Lees altijd eerst de gebruiksaanwijzing voor
u het apparaat plaatst, installeert en in gebruik
neemt. Zo beschermt u zichzelf en vermijdt u
schade aan het apparaat.
nl-BE
M.-Nr. 09 841 292
Inhoud
Aanwijzingen voor het gebruik............................................................................. 5
Beschrijving van het apparaat.............................................................................. 6
Overzicht van het apparaat ..................................................................................... 6
Menu "Instellingen" sluiten.................................................................................... 80
4
Aanwijzingen voor het gebruik
Waarschuwingen
Aanwijzingen die op deze manier worden aangeduid,
zijn veiligheidsrelevante aanwijzingen. U wordt gewaarschuwd voor mogelijk persoonlijk letsel en materiële schade.
Lees dergelijke waarschuwingen goed en houdt u zich aan
de betreffende instructies en gedragsregels.
Aanwijzingen
Aanwijzingen worden op deze manier aangeduid en bevatten informatie waarmee u speciaal rekening moet houden.
U herkent aanwijzingen aan het grijsomlijnde kader.
Aanvullende informatie en opmerkingen
Aanvullende informatie en opmerkingen herkent u aan een
zwartomlijnd kader.
Voor het gebruik van het apparaat hebben deze opmerkingen geen dwingend karakter.
Handelingen
Display
Voor de bediening worden de uit te voeren handelingen gemarkeerd.
Voor elke handeling staat een zwart blokje. De handelingen
geven stap voor stap aan wat u moet doen.
Voorbeeld:
Kies de gewenste optie en bevestig uw keuze met de middelste toets.
Informatie die op het display van het apparaat verschijnt, herkent u aan een speciaal lettertype dat lijkt op het lettertype
van het display.
Voorbeeld:
Als op het display de melding Einde of AutoOpen wordt
weergegeven...
5
Beschrijving van het apparaat
Overzicht van het apparaat
a
Bovenste sproeiarm (niet zichtbaar)
b
Bovenrek
c
Middelste sproeiarm
d
Luchttoevoer voor het drogen
e
Onderste sproeiarm
f
Zeefcombinatie
6
g
Typeplaatje
h
Kinderbeveiliging in de deurgreep
(niet zichtbaar)
i
Reservoir voor naspoelmiddel
j
Tweevaksdoseerbakje voor reinigingsmiddel
k
Reservoir voor regenereerzout
Bedieningspaneel
Beschrijving van het apparaat
a
Programmakeuze
b
Display
c
Start/Stop-toets met controlelampje
d
Toets > (Meer programma's) met
controlelampje
e
Toets (Voorprogrammering) met
controlelampje
f
Toets + (Extra drogen) met controlelampje
g
Toets voor het kiezen van de programma's
h
Toets (Aan/Uit)
7
Verantwoord gebruik
Deze bedrijfsafwasautomaat voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften.
Onjuist gebruik kan echter persoonlijk letsel of materiële schade tot gevolg hebben.
Lees de gebruiksaanwijzing aandachtig door voor u de bedrijfsafwasautomaat
in gebruik neemt. Hierin vindt u belangrijke instructies met betrekking tot de veiligheid, het gebruik en het onderhoud. Zo beschermt u zichzelf en vermijdt u
schade aan de automaat. Bewaar de gebruiksaanwijzing zorgvuldig en geef deze door aan een eventuele volgende eigenaar.
Deze bedrijfsafwasautomaat is vanwege de korte programmaduur
en grote reinigingscapaciteit bedoeld voor professioneel gebruik in
kantoren, recreatieruimten, verenigingsgebouwen, werkplaatsen,
drukke keukens en soortgelijke bedrijfsomgevingen.
Daarnaast kan de automaat ook voor huishoudelijk gebruik en in vergelijkbare omgevingen worden gebruikt, zoals bij landbouwbedrijven
of door gasten van hotels, motels, bed en breakfasts en andere accommodaties.
De vaatwasser is niet geschikt voor continu gebruik.
De vaatwasser is niet geschikt voor de reiniging van medische
producten.
Gebruik deze vaatwasser uitsluitend voor het reinigen van servies-
goed zoals glazen, borden en bestek. Elk ander gebruik, aanpassingen en veranderingen zijn niet toegestaan en mogelijk gevaarlijk.
Miele kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die ontstaat
door onjuist gebruik of foutieve bediening.
De vaatwasser is uitsluitend bedoeld voor stationair gebruik bin-
nenshuis.
Gebruik speciale inzetten uitsluitend voor de doeleinden die in de
gebruiksaanwijzing worden aangegeven.
8
Verantwoord gebruik
Personen die op grond van hun fysieke of psychische gesteldheid,
hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn om de vaatwasser veilig te bedienen, mogen de vaatwasser alleen gebruiken als
ze onder toezicht staan van of worden geïnstrueerd door een verantwoordelijke persoon.
De vaatwasser heeft vanwege speciale eisen (ten aanzien van on-
der meer temperatuur, vochtigheid, chemische bestendigheid, slijtvastheid en vibraties) een speciale verlichting. Deze speciale verlichting mag alleen worden gebruikt om de spoelruimte te verlichten. De
verlichting is niet geschikt voor normale verlichtingsdoeleinden. De
verlichting mag uitsluitend worden vervangen door een door Miele
erkende technicus of door Miele.
9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Correcte plaatsing
De vaatwasser mag niet worden opgesteld in een ruimte met ge-
vaar op explosies. De ruimte dient tevens vorstvrij te zijn.
Om de stabiliteit te waarborgen, mogen onderbouw-afwasauto-
maten alleen onder een doorlopend werkblad worden geplaatst dat
aan de kastjes ernaast is vastgeschroefd.
In de directe omgeving van de vaatwasser mag uitsluitend meubi-
lair voor professioneel gebruik worden geplaatst. Andere meubels
kunnen door de condens beschadigd raken.
Technische veiligheid
De vaatwasser mag alleen door Miele, een vakhandelaar of een
gekwalificeerd vakman in gebruik worden genomen, onderhouden
en gerepareerd. Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- of reparatiewerkzaamheden kan de gebruiker aanzienlijke risico's lopen waarvoor Miele niet aansprakelijk kan worden gesteld!
Laat het toestel alleen bedienen door personen die zijn geïnstru-
eerd. De personen moeten ook daarna regelmatig worden geïnstrueerd.
Controleer de vaatwasser vóór gebruik op zichtbare bescha-
digingen. Neem een beschadigde vaatwasser nooit in gebruik. Een
beschadigde vaatwasser kan uw veiligheid in gevaar brengen!
Schakel een beschadigde of lekkende vaatwasser onmiddellijk uit
en neem contact op met Miele, een Miele-vakhandelaar of een andere gekwalificeerde vakman.
Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele-onderdelen
worden vervangen. Alleen van deze Miele-onderdelen kunnen wij garanderen dat zij volledig voldoen aan de veiligheidseisen die wij aan
onze producten stellen.
10
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
De elektrische veiligheid van deze vaatwasser is uitsluitend gega-
randeerd wanneer hij wordt aangesloten op een aardingssysteem dat
volgens de geldende voorschriften is geïnstalleerd. Laat de elektrische installatie bij twijfel door een elektricien inspecteren. Miele
kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die het gevolg is
van een ontbrekende of beschadigde aardingsdraad (bijv. een elektrische schok).
Volg de installatie-instructies uit de gebruiksaanwijzing en de in-
stallatietekening.
Controleer of de aansluitgegevens (spanning, frequentie en zeke-
ring) op het typeplaatje overeenkomen met de gegevens van uw
elektriciteitsnet.
Wanneer zich in de buurt van de vaatwasser een elektrisch toestel
bevindt, let er dan op dat de stekker van dit toestel niet schuilgaat
achter de vaatwasser. Omdat de inbouwkast niet altijd diep genoeg
is, kan er druk op de stekker ontstaan, wat het risico op oververhitting en daarmee op brand verhoogt. Zie hiervoor het hoofdstuk
"Elektrische aansluiting".
De vaatwasser mag niet via een verdeelstekker of verlengsnoer op
het elektriciteitsnet worden aangesloten. Daarmee kan een veilig gebruik van het toestel niet worden gewaarborgd (bijv. risico op oververhitting).
Open nooit de behuizing van de vaatwasser. Wanneer onderdelen
worden aangeraakt die onder spanning staan of wanneer elektrische
of mechanische onderdelen worden veranderd, is dat gevaarlijk voor
de gebruiker. Het kan er tevens toe leiden dat het toestel niet meer
goed functioneert.
Als de aansluitkabel beschadigd is, mag de vaatwasser niet in ge-
bruik worden genomen. De beschadigde aansluitkabel moet worden
vervangen door een speciale aansluitkabel. Om veiligheidsredenen
mag de kabel alleen door Miele, een door Miele erkende vakhandelaar of andere gekwalificeerde vakman worden vervangen.
11
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Koppel de vaatwasser vóór onderhoudswerkzaamheden altijd los
van het elektriciteitsnet.
Dompel de kunststof behuizing van de wateraansluiting niet in
vloeistoffen. In de behuizing bevinden zich twee elektrische kleppen.
In de watertoevoerslang bevinden zich spanningvoerende delen.
De slang mag daarom niet worden ingekort.
Het ingebouwde Waterproof-systeem biedt optimale bescherming
tegen waterschade als aan de volgende voorwaarden is voldaan:
– installatie conform de voorschriften;
– reparatie van de vaatwasser resp. vervanging van onderdelen
wanneer er duidelijk sprake is van schade;
– dichtdraaien van de kraan bij langere afwezigheid (bijv. vakantie).
Het Waterproof-systeem functioneert ook als de vaatwasser uitgeschakeld is. De vaatwasser mag echter niet van de netspanning worden losgekoppeld.
12
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Veilig gebruik
De vaatwasser is uitsluitend bedoeld voor het gebruik met water
en voor de vaatwasser geschikte reinigingsmiddelen en mag niet
met organische oplosmiddelen of ontvlambare vloeistoffen worden
gebruikt.
Dat leidt o.a. tot explosiegevaar en het risico op materiële schade
door de aantasting van rubberen en kunststof onderdelen. Daardoor
kunnen er vloeistoffen uitlopen.
Gebruik alleen voor afwasautomaten geschikte reinigingsmidde-
len. Gebruik van andere reinigingsmiddelen kan schade aan de vaatwasser en het spoelgoed veroorzaken.
Ga nooit op de geopende deur zitten of staan. De vaatwasser kan
kantelen of beschadigd raken.
Na werkzaamheden aan de watervoorziening moet de leiding naar
de vaatwasser worden ontlucht. Anders kunnen onderdelen beschadigd raken.
Houd rekening met de hoge temperatuur van de vaatwasser
tijdens het gebruik. Bij het openen van de deur bestaat er gevaar op
verbranding! Servies, bestek, rekken en inzetten moeten eerst afkoelen. Verwijder het eventueel resterende hete water dat in het serviesgoed in de spoelruimte is achtergebleven.
Het water in de spoelruimte is geen drinkwater!
Een voorbehandeling (bijvoorbeeld met gewoon afwasmiddel en
andere reinigingsmiddelen), maar ook bepaalde verontreinigingen en
sommige reinigingsmiddelen kunnen schuim veroorzaken. Schuim
kan het resultaat van de reiniging verminderen.
Schuim dat uit de spoelruimte komt, kan schade aan de vaatwas-
ser veroorzaken. Breek het programma meteen af als er schuim uit
de vaatwasser komt en koppel hem los van de elektriciteit!
13
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Let bij gebruik van reinigingsmiddelen en speciale producten altijd
op de aanwijzingen van de fabrikant. Gebruik een reinigingsmiddel
alleen voor de toepassingen die door de fabrikant worden aangegeven. Hiermee voorkomt u materiële schade en eventuele heftige chemische reacties (bijvoorbeeld een gasexplosie).
Vermijd het inademen van poedervormige reinigingsmiddelen. Slik
reinigingsmiddelen nooit in. Reinigingsmiddelen kunnen brandwonden in neus, mond en keel veroorzaken. Raadpleeg onmiddellijk een
dokter als u per ongeluk reinigingsmiddel ingeademd of ingeslikt
hebt.
Miele is niet aansprakelijk voor het effect van chemische reini-
gingsmiddelen op het materiaal van het spoelgoed. Houdt u zich aan
de aanwijzingen van de fabrikant van het reinigingsmiddel voor wat
betreft opslag, gebruik en dosering.
Om materiële schade en corrosie te vermijden, mogen geen zuren,
chloridehoudende oplossingen en roestende metalen in de spoelruimte terechtkomen.
Reinig in de vaatwasser geen spoelgoed dat met as, zand, was,
smeermiddelen of verf is vervuild. Dergelijke stoffen beschadigen de
vaatwasser.
