Yamaha CVP-609, CVP-605 VERSION 1.20 NEW FUNCTIONS [nl]

CVP-609 / CVP-605
Gebruikershandleiding
BELANGRIJK — Controleer de stroomvoorziening —
Zorg dat de lokale stroomvoorziening overeenkomt met het voltage dat op het naamplaatje onder op het instrument wordt vermeld. In sommige regio's wordt een voltageschakelaar geleverd op de achterkant van het hoofdklavierdeel. Zorg dat de voltageschakelaar is ingesteld op het voltage in uw regio. De voltageschakelaar is ingesteld op 240 V als het instrument wordt geleverd. Gebruik om de schakelaar in te stellen een platte schroevendraaier en draai hiermee de schakelaarschijf zodanig dat het juiste voltage zich tegenover de pijl op het paneel bevindt.
Lees de 'VOORZORGSMAATREGELEN' op pagina 6 en 7 voordat u het instrument in gebruik neemt. Raadpleeg de instructies aan het eind van deze handleiding voor informatie over de montage van het instrument.
NL
OBSERVERA!
Apparaten kopplas inte ur växelströmskällan (nätet) så länge som den ar ansluten till vägguttaget, även om själva apparaten har stängts av.
ADVARSEL: Netspændingen til dette apparat
er IKKE afbrudt, sålænge netledningen sidder
Het modelnummer, het serienummer, de stroomvereisten, enz. worden vermeld op of in de nabijheid van het naamplaatje, dat zich aan de onderzijde van het toestel bevindt. Het is raadzaam dit serienummer in de hieronder gereserveerde ruimte te noteren. Bewaar ook deze handleiding als permanent aankoopbewijs om identificatie in geval van diefstal te vergemakkelijken.
i en stikkontakt, som er tændt — også selvom der er slukket på apparatets afbryder.
Modelnummer
VARO ITUS: Laitteen toisiopiiriin kytketty
käyttökytkin ei irroita koko laitetta verkosta.
Serienummer
(standby)
(bottom_nl_01)
Informatie voor gebruikers van inzameling en verwijdering van oude apparaten.
Dit teken op de producten, verpakkingen en/of bijgaande documenten betekent dat gebruikte elektrische en elektronische producten niet mogen worden gemengd met algemeen huishoudelijk afval. Breng alstublieft voor de juiste behandeling, herwinning en hergebruik van oude producten deze naar daarvoor bestemde verzamelpunten, in overeenstemming met uw nationale wetgeving en de instructies 2002/96/EC.
Door deze producten juist te rangschikken, helpt u het redden van waardevolle rijkdommen en voorkomt u mogelijke negatieve effecten op de menselijke gezondheid en de omgeving, welke zich zou kunnen voordoen door ongepaste afvalverwerking.
Voor meer informatie over het inzamelen en hergebruik van oude producten kunt u contact opnemen met uw plaatselijke gemeente, uw afvalverwerkingsbedrijf of het verkooppunt waar u de artikelen heeft gekocht.
[Voor zakelijke gebruikers in de Europese Unie]
Mocht u elektrische en elektronisch apparatuur willen weggooien, neem dan alstublieft contact op met uw dealer of leverancier voor meer informatie.
[Informatie over verwijdering in ander landen buiten de Europese Unie]
Dit symbool is alleen geldig in de Europese Unie. Mocht u artikelen weg willen gooien, neem dan alstublieft contact op met uw plaatselijke overheidsinstantie of dealer en vraag naar de juiste manier van verwijderen.
(weee_eu_nl_01)
Inhoudsopgave
Over de handleidingen........................................................................... 5
Meegeleverde accessoires ...................................................................... 5
VOORZICHTIG....................................................................... 6
Opmerkingen en informatie.................................................................. 8
Compatible indelingen voor dit instrument ........................................ 9
Welkom in de wereld van CVP — en het nieuwe aanraakscherm! 10
Bedieningspaneel 12
Beginnen 14
Het instrument in-/uitschakelen ........................................................ 14
Basisinstellingen uitvoeren ................................................................. 16
De muziekstandaard gebruiken.......................................................... 17
De vleugelklep openen/sluiten (CVP-609 vleugeltype)..................... 18
Een hoofdtelefoon gebruiken .............................................................. 19
Display-structuur 20
Basishandelingen 22
Displayconfiguratie.............................................................................. 22
De huidige display sluiten ................................................................... 24
Besturingselementen van de display .................................................. 25
Oproepen van de gewenste functies vanuit de Home-display.......... 27
De ASSIGNABLE-knoppen gebruiken ............................................... 28
Bestandsbeheer .................................................................................... 29
Tekens invoeren ................................................................................... 33
De pedalen gebruiken .......................................................................... 35
De metronoom gebruiken ................................................................... 36
Het tempo aanpassen........................................................................... 36
De aanslaggevoeligheid van het klavier instellen .............................. 37
De toonhoogte in halve tonen transponeren ..................................... 38
De volumebalans aanpassen ............................................................... 38
De fabrieksgeprogrammeerde instellingen herstellen ...................... 39
Data-backup ......................................................................................... 39
Piano Room – Genieten van piano spelen – 40
De Piano Performance bespelen ......................................................... 40
De juiste setup maken in de Piano Room .......................................... 40
Voices – Het klavier bespelen – 42
Preset-voices bespelen ......................................................................... 42
Het splitpunt instellen ......................................................................... 45
Super Articulation-voices bespelen .................................................... 46
Eigen Organ Flutes-voices maken ...................................................... 47
Styles – Ritme en begeleiding spelen – 48
Met een Style spelen............................................................................. 48
Style bedieningshandelingen .............................................................. 50
De juiste paneelinstellingen voor de huidige Style oproepen
(One Touch Setting)............................................................................. 52
Zoeken naar geschikte Songs voor de huidige Style ..........................53
De optimale paneelinstellingen voor uw spel oproepen
(Style Recommender) .......................................................................... 54
Type vingerzetting voor akkoorden wijzigen .................................... 55
Song afspelen – Songs afspelen en oefenen – 57
Songs afspelen ...................................................................................... 57
Muzieknotatie weergeven (Score) ...................................................... 60
Songtekst weergeven............................................................................ 61
Tekst weergeven................................................................................... 62
Oefenen met één hand met de Guide-functie.....................................63
Herhaald afspelen .................................................................................64
De toonhoogte in halve tonen transponeren
(toonhoogtewijziging)..........................................................................65
De afspeelsnelheid aanpassen (snelheid aanpassen) .........................65
De zangpartij verwijderen (Vocal Cancel).......................................... 65
Song-opname – Uw spel opnemen – 66
Basisprocedure voor opname (MIDI/audio-opname) .......................66
Opnemen op specifieke kanalen (MIDI-opname) .............................68
Een MIDI-song naar een Audio-song converteren ............................70
Microfoon – Vocal Harmony-effecten toevoegen aan uw zang – 71
Een microfoon aansluiten....................................................................71
Vocal Harmony-effecten toevoegen aan uw stem .............................72
Music Finder – Ideale paneelsetups voor uw spel oproepen – 74
Kiezen van de gewenste Record (paneelinstellingen)........................75
Zoeken naar Records (paneelinstellingen) .........................................76
Een Song of Style in een Record registreren.......................................77
Registratiegeheugen – Eigen paneelsetups opslaan en terugroepen – 78
Paneelsetups registreren ......................................................................78
Registratiegeheugen opslaan als bankbestand ...................................79
Geregistreerde paneelsetup terughalen ..............................................80
Mixer – Volume en toonbalans bewerken – 81
Basisprocedure voor de mixer .............................................................81
Elk kanaal van de Style of Song in- of uitschakelen ...........................83
Aansluitingen – Het instrument gebruiken met andere apparaten – 84
I/O-aansluitingen .................................................................................84
Audioapparaten aansluiten ([AUX IN]-aansluiting,
AUX OUT [L/L+R]/[R]-aansluitingen) ..............................................85
Een externe Monitor aansluiten
([VIDEO OUT]-aansluiting, [RGB OUT]-aansluiting) .....................86
Een voetschakelaar/voetregelaar aansluiten
op de [AUX PEDAL]-aansluiting. .......................................................87
Een microfoon of gitaar aansluiten
([MIC./LINE IN]-aansluiting) .............................................................87
USB-apparatuur aansluiten ([USB TO DEVICE]-aansluiting) .........88
Aansluiten op een iPhone/iPad
([USB TO DEVICE]-aansluiting, MIDI-aansluitingen).....................89
Aansluiten op een computer ([USB TO HOST]-aansluiting) ...........90
Externe MIDI-apparaten aansluiten (MIDI-aansluitingen) ............. 90
Functielijst Menu-display 91
CVP-609 (vleugeltype) Montage 93
CVP-609 Montage 96
CVP-605 Montage 99
Problemen oplossen 102
Specificaties 106
Indeks 109
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
4

Over de handleidingen

Voor dit instrument bestaan de volgende documenten en instructiehandleidingen.
Meegeleverde documenten
Gebruikershandleiding (dit boek)
Behandelt de basishandelingen voor de Clavinova
Data List (datalijst)
Bevat verschillende belangrijke lijsten met Preset-inhoud, zoals Voices, Styles, etc.
Online materiaal (kan worden gedownload van internet)
Reference Manual (naslaggids) (alleen beschikbaar in het Engels, Frans, Duits en Spaans)
Behandelt geavanceerde functies en instellingen die vanuit de Menu-display kunnen worden bediend (pagina 24).
iPhone/iPad Connection Manual (Handleiding voor het aansluiten van een iPhone/iPad)
Behandelt het aansluiten van het instrument op een smart apparaat, zoals iPhone, iPad, etc.
Computer-related Operations (Computergerelateerde handelingen)
Bevat instructies om dit instrument op een computer aan te sluiten en handelingen voor het overbrengen van Song-data.
MIDI Reference (MIDI-referentie)
Bevat de indeling van MIDI-data en het MIDI-implementatie-overzicht
Als u deze handleidingen wilt downloaden, gaat u naar de Yamaha Manual Library, typt u de modelnaam in (zoals 'CVP-609') en klikt u op [SEARCH].
Yamaha Manual Library http://www.yamaha.co.jp/manual/
• Tenzij anders aangegeven zijn de illustraties en displays die in deze handleiding worden weergegeven gebaseerd op de CVP-609 (in het Engels). Deze zijn uitsluitend bedoeld voor instructiedoeleinden en kunnen dus enigszins afwijken van die op uw instrument.
• iPhone en iPad zijn handelsmerken van Apple Inc., gedeponeerd in de V.S. en andere landen.
• De namen van bedrijven en producten die in deze handleiding worden genoemd, zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van hun respectieve eigenaars.

Meegeleverde accessoires

Gebruikershandleiding (dit boek)Data List (datalijst)'50 Greats for the Piano' muziekboek
Songbestanden (MIDI files) behorend bij het muziekboek kunnen gratis worden gedownload van internet. Vul om de Songbestanden te kunnen downloaden de Yamaha Online Member registration and Product registration op de volgende website in. https://member.yamaha.com/myproduct/regist/
Online Member Product Registration
U heeft de product-id op dit blad nodig bij het invullen van het gebruikersregistratieformulier.
Netsnoer
De volgende items kunnen bijgeleverd of optioneel zijn, afhankelijk van uw locatie:
BankDraadloze USB-netwerkadapter
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
5

VOORZICHTIG

Spanningsvoorziening/netsnoer
Niet openen
Waarschuwing tegen water
Waarschuwing tegen brand
Als u onregelmatigheden opmerkt
LEES DIT ZORGVULDIG DOOR VOORDAT U VERDERGAAT
Bewaar deze gebruikershandleiding op een veilige en handige plaats voor eventuele
toekomstige raadpleging.
WAARSCHUWING
Volg altijd de hierna vermelde algemene voorzorgsmaatregelen op om ernstig of zelfs dodelijk letsel als gevolg van elektrische schokken, kortsluiting, beschadiging, brand of andere gevaren te voorkomen. Deze maatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
• Plaats het netsnoer niet in de buurt van warmtebronnen zoals verwarming en kachels. Verbuig of beschadig het snoer ook niet en plaats geen zware voorwerpen op het snoer.
• Gebruik het instrument uitsluitend op de voorgeschreven elektrische spanning. De vereiste spanning wordt vermeld op het naamplaatje van het instrument.
• Gebruik uitsluitend het meegeleverde netsnoer met stekker.
• Controleer de elektrische stekker regelmatig en verwijder vuil of stof dat zich erop heeft verzameld.
• Dit instrument bevat geen door de gebruiker te repareren onderdelen. Maak het instrument nooit open en probeer niet de inwendige onderdelen te demonteren of te wijzigen. Als het instrument defect lijkt, stopt u onmiddellijk met het gebruik ervan en laat u het instrument nakijken door bevoegd Yamaha-servicepersoneel.
• Stel het instrument niet bloot aan regen en gebruik het niet in de buurt van water of in een vochtige omgeving. Plaats nooit voorwerpen (zoals vazen, flessen of glazen) die vloeistof bevatten op het instrument. Wanneer een vloeistof, zoals water, in het instrument lekt, schakelt u het instrument onmiddellijk uit en verwijdert u de stekker uit het stopcontact. Laat het instrument vervolgens nakijken door bevoegd Yamaha-servicepersoneel.
• Steek/verwijder nooit een stekker in/uit het stopcontact wanneer u natte handen hebt.
• Plaats geen brandende voorwerpen, zoals kaarsen, op het apparaat. Een brandend voorwerp kan omvallen en brand veroorzaken.
• Als een van de volgende storingen optreedt, schakelt u de POWER-schakelaar onmiddellijk uit en verwijdert u de stekker uit het stopcontact. Laat het instrument vervolgens nakijken door bevoegd Yamaha-servicepersoneel.
- Het netsnoer of de stekker raakt versleten of beschadigd.
- Het instrument verspreidt een ongebruikelijke geur of er komt rook
uit het instrument.
- Er is een voorwerp gevallen in het instrument.
- Het geluid valt plotseling weg tijdens het gebruik van het instrument.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
6
DMI-5 1/2
VOORZICHTIG
Spanningsvoorziening/netsnoer
Montage
Locatie
Aansluitingen
Zorgvuldig behandelen
Bank gebruiken (indien meegeleverd)
Volg altijd de hierna vermelde algemene voorzorgsmaatregelen op om lichamelijk letsel bij uzelf en anderen of beschadiging van het instrument en andere eigendommen te voorkomen. Deze maatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
• Sluit het instrument niet via een verdeelstekker aan op het stopcontact. Dit kan leiden tot een verminderde geluidskwaliteit of oververhitting in het stopcontact.
• Trek altijd aan de stekker en nooit aan het snoer wanneer u de stekker verwijdert uit het instrument of het stopcontact. Het snoer kan beschadigd raken als u eraan trekt.
• Verwijder de stekker uit het stopcontact tijdens onweer of als u het instrument gedurende langere tijd niet gebruikt.
• Lees zorgvuldig de meegeleverde montagevoorschriften. Als u het instrument niet in de juiste volgorde monteert, kan dit schade aan het instrument of zelfs persoonlijk letsel veroorzaken.
• Plaats het instrument niet op een onstabiele plek waar het per ongeluk kan omvallen.
• Transporteer of verplaats het instrument altijd met ten minste twee personen. Als u het instrument alleen probeert op te tillen kunt u uw rug bezeren, ander letsel veroorzaken of het instrument zelf beschadigen.
• Verwijder voordat u het instrument verplaatst alle aangesloten snoeren, om beschadiging van de kabels te voorkomen en letsel bij personen die erover zouden kunnen struikelen.
• Let erop tijdens het opstellen van het instrument dat het te gebruiken stopcontact gemakkelijk bereikbaar is. Als er een storing optreedt of het instrument niet correct werkt, schakelt u de POWER-schakelaar onmiddellijk uit en verwijdert u de stekker uit het stopcontact. Ook wanneer de POWER-schakelaar is uitgeschakeld, loopt er nog een minimale hoeveelheid stroom naar het instrument. Verwijder de stekker uit het stopcontact als u het instrument gedurende langere tijd niet gebruikt.
• Steek geen vinger of hand in de openingen van de toetsenklep of het instrument. Let er ook op dat uw vingers niet bekneld raken onder de toetsenklep.
• Steek nooit papieren, metalen of andere voorwerpen in de openingen van de toetsenklep, het paneel of het toetsenbord en laat geen voorwerpen vallen in deze openingen. Dit kan lichamelijk letsel bij u of anderen, schade aan het instrument of andere eigendommen of een verstoring van de werking veroorzaken.
• Leun niet op het instrument, plaats er geen zware voorwerpen op en ga voorzichtig om met de knoppen, schakelaars en aansluitingen.
• Gebruik het instrument/apparaat of een hoofdtelefoon niet te lang op een hoog of oncomfortabel geluidsniveau, aangezien dit permanent gehoorverlies kan veroorzaken. Consulteer een KNO-arts als u ruis in uw oren of gehoorverlies constateert.
• Plaats het instrument niet in een onstabiele positie waarin het per ongeluk kan omvallen.
• Ga niet onzorgvuldig om met de bank en ga nooit op de bank staan. Gebruik van de bank als opstapje of voor enig ander onjuist doel kan leiden tot ongevallen en letsel.
• Ter voorkoming van ongevallen en letsel mag er slechts één persoon tegelijk op de bank zitten.
• Als de schroeven van de bank door langdurig gebruik losraken, draait u de schroeven op gezette tijden opnieuw aan met het meegeleverde gereedschap.
• Let goed op kleine kinderen, zodat ze niet achterover van de bank vallen. De bank heeft geen rugleuning, dus gebruik zonder toezicht kan ongelukken of letsel tot gevolg hebben.
• Schakel de stroomtoevoer naar alle onderdelen uit voordat u het instrument aansluit op andere elektronische componenten. Stel alle volumeniveaus in op het laagste niveau voordat u de stroomtoevoer naar alle onderdelen in- of uitschakelt.
• Zorg dat het volume van alle componenten is ingesteld op het laagsteniveau en voer het volume tijdens het bespelen van het instrument geleidelijk op tot het gewenste niveau.
Yamaha is noch aansprakelijk voor ontstane schade door oneigenlijk gebruik of modificatie van het instrument, noch voor verlies of beschadiging van gegevens.
Schakel het instrument altijd uit als u het niet gebruikt.
Zelfs als de [ ] (Standby/On)-schakelaar op stand-by staat (aan/uit-lampje is uit), loopt er nog een minimale hoeveelheid stroom door het instrument.
Als u het instrument gedurende een lange tijd niet gebruikt, zorg er dan voor dat u het netsnoer uit het stopcontact haalt.
DMI-5 2/2
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
7

Opmerkingen en informatie

LET OP
Houd u aan onderstaande waarschuwingen om storingen/schade aan het apparaat en schade aan de gegevens of andere eigendommen te voorkomen.
Behandeling
• Gebruik het instrument niet in de nabijheid van een tv, radio, stereoapparatuur, mobiele telefoon of andere elektrische apparaten. Het instrument, de tv of de radio kunnen bijgeluid genereren. Wanneer u het instrument samen met de toepassing op uw iPhone/iPad gebruikt, adviseren we u om de modus Airplane op uw iPhone/iPad in te stellen op ON, om bijgeluiden als gevolg van communicatie te vermijden.
• Stel het instrument niet bloot aan grote hoeveelheden stof of trillingen, of aan extreme koude of hitte (zoals in direct zonlicht, bij een verwarming of overdag in een auto), om eventuele vervorming van het bedieningspaneel, beschadiging van de interne componenten of instabiele werking te voorkomen. (Gecontroleerd bedrijfstemperatuurbereik: 5° - 40°C (41° - 104°F)).
• Plaats geen vinyl, plastic of rubberen voorwerpen op het instrument, aangezien dit verkleuring van het paneel of het klavier tot gevolg kan hebben.
• Bij een model met een gepolitoerde afwerking kan het stoten van metalen, porselein of andere harde voorwerpen tegen het oppervlak van het instrument ervoor zorgen dat de afwerking barst of afbrokkelt. Wees voorzichtig.
Onderhoud instrument/bank
Voor een optimaal onderhoud van uw Clavinova adviseren we u de volgende onderhoudspunten regelmatig uit te voeren.
• Maak het instrument of de bank schoon met een zachte, droge of enigszins vochtige doek. Gebruik geen verfverdunners, oplosmiddelen, schoonmaakmiddelen of chemisch geïmpregneerde schoonmaakdoekjes. Anders kan het instrument verkleuren of lelijk worden.
• Als u een model met een gepolitoerde afwerking heeft, neemt u stof en vuil af met een zachte doek. Wrijf niet te hard, aangezien ook kleine vuildeeltjes krassen kunnen veroorzaken in de afwerking van het instrument. U houdt het oppervlak gepolitoerd door speciale pianopolisher op een zachte doek aan te brengen en hiermee het oppervlak van de piano af te nemen. Wrijf het instrument vervolgens op met een andere doek. Voordat u een pianopolisher gebruikt, dient u de instructies te lezen voor het gebruik.
• Bij extreme veranderingen in temperatuur of vochtigheid kan condensatie ontstaan en kan zich water verzamelen op het oppervlak van het instrument. Als er water achterblijft, kan het worden geabsorbeerd door houten onderdelen, die daardoor beschadigd kunnen raken. Veeg water altijd onmiddellijk weg met een zachte doek.
• Net als met een akoestische piano worden de pedalen na verloop van tijd dof. Als dit gebeurt, wrijft u het pedaal op met een middel voor pianopedalen. Voordat u een middel gebruikt, dient u de instructies te lezen voor het gebruik.
Data opslaan
• De bewerkte Songs/Styles/Voices en MIDI-instellingen gaan verloren als u het instrument uitschakelt zonder uw werk op te slaan. Dit gebeurt ook als het instrument wordt uitgeschakeld door de automatische uitschakelfunctie (pagina 15). Sla de bewerkte data op in het instrument (gebruikersgeheugen) of op USB-flashgeheugen (pagina 29). Opslaan op het USB-flashgeheugen is nog veiliger, omdat de data in het instrument verloren kunnen gaan door een defect of onjuiste bediening.
• Om data nog beter tegen verlies door schade aan een USB-flashgeheugen te beschermen adviseren we belangrijke data op twee verschillende USB-flashgeheugens op te slaan.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
8
Informatie
Auteursrechten
• Het kopiëren van commercieel verkrijgbare muziekgegevens, inclusief maar niet beperkt tot MIDI-gegevens en/of audiogegevens, is strikt verboden, uitgezonderd voor persoonlijk gebruik.
• Dit product bevat en gaat vergezeld van computerprogramma's en inhoud waarvan Yamaha alle auteursrechten heeft of waarvan het over de licenties beschikt om gebruik te mogen maken van de auteursrechten van derden. Onder dergelijk materiaal waarop auteursrechten berusten, vallen, zonder enige beperkingen, alle computersoftware, stijlbestanden, MIDI-bestanden, WAVE-gegevens, bladmuziek en geluidsopnamen. Elk ongeautoriseerd gebruik van dergelijke programma's en inhoud, buiten het persoonlijke gebruik van de koper, is volgens de desbetreffende wettelijke bepalingen niet toegestaan. Elke schending van auteursrechten heeft strafrechtelijke gevolgen. MAAK, DISTRIBUEER OF GEBRUIK GEEN ILLEGALE KOPIEËN.
Functies/gegevens die bij het instrument zijn meegeleverd
• Met het oog op productverbetering kan Yamaha van tijd tot tijd de firmware van het product bijwerken zonder voorafgaande kennisgeving. Om dit instrument optimaal te gebruiken adviseren we om uw instrument te upgraden naar de nieuwste versie. De nieuwste firmware kan worden gedownload van de onderstaande website: http://download.yamaha.com/
• Sommige vooraf ingestelde Songs zijn ingekort of bewerkt en zijn daarom niet precies hetzelfde als het origineel.
• Dit apparaat kan muziekdata van verschillende typen en indelingen gebruiken door deze van tevoren naar de juiste muziekdata­indeling voor gebruik met het instrument te optimaliseren. Hierdoor wordt op dit apparaat muziek mogelijk niet exact zo afgespeeld als de componist het oorspronkelijk heeft bedoeld.
• MPEG Layer-3 audio coding technology licensed from Fraunhofer IIS and Thomson.
• Supply of this product does not convey a license nor imply any right to distribute content created with this product in revenue­generating broadcast systems (terrestrial, satellite, cable and/or other distribution channels), streaming applications (via Internet, intranets and/or other networks), other content distribution systems (pay-audio or audio-on-demand applications and the like) or on physical media (compact discs, digital versatile discs, semiconductor chips, hard drives, memory cards and the like). An independent license for such use is required. For details, please visit http://mp3licensing.com.
Stemming
• Anders dan een akoestische piano hoeft dit instrument niet door een expert te worden gestemd (hoewel de toonhoogte door de gebruiker kan worden aangepast aan andere instrumenten). De reden hiervoor is dat de toonhoogte van digitale instrumenten altijd perfect behouden blijft.

Compatible indelingen voor dit instrument

GM2
GM (General MIDI) is een van de meest voorkomende Voice-toewijzingsindelingen. De standaardspecificatie GM System Level 2 is een verbetering ten opzichte van de originele GM, waarbij ook de songdatacompatibiliteit is verbeterd. GM System Level 2 voorziet in een grotere polyfonie, uitgebreidere Voice-selectie, uitgebreide Voice-parameters en geïntegreerde effectverwerking.
XG
XG is een enorme verbetering van de GM System Level 1-indeling, en is speciaal door Yamaha ontwikkeld om in meer Voices en variaties, alsook in een grotere expressieve besturing van de Voices en effecten te voorzien, en om een goede gegevenscompatibiliteit in de toekomst veilig te stellen.
GS
GS is door de Roland Corporation ontwikkeld. Op dezelfde manier als Yamaha XG is GS een belangrijke verbetering van de GM-specificatie om in meer Voices en drumkits en hun variaties te voorzien, evenals in een grotere expressieve besturing van Voices en effecten.
XF
De bestandsindeling XF van Yamaha is een uitbreiding op de SMF (Standard MIDI File) en voorziet deze van meer functionaliteit en creëert uitbreidbaarheid voor de toekomst. Dit instrument kan songteksten weergeven wanneer een XF-bestand met songtekstgegevens wordt afgespeeld.
SFF GE (Guitar Edition)
SFF (Style File Format) is een originele Style-bestandsindeling van Yamaha, die gebruikmaakt van een uniek conversiesysteem om in automatische begeleiding van hoge kwaliteit te voorzien, gebaseerd op een uitgebreide reeks akkoordsoorten. 'SFF GE (Guitar Edition)' is een uitgebreide SFF-indeling, die verbeterde toontransponering voor gitaartracks biedt.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
9

Welkom in de wereld van CVP — en het nieuwe aanraakscherm!

