Sonim XP2 Spirit User Guide [nl]

GEBRUIKER
HANDLEIDING
SONIM XP2.10 SPIRIT
Nederlands
De informatie in deze gebruikershandleiding is geschreven voor het model Sonim XP2.10 SPIRIT. De inhoud van dit document wordt "in de huidige staat" aangeboden. Behalve voor zover vereist door de van toepassing zijnde wet- en regelgeving, wordt er geen enkele garantie geboden, expliciet noch impliciet, met inbegrip van, maar niet beperkt tot de impliciete garantie van verhandelbaarheid en geschiktheid voor een bepaald doel, met betrekking tot de nauwkeurigheid, de betrouwbaarheid of de inhoud van dit document. Sonim Technologies Ltd. behoudt zich het recht voor om zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen en verbeteringen aan te brengen aan de producten en aan eigenschappen van de in dit document beschreven producten.
Sonim Technologies Ltd. kan onder geen enkele omstandigheid verantwoordelijk worden gesteld voor het verlies van gegevens of inkomsten of voor enige bijzondere schade, incidentele schade, gevolgschade of indirecte schade, op welke manier dan ook veroorzaakt.
Bepaalde diensten en functies in deze gebruikershandleiding worden mogelijk niet door alle netwerken ondersteund, zoals 112, het internationale noodnummer. Neem contact op met uw netwerkbeheerder of serviceprovider voor nadere uitleg over het gebruik van specieke diensten/functies.
Dit apparaat kan grondstoffen, technologie of software bevatten die onderhevig zijn aan exportwetten en -reguleringen uit de VS en andere landen. Omleiding in strijd met de wet is verboden. Wanneer u de functies van dit apparaat gebruikt, moet u zich aan alle wetten houden en de privacy en wettelijke rechten van derden respecteren.
Lees de hoofdstukken "Belangrijke veiligheidsinformatie" en "Beperkte garantie" voordat u de mobiele telefoon in gebruik neemt.
Afdanken van oude elektrische en elektronische apparatuur
Het symbool van de doorkruiste afvalbak geeft aan dat dit product (en componenten die zijn gemarkeerd met dit symbool) binnen de landen van de Europese Unie niet bij het normale huishoudelijke afval mag worden gedaan en dat het naar een speciaal inzamelingspunt moet worden gebracht.
Afdanken van batterij
2
De beschikbaarheid van bepaalde producten kan variëren per regio. U kunt dit controleren via de dichtstbijzijnde Sonim XP2.10 SPIRIT­dealer.
Controleer lokaal geldende regelingen voor de ruiming van batterijen. De batterij mag nooit bij het normale huishoudelijke afval worden gedaan. Breng de batterij naar een inzamelingspunt voor batterijen, indien beschikbaar.
Algemene informatie————————6
Netwerkservices Ondersteuning door Sonim Effectief gebruik van de handleiding Veel voorkomende acties
Richtlijnen voor uw veiligheid————————8
Batterijprestaties Batterij vervangen Kortsluiting voorkomen Niet blootstellen een extreme temperaturen Afdanken van de batterij Persoonlijke medische apparaten Kindveiligheid Noodoproepen SAR-informatie
Aan de slag————————13
Batterijgebruik De batterij plaatsen De batterij verwijderen De batterij opladen Alarm voor lage batterij Uw SIM-kaart
Inhoudsopgave
De SIM-kaart of geheugenkaart plaatsen De SIM-kaart of geheugenkaart verwijderen Startscherm Bewerkingen in het startscherm Basisinstellingen Functies van het toetsenblok
Uw Sonim XP2.10 SPIRIT-telefoon————————25
Uw Sonim XP2.10 SPIRIT-telefoon Hoofdmenu Indicatoren op het startscherm Acties die u kunt uitvoeren zonder SIM-kaart
Telefooninstellingen————————29
Hoofdmenu Algemene instellingen Telefoonproelen
Beeldscherminstellingen Energiebesparing Beveiligingsinstellingen Netwerkinstellingen Gegevensproelen Instellingen herstellen Alles wissen
Gesprekken beheren————————34
Gesprekken beheren Een nummer kiezen Een internationaal nummer kiezen Een nummer kiezen via Contacten Een nummer kiezen via de lijst Gesprekken Gesprekken beheren Vast nummer kiezen Snel kiezen Een gesprek accepteren/afwijzen Antwoord met elke toets Gesprek doorverbinden De opties voor het doorverbinden van gesprekken vindt u hieronder: Gesprek blokkeren Gesprek in wacht Beller-ID Autom. opnieuw kiezen Autom. antwoord headset Overige gespreksinstellingen
Contacten beheren————————39
Contacten beheren Een nieuw contact toevoegen Een nummer kiezen via Contacten Een bericht verzenden via Contacten Nieuwe groep toevoegen Een nieuw contact toevoegen aan Groep Groep-instellingen Overige nummers Standaard lijst met contacten Contact verzenden
3
Contacten verwijderen Nummers kopiëren of verplaatsen tussen telefoon, SIM Contacten zoeken
Berichten beheren————————42
Berichten Invoermodus voor tekst SMS-berichten beheren MMS-berichten beheren E-mailberichten beheren Conceptberichten beheren Verzonden berichten beheren Een bericht verzenden via Contacten Nummer in een ontvangen bericht bellen of opslaan SMS-geheugen opvragen Voicemail
Internetbrowser————————50
Internetbrowser
Java————————51
Java Vooraf geïnstalleerde Java-toepassingen Java Help
Inhoudsopgave
Java-toepassing installeren vanaf SD-kaart
Tools————————52
Tools Alarm Rekenmachine Opmerkingen Taken Wereldklok Stopwatch Afteltimer Valuta omrekenen SIM-toolkit Opnemen gesproken bericht
Kalender beheren————————55
Kalender
Verbindingen beheren————————56
Verbindingen beheren Bluetooth Packetgegevensverbinding Computersynchronisatie USB-functie
Mediaspeler————————59
Mediaspeler FM-radio
Camera————————61
Camera Cameraopties
Zaklamp————————62
Zaklamp
Geheugenkaart————————63
Geheugenkaart Geheugenkaart in telefoon plaatsen Uw geheugenkaart beheren
Uw bestanden beheren————————65
Uw bestanden beheren
Gebruiksrechtovereenkomst————————66
Onvoorwaardelijke garantie van 3 jaar Onze garantie Wat wij doen Onderhoud van de telefoon Voorwaarden
FCC————————69
FCC-verklaring
Conformiteitsverklaring————————70
Conformiteitsverklaring
Index————————71
4
Onvoorwaardelijke
3 Jaar Garantie
5
Gefeliciteerd met de aanschaf van een Sonim XP2.10 Spirit™ mobiele telefoon. De Sonim XP2.10 SPIRIT is een tri-band GSM/GPRS/EDGE (900/1800/1900 MHz)- en een single-band 3G/WCDMA (2100 MHz)-telefoon. De telefoon biedt een intuïtieve gebruikersinterface met vele voorzieningen die het mogelijk maakt de functionaliteit optimaal te benutten.

Netwerkservices

Via uw serviceprovider zijn extra services beschikbaar. Om het meeste uit deze services te halen, moet u zich abonneren op deze diensten via uw serviceprovider en de provider vragen om instructies voor het gebruik.

Ondersteuning door Sonim

Voor aanvullende productinformatie en ondersteuning gaat u naar www.sonimtech.com.

Effectief gebruik van de handleiding

Maak uzelf vertrouwd met de terminologie en symbolen

Algemene informatie

die worden gebruikt in deze handleiding om u te helpen de telefoon effectief te gebruiken.
SELECTEREN Betekent dat u op de rechter-
of linkerselectietoets moet drukken om de opdracht uit te voeren die onderaan het scherm wordt aangegeven. De navigatietoets kan ook worden gebruikt als selectietoets voor het selecteren van het menu. Als de handleiding bijvoorbeeld aangeeft dat u
Menu > Berichten > SMS
moet selecteren, drukt u op de centrale toets of de selectietoets links (afhankelijk van het menu) om Menu te selecteren. Vervolgens bladert u naar Berichten, drukt u op de centrale toets, bladert u naar SMS en drukt u nogmaals op de centrale toets. Druk op de rechterselectietoets om terug te keren naar het vorige scherm.
6
DRUKKEN Wil zeggen op een toets
drukken en deze onmiddellijk weer loslaten. "Druk op 2" betekent bijvoorbeeld dat u in het toetsenblok moet drukken op de toets met als label het cijfer 2 en de letters “ABC”.
INGEDRUKT HOUDEN Betekent dat u een toets
MENUOPTIES Deze opties worden
MENU SELECTEREN Betekent dat u op de
Algemene informatie
EEN MENUOPTIE WAARACHTER DRIE PUNTEN STAAN (…)
kort ingedrukt moet houden, voordat u de toets weer loslaat. Deze actie wordt bijvoorbeeld gebruikt om de telefoon in en uit te schakelen en voor sneltoetsen waarmee bepaalde functies worden gestart. Bijvoorbeeld: houd 1 ingedrukt voor toegang tot de voicemail.
onderaan het scherm weergegeven. U kunt de selectietoetsen gebruiken om de aangegeven optie te selecteren.
linkerselectietoets moet drukken om de optie Menu te selecteren of dat u op de toets Menu (midden) moet drukken.
Wil zeggen dat er meer opties beschikbaar zijn, maar dat er in de handleiding maar één wordt genoemd.
Geeft een opmerking aan.

Veel voorkomende acties

De volgende acties kunnen worden uitgevoerd vanuit meerdere menu's:
AFSLUITEN Hiermee wordt het vorige
scherm weergegeven. Gebruik de selectietoets rechts om deze functie uit te voeren.
HERSTELLEN Hiermee worden
gegevens teken voor teken gewist. Gebruik de selectietoets rechts om deze functie uit te voeren.
OK Hiermee bevestigt u
een actie. Gebruik de selectietoets links of de toets Menu om deze functie uit te voeren.
7
Lees de volgende richtlijnen voor de veiligheid zorgvuldig door voordat u de telefoon gebruikt. Deze richtlijnen geven informatie die het mogelijk maakt om uw mobiele telefoon veilig te bedienen en te voldoen aan alle wettelijke vereisten met betrekking tot het gebruik.
Gebruik de telefoon niet bij een tankstation. Houd u aan beperkingen die gelden voor radioverkeer bij brandstofdepots en chemische fabrieken en plaatsen waar wordt gewerkt met explosieven.
Elektrische interferentie kan het gebruik van de telefoon onmogelijk maken. Houd u aan beperkingen die gelden in ziekenhuizen en bij medische apparatuur.
Schakel uw mobiele telefoon uit aan boord van een vliegtuig. Draadloze telefoons kunnen interferentie en gevaar voor vliegtuigen veroorzaken. In een vliegtuig kan de telefoon worden gebruikt in de vliegmodus.
Stel de batterij niet bloot aan hoge temperaturen (boven 60° C).
Houd u aan de wetten voor verkeersveiligheid. Gebruik de telefoon niet terwijl u een auto bestuurt. Zoek eerst een veilige plaats om te stoppen. Spreek niet via een handsfree microfoon terwijl u rijdt.

Richtlijnen voor uw veiligheid

Vermijd gebruik van de telefoon in de buurt van persoonlijke medische apparaten, zoals pacemakers en hoorapparaten.
Gebruik alleen laadapparatuur voor het opladen van uw telefoon die is goedgekeurd voor de Sonim XP2.10 SPIRIT. Dit om schade aan de telefoon te voorkomen.
Het symbool van de doorkruiste afvalbak geeft aan dat dit product (en componenten die zijn gemarkeerd met dit symbool) binnen de landen van de Europese Unie niet bij het normale huishoudelijke afval mag worden gedaan en dat het naar een speciaal inzamelingspunt moet worden gebracht.
8
Laat alleen gekwaliceerd personeel de telefoon installeren of repareren.
De Sonim XP2.10 SPIRIT is waterdicht en blijft werken als deze is ondergedompeld in maximaal 1 meter water en binnen 30 minuten wordt verwijderd. De telefoon is echter niet waterdicht op grotere diepte, tijdens het opladen of wanneer het klepje van de systeemaansluiting aan de onderkant van de telefoon is geopend of beschadigd is.
Om ervoor te zorgen dat de telefoon waterdicht blijft, moet u het klepje van de aansluiting
Op het klepje van de aansluiting kunnen zich waterdruppels vormen wanneer het klepje
De waterdruppels onder de displayklep kunnen condenseren als de telefoon in water
De Sonim XP2.10 SPIRIT is stofbestendig, sterk en schokbestendig. De telefoon is echter niet stofbestendig of onbreekbaar bij erg krachtige schokken. Voor de beste resultaten en een optimale levensduur moet de Sonim XP2.10 SPIRIT worden beschermd tegen zout water, stof en krachtige schokken.
Richtlijnen voor uw veiligheid
Maak back-ups van belangrijke informatie die is opgeslagen in uw telefoon of schrijf die informatie op.
aan de onderkant van de telefoon stevig bevestigen nadat het is geopend voor opladen of het gebruik van een bedrade hoofdtelefoon.
kort na onderdompeling wordt geopend. Dit duidt niet op waterlekkage. Het klepje van de aansluiting is verzegeld en waterdicht.
wordt ondergedompeld en er sprake is van een groot temperatuurverschil. Dit duidt niet op waterlekkage. De druppels verdwijnen vanzelf bij kamertemperatuur.
9

Batterijprestaties

Uw apparaat wordt van stroom voorzien door een oplaadbare batterij. Gebruik de batterij alleen voor de beoogde doeleinden. Gebruik nooit een lader of batterij die beschadigd is. Als de batterij helemaal leeg is, kan het een paar minuten duren voorat de indicator voor de lading wordt weergegeven en voordat de telefoon kan worden gebruikt voor gesprekken. Een nieuwe batterij bereikt het maximale prestatieniveau pas nadat twee of drie volledige cycli van laden en ontladen zijn doorlopen. De batterij kan honderden keren worden opgeladen en ontladen, maar zal uiteindelijk verslijten. Koppel de lader los van het stopcontact en het apparaat wanneer deze niet in gebruik is. Koppel een volledig opgeladen batterij los van de lader. Overladen kan de levensduur bekorten. Als een volledig geladen batterij niet wordt gebruikt, raakt deze langzaam de lading kwijt.

Batterij vervangen

Wanneer de gesprekstijd en de stand-bytijd merkbaar korter worden, vervangt u de batterij door een originele Sonim XP2.10-batterij. Als een vervangende batterij voor het eerst wordt gebruikt, of als de batterij gedurende een langere
Richtlijnen voor uw veiligheid
periode niet is gebruikt, moet u mogelijk de lader aansluiten, om deze vervolgens weer los te koppelen en opnieuw aan te sluiten om te beginnen met het laden van de batterij.

Kortsluiting voorkomen

Voorkom kortsluiting van de batterij. Een kortsluiting kan zich voordoen wanneer een metalen object, zoals een munt, paperclip of pen, een directe verbinding maakt tus­sen de positieve (+) en negatieve (-) polen van de batterij. (De polen zien eruit als metalen strips op de batterij.) Dit kan bijvoorbeeld gebeuren wanneer u een reservebatterij in een zak of tas meeneemt. Een kortsluiting kan de batterij of het object dat de verbinding maakt, beschadigen.

Niet blootstellen een extreme temperaturen

Wanneer u de batterij op een hete of koude plaats, zoals een afgesloten auto in de zomer of de winter, achterlaat, zullen de capaciteit en levensduur van de batterij minder worden. Probeer de batterij voor het beste resultaat altijd te bewaren bij een temperatuur tussen 15°C en 25°C. Een apparaat met een te hete of te koude batterij kan tijdelijk niet werken, zelfs al is de batterij volledig opgeladen. De prestaties van de batterij gaan met name achteruit bij temperaturen ver onder de nul graden.

Afdanken van de batterij

Gooi batterijen niet in een vuur, aangezien ze kunnen exploderen. Ook batterijen die beschadigd zijn, kunnen exploderen. Volg de lokale regelingen voor het wegdoen van batterijen en recycle ze, indien mogelijk. Doe batterijen niet bij het huishoudelijke afval. Haal batterijen of cellen niet uit elkaar en open ze niet. Voorkom, als een batterij lekt, dat de vloeistof in aanraking komt met de huid of ogen. Als dat toch gebeurt, moet u onmiddellijk medische hulp zoeken.

Persoonlijke medische apparaten

Mobiele telefoons kunnen de werking van pacemakers en andere geïmplanteerde apparatuur beïnvloeden. Plaats de mobiele telefoon niet direct op de pacemaker, bijvoorbeeld in uw borstzak. Wanneer u de telefoon gebruikt, houdt u die aan het oor dat het verst van de pacemaker is. Als een minimale afstand van 15 cm wordt aangehouden tussen de mobiele telefoon en de pacemaker, is het risico van interferentie beperkt. Als u het vermoeden hebt dat er interferentie optreedt, schakelt u de mobiele telefoon onmiddellijk uit. Neem contact op met uw cardioloog voor meer informatie. Voor andere medische apparaten raadpleegt u uw dokter en de fabrikant van het apparaat. Volg instructies om het apparaat of de RF-transmissie
10
uit te schakelen altijd op, met name in ziekenhuizen en aan boord van vliegtuigen. Apparatuur die in dit soort omgevingen wordt gebruikt, kan gevoelig zijn voor de radiogolven die door het apparaat worden uitgezonden. Houd ook altijd rekening met beperkingen die gelden bij tankstations en op andere plaatsen met brand- of explosiegevaar.

