Miele DG 4064, DG 4164, DG 4064 L, DG 4164 L User Manual [nl]

Page 1
Gebruiksaanwijzing
Drukstoomoven DG 4064 / DG 4164 DG4064L/DG4164 L
Lees absoluut de gebruiks- en montageaanwijzing voor u het toestel monteert, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u vermijdt schade aan uw toestel.
nl-BE
M.-Nr. 06 786 610
Page 2
Inhoud
Beschrijving van het toestel .........................................4
Vooraanzicht ......................................................4
Bedieningsveld ....................................................5
Bijgeleverd toebehoren ..............................................6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ..................................7
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu ..........................12
Verpakking wegdoen...............................................12
Het afdanken van het apparaat .......................................12
Vóór het eerste gebruik............................................13
Waterhardheid instellen .............................................13
Opstelplaats......................................................13
Deur openen en sluiten .............................................14
Het toestel reinigen en opwarmen vóór het eerste gebruik..................15
Bediening .......................................................16
Voor elk gebruik...................................................16
Instellen .........................................................16
Overzicht van de functies ...........................................17
Toestel inschakelen en een functie selecteren ...........................18
Voorgeprogrammeerde temperatuur wijzigen............................18
Stoomtijd instellen .................................................19
Werking starten ...................................................19
Werking onderbreken ..............................................20
Andere functie kiezen ..............................................21
Na afloop van de stoomtijd ..........................................22
Na het gebruik ....................................................23
Praktische toepassingen...........................................24
Kookgerei kiezen ..................................................24
Stomen..........................................................25
Regenereren .....................................................29
Ontdooien .......................................................30
Complete maaltijden ...............................................32
Blancheren.......................................................32
Inmaken .........................................................33
Uitpersen ........................................................34
Serviesgoed desinfecteren ..........................................35
Yoghurt bereiden ..................................................35
2
Page 3
Inhoud
Veiligheidsinstellingen ............................................36
Overdrukbeveiliging / veiligheidsventiel ................................36
Beveiliging tegen oververhitting ......................................38
Vergrendeling ....................................................39
Reiniging en onderhoud ...........................................40
Front van het toestel ...............................................41
Stoomovenpannen en bodemzeef.....................................42
Deurdichting / veiligheidsventiel ......................................42
Ovenruimte en draagblad ...........................................43
Steunroosters.....................................................44
Watersproeier ....................................................45
Ontkalken........................................................46
Programmering ..................................................49
Wat gedaan als ....................................................51
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren ................................55
Stoomovenpannen.................................................55
Reinigings- en onderhoudsmiddelen ..................................56
Overig ..........................................................57
Techniek ........................................................58
Wateraansluiting ..................................................58
Elektrische aansluiting ..............................................58
Technische gegevens ..............................................58
Technische Dienst van Miele.........................................59
Typeplaatje ......................................................59
3
Page 4
Beschrijving van het toestel
Vooraanzicht
a Bedieningsveld
b Aan-uittoets
c Beschermkap oververhittingsbeveili
ging
d Deurgreep
e Deurontgrendeling
f Draagblad
g Toesteldeur
h Deurknop
i Vulopening voor
Miele-systeemontkalker
j Klapdeur (enkel bij toestellen met
een "L" in het modelnummer)
k Temperatuurvoeler
l Stoomtoevoeropening
m Afschermplaatje voor watersproeier
n Steunroosters
o Deurcontactschakelaar
-
p Bodemzeef
4
Page 5
Bedieningsveld
Beschrijving van het toestel
q Functie-/temperatuurdisplay met
symbolen voor de volgende functies:
° Koken met drukstoom
P Koken met stoom
Ä Opwarmen
N Ontdooien
a Vergrendeling
k Ontkalken
P Programmering
r Temperatuurtoets -
s Functietoets -
t Temperatuurtoets +
u Display voor tijdsaanduiding met
symbool voor:
g Tijdsduur
v Tijdtoets -
w Start-stoptoets -
x Tijdtoets +
5
Page 6
Beschrijving van het toestel
Bijgeleverd toebehoren
U kunt het bijgeleverde toebehoren apart kopen (zie rubriek "Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren"). Dit geldt ook voor an der toebehoren.
DGGL 1
2 stoomovenpannen met gaatjes Inhoud: 1,5 l / Nuttige inhoud: 0,9 l Gastro-Norm-maat GN 1/3 325x175x40 mm (BxDxH)
DGG 2
1 stoomovenpan zonder gaatjes Inhoud: 2,5 l / Nuttige inhoud: 2,0 l Gastro-Norm-maat GN 1/3 325x175x65 mm (BxDxH)
Plaat
Om eigen kookgerei op te plaatsen
Siliconeschijfjes
-
Voor de overdrukbeveiliging
Doseerspuit voor Miele-systeemontkalker
Miele-systeemontkalker 1000 ml
Product dat speciaal ontwikkeld is voor het ontkalken van de drukstoomoven.
Miele-kookboek
Koken en genieten met Miele De beste recepten uit de keuken van Miele
6
Page 7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Deze stoomoven voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsvoor schriften. Door ondeskundig gebruik kunnen gebruikers echter letsel op lopen en kan er schade optreden aan het toestel.
Lees deze gebruiks- en montage aanwijzing daarom eerst aandachtig door voordat u deze stoomoven in gebruik neemt. U vindt er belangrijke opmerkingen omtrent uw veiligheid, de installatie, het gebruik en het onderhoud van uw toestel. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan het toe­stel.
Bewaar de gebruiks- en montage­aanwijzing en geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
-
-
-
Juist gebruik
Deze stoomoven is bedoeld voor
~
gebruik in het huishouden en gelijkaardige omgevingen zoals
in winkels, kantoren en gelijkaardige
werkomgevingen,
op boerderijen,
door klanten in hotels, motels,
bed-and-breakfasts en andere typische woonomgevingen.
Gebruik de stoomoven enkel voor
~
toepassingen in huishoudelijke context die in deze gebruiksaanwijzing vermeld staan. Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten. Miele is niet verantwoorde­lijk voor schade die wordt veroorzaakt door een ander gebruik dan wat hier wordt vermeld of door foutieve bedie­ning.
Personen die door hun fysieke,
~
zintuiglijke of geestelijke mogelijkheden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn om de stoom oven veilig te bedienen, mogen dit toe stel alleen onder het toezicht of de begeleiding van een verantwoordelijk iemand gebruiken.
-
-
7
Page 8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Kinderen in het huishouden
Bouw de stoomoven zo hoog in dat
~
kleine kinderen geen gevaar lopen, bijv. wegens de hete toesteldeur.
Maak gebruik van de vergrendeling
~
om te vermijden dat kinderen de stoom oven per ongeluk inschakelen.
Het is de bedoeling dat dit toestel
~
door volwassenen wordt gebruikt. Die dienen de inhoud van deze gebruiks aanwijzing precies te kennen. Kinderen kunnen immers de risico's die door de omgang met de stoomoven ontstaan vaak niet voldoende inschatten. Hou kinderen die in de buurt van de stoom­oven komen in het oog. Laat kinderen nooit met het toestel spelen.
Tijdens de werking wordt de stoom-
~
oven heet en dat blijft nog enige tijd zo nadat u het toestel hebt uitgeschakeld. Hou kinderen van het toestel weg totdat het is afgekoeld en er geen gevaar meer bestaat dat ze er zich aan ver­branden.
Aan het scharnier van de toestel
~
deur kunt u zich kwetsen. Hou vooral kinderen van de deur weg.
Delen van de verpakking, bijv. folie
~
of piepschuim, kunnen voor kinderen gevaar inhouden. Kinderen kunnen verstikken! Bewaar deze delen van de verpakking buiten hun bereik en verwij der de verpakking ook zo vlug mogelijk.
-
-
Technische veiligheid
Controleer vóórdat de stoomoven
~
wordt geïnstalleerd of het toestel zicht baar beschadigd is. Is dat het geval, neem het dan in geen geval in gebruik. Een beschadigd toestel kan uw veilig
­heid in gevaar brengen.
Controleer vóórdat de watertoevoer
~
slang en waterafvoerslang worden aan gesloten of ze zichtbaar beschadigd zijn.
De waterkraan voor de watertoevoer
~
moet nog goed toegankelijk zijn wan neer het toestel ingebouwd is.
De stoomoven mag enkel worden in-
~
gebouwd en aangesloten door een in­stallateur die op de hoogte is van elektriciteits- en wateraansluitingen. Laat dit werk uitvoeren door vakmensen die goed op de hoogte zijn van de nati­onale voorschriften en van de bijko­mende voorschriften van het plaatselijk elektriciteits- en waterbedrijf; ze moeten deze voorschriften zorgvuldig naleven. Wanneer er bij het inbouwen en aan sluiten van het toestel fouten worden gemaakt, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die daar eventueel het gevolg van is.
-
-
-
-
-
-
-
8
Page 9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
De elektrische veiligheid van de
~
stoomoven is alleen gewaarborgd als het toestel wordt aangesloten op een volgens de voorschriften geïnstalleerd aardsysteem. Het is belangrijk dat u dit controleert. Laat de elektrische installatie in uw wo ning bij twijfel door een elektricien con troleren. Miele kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die werd veroorzaakt doordat de aardleiding on derbroken was of gewoon ontbrak. Er bestaat in dat geval onder andere ge vaar voor elektrische schokken.
Vergelijk zeker eerst de aansluitge-
~
gevens (spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van uw elektrische installatie. Sluit daarna pas uw stoom­oven aan. Deze gegevens dienen absoluut over­een te stemmen. Anders treedt er scha­de op aan uw toestel. Vraag bij twijfel inlichtingen aan een elektricien.
Gebruik de stoomoven enkel in in-
~
gebouwde toestand. Enkel dan is een veilige werking gewaarborgd.
Open in geen geval de behuizing
~
van de stoomoven. Wanneer u aansluitingen onder span ning aanraakt of de elektrische en me chanische constructie wijzigt, kan dat voor u gevaar opleveren. Het kan ook tot storingen in de werking van de stoomoven leiden.
-
-
-
Installatie-, onderhouds- en
~
herstellingswerken mogen alleen wor den uitgevoerd door vakmensen die door Miele erkend zijn. Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- of herstellingswerken kunnen er voor de
­gebruiker aanzienlijke risico's ontstaan
­waarvoor Miele niet aansprakelijk kan worden gesteld.
-
Als de aansluitkabel beschadigd is,
~
moet deze worden vervangen door een speciale aansluitkabel van het type H 05 VV-F (PVC-isolatie). Deze kabel is verkrijgbaar bij de fabrikant of via de Service After Sales.
