren overeenkomstig de stijl die u
wilt spelen.
1 Selecteer een stijl (blz. 32).
2 Druk op één van de [ONE TOUCH SETTING]-knop-
pen.
ONE TOUCH SETTING
Dit roept niet alleen onmiddellijk alle instellingen
(voices, effecten, enz.) op die passen bij de huidige stijl
(zie blz. 76) — het zet ook automatisch ACMP en
SYNC.START aan, zodat u onmiddellijk de stijl kunt
gaan bespelen.
3 Zodra u een akkoord speelt met uw linkerhand, begint de
automatische begeleiding.
4 Speel melodieën met uw rechterhand en speel verscheidene
akkoorden met uw linkerhand.
5 Probeer eens andere One Touch Setting-setups uit.
U kunt ook uw eigen One Touch Setting-setups creëren.
ONE TOUCH SETTING
Zie voor details blz. 77.
Splitpunt
Automatische
begeleidingsgedeelte
• Hier is nog een andere manier om muzikale wijzigingen verder te automatiseren en uw spel op te luisteren:
Gebruik de handige OTS (One Touch Setting) Link-functie om automatisch One Touch Settings te wijzigen, als u
een andere MAIN-sectie selecteert (blz. 77).
Beknopte handleiding
36
Page 37
Music Finder (alleen PSR-2100/1100)
81234567
Music Finder (alleen PSR-2100/1100)
Zie ook
blz. 78
MUSIC FINDER-knop
Als u een bepaalde song wilt spelen, maar u weet niet welke stijl- en voice-instellingen het meest geschikt zouden
zijn, dan kan de handige Music Finder u helpen. Selecteer gewoonweg de songnaam in de Music Finder en de PSR2100/1100 maakt automatisch alle geschikte paneelinstellingen om u in die muziekstijl te laten spelen!
De Music Finder gebruiken (PSR-2100/1100)
1 Druk op de [MUSIC FINDER]-knop.
MUSIC
FINDER
2 Selecteer een record(nummer).
Selecteer de
gewenste record.
Druk voor dit voorbeeld op de [1▲▼] - [3▲▼]-knoppen om een record te selecteren op songnaam.
3 Meespelen terwijl de stijl afspeelt.
Splitpunt
Automatische
begeleidingsgedeelte
Druk op de [EXIT]-knop om terug te keren naar de MAIN-display.
Druk op de [BACK/[NEXT]knop om de gewenste pagina
met records te selecteren.
Voor dit voorbeeld is ALL
geselecteerd.
OPM.
Ook kunnen de voice en andere belangrijke instellingen
automatisch met de stijlwijzigingen meegewijzigd worden. Om dit te doen, zet u de
OTS LINK (blz. 77) aan en
stelt u de OTS LINK TIMING
(blz. 152) in op “REAL
TIME”.
Beknopte handleiding
37
Page 38
Music Finder (alleen PSR-2100/1100)
81234567
De Music Finder Records doorzoeken (PSR-2100/1100)
De Music Finder is ook voorzien van een handige zoekfunctie die u in staat stelt om een songtitel of trefwoord in te
voeren — en onmiddellijk alle records die voldoen aan uw zoekcriteria op te roepen.
1 Druk op de [MUSIC FINDER]-knop.
MUSIC
FINDER
2 Druk op de [I]-knop om de MUSIC FINDER SEARCH 1-display op te roepen.
Voor dit voorbeeld
4
drukt u op de [A]knop om de display
voor het invoeren
van de de songtitel
A
B
C
D
E
op te roepen.
Voor dit voorbeeld is
ANY geselecteerd.
OPM.
De resultaten van Search 1 en
2 verschijnen in de overeenkomstig genummerde
SEARCH 1/2-displays.
F
G
H
I
J
OPM.
Zie blz. 53 v oor instructies over
F
G
H
I
J
het invoeren van karakters .
Druk op [F], [G]
3
of [H] om, indien
nodig, de voorgaande condities
te wissen.
Voer de songtitel in en
5
druk vervolgens op de
[8▲] (OK)-knop.
Beknopte handleiding
38
Voor dit voorbeeld is
ALL geselecteerd.
Druk op de [8▲] (START SEARCH)-
6
knop.
De zoekfunctie roept alle records
op die het ingevoerde woord of de
woorden bevat.
Page 39
Music Finder (alleen PSR-2100/1100)
7 Selecteer een record (zie stap 2 op blz. 37) en speel mee met de afspelende stijl.
Splitpunt
Automatische
begeleidingsgedeelte
Druk op de [EXIT]-knop om terug te keren naar de MAIN-display.
U kunt ook uw eigen Music Finder-setups creëren en ze opslaan op diskette (bladzijden 43 en 52). Op deze
manier, kunt u uw Music Finder-collectie uitbreiden door ze met andere PSR-2100/1100 gebruikers uit te
wisselen.
Zie voor details blz. 80.
Music Finder-data opslaan en terugroepen
Om uw Music Finder-data op te slaan, roept u het MUSIC FINDER Open/Save-venster
van de SYSTEM RESET-pagina (blz. 165) van de UTILITY-display op, en volgt u dezelfde
procedure als bij het Open/Save-venster voor Voice (blz. 48, 52). Om de opgeslagen data
terug te roepen, voert u de juiste handeling vanuit het MUSIC FINDER’s Open/Save-
OPM.
Music Finder-data zijn compatibel voor zowel de PSR2100 als de PSR-1100.
venster uit. Records kunnen worden vervangen of toegevoegd (blz. 80).
In de bovenstaande instructies worden alle Music Finder-data samen verwerkt.
Daarnaast is het zo dat als u stijlfiles opslaat of laadt, de Music Finder-data die door de
betreffende stijlfile(s) worden gebruikt, ook automatisch worden opgeslagen of
toegevoegd. Als u een stijlfile van een diskette kopieert of verplaatst naar de USERdrive (blz. 50, 51), wordt de record die werd opgenomen toen u de betreffende stijl
opsloeg, automatisch toegevoegd aan de PSR-2100/1100.
• In het voorbeeld hierboven heeft u een bepaalde songtitel aangegeven, maar u kunt ook naar relevante records
zoeken met een trefwoord of muziekgenre — bijvoorbeeld, Latin, 8-beat, enz. (blz. 79).
Beknopte handleiding
39
Page 40
Met de songs (mee)spelen
• Als u de song gelijk wilt starten zonder een intro, gebruikt u de Sync
Startfunctie. Om de Sync Start
standby te zetten, drukt u, terwijl u de
[TOP]-knop ingedrukt houdt, op de
SONG [START/STOP]-knop. Het afspelen van de song begint automatisch op het moment dat u de melodie begint te spelen.
• Als u ook de PSR-2100/1100/A1000
de melodie hoort spelen, controleer
dan de kanaalinstelling voor de melodiepart in de songdata, en wijzig
het aan Track 1 toegewezen kanaal
(blz. 151). U kunt ook het songkanaal zelf permanent wijzigen (blz.
116).
OPM.
Met de songs (mee)spelen
Zie ook
blz. 84
Songgerelateerde
knoppen
Speel mee met de PSR-2100/1100/A1000
Probeer in dit gedeelte de PSR-2100/1100/A1000 ’s songafspeelfuncties te gebruiken om de rechterhandmelodie te
annuleren of muten (uitschakelen) en dan zelf het betreffende gedeelte te spelen. Het is net alsof u een getalenteerde en
veelzijdige collega heeft die u vergezelt terwijl u speelt.
1 - 4 Gebruik dezelfde procedure als bij “Song afspelen” op de bladzijden 25 - 27.
5 Druk op de [TRACK 1]-knop om het rechterhandmelodiegedeelte te annuleren .
TRACK
1
(R)
OPM.
Om het linkerhandgedeelte
te annuleren, drukt u op de
[TRACK 2]-knop.
6 Als u de notatie in het scherm wilt terwijl u speelt (alleen op de PSR-2100/1100), druk dan op de [C]-knop.
Als u de songtekst (PSR-2100/1100/A1000) wilt zien, drukt u op de [B]-knop.
Als het MAIN-scherm niet wordt weergegeven, druk dan op de [DIRECT ACCESS]-knop gevolgd door de [EXIT]-knop.
7 Druk op de SONG [START/STOP]-knop en speel de part.
Als u wilt, kunt u het tempo aanpassen door op de TEMPO[] []knoppen te drukken.
REC
8 Druk op de SONG [START/STOP]-knop om het afspelen te stoppen.
Beknopte handleiding
40
TOP
NEW SONGSYNC. START
REC
TOP
NEW SONGSYNC. START
A
B
C
D
E
START/STOP
START/STOP
OPM.
Als de geselecteerde song
geen songtekstdata bevat,
worden songteksten niet
weergegeven
Page 41
Met de songs (mee)spelen
Opnemen
De PSR-2100/1100/A1000 laat u ook opnemen — snel en makkelijk. Probeer de Quick (Snel) Recordeigenschap eens
uit en leg uw toetsenbordspel vast.
1 - 3 Selecteer een voice voor opname. Gebruik dezelfde procedure als bij “Een voice bespelen” op de
bladzijden 29, 30.
4 Druk tegelijkertijd op de [REC] en [TOP] knoppen om “New Song” voor opname te selecteren.
RECREWFF
NEWSONGSYNC. START
TOP
START/STOP
5 PSR-2100/1100: Druk op de [REC]-knop. PSR-A1000: Houd de [REC]-knop ingedrukt en druk op de
[TRACK1]-knop.
REC
REC
SONG
EXTRA
TRACK2TRACK
TRACKS
(STYLE)(R)(L)
1
6 Het opnemen begint zodra u het toetsenbord bespeelt.
7 Als klaar bent met opnemen, drukt u op de [REC]-knop.
REC
8 Om uw zojuist opgenomen spel te beluisteren, zet u de song terug naar het
begin door op de [TOP]-knop te drukken en de song te starten met de SONG
[START/STOP]-knop.
REC
NEW SONGSYNC. START
TOP
START/STOP
9 Sla de opgenomen data op de gewenste manier op (bladzijden 44, 52).
PAS OP !
De opgenomen data zullen
verloren gaan als u het instrument uit zet. Om uw belangrijke opnamen te bewaren, is het noodzakelijk ze op
te slaan op de USER-drive
of op diskette.
Beknopte handleiding
41
Page 42
Een Oriëntaalse stemming instellen (PSR-A1000)
Een Oriëntaalse stemming instellen (PSR-A1000)
De Scale Setting (stemmingsinstel)-eigenschap laat u eenvoudig de toonhoogte van bepaalde noten
Zie ook
blz. 93
met 50 cent verlagen. Er kunnen tot zes stemmingsinstellingen worden opgeslagen om
ogenblikkelijk terug te roepen (Scale Memory), op het moment dat u ze nodig heeft.
Stemming (scale)
gerelateerde
knoppen
1 De [SCALE SETTING]-knoppen stellen een één octaafs toetsenbord voor (C t/m B). Druk op de knop die
overeenkomt met de toets waarvan u de toonhoogte wilt verlagen (de knop licht op). Druk nogmaals om de
toonhoogte terug te zetten naar de normale toonhoogte.
2 De stemmingsinstellingen die u maakt, worden onthouden door de Scale Memory-functie.
Druk, terwijl u de [MEMORY]-knop ingedrukt houdt, op één van de SCALE
MEMORY-knoppen. U kunt de opgeslagen instelling terugroepen door op een
willekeurige moment op de betreffende knop te drukken.
OPM.
Zorg ervoor dat, om de opgeslagen stemmingsinstellingen
zelfs te onthouden als het
instrument wordt uitgezet, de
instellingen worden opgeslagen als een file (blz. 95).
OPM.
In de SCALE TUNE-display,
kunt u een gewenste voorgeprogrammeerde stemming,
waaronder oriëntaalse stemmingen, selecteren en uw
eigen stemmingen creëren
door de stemmingsnoten fijn
te stemmen (blz. 93).
Beknopte handleiding
42
Page 43
Basisbediening — Uw data organiseren
Inhoudsweergave van de MAIN-display
Als het instrument wordt aangezet zal de MAIN-display verschijnen, die u belangrijke en relevante
bedieningsinformatie laat zien. Drukken op de
[A]-[J]-knoppen als de MAIN-display verschijnt zal de
met de knop corresponderende display oproepen. De displays die door de knoppen worden opgeroepen (met uitzondering van
[B] en [C] op de PSR-2100/1100, en [B] op de PSR-A1000) worden
Open/Save-displays genoemd (zie volgende bladzijde). Indrukken van de [B]- knop roept de Lyrics-
display op en indrukken van de [C]-knop roept (alleen op de PSR-2100/1100) de
PSR-2100/1100:
89
PSR-A1000:
Score-display op.
4
89
OPM.
Druk, als de MAIN-display niet wordt weergegeven, op de [DIRECT
ACCESS]-knop en ver-
volgens op [EXIT]-knop.
0
A
B
C
D
E
1
2
3
5
6
D
7
1
2
3
4
5
6
7
F
Transponeren (blz. 155)
1
De [TRANSPOSE]-knoppen maken het u mogelijk de toonhoogte van het toetsnbord en song in stappen van halve noten te verhogen of te
verlagen. De transponeerwaarde in halve noten wordt hier aangegeven.
Song (blz. 84)
2
De naam van de huidige song en andere songinformatie worden hier aangegeven.
Afspeelpositite van de song (blz. 84) of begeleidingsstijl (blz. 68)
3
De huidige positie van de song of begeleidingsstijl wordt hier aangegeven.
4
Tempo (blz. 59)
Als er een begeleiding of song speelt, wordt het tempo aangegeven.
Akkoord (blz. 71)
5
Als de [ACMP] (automatische begeleiding) aanstaat wordt het akoord dat in de linkerhand wordt gespeeld aangegeven.
Begeleindingsstijl (blz. 68)
6
De naam, tel en het tempo van de huidig geselecteerde begeleidingsstijl worden hier aangegeven.
7
Intro en Ending (blz. 75)
De namen van het intro en de ending van de huidige geselecteerde stijl worden hier aangegeven.
Octavering (blz. 67)
8
De [UPPER OCTAVE]-knoppen maken het u mogelijk de toonhoogte van het toetsenbord in octaven te verhogen of te verlagen. De octaveringswaarde wordt hier aangegeven.
9
Splitpunt (blz. 152)
Splitpunten zijn bepaalde posities op het toetsenbord die het toetsenbord in verschillende gedeelten verdelen. Er zijn twee soorten splitpunten: “A”,
die de scheiding tussen het begeleidingsgedeelte en de rest van het toetsnbord aangeeft , en “L”, die het linker- en rechterhandgedeelte scheidt.
0
Registratiesequence (blz. 156)
U kunt uw zelfgemaakte paneelinstellingen opslaan als Registration Memory-presets en ze op elk gewenst moment terugroepen door op de
betreffende REGISTRATION MEMORY [1]-[8]-knop te drukken. U kunt ook de Registration Sequencefunctie gebruiken om er voor te zorgen
dat de Registration Memories in een bepaalde volgorde worden geselecteerd, en er in die volgorde door te gaan met de [BACK]/[NEXT]knoppen of het pedaal. De Registration Sequence wordt hier aangegeven (tenzij de Registration Sequence is uitgezet).
Main-part (blz. 63)
A
Hier wordt de voice die voor de MAIN-part is geselecteerd aangegeven.
B
Layer-part (blz. 65)
Hier wordt de voice die voor de LAYER-part is geselecteerd aangegeven.
C
Left-part (blz. 66)
Hier wordt de voice die voor de LEFT-part is geselecteerd aangegeven.
Multi Padbank (blz. 82)
D
De Multi Pads stellen u in staat om onmiddellijk bepaalde frases (z oals ritmische fills en melodieën) af te spelen tijdens uw spel, door op de MULTI
PAD [1]-[8]-knoppen te drukken. Multipaddata worden opgeslagen in banken (vier pads per bank) en er zijn zowel preset- als userbanken beschikbaar. De naam van de momenteel geselecteerde Multipadbank wordt hier aangegeven.
E
Registration Memorybank (blz. 98)
Registration Memory-presets worden opgeslagen in banken, acht presets per bank. De naam van de momenteel geselecteerde Registration
Memorybank wordt hier aangegeven.
Volumebalans tussen de parts (blz. 70)
F
U kunt de volumebalans veranderen door op de [1▲▼]-[8▲▼]-knoppen onder de LCD te drukken. De volumebalans van elk van de parts
wordt aangegeven.
G
Alleen PSR-A1000: Scale Tunebank (blz. 93)
Scale Settings (stemmingsinstellingen) worden opgeslagen in banken, zes presets per bank. De naam van de momenteel geselecteerde
Scale Tunebank wordt hier aangegeven.
PSR-2100/1100/A1000
0
A
B
C
G
E
F
43
Page 44
44
Basisbediening — Uw data organiseren
Open/Save-display
De PSR-2100/1100/A1000 past een verscheidenheid aan datatypes toe — inclusief voices, begeleidingsstijlen, songs,
multipads en registration memory instellingen. Veel van deze data zijn reeds geprogrammeerd en vastgelegd in de PSR2100/1100/A1000; u kunt ook uw eigen data creëren en bewerken met enkele van de functies van het instrument.
Al deze data worden in afzonderlijke files opgeslagen — net zoals het in een computer gebeurt.
Hier laten we u zien hoe de basisbediening van de displayregelaars te gebruiken bij het verwerken en organiseren van
de data van de PSR-2100/1100/A1000 in files en mappen.
Files kunnen worden geopend, opgeslagen, benoemd, verplaatst of gewist in hun respectievelijke Open/Save-displays.
U kunt deze displays ook selecteren via hun respectievelijke filetypes: Song, Voice, Stijl, enz. Sterker nog, u kunt uw
data efficiënt organiseren door sommige files van hetzelfde type in een enkele map te stoppen.
De Open/Save displays voor Song, Voice, Stijl, Multipadbank en Registrationbank kunnen worden opgeroepen vanuit de
MAIN-display (de display die te zien is als het instrument wordt aangezet) door op de betreffende [A] - [J]-knop te drukken.
Open/Save-display voor
song (blz. 85)
voor songfilebeheer.
PSR-2100/1100/A1000: knop A
A
B
C
D
E
Open/Save-display voor
stijl (blz. 68)
Open/Save-display voor
voice (blz. 63)
voor voicefilebeheer.
PSR-2100/1100/A1000: knop F,G,H
Open/Save-display voor
registrationbank (blz. 98)
Open/Save-display voor
multipads (blz. 82, 131)
voor multipadbankfilebeheer.
PSR-2100/1100: knop I
PSR-A1000: knop D
OPM.
De volgende Open/Save-displa ytypes zijn ook beschikbaar; deze
F
G
H
I
J
worden echter geselecteerd via
andere displays dan de MAINdisplay (blz. 165
• SYSTEM SETUP
• MIDI SETUP
• USER EFFECT
• MUSIC FINDER (alleen
PSR-2100/1100)
OPM.
Druk, als de MAIN-display
niet wordt
de [DIRECT
en vervolgens op [EXIT]knop.
).
weergegeven, op
ACCESS]-knop
Open/Save-display voor
scalebank (blz. 93)
voor stijlfilebeheer.
PSR-2100/1000: knop D
PSR-A1000: knop C
PSR-2100/1100/A1000
voor Registrationbankfilebeheer.
PSR-2100/1000/A1000: knop J
voor Scale Tunebankfilebeheer.
PSR-A1000: knop I
PSR-2100/1100: functie niet aanwezig
Page 45
Basisbediening — Uw data organiseren
Voorbeeld — Open/Save-display
Elke Open/Save-display bestaat uit PRESET-, USER- en FLOPPY DISK-drivepagina’s.
In de hier gegeven voorbeelden wordt de Open/Save-display voor voices getoond.
PRESET-drive
De files die zijn voorgeprogrammeerd en intern in de PSR-2100/
1100/A1000 zijn opgeslagen worden hier bewaard. Presetfiles kunnen worden geladen maar kunnen
niet worden overschreven. U kunt
echter een presetfile als basis gebruiken voor het creëren van uw
eigen originele file (die kan worden opgeslagen in de USER- of
FLOPPY DISK-drive).
USER-drive
Files die hier bewaard worden zijn
de files die uw eigen originele data bevatten; gemaakt of bewerkt
met behulp van de verscheidene
functies van de PSR-2100/1100/
A1000.
Ze zijn zijn intern opgeslagen in
de PSR-2100/1100/A1000.
FLOPPY DISK-drive
U kunt uw originele data ook
opslaan op diskette.
Commercieel beschikbare diskettesoftware kan hier ook opgeroepen worden.
Uiteraard zijn deze files alleen
beschikbaar als de juiste diskette in de diskdrive is geplaatst.
BACKNEXT
Wijzigt de drive tussen PRESET,
USER en FLOPPY DISK.
File
Alle data, zowel voorgeprogrammeerde als uw eigen
originele data, worden opgeslagen als “files”.
Roept de pagina van
het bovenliggende niveau op. In dit voorbeeld kan de voicemap selectiepagina
worden opgeroepen.
Current Memory (huidige geheugen)
Het huidige geheugen is het gebied waarin de voice wordt opgeroepen
als u een voice selecteert. Dit is ook het gebied waar u uw voice bewerkt met behulp van de SOUND CREATOR-functie. Uw bewerkte
voice zou dan moeten worden opgeslagen als een file in de USER- of
FLOPPY DISK-drive.
Het opnemen van songs (blz. 105) en het creëren van begeleidingen
(blz. 121) vindt ook plaats in het huidige geheugen.
Let erop deze data op te slaan naar de USER/FLOPPY DISK-drive als
file of files. De data gaan verloren als u het instrument uitzet zonder
de data op te slaan. Zie voor details blz. 47.
OPM.
De geselecteerde voice zelf (onbewerkt) kan ook worden opgeslagen als
een file in de USER- of FLOPPY DISK-drive.
PSR-2100/1100/A1000
45
Page 46
■
Basisbediening — Uw data organiseren
Files en Drives
PRESET-drive
Kan niet worden overschreven
USER-drive
U kunt ook files op de USER-drive of
diskette beheren (kopiëren, opslaan,
enz.) met een computer (blz. 170)
Dit is de Voice Open/Save-display die
opgeroepen is door op de [PIANO]knop in de Voice-sectie te drukken.
BACKNEXT
Selecteer een geheugendrive met de [BACK]/
[NEXT]-knoppen.
OPM.
De Open/Save-display
geeft alleen die files aan
die via de geselecteerde display kunnen worden bewerkt. De diskdrive (FD) van de Voice
Open/Save-display bijvoorbeeld, geeft alleen
de voices aan, zelfs als
er stijl- en songfiles op
de diskette zijn opgeslagen.
Page 47
Functies en geheugendrives
■
Basisbediening — Uw data organiseren
Data die niet worden vastgehouden als het instrument wordt uitgezet.
Data die wel worden vastgehouden als het instrument wordt uitgezet.
