Alpine CDM-7892R User Manual [nl]

CDM-7892R
FM/MW/LW RDS CD Receiver
Gebruiksaanwijzing
Gelieve te lezen alvorens het toestel in gebruik te nemen.
Alpine Electronics Benelux Branch Office
Tel. +32-(0)2-725 13 15 Fax +32-(0)2-726 13 26
3
Inhoud
Werking van de cd-speler
Het beweeglijke display openen en sluiten Weergave Muzieksensor (Skip) Snel voor- en achterwaarts zoeken Herhaalde weergave M.I.X. (willekeurige weergave) Bediening van een cd-wisselaar (optioneel)
Gebruik van SETUP
Regeling van het niveau van de bronsignalen De tunermodus omschakelen Subwoofer aan- en uitschakelen Regeling van het frequentie-interval Instellen van de AUX-modus Demonstratie
Informatie
Bij problemen Specificaties
WAARSCHUWING
Waarschuwing Opgelet Voorzorgen
Basiswerking
Het frontpaneel verwijderen Het frontpaneel terugplaatsen Het systeem initialiseren Aan- en uitschakelen Regeling van de displayhoek Regeling volume/balans (links – rechts) / fader (voor – achter)/Defeat Dempingfunctie aan- en uitschakelen De afbeelding van het audioniveau wijzigen Regeling van de lage tonen Regeling van de hoge tonen Regeling van de ingebouwde filters Over de scheidingstijdcorrectie Bass Focus Regeling van de scheidingstijdcorrectie Regeling van de MX-modus
Werking van de radio
Manuele afstemming Afstemmen door automatisch zoeken Manueel opslaan van de voorkeuzezenders Automatisch opslaan van de voorkeuzezenders Afstemmen op voorkeuzezenders
Werking van RDS
Instellen van de RDS-ontvangst en ontvangst van RDS-zenders RDS-voorkeuzezenders oproepen Ontvangst van regionale (lokale) RDS-zenders Ontvangst van verkeersinformatie Instellen van de functie PTY (programmatype) Ontvangst van verkeersinformatie tijdens het afspelen van een cd of het beluisteren van de radio Voorrang aan het nieuws
4 4 4
6 6 6 7 7 7
7 7 8 8 8
9 10 11 11
12 12 12 13 13
14 14 14 15 15
16 16
17 17 18 18 18 18 18
19 19 19 19 20 20
21 23
LEG UW HANDEN, VINGERS OF VREEMDE VOORWER­PEN NIET IN DE INVOERSLEUVEN OF ANDERE OPENINGEN.
Zo niet bestaat er gevaar voor persoonlijke ver­wondingen of schade aan het toestel.
OPGELET
Het uitroepteken in een gelijkzijdige driehoek en de melding ‘OPGELET’ zijn bedoeld om de gebruiker te wijzen op belangrijke gebruiksinstructies. Het niet naleven van deze instructies kan verwondin­gen of materiële schade veroorzaken.
BIJ PROBLEMEN, HET GEBRUIK ONMIDDELLIJK STOPZETTEN.
Zo niet bestaat er gevaar voor persoonlijke ver­wondingen of schade aan het toestel. Breng het product voor herstelling binnen bij uw erkende Alpine-verdeler of het dichtstbijzijnde Alpine Service Center.
VOORZORGEN
Temperatuur
Zorg ervoor dat de temperatuur in de wagen tussen +60°C en -10°C bedraagt vóór u het toestel aan­schakelt.
Vochtcondensatie
Als tijdens het afspelen van een cd de klank onre­gelmatig is, kan het zijn dat er vochtcondensatie is opgetreden. Verwijder de disk uit de lezer en wacht ongeveer een uur tot het vocht verdampt.
Beschadigde disk
Gebarsten, vervormde of beschadigde disks niet afspelen. Dit kan het leesmechanisme zwaar be­schadigen.