Dit nieuwe CVP-model is uitgerust met een comfortabel aanraakscherm, waardoor vrijwel alle instrumentfuncties visueel en intuïtief kunnen worden bediend. U kunt door gewoon aanraken van deze grote en makkelijk afleesbare display gewenste onderdelen selecteren, diverse functies inschakelen en regelen of parameterwaarden wijzigen — sneller en makkelijker dan ooit tevoren!
Welkom in de wereld van CVP — en het nieuwe aanraakscherm!
Het instrument heeft ook diverse geavanceerde functies die uw muzikale beleving verrijken en uw creatieve en uitvoeringsmogelijkheden uitbreiden. Laten we beginnen...
Het gevoel van een echte akoestische piano
We hebben een aantal geavanceerde technologieën gecombineerd — waaronder de Real Grand Expression (RGE) Sound Engine en Natural Wood (NW) keyboard (op de CVP-609), of het Graded Hammer 3 (GH3) klavier (op de CVP-605) — om de natuurlijke aanslagrespons en de expressieve nuances van een echte concertvleugel te reproduceren. Daarnaast is er de 'Piano Room' die alle relevante instellingen voor uw pianoperformance bevat en die u met één druk op de knop kunt oproepen wanneer u maar wilt. In deze volledige piano-'omgeving' kunt u het gewenste type piano kiezen, maar ook verschillende ruimteambiances — voor een complete pianoervaring, alsof u op een echte piano speelt.
Pagina 40
Enorme variëteit aan instrument-voices
Natuurlijk heeft de CVP diverse realistische piano-voices om plezierig te kunnen spelen. Maar ook zijn er een groot aantal authentieke instrumenten, zowel akoestisch als elektronisch. Bovendien emuleren de speciale Super Articulation Voices veel van de uitvoeringstechnieken en karakteristieke klanken van muzikanten die op dergelijke instrumenten spelen. Dit resulteert in buitengewoon gedetailleerde expressie — zoals het realistische geluid van vingers die over gitaarsnaren glijden en de expressieve ademgeluiden van de saxofoon en andere blaasinstrumenten.
Pagina 42
Volledige begeleidingsband
Zelfs als u alleen speelt kan de CVP u ondersteunen met een volledige begeleidingsband. Door gewoon akkoorden met de linkerhand te spelen wordt de automatische begeleiding geactiveerd en bestuurd (Style-functie). U kunt arrangementen realtime wijzigen, direct tijdens uw spel verschillende ritmevariaties een breaks kiezen, zoals Intro, Ending en Fill-in. Als u het moeilijk vindt om de juiste Style uit het gigantische aanbod te kiezen, gebruik dan de functie Style Recommender, die u een lijst met Styles voorstelt, gebaseerd op een voorbeeldritme dat u speelt.
Pagina 48
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
10
Onderhoudende Song Lesson-functies — met bladmuziekweergave en gidslampjes
Met deze lessen leert u op een plezierige manier Songs spelen, waarbij muzieknotatie in de display wordt weergegeven. Bovendien heeft elke toets van het klavier een gidslampje om de tonen aan te geven die moeten worden gespeeld, zodat u melodieën en frases soepel kunt oefenen — zelfs als u een beginner bent of moeite hebt met noten lezen.
Pagina 63
Zing mee met een Song die wordt afgespeeld of met uw eigen spel
Met de microfoon die kan worden aangesloten op de Clavinova en met songtekst die in de display kan worden weergegeven kunt u meezingen met uw klavierspel of met een Song die wordt afgespeeld. U kunt ook de zangpartij uit Audio-opnamen verwijderen, waardoor u met (in plaats van!) uw favoriete artiest of groep kunt meezingen en nog meer plezier aan het spelen kan beleven.
Welkom in de wereld van CVP — en het nieuwe aanraakscherm!
Pagina's 61, 71
Een iPhone of iPad gebruiken met de CVP
Door uw iPhone of iPad op de Clavinova aan te sluiten en apps te gebruiken kunt u uw muziekbestanden makkelijker beheren en diverse functies beter gebruiken — hiermee breidt u de mogelijkheden van de Clavinova uit en wordt deze nog beter geïntegreerd in uw totale muziekleven.
Pagina 89
Meer weten over de mogelijkheden van de Clavinova? Druk op de [DEMO]-knop en start de demonstratie!
In het Demo-menu kunt u speciale Demo-Songs, korte historische informatie en uitleg over functies van de Clavinova oproepen door de display aan te raken.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
11

Bedieningspaneel

A-1 B-1 C0 D0 E0 F0 G0 A0 B0 C1 D1 E1 F1 G1 A1 B1 C2 D2 E2 F2 G2 A2 B2 C3 D3 E3
1
2 3 4 5 6 7 9 ) @
!
A
8
Bedieningspaneel
1 [USB TO DEVICE]-aansluiting......pagina 88
Voor aansluiting van een USB-flashgeheugen of USB draadloze LAN-adapter.
2 [P] (Standby/On)-schakelaar ........pagina 14
Om het instrument aan te zetten of op standby.
3 [MASTER VOLUME]-regelaar ......pagina 14
Voor het aanpassen van het totaalvolume.
4 [DEMO]-knop.................................pagina 11
Om de Demo-display op te roepen.
5 [MIC]-lampje ..................................pagina 71
Voor het controleren van het ingangsniveau van de microfoon.
6 [METRONOME ON/OFF]-knop....pagina 36
Voor het in- en uitschakelen van de metronoom.
7 TRANSPOSE-knoppen...................pagina 38
Voor het transponeren van de toonhoogte in stappen van een halve toon.
8 [TAP TEMPO]/TEMPO [-]/[+]-knoppen
.........................................................pagina 36
Voor het regelen van het tempo van Style, MIDI-song en metronoom.
9 STYLE-knoppen..............................pagina 48
Voor het kiezen van een Style-categorie.
) ASSIGNABLE-knoppen..................pagina 28
Voor het toewijzen van sneltoetsen aan veel gebruikte functies.
! STYLE CONTROL-knoppen..........pagina 50
Voor het regelen van Styles afspelen.
@ LCD (aanraakscherm) .................... pagina 20
Hiermee kunt u parameters kiezen of instellen door gewoon de 'virtuele' knoppen of schuifregelaars op de display aan te raken.
# Draaiknop Data ..............................pagina 26
Voor het selecteren van een onderdeel of het wijzigen van een waarde.
$ [HOME]-knop ................................pagina 26
Voor het oproepen van het Home-display of het eerste display als het instrument wordt ingeschakeld.
% [PIANO ROOM]-knop................... pagina 40
Voor onmiddellijk oproepen van de optimale piano-instellingen om het instrument puur als piano te bespelen.
^ SONG CONTROL-knoppen...........pagina 59
Voor besturen van Song playback.
& VOICE-knoppen............................. pagina 42
Voor het selecteren van een klavierpart of een Voice-categorie.
* REGISTRATION MEMORY-knoppen
.........................................................pagina 78
Voor registreren en oproepen van paneelsetups.
( ONE TOUCH SETTING-knoppen ................
.........................................................pagina 52
Voor het oproepen van de geschikte paneelinstellingen voor de Style.
A Drum Kit-pictogrammen ...............pagina 44
Deze geven de druminstrumenten aan die zijn toegewezen aan de klaviertoetsen als de drumkits 'Standard Kit 1' is geselecteerd.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
12
Bedieningspaneel
F3 G3 A3 B3 C4 D4 E4 F4 G4 A4 B4 C5 D5 E5 F5 G5 A5 B5 C6 D6 E6 F6 G6 A6 B6 C7
%#
$
^ &
* (
CVP-609
CVP-609
CVP-605
Klavierklep (pagina 14)
Gidslampjes (pagina 63)
I/O-aansluitingen
(pagina 84)
Bladmuzieksteuntjes
(pagina 17)
Muziekstandaard
(pagina 17)
Muziekstandaard
(pagina 17)
Bladmuzieksteuntjes
(pagina 17)
I/O-aansluitingen
(pagina 84)
Klavierklep (pagina 14)
Gidslampjes (pagina 63)
Pedalen (pagina 35)
Muziekstandaard (pagina 17)
Bladmuzieksteuntjes
(pagina 17)
I/O-aansluitingen
(pagina 84)
Klavierklep (pagina 14)
Gidslampjes (pagina 63)
Pedalen (pagina 35)
Pedalen (pagina 35)
Vleugelklep (pagina 18)
(vleugeltype)
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
13

Beginnen

1-1
1-2
De uitvoering van de stekker en het stopcontact kan per locatie verschillen.
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
Let op dat uw vingers niet klem komen te zitten tijdens het openen van de klep.
POWER-indicator

Het instrument in-/uitschakelen

1 Sluit het netsnoer aan.
Sluit de plug van het netsnoer aan op de AC-aansluiting op het instrument en steek vervolgens de stekker van het netsnoer in een passend stopcontact.
Beginnen
2 Licht de klavierklep enigszins op en schuif deze vervolgens omhoog
en terug om te openen.
3 Druk op de schakelaar [P] (Standby/On) om het instrument
in te schakelen.
De display in het midden van het frontpaneel en de POWER-indicator links onder het klavier gaan branden.
• Houd de klep met beide handen vast als u deze opent of sluit. Laat de klep pas los als deze volledig geopend of gesloten is. Let op dat er geen vingers (van u of van anderen, vooral die van kinderen) bekneld raken tussen de klep en de kast.
• Plaats geen voorwerpen (zoals metalen objecten of papier) op de klavierklep. Kleine voorwerpen die op de klavierklep geplaatst worden, kunnen mogelijk in de kast vallen als de klep wordt geopend en kunnen er dan moeilijk weer worden uitgehaald. Deze kunnen aan de binnenkant elektrische schokken, kortsluiting, brand of ernstige schade aan het instrument veroorzaken.
14
4 Speel op het klavier.
Pas tijdens het spelen op het klavier het volumeniveau aan met de [MASTER VOLUME]-regelaar.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
5 Druk na gebruik van het instrument de [P] (Standby/On)-schakelaar
VOORZICHTIG
Zelfs als de netschakelaar is uitgeschakeld, loopt er nog een minimale hoeveelheid stroom naar het instrument. Als u het instrument gedurende een lange tijd niet gebruikt, zorg er dan voor dat u het netsnoer uit het stopcontact haalt.
LET OP
• Als u het instrument geforceerd uitschakelt tijdens opname of bewerking kan data verloren gaan en kan het instrument en externe apparatuur worden beschadigd.
• Data die niet zijn opgeslagen gaan verloren als het instrument automatisch wordt uitgezet. Zorg dat u uw data opslaat alvorens dit gebeurt.
• Afhankelijk van de status van het instrument wordt het instru ment mogelijk niet automatisch uitgeschakeld, ook niet nadat de opgegeven periode is verstreken. Zet het instrument altijd handmatig uit als u het niet gebruikt.
VOORZICHTIG
Let op dat uw vingers niet klem komen te zitten tijdens het sluiten van de klep.
in om uit te schakelen.
De display en de POWER-indicator gaan uit. Tijdens opname, bewerking en de weergave van sommige berichten kan het instrument niet worden uitgeschakeld, zelfs al drukt u op de [P]-schakelaar. Als u het instrument in een dergelijke situatie geforceerd wilt uitschakelen, druk dan de [P]-schakelaar in en houd deze langer dan drie seconden vast.
Functie Auto Power Off (automatische uitschakelfunctie)
Om onnodig stroomverbruik te voorkomen, heeft dit instrument een automatische uitschakelfunctie waarmee de stroom automatisch wordt uitgeschakeld als het instrument gedurende een opgegeven tijd niet is gebruikt. De tijd die moet verstrijken voordat het instrument automatisch wordt uitgezet is standaard ongeveer 30 minuten. U kunt deze instelling echter wijzigen zoals hieronder wordt beschreven (pagina 16).
6 Laat de klavierklep weer voorzichtig met beide handen zakken.
Beginnen
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
15

Basisinstellingen uitvoeren

LET OP
• Data die niet zijn opgeslagen gaan verloren als het instrument automatisch wordt uitgezet. Zorg dat u uw data opslaat alvorens dit gebeurt.
• Afhankelijk van de status van het instrument wordt het instrument mogelijk niet automatisch uitgeschakeld, ook niet nadat de opgegeven periode is verstreken. Zet het instrument altijd handmatig uit als u het niet gebruikt.
+
Voer indien nodig de basisinstellingen uit, zoals Taal weergegeven in de display.
1 Roep de bedieningsdisplay op.
Raak eerst [Menu] rechtsonder in de Home-display aan. Dit wordt weergegeven als het instrument wordt ingeschakeld. Raak vervolgens [] aan om naar pagina 2 te gaan (indien noodzakelijk) en raak [Utility] en [System] in die volgorde aan.
Beginnen
2 Voer de noodzakelijke instellingen uit door de display aan te raken.
Version ( v e rsie )
Copyright
Language (taal)
Owner Name (naam gebruiker)
Auto Power Off (automatische uitschakelfunctie)
Automatische uitschakelfunctie uitschakelen (eenvoudige methode)
Zet het instrument aan terwijl u de laagste toets op het klavier ingedrukt houdt. Het bericht 'Auto power off disabled.' wordt kort weergegeven en de automatische uitschakelfunctie wordt uitgezet.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
16
Geeft de firmware-versie van dit instrument weer. Met het oog op productverbetering kan Yamaha van tijd tot tijd de firmware van het product bijwerken zonder voorafgaande kennisgeving. Om dit instrument optimaal te gebruiken adviseren we om uw instrument te upgraden naar de nieuwste versie. De nieuwste firmware kan worden gedownload van de onderstaande website: http://download.yamaha.com/
Raak dit aan om auteursrechtelijke informatie weer te geven.
Bepaalt de taal die in de display wordt gebruikt voor berichten. Raak dit aan om de talenlijst op te roepen en selecteer de gewenste taal.
Hier kunt u uw naam invoeren die verschijnt in de openingsdisplay (die wordt opgeroepen als het instrument wordt ingeschakeld). Raak deze instelling aan om het venster voor tekeninvoer op te roepen, en voer vervolgens uw naam in (pagina 33).
Hier kunt u instellen hoeveel tijd er moet verstrijken voordat het instrument wordt uitgezet door de automatische uitschakelfunctie (pagina 15). Raak dit aan om de lijst met instellingen op te roepen en kies de gewenste. Kies hier 'Disabled' om de automatische uitschakelfunctie uit te schakelen.

De muziekstandaard gebruiken

VOORZICHTIG
Bladmuzieksteuntjes
VOORZICHTIG
Let erop dat uw vingers niet beklemd raken.
Klap de bladmuzieksteuntjes neer
VOORZICHTIG
Klap de bladmuzieksteuntjes omlaag voordat u de muziekstandaard neerlaat. Anders kunnen uw vingers beklemd raken tussen de muziekstandaard en de bladmuzieksteuntje en kunt u deze bezeren.
Trek de muziekstandaard zo ver mogelijk naar u toe. Als de muziekstandaard omhoog staat, staat deze vast onder een bepaalde hoek die niet kan worden aangepast. Met de steuntjes kunt u de bladzijden van muziekboeken op hun plaats houden.
Als u de muziekstandaard opzet of neerlaat, laat deze dan pas los wanneer deze helemaal omhoog of neer is.
Als u de muziekstandaard lager wilt zetten, tilt u de muziekstandaard een beetje op en laat u deze langzaam weer zakken.
Beginnen
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
17

De vleugelklep openen/sluiten (CVP-609 vleugeltype)

VOORZICHTIG
Laat de vleugelklep niet door kinderen openen of sluiten. Let op dat er geen vingers (uw eigen vingers of vooral die van kinderen) onder de vleugelklep beklemd raken als deze wordt geopend of gesloten.
VOORZICHTIG
• Gebruik de buitenste uitsparing niet voor de lange steun. Hierdoor wordt de vleugelklep onstabiel en kan eventueel vallen, wat schade of letsel tot gevolg kan hebben.
• Zorg dat het uiteinde van de steun veilig in de uitsparing van de vleugelklep past. Als de steun niet op de juiste manier in de uitsparing zit, kan de vleugelklep eventueel vallen, wat schade of letsel tot gevolg heeft.
• Pas op dat u of anderen niet tegen de steun stoten als de vleugelklep omhoog staat. De steun kan uit de uitsparing springen waardoor de vleugelklep omlaag valt.
Lange steun
Korte steun
De vleugelklep heeft een lange steun en een korte steun. Gebruik een van beide om de vleugelklep onder de gewenste hoek open te zetten.
De vleugelklep openen
1 Zet de muziekstandaard omhoog. 2 Til de rechterkant van de vleugelklep omhoog en houd deze vast (gezien vanaf
de klavierzijde van het instrument).
3 Draai de steun voor de vleugelklep omhoog en laat de vleugelklep voorzichtig
Beginnen
zakken, zodat het uiteinde van de steun in de uitsparing van de vleugelklep valt.
2
3
1
Gebruik voor de lange steun de binnenste uitsparing en voor de korte steun de buitenste uitsparing om de vleugelklep te ondersteunen.
De vleugelklep sluiten
1 Houd de steun van de vleugelklep vast en til de vleugelklep voorzichtig op. 2 Houd de vleugelklep omhoog en klap de steun omlaag. 3 Laat de vleugelklep voorzichtig zakken.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
18
1
3
2

Een hoofdtelefoon gebruiken

VOORZICHTIG
Standaardaansluiting voor stereo hoofdtelefoon
LET OP
Hang niets anders aan de beugel dan een hoofdtelefoon. Als u dat wel doet, kan het instrument of de beugel beschadigd raken.
Aangezien het instrument is uitgerust met twee [PHONES]-aansluitingen, kunt u twee hoofdtelefoons aansluiten. Als u slechts één hoofdtelefoon gebruikt, maakt het niet uit op welke van de twee u deze aansluit.
MIC.
INPUT
MIC. LINE PHONES
VOLUME
LINE IN
MIN MAX
De ophangbeugel voor de hoofdtelefoon gebruiken
Er wordt een ophangbeugel voor een hoofdtelefoon bij het instrument geleverd, waarmee u de hoofdtelefoon aan het instrument kunt hangen. Installeer de ophangbeugel voor de hoofdtelefoon volgens de instructies achterin deze handleiding.
Vermijd langdurig gebruik op een hoog volume van de hoofdtelefoon om gehoorschade te voorkomen.
Beginnen
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
19

Display-structuur

Display voor bestandsselectie
U kunt het gewenste type display oproepen door de Style-naam, Voice-naam of Song-naam op de Home­display aan te raken.
Home-display
Dit is het portaal of thuisbasis van de structuur van het instrument.
Door het Style-gebied uit te breiden kunt u de regelaars voor afspelen op de display laten weergeven.
Menu-display
Door één van de pictogrammen aan te raken kunt u diverse functies activeren, zoals muzieknotatie voor Songs, volumebalans en andere specifieke instellingen.
Display voor Style-selectie Display voor Voice-selectie
Als u het instrument inschakelt wordt de Home-display opgeroepen, waar vanuit u de display voor bestandsselectie en de Menu-display kunt oproepen, waarmee u comfortabel diverse functies tot uw beschikking heeft en verschillende instellingen kunt uitvoeren. Raadpleeg pagina 22 voor gedetailleerde instructies over de display.
Display-structuur
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
20
Door het Song-gebied uit te breiden kunt u de regelaars voor afspelen op de display laten weergeven.
Display voor Song-selectie
Display-structuur
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
21

Basishandelingen

1
2
4
5
3
OPMERKING
Als u met uw vinger naar rechts veegt over het Voice-gebied, Style-gebied of Song-gebied wordt het Style-gebied uitgebreid, en als u naar links veegt wordt het Song-gebied uitgebreid.
OPMERKING
Door over het registratiegebied met uw vinger naar links of rechts te vegen kunt u dit gebied ook verbergen of weergeven.

Displayconfiguratie

Dit gedeelte behandelt de meest gebruikte displays: Home, File Selection en Menu. De Home-display verschijnt als het instrument wordt ingeschakeld. De display voor bestandsselectie en de Menu-display kunnen vanuit de Home-display worden opgeroepen.
Home-display
Verschijnt als het instrument wordt ingeschakeld en kan worden opgeroepen als de [Home]­knop wordt ingedrukt. In de display worden de huidige basisinstellingen weergegeven, zoals de momenteel geselecteerde Voice- en Style, zodat u deze in één oogopslag kunt zien. Daarom kunt u het best de Home-display laten weergeven als u op het klavier speelt.
Basishandelingen
1 Vo ic e - ge b ie d
Geeft de huidige voices voor elk van de klaviergedeeltes (Main, Left, en Layer) en de aan/uit-status van deze gedeeltes (pagina 42). Door het aanraken van een Voice-naam wordt de display voor Voice-selectie opgeroepen.
2 Style-gebied
Geeft de huidige Style aan (pagina 48). Door het aanraken van een Style-naam wordt de display voor Style-selectie opgeroepen. Raak [] linksboven in dit gebied aan, om het gebied uit te breiden. Raak [] rechtsboven van het Voice-gebied aan om de standaardstatus van het Voice-gebied te herstellen.
3 Song-gebied
Geeft de huidige Song aan (pagina 57). Als u een Song-naam aanraakt wordt de display voor Songselectie opgeroepen. Raak [] rechtsboven in dit gebied aan, om het gebied uit te breiden. Raak [] linksboven van het Voice-gebied aan om de standaardstatus van het Voice-gebied te herstellen.
4 Registratiegebied
Hier worden de naam van de momenteel geselecteerde Registration Memory-bank en Registration Sequence als deze actief is (pagina 78). Als u dit gebied aanraakt wordt de display Registration Bank-selectie opgeroepen. Door [] of [] in het betreffende gebied aan te raken kunt u dit gebied verbergen.
5 Menu-gebied
Bevat de sneltoetspictogrammen waarmee diverse functies met één aanraking kunnen worden opgeroepen. Als u een sneltoetspictogram aanraakt, wordt de display van
22
de betreffende functie opgeroepen. Raak het [Menu]-pictogram rechts aan om de Menu-display op te roepen, van waaruit u de gewenste functie naar dit menugebied kunt registreren (pagina 27).
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
Display voor bestandsselectie
1
2
3
4
Pad
Naar de bovenste map
OPMERKING
U kunt ook een volgende pagina weergeven door verticaal met uw vinger over de lijst te vegen.
In de display voor bestandsselectie kan een Voice, Style, Song of andere data worden geselecteerd. U kunt deze display oproepen door de naam van de Voice, Style of Song in de Home-display aan te raken of door een van de knoppen VOICE, STYLE etc. in te drukken.
1 Category
Een grote variëteit aan Voices en Styles is onderverdeeld in verschillende categorieën (tabs) afhankelijk van het datatype. Met uitzondering van de volgende twee tabs worden alle tabs 'preset'-tabs genoemd, omdat ze presetdata bevatten.
Locatie waar de Voices of Styles die u heeft geregistreerd als favorieten worden
(Favorite tab)
(User tab)
weergegeven (pagina 32). Deze tab is alleen beschikbaar voor Voices en Styles.
Locatie waar opgenomen of bewerkte data is opgeslagen. Data opgeslagen in het instrument worden weergegeven in 'User' (gebruikersgeheugen) en data op het aangesloten USB-flashgeheugen worden weergegeven in 'USB'. In deze handleiding worden data in de User tab 'gebruikersdata' genoemd.
2 Subcategorie / Map (pad)
• Als een van de presettabs wordt geselecteerd, worden de subcategorieën hier op basis van datatype weergegeven. Bijvoorbeeld verschillende pianotypes, zoals Grand Piano en Electric Piano worden weergegeven als u de 'Piano'-tab in de display voor Voice-selectie aanraakt.
• Als de Favorite tab is geselecteerd is dit niet beschikbaar.
• Als de User tab is geselecteerd, wordt hier het huidige pad of de map weergegeven volgens de mapstructuur.
3 Te selecteren data (bestanden)
De bestanden die kunnen worden geselecteerd worden weergegeven. Als er meer pagina's beschikbaar zijn kunt u een andere pagina oproepen door het aanraken van [] of [].
4 Bedieningspictogrammen
De functies (save, copy, delete, etc.) die kunnen worden bediend via de display voor bestandsselectie worden weergegeven. De pictogrammen die hier worden weergegeven zijn afhankelijk van welke display voor bestandsselectie is geselecteerd. Raadpleeg de pagina's 29 – 33, of de instructies voor de display voor bestandsselectie van de betreffende functies.
Basishandelingen
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
23
Menu-display
OPMERKING
U kunt de Menu-display ook oproepen door in de Home-display met uw vinger vanaf de onderkant omhoog te vegen. Als u in de Menu­display met uw vinger omlaag veegt, wordt de Home-display opgeroepen.
1
2
OPMERKING
U kunt ook pagina's omslaan door horizontaal met uw vinger te vegen.
Dit is de portaldisplay voor het gebruik van diverse functies en kan worden opgeroepen door het [Menu]-pictogram rechtsonder in het Home-display aan te raken.
1 Functies
Diverse handige functies worden weergegeven via pictogrammen. De betreffende
Basishandelingen
functie kan worden opgeroepen door het pictogram aan te raken. Deze lijst bestaat uit twee pagina's die u kunt selecteren door [] of [] in te drukken. Raadpleeg de 'Functielijst Menu-display' (pagina 91) of de Reference Manual (naslaggids) op de website voor meer informatie over de functies.
2 Sneltoetsen
Als u veelgebruikte functies registreert als sneltoetsen kunt u deze snel vanuit de Home-display oproepen. Raadpleeg voor instructies pagina 27.
Instructieconventies voor de Menu-display
In deze handleiding worden in het kort instructies in meerdere stappen gegeven met behulp van pijlen die de juiste volgorde aangeven.
Voorbeeld: [Menu] → [Utility] → [System] → [Language]
Het bovenstaande voorbeeld beschrijft een handeling in drie stappen:
1) Raak in het Menu-display [Utility] aan.
2) Raak [System] aan.
3) Raak [Language] aan.

De huidige display sluiten

Raak om de display te sluiten [×] rechts boven in de display (of venster) aan, of [Close] rechts onder in de display (of venster). Als er een bericht (informatie of bevestigingsdialoog) verschijnt, wordt het bericht gesloten door het juiste onderdeel zoals 'Yes' of 'No' aan te raken. Als u snel wilt teruggaan naar de Home-display, druk dan op de knop [Home].
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
24

Besturingselementen van de display

Draaiknop
Data
[HOME]-knop
Display
LET OP
Gebruik geen scherpe of harde gereedschappen om het aanraakscherm te bedienen. Hierdoor kan de display beschadigen.
OPMERKING
Bedenk dat bediening door tegelijkertijd aanraken van twee of meer punten op de display niet mogelijk is.
OPMERKING
U kunt systeemgeluiden die worden geproduceerd door het aanraken van de display in- of uitschakelen via [Menu] [Utility] [Display] Touch Panel [Sound]
De display van dit instrument is een speciaal aanraakscherm waarmee u de gewenste parameter kunt selecteren of wijzigen door gewoon de betreffende instelling op de display aan te raken.
De display gebruiken (aanraakscherm)
Aanraken
Om een onderdeel te selecteren raakt u de betreffende aanduiding op de display licht aan.
Schuiven
Houd de displayschuifregelaar vast en schuif vervolgens uw vinger verticaal of horizontaal om de parameterwaarde te wijzigen.
Roteren
Houd de displayknop vast en roteer uw vinger rond de knop om de parameterwaarde te wijzigen.
Aanraken en vasthouden
Deze instructie betekent dat het object in de display moet worden aangeraakt en enige tijd moet worden vastgehouden. Als u waarden instelt met behulp van []/[], een schuifregelaar of een knop, kunt u de standaardwaarde herstellen door de waarde op de display aan te raken en vast te houden.
Basishandelingen
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
25
De draaiknop Data roteren
Draaiknop Data
Afhankelijk van de display kan de draaiknop Data op de volgende twee manieren worden gebruikt.
Parameterwaarden aanpassen
Na het selecteren van de gewenste parameter kan met de draaiknop Data de waarde worden aangepast. Dit is nuttig als u het moeilijk vindt dit via aanraken van de display te doen, of als u de aanpassing nauwkeuriger wilt maken.
Basishandelingen
Een item in een lijst selecteren
Gebruik in displays voor bestandsselectie (pagina 23) en de lijstvensters voor het instellen van parameters de draaiknop Data om een onderdeel te selecteren.
Indrukken van de [HOME]-knop
U kunt te allen tijde snel terug gaan naar de Home-display (de display die wordt weergegeven als het instrument wordt ingeschakeld) door op de [HOME]-knop te drukken.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
26
Oproepen van de gewenste functies vanuit
OPMERKING
Raak om deze handeling te annuleren een blanco deel op de display aan voordat u doorgaat met stap 2.
OPMERKING
Raak om deze handeling te annuleren een blanco deel op de display aan voordat u doorgaat met stap 2.
1
OPMERKING
Raak om deze handeling te annuleren een blanco deel op de display aan voordat u doorgaat met stap 2.
de Home-display
U kunt een veelgebruikte functie uit de Menu-display registreren als sneltoets. Geregistreerde sneltoetsen worden in het Menu-gebied (pagina 22) onder in de Home-display weergegeven, zodat u snel de gewenste functie vanuit de Home-display kunt oproepen.
Een sneltoets in de Home-display maken
Standaard zijn er al zeven sneltoetsen geregistreerd, maar deze kunt u wijzigen.
1 Raak het pictogram van de betreffende functie aan en houd dit vast tot
de kleur van het sneltoetsgebied (onderste deel van de display) verandert.
1
2
Basishandelingen
2 Raak van de zeven locaties onderin de display degene aan die
u wilt vervangen.
De in stap 1 geselecteerde functie wordt geregistreerd en vervangt de hier geselecteerde functie.
Een sneltoets verplaatsen
1 Raak het gewenste pictogram aan en houd dit vast tot de kleur verandert.
12
2 Raak van de zeven locaties het gewenste pictogram aan.
De pictogrammen die in stap 1 en 2 zijn aangeraakt worden verwisseld.
Een sneltoets verwijderen
1 Raak het gewenste pictogram aan en houd dit vast tot de kleur verandert.
2 Raak hetzelfde pictogram opnieuw aan om dit uit de sneltoetsen
te verwijderen.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
27

De ASSIGNABLE-knoppen gebruiken

2
3
OPMERKING
Raadpleeg de Reference Manual (naslaggids) op de website voor details over de functies die aan deze knoppen kunnen worden toegewezen.
Aan deze vier toetsen links van de display kunt u veelgebruikte functies toewijzen. Ook de functies uit de Menu-display kunnen als sneltoets worden toegewezen.
1 Roep de bedieningsdisplay op via [Menu] → [Assignable] → [Assignable].
Basishandelingen
2 Druk op het gewenste knopnummer om de lijst op te roepen. 3 Selecteer het gewenste onderdeel uit de functies en sneltoetsen
(equivalent van de functies in de Menu-display).
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
28

