Verveelvuldiging, bewerking en vertaling
zonder voorafgaande schriftelijke
toestemming zijn verboden, behalve zoals
toegestaan door het auteursrecht.
De informatie in dit document kan zonder
kennisgeving worden gewijzigd.
De enige garantie voor producten en
services van HP wordt uiteengezet in de
garantieverklaring die bij dergelijke
producten en services wordt geleverd. Niets
in deze verklaring mag worden opgevat als
een aanvullende garantie. HP is niet
aansprakelijk voor technische of
redactionele fouten of weglatingen in deze
verklaring.
Artikelnummer CB376-90948
Edition 1, 12/2007
Adobe® en PostScript® zijn handelsmerken
van Adobe Systems Incorporated.
Linux is een in de Verenigde Staten
gedeponeerd handelsmerk van Linus
Torvalds.
Microsoft®, Windows® en Windows® XP
zijn in de Verenigde Staten gedeponeerde
handelsmerken van Microsoft Corporation.
UNIX® is een gedeponeerd handelsmerk
van The Open Group.
ENERGY STAR® en het ENERGY STARlogo® zijn in de Verenigde Staten
gedeponeerde merken van het Amerikaanse
Environmental Protection Agency.
Index ................................................................................................................................................................. 125
viiiNLWW
1Basisinformatie apparaat
Functies apparaat
●
Apparaatonderdelen
●
NLWW1
Functies apparaat
Afdrukken
Kopiëren
Geheugen
Papierverwerking
Scannen
Functies printerdriver
Interfaceaansluitingen
Drukt pagina's in Letter-formaat af met een snelheid van maximaal 15 pagina's per minuut
●
(ppm) en pagina's in A4-formaat met een snelheid van maximaal 14 ppm.
Drukt af met 600 dpi (dots per inch) en FastRes 1200 dpi.
●
Instellingen kunnen worden gewijzigd voor een optimale afdrukkwaliteit.
●
De gemiddelde levensduur van de standaard zwarte printcartridge is 2000 pagina's in
●
overeenstemming met ISO/IEC 19752. De werkelijke levensduur is afhankelijk van het
specifieke gebruik.
Kopieert met 600 dpi (dots per inch).
●
Voor meer informatie gaat u naar
Inclusief 32-MB RAM-geheugen.
●
Voorrangsinvoerlade voor maximaal 10 pagina's.
●
Lade 1 voor maximaal 150 vel afdrukmateriaal of 10 enveloppen.
●
Uitvoerbak voor maximaal 100 vel afdrukmateriaal.
●
Produceert kleurenscans van 1200 ppi (pixels per inch).
●
Voor meer informatie gaat u naar
FastRes 1200 levert een afdrukkwaliteit van 1200 dpi (dots per inch) voor het snel
●
afdrukken van zakelijke teksten en afbeeldingen van hoge kwaliteit.
Inclusief Hi-Speed USB 2.0-poort.
●
Kopiëren op pagina 41.
Scannen op pagina 55.
Milieuvriendelijke functies
Economisch afdrukken
Toegankelijkheid
Voldoet aan richtlijnen voor ENERGY STAR®.
●
Biedt de functie N-per-vel afdrukken (meerdere pagina's per vel afdrukken). Zie
●
pagina's afdrukken op één vel papier op pagina 33 of Meerdere pagina's afdrukken op
één vel papier (Macintosh) op pagina 36.
Inclusief EconoMode-instelling, waarin minder toner wordt verbruikt.
●
Online gebruikershandleiding kan worden geopend met programma's voor het lezen van
●
schermtekst.
Printcartridges kunnen met één hand worden geïnstalleerd en verwijderd.
●
Alle kleppen en deksels kunnen met één hand worden geopend.
●
Meerdere
2Hoofdstuk 1 Basisinformatie apparaatNLWW
Apparaatonderdelen
Voordat u de HP LaserJet M1005 in gebruik neemt, kunt u zich het beste eerst vertrouwd maken met
de onderdelen van het apparaat.
Vooraanzicht
1
6
1Klep van de flatbedscanner
2Bedieningspaneel
3Ontgrendeling van cartridgeklep
5
2
3
4
4Uitvoerbak
5Voorrangsinvoerlade
6Lade 1
Achteraanzicht
7
7Hi-Speed USB 2.0-poort
8Aan/uit-schakelaar
8
9
9Stroomaansluiting
NLWWApparaatonderdelen3
Bedieningspaneel
1
1Display van het
bedieningspaneel
2Knop Pijl naar links
3Knop Menu/Enter/OK
2
3
9
4
5
6
7
8
Geeft statusgegevens, menu's en foutberichten weer.
