• Met de R-N303 en R-N303D netwerkontvangers kan geluid op hoge kwaliteit in stereo
bij u thuis worden afgespeeld.
• Deze handleiding behandelt voorbereidingen en handelingen voor dagelijks gebruik
van het toestel.
Nederlands
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
LEES DIT ZORGVULDIG DOOR VOOR GEBRUIK. VOLG DEZE INSTRUCTIES.
De onderstaande voorzorgsmaatregelen zijn bedoeld om het risico op schade aan de gebruiker en anderen te
voorkomen, om schade aan eigendommen te voorkomen en om te zorgen dat de gebruiker dit apparaat veilig en op
de juiste manier gebruikt. Volg deze instructies.
Bewaar deze handleiding nadat u deze hebt gelezen op een veilige
plaats zodat u hem later nog kunt raadplegen.
• Laat het apparaat altijd controleren of repareren bij de dealer bij
wie u het hebt gekocht of door gekwalificeerd Yamahaservicepersoneel.
• Yamaha kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor schade
die wordt veroorzaakt door oneigenlijk gebruik van of
modificaties aan het toestel.
• Dit product is bedoeld voor gewone woonhuizen. Gebruik het
niet voor toepassingen waarvoor een hoge betrouwbaarheid
vereist is, zoals het beheren van levens, gezondheidszorg of
eigendommen van hoge waarde.
Deze inhoud geeft ‘risico op ernstig lichamelijk letsel of
overlijden’ aan.
■ Spanningsvoorziening/netsnoer
• Doe niets waardoor het netsnoer beschadigd kan raken.
- Leg het niet in de buurt van een verwarming.
- Buig het snoer niet te ver en verander het niet.
- Kras niet over het snoer.
- Leg het niet onder een zwaar voorwerp.
Als u het netsnoer gebruikt terwijl de kern van het snoer blootligt,
kan dat een elektrische schok of brand veroorzaken.
• Raak de stekker of het snoer niet aan als de mogelijkheid van
onweer bestaat. Als u zich niet aan deze richtlijnen houdt, kunnen
elektrische schokken ontstaan.
• Gebruik dit apparaat met de voedingsspanning die erop is afgedrukt.
Aansluiting op een incorrect stopcontact kan brand, elektrische
schokken of storingen veroorzaken.
• Controleer de elektrische stekker regelmatig en verwijder al het vuil
of stof dat zich erop heeft verzameld. Als u zich niet aan deze
richtlijnen houdt, kan dat leiden tot brand of elektrische schokken.
• Zorg er bij het opstellen van het toestel voor dat het gebruikte
stopcontact makkelijk toegankelijk is. Schakel de aan/uit-schakelaar
bij storingen of een slechte werking onmiddellijk uit en trek de
stekker uit het stopcontact. Ook als de aan/uit-schakelaar is
uitgeschakeld, is het toestel niet losgekoppeld van de voedingsbron
zolang het netsnoer niet uit het wandstopcontact is gehaald.
• Als u onweer hoort of denkt dat er onweer op komst is, schakel dan
snel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Als u
zich niet aan deze richtlijnen houdt, kan dat leiden tot brand of
storingen.
• Als u het apparaat gedurende een langere periode niet gebruikt, haal
dan de stekker uit het stopcontact. Als u zich niet aan deze
richtlijnen houdt, kan dat leiden tot brand of storingen.
■ Niet demonteren
• U mag dit apparaat niet demonteren of aanpassen. Als u zich niet
hieraan houdt, kan dat leiden tot brand, elektrische schokken, letsel
of storingen. Als u onregelmatigheden opmerkt, laat u het apparaat
controleren of repareren bij de dealer bij wie u het hebt gekocht of
door gekwalificeerd Yamaha-servicepersoneel.
■ Waarschuwing tegen water
• Stel het toestel niet bloot aan regen en gebruik deze niet in de buurt
van water of in een vochtige omgeving. Plaats nooit voorwerpen
(zoals vazen, flessen of glazen) die vloeistof bevatten op het
instrument. Als er een vloeistof, zoals water, in het apparaat komt,
kan dat brand, elektrische schokken of storingen veroorzaken. Als er
een vloeistof, zoals water, in het apparaat terechtkomt, zet het dan
onmiddellijk uit en trek de stekker uit het stopcontact. Laat het
apparaat vervolgens controleren bij de dealer bij wie u het hebt
gekocht of door gekwalificeerd Yamaha-servicepersoneel.
• Haal nooit een stekker uit en steek nooit een stekker in het
stopcontact als u natte handen heeft. Raak dit apparaat nooit met
natte handen aan. Als u zich niet aan deze richtlijnen houdt, kan dat
leiden tot elektrische schokken of storingen.
■ Waarschuwing tegen brand
• Plaats geen brandende voorwerpen of open vuur in de buurt van het
toestel. Deze kunnen brand veroorzaken.
■ Onderhoud en zorg
• Gebruik voor het schoonmaken of smeren geen aërosols of
chemische producten in sprayvorm die brandbaar gas bevatten. Het
brandbare gas blijft achter in het toestel en kan een explosie of
brand veroorzaken.
■ Batterijgebruik
• Demonteer geen batterijen. Als de inhoud van de batterij op uw
handen of in uw ogen komt, kan dat blindheid of chemische
brandwonden veroorzaken.
• Gooi batterijen nooit in het vuur. Ze kunnen barsten en zo brand of
letsel veroorzaken.
• Stel batterijen niet bloot aan hoge temperaturen, zoals direct
zonlicht of vuur. De batterij kan uit elkaar barsten en zo brand of
letsel veroorzaken.
• Probeer nooit niet-oplaadbare batterijen op te laden. Door het
opladen kan een barst of lek ontstaan in de batterij, wat blindheid,
chemische brandwonden of letsel kan veroorzaken.
• Vermijd contact met de vloeistof als een batterij lekt. Als de
batterijvloeistof in contact mocht komen met uw ogen, mond of
huid, was het betreffende gebied dan onmiddellijk met water en
raadpleeg een arts. Batterijvloeistof is corrosief en kan mogelijk
gezichtsverlies of chemische verbranding veroorzaken.
■ Draadloos apparaat
• Gebruik dit toestel niet in de buurt van medische apparatuur of in
medische instellingen. Radiogolven van dit toestel kunnen
elektronische medische apparatuur beïnvloeden.
• Gebruik dit toestel niet binnen een afstand van 15 cm van personen
met een geïmplanteerde pacemaker of een geïmplanteerde
defibrillator. Radiogolven die afkomstig zijn van dit toestel, kunnen
een elektro-medische apparaten zoals geïmplanteerde pacemaker of
defibrillator beïnvloeden.
i Nl
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
■ Als u onregelmatigheden opmerkt
• Als zich een van de volgende onregelmatigheden voordoet, schakel
dan onmiddellijk uit en trek de stekker uit het stopcontact. Als u
batterijen gebruikt, moet u de batterijen uit dit apparaat verwijderen.
- Het netsnoer is beschadigd.
- Het apparaat verspreidt een ongebruikelijke geur of er komt rook
uit het apparaat.
- Er is materiaal binnen in het apparaat gekomen dat er niet in hoort.
- Het geluid valt weg tijdens het gebruik.
- Er zit een barst in het apparaat of het apparaat is beschadigd.
Als u het apparaat blijft gebruiken, kan dat elektrische schokken,
brand of storingen veroorzaken. Laat het apparaat meteen
controleren of repareren bij de dealer bij wie u het hebt gekocht of
door gekwalificeerd Yamaha-servicepersoneel.
• Zorg dat u dit toestel niet laat vallen en oefen er geen overmatige
druk op uit. Als u vermoedt dat het apparaat beschadigd is geraakt
door een val of stoot, schakelt u het apparaat onmiddellijk uit en
haalt u de stekker uit het stopcontact. Als u zich niet hieraan houdt,
kan dat leiden tot elektrische schokken, brand of storingen. Laat het
apparaat meteen controleren bij de dealer bij wie u het hebt gekocht
of door gekwalificeerd Yamaha-servicepersoneel.
Deze inhoud geeft ‘risico op lichamelijk letsel’ aan.
■ Spanningsvoorziening/netsnoer
• Gebruik geen stopcontact waar de stekker alleen maar losjes in past.
Als u zich niet aan deze richtlijnen houdt, kan dat leiden tot brand,
elektrische schokken of brandplekken.
• Als u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u altijd aan de
stekker trekken, nooit aan het snoer. Als u aan het snoer trekt, kan
het beschadigd raken, wat kan leiden tot elektrische schokken of
brand.
• Steek de stekker stevig helemaal in het stopcontact. Als u het
apparaat gebruikt terwijl de stekker niet goed in het stopcontact zit,
kan zich stof verzamelen op het stopcontact, wat brand of
brandplekken kan veroorzaken.
■ Opstelling
• Plaats het toestel niet in een onstabiele positie waardoor deze per
ongeluk kan vallen of omvallen en letsel kan veroorzaken.
• Blokkeer de ventilatieopeningen (koelsleuven) van dit apparaat niet.
Dit apparaat heeft ventilatieopeningen aan de boven- en onderkant
om te voorkomen dat de interne temperatuur te hoog oploopt. Als u
zich hier niet aan houdt, kan zich warmte ophopen in het toestel,
brand of storingen kunnen ontstaan.
• Bij de installatie van dit apparaat:
- Bedek het apparaat niet met een doek.
- Installeer het apparaat niet op een tapijt of vloerkleed.
- Zorg dat de bovenkant naar boven wijst; installeer het apparaat
niet op een zijkant of ondersteboven.
- Gebruik het apparaat niet in een kleine, slecht geventileerde
locatie.
Als u zich niet aan de bovenstaande richtlijnen houdt, kan zich
warmte ophopen in het toestel, brand of storingen kunnen ontstaan.
Zorg voor voldoende ruimte rondom het apparaat: ten minste 30 cm
aan de bovenkant, 20 cm aan de zijkanten en 20 cm aan de
achterkant.
• Zorg dat de bovenkant naar boven wijst. Als u zich hier niet aan
houdt, kunnen storingen ontstaan of kan het toestel vallen, waardoor
letsel kan ontstaan.
• Plaats het toestel niet op een locatie waar het in contact zou kunnen
komen met corrosieve gassen of zilte lucht. Als u dat wel doet, zou
dit kunnen leiden tot een defect.
• Blijf uit de buurt van het toestel tijdens een natuurramp, zoals een
aardbeving. Het toestel kan kantelen of omvallen en letsel
veroorzaken, dus ga snel uit de buurt van het apparaat en ga naar een
veilige plek.
• Schakel voordat u dit apparaat verplaatst het apparaat uit en koppel
alle kabels los. Als u zich hier niet aan houdt, kunnen de kabels
beschadigd raken of kunt u of iemand anders erover struikelen en
vallen.
■ Gehoorverlies
• Gebruik het toestel/de luidsprekers of de hoofdtelefoon niet te lang
op een hoog of oncomfortabel geluidsniveau, aangezien dit
permanent gehoorverlies kan veroorzaken. Consulteer een KNOarts als u ruis in uw oren of gehoorverlies constateert.
• Voordat u het toestel aansluit op andere elektronische componenten,
moet u alle betreffende apparatuur uitschakelen. Zorg er tevens voor
dat u alle volumeniveaus van alle apparaten op het minimum instelt,
voordat u ze aan- of uitzet. Als u dat niet doet, kan dat leiden tot
gehoorverlies, elektrische schokken of beschadiging van apparatuur.
• Wanneer u de netspanning van uw audiosysteem inschakelt, zet u
het toestel altijd als LAATSTE aan om gehoorverlies en schade aan
de luidsprekers te voorkomen. Wanneer u de spanning uitschakelt,
dient het toestel om dezelfde reden als EERSTE te worden
uitgeschakeld. Als u zich niet aan het bovenstaande houdt, kan dat
leiden tot gehoorverlies of beschadiging van de luidsprekers.
■ Onderhoud
• Haal eerst de stekker uit het stopcontact als u het toestel
schoonmaakt. Als u zich niet aan deze richtlijnen houdt, kunnen
elektrische schokken ontstaan.
■ Zorgvuldig behandelen
• Steek geen materiaal zoals metaal of papier in de
ventilatieopeningen van dit apparaat. Als u zich niet hieraan houdt,
kan dat leiden tot brand, elektrische schokken of storingen. Schakel
als er materiaal in het apparaat komt het apparaat meteen uit en trek
de stekker uit het stopcontact. Schakel vervolgens de versterkers en
ontvangers uit en laat het apparaat controleren bij de dealer bij wie u
het hebt gekocht of door gekwalificeerd Yamaha-servicepersoneel.
• Leun niet op het toestel en plaats er geen zware objecten op. Oefen
geen overmatige kracht uit op de knoppen, schakelaars en
connectors. Als u zich niet aan het bovenstaande houdt, kan dat
leiden tot letsel of beschadiging van de apparatuur.
• Voorkom letsel en beschadiging van het toestel door niet aan de
aangesloten snoeren te trekken zodat het toestel niet kan vallen.
■ Batterijgebruik
• Vervang altijd alle batterijen tegelijk. Gebruik geen nieuwe
batterijen in combinatie met oude batterijen. Als u nieuwe batterijen
in combinatie met oude gebruikt, kan dat brand, brandplekken of
vlammen veroorzaken doordat er vloeistof kan gaan lekken.
• U moet nooit verschillende batterijsoorten (bijvoorbeeld alkaline en
mangaan) of batterijen van verschillende fabrikanten of
verschillende batterijsoorten van dezelfde fabrikant door elkaar
gebruiken. Dit kan leiden tot brand, brandplekken of vlamvorming
door het lekken van vloeistof.
• Houd batterijen weg van kinderen. Een kind zou per ongeluk een
batterij kunnen inslikken. Als u zich hier niet aan houdt kan er ook
vlamvorming door het lekken van batterijvloeistof ontstaan.
• Zorg dat u batterijen niet samen met stukken metaal in een zak of tas
doet, draagt of bewaart. Er kan kortsluiting ontstaan of de batterij
kan barsten of lekken en zo brand of letsel veroorzaken.
• Zorg ervoor dat de batterijen altijd op de juiste manier geplaatst
worden; let op het plus- (+) en minteken (-). Doet u dit niet, dan kan
dit leiden tot brand, brandplekken of vlamvorming door het lekken
van vloeistof.
• Haal de batterijen uit de afstandsbediening als deze leeg zijn of als u
het toestel gedurende een langere periode niet gebruikt om schade
door lekken van de batterijen te voorkomen.
• Isoleer de polen van batterijen met plakband of een andere
bescherming als u ze bewaart of weggooit. Als u ze mengt met
andere batterijen of metalen voorwerpen, kan dat brand,
brandplekken of vlammen veroorzaken doordat er vloeistof kan
gaan lekken.
Let op
Raak het oppervlak niet aan dat met dit
label is gemarkeerd.
Het oppervlak kan heet worden tijdens
gebruik.
Nederlands
ii Nl
Mededeling en informatie
Kennisgeving
Geeft punten aan die in acht moeten worden genomen
om storingen, schade of defecten aan het product of
dataverlies te voorkomen en om het milieu te
beschermen.
■ Stroom
• Geeft punten aan die in acht moeten worden genomen om storingen,
schade of defecten aan het product of dataverlies te voorkomen en
om het milieu te beschermen.
■ Opstelling
• Gebruik dit apparaat niet in de nabijheid van andere elektrische
apparatuur, zoals een tv, radio of mobiele telefoon. Als u dit niet
opvolgt kan dit apparaat ruis veroorzaken op de tv of radio.
• Gebruik dit apparaat niet op een locatie die blootstaat aan direct
zonlicht (zoals in een auto), die zeer warm (zoals bij een
verwarming) of zeer koud wordt of die blootstaat aan grote
hoeveelheden stof of trillingen. Als u dit niet opvolgt kan het paneel
van dit toestel vervormen, kunnen de interne componenten defecten
gaan vertonen of kan de werking onstabiel worden.
• Plaats dit apparaat zo ver mogelijk van andere elektronische
apparatuur. Digitale signalen van dit toestel kunnen interfereren met
andere elektronische apparatuur.
• Als u een draadloos netwerk gebruikt of Bluetooth, plaats dit
apparaat dan niet in de buurt van metalen wanden of bureaus,
magnetrons of andere draadloze netwerkapparaten.
■ Aansluitingen
• Als u externe apparaten aansluit, lees dan de handleiding voor elk
apparaat grondig door en sluit de apparaten aan overeenkomstig de
instructies. Als u een apparaat niet behandelt overeenkomstig de
instructies, kunnen storingen ontstaan.
• Sluit dit apparaat niet aan op industriële apparaten. Voor
consumentengebruik en industrieel gebruik worden verschillende
standaards voor de digitale audio-interface gebruikt. Dit apparaat is
ontworpen voor aansluiting op een digitale audio-interface voor
consumentengebruik. Als u dit apparaat aansluit op een digitale
audio-interface voor industrieel gebruik, kunnen er niet alleen
storingen in het apparaat optreden, maar kunt u de luidsprekers ook
beschadigen.
■ Behandeling
• Plaats geen vinyl, plastic of rubberen producten op dit apparaat. Als
u dit niet opvolgt, kan het paneel van dit toestel verkleuren of
vervormen.
• Als de omgevingstemperatuur plotseling verandert (bijvoorbeeld
tijdens het transport van het apparaat of bij snelle verwarming of
afkoeling) en er mogelijk condensvorming is opgetreden in het
apparaat, laat u het apparaat voor gebruik enkele uren staan zonder
het in te schakelen, totdat het helemaal droog is. Als u het apparaat
gebruikt terwijl er condensatie aanwezig is, kunnen er storingen
optreden.
■ Onderhoud
• Gebruik bij het schoonmaken van het apparaat een zachte droge
doek. Het gebruik van chemische stoffen als benzine of thinner,
reinigingsproducten of chemische schoonmaakdoekjes kan
verkleuring of vervorming veroorzaken.
■ Batterijen
• Lege batterijen vallen onder Klein Chemisch Afval en dienen als
zodanig behandeld te worden.
Informatie
Vermeldt relevante informatie over dit product.
■ Over de inhoud van deze handleiding
• De illustraties en schermen in deze handleiding dienen uitsluitend
voor instructiedoeleinden.
• De namen van bedrijven en producten die in deze handleiding
worden genoemd, zijn handelsmerken of gedeponeerde
handelsmerken van hun respectieve eigenaars.
• Software kan zonder voorafgaande kennisgeving worden aangepast
en bijgewerkt.
• Informatie die is gemarkeerd door het pictogram
“ WAARSCHUWING” geeft punten aan die tot fataal of ernstig
letsel kunnen leiden als ze niet in acht worden genomen.
• Informatie die is gemarkeerd door het pictogram “ OPGELET”
geeft punten aan die tot letsel kunnen leiden als ze niet in acht
worden genomen.
• Informatie in de “Mededeling”-paragrafen geeft punten aan die in
acht moeten worden genomen om storingen, schade of defecten aan
het product of dataverlies te voorkomen.
• Informatie die wordt vermeld in “Opmerking”-paragrafen geeft
aanvullende informatie aan.
• In deze handleiding worden de “iPod touch”, “iPhone” en “iPad”
allemaal aangeduid met “iPhone”. (“iPhone” verwijst naar “iPod
touch”, “iPhone” en “iPad”, tenzij anderszins wordt aangegeven.)
• In deze handleiding worden als voorbeelden Engelstalige illustraties
van menuschermen gebruikt.
iii Nl
Inhoud
Inhoud
INLEIDING
Wat u kunt doen met dit toestel ................................ 2
Bronnen die op dit toestel afgespeeld kunnen
worden ....................................................................... 2
Index ...........................................................................56
INLEIDING
VOORBEREIDINGEN
BASISBEDIENING
BEDIENING
GEAVANCEERDE
INFORMATIE
AANVULLENDE
Nederlands
1 Nl
INLEIDING
Opmerking
Dit toestel
1 Internet
2 Streamingservice
Modem
Router*
3 PC
5 AirPlay (iTunes)
4 NAS
5 AirPlay (iPhone/iPad/iPod touch)
6 Bluetooth
7 CD-speler, enz.
Mobiel
apparaat
8 Radio
Wat u kunt doen met dit toestel
Dit toestel is een netwerkontvanger die compatibel is met een netwerkbron, zoals een mediaserver en een mobiel
apparaat.
Niet alleen afspelen van analoge signaalbronnen, zoals een CD-speler of AM/FM-radio wordt ondersteund, maar ook
Bluetooth-apparaten en netwerkstreamingdiensten.
