LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK NEEMT.
Let op: Lees het volgende voor u dit toestel in gebruik neemt.
1 Om er zeker van te kunnen zijn dat u de optimale prestaties uit
uw toestel haalt, dient u deze handleiding zorgvuldig door te
lezen. Bewaar de handleiding op een veilige plek zodat u er
later nog eens iets in kunt opzoeken.
2 Installeer dit toestel op een goed geventileerde, koele, droge,
schone plek – uit direct zonlicht, uit de buurt van
warmtebronnen, trillingen, stof, vocht en/of kou. Zorg voor
een ventilatieruimte van tenminste 30 cm ruimte aan de
bovenkant, 20 cm aan de rechter- en linkerkant en 20 cm aan
de achterkant van dit toestel.
3 Plaats dit toestel uit de buurt van andere elektrische
apparatuur, motoren of transformatoren om storend gebrom te
voorkomen.
4 Stel dit toestel niet bloot aan plotselinge
temperatuurswisselingen van koud naar warm en plaats het
toestel niet in een omgeving met een hoge vochtigheidsgraad
(bijv. in een ruimte met een luchtbevochtiger) om te
voorkomen dat zich binnenin het toestel condens vormt, wat
zou kunnen leiden tot elektrische schokken, brand, schade aan
dit toestel en/of persoonlijk letsel.
5 Vermijd plekken waar andere voorwerpen op het toestel
kunnen vallen, of waar het toestel bloot staat aan druppelende
of spattende vloeistoffen. Plaats de volgende dingen niet
bovenop dit toestel:
– Andere componenten, daar deze schade kunnen
veroorzaken en/of de afwerking van dit toestel kunnen
doen verkleuren.
– Brandende voorwerpen (bijv. kaarsen), daar deze brand,
schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel kunnen
veroorzaken.
– Voorwerpen met vloeistoffen, daar deze elektrische
schokken voor de gebruiker en/of schade aan dit toestel
kunnen veroorzaken wanneer de vloeistof daaruit in het
toestel terecht komt.
6 Dek het toestel niet af met een krant, tafellaken, gordijn enz.
zodat de koeling niet belemmerd wordt. Als de temperatuur
binnenin het toestel te hoog wordt, kan dit leiden tot brand,
schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel.
7 Steek de stekker van dit toestel pas in het stopcontact als alle
aansluitingen gemaakt zijn.
8 Gebruik het toestel niet wanneer het ondersteboven is
geplaatst. Het kan hierdoor oververhit raken wat kan leiden tot
schade.
9 Gebruik geen overdreven kracht op de schakelaars, knoppen
en/of snoeren.
10 Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u aan de
stekker zelf trekken, niet aan het snoer.
11 Maak dit toestel niet schoon met chemische oplosmiddelen;
dit kan de afwerking beschadigen. Gebruik alleen een schone,
droge doek.
12 Gebruik alleen het op dit toestel aangegeven voltage. Gebruik
van dit toestel bij een hoger voltage dan aangegeven is
gevaarlijk en kan leiden tot brand, schade aan het toestel en/of
persoonlijk letsel. Yamaha aanvaardt geen aansprakelijkheid
voor enige schade veroorzaakt door gebruik van dit toestel
met een ander voltage dan hetgeen aangegeven staat.
13 Om schade door blikseminslag te voorkomen dient u de
stekker uit het stopcontact te halen wanneer het onweert.
14 Probeer niet zelf wijzigingen in dit toestel aan te brengen of
het te repareren. Neem contact op met erkend Yamaha
servicepersoneel wanneer u vermoedt dat het toestel reparatie
behoeft. Probeer in geen geval de behuizing open te maken.
15 Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet zult gebruiken
(bijv. vakantie), dient u de stekker uit het stopcontact te halen.
16 Installeer dit toestel in de buurt van een stopcontact op een
plek waar u de stekker en het stopcontact gemakkelijk kunt
bereiken.
17 Lees het hoofdstuk “Oplossen van problemen” over veel
voorkomende vergissingen bij de bediening voor u de
conclusie trekt dat het toestel een storing of defect vertoont.
18 Voor u dit toestel verplaatst, dient u op STANDBY/ON te
drukken om dit toestel uit (standby) te schakelen en de stekker
uit het stopcontact te halen.
19 De batterijen mogen niet worden blootgesteld aan hitte, zoals
door direct zonlicht, vuur of iets dergelijks.
20 Een te hoge geluidsdruk (volume) van een oortelefoon of
hoofdtelefoon kan leiden tot gehoorschade.
WAARSCHUWING
OM DE RISICO’S VOOR BRAND OF
ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VERMINDEREN,
MAG U DIT TOESTEL IN GEEN GEVAL
BLOOTSTELLEN AAN VOCHT OF REGEN.
Dit toestel is niet afgesloten van de stroomvoorziening
zolang het is aangesloten op het stopcontact, ook niet
wanneer u het toestel zelf uitschakelt met
STANDBY/ON. Deze staat wordt ook wel ‘standby’ of
waakstand genoemd. In deze staat is dit toestel
ontworpen om slechts een zeer kleine hoeveelheid
stroom te gebruiken.
Alleen voor klanten in Nederlands
Bij dit product zijn batterijen geleverd.
Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet
weggooien maar inleveren als KCA.
Dit symbool stemt overeen met de
EU-richtlijn 2002/96/EC
Dit symbool betekent dat elektrische en
elektronische apparaten aan het einde van
hun levensduur moeten worden aangeboden
voor gescheiden afvalverzameling.
Leef de plaatselijke voorschriften na en bied
uw oude producten niet aan bij het gewone
huisvuil.
• Sommige handelingen kunnen zowel worden uitgevoerd met
de toetsen op het voorpaneel als met de afstandsbediening.
Als de naam van een toets op de afstandsbediening verschilt
van die op het voorpaneel, zal de naam van de betreffende
toets op de afstandsbediening tussen haakjes vermeld
worden.
• Deze handleiding is gedrukt voor uw toestel geproduceerd
werd. Daarom kunnen ontwerp en specificaties gewijzigd
zijn als gevolg van verbeteringen enz. Als de handleiding en
het product van elkaar verschillen, heeft het product de
prioriteit.
•“9SPEAKERS” of “AMULTI CH IN” (voorbeeld) geeft
de naam aan van een onderdeel op het voorpaneel of de
afstandsbediening. Raadpleeg het bijgevoegde vel of de
bladzijden in het aanhangsel aan het eind van deze
handleiding voor de locatie van de verschillende onderdelen.
•Het “☞ ” symbool met bladzijdenummer(s) geeft de
bijbehorende bladzijde(n) aan.