Bestandsbeheer

OPMERKING
Lees voordat u een USB-flashgeheugen aansluit 'USB-apparaten aansluiten' op pagina 88.
3
OPMERKING
Raak om deze handeling te annuleren [Cancel] (annuleren) aan.
Data die u heeft gemaakt zoals opgenomen Songs en bewerkte Voices kunnen als bestanden in het instrument (dit wordt 'gebruikersgeheugen' genoemd) en op het USB-flashgeheugen worden opgeslagen. Als u veel bestanden heeft opgeslagen kan het moeilijk worden om het gewenste bestand snel te vinden. Om de bediening makkelijker te maken kunt u uw bestanden in mappen organiseren, de bestanden een andere naam geven, overbodige bestanden wissen etc. Deze handelingen worden uitgevoerd in de display voor bestandsselectie.
Bestand opslaan
U kunt uw originele data (zoals Songs die u heeft opgenomen en Voices die u heeft bewerkt) als bestand in het instrument of op een USB-flashgeheugen opslaan.
1 Raak in de relevante display (opslaan) aan om de display voor
het selecteren van de doellocatie voor het bestand te selecteren.
2 Selecteer de locatie waarin u het bestand wilt opslaan.
Raak aan om een mapniveau hoger te gaan. U kunt een nieuwe map aanmaken door (nieuwe map) aan te maken.
Basishandelingen
3 Raak [Save here] (hier opslaan) aan om het venster tekeninvoer
op te roepen.
4 Voer de bestandsnaam in (pagina 33).
Zelfs als u deze stap overslaat kunt u de naam van het bestand te allen tijde na het opslaan nog wijzigen (pagina 30).
5 Raak [OK] aan in het venster tekeninvoer om het bestand daadwerkelijk
op te slaan.
Het opgeslagen bestand wordt automatisch op de desbetreffende positie in alfabetische volgorde tussen de bestanden geplaatst.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
29
Een nieuwe map maken
OPMERKING
• In het gebruikersgeheugen kunnen niet meer dan drie mapniveaus worden gemaakt. Het maximale totale aantal bestanden/ mappen dat kan worden opgeslagen is afhankelijk van de bestandsgrootte en de lengte van de bestands-/mapnamen.
• Het maximale aantal bestanden/mappen dat kan worden opgeslagen in een map is 500.
OPMERKING
• Raak om de bestandsoperatie te annuleren [] rechts aan, om de pictogrammen voor bestandsbeheer te verbergen.
• U kunt de pictogrammen voor bestandsbeheer verbergen of weergeven door met uw vinger horizontaal over de onderkant van de display te vegen.
2 3
Pictogrammen voor bestandsbeheer
OPMERKING
De naam van bestanden in de Preset-tabs kunnen niet worden gewijzigd.
OPMERKING
• Raak om de bestandsoperatie te annuleren [] rechts aan, om de pictogrammen voor bestandsbeheer te verbergen.
• U kunt de pictogrammen voor bestandsbeheer verbergen of weergeven door met uw vinger horizontaal over de onderkant van de display te vegen.
OPMERKING
De naam van slechts één map tegelijk kan worden gewijzigd.
Mappen kunnen naar wens worden gemaakt, benoemd en geordend, waardoor het makkelijker wordt uw originele gegevens te vinden en te selecteren.
1 Raak in de display voor bestandsselectie de User tab (pagina 23)
aan en selecteer de locatie waar u een nieuwe map wilt maken.
Raak aan om een mapniveau hoger te gaan.
2 Raak [File] aan om de pictogrammen voor bestandsbeheer op te roepen.
Basishandelingen
3 Raak (nieuwe map) aan om het venster tekeninvoer op te roepen. 4 Voer de naam in van de nieuwe map (pagina 33).
De naam wijzigen van een bestand/map
U kunt de naam van bestanden/mappen wijzigen.
1 Roep de display voor bestandsselectie op, waarop het gewenste bestand
of de gewenste map wordt weergegeven.
2 Raak [File] aan om de pictogrammen voor bestandsbeheer op te roepen. 3 Voeg een vinkje toe aan het gewenste bestand of de gewenste map door
deze aan te raken.
4 Raak (hernoemen) aan om het venster tekeninvoer op te roepen. 5 Voer de naam van het geselecteerde bestand of de geselecteerde
map in (pagina 33).
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
30
Bestanden kopiëren of verplaatsen
OPMERKING
• Bestanden in de Preset-tabs kunnen niet worden verplaatst.
• Het kopiëren van commercieel verkrijgbare muziekgegevens, inclusief maar niet beperkt tot MIDI-gegevens en/of audiogegevens, is strikt verboden, uitgezonderd voor persoonlijk gebruik. In de handel verkrijgbare Song-data kunnen tegen kopiëren zijn beveiligd om illegaal kopiëren of onbedoeld wissen te voorkomen.
OPMERKING
• Raak om de bestandsoperatie te annuleren [] rechts aan, om de pictogrammen voor bestandsbeheer te verbergen.
• U kunt de pictogrammen voor bestandsbeheer verbergen of weergeven door met uw vinger horizontaal over de onderkant van de display te vegen.
OPMERKING
Raak [Cancel] aan om deze handeling te annuleren voordat u naar stap 6 gaat.
OPMERKING
Bestanden in de Preset-tabs kunnen niet worden verwijderd.
OPMERKING
• Raak om de bestandsoperatie te annuleren [] rechts aan, om de pictogrammen voor bestandsbeheer te verbergen.
• U kunt de pictogrammen voor bestandsbeheer verbergen of weergeven door met uw vinger horizontaal over de onderkant van de display te vegen.
U kunt een bestand kopiëren of knippen en op een andere locatie (map) plakken. Met dezelfde procedure kunt u ook een map kopiëren (maar niet verplaatsen).
1 Roep de display voor bestandsselectie op waarin het gewenste bestand
of de gewenste map wordt weergegeven.
2 Raak [File] aan om de pictogrammen voor bestandsbeheer op te roepen. 3 Voeg vinkjes toe aan de gewenste bestanden of mappen door deze
onderdelen aan te raken.
Eén of meer bestanden/mappen kunnen worden aangevinkt. Als u vinkjes aan alle weergegeven onderdelen wilt toevoegen, raak dan (alles aanvinken) aan. Raak (alles aanvinken) nogmaals aan om alle vinkjes te verwijderen.
4 Raak (kopiëren) of (verplaatsen) aan om de display voor
het selecteren van de doellocatie op te roepen.
5 Selecteer de gewenste bestemming (pad) om de bestanden/mappen
te plakken.
U kunt een nieuwe map aanmaken door (nieuwe map) aan te raken.
6 Raak [CopyHere] of [MoveHere] aan om de bestanden/mappen
die u in stap 3 heeft geselecteerd te plakken.
Het geplakte bestand of de geplakte map verschijnt in de display op de desbetreffende positie in alfabetische volgorde tussen de bestanden.
Basishandelingen
Bestanden/mappen wissen
U kunt bestanden/mappen verwijderen.
1 Roep de display voor bestandsselectie op waarin het gewenste bestand
of de gewenste map wordt weergegeven.
2 Raak [File] aan om de pictogrammen voor bestandsbeheer op te roepen. 3 Voeg vinkjes toe aan de gewenste bestanden of mappen door deze
onderdelen aan te raken.
Eén of meer bestanden/mappen kunnen worden aangevinkt. Als u vinkjes aan alle weergegeven onderdelen wilt toevoegen, raak dan (alles aanvinken) aan. Raak (alles aanvinken) nogmaals aan om alle vinkjes te verwijderen.
4 Raak (verwijderen) aan. 5 Raak na het bevestigingsbericht [Yes] aan om de bestanden/mappen
die u in stap 3 heeft geselecteerd daadwerkelijk te verwijderen.
Raak om deze handeling te annuleren [No] aan in plaats van [Yes].
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
31
Bestanden op de Favorite tab registreren
OPMERKING
• Als u de naam van het originele bestand wijzigt of het originele bestand verplaatst of verwijdert, kan het aanraken van de bestandsnaam in de Favorite tab het bestand niet oproepen.
• Om het bestand daadwerkelijk in de Favorite tab te verwijderen moet u de gekleurde ster aanraken en vervolgens de display sluiten of overschakelen.
Favorite tab
Geregistreerd
Niet geregistreerd
4
3
1
2
3
U kunt uw favorieten of veelgebruikte Voices of Styles snel oproepen door deze op de Favorite tab te registreren. Raak de stermarkering ( ) rechts van een bestand aan om het betreffende bestand op de Favorite tab te registreren. Om het geregistreerde bestand van de Favorite tab te verwijderen raakt u de gekleurde stermarkering ( ) op de Favorite tab of in de tab die het betreffende bestand bevat aan.
Basishandelingen
De bestandsvolgorde in de Favorite tab sorteren
U kunt de volgorde van de bestanden, zoals Voices en Styles, in de Favorite tab wijzigen.
1 Raak in de display voor Voice-selectie of de display voor Style-selectie
de Favorite tab aan.
2 Raak (volgorde) aan om de display voor het wijzigen van volgorde
op te roepen.
3 Raak het bestand dan dat u wilt verplaatsen.
4 Raak de locatie aan waar u het in stap 3 geselecteerde bestand naartoe
wilt verplaatsen.
5 Herhaal de stappen 3 – 4 indien noodzakelijk. 6 Raak [Complete] aan om de display voor het wijzigen van volgorde
te verlaten.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
32
Beperkingen voor beveiligde Songs
In de handel verkrijgbare Song-data kunnen tegen kopiëren zijn beveiligd om illegaal kopiëren of onbedoeld wissen te voorkomen. Deze worden gemarkeerd door de aanwijzingen links van de bestandsnamen. Hieronder volgt een gedetailleerde beschrijving van de indicaties en de van toepassing zijnde beperkingen.
(grijs) Protected 1 (beveiligd 1): Duidt Preset-songs aan die in 'USER' (gebruikersgeheugen)
zijn opgeslagen en Disklavier Piano Soft Songs. Deze kunnen niet naar externe apparaten worden gekopieerd/verplaatst/opgeslagen.
(geel) Protected 2 Original (beveiligd 2 origineel): Duidt Songs in Yamaha-beveiligde
indeling aan. Deze Songs kunnen niet worden gekopieerd. Deze kunnen alleen worden verplaatst of opgeslagen in 'USER' (gebruikersgeheugen) en op USB-opslagmedia met ID.
(geel) Protected 2 Edited (beveiligd 2 bewerkt): Duidt bewerkte 'Protected 2 Original'
Songs aan. Zorg dat u deze in dezelfde map opslaat als de originele 'Protected 2 Original'-song. Deze Songs kunnen niet worden gekopieerd. Deze kunnen alleen worden verplaatst of opgeslagen op het 'USER'-station (gebruikersgeheugen) en opslagmedia met ID.
Opmerking voor bewerking van 'Protected 2 Original' en 'Protected 2 Edited' Song-bestanden
Zorg dat u de 'Protected 2 Edited'-song in dezelfde map opslaat als de originele 'Protected 2 Original'-song. Anders kan de 'Protected 2 Edited'-song niet worden afgespeeld. Bedenk ook dat als u een 'Protected 2 Edited'-song verplaatst, u ook de originele 'Protected 2 Original'-song naar dezelfde locatie (map) moet verplaatsen.

Tekens invoeren

Dit gedeelte behandelt hoe u tekens kunt invoeren voor het benoemen van uw bestanden/mappen, het invoeren van trefwoorden, in Music Finder (pagina 74) etc. Voer tekens in via de onderstaande display.
2
1
1 Kies het tekentype.
Als de taal (pagina 16) niet op Japans is ingesteld:
Het aanraken van [Symbol] (of [abc]) schakelt over tussen invoer van symbolen of Romeinse tekens (en cijfers). Raak (Shift) aan om over te schakelen tussen invoer van hoofdletters of kleine letters.
Als de taal (pagina 16) is ingesteld op Japans:
: Romeinse letters en nummers in halve grootte (volledige grootte)
: Symbolen in halve grootte (volledige grootte)
: Katakana in volledige grootte (halve grootte)
: Hiragana en Kanji
Basishandelingen
Raak het tekentype aan en houd het vast om over te schakelen tussen volledige grootte of halve grootte. Voorbeeld: [ ] kan worden opgeroepen door het vasthouden van [ ]. Bij het invoeren van Romeinse letters kunt u omschakelen tussen hoofdletters en kleine letters door (Shift) aan te raken.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
33
2 Raak []/[] aan of draai aan de draaiknop Data om de cursor
OPMERKING
• Afhankelijk van de display voor tekeninvoer waarin u werkt, kunnen sommige tekens niet worden ingevoerd.
• Een bestandsnaam kan maximaal 41 tekens bevatten en een mapnaam kan maximaal 50 tekens bevatten.
• De volgende tekens (halve grootte) kunnen niet worden gebruikt: ¥ / : * ? " < > I
OPMERKING
Raak [Cancel] aan om deze handeling te annuleren voordat u naar stap 3 gaat.
naar de gewenste locatie te brengen.
3 Voer de gewenste tekens een voor een in.
Raak om een teken te wissen [Delete] aan; als u [Delete] aanraakt en vasthoudt worden alle tekens in één keer gewist. Raak om een spatie in te voeren de spatiebalk aan zoals weergegeven in de illustratie op de vorige pagina.
Om letters met extra symbolen in te voeren (als de taal niet op Japans
is ingesteld):
U kunt letters met extra symbolen, zoals een trema, invoeren door een letter aan te raken en vast te houden, zodat er een lijst wordt geopend. Houd bijvoorbeeld de 'E' vast om een 'Ë' uit de lijst in te voeren.
Om naar Kanji om te zetten (als de taal op Japans is ingesteld):
Als de ingevoerde 'hiragana'-tekens invers worden weergegeven (gemarkeerd), raak dan [ ] verschillende keren aan om de conversieopties op te roepen. U kunt de invers weergegeven passage wijzigen met [] of []. Als u de juiste Kanji heeft gevonden, raak dan [ ] aan.
Basishandelingen
Raak [ ] aan om de geconverteerde Kanji naar 'hiragana' terug te zetten. Raak [ ] aan om de invers weergegeven passage in één keer te wissen.
4 Raak [OK] aan om de tekens (naam, trefwoorden, etc.) die u heeft
ingevoerd te bevestigen.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
34

De pedalen gebruiken

Als u hier het demperpedaal indrukt en vasthoudt worden alle weergegeven tonen aangehouden.
OPMERKING
• Bepaalde Voices, zoals strings en brass, klinken permanent door als het demper/sostenutopedaal wordt ingedrukt.
• Bepaalde voices zoals drumkits worden misschien niet beïnvloed door het gebruik van het demper/ sostenutopedaal.
OPMERKING
De pedalen zijn bedekt met een kunststof bedekking bij levering vanaf de fabriek. Als uw instrument beschikt over het GP Responsive Damper Pedal, verwijder dan de hoes van het demperpedaal voor optimaal gebruik van het pedaaleffect.
OPMERKING
Als de pedalenconsole rammelt of wijkt als u de pedalen intrapt, draai de stabilisator dan zodanig dat deze stevig op de vloer rust (pagina's 95, 98, 100).
Als u het sostenutopedaal indrukt, klinken alleen de tonen door die op dat moment zijn aangeslagen.
Demperpedaal (rechts)
Door het indrukken van dit pedaal worden tonen aangehouden. Als het pedaal wordt losgelaten worden aangehouden tonen direct afgebroken (gedempt). Een 'halfpedaal'-functie van dit pedaal creëert een gedeeltelijk pedaaleffect, afhankelijk van hoe ver het pedaal wordt ingedrukt.
Halfpedaalfunctie
Met deze functie kan de aanhoudlengte worden gevarieerd, afhankelijk van hoe ver het pedaal wordt ingedrukt. Hoe verder het pedaal wordt ingedrukt, hoe langer het geluid aanhoudt. Als u bijvoorbeeld het demperpedaal indrukt en de tonen die u speelt klinken te veel door elkaar omdat ze te lang doorklinken, kunt u het pedaal gedeeltelijk optillen om het doorklinken te verminderen.
GP Responsive Damper Pedal
Dit pedaal is ontworpen om voor een geavanceerde tactiele ervaring te zorgen en voelt bij indrukken veel meer aan als het pedaal van een vleugel. Hiermee wordt het makkelijker om het halfpedaalpunt te ervaren, waardoor halfpedaal makkelijker kan worden toegepast dan met andere pedalen. Omdat de indrukervaring kan variëren afhankelijk van de situatie, waaronder ook de locatie waar het instrument is geplaatst, kunt u het half pedaalpu nt aanpasse n in de dis play bij [Menu] → [Ass ignable] → [Pedal]. Raadpleeg de Reference Manual (naslaggids) op de website voor meer informatie.
Basishandelingen
Sostenuto Pedal (midden)
Als de Piano Voice is geselecteerd en u een toon of akkoord op het klavier speelt en op dit pedaal drukt terwijl u de toon/tonen aanhoudt, worden deze tonen langer aangehouden zolang het pedaal wordt ingedrukt. Alle daaropvolgende tonen worden niet langer aangehouden. Als een andere Voice dan Piano Voice is geselecteerd, wordt automatisch een specifieke functie voor die Voice aan het middelste pedaal toegewezen.
Una corda-pedaal (links)
Als de Piano Voice is geselecteerd, vermindert u het volume en verandert u enigszins de klankkleur van de tonen die u speelt door dit pedaal in te drukken. Als een andere Voice dan Piano Voice is geselecteerd, wordt automatisch een specifieke functie voor die Voice aan het middelste pedaal toegewezen. U kunt de sterkte van het Una corda-pedaal in de display aanpassen bij [Menu] → [Assignable] → [Pedal]. Raadpleeg de Reference Manual (naslaggids) op de website voor meer informatie.
Een functie toewijzen aan een pedaal
Aan de drie pedalen en aan een optionele voetregelaar/voetschakelaar kunnen diverse functies worden toegewezen, waaronder start/stop of Song afspelen en het bedienen van een Super Articulation Voice. Deze kunnen worden ingesteld in de display via [Menu] → [Assignable] → [Pedal]. Raadpleeg de Reference Manual (naslaggids) op de website voor meer informatie.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
35

De metronoom gebruiken

OPMERKING
U kunt ook de maatsoort, het volume en het geluid van de metronoom in de display wijzigen via [Menu] [Metronome] [Metronome].
OPMERKING
Als u het tempo van een Audio-song wilt aanpassen, gebruik dan de functie Time Stretch op pagina 65.
Met de knop [METRONOME ON/OFF] kan de metronoom worden gestart of gestopt. De metronoom produceert een klikgeluid en zorgt hiermee voor een accurate tempoaanduiding terwijl u oefent, of laat u horen en controleren hoe een bepaald tempo klinkt.
Basishandelingen

Het tempo aanpassen

Met de knoppen TEMPO [-] en [+] kan de afspeelsnelheid van de metronoom, Style en MIDI-song worden ingesteld. Het tempo van de Style en MIDI-song kunnen ook worden ingesteld met de [TAP]-knop.
TEMPO [-]/[+]-knoppen
Druk op de knop TEMPO [-] of [+] om de Tempo pop-updisplay op te roepen. Met de knoppen [-]/[+] verlaagt of verhoogt u het tempo over een bereik van 5 – 500 tellen per minuut (BPM - Beats Per Minute). Door het vasthouden van een van de knoppen wordt de waarde continu gewijzigd. Door de knoppen TEMPO [-] en [+] tegelijkertijd in te drukken wordt het standaardtempo van de geselecteerde Style of Song opgeroepen.
[TAP]-knop
Tijdens het afspelen van een Style of MIDI-song kan het tempo worden gewijzigd door twee keer in het gewenste tempo op de [TAP]-knop te drukken. Als Style en Song zijn gestopt, tikt u op de knop [TAP TEMPO] (vier keer voor een 4/4-maatsoort) om het afspelen van de ritmepartij van de Style te starten in het door u getikte tempo.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
36

De aanslaggevoeligheid van het klavier instellen

OPMERKING
De instellingen voor aanslaggevoeligheid hebben op sommige Voices geen effect.
Aanslaggevoeligheid bepaalt hoe het geluid reageert op uw aanslagsterkte. Deze instelling heeft geen invloed op de speelweerstand van de toetsen.
1 Roep de display op via [Menu] → [Keyboard].
2 Voer de instellingen uit door de display aan te raken.
Touc h Cu r ve (aanslag­responscurve)
Fixed Velocity (gefixeerde aanslagsterkte)
Voeg vinkjes toe aan de gewenste klaviergedeelten en raak vervolgens de display aan om het instelvenster op te roepen en het type aanslaggevoeligheid te selecteren. Als u een vinkje verwijdert, wordt het gedeelte weergegeven met een vaste aanslagsterkte, ongeacht de sterkte van uw aanslag.
Hard2: Vereist een sterke aanslag om hoge volumes te produceren. Het best voor spelers met een sterke aanslag.
Hard1: Vereist een redelijk sterke aanslag voor hoge volumes.
Medium: Standaard aanslaggevoeligheid.
Soft1: Produceert bij gemiddelde aanslagsterkte al een hoog volume.
Soft2: Produceert bij een lichte aanslagsterkte al een relatief hoog volume. Het best voor spelers met een lichte aanslag.
Zorg dat het vakje van de gewenste klavierparts is aangevinkt en raak vervolgens de display aan om het venster instellingen op te roepen en de aanslaggevoeligheid in te stellen waarmee de toetsen moeten worden bespeeld. Deze blijft gefixeerd, ongeacht de sterkte van uw aanslag.
De linker Voice door laten klinken (zelfs als de toetsen zijn losgelaten)
Als de functie Left Hold is ingesteld op 'On' in de bovenstaande display, wordt de linker Voice vastgehouden, zelfs als de toetsen zijn losgelaten. Niet-wegstervende klanken, zoals strings, blijven dan continu doorklinken, terwijl voices met een bepaalde wegsterftijd, zoals piano, langzaam wegsterven (alsof het sustainpedaal is ingedrukt). Als Left Hold is ingesteld op 'On' wordt links van de klavierillustratie in het midden van de Home-display een 'H' weergegeven.
Basishandelingen
Deze functie is handig bij afspelen van Styles, omdat het geluid van het akkoord van de Style blijft doorklinken. Om de linker Voice die doorklinkt te stoppen moet u het afspelen van de Style of Song stoppen of de functie Left Hold uitschakelen.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
37

De toonhoogte in halve tonen transponeren

OPMERKING
• Als u de toonhoogte van de Audio-song wilt transponeren, gebruik dan de parameter Pitch Shift op pagina 65.
• De transponeerfuncties hebben geen invloed op de drumkit- of SFX-kitvoices.
OPMERKING
Transponeren kan in de display maar ook via [Menu] [Transpose].
Hz (Hertz):
Deze eenheid heeft betrekking op de frequentie van geluid en duidt het aantal trillingen van een geluidsgolf per seconde aan. Dit instrument is standaard gestemd op 440,0 Hz overeenkomstig de conventionele stemmingswaarde (440,0 Hz) van akoestische piano's.
Met de knoppen TRANSPOSE [-]/[+] kunt u de totale toonhoogte van het instrument (het geluid van het klavier, het afspelen van een Style of Song etc.) in stappen van een halve toon transponeren (van -12 tot +12). Als de knoppen [-] en [+] tegelijk worden ingedrukt wordt de waarde teruggezet op 0.
U kunt het part dat moet worden getransponeerd afzonderlijk selecteren. Raak de Transpose-pop-up meerdere malen aan tot het gewenste part verschijnt en gebruik vervolgens de knoppen TRANSPOSE [-]/[+] om het te transponeren.
Basishandelingen
Master
Keyboard
Song
Transponeert de toonhoogte van het totaalgeluid, met uitzondering van de Audio-song en het ingangsgeluid van een microfoon of de [AUX IN]-aansluiting.
Transponeert de toonhoogte van het klavier inclusief de grondtoon van het akkoord van de Style-weergave.
Transponeert de toonhoogte van de MIDI-song.
Fijnstemmen van de toonhoogte
De toonhoogte van het totale instrument is standaard gestemd op 440,0 Hz in gelijkzwevende stemming. Deze instelling kan worden gewijzigd vanuit de display via [Menu] → [Tuning]. Raadpleeg de Reference Manual (naslaggids) op de website voor meer informatie.

De volumebalans aanpassen

Vanuit de display Balance die wordt opgeroepen via [Menu] → [Balance], kunt u de volumebalans aanpassen tussen de klavierparts (Main, Layer en Left), Style en Song en het microfoongeluid. Schuif uw vinger verticaal om het volume van elk part aan te passen. Omdat het volume van MIDI-songs en Audio-songs afzonderlijk wordt behandeld moet de volumebalans in beide gevallen afzonderlijk worden ingesteld (als een MIDI-song is geselecteerd of als een Audio-song is geselecteerd).
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
38

De fabrieksgeprogrammeerde instellingen herstellen

OPMERKING
U kunt ook de fabrieksinstelling voor specifieke functies herstellen of alle bestanden/mappen in het gebruikersgeheugen verwijderen vanuit de display via [Menu] [Utility] [Factory Reset/Backup] pagina 1/2. Raadpleeg voor details de Reference Manual (naslaggids) op de website.
OPMERKING
Lees voordat u een USB-flashgeheugen aansluit 'USB-apparaten aansluiten' op pagina 88.
OPMERKING
• U kunt gebruikersdata, zoals Voice, Song, Style en registratiegeheugen back-uppen door deze afzonderlijk naar het USB­flashgeheugen te kopiëren. Raadpleeg voor instructies pagina 31.
• U kunt de systeem­instellingen, MIDI-instellingen, User-effectinstellingen en Music Finder Records afzonderlijk back-uppen.
3
LET OP
Verplaats de beveiligde Songs die in het gebruikersgeheugen zijn opgeslagen, alvorens te herstellen. Als de Songs niet worden verplaatst, worden de gegevens verwijderd tijdens de handeling.
OPMERKING
Het maken/terugzetten van de back-up duurt mogelijk een paar minuten.
Zet het instrument aan terwijl u de toets C7 (de meest rechtse toets op het klavier) ingedrukt houdt. Hierdoor worden alle fabrieksinstellingen hersteld.
C7
+
Als u de standaardwaarde voor een parameter die u heeft gewijzigd wilt herstellen, raak dan de waarde aan op de display en houd deze vast (pagina 25).

Data-backup

U kunt alle data in het gebruikersgeheugen van dit instrument (met uitzondering van beveiligde Songs) en alle instellingen back-uppen naar het USB-flashgeheugen als één bestand. Deze procedure wordt aanbevolen om in geval van schade uw gegevens veilig te stellen.
1 Sluit het USB-flashgeheugen aan op de aansluiting [USB TO DEVICE]
als back-upbestemming.
2 Roep de display op via [Menu] → [Utility] → [Factory Reset/ Backup] →
pagina 2/2.
3 Raak [Backup] voor 'All' aan om het back-upbestand naar
het USB-flashgeheugen op te slaan.
Het back-upbestand terugzetten
Dit doet u door [Restore] van 'All' aan te raken in de bovenstaande stap 3. Nadat de handeling is voltooid, wordt het instrument automatisch opnieuw opgestart.
Basishandelingen
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
39
Piano Room
2
– Genieten van piano spelen –
Als u het instrument gewoon als piano wilt bespelen, zonder u zorgen te maken over andere instellingen, is de Piano Room-functie uiterst comfortabel. Ongeacht de instellingen die u heeft gemaakt op het paneel kunt u onmiddellijk met één druk op de knop de instellingen voor pianospel oproepen. U kunt ook de piano-instellingen wijzigen als u dat wilt.

De Piano Performance bespelen

1 Druk op de knop [PIANO ROOM] om de display Piano Room
op te roepen.
Deze handeling roept de paneelinstellingen voor pianospel op en schakelt alle andere functies uit, behalve het pedaal, de metronoom en de mastervolume-instelling.

Piano Room – Genieten van piano spelen –

2 Bespeel het klavier.
U kunt met pedaal (pagina 35) en metronoom (pagina 36) spelen.
3 Raak [×] rechts boven in de display aan om de display Piano Room
te verlaten.
De paneelinstellingen die u vóór het oproepen van de display Piano Room heeft gemaakt worden weer hersteld.