●
Hiermee navigeert u naar het vorige item in de lijst of vermindert u de waarde
●
van numerieke items. Wanneer u bij bepaalde items eenmaal op de knop drukt,
neemt de waarde met 1 af en wanneer u de knop ingedrukt houdt, neemt de
waarde met 10 af.
Hiermee activeert u de menu's van het bedieningspaneel.
●
Hiermee kunt u een foutmelding wissen, als deze kan worden gewist.
●
Hiermee kunt u de geselecteerde waarde voor een optie opslaan.
●
4Knop Pijl naar rechts
5Knop Annuleren
6Knop Meer
kopieerinstellingen
7Knop Lichter/donkerder
8Knop Aantal
9Knop Start kopiëren
Hiermee wordt de handeling uitgevoerd die bij de optie hoort die op het display
●
van het bedieningspaneel is gemarkeerd.
Hiermee navigeert u naar het volgende item in de lijst of vermeerdert u de
●
waarde van numerieke items. Wanneer u bij bepaalde items eenmaal op de
knop drukt, neemt de waarde met 1 toe en wanneer u de knop ingedrukt houdt,
neemt de waarde met 10 toe.
Hiermee annuleert u de afdruk-, kopieer- of scantaak die wordt uitgevoerd en
●
worden alle actieve pagina's uit de papierbaan verwijderd. De benodigde tijd
voor het annuleren van de taak is afhankelijk van de grootte van de afdruktaak.
(U hoeft slechts eenmaal op deze knop te drukken.) Ook worden herstelbare
fouten verwijderd die aan de geannuleerde taak zijn gekoppeld.
Hiermee sluit u de menu's van het bedieningspaneel af.
●
Hiermee krijgt u toegang tot de kopieerinstellingen van de huidige kopieertaak.
●
Hiermee krijgt u toegang tot de contrastinstellingen van de huidige kopieertaak.
●
Hiermee kunt u het aantal af te drukken exemplaren van de huidige
●
kopieertaak wijzigen.
Hiermee start u een kopieertaak.
●
4Hoofdstuk 1 Basisinformatie apparaatNLWW
2Software
Minimale systeemvereisten
●
Ondersteunde besturingssystemen
●
Installatie van de software
●
Printerdriver
●
Software voor Windows
●
Software voor Macintosh
●
NLWW5
Minimale systeemvereisten
Uw computer moet aan de volgende minimale vereisten voldoen om de software van het apparaat te
kunnen installeren en gebruiken:
Vereisten voor Windows
Pentium II-processor (233 MHz)
●
64 MB RAM.
●
35 MB schijfruimte
●
SVGA 800x600 16-bits kleurenmonitor
●
Vereisten voor Macintosh
G3, G4 of G5 PowerPC-processor
●
128 MB RAM
●
30 tot 50 MB schijfruimte
●
6Hoofdstuk 2 SoftwareNLWW
Ondersteunde besturingssystemen
Het apparaat wordt geleverd met software voor de volgende besturingssystemen:
Windows XP
●
Windows 2000
●
Windows Server 2003
●
Mac OS X versie 10.3 en hoger
●
NLWWOndersteunde besturingssystemen7
Installatie van de software
Als de computer aan de minimale systeemvereisten voldoet, wordt de volgende software geïnstalleerd
tijdens het installatieproces.
HP LaserJet Scan-software en -driver
●
Readiris OCR (wordt niet geïnstalleerd in combinatie met andere software, afzonderlijke installatie
●
is vereist)
Printerdrivers (Windows en Mac)
●
TWAIN-driver (Mac)
●
8Hoofdstuk 2 SoftwareNLWW
Printerdriver
Het apparaat wordt geleverd met software voor Windows en Macintosh dat door de computer wordt
gebruikt om met het apparaat te communiceren. Deze software wordt een printerdriver genoemd.
Printerdrivers bieden toegang tot functies van het apparaat zoals het afdrukken op papier van aangepast
formaat, het wijzigen van het formaat van documenten en het toevoegen van watermerken.
