Hartelijk dank voor de aanschaf van dit Pioneer
produkt.
Lees de gebruiksaanwijzing aandachtig door zodat u
het apparaat op de juiste wijze kunt bedienen.
Bewaar de gebruiksaanwijzing voor het geval u deze
in de toekomst nogmaals nodig heeft.
Het is mogelijk dat in bepaalde landen of gebieden
de uitvoering van de netstekker en het stopkontakt
verschilt van hetgeen in deze gebuiksaanwijzing is
afgebeeld. De aansluitmethode en bediening zijn in
dergelijke gevallen echter precies hetzelfde.
Plaats van gebruik
Temperatuur en vochtigheidsgraad op de plaats van
gebruik: +5°C – +35°C (+41°F – +95°F); minder dan
85% RH (ventilatie niet geblokkeerd)
Niet installeren op de volgende plaatsen:
• Onder rechtstreekse zonnestraling of onder sterke
kunstmatige belichting
• Bij hoge vochtigheidsgraad of op een slecht
verluchte plaats
H045 Du
VENTILATIE: Zorg dat u bij het installeren van dit toestel rondom wat vrije ruimte laat voor de ventilatie
(tenminste 20 cm boven, 50 cm achter en 10 cm aan weerskanten van het toestel).
WAARSCHUWING: Spleten en openingen in het omhulsel dienen voor ventilatie en een gepast gebruik
van het product, alsook om het te beschutten voor oververhitting. Om het te beschermen tegen vuur mogen
deze openingen nooit afgesloten of bedekt worden met voorwerpen zoals dagbladen, tafellakens, gordijnen, enz.
Plaats het toestel ook nooit op een dik tapijt, op een bed, sofa of om het even welk zacht en dik materiaal.
2
Du
H040 Du
Voordat u begint
Nederlands
Voordat u begint
Meegeleverde onderdelen
Controleer of u alle meegeleverde onderdelen heeft
ontvangen:
• AM-kaderantenne
• FM-draadantenne
• Netsnoer
• Droge celbatterijen (Type AA/IEC R6P) x2
• Afstandsbediening
• Gebruiksaanwijzing
• Labels voor speakerkabels
• Garantiekaart
Het plaatsen van de batterijen
Er zijn twee AA-batterijen benodigd voor de
afstandsbediening (bijgeleverd).
1
2
Ventilatie
• Zorg er bij het plaatsen van het systeem voor dat er
voldoende ventilatieruimte is rondom het systeem
zodat de warmte beter verspreid wordt (tenminste 20
cm aan de bovenzijde, 50 cm aan aan de achterzijde,
en 10 cm aan de zijkanten). Indien er niet voldoende
ruimte is tussen het systeem en de muur of andere
apparatuur, stapelt de warmte binnenin zich op wat
invloed heeft op de werking en/of waardoor het
apparaat niet meer goed functioneert. Zie hieronder
voor uitzonderingen.
• Met uitzondering van een Pioneer DV-464, 360, 454,
350, 444 of 545 DVD-speler, mag niets bovenop de
receiver worden geplaatst. Indien u een van
genoemde apparaten op de receiver plaatst, zorg er
dan voor dat er voldoende ventilatieruimte is zoals
hierboven beschreven.
• Indien u een rek gebruikt om het apparaat op te
plaatsen zorg er dan voor dat de achterzijde en de
linkerzijde van het rek open zijn.
• Indien u een kast met glazen deuren gebruikt, laat
dan de glazen deuren open wanneer u de receiver
gebruikt.
• Plaats het apparaat niet op dikke vloerbedekking of
een bed, bank of op pluche. Dek de receiver niet af
met een doek of een ander soort bedekking. Indien de
ventilatie door een of ander voorwerp wordt
geblokkeerd stijgt de temperatuur binnenin waardoor
het apparaat kapot kan gaan of in brand kan vliegen.
3
• Onjuist gebruik van batterijen kan gevaar opleveren
als gevolg van lekken of barsten. Let daarom op het
volgende:
• Gebruik nooit oude en nieuwe batterijen samen.
• Controleer of de plus- en minpolen van elke batterij
overeenstemmen met de aangegeven polariteiten in
het batterijcompartiment.
• Gebruik nooit verschillende soorten batterijen
samen. De batterijen zien er misschien hetzelfde uit,
maar kunnen verschillende spanningen hebben.
• Houd u bij het afdanken van gebruikte batterijen aan
de geldende overheidsvoorschriften en milieuregels
in uw land of regio.
• Houd er rekening mee dat de receiver warm kan
worden tijdens gebruik.
Onderhoud buitenkant
• Gebruik een schoonmaakdoek of een droge doek om
stof en vuil te verwijderen.
• Indien het oppervlak vuil is neem deze dan af met
een zachte doek die goed is uitgewrongen in
neutraal schoonmaakmiddel dat vijf of zesmaal in
water is verdund; neem het oppervlak daarna
nogmaals met een droge doek af. Gebruik geen
meubelwas of schoonmaakmiddelen voor meubels.
• Gebruik geen verdunners, benzine, insecticidesprays
of andere chemicaliën op of in de buurt van het
apparaat omdat deze het oppervlak aantasten.
Deze Quick Start Handleiding geeft aan hoe de speakers,
TV en DVD-speler op deze receiver dienen te worden
aangesloten, en laat tevens zien hoe een DVD-schijf
wordt gestart en afgespeeld.
Eenvoudige aansluiting
In dit onderdeel wordt aangegeven hoe de speakers,
subwoofer, DVD-speler en TV op de receiver worden
aangesloten waardoor u in korte tijd van het home
cinema-geluid kunt gaan genieten.
Zorg er allereerst voor dat alles wat u aansluit is
uitgeschakeld en niet is aangesloten op de netspanning.
Aansluiten van de speakers
Deze receiver heeft speakeruitgangen voor de linker- en
rechtervoorspeakers (L en R in de figuur), een
middenspeaker (C) en twee surroundspeakers (RS en LS).
Alleen de linker- en rechtervoorspeakers zijn bestemd
voor de minimum speakerconfiguratie; wij raden echter
aan alle vijf de speakers aan te sluiten. N.B.: Surround
speakers dienen te allen tijde per twee te worden
aangesloten; er mag niet slechts één surround speaker
worden aangesloten. Alle te gebruiken speakers dienen
een nominale impedantie van tussen de 6 en 16Ω te
hebben.
1 Sluit de speakers aan op de receiver zoals in de
figuur hieronder aangegeven.
Verwijder ongeveer 1 cm van de isolatie van elke
speakerdraad.
Sluit de voorspeakers aan op de FRONT L/Raansluitpunten; de middenspeaker aan het CENTERaansluitpunt; en de surroundspeakers aan de
SURROUND L/R-aansluitpunten.
Druk op het lipje om een aansluitpunt te openen; steek
de gestripte draad erin en laat dan het lipje los zodat de
draad vast komt te zitten.
Voor het juiste geluid is het belangrijk dat de positieve en
negatieve aansluitpunten van de receiver met iedere
speaker overeenkomen. Daartoe kunt u de meegeleverde
gekleurde zelfklevende labels gebruiken door elk
daarvan op de helft van elke speakerkabel te bevestigen.
2 Sluit een subwoofer met voeding aan op de
SUBWOOFER OUT-contactbus zoals aangegeven in
de figuur hieronder.
Gebruik een standaard audiosnoer met RCA/
Phonostekkers.
Nederlands
VSX-C301
L (Links
voor)
FRONTSURROUND
R
R (Rechts
voor)
SPEAKERS
CENTER
L
R
L
C (Midden)
SUB
WOOFER
OUT
ANTENNA
AM LOOP
FM UNBAL 75Ω
DIGITAL IN
STB
DVR/TV
(DVD)
OPT1
OPT2
RS (Rechts
surround)
IN
OUT
CONTROL
DVD
(STB)
COAX
LS (Links
surround)
VIDEO IN/OUTDVR/TV IN/OUT
AV CONNECTOR
DVD INSTB IN
LINE LEVEL
SW
(Subwoofer)
AC IN
5
Du
01
Quick Start Handleiding
Aansluiten van uw TV en DVD-speler
1 Sluit uw DVD-speler aan op de receiver.
Sluit een 21-pins SCART-kabel (niet bijgeleverd) aan
tussen de AV-uitgang van uw DVD-speler en de DVD IN
AV-connector van deze receiver voor de video en analoge
audio. (Zie Technische gegevens op blz. 42 voor de
toekenning van elke pin.)
Sluit voor digitale audio een coaxiale digitale audiokabel
aan (niet bijgeleverd) tussen de coaxiale digitale uitgang
van uw DVD-speler en de DVD(STB) COAX contactbus
op deze receiver.
• Indien uw DVD-speler geen coaxiale digitale uitgang
heeft, kunt u een optische kabel gebruiken die
tussen de optische uitgangcontactbus op uw DVDspeler en de STB(DVD) OPT1 contactbus op deze
VSX-C301
SPEAKERS
FRONTSURROUND
CENTER
R
L
R
L
ANTENNA
AM LOOP
FM UNBAL 75Ω
DIGITAL IN
STB
DVR/TV
SUB
WOOFER
OUT
DVD
(DVD)
(STB)
COAX
OPT1
OPT2
receiver wordt aangesloten. U dient echter de ingang
naar de DVD opnieuw in te stellen voordat u deze
voor het eerst gaat gebruiken. Zie Optische inputinstelling op blz. 32.
• Indien u een optische digitale kabel gebruikt, zorg er
dan voor dat de sluiter die de optische stekkerbus
beschermt niet beschadigd raakt wanneer de
stekker wordt ingestoken.
2 Sluit uw TV aan op de receiver.
Use a 21-pin SCART cable (not supplied) to connect the
DVR/TV IN/OUT AV-connector op deze receiver aan te
sluiten op een SCART-ingang op uw TV.
3 Sluit de bijgeleverde AC-kabel aan op de AC IN
op deze receiver en steek het andere uiteinde in een
stopcontact.
IN
OUT
CONTROL
VIDEO IN/OUTDVR/TV IN/OUT
AV CONNECTOR
DVD INSTB IN
AC IN
DIGITAL AUDIO OUT
COAXIAL
OPTICAL
DVD-speler
Starten en afspelen van een DVD
Zodra u de receiver inschakelt bespeurt deze
automatisch de speakers die u heeft aangesloten.
Hoewel er verscheidene specifiekere instellingen zijn
waarmee u het surroundgeluid kunt optimaliseren,
ontvangt u onmiddellijk een goed surroundgeluid.
