Yamaha RX-V4600 User Manual [nl]

RX-V4600
AV Receiver
Ampli-tuner audio-vidéo
GB
OWNER'S MANUAL
MODE D'EMPLOI
BEDIENUNGSANLEITUNG
BRUKSANVISNING
MANUALE DI ISTRUZIONI
MANUAL DE INSTRUCCIONES
GEBRUIKSAANWIJZING
LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK
NEEMT.
1 Om er zeker van te kunnen zijn dat u de optimale prestaties uit
uw toestel haalt, dient u deze handleiding zorgvuldig door te lezen. Bewaar de handleiding op een veilige plek zodat u er later nog eens iets in kunt opzoeken.
2 Installeer dit toestel op een goed geventileerde, koele, droge,
schone plek – uit direct zonlicht, uit de buurt van warmtebronnen, trillingen, stof, vocht en/of kou. Zorg voor een ventilatieruimte van tenminste 30 cm ruimte aan de bovenkant, 20 cm aan de rechter- en linkerkant en 20 cm aan de achterkant van dit toestel.
3 Plaats dit toestel uit de buurt van andere elektrische
apparatuur, motoren of transformatoren om storend gebrom te voorkomen.
4 Stel dit toestel niet bloot aan plotselinge
temperatuurswisselingen van koud naar warm en plaats het toestel niet in een omgeving met een hoge vochtigheidsgraad (bijv. in een ruimte met een luchtbevochtiger) om te voorkomen dat zich binnenin het toestel condens vormt, wat zou kunnen leiden tot elektrische schokken, brand, schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel.
5 Vermijd plekken waar andere voorwerpen op het toestel
kunnen vallen, of waar het toestel bloot staat aan druppelende of spattende vloeistoffen. Plaats de volgende dingen niet bovenop dit toestel:
– Andere componenten, daar deze schade kunnen
veroorzaken en/of de afwerking van dit toestel kunnen doen verkleuren.
– Brandende voorwerpen (bijv. kaarsen), daar deze brand,
schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel kunnen veroorzaken.
– Voorwerpen met vloeistoffen, daar deze elektrische
schokken voor de gebruiker en/of schade aan dit toestel kunnen veroorzaken wanneer de vloeistof daaruit in het toestel terecht komt.
6 Dek het toestel niet af met een krant, tafellaken, gordijn enz.
zodat de koeling niet belemmerd wordt. Als de temperatuur binnenin het toestel te hoog wordt, kan dit leiden tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel.
7 Steek de stekker van dit toestel pas in het stopcontact als alle
aansluitingen gemaakt zijn.
8 Gebruik het toestel niet wanneer het ondersteboven is
geplaatst. Het kan hierdoor oververhit raken wat kan leiden tot schade.
9 Gebruik geen overdreven kracht op de schakelaars, knoppen
en/of snoeren.
10 Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u aan de
stekker zelf trekken, niet aan het snoer.
11 Maak dit toestel niet schoon met chemische oplosmiddelen;
dit kan de afwerking beschadigen. Gebruik alleen een schone, droge doek.
12 Gebruik alleen het op dit toestel aangegeven voltage. Gebruik
van dit toestel bij een hoger voltage dan aangegeven is gevaarlijk en kan leiden tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel. YAMAHA aanvaardt geen aansprakelijkheid voor enige schade veroorzaakt door gebruik van dit toestel met een ander voltage dan hetgeen aangegeven staat.
13 Om schade door blikseminslag te voorkomen dient u de
stekker uit het stopcontact te halen wanneer het onweert.
14 Probeer niet zelf wijzigingen in dit toestel aan te brengen of
het te repareren. Neem contact op met erkend YAMAHA servicepersoneel wanneer u vermoedt dat het toestel reparatie behoeft. Probeer in geen geval de behuizing open te maken.
15 Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet zult gebruiken
(bijv. vakantie), dient u de stekker uit het stopcontact te halen.
16 Lees het hoofdstuk “OPLOSSEN VAN PROBLEMEN” over
veel voorkomende vergissingen bij de bediening voor u de conclusie trekt dat het toestel een storing of defect vertoont.
17 Voor u dit toestel verplaatst, dient u op STANDBY/ON te
drukken om dit toestel uit (standby) te schakelen en de stekker uit het stopcontact te halen.
18 VOLTAGE SELECTOR
(Alleen modellen voor Azië en algemene modellen) De VOLTAGE SELECTOR op het achterpaneel van dit toestel moet worden ingesteld op de ter plekke gebruikte netspanning VOOR u de stekker in het stopcontact steekt. De geschikte voltages zijn als volgt: Algemene modellen
..................... 110/120/220/230–240 V, 50/60 Hz wisselstroom
Modellen voor Azië
................................... 220/230–240 V, 50/60 Hz wisselstroom
WAARSCHUWING
OM DE RISICO’S VOOR BRAND OF ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VERMINDEREN, MAG U DIT TOESTEL IN GEEN GEVAL BLOOTSTELLEN AAN VOCHT OF REGEN.
De stroomvoorziening van dit toestel is niet afgesloten zolang de stekker in het stopcontact zit, ook al is het toestel zelf uitgeschakeld. Dit is de zogenaamde standby-stand. In deze toestand is het toestel ontworpen een zeer kleine hoeveelheid stroom te verbruiken.
Alleen voor klanten in Nederlands
Bij dit product zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA.
INHOUD
INLEIDING
KENMERKEN ....................................................... 2
VAN START ........................................................... 3
Meegeleverde accessoires.......................................... 3
Inzetten van batterijen in de afstandsbedieningen..... 4
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES ......... 5
Voorpaneel................................................................. 5
Afstandsbediening ..................................................... 7
Zone 2/Zone 3 afstandsbediening .............................. 9
Gebruiken van de afstandsbedieningen ..................... 9
Display voorpaneel .................................................. 10
Achterpaneel ............................................................ 12
VOORBEREIDINGEN
LUIDSPREKER SETUP ..................................... 13
Opstelling van de luidsprekers................................. 13
Luidspreker-aansluitingen ....................................... 15
AANSLUITINGEN .............................................. 18
Voor u componenten gaat aansluiten....................... 18
Aansluiten van videocomponenten.......................... 19
Aansluiten van audiocomponenten.......................... 22
Aansluiten van de antennes ..................................... 24
Aansluiten van het netsnoer..................................... 25
Instelling luidsprekerimpedantie ............................. 26
Inschakelen van de stroom....................................... 26
AUTO SETUP....................................................... 27
Inleiding................................................................... 27
Optimalisatie-microfoon setup ................................ 27
Beginnen van de setup ............................................. 28
Bevestigen van de resultaten ................................... 30
BASISBEDIENING
WEERGAVE ........................................................ 33
Basisbediening......................................................... 33
Selecteren van geluidsveldprogramma’s ................. 34
Aanvullende mogelijkheden .................................... 35
Selecteren van audio ingangsfuncties ...................... 40
AFSTEMMEN ...................................................... 41
Automatisch en handmatig afstemmen.................... 41
Zenders voorprogrammeren..................................... 42
Selecteren van voorkeuzezenders ............................ 44
Omwisselen van voorkeuzezenders......................... 44
Afstemmen op Radio Data Systeem zenders........... 45
Veranderen van de Radio Data Systeem functie ..... 45
De PTY SEEK functie ............................................. 46
De EON functie ....................................................... 47
OPNEMEN............................................................ 48
GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
GELUIDSVELDPROGRAMMA
BESCHRIJVINGEN ........................................ 49
Voor film/video bronnen ......................................... 49
Voor muziekmateriaal ............................................. 51
GEAVANCEERDE BEDIENING
GEAVANCEERDE BEDIENING .......................52
Gebruiken van de slaaptimer ................................... 52
SYSTEEMINSTELLINGEN ...............................53
Veranderen van instellingen .................................... 55
Input Select .............................................................. 56
Manual Setup (Sound) ............................................. 59
Manual Setup (Basic) .............................................. 62
Manual Setup (Option) ............................................ 67
System Memory....................................................... 70
KENMERKEN VAN DE
AFSTANDSBEDIENING.................................71
Bedieningstoetsen .................................................... 71
Instellen van afstandsbedieningscodes .................... 72
Overnemen van functies van andere
afstandsbedieningen (Leerfunctie) ...................... 74
Veranderen van de namen van signaalbronnen
in het uitleesvenster ............................................. 76
Gebruiken van de Macro functie ............................. 77
Wissen van ingestelde functies ................................ 79
Wissen van individuele functies .............................. 80
Bedienen van andere componenten ......................... 82
ZONE 2/ZONE 3 ...................................................83
Zone 2/Zone 3 aansluitingen ................................... 83
Bediening van Zone 2/Zone 3 via het voorpaneel Bediening van Zone 2/Zone 3 met de
afstandsbediening ................................................ 85
MENU’S OP HET DISPLAY OP HET
VOORPANEEL.................................................87
Geavanceerd setup menu ......................................... 87
Voorpaneel display systeem opties menu................ 88
GEBRUIKEN i.LINK ...........................................92
Wat is i.LINK? ........................................................ 92
Aansluiten van i.LINK componenten ...................... 92
Basisbediening i.LINK ............................................ 93
Veranderen van i.LINK Select parameters .............. 93
i.LINK displaymeldingen ........................................ 95
GEBRUIKEN HDMI ............................................96
Wat is HDMI? ......................................................... 96
Aansluiten van HDMI componenten ....................... 97
Basisbediening HDMI ............................................. 98
Veranderen van HDMI parameters.......................... 98
AANVULLENDE INFORMATIE
WIJZIGEN VAN GELUIDSVELD
INSTELLINGEN ............................................100
Wat is een geluidsveld? ......................................... 100
Veranderen van instellingen .................................. 100
GELUIDSVELD PARAMETER
BESCHRIJVINGEN.......................................101
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN .....................106
WOORDENLIJST ..............................................111
Audioformaten....................................................... 111
Geluidsveldprogramma’s....................................... 112
Audio informatie.................................................... 112
Videosignaal informatie ........................................ 114
PARAMETRISCHE EQUALIZER
INFORMATIE ................................................115
TECHNISCHE GEGEVENS .............................116
....... 84
INLEIDING
VOORBEREIDINGEN
BASISBEDIENING
GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
GEAVANCEERDE
BEDIENING
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
1
KENMERKEN
KENMERKEN
Ingebouwde 7-kanaals eindversterker
Minimum RMS uitgangsvermogen (0,04% THV, 20 Hz t/m 20 kHz, 8 Ω) Voor: 130 W + 130 W Midden: 130 W Surround: 130 W + 130 W Surround Achter: 130 W + 130 W
Kenmerken geluidsveld
Zelf ontwikkelde YAMAHA technologie voor de creatie van geluidsvelden
THX Select2
SRS CS (alleen modellen voor de V.S.)