FunctiesHuidige geheugen
(Current Memory)
Onbewerkte voice
Vergelijk
(Compare)
Sound Creator
Style Creator
Paneelinstellingen
Song Creator
Multi Pad Creator
MIDI
Edit (bewerk)
Opnemen/
Assembleren
Registreer
Registreer
Nieuw Record
creëren
Opnemen
Opnemen
Edit (bewerk)
Voice
Style
One T ouch Setting
Registration Memory
Music Finder
Record
Systeem Setup
Song
Vier Multi Pads
MIDI-instellingen
Opslaan (Save)
USER-drive
FLOPPY DISK-drive
Voice
Style
Registration Memory
Bank
Music Finder
Systeem Setup
Song
Multi Padbank
MIDI-emplate
Save
Vocal Harmony Type
(alleen PSR-2100)
User Effect
(Mixing Console)
Master EQ Edit
(Mixing Console)
(alleen PSR2100)
Edit (bewerk)
Edit (bewerk)
Edit (bewerk)
User V ocal Harmony
User-effect
User Master EQ
PAS OP
De data in the USER-/
FLOPPY DISK-drive worden
zelfs vastgehouden als het
instrument wordt uitgezet.
De actieve data in het geheugen kan echter verloren
gaan als u een andere file
selecteert of het instrument
uitzet. Let er op dat u alle belangrijke data die zich in het
geheugen bevindt opslaat
naar de USER-drive of
FLOPPY DISK-drive voordat
u een andere file selecteert
of het instrument uitzet.
MIDI-setup
User-effect
De opslaghandeling (Save) wordt uitge-
*
voerd via de Open/Save-display.
De corresponderende Open/Save-
**
display kan worden opgeroepen via
[FUNCTION]
RESET-display.
→
UTILITY → SYSTEM
PSR-2100/1100/A1000
47
Page 48
81234567
Kleine popupvensters sluiten
U kunt ook kleine popupvensters (zoals in de illustratie hiernaast) verlaten door op de
[EXIT]-knop te drukken.
48
Basisbediening — Uw data organiseren
Files en mappen selecteren
Selecteer een file die in de display te zien is. In dit voorbeeld selecteren we een voicefile.
Druk eerst op de VOICE [PIANO & HARPSI.]-knop ([PIANO] op de PSR-A1000) om de display op te roepen die de files bevat.
Deze Open/Save-display is typerend voor displays die gebruikt worden voor het oproepen en opslaan van files (voicefiles).
De PSR-2100/1100/A1000 bevat reeds een verscheidenheid aan voices in het PRESET-gedeelte. U kunt uw eigen originele voices, die gecreëerd zijn met de Sound Creator-functie, opslaan in het USER- of FLOPPY DISK-gedeelte.
OPM.
Selecteer “PRESET”, “USER” of
1
“FLOPPY DISK” met behulp van de
[BACK][NEXT]-knop.
A
B
C
D
E
BACKNEXT
F
G
H
I
J
PSR-2100/1100: Een andere taal selecteren in
de “LANGUA GE”-display (blz. 58, 165) kan de
volgende problemen veroorzak en:
• Sommige karakters van de filenamen die u
heeft ingevoerd kunnen verminkt raken.
• Files zijn misschien niet toegankelijk.
Het opnieuw instellen van de originele taal lost
de bovenstaande problemen op.
Het uitlezen van de files met een computer die
met een operating system in een andere taal
werkt, kan soortgelijke problemen als hierboven
veroorzaken.
Gebruik de [1▲] - [7▲]-knoppen
2
om de pagina’s om te slaan.
Als de hoeveelheid beschikbare files of
mappen de zeven (PSR-2100/1100) of
acht (PSR-A1000) overschrijdt, verandert de onderkant van de display zoals
hieronder aangegeven.
Druk op Next
END
Druk nogmaals op de
[EXIT]-knop om terug
te keren naar de MAINdisplay.
U kunt terugkeren naar
de voorgaande display
door op de [EXIT]-knop
te drukken.
Druk op Prev.
ENTER
DATA ENTRY
Selecteer de file/map.
3
Er zijn twee manieren om de file/map te selecteren:
• Druk op de [A] - [J]-knop.
Druk op de letter knop die overeenkomt met
de file/map die u op wilt roepen. (In de voorbeelddisplay die hierboven te zien is , worden
de voicefiles getoond.)
• Gebruik de [DATA ENTRY]-dial en de
[ENTER]-knop.
Als u aan de [DATA ENTRY]-dial draait,
wordt de markering verplaatst langs de beschikbare files/mappen. Plaats de markering
op de gewenste file of map (in het voorbeeld
hierboven worden voicefiles getoond) en
druk op de [ENTER]-knop om het geselecteerde item op te roepen.
OPM.
Door met de betreffende [A]
-[J]-knop te dubbelklikken
roept u de corresponderende file op en keert u terug
naar de MAIN-display.
OPM.
De gewenste file markeren
en dubbelklikken met de
[ENTER]-knop roept de corresponderende file op en u
keert terug naar de MAINdisplay.
PSR-2100/1100/A1000
Page 49
81234567
Basisbediening — Uw data organiseren
File-/mapgerelateerde handelingen
Files/mappen benoemen
U kunt namen toewijzen aan files en mappen. Elke file/map in de USER- en FLOPPY DISK-gedeelten kan worden
benoemd of hernoemd. Voer de volgende stappen uit als de data zich in de User drive bevinden. Als er Presetfiles/
-mappen zijn die u wilt hernoemen, kopieer ze dan van te voren (blz. 51) en gebruik ze als Userfiles/-mappen.
Druk op de [1▼] (NAME)-knop.
1
De NAME-display verschijnt.
Selecteer de gewenste file/map en druk op de [7▼](OK)-knop.
2
De momenteel geselecteerde file/map krijgt een markering. Om een andere file/map te selecteren, drukt u op één van de [A] - [J]-knoppen.
Om te annuleren, drukt u op de [8▼] (CANCEL)-knop.
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
OPM.
Een file-/mapnaam kan tot
50 enkelvoudige letters
bevatten (of 25 Hiragana en
kanji letters), inclusief het
Icoon-ID (zie de opmerking
onder) en de extensie.
OPM.
De filenaam zal als volgt op
uw computer verschijnen. Als
u het icoon-ID of de extensie
wijzigt, kan het icoon veranderen of de file kan niet juist
herkend worden.
ABCDE.S002.MID
File-IDIcoon-ID
Extensie
END
Voer de nieuwe naam in (blz. 53).
Druk op de [8▲] (OK)-knop.
Om te annuleren, drukt u op de [8▼] (CANCEL)-
knop.
PSR-2100/1100/A1000
49
Page 50
Basisbediening — Uw data organiseren
Files/mappen verplaatsen
U kunt desgewenst files en mappen verplaatsen, om uw data te organiseren. Elke file/map in de USER- en FLOPPY
DISK- gedeelten kan worden verplaatst, met behulp van de hieronder beschreven knip- en plakhandeling (cut en paste).
Druk op de [2▼] (CUT)-knop.
1
De CUT-display verschijnt.
Selecteer de gewenst file/map voor verplaatsen.
2
Selecteer de gewenste file/map en druk op de [7▼](OK)-knop.
De momenteel geselecteerde file/map wordt gemarkeerd. Om een andere file/map te selecteren,
drukt u op één van de [A] - [J]-knoppen.
Verscheidene files/mappen kunnen samen worden geselecteerd, zelfs die van verschillende
pagina’s. Om de selectie los te laten of te annuleren, drukt u nogmaals op de knop van de
geselecteerde file/map.
Druk op de [6▼] (ALL)-knop om alle files/mappen in de displaypagina (USER/FLOPPY DISK) te
selecteren. Als de [6▼] (ALL)-knop wordt ingedrukt, ver andert de [6▼]-knop naar “ALL OFF” om
de selectie los te laten of te annuleren.
Druk op de [7▼] (OK)-knop.
3
Om de handeling te stoppen, drukt u op de [8▼] (CANCEL)-knop.
Roep de bestemmingsdisplay (destination) op.
4
Alleen de USER- en FLOPPY DISK-pagina’s kunnen worden geselecteerd als bestemming.
Druk op de [4▼] (PASTE) knop.
END
De file/map u die u heeft geknipt (cut) wordt nu in de bestemming geplakt (paste).
OPM.
Deze handeling kan niet worden gebruikt om een file/map
direct van de éne diskette naar
een andere te verplaatsen. Als
u dit wilt doen, knip en plak dan
de file of map van de eerste
diskette naar de USER-pagina,
verander vervolgens de diskettes en plak deze dan naar de
FLOPPY DISK-pagina.
OPM.
Alle files/mappen op een diskette kunnen met één opdracht naar een andere diskette worden gekopieerd
(blz. 164).
OPM.
Na te zijn geplakt, worden de
files automatisch opnieuw
gerangschikt op alfabet en
getoond.
OPM.
Over files/mappen op een
diskette
In de FLOPPY DISK-pagina
van de Open/Save-displa y,
worden alleen de files die kunnen worden beheerd in die
Open/Save-display getoond —
ofschoon een map op een diskette verschillende soorten
files kan bevatten.
In het geval van een map
knip-en-plakhandeling (voor
diskette), kan een hele map
worden geknipt; echter , alleen
de specifieke files die kunnen
worden beheerd in de huidige
Open/Save-display zullen
worden geplakt.
PSR-2100/1100/A1000
50
Page 51
Basisbediening — Uw data organiseren
Files/mappen kopiëren
U kunt desgewenst ook files en mappen kopiëren, voor het organiseren van uw data. Elke file/map in de PRESET-, USER-
en FLOPPY DISK-gedeelten kan worden gekopieerd met behulp van de hieronder beschreven kopiëer-en-plakhandeling.
Druk op de [3▼] (COPY)-knop.
1
De COPY-display verschijnt.
Selecteer de gewenste file/map.
2
Selecteer de gewenste file/map en druk op de [7▼](OK) knop.
De momenteel geselecteerde file/map wordt van een keuzebalk voorzien. Om een andere file/map te
selecteren, drukt u op één van de [A] - [J] knoppen.
Verscheidene files/mappen kunnen samen w orden geselecteerd, zelfs die v an v erschillende pagina’s.
Om de selectie los te laten of te annuleren, drukt u nogmaals op de knop van de geselecteerde file/
map.
Druk op de [6▼] (ALL) knop om alle files/mappen in de momenteel geselecteerde map (PRESET/
USER/DISKETTE) te selecteren. Als de [6▼] (ALL) knop wordt ingedrukt, verandert de [6▼] (ALL)
knop in “ALL OFF,” waardoor u de selectie kunt loslaten of annuleren.
Druk op de [7▼]
3
(OK)-knop.
Om de handeling te
stoppen, drukt u op de
[8▼] (CANCEL)-knop.
Roep de bestemmings-
4
display (destination) op.
Alleen de USER- en FLOPPY
DISK-pagina’s kunnen worden
geselecteerd als bestemming.
END
OPM.
Deze handeling kan niet
worden gebruikt om een file/
map direct van de éne naar
de andere diskette te kopiëren. Als u dit wilt doen, kopieer en plak de file of map
dan van de eerste diskette
naar de USER-pagina, verwissel de diskettes en plak
deze dan naar de FLOPPY
DISK-pagina.
Druk op de [4▼]
(PASTE)-knop.
De file/map die u heeft
gekopieerd is nu op de
bestemming geplakt.
Files/mappen wissen
U kunt desgewenst ook files en mappen wissen, voor het organiseren van uw data. Elke file/map in de USER- en
FLOPPY DISK-gedeelten kan worden gewist, met behulp van de onderstaande handeling.
Druk op de [5▼] (DELETE)-knop.
1
De DELETE-display verschijnt.
Selecteer de gewenste file/map.
2
Selecteer de gewenste file/map en druk op de
[7▼](OK)-knop.
De momenteel geselecteerde file/map wordt gemarkeerd. Om een andere file/map te selecteren, drukt u op
één van de [A] - [J]-knoppen.
Verscheidene files/mappen kunnen samen worden ge-
selecteerd, zelfs die van verschillende pagina’s. Om de
selectie los te laten of te annuleren, drukt u nogmaals
op de knop van de geselecteerde file/map.
Druk op de [6▼] (ALL)-knop om alle files/mappen in de
displaypagina (USER/FLOPPY DISK) te selecteren. Als
de [6▼] (ALL)-knop wordt ingedrukt, verandert de [6▼] (ALL)-knop in “ALL OFF,” waardoor u de selectie kunt
loslaten of annuleren.
END
Druk op de [7▼] (OK)-knop.
Om de handeling te annuleren, drukt u op de [8▼]
(CANCEL)-knop.
De boodschap “Are you sure you want to delete the
“******” file (of data/folder)? YES/NO” verschijnt.
YES..........Wist het gemarkeerde item.
NO............Verlaat de vraag zonder te wissen.
Als er verscheidene files zijn geselecteerd, verschijnt de
boodschap “Are you sure you want to delete the “******”
file (of data/folder)? YES/YES ALL/NO/CANCEL”.
YES/NO...... Wist het gemarkeerde item (YES), of ver-
laat het gemarkeerde item zonder te
wissen (NO).
YES ALL....Wist alle geselecteerde items ineens.
CANCEL.... Verlaat de vraag zonder te wissen.
PSR-2100/1100/A1000
51
Page 52
Basisbediening — Uw data organiseren
Files opslaan
Deze handeling laat u uw belangrijk data in files opslaan. Files kunnen alleen worden
opgeslagen in de USER- en FLOPPY DISK-gedeelten.
Druk op de [6▼]
1
(SAVE)-knop.
Voer een naam in voor de nieuwe file (blz. 53).
Druk op de [8▲] (OK)-knop.
Om de handeling te stoppen,drukt u op de [8▼] (CANCEL)-knop.
Files organiseren door een nieuwe map aan te maken
Deze handeling laat u uw verschillende files makkelijk in categorieën organiseren door
een nieuwe map voor elke categorie aan te maken. Mappen kunnen alleen worden aangemaakt in de USER- en FLOPPY DISK-gedeelten.
Roep de pagina op
1
waar u een nieuwe
map wilt creëren
en druk op de [7▼]
(NEW)-knop.
Voer de naam in van de nieuwe map (blz. 53).
Druk op de [8▲] (OK)-knop.
Om de handeling te stoppen,drukt u op de [8▼] (CANCEL)-knop.
OPM.
De interne geheugencapaciteit
is ongeveer 1520KB (PSR-
2100) / 700KB (PSR-1100) /
260KB PSR-A1000). De geheugencapaciteit van 2DD- en
2HD-diskettes is respectievelijk
ongeveer 720KB en 1440KB.
Als u data opslaat naar deze locaties, worden alle filetypes
van de PSR-2100/1100/A1000
(Voice , Stijl, Song, Registratie ,
enz.) samen opgeslagen.
OPM.
De files van commercieel beschikbare DOC-software en
Y amaha Disklaviersoftware en
hun op de PSR-2100/1100/
A1000 bewerkte files, kunnen
worden opgeslagen in de
USER-pagina, maar kunnen
niet naar een andere diskette
worden gekopieerd.
OPM.
Mapdirectories kunnen tot
vier niveaus bevatten.
Het maximum totaal aantal
files en mappen dat kan worden opgeslagen is 800
(PSR-2100) / 400 (PSR1100/A1000), maar dit kan,
afhankelijk van de lengte van
de filenamen, afwijken.
Het maximum aantal files
dat kan worden opgeslagen
in een map zal 250 zijn.
Hogere niveau pagina’s tonen
Druk op de [8▼] (UP)-knop om de hogere niveau pagina’s op te roepen. U kunt bijvoorbeeld de mapniveau pagina’s
oproepen vanuit de fileniveau pagina’s.
Lettertekens invoeren en iconen veranderen
Druk op de
1
[1▼] (NAME)-,
[6▼] (SAVE)- of
[7▼] (NEW)-knop.
Verander het lettertype door de [1▲]-knop te gebruiken
Als u Japans als taal selecteert in de FUNCTION-display
(blz. 165), kunnen de v olgende v erschillende lettertypes
en groottes worden ingevoerd (alleen PSR-2100/1100):
Katakana (halve grootte), leestekens (halve grootte)
A B C — Alfabet (hoofdletters en kleine letters, volledige grootte), nummers (volledige grootte),
leestekens (volledige grootte)
ABC — Alfabet (hoofdletters en kleine letters, halv e grootte), nummers (halve g rootte), leestekens (halve grootte)
Als u een andere taal dan Japans heeft geselecteerd in de FUNCTION display (blz. 165), zijn de
volgende lettertypes beschikbaar (PSR-2100/1100/A1000):
CASE — Alfabet (hoofdletters, halve grootte), nummers (halve g rootte), leestekens (halve grootte)
case — Alfabet (kleine letters, halve grootte), nummers (halv e g rootte), leestekens (halve grootte)
Roep de ICON SELECT-display op door op de
[1▼]-knop te drukken. Dit laat u het icoon links
van de filenaam wijzigen.
PSR-2100/1100/A1000
52
Page 53
Basisbediening — Uw data organiseren
Lettertekens invoeren
De instructies die volgen tonen u hoe u lettertekens in kunt voeren bij het benoemen van uw files en mappen. De
methode lijkt veel op die van het invoeren van namen en nummers bij uw mobiele telefoon.
Verplaats de cursor naar de gewenste positie met behulp van de [DATA ENTRY]-dial.
1
Druk op de juiste knop, [2▲] - [7▲] of [2▼]- [6▼], overeenkomstig het letterteken dat u wilt invoeren.
2
Verscheidene verschillende lettertekens zijn toegewezen aan elk van de knoppen, en het letterteken wijzigt elke
keer als u op de knop drukt. Om het geselecteerde letterteken daadwerkelijk in te voeren, verplaatst u de cursor of
drukt u op een andere letter-invoerknop.
Als u per ongeluk een letterteken heeft ingevoerd, verplaats de cursor dan naar het letterteken dat u wilt verwijde-
ren en druk op de [7▼] (DELETE)-knop. Als u in één keer alle lettertekens op de regel wilt wissen, druk dan op de
[7▼] (DELETE)-knop en houd deze even ingedrukt. Als de cursor negatief (gemarkeerd) in de display verschijnt,
wordt alleen het negatieve gedeelte gewist.
Om daadwerkelijk de nieuwe naam in te voeren, drukt u op de [8▲] (OK)-knop.
3
Om de handeling te annuleren, drukt u op de [8▼] (CANCEL)-knop.
■ Omzetten naar Kanji (Japanse taal)(Alleen PSR-2100/1100)
Dit is alleen van toepassing als u de “ (kana-kan)” knop (in het Japans) gebruikt.
Als de ingevoerde “hiragana” lettertekens negatief worden getoond, drukt u één of
meerdere keren op de [ENTER] knop om de lettertekens om te zetten naar de juiste
kanji. Het negatieve gedeelte kan worden gewijzigd met behulp van de [DATA
ENTRY]-dial. Het omgezette gedeelte kan worden teruggezet naar “hiragana” met de
[7▼] (DELETE)-knop. Het negatieve gedeelte kan in één keer worden gewist met de
[8▼] (CANCEL)-knop. Om de wijziging daadwerkelijk uit te voeren, drukt u op de
[8▲] (OK)-knop of voert u het volgende letterteken in. Om “hiragana” zelf in te voeren (zonder deze om te zetten), drukt u op de [8▲] (OK)-knop.
Selecteer een letterteken waaraan een leesteken moet worden toegevoegd en druk op
de [6▼]-knop (voordat u het letterteken daadwerkelijke invoert). De Japanse
leestekens kunnen alleen worden toegevoegd bij de PSR-2100/1100.
■ Overige lettertekens (leestekens) invoeren
U kunt het leestekenoverzicht oproepen door op de [6▼]-knop te drukken na de
daadwerkelijke invoer van een letterteken.
Beweeg de cursor naar het gewenste leesteken met behulp van de [DATA ENTRY]-
dial, druk vervolgens op de [8
▲] (OK)- of [ENTER]-knop.
■ Nummers invoeren
PSR-2100/1100: Selecteer eerst één van de volgende instellingen: “A B C” (volledige
grootte alfabet), “ABC” “CASE” (halve grootte hoofdletters alfabet) en “case” (halve
grootte kleine letters alfabet).
PSR-2100/1100/A1000: Druk vervolgens op de juiste knop, [2▲] - [7▲] of [2▼] -
[5
▼] en houd deze een tijdje ingedrukt of druk er herhaaldelijk op tot het gewenste
nummer is geselecteerd.
OPM.
De volgende halve grootte
leestekens kunnen niet worden gebruikt bij het benoemen van files en mappen:
¥ \ / : * ? “ < > |
OPM.
In het geval van lettertekens
die niet vergezeld gaan van
een speciaal leesteken (met
uitzondering van kana-kan
en halve grootte katakana op
de PSR-2100/1100), kunt u
het leestekenoverzicht oproepen door op de [6▼]knop te drukken na het selecteren van een letterteken
(voordat een letterteken
daadwerkelijk wordt ingevoerd).
PSR-2100/1100/A1000
53
Page 54
Basisbediening — Uw data organiseren
BACKNEXT
I
F
J
G
H
D
A
E
B
C
8
1234567
Annuleert de icoonselectiehandeling.
Slaat de pagina voor icoonselectie om.
Voert het geselecteerde
icoon in.
Het icoon veranderen
U kunt ook het icoon dat links van de
filenaam verschijnt wijzigen.
Roep de ICON SELECT-display op door
op de [1▼] (ICON)-knop van de letter-
invoerdisplay te drukken (blz. 53).
Selecteer het gewenste icoon met behulp van de [A] - [J]-knoppen, of met
behulp van de [3▲▼] - [5▲▼]-knop-
pen, en voer vervolgens het geselec-
teerde icoon in door op de [8▲] (OK)-
knop te drukken.
De [DATA ENTRY]-dial gebruiken
Deze handige regelaar laat u gemakkelijk items in de display selecteren of snel parameterwaarden wijzigen. De
daadwerkelijke functie van de [DATA ENTRY]-dial is verschillend en afhankelijk van de geselecteerde display.
■ Waarden aanpassen
U kunt parameterwaarden wijzigen door
aan de [DATA ENTRY]-dial te draaien. In
de voorbeeld [BALANCE]-display, past
draaien aan de dial het volume van het
negatieve gedeelte in de display aan.
Om het volume van een andere part aan
te passen, selecteert u eerst de part door
▲▼]-knop die overeenkomt met
op de [
de part te drukken, en vervolgens aan de
[DATA ENTRY]-dial te draaien.
DATA ENTRY
■ Items selecteren
U kunt het gewenste item of de functie in
de display selecteren door aan de [DATA ENTRY] dial te draaien. Het geselecteerde item kan dan worden opgeroepen of
uitgevoerd met behulp van de [ENTER]knop.
In de voorbeeld VOICE-display, kunt u
de gewenste voicefile selecteren met de
[DATA ENTRY]-dial, en het geselecteerde item oproepen door op de [ENTER]knop op het paneel te drukken.
DATAENTRY
ENTER
PSR-2100/1100/A1000
54
Page 55
Basisbediening — Uw data organiseren
81 2 3 4 5 6 7
Direct Access (Directe Toegang) — Rechtstreekse displayselectie
DIRECT
ACCESS
SONG
TRACK2TRACK
EXTRA
TRACKS
(STYLE)(R)(L)
RECREW FF
NEW SONG SYNC. START
STYLE
POP & ROCK
BALLADUSERLATIN
MASTER VOLUME
STYLE CONTROL
BREAK
ACMP
STANDBY
ON
INTRO
MIN MAX
MAIN
ENDING
/ rit.
