Lees ook de Backup Utility en Digital Video
Software gebruiksaanwijzing (als PDF bestand).
CEL-SH3WA280
Page 2
Inleiding
Belangrijke gebruiksinstructies
WAARSCHUWING!
WAARSCHUWING!
VOORKOM ELEKTRISCHE SCHOKKEN. VERWIJDER DAAROM DE
AFDEKKING (OF ACHTERZIJDE) NIET. IN HET APPARAAT BEVINDEN ZICH
GEEN ONDERDELEN DIE DE GEBRUIKER ZELF MAG OF KAN REPAREREN.
LAAT DIT DOEN DOOR GEKWALIFICEERD ONDERHOUDSPERSONEEL.
VOORKOM BRAND OF ELEKTRISCHE SCHOKKEN. STEL DIT PRODUCT
DAAROM NIET BLOOT AAN REGEN OF VOCHT.
VOORZICHTIG:
VOORZICHTIG:
HAAL DE STEKKER VAN HET NETSNOER UIT HET STOPCONTACT ALS U HET APPARAAT NIET
GEBRUIKT.
De stekker moet u gebruiken om het apparaat uit te schakelen. U moet de stekker direct
kunnen bereiken als zich een ongeval voordoet.
Als de compacte netadapter ingeschakeld is, mag u deze niet in een doek wikkelen of met een
doek afdekken, of in een besloten, te krappe ruimte leggen. Doet u dat wel, dan kan de
compacte netadapter te heet worden of de plastic behuizing vervormd raken, waardoor u
mogelijk bloot komt te staan aan elektrische schokken of brand kan optreden.
Het identificatieplaatje CA-570 bevindt zich aan de onderzijde.
Dit product is geclassificeerd onder IEC60825-1:1993 en EN60825-1:1994.
VOORKOM ELEKTRISCHE SCHOKKEN EN STORENDE INTERFERENTIES.
GEBRUIK DAAROM ALLEEN DE AANBEVOLEN ACCESSOIRES.
De camcorder kan beschadigd raken als een ander apparaat dan de compacte
netadapter CA-570 wordt gebruikt.
2
Page 3
Met uw camcorder genieten van
High-Definition Video
Leg met High-Definition-opnamen uw meest gekoesterde momenten vast, of het
nu om een onvergetelijk landschap gaat of om de plezierige momenten met uw
familie en vrienden. En dat met een kwaliteit die alleen onderdoet voor de
werkelijkheid van die momenten zelf.
Wat is High-Definition Video?
Met High-Definition (HD) Video maakt u met gebruik
van AVCHD-compressie op de ingebouwde harde schijf
video-opnamen van ongeëvenaard hoge kwaliteit.
HD-video is samengesteld uit 1080 horizontale lijnen.
Dat is meer dan tweemaal zoveel als het aantal
horizontale lijnen en circa viermaal zoveel als het aantal
pixels in vergelijking met TV-uitzendingen op basis van
de Standard-Definition. Met deze techniek krijgt u rijke
kleuren en zeer gedetailleerde video-opnamen.
“Full HD 1080” heeft betrekking op Canon-camcorders die compatibel
zijn met High-Definition Video die is samengesteld uit 1080 verticale
pixels (scanlijnen).
Wat is Cinema Mode?
Geef aan uw opnamen een cinematografisch karakter door gebruik te maken van het
opnameprogramma [ CINE MODE/CINEMAMODUS] (48). Combineer dit
opnameprogramma met de 25 fps progressieve beeldsnelheid [ PF25] (43)
om de
25p cinemamodus te verkrijgen, waardoor het cinematografische effect wordt
versterkt (49).
1080 lijnen
NL
Hoe kan de ingebouwde harde schijf het opnemen
vergemakkelijken?
Omdat deze camcorder automatisch video opneemt op de ongebruikte ruimte op de
harde schijf, hoeft u zich geen zorgen te maken dat u per abuis opnamen maakt over
belangrijke video-opnamen die al op de harde schijf staan. Maar ook kunt u tot
9 1/2 uur video opnemen in de XP-modus (31). Daarnaast kunt u de software op
de CD-ROM Corel Application Disc gebruiken om uw video's te kopiëren naar een
computer, als backup, of om deze op de computer af te spelen en te bewerken.
Raadpleeg de Installatie- en gebruikershandleiding op de Corel Application Disc.
3
Page 4
Belangrijke opmerkingen over
de harde schijf
Met uw camcorder met harde schijf kunt u vele uren video opnemen en opslaan.
Er is echter een verschil tussen het opnemen op een harde schijf en het
opnemen op andere media. Houd u bij gebruik van uw camcorder aan de
richtlijnen hieronder. Raadpleeg Hoe u de camcorder moet behandelen (97)
voor meer bijzonderheden.
Maak periodiek een backup van uw
opnamen
Zorg ervoor dat u uw films kopieert naar een
extern apparaat zoals een computer of DVDrecorder (37) en maak periodiek backups.
Stel de camcorder niet bloot aan trillingen
of stoten
De harde schijf is een apparaat met hoge
precisie. U kunt uw gegevens voorgoed
kwijtraken als de camcorder wordt blootgesteld
aan trillingen of hevige stoten, of als u de
camcorder laat vallen.
Houd, indien mogelijk, de valsensor
ingeschakeld
Als de camcorder valt, wordt dit gedetecteerd
door de valsensor (44), waarna een
beveiligingsmechanisme wordt geactiveerd om
te voorkomen dat de harde schijf beschadigd
raakt. Indien u deze functie uitschakelt, wordt
dit mechanisme niet geactiveerd. Maar zelfs
wanneer deze functie op [ ON/AAN] is
ingesteld, kan de harde schijf beschadigd
raken als u de camcorder laat vallen.
Ontkoppel de stroombron niet terwijl de
indicator van de harde schijf brandt of
knippert
Om schade aan de harde schijf te voorkomen,
mag u de stroombron niet ontkoppelen en de
camcorder niet uitschakelen terwijl de indicator
van de harde schijf brandt of knippert.
4
Page 5
Belangrijke opmerkingen over de harde schijf
Gebruik de camcorder alleen binnen het
temperatuurbereik waarbij de camcorder
mag worden gebruikt.
Indien de temperatuur van de camcorder te
heet of te koud wordt, kan het gebeuren dat
het opnemen/afspelen wordt stopgezet om
schade aan de harde schijf te voorkomen.
Gebruik de camcorder niet op grote
hoogte.
De harde schijf kan beschadigd raken als u de
camcorder inschakelt of gebruikt op plaatsen
met een lage atmosferische druk, zoals
hoogtes boven 3000 meter.
Initialiseer de harde schijf als films niet
op de normale wijze kunnen worden
opgenomen of afgespeeld.
De harde schijf kan in de loop der tijd
gefragmenteerd raken door het herhaaldelijk
opnemen en verwijderen van films, waardoor
de prestatie kan verslechteren. In dat geval
moet u de harde schijf initialiseren.
NL
Beveilig persoonlijke informatie op de
harde schijf.
Indien u de harde schijf initialiseert of films
verwijdert, worden de opgeslagen gegevens
echter niet fysiek verwijderd. Houd hier
rekening mee als u de camcorder afdankt of
deze aan een ander persoon geeft.
5
Page 6
Inhoudsopgave
Inleiding ____________________________________
3Met uw camcorder genieten van High-Definition Video
4Belangrijke opmerkingen over de harde schijf
10Wat u moet weten over deze handleiding
11Kennismaking met de camcorder
11Bijgeleverde accessoires
12Overzicht van bedieningselementen
15Schermgegevens
Voorbereidingen ______________________________
18Beginnen
18De accu opladen
19De draadloze afstandsbediening en accessoires voorbereiden
21Basisbediening van de camcorder
21Aan/uit-schakelaar
21Bedieningsstanden
22Navigatietoetsen en keuzewiel
22Functie-aanduiding
23Gebruik van de menu’s
24Eerste instellingen
24De datum en tijd instellen
25De taal wijzigen
25De tijdzone wijzigen
26Voorbereidingen voordat u begint met opnemen
26De stand en helderheid van het LCD-scherm instellen
27Een geheugenkaart plaatsen en verwijderen
34Afspelen en een backup maken van uw video-opnamen
34De video afspelen
34Het volume bijstellen: Luidspreker en hoofdtelefoon
37Een backup maken van uw video-opnamen
37Scènes opzoeken op datum
38Scènes verwijderen.
39Schermgegevens (datacodering)
39Menu-opties - Overzicht
39Menu FUNC.
41Instellingsmenu's
41
44Functies op de harde schijf (informatie over het gebruik
45Bedieningsfuncties voor foto’s (kaart initialiseren,
48Aan uw opnamen een cinematografisch karakter geven
49Speciale scènes
51 Flexibel opnemen: Het diafragma en de sluitertijd wijzigen
52Minivideolamp
53Zelfontspanner
53Handmatige scherpstelling
54Automatische tegenlichtcorrectie en handmatige instelling van
55Witbalans
56Beeldeffecten
57Digitale effecten
58Gebruik van een externe microfoon
van de harde schijf, de harde schijf initialiseren, etc.)
kopiëren van schijf naar kaart, etc.)
selecteren, etc.)
de belichting
7
Page 8
Video (vervolg) _______________________________
60Scènes beheren en de harde schijf
60Een afspeellijst maken
60Scènes verplaatsen in de afspeellijst
61De harde schijf initialiseren
Foto's ______________________________________
62Opnemen
62Foto's maken
63De grootte en kwaliteit van foto's selecteren
64De laatste, zojuist gemaakte foto wissen
64Weergeven
64Foto's bekijken
66Foto's tijdens weergave vergroten
66Foto's wissen
67Aanvullende informatie
67Flitser
68Continu-opnamen en reeksopnamen (beeldopnamestand)
69Automatische scherpstellingsvoorkeuze
70Lichtmetingsmethode
70Histogram en andere camcordergegevens
71Een foto maken tijdens het opnemen van een film
72Een foto maken van een scène die wordt afgespeeld
72Foto's beveiligen
73De geheugenkaart initialiseren
74Foto's afdrukken
74Foto's afdrukken - Direct afdrukken
75De afdrukinstellingen selecteren
77Snij-instellingen
78Afdrukopdrachten
8
Page 9
Externe aansluitingen _________________________
80Aansluiting op een TV of videorecorder
81Aansluitschema's
82Afspelen op een TV-scherm
84Uw opnamen kopiëren naar een externe videorecorder
85Aansluiten op een computer
85PC-aansluitschema
85Foto's kopiëren - direct kopiëren
88Kopieeropdrachten
Aanvullende informatie ________________________
89Problemen?
89Problemen oplossen
93Overzicht van berichten
97Wat u wel en niet moet doen
97Hoe u de camcorder moet behandelen
100De batterij verwijderen
101Voeding/overig
102Gebruik van de camcorder in het buitenland
Bedankt dat u hebt gekozen voor de Canon HG10. Neem deze handleiding zorgvuldig
door voordat u de camcorder in gebruik neemt en bewaar de handleiding op een
gemakkelijk bereikbare plaats, zodat u deze later altijd kunt raadplegen. Mocht uw
camcorder niet goed werken, raadpleeg dan de tabel Problemen oplossen (89).
Conventies die in deze handleiding worden toegepast
•BELANGRIJK: Onder BELANGRIJK in deze handleiding wordt een beschrijving
gegeven van de voorzorgsmaatregelen die betrekking hebben op de bediening van
de camcorder.
•OPMERKINGEN: Onder OPMERKINGEN in deze handleiding wordt een
beschrijving gegeven van de overige functies die de basisbediening van de
camcorder complementeren.
•WAAR U OP MOET LETTEN: Beperkingen die van toepassing zijn als de
beschreven functie niet in alle bedieningsstanden beschikbaar is (de
bedieningsstand waarin de camcorder moet worden ingesteld, etc.).
•: Paginanummer waarnaar wordt verwezen.
• In deze handleiding worden de volgende termen gebruikt:
“Scherm” heeft betrekking op het LCD-scherm en het zoekerscherm.
“Scène” heeft betrekking op één filmeenheid vanaf het punt dat u de START/
STOP-toets indrukt om met opnemen te beginnen totdat u opnieuw deze toets
indrukt om een pauze in te lassen.
De in deze handleiding gebruikte termen "harde schijf" en "HDD" hebben beide
betrekking op de ingebouwde harde schijf van de camcorder.
• De foto’s in deze handleiding zijn gesimuleerde foto’s die zijn gemaakt met een
fotocamera.
De taal wijzigen
Opties
[DEUTSCH] [] []
ROMAN
[ENGLISH]
Menu-onderdeel zoals weergegeven in
de standaardinstelling
Toetsen en schakelaars die moeten
worden gebruikt
Namen van andere toetsen en schakelaars dan de
navigatietoetsen worden aangeduid binnen een
“toets”-kader.
Bijvoorbeeld .
Vierkante haakjes [ ] en hoofdletters worden gebruikt
voor menu-opties zoals die op het scherm worden
weergegeven. In menukeuzelijsten en optietabellen
wordt de standaardwaarde in vet weergegeven.
Bijvoorbeeld [ON/AAN], [OFF/UIT]
FUNC.
[TÜRKÇE] []
[ESPAÑOL ] [] [ ]
[
FRANÇAIS
][][ ]
[ITALIANO] [ ][ ]
[POLSKI] [ ]
FUNC.
(23)
1 Druk op .
2 Druk op of om het pictogram
om de instellingsmenu's te openen.
3 Druk op of om [DISPLAY
SETUP/INSTELLING DISPLAY]te
selecteren en druk op .
Standaardwaarde
DISPLAYSETUP/Instelling display
LANGUAGE /Taal ENGLISH
FUNC.
te selecteren en druk op
10
Page 11
Kennismaking met de camcorder
Bijgeleverde accessoires
NL
Draadloze
afstandsbediening WL-D86
USB-kabel IFC-400PCU
Schouderriem SS-900**
Compacte netadapter
CA-570 (incl. netsnoer)
S-componentkabel
CTC-100
Rode • Groene •
Blauwe stekkers
CD-ROM* met de software
DIGITAL VIDEO
Solution Disk
Accu BP-2L13
Lithiumknoopbatterij
CR2025 voor draadloze
afstandsbediening
Stereovideokabel STV-250N
Gele • Rode •
Witte stekkers
CD-ROM met software
en gedrukte
gebruikershandleiding
Corel Application Disc
CD-ROM* met de software
Backup Utility
* De CD-ROM bevat de softwarehandleiding
(elektronische versie als PDF-bestand).
**Alleen Europa.
11
Page 12
Inleiding
Overzicht van bedieningselementen
Aanzicht linkerzijde
Aanzicht rechterzijde
Vooraanzicht
QUICK START-toets (snelstarttoets) en
standby-lamp (32)
DISP.-toets (voor gegevens op scherm)
(39, 70)
Afdruk/deeltoets (75, 85)
Aansluitpunt USB (85)
CARD-indicator (kaarttoegangsindicator)
(62)
Geheugenkaartsleuf (open de afdekking
om toegang te krijgen) (27)
Luidspreker (34)
Afdekplaatje aansluitpunten
Mini-aansluitpunt HDMI OUT (81, 83)
Aansluitpunt COMPONENT OUT (81)
Aansluitpunt AV OUT/ (80)
Handgreepriem (19)
Aansluitpunt riem
Flitser (67)
Instant-AF-sensor voor onmiddellijke
scherpstelling (42)
Aansluitpunt MIC (59)
Sensor voor afstandsbediening (20)
Minivideolamp (52)
Namen van andere toetsen en schakelaars dan
de navigatietoetsen worden aangeduid binnen
een “toets”-kader (bijvoorbeeld ).
FUNC.
12
Page 13
Achteraanzicht
LCD-paneel
Bovenaanzicht
Zoeker (30)
Oogcorrectieregelaar (30)
HDD-indicator (indicator van de harde
ingesteld en vergrendeld (62)
Camcordertrillingswaarschuwing (41)
Beeldnummer (47)
Huidig beeld / Totaal aantal beelden
Histogram (70)
Datum en tijd van opname
Beeldbeveiligingspictogram (72)
Handmatige scherpstelling (53)
Handmatige belichting (54)
Beeldgrootte (63)
Bestandsgrootte
Diafragmawaarde (51)
Sluitertijd (51)
16
Page 17
Opnameherinnering
De camcorder telt van 1 tot 10 seconden
wanneer u begint op te nemen. Dit komt van
pas om scènes te vermijden die te kort zijn.
25F progressieve beeldsnelheid
Selecteer de 25F progressieve beeldsnelheid
(43) om aan uw opnamen een
cinematografisch karakter te geven.
U kunt deze beeldsnelheid combineren met
het opnameprogramma [CINE MODE/
CINEMAMODUS] (48) om het effect te
versterken.
Werking harde schijf
Opnemen, Opnamepauze,
Afspelen, Afspeelpauze,
Snel vooruit afspelen,
Snel achteruit afspelen,
In slow motion vooruit afspelen,
In slow motion achteruit afspelen
Resterende opnameduur
Als er op de harde schijf geen vrije ruimte meer
is, wordt “END/Einde” weergegeven en
stopt de opname.
Aantal foto’s dat beschikbaar is op de
kaart
knipperend in rood: Geen kaart aanwezig
in groen: 6 of meer beelden
in geel: 1 t/m 5 beelden
in rood: Er kunnen geen foto’s meer
worden gemaakt
• Tijdens het bekijken van foto’s is het display
altijd groen.
• Het kan voorkomen dat het getal dat aangeeft
hoeveel foto’s nog kunnen worden gemaakt,
niet afneemt nadat een foto is gemaakt. Ook
kan het voorkomen dat het aantal foto’s dat
nog kan worden gemaakt, op het display na
een opname ineen
deze situaties zich voordoet, hangt af van de
opnameomstandigheden.
Kaart/schijftoegangsdisplay
wordt weergegeven naast het aantal
beschikbare foto’s terwijl de camcorder de
geheugenkaart beschrijft.
Geschatte resterende accucapaciteit
• Vervang de accu door een volledig opgeladen
accu als “” in rood wordt weergegeven.
•Als u een lege accu aansluit, wordt de
camcorder mogelijk uitgeschakeld zonder dat
“” wordt weergegeven.
• Mogelijk wordt de resterende accucapaciteit
niet nauwkeurig aangegeven. Dit hangt af van
de omstandigheden waaronder de camcorder
en accu worden gebruikt.
Beeldnummer
Het beeldnummer geeft de naam en locatie aan
van het bestand op de geheugenkaart. Voorbeeld:
de bestandsnaam van beeld 101-0107 is
“IMG_0107.JPG”, opgeslagen onder de map
“DCIM\101CANON”.
s met 2 afneemt. Of een van
NL
17
Page 18
Voorbereidingen
In dit hoofdstuk volgt een beschrijving van de elementaire
bedieningshandelingen, zoals het navigeren door menu's, en de
instellingen die u de eerste keer moet verrichten. Zo raakt u snel
vertrouwd met uw camcorder.
Beginnen
De accu opladen
De camcorder kan van stroom worden
voorzien met een accu of rechtstreeks
met de compacte netadapter. Laad de
accu vóór gebruik op.
Raadpleeg de tabellen op pagina 105
voor meer informatie over de geschatte
oplaadduur, en opname- en
afspeelduur met een volle accu.
Verwijder de
afdekplaat van de
accu voordat u de
accu plaatst
BATTERY RELEASE-
schakelaar
1 Zet de camcorder uit.
2 Plaats de accu in de camcorder.
Druk de accu zachtjes in het
aansluitpunt en schuif de accu
omhoog totdat deze vast klikt.
CHG-indicator (oplaadindicator)
Aansluitpunt DC-IN
3 Sluit het netsnoer aan op de
compacte netadapter.
4 Steek de stekker van het netsnoer
in een stopcontact.
5 Sluit de compacte netadapter aan
op het aansluitpunt DC-IN van de
camcorder.
• De CHG-indicator begint te
knipperen. De indicator blijft
branden als de accu is opgeladen.
• De compacte netadapter kunt u
ook gebruiken zonder dat er in de
camcorder een accu is geplaatst.
• Als de compacte netadapter
aangesloten is, wordt de stroom
van de accu niet verbruikt.
18
Page 19
ZODRA DE ACCU VOLLEDIG OPGELADEN IS
1 Haal de compacte netadapter uit
de camcorder.
2 Haal het netsnoer uit het
stopcontact en de compacte
netadapter.
DE ACCU VERWIJDEREN
BATTERY RELEASE
Schuif in de
richting van de pijl en houd deze
schakelaar ingedrukt. Schuif de accu
omlaag en trek de accu vervolgens
naar buiten.
BELANGRIJK
• Zet de camcorder uit voordat u de
compacte netadapter aansluit of
verwijdert. Nadat u de schakelaar
op zet, worden belangrijke
bestandstoewijzingsgegevens op de
harde schijf bijgewerkt. Wacht totdat het
LCD-display volledig uitgeschakeld
wordt.
• Tijdens gebruik kan de compacte
netadapter enig lawaai produceren. Dit
is normaal en duidt niet op een storing.
• Het verdient aanbeveling de accu op te
laden bij temperaturen tussen 10 °C en
30 °C. Buiten het temperatuurbereik
tussen 0 °C en 40 °C wordt het opladen
niet gestart.
• Sluit op het aansluitpunt DC-IN van de
camcorder of op de compacte
netadapter geen elektrische apparatuur
aan die niet uitdrukkelijk is aanbevolen
voor gebruik met deze camcorder.
• Sluit de bijgeleverde compacte
netadapter niet aan op
spanningsomzetters bij reizen naar
andere continenten of op speciale
stroombronnen zoals die in vliegtuigen
en schepen, DC-AC-omzetters, etc.
Hiermee voorkomt u dat het apparaat
uitvalt of te heet wordt.
OPMERKINGEN
• De CHG-indicator (oplaadindicator)
geeft ook bij benadering aan in hoeverre
de accu nog opgeladen is.
Brandt voortdurend
opgeladen.
Knippert snel tweemaal met een
tussenpoos van 1 seconde: De accu is
ten minste voor 50% opgeladen. Als de
indicator snel knippert, maar niet exact
in dit patroon, raadpleeg dan Problemen oplossen (89).
Knippert éénmaal met een tussenpoos
van 1 seconde: Resterende
accucapaciteit is minder dan 50%.
• Wij raden u aan twee- tot driemaal
zoveel opgeladen accu’s bij de hand te
houden dan u nodig denkt te hebben.
: Accu is volledig
De draadloze afstandsbediening en
accessoires voorbereiden
Plaats eerst de bijgeleverde
lithiumknoopbatterij CR2025 in de
draadloze afstandsbediening.
Lipje
1 Druk het lipje in de richting van de
pijl en trek de batterijhouder naar
buiten.
NL
19
Page 20
Voorbereidingen
2 Plaats de lithiumknoopbatterij
zodanig dat de pluszijde (+) naar
boven is gericht.
3 Plaats de batterijhouder terug.
Richt de draadloze afstandsbediening
op de sensor van de camcorder
als u op de toetsen van de
afstandsbediening drukt.
OPMERKINGEN
• De draadloze afstandsbediening werkt
mogelijk niet goed als de sensor
blootstaat aan fel licht of direct zonlicht.
• Als de draadloze afstandsbediening niet
werkt, controleer dan of [WL.REMOTE/
AFSTANDSBEDIENING] niet ingesteld is
op [ OFF /UIT] (46). Vervang
anders de batterij.
• Als de optionele teleconverter of
groothoekconverter op de camcorder
aangesloten is, kan deze gedeeltelijk
een obstructie vormen voor de sensor.
Gebruik de draadloze
afstandsbediening dan vanuit een
andere hoek.
Accessoires
1 Maak de handgreepriem vast.
Stel de handgreepriem zo af dat u
met uw wijsvinger en middelvinger
de zoomregelaar en met uw duim de
START/STOP
toets kunt bereiken.
2 Bevestig de bijgeleverde
schouderriem.
Haal de uiteinden door het
riembevestigingspunt en stel de
lengte van de riem bij.
20
Page 21
ALS U DE CAMCORDER OP EEN STATIEF
MONTEERT
Laat de zoeker niet
blootgesteld staan aan
direct zonlicht, omdat de
lens (vanwege de hoge
lichtconcentratie) anders
kan inbranden. Gebruik
geen statieven met
montageschroeven die langer zijn dan
5,5 mm. Als u dat wel doet, kan de
camcorder beschadigd raken.
Basisbediening van de
camcorder
NL
Aan/uit-schakelaar
Vergrendelingsknop
Met de schakelaar wordt de
camcorder niet alleen in- en
uitgeschakeld, maar kunt u ook de
bedieningsstand kiezen.
De camcorder inschakelen: Houd de
vergrendelingsknop ingedrukt en zet de
schakelaar op ON.
De bedieningsstand wijzigen: Draai vanuit
de stand ON de schakelaar
kortstondig naar MODE en laat de
schakelaar daarna los. Hierdoor wisselt
u tussen opnemen (CAMERA/Opnemen
- rode indicator) en afspelen (PLAY/
Afspelen - groene indicator).
Bedieningsstanden
De bedieningsstand van de camcorder
wordt bepaald door de schakelaar
en de stand van de schakelaar
/ . In deze handleiding wordt
met aangegeven dat een functie
beschikbaar is in de getoonde
bedieningsstand en wordt met
aangegeven dat de functie niet
beschikbaar is. Als geen
bedieningsstandsymbolen worden
21
Page 22
Voorbereidingen
getoond, dan is de functie in alle
bedieningsstanden beschikbaar.
Navigatietoetsen en keuzewiel
Deze camcorder is op het LCD-paneel
uitgerust met navigatietoetsen (de
toetsen / / / ) en een keuzewiel
om de verschillende functies uit te
voeren. Welke functies op de
navigatietoetsen en het keuzewiel
van toepassing zijn, hangt af van de
bedieningsstand en de instellingen
van de camcorder.
