For a complete electrical disconnection pull out the mains plug.
VORSICHT:
Zur vollständigen elektrischen Trennung vom Netz den Netzstecker ziehen.
ATTENTION:
Pour obtenir une mise hors-circuit totale, débrancher la prise de courant secteur.
AVISO:
Para una desconexión eléctrica completa, desenchufar el enchufe del tomacorriente.
VARNING:
För att helt koppla från strömmen, dra ut stickproppen.
ATTENZIONE:
Per un totale scollegamento elettrico rimuovere la spina di corrente.
"The mains outlet (socket-outlet) shall be installed near the equipment and shall be easily accessible."
"De aansluiting op de stroomvoorziening (stopkontakt) moet nabij het apparaat zijn aangebracht en moet gemak-
kelijk bereikbaar zijn."
Ett nätuttag (vägguttag) bör befinna sig nära utrustningen och vara lätt att tillgå.
La presa di corrente deve essere installata vicino all’apparecchio, e deve essere facilmente accessibile.
El tomacorriente principal se debe encontrar cerca del aparato y debe ser fácil de acceder a él.
"Die Netzsteckdose (Wandsteckdose) sollte in der Nähe des Geräts installiert werden und leicht zugänglich sein."
Stikkontakten skal være placeret nær faxen og være let tilgængelig.
Pääpistoke (pistokkeen poisto) tulee asentaa lähelle laitetta ja tulee olla helposti poistettavissa.
Stikkontakten må være montert i nærheten av utstyret og den må være lett tilgjengelig.
La prise de courant principale (d’alimentation) doit être située près de l’appareil et facilement accessible.
This equipment complies with the requirements of Directives 89/336/EEC and 73/23/EEC as amended by
93/68/EEC.
Dieses Gerät entspricht den Anforderungen der EG-Richtlinien 89/336/EWG und 73/23/EWG mit Änderung
93/68/EWG.
Ce matériel répond aux exigences contenues dans les directives 89/336/CEE et 73/23/CEE modifiées par la directive
93/68/CEE.
Dit apparaat voldoet aan de eisen van de richtlijnen 89/336/EEG en 73/23/EEG, gewijzigd door 93/68/EEG.
Dette udstyr overholder kravene i direktiv nr. 89/336/EEC og 73/23/EEC med tillæg nr. 93/68/EEC.
Quest’ apparecchio è conforme ai requisiti delle direttive 89/336/EEC e 73/23/EEC, come emendata dalla direttiva
93/68/EEC.
Este equipamento obedece às exigências das directivas 89/336/CEE e 73/23/CEE, na sua versão corrigida pela
directiva 93/68/CEE.
Este aparato satisface las exigencias de las Directivas 89/336/CEE y 73/23/CEE, modificadas por medio de la
93/68/CEE.
Denna utrustning uppfyller kraven enligt riktlinjerna 89/336/EEC och 73/23/EEC så som kompletteras av 93/68/EEC.
Dette produktet oppfyller betingelsene i direktivene 89/336/EEC og 73/23/EEC i endringen 93/68/EEC.
Tämä laite täyttää direktiivien 89/336/EEC ja 73/23/EEC vaatimukset, joita on muutettu direktiivillä 93/68/EEC.
89/336/EEC : EMC directive 73/23/EEC : Low voltade directive 93/68/EEC : CE Mark regulation
Introductie
Hartelijk welkom en bedankt
dat u een Shar p fa xtoest e l
heeft gekozen. De
eigenschappen en gegevens
van uw nieuwe Sharp
faxtoestel worde n
onderstaand beschreven.
Belangrijke veiligheidsinformatie
• Demonteer het toestel niet en probeer geen procedures uit te voeren die
niet in deze gebruiksaanwijzing worden beschreven. Laat alle
onderhoudswerkzaamheden over aan gekwalificeerd servicepersoneel.
• Dit toestel mag alleen worden aangesloten op een wandconta ctdoos voor
220-230 V / 50 Hz. Door het aansluiten op een ander wandcontactdoos
kan het toestel beschadigd worden.
• Installeer of gebruik het toestel niet in de nabijheid van water, of wanneer
u nat bent. Let erop dat u geen vloeistoffen op het toestel morst.
• Indien de volgende situaties optreden dient u het toestel van de
stroomtoevoer en de telefoon-contactdoos te scheiden en een
gekwalificeerde servicemonteur te raadplegen:
- Er werd water gemorst op het toestel of het toestel werd aan regen
blootgesteld.
- Het toestel produceert stank, rook of ongebruikel ijke gel uiden.
- Het netsnoer is gerafeld of beschadigd.
- Het toestel is gevallen of de behuizing is beschadigd.
• Zorg ervoor dat er niets op het netsnoer ligt of staat en installeer het toestel
niet zodanig dat men over het netsnoer kan lopen.
1
• Voer geen voorwerpen in sleuven of openingen van de machine. Hierdoor
bestaat gevaar voor brand of elektrische schokken. Wanneer er een
voorwerp in de machine valt, dat niet verwijderd kan worden, trek dan
het stekker uit het wandcontacdoos en raadpleeg een gekwalificeerde
servicemonteur.
• Plaats dit toestel niet op een onstabiele wagen, standplaats of tafel. Het
toestel kan ernstig worden beschadigd wanneer het valt .
• Installeer nooit een telefoonaansluiting tijdens een onweersbui.
• Installeer nooit een telefoon-contactdoos op een vochtige plaats, behalve
wanneer de contactdoos speciaal is geconstrueerd voor vochtige plaatsen.
• Raak nooit ongeïsoleerde telefoonkabels of terminals aan behalve
wanneer de telefoonkabel is losgemaakt van het netwerk interface.
• Wees behoedzaam bij het installeren of veranderen van telefoonkabels.
• Vermijd het gebruik van een telefoon (behalve een sno erloos exemplaar)
gedurende een onweersbui. Er bestaat een klein risico van elektrische
schok door de bliksem.
• Gebruik geen telefoon om een gaslekkage te meld en i n de nabi jhei d van
het lek.
• De netspannings voorziening dient in de nabijheid van het apparaat
aanwezig te zijn.
BELANGRIJK
•• Het faxtoestel is alleen ontworpen voor het gebruik in het land wa ar
Voor het i nstel len
dient u er voor te
zorgen dat de
volgende onderdelen
aanwezig zijn.
Wanneer er
onderdelen ontbreken
dient u contact op te
nemen met uw dealer
of winkelier.
Verlenging
papierlade
Snelklestoetsetiketten
Gebruiksaanwijzing
Telefoonsnoer
Donorrol
(startrol)
Donorrol
Cartridge
5
Een blik op het bedieningspaneel
Een blik op het bedieningspaneel
3
2
1
DEF
MNO
WXYZ
SPEED
DIAL
3
REDIAL
6
SEARCH
R
9
SPEAKER
GHI
PQRS
ABC
1
2
JKL
4
5
TUV
7
8
SYMBOLS
0
TEL/FAX
TEL FAX
A.M.
05/POLL04030201
5
4
VOLUME
RECEPTION
DOWN UP
MODE
RESOLUTION FUNCTION
COPY/HELP
STOP
START
6
7
8
SPEED DIAL toets
1
9
10
11
12
13
Druk op deze toets om een 2-cijferig verkortkiesnummer te kiezen.
REDIAL toets
2
Gebruik deze toets om het laatst gekozen nummer automatisch te
herhalen.
3
LCD displ ay
Hierop worden verschillende meldingen ti jd ens het in bedrijf zij n en
het programmeren weergegeven.
4
RECEPTION MODE toets
Druk op deze toets om de ontvangstfu nctie te selecteren. Een pij l op
het display wijst naar de actueel geselecteerde ontvangstfunctie.
5
RESOLUTION toets
Gebruik deze toets om de resolutie en het contrast in te stellen voor het
verzenden of kopiëren van documenten.
6
14
15
Een blik op het bedieningspaneel
VOLUME toetsen
6
Druk op deze toetsen om het volum e van de luids pr eker af te stell en
wanneer de SPEAKER toets werd ingedrukt of het vol ume van het
belsignaal in alle andere gevallen.
FUNCTION toets
7
Druk op deze toets om diverse speciale functies te selecteren.
Paneelontgrendeling
8
Pak deze vingergreep vast en trek deze naar u toe om het
bedieningspaneel te openen.
9
Numerieke toetsen
Gebruik deze toetsen om nummers te kiezen en om cijfers en letters in
te voeren tijdens nummer/naam procedures.
10
SEARCH/R toets
Druk op deze toets om naar een automatisch kiesnummer te zoeken of
wanneer u zich op een PBX neventoestel bevindt , dient u deze toets in
te drukken om door te verbinden.
11
SPEAKER to ets
Druk op deze toets om naar de leiding- en faxtonen door de luidspreker
te luisteren wanneer u een document verzendt.
Opmerking: Dit is geen luidsprekertelefoon. U moet de hoo rn
opnemen om met de andere persoon te kunnen spreken.
1. Installatie
12
Snelkiestoetsen
Druk op deze toets om een fax- of telefoonnumm er automati sch te
kiezen. (Let erop dat u de etiketten van de snelki estoet sen oppl akt).
13
STOP toets
Druk op deze toets om handelingen te onderbreken voordat ze volledig
zijn uitgevoerd.
14
START toets
Druk op deze toets om een document handmatig de zenden of te
ontvangen wanneer de hoorn van de haak is.
15
COPY/HELP toets
Wanneer er een document in de toevoer is, drukt u op deze toets om
een kopie te maken. Op elk ander moment drukt u op deze toets om de
helplijst te printen, een snelle referentiegids voor de bediening van uw
faxtoestel.
7
Aansluitingen
Aansluitingen
Dingen waaraa n u moet denk e n bij he t ins ta ll er en
Plaats het toestel niet in direct
zonlicht.
Houd stof uit de buurt van het
toestel.
Plaats het toestel niet in de nabijheid
van verwarmingselementen of
airconditioning.
Houd het gebied om het toestel
schoon.
M.b.t. condens a tie
Wanneer het faxtoestel van een koud e naar een warme plaats wordt
verplaatst, is het mogelijk dat er condens op de scanner wordt
gevormd die het goed scannen van documenten v erhind ert . Om het
condens te verwijderen, dient u de netspanning er van af te halen en
ongeveer twee uur te wachten voor u de fax gebruikt.
8
Hoorn
Sluit de hoorn volgens de afbeelding aan en plaats deze op de houder.
♦ De uiteinden van het snoer voor de hoorn zijn identiek zodat deze
op beide contactbussen passen.
Zorg ervoor dat het snoer
van de hoorn in de bus
met de hoornmarkering
aan de zijkant van het
apparaat wordt gestoken!
Aansluitingen
1. Installatie
Gebruik de hoorn om
gewone telefoongsprekken
te voeren, of om
documenten handmatig te
zenden en ontvangen.
9
Aansluitingen
Netsnoer
Steek het netsnoer in een 220 - 230 V, 50Hz, geaarde
wandcontactdoos.
De aansluiting voor de spanni ngsv oorzieni ng (wandcont act doos ) dient
vlakbij het apparaat te zijn aangebracht en gemakkelijk bereikbaar.
Het faxtoestel heeft geen
aan/uit schakelaar, dus
wordt de spanning aan- en
uitgezet door de stekker in
en uit de wandcontactdoos
te trekken.
Opmerking: Wanneer uw gebied is blootgesteld aan frequent onweer of
spannings-overbelasting, adviseren wij u
overbelastingbeveiligingen te installeren voor spannings- en
telefoonleidingen. Deze kunt u bij de meeste
electrotechnische speciaalzaken worden verkregen.
10
Telefoonsnoer
Steek een uiteinde van de PTT snoer in de contactbus met de
markering TEL. LINE aan de achterkant van de machine. Steek het
andere uiteinde in de telefoon contactdoos.
TEL.
SET
TEL.
LINE
Aansluitingen
1. Installatie
Kommentaar :
•• In Nederland, wordt het toest el gelev erd met een spe ciaal PT T- snoe r. Om
een goede werkin g van de UX-310 te kunne n garan der en dien t dit snoe r te
worde n gebruikt.
•• U faxtoest el is op to on ki ez en inge steld. Wannee r u op een leid ing voor
impul s kieze n ben t aange slo te n, moet u het faxtoestel omscha ke le n op impuls
kiezen door optione le instel li ng 7 te wijzi ge n. Deze proc ed ure wordt
beschre ven in hoofdst uk 8, "Optione le Instel lingen". Neder land: kiesmode
gefixe erd op toon.
•• Wanneer u de machi ne aan een PBX aan slui t, dient u de betr eff end e
instelli ng va n Opti one le inst elli ng 14 uit te voere n. Zie hoofdst uk 8
Optionele instellingen.
•• Wanneer u van pla n be nt e en c omputer fa x m od e m op dez elfde
telefoonl ei di ng te gebruiken, moet u de optione le inst elli ng 15 op NEE
instelle n om verzen d- en ontv ang stfo ute n te voorkomen. Deze procedu re
wordt besc hre ven in hoofdst uk 8 "Opt ion el e inste ll ing en".
11
Aansluitingen
Papierlade
Bevestig de verlenging van de papierlade.
♦ Trek de papierontgrendelingsplaat naar voren. Voer de verlenging
van de papierlade horizontaal in de uitsparingen in de papierlade.
Draai de verlenging van de papierlade omhoog totdat deze
ineenklikt.
Bevestig de steun voor het originel e docu ment .
12
Opmerking: De
steun voor het
originele document
heeft een boven- en
een onderkant.
Wanneer u de
uitsteeksels van de
steun niet in de
gaten kunt steken
dient u de steun om
te draaien.
Aansluitingen
Aan te sluite n appa ra ten
Desgewenst kunt u een antwoordapparaat of een neventoestel op
dezelfde leiding als uw faxtoest el gebrui ken. Het antwoordapp araat of
het neventoestel kan di r ekt aan de TEL. SET bus van uw faxtoestel
worden aangesloten (let erop dat deze bus in sommige landen ni et
beschikbaar is), of op een andere wandcontactdoos.
♦ Door een antwoordapparaat op de fax aan te sluiten kunt u zowel
telefoongesprekken en faxberichten beantwoorden wanneer u niet
thuis bent. Voor nadere details m.b.t. deze functie, zie hoofdstuk 6.
♦ U kunt een neventoestel/huiscentra le aansluiten op de zelfde lijn
(parallel) om normale telefoongesprekken te voeren. Voor nadere
details m.b.t. het ontvangen van faxberichten op een neventoestel,
zie hoofdstuk 3.
1. Installatie
13
Installeren van de donorrol
Installeren van de donorrol
Uw fax gebruikt een donorrol om geprinte tekst en beelden te maken.
de printkop in het faxtoestel brengt hitte aan op de donorrol waardoor
inkt op het papier wordt overgebracht. Volg de onderstaande stappen
om de rol te laden of te vervangen.