OPMERKING:De recentste drivers zijn beschikbaar op www.hp.com. Afhankelijk van de configuratie
van Windows-computers wordt door het installatieprogramma van de productsoftware automatisch
gecontroleerd of de computer toegang tot Internet heeft, zodat de nieuwste drivers kunnen worden
opgehaald.
Help bij de printerdriver
De Help bij de printerdriver is gescheiden van de Help bij toepassingen. De Help bij de printerdriver
bevat een uitleg van de knoppen, selectievakjes en keuzelijsten van de printerdriver. Ook bevat deze
Help aanwijzingen voor het uitvoeren van algemene afdruktaken, zoals het afdrukken op beide zijden
van de pagina, het afdrukken van meerdere pagina's op één vel papier en het afdrukken van de eerste
pagina of omslagbladen op een ander soort papier.
U opent de schermen van de Help bij de printerdriver als volgt:
WindowsMacintosh
Klik in het dialoogvenster Eigenschappen van de
●
printerdriver op de knop Help.
Klik op de toets F1 op het toetsenbord van de computer.
●
Klik op het vraagteken dat zich in de rechterbovenhoek
●
van de printerdriver bevindt.
Klik met de rechtermuisknop op een van de opties in de
●
printerdriver en klik vervolgens op Wat is dit?
Instellingen van de printerdriver wijzigen
Gebruik een van de volgende methoden om de printerdrivers op de computer te openen om instellingen
te wijzigen:
Klik in het dialoogvenster Afdrukken op de knop ?.
NLWWPrinterdriver9
Besturingssysteem
De instellingen van alle
afdruktaken wijzigen totdat
het softwareprogramma wordt
gesloten
De standaardinstellingen van
afdruktaken wijzigen
(bijvoorbeeld een bepaalde
soort of een bepaald formaat
afdrukmateriaal als
standaardinstelling
selecteren)
De configuratie-instellingen
wijzigen (bijvoorbeeld
handmatig dubbelzijdig
afdrukken in- of uitschakelen)
Windows 2000, XP
en Server 2003
Mac OS X versie
10.3 en
Mac OS X versie
10.4
1.Klik in het menu Bestand
van het
softwareprogramma op
Afdrukken.
2.Selecteer de naam van de
printer en klik op
Eigenschappen of
Voorkeuren.
De stappen kunnen variëren. Dit
is de meeste voorkomende
procedure.
1.Klik in het menu Archief op
Druk af.
2.Wijzig de gewenste
instellingen in de
verschillende popupmenu's.
1.Klik op Start, Instellingen
en klik vervolgens op
Printers of Printers en
faxapparaten.
2.Klik met de
rechtermuisknop op het
printerpictogram en
selecteer
Voorkeursinstellingen
voor afdrukken.
1.Klik in het menu Archief op
Druk af.
2.Wijzig de gewenste
instellingen in de
verschillende popupmenu's.
3.Klik in het pop-upmenu
Instellingen op Opslaan
als en typ een naam voor
de voorinstelling.
Deze instellingen worden in het
menu Instellingen opgeslagen.
Als u de nieuwe instellingen wilt
gebruiken, moet u de
opgeslagen voorinstelling
selecteren wanneer u een
programma opent en wilt
afdrukken.
1.Klik op Start, Instellingen
en klik vervolgens op
Printers of Printers en
faxapparaten.
2.Klik met de
rechtermuisknop op het
printerpictogram en
selecteer Eigenschappen.
3.Klik op het tabblad
Apparaatinstellingen.
1.Open het Printer Setup
Utility (Hulpprogramma
voor printerinstellingen)
door de vaste schijf te
selecteren, op
Programma's en
Hulpprogramma's te
klikken en vervolgens te
dubbelklikken op Printer
Setup Utility.
2.Klik op de afdrukwachtrij.
3.Klik in het menu Printers op
Toon info.
4.Klik op het menu
Installable Options
(Installatiemogelijkheden).
10Hoofdstuk 2 SoftwareNLWW
Software voor Windows
Instructies voor het installeren van deze software vindt u in de Starthandleiding en recente softwareinformatie in het Leesmij-bestand.
HP LaserJet Scan-software
De cd-rom met software bevat de HP LaserJet Scan-software. Zie het Leesmij-bestand op de cd-rom
voor meer informatie over extra software en ondersteunde talen.