◆ Stel SCENE ‘sjablonen’ (voorgeprogrammeerde instellingen)
in voor allerlei situaties
◆ Mogelijkheid tot het aanpassen van SCENE sjablonen
Decoders en DSP schakelingen
◆ Zelf ontwikkelde Yamaha technologie voor de creatie van
multikanaals surroundweergave
◆ Compressed Music Enhancer stand ter verbetering van de
weergavekwaliteit van ongewenste compressieverschijnselen
(zoals kunnen voorkomen bij MP3) tot het niveau van een
hoogwaardige stereo-installatie
◆ Dolby Digital decoder
◆ Dolby Pro Logic/Dolby Pro Logic II decoder
◆ DTS decoder
◆ Virtual CINEMA DSP
◆ SILENT CINEMA
™
Verfijnde FM/AM ontvanger
◆ 40 Willekeurig en gemakkelijk toegankelijke
voorkeuzezenders
◆ Automatisch voorprogrammeren
◆ Radio Data Systeem ontvangst
(Alleen modellen voor Europa)
HDMI (High-Definition Multimedia Interface)
◆ HDMI interface voor standaard, verbeterde of high-definition
video (inclusief 1080p videosignalen)
USB functies
◆ USB poort voor aansluiting van USB geheugenapparatuur of
een draagbare audiospeler met een USB aansluiting
◆ Geschikt voor MP3, WMA en WAV
Overige kenmerken
◆ YPAO (Yamaha Parametric Room Acoustic Optimizer) voor
automatische instelling van de luidsprekers
◆ 192-kHz/24-bits D/A converter
◆ Direct Stereo voor onversneden hi-fi weergave van analoge
een PCM 2-kanaals bronnen
◆ 6 extra ingangsaansluitingen voor gescheiden multikanaals
signalen
◆ OSD (in-beeld display) menu’s waarmee u dit toestel optimaal
kunt aanpassen aan uw eigen audio/videosysteem
◆ Component video ingangen/uitgang (3 COMPONENT
VIDEO IN ingangen en 1 MONITOR OUT)
◆ S-video in-/uitgangsaansluitingen
◆ Optisch en coaxiaal digitale audio-aansluitingen
◆ Slaaptimer
◆ Middernacht luisterfuncties voor film en muziek
◆ Afstandsbediening met voorgeprogrammeerde
afstandsbedieningscodes
Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories.
“Dolby”, “Pro Logic”, en het dubbele-D symbool zijn
handelsmerken van Dolby Laboratories.
“SILENT CINEMA” is een handelsmerk van YAMAHA
CORPORATION.
“HDMI”, het “HDMI” logo en “High-Definition Multimedia
Interface” zijn handelsmerken van HDMI Licensing LLC.
2 Nl
“DTS” en “DTS Digital Surround” zijn gedeponeerde
handelsmerken van DTS, Inc.
Dit toestel is uitgerust met technologie die is ontwikkeld door
Analog Devices, Inc. en anderen. Het is strikt verboden dit toestel
voor andere dan audiovisuele doeleinden te gebruiken.
Van start
Van start
■ Controleren van de meegeleverde
accessoires
Controleer of u alle volgende onderdelen inderdaad
ontvangen hebt.
Afstandsbediening
POWER
STANDBY
POWER
POWER
AVTV
AUDIO SEL
SLEEP MUTE
MULTI CH IN
TUNER
CD MD/CD-R
TV CH
DVD DTV/CBL DVR
V-AUX USB
TV VOL
AMP
TV MUTE
TV INPUT
SCENE
4321
BAND LEVEL
VOLUME
MENU
TITLE
ENTER
DISPLAY
RETURN
REC
MODE – PTY SEEK – START
FREQ/TEXT
EON
STRAIGHTENHANCERl PROG h
4321
SUR.DECODENIGHT
DIRECT ST.
81070965
ENT
Opmerking
De uitvoering van de meegeleverde accessoires hangt mede af van
het model in kwestie.
Batterijen (2)
(AAA, R03, UM-4)
Optimalisatie-
microfoon
AM ringantenne
FM binnenantenne
■ Inzetten van batterijen in de
afstandsbediening
1
3
2
1Verwijder de klep van het batterijvak.
2Doe de twee meegeleverde batterijen
(AAA, R03, UM-4) in het vak met de polen
(+ en –) de goede kant op zoals aangegeven
in het batterijvak.
3Klik de klep van het batterijvak weer terug op
zijn plaats.
INLEIDING
Opmerkingen
• Verwissel alle batterijen wanneer u het volgende merkt:
– het bereik van de afstandsbediening wordt minder.
• Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar.
• Gebruik geen verschillende soorten batterijen door elkaar
(alkali en gewone batterijen bijvoorbeeld). Lees de informatie
op de verpakking aandachtig door, want de verschillende
soorten batterijen kunnen erg op elkaar lijken.
• Als de batterijen zijn gaan lekken, moet u ze onmiddellijk
weggooien. Raak het uit de batterijen gelekte materiaal niet aan
en zorg ervoor dat het niet op uw kleding enz. komt. Maak het
batterijvak goed schoon voor u er nieuwe batterijen in doet.
• Gooi batterijen nooit samen met gewoon huishoudelijk afval
weg; neem bij het weggooien van batterijen de plaatselijk
geldende regelgeving in acht.
• Als de afstandsbediening langer dan 2 minuten zonder
batterijen zit, of als er lege batterijen in zitten, zal het geheugen
gewist worden. Wanneer het geheugen gewist is, dient u nieuwe
batterijen in de afstandsbediening te doen en moet u de
afstandsbedieningscode opnieuw programmeren.
Nederlands
3 Nl
Snelstartgids
Snelstartgids
Hieronder wordt de makkelijkste manier beschreven waarop u
van films op DVD kunt gaan genieten in uw eigen thuisbioscoop.
Rechter voor-
Beeldscherm
Linker voor-
luidspreker
luidspreker
Subwoofer
Rechter surround-
luidspreker
Voorbereiding: Controleer de
onderdelen
Bij de onderstaande stappen heeft u de volgende
meegeleverde accessoires nodig.
❏ FM binnenantenne
❏ AM ringantenne
Midden-
luidspreker
DVD-speler
Linker surround-
luidspreker
Stap 1: Instellen van uw
luidsprekers
☞
P. 5
Stap 2: Sluit uw DVD-speler en
andere componenten aan
☞
P. 6
Stap 3: Zet het toestel aan en
druk op de SCENE 1 toets
De volgende onderdelen worden niet meegeleverd in de
verpakking van dit toestel.
Let erop dat u de linker (L) en rechter (R) kanalen,
“+” (rood) en “–” (zwart) op de juiste manier aansluit.
Voor-luidsprekers
Stel uw luidsprekers op in uw kamer en sluit ze aan op dit toestel.
COMPONENT VIDEO
DVD
DTV/CBL DVRDVD
OUT
S VIDEO
R
P
DIGITAL INPUT
P
B
OPTICAL
CD
3
DTV/
2
CBL
1
DVD
COAXIAL
VIDEO
MULTI CH INPUT
CENTER
SURROUNDFRONT
L
L
R
R
SUBWOOFER
DTV/CBLMONITOR
DVD
DTV/CBL
HDMI
VIDEO
DVR
MONITOR
IN OUT
OUT
AUDIOOUTPUT
D
CD
V
R
IN
OU
T
ANTENNA
DVDOUTDTV/CBL
SPEAKERSAC OUTLETS
AM
GND
FM
LRLR
SURROUND CENTER FRONT B
75
UNBAL.
IN
O
U
T
MD/
(PLAY)
(REC)
CD-R
SUB
WO
O
FER
L
R
FRONT A
1Stel uw luidsprekers en uw subwoofer op in
de kamer.
2Sluit luidsprekerkabels aan op elk van de
luidsprekers.
