OM HET GEVAAR VOOR EEN ELEKTRISCHE SHOCK TE
VOORKOMEN, DEKSEL (OF RUG) NIET
VERWIJDEREN. AAN DE BINNENZIJDE BEVINDEN
ZICH GEEN ELEMENTEN DIE DOOR DE GEBRUIKER
KUNNEN BEDIEND WORDEN. ENKEL DOOR
GEKWALIFICEERD PERSONEEL TE BEDIENEN.
D3-4-2-1-1_B2_Nl
WAARSCHUWING
Dit apparaat is niet waterdicht. Om brand of een
elektrische schok te voorkomen, mag u geen voorwerp
dat vloeistof bevat in de buurt van het apparaat zetten
(bijvoorbeeld een bloemenvaas) of het apparaat op
andere wijze blootstellen aan waterdruppels,
opspattend water, regen of vocht.
D3-4-2-1-3_A1_Nl
WAARSCHUWING
Om brand te voorkomen, mag u geen open vuur (zoals
een brandende kaars) op de apparatuur zetten.
D3-4-2-1-7a_A1_Nl
Gebruiksomgeving
Temperatuur en vochtigheidsgraad op de plaats van
gebruik:
+5 °C tot +35 °C, minder dan 85 % RH
(ventilatieopeningen niet afgedekt)
Zet het apparaat niet op een slecht geventileerde plaats
en stel het apparaat ook niet bloot aan hoge
vochtigheid of direct zonlicht (of sterke kunstmatige
verlichting).
D3-4-2-1-7c*_A1_Nl
Dit apparaat is bestemd voor normaal huishoudelijk
gebruik. Indien het apparaat voor andere doeleinden
of op andere plaatsen wordt gebruikt (bijvoorbeeld
langdurig gebruik in een restaurant voor zakelijke
doeleinden, of gebruik in een auto of boot) en als
gevolg hiervan defect zou raken, zullen de reparaties
in rekening gebracht worden, ook als het apparaat
nog in de garantieperiode is.
K041_A1_Nl
BELANGRIJKE INFORMATIE BETREFFENDE
DE VENTILATIE
Let er bij het installeren van het apparaat op dat er
voldoende vrije ruimte rondom het apparaat is om een
goede doorstroming van lucht te waarborgen
(tenminste 40 cm boven, 20 cm achter en 20 cm aan de
zijkanten van het apparaat).
WAARSCHUWING
De gleuven en openingen in de behuizing van het
apparaat zijn aangebracht voor de ventilatie, zodat een
betrouwbare werking van het apparaat wordt verkregen
en oververhitting wordt voorkomen. Om brand te
voorkomen, moet u ervoor zorgen dat deze openingen
nooit geblokkeerd worden of dat ze afgedekt worden
door voorwerpen (kranten, tafelkleed, gordijn e.d.) of
door gebruik van het apparaat op een dik tapijt of een
bed.
D3-4-2-1-7b*_A1_Nl
.
2
.
Page 3
K058a_A1_Nl
Pb
Gebruikersinformatie voor het verzamelen en verwijderen van oude producten en
batterijen
De symbolen op producten, verpakkingen en bijbehorende documenten geven aan
dat de gebruikte elektronische producten en batterijen niet met het gewone
huishoudelijk afval kunnen worden samengevoegd.
Er bestaat een speciaal wettelijk voorgeschreven verzamelsysteem voor de juiste
behandling, het opnieuw bruikbaar maken en de recyclage van gebruikte producten
en batterijen.
Door een correcte verzamelhandeling zorgt u ervoor dat het verwijderde product en/of
batterij op de juiste wijze wordt behandeld, opnieuw bruikbaar wordt gemaakt, wordt
gerecycleerd en het niet schadelijk is voor de gezondheid en het milieu.
Voor verdere informatie betreffende de juiste behandling, het opnieuw bruikbaar
maken en de recyclage van gebruikte producten en batterijen kunt u contact opnemen
met de plaatselijke overheid of een verkooppunt.
Deze symbolen zijn enkel geldig in de landen van de europese unie.
Indien u zich in een ander dan bovengenoemde landen bevindt kunt u contact
opnemen met de plaatselijke overheid voor meer informatie over de juiste verwijdering
van het product.
Symbolen
voor batterijen
Symbool voor
toestellen
LET OP
De STANDBY/ON schakelaar van dit apparaat
koppelt het apparaat niet volledig los van het lichtnet.
Aangezien er na het uitschakelen van het apparaat
nog een kleine hoeveelheid stroom blijft lopen, moet
u de stekker uit het stopcontact halen om het
apparaat volledig van het lichtnet los te koppelen.
Plaats het apparaat zodanig dat de stekker in een
noodgeval gemakkelijk uit het stopcontact kan
worden gehaald. Om brand te voorkomen, moet u de
stekker uit het stopcontact halen wanneer u het
apparaat langere tijd niet denkt te gebruiken (bijv.
wanneer u op vakantie gaat).
D3-4-2-2-2a*_A1_Nl
WAARSCHUWING
Berg kleine onderdelen op buiten het bereik van
kinderen en peuters. Raadpleeg onmiddellijk een arts
indien kleine onderdelen per ongeluk worden ingeslikt.
D41-6-4_A1_Nl
3
Page 4
Inhoudsopgave
Hartelijk dank voor de aanschaf van dit Pioneer produkt. Lees
de gebruiksaanwijzing aandachtig door zodat u het apparaat
op de juiste wijze kunt bedienen.
Kenmerken
Voordat u begint
De inhoud van de verpakking controleren . . . . . . . . . . . . . 8
De MCACC creëert automatisch een optimale akoestische omgeving door de verschillen in
luidsprekergrootte, niveau en afstand te compenseren en de weerklank te egaliseren.
Phase Control
De phase-vertraging waardoor het geluid niet met het beeld samenvalt wordt door Phase
Control weggenomen, waardoor het multikanaals-geluid zonder extra bediening aanzienlijk
wordt verbeterd.
Video
Ultra HD (met 4K/60p video-ondersteuning) - Pass-through -
Afbeeldingen met een maximale resolutie van 4K/60p kunnen worden doorgegeven en als
zodanig worden weergegeven. Een afzonderlijke monitor is vereist die Ultra HD (4K-video)
ondersteunt.
HDMI (3D, Audio Return Channel)
6 in/1 uit
Om bovenstaande functie te gebruiken is een compatible component vereist.
Connectiviteit
Eenvoudige netwerkverbinding met de Draadloze LAN-convertor
Met de AS-WL300 draadloze LAN-convertor kunt u gebruik maken van een draadloze LANconnectie voor de AV-receivers. De AS-WL300 werkt op voeding via een specifiek voor de AVreceiver bestemde USB-aansluitpunt, en daarom is een netadapter niet nodig.
Gereedgemaakt voor de
Met gebruik van de Bluetooth-ADAPTER (AS-BT100 of AS-BT200) kunt u draadloos
muziekbestanden of een iPhone of ander met Bluetooth draadloze technologie uitgevoerd
apparaat beluisteren.
Ingebouwde
Deze receiver is uitgevoerd met Bluetooth draadloze technologie, waarmee u muziekbestanden
op een iPhone of via een ander met Bluetooth draadloze technologie uitgevoerd apparaat kunt
beluisteren.
MHL™ (Mobile High-definition Link) – weergave van een compatible apparaat
Een ingebouwd MHL 2 mobiel apparaat kan worden aangesloten om 3D-video’s, Full-HD
video’s, hoge kwaliteit multikanaals audio en foto’s enz. te bekijken, terwijl de batterij op de
receiver wordt geladen.
iPod weergave
Uw iPod of iPhone kan op het USB-aansluitpunt van de receiver worden aangesloten om de
muziekbestanden op de iPod of iPhone te kunnen afspelen. Tevens wordt de iPod of iPhone
geladen wanneer deze op de receiver is aangesloten.
Bluetooth
Bluetooth
-adapter
Draadloze Technologie
Netwerk
Gereedgemaakt voor de Spotify Digital Music-Streaming Service
Spotify is een digitale service voor muziekstreaming waarmee u te allen tijde toegang heeft tot
miljoenen songs. Deze receiver is gereedgemaakt voor de Connect van Spotify, waarmee u
songs op uw Spotify-app kunt selecteren die u op uw audiosysteem kunt beluisteren.
Raadpleeg www.spotify.com voor de beschikbaarheid van de service in uw land.
Compatible met Windows 8.1
Deze receiver is compatible met Windows 8.1, waarmee u eenvoudig muziek kunt streamen via
compatible PC’s op uw thuisnetwerk.
Apple AirPlay
Met AirPlay kunt u muziek van iTunes op deze receiver streamen en in uw Home Theatresysteem afspelen. U kunt zelfs de receiver gebruiken om metadata te bekijken, zoals songtitels,
de artiest en ook de albumillustratie op een aangesloten display. De iTunes-muziek kan
eenvoudig in elke kamer van uw huis worden beluisterd.
DLNA gecertificeerd (1,5)
Deze receiver is DLNA gecertificeerd (1,5), en functioneert niet alleen als een DMP (Digital
Media Player), om DMS (Digit al Media Server) –audiobestanden mee af te spelen, maar ook als
een DMR (Digital Media Renderer) die door onder andere een smartphone of PC op afstand
kan worden bediend.
Internet Radio
Door verbinding van deze receiver met een netwerk via het LAN-aansluitpunt, kunt u
internetradiostations beluisteren.
4
9
58
6
Page 7
Kenmerken
Weergave / Verwerking
Muziekweergave met hoge resolutie
Muziekbestanden met hoge resoluties van 96 kHz/24 bits tot 192 kHz/24 bits kunnen worden
afgespeeld. De weergave van AIFF, Apple Lossless, WAV en FLAC-bestanden via de USB-poort
aan de voorzijde en netwerk wordt ondersteund.
Gapless Playback
Het stille gedeelte tussen de tracks in wordt overgeslagen als muziekbestanden worden
afgespeeld, waardoor er geen onderbrekingen meer zijn die zich gewoonlijk voordoen bij het
afspelen van live of concertmateriaal.
Advanced Sound Retriever
Met Advanced Sound Retriever wordt de uitgang van de gecomprimeerde audio – zoals WMA,
AAC en MP3 – hersteld naar het niveau van CD-geluid door het creëren van nieuwe signalen
om de kleinste details die tijdens het comprimeringsproces zijn weggelaten te herstellen.
Installatie
Op afstand bediende iControlAV5-applicatie
Dit is een applicatie waarbij intuïtieve bediening van vele functies van de receiver mogelijk is.
Deze applicatie is beschikbaar op de App Store voor iPhone, iPod touch en iPad.
En deze is tevens verkrijgbaar op Google Play voor Android smartphones.
De applicatie kan gratis worden gedownload.
Energiebesparende uitvoering
Deze AV-receiver heeft een ecologische uitvoering. Naast een nog lager energieverbruik op
stand-by, is de receiver uitgevoerd met een “eco-modus” voor laag energieverbruik tijdens het
afspelen van materiaal. Ook kan de eco-modus eenvoudig worden ingesteld via een speciale
toets op de afstandsbediening of de iControlAV5.
4
9
58
7
Page 8
Voordat u begint
Stroomschema voor de instellingen op de receiver
De inhoud van de verpakking controleren
Controleer of u de volgende bijgeleverde toebehoren heeft
ontvangen:
•
Microfoon voor instellen
•
Afstandsbediening
•
AAA/IEC/R03 drogecelbatterijen (ter bevestiging van de
werking) x 2
•
AM-raamantenne
•
FM-draadantenne
•
Netsnoer
•
Garantiebewijs
•
Snelstartgids
•
Folder veiligheid
•
Informatieblad over SPEAKER CAUTION (alleen Engels)
•
Deze handleiding (CD-ROM)
De receiver installeren
•
Installeer dit toestel op een vlak en stabiel oppervlak.
Installeer het niet op de volgende plaatsen:
– op een kleuren-TV (kan beeldvervorming veroorzaken)
– dicht bij een cassettedeck (of een ander apparaat dat een
magnetisch veld opwekt). Dit kan storingen in het geluid
veroorzaken.
– in rechtstreeks zonlicht
– in een vochtige of natte ruimte
– in een zeer warme of koude ruimte
– op plaatsen die onderhevig zijn aan trillingen of andere
bewegingen
– op zeer stoffige plaatsen
– op plaatsen waar hete dampen of olie aanwezig zijn (bv. in
de keuken)
Dit apparaat is een multifunctionele AV-receiver die is
uitgerust met talloze voorzieningen en aansluitingen. Het
apparaat kan gemakkelijk worden gebruikt door de
onderstaande aanwijzingen te volgen voor het maken van de
aansluitingen en instellingen.
De kleuren van de stappen hebben de volgende betekenis:
De plaats van uw luidsprekers is van grote invloed op het
geluid.
•
Door aansluiting van de linker- en
rechtervoorspeakers (L/R), de middenspeaker (C), de
linker en rechter surroundspeakers (SL/SR), en de
subwoofer (SW), verkrijgt u een 5.1-kanaals
surroundsysteem. Stel uw luidsprekers op zoals
hieronder getoond om een optimaal surroundgeluid te
verkrijgen. (bladzijde 14
•
De luidsprekers aansluiten (bladzijde 15)
•
De kabels aansluiten (bladzijde 16)
De apparatuur aansluiten
2
Om surroundgeluid te kunnen afspelen, moet u uw Bluray Disc/DVD-speler via een digitale verbinding op de
receiver aansluiten.
•
Informatie over video-uitgangaansluiting
(bladzijde 17
•
Aansluiting van uw TV en weergave-apparatuur
(bladzijde 18
•
Antennes aansluiten (bladzijde 21)
•
De receiver aansluiten op het stopcontact
(bladzijde 23
)
)
)
)
De stroom inschakelen
3
De video-ingang van uw TV moet ingesteld zijn op deze
receiver. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw TV
als u niet weet hoe u dit moet doen.
Het menu Input Assign (ingangen toewijzen)
4
(bladzijde 54
(Wanneer andere aansluitingen dan de aanbevolen
aansluitingen worden gemaakt.)
HDMI Setup (
(Als de aangesloten TV de HDMI Audio Return Channelfunctie ondersteunt.)
Gebruik de automatische MCACC-instelling op het
5
scherm om uw systeem in te stellen
•
Automatische instelling van surroundgeluid (MCACC)
(bladzijde 24
Basisbediening voor afspelen (bladzijde 26)
6
•
Selecteren van het audio-ingangssignaal
(bladzijde 26
•
Een iPod afspelen (bladzijde 28)
•
Schakelt tussen de bedieningsfuncties van de iPod en
de receiver (bladzijde 28
•
Kiezen van de luistermodus (bladzijde 37)
Instellen van het gewenste geluid
7
•
Sound Retriever gebruiken (bladzijde 38)
•
Luisteren met akoestische kalibratie EQ (bladzijde 38)
•
De audio-opties instellen (bladzijde 39)
•
Luidsprekers handmatig instellen (bladzijde 52)
)
bladzijde 56
)
)
)
)
4
9
58
8
Page 9
Hoofdstuk
56
7
11
121514171813
32181049
16
VSX-824
1
1
Toetsen en indicators
Voorpaneel
1
INPUT SELECTOR
Hiermee selecteert u een ingangsbron (bladzijde 26).
2
SPEAKERS
Zie De kabels aansluiten op bladzijde 16.
De instelling van het luidsprekersysteem wordt afhankelijk
van de geselecteerde ingangsbron al dan niet weergegeven.
3
MCACC indicator
Licht op wanneer akoestische frequentiekalibratie
(bladzijde 38
frequentiekalibratie wordt automatisch ingesteld na de
automatische MCACC-instelling (bladzijde 24
4
Bedieningstoetsen receiver
DIMMER
van het display. De helderheid kan in vier stappen worden
geregeld.
STATUS
luistermodus, ingangsindeling, het geluidsvolume en de
ingangsnaam kunnen worden geverifieerd door een
ingangsbron te kiezen.
De ingangsindeling kan al dan niet worden weergegeven
afhankelijk van de door u geselecteerde ingangsbron.
-knop
) ingeschakeld is (akoestische
– Hiermee verlaagt of verhoogt u de helderheid
– Schakelt het scherm van dit apparaat. De
)).
25
5
Lettertekendisplay
Zie Display op bladzijde 10.
6
Bedieningstoetsen van de tuner
BAND
– Schakelt tussen AM-, FM ST- (stereo) en FM
MONO-radiobanden (bladzijde 35
TUNER EDIT
PRESET
in het geheugen en deze een naam te geven (bladzijde 35
TUNE
(bladzijde 35
PRESET
(bladzijde 35
7
HDMI indicator
Dit lampje knippert wanneer een met HDMI uitgerust
apparaat wordt aangesloten. Het brandt onafgebroken zodra
het apparaat is aangesloten (bladzijde 18
8
iPod iPhone indicator
Gaat branden als een iPod/iPhone is aangesloten en de iPod/
USB-ingang is geselecteerd (bladzijde 28
– Gebruik deze knop samen met
/
en
ENTER
/
– Hiermee zoekt u de radiofrequenties
).
/
– Hiermee selecteert u de voorkeurzenders
).
).
om voorkeurzenders op te slaan
TUNE
).
).
9
19202122 2321
2627282929 30
9
Afstandsbedieningssensor
Hier komen de signalen van de afstandsbediening binnen (zie
Bedieningsbereik van de afstandsbediening
10
MASTER VOLUME
11
/
).
STANDBY/ON
,
12
PHONES-aansluiting
Sluit hierop een hoofdtelefoon aan. Wanneer een
hoofdtelefoon is aangesloten, wordt er geen geluid
weergegeven via de luidsprekers. Als het geluid via de
hoofdtelefoon wordt weergegeven, kan de luistermodus
slechts worden geselecteerd via PHONES SURR, STEREO of
de STEREO ALC-modus (S.R AIR-modus kan ook met de
ADAPTER-ingang worden geselecteerd).
13
MCACC SETUP MIC-aansluiting
Wordt gebruikt om een microfoon aan te sluiten tijdens het
uitvoeren van de Auto MCACC-setup (bladzijde 24
decoderen en schakelen tussen de modes Pro Logic
II en NEO:6, en de stereomodus van de automatische
niveaubediening (bladzijde 37
ADVANCED SURROUND
verschillende surroundmodi (bladzijde 38
15
ECO
Schakelt tussen ECO Mode 1/ECO Mode 2. Als ECO Mode is
ingeschakeld (ON), wordt de display donker (bladzijde 38
16
iPod iPhone DIRECT CONTROL
Wijzig de ingang van de receiver naar iPod en activeer de
iPod-functies op de iPod (bladzijde 29
17
iPod/iPhone-aansluitingen
Wordt gebruikt om uw Apple iPod/iPhone of USBopslagapparaat aan te sluiten als een audiobron
(bladzijde 22
18
Gebruik deze aansluiting voor het aansluiten van een
compatible HDMI-apparaat (videocamera enz.) (bladzijde 23
).
HDMI INPUT-connector
– Indrukken voor standaard
).
– Hiermee wisselt u tussen de
).
).
).
Display
19
PHASE
Dit lampje brandt wanneer fasecontrole is ingeschakeld.
20
AUTO
Gaat branden wanneer Auto Surround aan staat
(bladzijde 37
21
).
Tuner-indicators
RDS – Brandt wanneer een RDS-uitzending wordt
ontvangen (bladzijde 36ST – Brandt als er een FM-stereouitzending ontvangen
wordt in automatische stereomodus (bladzijde 35TUNE – Gaat branden wanneer een gewoon kanaal wordt
uitgezonden.
PRESET – Geeft aan wanneer een voorkeuzezender wordt
geregistreerd of opgeroepen.
MEM – Knippert wanneer een voorkeuzezender wordt
geregistreerd.
kHz/MHz – Gaat branden als de tekendisplay de huidige
AM/FM-uitzendfrequentie toont.
).
).
22
Luidsprekerindicators
Geeft weer of het luidsprekersysteem aan staat of niet
(bladzijde 9
SPA wil zeggen dat de speakers zijn ingeschakeld.
SP betekent dat de luidsprekers zijn uitgeschakeld.
23
Gaat branden wanneer de receiver in de slaapstand staat
(bladzijde 11
24
Toont het ingestelde nummer van de tuner of het type
ingangssignaal, enz.
25
Toont uiteenlopende systeeminformatie.
26
).
27
28
Gaat branden wanneer een van de Advanced Surroundinstellingen geselecteerd is (zie Gebruik van de Advanced
Surround op bladzijde 38 voor meer informatie).
).
Slaaptimer-indicator
).
PRESET-informatie of ingangssignaal-indicator
Lettertekendisplay
DTS-indicatoren
DTS – Gaat branden wanneer een met DTS gecodeerde
geluidsbron wordt gedetecteerd.
HD – Gaat branden wanneer een bron met DTS-EXPRESS
of DTS-HD gecodeerde audiosignalen wordt gedetecteerd.
96/24 – Gaat branden wanneer een met DTS 96/24
gecodeerde geluidsbron wordt gedetecteerd.
NEO:6 – Wanneer een van de NEO:6-functies van de
receiver is ingeschakeld, brandt dit lampje om de NEO:6-
verwerking aan te geven (bladzijde 37
Dolby Digital-indicators
D – Gaat branden wanneer een Dolby Digital
gecodeerd geluidssignaal wordt gedetecteerd.
D+ – Gaat branden wanneer een bron met Dolby
Digital Plus-gecodeerde audiosignalen wordt
gedetecteerd.
HD – Gaat branden wanneer een bron met Dolby
TrueHD-gecodeerde audiosignalen wordt gedetecteerd.
PLII – Gaat branden om Pro Logic II decoding
aan te geven (zie Luisteren in surroundgeluid
bladzijde 37 voor meer informatie).
ADV.S.
).
op
29
SIGNAL SELECT-indicators
DIGITAL – Gaat branden wanneer een digitaal
audiosignaal geselecteerd is. Het lampje knippert
wanneer een digitaal audiosignaal is geselecteerd en de
geselecteerde audio-ingang niet beschikbaar is.
HDMI – Gaat branden wanneer een HDMI-signaal
geselecteerd is. Het lampje knippert wanneer een HDMIsignaal is geselecteerd en de geselecteerde HDMI-ingang
niet beschikbaar is.
30
DIR.
Gaat branden wanneer de DIRECT- of de PURE DIRECTmodus wordt ingeschakeld (bladzijde 38
).
4
9
58
10
Page 11
1
SLEEP
INPUT
MUTE
CTRL
BD
AUTO SURR ADV
DVD
iPod
TUN
GAME
SAT
CD
TV
HDMI
MHL
BT
NET
S.SEL ECO
STANDBY/ON
ENTER
CLR
SB CH
CH SEL
SP-A/B
Fav
RETURN
AUDIO P.
TOP
MENU
HOME
MENU
RECEIVER
RECEIVER SIGNAL SEL
SOURCE
TOOLS
MENU
SHIFT
BASS
BASS
TRETRE
1
2
13
14
15
16
17
18
19
20
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
SHIFT
1
Toetsen en indicators
Afstandsbediening
•
De volgende toetsen worden niet bij deze receiver gebruikt:
-
1
SLEEP
Druk hierop om de tijdsduur te wijzigen voordat de receiver
overschakelt naar standby (30 min – 60 min – 90 min – Off).
U kunt de resterende tijd van de slaaptimer om het even
wanneer controleren door eenmaal op
2
STANDBY/ON
Schakelt tussen ruststand en aan.
3
RECEIVER CTRL
Stemt af op de afstandsbediening zodat deze de receiver kan
bedienen. Gebruik tevens deze toets om de
(bladzijde 52
4
Indrukken om het audio-ingangssignaal van het apparaat te
selecteren om het te kunnen afspelen (bladzijde 26
5
Gebruik deze toets om de ingangsbron van deze receiver te
selecteren (bladzijde 26
afstandsbedieningsmodus in voor de bediening van andere
apparatuur en verschillende ingangen (
6
7
De volgende toetsen kunnen worden bediend wanneer u de
overeenkomstige ingangsfunctietoets heeft geselecteerd
(
BD, DVD
Druk eerst op
) of Audio-kenmerken in te stellen (bladzijde 39).
SIGNAL SEL S.SEL
Ingangsfunctieknoppen
). Schakel tevens de
Luistermodus-knoppen
AUTO
– Schakelt tussen automatische surroundmodus
(bladzijde 37
SURR
schakelen tussen de modes Pro Logic II en NEO:6, en
de stereomodus van de automatische niveaubediening
(bladzijde 37
ADV
surroundmodi (bladzijde 38
) en Stream Direct-weergave (bladzijde 38).
– Indrukken voor standaard decoderen en
).
– Hiermee wisselt u tussen de verschillende
Bedieningstoetsen voor de receiver en de component
, etc.).
RECEIVER
AUDIO P.
– Hiermee krijgt u toegang tot de audio-opties
(bladzijde 39
voor het openen van:
).
SLEEP
te drukken.
HOME MENU
).
TUNER
, enz.).
).
HOME MENU
Menu (bladzijde 52
RETURN
u het menu.
Druk eerst op
TOP MENU
Disc/DVD.
HOME MENU
getoond.
RETURN
u het menu.
MENU
speler weer.
Druk eerst op
TOOLS
geheugen worden opgeslagen (bladzijde 35
functie wordt tevens gebruikt om de naam te wijzigen
(bladzijde 35
BAND
MONO-radiobanden (bladzijde 35
Druk eerst op
HOME MENU
van de iPod en de receiver (bladzijde 28
8
///, ENTER
Gebruik de pijlknoppen voor het instellen van uw
surroundgeluidsysteem (bladzijde 52
de Blu-ray Disc/DVD-menu’s/opties te bedienen.
9
Apparaatbedieningstoetsen
De hoofdknoppen (, , enz.) worden gebruikt voor de
bediening van een apparaat nadat u het hebt gekozen met de
ingangsfunctieknoppen.
De bediening van
van de component zijn slechts beperkt tot Pioneercomponenten.
De bedieningsfuncties boven deze knoppen zijn beschikbaar
na het selecteren van de overeenkomstige
ingangsfunctieknop (
ook zoals hieronder beschreven.
Druk eerst op
– Indrukken voor toegang tot het Home
).
– Hiermee bevestigt u uw menukeuze en verlaat
BD
en
DVD
om toegang te krijgen:
– Toont het disctop-menu van een Blu-ray
– Hiermee wordt het scherm HOME MENU
– Hiermee bevestigt u uw menukeuze en verlaat
– Geeft het menu TOOLS van de Blu-ray-Disc-
TUNER
– Met deze functie kunnen stations in het
voor het openen van:
), en deze
).
– Schakelt tussen AM-, FM ST- (stereo) en FM
iPod USB
voor het openen van:
– Schakelt tussen de bedieningsfuncties
).
).
). Wordt ook gebruikt om
BD, DVD
en CD via de bedieningstoetsen
BD, DVD
of CD). Deze toetsen werken
TUNER
voor het openen van:
4
9
58
11
Page 12
1
1
TUNE +/–
kan worden gebruikt om radiofrequenties te zoeken,
en
PRESET +/–
radiostations te selecteren (bladzijde 35
PTY
(bladzijde 36
10
SUB TITLE
De ondertitel wordt voor BD en DVD gewijzigd.