De juiste setup maken in de Piano Room

In de display Piano Room kunnen verschillende parameters worden ingesteld, zoals type piano. De instellingen hier worden alleen toegepast als de display Piano Room wordt weergegeven. De instellingen die u in een andere display heeft gemaakt worden niet toegepast als de display Piano Room wordt weergegeven.
1 Druk op de knop [PIANO ROOM] om de display Piano Room
op te roepen.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
40
2 Creëer de juiste setup door de display aan te raken.
OPMERKING
• U kunt het type piano ook wijzigen door de pianoafbeelding snel horizontaal te slepen.
• Als de 'Grand Piano' of 'Pop Grand' is geselecteerd, kunt u de vleugelklep openen en sluiten door deze op en neer te slepen.
Een type piano kiezen
Raak de afbeelding van de piano aan om de piano lijst onderin de display op te roepen en selecteer vervolgens het gewenste type. De laatste geselecteerde omgeving voor de piano (zie onder) wordt automatisch opgeroepen als u een specifieke piano selecteert.
Een omgeving selecteren (type reverb)
Raak de achtergrondafbeelding van de piano aan om de omgevingenlijst onderin de display op te roepen en selecteer vervolgens het gewenste type omgeving.
Gedetailleerde instellingen maken
Raak de (instellingen) aan om het menu voor gedetailleerde instellingen op te roepen. Voer de gewenste instellingen uit voor het geselecteerde type piano door de parameters aan te raken. Afhankelijk van het geselecteerde type piano kunnen sommige parameters niet beschikbaar zijn.
Lid Position
Bepaalt hoe ver de vleugelklep is geopend.
(positie vleugelklep)
To u ch (aanslagsterkte)
Tune (stemming)
Damper Resonance (demperresonantie)
String Resonance
Bepaalt hoe het geluid reageert op de kracht waarmee u de toetsen bespeelt. 'Soft' produceert een hoog volume bij spelen met gemiddelde sterkte. 'Medium' is de standaard aanslagrespons. Voor 'Hard' is matig krachtig spelen vereist voor een hoog volume.
Bepaalt de toonhoogte van dit instrument in stappen van 1 Hz.
Hiermee bepaalt u of het demperresonantie-effect wordt ingeschakeld of uitgeschakeld als u het demperpedaal indrukt.
Hiermee schakelt u de snaarresonantie in of uit.
(snaarresonantie)
Key Off Sampling (toets-los-sampling)
Reset (opnieuw instellen)
Hiermee bepaalt u of de zeer zachte toets-los-geluiden worden geproduceerd als u toetsen loslaat.
Stelt alle bovenstaande instellingen voor het geselecteerde type piano in op de standaard.
Het aanraken van (Help) biedt instructies op het scherm voor sommige instellingen.
De instellingen in de display Piano Room blijven behouden, ook als u deze display verlaat of het instrument uitschakelt. Als u de volgende keer de knop [PIANO ROOM] indrukt worden de piano instellingen opgeroepen die de vorige keer zijn uitgevoerd.
Functie Piano Lock
Piano Room – Genieten van piano spelen –
U kunt de paneelinstellingen 'vergrendelen' in de Piano Room-instellingen die u de laatste keer heeft aangebracht. Als ze eenmaal zijn vergrendeld, blijven de Piano Room-instellingen in het instrument behouden, zelfs als er op andere knoppen wordt gedrukt, zodat u alleen het klavier kunt bespelen, de pedalen kunt gebruiken of het mastervolume kunt aanpassen.
1 Houd de knop [PIANO ROOM] twee seconden of langer ingedrukt.
Er wordt een bericht weergegeven op de display.
2 Raak [Lock] aan om de display Piano Lock op te roepen.
De paneelinstellingen worden vergrendeld in de Piano Room-instellingen die u heeft aangebracht.
Als u het instrument uitschakelt terwijl Piano Lock is geactiveerd, wordt de volgende keer dat het instrument wordt ingeschakeld weer de display Piano Lock opgeroepen. Als u Piano Lock wilt uitschakelen, houdt u de knop [PIANO ROOM] opnieuw twee seconden of langer ingedrukt.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
41
Voices
OPMERKING
U kunt ook alleen de Layer-part spelen door de Main-part uit te schakelen.
Left-part
Layer-part Main-part
Splitpunt (F#2 standaard)
OPMERKING
Het splitpunt kan worden gewijzigd (pagina 45).
OPMERKING
De Voice-instelling kan worden opgeslagen in een Registration Memory (pagina 78) (registratiegeheugen).
Klavierparts die zijn ingeschakeld en hun Voices
Aan/uit-status vandeklavierparts
– Het klavier bespelen –
Het instrument beschikt over een grote verscheidenheid aan uitzonderlijk realistische instrumentale Voices, waaronder piano, gitaar, strijkers, koperinstrumenten, blaasinstrumenten en nog veel meer.

Preset-voices bespelen

De Voices kunnen worden gespeeld via drie klavierparts: Main, Layer en Left. In deze speelmodi kunt u gewoon een enkele Voice (Main), twee verschillende Voices gestapeld (Main en Layer) of verschillende Voices in het rechter en linker deel van het klavier (Main/Layer en Left) bespelen. Door deze drie parts te combineren kunt u weelderige instrumenttexturen en handige uitvoeringscombinaties samenstellen.
Als het Left-part is uitgeschakeld wordt het hele klavier gebruikt voor de Main­en Layer-parts. Als het Left-part wordt ingeschakeld, wordt het klavier vanaf F#2 en daaronder gebruikt voor het Left-part en de toetsen erboven (met uitzondering van F#2) worden gebruikt voor de Main-part en Layer-part. De toets waar vanaf het klavier wordt

Voices – Het klavier bespelen –

gesplitst in een linker deel een rechter deel wordt aangeduid als 'Splitpunt' en het gidslampje van deze toets brandt als het Left-part is ingeschakeld. De Voices van de parts die zijn ingeschakeld kunnen op de Home-display worden gecontroleerd.
1 Kies het klavierpart en roep de display voor Voice-selectie op.
Selecteer op deze manier Voices voor elk klavierpart.
De display aanraken
1-1 Raak in de Home-display [Main], [Layer] of [Left] aan om het gewenste
klavierpart in te schakelen.
In het midden van de display worden de ingeschakelde klavierparts en hun Voices weergegeven.
1-2 Raak de Voices van het gewenste part aan om de display voor Voice-selectie
op te roepen.
42
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
De paneelknoppen gebruiken
OPMERKING
U kunt Voices kiezen voor het Main-part en Layer-part met behulp van de selectieknoppen voor Voice-categorie. Druk terwijl u één van de selectieknoppen voor Voice­categorie ingedrukt houdt op een andere selectieknop voor Voice-categorieën. De Voice die met de eerst ingedrukte knop correspondeert wordt toegewezen aan het Main-part terwijl de Voice van de tweede ingedrukte knop aan het Layer-part wordt toegewezen.
1-1
1-2
OPMERKING
Raadpleeg voor informatie over Voices in de tab 'Others' de Reference Manual (naslaggids) op de website.
OPMERKING
U kunt de Demo ook afspelen door het Demo-pictogram aan te raken dat in het informatievenster verschijnt.
1-1 Druk om het klavierpart te selecteren, de knop VOICE [MAIN/LAYER/LEFT]
meerdere malen in, totdat het lampje van het gewenste part brandt.
1-2 Druk op een van de selectieknoppen voor Voice-categorie om de display
voor Voice-selectie op te roepen.
2 Raak de gewenste Voice aan.
Om de karakteristieken van de Voices te horen:
Raak (Demo) aan om afspelen van de demo van de geselecteerde Voice te starten. Raak (Demo) opnieuw aan om het afspelen te stoppen. Raak (Information) aan om het Voice-informatievenster op te roepen, dat wel of niet beschikbaar kan zijn, afhankelijk van de Voice.
3 Zorg dat het gewenste klavierpart is ingeschakeld.
De aan/uit-instelling voor het klavierpart kan worden ingesteld zoals behandeld een stap 1-1 in 'De display aanraken' hierboven.
4 Bespeel het klavier.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
Voices – Het klavier bespelen –
43
Voicekarakteristieken
OPMERKING
• SA- en SA2-voices zijn
alleen compatibel met andere modellen waarin deze typen Voices zijn geïnstalleerd. Alle Song- of Style-gegevens die u met deze Voices op het instrument heeft gemaakt, klinken niet goed als ze worden afgespeeld op andere instrumenten.
• SA- en SA2-voices klinken
steeds anders, afhankelijk van het klavierbereik, de snelheid, aanslag, enzovoort. Dus als u een Keyboard Harmony-effect toepast of de transponeerinstelling of de voiceset-parameters wijzigt, kunnen onverwachte of ongewenste geluiden worden geproduceerd.
• De karakteristieken van
SA2-voices (de standaard vibrato-instelling en articulatie­effecten die met de pedalen worden toegepast) gelden voor live spel. Deze effecten worden mogelijk niet volledig gereproduceerd wanneer u ze gebruikt voor een Song die met SA2-voices is opgenomen.
Links van elke Voice-naam in de display voor Voice-selectie wordt een pictogram weergegeven dat de karakteristiek aanduidt.
Er zijn diverse Voice-karakteristieken; maar alleen de volgende worden hier behandeld. Raadpleeg voor gedetailleerde toelichting de Reference Manual (naslaggids) op de website.
/ : Super Articulation (SA, SA2)-Voices
In de muziekwereld verwijst het woord 'articulatie' doorgaans naar de overgang of continuïteit tussen verschillende gespeelde tonen. Dit wordt vaak uitgedrukt in specifieke speltechnieken, zoals staccato en legato en andere verbindingen. Raadpleeg pagina 46 voor meer informatie.
: Organ Flutes-voices
Hiermee kunnen klassieke elektronisch orgelgeluiden worden samengesteld door het niveau van de flute-voetmaten en de percussieve klanken aan te passen, net als op conventionele drawbarorgels. Raadpleeg pagina 47 voor meer informatie.
/ : Drum-voices, / : SFX-voices
Hiermee kunnen diverse drum- en percussie-instrumenten of SFX (geluidseffecten) vanaf het klavier worden bespeeld. De details vindt u in de Drum/Key Assignment-lijst in de afzonderlijke Data List.
De standaard piano-instellingen oproepen (Piano Reset)
Als u het instrument inschakelt, wordt de Voice ingesteld op 'Concert Grand', zodat u het instrument over het hele klavier als een piano kunt bespelen. Ongeacht welke
Voices – Het klavier bespelen –
instellingen u op het paneel heeft gemaakt, kunt u deze standaardinstelling steeds oproepen.
1 Houd de knop [PIANO ROOM] twee seconden of langer ingedrukt.
Er wordt een bericht weergegeven op de display.
2 Raak [Reset] aan om de standaard piano-instellingen op te roepen.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
44

Het splitpunt instellen

Style-splitpunt
Left-splitpunt
Akkoordengebied
Left Voice-gebied
Left Voice-, Main (en Layer) Voice-gebied
Main (en Layer)-voice-gebied
OPMERKING
Het venster Split Point/Fingering kan ook worden opgeroepen door de klavierillustratie in de Home-display vast te houden.
Style-splitpunt
Linker splitpunt
OPMERKING
Het Left Split Point kan niet lager worden ingesteld dan het Style Split Point.
De toets die het klavier verdeeld in twee of drie gebieden wordt aangeduid als 'Splitpunt'. Er zijn twee typen splitpunt: 'Left Split Point' en 'Style Split Point'. Het 'Left Split Point' verdeelt het klavier in het Left Voice-gebied en Main Voice-gebied, terwijl het 'Style Split Point' het klavier verdeelt in het akkoordengedeelte en het Main of Left Voice-gedeelte. Hoewel beide splitpunten standaard op dezelfde toets zijn ingesteld (F#2) kunt u ze ook verschillend instellen (zoals weergegeven).
1 Roep het venster Split Point/Fingering (Splitpunt/vingerzetting) op:
[Menu] → [Split&Fingering].
2
3
2 Raak [Left] of [Style] aan om dit in te schakelen.
Als u beide splitpunten aan dezelfde toets wilt toewijzen, schakel ze dan beide in.
3 Raak []/[] aan om de gewenste toets als splitpunt te selecteren.
U kunt het splitpen te ook instellen door de betreffende toets aan te slaan terwijl die in dit is te de klavierillustratie vasthoudt.
Voices – Het klavier bespelen –
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
45

Super Articulation-voices bespelen

OPMERKING
AEM is een technologie die het geluid van akoestische instrumenten op natuurlijke wijze simuleert door de meest geschikte geluidssamples uit de database realtime tijdens het spelen te combineren.
OPMERKING
• Als u een functie wilt fixeren, ongeacht de Voice die wordt gespeeld, schakel dan de parameter Depend On Main Voice (afhankelijk van de Main-voice) in via [Menu] [Assignable] [Pedal] [Depend On Main Voice].
• Als u de articulatiefunctie aan de ASSIGNABLE­knoppen (pagina 28) toewijst, kunt u articulatie­effecten toepassen door de knoppen te gebruiken, in plaats van de pedalen.
Met Super Articulation Voices (SA-voices en SA2-voices) kan subtiele, zeer realistische muzikale expressie worden uitgevoerd door op verschillende manieren te spelen.
SA-voices
De SA-voices bieden vele voordelen, gekoppeld aan voortreffelijke bespeelbaarheid en expressieve controle in realtime.
Voorbeeld: Saxophone-voice
Als u bijvoorbeeld een C en vervolgens gebonden een D speelt, hoort u de toon naadloos overgaan in de volgende, alsof de saxofonist de tonen in één adem speelt.
Voorbeeld: Guitar-voice
Als u een C aanslaat en vervolgens het linker pedaal intrapt wordt de toonhoogte verhoogd naar D, alsof de gitarist en hammer-on-toon speelt.
Voices – Het klavier bespelen –
SA2-voices (alleen CVP-609)
Bij blaasinstrument-voices en viool-voices wordt de speciale technologie AEM gebruikt. Deze technologie is gebaseerd op samples van speciale expressieve technieken die op de overeenkomstige instrumenten worden gebruikt: buigen of glijden van de ene toon naar de andere, verschillende tonen 'samenvoegen', expressieve nuances toevoegen aan het einde van een toon etc.
Voor b ee l d: C la r in e t- v oi c e
Als u een C-toon vasthoudt en de Bb daarboven speelt, hoort u een glissando omhoog naar de Bb. Sommige 'noot-uit' effecten worden ook automatisch geproduceerd wanneer u een noot langer dan een bepaalde tijd aanhoudt.
Articulatie-effecten toevoegen door gebruik van het pedaal
Als u een SA- of SA2-voice selecteert voor het Main-part, wordt de functie van het middelste pedaal en het linkerpedaal verwisseld om articulatie-effecten te regelen. Door een pedaal in te trappen, worden verschillende speeleffecten geactiveerd, los van uw klavierspel. Door bijvoorbeeld een pedaal voor een saxofoon-voice in te trappen, kunnen adem- of knopgeluiden worden geproduceerd, en door hetzelfde te doen voor een gitaar-voice, kunnen fretgeluiden of het geluid van de vingers worden nagebootst. U kunt deze tijdens uw spel in de gespeelde tonen opnemen. Als een SA2-voice is geselecteerd (CVP-609) terwijl u een pedaal indrukt en een toon speelt of loslaat, kunt u articulatie-effecten, zoals toonstijging/-daling, glissando omhoog/omlaag, brass fall, enzovoort toevoegen.
Voor specifieke uitvoeringsinstructies voor bepaalde Voices kunt u het informatievenster oproepen van de selecteerde SA-voice of SA2-voice door het pictogram [S.Art] of [S.Art2] aan te raken, dat rechts boven de Voice-naam in de Home display wordt weergegeven.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
46

Eigen Organ Flutes-voices maken

OPMERKING
De term 'voetmaat' refereert aan de klankopwekking met traditionele orgelpijpen, waarbij het geluid wordt geproduceerd door pijpen met verschillende lengten (in voeten).
OPMERKING
Naast de Organ Flutes-voices kunnen ook andere Voices worden bewerkt door het oproepen van de display Voice Edit, na het kiezen van de gewenste Voice. Raadpleeg de Reference Manual (naslaggids) op de website voor meer informatie.
13 5
2
46
3
OPMERKING
U kunt ook effecten toepassen en EQ-instellingen uitvoeren. Raadpleeg de Reference Manual (naslaggids) op de website voor meer informatie.
LET OP
De instellingen gaan verloren als u een andere Voice selecteert of het instrument uitschakelt zonder dat u de opslagbewerking heeft uitgevoerd.
Het instrument gebruikt geavanceerde digitale technologie om de legendarische klank van 'vintage' orgels te imiteren. Net als bij een traditioneel orgel kunt u uw eigen orgelklanken samenstellen door het volume van de verschillende voetmaten te verhogen of te verlagen. De samengestelde Voice kan worden opgeslagen voor later gebruik.
1 Kies in de display voor Voice-selectie het gewenste type Voice
Organ Flutes.
Raak de tab [Organ Flutes] aan in de categorie [Organ] en kies vervolgens de gewenste Voice.
2 Ga terug naar de Home-display en raak vervolgens (Organ Flutes)
aan, rechtsboven van de Voice-naam, aan om de display Organ Flutes Voic e -e d it o p te r o ep en .
3 Schuif met de voetmaatregelaars om het niveau van de voetmaten
aan te passen.
De voetmaatinstellingen bepalen de basisklank van de Organ Flutes
Indien gewenst, kunt u het type orgel kiezen en instellingen wijzigen zoals Rotary Speaker (roterend luidsprekereffect) en vibrato.
1 Organ Type
2 Vo l u me
3 Rotary Speaker
4 Vibrato
5 Response
6 Attack
4 Raak (opslaan) aan en sla de gemaakte Organ-voice op.
Zie pagina 29 voor instructies over het opslaan.
(type orgel)
(roterende luidspreker)
(respons)
(beginsterkte)
Met deze parameter wordt het type orgeltoongenerator opgegeven dat wordt nagebootst.
Bepaalt het volume van de totale geluid van de Organ Flutes.
Schakelt over tussen langzame en snel roterende luidspreker. Deze parameter is beschikbaar als een effecttype in de categorie ROTARY SP is geselecteerd.
Schakelt het vibrato in of uit en past de diepte en de snelheid van het vibrato-effect aan.
Past de responssnelheid van zowel de attack- als releasefase van het geluid aan.
Schakelt over tussen twee verschillende attack-modi: First en Each en bepaalt de lengte van de attackklank.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
Voices – Het klavier bespelen –
47
Styles
Ending
OPMERKING
Het type vingerzettingen (pagina 55) 'Multi Finger' (standaardinstelling) of 'Single Finger' kan hier voor de voorbeeldnotatie worden gebruikt.
1
– Ritme en begeleiding spelen –
Het instrument beschikt over een groot aantal (ritmische en andere) begeleidingspatronen ('Styles' genoemd) in een bonte mengeling van verschillende muzikale genres, zoals pop, jazz en vele andere. Elke Style beschikt over Auto Accompaniment, waardoor u een automatische begeleiding kunt laten klinken door alleen 'akkoorden' met de linkerhand te spelen. Hierdoor kunt u automatisch het geluid van een complete band of een compleet orkest maken, zelfs als u alleen speelt.

Met een Style spelen

Probeer Style-begeleiding uit met de volgende Song. Probeer zodra u begrijpt hoe u de Style moet gebruiken ook andere Songs door verschillende Styles toe te passen.
Mary Had a Little Lamb (Style: Country 8Beat)
CC
C

Styles – Ritme en begeleiding spelen –

CFC
1 Raak op de Home-display de Style-naam aan om de display voor
Style-selectie op te roepen.
G
G
C
2 Raak de gewenste Style aan.
Raak in de bovenstaande notatie bijvoorbeeld de categorie [Country & Blues] aan en raak [Modern Country] aan, raak vervolgens [Country 8Beat] aan. De Style-categorie kan ook worden geselecteerd door het indrukken van een van de STYLE-knoppen.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
48
3 Zorg dat de knop STYLE CONTROL [ACMP ON/OFF] is ingeschakeld.
Akkoordgedeelte
splitpunt (F#2 standaard)
OPMERKING
Het splitpunt kan naar believen worden gewijzigd (pagina 45).
Style File-comptabiliteit
Dit instrument gebruikt de SFF GE-bestandsindeling (pagina 9). Dit instrument kan bestaande SFF-bestanden afspelen maar deze worden in SFF GE-indeling opgeslagen als ze als bestand worden opgeslagen (of geplakt) op dit instrument. Het opgeslagen bestand kan alleen worden afgespeeld op instrumenten die compatibel zijn met de SFF GE-indeling.
Als deze is ingeschakeld kan het linkerhandgedeelte van het klavier worden gebruikt als akkoordgedeelte, en in dit gedeelte gespeelde akkoorden worden automatisch gedetecteerd en gebruikt als basis voor volledige automatische begeleiding met de geselecteerde Style.
4 Ga terug naar de Home-display, raak [] links boven aan om het
Style-gebied uit te breiden, raak vervolgens [ ] (SYNC START) aan om Sync Start (gesynchroniseerde start) in te schakelen.
4 6
Hier en in latere stappen kan de bediening van het Style-gebied van de Home-display worden geregeld met de STYLE CONTROL-knoppen (pagina 50).
5 Speel met de linkerhand een akkoord om de geselecteerde Style te starten.
Speel volgens de notatie op pagina 48 de akkoorden met uw linkerhand en een melodie met uw rechterhand.
6 Raak [R/J] (START/STOP) aan om het afspelen van de Style te stoppen.
U kunt het afspelen ook stoppen door het indrukken van een van de knoppen ENDING [I] – [III] bij de aanduiding 'Ending' in de muzieknotatie (pagina 48).
Style-karakteristieken
Het type Style en de kenmerkende karakteristieken worden aangegeven in het Preset Style­pictogram (zoals Pro en Session). Raadpleeg de Reference Manual (naslaggids) op de website voor meer informatie.
Een Style bestaat uit acht parts (kanalen): rhythm, bass, etc. U kunt variaties toevoegen en de manier veranderen waarop de Style overkomt door kanalen selectief aan/uit te zetten of door Voices te wijzigen (pagina 83).
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
Styles – Ritme en begeleiding spelen –
49

Style bedieningshandelingen

OPMERKING
Raadpleeg pagina 36 voor aanwijzingen over het aanpassen van het tempo.
Style-regelaars Style-regelaars
Terwijl de Style is gestopt Terwijl de Style afspeelt
STYLE CONTROL-knoppen
Home-display
OPMERKING
Het ritme klinkt niet voor sommige Styles. Zorg altijd dat de knop [ACMP ON/OFF] is ingeschakeld als u een van deze Styles wilt gebruiken.
OPMERKING
Als het type vingerzettingen (pagina 55) is ingesteld op 'Full Keyboard' of 'AI Full Keyboard', kan Sync Stop niet worden ingeschakeld.
Gebruik hiervoor de knoppen op het scherm die worden opgeroepen door het aanraken van [] in het Style-gebied op de Home-display of door de STYLE CONTROL-knoppen te gebruiken.
[ACMP ON/OFF], [AUTO FILL IN] en [SYNC STOP] kunnen alleen worden bestuurd met de knoppen op het paneel.
Afspelen starten/stoppen
Styles – Ritme en begeleiding spelen –
[R/J] (START/STOP)
Start het afspelen van het rhythm part van de huidige Style. Druk nogmaals op deze knop om het afspelen te stoppen.
Zowel ritme als automatische begeleiding afspelen
Als u de knop [ACMP ON/OFF] inschakelt kunnen zowel het rhythm part als de automatische begeleiding worden afgespeeld als er akkoorden worden gespeeld in het akkoordgedeelte tijdens het afspelen van een Style.
[ ] (SYNC START)
Dit schakelt het afspelen van de Style op 'Standby'. De Style begint met afspelen als u met uw linkerhand een akkoord aanslaat (als [ACMP ON/OFF] is ingeschakeld) of als u een toon op het klavier aanslaat (als [ACMP ON/OFF] is uitgeschakeld). Als deze knop wordt ingedrukt tijdens het afspelen van een Style, stopt de Style en wordt het afspelen op 'standby' gezet.
Knop [SYNC STOP]
U kunt de Style op elk moment starten en stoppen door gewoon de toetsen in het akkoordgedeelte van het klavier aan te slaan of los te laten. Zorg dat de knop [ACMP ON/OFF] is ingeschakeld, druk op de knop [SYNC STOP] en bespeel het klavier.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
50
INTRO [I] – [III]
OPMERKING
Als u INTRO [II] of [III] kiest, moet u akkoorden spelen in het akkoordengedeelte om de complete intro-sectie hoorbaar te maken.
Druk nogmaals op de geselecteerde Main-sectie (brandt rood)
De fill-in van de geselecteerde Main-sectie wordt afgespeeld (knippert rood).
OPMERKING
Als u tijdens het afspelen van de Style op de knop ENDING [I] drukt als de Style afspeelt, wordt automatisch een fill-in afgespeeld vóór de ENDING [I].
Het instrument heeft drie verschillende Intro-secties om een introductie toe te voegen voordat het afspelen van de Style start. Na het indrukken (of aanraken) van een van de knoppen INTRO [I] – [III] start het afspelen van de Style. Als het intro klaar is met afspelen gaat de Style automatisch naar de Main-sectie.
ENDING [I] – [III]
Het instrument beschikt over drie verschillende Ending-secties, waarmee u een einde kunt invoegen, voordat het afspelen van de Style wordt gestopt. Als u tijdens het afspelen van de stijl op een van de knoppen ENDING [I] – [III] drukt, wordt de Style automatisch gestopt nadat de Ending-sectie is afgespeeld. U kunt de Ending-sectie geleidelijk laten vertragen (ritardando) door nogmaals op dezelfde ENDING-knop te drukken tijdens het afspelen van de Ending-sectie.
Tussen variaties (secties) omschakelen tijdens het afspelen van een Style
Elke Style beschikt over vier verschillende Main-, vier Fill-in-secties en één Break-sectie. Door deze secties op efficiënte wijze te gebruiken, kunt u makkelijk uw spel dynamischer en professioneler laten klinken. U kunt tijdens het afspelen van een Style tussen secties omschakelen.
MAIN VARIATION [A] − [D]
Druk op een van de knoppen MAIN VARIATION [A] – [D] of raak deze aan op het scherm om de gewenste Main-sectie te selecteren (de knop gaat rood branden). Elke sectie is een begeleidingspatroon van enkele maten en wordt onbeperkt herhaald. Als u nogmaals op de geselecteerde MAIN VARIATION-knop drukt, wordt een geschikt fill-in patroon afgespeeld om het ritme op te peppen en de herhaling te breken.
AUTO FI LL-func tie
Als de knop [AUTO FILL IN] is ingeschakeld en u op een van de knoppen Main [A] – [D] drukt terwijl u speelt, wordt automatisch een fill-in afgespeeld voordat wordt overgeschakeld naar de volgende Main-sectie.
[] (BREAK)
Hiermee kunt u dynamische breaks aan het ritme van de begeleiding toevoegen. Druk op deze knop tijdens het afspelen van een Style. Nadat het breakpatroon van één maat is afgespeeld, gaat het afspelen van de Style automatisch door met de Main-sectie.
Over de lampstatus van de sectieknoppen (INTRO/MAIN VARIATION/BREAK/ENDING)
Rood: De sectie is momenteel geselecteerd.
Rood (knipperend): De sectie wordt als volgende afgespeeld, na de momenteel
• geselecteerde sectie. * De lampjes van de knoppen Main [A] − [D].
Groen: De sectie bevat data, maar is momenteel niet geselecteerd.
Uit: De sectie bevat geen data en kan niet worden afgespeeld.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
Styles – Ritme en begeleiding spelen –
51
De juiste paneelinstellingen voor de huidige Style
OPMERKING
Een grijs weergegeven Voice-naam geeft aan dat het betreffende Voice-part momenteel is uitgeschakeld.
OPMERKING
U kunt de timing veranderen waarmee de One Touch Settings de wijzigingen van de MAIN VARIATION [A] – [D] volgen. Raak hiervoor [Menu] [StyleSetting] [Setting] aan en stel de parameter OTS Link Timing in. Raadpleeg de Reference Manual (naslaggids) op de website voor meer informatie.
oproepen (One Touch Setting)
One Touch Setting is een krachtige en handige functie, die automatisch met één druk op een knop de meest geschikte paneelinstellingen (Voices, effecten enz.) oproept voor de momenteel geselecteerde Style. Als u al weet welke Style u wilt gebruiken, kunt u One Touch Setting automatisch de passende Voice voor u laten selecteren.
1 Kies de gewenste Style (stap 1 – 2 op pagina 48). 2 Druk op een van de knoppen ONE TOUCH SETTING [1] – [4].
Hierdoor worden niet alleen onmiddellijk alle instellingen (Voices, effecten, etc.) opgeroepen die bij de huidige Style passen, maar worden tevens automatisch ACMP en SYNC. START aangezet, zodat u onmiddellijk kunt beginnen met het spelen van de Style.
Inhoud van One Touch Setting controleren
Raak in de display voor Style-selectie (informatie) aan om het informatievenster op te roepen dat weergeeft welke Voices zijn toegewezen aan de knoppen ONE TOUCH SETTING [1] – [4] voor de huidige Style. U kunt de informatiedisplay ook oproepen door een van de ONE TOUCH SETTING [1] – [4]- knoppen direct in de display aan te raken.
Styles – Ritme en begeleiding spelen –
3 Zodra u een akkoord met uw linkerhand speelt, begint de geselecteerde
Style af te spelen.
Elke Style heeft vier One Touch Setting-setups. Druk op andere knoppen ONE TOUCH SETTING [1] – [4] om de andere setups uit te proberen.
Automatisch One Touch Settings overschakelen met de Main-secties
Met de handige functie OTS (One Touch Setting) Link kunt u automatisch de One Touch Settings wijzigen als u een andere Main-sectie (A – D) selecteert. De Main-secties A, B, C en D corresponderen met respectievelijk de One Touch Settings 1, 2, 3 en 4. Schakel de knop [OTS LINK] in als u de functie OTS wilt gebruiken.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
52
Originele instellingen opslaan in One Touch Setting
3 4
OPMERKING
Raak [No] aan om deze handeling te annuleren.
LET OP
De opgeslagen One Touch Setting gaat verloren als u overschakelt naar een andere Style of als u het instrument uitzet zonder de opslagbewerking uit te voeren.
OPMERKING
Wij raden u aan Music Finder-records te importeren alvorens u deze instructies uitvoert (pagina 74).
OPMERKING
Raak [Cancel] aan om deze status te annuleren.
32
OPMERKING
Afhankelijk van de geselecteerde Style zijn er eventueel geen Records beschikbaar.
U kunt uw originele paneelinstellingen opslaan in één van de One Touch Settings. De nieuw gemaakte One Touch Setting wordt opgeslagen in de User tab als User Style (gebruikersstijl) en u kunt de One Touch Setting oproepen als onderdeel van het Style-bestand.
1 Kiest de gewenste Style om uw One Touch Setting op te slaan. 2 Voer de gewenste paneelinstellingen uit, zoals die voor Voices en effecten.
3 Druk op de [MEMORY]-knop van het REGISTRATION MEMORY.
4 Druk op een van de knoppen ONE TOUCH SETTING [1] – [4].
Er verschijnt een bericht waarin u wordt opgeroepen de paneelinstellingen op te slaan.
5 Raak [Yes] aan om de display voor Style-selectie op te roepen en uw data
op te slaan. Sla vervolgens de huidige instellingen op als een User Style.
Zie pagina 29 voor instructies over het opslaan.

