1. Lees de instructies - Alle veiligheids- en bedieningsinstructies moeten
worden doorgelezen, voordat het product wordt gebruikt.
2. Instructies bewaren - De veiligheids- en bedieningsinstructies
moeten worden bewaard voor toekomstig gebruik.
3. Volg de waarschuwingen op - Alle waarschuwingen op het product
en in de bedieningsinstructies moeten worden opgevolgd.
4. Volg de instructies - Alle bedienings- en gebruiksinstructies moeten
worden opgevolgd.
5. Reinigen - Trek de stekker van dit product uit het stopcontact
alvorens het te reinigen. Gebruik geen vloeibare reinigingsmiddelen of
spuitbussen. Alleen schoonmaken met een droge doek.
6. Hulpstukken - Gebruik nooit bevestigingen die niet door de fabrikant
van dit product worden aangeraden, aangezien zij gevaar kunnen
opleveren.
7. Water en vocht - Gebruik dit product niet in de buurt van water,
bijvoorbeeld een bad, een bak water of de gootsteen, in een vochtige
kelder of in de buurt van een zwembad of iets dergelijks.
8. Accessoires - Plaats het product niet op een onstabiele wagen,
rek, driepoot, steun of tafel. Het product kan vallen en ernstig letsel
veroorzaken bij een kind of volwassene. Ook kan het product ernstig
beschadigd worden. Zet het product alleen op een wagen, rek,
driepoot, steun of tafel die door de fabrikant wordt aangeraden of
bij het product wordt verkocht. Bij het opstellen van het product
moeten de instructies van de fabrikant worden gevolgd en moet een
bevestiging worden gebruikt die door de fabrikant wordt aangeraden.
9. Wagen - Bij het verplaatsen van het product en wagen moet voorzichtig
te werk worden gegaan. Door snel stoppen, te veel kracht
uitoefenen en onregelmatige oppervlakken kunnen het
product en wagen kantelen of omvallen.
10. Ventilatie - Gleuven en openingen in de behuizing dienen voor
ventilatie en een betrouwbare werking van het product. Ook
beschermen zij het product tegen oververhitting. Deze openingen
mogen niet worden verstopt of afgedekt. Deze openingen mogen
nooit worden geblokkeerd door het product op een bed, bank, mat
of iets dergelijks te plaatsen. Dit product mag niet in een omsloten
plaats worden gezet, zoals een boekenkast of rek, tenzij er voor een
goede ventilatie wordt gezorgd of de instructies van de fabrikant zijn
opgevolgd.
11. Vermogensbronnen - Dit product mag alleen worden aangesloten
op het soort vermogensbron dat op het etiket staat aangegeven en
worden aangesloten op een geaard stopcontact dat rechtstreeks
is aangesloten op het lichtnet. Indien u niet zeker weet welke
vermogensbron in uw huis wordt gebruikt, neem dan contact op met
de dealer of het plaatselijke elektriciteitsbedrijf.
12. Bescherming van netsnoer - Netsnoeren moeten zo worden gelegd
dat er niet op kan worden gestapt en dat ze niet klem kunnen raken
door voorwerpen die erop of ertegen worden geplaatst. Er moet met
name op de ligging worden gelet bij de stekkers, bij de aanvullende
stopcontacten en bij het punt waar de kabels uit het product komen.
13. Netvoedingsstekker - Wanneer de netvoedingsstekker of een
apparaat-coupler als het uitschakelapparaat dienst doet, dan moet het
uitschakelapparaat altijd in goede staat worden gehouden.
14. Aarding buitenantenne - Als er een buitenantenne of een
kabelsysteem op het product is aangesloten, dan moet de antenne
of het kabelsysteem zijn geaard. Op deze manier wordt er een zekere
mate van bescherming geboden tegen spanningspieken en statische
ontladingen. Artikel 810 van de National Electrical Code (ANSI/NFPA
70) bevat informatie over het op de juiste manier aarden van de mast
en de draagconstructie, het aarden van de aansluitdraad op een
antenne-ontladingseenheid, de afmeting van de aardingsconnectoren,
de locatie van de antenne-ontladingseenheid, de verbinding met de
aardelektroden en de vereisten voor de aardelektrode.
OPMERKING VOOR INSTALLATEUR VAN CATVSYSTEEM
Deze opmerking dient als herinnering voor de installateur van het CATVsysteem dat hij Section 820-40 van de National Electrical Code (nationale
elektrische code) dient op te volgen. Deze code schrijft voor dat de
aardingskabel op het aardingssysteem van het gebouw moet worden
aangesloten en wel zo dicht als praktisch mogelijk bij het punt waar de
kabel het gebouw binnenkomt.
15. Bliksem - Ter extra bescherming van dit product tijdens onweer of
wanneer het langere tijd niet gebruikt zal worden, moet de stekker
uit het wandstopcontact worden getrokken en de antenne of het
kabelsysteem worden losgekoppeld. Op deze manier wordt voorkomen
dat het product wordt beschadigd door onweer en stroompieken.
16. Hoogspanningskabels - Een buitenkabelsysteem mag niet in
de buurt van hoogspanningskabels of andere elektrische lichtof vermogenscircuits worden geplaatst. Een dergelijk systeem
mag ook niet zodanig worden geplaatst dat het met deze kabels
of circuits in aanraking kan komen. Bij het installeren van een
buitenantennesysteem moet er zorgvuldig op worden gelet dat
dergelijke hoogspanningskabels of circuits niet worden aangeraakt,
aangezien dit dodelijke gevolgen kan hebben.