Dolby Digital/Dolby Digital EX decoder
DTS/DTS-ES Matrix 6.1, Discrete 6.1, DTS Neo:6
decoder, DTS 96/24
Dolby Pro Logic/Dolby Pro Logic / Dolby Pro Logic x decoder
Virtual CINEMA DSP
SILENT CINEMA
Verfijnde AM/FM tuner
40 Gemakkelijk toegankelijke voorkeuzezenders
Automatisch voorprogrammeren
Wijzigen van voorkeuzezenders (bewerken
voorkeuzezenders)
HD Radio (alleen modellen voor de V.S.)
Radio Data System ontvangstmogelijkheden (alleen modellen voor Europa en het V.K.)
ontvangst van digitale radio-uitzendingen
Overige kenmerken
YPAO: YAMAHA Parametric Room Acoustic Optimizer voor automatische instelling van uw luidsprekers
192-kHz/24-bits D/A converter
GUI (graphische gebruikersinterface) menusysteem
waarmee u dit toestel optimaal kunt aanpassen aan uw audio/videosysteem
Mogelijkheid om de taal voor het GUI menusysteem te kiezen (Engels, Japans, Frans of Duits)
6 of 8 extra ingangsaansluitingen voor gescheiden multikanaals signalen
Beknopte meldfunctie
PURE DIRECT voor onversneden, natuurgetrouwe
weergave van analoge, DSD, PCM en multikanaals PCM bronnen
S-Video in-/uitgangsaansluitingen
Component video in-/uitgangsaansluitingen
Videosignaal conversie (composiet video
S-Video component video) mogelijk voor de monitor uitgang
i.LINK interface voor direct digitaal overbrengen van digitale audiosignalen
HDMI interface voor standaard, verbeterde of high­definition video en multikanaals digitale audio
Optische en coaxiale digitale audio-aansluitingen
Slaaptimer
Cinema en Muziek Middernacht luisterfuncties
Afstandsbediening met voorgeprogrammeerde
afstandsbedieningscodes en Leer-/Macrofunctie
Zone 2/Zone 3 mogelijkheid voor aangepaste installatie
Zone 2/Zone 3 afstandsbediening voor eventuele Zone 2/Zone 3 componenten die zijn aangesloten op dit toestel
y geeft een bedieningstip aan.
• Sommige handelingen kunnen zowel worden uitgevoerd met de toetsen op het toestel zelf als met de afstandsbediening. Als de naam van een toets op de afstandsbediening verschilt van die op het toestel zelf, zal de naam van de betreffende toets op de afstandsbediening tussen haakjes vermeld worden.
• Deze handleiding is gedrukt voor uw toestel geproduceerd werd. Daarom kunnen ontwerp en specificaties gewijzigd zijn als gevolg van verbeteringen enz. Als de handleiding en het product van elkaar verschillen, heeft het product de prioriteit.
“i.LINK” en het “i.LINK” logo zijn handelsmerken van Sony Corporation.
Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories. “Dolby”, “Surround EX” en het dubbele-D symbool zijn handelsmerken van Dolby Laboratories.
“DTS”, “DTS-ES”, “Neo:6” en “DTS 96/24” zijn handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc.
“HDMI”, het “HDMI” logo en “High-Definition Multimedia Interface” zijn handelsmerken van HDMI Licensing LLC.
“SILENT CINEMA” is een handelsmerk van YAMAHA CORPORATION.
Het THX logo is een handelsmerk van THX Ltd. en is mogelijk gedeponeerd in sommige gebieden. Alle rechten voorbehouden.
2
VAN START
VAN START
Meegeleverde accessoires
Controleer of u alle volgende onderdelen inderdaad ontvangen hebt.
Afstandsbediening
POWER POWER POWER
A
PHONO TUNER CD
V-AUX
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
TOP
TITLE
BAND
RETURN
STEREO
THX
5678
1
90
FREQ/TEXT EON MODE PTY SEEK START
REC
DISC SKIP
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
AUDIO SELECT
B
MULTI CH IN
CD-R
CBL/SAT MD/TAPE
SELECT
AMP
+
+
SOURCE
VOL
CH
TV
MUTE
PRESET
EXIT
PURE DIRECT
MENU
PRG SELECT
NIGHT
ENTER
AUDIO
A/B/C/D/E
STRAIGHT
DISPLAY
EFFECT
MUSIC ENTERTAIN MOVIE
3421
STANDARD SELECT EXTD SUR.
2B
A
SPEAKERSMEMORY
ENT.
+10
CLEAR
LEARN
MACROONOFF
RE–NAME
Batterijen (4)
(AAA, LR03)
Zone 2/Zone 3
afstandsbediening
POWER
CBL/SAT MD/TAPE
DVR/VCR2
PRESET/CH
A/B/C/D/E
ID2ID1
DVD
VOLUME
MUTE
STANDBY
+
DISPLAY
ZONE 3ZONE 2
TUNER CD CD-R
DTV
VCR 1
PRG SELECT
INLEIDING
Batterijen (2)
(AAA, R03)
Netsnoer
AM ringantenne
(alleen modellen
voor de V.S.)
Sleutel voor de
luidspreker-aansluitingen
AM ringantenne
(modellen voor Canada,
Azië, China, Korea,
Australië, het V.K., Europa
en algemene modellen)
Optimalisatie-microfoon 75 Ohm/300 Ohm antenne-adapter
(alleen bij modellen voor het V.K.)
FM binnenantenne
(modellen voor de V.S.,
Canada, China, Korea, Azië
en algemene modellen)
FM binnenantenne
(modellen voor Australië,
het V.K. en Europa)
Nederlands
3
VAN START
1
3
2
Inzetten van batterijen in de afstandsbedieningen
Opmerkingen over batterijen
• Vervang alle batterijen tegelijk als u merkt dat bijvoorbeeld het bereik van de afstandsbediening afneemt, de indicator niet knippert of dat de indicator of het uitleesvenster zwakker worden.
• Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar.
• Gebruik geen verschillende soorten batterijen door elkaar (alkali en gewone (mangaan) batterijen bijvoorbeeld). Lees de informatie op de verpakking aandachtig door, want de verschillende soorten batterijen kunnen erg op elkaar lijken.
• We raden u sterk aan alkali batterijen te gebruiken.
• Als de batterijen zijn gaan lekken, moet u ze onmiddellijk weggooien. Raak het uit de batterijen gelekte materiaal niet aan en zorg ervoor dat het niet op uw kleding enz. komt. Maak het batterijvak goed schoon voor u er nieuwe batterijen in doet.
• Gooi batterijen niet weg met het gewone afval; gooi batterijen alleen weg in overeenstemming met de plaatselijke regelgeving, dus als klein chemisch afval.
Afstandsbediening
1 Druk op en schuif het klepje van het
batterijvak.
2 Doe de vier meegeleverde batterijen (AAA,
LR03) in het batterijvak, in overeenstemming met de polariteitsaanduidingen binnenin.
3 Schuif het klepje terug op zijn plaats tot het
vastklikt.
Zone 2/Zone 3 afstandsbediening
2
1
3
1 Druk op en schuif het klepje van het
batterijvak.
2 Doe de twee meegeleverde batterijen (AAA,
R03) in het vak met de polen de goede kant op (+ en –) zoals aangegeven in het batterijvak.
3 Schuif het klepje terug op zijn plaats tot het
vastklikt.
Als de afstandsbediening langer dan 2 minuten zonder batterijen zit, of als er lege batterijen in zitten, zal het geheugen gewist worden. Wanneer het geheugen gewist is, dient u nieuwe batterijen in de afstandsbediening te doen en moet u eventueel ingevoerde functies opnieuw programmeren.
4
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Voorpaneel
STRAIGHT
PROGRAM
C
TONE
CONTROL
1 2 34 5 6 7 890A B D E
MULTI CH
STANDBY
AUDIO
INPUT
SELECT
INPUT
/ON
CBL/SAT
VCR 1
DVR/ VCR 2
DTV
REC OUT/ZONE 2
SOURCE/ REMOTE
A/B/C/D/E
SPEAKERS
MD/TAPEDVD
CD-R
A
B
TUNER
SILENT CINEMA S VIDEO VIDEO L
CD
OPTIMIZER
PHONES
MIC
PRESET/ TUNING
PRESET/
TUNING
EDIT
MAIN ZONE 2
VIDEO/AUX
FM/AM
ZONE ON/OFF
AUDIO R OPTICAL
TUNING
MEMORY
MODE
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L EFFECT
ZONE CONTROL
ZONE 3
FI MNLKJHG
1 STANDBY/ON
Hiermee zet u alleen het hoofdtoestel aan of uit (standby). Wanneer u het hoofdtoestel aan zet, zal het 6 a 7 seconden duren voor het hoofdtoestel geluid kan reproduceren.
6 PRESET/TUNING l / h
Hiermee stelt u één van de voorkeuzezenders 1 t/m 8 in wanneer het toestel op de tuner staat en er op het display op het voorpaneel naast de radioband een dubbele punt (:) te zien is. U stemt hiermee af op de gewenste frequentie wanneer het toestel
Opmerkingen
• Wanneer het toestel uit (standby) staat, wordt er nog steeds een heel klein beetje stroom verbruikt zodat er gereageerd kan worden op de infraroodsignalen van de afstandsbediening.
• U kunt het hoofdtoestel, Zone 2 en Zone 3 tegelijkertijd inschakelen of uit (standby) zetten met de afstandsbediening. Zie bladzijde 86 voor details.
2 INPUT keuzeknop
Hiermee kunt u kiezen naar welke signaalbron u wilt luisteren of kijken.
op de tuner staat en de dubbele punt (:) niet getoond wordt. Zie de bladzijden 41 t/m 44 voor details.
7 Display voorpaneel
Hierop wordt informatie getoond over de bediening en de toestand waarin het toestel zich bevindt.
8 PRESET/TUNING (EDIT)
Hiermee kunt u de functie van PRESET/TUNING l / h omschakelen tussen het kiezen van voorkeuzezenders en zelf afstemmen wanneer het toestel op de tuner staat
3 AUDIO SELECT
Hiermee bepaalt u uw voorkeur (AUTO, i.LINK, HDMI, COAX/OPT, ANALOG) voor het soort signaal dat u wilt weergeven wanneer een bepaalde component verbonden is met twee of meer van de ingangsaansluitingen van dit toestel (zie bladzijde 40).