Zoeken naar geschikte Songs voor de huidige Style

Met behulp van Music Finder-records kunt u muziekstukken en Songs zoeken die het best geschikt zijn voor het spelen met de huidige Style (pagina 74). U kunt automatisch de geschikte instellingen oproepen, zoals Voice, effect en pedaal, door het gewenste muziekstuk te selecteren.
1 Kies de gewenste Style (stap 1 – 2 op pagina 48). 2 Raak in de display voor Style-selectie (zoeken) aan.
De muziekstukken die met de huidige Style kunnen worden gespeeld worden op de display weergegeven.
3 Selecteer het gewenste muziekstuk.
De geschikte paneelinstellingen voor het spelen van het muziekstuk worden opgeroepen.
Styles – Ritme en begeleiding spelen –
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
53
De optimale paneelinstellingen voor uw spel oproepen
2-1
1
B0
Hi-Hat
Snare
Kick
PianoDrum
OPMERKING
Raak [Cancel] aan om de procedure te annuleren.
OPMERKING
Het instrument analyseert alleen de timing van uw klavierspel. De sterkte waarmee u de toetsen aanslaat, de tijd dat u deze vasthoudt en de toonhoogte van de geluiden zelf worden allemaal genegeerd.
Snare
Kick
(Style Recommender)
Deze handige functie beveelt optimale Styles aan voor de Song die u wilt spelen, op basis van het ritme dat u gedurende een of twee maten speelt.
1 Raak in de display voor Style-selectie (Recommender) aan
om de display Style Recommender op te roepen.
Het klavier is verdeeld (vanaf de toets B0) in twee gedeelten zoals hieronder te zien is. De druminstrumenten (Kick, Snare en Hi-Hat) zijn toegewezen aan het linker gedeelte terwijl de piano is toegewezen aan de rechter gedeelte.
Styles – Ritme en begeleiding spelen –
2 Zoek de Style met de functie Style Recommender.
2-1 Raak [Start] aan om de metronoom te starten, ten teken dat de functie
2-2 Speel gedurende een of twee maten het ritme dat u in gedachten heeft
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
54
Style Recommender begint.
Pas met de knoppen TEMPO [-]/[+] of de knop [TAP] het tempo aan en raak []/[] in de display aan om de tel te selecteren.
in het drum- of pianogedeelte met de metronoom mee.
De timing waarmee u de toetsen bespeelt wordt enkele seconden geanalyseerd, waarna het afspelen van de meest aanbevolen Style wordt gestart. Bovendien worden de andere in aanmerking komende aanbevolen Styles weergegeven in de display.
Voorb e eld 1:
Speel het volgende ritme op het pianogedeelte van het klavier.
In de display worden nu waarschijnlijk Bossa Nova-styles of andere vergelijkbare stijlen vermeld.
Voorb e eld 2:
Speel het volgende ritme op het drumgedeelte van het klavier.
In de display worden nu waarschijnlijk 8-beat-styles of vergelijkbare stijlen vermeld.
3 Selecteer de gewenste Style in de lijst.
OPMERKING
Het venster Split Point/Fingering kan ook worden opgeroepen door de klavierillustratie in de Home-display vast te houden.
2
Luister naar de aanbevolen Styles door andere secties te gebruiken (pagina 51), akkoorden in het pianogedeelte te spelen en het tempo aan te passen (pagina 36). Als de Style die wordt opgeroepen niet past bij de Song die u wilt spelen, raak dan [Retry] aan en ga terug naar stap 2-2.
4 Als u een Style heeft gevonden waar u tevreden mee bent, raakt
dan [OK] aan om de display Style Recommender af te sluiten.
5 Speel mee op het klavier met de Style die u heeft gevonden.

Type vingerzetting voor akkoorden wijzigen

Door het type vingerzetting voor akkoorden te wijzigen, kunt u automatisch een passende begeleiding creëren, zelfs als u niet alle tonen van een akkoord speelt. Er zijn zeven types beschikbaar.
1 Roep het venster Split Point/Fingering (Splitpunt/vingerzetting) op:
[Menu] → [Split&Fingering].
2 Raak []/[] aan om het gewenste type vingerzetting te selecteren.
Single Finger
Met deze methode kunt u in het begeleidingsgedeelte van het klavier met één, twee of drie vingers gemakkelijk akkoorden spelen. Dit type is alleen beschikbaar voor het afspelen van Styles.
C
Cm
C
Cm
7
7
Majeurakkoord
Sla uitsluitend de grondtoon aan.
Mineurakkoord
Sla tegelijkertijd de grondtoon aan met een zwarte toets links daarvan.
Septiemakkoord
Sla tegelijkertijd de grondtoon aan met een witte toets links daarvan.
Mineurseptiemakkoord
Sla tegelijkertijd de grondtoon aan met zowel een witte als een zwarte toets links daarvan.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
Styles – Ritme en begeleiding spelen –
55
Multi Finger
Detecteert automatisch de typen vingerzetting Single Finger of Fingered chord, zodat u beide typen vingerzetting kunt gebruiken, zonder dat u het instrument hoeft over te schakelen tussen de verschillende typen.
Fingered
Fingered On Bass
Full Keyboard
AI Fingered
Styles – Ritme en begeleiding spelen –
AI Full Keyboard
Hiermee vormt u uw eigen akkoorden in het akkoordengedeelte op het klavier, terwijl het instrument het juiste georkestreerde ritme, de bas en de akkoordbegeleiding in de gekozen Style produceert. Het type Fingered herkent de diverse akkoordtypen die worden vermeld in de afzonderlijke Data List (datalijstboekje) en die kunnen worden opgezocht met behulp van de functie Chord Tutor (akkoordlessen) via [Menu] → [ChordTutor].
Accepteert dezelfde vingerzettingen als Fingered, maar de laagste toets die wordt aangeslagen in het akkoordengedeelte wordt nu gebruikt als bastoon, zodat u akkoorden 'op' een andere bastoon kunt spelen. (In de modus Fingered wordt de grondtoon van het akkoord altijd automatisch als bastoon gebruikt, ongeacht in welke ligging u dit akkoord speelt.)
Detecteert akkoorden over het hele klavier. Akkoorden worden op een vergelijkbare manier gedetecteerd als bij Fingered, zelfs als u de tonen verdeeld over twee handen speelt — bijvoorbeeld, een bastoon met de linkerhand een akkoord met de rechterhand, of bij het spelen van een akkoord met de linkerhand en een melodie met de rechterhand.
In principe hetzelfde als Fingered, maar hier kunnen ook minder dan drie tonen worden gespeeld om de akkoorden te vormen (gebaseerd op de akkoorden die ervoor werden gespeeld, etc.).
Als dit geavanceerde type vingerzetting wordt ingezet, speelt het instrument automatisch de juiste begeleiding bij zowat alles wat u waar dan ook op het klavier met beide handen speelt. U hoeft zich geen zorgen te maken over het specificeren van de Style-akkoorden. Hoewel het type AI Full Keyboard is ontworpen om met veel verschillende Songs te werken, zijn sommige arrangementen minder geschikt voor gebruik met deze functie. In principe vergelijkbaar met Full Keyboard, maar hier kunnen ook minder dan drie tonen worden gespeeld om de akkoorden te vormen (gebaseerd op de akkoorden die ervoor werden gespeeld, etc.). 9-, 11- en 13-akkoorden kunnen niet worden gespeeld. Dit type is alleen beschikbaar voor het afspelen van Styles.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
56
Song afspelen
MIDI
Audio
MIDI Audio
OPMERKING
• Zie 'MIDI Basics' in de Yamaha Manual Library (pagina 5) voor een algemeen overzicht en aanwijzingen voor een doeltreffend gebruik van MIDI.
• Raadpleeg pagina 9 voor informatie over compatibel MIDI-indelingen.
OPMERKING
Lees voordat u een USB-flashgeheugen aansluit 'USB-apparaten aansluiten' op pagina 88.
OPMERKING
Songbestanden (MIDI-files) behorend bij het muziekboek kunnen gratis worden gedownload van de website (pagina 5).
1
– Songs afspelen en oefenen –
Voor de Clavinova betekent 'Song' MIDI- of audio-data, waaronder ook Preset-songs, commercieel verkrijgbare muziekbestanden, etc. U kunt niet alleen een Song afspelen en beluisteren, maar u kunt ook meespelen tijdens het afspelen. Er zijn twee soorten Songs die kunnen worden opgenomen en afgespeeld op dit instrument: MIDI-songs en Audio-songs.
• MIDI-song
Een MIDI-song bestaat uit de uitvoeringsgegevens van uw klavierspel en is geen opname van het werkelijke geluid zelf. De uitvoeringsgegevens hebben betrekking op welke toetsen er zijn aangeslagen, met welke timing en kracht - vergelijkbaar met muzieknotatie. Op basis van de opgenomen uitvoeringsgegevens voert de toongenerator het corresponderende geluid uit. Omdat MIDI-songgegevens informatie bevatten over klavierpart en Voice, kunt u oefenen terwijl u de muzieknotatie bekijkt, het betreffende part aan- of uitschakelt, of de Voice wijzigt.
• Audio-song
Een Audio-song is een opname van het gespeelde geluid zelf. Deze data is opgenomen op dezelfde manier als het opnemen op cassettetapes, of met een voice recorder, etc. U kunt commercieel verkrijgbare muziek op dit instrument afspelen (zolang de bestanden zijn geconverteerd naar WAV- of MP3-indeling), net zoals u doet op een draagbare muziekspeler.
De beschikbare functies verschillen voor MIDI-songs en Audio-songs. In dit hoofdstuk geven de volgende pictogrammen aan of de toelichting van toepassing is op MIDI-songs of Audio-songs.
Voorbeeld: … duidt aan dat de toelichting van toepassing is op MIDI-songs.

Songs afspelen

U kunt de volgende songtypen afspelen.
• Presetsongs (MIDI-songs)
• Uw eigen opgenomen Songs (ga naar pagina 66 voor instructies voor het opnemen van songs)
• Commercieel beschikbare Songs: MIDI-bestanden in SMF (Standard MIDI File)­indeling, audiobestanden in WAV- of MP3-indeling.
WAV 44,1 kHz samplefrequentie, 16-bits resolutie, stereo
MP3 MPEG-1 Audio Layer-3: 44,1/48,0 kHz samplefrequentie, 64-320 kbps en variabele
Als u een song uit het USB-flashgeheugen wilt afspelen, sluit u eerst het USB-flashgeheugen dat de songgegevens bevat aan op de [USB TO DEVICE]-aansluiting.
1 Raak in de Home-display de songnaam aan om de display voor
songselectie op te roepen.
bitsnelheid, mono/stereo

Song afspelen – Songs afspelen en oefenen –

CVP-609/605 Gebruikershandleiding
57
2 Raak de gewenste Song aan op de display om deze te selecteren.
4
3
Een Preset-song kan worden geselecteerd via een van de volgende tabs:
• Usage (toepassing): De Songs zijn verdeeld in verschillende toepassingscategorieën.
• Title (titel): De Songs worden alfabetisch gesorteerd.
• Genre: De Songs worden in verschillende genres onderverdeeld.
De Songs die u heeft opgenomen of de commercieel beschikbare songs kunnen vanaf één van de volgende tabs worden geselecteerd:
• : MIDI-songs worden in een lijst weergegeven.
• : Audio-songs worden in een lijst weergegeven.
Weergave van Song-informatie
Als een Audio-song of beveiligde MIDI-song wordt geselecteerd kan door aanraken van (informatie) het gegevensvenster van de Song worden opgeroepen.
3 Ga terug naar de Home-display, raak [] rechtsboven aan om het
Song-gebied uit te breiden en raak vervolgens [R/K] (PLAY/PAUSE) aan om het afspelen te starten.
Song afspelen – Songs afspelen en oefenen –
Hier en in de volgende stappen kan de werking van het Song-gebied in de Home-display worden bestuurd met de SONG CONTROL-knoppen (pagina 59).
Wachtrij voor de volgende Song om af te spelen (alleen MIDI-song)
Als een MIDI-song wordt afgespeeld kunt u de volgende MIDI-song alvast voor afspelen klaarzetten. Dit is handig als u tijdens een podiumoptreden de huidige Song direct wilt laten volgen door de volgende song. Selecteer de song die u na de huidige Song wilt afspelen in de display Song Selection, terwijl een song wordt afgespeeld. Het pictogram [Next] wordt rechts naast de desbetreffende Song-naam weergegeven. Raak het [Next]-pictogram aan om deze instelling te annuleren.
4 Raak [J] (STOP) aan om het afspelen te stoppen.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
58
Handelingen voor het bedienen van Songs
OPMERKING
Raadpleeg voor instructies over het aanpassen van het tempo pagina 36 voor MIDI-songs en pagina 65 voor Audio-songs.
Songbesturing
Home-display
SONG CONTROL-knoppen
OPMERKING
Meer informatie over [I](REC) vindt u op pagina 66.
Voor Audio-songs
Het Phrase-markeringsnummer verschijnt alleen als er een MIDI-song is geselecteerd die Phrase-markeringen bevat. U kunt kiezen om de Song achteruit/vooruit te spoelen in 'Bar-' of 'Phrase Mark'-eenheden door eerst het pop-upvenster aan te raken.
Voor MIDI-songs
Huidig maatnummer
Phrase-markeringsnummer
Ver st rek en tijd
OPMERKING
• Het hier genoemde pop-upvenster verschijnt niet als u een MIDI-song terug- of vooruitspoelt die geen Phrase-markering bevat of als u een Audio-song spoelt door de display aan te raken.
• Een Phrase-markering is een voorgeprogrammeerde markering in een specifieke MIDI-song die een bepaalde locatie in de Song vertegenwoordigt.
Voor het besturen van Song-weergave kunt u de knoppen op het scherm gebruiken die worden opgeroepen door het aanraken van [] in het Song-gebied in de Home-display, of u kunt de SONG CONTROL-knoppen gebruiken.
Bedenk dat u, in tegenstelling tot sommige paneelknoppen, in de display geen twee knoppen tegelijk kunt aanraken.
Pauze
Druk tijdens weergave op [R/K] (PLAY/PAUSE) of raak het pictogram aan. Druk nogmaals op deze knop om het afspelen van de song te hervatten vanaf de huidige positie.
Snel terugspoelen/Snel vooruitspoelen
Druk op [LL] (REW) of [RR] (FF) of raak één van de pictogrammen aan tijdens afspelen of als de song is gestopt. Eén keer indrukken verplaatst de afspeelpositie één maat achteruit/vooruit voor MIDI-songs, of een seconde voor Audio-songs. Als u een van de twee vasthoudt wordt er continu achteruit/vooruit gespoeld. Bij het indrukken of aanraken van [LL] (REW) of [RR] (FF), verschijnt een pop-upvenster dat de huidige positie in de Song aangeeft.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
Song afspelen – Songs afspelen en oefenen –
59
De Songafspeelpositie verplaatsen
Als een Audio-song is geselecteerd:Als een MIDI-song is geselecteerd:
Huidig maatnummer Laatste maatnummer Verstreken tijd Totale tijd
OPMERKING
U kunt ook de functie Syncro Start inschakelen door [R/K] in het Song-gebied (indien uitgebreid) in de Home-display vast te houden.
MIDI
Audio
Vooruit- en terugbladeren.
OPMERKING
• Het instrument kan de muzieknotatie weergeven van commercieel beschikbare muziekdata of van uw opgenomen Songs.
• U kunt de pagina omslaan door horizontaal met uw vinger over de display te vegen.
• De getoonde notatie wordt door het instrument gegenereerd op basis van de Songgegevens. Gevolg hiervan is dat het kan zijn dat dit niet exact gelijk is aan de commercieel beschikbare bladmuziek van dezelfde Song — vooral bij de weergegeven notatie van gecompliceerde passages met veel korte noten.
In het Song-gebied (indien uitgebreid) in de Home-display wordt de huidige positie tijdens het afspelen van een Song weergegeven. Deze kan vooruit of achteruit worden verplaatst door de schuifregelaar in de display te verslepen.
Synchro Start (MIDI-song)
U kunt comfortabel het afspelen van een MIDI-song starten zodra u begint te spelen op het klavier. Houd de knop SONG CONTROL [STOP] ingedrukt en druk daarbij [PLAY/PAUSE] in als de Song is gestopt. Houd om de functie Synchro Start te annuleren de knop SONG CONTROL [STOP] weer ingedrukt en druk de knop [PLAY/PAUSE] daar nogmaals bij in.

Muzieknotatie weergeven (Score)

U kunt de muzieknotatie (score) van de geselecteerde Song bekijken. Het verdient
Song afspelen – Songs afspelen en oefenen –
aanbeveling de muzieknotatie door te lezen voordat u met oefenen begint.
1 Kies een MIDI-song (stappen 1 − 2 op pagina 57). 2 Roep de bladmuziekweergave op via [Menu] → [Score].
U kunt de notatie doorlopen door [] of [] aan te raken als het afspelen is gestopt. Als het afspelen start, stuitert de 'bal' door de notatie en geeft de huidige positie aan.
U kunt de weergegeven notatiestijl wijzigen. Raadpleeg voor meer informatie over de bladmuziekweergave de Reference Manual (naslaggids) op de website.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
60

Songtekst weergeven

MIDI
Audio
OPMERKING
U kunt de pagina omslaan door horizontaal met uw vinger over de display te vegen.
Vooruit- en
OPMERKING
De songtekst kan op een externe monitor of televisie worden weergegeven (pagina 86).
Als de geselecteerde Song tekstgegevens bevat, kunt u deze tijdens het afspelen op de display van het instrument bekijken.
1 Kies een MIDI-song (stappen 1 − 2 op pagina 57). 2 Roep de songtekstweergave op via [Menu] → [Lyrics].
Als de Songgegevens tekstgegevens bevatten, wordt de tekst weergegeven op de display. U kunt de hele tekst doorlopen door [] of [] aan te raken als het afspelen is gestopt. Tijdens het afspelen verandert de kleur van de tekst om de huidige positie aan te geven.
Raadpleeg voor meer informatie over de songtekstweergave de Reference Manual (naslaggids) op de website.
Song afspelen – Songs afspelen en oefenen –
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
61

Tekst weergeven

OPMERKING
De tekst kan worden weergegeven op een externe monitor of televisie (pagina 86).
2
Vooruit- en terugbladeren.
OPMERKING
Informatie over tekstbestandselectie kan worden opgeslagen in het registratiegeheugen (pagina 78).
OPMERKING
U kunt de pagina omslaan door horizontaal met uw vinger over de display te vegen.
Ongeacht of er een Song is geselecteerd of niet, kunt u het tekstbestand (.txt) dat op een computer is gemaakt op de display van het instrument weergeven. Deze functie opent diverse handige mogelijkheden, zoals het weergeven van songtekst, akkoordnamen en tekstnotities.
Als u de tekst op een USB-flashgeheugen wilt weergeven, sluit dan eerst het USB­flashgeheugen dat het tekstbestand bevat aan op de [USB TO DEVICE]-aansluiting.
1 Roep de tekstdisplay op via [Menu] → [TextViewer].
2 Raak de linker onderhoek van de display aan om de display voor
tekstweergave op te roepen.
3 Selecteer het gewenste tekstbestand en raak [Close] aan om de tekst
Song afspelen – Songs afspelen en oefenen –
in de display weer te geven.
U kunt de hele tekst doorlopen door [] of [] aan te raken. Raak [] aan rechts naast het tekstbestand om de tekst uit de display te verwijderen.
Raadpleeg voor specifieke handelingen, zoals het wijzigen van het lettertype, de Reference Manual (naslaggids) op de website.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
62

Oefenen met één hand met de Guide-functie

MIDI
Audio
OPMERKING
De gidslampjes lichten rood op voor de witte toetsen en groen voor de zwarte toetsen.
234
OPMERKING
De afspeelinstellingen kunnen ook worden geregeld vanuit de Home-display en de Songtekst-display.
OPMERKING
• Als u de linkerhandpartij oefent, zorg dan dat de knop [ACMP ON/OFF] is uitgeschakeld.
• Gewoonlijk wordt Ch 1 toegewezen aan [Right], Ch 2 aan [Left] en Ch 3 – 16 aan [Extra]. U kunt vanuit de Mixer-display (pagina 83) elk kanaal afzonderlijk in­of uitschakelen.
U kunt de rechterhandpartij uitschakelen om deze partij afzonderlijk te oefenen. Deze toelichting is van toepassing als u de rechterhandpartij oefent met de 'Follow Lights' (gidslampjes) van de Guide-functies. De gidslampjes geven de tonen aan die u moet spelen en wanneer u deze moet spelen. U kunt ook in uw eigen tempo oefenen, aangezien de begeleiding wacht totdat u de juiste toetsen aanslaat.
1 Selecteer een MIDI-song en roep de bladmuziekweergave op (pagina 60). 2 Raak de (afspeelinstellingen) aan om het menu voor gedetailleerde
instellingen op te roepen.
3 Raak [Guide] aan om dit in te schakelen. 4 Raak [Right] aan om de rechterhandpartij uit te schakelen.
De rechterhandpartij is uitgeschakeld en de Guide voor de rechterhandpartij is ingeschakeld.
5 Druk op de knop SONG CONTROL [PLAY/PAUSE] om het afspelen
te starten.
Oefen de rechterhandpartij op uw eigen snelheid met de gidslampjes. Het afspelen van linker en extra parts wacht tot u de noten correct speelt.
Raak na het oefenen [Guide] aan om de Guide-functie uit te schakelen.
Overige gidsfuncties
Naast de bovenstaande 'Follow Lights'-functie zijn er meer functies onder de Guide-functies, bijvoorbeeld voor het oefenen van specifiek de timing (Any Key mode), voor karaoke of voor het oefenen van een Song op uw eigen snelheid (Your tempo). U kunt deze functies selecteren via [Menu] → [SongSetting] → [Guide] → [Type]. Raadpleeg de Reference Manual (naslaggids) op de website voor meer informatie.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
Song afspelen – Songs afspelen en oefenen –
63

Herhaald afspelen

MIDI Audio
OPMERKING
• U kunt meerdere Songs herhaald afspelen: ([Menu] [SongSetting] [Play] [Repeat Mode]).
• Als een MIDI-song is geselecteerd kunt u herhaald afspelen ook regelen in het menu afspeelinstellingen, dat kan worden opgeroepen vanuit bladmuziekweergave­of songtekstdisplay (pagina 63).
AB
Begin van de Song Einde van de Song
OPMERKING
• Als u wilt herhalen vanaf het begin van de Song tot ergens in het midden van de Song:
1. Schakel het pictogram
A-B herhaling in en start vervolgens het afspelen van de Song.
2. Raak het pictogram
A-B herhaling opnieuw aan op het gewenste eindpunt (B).
• Als u alleen punt A opgeeft, wordt herhaald afgespeeld tussen punt A en het einde van de Song.
De Songherhalingsfuncties kunnen worden gebruikt om herhaald een Song of een bepaald maatbereik in een Song af te spelen. Deze functie, die wordt geregeld in het Song-gebied (indien uitgebreid) in de Home-display, is handig voor het herhaaldelijk oefenen van moeilijk te spelen frasen.
Schakel om een complete Song te herhalen (A-B herhaling) in de display in en start het afspelen van de Song. Schakel (A-B herhaling) uit om herhaald afspelen te annuleren.
Een maatbereik aangeven en dit herhaald afspelen (A-B Repeat)
1 Kies een Song (stappen 1 − 2 op pagina 57). 2 Raak [R/K] (PLAY/PAUSE) aan om het afspelen te starten.
Song afspelen – Songs afspelen en oefenen –
3 Geef het herhalingsbereik aan.
Als het afspelen het punt bereikt dat u wilt instellen als startpunt (A), schakel dan
(A-B herhaling) in. Als het afspelen het punt bereikt dat u wilt instellen als eindpunt (B), raak dan (A-B herhaling) opnieuw aan. Het bereik van punt A tot punt B wordt herhaald afgespeeld. Voor MIDI-songs wordt automatisch aftellen voor punt A toegevoegd (om u te helpen goed in te vallen in de frase).
4 Raak [J] (STOP) aan om het afspelen te stoppen.
De Songpositie keert terug naar punt A. Schakel naar het oefenen (A-B herhaling) uit.
Het herhalingsbereik aangeven terwijl de Songs zijn gestopt.
1. Spoel vooruit in de Song naar punt A en schakel (A-B herhaling) in.
2. Spoel vooruit in de Song naar punt B en raak (A-B herhaling) aan.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
64
De toonhoogte in halve tonen transponeren
MIDI
Audio
OPMERKING
Lees voordat u een USB-flashgeheugen aansluit 'USB-apparaten aansluiten' op pagina 88.
OPMERKING
Toonhoogtewijziging kan niet worden toegepast op MP3-bestanden met een samplefrequentie van48,0kHz.
MIDI
Audio
OPMERKING
Afspeelsnelheid kan niet worden gewijzigd voor MP3-bestanden op 48 kHz frequentie.
MIDI
Audio
OPMERKING
Hoewel de functie Vocal Cancel zeer effectief is bij de meeste audio-opnamen, kunnen er sommige Songs zijn waarbij het zanggeluid niet volledig kan worden verwijderd.
(toonhoogtewijziging)
Net als met de transponeerfunctie (pagina 38) van de MIDI-song, kan in de Home-display de toonhoogte van een Audio-song in het USB-flashgeheugen ook worden aangepast in stappen van een halve toon (van -12 tot 12).
1 Sluit het USB-flashgeheugen met de Audio-songs aan op de
[USB TO DEVICE]-aansluiting.
2 Kies een Audio-song (stappen 1 – 2 op pagina 57). 3 Raak in het Song-gebied (indien uitgebreid) in de Home-display
(toonhoogtewijziging) aan om het instellingenvenster op te roepen.
4 Stel de waarde in door []/[] aan te raken.

De afspeelsnelheid aanpassen (snelheid aanpassen)

Net als de functie tempo aanpassen voor een MIDI-song (pagina 36), kan ook de afspeelsnelheid van een Audio-song in het USB-flashgeheugen ook worden aangepast, door de Song te verlengen of te verkorten. Kies hiervoor een Audio-song en raak (afspeelsnelheid aanpassen) in het Song-gebied in de Home-display aan om het instellingenvenster op te roepen. Raak []/[] aan in dit venster om de waarde in te stellen (van 70% tot 140%). Hogere waarden resulteren in een hoger tempo.