Defecte onderdelen mogen enkel
~
worden vervangen door originele Miele-wisselstukken. Enkel dan bent u zeker dat ze ten volle voldoen aan de eisen die Miele qua veiligheid stelt.
Tijdens installatie-, onderhouds- en
~
herstellingswerken moet de stoomoven van het elektriciteitsnet losgekoppeld zijn. Het toestel is pas stroomloos als aan een van deze voorwaarden is vol daan:
De zekeringen in uw zekeringenkast zijn uitgeschakeld.
De schroefzekeringen in uw zekeringenkast zijn helemaal uitge draaid.
De stekker is uit het stopcontact ge trokken.
-
-
-
-
9
Page 10
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Laat u de stoomoven tijdens de ga
~
rantieperiode herstellen, dan mag dat enkel gebeuren door een technicus die door Miele erkend is. Anders is er bij schade achteraf geen aanspraak meer op garantie.
Gebruik uit veiligheidsoverwegingen
~
geen verlengkabels om de stoomoven aan te sluiten. Die bieden niet voldoen de veiligheidsgaranties. Er bestaat on der andere gevaar voor oververhitting.
-
-
Efficiënt gebruik
De stoomoven, met name de toe
~
steldeur, wordt heet tijdens de werking en blijft het ook nog enige tijd nadat u het toestel hebt uitgeschakeld. Raak de hete toesteldeur enkel aan de deurknop en deurgreep aan.
Bescherm uw handen telkens als u
~
met de hete stoomoven omgaat. Maak gebruik van ovenwanten, pannenlap­pen of iets dergelijks. Zorg ervoor dat dit textiel niet nat of vochtig is. Anders wordt de warmte sterker overgedragen en kunt u zich verbranden.
Als u stoomovenpannen in het toe
~
stel plaatst of eruit haalt, let er dan op dat de inhoud niet overloopt. Vermijd contact met de hete stoom. Er bestaat gevaar voor brandwonden!
-
-
Open de toesteldeur nooit terwijl de
~
drukstoomoven in werking is! Dit zou tot brandwonden kunnen leiden. De deur mag pas worden geopend als
- de afkoelfase voltooid is,
- het geluidssignaal gestopt is,
- het symbool g op het display voor tijdsaanduiding
-
knippert. Als u de toesteldeur toch te vroeg probeert te openen, weerklinkt een waarschuwingssignaal en verschijnt "door" op het display voor tijdsaandui ding.
Voor het inmaken mag nooit een be-
~
reidingstemperatuur boven 95 °C wor­den gekozen (als het toestel meer dan 1000 m boven de zeespiegel staat, nooit boven 90 °C), anders ontploffen de bokalen. Er is gevaar voor verwon­dingen!
Wanneer u een elektrisch toestel,
~
bijv. een handmixer, gebruikt in de buurt van de stoomoven, zorgt u ervoor dat de aansluitkabel niet geklemd raakt wanneer u de toesteldeur opent en slui t. De isolatie van de kabel kan bescha digd raken. Er bestaat gevaar voor elektrische schokken!
Verwarm in de stoomoven nooit ge
~
sloten conservenblikken. Maak ook geen voedsel in blik in. Door overdruk kunnen die uiteenspatten en de oven ruimte beschadigen. Ook loopt u het ri sico u te verbranden of andere letsels op te lopen.
-
-
-
-
-
-
10
Voer de ontkalking (zie rubriek "Ont
~
kalken") uitsluitend uit wanneer de stoomoven afgekoeld is. Anders vor men er zich bijtende dampen.
-
-
Page 11
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Gebruik de stoomoven nooit zonder
~
bodemzeef, want grove voedselresten kunnen de waterafvoer en de pomp verstoppen.
Gebruik geen kookgerei uit kunst
~
stof. Dat smelt bij hogere temperaturen.
-
Miele is niet aansprakelijk voor scha de die ontstaan is doordat deze vei ligheidsrichtlijnen niet in acht wer den genomen.
-
-
-
Zorg ervoor dat gerechten altijd vol
~
doende worden verwarmd. Kiemen die eventueel in de gerechten aanwezig zijn, worden alleen gedood als de tem peratuur waaraan ze worden blootge steld hoog genoeg is en die lang ge noeg wordt aangehouden.
Bewaar geen klaargemaakte ge-
~
rechten in de ovenruimte en gebruik voor het bereiden geen voorwerpen die kunnen roesten. Dat kan tot corrosie van de stoomoven leiden.
De stoomoven kan bepaalde sto-
~
ringen zelf herkennen en verhelpen. Ze worden op het display aangegeven met de foutmeldingen F06 tot F95. De toe­steldeur mag pas worden geopend wanneer de foutmelding op het display knippert. Als het display niet knippert, is de foutverwerking nog niet voltooid. Meer informatie vindt u in de rubriek "Wat gedaan als ...?".
Stoomovens met klapdeur:
~
Laat de klapdeur geopend als het toe stel in werking is.
-
-
-
-
-
Als de stoomoven is ingebouwd
~
achter een meubeldeur, mag deze al leen worden gebruikt wanneer de meu beldeur is geopend. De meubeldeur mag pas worden geslo ten wanneer het toestel uitgeschakeld is en er geen aanduiding meer is dat het toestel nog warm is.
-
-
-
11
Page 12
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Verpakking wegdoen
De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Uw handelaar neemt de verpakking normaal gezien terug. Hergebruik van het verpakkingsmateri aal vermindert de afvalproductie en het gebruik van grondstoffen. Uw han delaar neemt de verpakking terug. Als dit niet het geval is, en u de transport verpakking zelf wegdoet, kunt u bij uw gemeentebestuur het adres van een containerpark in uw buurt opvragen.
-
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap­paraten bevatten vaak nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die voor het functio­neren en de veiligheid van het apparaat nodig waren. Als u het apparaat bij het gewone afval doet of bij verkeerde be­handeling kunnen deze stoffen schade­lijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Verwijder het afgedankte appa­raat dan ook nooit met het gewone af val.
-
Als u vragen heeft omtrent het af danken van uw oud toestel, neem dan contact op met
de handelaar bij wie u het kocht
­of
de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10, website: www.recupel.be
of
uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus sen kindveilig wordt bewaard voor u het laat wegbrengen.
-
-
Bij de aankoop van uw nieuw toestel heeft u een bijdrage betaald. Die wordt volledig gebruikt voor de toekomstige recyclage van dat toestel. Dat bevat trouwens nog waardevol materiaal. Door te recycleren wordt er dan ook minder verspild en vervuild.
12
Page 13
Vóór het eerste gebruik
Waterhardheid instellen
Uw toestel is standaard ingesteld op hardheidsgraad IV (04).
Wijkt de waterhardheid in uw streek hiervan af, dan kunt u - voor zover dat tijdens de installatie nog niet gebeurd is
- zelf de juiste waterhardheid instellen. Ga te werk zoals beschreven in de ru briek "Programmering".
De hardheid van uw leidingwater kunt u met de bijgeleverde teststrip meten. U kunt de hardheid ook navragen bij uw waterbedrijf.
De waterhardheid wordt in categorieën (van I tot IV) of in Duitse graden (van 1 tot > 21 °dH) opgegeven.
Categorie Weergave Hard-
I 01 1-7 °dH
II 02 8-14 °dH
III 03 15-21 °dH
-
heid
Opstelplaats
Als het toestel meer dan 1000 m boven de zeespiegel is opgesteld, ligt het kookpunt van het water lager dan in la ger gelegen streken. Het toestel kan aan deze situatie worden aangepast door de overeenkomstige programme ring te wijzigen. Ga te werk zoals be schreven in de rubriek "Programme ring".
-
-
-
-
IV 04 >21 °dH
13
Page 14
Vóór het eerste gebruik
Deur openen en sluiten
Voor u de toesteldeur opent, dient u het draagblad uit te trekken. U kunt dan uw bereiding neerzetten en eventueel af druipend heet water wordt opgevan gen.
Deur openen
Schuif de deurontgrendeling met de
^
duim van de rechterhand naar voren en draai de greep omhoog.
Als de greep horizontaal staat, is de toesteldeur ontgrendeld en kan ze wor­den geopend.
-
-
Deur sluiten
Zet de greep horizontaal.
^
Enkel in die positie kunnen de lamel len van de deur en van de ovenruim te (zie pijlen) in elkaar grijpen.
^ Duw met de linkerhand de toestel-
deur aan de deurknop stevig vast.
^ Schuif met de rechterhand de greep
omlaag tot hij hoorbaar vergrendelt. Duw de deurontgrendeling daarbij met de duim naar voren. Zo wordt de ovenruimte ontlucht en kan de deur gemakkelijker worden gesloten.
-
-
Open de toesteldeur nooit terwijl de drukstoomoven in werking is! Dit zou tot brandwonden kunnen leiden.
Als u de deur probeert te openen tijdens de werking of voor de afkoelfase voltooid is, weerklinkt een waarschu wingssignaal en verschijnt "door"op het tijdsdisplay.
14
-
Het toestel is enkel gebruiksklaar wan neer de toesteldeur volledig gesloten is.
^
Schuif het draagblad weer in.
-
Page 15
Kleef het typeplaatje dat bij de docu
^
mentatie bijgevoegd is op de daar voor bestemde plaats in de rubriek "Typeplaatje".
Het toestel reinigen en opwarmen vóór het eerste gebruik
Verwijder eventuele beschermfolies.
^
Verwijder alle toebehoren uit de
^
ovenruimte. Reinig het met de hand, niet in de afwasautomaat.
Vóór het eerste gebruik
-
-
Het toestel werd voor de levering be handeld met een onderhoudsproduct.
^ Reinig de ovenruimte met een scho-
ne sponsdoek, handafwasmiddel en warm water om de film van het on­derhoudsproduct te verwijderen.
^ Neem het toestel gedurende
10 minuten in gebruik met de functie Koken met drukstoom °,op 120 °C, om de onderdelen die met water in aanraking komen, te spoe len. Ga te werk zoals beschreven in de rubriek "Bediening".
-
-
15
Page 16
Bediening
Voor elk gebruik
Controleer of
- de wateraansluitkraan geopend is.
- de bodemzeef juist geplaatst is, want grove voedselresten kunnen de waterafvoer verstoppen.
- de deur volledig gesloten is.
Enkel dan kan het toestel in gebruik worden genomen.
Instellen
Bij het instellen van het toestel moeten de volgende stappen worden uitge voerd:
A De deur van het toestel sluiten
B Het toestel inschakelen
C Een werkwijze kiezen
D Eventueel de voorgestelde
temperatuur wijzigen
E De tijd instellen
F Starten
De instelprocedure wordt hierna meer in detail beschreven.