Onderhoud
Probeer bij problemen nooit het toestel zelf te her­stellen. Breng het voor herstelling binnen bij uw erkende Alpine-verdeler of het dichtstbijzijnde Alpine Service Center.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Het uitroepteken in een gelijkzijdige driehoek en de melding ‘WAARSCHUWING’ zijn bedoeld om de gebruiker te wijzen op belangrijke gebruiksinstruc­ties. Het niet naleven van deze instructies kan zware verwondingen of zelfs de dood tot gevolg hebben.
GEBRUIK GEEN FUNCTIES DIE UW AANDACHT KUNNEN AFLEIDEN VAN HET RIJDEN
Functies die langdurig uw aandacht vereisen mag u slechts uitvoeren nadat de wagen volledig tot stil­stand werd gebracht. Parkeer de wagen op een veilige plek alvorens deze functies uit te voeren. Zo niet kunt u ongevallen veroorzaken.
STEL HET GELUIDSNIVEAU ZODANIG IN DAT U TIJDENS HET RIJDEN NOG STEEDS DE GELUIDEN VAN BUITEN­AF HOORT.
Zo niet kunt u ongevallen veroorzaken.
HET TOESTEL NIET DEMONTEREN OF WIJZIGEN.
Zo niet bestaat er gevaar voor ongevallen, brand of elektrische schokken.
GEBRUIK DIT TOESTEL ENKEL IN AUT O’S MET EEN 12 V NEGA TIEVE AARDING.
(Bij twijfel, raadpleeg uw verdeler). Zo niet bestaat er gevaar brand, enz.
KLEINE VOORWERPEN, BIJV. BATTERIJEN, BUITEN HET BEREIK VAN KINDEREN HOUDEN.
Inslikken van dergelijke voorwerpen kan ernstige verwondingen veroorzaken. Bij inslikken, onmiddel­lijk een arts raadplegen.
GEBRUIK ZEKERINGEN MET DE JUISTE STROOM­STERKTE.
Zo niet bestaat er gevaar voor brand of elektrische schokken.
BLOKKEER NOOIT DE LUCHTSPLETEN OF RADIATOR­PANELEN.
Zo niet bestaat er gevaar voor interne warmteaccu­mulatie, wat kan leiden tot brand.
GEBRUIK DIT PRODUCT VOOR MOBIELE APPLICATIES VAN 12 V.
Gebruik van het toestel voor andere doeleinden dan die waarvoor het bedoeld is, kan brand, elektrische schokken of andere verwondingen veroorzaken.
4
Probeer nooit het volgende
Probeer niet de disk vast te grijpen of eraan te trek­ken terwijl hij door het automatische laadmechanis­me in de speler wordt geladen. Probeer niet een disk in het toestel te laden als het uitgeschakeld is.
Disks inladen
Uw speler kan maar één disk tegelijk afspelen. Probeer niet meer dan één disk in het toestel te laden. Zorg ervoor dat de zijde met het label naar boven ligt als u de disk invoert. Een disk die niet correct werd ingevoerd, zal automatisch door de speler uitgeworpen worden. Als de speler een ver­keerd ingevoerde disk meermaals uitwerpt, drukt u met een puntig voorwerp (bijv. een balpen) op de toets RESET. Als u een disk afspeelt terwijl u over een hobbelige weg rijdt, kan dit overslag veroorza­ken, maar geen krassen op de schijf, noch schade aan het toestel.
Nieuwe disks
Als preventieve maatregel om te voorkomen dat een cd klem raakt, werpt de cd-speler automatisch disks met een onregelmatig oppervlak of disks die verkeerd werden uitgevoerd uit. Als een nieuwe disk in het toestel wordt ingevoerd en meteen wordt uitgeworpen, ga dan met je vinger even rond de binnenrand van de centrale opening en over de bui­tenrand van de disk. Voelt u onregelmatigheden op de schijf, dan zouden deze een correcte invoer kunnen belemmeren. Om de onregelmatigheden te verwijderen, wrijft u met een balpen of iets derge­lijks over de binnenkant van de opening en de bui­tenrand van de disk en voert u de disk opnieuw in.