De zangpartij verwijderen (Vocal Cancel)

U kunt de middenpositie van het stereogeluid verwijderen of verzwakken. Hiermee kunt u 'karaoke' zingen met alleen instrumentale begeleiding, of de melodie op het klavier spelen, omdat de zang zich bij de meeste opnamen in het midden van het stereobeeld bevindt. Kies om de functie Vocal Cancel in- of uit te schakelen eerst een Audio-song, schakel vervolgens (Vocal Cancel) uit in het Song-gebied in de Home-display.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
Song afspelen – Songs afspelen en oefenen –
65
Song-opname
OPMERKING
Lees voordat u een USB-flashgeheugen aansluit 'USB-apparaten aansluiten' op pagina 88.
2
1
Als u een reeds opgenomen MIDI-song opnieuw wilt opnemen:
Een reeds opgenomen MIDI-song kan worden overschreven. Kies hiervoor de gewenste MIDI-song in de display voor Songselectie, roep het venster voor Song­opname op (stap 1), bevestig de Song-naam in de display, ga vervolgens naar stap 3 (en sla stap 2 over)
– Uw spel opnemen –
Met dit instrument kunt u uw spel opnemen op de volgende twee manieren.
• MIDI-opname
Bij deze methode wordt opgenomen spel opgeslagen in het instrument of op een USB-flashgeheugen als een SMF (format 0) MIDI-bestand. Als u een specifiek deel opnieuw wilt opnemen of parameters zoals Voice wilt wijzigen, handel dan als volgt. Ook als u uw spel kanaal voor kanaal wilt opnemen, kunt u gebruikmaken van meersporenopname of de MIDI-opnamemethode. Omdat een MIDI-song na opname kan worden geconverteerd naar een Audio-song (pagina 70) wilt u wellicht MIDI-opname (met overdubben en meerdere parts) gebruiken om eerst een complex arrangement te maken dat u niet live zou kunnen spelen, en dit vervolgens naar een Audio-song te converteren. In dit instrument kunt u tot ongeveer 300 KB per Song opnemen.
• Audio-opname
Bij deze methode wordt opgenomen spel opgeslagen als een audiobestand op een USB-flashgeheugen. De opname vindt plaats zonder dat de opgenomen partij wordt toegewezen. Omdat de opname standaard wordt opgeslagen in stereo WAV-indeling van normale CD-kwaliteit en resolutie (44,1 kHz/16 bit) kan de opname via de computer worden verzonden naar en afgespeeld op draagbare muziekspelers. De bestandsindeling kan worden gewijzigd naar MP3 via [Menu] → [SongSetting] → [Rec] → [Audio Rec Format]. Op dit instrument kan tot 80 minuten per opname worden opgeslagen.

Basisprocedure voor opname (MIDI/audio-opname)

Voer vóór de opname de vereiste instellingen uit, zoals het kiezen van een Voice/Style (voor MIDI-opname en audio-opname) en de microfoonaansluiting (alleen voor audio­opname, als u uw zang wilt opnemen). Sluit indien noodzakelijk het USB-flashgeheugen aan op de [USB TO DEVICE]-aansluiting, vooral als u een audio-opname wilt maken.
Alvorens audio-opname te starten:
Opgenomen audiodata kunnen alleen op een USB-flashgeheugen worden opgeslagen. Als u een audio-opname wilt maken, zorg dan dat eerst het USB-flashgeheugen wordt aangesloten.

Song-opname – Uw spel opnemen –

1 Raak [] rechtsboven in de Home-display aan om het Song-gebied
uit te breiden en raak vervolgens [I] (REC) aan om het venster voor Song-opname op te roepen.
Hier en in de volgende stappen kan de werking van het Song-gebied in de
66
Home-display worden bestuurd met de SONG CONTROL-knoppen (pagina 59).
2 Raak (MIDI-opname) of (Audio-opname) aan.
Er wordt automatisch een lege Song ingesteld voor opname. Als u de opname wilt annuleren, raak dan [Cancel] aan in de display of druk op de knop SONG CONTROL [REC].
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
3 Starten van de opname.
Part-toewijzing aan kanalen (MIDI-opname)
Met MIDI-opname kunt u uw kanaal voor kanaal opnemen (pagina 68). Als u MIDI-opname uitvoert zonder het part te specificeren, zoals hier wordt behandeld, worden de klavierparts opgenomen op de kanalen 1 – 3 en de Style-parts worden opgenomen op kanalen 9 – 16.
LET OP
De opgenomen MIDI-song gaat verloren als u overschakelt naar een andere Song of als u het instrument uitschakelt zonder eerst op te slaan.
OPMERKING
Bij Audio-opname wordt de data standaard in WAV-indeling opgeslagen. Dit kunt u echter ook wijzigen naar MP3 indeling in de display die wordt opgeroepen via [Menu] [SongSetting] [Rec] [Audio Rec Format].
Met MIDI-opname kan de opname worden gestart door het spelen op het klavier of door [Rec Start]. aan te raken. Bij audio-opname moet de opname worden gestart door het aanraken van [Rec Start].
3
U kunt ook starten met opnemen door op de knop SONG CONTROL [PLAY/PAUSE] te drukken.
4 Bespeel het klavier.
5 Raak na het beëindigen van uw spel [] (STOP) in de Home-display
aan om de opname te stoppen.
6 Raak [R/K] (PLAY/PAUSE) aan om het opgenomen spel te beluisteren. 7 Sla het opgenomen spel op.
Bij MIDI-opname
Na het opnemen verschijnt (opslaan) in het Song-gebied in de Home-display. Dit icoon geeft aan dat er opgenomen data bestaat, maar dat deze nog niet is opgeslagen.
7-1 Raak in de Home-display (opslaan) aan, zoals weergegeven
in het Song-gebied.
De display Song-selectie verschijnt voor het kiezen van een bestemming om de opgenomen Song op te slaan.
7-2 Sla de opgenomen data op als bestand volgens de instructies op pagina 29,
stappen 2 – 5.
MIDI-songs kunnen worden opgeslagen op (tab User MIDI-Song).
Bij Audio-opname
Omdat een Audio-songbestand tijdens de opname automatisch wordt opgeslagen op het USB-flashgeheugen, is opslaan niet nodig. De opgenomen Audio-song verschijnt in de (tab User Audio-song) in de display voor Song-selectie. Hernoem het bestand eventueel volgens de instructies op pagina 30.
5
6
Song-opname – Uw spel opnemen –
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
67

Opnemen op specifieke kanalen (MIDI-opname)

3
2
OPMERKING
Als u de opname wilt annuleren, raak dan [Cancel] aan in de display of druk op de knop SONG CONTROL [REC], alvorens naar stap 5 te gaan.
OPMERKING
De parts Main, Layer en Left zijn standaard toegewezen aan kanalen 1 – 3, maar u kunt deze toewijzing wijzigen in de display dat wordt opgeroepen via [Menu] [SongSetting] [Part Ch].
Kanaal
Par t
Met MIDI-opname kunt u een MIDI-song maken met in totaal 16 kanalen door uw spel kanaal voor kanaal op te nemen. Tijdens het opnemen van een pianostuk kunt u bijvoorbeeld de rechterhandpartij op kanaal 1 opnemen en vervolgens de linkerhandpartij op kanaal 2, zodat u toch een compleet stuk kunt opnemen dat moeilijk live met twee handen tegelijk te spelen is. Om bijvoorbeeld een uitvoering met het afspelen van Style op te nemen legt u eerst het afspelen van de Style op kanalen 9 – 16 vast, en neemt daarna een of meerdere melodieën op kanaal 1 op, terwijl u luistert naar de reeds opgenomen Style. Op deze manier kunt u een volledige Song maken die anders moeilijk of zelfs onmogelijk live zou kunnen worden gespeeld.
1 Als u opnames aan een bestaande MIDI-song wilt toevoegen,
kies dan de gewenste Song (stappen 1 – 2 op pagina 57).
Als u een nieuwe Song wilt gaan opnemen, sla deze stap dan over.
2 Raak [] rechtsboven in de Home-display aan om het Song-gebied
uit te breiden en raak vervolgens [I] (REC) aan om het venster voor Song-opname op te roepen.
Als u opnamen toevoegt aan een bestaande Song, verschijnt de naam van de Song die u in stap 1 heeft geselecteerd. Als u een nieuwe Song gaat opnemen, raak dan het pictogram [New MIDI] aan alvorens verder te gaan met stap 3. Er wordt een lege Song voorbereid en de aanduiding 'New Song' verschijnt.
Song-opname – Uw spel opnemen –
Hier en in de volgende stappen kan de werking van het Song-gebied in de Home-display worden bestuurd met de SONG CONTROL-knoppen (pagina 59).
3 Raak [] links van 'Channel' aan om het kanaalgebied uit te breiden. 4 Kies het doelkanaal en part voor opname.
Raak om een kanaal te specificeren het betreffende nummer aan om dit in te schakelen. Om het kanaalnummer uit te schakelen raakt u het opnieuw aan. Om een part te specificeren raakt u de pictogram van het part op het specifieke kanaal aan om het venster voor Part-selectie op te roepen, en kiest u vervolgens het gewenste part.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
68
Selecteer om deze instellingen snel te maken het klavierpart ([Extra], [Left] of [Right]
7
6
OPMERKING
Tijdens het opnemen van een ander kanaal kunt u reeds opgenomen kanalen in de Mixer-display in- of uitschakelen (pagina 83).
LET OP
De opgenomen MIDI-song gaat verloren als u overschakelt naar een andere Song of als u het instrument uitschakelt zonder eerst op te slaan.
linksonder).
Right: Dit kan worden geselecteerd bij het opnemen van alleen de rechterhandpartij.
Het Main-part van de Voice wordt opgenomen op kanaal 1, en het Layer-part wordt opgenomen op kanaal 3.
Left: Dit kan worden geselecteerd bij het opnemen van alleen de linkerhandpartij.
Het Left-part van de Voice wordt opgenomen op kanaal 2. Als het Left-part van de Voice is uitgeschakeld, wordt het Main-part opgenomen op kanaal 2 en het Layer-part wordt opgenomen op kanaal 4.
Extra: Dit kan worden geselecteerd bij het opnemen van alleen het afspelen
van de Style. De Style-parts worden opgenomen op de kanalen 9 – 16.
5 Bespeel het klavier om de opname te starten.
U kunt ook starten met opnemen door [Rec Start] aan te raken of de knop SONG CONTROL [PLAY/PAUSE] in te drukken.
6 Raak na het beëindigen van uw spel [] (STOP) in de Home-display
aan om de opname te stoppen.
7 Raak [R/K] (PLAY/PAUSE) aan om het opgenomen spel te beluisteren. 8 Neem uw spel op een ander kanaal op door de stappen 2 – 7 te herhalen.
Selecteer in stap 4 een kanaal waarop nog geen data is opgenomen. Bespeel het klavier in stap 5 terwijl u luistert naar reeds opgenomen data.
9 Sla het opgenomen spel op.
9-1 Raak in de Home-display (opslaan) aan dat wordt weergegeven
in het Song-gebied.
De display Song-selectie verschijnt voor het kiezen van een bestemming om de opgenomen Song op te slaan.
9-2 Sla de opgenomen data op als bestand volgens de instructies op pagina 29,
stappen 2 – 5.
Song-opname – Uw spel opnemen –
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
69

Een MIDI-song naar een Audio-song converteren

OPMERKING
Lees voordat u een USB-flashgeheugen aansluit 'USB-apparaten aansluiten' op pagina 88.
3 54
OPMERKING
Audioconversie kan slechts met één bestand tegelijk worden uitgevoerd.
U kunt een in het gebruikersgeheugen of op USB-flashgeheugen opgenomen MIDI-song naar een Audio-song converteren door deze af te spelen. De conversie vindt plaats door het afspelen van de MIDI-song en deze op te nemen als een Audio-song. Standaard wordt de geconverteerde data opgeslagen in WAV-indeling, op dezelfde manier als bij audio-opname (pagina 66).
1 Sluit het USB-flashgeheugen (waarop de Audio-song moet worden
opgeslagen) aan op de [USB TO DEVICE]-aansluiting.
2 Roep de display voor Song-selectie op, die de MIDI-song bevat die moet
worden geconverteerd.
3 Raak [File] aan om de pictogrammen voor bestandsbeheer op te roepen.
4 Plaats een vinkje voor de MIDI-song die moet worden geconverteerd. 5 Raak (Audio Convert) aan om de display voor Song-selectie
op te roepen om het opslagdoel te selecteren.
6 Specificeer de opslaglocatie.
Song-opname – Uw spel opnemen –
U kunt een nieuwe map toevoegen door (nieuwe map) aan te raken.
7 Raak [ConvertHere] gaan om de conversie te starten.
Deze handeling start het afspelen en de conversie van MIDI naar audio. Als u het klavier bespeelt of audiosignalen via een microfoon of de [AUX IN]-aansluiting invoert, wordt het geluid hiervan ook opgenomen. Als de conversie is voltooid wordt het bericht dat de conversie wordt uitgevoerd niet langer in de display weergegeven en de nieuwe gemaakte Audio-song wordt in de display voor Song-selectie weergegeven.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
70
Microfoon
OPMERKING
Zorg ervoor dat u een conventionele dynamische microfoon heeft.
MIN MAX
INPUT
MIC.
MIC. LINE PHONES
VOLUME
LINE IN
MIN MAX
INPUT
MIC.
MIC. LINE PHONES
VOLUME
LINE IN
32
– Vocal Harmony-effecten toevoegen aan uw zang –
Door een microfoon aan te sluiten op de [MIC/LINE IN]-aansluiting (standaardaansluiting voor hoofdtelefoons van 6,3 mm), kunt u meezingen met uw klavierspel of met de afgespeelde Song. Het instrument voert uw zangpartijen uit naar de ingebouwde luidsprekers. Daarnaast kunt u automatisch verschillende Vocal Harmony-effecten op uw stem toepassen terwijl u zingt.

Een microfoon aansluiten

1 Zet voordat u het instrument aanzet de knop [INPUT VOLUME]
op de minimumpositie.
2 Sluit de microfoon aan op de [MIC./LINE IN]-aansluiting.
3 Stel de schakelaar [LINE MIC] in op 'MIC'. 4 Zet het instrument aan. 5 (Schakel indien nodig de microfoon in.) Pas de knop INPUT VOLUME
aan terwijl u in de microfoon zingt.
Pas de regelaar aan en controleer daarbij het [MIC]-lampje. Pas de regelaar aan zodat het lampje groen oplicht. Let erop dat het lampje niet rood oplicht, omdat dit betekent dat het ingangsniveau te hoog is.
6 Vanuit de display Balance, die wordt opgeroepen via [Menu] → [Balance],
kunt u de volumebalans aanpassen tussen het microfoongeluid en het geluid van het instrument (pagina 38).
CVP-609/605 Gebruikershandleiding

Microfoon – Vocal Harmony-effecten toevoegen aan uw zang –

71
Microfoon loskoppelen
OPMERKING
Stel de [INPUT VOLUME]­knop in op de minimumpositie voordat u het instrument uitzet.
4
3
6-1
Naam van de Vocal harmony
Modus
(als de modus is ingesteld op 'Vocoder' of 'Vocoder Mono')
OPMERKING
De links weergegeven display wordt opgeroepen als de Harmony Mode is ingesteld op 'Vocoder' op de CVP-609. Als de Harmony Mode is ingesteld op 'Chordal' of bij gebruik van een CVP-605 verschijnt een andere display.
1. Stel de knop [INPUT VOLUME] in op de minimumpositie.
2. Koppel de microfoon los van de [MIC./LINE IN]-aansluiting.

Vocal Harmony-effecten toevoegen aan uw stem

Met de Vocal Harmony-functie kunt u harmonieën aan uw zang via het microfoongeluid toevoegen.
1 Sluit de microfoon aan op het instrument (pagina 71). 2 Roep de display Vocal harmony op via [Menu] → [VocalHarmony].
Microfoon – Vocal Harmony-effecten toevoegen aan uw zang –
3 Zorg dat Harmony is ingesteld op 'On'. 4 Raak de naam van de Vocal Harmony aan om de display voor keuze
van de Vocal Harmony op te roepen.
5 Kies een type Vocal Harmony.
De Vocal Harmony heeft drie verschillende modi die automatisch kunnen worden geselecteerd door het kiezen van een type Vocal Harmony.
Harmony-modus
Chordal
Vo co d e r
Vo co d e r- Mo n o
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
72
De harmonietonen worden bepaald door de akkoorden die u speelt in het akkoordengedeelte (met [ACMP ON/OFF] ingeschakeld), het linkerhandgedeelte (met [ACMP ON/OFF] uitgeschakeld en het linkerdeel ingeschakeld) of de akkoorddata van een Song.
Het microfoongeluid wordt geproduceerd via de tonen die u speelt op het klavier of de afgespeelde tonen van de Song.
In principe gelijk aan de Vocoder. In deze modus kunnen alleen melodieën of lijnen met één toon worden weergegeven (met prioriteit voor de laatst gespeelde tonen).
6 Voer de volgende stappen uit afhankelijk van het Type (en welke modus)
OPMERKING
U kunt de microfooninstellingen voor Talk aanpassen op de display Mic Setting dat wordt opgeroepen via [Menu] [MicSetting].
dat u heeft geselecteerd.
Als u het type Chordal selecteert:
6-1 Zorg dat de knop [ACMP ON/OFF] is ingeschakeld. 6-2 Speel een Style af, of speel een Song af die akkoorden bevat.
Er worden vocale harmonieën gebaseerd op de akkoorden toegepast op uw zang.
Als u de typen Vocoder- of Vocoder-Mono heeft geselecteerd:
6-1 Wijzig indien noodzakelijk de instelling 'Keyboard' naar 'Off ', 'Upper',
of 'Lower'.
Als 'Upper' of 'Lower' is geselecteerd, wordt het Vocal-effect bestuurd door het spel van de rechter- of linkerhandgedeeltes op het klavier. Als 'Off ' is geselecteerd, bestuurt het klavier het vocoder-effect niet.
6-2 Speel melodieën op het klavier of speel een Song af en zing in de
microfoon.
U zult merken dat u niet echt op toon hoeft te zingen. Het Vocoder-effect gebruikt de woorden die u zegt en past ze toe op de toonhoogte van de geluiden van het instrument.
Handige functies voor Karaoke
• Songtekst op de display .................pagina 61
• Transpose en Pitch Shift................ pagina's 38, 65
• Vocal Cancel ...................................pagina 65
De Talk-functie gebruiken
Met deze functie kunnen de microfooninstellingen met een druk op de knop worden gewijzigd voor het doen van aankondigingen tussen Songs. Raak om de Talk-instellingen op te roepen [Talk] aan, links in de display Vocal Harmony. Raak om de Vocal Harmony-instellingen te herstellen [Vocal] aan en schakel dit in.
Microfoon – Vocal Harmony-effecten toevoegen aan uw zang –
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
73
Music Finder
4
OPMERKING
Lees voordat u een USB-flashgeheugen aansluit 'USB-apparaten aansluiten' op pagina 88.
– Ideale paneelsetups voor uw spel oproepen –
Met deze functie kunt u paneelinstellingen oproepen die ideaal zijn voor u spel, door gewoon een 'Record' te kiezen die Voice- en Style-instellingen bevat. Als u een stuk in een specifieke stijl wilt spelen, maar u weet niet welke Style­en Voice-instellingen hiervoor geschikt zijn, kunt u voor relevante Records zoeken op de titel van het stuk. Bovendien kunnen Song- en Style-bestanden, die op verschillende locaties zijn opgeslagen, worden geregistreerd in Music Finder, zodat het instrument eenvoudig het gewenste Song- of Style-bestand vanuit de betreffende record kan oproepen.
Downloaden van Records (paneelinstellingen) van de website
Als standaard fabrieksinstellingen worden sommige voorbeeldrecords (paneelinstellingen) in de Music Finder meegeleverd. Om de Music Finder-functie comfortabeler en effectiever te gebruiken adviseren we om de Records (paneelinstellingen) van de Yamaha-website te downloaden en in dit instrument te laden.
1 Ga op de computer naar de volgende website en download het Music Finder-
bestand (***.mfd) naar het USB-flashgeheugen dat op de computer is aangesloten.
http://download.yamaha.com/

Music Finder – Ideale paneelsetups voor uw spel oproepen –

2 Sluit het USB-flashgeheugen met het Music Finder-bestand (***.mfd)
aan op de [USB TO DEVICE]-aansluiting van dit instrument.
3 Roep de Music Finder-display op via [Menu] → [MusicFinder].
4 Raak (laden) aan om de display voor bestandsselectie op te roepen.
5 Kies het gewenste Music Finder-bestand op het USB-flashgeheugen en er
verschijnt een bericht waarin u moet kiezen tussen 'Replace' (vervangen) of 'Append' (toevoegen).
6 Raak [Append] aan als u de Records in het geselecteerde Music Finder-bestand
wilt toevoegen, of raak [Replace] aan als u alle bestaande Records door de nieuwe Records wilt vervangen.
7 Raak [Yes] aan als antwoord op het bevestigingsbericht.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
74

Kiezen van de gewenste Record (paneelinstellingen)

Sorteertab
OPMERKING
Als u wilt voorkomen dat het tempo van de Style bij het kiezen van een ander Record wijzigt, stel de parameter 'Tempo' dan in op 'Hold' of 'Lock' in de display die wordt opgeroepen via [Menu] [StyleSetting] [Change Behavior]. Bij de instelling 'Lock' wordt het tempo gefixeerd bij stoppen en bij spelen.
1 Roep de Music Finder-display op via [Menu] → [MusicFinder].
2 Raak de gewenste Record aan.
De paneelinstellingen in de Record worden opgeroepen. Als de Record met de Style-naam wordt geselecteerd, worden ACMP en SYNC START ingeschakeld en wordt de betreffende Style opgeroepen. Hiermee kan het afspelen van een Style onmiddellijk worden gestart. Als het zoeken naar de gewenste Record moeilijk is, gebruik dan de onderstaande sorteerfuncties.
De Records sorteren
Raak een van de sorteertabs aan om de Records in de betreffende volgorde te sorteren. Raak dezelfde tab nogmaals aan om de volgorde (stijgend of dalend) om te keren.
•Music
Sorteert de Records op titel van het muziekstuk.
•Style
Sorteert de Records op Style-naam.
•Beat
Sorteert de Records op maatsoort.
q (tempo)
Sorteert de Records op tempo.
(favoriet)
Als u dit aanraakt worden alleen de favoriete Records weergegeven. Raak dit nogmaals aan om weer alle Records weer te geven. Raak de stermarkering () van een gewenst Record aan om deze gekleurd weer te geven (★ ). Raak de gekleurde stermarkering () nogmaals aan om de Record weer uit de favorieten te verwijderen
Music Finder – Ideale paneelsetups voor uw spel oproepen –
3 Bespeel de Style door de akkoorden met uw linkerhand te spelen
en speel de melodie met uw rechterhand.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
75

Zoeken naar Records (paneelinstellingen)

2
Zoekveld
U kunt ook Records zoeken door een songtitel of trefwoord op te geven in de zoekfunctie (Search) van Music Finder.
1 Roep de Music Finder-display op via [Menu] → [MusicFinder].
Music Finder – Ideale paneelsetups voor uw spel oproepen –
2 Raak het zoekveld aan om het venster tekeninvoer te openen. 3 Voer het trefwoord in voor de zoekactie (pagina 33) om het zoeken
te starten.
Als u twee of meer trefwoorden wilt invoeren, scheid deze dan door een spatie. Als de zoekactie voltooid is, verschijnt de resulterende Recordlijst. Als er geen Records worden vermeld, voer deze stap dan opnieuw uit met een ander trefwoord.
4 Selecteer de gewenste Record.
Raak [×] aan in het zoekveld om het resultaat te wissen en alle Records weer in de Music Finder weer te geven.
5 Bespeel de Style door de akkoorden met uw linkerhand te spelen
en speel de melodie met uw rechterhand.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
76

Een Song of Style in een Record registreren.

OPMERKING
• Als u bestanden in het USB-flashgeheugen wilt registreren, sluit u het USB-flashgeheugen dat de gegevens bevat aan op de [USB TO DEVICE]­aansluiting.
• Lees voordat u een USB-flashgeheugen aansluit 'USB-apparaten aansluiten' op pagina 88.
2
OPMERKING
Raak [Cancel] aan om de procedure te annuleren.
OPMERKING
Als u het bestand op een USB-flashgeheugen in een Record registreert, zorg dan dat hetzelfde USB-flashgeheugen op de [USB TO DEVICE]-aansluiting is aangesloten als u de Record in de Music Finder oproept.
Door Song- of Style-bestanden van verschillende locaties (Preset, User en USB) in Music Finder op te slaan, kunt u makkelijk uw favoriete bestanden oproepen.
1 Kies in de displays voor Song- of Style-selectie het gewenste bestand.
2 Raak (toevoegen) aan om de display voor het maken van een Record
op te roepen.
Indien noodzakelijk kunt u de muziektitel en het trefwoord etc wijzigen. Raadpleeg voor meer details over de display voor het maken van Records de Reference Manual (naslaggids) op de website.
3 Raak [Create] aan om een nieuwe Record te maken waarin de in stap 1
gekozen Song of Style wordt geregistreerd.
4 Controleer of de Record wordt weergegeven in de Music Finder-display.
In de 'Style'-kolom van de Record waarin de Song is geregistreerd wordt '(MIDI Song)' of '(Audio Song)' vermeld.
De Song of Style oproepen die is geregistreerd in de Music Finder
U kunt de geregistreerde Song of Style op dezelfde manier oproepen als behandeld in de gedeeltes 'Kiezen van de gewenste Record' (pagina 75) en 'Zoeken naar Records' (pagina 76).
Music Finder – Ideale paneelsetups voor uw spel oproepen –
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
77
Registratiegeheugen
Geeft de lijst met onderdelen weer of verberg deze
LET OP
Als u hier de knop selecteert waarvan het lampje rood of groen brandt wordt de eerder onder de knop opgeslagen paneelsetup gewist en vervangen door de nieuwe instellingen. Daarom kunt u het beste paneelsetups alleen onder knoppen opslaan die niet zijn bezet.
OPMERKING
• De paneelsetups blijven in de genummerde knoppen geregistreerd, zelfs wanneer u het instrument uitschakelt. Als u de acht huidige paneelsetups wilt verwijderen, zet u het instrument aan terwijl u de B6-toets (de meest rechtse B-toets op het klavier) ingedrukt houdt.
• U kunt ook het oproepen van specifieke onderdelen bij het activeren van geregistreerde paneelsetups uitschakelen: [Menu]
[RegistFreeze].
– Eigen paneelsetups opslaan en terugroepen –
Met de functie Registration Memory kunt u nagenoeg alle paneelinstellingen opslaan (of 'registreren') in een Registration Memory-knop en vervolgens uw eigen paneelinstellingen met één druk op de knop terughalen. De geregistreerde instellingen voor acht Registration Memory-knoppen moeten worden opgeslagen als een enkele bank (bestand).

Paneelsetups registreren

1 Stel de paneelregelaars (zoals Voice, Style, effecten etc.) naar wens in.
Zie de afzonderlijke Data List (datalijst) voor een overzicht van de parameters die kunnen worden geregistreerd met de functie Registration Memory.
2 Druk op de knop [MEMORY] in het gedeelte REGISTRATION MEMORY
om het Registration Memory-venster op te roepen.