4 MULTI CH INPUT
Hiermee selecteert u de met de MULTI CH INPUT aansluitingen verbonden signaalbron. Indien geselecteerd, zal de MULTI CH INPUT signaalbron voorrang krijgen over een met INPUT (of met de ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening) geselecteerde signaalbron.
5 A/B/C/D/E
Hiermee kunt u één van de 5 voorkeuzegroepen selecteren (A t/m E) wanneer het toestel op de tuner (radio) staat (zie bladzijde 44).
(zie de bladzijden 41 t/m 44).
9 FM/AM
Hiermee schakelt u de radioband om (FM of AM) wanneer het toestel op de tuner staat (zie bladzijde 41).
0 MEMORY (MAN’L/AUTO FM)
Slaat een zender op in het geheugen wanneer het toestel op de tuner staat. Houd deze toets tenminste 3 seconden ingedrukt om het automatisch voorprogrammeren te laten beginnen (zie de bladzijden 42 t/m 43).
A TUNING MODE (AUTO/MAN’L)
Hiermee schakelt u heen en weer tussen automatisch afstemmen (“AUTO” indicator aan) en handmatig afstemmen (“AUTO” indicator uit) wanneer het toestel op de tuner staat.
INLEIDING
PURE DIRECT
VOLUME
Nederlands
5
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
B STRAIGHT/EFFECT
Hiermee zet u de geluidsvelden aan of uit. Wanneer STRAIGHT is geselecteerd zullen de ingangssignalen (2-kanaals of multikanaals) direct, onveranderd worden weergegeven via de bijbehorende luidsprekers, zonder enig toegevoegd effect.
C Sensor voor de afstandsbediening
Deze ontvangt de signalen van de afstandsbedieningen.
D TONE CONTROL
Hiermee kunt u de weergave van de lage en hoge tonen regelen voor de linker, rechter en midden voorkanalen (zie bladzijde 35).
E PURE DIRECT
Hiermee zet u de PURE DIRECT weergavefunctie aan of uit. Licht op indien ingeschakeld (zie bladzijde 38).
F REC OUT/ZONE 2
Hiermee selecteert u de bron waarvan u de signalen naar de audio/videorecorder en ZONE 2 wilt sturen, ongeacht de signaalbron waarnaar u luistert of kijkt in de hoofdruimte. In de SOURCE/REMOTE stand zal de signaalbron via alle uitgangen worden gereproduceerd. De signaalbron voor Zone 2 en de bron waarvan wordt opgenomen zijn altijd identitiek.
G OPTIMIZER MIC aansluiting
Hierop kunt u de meegeleverde microfoon aansluiten voor gebruik met de AUTO SETUP functie (zie bladzijde 27).
H SPEAKERS A/B
Met elke druk op de bijbehorende toets zet u de set voor­luidsprekers aangesloten op de A en/of B aansluitingen op het achterpaneel aan of uit.
L ZONE CONTROL
Druk hierop om de signaalbron te bedienen of het volumeniveau voor de geselecteerde zone in te stellen (hoofdtoestel, Zone 2 of Zone 3) (zie bladzijde 84). Nadat u op ZONE CONTROL heeft gedrukt, zal de indicator voor de op dit moment geselecteerde zone ongeveer 5 seconden lang knipperen op het display op het voorpaneel. Voer de gewenste handeling uit terwijl de indicator aan het knipperen is.
M PROGRAM keuzeknop
Hiermee kunt u geluidsveldprogramma’s selecteren of de weergave van de lage/hoge tonen regelen (samen met TONE CONTROL).
N VOLUME
Hiermee kunt u het volume (uitgangsniveau) van alle audiokanalen tegelijk instellen. Dit heeft geen invloed op het REC OUT niveau.
Open en dicht doen van de klep in het voorpaneel
Wanneer u de bedieningsorganen achter het klepje wilt gebruiken, kunt u dit openen door zachtjes op het onderste deel van het paneel te drukken. Houd het klepje dicht wanneer u deze bedieningsorganen niet nodig heeft.
I PHONES (SILENT CINEMA) aansluiting
Deze aansluiting produceert audiosignalen waarnaar u kunt luisteren met een hoofdtelefoon. Wanneer u een hoofdtelefoon aansluit, zullen er geen signalen worden gereproduceerd via de PRE OUT aansluitingen of de luidsprekers. Alle Dolby Digital en DTS audiosignalen worden teruggemengd naar de linker en rechter voorkanalen.
J VIDEO AUX aansluitingen
Via deze audio- en video-aansluitingen kunt u een externe signaalbron zoals een spelcomputer aansluiten. Om de signalen die via deze aansluitingen binnenkomen weer te geven, dient u V-AUX in te stellen als signaalbron.
K ZONE ON/OFF
MAIN
Hiermee zet u het hoofdtoestel aan of uit (standby) (zie bladzijde 84).
ZONE 2
Hiermee zet u Zone 2 aan of uit (standby) (zie bladzijde 84).
ZONE 3
Hiermee zet u Zone 3 aan of uit (standby) (zie bladzijde 84).
Druk voorzichtig tegen het onderste deel om het klepje te openen.
6
Afstandsbediening
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
In dit hoofdstuk worden de functies van de toetsen op de bij dit toestel behorende afstandsbediening beschreven. Zie “KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING” op bladzijde 71 als u andere componenten wilt kunnen bedienen. Zet AMP/SOURCE/TV op AMP om dit toestel te bedienen.
1
2
POWER POWER POWER
AVTV
A
B
STANDBY
AUDIO SELECT
SYSTEM
SLEEP
C
D E F
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
G
3
4
5
6
7
8
9
0
A
B
V-AUX
CBL/SAT MD/TAPE
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
+
+
CH
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
PRESET
TOP
TITLE
BAND
ENTER
RETURN
STEREO
MUSIC ENTERTAIN MOVIE
THX
STANDARD SELECT EXTD SUR.
5678
1
2B
90
FREQ/TEXT EON MODE PTY SEEK START
REC
DISC SKIP
LEARN
MACROONOFF
EXIT
MENU
A/B/C/D/E
DISPLAY
3421
A
+10
+
VOL
MUTE
SPEAKERSMEMORY
CLEAR
CD-R
SELECT
AMP
SOURCE
TV
PURE DIRECT
NIGHT
AUDIO
STRAIGHT
EFFECT
ENT.
RE–NAME
H
I
J
K
L M
N O
P
Q
U
R S t
1 Infrarood venster
Hiervandaan worden de infraroodsignalen verzonden. Richt dit venster op de component die u wilt bedienen.
2 Zendindicator
Knippert wanneer de afstandsbediening signalen aan het uitzenden is.
3 Ingangskeuzetoetsen
Hiermee selecteert u de weer te geven signaalbron en bepaalt u welke set bedieningstoetsen gebruikt wordt. Zet AMP/SOURCE/TV op SOURCE en druk vervolgens op TUNER om het toestel op TUNER te zetten.
4 Uitleesvenster
Toont de naam van de geselecteerde signaalbron die u wilt bedienen.
5 LIGHT toets
Druk hierop om de toetsen van de afstandsbediening en het uileesvenster te verlichten.
6 TOP, BAND
Toont het topmenuscherm van de grafische gebruikersinterface (GUI) op uw beeldscherm wanneer AMP/SOURCE/TV is ingesteld op AMP. Hiermee schakelt u de radioband om (FM of AM) wanneer AMP/SOURCE/TV op SOURCE staat en het toestel op de tuner staat.
7 Cursortoetsen k / n / l / h / ENTER
Hiermee kunt u DSP programma parameters of GUI menu-items selecteren en instellen wanneer AMP/ SOURCE/TV op AMP staat. Druk op l / h om een voorkeuzegroep (A t/m E) te selecteren wanneer AMP/SOURCE/TV op SOURCE staat en het toestel op de tuner. Druk op k / n om een voorkeuzezender (1 t/m 8) te selecteren wanneer AMP/SOURCE/TV op SOURCE staat en het toestel op de tuner.
8 RETURN
Terug naar de directory boven in de menufunctie voor het display op het voorpaneel.
9 Geluidsveldprogramma / cijfertoetsen
Hiermee kunt u geluidsveldprogramma’s selecteren of cijfers invoeren wanneer AMP/SOURCE/TV op AMP staat. Gebruik de cijfertoetsen 1 t/m 8 om voorkeuzezenders te selecteren wanneer AMP/SOURCE/TV op SOURCE staat en het toestel op de tuner. Gebruik SELECT om 2-kanaals bronmateriaal weer te geven als multikanaals materiaal (zie bladzijde 37). Gebruik EXTD SUR. om te schakelen tussen 5.1 en
6.1/7.1-kanaals weergave van multikanaals materiaal (zie bladzijde 36).
INLEIDING
Nederlands
7
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
0 MEMORY 1/2
Hiermee kunt u uw favoriete geluidsveldprogramma’s, YPAO instellingen of extra voorkeuzezenders oproepen (zie bladzijde 70).
A MACRO ON/OFF
Hiermee zet u de macro-functie aan of uit.
B MACRO
Met deze toets kunt u een reeks handelingen onder een enkele toets programmeren (zie bladzijde 77).
C STANDBY
Hiermee zet u het toestel uit (standby).
D SYSTEM POWER
Hiermee zet u het toestel aan.
E AUDIO SELECT
Hiermee bepaalt u uw voorkeur (AUTO, i.LINK, HDMI, COAX/OPT, ANALOG) voor het soort signaal dat u wilt weergeven wanneer een bepaalde component verbonden is met twee of meer van de ingangsaansluitingen van dit toestel (zie bladzijde 40).
F SLEEP
Hiermee kunt u de slaaptimer instellen.
G MULTI CH IN
Hiermee selecteert u de MULTI CH INPUT functie bij gebruik van een externe decoder (enz.).
H SELECT k / n
Hiermee kunt u een andere component selecteren die u onafhankelijk van de met de ingangskeuzetoetsen geselecteerde signaalbron kunt bedienen.
I VOL +/–
Hiermee verhoogt of verlaagt u het volume.
J AMP/SOURCE/TV
Hiermee selecteert u de component die wilt bedienen met de afstandsbediening.
AMP: In deze stand kunt u dit toestel bedienen. SOURCE: In deze stand kunt u de met de
ingangskeuzetoetsen geselecteerde component bedienen. TV: In deze stand kunt u de televisie bedienen. Zie bladzijde 72 voor het instellen van de afstandsbedieningscodes voor uw componenten.
K MUTE
Deze toets schakelt u de geluidsweergave tijdelijk uit. Druk nog eens op deze toets om de geluidsweergave op het oorspronkelijke volume voort te zetten.