Bronnen die op dit toestel afgespeeld kunnen worden
Wi
Fi
DISPLAY MODE
MEMORY BAND
SPEAKERSPHONES
BASS
BLUETOOTH
PRESET
TUNING
TREBLE
INPUT
VOLUME
SELECT
PUSH ENTER
RETURN
CONNECT
*
U hebt een in de handel verkrijgbare draadloze router (toegangspunt) nodig als u een mobiel apparaat gebruikt.
1 Internetradio weergeven (p. 34)
2 De streamingservice afspelen
(zie de aanvulling voor elke service.)
3 Muziekbestanden die opgeslagen zijn op uw
pc afspelen (p. 32)
4 Muziekbestanden die opgeslagen zijn op uw
NAS afspelen (p. 32)
Raadpleeg “Aansluitingen” (p. 10) voor meer informatie over het aansluiten van externe apparaten.
Afhankelijk van de regio waarin het
toestel wordt aangekocht wordt één van
het bovenstaande meegeleverd.
R-N303/R-N303D gebruikershandleiding
cd-rom (model voor Europa)
R-N303/R-N303D gebruikershandleiding
(behalve model voor Europa, dit boek)
R-N303/R-N303D Snelstartgids
(model voor Europa)
G
■
■
■
■
Network Receiver
Controleer of de volgende accessoires bij het product zijn geleverd.
Wat u kunt doen met dit toestel
INLEIDING
G
Network Receiver
Réseau Ampli-Tuner
Nederlands
3 Nl
Voorpaneel
Opmerking
Bedieningselementen en functies
1 2309546 7
DISPLAYMODE
SPEAKERSPHONES
MEMORYBAND
BASS
EDFG
1 A (aan/uit)
Hiermee zet u het toestel aan/uit (stand-by).
2 STANDBY/ON-indicator
Helder brandend: Toestel staat aan
Gedempt: Stand-by-modus
Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet gebruikt dient u de
stekker uit het stopcontact te halen. Dit toestel gebruikt een
minimale hoeveelheid stroom, zelfs als de stand-by-modus actief is.
3 Display voorpaneel
Geeft informatie weer over de bedrijfsstatus van het
toestel (p. 6).
4 DISPLAY
Selecteert de informatie die wordt weergegeven op de
display op het voorpaneel (p. 20).
5 MODE
Stelt de FM-bandontvangstmodus in op automatische
stereo of mono-ontvangst (p. 22).
6 MEMORY
Slaat het huidige radiostation op als voorkeuze
wanneer TUNER is geselecteerd als signaalbron
(p. 23, 27).
Registreert het huidige nummer of streamingstation
dat wordt afgespeeld als een voorkeuze wanneer NET
zijn geselecteerd als signaalbron (p. 36).
7 BAND
Stelt de radiotunerband in wanneer TUNER is
geselecteerd als ingangsbron. (p. 22, 26)
8BA
Wi
Fi
BLUETOOTH
PRESET
TREBLE
TUNING
SELECT
INPUT
PUSH ENTER
RETURN
CONNECT
VOLUME
HJIC
8 PRESET j / i
Roept een voorkeuzeradiostation (p. 24, 22) of
nummer/streamingstation op (p. 36).
9 BLUETOOTH-indicator
Gaat branden als het toestel verbinding maakt met een
Bluetooth-apparaat.
0 Wi-Fi-indicator
Deze brandt als er verbinding wordt gemaakt met een
draadloos netwerk, of als het toestel wordt gebruikt als
een access point (toegangspunt).
Gaat ook branden als het toestel met de app MusicCast
CONTROLLER wordt geregistreerd, zelfs als het
toestel is verbonden met een vast netwerk.
A Afstandsbedieningssensor
Ontvangt de signalen van de afstandsbediening.
B TUNING jj / ii
Selecteert de afstemfrequentie (p. 22) of een DABradiostation (p. 26) als TUNER is geselecteerd als
signaalbron.
4 Nl
C PHONES-aansluiting
Voert audio uit naar uw hoofdtelefoon zodat u privé
kunt luisteren.
D SPEAKERS A/B
Elke keer als de betreffende toets wordt ingedrukt,
wordt de luidsprekerset die is aangesloten op de
aansluitingen SPEAKERS A en/of SPEAKERS B op
het achterpaneel in- of uitgeschakeld.
E BASS +/–
Verhoogt of verlaagt de versterking van de lage tonen.
Bedieningsbereik: –10 tot +10 (20 Hz)
F TREBLE +/–
Verhoogt of verlaagt de versterking van de hoge
tonen.
Bedieningsbereik: –10 tot +10 (20 kHz)
G INPUTl / h
Hiermee kiest u de ingangsbron waar u naar wilt
luisteren.
H SELECT/ENTER (stapsgewijze keuzeknop)
Draai de keuzeknop om een numerieke waarde of
instelling te selecteren en druk vervolgens op de
keuzeknop om te bevestigen.
I RETURN
Keert terug naar de vorige indicatie op het
voorpaneelscherm.
Bedieningselementen en functies
INLEIDING
CONNECT
Gebruiken om het toestel te bedienen via de
MusicCast CONTROLLER-app voor mobiele
apparaten.
Raadpleeg MusicCast Installatiehandleiding voor de
details.
J VOLUME-bediening
Verhoogt of verlaagt het geluidsniveau.
Nederlands
5 Nl
Bedieningselementen en functies
Opmerking
Opmerking
STEREO SP
MUTE
A
TUNED
SP
SLEEP
B
1
42356
Display voorpaneel
U kunt het helderheidsniveau van de display op het voorpaneel wijzigen door te drukken op DIMMER (p. 8).
1 Informatieweergave
Geeft de huidige status weer (zoals naam van ingang).
U kunt de weergegeven informatie wisselen als u
drukt op DISPLAY (p. 20).
2 STEREO indicator
Gaat branden als het toestel een stereo FMradiosignaal ontvangt.
3 TUNED indicator
Gaat branden als het toestel een signaal van een FM/
AM-station ontvangt.
AM-radio is alleen beschikbaar voor de R-N303.
4 Luidsprekerindicators
5 MUTE indicator
6 SLEEP indicator
6 Nl
“SP A” gaat branden als de SPEAKERS A-uitgang is
ingeschakeld en “SP B” gaat branden als de
SPEAKERS B-uitgang is ingeschakeld.
Knippert als de audio is gedempt.
Gaat branden als de slaaptimer is ingeschakeld (p. 21).
Achterpaneel
SPEAKERS
ANTENNA
CD
GND
PHONOLINE
IN
OUT
CLASS 2 WIRING
CABLAGE CLASSE 2
A OR B:8ΩMIN./SPEAKER
A
B
NETWORK
SERVICE
DIGITAL
OPTICAL
COAXIAL
AM
FM
75
2
VOLTAGE SELECTOR
22020
240 V
0
CDLINE
IN
OUT
32
76A
B
13245
089
90
(R-N303 behalve model voor Europa)
* Het R-N303-model voor Europa en de R-N303D zijn uitgerust met de onderstaande aansluitingen.
Bedieningselementen en functies
INLEIDING
1 SERVICE-aansluiting
Deze aansluiting is voor support, en wordt normaliter
niet gebruikt.
2 NETWORK-aansluiting
Voor aansluiting op een netwerk met een
netwerkkabel (p. 13).
3 ANTENNA-aansluitingen
Voor de aansluiting op de radio-antennes (p. 12).
4 Draadloze antenne
Voor het draadloos verbinding maken met een
netwerkapparaat (p. 13).
5 Netsnoer
Voor de aansluiting op een stopcontact (p. 13).
6 OPTICAL-aansluiting
Voor de aansluiting op audiocomponenten die van
optische digitale uitgangen zijn voorzien (p. 10).
7 COAXIAL-aansluiting
Voor de aansluiting op audiocomponenten die van
coaxiale digitale uitgangen zijn voorzien (p. 10).
8 PHONO-aansluitingen (R-N303 behalve model
voor Europa)
Voor het aansluiten op een draaitafel (p. 10).
9 CD-aansluitingen
Voor de aansluiting op een CD-speler (p. 10).
0 LINE 1-3 aansluitingen
Europa, R-N303)
LINE 1-2 aansluitingen (R-N303- behalve
model voor Europa)
Voor de aansluiting op analoge audiocomponenten
(p. 10).
A SPEAKERS-aansluitingen
B VO LTAGE S E LECTOR
Gebruikt om luidsprekers aan te sluiten (p. 11).
(alleen voor het universele model)
(R-N303 model voor
Nederlands
7 Nl
Bedieningselementen en functies
Opmerking
1
2
3
4
B
C
H
I
D
J
5
8
7
9
0
E
A
F
G
6
(R-N303, behalve het model voor Europa)
Afstandsbediening
DIMMER
SLEEP
SPEAKERS
OPTICAL
COAXIAL
LINE 1
LINE 2 PHONO
5 SPEAKERS A/B
Als u op de betreffende toets drukt, wordt de
luidsprekerset die is aangesloten op de aansluitingen
SPEAKERS A en/of SPEAKERS B op het
achterpaneel van het toestel in- of uitgeschakeld.
BA
CD
6 Signaalkeuzetoetsen
Hiermee kiest u de ingangsbron waar u naar wilt
luisteren.
ENTER
VOLUME
BLUETOOTH
TUNING
PRESET
RETURN
OPTION
MUTE
SHUFFLE
TUNER NET
BAND
MEMORY
CLEARMODEDISPLAY
HOME
SETUP
NOW PLAYING
REPEAT
1 Infraroodsignaalzender
Verzendt infrarode signalen.
2 A (aan/uit)
Hiermee zet u het toestel aan/uit (stand-by).
3 SLEEP
Stelt de slaaptimer in (p. 21).
4 DIMMER
Wijzigt het helderheidsniveau van het
voorpaneelscherm. Kies de helderheid uit 5 niveaus
door herhaaldelijk op deze toets te drukken.
De toets NET is voor netwerkbron. Druk hier herhaaldelijk
op om de gewenste netwerkbron te selecteren.
7 Radiotoetsen
De radio bedienen.
BANDStelt de radiotunerband in
wanneer TUNER is geselecteerd
als signaalbron (p. 22, 26).
TUNINGjj / ii Selecteert de afstemfrequentie
(p. 22) of een DAB-radiostation
(p. 26) als TUNER is geselecteerd
als signaalbron.
8 MEMORY
Slaat het huidige radiostation op als voorkeuze
wanneer TUNER is geselecteerd als signaalbron
(p. 23, 27).
Registreert het huidige nummer of streamingstation
dat wordt afgespeeld als een voorkeuze wanneer NET
zijn geselecteerd als signaalbron (p. 36).
9 CLEAR
Wist het voorkeuzegeheugen (p. 24, 28, 36).
0 MODE
Stelt de FM-bandontvangstmodus in op automatische
stereo of mono-ontvangst (p. 22).
A Menutoetsen
CursortoetsenSelecteren een menu, instelwaarde
of een andere parameter.
ENTERHiermee bevestigt u een
geselecteerd item.
RETURNKeert terug naar de vorige situatie.
B HOME
Keert terug naar het bovenste niveau bij het selecteren
van muziekbestanden, mappen, etc.
C SETUP
Geeft het menu “SETUP” weer (p. 39).
D NOW PLAYING
Geeft muziekgegevens weer bij het selecteren van
muziekbestanden, mappen, etc.
8 Nl
Bedieningselementen en functies
Opmerking
AA, R6, UM-3-batterijen
Ongeveer
6 m
Afstandsbediening
E Afspeeltoetsen
Hiermee kan worden afgespeeld of kunnen andere
handelingen worden uitgevoerd voor netwerkbronnen
en Bluetooth-apparaten.
Yamaha kan de werking van alle Bluetooth-apparaten niet
garanderen.
F PRESET j / i
Roept een voorkeuzeradiostation (p. 24, 22) of
nummer/streamingstation op (p. 36).
G DISPLAY
Selecteert de informatie die wordt weergegeven op de
display op het voorpaneel (p. 20).
H OPTION
Geeft het menu “OPTION” weer (p. 37).
I MUTE
Dempt de audioweergave.
J VOLUME +/–
Verhoogt of verlaagt het geluidsniveau.
■ Batterijen plaatsen
Vervang alle batterijen als u merkt dat het werkingsbereik
van de afstandsbediening kleiner wordt. Voordat u nieuwe
batterijen plaatst, dient u het batterijvak schoon te vegen.
INLEIDING
■ Werkingsbereik
Richt de afstandsbediening binnen het hieronder
weergegeven bedieningsbereik op de
afstandsbedieningssensor op het toestel. Er mogen zich
geen grote obstakels bevinden tussen de
afstandsbediening en het toestel.
Nederlands
9 Nl
VOORBEREIDINGEN
VOORZI CHT IG
Opmerking
OC
Audioingang
Audio-
uitgang
Luidsprekers B
DVD-speler, enz.
Audio-uitgang
(digitaal coaxiaal)
Audio-uitgang
(digitaal optisch)
CD-speler, enz.
Audio-
uitgang
CD-speler
CD-recorder, enz.
Luidsprekers A
(R-N303 behalve
model voor Europa)
Draaitafel
Audiouitgang
GND
Aansluitingen
Audio-apparaten aansluiten
Alle aansluitingen moeten correct zijn: L (links) op L, R (rechts) op R, “+” op “+” en “–” op “–”. Als de aansluitingen
niet kloppen, wordt er geen geluid weergegeven via de luidsprekers en als de polariteit van de luidspreker-aansluitingen
niet correct is, klinkt de weergave onnatuurlijk, met te weinig lage tonen. Raadpleeg de gebruikershandleiding van elk
van uw componenten.
Gebruik RCA-kabels voor het aansluiten van audiocomponenten.
• Sluit dit toestel of andere componenten pas op het lichtnet aan nadat alle aansluitingen tussen componenten zijn voltooid.
• Laat blootliggende luidsprekerdraden niet met elkaar of met metalen onderdelen van het toestel in contact komen.
Hierdoor kunnen het toestel en/of de luidsprekers beschadigd raken.
De ingangen van het R-N303-model voor Europa en de R-N303D (p. 7) zijn verschillend.
Alleen PCM-signalen kunnen naar de digitale (OPTICAL/COAXIAL)-aansluitingen van dit toestel worden verzonden.
NETWORK
DIGITAL
OPTICAL
COAXIAL
SERVICE
ANTENNA
FM
75
PHONOLINE
GND
CD
AM
SPEAKERS
A OR B:8ΩMIN./SPEAKER
IN
OUT
2
A
B
CLASS 2 WIRING
CABLAGE CLASSE 2
10 Nl
Opmerking
• Bundel audiokabels en luidsprekerkabels niet samen met het
VOORZI CHT IG
Opmerking
Opmerking
aa
b
b
d
d
c
c
10 mm
Rood:positief (+)
Zwart:negatief (–)
Banaanstekker
S
R
A
P
Dit toestel
Luidspreker
SPEAKERSPHONES
VOLUME
SELECT
RETURN
PUSH ENTER
CONNECT
DISPLAY MODE
MEMORY BAND
PRESET
TUNING
BASS
TREBLE
INPUT
SPEAKERS A/B
SPEAKERS A/B
netsnoer. Dit kan ruis veroorzaken.
• De PHONO-aansluitingen zijn ontworpen voor het aansluiten
van een draaitafel met een MM-cartridge.
• Sluit uw draaitafel aan op de GND- aansluiting om ruis in het
signaal te reduceren. Bij sommige draaitafels hoort u echter
minder ruis zonder de GND-verbinding.
• Om geluidslussen te voorkomen bij de modellen R-N303D en RN303 voor Europa, wordt er geen geluid weergegeven via de
LINE 3 (OUT)-aansluiting als de LINE 3-ingang is geselecteerd.
Op andere modellen wordt er geen geluid weergegeven via de
LINE 2 (OUT)-aansluiting als de LINE 2-ingang is geselecteerd.
De luidsprekers aansluiten
Sluit luidsprekers met de hieronder weergegeven impedantie
aan. Als er luidsprekers met een extreem lage impedantie
worden aangesloten kan dit toestel oververhit raken.
LuidsprekeraansluitingLuidsprekerimpedantie
SPEAKERS A of
SPEAKERS B
SPEAKERS A en
SPEAKERS B
Dubbele bedrading8 of hoger
8 of hoger
16 of hoger
(behalve het model voor NoordAmerika)
Aansluitingen
■ Aansluiten via banaanstekker (alleen
modellen voor Noord-Amerika, Australië,
universele modellen)
Draai de knop vast en steek vervolgens de banaanstekker
in het uiteinde van de aansluiting.
■ Dubbel bekabelde aansluiting
Een dubbel bedrade aansluiting scheidt de woofer
(lagetonenluidspreker) van het gecombineerde deel voor de
middentonen en de tweeters (hogetonenluidsprekers). Een
luidsprekerkast voor dubbele bedrading heeft vier
aansluitklemmen. Met deze twee sets aansluitingen kan de
luidsprekerkast gesplitst worden in twee onafhankelijke delen.
Met deze verbindingen wordt de weergave van de
middentonen en hoge tonen via de ene set aansluitingen geleid
en die van de lage tonen via een andere set aansluitingen.
SPEAKER
A OR B:8ΩMIN./S
A
CLASS 2 WI
CABLAGE CL
B
VOORBEREIDINGEN
■ De luidsprekerkabels aansluiten
aVerwijder ongeveer 10 mm van de isolatie van de
uiteinden van de luidsprekerkabel en draai de
blootliggende draden van de kabel stevig in elkaar.
bMaak de luidsprekeraansluiting los.
cSteek de blootliggende draden van de kabel in de
opening aan de zijkant (bovenaan rechts of onderaan
links) van de aansluiting.
dMaak de aansluiting vast.
Wanneer u luidsprekerkabels in de luidsprekeraansluitingen
steekt, steek dan alleen de blootliggende luidsprekerdraad in. Als
u geïsoleerde kabel insteekt, kan de verbinding slecht zijn en
hoort u mogelijk geen geluid.
Sluit de andere luidspreker op dezelfde manier aan op de
andere set aansluitingen.
• Bij het maken van dubbel bekabelde aansluitingen dient u de
kortsluitbruggen of kabels van de luidspreker te verwijderen.
Raadpleeg de handleidingen van de luidsprekers voor meer informatie.
• Om dubbel bekabelde aansluitingen te gebruiken, drukt u op
SPEAKERS A en SPEAKERS B (p. 8), zodat beide
luidsprekerindicators(“SP A” en “SP B”) branden op het
voorpaneel.
DIMMER
SLEEP
BA
SPEAKERS
COAXIAL
CD
OPTICAL
11 Nl
Nederlands
Aansluitingen
Opmerking
Opmerking
ANTENNA
CD
GND
PHONOLINE
IN
OUT
NETWORK
SERVICE
DIGITAL
OPTICAL
COAXIAL
AM
FM
75
FM-antenneAM-antenne
(behalve model voor Europa)
Insteken
2
Ingedrukt
houden
1
ANTENNA
CD
IN
OUT
NETWORK
SERVICE
DIGITAL
OPTICAL
COAXIAL
AM
FM
75
LINE
FMDAB
75
DAB/ FM antenne
De FM/AM antennes aansluiten
(R-N303)
Sluit de meegeleverde FM/AM-antenne aan op dit toestel.
Bevestig het einde van de FM-antenne aan een muur en
plaats de AM-antenne.
De DAB/FM-antenne aansluiten
(R-N303D)
Sluit de meegeleverde DAB/FM-antenne aan op dit toestel
en bevestig de antenne-uiteinden aan een wand.
• Als u last heeft van een slechte ontvangst, kunt u een
buitenantenne installeren.
• Wikkel de kabel van de AM-antenne niet verder af dan de
benodigde lengte.
• De draden van de AM-antenne hebben geen polariteit.
■ De meegeleverde AM-antenne monteren
■ De draden van de AM-antenne
aansluiten
• Als u last heeft van een slechte ontvangst, kunt u een
buitenantenne installeren.
• De antenne moet horizontaal worden gespreid.
12 Nl
Aansluitingen
Opmerking
Let op
WAARSCHUWING
ANTENNA
NETWORK
SERVICE
AM
FM
75
LAN
WAN
Network Attached
Storage
(NAS)
Internet
Modem
Router
Netwerkkabel
PC
Dit toestel (achterzijde)
Mobiel apparaat
(zoals iPhone)
(R-N303)
VOLTAGE SELECTOR
22020
240 V
0
Naar stopcontact met
het netsnoer
(aan/uit)
De netwerkkabel aansluiten
Sluit het toestel aan op de router met een in de handel
verkrijgbare STP-netwerkkabel (rechte kabel van CAT-5
of hoger).
Gebruik STP(Shielded Twisted Pair)-kabel om
elektromagnetische interferentie te voorkomen.