1REPEAT
TOP
SWING &
JAZZ
DANCE
TRANSPOSE
RESET
FADE
IN/OUT
AUTO
FILL IN
START/STOP
MULTI PAD
OTS
LINK
BALLROOM
METRO-NOME
DIGITAL
STUDIO
SOUND CREATOR
A
DIGITAL RECORDING
MARCH &
WALTZ
TAP TEMPO
TEMPO
RESET
STOP
SYNC.
SYNC.
STOP
START
START/STOP
MIXING CONSOLE
PART
MENU
DEMO
HELP
FUNCTION
B
C
D
E
BALANCE
DIRECT
ACCESS
CHANNEL ON/OFF
PART
BACK NEXT
F
G
H
I
J
EXIT
VOICE EFFECT
LEFT
HOLD
VOICE
PIANO & HARPSI.
MAIN
GUITAR
LAYER
STRINGS CHOIR & PAD
LEFT
USER
MUSIC
FINDER
MIC.
VH TYPE
SELECT
OVER
SIGNAL
ENTER
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
DATA ENTRY
HARMONY/
SUSTAIN
ECHO
E.PIANO
BASS
ORGAN FLUTES
VOCAL
MIC.
SETTING
HARMONY
ONE TOUCH SETTING
ACCORDION
DSP
MONOTOUCH
ORGAN &
BRASS
SYNTH.
UPPER OCTAVE
RESET
TALK
EFFECT
PERCUSSION
WOODWIND
VARIATION
XG
Met de handige Direct Accessfunctie, kunt u onmiddellijk de gewenste display oproepen — met slechts één enkele
extra druk op de knop. Druk op de [DIRECT ACCESS]-knop en er verschijnt een boodschap in de display die u vraagt
op de betreffende knop te drukken. Vervolgens drukt u gewoon op de knop die overeenkomt met de gewenste insteldisplay om zo die display rechtstreeks op te roepen. In het voorbeeld hieronder, wordt Direct Access gebruikt om de
display voor selecteren van Chord Fingering (akkoordvingerzetting) op te roepen (blz. 153).
DIRECT
ACCESS
ACMP
Zie het Direct Access Overzicht (PSR-2100/1100: blz. 56; PSR-A1000: blz. 57) voor een
overzicht van de displays die kunnen worden opgeroepen met de Direct Access-functie.
OPM.
Hier is een handige manier
om terug te keren naar de
MAIN-display vanuit een willekeurige andere display:
Druk gewoon op de [DIRECT ACCESS]-knop en vervolgens op de [EXIT]-knop.
PSR-2100/1100/A1000
55
Page 56
Basisbediening — Uw data organiseren
E
E
E
Direct Access (Directe Toegang) Overzicht PSR2100/1100
Handeling: [DIRECT ACCESS]-knop + onderstaande knopCorresponderende LCD-display en functie
SONG[TRACK1]
STYLE[POP & ROCK]
TRANSPOSE[ ]CONTROLLERTRANSPOSE-toewijzing155
TEMPO[ ]
[TAP TEMPO]
[FADE IN/OUT]FADE IN/OUT-instellingen162
MULTI PAD[1]
[2]
[3]
[4]
[STOP]DIGITAL RECORDINGMULTI PAD CREATORREPEAT / CHORD MATCH-instellingen132
[1]
[2]
[3]
[4]
[5]
[6]
[7]
[8]
[MEMORY]
[PEDAL2]PEDAL2-functietoewijzing
FUNCTION
FUNCTIONSTYLE SETTING/SPLIT POINTSPLIT POINT (ACMP)-instelling152
SCALE TUNE BANK
MIXING CONSOLE (STYLE PART)
FUNCTION
FUNCTION
MIXING CONSOLE (SONG PART) VOLUME/VOICE
MIXING CONSOLETUNEOCTAVE-instellingen136[LAYER]
FUNCTION
MIXING CONSOLE
FUNCTIONVOICE SET-instellingen157
FUNCTION
FUNCTION
MULTI PADMULTI PAD EDIT82
REGISTRATION BANKREGISTRATION EDIT (De REGISTRATION bewerken)98
FUNCTION
SONG SETTING
SCALE TUNE BANK93
SCALE TUNE EDIT95
VOLUME/VOICE
FILTER
EFFECT
UTILITYFADE IN/OUT-instelling162
UTILITY
STYLE SETTING/SPLIT POINT
TUNEPORT AMENT O TIME-instellingen136
EFFECT
CONTROLLERTRANSPOSE-toewijzing155
MIDIMIDI CLOCK-instelling159
REGISTRATION SEQUENCE (De REGISTRATION SEQUENCE creëren)156
CONTROLLER
TRACK1 CHANNEL-selectie151
VOICE-instellingen
HARMONIC CONTENT-instellingen
REVERB-instellingen
LANGUAGE-selectie165
VOLUME-instellingen
SPLIT POINT (LEFT)-instelling152
DSP-instellingen
PEDAL1-functietoewijzing
Zie blz.
151
135[INTRO]PANPOT-instellingen
136
137[ENDING/rit.]CHORUS-instellingen
135
137
153
PSR-2100/1100/A1000
57
Page 58
Basisbediening — Uw data organiseren
81 2 3 4 5 6 7
81234567
Helpmededelingen
De Helpmededelingen geven u uitleg en beschrijvingen van alle algemene functies en eigenschappen van de PSR-2100/1100/A1000.
HELP
SONG
TRACK2TRACK
EXTRA
TRACKS
(STYLE)(R)(L)
RECREW FF
NEW SONG SYNC. START
STYLE
POP & ROCK
BALLADUSERLATIN
MASTER VOLUME
STYLE CONTROL
BREAK
ACMP
STANDBY
ON
INTRO
MIN MAX
MAIN
ENDING
/ rit.
1REPEAT
TOP
SWING &
JAZZ
DANCE
TRANSPOSE
RESET
FADE
IN/OUT
AUTO
FILL IN
START/STOP
MULTI PAD
OTS
LINK
BALLROOM
METRO-NOME
DIGITAL
STUDIO
SOUND CREATOR
A
DIGITAL RECORDING
MARCH &
WALTZ
TAP TEMPO
TEMPO
RESET
STOP
SYNC.
SYNC.
STOP
START
START/STOP
MIXING CONSOLE
PART
MENU
DEMO
HELP
FUNCTION
B
C
D
E
BALANCE
DIRECT
ACCESS
CHANNEL ON/OFF
PART
BACK NEXT
F
G
H
I
J
EXIT
VOICE EFFECT
LEFT
HOLD
VOICE
PIANO & HARPSI.
MAIN
GUITAR
LAYER
STRINGS CHOIR & PAD
LEFT
USER
MUSIC
FINDER
MIC.
VH TYPE
SELECT
OVER
SIGNAL
ENTER
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
DATA ENTRY
HARMONY/
SUSTAIN
ECHO
E.PIANO
BASS
ORGAN FLUTES
VOCAL
MIC.
SETTING
HARMONY
ONE TOUCH SETTING
ORGAN &
ACCORDION
DSP
MONOTOUCH
BRASS
SYNTH.
UPPER OCTAVE
RESET
TALK
EFFECT
PERCUSSION
WOODWIND
VARIATION
XG
1
MENU
DEMO
HELP
FUNCTION
2
2-1 Selecteer het gewenste
Help-onderwerp.
Selecteer indien nodig de taal. De hier geselecteerde taal wordt ook gebruikt voor verschillende “Mededelingen” die tijdens de bediening te
zien zijn.
2-2 Roep het on-
derwerp op.
OPM.
Helpmededelingen kunnen in elk van
de volgende talen worden getoond:
ENGELS (PSR-2100/1100/A1000)
JAPANS (PSR-2100/1100)
DUITS (PSR-2100/1100/A1000)
FRANS (PSR-2100/1100/A1000)
SPAANS (PSR-2100/1100)
ITALIAANS (PSR2100/1100)
OPM.
De taal kan ook worden geselecteerd
in de FUNCTION “LANGUAGE”-display (blz. 165).
OPM.
PSR-2100/1100: Hier een andere taal
selecteren kan de volgende problemen
veroorzaken:
• Sommige karakters van de filenamen die u heeft ingevoerd kunnen
verminkt raken.
• Files zijn misschien niet toegankelijk.
Het opnieuw instellen van de originele taal lost de bovenstaande problemen op.
Het uitlezen van de files met een
computer die met een operating
system in een andere taal werkt,
kan soortgelijke problemen als
hierboven veroorzaken.
3
Helpmededelingen beschikken over links naar de gedetailleerde uitleg of daadwerkelijk e instellingsdisplay van het geselecteerde onderwerp. Selecteer gewoon het onderstreepte woord (met
behulp van de [DATA ENTR Y]-dial), en druk op de [ENTER]-knop om naar de gedetailleerde uitleg
of daadwerkelijke instellingsdisplay v an het geselecteerde onderwerp te springen.
PSR-2100/1100/A1000
58
BACKNEXT
Als er twee of meer pagina’s beschikbaar zijn, selecteer dan hier
de verschillende pagina’s mee.
DATA ENTRY
ENTER
END
Druk hierop om terug te keren naar de
voorgaande
display.
EXIT
Page 59
Basisbediening — Uw data organiseren
81 2 3 4 5 6 7
Het geluid, volumeniveau, en
de beat (maatsoort) van de
metronoom kunnen allemaal
worden veranderd (blz. 162).
OPM.
81 2 3 4 5 6 7
De metronoom gebruiken
De metronoom geeft een klikgeluid, zorgend voor een accurate tempo aanduiding als u oefent, of laat u horen en
controleren hoe een bepaald tempo klinkt.
METRONOME
SONG
TRACK2TRACK
EXTRA
TRACKS
(STYLE)(R)(L)
RECREW FF
NEW SONG SYNC. START
STYLE
POP & ROCK
BALLADUSERLATIN
MASTER VOLUME
STYLE CONTROL
BREAK
ACMP
STANDBY
ON
INTRO
MIN MAX
MAIN
ENDING
/ rit.
1REPEAT
TOP
SWING &
JAZZ
DANCE
TRANSPOSE
RESET
FADE
IN/OUT
AUTO
FILL IN
START/STOP
MULTI PAD
OTS
LINK
BALLROOM
METRONOME
MARCH &
WALTZ
TAP TEMPO
TEMPO
RESET
STOP
SYNC.
SYNC.
STOP
START
START/STOP
De metronoom begint door op de [METRONOME]-
DIGITAL
STUDIO
SOUND CREATOR
DIGITAL RECORDING
MIXING CONSOLE
PART
MENU
DEMO
HELP
FUNCTION
A
B
C
D
E
BALANCE
DIRECT
ACCESS
CHANNEL ON/OFF
PART
F
G
H
I
J
EXIT
knop te drukken. Pas het
BACK NEXT
VOICE EFFECT
LEFT
HOLD
VOICE
PIANO & HARPSI.
MAIN
GUITAR
LAYER
STRINGS CHOIR & PAD
LEFT
USER
MUSIC
FINDER
MIC.
VH TYPE
SELECT
OVER
SIGNAL
ENTER
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
DATA ENTRY
HARMONY/
SUSTAIN
ECHO
E.PIANO
BASS
ORGAN FLUTES
VOCAL
MIC.
HARMONY
SETTING
ONE TOUCH SETTING
ORGAN &
ACCORDION
DSP
MONOTOUCH
BRASS
SYNTH.
UPPER OCTAVE
RESET
TALK
EFFECT
PERCUSSION
WOODWIND
VARIATION
XG
tempo aan door middel van de TEMPO[] []-knoppen (zie hieronder).
Om de metronoom te stoppen, drukt u nogmaals op de [METRONOME]-knop.
Het tempo aanpassen
Dit gedeelte laat u zien hoe u het afspeeltempo aan kunt passen — wat niet alleen invloed heeft op de metronoom,
maar ook op het afspelen van een song of een begeleidingsstijl.
TEMPO
RESET
TAP TEMPO
SONG
TRACK2TRACK
EXTRA
TRACKS
(STYLE)(R)(L)
RECREW FF
NEW SONG SYNC. START
STYLE
POP & ROCK
BALLADUSERLATIN
MASTER VOLUME
STYLE CONTROL
ACMP
INTRO
STANDBY
ON
12
BREAK
TEMPO
MAIN
TAP TEMPO
MIN MAX
ENDING
/ rit.
1REPEAT
TOP
SWING &
JAZZ
DANCE
TRANSPOSE
RESET
FADE
IN/OUT
AUTO
FILL IN
START/STOP
MULTI PAD
OTS
LINK
BALLROOM
METRONOME
DIGITAL
STUDIO
SOUND CREATOR
DIGITAL RECORDING
MARCH &
WALTZ
MIXING CONSOLE
PART
MENU
DEMO
TAP TEMPO
TEMPO
HELP
RESET
STOP
FUNCTION
SYNC.
SYNC.
STOP
START
START/STOP
RESET
Pas het tempo aan door of op de TEMPO [ ] [ ]-
knoppen te drukken of door de [DATA ENTR Y]-dial
Druk of op de TEMPO [ ]-
knop of op de []-knop.
te gebruiken.
Het getal in de display geeft het aantal kwartnoten
(tellen) aan per minuut. Het bereik is van 5 tot 500.
Des te hoger de waarde, des te hoger het tempo.
END
Druk hierop
om de TEMPOdisplay te sluiten.
EXIT
Als u het tempo wijzigt, worden zowel het tempo
van de huidige song als van de stijl naar hetzelfde
tempo veranderd. Om hun respectievelijke standaard (initial) tempo-instellingen terug te roepen,
drukt u tegelijkertijd op de beide TEMPO [ ] [ ]knoppen. Zie ook de “Tempo-indicaties — MAINdisplay” (blz. 60) voor meer over het tempo.
VOICE EFFECT
LEFT
HOLD
BACK NEXT
VOICE
PIANO & HARPSI.
MAIN
A
B
C
D
E
BALANCE
DIRECT
ACCESS
CHANNEL ON/OFF
PART
F
G
H
I
J
EXIT
GUITAR
LAYER
STRINGS CHOIR & PAD
LEFT
USER
MUSIC
FINDER
MIC.
VH TYPE
SELECT
OVER
SIGNAL
ENTER
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
DATA ENTRY
HARMONY/
SUSTAIN
ECHO
E.PIANO
BASS
ORGAN FLUTES
VOCAL
MIC.
HARMONY
SETTING
ONE TOUCH SETTING
ORGAN &
ACCORDION
BRASS
SYNTH.
MONOTOUCH
TALK
UPPER OCTAVE
DSP
VARIATION
PERCUSSION
WOODWIND
XG
RESET
EFFECT
OPM.
Songs en begeleidingsstijlen
zijn voorzien van standaard
(initial) tempo-instellingen,
zo ontworpen dat ze het best
passen bij de song/stijl.
PSR-2100/1100/A1000
59
Page 60
Basisbediening — Uw data organiseren
Tap Tempo
Deze nuttige eigenschap laat u het tempo intikken voor een song of een begeleidingsstijl.
Tik gewoon met de gewenste snelheid op de [TAP TEMPO]-knop en het tempo van de
song of de begeleidingsstijl wijzigt overeenkomstig.
Afspelen van de song of de
1
begeleidingsstijl (blz. 68, 85).
2
TEMPO
RESET
Tik twee keer op de [T AP TEMPO]knop om het tempo te veranderen.
TAP TEMPO
■ Tempo indicaties — MAIN-display
Er zijn drie verschillende tempo indicaties in de MAIN-display, zoals hieronder
aangegeven.
Geeft de standaard (initial) tempo
instelling aan voor de momenteel
geselecteerde song.
Geeft het huidige tempo aan voor
de geselecteerde song, begeleidingsstijl of de metronoom die nu
afspeelt. Als er niets afspeelt (gestopt), geeft dit
de geselecteerde stijl. Als de song
en stijl tegelijkertijd afspelen, wordt
het tempo van de stijl automatisch
gewijzigd overeenkomstig het tempo van de song, en wordt het hier
aangegeven. Dit tempo wordt gebruikt voor opname, als u een song
of begeleidingsstijl opneemt.
het tempo aan voor
OPM.
Tikken op de [T AP TEMPO]knop produceert een tikkend geluid. U kunt dit geluid desgew enst
wijzigen (blz. 163).
OPM.
U kunt Tap Tempo ook gebruiken om de song of begeleidingsstijl automatisch in het
gewenste tempo te starten.
T erwijl z owel de song als begeleidingsstijl niet lopen, tikt u
verscheidene keren op de
[T AP TEMPO]-knop, en de geselecteerde begeleidingsstijl
begint automatisch in het door
u ingetikte tempo. Als een
song is ingesteld op Sync.
Start standby (blz. 69, 85), zal
tikken op de [TAP TEMPO]knop, song afspelen op dezelfde manier starten. Voor songs
en stijlen met een 2/4 en 4/4
maat, tikt u vier keer; voor een
3/4 maat, tikt u drie keer; voor
een 5/4 maat, tikt u vijf keer.
Geeft de standaard (initial) tempoinstelling aan voor de momenteel
geselecteerde begeleidingsstijl.
PSR-2100/1100/A1000
60
Page 61
81 2 3 4 5 6 7
81234567
De demo’s afspelen
De PSR-2100/1100/A1000 is een uitzonderlijk veelzijdig en hoogwaardig instrument, dat beschikt over een grote verscheidenheid aan dynamische voices en ritmes, en een schat aan geavanceerde functies. Er zijn drie verschillende soorten demosongs
speciaal vervaardigd om u de verbluffende geluiden en eigenschappen van de PSR-2100/1100/A1000 te laten horen.
MENU
DEMO
SONG
EXTRATRACKS
(STYLE)(R)(L)
RECREWFF
NEW SONGSYNC. START
STYLE
POP & ROCK
BALLADUSERLATIN
MASTER VOLUME
STYLE CONTROL
BREAK
ACMP
STANDBY
ON
INTRO
MIN MAX
MAIN
ENDING
/ rit.
TRACK2TRACK
1REPEAT
START/STOP
TOP
HELP
SWING &
JAZZ
BALLROOM
DANCE
TRANSPOSE
FUNCTION
RESET
MULTI PAD
FADEIN/OUT
AUTO
OTS
LINK
FILL IN
METRO-NOME
DIGITAL
STUDIO
SOUND CREATOR
A
DIGITAL RECORDING
MARCH &WALTZ
TAP TEMPO
TEMPO
RESET
STOP
SYNC.
SYNC.
STOP
START
START/STOP
MIXING CONSOLE
MENU
DEMO
FUNCTION
B
C
D
PART
E
HELP
BALANCE
DIRECT
ACCESS
CHANNEL ON/OFF
PART
F
G
H
I
J
EXIT
VOICE EFFECT
LEFT
HARMONY/
MONOTOUCH
SUSTAIN
ECHO
HOLD
BACK NEXT
VOICE
ORGAN &
PIANO & HARPSI.
E.PIANO
MAIN
LAYER
LEFT
MUSIC
FINDER
DATA ENTRY
ACCORDION
BRASS
BASS
GUITAR
SYNTH.
STRINGS CHOIR & PAD
USER
ORGAN FLUTES
VH TYPE
SELECT
VOCAL
MIC.
SETTING
HARMONY
ONE TOUCH SETTING
UPPER OCTAVE
TALK
MIC.
OVER
SIGNAL
ENTER
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
DSP
VARIATION
PERCUSSION
WOODWIND
XG
RESET
EFFECT
PSR-2100/1100: Druk op de [DEMO]-knop.
1
PSR-A1000: Indrukken van de [DEMO]knop speelt automatisch de demosongs in
een willekeurige volgorde af.
2
2-1 Gebruik de [BACK][NEXT]-knoppen om de gewenste Democategorie te selecteren.
Function demo’s....... Deze demonstreren elk van de verschillende functies.
Voice demo’s............. Deze geven een indruk van de voices.
Style demo’s.............. Deze introduceren u de ritmes en begeleidingsstijlen.
A
B
C
D
E
MENU
DEMO
HELP
FUNCTION
BACKNEXT
F
G
H
I
J
2-2 Gebruik deze om de
verschillende displaypagina’s te selecteren.
2-3 PSR-2100/1100: druk op één van
deze knoppen om de gewenste
demo te starten.
PSR-A1000:Druk twee keer op
één van deze knoppen — eenmaal om de gewenste demo te
selecteren, en nogmaals om
hem te starten.
Druk hierop om alle demosongs/items continu af te laten spelen, te beginnen bij het eerste item linksboven in de display. Deze functie is alleen beschikbaar via de FUNCTION-pagina.
Alle beschikbare demo’s worden achtereenvolgens afgespeeld, te beginnen
met die links bovenaan. De VOICE- en STYLE-pagina’s hebben geen [AUTO]-
knop; de demosongs worden echter achtereenvolgens gespeeld.
Drukken op deze knop annuleert de interactieve eigenschappen van de
Functiondemo’s (die anders beschikbaar zijn in stap 3 hierna).
PSR-2100/1100/A1000
61
Page 62
De demo’s afspelen
Voor de functiondemo’s verschijnt er een introductiescherm in de display
3
en de demo begint spelen.
Dit voorbeeld laat het Sound Systeem in
de FUNCTION-demo zien.
OPM.
Gebruik de [BACK][NEXT]-
knoppen in het introductiescherm om de voorgaande
BACKNEXT
MAIN
F
G
H
I
J
LAYER
LEFT
of volgende pagina op te
roepen.
OPM.
Druk op de SONG [START/
STOP] knop om de demo-
song te stoppen. Om v erder
te gaan met de demo waar
deze is gestopt, drukt u nogmaals op de SONG [START /STOP]-knop.
Terugspoelen en snel vooruit spoelen kan ook worden
gebruikt bij de demosongs
(blz. 87).
Selecteer het gewenste woord of onderwerp
met behulp van de [DATA ENTRY]-dial en
druk vervolgens op de [ENTER]-knop of
nummerknoppen ([1▼], [2▼], enz.) om
deze op te roepen.
EXIT
END
Keer terug naar het MAINscherm.
ENTER
PSR-2100/1100/A1000
62
Page 63
81 2 3 4 5 6 7
Voices
De PSR-2100/1100/A1000 geeft u een enorme selectie aan authentieke voices, inclusief verscheidene
toetsenbordinstrumenten, strijkers en blazers — en nog veel, veel meer.
VOICE
PIANO & HARPSI.
E.PIANO
GUITARBASS
SONG
TRACK2TRACK
EXTRATRACKS
MAIN
(STYLE)(R)(L)
TOP
RECREWFF
NEW SONGSYNC. START
STYLE
SWING &
POP & ROCK
BALLADUSERLATIN
TRANSPOSE
MASTER VOLUME
FADE
IN/OUT
MIN MAX
ENDING
/ rit.
AUTO
FILL IN
STRINGSCHOIR & PAD
USERORGAN FLUTES
STYLE CONTROL
ACMP
INTRO
STANDBY
ON
BREAK
1REPEAT
START/STOP
JAZZ
DANCE
RESET
MULTI PAD
OTS
LINK
BALLROOM
SYNC.
STOP
ORGAN &
ACCORDION
METRO-NOME
MARCH &
WALTZ
TAP TEMPO
TEMPO
RESET
STOP
SYNC.
START
START/STOP
BRASS
SYNTH.
SOUND CREATOR
DIGITAL RECORDING
MIXING CONSOLE
PERCUSSION
WOODWIND
VOICE EFFECT
LEFT
SUSTAIN
HOLD
BACK NEXT
VOICE
PIANO & HARPSI.