1 Schakel uw TV en de aangesloten subwoofer in.
Zorg er tevens voor dat uw TV op de AV-ingang waarop u
de receiver heeft aangesloten is ingesteld.
2 Schakel uw DVD-speler in.
Tijdens deze handeling moet de receiver automatisch
inschakelen waarbij DVD is geselecteerd als de inputbron.
6
Du
AV CONNECTOR OUT
AV CONNECTOR IN
TV
3 Plaats een DVD en start weergave
Deze receiver decodeert automatisch Dolby Digital, DTS,
of Dolby Surround DVD-Videoschijven overeenkomstig uw
speakeropstelling. Gewoonlijk hoeft u geen wijzigingen
aan te brengen voor een realistisch surroundgeluid.
De overige mogelijkheden (zoals het luisteren naar een
CD met een multikanaals-surroundgeluid) staan
beschreven in Home Theatre-geluid op blz. 23.
4 Gebruik MASTER VOLUME (via het voorpaneel
of de afstandsbediening) om het geluid aan te
passen.
• Zet het volume van de TV lager zodat u alleen geluid
uit de receiver hoort.
Inleidende informatie
Hoofdstuk 2
Inleidende informatie
02
Inleiding tot het Home Theatresysteem
Waarschijnlijk gebruikt u gewoonlijk stereo-apparatuur
om naar muziek te luisteren, en niet voor Home Theatresystemen waarmee u veel meer keuzes heeft (zoals
surroundgeluid) bij het luisteren naar soundtracks.
Met Home Theatre kunt u meerdere audiotracks
gebruiken om een surroundgeluideffect te creëren,
waardoor u zich midden in een actie of concert waant.
Het surroundgeluid van een Home Theatre-systeem is
niet alleen afhankelijk van de speakers die u in de kamer
heeft opgesteld maar ook van de bron en de
geluidsinstellingen van de receiver.
DVD-video is thans het basisbronmateriaal voor het
Home Theatre-systeem vanwege de afmetingen,
kwaliteit en het gebruikersgemak. De meerkanaalsaudio
die mogelijk wordt gemaakt door DVD levert een
realistisch surroundgeluidseffect en geeft je het gevoel
dat je je midden in de actie bevindt.
Eigenschappen
Dolby Digital en DTS decoding
Door middel van Dolby Digital en DTS decoding heeft u
bioscoopgeluid in huis met maximaal zes kanalen voor
surroundgeluid inclusief een speciaal LFE-kanaal (Low
Frequency Effects) voor diepe en realistische
geluidseffecten.
(blz. 23)
Dialog Enhancement
Gebruik de Dialog Enhancement voor verfijning van de
dialoog en zang in een programmabron en stem de
verticale plaatsing van het middenkanaal af op de linkeren rechtervoorkanalen.
Virtual Surround Back Mode
De Virtual Surround Back Mode schept de illusie van een
surround achterkanaal—een extra kanaal dat direct
achter de luisteraar is geplaatst—voor een nog
realistischer surroundgeluid.
Sound Modes
De Sound Modes leveren nuttige effecten voor bepaalde
situaties. De Natural Mode brengt bijvoorbeeld een
correctie aan op de typische frequentieweergave van de
kleine speakers: Midnight Mode is handig wanneer u
naar geluid met een laag volume luistert maar toch een
effectief surroundgeluid wenst; S.Bass versterkt de lage
geluiden voor betere overbrenging.
Afstandsbediening die eenvoudig is in het
gebruik
Met de afstandsbediening heeft u niet alleen de algehele
controle over iedere functie van deze receiver, maar
tevens over andere componenten in uw Home Theatresysteem. Door middel van ingestelde codes kunt u de
afstandsbediening voor nog veel meer andere
apparatuur programmeren.
(blz. 24)
(blz. 24)
(blz. 24)
Nederlands
Dolby Pro Logic II decoder
Naast de decoding-functie van een algeheel
surroundgeluid voor Dolby Surroundbronnen,
produceert de ingebouwde Dolby Pro Logic II decoder
tevens een realistisch surroundgeluid voor elke
stereobron.
Surround en Advanced Surround Modes
Wanneer de Surround en Advanced Surround Modes
samen worden gebruikt met Dolby Digital, DTS of Dolby
Pro Logic II, geven ze een extra dimensie aan bepaalde
programma’s door bijvoorbeeld de weergave van een
akoestische ruimte van een concertzaal voor muziek.
(blz. 23)
(blz. 24)
Eenvoudige installatie
Het installeren van uw Home Theatre-systeem is net zo
gemakkelijk als het aansluiten van de speakers, de DVDspeler of andere bronnen, en de TV. Met Room Setup
kunt u snel en gemakkelijk de prestatiecapaciteit
vergroten, terwijl u voor de bediening van het gehele
surroundgeluid toch toegang blijft houden tot alle
surroundgeluidinstelllingen.
Energiebesparend ontwerp
Dit systeem is zodanig ontworpen dat het minder dan 1
W energie gebruikt wanneer de receiver in standby staat.
Gefabriceerd onder licentie van Dolby Laboratories.
‘Dolby’, ‘Pro Logic’ en het symbool double-D zijn
handelsmerken van Dolby Laboratories.
‘DTS’ en ‘DTS Digital Surround’ zijn geregistreerde
handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc.
7
Du
03
Aansluiten van de apparatuur
Hoofdstuk 3
Aansluiten van de apparatuur
Achterpaneel
12
SPEAKERS
FRONT
R
SURROUND
CENTER
R
L
L
SPEAKERS
FRONT
CENTER
R
L
VSX-C301
WOOFER
56
• Voordat u de onderdelen aansluit of wijzigt moet de
apparatuur uitgeschakeld zijn het netsnoer niet op
de netspanning zijn aangesloten.
1 SPEAKERS terminals (blz. 13)
FRONT L/R, CENTER en SURROUND L/R-
speakeraansluitpunten.
2 Antenne-aansluiting
AM LOOP-kaderantenne (blz. 15)
Sluit de bijgeleverde AM-kaderantenne aan, of een
buitenantenne indien de ontvangst slecht is.
FM UNBAL 75Ω-antenneaansluitpunt (blz. 15)
Sluit de bijgeleverde FM-draad aan, of een
buitenantenne indien de ontvangst slecht is.
3 CONTROL IN-contactbus / CONTROL OUTcontactbus (blz. 16)
Gebruik deze contactbussen voor de aaneenschakeling van
Pioneer-componenten zodat de onderdelen in de keten
slechts gebruik maken van één afstandsbedieningsensor.
4 AC IN (blz. 16)
Sluit het bijgeleverde AC-netsnoer aan.
8
Du
SURROUND
R
SUB
OUT
ANTENNA
AM LOOP
FM UNBAL 75Ω
L
SUB
WOOFER
OUT
STB
(DVD)
OPT1
34
IN
OUT
CONTROL
ANTENNA
AM LOOP
FM UNBAL 75Ω
DIGITAL IN
STB
DVR/TV
(DVD)
OPT1
OPT2
DIGITAL IN
DVR/TV
OPT2
IN
OUT
CONTROL
DVD
(STB)
COAX
DVD
(STB)
COAX
VIDEO IN/OUTDVR/TV IN/OUT
DVD INSTB IN
VIDEO IN/OUT
DVD INSTB IN
AV CONNECTOR
AV CONNECTOR
AC IN
AC IN
DVR/TV IN/OUT
7
5 SUBWOOFER OUT-contactbus (blz. 13)
Sluit een subwoofer met voeding aan.
6 Digitale aansluitingen
Alle drie de digitale audiocontactbussen zijn ingangen. Sluit
deze aan op de digitale uitgangen van digitale brononderdelen
zoals DVD en CD-speler, satellietontvangers, enz.
STB(DVD) OPT1-contactbus (blz. 11)
Optische digitale audiocontactbus voor de STB-input (het is
tevens mogelijk deze toe te kennen aan de DVD-ingang).
DVR/TV OPT2 contactbus (blz. 12)
Optische digitale audiocontactbus voor de DVR/TVingang.
• Zorg er bij het aansluiten van optische kabels voor dat
de sluiter die het optische stopcontact beschermt
niet wordt beschadigd bij het insteken van de stekker.
• Wind de optische kabels niet strak op wanneer u
deze opbergt. De kabel kan beschadigd raken indien
deze met scherpe hoeken wordt gebogen.
Aansluiten van de apparatuur
03
DVD(STB) COAX-contactbus (blz. 10)
De coaxiale digitale audio-contactbus voor de DVDingang (het is tevens mogelijk deze toe te kennen
aan de STB-ingang).
7 SCART AV-connectors
De vier soorten SCART AV-connectors zijn bestemd voor
video en analoge audio.
VIDEO IN/OUT AV-connector (blz. 12)
AV-connector voor de VIDEO-ingang. Indien de
receiver op een andere ingang is ingesteld, dan is dat
signaal de uitgang vanaf de VIDEO IN/OUT AVconnector.
DVR/TV IN/OUT AV-connector (blz. 10)
AV-connector voor de DVR/TV-ingang. Indien de
receiver op een andere ingang is ingesteld, dan is dat
signaal de uitgang vanaf de DVR/TV IN/OUT AVconnector.
DVD IN AV-connector (blz. 10)
AV-connector voor de DVD-ingang.
STB IN AV-connector (blz. 11)
AV-connector voor de STB-ingang.
Het hieronder aangegeven schema toont de ingangs- en
uitgangsvideoformaten die voor elke AV-connector
beschikbaar zijn.
ConnectorIngangUitgang
DVD
STB
VIDEOComposiet, S-video,
DVR/TV
Composiet, S-video,
RGB
Composiet, S-video,
RGB
RGB
ComposietComposiet, S-video,
N.B.
–
–
Composiet
RGB
• Alle AV-connectors hebben tevens audio-in. De
VIDEO- en DVR/TV-connectors hebben tevens audioout.
• De VIDEO en DVR/TV-connectors zijn compatibel met
de speakers die aan de receiver zijn aangesloten.
Zodoende kunt u de andere componenten bedienen alsof
deze direct aan elkaar zijn aangesloten zonder dat de
receiver aanstaat. U kunt bijvoorbeeld uw videorecorder
gebruiken om vanaf de satellietontvanger op te nemen
(beide zijn op deze receiver aangesloten) zonder dat de
receiver aanstaat. Ook kunt u de AV Direct-modus
gebruiken om een video te bekijken met geluid van de
speakers van de TV, zonder dat de receiver aanstaat.