Registratiegeheugen – Eigen paneelsetups opslaan en terugroepen –

De onderdelen selecteren die moeten worden geregistreerd.
Na het aanraken van [] links onder in het venster wordt de lijst opgeroepen waarin de te registreren onderdelen kunnen worden geselecteerd. Vink onderdelen aan of af door ze aan te raken, alvorens door te gaan naar stap 3. Onderdelen met vinkjes worden geregistreerd.
3 Druk op een van de knoppen REGISTRATION MEMORY [1] – [8]
waarin u de paneelsetup wilt opslaan.
De knop waarin de instellingen zijn opgeslagen, licht rood op om aan te geven dat de nummerknop data bevat en het nummer van de knop is geselecteerd.
Over de lampstatus
Rood: Data geregistreerd en momenteel geselecteerd
Groen: Data geregistreerd, maar momenteel niet geselecteerd
Uit: Geen data geregistreerd
4 Registreer verschillende paneelsetups in de overige knoppen door
stap 1 – 3 te herhalen.
78
U kunt de geregistreerde paneelsetups oproepen door simpelweg op de gewenste nummerknop te drukken.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding

Registratiegeheugen opslaan als bankbestand

Bank 01
Bank 02
Bank 03
Bank 04
2
1
OPMERKING
Over het algemeen zijn de gegevens van de registratiegeheugens (Bank-bestanden) compatibel tussen de modellen CVP-609/ 605/601. Het is echter mogelijk dat sommige aspecten niet volledig compatibel zijn, afhankelijk van de specificaties van de verschillende modellen.
U kunt de acht geregistreerde paneelsetups opslaan als een enkel Registration Memory Bank-bestand.
1 Raak in de Home-display [] aan in de rechter bovenhoek om het
registratiegebied weer te geven. Raak het gebied vervolgens aan om de display Registration Bank-selectie op te roepen.
Deze display kan ook worden opgeroepen door de beide REGIST BANK [+] en [-] knoppen tegelijk in te drukken.
2 Raak (opslaan) aan om het Bank-bestand op te slaan.
Zie pagina 29 voor instructies over het opslaan.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
Registratiegeheugen – Eigen paneelsetups opslaan en terugroepen –
79

Geregistreerde paneelsetup terughalen

OPMERKING
• Als u setups oproept inclusief bestandsselectie van Song, Style, tekstbestanden etc. op een USB-flashgeheugen, moet u controleren of het juiste USB-flashgeheugen met de geregistreerde Song, Style of tekst is aangesloten op de [USB TO DEVICE]­aansluiting.
• Lees voordat u een USB-flashgeheugen aansluit 'USB-apparaten aansluiten' op pagina 88.
• U kunt de acht setups ook in elke willekeurige volgorde oproepen met gebruik van pedalen via [Menu]
[RegistSeq]. Zie voor meer informatie de Reference Manual (naslaggids) op de website.
Voor het overschakelen tussen de pagina's.
OPMERKING
Als een specifiek Voice-part is uitgeschakeld, wordt de Voice-naam voor het betreffende part grijs weergegeven.
U kunt de opgeslagen Registration Memory Bank-bestanden terughalen door de REGIST BANK [-]/[+] knoppen te gebruiken of de volgende procedure uit te voeren.
1 Roep de display Registration Bank-selectie op (stap 1 op pagina 79). 2 Raak de geselecteerde Bank aan in de display en selecteer deze.
U kunt ook de knoppen REGIST BANK [-]/[+] gebruiken om een bank te selecteren.
3 Druk op een van de groen oplichtende genummerde knoppen ([1] – [8])
in het gedeelte Registration Memory.
Informatie in registratiegeheugen controleren
U kunt de informatiedisplay oproepen om te controleren welke Voices en Style zijn opgeslagen in de [1] – [8] knoppen van een Registration Memory Bank.
1 Roep de display Registration Bank-selectie op en selecteer
Registratiegeheugen – Eigen paneelsetups opslaan en terugroepen –
de gewenste Bank.
2 Raak (Informatie) aan om het scherm met registratie-informatie
op te roepen.
Deze display bestaat uit twee pagina's: Voice-gerelateerd en Style-gerelateerd. U kunt tussen de twee overschakelen via []/[].
Raak (hernoemen) aan om de naam van de geselecteerde registratie te wijzigen. Raak (Verwijderen) aan om de geselecteerde registratie te verwijderen.
Registratiegeheugendata een naam geven
Als u een groot aantal registratiesetups heeft gemaakt, kan het moeilijk zijn om de gewenste set-up voor een specifieke live uitvoeringssituatie te vinden. Om dit te voorkomen is het een goed idee om zowel namen aan de registratiegeheugenbanken als aan de registratiesetups afzonderlijk toe te kennen.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
80
Mixer
– Volume en toonbalans bewerken –
Met de mixer kunt u de klavierparts en Song/Style-kanalen intuïtief regelen, waaronder volumebalans en de klankkleur van de geluiden. U kunt er de niveaus en stereopositie (pan) mee aanpassen voor elke Voice om een optimale balans en een optimaal stereogeluid te bereiken. Tevens kunt u instellen hoe de effecten worden toegepast.

Basisprocedure voor de mixer

1 Roep de mixer-display op via [Menu] → [Mixer].
2
3
2 Raak een tab aan voor het instellen van de balans tussen
de verschillende parts.
Panel (bedieningspaneel)
Style
Song Ch1-8 / 9-16
Gebruik deze display als u de balans wilt aanpassen tussen het volledige Song-part, volledige Style-part, Mic-part, Main-part, Layer-part en Left-part.
Gebruik deze display als u de balans tussen alle partijen van de Style wilt aanpassen.
•Rhythm1, Rhythm2
Dit zijn de basispartijen van de Style, met de ritmepatronen voor drum en percussie.
•Bass
Voor de baspartij worden verschillende instrumentgeluiden gebruikt die passen bij deze Style.
•Chord1, Chord2
Deze bevatten de ritmische akkoord-backing, meestal bestaande uit piano- of gitaar-voices.
•Pad
Deze partij wordt gebruikt voor aangehouden instrumenten, zoals strijkers, orgel, koor enz.
•Phrase1, Phrase2
Deze partijen worden gebruikt voor dynamische blazerslicks, arpeggio akkoorden en andere extra's die de begeleiding interessanter maken.
Gebruik deze display als u de balans tussen de verschillende parts van de MIDI-song wilt instellen. Dit is alleen beschikbaar als een MIDI-song is geselecteerd.

Mixer – Volume en toonbalans bewerken –

Master
Gebruik daarentegen deze display als u het klankkarakter van de totaalklank (behalve voor Audio-songs) van dit instrument wilt aanpassen.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
81
3 Raak een tab aan voor het instellen van de gewenste parameters.
OPMERKING
Raak de waarde van een parameter aan en houd deze vast om de standaardwaarde te herstellen.
Als in stap 2 een andere tab dan 'Master' is geselecteerd:
Filter
EQ
Effect
Chorus/Reverb
Pan/Volume
Past de harmonische inhoud (resonantie) en de helderheid van het geluid aan.
Past de equalizerparameters aan om de klank of klankkleur van het geluid te corrigeren.
Selecteert het effecttype en past de diepte ervan aan voor elk part.
Selecteert het type Chorus/Reverb (zweving/nagalm) en past de diepte ervan aan voor elk part.
Past panorama en volume voor elk part aan.
Als in stap 2 'Master' is geselecteerd:
Compressor (alleen voor CVP-609)
EQ
Hiermee kan de Master Compressor (die op de totaalklank wordt toegepast) worden in- of uitgeschakeld, kan het Master Compressor-type worden gekozen en kunnen de betreffende parameters worden bewerkt. Uw eigen bewerkingen kunnen worden opgeslagen als het Master Compressor-type.
Hiermee kan het Master EQ-type worden gekozen dat wordt toegepast op de totaalklank en kunnen de betreffende parameters worden bewerkt. Uw eigen bewerkingen kunnen worden opgeslagen als het Master EQ-type.
4 Stel de waarde van alle parameters in.
Mixer – Volume en toonbalans bewerken –
5 Mixerinstellingen opslaan.
De displayinstellingen van het paneel opslaan:
Registreer deze in het Registration Memory (pagina 78).
Instellingen van de Style-display opslaan:
Sla deze op als Style-bestand in het gebruikersgeheugen of USB-flashgeheugen. Als u later deze instellingen wilt laden, selecteer dan hier het Style-bestand.
1. Roep de bedieningsdisplay op via [Menu] → [StyleCreator].
2. Raak (opslaan) aan om de display voor Style-selectie op te roepen
en sla vervolgens het Style-bestand op (pagina 29).
Instellingen van de Song Ch 1-8/9-16 display-instellingen opslaan:
Registreer eerst de bewerkte instellingen als onderdeel van de Song-data en sla vervolgens de Song op in het gebruikersgeheugen of USB-flashgeheugen. Als u later deze instellingen wilt laden, selecteer dan hier het Song-bestand.
1. Roep de bedieningsdisplay op via [Menu] → [SongCreator] → [Channel Edit].
2. Raak [Setup] aan.
3. Raak [Execute] (uitvoeren) aan om de setup uit te voeren.
4. Raak (opslaan) aan om de display voor Song-selectie op te roepen
en sla vervolgens het Song-bestand op (pagina 29).
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
82
De instellingen van de Master-display opslaan:
Kanaal
Voi ce
Uw eigen bewerkingen kunnen worden opgeslagen als Master Compressor-type en Master EQ-type. Er kunnen vijf types worden opgeslagen. Als u later een van deze instellingen wilt laden, selecteer dan rechtsboven in de display het betreffende type.
1. Raak (opslaan) aan in de 'Compressor'- of 'EQ'-display.
2. Selecteer een van de opties USER1 – USER5 en raak [Save] aan om het venster
tekeninvoer op te roepen.
3. Voer in het venster tekeninvoer de gewenste naam in en raak [OK] aan om
de data op te slaan.

Elk kanaal van de Style of Song in- of uitschakelen

In de Mixer-display kan elk kanaal van de huidige Style of Song afzonderlijk worden in- of uitgeschakeld.
1 Raak in de Mixer-display de [Style]-tab, [Song Ch 1-8]-tab
of [Song Ch 9-16]-tab aan.
2 Raak het kanaal aan dat u wilt in- of uitschakelen.
Als u een specifiek kanaal solo wilt beluisteren, raak het kanaal dan aan en houd het vast tot het nummer groen wordt. Raak om de solo-instelling weer te annuleren het (groene) kanaalnummer opnieuw aan.
De Voice voor elk kanaal afzonderlijk wijzigen:
Raak het instrumentpictogram onder het kanaalnummer aan om de display voor Voice-selectie op te roepen en kies de gewenste Voice.
3 Pas eventueel andere instellingen aan en sla deze vervolgens
op als Style-bestand of Song-bestand (stap 5 op pagina 82).
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
Mixer – Volume en toonbalans bewerken –
83
Aansluitingen
OPMERKING
Zie pagina 13 om te zien waar deze aansluitingen zich op het instrument bevinden.
1
67
8
2345
Rechts (kant van de hoge toetsen)
Links (kant van lage toetsen)
Voorkant
(kant van het klavier)
1
7
8
2345
Rechts (kant van de hoge toetsen)
Links (kant van lage toetsen)
Voorkant
(kant van het klavier)
MIN MAX
INPUT
MIC.
MIC. LINE PHONES
VOLUME
LINE IN
!@
9
)
VOORZICHTIG
Schakel alle componenten uit voordat u het instrument op andere elektronische componenten aansluit. Zorg er tevens voor dat u alle volumeniveaus op het minimum (0) instelt, voordat u componenten aan- of uitzet. Anders kunnen de onderdelen beschadigd raken of kan zich een elektrische schok of zelfs blijvend gehoorverlies voordoen.
– Het instrument gebruiken met andere apparaten –

I/O-aansluitingen

CVP-609
CVP-605

Aansluitingen – Het instrument gebruiken met andere apparaten –

CVP-609/605
1 [AUX PEDAL]-aansluiting
............................................ pagina 87
2 MIDI-aansluitingen........... pagina 90
3 [USB TO HOST]-aansluiting
............................................ pagina 90
4 [USB TO DEVICE]-aansluiting
............................................ pagina 88
84
............................................ pagina 86
6 [RGB OUT]-aansluiting
(alleen voor CVP-609) ....... pagina 86
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
5 [VIDEO OUT]-aansluiting
7 [AUX IN]-aansluiting........ pagina 85
8 AUX OUT [L/L+R]/[R]-aansluitingen
............................................ pagina 85
9 [INPUT VOLUME]-knop
............................................ pagina 71
) [MIC./LINE IN]-aansluiting
............................................ pagina 87
! [MIC. LINE]-schakelaar .... pagina 71
@ [PHONES]-aansluitingen
............................................ pagina 19
Audioapparaten aansluiten ([AUX IN]-aansluiting,
OPMERKING
Gebruik audiokabels en adapterpluggen zonder weerstandwaarde.
LET OP
Om eventuele schade aan de apparaten te voorkomen, dient u eerst het externe apparaat, en daarna pas het instrument in te schakelen. Als u de stroom wilt uitschakelen, dient u eerst het instrument, en daarna pas het externe apparaat uit te schakelen.
OPMERKING
De [MASTER VOLUME]­instelling van het instrument heeft invloed op het ingangssignaal van de [AUX IN]-aansluiting.
OPMERKING
Gebruik alleen de [L/L+R]­aansluiting voor het aansluiten van een monoapparaat.
LET OP
• Om eventuele schade te voorkomen, dient u eerst het instrument, en daarna pas het externe apparaat in te schakelen. Als u de stroom wilt uitschakelen, dient u eerst het externe apparaat, en daarna pas het instrument uit te schakelen. Omdat dit instrument automatisch kan worden uitgeschakeld via de automatische uitschakelfunctie (pagina 15), moet u het externe apparaat uitschakelen of de automatische uitschakel­functie uitzetten als u het instrument enige tijd niet gaat gebruiken.
• Sluit nooit de [AUX OUT]­aansluitingen aan op de [AUX IN]-aansluitingen. Als u dit wel zou doen, wordt het ingevoerde signaal bij de [AUX IN]-aansluitingen uitgevoerd via de [AUX OUT]-aansluitingen. Deze aansluitingen zouden resulteren in een terugkoppeling (rondzingen), wat normale weergave onmogelijk zou maken en de apparatuur zelfs kan beschadigen.
Instrument Draagbare audiospeler
Hoofdtelefoonaansluiting
Jackplug (stereo mini)
Jackplug (stereo mini)
Audiokabel
Audiosignaal
Instrument Luidspreker met eigen voeding
Audiokabel
Audiosignaal
Aansluiting voor hoofdtelefoon (standaard)
Aansluiting voor hoofdtelefoon (standaard)
Ingangsaansluiting
AUX OUT [L/L+R]/[R]-aansluitingen)
Draagbare audiospeler via de ingebouwde luidsprekers weergeven
U kunt de hoofdtelefoonuitgang van een draagbare audiospeler aansluiten op de [AUX IN]-aansluiting van het instrument, zodat u het geluid van de draagbare audiospeler kunt horen via de ingebouwde luidsprekers van het instrument.
Ruis van het ingangsgeluid minimaliseren met Noisegate
Dit instrument verwijdert standaard ruis uit het ingangsgeluid. Dit kan echter resulteren in het afkappen van gewenst geluid, zoals het zacht uitklinken van een piano. Om dit te voorkomen kunt u de noisegate uitschakelen via [Menu] → [Utility] → [Speaker/Connectivity] → [AUX In Noise Gate].
Een extern stereosysteem gebruiken voor afspelen
U kunt een stereosysteem aansluiten met behulp van de AUX OUT [L/L+R]/[R]­aansluitingen om het geluid van het instrument te versterken. Het geluid van een op de [MIC./LINE IN]-aansluiting aangesloten microfoon of gitaar wordt tegelijkertijd uitgevoerd.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
Aansluitingen – Het instrument gebruiken met andere apparaten –
85
Een externe Monitor aansluiten ([VIDEO OUT]-
VOORZICHTIG
Vermijd lang achter elkaar naar de televisie of videomonitor kijken, aangezien dit schade aan uw gezichtsvermogen zou kunnen toebrengen. Pauzeer regelmatig en stel uw ogen in op verder weg gelegen objecten om oogirritatie te voorkomen.
(alleen CVP-609)
RCA-tulpplug
VIDEO IN
Mini D-sub 15-pins
Videokabel
Instrument
OPMERKING
• Als NTSC is geselecteerd wordt het onderste gedeelte van het scherm mogelijk niet weergegeven.
• Bij gebruik van een monitor waar de schermresolutie niet kan worden ingesteld kan de display wellicht niet naar de monitor worden uitgevoerd, zelfs als het juiste monitortype wordt gekozen.
• Overgangseffecten op de display van het instrument kunnen niet worden uitgevoerd.
aansluiting, [RGB OUT]-aansluiting)
Als u het instrument via de [VIDEO OUT]-aansluiting van het instrument op een externe monitor of televisie aansluit, kunnen de songteksten (Lyrics)/text (Text) op de display van het instrument op de monitor of televisie worden weergegeven. De CVP-609 kan ook worden aangesloten op een externe monitor via de [RGB OUT]-aansluiting.
Screen Out-instellingen
Aansluitingen – Het instrument gebruiken met andere apparaten –
1 Roep de bedieningsdisplay op via [Menu] → [Utility] →
[Speaker/Connectivity].
2 Stel het monitortype en scherminhoud in.
Monitor Type (type beeldscherm)
Content (inhoud)
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
86
Hiermee selecteert u het gewenste uitvoermonitortype (NTSC of PAL), zodat dit overeenkomt met de standaard die door uw videoapparatuur wordt gebruikt. Alleen CVP-609: Kies 'RGB' bij aansluiting op een externe monitor.
Hiermee bepaalt u de inhoud van het Video Out-signaal.
Ly rics /Text: Alleen de songtekst of tekstbestanden worden uitgevoerd (welke u het laatst heeft gebruikt), ongeacht de display die op het instrument is opgeroepen.
LCD: De momenteel geselecteerde display wordt uitgevoerd.
Een voetschakelaar/voetregelaar aansluiten
OPMERKING
Sluit het pedaal niet aan en koppel het niet los als het instrument is ingeschakeld.
Voetpedalen
Voetschakelaar FC4 (optioneel)
Voetschakelaar FC5 (optioneel)
Voetregelaar FC7 (optioneel)
op de [AUX PEDAL]-aansluiting.
U kunt optionele voetschakelaars (Yamaha FC4 of FC5) en een optionele voetregelaar (Yamaha FC7) aansluiten op de [AUX PEDAL]-aansluiting. Een voetschakelaar kan worden gebruikt om functies in en uit te schakelen, terwijl via een voetregelaar continue parameters, zoals het volume, worden bestuurd.
Voorbeeld 1: Gebruik van een voetregelaar om het volume
te regelen van de speeldata die op het klavier worden gespeeld.
Sluit de FC7-voetregelaar aan op de [AUX PEDAL]-aansluiting. Met de initiële fabrieksinstellingen is geen speciale installatie vereist.
Voorbeeld 2: Gebruik van een voetschakelaar om Song start/stop
te regelen.
Sluit een voetschakelaar (FC4 of FC5) aan op de [AUX PEDAL]-aansluiting. Om de functie aan het aangesloten pedaal toe te wijzen kiest u 'Song Play/Pause' in de bedieningsdisplay: [Menu] → [Assignable] → [Pedal].

Een microfoon of gitaar aansluiten ([MIC./LINE IN]-aansluiting)

Op de aansluiting [MIC/LINE-IN] (standaardaansluiting voor hoofdtelefoons van 6,3 mm) kunt u een microfoon, gitaar of verschillende andere apparatuur aansluiten. Raadpleeg pagina 71 voor instructies voor het aansluiten van een microfoon. Afhankelijk van de aangesloten apparatuur moet u 'MIC' of 'LINE-IN' selecteren. Als het uitgangsniveau van de aangesloten apparatuur (zoals een microfoon, gitaar, bas) laag is, zet dan de [MIC. LINE]-schakelaar op 'MIC'. Als het uitgangsniveau van de aangesloten apparatuur (zoals een synthesizer, keyboard, CD-speler) hoog is, zet dan de [MIC. LINE] op 'LINE'.
Aansluitingen – Het instrument gebruiken met andere apparaten –
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
87

USB-apparatuur aansluiten ([USB TO DEVICE]-aansluiting)

OPMERKING
OPMERKING
OPMERKING
U kunt een USB-flashgeheugen of een USB draadloze LAN-adapter aansluiten op de [USB TO DEVICE]-aansluiting. U kunt de data die u op het instrument heeft gemaakt opslaan op het USB-flashgeheugen (pagina 29), of u kunt het instrument via draadloos LAN op een 'smart' apparaat aansluiten, zoals een iPad (pagina 89).
Aansluitingen – Het instrument gebruiken met andere apparaten –
Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van de [USB TO DEVICE]-aansluiting
Ga voorzichtig om met het USB-apparaat als u dit op de aansluiting aansluit. Volg de onderstaande belangrijke voorzorgsmaatregelen op.
Zie de gebruiksaanwijzing bij het USB-apparaat voor meer informatie over het omgaan met USB-apparaten.
Compatibele USB-apparaten
•USB-flashgeheugen
• USB draadloze adapter (die in sommige regio's wordt bijgeleverd)
Het instrument ondersteunt niet noodzakelijkerwijs alle commercieel beschikbare USB-apparaten. Yamaha kan de werking niet garanderen van USB-apparaten die u aanschaft. Ga voordat u een USB-apparaat aanschaft voor gebruik met dit instrument naar de volgende webpagina: http://download.yamaha.com/
Andere USB-apparaten zoals een computertoetsenbord of muis kunnen niet worden gebruikt.
Een USB-opslagapparaat aansluiten
Zorg als u een USB-apparaat aansluit op de [USB TO DEVICE]-aansluiting, dat u de juiste aansluiting op het apparaat gebruikt en in de juiste richting aansluit.
Gebruik van USB-flashgeheugens
Als u het instrument aansluit op een USB-flashgeheugen, kunt u het aangesloten USB-flashgeheugen gebruiken voor zowel het opslaan van de door u gemaakte gegevens als het lezen van opgeslagen gegevens.
Maximum aantal USB-flashgeheugenapparaten
Er kunnen maximaal twee USB-flashgeheugenapparaten tegelijk worden aangesloten op de [USB TO DEVICE]­aansluiting.
USB-flashgeheugen formatteren
Yamaha adviseert het USB-flashgeheugen met dit instrument te formatteren (pagina 89). Op een ander apparaat geformatteerd USB-flashgeheugen kan wellicht niet goed werken.
LET OP
Het formatteerproces verwijdert alle aanwezige data. Zorg ervoor dat het USB-flashgeheugen dat u formatteert geen belangrijke data bevat. Ga voorzichtig te werk, vooral als u meerdere USB-flashgeheugens heeft aangesloten.
Uw data beveiligen (schrijfbeveiliging)
Gebruik de schrijfbeveiliging van elk USB-flashgeheugen om te voorkomen dat belangrijke data onopzettelijk worden gewist. Als u data op het USB-flashgeheugen wilt opslaan, moet schrijfbeveiliging zijn uitgeschakeld.
Het instrument uitschakelen
Controleer bij het uitschakelen van het instrument of het instrument GEEN gebruik maakt van het USB-flashgeheugen door afspelen/opnemen of bestandsbeheer (zoals opslaan, kopiëren, verwijderen en formatteren). Anders kunnen het USB-flashgeheugen en de data beschadigd raken.
88
LET OP
• Als u een USB-apparaat heeft aangesloten op de [USB TO DEVICE]-aansluiting op het bovenpaneel, moet u dit apparaat verwijderen voordat u de klavierklep sluit. Als u de klavierklep sluit terwijl het USB-apparaat nog is aangesloten, kan het USB-apparaat beschadigd raken.
• Vermijd het aansluiten of verbreken van de aansluiting met het USB-apparaat tijdens afspelen/opnemen, bestandsbeheer (zoals opslaan, kopiëren, verwijderen en formatteren) of tijdens toegang tot het USB-apparaat. Als dit wel gebeurt kan dit resulteren in 'vastlopen' van de handeling of het instrument, of beschadiging van het USB-apparaat en de data.
• Wacht tussen het aansluiten en verbreken van de verbinding met een USB-apparaat (of andersom) enkele seconden.
Gebruik een USB-kabel van maximaal 3 meter.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
Een USB-flashgeheugen formatteren
LET OP
Het formatteerproces verwijdert alle aanwezige data. Zorg ervoor dat het USB-flashgeheugen dat u formatteert geen belangrijke data bevat. Ga voorzichtig te werk, vooral als u meerdere USB-flashgeheugens heeft aangesloten.
4
OPMERKING
• Raadpleeg 'Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van een USB TO DEVICE-aansluiting' op pagina 88, voordat u een USB-flashgeheugen gebruikt.
• Wanneer u het instrument samen met de toepassing op uw iPhone/iPad gebruikt, adviseren we u om de modus Airplane op uw iPhone/iPad in te stellen op ON, om bijgeluiden als gevolg van communicatie te vermijden.
• Sommige toepassingen worden mogelijk niet in uw regio ondersteund. Neem hiervoor contact op met uw Yamaha-dealer.
LET OP
Plaats de iPhone/iPad niet in een onstabiele positie. Het apparaat zou kunnen omvallen, wat tot schade kan leiden.
Als een USB-flashgeheugen wordt aangesloten of media worden geplaatst, verschijnt er een bericht dat het USB-flashgeheugen niet is geformatteerd. Als dat gebeurt, voert u de formatteerhandeling uit.
1 Sluit een USB-flashgeheugen aan op de [USB TO DEVICE]-aansluiting
voor formatteren.
2 Roep de bedieningsdisplay op via [Menu] → [Utility] → [USB Memory].
3 Raak in de apparatuurlijst het USB-flashgeheugen aan dat
moet worden geformatteerd.
De aanduidingen USB 1, USB 2, etc. worden weergegeven afhankelijk van het aantal aangesloten apparaten.
4 Raak [Format] aan om het formatteerproces uit te voeren.
Aansluiten op een iPhone/iPad ([USB TO DEVICE]­aansluiting, MIDI-aansluitingen)
U kunt een smart apparaat, zoals een iPhone of iPad aansluiten op de [USB TO DEVICE]­aansluiting via de USB draadloze LAN-adapter (indien meegeleverd). De USB draadloze LAN-adapter kan eventueel niet zijn meegeleverd, afhankelijk van uw locatie en lokale regelgeving. Als de USB draadloze LAN-adapter niet wordt meegeleverd met uw instrument, sluit het smart apparaat dan aan op de MIDI-aansluitingen via de Yamaha i-MX1 (optioneel). Door een applicatie op uw smart apparaat te gebruiken kunt u gebruikmaken van praktische functies en zo uw instrument nog veelzijdiger inzetten.
Raadpleeg voor details over aansluitingen de 'iPhone/iPad Connection Manual' (Handleiding voor het aansluiten van een iPhone/iPad) op de website. Ga naar de volgende pagina voor informatie over compatibel smart apparaten en applicaties: http://www.yamaha.com/kbdapps/
Neem voor inlichtingen over de meegeleverde USB draadloze LAN-adapter contact op met de dichtstbijzijnde Yamaha-vertegenwoordiger of de distributeur die wordt vermeld achterin deze handleiding, en niet de fabrikant van het apparaat. Ook kunt u naar de volgende website gaan en contact opnemen met Yamaha support in uw regio. http://www.yamaha.com/contact/
Yamaha garandeert, noch ondersteunt gebruik van de meegeleverde USB draadloze LAN-adapter met andere apparatuur dan dit instrument.
Aansluitingen – Het instrument gebruiken met andere apparaten –
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
89
Aansluiten op een computer
LET OP
Gebruik een USB-kabel van het type AB die niet langer is dan 3 meter. U kunt geen USB 3.0-kabels gebruiken.
OPMERKING
• Korte tijd nadat de USB-aansluiting tot stand is gebracht, begint het instrument met zenden.
• Als u het instrument via een USB-kabel aansluit op uw computer, maakt u een directe verbinding zonder een USB-hub te gebruiken.
• Zie de gebruikershandleiding van de sequencesoftware voor meer informatie over het instellen van de desbetreffende software.
ComputerInstrument
USB-kabel
Extern MIDI-apparaatInstrument
MIDI-ontvangst
MIDI OUT MIDI INMIDI OUTMIDI IN
MIDI-verzending
OPMERKING
Zie 'MIDI Basics' in de Yamaha Manual Library (pagina 5) voor een algemeen overzicht en aanwijzingen voor een doeltreffend gebruik van MIDI.
([USB TO HOST]-aansluiting)
Als u een computer op de [USB TO HOST]-aansluiting aansluit, kunt u via MIDI gegevens uitwisselen tussen het instrument en de computer. Zie 'Computer-related Operations' (Computergerelateerde handelingen) op de website voor meer informatie over het gebruik van een computer met dit instrument.