CD, NETWORK, iPod/USB, MHL, en BT (ADPT) gaan over op
Random Playback (willekeurige weergave).
11
POP UP
Een popup-menu wordt weergegeven voor BD.
CD, NETWORK, iPod/USB, MHL, en BT (ADPT) gaan over op
Repeat Playback (herhaalde weergave).
12
Overige componentenbediening
Andere toetsen kunnen worden bediend nadat
ingedrukt.
SB CH
CH SEL
herhaaldelijk drukken), en gebruik dan
het niveau in te stellen (bladzijde 53
CH LEVEL +/–
BASS +/–, TRE +/–
(lage tonen) of Treble (hoge tonen) in te stellen.
• Deze functietoetsen worden uitgeschakeld als de
• Als de voorspeaker op SMALL in de Speaker-
DIMMER
helderheid van het display. De helderheid kan in vier
stappen worden geregeld.
Tijdens de ECO Mode kan de helderheid tussen 2 niveaus
worden afgewisseld. Als het meest gedimde niveau wordt
geselecteerd, verschijnt DIMMER in de display. (Andere
modes dan ECO: 4 niveaus, ECO Mode: 2 niveaus)
SP-A/B
kan worden gebruikt om vooringestelde
– Hiermee zoekt u naar RDS-programmatypes
).
– Kan niet voor dit systeem worden gebruikt.
– Kies met deze knop een kanaal (door
– Hiermee stelt u het kanaalniveau in.
– Gebruik deze toetsen om de Bass
luistermodus op DIRECT of PURE DIRECT is ingesteld.
instellingen (of automatisch via de Auto MCACC-setup)
is ingesteld, en de X.Over op meer dan 150 Hz is
ingesteld, kan het geluidsniveau van het
subwooferkanaal worden aangepast door op
te drukken (bladzijde 53
– Hiermee verlaagt of verhoogt u de
– Kan niet voor dit systeem worden gebruikt.
).
RECEIVER
CH LEVEL +/–
).
).
is
om
BASS +/–
STATUS
– Schakelt het scherm van dit apparaat. De
luistermodus, ingangsindeling, het geluidsvolume of de
ingangsnaam kunnen worden geverifieerd door het
selecteren van een ingangsbron.
De ingangsindeling kan al dan niet worden weergegeven
afhankelijk van de door u geselecteerde ingangsbron.
13
SOURCE
Indrukken om het Pioneer-apparaat dat op de receiver is
aangesloten in en uit te schakelen.
14
ECO
Schakelt tussen ECO Mode 1/ECO Mode 2. Als ECO Mode is
ingeschakeld (ON), wordt de display donker (bladzijde 38
15
TV
-toetsen
Hiermee wordt een televisie bediend. Wanneer een televisie
van een andere fabrikant wordt bediend, is de opstelling als
volgt.
– Hiermee schakelt u de TV in of uit.
INPUT
– Hiermee selecteert u het ingangssignaal van de
TV.
CH +/–
– Hiermee selecteert u kanalen.
VOL +/–
– Hiermee regelt u het volume van de TV.
TV
Terwijl u de toets
ingangsfunctietoetsen (zoals in onderstaande tabel
opgenomen) voor het component dat u ongeveer vijf
seconden lang wilt bedienen.
Afhankelijk van het type televisie werkt dit mogelijk niet.
De standaardinstelling is: Pioneer
ingedrukt houdt, drukt u op de
Toetsen en indicators
Televisie-preset
Ingangsfunctieknop
RECEIVER CTRL
BD
GAME
HDMI
DVD
SAT
MHL
).
iPod
CD
BT/ADPT
TUNER
TV
NET
16
MUTE
Hiermee zet u het geluid aan en uit.
17
VOLUME +/–
Gebruik deze toetsen om het volume in te stellen.
18
+Fav
Indrukken terwijl een nummer wordt afgespeeld of stopgezet.
Het geselecteerde nummer wordt dan in de favorietenmap
geregistreerd (bladzijde 44
19
DISP
Iedere ingangsbroninformatie wordt weergegeven.
20
AUDIO CLR
Geregistreerde songs en preset radiostations worden
verwijderd wanneer NETWORK is geselecteerd.
Audio wordt gewijzigd wanneer op iets anders dan
NETWORK wordt ingesteld.
Televisiemerk
Pion eer
Panasonic
Sony
Sharp
Toshiba
Mitsubishi
Philips/AOC/TPV
Vizio
Samsung
LG Electric
Skyworth
Hisense
TCL
).
4
9
58
12
Page 13
1
WAARSCHUWING
LET OP
30°
7 m
30°
1
Toetsen en indicators
De batterijen plaatsen
De bij het systeem meegeleverde batterijen zijn bestemd voor
het eerste gebruik en niet voor langdurig gebruik. Wij raden u
aan alkalibatterijen te gebruiken die een lange levensduur
hebben.
•
Gebruik of bewaar batterijen niet in direct zonlicht of op een
hete plaats, zoals in de auto of bij een kachel. Batterijen
kunnen hierdoor gaan lekken, oververhitten, exploderen of
in brand vliegen. Bovendien vermindert dit de levensduur of
prestatie van de batterijen.
•
Verkeerd gebruik van de batterijen kan lekkage of het
barsten van de batterijen tot gevolg hebben. Neem de
volgende voorzorgsmaatregelen in acht:
-
Gebruik nooit oude en nieuwe batterijen door elkaar.
-
Plaats de batterijen zodanig dat de plus- en minpolen
overeenkomen met de merktekens in het batterijvak.
-
Batterijen met dezelfde vorm kunnen een verschillende
spanning hebben. Gebruik verschillende soorten
batterijen niet samen.
-
Gebruikte batterijen dienen met inachtneming van de
regelgeving of milieuwetgeving van de overheid in uw
land/zone van de hand te worden gedaan.
-
Wees bij het plaatsen van de batterijen voorzichtig zodat
u de veren op de (–) aansluitingen voor de batterijen niet
beschadigt. Hierdoor kunnen batterijen gaan lekken of
oververhit raken.
Bedieningsbereik van de afstandsbediening
Onder de volgende omstandigheden werkt de
afstandsbediening mogelijk niet goed:
•
Er bevinden zich obstakels tussen de afstandsbediening en
de sensor van de afstandsbediening op de receiver.
•
Er valt direct zonlicht of TL-licht op de
afstandsbedieningssensor.
•
De receiver staat dicht bij een apparaat dat infraroodstralen
uitzendt.
•
De receiver wordt tegelijkertijd met een andere infraroodafstandsbediening bediend.
4
9
58
13
Page 14
Hoofdstuk
LET OP
5.1-kanaals surroundsysteem:
2
2
De apparatuur aansluiten
De luidsprekers opstellen
Door aansluiting van de linker- en rechtervoorspeakers (L/R), de middenspeaker (C), de linker
en rechter surroundspeakers (SL/SR), en de subwoofer (SW), verkrijgt u een 5.1-kanaals
surroundsysteem. Stel uw luidsprekers op zoals hieronder getoond om een optimaal
surroundgeluid te verkrijgen.
Indien u twee subwoofers heeft, kan de tweede subwoofer op het aansluitpunt SUBWOOFER 2 worden aangesloten. Door aansluiting van twee subwoofers wordt het basgeluid verhoogd
voor een krachtigere geluidsweergave.
In dat geval wordt hetzelfde geluid uit de twee subwoofers weergegeven.
L
R
C
SW
120
120
SR
SL
Tips voor het opstellen van de luidsprekers
Waar u uw luidsprekers in de kamer opstelt, is van grote invloed op de kwaliteit van het geluid.
De volgende richtlijnen dienen als ondersteuning om het optimale geluid uit uw systeem te
halen.
•
De subwoofer kan op de grond worden geplaatst. Idealiter moeten de andere luidsprekers
zich ongeveer op oorhoogte bevinden wanneer u naar ze luistert. Het wordt afgeraden de
luidsprekers op de grond (met uitzondering van de subwoofer) te plaatsen of zeer hoog aan
de wand te monteren.
•
Voor het beste stereo-effect plaatst u de voorluidsprekers 2 m tot 3 m uit elkaar, met een
gelijke afstand tot de TV.
•
Gebruik afgedekte luidsprekers bij het plaatsen van luidsprekers rondom de CRT-TV, of
plaats de luidsprekers op voldoende afstand van de CRT-TV.
•
Als u een middenluidspreker gebruikt, stel de voorluidsprekers dan iets schuiner op. Zo niet,
dan plaatst u ze minder schuin.
•
Plaats de middenluidspreker boven of onder de TV zodat het geluid van het middenkanaal
zich bij het TV-scherm bevindt. Zorg er tevens voor dat de middenluidspreker niet de lijn
kruist die gevormd wordt door de voorste rand van de luidsprekers voor-links en voor-rechts.
•
De luidsprekers worden het beste schuin in de richting van de luisterpositie geplaatst. Hoe
schuin hangt af van de afmetingen van de kamer. Plaats ze minder schuin in grotere kamers.
•
Achterluidsprekers moeten 60 cm tot 90 cm boven oorhoogte worden geplaatst en iets
omlaag gekanteld zijn. Plaats de luidsprekers niet naar elkaar toe. Voor DVD-Audio moeten
de luidsprekers zich iets meer direct achter de luisteraar bevinden dan voor thuistheaterweergave.
•
Plaats de zijluidsprekers bij voorkeur niet verder weg van de luisterpositie dan de voor- en
middenluidsprekers. Anders kan het surround-effect afnemen.
•
Zorg ervoor dat alle luidsprekers stevig aangesloten zijn. Dat verbetert niet alleen de
geluidskwaliteit, maar vermindert ook het risico van schade of letsel door luidsprekers die
worden omgestoten of omvallen als gevolg van externe schokken, waaronder aardbevingen.
4
9
58
14
Page 15
2
LET OP
10 mm
Midden
Surround-rechts
Voor-rechtsVoor-links
Subwoofer 1
Surround-links
Subwoofer 2
VSX-824
2
De apparatuur aansluiten
De luidsprekers aansluiten
De receiver werkt al met twee stereoluidsprekers (de
voorluidsprekers in de afbeelding). Het verdient echter
aanbeveling ten minste drie luidsprekers te gebruiken en een
complete opstelling is het beste voor surroundgeluid.
Zorg ervoor dat de luidspreker aan de rechterzijde op het
rechteraansluitpunt (R), en de luidspreker aan de linkerzijde
op het linkeraansluitpunt (L) wordt aangesloten. Ook moeten
de positieve en negatieve (+/–) aansluitingen op de receiver
overeenkomen met die op de luidsprekers.
U kunt luidsprekers met een normale impedantie tussen 6
en 16 gebruiken.
Zorg ervoor dat alle aansluitingen tot stand zijn gebracht
voordat u de stekker van dit toestel in het stopcontact steekt.
Basisbedradingsaansluitingen
Draai de ontblote draaduiteinden in elkaar.
1
Maak de aansluiting wat los en steek de blote draad er
2
in.
Draai de aansluiting vast.
3
123
•
Op deze luidsprekeraansluitingen staat een GEVAARLIJKE spanning. Om een elektrische schok te voorkomen bij het
aansluiten en losmaken van de luidsprekerkabels, moet u
de stekker uit het stopcontact halen voordat u niet
geïsoleerde onderdelen aanraakt.
•
Zorg dat de ontblote draaduiteinden van de
luidsprekerkabel stevig in elkaar zijn gedraaid en volledig in
de luidsprekeraansluiting steken. Wanneer kale
luidsprekerdraad contact maakt met het achterpaneel, kan
hierdoor het apparaat worden uitgeschakeld als
veiligheidsmaatregel.
LINE LEVEL
INPUT
LINE LEVEL
INPUT
PREOUT
SUBWOOFER
FRONT
R L
CENTER
SURROUND
R L
4
9
58
15
Page 16
2
Belangrijk
Opmerking
Opmerking
AUDIO
L
R
Rood (Rechts)
Wit (Links)
2
De apparatuur aansluiten
De kabels aansluiten
Zorg ervoor dat de kabels niet over het apparaat heen liggen
(zoals aangegeven in de afbeelding). Anders produceert het
magnetische veld van de transformatoren in het apparaat een
brom in de luidsprekers.
•
Voordat u aansluitingen maakt of wijzigt, schakelt u het
apparaat uit en verwijdert u de stekker van het netsnoer uit
het stopcontact.
•
Zet het apparaat op stand-by voordat het netsnoer wordt
verwijderd.
HDMI-kabels
Zowel beeld- als geluidssignalen kunnen tegelijkertijd via één
kabel worden verzonden. Wanneer het apparaat en de TV door
middel van deze receiver worden aangesloten, dienen de
HDMI-kabels voor beide aansluitingen te worden gebruikt.
HDMI
Zorg ervoor dat u de aansluiting in de juiste richting aansluit.
•
Stel de HDMI-parameter in De audio-opties instellen op
bladzijde 39 op THRU (THROUGH) en stel het
ingangssignaal in Selecteren van het audio-ingangssignaal
op bladzijde 26 op HDMI wanneer u het HDMI-audio-
uitgangssignaal van uw TV wilt horen (er wordt geen geluid
door deze receiver weergegeven).
•
Als het videosignaal niet op de TV wordt weergegeven, kunt
u proberen de resolutie-instellingen op het apparaat of het
scherm te wijzigen. Vergeet niet dat sommige
componenten (zoals videogameapparaten) over resoluties
beschikken die wellicht niet worden weergegeven. In dat
geval gebruikt u een (analoge) composite-aansluiting.
•
Wanneer het videosignaal van de HDMI 480i, 480p, 576i of
576p is, kan Multi Ch PCM-geluid en HD-geluid niet worden
ontvangen.
Over HDMI
Via de HDMI-aansluiting wordt niet-gecomprimeerde digitale
video overgedragen, alsmede bijna alle typen digitale audio
waarvoor het aangesloten apparaat geschikt is, waaronder
DVD-Video, DVD-Audio, SACD, Dolby Digital Plus, Dolby
TrueHD, DTS-HD Master Audio (zie hieronder voor
beperkingen), Video-CD/Super-VCD en CD.
Deze receiver bevat High-Definition Multimedia Interface
®
(HDMI
) technologie.
Deze receiver ondersteunt de hieronder beschreven functies
via de HDMI-aansluitingen.
•
Digitale overdracht van niet-gecomprimeerde video
(contents beschermd door HDCP (1080p/24, 1080p/60,
enz.))
•
3D signaaloverdracht
•
Deep Color-signaaloverdracht
•
x.v.Color signaaloverdracht
•
Audio Return Channel
•
Invoer van meerkanaals lineaire PCM digitale
audiosignalen (192 kHz of minder) voor maximaal
8 kanalen
Gesynchronisseerde bediening met apparatuur met behulp
van Control met HDMI-functie (zie Control met HDMI-
functie op bladzijde 56).
•
4K signaaloverdracht
– Mogelijk functioneert dit afhankelijk van de aangesloten
apparatuur niet goed.
– Signalen van 4K 24p, 4K 25p, 4K 30p, 4K 50p en 4K 60p
worden ondersteund
•
Gebruik een High Speed HDMI®/™-kabel. Wanneer een
andere HDMI-kabel dan de High Speed HDMI
wordt gebruikt, dan zal deze mogelijk niet goed
functioneren.
®/
16
™-kabel
•
Wanneer een HDMI-kabel met ingebouwde equalizer wordt
aangesloten, dan zal deze mogelijk niet goed functioneren.
•
3D, Deep Color, x.v.Color, 4K-signaaloverdracht en Audio
Return Channel zijn alleen mogelijk als deze op een
compatible component zijn aangesloten.
•
Bij digitale audio-overbrenging in HDMI-formaat duurt het
langer voordat dit door het apparaat wordt herkend.
Daarom is het mogelijk dat er een onderbreking in het
geluid is bij het overschakelen tussen de audio-indelingen
of het beginnen met afspelen.
•
Door het aan- en uitzetten van het apparaat dat tijdens de
weergave op het HDMI OUT-aansluitpunt van dit systeem is
aangesloten, of door het aan- of afsluiten van de HDMIkabel tijdens de weergave kan ruis of een storing in het
geluid ontstaan.
®
De termen HDMI en HDMI High-Definition Multimedia
Interface en het HDMI-logo zijn handelsmerken of
gedeponeerde handelsmerken van HDMI Licensing, LLC in de
Verenigde Staten en andere landen.
“x.v.Color” en het -logo zijn handelsmerken
van Sony Corporation.
Analoge audiokabels
Gebruik stereo RCA-phonokabels voor het aansluiten van
analoge audioapparaten. Deze kabels herkent u aan de rode
en witte stekkers; sluit de rode stekkers aan op de Raansluitingen (rechts) en de witte stekkers op de Laansluitingen (links).
4
9
58
Page 17
2
Opmerking
Coaxiale digitale
audiokabel
Optische kabel
Geel
VIDEO
VIDEO
IN
IN
HDMI
MONITOR
OUT
HDMI
OUT
Aansluiting voor verbinding
met bronapparaat
Aansluiting voor verbinding
met TV-monitor
Weergavecomponent
TV
De On-screen
Display
verschijnt niet.
Videosignalen kunnen worden uitgevoerd.
2
De apparatuur aansluiten
Digitale audiokabels
Gebruik in de handel verkrijgbare coaxiale digitale
audiokabels of optische kabels om digitale apparaten aan te
sluiten op deze receiver.
COAXIAL
IN
•
Wanneer u optische kabels aansluit, wees dan voorzichtig
dat u bij het insteken van de stekker het afsluitklepje van de
optische aansluiting niet beschadigt.
•
Wikkel een optische kabel losjes op om deze te bewaren.
De kabel kan worden beschadigd als hij scherp wordt
gebogen.
•
Voor coaxiale digitale aansluitingen kunt u ook een gewone
RCA-videokabel gebruiken.
Standaard RCA-videokabels
Deze kabels worden het meest gebruikt voor
videoaansluitingen en worden gebruikt om composite videoaansluitingen met elkaar te verbinden. De gele stekkers
onderscheiden ze van de kabels voor audio.
OPTICAL
IN
VIDEO
Informatie over video-uitgangaansluiting
Deze receiver is niet voorzien van een videoconverter. Als u
HDMI-kabels gebruikt voor aansluiting op het
ingangsapparaat, dienen dezelfde kabels te worden gebruikt
voor aansluiting op de TV.
De signaalinvoer van de analoge (composiet) video-ingangen
op dit apparaat wordt niet via het HDMI OUT-aansluitpunt
uitgevoerd.
4
9
58
17
Page 18
2
Opmerking
HDMI
OUT
ANALOG
IN1 (CD)
HDMI OUT
HDMI IN
DIGITAL AUDIO OUT
OPTICAL
HDMI OUT
HDMI IN
RL
ANALOG AUDIO OUT
OPTICAL
IN1 (TV)
Eén selecteren
HDMI/DVI-compatible TV
Gameconsole
DVD-speler
Blu-ray Disc-apparaat
Set-topbox
HDMI/DVI-compatible componenten
Als de TV de HDMI Audio
Return Channel-functie niet
ondersteunt, dan moet deze
aansluiting worden
uitgevoerd om naar TV-geluid
via de receiver te luisteren.
DVD-recorder, Blu-ray
Disc-recorder, met MHL
compatible apparaat
VSX-824
2
De apparatuur aansluiten
Aansluiting van uw TV en weergaveapparatuur
Aansluitingen maken met HDMI
Als u een apparaat hebt dat is uitgerust met HDMI of DVI (met
HDCP) (zoals een Blu-ray Disc-speler enz.), kunt u dit
aansluiten op de receiver met een algemeen verkrijgbare
HDMI-kabel.
Indien de TV- en weergavecomponenten de Control met
HDMI-functie ondersteunen, dan kunnen de handige Control
met HDMI-functies worden gebruikt (zie Control met HDMI-
functie op bladzijde 56).
•
De volgende aansluiting/instelling is vereist om naar geluid
van de TV via deze receiver te luisteren.
-
Als de TV de HDMI Audio Return Channel-functie niet
ondersteunt, sluit dan de receiver en de TV met
audiokabels aan (zoals getoond).
-
Indien de TV de functie HDMI Audio Return Channel
ondersteunt, kan het geluid van de TV via het HDMIaansluitpunt naar de receiver worden ingevoerd, en hoeft
geen audiokabel te worden aangesloten. Zet in dat geval
ARC bij HDMI Setup op ON (zie HDMI Setup
bladzijde 56).
-
Raadpleeg de bedieningshandleiding van de televisie
voor aanwijzingen over de aansluitingen en de set-up van
de televisie.
•
De analoge audio-ingang moet worden ingesteld om te
kunnen luisteren naar audio van de TV die via een analoge
audiokabel op deze receiver is aangesloten (zie Het menu
Input Assign (ingangen toewijzen) op bladzijde 54).
Op 4K-ondersteuning voor HDMIingangsaansluitpunt
De volgende HDMI-ingangsaansluitpunten worden
ondersteund:
Deze aansluiting
moet worden
gemaakt om het
geluid van de TV via
de receiver weer te
geven.
VSX-824
2
De apparatuur aansluiten
Een TV zonder HDMI-ingang aansluiten
De onderstaande afbeelding toont de aansluiting van een TV
(zonder HDMI-ingang) en een DVD-speler (of ander weergaveapparaat) op de receiver.
•
Bij deze aansluitingen zal het beeld niet naar de TV worden
uitgevoerd, zelfs als de DVD-speler met een HDMI-kabel is
aangesloten. Sluit de videosignalen van de DVD-speler via
een composietkabel aan.
•
Sluit een HDMI-kabel aan en gebruik een analoge
videokabel voor de videosignaalingang om HD-audio via
deze receiver te kunnen beluisteren.
Afhankelijk van het soort speler is het mogelijk dat
videosignalen niet tegelijkertijd naar HDMI- en andere
video-ingangen (composiet, etc.) worden uitgevoerd, en
moet wellicht de video-uitgang worden ingesteld.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die bij het betreffende
apparaat wordt geleverd voor meer informatie.
•
Als de receiver en de TV via een composietkabel zijn
aangesloten, dan kan de OSD-functie, waarmee de
instellingen, de bedieningsfuncties etc. van de receiver op
het televisiescherm worden weergegeven, niet worden
gebruikt. Kijk in dat geval naar de display van het
voorpaneel van de receiver voor de verschillende
bedieningsfuncties en instellingen.
•
De analoge audio-ingang moet worden ingesteld om te
kunnen luisteren naar audio van de TV die via een analoge
audiokabel op deze receiver is aangesloten (zie Het menu
Input Assign (ingangen toewijzen) op bladzijde 54).
•
Slechts één component kan zowel op het aansluitpunt van
de optische ingang als het aansluitpunt van de coaxiale
ingang worden aangesloten. Gebruik voor aansluiting van
overige apparatuur een andere aansluitingswijze voor de
audio.
Om de audio via het broncomponent te beluisteren dat op
deze receiver via een optische kabel of een coaxkabel op
deze receiver is aangesloten, dient u eerst over te
schakelen op de DVD (DVD-speler) of SAT/CBL (set-top
box), en vervolgens gebruikt u
O1 (OPTICAL1) of C1 (COAXIAL1) te kiezen (zie Selecteren
van het audio-ingangssignaal op bladzijde 26).
S. SEL
om het audiosignaal
4
19
9
58
Page 20
2
Belangrijk
Opmerking
Bluetooth® ADAPTER
VSX-529
WAN
3
2
1
LAN
naar LAN-poort
LAN-kabel (los
verkrijgbaar)
Router
Modem
Internet
VSX-824
Computer
DC 5VWPS
Ethernet
WAN
FM
75
Internet
Modem
Router
Draadloze LAN-convertor (AS-WL300)
2
De apparatuur aansluiten
Aansluiten van optionele
Bluetooth
(alleen VSX-529)
Wanneer de Bluetooth ADAPTER (Pioneer-modelnr. ASBT100 of AS-BT200) is aangesloten op deze eenheid, kan een
product dat is voorzien van Bluetooth draadloze technologie
(mobiele telefoon, digitale muziekspeler, enz.) worden
gebruikt om draadloos muziek te beluisteren.
Sluit een Bluetooth ADAPTER aan op het ADAPTER
PORT-aansluitpunt van het achterpaneel.
•
Zie Paren (Pairing) van de Bluetooth ADAPTER met het
apparaat dat is voorzien van Bluetooth draadloze technologie
op bladzijde 33 voor instructies over het afspelen van
Bluetooth draadloze technologie-apparatuur.
•
De receiver mag niet worden verplaatst terwijl de Bluetooth
ADAPTER is aangesloten. Daardoor kan schade ontstaan
of een verkeerde aansluiting.
® ADAPTER
Aansluiten op het netwerk via de LAN-interface
Door aansluiting van deze receiver op het netwerk via het
LAN-aansluitpunt kunt u radiozenders op het Internet
beluisteren. Om naar internet-radiozenders te kunnen
luisteren, moet u vooraf een contract afsluiten met een ISP
(Internet Service Provider).
Met deze aansluiting kunt u audiobestanden die op de
componenten op het lokale netwerk zijn aangesloten, zoals
uw computer, afspelen.
Schakel de DHCP-serverfunctie van de router in. Als de router
niet is uitgerust met een ingebouwde DHCP-serverfunctie,
moet u de netwerkinstellingen handmatig maken. Zie Menu
voor netwerkinstelling op bladzijde 45 voor verdere informatie.
•
Raadpleeg de bedieningshandleiding van uw apparaat
omdat het aangesloten apparaat en de aansluitwijze
afhankelijk van uw internetomgeving kunnen verschillen.
•
Als u gebruik maakt van een breedbandinternetaansluiting,
dient u aangemeld te zijn bij een internetserviceprovider.
Neem contact op met een internetserviceprovider bij u in
de buurt voor meer gegevens.
Aansluiting op een draadloze LAN
Draadloze aansluiting op het netwerk is mogelijk via een
draadloze LAN-aansluiting. Gebruik de in de handel
verkrijgbare AS-WL300 voor aansluiting.
Raadpleeg de bedieningshandleiding van de draadloze LANconvertor voor meer gegevens.
4
9
58
Verbind de LAN-aansluiting van de receiver met de LANaansluiting van de router (met of zonder ingebouwde DHCPserverfunctie) met behulp van een straight LAN-kabel (CAT 5
of hoger).
20
Page 21
2
2
1
3
4
afb. a
afb. b
FM UNBAL
75
75 coaxiale kabel
Eenkliks PAL-steker
Buitenantenne
5 m tot 6 m
Binnenantenne
(draad met
vinylafscherming)
2
De apparatuur aansluiten
Antennes aansluiten
Sluit de AM-raamantenne en de FM-draadantenne aan zoals
hieronder getoond. Om de ontvangst en de geluidskwaliteit te
verbeteren, kunt u buitenantennes aansluiten (zie
Buitenantennes gebruiken
Duw de nokken open, steek er per aansluiting een
1
draad in en laat vervolgens de nokken los om de AMantennedraden vast te zetten.
Bevestig de AM-raamantenne aan de bevestigde
2
houder.