U kunt naar de AV Direct-modus switchen (vanuit
standby of On) met gebruik van de AV DIRECT-toets op
de afstandsbediening. Het is echter ook mogelijk om de
receiver zodanig in te stellen dat de AV Direct-functie
automatisch inschakelt wanneer een inkomend signaal
wordt opgevangen. Zie tevens AV Direct-instelling op
blz. 33.
In de figuur hieronder wordt getoond hoe met de AV DIRECT en de STANDBY/ON-toetsen op de receiver
kan worden geswitcht tussen standby, de AV Directmodus, en On.
Standby
AV DIRECT
AV DirectOn
Standby
RECEIVER
AV DirectOn
Installeren van de receiver
• Bij het installeren van dit apparaat dient u ervoor te
zorgen dat het systeem op een stabiel en horizontaal
oppervlak wordt geplaatst.
• Installeer het apparaat niet op de volgende plaatsen:
– op een kleuren-TV (het scherm kan vervormd raken)
– bij een cassettedeck (of dichtbij een apparaat met
een magnetisch veld). Dit kan invloed hebben op het
geluid.
– in direct zonlicht
– in een vochtige of natte omgeving
– in een zeer warme of koude omgeving
– in een zeer warme of koude omgeving
– op een plaats waar zich trillingen of andere
bewegingen voordoen
– op een plek met warme rook of olie (zoals een
keuken)
Aansluiten van de kabels
Zorg ervoor dat de kabels niet over dit apparaat worden
gebogen. Indien de kabels bovenop het apparaat worden
gelegd, kan het magnetisch veld dat wordt geleverd door
de transformators in dit apparaat een zoemgeluid uit de
speakers veroorzaken.
Nederlands
De AV Direct-modus
Met de AV Direct-modus kan de receiver audio- en
videosignalen die bij de ene AV-connectoringang
aankomen doorgeven aan de AV-connectoruitgangen
zonder dat output van geluid plaatsvindt door middel van
9
Du
03
Aansluiten van de apparatuur
Aansluiten van een DVD-speler en de TV
Volg de hieronder in het schema aangegeven instructies
voor aansluiting van uw DVD-speler en de TV op de
receiver.
1 Gebruik een SCART-kabel om de DVD IN AVconnector aan te sluiten op een AV-connector op de
DVD-speler.
Deze is bestemd voor video en analoge stereoaudiosignalen vanuit de DVD-speler naar de receiver.
2 Gebruik een coaxiale digitale audiokabel om de
DVD(STB) COAX-contactbus aan te sluiten op een
coaxiale digitale audio-uitgang op de DVD-speler.
Deze aansluiting is bestemd voor stereo en meerkanaals
digitale audio.
Indien uw DVD-speler geen coaxiale digitale audio outcontactbus heeft kan een optische aansluiting op de
STB(DVD) OPT1-contactbus worden gebruikt. Omdat
deze ingang echter standaard is toegekend aan de STBingang, dient u deze opnieuw toe te kennen aan de DVD-
ingang voordat u hem kunt gebruiken. Zie Optische inputinstelling op blz. 32 nadat alle andere onderdelen
zijn aangesloten.
3 Gebruik een SCART-kabel om de DVR/TV IN/ OUT
AV-connector aan te sluiten op een AV-connector op
uw TV.
Deze aansluiting is bestemd voor video en analoge
stereo-audio tussen de receiver en uw TV.
• Zie Aansluiten van andere videocomponenten op
blz. 12 indien u een digitale video-recorder tussen
deze receiver en uw TV wenst aan te sluiten.
• Zie tevens Aansluiten van een TV met een ingebouwde digitale TV-tuner hieronder hieronder indien uw TV
een ingebouwde digitale TV-tuner heeft.
VSX-C301
ANTENNA
AM LOOP
STB
SUB
(DVD)
WOOFER
OPT1
OUT
AV CONNECTOR OUT
FM UNBAL 75Ω
DIGITAL IN
DVR/TV
OPT2
IN
OUT
CONTROL
DVD
(STB)
COAX
VIDEO IN/OUTDVR/TV IN/OUT
AV CONNECTOR
DVD INSTB IN
TV
DIGITAL AUDIO OUT
COAXIAL
OPTICAL
DVD-speler
SPEAKERS
FRONTSURROUND
CENTER
R
L
R
L
Aansluiten van een TV met een ingebouwde digitale TV-tuner
Indien uw TV een ingebouwde digitale TV-tuner heeft,
kunt u de digitial audio-output op deze receiver
aansluiten voor Dolby Digital- en DTS-geluid van digitale
TV-uitzendingen.
1 Voltooi stap 3 hierboven in Aansluiten van een
DVD-speler en de TV.
2 Gebruik een optische digitale audiokabel om de
DVR/TV OPT2-contactbus op een optische digitale
audio-output op uw TV aan te sluiten.
AC IN
AV CONNECTOR IN
10
Du
Aansluiten van de apparatuur
Aansluiten van een satelliet/kabelontvanger of andere set-top box
Satelliet- en kabelontvangers en andere digitale TVtuners en –antennes zijn voorbeelden van zogenaamde
set-top boxes.
1 Gebruik een SCART-kabel om de STB IN AVconnector aan een AV-connector op de set-top box
aan te sluiten.
Deze is bestemd voor video- en analoge stereoaudiosignalen vanuit de set-top box naar deze receiver.
2 Gebruik een optische digitale audiokabel om de
STB(DVD) OPT1 contactbus op een optische digitale
audio-output op de set-top box aan te sluiten.
Deze aansluiting is bestemd voor stereo en meerkanaals
digitale audio.
SPEAKERS
FRONT
SURROUND
CENTER
R
R
L
L
SUB
WOOFER
OUT
VSX-C301
Indien uw set-top box geen optische digitale audiooutcontactbus heeft, kunt u een coaxiale verbinding
naar de DVD(STB) COAX-contactbus gebruiken. Deze
ingang is echter standaard toegekend aan de DVDingang zodat deze eerst aan de STB-ingang dient te
worden toegekend voordat hij kan worden gebruikt. Zie
Coaxiale inputinstelling op blz. 32 nadat alles is
aangesloten.
N.B.
• Indien uw satelliet/kabelontvanger geen digitale
audio-output heeft, kan stap 2 hierboven worden
overgeslagen.
ANTENNA
AM LOOP
FM UNBAL 75Ω
DIGITAL IN
STB
DVR/TV
(DVD)
OPT1
IN
OUT
CONTROL
DVD
(STB)
COAX
OPT2
VIDEO IN/OUTDVR/TV IN/OUT
AV CONNECTOR
DVD INSTB IN
AC IN
03
DIGITAL OUTAV CONNECTOR OUT
STB
Nederlands
11
Du
03
Aansluiten van de apparatuur
Aansluiten van andere videocomponenten
De VIDEO IN/OUT AV-connector kan voor een
videorecorder of recorder met analoge audio worden
gebruikt. De DVR/TV IN/OUT AV-connector en de
bijbehorende digitale audioverbinding (de DVR/TV OPT2 contactbus) kan samen met digitale videocomponenten worden gebruikt zoals een DVD-recorder
die digitale soundtracks kan afspelen.
1 Gebruik een SCART-kabel om de VIDEO IN/OUT
AV-connector aan een AV-connector op uw
videorecorder (of ander videocomponent) aan te
sluiten.
Hiermee kunt u de videorecorder afspelen of met de
videorecorder opnemen (of een ander component).
videorecorder etc.
2 Gebruik een SCART-kabel om de DVR/TV IN/OUT
AV-connector aan een AV-connector op uw DVDrecorder (of ander videocomponent) aan te sluiten.
Hiermee kunt u de DVR afspelen of met de DVR opnemen
(of een ander component), inclusief RGB-video.
3 Gebruik een optische digitale audiokabel om de
DVR/TV OPT2-contactbus aan een optische digitale
audio-uitgang op uw DVD-recorder (of ander
videocomponent) aan te sluiten.
Deze verbinding is bestemd voor stereo en meerkanaals
digitale audio.
AV CONNECTOR OUT
12
Du
SPEAKERS
FRONTSURROUND
CENTER
R
R
L
L
WOOFER
VSX-C301
OPTICAL COAXIAL
DIGITAL OUT
VIDEO IN/OUTVIDEO IN/OUT
DVR etc.
N.B.
• Sommige TV’s hebben zowel RGB als i/o-Link.A
compatibele AV-connectors, of een enkele AVconnector die kan worden gebruik om te switchen.
Zie de instructies bij de TV voor meer gegevens
hierover. Deze receiver is compatibel met beide
formaten zonder dat u hoeft te switchen.
SUB
OUT
ANTENNA
AM LOOP
FM UNBAL 75Ω
DIGITAL IN
STB
DVR/TV
(DVD)OPT1
OPT2
AV CONNECTOR
IN
OUT
CONTROL
DVD
(STB)
COAX
VIDEO IN/OUTDVR/TV IN/OUT
AV CONNECTOR
DVD INSTB IN
AV CONNECTOR IN
AC IN
TV
• Wanneer de DVR aanstaat dient u ervoor te zorgen dat
deze op de juiste input staat afgesteld zodat audio en
video uit de receiver aan de TV worden doorgegeven.
• Wanneer de receiver niet is aangesloten of in
standby staat (terwijl de AV Direct uitstaat), is het
mogelijk dat u vervormd geluid hoort uit de VIDEO IN/OUT AV-connector en de DVR/TV IN/OUT AVconnector indien een aangesloten component wordt
gebruikt.
Aansluiten van de apparatuur
Aansluiten van apparatuur aan het voorpaneel
De FRONT INPUT-contactbussen hebben een standaard
(composiet) videocontactbus (VIDEO), stereo analoge
audio-inputs (AUDIO L/R), en een optische digitale
audio-input (DIGITAL). Deze verbindingen kunnen
worden gebruikt voor elk type audio/video-component,
en zijn voornamelijk geschikt voor draagbare apparatuur
zoals camcorders, videospelletjes en draagbare audio/
VSX-C301
STANDBY/ON
FRONT INPUT
VIDEOAUDIO RL
DIGITAL INPHONES
2DIGITAL
DTS
video-apparatuur.
• Verwijder voorzichtig de cover voor toegang tot de
• De figuur hieronder toont voorbeelden van
2PRO LOGIC
II
COLOR BRIGHT MONITOR
aansluitpunten op het voorpaneel.
verbindingen aan een draagbare DVD-speler.
SOUND MODE
PHONESADVANCEDSTEREOAV DIRECT
Plaats de vingers aan weerszijden van
het kapje en trek het voorzichtig los.
AUDIO/VIDEO MULTI-CHANNEL RECEIVERVSX-C301
MASTER
INPUT SELECTOR
VOLUME
R
DOWNUP
03
VIDEO IN/OUT
AUDIO IN/OUT
DIGITAL OUT (OPTICAL)
PHONES
Draagbare DVD-speler, etc.