De kabels zijn verschillend gekleurd of gevormd,
misschien een streep, groef of ribbels. Sluit de
afwijkend gestreepte (gegroefde enz.) draad aan op
de “+” (rood) aansluitingen van dit toestel en uw
luidspreker. Verbind de gewone draad met de “–”
(zwarte) aansluitingen.
3Verbind elk van de luidsprekerkabels met de
corresponderende luidsprekeraansluiting op
dit toestel.
1234
LosInbrengenVast
Naar de rechter
voor-luidspreker
Linker voorluidspreker
Midden- en surround-luidsprekers
Naar de
rechter
surround-
luidspreker
Naar de linker
surround-luidspreker
Naar de middenluidspreker
4Verbind de subwooferkabel met de
ingangsaansluiting van de subwoofer en met
de SUBWOOFER OUTPUT aansluiting van dit
toestel.
INLEIDING
1 Zorg ervoor dat de stekker van zowel dit toestel als
die van de subwoofer allebei uit het stopcontact
gehaald zijn.
2 Draai de blootliggende draadjes van de
luidsprekerkabels netjes in elkaar om kortsluiting te
voorkomen.
3 Zorg ervoor dat de blootliggende luidsprekerdraden
elkaar niet kunnen raken.
4 Zorg ervoor dat de blootliggende luidsprekerdraden
nergens contact kunnen maken met metalen
onderdelen van dit toestel.
Ingangsaansluiting
Subwoofer
Subwooferkabel
AV-receiver
MD/
IN
OUT
(PLAY)
(REC)
CD-R
OUTPUT
SUB
WOOFER
SUBWOOFER
OUTPUT
aansluiting
Nederlands
5 Nl
Snelstartgids
L/MONO
AUDIOAUDIO
COLOR STREAM HD
VIDEOVIDEO-1 ININ
S-VIDEO
RYP
BPR
RL/MONO
Stap 2: Sluit uw DVD-speler en
andere componenten aan
AC OUTLETS
AM
GND
FM
75
UNBAL.
IN
U
T
O
MD/
(PL
(RE
C
A
)
Y)
CD-R
SPEAKERS
LRLR
SURROUND CENTER FRONT B
S
U
B
WO
O
FER
R
L
FRONT A
COMPONENT VIDEO
DVD
DTV/CBL DVRDVD
OUT
S VIDEO
R
P
DIGITAL INPUT
P
B
OPTICAL
Y
CD
3
DTV/
2
CBL
1
DVD
COAXIAL
VIDEO
MULTI CH INPUT
CENTER
SURROUNDFRONT
L
L
R
R
SUBWOOFER
DTV/CBLMONITOR
DVD
DTV/CBL
HDMI
VIDEO
DVR
MONITOR
IN OUT
OUT
AUDIOOUTPUT
D
CD
V
R
IN
O
U
T
ANTENNA
DVDOUTDTV/CBL
Zorg ervoor dat de stekker van zowel dit
toestel als die van de DVD-speler allebei
uit het stopcontact gehaald zijn.
1Verbind de coaxiaal digitale audiokabel met
de coaxiaal digitale audio
uitgangsaansluiting van uw DVD-speler en
met de DVD DIGITAL INPUT COAXIAL
aansluiting van dit toestel.
DVD-speler
AV-receiver
2Verbind de videokabel met de composiet
video uitgangsaansluiting van uw
DVD-speler en met de DVD VIDEO aansluiting
van dit toestel.
AV-receiver
DVD-speler
Composiet video
uitgangsaansluiting
Videokabel
DVD VIDEO aansluiting
3Verbind de videokabel met de video
ingangsaansluiting van uw beeldscherm en
met de VIDEO MONITOR OUT aansluiting van
dit toestel.
Beeldscherm
AV-receiver
uitgangsaansluiting
Coaxiaal digitale
audio
Coaxiaal digitale
audiokabel
DVD DIGITAL INPUT
COAXIAL aansluiting
Video
ingangsaansluiting
Videokabel
VIDEO MONITOR OUT
aansluiting
6 Nl
4Sluit de FM en AM antennes aan op dit
toestel.
Zie bladzijde 20 voor details.
AM ringantenne
FM binnenantenne
Doe het hendeltje openInbrengen
y
De draden van de AM ringantenne hebben geen specifieke
polariteit en het maakt daarom niet uit welk uiteinde u verbindt
met de AM en GND aansluiting.
Doe het hendeltje weer dicht
Snelstartgids
2
■ Voor andere aansluitingen
• Gebruiken van andere
luidsprekercombinaties
☞ P. 12
• Aansluiten van een beeldscherm
☞ P. 16
• Aansluiten van een DVD-speler
☞ P. 16
• Aansluiten van een DVD-recorder
☞ P. 16
• Aansluiten van een kabel-TV of
satellietontvanger
☞ P. 16
• Aansluiten van een CD-speler en een MDrecorder
☞ P. 19
• Aansluiten van een DVD-speler via een
analoge multikanaals audioverbinding
☞ P. 19
• Gebruiken van de VIDEO AUX
aansluitingen op het voorpaneel
☞ P. 20
• Aansluiten van een FM/AM buitenantenne
☞ P. 20
• Gebruiken van de USB aansluiting op het
voorpaneel
☞ P. 46
INLEIDING
Opmerking
De vorm van de AM en GND aansluitingen kan per toestel
verschillen.
5Doe de stekker van dit toestel en de stekkers
van de andere apparatuur in het stopcontact.
y
Dit toestel is voorzien van AC OUTLETS
(netstroomaansluitingen) via welke andere componenten van
stroom kunnen worden voorzien. Zie bladzijde 21 voor details.
Nederlands
7 Nl
Snelstartgids
Stap 3: Zet het toestel aan en druk
op de SCENE 1 toets
1Zet het beeldscherm dat is aangesloten op
dit toestel aan.
2Druk op
Opmerking
Wanneer het toestel uit (standby) staat, verbruikt het nog
steeds een heel klein beetje stroom zodat er gereageerd kan
worden op de infraroodsignalen van de afstandsbediening.
3Druk op
De melding “DVD Movie Viewing” zal op het
display op het voorpaneel verschijnen en dit toestel
zal zijn eigen instellingen automatisch aanpassen aan
DVD weergave.
1
STANDBY/ON op het voorpaneel.
F
SCENE 1.
4Begin met het afspelen van de DVD op uw
DVD-speler.
5Verdraai
regelen.
Opmerking
Wanneer u een andere signaalbron of een ander
geluidsveldprogramma selecteert, wordt de SCENE functie
uitgeschakeld en zal de indicator van de geselecteerde SCENE
toets uit gaan.
■ Gebruiken van de andere SCENE
toetsen
Probeer in de volgende gevallen op de corresponderende
SCENE toets te drukken als u naar de bijbehorende
signaalbron kijkt of luistert.
Geval A: “Ik wil luisteren naar een muziekdisc in de
8
VOLUME om het volume te
aangesloten DVD-speler...”
Druk op FSCENE 2
(of ESCENE 2) en selecteer
“Music Disc Listening”.
y
De indicator van de SCENE toets zal oplichten wanneer dit
toestel in de SCENE stand staat.
8 Nl
Geval B: “Ik wil naar de TV kijken...”
Druk op FSCENE 3
(of ESCENE 3) en selecteer
“TV Viewing”.