Druk op de navigatietoetsen om een item
te selecteren of instellingen te wijzigen.
Druk op om de instellingen op te slaan of
een actie te bevestigen. Op menuschermen
wordt dit aangegeven met het pictogram .
Bedieningsstand
Indicator
bedieningsstand
(Rood)
(Groen)
Schakelaar /Weergegeven
In plaats van op of te drukken,
kan voor veel functies ook aan het
keuzewiel worden gedraaid. Ook zijn er
functies waarbij het verdraaien van het
keuzewiel hetzelfde effect heeft als
wanneer u op of drukt. Er zijn
evenwel ook functies waarvoor het
keuzewiel niet kan worden gebruikt.
Functie-aanduiding
Druk op om de functie-aanduiding
weer te geven of te verbergen. In de
afbeeldingen van de handleiding
worden posities die niet relevant zijn
voor de functie waarover informatie
wordt gegeven, gemarkeerd met een
gestreept patroon.
Functie
Films opnemen op de
harde schijf
Foto’s maken op de
geheugenkaart
Films afspelen vanaf de
harde schijf
Foto’s bekijken vanaf de
geheugenkaart
(Films)
(Foto's)
(Films)
(Foto's)
pictogram
(Groen)
(Blauw)
29
62
34
64
22
Page 23
Deze posities kunnen, afhankelijk van de
bedieningsstand, leeg zijn of worden
aangeduid met een ander pictogram
dan in de afbeelding.
NEXT
Als de functie-aanduiding meerdere
‘pagina’s’ bevat, worden aan de onderzijde
de optie [NEXT/VOLGENDE] en het
vervolgpictogram ( ) weergegeven.
Druk op om de volgende “pagina” van
de functie-aanduiding op te roepen.
Gebruik van de menu’s
Veel camcorderfuncties kunnen worden
ingesteld met de menu’s die u kunt
openen door de toets FUNC. () in
FUNC.
te drukken.
Raadpleeg Menu-opties - Overzicht
(39) voor bijzonderheden over de
beschikbare menuopties en
instellingen.
Een optie selecteren in het menu FUNC.
2 Druk op of om in de kolom
aan de linkerzijde het pictogram te
selecteren van de functie die u wilt
wijzigen.
• Niet-beschikbare menuonderdelen worden gedimd
weergegeven.
• U kunt ook het keuzewiel
gebruiken.
3 Druk op of om op de balk
aan de onderzijde uit de
beschikbare opties de gewenste
instelling te selecteren.
• De geselecteerde optie wordt
geaccentueerd in een lichtblauwe
kleur.
• Bij sommige instellingen moet u
verdere keuzes maken en/of op
drukken. Volg de extra
bedieningsaanduidingen die op
het scherm verschijnen (zoals het
pictogram , kleine pijlen, etc.).
4 Druk op om de instellingen
op te slaan en het menu te sluiten.
U kunt op elk moment op
drukken om het menu te sluiten.
Een optie selecteren in de
instellingsmenu's
FUNC.
FUNC.
NL
FUNC.
(23)
1 Druk op .
FUNC.
FUNC.
(23)
23
Page 24
Voorbereidingen
1 Druk op .
FUNC.
2 Gebruik de navigatietoetsen
om het pictogram te
selecteren en druk op om de
instellingsmenu's te openen.
U kunt ook langer dan 1
seconde ingedrukt houden of op de
draadloze afstandsbediening op
MENU
de instellingsmenu’s direct te
openen.
FUNC.
drukken om het scherm van
3 Druk op of om in de kolom
aan de linkerzijde het gewenste
menu te selecteren en druk op
.
Dit titel van het geselecteerde menu
verschijnt aan de bovenzijde van het
scherm en daaronder ziet u de lijst
met opties.
4 Druk op of om de instelling
te selecteren die u wilt wijzigen en
druk op .
• De oranje keuzebalk geeft de
momenteel geselecteerde menuinstelling aan. Niet-beschikbare
onderdelen worden weergegeven
in zwart.
• Druk op om terug te keren naar
het menukeuzescherm (stap 3).
5 Druk op of om de gewenste
optie te selecteren en druk op
om de instelling op te slaan.
6 Druk op .
U kunt op elk moment op
drukken om het menu te sluiten.
U kunt ook het keuzewiel gebruiken om
door de menu's te navigeren en
instellingen aan te passen.
24
FUNC.
FUNC.
OPMERKINGEN
Eerste instellingen
De datum en tijd instellen
U moet de datum en tijd van de
camcorder instellen voordat u deze
kunt gebruiken. Het scherm [DATE/
TIME-DATUM/TIJD] (het scherm voor
instelling van de datum en tijd)
verschijnt automatisch indien de klok
van de camcorder niet ingesteld is. U
moet dan de datum en tijd instellen.
Indien het scherm [DATE/TIME-DATUM/
TIJD] (het scherm voor de instelling van
de datum en tijd) verschijnt, wordt het
jaar weergegeven in oranje en
aangeduid met omhoog/omlaag-pijlen.
1 Druk op of om het jaar te
wijzigen en druk vervolgens op
om naar de maand te gaan.
U kunt ook het keuzewiel gebruiken
om het jaar te wijzigen.
2 Wijzig op dezelfde wijze de rest
van de velden (maand, dag, uur en
minuten).
3 Druk op om de cursor naar de
toets [OK] te verplaatsen en druk
op om de klok te starten en
het menu te sluiten.
BELANGRIJK
• Als u de camcorder langer dan circa
3 maanden niet gebruikt, kan de
ingebouwde oplaadbare lithiumbatterij
Page 25
geheel leeg raken en verliest u mogelijk
A
de datum/tijdinstelling. Laad in een
dergelijk geval de ingebouwde
lithiumbatterij (101) opnieuw op en
stel opnieuw de tijdzone, datum en tijd in.
• De datum wordt alleen in het eerste
instellingsscherm weergegeven in de
notatie jaar-maand-dag. In de volgende
schermen worden de datum en tijd
weergegeven als dag-maand-jaar
(bijvoorbeeld, [1.JAN.2007 12:00 AM]). U
kunt de datumnotatie wijzigen (48).
• U kunt de datum en tijd ook op een later
tijdstip (dus op een ander moment dan
tijdens de eerste instellingen) wijzigen.
Om het scherm [DATE/TIME-DATUM/
TIJD] te openen, drukt u op en
selecteert u [DATE/TIME SETUPDATUM/TIJD INSTELLEN] [DATE/
TIME-DATUM/TIJD].
FUNC.
De taal wijzigen
Opties
[DEUTSCH] [][]
[ENGLISH][TÜRKÇE][]
[ESPAÑOL] [][]
[
FRANÇAIS
[ITALIANO][][]
[POLSKI][]
ROMAN
][][]
Standaardwaarde
DISPLAY SETUP/Instelling display
LANGUAGE/Taal ENGLISH/Engels
FUNC.
(23)
1 Druk op .
FUNC.
2 Druk op of om het pictogram
te selecteren en druk op
om de instellingsmenu's te openen.
3 Druk op of om [DISPLAY
SETUP/INSTELLING DISPLAY] te
selecteren en druk op .
4 Druk op of om
[LANGUAGE/TAAL] te
selecteren en druk op .
5 Gebruik de navigatietoetsen of het
keuzewiel om de gewenste optie
te selecteren en druk op .
6 Druk op om het menu te
sluiten.
* Als u voor de eerste keer de camcorder instelt
of nadat u deze hebt gereset, worden schermgegevens weergegeven in de Engelse taal (de
standaardtaal). Selecteer [DISPLAY SETUP/
INSTELLING DISPLAY] [LANGUAGE/
TAAL] en selecteer vervolgens uw taal.
• Als u de taal per abuis hebt gewijzigd,
volg dan de markering naast het
menu-onderdeel om de instelling te
wijzigen.
• De symbolen en die in
sommige menuschermen verschijnen,
hebben betrekking op de namen van
toetsen op de camcorder en veranderen
niet, ongeacht de taal die is geselecteerd.
De tijdzone wijzigen
FUNC.
(23)
FUNC.
OPMERKINGEN
Standaardwaarde
DATE/TIME SETUP-Datum/tijd instellen
T.ZONE/DST -Tijdzone/zomertijd
PARIS
/Parijs
NL
25
Page 26
Voorbereidingen
1 Druk op .
FUNC.
2 Druk op of om het pictogram
te selecteren en druk op
om de instellingsmenu's te openen.
3 Druk op of om [DATE/TIME
SETUP-DATUM/TIJD INSTELLEN]
te selecteren en druk op .
4 Druk op of om [T.ZONE/DST-
TIJDZONE/ZOMERTIJD] te
selecteren en druk op .
De standaardinstelling is Paris/Parijs.
DE EIGEN TIJDZONE INSTELLEN
5 Zorg ervoor dat de tijdzone is
geselecteerd.
6 Druk op of om het gebied te
selecteren dat overeenkomt met
uw lokale tijdzone en druk op .
Selecteer de gebiedsnaam die is
gemarkeerd met een als u de
instelling wilt aanpassen aan zomertijd.
7 Druk op om het menu te
sluiten.
ALS U OP REIS BENT
Selecteer de tijdzone die overeenkomt met
de plaatselijke tijd op uw bestemming.
5 Druk op om het oranje
selectiekader naar de tijdzone
te verplaatsen.
6 Druk op of om het gebied te
selecteren dat overeenkomt met
de lokale tijd op uw bestemming
en druk op .
• Op het scherm verschijnt “SET THE
• Selecteer de gebiedsnaam die is
7 Druk op om het menu te
sluiten.
26
FUNC.
TIME ZONE, DATE AND TIME/Stel
de tijdzone, datum en tijd in”.
gemarkeerd met een als u de
instelling wilt aanpassen aan
zomertijd.
FUNC.
Voorbereidingen voordat u
begint met opnemen
De stand en helderheid van het
LCD-scherm instellen
Het LCD-paneel draaien
Open het LCD-paneel tot een hoek
van 90 graden.
• U kunt het paneel 90 graden naar
beneden draaien.
• U kunt het paneel 180 graden naar
de lens draaien (zodat het onderwerp
het LCD-scherm kan bekijken terwijl
u de zoeker gebruikt). Het paneel
180 graden draaien komt ook van
pas als u uzelf wilt opnemen met de
zelfontspanner. Alleen op die wijze
kunt u de zoeker en het LCD-scherm
tegelijkertijd gebruiken.
180°
90°
180°
Het onderwerp kan het LCD-scherm
bekijken
Page 27
OPMERKINGEN
Over het LCD- en zoekerscherm: De schermen
zijn gefabriceerd met uiterst verfijnde
technieken. Meer dan 99,99 % van de
pixels functioneert correct. Minder dan
0,01 % van de pixels kan af en toe
mislukken of wordt weergegeven als
zwarte, rode, blauwe of groene punten.
Dit heeft geen invloed op het opgenomen
beeld en betekent niet dat er problemen
zijn.
LCD-achtergrondverlichting
U kunt de helderheid van het scherm
instellen op normaal of helder. Als u dat
doet, wordt de helderheid van zowel
het LCD-scherm als zoekerscherm
gewijzigd.
DISP.
Houd langer dan 2 seconden
ingedrukt.
Doe dit nogmaals als u de andere
instelling (normaal of helder) wilt kiezen.
OPMERKINGEN
• Deze instelling heeft geen invloed op de
helderheid van uw opname.
• Gebruik van de heldere instelling bekort
de effectieve gebruiksduur van de accu.
Een geheugenkaart plaatsen en
verwijderen
NL
Met deze camcorder kunnen alleen
miniSD-kaarten worden gebruikt.
1 Zet de camcorder uit.
2 Open het LCD-paneel.
3 Open de afdekking van de
geheugenkaartsleuf.
4 Steek de geheugenkaart in zijn
geheel, met het miniSD-label
omhoog gericht, recht in de
geheugenkaartsleuf totdat de
kaart vast klikt.
5 Sluit de afdekking.
Forceer de afdekking niet om deze te
sluiten als u de geheugenkaart niet
op de juiste wijze hebt geplaatst.
DE GEHEUGENKAART VERWIJDEREN
Duw de geheugenkaart eerst
éénmaal naar binnen om deze te
ontgrendelen en trek daarna de
kaart naar buiten.
27
Page 28
Voorbereidingen
BELANGRIJK
• U moet een geheugenkaart altijd eerst
initialiseren voordat u deze met de
camcorder kunt gebruiken (73).
• Geheugenkaarten hebben een voor- en
achterzijde die van elkaar verschillen.
De camcorder kan defect raken als u
een geheugenkaart verkeerd om in de
camcorder plaatst.
OPMERKINGEN
Niet met alle miniSD-kaarten kan
compatibiliteit worden gegarandeerd.
28
Page 29
Video
Dit hoofdstuk behandelt functies die betrekking hebben op het maken
van films, waaronder opnemen, afspelen, menu-opties en functies op
de harde schijf.
NL
Opnemen
Video opnemen
Voordat u met opnemen begint
Als u wilt controleren of de camcorder
juist opneemt, dan kunt u beter eerst
een testopname opnemen. Initialiseer
de harde schijf als dat nodig is (61).
(21)
1 Verplaats de schakelaar /
naar de filmstand .
2 Zet de schakelaar op ON
om de camcorder in de stand
CAMERA te zetten.
De rode indicator CAMERA gaat
vervolgens branden.
3 Druk op om met
opnemen te beginnen.
• Het opnemen begint; druk
• U kunt ook op van de
START/STOP
nogmaals op als u een
pauze wilt inlassen.
draadloze afstandsbediening
drukken.
START/STOP
START/STOP
NADAT U KLAAR BENT MET OPNEMEN
1 Overtuig u ervan of de indicator
van de harde schijf niet brandt.
2 Zet de camcorder uit.
3 Sluit het LCD-paneel.
BELANGRIJK
• Probeer bij het opnemen van films
een kalm, stabiel beeld te krijgen.
Als u tijdens het opnemen de camcorder
te veel beweegt en vaak snel zoomt en
panoramisch filmt, kan dit tot onrustige
scènes leiden. In extreme gevallen kan
het afspelen van dergelijke scènes tot
gevolg hebben dat door de visuele
waarneming bewegingsziekte wordt
veroorzaakt. Als een dergelijke reactie
optreedt, stop dan onmiddellijk met
afspelen en wacht een tijdje totdat u
verdergaat.
• Houd u aan de voorzorgsmaatregelen
hieronder terwijl de indicator van de
harde schijf brandt of knippert. Als u dit
nalaat, kan dat tot gevolg hebben dat u
uw gegevens voorgoed kwijtraakt of dat
29
Page 30
Video
schade wordt toegebracht aan de harde
schijf.
- Stel de camcorder niet bloot aan
trillingen of stoten.
- Ontkoppel de stroombron niet en zet
de camcorder niet uit.
- Wijzig de bedieningsstand niet.
OPMERKINGEN
• Over de stroombesparingsstand:
Bij gebruik van de accu schakelt de
camcorder zichzelf automatisch
uit als er vijf minuten lang geen
bedieningshandelingen zijn verricht. Dit
wordt gedaan om stroom te besparen
(46). Als u de stroomtoevoer wilt
herstellen, draai de schakelaar
dan naar MODE en laat de schakelaar
vervolgens los, of draai de schakelaar
naar en weer terug naar ON.
• Als u opnamen maakt op plaatsen met
veel lawaai (zoals vuurwerkshows of
concerten), kan het geluid vervormd
raken of wordt het niet opgenomen op
het feitelijke niveau). Dit is normaal en
duidt niet op een storing.
Gebruik van de zoeker
Als u opnamen maakt op heldere
plaatsen, kan het moeilijk zijn gebruik te
maken van het LCD-scherm. Wijzig in
een dergelijk geval de helderheid van
het LCD-scherm (27) of gebruik in
plaats hiervan de zoeker. Houd het
LCD-paneel gesloten om de zoeker te
gebruiken*. Houd vervolgens beide
zijden van de zoeker stevig vast en trek
deze recht naar buiten totdat deze vast
klikt.
Stel de zoeker, indien nodig, af met de
oogcorrectieregelaar. U kunt ook de
helderheid van het scherm wijzigen
(27). Gebruik van de heldere
instelling bekort de effectieve
gebruiksduur van de accu.
* Het LCD-scherm en de zoeker kunt u
tegelijkertijd gebruiken wanneer het
LCD-paneel 180 graden naar het
onderwerp is gedraaid (26).
Over de programmakeuzeschakelaar en de opnameprogramma's
Zet de programmakeuzeschakelaar op AUTO als u de
camcorder alle instellingen voor u wilt laten verrichten,
zodat u de camcorder alleen maar op het onderwerp
hoeft te richten en direct kunt beginnen met opnemen.
Zet de programmakeuzeschakelaar op P als u een van de
opnameprogramma's wilt selecteren.
De speciale scènes (49) bieden een gemakkelijke mogelijkheid om voor
specifieke opnameomstandigheden de optimale instellingen te selecteren.
Daarentegen kunt u met flexibele opnameprogramma's (51) de sluitertijd of
het diafragma instellen, of andere instellingen wijzigen.
30
Page 31
De opnamemodus selecteren
De camcorder heeft 4 opnamemodi.
Als u de opnamemodus wijzigt,
verandert de opnameduur op de
harde schijf. Selecteer de HXP- of XPmodus voor een betere filmkwaliteit;
selecteer de LP-modus voor een
langere opnameduur. In de volgende
tabel wordt een benadering gegeven
van de opnameduur.
OpnamemodusOpnameduur
5 uur 30 min.
9 uur 30 min.
11 uur 30 min.
15 uur.*
* Films kunnen circa 13 uur ononderbroken
worden opgenomen.
OPMERKINGEN
• U kunt langer opnemen met de LPmodus; Afhankelijk van de scène die
wordt opgenomen, kan het beeld en
geluid dat u opneemt in de LP-modus,
echter vervormd raken. Het verdient
aanbeveling voor belangrijke opnamen
gebruik te maken van de HXP- of XPmodus. Initialiseer de harde schijf als
dat nodig is (61).
• De camcorder maakt gebruik van een
variabele bit rate (VBR) als de videogegevens worden gecodeerd, zodat de
feitelijke opnameduur al naargelang de
inhoud van de scènes zal variëren.
Zoomen
WAAR U OP MOET LETTEN
NL
(21)
Standaardwaarde
STANDARD PLAY 7 Mbp s
/Standaard
afspelen 7 Mbps
FUNC.
(23)
1 Druk op .
FUNC.
2 Druk op of om het pictogram
van de opnamemodus te
selecteren.
3 Druk op of om de gewenste
opnamemodus te selecteren.
4 Druk nogmaals op om de
instelling op te slaan en het menu
te sluiten.
FUNC.
(21)
: Naast de optische zoom is
ook digitale zoom beschikbaar (42).
W
W
T
W UitzoomenT Inzoomen
T
31
Page 32
Video
10x optische zoom
Druk op de W-zijde van de
zoomregelaar om uit te zoomen
(groothoek). Druk op de T-zijde om in
te zoomen (telefoto).
U kunt ook de zoomsnelheid wijzigen
(42). U kunt een keus maken uit
drie vaste zoomsnelheden of een
variabele snelheid kiezen die afhangt
van de wijze waarop u de zoomregelaar
bedient: Druk zachtjes voor een
langzame zoom; druk harder voor
een snellere zoom.
OPMERKINGEN
• Houd tot het onderwerp een afstand van
ten minste 1 meter aan. Bij volledige
groothoek kunt u tot op niet minder dan
1 cm op een onderwerp scherpstellen.
• U kunt ook de toetsen T en W van de
draadloze afstandsbediening of het LCDpaneel gebruiken. De zoomsnelheid is
dezelfde als met de camcorder of staat
vast op [SPEED 3/SNELHEID 3]
(indien de optie [VARIABLE/
VARIABEL] is geselecteerd).
• Indien u de optie [VARIABLE/
VARIABEL] selecteert, is de zoomsnelheid
in de opnamepauzestand sneller.
Snelstartfunctie (Quick Start)
Als u op drukt, komt de
camcorder in de standby-stand .
In de standby-stand verbruikt de
camcorder slechts de helft van de
stroom die wordt gebruikt voor het
maken van opnamen, waardoor u bij
gebruik van een accu bespaart op
stroom. Als u nogmaals op
QUICK START
bovendien binnen circa 1 seconde
gereed voor het maken van opnamen,
zodat u dus geen belangrijke
opnamemogelijkheden hoeft te missen.
1 Druk stevig in.
QUICK START
drukt, is de camcorder
(21)
QUICK START
De standby-lamp knippert eerst
terwijl de camcorder bezig is met
voorbereidingen en blijft vervolgens
branden als de camcorder in de
standby-stand komt.
2 Als u het opnemen wilt hervatten,
drukt u nogmaals op .
Binnen circa 1 seconde is de
camcorder gereed in de
opnamepauzestand.
BELANGRIJK
Ontkoppel de stroombron niet tijdens de
standby-stand (terwijl de standby-lamp
brandt).
QUICK START
32
Page 33
OPMERKINGEN
• Als u de camcorder vanuit de standby-
stand activeert, worden de hieronder
genoemde instellingen automatisch
gewijzigd:
- De handmatige scherpstelling keert
terug naar automatische
scherpstelling (AF).
- De handmatige belichting keert terug
naar automatische belichting.
- De zoomstand keert terug naar
volledige groothoek W.
- De automatische tegenlichtcorrectie
wordt uitgeschakeld.
• De camcorder wordt uitgeschakeld
als u deze 10 minuten lang in de
standby-stand laat staan, ongeacht
de instelling van [POWER SAVE/
STROOMBESPARING] (46). U kunt
met de optie [ STANDBY OFF/
STANDBY UIT] selecteren hoe lang het
moet duren voordat de camcorder
wordt uitgeschakeld (46).
Als u de stroomtoevoer wilt herstellen
nadat de camcorder is uitgeschakeld,
draai de schakelaar dan naar
MODE en laat de schakelaar vervolgens
los, of draai de schakelaar naar
en weer terug naar ON.
• De camcorder keert terug naar de
opnamepauzestand als u in de
standby-stand (terwijl de standbylamp brandt) een van de volgende
bedieningshandelingen uitvoert.
- Als u de stand van de schakelaar /
wijzigt.
- Als u de schakelaar op MODE zet.
• Afhankelijk van andere instellingen kan
het langer dan 1 seconde duren voordat
de camcorder herstelt vanuit de
standby-stand.
De laatst opgenomen scène bekijken en
verwijderen
Zelfs in de stand kunt u de
laatst opgenomen scène afspelen om
deze te controleren. U kunt de scène
ook verwijderen terwijl u deze bekijkt.
(21)
1 Indien de functie-aanduiding niet
op het scherm verschijnt, druk dan
op om deze op te roepen.
2 Druk op om te selecteren.
• Indien het symbool niet op de
functie-aanduiding wordt
weergegeven, druk dan herhaaldelijk
op om dit symbool op te roepen.
• De camcorder speelt de laatste
scène af (maar zonder geluid) en
keert daarna terug naar de
opnamepauzestand.
Een scène verwijderen direct nadat u deze
hebt opgenomen
(21)
Na het opnemen van een scène:
1 Bekijk de scène zoals is
beschreven in het vorige gedeelte.
2 Druk tijdens het bekijken van de
scène op om te selecteren
en druk op .
3 Druk op om [YES/JA] te
selecteren en druk op .
OPMERKINGEN
• Verricht geen andere bedieningshandelingen op de camcorder terwijl de
scène wordt verwijderd.
• U kunt de laatste scène niet verwijderen
indien u na het opnemen van de scène
de bedieningsstand hebt gewijzigd of de
camcorder hebt uitgezet.
33
NL
Page 34
Video
Afspelen en een backup
maken van uw video-opnamen
De video afspelen
(21)
1 Verplaats de schakelaar /
naar de filmstand .
2 Zet de schakelaar op ON, zet
deze vervolgens op MODE en laat
de schakelaar daarna los om de
camcorder in de stand PLAY te
zetten.
De groene indicator PLAY gaat
vervolgens branden. Na enkele
seconden verschijnt het
indexscherm van de scènes, met het
selectiekader op de laatste (meest
recent opgenomen) scène.
3 Gebruik de navigatietoetsen om
het selectiekader te verplaatsen
naar de scène die u wilt afspelen.
U kunt ook aan het keuzewiel
draaien om snel de indexschermen
te doorlopen.
34
4 Druk op om met afspelen te
beginnen.
Het afspelen wordt gestart vanaf de
geselecteerde scène en wordt
vervolgd tot het eind van de laatst
opgenomen scène.
/
TIJDENS HET AFSPELEN
5 Druk nogmaals op als u
tijdens het afspelen een pauze wilt
inlassen.
6 Druk op als u wilt stoppen met
afspelen en wilt terugkeren naar
het indexscherm voor films.
OPMERKINGEN
Afhankelijk van de opnameomstandigheden
is tussen scènes mogelijk een korte pauze in
de video- of geluidsweergave merkbaar.
/
Het volume bijstellen: Luidspreker en
hoofdtelefoon
De camcorder speelt het geluid af met de
ingebouwde luidspreker. Als u voor het
afspelen de zoeker gebruikt, kunt u een
hoofdtelefoon aansluiten om het geluid te
beluisteren. U kunt de hoofdtelefoon ook
gebruiken om tijdens het opnemen het
audioniveau te controleren.
Het volume van de luidspreker bijstellen
(21)
Page 35
Speciale afspeelstanden
U kunt voor het gebruik van de speciale afspeelstanden de toetsen gebruiken op het
LCD-paneel of de draadloze afstandsbediening (14). Tijdens de speciale
afspeelstanden is er geen geluid mogelijk.
