Verveelvoudiging, bewerking en vertaling
zonder voorafgaande schriftelijke
toestemming zijn verboden, behalve zoals
toegestaan door het auteursrecht.
De informatie in dit document kan zonder
vooraankondiging worden gewijzigd.
De enige garantie voor producten en services
van HP wordt uiteengezet in de
garantieverklaring die bij dergelijke producten
en services wordt geleverd. Niets in deze
verklaring mag worden opgevat als een
aanvullende garantie. HP is niet aansprakelijk
voor technische of redactionele fouten of
weglatingen in deze verklaring.
Onderdeelnummer: CF377-90930
Edition 1, 10/2015
Handelsmerken
®
, Adobe Photoshop®, Acrobat® en
Adobe
PostScript
®
zijn handelsmerken van Adobe
Systems Incorporated.
Apple en het Apple-logo zijn handelsmerken
van Apple Computer, Inc., geregistreerd in de
VS en andere landen/regio's. iPod is een
handelsmerk van Apple Computer, Inc. iPod is
uitsluitend bedoeld voor legaal of door de
rechthebbende geautoriseerd kopiëren. Steel
geen muziek.
Microsoft®, Windows®, Windows® XP en
Windows Vista® zijn in de Verenigde Staten
gedeponeerde handelsmerken van Microsoft
Corporation.
Papier plaatsen in lade 1 (multifunctionele lade) ............................................................................ 16
Afdrukstand van het papier in lade 1 ................................................................................................ 17
Papier plaatsen in lade 2 ..................................................................................................................................... 19
Direct afdrukken via USB ..................................................................................................................................... 53
Een kopie maken ................................................................................................................................................. 56
Extra kopieertaken .............................................................................................................................................. 58
Scannen via de HP Scan-software (Windows) .................................................................................................... 60
Scannen via de HP Scan-software (OS X) ............................................................................................................ 61
Scannen naar een USB-flashstation ................................................................................................................... 62
De functie Scannen naar netwerkmap instellen ................................................................................................. 63
Voordat u begint ................................................................................................................................ 63
Methode een: De wizard Scannen naar netwerkmap gebruiken (Windows) ................................... 63
Methode twee: De functie Scannen naar netwerkmap instellen via de geïntegreerde
webserver van HP (Windows) ........................................................................................................... 65
Stap één: Toegang tot de geïntegreerde webserver van HP (EWS) .............................. 65
Stap twee: De functie Scannen naar netwerkmap configureren ................................... 65
De functie Scannen naar netwerkmap instellen op een Mac ........................................................... 67
Stap één: Toegang tot de geïntegreerde webserver van HP (EWS) .............................. 67
Methode een: Een webbrowser gebruiken om de geïntegreerde
webserver (EWS) van HP te openen ............................................................. 67
Methode twee: HP Utility gebruiken om de geïntegreerde webserver
(EWS) van HP te openen ............................................................................... 67
Stap twee: De functie Scannen naar netwerkmap configureren ................................... 67
Scannen naar een netwerkmap ........................................................................................................................... 69
De functie Scannen naar e-mail instellen ........................................................................................................... 70
Voordat u begint ................................................................................................................................ 70
Methode een: De wizard Scannen naar e-mail gebruiken (Windows) .............................................. 70
Methode twee: De functie Scannen naar e-mail instellen via de geïntegreerde webserver van
HP (Windows) .................................................................................................................................... 72
NLWWv
Stap één: Toegang tot de geïntegreerde webserver van HP (EWS) .............................. 72
Stap twee: De functie Scannen naar e-mail configureren ............................................. 72
Stap drie: Contactpersonen toevoegen aan het e-mailadresboek ............................... 74
Stap vier: De standaardopties voor e-mail configureren .............................................. 74
De functie Scannen naar e-mail instellen op een Mac ..................................................................... 75
Stap één: Toegang tot de geïntegreerde webserver van HP (EWS) .............................. 75
Methode een: Een webbrowser gebruiken om de geïntegreerde
webserver (EWS) van HP te openen ............................................................. 75
Methode twee: HP Utility gebruiken om de geïntegreerde webserver
(EWS) van HP te openen ............................................................................... 75
Stap twee: De functie Scannen naar e-mail configureren ............................................. 76
Stap drie: Contactpersonen toevoegen aan het e-mailadresboek ............................... 77
Stap vier: De standaardopties voor e-mail configureren .............................................. 77
Scannen naar e-mail ............................................................................................................................................ 79
Gedeelde spraak- en faxlijn ............................................................................................ 84
Gedeelde spraak- en faxlijn met een antwoordapparaat .............................................. 85
Stap 3: Faxtijd, faxdatum en faxkopregel configureren .................................................................. 87
HP Wizard Faxinstellingen .............................................................................................. 87
Bedieningspaneel van de printer .................................................................................... 87
Geïntegreerde webserver van HP (EWS) en HP Device Toolbox (Windows) .................. 88
Stap 4: Een faxtest uitvoeren ........................................................................................................... 88
Een fax versturen ................................................................................................................................................ 90
Faxen vanaf de flatbedscanner ........................................................................................................ 90
Faxen vanuit de documentinvoer ..................................................................................................... 91
Snelkiescodes en groepskiescodes gebruiken ................................................................................. 91
Een fax verzenden vanuit de software ............................................................................................. 92
Een fax verzenden vanuit een softwareprogramma van een andere leverancier, bijvoorbeeld
Microsoft Word .................................................................................................................................. 92
8 Het apparaat beheren .................................................................................................................................. 93
Toepassingen van HP Webservices gebruiken ................................................................................................... 94
Het verbindingstype van het apparaat wijzigen (Windows) ............................................................................... 95
viNLWW
Geavanceerde configuratie met de geïntegreerde webserver van HP (EWS) en HP Device Toolbox
Disclaimer voor printer delen ......................................................................................................... 103
Netwerkinstellingen weergeven of wijzigen .................................................................................. 103
De naam van de printer in het netwerk wijzigen ............................................................................ 103
IPv4 TCP/IP-parameters handmatig configureren via het bedieningspaneel ............................... 104
Instellingen voor koppelingssnelheid en duplex ........................................................................... 104
Functies voor productbeveiliging ..................................................................................................................... 106
Het wachtwoord van het systeem toewijzen of wijzigen met de geïntegreerde webserver ........ 106
Instellingen voor energiebesparing .................................................................................................................. 107
De instelling voor uitschakelvertraging configureren ................................................................... 108
HP Web Jetadmin ............................................................................................................................................... 109
De firmware bijwerken ...................................................................................................................................... 110
Methode een: De firmware bijwerken via het bedieningspaneel ................................................... 110
Methode twee: De firmware bijwerken met behulp van de Firmware Update Utility ................... 110
Help-systeem op het bedieningspaneel ........................................................................................................... 115
De fabrieksinstellingen herstellen .................................................................................................................... 116
Het bericht 'Cartridge bijna leeg' of 'Cartridge vrijwel leeg' wordt weergegeven op het bedieningspaneel
van de printer .................................................................................................................................................... 117
De instelling "Vrijwel leeg" wijzigen ............................................................................................... 117
Bij printers met faxfunctionaliteit ................................................................................ 117
Papierstoringen verhelpen in de documentinvoer ......................................................................... 128
Papierstoringen in lade 1 verhelpen .............................................................................................. 131
Papierstoringen in lade 2 verhelpen .............................................................................................. 133
Papierstoringen in de achterklep en het fusergebied verhelpen .................................................. 135
Papierstoringen in de uitvoerbak oplossen ................................................................................... 136
Papierstoringen verhelpen in de duplexeenheid (alleen duplexmodellen) .................................. 137
De afdrukkwaliteit verbeteren .......................................................................................................................... 139
Faxberichten worden langzaam verstuurd .................................................................. 163
De faxkwaliteit is matig ................................................................................................ 164
De fax wordt afgekapt of wordt op twee pagina's afgedrukt ..................................... 165
Index ........................................................................................................................................................... 167
xNLWW
1Productoverzicht
●
Productweergaven
●
Apparaatspecificaties
●
Printerhardware en -software installeren
Voor meer informatie:
De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie
voor actuele informatie.
De uitgebreide Help van HP voor de printer omvat de volgende informatie:
●
Installeren en configureren
●
Leren en gebruiken
●
Problemen oplossen
●
Software- en firmware-updates downloaden
●
Meepraten op ondersteuningsforums
●
Informatie over garantie en wettelijke voorschriften zoeken
www.hp.com/support/colorljM477MFP
NLWW1
Productweergaven
●
Vooraanzicht van de printer
●
Achteraanzicht van de printer
●
Overzicht van het bedieningspaneel
Vooraanzicht van de printer
1
2
11
10
9
8
7
6
5
4
1Scanner
2Documentinvoer
3Voorschriften-etiket (op de voorklep)
4Lade 2
3
5Lade 1
6Aan-uitknop
7Voorklep (voor toegang tot de tonercartridge)
8Uitvoerbakverlenging
9Uitvoerbak
10USB-poort voor direct afdrukken en scannen zonder computer
11Bedieningspaneel met touchscreen (kantelbaar voor betere weergave)
2Hoofdstuk 1 ProductoverzichtNLWW
Achteraanzicht van de printer
8
7
6
1Openingsknop voorklep
2Duplexeenheid (alleen fdn- en fdw-modellen)
3USB-poort voor taakopslag
4USB-poort voor directe verbinding met een pc
1
2
3
4
5
5Ethernet-poort
6Faxpoorten
7Netsnoeraansluiting
8Achterklep (alleen fnw-model) (biedt toegang voor het verhelpen van storingen)
NLWWProductweergaven3
Overzicht van het bedieningspaneel
1AanraakschermBiedt toegang tot menu's, helpanimaties en printerinformatie.
1
2
345
2Indicator voor beginschermpaginaHet display geeft aan welk beginscherm het bedieningspaneel
3Knop HelpBiedt toegang tot het Help-systeem op het bedieningspaneel
4Knop BeginschermBrengt u naar het beginscherm
5Knop TerugU gaat terug naar het vorige scherm
OPMERKING: Het bedieningspaneel heeft geen standaardknop om te annuleren, maar tijdens veel acties op
de printer verschijnt er op het aanraakscherm een knop om te annuleren. Dit stelt de gebruiker in staat een
proces te annuleren voordat de printer dit voltooit.
Lay-out van beginscherm
Het beginscherm biedt toegang tot printerfuncties en geeft de huidige status van de printer weer.
Keer op elk moment terug naar het beginscherm door op het bedieningspaneel van de printer de knop
Beginscherm aan te raken.
OPMERKING: De functies die in het beginscherm worden weergegeven zijn afhankelijk van de configuratie
van de printer.
momenteel weergeeft.
4Hoofdstuk 1 ProductoverzichtNLWW
1
2
11987610543
1ResetknopRaak deze knop aan om tijdelijke taakinstellingen te herstellen naar standaardinstellingen.
2Knop
Verbindingsinformatie
3
Knop Instellingen
4
Knop Apps
5
Knop Benodigdheden
6Knop USB
7
Knop Fax
8Knop Scannen
9Knop Taken
10
Knop Kopiëren
11PrinterstatusDit schermgedeelte biedt informatie over de algehele printerstatus.
Raak deze knop aan om het menu Verbindingsinformatie met netwerkinformatie te openen. De
knop wordt weergegeven als een pictogram van een bekabeld netwerk
netwerk
Raak deze knop aan om het menu Instellingen te openen.
Raak deze knop aan om het menu Apps te openen om direct af te drukken vanuit bepaalde
webtoepassingen.
Raak deze knop aan voor informatie over de status van benodigdheden.
Raak deze knop aan om het menu USB-flashstation te openen.
Raak deze knop aan om de faxopties te openen.
Raak deze knop aan om de scanopties te openen:
●
●
●
Raak deze knop aan om de functie Opgeslagen taken te openen.
Raak deze knop aan om de kopieeroptie te openen.
, afhankelijk van het netwerk waarmee de printer is verbonden.
Scannen naar USB-station
Scannen naar netwerkmap
Scannen naar e-mail
of draadloos
Het bedieningspaneel met aanraakscherm gebruiken
Doorloop de volgende stappen om het bedieningspaneel met aanraakscherm van de printer te gebruiken.
NLWWProductweergaven5
ActieOmschrijvingVoorbeeld
Aanraken
Vegen
Bladeren
Raak een item op het scherm aan om dat item
te selecteren of dat menu te openen. U kunt
tijdens het bladeren door menu's het scherm
kort aanraken om het bladeren te onderbreken.
Raak het scherm aan en schuif met uw vinger
horizontaal over het scherm om horizontaal te
schuiven.
Raak het scherm aan en verplaats het door
zonder los te laten uw vinger verticaal te
bewegen.
Raak de knop Instellingen
Instellingen te openen.
Veeg over het beginscherm voor de knop
Instellingen
Blader door het menu Instellingen.
.
aan om het menu
6Hoofdstuk 1 ProductoverzichtNLWW
Apparaatspecificaties
BELANGRIJK: De volgende specificaties zijn correct op het moment van uitgave maar zijn onderhevig aan
wijzigingen. Zie
●
Technische specificaties
●
Ondersteunde besturingssystemen
●
Mobiele afdrukoplossingen
●
Printerafmetingen
●
Stroomverbruik, stroomvoorzieningsspecificaties en geluidsuitstoot
●
Bereik voor de werkomgeving
Technische specificaties
www.hp.com/support/colorljM477MFP voor actuele informatie.
Modelnaam
Apparaatnummer
PapierverwerkingMultifunctionele lade voor 50 vel (lade
Lade 2 (capaciteit voor 250 vellen)
Automatisch dubbelzijdig afdrukken
Connectiviteit10/100/1000 Ethernet LAN-
Snelle USB 2.0
Afdrukserver voor draadloze
USB-poort voor direct afdrukken
Nabije communicatie (NFC) en Wi-Fi
Scherm van het
bedieningspaneel en
invoer
AfdrukkenDrukt 27 pagina's per minuut (ppm) af
M477fnw
1)
(duplex)
aansluiting met IPv4 en IPv6
verbinding
Direct van HP om vanaf mobiele
apparaten te kunnen afdrukken
Bedieningspaneel uitgevoerd als
aanraakscherm
op papier van A4-formaat en 28 ppm
op papier van Letter-formaat
M477fdn
CF377A
Niet beschikbaar
Niet beschikbaarNiet beschikbaar
CF378A
Niet beschikbaar
M477fdw
CF379A
USB-afdrukfunctie (geen pc vereist)
Taakopslag/Met pincode beveiligd
Fax
afdrukken
(Vereist een USB-flashdrive van 16 GB
of meer.)
NLWWApparaatspecificaties7
Modelnaam
M477fnw
M477fdn
M477fdw
Apparaatnummer
Kopiëren en scannen
OPMERKING:
Kopieer- en
scansnelheden zijn
onderhevig aan
verandering. Ga voor
de meest recente
informatie naar
www.hp.com/support/
colorljM477MFP.
Documentinvoer van 50 pagina's
Opties Scannen naar e-mailadres,
19 kopieën per minuut (ppm)
26 scans ppm
Scannen naar USB en Scannen naar
netwerkmap
Ondersteunde besturingssystemen
De volgende informatie geldt voor de printerspecifieke Windows PCL 6- en OS X-printerdrivers.
Windows: De HP software-installatie installeert de driver HP PCL.6, HP PCL-6 of HP PCL 6, afhankelijk van het
Windows-besturingssysteem, evenals optionele software bij gebruik van het volledige softwareinstallatieprogramma. Raadpleeg de installatie-opmerkingen van de software voor meer informatie.
CF377A
CF378A
CF379A
Mac-computers en OS X: Mac-computers en mobiele Apple-apparaten worden door deze printer
ondersteund. De OS X-printerdriver en het printerhulpprogramma kunnen worden gedownload van hp.com
en zijn ook beschikbaar via Apple Software Update. De HP installatiesoftware voor OS X is niet inbegrepen op
de meegeleverde cd. Voer de volgende stappen uit om de OS X-installatiesoftware te downloaden:
1.Ga naar
www.hp.com/support/colorljM477MFP.
2.Selecteer Ondersteuningsopties. Ga naar Downloadopties en selecteer Stuurprogramma's, software
en firmware.
3.Klik op de besturingssysteemversie en vervolgens op de knop Download.
Windows Vista®, 32-bitsDe printerspecifieke printerdriver HP
De printerspecifieke printerdriver HP
PCL.6 voor dit besturingssysteem
wordt geïnstalleerd als onderdeel
van de basissoftware-installatie. Het
basisinstallatieprogramma
installeert alleen de driver en
scantoepassing.
