Roland FDR-1 User Manual [nl]

Gebruikershandleiding
DCAC
AC & BATTERY
POWERED
FET
Gefeliciteerd met uw keuze voor de BOSS FDR-1 Deluxe Reverb. Voordat u dit apparaat in gebruik neemt, raden wij u aan u de volgende secties zorgvuldig door te lezen: HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN en BELANGRIJKE OPMERKINGEN (te vinden op een apart blad). In deze secties vindt u belangrijke informatie over het juiste gebruik van het apparaat. Daarnaast dient deze gebruikershandleiding in zijn geheel gelezen te worden, zodat u een goed beeld krijgt van alle mogelijkheden, die dit nieuwe padaal te bieden heeft. Bewaar deze handleiding om er later naar te kunnen refereren.
Over COSM (Composite Object Sound Modeling)
Composite Object Sound Modeling – of kortweg ‘COSM’ – is Roland’s innovatieve en krachti­ge techniek, waarmee het geluid van klassieke muziekinstrumenten en effecten digitaal wordt nagebootst. COSM analyseert de vele factoren waaruit het oorpronkelijke geluid bestaat - in­clusief de elektrische en fysieke karakteristieken ervan – en creëert een digitaal model, dat het oorspronkelijke nauwgezet nabootst.
Er wordt een batterij met het apparaat meegeleverd. De levensduur van deze batterij is be­perkt, aangezien deze hoofdzakelijk voor het testen bedoeld is.
Copyright © 2007 BOSS CORPORATION
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze publicatie mag zonder schriftelijke toestemming van BOSS CORPORATION op enigerlei wijze gereproduceerd worden.
2

Hoofdkenmerken

Gebruikt COSM technologie om het versterker geluid van een Fender® DELUXE RE­VERB® na te bootsen.
Maakt het makkelijk om van het klassieke Fender® basversterker geluid te genieten door eenvoudigweg de FDR-1 op een gitaarversterker aan te sluiten .
Levert reverberatie en vibrato effecten, zoals die horen bij een daadwerkelijke DELUXE RE­VERB® versterker.
* Reverberatie: Een effect dat reverberatie aan het geluid toevoegt. * Vibrato: Een effect dat het volume niveau op een cyclische manier wijzigt.
Over de Fender® DELUXE REVERB®
fig.DeluxeReverb.eps
De DELUXE REVERB® versterker werd aangekondigd in 1963. Het gemiddelde wattage en de pure klank maakten het apparaat een topkeuze in de jaren ’60, ’70 en ’80. Het werd gebruikt bij opname sessies en live op­tredens, binnen een groot bereik aan genres. Van surf muziek, blues, country tot jazz, soul en zelfs hardrock. In aanvulling op haar karakteristieke heldere klanken, levert de versterker op hoge volumeniveaus een schitterend overdrive geluid, dat alleen van de DELUXE REVERB® afkomstig kan zijn. Tussen de verschillende modellen in de serie, staat met name het 1965 mo­del hoog aangeschreven, en heeft het het hart van vele gitaristen veroverd. In 1994 werd de DELUXE REVERB® opnieuw geleverd. Dit is werkelijk een van Fender’s beste versterkers, en tot op de dag van vandaag een door­lopende bestseller.
3