Om de houder aan de antenne te bevestigen, buigt u de
houder in de richting van de pijl (afb. a), vervolgens klemt
u de raamantenne in de houder (afb. b).
hieronder).
Plaats de AM-antenne op een vlakke ondergrond en in
3
een richting waarbij de ontvangst optimaal is.
Sluit de FM-draadantenne aan op de FM-antenne-
4
aansluiting.
Voor optimale resultaten rolt u de FM-antenne volledig af
en bevestigt u deze aan een wand of een deurkozijn. Niet
los ophangen of opgerold laten.
Buitenantennes gebruiken
Om de FM-ontvangst te verbeteren
Gebruik een PAL-connector (niet meegeleverd) om een
externe FM-antenne aan te sluiten.
Om de AM-ontvangst te verbeteren
Sluit een met vinyl beklede draad van 5 m tot 6 m aan op de
AM-antenne-aansluiting zonder de bijgeleverde AMraamantenne los te koppelen.
U verkrijgt de beste ontvangst wanneer u de kabel buiten
horizontaal ophangt.
4
9
58
21
Page 22
2
Opmerking
Opmerking
iPod/iPhone
Bij de iPod behorende
USB-kabel
USB-
massaopslagapparaat
Met MHL
compatible
apparaat
MHL-kabel
(los verkrijgbaar)
2
Aansluiten van een iPod
Deze receiver heeft speciale iPod/iPhone-aansluitingen
waarmee u de weergave van audiomateriaal op uw iPod via
deze receiver kunt bedienen.
•
Er kan een iPod/iPhone op deze receiver worden
aangesloten. Zie Een iPod afspelen
gegevens op ondersteunde modellen en versies van de
betreffende producten.
Zet de receiver op stand-by en gebruik daarna de iPod-
kabel om uw iPod aan te sluiten op de iPod/iPhoneaansluitpunten van het voorpaneel van deze receiver.
•
Voor het aansluiten van de kabel raadpleegt u eveneens de
gebruiksaanwijzing voor de iPod.
op bladzijde 28 voor
•
Houd tijdens aansluiting van een iPhone op dit systeem de
iPhone tenminste 20 cm van dit systeem verwijderd. Als de
iPhone dichterbij dit systeem wordt geplaatst en een
inkomend telefoongesprek door deze iPhone wordt
ontvangen, is er mogelijk ruis uit dit apparaat hoorbaar.
•
De iPod wordt opgeladen wanneer de iPod op dit apparaat
is aangesloten. (Opnieuw opladen wordt alleen geactiveerd
als het apparaat is ingeschakeld.)
•
Zie Een iPod afspelen op bladzijde 28 voor instructies voor
het afspelen van een iPod.
Een USB-apparaat aansluiten
Geluids- en beeldbestanden kunnen worden afgespeeld door
aansluiting van USB-apparatuur op deze receiver.
Zet de receiver op stand-by en sluit uw USB-apparaat
aan op de iPod/iPhone-aansluitingen van het
voorpaneel van deze receiver.
•
Een USB-hub wordt door deze receiver niet ondersteund.
•
Zie Een USB-apparaat afspelen op bladzijde 28 voor
instructies voor het afspelen van een USB-apparaat.
De apparatuur aansluiten
Aansluiting van een met MHL compatible
apparaat
Een mobiel apparaat dat met MHL compatible is kan worden
aangesloten voor full-HD beelden, multikanaals
kwaliteitsgeluid, en foto’s enz., terwijl de batterij op de
receiver wordt opgeladen. Gebruik de MHL-kabel (in de
handel verkrijgbaar) om het apparaat aan te sluiten.
Zet de receiver op stand-by en gebruik vervolgens de
MHL-kabel (in de handel verkrijgbaar) om uw apparaat
dat voor MHL geschikt is aan te sluiten op het MHLaansluitpunt op het voorpaneel van deze receiver.
•
Het met MHL compatible apparaat wordt telkens
opgeladen als het op dit systeem wordt aangesloten.
(Opnieuw opladen wordt alleen geactiveerd als het
apparaat is ingeschakeld.)
•
Raadpleeg Een met MHL compatible apparaat afspelen op
bladzijde 30 voor aanwijzingen over het afspelen van het
met MHL compatible apparaat.
•
Plaats het MHL-apparaat niet op dit systeem terwijl het is
ingeschakeld (ON).
4
9
58
22
Page 23
2
LET OP
Opmerking
Videocamera (enz.)
2
De apparatuur aansluiten
Een HDMI-geschikt apparaat aansluiten op de
ingang op het voorpaneel
De receiver aansluiten op het stopcontact
Sluit de receiver pas aan, nadat u al uw componenten op deze
receiver hebt aangesloten, waaronder de luidsprekers.
Steek het meegeleverde netsnoer in de AC IN-
1
aansluiting aan de achterzijde van de receiver.
Steek de stekker van het netsnoer in het stopcontact.
2
•
Neem het netsnoer bij de stekker beet. Trek de stekker er
niet uit door aan het snoer te trekken en raak het netsnoer
nooit met natte handen aan, omdat dit kan leiden tot
kortsluiting of elektrische schok. Plaats het apparaat of een
meubelstuk enz. niet op het netsnoer, en zorg ervoor dat het
snoer niet beklemd raakt. Leg nooit een knoop in het snoer
en verbind het niet met andere snoeren. De netsnoeren
dienen zodanig te worden gelegd dat ze niet kunnen
worden betreden. Een beschadigd netsnoer kan leiden tot
brand of elektrische schok. Controleer regelmatig de staat
van het netsnoer. Vraag een bevoegde PIONEERonderhoudsdienst bij u in de buurt voor vervanging als u
merkt dat het snoer beschadigd is.
•
Wanneer de receiver niet geregeld wordt gebruikt, bijv.
tijdens vakanties, moet hij losgekoppeld zijn door de
stekker van het netsnoer uit het stopcontact te trekken.
•
Nadat de receiver op een stopcontact is aangesloten,
begint er een 2 tot 10-seconden HDMI initialisatieproces.
Tijdens dit proces kunt u geen bedieningshandelingen
uitvoeren. De HDMI-indicator op het display op het
voorpaneel knippert tijdens dit procues en u kunt de
receiver pas inschakelen zodra de indicator stopt met
knipperen. Als de Control met HDMI op OFF wordt gezet
kan deze procedure worden overgeslagen. Zie HDMI Setup
op bladzijde 56 voor meer gegevens over de Control met
HDMI-functie.
4
9
58
23
Page 24
Hoofdstuk
LET OP
Belangrijk
AUDIO P
Statief
Microfoon
3
3
Basisinstellingen
Uitschakelen van de Auto Power Down
Als deze receiver enkele uren lang niet wordt gebruikt,
schakelt hij automatisch uit. De automatische Power-off timer
is als fabrieksinstelling ingesteld op 15 minuten, en de timing
kan worden gewijzigd of de functie Power-off kan helemaal
worden uitgeschakeld. Zie Het Auto Power Down-menu
bladzijde 54 voor verdere informatie.
Automatische instelling van surroundgeluid
(MCACC)
De automatische meerkanaals akoestische calibratie
(MCACC, voor ‘Auto Multi-Channel ACoustic Calibration’)
meet de akoestische karakteristieken van uw luisterruimte,
waarbij rekening wordt gehouden met omgevingsgeluid,
luidsprekergrootte en –afstand; ook worden kanaalgalm en
kanaalvolume getest. Nadat u de microfoon heeft ingesteld
die bij uw systeem wordt geleverd, kiest de receiver op basis
van de informatie van een reeks testtonen de optimale
luidsprekerinstellingen en egalisatie voor uw luisterruimte.
•
De testtonen die worden voortgebracht tijdens de Auto
MCACC-instelling klinken erg hard.
•
De OSD verschijnt niet als de aansluiting via de
composietuitgang van de TV is gedaan. Gebruik de HDMIaansluiting voor de Auto MCACC-instelling.
•
MCACC wist alle eventuele luidsprekerinstellingen die u
eerder hebt gemaakt.
•
Voordat de Auto MCACC-instelling wordt gebruikt, mag de
ingang NETRADIO, M.SERVER, FAVORITE, iPod/USB of
ADAPTER niet als ingangsbron zijn geselecteerd.
STANDBY/ON
STANDBY/ON
SLEEP
SOURCE
RECEIVERSIGNAL SEL
RECEIVER
CTRL
BD GAME HDMI
S.SEL ECO
INPUTCTRL
TOP
MENU
HOME
HOME
MENU
MENU
.
ENTER
ENTER
BAND PTY
TOOLS
MENU
RETURN
RETURN
op
Zet de receiver en de TV aan.
1
Schakel de TV-ingang over op de ingang waarmee deze
2
receiver via de bijbehorende HDMI-kabel op de TV
wordt aangesloten.
Sluit de microfoon aan op de aansluiting MCACC SETUP
3
MIC op het voorpaneel.
Controleer of er zich geen obstakels tussen de
luidsprekers en de microfoon bevinden.
Als u een statief heeft, kunt u dit gebruiken om de
microfoon ongeveer op oorhoogte te plaatsen op uw
normale luisterpositie. U kunt de microfoon ook op
oorhoogte plaatsen met behulp van een tafel of een stoel.
Druk op de BD-toets van de afstandsbediening om de
4
BD-ingang te selecteren.
Druk op
5
6
7
RECEIVER
vervolgens op de toets
Het Home Menu verschijnt op de TV. Gebruik
en
ENTER
schermen te navigeren en menu-onderdelen te
selecteren. Druk op
sluiten.
•
Druk wanneer gewenst op
Home Menu te verlaten. Als u de automatische
MCACC onderbreekt, stopt de receiver met testen en
worden er geen instellingen opgeslagen.
•
De schermbeveiliging start automatisch na drie
minuten zonder activiteit.
Selecteer ‘Auto MCACC’ in het Home Menu en druk
hierna op
•
Mic In! knippert wanneer de microfoon niet op het
contactpunt MCACC SETUP MIC is aangesloten.
Maak zo min mogelijk geluid nadat u op
gedrukt. Het systeem produceert een reeks testtonen om
het omgevingsgeluidsniveau vast te stellen.
Volg de instructies op het scherm.
•
Zorg dat de microfoon is aangesloten.
•
Zorg ervoor dat de subwoofer ingeschakeld is en dat
het volume ingesteld is.
•
Zie hieronder voor opmerkingen met betrekking tot
achtergrondlawaai en andere mogelijke interferentie.
op de afstandsbediening en druk
HOME MENU
op de afstandsbediening om door de
RETURN
ENTER
.
Home Menu
1
. Auto MCACC
2 . Manual SP Setup
. Input Assign
3
4. Auto Power Down
5. HDMI Setup
6. Network Standby
7. MHL Setup
8. OSD Setup
.
///
om het huidige menu af te
HOME MENU
om het
ENTER
4
9
58
hebt
24
Page 25
3
Opmerking
1 . Auto MCACC
Check
OK
Return
10:Next
Front
Center
Surr
Subwoofer
[ YES ]
[ YES ]
[ YES ]
[ YES ]
3
Basisinstellingen
Wacht tot de testtonen beëindigd zijn.
8
Er wordt een voortgangsrapport weergegeven op het
scherm terwijl de receiver testtonen weergeeft om de
aanwezigheid van de luidsprekers in uw opstelling te
bepalen. Probeer zo stil mogelijk te zijn wanneer dit
plaats vindt.
1 . Auto MCACC
Now Analyzing
Environment Check
Ambient Noise
Speaker YES/NO
•
Voor de juiste luidsprekerinstellingen dient u het
volume niet in te stellen tijdens de testtonen.
Bevestig de luidsprekerconfiguratie.
9
De configuratie die op het scherm wordt weergegeven,
dient overeen te komen met de feitelijke luidsprekers die
u hebt.
•
Bij foutmeldingen (zoals Too much ambient noise (Te
veel omgevingsruis)) kies RETRY nadat u de
omgevingsruis heeft gecontroleerd (zie Andere
problemen tijdens het gebruik van de automatische
MCACC-instelling hieronder).
Als de weergegeven luidsprekerconfiguratie niet correct
is, gebruikt u
om de instelling te wijzigen. Wanneer u klaar bent,
gaat u door naar de volgende stap.
/
om de luidspreker te selecteren en
Return
Wanneer u een foutbericht (ERR) in de kolom aan de
rechter zijkant ziet, kan er een probleem zijn met de
luidsprekeraansluiting. Wanneer door het selecteren van
RETRY het probleem niet wordt opgelost, schakelt u het
apparaat uit en controleert u de
luidsprekeraansluitingen.
Controleer of ‘OK’ is geselecteerd en druk op
10
Als in stap 9 het scherm 10 seconden niet is aangeraakt
en
ENTER
in stap 10 niet is ingedrukt, dan start de Auto
MCACC-setup automatisch zoals aangegeven.
1 . Auto MCACC
Now Analyzing
Surround Analyzing
Speaker System
X.Over
Speaker Distance
Channel Level
Acoustic Cal EQ
Een voortgangsrapport wordt op het scherm
weergegeven terwijl de receiver meer testtonen
weergeeft om de optimale receiverinstellingen voor
kanaalniveau, luidsprekerafstand, X.Over en de Acoustic
Calibration EQ te bepalen.
Probeer ook dan zo stil mogelijk te zijn wanneer dit
gebeurt. Het kan 1 tot 3 minuten duren.
De Auto MCACC-setup is gereed! U keert terug naar het
11
Home Menu.
Met de instellingen die in de Auto MCACC-setup zijn
gedaan verkrijgt u een weergaloos surroundgeluid uit uw
systeem, maar het is tevens mogelijk deze instellingen
handmatig in te stellen met gebruik van het Home Menu
(zie bladzijde 52
•
Afhankelijk van de eigenschappen van uw kamer, worden
/
soms verschillende formaten ingesteld voor identieke
luidsprekers met conusafmetingen van ongeveer 12 cm. U
kunt de instelling handmatig corrigeren met Handmatige
Luidsprekerinstellingen
).
op bladzijde 52.
Return
ENTER
•
De afstand van de subwoofer tot de luisterpositie kan
verder worden ingesteld dan de werkelijke afstand. Deze
instelling moet nauwkeurig zijn (rekening houdend met de
vertraging en de eigenschappen van de kamer) en moet
normaal gezien niet worden gewijzigd.
Andere problemen tijdens het gebruik van de
.
automatische MCACC-instelling
Als de omgevingsomstandigheden niet optimaal zijn voor de
Auto MCACC-instelling (te veel achtergrondgeluiden,
weerkaatsing van echo’s door de muren, obstakels tussen de
luidsprekers en de microfoon), kunnen de eindinstellingen
onjuist zijn. Controleer of andere huishoudelijke apparatuur
(airconditioning, koelkast, ventilator, enz.) in de omgeving
geen storingen veroorzaken en schakel ze indien nodig uit.
Als instructies worden weergegeven op het display op het
voorpaneel, moet u deze volgen.
•
Sommige oudere TV’s kunnen de werking van de microfoon
storen. Zet in dit geval de TV uit tijdens de Auto MCACCinstelling.
4
9
58
25
Page 26
Hoofdstuk
Opmerking
Opmerking
SLEEP
INPUTCTRL
BD
DVD
iPod
TUN
GAME
SAT
CD
TV
HDMI
MHL
BT
NET
S.SEL ECO
STANDBY/ON
RECEIVER SIGNAL SEL
SOURCE
BD
DVD
iPod
TUN
GAME
SAT
CD
TV
HDMI
MHL
BT
NET
STANDBY/ON
MUTE
AUTOSURRADV
ENTER
Fav
RETURN
AUDIO P.
TOP
MENU
HOME
MENU
TOOLS
MENU
BAND PTY
AUTO SURR ADV
SLEEP
INPUTCTRL S.SEL ECO
STANDBY/ON
RECEIVERSIGNAL SEL
SOURCE
S.SEL
SIGNAL SEL
4
4
Basisbediening voor afspelen
Een bron afspelen
Dit zijn algemene instructies voor het afspelen van een bron,
zoals een DVD, met het thuistheatersysteem.
Zet de apparatuur van het systeem en de receiver aan.
1
Zet eerst het afspeelapparaat (zoals een DVD-speler), de
TV en de subwoofer (indien aanwezig) aan en vervolgens
2
3
pas de receiver (druk op
•
Zorg ervoor dat de instelmicrofoon niet is aangesloten.
Zet de TV-ingang op de ingang waarop deze receiver is
aangesloten.
Als u de receiver bijvoorbeeld op het VIDEO-contactpunt
van uw TV heeft aangesloten, zorg er dan voor dat u thans
het VIDEO-contactpunt selecteert.
Druk op de ingangsfunctietoetsen om de
ingangsfunctie die u wilt afspelen te selecteren.
•
De ingang van de receiver schakelt over en vervolgens
kunt u andere componenten via de afstandsbediening
bedienen. Om de receiver te bedienen drukt u eerst op
RECEIVER
de juiste toets om het apparaat te bedienen.
•
De ingangsbron kan ook worden geselecteerd door
gebruik te maken van de
het voorpaneel. In dat geval schakelt de
afstandsbediening niet over op de bedieningsmodes.
op de afstandsbediening, en vervolgens op
STANDBY/ON
INPUT SELECTOR
).
-knop op
Als u de juiste ingangsbron heeft geselecteerd en er
wordt toch geen geluid weergegeven, selecteer dan het
audio-ingangssignaal voor weergave (zie Selecteren van
het audio-ingangssignaal hieronder).
Druk op
AUTO
4
te beginnen met het afspelen van de bron.
Als u een DVD met Dolby Digital- of DTS-surroundgeluid
afspeelt met een digitale audio-aansluiting, moet u
surroundgeluid horen. Als u een stereobron afspeelt, of
als de aansluiting een analoge audio-aansluiting betreft,
hoort u alleen geluid uit de voorluidsprekers links/rechts
in de standaardluisterfunctie.
Het is mogelijk om op de display op het voorpaneel te
controleren of de surroundgeluidweergave wel of niet
correct wordt uitgevoerd.
Als de aanduiding op het display niet overeenkomt met
het ingangssignaal en de luidsprekerfunctie, moet u de
aansluitingen en instellingen controleren.
•
U moet mogelijk de instellingen voor de digitale audiouitgang van de DVD-speler of digitale satellietontvanger
controleren. Deze moeten zijn ingesteld op Dolby Digital,
DTS en 88,2 kHz/96 kHz PCM-audio via 2 kanalen. Als er
een optie voor MPEG-audio is, stelt u deze in op conversie
van MPEG-audio naar PCM.
•
Afhankelijk van de DVD-speler of brondiscs krijgt u
mogelijk alleen digitaal stereogeluid via 2 kanalen en
analoog geluid te horen. In dat geval dient de receiver op
een meerkanaals luistermodus te worden ingesteld indien
u meerkanaals surroundgeluid wenst.
Gebruik
5
stellen.
Zet het volume van de TV zacht zodat al het geluid uit de
luidsprekers komt die zijn aangesloten op deze receiver.
om ‘AUTO SURROUND’ te selecteren en
VOLUME +/–
om het geluidsniveau in te
26
Selecteren van het audio-ingangssignaal
Het audio-ingangssignaal kan voor iedere ingangsbron
worden geselecteerd. Zodra dit is ingesteld, dan wordt de
geselecteerde audio-ingang toegepast wanneer u de
ingangsbron selecteert via de ingangsfunctietoetsen.
Druk op
SIGNAL SEL
met de broncomponent overeenkomt te selecteren.
Elke keer dat u drukt, bladert u als volgt door de opties:
•
H – Er wordt een HDMI-signaal geselecteerd. H kan
worden geselecteerd voor de BD, DVD, SAT/CBL, MHL
of GAME-ingang. Voor andere ingangen kan H niet
worden geselecteerd.
-
Wanneer de optie HDMI in De audio-opties instellen
op bladzijde 39 ingesteld is op THRU, is het geluid
hoorbaar via uw TV, niet via deze receiver.
•
A – Selecteert de analoge ingangen.
•
C1/O1 – Selecteert de digitale ingang. De coaxiale 1-
ingang wordt voor C1 geselecteerd, en de optische 1
audio-ingang voor O1.
Wanneer H (HDMI) of C1/O1 (digitaal) wordt
geselecteerd en de geselecteerde audio-ingang niet
beschikbaar is, dan wordt automatisch A (analoog)
geselecteerd.
•
De ingangen BD, MHL en GAME zijn op H (HDMI)
vastgelegd. Dit kan niet worden gewijzigd.
•
Voor de TV-ingang kan alleen A (analoog) of C1/O1
(digitaal) worden geselecteerd. Indien de ARC bij de HDMI Setup echter op ON staat, staat de ingang permanent op H
(HDMI) en kan niet worden gewijzigd.
•
Als de ingang op H (HDMI) of C1/O1 (digitaal) is ingesteld,
gaat branden wanneer een Dolby Digital-signaal wordt
ingevoerd, en DTS gaat branden wanneer een DTS-signaal
wordt ingevoerd.
om het audio-ingangssignaal dat
4
9
58
Page 27
Tip
DVDBD
TUNER
ADAPTER
SAT/CBL
DVD
SAT/CBL
DVD
SAT/CBL
GAME MHLNETWORK
A
CD
TV
A
RECEIVER
SIGNAL SEL
A
RECEIVER
SIGNAL SEL
DVD
SAT/CBL
C1
TV
1.
2.
CD TV
RECEIVER
SIGNAL SEL
O1
RECEIVER
SIGNAL SEL
S.SELCTRL
S.SELCTRL
S.SELCTRL
S.SELCTRL
Audio
Audio
Audio
Audio
Video/Audio (HDMI)
Video
Andere dan de TV-ingang
(TV-ingang)
Het aansluitpunt voor de audio-ingang ANALOG IN1 is volgens de fabrieksinstellingen toegewezen
aan CD. Wijzig de instellingen in het Input Assignmenu als u dit wilt wijzigen naar de TV-ingang
(bladzijde 54).
VSX-529
4
4
•
Wanneer de H (HDMI) geselecteerd is, zijn de indicators A
en DIGITAL uit (zie bladzijde 10
•
Wanneer de digitale ingang (optisch of coax) wordt
geselecteerd, kan deze receiver alleen digitale
signaalindelingen van Dolby Digital, PCM (32 kHz tot
96 kHz) en DTS (waaronder DTS 96 kHz/24-bits) weergeven.
De compatibele signalen via de HDMI-aansluitingen zijn:
Dolby Digital, DTS, SACD (alleen DSD 2-kan.), PCM (32 kHz
tot 192 kHz samplingfrequenties), Dolby TrueHD, Dolby
Digital Plus, DTS-EXPRESS, DTS-HD Master Audio en DVD
Audio (waaronder 192 kHz). Bij andere digitale
signaalformaten stelt u in op A (analoog).
•
Het is mogelijk dat u digitaal geluid te horen krijgt wanneer
een LD- of CD-speler die compatible is met DTS een
analoog signaal weergeeft. Om ruis te voorkomen moet u
de juiste digitale aansluitingen maken (bladzijde 17
ingangssignaal instellen op C1/O1 (digitaal).
•
Sommige DVD-spelers geven geen DTS-signalen weer. Zie
de gebruiksaanwijzing van uw DVD-speler voor meer
informatie.
).
) en het
Basisbediening voor afspelen
•
Om beeld en/of geluid van apparaten die op elk aansluitpunt zijn aangesloten te ontvangen, selecteert u de ingang als volgt.
4
9
58
27
Page 28
4
Belangrijk
Tip
Tip
Belangrijk
MUTE
AUTO SURR ADV
ENTER
RETURN
AUDIO P.
TOPMENU
HOME
MENU
TOOLS
MENU
ENTER
RETURN
AUDIO P.
TOP
MENU
4
Een iPod afspelen
Deze receiver beschikt over een iPod iPhone USBaansluitpunt waarmee u de weergave van het audiomateriaal
van de iPod kunt bedienen met de bedieningselementen van
de receiver.
•
Pioneer accepteert onder geen enkele voorwaarde de
verantwoordelijkheid voor direct of indirect verlies als
gevolg van enig ongemak of verlies van opgenomen
materiaal als gevolg van storingen aan de iPod.
•
Na het inschakelen duurt het ongeveer één minuut voordat
het opstarten volledig is voltooid.
•
USB functioneert met iPhone 5s, iPhone 5c, iPhone 5,
iPhone 4s, iPhone 4, iPhone 3GS, iPhone 3G, iPhone, iPod
Touch (1ste tot 5de generatie) en iPod nano (3de tot 7de
generatie). Het is echter mogelijk dat sommige functies bij
sommige modellen beperkt zijn.
•
Deze receiver is ontwikkeld en getest op de softwareversie
van iPod/iPhone die op de website van Pioneer staat
vermeld (http://pioneer.jp/homeav/support/ios/eu/).
•
Installatie van andere softwareversies dan die welke op de
website van Pioneer zijn aangegeven op uw iPod/iPhone
kan leiden tot incompatibiliteit met deze receiver.
•
iPod en iPhone zijn gelicentieerd voor weergave van
materiaal waarop geen auteursrechten rusten of materiaal
waarvoor de gebruiker de wettelijke toestemming heeft om
het weer te geven.
•
Functies zoals de equalizer kunnen niet worden bediend
met behulp van deze receiver en wij adviseren u de
equalizer uit te schakelen voordat deze wordt aangesloten.
•
Zorg ervoor dat de receiver op stand-by staat als de iPod/
iPhone wordt afgesloten.
Zet de receiver en de TV aan.
1
Zie Aansluiten van een iPod op bladzijde 22.
Schakel de TV-ingang in zodat de TV op de receiver kan
2
aansluiten.
•
Schakel de TV-ingang over op de ingang waarmee deze
receiver via de bijbehorende HDMI-kabel op de TV
wordt aangesloten.
Druk op
iPod USB
3
ingang over te schakelen.
Als de display de namen van mappen en bestanden
toont, dan kunt u muziek via de iPod afspelen.
om de receiver op de iPod/USB-
•
Wanneer na het indrukken van
wordt weergegeven in de display, schakel dan de
receiver uit en sluit de iPod opnieuw aan op de
receiver.
•
De bedieningsorganen van uw iPod zullen niet werken
wanneer het apparaat op deze receiver is aangesloten.
iPod USB
NO DEVICE
Audiobestanden afspelen die op een iPod zijn
opgeslagen
Om tussen de nummers op uw iPod te navigeren, kunt u
gebruik maken van de OSD van uw TV die op deze receiver is
aangesloten.
•
Let op: niet Romeinse tekens in de titel worden
weergegeven als ‘#’.
•
Deze functie is niet beschikbaar voor foto’s of videoclips op
uw iPod.
Zoeken wat u wilt afspelen
Wanneer uw iPod is aangesloten op deze receiver, kunt u door
de nummers bladeren die zijn opgeslagen op de iPod aan de
hand van afspeellijst, artiest, albumtitel, songtitel, genre of
componist, op soortgelijke wijze als de iPod rechtstreeks
wordt gebruikt.
Gebruik
/
1
dan op
•
Als of bij het lijstscherm wordt ingedrukt,
wordt de pagina gewijzigd.
•
Om op elk gewenst moment naar het vorige niveau
terug te keren, drukt u op
Gebruik
2
bijvoorbeeld albums, te bladeren.