Kindveiligheid

Laat kinderen niet spelen met de mobiele telefoon of de bijbehorende accessoires. Houd de telefoon buiten hun bereik. Zij kunnen zichzelf of anderen letsel toebrengen of kunnen de telefoon of de accessoires per ongeluk beschadigen. Uw mobiele telefoon en de accessoires kunnen kleine onderdelen bevatten die los kunnen komen en kunnen leiden tot een verstikkingsgevaar.

Noodoproepen

Mobiele telefoons werken met radiosignalen. Dat betekent dat niet onder alle omstandigheden een verbinding kan worden gegarandeerd. Vertrouw daarom nooit alleen op een mobiele telefoon voor essentiële communicatie (zoals in een medische noodtoestand). Het is mogelijk
Richtlijnen voor uw veiligheid
dat noodoproepen niet mogelijk zijn in alle gebieden, via alle netwerken voor mobiele telefonie of wanneer bepaalde netwerkservices en/of voorzieningen van de mobiele telefoon in gebruik zijn. Neem contact op met uw serviceprovider voor meer informatie.

SAR-informatie

De Sonim XP2.10 SPIRIT is gecertificeerd als zijnde een apparaat dat voldoet aan de vereisten die de overheid stelt aan de blootstelling aan radiogolven.
Wanneer de mobiele telefoon communiceert via het draadloze netwerk, zendt deze radiogolven uit, die radiofrequente energie of RF wordt genoemd. De SAR (Specic Absorption Rate) is de eenheid die wordt gebruikt om de hoeveelheid RF-energie te meten die wordt geabsorbeerd door het lichaam bij gebruik van de telefoon. SAR wordt uitgedrukt in watts/kilogram (W/kg).
Wereldwijd hebben overheden uitgebreide internationale veiligheidsrichtlijnen aangenomen die door wetenschappelijke organisaties zijn ontwikkeld, bijvoorbeeld de ICNIRP (International Commission on Non­Ionizing Radiation Protection) en het IEEE (The Institute of Electrical and Electronics Engineers Inc.), op basis van periodieken en grondige evaluaties van wetenschappelijk onderzoek. Deze richtlijnen hebben betrekking op de toegestane blootstelling van de algemene bevolking aan radiogolven.
Tests voor SAR worden uitgevoerd aan de hand van gestandaardiseerde methoden waarbij de telefoon uitzendt met het maximale gecerticeerde zendvermogen voor de gebruikte frequentiebanden.
Informatie aangaande de SAR-gegevens voor inwoners van landen die de SAR-limieten hebben aangenomen, zoals aanbevolen door de International Commission on Non-Ionizing Radiation Protection (ICNIRP). Bijvoorbeeld de Europese Unie, Japan, Brazilië en Nieuw-Zeeland.
De limiet die door de ICNIRP wordt aanbevolen, is 2 W/kg gemiddeld per tien (10) gram weefsel.
11
Informatie aangaande de SAR-gegevens voor inwoners van de Verenigde Staten en Canada.
In de Verenigde Staten en Canada is de SAR-limiet voor het algemene gebruik van mobiele telefoons gemiddeld
1.6 watts/kilogram gemiddeld per één gram weefsel. In de norm is een aanzienlijke veiligheidsmarge verwerkt voor aanvullende bescherming van het publiek en om eventuele afwijkingen in de metingen te ondervangen.
Voordat een bepaald model telefoon in de VS mag worden verkocht, moet het door de FCC (Federal Communications Commission) zijn getest en gecerticeerd dat de deze de limieten voor een veilige straling zoals vastgesteld door de overheid, niet worden overschreden. De tests worden uitgevoerd in posities en op locaties (oftewel bij het oor en gedragen op het lichaam) overeenkomstig de vereisten van de voor elk model. De FCC heeft een Equipment Authorization-vergunning voor de Sonim XP2.10 SPIRIT verleend en heeft alle gemelde SAR-niveaus geëvalueerd en conform de RF-stralingsrichtlijnen van de FCC bevonden. Hoewel de SAR-limieten voor verschillende telefoons kunne variëren, voldoen alle mobiele telefoons met een equipment authorization van de FCC aan de vereisten van de overheid voor een veilige straling.
Richtlijnen voor uw veiligheid
De hoogste SAR-waarde voor een Sonim XP2.10 SPIRIT zoals door Sonim getest voor gebruik:
Bij het oor 0.681 W/kg (1 g).
Gedragen op het lichaam 0.204 W/kg (1g) voor spraak en 0.318 W/kg (1 g) voor gegevensverbindingen.
Bij bediening terwijl de telefoon op het lichaam wordt gedragen, voldoet deze telefoon aan de RF­stralingsrichtlijnen van de FCC mits de telefoon wordt gebruikt met een niet-metalen accessoire en met de telefoon ten minste 1.5 cm van het lichaam verwijderd,
of met de originele voor deze telefoon bedoelde Sonim­accessoire en op het lichaam gedragen. Indien er andere accessoires worden gebruikt, voldoet de telefoon mogelijk niet aan de RF-stralingsrichtlijnen van de FCC.
12

Batterijgebruik

Gebruik alleen een voor de Sonim XP2.10 SPIRIT gecerticeerde batterij die is ontworpen voor dit model telefoon.
Het gebruik van andere batterijen kan schade veroorzaken en kan de garantievoorwaarden van uw telefoon doen vervallen.
Aangeraden wordt om de batterij te beschermen tegen vocht en extreme temperaturen.
Houd de batterij buiten het bereik van kinderen.

De batterij plaatsen

1 Open de batterijklep
U opent de batterijklep door de twee schroeven van de klep naar links te draaien. U kunt de

Aan de slag

meegeleverde schroevendraaier gebruiken om de schroeven los te draaien.
2 Trek de flap omhoog
Trek de klep aan de achterzijde aan beide zijden omhoog voor toegang tot de batterijsleuf.
3 Plaats de batterij.
Plaats de batterij recht in de batterijsleuf, zodat de drie metalen contactpunten op de bovenkant van de batterij zijn uitgelijnd met de metalen contactpunten in het batterijcompartiment.
4 Sluit de klep
Sluit de batterijklep. Draai de schroeven van de batterijklep naar rechts. U kunt de meegeleverde schroevendraaier gebruiken om de schroeven vast te draaien.

De batterij verwijderen

Volg stap 1 en 2 van het gedeelte “De batterij plaatsen” op
pagina 13.
Om de batterij te verwijderen, opent u de klep aan de achterkant van de telefoon en trekt u de batterij aan de bovenkant omhoog uit de sleuf.
De batterij kan nu worden verwijderd. Volg stap 4 in het gedeelte “De batterij plaatsen” op pagina 13 om de klep te sluiten.

De batterij opladen

De batterij die bij uw mobiele telefoon wordt geleverd, is niet helemaal opgeladen. U kunt het beste de batterij volledig opladen voordat u de mobiele telefoon voor het eerst gebruikt.
13
1 De oplader aansluiten
Steek de stekker van de lader in een stopcontact
2 Verbinding maken met telefoon
Plaats de (micro) USB-stekker van de lader in de aansluiting op de linkerzijde van de telefoon.
3 Animatie tijdens opladen
Als de batterij wordt opgeladen terwijl de telefoon is uitgeschakeld, wordt alleen het bewegende batterijpictogram weergegeven
Aan de slag
4 Oplaadpictogram
Als de batterij wordt opgeladen terwijl de telefoon ingeschakeld is, zult u zien dat de staven in het batterijpictogram (te zien op het startscherm) bewegen om aan te geven dat de batterij wordt opgeladen. Nadat de telefoon volledig is opgeladen, stopt het batterijpictogram met knipperen. U kunt dan de lader loskoppelen van de telefoon.
5 Oplaadproces
Wanneer het oplaadproces eenmaal is begonnen, is de enige manier om het te stoppen het loskoppelen van de lader.
PAS OP: Tijdens het opladen is er een ontplofngsrisico als er een andere batterij wordt gebruikt dan de door Sonim gecerticeerde batterij voor de Sonim XP2.10 SPIRIT.

Alarm voor lage batterij

Telkens wanneer de batterij leegt begint te raken, hoort u een alarmsignaal. Dit alarm is standaard ingeschakeld voor alle proelen. Als u het alarm wilt uitschakelen, selecteert u
Menu > Instellingen > Telefoonprofielen > selecteer het profiel > Menu > Telefoonprofielen bewerken > Toon voor lage batterij > Uit.

Uw SIM-kaart

U kunt een SIM-kaart kopen bij uw mobiele operator. Uw telefoonnummer en registratiegegevens blijven altijd hetzelfde.
Als u een abonnement voor 3G en andere gegevensdiensten hebt, neemt u contact op met de serviceprovider/mobiele operator.
14

De SIM-kaart of geheugenkaart plaatsen

1 Telefoon uitschakelen
Zorg ervoor dat de telefoon uitgeschakeld is.
2 Trek de flap omhoog
Open de batterijklep en verwijder de batterij. Zie de instructies in het gedeelte “De
batterij plaatsen” op pagina 13.
5 Sluit de klep
Plaats de batterij en de klep terug. Draai de schroeven van de batterijklep met de klok mee om de klep te vergrendelen.
3 Plaats de SIM-kaart
Open de SIM-kaarthouder en plaats de SIM-kaart in de
Aan de slag
aangewezen sleuf en sluit de houder.
4 Geheugenkaart plaatsen
Open de geheugenkaarthouder en plaats de geheugenkaart in de aangewezen sleuf en sluit de kaarthouder.
15

De SIM-kaart of geheugenkaart verwijderen

1 Telefoon uitschakelen
Zorg ervoor dat de telefoon uitgeschakeld is.
2 Trek de flap omhoog
Open de batterijklep en verwijder de batterij. Zie de instructies in het gedeelte
“De batterij plaatsen” op pagina 13.
3 SIM-kaart of geheugenkaart
verwijderen
Verwijder de SIM-kaart of
Aan de slag
geheugenkaart door deze naar beneden uit de sleuf te duwen.
4 Sluit de klep
Plaats de batterij en de klep terug.
16
Onderdelen van de Sonim XP2.10 SPIRIT-telefoon
Het toetsenblok van de Sonim XP2.10 SPIRIT heeft negen functietoetsen en 12 alfanumerieke toetsen. Op de linkerzijde van de telefoon bevinden zich twee toetsen en op de rechterzijde van de telefoon bevinden zich drie toetsen.
Scherm
Aan de slag
Alfanumerieke toetsen
Poort voor headset
Poort voor lader/USB
In-/uitschakelen
Oordop
17
Functietoetsen
Microfoon
Onderdelen van de Sonim XP2.10 SPIRIT-telefoon
Volumetoetsen
Flash
Zaklantaarn (lang indrukken)/camera (drukken)
Aan de slag
Batterijklep
Speakers
Camera
Schroeven batterijklep
18
Sonim XP2.10 SPIRIT-toetsenblok
De volgende afbeelding toont de verschillende toetsen op het toetsenblok van de telefoon. Numerieke toetsen en pijltoetsen kunnen als sneltoets worden ingesteld. De standaardsneltoetsen worden in de afbeelding weergegeven.
Toets Menu
Navigatietoetsen (Omhoog/Omlaag/ Rechts/Links)
Aan de slag
Selectietoets links (STL)
Bellen/Accepteren/Verzenden
Ingedrukt houden voor voicemail
Selectietoets rechts (STR)
Eind gesprek
19
Ingedrukt houden om toetsenblok
te vergrendelen/ontgrendelen
Ingedrukt houden voor weergave + (voor bellen naar een internationaal
nummer)
Ingedrukt houden om stille modus in of uit te schakelen.
De alfanumerieke toetsen zijn de toetsen met de cijfers één tot en met nul, de letters A-Z plus de toetsen [*] en [#]. Door op de toetsen te drukken, kunt u cijfers of letters invoeren. Kies de invoermodus voor tekst waarmee u deze toetsen het meest efciënt kunt gebruiken.

Startscherm

Wanneer de telefoon in de stand-bystand staat, wordt bepaalde informatie weergegeven, zoals de naam van de serviceprovider, de datum en tijd, de status van de batterijlading en informatie over GPRS-verbindingen. Mogelijk worden ook nog andere indicatoren weergegeven (als de betreffende functie is ingeschakeld), zoals de wekker, gesprekken doorverbinden, enzovoort. Het apparaat kan met een volledig geladen batterij gedurende maximaal 200 uur in de stand-bystand blijven.
Indicator batterijlading
Opdracht die u kiest met STL
Pictogrammen
Serviceprovider
Opdracht die u kiest met STR
signaalsterkte
Aan de slag
Indicator
Gegevens-
verbindingen

Bewerkingen in het startscherm

U hebt via het startscherm toegang tot de volgende informatie.
Drukken Voor toegang tot
Menutoets Hoofdmenu
Linkerselectietoets Kalender
Rechterselectietoets Contacten
Toets Bellen/ Accepteren/Verzenden
Pijl-omhoog Snelkoppelingen
Pijl-omlaag Snelkoppelingen
Pijl-rechts Postvak IN
Pijl-links Muziekspeler
De vier functies die worden uitgevoerd met de pijltoetsen, zijn in de fabriek ingesteld, maar u kunt die wijzigen. Selecteer
Menu > Instellingen > Telefoon > Snelkoppelingen. Selecteer de pijltoets en
selecteer de snelkoppeling.
Lijst Alle gesprekken
hoofdscherm
hoofdscherm
20

Basisinstellingen

Wanneer u de telefoon hebt ingeschakeld, wordt de naam van de serviceprovider weergegeven.
Beveiligingsinstellingen
Om gebruik van uw telefoon door onbevoegden te voorkomen, kunt u een pincode instellen. De pincode is afhankelijk van de provider.
1. Selecteer Menu > Instellingen > Beveiliging > PIN
activeren > Activeren. Geef de PIN op. Selecteer OK. Wanneer u het gebruik van de pincode hebt
ingesteld, moet u de pincode invoeren wanneer u de telefoon inschakelt. Als u een foute pincode opgeeft, krijgt u geen toegang tot de telefoon.
2. Als u de pincode wilt wijzigen, selecteert u Menu > Instellingen > Beveiliging > PIN wijzigen. U kunt codes wijzigen voor PIN en PIN2. Neem voor meer informatie contact op met uw serviceprovider.
Privacybewaking
Aan de slag
In de privacybewakingsmodus zijn de functies Gesprekken, Contacten, Berichten en Snel bellen alleen toegankelijk wanneer u een wachtwoord opgeeft.
Als u een wachtwoord wilt opgeven, selecteert u Menu > Instellingen > Beveiliging > Privacybewaking. Selecteer Beschermde items en geef het wachtwoord op. Nadat u het wachtwoord hebt opgegeven, wordt het scherm met Beschermde items weergegeven. Markeer de te beschermen functies en selecteer OK.
Het standaardwachtwoord voor privacybescherming is
1234.
Vergrendelingsmodus
In de vergrendelingsmodus kan de telefoon alleen worden ontgrendeld door een wachtwoord op te geven.
Als u een wachtwoord voor vergrendeling wilt opgeven, selecteert u Menu > Instellingen > Beveiliging > Vergrendeling. Geef het wachtwoord op. Selecteer OK.
Het standaardwachtwoord voor het vergrendelen van de telefoon is 1234.
Als u het wachtwoord voor bescherming of vergrendeling wilt wijzigen, selecteert u Menu > Instellingen > Beveiliging > Beveiligingscode wijzigen. Geef het wachtwoord op. Selecteer OK. Geef het nieuwe wachtwoord op. Selecteer OK. Geef het nieuwe wachtwoord nogmaals op. Selecteer OK.
Auto toetsvergrendeling
Als u het toetsenblok wilt blokkeren, selecteert u Menu > Instellingen > Telefoon > Auto toetsvergrendeling. U
kunt op deze manier de functie in- en uitschakelen door de tijd in te stellen.
U kunt het toetsenblok ook vergrendelen door de toets '*' ingedrukt te houden. Om te ontgrendelen, drukt u op * >
OK.
Datum en tijd
Als u de datum en tijd wilt instellen, selecteert u Menu > Instellingen > Telefoon > Datum & tijd.
Vergadermodus
In de vergadermodus worden de signalen voor Gesprekken, Organiseren, SMS en batterijstatus uitgeschakeld.
Selecteer Menu > Instellingen > Telefoonprofielen > Verga der modus OF houd de toets # ingedrukt.
21