Disks met onregelmatige vorm
Zorg ervoor dat u alleen ronde disks met dit toestel gebruikt en nooit disks met een speciale vorm. Gebruik van disks met een speciale vorm kan het mechanisme beschadigen.
Plaats van de installatie
Zorg ervoor dat de CDM-7892R niet wordt geïns­talleerd op een locatie die blootgesteld is aan:
rechtstreeks zonlicht en warmte; vocht en water teveel stof; teveel trillingen.
Manipuleren van het afneembare frontpaneel
stel het niet bloot aan regen of water; laat het niet vallen en onderwerp het niet aan schokken.
Correcte manipulatie
Laat de disk niet vallen! Houd de disk bij de rand vast om geen vingerafdrukken achter te laten op het oppervlak. Gebruik geen kleefband of gegomde etiketten op de disk. Schrijf niet op de disk.
Reinigen van de disk
Vingerafdrukken, stof of vuil op de disk kunnen maken dat de cd-speler verspringt. Wrijf geregeld het diskoppervlak schoon met een zacht, proper doek, van aan het midden van de schijf naar de bui­tenkant toe. Als het oppervlak erg bevuild is, bevochtigt u een zacht, proper doek met een neutrale reinigingsoplossing en maakt u de disk hiermee schoon.
Disktoebehoren
Er bestaan op de markt heel wat accessoires om het diskoppervlak te beschermen en de klankkwali­teit te verbeteren. Maar de meeste beïnvloeden de dikte en/of de diameter van de disk. Het gebruik van dergelijke toebehoren kan maken dat de disk buiten de standaardspecificaties valt en de werking verstoren. We raden u aan deze accessoires niet te gebruiken in combinatie met de Alpine cd-spelers.
5
Onregelmatigheden
aan de buitenkant
Centrale opening
Onregelmatigheden
Nieuwe disk
Doorzichtige folie
Diskstabilisator
WAARSCHUWING
• Te bedienen op afstand
Dit toestel kan op afstand bediend worden met behulp van een optionele Alpine afstands­bediening. Gelieve voor meer details contact op te nemen met uw Alpine-verdeler. Richt de zender van de optionele afstands­bediening naar de sensor voor de afstands­>bediening.
Sensor voor de afstandsbediening
• Aansluiting mogelijk op interfacebox voor afstandsbediening
U kunt dit toestel bedienen vanaf de stuureen­heid van de wagen indien een optionele Alpine-interfacebox voor afstandsbediening werd aangesloten. Gelieve voor meer details contact op te nemen met uw Alpine-verdeler.
Het systeem initialiseren
Druk op de RESET schakelaar als u het toestel voor het eerst gebruikt, als u voor het eerst de cd-wisselaar installeert, de autobatterij heeft vervangen, enz.
Controleer of het toestel uitgeschakeld is. Is het toestel aangeschakeld, houd dan ten minste 3 seconden de POWER toets in om het toestel uit te schakelen.
2 Druk op de RESET schakelaar met een bal­pen of een ander puntig voorwerp.
Over de demonstratie
Dit toestel is uitgerust met een demofunctie. Als u het voor het eerst aanschakelt of terug­gesteld heeft, wordt de demofunctie automa­tisch gestart. Om de demo stop te zetten gaat u naar de sectie ‘Demonstratie’ op pag. 20.
6
Basiswerking
Verwijdering van het frontpaneel
Houd de POWER toets ten minste 3 seconden ingedrukt om het toestel uit te schakelen. Druk op de toets (loskoppelen) onderaan links tot het frontpaneel uit het toestel springt. Trek de linkerkant van het frontpaneel naar u toe om het te verwijderen.
Opmerkingen
• Het frontpaneel kan warm worden (vooral de aan-sluit­punten). Dit wijst niet op een slechte werking.