PCL.6 voor dit besturingssysteem
wordt geïnstalleerd als onderdeel
van de basissoftware-installatie. Het
basisinstallatieprogramma
installeert alleen de driver.
De volledige software-installatie wordt niet ondersteund
voor dit besturingssysteem.
Sinds april 2009 biedt Microsoft geen ondersteuning meer
voor Windows XP. HP zal zijn best blijven doen om
ondersteuning te bieden voor het niet langer verkrijgbare
Windows XP.
De volledige software-installatie wordt niet ondersteund
voor dit besturingssysteem.
Windows 8, 32-bits en 64-bitsDe printerspecifieke printerdriver HP
Windows 8.1, 32-bits en 64-bits De printerspecifieke printerdriver HP
Windows 10De printerspecifieke printerdriver HP
Windows Server 2008 SP2, 32bits
De printerspecifieke printerdriver HP
PCL.6 voor dit besturingssysteem
wordt geïnstalleerd als onderdeel
van de basissoftware-installatie. Het
basisinstallatieprogramma
installeert alleen de driver.
De printerspecifieke printerdriver HP
PCL 6 voor dit besturingssysteem
wordt geïnstalleerd als onderdeel
van de volledige softwareinstallatie.
PCL-6 voor dit besturingssysteem
wordt geïnstalleerd als onderdeel
van de basissoftware-installatie.
PCL-6 voor dit besturingssysteem
wordt geïnstalleerd.
PCL-6 voor dit besturingssysteem
wordt geïnstalleerd.
De printerspecifieke printerdriver HP
PCL.6 voor dit besturingssysteem
wordt geïnstalleerd als onderdeel
van de basissoftware-installatie.
De volledige software-installatie wordt niet ondersteund
voor dit besturingssysteem.
Gebruik UPD-drivers voor 64-bits besturingssystemen.
Sinds juli 2010 biedt Microsoft geen ondersteuning meer
voor Windows Server 2003. HP zal zijn best blijven doen om
ondersteuning te bieden voor het niet langer verkrijgbare
besturingssysteem Windows Server 2003.
Ondersteuning voor Windows 8 RT wordt geboden via
Microsoft IN OS Versie 4, 32-bits driver.
Ondersteuning voor Windows 8.1 RT wordt geboden via
Microsoft IN OS Versie 4, 32-bits driver.
Windows Server 2008 SP2, 64bits
Windows Server 2008 R2, SP 1,
64-bits
Windows Server 2012, 64-bitHet software-installatieprogramma
De printerspecifieke printerdriver HP
PCL.6 voor dit besturingssysteem
wordt geïnstalleerd als onderdeel
van de basissoftware-installatie.
De printerspecifieke printerdriver HP
PCL 6 voor dit besturingssysteem
wordt geïnstalleerd als onderdeel
van de basissoftware-installatie.
ondersteunt Windows Server 2012
niet, maar de printerspecifieke
printerdrivers HP PCL 6 en HP PCL-6
ondersteunen deze wel.
Download de driver HP PCL 6 of PCL-6 van de HP website
www.hp.com/support/colorljM477MFP en gebruik het
Windows-hulpprogramma Printer toevoegen om deze te
installeren.
OPMERKING: Voor een actueel overzicht van ondersteunde besturingssystemen en voor uitgebreide Help
van HP voor de printer, gaat u naar
OPMERKING: Ga voor meer informatie over client- en serverbesturingssystemen en driverondersteuning
voor HP UPD PCL6, UPD PCL 5 en UPD PS voor deze printer naar
Specificaties.
Mobiele afdrukoplossingen
Het software-installatieprogramma
ondersteunt Windows Server 2012
niet, maar de printerspecifieke
printerdrivers HP PCL 6 en HP PCL-6
ondersteunen deze wel.
De OS X-printerdriver en het
printerhulpprogramma kunnen
worden gedownload van hp.com en
zijn ook beschikbaar via Apple
Software Update. De HP
installatiesoftware voor OS X is niet
inbegrepen op de meegeleverde cd.
www.hp.com/support/colorljM477MFP.
Download de driver HP PCL 6 of PCL-6 van de HP website
www.hp.com/support/colorljM477MFP en gebruik het
Windows-hulpprogramma Printer toevoegen om deze te
installeren.
Download voor OS X het volledige installatieprogramma
van de ondersteuningswebsite voor deze printer.
1.Ga naar
2.Selecteer Ondersteuningsopties. Ga naar
3.Klik op de besturingssysteemversie en vervolgens op
www.hp.com/support/colorljM477MFP.
Downloadopties en selecteer Stuurprogramma's,
software en firmware.
de knop Download.
www.hp.com/go/upd en klik op het tabblad
De printer ondersteunt de volgende software voor mobiel afdrukken:
●
HP ePrint software
OPMERKING:De HP ePrint-software ondersteunt de volgende besturingssystemen: Windows 7 SP 1
(32-bits en 64-bits); Windows 8 (32-bits en 64-bits); Windows 8.1 (32-bits en 64-bits); en OS X versies
10.8 Mountain Lion, 10.9 Mavericks en 10.10 Yosemite.
●
HP ePrint via e-mail (HP Webservices moet zijn ingeschakeld en de printer moet zijn geregistreerd bij HP
Connected)
●
HP ePrint app (beschikbaar voor Android, iOS en Blackberry)
●
ePrint Enterprise app (ondersteund door alle printers met ePrint Enterprise Server Software)
●
HP All-in-One Remote-app voor iOS- en Android-apparaten
●
Google Cloud Print
●
AirPrint
●
Afdrukken met Android
10Hoofdstuk 1 ProductoverzichtNLWW
Printerafmetingen
Afbeelding 1-1 Afmetingen van de M477fnw-modellen
3
3
1
1
2
Printer geheel geslotenPrinter volledig geopend
1. Hoogte399,8 mm656 mm
2. Diepte461 mm1025 mm
3. Breedte415,4 mm415,4 mm
Gewicht (met cartridges)21,8 kg
Afbeelding 1-2 Afmetingen van de M477fdn- en M477fdw-modellen
3
3
2
1
1
2
Printer geheel geslotenPrinter geheel geopend
1. Hoogte399,8 mm656 mm
NLWWApparaatspecificaties11
2
Printer geheel geslotenPrinter geheel geopend
2. Diepte472,3 mm1124,4 mm
3. Breedte415,4 mm415,4 mm
Gewicht (met cartridges)23,2 kg
Afbeelding 1-3 Afmetingen voor modellen met de optionele lade 3
3
3
1
1
2
Printer geheel geslotenPrinter geheel geopend
1. Hoogte531,8 mm788 mm
2. Diepte461 mm (fnw-model)
472,3 mm (fdn- en fnw-modellen)
3. Breedte415,4 mm415,4 mm
Gewicht (met cartridges)27 kg (fnw-model)
28,4 kg (fdn- en fnw-modellen)
1025 mm (fnw-model)
1124,4 mm (fdn- en fnw-modellen)
2
Stroomverbruik, stroomvoorzieningsspecificaties en geluidsuitstoot
Raadpleeg www.hp.com/support/colorljM477MFP voor recente informatie.
VOORZICHTIG: De stroomvereisten zijn gebaseerd op het land/de regio waar de printer wordt verkocht.
Verander niets aan de ingestelde spanning. Hierdoor raakt de printer beschadigd en komt de garantie van de
printer te vervallen.
12Hoofdstuk 1 ProductoverzichtNLWW
Bereik voor de werkomgeving
Tabel 1-1 Specificaties voor de werkomgeving
OmgevingAanbevolenToegestaan
Temperatuur17 tot 27 °C15 tot 30 °C
Relatieve luchtvochtigheidRelatieve luchtvochtigheid (RH) van
30 tot 70%
HoogteNiet van toepassing0 tot 3048 m
30% tot 80% RH
NLWWApparaatspecificaties13
Printerhardware en -software installeren
Raadpleeg de installatieposter en snelstartgids die bij de printer zijn geleverd voor algemene installatieinstructies. Ga naar de HP-ondersteuningspagina voor aanvullende instructies.
Ga naar
volgende ondersteuning:
●
●
●
●
●
●
www.hp.com/support/colorljM477MFP voor de uitgebreide Help van HP voor de printer. Zoek de
Installeren en configureren
Leren en gebruiken
Problemen oplossen
Software- en firmware-updates downloaden
Meepraten op ondersteuningsforums
Informatie over garantie en wettelijke voorschriften zoeken
14Hoofdstuk 1 ProductoverzichtNLWW
2Papierladen
●
Papier plaatsen in lade 1 (multifunctionele lade)
●
Papier plaatsen in lade 2
●
Enveloppen afdrukken en laden
Voor meer informatie:
De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie
voor actuele informatie.
De uitgebreide Help van HP voor de printer omvat de volgende informatie:
●
Installeren en configureren
●
Leren en gebruiken
●
Problemen oplossen
●
Software- en firmware-updates downloaden
●
Meepraten op ondersteuningsforums
●
Informatie over garantie en wettelijke voorschriften zoeken
www.hp.com/support/colorljM477MFP
NLWW15
Papier plaatsen in lade 1 (multifunctionele lade)
Inleiding
Gebruik lade 1 voor het afdrukken van documenten van één pagina, documenten met meerdere
papiersoorten, of enveloppen.
●
Papier plaatsen in lade 1 (multifunctionele lade)
●
Afdrukstand van het papier in lade 1
Papier plaatsen in lade 1 (multifunctionele lade)
1.Open lade 1.
2.Druk op de tab op de rechterpapiergeleider en schuif de
papierbreedtegeleiders naar de zijkant. Schuif dan het
verlengstuk van de lade naar buiten.
16Hoofdstuk 2 PapierladenNLWW
3.Plaats de papierstapel in de lade, en stel de papiergeleiders
zodanig bij dat deze de stapel licht raken maar deze niet
buigen. Raadpleeg
op pagina 17 voor informatie over de afdrukstand van het
papier.
Afdrukstand van het papier in lade 1
4.Open op uw computer de softwaretoepassing en begin met
afdrukken. Zorg ervoor dat de driver staat ingesteld op de
juiste papiersoort en -grootte voor het papier dat wordt
afgedrukt vanuit lade 1.
Afdrukstand van het papier in lade 1
Als u papier gebruikt die een bepaalde afdrukstand vereist, plaatst u dit aan de hand van de informatie in de
volgende tabel.
PapiersoortUitvoerPapier plaatsen
Briefhoofdpapier of voorbedruktEnkelzijdig afdrukkenAfdrukzijde boven
Bovenrand eerst in de printer
123
NLWWPapier plaatsen in lade 1 (multifunctionele lade)17
PapiersoortUitvoerPapier plaatsen
Briefhoofdpapier of voorbedruktDubbelzijdig afdrukkenAfdrukzijde beneden
Bovenrand van de printer vandaan
123
GeperforeerdEnkelzijdig afdrukken of dubbelzijdig afdrukken Afdrukzijde boven
Gaten naar de linkerkant van de printer
18Hoofdstuk 2 PapierladenNLWW
Papier plaatsen in lade 2
Inleiding
De volgende informatie beschrijft hoe u papier moet plaatsen in lade 2.
●
Papier plaatsen in lade 2
●
Afdrukstand van het papier in lade 2
Papier plaatsen in lade 2
1.Open de lade.
2.Stel de geleiders voor de papierbreedte in door de
afstelvergrendelingen van de geleiders in te drukken en dan
de geleiders op te schuiven tot het formaat van het papier dat
u gebruikt.
NLWWPapier plaatsen in lade 219
3.Als u papier van Legal-formaat wilt plaatsen, dient u de
voorzijde van de lade te verlengen door de vergrendeling aan
de voorzijde ingedrukt te houden terwijl u de voorzijde van de
lade naar voren trekt.
OPMERKING: Als lade 2 is gevuld met papier van Legal-
formaat, steekt deze ongeveer 51 mm uit vanaf de voorzijde
van de printer.
4.Plaats het papier in de lade.
20Hoofdstuk 2 PapierladenNLWW
5.Zorg ervoor dat alle vier de hoeken van de stapel papier plat
zijn. Schuif de papierlengte- en breedtegeleiders tegen de
stapel papier.
OPMERKING: Plaats niet te veel papier in de lade om
storingen te voorkomen. Let erop dat de bovenkant van de
stapel niet boven de indicator voor de maximale stapelhoogte
uitkomt.
6.Sluit de lade wanneer de stapel papier niet boven de indicator
voor de maximale stapelhoogte uitkomt.
Afdrukstand van het papier in lade 2
Als u papier gebruikt die een bepaalde afdrukstand vereist, plaatst u dit aan de hand van de informatie in de
volgende tabel.
PapiersoortUitvoerPapier plaatsen
Briefhoofdpapier of voorbedruktEnkelzijdig afdrukkenAfdrukzijde boven
Bovenhoek naar de printer
123
NLWWPapier plaatsen in lade 221
PapiersoortUitvoerPapier plaatsen
Briefhoofdpapier of voorbedruktDubbelzijdig afdrukkenAfdrukzijde beneden
Bovenrand van de printer vandaan
123
GeperforeerdEnkelzijdig afdrukken of dubbelzijdig afdrukken Afdrukzijde boven
Gaten naar de linkerkant van de printer
22Hoofdstuk 2 PapierladenNLWW
Enveloppen afdrukken en laden
Inleiding
De volgende informatie beschrijft hoe u enveloppen moet afdrukken en plaatsen. Voor de beste prestaties
dient u maximaal 5 mm aan enveloppen (4 tot 6 enveloppen) in lade 1 te plaatsen, en maximaal 10
enveloppen in lade 2.
Volg deze stappen om de juiste instellingen in de printerdriver te selecteren voor het afdrukken van
enveloppen uit lade 1 of 2.
Enveloppen afdrukken
1.Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma.
2.Selecteer de printer in de lijst met printers en klik of tik vervolgens op de knop Eigenschappen of
Voorkeuren om de printerdriver te openen.
OPMERKING:De naam van de knop verschilt per softwareprogramma.
OPMERKING:Als u deze functies wilt openen vanaf een Startscherm in Windows 8 of 8.1, selecteert u
Apparaten, Afdrukken en vervolgens de printer.
3.Klik of tik op het tabblad Papier/Kwaliteit.
4.Selecteer het juiste formaat voor de enveloppen in de vervolgkeuzelijst Papierformaat.
5.Selecteer Envelop in de vervolgkeuzelijst Papiersoort.
6.Selecteer de lade die u wilt gebruiken in de vervolgkeuzelijst Papierbron.
7.Klik op de knop OK om het dialoogvenster Documenteigenschappen te sluiten.
8.Klik in het dialoogvenster Afdrukken op de knop OK om de taak af te drukken.
NLWWEnveloppen afdrukken en laden23
Afdrukstand envelop
Plaats enveloppen in lade 1 met de afdrukzijde naar boven, met
de korte frankeerzijde eerst in de printer.
Plaats enveloppen in lade 2 met de afdrukzijde naar boven, met
de korte frankeerzijde eerst in de printer.
24Hoofdstuk 2 PapierladenNLWW
3Benodigdheden, accessoires en onderdelen
●
Benodigdheden, accessoires en onderdelen bestellen
●
Tonercartridges vervangen
Voor meer informatie:
De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie
voor actuele informatie.
De uitgebreide Help van HP voor de printer omvat de volgende informatie:
●
Installeren en configureren
●
Leren en gebruiken
●
Problemen oplossen
●
Software- en firmware-updates downloaden
●
Meepraten op ondersteuningsforums
●
Informatie over garantie en wettelijke voorschriften zoeken
www.hp.com/support/colorljM477MFP
NLWW25
Benodigdheden, accessoires en onderdelen bestellen
Bestellen
Benodigdheden en papier bestellenwww.hp.com/go/suresupply
Originele onderdelen of accessoires van HP bestellen
Bestellen via service- of ondersteuningsprovidersNeem contact op met een erkend service- of ondersteuningspunt
Bestellen via de geïntegreerde webserver van HP (EWS)Typ het IP-adres of de hostnaam van de printer in het adres- of
www.hp.com/buy/parts
van HP.
URL-veld van een ondersteunde webbrowser op de computer om
toegang te krijgen tot de webserver. De geïntegreerde webserver
bevat een koppeling naar de SureSupply-website van HP. Hier
vindt u mogelijkheden voor het aanschaffen van originele
benodigdheden van HP.