•
Gebruik
gaan.
Blader net zo lang tot u hebt gevonden wat u wilt
3
afspelen. Druk op
•
Wanneer u zich in de nummercategorie bevindt, kunt u ook
op
ENTER
•
U kunt alle nummers in een bepaalde categorie afspelen
door het item All bovenaan elke categorielijst te selecteren.
U kunt bijvoorbeeld alle nummers van een bepaalde artiest
afspelen.
om een categorie te selecteren en druk
ENTER
om door die categorie te lopen.
RETURN
.
/
om door de geselecteerde categorie,
/
om naar de vorige/volgende niveaus te
om het afspelen te starten.
drukken om het afspelen te starten.
28
Basisbediening voor afspelen
Voornaamste afspeeltoetsen
De toetsen van de afstandsbediening van de receiver kunnen
worden gebruikt voor standaardweergave van bestanden die
op een iPod zijn opgeslagen.
•
Druk op
iPod USB
schakelen naar de iPod/USB-afstandsbedieningsfunctie.
om de afstandsbediening over te
BANDPTY
CH SEL
BASS
RETURNHOME
TRETRE
MENU
SB CH
BASS
SHIFT
Fav
CLR
Schakelt tussen de bedieningsfuncties van de
iPod en de receiver
Hiermee kunt u wisselen tussen bediening van de iPod via de
afstandsbediening van de receiver en via de iPod zelf.
Druk op
•
Druk opnieuw op
naar de bedieningsfuncties van de receiver.
•
Wijzig de ingang van de receiver naar de iPod in één
handeling door op
voorpaneel te drukken om de iPod te kunnen bedienen.
HOME MENU
iPod-bedieningsorganen.
om over te schakelen naar de
HOME MENU
iPod iPhone DIRECT CONTROL
om terug te schakelen
op het
Een USB-apparaat afspelen
U kunt bestanden afspelen via het USB-interface aan de
voorzijde van deze receiver.
•
Pioneer kan de compatibiliteit niet garanderen (werking en/
of busvoeding) bij alle USB-opslagapparaten en is niet
verantwoordelijk voor eventueel verlies van gegevens dat
kan optreden wanneer een USB-apparaat op deze receiver
is aangesloten.
4
9
58
Page 29
4
Opmerking
Tip
MUTE
AUTO SURR ADV
ENTER
RETURN
AUDIO P.
TOPMENU
HOME
MENU
TOOLS
MENU
ENTER
RETURN
AUDIO P.
TOP
MENU
ENTER
Fav
RETURN
HOME
MENU
BANDPTY
ENTER
4
•
•
•
•
•
•
•
•
1
2
3
Na het inschakelen duurt het ongeveer één minuut voordat
het opstarten volledig is voltooid.
Compatibele USB-apparaten zijn bijvoorbeeld externe
magnetisch harde schijven, draagbaar flashgeheugen
(m.n. USB-sticks) en digitale geluidsspelers (MP3-spelers)
die geformatteerd zijn met FAT16 of FAT32.
Audiobestanden waarop auteursrechten rusten kunnen
niet met de receiver worden afgespeeld.
Bij grote hoeveelheden gegevens heeft de receiver meer tijd
nodig om de inhoud van een USB-apparaat te lezen.
Als het gekozen bestand niet kan worden afgespeeld, gaat
deze receiver automatisch naar het volgende afspeelbare
bestand.
Wanneer het spelende bestand niet van een titel is
voorzien, wordt de bestandsnaam op het scherm
aangegeven; wanneer er geen albumnaam of
artiestennaam is, blijft dit veld leeg.
N.B. niet Romeinse letters in de afspeellijst worden als ‘#’
getoond.
Zorg dat de receiver in de stand-bystand staat bij het
losmaken van het USB-apparaat.
Zet de receiver en de TV aan.
Zie Een USB-apparaat aansluiten op bladzijde 22.
Schakel de TV-ingang in zodat de TV op de receiver kan
aansluiten.
•
Schakel de TV-ingang over op de ingang waarmee deze
receiver via de bijbehorende HDMI-kabel op de TV
wordt aangesloten.
Druk op
iPod USB
receiver over te schakelen naar de iPod/USB-ingang.
Zodra de display de namen van mappen en bestanden
weergeeft, kunt u deze vanaf het USB-apparaat afspelen.
Wanneer op het display een USB Error-melding
verschijnt, probeer dan de volgende punten:
•
Schakel de receiver uit en vervolgens weer in.
•
Sluit het USB-apparaat opnieuw aan terwijl de receiver
uitgeschakeld is.
•
Selecteer een andere ingangsbron (zoals BD) en
schakel vervolgens weer terug naar iPod/USB.
van de afstandsbediening om de
•
Gebruik een speciale AC-adapter (met het apparaat
meegeleverd) voor de stroomvoorziening van de USB.
Als dit het probleem niet oplost, is uw USB-apparaat
waarschijnlijk niet compatible.
Audiobestanden afspelen die op een USBgeheugenapparaat zijn opgeslagen
Het maximum aantal niveaus dat u kunt selecteren in Stap 1
(hieronder) is 9.
•
N.B. niet Romeinse letters in de afspeellijst worden als ‘#’
getoond.
Gebruik
/
1
ENTER
•
Om op elk gewenst moment naar het vorige niveau
terug te keren, drukt u op
Blader net zo lang tot u hebt gevonden wat u wilt
2
afspelen. Druk op
Voornaamste afspeeltoetsen
De toetsen van de afstandsbediening van deze receiver
kunnen worden gebruikt voor standaardweergave of
bestanden die op USB-apparatuur zijn opgeslagen.
•
Druk op
schakelen naar de iPod/USB-afstandsbedieningsfunctie.
om een map te selecteren en druk dan op
om door die map te lopen.
RETURN
.
om het afspelen te starten.
iPod USB
om de afstandsbediening over te
MENU
BANDPTY
SB CH
CH SEL
BASS
BASS
SHIFT
RETURNHOME
Fav
CLR
TRETRE
Fotobestanden afspelen die op een USBgeheugenapparaat zijn opgeslagen
Gebruik
/
1
ENTER
•
Voor bestanden met hoge resolutie kan het enige tijd
duren voordat de foto verschijnt.
om een map te selecteren en druk dan op
om door die map te lopen.
29
Basisbediening voor afspelen
•
Om op elk gewenst moment naar het vorige niveau
terug te keren, drukt u op
Blader net zo lang tot u hebt gevonden wat u wilt
2
afspelen. Druk op
Het gekozen materiaal wordt schermvullend
weergegeven en er wordt gestart met een diaserie.
RETURN
.
om het afspelen te starten.
Voornaamste afspeeltoetsen
ENTER,
– Start de weergave van een foto en het vertonen
van een diaserie.
– De speler wordt stopgezet en keert terug naar het vorige
menu.
•
Diavoorstellingen van fotobestanden kunnen worden
afgespeeld terwijl u muziekbestanden beluistert, door terug
te keren naar de mappen/bestandenlijst terwijl een
muziekbestand op een USB-apparaat de fotobestanden
afspeelt.
Meer over de afspeelbare bestandsformaten
De USB-functie van deze receiver ondersteunt de volgende
bestandsformaten. Het is mogelijk dat sommige
bestandsformaten toch niet afgespeeld kunnen worden,
hoewel ze toch vermeld worden in de lijst met afspeelbare
bestandsformaten.
MP3-, WAV-, AAC-, FLAC-, AIFF- en Apple Lossless-bestanden
worden zonder tussenpauze afgespeeld als muziekbestanden
met dezelfde bestandsindeling, samplingfrequentie, aantal
kwantiseringsbits en aantal kanalen achtereenvolgens
worden afgespeeld.
4
9
58
Page 30
4
Opmerking
Opmerking
4
-
Zorg ervoor dat de stilte tussen de tracks in minimaal is
tijdens het gebruik van MP3 of AAC. Als u liever geen
tussenliggende stilte heeft, kunt u WAV- of FLACbestanden gebruiken.
Muziekbestanden
ExtensieDatastroom
MP3 (MPEG-1 Audio Layer 3)
a
.mp3
WAV (LPCM)
.wav
WMA (WMA2/7/8/9)
.wma
AAC (MPEG-4 AAC LC, MPEG-4 HE AAC)
.m4a
.aac
.3gp
.3g2
Bemonsteringsfrequentie
Kwantisering-bitrate16 bit
Kanaal2 kanalen
Bitrate8 kbps tot 320 kbps
VBR/CBROndersteund/Ondersteund
Bemonsteringsfrequentie
Kwantisering-bitrate16 bit, 24 bit
Kanaal2 kanalen
b
Bemonsteringsfrequentie
Kwantisering-bitrate16 bit
Kanaal2 kanalen
Bitrate5 kbps tot 320 kbps
VBR/CBROndersteund/Ondersteund
Bemonsteringsfrequentie
Kwantisering-bitrate16 bit
Kanaal2 kanalen
Bitrate16 kbps tot 320 kbps
VBR/CBROndersteund/Ondersteund
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz,
88,2 kHz, 96 kHz,
176,4 kHz, 192 kHz
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz
FLAC
c
.flac
AIFF
.aif
.aiff
Apple Lossless
.m4a
.mp4
a. MPEG Layer-3 audiodecodering-technologie gelicentieerd van
b. Bestanden gecodeerd met Windows Media Codec 9 kunnen
c. Niet gecomprimeerde FLAC-bestanden worden niet
Bemonsteringsfrequentie
Kwantisering-bitrate16 bit, 24 bit
Kanaal2 kanalen
Bemonsteringsfrequentie
Kwantisering-bitrate16 bit, 24 bit
Kanaal2 kanalen
Bemonsteringsfrequentie
Kwantisering-bitrate16 bit, 24 bit
Kanaal2 kanalen
Fraunhofer IIS en Thomson multimedia.
worden afgespeeld, maar sommige delen van de specificatie
worden niet ondersteund; in het bijzonder Pro, Lossless, Voice.
ondersteund. Pioneer garandeert geen weergave.
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz,
88,2 kHz, 96 kHz,
176,4 kHz, 192 kHz
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz,
88,2 kHz, 96 kHz, 176,4 kHz,
192 kHz
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz,
88,2 kHz, 96 kHz
Fotobestanden
ExtensieFormaat
JPEG
.jpgMoet voldoen aan de volgende condities:
•
Zorg ervoor dat het volume onder 48 kHz blijft wanneer u
tijdens een diavoorstelling een muziekbestand afspeelt.
• Baseline JPEG-indeling
• Y:Cb:Cr – 4:2:2
Basisbediening voor afspelen
Een met MHL compatible apparaat afspelen
MHL (Mobile High-definition Link) is een interfacestandaard
voor de overbrenging van digitale signalen met mobiele
apparaten. MHL ondersteunt multikanaals
kwaliteitsgeluidsgegevens en full-HD
beeldbestandsindelingen.
De beeldsignalen van het met MHL compatible apparaat
worden door de televisie die is aangesloten op de receiver
uitgevoerd; de geluidssignalen worden vanuit de speakers die
op de receiver of de televisie zijn aangesloten uitgevoerd.
Druk op STANDBY/ON
1
in te schakelen.
Zie Aansluiting van een met MHL compatible apparaat op
bladzijde 22.
Druk op
2
3
•
Apparaten die met MHL compatible zijn kunnen via de
afstandsbediening van de receiver worden bediend door de
MHL ROKU
maar afhankelijk van het gebruikte apparaat dat met MHL
compatible is, functioneren sommige toetsen mogelijk
niet.
•
Voor weergave op de televisie die op de receiver is
aangesloten vanaf een met MHL compatible apparaat dat
ook op de receiver is aangesloten, moet de receiver zijn
ingeschakeld.
MHL ROKU
receiver over te schakelen naar de MHL.
Selecteer de gewenste inhoud op het met MHL
compatible apparaat en speel het af.
-toets op de afstandsbediening in te drukken,
om de receiver en de televisie
van de afstandsbediening om de
4
9
58
30
Page 31
4
Opmerking
Opmerking
Apparaat met Bluetooth draadloze technologie:
mobiele telefoon
Apparaat met Bluetooth draadloze technologie:
Digitale muziekspeler
Apparaat zonder Bluetooth draadloze
technologie: Digitale muziekspeler + Bluetooth
audiozender (commercieel verkrijgbaar)
Muziekgegevens
Gebruik van de
afstandsbediening
Deze receiver
4
Muziekweergave via
Bluetooth
technologie (alleen VSX-824)
Op het systeem kan muziek worden afgespeeld die draadloos
op met Bluetooth uitgeruste apparatuur (mobiele telefoon,
digitale muziekspelers, enz.) is opgeslagen. Tevens kan een
Bluetooth audiotransmitter (afzonderlijk in de handel
verkrijgbaar) worden gebruikt, zodat muziek van apparatuur
kan worden afgespeeld die de Bluetooth-functionaliteit niet
heeft. Raadpleeg de gebruikershandleiding voor het met
Bluetooth uitgeruste apparaat voor meer gegevens.
•
Het merk Bluetooth® en de logo’s daarvan zijn
gedeponeerde handelsmerken van Bluetooth SIG, Inc.
PIONEER CORPORATION gebruikt deze onder licentie.
Andere handelsmerken en handelsnamen zijn eigendom
van de respectieve eigenaren.
draadloze
•
Het apparaat dat is uitgevoerd met Bluetooth draadloze
technologie moet A2DP-profielen ondersteunen.
•
Pioneer garandeert niet de juiste aansluiting en functies
van dit apparaat met alle apparatuur die is voorzien van
Bluetooth draadloze technologie.
Gebruik van de afstandsbediening
Met de afstandsbediening die bij dit systeem wordt geleverd
kunt u media afspelen en stopzetten en andere bewerkingen
uitvoeren.
•
Het apparaat dat is voorzien van Bluetooth draadloze
technologie moet AVRCP-profielen ondersteunen.
•
Bewerkingen van afstandsbedieningen kunnen niet
worden gegarandeerd voor alle apparaten die zijn voorzien
van Bluetooth draadloze technologie.
Paren met het systeem (eerste vastlegging)
De paring dient te worden uitgevoerd om muziek, die op een
met Bluetooth uitgerust apparaat is opgeslagen, af te spelen.
De paring moet worden uitgevoerd als het systeem voor het
eerst met het met Bluetooth uitgeruste apparaat wordt
gebruikt, of als de paringsgegevens van het apparaat om de
een of andere reden zijn gewist.
De paring moet worden uitgevoerd zodat er communicatie
kan plaatsvinden via Bluetooth draadloze technologie.
•
De paring wordt uitgevoerd de eerste keer dat u het
systeem en het met Bluetooth uitgevoerde apparaat samen
gebruikt.
•
Om communicatie via de Bluetooth draadloze technologie
te laten plaatsvinden dient de paring zowel op het systeem
als het met Bluetooth uitgeruste apparaat te worden
uitgevoerd.
•
Nadat de
BT ADPT
ingeschakeld, moet de paringsprocedure van het met
Bluetooth uitgeruste apparaat worden uitgevoerd. Als de
paring op de juiste wijze is uitgevoerd, hoeven de
paringsprocedures voor het systeem zoals hieronder
aangegeven niet te worden uitgevoerd.
Raadpleeg de gebruikershandleiding voor het met Bluetooth
uitgeruste apparaat voor meer gegevens.
is ingedrukt en de BT AUDIO-ingang is
Basisbediening voor afspelen
Druk op STANDBY/ON en schakel het apparaat in.
1
Druk op
BT ADPT
2
Het systeem gaat over op BT AUDIO en PAIRING wordt
op het voorpaneel van het systeem weergegeven.
Schakel het met Bluetooth uitgeruste apparaat
3
waarmee gepaard moet worden in en voer de
paringsprocedure uit.
De paring gaat van start.
•
Plaats het met Bluetooth uitgeruste apparaat dichtbij
het systeem.
•
Raadpleeg de gebruikershandleiding van het met
Bluetooth uitgeruste apparaat voor gegevens over
wanneer de paring kan worden uitgevoerd en de
procedures die voor de paring vereist zijn.
•
Als de pincode-ingang wordt gevraagd, moet 0000
worden ingevoerd. (Dit apparaat kan uitsluitend met
de pincode 0000 worden ingesteld.)
Bevestig op het met Bluetooth uitgeruste apparaat dat
4
de paring is voltooid.
Indien paring met het met Bluetooth uitgevoerde
apparaat op de juiste wijze is voltooid, wordt CONNECT
op het voorpaneel van het systeem weergegeven.
.
Luister naar muziek op het systeem vanaf een
met
Bluetooth
Druk op
1
Het systeem schakelt over op de BT AUDIO-ingang.
Een Bluetooth-aansluiting wordt tot stand gebracht
2
tussen het met Bluetooth uitgeruste apparaat en dit
systeem.
De procedures voor de aansluiting op dit systeem
moeten vanaf het met Bluetooth uitgeruste apparaat
worden uitgevoerd.
•
Raadpleeg de gebruikershandleiding van het met
Bluetooth uitgeruste apparaat voor gegevens over de
aansluitingsprocedures.
uitgerust apparaat.
BT ADPT
.
4
9
58
31
Page 32
4
Opmerking
Fav
RETURN
HOME
MENU
BANDPTY
4
•
Verbindt automatisch met het met Bluetooth
uitgevoerde apparaat waarop het laatstelijk was
aangesloten. Indien u een ander met Bluetooth
uitgevoerd apparaat wilt aansluiten, moet de
verbinding met het automatisch aangesloten apparaat
worden verbroken voordat op een ander apparaat
wordt aangesloten.
Speel muziek af vanaf het met Bluetooth uitgeruste
3
apparaat.
De toetsen van de afstandsbediening van de receiver
kunnen worden gebruikt voor standaardweergave van
bestanden die zijn opgeslagen op apparaten die zijn
voorzien van Bluetooth draadloze technologie.
•
Afhankelijk van het gebruikte apparaat dat is voorzien
van Bluetooth draadloze technologie, kan de bediening
afwijken van de bedieningstoetsen van de
afstandsbediening.
Wanneer u een bron beluistert drukt u op RECEIVER en
4
vervolgens herhaaldelijk op ADV om S.R AIR te
selecteren.
Waarschuwing radiogolven
Dit apparaat maakt gebruik van een radiogolffrequentie van
2,4 GHz, wat een band is die wordt gebruikt door andere
draadloze systemen (zie lijst hieronder). Om ruis of
onderbroken communicatie te voorkomen, dient u dit
apparaat niet in de buurt van dergelijke apparaten te
gebruiken, of dient u ervoor te zorgen dat die apparaten
tijdens het gebruik uitgeschakeld zijn.
•
Draadloze telefoons
•
Draadloze faxmachines
•
Magnetrons
•
Draadloze LAN-apparaten (IEEE802.11b/g)
•
Draadloze AV-apparatuur
•
Draadloze regelaars voor spelsystemen
•
Gezondheidsapparaten op basis van microgolven
•
Bepaalde babyphones
Andere, minder bekende apparatuur die op dezelfde
frequentie werkzaam kan zijn:
•
Antidiefstalsystemen
•
Amateurradiostations (HAM)
•
Logistieke beheersystemen in magazijnen
•
Discriminatiesystemen voor trein- of noodhulpvoertuigen
•
Ingeval zich ruis voordoet in het televisiebeeld, is het
mogelijk dat het apparaat met Bluetooth draadloze
technologie of dit systeem (alsmede producten die door dit
systeem worden ondersteund) signaalstoring veroorzaken
met de antenne-ingangsconnector van uw televisie, video,
satelliettuner, enz. Als dat het geval is, moet de afstand
tussen de antenne-ingangsconnector en het met Bluetooth
draadloze technologie uitgeruste apparaat of dit systeem
(alsmede producten die door dit systeem worden
ondersteund) worden vergroot.
•
Als er iets is dat de baan blokkeert tussen dit apparaat (met
inbegrip van apparaten die door dit apparaat worden
ondersteund) en de apparatuur die is voorzien van
Bluetooth draadloze technologie (zoals een metalen deur,
een betonwand of isolatie waarin aluminiumfolie is
verwerkt), kan het zijn dat u de plaats van uw systeem moet
veranderen om signaalruis en onderbrekingen te
voorkomen.
Omvang van de werking
Gebruik van dit apparaat is beperkt tot thuisgebruik. (De
zendafstand kan minder zijn als gevolg van de
communicatieomgeving.)
In de volgende locaties kan het geluid worden onderbroken of
gestopt als gevolg van slechte omstandigheden of het niet
kunnen ontvangen van radiogolven:
•
In gebouwen met gewapend beton of woningen gemaakt
met stalen of ijzeren dragende delen.
•
In de buurt van metalen meubilair.
•
In een menigte mensen of in de buurt van een gebouw of
een obstakel.
•
Op een locatie die is blootgesteld aan het magnetische
veld, statische elektriciteit of radiogolfinterferentie van
radiocommunicatieapparatuur die gebruik maakt van
dezelfde frequentieband (2,4 GHz) als dit apparaat, zoals
een 2,4 GHz draadloos LAN-apparaat (IEEE802.11b/g) of
een magnetron.
32
Basisbediening voor afspelen
•
Wanneer u in een dichtbevolkt woongebied woont
(appartement, rijtjeshuis enz.) en de magnetron van uw
buren in de buurt van uw systeem is geplaatst, kunt u last
hebben van radiogolfinterferentie. Wanneer dit gebeurt,
verplaatst u het apparaat naar een andere plek. Wanneer
de magnetron niet wordt gebruikt, is er geen
radiogolfinterferentie.
Weerkaatsingen van radiogolven
De radiogolven die door dit apparaat worden ontvangen zijn
de radiogolven die rechtstreeks afkomstig zijn van het
apparaat dat is voorzien van Bluetooth draadloze technologie
(directe golven) en de golven die vanuit verschillende
richtingen komen als gevolg van de weerkaatsingen tegen
muren, meubilair en gebouw (weerkaatste golven). De
weerkaatste golven (als gevolg van obstakels en reflecterende
voorwerpen) produceren daarnaast opnieuw een
verscheidenheid aan weerkaatste golven alsmede een variatie
in ontvangstomstandigheden, afhankelijk van de locaties.
Wanneer de audio als gevolg van dit verschijnsel niet meer
correct kan worden ontvangen, kunt u proberen de locatie van
het apparaat dat is voorzien van Bluetooth draadloze
technologie iets te veranderen. Geluid kan ook worden
onderbroken vanwege de gereflecteerde golven wanneer
iemand de ruimte tussen dit systeem en het met Bluetooth
draadloze technologie uitgevoerde apparaat doorkruist of
benadert.
Voorzorgsmaatregelen betreffende de
aansluiting op producten die door dit apparaat
worden ondersteund
•
Zorg dat de aansluitingen voor alle apparatuur die door dit
apparaat wordt ondersteund, inclusief alle audiosnoeren
en netsnoeren, is voltooid voordat u de verbinding met dit
apparaat maakt.
•
Nadat de aansluitingen op dit apparaat zijn voltooid, moet
u controleren of de audiosnoeren en netsnoeren niet
samen zijn gebundeld.
•
Controleer bij het loskoppelen van het apparaat of er
voldoende werkruimte rondom het apparaat is.
•
Wanneer u de aansluiting wijzigt van de audiosnoeren of
andere snoeren voor producten die door dit apparaat
worden ondersteund, moet u controleren of er voldoende
werkruimte rondom het apparaat is.
4
9
58
Page 33
4
Belangrijk
Apparaat met Bluetooth draadloze technologie:
mobiele telefoon
Apparaat met Bluetooth draadloze technologie:
Digitale muziekspeler
Apparaat zonder Bluetooth draadloze
technologie: Digitale muziekspeler + Bluetooth
audiozender (commercieel verkrijgbaar)
Muziekgegevens
Gebruik van de
afstandsbediening
Bluetooth®
ADAPTER
Deze receiver
4
Basisbediening voor afspelen
Bluetooth® ADAPTER voor draadloos
muziekgenot (alleen VSX-529)
Draadloos muziek afspelen
Wanneer de Bluetooth ADAPTER (Pioneer-modelnr. ASBT100 of AS-BT200) is aangesloten op deze eenheid, kan een
product dat is voorzien van Bluetooth draadloze technologie
(mobiele telefoon, digitale muziekspeler, enz.) worden
gebruikt om draadloos muziek te beluisteren. Door gebruik te
maken van een commercieel verkrijgbare zender die
Bluetooth draadloze technologie ondersteunt, kunt u muziek
beluisteren op een apparaat dat niet is voorzien van Bluetooth
draadloze technologie. Het AS-BT100 en AS-BT200 model
ondersteunt SCMS-T inhoudbescherming, zodat muziek kan
worden afgespeeld op apparaten die zijn voorzien van SCMST type Bluetooth draadloze technologie.
•
Het apparaat dat is voorzien van Bluetooth draadloze
technologie dient A2DP-profielen te ondersteunen.
•
Pioneer garandeert niet de juiste aansluiting en functies
van dit apparaat met alle apparatuur die is voorzien van
Bluetooth draadloze technologie.
•
Na het inschakelen duurt het ongeveer één minuut voordat
het opstarten volledig is voltooid.
Gebruik van de afstandsbediening
Met de afstandsbediening die bij dit systeem wordt geleverd
kunt u media afspelen en stopzetten en andere bewerkingen
uitvoeren.
•
Het apparaat dat is voorzien van Bluetooth draadloze
technologie dient AVRCP-profielen te ondersteunen.
•
Bewerkingen van afstandsbedieningen kunnen niet
worden gegarandeerd voor alle apparaten die zijn voorzien
van Bluetooth draadloze technologie.
Paren (Pairing) van de
apparaat dat is voorzien van
Bluetooth
ADAPTER met het
Bluetooth
draadloze
technologie
“Koppeling” dient te worden uitgevoerd voordat u het afspelen
van de Bluetooth draadloze technologieinhoud start met
gebruik van de Bluetooth ADAPTER. Pairing dient te worden
uitgevoerd de eerste keer dat u het systeem gebruikt of nadat
de paringsgegevens zijn gewist. “Koppeling” is de
noodzakelijke stap voor het registreren van het apparaat dat is
voorzien van Bluetooth draadloze technologie om Bluetooth-
communicaties in te schakelen. Voor meer informatie,
raadpleeg tevens de handleiding van uw apparaat dat is
voorzien van Bluetooth draadloze technologie.
•
Paring is verplicht bij het eerste gebruik van het apparaat
dat is voorzien van Bluetooth draadloze technologie en de
Bluetooth ADAPTER.
•
Om Bluetooth-communicatie in te schakelen, dient paring
te worden uitgevoerd op zowel uw systeem en het apparaat
dat is voorzien van Bluetooth draadloze technologie.
•
Indien de beveiligingscode van het apparaat dat gebruik
maakt van Bluetooth draadloze technologie “0000” is, dan
hoeft de beveiligingscode niet op de receiver te worden
ingesteld. Druk op
BT ADPT
om de ADAPTER-ingang te
wijzigen, voer daarna de paring uit op het met Bluetooth
draadloze technologie uitgevoerde apparaat. Als het
koppelen met succes is voltooid, is het niet nodig de
koppelingshandelingen hieronder uit te voeren.
