Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor
u het toestel installeert en in gebruik neemt.
Zo zorgt u voor uw veiligheid
en vermijdt u schade aan uw toestel.
nl-BE
M.-Nr. 06 871 210
Page 2
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd materiaal ge
kozen, dat door het milieu wordt verdra
gen en opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop
te brengen, wordt er grondstof ge
spaard en verkleint de afvalberg. Geef
deze stoffen dus niet met het gewone
vuilnis mee. Breng ze liever naar het
dichtstbijzijnde gemeentelijk container
park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij
uw gemeentebestuur aan de weet.
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap
paraten bevatten vaak nog waardevolle
materialen. Ze bevatten echter ook
schadelijke stoffen die voor het functio
neren en de veiligheid van het apparaat
nodig waren. Als u het apparaat bij het
gewone afval doet of bij verkeerde be
handeling kunnen deze stoffen schade
lijk zijn voor de gezondheid en het
milieu. Verwijder het afgedankte appa
raat dan ook nooit met het gewone af
val.
Bij de aankoop van uw nieuw toestel
heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
volledig gebruikt voor de toekomstige
recyclage van dat toestel. Dat bevat
trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
-
-
-
-
-
-
Als u vragen heeft omtrent het af
danken van uw oud toestel, neem dan
contact op met
–
de handelaar bij wie u het kocht
of
–
de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10,
website: www.recupel.be
of
–
uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus
sen kindveilig wordt bewaard voor u het
laat wegbrengen.
2
-
-
Page 3
Inhoud
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
Personen die door hun fysieke,
Deze wasautomaat voldoet aan de
voorgeschreven veiligheidsvoor
schriften. Door ondeskundig gebruik
kunnen gebruikers echter letsel op
lopen en kan er schade optreden
aan het toestel.
Lees de gebruiksaanwijzing voor u
uw wasautomaat in gebruik neemt.
U vindt er belangrijke opmerkingen
omtrent uw veiligheid, het gebruik
en het onderhoud van uw wasauto
maat. Dat is veiliger voor uzelf en u
vermijdt schade aan uw wasauto
maat.
Bewaar de gebruiksaanwijzing goed
en geef ze door aan wie het toestel
eventueel na u gebruikt.
Juist gebruik
-
-
~
zintuiglijke of geestelijke mogelijkheden
of hun onervarenheid of gebrek aan
kennis niet in staat zijn om de wasauto
-
maat veilig te bedienen, mogen deze
wasautomaat alleen onder het toezicht
of de begeleiding van een verant
woordelijk iemand gebruiken.
Kinderen in het huishouden
Zie toe op kinderen nabij de wasau
~
tomaat. Laat ze nooit met de wasauto
maat spelen.
Kinderen mogen de wasautomaat
~
alleen maar gebruiken wanneer hen de
bediening ervan zo uitgelegd is dat ze
deze veilig kunnen bedienen. Kinderen
moeten de eventuele risico's van een
foutieve bediening kunnen beseffen.
-
-
-
-
De wasautomaat mag u enkel ge-
~
bruiken om wasgoed te wassen waarvan de fabrikant verklaart dat het machinaal wasbaar is. Alle andere toepas
singen zijn misschien gevaarlijk. Miele
is niet verantwoordelijk voor schade die
wordt veroorzaakt door een ander ge
bruik dan wat hier wordt vermeld of
door foutieve bediening.
6
-
-
Page 7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Technische veiligheid
Vóórdat de wasautomaat wordt op
~
gesteld, controleert u of het toestel
zichtbaar beschadigd is.
Een beschadigde wasautomaat mag u
niet opstellen en in gebruik nemen.
Op het typeplaatje van de wasauto
~
maat vindt u gegevens in verband met
de aansluiting van uw toestel (zekering,
spanning en frequentie). Alvorens u de
wasautomaat aansluit, vergelijkt u deze
gegevens met die van uw elektrische
installatie. Vraag eventueel uitleg aan
een elektricien als u niet zeker bent.
De elektrische veiligheid van deze
~
wasautomaat wordt enkel gewaarborgd
als het toestel op een aardsysteem
aangesloten is dat volgens de voorschriften werd geïnstalleerd.
Het is heel belangrijk dat aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde is
voldaan. In geval van twijfel dient u uw
installatie door een vakman of vakvrouw
te laten nakijken.
Miele kan niet aansprakelijk gesteld
worden voor schade die werd veroor
zaakt doordat de aardleiding onderbro
ken was of gewoon ontbrak.
Gebruik om veiligheidsredenen
~
geen verlengsnoer. Gebruik van een
verlengsnoer verhoogt het risico op
oververhitting en daarmee op brand.
-
-
-
Door ondeskundig uitgevoerde re
~
paraties kunnen er onvoorziene risico's
ontstaan voor de gebruiker. Daarvoor
kan de fabrikant niet aansprakelijk wor
den gesteld. Reparaties mag u uitslui
tend laten uitvoeren door vakmensen
die door Miele erkend zijn.
Is het aansluitsnoer beschadigd,
~
laat het dan vervangen door een vak
man die door Miele erkend is. Zo ver
mijdt u risico's voor wie het toestel ge
bruikt.
Bij storingen of bij een reinigings- en
~
onderhoudsbeurt is de wasautomaat al
leen dan van het elektriciteitsnet losgekoppeld in de volgende gevallen:
– de stekker van de wasautomaat is uit
het stopcontact getrokken, of
– de zekering op uw elektrische instal-
latie is uitgeschakeld, of
– de schroefzekering op uw elektrische
installatie is helemaal uitgedraaid.
Sluit uw wasautomaat enkel met een
~
nieuwe toevoerslang en de vereiste toe
behoren aan op de waterleiding. Ge
bruik oude slangen, bv. van het vorige
toestel, niet opnieuw.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Laat defecte onderdelen enkel vervan
gen door originele Miele-vervangstuk
ken. Enkel dan bent u zeker dat ze ten
volle voldoen aan de eisen die Miele
qua veiligheid stelt.
-
-
7
Page 8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Als u dit toestel niet op een vaste
~
plaats installeert, bijv. op een schip,
laat dit karwei dan enkel uitvoeren door
vakmensen. Die moeten ervoor zorgen
dat u het toestel veilig kunt gebruiken.
Efficiënt gebruik
Stel uw wasautomaat niet op in een
~
vertrek waar het kan vriezen. Bevroren
waterslangen kunnen onder druk
scheuren of springen. De betrouwbaar
heid van de elektronische elementen
kan door temperaturen onder het vries
punt in het gedrang komen.
Verwijder de transportbeveiliging op
~
de achterzijde voor u uw toestel in gebruik neemt. Zie rubriek "Opstellen en
aansluiten", alinea "Transportbeveiliging
verwijderen". Als die beveiliging niet
verwijderd is, kan die tijdens het centrifugeren schade toebrengen aan het
toestel. Ook aan meubelen of apparaten ernaast kan er schade optreden.
Doe de waterkraan dicht bij langere
~
afwezigheid (bijv. vakantie). Vooral
wanneer er zich vlakbij het toestel geen
afvoer in de vloer bevindt.
Overstromingsgevaar!
~
Voor u de afvoerslang in een spoelbak
hangt, dient u te controleren of het wa
ter vlot genoeg wegvloeit.
Maak de waterafvoerslang vast opdat
ze niet zou wegglijden! Door de
terugstoot van het wegvloeiende water
kan de slang anders uit de spoelbak
worden geslingerd.
-
Let erop dat er geen voorwerpen zo
~
als spijkers, naalden, geldstukken of
paperclips worden meegewassen.
Deze voorwerpen kunnen schade toebrengen aan onderdelen van het toestel, bijv. aan kuip of trommel. Deze beschadigde onderdelen kunnen op hun
beurt uw was beschadigen.
Als u het wasmiddel juist doseert,
~
hoeft u uw toestel niet te ontkalken. Is
uw toestel zo erg verkalkt dat het moet
worden ontkalkt, gebruik dan speciaal
ontkalkingmiddel met corrosiebescher
ming. Dit middel kunt u bij uw Miele
-handelaar of de Technische Dienst van
Miele verkrijgen. Volg de gebruiksaan
wijzing van het ontkalkingmiddel strikt
op.
-
-
-
-
-
8
Page 9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Wasgoed dat met oplosmiddelhou
~
dende reinigingsmiddelen behandeld
is, moet voordat het in de wasautomaat
wordt gewassen, grondig in zuiver wa
ter worden uitgespoeld.
Gebruik in dit toestel nooit reini
~
gingsmiddelen die oplosmiddel (bijv.
wasbenzine) bevatten. Er kan namelijk
schade optreden aan sommige onder
delen van het toestel. Er kunnen ook
giftige dampen ontstaan. Bovendien
bestaat er bij deze middelen brand- en
ontploffingsgevaar.
Gebruik in dit toestel nooit reini
~
gingsmiddelen die oplosmiddel (bijv.
wasbenzine) bevatten. Die kunnen
schade toebrengen aan vochtige kunststof oppervlakken.
Kleurmiddelen dienen voor gebruik
~
in wasautomaten geschikt te zijn. Ze
mogen enkel in beperkte mate - zoals
voor een huishouden - worden gebruikt.
Volg de gebruiksaanwijzing van de fabrikant strikt op.