Functies van het toetsenblok

In de volgende tabel wordt aangegeven welke functies kunnen worden uitgevoerd met de verschillende toetsen:
Toets Bewerkingen
Druk op deze toets om een gesprek te beëindigen (GSM).
Druk op deze toets wanneer een menu wordt weergegeven of een bewerkingsmodus is ingeschakeld om terug te keren naar de stand-bystand.
EIND GESPREK
BELLEN/ACCEPTEREN/VERZENDEN
STL/STR
Aan de slag
MENUTOETS (MIDDEN)
Druk op deze toets om een inkomend gesprek te weigeren.
Druk op deze toets om een inkomend gesprek te beantwoorden.
Druk, na het invoeren van een telefoonnummer, op deze toets om een telefoongesprek te starten.
Druk in de stand-bystand op deze toets voor toegang tot de lijst Alle gesprekken.
Deze toetsen vindt u direct onder het scherm.
Druk op de linker- of rechterselectietoets om de functie onder aan scherm te selecteren. Welke functies beschikbaar zijn, is afhankelijk van de programmadenities.
Druk op de STL om in de stand-bystand toegang te krijgen tot de Kalender.
Druk op de rechterselectietoets om in de stand-bystand toegang te krijgen tot Contacten.
Deze toets vindt u in het midden tussen de navigatietoetsen.
Druk in de stand-bystand op deze toets om het hoofdmenu te openen.
Druk op deze toets om een selectievakje in of uit te schakelen.
Druk op deze toets om de opdracht OK te selecteren.
22
Toets Bewerkingen
Deze groep toetsen staat tussen de linker- en rechterselectietoets en de toets Aan­en Uit-toets. Op de toetsen staan pijlen die de richting aangeven waarin u door de informatie op het scherm kunt bladeren.
OMHOOG/OMLAAG
Druk op deze toetsen om de cursor in de teksteditor omhoog of omlaag te verplaatsen.
Druk op deze toetsen om de pagina's in de teksteditor te bekijken.
Druk op deze toetsen om op hetzelfde niveau te bladeren in menu's/lijsten.
Druk op deze toetsen om de vorige of volgende foto op te vragen bij het
NAVIGATIETOETSEN
bekijken van voorbeelden van foto's.
Druk op deze toetsen om in het hoofdmenu te bladeren.
LINKS/RECHTS
Druk op deze toetsen om tussen tabbladen te navigeren.
Druk op deze toetsen om de cursor in de teksteditor naar links of naar rechts
Aan de slag
te verplaatsen.
Druk op deze toetsen om in het hoofdmenu te bladeren.
23
ALFANUMERIEKE TOETSEN
Druk op toetsen om het gewenste telefoonnummer in te voeren en druk op
om een gesprek te starten. U kunt ook het nummer invoeren en dan Optie
selecteren om het nummer te kiezen.
Houd in de stand-bystand een numerieke toets ingedrukt voor toegang tot de toegewezen snelkoppeling.
Typ de tekst in de teksteditor.
Druk in de stand-bystand op deze toets en houd deze ingedrukt om toegang te krijgen tot uw voicemail.
Druk bij het invoeren van tekst op de toets om een punt (.) in te voegen.
Toets Bewerkingen
Aan de slag
-
Houd deze toets ingedrukt om het toegewezen contact te bellen.
Houd deze toets in de stand-bystand ingedrukt om het plusteken ('+') weer te geven dat wordt gebruikt voor internationale nummers.
Druk bij het invoeren van tekst op deze toets om een spatie in te voeren.
Houd deze toets ingedrukt om het toetsenblok te vergrendelen. Wanneer u in de stand-bystand nogmaals op de toets drukt, wordt het toetsenblok ontgrendeld.
Druk bij het invoeren van tekst op deze toets om tussen hoofdletters, kleine letters of numerieke tekens te schakelen. Houd deze toets ingedrukt om de T9-modus in te schakelen.
Houd deze toets in de stand-bystand ingedrukt om de stille modus in of uit te schakelen.
Druk bij het invoeren van tekst op deze toets om de speciale tekens, zoals een punt, komma, enzovoort, weer te geven. Houd deze toets ingedrukt om de talen voor het invoeren van tekst weer te geven.
24

Uw Sonim XP2.10 SPIRIT-telefoon

Dit model is een staafachtige telefoon met één LCD­scherm. Het grasche gedeelte van het scherm is 240 pixels breed en 320 pixels hoog. Met de gebruikte TFT­technologie kunnen 256K kleuren worden weergegeven.

Hoofdmenu

Om toegang te krijgen tot het hoofdmenu, drukt u op de toets Menu. Het hoofdmenu bevat de volgende snelkoppelingen
1. GESPREKS-
LOGBOEK
2. INSTELLINGEN
3. MIJN BESTANDEN
4. TELEFOONBOEK
5. BERICHT
6. CAMERA
7. TOOLS

Uw Sonim XP2.10 SPIRIT-telefoon

8. TOEPASSINGEN
9. INTERNET
10. VERBINDINGEN
11. KALENDER
12. MEDIASPELER

Indicatoren op het startscherm

De indicatoren op het startscherm zijn zichtbaar wanneer de telefoon in de stand-bystand staat. Pictogrammen geven de status van bepaalde functies van de telefoon aan, zoals de indicator voor de batterijlading, de indicator voor de netwerkstatus, de datum en de tijd. Sommige pictogrammen worden alleen weergegeven als een specieke service is geactiveerd.
Vanuit het startscherm kunt u alle items in het hoofdmenu ook als snelkoppeling benaderen met behulp van de navigatietoets omhoog en omlaag.
25
De volgende tabel biedt een beschrijving van de pictogrammen die beschikbaar zijn in de balk boven aan het startscherm van de Sonim XP2.10 SPIRIT. Welke pictogrammen worden weergegeven, is afhankelijk van het geselecteerde thema.
Weergave
Naam Omschrijving
Indicatoren
Vier doorschijnende staven geven aan dat
Batterij
Roa­ming
de batterij helemaal is opgeladen. Ondoorzichtige staven geven aan dat de lading minder wordt.
Dit pictogram wordt alleen weergegeven wanneer de telefoon is geregistreerd bij een ander netwerk dan uw eigen netwerk.
Weergave Indicatoren
Naam Omschrijving
Geeft aan dat 2G
2G
Alarm Klok
Ongelezen bericht
Niet verzonden berichten
SMS­geheugen vol
beschikbaar is. Geeft aan dat 2G niet actief is.
Geef aan dat de wekker is ingesteld.
Geeft aan dat er SMS-berichten zijn ontvangen die nog niet zijn gelezen.
Geeft aan dat er er niet­verzonden berichten zijn.
Geeft aan dat het SMS­geheugen vol is.
26
Uw Sonim XP2.10 SPIRIT-telefoon
Gege­vens­diensten
3G
Geeft aan dat het GPRS­netwerk beschikbaar is. Geeft aan dat het GPRS­netwerk niet actief is.
Geeft aan dat 3G beschikbaar is. Geeft aan dat 3G niet actief is.
Spraakbe­richt
Gesprek omleiden
Toetsen vergren­deld
Ongelezen MMS
Geef aan dat er een nieuw spraakbericht is.
Geeft aan dat gesprek omleiden is ingesteld.
Geeft aan dat het toetsenblok is vergrendeld.
Geeft aan dat het Postvak IN ongelezen MMS-berichten bevat.
Weergave Indicatoren
Uw Sonim XP2.10 SPIRIT-telefoon
Naam Omschrijving
MMS­geheu­gen vol
Blue­tooth
Blue­tooth Headset
Push­bericht
Bedrade headset
USB Verbon­den
Muziek op de achter­grond
Geeft aan dat het MMS­geheugen vol is.
Geeft aan dat Bluetooth is geactiveerd.
Geeft aan dat uw telefoon is gekoppeld en verbonden met een headset via een Bluetooth-verbinding.
Geef aan dat er een nieuw pushbericht is.
Geeft aan dat er een bedrade headset is aangesloten.
Geeft aan dat er een USB­verbinding is.
Geeft aan dat er muziek op de achtergrond wordt afgespeeld.
Weergave Indicatoren
Naam Omschrijving
FM-radio in de achter­grond
Verga­der­modus
Open­lucht­modus
In Auto­modus
Stille modus
Vlieg­modus
Geeft aan dat de FM-radio in de achtergrond wordt afgespeeld.
Geeft aan dat de vergadermodus is ingeschakeld.
Geeft aan dat de openluchtmodus is ingeschakeld.
Geeft aan dat de chauffeursmodus is ingeschakeld.
Geeft aan dat de stille modus is ingeschakeld.
Geeft aan dat de vliegmodus is ingeschakeld.
27

Acties die u kunt uitvoeren zonder SIM-kaart

Beschikbare menu's
De volgende menu's zijn beschikbaar op een telefoon zonder SIM-kaart:
Algemene instellingen
Beeldscherminstellingen
Geluidsinstellingen
Beveiligingsinstellingen - alleen telefoonbeveiliging
Telefoonboek - contacten alleen opgeslagen in telefoon
Mijn bestanden
Camera
Tools
Toepassingen
Planning
Mediaspeler
Uw Sonim XP2.10 SPIRIT-telefoon
28

Hoofdmenu

U kunt verschillende instellingen voor uw Sonim XP2.10 SPIRIT-telefoon activeren en aanpassen. Druk in het stand-byscherm op de toets Menu voor toegang tot het hoofdmenu. Druk op de navigatietoetsen om door de pictogrammen te bladeren, of druk op de nummer-/ tekentoetsen op basis van de gegeven referentietabel, voor rechtstreekse toegang tot de functies.
Nummer Menu
1 Gesprekslog
2 Instellingen
3 Mijn bestanden
4 Telefoonboek
5 Bericht
6 Camera
7 Tools

Telefooninstellingen

8 Toepassingen
9 Internet
0 Kalender
* Verbindingen
# Mediaspeler

Algemene instellingen

Druk op Menu om toegang te krijgen tot het hoofdmenu. Selecteer Instellingen of druk op 2 om naar de algemene instellingen te gaan.
Telefoon
Selecteer Telefoon om de volgende instellingen te bewerken:
Datum en tijd
U kunt de huidige datum en tijd op de telefoon instellen
en weergeven. U kunt ook de notatie selecteren.
Om de lokale datum in te stellen, druk u op Menu > Instellingen > Telefoon > Datum & tijd > Datum instellen. Wijzig de tijd en druk op Selecteren.
Om de lokale datum in te stellen, druk u op Menu > Instellingen > Telefoon > Datum & tijd > Tijd instellen. Wijzig de datum en druk op Selecteren.
Om de datum- of tijdnotatie te wijzigen, selecteert u Tijdnotatie instellen of Datumnotatie instellen en selecteert u de gewenste notatie.
Voor de tijdnotatie wordt zowel de 12-uurs als 24-uurs notatie ondersteund. De ondersteunde datumnotaties zijn: jjjj/mm/dd, jjjj.mm.dd, dd/mm/jjjj, dd.mm.jjjj, mm/dd/ jjj of mm.dd.jjjj.
Talen
U kunt de taal van de telefoon wijzigen door de gewenste taal te selecteren. Om de telefoontaal in Duits te wijzigen, drukt u bijvoorbeeld op Menu > Instellingen > Telefoon > Talen > Deutsch en drukt u op Selecteren.
29
Standaardinvoermethode
U kunt de veelgebruikte invoermodus voor tekst instel­len als uw standaardinvoermethode. Om de invoermodus voor tekst in te stellen op T9 English, drukt u bijvoorbeeld op Menu > Instellingen > Telefoon > Standaardinvoer-
modus > T9 Engels en drukt u op Selecteren.
Sneltoetsen
Voor een snellere toegang kunt u diverse menu-instellin­gen/tools/toepassingen aan de navigatietoetsen en de num­mertoetsen (2-9) toewijzen. Druk op Menu > Instellingen > Telefoon > Sneltoets, selecteer de gewenste Navigatie/ nummer-toets > druk op Menu > selecteer de gewenste instelling/tools/toepassing > druk op Selecteren.
Automatische toetsvergrendeling
Het toetsenblok wordt automatisch vergrendeld wanneer het startscherm wordt weergegeven en de telefoon niet wordt gebruikt.
Als u een tijdperiode voor het vergrendelen van het toetsenblok wilt instellen, drukt u op Menu > Instellingen
Telefooninstellingen
> Telefoon > Auto toetsvergrendeling > selecteer de gewenste tijdperiode > druk op Selecteren.
Aan/uit inplannen
Als u een tijd wilt instellen voor het automatisch in- en uitschakelen van uw telefoon, drukt u op Menu > Instellingen > Telefoon > Aan/uit inplannen > Activeren/Deactiveren > de modus Inschakelen of Uitschakelen > stel de tijd in en druk op Opslaan.
Geheugenstatus
Om de geheugenstatus en de hoeveelheid gebruikt geheugen weer te geven voor opgeslagen informatie zoals Contacten, Berichten en Mijn bestanden, drukt u
op Menu > Instellingen > Telefoon > Geheugenstatus > controleer de informatie en druk op Terug om naar het menu met telefooninstellingen te gaan.

Telefoonprofielen

U kunt de proelen en daarmee het beltoonvolume, het signaaltype, de toetsgeluiden en de achtergrondverlichting aanpassen.
Om een proel in te stellen, selecteert u Instellingen > Telefoonproelen > selecteer het gewenste proel en druk op Selecteren.
Om een proel te bewerken, selecteert u Instellingen > Telefoonproelen > het gewenste proel > druk op Menu > Telefoonproelen bewerken > bewerk de proeleigenschappen en druk op Terug.
Deze telefoon beschikt over zes omgevingsproelen. Per­soonlijk is het standaardproel en daarnaast zijn de proelen Auto, Vliegen, Thuis, Vergaderingen, Buiten en Stil.
Normaal: Dit is het standaardproel waarin alle geluiden zijn ingeschakeld. U kunt de parameters voor dit proel wijzigen.
Vergadering: Alleen de trilmodus wordt ingeschakeld. U kunt de parameters voor dit proel wijzigen.
Openlucht: Zowel de trilmodus als de beltoonmodus wordt ingeschakeld. De parameters kunnen worden gewijzigd.
In Auto: In deze modus kunt u zowel de trilmodus als de parameters wijzigen.
Stil: In deze modus worden alle geluiden gedempt.
Vliegen: In dit proel kunt u geen oproepen plaatsen of ontvangen en geen taken uitvoeren waarvoor netwerkdekking is vereist. Vliegmodi kunnen niet worden hernoemd.
30

Beeldscherminstellingen

Druk op Menu > Instellingen > Scherm. De volgende algemene instellingen worden weergegeven:
1. Groeten: selecteer Tekst of Geanimeerd (Flash). Geef de groet op en selecteer Opslaan om ervoor te zorgen dat de groet op het scherm wordt weergegeven wanneer u de telefoon inschakelt.
2. Achtergrond: hiermee kunt u een achtergrond instellen voor het scherm en daarvoor de afbeeldingen gebruiken die beschikbaar zijn in de telefoon of afbeeldingen die u hebt gedownload naar uw telefoon of SD-kaart.
3. Thema's: hiermee kunt u het kleurthema en de pictogrammen instellen voor het hoofdmenu en andere schermen. Er zijn twee thema's beschikbaar.
4. Actieve stand-by: De pictogrammen voor actieve stand-by worden weergegeven in het startscherm in de stand-bymodus. U kunt de pijl omhoog/omlaag gebruiken om het pictogram te selecteren links/rechts om naar de andere pictogrammen te gaan. U kunt 5
Telefooninstellingen
snelkoppelingen opnemen.

Energiebesparing

Druk op Menu > Instellingen > Energiebesparing om de batterij te sparen. De volgende algemene instellingen worden weergegeven:
1. Instelling schermverlichting: selecteer voor de schermverlichting de optie hoog, medium, laag of auto.
2. Timer schermverlichting: hiermee kunt u de periode kiezen gedurende welke het scherm actief moet blijven. Selecteer de actieve tijd voor de schermweergave.

Beveiligingsinstellingen

Om gebruik van uw telefoon door onbevoegden te voorkomen, kunt u een pincode instellen, items beschermen en de telefoon vergrendelen.
Druk op Menu > Instellingen > Beveiligingsinstellingen.
PIN activeren: Hiermee stelt u de vergrendeling voor de SIM-kaart in. Als u een pincode wilt opgeven, selecteert u Activeren.
Pincodes wijzigen: Als u een pincode wilt wijzigen, selecteert u Pincodes wijzigen en wijzigt u de desbetreffende pincode.
Vergrendeling aan/uit-knop: dit is een code van 4 tot 8 tekens die wordt gebruikt om de telefoon te ontgrendelen wanneer deze wordt ingeschakeld.
Telefoonvergrendeling: dit is een code van 4 tot 8 tekens die wordt gebruikt om te voorkomen dat de telefoon zonder toestemming kan worden gebruikt.
Beveiligingscode wijzigen: hiermee stelt u een nieuwe beveiligingscode voor de telefoon in.
Vaste nummers: met deze instelling kunt u ervoor zorgen dat er alleen uitgaande gesprekken met bepaalde nummers kunnen worden gevoerd.
Privacybewaking: met deze instelling kunt u uw persoonlijke gegevens beschermen, zoals telefoonboek, gesprekslogboek, berichten en mijn bestanden.
SIM-vergrendeling: met deze instelling kunt u de telefoon beschermen tegen het ongeoorloofd vervangen van de SIM-kaart.
31

Netwerkinstellingen

Deze instellingen hebben te maken met uw serviceprovider. Druk op Menu > Instellingen > Netwerk. De volgende opties worden weergegeven:
Type zoekopdracht: u kunt Auto selecteren zodat de telefoon automatisch een beschikbaar netwerk voor mobiele telefonie in uw gebied selecteert. Als u Handmatig selecteert, kunt u handmatig een netwerk instellen. Als de handmatig modus is geselecteerd, moet u via de optie Nieuwe zoekopdracht een netwerk selecteren.
Nieuwe zoekopdracht: hiermee kunt u handmatig naar beschikbare netwerken zoeken.
Voorkeursnetwerken: hiermee kunt u de lijst met netwerken bekijken. Selecteer Opties voor het
Toevoegen, Verwijderen of Opnieuw sorteren van de voorkeursnetwerken. Deze lijst wordt toegepast
wanneer de gebruiker de roamingservice gebruikt.
SIM-netwerkmodus: hiermee kunt u het type netwerk weergeven en instellen. De verschillende opties zijn:
Telefooninstellingen
Automatisch: Aanbevolen optie. Deze
optie registreert op een 3G-netwerk, als dit beschikbaar is. Anders registreert de telefoon op een GSM-netwerk. Een 'W' op de signaalbalk geeft het 3G-netwerk aan
Alleen 3G (WCDMA): De telefoon registreert
alleen op een 3G-netwerk. Als 3G-dekking niet beschikbaar is, schakelt de telefoon over naar geen signaal, zelfs als GSM-dekking beschikbaar is.
Alleen GSM: De telefoon registreert alleen op
een GSM-netwerk.