De eerste startrol
donorrol die bij uw
faxtoestel wordt
geleverd kan ongeveer
30 A4 pagina’s printen.
Opmerking: wanneer er papier in de papierlade zit, dient u de
papierontgrendelingsplaat naar voren te trekken en het papier
te verwijderen voordat u de donorrol laadt.
1
Open het bedieningspaneel door de vingergreep vast te pakken en
Wanneer u de rol
vervangt, dient u een
Sharp UX-3CR donorrol te
gebruiken. M et een r o l
kunt u ongeveer 95 A4
pagina’s printen.
omhoog te tre kken.
2
Trek de groene ontgrendelingshendel aan de rechterkant van het
apparaat naar voren en open het deksel van het papiervak.
14
Installeren van de donorrol
Wanneer u de donorrol voor de eerste keer
installeer t, gaat u verder naar stap 6.
3
Verwijder de donorrol cartridge uit het printvak (pak de hendel aan
de voorkant van de cartridge) en draai deze om.
4
Verwijder de gebruikte rol uit de cartridge.
1. Installatie
5
Verwijder de vier groene tandwieltjes uit de gebr uikte rol.
GOOI DE VIER GROENE TANDWIELTJES NIET WEG!
15
Installeren van de donorrol
6
Neem de nieuwe donorrol uit de verpakking.
•• Verwijder het band dat de rollen bij e lkaar houdt nog niet.
7
Steek het gr ote tandwiel in het groene uiteinde van de lege spoel.
Controleer of de twee uitsteeksels op het grote tandwie l stevig in de
sleuven aan het einde van de spoel passen.
Steek de overblijvende drie tandwielen in de spoe len en zorg ervoor
dat de uitsteeks els op elk tandwiel stevig in de sleuven aan het einde
van elke spoel passen.
•• Desgewenst kunt u de spoelen iets uit elkaar trekken om het
tandwiel erin te passen (het band rekt).
Sleuf
Groot tandwiel
16
Uitsteeksel
Installeren van de donorrol
8
Steek het grote tandwiel in de grote houder op de donorrol
(controleer of het ineenklikt), en steek het kleine tandwiel aan de
andere kant van de spoel in de betref fende houder.
9
Knip het band door dat de twee spoelen bij elkaar houdt. Rol de rol
iets af en steek de kleine tandwielen in hun houders.
1. Installatie
10
Draai de c artridge om, gr ijp de hendel en steek de car tridge in het
printvak.
17
Installeren van de donorrol
11
Draai het gr ote tandwiel naar u toe tot de rol gespannen is.
12
Sluit het deksel van het printvak (druk beide kanten omlaag om
ervoor te zorgen dat het deksel ineenklikt), en sluit het
bedieningspaneel.
Klik.
13
Plaats hat papier in de papierlade en druk op de volgende toetsen om
de rol te initialiseren.
Opmerking: Het papier moet geplaatst worden voor dat de film
geïnitialiseerd kan worden. Voor het plaatsen van papier, zie
de volgende paragraaf, Plaatsen van printpapier.
FUNCTION
6
Het display toont:
INIT. DONORROL
Wanneer moet de donorrol verva ngen wor den.
De donorrol vervangen wanneer het display het volgende weergeeft:
ROL EINDE
Gebruik de volgende donorrol , die verkrijg b aar is bij uw vakhandel of
leverancier:
Sharp UX-3CR Donorrol
18
START
Plaatsen van printpapier
Plaatsen van printpapier
U kunt papier met formaat A4 in de papierlade vull en. Het maxim um
aantal bladen is:
♦ 60 voor papier met een gewicht van 60 tot 80 g/m
♦ 50 voor papier met een gewicht van 75 tot 90 g/m
1
Waaier het papier uit en klop de hoek op een vlak oppervlak om de
stapel weer gelijkmatig te maken.
2
Trek de papierontgrendelingsplaat naar u toe.
2
2
1. Installatie
3
Vul de stapel papier in de lade, printzijde omlaag.
•• Wanneer er papier in de lade overblijft, dient u dit te verwijder en
en het bij de stapel te voegen voor u het nieuwe pap ier invoert.
Zorg ervoor dat het
papier zodanig wordt
geladen dat er op de
print zijde van het
papier wordt geprint.
Wanneer op de andere
zijde wordt geprint is het
printresultaat slecht.
19
Plaatsen van printpapier
4
Druk de papierontgrendelingsplaat weer omlaag.
Wanneer de
papierontgrendelingspl
aat niet omlaag wordt
gedrukt, kunnen
hierdoor storingen in
de papieraanvoer
ontstaan.
Opmerking: Bij het ontvangen van faxberichten of het kopiëren, mogen er
niet te veel bladzijden in de uitvoerlade ophopen. Hierdoor
kan de uitgang verstopt raken en kunnen er papierstoringen
ontstaan.
5
Uw faxtoestel wer d in de fabriek ingesteld om met normaal contrast
te printen. Afhankelijk van het soort printp apier dat u heeft geladen
kunt u eventueel een beter printresultaat behalen wanneer u de
instelling op LICHT wijzigt. Druk op deze toe tsen:
FUNCTION
6
Op het display wordt het volgende weergegeven:
Druk op 1 om NORMAAL te selecteren of 2 om LICHT te
selecteren.
NORMAALLICHT
of
1
2
Op het display wordt het volgende weergegeven:
Druk op de STOP toets om terug te keren naar het datum en tijd
display.
20
STOP
PRINT CONTRAST
KOPIE AFBREKEN
Het invoeren van uw naam en faxnummer
Het invoeren van uw naam en faxnummer
Voor u uw faxtoestel kunt
gebruiken moet u uw naam
en faxnumm e r invoer en. U
moet bovendien de da tu m
en de tijd instellen.
3 toets
213
4
56
7
9
8
0
Zodra u deze gegevens
invoert verschijnen zij
automatisch bovenaa n
elke faxpagina die u
verzendt.
1. Installatie
FUNCTION
toets
START toets
STOP toets
1
Druk op deze toetsen:
# toets
FUNCTION
Op het display wordt het volgende weergegeven:
2
Druk twee maal op de # toets.
Op het display wordt het volgende weergegeven:
3
INVOEREN
EIGEN FAX # ING.
21
Het invoeren van uw naam en faxnummer
3
Druk op de START toe ts.
START
Op het display wordt het volgende weergegeven:
FAXNUMMER INV.
4
Voer uw faxnummer (max. 20 cijfer s) in via de numerieke toetsen.
•• Om een spatie tussen de cijfers in te voeren, drukt u op de "#"
toets. Om een "+" in te voeren, dr ukt u op de "*" toets.
•• Wanneer u een verkeerd getal of letter invoert, drukt u op de
SEARCH/R toets om de cursor terug naar de fout te bewegen,
vervolgens voert u het juiste getal of letter in.
2
Example:
Cursor: Een donkere vierkante markering in het display duidt aan waar
een cijfer of letter wordt ingevoerd.
5
55
143
5
Druk op START om het faxnummer in het geheugen op te slaan.
START
Op het display wordt het volgende weergegeven:
INV. EIGEN NAAM
6
Voer uw naam in door de numerieke toetsen te bedienen zoals in de
onderstaande overzicht wordt weergegeven. Er kunnen max. 24
karaktertekens worden ingevoerd.
•• Om twee maal dezel fde letter achter elk aar in t e voeren, waarvoor
u de zelfde toets moet gebruiken, dient u na het invoeren van de
eerste letter één keer de SPEAKER toets in te drukken en
vervolgens de tweede letter in te voeren.
Druk achtereenvolgen s op elke toets
om een van de volgende symbolen te
selecteren:
./!"#$%&’()++,-:;<=>?@[ ¥]^_p{|}→←ÿ
J =
K =
L =
S =
T =
U =
V =
W =
X =
Y =
Z =
SPACE =
Druk op deze toets om de letter die door de
cursor wordt gemarkeerd, te wiss en.
Shift
Druk op deze toets om kleine letters in te
geven (nogma als dr ukke n om te rug te ker en
naar hoofdletters).
Cursor links
Druk op deze toets om de curso r naar links
te laten gaan.
Cursor rechts
Druk op deze t oet s om de cur sor naar recht s
te laten gaan.
1. Installatie
7
Druk op de START toe ts om uw naam in het geheugen op te slaan.
START
Op het display wordt het volgende weergegeven:
BEVEILIGING
8
Druk op de STOP toets om naar het display met datum en tijd teru g
te keren.
STOP
23
Instellen van de datum en de tijd
Instellen van de datum en de tijd
De datum en de tijd
verschijnen op het
display en op berichten
en worden bovenaan op
elke verzonden
bladzijde geprint.
3 toets
213
4
56
7
*
1
Druk op deze toetsen:
8
0
toets
9
STOP toets
FUNCTION
Op het display wordt het volgende weergegeven:
2
Druk 3 maal op de * toets.
België druk op deze toetsen:
Op het display wordt het volgende weergegeven:
FUNCTION toets
START toets
3
INVOEREN
INV.DATUM & TIJ D
Opmerking: Deze fax is geschikt voor het gebruik in het jaar 2000.
24
Instellen van de datum en de tijd
3
Druk op de START toets.
START
•• De actueel ingestelde datum verschijnt in het display.
4
Voer een nummer met twee cijfers in voor de dag ("01" tot "31").
•• Om een fout te korrigeren, dient u op de SPEED DIAL toets te
drukken om de cursor terug naar de fout te brengen en vervolgens
het juiste nummer in te voeren.
1. Installatie
(Voorbeeld: )
5
Voer een nummer met twee cijfers in voor de maand ("01" voor
januari, "02" voor februari, "12" voor december enz.)
(Voorbeeld: )
6
Voer het jaar in (vier cijfers).
Voorbeeld: 1999
7
Voer een nummer met twee cijfers in voor het uur ("00" tot "23") en
een nummer met twee cijfers voor de minuut ("00" to "59").
(Voorbeeld: 9:25)
05
0
0
1
991
9
9
2
5
25
Instellen van de datum en de tijd
8
Druk op de START toets om de klok te starten.
START
Op het display wordt het volgende weergegeven:
9
Druk op de STOP toets om naar het display met datum en tijd teru g
te keren.
Opmerking: De tijdsinstelling zal automatisch aan het begin en het einde
van de zomertijd veranderen.
STOP
INVOER JUNK NR.
26
Selecteren van de ontvangstmode
Selecteren van de ontvangstmode
Uw faxapparaat heeft vier modes voor het ontvangen van
binnenkomende telefoon gesprekken en faxberich ten.
TEL mode:
Dit is de meest comfortabele functie voor het ont vangen van
telefoongesprekken. U kunt ook faxberichten on tvang en, maar alle
binnenkomende berichten m oeten e erst beantwoo rd word en door het
opnemen van de hoorn van het faxtoestel of van een nevent oest el dat
aan dezelfde lijn is aangesloten.
FAX mode:
Selecteer deze functie wanneer u alleen faxberichten op deze leiding
wilt ontvangen. Het faxtoest el z al alle gesprekken en binnenko mende
faxberichten automati sch beantwo orden.
TEL/FAX mode:
Deze mode is gemakkelijk voor het ontvangen van zowel
telefoongesprekken als van faxberichten. Wanneer er een verbinding
tot stand komt, herkent het faxtoestel of er sprake is van een
telefoongesprek, of een automatisch gekozen faxbericht. Wanneer het
een telefoongesprek is, maakt het faxto estel een speciaal bels ign aal om
u erop attent te maken dat u moet antwoorden. Wanneer het een
automatisch gekozen faxberi cht is, zal de ontvangst onmidd el lijk
beginnen.
1. Installatie
A.M. functie:
Gebruik deze functie alleen wanneer u een antwoordapparaat op het
faxtoestel heeft aangeslot en (zie hoofdstu k 6). Ki es deze functi e
wanneer u weggaat om telefoongesprekken op uw antwoordapparaat
te ontvangen en faxberich ten op uw faxto estel.
27
Selecteren van de ontvangstmode
Het instelle n van de ontva ngs tmode .
Druk op de RECEPTION MODE toets tot de pijl op het display de
gewenste mode aanwijst.
RECEPTION MODE toets
213
4
5 6
7
9
8
0
FAX
TEL
TEL/FAX
TEL
TEL/FAX
TEL
A.M.
FAX
A.M.
FAX
A.M.TEL/FAX
RECEPTION
MODE
14 FEB 10:30
14 FEB 10:30
14 FEB 10:30
FAX
14 FEB 10:30
TEL
TEL/FAX
A.M.
Voor nadere informatie m. b.t . het ontv angen van faxb eri chten in de
TEL, TEL/FAX mode en FAX mod e, zie hoofdstuk 3, "Het ontvangen
van documenten". Voor nadere informatie m.b. t. het gebruik van de
A.M. mode, zie hoofdst uk 6.
28
Afstellen van het volume
Afstellen van het volume
213
4
56
7
9
8
0
Luidspreker
1
Druk op de SPEAKER toets.
U kunt het volume van
de luidspreker en het
belsignaal instellen met
de UP en DOWN
toetsen.
DOWN toets
UP toets
SPEAKER
1. Installatie
2
Druk op de UP of DOWN toets.
DOWN
3
Wanneer het display het gewenste
UP
of
volume weergeeft, dru kt u op de
SPEAKER toets om de luidspreker uit
te schake len.
Display:
SPEAKER:HOOG
SPEAKER:MIDDEL
SPEAKER:LAAG
SPEAKER
29
Afstellen van het volume
Belsignaal
1
Druk op de UP of DOWN toets.
(Verzekert u zich ervan dat de
SPEAKER toets niet werd ingedrukt
en dat de hoorn niet werd opgenomen.)
DOWN
of
UP
Display:
VOLUME:HOOG
VOLUME:MIDDLE
•• Het belsignaa l klinkt een maal op
het gewenste volume, vervolgens
verschijnen de tijd en de datum
weer op het display .
2
Wanneer u BEL :UIT OK ? heeft
geselecteerd, drukt u op de START
toets.
VOLUME:LAAG
BEL :UIT OK ?
START
30
Zenden
2
Hoofdstuk
Documenten, die verzonden kunnen worden
Formaat en gewicht
van documenten
Het formaat en het gewicht van de do cumenten,die u in de
documentinvoer kunt plaats en, hangt af van het feit of u de bladzijden
één voor één of verscheidene bladzijden tegelijkertijd wil t invoeren.
Een bladzijde p er keer :
210 mm
Minimum
formaat
Minimum
gewicht
148 mm
140 mm
52 g/m²
Maximum
formaat
600 mm
Maximum
gewicht
157 g/m²
Meerdere bladzijden tegelijkertijd:
Minimum
formaat
148 mm
140 mm
Maximum
formaat
210 mm
297 mm
2. Zenden
van do cumenten
Minimum
gewicht
52 g/m²
Maximum
gewicht
80 g/m²
31
Documenten, die verzonden kunnen worden
Opmerking: letters of afbeeldingen op de randen van een document
worden niet gescand.