-
-
-
-
-
Toebehoren
Alleen toebehoren dat Miele uitdruk
~
kelijk heeft goedgekeurd, mag worden
gemonteerd of ingebouwd.
Worden er andere onderdelen gemon
teerd of ingebouwd, dan vervalt het
recht op waarborg en/of productaan
sprakelijkheid.
Miele is niet aansprakelijk voor scha
de die ontstaan is doordat deze vei
ligheidsrichtlijnen niet in acht wer
den genomen.
-
-
-
-
-
-
Ontkleuringsmiddel kan wegens zijn
~
zwavelhoudende verbindingen corrosie
tot stand brengen. U mag geen ont
kleuringsmiddel in uw wasautomaat ge
bruiken.
Als er vloeibaar wasmiddel in uw
~
ogen terechtkomt, spoel ze dan met
zuiver lauwwarm water uit. Bij inslikken,
direct een arts raadplegen. Personen
met gekwetste of gevoelige huid moe
ten elk contact met het vloeibare was
middel mijden.
-
-
-
-
9
Page 10
Beschrijving van het toestel
Bedieningspaneel
a Toets Start
Om het wasprogramma te starten.
b Toetsen voor de bijkomende func-
ties
Voor de keuze van de bijkomende
functies.
Met de bovenste toets kunt u tussen
de bijkomende functies Kort, Voor-was, Inweken en een combinatie
daarvan kiezen.
Met de onderste toets kunt u de bijkomende functie Extra water kiezen.
Controlelampje aan = ingeschakeld
Controlelampje uit = uitgeschakeld
c Controlelampje voor het toerental
voor het centrifugeren
d Toets Centrifugeren
Om een centrifugeertoerental, spoel
stop of zonder centrifugeren te kie
zen.
e Programmakiezer
Om een basiswasprogramma en de
daarbij passende temperatuur te kie
zen. De programmakiezer
kan zowel naar rechts als naar links
worden gedraaid.
-
f Verklikkerlichtjes voor het pro
grammaverloop
Daaraan merkt u hoever het wasprogramma al gevorderd is.
g Verklikkerlichtjes voor service en
storingen
h Toets I-aan/0-uit
Om het toestel aan of uit te zetten of
een programma te
onderbreken.
i Toets Deksel
Om het deksel te openen.
-
-
-
10
Page 11
Het toestel in bedrijf stellen
Laat het toestel voor de eerste was
beurt degelijk opstellen en aan
sluiten. Hou daarbij rekening met de
rubriek "Opstellen en aansluiten".
Uit veiligheidsoverwegingen kan u het
toestel niet laten centrifugeren voordat
het voor het eerst in bedrijf werd ge
steld. Om het centrifugeren te laten
werken dient u eerst een wasprogram
ma zonder wasgoed
middel te laten uitvoeren.
Gebruikt u wasmiddel, dan kan er
overdreven schuim worden gevormd!
Meteen wordt dan ook het kogelventiel
in de waterafvoer geactiveerd. Dit ventiel zorgt ervoor dat het wasmiddel volledig wordt benut.
^ Draai de waterkraan open.
^ Druk de toets jk in.
^ Draai de programmakiezer op
Bont 60°C.
en zonder was
-
-
-
-
-
^
Druk op de toets Start.
Na afloop van dit programma is de in
bedrijfstelling afgesloten.
-
11
Page 12
Milieuvriendelijk wassen
Stroom- en waterverbruik
Benut de maximumlading die bij elk
–
wasprogramma wordt opgegeven.
Dan zijn het stroom- en waterver
bruik, in verhouding tot de totale hoe
veelheid wasgoed, het geringst.
Gebruik de programma's Automatic
–
en Express voor kleinere hoeveelhe
den wasgoed.
Bij een kleine lading in het program
–
ma Wit/Bont vermindert de wasauto
maat automatisch het water, de tijd
en de energie die nodig zijn. Het kan
dus gebeuren dat de aangeduide
programmaduur in de loop van een
wasprogramma wordt aangepast.
– Gebruik in plaats van het programma
Wit/bont 95°C het programma Wit/
bont 60°C. Zo spaart u tussen 35 à
45 % stroom. Voor het meeste vuil is
dit programma ruim voldoende. Bij
hardnekkig of ouder vuil gebruikt u
de bijkomende functie Inweken.
–
Maak gebruik van de bijkomende
functie Inweken in plaats van Voor
-
was. Tijdens het inweken en de daar
opvolgende hoofdwas wordt dan het
zelfde sop gebruikt.
Wasmiddel
Gebruik telkens maar zoveel was
–
middel als op de verpakking staat
aangegeven.
Gebruik bij kleinere ladingen minder
–
wasmiddel (ca.
1
/3minder wasmiddel
bij een halve lading).
-
De juiste bijkomende functie kiezen
(Kort, Inweken, Voorwas)
-
Kies voor:
lichtjes vuil wasgoed
–
zonder zichtba
re vlekken een wasprogramma met
de bijkomende functie Kort.
– normaal tot sterk vervuild wasgoed
met zichtbare vlekken een wasprogramma zonder bijkomende functie.
– heel sterk vervuild wasgoed
wasprogramma met de bijkomende
functie Inweken.
– wasgoed met een grote hoeveelheid
vuil (bijv. stof, zand) de bijkomende
functie Voorwas.
-
Tip voor het aansluitende machinale
-
drogen
–
Kies het hoogst mogelijke centrifu
geertoerental dat het wasprogramma
te bieden heeft. Zo spaart u achteraf
stroom bij het drogen in een trom
meldroger.
-
-
een
-
-
12
Page 13
Korte handleiding
De zinnen met de getallen (A, B,
C,...)kanualsbeknopte handleiding
gebruiken.
A Het wasgoed voorbereiden
^ Maak de zakken leeg.
,
Metalen voorwerpen als spijkers,
geldstukken, papierklemmen kunnen het wasgoed en onderdelen van
de machine beschadigen.
De vlekken vooraf behandelen
^
Verwijder eventuele vlekken uit het
textiel voor u het wast. Doe dat bij
voorkeur terwijl de vlekken nog vers
zijn. Dop de vlekken weg met een
doekje dat geen kleur afgeeft. Niet
wrijven!
Speciale vlekken als die van bloed, eie
ren, koffie, thee e.d. kan u vaak met
een truukje wegkrijgen. Zo u problemen
heeft met bevlekt textiel, kan u bij uw
Miele-handelaar of rechtstreeks in het
Miele-filiaal een boekje met tips over
het behandelen van speciale vlekken
krijgen.
Zo wast u juist
Bij de behandeling van textiel
,
met een schoonmaakmiddel op ba
sis van oplosmiddel (schoonmaak
benzine) zie erop toe dat er geen
kunststof in contact komt met het
schoonmaakmiddel.
Gebruik nooit synthetische reini
,
gingsmiddelen (die oplosmiddel
bevatten) in uw wasautomaat!
Het wasgoed sorteren
^ Sorteer het textiel volgens de kleur en
de symbolen op het onderhoudsetiket. Dat vindt u in kragen en zomen.
Donker textiel vertoont de neiging bij de
eerste wasbeurten kleur te verliezen.
Om geen wasgoed te laten verkleuren,
wast u licht en donker textiel het best
apart.
Algemene tips
–
Bij gordijnen: de gordijnrolletjes en
de loden band afnemen. U kan de
gordijnen ook in een zak steken.
–
Bij bh's: geloste bh-beugels vast
naaien of verwijderen.
–
Bij breigoed, jeans, broeken, t-shirts
en sweaters: binnenstebuiten keren
zo de fabrikant dat aanbeveelt.
–
Doe ritssluitingen, haakjes en oogjes
voor het wassen dicht.
–
Knoop kussens en slopen dicht. Zo
komen er geen kleine spulletjes in te
recht.
Was in deze machine nooit textiel met
de aanduiding niet wasbaar (onder
houdssymbool h).
-
-
-
-
-
-
13
Page 14
Zo wast u juist
B Buitendeksel en binnendeksel
openen
Druk de toets I-aan/0-uit in.
^
Druk op de toets Deksel en open het
^
buitendeksel tot aan de aanslag.
Het binnendeksel gaat automatisch
open.
C Wastrommel openen
Opgepast! De beide
,
openingshelften staan onder druk
van een veer.
^ Ondersteun de achterste
openingshelft licht met de hand.
D Was in de trommel stoppen
Leg de was opengevouwen en losjes
^
in de trommel. Door textiel van ver
schillend formaat in de trommel te
stoppen, verbetert het waseffect en
raakt de was tijdens het centrifugeren
beter verdeeld.
Wasgoed bestaande uit verschil
lende lagen en met bijzonder fijne
en gladde buitenstof kan tijdens het
wassen en centrifugeren door de
zijspleet van het klapdeksel naar de
trommelmantel schuiven. Was der
gelijke spullen daarom altijd in een
waszak.
Houd zoveel mogelijk rekening met de
maximumlading die bij elk wasprogramma wordt opgegeven. Dan is het
stroom- en waterverbruik, berekend op
basis van de totale hoeveelheid wasgoed, het laagst.
Hou er rekening mee dat het wasresultaat verslecht en er meer kreuken opduiken als u meer was in de trommel
stopt dan wat als maximum aanbevolen
wordt.