Gegevensprofielen

Dit heeft betrekking op de verschillende proelinstellingen voor de server die vereist zijn voor toegang tot MMS, Java-toepassingen, internet, e-mail en video- en muziek-streaming. Druk op Menu > Instellingen >
Gegevensproelen.
Internetproel
Gebruik dit proel voor toegang tot het internet met behulp van een webbrowser en om MMS-berichten te verzenden en ontvangen.
Webbrowserproel
Geef de volgende informatie op voor toegang tot het
internet met behulp van uw telefoon.
Proelnaam: de naam van het proel.
Webprotocol: stel het protocol in op HTTP of WAP.
Proxyadres: het adres van de proxyserver.
Proxypoortnummer: het poortnummer van de
proxyserver.
Aanmeldingsnaam: de gebruikersnaam die is vereist voor toegang tot het account.
Wachtwoord: het wachtwoord dat is vereist voor toegang tot het account.
URL van startpagina: de URL van het berichtencentrum.
32
MMS-proel
Geef de volgende informatie op voor toegang tot de
multimediaservices met behulp van uw telefoon.
Proelnaam: de naam van het proel.
Type: stel het protocol in op HTTP of WAP.
Beveiliging: stel de netwerkbeveiliging in.
Proxyadres: het adres van de proxyserver.
Proxypoortnummer: het poortnummer van de
proxyserver.
Aanmeldingsnaam: de gebruikersnaam die is vereist voor toegang tot het account.
Wachtwoord: het wachtwoord dat is vereist voor toegang tot het account.
URL voor relayserver: de URL van het berichtencentrum.
URL voor beveiligde relayserver: de beveiligde URL van het berichtencentrum.
Gegevensproel
Telefooninstellingen
Geef de volgende informatie op om de APN (Access Point Name) te congureren.
Proelnaam: de naam van het proel.
APN: de naam van het toegangspunt.
IP-adres: het IP-adres van de browser-gateway.
Primaire DNS: het adres van de primaire DNS-server.
Secundaire DNS: het adres van de secundaire
DNS-server.
Beveiliging: de netwerkbeveiliging. Deze kan worden ingesteld op Geen, PAP of CHAP.
Nadat u het gegevensproel hebt gecongureerd, drukt u op Gegevensproel selecteren om de verschillende proelen te koppelen voor MMS, Javabox, Internet, e-mail en streamen. Selecteer de service en druk op Selecteren om de lijst met proelen weer te geven. Selecteer een proel.

Instellingen herstellen

Selecteer Menu > Instellingen > Instellingen herstellen om de instellingen terug te zetten naar de oorspronkelijke fabrieksinstellingen. Let op dat de door u aangebrachte wijzigingen hierdoor mogelijk worden verwijderd.

Alles wissen

Selecteer Menu > Instellingen > Alles wissen om alle instellingen terug te zetten naar de oorspronkelijke fabrieksinstellingen en alle gebruikersgegevens te wissen.
Zorg dat u een back-up van uw gegevens op de geheugenkaart of uw computer maakt voordat u de optie Alles wissen kiest.
33

Gesprekken beheren

Voordat u de telefoon gebruikt om te bellen, moet u het volgende controleren:
Het toetsenblok mag niet vergrendeld zijn.
Er moet een geldige SIM-kaart zijn geïnstalleerd.
De batterij van de telefoon moet opgeladen zijn.
De telefoon moet ingeschakeld zijn en de naam of het nummer van de serviceprovider moet worden weergegeven.

Een nummer kiezen via de lijst Gesprekken

De lijst Gesprekken bestaat uit afzonderlijke lijsten voor Alle gesprekken, Gemiste gesprekken, Beantwoorde gesprekken en Uitgaande gesprekken.
1. Als u de lijst Gesprekken wilt openen, drukt u op OF selecteert u Menu > Gesprekslogboek.
Alle beschikbare lijsten van gesprekken worden weergegeven.
2. Selecteer een lijst, blader naar het nummer en druk
op om het nummer te kiezen.

Een nummer kiezen

1. Gebruik de numerieke toetsen om het nummer in te voeren en druk vervolgens op de toets .
2. U kunt ook het gewenste telefoonnummer invoeren en vervolgens Opties > Spraakoproep selecteren.

Een internationaal nummer kiezen

Druk op de numerieke toets 0 en houd deze ingedrukt totdat het symbool + wordt weergegeven. Voer het

Gesprekken beheren

landnummer, netnummer (zonder 0) en telefoonnummer in en druk op of selecteer Optie > Spraakoproep.

Een nummer kiezen via Contacten

U kunt rechtstreeks vanuit Contacten een nummer kiezen.
Een telefoonnummer zoeken
1. Selecteer in het startscherm Contacten. Selecteer de specieke contact.
2. Druk op om het nummer te kiezen OF selecteer Optie > Spraakoproep of druk op de toets Bellen.
Druk op of selecteer Einde om de verbinding te verbreken.

Gesprekken beheren

Voor contacten binnen de lijst van gesprekken zijn de volgende opties beschikbaar:
Opslaan: U kunt het nummer opslaan in Contacten (als het nog niet is opgeslagen).
Spraakoproep: hiermee wordt het nummer van het contact gekozen uit de lijst Gesprekken.
SMS verzenden: u kunt een SMS naar het nummer verzenden. Geef het SMS-bericht op en selecteer Menu om de SMS-opties weer te geven en het bericht te verzenden.
MMS verzenden: u kunt een MMS naar het nummer verzenden. Geef het MMS-bericht op en selecteer Menu om de MMS-opties weer te geven en het bericht te verzenden.
Bewerken vóór bellen voordat u het nummer kiest, kunt u het bewerken.
Verwijderen: het geselecteerde nummer verwijderen.
Alles verwijderen: alle nummers in de lijst Gesprekken verwijderen.
34

Vast nummer kiezen

Een vaste set nummers worden opgeslagen als vaste nummers en alleen die nummers kunnen met de telefoon worden gekozen. Een gebruiker kan een nummer selecte­ren via Contacten of het nummer kiezen als het nummer is opgeslagen in de lijst met vaste nummers. Gebruikers kunnen echter oproepen ontvangen van elk willekeurig nummer. Er kan echter niet worden gebeld met nummers die niet zijn opgeslagen in de lijst met vaste nummers.
1. Selecteer Menu > Instellingen > Beveiliging > Vaste nummers > Aan. Geef PIN2 op om het kiezen van vaste nummers te activeren.
2. Geef PIN2 op om het kiezen van vaste nummers te activeren. Als u een nieuw nummer aan de lijst wilt toevoegen, gaat u naar Telefoonboek > Geavan- ceerd > Overige nummers > Vaste nummers.
Neem voor uw PIN2 contact op met uw operator.

Snel kiezen

Gesprekken beheren
Deze optie maakt het mogelijk om een nummer snel te kiezen via een snelkoppeling.
1. Als er geen snelkoppeling voor Snel kiezen is ingesteld, selecteert u Menu > Instellingen
> Telefoon > Sneltoets > Nummertoets > Snelkiesnummer > Instellen. Selecteer het nummer.
Geef een nieuw nummer op of voeg het toe vanuit het telefoonboek.
2. Houd in het startscherm de sneltoets voor Snel kiezen ingedrukt. Het scherm Snel kiezen verschijnt.
3. Als u een nieuw contact wilt toevoegen, bladert u naar een lege positie en selecteert u Toevoegen. Selecteer de contact. Selecteer Ja om een afbeelding
toe te voegen of Nee als u geen afbeelding wilt toevoegen. Selecteer een afbeelding uit de standaardafbeeldingen OF van het telefoongeheugen OF SD-kaart. Snel kiezen is ingesteld.
4. Als u wilt bellen, drukt u op . De overige beschikbare opties voor een contact zijn Weergeven, Vervangen, Verwijderen en Zend bericht.

Een gesprek accepteren/afwijzen

1. Als u een gesprek wilt ontvangen, drukt u op de toets Beantwoorden .
2. Als u een gesprek wilt afwijzen, drukt u op de toets Afwijzen . Als u het belsignaal van een inkomend
gesprek wilt onderdrukken, drukt u op Stil.
3. Als u nog een oproep wilt beantwoorden terwijl u belt, schakelt u de wachtstandfunctie voor GSM­gesprekken in. Selecteer Menu > Instellingen > Gesprekken > Gesprek in wacht > Aan. Voor informatie over het inschakelen van de functie
“Gesprek in wacht” op pagina 37.

Antwoord met elke toets

Als deze optie ingeschakeld is, kunt u op elke toets behalve drukken om een gesprek aan te nemen.
Als u deze functie wilt activeren, selecteert u Menu > Instellingen > Gesprekken > Antwoord met elke toets > Aan. U kunt ook op de nummertoets 6 in het menu Gesprekken drukken om naar het scherm Automatisch beantwoorden te gaan.

Gesprek doorverbinden

U kunt inkomende gesprekken doorverbinden naar een nieuw nummer of een bestaand nummer in Contacten of naar uw voicemail, mits uw provider deze functie
35
ondersteunt. Voor toegang tot de instellingen voor het doorverbinden van gesprekken selecteert u Menu > Instellingen > Gesprekken > Gesprek omleiden.

De opties voor het doorverbinden van gesprekken vindt u hieronder:

Opties voor het
Functie omleiden van gesprekken
Altijd omleiden Alle inkomende gesprekken
Op Bezig Gesprekken worden
Geen antwoord Gesprekken worden
Gesprekken beheren
Onbereikbaar Gesprekken worden
Alles annuleren De optie voor het doorverbinden
Als Gesprek omleiden is ingeschakeld, wordt het pictogram boven aan het scherm weergegeven wanneer de telefoon in de stand­bystand staat.
worden doorverbonden naar een
vooraf opgegeven nummer.
doorverbonden wanneer uw
telefoon bezet is.
doorverbonden als u de
inkomende gesprekken niet
aanneemt.
doorverbonden als u de telefoon
hebt uitgeschakeld of wanneer u
zich in een gebied bevindt waar u
geen bereik hebt.
van gesprekken wordt niet
toegepast.

Gesprek blokkeren

U kunt de voorziening Gesprek blokkeren instellen voor alle uitgaande gesprekken, uitgaande internationale gesprekken, alleen lokale gesprekken en gesprekken thuis, alle inkomende gesprekken of inkomende gesprekken tijdens roaming.
1. Voor toegang tot de instellingen voor het blokkeren van gesprekken selecteert u Menu > Instellingen > Gesprekken > Gesprek blokkeren.
2. Selecteer de optie Gesprek blokkeren en druk op Selecteren.
3. Geef het wachtwoord voor blokkeren op. (Dit wachtwoord wordt u gegeven door de serviceprovider voordat u deze functie gebruikt.) Dit wachtwoord wordt ter vericatie naar het netwerk gestuurd.
De opties voor Gesprek blokkeren vindt u hieronder:
Opties
Functie voor het blokkeren van gesprekken
Uitgaande gesprekken
Internationale gesprekken
Internationaal behalve naar huis
Alle inkomende gesprekken
Alle uitgaande gesprekken worden
geblokkeerd.
Alle internationale gesprekken
worden geblokkeerd.
Alle internationale gesprekken
behalve die naar het eigen netwerk
worden geblokkeerd
Alle inkomende gesprekken
worden geblokkeerd.
36
Inkomende gesprekken tijdens roaming
Alles annuleren De functie voor het blokkeren van
Wachtwoord wijzigen
Alle inkomende gesprekken tijdens roaming worden geblokkeerd.
gesprekken wordt niet toegepast.
Wachtwoord voor gesprek blokkeren wijzigen.
2. Als u uw beller-ID wilt verbergen, selecteert u Menu
> Instellingen > Gesprekken Beller-ID > Nummer verbergen. Als deze functie actief is, kan het zijn
dat het gesprek niet wordt verbonden als gevolg van beperkingen die mogelijk zijn opgelegd door bepaalde operators.
3. Als u uw beller-ID wilt verzenden, selecteert u Menu
> Instellingen > Gesprekken Beller-ID > Nummer verzenden.

Gesprek in wacht

Wanneer Gesprek in wacht is ingeschakeld en uw telefoon in gesprek is, wordt het nummer weergegeven wanneer er een gesprek binnenkomt.
1. Als u deze functie wilt activeren, selecteert u Menu > Instellingen > Gesprekken > Gesprek in wacht > Aan.
2. Als u deze functie wilt annuleren, selecteert u Menu
> Instellingen > Gesprekken > Gesprek in wacht > Uit. U wordt dan niet meer gewaarschuwd wanneer u
wordt gebeld terwijl u in gesprek bent. De beller hoort een ingesprektoon.
Gesprekken beheren
3. Selecteer Menu > Instellingen > Gesprekken > Gesprek in wacht > Status om de status voor deze
functie te controleren.

Beller-ID

Wanneer Beller-ID is ingeschakeld, wordt uw nummer aan de ontvanger getoond.
1. Als u uw beller-ID wilt weergeven, selecteert u Menu > Instellingen > Gesprekken Beller-ID > Standaard. Uw beller-ID wordt standaard weergegeven.

Autom. opnieuw kiezen

Wanneer deze functie ingeschakeld is, zal uw telefoon na het ingestelde interval automatisch opnieuw bellen als een gesprek niet wordt aangenomen.
1. Als u deze functie wilt activeren, selecteert u Menu
> Instellingen > Gesprekken > Autom. opnieuw kiezen > Aan.
2. Als de belpoging niet is geslaagd, wordt het bericht Automatisch opnieuw kiezen? weergegeven. Selecteer Bellen om het nummer opnieuw te kiezen. Selecteer Beëindigen om terug te keren naar het startscherm.

Autom. antwoord headset

Wanneer deze functie is ingeschakeld op de headset, worden inkomende gesprekken automatisch beantwoord.
Selecteer Menu > Instellingen > Gesprekken > Autom. antwoord headset > Aan.
37

Overige gespreksinstellingen

Verbinding: als deze optie is ingeschakeld, ontvangt u een geluidssignaal wanneer het gesprek door de hoorn wordt opgenomen. Selecteer Menu
> Instellingen > Gesprekken > Signaaltoon > Verbinding > Aan.
Minuutalarm: als deze optie is ingeschakeld, ontvangt u tijdens een telefoongesprek elke 45ste seconde van elke minuut een waarschuwing. Selecteer Menu > Instellingen > Gesprekken > Signaaltoon > Minuutalarm > Aan.
Instelling voorvoegsel: U kunt een lijst met cijfers voorvoegsel maken en door de gebruiker gedenieerde voorvoegselnamen instellen, voor internationale toegangsnummers en netnummers.
Gesprekken beheren
38

Contacten beheren

U kunt de lijst Contacten gebruiken om de telefoonnummers van uw contacten te beheren. Via deze voorziening kunt u telefoonnummers toevoegen, verwijderen en kiezen en berichten verzenden. Als u de lijst met contacten wilt openen, selecteert u Menu > Telefoonboek. De contacten worden weergegeven.

Een nieuw contact toevoegen

Als u een nieuw contact wilt toevoegen, selecteert u Menu > Telefoonboek > Nieuw contact. Selecteer de locatie. Voer de naam en andere gegevens van het contact in en selecteer Opslaan.
U kunt een nummer ook direct invoeren en Opslaan selecteren. Selecteer Nieuw contact of werk een bestaand contact bij. Voer overige gegevens van het contact in en selecteer Opslaan.
De lijst Contacten wordt nu bijgewerkt met het nieuwe nummer.
2. Selecteer SMS verzenden of MMS verzenden, afhankelijk van het berichttype.
3. Type het bericht en selecteer Verzenden.

Nieuwe groep toevoegen

Als u een groep wilt maken, drukt u op Menu > Telefoonboek > Menu > Geavanceerd > Groep > Telefoon > Menu > Nieuwe groep > Toevoegen.

Een nieuw contact toevoegen aan Groep

Selecteer in het startscherm Menu > Telefoonboek > Menu > Geavanceerd > Groepen. Selecteer de
groep. Selecteer Lid toevoegen. De telefoonnummers in Contacten worden weergegeven. Selecteer de telefoonnummers die u wilt toevoegen aan de groep.
Alleen de contacten die in het telefoongeheugen zijn opgeslagen, kunnen worden toegevoegd aan de groep.
39

Contacten beheren

Als Telefoon als opslaglocatie is geselecteerd, kan de gebruiker naast de naam en het telefoonnummer veel extra gegevens toevoegen.

Een nummer kiezen via Contacten

Selecteer in het startscherm Menu > Telefoonboek. Selecteer het contact en druk op de toets Kiezen.

Een bericht verzenden via Contacten

1. Selecteer in het startscherm Menu > Telefoonboek. Selecteer de contact. Selecteer Menu > Bericht verzenden.

Groep-instellingen

Als u de contacten wilt weergeven, selecteert u Menu > Telefoonboek > Menu > Geavanceerd > Groep.
Selecteer de groep. Selecteer Weergeven om de contacten in de groep weer te geven.
Als u de groepsinstellingen wilt bewerken, selecteert u Menu > Telefoonboek > Menu > Geavanceerd > Groep. Selecteer de groep. Selecteer Menu. De volgende opties worden weergegeven:
Nieuwe groep: een nieuwe groep maken.
Zend bericht: hiermee kunt u de contacten in de groep weergeven.
Naam wijzigen: hiermee kunt u de naam van de groep wijzigen. Geef een naam op voor de groep. Selecteer OK om de naam op te slaan.
Belinstelling: een spraakoproep- of berichttoon voor deze groep instellen.
Verwijderen: de afbeelding verwijderen. als u de groep verwijdert, worden de contacten zelf niet verwijderd.