17. Overbelasting - Belast stopcontacten, verlengsnoeren en ingebouwde
aanvullende stopcontacten niet te hoog, omdat dit kan leiden tot brand
of elektrische schok.
18. Open vuur - Er mag geen open vuur, zoals aangestoken kaarsen, op
het product worden geplaatst.
19. Voorwerpen en vloeistof - Duw nooit voorwerpen via openingen
in dit product, omdat zij gevaarlijke spanningsdelen kunnen raken of
kortsluiting kunnen veroorzaken met brand of een elektrische schok tot
gevolg. Mors nooit vloeistof op dit product.
20. Koptelefoon - Een te hoge geluidsdruk uit oor- en koptelefoons kan
gehoorverlies veroorzaken.
21. Beschadigingen waarvoor onderhoud nodig is - Trek de
stekker uit het stopcontact en laat het onderhoud over aan erkend
onderhoudspersoneel indien de volgende omstandigheden zich
voordoen:
a. Het netsnoer of de stekker is beschadigd.
b. Er is vloeistof op het product gemorst of er zijn voorwerpen in het
product gevallen.
c. Het product werd aan regen of water blootgesteld.
d. Het product werkt niet naar behoren wanneer de
bedieningsinstructies worden opgevolgd. Stel alleen
die bedieningselementen af die in de instructies staan
beschreven aangezien door een onjuiste afstelling van andere
bedieningselementen schade kan ontstaan. Om het product weer
naar behoren te laten werken, zal een erkende monteur vaak een
langdurige procedure moeten uitvoeren.
e. Het product is gevallen of beschadigd geraakt.
f. Indien er een duidelijke verandering in de prestaties van het
let er dan op dat de monteur de vervangingsonderdelen gebruikt die
door de fabrikant zijn aangegeven of die dezelfde kenmerken hebben
als het originele onderdeel. Door niet-geautoriseerde vervangingen kan
er brand ontstaan, kunnen er elektrische schokken worden opgelopen
of kunnen andere gevaren optreden.
23. Batterijen weggooien - Neem bij het weggooien van gebruikte
batterijen de wettelijke bepalingen en regelingen in acht die in uw land
of regio van toepassing zijn.
24. Veiligheidscontrole - Na het uitvoeren van onderhoud of reparaties
aan de product, dient u de monteur te vragen veiligheidscontroles uit
te voeren om na te gaan of het product naar behoren werkt.
25. Bevestiging tegen muur of plafond - Het product mag alleen op de
door de fabrikant aanbevolen manier tegen een muur of een plafond
worden bevestigd.
WAARSCHUWING
De bliksemits met de pijlpunt in een gelijkzijdige driehoek
maakt de gebruiker erop attent dat er een niet-geïsoleerde
“gevaarlijke spanning” bestaat in de kast van het product en
dat deze spanning hoog genoeg kan zijn om gevaar voor
elektrische schokken op te leveren.
Het uitroepteken in een gelijkzijdige driehoek maakt de
gebruiker erop attent dat er belangrijke bedienings- en
onderhoudsinstructies in de documentatie bij het apparaat zijn
opgenomen.
De materialen kunnen op de aangegeven manier worden gerecycled. Door
hergebruik, het recyclen van grondstoen of andere manieren van recycling,
draagt u een belangrijk steentje bij aan de bescherming van ons milieu.
Bij het betreende gemeentekantoor kunt u navragen waar u met uw
afvalproducten terecht kunt.
INFORMATIE OVER INZAMELING EN VERWERKING VAN GEBRUIKTE
BATTERIJEN RICHTLIJN 2006/66/EG VAN HET EUROPEES
PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE ALLEEN VOOR
EUROPESE KLANTEN
Wanneer batterijen voorzien zijn van één van
deze symbolen duidt dat aan dat zij moeten
worden behandeld als “afval voor gescheiden
inzameling” en niet als gewoon huisvuil. Het wordt
gestimuleerd dat noodzakelijke maatregelen
worden geïmplementeerd om gebruikte batterijen
zo veel mogelijk gescheiden in te zamelen en
batterijen zo min mogelijk met het gewone
gemengde huisvuil te verwerken.
Bij eindgebruikers wordt erop aangedrongen gebruikte batterijen niet
weg te gooien bij het ongesorteerde huisvuil. Om het recyclen van
gebruikte batterijen op grote schaal mogelijk te maken wordt u verzocht
gebruikte batterijen gescheiden van het huisvuil en op juiste wijze via
een toegankelijk inzamelpunt bij u in de buurt weg te gooien. Neem voor
meer informatie over de inzameling en recycling van gebruikte batterijen
contact op met de gemeentelijke instanties ter plaatse, uw gemeentelijke
reinigingsdienst of het verkooppunt waar u de artikelen hebt aangeschaft.
WAARSCHUWING : OM HET RISICO VOOR BRAND EN ELEKTRISCHE
SCHOKKEN TE VERMINDEREN, MAG DIT APPARAAT NIET WORDEN
BLOOTGESTELD AAN REGEN OF VOCHT. OOK MOGEN ER GEEN
MET VLOEISTOF GEVULDE VOORWERPEN, ZOALS VAZEN, OP DIT
APPARAAT WORDEN GEPLAATST.”
DE APPARATUUR MOET VIA EEN GEAARD STOPCONTACT RECHTSTREEKS OP
HET LICHTNET WORDEN AANGESLOTEN.
Dit product is geproduceerd in overeenstemming met de EEGrichtlijnen 2004/108/EEG inzake vereisten voor radio-storingen.