-
16
Page 17
Overzicht van de functies
Bediening
Sym
Functie Voorgeprogrammeerde
-
bool
° Koken met
temperatuur*
in °C
120 105 - 120 101 - 120
Instelbaar temperatuurbereik**
fabrieks-
instelling
in °C
gewijzigde
instelling
drukstoom
P Koken met stoom 100 40 - 100 40 - 100
Ä Opwarmen 95 - -
N Ontdooien 60 50 - 60 50 - 60
* De voorgeprogrammeerde temperatuur is de temperatuur die in onze
proefkeuken de beste is gebleken.
** U kunt de voorgeprogrammeerde temperatuur binnen de hierboven vermelde
grenzen wijzigen in stappen van 5 °C. Als u in stappen van 1 °C wenst te wer­ken, dient u de fabrieksinstelling te wijzigen (zie rubriek "Programmering").
17
Page 18
Bediening
Toestel inschakelen en een functie selecteren
Na het inschakelen, terwijl de drukstoomoven in werking is en na het uitschakelen is een (brommend) geluid te horen. Dit geluid wijst niet op een storing of een defect. Het duidt erop dat er wa ter wordt aangevoerd of wegge pompt.
Sluit de toesteldeur.
^
Schakel het toestel in met de aan-ui
^
ttoets.
U ziet het volgende op het functie-/tem­peratuurdisplay:
Na enkele seconden verschijnt automa tisch de functie Koken met drukstoom °.
-
-
Als u met een andere functie wenst te werken, drukt u zo vaak op de functie toets - tot de gewenste functie ver schijnt, bijv. Koken met stoom P.
-
Voorgeprogrammeerde temperatuur wijzigen
U kunt de voorgeprogrammeerde tem­peratuur binnen bepaalde grenzen wij­zigen in stappen van 5 °C. De voorge­programmeerde temperatuur en het temperatuurbereik vindt u in de tabel "Overzicht van de functies". Als u in stappen van 1 °C wenst te werken,
­dient u eerst de fabrieksinstelling te wij
zigen (zie rubriek "Programmering").
^
Stel met de temperatuurtoets + of ­de gewenste temperatuur in.
-
-
-
18
U kunt de temperatuur altijd wijzigen, dus zowel voor als na de start.
Page 19
Bediening
Stoomtijd instellen
Op het display voor tijdsaanduiding ziet u 3 nullen en het knipperende symbool g.
Stel met de tijdtoets + of - de ge
^
wenste tijd in, bijv. 20 minuten.
U kunt een tijd tussen 1 minuut (0:01)en 9 uur 59 minuten (9:59) instellen.
U kunt de tijd altijd wijzigen, dus zowel voor als na de start.
De stoomtijd voor de verschillende le­vensmiddelen vindt u in de volgende tabellen of in het kookboek. Hou er re­kening mee dat de stoomtijd niet af hangt van de hoeveelheid levensmid delen, maar van hun omvang. Grote aardappelen bijv. dienen langer te sto men dan kleine.
-
-
-
-
Werking starten
De werking kan worden gestart als
de toesteldeur gesloten is
een stoomtijd ingesteld is.
Als de toesteldeur niet volledig geslo ten is, weerklinkt na de start een waar schuwingssignaal en verschijnt "door" op het display voor tijdsaanduiding.
Druk op de start-stoptoets -.
^
Op het display voor tijdsaanduiding knippert "Start", het symbool g knip­pert niet meer en de dubbele punt be­gint te knipperen.
Het functie-/temperatuurdisplay toont de huidige temperatuur in de ovenruim te, die u nu ziet stijgen.
-
-
-
19
Page 20
Bediening
Werking onderbreken
U kunt de werking altijd onderbreken om bijv. bijkomend voedsel in de oven ruimte te plaatsen.
Druk op de start-stoptoets -.
^
Op het display voor tijdsaanduiding verschijnt "Stop".
De afkoelfase begint.
Op het display voor tijdsaanduiding verdwijnen het symbool g en "Start", en de dubbele punt stopt met knippe­ren.
Na ca. 1 minuut is de afkoelfase vol tooid. Op het functie-/temperatuurdis play verschijnt opnieuw de laatst inge
­stelde temperatuur.
Wacht tot u verschillende
^
geluidssignalen hoort en tot het sym bool g op het display voor tijdsaan duiding knippert.
^ Trek het draagblad uit.
^ Open de deur.
-
-
-
-
-
Op het functie-/temperatuurdisplay ver schijnt een voortgangsbalk tijdens de afkoelfase.
20
-
Page 21
Bediening
Werking hervatten
Sluit de toesteldeur.
^
Schuif het draagblad weer in.
^
Druk op de start-stoptoets -.
^
Er wordt opnieuw opgewarmd. Hierbij toont het display de stijgende tempera tuur in de ovenruimte.
Open de toesteldeur nooit terwijl de drukstoomoven in werking is! Dit zou tot brandwonden kunnen leiden. Let vooral op kinderen!
De deur mag pas worden geopend als
- de afkoelfase voltooid is,
- het geluidssignaal gestopt is,
- het symbool g op het display voor
tijdsaanduiding knippert.
Als u de toesteldeur te vroeg probeert te openen, weerklinkt een waarschuwingssignaal en verschijnt "door" op het display voor tijdsaan duiding.
-
Andere functie kiezen
Druk op de start-stoptoets -.
^
Wacht tot de afkoelfase beëindigd is.
^
Kies de gewenste functie en ga te
^
werk zoals hierboven werd beschre ven.
-
-
Als u stoomovenpannen uitneemt, dient u op te letten dat de inhoud niet overloopt.
21
Page 22
Bediening
Na afloop van de stoomtijd
De stoomtijd eindigt met een afkoel fase.
Op het display voor tijdsaanduiding verschijnt "Stop". Het symbool g en "Start" verdwijnen en de dubbele punt stopt met knipperen.
Op het functie-/temperatuurdisplay ver­schijnt een voortgangsbalk tijdens de afkoelfase.
Na ca. 1 minuut is de afkoelfase vol­tooid. Bij grotere hoeveelheden kan dit iets langer duren.
^ Wacht tot u verschillende
geluidssignalen hoort, op het display voor tijdsaanduiding 3 nullen staan en het symbool g knippert.
-
Het toestel pompt nu weg. Op het functie-/temperatuurdisplay ziet u drie horizontale streepjes ---. Daarna wordt "°C" weergegeven zolang de ovenruim te nog een temperatuur van meer dan 45 °C heeft. Merk op dat het toestel pas definitief uitschakelt als "°C" verdwijnt.
Ondanks de afkoelfase kunnen de ovenruimte en de deur nog heet zijn. Gebruik droge, tegen hitte geïso leerde handschoenen om de stoom ovenpannen uit te nemen.
Als u stoomovenpannen uitneemt, dient u op te letten dat de inhoud niet overloopt.
-
-
-
^
Trek het draagblad uit.
^
Open de deur.
^
Schakel het toestel uit.
22
Page 23
Bediening
Na het gebruik
Wanneer "°C" op het functie-/tempe
^
ratuurdisplay is uitgegaan, veegt u de ovenruimte met afwasmiddel of azijnwater uit. Wrijf de ovenruimte daarna droog.
Laat de ovendeur openstaan zolang
^
de binnenruimte nog vochtig is.
Sluit de wateraansluitkraan om even
^
-
tuele waterschade te vermijden.
Schuif het draagblad weer in.
^
-
23
Page 24
Praktische toepassingen
Kookgerei kiezen
Bij het toestel is kookgerei uit roestvrij staal geleverd. U kunt nog bijkomende stoomovenpan nen van verschillende grootte aankopen, die met of zonder gaatjes le verbaar zijn (zie rubriek "Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren"). Zo kunt u voor elk gerecht de meest geschikte stoomovenpan gebruiken.
Let hierbij op de volgende punten:
Gebruik bij alle gerechten waar dat
mogelijk is, stoomovenpannen met gaatjes, bijv. voor groenten. De stoom kan dan van alle kanten bij het gerecht waardoor het gelijkmatig gaar wordt.
– Voedingsmiddelen met een relatief
grote doorsnede, zoals hele aardap­pelen, sluiten niet strak op elkaar aan. Daardoor ontstaan er holle ruim­ten die voor stoom goed toegankelijk zijn. De bereidingstijd blijft zo ook bij een volle stoomovenpan gelijk. U kunt voor dit soort voedingsmiddelen ook grotere stoomovenpannen ge bruiken.
-
Compacte gerechten (zoals soufflé)
en voedingsmiddelen met een kleine doorsnede (zoals erwten en asper ges) vormen nauwelijks holle ruim
­ten. Zo kan de stoom er nauwelijks
binnendringen. De bereidingstijd
­neemt dan ook met de vulhoogte toe.
Gebruik in dit geval bij voorkeur plat te stoomovenpannen en vul ze niet hoger dan3à5cm.Verdeel grote hoeveelheden eventueel over ver schillende platte stoomovenpannen. Zo wordt de aanbevolen vulhoogte niet overschreden. Alleen dan gel den de opgegeven bereidingstijden. Bij een grotere vulhoogte neemt de bereidingstijd toe.
U kunt ook uw eigen vaatwerk van glas, keramiek, porselein, roestvrij staal of email gebruiken. Hou in dat geval re­kening met deze tips:
– Het kookgerei moet bestand zijn te-
gen temperaturen tot 120 °C.
– Vaatwerk met een dikke wand is min-
der geschikt. Daardoor wordt de op gegeven stoomtijd merkelijk langer.
Zet het kookgerei op de stelplaat.
-
-
-
-
-
-
24
Let erop dat het kookgerei niet tegen de wand van de ovenruimte komt, zodat de stoom langs alle kanten on gehinderd rond het voedsel kan lo pen.
-
-
Page 25
Stomen
Praktische toepassingen
Gerecht Werkwijze Tempera
tuur in °C
Groente
Bloemkoolroosjes Stomen onder
druk °
Sperziebonen " 120 3-5
Groene kool, gesneden " 120 10-17
Wortels, gesneden " 120 3-4
Aardappelen, geschild, in vieren gesneden
Koolrabi, gesneden " 120 3-5
Aardappelen in de schil " 120 12-14
Prei (look), gesneden " 120 2-3
Spruitjes " 120 6-8
Rode kool, gesneden " 120 4-6
Broccoliroosjes Drukloos
Erwten " 100 3-5
Asperges, wit, duimdik " 100 10-14
Vlees en worst
Casselerrib, in schijven Stomen onder
Rundsgoulash, aangebraden " 120 20-25
Kookworstjes Drukloos
Kippenborst " 100 6-8
In reepjes gesneden kalfsvlees, aangebraden
Kalkoenrollade, aangebraden " 100 12-15
Witte worstjes " 90* 5-7
" 120 6-8
stomenP
druk °
stomenP
" 100 3-4
120 3-5
100 4-6
120 3-4
90* 2-4
Bereidingstijd
­in minuten
* Deze temperatuur komt niet overeen met de voorgestelde temperatuur.