5 mm
4 mm
5 mm
4 mm
Overige beperkingen
♦ De scanner herkent geen gele, groene of lichtblauwe inkt.
Karakters in het
gearceerde
gebied worden
niet gescand.
♦ Inkt, lijm en korrektie-vloeistof moeten opgedroogd zijn, voordat
het document wordt overgebr acht.
♦ Alle paperclips , nietjes en naalden moeten verw ijderd worden
voordat u de documenten in de invoereenheid plaatst. W anneer
deze niet verwijderd worden, kunnen zij het apparaat beschadigen.
♦ Documenten, die geplakt, gescheurd, een carbon achterzijde
hebben, kleiner zijn dan het minimum f ormaat, snel vero ntreinigd
worden of een glad oppervlak hebbe n, moeten eerst
gefotokopieerd worden zodat de fotokopie in de invoereenheid
kan worden geplaatst.
32
Plaatsen van het document
Plaatsen van het document
Er kunnen tot 10 originelen tegelijke rtijd in de toevoer worden
geplaatst. Deze worden automati sch in de machine gevoerd,
beginnend bij het onderste blad.
♦ Wanneer u meer dan 10 originelen moet kopiëren of verzenden, dient u
de extra originelen voorzichtig en zorgvuldig in de papiertoevoer te
plaatsen, wanneer het laatste origineel wordt afgetast. Probeer het
originelen niet met geweld in te voeren, daar hierdoor een dubbele
toevoer of documentstoring kan worden veroorzaakt.
♦ Wanneer uw document uit meerdere grote of dikke originelen bestaat,
die één voor één moeten worden ingevoerd, dient u de afzonderlijke
originelen telkens in de machine te voeren, wanneer het voorafgaande
blad wordt afgetast. Voorzichtig invoeren om dubbele toevoer te
vermijden.
1
Stel de papiergeleiders op de br eedte
van uw document af.
2
Leg het document omgekeerd neer en
schuif het voorzichtig in de
documentinvoer. De bovenkant van het
document dient de machine het eerst
binnen te gaan.
•• De invoereenheid zal het voorste
einde van het document in de
machine trekken. Op het display
wordt het volgende weergegeven:
2. Zenden van
documenten
VERZENDKLAAR
3
Stel de resolutie en/of het contrast in
(indien gewenst) zoals beschreven in
paragraaf "Resolutie en contrast" en
kies vervolgens het ontvangende
toestel zoals beschreve n in "Zenden
van een faxbericht m.b.v. normaal
kiezen".
RESOLUTION
33
Plaatsen van het document
Een document uit de invoereenheid verwijderen
Wanneer u een
document uit de
invoereenheid moet
verwijderen, opent u
het bedieningspanee l.
Belangrijk:
Probeer het document niet te verwijderen zonder het
bedieningspaneel te openen. Hierdoor kan het invoermechanisme
beschadigd worden.
1
Open het bedieningspaneel door de
vingergreep vast te pakken en omhoog
te trekken.
2
Verwijder het document.
3
Sluit het bedieningspaneel en zorg
ervoor dat het op zijn plaats ineenklikt.
34
Klik.
Resolutie en contrast
Resolutie en contrast
Indien gewenst kunt u de resolutie en het contrast voor het verzenden
van een document afstellen.
De fabrieksinstelling
voor de resolutie is
STANDAARD en de
fabrieksinstelling voor
het contrast is AUTO.
Opmerking: de resolutie- en de contrastin stelling zijn alleen effectief bij
het zenden van een document. Zij werken niet bij het
ontvangen van een document.
U moet de
instellingen telkens
afstellen wanneer u
de fabrieksinstelling
niet wilt gebruiken.
Resolutie
STANDAARD: Gebruik de STANDAARD- mode voor ge wone
documenten. Met behulp van deze instelling krijgt
u de snelste en meest economische
overdrachtresultaten.
FIJN:Gebruik FIJN voor een betere reproductie, vooral
bij documenten die kleine letters of fijne
tekeninge n bevatten.
2. Zenden van
documenten
SUPER FIJN:Gebruik SUPER FIJN wanneer u de hoogste
reproductie- kwalitei t nodig heeft.
FOTOMODE:Gebruik FOTOMO DE voor foto’s en illustraties.
Het origineel wordt in 64 grijstinten
gereproduceerd.
Contrast
AUTOGebruik AUTO voor normale documenten.
DONKERGebruik DONKER voor lichte documenten.
35
Resolutie en contrast
1
Plaats het document (de documenten).
•• Het document moet eerst geladen
worden voordat de resolutie en het
contrast ingesteld kunnen worden.
2
Druk één of meerdere keren op de
RESOLUTION toets, totdat de
gewenste resolutie en contrast
instellingen op de display worden
weergegeven.
•• De eerste keer, dat u door de lijst
met resolutie-instellingen gaat, zal
de contrast-instelling AUTO naast
elke resolutie-instelling verschijnen.
Wanneer u de lijst voor de tweede
keer doorgaat, verschijnt de
contrast-instelling DONKER.
RESOLUTION
Display:
STANDAARD :AUTO
FIJN :AUTO
S-FIJN :AUTO
FOTO-MODE :AUTO
STANDAARD :DONKER
FIJN :DONKER
S-FIJN :DONKER
FOTO-MODE :DONKER
Opmerking: Om in FIJN of S-FIJN instelling te zenden, moet het
ontvangende faxtoestel ook over deze resolutie beschikken.
Wanneer dit niet het geval is, zal uw faxtoestel automatisch
op de daaropvolgende instelling terugvallen.
36
Zenden van een faxbericht m.b.v. normaal kiezen
Zenden van een faxbericht m.b.v. normaal kiezen
Bij normaal kiezen neemt u de hoorn op (of drukt u op de SPEAKER
toets) en kiest u door op de numerieke toetsen te drukk en .
♦ Wanneer een persoon opneemt, kunt u hie rmee door de hoorn
spreken voor u een faxbericht zendt. (Wanneer u de SPEAKER
toets, moet u de hoorn opnemen om te spre ken).
♦ Met normaal kiezen kunt u naar de leiding luisteren en controleren
of het andere faxtoestel antwoordt.
1
Plaats het document (de documenten).
Op het display wordt het volgende
weergegeven:
VERZENDKLAAR
2. Zenden van
documenten
•• Stel desgewenst de resolutie en/of
het contrast in.
2
Neem de hoorn van de haak of druk op
de SPEAKER toets. Luister naar de
kiestoon.
3
Kies het nummer van de ontvangende
machine door op de numerieke toetsen
te drukken.
RESOLUTION
1
GHI
4
PQRS
7
ABC
SPEAKER
of
DEF
3
2
JKL
MNO
6
5
TUV
WXYZ
9
8
37
Zenden van een faxbericht m.b.v. normaal kiezen
4
Wacht op de verbinding. Afhankelijk
van de instelling van het ontvangende
faxtoestel zult u een
fax-ontvangstsignaal horen of zal de
andere persoon antwoorden.
•• Wanneer de ontvanger zich meldt,
dient u hem te vr agen de START
toets in te drukken. Wanneer u d e
SPEAKER toets heeft ingedrukt,
dient u de hoorn van de haak te
nemen voor een gesprek. Hierdoor
zal de ontvangende machine een
ontvangsttoon uitzenden.
5
Wanneer u de ontvangsttoon hoort,
dient u de START toets in de drukken.
Plaats de hoorn na gebruik weer op de
haak.
Beep
STAR T
•• Wanneer de transmissie beëindigd
is, zal het faxapparaat een pieptoon
laten ho ren.
De toepassing v an de REDIAL toe ts
U kunt de REDIAL toets indrukken om het laatst gedraaide nummer
opnieuw te kiezen. Om een document te zenden, gaat u verder vanaf
stap 4 of normaal kiezen. Let op dat de luidspreker automatisch
geactiveerd wordt zodat u de hoorn niet meteen op hoeft te nemen.
Fax ontvangstsi gn aal : Dit is een duideli jke hog e toon di e het
ontvangende toest el a an het zendende toest el zendt om aan te duiden
dat deze klaar is voor de ontvangst.
38
Zenden van een faxbericht d.m.v. automatisch kiezen
Zenden van een faxbericht d.m.v. automatisch
kiezen
U kunt een fax- of telefoonnummer kiezen door op een snelkiest oets t e
drukken of door de SPEED DIAL toets in te drukken en een getal met
twee cijfers in te voeren.
♦ Om automatisch kiezen te gebruiken moet u eerst het complete
fax- of telefoonnummer in uw faxtoestel opslaan.
♦ Wanneer u een fax- of telefoonnummer opslaat, selecteert u
hiervoor een verkort kiesnummer met twee cijfers. Er zijn 45
verkorte kiesnummers beschikbaar .
2. Zenden van
documenten
De verkort kiesnumm ers
01 tot 05 zijn voor het
kiezen m.b.v.
snelkiestoetsen (één toets
handeling).
De verkort kiesnummers
06 tot 45 zijn voor het
kiezen m. b. v. de
DIAL toets.
Bevestig de strook
met etiketten voor
de snelkiestoet se n
boven de
snelkiestoet sen .
SPEED
SPEED DIAL toets
213
4
56
7
9
8
0
01
SPEED DIAL
11
Snelkiestoetsen
START
Wanneer u een num m er
in een snelkiestoets
opslaat, kunt u de
bijbehor end e naam op
het etiket schrijven.
39
Zenden van een faxbericht d.m.v. automatisch kiezen
Opslaan van fax- en telefoonnummers voor automatisch kiezen
1
Druk op deze toetsen:
Op het display wordt het volgende weergegeven:
2
Toets "1" om (SET) te selecteren.
Op het display wordt het volgende weergegeven:
3
Voer een verkort kiesnummer met twee cijfers in door de numerieke
toetsen (01 tot 05 voor kiezen m.b.v. snelkiestoetsen, 06 tot 45 voor
kiezen m.b.v. verkort kiestoetsen) in te drukken.
4
Voer het fax- of telefoonnummer in door op de numerieke toetsen
(max. 32 cijfers inclusief pauzes ).
FUNCTION
FAX/TE L #
3
1
FAX/TEL # INGAVE
ING. VERKORT NR.
0
1
(Voorbeeld: )
•• Druk op de SPEED DIAL toets om een fout te wissen.
•• Wanneer er een pauze nodig is tussen de cijfers om toegang tot
een speciale service of een externe leiding te krijgen drukt u op de
REDIAL toets. Er kunnen verschillende pauzes na elkaar worden
ingevoerd.
•• Wanneer u zich op een PBX bevindt, moet u de toegangscode voor
het openbare net niet invoeren. Wanneer het nummer binnen uw
PBX is, voegt u een R in voor het nummer.
•• Druk op de SEARCH/R toets om een spatie tussen de cijfers in te
voegen.
5
Druk op de START toets.
40
START
Zenden van een faxbericht d.m.v. automatisch kiezen
6
Voer de na am in door de numerieke toetsen in overeenstemming met
het onders taa nde overzicht te bedienen. Er kunnen max. 20
karaktertekens worden ingevoerd . (Zie stap 6 in "Invoeren va n uw
naam en faxnummer" in hoofdstuk 1 voor nadere de tails).
•• Indien u geen naam wilt invoeren, kunt u deze stap overslaan.
•• Om twee maal dezelfde letter achter elkaar in te voeren, waarvoor
u de zelfde toets moet gebruiken, dient u na het invoeren van de
eerste letter één keer de SPEAKER toets in te drukken en
vervolgens de tweede letter in te voeren.
Keer terug naar stap 3 om een ander nummer op te s laan of druk op
J =
K =
L =
M =
N =
O =
P =
Q =
R =
START
SPEAKER
S =
T =
U =
V =
W =
X =
Y =
Z =
SPACE =
STOP om het invoeren te beëindigen. Wanneer het nummer wordt
gebruikt voor het kiezen m.b.v. snelkiestoetsen, kunt u de naam op
het desbetreffende etiket schrijven.
STOP
Stap 3 of
2. Zenden van
documenten
Opslaan van netnummers en toegangscodes
U kunt ook een netnummers of toegangscode in een snelkiest oets o f
verkort kies num mer opsl aan. Om dit nu mm er bi j het kie zen te
gebruiken, zie "Kiezen m.b.v. combinatie kiezen" in hoofdstuk 5, "Het
maken van telefoongesprekken".
Opmerking: een netnummer of toegangscode dat is opgeslagen in een
snelkiesnummer of verkort kiesnummer kan alleen worden
gebruikt wanneer de hoorn wordt opgenomen of wanneer de
SPEAKER toets wordt ingedrukt voor het kiezen.
41
Zenden van een faxbericht d.m.v. automatisch kiezen
Het wissen van nummers
1
Druk op deze toetsen:
FUNCTION
3
Op het display wordt het volgende weergegeven:
FAX/T EL #
2
Toets " 2" om (WISSEN) te selecteren.
3
Voer het ve rkortkiesnummer dat u wilt wissen in door op de
2
numerieke toetsen te drukken.
0
1
4
Druk op de START toets.
START
5
Ga terug naar stap 3 om een ander nummer te wissen of toets STOP
om de functie te verlaten.
Stap 3 of
(Voorbeeld: )
STOP
Het maken van wi jz igi ngen
Om de ingegeven numm e rs voor snelkiest oetsen o f
verkortkiesnummers te wijzigen, herhaalt u de invoerprocedure. Kies
de snelkiestoets of de verkortki escode waarvan u het nummer wil t
wijzigen in stap 3 en wijzig dan het numm er en/of de naam wanneer
die in het display verschijnen (S tappen 4 resp. 6).
♦ Een lithium batter ij bewaar t de automa tisc he kiesnum me rs in het ge-
heugen.
Uw faxtoestel he eft een lith ium batteri j om autom a tische kiesnummers en
andere geprog ramm ee rde gegeve ns in het geheuge n te bewa ren wann ee r de
spanning uitge sch ake ld is. De energi e van de batte rij wordt prima ir gebruik t,
wanneer de spann ing uit gesc ha kel d is. Wann ee r de spanning continu uitgeschakeld i s, bedra ag t de levensd uur va n de batte rij onge ve er 5 jaar. Wanneer de batteri j leeg is, kunt u deze laten verva nge n door een gca uto rise er d
servic eb edrijf. Pr obe er di t ni et ze lf t e doen.
42
Zenden van een faxbericht d.m.v. automatisch kiezen
Kiezen d.m. v . een sne l ki e stoe ts
Wanneer het nummer dat u wilt kie zen voor het autom ati sch kiezen in
de vorm van een verkortkiesnum mer van "01" tot "05" is opgesl ag en ,
kunt u kiezen door de overeenkomstige snelkiesto ets te bedien en.