Benodigdheden en accessoires
ArtikelOmschrijvingCartridgenummerNummer
Benodigdheden
Originele HP 410A zwarte LaserJettonercartridge
Originele HP 410X zwarte LaserJettonercartridge met hoge capaciteit
Originele HP 410A cyaan LaserJettonercartridge
Originele HP 410X cyaan LaserJettonercartridge met hoge capaciteit
Zwarte tonercartridge met
standaardcapaciteit
Zwarte tonercartridge met hoge capaciteit410XCF410X
Cyaan tonercartridge met standaardcapaciteit410ACF411A
Cyaan tonercartridge met hoge capaciteit410XCF411X
410ACF410A
Originele HP 410A gele LaserJettonercartridge
Originele HP 410X gele LaserJettonercartridge met hoge capaciteit
Originele HP 410A magenta LaserJettonercartridge
Originele HP 410X magenta LaserJettonercartridge met hoge capaciteit
Accessoires
Optionele papierinvoerlade voor 550
vel
USB 2.0-printerkabelA-naar-B-kabel (2 meter standaard)C6518A
Gele tonercartridge met standaardcapaciteit410ACF412A
Gele tonercartridge met hoge capaciteit410XCF412X
Magenta tonercartridge met
standaardcapaciteit
Magenta tonercartridge met hoge capaciteit410XCF413X
Optionele lade 3CF404A
410ACF413A
Zelfreparatie-onderdelen voor de klant
Zelfreparatie-onderdelen voor de klant (CSR, Customer Self-Repair) zijn voor veel HP LaserJet printers
beschikbaar om reparatietijd te verminderen. Ga voor meer informatie over het CSR-programma en de
voordelen naar
26Hoofdstuk 3 Benodigdheden, accessoires en onderdelenNLWW
www.hp.com/go/csr-support en www.hp.com/go/csr-faq.
Echte HP vervangingsonderdelen kunt u bestellen op www.hp.com/buy/parts of door contact op te nemen
met een bevoegde service- of ondersteuningsproviders van HP. Om een onderdeel te bestellen, hebt u een
van de volgende gegevens nodig: onderdeelnummer, serienummer (op de achterkant van de printer),
productnummer of printernaam.
●
Onderdelen die zijn gemarkeerd met Verplicht kunnen door de klant zelf worden geïnstalleerd. U kunt
de reparatie ook laten uitvoeren door servicemedewerkers van HP maar dan worden kosten in rekening
gebracht. Voor deze onderdelen wordt onder uw HP-productgarantie geen ondersteuning ter plekke of
reparatie in de werkplaats aangeboden.
●
Onderdelen die zijn gemarkeerd met Optioneel, kunnen tijdens de garantieperiode van de printer op uw
verzoek zonder bijkomende kosten worden geïnstalleerd door servicemedewerkers van HP.
ArtikelOmschrijvingInstructies voor zelf
vervangen
Papierinvoerlade voor 150 velVervangende cassette voor lade 2VerplichtRM2-6377-000CN
Papierinvoerlade voor 550 velVervangende optionele lade 3VerplichtCF404-67901
Nummer
NLWWBenodigdheden, accessoires en onderdelen bestellen27
Tonercartridges vervangen
Inleiding
Deze printer geeft aan wanneer het niveau van de tonercartridge laag is. De echte resterende levensduur van
het tonercartridge kan variëren. Zorg dat u een vervangende tonercartridge hebt die u kunt plaatsen
wanneer de afdrukkwaliteit niet meer voldoet.
Ga naar HP SureSupply op
www.hp.com/go/suresupply om cartridges aan te schaffen of de
cartridgecompatibiliteit van de printer te controleren. Blader naar de onderkant van de pagina en controleer
of land/regio juist is ingesteld.
De printer gebruikt vier kleuren en heeft voor elke kleur een afzonderlijke tonercartridge: geel (Y), magenta
(M), cyaan (C) en zwart (K). De tonercartridges bevinden zich aan de binnenzijde van de voorklep.
ItemOmschrijvingCartridgenummerNummer
Originele HP 410A zwarte LaserJettonercartridge
Originele HP 410X zwarte LaserJettonercartridge met hoge capaciteit
Originele HP 410A cyaan LaserJettonercartridge
Originele HP 410X cyaan LaserJettonercartridge met hoge capaciteit
Originele HP 410A gele LaserJettonercartridge
Originele HP 410X gele LaserJettonercartridge met hoge capaciteit
Originele HP 410A magenta LaserJettonercartridge
Zwarte tonercartridge met
standaardcapaciteit
Zwarte tonercartridge met hoge capaciteit410XCF410X
Cyaan tonercartridge met
standaardcapaciteit
Cyaan tonercartridge met hoge capaciteit410XCF411X
Gele tonercartridge met
standaardcapaciteit
Gele tonercartridge met hoge capaciteit410XCF412X
Magenta tonercartridge met
standaardcapaciteit
410ACF410A
410ACF411A
410ACF412A
410ACF413A
Originele HP 410X magenta LaserJettonercartridge met hoge capaciteit
Magenta tonercartridge met hoge
capaciteit
410XCF413X
Verwijder de tonercartridge pas uit de verpakking wanneer u deze plaatst.
VOORZICHTIG: stel de tonercartridge niet langer dan enkele minuten bloot aan licht. Zo voorkomt u
beschadiging van de cartridge. Plaats de cartridge in de originele plastic verpakking, of dek de cartridge af
met een lichtgewicht, doorschijnend item als de tonercartridge voor langere tijd uit de printer wordt
verwijderd.
De volgende afbeelding geeft de onderdelen van de tonercartridge weer.
28Hoofdstuk 3 Benodigdheden, accessoires en onderdelenNLWW
1
2
2
1
1
3
3
1Hendel
2Afbeeldingsdrum
3Geheugenchip
VOORZICHTIG: Als er toner op uw kleding komt, veegt u dit af met een droge doek en wast u de kleding in
koud water. Met warm water wordt de toner in de stof opgenomen.
OPMERKING: In de verpakking van de tonercartridge vindt u informatie over hergebruik van gebruikte
cartridges.
De tonercartridges verwijderen en deze vervangen
1.Open de voorklep door op de knop op het linkerpaneel te
drukken.
NLWWTonercartridges vervangen29
2.Pak de blauwe hendel van de tonercartridgelade en trek de
lade naar buiten.
3.Pak de hendel van de tonercartridge en trek de cartridge
vervolgens recht naar boven om deze te verwijderen.
4.Haal de nieuwe tonercartridge uit de doos en trek aan het lipje
op de verpakking.
30Hoofdstuk 3 Benodigdheden, accessoires en onderdelenNLWW
5.Haal de tonercartridge uit de geopende verpakking.
6.Schud de tonercartridge licht heen en weer, zodat de toner
gelijkmatig in de cartridge wordt verdeeld.
7.Raak de afbeeldingsdrum onder aan de tonercartridge niet
aan. Vingerafdrukken op de afbeeldingsdrum kunnen
problemen geven met de afdrukkwaliteit.
Stel de tonercartridge ook niet onnodig bloot aan licht.
NLWWTonercartridges vervangen31
8.Plaats de nieuwe tonercartridge in de lade. Zorg ervoor dat de
kleur op de cartridge overeenkomt met kleur op de lade.
9.Sluit de lade met de tonercartridges.
32Hoofdstuk 3 Benodigdheden, accessoires en onderdelenNLWW
10.Sluit de voorklep.
11.Stop de gebruikte tonercartridge in de verpakking waarin de
nieuwe cartridge is geleverd.
In de VS en Canada wordt een gefrankeerd etiket in de doos
meegeleverd. Ga voor andere landen/regio's naar
www.hp.com/recycle om een gefrankeerd etiket af te
drukken.
Plak het gefrankeerde etiket op de doos en retourneer de
gebruikte cartridge naar HP voor recycling (indien
beschikbaar).
1
2
http://www.hp.com/recycle
NLWWTonercartridges vervangen33
34Hoofdstuk 3 Benodigdheden, accessoires en onderdelenNLWW
4Afdrukken
●
Afdruktaken (Windows)
●
Afdruktaken (OS X)
●
Afdruktaken opslaan op het apparaat om later of privé af te drukken
●
Mobiel afdrukken
●
Direct afdrukken via USB
Voor meer informatie:
De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie
voor actuele informatie.
De uitgebreide Help van HP voor de printer omvat de volgende informatie:
●
Installeren en configureren
●
Leren en gebruiken
●
Problemen oplossen
●
Software- en firmware-updates downloaden
●
Meepraten op ondersteuningsforums
●
Informatie over garantie en wettelijke voorschriften zoeken
www.hp.com/support/colorljM477MFP
NLWW35
Afdruktaken (Windows)
Afdrukken (Windows)
De volgende procedure beschrijft het standaardafdrukproces voor Windows.
1.Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma.
2.Selecteer de printer in de lijst met printers. Als u instellingen wilt wijzigen, klikt of tikt u op de knop
Eigenschappen of Voorkeuren om de printerdriver te openen.
OPMERKING:De naam van de knop verschilt per softwareprogramma.
OPMERKING:Als u deze functies wilt openen vanaf een Startscherm-app in Windows 8 of 8.1,
selecteert u Apparaten, Afdrukken en vervolgens de printer.
OPMERKING:Klik op de knop Help (?) in de printerdriver voor meer informatie.
OPMERKING:De printerdriver kan er anders uitzien dan deze printerdriver, maar de stappen zijn
dezelfde.
3.Klik of tik op de tabbladen in de printerdriver om de beschikbare opties te configureren. Stel
bijvoorbeeld de papierrichting in op het tabblad Afwerking en stel papierbron, papiersoort,
papierformaat en kwaliteitsinstellingen in op het tabblad Papier/Kwaliteit.
36Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
4.Klik of tik op de knop OK om terug te gaan naar het dialoogvenster Afdrukken. Geef op dit scherm het
aantal af te drukken exemplaren op.
5.Klik of tik op de knop OK om de taak af te drukken.
NLWWAfdruktaken (Windows)37
Automatisch dubbelzijdig afdrukken (Windows)
Gebruik deze procedure voor printers met een automatische eenheid voor dubbelzijdig afdrukken. Als er op
de printer geen automatische eenheid voor dubbelzijdig afdrukken is geïnstalleerd of als u op papiersoorten
wilt afdrukken die de eenheid voor dubbelzijdig afdrukken niet ondersteunt, kunt u handmatig dubbelzijdig
afdrukken.
1.Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma.
2.Selecteer de printer in de lijst met printers en klik of tik vervolgens op de knop Eigenschappen of
Voorkeuren om de printerdriver te openen.
OPMERKING:De naam van de knop verschilt per softwareprogramma.
OPMERKING:Als u deze functies wilt openen vanaf een Startscherm-app in Windows 8 of 8.1,
selecteert u Apparaten, Afdrukken en vervolgens de printer.
3.Klik of tik op het tabblad Afwerking.
4.Schakel het selectievakje Dubbelzijdig afdrukken in. Klik op de knop OK om het dialoogvenster
Documenteigenschappen te sluiten.
5.Klik in het dialoogvenster Afdrukken op de knop OK om de taak af te drukken.
Handmatig dubbelzijdig afdrukken (Windows)
Gebruik deze procedure voor printers waarop geen automatische eenheid voor dubbelzijdig afdrukken is
geïnstalleerd, of om af te drukken op papier dat de eenheid voor dubbelzijdig afdrukken niet ondersteunt.
1.Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma.
2.Selecteer de printer in de lijst met printers en klik of tik vervolgens op de knop Eigenschappen of
Voorkeuren om de printerdriver te openen.
OPMERKING:De naam van de knop verschilt per softwareprogramma.
OPMERKING:Als u deze functies wilt openen vanaf een Startscherm-app in Windows 8 of 8.1,
selecteert u Apparaten, Afdrukken en vervolgens de printer.
3.Klik of tik op het tabblad Afwerking.
4.Schakel het selectievakje Dubbelzijdig afdrukken (handmatig) in. Klik op OK om de eerste zijde van de
taak af te drukken.
5.Haal de afgedrukte stapel uit de uitvoerbak en leg deze in lade 1.
6.Raak, wanneer u hierom wordt gevraagd, de desbetreffende knop op het bedieningspaneel aan om door
te gaan.
38Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
Meerdere pagina's per vel afdrukken (Windows)
1.Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma.
2.Selecteer de printer in de lijst met printers en klik of tik vervolgens op de knop Eigenschappen of
Voorkeuren om de printerdriver te openen.
OPMERKING:De naam van de knop verschilt per softwareprogramma.
OPMERKING:Als u deze functies wilt openen vanaf een Startscherm-app in Windows 8 of 8.1,
selecteert u Apparaten, Afdrukken en vervolgens de printer.
3.Klik of tik op het tabblad Afwerking.
4.Selecteer het aantal pagina's per vel in het vervolgkeuzemenu Pagina's per vel.
5.Selecteer de juiste opties voor Paginaranden afdrukken, Paginavolgorde en Afdrukstand. Klik op de
knop OK om het dialoogvenster Documenteigenschappen te sluiten.
6.Klik in het dialoogvenster Afdrukken op de knop OK om de taak af te drukken.
De papiersoort selecteren (Windows)
1.Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma.
2.Selecteer de printer in de lijst met printers en klik of tik vervolgens op de knop Eigenschappen of
Voorkeuren om de printerdriver te openen.
OPMERKING:De naam van de knop verschilt per softwareprogramma.
OPMERKING:Als u deze functies wilt openen vanaf een Startscherm-app in Windows 8 of 8.1,
selecteert u Apparaten, Afdrukken en vervolgens de printer.
3.Klik of tik op het tabblad Papier/Kwaliteit.
4.Klik in de vervolgkeuzelijst Papiersoort op de optie Meer....
5.Vouw de lijst Type is: uit. opties
6.Vouw de categorie met papiersoorten uit die het best overeenkomt met het papier dat u gebruikt.
7.Selecteer de papiersoort die u gebruikt en klik op de knop OK.
8.Klik op de knop OK om het dialoogvenster Documenteigenschappen te sluiten. Klik in het
dialoogvenster Afdrukken op de knop OK om de taak af te drukken.
Als de lade geconfigureerd moet worden, wordt er een configuratiebericht over de lade op het
bedieningspaneel van de printer weergegeven.
9.Vul de lade met het opgegeven soort en formaat papier en sluit de lade.
10. Raak de knop OK aan om het gedetecteerde formaat en de gedetecteerde soort te accepteren, of raak
de knop Wijzigen aan als u een ander papierformaat of een andere papiersoort wilt kiezen.
11. Selecteer de juiste papiersoort en het juiste formaat en raak de knop OK aan.
Overige afdruktaken
Ga naar www.hp.com/support/colorljM477MFP.
NLWWAfdruktaken (Windows)39
Er zijn instructies beschikbaar voor het uitvoeren van specifieke afdruktaken afdrukken, zoals:
●
Afdruksnelkoppelingen of voorinstellingen maken en gebruiken
●
Selecteer het papierformaat of gebruik een aangepast papierformaat
●
Afdrukstand maken
●
Een brochure maken
●
Een document schalen zodat het past op een bepaald papierformaat
●
De eerste of laatste pagina's van het document op ander papier afdrukken
●
Watermerken op een document afdrukken
40Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
Afdruktaken (OS X)
Afdrukken (OS X)
De volgende procedure beschrijft het standaardafdrukproces voor OS X.
1.Klik op de optie Afdrukken in het menu Bestand.
2.Selecteer de printer.
3.Klik op Details weergeven of Exemplaren en pagina's en selecteer vervolgens andere menu's om de
afdrukinstellingen aan te passen.
OPMERKING:De naam van het item verschilt per softwareprogramma.
4.Klik op de knop Afdrukken.
Automatisch dubbelzijdig afdrukken (OS X)
OPMERKING: Deze informatie heeft betrekking op printer die beschikken over een automatische eenheid
voor dubbelzijdig afdrukken.
OPMERKING: Deze functie is beschikbaar als u de HP-printerdriver installeert. Mogelijk is de functie niet
beschikbaar als u AirPrint gebruikt.
1.Klik op de optie Afdrukken in het menu Bestand.
2.Selecteer de printer.
3.Klik op Details weergeven of Exemplaren en pagina's en klik vervolgens op het menu Lay-out.
OPMERKING:De naam van het item verschilt per softwareprogramma.
4.Selecteer een bindoptie in de vervolgkeuzelijst Dubbelzijdig.
5.Klik op de knop Afdrukken.
Handmatig dubbelzijdig afdrukken (OS X)
OPMERKING: Deze functie is beschikbaar als u de HP-printerdriver installeert. Mogelijk is de functie niet
beschikbaar als u AirPrint gebruikt.
1.Klik op de optie Afdrukken in het menu Bestand.
2.Selecteer de printer.
3.Klik op Details weergeven of Exemplaren en pagina's en klik vervolgens op het menu Handmatig
dubbelzijdig.
OPMERKING:De naam van het item verschilt per softwareprogramma.
4.Klik op het vak Handmatig dubbelzijdig en selecteer een bindoptie.
5.Klik op de knop Afdrukken.