•
Alleen bij gebruik van de AS-BT200: Dit toestel voldoet aan
de Bluetooth specificaties Ver. 2.1. Wanneer dit toestel en
een ander apparaat dat is uitgerust met Bluetooth
draadloze technologie allebei voldoen aan de Bluetooth
specificaties Ver. 2.1, kunnen ze zonder wachtwoord aan
elkaar gekoppeld worden.
In een dergelijk geval is het wel mogelijk dat er een
wachtwoord wordt getoond op deze receiver en op het
andere apparaat met Bluetooth draadloze technologie. Als
dit zich voordoet, controleer dan of hetzelfde wachtwoord
op deze receiver wordt weergegeven, en dat het apparaat is
voorzien van Bluetooth draadloze technologie, en druk
daarna of
ENTER
koppelingshandeling op het Bluetooth-apparaat in kwestie
uit. Als het wachtwoord niet overeenkomt met de code die
op het aan te sluiten Bluetooth-apparaat wordt
weergegeven, druk dan op
annuleren en probeer nogmaals.
Druk op
ingang en voer vervolgens de vereiste
koppelingshandelingen uit op de gebruikte apparatuur met
Bluetooth draadloze technologie. Als het koppelen met
succes is voltooid, is het niet nodig de
koppelingshandelingen hieronder uit te voeren.
•
Koppel slechts één apparaat tegelijkertijd.
•
Wanneer u deze receiver via Bluetooth verbindt met
apparatuur met een Bluetooth-functie om naar muziek te
luisteren, moet u geen andere apparatuur dan deze
receiver via Bluetooth verbinden met het Bluetooth-
weergavetoestel. Als er al een Bluetooth-verbinding tot
stand is gebracht met andere apparatuur dan deze
receiver, koppel dan eerst die andere apparatuur los voor u
deze receiver probeert te koppelen.
. Voer vervolgens de vereiste
RETURN
om paring te
BT ADPT
om over te schakelen naar de ADAPTER-
4
9
58
33
Page 34
4
Opmerking
Fav
RETURN
HOME
MENU
BANDPTY
4
Basisbediening voor afspelen
Druk op BT
1
ingang over te schakelen.
Druk op
2
Gebruik
3
ENTER
Selecteer via
4
8888, en druk daarna op
U kunt enkele van de PIN-codes 0000/1234/8888
gebruiken. Apparaten die zijn voorzien van Bluetooth
draadloze technologie die enige andere PIN-code
gebruiken kunnen niet met dit systeem worden gebruikt.
Schakel het apparaat dat is voorzien van Bluetooth
5
draadloze technologie in dat u wilt paren, plaats het
dicht bij het systeem en stel het in op de modus paren.
Controleer of de Bluetooth ADAPTER is gedetecteerd
6
door het apparaat dat is voorzien van Bluetooth
draadloze technologie.
Wanneer het apparaat dat is voorzien van Bluetooth
draadloze technologie is aangesloten:
De naam van het apparaat dat is voorzien van Bluetooth
draadloze technologie verschijnt op de display van de
receiver.
•
Wanneer het apparaat dat is voorzien van Bluetooth
draadloze technologie niet is aangesloten:
WAITING wordt weergegeven op het scherm van de
receiver. In dat geval kunt u de aansluiting doen vanaf de
zijkant van het apparaat dat is voorzien van Bluetooth
draadloze technologie.
Uit de apparatenlijst van het apparaat dat is voorzien
7
van Bluetooth draadloze technologie selecteert u
Bluetooth ADAPTER en voert u de PIN-code in die u in
stap 4 hebt geselecteerd.
•
ADPT
om de receiver op de ADAPTER-
TOP MENU
/
.
Het systeem kan uitsluitend alfanumerieke tekens
weergeven. Andere tekens worden mogelijk niet juist
weergegeven.
Een PIN-code wordt ook wel een PASSKEY genoemd.
om Bluetooth Setup te selecteren.
om PIN te selecteren en druk dan op
/
één van de Pincodes 0000, 1234 of
ENTER
.
Muziekinhoud beluisteren van apparaten die zijn
voorzien van
Uw Systeem
Druk op BT
1
ingang over te schakelen.
Sluit het apparaat aan vanaf de zijkant van het
2
apparaat dat is voorzien van Bluetooth draadloze
technologie op de Bluetooth ADAPTER.
•
Begin met afspelen van de muziekinhoud die is
3
opgeslagen op het apparaat dat is voorzien van
Bluetooth draadloze technologie.
De toetsen van de afstandsbediening van de receiver
kunnen worden gebruikt voor standaardweergave van
bestanden die zijn opgeslagen op apparaten die zijn
voorzien van Bluetooth draadloze technologie.
•
•
Druk op
4
S.R AIR te selecteren terwijl u een bron beluistert.
Bluetooth
ADPT
Wanneer de Bluetooth-ADAPTER niet in het ADAPTER
PORT-aansluitpunt is ingestoken, verschijnt NO ADP
als ADAPTER-ingang wordt geselecteerd.
Apparaten die zijn voorzien van Bluetooth draadloze
technologie dienen compatible te zijn met het AVRCPprofiel.
Afhankelijk van het gebruikte apparaat dat is voorzien
van Bluetooth draadloze technologie, kan de bediening
afwijken van de bedieningstoetsen van de
afstandsbediening.
RECEIVER
draadloze technologie met
om de receiver op de ADAPTER-
en daarna herhaaldelijk op
ADV
om
Het merk Bluetooth® en de logo’s daarvan zijn gedeponeerde
handelsmerken van Bluetooth SIG, Inc. PIONEER
CORPORATION gebruikt deze onder licentie. Andere
handelsmerken en handelsnamen zijn eigendom van de
respectieve eigenaren.
•
Als op dit apparaat een iPad wordt aangesloten of
verwijderd terwijl muziek van een apparaat dat is uitgerust
met Bluetooth draadloze technologie wordt afgespeeld,
wordt de verbinding met het apparaat dat is uitgerust met
Bluetooth draadloze technologie mogelijk verbroken.
4
9
58
34
Page 35
4
Opmerking
Tip
MUTE
BD
AUTO SURR ADV
DVD
iPod
TUN
GAME
SAT
CD
TV
HDMI
MHL
BT
NET
TUN
ENTER
Fav
RETURN
HOME
MENU
BAND PTY
4
Basisbediening voor afspelen
Luisteren naar de radio
Hieronder wordt beschreven hoe u afstemt op FM- en AMradiozenders met de automatische (zoek) en handmatige
(stap) afstemfuncties. Wanneer op een zender is afgestemd,
kunt u de frequentie opslaan in het geheugen en deze later
opnieuw oproepen – zie Voorkeurzenders opslaan
voor meer informatie over de juiste procedure.
1
2
3
Kies de tuner door op
Druk indien nodig op
AM) te wijzigen.
Met elke druk op de toets schakelt de band tussen FM
(stereo of mono) en AM.
Stem af op een station.
Dit kan op drie manieren:
Automatisch afstemmen
Om de zenders in de momenteel geselecteerde band te
zoeken, drukt u
seconde ingedrukt. De receiver begint te zoeken naar de
volgende zender en stopt wanneer een zender is
gevonden. Herhaal deze stap om nog meer zenders te
zoeken.
Handmatig afstemmen
Druk op
TUNE +/–
wijzigen.
Afstemmen met hoge snelheid
TUNE +/–
Houd
snelheid.
TUNER
te drukken.
BAND
om de golfband (FM of
TUNE +/–
in en houdt u deze circa een
om de frequentie stap voor stap te
ingedrukt om af te stemmen met hoge
hieronder
FM-geluid verbeteren
Als de TUNE- of ST-indicatoren niet gaan branden wanneer op
een FM-station wordt afgestemd omdat het signaal zwak is,
kunt u de receiver op de mono-ontvangstmodus zetten.
Druk op
BAND
Hierdoor verbetert de geluidskwaliteit gewoonlijk en kunt
u ongestoord luisteren naar de uitzending.
om FM MONO te selecteren.
Voorkeurzenders opslaan
Als u vaak naar een bepaalde zender luistert, is het handig dat
u de frequentie opslaat in het geheugen van de receiver om
hem later makkelijk te kunnen oproepen. Zo hoeft u niet
telkens handmatig af te stemmen op de zender. In dit
apparaat kunt u maximaal 30 zenders in het geheugen
opslaan.
STANDBY/ON
SLEEP
SOURCE
RECEIVER SIGNAL SEL
S.SEL ECO
INPUTCTRL
BD
GAME
HDMI
DVD
SAT
MHL
iPod
CD
BT
TUN
TUN
TV
NET
Stem af op de gewenste zender.
1
Zie Luisteren naar de radio hierboven voor meer
informatie.
Druk op
TOOLS
2
In het scherm wordt PRESET weergegeven en vervolgens
een knipperende MEM en de geheugenpositie.
Druk op
3
selecteren waarnaar u wilt luisteren.
U kunt hiervoor ook de cijfertoetsen gebruiken.
Druk op
4
Het voorkeuzenummer stopt met knipperen en de
receiver slaat het station op.
.
PRESET +/–
ENTER
.
AUDIO P.
TOP
MENU
HOME
MENU
ENTER
ENTER
BAND PTY
TOOLS
TOOLS
MENU
MENU
RETURN
om de voorkeurzender te
Fav
CLR
35
•
Wanneer de receiver langer dan een maand niet op het
lichtnet is aangesloten, gaan de zendergeheugens verloren
en moeten deze opnieuw worden geprogrammeerd.
•
De stations worden in stereo opgeslagen. Wanneer het
station in de stand FM MONO wordt opgeslagen, verschijnt
dit als ST wanneer het wordt opgeroepen.
Luisteren naar voorkeurzenders
Dit kan alleen als voorkeurzenders zijn opgeslagen. Zie
Voorkeurzenders opslaan
gedaan.
Druk op
PRESET +/–
selecteren waarnaar u wilt luisteren.
•
U kunt de voorkeuzezender ook oproepen met de
cijfertoetsen op de afstandsbediening.
hierboven als u dit nog niet hebt
om de voorkeurzender te
Voorkeurzenders benoemen
Om zenders gemakkelijker te kunnen herkennen, kunt u alle
voorkeurzenders benoemen.
Kies de voorkeurzender die u een naam wilt geven.
1
Zie Luisteren naar voorkeurzenders hierboven voor verdere
aanwijzingen.
Druk tweemaal op
2
De cursor bij de eerste tekenpositie knippert in het
scherm.
Voer de gewenste naam in.
3
Kies een naam van maximaal acht tekens lang.
•
Gebruik
•
Gebruik
•
De naam wordt opgeslagen, wanneer
ingedrukt.
•
Om een zendernaam te wissen, volgt u stappen 1 en 2 en
drukt u op
TOOLS
behouden.
ENTER
terwijl het scherm leeg is om de vorige naam te
TOOLS
.
/
om de positie van de tekens te kiezen.
/
om tekens te kiezen.
ENTER
terwijl het scherm leeg is. Druk op
wordt
4
9
58
Page 36
4
Opmerking
SLEEP
INPUTCTRL
BD
DVD
iPod
TUN
GAME
SAT
CD
TV
HDMI
MHL
BT
NET
S.SEL ECO
STANDBY/ON
RECEIVER SIGNAL SEL
SOURCE
TUN
ENTER
CLR
Fav
RETURN
AUDIO P.
TOP
MENU
HOME
MENU
TOOLS
MENU
BANDPTY
ENTER
4
•
Zodra u een geheugenpositie benoemd hebt, drukt u op
DISP
om de naam weer te geven. Wanneer u terug wilt
keren naar de frequentieweergave, drukt u meerdere malen
op
DISP
om de frequentie weer te geven.
Een inleiding tot RDS
RDS (Radio Data System – radiogegevenssysteem) is een
systeem dat de meeste FM-radiozenders gebruiken om
luisteraars informatie te verschaffen – bijvoorbeeld de naam
van de zender en het soort uitzending dat ze verzorgen.
Met RDS kunt u zoeken naar typen programma’s. U kunt
bijvoorbeeld een station zoeken dat het programmatype JAZZ
uitzendt op dit moment.
U kunt naar de volgende soorten programma’s zoeken:
NEWS – Nieuws
AFFAIRS – Actualiteiten
INFO – Algemene informatie
SPORT – Sport
EDUCATE – Educatief
DRAMA – Hoorspelen e.d.
CULTURE – Nationale of
regionale cultuur, theater enz.
SCIENCE – Wetenschap en
technologie
VARIED – Meestal
praatprogramma’s, zoals
quizzen of interviews.
POP M – Popmuziek
ROCK M – Rockmuziek
EASY M – ‘Easy listenning’
rustige populaire muziek
LIGHT M – ‘Lichte’ klassieke
muziek
CLASSICS – ‘Serieuze’
klassieke muziek
OTHER M – Muziek die niet in
een van bovenstaande
categorieën valt
WEATHER – Weerberichten
FINANCE – Beursberichten,
financieel en zakelijk nieuws
enz.
CHILDREN –
Kinderprogramma’s
SOCIAL – ‘Human interest’,
programma’s over sociale
aangelegenheden
RELIGION – Religieuze
programma’s
PHONE IN – Programma’s
waarin mensen telefonisch
hun mening kunnen geven
TRAVEL – Programma’s over
reizen (maar geen
verkeersinformatie)
LEISURE – Hobby en vrije tijd
JAZZ – Jazz
COUNTRY –
Country&Western-muziek
NATION M – Populaire muziek
in een andere taal dan Engels
OLDIES – Gouwe ouwen
(muziek uit de jaren 50 en 60)
FOLK M – Volksmuziek
DOCUMENT – Documentaires
•
Daarnaast zijn er nog drie programmatypen: ALARM, ALARMTST en NO TYPE. ALARM en ALARMTST worden
gebruikt voor noodsituaties. Wanneer een programmatype
niet kan worden gevonden, verschijnt NO TYPE.
36
Basisbediening voor afspelen
Zoeken naar RDS-programma’s
U kunt naar een van de hierboven genoemde
programmatypen zoeken.
Druk op
TUNER
1
band te selecteren.
•
RDS wordt alleen uitgezonden op de FM-band.
Druk op
2
SEARCH verschijnt op het display.
Druk op
3
selecteren waarnaar u wilt luisteren.
Druk op
4
Het systeem begint met zoeken door de vooraf ingestelde
functies van het station totdat een overeenkomstige functie is
gevonden. Herhaal deze stap om nog meer zenders te zoeken.
Als NO PTY op het display verschijnt, betekent dit dat de tuner
op dit moment geen programma van het gewenste type heeft
kunnen vinden.
RDS zoekt alleen onder de opgeslagen voorkeurzenders. Als
er geen zenders zijn opgeslagen of als op geen van de
voorkeurzenders het gewenste programmatype wordt
gevonden, verschijnt NO PTY op het display.
en vervolgens op
PTY
.
PRESET +/–
ENTER
om het programmatype te
om naar dit programmatype te zoeken.
FINISH betekent dat de zoekopdracht is voltooid.
BAND
om de FM-
4
9
58
Page 37
Hoofdstuk
Belangrijk
Opmerking
MUTE
AUTOSURRADV
TUNTVNET
AUDIO P.
TOP
MENU
TOOLS
MENU
AUTO SURR ADV
5
5
Luisteren naar uw systeem
Kiezen van de luistermodus
Deze receiver biedt een verscheidenheid aan luistermodes
voor de weergave van verschillende audioformaten. Kies er
een in overeenstemming met uw luidsprekeromgeving of de
bron.
Terwijl u naar een bron luistert drukt u herhaald op de
luistermodustoets om de gewenste luistermodus te
kiezen.
•
De luistermodus wordt op de display van het voorpaneel
getoond.
•
De luistermodi en veel functies die in dit gedeelte staan
beschreven, zijn wellicht niet beschikbaar vanwege de
huidige bron, instellingen en status van de ontvanger.
Automatische weergave
De eenvoudigste en meest directe luisteroptie wordt
verkregen met de functie AUTO SURROUND. In deze functie
herkent de receiver automatisch welk soort bron u afspeelt en
selecteert hij multikanaals of stereoweergave, al naar gelang
het geval.
•
Druk herhaald op
de display verschijnt (vervolgens verschijnt het decodeer- of
weergaveformaat). De indicatoren voor digitale indeling op
het scherm geven aan wat voor type bron wordt
weergegeven.
AUTO
totdat AUTO SURROUND kort in
AUTO
AUTO SURROUND
STREAM DIRECT
•
Stereo-surround (matrix) formaten worden gedecodeerd
met behulp van NEO:6 CINEMA (zie Luisteren in
surroundgeluid hieronder voor verdere informatie over deze
decoderingsformaten).
•
Als u naar de ADAPTER-ingang luistert, wordt de S.R AIRfunctie automatisch geselecteerd (zie Gebruik van de
Advanced Surround op bladzijde 38 voor meer gegevens
hierover).
ALC/
Luisteren in surroundgeluid
Met deze receiver kunt u elke bron beluisteren in
surroundgeluid. De beschikbare opties hangen evenwel af
van uw luidsprekeropstelling en het soort bron dat u
beluistert.
•
Als de bron gecodeerd is met Dolby Digital, DTS of Dolby
Surround, wordt automatisch het juiste
decoderingsformaat gekozen en getoond op het display.
Wanneer u STEREO ALC (Auto Level Control-stereomodus)
selecteert, dan reguleert dit apparaat de weergave van de
geluidsniveau’s ingeval ieder geluidsniveau per muziekbron
verschilt die in een draagbare audiospeler is opgenomen.
Wanneer u STEREO selecteert, hoort u de bron alleen via de
linker- en rechtervoorluidsprekers (en soms ook via de
subwoofer, afhankelijk van de luidsprekerinstellingen). Dolby
Digital en DTS meerkanaals geluidsbronnen worden
teruggebracht tot stereo.
De volgende modi bieden een basissurroundgeluid voor
stereo- en meerkanaalsbronnen.
/
SURR
STANDARD SURR
Soort surroundmodesGeschikte bronnen
Tweekanaalsbronnen
STEREO ALCZie hierboven.
DOLBY PLII MOVIEFilm
DOLBY PLII MUSIC
DOLBY PLII GAMEVideog ames
NEO:6 CINEMA
NEO:6 MUSIC
DOLBY PRO LOGICOude films
Straight DecodeGeen toegevoegde effecten
STEREO
Multikanaalsbronnen
STEREO ALCZie hierboven.
DTS NEO:6Film/Music
Straight DecodeGeen toegevoegde effecten
STEREO
a. U kunt tevens het C.WIDTH, DIMEN., en PNRM.-effect
instellen (zie De audio-opties instellen op bladzijde 39).
b. Ook kan het C.IMG-effect worden aangepast (zie De audio-
opties instellen op bladzijde 39).
c. De audio wordt weergegeven met uw surround-instellingen. U
kunt nog steeds de functies Midnight, Loudness Phase
Control, geluidsherstel en Tone gebruiken.
a
b
b
c
c
Music
Film
Music
Zie hierboven.
Zie hierboven.
4
9
58
37
Page 38
5
Opmerking
ADVANCED
SURROUND
ADV
Luidspreker
linksvoor
Luidspreker
rechtsvoor
AUTO SURROUND
/
STREAM DIRECT
AUTO
5
Gebruik van de Advanced Surround
De functie voor geavanceerde surround creëert een
verscheidenheid aan surroundeffecten. Probeer de
verschillende modi met verschillende geluidssporen uit om te
zien wat u bevalt.
ACTIONOntworpen voor actiefilms met dynamische
DRAMADeze functie is speciaal bedoeld voor films
ADVANCED GAME Geschikt voor videospellen.
SPORTSGeschikt voor sportprogramma’s.
CLASSICALGeeft geluid zoals in een grote concertzaal.
ROCK/POPCreëert het geluid van een ‘live’ concert van
EXT.STEREOGeef t meerkanaals geluid bij een
ECO MODE 1Verlaag het energieverbruik. Geschikt voor
ECO MODE 2Verlaag het energieverbruik nog verder dan
•
Tijdens de ECO Mode kan de helderheid tussen 2 niveaus
worden afgewisseld. Als het meest gedimde niveau wordt
geselecteerd, verschijnt DIMMER in de display. (Andere
modes dan ECO: 4 niveaus, ECO Mode: 2 niveaus)
geluidssporen.
met veel gesproken tekst.
rock- en/of popmuziek.
stereobron, met gebruik van alle
luidsprekers.
materiaal dat gewoonlijk op een hoog
niveau worden afgespeeld (voornamelijk
muziek).
ECO MODE 1. Geschikt voor materiaal met
een groter dynamisch bereik (voornamelijk
speelfilms).
•
ECO MODE schakelt automatisch uit (OFF) als op andere
luistermodes wordt ingesteld (Advanced Surround Mode
en Auto Surround Mode).
F.S.S.ADVANCE
(Front Stage
Surround
ADVANCE)
S.R AIR (Sound
Retriev er AIR )
PHONES SURRGeeft een volwaardig surround-geluid
Hiermee verkrijgt u natuurlijke
surroundgeluideffecten terwijl alleen de
voorluidsprekers en de subwoofer worden
gebruikt.
Gebruik deze functie voor een rijk
surroundeffect gericht op het midden waar
de geluidsprojectie van de linker en de
rechter voorluidspreker samenvalt.
Geschikt voor het luisteren naar geluid
vanaf een apparaat dat is voor zien van
Bluetooth draadloze technologie.
De S.R AIR-luistermodus kan slechts
worden geselecteerd wanneer de
ADAPTER, BT AUDIO-ingang wordt
gebruikt.
wanneer u met een hoofdtelefoon luistert.
Luisteren naar uw systeem
Stream Direct gebruiken
Gebruik de Stream Direct-modi wanneer u een zo getrouw
mogelijke reproductie van een bron wilt horen. Alle
overbodige signaalverwerking wordt genegeerd.
AUTO SURROUND Zie Automatische weergave op bladzijde 37.
DIRECTHet geluid van bronnen kan worden
PURE DIRECTAnaloge en PCM-geluidsbronnen worden
weergegeven overeenkomstig de
instellingen die in de Manual SP-setup zijn
gedaan (luidsprekerinstelling,
kanaalniveau, luidsprekerafstand), en
tevens door middel van dual monoinstellingen. U hoort bronnen
overeenkomstig het aantal kanalen in het
signaal.
Phase Control, Acoustic Calibration EQ,
Sound Delay, Auto Delay, LFE Attenuate en
Center image-functies zijn beschikbaar.
weergegeven zonder digitale verwerking.
Sound Retriever gebruiken
Wanneer audiogegevens worden verwijderd tijdens het
compressieproces, lijdt de geluidskwaliteit vaak aan een
ongelijk geluidsbeeld. De Sound Retriever-functie maakt
gebruik van nieuwe DSP-technologie waarmee het geluid van
cd-kwaliteit kan worden hersteld voor gecomprimeerde
2-kanaals-audio door de geluidsdruk te herstellen en hakerige
storingen glad te strijken die achterblijven na compressie.
(Zie De audio-opties instellen
op bladzijde 39).
Luisteren met akoestische kalibratie EQ
U kunt naar bronnen luisteren met behulp van de akoestische
frequentiekalibratie die ingesteld is in Automatische instelling
van surroundgeluid (MCACC ) op bladzijde 24. Zie de vermelde
bladzijden voor meer informatie over akoestische kalibratieegalisatie.
(Zie De audio-opties instellen
op bladzijde 39).
4
9
58
38
Page 39
5
Belangrijk
5
Luisteren naar uw systeem
De audio-opties instellen
Er zijn een aantal extra geluidsinstellingen die u kunt maken
in het menu AUDIO PARAMETER. De standaardwaarden,
indien niet vermeld, zijn vetgedrukt aangegeven.
•
Let op, wanneer een instelling niet wordt weergegeven in
het AUDIO PARAMETER-menu, is het niet beschikbaar
vanwege de huidige bron, instellingen en status van de
receiver.
ENTER
ENTER
BAND PTY
.
TOOLS
MENU
RETURN
RETURN
MUTE
Fav
AUTO SURR ADV
AUDIO P.
en dan op
AUDIO P.
TOP
TOP
MENU
MENU
HOME
MENU
AUDIO P.
STANDBY/ON
SLEEP
SOURCE
RECEIVER
RECEIVERSIGNAL SEL
CTRL
BD
DVD
iPod
Druk op
1
Gebruik
2
afstellen.
Afhankelijk van de huidige status/modus van de receiver
kunnen bepaalde opties wellicht niet worden
geselecteerd. Raadpleeg de onderstaande tabel voor
opmerkingen hieronder.
Gebruik
3
Raadpleeg de onderstaande tabel voor de beschikbare
opties voor elke instelling.
Druk op
4
sluiten.
INPUTCTRL
S.SEL ECO
GAME
HDMI
SAT
MHL
CD
BT
RECEIVER
/
om de instelling te selecteren die u wilt
/
om deze naar wens in te stellen.
RETURN
om te bevestigen en het menu af te
Instelling / WerkingOptie(s)
EQ (Akoestische frequentiekalibratie)
Schakelt het effect van de akoestische
frequentiekalibratie in/uit.
S.DELAY (Geluidsvertraging)
Sommige monitoren hebben een kleine
vertraging wanneer video wordt weergegeven,
zodat het geluidsspoor niet geheel synchroon
loopt met het beeld. Door een kleine
vertraging in te stellen, kunt u het geluid
afstemmen op de weergave van de video.
MIDNIGHT/LOUDNESS
Met de MIDNIGHT-functie verkrijgt u een
effectief surroundgeluid bij films met een lage
geluidssterkte.
Met LOUDNESS verkrijgt u geschikte lage en
hoge tonen uit muziekbronnen bij een lage
geluidssterkte.
S.RTV (Geluidsherstel)
Met deze functie wordt het effect van Sound
Retriever in- en uitgeschakeld (ON/OFF).
DUAL MONO
Hiermee geeft u op hoe tweevoudig monogecodeerde Dolby Digital-geluidssporen
moeten worden afgespeeld.
b
0 tot 500 ms
(1 stap : 5 ms)
Standaard: 0
M/L OFF
MIDNIGHT
LOUDNESS
OFF
CH1 – Alleen
kanaal 1 is
hoorbaar
CH2 – Alleen
kanaal 2 is
hoorbaar
CH1 CH2 – Beide
kanalen zijn
hoorbaar vanuit
voorluidsprekers
F.PCM (Permanente PCM)
Dit is bijvoorbeeld handig als het even duurt
voordat met OFF het PCM-signaal op een CD
wordt herkend.
Wanneer ON is geselecteerd, kunt u ruis
horen bij het afspelen van niet-PCM-bronnen.
Selecteer een ander ingangssignaal als dit
een probleem is.
ON
OFF
ON
de
OFF
ON
Instelling / WerkingOptie(s)
4
DRC (Regeling van het dynamisch bereik)
Hiermee stelt u het niveau van het
dynamische bereik in voor filmgeluidssporen
die geoptimaliseerd zijn voor Dolby Digital,
DTS, Dolby Digital Plus, Dolby TrueHD, DTSHD en DTS-HD Master Audio (deze functie
wilt u wellicht gebruiken voor het luisteren
naar surroundgeluid bij lage volumes).