Opmerking
Om gebruik te maken van het “TV Viewing” sjabloon, moet
u van tevoren een kabel-TV ontvanger of satellietontvanger
op dit toestel hebben aangesloten. Zie bladzijde 16 voor
details.
Geval C: “Ik wil naar een muziekprogramma op de
FM radio luisteren...”
Snelstartgids
Wat wilt u doen met dit toestel?
Druk op FSCENE 4
(of ESCENE 4) en selecteer
“Radio Listening”.
Opmerkingen
• Om gebruik te maken van het “Radio Listening” sjabloon,
moet u eerst afstemmen op de gewenste radiozender. Zie
de bladzijden 40 t/m 42 voor informatie over het
afstemmen.
• Voor de best mogelijke ontvangst dient u de aangesloten
AM ringantenne correct te richten, of dient u de positie
van het uiteinde van de FM binnenantenne aan te passen.
y
Als de door u gewenste omstandigheden hier niet bij staan, kunt u
de SCENE instellingen voor de SCENE toetsen zelf selecteren en
aanpassen. Zie bladzijde 28 voor details.
■ Wanneer u klaar bent met dit toestel...
Druk op 1STANDBY/ON op het voorpaneel om
dit toestel uit (standby) te zetten.
■
Aanpassen van de SCENE instellingen
• Gebruiken van diverse SCENE instellingen
☞ P. 28
• Uw eigen SCENE instellingen maken
☞ P. 31
■
Gebruiken van diverse signaalbronnen
• Basisbediening van dit toestel
☞ P. 32
• Luisteren naar FM/AM radioprogramma’s
☞ P. 40
• Uw draagbare USB apparatuur gebruiken
met dit toestel
☞ P. 46
■
Gebruiken van diverse weergavefuncties
• Gebruiken van diverse
geluidsveldprogramma’s
☞ P. 37
•
Gebruiken van de directe weergavefunctie
voor natuurgetrouwe weergave
☞ P. 34
• Aanpassen van de
geluidsveldprogramma’s
☞ P. 39
INLEIDING
Het toestel gaat nu (standby). Wanneer het toestel uit
(standby) staat, verbruikt het nog steeds een heel klein
beetje stroom zodat er gereageerd kan worden op de
infraroodsignalen van de afstandsbediening. Om het
toestel weer aan te zetten wanneer het uit (standby) staat,
drukt u op 1STANDBY/ON (of op MPOWER). Zie
bladzijde 21 voor details.
Opmerking
Wanneer het toestel uit (standby) staat, verbruikt het nog steeds
een heel klein beetje stroom zodat er gereageerd kan worden op
de infraroodsignalen van de afstandsbediening.
■
Wijzigen van de instellingen van dit toestel
• Automatisch aanpassen van de
luidsprekerinstellingen aan uw kamer
(AUTO SETUP)
☞ P. 24
• Handmatig wijzigen van de diverse
instellingen van dit toestel
☞ P. 49
• Instellen van de afstandsbediening
☞ P. 59
• Aanpassen van de geavanceerde
instellingen
☞ P. 63
■ Extra functies
Automatisch uitschakelen van dit toestel
☞ P. 36
Nederlands
9 Nl
Aansluitingen
Achterpaneel
Aansluitingen
23 456
ANTENNA
HDMI
MONITOR
OUT
AUDIOOUTPUT
C
D
S VIDEO
VIDEO
DVDOUTDTV/CBL
VIDEO
DVR
DTV/CBLMONITOR
INOUT
D
DVD
L
R
V
R
/CBL
V
DT
IN
O
UT
OPTICAL
COAXIAL
1
DIGITAL INPUT
COMPONENT VIDEO
DTV/CBL DVRDVD
DVD
P
R
P
B
Y
CD
3
DTV/
2
CBL
L
1
DVD
R
MULTI CH INPUT
SURROUNDFRONT
OUT
CENTER
SUBWOOFER
7890
1 COMPONENT VIDEO aansluitingen
Zie bladzijde 18 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
2 HDMI aansluitingen
Zie bladzijde 17 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
3 VIDEO aansluitingen
Zie de bladzijden 16 en 18 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
4 ANTENNA aansluitingen
Zie bladzijde 20 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
AM
GND
FM
R
SURROUNDCENTERFRONT B
75
UNBAL.
IN
O
UT
D/
M
(PLAY)
R
(
C
E
)
CD-R
S
UB
W
OO
SPEAKERS
L
F
ER
L
R
L
R
FRONT A
AC OUTLETS
6 AC OUTLETS
Zie bladzijde 21 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
7 DIGITAL INPUT aansluitingen
Zie de bladzijden 16 en 19 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
8 MULTI CH INPUT aansluitingen
Zie bladzijde 19 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
9 AUDIO aansluitingen
Zie de bladzijden 16 en 19 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
5 SPEAKERS aansluitingen
Zie bladzijde 12 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
10 Nl
0 SUBWOOFER OUTPUT aansluiting
Zie bladzijde 12 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
Aansluitingen
Luidsprekers opstellen
Hieronder ziet u de door ons aanbevolen opstelling van de luidsprekers. Met deze opstelling profiteert u optimaal van
CINEMA DSP en multikanaals audio.
FL
SL
SL
C
30˚
60˚
80˚
FR
FR
SR
SR
FL
SW
C
SL
SR
1,8 m
Linker en rechter voor-luidsprekers (FL en FR)
De voor-luidsprekers worden gebruikt voor weergave van het hoofdkanaal plus effecten. Plaats deze luidsprekers op gelijke
afstand van de ideale luisterplek. De afstanden van deze luidsprekers tot het beeldscherm moeten ook gelijk zijn.
Midden-luidspreker (C)
De midden-luidspreker is voor weergave van het middenkanaal (dialoog, vocalen enz.). Als het om de een of andere
reden niet mogelijk is om een midden-luidspreker te gebruiken, kunt u ook zonder. De beste resultaten krijgt u echter met
een volledig systeem.
Linker en rechter surround-luidsprekers (SL en SR)
De surround-luidsprekers worden gebruikt voor omhullende surroundweergave en effecten.
Subwoofer (SW)
Een subwoofer met ingebouwde eindversterker, zoals het Yamaha Active Servo Processing Subwoofer System, zorgt niet
alleen voor een effectieve versterking van de lage tonen in sommige of alle kanalen, maar ook voor een natuurgetrouwe
hi-fi (high fidelity) reproductie van het LFE (lage frequentie effecten) kanaal in Dolby Digital en DTS geluidsmateriaal.
De opstelling van de subwoofer is niet zo belangrijk, want de zeer lage tonen zijn niet erg richtingsgevoelig. U kunt de
subwoofer het beste in de buurt van de voor-luidsprekers plaatsen. Richt hem een beetje naar het midden van de ruimte
om weerkaatsing via de wanden te verminderen.
VOORBEREIDINGEN
11 Nl
Nederlands
Aansluitingen
Aansluiten van luidsprekers
Let erop dat u de linker (L) en rechter (R) kanalen, “+” (rood) en “–” (zwart) op de juiste manier aansluit. Als de
aansluitingen niet kloppen, zal dit toestel de signaalbronnen niet correct kunnen weergeven.
Let op
• U moet het toestel uit zetten voor u de luidsprekers gaat aansluiten (zie bladzijde 21).