AANTEKENINGEN BIJ MILIEUBESCHERMING
Aan het einde van de levensduur mag dit product niet bij het
huishoudelijk afval worden gegooid. Het moet daarentegen
bij een verzamelpunt voor de recycling van elektrische en
elektronische apparatuur worden ingeleverd. Dit wordt door het
symbool op het product, in de gebruikershandleiding en op de
verpakking aangegeven.
Wanneer u zich houdt aan de voorschriften voor juiste verwerking van
gebruikte batterijen, worden mogelijke gevaarlijke eecten voor de
menselijke gezondheid voorkomen en wordt de negatieve uitwerking
van batterijen en gebruikte batterijen op het milieu tot een minimum
beperkt, en zo draagt u bij aan de bescherming, het behoud en de
kwaliteitsverbetering van het milieu.
NOTEER HET MODELNUMMER NU, TERWIJL U HET KUNT ZIEN.
Het model- en serienummer van uw nieuwe C 426 bevinden zich aan
de achterkant van de behuizing. Wij raden u aan deze nummers hier te
noteren, zodat u ze gemakkelijk terug kunt vinden:
WIJ WENSEN U VEEL PLEZIER MET UW NIEUWE APPARATUUR VAN NAD
De C426 Tuner is een technologisch geavanceerd product met zeer veel
mogelijkheden — toch hebben wij ons grote inspanningen getroost om
het toestel eenvoudig en gemakkelijk in gebruik te maken. Wij hebben
ons best gedaan ervoor te zorgen dat de C 426 zo muzikaal transparant
en ruimtelijk nauwkeurig mogelijk is, waarbij wij gebruik hebben gemaakt
van wat een kwart eeuw ervaring in het ontwerpen van audio-, video- en
home-theater-componenten ons heeft geleerd. Zoals bij al onze producten
hebben wij ons voor het ontwerp van de C 426 laten leiden door NAD’s
“Music First”-ontwerp, en dat heeft ertoe geleid dat de C 426 voor de
komende jaren de belofte inhoudt van state-of-the-art muziekweergave en
muziekgenot op audioel niveau.
We raden u aan nu even tijd te besteden aan het doorlezen van deze
handleiding. Door er meteen aan het begin wat tijd in te investeren, kan
u dat later heel wat tijd besparen. Bovendien is het de beste manier om te
zorgen dat u ten volle proteert van uw investering in de C 426 en dat u
alles uit dit krachtige en exibele audio-component haalt.
Nog iets: We raden u dringend aan op de NAD-website te registreren dat u
in het bezit bent van een C 426:
http://NADelectronics.com/warranty
Neem voor informatie over garantie contact op met uw plaatselijke dealer.
4
Page 5
INLEIDING
AAN DE SLAG
WAT ZIT ER IN DE DOOS
In de verpakking van uw C 426 treft u ook aan
· een AM-lusantenne.
· een FM-lintantenne met een zogenoemde balun.
· een netsnoer dat kan worden losgekoppeld.
· een audiokabelconnector (RCA-aansluitingen).
· de TNR 1-afstandsbediening met 2 (twee) AAA-batterijen.
· Deze gebruikshandleiding op CD-ROM.
BEWAAR DE VERPAKKING
Wij verzoeken u de doos en al het verpakkingsmateriaal van uw C 426
te bewaren. Als u verhuist of om een andere reden uw C 426 moet
vervoeren, is dit verreweg de veiligste verpakking die u kunt gebruiken.
Wij hebben al vaak gezien dat componenten die verder in perfecte staat
waren, beschadigd raakten omdat ze werden vervoerd in een doos die niet
geschikt was, dus daarom vragen wij u: Bewaar deze doos!
EEN LOCATIE KIEZEN
Kies een goed geventileerde locatie (met enkele centimeters ruimte aan
beide zijden en de achterkant), met een goede zichtlijn van maximaal
7 meter tussen het voorpaneel van de C 426 en uw voornaamste kijk-/
luisterpositie. Op deze manier is een betrouwbare infraroodcommunicatie
via de afstandsbediening mogelijk. Plaats de apparatuur niet in direct
zonlicht of op een plaats waar zij blootstaat aan warmte of vocht. De C 426
kan zonder problemen op andere componenten worden geplaatst, maar
het omgekeerde dient te worden vermeden.
DIRECT BEGINNEN
Popelt u om de prestaties van uw nieuwe C 426 uit te proberen, dan helpen
we u met onderstaande instructies meteen op weg.
Maak alle aansluitingen op uw C 426 terwijl de stekker nog niet in het
stopcontact zit. U kunt het beste ook alle nevencomponenten uitschakelen
of de stekker hiervan uit het stopcontact halen voordat u signaal- of
netvoedingsaansluitingen aansluit.
1 Gebruik het RCA-naar-RCA (RCA-aansluitingen) snoer om de linker- en
rechteruitgangen van de C 426 aan de Tuner-ingang van uw versterker
aan te sluiten.
2 Sluit de AM- en FM-antenne aan.
3 Sluit het netsnoer aan op de wisselstroomingang van de C 426 en steek
vervolgens de stekker in het stopcontact. De Standby LED-indicator die
is opgenomen in de rand van de STANDBY-toets, gaat oranje branden.
4 Steek ook de netstekker van uw versterker in het stopcontact. Zet uw
versterker aan en schakel naar de tuner-ingang waarop de C 426 is
aangesloten.
5 Druk op de STANDBY-toets om de C 426 AAN te zetten. De Standby-LED
verandert van oranje in blauw en de Vacuum Fluorescent Display (VFD)
wordt verlicht.