Speciale afspeelstandenAanvangsstand
Versneld vooruit afspelenNormaal afspelen
In slow motion afspelenAfspeelpauze of * of
Verspringen naar het begin
van:
de volgende scène
de huidige scène
de vorige scène tweemaal tweemaal
Terugkeren naar
normaal afspelen
Tijdens sommige speciale afspeelstanden ziet u in het afspeelbeeld mogelijk
videoproblemen (blokken, strepen, etc.).
* U kunt ook het keuzewiel gebruiken.
**De op het scherm weergegeven snelheid is bij benadering gegeven.
Normaal afspelen
Speciale
afspeelstand
Op de camcorder:
druk op…
of *
Druk nogmaals om de afspeelsnelheid
te verhogen 5x → 15x → 60x de
Druk nogmaals om de afspeelsnelheid te
verhogen 1/8 → 1/4 de normale snelheid
/
Op de draadloze afstands-
bediening: druk op …
SEARCH
normale snelheid**
SLOW
NEXT
PREV.
PREV.
PLAY
of
SEARCH
SLOW
NL
1 Indien de functie-aanduiding niet
op het scherm verschijnt, druk dan
op om deze op te roepen.
2 Druk op of om het volume bij
te stellen.
• Als u het volume volledig wilt
uitschakelen, blijf dan op
drukken totdat het
volumepictogram verandert in .
• U kunt tijdens het afspelen
nogmaals op drukken om de
functie-aanduiding te verbergen.
Gebruik van de hoofdtelefoon
De hoofdtelefoon wordt aangesloten op
het aansluitpunt AV OUT/ , dat wordt
gebruikt voor zowel de hoofdtelefoon
als de audio/video-uitvoer (AV). Voordat
u de hoofdtelefoon aansluit, moet u de
procedure hieronder uitvoeren om de
functie van het aansluitpunt te wijzigen
van AV-uitvoer in (hoofdtelefoon) en
moet u controleren of het pictogram
op het scherm wordt weergegeven.
35
Page 36
Video
(21)
FUNC.
(23)
1 Druk op .
FUNC.
2 Gebruik de navigatietoetsen om
het pictogram te selecteren en
druk op om de
instellingsmenu's te openen.
3 Druk op of om [SYSTEM
SETUP/INSTELLING SYSTEEM] te
selecteren en druk op .
4 Druk op of om [AV/
PHONE-AUDIO & VIDEO/
HOOFDTELEFOON] te selecteren
en druk op .
5 Druk op om [PHONES/
HOOFDTELEFOON] te selecteren
en druk op .
6 Druk op .
HET VOLUME VAN DE HOOFDTELEFOON
WIJZIGEN
Stel in de stand het volume
van de hoofdtelefoon bij met de optie
36
FUNC.
verschijnt.
[PHONES VOL./VOLUME
HOOFDTELEFOON] (47). Gebruik in
de stand de navigatietoetsen
en de functie-aanduiding terwijl u
dezelfde procedure uitvoert als voor het
wijzigen van het luidsprekervolume.
BELANGRIJK
• Sluit op het aansluitpunt AV OUT/
geen hoofdtelefoon aan als het
pictogram niet op het scherm wordt
weergegeven. Als u een hoofdtelefoon
aansluit terwijl het aansluitpunt op AVuitvoer is ingesteld, hoort u alleen ruis.
• Zorg er bij gebruik van een
hoofdtelefoon voor dat u het volume
verlaagt naar een geschikt niveau.
• Het geluid van de ingebouwde
luidspreker wordt onderdrukt als u het
LCD-paneel sluit, als u de
stereovideokabel STV-250N aansluit
op het aansluitpunt AV OUT/ of als
u [AV/PHONES-AUDIO & VIDEO/
HOOFDTELEFOON] op [ PHONES/
HOOFDTELEFOON] zet.
OPMERKINGEN
• Gebruik een in de winkel verkrijgbare
hoofdtelefoon met een mini-jack van
∅ 3,5 mm en een kabel die niet langer is
dan 3 m.
• Als u de camcorder uitzet of de
bedieningsstand wijzigt, dan wordt in de
stand de optie [AV/PHONESAUDIO & VIDEO/HOOFDTELEFOON]
teruggezet naar [ AV].
• Het volume van de hoofdtelefoon kan
niet worden gewijzigd terwijl u opneemt.
Page 37
Een backup maken van uw videoopnamen
Films die u met deze camcorder
opneemt, worden opgeslagen op de
ingebouwde harde schijf. De ruimte op
de harde schijf is beperkt. Zorg er
daarom voor dat u uw films kopieert
naar een extern apparaat en maak van
uw films regelmatig een backup.
U kunt met de hieronder genoemde
methoden een backup maken van
opnamen die u met deze camcorder
hebt gemaakt.
Films kopiëren naar een computer
De bijgeleverde Corel Application Disc
CD-ROM bevat software waarmee u
door u gemaakte films kunt selecteren
en deze kunt kopiëren naar een
computer. Raadpleeg de Installatie- en
gebruikershandleiding op de Corel
Application Disc.
U kunt ook gebruik maken van de
software op de bijgeleverde Backup Utility CD-ROM om vanaf de
ingebouwde harde schijf in de
camcorder alle films naar de computer
te kopiëren. Raadpleeg de
softwarehandleiding (elektronische
versie als PDF-bestand) voor een
gedetailleerde beschrijving.
Films kopiëren naar een extern apparaat
Sluit de camcorder aan op een extern
apparaat zoals een videorecorder of
dvd-recorder en kopieer uw films.
Raadpleeg Uw opnamen kopiëren naar een externe videorecorder (84) voor
een gedetailleerde beschrijving.
Films kopiëren vanaf een computer
Nadat u films hebt gekopieerd naar een
computer, kunt u de software op de
bijgeleverde Corel Application Disc
gebruiken om films te selecteren en
deze terug te kopiëren naar de
camcorder. Raadpleeg de Installatie- en
gebruikershandleiding op de Corel
Application Disc. Zorg er echter eerst
voor dat u met gebruik van de software
op de bijgeleverde Backup Utility
CD-ROM eerst een backup maakt van
alle films die u op de harde schijf van de
camcorder hebt opgenomen.
Als u met gebruik van de Backup Utility CD-ROM een backup op uw
computer hebt gemaakt van alle films
die u op de camcorder hebt
opgenomen, kunt u deze films ook
terug kopiëren naar de camcorder.
Raadpleeg de softwarehandleiding
(elektronische versie als PDF-bestand)
voor een gedetailleerde beschrijving.
Scènes opzoeken op datum
U kunt naar alle opnamen zoeken die u
op een bepaalde datum hebt gemaakt,
bijvoorbeeld alle films die zijn gemaakt
tijdens een bepaald uitje.
WAAR U OP MOET LETTEN
*
* Alleen indexscherm van de originele
opnamen
FUNC.
(23)
1 Druk op .
FUNC.
(21)
2 Druk op of om [SELECT
DATE/DATUM SELECTEREN] te
selecteren en druk op .
NL
37
Page 38
Video
• Er verschijnt een indexscherm met
alle datums waarop opnamen zijn
gemaakt. Op de dag wordt een
oranje selectiekader weergegeven.
• Het miniatuurbeeld is een foto van
de eerste scène die op die dag is
opgenomen. Het nummer daaronder
geeft aan hoeveel scènes op die
geselecteerde dag zijn opgenomen.
3 Druk op of om de dag te
wijzigen en druk op of om
naar de maand of het jaar te gaan.
4
Wijzig de andere velden op dezelfde
wijze om de gewenste datum te
selecteren en druk op .
Er verschijnt een indexscherm met
het selectiekader op de scène die op
de geselecteerde dag als eerste is
opgenomen.
OPMERKINGEN
U kunt ook het keuzewiel gebruiken.
Scènes verwijderen.
Scènes die u niet wilt behouden, kunt u
verwijderen. Door scènes te verwijderen
maakt u ook ruimte vrij op de harde
schijf.
Eén enkele scène of alle scènes van een
geselecteerde datum verwijderen
WAAR U OP MOET LETTEN
(21)
Gebruik in het indexscherm van de
originele scènes de navigatietoetsen om
een scène te selecteren. Als u [ALL
SCENES (THIS DATE)/ALLE SCÈNES
(DEZE DATUM)] selecteert, worden alle
scènes verwijderd die zijn opgenomen
38
op dezelfde dag als de geselecteerde
dag. Als u [ONE SCENE/ÉÉN SCÈNE]
selecteert, wordt alleen de
geselecteerde scène verwijderd. Als u
een scène alleen uit de afspeellijst wilt
verwijderen, druk dan eerst op
PLAYLIST
en selecteer vervolgens de scène.
FUNC.
(23)
FUNC.
DELETE/Verwijderen
Gewenste optie
YES/Ja
BELANGRIJK
• Wees voorzichtig met het verwijderen
van originele opnamen. Als u een
originele opname verwijdert, bent u
deze voorgoed kwijt.
• Maak eerst een backup van belangrijke
scènes voordat u deze verwijdert.
• Gebruik geen computer om gegevens
uit deze camcorder te verwijderen.
OPMERKINGEN
• Als u een scène verwijdert uit het
indexscherm van de originele opnamen,
wordt die scène ook verwijderd uit de
afspeellijst.
• Afhankelijk van het aantal scènes op de
harde schijf kan het verwijderen van een
scène langer duren dan gebruikelijk is.
• Het is mogelijk dat scènes die korter zijn
dan 5 seconden, niet kunnen worden
verwijderd. Als u dergelijke scènes wilt
verwijderen, moet u de harde schijf
initialiseren (61), maar dan worden
ook alle andere opnamen verwijderd.
• Wijzig de stand van de schakelaar
of de schakelaar / niet terwijl de
scène wordt verwijderd (terwijl de
indicator van de harde schijf brandt of
knippert).
Page 39
• Initialiseer de harde schijf om alle films
te verwijderen en alle opnameruimte
weer beschikbaar te maken.
• Als u scènes verwijdert uit het
indexscherm van de afspeellijst, kunt u
per keer slechts één scène verwijderen.
Schermgegevens (datacodering)
De camcorder houdt een datacodering bij
met de datum en tijd en andere
cameragegevens (sluitertijd, belichting,
etc.) die ten tijde van de opnamen werden
geregistreerd. U kunt selecteren welke
gegevens moeten worden weergegeven.
Selecteren welke schermgegevens
moeten worden weergeven
Door herhaaldelijk op te
DISP.
drukken, worden de gegevens als
volgt op het scherm weergegeven.
• Alle gegevens ingeschakeld
• Alle gegevens uitgeschakeld
1
Menu-opties - Overzicht
Niet-beschikbare menu-onderdelen
worden in het menu FUNC. gedimd
en in de instellingsmenu’s in zwart
weergegeven. Raadpleeg
menu's
(23) voor bijzonderheden over
de wijze waarop u een item selecteert.
Menu FUNC.
Opnameprogramma’s
Programmakeuzeschakelaar: P
[ PROGRAM AE/AE-PROGRAMMA]
[SHUTTER-PRIO.AE/AE-SLUITERTIJDVOORKEUZE], [APERTUREPRIO.AE/AE-DIAFRAGMAVOORKEUZE],
[CINE MODE/CINEMAMODUS]*
Speciale scènes:
[ PORTRAIT/PORTRET], [ SPORTS/
SPORT], [ NIGHT/NACHT], [ SNOW/
SNEEUW], [ BEACH/STRAND],
[ SUNSET/ZONSONDERGANG],
[ SPOTLIGHT], [ FIREWORKS/
VUURWERK]
* Alleen in de stand .
Lichtmetingsmethode
Gebruik van de
(48, 51)
(70)
NL
,
• Alle gegevens ingeschakeld
• Alleen datacodering
2
• Alle gegevens uitgeschakeld
1
De markeringen en de pictogrammen en
worden echter nog wel op het scherm
weergegeven.
2
Datacodering: De tijd, datum en cameragegevens op het moment van de opname.
Me t de opti e [DATA CODE /DATAC ODE RING ]
kunt u instellen wat u wilt weergeven (45).
Programmakeuzeschakelaar: P
[EVALUATIVE/GEHEEL
VERDEELD]
, [CENT.WEIGHT.
AVERAGE/GEHEEL MET NADRUK
MIDDEN], [ SPOT/LOKAAL]
Scènes toevoegen aan de afspeellijst.
Deze optie is alleen beschikbaar in het
indexscherm van de originele opnamen.
MOVE/Verplaatsen
(60)
Een scène verplaatsen in de afspeellijst.
Deze optie is alleen beschikbaar in het
indexscherm van de afspeellijst.
DELETE/Verwijderen
(38)
PRINT ORDER/Afdrukopdracht
Druk op om het beeldselectiescherm te openen om de foto's te
selecteren waarvoor u een
afdrukopdracht wilt instellen.
TRANSFER ORDER/
Kopieeropdracht
(78)
NL
(88)
[ALL SCENES (THIS DATE)/ALLE
SCÈNES (DEZE DATUM)], [ONE SCENE/
ÉÉN SCÈNE], [CANCEL/ANNULEREN]
Een scène verwijderen uit het
indexscherm van de originele opnamen.
[NO/NEE], [YES/JA]
Een scène verwijderen uit het
indexscherm van de afspeellijst.
SELECT DATE/Datum selecteren
(37)
Zoeken naar alle scènes die zijn
opgenomen op een bepaalde datum.
Deze optie is alleen beschikbaar in het
indexscherm van de originele opnamen.
SLIDESHOW/Diashow
(65)
[CANCEL/ANNULEREN], [START]
PROTECT/Beveiligen
(72)
Druk op om het beeldselectiescherm te openen om de foto's te
selecteren die u wilt beveiligen.
Druk op om het beeldselectiescherm te openen om de foto's te
selecteren die u wilt markeren met een
kopieeropdracht.
Instellingsmenu's
In de instellingsmenu's kunt u ook het
keuzewiel gebruiken om door de
menu's te navigeren en instellingen aan
te passen.
Programmakeuzeschakelaar: AUTO of
P (alleen bij het opnameprogramma
[ PROGRAM AE/AE-PROGRAMMA]
[ON/AAN], [OFF/UIT]
De camcorder gebruikt op plaatsen met
onvoldoende verlichting automatisch
lange sluitertijden om heldere opnamen
te maken.
41
Page 42
Video
BedieningsstandGebruikte
met een beeldsnelheid van
[PF25].
• Zet in de stand de
flitserstand op (flitser uit).
• Zet de lange sluiter op [OFF/UIT] als
een nabeeld met sporen verschijnt.
• Als het symbool (camcordertrillingswaarschuwing) verschijnt, dan
verdient het aanbeveling de camcorder te
stabiliseren, bijvoorbeeld door deze op
een statief te plaatsen.
D.ZOOM/Digitale zoom
[OFF/UIT]
, [40X], [200X]
sluitertijd
Tot minimaal 1/25
Tot minimaal 1/12
Bepaalt de werking van de digitale
zoom. De kleur van de indicator duidt
de zoom als volgt aan.
Optische zoomDigitale zoom
WitLichtblauw
Tot 10x10x - 40x40x - 200x
• Indien digitale zoom is geactiveerd, gaat
de camcorder automatisch over op
digitale zoom als u verder inzoomt dan
het optische zoombereik.
• Met de digitale zoom wordt het beeld
digitaal verwerkt. De beeldresolutie zal
daarom verslechteren naarmate u meer
inzoomt.
• De digitale zoom kan niet worden
gebruikt met het opnameprogramma
[NIGHT/NACHT]
VARIABEL] staat, hangt de zoomsnelheid
af van de wijze waarop u de zoomregelaar
bedient: Druk zachtjes voor een langzame
zoom; druk harder voor een snellere zoom.
• De snelste zoomsnelheid kunt u bereiken
met [VARIABLE/VARIABEL]. Van de
vaste zoomsnel-heden is [SPEED 3/
SNELHEID 3] de snelste en [SPEED 1/
SNELHEID 1] de langzaamste.
[NORMAL AF/NORMALE
AUTOMATISCHE SCHERPSTELLING]
Selecteer hoe snel de automatische
scherpstelling functioneert.
• Met [ INSTANT AF/ONMIDDELLIJKE
AUTOMATISCHE SCHERPSTELLING]
past de automatische scherpstelling zich
snel aan een nieuw onderwerp aan. Dit
komt bijvoorbeeld van pas als u de
scherp-stelling op een nabijgelegen
onderwerp verandert in scherpstelling op
een verafgelegen onderwerp op de
achtergrond, of wanneer u opnamen
maakt van snel bewegende onderwerpen.
• Als de optionele groothoekconverter of
teleconverter op de camcorder
aangesloten is, kan het gebeuren dat de
sensor voor onmiddellijke automatische
scherpstelling hierdoor gedeeltelijk
wordt afgeschermd. Stel de stand voor
automatische scherpstelling dan in op
,
42
Page 43
[ NORMAL AF/NORMALE
AUTOMATISCHE SCHERPSTELLING].
FOCUS ASSIST/
Scherpstellingshulp
Met deze beeldsnelheid geeft u aan uw
opnamen een cinematografisch karakter.
Gecombineerd met het opnameprogramma [CINE MODE/CINEMAMODUS] (48) wordt het cinematografische karakter verder versterkt.
NL
Programmakeuzeschakelaar: P
[ON/AAN]
• De scherpstellingshulpfunctie vergroot
het beeld dat in het midden van het
scherm verschijnt. Zo wordt u geholpen
bij het scherpstellen.
• Het gebruik van de scherpstellingshulpfunctie heeft geen invloed op de opnamen.
De scherpstellingshulpfunctie wordt
geannuleerd als u met opnemen begint.
IMG STAB/Beeldstabilisator
, [OFF/UIT]
Programmakeuzeschakelaar: P[ON/AAN], [OFF/UIT]
De beeldstabilisator biedt compensatie
voor camcordertrillingen, ook bij de
volledige telepositie.
• De beeldstabilisator is ontworpen om
compensatie te bieden voor normale
camcordertrillingen.
• De beeldstabilisator kan niet worden
uitgeschakeld als de programmakeuzeschakelaar op AUTO staat.
• Het verdient aanbeveling bij gebruik van
een statief de beeldstabilisator op
[OFF/UIT] te zetten.
FRAME RATE/Beeldsnelheid
Programmakeuzeschakelaar: P
[50i NORMAL/50i NORMAAL]
,
[PF25]
Selecteert welke beeldsnelheid tijdens
het opnemen moet worden gebruikt.
[PF25]: 25 beeldjes per seconde,
progressief.
AF AST LAMP/AF-hulplamp
[AUTO/AUTOMATISCH]
FOCUS PRI./
Scherpstellingsvoorkeuze
(68)
, [OFF/UIT]
(69)
Programmakeuzeschakelaar: P
[ ON:AiAF/AAN:KADERSELECTIE]
[ ON:CENTER/AAN:MIDDEN],
[OFF/UIT]
REVIEW/Bekijken
[OFF/UIT],
[2 sec]
, [4 sec],
[6 sec], [8 sec], [10 sec]
Selecteert de weergaveduur van een
foto nadat deze is gemaakt op de
geheugenkaart.
• Dit menu-onderdeel is niet beschikbaar
als de beeldopname-stand (68)
ingesteld is op
CONTINU-OPNAMEN], [HISPEED
CONT. SHOOT./CONTINU-OPNAMEN
MET HOGE SNELHEID] of [AEB/
REEKSOPNAMEN].
• Als u op drukt terwijl u een foto
bekijkt, wordt deze voor onbepaalde tijd
weergegeven. Druk half in om
terug te keren naar het normale display.
SELF TIMER/Zelfontspanner
[ON/AAN],
[CONT.SHOOT./
DISP.
PHOTO
(53)
[OFF/UIT]
,
43
Page 44
Video
WIND SCREEN/Windscherm
Programmakeuzeschakelaar: P
[AUTO/AUTOMATISCH]
,
[OFF/UIT]
De camcorder reduceert bij
buitenopnamen automatisch het
achtergrondgeluid van de wind.
• Het windscherm kan niet worden
uitgeschakeld als de programmakeuzeschakelaar op
• Sommige geluiden met lage frequentie
worden samen met het geluid van de
wind onderdrukt. Als u opnamen maakt
in een omgeving die niet wordt beïnvloed
door wind of als u geluiden met lage
frequenties wilt opnemen, dan verdient
het aanbeveling het windscherm op [
OFF/UIT] te zetten.
Functies op de harde schijf (informatie over het gebruik van de harde schijf, de harde schijf initialiseren, etc.)
HDD OPERATIONS/Functies op de
AUTO
staat.
harde schijf
HDD USAGE INFO/Informatie over
het gebruik van de harde schijf
Toont een scherm waarin u kunt
controleren hoeveel ruimte er op de
harde schijf ongeveer is gebruikt. Deze
optie is alleen beschikbaar in het
indexscherm van de originele opnamen.
• De ruimte op de harde schijf wordt
berekend in groottes van 0,1 GB en
afgerond. Daarnaast wordt een deel op
de harde schijf gebruikt voor het beheer
van bestandsgegevens. De totale ruimte
zal hierdoor iets minder zijn dan 40 GB.
Initialiseert de harde schijf. Deze optie is
alleen beschikbaar in het indexscherm
van de originele opnamen.
DROP SENSOR/Valsensor
[ON/AAN]
, [OFF /UIT]
Als de camcorder valt, wordt dit
gedetecteerd en wordt een beveiligingsmechanisme geactiveerd om te
voorkomen dat de harde schijf beschadigd
raakt. Terwijl het mechanisme actief is,
wordt op het scherm weergegeven in
rood en is het mogelijk dat het afspelen/
opnemen wordt stopgezet. Deze optie is
alleen beschikbaar in het indexscherm van
de originele opnamen.
• Laat deze functie in de meeste situaties
ingesteld op [ ON/AAN]. Als u deze
functie deactiveert, wordt het risico
vergroot dat er schade optreedt indien u
de camcorder laat vallen. Maar zelfs
wanneer deze functie op [ ON/AAN]
is ingesteld, kan de harde schijf
beschadigd raken als u de camcorder
laat vallen.
• U zou de valsensor op [OFF /UIT]
kunnen zetten als u bijvoorbeeld
opnamen maakt in een achtbaan. Als u in
dit geval deze optie op [ ON/AAN] zou
laten staan en het
beveiligingsmechanisme zou worden
geactiveerd, dan is het werkingsgeluid
mogelijk hoorbaar en wordt het afspelen/
opnemen mogelijk stopgezet.
DEL.PLAYLIST/Afspeellijst
verwijderen
(38)
INITIALIZE HDD/Harde schijf
initialiseren
[NO/NEE], [YES/JA]
44
(61)
[NO/NEE], [YES/JA]
Deze optie is alleen beschikbaar in het
indexscherm van de afspeellijst.
Page 45
Bedieningsfuncties voor foto’s (kaart initialiseren, kopiëren van schijf naar kaart, etc.)
STILL IMG OPER./Bedieningsfuncties
voor foto's
ERASE ALL ORD/Alle
kopieeropdrachten wissen
(79)
helderheid van uw opnamen, die van het
afspeelbeeld op een TV of die van de
zoeker.
• Druk op of of gebruik het
keuzewiel om de helderheid naar wens
in te stellen.
• Wijziging van de helderheid van het LCDscherm heeft geen invloed op de
[ON/AAN]
, [OFF/UIT]
Indien u deze optie op [ ON/AAN]
zet, verschijnen de schermgegevens
ook op het scherm van een TV of
monitor die aangesloten is via de
stereovideokabel TV-250N.
DATA CODE/Datacodering
(39)
[ DATE/DATUM], [ TIME/TIJD],
[D ATE & TI M E/D ATUM & TI J D]
,
[CAMERA DATA/CAMERAGEGEVENS]
Toont de datum en/of tijd waarop de
scène werd opgenomen.
[ CAMERA DATA/
CAMERAGEGEVENS]
diafragma (f-stop) en de sluitertijd die
tijdens de opname werden gebruikt.
MARKERS/Markeringen
[ OFF/UIT]
Toont het
, [LEVEL(WHT)/
NIVEAU (WIT)], [LEVEL(GRY)/
NIVEAU (GRIJS)], [GRID(WHT)/
RASTER (WIT)], [GRID(GRY)/
RASTER (GRIJS)]
U kunt in het midden van het scherm
een raster of een horizontale lijn
weergeven. De markeringen zijn
beschikbaar in wit of grijs. Gebruik de
markeringen als referentie om ervoor te
zorgen dat uw onderwerp juist wordt
ingekaderd (verticaal en/of horizontaal).
• Het gebruik van de markeringen heeft
geen invloed op de opnamen op de
harde schijf of geheugenkaart.
, [OFF/UIT]
Met de demonstratiefunctie kunt u de
belangrijkste functies van de camcorder
bekijken. Deze functie wordt
automatisch gestart als de camcorder
van stroom wordt voorzien met de
compacte netadapter en u hierbij de
camcorder langer dan 5 minuten
ingeschakeld laat staan.
• Als u de demonstratie wilt stopzetten
nadat deze is gestart, kunt u op elke
willekeurige toets drukken of de
camcorder uitzetten.
Systeemin stelli ng (vol ume, p ieptoo n, ops lagloca tie s electere n, et c.)
SYSTEM SETUP/Instelling systeem
WL.REMOTE/
Afstandsbediening
Druk op of of gebruik het
keuzewiel om het afspeelvolume te
wijzigen. U kunt het volume ook wijzigen
met de functie-aanduiding (34).
BEEP/Pieptoon
[HIGH VOLUME/HOOG VOLUME]
,
[LOW VOLUME/LAAG VOLUME],
[OFF/UIT]
Sommige bedieningshandelingen, zoals
het aanzetten van de camcorder, het
aftellen van de zelfontspanner, etc.,
gaan vergezeld van een pieptoon.