• Laat de blote luidsprekerdraden elkaar niet raken en zorg ervoor dat ze geen contact maken met de metalen
onderdelen van het toestel. Hierdoor kunnen het toestel en/of de luidsprekers beschadigd raken.
• Gebruik magnetisch afgeschermde luidsprekers. Als dergelijke luidsprekers toch uw beeldscherm storen, zet de
luidsprekers dan verder bij het beeldscherm vandaan.
• Gebruik luidsprekers met de op het achterpaneel van dit toestel aangegeven impedantie.
Opmerking
Een luidsprekerkabel bestaat uit twee geïsoleerde draden naast elkaar. De kabels zijn verschillend gekleurd of gevormd, misschien een
streep, groef of ribbels. Sluit de afwijkend gestreepte (gegroefde enz.) draad aan op de “+” (rode) aansluitingen van dit toestel en uw
luidspreker. Verbind de gewone draad met de “–” (zwarte) aansluitingen.
Surround-luidsprekers
LinksRechts
Midden-luidspreker
Midden-
luidspreker
Voor-luidsprekers (B)
LinksRechts
Subwoofer
DIGITAL INPUT
OPTICAL
COAXIAL
ANTENNA
HDMI
MONITOR
OUT
AUDIOOUTPUT
C
D
AM
GND
FM
R
75
UNBAL.
IN
O
UT
D/
M
(PLAY)
(
R
E
C
)
R
-
CD
S VIDEO
VIDEO
DVDOUTDTV/CBL
VIDEO
DVR
DTV/CBLMONITOR
INOUT
D
VR
/CBL
V
DVD
DT
IN
L
R
OUT
COMPONENT VIDEO
DTV/CBL DVRDVD
DVD
P
R
P
B
Y
CD
3
DTV/
2
CBL
L
1
DVD
R
MULTI CH INPUT
OUT
CENTER
SURROUNDFRONT
SUBWOOFER
Subwoofer
SPEAKERS
L
SURROUNDCENTERFRONT B
SUB
W
OOF
ER
R
R
FRONT A
AC OUTLETS
L
L
LinksRechts
Voor-luidsprekers (A)
12 Nl
■ Voor u apparatuur gaat verbinden met
de SPEAKERS aansluiting
Een luidsprekersnoer bestaat uit twee geïsoleerde draden
naast elkaar. De kabels zijn verschillend gekleurd of
gevormd, misschien een streep, groef of ribbels. Sluit de
afwijkend gestreepte (gegroefde enz.) draad aan op de “+”
(rode) aansluitingen van dit toestel en uw luidspreker.
Verbind de gewone draad met de “–” (zwarte)
aansluitingen.
Verwijder ongeveer 10 mm van de isolatie van het
uiteinde van elk van de luidsprekerdraden en
draai vervolgens de blootliggende draadjes
netjes in elkaar om kortsluiting te voorkomen.
10 mm
■ Apparatuur verbinden met de
SPEAKERS aansluitingen
2
1
Rood: positief (+)
Zwart: negatief (–)
Aansluitingen
VOORBEREIDINGEN
3
1Maak de knop los.
2Steek het blote uiteinde van de
luidsprekerdraad in het gat van de
aansluiting.
3Draai de draad vervolgens met de knop weer
vast.
Nederlands
13 Nl
Aansluitingen
Informatie over aansluitingen en stekkers
Informatie over audio-aansluitingen en stekkersVideo-aansluitingen en stekkers
AUDIO
L
L
Linker en
audiostekkers
R
(Rood)(Wit)(Oranje)(Geel)(Groen) (Blauw) (Rood)
R
rechter
analoge
DIGITAL AUDIO
COAXIAL
C
Coaxiaal
digitale
audiostekker
DIGITAL AUDIO
OPTICAL
O
Optisch
digitale
audiostekker
■ Audio-aansluitingen
Dit toestel heeft drie soorten audio-aansluitingen. Welke
aansluiting u nodig heeft hangt af van de
audio-aansluitingen van uw andere apparatuur.
AUDIO aansluitingen
Voor conventionele analoge audiosignalen via linker en
rechter analoge audiokabels. Verbind de rode stekkers met
de rechter en de witte stekkers met de linker aansluitingen.
DIGITAL AUDIO COAXIAL aansluitingen
Voor digitale audiosignalen via coaxiaal digitale
audiokabels.
DIGITAL AUDIO OPTICAL aansluitingen
Voor digitale audiosignalen via optisch digitale
audiokabels.
Opmerkingen
• U kunt de digitale aansluitingen gebruiken voor PCM, Dolby
Digital en DTS ingangssignalen. Alle digitale
ingangsaansluitingen zijn geschikt voor digitale signalen met
een bemonsteringsfrequentie van maximaal 96 kHz.
• In dit toestel is de verwerking van digitale signalen gescheiden
van de verwerking van analoge signalen. Daarom kunnen
audiosignalen die binnenkomen via de digitale
ingangsaansluitingen niet via de analoge AUDIO OUT (REC)
uitgangsaansluitingen worden weergegeven.
• Trek het kapje van de optische aansluiting voor u er de digitale
optische audiokabel op aansluit. Gooi het stofkapje niet weg.
Wanneer u de optische aansluiting niet gebruikt, dient u het
stofkapje er weer op te doen. Dit kapje beschermt de aansluiting
tegen stof.
VIDEOS VIDEO
V
Composiet
videostekker
S
S-videostekker
COMPONENT VIDEO
Y PBP
Y
PB
Component
videostekkers
R
P
R
■ Video-aansluitingen
Dit toestel heeft drie soorten video-aansluitingen. Welke
aansluiting u nodig heeft hangt af van de
ingangsaansluitingen van uw beeldscherm.
VIDEO aansluitingen
Voor conventionele composiet videosignalen die worden
overgebracht via composiet videokabels.
S VIDEO aansluitingen
Voor S-video signalen, in luminantie (Y) en kleur (C)
gescheiden videosignalen die worden doorgegeven via
aparte draden in speciale S-videokabels.
COMPONENT VIDEO aansluitingen
Voor component videosignalen, in luminantie (Y) en kleur
(P
B, PR) gescheiden videosignalen die worden
doorgegeven via aparte draden in speciale component
videokabels.
Stroomschema videosignalen voor MONITOR OUT
Ingang
COMPONENT
VIDEO
S VIDEO
VIDEO
PR
P
Y
B
Opmerking
Het signaal voor het in-beeld display (OSD) wordt niet
gereproduceerd via de DVR OUT (REC) aansluitingen.
Uitgang
(MONITOR OUT)
P
R
B
P
Y
14 Nl
Aansluitingen
Informatie over HDMI™
Audiosignalen die binnenkomen via de HDMI aansluiting worden niet gereproduceerd via de
luidsprekeraansluitingen, maar via het aangesloten beeldscherm.
Om geluid weer te laten geven via de op dit toestel aangesloten luidsprekers,
–dient u naast de HDMI aansluiting tevens een analoge of digitale audioverbinding te maken (zie bladzijde 16).
–dient u de geluidsweergave van het aangesloten beeldscherm tijdelijk uit te schakelen (Mute).
U kunt beelden laten weergeven door uw beeldscherm en videobron met behulp van HDMI verbindingen op dit toestel
aan te sluiten.