6 Door op de toets [FM/AM] op het voorpaneel te drukken selecteert u
de AM- of FM-band.
7 Schakel over tussen de stand “Preset” en “Tune” door op de knop
[PRESET/TUNE] op het voorpaneel te drukken. Selecteer de stand TUNE
(“TUNE” scrolt over de VFD).
8 Selecteer het station van uw keuze door de regelknop [PRESET/TUNE]
1 STANDBY-LED: Deze LED gaat oranje branden wanneer de C 426
de stand standby staat. Wanneer de C 426 in de stand ON (AAN) staat,
brandt deze LED blauw. De LED gaat uit wanneer u de stekker uit het
stopcontact haalt.
2 STANDBY-TOETS: U schakelt de C 426 in (ON) met een druk op deze
knop. De Standby-LED verandert van oranje in blauw en de Vacuum
Fluorescent Display (VFD) wordt verlicht. Als u nogmaals op deze knop
drukt, gaat de unit weer terug naar standby.
3 FM/AM: Door op de knop [FM/AM] te drukken selecteert u de AM- of
FM-band.
4 FM MUTE/MODE: De knop [FM MUTE/MODE] op het voorpaneel heeft
twee functies. In de normale stand worden de symbolen “FM ST” en “FM
MUTE” in het hoofddisplay verlicht. U kunt alleen luisteren naar zenders
met een sterk signaal, en de ruis tussen de zenders wordt gedempt.
Wanneer u nogmaals op de knop [FM MUTE/MODE] drukt (de
symbolen “FM ST” en “FM MUTE” in het hoofddisplay gaan uit) kunt
u ook verre en mogelijk ruisgevende zenders ontvangen Ruis wordt
onderdrukt als het signaalniveau van de FM-zender lager is dan de FMstereodrempel (aangezien er bij mono FM altijd minder sprake is van
ruis), hoewel hierbij wel het stereo-eect wordt uitgeschakeld.
De status “FM MUTE” kan worden opgeslagen voor individuele
Voorkeuze-instellingen.
5 BLEND: De BLEND-functie van NAD biedt u de mogelijkheid deze
ruis en dit uitend geluid te verminderen en, in tegenstelling met
mono, tegelijkertijd een zekere hoeveelheid van de stereo-afscheiding
te behouden. Met de toets BLEND wordt deze toepassing in- of
uitgeschakeld. Wanneer dit is ingeschakeld, licht “BLEND” op in de VFD;
“BLEND” gaat uit wanneer het niet is ingeschakeld.
7 MEMORY: Druk op deze toets om afgestelde AM- en FM-stations onder
de 40 Voorkeuze-instellingen van de C 426 op te slaan. Onder deze
40 Voorkeuze-instellingen kunnen alle gewenste AM- en FM-stations
worden opgeslagen.
In combinatie met de knop [DISPLAY], kunt u met de knop [MEMORY ]
(GEHEUGEN) opgeslagen Voorkeuze-instellingen wissen. Raadpleeg ook
het artikel op EEN VOORKEUZE-INSTELLINGEN WISSEN in het gedeelte
NAAR AM/FM-RADIO LUISTEREN op de pagina BEDIENING.
8 PRESET/TUNE: Schakel over tussen de stand “Preset” en “Tune” door op
de [PRESET/TUNE]-toets te drukken. Selecteer de stand TUNE (“TUNE”
scrolt over de VFD) of de stand PRESET (“PRESET” scrolt over de VFD).
9 INFRAROODSENSOR: Richt de TNR 1 op de infraroodsensor en druk
op de toetsen. Stel de sensor van de C 426 niet bloot aan een krachtige
lichtbron, zoals direct zonlicht of directe verlichting. Als u dat doet,
kunt u de C 426 mogelijk niet met de afstandsbediening bedienen. Als
u dat doet, kunt u de C 426 mogelijk niet met de afstandsbediening
bedienen.
Afstand: Ongeveer 7 m (23 ft) vanaf de voorzijde van de sensor van de
afstandsbediening
Hoek: Ongeveer 30 graden in elke richting van de voorzijde van de
sensor van de afstandsbediening
over de instellingen en condities, de status en andere informatie die
relevant is voor de zender waarop op dat moment is afgestemd.
De status “BLEND” kan worden opgeslagen voor individuele Voorkeuzeinstellingen.
6 DISPLAY: Met deze multifunctionele knop schakelt u tussen RDS PS,
RDS RT en zenderfrequentie in de FM Tuner-modus. Raadpleeg ook het
artikel op RDS-TEKST BEKIJKEN in het gedeelte NAAR AM/FM-RADIO
LUISTEREN op de pagina BEDIENING.
In combinatie met de knop [MEMORY] (Geheugen), kunt u met de knop
[DISPLAY] opgeslagen Voorkeuze-instellingen wissen. Raadpleeg ook
het artikel op EEN VOORKEUZE-INSTELLINGEN WISSEN in het gedeelte
NAAR AM/FM-RADIO LUISTEREN op de pagina BEDIENING.