De vaatwasser en de directe omgeving ervan mogen niet met wa-
ter (waterslang of hogedrukreiniger) worden afgespoten.
Om schade door corrosie te vermijden, mag de roestvrijstalen be-
huizing niet in aanraking komen met zoutzuurhoudende oplossingen
en dampen.
Plaats scherpe, spitse voorwerpen zo in de automaat dat dit geen
risico's oplevert. Wees extra voorzichtig als u dergelijke voorwerpen
rechtop in de automaat zet.
Verwijder voor het inruimen alle grove resten van voedingsmid-
delen van het spoelgoed.
14
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Kinderen
Houd kinderen in de gaten wanneer zij zich in de buurt van de
vaatwasser bevinden. Laat kinderen nooit met de vaatwasser spelen.
Het gevaar bestaat dat kinderen zich in de vaatwasser opsluiten.
Houd kinderen jonger dan acht jaar op een afstand, tenzij u voort-
durend toezicht houdt.
Kinderen ouder dan acht jaar mogen de vaatwasautomaat alleen
zonder toezicht gebruiken als ze weten hoe ze de vaatwasser veilig
moeten bedienen. De kinderen moeten zich bewust zijn van de gevaren van een foutieve bediening.
Voorkom dat kinderen in aanraking komen met proceschemicali-
en! Proceschemicaliën kunnen brandwonden in mond en keel veroorzaken of tot verstikking leiden. Houd kinderen daarom uit de
buurt van de vaatwasser als hij geopend is. Er kunnen zich nog resten van proceschemicaliën in de vaatwasser bevinden. Ga onmiddellijk met het kind naar een dokter als het kind proceschemicaliën binnen heeft gekregen.
Accessoires
Originele Miele-accessoires mogen alleen worden ingebouwd als
deze uitdrukkelijk door Miele zijn vrijgegeven. Worden andere accessoires aan- of ingebouwd, dan kan Miele niet voor de gevolgen instaan en kan geen beroep meer worden gedaan op bepalingen met
betrekking tot garantie en productaansprakelijkheid.
Als de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet worden opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor schade
die daarvan het gevolg is.
15
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd milieuvriendelijk en recycleerbaar verpakkingsmateriaal gekozen.
Door hergebruik van verpakkingsmateriaal wordt er op grondstoffen bespaard
en wordt er minder afval geproduceerd.
Uw vakhandelaar neemt de verpakking
in het algemeen terug.
Uw toestel afdanken
Oude elektrische en elektronische toestellen bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook
stoffen, mengsels en onderdelen die
nodig zijn geweest om de toestellen
goed en veilig te laten functioneren.
Wanneer u uw oude toestel bij het gewone afval doet of er op een andere
manier niet goed mee omgaat, kunnen
deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Doe uw oude
toestel daarom nooit bij het gewone
huisafval.
16
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu
Lever het in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elektronische apparatuur, bij uw vakhandelaar
of bij Miele. U bent wettelijk zelf verantwoordelijk voor het wissen van eventuele persoonlijke gegevens op het af te
danken toestel.
Bij de aankoop van uw nieuw toestel
heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
volledig gebruikt voor de toekomstige
recyclage van dat toestel. Dat bevat
trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het afdanken
van uw oud toestel, neem dan contact
op met
– de handelaar bij wie u het kocht
of
– de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10,
website: www.recupel.be
of
– uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intussen kindveilig wordt bewaard voor u het
laat wegbrengen.
17
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu
Zuinig reinigen
Deze bedrijfsafwasautomaat spoelt water- en energiebesparend. U kunt nog
spaarzamer te werk gaan, indien u de
volgende adviezen opvolgt:
Het is mogelijk om de afwasautomaat
op warm water aan te sluiten. Bijzonder geschikt is een warmwateraansluiting bij een energetisch gunstige
warmwaterbereiding, bijv. zonneenergie met circulatieleiding. Bij aansluitingen op elektrisch verwarmd
water of wanneer voornamelijk glazen
worden gereinigd, raden we aan de
automaat op de koudwaterleiding aan
te sluiten.
Benut de volledige capaciteit van de
rekken. U werkt dan altijd efficiënt.
De automaat mag niet worden overbeladen.
Kies een afwasprogramma dat past
bij het soort serviesgoed en de mate
van verontreiniging.
Bij gebruik van poedervormige reini-
gingsmiddelen kunt u de dosering
met 1/3 verminderen, wanneer de
rekken maar half beladen zijn.
Kies het programma "ECO" om ener-
giebesparend te reinigen. Bij dit standaardprogramma is de water- en
energiebesparing het grootst, voor
reiniging van normaal vervuild serviesgoed.
Volg de doseeradviezen op die op de
verpakking van het afwasmiddel
staan.
18
Ingebruikneming
De deur openen
Bij programma’s met een droogfase
gaat de deur na afloop van een programma automatisch op een kier open.
Dat bevordert het droogproces. Zie
hoofdstuk: "Programma-overzicht".
U kunt deze functie ook uitschakelen.
Zie hoofdstuk: "Menu "Instellingen"",
paragraaf: "AutoOpen".
Pak de deur bij de deurgreep en trek
de deur daarmee open.
Deur sluiten
Schuif de rekken naar binnen.
Sluit de deur totdat deze vastklikt.
Kom niet met uw handen in het
gedeelte waar de deur sluit.
Het gevaar bestaat dat uw handen
vast komen te zitten.
Kinderbeveiliging
Als kinderen de automaat niet mogen
openen, vergrendelt u de deur met de
kinderbeveiliging.
Wanneer de deur wordt geopend terwijl
er een programma loopt, worden alle
reinigingsfuncties automatisch onderbroken.
Zorg ervoor dat de deur zonder
problemen open kan.
Duw het schuifje onder de deurgreep
naar rechts om de deur te vergrendelen.
Schuif het naar links om de deur te
ontgrendelen.
19
Ingebruikneming
Werking van het display
Algemeen
Via het display kunt u de volgende
functies kiezen of instellen:
– het programma
– de voorgeprogrammeerde starttijd
– de instellingen
Tijdens het programmaverloop geeft het
display het volgende aan:
– de programmafase
– de vermoedelijke resttijd
– eventuele foutmeldingen en aanwij-
zingen
Om energie te besparen, schakelt de
automaat na enkele minuten over naar
de stand-bymodus, als u geen toets
bedient of als er geen programma actief is. Enkele minuten later wordt het
apparaat helemaal uitgeschakeld (zie
"Bediening, Stand-by").
Om de automaat weer in te schakelen,
drukt u op de toets
Menu "Instellingen"
Met de instellingen kunt u de elektronica van de afwasautomaat aan veranderende situaties aanpassen.
U komt in het instellingsmenu als u een
bepaalde toetsencombinatie intoetst.
Meer informatie vindt u in het bijbehorende hoofdstuk.
In het instellingsmenu wordt de eigenlijke functie van de toetsen onder het
display uitgeschakeld. Met behulp van
deze toetsen kunt u dan menupunten
kiezen en bevestigen.
De pijlen links en rechts op het display
geven aan dat er meer keuzemogelijkheden volgen. Met de linker- en rechtertoets onder het display kunt u uit deze
mogelijkheden kiezen.
Met de middelste toets onder het display kunt u meldingen of instellingen
bevestigen en naar het volgende menu
of naar een ander menuniveau gaan.
20
Wat u hebt ingesteld, wordt met een
vinkje aangegeven.
Ingebruikneming
Basisinstellingen
Schakel de automaat in met de
toets.
Als u de automaat voor het eerst inschakelt, verschijnt er een welkomstscherm
Taal
Op het display verschijnt nu automatisch een scherm waarin u de taal kunt
instellen die u op het display wilt hebben.
Over de werking van het display, zie
hoofdstuk: "Beschrijving van het apparaat", paragraaf: "Werking van het
display".
Kies de gewenste taal en bevestig uw
keuze met de middelste toets.
De ingestelde taal is met een vinkje
aangegeven.
Waterhardheid
Op het display verschijnt nu een
scherm waarin u de waterhardheid kunt
instellen.
Bij werkzaamheden aan het apparaat is
het voor de monteur handig de hardheidsgraad van uw water te kennen.
Noteer daarom de hardheid van uw water:
____________°dH
Vanuit de fabriek is een waterhardheid
van 15°dH (2,7mmol/l) geprogrammeerd.
Kies de juiste waterhardheid en be-
vestig uw keuze met de middelste
toets.
Meer informatie over de instelling van
de waterhardheid, zie hoofdstuk: "Menu Instellingen", paragraaf: "Waterhardheid".
Aansluitend kunnen eventueel de volgende meldingen op het display verschijnen: Vul naspoelmid. bij en Vul
zout bij.
Druk op een toets om de meldingen te
bevestigen. Op het display verschijnt
het hoofdmenu.
– De automaat moet nauwkeurig wor-
den ingesteld op de waterhardheid in
uw regio.
– Het plaatselijke waterleidingbedrijf
kan u vertellen welke hardheidsgraad
uw water heeft.
– Stel bij een variërende waterhardheid
(bijv. 17-25°dH) altijd de hoogste
waarde in (in dit voorbeeld 25°dH).
21
Ingebruikneming
Voor het eerste gebruik hebt u
nodig:
– ca. 1kg regenereerzout,
– ca. 110ml naspoelmiddel,
– reinigingsmiddel, zie "Bediening".
Let op! Alle afwasautomaten worden
in de fabriek getest. Het is dan ook
mogelijk dat u waterresten in de automaat aantreft.
Regenereerzout bijvullen
Om een goed resultaat te kunnen leveren heeft de afwasautomaat zacht
(kalkarm) water nodig. Hard water veroorzaakt witte aanslag op het serviesgoed en de wanden van de spoelruimtes. Water met een hardheid van meer
dan 4°dH (0,7mmol/l) moet daarom
onthard worden. Dat gebeurt automatisch in de ingebouwde waterontharder.
De ontharder gebruikt hiervoor regenereerzout. De ontharder is geschikt voor
een waterhardheid tot 36°dH
(6,5mmol/l).
Als de waterhardheid altijd lager is
dan 4°dH (= 0,7°mmol/l), hoeft u
geen regenereerzout te gebruiken.
De automaat moet echter wel nauwkeurig worden ingesteld op de waterhardheid in uw regio.
Doseer geen poedervormig of
vloeibaar reinigingsmiddel in het reservoir voor regenereerzout.
Reinigingsmiddel beschadigt de ontharder.
Gebruik uitsluitend speciaal grof-
korrelig regenereerzout of andere
zuivere ingedampte zouten.
Geschikte producten vindt u in het
productaanbod van Miele Professional.
Gebruik in geen geval keukenzout of
strooizout. Deze zoutsoorten bevatten soms niet oplosbare deeltjes die
een nadelig effect kunnen hebben op
de werking van de ontharder.
Zie voor het instellen van de waterhardheid ook het hoofdstuk: "Menu "Instellingen"", paragraaf "Waterhardheid".
22
Open de deur van de automaat onge-
veer halverwege, zodat het zout
goed in het reservoir kan stromen.
Open het klepje van het zoutreservoir
door op het knopje te drukken in de
richting van de pijl. Het klepje springt
open.
Ingebruikneming
Doseer maximaal zoveel zout in het
zoutreservoir totdat het vol is. In het
zoutreservoir past maximaal 1kg, afhankelijk van het soort zout.
Doseer nooit meer dan 1kg in het reservoir.
Als u het reservoir vult, zal het waterniveau in het reservoir stijgen. Het water
kan overlopen.
Klap de trechter open.
Giet geen water in het reservoir!
Verwijder de zoutresten rond de vulo-
pening en sluit het klepje van het reservoir.
Kies direct daarna het programma
"Voorspoelen" (zonder belading).
Daarmee wordt de overgelopen zoutoplossing verdund en vervolgens
weggepompt.
23
Ingebruikneming
Melding zout bijvullen
Vul na afloop van een programma re-
genereerzout bij, zodra de melding
Vul zout bij op het display verschijnt.
Bevestig de melding met de middel-
ste toets.
De melding zout bijvullen verdwijnt.
Wanneer er zich nog geen zoutconcentratie heeft gevormd die hoog genoeg
is, is het mogelijk dat bovenstaande
melding blijft verschijnen nadat u zout
hebt bijgevuld. Bevestig in dit geval opnieuw met de middelste toets.
De melding dat zout moet worden bijgevuld, verschijnt niet als u de automaat hebt ingesteld op een waterhardheid onder 4°dH (= 0,7mmol/l).
Kies altijd na het bijvullen het
programma "Voorspoelen" of
"Kort" (zonder belading). Daarmee
wordt de overgelopen zoutoplossing
verdund en vervolgens weggepompt.
24
Naspoelmiddel
Naspoelmiddel zorgt ervoor dat het water tijdens het drogen als een film van
het serviesgoed afloopt waardoor het
sneller droogt.