Netsnoer aansluiten
Steek de stekker van het netsnoer in het stopcontact nadat
u alle andere aansluitingen hebt gemaakt.
Alleen voor het universele model:
Zorg dat u de VOLTAGE SELECTOR van het toestel op
het lokale voltage instelt, voordat u het netsnoer aansluit.
Bij onjuiste instelling van de VOLTAGE SELECTOR
bestaat brandgevaar en kan schade aan het apparaat
ontstaan.
VOLTAGE SELECTOR
0
MAINS
22020
240 V
VOORBEREIDINGEN
Een draadloze antenne voorbereiden
Als u het toestel draadloos aansluit, dient u de draadloze
antenne uit te klappen. Voor informatie over het aansluiten
van het toestel op een draadloos netwerk, raadpleegt u
“Op een netwerk aansluiten” (p. 14). Zie voor meer
informatie over het gebruik van dit toestel met een
Bluetooth-apparaat “Muziek afspelen via Bluetooth”
(p. 30).
Het toestel inschakelen
Druk op A (aan/uit) om het toestel in te schakelen.
DIMMER
SLEEP
SPEAKERS
OPTICAL
COAXIAL
LINE 1
LINE 2 PHONO
TUNER NET
MEMORY
BLUETOOTH
BAND
TUNING
PRESET
CLEARMODEDISPLAY
CD
A
BA
Nederlands
Oefen niet te veel kracht uit op de draadloze antenne. Daarmee
beschadigt u mogelijk de antenne.
13 Nl
Opmerking
Opmerking
Verbinding maken met een netwerk
R-N303 (voorbeeld)
Met de Wi-Fi-instelling van het iOS-apparaat
(iPhone / iPad / iPod touch) verbinding maken
De Wi-Fi-instelling van het iOSapparaat delen (p. 15)
Met de WPS drukknopconfiguratie op de
draadloze router (of toegangspunt) verbinding
maken
De WPS-drukknopconfiguratie
gebruiken (p. 16)
Met een draadloze router (toegangspunt) zonder
WPS-drukknopconfiguratie verbinding maken
De netwerkverbinding handmatig
instellen (p. 16)
Met de MusicCast CONTROLLER-app verbinding
maken
Raadpleeg “Configureren
MusicCast” (p. 19) voor de
details.
Met de DHCP-serverfunctie van de router
verbinding maken
U kunt verbinding maken met het
netwerk door een bekabelde
verbinding te maken (p. 13)
Er zijn verschillende methoden om het toestel verbinding te laten maken met een netwerk. Selecteer een
verbindingsmethode in overeenstemming met uw omgeving.
• Bepaalde beveiligingssoftware die op uw PC is geïnstalleerd of de firewall-instellingen van netwerkapparaten (bijvoorbeeld een
router) kunnen de toegang van het toestel tot de netwerkapparaten of internet blokkeren. In deze gevallen dient u de instellingen van
de beveiligingssoftware of firewall op de juiste wijze te configureren.
• Elke server moet zijn aangesloten op hetzelfde subnetwerk als het toestel.
• Als u de service via internet wilt gebruiken, wordt een breedbandverbinding ten zeerste aanbevolen.
• Als u een audiosignaal met hoge resolutie afspeelt via het netwerk, raden we u aan een bekabelde verbinding te maken met een router
voor stabiele weergave.
WAC (Wireless Accessory Configuration)
Als u het toestel inschakelt direct nadat u het heeft gekocht of
geïnitialiseerd, gebruikt het toestel automatisch de
netwerkinstellingen van het iOS-apparaat (iPhone/iPad/iPod touch)
en probeert verbinding te maken met een draadloos lokaal netwerk
(tenzij het toestel al is verbonden met een bedraad lokaal netwerk).
Als u een iOS-apparaat heeft, volg dan de procedure vanaf stap 6 in het gedeelte “De iOS-apparaatinstelling delen” (p. 15).
Als u van plan bent met het toestel draadloos via een andere methode verbinding te maken, druk dan op RETURN om het huidige
scherm te verlaten en ga naar één van de onderstaande gedeelten.
■ Met een draadloze router (access point) verbinding maken
Maak verbinding met het netwerk via de hieronder genoemde methode die overeenkomt met uw omgeving.
WAC
R-N303 XXXXXX
■ Bekabelde verbinding maken met een router
• Raadpleeg pagina 40 voor instellen van het IP-adres en andere menu-onderdelen.
• Stel om over te schakelen van verbinding met een draadloos lokaal netwerk naar verbinding met een bedraad lokaal netwerk, de
“Connection” bij “Network” in het setupmenu in op “Wired” (p. 40).
14 Nl
Verbinding maken met een netwerk
Opmerking
Opmerking
Opmerking
Opmerking
Draadloos verbinding maken met een mobiel
apparaat (Wireless Direct)
Draadloos verbinding maken met
Wireless Direct (p. 17)
RETURN
SETUP
ENTER
Cursortoetsen
/
De naam van dit toestel
Voorbeeld (iOS 10)
Tik hierop om het
instellen te starten
Het momenteel
geselecteerde netwerk
■ Zonder een bekabelde router of draadloze router (access point) verbinding maken
Als het toestel met Wireless Direct op het netwerk is aangesloten, kan het geen verbinding maken met een andere draadloze router
(access point). Om inhoud van internet af te spelen of de firmware van het toestel via het netwerk te updaten, sluit u dit toestel met een
bekabelde of draadloze router (toegangspunt) aan op een netwerk.
De iOS-apparaatinstelling delen
U kunt eenvoudig een draadloze verbinding configureren
door de verbindingsinstellingen toe te passen op iOSapparaten (iPhone/iPad/iPod touch).
Voordat u verder gaat, bevestigt u dat uw iOS-apparaat is
verbonden met een draadloze router (toegangspunt).
• Als u de volgende procedure uitvoert worden alle
netwerkinstellingen geïnitialiseerd.
• Deze configuratie werkt niet als de beveiligingsmethode van uw
draadloze router (toegangspunt) WEP is. Gebruik in dat geval een
andere verbindingsmethode.
CLEARMODEDISPLAY
ENTER
VOLUME
RETURN
OPTION
MUTE
HOME
SETUP
NOW PLAYING
1Druk op SETUP.
5Gebruik de cursortoetsen ( / ) om “Share
Setting” te selecteren en druk vervolgens
twee keer op ENTER.
Als er verbinding is met een bekabeld netwerk geeft de display op
het voorpaneel de meldingen “LAN CBL” en “Pls disconnect”
weer. Trek de netwerkkabel uit het toestel en druk op de ENTERtoets.
6Selecteer op het iOS-apparaat het toestel als
de AirPlay-luidspreker op het Wi-Fi-scherm.
7Controleer of het veld “Network” op het
gewenste netwerk is ingesteld en tik
vervolgens op “Next”.
VOORBEREIDINGEN
2Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Network” te selecteren en druk op ENTER.
Druk op RETURN om terug te gaan naar het vorige scherm.
3Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Connection” te selecteren en druk op
ENTER.
4Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Wireless” te selecteren en druk op ENTER.
WIRELESS
¡WPS
Als het deelproces is afgerond, wordt het toestel
automatisch verbonden met het geselecteerde
netwerk (toegangspunt).
Als het instellen is afgerond, dient u te controleren of
het toestel is verbonden met een draadloos netwerk
(p. 18).
15 Nl
Nederlands
Verbinding maken met een netwerk
Opmerking
Opmerking
Opmerking
RETURN
SETUP
ENTER
Cursortoetsen
/
¡WPS
WIRELESS
Cursortoetsen
¡
SSID
Configureren met de WPS-drukknop
van de router
U kunt heel simpel een draadloze verbinding configureren
met één druk op de WPS-knop.
Deze configuratie werkt niet als de beveiligingsmethode van uw
draadloze router (access point) WEP of WPA2-TKIP is. Gebruik
in dat geval een andere verbindingsmethode.
CLEARMODEDISPLAY
ENTER
VOLUME
RETURN
OPTION
MUTE
HOME
SETUP
NOW PLAYING
1Druk op SETUP.
2Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Network” te selecteren en druk op ENTER.
Druk op RETURN om terug te gaan naar het vorige scherm.
3
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Connection” te selecteren en druk op ENTER.
De draadloze netwerkverbinding
handmatig instellen
Voordat u de volgende procedure uitvoert, controleert u de
beveiligingsmethode en de beveiligingssleutel op de
draadloze router (access point).
CLEARMODEDISPLAY
ENTER
ENTER
VOLUME
RETURN
OPTION
MUTE
RETURN
HOME
SETUP
SETUP
NOW PLAYING
1Druk op SETUP.
2Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Network” te selecteren en druk op ENTER.
Druk op RETURN om terug te gaan naar het vorige scherm.
3Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Connection” te selecteren en druk op
ENTER.
4Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Wireless” te selecteren en druk op ENTER.
4Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Wireless” te selecteren en druk op ENTER.
5Druk tweemaal op ENTER.
“Connecting” verschijnt op de display van het voorpaneel.
6Druk op de WPS-knop op de draadloze router
(toegangspunt).
Als het verbindingsproces is afgerond, verschijnt
“Completed” op de display van het voorpaneel. Als het
instellen is afgerond, dient u te controleren of het
toestel is verbonden met een draadloos netwerk (p. 18).
Als “Completed” niet verschijnt, herhaal dan de
procedure vanaf stap 1 of probeer een andere
verbindingsmethode.
7Druk op SETUP om het menu af te sluiten.
Info over WPS
WPS (Wi-Fi Protected Setup) is een standaard die is
ontwikkeld door de Wi-Fi Alliance, waarmee een draadloos
thuisnetwerk makkelijk te maken is.
16 Nl
5Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“ManualSetting” te selecteren en druk op
ENTER.
MANUAL
¡SSID
6Gebruik de cursortoetsen ( / ) om “SSID”
te selecteren en druk op ENTER.
Verbinding maken met een netwerk
Opmerking
Opmerking
Opmerking
KEY
Cursortoetsen
¡SSID
W.DIRECT
¡WPA2-PSK(AES)
W.DIRECT
7Gebruik de cursortoetsen om de SSID op de
draadloze router (access point) in te voeren
en druk op RETURN voor het vorige scherm.
Gebruik de cursortoetsen (/) om een teken te
selecteren en de cursortoetsen (/) om de
invoerpositie te wijzigen.
U kunt een teken invoegen/verwijderen door te
drukken op PRESET i (invoegen) of PRESET j
(verwijderen).
8Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Security” te selecteren en druk op ENTER.
SECURITY
¡WPA2-PSK(AES)
9Gebruik de cursortoetsen ( / ) om de
gewenste beveiligingsmethode te selecteren
en druk op RETURN.
Instellingen
None, WEP, WPA2-PSK (AES), Mixed Mode
Als u “None” selecteert, kan de verbinding onveilig zijn omdat de
communicatie niet versleuteld is.
10 Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Security Key” te selecteren en druk op
ENTER.
Een mobiel apparaat direct met het
toestel verbinden (Wireless Direct)
Door Wireless Direct te gebruiken, kan dit toestel als een
draadloos toegangspunt voor het netwerk fungeren waar
mobiele toestellen rechtstreeks verbinding mee kunnen
maken.
CLEARMODEDISPLAY
ENTER
ENTER
VOLUME
RETURN
OPTION
MUTE
RETURN
HOME
SETUP
U kunt met uw mobiele apparaat of dit toestel geen verbinding
maken met internet als Wireless Direct in gebruik is. Hierdoor
zijn op internet gebaseerde diensten, zoals internetradio, niet
beschikbaar.
SETUP
NOW PLAYING
1Druk op SETUP.
2Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Network” te selecteren en druk op ENTER.
VOORBEREIDINGEN
11 Gebruik de cursortoetsen om de
beveiligingssleutel op de draadloze router
(access point) in te voeren en druk op
RETURN voor het vorige scherm.
Als u in stap 9 “WEP” selecteert, voer dan een reeks
van 5 of 13 tekens, of 10 of 26 hexadecimale getallen
in.
Als u in stap 10 “WPA2-PSK (AES)” of “Mixed
mode” kiest, voer dan een reeks met 8 tot 63 tekens in
of 64 hexadecimale cijfers.
Gebruik de toetsen van de afstandsbediening zoals
behandeld in stap 7 om de sleutel in te voeren.
12 Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Connect [ENT]” te selecteren en druk op
ENTER en sla de instelling op.
Als het toestel geen verbinding maakt, controleer dan
de SSID en beveiligingssleutel op de draadloze router
(access point) en herhaal vanaf stap 6.
Controleer of het toestel is verbonden met een
draadloos netwerk (p. 18).
13 Druk op SETUP om het menu af te sluiten.
Druk op RETURN om terug te gaan naar het vorige scherm.
3Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Connection” te selecteren en druk op
ENTER.
4Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“W.Direct” te selecteren en druk op ENTER.
5Druk op ENTER om de SSID te controleren en
druk op RETURN voor het vorige scherm.
6Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Security” te selecteren en druk op ENTER.
Nederlands
17 Nl
Verbinding maken met een netwerk
Opmerking
Opmerking
Opmerking
KEY
RETURN
SETUP
ENTER
Cursortoetsen
/
7Gebruik de cursortoetsen ( / ) om de
gewenste beveiligingsmethode te selecteren
en druk op RETURN.
Instellingen
None, WPA2-PSK (AES)
Als u “None” selecteert, ga dan naar de onderstaande
stap 10.
Als u “None” selecteert, kan de verbinding onveilig zijn omdat de
communicatie niet versleuteld is.
8
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om “Security
Key” te selecteren en druk op ENTER.
9Gebruik de cursortoetsen om de
beveiligingssleutel op dit toestel in te voeren
en druk op RETURN voor het vorige scherm.
Voer een reeks met 8 tot 63 tekens in of 64
hexadecimale cijfers.
Gebruik de cursortoetsen (/) om een teken te
selecteren en de cursortoetsen (/) om de
invoerpositie te wijzigen.
U kunt een teken invoegen/verwijderen door te
drukken op PRESET i (invoegen) of PRESET j
(verwijderen).
10 Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Connect [ENT]” te selecteren en druk op
ENTER en sla de instelling op.
De informatie over SSID en beveiligingssleutel is
vereist voor configuratie van een mobiel apparaat.
Als u de “SSID” selecteert in stap 5, kunt u de
geconfigureerde SSID op dit toestel controleren.
11 Configureer de Wi-Fi-instellingen van een
mobiel apparaat.
Raadpleeg de handleiding van het mobiele apparaat
voor meer informatie over instellingen van uw
mobiele apparaat.
(1) Schakel de Wi-Fi-functie in op het mobiele apparaat.
(2) Selecteer de SSID van dit toestel in de lijst van
beschikbare toegangspunten.
(3) Voer de beveiligingssleutel die werd
weergegeven tijdens Stap 9 in als u wordt
gevraagd om een wachtwoord.
Als de Wireless Direct-verbinding niet tot stand kan
worden gebracht is de beveiligingssleutel mogelijk
onjuist. Configureer de Wi-Fi-instellingen van een
mobiel apparaat opnieuw. U kunt controleren of het
toestel is verbonden met een draadloos netwerk (p. 18).
12 Druk op SETUP om het menu af te sluiten.
18 Nl
De netwerkverbindingsstatus
controleren
Voer de volgende procedure uit om de verbinding van het
toestel met een netwerk te controleren.
Bij gebruik van Wireless Direct kunt u de status van de
netwerkverbinding niet controleren.
CLEARMODEDISPLAY
ENTER
VOLUME
RETURN
OPTION
MUTE
HOME
SETUP
NOW PLAYING
1Druk op SETUP.
2Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Network” te selecteren en druk op ENTER.
Druk op RETURN om terug te gaan naar het vorige scherm.
3Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Information” te selecteren en druk op
ENTER.
4Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“STATUS” te selecteren.
STATUS
¡Connect
Als “Connect” wordt weergegeven, is het toestel
verbonden met een netwerk. Als “Disconnect”
verschijnt, moet u de verbinding resetten.
5Druk op SETUP om het menu af te sluiten.
Verbinding maken met een netwerk
Opmerking
Opmerking
Opmerking
Opmerking
CONNECT
Configureren MusicCast
■ Info over MusicCast
Gebruik MusicCast om muziek te delen tussen
MusicCast-compatibel apparaten in verschillende ruimtes.
Met de speciale “MusicCast CONTROLLER”-app kunt u
thuis gemakkelijk muziek afspelen van uw smartphone,
een mediaserver (een personal computer of NAS) of een
internetradio streaming-dienst.
• Alle MusicCast-compatibel apparaten kunnen worden
bediend vanuit de speciale “MusicCast
CONTROLLER”-app
• Meerdere apparaten in verschillende ruimtes die
MusicCast ondersteunen kunnen worden gekoppeld
om tegelijkertijd muziek af te spelen
• Ondersteunt muziek afspelen via internetradio
(streamingdiensten)
• Netwerkinstellingen voor apparaten die MusicCast
ondersteunen
Ga naar de volgende website voor meer informatie over
MusicCast en over welke apparaten hiermee compatibel
zijn.
http://www.yamaha.com/musiccast/
■ Registreren op een MusicCast-netwerk
Dit toestel op een MusicCast-netwerk registreren.
Configureer tegelijkertijd de instellingen voor de
netwerkverbinding van dit toestel.
Als u verbinding maakt met een draadloos netwerk, zorg dan dat
u de SSID en de beveiligingssleutel voor de draadloze
netwerkrouter (Access point) bij de hand heeft.
1Start de “MusicCast CONTROLLER”-app en
tik op “SETUP”.
Bij het configureren van de instellingen op elk volgend apparaat
dat ondersteuning biedt voor MusicCast, tikt u “Register New
Device” in de “” van de app.
2Volg de instructies op het scherm van uw
mobiele apparaat en gebruik de “MusicCast
CONTROLLER” en druk vijf seconden op de
toets CONNECT op het voorpaneel van dit
toestel.
VOORBEREIDINGEN
Om MusicCast te gebruiken downloadt u de MusicCastinstallatiehandleiding van de Yamaha downloadwebsite.
http://download.yamaha.com/
■ MusicCast CONTROLLER
Om de netwerkfunctionaliteit te gebruiken van een
apparaat dat MusicCast ondersteunt, moet u de speciale
“MusicCast CONTROLLER”-voor mobiele apparaten
gebruiken.
Zoek en installeer “MusicCast CONTROLLER” (gratis)
in de App Store of op Google Play.
3Volg de instructies op het scherm van uw
mobiele apparaat en gebruik de “MusicCast
CONTROLLER” om de netwerkinstellingen te
configureren.
Hiermee worden de netwerkinstellingen voor het
registreren van het apparaat op het MusicCast-netwerk
voltooid.
Gebruik “MusicCast CONTROLLER” voor afspelen van
muziek.
AirPlay en DSD sound kunnen niet worden verzonden. Muziek
kan alleen van dit toestel worden afgespeeld.
Nederlands
19 Nl
BASISBEDIENING
Opmerking
Opmerking
Opmerking
SPEAKERS A/B
VOLUME
Signaalkeuzetoetsen
DISPLAY
Afspelen
Een bron afspelen
1Druk op één van de signaalkeuzetoetsen om
2Druk op SPEAKERS A en/of SPEAKERS B
• Als één luidsprekerset met dubbel bekabelde verbindingen is
• Schakel de luidsprekers uit als u met een hoofdtelefoon luistert.
3Speel de bron af.
4Druk op VOLUME +/– om het
• U kunt de geluidskwaliteit aanpassen met de regelaars BASS +/–
• U kunt de luidsprekerbalans ook aanpassen met de optie
DIMMER
SLEEP
BA
SPEAKERS
COAXIAL
LINE 2 PHONO
BLUETOOTH
TUNING
PRESET
VOLUME
CD
RETURN
OPTION
MUTE
OPTICAL
LINE 1
TUNER NET
BAND
MEMORY
CLEARMODEDISPLAY
HOME
SETUP
NOW PLAYING
de signaalbron te kiezen waarnaar u wilt
luisteren.
om luidsprekers A en/of B te kiezen.
De geselecteerde luidsprekers wordt ingeschakeld en
u kunt op het display op het voorpaneel bevestigen
welke luidsprekers zijn geselecteerd (p. 6).
aangesloten, of als gelijktijdig twee luidsprekersets (A en B)
worden gebruikt, dient u ervoor te zorgen dat op de display van
het voorpaneel “SP A” en “SP B” worden weergegeven.
geluidsuitvoerniveau te regelen.
en TREBLE +/– op het voorpaneel (p. 5).
“Balance” in het menu “SETUP” (p. 41).