6.Ga naar de printer en verwijder alle lege vellen uit lade 1.
NLWWAfdruktaken (OS X)41
7.Haal de bedrukte stapel uit de uitvoerbak en plaats die met de bedrukte zijde omlaag in de invoerlade.
8.Raak, wanneer u hierom wordt gevraagd, de desbetreffende knop op het bedieningspaneel aan om door
te gaan.
Meerdere pagina's per vel afdrukken (OS X)
1.Klik op de optie Afdrukken in het menu Bestand.
2.Selecteer de printer.
3.Klik op Details weergeven of Exemplaren en pagina's en klik vervolgens op het menu Lay-out.
OPMERKING:De naam van het item verschilt per softwareprogramma.
4.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Pagina's per vel het aantal pagina's dat u op elk vel wilt afdrukken.
5.Selecteer in het gedeelte Lay-outrichting de volgorde en positie van de pagina's op het vel.
6.Selecteer in het menu Randen het soort rand dat u rond elke pagina op het vel wilt afdrukken.
7.Klik op de knop Afdrukken.
De papiersoort selecteren (OS X)
1.Klik op de optie Afdrukken in het menu Bestand.
2.Selecteer de printer.
3.Klik op Details weergeven of Exemplaren en pagina's en klik vervolgens op het menu Afdrukmateriaal
en kwaliteit of het menu Papier/kwaliteit.
OPMERKING:De naam van het item verschilt per softwareprogramma.
4.Selecteer in de opties Media en kwaliteit of Papier/kwaliteit .
OPMERKING:Deze lijst bevat de hoofdset met beschikbare opties. Sommige opties zijn niet
beschikbaar op alle printers.
●
Afdrukmateriaal: Selecteer de optie voor de papiersoort voor de afdruktaak.
●
Afdrukkwaliteit: Selecteer het resolutieniveau voor de afdruktaak.
●
Rand-tot-rand afdrukken: Selecteer deze optie om dicht tegen de randen van het papier af te
drukken.
●
EconoMode: Selecteer deze optie om toner te besparen als u conceptversies van documenten
afdrukt.
5.Klik op de knop Afdrukken.
Overige afdruktaken
Ga naar www.hp.com/support/colorljM477MFP.
Er zijn instructies beschikbaar voor het uitvoeren van specifieke afdruktaken afdrukken, zoals:
42Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
●
Afdruksnelkoppelingen of voorinstellingen maken en gebruiken
●
Selecteer het papierformaat of gebruik een aangepast papierformaat
●
Afdrukstand maken
●
Een brochure maken
●
Een document schalen zodat het past op een bepaald papierformaat
●
De eerste of laatste pagina's van het document op ander papier afdrukken
●
Watermerken op een document afdrukken
NLWWAfdruktaken (OS X)43
Afdruktaken opslaan op het apparaat om later of privé af te
drukken
●
Inleiding
●
Voordat u begint
●
De printer voor taakopslag instellen
●
Een opgeslagen taak maken (Windows)
●
Een opgeslagen taak afdrukken
●
Een opgeslagen taak verwijderen
Inleiding
Dit gedeelte biedt procedures voor het maken en afdrukken van documenten die zijn opgeslagen op de
printer. Deze taken kunnen op een later tijdstip of privé worden afgedrukt.
Voordat u begint
Voor de taakopslagfunctie moet aan de volgende vereisten worden voldaan:
●
Een speciaal USB 2.0-opslagapparaat met ten minste 16 GB vrije ruimte moet zijn geïnstalleerd in de
host-USB aan de achterzijde. Dit USB-opslagapparaat bevat de opgeslagen taken die naar de printer zijn
gestuurd. Als dit USB-opslagapparaat uit de printer wordt verwijderd, wordt de taakopslagfunctie
uitgeschakeld.
●
Als u een HP Universal Print Driver (UPD) gebruikt, moet u UPD-versie 5.9.0 of nieuwer gebruiken.
De printer voor taakopslag instellen
Voer de volgende procedures uit om de taakopslagfunctie van de printer in te schakelen.
Stap één: Installeer het USB-opslagapparaat.
1.Zoek de USB-poort aan de achterzijde.
OPMERKING:Bij sommige modellen is de USB-poort aan de achterzijde bedekt. Verwijder de klep van
de USB-poort aan de achterzijde voordat u verdergaat.
44Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
2.Installeer het USB-flashstation in de USB-poort aan de achterzijde.
Op het bedieningspaneel verschijnt het bericht Het USB-station wordt geformatteerd.
3.Selecteer OK om de procedure te voltooien.
Stap twee: De printerdriver bijwerken
De printerdriver bijwerken in Windows
1.Klik op de knop Start en vervolgens op Apparaten en printers.
2.Klik met de rechtermuisknop op de naam van de HP-printer en selecteer Printereigenschappen.
3.Selecteer in het dialoogvenster Eigenschappen het tabblad Apparaatinstellingen.
4.Selecteer Nu bijwerken en klik op OK. De printerdriver wordt bijgewerkt.
De bijgewerkte-printerdriver bevat het tabblad Taakopslag.
Een opgeslagen taak maken (Windows)
Taken opslaan op de printer voor privé- of vertraagde afdrukken.
OPMERKING: De printerdriver kan er anders uitzien dan deze printerdriver, maar de stappen zijn dezelfde.
1.Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma.
NLWWAfdruktaken opslaan op het apparaat om later of privé af te drukken45
2.Selecteer de printer in de lijst met printers en selecteer vervolgens Eigenschappen of Voorkeuren (de
naam varieert per programma).
OPMERKING:De naam van de knop verschilt per softwareprogramma.
OPMERKING:Als u deze functies wilt openen vanaf een startschermapp in Windows 8 of 8.1,
selecteert u Apparaten, Afdrukken en vervolgens de printer.
3.Klik op het tabblad Taakopslag.
4.Selecteer een optie voor Modus Taakopslag.
ModusOmschrijvingMet pincode beveiligdVerwijderen van taak
Controleren en vasthoudenDruk de eerste pagina van
een document af om de
afdrukkwaliteit te
controleren en druk
vervolgens de rest van het
document af via het
bedieningspaneel van de
printer.
Persoonlijke taakDe taak wordt pas afgedrukt
wanneer u dit aangeeft op het
bedieningspaneel van de
printer.
NeeAutomatisch nadat de taak is
afgedrukt of wanneer de
taakopslaglimiet is bereikt.
Ja (optioneel)Automatisch nadat de taak is
afgedrukt of wanneer de
taakopslaglimiet is bereikt.
46Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
ModusOmschrijvingMet pincode beveiligdVerwijderen van taak
SnelkopieHet gewenste aantal
Opgeslagen taakEen taak opslaan op de
exemplaren van een taak
wordt afgedrukt en een
exemplaar van de taak wordt
opgeslagen in het geheugen
van de printer, zodat u de
taak later nogmaals kunt
afdrukken.
printer en andere gebruikers
toestaan de taak af te
drukken.
5.Als u een aangepaste gebruikersnaam of taaknaam wilt gebruiken,klikt u op de knop Aangepast en
voert u de gebruikersnaam of taaknaam in.
Selecteer welke optie u wilt gebruiken als er al een andere taak bestaat met dezelfde naam:
●
Taaknaam + (1-99) gebruiken: Voeg een uniek nummer toe aan het einde van de taaknaam.
●
Bestaand bestand vervangen: Overschrijf de bestaande opgeslagen taak met de nieuwe taak.
6.Klik op de knop OK om het dialoogvenster Documenteigenschappen te sluiten. Klik in het
dialoogvenster Afdrukken op de knop OK om de taak af te drukken.
Een opgeslagen taak afdrukken
NeeHandmatig
Ja (optioneel)Handmatig
Volg de volgende procedure om een opdracht af te drukken die is opgeslagen in het apparaatgeheugen.
1.Veeg vanaf het beginscherm op het bedieningspaneel van het product totdat het menu Taken wordt
weergegeven. Raak het pictogram Taken
2.Selecteer een gebruikersnaam in de lijst Taakmappen . Er wordt een lijst weergegeven met opgeslagen
taken onder die gebruikersnaam.
3.Selecteer de naam van de taak. Als de taak privé of beveiligd is,geeft u de pincode of het wachtwoord
op.
4.Om het aantal exemplaren aan te passen, raakt u Exemplaren aan, voert u het aantal exemplaren in en
raakt u vervolgens OK aan.
5.Raak Afdrukken aan om de taak af te drukken.
Een opgeslagen taak verwijderen
Wanneer u een opgeslagen opdracht naar het printergeheugen stuurt, overschrijft de printer alle voorgaande
opdrachten met dezelfde gebruiker- en taaknaam. Als het printergeheugen vol is, wordt op het
bedieningspaneel van de printer het bericht Geen geheugen meer weergegeven en moeten bestaande
opgeslagen taken worden verwijderd voordat extra afdruktaken kunnen worden opgeslagen.
Volg deze procedure om een in het printergeheugen opgeslagen opdracht te verwijderen.
aan om het menu te openen.
NLWWAfdruktaken opslaan op het apparaat om later of privé af te drukken47
1.Veeg vanaf het beginscherm op het bedieningspaneel van de printer totdat het menu Taken wordt
weergegeven. Raak het pictogram Taken
aan om het menu te openen.
2.Selecteer een gebruikersnaam in de lijst Taakmappen . Er wordt een lijst weergegeven met opgeslagen
taken onder die gebruikersnaam.
3.Selecteer de naam van de taak. Als de taak privé of beveiligd is, geeft u de pincode of het wachtwoord
op.
4.Selecteer Verwijderen en selecteer vervolgens OK om de taak te verwijderen.
48Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
Mobiel afdrukken
Inleiding
HP biedt diverse mobiele en ePrint-oplossingen voor gemakkelijk afdrukken naar een HP-printer vanaf een
laptop, tablet, smartphone of ander mobiel apparaat. Ga naar
volledige lijst te zien en te bepalen wat de beste keuze is.
●
Wi-Fi Direct en afdrukken via NFC (alleen draadloze modellen)
●
HP ePrint via e-mail
●
HP ePrint-software
●
AirPrint
●
Android-geïntegreerd afdrukken
Wi-Fi Direct en afdrukken via NFC (alleen draadloze modellen)
Met Wi-Fi Direct- en NFC-functionaliteit kunt u vanaf een draadloos mobiel apparaat afdrukken zonder dat
een verbinding met een netwerk of internet is vereist. NFC-mogelijkheden bieden een eenvoudige een-opeen afdrukverbinding voor mobiele apparaten via een eenvoudige aanraking van apparaten.
OPMERKING: Niet alle mobiele besturingssystemen worden op dit moment dor Wi-Fi Direct en NFC
ondersteund.
www.hp.com/go/LaserJetMobilePrinting om de
Gebruik Wi-Fi Direct om draadloos af te drukken vanaf de volgende apparaten:
●
Mobiele Android-apparaten met de geïntegreerde Android-afdrukoplossing
●
iPhone, iPad of iPod touch met Apple AirPrint of de app HP ePrint
●
Mobiele Android-apparaten met de app HP ePrint of de geïntegreerde Android-afdrukoplossing
●
Pc's en Macs met de HP ePrint-software
Voor meer informatie over afdrukken via Wi-Fi Direct, raadpleegt u
NFC- en Wi-Fi Direct-mogelijkheden kunnen vanaf het bedieningspaneel van de printer worden in- of
uitgeschakeld.
Wi-Fi Direct in- of uitschakelen
Wi-Fi Direct-mogelijkheden moeten eerst zijn ingeschakeld in het bedieningspaneel van de printer.
1.
Selecteer in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop Verbindingsinformatie
2.Open de volgende menu's:
●
Wi-Fi Direct
●
Instellingen
www.hp.com/go/wirelessprinting.
.
●
Aan/uit
3.Raak de menuoptie Aan aan. Met Uit schakelt u afdrukken via Wi-Fi Direct uit.
NLWWMobiel afdrukken49
OPMERKING: In omgevingen waar meer dan een model van dezelfde printer is geïnstalleerd, kan een
unieke Wi-Fi Direct-naam voor elke printer handig zijn voor printerherkenning bij het afdrukken via Wi-Fi
Direct. De Wi-Fi Direct-naam is ook beschikbaar door het pictogram Verbindingsinformatie
beginscherm op het bedieningspaneel van de printer aan te raken en vervolgens het pictogram Wi-Fi Direct.
De Wi-Fi Direct-naam van de printer wijzigen
Volg deze procedure om de Wi-Fi Direct-naam van de printer te wijzigen met de geïntegreerde webserver van
HP (EWS):
Stap één: De geïntegreerde webserver van HP openen
in het
1.
Selecteer de knop Verbindingsinformatie
de printer en raak vervolgens Netwerk verbonden
of de hostnaam weer te geven.
2.Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt
weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van de
pc. De geïntegreerde webserver wordt geopend.
Als uw internetbrowser het bericht Er is een probleem met het beveiligingscertificaat van deze
website weergeeft als u de EWS probeer te openen, klikt u op Doorgaan naar deze website (niet
aanbevolen).
OPMERKING:Doorgaan naar deze website (niet aanbevolen) is niet schadelijk voor de computer
terwijl u navigeert in de EWS van het HP-apparaat.
Stap twee: De Wi-Fi Direct-naam wijzigen
1.Klik op het tabblad Networking (Netwerken).
2.Klik in het linkerdeelvenster op de koppeling Wi-Fi Direct instellen.
3.Voer in het veld Wi-Fi Direct-naam de nieuwe naam in.
in het beginscherm op het bedieningspaneel van
of Wi-Fi-netwerk AAN aan om het IP-adres
4.Klik op Apply (Toepassen).
HP ePrint via e-mail
Gebruik HP ePrint om documenten af te drukken door ze als e-mailbijlage vanaf een willekeurig apparaat met
een e-mailfunctie naar het e-mailadres van de printer te sturen.
OPMERKING: U dient mogelijk de printer bij het werken om deze functie te gebruiken.
Voor het gebruik van HP ePrint moet de printer aan deze eisen voldoen:
●
De printer moet zijn verbonden met een vast of draadloos netwerk en over een internetverbinding
beschikken.
●
HP Webservices moet zijn ingeschakeld op de printer en de printer moet zijn geregistreerd bij HP
Connected.
Volg deze procedure om HP-webservices in te schakelen en u te registreren bij HP Connected:
50Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
1.
Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop Verbindingsinformatie
aan.
2.Open de volgende menu's:
●
ePrint
●
Instellingen
●
Webservices activeren
3.Raak de knop Afdrukken aan voor de gebruiksvoorwaarden. Raak de knop OK aan om de
gebruiksvoorwaarden te accepteren en HP Web Services in te schakelen
De printer schakelt Webservices in en drukt vervolgens een informatiepagina af. Op de
informatiepagina staat de printercode die u gebruikt om de HP printer bij HP Connected te
registreren.
4.Ga naar
installatieproces.
HP ePrint-software
Met de HP ePrint-software kunt u vanaf een Windows- of Mac-desktop of laptop gemakkelijk afdrukken naar
een apparaat met HP ePrint-functionaliteit. Met deze software kunt u gemakkelijk de apparaten met HP
ePrint-functionaliteit vinden die zijn geregistreerd bij uw HP Connected-account. De beoogde HP-printer kan
zich op het kantoor of op een andere locatie waar ook ter wereld bevinden.
●
Windows: Nadat u de software hebt geïnstalleerd, kiest u in de toepassing die u op dat moment
gebruikt de optie Afdrukken en selecteert u vervolgens HP ePrint in de lijst met geïnstalleerde printers.
Klik op de knop Eigenschappen als u de afdrukopties wilt configureren.
●
Mac: Na de installatie van de software, selecteert u Bestand, Afdrukken. Selecteer vervolgens de pijl
naast PDF (in de linkerbenedenhoek van het driverscherm). Selecteer HP ePrint.
In Windows biedt de HP ePrint-software ondersteuning voor afdrukken via TCP/IP op lokale printers op het
netwerk (LAN of WAN) voor apparaten die UPD PostScript® ondersteunen.
Windows en Mac bieden beide ondersteuning voor afdrukken via IPP voor apparaten die op een LAN- of WANnetwerk zijn aangesloten en ePCL ondersteunen.
Windows en Mac ondersteunen ook het afdrukken van PDF-documenten naar openbare afdruklocaties en het
afdrukken met HP ePrint via e-mail in de cloud.
www.hpconnected.com om een HP ePrint-account te maken en voltooi het
Ga naar
OPMERKING: De HP ePrint-software voor Mac is een PDF-workflowprogramma en technisch gezien geen
printerdriver.
OPMERKING: HP ePrint-software biedt geen ondersteuning voor afdrukken via USB.
www.hp.com/go/eprintsoftware als u drivers wilt downloaden of meer informatie wilt lezen.