Installeren van uw speakersysteem
Om de surroundgeluidmogelijkheden van de receiver
zoveel mogelijk te benutten dient u de voor-, midden- en
surroundspeakers alsook de subwoofer aan te sluiten.
Dit is de ideale situatie; andere configuraties met minder
speakers—zonder subwoofer of middenspeaker, of zelfs
surroundspeakers—werken echter ook. Wel zijn de
ANTENNA
AM LOOP
FM UNBAL 75Ω
DIGITAL IN
STB
DVR/TV
SUB
(DVD)
WOOFER
OPT1
OPT2
OUT
VSX-C301
SPEAKERS
FRONTSURROUND
CENTER
R
L
R
L
HOLDON/OFF
linker- en rechtervoorspeakers noodzakelijk. N.B.:
Surround speakers dienen te allen tijde per twee te
worden aangesloten; er mag niet slechts één surround
speaker worden aangesloten. Alle te gebruiken speakers
dienen een nominale impedantie van tussen de 6 en 16Ω
te hebben.
IN
OUT
CONTROL
DVD
(STB)
COAX
VIDEO IN/OUTDVR/TV IN/OUT
AV CONNECTOR
DVD INSTB IN
LINE LEVEL
AC IN
Nederlands
L (Links
voor)
R (Rechts
voor)
C (Midden)
RS (Rechts
surround)
LS (Links
surround)
SW
(Subwoofer)
13
Du
03
Aansluiten van de apparatuur
Aansluiten van de speakers
Voordat u kunt beginnen met het aansluiten van de
speakers dient u ervoor te zorgen dat de speakerkabel
die u gaat gebruiken op de juiste wijze is voorbereid
waarbij ongeveer 10mm isolatiemateriaal van elke draad
is verwijderd, en de gestripte draaduiteinden aan elkaar
gedraaid zijn.
Elke speakerverbinding aan de receiver heeft een
positieve (+) gekleurde en een negatieve (–) zwarte
terminal. Voor een goed geluid dienen deze overeen te
stemmen met de aansluitpunten op de speakers.
Daartoe kunt u de bijgeleverde gekleurde zelfklevende
labels gebruiken, waarbij u elke label aan elk uiteinde
van de helft van elke kabel bevestigt. Gebruik de draad
met label voor de gekleurde/positieve terminal; gebruik
de draad zonder label voor de zwarte/negatieve terminal.
Gebruik de verschillende kleuren om te bepalen welke
speakerkabel aan welke speaker dient te worden
bevestigd.
• Zorg ervoor dat alle gestripte speakerdraden aan
elkaar zijn gedraaid en geheel in het
speakeraansluitpunt zijn gestoken. Indien een
gestripte speakerdraad het achterpaneel raakt kan
de stroom door de veiligheidsvoorziening worden
verbroken.
• Deze luidsprekercontactpunten kunnen onder
GEVAARLIJKE SPANNING staan. Om het risico van
een elektrische shock te vermijden gelieve men, bij
het insteken of uittrekken van de
luidsprekerkabeltjes, de niet geïsoleerde punten niet
aan te raken voordat het stroomsnoer is
uitgetrokken.
1 Verbind de linker- en rechtervoorspeakers aan
de FRONT L/R speakeraansluitpunten.
Druk op het geveerde lipje om een aansluitpunt te
openen; steek de speakerdraad in en laat het lipje los
zodat de draad vast komt te zitten.
2 Verbind de middenspeaker aan de CENTERspeakeraansluitpunten.
3 Verbind de surroundlinker- en rechterspeakers
aan de SURROUND L/R-speakeraansluitpunten.
4 Verbind de subwoofer aan de SUBWOOFER
OUT-contactbus.
Plaatsen van de speakers
De opstelling van de speakers heeft grote invloed op de
geluidskwaliteit. Met de volgende leidraad haalt u het
beste geluid uit het systeem.
• De subwoofer kan op de vloer worden geplaatst. Voor
het beste luistereffect moeten de overige speakers
op oorhoogte worden geplaatst. Het is niet aan te
bevelen de speakers op de vloer te plaatsen (behalve
de subwoofer) of hoog aan de muur op te hangen.
• Voor het beste stereo-effect moeten de voorspeakers
2–3 m van elkaar af op gelijke afstand van de TV
worden geplaatst.
• Installeer de middenspeaker boven of onder de TV
zodat het geluid van het middenkanaal op het TVscherm wordt gelocaliseerd.
• Bij het plaatsen van de speakers bij de TV kunt u
magnetisch afgeschermde speakers gebruiken om
mogelijke storingen te vermijden, zoals verkleuring
van het beeld wanneer de TV wordt ingeschakeld.
Indien u geen magnetisch afgeschermde speakers
heeft en het TV-beeld verkleuring geeft, kunt u de
speakers verder van de TV af plaatsen.
• Installeer indien mogelijk de surroundspeakers iets
boven oorhoogte.
Voor L
Subwoofer
Surround LSurround R
Voor R
Midden
14
Du
• Zorg ervoor dat alle speakers veilig worden
geïnstalleerd. Dit komt niet alleen de geluidskwaliteit
ten goede, maar verkleint ook het risico van schade
of letsel wanneer de speakers omver worden
gestoten of omvallen tijdens schokken van buitenaf
zoals bij een aardbeving.
Aansluiten van de apparatuur
Aansluiten van de antennes
Met de bijgeleverde antennes kunt u op eenvoudige wijze
naar AM- en FM-radio luisteren. Indien u merkt dat de
ontvangstkwaliteit slecht is kunt u een buitenantenne
gebruiken voor een beter geluid—zie Verbinden van de buitenantennes hieronder.
ANTENNA
AM LOOP
L
STB
SUB
(DVD)
WOOFER
OPT1
OUT
VSX-C301
SPEAKERS
SURROUND
FRONT
CENTER
R
R
L
FM UNBAL 75Ω
DIGITAL IN
DVR/TV
03
IN
OUT
CONTROL
DVD
(STB)
COAX
OPT2
VIDEO IN/OUTDVR/TV IN/OUT
AV CONNECTOR
DVD INSTB IN
AC IN
AM-kaderantenne
1 Monteer de antennestaander zoals in de figuur
aangegeven.
fig. Afig. Bfig. C
• Buig de staander in de aangegeven richting (fig. A).
• Klem de lus in de staander (fig. B).
• Het is mogelijk de AM-antenne aan de muur te
bevestigen (fig. C). Zorg er voorafgaand aan
bevestiging voor dat de ontvangst goed is.
2 Verwijder de beschermingselementen van beide
AM-antennedraden.
3 Druk op de lipjes van de AM-LOOP-antenneterminal om deze te openen en steek een draad in
iedere terminal.
4 Laat het lipje los om de AM-antennedraden vast
te zetten.
5 Plaats de AM-antenne op een vlak oppervlak en
zet deze in de richting met de beste ontvangst.
Plaats de antenne niet in de buurt van computers, televisies
of andere electrische apparatuur, en zorg ervoor dat de
antenne niet in aanraking komt met metalen voorwerpen.
FM-draadantenne
• Verbind de FM UNBAL 75Ω-antenneaansluitpunt.
Voor het beste resultaat kan de FM-antenne geheel
worden uitgetrokken en aan een muur of deurpost
worden bevestigd. Laat deze niet loshangen en laat de
draad ook niet opgewonden zitten.
Verbinden van de buitenantennes
Voor verbetering van de FM-ontvangst kan een FMbuitenantenne aan het FM UNBAL 75Ωantenneaansluitpunt worden aangesloten.
ANTENNA
AM LOOP
FM UNBAL 75Ω
Om de AM-ontvangst te verbeteren kan een 5 tot 6 m
lange vinyldraad aan de AM-LOOP-terminals worden
aangesloten zonder de bijgeleverde AM-lusantenne los
te koppelen.
Hang voor het beste resultaat de draad horizontaal
buiten op.
Nederlands
N.B.
• Het signaal aardverbinding () dient ter vermindering van ruis die ontstaat wanneer de antenne
wordt aangesloten. Het is geen electrische veiligheidsaardverbinding.
AM LOOP
ANTENNA
FM UNBAL 75Ω
15
Du
03
Aansluiten van de apparatuur
Bedienen van andere Pioneercomponenten via de sensor van dit
apparaat
Veel Pioneer-componenten hebben CONTROLcontactbussen die kunnen worden gebruikt om de
componenten aan elkaar te koppelen, zodat slechts de
afstandsbedieningssensor van één component hoeft te
worden gebruikt. Wanneer u een afstandsbediening
gebruikt wordt het bedieningssignaal via de keten naar
het juiste component geleid.
1 Bepaal van welk component u de
afstandsbedieningssensor wilt gebruiken.
Wanneer u elk component in de keten wilt kunnen
bedienen dan is dat de afstandsbedieningssensor waar
u de afstandsbediening naar moet richten.
2 Verbind de CONTROL OUT-contactbus van dat
component met de CONTROL IN-contactbus van een
ander Pioneer-component.
Gebruik een kabel met een monoministekker aan elk
uiteinde van de verbinding.
3 Ga op dezelfde wijze door met de keten voor
alle componenten.
•U kunt tevens de meegeleverde afstandsbediening
instellen voor de bediening van andere
componenten in uw systeem (zowel van Pioneer als
andere merken). Zie Gebruik van de afstandsbediening voor andere componenten op
blz. 34.
Aansluiten van de receiver op de
netspanning
Sluit de receiver pas aan op de netspanning nadat alle
componenten inclusief de speakers zijn verbonden.
• Houd het netsnoer bij de stekker vast. Haal de
stekker er niet uit door aan het snoer te trekken en
raak het netsnoer nooit met natte handen aan,
aangezien dit kortsluiting of een electrische schok
kan veroorzaken. Plaats het apparaat of een
meubelstuk enz. niet op het netsnoer en zorg ervoor
dat de kabel niet geklemd raakt. Zorg ervoor dat er
geen knopen in de kabel zitten en bind de kabel ook
niet vast aan andere kabels. Het netsnoers dienen
zodanig gelegd te worden dat er niet op getrapt kan
worden. Een beschadigd netsnoer kan brand of
electrische schok veroorzaken. Controleer het
netsnoer van tijd tot tijd. Indien het beschadigd is,
vraag dan een officiel Pioneer-onderhoudscenter in
de buurt of uw dealer om een nieuwe kabel.