1
Plaats het document (de documenten).
Op het display wordt het volgende
weergegeven:
VERZENDKLAAR
2. Zenden van
documenten
•• Stel desgewenst de resolutie en/of
het contrast in.
2
Druk op de snelkiestoets die met het
gewenste snelkiesnummer
correspondeert.
•• De naam van de ontvanger wordt op
het display weergegeven, of het
faxnummer indien er geen naam bij
het nummer is opge nomen.
(Wanneer de naam of het nummer
niet juist zijn, dient u de STOP
toets te bedienen.)
•• Zodra de verbinding tot stand is
gekomen, wordt het document
automatisch verzonden.
RESOLUTION
010203
Voorbeeld: Om het
verkortkiesnummer "01"
te kiezen, toetst u
snelkiestoets 01.
43
Zenden van een faxbericht d.m.v. automatisch kiezen
Kiezen d.m .v . ee n verk ortki e scode
"Kiezen d.m.v. een verkortkiescode" kan worden gebruikt om een
willekeuri g nummer te kiezen dat is opgesl agen voor "Autom at isch
kiezen".
1
Plaats het document (de documenten).
Op het display wordt het volgende
weergegeven:
VERZENDKLAAR
•• Stel desgewenst de resolutie en/of
het contrast in.
2
Druk op de SPEED DIAL toets en
voer de twee cijfers van de
RESOLUTION
SPEED DIAL
verkortkiescode in met behulp van de
numerieke toetsen.
20
•• Om nummers va n 1 tot 9 in te
voeren, dient u eerst een 0 en dan
het nummer te kiezen.
3
Controleer het display. Wanneer de
weergegeven naam of het nummer
juist is, drukt u op de START toets.
(Zo niet, drukt u op de STOP toets.)
44
(Voorbeeld: )
STAR T
Zenden van een faxbericht d.m.v. automatisch kiezen
Direkt kie ze n via het toets enbord
U kunt ook een compleet nummer met de num e rieke toets en invoeren
en vervolgens op de START toets drukken om met kiezen te
beginnen. U kunt deze methode gebrui ken om een compl eet num mer
te kiezen wanneer u niet met de andere persoon hoeft te spreken voor
het zenden van een faxbericht.
Opmerking: Direct kiezen via het toetsenbord kan niet gebruikt worden
om een nummer te kiezen binnen dezelfde PBX als uw
faxtoestel. Om een document naar een faxtoestel in uw PBX
te zenden, dient u normaal kiezen te gebruiken.
1
Plaats het document (de documenten).
Op het display wordt het volgende
weergegeven:
2. Zenden van
documenten
VERZENDKLAAR
•• Stel desgewenst de resolutie en/of
het contrast in.
2
Druk op de juiste numerieke toetsen
om het nummer in te voeren.
•• Wanneer er een pauze nodig is
tussen de cijfers om toegang tot een
speciale service of een externe lijn
te krijgen drukt u op de REDIAL
toets. Er kunnen verschillende
pauzes na elkaar worde n ingevoerd.
3
Controleer het display. Wanneer het
weergege ven nummer van de
ontvangende machine juist is, drukt u
op de START toets.
•• Wanneer het nummer niet juist is,
drukt u op de STOP toets om he t
nummer te wissen. Vervolgens
voert u het numme r opnieuw in.
RESOLUTION
GHI
PQRS
ABC
DEF
3
2
1
JKL
MNO
5
8
START
6
WXYZ
9
45
4
TUV
7
Zenden van een faxbericht d.m.v. automatisch kiezen
Het gebruik van de SEARCH/ R toets
Wanneer u zich het snelkiesnummer of de verkortkiescod e, waaronder
u een bepaald faxnummer heeft opgeslagen, niet meer herinnert, kunt u
het nummer zoeken door de volgende stappen uit te voeren. Zodra u
het nummer heeft gevonden, kunt u dit kiezen en het geladen
document zenden door gewoon op de START toets te drukken.
1
Plaats het document (de documenten).
Op het display wordt het volgende
weergegeven:
VERZENDKLAAR
RESOLUTION
•• Stel desgewenst de resolutie en/of
het contrast in.
2
Druk op de SEARCH/R toets en
vervolge ns op de 1 toets.
België druk op de toets:
3
Voer de eerste letter van de opgeslagen
naam in, door de overeenkomstige
cijfertoets (de toets waarboven de
letter staat) een of meer malen in te
drukken tot de letter op het display
verschijnt. Wanneer de naam met een
speciale letter of symbool begint, toetst
u "1".
•• Wanneer u de eerste letter bent
vergeten, gaat u naar stap 4 (u zult
van het begin af door de lijst
scrollen).
•• Wanneer er geen naam bij het
nummer is opgeslagen, toetst u "0".
Hierdoor verschijnen er nummers,
geen namen , tijdens het scrollen.
46
SEARCH
SEARCH
R
R
GHI
PQRS
1
ABC
DEF
3
2
1
JKL
MNO
4
TUV
7
6
5
WXYZ
9
8
Zenden van een faxbericht d.m.v. automatisch kiezen
4
Toets de "#" toets of de "*" toets om
door de namen te scrollen (nummers
wanneer u "0" heeft gedrukt). Stop
wanneer de gewenste naam op het
display verschijnt.
of
•• Wanneer er geen namen zijn
opgeslagen, die met de ingevoerde
letter beginnen, zult u vanaf de
volgende naam op de lijst, in
alfabetische volgorde, scrollen.
Wanneer er helemaal geen
namen/nummers zijn opgeslagen,
verschijnt GEEN DAT A .
5
Druk op de START toets. Het
document zal automatisch worden
verzonden nadat de verbinding tot
stand is gebracht.
START
Automatisch herkiezen
Wanneer u automatisch kiezen gebruikt (inclusi ef direct kiezen via het
toetsenbord) en de lijn is bezet, zal uw faxtoestel het num mer
automatisch herkiezen. Er worden maximaal 2 herkiespogingen
uitgevoerd in intervallen van 2.5 minuut.
2. Zenden van
documenten
♦ Om het automatisch herkiezen te stoppen, dient u de STOP toets
te bedienen.
47
Het ontvangen
3
Hoofdstuk
HetgebruikvandeTEL/FAXMode
van documenten
Druk op de
RECEPTION MODE
toets tot de pijl in het
display naar TEL/FAX
wijst.
RECEPTION
MODE
TEL
FAX
TEL/FAX
A.M.
Wanneer de ontvangst mod e op TEL/FAX staat z al uw faxtoest el
automatisch alle bi nnenko mende bericht en na 1 of 2 belsignalen
antwoorden. Na het beantwoorden zal uw faxtoestel de lijn gedurende
ca. 5 seconden observeren om vast te stellen of er een faxsignaal wordt
uitgezonden.
♦ Wanneer uw faxtoestel een faxsignaal herkent (da t betekent dat
het binnenkomende bericht een automatisch gekozen faxbericht is)
zal uw toestel onmiddellijk beginnen met de ontvangst van het
binnenkomende document.
♦ Wanneer uw faxtoestel geen faxsignaal herkent (dit betekent dat
het binnenkomende bericht een gesprek of een handmatig gekozen
fax is) zal er gedurende 15 seconden ee n belsignaal klinken
(zogenaamd intern belsignaal) om u erop attent te maken, dat u
moet antwoorden. Wanneer u binnen deze tijd niet antwoordt, zal
uw faxtoestel een faxsignaal naar het andere toestel zenden om
deze de mogelijkheid te geven desgewenst een handmatig
faxbericht te zenden.
Kommenta ar:
•• Alleen uw fax toe ste l zal u er door middel van een intern belsignaal op atte nt
maken wanneer er gespreksv erbindingen of hand mati g gekoz en fa xbe richt en
aankomen. Ee n neventoestel, dat op de zelfd e li jn als het fa xt oest el is
aangeslo te n, zal geen be lsi gnaal laten hore n nad at de ve rbi ndi ng to t sta nd
gekomen is.
•• De duur van het intern belsign aal kan worde n in gest eld doo r midde l van
optionele inste ll in g 8 (Zie hoofd stuk 8, "Optio nele inste ll in gen " ).
48
HetgebruikvandeFAXMode
Het ontvangen van documenten
Druk op de
RECEPTION MODE
toets tot de pijl in het
display naar FAX wijst.
RECEPTION
MODE
TEL
FAX
A.M.TEL/FAX
Wanneer de ontvangstmode op FAX ingesteld is, beantwoo rdt uw
faxtoestel automat isch alle gesprekken na 1 of 2 belsignalen en
ontvangt de binnenko mende docum enten.
1 of 2 belsignalenFaxontvangst
♦ U kunt het aantal belsignalen wijzigen waarna het faxtoestel
binnenkomende gesprekken beantwoordt door optionele instelling
3 te wijzigen (zie hoofdstuk 8, "Optionele instellingen").
♦ Wanneer u de hoorn opneemt voordat uw faxtoestel antwoordt,
kunt u met de opbellende persoon spreken en/of een document
ontvangen zoals onderstaand besc hreven in "Het gebruik van de
TEL Mode".
van documenten
3. Het ontva ngen
49
Het ontvangen van documenten
HetgebruikvandeA.M.Mode
Druk op de
RECEPTION
MODE toets tot de
pijl in het display
naar A.M wijst.
RECEPTION
MODE
TEL/FAX
TEL
FAX
A.M.
In de A.M. mode zal uw faxtoestel auto mati sch gespreksv erbindi ngen
en faxberichten ontvangen als u een antwoordapparaat heeft
aangesloten op het faxappa raat. Zie hoofd stu k 6 voor meer details.
50
Het ontvangen van documenten
HetgebruikvandeTELMode
Druk op de
RECEPTION
MODE toets tot de
pijl in het display
naar TEL wi jst.
RECEPTION
MODE
Wanneer de ontvangstmode op TEL is ingesteld, moet u alle
gesprekken b eantwoo rd en m.b.v. de hoorn van het faxtoestel of een
neventoest el dat op de zelfde lijn is aangesloten.
Antwoorden met de hoorn van het faxtoes te l
1
Neem de hoorn op wanneer het toestel rinkelt.
TEL
FAX
A.M.TEL/FAX
van documenten
3. Het ontva ngen
2
Wanneer u een faxsignaal hoort, wacht u tot ONTVANGEN in het
display verschijnt, waarna u de hoorn oplegt.
Beep
ONTVANGEN
Opmerking: Wanneer u de optionele
instelling 15 (Fax detectie) op NEE
heeft ingesteld en u een faxsignaal
hoort wanneer u de hoorn opneemt,
dient u de
START toets in te drukken
om de ontvangst te starten.
51
Het ontvangen van documenten
3
Wanneer de andere persoon eerst wil praten en vervolgens een
faxbericht wil zenden, drukt u op de START toets na het spreken
(druk op uw START toets voor de zender op zijn star t toets drukt).
•• Verzekert u zich ervan dat het display ONTVANGEN weergeeft
en leg vervolgens de hoorn op.
START
ONTVANGEN
Een neventoestel opnemen
1
Neem het neventoestel op wanneer deze rinkelt.
2
Wanneer u een faxsignaal hoo rt, dient u te wachten tot uw faxtoestel
antwoordt (het neventoestel valt stil indien aangesloten via de
TEL.SET contac tbus), en vervolgens op te hangen.
Beep
Het apparaat valt stil.
3
Wanneer het faxtoestel niet antwoordt of wanneer de andere persoon
eerst met u wil spreken en vervolgens een faxbericht wil zen den,
drukt up op 5, * en * op het neventoestel (alleen bij een telefoon
met toon kies methode). Hang op zodra uw faxtoestel antwoordt.
52
5
Kommentaar:
Het ontvangen van documenten
•• Uw faxtoestel accepteert he t si gna al om de ont van gst t e starten niet ("5", "
en "*") wanne er er ee n doc ument in de toe voe r is ge plaatst.
•• Opmerking : Wanneer u de optionele instel li ng 15 op "NEE " hee ft ingeste ld
en u een faxsignaal hoor t wannee r u de hoorn van het nevento est el opne emt,
dient u " 5", "*", en "*" in te drukken. Indi en uw ne ve nto est el niet in staa t is
om toonsignal en uit te zenden moe t u naar het faxt oest el gaan, de hoorn
opnem en en de START toet s indrukken.
•• De code die gebruikt wordt om faxo ntv ang st te avcti ve ren vanu it een
toon-nevent oestel ("5", "*", en "*") kan desgewenst worde n gewi jzig d. Zie
optionele inste llin g 4 ("TEL /FAX act iv eringsc ode ) in hoofd stuk 8,
"Optionel e inste ll ing en".
Ontvangst verhouding
De fax werd in de fabriek ingesteld om het formaat van het ontvangen
document automatisch zodani g te reduceren dat het overeenstem t met
het formaat van het printpapier. Op di e manier wordt ervoor gezorgd
dat de randen van het document niet afgesneden worden. Desgewenst
kunt u deze functie uitschakelen en de ontvangen docum en t op het
volle forma at printen.
Opmerking: Wanneer een document te lang is om op het printpapier te
passen, zal de rest op een tweede pagina worden geprint. In
dit geval kan het afbreekpunt in het midden van een zin
liggen.
*
"
van documenten
3. Het ontva ngen
Opmerking: Automatische reductie is eventueel niet mogelijk wanneer het
ontvangen document te lang is, teveel grafieken en
afbeeldingen bevat of met een hoge resolutie wordt
gezonden. In dit geval zal de rest van het document op een
tweede pagina worden geprint.
1
Druk op deze toetsen:
FUNCTION
6
Op het display wordt het volgende weergegeven:
ONTV. VERHOUDING
53
Het ontvangen van documenten
2
Druk op "1" om de automatische reductie aan te zetten of "2" om
deze functie uit te zetten.
AUTO100%
12
of
Wanneer u AUTO heeft geselecteerd, gaat u verder naar stap 3.
Wanneer u 100% heeft geselecteerd, gaat u verder naar stap 4.
3
Wanneer u AUTO heeft geselecteerd, kiest u het
ontvangstpercentage dat moet worden gebruikt wanneer het
geheugen vol is(automatische r eductie is niet mogelijk wanneer het
geheugen vol is). Druk op 1 voor 93% of op 2 voor 100%.
93%100%
12
of
4
Druk op de STOP toets.
54
STOP
Maken van kopieën
4
Hoofdstuk
Uw fax kan ook worden toegepast om kopieën te maken. Deze functie
kan in het bijzonder worden gebruikt om voorbeeldkopieën van te
zenden documenten te maken, waaraan u kunt zien of de resolut ie of
het contrast moet worden bijgestel d.
1
Laad het document/de documenten
met de beschreven zijde naar beneden.
(maximaal 10 bladzijden).