-
-
-
^
Druk dan op de afsluitvergrendeling
(zwarte pijl) en tegelijk de voorste
openingshelft naar binnen tot aan de
ontgrendeling (in de richting van de
pijl).
^
Laat de beide openingshelften
ondersteund door de handen naar
boven schuiven.
14
Page 15
Zo wast u juist
E De wastrommel en het binnendek
sel sluiten
^ Om te beginnen de voorste, daarna
de achterste openingshelft naar onder drukken tot beide
vergrendelingshaken op hun plaats
vallen en duidelijk zichtbaar ineen
grijpen.
,
Indien u deze werkwijze
veronachtzaamt, loopt u het risico
op schade aan de wasautomaat en/
of het wasgoed.
-
Zorg ervoor dat bij het sluiten van de
openingshelften geen textiel geklemd raakt.
^
Reinig regelmatig het wieltje in de lin
ker vergrendelingshaak, zodat het
vlot blijft functioneren.
-
^
Sluit het binnendeksel met een lichte
druk op de vergrendeling, totdat dit
duidelijk hoorbaar in elkaar sluit.
Zolang het binnendeksel niet volgens
de voorschriften gesloten is, zal het
programma niet kunnen starten en
blijft het controlelampje Dosering con
troleren snel knipperen.
-
15
Page 16
Zo wast u juist
F Het wasmiddel toevoegen
Het is belangrijk juist te doseren,
want . .
. . . gebruikt u te weinig wasmiddel,
dan wordt het wasgoed niet proper
–
en na verloop van tijd ook grauw en
hard.
dan vormen er zich vetluizen op het
–
wasgoed
dan hecht er zich kalk op de verwar
–
mingselementen
. . . gebruikt u te veel wasmiddel,
– dan wordt er te veel schuim ge-
vormd, wat het effect van de wasbewegingen verzwakt. De was-, spoelen centrifugeerresultaten gaan dan
ook achteruit.
-
Trek de wasmiddellade ietwat uit.
^
Giet het wasmiddel in de vakjes:
i = Wasmiddel voor de voorwas
(indien gekozen,
1
/4van de aanbevolen hoeveelheid
wasmiddel
– dan stijgt het waterverbruik. Wegens
het vele schuim wordt er immers automatisch een bijkomende spoelbeurt ingelast.
–
dan belast u het milieu
16
j = Wasmiddel voor de hoofd-
was en het inweken
p = Wasverzachter, vormspoeler
of vloeibaar stijfsel.
Meer details over wasmiddelen en de
dosering ervan vindt u in de rubriek
"Wasmiddelen".
^
Schuif de wasmiddellade in.
G Het buitendeksel sluiten
Page 17
Zo wast u juist
H Programma kiezen
^ Draai de programmakiezer op het
gewenste programma.
I Een centrifugeertoerental kiezen
J Bijkomende functie selecteren
Met de bovenste toets kiest u de bijko
mende functies in de onderstaande
volgorde: Kort of Voorwas of Inweken of
geen keuze.
Met de onderste toets kiest u de bijko
mende functie Extra water.
^ Kies de gewenste bijkomende func-
tie.
U kunt niet alle bijkomende functies bij
alle wasprogramma's kiezen.
-
-
^
Druk zo vaak op de toets "Centrifuge
ren" tot het controlelampje van het
gewenste toerental aangaat.
Kunt u een bepaalde bijkomende
functie niet kiezen, dan is die voor
dat wasprogramma niet voorzien.
-
17
Page 18
Zo wast u juist
K Een programma starten
Druk op de knipperende toets Start.
^
Open de wastrommel en neem het
^
wasgoed uit.
Bij het begin van het wasprogramma
laat een kort "ratelend" geluid horen dat
de automatische trommelvergrendeling
opgeheven wordt.
L Het wasgoed uit de trommel ne
men
Het einde van het programma wordt
aangegeven door het controlelampje
Kreukbeveiliging/Einde.
Zodra het programma beëindigd is,
draait de trommel zich automatisch in
de juiste stand voor het openen en blijft
die positie in stilstand aanhouden (automatische trommelpositionering en
trommelstilstand).
^ Druk op de toets Deksel.
^ Open het buitendeksel tot aan de
aanslag.
Het binnendeksel gaat automatisch
open.
-
Vergeet geen stukken wasgoed in
de trommel! Die kunnen bij de daar
opvolgende wasbeurt krimpen of
ander wasgoed verkleuren.
M Wasautomaat uitschakelen
Sluit de wastrommel en het binnen
^
deksel.
Anders bestaat het risico dat er onbe
doeld voorwerpen in de trommel te
rechtkomen. Die kunnen dan per ver
gissing mee gewassen worden en het
wasgoed beschadigen.
^ Sluit het buitendeksel.
^ Schakel de wasautomaat met de
toets I-aan/0-uit uit en draai de programmakiezer in de positie einde.
-
-
-
-
-
18
Page 19
Bijkomende functies
U kunt de wasprogramma's met bijko
mende functies aanvullen.
-
Kort
Voor lichtjes vuil wasgoed zonder
zichtbare vlekken.
De duur van de hoofdwas wordt inge
kort.
In de programma's Donker wasgoed en
Jeans worden er 2 in plaats van 3
spoelbeurten uitgevoerd.
-
Voorwas
Voor wasgoed waarin veel vuil zit, bijv.
stof en zand.
Inweken
Voor erg vuil wasgoed en wasgoed
met eiwithoudende vlekken, bijv. van
bloed, vet en cacao.
Extra water
Laat u het wasproces liever met meer
water verlopen, dan kunt u uit vier in
stellingen voor de toets Extra water kie
zen. Die zijn nader toegelicht in de ru
briek "Programmeerfuncties", alinea
"Extra water".
In de fabriek werd uw toestel zo inge
steld dat het, nadat u de toets Extra water ingedrukt hebt, zowel bij het wassen
als bij het spoelen meer water gebruikt.
-
-
-
-
-
–
De inweektijd kunt u, in stappen van
30 minuten, instellen van 30 minuten
tot 2 uur.
–
De fabrieksinstelling bedraagt 2 uur.
Hoe u dat moet programmeren, staat
beschreven in de rubriek "Program
meerfuncties", alinea "Inweken".
-
19
Page 20
Centrifugeren
Eindcentrifugeertoerental
Programmat/min
Wit/Bont1200
Kreukherstellend1200
Fijn wasgoed600
Automatic900
Donker wasgoed1200
Overhemden600
Jeans900
Express1200
Zijde400
Wol1200
Pompen/Centrifugeren1200
Extra spoelen/stijven1200
U kunt het eindtoerental verminderen.
Een hoger toerental dan hierboven vermeld kunt u echter niet kiezen.
Centrifugeren voor en tussen de
spoelbeurten
Het wasgoed wordt na de hoofdwas en
tussen de spoelbeurten gecentrifugeerd. Als het eindtoerental beperkt
werd, gaat dit eveneens op voor het
toerental voor en tussen de spoel
beurten. In het programma Wit/Bont
wordt er een extra spoelbeurt ingelast
als het toerental kleiner is dan 700 t/min
-
Niet centrifugeren op het einde van
het programma (Spoelstop)
Kies de instelling Spoelstop. Het
^
wasgoed blijft na de laatste spoel
beurt in het water liggen. Daardoor
wordt de kreukvorming beperkt als u
de was niet meteen na het einde van
het programma uit de trommel
neemt.
Centrifugeren op het einde van het
–
programma starten:
Het controlelampje Spoelstop van
de toets "Centrifugeren" brandt. Kies
het gewenste toerental met de toets
"Centrifugeren". De wasautomaat
start de laatste centrifugeerbeurt.
– Programma beëindigen
:
Druk op de toets Deksel. Het water
wordt weggepompt. Het deksel gaat
open.
Zonder centrifugeren voor en tussen
de spoelbeurten en op het einde van
het programma
^
Kies de instelling Zonder centrifuge
ren. Na de laatste spoelbeurt wordt
het water weggepompt en de kreuk
beveiliging ingeschakeld. Bij deze in
stelling wordt er in de programma's
Wit/Bont, Kreukherstellend en Auto
-
matic een bijkomende spoelbeurt in
gelast.
-
-
-
-
20
Page 21
Programmaoverzicht
Wit/Bont van 95 °C tot 30 °C 9876maximum 5,5 kg
TextielsoortKatoen, linnen of gemengde weefsels.
Bijkomende functie Kort of Voorwas of Inweken, Extra water
Opmerking voor testinstellingen:
Kort programma: lading van 3,0 kg en bijkomende functie KortKreukherstellend van 60 °C tot 30 °C 421maximum 2,5 kg
TextielsoortSynthetische vezels, gemengde weefsels of katoen met
kreukherstellende eigenschappen.
Bijkomende functie Kort of Voorwas of Inweken, Extra water
Fijn wasgoed van 40 °C tot koud acmaximum 1,5 kg
TextielsoortVoor delicaat wasgoed uit synthetische vezels, gemengde
weefsels, kunstzijde.
Volgens de fabrikant wasbare gordijnen.
Bijkomende functie Kort of Voorwas of Inweken
Opmerking– Door het fijne stof dat zich in gordijnen nestelt, is er vaak
een programma met voorwas vereist.
– Bij kreukgevoelige gordijnen beperkt u het centrifu-
geertoerental of laat u geen centrifugeren uitvoeren.