1 Steek het bijgeleverde netsnoer in de AC INstekkerbus aan de achterzijde van de receiver.
2 Steek het andere uiteinde in een stopcontact.
16
Du
VSX-C301
CONTROL
IN OUT
ANTENNA
AM LOOP
SPEAKERS
FRONT
SURROUND
CENTER
R
R
L
L
FM UNBAL 75Ω
DIGITAL IN
STB
DVR/TV
SUB
(DVD)
WOOFER
OPT1
OPT2
OUT
IN
OUT
CONTROL
DVD
(STB)
COAX
CONTROL
IN OUT
VIDEO IN/OUTDVR/TV IN/OUT
AV CONNECTOR
DVD INSTB IN
AC IN
Bedieningscomponenten en displays
04
Hoofdstuk 4
Bedieningscomponenten en displays
Paneel voorzijde
123564897
AUDIO/VIDEO MULTI-CHANNEL RECEIVERVSX-C301
STANDBY/ON
DTS
2PRO LOGIC
FRONT INPUT
VIDEOAUDIO RL
DIGITAL INPHONES
2DIGITAL
II
SOUND MODE
PHONESADVANCEDSTEREOAV DIRECT
INPUT SELECTOR
MASTER
VOLUME
R
DOWNUP
1 PHONES-contactbus
Wanneer de hoofdtelefoons zijn aangesloten komt er
geen geluid uit de speakers.
2 STANDBY/ON-toets
Indrukken om de receiver op standby te zetten.
3 FRONT INPUT-contactbus (blz. 13)
Gebruik deze contactbus om een audio/videocomponent
aan te sluiten.
4 AV DIRECT-indicator (blz. 33)
Licht op in standby wanneer de receiver een audio/
videosignaal vanuit de ene SCART AV-connector naar de
andere stuurt.
5 Digitale surroundformaatindicatoren
2 DIGITAL-indicator
Licht op wanneer de huidige bron Dolby Digital is.
DTS-indicator
Licht op wanneer de huidige bron DTS is.
6 Luistermodusindicatoren
STEREO-indicator (blz. 23)
Licht op wanneer de bron stereo is en/of de
luistermodus op STEREO is afgesteld.
2 PRO LOGIC II indicator (blz. 23)
Licht op wanneer een van de Dolby Pro Logic II
surroundmodes met een 2-kanaals (stereo) bron
actief is.
ADVANCED-indicator (blz. 24)
Licht op wanneer een van de Advanced Surroundmodes actief is.
PHONES-indicator (blz. 23)
Licht op wanneer de Phones Surround-modus actief
is.
SOUND MODE-indicator (blz. 24)
Licht op wanneer een van de Sound Modes actief is.
Draai aan de knop om door de verschillende inputs te
lopen. De huidige input wordt op de paneeldisplay aan
de voorzijde getoond.
9 MASTER VOLUME-knop
Draai aan de knop om het volume bij te stellen.
Nederlands
17
Du
04
Bedieningscomponenten en displays
Display
1243567
8
91011
1 DIG (digitaal) / ANA (analoog) (blz. 29)
Geeft aan of de huidige inputbron analoog of digitaal is.
2 Hi-FS
Licht op wanneer het huidige inputsignaal 88,2/96kHz
digitaal is.
3 Sleep Timer-indicator (blz. 29)
Licht op wanneer de Sleep Timer is ingesteld.
4 DIALOG-indicator (blz. 24)
Licht op wanneer de Dialog Enhancement is
ingeschakeld.
5 Input/outputkanaalindicatoren
De letters L, C, R, LFE, Ls en Rs geven de inputkanalen
aan die via de receiver binnenkomen. De segmenten en
SW (subwoofer) geven de actieve speakeroutputkanalen
aan.
6 VIR.SB-indicator (blz. 24)
Licht op wanneer het Virtual Surround Back-effect is
ingeschakeld.
7 OVER (blz. 32)
Licht op wanneer het inputsignaal te hoog is waardoor
vervorming kan ontstaan. Gebruik de inputonderdrukker
om het niveau te verlagen.
8 Tunderindicatoren
STEREO (blz. 25)
Licht op wanneer er wordt geluisterd naar een stereo
FM-uitzending in de auto/stereomodus.
TUNED
Licht op wanneer op een uitzending is afgestemd.
MONO (blz. 25)
Licht op wanneer de tuner MPX-modus op mono is
afgesteld.
RDS (blz. 26)
Licht op wanneer er wordt geluisterd naar een
station dat RDS-informatie uitzendt.
RF ATT (blz. 25)
Licht op wanneer de RF-onderdrukker is
ingeschakeld.
9 Display van informatietekens
10 EON-indicatoren (blz. 28)
EON licht op wanneer EON is ingesteld. De stipindicator
aan de linkerzijde licht op wanneer de huidige uitzending
de EON-dataservice biedt.
11 Volumeniveau-indicator
Geeft het volumeniveau in dB aan.
18
Du
Bedieningscomponenten en displays
Afstandsbediening
Functie-aanduidingen in groen op de afstandsbediening
zijn aan de receiver gerelateerde functies. In blauw
gedrukte functienamen zijn bestemd voor de
ingebouwde tuner (Gebruiken van de tuner op blz. 25).
Andere functies hebben betrekking op andere
apparatuur die u met de afstandsbediening kunt
bedienen. Zie tevens Bedienen van andere apparatuur op
blz. 34.
12
STB
FRONT FM/AM
LEVEL
SURROUND
DIALOG
MASTER
VOLUME
SYSTEM
SETUP
TUNE
STST
ENTER
TUNE
BANDEON RETURNRF AT T
TV CONTROL
CHANNEL
RECEIVER
SOURCE
DVR/TV
TEST TONECH SELECT
ADVANCED
SURROUND
SIGNAL
SELECT
A
D.ACCESS
DISC
ENTER
VOLUME
SUBTITLE
10
T.EDIT
MENU
SEARCH
4
6
11
14
GUIDE
17
21
RECEIVER
RECEIVER
3
5
7
SLEEP
DVD
AV DIRECT
VIDEO
INPUT
8
9
10
AUTO STEREO
MUTE
SOUND
MODE
12
ROOM
DTV MENU
TOP MENU
SETUP
13
15
AUDIO
16
18
VIRTUAL SBDIMMER
CLASSMPX
DISPLAY
BCDE
19
CHANNEL
20
INPUT
1 RECEIVER
Indrukken om de afstandsbediening in de ‘ontvang’modus te zetten (d.w.z. de afstandsbediening bedient de
receiverfuncties).
2 LED
Geeft aan dat de afstandsbediening wordt gebruikt.
3 RECEIVER
Indrukken om de receiver op of in standby te zetten.
4 SOURCE (blz. 34)
Indrukken om de huidige broncomponent op of in
standby te zetten.
5 AV DIRECT (blz. 9 en blz. 33)
Indrukken om de AV Direct-functie in of uit te schakelen.
SLEEP (RECEIVER + AV DIRECT) (blz. 29)
Gebruik deze toets om de Sleep Timer in te stellen.
6 Keuzetoetsen voor de input/
afstandsbedieningmodus (blz. 22)
Wanneer de Remote Direct-functie is ingeschakeld
wordt met deze toetsen (behalve de FM/AM)
tegelijkertijd de modus van de afstandsbediening en
de receiverinput gewijzigd. Wanneer de functie is
uitgeschakeld, wordt met de toetsen alleen de
afstandsbedieningsmodus gewijzigd (zie ook
Remote Direct Function op blz. 35).
DVD
Indrukken om DVD als de huidige input te kiezen.
STB
Indrukken om STB (set-top box) als de huidige input
te kiezen.
DVR/TV
Indrukken om DVR/TV als de huidige input te kiezen.
VIDEO
Indrukken om VIDEO als de huidige input te kiezen.
FRONT
Indrukken om FRONT (de audio/video-inputs op het
voorpaneel) als de huidige input te kiezen.
FM/AM
Indrukken om FM/AM (de ingebouwde tuner) als de
huidige input te kiezen.
7 INPUT
Indrukken om door de verschillende inputs te lopen.
De huidige input wordt op het display van het
voorpaneel aangegeven.
8 Toetsen voor de kanaalinstellingen (blz. 33)
CH SELECT
Gebruik deze toets om het speakerkanaal in te
stellen.
LEVEL +/–
Gebruik deze toets om het outputniveau van het
huidige speakerkanaal in te stellen.
TEST TONE
Indrukken om de Test Tone te starten/te stoppen.
04
Nederlands
19
Du
04
Bedieningscomponenten en displays
9 Geluidstoetsen (blz. 23)
AUTO
Druk op deze toets om de AUTO (standaard)geluid
als de huidige bron te kiezen (stereo, Dolby Digital,
DTS, etc.) en alle andere geluidsverwerking uit te
schakelen.
STEREO
Indrukken om de huidige bron in stereo te kunnen
horen.
SURROUND
Gebruik deze toets om een SURROUND-modus voor
de huidige bron te kiezen.
ADVANCED SURROUND
Gebruik deze toets om een ADVANCED
SURROUND-modus voor de huidige bron te kiezen.
SOUND MODE
Gebruik deze toets om een SOUND MODE voor de
huidige bron te kiezen.
DIALOG
Indrukken om DIALOG (Dialog Enhancement) in of
uit te schakelen.
10 MUTE
Indrukken om alle output uit te schakelen. Nogmaals
indrukken (of het volume met de MASTER VOLUMEtoets bijstellen) om het geluid te herstellen.
11 SIGNAL SELECT (blz. 29)
Gebruik deze toets om het analoge of digitale signaal
voor de DVD, STB, DVR/TV en FRONT-inputs te kiezen.
12 MASTER VOLUME
Gebruik deze toets om het volume in te stellen.
13 ROOM SETUP (blz. 21)
Gebruik deze toets om een vooraf ingestelde Room
Setup te kiezen.
14 SYSTEM SETUP (blz. 31)
Indrukken om het SYSTEM SETUP-menu op te
roepen voor het invoeren van specifieke instellingen
van de receiver.
15 Cursortoetsen en ENTER
Gebruik deze toetsen om door menus te navigeren
en opties en opdrachten te kiezen.
16 VIRTUAL SB (blz. 24)
Indrukken om de Virtual Sound Back-modus in en uit
te schakelen.
17 DIMMER
Druk eerst op RECEIVER, daarna herhaald op
DIMMER om de helderheid aan te passen/de display
van het voorpaneel uit te schakelen. De display licht
ongeveer 2 seconden lang helder op wanneer u de
receiver bedient terwijl de display is uitgeschakeld of
gedimd. (N.B. de Master Volume-indicator blijft
branden, ook wanneer de rest van de display is
uitgeschakeld.)