Informatie wisselen op de display
van het voorpaneel
Als u een netwerkbron of Bluetooth als signaalbron
selecteert, kunt u op de display op het voorpaneel
afspeelinformatie omschakelen.
BAND
TUNING
MEMORY
PRESET
CLEARMODEDISPLAY
ENTER
VOLUME
RETURN
OPTION
MUTE
HOME
SETUP
NOW PLAYING
1Druk op DISPLAY.
Elke keer als u op de toets drukt, verandert het
weergegeven item.
INFO
SP A
Track
Na 3 seconden wordt de bijbehorende informatie
voor het weergegeven onderdeel weergegeven.
SERVER
SP A
› Track #1
SignaalbronItem
Bluetooth
Server
AirPlay
Net Radio
“_” (onderstreepteken) wordt weergegeven voor tekens die het
toestel niet ondersteunt.
Track (titel van nummer), Artist (naam
artiest), Album (naam album),
Track (titel van nummer), Artist (naam
artiest), Album (albumnaam), Time
(verstreken tijd)
Track (titel van nummer), album
(albumnaam), tijd (verstreken tijd), Station
(stationsnaam)
20 Nl
De slaaptimer gebruiken
Opmerking
Opmerking
A
SLEEP
(aan/uit)
SLEEP
Sleep120 min.
Gebruik deze functie om het toestel na een bepaalde
tijdsduur automatisch in stand-bymodus te zetten. De
slaaptimer is nuttig als u gaat slapen terwijl het toestel
afspeelt.
DIMMER
SLEEP
BA
SPEAKERS
COAXIAL
LINE 2 PHONO
BLUETOOTH
TUNING
PRESET
CD
OPTICAL
LINE 1
TUNER NET
BAND
MEMORY
CLEARMODEDISPLAY
De slaaptimer kan alleen met de afstandsbediening worden
ingesteld.
1Druk herhaaldelijk op SLEEP om de tijdsduur
in te stellen voordat het toestel in standbymodus gaat.
Elke keer dat u op SLEEP drukt, wijzigt de display op
het voorpaneel zoals hieronder wordt getoond.
Afspelen
BASISBEDIENING
Sleep 120 min.
Sleep 90 min.
Sleep OffSleep 30 min.Sleep 60 min.
Het SLEEP-lampje knippert terwijl u de tijdsduur
voor de slaaptimer instelt.
Als de slaaptimer is ingesteld, zal de SLEEPindicator op de display op het voorpaneel branden.
• Selecteer “Sleep Off” om de slaaptimer uit te schakelen.
• De instelling van de slaaptimer kan ook worden geannuleerd
door op A (aan/uit) te drukken om dit toestel in stand-bymodus
in te stellen.
Nederlands
21 Nl
Opmerking
De R-N303D heeft geen AM-tuner.
Opmerking
Opmerking
Opmerking
TUNING jj / ii
BAND
TUNER
STEREO
TUNED
SP A
FM 87.55MHz
Frequentie
FM/AM afstemmen
DIMMER
SLEEP
SPEAKERS
OPTICAL
COAXIAL
LINE 1
LINE 2 PHONO
TUNER NET
BAND
MEMORY
CLEARMODEDISPLAY
Luisteren naar FM/AM-radio
■ FM-ontvangst verbeteren (FM Mode)
Als het signaal van het station zwak is en de
geluidskwaliteit is niet goed, stel dan de FM-radioontvangstmodus in op mono om de ontvangst te
verbeteren.
BA
CD
BLUETOOTH
TUNING
PRESET
MODE
BAND
TUNING
MEMORY
PRESET
CLEARMODEDISPLAY
ENTER
HOME
SETUP
VOLUME
NOW PLAYING
RETURN
OPTION
MUTE
1Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2Druk herhaaldelijk op BAND om de
ontvangstband te selecteren (FM of AM).
3Druk op TUNING jj / ii om een frequentie in
te stellen.
Houd TUNING jj / ii één seconde vast om stations
automatisch te zoeken.
Als een uitzending wordt ontvangen, brandt de
“TUNED”-indicator op de display op het voorpaneel.
Als een stereo-uitzending wordt ontvangen, brandt
ook de “STEREO”-indicator.
• Als de zendersignalen zwak zijn, stopt de afstemmende
zoekopdracht niet bij de gewenste zender.
• Als de signaalontvangst voor een FM-radiozender niet stabiel
is, kan het helpen om over te schakelen naar mono.
1Druk herhaaldelijk op MODE om “Stereo”
(automatische stereomodus) of “Mono”
(mono-modus) te selecteren als dit toestel op
een FM-radiostation is afgestemd.
Wanneer u Mono selecteert, worden FMuitzendingen weergegeven in mono.
De STEREO-indicator op het voorpaneel gaat branden als u naar
een station in stereomodus luistert (p. 6).
Voorkeuzefuncties gebruiken
U kunt 40 stations registreren als voorkeuzestations. Als u
eenmaal voorkeuzestations hebt geregistreerd, kunt u daar
eenvoudig op afstemmen door de voorkeuzen op te
roepen. U kunt FM-stations met een sterk signaal
automatisch registreren. Als de FM-stations die u wilt
opslaan een zwak signaal hebben, kunt u ze handmatig
registreren (p. 23).
■ Radiostations automatisch registreren
(alleen FM station)
• Als u radiostations automatisch registreert, kunnen
radiostations die momenteel zijn geregistreerd worden
overschreven.
• Als het station dat u wilt opslaan een zwak signaal heeft,
probeer dan de handmatige voorkeuze-afstemmethode.
• Alleen voor modellen voor het Verenigd koninkrijk en Europa:
Alleen stations die uitzenden met het Radio Data System
kunnen worden geregistreerd als voorkeuze.
• FM-stations die met de automatische voorkeuzeregistratie als
voorkeuzestations zijn geregistreerd, klinken in stereo.
22 Nl
Luisteren naar FM/AM-radio
Opmerking
Opmerking
Opmerking
TUNER
BAND
PRESET j / i
RETURN
OPTION
ENTER
Cursortoetsen
/
VoorkeuzenummerFrequentie
03: Empty
99.15
“Empty” (niet in gebruik) of de huidig
geregistreerde frequentie.
■ Een radiostation handmatig registreren
DIMMER
SLEEP
BA
SPEAKERS
COAXIAL
LINE 2 PHONO
TUNING
PRESET
ENTER
VOLUME
CD
BLUETOOTH
RETURN
OPTION
MUTE
OPTICAL
LINE 1
TUNER NET
BAND
MEMORY
CLEARMODEDISPLAY
HOME
SETUP
NOW PLAYING
1Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2Druk op de afstandsbediening op OPTION.
Het menu “OPTION” wordt weergegeven (p. 37).
3Gebruik de cursortoetsen ( / ) om “Auto
Preset”, te selecteren en druk op ENTER.
OPTION
SP A
Auto Preset
BAND
TUNING
MEMORY
MEMORY
PRESET
CLEARMODEDISPLAY
ENTER
HOME
SETUP
VOLUME
NOW PLAYING
PRESET j / i
RETURN
OPTION
MUTE
1Stem af op het gewenste radiostation.
Zie “FM/AM afstemmen” (p. 22).
2
Druk op MEMORY.
Houdt u MEMORY op het voorpaneel meer dan 3 seconden
ingedrukt, dan kunt u de volgende stappen overslaan en
automatisch het geselecteerde station registreren onder een
leeg voorkeuzenummer (d.w.z. het voorkeuzenummer dat
volgt op het laatste gebruikte voorkeuzenummer).
3Druk op PRESET j / i om het
voorkeuzenummer voor registratie van het
station te selecteren.
Wanneer u een voorkeuzenummer selecteert
waarvoor geen station is geregistreerd, wordt de
melding “Empty” weergegeven.
BASISBEDIENING
READY
01:FM 87.50MHz
Het toestel zoekt ongeveer 5 seconden later de FMband af vanaf de laagste frequentie omhoog.
Druk om het scannen onmiddellijk te starten op
ENTER.
• Voordat de zoekactie begint kunt u het eerste voorkeuzenummer
aangeven dat moet worden gebruikt door te drukken op
PRESET j / i of op de cursortoetsen (/) op de
afstandsbediening.
• Druk om het scannen te annuleren op RETURN.
Als het scannen is voltooid, wordt “FINISH”
weergegeven en daarna keert de display terug naar de
oorspronkelijke situatie.
SP A
4Druk op MEMORY.
Wanneer de registratie voltooid is, keert het scherm
terug naar de oorspronkelijke status.
Druk op RETURN om de registratie te annuleren of voer
gedurende 30 seconden geen handelingen uit.
Nederlands
23 Nl
Luisteren naar FM/AM-radio
Opmerking
TUNER
PRESET j / i
TUNER
CLEAR
ENTER
OPTION
Cursortoetsen
/
01:FM 88.10MHz
CLEAR
Voorkeuzestation dat u wilt wissen
01:Cleared
CLEAR
Voorkeuzestation dat u wilt wissen
■ Een voorkeuzestation terugroepen
U kunt voorkeuzestations terugroepen die zijn
geregistreerd met de automatische of de handmatige
voorkeuzemethode.
DIMMER
SLEEP
BA
SPEAKERS
COAXIAL
LINE 2 PHONO
BLUETOOTH
TUNING
PRESET
ENTER
CD
OPTICAL
LINE 1
TUNER NET
BAND
MEMORY
CLEARMODEDISPLAY
1Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2Druk op PRESETj / i om een
voorkeuzenummer te selecteren.
1Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2Druk op OPTION.
3Gebruik de cursortoetsen ( / ) om “Clear
Preset” te selecteren en druk op ENTER.
4Gebruik de cursortoetsen ( / ) om een
voorkeuzestation te selecteren dat moet
worden gewist en druk op ENTER.
Als de voorkeurzender is gewist, wordt “Cleared”
weergegeven en wordt het volgende gebruikte
voorkeuzenummer weergegeven.
5Herhaal stap 4 tot alle gewenste
voorkeuzestations zijn gewist.
6Druk op OPTION om het menu “OPTION” af
te sluiten.
• Voorkeuzenummers waarvoor geen stations zijn geregistreerd,
worden overgeslagen.
• “No Presets” wordt weergegeven als geen stations zijn
geregistreerd.
■ Een voorkeuzestation wissen
U kunt radiostations wissen die naar de
voorkeuzenummers zijn geregistreerd.
OPTICAL
COAXIAL
LINE 1
LINE 2 PHONO
TUNER NET
BAND
TUNING
MEMORY
PRESET
CLEARMODEDISPLAY
ENTER
HOME
SETUP
VOLUME
NOW PLAYING
CD
BLUETOOTH
RETURN
OPTION
MUTE
U kunt ook de registratie van een station annuleren met de
volgende stappen.
1Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2Druk op CLEAR
CLEAR
01:FM 88.10MHz
3Gebruik de PRESET j / i om een
voorkeuzestation te selecteren dat moet
worden gewist en druk op CLEAR.
Als het voorkeuzestation is gewist verschijnt “Cleared”.
24 Nl
Radio Data System afstemmen
Opmerking
Opmerking
Opmerking
Opmerking
DISPLAY
Naam item
Informatie
TUNER
RETURN
OPTION
ENTER
Cursortoetsen
/
TUNED
TP FM101.30MHz
FINISH
Station met verkeersinformatie (frequentie)
(alleen voor modellen voor het
Verenigd koninkrijk en Europa)
Luisteren naar FM/AM-radio
“Program Service”, “Program Type”, “Radio Text” en “Clock
Time” worden niet weergegeven als het radiostation de Radio
Data System-service niet verstrekt.
Radio Data System is een systeem voor
gegevensoverdracht dat door FM-stations in een groot
aantal landen wordt gebruikt. Het toestel kan diverse
soorten Radio Data System-gegevens ontvangen, zoals
“Program Service”, “Program Type”, “Radio Text” en
“Clock Time” wanneer het toestel is afgestemd op een
Radio Data System-zender.
■
Radio Data System information weergeven
BAND
TUNING
MEMORY
PRESET
CLEARMODEDISPLAY
ENTER
VOLUME
RETURN
OPTION
MUTE
HOME
SETUP
NOW PLAYING
1Stem af op het gewenste Radio Data System-
station.
We adviseren om radiostations eerst automatisch te registreren
(p. 22) alvorens af te stemmen op Radio Data System radiostations.
2Druk op DISPLAY.
Elke keer als u op de toets drukt, verandert het
weergegeven item.
STEREO
SP A
INFO
TUNED
Program Type
Na 3 seconden wordt de bijbehorende informatie
voor het weergegeven onderdeel weergegeven.
■ Automatisch verkeersinformatie
ontvangen (alleen R-N303)
Als “TUNER” als signaalbron is geselecteerd, ontvangt
het toestel automatisch verkeersinformatie. Als u deze
functie wilt inschakelen, volgt u de procedure hieronder
om het station met verkeersinformatie in te stellen.
TUNER NET
MEMORY
NOW PLAYING
BLUETOOTH
BAND
TUNING
PRESET
CLEARMODEDISPLAY
ENTER
VOLUME
RETURN
OPTION
MUTE
HOME
SETUP
1Als “TUNER” als de signaalbron is
geselecteerd, drukt u op OPTION.
2Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“TrafficProgram” te selecteren en druk op
ENTER.
Het zoeken naar het station met verkeersinformatie
begint na ongeveer 5 seconden. Druk nogmaals op
ENTER als u direct met zoeken wilt beginnen.
• Als u omhoog/omlaag wilt zoeken vanaf de huidige frequentie
drukt u op de cursortoetsen (/) terwijl “READY” wordt
weergegeven.
• Druk op RETURN als u het zoeken wilt annuleren.
• Met tekst tussen haakjes worden indicators op de display op het
voorpaneel aangegeven.
Het volgende scherm wordt ongeveer 3 seconden
weergegeven als het zoeken is voltooid.
BASISBEDIENING
STEREO
108.00
CLASSICS
Program ServiceNaam programmaservice
Program TypeType van het huidige programma
Radio TextInformatie over het huidige programma
Clock TimeHuidige tijd
FrequencyFrequentie
TUNED
SP A
Nederlands
“TP Not Found” wordt gedurende ongeveer 3 seconden
weergegeven als er geen stations met verkeersinformatie zijn
gevonden.
25 Nl
Opmerking
Opmerking
Opmerking
Luisteren naar DAB-radio (R-N303D)
BAND
TUNER
DAB (Digital Audio Broadcasting) maakt gebruik van digitale signalen voor een helderder geluid en een stabieler
ontvangst in vergelijking tot analoge signalen. Dit apparaat kan ook DAB+ ontvangen (een verbeterde versie van DAB)
waarmee meer stations mogelijk zijn die gebruik maken van de MPEG-4 audiocodec (AAC+), die werkt met een
efficiëntere transmissiemethode.
Dit apparaat ondersteunt alleen Band III (174 tot 240 MHz).
De DAB-afstemming voorbereiden
Alvorens op DAB-stations te kunnen afstemmen moet
eerst een zoekactie worden uitgevoerd. Als DAB voor het
eerst wordt geselecteerd, wordt de eerste zoekactie
automatisch uitgevoerd.
Sluit de antenne aan zoals behandeld in “De DAB/FMantenne aansluiten (R-N303D)” (p. 12) om naar een DABstation te luisteren.
DIMMER
SLEEP
BA
SPEAKERS
COAXIAL
LINE 2 LINE 3
BLUETOOTH
TUNING
PRESET
CD
OPTICAL
LINE 1
TUNER NET
BAND
MEMORY
CLEARMODEDISPLAY
1Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2Druk op BAND om de DAB-band te selecteren.
De eerste zoekactie wordt gestart. Tijdens de
zoekactie wordt de voortgang weergegeven op het
voorpaneelscherm.
Als de zoekactie is voltooid, verschijnt het begin van
de lijst van gevonden stations op het
voorpaneelscherm.
• Als er geen DAB-radiostations zijn gevonden tijdens een
eerste zoekactie verschijnt “Not Found” op het
voorpaneelscherm, gevolgd door “Off Air”. Druk twee
maal op BAND om de DAB-band te selecteren en voer de
zoekactie opnieuw uit.
• U kunt de ontvangststerkte van elk DAB-kanaallabel
controleren (p.29).
• Om weer een eerste zoekactie uit te voeren nadat er enkele
DAB-radiostations zijn opgeslagen kiest u “Initiate Scan”
(p. 37) in het menu “OPTION”. Als u weer een eerste
zoekactie uitvoert, worden de DAB-radiostations gewist
die momenteel onder de voorkeuzenummers zijn
opgeslagen.
Een DAB-radiostation voor ontvangst
selecteren
U kunt een DAB-radiostation selecteren uit de stations die
door de eerste zoekactie zijn opgeslagen.
DIMMER
SLEEP
BA
SPEAKERS
COAXIAL
LINE 2 LINE 3
BLUETOOTH
TUNING
PRESET
CD
TUNING jj / ii
TUNER
BAND
OPTICAL
LINE 1
TUNER NET
BAND
MEMORY
CLEARMODEDISPLAY
1Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2Druk op BAND om de DAB-band te
selecteren.
3Druk op TUNING jj / ii om een DAB-
radiostation te selecteren.
DAB
BBC Radio 4
• “Off Air” verschijnt als het geselecteerde DAB-radiostation
momenteel niet beschikbaar is.
• Als het toestel een tweede station ontvangt gaat “2” branden
naast “DAB”.
26 Nl
Luisteren naar DAB-radio (R-N303D)
Opmerking
Opmerking
Opmerking
Opmerking
LINE 1
CD
TUNER NET
BLUETOOTH
BAND
PRESET
TUNING
MUTE
NOW PLAYING
RETURN
OPTION
VOLUME
CLEARMODEDISPLAY
MEMORY
LINE 2 LINE 3
ENTER
DIMMER
SLEEP
SPEAKERS
OPTICAL
COAXIAL
BA
HOME
SETUP
TUNER
BAND
MEMORY
CLEAR
PRESET j / i
RETURN
OPTION
ENTER
Cursortoetsen
/
02: Empty
MEMORY
“Empty” (niet in gebruik) of “Overwrite?” (in gebruik)
PRESET:01
DAB
De presetfunctie gebruiken
U kunt 40 DAB radiostations registreren als
voorkeuzestations. Als u eenmaal voorkeuzestations hebt
geregistreerd, kunt u daar eenvoudig op afstemmen door
de voorkeuzen op te roepen.
U kunt maximaal 40 favoriete radiostations voor zowel de DABals FM-banden registreren.
3Druk op PRESETj / i om het
voorkeuzenummer voor registratie van het
station te selecteren.
Wanneer u een voorkeuzenummer selecteert
waarvoor geen station is geregistreerd, wordt de
melding “Empty” weergegeven. Wanneer u een
voorkeuzenummer selecteert waarvoor al een station
is geregistreerd, wordt de melding “Overwrite?”
weergegeven.
4Druk op MEMORY.
Wanneer de registratie voltooid is, keert het scherm
terug naar de oorspronkelijke status.
Druk op RETURN om de registratie te annuleren of voer
gedurende 30 seconden geen handelingen uit.
■ Een voorkeuzestation terugroepen
Stem af op een geregistreerd DAB-radiostation door het
bijbehorende voorkeuzenummer te selecteren
1Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
BASISBEDIENING
■ Een DAB-radiostation registreren
Selecteer een DAB-radiostation en registreer het onder
een voorkeuzenummer.
1Stem af op het gewenste DAB-radiostation.
Zie “Een DAB-radiostation voor ontvangst
selecteren” (p. 26).
2Druk op MEMORY.
Houdt u MEMORY op het voorpaneel meer dan 3 seconden
ingedrukt, dan kunt u de volgende stappen overslaan en
automatisch het geselecteerde station registreren onder een
leeg voorkeuzenummer (d.w.z. het voorkeuzenummer dat
volgt op het laatste gebruikte voorkeuzenummer).
2Druk op BAND om de DAB-band te
selecteren.
3Druk op PRESETj / i om het gewenste DAB-
radiostation te selecteren.
• Voorkeuzenummers waarvoor geen stations zijn
geregistreerd, worden overgeslagen.
• “No Presets” wordt weergegeven als er geen stations zijn
geregistreerd.
Nederlands
27 Nl
Luisteren naar DAB-radio (R-N303D)
Opmerking
DISPLAY
Naam item
Informatie
■ Voorkeuze DAB-radiostations wissen
Onder voorkeuzenummers geregistreerde DABradiostations wissen.
1Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2Druk op BAND om de DAB-band te selecteren.
3Druk op OPTION om het menu “OPTION” te
openen.
Het menu “OPTION” voor TUNER wordt
weergegeven (p. 37).
4Gebruik de cursortoetsen ( / ) om “Clear
Preset”, te selecteren en druk op ENTER.