Het naspoelmiddel wordt in het reservoir voor naspoelmiddel gedoseerd en
bij het naspoelen in de ingestelde hoeveelheid automatisch toegevoegd.
Vul het reservoir alleen met na-
spoelmiddelen. Vul het nooit met afwasmiddelen of reinigingsmiddelen.
Dergelijke middelen kunnen het reservoir onherstelbaar beschadigen!
Geschikte producten vindt u in het
productaanbod van Miele Professional.
Als alternatief kunt u ook huishoudazijn
met een zuurgehalte van 5% of vloeibaar citroenzuur (10%-oplossing) gebruiken. Het serviesgoed zal dan wel
minder goed drogen en eerder vlekken
vertonen, dan wanneer u naspoelmiddel
gebruikt.
Ingebruikneming
Gebruik nooit azijn met een ho-
ger zuurgehalte (bijv. azijnessence
met een gehalte van 25%).
Het apparaat kan daardoor beschadigd raken.
25
Ingebruikneming
Naspoelmiddel bijvullen
Open het klepje van het naspoelmid-
delreservoir door op het knopje te
drukken in de richting van de pijl. Het
klepje springt open.
Veeg eventueel gemorst naspoelmid-
del goed weg om bij de volgende afwasbeurt sterke schuimvorming te
voorkomen.
Voor een optimaal reinigingsresultaat
kunt u de dosering aanpassen. Zie
hoofdstuk: "Menu "Instellingen"", paragraaf: "Naspoelmiddel".
Melding bijvullen naspoelmiddel
Wanneer de melding Vul naspoelmid.
bij op het display verschijnt, zit er nog
een reserve in voor 2-3 afwasbeurten.
Vul op tijd naspoelmiddel bij.
Bevestig de melding met de middel-
ste toets.
De melding verdwijnt.
Doseer zoveel naspoelmiddel totdat
het in de vulopening zichtbaar is.
In het reservoir kan ca. 110ml.
Sluit het klepje en wel zo dat het dui-
delijk vastklikt. Dit om te voorkomen
dat er tijdens het spoelproces water
in het naspoelmiddelreservoir loopt.
26
Serviesgoed en bestek inruimen
Spoelgoed inruimen
Verwijder grove etensresten van het
spoelgoed.
Het is niet nodig om de vaat van te voren onder stromend water af te spoelen!
Waar u op moet letten
Er mogen geen zuurresten of op-
losmiddelen, vooral geen zoutzuur en
chloride, in de spoelruimte terechtkomen.
Reinig in de afwasautomaat geen
spoelgoed dat met as, zand, was,
smeermiddelen of verf is vervuild.
Dergelijke stoffen beschadigen het
apparaat.
U kunt ieder stuk serviesgoed in principe overal in de rekken inruimen. Neem
daarbij echter de volgende tips in acht:
Plaats het serviesgoed zo in de rek-
ken, dat het water er aan alle kanten
bij kan. Alleen dan kan het serviesgoed goed schoon worden.
Ruim borden in het boven- en onder-
rek in spiegelbeeld in. Het gewelfde
gedeelte moet naar het midden van
het rek zijn gericht (zie ook de afbeeldingen op de volgende pagina's).
Plaats hol serviesgoed zoals kopjes,
glazen en pannen met de openingen
naar beneden in de rekken.
Plaats hoog, smal, hol serviesgoed
zoveel mogelijk in het midden van de
rekken. Het water kan er dan beter
bij.
Plaats serviesgoed met een diepe bo-
dem zoveel mogelijk schuin in het
rek, zodat het water eraf kan lopen.
Let erop dat de sproeiarmen niet wor-
den geblokkeerd door serviesgoed
dat door de rekken heen steekt. U
kunt dit controleren door de sproeiarmen een keer met de hand rond te
draaien.
Kleine voorwerpen kunnen door de
spijlen van de rekken vallen. Leg kleine delen daarom in de bestekkorf.
Etenswaren als wortels, tomaten en
ketchup kunnen natuurlijke kleurstoffen bevatten. Als grote hoeveelheden
van deze kleurstoffen in de afwasautomaat terechtkomen, kunnen kunststof serviesgoed en kunststof onderdelen verkleuren. De kwaliteit van de
kunststof onderdelen wordt door deze verkleuring niet beïnvloed.
Plaats serviesgoed en bestek zo dat
het niet tegen of op elkaar ligt.
Plaats het serviesgoed zo in de rek-
ken, dat het water er aan alle kanten
bij kan. Alleen dan kan het serviesgoed goed schoon worden.
Plaats al het serviesgoed zo, dat het
stevig staat.
27
Serviesgoed en bestek inruimen
Ongeschikt spoelgoed
– Bestek en serviesgoed van hout of
met houten delen wordt uitgeloogd
en lelijk. Bovendien zijn de gebruikte
lijmsoorten vaak niet geschikt voor
reiniging in afwasautomaten. De houten delen kunnen dan loslaten.
– Kunstvoorwerpen, antieke vazen of
glazen met decoraties zijn niet bestand tegen reiniging in de afwasautomaat.
– Voorwerpen van niet hittebestendig
kunststof kunnen vervormd raken.
– Voorwerpen van koper, messing, tin
en aluminium kunnen verkleuren of
dof worden.
– Kleurdecoraties op het glazuur kun-
nen na vele afwasbeurten verbleken.
– Kwetsbaar glaswerk en kristallen
voorwerpen kunnen na meermaals
reinigen dof worden.
Advies
– Koop serviesgoed en bestek van ma-
teriaal dat geschikt is om in een afwasautomaat te worden afgewassen
en met de aanduiding: "Vaatwasserbestendig".
– Glas kan na verloop van tijd dof wor-
den in de afwasautomaat. Reinig
kwetsbaar glaswerk daarom alleen bij
lage temperaturen (zie het programma-overzicht) en met een geschikt
reinigingsmiddel. Het glas zal dan
minder gauw dof worden.
Let op het volgende:
Zilver en aluminium kunnen in aanraking met zwavelhoudende voedingsmiddelen verkleuren.
Gebruik voor het reinigen van
aluminium delen (zoals vetfilters)
geen sterk bijtende, alkalische reinigingsmiddelen voor bedrijfsafwasautomaten of industriereinigers.
Het materiaal kan hierdoor worden
aangetast. In extreme gevallen kan er
een hevige chemische reactie optreden (bijvoorbeeld een gasexplosie).
28
Serviesgoed en bestek inruimen
Bovenrek
Gebruik de automaat om veilig-
heidsredenen alleen als het bovenen onderrek zijn geplaatst.
Plaats in het bovenrek klein, licht en
teer serviesgoed zoals glazen, kopjes,
schoteltjes en dessertschaaltjes. U
kunt ook een platte pan in het bovenrek plaatsen.
Omklapbare spijlen
U kunt de spijlen omklappen om meer
ruimte te krijgen voor grotere stukken
serviesgoed, bijv. een plat pannetje.
Druk de gele hendel naar beneden
en klap de spijlen om .
Kopjesrek
Wilt u hoog serviesgoed inruimen,
klap het kopjesrek dan omhoog.
Leg erg lang bestek zoals soeplepels,
pollepels en lange messen dwars aan
de voorkant van het bovenrek.
U kunt glazen tegen het kopjesrek
aanzetten. Dan staan ze steviger.
Klap het kopjesrek omlaag en zet de
glazen ertegenaan.
29
Serviesgoed en bestek inruimen
Jumbo-kopjesrek
U kunt de breedte van dit kopjesrek in
twee verschillende standen instellen om
er ook grotere kopjes op te kunnen leggen.
Trek het kopjesrek naar boven en laat
het in de gewenste breedte vastklikken.
Glazenbeugel
Glazen staan steviger wanneer u ze tegen de glazenbeugel aan zet.
Klap de glazenbeugel omlaag en zet
de glazen daartegen aan.
Hoogteverstelling glazenbeugel:
U kunt de hoogte van de glazenbeugel
op twee standen instellen.
Trek de glazenbeugel naar boven en
laat de beugel op de gewenste hoogte vastklikken.
30
In de lage stand kunt u er kleine glazen
en bekers tegenaan zetten.
In de hoge stand kunt u hoge glazen en
glazen met een lange steel goed inruimen.
Serviesgoed en bestek inruimen
Verstellen bovenrek
Om in het boven- of onderrek meer
plaats te krijgen voor hoger serviesgoed
kunt u het bovenrek in hoogte verstellen. U kunt kiezen tussen 3 standen met
een verschil van telkens ca. 2cm.
Wanneer water in holle gedeelten blijft
liggen, kunt u het bovenrek beter schuin
plaatsen, nl. met één kant hoog en met
één kant laag. Het water stroomt dan
gemakkelijker weg. Zorg er echter voor,
dat u het rek zonder problemen in de
spoelruimte kunt schuiven.
Trek het bovenrek naar buiten.
Afhankelijk van de stand van het bovenrek kunt u bijv. borden met de volgende
doorsneden in de rekken plaatsen.
Afwasautomaat met bestekkorf
Stand bovenrek
Boven2031
Midden2229
Onder2427
Bord-Ø in cm
BovenrekOnderrek
Om het bovenrek naar boven te verstellen, moet u:
het rek naar boven trekken, totdat het
vastklikt.
Om het bovenrek naar beneden te verstellen, moet u:
de hendels aan de zijkanten van het
bovenrek naar boven trekken,
het bovenrek in de gewenste positie
zetten en de hendels weer vast laten
klikken.
31
Serviesgoed en bestek inruimen
Onderrek
Plaats in het onderrek groot en zwaar
serviesgoed zoals borden, platte
schotels, pannen en schalen. U kunt
ook glazen, kopjes, schoteltjes, ontbijt- en dessertbordjes in het onderrek zetten.
Zet grote borden in het midden van
het onderrek.
U kunt er ook borden met een doorsnede van 35cm in plaatsen, als u ze
iets schuin zet.
Afwasautomaat met bestekkorf
32
Serviesgoed en bestek inruimen
Uitneembaar MultiComfort-rek
In het achterste gedeelte van het onderrek bevindt zich het MultiComfort-rek.
Daarin kunt u glazen, kopjes, borden en
pannen plaatsen.
U kunt het MultiComfort-rek uit het apparaat halen om meer ruimte te krijgen
voor groter serviesgoed, bijv. potten en
pannen.
Verwijderen
Druk de gele greep naar voren en
haal het rek uit het apparaat.
Glazenhouder
Als u hoog serviesgoed wilt inruimen,
klapt u de glazenhouder omhoog.
Zet wijn- en bierglazen tegen de gla-
zenhouder of hang ze in de uitsparingen van de houder.
U kunt de hoogte van de glazenhouder
instellen.
Schuif de glazenhouder in de ge-
wenste hoogte, totdat de bevestigingen aan de boven- of onderkant vastklikken.
Plaatsen
Schuif de haakjes die aan de onderkant van het inzetrek zitten onder de
dwarsspijl van het onderrek.
Druk het inzetrek naar beneden totdat het vastklikt.
33
Serviesgoed en bestek inruimen
Glazenbeugel
Glazen staan steviger wanneer u ze tegen de glazenbeugel aan zet.
Klap de glazenbeugel omlaag en zet
de glazen daartegen aan.
Omklapbare spijlen
In de spijlen aan de voorkant kunt u
schoteltjes, borden, soepborden, platte
schotels en schalen plaatsen.
Druk de gele hendel naar beneden
en klap de spijlen om .
Flessenhouder
Op de flessenhouder kunt u smal serviesgoed plaatsen zoals een melk- of
zuigfles.
Trek de flessenhouder omhoog
wanneer u deze wilt gebruiken. Klap
de houder na gebruik weer opzij .
U kunt de spijlen omklappen om meer
ruimte te krijgen voor groot serviesgoed, bijv. potten, pannen en schalen.
34
Serviesgoed en bestek inruimen
Bestekkorf
U kunt de bestekkorf in het onderrek
plaatsen en wel op een willekeurige
plek op de rijen spijlen aan de voorkant.
Wilt u het bestek snel schoon en
droog hebben, plaats het dan zo in
de bestekkorf dat de grepen beneden
en de snijkanten van de messen en
de tanden van de vorken boven zitten. Wanneer u daardoor echter kans
loopt om zich daaraan te bezeren,
dan kunt u het bestek beter zo
plaatsen dat de grepen boven en de
scherpe kanten beneden zitten.
Plaats de bestekhouder als dat nodig
is op de bestekkorf.
Plaats klein bestek in de speciale
segmenten aan drie zijkanten van de
bestekkorf.
Speciale bestekhouder voor de
bestekkorf
In de bijgevoegde bestekhouder kunt u
bestek plaatsen dat erg vuil is. Het bestek ligt niet op elkaar maar wordt in
deze houder naast elkaar opgehangen.