In dat geval zullen audio-/videosignalen die worden geproduceerd door de aangesloten apparatuur (zoals een
DVD-speler enz.) alleen worden gereproduceerd via het aangesloten beeldscherm wanneer dit toestel aan staat en is
ingesteld op de betreffende signaalbron (DVD of DTV/CBL).
Welke audio/videosignalen gebruikt kunnen worden hangt mede af van de specificaties van het aangesloten beeldscherm.
Raadpleeg tevens de handleidingen van de aangesloten apparatuur.
■ HDMI aansluiting en stekker
HDMI
VOORBEREIDINGEN
HDMI stekker
y
• We raden u aan een HDMI kabel te gebruiken die korter is dan
5 meter en die duidelijk is voorzien van het HDMI logo.
• Gebruik een conversiekabel (HDMI aansluiting
aansluiting) om dit toestel aan te sluiten op andere DVI
apparatuur.
↔ DVI-D
Nederlands
15 Nl
Aansluitingen
Aansluiten van videocomponenten
Sluit de videocomponenten als volgt aan.
y
U kunt ook een beeldscherm, DVD-speler, digitale TV en
kabel-TV verbinden met dit toestel via de S VIDEO aansluitingen
of COMPONENT VIDEO aansluitingen (zie bladzijde 17).
Zorg ervoor dat de stekkers van zowel
dit toestel als die van andere
componenten uit het stopcontact
gehaald zijn.
■ Aansluiten van een beeldscherm en een
DVD-speler
DIGITAL INPUT
OPTICAL
COAXIAL
COMPONENT VIDEO
DVD
R
P
P
B
Y
CD
3
DTV/
2
CBL
L
1
DVD
R
Audio uitgang
C
DTV/CBL DVRDVD
MULTI CH INPUT
OUT
S VIDEO
VIDEO
CENTER
SURROUNDFRONT
L
R
SUBWOOFER
Video uitgang
DVD-speler
DTV/CBLMONITOR
DVD
DTV/CBL
R
L
Audio uitgang
DVDOUTDTV/CBL
VIDEO
Beeldscherm
DVR
INOUT
D
V
R
IN
HDMI
MONITOR
OUT
AUDIO
CD
OUT
VV
Video ingang
■ Aansluiten van een kabel-TV/
satellietontvanger en een DVD-recorder
DVD
DVDOUTDTV/CBL
VIDEO
DTV/CBLMONITOR
INOUT
DTV/CBL
IN
Video uitgang
DVD-recorder
DVR
D
V
R
LRL
Audio uitgang
COMPONENT VIDEO
DVD
P
Audio uitgang
R
P
B
Y
CD
3
DTV/
2
CBL
L
1
DVD
R
O
L
Video uitgang
DIGITAL INPUT
OPTICAL
COAXIAL
Kabel TV of
satellietontvanger
DTV/CBL DVRDVD
MULTI CH INPUT
OUT
S VIDEO
VIDEO
CENTER
SURROUNDFRONT
R
L
R
SUBWOOFER
Audio uitgang
HDMI
MONITOR
OUT
AUDIO
CD
OUT
R
VVV
Audio ingang
Video ingang
16 Nl
geeft aanbevolen verbindingen aan
geeft alternatieve verbindingen aan
geeft aanbevolen verbindingen aan
geeft alternatieve verbindingen aan
Aansluitingen
(
■ Apparatuur verbinden met de HDMI, COMPONENT VIDEO of S VIDEO aansluitingen
U kunt profiteren van beelden met hoge kwaliteit door uw beeldscherm en video-apparatuur met dit toestel te verbinden
via de HDMI, COMPONENT VIDEO of S VIDEO aansluitingen.
Opmerking
U moet uw videocomponenten op dezelfde manier aansluiten op dit toestel als uw beeldscherm. Wanneer u bijvoorbeeld uw
beeldscherm op dit toestel heeft aangesloten via een HDMI aansluiting, dient u uw videocomponenten ook via de HDMI aansluiting met
dit toestel te verbinden.
HDMI aansluiting
Audiosignalen die binnenkomen via de HDMI
aansluiting worden niet gereproduceerd via de
luidsprekeraansluitingen, maar via het aangesloten
beeldscherm.
Om geluid weer te laten geven via de op dit toestel
aangesloten luidsprekers,
–dient u naast de HDMI aansluiting tevens een
analoge of digitale audioverbinding te maken
(zie bladzijde 16).
–dient u de geluidsweergave van het aangesloten
beeldscherm tijdelijk uit te schakelen (Mute).
Opmerkingen
• Wanneer u uw beeldscherm of projector via HDMI aansluit, zal
het in-beeld display niet verschijnen. Sluit in een dergelijk geval
het beeldscherm of de projector aan via component, S-video of
gewone video aansluitingen.
• Verbind de signaalbronnen met de HDMI DVD of
HDMI DTV/CBL aansluiting om de videobeelden weer te laten
geven op de het beeldscherm dat is verbonden met de HDMI
OUT aansluiting.
• Audio-/videosignalen die worden geproduceerd door de
aangesloten apparatuur (zoals een DVD-speler enz.) worden
alleen gereproduceerd via het aangesloten beeldscherm
wanneer dit toestel aan staat en is ingesteld op de betreffende
signaalbron (DVD of DTV/CBL).
• Welke audio/videosignalen gebruikt kunnen worden hangt
mede af van de specificaties van het aangesloten beeldscherm.
Raadpleeg tevens de handleidingen van de aangesloten
apparatuur.
Beeldscherm
NT VIDEOVIDEO
DVRDVD
H INPUT
SURROUND
OUT
CENTER
SUBWOOFER
DTV/CBLMONITOR
S VIDEO
VIDEO
DVD
DT
L
R
DVD-speler
Kabel TV of
satellietontvanger
DVDOUTDTV/CBL
DVR
MONITOR
INOUT
AUDIO
D
VR
/CBL
V
IN
O
UT
VOORBEREIDINGEN
ANTENNA
HDMI
OUT
C
D
AM
GND
FM
75
UNBAL.
IN
/
D
M
(PLAY)
R
-
CD
Nederlands
17 Nl
Aansluitingen
COMPONENT VIDEO aansluitingS VIDEO aansluiting
DVD-speler
PRPBY
Video uitgang
P
R
P
B
Y
COMPONENT VIDEO
DVD
DTV/CBL DVR MONITOR
MULTI CH INPUT
L
R
PRPBY
Beeldscherm
Beeldscherm
Kabel TV of
satellietontvanger
PRPBY
Video ingang
OUT
CENTER
SURROUNDFRONT
SUBWOOFER
SS
SS
Video uitgang
DVDOUTDTV/CBL
VIDEO
DVD
S VIDEO
VIDEO
DVD
L
R
DVR
DTV/CBLMONITOR
INOUT
D
VR
L
/CB
TV
D
N
I
S
AUDIO
O
UT
PRPBY
Video uitgang
Video uitgang
Video ingang
Video ingang
HDMI
OUT
C
D
Video uitgang
Kabel TV of
satellietontvanger
Video uitgang
DVD-recorder
DVD-speler
DVD-recorder
18 Nl
Aansluiten van audiocomponenten
N
T
Sluit de audiocomponenten als volgt aan.
■ Aansluiten van een CD-speler en een
CD-recorder/MD-recorder
Opmerking
Wanneer u uw CD-speler zowel via analoge als via digitale
verbindingen aansluit, zal het via de DIGITAL INPUT
aansluiting binnenkomende signaal voorrang krijgen.