MAIN
F
LAYER
G
LEFT
H
I
J
MUSIC
FINDER
EXIT
DATA ENTRY
E.PIANO
GUITAR
BASS
STRINGS CHOIR & PAD
ORGAN FLUTES
USER
MIC.
MIC.
VH TYPE
SETTING
SELECT
OVER
SIGNAL
ONE TOUCH SETTING
ENTER
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
BALANCE
CHANNEL ON/OFF
PART
XG
A
B
C
D
E
DIGITALSTUDIO
PART
MENU
DEMO
HELP
FUNCTION
DIRECTACCESS
Een voice selecteren
Druk op de [MAIN]-knop om de MAIN-part aan te zetten, en druk vervolgens op de
1
[F]-knop om het menu voor het selecteren van de MAIN-voice op te roepen.
MAIN
F
LAYER
G
H
LEFT
I
J
Zet MAIN-aan.
U wilt de MAIN-voice
helemaal apart horen —
zorg er dus voor dat de
LAYER- en LEFT-parts
zijn uitgezet.
DSP
HARMONY/
VARIATION
MONOTOUCH
ECHO
ORGAN &
PERCUSSION
ACCORDION
WOODWIND
BRASS
XG
SYNTH.
UPPER OCTAVE
RESET
VOCAL
TALK
EFFECT
HARMONY
OPM.
De voice die u hier selecteert,
behoort toe aan de MAINpart, en wordt de MAIN-voice
genoemd. (Zie blz. 65 voor
meer informatie.)
Selecteer de gewenste voicegroep.
2
VOICE
PIANO & HARPSI.
GUITARBASS
STRINGSCHOIR & PAD
E.PIANO
USERORGAN FLUTES
ORGAN &
ACCORDION
BRASS
SYNTH.
PERCUSSION
WOODWIND
XG
OPM.
Als u een voicegroep selecteert, wordt automatisch de
laatst geselecteerde voice
geselecteerd.
PSR-2100/1100/A1000
63
Page 64
81234567
64
Voices
Geeft aan dat de display voor het selec-
3
teren van de MAIN-voice is (blz. 29).
A
B
C
D
E
3-2 Selecteer
de verscheidene
pagina’s in de
huidige voicegroep.
Druk hierop om de display voor het selecteren van de voicegroep op te roepen.
Bespeel het toetsenbord om de
4
geselecteerde voice te horen.
G
END
BACKNEXT
3-1 Selecteer de ge-
F
H
I
J
3-3 Selecteer de
voice.
Druk hierop om de demo
van de geselecteerde
voice te starten. U kunt de
demo op elk gewenst moment stoppen door nogmaals op deze knop te
drukken.
Druk hierop om
terug te keren
naar de MAINdisplay.
heugenlocatie
van de voice
(
PRESET /USER
FLOPPY DISK).
EXIT
OPM.
Een voice selecteren selecteert automatisch het meest
geschikte effect en overige
instellingen voor die bepaalde voice. U kunt dit uitschakelen zodat de instellingen
niet automatisch worden ge-
/
selecteerd (blz. 157).
OPM.
U kunt instellen in welke mate het volume van de voice
wijzigt afhankelijk van uw
speelsterkte (blz. 155).
OPM.
Kijk, voor een overzicht van
de beschikbare voices, naar
de afzonderlijke Data List
(apart Engelstalig boekje).
OPM.
U kunt instellen of de voicebank en programmawijzigingsnummers (“MSB-LSB-Programmawijzigingsnummer” rechts
boven de voicenaam) worden
aangegeven of niet (blz. 163).
OPM.
XG is een enorme verbetering
van het GM System Level 1 f ormat, en is speciaal door Yamaha
ontwikkeld om in meer voices en
variaties, alsook in een sterk verbeterde expressiev e besturing
van de voices en effecten te v oorzien, en om compatibiliteit met te
data tot ver in de toekomst veilig
te stellen.
Voice Karakteristieken
Het voicetype en zijn bepalende karakteristieken zijn aangegeven boven de voicenaam.
Live! (alleen op de PSR-2100)
Deze akoestische instrumentgeluiden zijn in stereo gesampled, om een echt authentiek, rijk geluid voort te brengen — vol sfeer en ambiance.
Cool!
Deze voices bevatten de dynamische motieven en subtiele nuances van elektrische instrumenten — dankzij een
kolossale hoeveelheid geheugen en zeer geavanceerd programmeren.
Sweet!
Deze akoestische instrumentgeluiden profiteren ook van Yamaha’s geavanceerde technologie — en beschikken
over een geluid dat zo precies gedetailleerd en natuurlijk is, dat u zou zweren dat u een echte bespeelt!
Drum
Verscheidene drum- en percussiegeluiden zijn aan afzonderlijke toetsen toegewezen, waardoor u de geluiden via
het toetsenbord kunt bespelen.
SFX
Verscheidene speciale effectgeluiden zijn aan afzonderlijke toetsen toegewezen, waardoor u de geluiden via het
toetsenbord kunt bespelen.
Organ Flutes! (alleen op de PSR-2100)
Deze authentieke orgelvoice laat u de Sound Creator gebruiken om de verscheidene voetmaten aan te passen en
uw eigen originele orgelgeluiden te vervaardigen.
Keyboard Percussion
Als één van de drums van de SFX-kits is geselecteerd in de PERCUSSION-voicegroep, zijn verscheidene drum-, percussie- en speciale effectgeluiden toegewezen aan afzonderlijke toetsen, waardoor u de geluiden via het toetsenbord
kunt bespelen.
len onder de toegewezen toetsen.
De verscheidene drum- en percussie-instrumenten van de Standard Kit zijn aangegeven door symbo-
Houd in gedachte dat ofschoon verschillende kits over verschillende geluiden beschikken, enkele geluiden met dezelfde namen in verschillende kits identiek zijn.
Zie de afzonderlijke Data List (Drum/key Assignment List) voor een overzicht van de geluiden in elke drum/SFX-kit.
De PSR-2100/1100/A1000 laat u drie voices instellen voor gelijktijdige bespeling: MAIN, LAYER en LEFT. Door deze
drie effectief te combineren, kunt u rijke gestructureerde, multi-instrumentale setups voor uw spel creëren.
MAIN
SONG
TRACK2TRACK
EXTRA
1REPEAT
TRACKS
(STYLE)(R)(L)
START/STOP
TOP
RECREW FF
NEW SONG SYNC. START
STYLE
SWING &
POP & ROCK
JAZZ
DANCE
BALLADUSERLATIN
TRANSPOSE
RESET
MASTER VOLUME
MULTI PAD
FADE
IN/OUT
STYLE CONTROL
BREAK
ACMP
STANDBY
ON
INTRO
MIN MAX
MAIN
ENDING
/ rit.
AUTO
OTS
LINK
FILL IN
Een layer van twee voices bespelen
Twee voices afzonderlijk bespelen — op het
linker- en rechtergedeelte van het toetsenbord
Drie verschillende voices bespelen — één
in het linkergedeelte van het toetsenbord,
plus een layer van twee voices rechts
BALLROOM
TEMPO
RESET
STOP
SYNC.
SYNC.
STOP
START
METRONOME
SOUND CREATOR
DIGITAL RECORDING
MARCH &
WALTZ
MIXING CONSOLE
TAP TEMPO
FUNCTION
START/STOP
LEFT-part
LEFT-part
LAYER
VOICE EFFECT
LEFTHOLD
BACK NEXT
DIGITAL
STUDIO
A
B
C
D
PART
MENU
E
DEMO
HELP
BALANCE
DIRECT
ACCESS
CHANNEL ON/OFF
PART
F
G
H
I
J
EXIT
VOICE
PIANO & HARPSI.
MAIN
GUITAR
LAYER
STRINGSCHOIR & PAD
LEFT
USER
MUSIC
FINDER
MIC.
VH TYPE
SELECT
OVER
SIGNAL
ENTER
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
DATA ENTRY
HARMONY/
SUSTAIN
ECHO
E.PIANO
BASS
ORGAN FLUTES
VOCAL
MIC.
SETTING
HARMONY
ONE TOUCH SETTING
ORGAN &
ACCORDION
LEFT
DSP
VARIATION
MONOTOUCH
PERCUSSION
BRASS
WOODWIND
SYNTH.
XG
UPPER OCTAVE
RESET
EFFECT
TALK
Splitpunt
MAIN-part
LinkerbereikRechterbereik
Splitpunt
LAYER-part
MAIN-part
LinkerbereikRechterbereik
Layer — Twee verschillende voices stapelen (layeren)
Druk hierop om
1
LAYER-functie
aan te zetten. Druk
de knop nogmaals
in om hem weer uit
te zetten.
MAIN
LAYER
LEFT
de
Selecteer Layer met de [G]-knop. Druk op dezelfde knop
2
om de VOICE-display op te roepen, waarvandaan u de specifieke voice, die u in een layer met de MAIN-voice wilt bespelen, kunt selecteren. De hier gebruikte methode voor
het selecteren van een voice is hetzelfde als die bij de
VOICE (MAIN)-display (blz. 63).
F
G
H
I
J
OPM.
Er is een alternatieve manier
voor het snel selecteren van
zowel de MAIN- als de LAYERvoices
op het paneel: Druk,
terwijl u één paneelvoice-knop
ingedrukt houdt, op een tweede voice-knop. De eerst geselecteerde voice wordt de MAINvoice, en de tweede wordt de
LAYER.
Druk hierop
END
om terug te
keren naar de
MAIN-display.
EXIT
PSR-2100/1100/A1000
65
Page 66
81 2 3 4 5 6 7
Voices
Left — Afzonderlijke voices instellen voor het linker- en rechtergedeelte van het toetsenbord
Zet LEFT AAN.
1
Druk nogmaals
om hem UIT te
zetten.
MAIN
LAYER
LEFT
EXIT
END
Druk hierop om
terug te keren naar
de MAIN-display.
Selecteer LEFT met de [H]-knop. Druk op dezelfde
2
knop om de VOICE-display op te roepen, waarvandaan u de specifieke voice, die u links wilt bespelen,
kunt selecteren. Het selecteren van de voice gaat op de-zelfde manier als bij het VOICE (MAIN)-scherm (blz. 63).
F
G
H
J
OPM.
Het splitpunt kan vrij worden
ingesteld op elke willekeurige toets van het toetsenbord (blz. 152).
OPM.
Elke part (MAIN, LA YER en
LEFT) kan zijn eigen volume-
instelling hebben (blz. 70).
OPM.
U kunt ook de LAYER- en
LEFT-functies samen gebruiken, om een combinatie
layer/split te creëren. Om dit
I
te doen, stelt u de afzonderlijke voices voor het linkeren rechtergedeelte van het
toetsenbord in (zoals aangegeven), en stelt u een layer
van twee verschillende voices in voor rechts.
Voice-effecten toepassen
Dit gedeelte van het paneel laat u een verscheidenheid aan effecten aan de voices die u op het toetsenbord speelt toevoegen.
VOICE EFFECT
LEFT
HOLD
SONG
EXTRA
TRACK2TRACK
TRACKS
(STYLE)(R)(L)
RECREW FF
NEW SONG SYNC. START
STYLE
POP & ROCK
BALLADUSERLATIN
MASTER VOLUME
STYLE CONTROL
BREAK
ACMP
STANDBY
ON
INTRO
MIN MAX
MAIN
ENDING
/ rit.
1REPEAT
TOP
SWING &
JAZZ
DANCE
TRANSPOSE
RESET
FADE
IN/OUT
AUTO
FILL IN
START/STOP
MULTI PAD
OTS
LINK
METRONOME
DIGITAL
STUDIO
SOUND CREATOR
DIGITAL RECORDING
MARCH &
BALLROOM
WALTZ
MIXING CONSOLE
PART
MENU
DEMO
TAP TEMPO
TEMPO
HELP
RESET
STOP
FUNCTION
SYNC.
SYNC.
STOP
START
START/STOP
DIRECT
ACCESS
SUSTAIN
A
B
C
D
E
BALANCE
CHANNEL ON/OFF
PART
HARMONY/
ECHO
Druk op één van de effectknoppen om de corresponderende effecten aan te zetten. Druk er nogmaals
op om het effect weer uit te zetten. Zie voor een uitleg van elk van de effecten, hieronder.
■
TOUCH
Deze knop zet de touch response (aanslaggevoeligheid) van het toetsenbord aan of uit. Als dit is ingesteld op uit, wordt
hetzelfde volume geproduceerd onafhankelijk van hoe hard of hoe zacht u op het toetsenbord speelt.
■
SUSTAIN
Als deze Sustaineigenschap aan is, hebben alle noten die op het toetsenbord worden gespeeld een langere sustain
(uitsterftijd). U kunt ook de Sustaindiepte instellen (blz. 103).
DSP
MONOTOUCH
F
G
H
I
J
EXIT
VARIATION
VOICE EFFECT
HARMONY/
LEFT
MONOTOUCH
SUSTAIN
ECHO
HOLD
BACK NEXT
VOICE
ORGAN &
PIANO & HARPSI.
E.PIANO
MAIN
LAYER
LEFT
MUSIC
FINDER
DATA ENTRY
ACCORDION
BRASS
GUITAR
BASS
SYNTH.
STRINGS CHOIR & PAD
USER
ORGAN FLUTES
VH TYPE
SELECT
VOCAL
MIC.
SETTING
HARMONY
ONE TOUCH SETTING
UPPER OCTAVE
TALK
MIC.
OVER
SIGNAL
ENTER
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
DSP
VARIATION
PERCUSSION
WOODWIND
XG
RESET
EFFECT
■
DSP
De PSR-2100/1100/A1000 beschikt over een verscheidenheid aan dynamische ingebouwde digitale effecten, die u het geluid op verscheidene manieren laat bewerken. U
kunt DSP gebruiken om de voices op subtiele manieren te verbeteren — zoals door chorus toe te passen om levendigheid en diepte toe te voegen, of een symphonisch effect om
het geluid warmte en rijkheid te geven. DSP heeft ook effecten, zoals distortion, die het
karakter van het geluid compleet kunnen veranderen.
PSR-2100/1100/A1000
66
OPM.
De DSP- en VARIATION-ef-
fecttypes en hun diepte kunnen worden geselecteerd en
aangepast in de MIXING
CONSOLE-display (blz. 137).
Page 67
PITCH BEND
Het maximum pitchbendbereik kan worden gewijzigd
(blz. 136).
OPM.
MODULATION
Om per ongeluk toepassen
van modulatie te voorkomen,
stelt u de diepte in op minimaal.
OPM.
Voices
■
VARIATION
Deze regelaar wijzigt de Variation-effectinstellingen, waardoor u enkele aspecten van het effect kunt veranderen,
afhankelijk van het geselecteerde type. Als voorbeeld: als het Rotary Speakereffect is geselecteerd (blz. 137), kunt u
hiermee de draaisnelheid tussen langzaam en snel schakelen.
■
HARMONY/ECHO
Deze regelaar voegt Harmony- of Echo-effecten toe aan de voices die in het rechterhandgedeelte van het toetsenbord worden bespeeld (blz. 157).
■
MONO
Deze regelaar bepaalt of de voice monofoon (slechts een noot tegelijkertijd) of polyfoon
voor elke part (MAIN/LAYER/LEFT) wordt gespeeld. Dit is ingesteld op MONO als de
lamp aan is, en is ingesteld op polyfoon als de lamp uit is. Als het ingesteld is op MONO,
zal alleen de laatst gespeelde noot klinken. Hierdoor kunt u blaasintrumentvoices realistischer laten klinken. Afhankelijk van de geselecteerde voice, zal de MONO-instelling u
ook het Portamento-effect effectief laten gebruiken, als u legato speelt.
■
LEFT HOLD
Deze functie zorgt ervoor dat de voice van het linkergedeelte wordt vastgehouden, zelfs
als de toetsen worden losgelaten — hetzelfde effect als wanneer de sustainpedaal wordt
ingedrukt. Deze functie is vooral effectief als deze bij de automatische begeleiding wordt
gebruikt. Als u bijvoorbeeld een akkoord speelt en loslaat in het automatische begeleidingsgedeelte van het toetsenbord (met LEFT aan en de LEFT-voice ingesteld op strings),
zal de stringspart sustain krijgen, waardoor een natuurlijke rijkheid aan het totale begeleidingsgeluid wordt toegevoegd.
OPM.
Het Portamento-effect creëert
een vloeiende toonhoogte
overgang tussen achter elkaar
gespeelde noten.
U kunt speciale nadruk aan
de melodielijnen die u bij akkoorden speelt toevoegen,
door de Layerfunctie te gebruiken met een monofone
voice. Stel de Mainvoice in om
polyfoon te spelen en stel de
Layervoice in op monofoon
spel (MONO). In dit ge val, zal
de melodie die u speelt —
inclusief de bovenste noten
van elke van de akk oorden —
monofoon klinken.
Probeer dit eens uit met de
volgende voices.
MAIN voice: Brass Section
(polyfoon) + LAYER voice:
Sweet T rump (monofoon)
PITCH BEND-wiel & MODULATION-wiel
Gebruik het PSR-2100/1100/A1000 PITCH
BEND-wiel om de toonhoogte te verhogen
(draai het wiel van u af) of te verlagen (draai
het wiel naar u toe) terwijl u het toetsenbord
bespeelt. Het PITCH BEND-wiel is zelfcentrerend en zal automatisch terugkeren naar de
normale toonhoogte als deze wordt losgelaten.
De modulatiefunctie (alleen PSR-2100)
voegt een vibrato-effect toe aan de noten
die worden gespeeld op het toetsenbord.
Het MODULATION-wiel helemaal naar u
toe draaien, maakt de diepte van het effect
minimaal, terwijl het van u af draaien het
maximaal maakt.
De octaafinstelling aanpassen
De [UPPER OCTAVE]-knop maakt het u mogelijk de MAIN- en LAYER-parts tegelijkertijd
een octaaf omhoog of omlaag te transponeren.
UPPER OCTAVE
RESET
OPM.
Meer gedetailleerde octaafgerelateerde instellingen voor
elk van de parts kunnen worden gemaakt door de MIXING
CONSOLE-functie te gebruiken (blz. 136).
PSR-2100/1100/A1000
67
Page 68
81 2 3 4 5 6 7
81234567
81234567
Stijlen
De PSR-2100/1100/A1000 beschikt ook over stijlen (begeleidingspatronen) in een bonte mengeling aan verschillende
muzikale genres inclusief pop, jazz, latin en dance. Om ze te gebruiken is het enige dat u hoeft te doen akkoorden spelen met uw linkerhand en de geselecteerde begeleidingsstijl (style) die past bij uw muziek zal automatisch meespelen,
daarbij onmiddellijk de akkoorden volgend die u speelt. Probeer eens enkele van de verschillende stijlen te selecteren
(zie de afzonderlijke engelstalige Data List (Style List) ) en er mee te spelen.
STYLE CONTROL
ACMPINTRO
STANDBY
ON
STYLE CONTROL
ACMP
BREAK
BREAK
INTRO
Een stijl spelen
1
SONG
TRACK2TRACK
EXTRA
1REPEAT
TRACKS
(STYLE)(R)(L)
START/STOP
TOP
RECREW FF
NEW SONG SYNC. START
STYLE
SWING &
JAZZ
BALLROOM
POP & ROCK
DANCE
BALLADUSERLATIN
TRANSPOSE
TEMPO
RESET
MASTER VOLUME
MULTI PAD
FADE
IN/OUT
STYLE CONTROL
BREAK
ACMP
STANDBY
ON
INTRO
MIN MAX
MAIN
ENDING
SYNC.
SYNC.
/ rit.
STOP
START
AUTO
OTS
LINK
FILL IN
MAIN
SONG
TRACK2TRACK
EXTRATRACKS
(STYLE)(R)(L)
RECREW FF
NEW SONG SYNC. START
STYLE
POP & ROCK
BALLADUSERLATIN
MASTER VOLUME
MIN MAX
MAIN
ENDING
/ rit.
METRONOME
DIGITAL
STUDIO
SOUND CREATOR
DIGITAL RECORDING
MARCH &
WALTZ
MIXING CONSOLE
PART
MENU
DEMO
TAP TEMPO
HELP
RESET
STOP
FUNCTION
DIRECT
ACCESS
START/STOP
TOP
SWING &
JAZZ
DANCE
TRANSPOSE
RESET
FADE
IN/OUT
AUTO
FILL IN
BALANCE
CHANNEL ON/OFF
PART
METRO-
1REPEAT
NOME
START/STOP
MULTI PAD
OTS
LINK
A
B
C
D
E
BALLROOM
SYNC.
STOP
DIGITAL
STUDIO
SOUND CREATOR
A
DIGITAL RECORDING
MARCH &
WALTZ
TAP TEMPO
TEMPO
RESET
STOP
SYNC.
START
START/STOP
STYLE
POP & ROCKBALLROOM
B
MIXING CONSOLE
C
D
PART
MENU
E
DEMO
HELP
FUNCTION
BALANCE
DIRECT
ACCESS
CHANNEL ON/OFF
PART
F
G
H
I
J
BALLADUSERLATIN
EXIT
VOICE EFFECT
LEFTHOLD
BACKNEXT
VOICE
SWING &
PIANO & HARPSI.
MAIN
JAZZ
GUITAR
LAYER
STRINGSCHOIR & PAD
LEFT
USER
MUSIC
DANCE
FINDER
MIC.
VH TYPE
SELECTOVERSIGNAL
ENTER
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
DATA ENTRY
HARMONY/
SUSTAIN
ECHO
E.PIANO
BASS
ORGAN FLUTES
VOCAL
MIC.
SETTING
HARMONY
ONE TOUCH SETTING
ENDING
/ rit.
AUTO
FILL IN
VOICE EFFECT
LEFT
HARMONY/
SUSTAIN
ECHO
HOLD
BACKNEXT
VOICE
PIANO & HARPSI.
MAIN
F
LAYER
G
LEFT
H
I
J
MUSIC
FINDER
EXIT
DATA ENTRY
DSP
VARIATION
MONOTOUCH
ORGAN &
PERCUSSION
ACCORDION
BRASS
WOODWIND
SYNTH.
XG
UPPER OCTAVE
RESET
TALK
EFFECT
E.PIANO
GUITAR
BASS
STRINGS CHOIR & PAD
ORGAN FLUTES
USER
MIC.
VOCAL
MIC.
VH TYPE
SETTING
SELECT
HARMONY
OVER
SIGNAL
ONE TOUCH SETTING
ENTER
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
MARCH &
WALTZ
ORGAN &
ACCORDION
BRASS
SYNTH.
OTS
LINK
MONOTOUCH
TALK
UPPER OCTAVE
SYNC.
SYNC.
STOP
START
START/STOP
DSP
VARIATION
PERCUSSION
WOODWIND
XG
RESET
EFFECT
2
OPM.
BACKNEXT
Zie voor een overzicht
van de beschikbare begeleidingsstijlen, de afzonderlijke Data List.
2-1 Selecteer een locatie
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
Als u de display van een lagere directory
heeft geopend, laat deze knop (UP) u de
directory erboven oproepen, waarvandaan u stijlgroepen kunt selecteren.
(PRESET, USER,
FLOPPY DISK) voor
het opslaan van de
stijl.
2-2 Selecteer een stijl.