Daardoor kan het water er beter bij.
Plaats het bestek in de bestekhouder
met het heft naar beneden.
Verdeel het bestek gelijkmatig.
35
Werking
Reinigingsmiddelen
Poedervormig reinigingsmiddel
Gebruik in het doseerapparaat in de
deur uitsluitend poedervormige reinigingsmiddelen of reinigingstabletten.
Geschikte producten vindt u in het
productaanbod van Miele Professional.
U mag reinigingstabletten gebruiken.
Gebruik uitsluitend reinigingstablet-
ten die snel genoeg oplossen. Geschikte tabletten vindt u in het productaanbod van Miele Professional.
Doseer het poedervormige reinigings-
middel of de reinigingstabletten in de
vakjes van het reservoir voor het reinigingsmiddel.
Doseringstips reinigingsmiddel
Wanneer er niet iets anders op de
verpakking staat, doseer dan één tablet of – afhankelijk van de vuilgraad
– 20 tot 25g in vakje II. Is het serviesgoed sterk verontreinigd, doseer dan
ook nog eens een geringe hoeveelheid reinigingsmiddel in vakje I. Zie
hoofdstuk: "Programmaoverzicht".
Doseert u minder reinigingsmiddel
dan is geadviseerd, dan is het mogelijk dat het serviesgoed niet goed
schoon wordt.
Vloeibaar reinigingsmiddel
De vaatwasser kan desgewenst van een
externe doseerpomp voor vloeibare reinigingsmiddelen worden voorzien
(DOS-module).
Om het doseersysteen te activeren en
de dosering in te stellen, zie het hoofdstuk "Menu Instellingen/Externe DOS"..
Neem bij specifieke verontreinigingen
en als u vloeibare middelen doseert
contact op met Miele, zodat het reinigingsmiddel optimaal aan de situatie
kan worden aangepast.
U mag geen reinigingsmiddelen
met actieve chloor gebruiken.
Hierdoor kunnen de elastomeren en
kunststoffen van de automaat worden aangetast.
Voorraadreservoir bijvullen of vervangen
De DOS-module heeft een niveausensor. Als het minimumniveau is bereikt,
verschijnt de melding Vul reiniger bij op
het display.
Vervang het reservoir met het betref-
fende middel na afloop van het programma als de melding op het display verschijnt.
Bevestig de melding met de toets
OK.
36
Vervang de reservoirs tijdig, om te
voorkomen dat ze helemaal worden
leeggezogen.
Een leeggezogen doseersysteem
moet voor de start van een volgend
programma worden ontlucht.
Werking
Zet het betreffende reservoir op de
geopende deur of op een eenvoudig
te reinigen ondergrond.
Schroef de zuiglans los en verwijder
deze. Leg de zuiglans op de geopende deur.
Vervang het lege reservoir door een
vol exemplaar.
Steek de zuiglans in de opening van
het reservoir en schroef de lans vast.
Let op de kleurcodering.
Verwijder eventueel gemorste pro-
ceschemicaliën.
Zet het reservoir naast de automaat
op de grond of in een kast ernaast.
Plaats het reservoir op apparaatniveau. Plaats het niet boven of op de
reinigingsautomaat.
Afsluitend moet het doseersysteem
worden ontlucht.
Voor meer informatie over het ontluchten van het doseersysteem en
het instellen van de te doseren hoeveelheid zie
"Menu "Instellingen"", "Extra functies".
Controle verbruik
Controleer regelmatig het verbruik van
de proceschemicaliën. Controleer hiervoor het niveau in de reservoirs. U kunt
zo eventuele onregelmatigheden bij de
dosering herkennen.
Houdt u zich bij de dosering aan de
aanwijzingen van de reinigingsmiddelenfabrikant (zowel bij poedervormig als vloeibaar reinigingsmiddel).
37
Werking
Vermijd het inademen van poe-
dervormige reinigingsmiddelen. Slik
reinigingsmiddelen nooit in. Reinigingsmiddelen kunnen brandwonden
in neus, mond en keel veroorzaken.
Raadpleeg onmiddellijk een dokter
als u per ongeluk reinigingsmiddel
hebt ingeademd of ingeslikt. Voorkom dat kinderen met het reinigingsmiddel in aanraking kunnen komen.
Houd kinderen daarom uit de buurt
van de vaatwasser als die is geopend. De vaatwasser kan nog resten
van het reinigingsmiddel bevatten.
Doseer het reinigingsmiddel pas vlak
voordat u het programma start en
vergrendel de deur met de kinderbeveiliging.
Reinigingsmiddel bijvullen
Doseer het reinigingsmiddel in de
vakjes en sluit het klepje van het doseerbakje.
Sluit ook het pak reinigingsmiddel om
te voorkomen dat het middel aan reinigingskracht verliest.
Doseerhulp
In vakje I past maximaal 10ml,
in vakje II maximaal 50ml reinigingsmiddel
Open het klepje door op het knopje te
drukken. Het klepje springt open.
Na afloop van een afwasprogramma is
het reinigingsmiddelbakje altijd geopend.
38
In vakje II zijn markeringen aangebracht
om het doseren gemakkelijker te maken: 20, 30. Deze waarden staan bij een
geheel geopende deur voor een dosering in "ml".
Bij poedervormige reinigingsmiddelen
staan de waarden (afhankelijk van de
fabrikant en de korrelgrootte) voor een
"gram"-dosering.
Werking
Inschakelen
Draai de kraan open als deze nog
dicht is.
Controleer of de sproeiarmen vrij kun-
nen draaien.
Sluit de deur.
Schakel de automaat in met de
toets.
Op het display verschijnt kort het af fabriek ingestelde ECO-programma. Het
bijbehorende controlelampje brandt.
Na korte tijd verschijnt de geschatte
programmaduur.
U kunt die instelling ook wijzigen in het
laatst gebruikte programma (zie "Menu
"Instellingen"", paragraaf "Programmavoorkeuze").
Programma kiezen
Laat de keuze voor een programma
steeds afhangen van het soort serviesgoed en de mate waarin het is verontreinigd.
Wanneer het controlelampje bij het
symbool brandt, kunt u met de toets
> meer programma's kiezen. Van de
overige programma's wordt op het display afwisselend de naam en de duur
weergegeven.
U kunt nu een extra functie kiezen. Zie
hoofdstuk: "Extra functies".
Programma starten
Druk op de toets Start/Stop.
Het programma start.
Is er een extra functie gekozen, brandt
tevens het daarbij behorende controlelampje.
Wilt u een programma afbreken, doe
dat dan alleen in de eerste minuten
van het programma.
Belangrijke programmafasen (zoals
het voorbereiden van de ontharder)
worden anders mogelijk niet uitgevoerd.
In het hoofdstuk: "Programma-over-zicht" zijn de programma's beschreven
en de toepassingen ervan.
Kies met de toets het gewenste
programma
Het controlelampje van het gekozen
programma licht op en het controlelampje van de Start/Stop-toets knippert.
39
Werking
Tijdsaanduiding
Voordat er een programma start, geeft
het display in uren en minuten de tijd
aan die het gekozen programma gaat
duren, de zgn. resttijd. Deze tijd wordt
tijdens het afwasprogramma op het display afgeteld.
De programmafase waarin het afwasprogramma zich bevindt, wordt met een
symbool aangegeven:
Het is mogelijk dat het display voor één
en hetzelfde programma de ene keer
een andere tijd aangeeft dan de andere
keer. Dat is o.a. afhankelijk van de temperatuur van het instromende water, de
regenereercyclus en de hoeveelheid
serviesgoed.
Wanneer u een programma voor het
eerst kiest, wordt er een tijd aangegeven die overeenkomt met een gemiddelde programmaduur met warm water.
Als de elektrische aansluiting wordt veranderd, wijzigt ook de duur van de programma's.
Stand-by
Een paar minuten nadat u voor het
laatst een toets hebt bediend / nadat
het programma is afgelopen, gaat de
afwasautomaat over op de stand-bymodus om energie te besparen. Het
display en de controlelampjes zijn donker. Alleen het controlelampje Start/Stop knippert langzaam
Wilt u de stand-by uitschakelen, druk
dan op een willekeurige toets.
Als u de automaat na afloop van een
programma niet uitschakelt, wordt het
apparaat na enkele minuten in de
stand-bymodus helemaal uitgeschakeld
(zie "Menu "Instellingen", "Optimalisatie
stand-by"").
Tijdens een programma wisselt de
automaat niet naar de stand-bymodus als u zout of naspoelmiddel
moet bijvullen of als er een foutmelding is.
De melding dat u zout of naspoelmiddel moet bijvullen, kunt u uitzetten, als u wilt dat de automaat ook
bij een tekort naar de stand-bymodus moet wisselen (zie "Menu "Instellingen", "Bijvulcontrole"").
Het weergeven van foutmeldingen
kunt u niet uitzetten.
40
Werking
Programma-einde
Als de deur op een kier staat en op het
display de melding Einde of AutoOpen
verschijnt, is het programma beëindigd.
Als "Extra drogen" is gekozen en bij
"AutoOpen" draait de droogventilator
ook na afloop van het programma
nog enkele minuten door.
Doe de deur nu helemaal open, zodat
de deurvergrendelingsrail weer inschuift.
Daarna kunt u het serviesgoed uit het
apparaat halen.
Hebt u de functie "AutoOpen"
uitgeschakeld (zie hoofdstuk: "Menu
"Instellingen"", paragraaf:
"AutoOpen"), maar wilt u de deur na
afloop van een programma toch
opendoen, doe deze in dat geval helemaal open.
Doet u dat niet, dan kunnen de randen van werkbladen door waterdamp
beschadigd raken, doordat de ventilator niet meer loopt.
Uitschakelen
Na afloop van het programma:
Schakel de automaat met de toets
uit.
De afwasautomaat verbruikt energie,
zolang u het apparaat niet met de
toets uitschakelt
Tip: Draai veiligheidshalve altijd de waterkraan dicht als u de automaat gedurende lange tijd niet gebruikt, bijvoorbeeld tijdens vakanties.
Afwasautomaat uitruimen
Heet serviesgoed is stootgevoelig! Laat
het serviesgoed na het uitschakelen van
de automaat zo lang in de spoelruimte
afkoelen, totdat u het goed kunt vastpakken.
Wanneer u de deur na het uitschakelen
van de automaat helemaal opent, koelt
de vaat sneller af.
Haal eerst het onderrek leeg, dan het
bovenrek en ten slotte de besteklade
(indien aanwezig).
Zo voorkomt u dat waterdruppels van
het bovenrek of de besteklade op het
spoelgoed in het onderrek dan wel het
bovenrek vallen.
41
Werking
Programma onderbreken
Het programma wordt onderbroken, zodra u de deur opendoet.
Wanneer u de deur weer dichtdoet,
gaat het programma na een paar seconden daar verder, waar het is onderbroken.
Wanneer het water in de afwas-
automaat heet is, loopt u het risico
om zich te verbranden!
Wanneer u de deur beslist moet openen, doe dat dan zeer voorzichtig.
Laat de deur voordat u die weer sluit
ca. 20 seconden op een kier staan,
zodat de temperatuur zich in de
spoelruimte kan verdelen. Druk daarna op de deur totdat het deurslot
vastklikt.
Van programma wisselen
Als het klepje van het reinigingsmiddeldoseerbakje al geopend is, moet
u voor het nieuwe programma poedervormig reinigingsmiddel bijvullen
(tenzij vloeibaar wordt gedoseerd).
Wanneer een programma al is gestart,
kunt u als volgt van programma wisselen:
Druk minstens 1 seconde lang op de
Start/Stop-toets.
Het programma wordt afgebroken.
Kies het gewenste programma en
start het.
42
Extra functies
Extra drogen
Voor betere droogresultaten en om de
hoeveelheid stoom te verminderen die
vrijkomt als u de deur opent, wordt bij
het extra drogen de ventilatorlooptijd na
afloop van het programma verlengd.
Deze functie kan niet bij alle programma's worden gekozen (zie "Programmaoverzicht").
Als u "Extra drogen" kiest, neemt de
programmaduur met 20-30minuten toe
(afhankelijk van het programma).
Schakel de automaat in met de
toets.
Het controlelampje van de Start/Stoptoets gaat knipperen.
Kies een programma.
Druk op de toets
Het controlelampje "" brandt, als deze functie voor het gekozen programma
beschikbaar is. Anders wordt op het
display Niet bij "Bierglaz." weergegeven.
Start het gekozen programma met de
Start/Stop-toets
Voorprogrammering
Met het inschakelen van de programma-optie "Voorprogrammering" kunt u
het starttijdstip van het door u gekozen
afwasprogramma van tevoren instellen
en wel tussen de 30minuten en 24uur.