Automatic 40 °C 72maximum 3,0 kg
TextielsoortLading met gemengd wasgoed voor de programma's Wit/
Bont en Kreukherstellend.
Bijkomende functie Kort of Voorwas of Inweken, Extra water
Donker wasgoed 40 °C 7maximum 2,5 kg
WasgoedDonker wasgoed uit katoen of gemengde weefsels.
Bijkomende functie Kort of Voorwas of Inweken
OpmerkingWas die stukken binnenstebuiten.
21
Page 22
Programmaoverzicht
Hemden 40 °Cmaximum 1,5 kg
Bijkomende functieVoorwas of Inweken
Opmerking
Jeans 40 °Cmaximum 2,5 kg
Bijkomende functieKort of Voorwas of Inweken
Opmerking
Express 40 °C 72maximum 3,0 kg
TextielsoortEen kleine hoeveelheid wasgoed dat moet worden opge-
Zijde / 30 °Cmaximum 1,0 kg
TextielsoortZijde en alle weefsels zonder wol die met de hand gewas-
Bijkomende functieExtra water
OpmerkingOm panty's en bh's te wassen, steekt u ze in een was-
Wol / van 40 °C tot koudmaximum 2,0 kg
TextielsoortWol en wolhoudende weefsels
Pompen/Centrifugerenmaximum 5,5 kg
OpmerkingEnkel pompen: Toerental op Zonder centrifugeren instel
Extra spoelen/stijvenmaximum 5,5 kg
OpmerkingVoor het stijven moet het wasgoed vers gewassen zijn,
Kragen en manchetten moet u, in de mate waarin ze vuil
–
zijn, op voorhand behandelen.
Gebruik voor zijden hemden en bloezen het programma
–
Zijde.
Was jeansstof binnenstebuiten.
–
Jeans verliest bij de eerste wasbeurten wat kleur. Was
–
lichte en donkere stukken dus apart.
frist. De textielsoort stemt overeen met het programma Wit/Bont.
sen moeten worden.
goedzak.
-
len.
Centrifugeren: Let op het ingestelde toerental.
maar mag het niet met wasverzachter behandeld zijn.
d = laag waterpeil
( = gemiddeld waterpeil
e = hoog waterpeil
a= normale wassnelheid
b= Behoedzame modus
c= Wol
d= Zijde
Bijzonderheden over het programmaverloop, zie de volgende pagina.
23
Page 24
Programmaverloop
Uw wasautomaat beschikt over een vol
ledig elektronische besturing. Het toe
stel bepaalt zelfstandig het vereiste wa
terverbruik volgens de hoeveelheid
wasgoed en de mate waarin dat was
goed water opslorpt. Het gevolg daar
-
van: verschil in programmaverloop en
wastijd.
Het hier opgegeven programmaverloop
verwijst telkens naar het basisprogram
ma bij maximumlading. Er werd geen
rekening gehouden met extra functies
die u erbij kunt kiezen.
De weergave van het programmaver
loop toont u op elk moment tijdens het
wasprogramma hoever het programma
gevorderd is.
Bijzonderheden in het programma
-
verloop:
Kreukbescherming:
De trommel blijft na afloop van het pro
gramma nog 30 minuten draaien. Daar
mee wordt kreukvorming vermeden. De
wasautomaat kan op elk ogenblik geo
pend worden. Uitzondering
gramma Wol is er geen kreukbescher
ming.
1)
Bij een temperatuur onder 60 °C
: In het pro
wordt het waterpeil in de spoel
gangen verhoogd.
Een 3e spoelbeurt wordt uitgevoerd
als:
– er te veel schuim in de trommel is
– het centrifugeertoerental op het
einde lager is dan 700 t/min.
– Zonder centrifugeren kiezen
2)
Een 3e spoelbeurt wordt uitgevoerd:
-
-
-
-
-
-
-
24
bij de keuze van Zonder centrifuge-
ren
Page 25
Programmaverloop wijzigen
Programma afbreken
Na de start van een wasprogramma
kunt u het op elk willekeurig moment af
breken.
Draai de programmakiezer op Einde.
^
De wasautomaat pompt het aanwezige
sop af. Het programma is afgebroken
en het buitendeksel gaat open.
Wanneer u het wasgoed uit de trommel
wilt nemen:
Open het buitendeksel tot aan de
^
aanslag. Het binnendeksel zal auto
matisch opengaan.
^ Open de wastrommel.
Wanneer u een ander programma wilt
kiezen:
^ Sluit het buitendeksel en kies een
nieuw programma.
-
Programma onderbreken
^
Schakel de wasautomaat met de
toets I-aan/0-uit uit.
Programma wijzigen
Na de start van een programma kunt u
niet meer van programma veranderen.
Wordt de programmakiezer naar een
ander programma verdraaid, dan knip
pert het controlelampje Kreukbeveiliging/Einde. Het programmaverloop
komt echter niet in het gedrang.
Temperatuur veranderen
Tot 6 minuten na de start kan de tem
peratuur worden veranderd.
Centrifugeertoerental wijzigen
Het toerental kan altijd worden aangepast.
Bijkomende functies wijzigen
Tot 6 minuten na de start kunnen de bijkomende functies Kort en Extra water
worden in- of uitgeschakeld.
Een programmastap overslaan
^
Draai de programmakiezer op Einde.
-
-
-
Vervolg:
^
Schakel de wasautomaat met de
toets I-aan/0-uit in.
Zodra u in de aanduiding van het pro
grammaverloop de programmastap ziet
knipperen waarmee het programma
moet worden voortgezet:
^
De programmakiezer binnen de 4 se
conden weer op het gewenste pro
gramma draaien.
-
-
25
-
Page 26
Programmaverloop wijzigen
Wasgoed toevoegen of
voortijdig uitnemen
U kunt na de start van het wasprogram
ma bij alle programma's nog wasgoed
toevoegen of uitnemen.
Druk op de toets Deksel.
^
De trommel bevindt zich in de juiste
stand voor het openen en blijft die posi
tie in stilstand aanhouden (automa
tische trommelpositionering en trom
melstilstand). Het buitendeksel gaat
open.
^ Open het buitendeksel tot aan de
aanslag. Het binnendeksel zal automatisch opengaan.
^ Open de wastrommel.
^ U kunt nu wasgoed toevoegen of
voortijdig uitnemen.
^ Sluit de wastrommel.
^ Maak zoals voorgeschreven het bin-
nendeksel dicht.
-
-
Het deksel laat zich niet openen in
dien:
de watertemperatuur hoger is dan
–
-
55 °C.
het programma de stand Centrifuge
–
ren heeft bereikt.
-
-
-
^
Sluit het buitendeksel.
Het programma wordt automatisch
voortgezet.
26
Page 27
Het juiste wasmiddel
Wasmiddel
U kunt alle wasmiddelen gebruiken, die voor wasautomaten geschikt zijn. De ge
bruiksaanwijzing en de dosering staan op de verpakking van het wasmiddel ver
meld.
UniverseelKleurFijn
Wit/BontXX
KreukherstellendXX
Fijn wasgoedX
AutomaticXX
Donker wasgoedX
1)
OverhemdenXX
JeansX
1)
ExpressXX
ZijdeX
WolWasmiddel voor wol
Extra spoelen/stijvenVloeibaar stijfsel of stijfsel in poedervorm
1)
alleen vloeibaar wasmiddel
-
-
27
Page 28
Wasmiddel
De dosering hangt af van:
de mate waarin het wasgoed vuil is
–
licht vervuild
Geen zichtbaar vuil en geen zichtba
re vlekken. De kleren hebben bijv.
een lichaamsgeur.
normaal vuil
Zichtbaar vuil en/of enkele zichtbare
lichte vlekken.
erg vuil
Duidelijk zichtbaar vuil en/of vlekken.
de waterhardheid
–
Indien u de waterhardheid niet kent,
kunt u inlichtingen inwinnen bij uw
waterdistributiemaatschappij.
– de hoeveelheid wasgoed
Waterhardheid
Hard
Waterk-
heid
waliteit
Izacht0 - 1,30 - 70 - 13
IIgemid
deld
IIIhard tot
zeer
hard
Totale
hardheid
in mmol/l
-
1,3-2,57-1413-25
hoger
dan 2,5
Duitse
hardheid
°d
hoger
dan 14
hardheid
Franse
°f
hoger
dan 25
Onthardingsmiddel
Om wasmiddel te sparen kunt u bij wa
ter van de categorieën II en III een ont
hardingsmiddel toevoegen. De juiste
dosering daarvan vindt u op de verpak
king terug. Voeg eerst het wasmiddel
en dan pas het onthardingmiddel toe.
Het wasmiddel kunt u dan doseren als
voor water met een hardheid van I.
Combinaties
Gebruikt u verschillende middelen,
voeg die dan in de volgorde hieronder
toe in het vakje j:
1. Wasmiddel
2. Onthardingsmiddel
3. Vlekkenmiddel.
Zo worden de middelen beter ingespoeld.
-
-
-
28
Page 29
Wasmiddel
Middelen voor de nabe
-
handeling van het wasgoed
Wasverzachters
zorgen ervoor dat de was zacht aan
voelt en verminderen de elektrostati
sche oplading tijdens het machinale
drogen.
Vormspoelers
zijn synthetische stijfselmiddelen en
zorgen ervoor dat het wasgoed wat ste
viger aanvoelt.