PSR-2100/1100/A1000
68
Page 69
Stijlen
3
automatische begeleidingsgedeelte van het toetsenbord. (Afhankelijk van de instellingen, kan dit het bereik zijn van de Leftvoice, of het gehele toetsenbord.)
Als de [ACMP]-knop is ingesteld op aan, kunt u akk oor den spelen/aange ven via het
STYLE CONTROL
ACMPINTRO
BREAK
4
STYLE CONTROL
ACMPINTRO
5
Het tempo kan worden aangepast met de TEMPO [ ][ ]- of
[T AP TEMPO]-knop.
Als u op de [T AP TEMPO]-knop
tikt, zal het tempo worden aangepast aan het tempo dat u tikt.
BREAK
Zodra u een akkoord in het automatische begeleidingsgedeelte speelt, begint de stijl.
Zie voor details over akkoordvingerzettingen blz. 71.
MAIN
MAIN
ENDING
/ rit.
AUTO
FILL IN
Zet SYNC. START aan.
ENDING
/ rit.
AUTO
FILL IN
Splitpunt
Automatische begeleidingsgedeelte
OTS
LINK
OTS
LINK
SYNC.
STOP
SYNC.
STOP
SYNC.
START
SYNC.
START
START/STOP
START/STOP
OPM.
U kunt het toetsbereik voor
de automatische begeleiding
instellen (blz. 152).
OPM.
Sync. Start
Dit aanzetten stelt u in staat
de stijl gewoon te starten
door het toetsenbord te bespelen.
OPM.
• U kunt de ritmekanalen
(tracks) van de stijl starten
door op de [ST ART/STOP]-knop te drukken.
• De ritmekanalen van de stijl
kunnen ook worden gestart
door op de [T AP TEMPO]-
knop te tikken. Terwijl de
stijl stil staat, tikt u drie, vier
of vijf keer op de [T AP TEMPO]-knop (drie voor
een 3/4 maat, vier voor een
2/4 of 4/4 maat, vijf voor
een 5/4 maat).
OPM.
Als u gelijktijdig begeleidingsstijlen afspeelt met een song,
zullen de begeleidingsparts
die bij de song zijn opgenomen (kanalen 9 - 16) tijdelijk
worden vervangen door de
6
SYNC.
STOP
Stop de stijl.
SYNC.
START
START/STOP
END
Zet ACMP uit.
STYLE CONTROL
ACMPINTROBREAK
geselecteerde begeleidingsstijl — waardoor u verschillende begeleidingen bij de song
kunt uitproberen en gebruiken
(blz. 86).
Begeleidingsstijlkarakteristieken
Het begeleidingsstijltype en zijn bepalende karakteristieken worden aangegeven boven de stijlnaam.
Session!
Deze stijlen voorzien in een nog groter realisme en authentieke begeleiding door originele akkoordsoorten en -wijzigingen te mengen, alsook
speciale riffs met akkoordwijzigingen, met de Main gedeelten. Deze zijn geprogrammeerd om “te kruiden” en een professionele touch aan
uw spel van bepaalde songs en aan bepaalde genres toe te voegen. Het gevolg hiervan kan zijn dat de stijlen niet per se geschikt — of zelfs
harmonisch correct — zijn voor alle songs en voor alle akkoorden die gespeeld worden. In enkele gevallen bijvoorbeeld, kan het spelen van
een eenvoudige mineur drieklank resulteren in een septiem akkoord, of het spelen van een on-bass akk oord kan resulteren in een onjuiste of
onverwachte begeleiding.
Piano Combo! (diskette: alleen bij de PSR-A1000)
Deze begeleidingsstijlen beschikken over een basis pianotrio (piano , bas en drums), in enkele gevallen aangevuld met andere instrumenten.
Aangezien dit klinkt als een klein combo, is de begeleiding gepast eenvoudig, waardoor deze bruikbaar en effectief is voor een grote verscheidenheid aan songs.
PSR-2100/1100/A1000
69
Page 70
Stijlen
Alleen de ritmekanalen van een stijl afspelen
Selecteer een stijl (blz. 68).
1
2
STYLE CONTROL
ACMPINTRO
BREAK
Ingesteld op uit.
MAIN
ENDING
/ rit.
AUTO
FILL IN
OTS
LINK
SYNC.
STOP
Het ritme begint.
SYNC.
START
START/STOP
OPM.
De ritmekanalen maken
deel uit van de stijlen. Elke
stijl heeft verschillende ritmepatronen.
OPM.
U kunt het ritme ook gewoon starten door een toets
op het toetsenbord te bespelen, als Sync Start aan
staat (zet de [SYNC. START]-knop aan).
Meespelen met het afspelen van het ritme.
3
Het tempo kan worden aangepast met de TEMPO [][]- of [TAP TEMPO]-knoppen.
Als u op de [TAP TEMPO]-knop tikt, zal het tempo worden aangepast aan het tempo dat u tikt.
Druk nogmaals op de STYLE [START/STOP]-
END
knop om het ritme afspelen te stoppen.
De volumebalans/kanaalonderdrukking (mute) aanpassen
BALANCE-display
Roept de
BALANCEdisplay op.
BALANCE
MULTI PAD-part
STYLE-part (Automatische
begeleidingsgedeelte)
SONG-part
Past het uitgangsniveau van de part aan.
MIC part (alleen PSR-2100)
Parts die gespeeld worden
via het toetsenbord (MAIN/
LAYER/LEFT)
CHANNEL ON/OFF
PART
Roept de
Channel ON/
OFF-display
op.
PSR-2100/1100/A1000
70
CHANNEL ON/OFF-display
Roep de STYLE-display op door op de [CHANNEL ON/OFF]-knop
te drukken, en zet dan het instrument dat u wilt annuleren uit.
OPM.
Kanaal
Verwijst naar het MIDI-kanaal in de songdata (blz.
173). De kanalen zijn toegewezen zoals hieronder aangegeven.
Song
1 - 16
Begeleidingsstijl
9 - 16
Page 71
Stijlen
Akkoordvingerzettingen
Het afspelen van de stijl kan worden bestuurd door de akkoorden die u links van het splitpunt speelt. Er zijn 7 soorten
vingerzettingen, zoals hieronder wordt beschreven. Ga naar de CHORD FINGERING-pagina (blz.153) en selecteer de
akkoordvingerzettingen. De pagina laat zien hoe de akkoorden met uw linkerhand te spelen.
SINGLE FINGER
Single Finger-begeleiding maakt het makkelijk om een prachtig georkestreerde begeleiding te produceren met majeur,
septiem, mineur en mineur-septiem akkoorden, door een minimum aantal toetsen te bespelen in het begeleidingsgedeelte
van het toetsenbord. De ingekorte akkoordvingerzettingen die hieronder worden beschreven worden gebruikt.
Voor een majeur akkoord, drukt u alleen op de
grondtoontoets.
C
Voor een septiem akkoord, drukt u tegelijkertijd op
de grondtoontoets en een witte toets links daarvan.
C7
MULTI FINGER
De MULTI FINGER-mode detecteert automatisch SINGLE FINGER- of FINGERED-akkoordvingerzettingen, zodat u beide types kunt gebruiken zonder de vingerzettingsmode om te
hoeven schakelen. Als u mineur, septiem, of mineur-septiem akkoorden wilt spelen en de
SINGLE FINGER-bediening wilt gebruiken in de MULTI FINGER-mode, druk dan altijd op
de witte/zwarte toets(en) die zich het dichtst bij de grondtoon van het akkoord bevinden.
Voor een mineur akkoord, drukt u tegelijkertijd op de
grondtoontoets en een zwarte toets links daarvan.
Cm
Voor een mineur-septiem akkoord, drukt u tegelijkertijd op de
grondtoontoets en een witte en een zwarte toets links daarvan.
Cm7
OPM.
Akkoorddetectie in de AI Full
Keyboard Mode vindt plaats
met intervallen van ongeveer
een achtste noot. Extreem korte akkoorden — minder dan 1/8
noot in lengte — kunnen niet
worden gedetecteerd.
FINGERED
Deze mode laat u een begeleiding produceren door volledige akkoorden in het automatische begeleidingsgedeelte van het toetsenbord te spelen. De FINGERED-mode herkent
de verscheidene akkoordsoorten opgesomd op de volgende bladzijde.
FINGERED ON BASS
Deze mode accepteert dezelfde vingerzettingen als de FINGERED-mode, maar de laagste
noot die in het automatische begeleidingsgedeelte van het toetsenbord wordt gespeeld,
wordt gebruikt als de basnoot, waardoor u “on bas”-akkoorden kunt spelen. Om bijvoorbeeld een C-op-E-akkoord aan te geven, speelt u een C-majeur akkoord met de E als de
laagste noot (E, G, C).
FULL KEYBOARD
Deze methode detecteert akkoorden in het gehele toetsbereik. Akkoorden worden gedetecteerd op een manier die overeenkomt met FINGERED, zelfs als u een split gebruikt tussen uw linker- en rechterhand — als u bijvoorbeeld een basnoot speelt met uw linker-
OPM.
In Full Keyboard Mode worden akkoorden gedetecteerd
op basis van de laagste en
de één na laagste noot die u
speelt. Als de twee laagste
noten binnen een enkel octaaf vallen, bepalen deze
twee noten het akkoord. Als
de laagste noot en de één na
laagste noot meer dan een
octaaf uit elkaar liggen, wordt
de laagste noot de bas en het
akkoord wordt bepaald door
de één na laagste noot en de
andere noten die in hetzelfde
octaaf worden gespeeld.
hand en een akkoord met uw rechterhand, of als u een akkoord speelt met uw linkerhand
en een melodie met uw rechterhand.
AI FINGERED
Deze mode is in principe gelijk aan FINGERED, met uitzondering van het feit dat er minder dan drie noten kunnen worden gespeeld om het akkoord aan te geven (gebaseerd op
Als deze geavanceeerde automatische begeleidingsmode wordt geactiveerd, zal de PSR-2100/1100/A1000 automatisch
een passende begeleiding creëren, terwijl het bijna niet uitmaakt wat u speelt, waar dan ook op het toetsenbord, met
beide handen. U hoeft zich geen zorgen te maken over het aangeven van de beleidingsakkoorden. Ofschoon de AI Full
Keyboard-mode is ontworpen om met vele songs te werken, kan het zijn dat enkele arrangementen niet geschikt zijn
voor gebruik met deze functie. Deze mode is gelijk aan FULL KEYBOARD, met uitzondering van het feit dat er minder
dan drie noten kunnen worden gespeeld om de akkoorden aan te geven (gebaseerd op het voorgaand gespeelde akkoord, enz.). None- en undecime-akkoorden kunnen niet worden gespeeld.
PSR-2100/1100/A1000
71
Page 72
]
Stijlen
Akkoordsoorten die herkend worden in de FINGERED-mode (Voorbeelden van “C”-akkoorden)
• Als u drie willekeurige aangrenzende toetsen (inclusief
de zwarte toetsen) speelt,
wordt het geluid van het akkoord geannuleerd en zullen alleen de ritme-instrumenten verder spelen
(Chord Cancel (=akkoord
annuleer)-functie). Hierdoor
kunt u alleen het ritme laten
spelen.
• Het spelen van twee dezelfde grondtonen in aangrenzende octaven geeft
een op de grondtoon gebaseerde begeleiding.
• Een reine kwint (1 + 5) produceert een begeleiding
gebaseerd op de grondtoon en de kwint.
• De automatische begeleidingsstijl zal soms niet veranderen als achtereenvolgens gerelateerde akkoorden worden gespeeld (bijv .
sommige mineur akkoorden gevolgd door de
mineur-septiem).
• U kunt ook zorgen dat de
PSR-2100/1100/A1000 u
“leert” hoe de FINGERED
akkoorden te spelen. V anuit
de CHORD FINGERINGdisplay (blz. 153), geeft u
het akkoord aan dat u wilt
leren, en de noten die gespeeld moeten worden,
worden aangeven in de display.
( )
* Alleen deze ligging (inversie) wordt herkend. Overige akkoorden die niet zijn voorzien van een asterisk kunnen in elke willekeurige inv ersie worden gespeeld.
PSR-2100/1100/A1000
72
Page 73
Stijlen
De stijlpatronen arrangeren
(SECTIES: MAIN A/B/C/D, INTRO, ENDING, BREAK)
De PSR-2100/1100/A1000 beschikt over verscheidene soorten van automatische begeleidingssecties die u in staat stellen het arrangement van de stijl te variëren. Dit zijn: INTRO,
MAIN, BREAK en ENDING. Door daartussen te schakelen terwijl u speelt, kunt u makkelijk
de dynamische elementen van een professioneelklinkend arrangement maken in uw spel.
Selecteer een stijl (blz. 68).
1
2
2-1 Zet de ACMP-functie aan.
STYLE CONTROL
ACMPINTRO
BREAK
MAIN
ENDING
/ rit.
AUTO
FILL IN
OTS
LINK
SYNC.
STOP
SYNC.
START
START/STOP
2-3 Zet de SYNC. START-functie aan.
2-2 Druk op de [INTRO]-knop . Om de INTR O-sectie te annuleren v oordat
de stijl gestart wordt, drukt u nogmaals op de [INTRO]-knop.
De INTRO-sectie begint, zodra u een toets speelt in het automatische bege-
3
leidingsgedeelte van het toetsenbord, en gaat over in de MAIN-sectie.
Splitpunt
Automatische begeleidingsgedeelte
4
MAIN-secties kunnen verschoven worden.
STYLE CONTROL
ACMPINTRO
BREAK
Druk op deze knop om breaks toe te voegen.
MAIN
ENDING
/ rit.
AUTO
FILL IN
OTS
LINK
SYNC.
STOP
SYNC.
START
START/STOP
OPM.
U kunt deze functie ook gebruik om alleen ritmes te
spelen (blz. 70).
OPM.
• Als u op de [INTRO]knop drukt, kunt u een
INTRO-sectie afspelen,
terwijl een begeleiding
speelt.
• Sectieknopindicaties —
[BREAK], [INTRO],
[MAIN], [ENDING]-knop-
pen
De LED is groen
— De sectie is niet geselecteerd.
De LED is rood
— De sectie is momenteel geselecteerd.
De LED is uit
— Geen sectiedata; de
sectie kan niet worden
gespeeld.
• U kunt dynamisch het niveau van de begeleiding
regelen door zacht of
hard de toetsen in het automatische begeleidingsgedeelte van het toetsenbord te bespelen (blz. 152).
• Als u op de [SYNC. START]-knop drukt, terwijl een begeleiding
speelt, zal de begeleiding
stoppen en de PSR2100/1100/A1000 zal de
Synchro Start standby
status activeren.
• U kunt de stijlsecties ook
wijzigen met behulp van
het pedaal (blz. 153).
• De BREAK-sectie laat u
dynamisch variaties en
breaks aan het ritme van
de begeleiding toevoegen, om zo uw spel nog
professioneler te laten
klinken. Als u op de
[BREAK]-knop drukt, terwijl een begeleiding
speelt, zal de fill-in gedurende één maat spelen.
• De indicator van de bestemmingssectie (MAIN
A/B/C/D) zal knipperen
terwijl de BREAK speelt.
• Als de [AUTO FILLIN]-
knop is ingesteld op aan,
en de MAIN [A][B] [C][D]-
knop wordt ingedrukt na
de laatste halve tel (achtste noot) van de maat,
zal de fill-in vanaf de volgende maat spelen.
PSR-2100/1100/A1000
73
Page 74
Stijlen
OPM.
Hierdoor wordt naar de ENDING-sectie geschakeld. Als de ENDING klaar is, stopt de
5
STYLE CONTROL
ACMPINTRO
stijl automatisch. U kunt de ENDING geleidelijk laten vertragen (ritardando) door nogmaals op dezelfde [ENDING/rit.]-knop te drukken, terwijl de ENDING speelt.
BREAK
MAIN
ENDING
/ rit.
AUTO
FILL IN
OTS
LINK
SYNC.
STOP
SYNC.
START
START/STOP
Fade-in/Fade-out
De begeleidingsstijl beschikt ook over een handige Fade-in/Fade-out functie waarmee u
de begeleiding geleidelijk kunt in- en uitfaden. Om de stijl te beginnen met een fade-in,
drukt u op de [FADE IN/OUT] knop, en zet dan SYNC. START aan. Om de fade-in te annuleren voordat de stijl begint, drukt u nogmaals op deze knop.
Om de stijl uit te faden en te stoppen, drukt u op deze knop terwijl de stijl speelt. De tijd
van de Fade-in/Fade-out kan ook worden ingesteld (blz. 162).
Het afspelen van de stijl stoppen als u de toetsen loslaat (SYNC. STOP)
Als de Synchro Stopfunctie is geactiveerd, zal het afspelen van de stijl volledig stoppen als
u alle toetsen in het automatische begeleidingsgedeelte van het toetsenbord loslaat. Het afspelen van de stijl zal weer beginnen zodra er een toets in het automatische begeleidingsgedeelte wordt gespeeld.
Zet ACMP (begeleiding) aan.
1
Zet SYNC. STOP aan. SYNC. START wordt ook automatisch ingesteld als
2
SYNC. STOP wordt aangezet.
STYLE CONTROL
ACMPINTRO
BREAK
MAIN
ENDING
/ rit.
AUTO
FILL IN
OTS
LINK
SYNC.
STOP
SYNC.
START
START/STOP
• Stijlen kunt ook worden
gestart door op de STYLE [START/STOP]-knop te
drukken.
• U kunt het INTRO- en
ENDING-type selecteren
door op de [E]-knop in het
MAIN-venster te drukken
(blz. 75).
• Als u op de [INTRO]-knop
drukt, terwijl de ending
speelt, zal de INTROsectie beginnen te spelen
zodra de ENDING klaar is.
• Als de [AUTO FILLIN]-
knop is ingesteld op aan
en u drukt op een MAIN-
knop terwijl de ENDING
speelt, zal de fill-in begeleiding onmiddellijk beginnen te spelen, gevolgd
door de MAIN-sectie.
• U kunt de begeleiding
starten door de ENDING
te gebruiken in plaats van
de INTRO-sectie. In dit
geval, stopt de automatische begeleiding niet als
de ENDING klaar is.
• Als u een andere stijl selecteert, terwijl de stijl niet
speelt, zal het “standaard”-tempo voor die stijl
ook worden geselecteerd.
Als de stijl speelt, wordt
hetzelfde tempo gehandhaafd, zelfs als u een andere stijl selecteert.
• Als STOP ACMP is ingesteld op aan en de begeleiding speelt niet, kunt u
zowel akkoorden als de
bas in het automatische
begeleidingsgedeelte van
het toetsenbord spelen
(blz. 152).
3
4
5
PSR-2100/1100/A1000
74
Zodra u een akkoord speelt met uw linkerhand, begint de stijl.
Splitpunt
Automatische begeleidingsgedeelte
De stijl stopt als u uw linkerhand van de toetsen haalt.
Een akkoord spelen met uw linkerhand start automatisch de
stijl weer.
Druk nogmaals op de
[SYNC. STOP]/[SYNC. START]-
END
knop om de stijl te stoppen.
OPM.
U kunt de SYNC. STOPfunctie ook gebruiken door
kort toetsen in het automatische begeleidingsgedeelte/linkerhandbereik in te
drukken (blz. 152).
OPM.
Synchro Stop kan niet op
aan worden ingesteld als de
vingerzettingsmode is ingesteld op FULL KEYBOARD/
AI FULL KEYBOARD , of de
automatische begeleiding
op het paneel is ingesteld
op uit.
Page 75
INTRO en ENDING-types selecteren (INTRO/ENDING)
1
A
B
C
D
E
Stijlen
OPM.
Om de [MAIN]-display op te
roepen, drukt u eerst op de
[DIRECT ACCES]-knop en
vervolgens op de [EXIT]knop.
2
Selecteer een INTRO
D
E
Selecteer een ENDING
3
Automatisch Fill-inpatronen spelen als er van
begeleidingssectie wordt veranderd — Auto Fill In
STYLE CONTROL
1
2
ACMPINTRO
Speel de stijl en schakel tussen de begeleidingssecties terwijl ze spelen
(blz. 34, 35).
BREAK
Fill-in patronen worden automatisch gespeeld bij elke wijziging in de
MAIN-sectie.
END
Om de Auto Fill te annuleren, drukt u nogmaals op de [AUTO FILLIN]-knop.
MAIN
ENDING
/ rit.
AUTO
FILL IN
OTS
LINK
SYNC.
STOP
SYNC.
START
Speel de stijl met de
INTRO- of ENDINGsectie (blz 34, 35).
OPM.
Fill
Een korte frase die wordt gebruikt om variatie in de stijl
aan te brengen.
START/STOP
OPM.
U kunt ook een fill-in toevoegen door nogmaals op
de geselecteerde MAINknop te drukken.
OPM.
U kunt tijdelijk de Auto Fill In
uitschakelen, tijdens het
spelen, door twee keer snel
op de volgende MAINsectieknop te drukken.
PSR-2100/1100/A1000
75
Page 76
Stijlen
81 2 3 4 5 6 7
Passende paneelinstelling voor de geselecteerde stijl
(ONE TOUCH SETTING) (alleen PSR-2100/1100)
De handige One Touch Setting-functie maakt het u makkelijk om voices en effecten te selecteren die geschikt zijn voor de stijl die u
speelt. Elke preset stijl heeft vier voorgeprogrammeerde paneelsetups die u met het drukken op een enkele knop kunt selecteren.
SONG
EXTRA
TRACK2TRACK
TRACKS
(STYLE)(R)(L)
RECREW FF
NEW SONG SYNC. START
STYLE
POP & ROCK
BALLADUSERLATIN
MASTER VOLUME
STYLE CONTROL
BREAK
ACMP
STANDBY
ON
Selecteer een stijl (blz. 68).
1
Druk op één van de ONE TOUCH SETTING-knoppen ([1] - [4]).
2
INTRO
MIN MAX
MAIN
ENDING
/ rit.
1REPEAT
TOP
SWING &
JAZZ
DANCE
TRANSPOSE
RESET
FADE
IN/OUT
AUTO
FILL IN
START/STOP
MULTI PAD
OTS
LINK
METRONOME
DIGITAL
STUDIO
SOUND CREATOR
A
DIGITAL RECORDING
MARCH &
BALLROOM
WALTZ
TAP TEMPO
TEMPO
RESET
STOP
SYNC.
SYNC.
STOP
START
START/STOP
MIXING CONSOLE
FUNCTION
B
C
D
PART
MENU
E
DEMO
HELP
BALANCE
DIRECT
ACCESS
CHANNEL ON/OFF
PART
F
G
H
I
J
EXIT
VOICE EFFECT
LEFT
HARMONY/
SUSTAIN
ECHO
HOLD
BACK NEXT
VOICE
PIANO & HARPSI.
MAIN
LAYER
LEFT
MUSIC
FINDER
DATA ENTRY
E.PIANO
GUITAR
BASS
STRINGS CHOIR & PAD
USER
ORGAN FLUTES
MIC.
VOCAL
MIC.
VH TYPE
HARMONY
SETTING
SELECT
OVER
SIGNAL
ONE TOUCH SETTING
ENTER
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
De LED is rood — De One Touch Setting is momenteel geselecteerd.
ONE TOUCH SETTING
De LED is uit — Geen One
Touch Settingdata. De knop
is niet beschikbaar.
De LED is groen — De One Touch Setting is niet geselecteerd.