Aansluitingen
Zorg ervoor dat de stekkers van zowel
dit toestel als die van andere
componenten uit het stopcontact
gehaald zijn.
■ Apparatuur verbinden met de MULTI CH INPUT aansluitingen
Dit toestel is voorzien van 6 extra ingangsaansluitingen (FRONT L/R, SURROUND L/R, CENTER en SUBWOOFER) voor
gescheiden multikanaals ingangssignalen van een multiformaat-speler, externe decoder of sound processor. Verbind de
uitgangsaansluitingen van uw multiformaat-speler of externe decoder met de MULTI CH INPUT aansluitingen. Let er goed op dat
u de linker en rechter uitgangen verbindt met de linker en rechter ingangsaansluitingen voor zowel de voor- als de surroundkanalen.
COAXIAL
DTV/
CBL
DVD
MULTI CH INPUT
2
L
1
R
L
Voorkanaal uitgang
Multiformaat-speler of
externe decoder
CENTERSURROUNDFRONT
Opmerkingen
• Wanneer u MULTI CH INPUT als signaalbron selecteert
SUBWOOFER
(zie bladzijde 33), zal dit toestel automatisch de digitale
geluidsveldprocessor uitschakelen en zult u geen
geluidsveldprogramma’s kunnen selecteren.
• Dit toestel is niet in staat de via de MULTI CH INPUT
aansluitingen binnenkomende signalen zo te herschikken dat er
wordt gecompenseerd voor eventueel in uw systeem
R
R
L
ontbrekende luidsprekers. Daarom bevelen we u aan een
5.1-kanaals luidsprekersysteem aan te sluiten voor u gebruik
maakt van deze functie.
Surroundkanaal uitgang
Subwoofer uitgang
Middenkanaal uitgang
Nederlands
19 Nl
Aansluitingen
O
R
Gebruiken van de VIDEO AUX
aansluitingen op het voorpaneel
Gebruik de VIDEO AUX aansluitingen op het voorpaneel
als u een spelcomputer of een videocamera wilt aansluiten
op dit toestel.
Let op
U moet het volume van dit toestel en de andere
componenten uit of zeer laag zetten voor u de
aansluitingen gaat maken.
Opmerkingen
Om de signalen die via deze aansluitingen binnenkomen weer te
geven, dient u “V-AUX” in te stellen als signaalbron.
VOLUME
OPTIMIZER MIC
TUNING AUTO/MAN'L
h
MEMORY
AUDIO SELECT
VIDEO AUX USB
VIDEO L AUDIO R
l INPUT hl PROGRAM h
SILENT CINEMA
STANDBY
/ON
PHONES
EDIT
FM/AM
TONE CONTROL
A/B/C/D/E
l
PRESET/TUNING
SCENE
1234
DIRECT STEREOSTRAIGHT
EFFECT
VIDEO AUX
VIDEOL AUDIO R
PRESET/TUNING
SPEAKERS
A/B/OFF
Aansluiten van de FM en AM
antennes
Dit toestel wordt geleverd met zowel een FM als een AM
binnenantenne. Normaal gesproken zorgen deze antennes
voor een voldoende sterke ontvangst. Verbind de antennes
op de juiste manier met de bijbehorende aansluitingen.
Opmerkingen
• De AM ringantenne moet niet te dicht bij dit toestel geplaatst
worden.
• Een goed geïnstalleerde buitenantenne geeft een betere
ontvangst dan een binnenantenne. Als u last heeft van een
slechte ontvangst, kunt u een buitenantenne installeren. Vraag
bij uw dichtstbijzijnde erkende
service-centrum naar de mogelijkheden met buitenantennes.
• De AM ringantenne moet altijd aangesloten blijven, zelfs als er
een AM buitenantenne op dit toestel is aangesloten.
AM buitenantenne
Gebruik 5 tot 10 meter met plastic
geïsoleerd draad dat u bijvoorbeeld uit
een raam naar buiten spant.
Ya ma h a dealer of
AM ringantenne
(meegeleverd)
FM binnenantenne
(meegeleverd)
V
Video
uitgang
Spelcomputer of
videocamera
L
R
ANTENNA
Audio
uitgang
AM
GND
FM
75
UNBAL.
IN
MD/
(P
LAY
(
)
-R
D
C
Aarde
Voor de grootst mogelijke veiligheid en zo min
mogelijk storing dient u de antenne GND
aansluiting goed te aarden. Een goede aarding
wordt bijvoorbeeld verzorgd door een metalen
staaf die in vochtige grond gedreven is.
20 Nl
Aansluitingen
Aansluiten van het netsnoer
Pas wanneer alle verbindingen tot stand zijn gebracht kunt
u de stekker in het stopcontact steken.
AC OUTLETS
Netsnoer
■ AC OUTLETS (SWITCHED)
Met behulp van deze netstroomaansluitingen kunt u
daarop aangesloten componenten van stroom voorzien.
Verbind de netsnoeren van uw andere apparatuur met deze
netstroomaansluitingen. Deze aansluitingen worden van
stroom voorzien wanneer dit toestel is ingeschakeld. De
stroomvoorziening voor deze netstroomaansluitingen
wordt uitgeschakeld wanneer dit toestel uit (standby)
wordt gezet. Voor informatie omtrent het maximale
vermogen of het totale stroomverbruik voor de
componenten die op deze aansluitingen kunnen worden
aangesloten, zie “Technische gegevens” op bladzijde 73.
Aan en uit zetten van dit toestel
■ Aan zetten van dit toestel
Druk op 1STANDBY/ON (of MPOWER) om dit
toestel aan te zetten.
y
Wanneer u dit toestel aan zet, zal het 4 a 5 seconden duren voor
het toestel geluid kan reproduceren.
VOORBEREIDINGEN
■ Uit (standby) zetten van dit toestel
Druk op 1STANDBY/ON (of NSTANDBY) om
dit toestel uit (standby) te zetten.
Wanneer het toestel uit (standby) staat, verbruikt het nog
steeds een heel klein beetje stroom zodat er gereageerd
kan worden op de infraroodsignalen van de
afstandsbediening.
21 Nl
Nederlands
Aansluitingen
Display voorpaneel
t
PCM
ENHANCER
q
DIGITAL
q PL
USB
DVRDVDCD
VIRTUAL
q PL
A0CGFE
SILENT CINEMA
SP
A B
B
V-AUXDTV/CBL
NIGHT
1 Decoder indicator
Wanneer één van de decoders van dit toestel in werking is,
zal de bijbehorende indicator oplichten.
2 ENHANCER indicator
Licht op wanneer de Compressed Music Enhancer stand is
geselecteerd (zie bladzijde 37).
3 VIRTUAL indicator
Licht op wanneer Virtual CINEMA DSP in werking is
(zie bladzijde 38).
4 SILENT CINEMA indicator
Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten en
er een geluidsveldprogramma is geselecteerd
(zie bladzijde 38).
5 Signaalbron indicators
De corresponderende cursor licht op om aan te geven
welke signaalbron op dit moment is geselecteerd.
6 YPAO indicator
Licht op wanneer u de “AUTO SETUP” doet en wanneer
de via de “AUTO SETUP” ingestelde luidsprekerinstellingen zonder wijzigingen worden gebruikt
(zie bladzijde 24).