LFE ATT (LFE verzwakken)
Sommige Dolby Digital- en DTS-audiobronnen
bevatten ultralage bastonen. Stel indien nodig
de LFE-verzwakking in om te voorkomen dat
de ultralage bastonen het geluid van de
luidsprekers vervormen.
De LFE is niet begrensd wanneer het is
ingesteld op 0 dB, wat de aanbevolen waarde
is. Wanneer het ingesteld is op –15 dB, is de
a
LFE begrensd tot de betreffende waarde.
Wanneer OFF is geselecteerd, zal er geen
geluid via het LFE-kanaal worden
weergegeven.
SACD G. (SACD-versterkingsfactor)
Zorgt voor gedetailleerde weergave van
SACD’s door maximaliseren van het
dynamisch bereik (tijdens digitale
signaalverwerking).
HDMI (HDMI-geluid)
Geeft de route op van het HDMI-audiosignaal
vanuit deze receiver (AMP) of thru naar een
TV (THRU). Wanneer THRU geselecteerd is,
wordt er geen geluid weergegeven via deze
receiver.
De HDMI Audio-instelling kan niet veranderd
worden wanneer er een gesynchroniseerde
versterkerbediening wordt uitgevoerd
(bladzijde 56).
d
AUTO
MAX
MID
OFF
0 (0 dB)
5 (–5 dB)
10 (–10 dB)
15 (–15 dB)
20 (–20 dB)
** (OFF)
0 (0 dB)
+6 (+6 dB)
AMP
THRU
c
9
58
39
Page 40
5
5
Luisteren naar uw systeem
Instelling / WerkingOptie(s)
A.DLY (Auto vertraging)
Deze functie corrigeert automatisch de audionaar-video-vertraging tussen componenten
die met een HDMI-kabel zijn aangesloten. De
audiovertragingstijd is ingesteld op basis van
de bedrijfsstatus van het scherm dat via een
HDMI-kabel is aangesloten. De videovertragingstijd wordt automatisch aangepast
overeenkomstig de audio-vertragingstijd.
PHASE CTRL (Phase Control)
De Phase Control-functie zorgt voor correcties
op de faserespons zodat uw geluidsbron bij de
luisterpositie geen vertraging ondervindt en
ongewenste vervorming en/of verkleuring van
het geluid wordt voorkomen.
Phase Control-technologie zorgt voor een
coherente geluidsreproductie dankzij het
gebruik van faseafstemming voor een
optimaal geluidsbeeld op uw beluisterpositie.
De standaardinstelling is ingeschakeld en we
adviseren de Phase Control ingeschakeld te
laten voor alle geluidsbronnen.
C.WIDTH (Breedte middenkanaal)
(Alleen van toepassing bij gebruik van een
middenluidspreker)
Spreid het middenkanaal tussen de rechteren linker voorluidsprekers, waardoor het
breder (hogere instellingen) of smaller (lagere
instellingen) klinkt.
DIMEN (Afmetingen)
Hiermee wordt de balans van het
surroundgeluid van voor- naar achterzijde
ingesteld, waardoor het geluid verder weg
(negatieve instellingen) of meer naar voren
(positieve instellingen) klinkt.
PNRM. (Panorama)
Hiermee wordt het voorste stereobeeld
verbreedt, zodat het de surroundluidsprekers
omvat voor een ‘omhullend’ effect.
e
f
g
g
g
0 tot 7
Standaard: 3
–3 tot +3
Standaard: 0
OFF
ON
ON
OFF
OFF
ON
Instelling / WerkingOptie(s)
C.IMG (Middenbeeld)
(Alleen van toepassing bij gebruik van een
middenluidspreker)
Hiermee stelt u het middenbeeld in om een
breder stereo-effect te creëren bij gesproken
tekst. Pas het effect aan van 0 (alle
middenkanalen worden naar de luidsprekers
rechtsvoor en linksvoor gestuurd) tot 10 (het
middenkanaal wordt alleen naar de
middenluidspreker gestuurd).
a. De standaardinstelling wanneer de iPod/USB, ADAPTER,
NETRADIO, M.SERVER of FAVORITE-ingang op ON is
ingesteld.
b. Deze instelling werkt alleen voor Dolby Digital- en DTS-
geluidsopnamen die gecodeerd zijn in dual mono.
c. De in eerste instantie ingestelde AUTO is alleen beschikbaar
voor Dolby TrueHD-signalen. Selecteer MAX of MID voor
andere signalen dan Dolby TrueHD.
d. U kunt dit met de meeste SACD-discs gebruiken, maar als het
geluid vervormd klinkt is het beter om de versterkingsinstelling
terug op 0 dB te zetten.
e. Deze voorziening is alleen beschikbaar wanneer het
aangesloten beeldscherm automatische audio/video
synchronisatie (‘lip-synchronisatie’) voor HDMI ondersteunt.
Wanneer u de automatisch ingestelde vertragingstijd
ongeschikt vindt, stelt u A.DLY in op OFF en stelt u de
vertragingstijd handmatig in. Voor meer details over de lipsync-functie van uw scherm neemt u rechtstreeks contact op
met de fabrikant.
f. Faseafstemming is een heel belangrijke factor voor het
bereiken van een correcte geluidsreproductie. Wanneer twee
golfvormen ‘in fase’ zijn, stijgen en dalen ze tegelijkertijd, wat
resulteert in een versterkte amplitude, helderheid en
aanwezigheid van het geluidssignaal. Als de top van een golf
samenvalt met een dal is het geluid ‘uit fase’ en wordt er een
onbetrouwbaar geluidsbeeld geproduceerd.
Wanneer uw subwoofer voorzien is van een Phase Controlschakelaar, stelt u deze in op het plusteken (+) (of 0°). Het
effect dat u echter daadwerkelijk merkt wanneer Phase Control
op ON staat op deze receiver is afhankelijk van uw subwoofer.
Stel uw subwoofer in om het effect te maximaliseren. U wordt
tevens geadviseerd om de richting of de locatie van uw
subwoofer te wijzigen.
h
0 tot 10
Standaard: 3
(NEO:6 MUSIC),
10 (NEO:6
CINEMA)
Zet de schakelaar van het ingebouwde lowpass-filter van uw
subwoofer in de uit-stand. Wanneer dat op uw subwoofer niet
mogelijk is, stelt u de cutoff-frequentie in op een hogere
waarde.
Indien de luidsprekerafstand niet juist is ingesteld, verkrijgt u
mogelijk niet het beste Phase Control-effect.
De Phase Control-modus kan in de volgende gevallen niet op
ON worden gezet:
– Wanneer de PURE DIRECT-modus ingeschakeld is.
– Als de hoofdtelefoons worden aangesloten.
g. Alleen beschikbaar bij 2-kanaalsbronnen in DOLBY PLII
MUSIC-modus.
h. Alleen wanneer er wordt geluisterd naar tweekanaalsbronnen
in NEO:6 CINEMA en de NEO:6 MUSIC-modus.
4
9
58
40
Page 41
Hoofdstuk
Opmerking
Opmerking
Weergave met NETWORK-functies
6
6
Inleiding
De receiver is uitgerust met een LAN-aansluiting. U hebt de
beschikking over de volgende functies wanneer u apparatuur
met deze aansluitingen verbindt.
Luisteren naar internet-radiozenders
U kunt uw favoriete internet-radiozenders kiezen en
beluisteren uit de lijst met internet-radiozenders die
opgesteld, bewerkt en beheerd wordt door de vTuner
databaseservice, speciaal opgezet voor gebruik met Pioneer
producten.
Zie Weergave met Netwerkfuncties
naar internet-radiozenders op bladzijde 43.
Muziekbestanden afspelen die op een PC zijn
opgeslagen
Met dit apparaat kunt u diverse muziekbestanden afspelen die
op een PC zijn opgeslagen.
•
Naast muziekbestanden op een PC kunt u ook
muziekbestanden afspelen die op andere apparaten zijn
opgeslagen door gebruik te maken van de ingebouwde
mediaserverfunctie gebaseerd op de DLNA 1.0 of DLNA 1.5
structuur en protocols (bijv. netwerk-geschikte harde
schijven en audio-installaties).
Zie Weergave met Netwerkfuncties
Audiobestanden afspelen die op apparaten in het netwerk zijn
opgeslagen op bladzijde 44.
De Spotify audiostream-weergavefunctie gebruiken
Zie Over de Spotify audiostream-weergavefunctie op
bladzijde 43.
•
Om naar internet-radiozenders te kunnen luisteren, moet u
vooraf een contract afsluiten met een ISP (Internet Service
Provider).
•
Foto- of videobestanden kunnen niet worden afgespeeld.
•
Bij Windows Media Player 11 of Windows Media Player 12
kunt u geen auteursrechtelijk beschermde audiobestanden
via deze receiver afspelen.
op bladzijde 42 en Luisteren
op bladzijde 42 en
Informatie over afspeelbare DLNAnetwerkapparatuur
Met dit apparaat kunt u muziek op mediaservers afspelen, die
zijn aangesloten op een identiek Local Area Network (LAN),
zoals de receiver. Met dit apparaat kunt u bestanden die op de
volgende apparaten zijn opgeslagen afspelen:
•
PC’s die onder Microsoft Windows Vista of XP draaien met
Windows Media Player 11 geïnstalleerd
•
PCs die onder Microsoft Windows 7 of 8 draaien met
Windows Media Player 12 geïnstalleerd
•
DLNA-compatibele digitale mediaservers (op PC’s of
andere apparaten)
Bestanden die zijn opgeslagen op een PC of DMS (Digitale
Media Server) zoals hierboven beschreven, kunnen worden
afgespeeld via opdrachten van een externe Digitale Media
Controller (DMC). De apparaten die door deze DMC worden
bestuurd om bestanden af te spelen, worden DMR’s (Digitale
Media Renderers) genoemd. Deze receiver ondersteunt deze
DMR-functie. In de DMR-modus kan bediening zoals het
afspelen en stopzetten van bestanden vanaf de externe
bediening worden uitgevoerd. Instelling van het volume en
regeling van de geluidsdemping is ook mogelijk.
•
Afhankelijk van de externe bedieningseenheid die wordt
gebruikt, kan de weergave onderbroken worden wanneer
de bedieningseenheid wordt gebruikt om het volume in te
stellen. In dit geval moet u het volume vanaf de receiver of
met de afstandsbediening instellen.
Gebruiken van AirPlay op iPod touch, iPhone,
iPad en iTunes
AirPlay functioneert met iPhone, iPad en iPad touch met iOS
4.3.3 of latere versie, Mac met OS X Mountain Lion, en Mac en
PC met iTunes 10.2.2 of latere versie.
Om AirPlay te kunnen gebruiken, moet u uw receiver
selecteren op uw iPod touch, iPhone, iPad of in iTunes. *1
De ingang van de receiver schakelt automatisch over naar
AirPlay als AirPlay in gebruik is. *2
De volgende handelingen kunnen worden uitgevoerd in de
AirPlay-stand:
•
Instellen van het volume van de receiver via iPod touch,
iPhone, iPad of iTunes.
•
Pauzeren/hervatten, volgende/vorige muziekstuk en
willekeurige weergave (shuffle)/herhalen via de
afstandsbediening van de receiver. (Druk op
afstandsbediening over te schakelen naar de
netwerkbediening.)
*1: Zie de Apple website (http://www.apple.com) voor meer
informatie.
*2: De receiver wordt automatisch ingeschakeld als Network Standby op ON staat (bladzijde 55
•
Een netwerkomgeving is vereist om AirPlay te kunnen
gebruiken.
•
De AirPlay applicatie op deze receiver is ontwikkeld en
getest op basis van de softwareversies voor de iPod,
iPhone, iPod en iTunes zoals aangegeven op de Pioneer
website. Het is mogelijk dat AirPlay niet compatibel is met
andere iPod, iPhone, iPad of iTunes softwareversies dan
die staan aangegeven op de Pioneer website.
).
NET
om de
Informatie over de DHCP-serverfunctie
Om audiobestanden af te spelen die op apparaten in een
netwerk zijn opgeslagen of om naar internet-radiozenders te
luisteren, moet u de DHCP-serverfunctie van de router
inschakelen. Als de router niet is uitgerust met een
ingebouwde DHCP-serverfunctie, moet u de
netwerkinstellingen handmatig maken. Anders kunt u geen
audiobestanden afspelen die op apparaten in het netwerk zijn
opgeslagen en kunt u ook niet naar internetradiozenders
luisteren. Zie Menu voor netwerkinstelling
meer informatie.
op bladzijde 45 voor
De receiver autoriseren
Deze receiver dient opdracht te krijgen om weergave mogelijk
te maken. Dit gebeurt automatisch wanneer de receiver via
het netwerk een verbinding maakt met de PC. Als dit niet het
geval is, moet u de receiver handmatig op de PC autoriseren.
De autorisatiemethode (of de toestemming) voor toegang
varieert afhankelijk van het type server waarmee verbinding
wordt gemaakt. Raadpleeg de handleiding van de server voor
verdere informatie over het autoriseren van de receiver.
4
9
58
41
Page 42
6
Belangrijk
Opmerking
MUTE
AUTO SURR ADV
TUNTVNET
ENTER
RETURN
AUDIO P.
TOPMENU
HOME
MENU
TOOLS
MENU
BAND PTY
AUDIO P.
TOP
MENU
TOOLS
MENU
ENTER
RETURN
CLR
SB CH
CH SEL
SP-A/B
Fav
RETURN
HOME
MENU
SHIFT
BASS
BASS
TRE TRE
BANDPTY
Fav
CLR
6
Weergave met NETWORK-functies
Informatie over HTC Connect
Deze receiver biedt de functie “HTC Connect”, een eenvoudige
manier om muziekinhoud te beluisteren vanaf uw
smartphone die voor HTC Connect geschikt is.
1
Muziekstreaming van HTC Connect waar dit apparaat
mee is uitgerust, is ontwikkeld op basis van
interoperabiliteitstesten zoals omschreven in het HTC
Connect Certificatieprogramma met de smartphones die
met HTC Connect compatible zijn.
2
Music Navigation via de muziekvoortgangsbalk wordt
thans niet door HTC Connect ondersteund.
3
Muziekapplicaties van derden (andere dan de vooraf
geïnstalleerde “Music” app van HTC) zijn niet getest op
compatibiliteit en functioneren mogelijk niet. HTC
Connect is getest op de codeerbestandsindelingen MP3,
AAC, WMA en WAV getest. Andere bestandsindelingen
zijn mogelijk niet compatible.
4
Stagnatie in het netwerk kan de bediening van HTC
Connect hinderen.
Gecertificeerde Smartphones van HTC Connect
Raadpleeg in verband met HTC Connect compatible
smartphones de website van Pioneer voor de meest recente
informatie over compatible apparatuur en ondersteuning van
audiobestandsindelingen.
Specificaties en uitvoering zijn zonder aankondiging aan
wijziging onderhevig.
HTC, HTC Connect en het HTC Connect-logo zijn
handelsmerken van HTC Corporation.
(voor Europa)
(voor Verenigd Koninkrijk)
Weergave met Netwerkfuncties
•
Als er een domein is geconfigureerd in een Windows
netwerkomgeving, kunt u geen toegang krijgen tot een PC
in het netwerk terwijl u op het domein bent ingelogd. In
plaats van inloggen op het domein, moet u op de lokale
apparatuur inloggen.
•
Er zijn gevallen waarin de verstreken speelduur niet juist
wordt weergegeven.
•
Na het inschakelen duurt het ongeveer één minuut voordat
het opstarten volledig is voltooid.
Druk herhaaldelijk op
1
selecteren die u wilt afspelen.
Het kan een paar seconden duren voordat de receiver
toegang heeft tot het netwerk.
NET
om de categorie te
Selecteer een categorie uit de volgende lijst:
•
NETRADIO – Internetradio
-
Als NETRADIO is geselecteerd, wordt het
radiostation dat het laatst werd gebruikt afgespeeld.
•
M.SERVER – Servercomponenten op het netwerk
(Mediaserver)
•
FAVORITE – Favoriete nummers die nu geregistreerd
zijn
Afhankelijk van de geselecteerde categorie worden de
namen van de mappen, bestanden en internetradiozenders weergegeven.
Gebruik
/
2
internet-radiozender te selecteren die u wilt afspelen
en druk dan op
Druk op
en het gewenste onderdeel te selecteren. Als u op
drukt, begint het afspelen met het weergavescherm dat
getoond wordt voor het geselecteerde onderdeel. Om
terug te gaan naar het lijstscherm, drukt u op
Wanneer het lijstscherm vanaf het weergavescherm
wordt getoond, zal het weergavescherm automatisch
opnieuw verschijnen als er langer dan 180 seconden
geen bedieningshandeling wordt verricht terwijl het
lijstscherm wordt getoond. Keert terug naar het
weergavescherm, ook als de
om de map, het muziekbestand of de
ENTER
/
.
om naar boven of onder in de lijst te gaan
DISP
-toets wordt ingedrukt.
RETURN
42
ENTER
Alleen audiobestanden met de markering kunnen
worden afgespeeld. In geval van bestanden met het
symbool gebruikt u
en audiobestanden te selecteren.
•
Als of bij het lijstscherm wordt ingedrukt,
wordt de pagina gewijzigd.
Herhaal stap 2 om het gewenste nummer of foto af te
3
spelen.
Zie de hieronder aangegeven paragrafen voor
gedetailleerde bedieningsaanwijzingen.
•
Internet-radiozenders – Zie Luisteren naar internet-
radiozenders op bladzijde 43.
•
Mediaserver – Zie Audiobestanden afspelen die op
apparaten in het netwerk zijn opgeslagen op
bladzijde 44.
•
Favorieten – Zie Uw favoriete nummers afspelen op
bladzijde 44.
/
en
ENTER
om de gewenste map
Voornaamste afspeeltoetsen
U kunt de volgende bedieningshandelingen verrichten met de
afstandsbediening van de receiver. Sommige toetsen zijn niet
beschikbaar voor de bediening afhankelijk van de categorie
die op het moment wordt afgespeeld.
Druk op
NET
bedieningsfunctie NETRADIO, M.SERVER of FAVORITE
over te schakelen.
.
•
Als de ingang voor M.SERVER en FAVORITE wordt
geselecteerd, zal afhankelijk van de server of het bestand:
om de afstandsbediening naar de
4
9
58
Page 43
6
Belangrijk
6
-
de -toets niet functioneren.
-
de -toets niet functioneren of reageert hetzelfde
als de -toets.
•
Als de
TOOLS
lijstweergavescherm en de ingang voor M.SERVER wordt
geselecteerd, kan de weergegeven titel alfabetisch of het
tracknummer anders worden opgesteld.
-toets wordt ingedrukt voor het
Luisteren naar internet-radiozenders
Internetradio is een audio-uitzendservice die radiouitzendingen via internet verzorgt. Er zijn vele internetradiozenders die diverse services bieden vanuit alle hoeken
van de wereld. Sommige zijn opgericht en worden beheerd
door privépersonen terwijl andere de internetuitvoering zijn
van de corresponderende terrestrische radiozenders of
radionetwerken. Maar in tegenstelling tot terrestrische of OTA
(via-de-lucht) radiozenders die geografisch beperkt worden
door het bereik van de radiogolven die vanaf het zendstation
via de lucht worden uitgezonden, zijn internet-radiozenders
toegankelijk vanaf elke plaats op de wereld, zolang er een
verbinding is met internet, aangezien de uitzendingen niet via
de lucht maar via het World Wide Web plaatsvinden. Met deze
receiver kunt u internet-radiozenders op genre en op regio
kiezen.
Afhankelijk van de omstandigheden van de
internetverbinding is het mogelijk dat er onderbrekingen in
het geluid zijn bij het luisteren naar internetradio.
Over de lijst met internet-radiozenders
De lijst met internet-radiozenders op deze receiver wordt
opgesteld, bewerkt en beheerd door de vTuner
databaseservice, exclusief voor gebruik met deze receiver. Zie
vTuner
op bladzijde 50 voor verdere informatie over vTuner.
Internet-radiozenders opslaan en oproepen
Het opslaan en oproepen van internet-radiozenders is
bijzonder gemakkelijk. Zie Uw favoriete nummers afspelen
bladzijde 44 voor meer informatie.
•
Om naar internet-radiozenders te kunnen luisteren, moet u
breedband-internet hebben met hoge snelheid. Bij gebruik
van een 56 K of ISDN-modem is het vaak niet mogelijk om
een goede kwaliteit van het geluid van de internetradiozenders te verkrijgen.
•
Het poortnummer varieert afhankelijk van de internetradiozender. Controleer de firewall-instellingen.
op
•
De lijst met internet-radiozenders die geleverd wordt door
de vTuner databaseservice is onderhevig aan wijzigingen
en er kunnen zenders verwijderd worden, zonder
voorafgaande kennisgeving.
•
Uitzendingen kunnen gestopt of onderbroken worden,
afhankelijk van de internet-radiozender. In dit geval kunt u
dan niet meer luisteren naar de radiozender die
geselecteerd is in de lijst met internet-radiozenders.
Zenders registreren die niet op de vTuner-lijst zijn
van de speciale Pioneer-site
Met deze receiver kunt u zenders die niet zijn opgenomen in
de vTuner-lijst registreren en afspelen. Bepaal de
toegangscode die vereist is voor registratie in de receiver en
gebruik deze toegangscode voor toegang tot de speciale
Pioneer internet-radiosite, waarna u de gewenste
radiozenders in uw favorietenlijst registreert. Het adres van de
speciale Pioneer internet-radiosite is:
http://www.radio-pioneer.com
Geef het internet-radiolijstscherm weer.
1
Voer stap 1 uit bij Weergave met Netwerkfuncties op
bladzijde 42 om het internet-radiolijstscherm weer te
geven.
Gebruik
/
2
ENTER
Gebruik
3
dan op
De toegangscode die vereist is voor registratie op de
speciale Pioneer internet-radiosite wordt weergegeven.
Maak een notitie van dit adres.
Op het scherm Help kunt u het volgende controleren:
•
Get access code – De toegangscode die vereist is voor
registratie op de speciale Pioneer internet-radiosite
wordt weergegeven.
•
Show Your WebID/PW – Na registratie op de
speciale Pioneer internet-radiosite worden de
geregistreerde ID en het wachtwoord weergegeven.
om ‘Help’ te selecteren en druk dan op
.
/
om ‘Get access code’ te selecteren en druk
ENTER
.
Weergave met NETWORK-functies
•
Reset Your WebID/PW – Hiermee wordt alle
informatie die geregistreerd is op de speciale Pioneer
internet-radiosite gereset. Bij het resetten worden
tevens alle geregistreerde zenders gewist. Wilt u weer
naar dezelfde zenders luisteren, dan moet u deze na
het resetten opnieuw registreren.
Ga met behulp van uw computer naar de speciale
4
Pioneer internet-radiosite en volg het registratieproces.
http://www.radio-pioneer.com
Ga naar de bovenvermelde site en gebruik de
toegangscode uit stap 3 om de gebruikersregistratie uit
te voeren, waarna u de instructies opvolgt die op het
scherm verschijnen.
Registreer de gewenste zenders als uw favorieten aan
5
de hand van de instructies op het computerscherm.
Zowel zenders die niet op de vTuner-lijst zijn als zenders
die wel op de vTuner-lijst zijn, kunnen worden
geregistreerd. De zenders worden in de receiver als
favoriete zenders geregistreerd en kunnen worden
beluisterd.
Over de Spotify audiostream-weergavefunctie
Spotify is een distributieservice voor muziekstreaming die
door Spotify Ltd wordt beheerd en geleid en muziek via het
internet distribueert.
Spotify audiostreams kunnen via dit systeem en uw
smartphone of ander mobiel digitaal apparaat worden
beluisterd.
Voorbereidingen (1) Installeren van de Spotifyapplicatie op mobiele digitale apparatuur en het
registreren van een Spotify Premium-account
•
De Spotify-applicatie dient op mobiele digitale apparatuur
te worden geïnstalleerd, en u dient een Spotify Premiumaccount (tegen een vergoeding) te hebben aangemaakt om
de Spotify audiostream-weergavefunctie op dit apparaat te
kunnen gebruiken.
Raadpleeg de Spotify-website voor de registratieprocedure.
http://www.spotify.com/
4
9
58
43
Page 44
6
LET OP
Opmerking
Opmerking
6
Weergave met NETWORK-functies
http://www.spotify.com/connect
Zie onderstaande website voor informatie over de landen en
regio’s waar Spotify-services kunnen worden gebruikt.
http://www.spotify.com/
De Spotify-functies kunnen zonder voorafgaande mededeling
worden gewijzigd.
Een Internetverbinding is vereist voor het mobiele digitale
apparaat om de Spotify-applicatie te kunnen gebruiken.
Gebruik van de mobiele telefoonlijn voor internetverbinding
leidt tot hoge communicatiekosten, en daarom dient het
aanbeveling om een abonnement met vaste kosten af te
sluiten. Neem voor meer gegevens contact op met uw
mobiele telefoonhandelaar.
Voorbereidingen (2) Verbinden van dit apparaat
met het netwerk
•
Verbind dit apparaat met het netwerk en tevens met het
internet. Raadpleeg de bedieningsinstructies voor
instructies en verbinding.
•
Sluit het mobiele digitale apparaat aan door middel van de
Wi-Fi op de draadloze LAN-router van hetzelfde netwerk als
het netwerk waarmee dit apparaat is verbonden. Raadpleeg
voor instructies over de verbinding de
bedieningsinstructies van het mobiele digitale apparaat en
de draadloze LAN-router.
De Spotify audiostream-weergavefunctie van de
Spotify-applicatie gebruiken
Om de Spotify audiostream-weergavefunctie te gebruiken
selecteert u dit apparaat op de Spotify-applicatie.
Als de Spotify audiostreaming van start gaat, wijzigt de
ingang van dit systeem automatisch naar Spotify.
•
Ook als u niet thuis bent wordt het geluid, als dit systeem is
geselecteerd, via dit systeem weergegeven wanneer u
Spotify audiostreaming start om muziek op uw mobiele
digitale apparaat af te spelen. Afhankelijk van het
volumeniveau is de weergave mogelijk zeer luid, zorg er
daarom voor dat u de audioweergaveselectie zorgvuldig
controleert voordat de audiostreaming van start gaat.
Daarnaast kunt u de selectie van de audioweergave op het
mobiele digitale apparaat wijzigen wanneer u per ongeluk
dit apparaat selecteert en het geluid afspeelt.
•
Een apart contract met/vergoeding aan een
internetserviceprovider is vereist om de Spotify
audiostream-weergavefunctie te kunnen gebruiken.
•
De naam van dit systeem wordt getoond als zijnde het
weergaveapparaat op de Spotify-applicatie. Tevens kan de
naam van dit apparaat worden gewijzigd bij “Friendly
Name” in de netwerkinstellingen.
•
Als dit systeem bij de Spotify-applicatie wordt geselecteerd,
wordt de accountinformatie tevens op dit systeem
geregistreerd. Wanneer u dit systeem van de hand doet,
zorg er dan voor dat de instellingen van dit systeem worden
gereset, zodat de accountinformatie die op dit systeem is
geregistreerd wordt gewist. Raadpleeg de
bedieningsinstructies van dit systeem voor informatie over
resetten.