Het instellen gebeurt in stappen van
30minuten
Bij het gebruik van de voorprogrammering moet u ervoor zorgen dat het
reservoir voor het reinigingsmiddel
droog is.
Het reinigingsmiddel kan anders
gaan klonteren en wordt mogelijk
niet volledig ingespoeld.
Schakel de automaat in met de
toets
Het controlelampje van de Start/Stoptoets gaat knipperen.
Kies het gewenste programma (zie
"Bediening, Programma kiezen").
Druk op de toets
Het display geeft de tijd aan die de vorige keer is voorgeprogrammeerd. Het
controlelampje gaat branden.
Stel met de -toets de voorgepro-
grammeerde starttijd in.
Wanneer u op de toets voor voorprogrammering blijft drukken, loopt de tijd
automatisch door tot 24:00uur. U kunt
daarna weer bij 30minuten beginnen
door twee keer op de toets te drukken
43
Extra functies
Druk op de toets Start/Stop.
Het controlelampje van de Start/Stoptoets gaat branden.
Wanneer u na het instellen van het
starttijdstip niet binnen een paar seconden op de Start/Stop– toets drukt, geeft
het display weer de duur van het gekozen programma aan. U moet het starttijdstip dan opnieuw instellen.
De voorgeprogrammeerde tijd wordt in
minuten op het display afgeteld.
Na afloop van de ingestelde tijd start
het gekozen programma automatisch.
Op het display verschijnt de resterende
programmaduur, het controlelampje
gaat uit en het controlelampje van de
toets Start/Stop gaat branden
Om te voorkomen dat kinderen
met het reinigingsmiddel in aanraking
kunnen komen,
kunt u het reinigingsmiddel beter pas
doseren vlak voordat u het programma start, d.w.z. voordat u op de
Start/Stop-toets drukt. Vergrendel de
deur bovendien met de kinderbeveiliging
Programma starten vóór afloop van
de voorgeprogrammeerde starttijd:
U kunt het programma ook starten
voordat de voorgeprogrammeerde tijd is
afgelopen. Ga daarvoor als volgt te
werk.
Druk minstens 1seconde lang op de
Start/Stop-toets.
Het controlelampje van de voorprogrammeringstoets gaat uit. Het controlelampje van de Start/Stop-toets gaat
knipperen.
Druk nog een keer op de Start/Stop-
toets.
Het programma start. Het controlelampje van de Start/Stop-toets gaat branden.
44
BrilliantLight
De afwasautomaat heeft binnenverlichting.
Bij geopende deur gaat de verlichting
na 15minuten automatisch uit.
U kunt de binnenverlichting ook permanent uitschakelen.
Beweeg de half geopende deur van
de afwasautomaat drie keer snel
heen en weer. Beweeg de deur zover
open tot de binnenverlichting aan- en
uitgaat.
Daarna is de binnenverlichting definitief
uitgeschakeld.
Om de verlichting weer in te scha-
kelen, beweegt u de half geopende
deur opnieuw drie keer snel heen en
weer.
Extra functies
45
Reiniging en onderhoud
Onderhoud
Om de levensduur van de automaat te
verlengen, adviseert Miele na 750be-
drijfsuren of minimaal eens per jaar
onderhoud te laten uitvoeren. Laat dit
onderhoud door Miele uitvoeren.
Het onderhoud omvat de volgende
punten:
– Elektrische veiligheid volgens de
daarvoor geldende normen (zoals
NEN 3140)
– Deurmechanisme en deurdichting
– Schroefkoppelingen en aansluitingen
in de spoelruimte
– Watertoevoer en -afvoer
– Interne en externe doseersystemen
– Sproeiarmen
– Zeefcombinatie
– Zeefhuis met afvoerpomp en terug-
slagklep
– Alle rekken en inzetten
Alle oppervlakken zijn krasge-
voelig.
Gebruik uitsluitend geschikte reini-
gingsmiddelen om krassen en verkleuringen op de oppervlakken te
voorkomen.
Spoelruimte reinigen
Als u steeds de juiste hoeveelheid reinigingsmiddel gebruikt, is de spoelruimte
grotendeels zelfreinigend.
Mochten er toch kalk- of vetafzettingen
ontstaan, dan kunt u deze met een speciaal reinigingsmiddel verwijderen (verkrijgbaar bij Miele).
Wanneer er regelmatig met lage temperaturen wordt gewassen, bestaat het
gevaar dat zich in de afwasautomaat
ziektekiemen en geurtjes ontwikkelen.
Dit probleem kunt u voorkomen door na
ca. 20programma's met een lage temperatuur een "Intensief"-programma
met reinigingsmiddel te laten uitvoeren.
Tijdens het onderhoud:
– wordt een programma als testrun af-
gewerkt;
– wordt op lekkage gecontroleerd;
– worden alle veiligheidsrelevante
meetsystemen gecontroleerd (foutmeldingen);
– worden de veiligheidsvoorzieningen
gecontroleerd.
46
Reiniging en onderhoud
Deurdichting en deur reinigen
Neem de deurdichtingen regelmatig
met een vochtige doek af en verwijder etensresten.
Verwijder gemorste etens- en drank-
resten van de zijkanten en de scharnieren van de deur. Deze oppervlakken maken geen deel uit van de
spoelruimte en worden daarom niet
schoongesproeid
Front reinigen
Verwijder verontreinigingen het
best meteen.
Als verontreinigingen te lang inwer-
ken, kunt u ze soms niet meer verwijderen en kunnen de oppervlakken
verkleuren of aangetast worden.
Reinig het front met een schoon
sponsdoekje, afwasmiddel en warm
water. Wrijf het daarna met een zachte doek droog.
U kunt voor het reinigen ook een
schoon, vochtig microvezeldoekje
zonder reinigingsmiddel gebruiken.
Om beschadigingen aan de oppervlakken te voorkomen, mogen de volgende middelen niet
worden gebruikt:
– zuur-, soda-, ammoniak- of chloride-
houdende reinigingsmiddelen,
– kalkoplossende reinigingsmiddelen,
– schurende reinigingsmiddelen zoals
schuurpoeder, schuurmiddel, schuursponsjes,
– oplosmiddelhoudende reinigingsmid-
delen,
– reinigingsmiddelen voor roestvrij
staal,
– reinigingsmiddelen voor afwasauto-
maten,
– ovensprays,
– glasreinigers,
– schurende harde sponsjes en bor-
stels, zoals bijv. schuursponsjes,
– vlekkensponsjes,
– scherpe metalen schrapers,
– stoomreinigers.
47
Reiniging en onderhoud
Zeefcombinatie in de spoelruimte controleren
Op de bodem van de spoelruimte bevindt zich een zeefcombinatie. Deze
houdt het ergste vuil tegen dat in het afwaswater zit. Op deze manier wordt
voorkomen dat het vuil in het circulatiesysteem komt en dat de sproeiarmen
verstopt raken.
Zonder de zeven mag de auto-
maat niet worden gebruikt!
De combinatie kan in de loop van de
tijd door het vuil verstopt raken. Hoelang dat duurt hangt af van de mate van
verontreiniging van het serviesgoed.
Op het display verschijnt na elke 50
programmabeurten de melding: Contro-
leer de zeef. Dit is vanuit de fabriek inge-
steld.
U kunt de zeefcontrole uitschakelen of
instellen op een waarde tussen 30 en
60 programma's (zie "Menu "Instellingen"", "Controle zeef").
Controleer de zeefcombinatie.
Reinig de combinatie indien nodig.
Bevestig de melding na afloop met
de middelste toets.
Zeven reinigen
Schakel de automaat uit.
Ontgrendel de zeefcombinatie door
de grendel naar achteren te draaien
Neem de combinatie uit het apparaat
. Ontdoe de zeefcombinatie van
grove resten en spoel de combinatie
onder stromend water goed af. U
kunt eventueel een afwasborstel gebruiken.
Zorg ervoor dat er geen grove
vuilresten in het circulatiesysteem terechtkomen.
Hierdoor kan het verstopt raken.
Op het display verschijnt kort het laatst
ingestelde programma en het controlelampje van het laatst ingestelde programma gaat branden. Kort daarna
geeft het display de tijd aan die het gekozen programma vermoedelijk gaat
duren.
48
Reiniging en onderhoud
Om de binnenkant van het tuitvormige
gedeelte van de zeefcombinatie te kunnen reinigen, moet u het eerst openen.
Doe dat door de greepjes van het
klepje naar elkaar toe te drukken (zie
pijlen) en het klepje open te klappen .
Reinig alle delen onder stromend wa-
ter.
Klap het klepje weer dicht en laat het
vastklikken.
Plaats de zeefcombinatie zo terug,
dat ze plat tegen de bodem van de
spoelruimte aanligt.
Vergrendel de combinatie door de
greep zo ver van achter naar voren te
draaien, totdat het pijltje van de greep
en dat van het metalen gedeelte naar
elkaar wijzen.
De zeefcombinatie moet zorgvul-
dig worden geplaatst en vergrendeld.
Anders komen de grove resten in het
circulatiesysteem terecht en raakt het
systeem verstopt.
49
Reiniging en onderhoud
Sproeiarmen reinigen
Het is mogelijk dat er etensresten vast
gaan zitten in de sproeikoppen en de
lagering van de sproeiarmen. Controleer
de sproeiarmen derhalve regelmatig –
ongeveer 4 tot 6 keer per jaar.
Schakel de automaat uit.
Verwijder de sproeiarmen als volgt:
Trek de besteklade (indien aanwezig)
naar buiten.
Trek de onderste sproeiarm omhoog
en haal hem er af
Druk de bovenste sproeiarm om-
hoog, zodat de tanden in elkaar
grijpen en schroef de sproeiarm er af.
Druk de middelste sproeiarm iets aan
, zodat de tanden in elkaar grijpenen schroef de sproeiarm er af .
Trek het onderrek naar buiten.
50
Druk de verontreinigingen in de
sproeikoppen met een spits voorwerp
in de sproeiarm.
Spoel de sproeiarmen onder stro-
mend water goed af.
Plaats de sproeiarmen terug en con-
troleer of ze vrij kunnen ronddraaien.
Nuttige tips
De meeste problemen waar u in het dagelijks gebruik mee te maken zou kunnen
krijgen kunt u zelf oplossen. In veel gevallen is het niet nodig de klantenservice te
bellen en kunt u tijd en kosten besparen.
Het volgende overzicht helpt u de oorzaken van een storing of probleem te achterhalen en te verhelpen. Houdt u daarbij wel rekening met het volgende:
Dit apparaat mag alleen door Miele, een geautoriseerde Miele-vakhandelaar
of een gekwalificeerd vakman worden gerepareerd. Ondeskundig uitgevoerde
reparaties kunnen voor u een groot gevaar opleveren.
Technische storingen
ProbleemOorzaak en oplossing
Het display blijft donker
en het Start/Stop-lampje knippert niet, nadat
de automaat met de
toets is ingeschakeld.
De automaat functioneert niet meer
Stroomstoring tijdens
gebruik
De stekker zit niet in het stopcontact.
Steek de stekker in de contactdoos.
De zekering is gesprongen.
Activeer de zekering
(minimale sterkte: zie typeplaatje).
De zekering is gesprongen.
Activeer de zekering (minimale sterkte: zie typepla-
tje).
Neem contact op met Miele als de zekering op-
nieuw springt.
Treedt er tijdens een programma een tijdelijke
stroomstoring op, dan hoeft u geen maatregelen te
nemen.
Het programma wordt vanaf het punt van de onderbreking voortgezet.
Komt tijdens de stroomstoring de temperatuur in de
spoelruimte onder de minimumwaarde die voor een
programmablok geldt, dan wordt het programmablok
herhaald.
Bij een stroomstoring van ≥20uur wordt het hele
programma herhaald.
51
Nuttige tips
ProbleemOorzaak en oplossing
Op het display verschijnt een van de volgende foutmeldingen:
Storing FXX
Waterproof
Voordat u de storing oplost:
Schakel de automaat met de toets uit.
Er is mogelijk sprake van een technische storing.
Na enkele seconden:
Schakel de automaat weer in.
Kies het gewenste programma.
Druk op de toets Start/Stop.
Verschijnt de foutmelding opnieuw, dan is er sprake
van een technische storing.
Neem contact op met Miele.
Het Waterproof-systeem is in werking getreden.
Draai de waterkraan dicht.
Neem contact op met Miele.
52
Storingen in de watertoevoer/waterafvoer
ProbleemOorzaak en oplossing
Open de kraan
Watertoevoer
Waterafvoer
De kraan is nog dicht.
Draai de kraan geheel open.
Voordat u de storing oplost:
Schakel de automaat met de toets uit.
Storingen in de watertoevoer.
Draai de kraan helemaal open en start het pro-
gramma opnieuw.