Apparaatsoftware voor Windows installeren
Plaats de cd-rom met software die bij de printer is geleverd in het cd-rom-station. Volg de installatieinstructies op het scherm.
OPMERKING:Als het welkomstvenster niet wordt geopend, klikt u op Start in de taakbalk van
Windows en kiest u Uitvoeren. Typ Z:\setup (met Z wordt de letter van het cd-rom-station bedoeld)
en klikt u op OK.
Apparaatsoftware voor Windows verwijderen
1.Klik op Start en vervolgens op Alle programma's.
2.Klik op HP en vervolgens op HP LaserJet M1005 MFP.
3.Klik op HP LaserJet M1005 MFP verwijderen en volg de instructies op het scherm om de software
te verwijderen.
NLWWSoftware voor Windows11
Software voor Macintosh
In dit gedeelte wordt beschreven hoe de Macintosh-software voor het afdruksysteem wordt
geïnstalleerd.
Apparaatsoftware voor Macintosh installeren
1.Sluit een USB-kabel aan tussen de USB-poort op de printer en de USB-poort op de computer.
Gebruik een standaard USB-kabel van 2 meter.
2.Plaats de cd van de printer in het cd-romstation en start de Installer.
De Printer Setup Utility (hulpprogramma voor printerinstellingen) wordt automatisch gestart. Als
het niet wordt gestart, gaat u verder met de volgende stap.
3.Dubbelklik op het pictogram van de vaste schijf op het bureaublad.
4.Open de map Programma's en vervolgens de map Hulpprogramma's.
5.Dubbelklik op Printer Setup Utility (hulpprogramma voor printerinstellingen) en volg de instructies
op het scherm om de software te installeren.
Apparaatsoftware voor Macintosh verwijderen
1.Dubbelklik op het pictogram van de vaste schijf op het bureaublad.
2.Open de map Toepassingen en vervolgens de map Hulpprogramma's.
3.Dubbelklik op Printer Setup Utility (hulpprogramma voor printerinstellingen).
4.Selecteer het apparaat in de Printer Setup Utility en klik vervolgens op Verwijder in de werkbalk.
12Hoofdstuk 2 SoftwareNLWW
3Specificaties afdrukmateriaal
Algemene richtlijnen
●
Papier en ander afdrukmateriaal kiezen
●
Richtlijnen voor het gebruik van afdrukmateriaal
●
Ondersteunde gewichten en formaten van afdrukmateriaal
●
Omgeving voor afdrukken en opslag
●
NLWW13
Algemene richtlijnen
Het is mogelijk dat het afdrukmateriaal aan alle richtlijnen in deze handleiding voldoet en toch geen
bevredigend resultaat geeft. Dit probleem kan worden veroorzaakt door onjuist gebruik, een
onaanvaardbare temperatuur en vochtigheidsgraad of andere variabelen waarover Hewlett-Packard
geen controle heeft.
Test, voordat u een grote hoeveelheid afdrukmateriaal aanschaft, altijd een exemplaar op kwaliteit en
controleer of het afdrukmateriaal voldoet aan de vereisten in deze gebruikershandleiding en in de
HP LaserJet Printer Family Print Media Guide, die op het web beschikbaar is op
ljpaperguide. Zie Accessoires en bestelinformatie op pagina 101 voor bestelinformatie.
VOORZICHTIG:Het gebruik van afdrukmateriaal dat niet aan de specificaties van HP voldoet, kan
problemen met het apparaat veroorzaken, waardoor het moet worden gerepareerd. Deze reparaties
worden niet gedekt door de garantie of de serviceovereenkomsten van Hewlett-Packard.
Het apparaat kan diverse afdrukmaterialen verwerken, zoals losse vellen papier (met inbegrip van 100%
gerecycled kringlooppapier), enveloppen, etiketten, transparanten, glanzend papier voor LaserJet,
HP LaserJet Tough-papier en speciaal papier. Eigenschappen zoals gewicht, samenstelling, vezels en
vochtgehalte zijn belangrijke factoren die de prestaties en de kwaliteit van de uitvoer beïnvloeden.