Stijfsel
geeft het wasgoed een stijver en voller
effect.
Maak na een aantal automatische
stijfselbeurten het inspoelvakje
schoon. Reinig vooral de zuighevel.
Wasverzachter, vormspoeler of
stijfsel in een apart programma
Maak het middel klaar en doseer het
^
zoals aangegeven op de verpakking.
Doe vloeibare middelen in het
^
-
vakje §.
Doe poedervormige of stroperige
^
middellen in het vakje i.
^ Draai de programmakiezer op Extra
spoelen/stijven.
^ Kies een centrifugeertoerental.
^ Druk op de toets Start.
Ontkleuren/kleuren
^ Gebruik geen
uw wasautomaat.
ontkleuringsmiddel in
^
Doe het middel in kwestie in het vakje
§. Let op de aanduiding Max.
Tijdens de laatste spoelbeurt wordt het
middel aan het water toegevoegd. Na
het wasprogramma blijft er een kleine
hoeveelheid water in het vakje § staan.
^
Kleurmiddelen mag u enkel in be
perkte mate - als voor een huishou
den - in uw wasautomaat gebruiken.
Het zout dat bij het kleuren gebruikt
wordt, kan bij voortdurend gebruik
het roestvrij staal aantasten. Hou u
strikt aan de richtlijnen van de fabri
kant van het middel.
-
-
-
29
Page 30
Reiniging en onderhoud
Trek de stekker uit het stopcon
,
tact voor u het toestel reinigt en on
derhoudt.
Spuit de wasautomaat in geen
,
geval af met een waterslang.
Reiniging van de trommel
Bij het wassen met lage temperaturen
en/of vloeibare wasmiddelen is er ge
vaar voor kiem- en geurvorming in de
wasautomaat. Om de trommel te reini
gen en geurvorming te vermijden dient
u één keer per maand een wasprogramma met een temperatuur van 60°C
uit te voeren, waarbij u waspoeder gebruikt.
De ommanteling en het
bedieningspaneel reinigen
-
-
-
-
De wasmiddellade schoonmaken
Verwijder geregeld eventuele restjes
wasmiddel.
^ Trek de wasmiddellade uit.
^ Maak de wasmiddellade met warm
water schoon.
,
Gebruik geen schuur- of oplosmiddelen. Reinigingsmiddelen voor
glas of voor universeel gebruik zijn
ook af te raden! Ze kunnen schade
toebrengen aan kunststof oppervlak
ken of andere onderdelen.
^
Reinig de buitenzijde van het toestel
met een licht vochtige doek met een
zacht reinigingsmiddel of sopje. Wrijf
daarna met een zachte doek droog.
^
Maak de trommel met een geschikt
middel voor roestvrij staal schoon.
30
-
Page 31
Reiniging en onderhoud
Trek het wasverzachterkanaal en de
^
zuighevel uit (pijlen).
^ Reinig de wasmiddellade, het
wasverzachterkanaal en de zuighevel
met warm water.
^ Reinig eveneens het buisje waarover
de zuighevel wordt geschoven.
Maak na een aantal stijfselbeurten
de zuighevel heel grondig schoon.
Stijfsel kan plakkerig worden.
Zitting van de wasmiddellade reini
gen
^ Verwijder wasmiddelresten en kalkaf-
zettingen met behulp van een
flessenborstel uit de openingen van
de wasmiddellade.
-
31
Page 32
Reiniging en onderhoud
Het watertoevoerzeefje
reinigen
Ter bescherming van het watertoevoer
ventiel heeft uw machine een zeefje.
Het zeefje in de watertoevoerslang aan
het vrije uiteinde van de slang dient u
zowat om de 6 maand na te kijken. Bij
vaak voorkomende onderbrekingen in
de watertoevoer dient dat eerder te ge
beuren.
Draai de waterkraan dicht.
^
Schroef de toevoerslang van de wa
^
terkraan los.
-
-
^ Trek de rubber dichting 1 uit de dop-
moer.
^ Neem het handvatje van de zeef 2
met een punttang vast. Trek de zeef
eruit en maak ze schoon.
^ Monteer alles terug in omgekeerde
volgorde.
-
32
^
Draai de schroefkoppeling vast op
de waterkraan en draai de kraan
open.
^
Als er water uitloopt, draai de dop
moer dan wat vaster aan.
Na het reinigen dient u het zeefje
beslist weer te monteren.
-
Page 33
Storingen verhelpen
Wat gedaan als . . .
De meeste storingen en fouten die bij het dagelijks gebruik kunnen voorkomen,
kunt u zelf verhelpen. In heel wat gevallen bespaart u tijd en kosten omdat u dan
geen beroep hoeft te doen op de Technische Dienst.
De volgende tabellen kunnen een leidraad zijn om de oorzaken van een bepaalde
storing te vinden en uit de weg te ruimen. Neem wel het volgende in acht:
Herstellingen aan elektrische toestellen mag u enkel en alleen door een er
,
kend vakman laten uitvoeren. Door ondeskundige reparaties kunnen er niet te
onderschatten risico's voor de gebruiker ontstaan.
Het programma start niet.
ProbleemOorzakenOplossing
Het controlelampje
Kreukbeveiliging/Einde
brandt niet of de toets
Start knippert niet.
Bij de keus van het programma Pompen/Centri-fugeren gaat het pro
gramma niet van start.
Het controlelampje dosering controleren knip
pert snel en het pro
gramma start niet.
De wasautomaat krijgt
geen stroom.
De wasautomaat werd
nog niet naar behoren in
-
bedrijf gesteld.
-
De binnendeur is niet ver
-
grendeld.
-
Controleer of
– de stekker wel in het
stopcontact zit.
– de smeltstoppen wel in
orde zijn.
Stel de wasautomaat in
bedrijf zoals beschreven
in de rubriek "Eerste inge
bruikneming".
-
Vergrendel de binnen
deur zoals voorgeschre
ven.
-
-
-
-
33
Page 34
Storingen verhelpen
Het wasprogramma werd afgebroken en er wordt een fout
gemeld.
ProbleemOorzakenVerhelpen A
Het foutmeldingslampje
afvoer controleren knip
pert.
Het foutmeldingslampje
toevoer controleren
knippert.
De foutmeldingslampjes
toevoer controleren en
afvoer controleren knip-
peren.
Het controlelampje In-
weken/Voorwas of
Spoelen knippert.
De waterafvoer is ge
blokkeerd.
-
De afvoerslang ligt te
hoog.
De watertoevoer is
geblokkeerd.
Het zeefje van de toevoerslang is verstopt.
Het Miele-lekbeveiligingssysteem heeft
gereageerd.
Het gaat om een storing.
Maak filter en afvoerpomp
schoon als in de rubriek "Wat
gedaan als ...?", alinea "De
deur openen bij verstopte af
voer en/of stroomonderbre
king".
De maximumopvoerhoogte
bedraagt 1 m.
Draai de waterkraan open.
Maak het zeefje schoon.
Neem contact op met de
Technische Dienst van Miele.
Start het programma nog
eens. Zo de foutmelding weer
verschijnt, doe dan een beroep op de Klantendienst.
-
-
A Om de foutmelding uit te schakelen: De wasautomaat met de toets I-aan/0-uit
uitschakelen en de programmakiezer in de positie einde draaien.
34
Page 35
Storingen verhelpen
Het wasprogramma verloopt normaal hoewel er een storing
wordt gemeld.
ProbleemOorzakenVerhelpen A
Het foutmeldingslampje
afvoer controleren
knippert.
Het foutmeldingslampje
toevoer controleren
knippert.
Het foutmeldingslampje
dosering controleren
knippert.
In het display van het
programmaverloop
knippert het controle
lampje Wassen.
In het display van het
programmaverloop
knippert het controle
lampje Kreukherstellend/Einde.
De waterafvoer is
bemoeilijkt.
De watertoevoer
is bemoeilijkt.
Het zeefje in de
toevoerslang is
vuil.
Er werd tijdens
het wassen te
veel schuim gevormd.
Het gaat om een
storing.
-
Na de programmastart heeft iemand de programma
kiezer in een andere stand gedraaid. Draai de knop
-
weer in zijn oorspronkelijke stand.
-
Maak filter en afvoerpomp schoon
als in de rubriek "Wat gedaan als
...?", alinea "De deur openen bij
verstopte afvoer en/of stroomon
derbreking".
Controleer of
de waterkraan ver genoeg
–
openstaat.
de toevoerslang geen knik ver
–
toont.
Maak het zeefje schoon.
Doseer bij de volgende was minder wasmiddel. Let op de
doseertips op de wasmiddelverpakking.
Start het programma opnieuw.
Verschijnt deze foutmelding op
nieuw, doe dan een beroep op de
Technische Dienst van Miele.
-
-
-
-
A Om de foutmelding uit te schakelen: De wasautomaat met de toets I-aan/0-uit
uitschakelen en de programmakiezer in de positie einde draaien.
35
Page 36
Storingen verhelpen
Algemene storingen of een onbevredigend wasresultaat.
ProbleemOorzakenOplossing
De wasautomaat staat
tijdens het centrifuge
ren te trillen.
De was wordt niet zo
als gewoonlijk gecen
trifugeerd.