AirPrint
Direct afdrukken met AirPrint van Apple wordt ondersteund op iOS 4.2 en later en op Mac-computers met OS
X 10.7 Lion en nieuwer. Gebruik AirPrint om direct op de printer af te drukken vanaf een iPad, iPhone (3GS of
later), of iPod touch (derde generatie of later) in de volgende mobiele toepassingen:
NLWWMobiel afdrukken51
●
Mail
●
Foto's
●
Safari
●
iBooks
●
Externe toepassingen selecteren.
U kunt AirPrint alleen gebruiken als de printer is verbonden met hetzelfde netwerk (subnet) als waarmee het
Apple-apparaat is verbonden. Ga voor meer informatie over het gebruik van AirPrint en welke HP-printers
compatibel zijn met AirPrint naar
OPMERKING: Controleer voordat u AirPrint met een USB-verbinding gaat gebruiken eerst het
versienummer. AirPrint versie 1.3 en eerder ondersteunen geen USB-verbindingen.
www.hp.com/go/LaserJetMobilePrinting.
Android-geïntegreerd afdrukken
Dankzij de geïntegreerde oplossing van HP voor Android en Kindle kunnen mobiele apparaten HP-printers op
een netwerk of binnen draadloos bereik automatisch vinden en er via Wi-Fi Direct mee afdrukken.
De printer moet verbonden zijn met hetzelfde netwerk (subnet) als waarmee het Android-apparaat is
verbonden.
De afdrukoplossing is geïntegreerd in de ondersteunde besturingssystemen, dus het installeren van
stuurprogramma's of het downloaden van software is niet meer nodig.
Ga voor meer informatie over het gebruik van de in Android geïntegreerde afdrukoplossing en over welke
Android-apparaten worden ondersteund naar
www.hp.com/go/LaserJetMobilePrinting.
52Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
Direct afdrukken via USB
Inleiding
Deze printer beschikt over direct afdrukken via USB. U kunt dus snel bestanden afdrukken zonder de
bestanden via de computer te verzenden. De printer ondersteunt standaard-USB-flashstations in de USBpoort. U kunt de volgende bestandstypen openen:
●
.pdf
●
.jpg
●
.prn en .PRN
●
.cht en .CHT
●
.pxl
●
.pcl en .PCL
●
.ps en .PS
●
.doc en .docx
●
.ppt en .pptx
Stap één: USB-bestanden op de printer openen
1.Plaats het USB-flashstation in de USB-poort van de printer.
2.Het menu USB-flashstation wordt geopend met de volgende opties:
●
Documenten afdrukken
●
Foto's bekijken en afdrukken
●
Scannen naar USB-station
Stap twee: USB-documenten afdrukken
Optie één: Documenten afdrukken
1.Selecteer Documenten afdrukken om een document af te drukken.
2.Selecteer de naam van het document om af te drukken. Als het document in een map is opgeslagen,
selecteert u eerst de map en vervolgens het document om af te drukken.
3.Als het overzichtsscherm is geopend, kunt u de volgende instellingen aanpassen:
●
Aantal exemplaren
●
Papierformaat
●
Papiersoort
●
Aanpassen aan pagina
NLWWDirect afdrukken via USB53
●
Sortering
●
Uitvoerkleur (alleen modellen met kleur)
4.Selecteer Afdrukken om het document af te drukken.
5.Haal de afgedrukte taak op uit de uitvoerbak en verwijder het USB-flashstation.
Optie twee: Foto's afdrukken
1.Selecteer Foto's weergeven en afdrukken om foto's af te drukken.
2.Selecteer de voorbeeldweergave van elke foto die u wilt afdrukken en vervolgens Gereed.
3.Als het overzichtsscherm is geopend, kunt u de volgende instellingen aanpassen:
●
Afbeeldingsformaat
●
Papierformaat
●
Papiersoort
●
Aantal exemplaren
●
Uitvoerkleur (alleen voor kleurenprinters)
●
Lichter/donkerder
4.Selecteer Afdrukken om de foto's af te drukken.
5.Haal de afgedrukte taak op uit de uitvoerbak en verwijder het USB-flashstation.
54Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
5Kopie
●
Een kopie maken
●
Dubbelzijdig kopiëren (duplex)
●
Extra kopieertaken
Voor meer informatie:
De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie
voor actuele informatie.
De uitgebreide Help van HP voor de printer omvat de volgende informatie:
●
Installeren en configureren
●
Leren en gebruiken
●
Problemen oplossen
●
Software- en firmware-updates downloaden
●
Meepraten op ondersteuningsforums
●
Informatie over garantie en wettelijke voorschriften zoeken
www.hp.com/support/colorljM477MFP
NLWW55
Een kopie maken
1.Plaats het document op de glasplaat van de scanner volgens de indicatoren op het apparaat.
2.
Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop Kopiëren
3.U kunt de kopieerkwaliteit voor verschillende typen documenten optimaliseren door de knop
Instellingen aan te raken en op de knop Optimaliseren te klikken. Veeg door het
bedieningspaneelscherm om door de opties te bladeren en raak vervolgens een optie aan om deze te
selecteren. De volgende instellingen voor kopieerkwaliteit zijn beschikbaar:
●
Automatische selectie: Gebruik deze instelling als u de kwaliteit van de kopie niet erg belangrijk
vindt. Dit is de standaardinstelling.
●
Gemengd: Gebruik deze instelling voor documenten met zowel tekst als afbeeldingen.
●
Tekst: Gebruik deze instelling voor documenten die voornamelijk uit tekst bestaan.
●
Afbeelding: Gebruik deze instelling voor documenten die voornamelijk uit afbeeldingen bestaan.
4.Raak Aantal exemplaren aan en gebruik het toetsenblok op het aanraakscherm om het aantal
exemplaren op te geven.
5.Raak de knop Zwart of Kleur aan om het kopiëren te starten.
aan.
56Hoofdstuk 5 KopieNLWW
Dubbelzijdig kopiëren (duplex)
●
Automatisch dubbelzijdig kopiëren
●
Handmatig dubbelzijdig kopiëren
Automatisch dubbelzijdig kopiëren
1.Plaats de originele documenten in de documentinvoer met de afdrukkant van de eerste pagina omhoog
en met de bovenkant van de pagina als eerste.
2.Stel de papiergeleiders in op het documentformaat.
3.
Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop Kopiëren
4.Raak de knop Instellingen aan.
5.Ga naar de knop Dubbelzijdig en raak deze aan.
6.Veeg door de opties en raak vervolgens een optie aan om deze te selecteren.
7.Raak de knop Zwart of Kleur aan om het kopiëren te starten.
Handmatig dubbelzijdig kopiëren
1.Plaats het document op de glasplaat van de scanner met de afdrukzijde naar beneden en de
linkerbovenhoek van de pagina in de linkerbovenhoek van de glasplaat. Sluit de scannerklep.
2.
Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop Kopiëren
3.Raak de knop Instellingen aan.
4.Ga naar de knop Dubbelzijdig en raak deze aan.
5.Veeg door de opties en raak vervolgens een optie aan om deze te selecteren.
6.Raak de knop Zwart of Kleur aan om het kopiëren te starten.
7.U wordt gevraagd het volgende originele document te plaatsen. Plaats het document en raak
vervolgens de knop OK aan.
aan.
aan.
8.Herhaal dit proces totdat u de laatste pagina hebt gescand. Raak de knop Gereed aan om het afdrukken
van de kopieën te voltooien.
NLWWDubbelzijdig kopiëren (duplex)57
Extra kopieertaken
Ga naar www.hp.com/support/colorljM477MFP.
Er zijn instructies beschikbaar voor het uitvoeren van specifieke kopieertaken, zoals:
●
Pagina's uit boeken of andere gebonden documenten kopiëren of scannen
●
Documenten van verschillende formaten kopiëren
●
Beide zijden van een identiteitsbewijs kopiëren of scannen
●
Een document in brochure-indeling kopiëren of scannen
58Hoofdstuk 5 KopieNLWW
6Scan
●
Scannen via de HP Scan-software (Windows)
●
Scannen via de HP Scan-software (OS X)
●
Scannen naar een USB-flashstation
●
De functie Scannen naar netwerkmap instellen
●
Scannen naar een netwerkmap
●
De functie Scannen naar e-mail instellen
●
Scannen naar e-mail
●
Overige scantaken
Voor meer informatie:
De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie
voor actuele informatie.
De uitgebreide Help van HP voor de printer omvat de volgende informatie:
●
Installeren en configureren
●
Leren en gebruiken
●
Problemen oplossen
●
Software- en firmware-updates downloaden
●
Meepraten op ondersteuningsforums
●
Informatie over garantie en wettelijke voorschriften zoeken
www.hp.com/support/colorljM477MFP
NLWW59
Scannen via de HP Scan-software (Windows)
Gebruik de HP Scan-software om te beginnen met scannen via software op uw computer. U kunt de gescande
afbeelding als een bestand opslaan of naar een andere softwaretoepassing versturen.
1.Plaats het document in de documentinvoer of op de glasplaat van de scanner volgens de indicatoren op
de printer.
2.Klik op de computer op Start, Programma's (of Alle programma's in Windows XP).
3.Klik op HP en selecteer vervolgens uw printer.
4.Klik op HP Scan, selecteer een scansnelkoppeling en pas desgewenst de instellingen aan.
5.Klik op Scan.
OPMERKING: Klik op Meer voor toegang tot meer opties.
Klik op Nieuwe scansnelkoppeling maken om een set met aangepaste instellingen te maken en deze op te
slaan in de lijst met snelkoppelingen.
60Hoofdstuk 6 ScanNLWW
Scannen via de HP Scan-software (OS X)
Gebruik de HP Scan-software om te beginnen met scannen via software op uw computer.
1.Plaats het document in de documentinvoer of op de glasplaat van de scanner volgens de indicatoren op
de printer.
2.Open vanaf de computer HP Scan in de map Hewlett-Packard in de map Applicaties.
3.Volg de aanwijzingen op het scherm om het document te scannen.
4.Klik nadat alle pagina's zijn gescand op Bestand en daarna op Opslaan om de pagina's in een bestand
op te slaan.
NLWWScannen via de HP Scan-software (OS X)61
Scannen naar een USB-flashstation
1.Plaats het document op de glasplaat van de scanner of in de documentinvoer volgens de indicatoren op
de printer.
2.Plaats een USB-flashstation in de USB-poort.
3.Het menu USB-flashstation wordt geopend met de volgende opties:
●
Documenten afdrukken
●
Foto's bekijken en afdrukken
●
Scannen naar USB-station
4.Selecteer Scannen naar USB-station.
5.Als het overzichtsscherm is geopend, kunt u de volgende instellingen aanpassen:
●
Bestandstype scan
●
Scanresolutie
●
Papierformaat van scan
●
Scanbron
●
Voorvoegsel voor bestandsnaam
●
Uitvoerkleur
6.Raak de knop Scannen aan om het bestand te scannen en op te slaan.
De printer maakt een map genaamd HPSCANS op het USB-station. Hierin wordt het bestand onder een
automatisch gegenereerde naam opgeslagen in PDF- of JPG-indeling.
62Hoofdstuk 6 ScanNLWW
De functie Scannen naar netwerkmap instellen
●
Inleiding
●
Voordat u begint
●
Methode een: De wizard Scannen naar netwerkmap gebruiken (Windows)
●
Methode twee: De functie Scannen naar netwerkmap instellen via de geïntegreerde webserver van HP
(Windows)
●
De functie Scannen naar netwerkmap instellen op een Mac
Inleiding
De printer bevat de functie om een document te scannen en dit naar een netwerkmap op te slaan. Om deze
scanfunctie te gebruiken, moet de printer met een netwerk zijn verbonden. Deze functie is niet beschikbaar
totdat deze is geconfigureerd. Er zijn twee methoden om Scannen naar netwerkmap te configureren: de
installatiewizard Scannen naar netwerkmap (Windows), die in de HP programmagroep van de printer is
geïnstalleerd als onderdeel van de volledige software-installatie in Windows 7, en de installatie van Scannen
naar netwerkmap via de geïntegreerde webserver (EWS) van HP. Gebruik de volgende informatie om de
functie Scannen naar netwerkmap in te stellen.
Voordat u begint
Om de functie Scannen naar netwerkmap in te stellen, moet de printer een actieve netwerkverbinding
hebben met hetzelfde netwerk als de computer waarop het installatieproces wordt uitgevoerd.
Beheerders hebben de volgende informatie nodig voordat ze met het configuratieproces kunnen beginnen.
●
Beheertoegang tot de printer
●
Het netwerkpad van de bestemmingsmap (bijv. \\servername.us.companyname.net\scans)
OPMERKING:De netwerkmap moet worden ingesteld als een gedeelde map om de functie Scannen
naar netwerkmap te laten werken.
Methode een: De wizard Scannen naar netwerkmap gebruiken (Windows)
Sommige HP printers bevatten installatie van het stuurprogramma vanaf een software-cd. Er is aan het einde
van deze installatie een optie Scannen naar map en e-mail instellen. De instellingswizards bevatten de
opties voor basisconfiguratie.
OPMERKING: De wizard Scannen naar netwerkmap is alleen beschikbaar voor het besturingssysteem
Windows 7.
1.Klik op Start en vervolgens op Programma's.
2.Klik achtereenvolgens op HP, de naam van de printer en Wizard Scannen naar netwerkmap.
OPMERKING:Als de optie Wizard Scannen naar netwerkmap niet beschikbaar is, gebruikt u
twee: De functie Scannen naar netwerkmap instellen via de geïntegreerde webserver van HP (Windows)
op pagina 65.
Methode
3.Klik in het dialoogvenster Profielen voor netwerkmap op de knop Nieuw. Het dialoogvenster Scannen
naar netwerkmap instellen wordt geopend.
NLWWDe functie Scannen naar netwerkmap instellen63
4.Op de pagina 1. Start, voer in het veld Weergavenaam de mapnaam in. Dit is de naam die op het
bedieningspaneel van de printer wordt weergegeven.
5.Vul het veld Bestemmingsmap op een van de volgende manieren in:
a.Voer het bestandspad handmatig in.
b.Klik op de knop Bladeren en ga naar de locatie van de map.
c.Voer de volgende stappen uit om een gedeelde map te maken:
i.Klik op Pad delen.
ii.Klik in het dialoogvenster Netwerkshares beheren op Nieuw.
iii.Voer in het veld Sharenaam de weer te geven naam van de gedeelde map in.
iv.Om het veld Mappad te voltooien, klikt u op de knop Bladeren en selecteert u een van de
volgende opties. Klik op OK als u klaar bent.
●
Ga naar een bestaande map op de computer.
●
Klik op Nieuwe map maken om een nieuwe map te maken.
v.Als er voor het gedeelde pad een beschrijving vereist is, voert u deze in het veld Beschrijving
in.
vi.Selecteer in het veld Sharetype een van de volgende opties en klik op Toepassen.
●
Openbaar
●
Privé
OPMERKING: HP adviseert uit veiligheidsoverwegingen Privé als sharetype.
vii. Als het bericht De share is gemaakt verschijnt, klikt u op OK.
viii. Schakel het selectievakje voor de bestemmingsmap in en klik vervolgens op OK.
6.Om een snelkoppeling naar de netwerkmap op het bureaublad te maken, schakelt u het selectievakje
Een bureaubladsnelkoppeling van de netwerkmap maken in.
7.Om in te stellen dat een pincode moet worden ingevoerd op het bedieningspaneel van de printer
voordat hiermee een gescand document naar een netwerkmap kan worden verzonden, voert u in het
veld Beveiligingspincode een 4-cijferige pincode in, voert u deze in het veld Beveiligingspincode
bevestigen opnieuw in. Klik op Volgende.
OPMERKING:HP adviseert een pincode aan te maken om de bestemmingsmap te beveiligen.
OPMERKING:Als u een pincode heb aangemaakt, moet u deze elke keer op het bedieningspaneel van
de printer invoeren als er een scan naar een netwerkmap wordt verzonden.
8.Op de pagina 2. Verificatie, voer de Windows-gebruikersnaam en het Windows- wachtwoord in die u
gebruikt om u bij de computer aan te melden en klik op Volgende.
9.Op de pagina 3. Configuratie, selecteer de standaardscaninstellingen door de volgende stappen uit te
voeren en klik vervolgens op Volgende.
64Hoofdstuk 6 ScanNLWW
a.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Documenttype de standaardbestandsindeling voor gescande
bestanden.
b.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Kleurvoorkeuren Zwart-wit of Kleur.
c.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Papierformaat het standaardpapierformaat voor gescande
bestanden.
d.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Kwaliteitsinstellingen de standaardresolutie voor gescande
bestanden.