5Selecteer het gewenste
voorkeuzestationsnummer door herhaaldelijk
op de cursortoetsen ( / ) te drukken.
Het geselecteerde voorkeuzenummer knippert op het
voorpaneelscherm.
6Druk op ENTER om te bevestigen.
“Cleared” wordt weergegeven op het
voorpaneelscherm. Vervolgens wordt een ander
voorkeuzestation weergegeven op het
voorpaneelscherm. Als er geen voorkeuzestations
meer zijn, wordt “No Presets” weergegeven en keert
het scherm terug naar het menu “OPTION”.
Druk op RETURN om terug te keren naar de
oorspronkelijke situatie.
U kunt ook de registratie van een station annuleren met de
volgende stappen.
1Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2Druk op CLEAR
3Gebruik de PRESET j / i om een
voorkeuzestation te selecteren dat moet
worden gewist en druk op CLEAR.
Als het voorkeuzestation is gewist verschijnt “Cleared”.
De DAB-informatie weergeven
Dit toestel kan diverse typen DAB-informatie ontvangen
als het is afgestemd op een DAB-radiostation.
1Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2Stem af op het gewenste DAB-radiostation.
3Druk op DISPLAY.
Elke keer als u op de toets drukt, verandert het
weergegeven item.
INFO
Program Type
Het geselecteerde item schuift door de display,
gevolgd door een korte beschrijving en vervolgens
verschijnt de betreffende informatie voor het item.
DAB
Sport
KeuzeBeschrijving
Service Label
(Service-label)
DLS
(Dynamic Label Segment)
Ensemble Label
(Ensemble-label)
Program Type
(Programmatype)
Date And Time
(Datum en tijd)
Audio Mode
(Audiomodus)
CH Label/Freq.
(CH label/freq.)
Signal Quality
(Signaalkwaliteit)
Stationsnaam
Informatie over het huidige
station
Ensemblenaam
Stationgenre
Huidige datum en tijd
Audiomodus (mono/stereo) en
bitrate
Kanaallabel en frequentie
Kwaliteit signaalontvangst
(0 [geen] tot 100 [beste])
28 Nl
BAND
TUNING
MEMORY
PRESET
CLEARMODEDISPLAY
ENTER
HOME
SETUP
VOLUME
NOW PLAYING
Sommige informatie is wellicht niet beschikbaar, afhankelijk van
het geselecteerde DAB-radiostation.
RETURN
OPTION
MUTE
Luisteren naar DAB-radio (R-N303D)
LINE 1
CD
TUNER NET
BLUETOOTH
BAND
PRESET
TUNING
MUTE
NOW PLAYING
RETURN
OPTION
VOLUME
CLEARMODEDISPLAY
MEMORY
LINE 2 LINE 3
ENTER
DIMMER
SLEEP
SPEAKERS
OPTICAL
COAXIAL
BA
HOME
SETUP
TUNER
BAND
OPTION
ENTER
Cursortoetsen
/
12B Level: 80
TUNE AID
DAB-kanaallabelOntvangststerkte
De ontvangststerkte van elk DABkanaallabel controleren
U kunt de ontvangststerkte van elk DAB-kanaallabel
controleren (0 [geen] tot 100 [beste]).
1Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
■ DAB frequentie-informatie
Dit apparaat ondersteunt alleen Band III (174 tot 240 MHz).
Frequentie
174,928 MHz5A208,064 MHz9D
176,640 MHz5B209,936 MHz10A
178,352 MHz5C211,648 MHz10B
180,064 MHz5D213,360 MHz10C
181,936 MHz6A215,072 MHz10D
183,648 MHz6B216,928 MHz11A
185,360 MHz6C218,640 MHz11B
187,072 MHz6D220,352 MHz11C
188,928 MHz7A222,064 MHz11D
190,640 MHz7B223,936 MHz12A
192,352 MHz7C225,648 MHz12B
194,064 MHz7D227,360 MHz12C
195,936 MHz8A229,072 MHz12D
197,648 MHz8B230,784 MHz13A
199,360 MHz8C232,496 MHz13B
201,072 MHz8D234,208 MHz13C
202,928 MHz9A235,776 MHz13D
204,640 MHz9B237,488 MHz13E
206,352 MHz9C239,200 MHz13F
Kanaallabel
Frequentie
Kanaallabel
BASISBEDIENING
2Druk op BAND om de DAB-band te
selecteren.
3Druk op OPTION om het menu “OPTION” te
openen.
Het menu “OPTION” voor TUNER wordt
weergegeven (p. 37).
4Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Tune Aid”, te selecteren en druk op ENTER.
5Gebruik de cursortoetsen ( / ) om het
gewenste DAB-kanaallabel te selecteren.
Nederlands
29 Nl
Opmerking
Opmerking
Opmerking
Muziek weergeven via Bluetooth
Dit toestelBluetooth-apparaat
(zoals een mobiel apparaat)
BLUETOOTH
Wi
BLUETOOTH
Fi
SP A
Connected
BT
Afspeeltoetsen
U kunt muziekbestanden die zijn opgeslagen op een
Bluetooth-apparaat (zoals een mobiel apparaat) weergeven
op het toestel.
Raadpleeg ook de gebruikershandleiding van uw
Bluetooth-apparaat.
• Als u de Bluetooth-functie wilt gebruiken, stelt u “Bluetooth”
•Een Bluetooth-apparaat wordt, afhankelijk van het model,
• U kunt audio verzenden naar Bluetooth-luidsprekers of een
Verbinding maken met een
Bluetooth-apparaat (koppelen)
Wanneer een Bluetooth-apparaat voor het eerst verbonden
wordt met het toestel, moeten de toestellen met elkaar
gekoppeld worden (pairing). Bij het koppelen worden de
Bluetooth-apparaten voor gebruik in elkaars geheugen
geregistreerd. Wanneer het koppelen voltooid is, kunnen
de toestellen in het vervolg gemakkelijk met elkaar
worden verbonden, ook wanneer de BluetoothBluetoothverbinding is verbroken.
1Druk op BLUETOOTH om “Bluetooth” als de
2Schakel de Bluetooth-functie van het
(p. 41) in het menu “SETUP” in op “On”.
mogelijk niet gedetecteerd door het toestel of een functie is
mogelijk niet compatibel.
hoofdtelefoon met de MusicCast CONTROLLER-app. U kunt
de audio-uitvoer alleen selecteren via de MusicCast
CONTROLLER-app.
DIMMER
SLEEP
BA
SPEAKERS
COAXIAL
LINE 2 PHONO
BLUETOOTH
TUNING
PRESET
CD
OPTICAL
LINE 1
TUNER NET
BAND
MEMORY
signaalbron te selecteren.
Als er al een ander Bluetooth-apparaat met het toestel
is verbonden, moet u de bestaande Bluetooth-
verbinding verbreken alvorens u gaat koppelen.
Bluetooth-apparaat in.
3Selecteer op het Bluetooth-apparaat het
toestel in de lijst met beschikbare apparaten.
Nadat het koppelen is voltooid en het toestel is
verbonden met het Bluetooth-apparaat, zal de
melding “Connected” op de display op het
voorpaneel verschijnen en de Bluetooth-indicator
gaan branden.
• Als de wachtwoordsleutel vereist is, voert u het nummer “0000” in.
• U kunt de netwerkapparaatnaam van dit toestel wijzigen die
wordt weergegeven als Bluetooth-apparaten vanuit “Network
Name” (p. 41) in het instellingenmenu worden gekoppeld.
Inhoud van het Bluetooth-apparaat
weergeven
Maak verbinding met een gekoppeld Bluetooth-apparaat
en begin met het afspelen. Controleer het volgende van
tevoren:
• Het koppelen is voltooid.
• Bluetooth-functie op het Bluetooth-apparaat is
ingeschakeld.
LINE 1
LINE 2 PHONO
TUNER NET
MEMORY
REPEAT
1Druk op BLUETOOTH om “Bluetooth” als de
signaalbron te selecteren.
Als het toestel het eerder aangesloten Bluetooth-apparaat
detecteert, dan maakt het toestel automatisch na stap 1 verbinding
met het Bluetooth-apparaat. Om een andere Bluetooth-verbinding
tot stand te brengen, moet u eerst de huidige Bluetooth-
verbinding beëindigen.
BLUETOOTH
BAND
TUNING
PRESET
CLEARMODEDISPLAY
SHUFFLE
BLUETOOTH
30 Nl
Muziek weergeven via Bluetooth
Opmerking
Opmerking
2Bedien het Bluetooth-apparaat en breng de
BluetoothBluetooth-verbinding tot stand.
Selecteer de modelnaam van het toestel in de lijst met
Bluetooth-apparaten op uw apparaat.
Als er een verbinding tot stand is gebracht, brandt de
BLUETOOTH indicator op de display op het
voorpaneel.
Als u geen verbinding kunt krijgen met het Bluetooth-apparaat,
moet u het koppelen opnieuw uitvoeren (p.30).
3Bedien het Bluetooth-apparaat om muziek
weer te geven.
U kunt de toetsen op de afstandsbediening gebruiken om het
afspelen te bedienen.
Verbreken van een Bluetoothverbinding
Volg een van de procedures hieronder om een Bluetooth-
verbinding te verbreken.
• Schakel de Bluetooth-functie op het Bluetooth-apparaat
uit.
• Houd BLUETOOTH op de afstandsbediening ten
minste 3 seconden ingedrukt.
• Stel de ingang van dit toestel in op iets anders dan
“Bluetooth”.
Bluetooth
• Bluetooth is een technologie voor draadloze communicatie
tussen apparaten binnen een straal van ongeveer 10 meter,
die gebruik maakt van de 2,4 GHz frequentieband. Dit is
een band die zonder licentie kan worden gebruikt.
Hanteren van Bluetooth-communicaties
• De 2,4 GHz-band die wordt gebruikt door Bluetooth-
compatible apparaten is een radioband die ook door veel
verschillende andere apparatuur wordt gebruikt. Hoewel
Bluetooth-compatible apparatuur gebruik maakt van
technologie die de invloeden van andere apparatuur op
dezelfde radioband minimaliseert, kunnen dergelijke
invloeden de snelheid of het communicatiebereik beperken
of in sommige gevallen de communicatie storen.
• De snelheid van de signaaloverdracht en de afstand
waarbinnen communicatie mogelijk is, verschilt afhankelijk
van de afstand tussen de communicerende apparaten, de
aanwezigheid van obstakels, radiogolfcondities en het type
apparatuur.
• Yamaha kan niet alle verbindingen tussen dit toestel en
Bluetooth-apparaten garanderen.
BASISBEDIENING
Nederlands
31 Nl
Opmerking
Muziek afspelen van mediaservers (PC/NAS)
PC
NAS
Dit toestel
(Voorbeeld van Engelse versie)
U kunt muziekbestanden die zijn opgeslagen op uw PC of
met DLNA compatibele NAS afspelen op het toestel.
• Om deze functie te gebruiken, moeten het toestel en uw PC/NAS
op dezelfde router zijn aangesloten (p. 13). In “Information”
(p. 40) in het menu “SETUP” kunt u controleren of de
netwerkparameters (zoals het IP-adres) goed aan het toestel zijn
toegewezen.
• Om muziekbestanden af te spelen, moet de server-software op
de PC/NAS de indelingen van de muziekbestanden die u wilt
afspelen ondersteunen.
• De audio kan worden onderbroken als de draadloze
netwerkverbinding wordt gebruikt. Gebruik in dat geval de
bekabelde netwerkverbinding.
• U kunt maximaal 16 mediaservers aansluiten op dit toestel.
• Raadpleeg “Ondersteunde bestandsindelingen” (p. 52) voor
informatie over ondersteunde bestandsindelingen.
3Klik op “Turn on media streaming”.
4Selecteer “Allowed” in de vervolgkeuzelijst
naast de modelnaam van het toestel.
R-N303
Het delen van muziekbestanden via
media instellen
Om met dit toestel muziekbestanden in uw computer af te
spelen, moet u delen van media (Windows Media Player 12
of later) tussen het toestel en de computer instellen. Hier
wordt het instellen van Windows Media Player in Windows 7
as voorbeeld genomen.
■ Bij gebruik van Windows Media Player 12
1Start Windows Media Player 12 op uw PC.
2Selecteer eerst “Stream” en vervolgens
“Turn on media streaming...”.
Het venster van configuratiescherm van uw PC wordt
weergegeven.
5Selecteer net als bij stap 4 “Allowed” in het
vervolgkeuzemenu naast apparaten (PC’s of
mobiele apparaten) die u als de media
controllers wilt gebruiken.
6Klik op “OK” om af te sluiten.
■ Bij gebruik van een pc of een NAS
waarop andere DLNA-serversoftware is
geïnstalleerd
Raadpleeg de handleiding voor het apparaat of de
software en configureer de instellingen voor het delen van
media.
32 Nl
Muziek afspelen van mediaservers (PC/NAS)
Opmerking
Opmerking
Opmerking
NOW PLAYING
HOME
NET
DISPLAY
RETURN
OPTION
ENTER
Cursortoetsen
Afspeeltoetsen
Afspelen PC-muziekinhoud
Volg de procedure hieronder om de muziekinhoud van de
pc te bedienen en het afspelen te starten.
“_” (onderstreepteken) wordt weergegeven voor tekens die het
toestel niet ondersteunt.
TUNER NET
MEMORY
NOW PLAYING
BLUETOOTH
BAND
TUNING
PRESET
CLEARMODEDISPLAY
ENTER
VOLUME
RETURN
OPTION
SHUFFLE
HOME
SETUP
REPEAT
MUTE
1Druk herhaaldelijk op NET om “Server” als
signaalbron te selecteren.
SERVER
SP A
NAS A
2Gebruik de cursortoetsen ( / ) om een
muziekserver te selecteren en druk op
ENTER.
3Gebruik de cursortoetsen om een onderdeel
te selecteren en druk op ENTER.
Als er een nummer is geselecteerd, wordt het afspelen
gestart en wordt de afspeelinformatie weergegeven.
SERVER
SP A
Song01
• Als er op uw PC een muziekbestand wordt afgespeeld dat vanaf
het toestel is geselecteerd, wordt de afspeelinformatie
weergegeven.
• U kunt het nummer dat wordt weergegeven registreren als een
voorkeuze (p. 36).
• Als u herhaaldelijk op DISPLAY drukt, kunt u op de display op
het voorpaneel de afspeelinformatie wisselen (p. 20).
Gebruik de volgende toetsen op de afstandsbediening om
het afspelen te besturen.
Toe tsenFunctie
Cursortoetsen
ENTER
RETURN
Afspeeltoetsen
HOME
NOW PLAYING
p/ e
s
b / w
f / a
Selecteer een muziekbestand of
map.
Start het afspelen wanneer
ingedrukt terwijl inhoud is
geselecteerd. Gaat één niveau
lager wanneer ingedrukt terwijl
een map is geselecteerd.
Gaat één niveau omhoog.
Stopt/hervat het afspelen.
Stopt het afspelen.
Gaat vooruit/terug.
Geeft de hoofdmap van de
muziekserver weer.
Geeft informatie weer over het
nummer dat wordt afgespeeld.
U kunt ook een DLNA-compatibele Digital Media Controller
(DMC) gebruiken voor het bedienen van het afspelen. Zie “DMC
Control” (p. 40) in het menu “SETUP” voor details.
■ Instellingen voor herhalen/shuffle
U kunt de instellingen voor herhalen/shuffle voor het
afspelen van de muziekinhoud van de pc configureren.
1Als de signaalbron “Server” is, drukt u
herhaaldelijk op REPEAT of SHUFFLE op de
afspeeltoets om de afspeelmethode te
selecteren.
Afspeel-
toetsen
REPEAT
SHUFFLE
Instelling
OffZet de functie herhalen uit.
One
Speelt het huidige nummer
herhaaldelijk af.
Speelt alle nummers in het huidige
All
album (map) herhaaldelijk af.
Zet de functie shuffle (afspelen in
Off
willekeurige volgorde) uit.
Speelt nummers in het huidige album
On
(map) in willekeurige volgorde af.
Functie
■ Automatische afspeelinstellingen
Gebruik deze instellingen om te kiezen of u automatisch
muziek van uw PC of van een server wilt afspelen als het
toestel wordt ingeschakeld of als u overschakelt tussen
ingangen.
1Druk op OPTION.
2Gebruik de cursortoetsen ( / ) om “Auto
Afspelen” te selecteren en druk op ENTER.
3Schakel Auto Afspelen IN of UIT met de
cursortoetsen ( / ).
4Druk op OPTION als u klaar bent.
BASISBEDIENING
Nederlands
33 Nl
Opmerking
Opmerking
Luisteren naar internetradio
NOW PLAYING
HOME
NET
DISPLAY
RETURN
ENTER
Cursortoetsen
Afspeeltoetsen
SP A
Radios
NetRadio
U kunt luisteren naar internetradiostations uit de hele wereld.
• Om deze functie te gebruiken, moet het toestel verbinding
hebben met internet (p. 13). In “Information” (p. 40) in het
menu “SETUP” kunt u controleren of de netwerkparameters
(zoals het IP-adres) goed aan het toestel zijn toegewezen.
• U kunt sommige internetradiostations mogelijk niet ontvangen.
• Dit toestel gebruikt de “airable.Radio”-service. Airable is een
dienst van Tune In GmbH.
• Deze service kan zonder kennisgeving worden gestopt.
• Mapnamen zijn verschillend, afhankelijk van de taal.
COAXIAL
LINE 2 PHONO
BLUETOOTH
TUNING
PRESET
ENTER
VOLUME
CD
RETURN
OPTION
MUTE
OPTICAL
LINE 1
TUNER NET
BAND
MEMORY
CLEARMODEDISPLAY
HOME
SETUP
NOW PLAYING
2Gebruik de cursortoetsen om een onderdeel
te selecteren en druk op ENTER.
Als er een internetradiostation is geselecteerd, wordt
het weergeven gestart en wordt de afspeelinformatie
weergegeven.
NetRadio
SP A
JazzST
Gebruik de volgende toetsen op de afstandsbediening
om het afspelen te besturen.
ToetsenFunctie
Cursortoetsen
ENTER
RETURN
Afspeeltoetsens
HOME
NOW PLAYING
Selecteer het internet-radiostation
of de categorie, zoals het genre.
Start het weergeven als ingedrukt
terwijl een internet-radiostation is
geselecteerd. Gaat één niveau
lager wanneer ingedrukt terwijl
een categorie is geselecteerd.
Gaat één niveau omhoog.
Stopt het afspelen.
Geeft bij indrukken tijdens
afspelen de hoofdcategorieën
weer.
Geeft de afspeelgegevens weer
voor het internet-radiostation.
1Druk herhaaldelijk op NET om “NetRadio” als
REPEAT
SHUFFLE
signaalbron te selecteren.
De stationslijst verschijnt op de display op het
voorpaneel.
• U kunt het huidige station registreren als een voorkeuze (p. 36).
• Als u herhaaldelijk op DISPLAY drukt, kunt u op de display op
het voorpaneel de afspeelinformatie wisselen (p. 20).
• Sommige informatie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijke
van het station.
34 Nl
Opmerking
Opmerking
Opmerking
VOORZI CHT IG
Muziek afspelen met AirPlay
PC
iTunes
Router
Het afspelen wordt gestart
iPhone/iPad/
iPod touch
Dit toestel
iOS 10 (voorbeeld)iTunes (voorbeeld)
Met de functie AirPlay kunt u iPhone/iPad/iPod touch/
iTunes-muziek via het netwerk weergeven op het toestel.
Om deze functie te gebruiken, moeten het toestel en uw PC of
iPhone op dezelfde router zijn aangesloten (p. 13). In
“Information” (p. 40) in het menu “SETUP” kunt u controleren of
de netwerkparameters (zoals het IP-adres) goed aan het toestel
zijn toegewezen.
AirPlay werkt met iPhone, iPad en iPod touch met iOS 4.3.3
of later, Mac met OS X Mountain Lion of later, en PC met
iTunes 10.2.2 of later.
(vanaf juni 2017)
Muziek afspelen met AirPlay
• Als u herhaaldelijk op DISPLAY drukt, kunt u op de display op
het voorpaneel de afspeelinformatie wisselen (p. 20).
• U kunt het toestel automatisch inschakelen als weergave op
iTunes of iPhone wordt gestart door “Standby (Network
Standby)” (p. 41) in het menu “SETUP” in te stellen op “On” of
“Auto”.
• U kunt de netwerknaam (de naam van het toestel op het
netwerk) die op iTunes/iPod wordt weergegeven bewerken in
“Network Name” (p. 41) in het menu “SETUP”.