Verscheidene instellingen (zoals voices, effecten, enz.) die passen bij
de geselecteerde stijl kunnen onmiddellijk worden opgeroepen. Als
de stijl niet speelt, zullen de automatische begeleiding en Sync. Start
automatisch worden aangezet.
Zie voor details over de One Touch Setting parameters, de afzonderlijke Data List (Parameter Chart).
ACCORDION
DSP
VARIATION
MONOTOUCH
ORGAN &
PERCUSSION
BRASS
WOODWIND
XG
SYNTH.
UPPER OCTAVE
RESET
EFFECT
TALK
ONE TOUCH SETTING
Zodra u een akkoord
3
speelt met uw linkerhand,
begint de automatische
begeleiding.
Splitpunt
Automatische begeleidingsgedeelte
4
STYLE CONTROL
ACMPINTRO
5
PSR-2100/1100/A1000
76
Stop de automatische begeleiding.
BREAK
MAIN
ENDING
/ rit.
AUTO
FILL IN
OTS
LINK
SYNC.
STOP
SYNC.
START
Probeer eens andere One Touch Setting setups uit. U kunt ook uw eigen
One Touch Setting setups creëren (blz. 77).
ONE TOUCH SETTING
START/STOP
Page 77
Stijlen
Automatisch de One Touch Settings veranderen met de secties — OTS Link
De handige OTS (One Touch Setting) Linkfunctie laat u automatisch de One Touch Settings wijzigen als u een andere
MAIN-sectie (A - D) selecteert.
OPM.
1
AUTO
FILL IN
OTS
LINK
Als u tussen de MAIN-secties (A - D) schakelt,
2
zal de corresponderende One Touch Setting
automatisch worden opgeroepen.
De Main secties A, B, C en D komen overeen
met respectievelijk de One Touch Settings 1, 2,
3 en 4.
De One Touch Settings kunnen met twee verschillende
timings worden ingesteld
om met de secties te veranderen (blz. 152):
• Onmiddellijk als u op een
sectieknop drukt.
• Bij de volgende maat (in
een begeleidingsstijl), nadat u op een sectieknop
drukt.
END
Om de OTS Linkfunctie te annuleren, drukt u nogmaals op de [OTS LINK]-knop.
De paneelregelaars in een One Touch Setting registreren (ONE TOUCH SETTING)
Dit gedeelte behandelt hoe u uw eigen One Touch Setting setups (vier setups per stijl) kunt creëren. Zie voor een overzicht van One Touch Setting setupparameters, de afzonderlijke Data List (Parameter Chart).
Selecteer een stijl.
1
Druk op één van de ONE TOUCH SETTING-knoppen: [1] tot [4].
4
ONE TOUCH SETTING
De items die u kunt registreren in een One Touch Setting zijn voice-, harmony-, multi pad- en pedaalinstellingen.
Stel de paneelregelaars,
2
zoals het selecteren van
een voice, in zoals gewenst.
3
Druk op de
[MEMORY]-knop.
MEMORY
END
Er verschijnt een boodschap die u vraagt of u de huidige stijl op wilt slaan.
Selecteer “YES” om de STYLE-display op te roepen, en sla vervolgens de
paneelinstellingen op (blz. 44, 52).
OPM.
De geregistreerde instellingen
zullen worden gewist als u
een andere begeleidingsstijl
selecteert, tenzij u hier de
paneelinstellingen opslaat.
PSR-2100/1100/A1000
77
Page 78
Stijlen
81 2 3 4 5 6 7
81234567
Ideale setups voor uw muziek oproepen — Music Finder
(alleen PSR-2100/1100)
De Music Finderfunctie laat u onmiddellijk de geschikte instellingen voor het instrument oproepen — inclusief voice, stijl en One Touch Settings — door eenvoudig de gewenste songtitel te
selecteren. Als u een bepaalde song wilt spelen, maar u weet niet welke stijl- en voice-instellingen geschikt zijn, zal de handige Music Finderfunctie u helpen. De aanbevolen instellingen, die
samen een “record” vormen, kunnen ook worden bewerkt en opgeslagen. Dit laat u uw eigen
Music Finder-records creëren en opslaan om ze later te kunnen terugroepen.
SONG
EXTRA
TRACK2TRACK
TRACKS
(STYLE)(R)(L)
RECREW FF
NEW SONG SYNC. START
STYLE
POP & ROCK
BALLADUSERLATIN
MASTER VOLUME
STYLE CONTROL
BREAK
ACMP
STANDBY
ON
INTRO
MIN MAX
MAIN
ENDING
/ rit.
1
1REPEAT
TOP
SWING &
JAZZ
DANCE
TRANSPOSE
RESET
FADE
IN/OUT
AUTO
FILL IN
START/STOP
MULTI PAD
OTS
LINK
BALLROOM
TEMPO
RESET
STOP
SYNC.
SYNC.
STOP
START
MUSIC
FINDER
METRONOME
MARCH &
WALTZ
TAP TEMPO
START/STOP
Selecteer een record. Selecteer bijvoorbeeld
de bovenste record door op de [1▲▼]-knop te
2
drukken om de aanbevolen setups op te roepen.
De instellingsdata die hier zijn te zien worden
een “record” genoemd.
Selecteer een
record via de
songtitel.
Als de records
op songtitel zijn
gesorteerd, gebruik dan de
[1▲▼]-knop
om alfabetisch
omhoog of omlaag door de
songs te springen. Druk tegelijkertijd op de
[▲▼]-knoppen
om de cursor
naar de eerste
record te verplaatsen.
Selecteer een record via de stijlnaam. Als de
records op stijlnaam zijn gesorteerd, druk dan
op deze knoppen om de cursor naar de volgende/voorgaande stijl te verplaatsen. Druk
tegelijkertijd op de [▲▼]-knoppen om de cursor naar de eerste record te verplaatsen.
DIGITAL
STUDIO
SOUND CREATOR
DIGITAL RECORDING
MIXING CONSOLE
PART
MENU
DEMO
HELP
FUNCTION
BACK NEXT
MAIN
A
B
C
D
E
BALANCE
DIRECT
ACCESS
CHANNEL ON/OFF
PART
F
LAYER
G
LEFT
H
I
J
MUSIC
FINDER
EXIT
DATA ENTRY
All ..........................Laat alle records zien.
FAVORITE................Laat de records zien die zijn toegevoegd aan de “Fav orite” pagina.
SEARCH1,2............Laat het resultaat van de SEARCH(zoek) functie zien (blz. 79).
F
G
H
I
J
MUSIC
VOICE EFFECT
LEFTHOLD
VOICE
PIANO & HARPSI.
GUITAR
STRINGSCHOIR & PAD
USER
MIC.
VH TYPE
SELECT
OVER
SIGNAL
ENTER
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
HARMONY/
SUSTAIN
ECHO
FINDER
ORGAN &
E.PIANO
ACCORDION
BASS
ORGAN FLUTES
VOCAL
MIC.
SETTING
HARMONY
ONE TOUCH SETTING
DSP
VARIATION
MONOTOUCH
PERCUSSION
WOODWIND
BRASS
XG
SYNTH.
UPPER OCTAVE
RESET
TALK
EFFECT
De records sorteren
MUSIC..........De records worden gesorteerd op songtitel.
STYLE.......... De records worden gesorteerd op stijlnaam.
BEAT..............De records worden gesorteerd op maatsoort.
TEMPO.......De records worden gesorteerd op tempo.
Wijzigt de volgorde van de records (oplopend
of aflopend).
Voegt de geselecteerde record toe aan de “Favo-
rite (Bookmark)”-pagina
Als u op de [H]-knop drukt, zal de “Add selected data to the favorite list? YES/NO”-mededeling worden
Laat het
aantal records
van elke
pagina zien.
weergegeven. Selecteer [YES] om de geselecteerde
pagina aan de “FAVORITE”-pagina toe te voegen.PSR-2100/1100: Selecteer, om een toegevoegde record te wissen, de record in de “FAVORITE”-pagina
en druk op de [H](DELETE FROM FAVORITE]-knop
Record(s) zoeken. Voer de voorwaarden van het zoeken in
in de MUSIC FINDER SEARCH-display (blz. 79). De resultaten van SEARCH 1 of 2 verschijnen respectievelijk in de
“SEARCH 1”- of “SEARCH 2”-pagina.
Roepen de MUSIC FINDER RECORD EDIT (blz. 80)-display op
(voor het bewerken van de geselecteerde record).
Zetten TEMPO LOCK aan/uit. De TEMPO LOCK-functie laat u
tempowijzigingen tijdens het stijlafspelen vermijden, als er een andere record wordt geselecteerd. De aan/uit-instelling heeft invloed
op alle pagina’s (ALL/FAVORITE/SEARCH 1/SEARCH 2).
OPM.
De MUSIC FINDER-records
en hun inhoud zijn slechts
één voorbeeld van de aanbevolen paneelsetups. U
kunt ook uw eigen Music
Finder-instellingen voor uw
favoriete songs en genres
creëren.
3
PSR-2100/1100/A1000
78
Speel de stijl (blz. 69).
OPM.
Records kunnen worden
geselecteerd met de [DATA
ENTRY]-dial en door op de
[ENTER]-knop te drukken.
Page 79
De ideale setups zoeken — Music Finder Search
81234567
U kunt records zoeken op muziektitel of trefwoorden. De resultaten verschijnen in de display.
Stijlen
Druk op de
1
[I] (SEARCH 1)-
knop of
[J] (SEARCH 2)knop in de
MUSIC FINDERdisplay.
Voer de voorwaar-
2
den voor het zoeken (zie hieronder) in, en start
vervolgens het
zoeken met de
[START SEARCH]knop.
Start het zoeken naar de
record. De resultaten waarbij aan alle voorwaarden
worden voldaan verschijnen in de SEARCH-pagina.
Zie, voor details over de
zoek-instellingen in deze
display, hieronder.
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
■ [A] MUSIC
Zoekt op muziek- of songtitel. Druk op deze knop om de display voor het
invoeren van de songtitel op te roepen.
Als u de songtitel invoert (blz. 53), roept de zoekfunctie alle records op die het
ingevoerde woord of woorden bevat.
■ [B] KEYWORD
Zoekt op trefwoord. Druk op deze knop om de display voor het invoeren van
het trefwoord op te roepen.
Als u het trefwoord invoert (blz. 53) roept de zoekfunctie alle records op die het ingevoerde woord of woorden bevat. U
kunt verscheidene verschillende trefwoorden tegelijkertijd zoeken, door er een scheidingsteken (komma) tussen te
zetten. De zoekfunctie vindt alle records die ten minste één van de trefwoorden bevat en laat ze zien.
■ [C] STYLE
Zoekt op stijlnaam. Druk op deze knop om de STYLE FILE SELECT-display op te roepen.
Druk op de [A] tot [J]-knop in de display om de gewenste begeleidingsstijl te selecteren.
Deze handige functie laat u alle songs vinden die een bepaalde begeleidingsstijl gebruiken.
■ [D] BEAT
Zoekt op maatsoort of ritmisch gevoel.
OPM.
De STYLE FILE SELECT-display kan alleen worden gebruikt om de stijlnaam voor
het zoeken te selecteren; het
kan niet worden gebruikt om
de feitelijke begeleidingsstijl
op te roepen.
■ [E] SEARCH AREA
Selecteert een bepaalde locatie voor het zoeken. U kunt uw zoekactie verder begrenzen door de SEARCH 1 en 2
selecties te gebruiken.
■ [F]~[H] CLEAR
Wist het ingevoerde item aan de linkerkant.
■ [1▲▼] TEMPO FROM (vanaf)
U kunt uw zoekactie ook begrenzen door een tempobereik te bepalen. Hiermee stelt u het minimum tempo in voor de
zoekactie. Druk de [
▲▼]-knoppen tegelijkertijd in om de tempowaarde terug te zetten naar het minimum.
■ [2▲▼]TEMPO TO (tot)
U kunt uw zoekactie ook begrenzen door een tempobereik te bepalen. Hiermee stelt u het maximale tempo in voor de
zoekactie. Druk de [▲▼]-knoppen tegelijkertijd in om onmiddellijk de tempowaarde terug te zetten naar het maximum.
■ [3▲▼]~[5▲▼] GENRE
Selecteert het bepaalde muziekgenre voor de zoekactie. Het beschikbare bereik bevat alle genres (ANY), de preset
genres en alle genres die u zelf heeft ingevoerd (blz. 78).
■ [8▼] CANCEL (annuleer)
Druk hierop om de handeling te annuleren en terug te keren naar de voorgaande display.
PSR-2100/1100/A1000
79
Page 80
Stijlen
U kunt ook een presetrecord wijzigen/wissen. Om records wijzigingen/wissen te vermijden,
registreert u de record als een
nieuwe record na het bewerken.
OPM.
81234567
Edit (bewerk) records — Music Finder Record Edit
Vanuit deze display, kunt u alle bestaande records oproepen en ze bewerken om ze
aan uw behoefte te laten voldoen. U kunt dit zelfs gebruiken om uw eigen Music
Finder records te creëren.
Druk op de [8 ▲▼] (RECORD EDIT)-knop in de MUSIC FINDER-display.
1
Wijzig/wis de recorddata. U kunt ook een nieuwe record registreren.
2
Zie voor details over alle instellingen en handelingen, hieronder.
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
OPM.
Alle Music Finderrecords kunnen
samen worden opgeslagen als één
enkele file (blz. 165). Als u een opgeslagen file oproept, verschijnt er
een boodschap die vraagt of u de
de gewenste records wilt vervangen of toevoegen.
• Replace (vervang):
Alle Music Finder records die
zich momenteel in het instrument bevinden, worden gewist en vervangen door de
records van de geselecteerde file.
• Append (toevoegen):
De opgeroepen records worden toegevoegd aan de vrije
recordnummers.
■ [A] MUSIC
Selecteert de muziek- of songtitel voor het bewerken. Druk op de knop om de
display voor het invoeren van de muziek- of songtitel op te roepen, en bewerk
vervolgens de naam zoals gewenst.
■ [B] KEYWORD
Selecteert het trefwoord voor het bewerken. Druk op de knop om de display
voor het invoeren van het trefwoord op te roepen, en bewerk deze dan zoals
gewenst.
U kunt verscheidene verschillende trefwoorden invoeren door er een scheidingsteken (komma) tussen te zetten.
■ [C] STYLE
Selecteert de stijlnaam voor bewerking. Voer altijd de naam in als er een nieuwe record
wordt geregistreerd. Druk op de knop om de STYLE FILE SELECT-display op te roepen.
Druk op één van de [A] tot [J]-knoppen in de display om de file die u wilt wijzigen/wissen/
registreren op te roepen.
■ [D] BEAT
Selecteert de beat (maatsoort) voor bewerking. Als een andere file is geselecteerd door op
de [C]-knop te drukken, zal de huidige maatsoortinstelling worden vervangen door de instelling van de geselecteerde file.
■ [E] FAVORITE
Voegt de geselecteerde record toe aan de FAVORITE-pagina (blz. 78).
■ [F]~[H] CLEAR
Wist het ingevoerde item aan de linkerkant.
PSR-2100/1100/A1000
80
OPM.
De STYLE FILE SELECT-display kan alleen worden gebruikt om de stijlnaam voor recordbewerking op te roepen;
het kan niet worden gebruikt
om de feitelijke begeleidingsstijl op te roepen.
OPM.
Houd in gedachte dat de hier
gemaakte beatinstelling alleen voor de Music Finder
Search-functie geldt; dit heeft
geen invloed op de daadwerkelijke Beatinstelling van de
begeleidingsstijl zelf.
Page 81
Stijlen
■ [I] DELETE (wis) RECORD
Wist de geselecteerde record. Het gewiste recordnummer wordt leeg. Als u op deze knop drukt, verschijnt er een
mededeling die u vraagt om de handeling uit te voeren, af te breken of te annuleren.
YES .................. Druk hierop om de record te wissen en de display te verlaten.
NO .................. Druk hierop om de display te sluiten zonder de record te wissen.
CANCEL........... Druk hierop om het mededelingvenster te sluiten en terug te keren naar de voorgaande display.
■ [J] NEW (nieuw) RECORD
Registreert een nieuw record. Het laagst beschikbare lege recordnummer wordt gebruikt
voor het registreren. Als u op deze knop drukt, verschijnt er een mededeling die u vraagt
om de handeling uit te voeren, af te breken of te annuleren.
OPM.
Het maximum aantal records
is 2500 (PSR-2100)/
1200 (PSR-1100), inclusief
interne records.
YES .................. Druk hierop om de record te registreren en de display te sluiten.
NO .................. Druk hierop om de display te sluiten zonder de record te registreren.
CANCEL........... Druk hierop om het mededelingvenster te sluiten en terug te keren naar de voorgaande display.
■ [1▼▲] TEMPO
Bepaalt het tempo voor de geselecteerde record. Als de file wordt veranderd met de [C]-knop, wordt het tempo
automatisch gewijzigd naar dat van de gewijzigde file.
■ [3▼▲]~[5▼▲] GENRE
Selecteert het bepaalde genre voor bewerking. Het beschikbare bereik bevat alle presetgenres alsook datgene wat u zelf
heeft ingevoerd.
■ [6▼▲] GENRE NAME (naam)
Voor het invoeren van een genrenaam. Druk op de knop om de display op te
roepen voor het invoeren van de genrenaam, en bewerk vervolgens de naam
zoals gewenst. Er kunnen maximaal 200 genrenamen worden opgeslagen.
De genrenaam die u invoert, wordt effectief als de huidige record is bewerkt (overschreven) door op de [8▲] (OK)-knop
te drukken, of als er een nieuwe record wordt geregistreerd door op de [J] (NEW RECORD)-knop te drukken.
Als u de MUSIC FINDER EDIT-display verlaat zonder in feite de record te hebben bewerkt of geregistreerd, wordt de
ingevoerde genrenaam gewist.
■ [8▲] OK
Voert alle bewerkingen en wijzigingen aan de record uit. Als u op deze knop drukt, verschijnt er een mededeling die u
vraagt om de handeling uit te voeren, af te breken of te annuleren.
YES .................. Druk hierop om de record te vervangen en de display te sluiten.
NO .................. Druk hierop om de display te sluiten zonder de record te vervangen.
CANCEL........... Druk hierop om het mededelingvenster te sluiten en terug te keren naar de voorgaande display.
■ [8▼] CANCEL (annuleer)
Druk hierop om de handeling te annuleren en terug te keren naar de MUSIC FINDER-display.
PAS OP
Let er op dat u, om alle bewerkte en geregistreerde data v ast te houden, alle Music Finderrecords als een file opslaat (blz. 165). Als
u dit niet doet, zullen de data verloren gaan als er een andere Music Finderfile wordt opger oepen of de fabrieksinstellingen wor den
teruggeroepen (blz. 165).
PSR-2100/1100/A1000
81
Page 82
De multipads
De PSR-2100/1100/A1000 multipads kunnen worden gebruikt om een aantal korte voor-opgenomen ritmische en melodische
sequences af te spelen die kunnen worden gebruikt om impact en verscheidenheid aan uw toetsenbordspel toe te voegen.
PSR-2100/1100:
PSR-A1000:
Multipads
De multipads bespelen
Selecteer de gewenst bank in de MULTI PAD BANK-display (blz. 43).
1
Druk op een willekeurige multipad.
2
MULTI PAD
De corresponderende frase (in dit geval voor Pad 4) begint helemaal af te spelen
zodra de pad wordt ingedrukt.
De multipadfunctie voorziet in twee verschillende manieren om tijdens de frase te stoppen:
• Om alle pads te stoppen, drukt u op de [STOP]-knop en laat deze weer los.
• Om bepaalde pads te stoppen, houdt u de [STOP]-knop ingedrukt en drukt
tegelijkertijd op de pad of pads die u wilt stoppen.
STOP
Multipads
OPM.
• Tik gewoon op een willekeurig moment, op een willekeurige multipad om de
corresponderende frase in
het huidig ingestelde tempo
af te spelen.
• U kunt zelfs twee, drie of
vier multipads tegelijkertijd
bespelen.
• Op de pad drukken terwijl
deze al afspeelt, zal het
afspelen stoppen en het
afspelen weer starten
vanaf het begin.
Chord Match
Zet ACMP aan (blz. 69).
1
Speel een akkoord met uw linkerhand en druk op een willekeurige multipad.
2
Splitpunt
Automatische
begeleidingsgedeelte
MULTI PAD
In dit voorbeeld, zal de frase voor Pad 1 worden getransponeerd naar F-majeur voordat deze wordt afgespeeld.
Probeer eens andere akkoorden te spelen en op de pads te drukken. Houd in gedachte dat u ook akkoorden kunt wijzigen
terwijl een pad afspeelt.
PSR-2100/1100/A1000
82
STOP
OPM.
De status van Chord Match
aan/uit is afhankelijk van de
geselecteerde Multipadbank.
Page 83
81234567
De multipads
Multipad Edit
Deze functie laat u afzonderlijke multipadinstellingen van de éne multipadbank kopiëren naar een andere.
Open/Save-display voor multipads (blz. 43)
Selecteren de gewenste multipad(s).
A
B
C
D
E
Gelijk aan de Open/Save-display
op de bladzijden 49 en 52.
F
G
H
I
J
Roept de pagina van
het bovenliggende
niveau op.
PSR-2100/1100/A1000
83
Page 84
81234567
Op commercieel beschikbare
muziekdata rusten auteursrechten, en zijn uitsluitend
bedoeld voor persoonlijk gebruik door de koper.
OPM.
Zie voor meer informatie
over de song file types die
compatibel zijn met de PSR2100/1100/A1000, blz. 174.
OPM.
Song afspelen
Hier leert u hoe u songs af kunt spelen. Songs bevatten de interne songs van het instrument, spel wat u zelf heeft opgenomen met de opnamefuncties (blz. 105), en commercieel beschikbare songdata. U kunt deze uiterst veelzijdige eigenschap op verschillende manieren gebruiken — meespelend op het toetsenbord met de opgenomen song. U kunt ook de
muzieknotatie (alleen op de PSR-2100) en songteksten in de LCD weergeven.
Als u een microfoon aansluit op de PSR-2100, kunt u meezingen met de song of automatische begeleiding en automatisch vocal harmonyparts laten toevoegen (blz. 141).
SONG
EXTRA
TRACK2TRACK
TRACKS
1REPEAT
(STYLE)(R)(L)
TOP
RECREW FF
NEW SONG SYNC. START
STYLE
SWING &
JAZZ
POP & ROCK
DANCE
BALLADUSERLATIN
TRANSPOSE
RESET
MASTER VOLUME
FADEIN/OUT
SONG
STYLE CONTROL
BREAK
ACMP
STANDBY
ON
INTRO
EXTRA
MAIN
TRACKS
MINMAX
TRACK2TRACK
ENDING
/ rit.
AUTOFILL IN
(STYLE)(R)(L)
RECREWFF
TOP
NEW SONGSYNC. START
Compatibele songtypes
• Commercieel beschikbare songdata
Diskettes met dit logo bevatten songdata die compatibel zijn met GM (General
MIDI).
Diskettes met dit logo bevatten songdata die compatibel zijn met het Yamaha
XG-format. XG is een significante verbetering van de “GM System Level 1”
standaard, voorziet in meer voices, een groter aantal bewerkingsregelaars, en
ondersteuning voor meerdere effectsecties en effecttypes.