OPMERKING: Afbeeldingen met een hogere resolutie bestaan uit meer dpi (dots per inch) en
geven om die reden meer details weer. Afbeeldingen met een lagere resolutie bestaan uit minder
dpi en geven dus minder details weer. De bestandsgrootte is echter kleiner.
e.Voer in het veld Voorvoegsel bestandsnaam het voorvoegsel (bijv. Mijnscan) van een bestand in.
10. Op de pagina 4. Voltooien bekijkt u de informatie en controleert of alle instellingen correct zijn. Als er
een fout is, klikt op de knop Terug om de fout te verbeteren. Als de instellingen correct zijn, klikt u op de
knop Opslaan en testen om de configuratie te testen.
11. Als het bericht Gefeliciteerd wordt weergegeven, klikt u op Voltooien om de configuratie te voltooien.
Methode twee: De functie Scannen naar netwerkmap instellen via de
geïntegreerde webserver van HP (Windows)
●
Stap één: Toegang tot de geïntegreerde webserver van HP (EWS)
●
Stap twee: De functie Scannen naar netwerkmap configureren
Stap één: Toegang tot de geïntegreerde webserver van HP (EWS)
1.
Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer de knop Netwerk
Draadloos
2.Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt
weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van de
pc. De geïntegreerde webserver wordt geopend.
Als uw internetbrowser het bericht Er is een probleem met het beveiligingscertificaat van deze
website weergeeft als u de EWS probeer te openen, klikt u op Doorgaan naar deze website (niet
aanbevolen).
OPMERKING:Doorgaan naar deze website (niet aanbevolen) is niet schadelijk voor de computer
terwijl u navigeert in de EWS van het HP printer.
aan om het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
Stap twee: De functie Scannen naar netwerkmap configureren
1.Klik op het tabblad Systeem.
of the knop
2.Klik in het linkerdeelvenster op de koppeling Beheer.
3.In het gedeelte Ingeschakelde functies stelt u de optie Scannen naar netwerkmap in op Aan.
4.Klik op het tabblad Scannen.
NLWWDe functie Scannen naar netwerkmap instellen65
5.Controleer in het linkerdeelvenster of de koppeling Netwerkmap instellen is gemarkeerd. de pagina
Scannen naar netwerkmap moet worden weergegeven.
6.Klik op de pagina Configuratie netwerkmap op de knop Nieuw.
7.Vul in het gebied Netwerkmapgegevens de volgende velden in:
a.Voer in het veld Weergavenaam de weer te geven naam van de map in.
b.Voer in het veld Netwerkpad het netwerkpad naar de map in.
c.Voer in het veld Gebruikersnaam de gebruikersnaam in die vereist is om de netwerkmap te
openen.
d.Voer in het veld Wachtwoord het wachtwoord in dat vereist is om de netwerkmap te openen.
8.Om in te stellen dat een pincode moet worden ingevoerd op het bedieningspaneel van de printer
voordat hiermee een bestand naar een netwerkmap kan worden verzonden, vult u in het gebied
Maptoegang beveiligen met een pincode de volgende velden in:
a.Voer in het veld Pincode (optioneel) een viercijferige pincode in.
b.Voer in het veld Pincode bevestigen de viercijferige pincode opnieuw in.
OPMERKING:HP adviseert een pincode aan te maken om de bestemmingsmap te beveiligen.
OPMERKING:Als u een pincode heb aangemaakt, moet u deze elke keer op het bedieningspaneel van
de printer invoeren als er een scan naar een netwerkmap wordt verzonden.
9.Vul in het gebied Scaninstellingen de volgende velden in:
a.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Bestandstype scan de standaardbestandsindeling voor gescande
bestanden.
b.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Papierformaat scan het standaardpapierformaat voor gescande
bestanden.
c.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Scanresolutie de standaardscanresolutie voor gescande
bestanden.
OPMERKING: Afbeeldingen met een hogere resolutie bestaan uit meer dpi (dots per inch) en
geven om die reden meer details weer. Afbeeldingen met een lagere resolutie bestaan uit minder
dpi en geven dus minder details weer. De bestandsgrootte is echter kleiner.
d.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Uitvoerkleur of gescande bestanden in zwart-wit of kleur
moeten zijn.
e.Voer in het veld Voorvoegsel bestandsnaam het voorvoegsel (bijv. Mijnscan) van een bestand in.
10. Controleer alle gegevens en klik vervolgens op een van de volgende opties:
●
Opslaan en testen: Selecteer deze optie om de gegevens op te slaan en de verbinding te testen.
●
Alleen opslaan: Selecteer deze optie om de gegevens op te slaan zonder de verbinding te testen.
●
Annuleren: Selecteer deze optie om de configuratie af te sluiten zonder op te slaan.
66Hoofdstuk 6 ScanNLWW
De functie Scannen naar netwerkmap instellen op een Mac
●
Stap één: Toegang tot de geïntegreerde webserver van HP (EWS)
●
Stap twee: De functie Scannen naar netwerkmap configureren
Stap één: Toegang tot de geïntegreerde webserver van HP (EWS)
Gebruik een van de volgende methoden om de EWS-interface (geïntegreerde webserver) te openen.
Methode een: Een webbrowser gebruiken om de geïntegreerde webserver (EWS) van HP te openen
1.
Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer de knop Netwerk
Draadloos
2.Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt
weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van de
pc. De geïntegreerde webserver wordt geopend.
Als uw internetbrowser het bericht Er is een probleem met het beveiligingscertificaat van deze
website weergeeft als u de EWS probeer te openen, klikt u op Doorgaan naar deze website (niet
aanbevolen).
OPMERKING:Doorgaan naar deze website (niet aanbevolen) is niet schadelijk voor de computer
terwijl u navigeert in de EWS van het HP printer.
Methode twee: HP Utility gebruiken om de geïntegreerde webserver (EWS) van HP te openen
1.Klik in het menu Start op Hulpprogramma's, de map Hewlett-Packard en dubbelklik vervolgens op HP
Utility. Het hoofdscherm van HP Utility wordt weergegeven.
2.In het hoofdscherm van HP Utility kunt u op een van de volgende manieren de geïntegreerde webserver
van HP (EWS) openen:
●
Klik in het gebied Printerinstellingen op Aanvullende instellingen en vervolgens op
geïntegreerde webserver van HP openen.
aan om het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
of the knop
●
Klik in het gebied Scaninstellingen op Scannen naar netwerkmap en klik vervolgens op Mijn
gedeelde map registreren....
OPMERKING: Als er geen gedeelde netwerkmappen beschikbaar zijn, klikt u op Help me hierbij
om de map te maken.
De geïntegreerde webserver van HP (EWS) wordt geopend.
Stap twee: De functie Scannen naar netwerkmap configureren
1.Klik op het tabblad Systeem.
2.Klik in het linkerdeelvenster op de koppeling Beheer.
3.In het gedeelte Ingeschakelde functies stelt u de optie Scannen naar netwerkmap in op Aan.
4.Klik op het tabblad Scannen.
NLWWDe functie Scannen naar netwerkmap instellen67
5.Controleer in het linkerdeelvenster of de koppeling Netwerkmap instellen is gemarkeerd. de pagina
Scannen naar netwerkmap moet worden weergegeven.
6.Klik op de pagina Configuratie netwerkmap op de knop Nieuw.
7.Vul in het gebied Netwerkmapgegevens de volgende velden in:
a.Voer in het veld Weergavenaam de weer te geven naam van de map in.
b.Voer in het veld Netwerkpad het netwerkpad naar de map in.
c.Voer in het veld Gebruikersnaam de gebruikersnaam in die vereist is om de netwerkmap te
openen.
d.Voer in het veld Wachtwoord het wachtwoord in dat vereist is om de netwerkmap te openen.
8.Om in te stellen dat een pincode moet worden ingevoerd op het bedieningspaneel van de printer
voordat hiermee een bestand naar een netwerkmap kan worden verzonden, vult u in het gebied
Maptoegang beveiligen met een pincode de volgende velden in:
a.Voer in het veld Pincode (optioneel) een viercijferige pincode in.
b.Voer in het veld Pincode bevestigen de viercijferige pincode opnieuw in.
OPMERKING:HP adviseert een pincode aan te maken om de bestemmingsmap te beveiligen.
OPMERKING:Als u een pincode heb aangemaakt, moet u deze elke keer op het bedieningspaneel van
de printer invoeren als er een scan naar een netwerkmap wordt verzonden.
9.Vul in het gebied Scaninstellingen de volgende velden in:
a.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Bestandstype scan de standaardbestandsindeling voor gescande
bestanden.
b.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Papierformaat scan het standaardpapierformaat voor gescande
bestanden.
c.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Scanresolutie de standaardscanresolutie voor gescande
bestanden.
OPMERKING: Afbeeldingen met een hogere resolutie bestaan uit meer dpi (dots per inch) en
geven om die reden meer details weer. Afbeeldingen met een lagere resolutie bestaan uit minder
dpi en geven dus minder details weer. De bestandsgrootte is echter kleiner.
d.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Uitvoerkleur of gescande bestanden in zwart-wit of kleur
moeten zijn.
e.Voer in het veld Voorvoegsel bestandsnaam het voorvoegsel (bijv. Mijnscan) van een bestand in.
10. Controleer alle gegevens en klik vervolgens op een van de volgende opties:
●
Opslaan en testen: Selecteer deze optie om de gegevens op te slaan en de verbinding te testen.
●
Alleen opslaan: Selecteer deze optie om de gegevens op te slaan zonder de verbinding te testen.
●
Annuleren: Selecteer deze optie om de configuratie af te sluiten zonder op te slaan.
68Hoofdstuk 6 ScanNLWW
Scannen naar een netwerkmap
Via het bedieningspaneel van de printer kunt u een document scannen en dit in een map op het netwerk
opslaan.
OPMERKING: Om deze functie te gebruiken, moet de printer zijn verbonden met een netwerk en moet de
functie Scannen naar netwerkmap zijn geconfigureerd met behulp van de wizard Scannen naar netwerkmap
(Windows) of de geïntegreerde webserver van HP.
1.Plaats het document op de glasplaat van de scanner volgens de indicatoren op de printer.
2.
Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop Scannen
3.Raak Scannen naar netwerkmap aan.
4.Selecteer in de lijst met netwerkmappen de map waarin u het document wilt opslaan.
5.Op het bedieningspaneel wordt een overzicht van de scaninstellingen weergegeven.
●
Als u de instellingen wilt wijzigen, raakt u de knop Instellingen aan en voert u de gewenste
wijzigingen door.
●
Als de instellingen correct zijn, gaat u verder met de volgende stap.
6.Druk op de knop Scannen om de scantaak te starten.
aan.
NLWWScannen naar een netwerkmap69
De functie Scannen naar e-mail instellen
●
Inleiding
●
Voordat u begint
●
Methode een: De wizard Scannen naar e-mail gebruiken (Windows)
●
Methode twee: De functie Scannen naar e-mail instellen via de geïntegreerde webserver van HP
(Windows)
●
De functie Scannen naar e-mail instellen op een Mac
Inleiding
De printer bevat de functie om een document te scannen en dit naar een of meer e-mailadressen te
verzenden. Om deze scanfunctie te gebruiken, moet de printer met een netwerk zijn verbonden. Deze functie
is niet beschikbaar totdat deze is geconfigureerd. Er zijn twee methoden om Scannen naar e-mail te
configureren: de installatiewizard Scannen naar e-mail (Windows), die in de HP programmagroep van de
printer is geïnstalleerd als onderdeel van de volledige software-installatie in Windows 7, en de installatie van
Scannen naar e-mail via de geïntegreerde webserver (EWS) van HP. Gebruik de volgende informatie om de
functie Scannen naar e-mail in te stellen.
Voordat u begint
Om de functie Scannen naar e-mail in te stellen, moet de printer een actieve netwerkverbinding hebben met
hetzelfde netwerk als de computer waarop het installatieproces wordt uitgevoerd.
Beheerders hebben de volgende informatie nodig voordat ze met het configuratieproces kunnen beginnen.
●
Beheertoegang tot de printer
●
SMTP-server (bijvoorbeeld smtp.mycompany.com)
OPMERKING:Als u de SMTP-servernaam, het SMTP-poortnummer of de verificatiegegevens niet kent,
neemt u contact op met de e-mail-/internetprovider of systeembeheerder voor informatie. SMTPservernamen en poortnamen zijn doorgaans vrij gemakkelijk te achterhalen op internet. Zoek
bijvoorbeeld op 'gmail smtp servernaam' of 'yahoo smtp servernaam'.
●
SMTP-poortnummer
●
Vereisten voor SMTP-serververificatie voor uitgaande e-mailberichten, inclusief de gebruikersnaam en
het wachtwoord voor verificatie, indien van toepassing.
OPMERKING:Raadpleeg de documentatie van uw e-mailserviceprovider voor informatie over de
limieten voor digitaal verzenden voor uw e-mailaccount. Sommige providers vergrendelen mogelijk
tijdelijk uw account als u uw verzendlimiet overschrijdt.
Methode een: De wizard Scannen naar e-mail gebruiken (Windows)
Sommige HP printers bevatten installatie van het stuurprogramma vanaf een software-cd. Er is aan het einde
van deze installatie een optie Scannen naar map en e-mail instellen. De instellingswizards bevatten de
opties voor basisconfiguratie.
OPMERKING: De wizard Scannen naar e-mail is alleen beschikbaar voor het besturingssysteem Windows 7.
70Hoofdstuk 6 ScanNLWW
1.Klik op Start en vervolgens op Programma's.
2.Klik achtereenvolgens op HP, de naam van de printer en Wizard Scannen naar e-mail.
OPMERKING:Als de optie Wizard Scannen naar e-mail niet beschikbaar is, gebruikt u
De functie Scannen naar e-mail instellen via de geïntegreerde webserver van HP (Windows)
op pagina 72.
3.Klik in het dialoogvenster Profielen voor uitgaande e-mail op de knop Nieuw. Het dialoogvenster
Scannen naar e-mail instellen wordt geopend.
4.Op de pagina 1. Starten voert u het e-mailadres van de afzender in het veld E-mailadres in.
5.Voer in het veld Weergavenaam de naam van de afzender in. Dit is de naam die op het bedieningspaneel
van de printer wordt weergegeven.
6.Om in te stellen dat een pincode moet worden ingevoerd op het bedieningspaneel van de printer
voordat hiermee een e-mail kan worden verzonden, voert u in het veld Beveiligingspincode een 4cijferige pincode in, voert u deze in het veld Beveiligingspincode bevestigen opnieuw in en klikt u op
Volgende.
OPMERKING:HP adviseert een pincode aan te maken om het e-mailprofiel te beveiligen.
OPMERKING:Als u een pincode heb aangemaakt, moet u deze elke keer op het bedieningspaneel van
de printer invoeren als u het profiel gebruikt om een scan naar een e-mailadres te verzenden.
7.Op de pagina 2. Verifiëren voert u de SMTP-server en het Poortnummer in.
OPMERKING:In de meeste gevallen hoeft het standaardpoortnummer niet te worden gewijzigd.
Methode twee:
OPMERKING:Als u een gehoste SMTP-service zoals Gmail gebruikt, controleert u het SMTP-adres,
poortnummer en de SSL-instellingen op de website van de serviceprovider of andere bronnen. Voor
Gmail is het SMTP-adres standaard smtp.gmail.com, het poortnummer 465 en is SSL ingeschakeld.
Raadpleeg online bronnen om te controleren of deze serverinstellingen actueel zijn als u uw product
configureert.
8.Als u Google™ Gmail als e-mailservice gebruikt, schakelt u het selectievakje Altijd een veilige
verbinding (SSL/TLS) gebruiken in.
9.Selecteer in het vervolgkeuzemenu de Maximale grootte voor e-mails.
OPMERKING:HP adviseert Automatisch als standaardbestandsgrootte voor de maximale grootte.
10. Als de SMTP-server vraagt om verificatie voordat u een e-mail kunt verzenden, schakelt u het
selectievakje Verificatie voor e-mailaanmelding in, voert u vervolgens de Gebruikersnaam en het
Wachtwoord in en klikt u vervolgens op Volgende.
11. Op de pagina 3. Configureren selecteert u Afzender opnemen in alle e-mailberichten die vanaf de
printer worden verzonden en klikt u vervolgens op Volgende om automatisch de afzender van e-
mailberichten die vanaf het profiel zijn verzonden te kopiëren.
12. Op de pagina 4. Voltooien bekijkt u de informatie en controleert of alle instellingen correct zijn. Als er
een fout is, klikt op de knop Terug om de fout te verbeteren. Als de instellingen correct zijn, klikt u op de
knop Opslaan en testen om de configuratie te testen.