25
Page 26
Praktische toepassingen
Gerecht Werkwijze Temperatuur
in °C
Vis en schaaldieren
Forel, volledig Drukloos stomenP 100 10-12
Kabeljauw, in stukken " 100 4-8
Zalm, filet " 100 4-6
Roodbaars " 100 4-8
Mosselen " 90* 10-12
Peulvruchten
Bonen, ingeweekt Stomen onder druk
°
Erwten, ingeweekt " 120 10-15
Linzen, bruin " 120 8-10
Deegwaren en rijst
Graan, volledig Stomen onder druk
°
Graan, grof gemalen " 120 5 Rijst Drukloos stomenP 100 20-25
Eieren
Eieren, zacht gekookt Drukloos stomenP 100 3-4
Eieren, medium gekookt " 100 5-6
Eieren, hard gekookt " 100 8-10
Fruit
Stukjes appel of peer Drukloos stomenP 100 3-5
Pruimen " 100 2-4
Rabarber " 100 2-4
Krieken " 100 2-4
Desserts
Knoedels Drukloos stomenP 100 12-15
Koude pudding " 100 10-12
Soufflé, in porties " 90* 15-20
120 10-15
120 8-15
Bereidingstijd
in minuten
* Deze temperatuur komt niet overeen met de voorgestelde temperatuur.
26
Page 27
Praktische toepassingen
Aanbevelingen voor het gebruik
Wij adviseren
de werkwijze Koken met drukstoom
° 120 °C om levensmiddelen die niet gevoelig zijn voor druk, snel te bereiden.
de werkwijze Koken met stoom
P 100 °C om levensmiddelen die gevoelig zijn voor druk, voorzichtig te bereiden.
Stoomtips
U kunt gelijk welke inschuifhoogte
kiezen en tegelijk meerdere ge­rechten op verschillende niveaus be­reiden. Dit is niet van invloed op de bereidingstijd.
– Wanneer u diepvriesproducten wilt
bereiden, bijvoorbeeld groente, let er dan op dat deze niet samengeklon­terd in de stoomovenpan liggen. Ver­klein de blokken zo nodig. De berei­dingstijd komt overeen met die van verse groente.
Diepvriesgroente en verse groente met dezelfde bereidingstijd kunnen samen worden bereid.
De ingevroren vis moet een beetje ontdooid worden alvorens de vis te stomen. Wij raden de werkwijze "ont dooien" te gebruiken (zie overeen komstig rubriek).
Bij stomen blijft de eigen smaak van gerechten beter behouden dan bij gewoon koken. Voeg daarom pas na het stomen kruiden toe.
Laat peulvruchten en granen vooraf
gaand aan de bereiding in koud wa ter weken. Peulvruchten en granen zetten uit tijdens de bereiding. Daarom moeten ze in vloeistof worden bereid. De ver houding tussen peulvruchten en gra nen (ingeweekt) en water dient 1:1 te zijn.
Rijst zet uit tijdens de bereiding.
Daarom moet de rijst in vloeistof wor den bereid. Afhankelijk van de vorm en voorbehandeling is de vochtopname en dus ook de verhou ding tussen rijst en vloeistof verschil­lend. Bij voorgekookte rijst, basmatirijst en wilde rijst dient de verhouding tussen rijst en vloeistof 1:1 te zijn, bij volkorenrijst 1:1,5 en bij risottorijst 1:2.
– Droge noedels en deegwaren dient u
goed met vloeistof te bedekken. De door de fabrikant vermelde berei­dingstijd moet ongeveer ingekort, aangezien de deegwaren reeds tijdens het opwarmen uitzet ten.
De kookvloeistof wordt weliswaar door bepaalde levensmiddelen opgeslorpt (bijv. rijst), maar blijft meestal volledig behouden (bijv. bij
-
eenpansgerechten). Na het stomen
-
kunt u de kookvloeistof binden, verdikken of met slagroom opkloppen.
1/
worden
3
-
-
-
-
-
-
-
Als u met vloeistof kookt, vult u de stoomovenpan maar voor
3
/4.
27
Page 28
Praktische toepassingen
U kunt in de stoomoven sauzen
binden door meelballetjes toe te voegen aan de vloeistof (40 gr meel en 40 gr boter voor 0,5 liter vloeistof).
Vet stoomovenpannen met gaatjes in
als u daarin vis bereidt. Vet stoom ovenpannen zonder gaatjes in als u daarin eieren klaarmaakt, bijv. bouil lon met ei.
Als vlees zonder toevoeging van
vloeistof wordt bereid, krijgt u zui vere vleesjus, waarmee u bijv. een saus kunt bereiden. Plaats het vlees en eventueel andere ingrediënten, bijv. groenten, in een stoomovenpan met gaatjes. Schuif de stoomoven­pan zonder gaatjes eronder om het concentraat op te vangen.
– Als vlees wordt bereid met toevoe-
ging van vloeistof, dient u vooral bij de werkwijze Koken met drukstoom ° de in het receptenboekje ver­melde hoeveelheid vloeistof aan te houden. Als u te veel vloeistof toe­voegt, kan ze schuimend overlopen. Verhoog de hoeveelheid vloeistof in dien nodig pas na het bereiden, bijv. door te overgieten met bouillon.
In de werkwijze Koken met drukstoom ° kan de normale be reidingstijd met ongeveer de helft worden verkort.
Bij de functie Koken met drukstoom
°120 °C onstaan er tijdens de af koelfase luchtwervelingen in de ovenruimte. Voedsel kan door deze luchtwervelingen uit de stoomoven
-
-
-
-
-
pan worden meegezogen en op de wand van de ovenruimte terecht komen. Dit is vooral mogelijk bij le vensmiddelen die in vloeistof worden bereid (soep, eenpansgerecht, rode kool, etc.) en bij levensmiddelen met een brijachtige consistentie (bijv. ap pelmoes). Dek daarom de stoomovenpan af met de plaat of het deksel (zie ru briek "Mits toeslag verkrijgbaar toe­behoren") wanneer u dergelijke le­vensmiddelen bereidt. Schuif de stoomovenpan met afdekking tussen de inschuiflijsten, niet erop.
– Als u op twee niveaus werkt, kunt u
voorkomen dat de smaak door af­druipend sap wordt overgedragen, door de stoomovenpan zonder gaat­jes bovenaan te plaatsen en de stoomovenpan met gaatjes onder aan.
U kunt gistdeeg in dit toestel laten rij zen. Kies daartoe de werkwijze Koken met stoom P. Verlaag de voorge stelde temperatuur tot 40 °C. Dek de deegschotel af!
-
-
-
-
-
-
-
-
-
28
Page 29
Praktische toepassingen
Regenereren
Ä Regenereren
Voedsel Tijd in minuten
Groente
Bloemkool, bonen 2
Koolrabi, wortels 2
Garnering
Deegballetjes, aardappelen (overlangs gehalveerd)
Noedels, rijst 2-3
Vlees en gevogelte
Gebraad in schijven, 1,5 cm dik
Goulash 3-5
Gepaneerde kippenfilets 3-5
Gekookte vleesballetjes in kappertjessaus
Rollade in schijven 3-5
Vis
Visfilet 2-3
Visrollade, gehalveerd 2-3
Schotels
Kippenfricassee met rijst 3-5
Varkensgebraad met aard appelen en groente
Spaghetti met tomatensaus 2-3
Soep / eenpansgerechten
Eenpansgerecht 4-5
Groentesoep, roomsoep, heldere soep
-
3-4
3-5
3-5
3-4
2-3
In dit toestel kunt u in de werkwijze Re genereren Ä reeds volledig bereid voedsel zeer goed opnieuw opwarmen. Ook het kookgerei wordt daarbij opge warmd. Omdat het toestel in deze werk wijze niet met water afkoelt, wordt er nauwelijks condensatie gevormd.
Zo gaat u te werk:
Plaats het voedsel op een plat bord.
^
Plaats het bord op de legplaat en
^
schuif het geheel in de oven.
Stel de werkwijze Regenereren Ä
^
in.
^ Stel de tijd in (zie de tabel).
^ Druk op de toets start/stop.
-
-
-
29
Page 30
Praktische toepassingen
Ontdooien
N ONTDOOIEN
Gerecht Gewicht in g Temperatuur
in °C
Vlees
Goulash 500 60 30-40 10-15
Gehakt 250 50* 15-20 10-15
Schnitzel, kotelet, braadworst 800 60 25-35 15-20
Gevogelte
Kip 1000 60 40 15-20
Kippenbouten 150 60 20-25 10-15
Gepaneerde kippenfilets 500 60 25-30 10-15
Vis, zeevruchten
Visfilet 400 60 15 10-15
Garnalen 300 60 4-6 5
Groente
In een blok ingevroren 300 60 20-25 10-15
In ministukjes ingevroren 350 60 15 8-10
Fruit
Appelmoes 250 60 20-25 10-15
Bessen 300 60 8-10 10-12
Zuivel
Kaas 100 60 15 10-15
Room 250 60 20-25 10-15
Gebak
Gebak van bladerdeeg - 60 10-12 10-15
Gebak van gistdeeg - 60 10-12 10-15
P Drukloos stomen
Brood 250 100 10-15 10-15
Broodjes - 100 6-7 1-2
Ontdooitijd
in minuten
Wachttijd
in minuten
* Deze temperatuur komt niet overeen met de voorgestelde temperatuur.
30
Page 31
Praktische toepassingen
U kunt in uw oven ingevroren levens middelen ontdooien. De ontdooitijden zijn dan aanzienlijk korter dan wanneer op kamertemperatuur wordt ontdooid.
Plaats de te ontdooien levensmid
^
delen in het toestel.
Stel de werkwijze Ontdooien Ä in.
^
Wijzig eventueel de voorgestelde
^
temperatuur (zie tabel).
Stel de tijd in (zie de tabel).
^
Druk op de toets start/stop.
^
Ontdooitips
– Als u druipende levensmiddelen, zo-
als gevogelte, wenst te ontdooien, plaatst u de levensmiddelen in een stoomovenpan met gaatjes en schuift u de stoomovenpan zonder gaatjes eronder. De levensmiddelen liggen dan niet in het dooivocht. Het dooivocht van gevogelte giet u met­een na het ontdooien weg-umag dit in geen geval nog gebruiken! Er is risico voor salmonellavergifti ging!