L PURE DIRECT
Hiermee zet u de PURE DIRECT weergavefunctie aan of uit (zie bladzijde 38).
M EXIT
Hiermee kunt u de grafische gebruikersinterface (GUI) afsluiten wanneer AMP/SOURCE/TV op AMP staat.
N NIGHT
Hiermee kunt u de middernacht luisterfuncties aan of uit zetten (zie bladzijde 38).
O DISPLAY
Hiermee schakelt u de menufunctie voor het display op het voorpaneel in wanneer AMP/SOURCE/TV op AMP staat.
P STRAIGHT/EFFECT
Hiermee zet u de geluidsvelden aan of uit. Wanneer STRAIGHT is geselecteerd zullen de ingangssignalen (2-kanaals of multikanaals) direct, onveranderd worden weergegeven via de bijbehorende luidsprekers, zonder enig toegevoegd effect.
Q SPEAKERS A/B
Met elke druk op de corresponderende toets kunt u de set luidsprekers die is verbonden met de A en/of B aansluitingen op het achterpaneel aan of uit zetten wanneer AMP/SOURCE/TV op AMP staat.
R RE-NAME
Hiermee kunt u de naam van de signaalbron in het uitleesvenster veranderen (zie bladzijde 76).
S CLEAR
Hiermee kunt u dingen wissen bij de leer- en macrofuncties en bij het veranderen van de getoonde namen, of bij het instellen van afstandsbedieningscodes (zie bladzijde 79).
T LEARN
Hiermee kunt u afstandsbedieningscodes instellen of functies overnemen van andere afstandsbedieningen (zie bladzijde 74).
U Radio Data Systeem afstemtoetsen
(Alleen bij modellen voor het V.K. en Europa)
Deze toets werken wanneer het toestel op de tuner (radio) staat.
FREQ/TEXT
Druk op deze toets wanneer het toestel een Radio Data Systeem zender ontvangt om te schakelen tussen de PS functie, PTY functie, RT functie, CT functie (als de zender deze Radio Data Systeem gegevens verzorgt) en/of het frequentiedisplay (zie bladzijde 45).
PTY SEEK MODE
Druk op deze toets om het toestel in de PTY SEEK functie te zetten (zie bladzijde 46).
PTY SEEK START
Druk op deze toets om het zoeken naar een geschikte zender te laten beginnen nadat u het gewenste programmatype heeft geselecteerd in de PTY SEEK functie (zie bladzijde 46).
EON
Druk op deze toets om automatisch af te stemmen op een radioprogramma van het door u gewenste type (NEWS, INFO, AFFAIRS, SPORT) (zie bladzijde 47).
8
Zone 2/Zone 3 afstandsbediening
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
In dit deel worden de bedieningsorganen en functies van de Zone 2/Zone 3 afstandsbediening beschreven. Gebruik de Zone 2/Zone 3 afstandsbediening om apparatuur te bedienen die is aangesloten op dit toestel voor Zone 2 (tweede ruimte) of Zone 3 (derde ruimte).
1
POWER
2
TUNER CD CD-R
STANDBY
3
DTV
CBL/SAT MD/TAPE
4
VCR 1
DVR/VCR2
DVD
5
PRESET/CH
A/B/C/D/E
PRG SELECT
ID2ID1
+
VOLUME
MUTE
DISPLAY
6
7 8
ZONE 3ZONE 2
9 0
1 Infrarood venster
Hiervandaan worden de infraroodsignalen verzonden. Richt dit venster op de component die u wilt bedienen.
2 POWER
Hiermee zet u het toestel aan.
3 STANDBY
Hiermee zet u het toestel uit (standby).
4 Ingangskeuzetoetsen
Hiermee selecteert u de weer te geven signaalbron en bepaalt u welke set bedieningstoetsen gebruikt wordt.
5 PRESET/CH k / n
Druk op k / n om een voorkeuzenummer (1 t/m 8) te selecteren terwijl het toestel op de tuner staat.
6 VOLUME +/–
Hiermee verhoogt of verlaagt u het volume.
7 MUTE
Deze toets schakelt u de geluidsweergave tijdelijk uit. De MUTE indicator gaat aan wanneer deze MUTE functie is ingeschakeld. Druk nog eens op deze toets om de geluidsweergave op het oorspronkelijke volume voort te zetten.
8 A/B/C/D/E
Druk herhaaldelijk op deze toets om een voorkeuzegroep (A t/m E) te selecteren terwijl het toestel op de tuner staat.
INLEIDING
Gebruiken van de afstandsbedieningen
De afstandsbediening zendt een gerichte infraroodstraal uit. Richt de afstandsbedieningen op de sensor op het hoofdtoestel om dit te bedienen.
PURE DIRECT
STANDBY
AUDIO SELECTAB
+
CH
EXIT
MENU
PRG SELECT
A/B/C/D/E
DISPLAY
2B
+10
LEARN
VOLUME
TONE
CONTROL
STRAIGHT
PROGRAM
30 30
SYSTEM
POWER
STANDBY
TUNER CD CD-R
SLEEP
DTV
CBL/SATMD/TAPE
MULTI CH IN
VCR 1
DVR/VCR2
DVD
CD-R
+
PRESET/CH
VOLUME
A/B/C/D/E
SELECT
MUTE
DISPLAY
PRG SELECT
AMP
+
SOURCE
VOL
TV
ZONE 3ZONE 2
ID2ID1
MUTE
PURE DIRECT
NIGHT
AUDIO
STRAIGHT
EFFECT
3421
A
SPEAKERSMEMORY
ENT.
CLEAR
RE–NAME
MULTI CH
AUDIO
INPUT
SELECT
INPUT
SOURCE/ REMOTE
DTV
CBL/SAT
VCR 1
STANDBY /ON
DVR/ VCR2
REC OUT/ZONE 2
Ongeveer 6 m
PRESET/
TUNING
PRESET/
MEMORY
FM/AM
TUNING
MODE
TUNING
A/B/C/D/E
EDIT
MAN'L/AUTO FMAUTO/MAN'L EFFECT
ZONE ON/OFF
ZONE CONTROL
SPEAKERS
MD/TAPEDVD
CD-R
A
B
MAIN ZONE 2
ZONE 3
TUNER
SILENT CINEMA S VIDEO VIDEO L
AUDIO R OPTICAL
CD
OPTIMIZER
MIC
PHONES
VIDEO/AUX
POWER POWER POWER
AVTV
PHONO TUNER CD
V-AUX
CBL/SAT MD/TAPE
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
PRESET
TOP
TITLE
BAND
ENTER
RETURN
STEREO
MUSIC ENTERTAIN MOVIE
THX
STANDARDSELECT EXTD SUR.
5678
1
90
FREQ/TEXT EON MODEPTY SEEK START
REC
DISC SKIP
MACROONOFF
9 ID1/ID2
Verschuif deze schakelaar om de afstandsbediening AMP/ tuner ID voor dit toestel in te stellen (zie bladzijde 73).
0 ZONE 2/ZONE 3
Verschuif deze schakelaar om het toestel op Zone 2 of Zone 3 te zetten (zie bladzijde 83).
Omgaan met de afstandsbedieningen
• Mors geen water of andere vloeistoffen op de afstandsbedieningen.
• Laat de afstandsbedieningen niet vallen.
• Laat de afstandsbedieningen niet liggen en bewaar ze niet op de volgende plekken: – zeer vochtige plekken, bijvoorbeeld bij een bad – plekken waar de temperatuur hoog kan oplopen,
zoals naast de verwarming of kachel – zeer koude plekken – stoffige plekken
Nederlands
9
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Display voorpaneel
2
13 4 5 6 78 90 A
MULTI CH
DIGITAL PL EX
1 i.LINK indicator
Licht op wanneer er een i.LINK component is aangesloten en dit toestel signalen weergeeft via i.LINK verbindingen. Knippert wanneer er een i.LINK component is aangesloten maar dit toestel signalen weergeeft via andere dan i.LINK verbindingen, of wanneer er geen signalen binnenkomen via de i.LINK aansluitingen. Gaat uit wanneer er geen i.LINK apparatuur is aangesloten. Zie bladzijde 95 voor details.
2 HDMI indicator
Licht op wanneer er een HDMI component is aangesloten en dit toestel audiosignalen weergeeft die binnenkomen via HDMI aansluitingen. Knippert wanneer er een HDMI component is aangesloten, maar dit toestel audiosignalen weergeeft die binnenkomen via andere dan de HDMI aansluitingen, of als er geen audiosignalen binnenkomen via de HDMI aansluitingen. Gaat uit wanneer er geen HDMI apparatuur is aangesloten. Zie bladzijde 97 voor details.
3 NIGHT indicator
Licht op wanneer u de nacht-luisterfunctie selecteert.
4 VIRTUAL indicator
Licht op wanneer Virtual CINEMA DSP in werking is (zie bladzijde 39).
5 Geluidsveld indicators
Lichten op om aan te geven welke DSP geluidsvelden er in werking zijn.
Linker surround DSP geluidsveld
V-A UX
96 24
CS
PL
PL x
BCDEGHIJK L M OPQRS
DISCRETE MATRIX
THX
PCM
DSD
DVR/VCR2
VIRTUAL
NIGHT
STANDARD
ZONE2 ZONE3 SLEEP
F
VCR 1
SP A B
CBL/SAT
SILENT CINEMA
DTV DVD
MD/TAPE
YPAO HiFi DSP
CD-R
PS PTY RT CT EON
PTY
HOLD
CD TUNER
AUTO
MEMORY
STEREO
TUNED
N
(Modellen voor het V.K. en Europa)
6 Signaalbron indicators
Een cursorstreepje geeft aan welke signaalbron wordt weergegeven.
7 CINEMA DSP indicator
Licht op wanneer u een CINEMA DSP geluidsveldprogramma selecteert.
8 YPAO indicator
Licht op tijdens de automatische set-up en wanneer de automatische luidspreker-instellingen onveranderd worden gebruikt.
9 AUTO indicator
Licht op wanneer dit toestel in de automatische afstemfunctie staat.
0 STEREO indicator
Licht op wanneer het toestel een sterk FM stereosignaal ontvangt en de AUTO indicator brandt.
A VOLUME niveauaanduiding
Hiermee wordt het volumeniveau aangegeven.
B Decoder indicators
Wanneer één van de decoders van dit toestel in werking is, zal de bijbehorende indicator oplichten.
C DSD indicator
Licht op wanneer dit toestel DSD (Direct Stream Digital) digitale audiosignalen weergeeft.
D PCM indicator
Licht op wanneer dit toestel PCM (pulscode modulatie) digitale audiosignalen weergeeft.