13. Als het bericht Gefeliciteerd wordt weergegeven, klikt u op Voltooien om de configuratie te voltooien.
NLWWDe functie Scannen naar e-mail instellen71
Methode twee: De functie Scannen naar e-mail instellen via de geïntegreerde
webserver van HP (Windows)
●
Stap één: Toegang tot de geïntegreerde webserver van HP (EWS)
●
Stap twee: De functie Scannen naar e-mail configureren
●
Stap drie: Contactpersonen toevoegen aan het e-mailadresboek
●
Stap vier: De standaardopties voor e-mail configureren
Stap één: Toegang tot de geïntegreerde webserver van HP (EWS)
1.
Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer de knop Netwerk
Draadloos
2.Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt
weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van de
pc. De geïntegreerde webserver wordt geopend.
Als uw internetbrowser het bericht Er is een probleem met het beveiligingscertificaat van deze
website weergeeft als u de EWS probeer te openen, klikt u op Doorgaan naar deze website (niet
aanbevolen).
OPMERKING:Doorgaan naar deze website (niet aanbevolen) is niet schadelijk voor de computer
terwijl u navigeert in de EWS van het HP printer.
aan om het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
Stap twee: De functie Scannen naar e-mail configureren
1.Klik op het tabblad Systeem.
2.Klik in het linkerdeelvenster op de koppeling Beheer.
3.In het gedeelte Ingeschakelde functies stelt u de optie Scannen naar e-mail in op Aan.
4.Klik op het tabblad Scannen.
of the knop
5.Klik in het linkerdeelvenster op de koppeling Profielen voor uitgaande e-mail.
6.Klik op de pagina Uitgaande e-mailprofielen op de knop Nieuw.
7.Vul in het gebied E-mailadres de volgende velden in:
a.Voer in het veld Uw e-mailadres het e-mailadres van de afzender voor het nieuwe profiel voor
uitgaande e-mail in.
b.Voer in het veld Weergavenaam de naam van de afzender in. Dit is de naam die op het
bedieningspaneel van de printer wordt weergegeven.
8.Vul in het gebied SMTP-serverinstellingen de volgende velden in:
72Hoofdstuk 6 ScanNLWW
a.Voer in het veld SMTP-server het adres van de SMTP-server in.
b.Voer in het veld SMTP-poort het poortnummer in.
OPMERKING: In de meeste gevallen hoeft het standaardpoortnummer niet te worden gewijzigd.
OPMERKING: Als u een gehoste SMTP-service zoals Gmail gebruikt, controleert u het SMTP-
adres, poortnummer en de SSL-instellingen op de website van de serviceprovider of andere
bronnen. Voor Gmail is het SMTP-adres standaard smtp.gmail.com, het poortnummer 465 en is
SSL ingeschakeld.
Raadpleeg online bronnen om te controleren of deze serverinstellingen actueel zijn als u uw
product configureert.
c.Als u Google™ Gmail als e-mailservice gebruikt, schakelt u het selectievakje Altijd een veilige
verbinding (SSL/TLS) gebruiken in.
9.Als de SMTP-server vraagt om verificatie voordat u een e-mail kunt verzenden, vult u de volgende
velden in het gebied SMTP-verificatie in:
a.Schakel het selectievakje SMTP-server vereist verificatie voor uitgaande e-mailberichten in.
b.Voer in het veld SMTP-gebruikers-id de gebruikers-id voor de SMTP-server in.
c.Voer in het veld SMTP-wachtwoord het wachtwoord voor de SMTP-server in.
10. Om in te stellen dat een pincode op het bedieningspaneel van de printer moet worden ingevoerd
voordat een e-mail vanaf het e-mailadres kan worden verzonden, vult u de volgende velden in het
gebied Optionele pincode in:
a.Voer in het veld Pincode (optioneel) een viercijferige pincode in.
b.Voer in het veld Pincode bevestigen de viercijferige pincode opnieuw in.
OPMERKING:HP adviseert een pincode aan te maken om het e-mailprofiel te beveiligen.
OPMERKING:Als u een pincode heb aangemaakt, moet u deze elke keer op het bedieningspaneel van
de printer invoeren als u het profiel gebruikt om een scan naar een e-mailadres te verzenden.
11. Als u optionele e-mailvoorkeuren wilt configureren, vult u de volgende velden in het gebied Voorkeuren
voor e-mailberichten in:
a.Selecteer de maximale grootte voor e-mailbijlagen in de vervolgkeuzelijst Maximale grootte voor
e-mailbijlagen.
OPMERKING: HP adviseert Automatisch als standaardbestandsgrootte voor de maximale
grootte.
b.Als u automatisch de afzender van e-mailberichten die vanaf het profiel worden verzonden wilt
kopiëren, schakelt u het selectievakje Automatisch cc in.
12. Controleer alle gegevens en klik vervolgens op een van de volgende opties:
●
Opslaan en testen: Selecteer deze optie om de gegevens op te slaan en de verbinding te testen.
●
Alleen opslaan: Selecteer deze optie om de gegevens op te slaan zonder de verbinding te testen.
●
Annuleren: Selecteer deze optie om de configuratie af te sluiten zonder op te slaan.
NLWWDe functie Scannen naar e-mail instellen73
Stap drie: Contactpersonen toevoegen aan het e-mailadresboek
▲
Klik in het linkerdeelvenster op E-mailadresboek om e-mailadressen aan het adresboek van de printer
toe te voegen.
Om een afzonderlijk e-mailadres in te voeren, voert u de volgende stappen uit:
a.Voer in het veld Naam contactpersoon de naam van de nieuwe e-mailcontactpersoon in.
b.Voer in het veld E-mailadres contactpersoon het e-mailadres van de nieuwe e-
mailcontactpersoon in.
c.Klik op Toevoegen/Bewerken.
Om een e-mailgroep te maken, voert u de volgende stappen uit:
a.Klik op Nieuwe groep.
b.Voer in het veld Groepsnaam invoeren een naam voor de nieuwe groep in.
c.Klik in het gebied Alle individuele contactpersonen op een naam en klik vervolgens op de pijlknop
om deze naar het gebied Individuele contactpersonen in groep te verplaatsen.
OPMERKING: Selecteer meerdere namen in één keer door Ctrl ingedrukt te houden en
vervolgens op een naam te klikken.
d.Klik op Opslaan.
Stap vier: De standaardopties voor e-mail configureren
▲
Klik in het linkerdeelvenster op E-mailopties om de standaardopties voor e-mail te configureren.
a.Vul in het gebied Standaardonderwerp en hoofdtekst de volgende velden in:
i.Voer in het veld Onderwerp e-mail een standaardonderwerpregel voor e-mailberichten in.
ii.Voer in het veld Hoofdtekst een aangepast standaardbericht voor e-mailberichten in.
iii.Selecteer Hoofdtekst weergeven om in te schakelen dat de standaardhoofdtekst in e-
mailberichten wordt weergegeven.
iv.Selecteer Hoofdtekst verbergen om de standaardhoofdtekst voor e-mailberichten te
onderdrukken.
b.Vul in het gebied Scaninstellingen de volgende velden in:
i.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Bestandstype scan de standaardbestandsindeling voor
gescande bestanden.
ii.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Papierformaat scan het standaardpapierformaat voor
gescande bestanden.
iii.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Scanresolutie de standaardresolutie voor gescande
bestanden.
OPMERKING: Afbeeldingen met een hogere resolutie bestaan uit meer dpi (dots per inch)
en geven om die reden meer details weer. Afbeeldingen met een lagere resolutie bestaan uit
minder dpi en geven dus minder details weer. De bestandsgrootte is echter kleiner.
74Hoofdstuk 6 ScanNLWW
iv.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Uitvoerkleur Zwart-wit of Kleur.
v.Voer in het veld Voorvoegsel bestandsnaam het voorvoegsel (bijv. Mijnscan) van een
bestand in.
c.Klik op Toepassen.
De functie Scannen naar e-mail instellen op een Mac
●
Stap één: Toegang tot de geïntegreerde webserver van HP (EWS)
●
Stap twee: De functie Scannen naar e-mail configureren
●
Stap drie: Contactpersonen toevoegen aan het e-mailadresboek
●
Stap vier: De standaardopties voor e-mail configureren
Stap één: Toegang tot de geïntegreerde webserver van HP (EWS)
Gebruik een van de volgende methoden om de EWS-interface (geïntegreerde webserver) te openen.
Methode een: Een webbrowser gebruiken om de geïntegreerde webserver (EWS) van HP te openen
1.
Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer de knop Netwerk
Draadloos
2.Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt
weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van de
pc. De geïntegreerde webserver wordt geopend.
Als uw internetbrowser het bericht Er is een probleem met het beveiligingscertificaat van deze
website weergeeft als u de EWS probeer te openen, klikt u op Doorgaan naar deze website (niet
aanbevolen).
OPMERKING:Doorgaan naar deze website (niet aanbevolen) is niet schadelijk voor de computer
terwijl u navigeert in de EWS van het HP printer.
Methode twee: HP Utility gebruiken om de geïntegreerde webserver (EWS) van HP te openen
1.Klik in het menu Start op Hulpprogramma's, de map Hewlett-Packard en dubbelklik vervolgens op HP
Utility. Het hoofdscherm van HP Utility wordt weergegeven.
2.In het hoofdscherm van HP Utility kunt u op een van de volgende manieren de geïntegreerde webserver
van HP (EWS) openen:
●
Klik in het gebied Printerinstellingen op Aanvullende instellingen en vervolgens op
geïntegreerde webserver van HP openen.
aan om het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
of the knop
●
Klik in het gebied Scaninstellingen op Scannen naar e-mail en vervolgens op Beginnen met
instellen scannen naar e-mail....
De geïntegreerde webserver van HP (EWS) wordt geopend.
NLWWDe functie Scannen naar e-mail instellen75
Stap twee: De functie Scannen naar e-mail configureren
1.Klik op het tabblad Systeem.
2.Klik in het linkerdeelvenster op de koppeling Beheer.
3.In het gedeelte Ingeschakelde functies stelt u de optie Scannen naar e-mail in op Aan.
4.Klik op het tabblad Scannen.
5.Klik in het linkerdeelvenster op de koppeling Profielen voor uitgaande e-mail.
6.Klik op de pagina Uitgaande e-mailprofielen op de knop Nieuw.
7.Vul in het gebied E-mailadres de volgende velden in:
a.Voer in het veld Uw e-mailadres het e-mailadres van de afzender voor het nieuwe profiel voor
uitgaande e-mail in.
b.Voer in het veld Weergavenaam de naam van de afzender in. Dit is de naam die op het
bedieningspaneel van de printer wordt weergegeven.
8.Vul in het gebied SMTP-serverinstellingen de volgende velden in:
a.Voer in het veld SMTP-server het adres van de SMTP-server in.
b.Voer in het veld SMTP-poort het poortnummer in.
OPMERKING: In de meeste gevallen hoeft het standaardpoortnummer niet te worden gewijzigd.
OPMERKING: Als u een gehoste SMTP-service zoals Gmail gebruikt, controleert u het SMTP-
adres, poortnummer en de SSL-instellingen op de website van de serviceprovider of andere
bronnen. Voor Gmail is het SMTP-adres standaard smtp.gmail.com, het poortnummer 465 en is
SSL ingeschakeld.
Raadpleeg online bronnen om te controleren of deze serverinstellingen actueel zijn als u uw
product configureert.
c.Als u Google™ Gmail als e-mailservice gebruikt, schakelt u het selectievakje Altijd een veilige
verbinding (SSL/TLS) gebruiken in.
9.Als de SMTP-server vraagt om verificatie voordat u een e-mail kunt verzenden, vult u de volgende
velden in het gebied SMTP-verificatie in:
a.Schakel het selectievakje SMTP-server vereist verificatie voor uitgaande e-mailberichten in.
b.Voer in het veld SMTP-gebruikers-id de gebruikers-id voor de SMTP-server in.
c.Voer in het veld SMTP-wachtwoord het wachtwoord voor de SMTP-server in.
10. Om in te stellen dat een pincode op het bedieningspaneel van de printer moet worden ingevoerd
voordat een e-mail vanaf het e-mailadres kan worden verzonden, vult u de volgende velden in het
gebied Optionele pincode in:
a.Voer in het veld Pincode (optioneel) een viercijferige pincode in.
b.Voer in het veld Pincode bevestigen de viercijferige pincode opnieuw in.
OPMERKING:HP adviseert een pincode aan te maken om het e-mailprofiel te beveiligen.
76Hoofdstuk 6 ScanNLWW
OPMERKING:Als u een pincode heb aangemaakt, moet u deze elke keer op het bedieningspaneel van
de printer invoeren als u het profiel gebruikt om een scan naar een e-mailadres te verzenden.
11. Als u optionele e-mailvoorkeuren wilt configureren, vult u de volgende velden in het gebied Voorkeuren
voor e-mailberichten in:
a.Selecteer de maximale grootte voor e-mailbijlagen in de vervolgkeuzelijst Maximale grootte voor
e-mailbijlagen.
OPMERKING: HP adviseert Automatisch als standaardbestandsgrootte voor de maximale
grootte.
b.Als u automatisch de afzender van e-mailberichten die vanaf het profiel worden verzonden wilt
kopiëren, schakelt u het selectievakje Automatisch cc in.
12. Controleer alle gegevens en klik vervolgens op een van de volgende opties:
●
Opslaan en testen: Selecteer deze optie om de gegevens op te slaan en de verbinding te testen.
●
Alleen opslaan: Selecteer deze optie om de gegevens op te slaan zonder de verbinding te testen.
●
Annuleren: Selecteer deze optie om de configuratie af te sluiten zonder op te slaan.
Stap drie: Contactpersonen toevoegen aan het e-mailadresboek
▲
Klik in het linkerdeelvenster op E-mailadresboek om e-mailadressen aan het adresboek van de printer
toe te voegen.
Om een afzonderlijk e-mailadres in te voeren, voert u de volgende stappen uit:
a.Voer in het veld Naam contactpersoon de naam van de nieuwe e-mailcontactpersoon in.
b.Voer in het veld E-mailadres contactpersoon het e-mailadres van de nieuwe e-
mailcontactpersoon in.
c.Klik op Toevoegen/Bewerken.
Om een e-mailgroep te maken, voert u de volgende stappen uit:
a.Klik op Nieuwe groep.
b.Voer in het veld Groepsnaam invoeren een naam voor de nieuwe groep in.
c.Klik in het gebied Alle individuele contactpersonen op een naam en klik vervolgens op de pijlknop
om deze naar het gebied Individuele contactpersonen in groep te verplaatsen.
OPMERKING: Selecteer meerdere namen in één keer door Ctrl ingedrukt te houden en
vervolgens op een naam te klikken.
d.Klik op Opslaan.
Stap vier: De standaardopties voor e-mail configureren
▲
Klik in het linkerdeelvenster op E-mailopties om de standaardopties voor e-mail te configureren.
a.Vul in het gebied Standaardonderwerp en hoofdtekst de volgende velden in:
NLWWDe functie Scannen naar e-mail instellen77
i.Voer in het veld Onderwerp e-mail een standaardonderwerpregel voor e-mailberichten in.
ii.Voer in het veld Hoofdtekst een aangepast standaardbericht voor e-mailberichten in.
iii.Selecteer Hoofdtekst weergeven om in te schakelen dat de standaardhoofdtekst in e-
mailberichten wordt weergegeven.
iv.Selecteer Hoofdtekst verbergen om de standaardhoofdtekst voor e-mailberichten te
onderdrukken.
b.Vul in het gebied Scaninstellingen de volgende velden in:
i.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Bestandstype scan de standaardbestandsindeling voor
gescande bestanden.
ii.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Papierformaat scan het standaardpapierformaat voor
gescande bestanden.
iii.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Scanresolutie de standaardresolutie voor gescande
bestanden.
OPMERKING: Afbeeldingen met een hogere resolutie bestaan uit meer dpi (dots per inch)
en geven om die reden meer details weer. Afbeeldingen met een lagere resolutie bestaan uit
minder dpi en geven dus minder details weer. De bestandsgrootte is echter kleiner.
iv.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Uitvoerkleur Zwart-wit of Kleur.
v.Voer in het veld Voorvoegsel bestandsnaam het voorvoegsel (bijv. Mijnscan) van een
bestand in.
c.Klik op Toepassen.
78Hoofdstuk 6 ScanNLWW
Scannen naar e-mail
Via het bedieningspaneel van de printer kunt u een bestand scannen en rechtstreeks naar een e-mailadres
verzenden. Het gescande bestand wordt als bijlage naar het geselecteerde e-mailadres verzonden.