6
Page 7
11 REGELKNOP PRESET/TUNE: De functie van dit regelknop hangt af
van de geselecteerde afstemstand die met de [PRESET/TUNE]-toets is
geselecteerd. Schakel over tussen de stand “Preset” en “Tune” door op de
knop [PRESET/TUNE] te drukken.
a. Preset-stand: Draai het regelknop PRESET/TUNE linksom om
naar een lagere Voorkeuzenummer te scrollen; draai het regelknop
PRESET/TUNE rechtsom om naar een hogere Voorkeuzenummer
te scrollen. Dit is een functie die “doorloopt” – wanneer het laatste
opgeslagen Voorkeuzenummer wordt bereikt, gaat het zoeken
naar Voorkeuze-instellingen verder bij het eerste opgeslagen
Voorkeuzenummer en zo verder. “Ongebruikte” Voorkeuzenummers
worden overgeslagen.
b. Tune-stand: Draai het regelknop PRESET/TUNE langer dan
1 seconde linksom of rechtsom om het automatisch afstemmen
respectievelijk hoger of lager op de frequentieband in te stellen.
De tuner stopt bij het eerste voldoende krachtige signaal dat
wordt gevonden. Deze functie “doorloopt”, wat betekent dat er
doorlopend wordt gezocht langs de frequentiebanden, van het
ene uiteinde van de AM- of FM-band naar het andere. Draai het
regelknop PRESET/TUNE opnieuw voor 1 seconde om opnieuw
beginnen te zoeken.
Door de regelknop PRESET/TUNE kort in de ene of de andere richting te
draaien schakelt u handmatig afstemmen in en kunt u nauwkeurig op
een bepaalde frequentie afstemmen. Iedere keer dat u kort aan de knop
draait neemt de tuner een stap van 0,05 MHz op de FM-band en van 10
kHz (120V-versie) of van 9 kHz (230V-versie) op de AM-band. Wanneer u
nauwkeurig op een station hebt afgestemd, zal “TUNED” in de VFD branden.
De antennebalken die onder het pictogram ANTENNA in de VFD worden
weergegeven, zijn een aanduiding van de signaalsterkte van het station
waarop u hebt afgestemd.
Automatisch afstemmen is zowel beschikbaar voor FM als AM.
Maak alle aansluitingen op uw C 426 terwijl de stekker nog niet in het stopcontact zit. U kunt het beste ook alle nevencomponenten uitschakelen of de
stekker hiervan uit het stopcontact halen voordat u signaal- of netvoedingsaansluitingen aansluit.
1 AANSLUITING FM-ANTENNE: De bijgeleverde FM-dipoolantenne
wordt met de bijgeleverde balun-adapter op de FM-connector
aangesloten. Gewoonlijk werkt de antenne het beste wanneer deze
tegen een verticaal oppervlak, zoals een muur, wordt aangebracht, met
de armen volledig uitgetrokken en een horizontale “T” haaks op het
signaalbronpunt vormend.
2 AANSLUITING AM-ANTENNE: Sluit de bijgeleverde AM-loopantenne
op deze aansluitingen aan. Indien er een externe AM-antenne wordt
gebruikt, sluit de AM- en GND-aansluitingen dan aan volgens de
instructies bij de antenne. Raadpleeg ook het artikel over LUSANTENNE
MONTEREN in het gedeelte NAAR AM/FM-RADIO LUISTEREN op de
pagina BEDIENING.
3 OUTPUT (L, R) (UITGANG - LINKS, RECHTS): Sluit deze uitgang aan
op de overeenkomstige analoge audio-ingang van een versterker,
receiver of stereosysteem.
4 RS-232: Sluit deze interface met een seriële RS-232-kabel (niet
meegeleverd) aan op een PC die geschikt is voor Windows® en u kunt
de C 426 met behulp van geschikte externe controllers op afstand
bedienen. NAD is een erkende partner van AMX en Crestron en
ondersteunt deze externe apparaten volledig. Kijk op de NAD-website
voor informatie over de geschiktheid van AMX en Crestron voor NAD.
Voor meer informatie kunt u terecht bij uw NAD-audiospecialist.
5 IR IN (IR-INGANG): Deze wordt op de uitgang van een IR-herhaler
(infrarood) (Xantech of vergelijkbaar) aangesloten of op de IR-uitgang
van een andere component, zodat de C 426 vanaf een andere locatie
kan worden bediend. De meeste NAD-producten met IR OUT zijn
volledig compatibel met de C 426.
7 WISSELSTROOMINGANG: De C 426 wordt geleverd met een
aparte netvoedingskabel. Steek, voordat u de kabel aansluit op een
stopcontact, vooral eerst de stekker stevig in de wisselstroomingang
van de C 426. Sluit de C 426 alleen aan op een voorgeschreven
stopcontact, dat wil zeggen, 120V 60 Hz (alleen voor de modellen van
de 120V-versie van de C 426) of 230V 50 Hz Hz (alleen voor de modellen
van de 230V-versie van de C 426). Trek altijd eerst de stekker van
de netvoedingskabel uit het stopcontact en verbreek daarna pas de
aansluiting van de kabel op de wisselstroomingang van de C 426.
Als u de C 426 langere tijd niet zult gebruiken, trek dan de netstekker uit
het stopcontact.
WAARSCHUWING
Als de stekker van de monokabel (met of zonder +12V gelijkstroom)
wordt aangesloten op de +12V TRIGGER IN van de C 426, worden
de toets STANDBY op het voorpaneel en ook de bijbehorende AAN/
UIT-functietoetsen op de afstandsbediening uitgeschakeld. Trek de
monokabel los als u de normale procedures voor de functie AAN/UIT wilt
behouden.
6 +12V TRIGGER IN: De +12V-trigger-ingang maakt het mogelijk
de C 426 van op afstand vanuit STANDBY op ON en omgekeerd te
schakelen d.m.v. hulptoestellen, zoals bijv. een voorversterker, een
versterker, een AV-processor enz. Het regelend toestel dient over
een +12-V-trigger-uitgang te beschikken om deze functie te kunnen
gebruiken. Verbind deze +12V-trigger-ingang met een monokabel met
een 3,5mm-stekker (man) met de bijbehorende +12V DC-uitgang van
de component op afstand.