18 Weergavebediening (blz. 36)
De weergavetoetsen voor externe componenten,
zoals DVD- en CD-spelers.
In blauw gedrukte functies zijn bestemd voor de
bediening van de ingebouwde tuner, andere functies
zijn bestemd voor andere externe apparatuur.
19 Nummertoetsen (blz. 36)
Gebruik deze toetsen voor de numerieke invoer van
tracknummers, radiofrekwenties etc.
20 CHANNEL +/– (blz. 36)
Gebruik deze toets om kanalen op een
satellietontvanger, kabelbox, videorecorder of DVR te
wijzigen.
21 TV CONTROL-toetsen (blz. 34)
Gebruik deze toetsen voor de bediening van uw TV (nadat
de afstandsbediening op uw TV is ingesteld).
Bedieningsmogelijkheden van de
afstandsbediening
Het is mogelijk dat de afstandsbediening niet goed
functioneert wanneer:
• Er zich voorwerpen tussen de afstandsbediening en
de sensor van de receiver bevinden.
• Direct zonlicht of fluoriserend licht op de
afstandsbedieningssensor schijnt.
• De receiver in de buurt van een apparaat is geplaatst
dat infraroodstralen afgeeft.
• De receiver tegelijkertijd met een andere
infraroodafstandsbediening wordt bediend.
30
30
7m
20
Du
Zo begint u
SOUND
SIGNAL
Hoofdstuk 5
Zo begint u
05
Gebruiken van de Room Setup
• Standaardinstelling: M (medium) / MID
Voordat u de receiver gaat gebruiken voor surroundgeluidweergave, is het aan te bevelen enkele minuten te besteden aan het gebruik van de Room Setup, om snel en
eenvoudig een goed surroundgeluid voor uw kamer te
bewerkstelligen.
Afhankelijk van de afstand tussen de surroundspeakers
en uw voornaamste luisterpositie, kunt u kiezen tussen
een kamergrootte van S (klein), M (medium), of L (groot);
kies vervolgens, afhankelijk van uw zitpositie ten
opzichte van de voor- en surroundspeakers, FWD
(forward), MID, of BACK.
DIALOG
MODE
SELECT
MUTE
MASTER
VOLUME
ROOM
SYSTEM
SETUP
SETUP
TUNE
DTV MENU
TOP MENU
AUDIO
DISPLAY
1 Indien de receiver niet reeds is ingeschakeld,
druk dan op RECEIVER om in te schakelen.
2 RECEIVER indrukken.
3 Druk op ROOM SETUP.
• Indien u reeds de grootte van de kamer en de
zitpositie heeft ingesteld, toont de display de huidige
kamerinstellingen (bijv. S / MID).
4 Druk op ENTER.
5 Druk herhaald op ROOM SETUP om een
kamertype te kiezen, druk vervolgens op ENTER.
Kies afhankelijk van uw kamer één van de volgende
instellingen:
• S – Kleiner dan een gemiddelde kamer (ongeveer 3,5
x 4,5m)
• M – Gemiddelde kamer (ongeveer 5,5 x 6,0m)
• L – Groter dan een gemiddelde kamer (ongeveer 7,5
x 9m)
6 Druk herhaald op ROOM SETUP om een zitpositie te kiezen, druk vervolgens op ENTER.
Kies afhankelijk van de plaats van uw voornaamste luisterpositie één van de volgende posities:
• FWD – Indien u dichter bij de voorspeakers dan bij de
surroundspeakers zit
• MID – Indien u op gelijke afstand van de voor- en
surroundspeakers zit
VIRTUAL SB
ENTER
TUNE
BANDEON RETURNRF ATT
CLASS MPX
T.EDIT
MENU
STST
GUIDE
SEARCH
SUBTITLE
DIMMER
A
D.ACCESS
• BACK – Indien u dichter bij de surroundspeakers
dan bij de voorspeakers zit
N.B.
• De Room Setup stelt automatisch de kanaalniveau’s
en de speakerafstand in overeenstemming met de
grootte van de kamer in. Indien u de kanaalniveau’s
reeds handmatig heeft afgesteld (zie Het instellen van individuele kanaalniveau’s op blz. 33), ziet u
ROOM SET in de display wanneer u de ROOM
SETUP-toets voor de eerste maal indrukt.
• Voor meer informatie over het instellen van
surroundgeluid zie Het Instellingenmenu op blz. 31.
Controleren van de instellingen op
uw DVD (of andere) -speler
U kunt alvorens verder te gaan de digitale audio
outputinstellingen op uw DVD-speler en digitale
satellietontvanger controleren.
• Controleer of uw DVD-speler/satellietontvanger
op output voor Dolby Digital, DTS en 96kHz PCM (2kanaals) audio is afgesteld.
Indien er een optie is voor MPEG-audio, stel deze dan in
om de MPEG-audio in PCM te wijzigen.
• Indien u een DVD-schijf afspeelt met meer dan één
audiotrack, controleer dan of u de juiste heeft
gekozen.
N.B.
• Het is mogelijk dat u, afhankelijk van uw DVD-speler
of bronschijven, geen ander geluid kunt krijgen dan
van digitale 2-kanaals stereo en analoog. In dat geval
moet de luistermodus worden gewijzigd in
SURROUND indien u surroundgeluid voor meerdere
kanalen wenst.
Nederlands
21
Du
05
Zo begint u
Het afspelen van een bron
Hieronder volgen de basisinstructies voor het spelen van
een bron (zoals een DVD-schijf) met uw Home Theatresysteem.
RECEIVER
SLEEP
DVD
STB
FRONT
VIDEO
INPUT
LEVEL
TEST TONECH SELECT
SURROUND
AUTO STEREO
SOUND
DIALOG
MODE
MUTE
MASTER
VOLUME
ROOM
SYSTEM
SETUP
SETUP
TUNE
STST
ENTER
TUNE
VIRTUAL SB
BANDEON RETURNRF ATT
CLASS MPX
DISPLAY
TV CONTROL
CHANNEL
INPUT
CHANNEL
RECEIVER
SOURCE
DVR/TV
FM/AM
ADVANCED
SURROUND
SIGNAL
SELECT
T.EDIT
MENU
GUIDE
SEARCH
SUBTITLE
A
D.ACCESS
DISC
ENTER
10
VOLUME
AUDIO/VIDEO MULTI-CHANNEL RECEIVERVSX-C301
MASTER
INPUT SELECTOR
VOLUME
R
DOWN UP
RECEIVER
AV DIRECT
DTV MENU
TOP MENU
AUDIO
BCDE
STANDBY/ON
1 Schakel het weergave-component in
(bijvoorbeeld een DVD-speler), uw TV en subwoofer
(indien aanwezig).
• Indien uw bron de in de TV ingebouwde tuner is,
schakel dan over naar het kanaal dat u wenst te zien;
zorg er anders voor dat de video-input van de TV op
deze receiver is afgesteld. (Indien u bijvoorbeeld u
deze receiver aan de VIDEO 1-contactbussen op uw
TV heeft aangesloten, zorg er dan voor dat thans de
VIDEO 1-input is geselecteerd.)
2 Indien de receiver niet reeds is ingeschakeld,
druk dan op RECEIVER om in te schakelen.
3 Stel de input van de receiver af op de bron die u
wilt gebruiken.
Daartoe kunt u de INPUT SELECTOR-knop op het
voorpaneel gebruiken of de DVD-, STB-, DVR/TV-,
VIDEO-, FRONT- or FM/AM-toetsen op de
afstandsbediening.
4 Begin met de weergave van de DVD (of ander
component).
Indien u een DVD-schijf met Dolby Digital of DTS
surroundgeluid afspeelt, moet u surroundgeluid kunnen
horen. Indien u een stereobron afspeelt, hoort u alleen
geluid vanuit de linker- en rechterspeakers aan de
voorzijde in de standaard luistermodus.
• Zie tevens Home Theatre-geluid op blz. 23 voor meer
informatie over de verschillende manieren waarop
naar bronnen kan worden geluisterd.
5 Gebruik MASTER VOLUME (op het voorpaneel of
via de afstandsbediening) om het volumeniveau in
te stellen.
• Zet het volume van uw TV lager zodat al het geluid uit
de speakers die op de receiver zijn aangesloten
komt.
N.B.
• Indien u het inputsignaal van digitaal in analoog wilt
wijzigen, druk dan op SIGNAL SELECT (zie tevens
Selecteren van het inputsignaaltype op blz. 29).
• Zie Het Instellingenmenu op blz. 31 voor meer
informatie over Surround Sound-instellingen.
22
Du
Home Theatre-geluid
Hoofdstuk 6
Home Theatre-geluid
06
Met deze receiver kunt u naar analoge of digitale
bronnen in stereo of met surroundgeluid luisteren.
N.B.
• Voor veel surroundgeluideffecten die in dit hoofdstuk
worden beschreven zijn surroundspeakers nodig.
Indien u geen surroundspeakers heeft aangesloten,
of wanneer deze zijn uitgeschakeld, zijn veel
luistermodes niet beschikbaar.
• Behalve voor de Dialog Enhancement en Virtual
Surround Back blijven de huidige luistermodes voor
elke inputfunctie (DVD, FM/AM, etc.) gehandhaafd.
Afspelen van meerkanaalsbronnen
Meerkanaalsbronnen zoals DVD’s en digitale
satellietuitzendingen kunnen in meerkanaals
surroundgeluid of in 2-kanaals stereo worden
afgespeeld.
Zie tevens Gebruiken van Sound Modes en Gebruiken van Advanced Surround-effecten op blz. 24 voor meer stereoen surroundweergavemogelijkheden.
AUTO ST EREO
• Druk tijdens de weergave van een
meerkanaalsbron op AUTO voor
surroundgeluidweergave.
Afhankelijk van het bronformaat licht de 2 DIGITAL- of
DTS-indicator op het voorpaneel op. Alle actieve
Advanced Surround-modes zijn nu uitgeschakeld.
• Druk op STEREO om naar stereoweergave over
te schakelen.
De STEREO-indicator op het voorpaneel licht op.
Alle actieve Advanced Surround-modes zijn nu
uitgeschakeld, maar de Sound Modes kunnen nog
steeds worden gebruikt.
N.B.
• Tijdens het afspelen van een meerkanaalsbron in
STEREO, worden alle kanalen naar de voorspeakers
gemixed.
• Tijdens het afspelen van digitale bronnen van 88,2/96
kHz, is alleen de STEREO-luistermodus beschikbaar.