Afdrukmateriaal dat niet aan de in deze handleiding beschreven richtlijnen voldoet, kan de volgende
problemen veroorzaken:
Slechte afdrukkwaliteit
●
Meer papierstoringen
●
www.hp.com/support/
Voortijdige slijtage van het apparaat waardoor reparaties vereist zijn
●
Papier en ander afdrukmateriaal kiezen
Eigenschappen zoals gewicht, vezels en vochtgehalte zijn belangrijke factoren die de prestaties en de
kwaliteit beïnvloeden. Gebruik alleen hoogwaardig afdrukmateriaal dat speciaal is ontworpen voor
laserprinters als u de hoogste afdrukkwaliteit wilt verkrijgen. Zie
afdrukmateriaal op pagina 16 voor uitgebreide specificaties voor papier en afdrukmateriaal.
OPMERKING:Test altijd een exemplaar van afdrukmateriaal voordat u grote hoeveelheden
aanschaft. De leverancier van uw afdrukmateriaal moet op de hoogte zijn van de vereisten die worden
vermeld in de HP LaserJet Printer Family Print Media Guide (HP-artikelnummer 5963-7863). Zie
Richtlijnen voor het gebruik van afdrukmateriaal op pagina 16 voor meer informatie.
HP-afdrukmateriaal
Wij bevelen het gebruik van HP LaserJet-afdrukmateriaal aan voor dit apparaat.
Afdrukmateriaal om te vermijden
Het apparaat kan veel soorten afdrukmateriaal verwerken. Als u afdrukmateriaal gebruikt dat niet
voldoet aan de specificaties, neemt de afdrukkwaliteit af en neemt de kans op papierstoringen toe.
Gebruik geen afdrukmateriaal dat te ruw is.
●
Richtlijnen voor het gebruik van
Gebruik geen afdrukmateriaal dat uitsparingen of perforaties bevat, met uitzondering van
●
standaard geperforeerd papier met drie gaten.
14Hoofdstuk 3 Specificaties afdrukmateriaalNLWW
Gebruik geen meerdelige formulieren.
●
Gebruik geen papier dat een watermerk bevat als u effen patronen afdrukt.
●
Afdrukmateriaal waardoor het apparaat kan worden beschadigd
Onder speciale omstandigheden kan afdrukmateriaal het apparaat beschadigen. Gebruik niet de
volgende soorten afdrukmateriaal om mogelijke schade te voorkomen:
Materiaal met nietjes.
●
Gebruik geen transparanten die zijn ontworpen voor inkjetprinters of andere printers met lage
●
temperaturen. Gebruik alleen transparanten die geschikt zijn voor gebruik met HP LaserJetprinters.
Gebruik geen fotopapier dat bestemd is voor inkjetprinters.
●
Gebruik geen reliëfpapier of papier met coating dat niet is ontworpen voor de temperatuur van de
●
fuser. Selecteer afdrukmateriaal dat gedurende 0,1 seconde temperaturen van 200 °C kan
weerstaan. HP fabriceert afdrukmateriaal dat speciaal is ontworpen voor het apparaat.
Gebruik geen briefhoofdpapier dat is geproduceerd met kleurstoffen voor lage temperaturen of
●
thermografie. Voorbedrukte formulieren of briefhoofdpapier moet zijn gebaseerd op inkt die
gedurende 0,1 seconde temperaturen van 200 °C kan weerstaan.
Gebruik geen afdrukmateriaal dat uitstoot van gassen veroorzaakt, smelt, verkleurt of waarin de
●
inkt doorloopt wanneer het gedurende 0,1 seconde wordt blootgesteld aan een temperatuur van
200 °C.
Als u afdrukbenodigdheden voor de HP LaserJet wilt bestellen, gaat u naar
in de VS of gaat u naar
www.hp.com/ghp/buyonline.html/ als u buiten de VS woont.
www.hp.com/go/ljsupplies
NLWWPapier en ander afdrukmateriaal kiezen15
Richtlijnen voor het gebruik van afdrukmateriaal
De volgende gedeelten bevatten richtlijnen en instructies voor het afdrukken op transparanten,
enveloppen en ander speciaal afdrukmateriaal. Deze richtlijnen en specificaties zijn opgenomen om u
te helpen bij het selecteren van afdrukmateriaal dat een optimale afdrukkwaliteit biedt en om te
voorkomen dat u afdrukmateriaal gebruikt dat papierstoringen of beschadigingen kan veroorzaken.