Op het display wordt het volgende
weergegeven:
VERZENDKLAAR
•• Stel de gewenste resolutie en/of
contrast in. (De fabr ieksinstelling
voor kopië ren is FIJN ).
2
Druk op de COPY/HELP toet s.
Binnenkom e nde gesprekke n tijdens het kopiëre n
Gedurende het kopiëren gaat de UX-310 in handmatige ont vangs t,
zodat u, wanneer er tijdens het kopiëren een gespreksverbinding
aankomt, de hoorn op kunt nemen om te spreken.
Om een document te ontv angen, drukt u op de START toets, nadat u
klaar bent met kopiëren. Wanneer u het document onmid dell ij k wilt
ontvangen, dient u de STOP toets te bedienen om het kopiëren te
onderbreken en vervolgens de START toets te drukken, zodra het
document uit het to estel i s gekom en en in de stand-by mode is
teruggekeerd.
RESOLUTION
COPY/HELP
kopieën
4. Maken van
55
Maken van kopieën
Kopie-afbreken-functie
Wanneer u een kopie maakt van een document dat langer is dan het
printpapier, dient u de kopie afbreekinstelling te gebruiken om te
selecteren of u het resterende gedeelte van het document wilt afbreken
of op een tweede pagina wilt printen. De oorspronkelijke in stel ling is
JA (de rest afbreken). Om de instelling te ve randeren, dient u de
onderstaande stappen op te volgen.
1
Druk op deze toetsen:
Op het display wordt het volgende
weergegeven:
KOPIE AFBREKEN
2
Druk op 1 om de kopie
afbreekinste lling op JA te zetten (het
restere nde gedeelte van het document
wordt niet geprint), of op 2 om de
kopie afbreekinstelling op NEE te
zetten (het resterende gedeelte wordt
op een tweede pagina geprint).
Op het display wordt het volgende
weergegeven:
INIT. DONORROL
3
Druk op de STOP toets om na ar h et
display met datum en tijd terug te
keren.
FUNCTION
JA
1
STOP
6
NEE
of
2
56
5
Hoofdstuk
U kunt uw faxapparaat als een normale telefoon gebruiken om
gespreksverbindingen te maken en te ont vangen.
♦ Om een gespreksverbinding te maken of te ontvangen moet de
1
Neem de hoorn op of druk de
SPEAKER toets in. Luister naar de
kiestoon.
2
Kies een nummer met behulp van één
van de volgende methoden:
•• Normaal kiezen: Voer het
•• Kiezen m.b.v. de snelkiestoets:
Telefoneren
spanning ingesch akeld zijn (behalve in België).
1
GHI
volledige telefonnummer in met
behulp van de numerieke toetsen.
Druk op de overeenkomstige
snelkiestoets.
4
PQRS
7
of
ABC
2
JKL
5
TUV
8
SPEAKER
DEF
3
MNO
6
WXYZ
9
5. Telefoneren
•• Kiezen m.b.v. een
verkortkiescode: Druk op de
SPEED DIAL toets en voer de
2-cijferige verk ortkiescode met
behulp van de numerieke toetsen in.
3
Wanneer de verbinding tot stand komt,
spreekt u met de ontvanger van het
gesprek.
•• Wanneer u op de SPEAKER toets
heeft gedrukt, neemt u de hoorn van
de haak.
57
Telefoneren
Kommentaar:
•• Terwijl de ho orn va n de fax opgen om en i s (van de haak) kan een
nevento estel dat aan uw fax aang esl ote n is, ni et worde n geb rui kt om met de
opbellende per soon te spre ken.
•• Het faxtoeste l ka n een telefoongesprek onde rbr eke n, dat op ee n neven toe ste l
wordt ontvange n, wann eer de ontva ngst fun ct ie op A.M. in gest eld is e n er een
periode van stil te tijdens het gesprek valt. Wanneer u zich op een telefo on
met toon kiezen be vin dt, kun t u dit voorkom e n door dire ct na het opnem en
op drie willekeurige toetsen op de telefoon te drukken. (Opmerking: voer niet
de code in, die wordt gebru ikt om de faxont va ngst te activere n: 5, *,*.)
Combinatie kiezen
Nadat u de hoorn heeft opgenomen, kunt u een combi nati e kiezen van
normaal kiezen, kiezen m.b.v. snelkiestoets en kiezen m.b.v. verkort
kiesnummer. Wanneer u bijv. een netnummer of een toegangscode
voor een speciale service in een snelkiestoets heeft opgeslagen, kunt u
de snelkiestoets i ndrukk en voor de netnum mer of de toegangscode en
de rest van het nummer kiezen door een snelkiesto ets in te drukken,
numerieke toetsen te bedienen of de SPEED DIAL toets in te drukken
en een verkort kiesnummer met twee cijfers in te voeren.
Het gebruik van de SEARCH/R toets .
U kunt de SEARCH/R toets om een snelkiesnum mer of een
verkortkiesnummer te zoeken. Zoek eerst naar het nummer zoals werd
beschreven in "Het gebruik van de SEARCH/R toets" in "Kiezen en
verzenden" in hoofdstuk 2, neem vervolgens de hoorn van de haak of
druk op de SPEAKER toets. het nummer wordt aut omatisch gekozen
(druk niet op de START toets).
Herkiezen
Het laatst gekozen nummer kan opnieuw worden gekozen door op de
REDIAL toets te drukken (u hoeft de hoorn niet op te nemen of de
SPEAKER toets in te drukken). Wanneer uw gesprekspartner
antwoordt, neemt u de hoorn van de haak.
58
Het zenden va n toonsignalen
Wanneer u op een pulscentrale bent aangesloten, kun t u op de "*"
toets drukken om tijdelijk toonsignal en uit te zenden wanneer u op de
numerieke toetsen drukt. Hierdoor heeft u de mogelijkheid bepaalde
telefoondien sten te gebruiken w aarvoor invo ersi gnal en verlangd
worden.
Wanneer u één of meer geluidssignalen wilt invoeren, drukt u op de
"*" toets en bedient u vervolgens de numerieke toetsen.
Om terug te gaan naar de pulsmode, kunt u gewoon de hoorn opleggen
(de kiesmode keert autom at isch terug n aar de instell in g van opt ion el e
instelling 7 wanneer u oplegt).
PBX bediening
Wanneer de machine op een PBX centrale (centrale met directe
doorkiesnummers) is aangeslot en, kunt u hierme e de volgende
functies uitvoeren:
Telefoneren
Opmerking:verzekert u zich ervan dat de correcte instelling voor optionele
instelling 14-4 geselecteerd werd (zie hoofdstuk 8, Optioneleinstellingen).
♦ Inform atieges p re k k en voeren
Tijdens een gesprek kunt u uw gespreks partner laten wachten en
ondertussen met een derde partij telefoneren en daarna weer met
de oorspronkelijke p artner verder spreken.
♦ Doorverbinden
U kunt zonder hulp een verbinding naar een ander nummer op
dezelfde PBX centrale doorverbinden .
Het voeren van informatiegesprekken
1
Tijdens het telefoongesprek drukt u op
de SEARCH/R toets. Hierdoor wordt
SEARCH
uw gesprekspartner in de wachtstand
geplaatst.
5. Telefoneren
R
59
Telefoneren
2
Wanneer u de kiestoon hoort, kunt u
het nummer van de derde partij kiezen
om een informatiegespre k te voeren.
3
Wannee r u het informatiegesprek
beëindigd heef t, bent u automatisch
met de oorspronkelijke
gesprekspartner verbonden, zodra de
derde partij de hoorn op de haak legt.
Doorverbinden
1
Druk op de SEARCH/R toets tijdens
het telefoongesprek. Hierdoor wordt
uw gesprekspartner in de wachtstand
geplaatst.
SEARCH
R
2
Wanneer u de kiestoon hoort, kunt u
het nummer kiezen waarmee u de
doorverbinding wilt maken. Wanneer
de ontvanger opneemt, legt u de hoorn
op de haak. De ve rbinding is dan
doorverbonden.
•• Wanneer de ontvanger niet
opneemt, drukt u opnieuw op de
SEARCH/R toets om terug te keren
naar de oorspronkelijke
gesprekspartner.
60
Antwoordapparaat
6
Hoofdstuk
Voorbereidingen
Wanneer u een antwoordapparaat aan uw faxtoestel heeft aangesloten
volgens de beschrijvin g in "Aanslu it ing en " in hoofdstuk 1, kunt u
zowel gespreksverbindingen als faxberichten op dezelfde lijn
ontvangen terwijl u niet thuis bent. Om de verbinding te gebruiken
dient u eerst de meldtekst van uw antwoordapparaat te wijzigen en
vervolgens de ontv angst mod e van uw faxtoes tel op A.M. in te stellen;
wanneer u weg gaat.
Het wijzige n van de me ldte kst
De meldtekst (OGM) van uw antwoordapparaat dient te worden
veranderd om opbellende personen die u een fax willen stu ren de Start
toets te laten indrukken . Uw meldteks t kan bijv. als volgt lui den:
"Hallo. U bent verbonden met de firma ABC. Niemand kan uw
gesprek op het ogenblik aannemen. Laat a.u.b. een boodschap achter
na de pieptoon of druk op de starttoets van uw faxtoestel om een
faxbericht te zenden. Dank u voor het bellen. "
aansluiting
Kommenta ar:
•• Het is raadz aa m om de lengte van de medede li ng o nd er 10 seconden te
houden. Wan neer de ze te lang is, heeft u misschi en pr obl emen faxb erich te n
te ontvangen bij automatisch kiezen.
•• Uw gespreksverb ind ing en kunne n ook e en gespro ken boodscha p achterl at en
en tegelij ker ti jd een fa xbe ri cht zenden. Wijz ig uw mel dt ekst om uit te leggen
dat men eerst een gesp roke n mel din g kan achte rlate n en verv olg ens op de
starttoets va n hun faxt oestel kunnen drukken om een faxbe ric ht te zenden.
aansluiting
6. Antwoordapparaat
61
Antwoordapparaat aansluiting
Toepassen van de aansluiting
1
Stel de ontvangstmode van uw faxtoestel in op A.M. do or de
RECEPTION MODE toets in te drukken.
RECEPTION
MODE
2
Stel uw antwoordapparaat in op automatisch antwoorden.
TEL
TEL/FAX
FAX
A.M.
•• Uw antwoordapparaat dient zodanig te worden ingesteld dat het na
maximaal twee belsignalen zal antwoorden. Zo niet, dan bent u
niet in staat faxberichten te ontvangen die door automatisch kiezen
worden gezonden .
Opmerking: Wanneer uw antwoordapparaat een afstandsbediening heeft,
dient u ervoor te zorgen dat de code, die u gebruikt om de
afstandsbediening te activeren, verschilt van de code, die
wordt gebruikt om de faxontvangst te activeren vanaf een
neventoestel, (zie hoofdstuk 3, "He t ontvangen van
documenten").
62
Antwoordapparaat aansluiting
Hoe functioneert het antwoordapparaat
Terwijl u niet thuis bent, zullen al uw binneko mende bericht en door
uw antwoordapparaat worden beantwoord en uw meldtekst zal worden
afgespeeld. Gedurende deze periode zal uw faxtoestel naar de lijn
luisteren. Wanneer uw faxtoestel een faxtransmissie herkent, zal het
toestel de lijn overnemen en beginnen met de ont vangs t.
♦ Wanneer de verbinding niet goed is of wanneer er ruis op de lijn
is, zal het antwoordapparaat en/of het faxtoestel niet behoorlijk
kunnen reageren.
♦ De gespreksverbindingen teller op uw antwoordapparaat kan
aantonen dat er gespreksverbindingen werden ontvangen, terwijl
er alleen faxberichten ontvangen werden .
Opmerking: Om te verhinderen dat het faxtoestel de lijn overneemt en
begint te ontvangen wanneer u vanaf een externe telefoon
belt of wanneer u vanaf een neventoestel antw oor dt, toetst u
willekeurig drie toetsen (anders dan de code voor het
activeren van faxontvangst., "5", "*", en "*") op het
kiesbord van de telefoon. Dit kan alleen op een too n kies
telefoon worden uitgevoerd.
Wanneer u terug bent en
het antwoordapparaat
uitzet, dient u eraan te
denken dat u de
ontvangstfunctie weer op
FAX/TEL of FAX zet!
aansluiting
6. Antwoordapparaat
63
Antwoordapparaat aansluiting
Optionele A.M. aansluit instellingen
Indien noodzakelij k kunt u de volgende inst ell ing en gebruiken om de
reactie van het antwoordapparaat op binnenkomende b erichten te
verbeteren.
Stille detektietijd
Bij deze functie neemt het faxtoestel de li jn over en begint met
ontvangen nadat er een bepaalde periode van stilte word t herkend
nadat het antwoordapparaat antwoordt.
Tijdsinstell in gen voor de stilteperiode zij n 1 tot 10 seconden. Stille
detektietijd is in de fabriek op 6 seconden ingesteld. Hie rdoor heeft u
de beste prestatie bij de meeste antwoordapparaten; het is echter
mogelijk dat u deze instel ling moet bijstel len afhankeli jk van de
afbreektijd van uw antwoordapparaat.
♦ Sommige an twoordapparaten hebben vaste afbreektijden (vaak
ongeveer 4 seconden), hetgeen betekent dat het antwoordapparaat
de verbinding verbreekt voor de faxontvangst kan beginnen. In dit
geval dient u een stille detektietijd van ongeveer 3 seconden uit te
proberen.
♦ Wanneer het faxtoestel gespreksverbindingen onderbreekt voordat
deze personen een melding kunnen achterlaten, moet u een
langere stille detektietijd instellen. Wanneer uw meldtekst een
stilteperiode bevat, dient u erv oor te zorgen dat de instelling
langer is dan deze stilteperiode, of u dient uw meldtekst opnieuw
op te nemen en de stilteperiode te verkorten.
Om de instelling van de stil le detekt ieti jd te veranderen, dient u de
optionele in stel ling 9 opn ieuw in te stellen vol gens de beschrij vin g in
hoofdstuk 8, "Optio nele instellingen".
Opmerking: Stille detektietijd kan worden uitgezet door "00" voor de tijd
in te voeren. Opmerking, het faxtoestel zal echter niet in staat
zijn faxberichten te ontvangen die handmatig d.m.v. normaal
kiezen worden gezonden.
64
Antwoordapparaat aansluiting
Selecteer automatische ontvangst
Wanneer deze functie ingeschakeld staat, zal het faxtoestel de
verbinding na 5 belsignalen beantwoorden als het antwoordapp araat
om de een of andere reden voor die tijd niet ant woordt . Hierdo or kunt
u er zeker van zijn dat u faxberichten ontvangt wanneer de band van
het antwoordapparaat vol is of wanneer het antwoordapparaat niet
ingeschakeld is.