Afspelen van stereobronnen
Stereobronnen zoals CD, FM-radio en TV-uitzendingen
kunnen in stereo worden afgespeeld of door middel van alle
speakers met gebruik van een of meerdere Surround Modes.
Zie tevens Gebruiken van Sound Modes en Gebruiken van Advanced Surround-effecten op blz. 24 voor meer stereo- en
surroundweergave-mogelijkheden.
SLEEP
DVD
DVR/TV
STB
AV DIRECT
FRONT FM/AM
VIDEO
INPUT
LEVEL
TEST TONECH SELECT
ADVANCED
SURROUND
AUTO STEREO
SURROUND
SOUND
SIGNAL
DIALOG
MODE
SELECT
MUTE
MASTER
VOLUME
SYSTEM
ROOM
SETUP
SETUP
TUNE
DTV MENUT.EDIT
• Toets tijdens het afspelen van een stereobron op
STEREO voor stereoweergave.
De STEREO-indicator op het voorpaneel licht op.
Alle actieve Advanced Surround of Pro Logic II modes
zijn nu uitgeschakeld, maar de Sound Modes kunnen
nog steeds worden gebruikt.
• SURROUND indrukken om een Pro Logic II modus
te selecteren voor het afspelen van de bron in
surroundgeluid.
Herhaald drukken om een Pro Logic II-modus te kiezen
(het lampje van de Pro Logic II-indicator op het
voorpaneel licht op):
• MOVIE – 5.1 kanaalsgeluid, met name geschikt voor
filmbronnen
• MUSIC – 5.1 kanaalsgeluid, met name geschikt voor
muziekbronnen
• PROLOGIC – 4.1 kanaals surroundgeluid (geluid
vanaf de surroundspeakers in mono)
N.B.
• Tijdens het afspelen van digitale bronnen van 88,2/96
kHz is alleen de STEREO-luistermodus beschikbaar.
Luisteren met hoofdtelefoons
Wanneer hoofdtelefoons zijn aangesloten zijn alleen de
STEREO (standaard) en PHONES SURROUND (virtueel
surroundgeluid voor hoofdtelefoons) -modes beschikbaar.
Wanneer een hoofdtelefoon wordt aangesloten gaat de
luistermodus automatisch over naar STEREO. Wanneer
u de hoofdtelefoon weer verwijdert, gaat het apparaat
weer terug naar de vorige modus.
1 RECEIVER indrukken.
2 Terwijl de hoofdtelefoons zijn aangesloten kunt
u op ADVANCED SURROUND drukken om PHONES
SURROUND te kiezen, of STEREO voor stereogeluid.
Nederlands
23
Du
06
Home Theatre-geluid
Gebruiken van Advanced Surroundeffecten
Advanced Surround-effecten kunnen met meerkanaals
of stereobronnen voor verschillende soorten extra
surroundgeluideffecten worden gebruikt.
RECEIVER
AUTO ST EREO
ROOM
SETUP
SOURCE
DVD
DVR/TV
STB
FRONT FM/AM
VIDEO
LEVEL
ADVANCED
SURROUND
SURROUND
SOUND
SIGNAL
DIALOG
MODE
SELECT
MASTER
VOLUME
SYSTEM
SETUP
TUNE
RECEIVER
SLEEP
AV DIRECT
INPUT
TEST TONECH SELECT
MUTE
DTV MENUT.EDIT
• Toets ADVANCED SURROUND om een Advanced
Surroundmodus te kiezen.
Herhaald indrukken om te kiezen uit:
• ADV. MOVIE – Geeft een filmtheatergeluid
• ADV. MUSIC – Geeft een concerthalgeluid
• TV SURR. – Geschikt voor mono of stereo TVuitzendingen en andere bronnen
• SPORTS – Geschikt voor sport- en andere
programma’s met commentaar
• GAME – Geeft surroundgeluid van
videogamebronnen
• EXPANDED – Geeft een extra groot stereoveld
• 5-STEREO – Voor een krachtig surroundgeluid naar
stereomuziekbronnen
• VIRTUAL – Geeft de indruk van surroundgeluid uit
enkel de voorspeakers (Sound Modes zijn niet
beschikbaar wanneer VIRTUAL wordt geselecteerd)
N.B.
• De hierboven aangegeven Advanced Surroundmodes kunnen met iedere bron worden gebruikt. De
omschrijvingen ervan vormen slechts een leidraad.
Gebruiken van Sound Modes
De Sound Modes geven een groot aantal effecten in toon
en dynamiek die samen met meerkanaals of
stereobronnen kunnen worden gebruikt.
RECEIVER
AUTO ST EREO
ROOM
SETUP
SOURCE
DVD
DVR/TV
STB
FRONT FM/AM
VIDEO
LEVEL
ADVANCED
SURROUND
SURROUND
SOUND
SIGNAL
DIALOG
MODE
SELECT
MASTER
VOLUME
SYSTEM
SETUP
TUNE
24
Du
RECEIVER
SLEEP
AV DIRECT
INPUT
TEST TONECH SELECT
MUTE
• Toets SOUND MODE om een Sound Mode te kiezen.
Herhaald indrukken om te kiezen uit:
• OFF – No Sound Mode
• MIDNIGHT – Voor een effectief surroundgeluid bij
laag volume
• QUIET – Verkleint het effect van de lage bas en
indringend hoge geluiden
• BRIGHT – Maakt de hoogste geluiden helder
• S. BASS – Geeft extra kracht aan de laagste geluiden
Enhancing Dialog
• Standaardinstelling: DIALOG OFF
Dialog Enhancement kan worden gebruikt om de
dialoog uit achtergrondgeluiden op de voorgrond te
laten treden in een TV- of filmgeluidstrack.
LEVEL
TEST TONECH SELECT
SURROUND
AUTO ST EREO
SOUND
SIGNAL
DIALOG
MODE
SELECT
MUTE
MASTER
VOLUME
ROOM
SYSTEM
• Toets DIALOG om de gewenste Dialog
Enhancement te kiezen.
Herhaald indrukken om te kiezen uit:
• DIALOG OFF – Geen Dialog Enhancement
• DIALOG ON – Dialog Enhancement
Luisteren met Virtual Surround
Backspeakers
• Standaardinstelling: VIR.SB OFF
Virtual Surround Back simuleert het luisteren met een
toegevoegd surroundbackkanaal. In een echt theater
bevindt de surroundbackspeaker zich onmiddellijk
achter u, waardoor een meer samenhangend en
realistisch surroundgeluid ontstaat.
N.B.: Deze functie werkt alleen wanneer de
geluidskanalen actief zijn.
AUTO ST EREO
MUTE
ROOM
SETUP
VIRTUAL SB
RECEIVER
DVD
VIDEO
SOUND
MODE
STB
FRONT FM/AM
LEVEL
SURROUND
DIALOG
MASTER
VOLUME
TUNE
ENTER
TUNE
BANDEON RETURNRF ATT
SOURCE
DVR/TV
SIGNAL
SELECT
SYSTEM
SETUP
T.EDIT
MENU
STST
GUIDE
SEARCH
SUBTITLE
DIMMER
A
RECEIVER
SLEEP
AV DIRECT
INPUT
TEST TONECH SELECT
DTV MENU
TOP MENU
AUDIO
1 RECEIVER indrukken.
2 Herhaald VIRTUAL SB indrukken om te switchen
tussen VIR.SB ON en VIR.SB OFF.
Gebruiken van de tuner
GUIDE
Hoofdstuk 7
Gebruiken van de tuner
07
Zoeken van een station
Met de volgende stappen wordt aangegeven hoe u op FM
en AM-radiouitzendingen kunt afstemmen door middel
van de automatische (search) en handmatige (step)
tunerfuncties. Indien u reeds de frekwentie van een
station waarnaar u wilt luisteren kent, ga dan naar
Rechtstreeks op een station afstemmen hieronder. Zodra
u op een station hebt afgestemd, kunt u het systeem de
frekwentie voor later gebruik laten onthouden—zie
Opslaan van voorkeurzenders op blz. 25 voor meer
informatie over het gebruik hiervan.
MASTER
VOLUME
ROOM
SYSTEM
SETUP
SETUP
TUNE
DTV MENU
TOP MENU
AUDIO
DISPLAY
BCDE
1 Druk op de FM/AM-toets op de
afstandsbediening voor de tunermodus.
2 Druk indien nodig op BAND (of FM/AM) om de
band (FM of AM) te wijzigen.
Door hierop te drukken switcht u tussen FM en AM.
3 Stem af op een station met dee TUNE +/– toetsen.
Automatische tuning
Om zenders te zoeken in de thans geselecteerde
band kunt u op de TUNE +/– toetsen drukken en
deze ongeveer één seconde ingedrukt houden. De
receiver zoekt de volgende zender en stopt als het
een gevonden heeft. Herhaal deze stap om meer
zenders te zoeken.
Handmatig afstemmen
Druk op de TUNE +/– toetsen om de frekwentie per
keer te wijzigen.
Versneld afstemmen
Houd de TUNE +/– toetsen ingedrukt voor versneld
afstemmen, en laat de toets los zodra de gewenste
frekwentie is gevonden.
MPX-modus
Indien interferentie of ruis zich voordoet tijdens een stereo
FM-radiouitzending (de STEREO-indicator licht op), of de
radio-ontvangst zwak is, druk dan op MPX (alleen via de
afstandsbediening) om de receiver in de monoontvangstmodus te schakelen (de MONO-indicator licht
op). Dit verhoogt de geluidskwaliteit en het kijkplezier.
ENTER
TUNE
VIRTUAL SBDIMMER
BANDEON RETURNRF ATT
CLASS MPX
T.EDIT
MENU
STST
GUIDE
SEARCH
SUBTITLE
A
D.ACCESS
DISC
ENTER
10
RF-onderdrukkermodus
Indien het radiosignaal te sterk is en/of het geluid
vervormt, druk dan op de RF ATT-toets om de
radiosignaalinput te onderdrukken (verlagen) en de
vervorming te verminderen (alleen voor FM-stations).
Rechtstreeks op een station
afstemmen
Het is mogelijk dat u reeds de frekwenties waarop u wilt
afstemmen kent. Voer dan de frekwentie direct in met
gebruik van de nummertoetsen op de afstandsbediening.
SEARCH
TUNE
VIRTUAL SB
BANDEON RETURNRF ATT
CLASS MPX D.ACCESS
INPUT
TV CONTROL
SUBTITLE
DIMMER
A
DISC
ENTER
10
VOLUME
CHANNEL
AUDIO
DISPLAY
BCDE
CHANNEL
1 Druk op de FM/AM-toets op de
afstandsbediening om de tunermodus in te voeren.