Overige nummers

Op deze locatie kunt u enkele nummers voor speciale doeleinden opslaan. Er zijn drie categorieën beschikbaar:
Mijn nummer weergeven: hier kunt u uw eigen informatie beheren. Selecteer Menu > Telefoonboek
> Menu > Geavanceerd > Overige nummers > Mijn nummer weergeven. De volgende submenu's
worden weergegeven.
Bewerken: voer uw mobiele nummer in en
selecteer Opslaan.
Verwijderen: hier kunt u uw eigen informatie
Contacten beheren
Servicenummers: bevat de servicenummers die door
Vast nummer: hier kunt u een vast nummer opgeven.
verwijderen.
vCard verzenden: hier kunt uw eigen informatie
via SMS naar elk willekeurig nummer verzenden.
de provider zijn geleverd.

Standaard lijst met contacten

Wanneer u het adresboek opent, kunt u de contacten weergeven die zijn opgeslagen in de telefoon, op de SIM­kaart of beide.
1. Selecteer Menu > Telefoonboek > Menu > Geavanceerd > Contacten weergeven vanaf.
2. Selecteer Telefoon en SIM of Telefoon of SIM om de standaard lijst met contacten weer te geven.

Contact verzenden

U kunt contactgegevens verzenden via SMS of Bluetooth.
Contact verzenden via SMS
1. Selecteer Menu > Telefoonboek.
2. Selecteer het contact en selecteer Menu > vCard
verzenden > via SMS en verzend het SMS-bericht.
Contact verzenden via Bluetooth
1. Selecteer Menu > Telefoonboek.
2. Selecteer de betreffende contact en selecteer Menu > vCard verzenden > Verzenden via Bluetooth.
3. Als Bluetooth niet is ingeschakeld, wordt er een bericht weergeven met het verzoek om Bluetooth in te schakelen.
4. Selecteer Toestellen zoeken en selecteer vervolgens het gekoppelde toestel wanneer u de naamkaart wilt verzenden.
5. Als het apparaat niet is gekoppeld, selecteert u Vind meer... en selecteert u het apparaat.
6. Wanneer het andere apparaat de contact accepteert, wordt het bericht Object verzonden weergegeven.

Contacten verwijderen

Als u een contact wilt verwijderen, selecteert u Menu > Telefoonboek. Selecteer het contact en selecteer Menu > Verwijderen.
Als u alle contacten wilt verwijderen, selecteert u Menu > Telefoonboek > Alles markeren > Gemarkeerde contacten verwijderen. Het
40
bericht Wilt u echt alles verwijderen? wordt weergegeven. Selecteer OK om te verwijderen (als de standaardcontactlijst Alles is).

Nummers kopiëren of verplaatsen tussen telefoon, SIM

Als u alle gegevens naar uw telefoon, SIM-kaart of geheugen wilt kopiëren, selecteert u Menu >
Telefoonboek > Menu > Alles markeren > Menu > Gemarkeerde kopiëren en selecteert u de
bestemming.
Als u alle gegevens naar het geheugen van uw telefoon, uw SIM-kaart of een andere bestemming wilt verplaatsen, selecteert u Menu > Telefoonboek
> Menu > Alles markeren > Menu > Gemarkeerde verplaatsen > Geavanceerd > bestemming.
De verplaatste records worden verwijderd uit de bronlocatie. Dat wil in dit geval zeggen dat alle records die naar de opgegeven locatie zijn verplaatst, niet meer beschikbaar zijn op de bronlocatie.

Contacten zoeken

Contacten beheren
1. Selecteer Menu > Telefoonboek.
2. Geef de naam van de contact op.
3. De contact wordt weergegeven.
41

Berichten

SMS is een eenvoudige manier van communiceren. U kunt via deze service een tekstbericht sturen naar andere mensen. U kunt het menu Berichten in uw telefoon gebruiken om een SMS-bericht te sturen naar andere mobiele telefoons of andere apparaten die SMS-berichten kunnen ontvangen. Als u de SMS-functie wilt gebruiken, selecteert u Menu > Berichten.

Invoermodus voor tekst

Wanneer u tekst invoert, wordt de invoermodus links boven aan het scherm weergegeven. Druk kort op de toets # om de verschillende invoermodi voor tekst, oftewel conventioneel (Abc/ABC/abc) en numeriek (123), te selecteren. Houd de toets *ingedrukt om de modus T9 in te schakelen.
In de conventionele invoermodus kunt u herhaaldelijk op een toets drukken totdat de gewenste letter wordt weergegeven. De numerieke modus wordt gebruikt om cijfers op te geven.

Berichten beheren

Als u in de modus T9 op een toets drukt worden de letters van het alfabet weergegeven. Blader naar het alfabet of de letter en druk op de menutoets om te selecteren.
1. Om te schakelen tussen hoofdletters (ABC), kleine letters (abc) en het hoofdlettergebruik voor zinnen (Abc), gebruikt u de toets *. Wanneer u het hoofdlettergebruik voor zinnen toepast, wordt de letter die direct volgt op een punt (.), uitroepteken (!) of vraagteken (?) automatisch een hoofdletter.
2. Om een teken in te voeren, drukt u meerdere keren op de numerieke toets, totdat het gewenste teken op het scherm verschijnt.
3. Wanneer u bij het bewerken van tekst een spatie wilt invoegen tussen tekens of woorden, drukt u op 0.
4. Als u een teken wilt wissen, selecteert u Wissen.
5. Als u een punt (.) wilt in voegen, drukt u op 1.
Als u speciale tekens wilt invoeren, drukt u op de toets * om de speciale tekens weer te geven. Druk op de naviga- tietoetsen om door de speciale tekens te bladeren. Selec­teer het teken dat in de tekst moet worden weergegeven.
Houd de toets * ingedrukt om de talen voor het invoeren van tekst weer te geven. Gebruik de menutoets om de taal te selecteren. Selecteer Voltooid om de taal voor de tekstinvoer te wijzigen.

SMS-berichten beheren

SMS-instellingen
Om de instellingen voor uw SMS-berichten weer te geven of te deniëren, selecteert u Menu > Berichten > SMS > Instellingen:
Instellingen Functie
Servicecenter Dit is het nummer van het berichten-
Vervalperiode Selecteer de periode gedurende welke
Leverings­rapporten
centrum dat wordt gebruikt voor het verzenden en ontvangen van berich­ten. U ontvangt het nummer van uw provider. Dit nummer wordt automa­tisch door uw telefoon gebruikt als het reeds in de SIM-kaart is ingesteld.
uw berichten opgeslagen moeten blijven in het berichtencentrum.
Selecteer Aan om een bevestigingsrapport te ontvangen of een bericht is afgeleverd.
42
Verzonden items opslaan
Opslagtype Selecteer SIM of Mobiele telefoon
Broadcast Selecteer Aan om uitgezonden
SMS-berichten schrijven
1. Als u een bericht wilt aanmaken, selecteert u Menu > Berichten > SMS > Nieuw.
2. Typ het bericht in het tekstvenster. De invoermodus voor tekst wordt in de linkerbenedenhoek van het scherm weergegeven. Druk kort op * om de gewenste invoermodus voor tekst te kiezen.
3. Voer het bericht in en selecteer Menu. SMS mag maximaal 1490 tekens bevatten.
De volgende opties zijn beschikbaar:
Berichten beheren
Optie Functie
Verzenden Het bericht verzenden.
Ontvanger toevoegen
Opslaan Het bericht in de conceptenmap
Veld wissen Het ingevoegde contact en het bericht
Contact invoegen
Selecteer Aan om de verzonden berichten op te slaan.
als opslaglocatie voor berichten.
berichten te ontvangen die worden verzonden door uw provider.
Een ontvanger toevoegen
opslaan.
wissen.
Een vCard van een contact toevoegen.
Opmerkingen Een notitie toevoegen aan de lijst met
Knippen De geselecteerde woorden of symbolen
Kopiëren De geselecteerde woorden of symbolen
Plakken Een reeds gekopieerde tekst in het
Regeleinde De aanwijzer naar de volgende regel
Taal voor schrijven
Smiley invoegen
Terug Terug naar het scherm Nieuwe
4. Selecteer Verzenden om het bericht te verzenden.
SMS Postvak IN
In het Postvak IN worden alle inkomende SMS-berichten opgeslagen en weergegeven.
1. Als u het Postvak IN wilt openen, selecteert u Menu > Berichten > SMS > Postvak IN. In het Postvak IN wordt een lijst van met berichten weergegeven.
2. Als u een bericht wilt verwijderen, selecteert u Menu > Verwijderen.
3. Als u alle berichten of meerdere berichten wilt verwijderen, selecteert u Menu > Markeren de berichten of Alles markeren > Menu > Gemarkeerde verwijderen.
notities.
knippen.
kopiëren.
bericht plakken.
verplaatsen.
De taal instellen voor het te schijven bericht.
Een smiley invoegen.
berichten.
43
4. Om een bericht te openen, bladert u naar het bericht en drukt u op Openen.
5. Wanneer een bericht geopend is, kunnen andere functies worden uitgevoerd. Selecteer Menu om de opties op te vragen.
Antwoorden: hiermee kunt u een bericht naar de zender van het betreffende bericht sturen.
Verwijderen: hiermee kunt u het bericht, nadat u het hebt gelezen, verwijderen.
Doorsturen: hiermee kunt u het bericht naar een andere ontvanger sturen.
Informatie ontvangen: hiermee kunt u de nummers, de URL en de e-mail-ID in het bericht opslaan. U kunt ook nummers kiezen of een bericht naar de nummers verzenden (deze optie wordt alleen getoond als de SMS-tekst een nummer bevat).
Spraakoproep: hiermee kunt u de zender van het bericht bellen.
Kopiëren naar SIM: U kunt het bericht opslaan in het geheugen van uw SIM-kaart (deze optie wordt alleen getoond als de Mobiele telefoon als SMS-
Berichten beheren
opslaglocatie is aangegeven).
SMS Postvak UIT
Berichten die om welke reden dan ook niet zijn afgeleverd bij de ontvanger, worden opgeslagen in het Postvak UIT.
1. Voor toegang tot de niet-afgeleverde berichten selecteert u Menu > Berichten > SMS > Postvak UIT.
2. Selecteer Menu om de opties voor het Postvak UIT weer te geven.
3. Druk op Openen om het bericht weer te geven.
4. Druk op Menu > Opnieuw verzenden om het bericht te versturen. U kunt een bericht dat niet is afgeleverd ook doorsturen.

MMS-berichten beheren

MMS-instellingen
Om de instellingen voor uw MMS-berichten weer te geven of te deniëren, selecteert u Menu > Berichten > MMS > Instellingen:
Instellingen Functie
Profiel Hier vindt u de gegevens van het
Verzenden Hier geeft u de berichtinstellingen op,
Ontvangen Hier kunt u de downloadoptie
Bewerken Hier kunt u de instellingen wijzigen
Modus voor weergeven
MMS-berichten schrijven
Voor het verzenden en ontvangen van MMS-berichten dient u een speciaal serviceabonnement te hebben. Neem voor meer informatie contact op met uw operator.
1. Als u een bericht wilt aanmaken, selecteert u Menu > Berichten > MMS > Nieuw.
2. Typ het bericht in het tekstvenster. De invoermodus voor tekst wordt in de linkerbenedenhoek van
MMS-proel. Raadpleeg <verwijzing>
zoals bevestigingsrapport, verzonden berichten opslaan en modus voor verzenden.
voor het ontvangen van MMS­berichten op het thuisnetwerk, het netwerk voor roaming en voor reclameberichten in- of uitschakelen.
voor de weergavetijd voor berichten en de modus voor het maken van berichten.
Hier kunt u de modus voor het weergeven berichten instellen op automatisch of handmatig.
44
het scherm weergegeven. Druk kort op # om de gewenste invoermodus voor tekst te kiezen.
3. Voer het bericht in en selecteer Menu. De volgende opties zijn beschikbaar:
Optie Functie
Toevoegen Een nieuwe dia, een nieuw onderwerp of
Invoegen Multimediabestanden toevoegen, zoals
Bijlagen Multimediabestanden als bijlage
Foto maken De camera en een foto maken om in te
Voorbeeld Een voorbeeld van het MMS-bericht
Berichten beheren
Timer voor dia
MMS Postvak IN
In het Postvak IN worden alle inkomende MMS-berichten opgeslagen en weergegeven.
Als u het Postvak IN wilt openen, selecteert u Menu > Berichten > MMS > Postvak IN. In het Postvak IN wordt een lijst van met berichten weergegeven.
Antwoorden: hiermee kunt u een bericht naar de zender van het betreffende bericht sturen.
een nieuwe ontvanger toevoegen aan de lijst CC tot BCC.
afbeeldingen, audio- of videobestanden.
toevoegen, zoals afbeeldingen, audio- of videobestanden.
voegen of bij te sluiten.
weergeven.
De overgangstijd tussen dia's instellen.
Alle antwoorden: hiermee kunt u een bericht naar alle contacten in het betreffende bericht sturen.
Verwijderen: als u een bericht wilt verwijderen, selecteert u Menu > Verwijderen.
Alles verwijderen: Als u alle berichten of meerdere berichten wilt verwijderen, selecteert u Menu >
Markeren de berichten of Alles markeren > Menu > Gemarkeerde verwijderen.
Doorsturen: hiermee kunt u het bericht naar een andere ontvanger sturen.
Verplaatsen naar: het geselecteerde bericht verplaatsen naar een specieke map.
Bijlagen : hiermee kunt u de bijlagen in het bericht weergeven of downloaden.
Informatie ontvangen: hiermee kunt u de nummers, de URL en de e-mail-ID in het bericht opslaan. U kunt ook nummers kiezen of een bericht naar de nummers verzenden (deze optie wordt alleen getoond als de SMS-tekst een nummer bevat).
Berichtgegevens : hiermee kunt u de gegevens van het bericht weergeven.
MMS Postvak UIT
Berichten die om welke reden dan ook niet zijn afgeleverd bij de ontvanger, worden opgeslagen in het Postvak UIT.
1. Voor toegang tot de niet-afgeleverde berichten selecteert u Menu > Berichten > MMS > Postvak UIT.
2. Selecteer Menu om de opties voor het Postvak UIT weer te geven.
3. Druk op Openen om het bericht weer te geven.
4. Selecteer Opnieuw verzenden om het bericht te verzenden.
45
5. Selecteer Sorteren op om de berichten te sorteren.
6. Selecteer Verwijderen/Alles verwijderen om het gemarkeerde bericht of alle berichten te verwijderen.

E-mailberichten beheren

E-mailinstellingen
U kunt e-mailberichten verzenden en ontvangen met of zonder bijlagen, zoals foto's, audio- en videoclips. Voordat u begint met het verzenden en ontvangen van e-mailberichten, moeten de netwerkinstellingen uw telefoon worden gecongureerd zodat de telefoon wordt verbonden met een e-mailserver.
Selecteer Menu > Berichten > E-mail > Instellingen > Menu > Bewerken. De volgende opties worden weergegeven.
Selecteer Menu > Berichten > E-mail > Instellingen > Menu > Bewerken. De volgende opties worden weergegeven.
Instellingen Functie
Berichten beheren
Gebruikers­gegevens
Verbinding De gegevens van de uitgaande en
De naam van de gebruiker, het e-mailadres, de gebruikers-ID, het wachtwoord en de handtekening weergeven of wijzigen.
de inkomende server weergeven of wijzigen.
Verbinding Gegevens uitgaande server
Naam SMTP-server: de naam
van de SMTP-server.
Poort SMTP-server: het poortnummer van de SMTP­server.
SSL/TLS gebruiken: schakel deze optie in om SSL/TLS te gebruiken.
Vericatie: Selecteer Ja om een beveiligde vericatie naar de server in te stellen.
Gegevens inkomende server
Servertype: stel het servertype
in op Geen, POP3 of IMAP4.
Poort SMTP-server: het poortnummer van de specieke server.
SSL/TLS gebruiken: schakel deze optie in om SSL/TLS te gebruiken.
Voorkeuren Stel de voorkeuren in voor het
beheren van de inkomende e-mails.
Modus voor downloaden: u kunt ervoor kiezen om alleen de berichtkop te downloaden, zowel de kop als de hoofdtekst, of hiernaar gevraagd te worden voordat het bericht wordt gedownload.
Maximale berichtgrootte:de grootte van het te downloaden bericht.
Kopie achterlaten op server:
selecteer Ja om een kopie op de server achter te laten.
46
Voorkeuren Verzonden items opslaan:
E-mailberichten schrijven
Hiervoor moet de GPRS-service zijn ingeschakeld. Neem hiertoe contact op met uw provider.
U kunt een e-mailbericht opstellen en verzenden naar een of meer e-mail-ID's. Selecteer Menu > Berichten > E-mail > Nieuw. Voer het Aan-adres in. Typ het onderwerp en het bericht en druk op Verzenden. Druk op Menu om de
Berichten
volgende opties weer te geven.
selecteer Ja om de verzonden berichten op te slaan.
Downloadlimiet: instellen hoeveel berichten er tegelijkertijd moeten worden gedownload.
Handtekening toevoegen: u kunt een handtekening aan alle e-mails of alleen aan nieuwe e-mails toevoegen of u kunt e-mails zonder handtekening verzenden.
Berichten beheren
Optie Functie
Voeg Contact toe Voeg een contact toe vanuit het
Bericht annuleren Het bericht verwijderen.
Cc toevoegen Ontvangers toevoegen aan de
Bcc toevoegen Ontvangers toevoegen aan de
Verzendopties Vragen om een ontvangstbeves-
Telefoonboek.
Cc-lijst
Bcc-lijst
tiging of het bericht verzenden met de prioriteit Hoog, Normaal of Laag.
Bestand toevoegen
Postvak IN e-mail
Als u het Postvak IN wilt openen, selecteert u Menu > Berichten > E-mail > Postvak IN. Het Postvak IN toont een lijst met berichten die u kunt weergeven, beantwoorden, sorteren of verwijderen.
E-mail ophalen: controleer of er nieuwe mail op de server aanwezig is en haal de nieuwe mail op, afhankelijk van de ingestelde opties voor het ophalen van e-mail.
Alle antwoorden: hiermee kunt u een bericht naar alle contacten in het betreffende bericht sturen.
Verwijderen: verwijder het geselecteerde bericht.
Alles verwijderen: verwijder alle berichten.
Markeren/Alles markeren: markeer het
geselecteerde bericht of markeer alle berichten.
Sorteren op: sorteer de berichten op basis van de velden Van, Datum en Onderwerp.
Berichtgegevens: hiermee kunt u de gegevens van het bericht weergeven.
E-mail Postvak UIT
E-mailberichten die om welke reden dan ook niet zijn afgeleverd bij de ontvanger, worden opgeslagen in het Postvak UIT.
1. Voor toegang tot de niet-afgeleverde berichten selecteert u Menu > Berichten > E-mail > Postvak UIT.
2. Selecteer Menu om de opties voor het Postvak UIT weer te geven.
3. Druk op Openen om het bericht weer te geven.
Multimediabestanden toevoegen als bijlage, zoals afbeeldingen, audio- of videobestanden.
47
4. Selecteer Opnieuw verzenden om het bericht te verzenden.
5. Selecteer Verwijderen/Alles verwijderen om het gemarkeerde bericht of alle berichten te verwijderen.