Selecteer automatische ontvangst werd in de fabriek uitgezet. Wanneer
u deze functie aan wilt zetten, dient u option ele inst ell ing 12 opnie uw
in te stellen volgens de beschrij vi ng in hoofdst uk 8, "Opti onele
instelli ngen" .
Opmerking: Wanneer deze functie aan is dient u erop te letten dat het
antwoordapparaat zodanig is ingesteld dat deze op het vierde
belsignaal of minder antwoordt. Wanneer dit niet het geval is,
zal het faxtoestel eerst antwoorden waardoor opbellende
personen geen meldingen meer kunnen achterlaten.
Stille detektie starttijd
Deze instelling kan worden gebruikt om de start van de stille detektie
functie te vertragen. Bijvoorbeeld wanneer u een pauze wilt invoegen
aan het begin van de meldtekst van uw antwoordapparaat om de
duidelijke herkenning van faxsignalen te garanderen, kunt u deze
functie gebruiken om de start van de stille detekt ie tijd te vertragen
zodat de pauze niet tot gevolg heeft dat de fax de lijn overneemt.
Stille detektie starttijd is in de fabriek uitgezet. Wanneer u deze functie
aan wilt zetten, dien t u optio nele ins tell in g 10 opnieuw in te stellen op
de gewenste vertragingstij d. D eze procedure wordt in hoofdstuk 8,
"Optionele inst elli ngen" beschreven. In het algeme en geldt dat de
vertragingstijd iet s langer dient te duren dan de pauze voo r de
meldtekst.
aansluiting
Antwoordtijd
Deze instelling kan worden gebruikt om het faxtoestel automatisch d e
lijn te laten overnemen en te proberen te ontvangen na een bepaald
aantal seconden.
Bij normaal gebruik adviseren wij deze functie niet aan te zet ten;
Wanneer u echter problemen heeft om faxberichten in de A.M. mode
te ontvangen, kunt u verschillen de tijdsi nst ell ing en proberen om te
kijken of dit helpt. Zet de functi e uit door de opti onele in stel ling 11
opnieuw in te stellen op het gewenste aantal seconden (1 to t 255
seconden).
6. Antwoordapparaat
65
Speciale
7
Hoofdstuk
Nummerweergave
Opmerking: De nummerweergave functie is in sommige landen niet
Wanneer u een abonnement heeft op nummerweergave bij uw
telefoonbedrijf kunt u uw faxtoestel zodani g instel len dat de naam e n
het nummer van de gespreksverbindin g worden weergegeven terwijl
het faxtoestel rink elt.
Belangrijk:
•• Om deze functie te gebruiken moet u een abonnement hebben op
•• Uw faxtoestel is eventueel niet geschikt voor sommi ge
functies
beschikbaar.
nummerweergave bij uw telefoonbedrijf.
gespreksverbinding identi ficati e services.
1
Druk op deze toetsen:
Op het display wordt het volgende
weergegeven:
2
Druk 3 maal op de * toets.
Op het display wordt het volgende
weergegeven:
3
Druk op 1 om de nummerweergave in
te schakelen, of op 2 om de functie uit
te schake len.
Op het display wordt het volgende
weergegeven:
66
FUNCTION
OPTIONELE INST.
NUMMERWEERGAVE
JA
1
of
VOORBLAD MODE
4
NEE
2
Nummerweergave
4
Druk op de STOP toets om na ar h et
STOP
display met datum en tijd terug te keren.
•• Stel optionel e inst elli ng 3 (a antal bel sig nalen voo r het antwoorden) in
op 2 of meer belsignalen (zi e hoofdst uk 8).
Hoe functioneert de nummerweergave
Wanneer u een gespreksverbinding ontvangt, verschijnen de naam en
het telefoonnummer van de opbellende persoon afwisselend in het
display kort voor het tweede belsignaal. De informatie wordt
weergegeve n tot u de hoorn opneemt of tot uw faxtoestel automatis ch
antwoordt wanneer dit in de FAX mode staat .
Opmerking: Sommige nummerweergav e services leveren de naam van de
opbellende persoon niet. In dit geval verschijnt alleen het
telefoonnummer.
Displayvoorbeeld:
DOE JOHN
Naam van de opbellende persoon
Displa ym e ldingen
Er zal één van de volgende meldingen verschijn en, wanneer het
faxtoestel rinkelt en er geen informatie ove r de opbellende persoon
aanwezig is.
444-555-6666
Nummer van de opbellende persoon
NR. ONBEKENDEr werd geen informatie over de opbellende
persoon ontvangen door uw telefoonbedrijf.
Zorg ervoor dat het telefoonbedrijf uw
service heeft geactiveerd.
NR. WEERGAVE
FOUT
Ruis in de telefoonlijn verhinderde de
ontvangst van nummerweergave informatie.
BUITEN REGIODe gespreksverbinding werd gemaakt vanuit
een gebied zonder nummerweergave
service, of de nummerweergave service is
niet compatibel met die van uw plaatselijke
telefoonbedrijf.
NIET VRIJGEGEVEN Op verzoek van de opbellende persoon werd
er geen nummerweergave informatie
verstrekt door het telefoonbedrijf.
67
Nummerweergave
Bekijken van de nummerweergave lijs t
Wanneer u een abonnement heeft op nummerweergave en u heeft de
nummerweergave functie ingeschakeld, zal uw faxtoestel informatie
opslaan van de meest recente 20 gespreksverbindingen en
faxberichten die u heeft ontvangen. U kunt deze informati e bekijk en
die bestaat uit de naam en het nummer van elke opbellend e persoon in
de nummerweergave lijst.
♦ Nadat u 20 gesprekken heeft ontvangen, wist elk nieuw gesprek
het oudste gesprek.
Volg de onderstaande stappen op om uw nummerweergave lijst in het
display te bekijken. Desgewenst kunt u een nummer kiezen wanneer
dit vers chijnt.
Om de lijst te printen, zie hoofdst uk 9, Printen van beri ch ten en lijst en.
1
Druk op deze toetsen:
Op het display wordt het volgende
weergegeven:
2
Druk op de * toets om door de lijst te
scrollen vanaf he t meest rece nte
gesprek of, op de # toets om vanaf het
oudste ge sprek door de lijst te scrolle n.
SEARCH
R
NUMMERS BEKIJKEN
2
of
68
3
Wanneer u één van de nummers in de
lijst wilt kiezen, kunt u door de lijst
scrollen tot het nummer in het display
verschijnt.
•• Wanneer u een faxbericht wilt
zenden, laadt u het document en
drukt u op de START toetsen.
•• Wanneer u een gesprek wilt voeren,
neemt u de hoorn op en drukt u op
de SPEAKER toets. Het kie zen
begint automatisch. (Wanneer u op
de SPEAKER toets heeft gedrukt,
neemt u de hoorn op wanneer de
andere persoon antwoordt.)
4
Druk op de STOP toets wanneer u
klaar bent met het bekijken van de lijst.
Nummerweergave
START
STOP
Het wissen van numme rs uit de nummerweergave lijs t
Wanneer u een enkele nummers uit de lijst met nummerweergaven
wilt wissen, drukt u op de "0" toets terwijl numme rweergave op het
display verschijnt. Wanneer u alle nummers uit de lijst wilt wiss en,
dient u de "0" toets ten minst e 3 seconden ingedrukt te houden terwij l
u een willekeurig num mer op het di spl ay bekij kt .
Priorite i tsgesprek
Desgewenst kunt u uw faxtoestel zodanig instel len dat er een speciaal
belsignaal klinkt wanneer u een gesprek ontvangt van een bepaald
telefoonnummer. Hi erdoor weet u direct wie er belt zonder dat u op
het display hoeft te kij ken. Om deze functie te gebruiken dient u het
gewenste telefoonnummer in te voeren m.b.v. de onderst aande
stappen (er kan slechts één telefoonnummer worden ing ev oerd).
69
Nummerweergave
1
Druk op de rechts afgebeelde toetsen.
PRIORITEIT NR. Verschijnt op het
display.
2
Druk op 1 om een nummer in te voeren,
of 2 om een nummer te wissen.
(Wanneer u 2 heeft ingedrukt, gaat u
verder naar stap 4.)
3
Voer het telefoonnummer in evenals het
kengetal door op de numerieke toetsen
te drukken (max. 20 cijfers).
4
Druk op de START toets en vervolgens
op de STOP toets.
FUNCTION
1
5
5512
START
3
2
of
(Voorbeeld: )
STOP
4
3
Blokkeren v an ge spr ek sv er bindi ngen
Wanneer de nummerweergave ingeschakeld is kunt u de anti junk fax
functie gebruiken die werd beschreven in De ontvangst vanongewenste faxbericht en blokkeren in dit hoofdst uk om de ontvang st
van gespreksverbindingen en faxberi chten te voo rkomen (de an ti junk
fax functie kan normaal gesproken alleen faxberichten bl okk eren).
In dit geval verbreekt de nummerweergave service de verbinding
zodra er een faxbericht of gespreksverbinding binnenkomt die door u
als "Junk nummer" werd vastgelegd (voo r het tweede belsig n aal).
Om deze functie te gebruiken, dient u optionele instel li ng 16 op JA te
zetten zoals beschreven in hoofdstuk 8, Optionele instellingen, en
vervolgens het num mer in te vull en in de lijst met ant i junk num mers
zoals toegelicht in De ont vangst van ongew enste fa xb ericht enblokkeren in dit hoofdstuk.
70
Voorblad
U kunt de Fax een voorblad laten vervaardigen en dit als laatste blad
van uw faxoverdracht zenden.
U kunt een meldtekst selecteren.
Om de naam van de
ontvanger te laten
verschijnen moet u kiezen
m.b.v. een
snelkiesnummer of een
verkortkiescode waarbij
de naam werd
geprogrammeerd.
Uw naam en nummer
moeten
geprogrammeerd zijn
volgens de beschrijving
in hoofdstuk 1.
Voorblad
Volg de onderstaande stappen om de voorbladfunctie in te schakelen.
Wanneer u de voorbladfunctie heeft ingeschakeld, wordt er bij elke
zending een dekblad inbegrepen totdat u de functie weer uitschakelt .
1
Druk op deze toetsen:
FUNCTION
4
Op het display wordt het volgende
weergegeven:
OPTIONELE INST.
2
Druk op deze toetsen:
Op het display wordt het volgende
weergegeven:
VOORBLAD MODE
71
Voorblad
3
Druk op 1 (JA) om de voorbladfunctie
in te schakelen, of op 2 (NEE) om de
functie uit te schakelen.
Op het display wordt het volgende
weergegeven:
AUTO JOURNAAL
JANEE
of
1
2
4
Druk op de STOP toets om naar het
display met datum en tijd terug te
keren.
STOP
Selecteren van een kopregel (optioneel)
Wanneer de voorblad-functie ingesteld is, kunt u ook een mededeling
meezenden die als kop aan de bovenkant van het voorblad verschijnt.
Hiervoor dient u de onderstaande stapp en op te volgen. Let erop dat de
selectie van de mededeling alleen voor één verzending effectief is.
1
Plaats het document (de documenten).
•• Het document moet worden geladen
voordat er een melding ka n worden
geselecteerd.
•• De voorbladfunctie moet
ingeschakeld zijn.
2
Druk op deze toetsen:
Op het display wordt het volgende
weergegeven:
FUNCTION
5
72
KOPREGEL VOORBL.
3
Selecteer een mededeling door een
getal van "1" tot "4" op de
onderstaande manier in te voeren:
"1": DRINGE ND
"2":BELANGRIJK
"3": VERTRO UWE LI JK
"4":DISTRIBUEREN
4
Kies het ontvangende apparaat en
zendt het do cument.
Opmerking: Om een instelling voor de kopregel van een voorblad te
annuleren, drukt u op de STOP toets of u verwijdert het
document uit de documentinvoer.
1
(Voorbeeld: )
Voorblad
73
Nummering van de batchpagina’s
Nummering van de batchpagina’s
U kunt de paginanummering van het verzonden document wi jzig en
van eenvoudige nummering ("P.01 ", "P.02" , enz.) in batchnu mmeri ng
hetgeen betekent dat er een schuine streep en het totaal aantal te
verzenden pagina’s wordt toegevoegd na elk paginanum mer
(bijvoorbeeld, "P. 01/05" , "P.02/0 5", enz.). Hierdoor kan de ontvanger
controleren welke pagina’s er ontbreken.
1
Plaats het document (de documenten).
•• Het document moet worden geladen
voordat de batchnummering kan
worden ingesteld.
2
Druk op deze toetsen:
Op het display wordt het volgende
weergegeven:
FUNCTION
PAG. TELLING
3
Voer het totale aantal pagina’s ("01"
tot "99") in met behulp van de
numerieke toetsen.
•• Wanneer u een dekblad zendt, dient
u dit niet bij het totaal aantal
pagina’s op te tellen (het nummer
wordt automatisch aan gepast).
4
Kies het ontvangende apparaat en
zendt het do cument.
74
0
8
Voorbeeld:
acht pagina’s
Nummering van de batchpagina’s
Kommentaar:
•• Wanneer u de invoe r van een pagi na num me ri ng wil t a nnul er en, di ent u het
documen t ui t de toevoer te verwijd ere n of de STOP toet s in t e drukke n.
•• Wanneer het werke li jk e aant al verz onden pagina’ s nie t ove re enk om t m et het
ingevoerde aantal, zal het alarm klinken en PAG. TELLING FOUT in het
display versch ijnen . Ook zal "PAGINA F" verschi jnen in de kolom
"OPMERKING" van het transaktiev ersl ag , wanne er het printen hierva n werd
ingestel d.
75
Blokkeren van de ontvangst van ongewenste faxberichten
Blokkeren van de ontvangst van ongewenste
faxberichten
De anti junk faxfunctie maakt het mogelij k de ontvan gst van
faxberichten te blokkeren van door u gespecificeerde faxnummers.
Hierdoor bespaart u papier doordat ongewenste faxberichten
"junk-mail " niet worden geprin t.
Om deze functie toe te passen, dient u deze eerst aan te zetten door
optionele instel li ng 16 tot JA in te stellen zoals beschreven in
hoofdstuk 8 en vervolgens de faxnummers in te voeren waarvan u
geen faxberichten wenst te ontvangen, zie onderstaand.
Opmerki nge n:
•• Er kunnen max. 5 faxn umme rs word en ingevoerd op de anti junk fa x-l ij st.
•• De anti-junkfunctie werkt nie t bij een num m er dat al werd opg esl age n al s
prioriteitnummer.
•• Om een faxnum m er uit de anti junk fa x-l ij st t e wissen, moet u het 1 cijferig
getal kennen wa arm ee het geïde nt ifi ceer d wordt . Wanne er u dit numm e r bent
vergeten, kunt u de anti junk fa x-l ijst ui tpr int en zoals beschr eve n in
hoofdstuk 9.