2 Druk indien nodig op BAND (of FM/AM) om de
band (FM of AM) te wijzigen.
Door hierop te drukken schakelt u tussen FM of AM.
3 Druk op D.ACCESS (Direct Access).
4 Gebruik de nummertoetsen om de frekwentie
van de radiostations in te voeren.
Om bijvoorbeeld af te stemmen op 106.00 (FM), toets:
1, 0, 6, 0, 0.
N.B.
• Indien u zich vergist bij het invoeren van de
frekwentie kunt u tweemaal op de D.ACCESS-toets
drukken om de frekwentie uit te schakelen en deze
opnieuw invoeren.
Opslaan van voorkeurzenders
Indien u vaak naar een bepaald radiostation luistert is het
handig om de receiver de frekwentie in het geheugen te
laten opslaan, zodat u eenvoudig op dat station kunt
afstemmen en dit niet elke keer opnieuw hoeft te zoeken.
De receiver kan maximaal 30 stations onthouden die in drie
categorieën (Classes) worden opgeslagen (A, B en C) van
ieder 10 stations. Bij het opslaan van de FM-frekwenties
slaat de receiver tevens de MPX-instelling op (zie MPX-
Nederlands
25
Du
07
MODESELECT
Gebruiken van de tuner
modus op blz. 25) en de RF-onderdrukkerinstelling (zie RFonderdrukkermodus op blz. 25).
MUTE
MASTER
VOLUME
ROOM
SYSTEM
SETUP
SETUP
TUNE
DTV MENU
TOP MENU
AUDIO
DISPLAY
BCDE
ENTER
TUNE
VIRTUAL SBDIMMER
BANDEON RETURNRF ATT
CLASS MPX
T.EDIT
MENU
STST
GUIDE
SEARCH
SUBTITLE
A
D.ACCESS
DISC
ENTER
10
1 Stem af op een station dat u wilt opslaan.
Zie Zoeken van een station op blz. 25 and Rechtstreeks op
een station afstemmen op blz. 25 voor meer informatie
hierover.
2 Druk op T.EDIT.
De display toont ST. MEMORY en vervolgens een
knipperende geheugenklasse (A, B of C).
3 Druk op CLASS om een van de drie categorieën
te selecteren.
Herhaald indrukken om door de drie categorieën A, B en
C te lopen.
4 Gebruik de ST +/– toetsen (of de nummertoetsen)
om het gewenste stationopslagnummer te selecteren.
Herhaald indrukken om door de 10 beschikbare
stationopslaggeheugens in iedere categorie te lopen.
5 Druk op ENTER terwijl de display knippert.
6 Herhaal stap 1 – 5 om maximaal 30 zenders op te
slaan.
6 Druk op ENTER om het eerste teken in te voeren.
Dit teken staat nu in de display en de cursor schuift
automatisch een spatie op.
7 Voer maximaal nog drie tekens op dezelfde
wijze in.
Wanneer u dit process wilt beëindigen kunt u op de
T.EDIT-toets drukken.
8 Druk op ENTER wanneer u alle gewenste tekens
heeft ingevoerd.
9 Herhaal stap 2 – 6 om maximaal 30 namen van
voorkeurzenders in te voeren.
• Om een stationsnaam te wijzigen kunt u
eenvoudigweg de nieuwe naam over de andere
invoeren. Om een stationsnaam te wissen kunt u een
nieuwe naam van vier tekens invoeren.
Luisteren naar opgeslagen stationinstellingen
1 Druk op de FM/AM-toets op de afstandsbediening.
2 Druk op CLASS om de categorie waarin het
station is opgeslagen te kiezen.
Herhaald indrukken om door de drie
geheugencategorieën A, B en C te lopen.
3 Gebruik de ST +/– toetsen op de
afstandsbediening waarin het station is opgeslagen.
U kunt ook de nummertoetsen op de afstandsbediening
gebruiken om de stationinstelling op te roepen.
Een naam geven aan voorkeurzenders
U kunt een naam van maximaal vier tekens voor ieder
vooraf ingestelde zender in het geheugen van de receiver
invoeren. U kunt bijvoorbeeld BBC1 voor die zender
invoeren, en wanneer u daarnaar luistert verschijnt niet
het frekwentienummer maar de naam in de display.
1 Druk op de FM/AM-toets op de afstandsbediening.
2 Druk herhaald op CLASS om de categorie te
kiezen.
Herhaald indrukken om door de drie
geheugencategorieën A, B en C te lopen.
3 Gebruik de ST +/– toetsen om een vooraf
ingesteld FM-station te kiezen.
4 T.EDIT indrukken om de stationsnaammodus te
kiezen (ST. NAME).
5 Gebruik de / (cursor links/rechts) toetsen
om het eerste teken te kiezen.
Scroll door de letters, nummers en symbolen totdat u het
gewenste teken gevonden heeft.
26
Du
N.B.
• Indien de receiver meer dan een maand lang niet op
de netspanning is aangesloten gaan de
stationsinstellingen verloren en dienen deze
opnieuw te worden ingeprogrammeerd.
Radio Data System (RDS)
Radio Data System, beter bekend als RDS, is een
systeem dat door FM-radiostations wordt gebruikt om
luisteraars van verschillende soorten informatie te
voorzien, zoals de naam van het station en het soort
uitzending. Deze informatie wordt als tekst op de display
getoond, en u kunt het soort informatie dat wordt
getoond wisselen. Bij de meeste FM-radiostations
ontvangt u RDS-informatie.
De meest nuttige functie van RDS is dat u automatisch
op programmagenre kunt zoeken. Indien u naar jazz wilt
luisteren kunt u zoeken naar een station met het JAZZ
programmatype. Er zijn ongeveer 30 van zulke types
inclusief verschillende genres van muziek, nieuws, sport,
praatprogramma’s, financiële informatie, etc.
Gebruiken van de tuner
TUNE
07
Met de receiver kunt u op de display drie verschillende
soorten RDS-informatie zien: Radio Text (RT), Program
Service Name (PS) en Program Type (PTY).
Radio Text (RT) geeft boodschappen die door het
radiostation worden verzonden. Deze bevatten die
informatie waar het zendstation voor kiest: een
radiostation voor praatprogramma’s kan bijvoorbeeld
zijn telefoonnummer als RT opgeven.
Program Service Name (PS) is de naam van het radiostation.
Program Type (PTY) geeft de naam van het programma
dat thans wordt uitgezonden aan.
De receiver kan de volgende programmatypes zoeken en
tonen:
NEWS – Nieuws
AFFAIRS – Lopende zaken
INFO – Algemene informatie
SPORT – sport
EDUCATE – Educatief materiaal
DRAMA – Radiospelen of series
CULTURE – Nationale of regionale cultuur, theater etc.
SCIENCE – Wetenschap en technologie
VARIED – Gewoonlijk materiaal voor praatprogramma’s,
zoals kwissen en gesprekken.
POP M – Popmuziek
ROCK M – Rockmuziek
EASY M – Luistermuziek
LIGHT M – Licht klassieke muziek
CLASSICS – Klassieke muziek
OTHER M – Andere muziek die niet in de bovenstaande
categorieën is onder te brengen
WEATHER – Weer
FINANCE – Berichten omtrent aandelenbeurzen, handel
etc.
CHILDREN – Programma’s voor kinderen
SOCIAL – Sociale zaken
RELIGION – Religieuze programma’s
PHONE IN – Programma waarbij luisteraars telefonisch hun
mening kunnen geven
TRAVEL – Vakantiemagazine (geen verkeersmededelingen)
LEISURE – Vrije tijds- en hobbymagazine
JAZZ – Jazz
COUNTRY – Countrymuziek
NATION M – Poplulaire niet-Engelstalige muziek
OLDIES – Poplulaire muziek uit de jaren 50 en 60
FOLK M – Folkmuziek
DOCUMENT – Documentaires
Daarnaast zijn er nog drie andere programmatypes,
ALARM, NO DATA en NO TYPE. ALARM wordt gebruikt
voor berichtgeving in noodgevallen. Dit station kan niet
worden gezocht, maar de tuner schakelt automatisch
over naar dit RDS-uitzendsignaal. NO DATA wordt
weergegeven wanneer er geen RDS-gegevens worden
uitgezonden. NO TYPE verschijnt wanneer een type niet
kan worden gevonden.
Tonen van RDS-informatie
Gebruik de DISPLAY-toets om de verschillende
beschikbare RDS-informatie weer te geven (RT, PS en PTY).
VIRTUAL SB
BANDEON RETURNRF ATT
A
CLASS MPX
DISPLAY
BCDE
D.ACCESS
DISC
ENTER
10
• Druk op DISPLAY om de RDSinformatieweergave te kiezen.
Iedere keer dat u deze toets indrukt wijzigt de weergave
als volgt:
• RT – Radio Text display
• PS – Program Service display
• PTY – Program Type display
• Huidige tunerfrekwentie
N.B.
• Indien ruis wordt opgevangen bij de weergave van
een tekst in de RT-modus kan het zijn dat sommige
tekens tijdelijk onjuist worden weergegeven.
• Wanneer geen RT-data in de RT vanuit het
uitzendstation wordt verzonden, wordt eenmaal NO RADIO TEXT DATA weergegeven; daarna wordt de PSdata weergegeven. Indien u een naam voor dat station
heeft ingevoerd dan wordt die naam weergegeven.
• Het kan in de PTY-modus voorkomen dat NO DATA
wordt weergegeven. In dat geval schakelt de tuner na
enkele seconden automatisch over naar de PS-modus.
• Indien de omstandigheden voor ontvangst sterk zijn
maar de RDS-data niet juist wordt weergegeven,
druk dan op RF ATT.
Zoeken naar RDS-programma’s
Een van de meest nuttige functies van RDS is de
mogelijkheid te zoeken naar een bepaald soort
radioprogramma. U kunt elk programmatype dat op de
vorige bladzijde is aangegeven opzoeken. Deze bevatten
alle soorten muziek, nieuws, weerberichten,
sportprogramma’s en vele andere.
MASTER
VOLUME
ROOM
SYSTEM
SETUP
SETUP
TUNE
DTV MENU
TOP MENU
AUDIO
DISPLAY
BCDE
1 Druk op SEARCH.
2 Gebruik de / (cursor links/rechts) toetsen
om het gewenste programmatype te kiezen.
VIRTUAL SB
ENTER
TUNE
BANDEON RETURNRF ATT
CLASS MPX
T.EDIT
MENU
STST
GUIDE
SEARCH
SUBTITLE
A
D.ACCESS
DISC
ENTER
10
Nederlands
27
Du
Loading...
+ 61 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.