8
Page 9
1 ON: Zet de C 426 aan uit standby.
12
BEDIENINGSELEMENTEN
TNR 1 AFSTANDSBEDIENING
10
1
3
4
6
7
9
DISP
BLEND
2
5
8
11
2 OFF: Zet de C 426 in standby.
3 Cijfertoetsen 0-9: Direct een frequentie van een kanaal of Voorkeuzenummer invoeren.
4 DISP: Toon RDS PS, RDS PT, naam van de Voorkeuze-instelling of frequentie van het station op het
scherm.
5 SLEEP: Sluimerstand-timer instellen.
6 PRESET: Een hoger of lager opgeslagen Voorkeuze-instellingen kiezen.
7 TUNE: Afstemmen vooruit of achteruit.
8 FM/AM: Selecteer de AM- of FM-band.
9 BLEND: Functie BLEND activeren of de-activeren.
10 FM MUTE: De stand FM MUTE FM STEREO activeren of de-activeren.
11 DIMMER: Druk een of meerdere keren op deze toets om de normale VFD-helderheid te verlagen
of naar normaal te zetten of schakelt u de display geheel uit.
De timer voor de sluimer stand schakelt de C 426 na een vooraf aantal ingestelde minuten
automatisch over op standby. Selecteer met de [SLEEP]-toets van de TNR 1 één van de volgende timerinstellingen van de Sluimerstand - SLEEP 30, SLEEP 60, SLEEP 90 en OFF. Stop bij de timer-instelling
van de Sluimerstand van uw keuze. Een bijbehorend pictogram “SLEEP” (SLUIMER) wordt in de VFD
weergegeven.
In de timer-Sluimerstand kunt u het resterend aantal minuten voordat de C 426 in standby gaat,
weergeven, door één keer op de [SLEEP]-knop van de TNR 1 te drukken (dat wil zeggen “SLEEP _ _”; “_
_” is het resterend aantal minuten).
Als u de Sluimerstand wilt uitschakelen, gaat u door met op de knop [SLEEP] van de TNR 1 te drukken
totdat de weergave van “OFF” is uitgeschakeld in de display. Ook wanneer de C 426 met de toets
OFF op de TNR 1 of de toets Standby op het voorpaneel naar standby wordt geschakeld, wordt de
slaapfunctie geannuleerd.
DIMMER
U kunt de helderheid van de VFD op drie manieren aanpassen. Met de knop [DIMMER] laat u de
helderheid van de VFD afnemen, herstelt u deze of schakelt u de display geheel uit.
De C 426 levert geluid van zeer hoge kwaliteit van radiozenders. De
ontvangst en de geluidskwaliteit zijn wel altijd in bepaalde mate afhankelijk
van de gebruikte antenne(s), en ook van de afstand tot de bron van de
uitzending, de geograe en de weersomstandigheden.
VFD worden weergegeven, zijn een aanduiding van de signaalsterkte
van het station waarop u hebt afgestemd.
Automatisch afstemmen is zowel beschikbaar voor FM als AM.
OVER ANTENNES
De meegeleverde FM-lintantenne kan op de FM-antenne-ingang van het
achterpaneel worden aangesloten met de balun-adapter en moet volledig
worden uitgevouwen tot een “T”-vorm. Deze opgevouwen dipoolantenne
werkt gewoonlijk het beste in een verticale stand met de armen van de
“T” volledig uitgevouwen, haaks opgesteld ten opzichte van de bron
van de gewenste uitzending. Er zijn echter geen “regels” voor, en door te
experimenteren met de plaatsing van de antenne kunt u zelf het helderste
geluid met de minste achtergrondruis vinden.
In gebieden waar de FM-band slecht te ontvangen is, kan een
buitenantenne de kwaliteit van het geluid sterk verbeteren. Indien u
graag naar de radio luistert, dan kan het de moeite waard zijn de hulp van
een professionele antenne-installateur in te roepen om uw systeem te
optimaliseren.
De bijgeleverde AM-lusantenne geeft gewoonlijk een goede ontvangst.
Een buitenantenne voor het AM-bereik kan de ontvangst echter sterk
verbeteren. Vraag advies aan een deskundige op het gebied van antennes
als u meer informatie wenst.
LUSANTENNE MONTEREN
1 Draai het buitenste frame van de antenne.
2 Plaats de onderrand van het buitenste frame in de groef in de staander.
3 Trek het antennesnoer naar buiten.
DIRECT AFSTEMMEN
Als u weet welke frequentie aan het station dat u zoekt is toegewezen, kunt
u direct op het station afstemmen.
1 Schakel over tussen de stand “Preset” en “Tune” door op de knop
[PRESET/TUNE] op het voorpaneel te drukken. Selecteer de stand TUNE
(“TUNE” scrolt over de VFD).
2 Toets met de numerieke toetsen van de afstandsbediening de
frequentie in die aan het station is toegewezen. Bijvoorbeeld, als u
104.50MHz wilt invoeren, drukt u op “1”, “0”, “4”, “5” en “0” of drukt u op”“1”,
“0”, “4” en “5”.
VOORKEUZE-INSTELLINGEN OPSLAAN
De C 426 kan tot 40 van uw favoriete radiozenders opslaan (FM-zenders en
AM-zenders), zodat u deze gemakkelijk weer kunt oproepen.