1
Druk op de rechts afgebeelde toetsen.
INVOER JUNK NR. Verschijnt op het
display.
België druk op deze toetsen:
2
Druk op "1" om een nummer op te
slaan in de anti junk nummerlijst, of
"2" om een nummer uit de lijst te
wissen.
3
Opslaan: Voer een getal met 1 cijfers
van "" tot "5" in. Dit getal
representeert het fax-/telefoonnummer
dat u in de volgende stap wilt opsla an.
Wissen: Voer het getal in, dat het
fax-/telefoonnummer representeert, dat
u wilt wissen, en ga verder naar stap 5.
76
FUNCTION
FUNCTION
INST.
1
1
3
3
WISSEN
2
of
(Voorbeeld: )
Blokkeren van de ontvangst van ongewenste faxberichten
4
Voer het nu mmer dat u wilt blokkeren
compleet in (max. 20 cijfers).
5
Druk op de STA RT toets.
5
5
5
START
21
3
4
(Voorbeeld: )
6
Ga terug naar stap 3 om een ander
nummer in te voeren (of te wissen), of
druk op STOP om de functie te
verlaten.
STOP
Stap 3 of
77
Pollen (opvragen van een faxtransmissie)
Pollen (opvragen van een faxtransmissie)
Door middel van de polling-funct ie wordt het mogelij k gemaakt een
ander faxapparaat te vragen een fax aan uw faxapparaat te zenden.
Met andere woorden de transmissie wordt geactiveerd door het
ontvangende faxappa raat en niet door het zendende faxtoest el. U kunt
uw faxapparaat toepassen om te pollen en om door anderen gepolled
te worden.
Om de polling-functie te gebruiken, mo et u eerst de snelkiestoet s
05/POLL opnieuw i nst ellen vo or het gebruik als polli ng to ets. Dit
wordt gedaan door optionele instel ling 17 volgens de beschrijving in
hoofdstuk 8, "Optionel e Instell ing en " opnieuw in te stell en.
(Opmerking: wanneer snelkiestoets 05/ POLL ingest eld wordt als
polling toets, kan deze toets niet meer worden gebruikt voor het
kiezen d.m.v. een snelkiestoet s. )
Opvragen van een zending
Opmerking: Snelkiestoetsen kunnen niet voor het pollen w orden gebruikt.
Om een snelkiesnummer te kiezen, drukt u op de SPEEDDIAL toets en voert u vervolgens het getal met 2 cijfers in,
dat overeenkomt met de snelkiestoets.
78
1
Selecteer het faxapparaat dat u wilt
pollen m.b.v. de volgende methoden:
•• Neem de hoorn van de haak (of
druk op de SPEAKER toets) en
kies het volledige nummer. Wacht
op de fax- antwoordtoon.
•• Druk op de SPEED DIAL toets en
voer een 2-cijferige
Verkortkiescode in.
•• Voer met behulp van de numerieke
toetsen het volledige nummer in.
2
Toets de snelkiestoets 05/POLL.
•• Wanneer u de hoorn heeft gebruikt,
dient u deze op te leggen wanneer
POLLEN op het display verschijnt.
De ontvangst zal beginnen.
05/POLL
1
GHI
4
PQRS
7
(Voorbeeld)
ABC
DEF
3
2
JKL
MNO
6
5
TUV
WXYZ
9
8
Pollen (opvragen van een faxtransmissie)
Gepold worden (pollen s tand-by )
Om een ander faxtoestel een zending bij uw fax te laten op vragen ,
drukt u op de RECEPTION MODE toets om de on tvangstfunctie op
FAX te zetten, laad vervolgens de document(en) en druk op de
snelkiestoets 05 /POLL. "P" verschij nt op het displ ay.
De overdracht vindt plaats wanneer het ander toestel uw toestel
oproept en het pollen aktiveert. Wanneer uw toestel klaar staat om
gepold te worden, blijft automat ische ont vangs t mo geli jk.
Pollen beveiliging
De pollen-beveiliging maakt het u mogelijk om niet-toegestaan pol len
van uw faxtoestel te voorkomen. Wanneer deze functie ingeschakel d
is, kan er alleen gepolled worden wanne er het faxnummer van het
pollende faxtoest el in uw lijst met to eges tane faxnumm e rs is
opgenomen (genoemd "toegangscode num mers" ). Het nummer van
het pollende faxtoestel m oet dus wel ingeprogrammeerd zijn.
Om de pollen beveilig ing te gebruiken, di ent u de onderstaand e
stappen op te volgen om de functie in te schakelen en vervolgens de
toegelaten nummers in te voeren zoals vermeld op de volgende pagin a.
1
Druk op de rechts afgebeelde toetsen.
INVOEREN Verschijnt op het display.
2
Druk 3 maal op de "#" toets.
"BEVEILIGING" verschijnt in he t
display.
3
Druk op "1" om de polle n beveiliging
aan te zetten, of "2" om deze uit te
schakelen.
4
Druk op de START toets en
vervolgens op de STOP toets.
FUNCTION
1
START
of
3
2
STOP
79
Pollen (opvragen van een faxtransmissie)
Het opslaan en wis s en v an fax num me rs met toes te mming tot polling.
U kunt maximaal 10 faxnum mers in uw lij st met toegest an e
faxnummers opnemen.
1
Druk op de rechts afgebeelde toetsen.
INVOEREN Verschijnt op het display.
2
Druk vier maal op de "#" toets.
"TOEGANGSCODE" verschijnt in het
display.
3
Druk op "1" om een nummer op te
slaan, of "2" om een nummer te
wissen.
4
Opslaan: Voer een nummer met 2
cijfers van "01" tot "10" in. Dit
nummer representeert het faxnummer
dat u in de volgende stap wilt opslaan .
Wissen: Voer het nummer in dat het te
wissen faxnummer representeert en ga
vervolgens naar stap 6.
5
Voer het faxnummer in (max. 20
cijfers).
FUNCTION
1
0
0
6213
3
2
of
1
(Voorbeeld: )
3
7
6
Druk op de START toets.
7
Ga terug naar stap 4 om een ander
nummer in te voeren (of te wissen), of
druk op STOP om de functie te
verlaten.
80
(Voorbeeld: )
START
STOP
Stap 4 of
Timer besturingen
De timer functie maakt het u mogeli jk om een bep aal de tijd in te
stellen waarop een transmissie en/o f poll ing bewerking automati sch
wordt uitgevoerd. Een transmis sie en een po lling bewerking kun nen
op dezelfde tijd worden ingesteld en de tijd waarop deze bewerkingen
worden uitgevoerd kunnen tot 24 uur van te voren worden bepaald.
Met deze functie kunt u bijvoorbeeld gebruik maken van het lager
telefoontarief ’s nachts, zonder dat u aanwezig moet zijn.
Opmerking: Er kan slechts één verkortkiesnummer gebruikt worden om
het ontvangende toestel te kiezen.
Het instelle n van ee n time r
1
Druk op de rechts afgebeelde toetsen.
TIMER MODE Verschijnt op het
display.
FUNCTION
Timer besturingen
1
2
Toets "#" om een transmis sie
(ZENDEN) in te stellen of "*" om een
polling bewerking (POLLING MODE)
in te stellen.
3
Toets "1" om (INST.) te selecteren.
4
Voer de tijd in waarop u de bewerking
wilt laten plaatsvinden (2 cijfers voor
het uur en 2 cijfers voor de minuten).
5
Druk op de START toets.
of
1
0
9
START
2
(Voorbeeld: 9:25)
5
81
Timer besturingen
6
Voer het verkortkiesnummer van het
ontvangende faxtoestel in.
0
5
•• Wanneer dit een pollen bewerking
is, gaat u verder naar stap 9.
7
Druk op de START toets.
START
8
Stel de resolutie en/of het contrast af
RESOLUTION
(sla deze stap over wanneer u de
instellingen niet wilt wijzigen).
9
Druk op de START toets en
vervolgens op de STOP toets.
START
Wanneer er sprake is van een
transmissie, dient u het document in de
toevoer te laden voor de
gespecificeerde transmissietijd.
Het annuleren van een bewerking
Wanneer u een bewerking wilt annuleren, nadat deze is ingesteld,
dient u de onderstaande stappen op te volgen.
1
Druk op de rechts afgebeelde toetsen.
FUNCTION
TIMER MODE Verschijnt op het
display.
(Voorbeeld: )
STOP
1
2
Toets "#" om een transmis sie te
annuleren, of "*" om een polling
bewerking te annuleren.
3
Toets "2" om (WISSEN) te selecteren.
4
Druk op de START toets en
vervolgens op de STOP toets.
82
of
2
STOP
START
Optionele
8
Hoofdstuk
Er is een veelvoud aan instellin gen beschik ba ar die u kunt gebruiken om
uw fax te verfijnen en beter aan uw behoeften te laten voldoen. De
instellin gen worden uit gevoerd doo r midd el van de bedieni ngst oets en en
alle instellingen worden in de onderstaande lijst beschreven.
Instelling 1: FIJN RESOLUT IE PRIO RITE IT
Hierdoor wordt de standaardinst elli ng van de resolutie voor het zenden van
documen te n ing est el d. Toets " 1" (JA) om deze op FIJN in te stellen, of "2"
(NEE) om deze op STANDAARD te zetten.
• Fabrieksi nste ll in g: , ,2 “
instellingen
FUNCTION
4
of
Druk eer st o p
FUNCTION en 4,
vervolgens o p # of
om door de opties te
scrollen.
*
FUNCTION
4
JANEE
of
1
2
Op het display
wordt het volgende
weergegev en:
GRIJSWAARDE NIV.
FIJN PRIORITEIT
STOP
Instelling 2: INSTELLING GRIJSSCHAAL
Hiermee wordt de gri jssc ha al inge ste ld die wordt gebr uik t voor de inste ll in g
van de HALF TONE resolutie. Druk op 1 voor 16 niveaus( hie rdo or ontstaat
een lagere kwaliteit en een snellere transm issi e) of 2 voor 64 niveaus (hi erd oor
ontstaat een hoge re kwa lite it en een lang zame re transm issi e).
• Fabrieksinste ll ing : ,, 2“
FUNCTION
4
1664
of
1
2
Indrukken
AANTAL BELLEN
tot op het
display wordt
weergegev en:
GRIJSWAARDE NIV.
STOP
83
Optionele instellingen
Instelling 3:AANTAL BELSIGNALEN VOOR HET ANTWO ORDEN
Hierdoor wordt het aantal belsignalen ingesteld, dat het faxtoestel wacht
doordat het een binnenkomend gesprek bean twoo rdt in de FAX en TEL/FAX
ontvang stm odes. Voer een geta l in van "1" tot "5".
• Fabriek sinstelling: ,,1“
Opmerking: In sommige landen is de laagst mogelijke instelling "2".
FUNCTION
Voer een cijfer in
van 1 tot 5
4
Indrukken
ACTIVERINGSCODE
tot op het
display wordt
weergegev en:
AANTAL BELLEN
STOP
Instelling 4: TELEFOON/FAX ACTIVE RINGSCO DE
Hiermede wordt het 1 cijferig nummer voor het activeren van de faxontvangst
vanaf ee n neventoestel ingesteld. Voer ee n wil le keu rig cijfe r van "0" tot "9" in.
• Fabriek sinstelling: ,,5“
84
FUNCTION
Voer een cijfer in
van 0 tot 9
4
Indrukken
tot op het
display wordt
ACTIVERINGSCODE
weergegeven:
STOP
ACTIVERINGSMODE
Optionele instellingen
Instelling 5: ACTIVERINGS MODE
Deze instel li ng z et de he rke nni ng va n de c ode voor he t act ive re n van
faxontv angst vanaf een neve ntoestel aan of ui t. Toets "1" om de herk enn ing
aan of, "2" om de herkennin g uit te zette n. .
• Fabriek sinstelling: ,,1“
FUNCTION
JA
Indrukken
4
NEE
2
of
1
tot op het
display wordt
weergegev en:
TRANSACTIE LIJST
ACTIVERINGSMODE
STOP
Instelling 6: TRANSACTIE LIJST
Deze instell in g regel t de voorwa ar den voor het pr int en van een
transactie ve rsla g. Voer een numme r van ,,1“ tot ,,5“ in a ls vol gt:
1 (ALTIJD PRINTEN):Print een verslag na iedere ov erdracht of fout.
2 (FOUT/TIMER):Er wordt een bericht geprint na een fout of een
timer bewerking.
3 (ALLEEN ZENDEN):Print alleen een verslag na het verzenden van een
document.
4 (FOUT ALLEEN):Print alleen een verslag wanneer er een fou t
optreedt.
5 (NOOIT PRINTE N):Print nooit verslagen.
• Fabrieksi nste ll in g: , ,4 “
FUNCTION
Voer een cijfer in
van 1 tot 5
4
Indrukken
tot op het
display wordt
weergegeven:
KIES MOD E
TRANSACTIE LIJST
STOP
85
Optionele instellingen
Instelling 7: KIESMODE
Hierm e de wordt de kiesm ode ingesteld . Toet s " 1" wanneer u op een toon
kieslij n be nt a ang esl ote n of " 2" wanneer u op een impuls kieslijn bent
aangesloten.
• Fabrieksinstelling: ,,1“
Opmerking: Deze instelling is in sommige landen n iet beschikbaar.
FUNCTION
4
TOON
1
of
Indrukken
PULS
2
tot op he t
display wordt
weer geg e ven:
INTERNE BEL TIJD
KIES MODE
Instelling 8: DUUR VAN HET INTERNE BELSIGNAAL
Hierdoor wordt de duur van het pseu do belsi gna al ingeste ld wanne er de
ontvangstf unc tie op TE L/FAX is ingest el d. Voer op de volgende manier een
getal in van "1" tot "4":
Hiermee wordt de periode van stilte (i n sec ond en) inge ste ld , wa arn a de fax de
lijn overneemt en begint te ont va nge n wannee r er een antwoordapparaat is
aangesloten . Voer een cijf er van "01" t ot " 10 " in, of "00" om de functi e ui t te
zetten. (Zie hoof dstuk 6 voor nadere details.).
• Fabrieksinste ll ing : ,, 06 “
FUNCTION
4
Indrukken
tot op het
display wordt
STILLE DET. TIJD
weergegeven:
Voer een cijfer
in van 00 tot 10
STILLE D.ST. TIJD
STOP
86
Optionele instellingen
Instelling 10: STILLE DET EKTIE STARTT I JD
Deze inste ll ing kan wor den gebr uik t om de start van de still e de te kt ieti jd
functie te vertr agen di e wordt gebrui kt voor een antwo orda ppa ra at -aansl uit in g.