Na de programma
start of bij het nadien
toevoegen van was
goed hoort u een
"ratelend" geluid.
U hoort ongewone
pompgeluiden.
In het wasmiddelbakje zijn vrij veel wasmiddelresten achtergebleven.
De wasverzachter
wordt niet volledig
opgenomen of er blijft
te veel water in het
vakje § staan.
De wasautomaat staat
niet recht opgesteld.
-
Er werd een te laag
-
centrifugeertoerental in
-
gesteld.
De voorziening voor de
-
blokkering van de trom
mel wordt automatisch
-
ingeschakeld.
Dit is geen storing! Het is normaal dat u bij het begin
en op het einde van de pompfase slurpgeluiden hoort.
De stromingdruk van
het water is onvoldoende.
In combinatie met onthardingsmiddelen heeft
waspoeder de neiging
samen te klonteren.
De zuighevel zit niet
juist of is verstopt.
Plaats de wasautomaat recht
op door aan de
schroefvoetjes te draaien.
Kies bij de volgende was
beurt een hoger centrifu
geertoerental.
Het geluid behoort tot de nor
male werking van de wasau
tomaat en wijst niet op een
defect.
– Maak het watertoevoer-
zeefje schoon.
– Druk eventueel de toets
Extra water in.
Doe in het vervolg eerst het
wasmiddel en dan het onthardingsmiddel in de lade.
Maak de zuighevel schoon.
Zie rubriek "Reiniging en on
derhoud van het toestel",
alinea "De wasmiddellade
schoonmaken".
-
-
-
-
-
-
36
Page 37
Storingen verhelpen
ProbleemOorzakenOplossing
Het wasgoed
wordt met vloei
baar wasmiddel
niet proper.
Aan het gewas
sen textiel kleven
grijze elastische
resten (vetluizen).
Op gewassen
donker wasgoed
bevinden zich witte, wasmiddelachtige restjes.
Uit de voorzijde
van de wasauto
maat komt
schuim.
-
-
-
Vloeibaar wasmiddel be
vat geen bleekmiddel.
Fruit-, koffie- of theevlek
ken zijn niet weg te krij
gen.
De wasmiddeldosering
was onvoldoende omdat
de was veel vetvlekken
vertoonde (olie, zalf).
Het wasmiddel bevat in
water onoplosbare bestanddelen (zeolieten)
om het water te ontharden. Die hebben zich op
het wasgoed vastgezet.
Er heeft zich bij het was
sen veel schuim ontwik
keld.
-
Gebruik waspoeder dat
–
bleekmiddel bevat.
-
Doe vlekkenmiddel in vakje
–
j en het vloeibaar wasmid
del in een doseerbal.
Giet nooit vloeibaar wasmid
–
del en vlekkenmiddel samen
in de wasmiddellade.
Gebruik bij dergelijk vuil was
–
goed meer waspoeder of ge
bruik vloeibaar wasmiddel.
Laat voor de volgende was
–
beurt een programma Wit/Bont 60 °C met vloeibaar
middel en zonder wasgoed
draaien.
– Probeer de restjes na het dro-
gen met een borstel te verwijderen.
– Was donker wasgoed voort-
aan met een wasmiddel zonder zeolieten. Vloeibare wasmiddelen bevatten meestal
geen zeolieten.
-
Gebruik bij de volgende was
-
beurt minder wasmiddel. Leef
de doseringen na die op de ver
pakking van het wasmiddel ver
meld staan.
-
-
-
-
-
-
-
-
37
Page 38
Storingen verhelpen
Problemen bij het openen of sluiten van de wasautomaat
ProbleemOorzakenOplossing
De trommelopening
staat niet in de boven
ste positie.
Het buitendeksel laat
zich niet openen.
Het binnendeksel klikt
niet vast zoals het
hoort.
Een groot onevenwicht
heeft verhinderd dat de
-
automatische trommel
positionering kon
plaatsvinden.
De wasautomaat is niet
op het elektriciteitsnet
aangesloten.
De wasautomaat is niet
ingeschakeld.
StroomonderbrekingOpen het deksel zoals aan
Om u te beschermen tegen verbranding kan het dek
sel bij een watertemperatuur hoger dan 55 °C niet
worden geopend.
De vergrendeling van
het binnendeksel is niet
gedeactiveerd.
De trommel met de hand in
de juiste positie draaien (dat
wil zeggen tot de trommel
vergrendeling in elkaar
grijpt).
Doe in het vervolg altijd
grote en kleine stukken tex
tiel samen in de trommel.
Door textiel van verschillend
formaat in de trommel te
stoppen, verbetert het
waseffect en raakt de was
tijdens het centrifugeren beter verdeeld.
Steek de geaarde stekker in
het stopcontact.
Schakel de wasautomaat in
met de toets
I-aan/0-uit.
het einde van dit hoofdstuk
beschreven staat.
Open het buitendeksel tot
aan de aanslag. Sluit vervol
gens het binnendeksel.
-
-
-
-
38
Page 39
Deksel openen bij verstopte
afvoer en/of stroom
-
onderbreking
Schakel de wasautomaat uit.
^
Storingen verhelpen
Draai de filter enkel los tot er water
^
uitloopt.
Het water aflaten onderbreken:
^ Maak het deksel naar de filter met de
gele opener open.
Verstopte afvoer
Indien de afvoer verstopt is, kan er een
grote hoeveelheid water in het toestel
staan, (max. 25 liter).
,
Voorzichtig: als er kort voordien
met hoge temperatuur gewassen
werd, kunt u zich verbranden!
Het water aflaten
^
Zet een schaal onder het luikje.
Draai de filter niet helemaal uit het
toestel.
^ Draai de filter opnieuw dicht.
Zodra er geen water meer uitloopt:
^
Draai de filter helemaal uit het toestel.
39
Page 40
Storingen verhelpen
Maak de filter grondig schoon.
^
^ Kijk na of de pompvleugel vlot rond-
draait. Er kunnen evt. voorwerpen zoals knopen en munten in geklemd zitten. Die moet u verwijderen. Maak de
binnenkant schoon.
^ Zet de filter weer op zijn plaats en
draai hem vast.
,
Wordt de filter niet teruggeplaatst en vastgedraaid, dan loopt
er water uit de wasautomaat.
Deksel openen
Controleer altijd of de trommel
,
stilstaat voor u de was uit het toestel
haalt. Grijpt u in een trommel die
nog draait, dan kunt u zich verwon
den.
^ Trek aan de noodontgrendeling tot
het buitendeksel opengaat.
^ Open het buitendeksel tot aan de
aanslag. Het binnendeksel zal auto
matisch opengaan.
-
-
40
Page 41
Technische Dienst van Miele
Herstellingen
Neem bij storingen die u zelf niet kunt
oplossen contact op met:
uw Miele-handelaar of
–
de Technische Dienst van Miele
–
Het telefoonnummer van de Tech
nische Dienst van Miele vindt u op
de achterzijde van deze gebruiks
aanwijzing.
De Technische Dienst heeft het model
en het nummer van uw wasautomaat
nodig. Beide gegevens vindt u op het
typeplaatje op de achterzijde van de
wasautomaat.
-
-
Programma-actualisering (Update /
program correction)
Op het bedieningspaneel vindt u een
optische poort met de markering PC
(PC = program correction).
Zo kan de elektronische besturing van
uw wasautomaat aangepast worden
aan toekomstige ontwikkelingen op het
vlak van wasmiddelen, weefsels en
wasprocédés.
Miele zal de mogelijkheid om program
ma's te actualiseren tijdig bekendma
ken.
Duur en voorwaarden van de
waarborg
De waarborgperiode van uw wasautomaat bedraagt 2 jaar.
Meer gegevens omtrent de voorwaarden van de waarborg vindt u in het bijgevoegde garantieboekje.
-
-
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
Voor deze wasautomaat kunt u bij uw
Miele-handelaar of bij de Technische
Dienst van Miele toebehoren kopen.
41
Page 42
Opstellen en aansluiten
Vooraanzicht
a Elektrische aansluiting
b Toevoerslang
c Deur met bedieningspaneel
d Klep voor waswaterfilter, waterpomp
en noodontgrendeling
42
e Voetje
f Afvoerslang (met bocht en verwijder
baar bochtstuk) met de mogelijkhe
den van de waterafvoerleiding
-
-
Page 43
De transportbeveiligingen
verwijderen
Til het toestel van de verpakkingssok
^
kel weg en rijd het naar de plaats van
opstelling.
^ Draai de 4 buitenste schroeven A he-
lemaal los en neem ze eruit.
Opstellen en aansluiten
-
De gaatjes van de transportbe-
,
veiliging afsluiten om kwetsuren te
voorkomen !
^ Sluit de 4 grote openingen met de
bijgeleverde doppen af.
Bewaar de transportbeveiligingen
en de schroeven. Voor u het toestel
transporteert, bv. bij een verhuizing,
dient u ze weer te monteren.
^
Draai de 4 schroeven B helemaal los.
Deze schroeven blijven op de trans
portbeveiligingen zitten.
^
Neem de transportbeveiligingen af.
De transportbeveiligingen weer
monteren
^
Ga hiertoe in omgekeerde volgorde
te werk.
-
43
Page 44
Opstellen en aansluiten
De wasautomaat horizontaal
zetten
Stel de machine waterpas op. Zorg
^
ervoor dat ze stevig staat.