Reinig het zeefje in de watertoevoer. Zie hoofd-
stuk: "Storingen verhelpen".
De waterdruk bij de wateraansluiting is lager dan
30kPa (0,3bar).
Vraag de installateur om een oplossing.
Voordat u de storing oplost:
Schakel de automaat met de toets uit.
Er is een probleem met de waterafvoer.
Het is mogelijk dat zich in de spoelruimte water bevindt.
Reinig de zeefcombinatie (zie "Reiniging en onder-
houd").
Reinig de afvoerpomp (zie "Storingen verhelpen").
Reinig de terugslagklep (zie "Storingen ver-
helpen").
Verwijder eventuele knikken of lussen in de water-
afvoerslang.
Nuttige tips
53
Nuttige tips
Algemene problemen met de vaatwasser
ProbleemOorzaak en oplossing
Het display en de controlelampjes zijn donker. Alleen het controlelampje Start/Stop knippert langzaam.
Wanneer de deur wordt
geopend, gaat de binnenverlichting niet aan.
Het display geeft de volgende storing aan:
Deksel zoutreserv.
Op het display verschijnt tijdens een programma de volgende
fout:
Sproeiarm geblokk.
In het doseerbakje voor
het reinigingsmiddel
zijn na het afwasprogramma resten reinigingsmiddel achtergebleven.
Het klepje van het reinigingsmiddeldoseerbakje gaat niet goed dicht.
Dat betekent dat de stand-by is ingeschakeld om
energie te besparen.
Druk op de toets . Stand-by wordt beëindigd.
De binnenverlichting is uitgeschakeld.
Schakel de binnenverlichting weer in (zie "Aanvul-
lende functies, BrilliantLight").
Het deksel van het zoutreservoir zit niet goed dicht.
Sluit het deksel van het zoutreservoir.
Het klepje van het zoutreservoir is tijdens het afwasprogramma opengesprongen.
Schakel de automaat met de toets uit en weer
in.
Start het programma opnieuw.
De middelste sproeiarm wordt door serviesgoed geblokkeerd.
Open de deur van de automaat en ruim het ser-
viesgoed dat de sproeiarm blokkeert anders in.
De sproeikoppen van de middelste sproeiarm zijn verstopt.
Schakel de automaat met de toets uit.
Vervolgens:
Reinig de sproeiarm (zie "Reiniging en onder-
houd").
Het doseerbakje was nog vochtig toen het middel
werd gedoseerd.
Zorg er bij het doseren van het reinigingsmiddel
voor dat het bakje droog is.
Er zijn resten reinigingsmiddel achtergebleven die de
sluiting blokkeren.
Verwijder de resten.
54
ProbleemOorzaak en oplossing
Na afloop van het programma zit er een
vochtlaagje op de binnenkant van de deur en
mogelijk ook op de binnenwanden.
Na afloop van een programma zit er water in
de spoelruimte.
Sommige programma's
duren lang.
Ondanks de ingestelde
AutoOpen-functie blijft
de deur na het korte
programma gesloten en
is het serviesgoed
vochtig.
Geen storing!
Dit is de normale werking van het droogsysteem
De vochtigheid verdampt na een tijdje
Voordat u de storing oplost:
Schakel de automaat met de toets uit.
De zeefcombinatie in de spoelruimte is verstopt.
Reinig de zeefcombinatie (zie "Reiniging en onder-
houd").
De afvoerpomp of de terugslagklep is geblokkeerd.
Reinig de afvoerpomp of de terugslagklep. Zie
hoofdstuk: "Storingen verhelpen".
Er zit een knik in de afvoerslang.
Haal de knik uit de afvoerslang.
Dat is geen fout!
De speciale programma's duren langer.
Kies een ander programma (zie "Programma-overzicht").
Dat is geen fout!
Vanwege de geringe duur van het korte programma
is de AutoOpen-functie niet beschikbaar.
Om het droogresultaat te verbeteren, kan de naspoeltemperatuur worden verhoogd (zie "Menu "Instellingen"", paragraaf "Naspoeltemperatuur").
Nuttige tips
55
Nuttige tips
Geluiden
ProbleemOorzaak en oplossing
Een knallend geluid uit
de spoelruimte
Een rammelend geluid
uit de spoelruimte
Knallende geluiden in
de waterleiding
Een sproeiarm slaat tegen het serviesgoed aan.
Onderbreek het programma en verplaats het ser-
viesgoed dat de sproeiarm in de weg zit.
Het serviesgoed beweegt in de spoelruimte.
Onderbreek het programma en ruim het servies-
goed zo in dat het niet meer rammelt.
Er bevindt zich een voorwerp in de afvoerpomp dat er
niet hoort, bijvoorbeeld een kersenpit.
Verwijder dit voorwerp uit de afvoerpomp (zie "Af-
voerpomp en terugslagklep reinigen").
Dit wordt mogelijk veroorzaakt door de waterleiding
ter plaatse of door een waterleiding met een te kleine
diameter.
Heeft geen invloed op de werking van de vaatwasser.
Neem eventueel contact op met een installateur.
56
Een tegenvallend afwasresultaat
ProbleemOorzaak en oplossing
Het serviesgoed is niet
schoon.
Er zitten vlekken op de
glazen en het bestek.
Glaswerk krijgt een
blauwe glans. De afzettingen kunnen worden
afgewist.
Het serviesgoed is niet goed geplaatst. De waterstralen konden er niet bij.
Neem de aanwijzingen in het hoofdstuk: "Servies-
goed en bestek inruimen" in acht.
Het gekozen programma was niet geschikt.
Kies een geschikt programma (zie "Programma-
overzicht").
Er is te weinig reinigingsmiddel gedoseerd.
Gebruik meer reinigingsmiddel.
Het reinigingsmiddel is niet geschikt voor de verontreiniging.
Neem een ander reinigingsmiddel.
De sproeiarmen zijn door servies geblokkeerd.
Verplaats het servies en draai de sproeiarmen een
keer met de hand.
De zeefcombinatie is niet schoon of niet goed geplaatst.
Hierdoor kunnen ook de sproeikoppen verstopt zijn.
Reinig de zeefcombinatie of plaats deze goed.
Reinig indien nodig ook de sproeikoppen (zie "Rei-
niging en onderhoud").
Het terugslagventiel is in geopende toestand geblokkeerd. Er loopt vervuild water in de spoelruimte.
Reinig de afvoerpomp en de terugslagklep (zie
"Storingen verhelpen").
Er is te veel naspoelmiddel gedoseerd.
Doseer minder naspoelmiddel. Zie hoofdstuk:
Het serviesgoed wordt
niet droog of er zitten
vlekken op glazen en
bestek.
Er zit witte aanslag op
het servies. De glazen
en het bestek worden
dof. De aanslag kan
worden afgeveegd.
De glazen krijgen een
bruin-blauwe kleur. De
aanslag kan niet worden afgeveegd.
Glazen worden dof en
verkleuren. De aanslag
is niet te verwijderen.
Er zitten nog theevlekken of lippenstift op het
servies.
Er is te weinig naspoelmiddel gedoseerd of het reservoir is leeg.
Vul het reservoir, doseer meer naspoelmiddel of
gebruik een ander naspoelmiddel. Zie hoofdstuk:
"Naspoelmiddel".
Het serviesgoed is er te vroeg uitgehaald.
Haal het serviesgoed er later uit. Zie hoofdstuk:
"Bediening".
Er is te weinig naspoelmiddel gedoseerd.
Stel een grotere hoeveelheid naspoelmiddel in. Zie
hoofdstuk: "Menu Instellingen", paragraaf: "Na-
spoelmiddel".
Er zit geen zout in het zoutreservoir.
Vul regenereerzout bij (zie "Het doseren van rege-
nereerzout").
U hebt bij het programmeren van de ontharder een te
lage waterhardheid ingesteld.
Stel voor de ontharder de juiste waarde in (zie
"Menu Instellingen", paragraaf "Ontharder").
Het reinigingsmiddel bevat stoffen die zich op de glazen hebben afgezet.
Ga direct over op een ander reinigingsmiddel.
De glazen kunnen niet in de afwasautomaat worden
afgewassen.
Koop glazen die wel geschikt zijn voor de afwas-
automaat.
De temperatuur van het gekozen programma is te
laag geweest.
Kies een programma met een hogere temperatuur.
De bleekwerking van het reinigingsmiddel is te gering.
Neem een ander reinigingsmiddel.
58
ProbleemOorzaak en oplossing
Kunststof delen zijn
verkleurd.
Er zitten roestvlekken
op het bestek.
Natuurlijke kleurstoffen, bijvoorbeeld van wortels of
tomaten, kunnen hiervan de oorzaak zijn. De hoeveelheid reinigingsmiddel of de bleekwerking ervan is
voor deze kleurstoffen te gering geweest.
Gebruik meer reinigingsmiddel (zie "Bediening,
Reinigingsmiddel").
Delen die al verkleurd zijn, krijgen hun oorspronkelijke
kleur niet terug.Delen die al verkleurd zijn, krijgen hun
oorspronkelijke kleur niet terug.
Nadat er regenereerzout is gedoseerd, is er geen programma gestart. Er zijn zoutresten in het gewone afwasproces terechtgekomen.
Start na het doseren van regenereerzout het pro-
gramma "Voorspoelen" (zonder spoelgoed).
Het betreffende bestek is onvoldoende roestbestendig.
Koop bestek dat geschikt is voor de afwasauto-
maat.
Nuttige tips
59
Storingen verhelpen
Zeefje in de watertoevoer reinigen
Om de watertoevoerslang tegen verontreinigingen in het water te beschermen,
is in de schroefkoppeling een zeefje ingebouwd. Wanneer het zeefje vuil is,
loopt er te weinig water in de spoelruimte.
De kunststof behuizing van de
wateraansluiting bevat een elektrisch
onderdeel.
Dompel de behuizing niet in vloeistof.
Pak het rubberen dichtingsringetje uit
de schroefkoppeling.
Tip
Bevat uw water veel bezinksel, dan raden wij u aan om een grote zeef in de
schroefkoppeling van de watertoevoer
aan te brengen. Dit waterfilter is verkrijgbaar bij de Miele-vakhandelaar en
rechtstreeks bij Miele.
Zeefje reinigen:
Maak het apparaat vóór onderhouds-
werkzaamheden altijd spanningsvrij.
Haal de spanning van de automaat
door het apparaat uit te schakelen en
de stekker uit de contactdoos te halen of de zekering dan wel de hoofdschakelaar van de huisinstallatie uit te
schakelen.
Draai de waterkraan dicht.
Schroef de toevoerslang van de kraan
af.
Trek het zeefje er met een combina-
tie- of punttang uit en reinig het.
Als u het zeefje verwijdert, mag de er-
achter gelegen regelaar voor de doorstroomhoeveelheid niet worden meegetrokken of verschuiven.
Zet het zeefje en het dichtingsringetje
er weer in. Zorg dat alle onderdelen
goed zitten!
Schroef de watertoevoerslang weer
aan de kraan. Let er daarbij op dat
schroefkoppeling en kraan precies op
elkaar passen.
Draai de kraan open.
Loopt er nog water uit, dan hebt u de
schroefkoppeling niet vast genoeg
aangedraaid of scheef op de kraan
gedraaid.
Zet de watertoevoerslang recht op de
kraan en schroef ze stevig aan elkaar
vast.
60
Storingen verhelpen
Afvoerpomp en terugslagklep
reinigen
Als er water in de spoelruimte achterblijft wanneer het programma afgelopen
is, dan is het water niet weggepompt.
De afvoerpomp of de terugslagklep is
geblokkeerd. U kunt vreemde deeltjes
gemakkelijk zelf verwijderen.
Maak het apparaat vóór onderhouds-
werkzaamheden altijd spanningsvrij.
Haal de spanning van de automaat
door het apparaat uit te schakelen en
de stekker uit de contactdoos te halen of de zekering dan wel de hoofdschakelaar van de huisinstallatie uit te
schakelen.
Haal de zeefcombinatie uit de spoel-
ruimte. Zie hoofdstuk: "Reiniging en
onderhoud", paragraaf: "Zeefcombinatie reinigen".
Schep het water met een bekertje uit
de spoelruimte.
Til de terugslagklep omhoog en
spoel deze onder stromend water
goed af.
Verwijder alle voorwerpen die de te-
rugslagklep blokkeren.
Onder de terugslagklep bevindt zich de
afvoerpomp (zie pijl).
Verwijder eventuele voorwerpen uit
de afvoerpomp. Pas op voor glassplinters! Draai met de hand aan het
loopwiel van de afvoerpomp om te
controleren of alles in orde is
Druk de vergrendeling van de terug-
slagklep naar binnen .
Zet de terugslagklep weer zorgvuldig
op zijn plaats.