1 U slaat een voorkeuze-instellingen op door eerst op de frequentie van
uw keuze af te stemmen en vervolgens op de toets [MEMORY] op het
voorpaneel te drukken.
2 “MEMORY” en het volgende beschikbare Voorkeuzenummer zullen
in de VFD blijven knipperen. (Als alle 40 Voorkeuzenummers al zijn
toegewezen, kunt u een bestaand Voorkeuzenummer overschrijven.
Selecteer het Voorkeuzenummer dat u wilt overschrijven door de
regelknop PRESET/TUNE te draaien.)
3 Druk nogmaals op de knop [MEMORY] om de gewenste frequentie
op te slaan in het weergegeven Voorkeuzenummer (“STORED” scrolt
over de VFD). De frequentie van uw keuze is nu opgeslagen bij het
aangewezen Voorkeuze-instellingen.
EEN TUNER-BAND SELECTEREN
Door op de toets [FM/AM] op het voorpaneel te drukken selecteert u de
AM- of FM-band. Selecteer met de TNR 1 de band van uw keuze door
direct op de knop [AM] of [FM] te drukken.
OP ZENDERS AFSTEMMEN
Schakel over tussen de stand “Preset” en “Tune” door op de knop [PRESET/
TUNE] op het voorpaneel te drukken. Selecteer de stand TUNE (“TUNE”
scrolt over de VFD) of de stand PRESET (“PRESET” scrolt over de VFD).
1 Draai het regelknop PRESET/TUNE langer dan 1 seconde linksom
of rechtsom om het automatisch afstemmen respectievelijk hoger
of lager op de frequentieband in te stellen. De tuner stopt bij het
eerste voldoende krachtige signaal dat wordt gevonden. Deze functie
“doorloopt”, wat betekent dat er doorlopend wordt gezocht langs de
frequentiebanden, van het ene uiteinde van de AM- of FM-band naar
het andere. Draai het regelknop PRESET/TUNE opnieuw voor 1 seconde
om opnieuw beginnen te zoeken.
2 Door de regelknop PRESET/TUNE kort in de ene of de andere richting te
draaien schakelt u handmatig afstemmen in en kunt u nauwkeurig op
een bepaalde frequentie afstemmen. Iedere keer dat u kort aan de knop
draait neemt de tuner een stap van 0,05 MHz op de FM-band en van 10
kHz (120V-versie) of van 9 kHz (230V-versie) op de AM-band. Wanneer
u nauwkeurig op een station hebt afgestemd, zal “TUNED” in de VFD
branden. De antennebalken die onder het pictogram ANTENNA in de
DIRECT OPROEPEN VAN EEN VOORKEUZEINSTELLINGEN
U kunt een Voorkeuzenummer van uw keuze direct oproepen.
1 Schakel over tussen de stand “Preset” en “Tune” door op de knop
[PRESET/TUNE] op het voorpanel te drukken. Selecteer de stand PRESET
(“PRESET” scrolt over de VFD).
2 Toets met de numerieke toetsen van de afstandsbediening direct het
Voorkeuzenummer van uw keuze in.
EEN VOORKEUZEINSTELLINGEN WISSEN
1 Selecteer het Voorkeuzenummer dat u wilt wissen.
2 Houd de beide knoppen [MEMORY] en [DISPLAY] op het voorpaneel
ingedrukt totdat “DELETE” knipperend wordt weergegeven in de
VFD. Laat beide knopen onmiddellijk los en druk daarna weer op
de knop [DISPLAY] (“DELETED” scrolt over de VFD). Het huidige
Voorkeuzenummer is nu gewist.
10
Page 11
GEBRUIKERSNAMEN
Aan een bepaald Voorkeuzenummer kan een “Gebruikersnaam” van acht
tekens worden toegewezen. Dit geldt alleen voor de opgeslagen AMstations en niet-RDS FM-stations. De toegewezen “Gebruikersnaam” wordt
steeds in de VFD getoond wanneer het bijbehorende Voorkeuzenummer
wordt opgeroepen.
GEBRUIKERSNAMEN INVOEREN
Om een Voorkeuzenummer de naam “NEWS” (“NIEUWS”) te geven, doet u
het volgende:
1 Roep de gewenste Voorkeuzenummer op.
2 Houd [DISPLAY] ingedrukt totdat er in de display een knipperende
cursor verschijnt.
3 Selecteer de eerste letter van de naam door de regelknop [PRESET/
TUNE] te draaien - (“N” uit de alfabetisch opgestelde lijst) te selecteren.
4 Druk op de toets [DISPLAY] om het teken te selecteren en naar de
volgende positie te gaan. Herhaal deze handeling voor alle benodigde
letters.
5 Druk op de knop [MEMORY] om de gebruikersnaam op te slaan
(“STORED” scrolt over de VFD). Het huidige Voorkeuzenummer is nu
toegewezen aan de gebruikersnaam “NEWS” (“NIEUWS”).
Het RDS-systeem (Radio Data System) verstuurt kleine hoeveelheden
digitale informatie via conventionele FM-radiouitzendingen. De C426
ondersteunt twee RDS-modi: programma-servicenaam (PS-modus) en
radiotekst (RT-modus). Niet iedere FM-zender biedt echter RDS aan in het
uitzendsignaal. In de meeste gebieden zult u een of meerdere zenders met
RDS vinden, maar het is natuurlijk altijd mogelijk dat uw favoriete zenders
geen RDS-gegevens uitzenden.