Plaats van opstelling
Een betonnen vloer is het best geschikt
om het toestel op te stellen. Bij zo'n
vloer duiken er tijdens het centrifugeren
zelden trillingen op. Op houten vloerbe
kleding of vloeren met "weke" eigen
schappen is dat niet het geval.
De voetjes van het toestel en de
,
plaats waar het opgesteld wordt
moeten droog zijn. Zoniet bestaat
het gevaar dat de wasautomaat
tijdens het centrifugeren gaat schuiven.
Plaats de machine niet op een weke
vloer daar ze anders tijdens het centrifugeren gaat trillen.
Als de machine op een houten vloer
opgesteld wordt:
–
de wasautomaat op een triplexplaat
(min. 60 x 45 x 3 cm) plaatsen. Die
plaat moet u niet alleen op de vloer
planken, maar ook op zoveel moge
lijk steunbalken vastschroeven.
-
-
-
Het voetje uitdraaien en met de
contramoer borgen
Werk oneffenheden in de vloer weg
door de 4 voetjes te regelen.
-
^ Schroef het voetje of eventueel beide
voetjes uit tot de wasautomaat loodrecht staat.
^ Houd het voetje vast met een water-
pomptang.
^
Draai de contramoer met een schroe
vendraaier vast tegen de behuizing.
-
–
Installeer de machine bij voorkeur in
een hoek. Daar is de vloer immers
het stevigst.
44
Page 45
Het lekbeveiliggingssysteem
van Miele
Het lekbeveiligingssysteem van Miele
biedt een omvattende bescherming te
gen waterschade door de wasauto
maat.
Het systeem bestaat in wezen uit drie
bestanddelen:
1) de toevoerslang
2) de elektronica en de behuizing
3) de afvoerslang
1) De toevoerslang
– Bescherming tegen het springen van
de slang
De springdruk van de toevoerslang
ligt boven de 7.000 kPa.
2) In en aan het toestel
-
Opstellen en aansluiten
De overloopbeveiliging
–
Deze verhindert dat de wasautomaat
overloopt wegens ongecontroleerde
-
watertoevoer. Als het water boven
een bepaald niveau stijgt, dan wordt
de afvoerpomp ingeschakeld en het
water gecontroleerd weggepompt.
3) De afvoerslang
De afvoerslang wordt door een venti
latiesysteem beschermd. Dat verhin
dert dat de wasautomaat wordt leeg
gezogen.
-
-
-
– De bodemschaal
Water dat uit de wasautomaat lekt,
wordt in de bodemschaal opgevan
gen. De vlotterschakelaar schakelt
de kleppen van de watertoevoer uit.
Er wordt dus geen water meer toege
voerd. Het water in de kuip wordt
weggepompt.
-
-
45
Page 46
Opstellen en aansluiten
Koudwatertoevoer
De wasautomaat kan zonder een
terugstroombeschermer op een leiding
van het drinkwater aangesloten wor
den. Hij is immers volgens de van
kracht zijnde DIN-normen gebouwd.
De waterdruk moet ten minste 100 kPa
bedragen maar mag de 1.000 kPa niet
overschrijden. Ligt de druk hoger dan
1.000 kPa, laat dan een drukreduceer
ventiel installeren.
Voor de aansluiting is een kraan vereist
met een schroefdraad van 3/4". Is die
niet voorhanden, laat uw wasautomaat
dan enkel door een erkend installateur
op de drinkwaterleiding aansluiten.
De schroefkoppeling staat onder
,
de druk van de waterleiding. Door
de waterkraan zachtjes open te
draaien, kunt u nagaan of de aansluiting niet lekt. Corrigeer eventueel
de zitting van de dichting en de
schroefkoppeling.
-
Het vuilzeefje in de wartelmoer op
het uiteinde van de toevoerslang
mag niet verwijderd worden.
-
De wasautomaat is niet geschikt om
op een warmwaterleiding aangeslo
ten te worden.
Onderhoud
Gebruik ter vervanging van de toevoer
slang enkel de originele Miele-slang.
Die weerstaat een springdruk van bo
ven de 7.000 kPa.
46
-
-
-
Page 47
Opstellen en aansluiten
Waterafvoer
Het water wordt via een ingebouwde af
voerpomp met een opvoerhoogte van
1 m weggepompt.
Om de afvoer vlot te laten verlopen,
mag de afvoerslang in geen geval knik
ken vertonen.
Het bochtstuk aan het uiteinde van de
afvoerslang kan u in de gewenste rich
ting draaien. U kan het ook van de af
voerslang aftrekken.
-
De afvoerslang kan u zo plaatsen:
1. In een spoelbak of gootsteen han
gen:
Let wel op het volgende:
Maak de slang vast opdat ze niet
–
wegglijdt!
Zo het water in een spoelbak wordt
–
afgevoerd, dient het vlot genoeg te
kunnen wegvloeien. Anders bestaat
het risico dat het overloopt of dat een
deel van het weggepompte water in
de machine wordt teruggezogen.
2. Aansluiten op een kunststof afvoer-
buis met een rubberen mof; er is niet
per se een sifon vereist.
3. Aansluiten op een wasbak met een
kunststof nippel.
4. Via een afvoeropening in de vloer la-
ten leeglopen.
Zo dat nodig blijkt, kan u de afvoerslang tot 5 m verlengen. Het vereiste
toebehoren vindt u bij uw Miele-hande
laar of in de Technische Dienst van
Miele.
-
-
47
Page 48
Opstellen en aansluiten
Elektrische aansluiting
Dit Miele-toestel is voorzien voor aan
sluiting op eenfasige stroom 230 V,
50 Hz. Het is uitgerust met een stekker
en een kabel.
Bij gebruik van een stopcontact, re
kening houden met het volgende:
De Euro-stekker moet steeds bereik
baar zijn teneinde het toestel te kunnen
uitschakelen.
Indien de installatie van de wasauto
maat middels een directe aansluiting
wordt uitgevoerd, moet de
kleurencodering worden
gerespecteerd.
De aansluiting mag uitsluitend gebeuren op een volgens de voorschriften
geïnstalleerd stopcontact met aarding.
Wij geven u de raad uw toestel in geen
geval aan te sluiten op verlengsnoeren
of aftakcontactdozen. Er is dan eventueel risico van brand.
Om de veiligheid te verhogen, verdient
het aanbeveling een verliesstroomscha
kelaar met een uitschakelstroom van
30 mA voor het toestel te schakelen.
-
-
-
-
-
Gegevens omtrent de aansluitwaarde
en de vereiste zekeringen vindt u op
het typeplaatje. Vergelijk ze zorgvuldig
met die van uw elektrische installatie.
48
Page 49
Verbruiksgegevens
LadingVerbruiksgegevens
Stroomver
bruik
in kWhin literkortnormaal
Kookwas/
Bont
Kreukherstellend40 °C
Fijn wasgoed30 °C1,5 kg0,306543 min.58 min.
Automatic40 °C3,0 kg0,30 - 0,4535 - 5057 min. 1 uur 12 min.
Donker wasgoed40 °C2,5 kg0,58551 uur 05 min. 1 uur 15 min.
Overhemden40 °C1,5 kg0,4544-55 min.
Jeans40 °C2,5 kg0,504553 min. 1 uur 00 min.
Express40 °C3,0 kg0,3034-31 min.
Zijde /30 °C1,0 kg0,2539-35 min.
Wol /30 °C2,0 kg0,2339-40 min.
1)
Testprogramma volgens EN 60456
2)
kort programma voor testinstellingen: de bijkomende functie Kort moet worden
95 °C5,5 kg1,75472 uur 12 min.
1)
60 °C
60 °C3,0 kg0,733959 min.
40 °C
40 °C
5,5 kg0,93471 uur 52 min.
1)
5,5 kg0,60501 uur 58 min.
2)
3,0 kg0,363959 min.
1)
2,5 kg0,45451 uur 02 min. 1 uur 19 min.
geselecteerd.
WaterProgrammaduur
-
Deze verbruiksgegevens kunnen afwijkingen vertonen. Ze hangen namelijk af
van de waterdruk, de waterhardheid, de temperatuur van het aangevoerde wa
ter, de omgevingstemperatuur, de soort en hoeveelheid wasgoed, de schom
melingen in de netspanning en de gekozen bijkomende functies.
-
-
49
Page 50
Technische gegevens
Hoogte900 mm
Hoogte met geopend deksel1390 mm
Breedte450 mm
diepte600 mm
Leeggewicht98 kg
Capaciteit5,5 kg droog wasgoed
Aansluitspanningzie typeplaatje
Aansluitwaardezie typeplaatje
Zekeringenzie typeplaatje
Verbruiksgegevenszie rubriek "Verbruiksgegevens"
Min. stromingdruk water100 kPa (1 bar)
Max. stuwdruk water1.000 kPa (10 bar)
Lengte van de watertoevoerslang2,50 m
Lengte van de waterafvoerslang1,50 m
Lengte van het aansluitsnoer2,40 m
Max. opvoerhoogte1,00 m
Max. pompafstand5,00 m
Verkregen labelsradio- en TV-ontstoring, CEBEC
50
Page 51
Programmeerfuncties
om standaardinstellingen
aan te passen
51
Page 52
Programmeerfuncties
Extra water
Met de functie Extra water kunt u de
instelling voor de bijkomende functie
Extra water vastleggen.