OPMERKING: Om deze functie te gebruiken, moet de printer zijn verbonden met een netwerk en moet de
functie Scannen naar e-mail zijn geconfigureerd met behulp van de wizard Scannen naar e-mail instellen
(Windows) of de geïntegreerde webserver van HP.
1.Plaats het document op de glasplaat van de scanner volgens de indicatoren op de printer.
2.
Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop Scannen
3.Raak Scannen naar e-mail aan.
4.Raak E-mail verzenden aan.
5.Selecteer het Van-adres dat u wilt gebruiken. Dit wordt ook het profiel voor uitgaande e-mail genoemd.
OPMERKING:Toets de PIN in als de PIN-functie is ingesteld en raak de knop OK aan. Er is echter geen
PIN vereist om deze functie te gebruiken.
6.Raak de knop Aan aan en kies het adres of de groep waar u het bestand heen wilt sturen. Raak de knop
Gereed aan wanneer u klaar bent.
●
Als u het bericht naar een ander adres wilt sturen, raakt u Nieuw opnieuw aan en voert u het emailadres in.
7.Raak de knop Onderwerp aan indien u een onderwerp wilt toevoegen
8.Raak de knop Volgende aan.
9.Op het bedieningspaneel wordt een overzicht van de scaninstellingen weergegeven.
●
Als u de instellingen wilt wijzigen, raakt u de knop Instellingen aan en voert u de gewenste
wijzigingen door.
●
Als de instellingen correct zijn, gaat u verder met de volgende stap.
aan.
10. Druk op de knop Scannen om de scantaak te starten.
NLWWScannen naar e-mail79
Overige scantaken
Ga naar www.hp.com/support/colorljM477MFP.
Er zijn instructies beschikbaar voor het uitvoeren van specifieke scantaken, zoals:
●
Een algemene foto of document scannen
●
Scannen als bewerkbare tekst (OCR)
●
Meerdere pagina's scannen naar één bestand
80Hoofdstuk 6 ScanNLWW
7Fax
●
Configuratie om faxen te verzenden en te ontvangen
●
Een fax versturen
Voor meer informatie:
De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie
voor actuele informatie.
De uitgebreide Help van HP voor de printer omvat de volgende informatie:
●
Installeren en configureren
●
Leren en gebruiken
●
Problemen oplossen
●
Software- en firmware-updates downloaden
●
Meepraten op ondersteuningsforums
●
Informatie over garantie en wettelijke voorschriften zoeken
www.hp.com/support/colorljM477MFP
NLWW81
Configuratie om faxen te verzenden en te ontvangen
●
Voordat u begint
●
Stap 1: Het type telefoonverbinding bepalen
●
Stap 2: De fax instellen
●
Stap 3: Faxtijd, faxdatum en faxkopregel configureren
●
Stap 4: Een faxtest uitvoeren
Voordat u begint
Controleer of de printer volledig is ingesteld voordat u de faxservice aansluit.
OPMERKING: Sluit de printer op de telefoonaansluiting aan met de telefoonkabel en eventuele adapters die
bij de printer zijn geleverd.
OPMERKING: In landen/regio's waarin seriële telefoonsystemen worden gebruikt, wordt een adapter bij de
printer geleverd. Gebruik de adapter om andere telecomapparaten aan te sluiten op dezelfde
telefoonaansluiting als de aansluiting waarop de printer is aangesloten.
Voer de instructies in elk van de volgende vier stappen uit:
Stap 1: Het type telefoonverbinding bepalen op pagina 82.
Stap 2: De fax instellen op pagina 83.
Stap 3: Faxtijd, faxdatum en faxkopregel configureren op pagina 87.
Stap 4: Een faxtest uitvoeren op pagina 88.
Stap 1: Het type telefoonverbinding bepalen
Bekijk de volgende apparatuur en servicetypen om te bepalen welke configuratiemethode u moet gebruiken.
De gebruikte methode is afhankelijk van de apparatuur en services die al op het telefoonsysteem zijn
geïnstalleerd.
OPMERKING: De printer is een analoog apparaat. U wordt aanbevolen de printer op een vaste analoge
telefoonlijn aan te sluiten.
●
Specifieke telefoonlijn: De printer is het enige apparaat dat of de enige service die op de telefoonlijn is
aangesloten
●
Spraakoproepen: Spraak- en faxoproepen gebruiken dezelfde telefoonlijn
●
Antwoordapparaat: Een antwoordapparaat beantwoordt spraakoproepen op de telefoonlijn die ook
voor faxoproepen wordt gebruikt
●
Voicemail: Een voicemailabonnementsservice gebruikt dezelfde telefoonlijn als de fax
●
Service voor specifiek belsignaal: Een service van het telefoonbedrijf waarmee meerdere
telefoonnummers aan één telefoonlijn kunnen worden gekoppeld en elk nummer een eigen belpatroon
heeft. De printer detecteert het toegewezen belpatroon en beantwoordt de oproep.
●
Computerinbelmodem: Een computer gebruikt de telefoonlijn om via een inbelverbinding verbinding te
maken met internet
82Hoofdstuk 7 FaxNLWW
●
DSL-lijn: Een DSL-service (Digital Subscriber Line) van de telefoonmaatschappij; deze service wordt in
sommige landen/regio's ADSL genoemd
●
PBX- of ISDN-telefoonsysteem: Een PBX-telefoonsysteem (Private Branch Exchange) of een ISDNsysteem (Integrated Services Digital Network)
●
VoIP-telefoonsysteem: VoIP (Voice over Internet Protocol) via een internetprovider
Stap 2: De fax instellen
Klik hieronder op de koppeling die het best de omgeving beschrijft waarin de printer faxberichten zal
verzenden en ontvangen, en volg de installatie-instructies.
●
Specifieke telefoonlijn op pagina 83
●
Gedeelde spraak- en faxlijn op pagina 84
●
Gedeelde spraak- en faxlijn met een antwoordapparaat op pagina 85
Hier worden de instructies voor slechts drie van de verbindingstypen vermeld. Voor informatie over het
aansluiten van de printer op andere verbindingstypen, gaat u naar de ondersteuningswebsite
support/colorljM477MFP.
OPMERKING: Deze printer is een analoog faxapparaat. U wordt aanbevolen de printer op een vaste analoge
telefoonlijn aan te sluiten. Zorg dat de filters en digitale instellingen correct zijn ingesteld als u gebruikmaakt
van digitale verbindingen zoals DSL, PBX, ISDN of VolP. Neem voor meer informatie contact op met de
provider van de digitale service.
www.hp.com/
OPMERKING: Sluit niet meer dan drie apparaten aan op de telefoonlijn.
OPMERKING: Voicemail wordt op deze printer niet ondersteund.
Specifieke telefoonlijn
Volg deze stappen om de printer te installeren op een speciale telefoonlijn zonder extra services.
1.Sluit het meegeleverde telefoonsnoer aan op de faxaansluiting op de printer en op de
telefoonaansluiting in de muur.
OPMERKING:In bepaalde landen/regio's is mogelijk een adapter vereist voor gebruik van het
meegeleverde telefoonsnoer.
OPMERKING:Op sommige printers bevindt de faxpoort zich boven de telefoonpoort. Raadpleeg de
pictogrammen op de printer.
NLWWConfiguratie om faxen te verzenden en te ontvangen83
2.Stel de printer in op het automatisch beantwoorden van faxoproepen.
a.Zet de printer aan.
b.
Raak vanaf het beginscherm op het bedieningspaneel van de printer de knop Instellingen
c.Raak het menu Fax instellen aan.
d.Raak het menu Basisinstellingen aan.
e.Raak de instelling Antwoordmodus aan.
f.Raak de optie Automatisch aan.
3.Ga naar
Stap 3: Faxtijd, faxdatum en faxkopregel configureren op pagina 87.
Gedeelde spraak- en faxlijn
Volg deze stappen om de printer in te stellen op een gedeelde spraak- en faxlijn.
1.Koppel alle apparaten los die op de telefoonaansluiting zijn aangesloten.
2.Sluit het meegeleverde telefoonsnoer aan op de faxaansluiting op de printer en op de
telefoonaansluiting in de muur.
OPMERKING:In bepaalde landen/regio's is mogelijk een adapter vereist voor gebruik van het
meegeleverde telefoonsnoer.
OPMERKING:Op sommige printers bevindt de faxpoort zich boven de telefoonpoort. Raadpleeg de
pictogrammen op de printer.
aan.
84Hoofdstuk 7 FaxNLWW
3.Trek de stekker uit de poort voor de telefoonuitgang aan de achterkant van de printer en sluit een
telefoon aan op deze poort.
4.Stel de printer in op het automatisch beantwoorden van faxoproepen.
a.Zet de printer aan.
b.
Raak vanaf het beginscherm op het bedieningspaneel van de printer de knop Instellingen
c.Raak het menu Fax instellen aan.
d.Raak het menu Basisinstellingen aan.
e.Raak eerst de instelling Antwoordmodus en vervolgens de optie Automatisch aan.
5.Stel de printer in om te controleren of er een kiestoon is voordat een fax wordt verzonden.
OPMERKING:Zo voorkomt u dat er een fax wordt verzonden terwijl er iemand aan de telefoon is.
a.
Raak vanaf het beginscherm op het bedieningspaneel van de printer de knop Instellingen
b.Raak het menu Fax instellen aan.
c.Raak het menu Geavanceerde instellingen aan.
d.Raak eerst de instelling Kiestoon detecteren en vervolgens Aan aan.
6.Ga naar
Stap 3: Faxtijd, faxdatum en faxkopregel configureren op pagina 87.
Gedeelde spraak- en faxlijn met een antwoordapparaat
Volg deze stappen om de printer in te stellen op een gedeelde spraak- en faxlijn met een antwoordapparaat.
1.Koppel alle apparaten los die op de telefoonaansluiting zijn aangesloten.
aan.
aan.
2.Trek de stekker uit de poort voor de telefoonuitgang aan de achterkant van de printer.
3.Sluit het meegeleverde telefoonsnoer aan op de faxaansluiting op de printer en op de
telefoonaansluiting in de muur.
OPMERKING:In bepaalde landen/regio's is mogelijk een adapter vereist voor gebruik van het
meegeleverde telefoonsnoer.
OPMERKING:Op sommige printers bevindt de faxpoort zich boven de telefoonpoort. Raadpleeg de
pictogrammen op de printer.
NLWWConfiguratie om faxen te verzenden en te ontvangen85
4.Sluit de telefoonkabel van het antwoordapparaat aan op de poort voor de telefoonuitgang aan de
achterkant van de printer.
OPMERKING:Sluit het antwoordapparaat rechtstreeks aan op de printer; anders registreert het
antwoordapparaat misschien de faxtonen van een zendend faxapparaat en worden geen faxberichten
ontvangen.
OPMERKING:Als het antwoordapparaat geen ingebouwde telefoon heeft, sluit u voor het gemak een
telefoon aan op de OUT-poort van het antwoordapparaat.
OPMERKING:Op sommige printers bevindt de faxpoort zich boven de telefoonpoort. Raadpleeg de
pictogrammen op de printer.
5.Configureer de instelling Aantal belsignalen op de printer.
a.Zet de printer aan.
b.
Raak vanaf het beginscherm op het bedieningspaneel van de printer de knop Instellingen
c.Raak het menu Fax instellen aan.
d.Raak het menu Basisinstellingen aan.
e.Raak de optie Aantal belsignalen aan.
f.Gebruik het numerieke toetsenblok op het bedieningspaneel van de printer om het aantal
belsignalen in te stellen op 5 of meer en raak vervolgens de knop OK aan.
g.Raak de knop
aan om terug te keren naar het hoofdmenu.
6.Stel de printer in op het automatisch beantwoorden van faxoproepen.
a.
Raak vanaf het beginscherm op het bedieningspaneel van de printer de knop Instellingen
b.Raak het menu Fax instellen aan.
c.Raak het menu Basisinstellingen aan.
d.Raak eerst de instelling Antwoordmodus en vervolgens de optie Automatisch aan.
aan.
aan.
e.Raak de knop
aan om terug te keren naar het hoofdmenu.
7.Stel de printer in om te controleren of er een kiestoon is voordat een fax wordt verzonden.
OPMERKING:Zo voorkomt u dat er een fax wordt verzonden terwijl er iemand aan de telefoon is.
86Hoofdstuk 7 FaxNLWW
a.
Raak vanaf het beginscherm op het bedieningspaneel van de printer de knop Instellingen
b.Raak het menu Fax instellen aan.
c.Raak het menu Geavanceerde instellingen aan.
d.Raak eerst de instelling Kiestoon detecteren en vervolgens de knop Aan aan.
aan.
8.Ga naar
Stap 3: Faxtijd, faxdatum en faxkopregel configureren op pagina 87.
Stap 3: Faxtijd, faxdatum en faxkopregel configureren
Configureer de faxinstellingen van de printer volgens een van de volgende methoden:
●
HP Wizard Faxinstellingen op pagina 87 (aanbevolen methode)
●
Bedieningspaneel van de printer op pagina 87
●
Geïntegreerde webserver van HP (EWS) en HP Device Toolbox (Windows) op pagina 88 (als de
software is geïnstalleerd)
OPMERKING: In de Verenigde Staten en in veel andere landen/regio's is het wettelijk verplicht de tijd, de
datum en andere faxkopregelgegevens in te stellen.
HP Wizard Faxinstellingen
Open de wizard Fax instellen na de eerste installatie en softwareconfiguratie door deze stappen uit te voeren.
OPMERKING: De Wizard Fax instellen is alleen beschikbaar in het besturingssysteem Windows 7.
1.Klik op Start en vervolgens op Programma's.
2.Klik achtereenvolgens op HP, de naam van de printer en wizard HP Fax instellen.
3.Volg de scherminstructies in de wizard Fax instellen van HP om de faxinstellingen te configureren.
4.Ga naar
Stap 4: Een faxtest uitvoeren op pagina 88.
Bedieningspaneel van de printer
Voer de volgende stappen uit om de datum, tijd en faxkopregel in te stellen via het bedieningspaneel.
1.
Raak in het beginscherm de knop Instellingen
2.Raak het menu Fax instellen aan.
3.Raak het menu Basisinstellingen aan.
4.Ga naar en raak de knop Tijd/Datum aan.
5.Selecteer de 12-uursklok of 24-uursklok.
6.Gebruik het toetsenblok om de huidige tijd in te voeren en raak vervolgens de knop OK aan.
OPMERKING:Raak indien nodig de knop 123 aan om een toetsenblok met speciale tekens weer te
geven.
7.Selecteer datumnotatie.
aan.
NLWWConfiguratie om faxen te verzenden en te ontvangen87
8.Gebruik het toetsenblok om de huidige datum in te voeren en raak vervolgens de knop OK aan.
9.Raak het menu Faxkop aan.
10. Gebruik het toetsenblok om het faxnummer in te voeren en raak vervolgens de knop OK aan.
OPMERKING:Het maximumaantal tekens voor het faxnummer is 20.
11. Gebruik het toetsenblok om de naam of kopregel van het bedrijf in te voeren en raak vervolgens de
knop OK aan.
OPMERKING:Het maximumaantal tekens voor de kopregel van de fax is 25.
12. Ga naar Stap 4: Een faxtest uitvoeren op pagina 88.
Geïntegreerde webserver van HP (EWS) en HP Device Toolbox (Windows)
1.HP EWS openen vanuit het menu Start of vanuit de webbrowser.
Menu Start
a.Klik op de knop Start en vervolgens op Programma's.
b.Klik op uw HP printergroep en vervolgens op het item HP Device Toolbox.
Webbrowser
a.
Raak de knop Verbindingsinformatie
van de printer en raak vervolgens de knop Netwerk verbonden
om het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
b.Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt
weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord
van de pc. De geïntegreerde webserver wordt geopend.
OPMERKING: Als uw internetbrowser het bericht Er is een probleem met het
beveiligingscertificaat van deze website weergeeft als u de EWS probeer te openen, klikt u op
Doorgaan naar deze website (niet aanbevolen).
Doorgaan naar deze website (niet aanbevolen) is niet schadelijk voor de computer terwijl u
navigeert in de EWS van de HP-printer.
2.Klik op het tabblad Fax.
3.Volg de aanwijzingen op het scherm om de faxinstellingen te configureren.
4.Ga naar
Stap 4: Een faxtest uitvoeren op pagina 88.
Stap 4: Een faxtest uitvoeren
aan in het beginscherm op het bedieningspaneel
of Wi-Fi-netwerk AAN aan
Voer een faxtest uit om te controleren of de fax correct is ingesteld.
1.
Raak in het beginscherm de knop Instellingen
2.Ga naar het menu Service en raak het aan.
88Hoofdstuk 7 FaxNLWW
aan.
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.