METRONOME
START/STOP
MULTI PAD
OTSLINK
BALLROOM
SYNC.STOP
DIGITAL
STUDIO
SOUND CREATOR
DIGITAL RECORDING
MARCH &
WALTZ
MIXING CONSOLE
PART
MENU
DEMO
TAP TEMPO
TEMPO
HELP
RESET
STOP
FUNCTION
SYNC.START
START/STOP
1REPEAT
START/STOP
VOICE EFFECT
LEFT
HOLD
BACK NEXT
VOICE
PIANO & HARPSI.
MAIN
METRONOME
F
G
H
I
J
EXIT
GUITAR
LAYER
STRINGS CHOIR & PAD
LEFT
USER
MUSIC
FINDER
MIC.
VH TYPE
SELECT
OVER
SIGNAL
ENTER
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
DATA ENTRY
A
B
C
D
E
BALANCEDIRECTACCESS
CHANNEL ON/OFF
PART
HARMONY/
SUSTAIN
ECHO
E.PIANO
BASS
ORGAN FLUTES
VOCAL
MIC.
HARMONY
SETTING
ONE TOUCH SETTING
ACCORDION
DSP
VARIATION
MONOTOUCH
ORGAN &
PERCUSSION
BRASS
WOODWIND
SYNTH.
XG
UPPER OCTAVE
RESET
EFFECT
TALK
Diskettes met dit logo bevatten songdata die compatibel zijn met het Yamaha
DOC (Disk Orchestra Collection) format.
Diskettes met dit logo bevatten songdata die compatibel zijn met het originele MIDI-fileformat van Yamaha.
• Songs die u heeft opgenomen (blz. 105) en op de PSR-2100/1100/A1000 of diskette heeft opgeslagen.
PSR-2100/1100/A1000
84
Page 85
Song afspelen
De interne songs afspelen
Song afspelen
1
2
2-2 Open een map en se-
lecteer een song om te
worden afgespeeld.
A
B
C
D
E
2-1 Selecteer de PRESET-tab met
de [BACK]-knop.
A
B
C
D
E
BACKNEXT
OPM.
Als het MAIN-scherm (links)
niet wordt weergegeven,
druk dan op de [DIRECT
ACCESS]-knop gevolgd
F
G
H
I
J
door de [EXIT]-knop.
OPM.
U kunt ook een verscheidenheid aan andere instellingen maken (zoals tempo,
voiceselectie, enz.) en ze
automatisch laten terugroepen als u de song afspeelt
(blz. 117).
OPM.
U kunt Synchro Start voor
de song aanzetten door tegelijkertijd op de [TOP]-knop
BACKNEXT
en de SONG [START/STOP]
knop te drukken. De song
-
begint zodra u het toetsenbord bespeelt. U kunt deze
functie ook samen met de
Stijl Synchro Startfunctie
F
G
H
I
J
gebruiken (blz. 69).
OPM.
U kunt het volume automatisch laten in- en uit-faden
aan het begin en eind van de
song. Druk gew oon op de
[F ADEIN/OUT]- knop aan het
begin van het afspelen van
de song om de song in te
faden, en druk er nogmaals
op aan het eind van de song
om uit te faden.
De song begint.
3
SONG
EXTRA
TRACK2TRACK
TRACKS
(STYLE)(R)(L)
RECREWFF
NEW SONGSYNC. START
1REPEAT
START/STOP
TOP
METRONOME
Pas het tempo aan met de TEMPO [ ][]-knoppen
(blz. 59) of de [T AP TEMPO]-knop.
U kunt zelfs de afspeelsnelheid wijzigen door het tempo in te
tikken — tik gewoon twee keer op de [T AP TEMPO]-knop.
OPM.
Songs kunnen ook continu
worden afgespeeld. Zet
SONG CHAIN PLA Y op ON
via de SONG SETTING-display (blz. 151).
END
START/STOP
Om de song onmiddellijk te
stoppen, drukt u nogmaals op de -knop.
EXIT
Druk op de -knop om terug te keren naar
het voorgaande scherm.
OPM.
Let er op dat de taalinstelling
van het instrument (blz. 165)
gelijk is aan die van de filenaam van de song die u afspeelt.
PSR-2100/1100/A1000
85
Page 86
86
Song afspelen
Tegelijkertijd een song en een begeleidingsstijl afspelen
Als u een song en een begeleidingsstijl tegelijkertijd afspeelt, worden de kanalen 9 - 16
van de songdata vervangen door de begeleidingsstijlkanalen — waardoor u de automatische begeleidingsstijlen en -eigenschappen kunt gebruiken in plaats van de begeleidingsparts van de song. Maak de hieronderstaande instellingen en speel uw eigen vervangende akkoorden in plaats van de akkoorddata van de song.
• [ACMP]-knop........................AAN
• [AUTO FILL IN]-knop...........AAN
Selecteer de song en start het afspelen door op de SONG [START/STOP]-knop te
1
drukken.
Selecteer de gewenste begeleidingsstijl.
2
Start de stijl door op de STYLE [START/STOP]-knop te drukken.
3
OPM.
De begeleiding stopt als u
de song stopt. Als de begeleidingsstijl speelt en u start
de song, stopt de begeleiding automatisch.
Voeg een break toe of wijzig van sectie (met de STYLE-sectieknoppen), terwijl de
4
song speelt.
Er spelen fill-inpatronen als u van sectie verandert.
END
De stijl stopt automatisch als de song klaar is of wordt gestopt.
OPM.
Enkele van de interne songs zijn gemaakt met gebruikmaking van de begeleidingsstijlen. Bij deze
songs worden de begeleidingsstijlen automatisch gestart bij het starten van het song afspelen.
PSR-2100/1100/A1000
Page 87
Song afspelen
Songs van diskette afspelen
Plaats de diskette in de diskdrive.
Plaats de diskette met de
sluiter naar voren en het
label naar boven.
De methode voor het afspelen is gelijk aan die in de “De interne songs afspelen” instructies
(blz. 85), met uitzondering van het feit dat u de FLOPPY DISK-pagina in de SONG-display
moet selecteren.
Andere afspeelgerelateerde handelingen
■
Repeat / Rewind / Fast forward (herhalen / terugspoelen / snel vooruit spoelen)
Tijdens het afspelen, kunt u de song terug laten keren naar het begin, en weer van
het begin af aan af laten spelen door op deze knop te drukken. Als het afspelen is
gestopt, zal drukken op deze knop de song terugzetten naar het begin.
RECREWFF
NEW SONGSYNC. START
SONG POSITION-display
Als “BAR” is geselecteerd, kunt u een maatnummer aangeven (geteld vanaf het begin
van de song) met de [REW]- en [FF]-knoppen.
Als “PHRASE MARK” is geselecteerd, kunt u een frasemarkeringsnummer aangeven
met de [REW]- en [FF]-knoppen.
TOP
START/STOP
Druk op deze knop om de SONG POSITION-display op te roepen
(zie hieronder). Om terug te keren naar de SONG-displa y, drukt u
op de [EXIT]-knop.
OPM.
Zorg ervoor dat, voordat u
verder gaat, u het gedeelte
“Omgaan met de diskdrive
(FDD) en diskette” leest (blz.
7).
OPM.
U kunt instellen of de PSR2100/1100/A1000 wel of niet
automatisch de eerste diskettesong oproept als er een
diskette wordt geplaatst (blz.
164).
OPM.
Sommige songdata voor de
PSR-2100/1100/A1000 is
opgenomen met speciale
“free tempo” (vrije tempo)
instellingen. Tijdens het afspelen van zulke songdata,
komen de maatnummers die
te zien zijn in de display niet
overeen met de daadwerkelijke maat; dit dient alleen als
een indicatie van hoeveel er
van de song is afgespeeld.
OPM.
Het kan zijn dat een song die
een grote hoeveelheid data
bevat niet goed gelezen kan
worden door het instrument
en dat u deze niet kunt selecteren. De maximum capaciteit is ongeveer 200-300KB,
maar dit kan variëren afhankelijk van de data-inhoud v an
een song.
OPM.
Phrase Mark
(frasemarkering)
Deze data geeft een bepaalde locatie in de songdata aan.
“PHRASE MARK” wordt alleen aangegeven als de song frasemarkeringen bevat. Druk op de
[J]-knop om te schakelen tussen “BAR” en “PHRASE MARK” en gebruik vervolgens de
[REW]- en [FF]-knoppen om de gewenste maat of frasemarkering te selecteren.
■
De volumebalans aanpassen / Bepaalde kanalen uitschakelen (muten)
BALANCE
CHANNEL ON/OFF
PART
Druk op deze knop om de BALANCE-display op te roepen (blz. 70).
Druk op deze knop om de CHANNEL ON/OFF-display op te roepen (zie hieronder).
CHANNEL ON/OFF-display
Selecteer de [SONG]-tab met de [CHANNEL ON/OFF]-knop, en schakel het gewenste kanaal uit (mute) door deze op [OFF] in te stellen. Om een kanaal solo te zetten (alleen dat
kanaal zal klinken), houdt u de betreffende knop, die met het kanaal correspondeert, ingedrukt. Om de solo voor het kanaal weer uit te schakelen, drukt u nogmaals op de knop van
dat kanaal.
OPM.
Kanaal
Verwijst naar het MIDI-kanaal
in de songdata. De kanalen
zijn toegewezen zoals hieronder aangegeven, voor de
PSR-2100/1100/A1000.
Song
1 - 16
Begeleidingsstijl
9 - 16
PSR-2100/1100/A1000
87
Page 88
88
Song afspelen
Bepaalde parts uitschakelen — Track1/Track2/Extra Tracks
Deze eigenschap laat u bepaalde parts van de song (Track1, Track2, Extra Tracks) uitschakelen (muten), en alleen die
parts afspelen die u wilt horen. Als u, bijvoorbeeld, de melodie van een song wilt oefenen, kunt u alleen de rechterhandpart uitschakelen en die part zelf spelen.
Selecteer de song die afgespeeld moet
1
worden (blz. 84).
Gebruik deze knop om de overige speelparts (alle parts behalve
2
3
die van de rechterhand/linkerhand) aan/uit te schakelen.
SONG
Start de song.
Het tempo aanpassen met de TEMPO [ ][]-knoppen (blz. 59).
RECREWFF
NEW SONGSYNC. START
EXTRA
TRACKS
(STYLE)(R)(L)
TOP
TRACK2TRACK
START/STOP
1
Gebruik deze knop om de linkerhandpart aan/uit te schakelen.
METRONOMEREPEAT
Gebruik deze knop om de
rechterhandpart aan/uit te
schakelen.
END
Om de song te stoppen,
drukt u nogmaals op de knop.
OPM.
U kunt de kanaaltoewijzingen voor Track 1 en Track 2
wijzigen (blz. 151), w aardoor
u aan kunt geven welke
parts worden uitgeschakeld
als u op de [TRACK 1]/
[TRACK 2]/[EXTRA
TRACKS]-knoppen drukt.
OPM.
Alle tracks worden automatisch ingesteld op aan als u
een andere song selecteert.
START/STOP
Herhaaldelijk afspelen van een bepaald gedeelte
Deze eigenschap maakt het u mogelijk om een bepaald gedeelte van de song (tussen Punt A en Punt B) aan te geven,
en dit herhaaldelijk af te spelen.
Speel de song af (blz. 85, 87).
1
SONG
2
Na een automatische inleiding (om u te helpen in de frase te komen), wordt het
3
gedeelte van punt A tot punt B herhaaldelijk afgespeeld.
EXTRA
TRACK2TRACK
TRACKS
(STYLE)(R)(L)
1
METRONOMEREPEAT
Onafhankelijk van of de song afspeelt of is gestopt, zal drukken op de [TOP]knop de song terugzetten naar punt A.
Stop de song.
4
START/STOP
END
Om de Repeatfunctie te
annuleren, drukt u nogmaals op de -knop.
OPM.
U kunt ook de punten A en B aangeven als de song niet loopt. Stel Punt A in door op de
[REPEA T]-knop te drukken, gebruik vervolgens de [FF]-knop om naar de gewenste
eindlocatie te gaan en stel dan Punt B in door nogmaals op [REPEA T] te drukken.
Druk op deze knop op het punt waar u wilt
dat de te herhalen frase begint (Punt A).
Druk op deze knop op het punt waar u
wilt dat de te herhalen frase eindigt
(Punt B).
REPEAT
OPM.
Punt B kan niet worden geselecteerd tenzij eerst Punt
A is geselecteerd.
OPM.
Alleen Punt A aangeven resulteert in herhaaldelijk afspelen tussen Punt A en het
einde van de song.
OPM.
De aangegeven A- en Bpunten zullen worden gewist als u een ander songnummer selecteert, de herhalingsfunctie annuleert, of
een andere herhalingsmode
selecteert — zoals fraseherhaling of herhalen bij
songketen afspelen (blz.
Met deze eigenschap, kunt u de notatie automatisch in de display laten zien terwijl de song speelt. Dit kan worden
gebruikt bij uw eigen opnamen alsook bij de interne demosongs.
OPM.
Selecteer de
1
gewenste song
(blz. 85, 87).
2
A
B
C
D
E
Als het MAIN-scherm (links)
niet wordt weergegeven,
druk dan op de [DIRECT AC-
CESS]-knop gevolgd door de
[EXIT]-knop.
OPM.
De weergegeven notatie
wordt gegenereed door de
PSR-2100/1100 op basis
van de songdata. Gevolg
hiervan is dat het kan zijn
dat het niet exact gelijk is
aan de commercieel beschikbare bladmuziek van
dezelfde song — vooral bij
de weergegeven notatie v an
gecompliceerde passages
met veel korte noten.
3
Schakelt het weergeven van het linkerhandtoetsgedeelte aan/uit. Afhankelijk van andere instellingen, kan deze parameter niet beschikbaar zijn en er
grijs uitzien. Als dit het geval is, ga dan naar de gedetailleerde instellingsdisplay (zie volgende bladzijde); gebruik de [8▲▼]-knoppen) en stel de LEFT CH.-parameter in op een willekeurig kanaal behalve
op “AUTO”. Of ga naar de SONG SETTING-display
in het Function-menu (blz. 147) en stel de TRACK 2-parameter in op een willekeurig kanaal behalve
op “OFF”.
Schakelt het weergeven van het rechterhand toetsgedeelte aan/uit. Kanaal 1 wordt automatisch geselecteerd als
SONG SETTING
[TRACK1]
Schakelt het weergeven van de songtekst aan/uit.
Als de geselecteerde song geen songtekstdata bevat,
worden songteksten niet weergegeven
Schakelt het weergeven van de akkoorden aan/uit.
Als de geselecteerde song geen akkoorddata bevat,
worden akkoorden niet weergegeven.
Schakelt het weergeven van de nootnaam (toonhoogte) aan/uit.
is ingesteld op
-display (blz. 151).
Bepaalt de displayresolutie (oftewel het zoomniveau) van de notatie.
SMALL .....De notatie wordt klein weergegeven.
LARGE..... De notatie wordt groot weergegeven.
[OFF]
vanuit de
Dit roept de gedetailleerde instellingsdisplay voor
notatie op. Zie, voor details, de volgende bladzijde.
OPM.
Sommige songdata voor de
PSR-2100/1100 zijn opgenomen met speciale “free tempo” (vrije tempo) instellingen. V oor dergelijke songdata worden het tempo, de tel,
de maat en de muzieknotatie
niet goed weergegeven.
OPM.
[RIGHT] en [LEFT] kunnen
niet tegelijkertijd worden uitgezet.
OPM.
De nootnaam wordt links
van de noot aangegeven.
Als de ruimte tussen de noten te klein is, kan het zijn
dat de indicatie linksboven
de noot wordt geplaatst.
OPM.
U kunt het aantal maten dat
zal worden weergegeven
vergroten door het aantal
andere items dat wordt
weergegeven te verminderen (parts, songteksten,
akkoorden, enz.).
OPM.
Als verplaatsingstekens
(mollen en kruizen) en noten niet op één regel kunnen worden weergegeven,
worden ze in het midden
van de maat van de volgende regel weergegeven.
OPM.
De notatiefuncties kunnen niet
worden gebruikt om songdata
te creëren door het invoeren
van noten. Zie v oor informatie
over het creëren van songdata, blz. 109.
PSR-2100/1100/A1000
89
Page 90
Song afspelen
81234567
Gedetailleerde instellingen voor notatie
OPM.
Als “LEFT” en “RIGHT” zijn
ingesteld op hetzelfde kanaal, wordt de notatie van de
rechterhandnoten en de linkerhandnoten weergegeven
in pianoformat (twee verbonden notenbalken).
■ [1▲▼] LEFT CH/[2▲▼] RIGHT CH
Dit bepaalt het linkerkanaal (kanaal voor het linkerhandgedeelte) en rechterkanaal (kanaal voor het rechterhandgedeelte). Deze instelling gaat terug naar AUTO als er een andere song wordt geselecteerd.
AUTO .........................De kanalen voor de rechter- en linkerhandparts worden automatisch toegewezen — waarbij
de parts op dezelfde kanalen worden ingesteld als de aangegeven kanalen in de SONG
SETTING-display van van het Function-menu (blz. 151).
1-16............................Wijst de part toe aan het aangegeven kanaal, 1- 16.
OFF (alleen LEFT CH) .Geen kanaaltoewijzing.
■ [3▲▼], [4▲▼] KEY SIGNATURE
Hiermee kunt u midden in een song, op de plaats waar gestopt is, toonsoortwijzigingen aanbrengen, waardoor u de
toonhoogte op elk gewenst moment in een song kunt transponeren. Zie voor een overzicht van de toonsoorten, met
hun overeenkomstige mineur liggingen en verplaatsingstekens, het overzicht hieronder.
De noot geeft de grondtoon noot aan van de majeur toonsoort, en de noot geeft de grondtoon aan van de overeenkomstige mineur.
■ [5▲▼] QUANTIZE
Dit laat u de nootresolutie in de notatie regelen, waarbij u de timing van alle weergegeven noten kunt verschuiven of corrigeren, zodat ze rechtgetrokken worden naar een bepaalde nootwaarde. Zorg ervoor dat u de kortste nootwaarde die in de song wordt gebruikt selecteert.
Noten die korter zijn dan de
lengte van de nootresolutie,
zullen niet in de notatie worden weergegeven.
PSR-2100/1100/A1000
90
Page 91
Song afspelen
■ [6▲▼] NOTE NAME
Als [NOTE NAME] is ingesteld op ON, worden de nootnaam en solfègenaam (do, re, mi, enz.) aangegeven.
ABC ................. Nootnamen worden aangeven met letters (C, D, E, F, G, A, B).
Fixed Do.......... Nootnamen worden aangeven in solfège en kunnen verschillen, afhankelijk van de geselecteerde
taal (blz. 58).
Engels...............Do Re Mi Fa Sol La Ti
Frans ................Ut Re Mi Fa Sol La Si
Italiaans ...........Do Re Mi Fa Sol La Si
Duits ................Do Re Mi Fa Sol La Si
Spaans..............Do Re Mi Fa Sol La Si
Japans ..............
Movable Do..... Nootnamen worden aangeven in solfège volgens de toonladderintervallen, en zijn daardoor relatief
ten opzichte van de grondtoon. De grondtoon wordt aangeven als Do. In de toonsoort G-majeur
zou de grondtoon van Sol worden aangeven als Do.
Net als bij “Fixed Do”, is de indicatie verschillend en afhankelijk van de geselecteerde taal.
■ [8▲] OK
Dit sluit de gedetailleerde instellingsdisplay en begint de notatie te genereren. U kunt
deze handeling ook uitvoeren door op de [ENTER]-knop op het paneel te drukken.
■ [8▼] CANCEL
Dit sluit de gedetailleerde instellingsdisplay zonder de instellingen te veranderen. U
kunt deze handeling ook uitvoeren door op de [EXIT]-knop op het paneel te drukken.
OPM.
U kunt de displaypagina’s
selecteren (degene ervoor
en erna) met de [BACK/
[NEXT]-knoppen of de pedaal (blz. 153).
PSR-2100/1100/A1000
91
Page 92
Song afspelen
EXIT
De songteksten weergeven
Deze functie laat u de songteksten weergeven terwijl de song afspeelt — het daardoor gemakkelijk makend om met uw
spel of song afspelen mee te zingen.
* De microfooningang is alleen beschikbaar op de PSR-2100.
Selecteer de
1
gewenste song
(blz. 85, 87).
3
2
OPM.
PSR-2100/1000:
De voor songtekstweerga-
A
B
C
D
E
ve gebruikte taal wordt bepaald door de specifieke
songtekstdata. Als de songteksten verminkt of onleesbaar zijn, kunt u dit misschien oplossen door de
“LYRICS LANGUAGE”-
instelling vanuit de SONG SETTING-display te veranderen (blz. 151).
OPM.
Als de geselecteerde song
geen songtekstdata bevat,
worden songteksten niet
weergegeven
OPM.
Selecteer voor dit voorbeeld
“Lyrics” in de Functionmap
van de PRESET (SONG)pagina.
4
Tijdens het
5
song afspelen
wordt de betreffende tekst
negatief weergegeven.
Start de song.
SONG
SONG
END
TRACK2TRACK
EXTRA
TRACKS
(STYLE)(R)(L)
RECREWFF
NEW SONGSYNC. START
EXTRA
TRACKS
(STYLE)(R)(L)
RECREWFF
NEW SONGSYNC. START
1REPEAT
TOP
TRACK2TRACK
1REPEAT
TOP
START/STOP
START/STOP
Stop de song.
Om terug te keren naar de
voorgaande pagina, drukt u op de -knop.
METRONOME
METRONOME
OPM.
Als de geselecteerde song
akkoorddata bevat, worden
de akkoordnamen weergegeven bij de songteksten.
OPM.
De songteksten kunnen
worden gewijzigd (blz. 120).
PSR-2100/1100/A1000
92
Page 93
De [SCALE SETTING]-knoppen
lichten op of gaan uit afhankelijk
van de songafspeeldata.
De Scale Setting functie heeft
geen invloed op de Drumkit-/
SFX-kitvoices.
OPM.
OPM.
81234567
Oriëntaalse stemmingen gebruiken (alleen PSR-
A1000) – Scale Setting/Scale Tuning/Scale Memory
De Oriental Scales (Oriëntaalse stemmings) eigenschap laat u makkelijk en eenvoudig de toonhoogte van bepaalde noten verhogen en verlagen, om zo uw eigen stemmingen te creëren. U kunt de stemmingsinstellingen op elk moment veranderen — zelfs als u aan het spelen bent.
Er kunnen tot zes stemmingsinstellingen worden opgeslagen, zodat u ze ogenblikkelijk terug kunt roepen op het moment dat u ze nodig heeft.
Een Oriëntaalse stemming instellen — Scale Setting
De [SCALE SETTING]-knoppen stellen een één octaafs toetsenbord voor (C t/m B).
U kunt op elk gewenst moment de stemmingsinstellingen eenvoudig veranderen
door op één van de
[SCALE SETTING]
-knoppen te drukken, die zich aan de linkerkant van het bedieningspaneel bevinden. Drukken op één van de knoppen zet de
Scale Setting-eigenschap voor de betreffende noot aan en uit.
De Scale Setting-eigenschap heeft invloed op alle zelfde noten in elk van de octaven. Als u deze aanzet (de geselecteerde knop zelf licht op), kunt u het toetsenbord
in de geselecteerde oriëntaalse stemming bespelen.