Conceptberichten beheren

Berichten die zijn opgeslagen zodat ze op een later tijdstip kunnen worden verzonden, worden opgeslagen in de map Concept.
1. Als u de niet-verzonden berichten wilt weergeven, selecteert u Menu > Berichten > > SMS/MMS/E- mail > Concept.
2. Selecteer Menu om de conceptopties weer te geven.
3. U kunt het concept verzenden, bewerken en verzenden of opslaan en u kunt de gegevens van de ontvanger opvragen of de berichten verwijderen.

Verzonden berichten beheren

Berichten die zijn verzonden en afgeleverd, worden
Berichten beheren
opgeslagen in de map Verzonden.
1. Als u de verzonden berichten wilt weergeven, selecteert u Menu > Berichten > > SMS/MMS/E- mail > Verzonden.
2. Selecteer Menu om de opties voor verzonden berichten weer te geven.
3. Druk op de toets Openen om het bericht weer te geven.
4. U kunt het bericht opnieuw verzenden, bewerken en verzenden of opslaan en u kunt de gegevens van de ontvanger opvragen of de berichten verwijderen.
U kunt een verzonden bericht ook doorsturen.

Een bericht verzenden via Contacten

U kunt een SMS verzenden vanuit Contacten.
1. Selecteer in het startscherm Menu > Telefoonboek. Selecteer de contact. Selecteer Menu > Bericht verzenden > SMS/MMS/E-mail verzenden.
2. Voer het bericht in en selecteer Menu > Verzenden.
3. Selecteer Zend bericht om het bericht te verzenden of selecteer Ontvanger toevoegen om nog een ontvanger toe te voegen.

Nummer in een ontvangen bericht bellen of opslaan

Het is mogelijk om een nummer in een ontvangen SMS­bericht te bellen.
1. Selecteer Menu > Berichten > SMS > Postvak IN > open het bericht met nummers.
2. Selecteer Menu > Informatie ontvangen. Het nummer wordt weergegeven.
3. Selecteer Menu > Opslaan OF selecteer Menu > Spraakbericht.

SMS-geheugen opvragen

Om de geheugencapaciteit voor berichten weer te geven, selecteert u Menu > Berichten > SMS > Geheugenstatus.

Voicemail

U kunt inkomende gesprekken doorsturen naar uw voicemail. De bellers wordt dan gevraagd om een bericht voor u achter te laten. Voor deze voorziening moet u een nummer voor uw voicemail invoeren. Dat nummer wordt u verstrekt door de serviceprovider.
48
1. Als u het voicemailnummer wilt instellen, selecteert u Menu > Berichten > SMS > Voicemail > Nieuw. Geef het Voicemailnummer op dat u van uw provider hebt ontvangen. Selecteer Opslaan. Dit nummer moet worden gebruikt wanneer u wilt luisteren naar de opgeslagen voicemails.
2. Wanneer u ingesproken voicemails wilt auisteren, selecteert u Menu > Berichten > SMS > Voicemail,
geeft u het voicemailnummer op en selecteert u > Menu > Beluisteren. U wordt verbonden met
uw postbus en u kunt de opgeslagen voicemails beluisteren. Als het voicemailnummer reeds is ingesteld, selecteert u Menu > Berichten > SMS > Voicemail > Menu > Beluisteren.
Voor een snelle toegang tot uw voicemail, drukt u op de toets 1 en houdt u de toets ingedrukt.
Berichten beheren
49

Internetbrowser

Deze mobiele telefoon heeft een interne webbrowser waarmee u door de inhoud van HTTP- en WAP-websites op het internet kunt bladeren. Deze voorziening is alleen beschikbaar als u bij uw serviceprovider ook een abonnement op een dataservice hebt voor toegang tot het internet. Neem contact op met uw provider voor meer informatie. Wanneer u WAP voor het eerst gebruikt, moet u de service congureren. Sommige WAP-parameters op uw telefoon zijn al ingesteld met het oog op een bepaalde serviceprovider. Als u gebruik maakt van de services van die provider, kunt u de ingestelde conguratie gebruiken om te werken met de WAP-service. Als dat niet zo is, moet u de instellingen congureren.
Als u WAP-webpagina's niet kunt weergeven omdat de serviceprovider de WAP-parameters heeft gewijzigd of omdat de inhoudprovider het adres of de inhoud van de WAP-pagina heeft gewijzigd, neemt u contact op met de serviceprovider of de inhoudprovider voor

Internetbrowser

Selecteer Menu > Internet > Selecteren. Het volgende submenu's worden weergegeven:
Thuis: dit is de eerste pagina die wordt weergegeven
Favorieten: dit menu kunt u gebruiken om favorieten
Hervatten: via dit menu hebt u toegang tot de
Pushberichten: Postvak IN voor WAP-
updates.
wanneer u de webbrowser opent.
toe te voegen en te beheren en direct naar de bijbehorende internetadressen te gaan. U kunt via dit menu ook favorieten bewerken en verwijderen.
webpagina's die u eerder hebt bezocht. Klik op een pagina om deze te openen.
pushberichten.
Instellingen: u kunt de volgende instellingen bewerken:
Multimedia: configureer de opties voor het
downloaden van afbeeldingen, geluiden en andere multimedia-objecten.
Uiterlijk en functionaliteit: bewerk het
uiterlijk van de webpagina, zoals tekengrootte, terugloop, weergavemodus en bladermethode.
Beveiliging: schakel de beveiligde prompt,
cookies en cache in en uit.
Browserproel: bewerk de proelgegevens:
• Proelnaam: de naam van het proel.
• Webprotocol: stel het protocol in op HTTP of
WAP.
• Proxyadres: het adres van de proxyserver.
• Proxypoortnummer: het poortnummer van de
proxyserver.
• Aanmeldingsnaam: de gebruikersnaam die is vereist voor toegang tot het account.
• Wachtwoord: het wachtwoord dat is vereist voor toegang tot het account.
• URL van startpagina: de URL van het berichtencentrum.
Tijdelijke bestanden verwijderen: verwijder cache, cookies en tijdelijke internetbestanden.
Pushbericht weigeren: u kunt aangeven of u automatisch berichten van providers en webportals wilt ontvangen.
50

Java

De Sonim XP2.10 SPIRIT is uitgerust met een reeks Java-toepassingen die standaard op de telefoon zijn opgeslagen. U kunt meer Java-toepassingen downloaden via WAP, Bluetooth, een SD-kaart of Java Application Manager.

Vooraf geïnstalleerde Java-toepassingen

De volgende Java-toepassingen zijn vooraf geïnstalleerd op de Sonim XP2.10 SPIRIT.
Java Application Manager (JAM): Omvat een gesorteerde lijst met toepassingen die door Sonim zijn getest op de telefoon. Hiermee wordt de meest recente lijst opgehaald van een server via GPRS/EDGE. U kunt de toegang van Menu > Toepassingen > Java Application Manager.
Eenheidconversie: U kunt een bepaalde fysiek eenheid converteren naar een andere fysieke

Java

eenheid. U kunt de toegang van Menu > Toepassingen > Eenheidconversie.

Java Help

Selecteer Menu > Toepassingen > Java Help.
U krijgt informatie over de installatie van meegeleverde Java-toepassingen en het instellen van de APN (Access Point Name).

Java-toepassing installeren vanaf SD-kaart

Selecteer Menu > Mijn bestanden > Geheugenkaart. Selecteer het gewenste Java-bestand. De installatieprocedure wordt gestart. Zodra de toepassing correct is geïnstalleerd, wordt deze weergegeven in het vak Toepassingen.
Voor een correcte installatie van de Java­toepassingen, moeten de datum en tijd correct op de telefoon worden ingesteld.
51

Tools

Dit onderdeel bevat diverse toepassingen die door de telefoon worden ondersteund.

Alarm

U kunt een alarm voor een bepaalde tijd instellen. Selecteer Menu > Tools > Wekker > selecteer het alarm. Voer de volgende gegevens in:
Status: u schakelt de wekker in door de status in te stellen op Starten. Om de wekker uit te schakelen, stelt u deze in op Stoppen.
Tijd: stel de wekkertijd in.
Terugkerend: selecteer de dagen voor een
terugkerend alarm.
Beltoon: stel de beltoon voor de wekker in.
Slaapstand: u schakelt de slaapstand van de wekker

Tools

in door de status in te stellen op Starten. Om de wekker uit te schakelen, stelt u deze in op Stoppen.
Het alarm werkt ook wanneer de modus Stil is ingeschakeld of de telefoon is uitgeschakeld.

Rekenmachine

Met de rekenmachine in deze telefoon kunt u eenvoudige rekenkundige bewerkingen uitvoeren.
1. Selecteer Menu > Tools > Rekenmachine.
2. Gebruik de numerieke toetsen om cijfers in te voeren.
3. Gebruik de navigatietoetsen om rekenkundige operatoren in te voeren.
Navigatietoets Werking
Omhoog + (optellen)
Omlaag - (aftrekken)
Links * (vermenigvuldigen)
Rechts / (delen)
4. Nadat u cijfers en operatoren hebt ingevoerd, drukt u op de menutoets om het resultaat weer te geven.
U kunt op de telefoon getallen van maximaal negen cijfers invoeren.

Opmerkingen

U kunt notities maken en opslaan als tekstbestand.
1. Als u een nieuwe notitie wilt maken, selecteert u Menu > Tools > Notities > Nieuw. Typ de tekst en druk op OK.
2. Als u een bestaande notitie wilt wijzigen, selecteert u Menu > Tools > Notities, selecteert u de notitie en drukt u op Menu > Bewerken.
3. Als u een notitie wilt verzenden, selecteert u Menu > Tools > Notities, selecteert u de notitie en selecteert u Menu > Verzenden. Selecteer de verzendoptie om de notitie te verzenden als SMS, MMS of e-mail.
4. Als u een notitie wilt verwijderen, selecteert u Menu >
Tools > Notities, selecteert u de notitie en drukt u op Verwijderen of Alles verwijderen.
52

Taken

U kunt uw taken opslaan in de takenlijst en een waarschuwing instellen.
1. Als u een nieuwe taak wilt maken, selecteert u Menu > Tools > Taken > Nieuw. Voer de volgende gegevens in
Datum: de datum waarop u de waarschuwing
voor de taak wilt ontvangen.
Tijd: het tijdstip waarop u de waarschuwing
voor de taak wilt ontvangen.
Prioriteit: stel de prioriteit van de taak in.
Memo: een beschrijving van de taak.
Beltoon: stel de beltoon voor de waarschuwing in.
Voltooiing: stel de voltooiingsstatus in.
Voltooiingsdatum: datum voor het voltooien
Tools
2. Als u een taak wilt bewerken, selecteert u Menu
3. Als u een taak wilt sorteren, selecteert u Menu > Tools
4. Als u een taak of alle taken wilt verwijderen,
van de taak.
> Tools > Taken > Nieuw, selecteert u de taak en drukt u op Bewerken.
> Taken > Sorteren en stelt u de sorteeroptie in.
selecteert u een taak en drukt u op Verwijderen of
Alles verwijderen.

Wereldklok

Als de huidige tijd op verschillende locaties wilt weergeven, selecteert u Wereldklok. U stelt als volgt uw eigen tijdzone en de bestemming in:
1. Druk op de toets omhoog/omlaag om uw eigen stad of de stad op de bestemming te selecteren.
2. Selecteer Menu > Tools > Wereldklok > Steden. Selecteer de stad.
De nummertoetsen (2-9) bieden snel toegang tot de steden aan de hand van de letter van het alfabet van de desbetreffende toets.
U kunt ook de navigatietoetsen en de weergegeven kaart gebruiken om uw eigen stad en de stad op de bestemming in te stellen.

Stopwatch

Selecteer Menu > Tools > Stopwatch.
1. Om de timer te starten, selecteert u Start. De teller begint te lopen.
2. Als u de volgende ronde wilt starten, selecteert u Splitsen.
3. Als u de teller wilt stoppen, selecteert u Stop.

Afteltimer

U kunt de afteltimer gebruiken om u aan een specieke gebeurtenis te herinneren of om de tijd van een bepaalde taak op te nemen.
1. Selecteer Menu > Tools > Afteltimer. Als de afteltimer is ingesteld, wordt het betreffende pictogram weergegeven in het stand-byscherm.
2. Geef het aantal uren en minuten op voor de herinnering. De maximale tijd die u kunt instellen is 23 uur en 59 minuten (23:59:59) en de minimale tijd is één seconde (00:00:01).
3. Voer de notities met betrekking tot de taak in.
Wanneer de timer bij nul komt, gaat het alarm af.
53

Valuta omrekenen

U kunt een bepaalde fysiek eenheid converteren naar een andere fysieke eenheid. Selecteer Menu > Tools > Valuta
omrekenen. Voer de volgende gegevens in:
Van: de te converteren munteenheid. Druk op Lijst
om de munteenheid weer te geven en te selecteren.
Aan: de munteenheid waarnaar u wilt converteren. Druk op Lijst om de munteenheid weer te geven en te selecteren.
Koers: de wisselkoers.
Bedrag: het te converteren bedrag.
Resultaat: het geconverteerde bedrag wordt weergegeven.
5. Voor toegang tot alle opnames drukt u op Menu > Mijn opnames.
6. Als u de huidige opname wilt afspelen, verzenden of verwijderen, drukt u op Menu en selecteert u de gewenste optie.
Het opgenomen geluidsbestand wordt opgeslagen in de map Mijn bestanden. Zie “Uw bestanden beheren” op
pagina 65 voor meer informatie.

SIM-toolkit

Naast de op uw telefoon geïnstalleerde functies bevat uw
Tools
SIM-kaart mogelijk ook bepaalde functies en services van uw provider. De inhoud hiervan kan variëren afhankelijk van de SIM-diensten die door uw provider worden aangeboden. Selecteer Menu > Tools > SIM-toolkit.

Opnemen gesproken bericht

Selecteer Menu > Tools > Opnemen gesproken bericht.
1. Als u een geluidsbestand wilt opnemen, selecteert u Opnemen.
2. Als u de opname tijdelijk wilt onderbreken, selecteert u Pauze.
3. Selecteer Hervatten om de opname te hervatten.
4. Als u de opname tijdelijk wilt beëindigen, selecteert u Stop.
54

Kalender

Met de kalender kunt u afspraken instellen, notities maken, de nodige herinneringen plannen, signalen instellen en bepaalde instellingen herhalen.
1. Om toegang te krijgen tot de functie Organiseren en de bijbehorende functies, selecteert u Menu > Kalender. De kalender voor de huidige maand wordt weergegeven. Gebruik de navigatietoetsen om naar andere maanden te navigeren.
2. Selecteer Menu om de lijst met beschikbare opties weer te geven.
Nieuw: voer een nieuwe gebeurtenis in.
Datum selecteren: ga naar een bepaalde datum en bekijk de gebeurtenissen voor de betreffende datum.
Lijst: hiermee kunt u de lijst met gebeurtenissen bekijken. Selecteer een gebeurtenis en druk op Bewerken om deze te bewerken.
Geheugenstatus: de gebruikte en vrije geheugenruimte weergeven.

Kalender beheren

Gebeurtenissen bewerken
Selecteer Menu > Kalender > Lijst. Selecteer de gebeurtenis. Selecteer Bewerken. Breng de wijzigingen aan. Selecteer Opslaan.
Gebeurtenissen verwijderen
Selecteer Menu > Kalender > Lijst. Selecteer de gebeurtenis. Selecteer Menu > Verwijderen. Selecteer Ja.
55

Verbindingen beheren

U kunt uw Sonim XP2.10 SPIRIT-telefoon op een ander compatibel communicatieapparaat aansluiten zoals een computer of een headset, met Bluetooth of een USB­kabel.