DSP aanwezigheidsgeluidsveld
Luisterplek
Rechter surround DSP geluidsveld
Surround/achter surround DSP geluidsveld
ft mS dB
HD
MUTE
96/24
LFE
PHONO
VOLU ME
LL C R SL SB SR
t
dB
U
10
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
E SLEEP indicator
Licht op wanneer de slaaptimer is ingeschakeld.
F ZONE 2/ZONE 3 indicators
Licht op wanneer de Zone 2 of Zone 3 functie wordt gebruikt.
G THX indicator
Licht op wanneer er een THX programma is geselecteerd.
H STANDARD indicator
Licht op wanneer er een decoder is geselecteerd (zie bladzijde 37).
I Hoofdtelefoon indicator
Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten.
J SP A B indicators
Lichten op om aan te geven welke set voor-luidsprekers is geselecteerd. Beide indicators lichten op wanneer u beide sets luidsprekers heeft geselecteerd of bij dubbele aansluiting van een enkele set.
K SILENT CINEMA indicator
Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten en er een geluidsveldprogramma is geselecteerd (zie bladzijde 36).
L Multifunctioneel display
Toont de naam van het huidige geluidsveldprogramma en andere gegevens bij het invoeren of wijzigen van instellingen.
M HiFi DSP indicator
Licht op wanneer u een HiFi DSP geluidsveldprogramma selecteert.
N Radio Data Systeem indicators
(Alleen bij modellen voor het V.K. en Europa)
De Radio Data Systeem gegevens die worden verzorgd door de Radio Data Systeem zender waar op dit moment op is afgestemd zullen oplichten. EON licht op wanneer er is afgestemd op een Radio Data Systeem zender die EON gegevens aanbiedt. PTY HOLD licht op wanneer er met de PTY SEEK zoekfunctie naar zenders wordt gezocht.
S LFE indicator
Licht op wanneer het ingangssignaal een LFE signaal bevat.
T Indicators ingangskanalen
Deze geven aan uit welke kanalen het huidige digitale ingangssignaal bestaat.
U Aanwezigheids- en surround achter-
luidspreker indicators
Deze geven aan of er aanwezigheids- en/of achter surround luidsprekers zijn aangesloten bij gebruik van de Auto Setup instelling (bladzijde 27) of de Speaker Level instelling (bladzijde 66).
INLEIDING
O MEMORY indicator
Knippert ten teken dat een zender kan worden opgeslagen.
P TUNED indicator
Licht op wanneer dit toestel is afgestemd op een zender.
Q MUTE indicator
Knippert wanneer de MUTE functie (tijdelijk uitschakelen geluidsweergave) is ingeschakeld.
R 96/24 indicator
Licht op wanneer dit toestel een DTS 96/24 signaal ontvangt.
Nederlands
11
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Achterpaneel
12 3 4 5 67 8 9 0 A
AUDIOVIDEO
ZONE 3
L
R
(
)
PLAY
IN
MD/TAPE
OUT
(REC)
(
)
PLAY
IN
CD-R
OUT
(REC)
CD
PHONO
FRONT(6CH)/SB(8CH)
SURROUND
MULTI CH INPUT
AUDIO
L
CENTERSUBWOOFER
GND
RS-232C
FRONT
R
SURROUND
R
SUBWOOFER
R
SURROUND BACK/PRESENCE
PRE OUT
CENTER
SINGLE
R
FRONT
CLASS 2 WIRING
L
R
L
R
(SB)
L
1
IN IN OUT
OUT
+
+
+
+
SURROUND BACK SINGLE
A
B
SURROUND
SPEAKERS
2
CONTROL OUTREMOTE
+12V 15mA MAX.
21
+
+
++–
+
L
SPEAKER IMPEDANCE
L
L
CENTER
+
R
L
PRESENCE/ZONE 2
(Modell für Europa)
DIGITAL OUTPUT
OPTICAL
MD/TAPE
CD-R
CD
DVD
DTV
CBL/SAT
CD
DVD
DVR/VCR 2
COAXIAL
DIGITAL INPUT
(AUDIO)
S400
HDMI
IN 1
IN 2
OUT
CBL/ SAT
DVD
DTV
MONITOR OUT
COMPONENT VIDEO
PBY
TUNER
FM ANT
UNBAL.
VIDEO
S VIDEO
75Ω
GND
AM ANT
PR
MONITOR
OUT
DVD
DTV
CBL/ SAT
VCR 1
OUT
DVR/VCR 2
OUT
ZONE 2
OUTPUT
R
IN
IN
BC D E F G H
AC OUTLETS
SWITCHED
AC IN
1 DIGITAL OUTPUT aansluitingen
Zie bladzijde 22 voor details.
2 i.LINK aansluitingen
Zie bladzijde 92 voor meer informatie over deze aansluitingen.
3 Antenne-aansluitingen
Zie bladzijde 24 voor meer informatie over deze aansluitingen.
4 Aansluitingen voor video-apparatuur
Zie de bladzijden 19 en 21 voor meer informatie over deze aansluitingen.
5 Aansluitingen voor audio-apparatuur
Zie bladzijde 22 voor meer informatie over deze aansluitingen.
6 Haak voor de luidspreker-
aansluitingensleutel
Hier kunt u de luidspreker-aansluitingensleutel opbergen wanneer u deze niet gebruikt.
7 RS-232C aansluiting
Dit is een aansluiting die uitsluitend bedoeld is voor gebruik in de fabriek. Raadpleeg uw dealer voor details hieromtrent.
8 REMOTE 1/2 IN/OUT aansluitingen
Zie bladzijde 83 voor details.
9 CONTROL OUT aansluitingen
Dit zijn aansluitingen die uitsluitend bedoeld zijn voor gebruik in de fabriek.
0 AC OUTLET(S)
Hiermee kunt eventueel andere A/V componenten van stroom voorzien (zie bladzijde 25).
A AC INLET
Steek hier het meegeleverde netsnoer in (zie bladzijde 25).
B DIGITAL INPUT aansluitingen
Zie de bladzijden 19, 21 en 22 voor details.
C HDMI IN/OUT aansluitingen
Zie bladzijde 96 voor meer informatie over deze aansluitingen.
D ZONE 2/ZONE 3 OUTPUT aansluitingen
Zie bladzijde 83 voor details.
E MULTI CH INPUT aansluitingen
Zie bladzijde 20 voor meer informatie over deze aansluitingen.
F PRE OUT aansluitingen
Zie bladzijde 23 voor meer informatie over deze aansluitingen.
G Luidspreker-aansluitingen
Zie bladzijde 15 voor meer informatie over deze aansluitingen.
H PRESENCE/ZONE 2 luidspreker-
aansluitingen
Zie bladzijde 15 voor meer informatie over deze aansluitingen.
VOLTAGE SELECTOR (Alleen modellen voor Azië en algemene modellen)
Zie bladzijde 25.
12
+
LUIDSPREKER SETUP
Opstelling van de luidsprekers
Hierboven ziet u de standaard ITU-R* opstelling van de luidsprekers. Met deze opstelling profiteert u optimaal van CINEMA DSP, multikanaals audio en THX weergave.
*
ITU-R is de radiocommunicatie afdeling van de ITU (International Telecommunication Union).
PL
SL
SL
FL
80˚
SBL
Meer dan 30 cm
C
30˚
60˚
SBR
PR
FR
SR
SR
LUIDSPREKER SETUP
Surround-luidsprekers (SR en SL)
De surround-luidsprekers worden gebruikt voor omhullende surroundweergave en effecten. Plaats deze luidsprekers achter uw luisterplek, een beetje naar binnen gericht en ongeveer 1,8 m van de vloer.
Surround achter-luidsprekers (SBR en SBL)
De surround achter-luidsprekers geven een aanvulling op de surround-luidsprekers en zorgen voor realistischer overgangen van voor naar achter. Plaats deze luidsprekers direct achter de luisterplek en op dezelfde hoogte als de surround-luidsprekers. Deze luidsprekers moeten tenminste 30 cm uit elkaar worden geplaatst. In het ideale geval zou u ze op dezelfde afstand uit elkaar moeten plaatsen als de voor-luidsprekers.
Subwoofer
Een subwoofer, zoals het YAMAHA Active Servo Processing Subwoofer System, zorgt niet alleen voor een effectieve versterking van de lage tonen in de diverse weergavekanalen, maar ook voor een natuurgetrouwe reproductie van het LFE (lage frequentie effecten) kanaal in Dolby Digital en DTS geluidsmateriaal. De opstelling van de subwoofer is niet zo belangrijk, want de zeer lage tonen zijn niet erg richtingsgevoelig. U kunt de subwoofer het beste in de buurt van de voor-luidsprekers plaatsen. Richt hem een beetje naar het midden van de ruimte om weerkaatsing via de wanden te verminderen.
VOORBEREIDINGEN
1,8 m
1,8 m
Voor-luidsprekers (FR en FL)
De voor-luidsprekers worden gebruikt voor weergave van het hoofdkanaal plus effecten. Plaats deze luidsprekers op gelijke afstand van uw luisterplek. De afstanden van deze luidsprekers tot het beeldscherm moeten ook gelijk zijn.
Midden-luidspreker (C)
De midden-luidspreker is voor weergave van het middenkanaal (dialoog, vocalen enz.). Als het om de een of andere reden niet mogelijk is om een midden­luidspreker te gebruiken, kunt u ook zonder. De beste resultaten krijgt u echter met een volledig systeem. Zorg ervoor dat de voorkant van de midden-luidspreker in lijn ligt met de voorkant van uw beeldscherm. Plaats deze luidspreker midden tussen de voor-luidsprekers en zo dicht mogelijk bij het beeldscherm, bijvoorbeeld direct erboven of eronder.
Aanwezigheidsluidsprekers (PR en PL)
De zogenaamde ‘aanwezigheids’-luidsprekers geven een aanvulling op de weergave via de voor-luidsprekers met extra omgevingseffecten geproduceerd door CINEMA DSP (zie bladzijde 49). Deze effecten bestaan onder meer uit geluiden die de filmmakers een stukje verder achter het scherm willen plaatsen voor een groter bioscoopeffect. Plaats deze luidsprekers voor in de ruimte, ongeveer 0,5 – 1 m buiten de voor-luidsprekers, een beetje naar binnen gericht en ongeveer 1,8 m van de vloer.
Opmerking
De surround-achter en de zogenaamde aanwezigheidsluidsprekers kunnen niet tegelijkertijd geluid weergeven. Via het Sound menu (zie bladzijde 62) kunt u de voorkeur geven aan één van deze sets luidsprekers.