De stemmingsinstelling voor elke noot is -50 cent. U kunt de toonhoogte van de
stemming ook regelen in stappen van 1-cent in de
SCALE TUNE
-display.
De toonhoogte van de stemming aanpassen — Scale Tuning
U kunt een gewenste voorgeprogrammeerde stemming, waaronder oriëntaalse stemmingen, selecteren en uw eigen stemmingen creëren door de stemmingsnoten fijn af te regelen. Druk op de
play bevindt om de
Selecteer de gewenste voorgeprogrammeerde stemming. BAYAT en
RAST zijn twee typische oriëntaalse
stemmingen.
Bepaalt de grondtoon
voor elke stemming.
Als de grondtoon
wordt veranderd,
wordt de toonhoogte
van het toetsenbord
getransponeerd, maar
de originele toonhoogterelatie tussen de noten blijft gehandhaafd.
SCALE TUNE
Selecteert
de te stemmen noot.
-display op te roepen.
Als u de stemming aanpast, verandert de voorgeprogrammeerde stemmingsnaam boven in de display naar “EDITED SCALE”
om aan te geven dat er wijzigingen zijn aangebracht ten opzichte van de voorgeprogrammeerde stemming.
[SCALE TUNING]
Selecteer de parts die beïnvloed moeten worden door
de stemmingsinstelling.
Selecteer de part die ingesteld moet worden door op 6
▲/▼] te drukken en zet
of 7 [
de functie aan of uit door op
[8▲/▼] te drukken.
Past de stemming van de
geselecteerde noten aan.
▲/▼] : in 50-cent stappen
[4
[5▲/▼] : in 1-cent stappen
Druk tegelijkertijd op de 4 of
5 [▲/▼] knoppen om de
waarde onmiddellijk terug te
zetten naar de fabrieksinstelling.
(van –64 tot +63)
-knop die zich rechts van de dis-
OPM.
De [SCALE SETTING]-knoppen lichten op als de stemmingswaardes van de overeenkomstige noot anders dan op
“0” zijn ingesteld. Ook de waardes die u instelt met de
[SCALE SETTING]-knoppen,
hebben automatisch invloed op
de SCALE TUNE-display.
OPM.
Cent
Een eenheid van toonhoogte
overeenkomend met 1/100 v an
een halve noot (100 cents = 1
halve noot).
OPM.
U kunt uw originele stemming
onder een REGISTRATION
MEMORY knop registreren.
Vink, om dit te doen, “SCALE”
af in de REGISTRATION
MEMORY display (blz. 97).
Scale (stemming) PSR-A1000 (zie voor de PSR-2100/1100: blz. 168, 169)
■
Equal Temperament (Gelijkzwevende temperatuur)
Het toonhoogtebereik van elk octaaf is in twaalf gelijke delen verdeeld, waarbij elke halve noot een zelfde toonsafstand ten opzichte van de volgende noot heeft.
■
Bayat/Rast
Gebruik deze stemmingen als u Arabische muziek speelt.
■
Pure Major/Pure Minor (Reine Majeur/Reine Mineur)
Deze stemmingen houden de zuivere wiskundige intervalllen van elke stemming in stand, vooral voor drieklank
akkoorden (grondtoon, terts, kwint). U kunt dit het best horen bij daadwerkelijke vocale harmonieën — zoals koren
en a capella zingen.
■
Pythagorean (Pythagoreaans)
Deze stemming is uitgedacht door de beroemde Griekse filosoof en is gecreëerd met een serie reine kwinten, die
zijn samengebracht in een enkel octaaf. De tertsen in deze stemming zijn lichtelijk onstabiel, maar de kwarten en
kwinten zijn prachtig en geschikt voor enkelvoudige solo’s.
■
Mean-Tone (Middentoon)
Deze stemming is gecreëerd als een verbetering van de Pythagorean stemming, door de majeur terts interval meer
“in stemming” te brengen. Het was vooral populair van de 16e tot de 18e eeuw. Händel, onder andere, gebruikte
deze stemming.
■
Werckmeister/Kirnberger
Deze samengestelde stemming combineert de Werckmeister en Kirnbergersystemen, die op zich verbeteringen van
de Mean-Tone en Pythagorean stemmingen waren. De belangrijkste eigenschap van deze stemming is dat elke toets
zijn eigen unieke karakter heeft. De stemming werd op grote schaal gebruikt in de tijd van Bach en Beethoven, en
wordt zelfs nu nog vaak gebruikt als er muziek uit een bepaald tijdperk wordt gespeeld op de clavecimbel.
Toonhoogte instellingen voor elke stemming (in cents; voorbeeld stemming in C)
De in dit overzicht aangegeven waarden zijn in feite afgerond naar hele getallen voor het gebruik op dit instrument.
CC
Equal T emperament0.00.00.00.00.00.00.00.00.00.00.00.0
Bayat0.00.0-50.00.00.00.00.00.00.0-50.00.00.0
Rast0.00.00.00.0-50.00.00.00.00.00.00.0-50.0
Pure Major0.0-29.73.915.6-14.1-2.3-9.42.3-27.3-15.618.0-11.7
Pure Minor0.033.63.915.6-14.1-2.331.32.314.1-15.618.0-11.7
Pythagorean0.014.13.9-6.37.8-2.311.72.315.66.3-3.910.2
Mean-Tone0.0-24.2-7.010.2-14.13.1-20.3-3.1-27.3-10.27.0-17.2
Werckmeister0.0-10.2-7.8-6.3-10.2-2.3-11.7-3.9-7.8-11.7-3.9-7.8
Kirnberger0.0-10.2-7.0-6.3-14.1-2.3-10.2-3.1-7.8-10.2-3.9-11.7
De stemmingsinstelling die u zojuist heeft gemaakt (met de [SCALE SETTING]-knoppen of in de SCALE TUNE-display)
worden onthouden door de Scale Memoryfunctie. Er kunnen tot zes stemmingsinstellingen worden opgeslagen voor
ogenblikkelijk terugroepen, op het moment dat u ze nodig heeft.
Maak de gewenste stemmingsinstelling met de [SCALE SETTING]-knoppen of in de SCALE TUNE-display.
1
Druk, terwijl u de [MEMORY]-knop ingedrukt houdt, op een van de SCALE MEMORY [1]–[6]-knoppen.
2
De corresponderende SCALE MEMORY-knop licht op. Reeds onder de geselecteerde knop aanwezige data
worden gewist en vervangen door de nieuwe instellingen.
OPM.
De hier onthouden stemmingsinstellingen gaan verloren als u het instrument uitzet, tenzij u de Save-handeling uitvoert (zie het
volgende gedeelte).
Uw Scale Settings opslaan
De onder de SCALE MEMORY[1]–[6]-knoppen opgeslagen stemmingsinstellingen worden als een enkele file opgeslagen.
OPM.
Druk op de [DIRECT
BANK 01
De instellingen die samen onder de
knoppen [1]–[6] zijn opgeslagen worden een “bank” genoemd. De banken
kunnen worden weggeschreven naar
“USER” of “FLOPPY DISK” als Scale
Tune Bankfiles.
Sla de instellingen die u heeft gemaakt op onder de SCALE MEMORY-
2
knoppen als een enkele Scale Tune Bankfile (blz. 52).
De SCALE TUNE EDITdisplay verschijnt. Kijk
hieronder voor details
over deze display.
SCALE TUNE EDIT-display
De inhoud van de huidige Scale Tune Bank wordt opgesomd in het SCALE TUNE EDIT-scherm. De namen van de
opgeslagen Scale Settings (stemmingsinstellingen) worden aangegeven in de display.
Via dit scherm kunt u elk van de stemmingsinstellingen selecteren, benoemen, wissen.
Select..... Druk op de [A]–[C]/[F]–[H]-knoppen. The SCALE TUNE EDIT-display is gekoppeld aan de SCALE
MEMORY [1]–[6]-knoppen. Als u de Scale Settings in de display selecteert, licht de corresponderende
SCALE MEMORY-knop op.
Name .... Deze handeling is gelijk aan die in de “Files/mappen benoemen” (blz. 49) in “Basisbediening — Uw data
organiseren”.
Delete.... Deze handeling is gelijk aan die in de “Files/mappen wissen” (blz. 51) in “Basisbediening — Uw data
organiseren”.
OPM.
Het resultaat van de benoem-/wishandeling (Name/Delete) gaat verloren als u het instrument uitzet, tenzij u terug gaat naar de
SCALE TUNE BANK-display door op de [8] (▲)-knop te drukken en de data op te slaan (blz. 52).
De Scale Setting terugroepen
Om de opgeslagen stemmingsinstelling terug te roepen, selecteert u de gewenste bank in
de SCALE TUNE BANK-display (blz. 93). Druk op de betreffende SCALE MEMORY[1]–
[6]-knop waaronder u de instelling heeft opgeslagen. De corresponderende SCALE
MEMORY-knop zal oplichten.
De Scale Memory functie kan worden uitgezet door op de SCALE MEMORY-knop te
drukken die momenteel aan is, waardoor deze uitgaat. De standaard Equal Temperament
(gelijkzwevende temperatuur) stemming (de toonhoogte-instelling voor alle noten is “0”)
zal worden teruggeroepen.
PSR-2100/1100/A1100
OPM.
Als u op een SCALE MEMORY-knop drukt, waaronder
niets is opgeslagen, blijven
de huidige stemmingsinstellingen gehandhaafd en verandert er niets.
Page 97
81234567
81234567
Custompaneelsetups opslaan en terugroepen — Registration Memory
Registration Memory is een krachtige eigenschap die u in staat stelt om de PSR-2100/1100/A1000 net zo in te stellen als u wilt —
bepaalde voices, stijlen, effect instellingen enz. selecterend— en uw custompaneelsetup op te slaan voor het in de toekomst op kunnen
roepen ervan. Als u vervolgens deze instellingen nodig heeft, drukt u gewoon op de betreffende REGISTRATION MEMORY-knop
SONG
(STYLE) (R)(L)
STYLE
MASTER VOLUME
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
STYLE CONTROL
BREAK
ACMP
STANDBYON
MINMAX
MAIN
INTRO
EXTRA
TRACK2TRACK
TRACKS
1 REPEAT
START/STOP
TOP
RECREW FF
NEW SONG SYNC. START
SWING &
BALLROOM
POP & ROCK
JAZZ
DANCE
BALLADUSERLATIN
TRANSPOSE
RESET
MULTI PAD
FADE
IN/OUT
SYNC.
ENDING
STOP
/ rit.
OTS
AUTO
LINK
FILL IN
METRONOME
DIGITAL
STUDIO
SOUND CREATOR
A
DIGITAL RECORDING
MARCH &
WALTZ
TEMPO
RESET
STOP
SYNC.START
START/STOP
B
MIXING CONSOLE
C
D
PART
MENU
E
DEMO
TAP TEMPO
HELP
FUNCTION
BALANCE
DIRECT
ACCESS
CHANNEL ON/OFF
PART
F
G
H
I
J
EXIT
VOICE EFFECT
HARMONY/
LEFT
MONOTOUCH
SUSTAIN
ECHO
HOLD
BACK NEXT
VOICE
ORGAN &
PIANO & HARPSI.
E.PIANO
MAIN
LAYER
LEFT
MUSIC
FINDER
DATA ENTRY
ACCORDION
GUITAR
BRASS
BASS
STRINGS CHOIR & PAD
SYNTH.
ORGAN FLUTES
USER
UPPER OCTAVE
MIC.
VOCAL
MIC.
VH TYPE
TALK
HARMONY
SETTING
SELECT
OVER
SIGNAL
ONE TOUCH SETTING
ENTER
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
DSP
VARIATION
PERCUSSION
WOODWIND
XG
RESET
EFFECT
Paneelsetups registreren — Registration Memory
.
Dit laat zien u hoe u uw custompaneelinstellingen naar de REGISTRATION MEMORYknoppen kunt registreren. Maak alle instellingen die u wilt met de paneelregelaars en de
Registration Memory zal ze voor u “onthouden”.
Stel de paneelregelaars in zoals gewenst.
1
Zie voor een overzicht van de instellingen die kunnen worden geregistreerd
de afzonderlijke engelstalige Data List (Parameter Chart).
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
2
3
Selecteer de gewenst parametergroepen voor de instellingen die u
wilt registreren. U kunt ook de [DATA
ENTRY]-dial gebruiken om door deze
display te navigeren. Vink het corresponderende vakje af om een parametergroep te registreren. Groepen die
niet worden afgevinkt, zullen geen onderdeel uitmaken van de Registration Memory-instelling. Dit maakt het u mogelijk om bepaalde instellingen te handhaven, zelfs als er tussen Registration
Memorypresets wordt geschakeld. U
kunt ook de Freezefunctie gebruiken
(blz. 99) om de Registration Memorywijzigingen te voorkomen — waarmee
u kunt voorkomen dat bepaalde paneelinstellingen worden gewijzigd.
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
END
Druk op de gewenste
nummerknop voor het
registreren van de in-
stellingen.
Indicator is groen.. De paneelinstelling is geregistreerd, maar niet geselecteerd.
Indicator is rood
....De paneelinstelling is geregistreerd en is momenteel geselecteerd.
Indicator is uit ...... De paneelinstelling is niet geregistreerd.
OPM.
De hier geregistreerde registraties gaan verloren als het instrument wordt uitgezet, tenzij u de
opslag (SAVE) handeling uitvoert die op de volgende bladzijde wordt uitgelegd.
F
G
H
I
J
OPM.
Houd in gedachte dat songs,
stijlen of multipads op disk
niet kunnen worden geregistreerd in de Registration
Memory. Als u een song, stijl
of multipad van diskette wilt
registreren, kopieer dan
de
relevante data naar “USER”
de SONG/STYLE -display
(blz. 44) en registreer de data apart.
Annuleert de registratie en
keert terug naar de MAINdisplay. U kunt ook de [EXIT]-
knop gebruiken.
Vinkt het geselecteerde vakje
af. U kunt ook de [ENTER]-knop
gebruiken.
Verwijdert het vinkje van het
geselecteerde vakje. U kunt ook de [ENTER]-knop gebruiken.
OPM.
Alle data die reeds waren
geregistreerd onder de geselecteerde REGISTRA TION
MEMORY-knop (indicator is
groen of rood) zullen worden gewist en vervangen
door de nieuwe instellingen.
PSR-2100/1100: Om alle
momenteel geregistreerde
instellingen ineens te wissen,
houdt u de hoogste B-toets
op het toetsenbord ingedrukt
terwijl u het instrument aanzet.
in
PSR-2100/1100/A1000
97
Page 98
81234567
Custompaneelsetups opslaan en terugroepen — Registration Memory
Uw Registration Memory Setups opslaan
De instellingen die geregistreerd zijn naar de REGISTRATION MEMORY [1]-[8]-knoppen worden opgeslagen als een enkele file.
OPM.
Houd in gedachte dat de
grootte van de Registrationbankfiles en de geheugenruimte die ze in beslag nemen, afhankelijk is van het
aantal functies dat in elk ervan is ingesteld.
OPM.
Druk op de [DIRECT
ACCESS]-knop en de [EXIT]-
knop om de MAIN-display op
te roepen.
1
BANK 01
Alle instellingen die geregistreerd zijn
naar de knoppen [1]-[8] worden een
“bank” genoemd. De banken kunnen
worden oppgeslagen naar “USER” of
“FLOPPY DISK” als Registrationbank
files.
F
G
H
I
J
-
Sla de instellingen die u heeft gemaakt op naar de Registration
2
Memoryknoppen als een enkele Registrationbankfile (blz. 52).
De REGISTRATION EDIT-display
verschijnt. Zie voor details over deze
display, hieronder.
REGISTRATION EDIT-display
De inhoud van de huidige Registration Memorybank (REGIST.) wordt opgesomd in het REGISTRATION EDITscherm. De namen van de opgeslagen Registration Memorypresets worden getoond in de display en de indicators
van de relevante REGISTRATION MEMORY-knoppen lichten groen op.
Vanuit dit scherm, kunt u de Registration Memorypresets selecteren, benoemen of wissen.
Select...............Druk op de [A] - [J] knoppen. De REGIST. display is gekoppeld aan de REGISTRATION MEMORY
Name...............Deze handeling is gelijk aan die van “Files en mappen benoemen” (blz. 49) in “Basisbediening
Delete..............Deze handeling is gelijk aan die van “Files/mappen wissen” (blz. 51) in “Basisbediening — Uw
OPM.
Het resultaat van de Name/Delete-handeling zal verloren gaan als het instrument wordt uitgezet, tenzij u via de [8
knop terug gaat naar de REGISTRATION BANK-display en de data opslaat (blz. 52).
PSR-2100/1100/A1000
98
[1] - [8] knoppen. Als u de Registration Memorypreset in the display selecteert, gaat de gerela-
teerde knop aan (indicator is rood).
— Uw data organiseren”.
data organiseren”.
] (omhoog)-
▲
Page 99
81234567
Custompaneelsetups opslaan en terugroepen — Registration Memory
Een Registration Memory Setup terugroepen
U kunt alle paneelinstellingen die u heeft gemaakt terugroepen — of alleen diegenen die
u precies wilt of nodig heeft. Als u, bijvoorbeeld, “STYLE” in de REGISTRATION MEMORYdisplay de-selecteert, kunt u de momenteel geselecteerde stijl aanhouden, zelfs als u de
Registration Memorypreset wijzigt.
De geregistreerde instellingen terugroepen
Druk op de betreffende REGISTRATION MEMORY-knop (één waarvan de indicator
groen is) om de gewenste instellingen op te roepen.
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
De Freeze instellingen selecteren
1
MENU
DEMO
HELP
FUNCTION
2
OPM.
Selecteer de gewenste bank
in de REGISTRATION BANK-display (blz. 98).
OPM.
U kunt uw Registration Memorypresets programmeren
om achtereenvolgens te
worden opgeroepen, in de
volgorde die u wenst.
Eenmaal geprogrammeerd,
kunnen de presets 1 - 8 achtereenvolgens worden geselecteerd met de [BACK] [NEXT]-knoppen of de pedaal (blz. 156).
Roep de “FREEZE”pagina op vanuit het
REGIST.SEQUENCER/
FREEZE/VOICE SET-
Vinkt het geselecteerde vakje af.
scherm (blz. 156).
Verwijdert het vinkje
Selecteer de Freeze-instellingen.
Druk op de [FREEZE]-knop. Als Freeze actief is (lamp is aan), zullen de instellingen die u heeft aangegeven in de
3
Freezepagina worden gehandhaafd of onveranderd blijven, zelfs bij het veranderen van Registration Memorypresets.
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
Druk op de betreffende REGISTRATION MEMORY-knop (één waarvan de indicator groen is) om de
4
gewenste instellingen op te roepen.
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
van het geselecteerde vakje.
PSR-2100/1100/A1000
99
Page 100
81 2 3 4 5 6 7
Voices bewerken — Sound Creator
De PSR-2100/1100/A1000 heeft een Sound Creatorfunctie die het u mogelijk maakt om uw
eigen voices te creëren door het bewerken van enkele parameters van de bestaande voices.
Als u eenmaal een voice heeft gecreëerd, kunt u deze opslaan als een USER-voice zodat u
hem later kunt terugroepen.
SONG
TRACK2TRACK
EXTRA
TRACKS
(STYLE)(R)(L)
RECREW FF
NEW SONG SYNC. START
STYLE
POP & ROCK
BALLADUSERLATIN
MASTER VOLUME
STYLE CONTROL
ACMP
INTRO
STANDBY
ON
BREAK
MIN MAX
MAIN
ENDING
/ rit.
1REPEAT
START/STOP
TOP
SWING &
JAZZ
BALLROOM
DANCE
TRANSPOSE
TEMPO
RESET
MULTI PAD
FADE
IN/OUT
SYNC.
SYNC.
STOP
START
OTS
AUTO
FILL IN
LINK
SOUND CREATOR
METRONOME
MARCH &
WALTZ
TAP TEMPO
RESET
STOP
DIGITAL
STUDIO
START/STOP
DIGITAL
STUDIO
SOUND CREATOR
DIGITAL RECORDING
MIXING CONSOLE
PART
MENU
DEMO
HELP
FUNCTION
A
B
C
D
E
BALANCE
DIRECT
ACCESS
CHANNEL ON/OFF
PART
F
G
H
I
J
EXIT
VOICE EFFECT
HARMONY/
LEFT
MONOTOUCH
SUSTAIN
ECHO
HOLD
BACK NEXT
VOICE
ORGAN &
PIANO & HARPSI.
E.PIANO
ACCORDION
BRASS
GUITAR
BASS
SYNTH.
STRINGS CHOIR & PAD
USER
ORGAN FLUTES
VH TYPE
SELECT
VOCAL
MIC.
SETTING
HARMONY
ONE TOUCH SETTING
UPPER OCTAVE
TALK
MIC.
OVER
SIGNAL
ENTER
REGISTRATION MEMORY
FREEZEMEMORY
MUSIC
FINDER
DATA ENTRY
MAIN
LAYER
LEFT
DSP
VARIATION
PERCUSSION
WOODWIND
XG
RESET
EFFECT
Procedure
Druk op de [F], [G] of [H]-knop om de part
1
te selecteren (MAIN, LAYER of LEFT) die de
voice bevat die u wilt bewerken.
F
G
H
I
J
Druk op de
2
[SOUND CREATOR]-knop.
SOUND CREATOR
DIGITAL RECORDING
MIXING CONSOLE
DIGITAL
STUDIO
PART
OPM.
• De voice kan in realtime
worden bewerkt terwijl
een song/stijl speelt.
• Houd in gedachte dat het
kan zijn dat aanpassingen
van de parameters niet
veel in het daadwerkelijke
geluid veranderen vanwege de originele instellingen
van de voice.
OPM.
De voice kan ook worden
geselecteerd in de SOUND
CREATOR-display.
PAS OP
De instellingen gaan verloren als de voice waarvan de
part is bewerkt wordt omgeschakeld naar een andere
voice. Belangrijk data zouden moeten worden opgeslagen naar de USER-drive
of diskette.
De voice parameters bewerken.
3
De handelingen voor elke functie die in deze stap zijn geselecteerd worden in detail behandeld, te
beginnen op blz. 102 (Regular Voice) en blz. 104 (Organ Flutes).
Selecteer het gewenste
REGULAR VOICE
Kan worden gebruikt tijdens het bewerken
om het geluid van de originele voice te
vergelijken met de bewerkte voice.
Selecteer het gewenste menu.
Het geselecteerde menu is gemarkeerd.
Sla de bewerkte voice op naar de USER-drive
4
(Flash ROM) als een USER-voice (blz. 52).
menu door op de [NEXT]/
[BACK]-knop te drukken.
Geeft de parameters
aan die beschikbaar
zijn voor bewerking in
deze display. Deze
komen overeen met
de parameters/waarden die onderin de
display te zien zijn.
Selecteer of pas de parameters aan.
Opent de Save (V oice)-displa y v oor het opslaan van
de bewerkte voice als een USER-voice (blz. 52).
5
ORGAN FLUTES (alleen de PSR-2100)
A
B
C
D
E
Druk op de [USER]-knop om de bewerkte voice
te selecteren, en bespeel het toetsenbord.
F
G
H
I
J
PSR-2100/1100/A1000
100
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.