Bluetooth

Bluetooth is een technologie voor draadloze verbindingen waarmee apparaten informatie kunnen uitwisselen. Apparaten die binnen een bereik van 10 meter van elkaar staan, kunnen via Bluetooth worden verbonden.
Sonim XP2.10 SPIRIT is compatibel met Bluetooth­specicatie 1,2 en ondersteunt de volgende proelen: Headset, Handsfree, Objectpush, Inbelnetwerk. Dit apparaat kan afbeeldingen en audiobestanden verzenden via een Bluetooth-verbinding.
In sommige locaties kunnen er beperkingen zijn op het gebruik van Bluetooth-technologie. Neem contact op met de lokale autoriteiten of

Verbindingen beheren

Bluetooth activeren
Selecteer Menu > Verbindingen > Bluetooth > Bluetooth-status > Aan. Gebruik de menutoets om
de functie in en uit te schakelen. Wanneer Bluetooth is ingeschakeld, wordt er een Bluetooth-pictogram weergegeven in het startscherm.
Bluetooth uitschakelen
Selecteer Menu > Verbindingen > Bluetooth > Bluetooth-status > Uit. Gebruik de navigatietoets om de
functie in en uit te schakelen.
uw serviceprovider voor meer informatie.
Apparaten koppelen
1. Selecteer Menu > Verbindingen > Bluetooth > Gekoppelde apparaten > Toestellen zoeken.
2. Selecteer het gewenste apparaat.
3. Geef in het scherm Typ wachtwoord het wachtwoord op (bijvoorbeeld 0000). Hetzelfde wachtwoord moet ook worden ingevoerd op het andere apparaat.
4. Selecteer OK.
5. Wanneer het andere apparaat uw aanvraag accepteert, wordt het bericht <apparaatnaam> geverifieerd weergegeven.
6. Wanneer het andere apparaat uw aanvraag afwijst, wordt het bericht Koppelen mislukt weergegeven.
Omwille van de beveiliging is het verstandig geen koppeling te maken met een onbekend apparaat.
Een Bluetooth-headset verbinden
U kunt verbinding maken met een Bluetooth-headset nadat u die met uw telefoon hebt gekoppeld.
1. Selecteer Menu > Verbindingen > Bluetooth > Gekoppelde apparaten > Toestellen zoeken.
2. Selecteer de gekoppelde Bluetooth-headset.
3. Selecteer Menu > Verbinden.
Raadpleeg de handleiding bij de Bluetooth headset voor meer informatie.
56
Naam gekoppeld apparaat wijzigen
U kunt als volgt een nieuwe naam aan een gekoppeld apparaat geven:
1. Selecteer Menu > Verbindingen > Bluetooth > Gekoppelde apparaten.
2. Selecteer het gekoppelde apparaat. Selecteer Menu > Naam wijzigen. Geef de nieuwe naam op.
Informatie over actief apparaat
U kunt als volgt de informatie over het actieve apparaat weergeven:
1. Selecteer Menu > Verbindingen > Bluetooth > Info over actief apparaat.
2. Selecteer het actieve apparaat en bekijk de informatie.
Zichtbaarheid van de telefoon instellen
Wanneer u een Bluetooth-verbinding gebruikt en wilt bepalen wie uw toestel kan vinden en een verbinding met uw toestel kan maken, selecteert u Menu > Verbindingen > Bluetooth > Zichtbaarheid van mijn telefoon. Als u Zichtbaar voor iedereen selecteert, kunnen andere
Verbindingen beheren
apparaten uw toetsel detecteren. Als u Verborgen selecteert, kunnen andere apparaten uw toestel niet zien.
Informatie over uw apparaat
Als u de informatie over het verbonden apparaat wilt zien, selecteert u Menu > Verbindingen > Bluetooth > Info
over eigen apparaat
Gekoppeld apparaat verwijderen
1. Selecteer Menu > Verbindingen > Bluetooth > Mijn toestellen.
2. Selecteer het gekoppelde apparaat.
3. Selecteer Menu > Verwijderen.
Als u de paring annuleert van een apparaat waarmee een verbinding bestaat, wordt de paring verwijderd en wordt de verbinding onmiddellijk verbroken.
Gegevens verzenden via Bluetooth
U kunt bestanden of contacten overdragen naar een ander compatibel apparaat.
1. Selecteer Menu > Mijn bestanden/Telefoonboek.
2. Als u een afbeeldingsbestand wilt verzenden, selecteert u de bestandscategorie, selecteert u het bestand of bladert u door het telefoonboek en selecteert u een contact.
3. Selecteer Menu > Verzenden via Bluetooth.
4. Selecteer het gekoppelde apparaat waarnaar u het bestand wilt verzenden.
Het scherm Mijn apparaten toont de gekoppelde apparaten. Als u gegevens naar een niet-gekoppeld apparaat wilt sturen,
selecteert u Vind meer.... Selecteer vervolgens
het gewenste niet-gekoppelde apparaat. Geef de pincode op wanneer u daarom wordt gevraagd.
5. Wanneer het andere apparaat uw bestand accepteert, wordt het bericht Object verzonden weergegeven.
6. Wanneer het andere apparaat het bestand afwijst, wordt het bericht Verbinding mislukt weergegeven.
Gegevens ontvangen via Bluetooth
Als u via Bluetooth gegevens wilt ontvangen, moet Bluetooth op uw apparaat aan staan en moet uw apparaat zichtbaar zijn voor andere apparaten.
57
1. Wanneer u gegevens ontvangt, wordt u gevraagd of u die wilt accepteren.
2. Selecteer Accepteren om gegevens te ontvangen of selecteer Afwijzen om gegevens te weigeren.
3. Als u de gegevens accepteert, worden deze in de map Mijn bestanden Mijn bestanden gezet.

Packetgegevensverbinding

U kunt de beschikbaarheid van gegevensdiensten op het netwerk controleren . Als u de verbindingsmodus wilt congureren, selecteert u Menu > Verbindingen > Packetgegevensverbinding > Wanneer nodig om te verbinden indien nodig OF Altijd online om de verbinding continu tot uw beschikking te hebben.

Computersynchronisatie

U kunt gegevens tussen uw Sonim XP2.10 SPIRIT­telefoon en uw computer overdragen en synchroniseren met de toepassing PC Tools.

USB-functie

U kunt uw telefoon op een computer aansluiten met de meegeleverde USB-kabel. U kunt de USB­verbindingsmodus alleen wijzigen als de telefoon niet is aangesloten op de computer en de SD-kaart is geplaatst.
Als u de USB-verbindingsmodus wilt instellen, selecteert u Menu > Verbinding > USB-gegevenskabel > Normale modus OF USB-schijfmodus.
In normale modus kunt u:
de toepassing PC Tools uitvoeren;
de telefoon gebruiken als inbelmodem gebruiken om een verbinding met het internet tot stand te brengen.
In USB-schijfmodus kunt u de geheugenkaart als ashgeheugen voor het gegevensoverdracht gebruiken.
58
Verbindingen beheren
U kunt de gegevens tussen uw computer en telefoon synchroniseren door uw telefoon via USB aan te sluiten op de computer. Selecteer Menu > Verbindingen > Computersynchronisatie. De telefoon is nu verbonden met de computer.
Voor meer informatie over het gebruik van het hulpmiddel PC Tools raadpleegt u de bijbehorende documentatie.
Zorg dat de toepassing PC Tools is geïnstalleerd voordat u uw telefoon met de computer verbindt.

Mediaspeler

Met de mediaspeler kunt u elk ondersteund audio- of videobestand afspelen. Selecteer Menu > Mediaspeler voor toegang tot de muziek-/videospeler of de FM-radio.
Muziekspeler
Met de muziekspeler kunt u veel ondersteunde audiobestanden beluisteren. Selecteer Menu > Mediaspeler > Muziekspeler. De muziekspeler wordt weergegeven. Selecteer de selectietoets links om de volgende opties weer te geven.
Afspelen met behulp van een Bluetooth-apparaat
Met behulp van het gekoppelde Bluetooth-apparaat kunt u naar elk ondersteund audiobestand luisteren. Selecteer
Menu > Mediaspeler > Muziekspeler > Afspelen via Bluetooth.
Muziekbestanden beheren
U kunt de muziekbestanden weergeven, verwijderen en verzenden. Selecteer Menu > Mediaspeler > Muziekspeler > Afspeellijst. Druk op Menu om de

Mediaspeler

volgende opties weer te geven.
Verwijderen: verwijder het bestand.
Verzenden: verzend het bestand naar een ander
compatibel apparaat met behulp van MMS, Bluetooth of E-mail.
Instellen als beltoon: stel de muziek in als beltoon voor spraakgesprekken en berichten.
Sorteren: sorteer de bestanden op naam, bestandsgrootte of type.
Eigenschap: hiermee kunt u de bestandseigenschappen weergeven.
Persoonlijke afspeellijsten beheren
U kunt uw persoonlijke afspeellijsten maken, wijzigen en weergeven. Selecteer Menu > Mediaspeler
> Muziekspeler > Mijn afspeellijst. Als er geen afspeellijsten aanwezig zijn, gaat u als volgt te werk:
Druk op Toevoegen om een afspeellijst te maken.
Selecteer een afspeellijst en druk op Opties om de volgende taken weer te geven:
Afspelen: speel alle muzieknummers in de geselecteerde afspeellijst af.
Naam wijzigen: hernoem de geselecteerde afspeellijst.
Nieuw: maak een nieuwe afspeellijst.
Verwijderen: verwijder de geselecteerde afspeellijst.
Alles verwijderen: verwijder alle afspeellijsten.
Selecteer een afspeellijst en druk op Openen om de aanwezige muzieknummers weer te geven. Druk op Optie om de volgende taken uit te voeren.
Inhoud toevoegen: voeg een nieuw muzieknummer aan te afspeellijst toe.
Volgorde wijzigen: wijzig de volgorde van de muzieknummers.
Instellen als beltoon: stel de muziek in als beltoon voor spraakgesprekken en berichten.
Verzenden: verzend het bestand naar een ander compatibel apparaat met behulp van MMS, Bluetooth of E-mail.
Verwijderen: verwijder de geselecteerde afspeellijst.
Alles verwijderen: verwijder alle afspeellijsten.
Eigenschap: hiermee kunt u de
bestandseigenschappen weergeven.
Muziekcollectie beheren
U kunt alle muziekbestanden weergeven in een lijst, gesorteerd op basis van de artiest of het album. Selecteer Menu > Mediaspeler > Muziekspeler > Muziekcollectie.
59
Alle muziek: verwijder alle muzieknummers.
Artiest: geef de muzieknummers weer op basis van
de artiest.
Album: geef de muzieknummers weer op basis van het album.
Muzieklijst vernieuwen
Met deze optie kunt u de bijgewerkte muzieklijstafspeler vernieuwen en weergeven. Selecteer Menu >
Mediaspeler > Muziekspeler > Muzieklijst vernieuwen.
Afspeelmodus instellen
U kunt de afspeelmodus instellen zodat alle muziekbestanden worden afgespeeld. Selecteer Menu > Mediaspeler > Muziekspeler > Afspeelmodus. De volgende opties worden weergegeven:
Eén keer: speel het nummer één keer af.
Nummer herhalen: herhaal het geselecteerde
nummer meerdere keren.
Mediaspeler
Op volgorde afspelen: speel alle muzieknummers in de aangegeven volgorde af.
Alles herhalen: herhaal alle nummers, meerdere keren.
Willekeurig: speel alle nummers in willekeurige
volgorde af.
Videospeler
Met de videospeler kunt u elk ondersteund videobestand beluisteren. Selecteer Menu > Mediaspeler > Video-
speler. De videospeler wordt weergegeven. Selecteer de selectietoets links om de volgende opties weer te geven.
Afspelen met behulp van een Bluetooth-apparaat
Met behulp van het gekoppelde Bluetooth-apparaat kunt u naar elk ondersteund videobestand luisteren. Selecteer
Menu > Mediaspeler > Videospeler > Afspelen via Bluetooth.
Videobestanden beheren
U kunt de videobestanden weergeven, verwijderen en verzenden. Selecteer Menu > Mediaspeler > Videospeler > Afspeellijst. Druk op Menu om de volgende opties weer te geven.
Verwijderen: verwijder het bestand.
Verzenden: verzend het bestand naar een ander
compatibel apparaat met behulp van MMS, Bluetooth of E-mail.
Sorteren: sorteer de bestanden op naam, bestandsgrootte of type.
Eigenschap: hiermee kunt u de bestandseigenschappen weergeven.
Persoonlijke afspeellijsten beheren
U kunt uw persoonlijke afspeellijsten maken, wijzigen en weergeven. Selecteer Menu > Mediaspeler > Videospeler > Mijn afspeellijst. Als er geen afspeellijsten aanwezig zijn, drukt u op Nieuw om een nieuwe afspeellijst aan te maken.

FM-radio

Selecteer Menu om volgende opties weer te geven.
Opslaan: hiermee kunt u radiokanalen automatisch opslaan.
Mijn favoriet: hier kunt u radiostations weergeven die al zijn opgeslagen. Selecteer een radiostation.
Zoekmodus: u kunt de frequentiezoekmodus instellen op Handmatig, Favoriet of Automatisch.
Instelling sneltoets: u kunt radiostations waarnaar u regelmatig luistert toewijzen aan nummertoetsen (1-0) en de toetsen * en #.
Minimaliseren: hiermee speelt u de radio af op de achtergrond.
60

Camera

De Sonim XP2.10 SPIRIT beschikt over een 3-megapixel camera voor het maken van foto's en videoclips.
Selecteer Menu > Camera OF druk licht op de toets Camera. De camera wordt ingeschakeld.
Selecteer de toets Menu OF druk licht op de toets Camera om de foto te maken.
De foto wordt opgeslagen in Menu > Mijn bestanden > Afbeeldingen > Afbeeldingen.
Nadat u de foto hebt genomen, selecteert u STL om de foto te verzenden:
Via e-mail/MMS verzenden: MMS U kunt de
foto toevoegen aan de e-mail/MMS.
Verzenden via Bluetooth: u kunt een
verbinding maken met een compatibel

Camera

Bluetooth-apparaat en de foto op die manier verzenden.

Cameraopties

Als u de camera-optie wilt weergeven, selecteert u Menu > Camera > SLT. De volgende opties worden weergegeven:
Afbeeldingomvang: voor de beeldresolutie kunt u kiezen uit de volgende opties:
Kwaliteit: voor de beeldkwalliteit kunt u kiezen uit de volgende opties: Superjn, Fijn of Normaal.
Galerie: met deze optie gaat u naar de map Afbeeldingen.
Opnamemodus: u kunt de zelfontspanner activeren.
Cameramodus: hier kunt u instellingen opgeven voor kleureffecten en zelftimer.
De beschikbare kleureffecten zijn: zwart-wit,
sepia en normaal.
Als u de automatische klok inschakelt, wordt er
nadat u op de menutoets hebt gedrukt, na een bepaalde hoeveelheid tijd automatisch een foto genomen.
Zaklamp: selecteer Aan om de flitser in te schakelen en Uit om de flitser uit te schakelen. U kunt deze instellen op Auto voor automatische detectie.
Schermrichting: Selecteer Horizontaal of Verticaal om de richting van de menuweergave te wijzigen.
61

Zaklamp

U kunt het itslicht van de camera gebruiken als zaklamp. U kunt de its AAN/UIT-zetten door de cameratoets ingedrukt te houden.
De itserknop werkt mogelijk niet als andere toepassingen worden gebruikt.

Zaklamp

62

Geheugenkaart

U kunt een verwijderbare Micro SD-kaart in de Sonim XP2.10 SPIRIT-telefoon plaatsen om de opslagcapaciteit te vergroten. Deze kaart wordt in de sleuf onder de batterij geplaatst. U kunt de volgende functies uitvoeren op de SD-kaart.
Formatteren van de SD-kaart.
Beschikbare ruimte weergeven.
De afbeeldingen op de SD-kaart instellen als achtergrond.
De audiobestanden op de SD-kaart instellen als beltoon.
De ondersteunde capaciteit is maximaal 4 GB.