Voer een 2-stellig cijfe r in dat geli jk is aan het gewenste aantal seconde n van
de vertraging ("01" tot "15") . of voer "00" in vo or geen vert rag ing . (Zi e
hoofdstuk 6 voor nadere details. )
• Fabrieksinste ll ing : ,, 00 “
FUNCTION
4
Indrukken
tot op het
display wordt
STILLE D.ST. TIJD
weergegeven:
Voer een cijfer in
van 01 tot 15
ANTWOORDTIJD
STOP
Instelling 11: ANTWOORDTIJD
Deze inste ll ing kan worden gebruik t om de fax na een bepa al d aant al seco nden
automatisch de verbinding over te laten nemen, nadat een antwoordapparaat dat
aan de fax is aangesl ote n, antwoordt. Stel het aantal sec onde n in door een
3-stellig cijfer in te voeren ("001" tot " 255", of voer "000" in om de func ti e ui t
te zetten. (Zie hoofdstuk 6 voor nadere details).
• Fabrieksinste ll ing : ,, 00 0“
FUNCTION
Voer een cijfer in
van 001 tot 255
4
Indrukken
tot op het
display wordt
weergegeven:
KIES AUTO ONTV.
ANTWOORDTIJD
STOP
Instelling 12: SELECTEER AUTOMAT ISCHE ONTVANGST
Toets "1" om de fax een verbinding te laten beantwoo rde n wann ee r het
antwoordapparaat dat aan de fax is aangesloten ni et bin nen 5 belsign alen
antwoordt. "2" om de fu nct ie uit te zet te n. (Zie hoofdstuk 6 voor na dere details.)
• Fabrieksinste ll ing : ,, 2“
FUNCTION
JA
1
4
of
Indrukken
NEE
2
TAAL SELECTIE
tot op he t
display wordt
weer geg e ven:
KIES AUTO ONTV.
STOP
87
Optionele instellingen
lnstelling 13: TAAL SELECTIE
Hiermee wordt de taal die in di spl aym e ldi nge n, ver sla gen en lijsten wordt
gebruikt, ingesteld. Druk op de START toets, één of meerder keren op de ,,#“
toets of op de "*" toets, totdat de gewenst e taal in de displa y ver schi jn t en
druk vervolg ens we er op de START toets.
FUNCTION
STOP
START
4
Indrukken
of
tot op het
display wordt
weergegeven:
START
TAAL SELECTIE
PBX VERBINDING
Instelling 14-1: PBX VERBINDING
Druk op ,,1“ (JA) wann eer de machi ne aan een tel efo onc ent rale met direk te
doorkiesnumm er s is aange slot en. Druk op ,,2“ (NEE) wanneer deze aan een
normaal openbaar net is aangesl ote n.
• Fabrieksinste ll ing : ,, 2“
FUNCTION
JA
4
of
Indrukken
NEE
21
tot op het
display wordt
weergegev en:
PBX VERBINDING
(Wan nee r u ,,1“ kiest , zal instel ling 14- 2
vervolge ns op de display versc hi jne n.
Wann eer u ,, 2“ kiest, verschijnt instelling
14-4.)
Instelling 14-2: PBX SELECTIE
Hier me e ki est u de manier waarm ee een buit enlijn wor dt ve r kr egen in een
PBX. Raadple eg uw PBX hand le iding of uw leveranc ier voor de juiste
instelli ng. Doe uw ke us doo r een num mer va n , ,1 “ t ot ,, 3 “ als vol gt in te voer en:
,,1“:Aarde
,,2“:Flash
,,3“:Cijfer
• Fabriek sinstelling: ,,3“
(Wanneer u "3" selecteert , ve rschijnt inst el li ng 1 4- 3 daarna in het dis pl ay.
Wanneer u "1" of "2" selecteert, verschijnt instelling 14-4.)
88
Optionele instellingen
Instelling 14-3: P BX CIJF ER
Wanneer u de gebruikersi nste ll in g 14-2 op , ,3“ zet (PBX cijfer mod e), ge brui kt
u deze instelling om uw PBX cijfer waarmee u de buitenlij n kiest (maximu m 3
cijfers) in te voeren . Druk op de START toets wa nne er u kl aa r bent.
• Initiële instelling "0"
(Opmerking: het toegangsnummer voor het openbare net wordt automatisch
gekozen wanneer het kiez en d.m.v. snelkie stoets of verkort kiescode is inge steld.
Sla dit niet op als een deel van het nummer wanneer u een snelkiesnummer of
verkortk iesnum m er opslaat.)
lnstelling 14-4: DO O RVERBINDEN
Hiermee kiest u de manie r waarm ee een gesprek ka n worden do orve rbo nde n in
een PBX. Raadpleeg uw PBX hand leidi ng of uw leveranc ier voor de juiste
instelling. U kunt een keuze maken door een getal van ,,1“ tot , ,3“ als volgt in te
voeren:
,,1“:Aard toets
,,2“:Flash
,,3“:Buiten werking
• Fabriek sinstelling: ,,2“
Instelling 15: FAX DETECTIE
Uw fax is zo ingeste ld dat deze autom atisc h be gin t met de ontva ngst wanne er u
een hoog faxsignaa l hoort, nadat u een gesprek sver bin din g beant woord t
Wanneer u op de ze lfd e aansl uiting een compu te r fax mod em gebrui kt, m oet u
deze instel li ng ui tz ette n om te verhi nderen dat uw faxtoe stel foutief probe er t
om document en te ontva nge n die door het compu ter fax modem worden
gezonden . Toe ts "1" om de dete ctie aan of, "2" om de detect ie uit te zette n.
• Fabrieksi nste ll in g: , ,1 “
FUNCTION
4
JANEE
1
of
Indrukken
2
JUNK NR. CONTROLE
tot op he t
display wordt
weergege ven:
FAX DETECTIE
STOP
89
Optionele instellingen
Instelling 16: CONTROLE VAN ANTI JUNK NUMME RS
Druk op "1" om te voorkome n dat er faxnumm e rs worde n ontva nge n die op de
lijst met anti-ju nknu mm ers sta an ve rmel d. Druk op "2" om de ont van gst va n
alle fa xnummers to e te staan.
• Fabrieksinste ll ing : ,, 2“
FUNCTION
4
Indrukken
tot op het
display wordt
JUNK NR. CONTROLE
weergegev en:
JA
1
NEE
of
2
POLLEN
STOP
Instelling 17: POLL EN
Toets "1" wann ee r u snelki est oet s 05/ POLL als pol li ng to ets wilt geb rui ken of,
"2" wannee r u deze als een no rm al e snelkiestoets wilt gebruiken.
• Fabrieksi nste ll in g: , ,2 “
FUNCTION
4
Indrukken
tot op he t
display wordt
POLLEN
weer geg e ven:
JANEE
of
1
2
NUMMERWEERGA V E
STOP
Instelling 18: NUMMERW EERG A VE
Wanneer u een abonnement heeft op nummerweergave en u wilt deze functie
gebruiken, drukt u op 1. Om nummerwee rga ve uit te sch akele n, drukt u op 2.
(Nummerwee rgave wordt nader toege licht in "Nummer wee rga ve" i n hoof dstu k
7.)
• Fabrieksi nste ll in g: , ,2 “
Opmerking: Deze instelling is in sommige landen niet beschikbaar.
FUNCTION
4
Indrukken
JANEE
of
1
2
VOORBLAD MODE
tot op het
display wordt
weergegeven:
NUMMERWEERGAVE
STOP
90
Optionele instellingen
Instelling 19:AUTOMATICH VOORBLAD
Toets 1 (JA) om het faxtoe ste l autom ati sch e en voorbl ad te laten mak en en dit
als laatste pagina va n elke tra nsm issi e te zenden. Toets 2 (NE E ) om de functie
uit te schakelen.
• Fabrieksinste ll ing : ,, 2“
FUNCTION
4
Indrukken
tot op het
display wordt
VOORBLAD MODE
weergegeven:
JANEE
of
1
2
AUTO JOURNAAL
STOP
Instelling20:AUTO MATISCH E JOURNAAL LIJST
Druk "1" om uw faxt oestel automat isc h ee n jo urna al me t verz onden/ontvan gen
documente n te laten printe n na elke 30 bewerk ing en. (De lijst kan de sgewe nst
evengoed ma nue el worde n gep rin t. ) Toet s " 2" om de functie uit te schakelen.
• Fabrieksi nste ll in g: , ,2 “
FUNCTION
4
JANEE
of
1
2
Op het display
wo r dt he t v o l gend e
weer gege ven:
FIJN PRIORI TEIT
AUTO JOURNAAL
STOP
91
9
Printen van
Hoofdstuk
Verschillende lijst en met i nst elli ngen en in formati e, di e in de machine
zijn ingevoerd, kunnen worden geprint . De machine kan zodanig
worden ingesteld, dat er onder bepaalde voorwaarden automatisch een
transactieverslag wordt gepri nt. Alle lij sten en het transactieversl ag
worden hieronder beschreven.
Printen van een li js t
berichten en lijs te n
1
Druk op deze toetsen:
Op het display wordt het volgende weergegeven:
2
Druk op de "#" toets of de "*" toets tot de gewenste lijst in het
display verschijnt.
3
Druk op de START toets.
Journaal
Dit journaal toont details van max. 30 van de meest recent uitgevoerde
bewerkingen. Het jou rnaal is in tw e e delen verdeeld: het VER ZEND
JOURNAAL dat details m.b. t. verzendingen t oont , en het
ONTVANGST JOURNAAL die details m.b.t . ontvang en berichten
toont.
FUNCTION
2
AFDRUKKEN
of
START
92
Printen vanberichten en lijsten
♦ Wanneer optionele instelling 20 (Auto Print) op JA is ingesteld,
wordt er automatisch een journaal geprint wanneer de infor matie
tot 30 bewerkingen is gestegen. (Er kan nog steeds op ieder
moment op aanvraag een jou rnaal worden g eprint.)
♦ Alle gegevens worden gewist nadat er een journaal is geprint.
Wanneer automatisch printen uitgezet is en er handmatig geen
uitprint meer gedaan wordt bij meer dan 30 be werkingen, worden
de oudste gegevens overschreven elke keer nadat er een
bewerking is uitgevoe rd.
Toelichting van de koptekst en
9. Printen van
berichten en lijsten
ZENDER/
ONTVANGER
PAG.’SAantal ontvangen of verzonden pagina’s.
RSLTOK - Transmissie was norm a al.
Het faxnummer van het andere faxtoestel, dat bij de transactie
betrokken is. Wanneer deze machine geen identificatie functie
heeft , verschi jn t de com muni ca ti e mode (bijvoo rbe el d, ,, G3").
S.STORING - Er is een stroom stor ing opge tre den.
P.STORING - Er is een probleem opgetreden met het papier of
een origineel document. Verzekert u zich ervan dat het papier
correct werd geladen. Controleer of het bedieningspaneel goed
geslote n is.
PAPIER OP - Het papier is tij den s de ontva ngst opge raakt .
FOUT-0 to t FOUT-7 - E en fout in de telefoo nleiding verhinde rde
de transa ctie . Zie Lijnstor in g in hoofdst uk 11.STOP - De transmissie is geannuleerd omdat de STOP toets is
ingedru kt, er geen document in de invoer was of omdat het andere
apparaat een functie toepaste die uw faxapparaat niet heeft.
93
Printen vanberichten en lijsten
Timer lijst
Deze lijst toont de actueel ingestelde time r bewerkingen.
Lijst met telefoonnumm ers
Deze lijst bevat fax- en telefoonnummers di e opgeslagen zij n voor het
automatische kiezen.
Code Lijst
Deze lijst toont de instellingen di e werden gemaakt voor de veiligheid
van het pollen, uw naam en fax/tel efoonnum mer zo als deze in het
apparaat werden ingevoerd en een voorbeeld van het briefhoofd zoals
dit op elke verzonden pagina wordt geprint(KOP REG EL).
Lijst met optionel e inste ll inge n
Deze lijst toont de actuele stand van de optionel e inst ellingen.
Lijst met anti junk nummers
Deze lijst toont de nummers die geblokk eerd zijn door de anti junk
functie.
Nummerweergave li jst
Deze lijst verstrekt informatie over uw recente telefoonges prekken
(maximaal 20 gesprekken). (Deze lijst is alleen beschikbaar wanneer u
de nummerweergave functie toepast.)
Lijst met afdruk instel li nge n
Deze lijst toont de actuele stand van de afdrukinstell ing en , na het
indrukken van de FUNCTION toets en de "6" to et s.
94
Printen vanberichten en lijsten
Transactielijst
Het bericht wordt automatisch geprint nadat er een bewerking werd
voltooid zodat u het resultaat kunt controleren. Uw faxtoestel is in de
fabriek zodanig ingesteld, dat er alleen een bericht wordt geprint
wanneer er een fout optreedt. Desgewenst kunt u de instelling wijzigen
en ook een bericht onder een aantal andere voorwaarden printen.
Hiervoor moet u optionele inst ell ing 6 wijzigin gen zoals beschreven in
hoofdstuk 8.
♦ De zelfde kopteksten verschijnen in een transaktielijst en in het
journaal. Zie "Journaal" in dit hoofdstuk voor een toelichting van
de koptekste n .
♦ Het verslag kan niet achteraf worden afgedrukt.
Help lijst
Deze lijst toont een kort overzicht van bewerkingen.
♦ Druk op de COPY/HELP toets om deze lijst te printen.
9. Printen van
berichten en lijsten
95
10
Hoofdstuk
Printkop
Reinig de printkop regelmati g om een optim ale print kwali tei t te
waarborgen.
1
Trek eerst de telefoonkabel eruit en vervolgens het netsnoer.
2
Trek de papierontgrendelingsplaat naar voren en verwijder het
papier.
Onderhoud
3
Open het bedieningspaneel (pak de vingergreep vast en trek deze
naar boven), en trek vervolgens de ontgrendeling aan de rechterzijde
van het toestel naar voren om het deksel van het printvak te openen.
96
4
Neem de donorrol cartridge uit het printvak en plaats dit op een blad
papier.
5
Wrijf de printkop en rol schoon met propanol.
Rol
Onderhoud
Printkop
Let op!
•• Gebru ik geen benzine of verdu nne r. Vermijdt het de kop me t harde
voorwerpen aan te raken .
•• De printk op ka n heet zij n wannee r uw fax net een groot aantal do cum ente n
heeft ontv ang en. Wanneer dit het gev al is, die nt u de pri ntk op ee rst te laten
afkoelen voordat u hem reinigt.
97
Onderhoud
6
Plaats de donorrol c artridge terug in het printvak.
7
Sluit het deksel van het printvak (druk beide kanten omlaag om
ervoor te zorgen dat het deksel ineenklikt), en sluit het
bedieningspaneel.
8
Plaats het papier terug in de papierlade en duw de papier
ontgrendelingsplaat weer omlaag.
98
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.