-
-
-
Laat vis voor de bereiding niet hele
maal ontdooien. Het is voldoende wanneer het oppervlak zacht genoeg is om kruiden op te nemen.
Keer de levensmiddelen na de helft
van de ontdooitijd om. Maak levens middelen die aan elkaar kleven (zo als bessen en stukken vlees of vis) los en verdeel ze zo goed mogelijk.
Laat de levensmiddelen nadat u ze
uit het toestel genomen hebt, nog enige tijd bij kamertemperatuur staan. Door deze wachttijd (zie tabel) kunnen de levensmiddelen tot in de kern ontdooien.
– Als levensmiddelen eenmaal zijn ont-
dooid, mogen ze niet nog eens wor­den ingevroren.
– Ingevroren kant-en-klaargerechten
moet u ontdooien volgens de aanwij­zingen op de verpakking.
– Laat gebak bij het ontdooien in zijn
gesloten diepvriesverpakking.
-
-
-
Levensmiddelen die niet druipen, kunt u ook onverpakt in een stoom ovenpan met gaatjes ontdooien.
-
31
Page 32
Praktische toepassingen
Complete maaltijden
U spaart veel stroom en tijd als u het toestel gebruikt om er verschillende ge rechten tegelijk (bijv. complete maaltij den) in te bereiden.
Omdat de verschillende bestanddelen van een gerecht niet altijd dezelfde kooktijd hebben, moeten ze op ver schillende tijdstippen in de oven wor den gezet. Onze testkoks bevelen de volgende werkwijze aan (getoond aan de hand van een voorbeeld):
Zweedse lams­ragout in dillesaus 8 minuten Aardappelen 8 minuten Wortels 4 minuten
Zo gaat u te werk:
^ Plaats eerst het voedsel met de
langste stoomtijd (lamsragout en aardappelen) in de ovenruimte.
^ Stel de werkwijze Stomen onder druk
° 120 °C in.
-
-
Blancheren
In uw stoomoven kunt u goed groente en fruit blancheren om die daarna in te
­vriezen.
-
Doe de voorbereide groenten/vruch
^
ten in een stoomovenpan met gaatjes en schuif de pan in het toestel.
Stel de werkwijze Drukloos stomen
^
P 100 °C in.
Stel een tijd van 1-2 minuten in.
^
Druk op de toets start/stop.
^
Dompel de groenten/vruchten na het
^
blancheren in ijswater onder om ze snel af te koelen. Laat ze daarna goed afdruppen.
U kunt de groenten/vruchten nu invrie­zen.
-
^
Stel de verschiltijd in, m.a.w. de tijd tot u het volgende gerecht in de oven moet plaatsen, in dit geval 4 minuten.
^
Druk op de toets start/stop.
^
Als de ingestelde tijd verstreken is en de afkoelfase beëindigd is, plaatst u het tweede gerecht (wortels) in het toestel.
^
Stel de stoomtijd van het tweede be standdeel in, hier 4 minuten.
^
Druk op de toets start/stop.
Na afloop van de stoomtijd kunt u alle spijzen tegelijk uit de oven nemen.
32
-
Page 33
Praktische toepassingen
Inmaken
Voor het inmaken mag nooit een be reidingstemperatuur boven 95 °C worden gekozen (als het toestel meer dan 1000 m boven de zeespiegel staat, nooit boven 90 °C), anders ontploffen de bokalen. Gevaar voor verwondingen!
Kies om in te maken de werkwijze Druk loos stomen P.
P Drukloos stomen
Gerecht Tempera-
tuur in °C
Fruit
Appels 90* 50
Appelmoes 90* 65
Aal­bessen
Kruis­bessen
Steenvruch ten
Groente
Bonen 95* 120
-
80* 50
80* 55
85* 55
Tijd in
minuten**
Zo gaat u te werk:
Plaats de voorbereide (even grote)
^
­bokalen zo op een stoomovenpan
met gaatjes, dat ze elkaar niet raken.
-
^ Stel de werkwijze Drukloos stomen
P in.
^ Verminder de voorgestelde tempera-
tuur (zie tabel).
^ Stel de tijd in (zie de tabel).
^ Druk op de toets start/stop.
^ Benut de resterende warmte door de
bokalen pas 30 minuten na het uit schakelen uit de oven te halen.
^
Laat de bokalen vervolgens, met een doek erover, ca. 24 uur langzaam af koelen.
-
-
Augurken 90* 55
* Deze temperatuur komt niet overeen
met de voorgestelde temperatuur.
** De opgegeven tijden zijn bedoeld
voor bokalen van 1 liter. Bij bokalen van 0,5 liter is de tijd 15 minuten kor ter, bij bokalen van 0,25 liter 20 minuten korter.
-
33
Page 34
Praktische toepassingen
Uitpersen
In uw toestel kunt u met de werkwijze Stomen onder druk ° fruit en groeten uitpersen. Overrijpe vruchten zijn perfect geschikt om sap te produceren; hoe rijper de vruchten, hoe meer en hoe aromatischer het sap.
° Stomen onder druk
Levensmiddelen Tijd in
minuten
zachte vruchten, bijv. bessen
middelharde vruchten bijv. appels, peren
harde vruchten bijv. kweeperen
Zo gaat u te werk:
^ Doe de voorbereide en uit te persen
levensmiddelen in een stoomoven­pan met gaatjes en schuif de pan in het toestel.
^
Plaats een stoomovenpan zonder gaatjes eronder om het sap op te vangen.
^
Stel de werkwijze Stomen onder druk ° 120 °C in.
^
Stel de tijd in (zie de tabel).
20-35
30-45
40-50
Tips om uit te persen
Selecteer en was het uit te persen
fruit of de groenten. Snij bescha digde stukken weg.
Steenvruchten moeten niet worden
ontpit.
Verwijder de stelen van wijndruiven
en morellen, want ze bevatten bittere stoffen. Van bessen hoeft u de stelen niet te verwijderen.
Snij grote vruchten zoals appels in
blokjes van ca. 2 cm dik. Hoe harder het fruit of de groente, hoe kleiner het moet worden gesneden.
– Om de smaak af te ronden, vermengt
u zachte met bittere vruchten, bijv. appels met vlierbessen.
– Toegevoegde suiker verhoogt de
hoeveelheid sap en verbetert het aroma wanneer de suiker in het fruit wordt gestrooid en enkele uren kan intrekken. Wij adviseren 100 - 150 g suiker op 1 kg zoet fruit, 150 - 200 g suiker op 1 kg bitter fruit.
De smaak van groentesap kan wor den versterkt door kruiden toe te voegen.
Als u het verkregen sap wenst te be waren, giet u het heet in schone fles sen en sluit u ze onmiddellijk af.
-
-
-
-
^
Druk op de toets start/stop.
34
Page 35
Praktische toepassingen
Serviesgoed desinfecteren
Serviesgoed en babyflessen die in het toestel zijn gedesinfecteerd zijn na af loop van het programma even vrij van bacteriën als bij het uitkoken. Con troleer vooraf aan de hand van de ge gevens van de fabrikant of alle onder delen bestand zijn tegen hete stoom en hoge temperaturen (de temperatuur kan 100 °C bereiken).
Maak de onderdelen van de baby
^
flessen los. Plaats de stukken in een geperforeerde stoomovenpan en zorg ervoor dat ze niet tegen of op el kaar liggen. Dek de stoomovenpan met de plaat of het deksel af.
^ Stel de functie Koken met stoom P
100 °C in.
^ Stel een tijd in van 30 minuten en be-
vestig.
Steek de babyflessen pas weer in el­kaar als ze helemaal droog zijn. Enkel op die manier vermijdt u dat er weer kiemen ontstaan.
-
-
-
-
-
Yoghurt bereiden
Roer 100 g yoghurt (met levende
^
cultuur) in 1 liter melk. Let er daarbij op dat de yoghurt en de melk hetzelf de vetgehalte hebben. U kunt zowel ongekoelde H-melk of verse melk gebruiken. Verse melk moet u echter eerst tot 90 °C verhit ten (niet koken!) en vervolgens weer laten afkoelen. Anders wordt de yog hurt niet stevig genoeg. Als u verse melk gebruikt, wordt de yoghurt iets steviger dan met gewone melk.
Doe dit mengsel in 6 tot 7 glazen.
^
­Dek de glazen af.
^ Plaats de glazen in een geperfo-
reerde stoomovenpan en zorg ervoor dat ze elkaar niet raken.
^ Kies de functie Koken met stoom
P. Verlaag de voorgestelde tem­peratuur tot 40 °C.
^ Stel een duur van 5 uur in.
Laat de yoghurt afkoelen en bewaar hem daarna in de koelkast.
-
-
-
Pas als de yoghurt volledig is afge koeld, is hij op zijn dikst.
-
35
Page 36
Veiligheidsinstellingen
Normaal regelt het toestel de druk en de temperatuur automatisch. Mochten er zich eventueel problemen voordoen, dan is uw toestel met twee veiligheidsinrichtingen beschermd te gen te hoge druk (overdrukbeveiliging en veiligheidsventiel) en tegen te hoge temperatuur (oververhittingsbeveili ging).
Het veiligheidsventiel en de overdruk beveiliging moeten afhankelijk van de gebruiksfrequentie om de 1 tot 2 jaar worden vervangen.
Wijzigingen aan de veiligheidsinrichtingen zijn verboden.
-
-
-
Overdrukbeveiliging / veiligheidsventiel
Het veiligheidsventiel en de overdruk beveiliging kunnen afzonderlijk, tegelijk of na elkaar in werking treden.
Als ze in werking treden, loopt er stoom boven en onder het deurbeslag uit.
Druk op de toets start/stop.
^
^ Wacht tot de afkoelfase beëindigd is
(zie rubriek "De werking onderbre­ken").
^ Trek de legplaat uit.
-
36
^
Doe de toesteldeur open.
Page 37
Veiligheidsinstellingen
Controleer eerst of het siliconeschijfje
^
uit de overdrukbeveiliging is geduwd. Als dit het geval is, duwt u een nieuw siliconeschijfje (zie rubriek "Mits toeslag verkrijgbaar toebeho ren") in de opening van de overdruk beveiliging aan de binnenzijde van de toesteldeur.
U kunt het toestel nu weer op de nor­male wijze gebruiken.
Als de overdrukbeveiliging niet heeft
^
gewerkt, trekt u het veiligheidsven tiel aan de binnenzijde van de deur
af.
­Duw de metalen pen van het veilig
^
­heidsventiel weer in.