• U kunt tijdens afspelen het geluidsvolume van het toestel
aanpassen met iTunes/iPhone.
Als u iTunes of een iPhone gebruikt om het geluidsvolume
aan te passen kan het geluid onverwacht luid worden, wat
gehoorbeschadiging of schade aan het apparaat tot gevolg
kan hebben. Stop het afspelen op iTunes of op uw iPod
direct als het afspeelvolume te hoog is. We adviseren om
“Vol.Interlock (Volume interlock)” (p. 38) in het Optionmenu te gebruiken om de geluidsvolumewijzigingen van
iTunes of uw iPhone vooraf te beperken.
Gebruik de volgende toetsen op de afstandsbediening om
het afspelen te besturen.
BASISBEDIENING
Weergave van iTunes/iPodmuziekcontent
Volg de procedure hieronder om iTunes/iPodmuziekcontent weer te geven op het toestel.
1Schakel het toestel in en start iTunes op de
PC of geef het afspeelscherm weer op de
iPhone.
Als de iTunes/iPod het toestel herkent, wordt het
pictogram AirPlay weergegeven.
Als het pictogram niet wordt weergegeven, controleer dan of het
toestel en PC/iPod goed op de router zijn aangesloten.
2Klik (tik) op de iTunes/iPhone op het
pictogram AirPlay en selecteer het toestel
(netwerknaam van het toestel) als het
audioweergaveapparaat.
3Selecteer een nummer en start het afspelen
Het toestel selecteert automatisch “AirPlay” als de
signaalbron en start het afspelen. De afspeelinformatie
wordt op het voorpaneel weergegeven.
Afspeeltoetsen
ToetsenFuncties
p/ e
s
b / w
f / a
REPEAT
SHUFFLE
Stopt/hervat het afspelen.
Stopt het afspelen.
Gaat vooruit/terug.
Wijzigt de instellingen voor
Herhalen.
Wijzigt de instellingen voor
Shuffle.
Nederlands
35 Nl
Opmerking
Opmerking
Opmerking
Opmerking
Het huidige nummer/de huidige zender registreren
NET
MEMORY
CLEAR
ENTER
PRESET j / i
Cursortoetsen
/
SP A
01: Empty
MEMORY
Voorkeuzenummer
(voorkeuzefunctie)
Als u een netwerkbron als signaalbron selecteert, kunt u
het huidige nummer of het streamingstation registreren als
een voorkeuze. Er kunnen maximaal 40 van deze presets
worden geprogrammeerd.
U kunt dan gemakkelijk zo’n voorkeuzenummer/-station
terugroepen door het voorkeuzenummer te selecteren.
U kunt de volgende signaalbronnen instellen als voorkeuze.
Server, Net Radio, Bluetooth en streamingdiensten.
Druk op PRESET j / i of de cursortoetsen (/) om een
voorkeuzenummer voor registreren te selecteren.
3Druk nogmaals op MEMORY om de
voorkeuze te registreren.
Druk op RETURN om registratie te annuleren.
• Alleen de ingangsbron wordt geregistreerd voor “Bluetooth”.
Individuele songs kunnen niet worden geregistreerd.
• Met de MusicCast CONTROLLER-app (p. 19) kunt u inhoud
registreren (songs, radiostations) en deze beluisteren.
• Als u muziekbestanden registreert die op een PC/NAS zijn
opgeslagen, dan onthoudt het toestel de relatieve positie van de
muziekbestanden in de map. Als u muziekbestanden aan de map
hebt toegevoegd of eruit hebt verwijderd, dan kan het toestel het
muziekbestand mogelijk niet goed oproepen. In dergelijke
gevallen moeten de items opnieuw worden geregistreerd.
LINE 1
LINE 2 PHONO
TUNER NET
MEMORY
BLUETOOTH
BAND
TUNING
PRESET
CLEARMODEDISPLAY
ENTER
Een voorkeuze registreren
1Geef een nummer of een streamingzender
die u wilt registreren weer.
2Houd MEMORY langer dan 3 seconden
ingedrukt.
Wanneer u voor het eerst een nummer/station
registreert, wordt voor registratie van het
geselecteerde nummer/station het voorkeuzenummer
“01” voorgesteld. U wordt ook gevraagd om elke
volgende song/station dat u selecteert in het volgende
beschikbare voorkeuzenummer te registreren.
Een voorkeuze terugroepen
1Selecteer NET of BLUETOOTH als
signaalbron.
2Druk op PRESET j / i om een
voorkeuzenummer te selecteren.
3Druk op ENTER om de voorkeuze terug te
roepen.
• Een paar seconden nadat het voorkeuzenummer is geselecteerd,
start het afspelen van de voorkeuze.
• Druk op RETURN om het terugroepen van voorkeuzes te
annuleren.
Een voorkeuze wissen
1Selecteer NET of BLUETOOTH als de
signaalbron.
2Druk op PRESET j / i om een
voorkeuzenummer te selecteren.
3Druk op CLEAR om de voorkeuze te wissen.
Als het voorkeuzestation is gewist verschijnt “Empty”.
36 Nl
GEAVANCEERDE BEDIENING
Opmerking
Opmerking
Opmerking
OPTION
RETURN
ENTER
Cursortoetsen
Afspeelinstellingen configureren voor verschillende
afspeelbronnen (menu OPTION)
U kunt afzonderlijke afspeelinstellingen configureren voor verschillende afspeelbronnen. Met dit menu kunt u tijdens het
afspelen gemakkelijk instellingen configureren.
CLEARMODEDISPLAY
ENTER
VOLUME
RETURN
OPTION
MUTE
HOME
SETUP
NOW PLAYING
1Druk op OPTION.
OPTION
SP A
Volume Trim
2Gebruik de cursortoetsen om een onderdeel
te selecteren en druk op ENTER.
Druk tijdens menuhandelingen op RETURN als u wilt terugkeren
naar de vorige situatie.
3Gebruik de cursortoetsen ( / ) om een
instelling te selecteren.
4Druk op OPTION om het menu af te sluiten.
Optiemenu-items
Welke onderdelen beschikbaar zijn, is afhankelijk van de
geselecteerde signaalbron.
ItemFunctie
Volume Trim
Signal Info.
Auto Preset
Clear Preset
Initiate Scan
Tune Aid
TrafficProgram
Vol.Interlock
Auto Playback
*1
Corrigeert volumeverschillen tussen
signaalbronnen.
Geeft informatie weer over het
audiosignaal.
Registreert automatisch FMradiostations met sterke signalen als
voorkeuzestations.
Wist radiostations die naar
voorkeuzenummers zijn geregistreerd.
Voert een eerste zoekactie uit voor
*1
DAB-radio-ontvangst.
Controleert ontvangststerkte van elk
DAB-station.
Zoekt automatisch naar een station met
*2
verkeersinformatie.
Schakelt volumeregelaars van iTunes/
iPhone via AirPlay in of uit.
Gebruik deze instellingen om te kiezen
of u automatisch muziek van uw PC of
van een server wilt afspelen als het
toestel wordt ingeschakeld of als u
overschakelt tussen ingangen.
Pagina
37
38
22
24, 28
26
29
25
38
33
BEDIENING
GEAVANCEERDE
*1 Alleen voor R-N303D
*2 Alleen voor R-N303-modellen voor het Verenigd Koninkrijk en
Europa
■ Volume Trim
Corrigeert volumeverschillen tussen signaalbronnen. Als
u hinder ondervindt van volumeverschillen bij het
schakelen tussen signaalbronnen, gebruik dan deze functie
om dat te corrigeren.
Deze instelling wordt afzonderlijk op elke signaalbron toegepast.
Instelbereik
-10 tot +10 (stappen van 1)
Standaard
0
37 Nl
Nederlands
Afspeelinstellingen configureren voor verschillende afspeelbronnen (menu OPTION)
Opmerking
■ Signal Info.
Geeft informatie weer over audiosignalen.
Keuzes
FORMATDe audio-indeling van het ingangssignaal.
SAMPLING
Druk herhaaldelijk op de cursortoetsen (/) om de informatie
op het display op het voorpaneel te wisselen.
Het aantal samples per seconde van het digitale
ingangssignaal.
■ Vol.Interlock (Volume interlock)
Schakelt volumeregelaars van iTunes/iPhone via AirPlay
in of uit.
Instellingen
Off
Ltd
(standaard)
Full
Schakelt volumeregelaars vanaf iTunes/iPhone
uit.
Schakelt volumeregelaars in vanaf iTunes/iPhone
binnen het beperkte bereik (1 tot 60 en gedempt).
Schakelt volumeregelaars in vanaf iTunes/iPhone
over het volledige bereik.
38 Nl
Opmerking
Verschillende functies configureren (menu SETUP)
ENTER
RETURN
SETUP
Cursortoetsen
SP A
Network
SETUP
SP A
Max Volume
SETUP
SP A
MAX
MAX VOL
U kunt de verschillende functies van het toestel configureren.
CLEARMODEDISPLAY
ENTER
Verschillende functies configureren (menu SETUP)
1Druk op SETUP.
HOME
SETUP
NOW PLAYING
SETUP menu-items
Menu-itemFunctie
ConnectionSelecteert de netwerkverbindingsmethode.40
InformationGeeft de netwerkinformatie van het toestel weer.40
IP AddressConfigureert de netwerkparameters (zoals IP-adres).40
DMC Control
Network
Bluetooth
Balance
Max VolumeStelt het maximale volume in om een extreem geluidsvolume te voorkomen.41
InitialVolumeStelt het beginvolume in op het moment dat het toestel wordt ingeschakeld.42
AutoPowerStby
(Auto Power Standby)
Standby
(Network Standby)
Network Name
Update
(Network Update)
On/OffSchakelt de Bluetooth-functies in/uit.41
Standby
(Bluetooth Standby)
VOLUME
RETURN
OPTION
MUTE
2Gebruik de cursortoetsen ( / ) om te
selecteren en druk op ENTER.
3Gebruik de cursortoetsen ( / ) om een
instelling te selecteren en druk op ENTER.
Druk tijdens menuhandelingen op RETURN als u wilt terugkeren
naar de vorige situatie.
4Druk op SETUP om het menu af te sluiten.
Pagina
Bepaalt of een DLNA-compatibele Digital Media Controller (DMC) het afspelen
mag besturen.
Bepaalt of de functie die het toestel inschakelt vanaf andere netwerkapparaten moet
worden ingeschakeld/uitgeschakeld.
Bewerkt de netwerknaam (de naam van het toestel op het netwerk) die andere
netwerkapparaten wordt weergegeven.
Werkt de firmware bij via internet.41
Bepaalt of de functie die het toestel inschakelt vanaf andere Bluetooth-apparaten,
moet worden ingeschakeld/uitgeschakeld (Bluetooth-stand-by).
Regelt de geluidsbalans van de linker- en rechterluidsprekers om onevenwichtig
geluid te compenseren.
Schakelt de auto-stand-by-functie in/uit.42
39 Nl
BEDIENING
GEAVANCEERDE
40
41
41
41
41
Nederlands
Verschillende functies configureren (menu SETUP)
Opmerking
Opmerking
SP A
Address1••192›
IP
Network
Configureert de netwerkinstellingen.
■ Connection
Selecteert de netwerkverbindingsmethode.
Wired
Wireless
W.Di re ct
(Wireless
Direct)
Als het toestel in MusicCast-extend-modus werkt, wordt
“Extend” weergegeven. Zie voor meer informatie over Extendmodus de MusicCast-installatiehandleiding op de Yamaha
website.
■ Information
Geeft de netwerkinformatie van het toestel weer.
NEW FW
STATUSDe verbindingsstatus van het netwerk.
MC NET
MAC
SSID
IPIP address
SUBNETSubnet mask
GATEWAYHet IP-adres van de standaardgateway
DNS PHet IP-adres van de primaire DNS-server
DNS SHet IP-adres van de secundaire DNS-server
Selecteer deze optie als u het toestel wilt
aansluiten op een netwerk met een in de
handel verkrijgbare netwerkkabel (p. 13).
Selecteer deze optie als u het toestel wilt
aansluiten op een netwerk via de draadloze
router of een toegangspunt (p. 15, 16, 16).
Selecteer deze optie als u een mobiel apparaat
direct op het toestel wilt aansluiten. Voor
details over de instellingen, raadpleegt u “Een
mobiel apparaat rechtstreeks aansluiten op het
toestel (Wireless Direct)” (p. 17).
Verschijnt als voor de firmware van dit toestel
een update beschikbaar is (p. 45).
Status van het MusicCast-netwerk. Als
“Ready” verschijnt, kunt u de MusicCast
CONTROLLER-app gebruiken.
Geeft het MAC-adres weer van het toestel.
Afhankelijk van de verbindingsmethode
(bekabelde LAN-verbinding of draadloze
LAN / Wireless Direct -verbinding), kan het
MAC-adres verschillen.
(Bij gebruik van een draadloze LANverbinding of Wireless Direct) De SSID van
dit toestel op het draadloze netwerk.
■ IP Address
Configureert de netwerkparameters (zoals IP-adres).
DHCP
Bepaalt of een DHCP-server wordt gebruikt.
Er wordt geen DHCP-server gebruikt. U moet de
Off
On
(standaard)
netwerkparameters handmatig configureren. Zie
“Handmatige netwerkinstellingen” hieronder voor
meer informatie.
Er wordt een DHCP-server gebruikt om de
netwerkparameters (zoals IP-adres) van het toestel
automatisch te bepalen.
Handmatige netwerkinstellingen
1Stel “DHCP” in op “Off”.
2Gebruik de cursortoetsen ( / ) om een
parametertype te selecteren.
IPHierin kunt u een IP-adres opgeven.
SUBNETHierin kunt u een subnetmasker opgeven.
GATEWAYGeeft het IP-adres aan van de standaardgateway.
DNS P
DNS S
Hierin kunt u het IP-adres van de primaire DNSserver opgeven.
Hierin kunt u het IP-adres van de secundaire
DNS-server opgeven.
3Gebruik de cursortoetsen ( / ) om de
invoerpositie te selecteren.
(Voorbeeld: IP-adresinstelling)
Gebruik de cursortoetsen (/) om tussen
segmenten (adres1, adres2...) van het adres over te
schakelen.
4Gebruik de cursortoetsen ( / ) om een
waarde te wijzigen.
5Druk op SETUP om het menu af te sluiten.
■ DMC Control
Bepaalt of een DLNA-compatibele Digital Media
Controller (DMC) het afspelen mag besturen.
DisableWeergave kan niet worden bediend met DMC’s.
Enable
(standaard)
Weergave kan worden bediend met DMC’s.
40 Nl
Een Digital Media Controller (DMC) is een apparaat dat via het
netwerk andere netwerkapparaten kan bedienen. Als deze functie
is ingeschakeld, kunt u het afspelen van het toestel bedienen met
DMC’s (zoals Windiow Media Player 12) op hetzelfde netwerk.
Verschillende functies configureren (menu SETUP)
Opmerking
R-N303 (voorbeeld)
SP A
R-N303 XXXXXX›
NET NAME
R-N303 (voorbeeld)
■ Standby (Network Standby)
Bepaalt of het toestel kan worden ingeschakeld vanaf
andere apparaten in het netwerk (netwerkstand-by).
OffSchakelt de netwerkstand-byfunctie uit.
On
Auto
(standaard)
Met een geavanceerd energiebeheerontwerp heeft dit product
een laag energieverbruik van minder dan twee watt in netwerk
stand-by-modus.
Schakelt de netwerkstand-byfunctie in.
(Het toestel verbruikt meer stroom dan wanneer
“Off” is geselecteerd.)
Schakelt de netwerkstand-byfunctie in. Het toestel
schakelt over op energiebesparingsmodus als het acht
uur lang niet meer op het netwerk is aangesloten.
■ Network Name
Bewerkt de netwerknaam (de naam van het toestel op het
netwerk) die andere netwerkapparaten wordt weergegeven.
1Selecteer “Network Name”.
Raadpleeg voor informatie over het selecteren van
een menuoptie de stappen die worden behandeld op
pagina 39.
NET NAME
R-N303 XXXXXX
2Druk op ENTER om het scherm voor het
bewerken van de naam te openen.
3Gebruik de cursortoetsen ( / ) om een
teken te selecteren en ( / ) om de
invoerpositie te verplaatsen
U kunt een teken invoegen/verwijderen door te
drukken op PRESET i (invoegen) of PRESET j
(verwijderen).
4
Druk op ENTER om de nieuwe naam te bevestigen.
5Druk op SETUP om het menu af te sluiten.
■ Update (Network Update)
Werkt de firmware bij via het netwerk.
Perform
Update
Version
IDGeeft het systeem-ID-nummer weer.
Start het proces voor het bijwerken van de
firmware van het toestel. Zie “De firmware van
het toestel updaten” (p. 45) voor details.
Geeft de versie weer van de firmware die op het
toestel is geïnstalleerd.
SP A
Bluetooth
Configureert de Bluetooth-instellingen.
■ On/Off
Schakelt de Bluetooth-functie in/uit (p. 30).
OffSchakelt de Bluetooth-functie uit.
On
(standaard)
Schakelt de Bluetooth-functie in. Onmiddellijk
na het selecteren van de “On”, wordt de uitvoer
van de netwerkbron gepauzeerd.
■ Standby (Bluetooth Standby)
Bepaalt of de functie die het toestel inschakelt vanaf
andere Bluetooth-apparaten, moet worden ingeschakeld/
uitgeschakeld (Bluetooth-stand-by). Als deze functie is
ingesteld op “On”, wordt het toestel automatisch
ingeschakeld als een verbindingsbewerking wordt
uitgevoerd op het Bluetooth-apparaat.
OffSchakelt de Bluetooth-stand-byfunctie uit.
On
(standaard)
Deze instelling is niet beschikbaar als ““Standby (Network
Standby)” (p. 41)” is ingesteld op “Off”.
Schakelt de Bluetooth-stand-byfunctie uit. (Het
toestel verbruikt meer stroom dan wanneer “Off”
is geselecteerd.)
Balance
Stelt de geluidsbalans van de linker- en
rechterluidsprekers in om onevenwichtig geluid te
compenseren dat wordt veroorzaakt door de plaatsing van
de luidsprekers of door omstandigheden in de
luisterruimte.
Instelbereik
L+10 tot R+10
Standaard
Center (midden)
Max Volume
Stelt het maximale volume in om een extreem
geluidsvolume te voorkomen.
Instelbereik
1 tot 99 (in stappen van 1), Max
Standaard
MAX
41 Nl
BEDIENING
GEAVANCEERDE
Nederlands
Verschillende functies configureren (menu SETUP)
Opmerking
InitialVolume
Stelt het beginvolume in wanneer de ontvanger wordt
ingeschakeld.
Instelbereik
Off, Mute, 1 tot 99 (in stappen van 1), Max
Standaard
Off
AutoPowerStby
(Auto Power Standby)
Schakelt de auto-stand-by-functie in/uit. Als u het toestel
niet gebruikt gedurende een bepaalde tijd, wordt het
toestel automatisch in de stand-bymodus gezet.
Off
On
Het toestel wordt niet automatisch in de standbymodus gezet.
Zet het toestel automatisch in de stand-bymodus.
Als NET of Bluetooth als signaalbron is
geselecteerd, schakelt het toestel over naar de
stand-by-modus van de geselecteerde bron als u
niet binnen 20 minuten begint met afspelen.
Alle signaalbronnen schakelen over op de standbymodus als deze gedurende 8 uur niet worden
gebruikt.
Standaard
Modellen voor de V.S. en Europa: On
Overige modellen: Uit
Net voordat de stand-bymodus op het toestel wordt geactiveerd,
wordt “AutoPowerStby” weergegeven en begint het aftellen op
de display op het voorpaneel.
42 Nl
De systeeminstellingen configureren (menu ADVANCED SETUP)
Opmerking
SPEAKERSPHONES
VOLUME
SELECT
RETURN
PUSH ENTER
CONNECT
DISPLAY MODE
MEMORY BAND
PRESET
TUNING
BASS
TREBLE
INPUT
DISPLAYSELECT/ENTERA
RETURN
(aan/uit)
De systeeminstellingen configureren (menu ADVANCED SETUP)
Configureer de systeeminstellingen van het toestel via het display op het voorpaneel. Het ADVANCED SETUP-menu
kan vanaf het voorpaneel worden bediend.
1Druk op A (Aan/uit) om het toestel uit te
schakelen.
2
Houd RETURN op het voorpaneel ingedrukt en
druk op
A (aan/uit).
3Draai SELECT/ENTER om een onderdeel te
selecteren.
4Druk op SELECT/ENTER om een instelling te
selecteren.
5Druk op A (aan/uit) om het toestel uit te
schakelen en daarna weer in te schakelen.
