Miele KM 471, KM 474 User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing
inductiekookvlakken KM 471 KM 474
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor u het toestel installeert en in gebruik neemt. Daardoor zorgt u voor uw veiligheid en vermijdt u schade aan het apparaat.
*
Inhoud
Inhoud
Beschrijving van de toestellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
Modellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
Kookzonebesturing en -display . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Beschrijving van de kookzones . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Voor het eerste gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Informatie vooraf . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Recycleerbare verpakking. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Uw oud toestel afdanken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Eerste schoonmaak en eerste opwarming . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Bediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Wat betekent inductief koken?. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Kookgerei. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Sensortoetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Instellingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Automatische kookstart . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Boosterfunctie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Uitschakelen en resterende warmte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Vergrendeling. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Veiligheidsuitschakeling. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Beveiliging tegen oververhitting. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Reiniging en onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Wat gedaan als...? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Techniek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Technische Dienst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Typeplaatje. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
2
Beschrijving van de toestellen
a
s
BOOSTER
B
a
s
BOOSTER
B
Modellen
Kookvlak KM 471
Beschrijving van de toestellen
c
b
Kookvlak KM 474
cd
e
d
f
b d e c
f
b d e c
f
Inductiekookzones
Inductiekookzone met boosterfunctie Bedieningsvlak
Inductiekookzones Inductiekookzone met boosterfunctie Bedieningsvlak
b
e
f
3
Beschrijving van de toestellen
Bedieningsvlak Sensortoetsen voor:
AAN/UIT van het kookvlak
k
BOOSTER
B
g
Vergrendeling
h
j
Kookzonebesturing en -display
i
(zie overeenkomstige rubriek) Boosterfunctie van de kookzone
j
achteraan links (zie rubriek ‘Boosterfunctie’)
Controlelampjes voor:
Boosterfunctie
k
Vergrendeling
l
i
l
s
a
h
g
4
Beschrijving van de toestellen
Kookzonebesturing en -display
Schakeltoetsen - en + om het vermogen in te stellen
m
Symbool van de kookzone
n
Displays:
o
0 = de kookzone kan worden ingeschakeld 1 tot 9 =vermogen H = resterende warmte A = geactiveerde kookstart-automatic
(afgewisseld met het getal van de gekozen voortkookstand)
ß = geen of ongeschikt vaatwerk op de zone (zie ‘Kookgerei’) F = Foutmelding (zie rubriek ‘Wat gedaan als ... ?’)
Beschrijving van de kookzones
Kookzone Ø in cm Vermogen in watt
y
w
x z
Totaal vermogen in watt 6800 W
Al de kookzones zijn met de kookstart-automatic en de veiligheidsuitschakeling uit­gerust. Zie overeenstemmende rubrieken.
14 cm normaal:
met ingeschakelde boosterfunctie (achter links):
21 cm normaal:
met ingeschakelde boosterfunctie:
14 cm 1400 W 18 cm 1800 W
1400 W
600 W
2200 W 3000 W
5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Inbouw en aansluiting
Dit toestel mag u enkel door een
erkend vakman laten inbouwen en aansluiten. Doe daartoe een beroep op een elektricien die de vereiste voor­schriften kent en toepast. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die werd veroorzaakt door schade bij het inbouwen of aansluiten van dit toestel.
De elektrische veiligheid van dit
toestel wordt enkel gewaarborgd indien u het op een volgens de voor­schriften geïnstalleerd aardsysteem aansluit. Het is heel belangrijk dat deze fundamentele beveiliging voorhanden is. Laat in geval van twijfel uw installatie door een vakman nakijken. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade veroorzaakt doordat de aardlei­ding onderbroken was of gewoon ont­brak.
Gebruik geen verlengsnoeren om
het toestel aan te sluiten. Die bie­den niet voldoende veiligheidsgaranties.
Deskundig gebruik
Lees aandachtig uw gebruiksaan-
wijzing voor u dit toestel in gebruik neemt. Zo beschermt u zichzelf en ver­mijdt u schade aan het toestel.
Gebruik uw toestel enkel in inge-
bouwde toestand. Zo bent u zeker dat u geen elektrische onderdelen kan aanraken.
Dit toestel is geschikt voor gebruik
in het huishouden. Het is niet voor industriële of professionele doeleinden bestemd.
Gebruik dit toestel enkel om le-
vensmiddelen te bereiden. Andere toepassingen zijn niet toegestaan. Ze kunen ook risicos inhouden. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die werd veroorzaakt doordat het toestel niet volgens de voorschriften gebruikt of verkeerd bediend werd.
6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Schade aan het toestel voor­komen
Laat geen voorwerpen op het kook-
vlak vallen. Zelfs zogezegd lichte voorwerpen als zoutvaatjes kunnen in een minder gunstig geval scheuren of spleten veroorzaken.
Gebruik geen kookpannen met
een ruwe bodem (bv. van gietijzer) noch met braam. Er kunnen krassen op de glaskeramiek ontstaan. Datzelfde kan ook met zandkorrels gebeuren.
Laat geen vaste of vloeibare sui-
ker, kunststof en aluminiumfolie op hete kookzones terechtkomen. Bij het afkoelen kunnen deze stoffen smelten of gaan kleven. Er kunnen ook scheur­tjes, spleten of andere blijvende veran­deringen in het keramisch oppervlak opduiken. Is er toch wat op hete kook­zones terechtgekomen, schakel het toe­stel dan uit. Verwijder de resten dade­lijk met een glaskrabber zolang de zone nog warm is. Voorzichtig: Let erop dat u uw handen niet ver­brandt. Maak de kookzones daarna verder schoon zodra ze afgekoeld zijn.