^ Steek het veiligheidsventiel weer op.
Let erop dat de rubberen dichting juist past.
U kunt het toestel nu weer op de nor male wijze gebruiken.
-
-
-
Als de overdrukbeveiliging of het veilig heidsventiel opnieuw in werking treedt, verwittigt u de Technische Dienst van Miele.
-
37
Page 38
Veiligheidsinstellingen
Beveiliging tegen oververhitting
De oververhittingsbeveiliging bevindt zich onder de toets aan/uit. Als deze beveiliging in werking treedt omdat de temperatuur in het waterreservoir te hoog is, wordt de verwarming van het toestel automatisch uitgeschakeld. In de werkwijze-/temperatuurindicator ver schijnt F27 en de afkoelfase begint.
Na 1 minuut is de afkoelfase beëindigd en hoort u verschillende geluidssignalen. In de werkwijze-/tem peratuurindicator knippert gedurende korte tijd F27, daarna verschijnen drie horizontale streepjes ---. Na enkele ogenblikken verschijnt F20 op de indi­cator.
Zo gaat u te werk:
^ Schakel het toestel uit en open de
deur.
Neem de beschermkap van de over
^
verhittingsbeveiliging (zie pijl) af en duw de oververhittingsbeveiliging met een stabiel dun voorwerp, bijv. een schroevendraaier, terug.
Zet de beschermkap op.
^
-
-
U kunt het toestel nu weer op de nor­male wijze gebruiken.
Als de oververhittingsbeveiliging op­nieuw in werking treedt, verwittigt u de Technische Dienst van Miele.
-
^ Laat het toestel ca. 30 minuten afkoe-
len.
Ondertussen verdwijnt F20 van de indi cator.
38
-
Page 39
Veiligheidsinstellingen
Vergrendeling
Om te vermijden dat het toestel onge wenst wordt gebruikt of dat er tijdens de werking bepaalde instellingen wor den gewijzigd, is het toestel voorzien van een vergrendeling.
Als u de vergrendeling wenst te ge bruiken, dient u de instelling eenmalig te wijzigen (zie rubriek "Programme ring").
Als de vergrendeling wordt geactiveerd terwijl het toestel gebruiksklaar is, kan het toestel worden in- en uitge schakeld, maar niet in gebruik worden genomen.
Zet u de vergrendelfunctie tijdens de werking aan, dan kunt u het toestel nog enkel in beperkte mate bedienen:
– De voorgestelde temperatuur kan en-
kel worden verminderd maar niet ver­hoogd.
– De ingestelde tijd kan enkel worden
verkort.
-
-
-
-
-
Zo schakelt u de vergrendeling in:
Druk enkele keren op de
^
werkwijzetoets -, tot 3 streepjes en het vergrendelingssymbool a in de werkwijze-/temperatuurindicator ver schijnen.
Druk op de temperatuurtoets +.
^
Om aan te geven dat de vergrendeling geactiveerd is, verschijnt "0-§"inde werkwijze-/temperatuurindicator als u iets probeert in te stellen.
-
Het toestel kan worden uit- en weer ingeschakeld, maar er kan geen werkwijze worden gekozen.
Zo schakelt u de vergrendeling uit:
^
Druk enkele keren op de werkwijzetoets -tot 0-§ en het sym bool a in de indicator verschijnen.
^
Druk op de temperatuurtoets -.
De vergrendeling is nu uitgeschakeld.
-
39
Page 40
Reiniging en onderhoud
Gebruik in geen geval een
,
stoomreiniger om het toestel te reini gen. De stoom kan in aanraking komen met onderdelen van het toestel die onder spanning staan en zo een kortsluiting veroorzaken.
Maak heel het toestel na elk gebruik schoon en wrijf het droog of laat het drogen. Laat het toestel eerst afkoelen.
Doe de toesteldeur pas dicht als heel het toestel goed droog is.
Als u het toestel langere tijd niet ge­bruikt, maak het dan grondig schoon. Zo vermijdt u dat er geurtjes optreden. Laat de toesteldeur daarna openstaan.
Om te reinigen mag u alleen huis
-
houdelijke afwasmiddelen ge bruiken, zeker geen industriële.
Gebruik geen reinigings- of afwas middelen die alifatische koolwaterstoffen bevatten. Hierdoor kunnen de dichtingen gaan zwellen.
-
-
-
40
Page 41
Reiniging en onderhoud
Front van het toestel
Vuil op het front van het toestel ver wijdert u het best zo vlug mogelijk. Als het vuil er langere tijd op inwerkt, kan het soms niet meer worden ver wijderd en kunnen de oppervlakken verkleuren of wijzigingen onder gaan.
Reinig het front van het toestel met een schone sponsdoek, handafwasmiddel en warm water. Wrijf daarna alles droog met een zachte doek. U kunt om te reinigen ook een schone, vochtige microvezeldoek zonder reini­gingsmiddel gebruiken.
Alle oppervlakken zijn gevoelig voor krassen. Krassen in oppervlakken uit glas kunnen ertoe leiden dat het breekt.
Alle oppervlakken kunnen verkleu­ren of wijzigingen ondergaan wan­neer ze in contact komen met onge schikte reinigingsmiddelen.
-
-
-
-
Om schade aan de oppervlakken te voorkomen, mogen de volgende mid delen niet worden gebruikt om de op pervlakken te reinigen:
reinigingsmiddelen die soda, ammo
niak, zuur of chloor bevatten,
kalkoplossende reinigingsmiddelen,
schurende reinigingsproducten, zo
als schuurpoeder, schuurmelk, poetsstenen,
reinigingsmiddelen met oplosmiddel,
reinigingsmiddelen voor roestvrij
staal,
– reinigingsmiddelen voor de afwasau-
tomaat,
– ovensprays,
– glasreinigers,
– schurende harde sponsen en bor-
stels (bijv. schuursponsen),
– speciale "wondersponsen",
scherpe metaalschrapers!
-
-
-
-
41
Page 42
Reiniging en onderhoud
Stoomovenpannen en bodemzeef
Spoel de stoomovenpannen en de bo demzeef na elk gebruik af en wrijf ze droog. Al deze onderdelen zijn geschikt voor de afwasautomaat.
Blauwachtige verkleuringen op de stoomovenpannen en verkleuring en kalkaanslag op de bodemzeef kunt u gemakkelijk verwijderen met Miele's rei nigingsmiddel voor glaskeramiek en roestvrij staal (zie rubriek "Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren"). Spoel de stoomovenpannen en de bodemzeef vervolgens af met schoon water. Zo verwijdert u alle resten van het reini­gingsmiddel.
Verkleuringen en kalkaanslag kunt u ook met azijn verwijderen. Spoel de stoomovenpannen en de bodemzeef vervolgens af met schoon water.
-
Deurdichting / veiligheidsventiel
Veiligheidsventiel
Open de deur.
^
Trek het oude veiligheidsventiel aan
^
de binnenzijde van de deur af.
Plaats het nieuwe veiligheidsventiel.
^
Zorg ervoor dat de rubberen dichting juist past.
-
Vervang de deurdichting en het veilig heidsventiel, afhankelijk van de gebruiksfrequentie, om de 1 tot 2 jaar. De deurdichting en het veiligheidsven tiel zijn als set verkrijgbaar (zie rubriek "Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren").
Deurdichting
Reinig de deurdichting na elk gebruik. Reinig de deurdichting nooit in de af wasautomaat, maar met de hand. Ge bruik een sponsdoek, wat afwasmiddel en warm water. Wrijf ze daarna droog met een zachte doek.
42
-
-
-
-
Page 43
Reiniging en onderhoud
Ovenruimte en draagblad
Reinig de ovenruimte, de binnenzijde van de toesteldeur en het draagblad na elk gebruik. Wrijf vervolgens alles droog of laat alles drogen. Laat het toe stel eerst afkoelen.
Het meeste vuil kan probleemloos wor den verwijderd met een sponsdoek, wat afwasmiddel en warm water.
Bij zeer kalkrijk water kan er zich kalk aanslag vormen op de wand van de ovenruimte en op het draagblad. Bij sterk mineraalhoudend water kun nen er na verloop van tijd verkleuringen optreden op de wand van de ovenruim­te. Kalkaanslag en verkleuringen kunt u gemakkelijk verwijderen met Miele's rei­nigingsmiddel voor glaskeramiek en roestvrij staal (zie rubriek "Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren"). Ga na het gebruik van het reinigings­middel met een vochtige doek over de wanden van de ovenruimte en zet het toestel vervolgens 5 minuten aan in de functie Koken met stoom P,op 100 °C. Reinig het draagblad met schoon water en wrijf het vervolgens droog.
Kalkaanslag kunt u met azijn verwij deren, en verkleuringen met een ont kalkingsmiddel op basis van citroen zuur. Reinig de oppervlakken vervol gens met schoon water en wrijf ze droog.
-
-
-
-
-
-
U kunt het draagblad indien gewenst volledig uitnemen.
-
-
Draagblad uitnemen
Trek het draagblad volledig uit.
^
^ Draai de twee kartelmoeren a af.
^ Neem het draagblad uit de ge-
leidingsrails, reinig het draagblad en wrijf het droog of laat het drogen.
Draagblad inhangen
^ Trek de twee geleidingsrails voor het
draagblad volledig naar voren.
^ Schuif het draagblad onder de twee
houders b achteraan de geleidings­rails.
^
Steek het draagblad vooraan op de twee schroeven van de geleidings rails.
^
Schroef de kartelmoeren weer vast.
-
43
Page 44
Reiniging en onderhoud
Steunroosters
De steunroosters kunnen met de hand of in de afwasautomaat worden gerei nigd.
Verkleuringen en kalkaanslag kunt u gemakkelijk verwijderen met Miele's rei nigingsmiddel voor glaskeramiek en roestvrij staal (zie rubriek "Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren"). Spoel de steunroosters vervolgens af met schoon water. Zo verwijdert u alle resten van het reinigingsmiddel.
-
-
Steunroosters uitnemen
Draai de bevestigingsschroeven a
^
zo ver los dat u de roosters naar vo ren toe kunt uittrekken. De schroeven kunnen niet helemaal worden uitgedraaid!
Steunroosters plaatsen
^ Plaats de steunroosters met de ge-
leiding b (vooraan in het midden) op de losgedraaide bevestigingsschroe­ven.
-
44
^
Steek de ogen van de steunroosters (achteraan in het midden) op de pen nen c in de achterwand van de ovenruimte.
^
Draai de schroeven weer vast.
-
Page 45
Reiniging en onderhoud
Watersproeier
Via de watersproeier achter het af schermplaatje achter het rechter steun rooster wordt tijdens de afkoelfase wa ter in de ovenruimte gesproeid. Deze sproeier kan na langdurig gebruik ver vuild en verkalkt raken.