Papier
Gebruik gewoon papier van 80 g/m2 voor optimale resultaten. Controleer of het papier van goede
kwaliteit is en geen sneden, inkepingen, scheuren, vlekken, losse deeltjes, stof of kreukels bevat en
gekrulde of omgebogen randen heeft.
Informatie over de soort papier die u gebruikt (bijvoorbeeld bankpost- of kringlooppapier) vindt u op de
verpakking.
Bepaald papier kan problemen met de afdrukkwaliteit, papierstoringen of schade aan het apparaat
veroorzaken.
AfdrukprobleemProbleem met papierOplossing
Slechte afdrukkwaliteit of toner hecht niet
goed
Problemen met invoeren
Weggevallen gedeelten, vastlopen of
krullen
Toegenomen grijze achtergrondarcering Mogelijk te zwaarGebruik lichter papier.
Sterke krulling
Problemen met invoeren
Papierstoringen of schade aan het
apparaat
Problemen met invoerenOnregelmatige randenGebruik papier van goede kwaliteit.
Te vochtig, te ruw, te glad of te veel reliëf Probeer een andere papiersoort die een
Verkeerd opgeslagenSla papier plat op in de vochtbestendige
Te vochtig, verkeerde vezelrichting of
opgebouwd uit korte vezels
Uitsparingen of perforatiesGebruik geen papier met perforaties of
gradatie voor gladheid van
100-250 Sheffield heeft en een
vochtgehalte van 4-6% heeft.
Controleer het apparaat en zorg dat de
juiste soort afdrukmateriaal is
geselecteerd.
omslag.
Gebruik papier met een lange vezel.
Controleer het apparaat en zorg dat de
juiste soort afdrukmateriaal is
geselecteerd.
papier waarin is geknipt.
OPMERKING:De toner wordt op het papier aangebracht onder invloed van hoge temperaturen en
een hoge druk. Controleer of gekleurd papier of voorbedrukte formulieren gebruikmaken van inkt die
gedurende 0,1 seconde kan worden blootgesteld aan de fuser-temperatuur van 200 °C.
Gebruik geen papier met een briefhoofd dat is gedrukt met inkt voor lage temperaturen, zoals wordt
gebruikt in bepaalde thermografische toepassingen.
Gebruik geen briefhoofd met reliëf.
Gebruik geen transparanten die zijn ontworpen voor inkjetprinters of andere printers met lage
temperaturen. Gebruik alleen transparanten die geschikt zijn voor gebruik met HP LaserJet-printers.
16Hoofdstuk 3 Specificaties afdrukmateriaalNLWW
Gekleurd papier
Gekleurd papier moet dezelfde hoge kwaliteit als wit kopieerpapier hebben.
●
De gebruikte pigmenten moeten gedurende 0,1 seconde de fuser-temperatuur van 200 °C kunnen
●
weerstaan zonder kwaliteitsvermindering.
Gebruik geen papier met een gekleurde coating die na de productie van het papier is aangebracht.
●
Afdrukmateriaal van aangepast formaat
Gebruik de hoofdinvoerlade voor meerdere vellen. Zie Ondersteunde gewichten en formaten van
afdrukmateriaal op pagina 21 voor de ondersteunde formaten afdrukmateriaal.
VOORZICHTIG:Controleer of de vellen niet aan elkaar plakken voordat u deze in de lade plaatst.
Etiketten
HP beveelt aan dat u etiketten afdrukt vanuit de voorrangsinvoerlade. Zie Afdrukmateriaal plaatsen
op pagina 24 voor meer informatie.
VOORZICHTIG:Voer een etikettenvel niet meerdere malen door het apparaat. Hierdoor neemt de
kwaliteit van het kleefmiddel af, waardoor het apparaat kan worden beschadigd.
Onderdelen
Let bij het selecteren van etiketten op de kwaliteit van de diverse onderdelen:
Kleefmiddelen: het kleefmiddel moet stabiel zijn bij de maximale fusertemperatuur van 200 °C.
●
Schikking: gebruik alleen etiketbladen waarvan het beschermblad niet zichtbaar is tussen de
●
etiketten. Als u etiketbladen gebruikt met ruimte tussen de etiketten, kunnen de etiketten tijdens
het afdrukken loslaten. Dit veroorzaakt ernstige storingen.
Krullen: voordat u begint met afdrukken, moeten de etiketten vlak liggen en niet meer dan 13 mm
●
krullen in elke richting.