POWER SAVE/Stroombesparing
[ON/AAN]
, [OFF/UIT]
Bij gebruik van de accu schakelt de
camcorder zichzelf automatisch uit als
er vijf minuten lang geen bedieningshandelingen zijn verricht. Dit wordt
gedaan om stroom te besparen.
• Circa 30 seconden voordat de
camcorder wordt uitgeschakeld,
verschijnt het bericht “ AUTO POWER
OFF/Automatische uitschakeling”.
• In de standby-stand wordt de camcorder
uitgeschakeld na het verstrijken van de
tijdsduur die is ingesteld bij [
STANDBY OFF/STANDBY UIT].
[ON/AAN]
, [OFF /UIT]
Maakt het mogelijk de camcorder te
bedienen met de draadloze
afstandsbediening.
SPEAKER VOL./
Luidsprekervolume
46
STANDBY OFF/Standby uit
[ 10 min]
, [ 20 min],
(32)
[ 30 min]
Selecteert hoe lang het moet duren
voordat de camcorder de standbystand beëindigt en de camcorder
automatisch wordt uitgeschakeld.
Page 47
IMG QUALITY/Beeldkwaliteit
[
AV]
, [ PHONES/
HOOFDTELEFOON]
[SUPER FINE/SUPERFIJN],
[FINE/FIJN],
[NORMAL/
NORMAAL]
Selecteert de kwaliteit van een foto die
is gemaakt van een scène.
FILE NOS./Bestandsnummers
[RESET/TERUGSTELLEN],
[CONTINUOUS/CONTINU]
Selecteer de beeldnummeringsmethode die u wilt gebruiken op een
nieuwe geheugenkaart.
Aan foto’s worden automatisch
opeenvolgende beeldnummers
toegewezen van 0101 t/m 9900, en
deze worden opgeslagen in mappen
van maximaal 100 foto’s. Mappen
worden genummerd van 101 t/m 998.
[RESET/TERUGSTELLEN]: Telkens
wanneer u een nieuwe geheugenkaart
plaatst, begint de beeldnummering
opnieuw vanaf 101-0101.
[CONTINUOUS/CONTINU]: De
beeldnummering gaat verder bij het
nummer dat volgt op het laatste beeld
dat met de camcorder is gemaakt.
• Als de door u geplaatste geheugen-
kaart al een beeld bevat met een hoger
nummer, wordt aan een nieuw beeld een
nummer toegewezen dat één hoger is
dan het nummer van het laatste beeld
op de geheugenkaart.
• Het verdient aanbeveling de instelling
[CONTINUOUS/CONTINU] te
gebruiken.
AV/PHONES-Audio & video/
hoofdtelefoon
PHONES VOL./Volume
hoofdtelefoon
Indien [AV/PHONES-AUDIO & VIDEO/
HOOFDTELEFOON] is ingesteld op
[PHONES/HOOFDTELEFOON], druk
dan op of of gebruik het
keuzewiel om het volume van de
hoofdtelefoon te wijzigen.
OPMERKINGEN
• Verlaag het volume voordat u de
hoofdtelefoon aansluit.
• In de stand kunt u het volume
ook wijzigen met de functie-aanduiding
(34).
TV TYPE/TV-type
[ NORMAL TV/NORMALE TV],
[
WIDE TV/BREEDBEELD-TV]
Als u het beeld volledig en in de juiste
hoogte/breedteverhouding wilt
weergeven, moet u de instelling
selecteren op basis van het televisietype waarop u de camcorder aansluit.
[NORMAL TV/NORMALE TV]: TV's
met een hoogte/breedteverhouding van
4:3.
[WIDE TV/BREEDBEELD-TV]:
TV's met een hoogte/
breedteverhouding van 16:9.
• De instelling kan niet worden
geselecteerd als de camcorder met de
optionele HDMI-kabel HTC-100 is
aangesloten op een HDTV.
• Als het TV-type is ingesteld op
[NORMAL TV/NORMALE TV], is het
beeld dat wordt weergegeven op het
47
NL
Page 48
Video
LCD-scherm, kleiner dan het volledige
displaygebied.
• Als het TV-type is ingesteld op
[NORMAL TV/NORMALE TV], kunt
u geen foto maken van de scène die
wordt afgespeeld (72).
COMP.OUT/Component Out
[ 576i],
[ 1080i]
U kunt de door u gewenste videospecificaties selecteren als u de
camcorder via de Component Videoverbinding aansluit op een HighDefinition TV.
[576i] Voor gebruik van de
specificatie 576i (Standard Definition).
[1080i] Voor gebruik van de volledige
High-Definition-specificatie 1080i.
• Deze instelling is niet beschikbaar als de
camcorder aangesloten is op een extern
apparaat via de optionele HDMI-kabel
HTC-100.
HDMI STATUS/HDMI-status
U kunt controleren wat de specificatie is
van het video-uitvoersignaal vanuit het
mini-aansluitpunt HDMI OUT.
FIRMWARE
U kunt controleren wat de huidige
versie is van de camcorderfirmware.
Deze menu-optie is gewoonlijk gedimd.
Datum/tijd instelle n
DATE/TIME SETUP-Datum/tijd instellen
DATE/TIME-Datum/tijd
DATE FORMAT/Datumnotatie
(24)
[Y.M.D (2007.1.1 AM 12:00)/J.M.D (2007.1.1
AM 12:00)], [M.D,Y (JAN. 1, 2007 12:00 AM)]/
M.D,J (JAN. 1, 2007 12.00 AM)],
Met deze optie wijzigt u de
datumnotatie voor de schermgegevens
en voor het afdrukken van de datum.
Overige functies
Aan uw opnamen een cinematografisch
karakter geven
Geef aan uw opnamen een cinematografisch karakter door gebruik te maken
van het opnameprogramma [ CINE
MODE/CINEMAMODUS]. Combineer
dit opnameprogramma met de 25 fps
progressieve beeldsnelheid [ PF25]
om de 25p cinemamodus te verkrijgen,
waardoor het cinematografische effect
verder wordt versterkt.
Gebruik van het opnameprogramma
[ CINE MODE/CINEMAMODUS]
Met het opnameprogramma [CINE
MODE/CINEMAMODUS] stelt de
camcorder de beeldopties zo in dat uw
opnamen een cinematografisch
karakter krijgen.
T.ZONE/DST-Tijdzone/zomertijd
48
(25)
Page 49
WAAR U OP MOET LETTEN
(21)
Programmakeuzeschakelaar: P
FUNC.
(23)
Pictogram van het momenteel
FUNC.
geselecteerde
Opnameprogramma
FUNC.
CINE MODE/Cinemamodus
De 25p cinemamodus instellen
U kunt het opnameprogramma [
CINE MODE/CINEMAMODUS] en de
beeldsnelheid [ PF25] combineren
om de 25p cinemamodus te realiseren,
waardoor u het cinematografische
karakter van uw opnamen versterkt.
WAAR U OP MOET LETTEN
(21)
Programmakeuzeschakelaar: P
Stel het opnameprogramma in op [
CINE MODE/CINEMAMODUS], zoals
beschreven in de paragraaf hiervoor.
FUNC.
MENU
CAMERA SETUP/Instelling
camera
OPMERKINGEN
Verplaats de programmakeuzeschakelaar
tijdens het opnemen van een scène niet
naar AUTO; de helderheid van het beeld
kan anders abrupt veranderen.
Speciale scènes
Het is heel gemakkelijk opnamen te
maken in een zeer helder skioord of alle
kleuren van een zonsondergang of
vuurwerk vast te leggen. U hoeft alleen
maar een speciaal opnameprogramma
te selecteren. Raadpleeg de tabel op
pagina 50 voor bijzonderheden over de
beschikbare opties.
WAAR U OP MOET LETTEN
(21)
Programmakeuzeschakelaar: P
FUNC.
(23)
FUNC.
Pictogram van het momenteel
geselecteerde
Opnameprogramma
Laatste pictogram aan de
rechterzijde (pictogram van de
momenteel geselecteerde
Speciale scène
)
NL
FUNC.
FRAME RATE/Beeldsnelheid
PF25
FUNC.
Gewenste optie
49
Page 50
Video
OPMERKINGEN
• Verplaats de programmakeuze-schakelaar
tijdens het opnemen van een scène niet
naar AUTO; de helderheid van het beeld
kan anders abrupt veranderen.
De camcorder maakt
gebruik van een groot
diafragma. Details die
de aandacht afleiden,
worden tijdens de scherpstelling van het
onderwerp waziger.
[SPORTS/SPORT]
Gebruik deze stand
om sportscènes zoal s
tennis of golf op te
nemen.
[NIGHT/NACHT]
Gebruik deze stand
om opnamen te
maken op slecht
verlichte plaatsen.
- Op het scherm kunnen witte punten
verschijnen.
- Automatische scherpstelling werkt
mogelijk niet zo goed als bij andere
opnameprogramma's. In dat geval moet
u handmatig scherp stellen.
• [ SNOW/SNEEUW]/[ BEACH/STRAND]
- Het onderwerp kan overbelicht raken op
bewolkte dagen of op beschaduwde
plaatsen. Controleer het beeld op het
scherm.
• [ FIREWORKS/VUURWERK]
- Wij raden u aan gebruik te maken van
een statief om camcordertrillingen te
voorkomen. Maak in ieder geval gebruik
van een statief in de stand ,
omdat de sluitertijd in die stand langer
wordt.
[BEACH/STRAND]
Gebruik deze stand
om opnamen te
maken op een zonnig
strand. Hiermee
voorkomt u dat het
onderwerp onderbelicht wordt.
[SUNSET/
ZONSONDERGANG]
Gebruik deze stand
om in rijke kleuren
zonsondergangen op
te nemen.
[SPOTLIGHT]
Gebruik deze stand
om opnamen te
maken van scènes
onder spotlights.
[SNOW/SNEEUW]
Gebruik deze stand
om opnamen te
maken op heldere
skipistes. Hiermee
voorkomt u dat het
onderwerp onderbelicht wordt.
50
[FIREWORKS/
VUURWERK]
Gebruik deze stand
om vuurwerk op te
nemen.
Page 51
Flexibel opnemen: Het diafragma en
de sluitertijd wijzigen
Gebruik het programma met
automatische belichting (AE) of geef
prioriteit aan de belichtingswaarde of
de sluitertijd.
Gebruik een hogere sluitertijd om snel
bewegende onderwerpen op te nemen of
een langere sluitertijd om aan een
beweging een bepaalde wazigheid toe te
voegen, waardoor het gevoel van
beweging wordt overgebracht. Gebruik
lage diafragmawaarden (grotere lensopening) om in een portret de achtergrond
op een zachte wijze waziger te maken of
gebruik hoge diafragma-waarden
(kleinere lensopening) om een bredere
scherptediepte te krijgen, waardoor een
landschap in zijn geheel scherp is.
WAAR U OP MOET LETTEN
(21)
Programmakeuzeschakelaar: P
Opties
[ PROGRAM AE/AE-PROGRAMMA]
De camcorder stelt automatisch het diafragma
en de sluitertijd zo in dat voor het onderwerp een
optimale belichting wordt verkregen.
[ SHUTTER-PRIO.AE/
AE-SLUITERTIJDVOORKEUZE]
Stel de sluitertijdwaarde in. De camcorder stelt
automatisch de juiste diafragmawaarde in.
[ APERTURE-PRIO.AE/
AE-DIAFRAGMAVOORKEUZE]
Stel de diafragmawaarde in. De camcorder stelt
automatisch de juiste sluitertijd in.
FUNC.
(23)
Standaardwaarde
FUNC.
geselecteerde
Opnameprogramma
Pictogram van het momenteel
FUNC.
Gewenste optie
DE SLUITERTIJD OF HET DIAFRAGMA
INSTELLEN
Als u [ SHUTTER-PRIO.AE/AESLUITERTIJDVOORKEUZE] of [
APERTURE-PRIO.AE/AE-DIAFRAGMAVOORKEUZE] selecteert, verschijnt er
naast het pictogram van het opnameprogramma een numerieke waarde.
1 Indien op het scherm de functie-
aanduiding verschijnt, druk dan op
om deze te verbergen.
2 Druk op of om de sluitertijd
of het diafragma in te stellen op de
gewenste waarde.
Richtlijnen voor sluitertijden
Merk op dat op het scherm alleen de
noemer wordt weergegeven – [250]
geeft een sluitertijd aan van 1/250
seconde, etc.
1/2*, 1/3*, 1/6, 1/12, 1/25
Voor het maken van opnamen op slecht verlichte
plaatsen.
1/50
Voor normale omstandigheden.
1/120
Voor het opnemen van sportscènes in een zaal.
1/250, 1/500, 1/1000**
Voor het maken van opnamen vanuit een auto of
trein, of voor het opnemen van snel bewegende
objecten, zoals achtbanen.
1/2000**
Voor het maken van opnamen van sportscènes
• Als u een numerieke waarde (diafragma
of sluitertijd) instelt, gaat het nummerdisplay knipperen indien het diafragma of
de sluitertijd voor de opnameomstandigheden niet geschikt is. Selecteer in dat
geval een andere waarde.
• Verplaats de programmakeuzeschakelaar tijdens het opnemen van een
scène niet naar AUTO; de helderheid
van het beeld kan anders abrupt
veranderen.
• [ SHUTTER-PRIO.AE/
AE-SLUITERTIJDVOORKEUZE]
- Als u op donkere plaatsen een lange
sluitertijd gebruikt, kunt u een
helderder beeld krijgen, maar kan de
beeldkwaliteit minder zijn, en werkt de
automatische scherpstelling mogelijk
niet goed.
- Het beeld kan flikkeren wanneer u
opneemt met hoge sluitertijden.
• [ APERTURE-PRIO.AE/
AE-DIAFRAGMAVOORKEUZE]
De feitelijke reeks beschikbare waarden
waaruit een keuze mogelijk is, zal
afhangen van de aanvankelijke
zoomstand.
Minivideolamp
U kunt, ongeacht het
opnameprogramma, altijd de
minivideolamp (hulplamp) aanzetten.
(21)
1 Indien de functie-aanduiding niet
op het scherm verschijnt, druk dan
op om deze op te roepen.
2 Druk op om te selecteren.
• Indien het symbool niet op de
functie-aanduiding wordt weergegeven, druk dan herhaaldelijk op
om dit symbool op te roepen.
• verschijnt op het scherm.
• Druk nogmaals op om de
minivideolamp uit te zetten.
GEBRUIK VAN DE OPTIONELE VIDEOLAMP
VL-3 V L
U kunt op de geavanceerde accessoireschoen de optionele videolamp VL-3
aansluiten als u een videoverlichting
wilt die krachtiger is dan kan worden
bereikt met de ingebouwde minivideolamp. Raadpleeg de handleiding van de
VL-3 voor bijzonderheden over het
aansluiten en gebruiken van deze
videolamp. Als op de geavanceerde
accessoireschoen een videoaccessoire is aangesloten, wordt
op het scherm weergegeven.
OPMERKINGEN
• Het verdient aanbeveling om geen
gebruik te maken van de minivideolamp
terwijl de optionele groothoekconverter
of teleconverter aangesloten is; De
schaduw hiervan kan op het beeld
verschijnen.
• De ingebouwde minivideolamp wordt
automatisch uitgeschakeld als u de
optionele videolamp VL-3 gebruikt. Als
u toch de ingebouwde minivideolamp
wilt gebruiken, stel de schakelaar op de
VL-3 dan eerst in op OFF.
52
Page 53
Zelfontspanner
Handmatige scherpstelling
(21)
FUNC.
(23)
FUNC.
MENU
CAMERA SETUP/Instelling
camera
SELF TIMER/Zelfontspanner
FUNC.
ON /Aan
verschijnt.
:
Druk in de opnamepauzestand op
START/STOP
.
Nadat 10* seconden is afgeteld, begint
de camcorder met de opname. Op het
scherm ziet u dat wordt afgeteld.
:
PHOTO
Druk eerst half in om de
automatische scherpstelling te
activeren en vervolgens volledig.
De camcorder maakt de foto nadat 10*
seconden is afgeteld. Op het scherm
ziet u dat wordt afgeteld.
* 2 seconden bij gebruik van de draadloze
afstandsbediening.
OPMERKINGEN
Zodra het aftellen is begonnen, kunt u de
zelfontspanner annuleren door (bij het
opnemen van films) in te
drukken of (bij het maken van foto's)
volledig in te drukken, of door de
PHOTO
camcorder uit te zetten.
START/STOP
Automatische scherpstelling werkt
mogelijk niet goed bij de onderwerpen
hieronder. Stel in een dergelijk geval
handmatig scherp.
• Reflecterende oppervlakken
• Onderwerpen met weinig contrast of
zonder verticale lijnen
• Snel bewegende onderwerpen
• Opnamen via natte ramen
• Nachtscènes
WAAR U OP MOET LETTEN
(21)
Stel de zoom in voordat u de procedure
start.
Programmakeuzeschakelaar: P
1 Indien de functie-aanduiding niet
op het scherm verschijnt, druk dan
op om deze op te roepen.
2 Druk op om [FOCUS/
SCHERPSTELLING] te selecteren.
• Indien [FOCUS/SCHERPSTELLING]
niet op de functie-aanduiding wordt
weergegeven, druk dan herhaaldelijk
op om deze optie op te roepen.
• “MF” verschijnt.
3 Druk éénmaal op of om te
controleren of het beeld scherp is
gesteld.
Het midden van het scherm wordt
vergroot zodat u gemakkelijker kunt
scherp stellen. U kunt de
scherpstellingshulpfunctie ook
uitschakelen (43).
NL
53
Page 54
Video
4 Houd of ingedrukt om de
scherpstelling, indien nodig, bij te
stellen.
• U kunt ook het keuzewiel
gebruiken om kleinere bijstellingen
uit te voeren.
• Door nogmaals op te drukken om
[FOCUS/SCHERPSTELLING] te
selecteren, keert de camcorder terug
naar automatische scherpstelling.
5 Druk op .
• De scherpstelling wordt vergrendeld.
• Door nogmaals op en
vervolgens op te drukken om
[FOCUS/SCHERPSTELLING] te
selecteren, keert de camcorder terug
naar automatische scherpstelling.
Oneindige scherpstelling
Gebruik deze functie als u wilt scherp
stellen op verafgelegen onderwerpen
zoals bergen of vuurwerk.
WAAR U OP MOET LETTEN
(21)
Stel de zoom in voordat u de procedure
start.
Programmakeuzeschakelaar: P
• Als u het keuzewiel gebruikt, de
zoom activeert of op of drukt,
verandert in “MF” en keert de
camcorder terug naar de stand voor
handmatige scherpstelling.
Automatische tegenlichtcorrectie en
handmatige instelling van de belichting
Soms kunnen onderwerpen met achtergrondverlichting te donker (onderbelicht)
overkomen of kunnen onderwerpen
onder zeer sterke lichtbronnen te helder
of verblindend (overbelicht) overkomen.
Om dit te corrigeren, kunt u de belichting
handmatig aanpassen of de automatische tegenlichtcorrectie gebruiken.
WAAR U OP MOET LETTEN
(21)
Programmakeuzeschakelaar: P
(behalve het opnameprogramma
[ FIREWORKS/VUURWERK]).
Automatische tegenlichtcorrectie
Als u opnamen maakt van onderwerpen
met een sterke lichtbron achter het
onderwerp, kunt u met één druk op de
toets de camcorder automatisch het
tegenlicht laten corrigeren.
1 Indien de functie-aanduiding niet
op het scherm verschijnt, druk dan
op om deze op te roepen.
2 Houd langer dan 2 seconden
ingedrukt.
• verschijnt.
• Door nogmaals op te drukken om
[FOCUS/SCHERPSTELLING] te
selecteren, keert de camcorder terug
naar automatische scherpstelling.
54
Page 55
Druk op .
BLC
• verschijnt.
• Druk nogmaals op om de tegen-
BLC
lichtcorrectiemodus te beëindigen.
Belichting handmatig instellen
Witbalans
De witbalansfunctie helpt u bij het
nauwkeurig reproduceren van kleuren
onder verschillende lichtomstandigheden,
zodat witte objecten in uw opnamen altijd
echt wit overkomen.
WAAR U OP MOET LETTEN
NL
1 Indien de functie-aanduiding niet
op het scherm verschijnt, druk dan
op om deze op te roepen.
2 Druk op om [EXP./BELICHTING]
te selecteren.
• Indien [EXP/BELICHTING] niet op
de functie-aanduiding wordt weergegeven, druk dan herhaaldelijk op
om deze optie op te roepen.
• Op het scherm verschijnen de
indicator voor instelling van
de belichting en de neutrale
waarde “±0”.
• De helderheid van het beeld kan
veranderen als u tijdens belichtingsvergrendeling de zoom bedient.
3 Druk op of om de helderheid
van het beeld naar wens in te
stellen.
• U kunt ook het keuzewiel gebruiken.
• Door nogmaals op te drukken om
[EXP/BELICHTING] te selecteren,
wordt de belichtingsvergrendeling
geannuleerd en keert de camcorder
terug naar automatische belichting.
4 Druk op .
• De indicator van de
belichtingsinstelling verandert in wit
en de belichting wordt vergrendeld.
• Door nogmaals op en
vervolgens op te drukken om
[EXP/BELICHTING] te selecteren,
keert de camcorder terug naar
automatische belichting.
(21)
Programmakeuzeschakelaar: P
(behalve de speciale scènes).
Opties
[ AUTO/AUTOMATISCH]
Instellingen worden automatisch verricht door de
camcorder. Gebruik deze instelling voor scènes
buitenshuis.
[DAYLIGHT/DAGLICHT]
Voor het maken van buitenshuisopnamen op een
heldere dag.
[ SHADE/SCHADUW]
Voor het maken van opnamen op beschaduwde
plaatsen.
[ CLOUDY/BEWOLKT]
Voor het maken van opnamen op een bewolkte
dag.
[TUNGSTEN/WOLFRAAM]
Voor het maken van opnamen onder
wolfraamverlichting en TL-buizen van het
wolfraamtype (drie golflengten).
[FLUORESCENT/TL]
Voor het maken van opnamen onder warmwitte
of koelwitte TL-verlichting, of TL-verlichting van
het warmwitte type (3 golflengten).
[FLUORESCENT H/TL-H
Voor het maken van opnamen onder daglicht-TL of
TL-buizen van het daglichttype (drie golflengten).
Standaardwaarde
55
Page 56
Video
[SET/INSTELLEN]
Gebruik deze handmatige stand om witte
onderwerpen onder een gekleurde verlichting wit
uit te laten komen.
FUNC.
(23)
FUNC.
FUNC.
* Als u [ SET/INSTELLEN] selecteert, druk
dan niet op , maar ga in plaats
hiervan verder met de procedure hieronder.
Pictogram van de momenteel
geselecteerde
Witbalans
Gewenste optie*
FUNC.
DE WITBALANS HANDMATIG INSTELLEN
1 Richt de camcorder op een wit
object, zoom in totdat het object het
gehele scherm vult en druk op .
Als de instelling is voltooid, stopt
met knipperen en blijft dit symbool
branden. De camcorder onthoudt de
handmatig ingestelde witbalans ook
als u de camcorder uitzet.
2 Druk op om de instelling op
FUNC.
te slaan en het menu te sluiten.
OPMERKINGEN
• Als u de witbalans handmatig instelt:
- Stel de witbalans op een voldoende
verlichte plaats handmatig in
- Zet de digitale zoom uit (42).
- Stel de witbalans opnieuw in als de
lichtomstandigheden veranderen.
- Afhankelijk van de lichtbron blijft
mogelijk knipperen. Het resultaat zal
echter nog steeds beter zijn dan met
de optie [ AUTO/AUTOMATISCH].
• Een handmatig ingestelde witbalans
geeft mogelijk een beter resultaat onder
de volgende omstandigheden:
56
- Bij veranderende lichtomstandigheden
- Bij close-ups
- Bij onderwerpen met één kleur (lucht,
zee of bos)
- Onder kwiklampen en bepaalde typen
TL-verlichting
• Afhankelijk van het type TL-licht wordt
de optimale kleurbalans mogelijk niet
verkregen bij gebruik van de opties
[ FLUORESCENT/TL] of
[ FLUORESCENT H/TL H]. Indien de
kleur onnatuurlijk lijkt, stel deze dan bij
met [ AUTO/AUTOMATISCH] of
[ SET/INSTELLEN].
Beeldeffecten
U kunt de beeldeffecten gebruiken om
de kleurverzadiging en het contrast te
wijzigen, zodat u beelden kunt maken
met speciale kleureffecten.
WAAR U OP MOET LETTEN
(21)
Programmakeuzeschakelaar: P
(behalve de speciale scènes).
Opties
[IMAGE EFFECT OFF/BEELDEFFECT UIT]
Hiermee maakt u opnamen zonder
beeldverbeterende effecten.
[VIVID/LEVENDIG]
Hiermee benadrukt u het contrast en de
kleurverzadiging.
[NEUTRAL/NEUTRAAL]
Hiermee verzacht u het contrast en de
kleurverzadiging.
[LOW SHARPENING/ZACHTE CONTOUREN]
Neemt onderwerpen op met verzachte contouren.
Standaardwaarde
Page 57
[SOFT SKIN DETAIL/ZACHT HUIDDETAIL]
Hiermee verzacht u de details van de huid om het
onderwerp een complimenteuzer uiterlijk te
geven. Het beste effect krijgt u door deze
instelling te gebruiken als u in close-up een
persoon filmt. Houd er rekening mee dat
gebieden die vergelijkbaar zijn met de huidkleur,
enigszins minder gedetailleerd zijn.