RDSTEKST BEKIJKEN
Wanneer u op een FM-uitzending met RDS hebt afgestemd, wordt de
programma-servicenaam (PS) van het station in de VFD getoond (bijv.,
“ROCK 101”) en brandt er een “RDS”-symbool.
Druk op de toets [DISPLAY] om de display te schakelen tussen de naam en
de radiotekst (RT) van de zender (indien aanwezig). De naam van de song
en van de artiest laat zien, of een andere tekst die het station in beeld wil
brengen, wordt dan weergegeven.
Geen stroom.• Het netsnoer is niet aangesloten.• Steek de stekker van het netsnoer stevig in het
Geen klank.• Netsnoer is niet aangesloten of de apparatuur is
Ruis, uitend geluid.• Zwak signaal.• Controleer afstemming. Stel de antenne in of
Fluitend of zoemend geluid.• Storing van andere elektrische bronnen (bijv.
Geen RDS-informatie.• Zendersignaal te zwak.• Controleer afstemming. Stel de antenne in of
De C 426 reageert niet op opdrachten via de
afstandsbediening.
niet ingeschakeld.
• De signaalsnoeren zijn niet correct aangesloten.• Controleer de aansluitingen aan de versterker.
• Radiozender niet geselecteerd of zwak signaal
terwijl FM MUTE is geactiveerd.
computers, spelconsoles).
• Zender zendt geen RDS-gegevens uit.• Stem af op een RDS-station dat programma-
• De batterijen zijn leeg of niet goed ingezet.• Controleer de batterijen.
• Het venster van de infrarood-ontvanger
(IR) van de C 426 of de IR-zender van de
afstandsbediening is geblokkeerd.
• Het voorpaneel van de C 426 wordt fel verlicht
door de zon of door omgevingslicht.
stopcontact.
• Controleer of het netsnoer is aangesloten en
de apparatuur is ingeschakeld.
• Opnieuw afstemmen of FM MUTE uitschakelen.
vervang hem.
• Controleer afstemming. Schakel elektrische
storingsbron uit of verplaats deze.
vervang hem.
servicenaam (PS-stand) en radiotekst (RT-stand)
ondersteunt.
• Controleer IR-vensters en zorg voor
een onbelemmerde zichtlijn van de
afstandsbediening naar de C 426.
• Verminder het zonlicht/de verlichting in het
vertrek.
DE INSTELLINGEN AFFABRIEK VAN DE C 426 HERSTELLEN
1 Houd de beide knoppen [MEMORY] en [PRESET/TUNE] op het voorpaneel ingedrukt totdat alle VFD-pictogrammen branden.
2 Druk onmiddellijk op een knop op het voorpaneel; de C 426 gaat in standby.
3 Zet de C 426 aan uit standby door op de knop STANDBY te drukken; de instellingen af-fabriek van de C 426 zijn nu hersteld en alle Voorkeuze-instellingen
zijn gewist/verwijderd.
12
Page 13
FM-GEDEELTE
Bruikbare Gevoeligheid (98 MHz) 15 dB
Signaal/ruis-verhouding 72 dB (60 dB IHF-GEW Mono)
66 dB (60 dB IHF-GEW Stereo)
Frequentierespons ±1.0 dB (20 Hz - 15 kHz, 60 dB)
Kanaalscheiding (60 dBµ) - 30 Hz 33 dB
1 kHz 42 dB
10 kHz 32 dB
Opvangrendement (40 dBµ) 3 dB
AM-onderdrukking 65 dB (60 dB, 100% Mod. FM, 30% Mod. AM)
Beelddemping (119.4 MHz) 85 dB
Interferentiedemping (10.7 MHz) 78 dB
Onderdrukking Pilot-signaal (60 dBµ) 60 dB
Totale harmonische vervorming* - Mono 0.25%
Stereo 0.35%
Zoekloopgevoeligheid - Aan 24 dB
Uit 15 dB
RDS decode-gevoeligheid 26 dB
AM-GEDEELTE
Bruikbare Gevoeligheid (999/1000 kHz) 30 dB
Signaal/ruis-verhouding (5 mV in) 38 dB
Totale harmonische vervorming (5 mV in) 3%
Interferentiedemping (450 kHz) 36 dB
Beelddemping (F+2xIF) 28 dB
Selectiviteit 17 dB
Loopgevoeligheid (20dB S/R) - 999/1000 kHz 66 dB
603/600 kHz 66 dB
1404/1400 kHz 66 dB
Frequentierespons (100 - 2.3 kHz, 5 mV) ±6 dB
Standby-vermogen <0.5W
Afmetingen van de unit (B x H x D) 435 x 87 x 312 mm (Bruto)**
Nettogewicht 4.2 kg
Transportgewicht 5.3 kg
* 60 dB, L=R 75 kHz (120V-versie); 40 kHz Afwijking (230V-versie)
** De bruto afmetingen zijn inclusief pootjes, regelknop PRESET/TUNE en klemmen op het achterpaneel.
Specificaties kunnen zonder kennisgeving vooraf worden gewijzigd. Bezoek voor de laatste nieuwe documentatie en bijzonderheden www.nadelectronics.
com, u vindt hier de meest recente informatie over uw C 426.
13
Page 14
www.NADelectronics.com
2010 NAD ELECTRONICS INTERNATIONAL
A DIVISION OF LENBROOK INDUSTRIES LIMITED
All rights reserved. NAD and the NAD logo are trademarks of NAD Electronics International, a division of Lenbrook Industries Limited.
No part of this publication may be reproduced, stored or transmitted in any form without the written permission of NAD Electronics International.
C 426 Manual Issue 1.3-05/10
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.