Nederlands
13
LUIDSPREKER SETUP
Opstelling di-pool luidsprekers
Voor THX surroundweergave kunnen di-pool of direct weerkaatsende luidsprekers worden gebruikt. Als u voor di-pool luidsprekers kiest, dient u de surround- en surround achter-luidsprekers op te stellen zoals hieronder schematisch is aangegeven.
FL
SL
: Di-pool luidspreker
: Richting fase di-pool luidspreker
SBL
C
SBR
FR
SR
14
LUIDSPREKER SETUP
Luidspreker-aansluitingen
Let erop dat u de linker (L) en rechter (R) kanalen, “+” (rood) en “–” (zwart) op de juiste manier aansluit. Als de aansluitingen niet kloppen, zal er geen geluid worden weergegeven via de luidsprekers en als de polariteit van de luidspreker-aansluitingen niet correct is, zal de weergave onnatuurlijk klinken met te weinig lage tonen.
LET OP
• Als u 6 Ohm luidsprekers wilt gebruiken, moet u de luidsprekerimpedantie van dit toestel voor gebruik op 6 Ohm instellen (zie bladzijde 26). Als u 8 Ohm luidsprekers gebruikt, moet u de begininstelling voor de luidsprekerimpedantie van dit toestel gebruiken.
• Voor u de luidsprekers aansluit moet u ervoor zorgen dat de stekker uit het stopcontact gehaald is.
• Laat de blote luidsprekerdraden elkaar niet raken en zorg ervoor dat ze geen contact maken met de metalen onderdelen van het toestel. Hierdoor kunnen het toestele en/of de luidsprekers beschadigd raken.
• Gebruik magnetisch afgeschermde luidsprekers. Als dergelijke luidsprekers toch uw beeldscherm storen, zet de luidsprekers dan verder bij het beeldscherm vandaan.
Een luidsprekersnoer bestaat uit twee geïsoleerde draden naast elkaar. De ene draad onderscheidt zich van de andere door een andere kleur, of misschien een streep, groef of ribbels. Sluit de afwijkend gestreepte (gegroefde enz.) draad aan op de “+” (rode) aansluitingen van dit toestel en uw luidspreker. Verbind de gewone draad met de “–” (zwarte) aansluitingen.
5 Draai de draad vervolgens met de knop weer
vast.
Sleutel voor de luidspreker-aansluitingen
5
4
3
Rood: positief (+)
Zwart: negatief (–)
Gebruik van de PRESENCE/ZONE 2 luidspreker-aansluitingen
1
3
2
1 Doe het lipje open.
2 Steek een ontbloot draadeind in het gat van
de aansluiting.
3 Doe het lipje weer op zijn plaats om de draad
vast te zetten.
VOORBEREIDINGEN
10 mm
1
2
1 Strip ongeveer 10 mm isolatie van het
uiteinde van de luidsprekerdraden.
2 Draai de blootgekomen draadjes in elkaar om
kortsluiting te voorkomen.
3 Draai de knop los.
De meegeleverde dopsleutel is handig bij het los en vast draaien van deze knoppen.
4 Steek een ontbloot draadeind in het gat aan
de zijkant van de aansluiting.
Aansluiten met bananenstekkers
(Uitgezonderd modellen voor het V.K., Europa en Azië) Draai eerst de knop vast en steek vervolgens de bananenstekker in het gat bovenin de aansluiting.
Bananenstekker
(Uitgezonderd modellen voor het V.K., Europa en Azië)
y
Voor de PRESENCE/ZONE 2 luidspreker-aansluitingen kunt u ook bananenstekkers gebruiken. Doe het lipje open, en steek één bananenstekker in het gat van elk van de aansluitingen. Probeer de lipjes niet weer dicht te doen nadat u de bananenstekkers in de aansluitingen heeft gestoken.
15
Nederlands
LUIDSPREKER SETUP
9
10
2
4
3
1
7
8
5
6
Opstelling van de luidsprekers
Subwoofer met
ingebouwde versterker
FRONT
R
SURROUND
R
SUBWOOFER
R
SURROUND BACK/PRESENCE
PRE OUT
Voor-luidsprekers (A)
LinksRechts
2 31
A
B
SURROUND
SURROUND BACK SINGLE
SPEAKERS
CENTER
SINGLE
FRONT
CLASS 2 WIRING
L
L
(SB)
L
+
R
+
+
R
+
R
+
+
++–
+
L
SPEAKER IMPEDANCE
L
L
CENTER
R
PRESENCE/ZONE 2
Midden-
luidspreker
+
L
Voor -
luidsprekers
(B)
4
7 8 65 109
Surround-luidsprekers
LinksRechts LinksRechts
Surround
achter-luidsprekers
Aanwezigheidsluidsprekers
LinksRechts
• U kunt zowel aanwezigheids- als surround-achter luidsprekers aansluiten op dit toestel, maar deze zullen niet tegelijkertijd geluid kunnen produceren. Via het geluidsmenu (zie bladzijde 62) kunt u één van beide sets luidsprekers de voorkeur geven.
• De surround achter-luidsprekers geven het surround achterkanaal in Dolby Digital EX en DTS-ES materiaal weer en werken alleen wanneer de Dolby Digital EX, DTS-ES, Dolby Pro Logic x, THX Select2, THX Music, THX Games of THX Surround
EX decoder is ingeschakeld.
• De aanwezigheidsluidsprekers produceren omgevingseffecten die worden gecreëerd door de DSP geluidsvelden. Ze zullen geen geluid produceren wanneer er andere geluidsvelden geselecteerd zijn.
16
FRONT aansluitingen
U kunt hierop een enkel of twee luidsprekersystemen aansluiten. Als u een enkel luidsprekersysteem gebruikt, kunt u dit naar keuze met de FRONT A of de B aansluitingen verbinden.
Opmerking
Modellen voor Canada zijn niet in staat weergave via twee verschillende luidsprekersystemen tegelijkertijd te verzorgen.
Dubbele aansluiting
Met dit toestel is het ook mogelijk een enkel luidsprekersysteem dubbel aan te sluiten. Gebruik in dit geval twee luidsprekersnoeren voor elke box (één snoer voor de woofer en één snoer voor de tweeter/ middenbereik luidspreker in de box). Om gebruik van de dubbele aansluitingen te kunnen maken moet u de SPEAKERS A en SPEAKERS B toetsen op het voorpaneel indrukken zodat zowel SP A als B op het display op het voorpaneel oplichten.
Dubbele aansluiting
LUIDSPREKER SETUP
VOORBEREIDINGEN
+
A
B
Dit toestel
L
+
FRONT
R
++–
CENTER aansluitingen
Hierop kunt u een midden-luidspreker aansluiten.
SURROUND aansluitingen
Hierop kunt u surround-luidsprekers aansluiten.
SUBWOOFER aansluiting
Sluit hierop een subwoofer met ingebouwde eindversterker aan, zoals het YAMAHA Active Servo Processing Subwoofer System.
SURROUND BACK aansluitingen
Hierop kunt u surround achter-luidsprekers aansluiten. Als u slechts één surround achter-luidspreker gebruikt, verbind deze dan met de linker (L) aansluitingen.
PRESENCE aansluitingen
Hierop kunt u aanwezigheidsluidsprekers aansluiten.
Nederlands
Opmerking
U kunt deze aansluitingen ook gebruiken om Zone 2 luidsprekers op aan te sluiten (zie bladzijde 84).
17
AANSLUITINGEN
AANSLUITINGEN
Voor u componenten gaat aansluiten
LET OP
Sluit dit toestel of één van de andere componenten pas aan op het lichtnet wanneer alle verbindingen tussen de componenten gemaakt zijn.
Kabelaanduidingen
Voor analoge signalen
linker analoge bedrading
rechter analoge bedrading
Voor digitale signalen
optische kabels
coaxiale bedrading
Voor videosignalen
videobedrading
S-Videobedrading
Analoge aansluitingen
Analoge signalen van andere audiocomponenten kunt u via tulpstekkerkabels aansluiten op de analoge aansluitingen van dit toestel. Verbind de rode stekkers met de rechter en de witte stekkers met de linker aansluitingen.
Digitale aansluitingen
Dit toestel heeft digitale aansluitingen voor directe transmissie van digitale signalen via coaxiale bedrading of optische glasvezelkabels. U kunt de digitale aansluitingen gebruiken voor PCM, Dolby Digital en DTS ingangssignalen. Wanneer u een bepaalde component zowel met de COAXIAL als met de OPTICAL aansluiting verbindt, zal het via de COAXIAL aansluiting binnenkomende signaal voorrang krijgen. Alle digitale ingangsaansluitingen zijn geschikt voor digitale signalen met een bemonsteringsfrequentie van 96 kHz.
Opmerking
In dit toestel is de verwerking van digitale signalen gescheiden van de verwerking van analoge signalen. Daarom kunnen audiosignalen die binnenkomen via de analoge ingangsaansluitingen ook alleen via de analoge OUT (REC) uitgangsaansluitingen worden weergegeven. Op dezelfde manier zullen via de digitale (OPTICAL of COAXIAL) ingangsaansluitingen binnenkomende signalen alleen via de DIGITAL OUTPUT uitgangsaansluitingen kunnen worden weergegeven.
L
R
O
C
V
S
V
Video-aansluitingen
Dit toestel heeft drie soorten video-aansluitingen. Welke aansluiting u nodig heeft hangt af van die van uw beeldscherm. De signalen die binnenkomen via de S VIDEO aansluitingen worden automatisch omgezet voor weergave via de VIDEO aansluitingen. Wanneer “Video Conv.” op “On” (zie bladzijde 67) is ingesteld, zullen signalen die binnenkomen via de VIDEO aansluitingen kunnen worden gereproduceerd via de S VIDEO en COMPONENT VIDEO aansluitingen. Op dezelfde manier zullen signalen die binnenkomen via de S VIDEO aansluitingen kunnen worden gereproduceerd via de COMPONENT VIDEO aansluitingen.
VIDEO
S VIDEO
VIDEO aansluiting
Voor conventionele composiet videosignalen.
S VIDEO aansluiting
Voor S-Video signalen, in luminantie (Y) en kleur (C) gescheiden videosignalen voor een betere beeldkwaliteit.
COMPONENT VIDEO aansluitingen
Voor component videosignalen, in luminantie (Y) en kleurverschil (P
B, PR) gescheiden videosignalen voor de
beste beeldkwaliteit.
Signaalschema binnenin het toestel
Ingang
COMPONENT VIDEO
S VIDEO
VIDEO
Alleen wanneer “Video Conv.” op “On” staat (zie bladzijde 67)
Opmerking
Wanneer er zowel signalen binnenkomen via de S VIDEO als via de VIDEO aansluitingen, krijgen de via de S VIDEO aansluiting binnenkomende signalen voorrang.