[CUSTOM/HANDMATIG]
Hiermee wijzigt u de kleurdiepte, de helderheid,
het contrast en de scherpte van het beeld.
[COL.DEPTH/ (–) Zwakkere kleuren,
KLEURDIEPTE]: (+) Rijkere kleurtonen
[BRIGHTN./(–) Donkerder beeld,
HELDERHEID]: (+) Helderder beeld
[CONTRAST]: (–) Vlakker beeld,
Selecteer een van de faders om met een fade
vanaf of naar een zwart scherm een scène te
beginnen of te beëindigen.
[ BLK&WHT/ZWART-WIT]
Maakt opnamen in zwart en wit.
[ SEPIA]
Maakt opnamen in sepiatonen om de scène er
“oud” te laten uitzien.
[ ART/ARTISTIEK]
Selecteer dit effect om aan uw opnamen iets
speels toe te voegen.
Standaardwaarde
OPMERKINGEN
• Als u een fader gebruikt, wordt deze niet
alleen toegepast op het beeld maar ook
op het geluid. Als u een effect gebruikt,
wordt het geluid normaal opgenomen.
• De camcorder onthoudt de laatst
gebruikte instelling ook als u de digitale
effecten uitschakelt of het
opnameprogramma wijzigt
57
NL
Page 58
Video
Instelling
FUNC.
(23)
FUNC.
FUNC.
* U kunt het effect op het scherm vooraf
bekijken.
** Het pictogram van het geselecteerde effect
wordt weergegeven.
Pictogram van het momenteel
geselecteerde
**
Gewenst(e) fader/effect*
Digitale effect
Faders en effecten toepassen
1 Indien de functie-aanduiding niet
op het scherm verschijnt, druk dan
op om deze op te roepen.
2 Druk op om te selecteren.
• Indien het symbool niet op de
functie-aanduiding wordt weergegeven, druk dan herhaaldelijk op
om dit symbool op te roepen.
• Het pictogram van het
geselecteerde effect wordt groen.
• Druk nogmaals op om de fader
of het effect uit te schakelen.
FADE IN
Druk op tijdens de
opnamepauzestand () en druk
vervolgens op om de
opname te beginnen met infaden.
START/STOP
FADE UIT
Druk op terwijl u opneemt ( ), druk
vervolgens op om uit te
faden en te pauzeren.
START/STOP
EEN EFFECT ACTIVEREN
opneemt of tijdens de
opnamepauzestand.
op om de foto te maken.
: Druk op terwijl u
: Druk op en vervolgens
PHOTO
Gebruik van een externe microfoon
Als u opnamen maakt in een zeer stille
omgeving, wordt het interne
machinegeluid van de camcorder
mogelijk opgepikt door de ingebouwde
microfoon. Het verdient aanbeveling in
een dergelijk geval een externe
microfoon te gebruiken.
Microfoons die compatibel zijn met de
geavanceerde accessoireschoen
U kunt op de geavanceerde
accessoireschoen van de camcorder
een optionele richtingsmicrofoon DM50 aansluiten of elke in de winkel
verkrijgbare microfoon die compatibel
is met de geavanceerde
accessoireschoen. Raadpleeg de
handleiding van de microfoon voor
bijzonderheden.
Als u een accessoire wilt aansluiten,
trek dan eerst de zoeker naar buiten en
verwijder vervolgens de afdekking van
de geavanceerde accessoireschoen.
58
Page 59
Als op de geavanceerde
accessoireschoen een compatibele
accessoire is aangesloten, wordt
op het scherm weergegeven.
Overige microfoons
U kunt ook gebruik maken van in de
winkel verkrijgbare microfoons die niet
compatibel zijn met de geavanceerde
accessoireschoen door de externe
microfoon aan te sluiten op het
aansluitpunt MIC. Gebruik in de winkel
verkrijgbare condensmicrofoons met
hun eigen voeding en een kabel die niet
langer is dan 3 meter. U kunt gebruik
maken van vrijwel elke stereomicrofoon
met een stekker van ∅ 3,5 mm, maar
het audio-opnameniveau kan onderling
verschillend zijn.
NL
OPMERKINGEN
• Let op als u een zeer lange externe
microfoon aansluit; deze kan op het
scherm verschijnen.
• Als u de DM-50 of een andere microfoon
op de camcorder aansluit, wordt de
optie [WIND SCREEN/WINDSCHERM]
automatisch ingesteld op [ OFF
/UIT].
59
Page 60
Video
Scènes beheren en de harde
schijf
Een afspeellijst maken
Maak een afspeellijst om alleen de door
u gewenste scènes af te spelen in de
door u gewenste volgorde. Druk op
PLAYLIST
originele scènes en de afspeellijst nadat
u scènes aan de afspeellijst hebt
toegevoegd.
Scènes toevoegen aan de afspeellijst.
Selecteer [ALL SCENES (THIS DATE)/
ALLE SCÈNES (DEZE DATUM)] om
aan de afspeellijst alle scènes toe te
voegen die op een bepaalde datum zijn
opgenomen. Selecteer [ONE SCENE/
ÉÉN SCÈNE] om alleen de
geselecteerde scène toe te voegen.
Gebruik in het indexscherm van de
originele opnamen de navigatietoetsen
om de scène te selecteren die u aan de
afspeellijst wilt toevoegen. Als u alle
scènes wilt toevoegen die op een
om te wisselen tussen de
Het indexscherm van de originele opnamen
ORIGINAL/Origineel
PLAYLIST/Afspeellijst
Het indexscherm van de afspeellijst
WAAR U OP MOET LETTEN
(21)
bepaalde datum zijn opgenomen,
selecteer dan een scène die op die
datum is opgenomen.
FUNC.
(23)
FUNC.
ADD TO PLAYLIST/
Toevoegen aan afspeellijst
Gewenste optie
YES/Ja
Als u klaar bent, wordt “ADDED TO
PLAYLIST/Toegevoegd aan afspeellijst”
weergegeven op het scherm. Raadpleeg
Scènes verwijderen (38) als u scènes
uit de afspeellijst wilt verwijderen.
Scènes verplaatsen in de afspeellijst
WAAR U OP MOET LETTEN
(21)
FUNC.
PLAYLIST
MOVE/Verplaatsen
Druk op in het indexscherm
van de originele opnamen. Gebruik in
het indexscherm van de afspeellijst de
navigatietoetsen om de scène te
selecteren die u wilt verplaatsen.
FUNC.
(23)
60
Page 61
Gebruik de navigatietoetsen of
het keuzewiel om de oranje
markering te verplaatsen naar
de nieuwe positie van de scène
en druk op.
FUNC.
MENU
HDD OPERATIONS/Functies
op de harde schijf
NL
YES/Ja
OPMERKINGEN
De getallen aan de onderzijde geven (aan
de linkerzijde) de originele positie van de
scène en (aan de rechterzijde) de positie
van de markering aan.
De harde schijf initialiseren
Door initialisatie worden alle films van
de harde schijf verwijderd, zodat ruimte
vrij komt voor nieuwe opnamen. Ook
wordt hiermee de fragmentatie van de
harde schijf verminderd. Fragmentatie
kan de prestatie van de camcorder
doen verslechteren en doet zich in de
loop der tijd voor door het herhaaldelijk
opnemen en verwijderen van films.
*
* Alleen indexscherm van de originele
opnamen
FUNC.
(23)
(21)
INITIALIZE HDD/Harde schijf
initialiseren
YES/Ja
**
FUNC.
**Sluit het menu alleen nadat het
schermdisplay is teruggekeerd naar het
menu [HDD OPERATIONS/FUNCTIES OP
DE HARDE SCHIJF].
YES/Ja
BELANGRIJK
• Initialisatie van de harde schijf heeft tot
gevolg dat alle opnamen voor altijd
worden verwijderd. De originele
opnamen bent u dan voorgoed kwijt.
Zorg er daarom voor dat u op een extern
apparaat van belangrijke opnamen eerst
een backup maakt.
• Tijdens de initialisatie mag u de
stroombron niet ontkoppelen en de
camcorder niet uitzetten.
• Gebruik uw computer niet om de harde
schijf van de camcorder te initialiseren.
Als u dat wel doet, zal de camcorder
niet langer correct functioneren.
61
Page 62
Foto's
Raadpleeg dit hoofdstuk voor bijzonderheden over het maken van
foto's – van het vastleggen en weergeven van beelden tot het
afdrukken hiervan.
Opnemen
Foto's maken
Voordat u een geheugenkaart voor de
eerste keer gebruikt, moet u de kaart
met deze camcorder initialiseren
(73).
(21)
1 Verplaats de schakelaar /
naar de fotostand .
2 Zet de schakelaar op ON om
de camcorder in de stand
CAMERA te zetten.
De rode indicator CAMERA gaat
vervolgens branden.
3 Druk half in.
4 Druk volledig in.
Houd u aan de voorschriften hieronder
terwijl op het scherm het
kaarttoegangsdisplay () wordt
weergegeven, en wanneer de CARDtoegangsindicator brandt of knippert.
U kunt uw gegevens anders voorgoed
kwijtraken.
- Stel de camcorder niet bloot aan
- Verwijder de geheugenkaart niet.
- Ontkoppel de stroombron niet en zet de
- Wijzig de stand van de schakelaar /
• Als het onderwerp niet geschikt is voor
• Als het onderwerp te helder is, begint
PHOTO
• Zodra automatisch scherp is
gesteld, verandert in een
groene kleur en verschijnen er een
of meer AF-kaders.
• Als u op van de draadloze
afstandsbediening drukt, wordt de
foto onmiddellijk gemaakt.
De CARD-indicator (kaarttoegangsindicator) gaat knipperen terwijl de
foto wordt gemaakt.
BELANGRIJK
trillingen of stoten.
camcorder niet uit.
of de bedieningsstand niet.
OPMERKINGEN
automatische scherpstelling, verandert
in een gele kleur. Stel dan handmatig
scherp (53).
“OVEREXP./Overbelicht” te knipperen.
Gebruik in dat geval het optionele NDfilter FS-43U II.
PHOTO
PHOTO
62
Page 63
De grootte en kwaliteit van foto's
selecteren
Foto's worden gemaakt op de
geheugenkaart met gebruik van JPEGcompressie. Als vuistregel geldt:
selecteer een grotere beeldgrootte voor
een hogere kwaliteit. Selecteer de
grootte [LW 1920x1080] voor foto's met
een hoogte/breedteverhouding van
16:9.
(21)
Opties
In de tabel hieronder ziet u de opties
voor de beeldgroottes en bij benadering
het aantal foto's dat kan worden
gemaakt op geheugenkaarten van
diverse groottes.
FUNC.
(23)
FUNC.
FUNC.
* Het getal in de rechterhoek geeft bij
benadering aan hoeveel foto’s kunnen
worden gemaakt bij de huidige instelling
van de kwaliteit en grootte.
• Afhankelijk van het aantal foto’s op de
geheugenkaart (Windows: 1800 beelden
of meer; Macintosh: 1000 beelden of
meer), kan het gebeuren dat u naar de
computer geen beelden kunt kopiëren.
Probeer in dat geval een kaartlezer te
gebruiken.
• De aansluiting op een PictBridgecompatibele printer werkt niet als de
geheugenkaart 1800 beelden of meer
bevat. Het verdient aanbeveling het
aantal foto’s op de geheugenkaart niet
hoger te laten worden dan 100. Dat
garandeert een optimale prestatie.
Pictogram van de momenteel
geselecteerde
grootte
Gewenste beeldgrootte*
Druk op
Gewenste beeldkwaliteit*
OPMERKINGEN
Beeldkwaliteit/
Standaardwaarde
Aantal foto’s dat bij benadering kan worden gemaakt op een geheugenkaart
LW 1920x1080203060901352653505251.040
L 2048x1536
M 1440x10802540801201803504707001.370
SW 848x480**105150 305 4506351.2751.7752.5155.030
S 640x480140 205375 600 8651.5602.3203.3556.040
*: [SUPER FINE/SUPERFIJN], : [FINE/FIJN], : [NORMAL/NORMAAL]
**Deze grootte is alleen beschikbaar voor het gelijktijdig maken van opnamen op de harde
schijf en de geheugenkaart.
1020406085180235350700
NL
63
Page 64
Foto's
• Gebruik bij het afdrukken van foto's de
richtlijnen hieronder voor het bepalen
van de afdrukgrootte.
BeeldgrootteAanbevolen gebruik
L 2048x1536Voor het afdrukken van
M 1440x1080Voor het afdrukken van foto's
S 640x480Voor het verzenden van
LW 1920x1080,
SW 848x480
foto's tot A4-grootte.
tot L-grootte (9 x 13 cm) of
ansichtkaartgrootte
(10 x 14,8 cm).
beelden als bijlagen bij emailberichten of publicatie
op het Web.
Voor het afdrukken van foto's
met een hoogte/breedteverhouding van 16:9. Hiervoor
is breed fotopapier nodig.
De laatste, zojuist gemaakte foto wissen
U kunt de laatst gemaakte foto wissen
terwijl u deze bekijkt binnen de tijdsduur
die u hebt ingesteld bij de optie
[REVIEW/BEKIJKEN] of onmiddellijk
nadat u de foto hebt gemaakt als de
optie [REVIEW/BEKIJKEN] op [OFF/
UIT] ingesteld is.
(21)
Weergeven
Foto's bekijken
(21)
1 Verplaats de schakelaar /
naar de fotostand .
2 Zet de schakelaar op ON, zet
deze vervolgens op MODE en laat
de schakelaar daarna los om de
camcorder in de stand PLAY te
zetten.
De groene indicator PLAY gaat
vervolgens branden.
3 Druk op of om te wisselen
tussen beelden.
Terwijl u de foto bekijkt onmiddellijk
nadat u deze hebt gemaakt:
1 Druk op om te selecteren.
2 Druk op of om [ERASE/
WISSEN] te selecteren en druk op
.
64
Foto’s snel opzoeken
U kunt snel een specifieke foto
opzoeken zonder dat u de foto’s één
voor één hoeft te doorlopen.
Page 65
FOTO'S DOORLOPEN
Druk op of en houd een van
deze toetsen ingedrukt om de foto's
snel te doorlopen.
10 -100FOTO'S OVERSLAAN
- Ontkoppel de stroombron niet en zet de
camcorder niet uit.
- Wijzig de stand van de schakelaar /
of de bedieningsstand niet.
• De volgende foto’s worden mogelijk niet
goed weergegeven:
- Foto’s die niet met deze camcorder zijn
gemaakt.
- Foto’s die zijn bewerkt op een computer
of die zijn geupload vanaf een computer.
- Foto’s waarvan de bestandsnamen zijn
gewijzigd.
Diashow
FUNC.
(23)
NL
1 Indien de functie-aanduiding niet
op het scherm verschijnt, druk dan
op om deze op te roepen.
2 Druk op om te selecteren.
3 Druk op of om [ JUMP 10
IMAGES/10 FOTO'S OVERSLAAN]
of [ JUMP 100 IMAGES/100
FOTO'S OVERSLAAN] te selecteren.
4 Druk op of om het aantal
geselecteerde beelden over te
slaan en druk op .
• U kunt nogmaals op drukken
om de functie-aanduiding te
verbergen.
• U kunt ook het keuzewiel gebruiken.
BELANGRIJK
• Houd u aan de voorschriften hieronder
terwijl op het scherm het kaarttoegangsdisplay () wordt weergegeven, en
wanneer de CARD-toegangsindicator
brandt of knippert. U kunt uw gegevens
anders voorgoed kwijtraken.
- Stel de camcorder niet bloot aan
trillingen of stoten.
- Verwijder de geheugenkaart niet.
1 Druk op .
FUNC.
2 Druk op of om
[ SLIDESHOW/DIASHOW] te
selecteren en druk op .
U kunt ook het keuzewiel gebruiken.
3 Druk op of om [START] te
selecteren en druk op .
• Foto’s worden na elkaar
weergegeven.
• Druk op om de diashow te
FUNC.
stoppen.
Indexscherm
1 Druk op de W-zijde van de
zoomregelaar.
Het indexscherm van de foto's
verschijnt.
2 Gebruik de navigatietoetsen om
een beeld te selecteren.
• Verplaats het groene selectiekader
naar de foto die u wilt bekijken.
• U kunt ook aan het keuzewiel
draaien om snel de indexschermen
te doorlopen.
3 Druk op .
Het indexscherm wordt gesloten en
de geselecteerde foto verschijnt op
het scherm.
65
Page 66
Foto's
Foto's tijdens weergave vergroten
Foto’s kunnen tijdens weergave tot 5x
worden vergroot.
(21)
1 Druk op de T-zijde van de
zoomregelaar.
• De foto wordt tweemaal zo groot
weergegeven en er verschijnt een
kader dat de positie van het
vergrote gebied aanduidt.
• Als u het beeld verder wilt
vergroten, druk dan op de T-zijde
van de zoomregelaar. Druk op de
W-zijde van de zoomregelaar als u
de vergroting wilt verminderen tot
minder dan tweemaal.
• verschijnt voor foto’s die niet
kunnen worden vergroot.
2 Gebruik de navigatietoetsen om
het kader te verplaatsen naar het
gedeelte van het beeld dat u
vergroot wilt zien.
Als u de vergroting wilt annuleren,
druk dan op de W-zijde van de
zoomregelaar totdat het kader
verdwijnt.
Eén enkele foto wissen
(21)
1 Indien de functie-aanduiding niet
op het scherm verschijnt, druk dan
op om deze op te roepen.
2 Druk op om te selecteren.
3 Druk op of om [ERASE/
WISSEN] te selecteren en druk op
.
Alle foto’s wissen
Met de volgende procedure wist u alle
niet-beveiligde foto’s op de
geheugenkaart (foto’s met de markering
worden niet gewist).
(21)
FUNC.
(23)
FUNC.
FUNC.
MENU
STILL IMG OPER./
Bedieningsfuncties voor foto's
ERASE ALL IMAGES/Alle foto's
wissen
YES/Ja
Foto's wissen
U kunt foto’s wissen die u hebt
gemaakt op de geheugenkaart.
66
BELANGRIJK
Wees voorzichtig als u foto’s wilt wissen.
Gewiste foto’s bent u voor altijd kwijt.
OPMERKINGEN
Beveiligde foto's op de geheugenkaart
kunt u niet wissen.
Page 67
Aanvullende informatie
Flitser
U kunt de ingebouwde flitser gebruiken
om op donkere plaatsen foto’s te
maken. De flitser is uitgerust met een
functie voor reductie van rode ogen.
(21)
Opties
(automatisch)
De flitser gaat automatisch af al naargelang de
helderheid van het onderwerp.
(reductie van rode ogen, automatisch)
De flitser gaat automatisch af al naargelang de
helderheid van het onderwerp. De hulplamp gaat
branden om rode ogen tegen te gaan.
(flitser ingeschakeld)
De flitser gaat altijd af.
(flitser uitgeschakeld)
De flitser gaat niet af.
1 Indien de functie-aanduiding niet
op het scherm verschijnt, druk dan
op om deze op te roepen.
2 Druk op om te selecteren.
• Indien het symbool niet op de
functie-aanduiding wordt
weergegeven, druk dan
herhaaldelijk op om dit symbool
op te roepen.
Standaardwaarde
• Druk herhaaldelijk op om te
wisselen tussen de flitserstanden.
• verdwijnt na 4 seconden.
3 Druk eerst half in om de
PHOTO
automatische scherpstelling te
activeren en vervolgens volledig
om de foto te maken.
GEBRUIK VAN DE OPTIONELE VIDEOFLITSLAMP
VFL-1FLASH
U kunt op de geavanceerde accessoireschoen de optionele videoflitslamp
VFL-1 aansluiten als u een flitser wilt die
krachtiger is dan de ingebouwde flitser.
De procedure voor het instellen van de
flitserstand is dezelfde als hierboven
beschreven. Raadpleeg de handleiding
van de VFL-1 voor bijzonderheden over
het aansluiten en gebruiken van deze
flitser. De VFL-1 kan ook worden
gebruikt als een videolamp. Als op de
geavanceerde accessoireschoen een
video-accessoire is aangesloten, wordt
op het scherm weergegeven.
OPMERKINGEN
• Het praktische bereik van de
ingebouwde flitser is circa 1 tot 2 m. Het
praktische bereik met de aangesloten
videoflitslamp VFL-1 is circa 1 tot 4 m.
In ieder geval hangt het feitelijke bereik
af van de opname-omstandigheden.
• Het bereik van de flitser neemt af bij
gebruik van de functie continuopnamen.
• Rode ogen kunnen alleen worden
gereduceerd als het onderwerp naar de
hulplamp kijkt. De mate van reductie
hangt af van de afstand en de persoon.
• De flitser gaat niet af onder de volgende
omstandigheden:
- Als u de belichting handmatig instelt in
de stand (automatisch) of
(reductie van rode ogen).
67
NL
Page 68
Foto's
- Tijdens reeksopnamen (AEB).
- Bij gebruik van het
opnameprogramma [ FIREWORKS/
VUURWERK].
• De flitserstand kan niet worden
geselecteerd als de belichting
vergrendeld is.
• Het verdient aanbeveling om geen
gebruik te maken van de flitser terwijl de
optionele groothoekconverter of
teleconverter aangesloten is; De
schaduw hiervan kan op het beeld
verschijnen.
• Over de AF-hulplamp: Als u half
indrukt en het onderwerp te donker is,
kan de hulplamp kortdurend gaan
branden om de camcorder in staat te
stellen nauwkeuriger scherp te stellen
(AF-hulplamp). U kunt de optie [AF AST
LAMP/AF-HULPLAMP] op [OFF/
UIT] zetten, zodat de hulplamp niet gaat
branden (43).
- Ook als de AF-hulplamp brandt, is het
mogelijk dat de camcorder niet kan
scherp stellen.
- Het licht van de AF-hulplamp kan
onplezierig zijn. Op publieke plaatsen,
zoals restaurants, is het meestal beter
de AF-hulplamp niet te gebruiken.
• De ingebouwde minivideolamp wordt
mogelijk automatisch uitgeschakeld als
u de optionele videoflitslamp VFL-1
aansluit. Als u toch de ingebouwde
minivideolamp wilt gebruiken, stel de
schakelaar op de VFL-1 dan eerst in op
OFF.
PHOTO
Continu-opnamen en reeksopnamen
(beeldopnamestand)
Maak een reeks foto’s van een
bewegend onderwerp of maak dezelfde
foto bij 3 verschillende
belichtingsniveaus om later de foto te
kiezen die u het best bevalt.
WAAR U OP MOET LETTEN
Programmakeuzeschakelaar: P
(behalve het opnameprogramma
[ FIREWORKS/VUURWERK]).
Standaardwaarde
Opties
[SINGLE/ENKEL]
Maakt één enkele foto.
[CONT.SHOOT./CONTINU-OPNAMEN] ,
[HISPEED CONT.SHOOT./CONTINU-OPNAMEN
MET HOGE SNELHEID ]
De camcorder maakt een reeks foto’s zolang u
ingedrukt houdt. Raadpleeg de tabel
PHOTO
op pagina 68 voor meer informatie over het
aantal beeldjes per seconde.
Maximum aantal continu-opnamen
Aantal beeldjes (frames) per seconde
Normale
snelheid
Hoge snelheid4,1 frames
Gebruik van de flitser1,7 frames
Deze getallen zijn bij benadering gegeven en variëren al naargelang de opnameomstandigheden en onderwerpen. Het feitelijke aantal beeldjes per seconde zal lager zijn
wanneer de sluitertijd 1/25 of langzamer is.
2,5 frames
Maximum aantal continu-opnamen
60 foto’s
(21)
68
Page 69
[ AEB/REEKSOPNAMEN] (Auto Exposure
Bracketing)
De camcorder maakt een foto met drie
verschillende belichtingen (donker, normaal, licht
in stappen van 1/2 EV), waarna u de opname met
de beste belichting kunt kiezen.
FUNC.
(23)
Automatische
scherpstellingsvoorkeuze
NL
Als scherpstellingsvoorkeuze is
geactiveerd, maakt de camcorder
alleen een foto nadat automatisch
scherp is gesteld.
WAAR U OP MOET LETTEN
FUNC.
geselecteerde
Beeldopnamestand
Pictogram van de momenteel
FUNC.
Gewenste optie
CONTINU-OPNAMEN/
CONTINU-OPNAMEN MET HOGE SNELHEID
1 Druk half in om de
PHOTO
automatische scherpstelling te
activeren.
2 Druk volledig en houd
PHOTO
deze toets ingedrukt.
Er wordt vervolgens een reeks foto’s
gemaakt zolang u de toets ingedrukt
houdt.
REEKSOPNAMEN
PHOTO
Druk eerst half in om de
automatische scherpstelling te
activeren en vervolgens volledig om
de foto's te maken.
Op de geheugenkaart worden drie
foto’s gemaakt met een verschillende
belichting.
(21)
Programmakeuzeschakelaar op AUTO:
De scherpstellingsvoorkeuze kan niet
worden uitgeschakeld.
Programmakeuzeschakelaar op P:
U kunt de scherpstellingsvoorkeuze
uitschakelen en ook het door u
gewenste AF-kader (kader voor
automatische scherpstelling) selecteren.
PHOTO
Standaardwaarde
Opties
[ ON:AiAF/AAN:KADERSELECTIE]
(Programmakeuzeschakelaar: P*, AUTO)
Afhankelijk van de opnameomstandigheden
worden uit de negen beschikbare kaders
automatisch één of meer AF-kaders
geselecteerd en vindt hierop de scherpstelling
plaats.
In deze stand verschijnt in het midden van het
scherm één enkel scherpstellingskader. Dit is
handig als u er zeker van wilt zijn dat de
scherpstelling precies daar is waar u deze wilt.