Uiterlijk als op het display de foutmel ding F13 verschijnt, moet de sproeier worden ontkalkt.
^ Wacht tot u verschillende
geluidssignalen hoort. Open dan de deur en neem het voedsel uit.
-
-
Spoel de sproeier na het ontkalken on der stromend water af. Voordat u de sproeier terugplaatst,
­moeten de watervoerende onderdelen
­in het toestel kort worden doorge
spoeld.
­Sluit de toesteldeur, schakel het toe
^
stel in en kies de functie Koken met stoom P.
Stel een tijd van 1 minuut in en druk
^
op de start-stoptoets.
Wacht tot de afkoelfase beëindigd is
^
(zie rubriek "Na afloop van de stoomtijd").
^ Open de deur en zet de sproeier en
de steunroosters terug.
U kunt het toestel nu weer op de nor­male wijze gebruiken.
Als de foutmelding F13 opnieuw wordt weergegeven nadat u net de watersproeier hebt ontkalkt, neemt u contact op met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
-
-
-
Let op als u de deur opent, want er ontsnapt veel hete stoom en het voedsel is zeer heet!
^
Laat het toestel afkoelen terwijl de deur geopend is.
^
Neem de steunroosters uit (zie ru briek "Steunroosters").
^
Trek de sproeier uit.
^
Ontkalk de sproeier met behulp van de Miele-systeemontkalker of een in de handel verkrijgbaar ontkalkings middel.
-
-
45
Page 46
Reiniging en onderhoud
Ontkalken
Gebruik voor het ontkalken uit
,
sluitend de Miele-systeemontkalker (zie rubriek "Bijgeleverd toebeho ren"). Zo voorkomt u dat het toestel beschadigd raakt.
Voer de ontkalking uitsluitend uit wanneer het toestel afgekoeld is. Anders vormen er zich bijtende dampen.
De systeemontkalker heeft een bij tende werking. Vermijd contact met de huid en adem de dampen niet in. Bij contact met de huid, onmiddellijk met veel schoon water spoelen en in geval van irritaties onmiddellijk een arts raadplegen.
Hou de fles met de systeemontkalker altijd goed afge­sloten. De ontkalker mag niet in de handen van kinderen terechtkomen!
Let erop dat het ontkalkingsmiddel niet op de metalen oppervlakken te rechtkomt. Anders kunnen er vlek ken ontstaan. Als dat toch gebeurt, veeg het ontkalkingsmiddel dan meteen weg.
Het toestel maakt u er na een bepaald aantal bereidingen met stoom op attent
-
-
-
-
dat het moet worden ontkalkt. Bij het in schakelen verschijnen op het functie-/temperatuurdisplay links het symbool k, de functie Ontkalken k en het getal 10.
Het getal betekent dat u nog 10 berei­dingen met stoom kunt uitvoeren voor het toestel geblokkeerd wordt. Als u het toestel niet meteen ontkalkt, verschijnt er een 9 wanneer u het toestel een vol­gende keer start enz.
Uiteindelijk wordt het toestel geblok­keerd en moet u het ontkalken. Het is aan te bevelen het toestel te ontkalken voor het wordt geblokkeerd.
Het ontkalkingsprogramma kan enkel
­worden onderbroken door het toestel
uit te schakelen. Als het toestel na het onderbreken van het ontkalkingspro gramma weer wordt ingeschakeld, wordt automatisch een spoeling uitge voerd (zie rubriek "Wat gedaan als...").
-
-
-
46
Page 47
Reiniging en onderhoud
Wacht tot het toestel afgekoeld is.
^
Druk het opzetstuk uit de plunjer (het
^
binnenste deel) van de bijgeleverde spuit en plaats dit op het mondstuk.
^ Schakel het lege gesloten toestel in.
Op het functie-/temperatuurdisplay ver­schijnen links het symbool k, de func­tie Ontkalken k en een getal.
^ Druk op de start-stoptoets.
Op het functie-/temperatuurdisplay ver­schijnt E00, links het symbool k en de functie Ontkalken k wordt weergege­ven.
Het toestel pompt weg. Als het wegpompproces ten einde is, ver schijnt E01 op het functie-/temperatuur display.
-
Vul de spuit met water. Duw de ope
^
ning van de spuit in de vulopening links bovenaan in de voorzijde van het toestel en spuit 1 spuitvulling wa ter langzaam en gelijkmatig in. Let erop dat u de spuit recht houdt.
^ Vul een zuurbestendige recipiënt van
bijv. glas of porselein met 300 ml systeemontkalker.
^ Vul de spuit met systeemontkalker uit
de recipiënt en spuit 1 spuitvulling in de vulopening.
^ Vul de spuit met water en spuit
2 spuitvullingen in de vulopening.
Een signaal weerklinkt en E02 verschijnt op het functie-/temperatuurdisplay. Het ontkalkingsprogramma wordt voorbe
­reid.
-
-
-
Als het signaal niet weerklinkt, vul dan in geen geval meer water bij! Wacht 5 minuten. Als het signaal nog altijd niet weerklinkt, schakelt u het toestel uit en weer in (zie rubriek "Wat gedaan als...").
47
Page 48
Reiniging en onderhoud
Zodra de voorbereiding voltooid is, weerklinkt een geluidssignaal en ver schijnt E03 op het functie-/temperatuur display.
Vul de spuit met systeemontkalker uit
^
de recipiënt en spuit 2 spuitvullingen in de vulopening.
Vul de spuit met water en spuit
^
2 spuitvullingen in de vulopening.
Een signaal weerklinkt en E04 verschijnt op het functie-/temperatuurdisplay. Op het display voor tijdsaanduiding ver schijnt de ontkalkingsduur: 30 minuten. Deze tijdsduur kunt u niet wijzigen.
Het ontkalkingsprogramma start. De wegpomp- en spoelprocessen op het einde van het ontkalkingsprogramma worden telkens aangegeven met een geluidssignaal en E05 tot E07.
Zodra het ontkalkingsprogramma be­ëindigd is, weerklinkt een geluidssignaal en verschijnt E08 op het functie-/temperatuurdisplay. Op het dis­play voor tijdsaanduiding ziet u 3 nullen en het symbool g knippert.
-
-
Na het ontkalken:
Trek het draagblad uit.
^
­Open de deur.
^
Schakel het toestel uit.
^
Reinig de ovenruimte met water met
^
afwasmiddel of azijnwater en wrijf de ovenruimte daarna droog.
Wrijf de vulopening voor
^
systeemontkalker droog om te ver mijden dat restjes aankoeken. Plaats vervolgens de afdekking terug.
Laat de toesteldeur openstaan zo
^
lang de ovenruimte nog vochtig is.
^ Sluit de watertoevoerkraan om even-
tuele waterschade te vermijden.
^ Schuif het draagblad weer in.
Als er nog systeemontkalker overblijft in de recipiënt, doet u dit terug in de fles. Zuig hiertoe met de spuit de resterende vloeistof op en spuit ze in de fles.
Spoel de gebruikte recipiënt grondig.
-
-
48
Page 49
Programmering
Programma* Stand** Instelling
P1 Volume geluidssignaal S 00 zeer stil
S 01 stil
S 02 medium
S03harder
P2 Duur geluidssignaal program
ma-einde
P3 Vergrendeling S00onmogelijk
P4 Weergegeven programma na in
schakelen
P5 Waterhardheid S 01 zacht
P6 Opstelplaats S00onder 1000 m
P7 Temperatuurwijziging S00in stappen van 5°
P8 Demonstratiestand en fabrieks
instelling
* Programma's die niet in de tabel zijn vermeld, kunt u niet kiezen. ** De fabrieksinstellingen zijn telkens vet gedrukt.
S 00 enkele toon
-
S01intervaltoon kort
S 02 intervaltoon lang (5 min.)
S 01 mogelijk
S00Stomen onder druk
-
S 01 Drukloos stomen
S 02 Regenereren
S 03 Ontdooien
S 04 laatst gekozen werkwijze
S 02 medium
S 03 hard
S04zeer hard
S 01 boven 1000 m
S 01 in stappen van 1° (merk op
dat tijdens het opwarmen weer in stappen van 5° wordt gewerkt)
-
S 00 Demonstratiestand aan
S01Demonstratiestand uit
S 09 Terug naar de
fabrieksinstellingen
49
Page 50
Programmering
U kunt de programmering van uw toe stel wijzigen. Zie tabel.
Zo gaat u te werk:
Stel met de werkwijzetoets - Pro
^
grammering P in.
Druk op de temperatuurtoets + tot in
^
de werkwijze-/temperatuurindicator het gewenste cijfer verschijnt (1 voor P1, 2 voor P2 enz.).
^ Druk op de tijdtoets + of - tot in de
tijdaanduiding de gewenste stand verschijnt, bijv. 02.
-
U kunt het toestel nu uitschakelen of op
­de normale manier gebruiken.
^
Druk op de werkwijzetoets -.
De nieuwe instelling is opgeslagen.
50
Page 51
Herstellingen aan dit toestel mogen enkel worden uitgevoerd door een elektrisch of watertechnisch installa teur of door de dienst Herstellingen aan huis van Miele. Door ondeskun dig uitgevoerde herstellingen kun nen er niet te onderschatten risico's voor de gebruiker ontstaan.
Wat gedaan als ...
Wat gedaan als ...
... de temperatuur in het toestel niet stijgt?
Ga na of de demomodus ingesteld is
­(zie rubriek "Programmering").
-
-
... er water te zien is op het deksel?
Dit wijst niet op een defect. In een be paald temperatuurbereik condenseert de stoom binnenin het dubbelwandige deksel en is er condensatie te zien ter hoogte van het scharnier van de deur.
-
... er na het inschakelen van het toe stel, terwijl de drukstoomoven in werking is en na het uitschakelen een (brommend) geluid te horen is?
Dit geluid wijst niet op een storing of een defect. Het duidt erop dat er water wordt aangevoerd of weggepompt.
... na het starten van de werking con­stant een geluidssignaal weerklinkt en op het display voor tijdsaandui ding "door" verschijnt?
De toesteldeur moet volledig worden gesloten.
... de zekering op uw elektrische in stallatie heeft gewerkt?
Als u, nadat u de zekering weer heeft ingeschakeld/ingedraaid of de verlies stroomschakelaar weer heeft ingescha keld, het toestel niet kunt gebruiken, neemt u contact op met een elektricien of met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
-
-
-
... tijdens een lange stroomonderbre­king het toestel geblokkeerd is, maar u het voedsel uit het toestel wenst te halen?