COMPONENT VIDEO
PR PB Y
Uitgang
(MONITOR OUT)
18
Aansluiten van videocomponenten
Aansluitingen voor DVD weergave
AANSLUITINGEN
Coaxiale uitgang
Optische uitgang Video uitgang
DVD-speler
Audio uitgang
VOORBEREIDINGEN
C
O
DIGITAL OUTPUT
OPTICAL
DVD
DVD
COMPONENT VIDEO
PBY
S VIDEO
VIDEO
DVD
PR
LR
AUDIOVIDEO
R
L
Beeldscherm
Video ingang
DVD
COAXIAL
DIGITAL INPUT
MONITOR OUT
MONITOR
OUT
OUTPUT
Nederlands
19
AANSLUITINGEN
Apparatuur verbinden met de MULTI CH INPUT aansluitingen
Dit toestel is voorzien van 6 extra ingangsaansluitingen (links en rechts FRONT, CENTER, links en rechts SURROUND en SUBWOOFER) voor gescheiden multikanaals ingangssignalen van een multiformat-speler, externe decoder, sound processor of voorversterker. Als u Multi CH Assign: Input Channels op 8ch zet (zie bladzijde 58), kunt u de ingangsaansluitingen die zijn toegewezen aan Multi CH Assign: Front Input (bladzijde 58) samen met de MULTI CH INPUT aansluitingen gebruiken voor ingangssignalen met 8 kanalen. Verbind de uitgangsaansluitingen van uw multiformaat-speler of externe decoder met de MULTI CH INPUT aansluitingen. Let er goed op dat u de linker en rechter uitgangen verbindt met de linker en rechter ingangsaansluitingen voor zowel de voor- als de surroundkanalen.
Voor 6-kanaals ingangssignalen Voor 8-kanaals ingangssignalen
FRONT(6CH)/SB(8CH)
SURROUND
CENTER
SUBWOOFER
MULTI CH INPUT
Subwoofer uitgang
Middenkanaal uitgang
Multiformaat-speler/
externe decoder
DVD
DTV
CBL/ SAT
IN
VCR 1
LRLR
OUT
IN
DVR/VCR 2
Surroundkanaal uitgang
R
L
Voorkanaal uitgang
AUDIO
R
L
(
)
PLAY
IN
MD/TAPE
OUT
(REC)
(
)
PLAY
IN
CD-R
OUT
(REC)
CD
R
AUDIO
L
LR
Voorkanaal uitgang
FRONT(6CH)/SB(8CH)
SURROUND
CENTER
SUBWOOFER
MULTI CH INPUT
Subwoofer uitgang
Middenkanaal uitgang
Multiformaat-speler/
externe decoder
LR
Surroundkanaal uitgang
Surround­achter uitgang
Opmerkingen
• Wanneer u MULTI CH INPUT als signaalbron selecteert, zal dit toestel automatisch de digitale geluidsveldprocessor uitschakelen en zult u geen geluidsveldprogramma’s kunnen selecteren.
• Dit toestel is niet in staat de via de MULTI CH INPUT aansluitingen binnenkomende signalen zo te herschikken dat er wordt gecompenseerd voor eventueel in uw systeem ontbrekende luidsprekers. Daarom bevelen we u aan tenminste een 5.1-kanaals luidsprekersysteem aan te sluiten voor u gebruik maakt van deze functie.
• Wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten, zullen alleen de L/R voorkanalen worden weergegeven.
20
Aansluiting van andere videocomponenten
AANSLUITINGEN
O
DIGITAL OUTPUT
OPTICAL
CBL/SAT
Optische uitgang
Video uitgang
Kabel TV of
satellietontvanger
COMPONENT VIDEO
DTV
CBL/
SAT
PRPBY
Audio uitgang
S VIDEO
VIDEO
CBL/
SAT
VCR 1
OUT
LR
AUDIOVIDEO
R
L
IN
VOORBEREIDINGEN
DVR/VCR 2
COAXIAL
DIGITAL INPUT
C
Video ingang
DVD-recorder of
Video uitgang
videorecorder
Coaxiale uitgang
VIDEO AUX aansluitingen (op het voorpaneel)
Via deze aansluitingen kunt u allerlei videobronnen, zoals spelcomputers of videocamera’s, aansluiten op dit toestel.
S VIDEO VIDEO L
S
V
VIDEO/AUX
L
AUDIO R OPTICAL
R
Audio ingang
Audio uitgang
O
Optische uitgang
Audio uitgang R
Audio uitgang L
Video uitgang
S-Video uitgang
LR LR
Nederlands
Spelcomputer of videocamera
21
AANSLUITINGEN
Aansluiten van audiocomponenten
Aansluitingen voor audiocomponenten
Optische
ingang
Audio ingang
O
DIGITAL OUTPUT
OPTICAL
MD/TAPE
CD-R
CD
CD
CD-recorder
Audio uitgang
Optische ingang
O
MD-recorder of
cassettedeck
LRLRLR LR
AUDIO
R
(
PLAY
IN
MD/TAPE
OUT
(REC)
(
PLAY
IN
CD-R
OUT
(REC)
CD
PHONO
L
)
)
Audio ingangAudio uitgang
GND
COAXIAL
DIGITAL INPUT
Optische uitgang
O
Coaxiale uitgang
C
Audio uitgang
CD-speler
Aansluiten van een draaitafel
De PHONO aansluitingen zijn bedoeld voor een draaitafel met een MM of hoog-vermogen MC cartridge. Als u een draaitafel heeft met een laag-vermogen MC cartridge, dient u een in-line boosting transformator of een MC-kopversterker te gebruiken bij verbinding met deze aansluitingen.
22
LRLR
Audio uitgang
GND
Draaitafel
y
Verbind uw draaitafel met de GND aardaansluiting om ruis in het signaal te verminderen. Bij sommige platenspelers is het echter mogelijk dat u minder ruis zult horen zonder gebruik te maken van de GND aansluiting.
AANSLUITINGEN
Aansluiten op een externe versterker
Als u het uitgangsvermogen voor de luidsprekers wilt opvoeren, of als u gewoon een andere versterker wilt gebruiken, kunt u als volgt een externe versterker verbinden met de PRE OUT aansluiten.
Opmerkingen
Wanneer er audio tulpstekkers in de PRE OUT aansluitingen zitten voor de verbinding met een externe versterker, is het niet meer nodig de corresponderende SPEAKERS aansluitingen te gebruiken. Zet het volume van de op dit toestel aangesloten externe versterker op de hoogste stand.
• Het signaal dat wordt doorgegeven via de FRONT PRE OUT en CENTER PRE OUT aansluitingen ondervindt invloed van de TONE CONTROL instellingen.
• Als SPEAKERS A uit staat en SPEAKERS B op “Zone B” (zie bladzijde 68) is ingesteld, zullen er alleen signalen worden geproduceerd via de FRONT PRE OUT aansluitingen.
FRONT
1
2
3
4
R
SURROUND
R
SUBWOOFER
R
SURROUND BACK/PRESENCE
PRE OUT
CENTER
SINGLE
L
L
5
(SB)
L
gereproduceerd via de SUBWOOFER PRE OUT aansluiting, afhankelijk van de Speaker Set (zie bladzijde 63) instellingen.
VOORBEREIDINGEN
1 FRONT PRE OUT aansluitingen
Voorkanaal uitgangsaansluitingen op lijnniveau.
2 SURROUND PRE OUT aansluitingen
Surroundkanaal uitgangsaansluitingen op lijnniveau.
3 SUBWOOFER PRE OUT aansluiting
Sluit hierop een subwoofer met ingebouwde eindversterker aan, zoals het YAMAHA Active Servo Processing Subwoofer System.
4 SURROUND BACK/PRESENCE PRE OUT
aansluitingen
Surround achter- of aanwezigheidskanaal uitgangsaansluitingen op lijnniveau. Als u slechts één externe versterker aansluit voor het surround-achterkanaal, dient u deze te verbinden met de linker (L) aansluiting.
5 CENTER PRE OUT aansluiting
Middenkanaal uitgangsaansluitingen op lijnniveau.
Opmerkingen
Elk van de PRE OUT uitgangsaansluitingen produceert hetzelfde signaal als de bij dat kanaal behorende luidsprekeraansluiting. Wanneer echter zowel surround-achter als zg. aanwezigheidsluidsprekers zijn ingesteld op dit toestel, is het mogelijk dat de signalen geproduceerd via de SURROUND BACK/PRESENCE PRE OUT aansluitingen niet corresponderen met de juiste luidsprekers.
• Regel het volume van de subwoofer met de bedieningsorganen op de subwoofer zelf.
• Het is mogelijk dat sommige signalen niet worden
Nederlands
23
AANSLUITINGEN
D
S
Aansluiten van i.LINK componenten
Als u een component met een i.LINK aansluiting heeft, kunt u profiteren van digitale audio van CD, DVD, Super Audio CD of DVD-A discs. Voor details omtrent i.LINK, zie “GEBRUIKEN i.LINK” op bladzijde 92.
DIGITAL OUTPUT
i.LINK component
OPTICAL
(AUDIO)
S400
Opmerking
U kunt het beste een i.LINK kabel gebruiken die korter is dan 3,5 m.
Aansluiten van HDMI componenten
Dit toestel heeft naast HDMI IN 1 en HDMI IN 2 ingangsaansluitingen ook een HDMI OUT uitgangsaansluiting. Verbind de HDMI IN 1 of HDMI IN 2 aansluiting van dit toestel met de HDMI OUT aansluiting van andere HDMI-compatibele apparatuur (zoals een DVD-speler). Verbind de HDMI OUT aansluiting van dit toestel met de HDMI IN aansluiting van andere HDMI-compatibele apparatuur (zoals een TV of projector). Voor details omtrent HDMI, zie “GEBRUIKEN HDMI” op bladzijde 96.
DVD-speler
HDMI OUT
DVD-speler
HDMI OUT
Beeldscherm
HDMI IN
CBL/SAT
DVR/VCR 2
COAXIAL
DIGITAL INPUT
Opmerking
U kunt het beste een HDMI kabel met het HDMI logo erop gebruiken die korter is dan 5 m.
HDMI
IN 1
IN 2
C
OUT
24
Aansluiten van de antennes
Dit toestel wordt geleverd met zowel een AM als een FM binnenantenne. Normaal gesproken zorgen deze antennes voor een voldoende sterke ontvangst. Verbind de antennes op de juiste manier met de bijbehorende aansluitingen.
FM binnenantenne (meegeleverd)
TUNER
FM ANT
75
UNBAL.