De klep moet beslist vastklikken!
Reinig afvoerpomp en terugslagklep
voorzichtig, om te voorkomen dat er
gevoelige onderdelen beschadigd raken.
61
Programma-overzicht
ProgrammaToepassingReinigingsmiddelen
Dosering op basis van Miele-rei-
nigingsproducten
Kort
Volg de aanwijzingen van de
Verse etensresten die nog niet zijn aangekoekt.20-25g
Vakje I
fabrikant!
1)
Vakje II
of 1tablet
1)
Universeel
Intensief
Glazen
Hygiëne
Kunststof
Bierglazen
ECO *)
Voorspoelen
Voor normale, iets opgedroogde resten van voedingsmiddelen.
Ingebrande, aangekoekte, sterk opgedroogde,
zetmeel- of eiwithoudende etensresten
1)
10g20-25g
20-25g
of 1tablet
of 1tablet
Een speciaal glazenprogramma.20-25g
of 1tablet
Een speciaal hygiëneprogramma voor serviesgoed waaraan hoge hygiëne-eisen worden ge-
20-25g
of 1tablet
steld
Een speciaal kunststofprogramma.20-25g
of 1tablet
Een speciaal bierglazenprogramma. De glazen
drogen na afloop niet op. U moet de glazen dus
20-25g
of 1tablet
eventueel nog met de hand afdrogen.
Een energiebesparend programma met een relatief lange programmaduur
20-25g
of 1tablet
Om sterk vervuild serviesgoed af te spoelen, bijv.
om vooraf vuil te verwijderen of sterke opdroging
te voorkomen, als een compleet programma nog
niet zinvol is.
*) Dit programma is gezien het gecombineerde energie- en waterverbruik uiterst efficiënt als het gaat
om het reinigen van dit soort spoelgoed.
(vast programmaverloop, kan niet worden gewijzigd)
1)
Zie hoofdstuk: "Bediening, Reinigingsmiddel"
62
Programmaverloop
Programma-overzicht
Voor-
spoelen
X
8min
X
8min
X
10min
ReinigenTussen-
spoelen I
X
X
65°C
1min
X
10s
X
65°C
10min
X
3min
X
75°C
10min
X
3min
X
50°C
1min
X
3min
X
75°C
10min
X
3min
X
50°C
1min
X
5min
X
50°C
1min
X
3min
X
48°C
45min
5min
X
Kalt
8min
Tussenspoelen
2)
II
(X)X
(X)X
(X)X
(X)X
(X)X
Na-
spoelen
65°C
30s
65°C
1,5min
65°C
1,5min
50°C
1min
70°C
3min
X
60°C
30s
X
5)
-
1min
X
45°C
10min
DrogenExtra
3)
3)
3)
X
3)
30min
X
45min
X
87min
drogen
AutoOpenExtra wa-
(X)
4)
(X)(X)(X)
(X)(X)(X)
(X)(X)(X)
(X)(X)
(X)
(X)
ter
(X)
X = aflopende programmastappen
(X) = optionele extra programmastappen (zie "Extra instellingen", "Extra functies")
2)
"Tussenspoelen II" kan alleen via de service-instellingen worden gekozen (Miele).
3)
Optionele temperatuurverhoging tot 75°C.
4)
Door de geringe programmaduur is de functie AutoOpen niet beschikbaar.
5)
Zonder naspoelmiddel en met koud water.
63
Programma-overzicht
Programma
Kort
Universeel
Intensief
Glazen
Hygiëne
Kunststof
Bierglazen
Verbruik
6)
Duur
6)
Elektrische energieWater
Koud water
15°C
1,5kWh0,9kWh17l
1,6kWh1,0kWh17l
1,8kWh1,0kWh23l
1,0kWh0,4kWh17l
Warm water
55°C
Koud water
15°C
7)
21min
7)
34min
7)
52min
7)
21min
Warm water
55°C
17min
30min
46min
18min
1,9kWh1,0kWh23l86min79min
1,3kWh0,5kWh23l82min76min
0,6kWh0,4kWh17l18min17min
7)
7)
7)
7)
ECO *)
Voorspoelen
6)
De genoemde waarden zijn bepaald volgens EN 50242 voor een aansluitvermogen van 8,3kW. De
1,044kWh0,6kWh17l180min167min
0,03kWh0,03kWh6,5l11min11min
waarden kunnen in de praktijk door wisselende omstandigheden of door de invloed van sensoren duidelijk variëren.
Bij de aangegeven duur zijn wij uitgegaan van een normaal huishouden.
7)
De waarde heeft betrekking op de reinigingstijd zonder drogen.
64
Bij te bestellen accessoires
Optimaal gebruik van de afwasautomaat
Om de afwasautomaat optimaal aan uw individuele wensen te kunnen aanpassen,
zijn bij de Miele-vakhandelaar en bij Miele accessoires te bestellen.
U wilt...dan hebt u nodig...
... de afzonderlijke onderdelen van de
Miele Cappuccinatore reinigen
... extra bestek reinigen... een bestekkorfje dat in het onderrek
... glazen met lange steel reinigen...een glazenbeugel voor het onderrek
... een Cappuccinatore-rek dat in het
bovenrek wordt geplaatst
wordt geplaatst
65
Afdeling Klantcontacten
Reparaties
Als u een storing niet met de aanwijzingen uit deze gebruiksaanwijzing kunt
verhelpen, neem dan contact op met:
– de afdeling Klantcontacten van Miele,
of
– uw Miele-vakhandelaar, of
– een gekwalificeerd bedrijf.
Voor een goede en vlotte afhandeling
moet Miele het type en serienummer
van het apparaat weten.
Beide gegevens vindt u op het typeplatje aan de rechterzijkant van de deur.
Programma-actualisering
(Update)
Dankzij de update-functie kan de besturing van uw automaat worden aangepast aan toekomstige ontwikkelingen.
Alleen Miele kan een update uitvoeren.
Aanwijzingen voor keuringsinstituten
In de brochure: Instructies voor vergelijkende tests kunt u informatie vinden
over vergelijkende tests en geluidsmetingen.
Wanneer u deze brochure wilt hebben,
vraag dan de meest actuele versie per
e-mail aan bij:
– testinfo@miele.de
Vermeld bij uw bestelling uw adres,
alsmede het type en het serienummer
van de automaat (zie typeplaatje).
66
Elektrische aansluiting
Elektrische aansluiting
Alleen Miele, een door Miele ge-
autoriseerde vakhandelaar of een erkend vakman mag werkzaamheden
uitvoeren die betrekking hebben op
de elektrische aansluiting.
– De elektrische installatie moet vol-
gens de daarvoor geldende normen
(zoals NEN1010) zijn geïnstalleerd.
– Het apparaat moet worden aangeslo-
ten op een contactdoos volgens de
daarvoor geldende nationale voorschriften. De contactdoos dient ook
na de installatie van het apparaat toegankelijk te zijn. Zo kan bij reparaties
en onderhoudswerkzaamheden eenvoudig een elektrische veiligheidscontrole worden uitgevoerd.
– Bij een vaste aansluiting dient een
hoofdschakelaar te worden geplaatst,
waarmee het apparaat met alle polen
van het net kan worden losgekoppeld. Deze hoofdschakelaar dient een
contactopening te hebben van minimaal 3mm en moet in de nulstand
vergrendelbaar zijn.
– Het apparaat moet zijn geaard.
– Bij vervanging van de aansluitkabel
dient een originele Miele-kabel of een
geschikte kabel met kabeleindhul-zen te worden gebruikt.
– Voor de technische gegevens, zie het
typeplaatje of het bijgevoegde schakelschema.
Omschakeling van de automaat is mogelijk volgens het bijgevoegde elektrische omschakelschema en het schakelschema.
Door omschakeling achteraf kunnen
de programmaduur en het energieverbruik toenemen.
Alleen met de instellingen af fabriek
kunnen de labelwaarden worden gerealiseerd.
De typeplaatjes (met de keurmerken)
bevinden zich achter op het apparaat
en op het binnenpaneel van de deur.
Het schakelschema wordt bij het apparaat geleverd.
Het omschakelschema bevindt zich op
het metalen sokkelpaneel achter het
kunststof sokkelpaneel.
Aarddraad aansluiten
Achter op de automaat bevindt zich een
speciale schroef voor het aansluiten
van de aarddraad.
Elektrische aansluiting voor klanten
in Zwitserland
De bedrijfsafwasautomaat kan met een
stekker of via een schakelaar worden
aangesloten. De installatie moet worden
uitgevoerd door een bevoegde vakman
met inachtneming van de SEV-voorschriften.
Deze automaat mag uitsluitend worden
gebruikt met de spanning, frequentie en
zekering die op het typeplaatje staan
aangegeven.
67
Wateraansluiting
Het waterbeveiligingssysteem
van Miele
Bij correcte installatie van het Waterproof-systeem van Miele garandeert
Miele voor de gehele levensduur van de
automaat een optimale bescherming tegen waterschade.
Watertoevoer
Het water in de automaat is geen
drinkwater!
– De automaat moet volgens de gel-
dende voorschriften op de waterleiding worden aangesloten.
– Het water dient minimaal te voldoen
aan de eisen van de Europese drinkwaterverordening.
Een hoog ijzergehalte kan corrosie
aan het spoelgoed en aan het apparaat tot gevolg hebben.
Bij een chloridegehalte van meer dan
100mg/l neemt het corrosierisico
voor het spoelgoed aanzienlijk toe.
– De waterdruk (druk bij de wateraan-
sluiting) moet tussen de 30 en
1000kPa (0,3 en 10bar) liggen.
Is de waterdruk lager, verschijnt op
het display de foutmelding: Watertoe-
voer. Zie hoofdstuk: "Nuttige tips".
Is de druk hoger, dan moet een drukreduceerventiel worden ingebouwd.
– Voor de aansluiting is een kraan met
een 3/4" schroefkoppeling vereist. Deze kraan moet goed toegankelijk zijn,
omdat u de watertoevoer moet afsluiten als u de automaat niet gebruikt.
– De toevoerslang is ca. 1,5m lang
(DN10 met 3/4" schroefkoppeling). De
slang kan worden verlengd met een
bij te bestellen 1,5m lange, flexibele
metalen slang (drukbestendig tot
14000kPa/140bar). De zeef en de
regelaar voor de doorstroomhoeveelheid in de schroefkoppeling mogen
niet worden verwijderd.
– In bepaalde regio's (bijvoorbeeld in
de Alpen) zijn vanwege de specifieke
watersamenstelling afzettingen mogelijk. In dergelijke gevallen moet
voor het apparaat onthard water worden gebruikt.
– Een terugslagklep is niet vereist. Het
apparaat voldoet aan de Europese
normen voor de bescherming van
drinkwater.
68
Sluit de vaatwasser alleen op
een volledig ontlucht buisleidingnet
aan om schade aan het toestel te
voorkomen.
De watertoevoerslang mag niet
worden ingekort of beschadigd, omdat ze spanningvoerende onderdelen
bevat (zie afb.).
Wateraansluiting
69
Wateraansluiting
Waterafvoer aansluiten
– De afvoer van de vaatwasser is voor-
zien van een terugslagklep, zodat er
geen vuil water via de afvoerslang in
de vaatwasser terug kan stromen.
– Het toestel moet bij voorkeur op een
apart, ter plaatse aanwezig afvoersysteem worden aangesloten. Als dat
niet mogelijk is, adviseren wij de
vaatwasser aan te sluiten op een sifon met twee kamers.
– De vaatwasser is voorzien van een
flexibele afvoerslang van circa 1,5m
(binnendiameter 22mm).
Voor de aansluiting van de slang worden slangklemmen bijgeleverd.
– De afvoerslang mag niet worden in-
gekort! De slang kan met een verbindingsstuk en een extra slang worden
verlengd. De afvoerslang mag maximaal 4m lang zijn en een opvoerhoogte van 1m niet overschrijden.
– Het afvoersysteem moet een capaci-
teit hebben van minimaal 16l/min.
Beluchting van de waterafvoer
Als de waterafvoeraansluiting ter plaatse lager ligt dan de geleiding voor de
wieltjes van het onderrek in de deur,
moet de waterafvoer worden belucht.
Gebeurt dat niet, dan kan het water
tijdens een programma door de werking
van de zuighevel uit de spoelruimte
stromen.
Ga voor het beluchten als volgt te werk:
Open de deur van de automaat hele-
maal.