Staat van het materiaal: gebruik geen etiketten met kreukels, luchtbellen of andere verschijnselen
●
waaruit blijkt dat het etiket van het ondervel is losgelaten of los kan raken.
Transparanten
Transparanten moeten de maximale fusertemperatuur van het apparaat van 200 °C kunnen weerstaan.
VOORZICHTIG:U kunt transparanten afdrukken vanuit de lade voor 150 vel (lade 1). U kunt echter
niet meer dan 75 transparanten tegelijk in een lade plaatsen.
Enveloppen
HP beveelt aan dat u enveloppen afdrukt vanuit de voorrangsinvoerlade. Zie Afdrukmateriaal plaatsen
op pagina 24 voor meer informatie.
Samenstelling
De samenstelling van enveloppen is uiterst belangrijk. Er zijn aanzienlijke verschillen tussen de
vouwlijnen van enveloppen, niet alleen bij enveloppen van verschillende fabrikanten, maar ook bij
NLWWRichtlijnen voor het gebruik van afdrukmateriaal17
enveloppen uit dezelfde doos. Of u enveloppen goed kunt bedrukken, hangt voornamelijk af van de
kwaliteit van de enveloppen. Let bij het selecteren van enveloppen op het volgende:
Gewicht: het papier van de envelop mag niet zwaarder zijn dan 90 g/m2, anders kunnen er
●
papierstoringen optreden.
Opbouw: voordat u begint met afdrukken, moeten de enveloppen vlak liggen en niet meer dan 6
●
mm krullen in elke richting. Bovendien mogen de enveloppen geen lucht bevatten. Er kunnen
problemen optreden als de enveloppen lucht bevatten. Gebruik geen enveloppen die klemmen,
knipsluitingen, koorden, vensters, gaten, perforaties, uitsparingen, synthetische materialen,
stempels of reliëf hebben. Gebruik geen enveloppen met kleefmiddelen die onder druk worden
gehecht.
Staat van het materiaal: controleer of de enveloppen niet gekreukeld of anderszins beschadigd
●
zijn. Zorg dat er geen lijm zichtbaar is op de enveloppen.
Enveloppen met dubbele naad
Bij een envelop met een dubbele naad bevinden zich aan beide zijden van de envelop verticale naden
in plaats van diagonale naden. Dergelijke enveloppen kunnen meer omkrullen. Controleer of de naden
helemaal doorlopen tot de hoek van de envelop (zie de volgende afbeelding):
1
2
1Aanvaardbare opbouw van envelop
2Onaanvaardbare opbouw van envelop
Enveloppen met plakstrips of flappen
De kleefmiddelen van enveloppen met een verwijderbare kleefstrook of enveloppen die worden
dichtgeplakt door meerdere kleppen om te vouwen, moeten bestand zijn tegen de hitte en de druk van
het apparaat: 200 °C. De extra kleppen en stroken kunnen kreuken, vouwen of papierstoringen
veroorzaken.
Enveloppen opslaan
Als u de enveloppen goed bewaart, komt dit de afdrukkwaliteit ten goede. Bewaar de enveloppen plat.
Als zich lucht in de envelop bevindt waardoor een luchtbel wordt gevormd, kan de envelop tijdens het
afdrukken gaan kreukelen.
18Hoofdstuk 3 Specificaties afdrukmateriaalNLWW
Kaarten en zwaar afdrukmateriaal
U kunt op verschillende soorten kaarten afdrukken vanuit de invoerlade, bijvoorbeeld op indexkaarten
en briefkaarten. Bepaalde kaarten leveren betere resultaten op dan andere omdat deze over een betere
opbouw beschikken voor doorvoer door een laserprinter.
Voor optimale prestaties gebruikt u papier van maximaal 157 g/m
kunnen er invoerproblemen, stapelproblemen, papierstoringen, problemen met aanbrengen van de
toner, lage afdrukkwaliteit of overmatige mechanische slijtage optreden.
OPMERKING:U kunt mogelijk op zwaarder papier afdrukken als u de invoerlade niet volledig vult en
als u papier met een gradatie voor gladheid van 100-180 Sheffield gebruikt.