De nieuwe instellingen worden van kracht.
ADVANCED SETUP menu-items
ItemFunctie
VERSION
REMOTE ID
*
TU
INITHerstelt de standaardinstellingen.43
UPDATEWerkt de firmware bij.44
* Alleen voor modellen voor Azië en universele modellen
Controleert de versie van de firmware
die momenteel is geïnstalleerd op het
toestel.
Selecteert de afstandsbedienings-ID
van het toestel.
Stelt de afstemfrequentiestap in.43
Pagina
43
43
De versie van de firmware
controleren (VERSION)
Controleer de versie van de firmware die momenteel is
geïnstalleerd op het toestel.
• U kunt de versie van de firmware eveneens controleren in
“Update (Network Update)” (p. 41) in het menu “SETUP”.
• Het kan enige tijd duren voordat de firmwareversie wordt
weergegeven.
De afstandsbedienings-ID selecteren
(REMOTE ID)
Dit wijzigt de afstandsbediening-ID op het toestel.
Normaal moet dit worden ingesteld op “ID1”. Als het
toestel wordt bediend met een afstandsbediening die bij
sommige Yamaha-spelers wordt geleverd, stel deze dan in
op “AUTO”.
Instellingen
ID1 (standaard), AUTO
Stelt de afstemfrequentiestap in (TU)
Selecteert de stapgrootte voor het lokaliseren van
afstemfrequenties.
(Alleen voor het model voor Azië en het universele
model):
Instellingen
FM100/AM10, FM50/AM9 (standaard)
De standaardinstellingen herstellen
(INIT)
Herstelt de standaardinstellingen van het toestel.
Keuzes
BEDIENING
GEAVANCEERDE
CANCEL
(standaard)
NETWORK
ALLHerstelt de standaardinstellingen van het toestel.
Er wordt geen initialisatie uitgevoerd.
Initialiseert alle netwerk- en Bluetooth-
instellingen. Als u het toestel initialiseert worden
alle voorkeuzes voor de netwerksignaalbronnen
(p. 36) gewist.
Nederlands
43 Nl
De systeeminstellingen configureren (menu ADVANCED SETUP)
Opmerking
De firmware bijwerken (UPDATE)
Wanneer dit nodig is wordt er nieuwe firmware
beschikbaar gesteld die extra eigenschappen of
productverbeteringen bevat. Als het toestel is aangesloten
op internet, kunt u de firmware bijwerken via het netwerk.
Raadpleeg de bijbehorende informatie bij de updates voor
details.
■ Firmware updateprocedure
Voer deze procedure niet uit tenzij een update van de
firmware noodzakelijk is. Lees de bijbehorende informatie
bij de updates voordat u de firmware bijwerkt.
1Druk op DISPLAY om firmware-update te
starten.
De firmware van het toestel kan ook worden bijgewerkt door de
procedure te volgen in “De firmware van het toestel updaten”
(p. 45).
44 Nl
De firmware van het toestel updaten
Opmerking
Opmerking
Let op
RETURN
SETUP
ENTER
Cursortoetsen
/
Available
NEW FW
Update [ENTER]
NEW FW
De firmware van het toestel updaten
Wanneer dit nodig is wordt er nieuwe firmware beschikbaar gesteld die extra eigenschappen of productverbeteringen
bevat. Als het toestel is aangesloten op internet, kunt u de firmware downloaden en bijwerken via het netwerk.
• Bedien het toestel niet en koppel het netsnoer en de netwerkkabel niet los tijdens de firmware-update. Het bijwerken van de
firmware duurt ongeveer 5 minuten of meer (afhankelijk van de snelheid van uw internetverbinding).
• Als het toestel is aangesloten op het draadloze netwerk via een draadloze netwerkadapter, kunnen netwerkupdates mogelijk niet
worden uitgevoerd, afhankelijk van de kwaliteit van de draadloze verbinding.
Updates kunnen ook worden uitgevoerd vanuit het ADVANCED SETUP-menu (p. 44).
CLEARMODEDISPLAY
ENTER
VOLUME
RETURN
OPTION
MUTE
HOME
SETUP
NOW PLAYING
1Druk op SETUP.
2Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Network” te selecteren en druk op ENTER.
3
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Information” te selecteren en druk op ENTER.
Als nieuwe firmware beschikbaar is, verschijnt
“NEW FW Available” op de display van het
voorpaneel.
4Druk op RETURN om naar de vorige situatie
terug te keren.
5Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Update” te selecteren en druk op ENTER.
7Als “UPDATE SUCCESS” wordt weergegeven
op de display op het voorpaneel, drukt u op
A (aan/uit) op het voorpaneel.
De update van de firmware is voltooid.
■ Melding van nieuwe firmware-update
Als er nieuw firmware beschikbaar is, wordt gedurende
korte tijd “NEW FW Update” weergegeven als het toestel
wordt ingeschakeld.
Om de firmware van het toestel te updaten drukt u op
ENTER (zoals behandeld in de bovenstaande stap 6)
terwijl deze melding wordt weergegeven. Als “UPDATE
SUCCESS” wordt weergegeven op de display op het
voorpaneel, drukt u op A (aan/uit) op het voorpaneel.
BEDIENING
GEAVANCEERDE
UPDATE
PerformUpdate
6Druk op ENTER om de update van de
firmware te starten.
Het toestel start opnieuw en de update van de
firmware start.
Als u de bewerking wilt annuleren zonder de firmware bij te
werken, drukt u op SETUP.
Nederlands
45 Nl
AANVULLENDE INFORMATIE
Foutopsporing
Raadpleeg de tabel hieronder indien dit toestel niet naar behoren functioneert. Als het probleem dat u ervaart niet
hieronder in de lijst voorkomt, of als de instructies hieronder niet helpen, stelt u dit toestel in op de stand-by-modus,
verwijdert u het netsnoer en neemt u contact op met de dichtstbijzijnde bevoegde Yamaha-dealer of -servicecentrum.
■ Algemeen
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
De stroom gaat niet
aan.
De stroom gaat niet
uit.
Geen geluid.Invoer- of uitvoerkabels verkeerd
Het veiligheidscircuit werd 3 keer achter
elkaar geactiveerd. Als het toestel zich in
deze toestand bevindt, knippert de
STANDBY/ON-indicator op het toestel
als u probeert het toestel in te schakelen.
Het netsnoer of de stekker is niet of niet
goed aangesloten.
De beveiliging is in werking getreden
door een kortsluiting, enz.
De interne microcomputer loopt vast door
een externe elektrische schok
(bijvoorbeeld blikseminslag en ontlading
van statische elektriciteit) of door een
daling van het voltage van de
stroomvoorziening.
De interne microcomputer loopt vast door
een externe elektrische schok
(bijvoorbeeld blikseminslag en ontlading
van statische elektriciteit) of door een
daling van het voltage van de
stroomvoorziening.
aangesloten.
Er is geen geschikte ingangsbron
geselecteerd.
Er is een hoofdtelefoon aangesloten op de
PHONES-aansluiting.
De SPEAKERS A/B-schakelaars zijn niet
correct ingesteld.
De luidsprekeraansluitingen zitten niet
goed vast.
Uitvoer is uitgeschakeld.Schakel dempen uit.
De Max volume- of Initial volumeinstelling is te laag.
De component die overeenkomt met de
geselecteerde signaalbron is uitgeschakeld
of speelt niet af.
De audio-uitgang van een apparaat dat op
een digitale audio-ingang (COAXIAL/
OPTICAL-aansluitingen) is aangesloten,
is op iets anders dan PCM ingesteld.
Uit veiligheidsoverwegingen kan de stroom van dit
toestel niet worden ingeschakeld. Neem contact op
met uw dichtstbijzijnde Yamaha-dealer of servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
Zorg dat het netsnoer stevig vastzit.
Controleer of de luidsprekerdraden elkaar niet raken
en zet dan het toestel opnieuw aan.
Schakel de stroom uit en na ten minste 15 seconden
weer in. (Als het probleem zich blijft voordoen,
koppelt u het netsnoer los van het stopcontact en sluit
u het netsnoer opnieuw aan.)
Schakel de stroom uit en na ten minste 15 seconden
weer in. (Als het probleem zich blijft voordoen,
koppelt u het netsnoer los van het stopcontact en sluit
u het netsnoer opnieuw aan.)
Verbind de kabels correct. Als het probleem
aanhoudt, is het mogelijk dat er iets mis is met de
kabels.
Selecteer een geschikte signaalbron met de INPUT
l / h op het voorpaneel (of een van de
signaalkeuzetoetsen op de afstandsbediening).
Trek de stekker van de hoofdtelefoon uit de
PHONES-aansluiting.
Zet de betreffende SPEAKERS A of SPEAKERS B
aan.
Zet de aansluitingen goed vast.
Controleer de instellingen voor “Max Volume” en
“Initial Volume” in het menu “SETUP”.
Zet de component aan en zorg ervoor dat deze
afspeelt.
Stel de audio-uitgang van het aangesloten apparaat in
op PCM,
Zie
pagina
—
—
10
—
—
10
20
5
20
10
9
41
—
—
46 Nl
Foutopsporing
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
Het geluid valt
plotseling weg.
Er komt slechts aan
één kant geluid uit de
luidspreker.
De lage tonen klinken
te zwak en de
weergave is futloos.
Er wordt een
“zoemend” geluid
gehoord.
Het geluid is van
mindere kwaliteit
wanneer u luistert met
een hoofdtelefoon
verbonden met de CDspeler of het
cassettedeck die op
dit toestel zijn
aangesloten.
De beveiliging is in werking getreden
door een kortsluiting, enz.
Het toestel is te warm geworden.Let erop dat de openingen in het bovenpaneel niet
De functie voor automatische stand-by
heeft dit toestel uitgeschakeld.
Bedrading niet op de juiste manier
aangesloten.
Onjuiste instelling voor de
luidsprekerbalans.
De +- en –-kabels zijn verkeerdom
aangesloten op de versterker of de
luidsprekers.
Bedrading niet op de juiste manier
aangesloten.
De stroom van het toestel is uitgeschakeld
of het toestel is in de stand-bymodus
ingesteld.
Stel de luidsprekerimpedantie in overeenstemming
met de luidsprekers in.
Controleer of de luidsprekerdraden elkaar niet raken
en zet dan het toestel opnieuw aan.
worden geblokkeerd.
Wijzig de automatische stand-by (“AutoPowerStby”
in het menu “SETUP”) naar uit.
Verbind de kabels correct. Als het probleem
aanhoudt, is het mogelijk dat er iets mis is met de
kabels.
Stel de luidsprekerbalans (“Balance” in het menu
“SETUP”) in op de juiste stand.
Sluit de luidsprekerkabels aan op de juiste fase + en –.
Sluit de audiostekkers stevig aan. Als het probleem
aanhoudt, is het mogelijk dat er iets mis is met de
kabels.
Schakel het toestel in.
Zie
pagina
11
11
—
42
10
41
11
11
—
■ Afstandsbediening
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
De afstandsbediening
werkt niet correct.
Verkeerde afstand of hoek.De afstandsbediening werkt binnen een maximaal
Direct zonlicht of sterke verlichting (van
fluorescentielampen met een
voorschakelapparaat, enz.) valt op de
afstandsbedieningssensor van dit toestel.
De batterijen zijn bijna leeg.Vervang alle batterijen.
bereik van 6 m en binnen een hoek van 30 graden ten
opzichte van het voorpaneel.
Verplaats het toestel.
■ FM-ontvangst
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
De FM-radioontvangst is slecht en
er is ruis te horen.
Het radiostation kan
niet automatisch
worden geselecteerd.
Het toestel ontvangt radio-interferentie,
zoals multipath-reflecties.
Het toestel ontvangt in een regio die zich
ver van het radiostation bevindt.
Het FM-radiosignaal is zwak.Gebruik een in de handel verkrijgbare buitenantenne.
Wijzig de hoogte, richting of installatielocatie van de
FM-antenne.
Druk herhaaldelijk op de knop MODE op de
afstandsbediening (of op het voorpaneel) om de “FM
Mode” op “Mono” in te stellen.
Gebruik een in de handel verkrijgbare buitenantenne.
Selecteer de zender handmatig.
Zie
pagina
9
—
9
Zie
pagina
12
22
12
12
22
INFORMATIE
AANVULLENDE
Nederlands
47 Nl
Foutopsporing
■ AM-ontvangst (R-N303)
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
De AM-radioontvangst is slecht en
er is ruis te horen.
Het radiostation kan
niet automatisch
worden geselecteerd.
AM-radiostations
kunnen niet worden
geregistreerd
(voorkeuze).
Het toestel pakt ruis op van bronnen als
TL-licht of een motor.
Het AM-radiosignaal is zwak.De richting van de AM-antenne wijzigen.
De stations kunnen automatisch zijn
geregistreerd (Auto Preset).
In sommige omgevingen kan het moeilijk zijn om
ruis volledig te elimineren. Gebruik van een in de
handel verkrijgbare buitenantenne kan echter helpen
om ruis te verminderen.
Selecteer de zender handmatig.
Gebruik een in de handel verkrijgbare buitenantenne.
Sluit de meegeleverde AM-antenne aan op de
ANTENNE-aansluiting.
Auto-voorkeuzes kunnen alleen met FMradiostations worden gebruikt. AM-radiostations
moeten handmatig worden geregistreerd.
■ DAB-ontvangst (R-N303D)
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
Kan niet afstemmen
op DAB-stations.
De eerste zoekacties
zijn niet succesvol en
“Not Found”
verschijnt op het
voorpaneelscherm.
De DABstationsontvangst is
te zwak.
Er zijn stoorgeluiden
te horen (bijv. ruis,
gekraak of
fluctuering).
De DABstationsinformatie
verschijnt niet of is
onjuist.
De eerste zoekactie is niet uitgevoerd.Voer de eerste zoekactie uit.
Er is geen DAB-dekking in uw regio.Informeer bij uw dealer of WorldDMB Online op
Het DAB-signaal is te zwak.Wijzig de hoogte, richting of plaatsing van de
Het DAB-signaal is te zwak.
Er is geen DAB-dekking in uw regio.Informeer bij uw dealer of WorldDMB Online op
Het DAB-signaal is te zwak.Wijzig de hoogte, richting of plaatsing van de
De antenne moet opnieuw worden
gepositioneerd.
Het DAB-signaal is te zwak.
Het DAB-station kan tijdelijk buiten
dienst zijn, of de DAB-stationsinformatie
wordt niet door de DAB-omroep
verstrekt.
“http://www.worlddab.org” voor een lijst van de
DAB-dekking in uw regio.
antenne.
“http://www.worlddab.org” voor een lijst van de
DAB-dekking in uw regio.
antenne.
Neem contact met de DAB-omroep.
Zie
pagina
12
12
22
12
23
Zie
pagina
26
—
12
—
12
—
48 Nl
■ Bluetooth
Foutopsporing
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
Het toestel kan geen
verbinding maken
met een Bluetooth-
apparaat.
Er is geen geluid te
horen, of het geluid
wordt periodiek
onderbroken.
De “Bluetooth”-instelling in het
instellingenmenu is ingesteld op “Off”.
Het toestel is verbonden met een ander
Bluetooth-apparaat.
Het toestel bevindt zich te ver weg van het
Bluetooth-apparaat.
Een apparaat dat elektromagnetische
golven uitzendt (zoals een
magnetronoven, een draadloos apparaat of
vergelijkbaar) bevindt zich in de buurt.
Het Bluetooth-apparaat dat u gebruikt
biedt geen ondersteuning voor het A2DPprotocol.
Het verbindingsprofiel dat is geregistreerd
in het Bluetooth-apparaat werkt om de een
of andere reden niet.
De pincode van de Bluetooth-adapter of
ander apparaat is anders dan “0000”.
Het geluidsvolume van het Bluetooth-
apparaat is te laag.
Geluidsuitgang op het Bluetooth-apparaat
is niet ingesteld op dit toestel.
De verbinding met het Bluetooth-apparaat
is verbroken.
Het toestel bevindt zich te ver weg van het
Bluetooth-apparaat.
Een apparaat dat elektromagnetische
golven uitzendt (zoals een
magnetronoven, een draadloos apparaat of
vergelijkbaar) bevindt zich in de buurt.
Stel de “Bluetooth”-instelling in het instellingenmenu
in op “On”.
Koppel het Bluetooth-apparaat dat momenteel is
gekoppeld los en koppel het met het gewenste
Bluetooth-apparaat.
Plaats het Bluetooth-apparaat dichter bij dit toestel.
Gebruik dit apparaat niet in de buurt van apparaten
die elektromagnetische golven uitzenden.
Gebruik een Bluetooth-apparaat dat het A2DPprotocol ondersteunt.
Wis het verbindingsprofiel in het Bluetooth-apparaat
en laat het Bluetooth-apparaat vervolgens verbinding
maken met dit toestel.
Gebruik een Bluetooth-apparaat met een pincode die
is ingesteld op “0000”.
Verhoog het geluidsvolume op het Bluetooth-
apparaat.
Selecteer dit toestel als de uitgangsbestemming op het
Bluetooth-apparaat.
Maak nog een keer verbinding met het Bluetooth-
apparaat.
Plaats het Bluetooth-apparaat dichter bij dit toestel.
Gebruik dit apparaat niet in de buurt van apparaten
die elektromagnetische golven uitzenden.
Zie
pagina
41
30
—
—
52
30
—
—
30
30
—
—
49 Nl
INFORMATIE
AANVULLENDE
Nederlands
Foutopsporing
■ Netwerk
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
De netwerkfunctie
kan niet worden
gebruikt.
Het toestel kan geen
verbinding maken
met internet via een
draadloze
netwerkrouter
(toegangspunt).
Kan geen draadloos
netwerk vinden.
De computer (server)
kan niet worden
gedetecteerd.
De bestanden op de
computer (server)
kunnen niet worden
weergegeven
(afgespeeld).
De internetradio kan
niet worden
afgespeeld.
Dit toestel wordt niet
gedetecteerd bij
gebruik van AirPlay
op een iPhone.
De netwerkgegevens (IP adres) zijn niet
correct ontvangen.
De draadloze netwerkrouter (access point)
is uitgeschakeld.
Het toestel bevindt zich te ver van de
draadloze netwerkrouter (Access point).
Een object blokkeert het signaalpad tussen
dit toestel en de draadloze netwerkrouter
(access point).
Een apparaat dat elektromagnetische
golven uitzendt (zoals een
magnetronoven, een draadloos apparaat of
vergelijkbaar) kan zich in de buurt
bevinden.
De toegang tot het netwerk wordt beperkt
door een firewall op de draadloze
netwerkrouter (access point).
De instellingen voor media sharing (media
delen) op de computer (server) zijn
mogelijk niet correct.
Toegang wordt beperkt door de
beveiligingsinstellingen op de computer
(server) of router.
Dit toestel en de computer (server) zijn
niet verbonden met hetzelfde netwerk.
De bestandindeling is mogelijk niet
compatibel met dit toestel of met de
computer (server).
De dienst op het huidige geselecteerde
radiostation kan zijn gestopt.
Het momenteel geselecteerde radiostation
zendt stilte uit.
Toegang tot het netwerk wordt beperkt
door de firewall-instellingen op een
netwerkapparaat, zoals een router.
U gebruikt mogelijk een router die
ondersteuning biedt voor meerdere
SSID’s.
Schakel de DHCP-serverfunctie op de router in. Stel
in het instellingenmenu van dit toestel “DHCP” in op
“On”. Als de netwerkgegevens handmatig worden
ingesteld zonder gebruik van een DHCP-server, zorg
dan dat het IP-adres van dit toestel verschilt van dat
van andere apparaten op het netwerk.
Schakel de draadloze netwerkrouter (access point) in.
Plaats dit toestel dichter bij de draadloze
netwerkrouter (access point).
Plaats dit toestel zodanig dat er een duidelijk
signaalpad is tussen dit toestel en de draadloze
netwerkrouter (access point).
Gebruik bij een draadloze verbinding dit toestel niet
in de buurt van apparaten die elektromagnetische
golven uitstralen.
Controleer de firewall-instelling van de draadloze
netwerkrouter (access point).
Wijzig de instellingen voor media sharing (media
delen), zodat dit apparaat de map op de computer
(server) kan openen.
Controleer de beveiligingsinstellingen op de
computer (server) en router.
Controleer de netwerk- en routerinstellingen om er
zeker van te zijn dat deze zijn verbonden met
hetzelfde netwerk.
Gebruik een bestandindeling die compatibel is met dit
toestel en met de computer (server). Zie
“Ondersteunde apparaten en bestandsindelingen”
(p. 52) voor een lijst van muziekbestanden die door
dit toestel worden ondersteund.