De afvoerslang moet zonder
knikken worden gelegd. Op de slang
mag geen druk of trekkracht worden
uitgeoefend!
volgens gedelegeerde verordening (EU) Nr. 1059/2010
MIELE
Identificatie van het modelPG 8081 i
Nominale capaciteit in standaardcouverts voor de standaardcyclus13
Energie-efficiëntieklasse
A+++ (meest efficiënt) tot D (minst efficiënt)A+
Jaarlijks energieverbruik (AEc)
Energieverbruik van de standaardcyclus (Et)1,04 kWh
Gewogen energieverbruik in uitstand (Po)0,30 W
Opgenomen vermogen in de sluimerstand (Pl)2,00 W
Gewogen jaarlijks waterverbruik (AWc)
Droogefficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)A
Standaardprogramma waarop de informatie op het etiket en de productkaart be-
trekking heeft
Programmatijd voor de standaardcyclus180 min
Duur van de sluimerstand (Tl)
Geluidsemissie via de lucht49 dB(A) re 1 pW
Inbouwapparaat●
3
1
2
4
295 kWh/jaar
4.760 liter/jaar
ECO
10 min
● Ja, aanwezig
1
Gebaseerd op 280 standaardcycli met toevoer van koud water en het verbruik in de standen met een
laag opgenomen vermogen. Het werkelijke energieverbruik wordt bepaald door de wijze waarop het
apparaat wordt gebruikt.
2
Gebaseerd op 280 standaardcycli. Het werkelijke waterverbruik wordt bepaald door de wijze waarop
het apparaat wordt gebruikt.
3
Dit programma is geschikt voor het wassen van normaal bevuild tafelgerei, en is het meest efficiënte
programma wat het gecombineerd energie- en waterverbruik betreft.
4
indien de huishoudelijke afwasmachine is uitgerust met een stroombeheerfunctie
72
Menu "Instellingen"
Menu "Instellingen" voor het
wijzigen van instellingen
Menu "Instellingen" openen
Schakel de automaat met de toets
uit, als de automaat nog ingeschakeld is.
Druk op de Start/Stop-toets en blijf
erop drukken.
Schakel de automaat met de toets
in en houd de Start/Stop-toets minimaal 4 seconden ingedrukt.
Op het display verschijnt het eerste
submenu van het instellingsmenu en alle controlelampjes gaan branden.
Over de werking van het display zie
hoofdstuk: "Beschrijving van het apparaat", paragraaf: "Werking van het
display".
Kies de instelling waarbinnen u iets
wilt wijzigen.
Taal
Er zijn verschillende talen waarin de
meldingen op het display kunnen worden weergegeven.
Via het submenu Taal kunt u de taal
instellen die op het display moet verschijnen.
Kies de gewenste taal en bevestig uw
keuze met de middelste toets.
Het vlaggetje achter het woord Taal
dient als hulpmiddel wanneer er een
taal is ingesteld die u niet begrijpt.
In dat geval kiest u het menupunt met
een vlaggetje, totdat het submenu Taal
verschijnt.
De ingestelde variant wordt met een
vinkje aangegeven.
73
Menu "Instellingen"
Waterhardheid
Uw afwasautomaat is uitgerust met een
waterontharder. In het submenu "Waterhardheid" moet u deze waterontharder
instellen op de hardheid van uw water.
– De automaat moet nauwkeurig wor-
den ingesteld op de waterhardheid in
uw regio.
– Het plaatselijke waterleidingbedrijf
kan u vertellen welke hardheidsgraad
uw water heeft.
– Stel bij een variërende waterhardheid
(bijv. 17-25°dH) altijd de hoogste
waarde in (in dit voorbeeld 25°dH).
Kies de waterhardheid en bevestig
uw keuze met de middelste toets.
De ingestelde waterhardheid is met een
vinkje gemarkeerd.
°dHmmol/l°fHDisplay
10,221
20,442
30,553
40,774
50,995
61,1116
71,3137
81,4148
91,6169
101,81810
112,02011
122,22212
132,32313
142,52514
152,72715
162,92916
173,13117
183,23218
193,43419
203,63620
213,83821
224,04022
234,14123
244,34324
254,54525
264,74726
274,94927
285,05028
295,25229
305,45430
315,65631
325,85832
335,95933
346,16134
356,36335
366,56536
74
Menu "Instellingen"
Naspoelmiddel
Voor een optimaal spoelresultaat kunt u
de dosering van het naspoelmiddel
aanpassen.
U kunt de dosering instellen op een
waarde tussen ca. 0-6ml.
Standaard wordt 3ml naspoelmiddel
gedoseerd.
Vertoont het serviesgoed vlekken:
– Stel een grotere hoeveelheid in.
Vertoont het serviesgoed strepen of
sluiers:
– Stel een kleinere hoeveelheid in.
Kies de gewenste hoeveelheid na-
spoelmiddel en bevestig uw keuze
met de middelste toets
AutoOpen
Om de droging te verbeteren, wordt de
deur na afloop van een programma (met
uitzondering van "Voorspoelen", "Kort"
en "Bierglazen") automatisch op een
kier gezet (zie "Programma-overzicht").
Bij de programma's "Universeel", "Intensief" en "Glazen" wordt AutoOpen
alleen bij de aanvullende functie "Extra
drogen" geactiveerd (zie "Aanvullende
functies", "Extra drogen").
Bij programma "ECO" wordt de deur al
tijdens de droogfase geopend.
U kunt deze functie ook uitschakelen
Kies de gewenste optie en bevestig
uw keuze met de middelste toets.
Hebt u de functie "AutoOpen"
uitgeschakeld, maar wilt u de deur
na afloop van een programma toch
opendoen, doe de deur dan helemaal open.
Doet u dat niet, dan kunnen de randen van werkbladen door waterdamp
beschadigd raken, doordat de ventilator niet meer loopt.
75
Menu "Instellingen"
Optimalisering stand-by
Een paar minuten nadat u voor het
laatst een toets hebt bediend / nadat
het programma is afgelopen, gaat de
afwasautomaat over op de stand-bymodus om energie te besparen. Het
display en de controlelampjes zijn donker. Alleen het controlelampje Start/
Stop knippert langzaam.
Als u de automaat na afloop van een
programma niet uitschakelt, wordt het
apparaat na enkele minuten in de
stand-bymodus helemaal uitgeschakeld.
U kunt de stand-by-optimalisatie ook
uitschakelen. Het display en de controlelampjes worden dan niet meer uitgeschakeld en de automaat zal pas na
ca. 6uur helemaal worden uitgeschakeld.
Het energieverbruik neemt hierdoor toe.
Kies de gewenste optie en bevestig
uw keuze met de middelste toets.
Tijdens een programma wisselt de
automaat niet naar de stand-bymodus als u zout of naspoelmiddel
moet bijvullen of als er een foutmelding is.
76
Menu "Instellingen"
Bijvulcontrole
De melding dat u zout of naspoelmiddel moet bijvullen, kunt u uitzetten, als u wilt dat de automaat ook
bij een tekort naar de stand-by-modus moet wisselen.
Het weergeven van foutmeldingen
kunt u niet uitzetten.
As u wilt dat de automaat ook bij een
tekort aan zout of naspoelmiddel naar
de stand-bymodus moet wisselen, kunt
u beide meldingen uitzetten.
Kies de gewenste optie en bevestig
uw keuze met de middelste toets.
Lichtsterkte
De lichtsterkte van het display kan in
zeven standen worden ingesteld.
Kies de gewenste lichtsterkte en be-
vestig uw keuze met de middelste
toets.
Zeefcontrole
U kunt het interval instellen voor de
melding dat de zeven moeten worden
gecontroleerd.
U kunt een waarde instellen tussen 30
en 60 programma's.
Vanuit de fabriek zijn 50 spoelprogramma's ingesteld.
U kunt deze functie ook uitschakelen.
Kies de gewenste optie en bevestig
uw keuze met de middelste toets.
Externe dosering
Activeer de automatische dosering van
vloeibaar reinigingsmiddel, als u een
optionele externe doseermodule hebt
aangesloten.
Bij de DOS-module wordt een aparte
montagehandleiding geleverd.
Kies de gewenste optie en bevestig
uw keuze met de middelste toets.
Contrast
Het contrast van het display kan in zeven standen worden ingesteld.
Kies het gewenste contrast en beves-
tig uw keuze met de middelste toets.
De instelling blijft actief, totdat u de
functie "Externe dosering" deactiveert.
77
Menu "Instellingen"
Hoeveelheid reinigingsmiddel
Deze functie is pas zichtbaar als de
functie "Externe dosering" geactiveerd is.
Bij de dosering van vloeibaar reinigingsmiddel via een externe doseermodule
kunt u de dosering van het reinigingsmiddel in "ml" of "%" instellen (overeenkomstig de eenheid die de reinigingsmiddelenfabrikant hanteert).
– Weergave in ml
Standaardinstelling is 30ml. De dosering kan in stappen van 2ml van
10-100ml gewijzigd worden.
– Weergave in %
Standaardinstelling is 0,50%. De dosering kan in stappen van 0,030,04% van 0,17-1,67% gewijzigd
worden.
Dosering instellen:
Houdt u zich bij de dosering aan de
aanwijzingen van de reinigingsmiddelenfabrikant.
Tijdens de programmafase "Reinigen"
stroomt ca. 6,5l water in de automaat.
Voorbeeld:
De reinigingsmiddelenfabrikant adviseert 4ml (c.q.0,07%) reinigingsmiddel per liter water.
6,5lx4ml/l = 26ml.
(6,5lx0,07%/l=0,455%)
Doseersysteem ontluchten
Het doseersysteem van de afwasautomaat werkt alleen betrouwbaar als zich
geen lucht in het systeem bevindt.
U moet het doseersysteem ontluchten
als:
– u het doseersysteem voor het eerst
gebruikt,
– u het reservoir met het vloeibare rei-
nigingsmiddel niet tijdig hebt bijgevuld, waardoor het systeem is leeggezogen.
– u het reservoir vervangt.
Controleer vóór het ontluchten of
het reservoir met het reinigingsmiddel vol genoeg is en of de doseerlans
stevig in het reservoir is geschroefd.
Kies Start ontluchten en bevestig met
de middelste toets.
De ontluchting wordt gestart. Op het
display wordt de resttijd aangegeven.
Meteen na het ontluchten wordt het
programma "Voorspoelen" aangeboden. Start het programma om reinigingsmiddel te verdunnen en weg te
spoelen als het eventueel in de automaat is gestroomd.
Kies de gewenste hoeveelheid c.q.
concentratie en bevestig uw keuze
met de middelste toets.
78
Menu "Instellingen"
Naspoeltemperat
Om het droogresultaat te verbeteren,
kan de naspoeltemperatuur voor bepaalde programma's verhoogd worden.
Deze functie kan niet bij alle programma's worden gekozen (zie "Programmaoverzicht").
Kies de gewenste optie en bevestig
uw keuze met de middelste toets.
Extra water
Als u voor extra water kiest, stroomt er
tijdens de reinigingsfasen extra water in
de spoelruimte. Deze functie kan niet bij
alle programma's worden gekozen (zie
"Programma-overzicht").
Kies de gewenste optie en bevestig
uw keuze met de middelste toets.
Progr.-voorkeuze
U kunt instellen, of bij het inschakelen
van de automaat het ECO-programma
of het laatst gekozen programma moet
worden aangeboden.
Handelaren
Alleen voor vakhandelaren!
De automaat heeft verschillende demoprogramma's voor de vakhandel.
– Demo spoelgeluiden:
Dit programma activeert het pompen
zodat de spoelgeluiden te horen zijn.
– Demo AutoOpen
De deur gaat automatisch open.
Demomodus inschakelen
Kies de gewenste optie.
Kies de optie Aan en bevestig met de
middelste toets.
Sluit het instellingsmenu af.
Druk op de toets Start/Stop. De de-
mo-modus start.
Demo-modus uitschakelen
De demo-modus stopt automatisch na
één cyclus.
Kies de gewenste optie en bevestig
uw keuze met de middelste toets.
79
Menu "Instellingen"
Fabrieksinstelling
U kunt de gewijzigde instellingen weer
op de fabrieksinstelling zetten.
De reset geldt niet voor de geactiveerde
externe dosering en de ingestelde hoeveelheid reinigingsmiddel c.q. de ingestelde concentratie.
Kies Reset en bevestig met de mid-
delste toets.
Menu "Instellingen" sluiten
U kunt het instellingsmenu met Beëin-
digen weer verlaten
Kies Beëindigen en bevestig met de
middelste toets.
Op het display verschijnt kort het laatst
ingestelde programma en het controlelampje van het laatst ingestelde programma gaat branden. Kort daarna
geeft het display de tijd aan die het gekozen programma vermoedelijk gaat
duren.
80
Herstellingen aan huis en andere inlichtingen: 02/451.16.16
nv Miele België
Z.5 Mollem 480
1730 Mollem (Asse)
E-mail: info@miele.be
Internet: www.miele.be
Duitsland
Miele & Cie. KG
Carl-Miele-Straße 29
33332 Gütersloh
2017-09-01M.-Nr. 09 841 292 / 00
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.