• Teneinde het frontpaneel te beschermen, legt u het best in het bijgeleverde transportdoosje.
Het frontpaneel terugplaatsen
Plaats eerst de rechterkant van het frontpaneel in het toestel en zet de inkeping op het frontpa­neel op eenzelfde lijn met het vooruitstekende deel op de hoofdeenheid. Druk op de linkerkant van het frontpaneel tot het stevig in het toestel vastzit.
Opmerking
Vóór u het frontpaneel terugplaatst dient u na te gaan of er geen vuil of stof op de aansluitpunten ligt en of niets tussen het frontpaneel en de hoofdeenheid ligt.
1 2 3
1
2
1
2
77
Aan- en uitschakelen
Druk op de POWER toets om het toestel aan te schakelen.
Opmerking
Het toestel kan aangeschakeld worden door op gelijk welke andere toets te drukken, behalve de uitwerptoets
Het volume stijgt geleidelijk aan naar het vorige niveau waarnaar u luisterde vóór het toestel werd uitgeschakeld. Druk opnieuw ten minste 3 seconden op de POWER toets om het toestel uit te schakelen.
Opmerking
Als het toestel voor het eerst wordt aangeschakeld, staat het toestel afgesteld op volumeniveau op 14.
Regeling van de displayhoek
Het beweeglijke display kan in 3 verschillende hoeken ingesteld worden, volgens de voorkeur van de gebruiker.
Druk op de ANGLE toets om de hoek van het beweeglijke display te regelen.
Opmerkingen
• Het display sluit een halve minuut nadat het contact werd afgezet.
• De ingestelde displayhoek wordt opgeslagen in het geheugen. De displayhoek hoeft niet opnieuw ingesteld te worden wanneer het contact wordt aangezet.
Opgelet
Houd uw handen (of andere voorwerpen) uit de buurt van het display terwijl het opent of sluit, dit om schade of verwondingen te vermijden.Het beweeglijke display kan in normale gebruiksomstandigheden heel warm worden aan de achterkant. Dit wijst niet op een werkingsfout. Niet aanraken.
Regeling volume/balans (links – rechts)/ fader (voor – achter)/Defeat
1 Druk herhaaldelijk op de MODE knop (draai­knop) om de gewenste modus te kiezen. Telkens u op deze toets drukt, verandert de modus als volgt:
Opmerkingen
• Als u niet aan de MODE knop draait binnen de 5 seconden nadat u de modi BALANCE, FADER, DEFEAT en SUBWOOFER heeft geselecteerd, zet het toestel zich automatisch in de VOLUME modus.
• *Als de subwoofer is ingesteld op OFF, kan het niveau van de subwoofer niet aangepast worden.
Draai aan de draaiknop tot u in elke modus de gewenste klank bekomt. Door de functie Defeat in te stellen op ON, worden de instellingen van BASS en Treble teruggesteld op hun stan­daardwaarde, maar wordt de MX-instelling gedesactiveerd.
Dempingfunctie aan- en uitschakelen
Als u deze functie activeert, wordt het geluid­sniveau automatisch met 20 dB verlaagd.
Druk op de toets MUTE om de MUTE-modus te activeren. Het geluidsniveau wordt met onge­veer 20 dB verlaagd. Drukt u opnieuw op de toets MUTE, dan wordt het geluidsniveau hersteld.
De afbeelding van het audioniveau wijzigen
Druk op de DISP toets om de afbeelding van het audioniveau te wijzigen
1
1
1
2
Volume Subwoofer* Balance Fader Defeat
1
1
8
Basiswerking
Regeling van de hoge tonen
U kunt de klemtoon van de frequentie van de hoge tonen wijzigen om uw eigen klankbeeld te scheppen.
Druk op de CENTER f. toets om de instelmo- dus van de hoge tonen aan te schakelen.
De centrale frequentie van de hoge tonen
instellen: Druk op de DN of de UP toets om de gewenste centrale frequentie van de hoge tonen te selecteren.