Data kunnen mogelijk niet van het radiostation
worden ontvangen als gevolg van een netwerkfout, de
dienst bij het radiostation zelf kan zijn gepauzeerd.
Probeer later af te spelen of kies een ander
radiostation.
Sommige radiostations zenden stilte uit op bepaalde
tijden per dag. Gedurende periode hoort u niets,
ondanks het feit dat de uitzending kan worden
ontvangen. Probeer later af te spelen of kies een ander
radiostation.
Controleer de firewall-instellingen. Merk op dat
internetradio alleen kan worden afgespeeld via de
door het betreffende radiostation gespecificeerde
poorten. De poortnummers kunnen verschillen,
afhankelijk van het radiostation.
De netwerkscheidingsfunctie van de router kan de
toegang tot dit toestel verhinderen. Als u met dit
toestel verbinding maakt met een iPhone, gebruik dan
een SSID waarop toegang mogelijk is tot dit toestel
(probeer verbinding te maken via de primaire SSID).
Zie
pagina
40
—
—
—
—
—
32
—
—
52
—
—
—
—
50 Nl
Foutopsporing
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
Dit toestel wordt niet
gedetecteerd bij
gebruik van een
speciale applicatie op
een mobiel apparaat.
Het updaten van de
firmware op dit
toestel via het
netwerk is mislukt.
Het toestel kan geen
verbinding maken
met internet via een
draadloze
netwerkrouter
(toegangspunt).
Het toestel en het mobiele apparaat zijn
niet verbonden met hetzelfde netwerk.
U gebruikt mogelijk een router die
ondersteuning biedt voor meerdere
SSID’s.
De netwerkverbinding kan minder goed
zijn.
MAC-adresfiltering kan zijn ingeschakeld
op de draadloze netwerkrouter (access
point).
Controleer de netwerk- en routerinstellingen om er
zeker van te zijn dat deze zijn verbonden met
hetzelfde netwerk.
De netwerkscheidingsfunctie van de router kan de
toegang tot dit toestel verhinderen. Als u met dit
toestel verbinding maakt met een iPhone, gebruik dan
een SSID waarop toegang mogelijk is tot dit toestel
(probeer verbinding te maken via de primaire SSID).
Probeer later opnieuw verbinding te maken.
Dit toestel kan geen verbinding maken met internet
als MAC-adresfiltering is ingeschakeld op het access
point. Wijzig de instellingen van de draadloze
netwerkrouter (access point) om dit toestel in staat te
stellen verbinding te maken.
Zie
pagina
—
—
—
—
■ Berichten op de display op het voorpaneel
BerichtMogelijke oorzaakOplossing
Access deniedToegang tot de PC is niet toegestaan.Configureer de instelling voor delen en selecteer het toestel als een
Access errorEr is een probleem met het signaalpad van
het netwerk naar het toestel.
Check SP WiresDe luidsprekerkabels geven kortsluiting.Draai de blootliggende draden van de kabels stevig in elkaar en
No contentDe geselecteerde map bevat geen
afspeelbare bestanden.
Please waitHet toestel bereidt een verbinding met het
netwerk voor.
Unable to playHet toestel kan om bepaalde redenen de
nummers die op de PC zijn opgeslagen
niet afspelen.
Vers ion errorDe update van de firmware via internet is
mislukt.
apparaat waarmee muziekinhoud wordt gedeeld (p. 32).
Controleer of de router en modem zijn ingeschakeld.
Controleer de verbinding tussen het toestel en de router (of hub)
(p. 13).
sluit ze correct aan op het toestel en de luidsprekers.
Selecteer een map met bestanden die door het toestel worden
ondersteund.
Wacht tot het bericht verdwijnt. Als het bericht langer dan 3
minuten blijft, schakelt u het toestel uit en weer in.
Controleer of de bestandsindeling van de bestanden die u probeert
af te spelen door het toestel wordt ondersteund. Zie “Ondersteunde
apparaten en bestandsindelingen” hieronder voor informatie over
de indelingen die door het toestel worden ondersteund.
Als het toestel de bestandsindeling ondersteunt maar er toch
helemaal geen bestanden kunnen worden afgespeeld, is het
mogelijk dat het netwerk overbelast is door zwaar verkeer.
Werk de firmware opnieuw bij.
INFORMATIE
AANVULLENDE
51 Nl
Nederlands
Opmerking
Ondersteunde apparaten en bestandsindelingen
De volgende apparaten en bestandsindelingen kunnen met dit toestel worden gebruikt.
Ondersteunde apparaten
■ Bluetooth® apparaten
• Dit toestel ondersteunt het A2DP-audio profiel.
• Dit toestel ondersteunt het AVRCP-besturingsprofiel.
• Niet alle Bluetooth-apparaten werken gegarandeerd met dit toestel.
■ AirPlay
AirPlay werkt met iPhone, iPad en iPod touch (iOS 4.3.3 of hoger), Mac OS X
Mountain Lion of hoger en PC’s met iTunes 10.2.2 of hoger.
Compatibel apparaten
Made for:
iPhone 7 Plus, iPhone 7, iPhone SE, iPhone 6s Plus, iPhone 6s, iPhone 6 Plus, iPhone 6, iPhone 5s, iPhone 5c, iPhone 5,
iPhone 4s
iPad Pro (9.7" and 12.9"), iPad mini 4, iPad Air 2, iPad mini 3, iPad Air, iPad mini 2, iPad mini, iPad (3rd and 4th
generation), iPad 2
iPod touch (5th and 6th generation)
(vanaf Juni 2017)
• Als u FLAC-bestanden wilt afspelen die zijn opgeslagen op uw PC/NAS, moet u serversoftware op uw PC installeren die het delen
van FLAC-bestanden via DLNA ondersteunt, of een NAS gebruiken die FLAC-bestanden ondersteunt.
• Digital Rights Management-inhoud (DRM) kan niet worden afgespeeld.
16/24—✔
—8 tot 320—
—8 tot 320—
—8 tot 320—
16/24—✔
16/24—✔
16/24—✔
1——
Weergave zonder
pauzes
52 Nl
Technische gegevens
Technische gegevens
Netwerk
• Ingang: NETWORK x 1 (100Base-TX/10Base-T)
• PC Client Function
• Compatibel met DLNA ver. 1,5
• AirPlay ondersteund
• Internetradio
• Streamingservice
•Wi-Fi-functie
Directe verbinding met mobiel apparaat mogelijk
Beschikbare beschikbare beveiligingsmethode
..............................................................................435 202 340 mm
* Inclusief poten en uitsteeksels
• Gewicht ................................................................................... 7,2 kg
* De inhoud van deze handleiding heeft betrekking op de nieuwste
specificaties vanaf de publicatiedatum. Ga naar de Yamaha-website
om de nieuwste handleiding te downloaden.
54 Nl
Handelsmerken
Handelsmerken
Ondersteunt iOS 7 of hoger voor configuratie met
Wireless Accessory Configuration.
“Made for iPod,” “Made for iPhone,” and “Made for
iPad” betekenen dat een elektronisch accessoire specifiek
is ontwikkeld voor aansluiting op respectievelijk iPod,
iPhone of iPad en door de ontwikkelaar is gecertificeerd
en voldoet aan de prestatienormen van Apple.
Apple is niet verantwoordelijk voor de werking van dit
apparaat of voor het voldoen aan veiligheidseisen en
wettelijke normen.
Het gebruik van dit accessoire met iPod, iPhone of iPad
kan de prestaties van draadloze functies beïnvloeden.
iTunes, AirPlay, iPad, iPhone, iPod en iPod touch zijn
handelsmerken van Apple Inc., geregistreerd in de VS en
andere landen.
iPad Air en iPad mini zijn handelsmerken van Apple Inc.
App Store is een dienstmerk van Apple Inc.
DLNA™ en DLNA CERTIFIED™ zijn handelsmerken of
gedeponeerde handelsmerken van Digital Living Network
Alliance. Alle rechten voorbehouden.
Ongeautoriseerd gebruik is streng verboden.
Het Bluetooth
®
-woordmerk en logo’s zijn gedeponeerde
handelsmerken die eigendom zijn van Bluetooth SIG, Inc.
en worden door Yamaha Corporation onder licentie
gebruikt.
Bluetooth protocol stack (Blue SDK)
Copyright 1999-2014 OpenSynergy GmbH
Alle rechten voorbehouden. Alle ongepubliceerde rechten
voorbehouden.
Uitleg over GPL
Dit product gebruikt in sommige gedeelten GPL-/LGPLopensourcesoftware. U hebt alleen het recht om deze
opensourcecode te verkrijgen, dupliceren, wijzigen en
opnieuw te verdelen. Raadpleeg voor informatie over
GPL-/LGPL-opensourcesoftware, over hoe deze te
verkrijgen is en over de GPL/LGPL-licentie de Yamaha
Corporation-website
(http://download.yamaha.com/sourcecodes/musiccast/).
MusicCast is een handelsmerk of geregistreerd
handelsmerk van Yamaha Corporation.
Windows™
Windows is een gedeponeerd handelsmerk van Microsoft
Corporation in de V.S. en andere landen.
Internet Explorer, Windows Media Audio en Windows
Media Player zijn handelsmerken of geregistreerde
handelsmerken van Microsoft Corporation in de
Verenigde Staten en/of andere landen.
Android™
Google Play™
Android en Google Play zijn handelsmerken van Google
Inc.
Het Wi-Fi CERTIFIED™-logo is een keurmerk van de
®
Wi-Fi Alliance
.
De Wi-Fi Protected Setup™ Identifier Mark is een
keurmerk van de Wi-Fi Alliance®.
Het Yamaha Ecolabel is een keurmerk dat wordt
toegekend aan producten die hoog scoren wat betreft
milieuvriendelijkheid.
(voor R-N303D)
Het toestel ondersteunt DAB/DAB+-afstemming.
Uitleg over GPL
Dit product gebruikt in sommige gedeelten GPL-/LGPLopensourcesoftware. U hebt alleen het recht om deze
opensourcecode te verkrijgen, dupliceren, wijzigen en
opnieuw te verdelen. Raadpleeg de Yamaha Corporationwebsite voor informatie over GPL/ LGPL open sourcesoftware, hoe dit te verkrijgen is en de GPL/LGPL-licentie.
(http://download.yamaha.com/sourcecodes/musiccast/).
Informatie over ophalen en weggooien van oude
apparatuur en lege batterijen:
Deze symbolen op de apparaten, verpakking en/of
meegeleverde documenten betekenen dat gebruikte
elektrische en elektronische apparaten en batterijen niet
met het gewone huishoudelijke afval mogen worden
gemengd.
Voor juist behandelen, hergebruik of recyclen van oude
apparatuur en lege batterijen brengt u deze naar de
desbetreffende ophaalpunten in overeenstemming met
de nationale wetgeving.
Door deze apparatuur en batterijen op de juiste manier
weg te gooien, helpt u waardevolle bronnen te sparen en
mogelijk negatieve effecten op de gezondheid van de
mens en op het milieu te voorkomen, die het gevolg
kunnen zijn van niet-aangepaste afvalverwerking.
Voor meer informatie over ophalen en recyclen van
oude apparatuur en batterijen neemt u contact op met de
lokale overheid, uw afvalophaalmaatschappij of het
verkooppunt waar u de items hebt gekocht.
Voor zakelijke gebruikers in de Europese Unie:
Als u elektrische en elektronische apparatuur wilt
weggooien, neemt u voor meer informatie contact op
met uw dealer of leverancier.
Informatie over weggooien in landen buiten de
Europese Unie:
Deze symbolen zijn alleen geldig in de Europese Unie.
Als u deze items wilt weggooien, neemt u contact op
met de lokale overheid of een lokale dealer en vraagt u
om instructies voor het correct weggooien.
Opmerking bij het batterijsymbool (de twee
onderste voorbeeldsymbolen):
Dit symbool kan in combinatie met een chemisch
symbool worden gebruikt. In dat geval wordt voldaan
aan de eis uit de batterijrichtlijn van de EU voor de
desbetreffende chemische stof.
58 Nl
ENEnglish
SIMPLIFIED EU DECLARATION OF CONFORMITY
Hereby, Yamaha Music Europe GmbH declares that the radio
equipment type [R-N303, R-N303D] is in compliance with
Directive 2014/53/EU. The full text of the EU declaration of
conformity is available at the following internet address:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
FRFrench
DECLARATION UE DE CONFORMITE SIMPLIFIEE
Le soussigné, Yamaha Music Europe GmbH, déclare que
l'équipement radioélectrique du type [R-N303, R-N303D] est
conforme à la directive 2014/53/UE. Le texte complet de la
déclaration UE de conformité est disponible à l'adresse internet
suivante:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
DEGerman
VEREINFACHTE EU-KONFORMITÄTSERKLÄRUNG
Hiermit erklärt Yamaha Music Europe GmbH, dass der
Funkanlagentyp [R-N303, R-N303D] der Richtlinie 2014/53/EU
entspricht.
Der vollständige Text der EU-Konformitätserklärung ist unter der
folgenden Internetadresse verfügbar:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
SVSwedish
FÖRENKLAD EU-FÖRSÄKRAN OM ÖVERENSSTÄMMELSE
Härmed försäkrar Yamaha Music Europe GmbH att denna typ av
radioutrustning [R-N303, R-N303D] överensstämmer med
direktiv 2014/53/EU. Den fullständiga texten till EU-försäkran om
överensstämmelse finns på följande webbadress:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
ITItalian
DICHIARAZIONE DI CONFORMITÀ UE SEMPLIFICATA
Il fabbricante, Yamaha Music Europe GmbH, dichiara che il tipo
di apparecchiatura radio [R-N303, R-N303D] è conforme alla
direttiva 2014/53/UE. Il testo completo della dichiarazione di
conformità UE è disponibile al seguente indirizzo Internet:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
ESSpanish
DECLARACIÓN UE DE CONFORMIDAD SIMPLIFICADA
Por la presente, Yamaha Music Europe GmbH declara que el tipo
de equipo radioeléctrico [R-N303, R-N303D] es conforme con la
Directiva 2014/53/UE. El texto completo de la declaración UE de
conformidad está disponible en la dirección Internet siguiente:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
NLDutch
VEREENVOUDIGDE EU-CONFORMITEITSVERKLARING
Hierbij verklaar ik, Yamaha Music Europe GmbH, dat het type
radioapparatuur [R-N303, R-N303D] conform is met Richtlijn
2014/53/EU.
De volledige tekst van de EU-conformiteitsverklaring kan worden
geraadpleegd op het volgende internetadres:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
BGBulgarian
ОПРОСТЕНА ЕС ДЕКЛАРАЦИЯ ЗА СЪОТВЕТСТВИЕ
С настоящото Yamaha Music Europe GmbH декларира, че този
тип радиосъоръжение [R-N303, R-N303D] е в съответствие с
Директива 2014/53/ЕС. Цялостният текст на ЕС декларацията
за съответствие може да се намери на следния интернет
адрес:
Tímto Yamaha Music Europe GmbH prohlašuje, že typ rádiového
zařízení [R-N303, R-N303D] je v souladu se směrnicí 2014/53/
EU. Úplné znění EU prohlášení o shodě je k dispozici na této
internetové adrese:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
DADanish
FORENKLET EU-OVERENSSTEMMELSESERKLÆRING
Hermed erklærer Yamaha Music Europe GmbH, at
radioudstyrstypen [R-N303, R-N303D] er i overensstemmelse
med direktiv 2014/53/EU. EU-overensstemmelseserklæringens
fulde tekst kan findes på følgende internetadresse:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
ETEstonian
LIHTSUSTATUD ELI VASTAVUSDEKLARATSIOON
Käesolevaga deklareerib Yamaha Music Europe GmbH, et
käesolev raadioseadme tüüp [R-N303, R-N303D] vastab direktiivi
2014/53/EL nõuetele. ELi vastavusdeklaratsiooni täielik tekst on
kättesaadav järgmisel internetiaadressil:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
ELGreek
ΑΠΛΟΥΣΤΕΥΜΕΝΗ ΔΗΛΩΣΗ ΣΥΜΜΟΡΦΩΣΗΣ ΕΕ
Με την παρούσα ο/η Yamaha Music Europe GmbH, δηλώνει ότι ο
ραδιοεξοπλισμός [R-N303, R-N303D] πληροί την οδηγία 2014/
53/ΕΕ.
Το πλήρες κείμενο της δήλωσης συμμόρφωσης ΕΕ διατίθεται
στην ακόλουθη ιστοσελίδα στο διαδίκτυο:
Yamaha Music Europe GmbH ovime izjavljuje da je radijska
oprema tipa [R-N303, R-N303D] u skladu s Direktivom 2014/53/
EU.
Cjeloviti tekst EU izjave o sukladnosti dostupan je na sljedećoj
internetskoj adresi:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
LVLatvian
VIENKĀRŠOTA ES ATBILSTĪBAS DEKLARĀCIJA
Ar šo Yamaha Music Europe GmbH deklarē, ka radioiekārta
[R-N303, R-N303D] atbilst Direktīvai 2014/53/ES.
Pilns ES atbilstības deklarācijas teksts ir pieejams šādā interneta
vietnē:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
Nederlands
59 Nl
LTLithuanian
SUPAPRASTINTA ES ATITIKTIES DEKLARACIJA
Aš, Yamaha Music Europe GmbH, patvirtinu, kad radijo įrenginių
tipas [R-N303, R-N303D] atitinka Direktyvą 2014/53/ES.
Visas ES atitikties deklaracijos tekstas prieinamas šiuo interneto
adresu:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
HUHungarian
EGYSZERŰSÍTETT EU-MEGFELELŐSÉGI NYILATKOZAT
Yamaha Music Europe GmbH igazolja, hogy a [R-N303,
R-N303D] típusú rádióberendezés megfelel a 2014/53/EU
irányelvnek.
Az EU-megfelelőségi nyilatkozat teljes szövege elérhető a
következő internetes címen:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
PLPolish
UPROSZCZONA DEKLARACJA ZGODNOŚCI UE
Yamaha Music Europe GmbH niniejszym oświadcza, że typ
urządzenia radiowego [R-N303, R-N303D] jest zgodny z
dyrektywą 2014/53/UE. Pełny tekst deklaracji zgodności UE jest
dostępny pod następującym adresem internetowym:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
PTPortuguese
DECLARAÇÃO UE DE CONFORMIDADE SIMPLIFICADA
O(a) abaixo assinado(a) Yamaha Music Europe GmbH declara
que o presente tipo de equipamento de rádio [R-N303, R-N303D]
está em conformidade com a Diretiva 2014/53/UE. O texto
integral da declaração de conformidade está disponível no
seguinte endereço de Internet:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
FIFinnish
YKSINKERTAISTETTU EUVAATIMUSTENMUKAISUUSVAKUUTUS
Yamaha Music Europe GmbH vakuuttaa, että radiolaitetyyppi
[R-N303, R-N303D] on direktiivin 2014/53/EU mukainen.
EU-vaatimustenmukaisuusvakuutuksen täysimittainen teksti on
saatavilla seuraavassa internetosoitteessa:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
TRTurkey
BASİTLEŞTİRİLMİŞ AVRUPA BİRLİĞİ UYGUNLUK BİLDİRİMİ
İşbu belge ile, Yamaha Music Europe GmbH, radyo cihaz tipinin
[R-N303, R-N303D], Direktif 2014/53/AB'ye uygunluğunu beyan
eder. AB uyumu beyanının tam metni aşağıdaki internet
adresinden edinilebilir:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
RORomanian
DECLARAȚIA UE DE CONFORMITATE SIMPLIFICATĂ
Prin prezenta, Yamaha Music Europe GmbH declară că tipul de
echipamente radio [R-N303, R-N303D] este în conformitate cu
Directiva 2014/53/UE. Textul integral al declarației UE de
conformitate este disponibil la următoarea adresă internet:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
SKSlovak
ZJEDNODUŠENÉ EÚ VYHLÁSENIE O ZHODE
Yamaha Music Europe GmbH týmto vyhlasuje, že rádiové
zariadenie typu [R-N303, R-N303D] je v súlade so smernicou
2014/53/EÚ. Úplné EÚ vyhlásenie o zhode je k dispozícii na tejto
internetovej adrese:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html
SLSlovenian
POENOSTAVLJENA IZJAVA EU O SKLADNOSTI
Yamaha Music Europe GmbH potrjuje, da je tip radijske opreme
[R-N303, R-N303D] skladen z Direktivo 2014/53/EU.
Celotno besedilo izjave EU o skladnosti je na voljo na naslednjem
spletnem naslovu:
https://europe.yamaha.com/en/support/compliance/doc.html