Paneelbeschrijvingen

fig.FDR-1_name1.eps
12
3 6
4
5
4
1. Adapter aansluiting
Op deze aansluiting kan een adapter aange­sloten worden (apart verkrijgbare BOSS PSA-series). Door een adapter te gebruiken hoeft u zich geen zorgen te maken over hoe lang de batterij nog meegaat.
* Gebruik alleen de beschreven adapter (PSA-
series), en controleer bij de installatie, dat het ingangsvoltage met dat op de adapter zelf overeenkomt.
* Als de adapter aangesloten is en het apparaat
aanstaat, wordt de stroom van de adapter gebruikt.
*
Als er een batterij in het apparaat zit, terwijl er een adapter is aangesloten, schakelt de FDR-1 over naar de batterij als de stroomvoorziening onderbroken wordt.
2. CHECK Indicator
Deze indicator geeft aan of het effect aan of uitstaat, en fungeert ook als indicator voor de
Paneelbeschrijvingen
batterijsterkte. De indicator brandt, wanneer het effect ingeschakeld is.
* Als u het apparaat aanzet, terwijl het op
batterijen loopt, en de CHECK indicator zachter gaat branden – of helemaal niet brandt – wanneer u het effect inschakelt, is de batterij bijna op en dient deze vervangen te worden. Zie voor meer instructies over het vervangen van de batterij ‘De batterij vervangen’ (p. 14).
* De CHECK indicator geeft aan dat het effect
wordt toegepast. Hij geeft niet aan of het apparaat aan of uit is.
3. OUTPUT Jack
Verbind deze jack met de ingang van een gi­taarversterker of een andere effectprocessor.
4. Pedaalschakelaar
Deze schakelaar zet het effect aan/uit.
5. Duimschroef
Wanneer deze schroef losgedraaid wordt, gaat het pedaal open, waardoor u de batterij kunt vervangen. Zie voor instructies over het vervangen van de batterij ‘De batterij vervangen’ (p. 14).
6. INPUT jack
Deze jack accepteert signalen van een gitaar of ander muziekinstrument of een ander effectapparaat.
* De INPUT jack fungeert ook als stroomscha-
kelaar. De stroom naar het apparaat wordt ingeschakeld, wanneer u de INPUT jack aansluit. De stroom wordt uitgeschakeld, wanneer de kabel uit de jack gehaald wordt. Wanneer u het effectapparaat niet gebruikt, dient u de plug uit de INPUT jack te halen.
5
Paneelbeschrijvingen
fig.FDR-1_name1.eps
7
9
810
11
12
GAIN knop
Deze regelt de hoeveelheid vervorming en het volumeniveau. Door deze met de klok mee te draaien, wordt de vervorming sterker en neemt het volumeniveau toe.
LEVEL knop
Deze regelt het volume van het effect geluid.
* Er klinkt geen geluid als deze knop geheel
tegen de klok in wordt gedraaid.
TREBLE knop
Deze knop regelt de klank van het effect op
6
hoge frequenties.
BASS knop
Deze knop regelt de klank van het effect op lage frequenties.
REVERB knop
Deze regelt de het galm effect, dat wordt toe­gepast.
VIBRATO knop
Deze regelt het vibrato effect (cyclische volu­me fluctuaties), dat wordt toegepast. Door deze met de klok mee te draaien, wordt het effect intenser. Door aan de VIBRATO knop te draaien, ter­wijl u de pedaal schakelaar indrukt, wijzigt de vibrato snelheid (RATE instel modus). Door deze met de klok mee te draaien, neemt de snelheid toe.

Aansluitingen

* Het aansluiten van een plug op de INPUT jack
schakelt het apparaat in.
* Verhoog het volume van de versterker pas na het
aansluiten van alle apparaten.
* Het gebruik van een adapter wordt aanbevolen,
omdat het stroomverbruik van het apparaat relatief hoog is. Als u een batterij wilt gebruiken, kunt u het beste een alkaline type gebruiken.
* Om storingen en/of schade aan de speakers of andere
apparaten te voorkomen, dient u altijd het volume zo laag mogelijk te zetten en alle apparaten uit te schakelen, voordat u aansluitingen maakt.
* Als er een batterij in het apparaat zit, terwijl een
adapter is aangesloten, kunt u het normaal blijven gebruiken als de stroom uitvalt, bijvoorbeeld doordat de stroomkabel uit het stopcontact gehaald wordt.
* Sommige kabels bevatten weerstanden. Wanneer u
kabels gebruikt, die weerstanden bevatten, kan het volume extreem laag zijn of zelfs onhoorbaar. Neem contact op met de distributeur van de kabels voor meer informatie over de eigenschappen.
* Wanneer de aansluitingen gemaakt zijn, zet u de
apparaten in de aangegeven volgorde aan. Als u de apparaten in een verkeerde volgorde aanzet, riskeert u storing en/of schade aan speakers en andere apparaten.
Bij het inschakelen:
Zet de gitaarversterker als laatste aan.
Bij het uitschakelen:
Zet de gitaarversterker als eerste uit.
* Controleer altijd dat het volume zo laag mogelijk
staat, wanneer u de apparaten inschakelt. Zelfs wanneer het volume zo laag mogelijk is ingesteld, kan het voorkomen dat er geluid klinkt bij het inschakelen van de apparaten. Dit is geen storing.
* Wanneer het apparaat alleen op batterijen loopt,
gaat de CHECK indicator zachter branden als de batterij bijna leeg is. Vervang de batterij zo snel mogelijk.
7
Aansluitingen

Aanbevolen instellingen

fig.FDR-1-connenct-e.eps
9V DC/200 mA
* Dit apparaat is uitgerust met een beveiligingscircuit. Het duurt na het inschakelen een paar
seconden, voordat het apparaat normaal functioneert.
8
Loading...
+ 16 hidden pages