7 Tuner (radio) indicators
Licht op wanneer dit toestel in de FM of AM
afstemfunctie staat (zie de bladzijden 40).
8 MUTE indicator
Knippert wanneer de MUTE functie (tijdelijk uitschakelen
geluidsweergave) is ingeschakeld (zie bladzijde 36).
9 VOLUME niveauaanduiding
Geeft het huidige volumeniveau aan.
0 PCM indicator
Licht op wanneer dit toestel PCM (pulscode modulatie)
digitale audiosignalen weergeeft.
54
HiFi DSP
6791238
YPAO
MD/CD-R
AUTO
TUNED
PSHOLDRT
PTYPTY
TUNER
STEREO
CT
EON
MEMORY
PRESET
SLEEP
MUTE
mS
ft
dB
LCR
SLSR
D
A Hoofdtelefoon indicator
Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten
(zie bladzijde 36).
B SP A B indicators
Lichten op om aan te geven welke set voor-luidsprekers is
geselecteerd (zie bladzijde 33).
C NIGHT indicator
Licht op wanneer u een nacht-luisterfunctie selecteert
(zie bladzijde 35).
D CINEMA DSP indicator
Licht op wanneer u een CINEMA DSP
geluidsveldprogramma selecteert (zie bladzijde 37).
HiFi DSP indicator
Licht op wanneer u een HiFi DSP
geluidsveldprogramma selecteert (zie bladzijde 37).
E Multifunctioneel display
Toont de naam van het huidige geluidsveldprogramma en
andere gegevens bij het invoeren of wijzigen van
instellingen.
F Radio Data Systeem indicators
(Alleen modellen voor Europa)
PTY HOLD
Licht op wanneer er gezocht wordt naar Radio Data
Systeem zenders in de PTY SEEK functie.
PS, PTY, RT en CT
Deze lichten op aan de hand van de geselecteerde
weergavefunctie voor het Radio Data Systeem.
EON
Licht op wanneer er EON gegevens worden
ontvangen.
VOLUME
dB
LFE
H
22 Nl
Aansluitingen
G SLEEP indicator
Licht op wanneer de slaaptimer is ingeschakeld
(zie bladzijde 36).
H Ingangskanaal en luidspreker indicators
LFE
LCR
SLSR
LFE indicator
Indicators ingangskanalen
LFE indicator
Licht op wanneer het ingangssignaal een LFE signaal
bevat.
Indicators ingangskanalen
Deze geven aan uit welke kanalen het huidige digitale
ingangssignaal bestaat.
■ Gebruiken van de afstandsbediening
De afstandsbediening zendt een gerichte infraroodstraal
uit.
U moet de afstandsbediening goed op de
afstandsbedieningssensor op dit toestel richten.
VOLUME
STANDBY
/ON
EDIT
FM/AM
A/B/C/D/E
PRESET/TUNING
SPEAKERS
PHONES
A/B/OFF
SILENT CINEMA
1234
TONE CONTROL
EFFECT
30º30º
Z
Infrarood venster
Hiervandaan worden de infraroodsignalen verzonden.
Richt dit venster op de component die u wilt bedienen.
y
Voor het instellen van de afstandsbedieningscodes voor andere
componenten, zie bladzijde 62.
l
SCENE
PRESET/TUNING
NIGHTSTRAIGHT
h
l INPUT hl PROGRAM h
OPTIMIZER MIC
MEMORY
TUNING AUTO/MAN'L
VIDEO AUX USB
VIDEO L AUDIO R
AUDIO SELECT
Ongeveer 6 m
VOORBEREIDINGEN
Opmerkingen
• Mors geen water of andere vloeistoffen op de
afstandsbediening.
• Laat de afstandsbediening niet vallen.
• Laat de afstandsbediening niet liggen en bewaar hem niet op de
volgende plekken:
– zeer vochtige plekken, bijvoorbeeld bij een bad
– plekken waar de temperatuur hoog kan worden, zoals bij de
verwarming of kachel
– zeer koude plekken
– stoffige plekken
Nederlands
23 Nl
Aanpassen van de luidsprekerinstellingen aan uw kamer
Y
Aanpassen van de luidsprekerinstellingen aan uw kamer
Dit toestel maakt gebruik van YPAO (Yamaha Parametric Room Acoustic Optimizer) technologie zodat u zelf geen
lastige luidspreker-instellingen hoeft te doen en waardoor automatisch een zeer accurate instelling wordt verkregen. De
meegeleverde optimalisatie-microfoon pikt het geluid op dat uw luidsprekers maken in de omgeving waar u ze
daadwerkelijk zult gebruiken en het toestel analyseert deze geluiden.
Gebruiken van het AUTO SETUP
Opmerkingen
• Wij wijzen u erop dat het normaal is dat tijdens de
“AUTO SETUP” procedure luide testtonen worden
geproduceerd.
• Om de beste resultaten te bereiken moet u ervoor zorgen dat de
ruimte zo stil mogelijk is tijdens de “AUTO SETUP”
procedure. Als er teveel andere geluiden zijn, is het mogelijk
dat de resultaten tegenvallen.
y
U kunt de “AUTO SETUP” beginnen via het systeemmenu op het
in-beeld display, of via het display op het voorpaneel. In deze
handleiding worden de aanduidingen op het in-beeld display
gebruikt om de “AUTO SETUP” procedure te illustreren.
1Controleer de volgende punten voor u met de
AUTO SETUP begint.
❏De luidsprekers moeten correct zijn aangesloten.
❏Er mag geen hoofdtelefoon zijn aangesloten op
dit toestel.
❏Dit toestel en het beeldscherm moeten aan staan.
❏De aangesloten subwoofer moet aan staan en het
volumeniveau moet ongeveer op halve kracht
(of iets minder) zijn ingesteld.
❏De regeling voor de crossover frequentie van de
aangesloten subwoofer moet op de maximum
waarde zijn ingesteld.
❏De FRONT A luidsprekers zijn geselecteerd als
voorluidsprekersysteem (zie bladzijde 33).
❏De kamer moet voldoende stil zijn.
2Verbind de meegeleverde optimalisatie-
microfoon met de OPTIMIZER MIC
aansluiting op het voorpaneel.
OPTIMIZER MIC
TUNING AUTO/MAN'L
VIDEO AUXUSB
AUDIO SELECT
VIDEO L AUDIO R
Optimalisatiemicrofoon
Het volgende scherm zal op het in-beeld display
verschijnen.
AUTO:MENU
. SETUP;;;;;;;AUTO
START
Automatic
processing
of all item
p
[ ]/[ ]:Up/Down
p
[ENTER]:Start
3Plaats de optimalisatie-microfoon op uw
normale luisterplek op een vlak en
horizontaal oppervlak met de microfoonkop
naar boven.
Optimalisatie-microfoon
y
Het verdient aanbeveling een statief (o.i.d.) te gebruiken om de
optimalisatie-microfoon vast te zetten op dezelfde hoogte als
waar uw oren zich zouden bevinden wanneer u op uw luisterplek
zit. U kunt de bevestigingsschroef van een statief (o.i.d.)
gebruiken om de optimalisatie-microfoon daarop vast te zetten.
24 Nl
Loading...
+ 60 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.