Audiobestanden afspelen die op apparaten in het
netwerk zijn opgeslagen
Met dit apparaat kunt u muziek op mediaservers afspelen, die
zijn aangesloten op een identiek Local Area Network (LAN),
zoals de receiver. Met dit apparaat kunt u bestanden die op de
volgende apparaten zijn opgeslagen afspelen:
•
PC’s die onder Microsoft Windows Vista of XP draaien met
Windows Media Player 11 geïnstalleerd
•
PCs die onder Microsoft Windows 7 of 8 draaien met
Windows Media Player 12 geïnstalleerd
•
DLNA-compatibele digitale mediaservers (op PC’s of
andere apparaten)
Uw favoriete nummers afspelen
Maximaal 64 favoriete tracks van de mediaserver en/of de
internet-radiostations kunnen in de map Favorieten worden
vastgelegd. Merk op dat alleen audiobestanden die zijn
opgeslagen op apparaten in het netwerk geregistreerd
kunnen worden.
Audiobestanden en internet-radiozenders
registreren in en verwijderen uit de favorietenmap
Druk op
NET
1
schakelen naar de bedieningsfunctie M.SERVER of
NETRADIO.
Druk op
2
radiostation dat u wilt vastleggen heeft geselecteerd.
Het geselecteerde nummer of internet-radiostation wordt
vervolgens in de map Favorieten vastgelegd.
•
Om een geregistreerd nummer te verwijderen, selecteert u
de favorietenmap, dan het nummer dat u uit de map wilt
verwijderen en daarna drukt u op
nummer wordt dan uit de map Favorites verwijderd.
om de afstandsbediening over te
+Fav
terwijl u de track of het internet-
CLR
. Het geselecteerde
4
9
58
44
Page 45
6
6
Menu voor netwerkinstelling
Hieronder wordt de instelling van het netwerk beschreven
voor het luisteren naar internetradio op deze receiver.
Druk op
NET
1
Druk op
2
Het menu Netwerkinstellingen verschijnt op uw TV.
Gebruik
om door de schermen te navigeren en menu-onderdelen
te selecteren. Druk op
te sluiten.
•
Selecteer de instelling die u wilt aanpassen.
3
•
•
•
•
•
.
HOME MENU
///
U kunt altijd op
Netwerkinstellingen te verlaten.
Network Configuration
-
IP Address, Proxy – Hiermee wordt het IP-adres/
Proxy van deze receiver ingesteld (zie onder).
-
Friendly Name – De naam v an de r eceiv er die op de
computer of ander apparaat dat op het netwerk is
aangesloten verschijnt, kan worden gewijzigd (zie
onder).
-
Parental Lock – Hiermee kan het gebruik van de
netwerkfuncties worden beperkt (bladzijde 46
Language – De taal kan in het OSD-scherm van de
NETWORK-functie worden ingesteld (bladzijde 46Firmware Update – Gebruike n om de firmware en de
versie van de receiver te controleren (bladzijde 46
Factory Reset – Gebruiken om alle instellingen voor
netwerkaansluiting terug te zetten op hun
oorspronkelijke standaardinstelling (bladzijde 48
System Info – De netwerkinstellingen van deze
receiver kunnen worden gecontroleerd (bladzijde 48
.
en
ENTER
RETURN
HOME MENU
op de afstandsbediening
om het huidige menu af
drukken om het menu
).
).
Netwerkconfiguratie
IP-adres/Proxy-instelling
Als de router die op de LAN-aansluiting van de receiver is
aangesloten een breedbandrouter is (met een ingebouwde
DHCP-serverfunctie), hoeft u alleen maar de DHCPserverfunctie in te schakelen en is het niet nodig om het
netwerk handmatig in te stellen. U moet het netwerk op de
hieronder beschreven wijze instellen wanneer u de receiver op
een breedbandrouter aansluit die niet met een DHCPserverfunctie is uitgerust. Voordat u begint met het maken
van de netwerkinstellingen, dient u uw ISP of
netwerkbeheerder te raadplegen voor de vereiste
instelwaarden. Raadpleeg tevens de handleiding die bij uw
netwerkapparaat wordt geleverd.
•
IP Address
Het IP-adres dat wordt ingevoerd, moet binnen de volgende
bereiken zijn gedefinieerd. Als het IP-adres buiten de
volgende bereiken is gedefinieerd, kunt u geen
audiobestanden afspelen die op apparaten in het netwerk
zijn opgeslagen en kunt u ook niet naar
internetradiozenders luisteren.
Groep A: 10.0.0.1 tot 10.255.255.254
Groep B: 172.16.0.1 tot 172.31.255.254
Groep C: 192.168.0.1 tot 192.168.255.254
•
).
).
Subnet Mask (subnetmasker)
Wanneer een xDSL-modem of een terminaladapter
rechtstreeks op de receiver is aangesloten, voert u het
subnetmasker in dat door uw internetserviceprovider op
papier wordt geleverd. In de meeste gevallen moet u
255.255.255.0 invoeren.
•
Standaardgateway
Wanneer een gateway (router) op de receiver is
aangesloten, voert u het bijbehorende IP-adres in.
).
•
Primary DNS Server/Secondary DNS Server
Als er maar één DNS-serveradres door uw
internetserviceprovider op papier wordt geleverd, voert u
“Primary DNS Server” in. Als er meer dan twee DNSserveradressen zijn, voert u “Secondary DNS Server” in
het andere adresveld voor de DNS-server in.
Weergave met NETWORK-functies
•
Proxy Hostname/Proxy Port
Deze instelling is vereist wanneer u de receiver via een
proxyserver op het internet aansluit. Voer het IP-adres van
uw proxyserver in het “Proxy Hostname” veld in. Voer ook
het poortnummer van uw proxyserver in het “Proxy Port”
veld in.
Selecteer ‘Network Configuration’ in het menu
1
Network Setup.
Selecteer ‘IP Address, Proxy’ in het menu Network
2
Configuration.
Selecteer de gewenste DHCP-instelling.
3
Wanneer u ON selecteert, worden de netwerkinstellingen
automatisch gemaakt en hoeft u stap 4 niet uit te voeren.
Ga door naar stap 5.
Als er geen DHCP-server op het netwerk is en u selecteert
ON, dan maakt deze receiver gebruik van zijn eigen Auto
IP-functie om het IP-adres vast te stellen.
•
Het IP-adres bepaalt door de automatische IP-functie
is 169.254.X.X. U kunt niet naar een internetradiozender luisteren als het IP-adres is ingesteld door
de automatische IP-functie.
Voer het IP-adres, de Subnet Mask, de
4
standaardtoegangspoort, Primary DNS Server en
Secondary DNS Server in.
Druk op
/
om de cursor te verplaatsen.
Selecteer ‘OFF’ of ‘ON’ voor de instelling Enable Proxy
5
Server om de proxyserver te activeren of deactiveren.
Als u OFF selecteert, gaat u door naar stap 8. Als u
daarentegen ON selecteert, gaat u door naar stap 6.
Voer het adres van uw proxyserver of de domeinnaam
6
in.
Gebruik
plaats in te stellen en
bevestigen.
Voer het poortnummer van uw proxyserver in.
7
Gebruik
plaats in te stellen en
bevestigen.
om een nummer te selecteren en op
/
om een teken te selecteren,
ENTER
om uw selectie te
/
om een teken te selecteren,
ENTER
om uw selectie te
/
/
om de
om de
/
4
9
58
45
Page 46
6
Belangrijk
6
Selecteer ‘OK’ om het IP-adres/proxy-instelling te
8
bevestigen.
Zelfgekozen naam
Selecteer ‘Network Configuration’ in het menu
1
Network Setup.
Selecteer ‘Friendly Name’ in het menu Network
2
Configuration.
Selecteer ‘Edit Name’ en selecteer daarna ‘Rename’.
3
Als u na de wijziging de naam weer wilt terugstellen naar
de standaardnaam, selecteert u Default.
Voer de gewenste naam in.
4
Gebruik
/
plaats in te stellen en
bevestigen.
Kinderslot
Stel beperkingen in voor het gebruik van internetdiensten.
Stel ook het wachtwoord in dat bij de gebruiksbeperkingen
hoort.
•
Na verzending door de fabrikant is het wachtwoord
ingesteld op “0000”.
Selecteer ‘Network Configuration’ in het menu
1
Network Setup.
Selecteer ‘Parental Lock’ in het menu Network
2
Configuration.
Voer het wachtwoord in.
3
Gebruik
plaats in te stellen en
bevestigen.
Geef aan of Parental Lock moet worden in- of
4
uitgeschakeld.
•
OFF – Internetdiensten zijn niet beperkt.
•
ON – Internetdiensten zijn beperkt.
Als u het wachtwoord wilt wijzigen, selecteert u
5
‘Change Password’.
In dat geval gaat de procedure terug naar stap 3.
om een teken te selecteren,
ENTER
om uw selectie te
/
om een teken te selecteren,
ENTER
om uw selectie te
/
/
om de
om de
Language
De taal kan in het OSD-scherm van de NETWORK-functie
worden ingesteld.
Selecteer ‘Language’ in het menu Network Setup.
1
Selecteer de gewenste taal.
2
Druk op
RETURN
3
U keert terug naar het menu Netwerkinstellingen.
Firmware-update
Gebruik deze procedure om de firmware van de receiver te
updaten.
Als een updatebestand niet aanwezig is op de website van
Pioneer, dan hoeft de firmware voor de receiver niet te worden
geüpdatet.
Updaten via een USB-geheugenapparaat gaat door het
updatebestand eerst te downloaden met een computer, dan
dit bestand over te brengen naar een USB-geheugenapparaat
en tenslotte dit USB-geheugenapparaat in de USB-poort op
het voorpaneel van de receiver te steken. Met deze procedure
moet het USB-geheugenapparaat met het juiste
updatebestand eerst correct worden ingebracht in de USBpoort op het voorpaneel van de receiver.
•
Als er een updatebestand beschikbaar is op de Pioneer
website, download dit dan naar uw computer. Wanneer u
een updatebestand downloadt van de Pioneer website naar
uw computer, wordt dit bestand opgeslagen als ZIPbestand (gecomprimeerd archief). Pak het ZIP-bestand uit
voor u het opslaat op het USB-geheugenapparaat. Als er op
het USB-geheugenapparaat oude gedownloade
updatebestanden staan, of updatebestanden voor andere
modellen, moet u die eerst verwijderen.
•
Trek NOOIT de netsnoerstekker los tijdens het bijwerken.
•
Het USB-geheugenapparaat mag tijdens het updaten niet
worden verwijderd.
•
Verifieer de firmwareversie van de receiver in het System Info-menu voorafgaande aan de update en bevestig dat de
firmware in het USB-geheugenapparaat een latere versie
is.
wanneer u klaar bent.
Weergave met NETWORK-functies
•
Door de update worden de instellingen van de receiver
mogelijk teruggesteld naar de oorspronkelijke
fabrieksinstellingen. Raadpleeg onze Pioneer-website om
te controleren of dit geldt voor uw receiver.
Selecteer ‘Firmware Update’ in het menu Network
1
Setup.
De receiver controleert of het USB-geheugenapparaat
dat in de USB-poort van het voorpaneel van de receiver is
ingestoken firmware bevat die kan worden geüpdatet.
Selecteer ‘Start’ om de update uit te voeren.
2
Wanneer ‘Updating in progress, don’t unplug!’ wordt
3
weergegeven, selecteert u ‘Start’.
•
Als ‘File Not Found’ wordt weergegeven, probeert u
het volgende:
-
Er is geen updatebestand op het USBgeheugenapparaat gevonden. Bewaar het bestand
in de rootdirectory van het USB-geheugenapparaat.
-
Probeer het USB-geheugen te verwijderen en
vervolgens weer aan te sluiten, of probeer het
updatebestand nogmaals op te slaan. Als de fout
zich blijft voordoen, probeer dan een ander USBgeheugenapparaat.
De update van de firmware gaat van start. Even
4
wachten a.u.b.
De OSD-display wordt tijdens de update uitgeschakeld
en het woord ‘UPDATE’ gaat knipperen op het
voorpaneel.
Het HDMI-indicatorlampje knippert tijdens UPDATE.
Start automatisch opnieuw op nadat de update is
5
voltooid.
Het scherm keert automatisch terug naar de laatste
geselecteerde functie.
•
Als ‘FAIL’ of ‘SUB FAIL’ op de voorpaneeldisplay
verschijnt, dan is de update mislukt. Probeer het
volgende:
-
Wacht een tijdje als ‘SUB FAIL’ verschijnt. De update
gaat automatisch van start. Indien de update niet
wordt hervat of als ‘SUB FAIL’ nogmaals verschijnt,
kunt u het volgende proberen.
4
9
58
46
Page 47
6
Opmerking
Opmerking
Network Setup
6
-
Schakel de receiver uit, en schakel hem weer in, en
probeer de firmware nogmaals te updaten.
-
Probeer het USB-geheugen te verwijderen en
vervolgens weer aan te sluiten, of probeer het
updatebestand nogmaals op te slaan. Als de fout
zich blijft voordoen, probeer dan een ander USBgeheugenapparaat.
Netwerkinstelling via de Safaribrowser
Open Safari op uw computer.
1
Druk op de Bookmark-icoon. Klik op de Bonjourlijst (a),
2
en selecteer vervolgens de naam van deze receiver
(Friendly Name) (b) in Bookmark.
Als Bonjour niet verschijnt, kunt u via Safari toegang
krijgen tot het IP-adres http://(het IP-adres van de
receiver).
a
VSX-824
b
Selecteer ‘Network Setup’.
3
VSX-824
Stel de netwerkinstellingen handmatig in en druk
5
daarna op Apply.
•
De instelling voor het netwerk is bevestigd voor de Mac OS
X 10.7 en Safari 5.1.
Friendly Name-instelling via de Safaribrowser
Open Safari op uw computer.
1
Druk op de Bookmark-icoon. Klik op de Bonjourlijst (a),
2
en selecteer vervolgens de naam van deze receiver
(Friendly Name) (b) in Bookmark.
Selecteer ‘Network Setup’.
3
Weergave met NETWORK-functies
Klik op Friendly Name.
4
Voer een Friendly Name in en druk op Apply.
5
Network Setup
VSX-824
•
De instelling voor het netwerk is bevestigd voor de Mac OS
X 10.7 en Safari 5.1.
Firmware-update via de Safaribrowser
Open Safari op uw computer.
1
Druk op de Bookmark-icoon. Klik op de Bonjourlijst (a),
2
en selecteer vervolgens de naam van deze receiver
(Friendly Name) (b) in Bookmark.
Selecteer ‘Network Setup’.
3
4
9
58
Klik op IP, Proxy Setting.
4
47
Page 48
6
Network Setup
6
Weergave met NETWORK-functies
Klik op Firmware Update.
4
Druk op Start.
5
Het voorbereidingsscherm voor de firmware-update
verschijnt. Als het scherm niet automatisch
overschakelt, klik dan op Click here.
Network Setup
Browse door de meest recente firmware op uw
6
computer (a) en druk op Upload (b).
De extensie van de firmware is fw. Selecteer een bestand
dat de fw-extensie heeft.
Het bevestigingsscherm verschijnt. Druk op OK als u met
de firmware-update verdergaat. De firmware-update kan
niet worden gestopt zodra deze is gestart. Wacht totdat
het bestand is geüpload (dit duurt ongeveer één minuut
afhankelijk van de omgeving van uw LAN-verbinding).
Network Setup
b
Het statusscherm voor de firmware-update verschijnt.
7
“The upload process finished successfully.” verschijnt als
de update is voltooid.
Verwijder het netsnoer uit het stopcontact nadat de
update is voltooid.
Network Setup
Fabrieksreset
Gebruiken om alle instellingen voor netwerkaansluiting terug
te zetten op hun oorspronkelijke standaardinstelling.
Selecteer ‘Factory Reset’ in het menu Network Setup.
1
Selecteer ‘Start’.
2
Selecteer ‘OK’ om te bevestigen.
3
Het scherm keert automatisch terug naar het
afspeelscherm.
a
Systeeminformatie
De instellingenstatus van de volgende aan het netwerk
gerelateerde onderdelen kan worden gecontroleerd.
•
IP Address – Controleer het IP-adres van deze receiver.
•
MAC Address – Controleer het MAC-adres van deze
receiver.
•
Ver – Controleer de firmwareversie van deze receiver.
Selecteer ‘System Info’ in het menu Network Setup.
1
Toon de instellingenstatus van de aan het netwerk
gerelateerde onderdelen.
Druk op
RETURN
2
U keert terug naar het menu Netwerkinstellingen.
wanneer u klaar bent.
4
9
58
48
Page 49
6
6
Weergave met NETWORK-functies
Meer over netwerkweergave
De netwerkweergavefunctie van dit apparaat maakt gebruikt
van de volgende technologieën.
Windows Media Player
Zie Windows Media Player 11/Windows Media Player 12 op
bladzijde 50 voor meer informatie.
DLNA
DLNA CERTIFIED™ audiospeler
De Digital Living Network Alliance (DLNA) is een wereldwijde
organisatie van fabrikanten van consumentenelektronica,
computerapparatuur en mobiele apparaten. Digital Living
biedt consumenten een gemakkelijke uitwisseling van
digitale media via een bedraad of draadloos thuisnetwerk.
Het DLNA-certificatielogo maakt het gemakkelijk om
producten te vinden die voldoen aan de DLNA Interoperability
Guidelines. Dit apparaat voldoet aan de DLNA Interoperability
Guidelines v1.5.
Wanneer een PC met DLNA-serversoftware of een ander
DLNA-compatibel apparaat op deze speler wordt
aangesloten, kunnen er bepaalde wijzigingen in de softwareinstellingen of in de instellingen op het andere apparaat
vereist zijn. Raadpleeg de handleiding van de software of het
betreffende apparaat voor verdere informatie.
DLNA™, het DLNA Logo en DLNA CERTIFIED™ zijn
handelsmerken, servicemerken of gecertificeerde merken van
de Digital Living Network Alliance.
Content die via een netwerk kan worden
afgespeeld
•
Sommige bestanden worden mogelijk niet juist afgespeeld,
ook wanneer ze in een compatibel formaat zijn gecodeerd.
•
Film- of fotobestanden kunnen niet worden afgespeeld.
•
Er zijn gevallen waarin u niet naar een internetradiozender
kunt luisteren, zelfs als de zender in de lijst met
radiozenders kan worden geselecteerd.
•
Sommige functies worden wellicht niet ondersteund,
afhankelijk van het servertype of de versie die wordt
gebruikt.
•
De ondersteunde bestandsformaten variëren per server.
Bestanden niet die door uw server worden ondersteund,
worden niet op dit apparaat weergegeven. Neem contact
op met de fabrikant van uw server voor verdere informatie.
Disclaimer voor inhoud van derden
Voor toegang tot inhoud die door derden is verschaft is een
snelle internetverbinding vereist en mogelijk tevens
inschrijving en een abonnement met betaling.
Inhoud van derden kan zonder voorafgaande berichtgeving te
allen tijde worden gewijzigd, opgeschort, onderbroken of
geannuleerd, en Pioneer wijst iedere aansprakelijkheid in
verband daarmee af.
Pioneer verklaart noch garandeert dat de services in verband
met inhoud voor een bepaalde tijd worden voortgezet of
beschikbaar blijven, en wijst een dergelijke garantie, expliciet
danwel stilzwijgend, garantie af.
Meer over de eigenschappen bij afspelen via een
netwerk
•
Het afspelen kan stoppen wanneer de PC wordt
uitgeschakeld of als er mediabestanden die op de PC zijn
opgeslagen worden gewist tijdens het afspelen van
content.
•
Als er problemen zijn binnen de netwerkomgeving (veel
dataverkeer enz.), bestaat de kans dat er content niet wordt
weergegeven of niet juist wordt afgespeeld (het afspelen
wordt onderbroken of stopt). Voor een optimale prestatie
wordt een 100BASE-TX verbinding tussen de speler en PC
aanbevolen.
•
Als er meerdere clients gelijktijdig afspelen, wat mogelijk
is, kan het afspelen onderbroken worden of stoppen.
•
Afhankelijk van de beveiligingssoftware die op de
aangesloten PC is geïnstalleerd en de instellingen van de
betreffende software, kan een netwerkverbinding
geblokkeerd worden.
Pioneer kan niet aansprakelijk worden gesteld voor een
foutieve werking van de speler en/of de NETWORK-functies
als gevolg van communicatiefouten/defecten in de
netwerkverbinding en/of de PC of andere aangesloten
apparatuur. Neem contact op met de fabrikant van uw PC of
de internetserviceprovider.
Dit product bevat technologie die het eigendom is van Microsoft
Corporation en die niet gebruikt of gedistribueerd mag worden
zonder toestemming van Microsoft Licensing, Inc.
Microsoft, Windows, Windows Media en Windows Vista zijn
gedeponeerde handelsmerken óf handelsmerken van Microsoft
Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
4
9
58
49
Page 50
6
6
Weergave met NETWORK-functies
Woordenlijst
FLAC
FLAC (Free Lossless Audio Codec) is een audioformaat dat
verliesvrij comprimeren/decomprimeren toestaat. Met FLAC
kan audio gecomprimeerd worden zonder verlies in kwaliteit.
Voor verdere informatie over FLAC kunt u de volgende website
bezoeken: http://flac.sourceforge.net/
vTuner
vTuner is een online-databaseservice waarmee u van radiouitzendingen via internet kunt genieten. vTuner bevat
duizenden zenders van 100 verschillende landen over de hele
wereld. Voor verdere informatie over vTuner kunt u de
volgende website bezoeken:
http://www.radio-pioneer.com
“Dit product wordt beschermd door bepaalde intellectuele
eigendomsrechten van NEMS en BridgeCo. Gebruik of
verspreiding van beschermde technologieën van dit product is
niet toegestaan zonder een licentie van NEMS en BridgeCo of
een geautoriseerde dochteronderneming.”
Windows Media
Windows Media is een multimedia framework voor
mediacreatie en verspreiding voor Microsoft Windows.
Windows Media is een gedeponeerd handelsmerk of een
handelsmerk van Microsoft Corporation in de Verenigde
Staten en/of in andere landen. Gebruik een applicatie die
gelicentieerd is door Microsoft Corporation voor het maken,
verspreiden en afspelen van Windows Media geformatteerde
content. Bij gebruik van een applicatie die niet geautoriseerd
is door Microsoft Corporation bestaat er kans op een foutieve
werking.
Windows Media Player 11/Windows Media Player 12
Windows Media Player is software om muziek, foto’s en films
van een Microsoft Windows computer naar uw stereoinstallatie en TV over te brengen.
Met deze software kunt u bestanden die op de PC zijn
opgeslagen via diverse apparaten in uw huis weergeven.
Deze software kunt u wel vanaf de Microsoft website
downloaden.
•
Windows Media Player 11 (voor Windows XP of Windows
Vista)
•
Windows Media Player 12 (voor Windows 7 of 8)
Bezoek voor verdere informatie de officiële Microsoft website.
Meer over de afspeelbare bestandsformaten
De NETWORK-functie van deze receiver ondersteunt de
volgende indelingen. Het is mogelijk dat sommige
bestandsformaten toch niet afgespeeld kunnen worden,
hoewel ze toch vermeld worden in de lijst met afspeelbare
bestandsformaten. De compatibiliteit van de
bestandsformaten varieert tevens afhankelijk van het type
server. Controleer de gegevens van uw server om te weten te
komen of de bestandsformaten ondersteund worden.
•
De weergave van internetradio wordt mogelijk door de
communicatie-omgeving van het internet beïnvloed, en in
dat geval is weergave misschien ook niet mogelijk met de
hier vermelde bestandsindelingen.
•
MP3-, WAV-, AAC-, FLAC-, AIFF- en Apple Losslessbestanden worden zonder tussenpauze afgespeeld als
muziekbestanden met dezelfde bestandsindeling,
samplingfrequentie, aantal kwantiseringsbits en aantal
kanalen achtereenvolgens worden afgespeeld.
-
Zorg ervoor dat de stilte tussen de tracks in minimaal is
tijdens het gebruik van MP3 of AAC. Als u liever geen
tussenliggende stilte heeft, kunt u WAV- of FLACbestanden gebruiken.
-
Weergave zonder tussenpauzes is niet mogelijk als de
bestandsindeling door de server wordt geconverteerd
(getranscodeerd).
-
Weergave zonder tussenpauzes is niet mogelijk in de
DMR-modus.
4
9
58
50
Page 51
6
6
Weergave met NETWORK-functies
Muziekbestanden
ExtensieDatastroom
MP3 (MPEG-1 Audio Layer 3)
a
.mp3
WAV (LPCM)
.wav
WMA (WMA2/7/8/9)
.wma
Bemonsteringsfrequentie
Kwantisering-bitrate16 bit
Kanaal2 kanalen
Bitrate8 kbps tot 320 kbps
VBR/CBROndersteund/Ondersteund
Bemonsteringsfrequentie
Kwantisering-bitrate16 bit, 24 bit
Kanaal2 kanalen
b
Bemonsteringsfrequentie
Kwantisering-bitrate16 bit
Kanaal2 kanalen
Bitrate5 kbps tot 320 kbps
VBR/CBROndersteund/Ondersteund
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz,
88,2 kHz, 96 kHz,
176,4 kHz, 192 kHz
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz
AAC (MPEG-4 AAC LC, MPEG-4 HE AAC)
.m4a
.aac
.3gp
.3g2
FLAC
.flac
AIFF
.aif
.aiff
Apple Lossless
.m4a
.mp4
a. MPEG Layer-3 audiodecodering-technologie gelicentieerd van
b. Bestanden gecodeerd met Windows Media Codec 9 kunnen
c. Niet gecomprimeerde FLAC-bestanden worden niet
Bemonsteringsfrequentie
Kwantisering-bitrate16 bit
Kanaal2 kanalen
Bitrate16 kbps tot 320 kbps
VBR/CBROndersteund/Ondersteund
c
Bemonsteringsfrequentie
Kwantisering-bitrate16 bit, 24 bit
Kanaal2 kanalen
Bemonsteringsfrequentie
Kwantisering-bitrate16 bit, 24 bit
Kanaal2 kanalen
Bemonsteringsfrequentie
Kwantisering-bitrate16 bit, 24 bit
Kanaal2 kanalen
Fraunhofer IIS en Thomson multimedia.
worden afgespeeld, maar sommige delen van de specificatie
worden niet ondersteund; in het bijzonder Pro, Lossless, Voice.
ondersteund. Pioneer garandeert geen weergave.
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz,
88,2 kHz, 96 kHz,
176,4 kHz, 192 kHz
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz,
88,2 kHz, 96 kHz, 176,4 kHz,
192 kHz
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz,
88,2 kHz, 96 kHz
4
9
58
51
Page 52
Hoofdstuk
Belangrijk
SLEEP
INPUTCTRL
BD GAME HDMI
S.SEL ECO
STANDBY/ON
RECEIVERSIGNAL SEL
SOURCE
STANDBY/ON
RECEIVER
CTRL
ENTER
RETURN
AUDIO P.