Externe MIDI-apparaten aansluiten (MIDI-aansluitingen)

Gebruik de MIDI [IN]/[OUT]/[THRU]-aansluiting en standaard MIDI-kabels
Aansluitingen – Het instrument gebruiken met andere apparaten –
voor het aansluiten van externe MIDI-apparatuur (keyboard, sequencer, etc.).
MIDI IN
Ontvangt MIDI-communicatie van een ander MIDI-apparaat.
MIDI OUT
Verzendt door het instrument gegenereerde MIDI-communicatie naar een ander MIDI-apparaat.
MIDI THRU
Hiermee wordt de MIDI-communicatie doorgegeven die wordt ontvangen via de MIDI IN.
De MIDI-instellingen, zoals verzend-/ontvangstkanalen op het instrument kunnen ingesteld worden via [Menu] → [MIDI]. Raadpleeg de Reference Manual (naslaggids) op de website voor meer informatie.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
90

Functielijst Menu-display

Dit gedeelte behandelt kort en overzichtelijk wat u kunt doen in de verschillende displays die worden opgeroepen door het aanraken van de betreffende pictogram in de Menu-display. Sommige functies worden behandeld in deze gebruikershandleiding op de hieronder aangegeven pagina's. Raadpleeg voor details over de functies de Reference Manual (naslaggids) op de website.
Menu Omschrijving Pagina's
Tem po
Transponeren
Splitpunt en type akkoordvingerzetting
Stelt het tempo in van MIDI-song, Style of metronoom. Hier kunnen dezelfde handelingen als bij gebruik van [-]/[+] en [Tap]-knoppen in de display worden uitgevoerd.
Transponeert de toonhoogte van het totaalgeluid in halve tonen, of alleen het geluid van het klavier of MIDI-song.
Hier kan het splitpunt worden gewijzigd of de manier waarop de akkoorden dienen te worden gespeeld (Chord Fingering).
45, 55
36
38
Akkoordlessen
Balans
Filter
EQ
Effect
Mixer
Muzieknotatie
Songtekst
Tekstweergave
Klavierharmonieën
Microfooninstellingen
Vocale harmonieën
Muziekzoekfunctie
Volgorde registraties
Fixeren registratie
Toewijsbaar
Voices bewerken
Styles maken
Chorus/Reverb
Pan/Volume
(Master) Compressor
(Master) EQ (totaaltoonregeling)
Pedal
Assignable (toewijsbaar)
Laat zien hoe een akkoord gespeeld moet worden dat bij een specifieke akkoordnaam hoort.
Stelt de volumebalans in tussen de verschillende klavierparts (Main, Layer, Left), Style, Song en microfoongeluid.
Past de harmonische inhoud (resonantie) en de helderheid van het geluid aan.
Past de equalizerparameters aan om de klank of klankkleur van het geluid te corrigeren.
Selecteert het effecttype en past de diepte ervan aan voor elk part.
Selecteert het type Chorus/Reverb (zweving/nagalm) en past de diepte ervan aan voor elk part.
Stelt de panorama (plaats in het stereobeeld) en volume voor elk part in.
Hiermee kan de Master Compressor worden in- of uitgeschakeld en kunnen de parameters ervan worden ingesteld.
Hiermee kan de Master EQ worden ingesteld.
Geeft de muzieknotatie (partituur) van de huidige MIDI-song weer. 60
Geeft de songtekst van de huidige MIDI-song weer. 61
Geeft tekstbestanden weer die op een computer zijn gemaakt. 62
Voegt het Harmony-effect toe aan het rechter gedeelte van het klavier. Parameters zoals type Harmony kunnen worden ingesteld.
Hier kan het microfoongeluid worden ingesteld.
Voegt Vocal Harmony-effecten toe aan uw zang. U kunt de Vocal Harmony bewerken en opslaan als uw eigen harmonie.
Roept de ideale paneelinstellingen op (als een record) voor uw uitvoering. Records kunnen worden aangemaakt of gewijzigd.
Bepaalt de volgorde waarin de registratiegeheugens worden opgeroepen bij gebruik van het pedaal.
De onderdelen die niet moeten worden gewijzigd, zelfs als u een andere paneelinstelling uit het registratiegeheugen kiest.
Bepaalt de functies die aan de pedalen zijn toegekend.
Bepaalt de functies die aan de knoppen ASSIGNABLE [1] – [4] zijn toegekend. 28
Hiermee kunnen de Peset-voices worden bewerkt om uw eigen Voices te maken. De display varieert, afhankelijk van of er een Organ Flutes-voice of een ander type Voice is geselecteerd.
Hiermee kan een Style worden gemaakt door een Preset-style te bewerken of door het één voor één opnemen van Style-kanalen.
38
81
72
74
Functielijst Menu-display
47
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
91
Menu Omschrijving Pagina's
Songs opnemen/bewerken
Tune (stemming)
Piano
Instelling Voices
Voiceset (Voice-gekoppelde instellingen)
Setting (instelling)
Instellingen Style
Setting (instelling)
Change Behavior (gedrag bij wijzigen)
Guide (Gids)
Part Ch (kanaal part)
Instellingen
Lyrics (songteksten)
Song
Play (afspelen)
Rec (opnemen)
Master Tune (totaalstemming)
Stemming
Scale Tune (stemming toonladder)
Instellingen klavier
Hier kunt u een Song maken door een opgenomen Song te bewerken.
Stelt de toonhoogte voor elk klavierpart in (Main/Layer/Left).
Hier kunnen de parameters voor de piano-voices worden ingesteld.
Bepaalt welke aan een Voice gekoppelde instellingen (effecten, etc.) niet worden opgeroepen als de Voice wordt geselecteerd.
Bepaalt hoe de display voor Voice-selectie wordt geopend als een van de VOICE-categorieknoppen wordt ingedrukt. Bepaalt ook of er articulatie-effecten moeten worden toegevoegd bij het kiezen van een SA2-voice (alleen CVP-609).
Stelt parameters in voor Style-weergave, zoals Stop Accompaniment en OTS Link Timing.
Bepaalt de Style-conditie (gedeeltes, tempo, etc.) bij het kiezen van een andere Style.
Kiest het type Guide-functie of wijzig de instellingen van de notenweergave.
Bepaalt welk MIDI-kanaal in de Song-data wordt gebruikt voor de partijen voor de linker­en rechterhand.
Bepaalt de taal van de weergegeven songtekst.
Stelt parameters in voor het weergeven van Songs, zoals Repeat Playback (herhaald weergeven) en de Performance Assistant Technology.
Stelt parameters in voor het opnieuw opnemen van MIDI-songs, of bepaalt de bestandsindeling voor audio-opname.
Stemt de toonhoogte van het instrument in kleine stappen van ca. 0,2 Hz.
Selecteert het type toonladder en stemt de toonhoogte van de gewenste toon (key) in cents.
Bepaalt de aanslagrespons van het klavier, of schakelt de functie Left Hold aan/uit. 37
Instelling metronoom
Metronoom
Tap t e m p o
System
Transmit (verzenden)
MIDI-instelling
Receive (ontvangen)
On Bass Note (op bastoon)
Chord Detect (akkoord bepalen)
Speaker/Connectivity
Functielijst Menu-display
(luidspreker/aansluitingen)
Display
Parameter Lock (blokkering parameters)
Hulpfuncties
USB Memory (USB-geheugen)
System
Factory Reset/Backup (fabrieksinstellingen terugzetten/back-uppen)
Draadloze netwerkinstellingen
Bepaalt het volume, geluid en de maatsoort van de metronoom.
Bepaalt het volume en het type geluid dat wordt geproduceerd bij het indrukken vande[TAP]-knop.
Stelt de parameters in voor MIDI-system-communicatie.
Stelt de parameters voor MIDI-verzending.
Stelt de parameters voor MIDI-ontvangst.
Bepaalt de bastoon bij het weergeven van Style, gebaseerd op de tonen die via MIDI worden ontvangen.
Bepaalt het akkoordtype voor afspelen van Styles, gebaseerd op de tonen die via MIDI worden ontvangen.
Regelt de instellingen voor de luidsprekers van het instrument en de externe monitor. 86
Bewerkt de parameters voor de display-instellingen, zoals de kalibratie van het aanraakscherm.
Bepaalt welke parameters (effect, splitpunt, etc.) niet worden gewijzigd als de paneelinstellingen via de registratiegeheugens worden omgeschakeld.
Geeft de capaciteit van het aangesloten USB-flashgeheugen aan en maakt het mogelijk dit te formatteren.
Geeft de firmware-versie van dit instrument aan en maakt het mogelijk basisinstellingen uit te voeren, zoals taal voor de display.
Initialiseert het instrument naar de fabrieksinstellingen of maakt een back-up van de data die in het instrument zijn opgeslagen.
Regelt instellingen voor het aansluiten van het instrument op een smart apparaat, zoals een iPad via een draadloos LAN-netwerk. Dit pictogram verschijnt alleen als er ooit een draadloze USB-netwerkadapter (indien meegeleverd) is aangesloten.
89
16
39
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
92

CVP-609 (vleugeltype) Montage

VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
Pedalenconsole
Netsnoer
Poten
4 bevestigingsschroeven
van 6 x 20 mm
Kabelhouder
12 bevestigingsschroeven
van 6 x 40 mm
Ophangbeugel voor
de hoofdtelefoon
4 x 10 mm
dunne schroeven (2)
Druk de klavierklep dicht om te voorkomen dat deze per ongeluk open gaat tijdens de montage en zorg ervoor dat de vellen (aangegeven) op hun plaats blijven.
Leg het instrument niet direct op de vloer om schade te voorkomen. Laat het instrument tegen de muur leunen zoals wordt weergegeven in het gedeelte 'Het plaatsen van het hoofdgedeelte'.
Hoofdgedeelte
Plaats de kant van het klavier naar beneden.
Onjuist
Onjuist
Onjuist
Het plaatsen van het hoofdgedeelte
• Monteer het instrument op een harde vlakke vloer met voldoende ruimte.
• Let erop dat u geen onderdelen door elkaar haalt en plaats alle onderdelen in de juiste richting. Houd bij de montage van het instrument de onderstaande volgorde aan.
• De montage moet door minstens twee personen worden uitgevoerd.
• Gebruik alleen de meegeleverde schroeven van de gespecificeerde grootte. Gebruik geen andere schroeven. Gebruik van onjuiste schroeven kan schade of defecten aan het product tot gevolg hebben.
• Zorg dat alle schroeven zijn aangedraaid als de montage is voltooid.
• Voer voor demontage van het instrument de montagestappen in omgekeerde volgorde uit.
Houd een kruiskopschroevendraaier (+) van de juiste grootte gereed.
1 Pak alle delen van het pakket uit en controleer
of alle onderdelen aanwezig zijn.
Let erop dat uw vingers niet beklemd raken.
Spreid een groot zacht kleed, zoals een deken, uit op de vloer. Plaats het instrument op de deken met de klavierklep gesloten en het klavier naar beneden gericht en laat het tegen de muur rusten, zodat het instrument niet kan vallen of wegglijden. Plaats een zacht kleed tegen de muur om krassen op het instrument en de muur te voorkomen.
LET OP
Plaats het instrument niet zoals op deze afbeelding aangegeven.
CVP-609 (vleugeltype) Montage
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
93
2 Bevestig twee voorpoten en een achterpoot.
VOORZICHTIG
Achterpoot
Voorpoot Voorpoot
Bevestigingsschroeven van 6 x 40 mm
Bindertje
Bevestigingsschroeven 6 x 20 mm
Raadpleeg de tekening voor de juiste richting van de poten.
Plaats in elke poot 4 schroeven en maak deze vast. Begin met de voorpoot.
3 Steek de stekker van het pedaalsnoer in de pedaalaansluiting.
Steek de stekker zodanig in de aansluiting dat de kant met de pijlmarkering vooruit gericht is (kant van het klavier). Als de plug niet makkelijk kan worden ingestoken, forceer dan niet maar controleer de juiste richting en probeer het opnieuw.
Steek het pedaalsnoer stevig in de aansluiting zodat het metalen gedeelte van de stekker niet meer zichtbaar is. Anders is het mogelijk dat het pedaal niet goed werkt.
3
4
3 Installeer de pedalenconsole.
1 Verwijder het bindertje waarmee de pedaalkabel aan
het bovenste deel van de pedalenconsole is vastgemaakt.
CVP-609 (vleugeltype) Montage
2 Lijn de kabel uit met de geul op het instrument en maak
de pedalenconsole vast met vier schroeven.
4 Bevestig de kabelhouder op het instrument zoals in
de onderstaande illustratie en gebruik de kabelhouder vervolgens om de pedaalkabel te fixeren.
4 Zet het instrument rechtop.
Gebruik de voorpoten als steun bij het rechtop zetten.
• Let erop dat uw vingers niet beklemd raken.
• Als u het instrument rechtop zet, houd het dan niet vast bij de klavierklep.
.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
94
5 Steek het netsnoer in de stroomaansluiting.
WAARSCHUWING
Rechterpoot onderaan het hoofdgedeelte, gezien van de voorkant
Voor modellen met een voltageschakelaar:
Stel de voltageschakelaar in op het juiste voltage.
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
Niet hier vasthouden.
Niet hier vasthouden.
Voltageschakelaar
Controleer voordat u het netsnoer aansluit de instelling van de voltageschakelaar, indien aanwezig. Gebruik een platte schroevendraaier om de schakelaar in te stellen op 110 V, 127 V, 220 V of 240 V netvoeding. Draai hiermee de schakelaarschijf zodanig dat het juiste voltage voor uw regio zich tegenover de pijl op het paneel bevindt. De voltageschakelaar is ingesteld op 240 V als het instrument wordt geleverd. Sluit, nadat het juiste voltage is gekozen, het netsnoer aan op de AC IN-aansluiting en op een stopcontact. In sommige landen wordt mogelijk een stekkeradapter meegeleverd, zodat de stekker op uw stopcontact kan worden aangesloten.
7 Bevestig de ophangbeugel voor
de hoofdtelefoon.
Bevestig de ophangbeugel voor de hoofdtelefoon met de twee bijgeleverde schroeven (4 x 10 mm), zoals in de afbeelding is te zien.
Controleer na het monteren de onderstaande punten.
• Zijn er onderdelen overgebleven?
→ Loop de montageprocedure nog eens na en herstel eventuele fouten.
• Staat de Clavinova ver genoeg verwijderd van deuren en andere bewegende voorwerpen?
→ Verplaats de Clavinova naar een geschikte locatie.
• Maakt de Clavinova een rammelend geluid als u het instrument beweegt?
→ Draai alle schroeven stevig aan.
• Rammelt de pedalenconsole of geeft deze mee als u de pedalen indrukt?
→ Draai aan de stabilisator totdat deze stevig contact maakt met
de vloer.
• Zijn de pedaalkabel en het netsnoer correct aangesloten?
Een foutief ingesteld voltage kan ernstige schade toebrengen aan het instrument, of leiden tot onjuist functioneren.
6 Draai aan de stabilisator totdat deze stevig
contact maakt met het vloeroppervlak.
Als u het instrument wilt verplaatsen, til het dan altijd aan de onderkant van het hoofdgedeelte op. Het instrument mag niet worden opgetild aan de klavierklep of aan het bovenste gedeelte. Als u het instrument niet op de juiste wijze optilt, kan het beschadigd raken of kunt u lichamelijk letsel oplopen.
Tra n sp or te re n
Als u verhuist, kunt u het instrument samen met uw andere bezittingen transporteren. U kunt het instrument in zijn geheel (gemonteerd) verhuizen of u kunt het instrument demonteren naar de staat zoals u het voor het eerst uit de doos haalde. Vervoer het klavier horizontaal. Zet het klavier niet schuin tegen een wand of op de zijkant. Stel het instrument niet bloot aan overmatige trillingen of schokken. Let erop dat na het transporteren van het gemonteerde instrument alle schroeven goed vast zitten en dat ze niet los zijn geraakt door het verplaatsen van het instrument.
Als het instrument een krakend geluid maakt of wankel aanvoelt als u op het klavier speelt, raadpleeg dan de montageschema's en draai alle schroeven opnieuw aan.
CVP-609 (vleugeltype) Montage
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
95

CVP-609 Montage

VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
Druk de klavierklep dicht om te voorkomen dat deze per ongeluk open gaat tijdens de montage en zorg ervoor dat de vellen (aangegeven) op hun plaats blijven.
Plaats om schade aan de luidsprekerkast aan de onderkant van eenheid A te voorkomen, eenheid A op de piepschuimen beschermblokken. Zorg ook dat de blokken de luidsprekerkast niet raken.
Bevat opgerolde pedaalkabel. De pedalen zijn bedekt met een kunststof bedekking bij levering vanaf de fabriek. Verwijder de bedekking van het demperpedaal voor optimaal gebruik van het GP Responsive Damper Pedal-effect.
2 schroeven van
4 x 10 mm voor de klep
Netsnoer
10 korte schroeven van 5 x 18 mm 3 dunne schroeven van 4 x 20 mm
4 lange schroeven van 5 x 30 mm 4 ringen
Ophangbeugel voor de hoofdtelef oon
4 x 10 mm
dunne schroeven (2)
2 beschermingsopvulsels
1
2
Groot zacht kleed
Piepschuimen
bescherm-
blokken
LET OP
Raak het luidsprekerdoek niet aan. Dit kan de luidsprekers aan de binnenkant beschadigen.
Beschermingsopvulsels
Beschermingsopvulsels
• Monteer het instrument op een harde vlakke vloer met voldoende ruimte.
• Let erop dat u geen onderdelen door elkaar haalt en plaats alle onderdelen in de juiste richting. Houd bij de montage van het instrument de onderstaande volgorde aan.
• De montage moet door minstens twee personen worden uitgevoerd.
• Gebruik alleen de meegeleverde schroeven van de gespecificeerde grootte. Gebruik geen andere schroeven. Gebruik van onjuiste schroeven kan schade of defecten aan het product tot gevolg hebben.
• Zorg dat alle schroeven zijn aangedraaid als de montage is voltooid.
• Voer voor demontage van het instrument de montagestappen in omgekeerde volgorde uit.
Houd een kruiskopschroevendraaier (+) van de juiste grootte gereed.
Pak alle delen van het pakket uit en controleer of alle onderdelen aanwezig zijn.
1 Laat A tegen de muur leunen,
zoals weergegeven.
1 Spreid een groot zacht kleed, zoals een deken, uit over
de vloer en voor de muur om beschadiging te voorkomen.
2 Laat A met de klavierklep gesloten en het klavier naar
beneden gericht, tegen de muur rusten.
• Let erop dat uw vingers niet beklemd raken.
LET OP
• Het bovenste gedeelte van de muziekstandaard zit niet vast. Ondersteun de muziekstandaard zodanig met uw hand dat deze niet kan vallen.
• Plaats het hoofdgedeelte niet ondersteboven of met de achterkant naar beneden gericht.
2 Bevestig B en C aan A.
1 Lijn B en A zo uit dat het uitsteeksel in de opening past.
CVP-609 Montage
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
96
2 Zet B vast op de onderkant van A met twee lange schroeven
(5 x 30 mm).
Bevestig de onderdelen door B op A te drukken zodat de twee goed aan elkaar vast zitten.
3 Zet B vast op de luidsprekerkast van A met twee korte
VOORZICHTIG
Ringen
1
2
3
4
1
Steek de stekker van het pedaalsnoer in de pedaalaansluiting. Steek de stekker zodanig in de aansluiting dat de kant met de pijlmarkering vooruit gericht is (kant van het klavier). Als de plug niet makkelijk kan worden ingestoken, forceer dan niet maar controleer de juiste richting en probeer het opnieuw. Steek het pedaalsnoer stevig in de aansluiting zodat het metalen gedeelte van de stekker niet meer zichtbaar is. Anders is het mogelijk dat het pedaal niet goed werkt.
schroeven (5 x 18 mm).
6 Plaats F.
1 Verwijder de afdekplaat van D.
Als de schroefgaten niet op één lijn liggen, draai dan de andere schroeven iets los en pas de positie van B aan.
4 Maak C op dezelfde manier aan A vast.
3 Bevestig E aan D.
Zet E vast op D met twee korte schroeven (5 x 18 mm).
4 Bevestig D aan A.
1 Zet D vast op de onderkant van A met twee korte schroeven
(5 x 18 mm).
2 Haal het opgerolde pedaalsnoer los en leg dit uit.
3 Haal het pedaalsnoer onder D vandaan naar de achterkant
van het hoofdgedeelte.
4 Plaats F op de beugel van D.
5 Bevestig F aan D met drie dunne schroeven (4 x 20 mm).
2 Zet D vast op de luidsprekerkast van A met twee korte
schroeven (5 x 18 mm). Als de schroefgaten niet op één lijn liggen, draai dan de andere schroeven iets los en pas de positie van D aan.
5 Zet A rechtop.
• Let erop dat uw vingers niet beklemd raken.
• Als u het instrument rechtop zet, houd het dan niet vast bij de klavierklep.
7 Sluit het pedaalsnoer aan.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
CVP-609 Montage
97
4 Bevestig G met twee schroeven voor de klep (4 x 10 mm).
WAARSCHUWING
2 Voer het pedaal-
snoer tussen D en E door.
3 Leg het pedaalsnoer in de
geul op D, plaats vervolgens de afdekking juist over de geul.
Juist
Onjuist
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
Hier vasthouden.
Niet hier vasthouden.
8 Steek de stekker in de netsnoeraansluiting.
10Bevestig de ophangbeugel voor
de hoofdtelefoon.
Bevestig de ophangbeugel voor de hoofdtelefoon met de twee bijgeleverde schroeven (4 x 10 mm), zoals in de afbeelding is te zien.
Controleer na het monteren de onderstaande punten.
• Zijn er onderdelen overgebleven?
→ Loop de montageprocedure nog eens na en herstel eventuele fouten.
• Staat de Clavinova ver genoeg verwijderd van deuren en andere bewegende voorwerpen?
→ Verplaats de Clavinova naar een geschikte locatie.
• Maakt de Clavinova een rammelend geluid als u het instrument beweegt?
→ Draai alle schroeven stevig aan.
• Rammelt de pedalenconsole of geeft deze mee als u de pedalen indrukt?
→ Draai aan de stabilisator totdat deze stevig contact maakt met
de vloer.
• Zijn de pedaalkabel en het netsnoer correct aangesloten?
Voor modellen met een voltageschakelaar: Stel de voltageschakelaar in op het juiste voltage.
Voltageschakelaar
Controleer voordat u het netsnoer aansluit de instelling van de voltageschakelaar, indien aanwezig. Gebruik een platte schroevendraaier om de schakelaar in te stellen op 110 V, 127 V, 220 V of 240 V netvoeding. Draai hiermee de schakelaarschijf zodanig dat het juiste voltage voor uw regio zich tegenover de pijl op het paneel bevindt. De voltageschakelaar is ingesteld op 240 V als het instrument wordt geleverd. Sluit, nadat het juiste voltage is gekozen, het netsnoer aan op de AC IN-aansluiting en op een stopcontact. In sommige landen wordt mogelijk een stekkeradapter
CVP-609 Montage
meegeleverd, zodat de stekker op uw stopcontact kan worden aangesloten.
Een foutief ingesteld voltage kan ernstige schade toebrengen aan het instrument, of leiden tot onjuist functioneren.
9 Draai aan de stabilisator totdat deze stevig
contact maakt met het vloeroppervlak.
Als u het instrument wilt verplaatsen, til het dan altijd aan de onderkant van het hoofdgedeelte op. Het instrument mag niet worden opgetild aan de klavierklep of aan het bovenste gedeelte. Als u het instrument niet op de juiste wijze optilt, kan het beschadigd raken of kunt u lichamelijk letsel oplopen.
Tra n sp or te re n
Als u verhuist, kunt u het instrument samen met uw andere bezittingen transporteren. U kunt het instrument in zijn geheel (gemonteerd) verhuizen of u kunt het instrument demonteren naar de staat zoals u het voor het eerst uit de doos haalde. Vervoer het klavier horizontaal. Zet het klavier niet schuin tegen een wand of op de zijkant. Stel het instrument niet bloot aan overmatige trillingen of schokken. Let erop dat na het transporteren van het gemonteerde instrument alle schroeven goed vast zitten en dat ze niet los zijn geraakt door het verplaatsen van het instrument.
Als het instrument een krakend geluid maakt of wankel aanvoelt als u op het klavier speelt, raadpleeg dan de montageschema's en draai alle schroeven opnieuw aan.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
98

CVP-605 Montage

VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
A
B
C
D
E
Plaats om schade aan de luidsprekerkast aan de onderkant van eenheid A te voorkomen, eenheid A op de piepschuimen beschermblokken. Zorg ook dat de blokken de luidsprekerkast niet raken.
Bevat hier de opgerolde pedaalkabel.
4 lange schroeven van 6 x 20 mm
6 korte schroeven van 6 x 16 mm
2 dunne schroeven van 4 x 12 mm
4 zelftappende schroeven van 4 x 20 mm
2 kabelhouders
Ophangbeugel voor
de hoofdtelefoon
Netsnoer
4 x 10 mm
dunne schroeven (2)
D
C
E
1
2
B
E
D
1 3
2
Lijn de schroef-
openingen uit.
15 cm of dieper
• Monteer het instrument op een harde vlakke vloer met voldoende ruimte.
• Let erop dat u geen onderdelen door elkaar haalt en plaats alle onderdelen in de juiste richting. Houd bij de montage van het instrument de onderstaande volgorde aan.
• De montage moet door minstens twee personen worden uitgevoerd.
• Gebruik alleen de meegeleverde schroeven van de gespecificeerde grootte. Gebruik geen andere schroeven. Gebruik van onjuiste schroeven kan schade of defecten aan het product tot gevolg hebben.
• Zorg dat alle schroeven zijn aangedraaid als de montage is voltooid.
• Voer voor demontage van het instrument de montagestappen in omgekeerde volgorde uit.
Houd een kruiskopschroevendraaier (+) van de juiste grootte gereed.
Pak alle delen van het pakket uit en controleer of alle onderdelen aanwezig zijn.
1 Bevestig D en E aan C.
1 Haal het opgerolde pedaalsnoer los en leg dit uit.
U heeft het kunststof bindbandje later nodig in stap 5.
2 Bevestig D en E aan C door vier lange schroeven (6 x 20 mm)
vast te draaien.
2 Bevestig B aan de bovenstaande montage.
1 Lijn de schroefgaten aan de bovenkant van B uit met de
klampgaten op D en E en bevestig vervolgens de bovenhoeken van B aan D en E door twee dunne schroeven (4 x 12 mm) met de hand vast te draaien.
2 Bevestig de onderkant van B met vier zelftappende schroeven
(4 x 20 mm).
3 Draai de schroeven die in stap 2 zijn bevestigd in de bovenzijde
van B goed vast -
1.
3 Monteer A op de bovenstaande montage.
Zorg ervoor dat u uw handen minstens 15 cm van de einden van het hoofdgedeelte afhoudt, als u dit op zijn plaats brengt.
A
• Let goed op dat u het hoofdgedeelte niet laat vallen en dat uw vingers niet bekneld raken.
• Houd het hoofdgedeelte alleen vast op de plaats die wordt aangegeven.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
CVP-605 Montage
99
4 Bevestig A aan de montage.
A
A
1
2
1
2
3
4
WAARSCHUWING
1 Wijzig de positie van A, zodat de linker- en rechterzijde
van A van voren af gezien in gelijke mate achter D en E uitsteken (gezien vanaf de voorkant).
2 Zet A vast door vanaf de voorkant zes korte schroeven
(6 x 16 mm) vast te draaien.
5 Sluit het pedaalsnoer en het netsnoer aan.
1 Steek de stekker van het pedaalsnoer in de pedaalaansluiting.
2 Bevestig de kabelhouders op het achterpaneel zoals
aangegeven, en klik vervolgens het snoer in de houders.
3 Gebruik een kunststof bindbandje om eventueel overtollig
pedaalsnoer samen te binden.
Steek de stekker van het pedaalsnoer in de netsnoeraansluiting.
4
Steek het pedaalsnoer stevig in de aansluiting zodat het metalen gedeelte van de stekker niet meer zichtbaar is. Anders is het mogelijk dat het pedaal niet goed werkt.
Voltageschakelaar
Controleer voordat u het netsnoer aansluit de instelling van de voltageschakelaar, indien aanwezig. Gebruik een platte schroevendraaier om de schakelaar in te stellen op 110 V, 127 V, 220 V of 240 V netvoeding. Draai hiermee de schakelaarschijf zodanig dat het juiste voltage voor uw regio zich tegenover de pijl op het paneel bevindt. De voltageschakelaar is ingesteld op 240 V als het instrument wordt geleverd. Sluit, nadat het juiste voltage is gekozen, het netsnoer aan op de AC IN-aansluiting en op een stopcontact. In sommige landen wordt mogelijk een stekkeradapter meegeleverd, zodat de stekker op uw stopcontact kan worden aangesloten.
Een foutief ingesteld voltage kan ernstige schade toebrengen aan het instrument, of leiden tot onjuist functioneren.
6 Draai aan de stabilisator totdat deze stevig
contact maakt met het vloeroppervlak.
7 Bevestig de ophangbeugel voor
de hoofdtelefoon.
Bevestig de ophangbeugel voor de hoofdtelefoon met de twee bijgeleverde schroeven (4 x 10 mm), zoals in de afbeelding is te zien.
CVP-605 Montage
Voor modellen met een voltageschakelaar: Stel de voltageschakelaar in op het juiste voltage.
CVP-609/605 Gebruikershandleiding
100
Controleer na het monteren de onderstaande punten.
• Zijn er onderdelen overgebleven?
→ Loop de montageprocedure nog eens na en herstel eventuele fouten.
• Staat de Clavinova ver genoeg verwijderd van deuren en andere bewegende voorwerpen?
→ Verplaats de Clavinova naar een geschikte locatie.
• Maakt de Clavinova een rammelend geluid als u het instrument beweegt?
→ Draai alle schroeven stevig aan.
• Rammelt de pedalenconsole of geeft deze mee als u de pedalen indrukt?
→ Draai aan de stabilisator totdat deze stevig contact maakt met
de vloer.
• Zijn de pedaalkabel en het netsnoer correct aangesloten?
Loading...