U heeft de keuze uit vier instellingen:
Instelling 1:
meer water bij het spoelen
Instelling 2:
meer water bij het wassen en het spoe
len (het toestel wordt u zo geleverd)
Instelling 3:
een bijkomende spoelbeurt in de programma's Wit/Bont en Kreukherstel-lend.
Instelling 4:
meer water bij het wassen en het spoelen en
programma's Wit/bont en Kreukherstel-
lend
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen van A tot F:
De programmeerfuncties activeert u
met de toets Start en met de program
makiezer. De toets Start en de pro
grammakiezer hebben een verdoken
functie. Die is niet op het bedieningspa
neel af te lezen.
een bijkomende spoelbeurt in de
-
-
A Druk op de toets Start en hou die
tijdens de stappen B tot C inge
drukt.
B Schakel de wasautomaat met de
toets jk aan.
C Wacht tot het verklikkerlichtje van de
toets Start brandt . . .
D . . . en laat daarna de toets Start los.
E Draai de programmakiezer op de
stand Wit/Bont 60°C:
Het verklikkerlichtje Inweken/Voorwas
knippert na twee seconden 2 x omdat
de instelling 2 in de fabriek ingesteld is.
F Telkens als u op de toets Start drukt,
kiest u een andere instelling.
Het verklikkerlichtje Inweken/Voorwas:
– knippert 1x = Instelling 1
– knippert 2x = Instelling 2
– knippert 3x = Instelling 3
– knippert 4x = Instelling 4
G Schakel de wasautomaat uit met de
toets jk.
De toets Extra water is nu met de geko
zen instelling geprogrammeerd. Die
blijft zo lang opgeslagen tot u een an
dere instelling programmeert.
-
-
-
-
Voorwaarden:
–
De wasautomaat is uitgeschakeld.
–
De wasautomaat is vergrendeld.
–
De programmakiezer staat op Einde.
52
Page 53
Programmeerfuncties
Behoedzame modus
Om lichtjes vuil wasgoed behoed
zaam te wassen. De trommelbewe
gingen worden beperkt.
De behoedzame modus kan in de pro
gramma's Wit/Bont, Express en Automatic gebruikt worden.
Heeft u de behoedzame modus gepro
grammeerd, dan wordt het wasgoed bij
elke wasbeurt in deze programma's op
een behoedzaam ritme gewassen.
Het toestel wordt geleverd met de be
hoedzame modus uitgeschakeld.
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen van A tot F:
De programmeerfuncties activeert u
met de toets Start en met de programmakiezer. De toets Start en de programmakiezer hebben een verdoken
functie. Die is niet op het bedieningspaneel af te lezen.
Voorwaarden:
–
De wasautomaat is uitgeschakeld.
–
De wasautomaat is vergrendeld.
–
De programmakiezer staat op Einde.
-
-
-
-
-
A Druk op de toets Start en hou die
tijdens de stappen B tot C inge
drukt.
B Schakel de wasautomaat met de
toets jk aan.
C Wacht tot het verklikkerlichtje van de
toets Start brandt . . .
D . . . en laat daarna de toets Start los.
E Draai de programmakiezer op de
stand Wit/Bont 40°C:
Het verklikkerlichtje Inweken/Voorwas:
knippert niet = de behoedzame
modus is
uitgeschakeld.
knippert= de behoedzame
modus is
ingeschakeld.
F Door de toets Start in te drukken,
schakelt u de behoedzame modus in
of weer uit.
G Schakel de wasautomaat uit met de
toets jk.
De gekozen instelling van de program
meerfunctie is nu opgeslagen. Dat blijft
zo tot u die weer wijzigt.
-
-
53
Page 54
Programmeerfuncties
Afkoelfunctie voor Wit/Bont
Op het einde van de hoofdwas loopt
er extra water in de trommel om het
sop af te koelen.
De afkoelfunctie wordt ingeschakeld bij
de keuze van een wastemperatuur van
95 °C.
U dient de afkoelfunctie te activeren:
als u de afvoerslang in een wasbak
–
of gootsteen hangt. Daarmee voor
komt u dat iemand zich aan het hete
sop verbrandt.
– in gebouwen met afvoerbuizen die
niet voldoen aan de norm DIN 1986.
De afkoelfunctie voor Wit/Bont is uitgeschakeld wanneer u het toestel geleverd krijgt.
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen van A tot F:
De programmeerfuncties activeert u
met de toets Start en met de program
makiezer. De toets Start en de pro
grammakiezer hebben een verdoken
functie. Die is niet op het bedieningspa
neel af te lezen.
-
-
-
A Druk op de toets Start en hou die
tijdens de stappen B tot C inge
drukt.
B Schakel de wasautomaat met de
toets jk aan.
C Wacht tot het verklikkerlichtje van de
toets Start brandt . . .
D . . . en laat daarna de toets Start los.
E Draai de programmakiezer op de
stand Wit/Bont 30°C:
Het verklikkerlichtje Inweken/Voorwas:
knippert niet = de afkoelfunctie is
uitgeschakeld.
knippert= de afkoelfunctie is
ingeschakeld.
F Door de toets Start in te drukken,
schakelt u de afkoelfunctie in of weer
uit.
G Schakel de wasautomaat uit met de
toets jk.
De gekozen instelling van de program
meerfunctie is nu opgeslagen. Dat blijft
zo tot u die weer wijzigt.
-
-
-
Voorwaarden:
–
De wasautomaat is uitgeschakeld.
–
De wasautomaat is vergrendeld.
–
De programmakiezer staat op Einde.
54
Page 55
Programmeerfuncties
Geheugenfunctie
Kiest u een bijkomende functie en/of
wijzigt u het centrifugeertoerental,
dan slaat het toestel die instellingen
bij de start van het programma op.
Kiest u opnieuw het basiswasprogram
ma, dan geeft het toestel de opgesla
gen bijkomende functies en/of het ge
wijzigde centrifugeertoerental weer.
De geheugenfunctie werd in de fabriek
niet ingesteld.
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen van A tot F:
De programmeerfuncties activeert u
met de toets Start en met de programmakiezer. De toets Start en de programmakiezer hebben een verdoken
functie. Die is niet op het bedieningspaneel af te lezen.
Voorwaarden:
–
De wasautomaat is uitgeschakeld.
–
De wasautomaat is vergrendeld.
–
De programmakiezer staat op Einde.
-
-
-
A Druk op de toets Start en hou die
tijdens de stappen B tot C inge
drukt.
B Schakel de wasautomaat met de
toets jk aan.
C Wacht tot het verklikkerlichtje van de
toets Start brandt . . .
D . . . en laat daarna de toets Start los.
E Draai de programmakiezer in de
stand Kreukherstellend 60°C:
Het verklikkerlichtje Inweken/Voorwas:
knippert niet = de geheugenfunctie
is uitgeschakeld.
knippert= de geheugenfunctie
is ingeschakeld.
F Door de toets Start in te drukken,
schakelt u de geheugenfunctie in of
weer uit.
G Schakel de wasautomaat uit met de
toets jk.
De gekozen instelling van de program
meerfunctie is nu opgeslagen. Dat blijft
zo tot u die weer wijzigt.
-
-
55
Page 56
Programmeerfuncties
Inweektijd
Aan de toets Inweken kunt u een in
weektijd tussen 30 minuten en 2 uur
verbinden (instelbaar in stappen van 30
minuten).
De gekozen inweektijd gaat dan aan
het eigenlijke wasprogramma vooraf als
de bijkomende functie "Inweken" gese
lecteerd wordt.
Met de toets Inweken werd in de fa
briek een inweektijd van 2 uur verbon
den.
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen van A tot F:
De programmeerfuncties activeert u
met de toets Start en met de programmakiezer. De toets Start en de programmakiezer hebben een verdoken
functie. Die is niet op het bedieningspaneel af te lezen.
Voorwaarden:
-
-
-
A Druk op de toets Start en hou die
tijdens de stappen B tot C inge
drukt.
B Schakel de wasautomaat met de
toets jk aan.
C Wacht tot het verklikkerlichtje van de
toets Start brandt . . .
-
D . . . en laat daarna de toets Start los.
E Draai de programmakiezer in de
stand Kreukherstellend 40°C:
Het verklikkerlichtje Inweken/Voorwas knippert na twee seconden 1 x
omdat in de fabriek een inweekduur
van 2 uur ingesteld is.
F Telkens als u op de toets Start drukt,
kiest u een andere instelling.
Het verklikkerlichtje Inweken/Voorwas:
– knippert 1x = 2 uur inweektijd
– knippert 2x = 1 uur 30 min.
inweektijd
-
-
–
De wasautomaat is uitgeschakeld.
–
De wasautomaat is vergrendeld.
–
De programmakiezer staat op Einde.
565758
–
knippert 3x = 1 uur inweektijd
–
knippert 4x = 30 min. inweektijd
G Schakel de wasautomaat uit met de
toets jk.
De door u gekozen inweektijd is nu aan
de toets Inweken gekoppeld. Die blijft
zo lang in het geheugen opgeslagen tot
u een andere inweektijd programmeert.
Page 57
Page 58
Page 59
59
Page 60
Wijzigingen voorbehouden/1907
M.-Nr. 06 871 210 / 01
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.