[ OFF/UIT]
Selecteer deze optie als u een foto wilt kunnen
maken zodra u op drukt.
* Behalve het opnameprogramma
[ FIREWORKS/VUURWERK].
69
Page 70
Foto's
FUNC.
(23)
FUNC.
MENU
CAMERA SETUP/Instelling
camera
FOCUS PRI./
Scherpstellingsvoorkeuze
FUNC.
Gewenste optie
OPMERKINGEN
In het opnameprogramma
[FIREWORKS/VUURWERK] wordt de
scherpstellingsvoorkeuze automatisch
ingesteld op [OFF/UIT].
Lichtmetingsmethode
Om de optimale belichtingsinstellingen
te berekenen, meet de camcorder het
licht dat wordt gereflecteerd vanaf het
onderwerp. Afhankelijk van het
onderwerp wilt u mogelijk de manier
veranderen waarop het licht wordt
gemeten en geëvalueerd.
WAAR U OP MOET LETTEN
Opties
[EVALUATIVE/GEHEEL VERDEELD]
Geschikt voor algemene opna meomstandigheden,
inclusief scènes met achtergrondverlichting. De
camcorder verdeelt het beeld in meerdere
gebieden en het licht wordt in al deze gebieden
gemeten om voor het onderwerp een optimale
belichting tot stand te brengen.
[CENT.WEIG HT.AVERAGE/GEMIDDELD MET
NADRUK OP MIDDEN]
Er wordt een gemiddelde genomen van het licht
dat in het gehele scherm wordt gemeten. Hierbij
wordt meer gewicht gegeven aan het onderwerp
in het midden.
[ SPOT/LOKAAL]
Hierbij wordt alleen het gebied binnen het Spot
AE Point kader gemeten. Gebruik deze instelling
om de belichting af te stemmen op het
onderwerp in het midden van het scherm.
FUNC.
(23)
Standaardwaarde
Pictogram van de momenteel
FUNC.
geselecteerde
Lichtmetingsmethode
FUNC.
Gewenste optie
Histogram en andere
camcordergegevens
Programmakeuzeschakelaar: P
70
(21)
Tijdens het bekijken van foto’s kunt u
het histogram weergeven, evenals de
pictogrammen van alle functies die ten
tijde van de opname werden gebruikt.
Gebruik het histogram als een referentie
om de juiste belichting van de foto te
controleren.
Page 71
Het gebied aan de rechterzijde van het
histogram vertegenwoordigt de lichtste
gebieden en het gebied aan de
linkerzijde de schaduwen. Een foto
waarvan het histogram naar rechts
piekt, is relatief helder; terwijl een foto
waarvan het histogram naar links piekt,
relatief donker is.
Pixeltelling
Schaduwen
Lichte
gebieden
OPMERKINGEN
Het histogram verschijnt ook na het
maken van een foto terwijl u deze bekijkt
binnen de tijdsduur die u hebt ingesteld bij
de optie [REVIEW/BEKIJKEN] (of
onmiddellijk nadat u de foto hebt gemaakt
als de optie [REVIEW/BEKIJKEN] op
[OFF/UIT] ingesteld is). U kunt ervoor
kiezen het histogram uit te zetten door op
DISP.
te drukken.
Een foto maken tijdens het opnemen
van een film
Ook als de camcorder in de stand
geheugenkaart foto's maken. Van een
scène die u opneemt op de harde schijf
kunt u tegelijkertijd een foto maken op
de geheugenkaart.
Selecteer in de opnamepauzestand de
grootte en de kwaliteit van de foto.
FUNC.
(23)
staat, kunt u op de
WAAR U OP MOET LETTEN
Standaardwaarde
STILL I.REC OFF/Foto maken uit
(21)
NL
SELECTEREN WELKE SCHERMGEGEVENS
WORDEN WEERGEGEVEN
Door herhaaldelijk op te drukken,
worden de gegevens als volgt op het
scherm weergegeven.
• Alle gegevens ingeschakeld
• Alle gegevens uitgeschakeld
• Alle gegevens ingeschakeld
• Alleen reguliere gegevens (verwijdert
het histogram en
informatiepictogrammen)
• Alle gegevens uitgeschakeld
1
De markeringen en het pictogram en de
AF-kaders wanneer de automatische
scherpstelling is vergrendeld, worden echter
nog wel op het scherm weergegeven.
DISP.
1
Pictogram van de momenteel
FUNC.
geselecteerde optie
een foto maken tijdens het
Gelijktijdig
opnemen van een film
Gewenste beeldgrootte*
Druk op
FUNC.
* Het getal in de rechterhoek geeft bij
benadering aan hoeveel foto’s kunnen
worden gemaakt bij de huidige instelling
van de kwaliteit en grootte.
Gewenste beeldkwaliteit*
71
Page 72
Foto's
Druk op om de foto te maken
PHOTO
op de geheugenkaart.
Op de geheugenkaart wordt de foto
gemaakt terwijl op het scherm de
video-opname wordt voortgezet.
OPMERKINGEN
• U kunt niet tegelijkertijd een foto op de
geheugenkaart maken terwijl de digitale
zoom of een digitaal effect geactiveerd
is.
• Het verdient aanbeveling voor het
maken van foto’s de stand
te gebruiken. Deze stand biedt de beste
kwaliteit voor foto’s.
Een foto maken van een scène die
wordt afgespeeld
U kunt op de geheugenkaart foto's
maken van een afgespeelde scène.
De grootte van de gemaakte foto is
[LW 1920x1080] en kan niet worden
gewijzigd, maar u kunt wel de
beeldkwaliteit selecteren. Zet
[TV TYPE/TV-TYPE] op [ WIDE TV/
BREEDBEELD-TV] voordat u deze
functie gebruikt (47).
(21)
FUNC.
MENU
SYSTEM SETUP/Instelling
systeem
IMG QUALITY/Beeldkwaliteit
FUNC.
* Het getal in de rechterhoek geeft bij
benadering aan hoeveel foto’s kunnen
worden gemaakt bij de huidige instelling
van de kwaliteit.
Gewenste beeldkwaliteit*
EEN FOTO MAKEN VAN HET AFSPEELBEELD
1 Start het afspelen van de
gewenste scène.
2 Las tijdens het afspelen een pauze
in op het punt waar u de foto wilt
maken.
3 Druk volledig in.
• De datacodering van de foto
• Een foto die is gemaakt van een scène
PHOTO
OPMERKINGEN
weerspiegelt de datum en tijd waarop
de originele scène is opgenomen.
met veel snelle bewegingen, kan er
wazig uitzien.
FUNC.
(23)
72
Foto's beveiligen
U kunt foto’s op de geheugenkaart
beveiligen om te voorkomen dat u deze
per abuis wist.
(21)
Page 73
FUNC.
(23)
FUNC.
PROTECT/Beveiligen
Druk op
[PROTECT/BEVEILIGEN]: Het
beeldselectiescherm verschijnt.
Opties
[INITIALIZE/INITIALISEREN]
Wist de bestandstoewijzingstabel, maar wist niet
fysiek de opgeslagen gegevens.
[COMPL.INIT./VOLLEDIG INITIALISEREN]
Wist alle gegevens volledig.
(21)
NL
IN HET BEELDSELECTIESCHERM
1 Druk op of om de foto te
selecteren die u wilt beveiligen.
2 Druk op om de foto te
beveiligen.
verschijnt op de balk aan de
onderzijde en de foto kan nu niet
meer worden gewist. Druk nogmaals
op als u de beveiliging van het
beeld wilt opheffen.
3 Herhaal stap 1 en 2 als u nog meer
foto’s wilt beveiligen of druk
tweemaal op om het menu
FUNC.
te sluiten.
BELANGRIJK
Als u de geheugenkaart initialiseert
( 73), worden alle gemaakte foto’s
permanent gewist, ook de beveiligde
foto’s.
De geheugenkaart initialiseren
Initialiseer geheugenkaarten als u deze
voor de eerste keer met deze
camcorder gebruikt, of als u alle foto's
op de geheugenkaart wilt wissen.
FUNC.
(23)
FUNC.
MENU
STILL IMG OPER./
Bedieningsfuncties voor foto's
INITIALIZE CARD/Kaart
initialiseren
Selecteer de methode voor
Kaartinitialisatie
FUNC.
* Druk op als u de volledige initialisatie
wilt annuleren terwijl deze bezig is. Alle
fotobestanden worden gewist en u kunt
zonder problemen de geheugenkaart
gebruiken.
YES*/Ja
BELANGRIJK
Als u de geheugenkaart initialiseert,
worden alle gemaakte foto’s permanent
gewist, ook de beveiligde foto’s. De
originele foto’s bent u voorgoed kwijt.
73
Page 74
Foto's
U kunt ook de volgende functies
gebruiken...
De volgende functies en kenmerken
van de camcorder kunt u gebruiken
voor het opnemen van video of voor
het maken van foto's. De manier
waarop u deze functies moet instellen
en gebruiken, is al in detail besproken.
Daarom geven wij alleen een verwijzing
naar de relevante pagina in het
“Video”-gedeelte.
• Snelstartfunctie (32)
• Zoom (31)
• Speciale scènes (49)
• Flexibele opnameprogramma's (51)
• Minivideolamp (52)
• Zelfontspanner (53)
• Handmatige scherpstelling (53)
• Automatische tegenlichtcorrectie en handmatige belichtingsinstelling (54)
• Witbalans (55)
• Beeldeffecten (56)
• Digitale effecten (57)
Foto's afdrukken
Foto's afdrukken - Direct afdrukken
De camcorder kan worden aangesloten
op elke printer die compatibel is met
PictBridge. U kunt als afdrukopdracht
vooraf de foto's markeren die u wilt
afdrukken en het gewenste aantal
exemplaren instellen (78).
Canon-printers: SELPHY-printers uit de
serie CP, DS en ES en inkjet -printers
met het PictBridge-logo.
De camcorder aansluiten op de printer
(21)
1 Plaats de geheugenkaart die de
foto’s bevat die u wilt afdrukken.
2 Schakel de printer in.
3 Sluit de camcorder op de printer
aan met de bijgeleverde USBkabel.
• Raadpleeg PC-aansluitschema
(85).
• verschijnt en verandert in .
• De afdruk/deeltoets gaat
branden en de huidige
afdrukinstellingen worden circa
6 seconden weergegeven.
74
Page 75
BELANGRIJK
• Als (langer dan 1 minuut) blijft
knipperen of niet verschijnt, dan is de
camcorder niet op de juiste wijze op de
printer aangesloten. Haal in dat geval de
USB-kabel uit de camcorder en zet de
camcorder en printer uit. Zet beide
apparaten na korte tijd weer aan, zet de
camcorder in de stand en
herstel de verbinding.
• Zelfs als u een printer aansluit op de
camcorder, wordt de printer niet
herkend als u de volgende
bedieningshandelingen uitvoert:
- Wissen van alle foto's
- Wissen van alle kopieeropdrachten.
- Wissen van alle afdrukopdrachten.
OPMERKINGEN
• verschijnt bij foto’s die niet kunnen
worden afgedrukt.
• Het verdient aanbeveling de camcorder
van stroom te voorzien via de compacte
netadapter.
• Raadpleeg ook de printerhandleiding.
Afdrukken met de afdruk/deeltoets
Door eenvoudig op te drukken,
kunt u een foto afdrukken zonder de
instellingen te wijzigen.
1 Druk op of om de foto te
selecteren die u wilt afdrukken.
2 Druk op .
• Het afdrukken begint. De toets
knippert en blijft branden
nadat het afdrukken is voltooid.
• Druk op of om een andere
foto te selecteren.
De afdrukinstellingen selecteren
U kunt voor een afdruk het aantal
exemplaren en andere instellingen
selecteren. De instellingsopties variëren
afhankelijk van uw printermodel.
Opties
[PAPER/PAPIER]
[ PAPER SIZE/PAPIERFORMAAT]
Het hangt van het printermodel af welke
papierformaten beschikbaar zijn.
[PAPER TYPE/PAPIERTYPE]
Selecteer [PHOTO/FOTO], [FAST PHOTO/FOTO
SNEL], [PLAIN/NORMAAL] of [DEFAULT/
STAN DAAR D].
[PAGE LAYOUT/PAGINALAYOUT]
Selecteer [DEFAULT/STANDAARD] of één van de
volgende beschikbare paginalayouts.
[BORDERED/MET RANDEN]: De afgedrukte foto is
vrijwel identiek aan de gemaakte foto.
[BORDERLESS/ZONDER RANDEN]: Als u deze
optie selecteert, wordt het middelste gedeelte
van de foto zodanig vergroot dat deze binnen de
hoogte/breedteverhouding van het geselecteerde
papierformaat past. De bovenzijde, onderzijde en
zijkanten van de foto worden mogelijk iets
afgesneden.
[2-UP], [4-UP], [8-UP], [9-UP], [16-UP]:
Raadpleeg de tabel op pagina 76.
NL
75
Page 76
Foto's
[ ] (Datum afdrukken)
Selecteer [ON/AAN], [OFF/UIT] of [DEFAULT/
Afdrukken nadat u de afdrukinstellingen
hebt gewijzigd
STANDAARD].
[] (Afdrukeffect)
Het afdrukeffect kan worden gebruikt met
printers die compatibel zijn met de
beeldoptimalisatiefunctie. Hiermee worden
afdrukken van hogere kwaliteit geproduceerd.
Selecteer [ON/AAN], [OFF/UIT] of [DEFAULT/
STANDAARD].
Canon inkjet/SELPHY DS-printers: U kunt ook
[VIVID/LEVENDIG], [NR/RUISREDUCTIE] of
[VIVID+NR/LEVENDIG+RUIS REDUCTIE] selecteren.
op het scherm verschijnt, druk dan
op om deze op te roepen.
2 Druk op om te selecteren.
Het instelmenu verschijnt.
Snij-instellingen ( 77)
Papierinstellingen
Huidige papierinstellingen
(papierformaat, papiertype en
paginalayout)
OPMERKINGEN
Het hangt van het printermodel af wat de
instellingsopties zijn voor het afdrukken en
wat de [DEFAULT/STANDAARD]instellingen zijn. Raadpleeg voor
bijzonderheden de printerhandleiding.
Aantal exemplaren
Afdrukeffect
Datum afdrukken
Meerdere beelden afdrukken op hetzelfde vel [2-UP], [4-UP], etc.
Bij gebruik van Canon-printers kunt u dezelfde foto meerdere malen afdrukken op
hetzelfde vel. Gebruik de volgende tabel als richtlijn voor het aanbevolen aantal
exemplaren, afhankelijk van de [ PAPER SIZE/PAPIERFORMAAT]-instelling.
[ PAPER SIZE/
PAPIERFORMAAT]→
Canon-printer↓
Inkjet-printers
SELPHY DS
SELPHY CP2, 4 of 8
SELPHY ES2, 4 of 8
1
U kunt ook de speciale stickervellen gebruiken.
2
Als u het brede fotopapier gebruikt met de [DEFAULT/STANDAARD]-instelling, kunt u ook
[2-UP] of [4-UP] gebruiken.
3
Met de [8-UP]-instelling kunt u ook de speciale stickervellen gebruiken.
[CREDITCARD][9 x 13 cm][10 x 14,8 cm][A4]
--2, 4, 9 of 16
2
3
2 of 42 of 42 of 42 of 4-
1
4
76
Page 77
3 Gebruik in het instelmenu de
navigatietoetsen om de instelling
te selecteren die u wilt wijzigen en
druk op .
4 Druk op of om de gewenste
instellingsoptie te selecteren en
druk op .
5 Gebruik de navigatietoetsen om
[PRINT/AFDRUKKEN] te
selecteren en druk op .
• Het afdrukken begint. Het
instelmenu verdwijnt wanneer alle
foto’s zijn afgedrukt.
• Als u door wilt gaan met
afdrukken, druk dan op of
om een andere foto te selecteren.
HET AFDRUKKEN ANNULEREN
1 Druk tijdens het afdrukken op .
2 Selecteer [OK] en druk op .
AFDRUKFOUTEN
BELANGRIJK
• De hieronder genoemde foto's worden
met een PictBridge-compatibele printer
mogelijk niet correct afgedrukt.
- Foto’s die zijn gemaakt of gewijzigd op
een computer en vervolgens zijn
gekopieerd naar de geheugenkaart.
- Foto’s die zijn gemaakt met de
camcorder, maar op een computer zijn
bewerkt.
- Foto’s waarvan de bestandsnaam is
gewijzigd.
- Foto’s die niet met deze camcorder
zijn gemaakt.
• Houd u tijdens het afdrukken aan het
volgende:
- Zet de camcorder of de printer niet uit.
- Wijzig de stand van de schakelaar
/ niet.
- Koppel de USB-kabel niet los.
- Verwijder de geheugenkaart niet.
• Als het bericht “BUSY/Bezig” niet
verdwijnt, verwijder dan de USB-kabel
en herstel na korte tijd de verbinding.
NL
Als zich tijdens het afdrukproces een fout
voordoet, verschijnt er een foutbericht
(95).
- Canon-printers die compatibel zijn met
PictBridge: Herstel de fout. Als het afdrukken
niet automatisch wordt hervat, selecteer dan
[CONTINUE/DOORGAAN] en druk op .
Indien [CONTINUE/DOORGAAN] niet kan
worden geselecteerd, selecteer dan [STOP],
druk op en probeer opnieuw af te
drukken. Raadpleeg voor bi jzonderheden ook
de printerhandleiding.
- Als de fout nog steeds aanhoudt en het
afdrukken niet wordt hervat, verwijder dan
de USB-kabel en zet de camcorder en
printer uit. Zet beide apparaten na korte tijd
weer aan, zet de camcorder in de stand
en herstel de verbinding.
NADAT U KLAAR BENT MET AFDRUKKEN
Haal de kabel uit de camcorder en printer
en schakel de camcorder uit.
Snij-instellingen
Stel het papierformaat en de
paginalayout in voordat u de snijinstellingen wijzigt.
1 Gebruik in het instelmenu (76)
de navigatietoetsen om
[TRIMMING/BIJSNIJDEN] te
selecteren en druk op .
Het snijkader verschijnt.
2 Wijzig het formaat van het
snijkader.
77
Page 78
Foto's
•Druk op de T-zijde van de
zoomregelaar om het kader te
verkleinen en op de W-zijde om
het te vergroten. Druk op om
de afdrukrichting (staand/liggend)
van het kader te wijzigen.
• Als u de snij-instellingen wilt
annuleren, druk dan op de W-zijde
van de zoomregelaar totdat het
snijkader verdwijnt.
3 Gebruik de navigatietoetsen om
het snijkader te verplaatsen.
4 Druk op om terug te keren
naar het afdrukmenu.
Selecteer in het instelmenu de optie
[PRINT/AFDRUKKEN] en druk op
om het gebied af te drukken dat u
hebt geselecteerd met het snijkader.
• Het snijkader verschijnt aanvankelijk in
wit. Na het toepassen van de snijinstellingen, verandert dit in groen.
• De snij-instellingen gelden alleen voor
één beeld.
• De snij-instellingen worden geannuleerd
in de volgende gevallen:
- Als u de camcorder uitschakelt.
- Als u de USB-kabel loskoppelt.
- Als u het snijkader verder vergroot dan
maximaal.
- Als u de optie [PAPER SIZE/
PAPIERFORMAAT] wijzigt.
• Het kan gebeuren dat u de snij-opties
niet kunt instellen voor een foto die niet
met deze camcorder is gemaakt.
78
FUNC.
OPMERKINGEN
Afdrukopdrachten
U kunt als afdrukopdracht vooraf de
foto's markeren die u wilt afdrukken en
het gewenste aantal exemplaren
instellen. Later kunt u de beelden van
de afdrukopdrachten eenvoudig
afdrukken door de camcorder aan te
sluiten op een PictBridge-compatibele
printer (74). U kunt voor maximaal
998 foto’s een afdrukopdracht instellen.
Foto’s selecteren om af te drukken
(afdrukopdracht)
WAAR U OP MOET LETTEN
Stel de afdrukopdrachten in voordat u
de USB-kabel aansluit op de
camcorder.
(21)
FUNC.
(23)
FUNC.
PRINT ORDER/
Afdrukopdracht
Druk op
: Het beeldselectiescherm
verschijnt.
IN HET BEELDSELECTIESCHERM
1 Druk op of om de foto te
selecteren die u met een
afdrukopdracht wilt markeren.
2 Druk op om de
afdrukopdracht in te stellen.
Het aantal exemplaren verschijnt in
oranje in het vak naast het pictogram
van de afdrukopdracht.
Page 79
3 Druk op of om het aantal
gewenste exemplaren in te stellen
en druk op .
Stel het aantal exemplaren in op 0 als
u de afdrukopdracht wilt annuleren.
4 Herhaal stap 1 t/m 3 als u nog
meer foto’s wilt markeren met een
afdrukopdracht of druk tweemaal
FUNC.
op om het menu te sluiten.
Foto’s afdrukken die zijn gemarkeerd met
een afdrukopdracht
FUNC.
(23)
1 Sluit de camcorder op de printer
aan met de bijgeleverde USBkabel.
Raadpleeg PC-aansluitschema
(85).
2 Druk op , druk op of
FUNC.
om het pictogram te
selecteren en druk op om de
instellingsmenu's te openen.
3 Druk op of om [PRINT/
AFDRUKKEN] te selecteren en
druk op .
• Het instelmenu verschijnt.
•Het foutbericht “SET PRINT
ORDER/Stel eerst een
afdrukopdracht in” verschijnt als u
een printer aansluit die voorzien is
van de functie “direct afdrukken”
en [PRINT/AFDRUKKEN]
selecteert zonder dat u eerst een
afdrukopdracht hebt ingesteld.
4 Gebruik de navigatietoetsen om
[PRINT/AFDRUKKEN] te
selecteren en druk op .
Het afdrukken begint. Het
instelmenu verdwijnt wanneer alle
foto’s zijn afgedrukt.
OPMERKINGEN
• U kunt ook het keuzewiel gebruiken om
de FUNC.- en instellingsmenu's te
doorlopen.
• Afhankelijk van de aangesloten printer
kunt u een aantal afdrukinstellingen
wijzigen voordat u stap 4 uitvoert
(75).
• Het afdrukken annuleren/afdrukfouten
(77).
• Het afdrukken hervatten: Open het
instelmenu zoals beschreven in stap 2-3
hierboven. Selecteer in het instelmenu
de optie [RESUME/HERVATTEN]* en
druk op . De resterende foto's
worden afgedrukt.
Het afdrukken kan niet worden hervat
als de afdrukopdrachtinstellingen zijn
gewijzigd of als u een foto met afdrukopdrachtinstellingen hebt verwijderd.
* In plaats hiervan verschijnt deze menu-
optie als [PRINT/AFDRUKKEN] indien de
afdrukopdracht na de eerste foto werd
onderbroken.
Alle afdrukopdrachten wissen.
(21)
FUNC.
(23)
FUNC.
MENU
STILL IMG OPER./
Bedieningsfuncties voor foto's
ERASE ALL ORD/Alle
afdrukopdrachten wissen
FUNC.
YES/Ja
NL
79
Page 80
Externe aansluitingen
Dit hoofdstuk beschrijft hoe u uw camcorder aansluit op een extern
apparaat zoals een TV, videorecorder of computer.
Aansluiting op een TV of videorecorder
Aansluitpunt COMPONENT OUT*
Het aansluitpunt voor component video is alleen voor
video bestemd. Als u gebruik maakt van aansluittype
, vergeet dan niet de audioverbindingen tot stand te
brengen via het aansluitpunt AV OUT/ .
Mini-aansluitpunt HDMI OUT*
Het mini-aansluitpunt HDMI OUT biedt een digitale
verbinding van hoge kwaliteit die in één enkele
Open het afdekplaatje van de
aansluitpunten om deze
toegankelijk te maken.
* Als u een kabel aansluit op de camcorder, zorg er dan voor dat de driehoekmarkering op
de kabelconnector tegenover de driehoekmarkering van het aansluitpunt op de camcorder
staat ().
gemakkelijke kabel audio en video combineert.
Aansluitpunt AV OUT/
Geluid uit de ingebouwde luidspreker wordt onderdrukt
als de stereovideokabel STV-250N is aangesloten op de
camcorder.
80
Page 81
Aansluitschema's
TV-toestellen met High Definition (HDTV)
Aansluitpunt op de camcorderVerbindingskabel
Uitgangsverbinding (signaalstroom ) naar een HDTV met ingangen voor Component Video.
1
S-Component-kabel CTC-100
(bijgeleverd)
Stereovideokabel STV-250N
(bijgeleverd)
2
Uitgangsverbinding (signaalstroom ) naar een HDTV met een HDMI-aansluitpunt.
HDMI-kabel HTC-100
(optioneel)
Aansluitpunt op het
aangesloten apparaat
Rood
Blauw
Groen:
Wit
Rood
Pr/Cr
Pb/Cb
AUDIO
NL
Y
L
R
81
Page 82
Externe aansluitingen
TV-toestellen met Standard Definition
Aansluitpunt op de camcorderVerbindingskabel
Aansluitpunt op het
aangesloten apparaat
3 Uitgangsverbinding (signaalstroom ) naar een TV of videorecorder met AV-aansluitpunten.
Geel
Stereovideokabel STV-250N
(bijgeleverd)
4
Uitgangsverbinding (signaalstroom ) naar een TV of videorecorder met een SCART-aansluitpunt.
Wit
Rood
Sluit eerst een SCART-adapter aan op het aansluitpunt SCART op de TV of videorecorder en sluit de
stereovideokabel STV-250N vervolgens aan op de adapter.