Selecteer in het softwareprogramma of de printerdriver Zwaar (106 g/m2 tot 163 g/m2) of Karton (135 g/
2
tot 216 g/m2) als soort afdrukmateriaal of druk af vanuit een lade die is geconfigureerd voor zwaar
m
papier. Aangezien deze instelling van invloed is op alle afdruktaken, is het belangrijk de
standaardinstellingen van het apparaat te herstellen nadat de afdruktaak is voltooid.
Samenstelling van de kaarten
2
. Als u zwaarder papier gebruikt,
Gladheid: kaarten van 135-157 g/m
●
2
moeten over een gradatie voor gladheid van
100-180 Sheffield beschikken. kaarten van 60-135 g/m
van 100-250 Sheffield beschikken.
Opbouw: Kaarten moeten vlak liggen en minder dan 5 mm krullen.
●
Staat van het materiaal: controleer of de kaarten niet gekreukeld of anderszins beschadigd zijn.
●
Richtlijnen voor kaarten
Stel de marges in op 2 mm van de randen.
●
Gebruik lade 1 voor kaarten (135 g/m
●
2
tot 216 g/m2).
Briefhoofdpapier en voorbedrukte formulieren
Briefhoofdpapier is kwaliteitspapier, vaak met een watermerk, soms met katoenen vezels en is
beschikbaar in vele kleuren en afwerkingen met bijpassende enveloppen. Voorbedrukte formulieren
worden gemaakt van vele verschillende papiersoorten, van kringlooppapier tot kwaliteitspapier.
Veel fabrikanten produceren dit papier tegenwoordig met eigenschappen die zijn geoptimaliseerd voor
laserprinters en prijzen het papier aan als laser-compatibel of gegarandeerd voor laser. Voor sommige
ruwe oppervlakken, zoals geribbeld of geschept papier of linnen, is wellicht een van de speciale
fusermodi nodig, die op sommige printermodellen beschikbaar zijn voor het verkrijgen van voldoende
tonerhechting.
2
moeten over een gradatie voor gladheid
OPMERKING:Elke pagina kan afwijkend zijn. Dit is normaal bij het afdrukken op een laserprinter.
Deze afwijking is niet zichtbaar bij het afdrukken op gewoon papier. De afwijking is echter duidelijk
zichtbaar tijdens het afdrukken op voorbedrukte formulieren, omdat de lijnen en kaders al op het papier
zijn aangebracht.
NLWWRichtlijnen voor het gebruik van afdrukmateriaal19
Volg onderstaande richtlijnen om problemen bij het gebruik van voorbedrukte formulieren, reliëfpapier
en briefhoofdpapier te voorkomen:
Gebruik geen inkt voor lage temperaturen (het type inkt dat wordt gebruikt in bepaalde
●
thermografische toepassingen).
Gebruik voorbedrukte formulieren en briefhoofdpapier dat is gedrukt door middel van offset-
●
lithografie of graveerdruk.
Gebruik formulieren die zijn gemaakt met hittebestendige inkt die niet smelt, verdampt of
●
gevaarlijke gassen uitstoot wanneer deze gedurende 0,1 seconde wordt verhit tot 200 °C.
Doorgaans voldoet door oxidatie drogende inkt en op olie gebaseerde inkt aan deze vereiste.
Gebruikt u voorbedrukte formulieren, pas dan op dat de vochtigheidsgraad van het papier niet
●
wijzigt en gebruik geen materiaal dat de elektrische eigenschappen of verwerkingseigenschappen
van het papier wijzigt. Bewaar de formulieren in een vochtwerende verpakking zodat er tijdens de
opslag geen wijzigingen in de vochtigheidsgraad kunnen optreden.
Gebruik geen voorbedrukte formulieren met een afwerklaag of coating.
●
Gebruik geen papier met veel reliëf of een briefhoofd met reliëf.
●
Gebruik geen papier met veel structuur.
●
Gebruik geen offset-poeder of ander materiaal waarmee wordt voorkomen dat bedrukte
●
formulieren aan elkaar kleven.
OPMERKING:Als u een brief van één pagina wilt afdrukken op briefhoofdpapier, gevolgd door een
document met meerdere pagina's, voert u het briefhoofdpapier in de voorrangsinvoerlade in en plaatst
u het gewone papier in de hoofdinvoerlade (lade 1). Vervolgens wordt automatisch eerst afgedrukt
vanuit de voorrangsinvoerlade.
20Hoofdstuk 3 Specificaties afdrukmateriaalNLWW
Loading...
+ 114 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.