Geheugenkaart in telefoon plaatsen

Geheugenkaart

1. Zorg ervoor dat de telefoon uitgeschakeld is.
2. Open de batterijklep en verwijder de batterij. Raadpleeg voor instructies “De batterij plaatsen” op
pagina 13.
3. Trek aan de zilveren clip op de betreffende sleuf linksboven op de batterijsleuf.
4. Plaats de SD-kaart in de daarvoor bestemde sleuf en sluit de zilveren clip.
5. Plaats de batterij en de klep terug. Draai de schroeven van de batterijklep rechtsom om de klep te vergrendelen.
Wanneer de telefoon via een USB-aansluiting is verbonden met een computer, wordt de geheugenkaart op de computer weergegeven als een afzonderlijk station.
63

Uw geheugenkaart beheren

Om de bestanden op de geheugenkaart te bekijken, sorteren en verwijderen, gaat u als volgt te werk:
1. Selecteer Menu > Mijn bestanden >
Geheugenkaart.
2. Blader omlaag in de map en selecteer het bestand. Wanneer u op Menu drukt, worden de volgende opties weergegeven:
Optie Functie
Verwijderen verwijder het bestand.
Verzenden Verzend het bestand via MMS, email
Kopiëren Kopieer het bestand naar een
Verplaatsen Verplaats de afbeelding naar een
Geheugenkaart
Naam wijzigen Geef het bestand een andere naam.
Nieuwe map Maak een nieuwe submap aan.
Type weergave U kunt de afbeeldingen weergeven
Sorteren U kunt de afbeeldingen sorteren op
Markeren Selecteer de specieke afbeelding.
Alles markeren U kunt de afbeeldingen allemaal in
of Bluetooth.
specieke doelmap.
specieke doelmap.
in een lijst of op een raster.
naam, datum of grootte.
één keer of een voor een selecteren.
64

Uw bestanden beheren

Via het menu Mijn bestanden kunt u audiobestanden en afbeeldingen, jar-bestanden, jad-bestanden en txt­bestanden opslaan en beheren. U kunt een voorbeeld van deze bestanden weergeven, de details van de bestanden opvragen en de bestanden verwijderen. De interne opslagcapaciteit is ongeveer 50 MB. Als u uw bestanden wilt weergeven, selecteert u Menu > Mijn bestanden. De volgende categorieën worden weergegeven:
Afbeeldingen - afbeeldingen weergeven en beheren
Audio - geluidsbestanden weergeven en beheren
Video - videoclips weergeven en beheren
Java-bestanden - Java-toepassingen weergeven en beheren
Overige - niet-ondersteunde bestandsindelingen weergeven en beheren.
Geheugenkaart - bestanden opgeslagen op de geheugenkaart weergeven en beheren.
Beheer - opslaginstellingen configureren.

Uw bestanden beheren

Alle bestanden beheren
U kunt de bestanden die zijn opgeslagen in Mijn bestanden weergeven, sorteren of verwijderen.
1. Selecteer Menu > Mijn bestanden en selecteer vervolgens de bestandscategorie (bijvoorbeeld afbeeldingen)
2. Blader in de weergegeven lijst naar een bestand en selecteer Menu om meer opties weer te geven.
De volgende opties worden weergegeven afhankelijk van het geselecteerde bestandstype.
Optie Functie
Verwijderen Verwijder de afbeelding.
Verzenden Verzend de afbeelding via MMS,
Kopiëren Kopieer de afbeelding naar een
Verplaatsen Verplaats de afbeelding naar een
Naam wijzigen Geef het bestand een andere naam.
Nieuwe map Maak een nieuwe submap aan.
Diavoorstelling U kunt de afbeeldingen weergeven
Instellen als beltoon
Toevoegen aan afspeellijst
Afbeelding gebruiken
Type weergave U kunt de afbeeldingen weergeven
Sorteren U kunt de afbeeldingen sorteren op
Markeren Selecteer de specieke afbeelding.
Alles markeren U kunt de afbeeldingen allemaal in
email of Bluetooth.
specieke doelmap.
specieke doelmap.
in een diavoorstelling.
Stel het geselecteerde bestand in als beltoon of berichttoon.
Voeg het geselecteerde bestand toe aan een specieke afspeellijst.
Stel de afbeelding in als contact-ID of als achtergrond.
in een lijst of op een raster.
naam, datum of grootte.
één keer of een voor een selecteren.
65
Dit draadloze apparaat (het "Apparaat") bevat software die eigendom is van Sonim Technologies, Inc. ("Sonim"), de leveranciers van Sonim en licentiegevers (gezamenlijk de "Software"). Als gebruiker van dit Apparaat verleent Sonim u een niet-exclusieve, niet-overdraagbare, niet­toewijsbare licentie om de software te gebruiken, maar uitsluitend in combinatie met het Apparaat waarop deze is geïnstalleerd en/of waarbij deze is geleverd. Niets in deze overeenkomst mag worden opgevat als de verkoop van de Software aan een gebruiker van dit Apparaat.
Het is u niet toegestaan de Software of enige component van de Software te reproduceren, te wijzigen, te distribueren, te decompileren of er reverse-engineering op toe te passen of op enige andere manier te pogen om de broncode van de Software te achterhalen. Het staat u te allen tijde vrij om alle rechten en verplichtingen met betrekking tot de Software over te dragen aan een derde, maar uitsluitend in combinatie met het Apparaat waarop u de Software hebt ontvangen en alleen als die derde schriftelijk verklaart door deze regels gebonden te zijn.
Deze licentie wordt u verleend voor de duur van het bruik­bare leven van het Apparaat. U kunt deze licentie beëindigen door alle rechten met betrekking tot het Apparaat waarop u de Software hebt ontvangen, schriftelijk over te dragen aan een derde partij. Indien u de voorwaarden van deze over-

Gebruiksrechtovereenkomst

eenkomst niet naleeft, wordt de overeenkomst onmiddellijk beëindigd. Sonim en de leveranciers en licentiegevers van Sonim zijn de enige en exclusieve eigenaars en behouden alle rechten en aanspraken op de Software. Sonim en, voor zover de Software materiaal of code van een derde bevat, die derde partij worden geacht de vruchtgebruikers van deze voorwaarden te zijn. De geldigheid, interpretatie en de uitvoering van deze overeenkomst zijn onderhevig aan de wetten van Delaware in de Verenigde Staten.

Onvoorwaardelijke garantie van 3 jaar

Sonim geeft deze Onvoorwaardelijke garantie van 3 jaar op uw mobiele telefoon (in het navolgende "Product" genoemd).
Als uw Product garantieservice nodig heeft, retourneert u het naar de verkoper bij wie het is gekocht of neemt u contact op met
Online ondersteuning en landspecieke gratis nummers: www.sonimtech.com/support
E-mail: support@sonimtech.com
Telefoonnummer VS: 1-888-547-9370
Ander nummer: +800-5225-5227

Onze garantie

Sonim garandeert, met inachtneming van de voorwaarden van deze Onvoorwaardelijke garantie van 3 jaar, dat dit product vrij is van ernstige defecten in ontwerp, materiaal en afwerking op het moment dat het gekocht wordt door een klant en gedurende een daaropvolgende periode van drie (3) jaar.

Wat wij doen

Als dit Product gedurende de garantieperiode en bij nor­maal gebruik en normale service niet meer werkt vanwege defecten in het ontwerp, de materialen of de afwerking, zullen geautoriseerde distributeurs of servicepartners van Sonim in het land of de regio waar u het Product hebt gekocht, het Product repareren of vervangen. Sonim en de servicepartners behouden zich het recht voor om kosten in rekening te brengen als een geretourneerd Product in overeenstemming met de onderstaande voorwaarden niet onder de garantie blijkt te vallen.
Houd er rekening mee dat uw persoonlijke instellingen, downloads en andere informatie verloren kunnen gaan wanneer uw Sonim-product wordt gerepareerd of vervan­gen. Sonim aanvaardt geen enkele verantwoordelijkheid voor verloren informatie van welke aard dan ook en zal u geen vergoeding geven voor een dergelijk verlies. U moet altijd back-ups maken van alle informatie die is opgesla-
66
gen op uw Sonim-product, zoals downloads, agenda's en contactpersonen, voordat u het Sonim-product inlevert voor reparatie of vervanging.

Onderhoud van de telefoon

De Sonim XP2.10 SPIRIT is ontworpen conform klasse IP67 voor stof- en waterbestendigheid volgens de IEC IP-norm (Ingress Protection) 60529. Dit betekent dat de telefoon bestand is tegen stof en 30 minuten kan worden ondergedompeld in water met een diepte tot 1 meter. Onderdompeling in dieper water kan het apparaat beschadigen en dient te worden vermeden. De telefoon is niet waterbestendig of waterdicht tijdens het opladen, bij gebruik van een aparte headset of wanneer het klepje van de systeemaansluiting aan de onderkant van de telefoon niet goed gesloten is.
De Sonim XP2.10 SPIRIT is robuust en ontwikkeld voor intensief gebruik. Het ontwerp beschermt tegen demontage of mechanische schade wanneer het apparaat wordt blootgesteld aan krachten vergelijkbaar met de val vanaf een hoogte die gelijk is aan de gemiddelde lengte van een volwassene. Blootstelling van de telefoon aan een zwaardere val of grotere kracht kan het apparaat
Gebruiksrechtovereenkomst
beschadigen en dient te worden vermeden.

Voorwaarden

1. De garantie is alleen geldig als het oorspronkelijke bewijs van aanschaf, afgegeven aan de oorspronkelijke koper door een geautoriseerde Sonim-dealer en met daarop de datum van aanschaf en het serienummer van het Product, wordt overlegd met het Product dat moet worden gerepareerd of vervangen. Sonim behoudt zich het recht voor om garantieservice te weigeren als deze informatie
is verwijderd of gewijzigd na de oorspronkelijke aanschaf van het Product bij de dealer.
2. Als Sonim het Product repareert of vervangt, zal het gerepareerde of vervangende Product onder de garantie vallen gedurende de resterende tijd van de oorspronkelijke garantie of gedurende negentig (90) dagen na de reparatiedatum (de langste periode van deze twee). Bij de reparatie of vervanging kunnen functioneel gelijkwaardige herstelde eenheden worden gebruikt. Vervangen onderdelen of componenten worden de eigendom van Sonim.
3. Deze garantie biedt geen dekking voor defecten aan het Product die het gevolg zijn van normale slijtage of verkeerd gebruik, inclusief maar niet beperkt tot gebruik op een andere dan de normale en gebruikelijke manier, zoals uiteengezet in de instructies van Sonim voor het gebruik en onderhoud van het Product. Evenmin biedt deze garantie dekking voor defecten aan het Product die het gevolg zijn van een ongeluk, wijziging of aanpassing van de software of hardware, natuurrampen of schade die het gevolg is van vloeistof die in aanraking is gekomen met het Product, voor zover dit niet als acceptabel is omschreven in de gebruikershandleiding bij het Product. Een oplaadbare batterij kan honderden keren worden opgeladen en ontladen. Uiteindelijk zal de batterij echter versleten raken en dat is geen defect. Wanneer de gesprekstijd of stand-bytijd merkbaar korter wordt, is het tijd om de batterij te vervangen. Sonim raadt u aan om alleen door Sonim goedgekeurde batterijen en laders te gebruiken. Verschillende telefoons kunnen verschillen in de helderheid van het scherm en de kleuren. Er kunnen kleine heldere of donkere punten op het scherm zichtbaar zijn. Deze punten worden defecte
67
pixels genoemd en doen zich voor bij een storing in afzonderlijke punten en kunnen niet worden aangepast. Een aantal defecte pixels wordt geacht acceptabel te zijn.
4. Deze garantie biedt geen dekking tegen defecten aan het Product die zijn veroorzaakt door installaties, wijzigingen, reparaties of het openen van het Product door een niet door Sonim geautoriseerd persoon. Wanneer is geknoeid met een van de zegels van het Product, is de garantie nietig.
5. De garantie biedt geen dekking tegen defecten aan het Product die zijn veroorzaakt door het gebruik van accessoires of andere randapparaten die niet door Sonim zijn aangemerkt als originele accessoires die bedoeld zijn voor gebruik met het Product.
6. BEHALVE DEZE GEDRUKTE BEPERKTE GARANTIE ZIJN ER GEEN EXPLICIETE GARANTIES, SCHRIFTELIJK NOCH MONDELING. ALLE IMPLICIETE GARANTIES, INCLUSIEF ZONDER ENIGE BEPERKING DE IMPLICIETE GARANTIES VAN VERHANDELBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL, HEBBEN DEZELFDE GELDIGHEIDSDUUR ALS
Gebruiksrechtovereenkomst
DEZE BEPERKTE GARANTIE. IN GEEN GEVAL ZULLEN SONIM OF DE LICENTIEGEVERS VAN SONIM AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR INCIDENTELE SCHADE OF GEVOLGSCHADE VAN WELKE AARD DAN OOK, INCLUSIEF MAAR NIET BEPERKT TOT GEDERFDE WINSTEN OF COMMERCIEEL VERLIES, IN ZOVERRE ALS HET AFWIJZEN VAN AANSPRAKELIJKHEID VOOR DERGELIJKE SCHADE WETTELIJK IS TOEGESTAAN. DUUR VANDEZE BEPERKT GARANTIE. IN GEEN GEVAL ZULLEN SONIM OF DE LICENTIEGEVERS VAN SONIM AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR INCIDENTELE
SCHADE OF GEVOLGSCHADE VAN WELKE AARD DAN OOK, INCLUSIEF MAAR NIET BEPERKT TOT GEDERFDE WINSTEN OF COMMERCIEEL VERLIES, IN ZOVERRE ALS HET AFWIJZEN VAN AANSPRAKELIJKHEID VOOR DERGELIJKE SCHADE WETTELIJK IS TOEGESTAAN.
68
WAARSCHUWING: Wijzigingen of aanpassingen aan deze apparatuur die niet expliciet door Sonim Technologies, Inc. zijn goedgekeurd, kan de toestemming aan de gebruiker voor het bedienen van de apparatuur mogelijk doen vervallen.

FCC-verklaring

Dit apparaat voldoet aan deel 15 van de FCC­voorschriften. Het gebruik is onderhevig aan de volgende twee voorwaarden:
1. Dit apparaat mag geen schadelijke interferentie veroorzaken.
2. Het apparaat moet eventuele inkomende storingen accepteren, inclusief storingen die ongewenste effecten op de werking van het apparaat kunnen hebben.
FCC
Deze apparatuur is getest en overeenkomstig de grenswaarden voor een Klasse B digitaal apparaat bevonden, overeenkomstig deel 15 van de FCC­voorschriften. Deze grenswaarden zijn ontworpen om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke interferentie in een thuisomgeving. Deze apparatuur genereert, maakt gebruik van en kan radiofrequentie­energie uitstralen. Indien niet geïnstalleerd en gebruikt volgens de instructies, kan deze apparatuur tot schadelijke interferentie voor radiocommunicatie leiden. Er wordt echter geen enkele garantie geboden dat er geen interferentie zal optreden in een bepaalde specieke installatie. Als deze apparatuur schadelijke interferentie voor de ontvangst van radio of televisie veroorzaakt, wat kan worden vastgesteld door de apparatuur in en uit te schakelen, wordt de gebruiker aangemoedigd om de interferentie te verhelpen middels een van de volgende maatregelen:
Draai of verplaats de ontvangstantenne.
Vergroot de afstand tussen de apparatuur en de ontvanger.
Verbind de apparatuur met een stopcontact op een ander circuit dan waarop de ontvanger is aangesloten.
Raadpleeg voor hulp de dealer of een ervaren radio/tv-technicus.
69

Conformiteitsverklaring

Sonim Technologies Inc. verklaart dat de mobiele telefoon Sonim XP2.10 SPIRIT™ voldoet aan de essentiële vereisten en andere relevante bepalingen van Richtlijn 1999/5/EG.

Conformiteitsverklaring

70
A
Accepteren/verzenden, toets 19
Afteltimer 53
Alfanumeriek 20
Algemene instellingen 29
APN (Access Point Name– Naam toegangspunt) 33
Automodus 27, 30
B
Batterij
Gebruik 13 Staven 14
Beeldscherminstellingen 30

Index

Berichten
Doorsturen 44, 45 Gezonden 44, 45 MMS Postvak IN 45 Schrijven 43 SMS-geheugen 48 SMS Postvak IN 43 SMS Postvak UIT 44
Berichten maken 43
Berichten schrijven 43
Berichtinstellingen 42
Leveringsrapport 42 Opslagtype 42 Servicecenter 42 Vervalperiode 42 Verzonden items opslaan 42
Beveiligingsinstellingen 31
Bladwijzers 50
Bluetooth 56
Activeren 56 Deactiveren 56 Headset 56 Ontvang gegevens 57 Zend gegevens 57
C
Camera
Flash 61
Contacten 38
Groep 38 Toevoegen 38 Verplaatsen of kopiëren 40 Verwijderen 40 Verzend bericht 38 Verzenden 40
D
Datum en tijd
Plaatselijke instellingen 29
G
Geluid
Recorder 54
Gesprek in de wacht 37
Gesprekken 34
H
Homepage 50
I
Internationaal nummer kiezen 34
Invoermodus voor tekst
Conventioneel 42
J
Java 51
K
Kalender 55
L
Linkerselectietoets 19
M
Menu
Berichten 42 Gesprekslog 25, 34 Hoofd 25 Instellingen 29 Mijn bestanden 65 Telefoonboek 38 Toets 20, 22 Tools 52
Micro SD-kaart 63, 64
Invoegen 63, 64
Mijn bestanden 65
71
N
Normale modus 30
O
Openluchtmodus 30
Oproepen blokkeren
Annuleren 36 Status 36
Opties voor doorverbinden 36
P
Proelen 30
Auto 30 Home 30 Normaal 30 Openlucht 30
Index
Stil 30 Vergadering 30 Vliegen 30
R
Rekenmachine 52
S
SMS-geheugen 48
Snel kiezen 35
stand-bystand, duur 20
Stille modus 30
T
Telefoontalen 29
Thema’s 31
Toetsenblok
Functietoetsen 17 Navigatietoetsen 19, 23 Opnemen/zenden 22 STL/STR 22 XP2 19
Tools
Afteltimer 53 Bluetooth 56 Camera 61 Eenheidconversie 51 FM-radio 60 Java 51 Kalender 55 Mediaspeler 59 Rekenmachine 52 Stopwatch 53 USB-functie 58 Valuta omrekenen 54 Voicerecorder 54 Wekker 52 Zaklamp 62
U
USB-functie 58
Uw bestanden beheren
V
Vast nummer kiezen 35
Vergadermodus 30
Vliegmodus 30
Voicemail 19
W
WAP
Bladwijzers 50 Home 50 Instellingen 50 Pushberichten 50 Pushbericht weigeren 50
Wekker 52
Z
Zaklamp 62
72
Loading...