Rood
Wit
Geel
SCART-adapter
(in de winkel verkrijgbaar)
Afspelen op een TV-scherm
Stereovideokabel STV-250N
(bijgeleverd)
- [TV TYPE/TV-TYPE] om de uitgevoerde
video in overeenstemming te brengen
met de hoogte/breedteverhouding van
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u
op een aangesloten TV scènes afspeelt
die met deze camcorder zijn opgenomen.
De kwaliteit van het afspeelbeeld varieert
en hangt af van de aangesloten TV en het
door u gebruikte verbindingstype.
WAAR U OP MOET LETTEN
de aangesloten TV (47).
- [COMP.OUT/COMPONENT OUT] om de
specificaties van de uitgevoerde video te
selecteren bij gebruik van aansluittype
(48).
- Zet [AV/PHONES-AUDIO & VIDEO/
HOOFDTELEFOON] op [AV] als u
gebruik maakt van aansluittype of
.
Aansluiten
(21)
Wijzig, indien nodig, eerst de hieronder
genoemde instellingen voordat u de
aansluitingen verricht.
Sluit de camcorder aan op de TV
volgens een van de aansluitschema's
die worden weergegeven in het vorige
gedeelte Aansluitschema's (81).
VIDEO
AUDIO
L
R
82
Page 83
Over het aansluitpunt HDMI
De aansluiting HDMI (High-Definition Multimedia Interface) – aansluittype – is een
comfortabele, volledig digitale verbinding met gebruik van één enkele kabel voor zowel
video als audio. Als u de camcorder aansluit op een HDTV die uitgerust is met een HDMIaansluitpunt, kunt u profiteren van video- en audioweergave van de hoogste kwaliteit.
- Het mini-aansluitpunt HDMI OUT op de camcorder is alleen bestemd voor uitvoer.
Sluit dit niet aan op een HDMI-uitgang van een ander apparaat. De camcorder kan
anders beschadigd raken.
- De HDMI-verbinding herkent automatisch de hoogste resolutie die wordt
ondersteund door de aangesloten HDTV, en voert het optimale videosignaal uit om
een ultieme kijkbelevenis te realiseren. U kunt vaststellen wat de huidige specificatie
van de video-uitgang is door de menu-optie [HDMI STATUS/HDMI-STATUS] te
controleren (48).
- Een juiste werking kan niet worden gegarandeerd als de camcorder wordt
aangesloten op DVI-monitoren.
- Sommige HDTV's hebben hun HDCP-beveiliging voor digitale inhoud zodanig
geconfigureerd dat persoonlijke inhoud (video die is opgenomen voor persoonlijk gebruik)
niet kan worden afgespeeld. Als u op uw HDTV via de HDMI-verbinding de video die u met
deze camcorder hebt opgenomen, niet kunt afspelen, probeer dan de camcorder in plaats
hiervan aan te sluiten met de Component Video-verbinding – aansluittype .
- Er zal vanaf het aansluitpunt AV OUT/ of COMPONENT OUT geen video-uitvoer
plaatsvinden als de camcorder via de optionele HDMI-kabel HTC-100 op een extern
apparaat aangesloten is. In een dergelijk geval zal vanuit het aansluitpunt AV OUT/
alleen audio worden uitgevoerd.
NL
Afspelen
1 Zet de camcorder en de
aangesloten TV of videorecorder
aan.
Op een TV: Selecteer als videoingang hetzelfde aansluitpunt
waarop u de camcorder hebt
aangesloten.
Op een videorecorder: Stel de
keuzeschakelaar in op de ingang
voor externe video (gewoonlijk
aangeduid met LINE IN).
2 Begin met het afspelen van de
films ( 34) of het weergeven van
de foto's ( 64).
OPMERKINGEN
• Geluid uit de ingebouwde luidspreker
wordt onderdrukt als de
stereovideokabel STV--250N is
aangesloten op de camcorder.
• Het verdient aanbeveling de camcorder
van stroom te voorzien via de compacte
netadapter.
• Raadpleeg voor bijzonderheden ook de
handleiding van de aangesloten TV.
• U kunt uw opnamen niet alleen afspelen
op HDTV's maar ook op standaardTV's. Als u de camcorder via de
stereovideokabel STV-250N aansluit op
een TV, wordt de video-uitvoer
automatisch geconverteerd naar de
Standard Definition zonder dat u de
optie [COMP.OUT/COMPONENT OUT]
hoeft te wijzigen.
• Als u de camcorder op een TV aansluit
via de HDMI-verbinding – aansluittype
– of de component video-verbinding
– aansluittype – kunt u genieten van
de volledige resolutie van
High-Definition TV.
83
Page 84
Externe aansluitingen
• TV-toestellen die compatibel zijn met het
systeem WSS, schakelen automatisch
over op de breedbeeldstand (16:9). In
andere gevallen moet u de hoogte/
breedteverhouding van uw TV handmatig
wijzigen.
Uw opnamen kopiëren naar een externe
videorecorder
U kunt uw opnamen kopiëren vanaf uw
camcorder naar een videorecorder of
een digitaal videoapparaat. De videouitvoer zal plaatsvinden in de Standard
Definition, hoewel de originele scènes
in High Definition zijn opgenomen.
(21)
Aansluiten
Sluit de camcorder aan op de
videorecorder volgens aansluittype
of , zoals weergegeven in het vorige
gedeelte Aansluitschema's (81).
Opnemen
1 Aangesloten apparaat: Plaats een
lege cassette of schijf en zet het
apparaat in de
opnamepauzestand.
2 Deze camcorder: Lokaliseer de
scène die u wilt kopiëren en las
kort vóór de scène een
afspeelpauze in.
3 Deze camcorder: Speel de film
verder af.
4 Aangesloten apparaat: Begin op
te nemen wanneer de scène
verschijnt die u wilt kopiëren.
Stop met opnemen wanneer het
kopiëren voltooid is.
5 Deze camcorder: Stop met
afspelen.
OPMERKINGEN
• Het verdient aanbeveling de camcorder
van stroom te voorzien via de compacte
netadapter.
• Standaard worden de cameragegevens
ingebed in het video-uitvoersignaal,
maar u kunt selecteren welke gegevens
moeten worden weergegeven door
herhaaldelijk op (39) te
drukken.
DISP.
84
Page 85
Aansluiten op een computer
PC-aansluitschema
NL
USB-aansluitpunt
Open het LCD-paneel om toegang te krijgen.
Aansluitpunt op de camcorderVerbindingskabel
Uitgangsverbinding (signaalstroom ) naar een computer of PictBridge-compatibele printer met een USB-poort.
1
USB-kabel (bijgeleverd)
Foto's kopiëren - direct kopiëren
computer aan te sluiten om foto’s te
kopiëren.
Aansluitpunt op het
aangesloten apparaat
1 Installeer de bijgeleverde Digital
Met de bijgeleverde USB-kabel en
software (op de CD-ROM DIGITAL VIDEO Solution Disk) kunt u naar een
computer foto's kopiëren door heel
eenvoudig op te drukken.
Voorbereidingen
Als u voor de eerste keer de camcorder
op de computer aansluit, moet u de
software installeren en de optie voor
automatisch opstarten instellen. Vanaf
de tweede keer hoeft u alleen maar met
de USB-kabel de camcorder op de
Video Software.
Raadpleeg De software installeren
in de handleiding Digital Video Software (elektronische versie als
PDF-bestand).
2 Zet de camcorder in de stand
.
3 Sluit de camcorder op de
computer aan met de USB-kabel.
Raadpleeg PC-aansluitschema
(85).
85
Page 86
Externe aansluitingen
4 De instelling voor automatisch
opstarten instellen.
• Raadpleeg CameraWindow starten
(Windows) of Automatisch downloaden (Macintosh) in de
handleiding Digital Video Software
(elektronische versie als PDFbestand).
• Het menu voor direct kopiëren
verschijnt op het scherm van de
camcorder en de toets gaat
branden.
BELANGRIJK
• Nadat u de camcorder hebt aangesloten
op de computer, mag u de harde schijf
van de camcorder niet rechtstreeks
benaderen. Als u dat wel doet, kunnen
de gegevens in de camcorder
beschadigd raken en onbruikbaar
worden. Gebruik de software op de
bijgeleverde CD-ROM Backup Utility of
de software op de Corel Application Disc om gegevens te kopiëren tussen
de camcorder en computer.
• Als de CARD-indicator (kaarttoegangsindicator) brandt of knippert, moet u
zich aan de hieronder genoemde
voorschriften houden. U kunt anders uw
gegevens voorgoed kwijtraken.
- Stel de camcorder niet bloot aan
trillingen of stoten.
- Verwijder de geheugenkaart niet.
- Koppel de USB-kabel niet los.
- Zet de camcorder of computer niet uit.
- Wijzig de stand van de schakelaar /
of de bedieningsstand niet.
• Al naargelang de software en de
specificaties/instellingen van uw
computer wordt deze functie mogelijk
niet goed uitgevoerd.
• Indien u de beeldbestanden op uw
computer wilt gebruiken, maak dan
eerst kopieën. Gebruik de gekopieerde
bestanden en behoud de originele
bestanden in ongeschonden staat.
• Tijdens de volgende
bedieningshandelingen wordt de
camcorder niet herkend, ook al is deze
aangesloten op de computer:
- Wissen van alle foto’s op de
geheugenkaart.
- Wissen van alle kopieeropdrachten.
- Wissen van alle afdrukopdrachten.
OPMERKINGEN
• Het verdient aanbeveling de camcorder
van stroom te voorzien via de compacte
netadapter.
• Raadpleeg ook de gebruikshandleiding
van de computer.
• Gebruikers van Windows Vista,
Windows XP en Mac OS X:
Uw camcorder is uitgerust met het
standaard Picture Transfer Protocol (PTP)
waarmee u foto's kunt kopiëren (alleen
JPEG) door eenvoudigweg met de USBkabel de camcorder aan te sluiten op een
computer zonder dat u de bijgeleverde
software hoeft te installeren.
Foto's kopiëren
[ALL IMAGES/ALLE BEELDEN]
Kopieert alle foto's
[NEW IMAGES/NIEUWE BEELDEN]
Kopieert alleen foto’s naar de computer die nog
niet naar de computer zijn gekopieerd.
[TRANSFER ORDERS/KOPIEEROPDRACHTEN]
Kopieert foto's die zijn gemarkeerd met
KOPIËREN]
Hiermee kunt u een foto selecteren.
[ WALLPAPER/ACHTERGROND]
Hiermee selecteert u de foto die u wilt kopiëren
om deze als achtergrond op het bureaublad van
uw computer te gebruiken.
86
Page 87
Afdruk/deeltoets
OPTIES VOOR HANDMATIG KOPIËREN
OPTIES VOOR AUTOMATISCH KOPIËREN
Als u [ ALL IMAGES/ALLE
BEELDEN], [ NEW IMAGES/NIEUWE
BEELDEN] of [ TRANSFER
ORDERS/KOPIEEROPDRACHTEN]
selecteert, worden alle relevante foto's in
één groep naar de computer gekopieerd
en worden de miniatuurbeelden hiervan
weergegeven op de computer.
Druk op of om een kopieeroptie
te selecteren en druk op .
• De toets knippert terwijl de
foto's worden gekopieerd.
• De camcorder keert terug naar het
kopieermenu zodra de foto’s zijn
gekopieerd.
• Als u het kopiëren wilt annuleren,
druk dan op of om [CANCEL/
ANNULEREN] te selecteren en druk
op of druk op .
FUNC.
Als u [ SELECT & TRANSFER/
SELECTEREN & KOPIËREN] of
[ WALLPAPER/ACHTERGROND]
selecteert:
1 Druk op of om een
kopieeroptie te selecteren en druk
op .
2 Druk op of om het beeld te
selecteren dat u wilt kopiëren en
druk op .
• [SELECT & TRANSFER/
SELECTEREN & KOPIËREN]:
De geselecteerde foto wordt
gekopieerd en op de computer
weergegeven. Als u door wilt gaan
met kopiëren, druk dan op of
om een andere foto te selecteren.
• [ WALLPAPER/
ACHTERGROND]: De
geselecteerde foto wordt
gekopieerd naar de computer en
weergegeven als achtergrond op
het bureaublad.
• De toets knippert terwijl de
foto's worden gekopieerd.
• Druk op om terug te keren
FUNC.
naar het kopieermenu.
OPMERKINGEN
• U kunt op drukken om de beelden
te kopiëren, in plaats van op .
Bij de automatische kopieeropties
verschijnt een bevestigingsbericht.
Selecteer [OK] en druk op .
• Als de camcorder op de computer
aangesloten is en het beeldselectiescherm wordt weergegeven, en u wilt
terugkeren naar het kopieermenu, druk
FUNC.
dan op .
NL
87
Page 88
Externe aansluitingen
Kopieeropdrachten
U kunt vooraf markeren welke foto's
u als kopieeropdrachten wilt
kopiëren naar de computer.
U kunt voor maximaal 998 foto’s
een kopieeropdracht instellen.
Foto’s selecteren om te kopiëren
(kopieeropdracht)
Stel de kopieeropdrachten in voordat u
de camcorder aansluit op de computer.
(21)
FUNC.
(23)
FUNC.
TRANSFER ORDER/
Kopieeropdracht
Druk op
Het beeldselectiescherm
verschijnt.
IN HET BEELDSELECTIESCHERM
3 Herhaal stap 1 en 2 als u nog meer
foto’s wilt markeren met een
kopieeropdracht of druk tweemaal
FUNC.
op om het menu te sluiten.
Alle kopieeropdrachten wissen.
(21)
FUNC.
(23)
FUNC.
MENU
STILL IMG OPER./
Bedieningsfuncties voor foto's
ERASE ALL ORD/Alle
kopieeropdrachten wissen
FUNC.
YES/Ja
1 Druk op om de foto te
selecteren die u met een
kopieeropdracht wilt markeren.
2 Druk op om de
kopieeropdracht in te stellen.
In het vak naast het symbool van
de kopieeropdracht verschijnt een
vinkje . Druk nogmaals op als
u de kopieeropdracht wilt annuleren.
88
Page 89
Aanvullende informatie
Dit hoofdstuk behandelt oplossingen voor problemen,
schermberichten, tips voor het behandelen en onderhouden van de
camcorder, en andere informatie.
Problemen?
Problemen oplossen
Loop eerst door de lijst hieronder wanneer u problemen ondervindt bij het gebruik
van uw camcorder. Neem contact op met uw dealer of een Canon Service Center als
het probleem aanhoudt.
• Het kan zijn dat, afhankelijk van de benodigde reparatie, de harde schijf moet
worden geïnitialiseerd of vervangen, zodat u voorgoed uw gegevens kwijtraakt.
Maak op een extern apparaat een backup van uw belangrijke opnamen voordat u
de camcorder laat repareren (37). Canon is niet aansprakelijk voor
gegevensverlies als gevolg van reparatie.
• De gegevens op de harde schijf moeten worden gecontroleerd om een mogelijk
probleem te lokaliseren. Alleen de minimaal benodigde hoeveelheid gegevens zal
echter worden gecontroleerd, en de gegevens worden niet gekopieerd of opgeslagen.
Stroombron
ProbleemOplossing
• De camcorder wil niet aangaan.
• De camcorder schakelt zichzelf uit.
•Het scherm gaat aan en uit.
De oplaadindicator k nippert snel. (één knippersignaal met een tussenpoos van 0,5 seconde).
• De accu laadt niet op.
•De CHG-indicator (oplaadindicator)
knippert erg langzaam (circa
éénmaal om de 2 seconden).
De camcorder staat aan, maar
reageert niet.
De accu is vrijwel leeg. Vervang de accu of laad deze op.18
Plaats de accu op de juiste wijze in de camcorder.
Het opladen is stopgezet omdat de compacte netadapter of de accu defect
is. Neem contact op met een Canon Service Center.
1 seconde). Accu ten minste voor 50% opgeladen. Dit is normaal en duidt
niet op een storing.
Laad de accu op bij temperaturen tussen 0 °C en 40 °C.–
Accu’s kunnen tijdens gebruik heet worden en kunnen dan mogelijk niet
worden opgeladen. De CHG-indicator (oplaadindicator) gaat onregelmatig
knipperen als de temperatuur van de accu hoger of lager is dan het
voorgeschreven temperatuurbereik.Het opladen wordt gestart zodra de
accutemperatuur lager wordt dan 40 °C.
De accu is beschadigd. Gebruik een andere accu.–
De temperatuur van de camcorder is hoger geworden dan de temperatuur
waarbij de camcorder kan worden gebruikt ( wordt weergegeven).
Zet de camcorder uit en laat deze afkoelen voordat u het gebruik hervat.
De temperatuur van de camcorder is lager geworden dan de temperatuur
waarbij de camcorder kan worden gebruikt ( wordt weergegeven).
Houd de camcorder ingeschakeld en laat deze opwarmen. Indien de
camcorder nog steeds niet reageert, schakel deze dan uit en gebruik de
camcorder op een locatie die warmer is.
(twee snelle knippersignalen met een tussenpoos van
–
19
–
–
–
89
NL
Page 90
Aanvullende informatie
Opnemen/afspelen
ProbleemOplossing
De toetsen werken niet.Schakel de camcorder in.–
Op het scherm verschijnen
abnormale karakters . De camcorder
werkt niet naar behoren.
brandt in rood.De accu is vrijwel leeg. Vervang de accu of laad deze op.18
De draadloze afstandsbediening
werkt niet.
Op het scherm verschijnt videoruis.Als u de camcorder dicht in de buurt van apparaten gebruikt die sterke
Op het TV-scherm verschijnt
videoruis.
De camcorder trilt.Afhankelijk van de staat van de harde schijf kan de camcorder af en toe
Af en toe is de schijf hoorbaar als
deze is geactiveerd.
• Na lang gebruik van de camcorder
wordt deze heet.
• brandt in rood.
De volgende functies duren langer
dan normaal.
• Scènes verwijderen
•Wisselen tussen de stand
• Pauzeren tijdens een opname
• De laatst opgenomen scène bekijken
en
Ontkoppel de stroombron en sluit deze na enige tijd weer aan. Indien het
probleem aanhoudt, ontkoppel dan de stroombron en druk met een puntig
voorwerp de RESET-toets in. Door op de RESET-toets te drukken, worden
alle instellingen teruggezet naar de standaardinstelling.
Zet [WL.REMOTE/AFSTA NDSBEDIENING] op [ON/AAN].46
Vervang de batterij van de draadloze afstandsbediening.19
elektromagnetische velden uitzenden (plasma-TV’s, gsm’s, etc.), zorg dan
voor voldoende afstand tussen de camcorder en deze apparaten.
Als u de camcorder gebruikt in een kamer waar een TV staat, houd dan
tussen de camcorder en het netsnoer en de antennekabels van de TV
voldoende afstand aan.
trillen. Dit is normaal en duidt niet op een storing.
De harde schijf wordt van tijd tot tijd geactiveerd. Dit is normaal en duidt
niet op een storing.
Dit is normaal en duidt niet op een storing. Zet de camcorder uit en laat
deze een tijdje afkoelen voordat u deze weer in gebruik neemt.
Sommige functies kunnen langer duren dan normaal als de harde schijf
een groot aantal scènes bevat. Maak een backup van uw opnamen en
initialiseer de harde schijf.
Maken
ProbleemOplossing
knippert in rood op het scherm.Er is een storing in de camcorder opgetreden. Neem contact op met een
Op het scherm verschijnen
horizontale strepen.
Als een onderwerp snel voorbij de
lens flitst, wordt het beeld enigszins
verbogen weergegeven.
Het beeld verschijnt niet op het
scherm.
Canon Service Center.
Dit is een verschijnsel dat zich typisch voordoet bij CMOS-beeldsensors als
u opnamen maakt onder sommige TL-lampen, kwiklampen of
natriumlampen. Zet de programmakeuzeschakelaar op AUTO om dit effect
te reduceren. Dit is normaal en duidt niet op een storing.
Dit is een verschijnsel dat zich typisch voordoet bij CMOS-beeldsensors.
Als een onderwerp zeer snel de lens passeert, ziet het beeld er enigszins
gekromd uit. Dit is normaal en duidt niet op een s
Zet de camcorder in de stand .29
toring.
–
–
–
–
–
–
37
61
–
–
–
90
Page 91
ProbleemOplossing
Het opnemen wordt niet gestart als ik
START/STOP
op druk.
Zelfs nadat is gestopt met opnemen, ga at
de indicator van de harde schijf niet uit.
Het punt waar werd
ingedrukt, komt niet overeen met het
begin/einde van de opname.
Kort nadat begonnen is met
opnemen, wordt de opname
plotseling stopgezet.
De camcorder stelt niet scherp.De automatische scherpstelling werkt niet op het onderwerp. Stel
Geluid wordt vervormd weergegeven. Als dicht in de buurt van harde geluiden (bijvoorbeeld vuurwerk of
Het beeld in de zoeker is vaag.Stel de zoeker af met de oogcorrectieregelaar.30
START/STOPSTART/STOP
Zet de camcorder in de stand .29
Er kunnen geen scènes worden opgenomen als er al een scène wordt
opgenomen op de harde schijf.
De harde schijf is vol. Verwijder een aantal opnamen of initialiseer de
harde schijf om ruimte vrij te maken op de harde schijf.
De harde schijf bevat een maximaal aantal scènes. Verwijder een aantal opnamen.
Er kunnen geen scènes worden opgenomen als het
valbeveiligingsmechanisme actief is ( wordt weergegeven).
De temperatuur van de camcorder is hoger geworden dan de temperatuur
waarbij de camcorder kan worden gebruikt ( wordt weergegeven).
Zet de camcorder uit en laat deze afkoelen voordat u het gebruik hervat.
De temperatuur van de camcorder is lager geworden dan de temperatuur
waarbij de camcorder kan worden gebruikt ( wordt weergegeven).
Zet de camcorder uit en gebruik deze op een locatie die warmer is.
Voorkom plotselinge temperatuursverschillen.
De scène wordt op dat moment nog opgenomen op de harde schijf. Dit is
normaal en duidt niet op een storing.
Tussen het indrukken van en de feitelijke start van de opname
op de harde schijf doet zich een korte pauze voor. Dit is normaal en duidt
niet op een storing.
Als u opnamen maakt in de buurt van lawaai of sterke trillingen, ga d an
naar een andere locatie.
De temperatuur van de camcorder is hoger geworden dan de temperatuur
waarbij de camcorder kan worden gebruikt ( wordt weergegeven).
Zet de camcorder uit en laat deze afkoelen voordat u het gebruik hervat.
handmatig scherp.
Stel de zoeker af met de oogcorrectieregelaar.30
De lens of de sensor voor onmiddellijke scherpstelling (Instant AF) is vuil.
Maak de lens of sensor schoon met een zacht lensreinigingsdoekje.
Gebruik nooit tissuepapier om de lens te reinigen.
concerten) opnamen w orden gemaakt, dan kan het geluid ve rvormd raken.
Dit is normaal en duidt niet op een storing.
Afspelen/bewerken
ProbleemOplossing
Het afspelen wordt niet gestart als ik
op de afspeeltoets druk.
Zet de camcorder in de stand .34
De temperatuur van de camcorder is hoger geworden dan de temperatuur
waarbij de camcorder kan worden gebruikt ( wordt weergegeven).
Zet de camcorder uit en laat deze afkoelen voordat u het gebruik hervat.
De temperatuur van de camcorder is lager geworden dan de temperatuur
waarbij de camcorder kan worden gebruikt ( wordt weergegeven).
Zet de camcorder uit en gebruik deze op een locatie die warmer is.
Voorkom plotselinge temperatuursverschillen.
38
61
38
44
29
53
101
–
NL
–
–
–
–
–
–
–
–
91
Page 92
Aanvullende informatie
ProbleemOplossing
Af en toe is de schijf hoorbaar als
deze is geactiveerd.
Ik kan geen scènes toevoegen aan de
afspeellijst.
De ingebouwde luidspreker
produceert geen geluid.
Als de camcorder tijdens het opnemen plotseling wordt verplaatst, wordt
het geluid van de harde schijf mogelijk opgenomen.
U kunt aan een afspeellijst niet meer dan 999 scènes toevoegen.–
Open het LCD-paneel.–
Het luidsprekervolume staat uit. Wijzig in de stand met de
functie-aanduiding het volume.
Afspelen op een aangesloten TV of extern apparaat
Een "extern apparaat" kan een DVD-recorder, computer of een ander digitaal
apparaat zijn.
ProbleemOplossing
De harde schijf word t benaderd, maar
het beeld verschijnt niet op het TVscherm.
De TV produceert geen geluid.
De camcorder is aanges loten via de
optionele HDMI-kabel HTC-100, m aar
de HDTV geeft geen beeld of geluid.
De video-ingang op de TV is niet afgestemd op het video-aansluitpunt
waarop u de camcorder hebt aangesloten. Selecteer de juiste video-ingang.
Als u de camcorder aansluit op een HDTV via de S-Componentkabe l CTC-100,
zorg er dan voor dat u ook de audioverbindingen tot stand brengt met behulp
van de witte en rode stekkers van de stereovideokabel STV-250N.
Ontkoppel de HDMI-kabel HTC-100 en herstel vervolgens de verbinding of
zet de camcorder uit en weer aan.
Werken met de geheugenkaart
ProbleemOplossing
De geheugenkaart kan niet worden
geplaatst.
Ik kan geen opnamen maken op de
geheugenkaart.
De geheugenkaart kan niet worden
weergegeven.
Het beeld kan niet worden gewist.Het beeld is beveiligd. Annuleer de beveiliging.72
U houdt de geheugen kaart verkeerd vast. Keer de geheugenkaart om en
plaats de kaart opnieuw in de camcorder.
De geheugenkaart is vol. Wis foto’s om ruimte vrij te maken of vervang de
geheugenkaart.