Gebruik om het kookvlak schoon
te maken in geen geval een toestel dat met stoom onder druk werkt. De stoom kan het oppervlak en onderde­len van het toestel blijvend beschadi­gen. Voor zulke schade is de fabrikant niet aansprakelijk.
Zet in geen geval hete kookpan-
nen vlakbij het bedieningsvlak. Dat kan schade veroorzaken aan de elek­tronische bediening die eronder zit.
Zit er onder het ingebouwde toe-
stel een lade? Let er dan op dat de afstand tussen de voorwerpen in die lade en de onderzijde van het toestel groot genoeg is. Anders wordt het toe­stel niet voldoende geventileerd.
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Brand en verbranding voor­komen
Het toestel wordt tijdens de wer-
king erg warm. Dat blijft ook enige tijd na het uitschakelen nog zo. Pas wanneer het controlelampje voor reste­rende warmte is uitgegaan, is er geen risico meer dat u zich verbrandt. Hou vooral kleine kinderen in het oog!
Trek ovenwanten aan om uw han-
den tegen de hitte van het toestel te beschermen.
Zorg ervoor dat kleine kinderen
geen hete kookpannen naar zich toe kunnen trekken. Ze kunnen zich daaraan verbranden! Daartoe is een speciaal beschermroos­ter in de handel verkrijgbaar.
Verwarm geen gesloten recipiën-
ten als bv. conservenblikjes op de kookzones. Door de overdruk kunnen de recipiënten of blikjes openspringen. U kan zich daarbij verbranden of let­sels oplopen!
Dek het toestel nooit af met een doek of folie. Het kookvlak kan zo
heet zijn dat er brandgevaar bestaat.
Hou het toestel onder toezicht als
u vet of olie gebruikt. Oververhit vet of olie kan vlam vatten en intussen zelfs de wasemkap in brand zetten. Er is brandgevaar!
Flambeer nooit onder een wasem-
kap. De vlammen kunnen de wa­semkap in brand zetten.
Bewaar in de lade onder het inge-
bouwde toestel geen brandbare voorwerpen als bv. spraybussen. Zo er in die lade een bestekinzet voorzien is, dient die vervaardigd te zijn van tegen hitte bestand materiaal.
Gebruik het kookvlak niet om er
voorwerpen op te zetten of te leg­gen. Vooral geen metaal. Als u het kookvlak inschakelt of terwijl het nog warm is, bestaat het risico dat deze voorwerpen - naar gelang van het mate­riaal - verhitten, smelten of branden. U kan zich daaraan verbranden.
8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Bij een defect
Stelt u aan uw toestel een defect
vast, schakel dan eerst het toestel en daarna ook de smeltveiligheden uit. Is het toestel niet vast aangesloten, trek dan ook de stekker uit het stopcontact. Doe vervolgens een beroep op de tech­nische dienst. Zorg ervoor dat de stroom in geen geval opnieuw wordt ingeschakeld voordat de reparatie achter de rug is.
Hou er rekening mee dat ook bar-
sten en spleten in de glaskeramiek defecten zijn.
Herstellingen mogen enkel door
een erkend elektricien worden uit­gevoerd. Door ondeskundige repara­ties kunnen er voor u als gebruiker gro­te risicos opduiken. Het toestel kan eveneens schade oplopen. Maak de ommanteling van het toestel in geen geval open.
Laat u het kookvlak tijdens de ga-
rantieperiode herstellen, dan mag dat enkel gebeuren door een technicus die door de fabrikant erkend is. Anders is er bij schade achteraf geen aan­spraak meer op waarborg.
9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Overige risico’s
Enkel voor personen die een pace-
maker gebruiken: Zo het inductiekookvlak ingeschakeld is, wordt vlakbij een elektromagnetisch veld opgewekt. In sommige gevallen kan de werking van uw pacemaker daardoor in het gedrang komen. Wend u in geval van twijfel tot de fabrikant van uw pacemaker of tot uw arts.
Let erop dat het kookgerei steeds
in het midden van de kookzone staat. Zo bent u zeker dat u zich niet nodeloos blootstelt aan het elektromag­netisch veld.
Wees voorzichtig als u een stop-
contact gebruikt dichtbij het kook­vlak. Het snoer van het toestel mag niet met het hete kookvlak in aanraking ko­men. De isolatie van de leiding kan be­schadigd worden. Er is risico op elektri­sche schokken!
Verwarm de spijzen steeds vol-
doende. Eventuele kiemen worden enkel vernietigd indien de temperatuur hoog genoeg en de programmaduur lang genoeg is.
Gebruik geen kookgerei van kunst-
stof of aluminiumfolie. Dat gaat bij hogere temperaturen smelten. Er be­staat dan bovendien brandgevaar!
Gebruik geen kookpannen met
een te dunne bodem. Zet ook geen leeg vaatwerk op de kookzone. Het vaatwerk kan door de hitte vervor­men.
Terwijl het kookvlak werkt, mogen
er vlakbij geen voorwerpen liggen, die kunnen worden gemagnetiseerd. Hou kredietkaarten, diskettes, zak­rekenmachientjes e.d. uit de buurt. De werking hiervan kan worden verstoord.
Let vooral op kleine kinderen. Hou
ze van het ingeschakelde toestel weg.
Maak uw afgedankt toestel stroomloos en verwijder al de elektrische draden. Zo houden die bv. voor spelende kinde­ren geen gevaar in.
10
Loading...
+ 22 hidden pages