Opgelet, het toestel is eventueel nog heet en staat onder druk!
Trek het draagblad uit. Om de druk en de stoom in de ovenruimte af te bou­wen, schuift u met de duim van de rechterhand de deurontgrendeling langzaam en stapsgewijs naar voren. Waarschuwing! Er ontsnapt stoom bo ven en onder het deurbeslag.
Doe de toesteldeur voorzichtig open. Let op: er is gevaar voor verbranding door heet water.
-
-
-
51
Page 52
Wat gedaan als ...
... plots stoom uit de toesteldeur ont snapt?
Controleer of
het veiligheidsventiel gewerkt heeft.
Ga te werk zoals beschreven in de rubriek "Veiligheidsventiel".
de overdrukbeveiliging gewerkt
heeft. Ga te werk zoals beschreven in de rubriek "Overdrukbeveiliging".
het deurdichtingsrubber goed zit en
niet beschadigd is, bijv. barsten. Plaats het rubber juist of vervang het indien nodig.
... na het inschakelen op het functie-/temperatuurdisplay de func­tie Ontkalken k en 00 worden weer­gegeven, links het symbool k ver­schijnt en een geluidssignaal te ho­ren is?
– Het toestel moet worden ontkalkt. Ga
te werk zoals beschreven in de ru briek "Ontkalken".
-
... op het functie-/temperatuurdisplay
-
k en E04 verschijnen en op het dis play voor tijdsaanduiding 0:06 wordt weergegeven?
Het ontkalkingsproces werd onderbro ken door een stroomonderbreking of uitschakeling.
Na het inschakelen voert het toestel au tomatisch een spoelbeurt uit om even tuele resten van ontkalker te verwij deren. Dit proces kan niet worden afge broken. Wacht tot u verschillende geluidssignalen hoort en tot het sym bool g knippert op het display voor tijdsaanduiding. Start het ontkalkings­proces helemaal opnieuw of kies een andere functie.
... op het functie-/temperatuurdisplay een van de volgende foutmeldingen verschijnt?
Voor alle foutmeldingen geldt: De ovenruimte mag pas worden ge­opend als
- de foutmelding afgewisseld met de ingestelde temperatuur knippert
- het symbool g op het display voor tijdsaan duiding knippert
- het waarschuwingssignaal niet meer weerklinkt.
Als de displays niet knipperen, is de foutverwerking nog niet voltooid.
-
-
-
-
-
-
-
52
F06 De temperatuurvoeler is defect.
Schakel het toestel uit en neem con tact op met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
-
Page 53
Wat gedaan als ...
F12 p Er loopt geen water in het toe
stel.
Controleer of
de wateraansluitkraan geopend is.
Open de kraan eventueel en start de werking daarna opnieuw.
de watertoevoerslang defect is.
de vuilzeef in de watertoevoer ver
stopt is.
Als u de storing niet zelf kunt ver helpen, schakelt u het toestel uit en neemt u contact op met de waterinstallateur of de dienst Herstellin­gen aan huis van Miele.
F13 De temperatuur in de ovenruimte is te hoog.
Het toestel werd onvoldoende gekoeld tijdens de afkoelfase.
Controleer of
-
-
-
F14 p Er loopt te weinig water in het waterreservoir.
Schakel het toestel uit en weer in. Als de foutmelding opnieuw verschijnt, schakelt u het toestel uit en neemt u contact op met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
F20 De oververhittingsbeveiliging heeft gewerkt.
Ga te werk zoals beschreven in de ru briek "Oververhittingsbeveiliging".
F27 De stroomvoorziening werd on­derbroken terwijl de drukstoomoven in werking was.
Controleer hoe gaar het voedsel al is, stel eventueel een nieuwe stoomtijd in en druk op de start-stoptoets om de werking te hervatten.
-
de wateraansluitkraan volledig geo pend is. Open de kraan eventueel en start de werking daarna opnieuw.
de watersproeier in de achterwand van de ovenruimte verkalkt is. Ga te werk zoals beschreven in de rubriek "Watersproeier".
Als geen enkel geval voor u van toe passing is, is het mogelijk dat de hoe veelheid voedsel te groot was. Als u zeer grote hoeveelheden, bijv. aardap pelen, bereidt, heeft dit invloed op de afkoeling.
-
-
F40 Zelfdiagnose van de elektronica
F83 De temperatuurregeling werkt niet
goed, de temperatuur in de ovenruimte ligt boven 125 °C.
De werking wordt onderbroken en de afkoelfase start.
­Schakel daarna het toestel uit en neem
contact op met de dienst Herstellingen
­aan huis van Miele.
53
Page 54
Wat gedaan als ...
F94 Het ventiel in de watertoevoer lekt.
Schakel het toestel uit, sluit de wateraansluitkraan en neem contact op met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
F95 In de waterloop in het toestel heeft zich een defect voorgedaan.
Wacht tot F95 afwisselend met de inge stelde temperatuur knippert. Druk dan op de start-stoptoets.
Als de foutmelding F95 verschillende keren na elkaar verschijnt, schakelt u het toestel uit, sluit u de wateraansluitkraan en neemt u contact op met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
-
54
Page 55
Het Miele-assortiment is afgestemd op uw toestel en omvat een waaier aan handig toebehoren.
U kunt deze producten via het internet bestellen.
U kunt ze ook verkrijgen via de Service After Sales (zie omslag) of bij uw Miele-handelaar.
Stoomovenpannen
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
DGGL 1
DGG 2
DGGL 5
DGGL 6
De afmetingen van de roestvrijstalen stoomovenpannen vol doen aan de Gastronorm-standaard (GN). Met 1/3 wordt de breedte en de diepte van de stoomovenpan aangegeven.
Stoomovenpan met gaatjes, GN 1/3 Inhoud: 1,5 l / Nuttige inhoud: 0,9 l 325x175x40 mm (BxDxH)
Stoomovenpan zonder gaatjes, GN 1/3 Inhoud: 2,5 l / Nuttige inhoud: 2,0 l 325x175x65 mm (BxDxH)
Stoomovenpan met gaatjes, GN 1/3 Inhoud: 2,5 l / Nuttige inhoud: 2,0 l 325x175x65 mm (BxDxH)
-
DGG 7
Stoomovenpan met gaatjes, GN 1/3 Inhoud: 4,0 l / Nuttige inhoud: 2,8 l 325x175x100 mm (BxDxH)
Stoomovenpan zonder gaatjes, GN 1/3 Inhoud: 4,0 l / Nuttige inhoud: 2,8 l 325x175x100 mm (BxDxH)
55
Page 56
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
DGG 9
Stoomovenpan zonder gaatjes, GN 1/3 Inhoud: 5,7 l / Nuttige inhoud: 4,2 l 325x175x150 mm (BxDxH)
DGGL 10
Stoomovenpan met gaatjes, GN 1/3 Inhoud: 5,7 l / Nuttige inhoud: 4,2 l 325x175x150 mm (BxDxH)
DGD 1/3
Deksel voor stoomovenpan GN 1/3
Plaat
Om eigen kookgerei op te plaatsen
Reinigings- en onderhoudsmiddelen
Het Miele-assortiment omvat reinigings- en onderhoudsmid delen die op uw toestel zijn afgestemd.
Miele-Systeemontkalker (ontkalker voor hogedrukstoomovens)
Product dat speciaal ontwikkeld is voor het ontkalken van de drukstoomoven.
Doseerspuit voor Miele-systeemontkalker
56
-
Page 57
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
Reinigingsmiddel voor glaskeramiek en roestvrij staal 250 ml
Om de ovenruimte, het draagblad en de steunroosters te rei nigen Om verkleuringen op de stoomovenpannen te verwijderen
Microvezeldoek voor universeel gebruik
Om vingerafdrukken en normaal vuil te verwijderen
Overig
Siliconeschijfjes
Voor de overdrukbeveiliging
Set bestaande uit deurdichting / veiligheidsventiel
Afhankelijk van de gebruiksfrequentie moeten de deurdich ting a en het veiligheidsventiel b om de 1 tot 2 jaar worden vervangen. Als u het ene onderdeel vervangt, vervang dan op dat moment ook het andere.
-
-
57
Page 58
Techniek
Wateraansluiting
Het water moet drinkwater­kwaliteit hebben overeenkomstig richtlijn 98/83/EG.
De wateraansluiting mag enkel worden uitgevoerd door een door het be voegde waterbedrijf erkende installa teur. Een terugslagklep is niet vereist; het toestel voldoet aan de richtlijnen van DVGW.
De wateraansluiting moet zo geplaatst zijn, dat de aansluitkraan goed toegan kelijk is.
De installateur is verantwoordelijk voor de perfecte werking op de opstelplaats.
-
-
Elektrische aansluiting
Voor het aansluiten van het toestel op het elektriciteitsnet doet u een beroep op een vakman, die de nationale normen en de voorschriften van de plaatselijke elektriciteitsmaatschappij grondig kent en zorgvuldig in acht neemt.
Technische gegevens
Totaal vermogen
zie typeplaatje
Aansluiting en beveiliging
Aansluitmogelijkheden vindt u in de bij geleverde montagehandleiding.
Verliesstroomschakelaar
Om de veiligheid te verhogen, verdient het aanbeveling een verliesstroomscha
-
kelaar met een uitschakelstroom van 30 mA voor het toestel te schakelen. Bij een beveiliging ß 100 mA kan het voorvallen dat de veiligheidsschakelaar na een langere periode van niet-gebruik in werking treedt.
-
-
In de installatie moet voor elke pool een stroomonderbreker voorhanden zijn. Als stroomonderbrekers kunnen scha kelaars worden gebruikt met een con tactopening van minstens 3 mm. Bij voorbeeld automatische uitschakelaars, zekeringen en contactsluiters.
De vereiste aansluitgegevens vindt u op het typeplaatje. De informatie moet overeenkomen met de gegevens van het net.
58
-
-
-
Page 59
Techniek
Technische Dienst van Miele
Neem bij storingen die u zelf niet kunt verhelpen, contact op met:
uw Miele-handelaar of
de Technische Dienst van Miele.
Het adres en de telefoonnummers van
onze Technische Dienst vindt u op de
rugzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Wanneer u een beroep doet op de Technische Dienst, geef dan altijd het toesteltype en -nummer op. Beide gegevens vindt u op het typeplaatje.
Typeplaatje
Kleef hier het bijgeleverde typeplaatje. Let erop dat de typebenaming overeen­stemt met de gegevens op de voorpagina van deze gebruiksaanwijzing.
59
Page 60
Wijzigingen voorbehouden / 2710
M.-Nr. 06 786 610 / 10
Loading...