Beklemtoont de afgebeelde frequentiebereiken van
de hoge tonen.
Het niveau van de hoge tonen instellen: Draai aan de draaiknop om het gewenste niveau van de hoge tonen te selecteren (-7 ˜ +7). U kunt de frequentie van de hoge tonen versterken of verzwakken.
Opmerkingen
Als u binnen de 5 seconden niet op een toets drukt, wordt de
instelling van de hoge-tonenregeling automatisch uitgeschakeld.
De instellingen van de hoge tonen worden afzonderlijk opges
lagen voor elke bron (FM, MW (LW), cd,...) tot de instelling wordt gewijzigd. Zodra de frequentie en de bandbreedte van de hoge tonen zijn geselecteerd voor een van de bronnen (FM, MW (LW), cd) is deze instelling van toepassing op alle bronnen.
Deze functie werkt niet als de functie DEFEAT is ingesteld op ON.
Regeling van de ingebouwde filters
U kunt het hoogdoorlaatfilter, het laagdoorlaat­filter en de fase op dit toestel wijzigen om uw eigen favoriete geluidseffecten te creëren.
Houd de X-OVER toets ten minste 2 seconden ingedrukt. Herhaal deze procedure om de gewenste parameter te selecteren.
* Als de subwooferuitgang van dit toestel is ingesteld op OFF, zijn LPF en fase gedesactiveerd.
Druk op de DN of de UP toets om de
gewenste instelling te selecteren. 1 HPF (instelling van het hoogdoorlaatfilter):
FLAT(OFF) 80 Hz 120Hz 160Hz
Brengt alle frequenties voort die hoger liggen dan de frequentie die u geselecteerd heeft afhankelijk van uw eigen voorkeur.
2 LPF (instelling van het laagdoorlaatfilter):
FLAT(OFF) 80 Hz 120Hz 160Hz
Regeling van de lage tonen
U kunt de klemtoon van de frequentie van de lage tonen wijzigen om uw eigen klankbeeld te scheppen.
Druk op de CENTER f toets om de instelmodus van de lage tonen aan te schakelen.
De centrale basfrequentie instellen:
Druk op de DN of de UP toets om de gewenste centrale frequentie van de lage tonen te selecteren.
Beklemtoont de afgebeelde basfrequentiebereiken.
De bandbreedte voor de lage tonen instellen
(Q-factor): Druk op de BAND toets om de gewenste bandbreedte voor de lage tonen in te stellen.
Wijzigt de bandbreedte van de lage tonen naar breed of smal. De instelling Wide versterkt een breed gamma van frequenties boven en onder de centrale frequentie.Een smallere instelling versterkt enkel de frequenties die in de buurt liggen van de centrale frequentie.
Het basniveau instellen:
Draai aan de draaiknop om het gewenste bas­niveau te selecteren (-7 ˜ +7). U kunt de basfre­quentie versterken of verzwakken.
Opmerkingen
Als u binnen de 5 seconden niet op een toets drukt, wordt de
instelling van de basregeling automatisch uitgeschakeld.
De instellingen van de lage tonen worden afzonderlijk opgesla-
gen voor elke bron (FM, MW (LW), cd,...) tot de instelling wordt gewijzigd. Zodra de basfrequentie en de bandbreedte van de lage tonen zijn geselecteerd voor een van de bronnen (FM, MW (LW), cd) is deze instelling van toepassing op alle bronnen.
Deze functie werkt niet als de functie DEFEAT is ingesteld op ON..
1
2
1
2-1
BASS TREBLE
normal mode
60kHz 80Hz 100kHz 200kHz
2-2
B.Width1 B.Width2 B.Width3 B.Width4
(Wide) (Narrow)
2-3
BASS TREBLE
normal mode
1
2-1
10.0kHz 12.5kHz 15.0kHz 17,5kHz
2-1
normal mode HPF LPF*
Loading...
+ 16 hidden pages