GND
AM ANT
Aarde (GND aansluiting)
Voor de grootst mogelijke veiligheid en zo min mogelijk storing dient u de antenne GND aansluiting goed te aarden. Een goede aarding wordt bijvoorbeeld verzorgd door een metalen staaf die in vochtige grond gedreven is.
AM ringantenne
(meegeleverd)
AANSLUITINGEN
3 Stel de AM ringantenne zo op dat u de beste
ontvangst verkrijgt.
Opmerkingen
• De AM ringantenne moet niet te dicht bij dit toestel geplaatst worden.
• De AM ringantenne moet altijd aangesloten blijven, zelfs als er een AM buitenantenne op dit toestel is aangesloten.
• Een goede buitenantenne geeft een betere ontvangst dan een binnenantenne. Als u last heeft van een slechte ontvangst, probeer dan of de ontvangst verbetert met een buitenantenne. Vraag bij uw dichtstbijzijnde erkende YAMAHA dealer of service-centrum naar de mogelijkheden met buitenantennes.
75 Ohm/300 Ohm antenne-adapter
(Alleen modellen voor het V.K.)
1 Maak de meegeleverde
75 Ohm/300 Ohm antenne­adapter open.
VOORBEREIDINGEN
Aansluiten van de AM ringantenne
1 Sluit de AM ringantenne aan.
2 Houd het lipje ingedrukt zodat u de AM
antennedraden in de AM ANT en GND aansluitingen kunt steken.
2 Strip de buitenmantel
van de 75 Ohm coaxiale kabel en maak deze klaar voor het aansluiten.
3 Knip de
verbindingsdraad door en verwijder deze.
4 Steek de
binnendraad van de kabel in de sleuf en klem deze vast met een tang.
Steek de draad in de opening
5 Klik de behuizing weer
dicht.
11 8 6
Eenheid: mm
Verbindingsdraad
KlemKlem
Nederlands
25
AANSLUITINGEN
VO
L
TA
G
E
SELECTO
R
Aansluiten van het netsnoer
AC IN
AC OUTLETS
SWITCHED
(Modellen voor de V.S.)
VOLTAGE SELECTOR
Aansluiten van het netsnoer
Steek het netsnoer pas in de netstroomingang nadat u alle andere aansluitingen hebt verricht en steek daarna pas de stekker in het stopcontact.
LET OP
Gebruik geen andere netsnoeren. Gebruik het meegeleverde netsnoer. Gebruik van andere netsnoeren kan leiden tot brandgevaar of elektrische schokken.
AC OUTLET(S) (SWITCHED)
Modellen voor het V.K. en Australië
.......................................................1 Netstroomaansluiting
Modellen voor Korea .................................................Geen
Overige modellen.......................2 Netstroomaansluitingen
Via de netstroomaansluitingen op dit toestel kunt u andere componenten in uw systeem van stroom voorzien. De stroomvoorziening van de AC OUTLET(S) stopcontacten wordt geregeld door de STANDBY/ON toets van dit toestel (of SYSTEM POWER en STANDBY). Deze aansluitingen voorzien de erop aangesloten componenten van stroom wanneer dit toestel aan staat. Het maximale vermogen (totale stroomverbruik van de aangesloten componenten) van de AC OUTLET(S) aansluitingen is:
Modellen voor Azië en algemene modellen .............. 50 W
Overige modellen..................................................... 100 W
(Modellen voor Azië en
algemene modellen)
VOLTAGE SELECTOR
(Alleen modellen voor Azië en algemene modellen)
De VOLTAGE SELECTOR op het achterpaneel van dit toestel moet worden ingesteld op de ter plekke gebruikte netspanning VOOR u de stekker in het stopcontact steekt. De geschikte voltages zijn als volgt: Algemene modellen
...............110/120/220/230–240 V, 50/60 Hz wisselstroom
Modellen voor Azië
.............................220/230–240 V, 50/60 Hz wisselstroom
Geheugen back-up
De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel uit (standby) staat. Wanneer echter de stekker uit het stopcontact gehaald wordt of de stroomvoorziening om een andere reden langer dan een week onderbroken wordt, zullen de opgeslagen gegevens verloren gaan.
26
AANSLUITINGEN
SELECT
DTV DVR/VCR2VCR 1 DV D
V-AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
AUDIO SELECT
A
B
AMP
Instelling luidsprekerimpedantie
Volg de hieronder vermelde procedure om de instelling voor de impedantie van alle luidsprekers te veranderen.
LET OP
Als u 6 Ohm luidsprekers gebruikt, dient u de impedantie in te stellen op 6 Ohm voor u dit toestel gaat gebruiken.
U moet het toestel eerst uit (standby) zetten.
1 Houd op het voorpaneel STRAIGHT/EFFECT
ingedrukt en druk dan op STANDBY/ON.
“SP IMP.–8MIN” zal op het display op het voorpaneel verschijnen.
STRAIGHT
EFFECT
SP IMP.-8 MIN
2 Druk op STRAIGHT/EFFECT om de
impedantie van uw luidsprekers instellen.
Als u 6 Ohm luidsprekers gebruikt, moet u 6 Ohm selecteren; als u 8 Ohm luidsprekers gebruikt, moet u 8 Ohm kiezen.
STANDBY
/ON
Inschakelen van de stroom
Wanneer alle aansluitingen gemaakt zijn, kunt u dit toestel aan zetten.
1
PURE DIRECT
MULTI CH
AUDIO
INPUT
SELECT
INPUT
STANDBY
/ON
SOURCE/ REMOTE
MD/TAPEDVD
CD-R
DTV
TUNER
CBL/SAT
VCR 1
CD DVR/ VCR 2
REC OUT/ZONE 2
A/B/C/D/E
SPEAKERS
A
B
SILENT CINEMA S VIDEO VIDEO L
OPTIMIZER
PHONES
MIC
PRESET/ TUNING
EDIT
MAIN ZONE 2
VIDEO/AUX
FM/AM
ZONE ON/OFF
TUNING
MEMORY
MODE
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L EFFECT
ZONE CONTROL
ZONE 3
AUDIO R OPTICAL
CONTROL
STRAIGHT
PROGRAM
PRESET/ TUNING
1
1 Druk op STANDBY/ON (of SYSTEM POWER
op de afstandsbedieningen) om dit toestel aan te zetten.
SYSTEM
STANDBY
/ON
of
POWER
VOLUME
TONE
VOORBEREIDINGEN
3 Druk op STANDBY/ON om deze instelling af
te sluiten.
Het toestel gaat vervolgens uit (standby).
Opmerking
De instelfunctie voor de impedantie van de luidsprekers kunt u vinden in het Advanced menu (zie bladzijde 87).
Voorpaneel
Afstandsbediening
2 Zet het beeldscherm dat is aangesloten op
dit toestel aan.
Opmerking
Druk nog eens op STANDBY/ON (of STANDBY op de afstandsbediening) om dit toestel uit (standby) te zetten.
Nederlands
27
AUTO SETUP
AUTO SETUP
Inleiding
Deze receiver maakt gebruik van YAMAHA Parametric Room Acoustic Optimizer (YPAO) technologie zodat u zelf geen lastige luidspreker-instellingen hoeft te doen en waardoor een zeer accurate instelling wordt verkregen. De meegeleverde optimalisatie-microfoon pikt het geluid op dat uw luidsprekers maken in de omgeving waar u ze daadwerkelijk zult gebruiken.
Opmerkingen
• Wij wijzen u erop dat het normaal is dat tijdens de automatische setup luide testtonen worden geproduceerd.
• Als de automatische setup stopt en er een foutmelding op het scherm verschijnt, dient u de procedure voor het oplossen van problemen op bladzijde 31 te volgen.
YPAO voert de volgende controles uit en maakt de juiste instellingen voor een zo optimaal mogelijke weergave van uw systeem.
Wiring
Controleert welke luidsprekers er aangesloten zijn en de polariteit van elk van de luidsprekers.
Distance
Controleert de afstand van elk van de luidsprekers tot de luisterplek en stelt de timing van elk van de kanalen in.
Size
Controleert de frequentierespons van van de luidsprekers en stelt de juiste laagfrequente crossover in voor elk van de kanalen.
Equalizing
Regelt de frequentie en het niveau van elk van de kanalen via een parametrische equalizer om te voorkomen dat de verschillende kanalen elkaar onbedoeld beïnvloeden en om een samenhangend geluidsveld samen te stellen. Dit is vooral van belang wanneer u luidsprekers van verschillende afmetingen of verschillende merken gebruikt voor sommige kanalen of wanneer uw kamer bijzondere akoestische kenmerken vertoond. De YPAO equalisatie maakt gebruik van drie parameters (Frequency, Level en Q factor) voor elk van de zeven banden in de parametrische equalizer om te komen tot een precieze automatische instelling van de frequentiekarakteristieken.
Level
Controleert en regelt het geluidsniveau (volume) van elk van de luidsprekers.
Optimalisatie-microfoon setup
1 Sluit de meegeleverde
optimalisatiemicrofoon aan op de OPTIMIZER MIC aansluiting op het voorpaneel.
MULTI CH
AUDIO
SELECT
CBL/SAT
VCR 1
DVR/ VCR 2
REC OUT/ZONE 2
INPUT
A/B/C/D/E
SPEAKERS
SOURCE/ REMOTE
MD/TAPEDVD
CD-R
DTV
A
TUNER
CD
OPTIMIZER
MIC
B
SILENT CINEMA S VIDEO VIDEO L
PHONES
PRESET/
PRESET/
TUNING
TUNING
EDIT
MAIN ZONE 2
MEMORY
FM/AM
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L EFFECT
ZONE ON/OFF
ZONE CONTROL
ZONE 3
AUDIO R OPTICAL
VIDEO/AUX
TUNING
MODE
Opmerkingen
• Nadat u de automatische setup heeft afgemaakt moet u de optimalisatie-microfoon weer losmaken.
• De optimalisatie-microfoon is niet goed bestand tegen warmte. – Houd hem daarom uit direct zonlicht. – Laat hem ook niet bovenop dit toestel liggen.
2 Plaats de optimalisatie-microfoon op een
vlak en horizontaal oppervlak met de omni­directionele microfoonkop naar boven op uw normale luisterplek.
Gebruik indien mogelijk een statief (o.i.d.) om de optimalisatie-microfoon vast te zetten op dezelfde hoogte als waar uw oren zich zouden bevinden wanneer u op uw luisterplek zit.
Opstelling optimalisatie-microfoon
STRAIGHT
PROGRAM
CONTROL
TONE
28
Loading...
+ 97 hidden pages