De geheugenkaart is niet geïnitialiseerd. Initialiseer de geheugenkaart.73
De map- en bestandsnummers hebben hun maximale waarde bereikt. Zet
[FILE NOS./BESTANDSNUMMERS] op [RESET/TERUGSTELLEN] en plaats
een nieuwe geheugenkaart.
De optie in het menu FUNC. voor het gelijktijdig maken van een foto tijdens
het opnemen van video staat op [STILL I.REC OFF/FOTO MAKEN UIT].
Wijzig de instelling zodanig dat tijdens het opnemen van video foto's
kunnen worden gemaakt.
Het is niet mogelijk om foto's te maken van een afgespeeld e scène als [TV
TYPE/TV-TYPE] is ingesteld op [NORMAL TV/NORMALE TV]. In dat geval wordt
weergegeven. Zet [TV TYPE/TV-TYPE] op [WIDE TV/BREEDBEELD-TV].
Plaats een geheugenkaart.27
Zet de camcorder in de stand .64
–
34
80
81
–
27
66
47
40
47
92
Page 93
ProbleemOplossing
wordt weergegeven in rood.Er is een geheugenkaartfout opgetreden. Zet de camcorder uit. Verwijder
de geheugenkaart en plaats deze terug en zet de camcorder terug in de
stand . Als daarna nog steeds in rood wordt
weergegeven, moet u de geheugenkaart initialiseren.
De geheugenkaart is vol. Wis foto’s om ruimte vrij te maken of vervang de
geheugenkaart.
Afdrukken
ProbleemOplossing
Hoewel de camcorder e n printer goed
zijn aangesloten, werkt de printer
niet.
Verwijder de USB-kabel en zet de camcorder en printer uit. Zet beide
apparaten na korte tijd weer aan, zet de camcorder in de stand
en herstel de verbinding.
Overig
ProbleemOplossing
De camcorder maakt een ratelend
geluid.
De interne lensbevestiging kan bewegen als de camcorder wordt
uitgeschakeld. Dit is normaal en duidt niet op een storing.
Overzicht van berichten
BerichtBetekenis
CHANGE THE BATTERY PACKDe accu is vrijwel leeg. Vervang de accu of laad deze op.18
CANNOT ENTER THE
STANDBY MODE NOW
TEMPERATURE TOO HIGH TURN
OFF THE POWER AND WAIT
TEMPERATURE TOO LOW
KEEP POWER ON AND WAIT
TEMPERATURE TOO LOW
USE IN A WARM LOCATION
TEMPERATURE TOO HIGH
CANNOT RECORD
• CANNOT RECORD
• CANNOT PLAY BACK
REACHED THE MAXIMUM
NUMBER OF SCENES
De camcorder kan niet in de standby-stand komen als de resterende
accucapaciteit te laag is.
De temperatuur van de camcorder is hoger geworden dan de temperatuur
waarbij de camcorder kan worden gebruikt. Ontkoppel de compacte
netadapter en verwijder de accu. Wacht totdat de camcorder volledig is
afgekoeld voordat u deze weer in gebruik neemt.
De temperatuur van de camcorder is te laag. Houd de stroom ingeschakeld
totdat het pictogram verdwijnt.
De buitentemperatuur is te laag en de camcorder werkt niet. Verplaats de
camcorder naar een locatie met een temperatuur tussen 0 °C en 40 °C.
De temperatuur van de camcorder is hoger geworden dan de temperatuur
waarbij de camcorder kan worden gebruikt. Ontkoppel de compacte
netadapter en verwijder de accu. Wacht totdat de camcorder volledig is
afgekoeld voordat u deze weer in gebruik neemt.
Er is een probleem met de harde schijf.–
Dit bericht kan ook verschijnen als er condens is ontstaan. Wacht totdat de
camcorder volledig is opgedroogd voordat u deze weer in gebruik neemt.
Het maximale aantal scène
ruimte vrij te maken.
s is bereikt. Verwijder een aantal opnamen om
73
NL
66
–
–
32
–
–
–
–
102
38
93
Page 94
Aanvullende informatie
BerichtBetekenis
COULD NOT ADD TO PLAYLISTDe scène kan niet worden toegevoegd aan de afspeellijst. U kunt aan een
TEMPERATURE TOO HIGH
CANNOT PLAY BACK
CANNOT READ THE HARD DISKDe harde schijf kan niet worden gelezen.–
UNABLE TO RECOGNIZE THE DATA U hebt naar de camcorder gegevens gekopieerd die zijn opgenomen in een
ACCESS ERROREr heeft zich een fout voorgedaan tijdens het lezen van de harde schijf of
AVOID M OVING THE CAMCORDER Verplaats de camcorder niet terwijl de opname wordt gemaakt.–
UNABLE TO RECOVER DATAEen beschadigd bestand kon niet worden hersteld.–
HARD DISK FULLDe harde schijf is vol (op het scherm wordt “END/Einde” weergegeven).
TASK IN PROGRESS
DO NOT DISCONNECT THE
POWER SOURCE
DROP SENSOR IS TURNED OFFDe camcorder is ingeschakeld terwijl [DROP SENSOR/VALSENSOR] op [OFF/
DROP DETECTED
POWER WAS TURNED OFF
USE THE CAMCORDER TO
INITIALIZE THE HARD DISK
BUFFER OVERFLOW
RECORDING WAS STOPPED
NO CARDIn de camcorder is geen geheugenkaart aanwezig.27
afspeellijst niet meer dan 999 scènes toevoegen. Verwijder een aantal
opnamen.
De temperatuur van de camcorder is hoger geworden dan de temperatuur
waarbij de camcorder kan worden gebruikt ( wordt weergegeven). Zet
de camcorder uit en laat deze afkoelen voordat u het gebruik hervat.
Dit bericht kan ook verschijnen als er condens is ontstaan. Wacht totdat de
camcorder volledig is opgedroogd voordat u deze weer in gebruik neemt.
Dit bericht kan ook verschijnen als de temperatuur hoger wordt dan de
temperatuur waarbij de camcorder kan worden gebruikt ( wordt
weergegeven). Zet de camcorder uit en laat deze afkoelen voordat u het
gebruik hervat.
ander televisiesysteem (NTSC).
tijdens een poging om daarop gegevens weg te schrijven.
Dit bericht kan ook verschijnen als er condens is ontstaan. Wacht totdat de
camcorder volledig is
Dit bericht kan ook verschijnen als er condens is ontstaan. Wacht totdat de
camcorder volledig is opgedroogd voordat u deze weer in gebruik neemt.
Verwijder een aantal opnamen om ruimte vrij te maken.
De camcorder is bezig met het bijwerken van de harde schijf. Ontkoppel de
compacte netadapter niet en verwijder de accu niet.
UIT] staat. In dit geval is het risico groter dat de harde schijf beschadigd raakt
als u de camcorder laat vallen.
Als u de camcorder laat vallen terwijl deze inges
kabel aangesloten is op een computer, wordt de camcorder automatisch
uitgeschakeld om de harde schijf te beveiligen. Dit bericht verschijnt de
volgende keer dat u de camcorder inschakelt. Dit is normaal en duidt niet op
een storing.
Er heeft zich een fout voorgedaan op de harde schijf en gegevens kunnen niet
worden hersteld. Initialiseer de harde schijf.
Er is herhaaldelijk gedetecteerd dat de camcorder is gevallen en de buffer is
vol geraakt. Ga naar een locatie die stabieler is en maak het mogelijk dat
gegevens op de harde schijf kunnen worden geschreven. Stel [DROP SENSOR/
VALSENSOR] in op [OFF/UIT] als u de camcorder gebruikt in een situatie
waarin het waarschijnlijk is dat herhaaldelijk wordt gedetecteerd dat de
camcorder valt.
opgedroogd voordat u deze weer in gebruik neemt.
chakeld is of via de USB-
38
–
102
–
–
–
102
102
38
–
44
–
61
44
94
Page 95
BerichtBetekenis
NO IMAGESEr zijn op de geheugenkaart geen foto’s gemaakt.–
CARD ERROREr is een geheugenkaartfout opgetreden. De camcorder kan de foto niet
CARD FULLDe geheugenkaart is vol. Wis foto’s om ruimte vrij te maken of vervang de
THE CAMCORDER IS SET TO STILL
IMAGE MODE
NAMING ERRORDe map- en bestandsnummers hebben hun maximale waarde bereikt. Zet de
TRANSFER ORDER ERRORU hebt geprobeerd meer dan 998 kopieeropdrachten in te stellen. Verlaag het
TOO MANY STILL IMAGES
DISCONNECT USB CABLE
WHILE THE CAMCORDER IS
CONNECTED TO A PC DO NOT
DISCONNECT THE USB CABLE OR
POWER SOURCE
CANNOT TURN OFF POWER OR
CHANGE MODES
CONNECT THE COMPACT POWER
ADAPTER
BACK UP RECORDINGS
REGULARLY
maken of niet weergeven. Als in rood verschijnt nadat het bericht is
verdwenen, ga dan als volgt te werk: Zet de camcorder uit. Verwijder de
geheugenkaart en plaats deze terug en zet de camcorder terug in de stand
Als weer in groen verandert, kunt u weer opnemen/weergeven. Is dit niet
het geval, initialiseer de geheugenkaart dan. (Als u da t doet, worden alle foto's
op de geheugenkaart verwijderd.)
geheugenkaart.
U hebt ingedrukt tijdens het maken van foto's ( stand ).
optie [FILE NOS./BESTANDSNUMMERS] op [RESET/TERUGSTELLEN] en wis
alle beelden op de geheugenkaart of initialiseer de geheugenkaart.
aantal foto's dat is gemarkeerd met een kopieeropdracht.
Verwijder de USB-kabel en verlaag het aantal foto's op de geheugenkaart tot
minder dan 1800. Als er op het computerscherm een dialoogvenster
verschijnt, sluit dit dan en sluit vervolgens opnieuw de USB-kabel aan.
Er kan niet met de camcorder worden gewerkt als de camcorder in de stand
harde schijf kan beschadigd raken als u tijdens weergave van dit bericht de
USB-kabel verwijdert of de stroombron uitschakelt. Gebruik de computer om
de verbinding te beëindigen voordat u de kabel verwijdert.
Als de camcorder in de stand staat en op de computer
aangesloten is, verschijnt dit bericht indien de camcorder via de accu van
stroom wordt voorzien. Sluit de compacte netadapter aan op de camcorder.
Dit bericht kan verschijnen als u de camcorder inschakelt. Bij een storing
kunnen opnamen verloren gaan. Zorg er daarom voor dat u van uw opnamen
periodiek een backup maakt.
.
START/STOP
staat en via de U
SB-kabel is aangesloten op de computer. De
73
NL
66
–
–
88
–
–
–
37
Berichten die betrekking hebben op "direct afdrukken" (Direct Print)
Voor wat betreft Inkjet/SELPHY DS-printers van Canon: Als op de printer de foutindicator
knippert of op het bedieningspaneel van de printer een foutbericht verschijnt,
raadpleeg dan de printerhandleiding.
BerichtBetekenis
PAPE R ER ROREr is een probleem met het papier. Het papier is niet correct doorgevoerd of het
papierformaat is ver keerd. Ook kan de papieruitvoerlade gesloten zijn. Ope n de lade dan
om foto’s af te kunnen drukken.
95
Page 96
Aanvullende informatie
BerichtBetekenis
NO PAPERHet papier is niet op de juiste wijze geplaatst of er is geen papier aanwezig.
PAPER JAMHet papier is tijdens het afdrukken vastgelopen. Selecteer [STOP] om het afdrukken te
INK ERROREr is een probleem met de inkt. Vervang de inktcassette.
NO INKDe inktcassette is niet aanwezig of de inkt is op.
LOW INK LEVELDe inktcass ette moet snel worden vervangen. Selecteer [CONTINUE/DOORGAAN] om
INK ABSORBER FULLSelecteer [CONTINUE/DOORG AAN] om het afdrukken te hervatten. Neem contact op met
• FILE ERROR
• CANNOT PRINT!
COULD NOT PRINT X IMAGESU hebt ge probeerd de afdrukopdracht-instellingen te gebruiken voor het afdrukken van X
SET PRINT ORDEROp de geheugenkaart is geen foto gemarkeerd met een afdrukopdracht.
PRINT ORDER ERRORU hebt geprobeerd meer dan 998 foto’s in de afdrukopdracht in te stellen.
CANNOT TRIMU hebt geprobeerd een foto bij te snijden die met een andere camcorder is gemaakt.
READJUST TRIMMINGU hebt de [PAPER/PAPIER]-in
PRINTER ERRORStop met afdrukken. Zet de printer uit en weer aan. Controleer de printerstatus. Als de
PRINT ERRORAnnuleer het afdrukken, verwijder de USB-kabel en zet de printer uit. Wacht even, zet de
HARDWARE ERRORStop met afdrukken. Zet de printer uit en weer aan. Controleer de printerstatus. Als de
COMMUNICATION ERRORDe printer wordt geconfronteerd met een fout in de gegevensoverdracht. Annuleer het
CHECK PRINT SETTINGSDe afdrukinstellingen kunnen niet worden gebruikt voor het afdrukken met de toets
INCOMPATIBLE PAPER SIZEDe papierinstellingen van de camcorder zijn in tegenstrijd met de printerinstellingen.
PRINTER IN US
PAPER LEVER ERROREr is een fout opgetreden met de papierhendel. Stel de papierselectiehendel in de juiste
PRINTER COVER OPENMaak het printerdeksel goed dicht.
NO PRINTHEADEr is in de printer geen printkop geïnstalleerd of de printkop is defect.
EDe printer is bezig met afdrukken. Controleer de printerstatus.
annuleren. Verwijder het vastgelopen papier, voeg opnieuw papier toe en probeer het
opnieuw.
door te gaan met afdrukken.
een Canon Service Center (raadpleeg het overzicht dat bijgeleverd is bij de printer) om
de inktabsorbeerinrichting te vervangen.
U hebt geprobeerd een foto af te drukken die is gemaakt met een andere camcorder,
met een andere compressie, of een foto die op een computer is bewerkt.
beelden die met een andere camcorder zijn gemaakt, die een andere compressie
hebben of die op een computer zijn bewerkt.
stellingen gewijzigd na toepassing van de snij-instellingen.
fout aanhoudt, neem dan contact op met de afdeling klantenservice of het
servicecentrum van uw keuze. Raadpleeg hiervoor de printerhandleiding.
printer opnieuw aan en sluit de USB-kabel weer aan. Controleer de printerstatus.
Als u afdrukt met de toets, controleer dan de afdrukinstellingen.
printer met een batterij uitgerust is, kan deze uitgeput zijn. Schakel in dat geval de
printer uit, vervang de batterij en schakel de printer weer in.
afdrukken, verwijder de USB-kabel en zet de printer uit. Wacht even, zet de printer
opnieuw aan en sluit de USB-kabel weer aan. Als u afdrukt met de toets ,
controleer dan de afdrukinstellingen.
Of u hebt geprobeerd af te drukken vanaf een geheugenkaart die een groot aantal
beelden bevat. Verminder in dat geval het aantal beelden.
.
stand in.
96
Page 97
Wat u wel en niet moet doen
Hoe u de camcorder moet behandelen
Camcorder
Zorg ervoor dat u zich houdt aan de
richtlijnen hieronder. Dan bent u verzekerd
van een maximale prestatie. Zorg er ook
voor dat u zich houdt aan de
voorzorgsmaatregelen ten aanzien van de
harde schijf, omdat beschadiging hiervan
kan leiden tot permanent gegevensverlies.
• Maak periodiek een backup van uw opnamen. Zorg ervoor dat u uw films
kopieert naar een extern apparaat
zoals een computer of DVD-recorder
(37) en maak periodiek
backups.Dan bent u er zeker van dat
u uw belangrijke opnamen bij schade
niet kwijt bent. Bovendien creëert u
hiermee vrije ruimte op de harde
schijf. Canon is niet aansprakelijk
voor gegevensverlies.
• Stel de camcorder niet bloot aan trillingen of stoten. De harde schijf is
een apparaat met hoge precisie.Als de
camcorder wordt blootgesteld aan
trillingen of hevige stoten, of als u de
camcorder laat vallen, dan wordt de
harde schijf mogelijk niet herkend of
kan het gebeuren dat het opnemen/
afspelen plotseling wordt stopgezet.
Wees in het bijzonder voorzichtig als
de indicator van de harde schijf brandt
of knippert. Maak geen opnamen op
plaatsen met hard lawaai. Als u de
schouderriem gebruikt, voorkom dan
dat de camcorder heen en weer zwaait
en een object raakt.
• Houd, indien mogelijk, de valsensor ingeschakeld. Deze
camcorder is uitgerust met een
sensor die versnelling detecteert.
Als u de camcorder laat vallen of aan
een vergelijkbare situatie blootstelt,
NL
wordt een mechanisme geactiveerd
dat ontworpen is om schade aan de
harde schijf te voorkomen, en kan het
gebeuren dat het opnemen/afspelen
wordt stopgezet of de camcorder
wordt uitgeschakeld. Indien u deze
functie deactiveert (44), verhoogt
u het risico dat de harde schijf
beschadigd raakt als deze aan
dergelijke omstandigheden wordt
blootgesteld. Maar zelfs wanneer
deze functie op [ ON/AAN] is
ingesteld, kan de harde schijf
beschadigd raken als u de camcorder
laat vallen.
• Ontkoppel de stroombron niet als
de indicator van de harde schijf
brandt of knippert. De harde schijf
kan beschadigd raken en u kunt uw
gegevens kwijtraken als u de stroombron ontkoppelt of de camcorder
uitschakelt terwijl gegevens worden
weggeschreven op de harde schijf.
• Gebruik de camcorder alleen
binnen het temperatuurbereik
waarbij de camcorder kan worden
gebruikt. Indien de temperatuur van
de camcorder te heet of te koud
wordt, kan het gebeuren dat het
opnemen/afspelen wordt stopgezet
om schade aan de harde schijf te
voorkomen.Bij dergelijke
temperaturen verschijnt er een
waarschuwing op het scherm.
• Gebruik de camcorder niet op grote hoogte. Gebruik de camcorder
niet op hoogtes die hoger zijn dan
3000 meter boven de zeespiegel of
op andere plaatsen met een lage
atmosferische druk. De harde schijf
kan anders beschadigd raken.
97
Page 98
Aanvullende informatie
• Initialiseer de harde schijf als films
niet op normale wijze kunnen
worden opgenomen/afgespeeld.
De harde schijf kan in de loop der tijd
gefragmenteerd raken door het
herhaaldelijk opnemen en verwijderen
van films, waardoor de prestatie kan
verslechteren.In dat geval moet u de
harde schijf initialiseren (61). Alle
opnamen worden gewist indien u de
harde schijf initialiseert. Maak op een
extern apparaat daarom eerst een
backup van uw belangrijke opnamen
voordat u de harde schijf initialiseert.
• Houd de camcorder niet vast aan het
LCD-paneel of de zoeker. Wees
voorzichtig als u het LCD-paneel sluit.
• Laat de camcorder niet achter op
plaatsen met hoge temperaturen
(zoals in een auto of onder direct
zonlicht) of hoge vochtigheid.
• Gebruik de camcorder niet in de
buurt van sterke elektrische of
magnetische velden zoals boven een
TV, in de buurt van plasma-TV’s of
mobiele telefoons.
• Richt de lens of zoeker niet op sterke
lichtbronnen. Laat de camcorder niet
gericht op een helder onderwerp.
• Gebruik en bewaar de camcorder niet
op stoffige of zanderige plaatsen. De
camcorder is niet waterdicht – vermijd
daarom ook water, modder of zout. De
camcorder en/of lens kan beschadigd
raken als dergelijke substanties de
camcorder binnendringen.
• Let op hitte die door verlichtingsapparatuur wordt afgegeven.
• Demonteer de camcorder niet. Als de
camcorder niet naar behoren werkt,
neem dan contact op met een
deskundige reparateur.
• Ga voorzichtig met de camcorder om.
Stel de camcorder niet bloot aan
schokken of trillingen, omdat hierdoor
schade kan ontstaan.
98
Accu
GEVAAR!
Behandel de accu met de nodige
voorzichtigheid.
• Houd de accu uit de buurt van open
vuur (de accu kan exploderen).
• Stel de accu niet bloot aan
temperaturen die hoger zijn dan
60 °C. Laat de accu niet achter in de
buurt van een ingeschakeld
verwarmingsapparaat of binnen een
auto bij heet weer.
• Probeer de accu niet uit elkaar te
halen of er aan te knutselen.
• Laat de accu niet vallen en stel de
accu niet bloot aan schokken.
• Laat de accu niet nat worden.
• Opgeladen accu’s ontladen zich op
natuurlijke wijze. Zorg er daarom voor
dat u de accu op de dag van gebruik,
of de dag ervoor, oplaadt. U bent dan
verzekerd van een volle accu.
• Bevestig de afdekplaat van de accu
als u een accu niet gebruikt. Contact
met metalen objecten kan leiden tot
kortsluiting en schade aan de accu.
• Vuile polen kunnen tot gevolg hebben
dat het contact tussen de accu en de
camcorder niet goed is. Veeg de polen
schoon met een zachte, droge doek.
• Als u een opgeladen accu voor
langere tijd (circa 1 jaar) opbergt, kan
de levensduur van de accu afnemen
of de prestatie achteruitgaan. Daarom
verdient het aanbeveling de accu
volledig te ontladen en deze op te
bergen op een droge plaats bij een
temperatuur die niet hoger wordt dan
30 °C. Als u de accu langere periodes
niet gebruikt, dan bevelen wij aan om
de accu ten minste eenmaal per jaar
volledig op te laden en te ontladen.
Doe dit tegelijkertijd ook met andere
accu’s als u meer dan één accu hebt.
Page 99
• Hoewel de accu kan worden gebruikt
bij temperaturen tussen 0 °C en
40 °C, is een temperatuur tussen
10 °C en 30 °C het optimale bereik.
Bij koude temperaturen zal de
prestatie tijdelijk achteruitgaan.
Verwarm de accu eerst in uw zak
voordat u deze gebruikt.
• Als de accu volledig opgeladen is,
maar de gebruikstijd bij normale
temperaturen toch aanzienlijk korter
wordt, vervang de accu dan.
Over de afdekplaat van de accu
De afdekplaat van de accu is voorzien
van een []-gevormde opening. Dit is
handig als u een onderscheid wilt
maken tussen accu's die opgeladen zijn
en niet opgeladen zijn.
Achterzijde van de accu
Afdekplaat aangesloten
de camcorder niet uitschakelen, de
stroombron niet loskoppelen en de
geheugenkaart niet verwijderen.
• Gebruik geen geheugenkaarten op
plaatsen die blootstaan aan sterke
magnetische velden.
• Laat geheugenkaarten niet achter op
plaatsen met een hoge vochtigheid
en hoge temperaturen.
• Demonteer of verbuig een geheugenkaart niet, laat een geheugenkaart
niet vallen en stel een geheugenkaart
niet bloot aan schokken of water.
• Raak de contactpunten niet aan en
stel deze niet bloot aan stof of vuil.
• Controleer hoe u de geheugenkaart
naar de camcorder gericht houdt
voordat u deze in de camcorder
plaatst. Als u een geheugenkaart
verkeerd om in de sleuf probeert te
plaatsen, kan de geheugenkaart of
camcorder beschadigd raken.
• Plak geen labels of stickers op de
geheugenkaart.
Lithiumknoopbatterij
NL
Opgeladen
Niet opgeladen
Geheugenkaart
• Het verdient aanbeveling om op uw
computer een reservekopie van uw
geheugenkaartopnamen op te slaan.
Beeldgegevens kunnen vanwege
geheugenkaartdefecten of
blootstelling aan statische elektriciteit
beschadigd of verloren raken. Canon
is niet aansprakelijk voor
beschadigde of verloren gegevens.
• Als de CARD-indicator (kaarttoegangsindicator) knippert, mag u
WAARSCHUWING!
• Verkeerde behandeling van de batterij
van de afstandsbediening kan leiden
tot brandgevaar of chemische
brandwonden. Laad de batterij niet
op, demonteer de batterij niet, laat de
batterij niet warmer worden dan
100 °C en laat de batterij niet
ontbranden.
• Vervang de batterij door een CR2025
van Panasonic, Hitachi Maxell, Sony,
Sanyo, of door Duracell2025. Gebruik
van andere batterijen kan brand of
een explosie tot gevolg hebben.
• De gebruikte batterij moet worden
ingeleverd bij de leverancier voor een
veilige verwerking.
99
Page 100
Aanvullende informatie
• Pak de batterij niet vast met een
pincet of ander metalen gereedschap,
omdat hierdoor kortsluiting kan
ontstaan.
• Veeg de batterij schoon met een
schone, droge doek om ervoor te
zorgen dat met de camcorder goed
contact wordt gemaakt.
• Houd de batterij buiten bereik van
kinderen. Roep onmiddellijk de hulp
van een arts in als de batterij wordt
ingeslikt. De batterijhuls kan breken,
waardoor de vrijgekomen
batterijvloeistof schade kan
toebrengen aan ingewanden.
• Demonteer of verhit de batterij niet,
en dompel de batterij niet onder in
water. Anders bestaat explosiegevaar.
De batterij verwijderen
Wanneer u de camcorder afdankt, moet
u eerst de ingebouwde lithiumbatterij
verwijderen
2 Verwijder de afdekking.
3 Draai de schroef los die wordt
getoond in de afbeelding.
1 Maak met een schroevendraaier
aan de onderzijde de vier
schroeven los die worden getoond
in de afbeelding.
100
4 Verschuif de aansluiteenheid van
het statief en verwijder deze.
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.