TOP
MENU
HOMEMENU
TOOLS
MENU
BAND PTY
ENTER
RETURN
HOME
MENU
Home Menu
1
. Auto MCACC
2
. Manual SP Setup
3
. Input Assign
4. Auto Power Down
5. HDMI Setup
6. Network Standby
7. MHL Setup
8. OSD Setup
7
7
Home Menu
Gebruik van het Home Menu
In het volgende hoofdstuk wordt getoond hoe u gedetailleerde
instellingen kunt invoeren om op te geven hoe u de receiver
gebruikt en hierin wordt tevens uitgelegd hoe u de
afzonderlijke instellingen van het luidsprekersysteem op uw
wensen kunt afstemmen.
•
De OSD verschijnt niet als de aansluiting via de
composietuitgang van de TV is gedaan. Gebruik de HDMIaansluiting voor het Home Menu.
•
Als een hoofdtelefoon is aangesloten op de receiver,
koppelt u hem los.
•
Het Home Menu kan niet worden gebruikt als de ingang
NETRADIO, M.SERVER, FAVORITE, iPod/USB of
ADAPTER is geselecteerd.
Zet de receiver en de TV aan.
1
2
3
Druk op STANDBY/ON
Schakel de TV-ingang over op de ingang waarmee deze
receiver via de bijbehorende HDMI-kabel op de TV
wordt aangesloten.
Druk op
RECEIVER
Het Home Menu verschijnt op de TV. Gebruik
en
ENTER
op de afstandsbediening om door de
schermen te navigeren en menu-onderdelen te
selecteren. Druk op
sluiten.
•
Druk wanneer gewenst op
Home Menu te verlaten.
om in te schakelen.
en dan op
RETURN
HOME MENU
om het huidige menu af te
HOME MENU
.
///
om het
Selecteer de instelling die u wilt aanpassen.
4
•
Auto MCACC – Dit is een snelle en effectieve manier om
het surroundgeluid automatisch in te stellen (zie
Automatische instelling van surroundgeluid (MCACC)
bladzijde 24).
•
Manual SP Setup
-
Speaker Setting – Voer de afmeting en het aantal
luidsprekers dat u heeft aangesloten in (zie hieronder).
-
X.Over – Geef op welke frequenties naar de subwoofer
moeten worden gestuurd (bladzijde 53
-
Channel Level – Stel de algehele balans van uw
luidsprekersysteem in (bladzijde 53
-
Speaker Distance – Voer de afstand van uw speakers
vanaf de luidsprekers in (bladzijde 54
•
Input Assign
-
Analog Input – Controleer wat u op de ANALOG IN1
audio-ingang heeft aangesloten (bladzijde 54
•
Auto Power Down – Instelling voor automatische
uitschakeling wanneer de receiver enkele uren lang niet is
bediend (zie Het Auto Power Down-menu
•
HDMI Setup – Stel de Audio Return Channel-functie in of
stel het HDMI-ingangssignaal in op Standby Throughuitgang of niet tijdens stand-by (zie HDMI Setup
bladzijde 56).
•
Network Standby – Hiermee kan de AirPlay-functie ook
worden gebruikt als de receiver op stand-by staat (zie Het
menu Network Standby op bladzijde 55).
•
MHL Setup – Wijzigt de instellingen van MHL
(bladzijde 55
•
OSD Setup – Schakelt de overlayfunctie in en uit (ON/OFF).
).
).
).
).
op bladzijde 54).
52
).
op
Luidsprekers handmatig instellen
Met deze receiver kunt u nauwkeurige instellingen maken om
het surround-geluid optimaal af te stellen. U hoeft deze
instellingen slechts één keer te verrichten (tenzij u de huidige
luidsprekeropstelling wijzigt of nieuwe luidsprekers toevoegt).
Deze instellingen zijn bedoeld om uw systeem nauwkeurig af
te stellen. Als de resultaten van de instellingen in
Automatische instelling van surroundgeluid (MCACC)
bladzijde 24 naar tevredenheid zijn, hoeft u echter niet al deze
instellingen te verrichten.
op
Luidsprekerinstellingen
Gebruik deze instelling om uw luidsprekerconfiguratie
(formaat, aantal luidsprekers) op te geven. Het is een goed
idee te controleren of de instellingen die u heeft verricht in
Automatische instelling van surroundgeluid (MCACC)
bladzijde 24 juist zijn.
Selecteer ‘Manual SP Setup’ in het Home Menu.
1
Selecteer ‘Speaker Setting’ in het menu Manual SP
2
Setup.
Return
2a . Speaker Setting
Front
Center
Surr
Subwoofer:
2 . Manual SP Setup
. Speaker Setting
a
. X.Over
b
. Channel Level
c
. Speaker Distance
d
Kies het paar luidsprekers dat u wilt instellen en
3
selecteer vervolgens een luidsprekerformaat.
Selecteer de grootte (en het aantal) met
volgende luidsprekers:
•
Front – Selecteer LARGE als de voorluidsprekers de
basfrequenties effectief weergeven of als u geen subwoofer
hebt aangesloten. Selecteer SMALL om de basfrequenties
naar de subwoofer te sturen.
SMALL
[ SMALL ]
[ SMALL ]
YES
/
van elk van de
Return
op
op
4
9
58
Page 53
7
Opmerking
LET OP
2 . Manual SP Setup
Return
a
. Speaker Setting
b
. X.Over
c
. Channel Level
d
. Speaker Distance
2b . X.Over
Return
Frequency 100Hz
2c . Channel Level
Please Wait . . .20
Caution
Loud test tones
will be output.
Return
Test Tone [ Manual ]
7
Home Menu
•
Center – Selecteer LARGE als de middenluidspreker de
basfrequenties effectief weergeeft of selecteer SMALL om
de basfrequenties naar de andere luidsprekers of naar de
subwoofer te sturen. Als u geen middenluidspreker hebt
aangesloten, kiest u NO (het middenkanaal wordt aan
andere luidsprekers doorgegeven).
•
Surr – Selecteer LARGE als de surroundachterluidsprekers de basfrequenties effectief weergeven.
Selecteer SMALL om de basfrequenties naar de andere
luidsprekers of naar de subwoofer te sturen. Wanneer u
geen surroundluidsprekers hebt aangesloten, kiest u NO
(het geluid van de surroundkanalen wordt naar de overige
luidsprekers verzonden).
•
Subwoofer – LFE-signalen en basfrequenties van kanalen
die zijn ingesteld op SMALL worden weergegeven via de
subwoofer wanneer u YES selecteert (zie onderstaande
opmerkingen). Kies de instelling PLUS als u wilt dat de
subwoofer continu basgeluid weergeeft of als u diepere
bassen wenst (de basfrequenties die normaal gezien naar
de voor- en middenluidsprekers gaan, worden ook
omgeleid naar de subwoofer). Als u geen subwoofer hebt
aangesloten, kiest u NO (de basfrequenties worden
weergegeven door de andere luidsprekers).
Druk op
4
U keert terug naar het menu Manual SP Setup.
•
Als u SMALL selecteert voor de voorluidsprekers, wordt de
subwoofer automatisch ingesteld op YES. De midden en
surround kunnen ook niet op LARGE worden ingesteld
indien de voorluidsprekers op SMALL zijn ingesteld. In dat
geval worden alle basfrequenties naar de subwoofer
gestuurd.
•
Als u een subwoofer hebt en van veel bassen houdt, lijkt het
logisch om LARGE te selecteren voor de voorluidsprekers
en PLUS voor de subwoofer. Dit geeft mogelijk niet de beste
basweergave. Afhankelijk van de luidsprekeropstelling in
uw kamer is het zelfs mogelijk dat de bassen afnemen als
gevolg van de onderdrukking van lage frequenties. Probeer
in dat geval de positie of de richting van de luidsprekers te
veranderen. Als u geen goede resultaten bereikt, beluistert
u de basweergave met de instellingen PLUS en YES of stelt
u de voorluidsprekers afwisselend in op LARGE en SMALL
RETURN
wanneer u klaar bent.
en laat uw oren beslissen. De eenvoudigste oplossing in
geval van problemen is dat u alle basgeluiden naar de
subwoofer leidt door de voorluidsprekers in te stellen op
SMALL.
X.Over
•
De standaardinstelling is: 100Hz
Deze instelling bepaalt de scheidingsfrequentie tussen de
lage tonen die worden weergegeven door de luidsprekers die
zijn ingesteld op LARGE, of de subwoofer, en de lage tonen
die worden weergegeven door de luidsprekers die zijn
ingesteld op SMALL. Zij legt eveneens de
scheidingsfrequentie vast voor de lage tonen in het LFEkanaal.
•
Zie Luidsprekerinstellingen op bladzijde 52 voor meer
informatie over het kiezen van de luidsprekerformaten.
Selecteer ‘Manual SP Setup’ in het Home Menu.
1
Selecteer ‘X.Over’ in het menu Manual SP Setup.
2
Kies het frequentie-afbreekpunt.
3
Frequenties onder de scheidingsfrequentie worden naar
de subwoofer (of luidsprekers met de instelling LARGE)
gestuurd.
Druk op
RETURN
4
U keert terug naar het menu Manual SP Setup.
wanneer u klaar bent.
Kanaalniveau
Met de kanaalniveau-instellingen kunt u de algehele balans
van het luidsprekersysteem aanpassen. Dit is een belangrijke
factor bij het instellen van een thuistheatersysteem.
•
De testtonen die in de instelling voor het kanaalniveau zijn
gebruikt worden op een hoog geluidsniveau weergegeven.
53
Selecteer ‘Manual SP Setup’ in het Home Menu.
1
Selecteer ‘Channel Level’ in het menu Manual SP Setup.
2
2 . Manual SP Setup
. Speaker Setting
a
. X.Over
b
. Channel Level
c
. Speaker Distance
d
Selecteer een insteloptie.
3
•
Manual – Verplaats de testtoon handmatig van
luidspreker naar luidspreker en pas de kanaalniveaus
afzonderlijk aan.
•
Auto – Pas de kanaalniveaus aan terwijl de testtoon
automatisch wordt verplaatst van luidspreker naar
luidspreker.
Bevestig de gekozen insteloptie.
4
De weergave van de testtonen begint nadat u op
drukt. Nadat het volume toeneemt tot het
referentieniveau, worden testtonen weergegeven.
Return
2c . Channel Level
Test Tone Manual
ENTER:Next
Return
ENTER
4
9
58
Page 54
7
Opmerking
Tip
Opmerking
Belangrijk
7
Home Menu
Pas het niveau van elk kanaal aan met
5
Als u Manual hebt geselecteerd, gebruikt u
andere luidspreker te kiezen. Als u Auto hebt gekozen,
worden de testtonen weergegeven in de op het scherm
getoonde volgorde:
2c . Channel Level
Front L
Center
Front R
Surround R
Surround L
Subwoofer
Pas het niveau van elke luidspreker aan wanneer de
testtoon wordt weergegeven.
•
Als u een geluidsdrukniveaumeter (SPL) gebruikt, verricht
de metingen dan vanaf uw hoofdluisterpositie en regel het
niveau van elke luidspreker op 75 dB SPL (C-gewogen/
langzame uitlezing).
•
De testtoon uit de subwoofer wordt met een laag volume
weergegeven. Mogelijk moet u het niveau bijregelen
wanneer u uw systeem uitprobeert met een echte
geluidsopname.
Druk op
RETURN
6
U keert terug naar het menu Manual SP Setup.
•
De kanaalniveaus kunnen te allen tijd worden gewijzigd
door op
CH SEL
te drukken. U kunt tevens op
op
CH SEL
kiezen, en vervolgens
stellen.
wanneer u klaar bent.
en
CH LEVEL +/–
drukken en
0dB
[ 0dB ]
[ 0dB ]
[ 0dB ]
[ 0dB ]
[ 0dB ]
RECEIVER
/
gebruiken om het kanaal te
/
om de kanaalniveaus af te
/
.
/
om een
Return
van de afstandsbediening
drukken, daarna
Luidsprekerafstand
Voor een goede geluidsdiepte en -scheiding moet u de
afstand van de luidsprekers tot de luisterpositie opgeven. De
receiver kan dan de vertraging toevoegen die nodig is om een
effectief surround-geluid te verkrijgen.
Selecteer ‘Manual SP Setup’ in het Home Menu.
1
Selecteer ‘Speaker Distance’ in het menu Manual SP
2
Setup.
2 . Manual SP Setup
. Speaker Setting
a
. X.Over
b
. Channel Level
c
. Speaker Distance
d
Return
Stel de afstand van elke luidspreker in met
3
De afstand van elke luidspreker kan worden vermeerderd
met 0,03 m.
Druk op
4
RETURN
U keert terug naar het menu Manual SP Setup.
2d . Speaker Distance
Front L
Center
Front R
Surround R
Surround L
Subwoofer
wanneer u klaar bent.
3 m
[ 3 m ]
[ 3 m ]
[ 3 m ]
[ 3 m ]
[ 3 m ]
/
Return
.
Het menu Input Assign (ingangen toewijzen)
Hiermee wordt de ingangsfunctie voor het aansluitpunt van
de analoge audio-ingang toegewezen.
•
Zie Selecteren van het audio-ingangssignaal op bladzijde 26
voor toewijzing van de digitale signaalingangen.
Analoge ingang
Het aansluitpunt voor de audio-ingang ANALOG IN1 is
volgens de fabrieksinstellingen aan CD toegewezen, maar dit
kan worden gewijzigd naar de TV-ingang.
Selecteer ‘Input Assign’ in het Home Menu.
1
Selecteer ‘Analog Input’ in het menu Input Assign.
2
3 . Input Assign
a
. Analog Input
Return
3a . Analog Input
Analog CD
Return
Selecteer de gewenste ingangsoptie voor het
3
aansluitpunt van de audio-ingang ANALOG IN1.
Druk op
RETURN
4
U keert terug naar het menu Input Assign.
•
Schakel over naar het CD- of TV-ingangsmenu terwijl
analoge ingangsaudio wordt afgespeeld, druk op
RECEIVER
(Analoog) te kiezen (zie Selecteren van het audio-
ingangssignaal op bladzijde 26).
wanneer u klaar bent.
en druk enkele malen op
SIGNAL SEL
om A
Het Auto Power Down-menu
Instellen om de receiver automatisch uit te schakelen nadat
een bepaalde tijd is verstreken (wanneer het systeem
ingeschakeld is geweest zonder bediening en zonder
audiosignaal).
•
De standaardinstelling is: 15M
Selecteer ‘Auto Power Down’ in het Home Menu.
1
Home Menu
1
. Auto MCACC
. Manual SP Setup
2
. Input Assign
3
4. Auto Power Down
5. HDMI Setup
6. Network Standby
7. MHL Setup
8. OSD Setup
Voer de tijd in waarna het apparaat moet uitschakelen
2
(wanneer er geen bediening heeft plaatsgevonden).
•
Selecteer 15 minuten (standaardinstelling) of
30 minuten, 60 minuten of uit (OFF).
•
Het systeem wordt automatisch uitgeschakeld indien de
HDMI AUDIO PARAMETER op THRU is ingesteld en er
geen bediening plaatsvindt.
•
Als het niveau van het ingangsvolume buitengewoon laag
is, wordt het systeem automatisch uitgeschakeld (OFF) ook
als afbeeldingen worden weergegeven.
4 . Auto Power Down
Auto Power Down 15M
Return
4
9
58
54
Page 55
7
Opmerking
6 . Network Standby
Return
Network Standby
OFF
Home Menu
1
. Auto MCACC
2
. Manual SP Setup
3
. Input Assign
4. Auto Power Down
5. HDMI Setup
6. Network Standby
7. MHL Setup
8. OSD Setup
7 . MHL Setup
Return
Auto Switching
ON
Home Menu
1
. Auto MCACC
2
. Manual SP Setup
3
. Input Assign
4. Auto Power Down
5. HDMI Setup
6. Network Standby
7. MHL Setup
8. OSD Setup
8 . OSD Setup
Return
OSD
ON
Home Menu
1
. Auto MCACC
2
. Manual SP Setup
3
. Input Assign
4. Auto Power Down
5. HDMI Setup
6. Network Standby
7. MHL Setup
8. OSD Setup
7
•
Door de statische elektriciteit die door het apparaat wordt
afgegeven is het, afhankelijk van het aangesloten apparaat,
mogelijk dat de Auto Power Down-functie niet wordt
geactiveerd.
•
Als het niveau van het ingangsvolume bijzonder laag staat,
is het mogelijk dat de Auto Power Down-functie in
sommige gevallen wordt geactiveerd.
•
Tijdens de weergave van de fotoviewer wordt de Auto Power
Down-functie geactiveerd als de weergave doorgaat en er
geen bediening plaatsvindt.
Druk op
RETURN
3
U keert terug naar het Home Menu.
wanneer u klaar bent.
Het menu Network Standby
Met deze instelling kan de AirPlay-functie voor de bediening
van de receiver vanaf een computer worden gebruikt die is
aangesloten op hetzelfde LAN als de te gebruiken receiver,
ook als de receiver op stand-by staat.
Selecteer ‘Network Standby’ in het Home Menu.
1
Kies ON of OFF voor de Network Standby.
2
•
ON – De AirPlay-functie kan ook worden gebruikt als
de receiver op stand-by staat.
•
OFF – De AirPlay-functie kan niet worden gebruikt als
de receiver op stand-by staat (hiermee kunt u het
stroomverbruik in stand-by verlagen).
-
Als de Network Standby-instelling is ingeschakeld
(ON), dan neemt het stroomverbruik op stand-by toe.
Druk op
RETURN
3
U keert terug naar het Home Menu.
wanneer u klaar bent.
Het MHL-setupmenu
Selecteer of de ingang van MHL automatisch moet worden
ingeschakeld als een met MHL compatible apparaat is
aangesloten.
•
Dit geldt alleen voor met MHL compatible apparaten die
deze functie ondersteunen.
Selecteer ‘MHL Setup’ in het Home Menu.
1
Kies ON of OFF voor de MHL Setup.
2
Druk op
RETURN
3
U keert terug naar het Home Menu.
wanneer u klaar bent.
55
Het OSD Setup-menu
Schakelt de overlayfunctie in en uit (ON/OFF).
Selecteer ‘OSD Setup’ in het Home Menu.
1
Kies ON of OFF voor de OSD Setup.
2
Druk op
RETURN
3
U keert terug naar het Home Menu.
wanneer u klaar bent.
Home Menu
4
9
58
Page 56
Hoofdstuk
Belangrijk
Belangrijk
5 . HDMI Setup
Return
Control OFF
ARC
[
OFF
]
Standby Through
[
OFF
]
8
8
Control met HDMI-functie
Onderstaande gesynchroniseerde bediening met een
Control met HDMI-compatible Pioneer-TV of Blu-ray Discspeler is mogelijk als het component via een HDMI-kabel op
de receiver is aangesloten.
•
Gesynchroniseerde versterkerfunctie
U kunt het volume van de receiver instellen of het geluid
dempen met behulp van de afstandsbediening van de TV.
•
Power-synchronisatie met TV
•
Automatisch schakelen tussen ingangen
De ingang van de receiver schakelt automatisch over
wanneer de ingang van de TV wordt gewijzigd of een
Control met HDMI-compatible component wordt
afgespeeld.
•
Bij apparatuur van Pioneer wordt Control met HDMI-
functies “KURO LINK” genoemd.
•
U kunt deze functie niet gebruiken met apparaten die
Control met HDMI niet ondersteunen.
•
De werking van deze receiver wordt slechts gegarandeerd
ingeval van Control met HDMI-compatible componenten
die door Pioneer zijn vervaardigd. Wij garanderen echter
niet dat alle gesynchroniseerde bediening werkt met
componenten die de Control met HDMI-functie
ondersteunen.
•
Gebruik een High Speed HDMI®/™-kabel wanneer u de
Control met HDMI-functie wilt gebruiken. De Control met
HDMI-functie werkt mogelijk niet juist als een ander type
HDMI-kabel wordt gebruikt.
•
Zie voor nadere bijzonderheden betreffende de bediening,
instellingen enz. tevens de handleidingen van de andere
apparaten.
Control met HDMI-aansluitingen uitvoeren
U kunt gesynchroniseerde bediening voor een aangesloten TV
en andere componenten gebruiken.
•
De audiokabel van de TV dient te worden aangesloten op de
audioingang van dit systeem. Als de TV en de receiver door
middel van HDMI-aansluitingen zijn aangesloten ingeval
de TV de HDMI Audio Return Channel-functie ondersteunt,
wordt het geluid van de TV op de receiver via het HDMIaansluitpunt ingevoerd, en is het dus niet nodig om een
audiokabel aan te sluiten. Zet in dat geval ARC bij HDMI Setup op ON (zie HDMI Setup
Zie Aansluitingen maken met HDMI
verdere informatie.
•
Voordat u de apparatuur aansluit of aansluitingen wijzigt,
moet u de stroom uitschakelen en de stekker van het
netsnoer uit het stopcontact trekken.
Nadat alle aansluitingen zijn voltooid, steekt u de stekker
weer in het stopcontact.
•
Nadat de receiver op een stopcontact is aangesloten,
begint er een 2 tot 10-seconden HDMI initialisatieproces.
Tijdens dit initialisatieproces kunt u geen
bedieningshandelingen verrichten. De HDMI-indicator op
het display knippert tijdens dit procues en u kunt de
receiver pas inschakelen zodra de indicator stopt met
knipperen.
•
Om optimaal profijt van deze functie te hebben, raden wij u
aan uw HDMI-apparaat niet op een TV aan te sluiten maar
rechtstreeks op het HDMI-aansluitpunt van deze receiver.
hieronder).
op bladzijde 18 voor
HDMI Setup
U moet de instellingen op de receiver en ook de instellingen
op de Control met HDMI-compatible apparaten aanpassen
om de Control met HDMI-functie te kunnen gebruiken. Voor
meer informatie raadpleegt u de handleidingen van de
afzonderlijke componenten.
Zet de receiver en de TV aan.
1
Druk op STANDBY/ON
Schakel de TV-ingang over op de ingang waarmee deze
2
receiver via de bijbehorende HDMI-kabel op de TV
wordt aangesloten.
Druk op
3
RECEIVER
Het Home Menu verschijnt op de TV. Gebruik
en
ENTER
op de afstandsbediening om door de
schermen te navigeren en menu-onderdelen te
selecteren. Druk op
sluiten.
om in te schakelen.
en dan op
RETURN
HOME MENU
om het huidige menu af te
.
///
56
•
Druk wanneer gewenst op
Home Menu te verlaten.
Selecteer ‘HDMI Setup’ in het Home Menu.
4
Home Menu
1
. Auto MCACC
. Manual SP Setup
2
. Input Assign
3
4. Auto Power Down
5. HDMI Setup
6. Network Standby
7. MHL Setup
8. OSD Setup
Selecteer de gewenste ‘Control’ instelling.
5
U kunt kiezen of u de Control met HDMI-functie op ON
of OFF wenst in te stellen. U dient het in te stellen op ON
om de Control met HDMI-functie te kunnen gebruiken.
Bij gebruik van een apparaat dat de Control met HDMIfunctie niet ondersteunt, zet u dit onderdeel op OFF.
•
ON – Hiermee wordt de Control met HDMI-functie
ingeschakeld. Wanneer dit apparaat is uitgeschakeld
en een ondersteunde bron begint met weergeven
terwijl de Control met HDMI-functie wordt gebruikt,
zullen de audio- en video-uitvoer van de HDMIverbinding via de TV worden weergegeven.
•
OFF – De Control met HDMI wordt uitgeschakeld. Er
kunnen geen gesynchroniseerde handelingen worden
gebruikt. Wanneer dit apparaat uitgeschakeld is,
zullen de audio- en videobronnen die via HDMI zijn
aangesloten niet worden uitgevoerd.
-
Als de instelling Control niet is uitgeschakeld (OFF)
neemt het energieverbruik tijdens stand-by toe.
Selecteer de gewenste ‘ARC’ instelling.
6
Als een TV die de HDMI Audio Return Channel-functie
ondersteunt op de receiver wordt aangesloten, kan het
geluid van de TV via het HDMI-aansluitpunt worden
ingevoerd.
•
ON – Het geluid van de TV wordt via het HDMIaansluitpunt ingevoerd. Dit kan alleen worden
geselecteerd wanneer Control op ON staat.
•
OFF – Het geluid van de TV wordt vanuit andere audioingangsaansluitpunten dan de HDMI-ingangen
ingevoerd.
HOME MENU
om het
4
9
58
Page 57
8
8
Kies de gewenste Standby Through-instelling.
7
Als de receiver op stand-by staat, wordt het HDMIingangssignaal dat hier is geselecteerd op de televisie
door HDMI uitgevoerd.
•
LAST – Het eerder geselecteerde HDMIingangssignaal wordt uitgevoerd.
•
BD, DVD, SAT/CBL, MHL, HDMI, GAME – Het hier
geselecteerde HDMI-ingangssignaal wordt
uitgevoerd.
•
OFF – Het signaal wordt niet tijdens stand-by
uitgevoerd. Als Control echter aanstaat (ON), wordt
het HDMI-signaal door middel van de Control met
HDMI-functie overgebracht, ook op stand-by.
-
Als de instelling Standby Through niet is
uitgeschakeld (OFF) neemt het energieverbruik
tijdens stand-by toe.
-
Deze instelling kan ook bij apparaten worden
gebruikt die niet compatible zijn met de Control met
HDMI-functie.
-
De Standby Through-functie kan niet met MHL
compatible apparatuur worden gebruikt.
Druk op
RETURN
8
U keert terug naar het Home Menu.
wanneer u klaar bent.
Voordat u de synchronisatie gebruikt
Zodra al uw aansluitingen en instellingen zijn voltooid dient u:
Alle componenten in de ruststand te zetten.
1
Schakel alle componenten in, en schakel hierbij als
2
laatste de TV in.
Kies de HDMI-ingang waarmee de TV met de receiver is
3
verbonden en kijk of de video-uitvoer van de
aangesloten apparaten juist op het scherm wordt
weergegeven.
Controleer of alle apparaten die op de HDMI-ingangen
4
zijn aangesloten, juist worden weergegeven.
Informatie over gesynchroniseerde
bedieningsfuncties
Het Control met HDMI-compatible apparaat dat op de
receiver is aangesloten werkt in sync zoals hieronder
beschreven.
•
Gesynchroniseerde versterkerfunctie
-
Stel het geluid dat door deze receiver wordt afgespeeld in
vanaf het menuscherm van de Control met HDMIcompatible TV, en de receiver schakelt vervolgens over op
de gesynchroniseerde versterkerfunctie.
-
Wanneer de gesynchroniseerde versterkerfunctie is
ingeschakeld, zal deze worden geannuleerd wanneer de
receiver wordt uitgeschakeld. Om de gesynchroniseerde
versterkerfunctie weer in te schakelen, stelt u het geluid
dat door de receiver wordt afgespeeld in vanaf het
menuscherm van de TV, etc. De receiver wordt
ingeschakeld en schakelt vervolgens over naar de
gesynchroniseerde versterkerfunctie.
-
In de gesynchroniseerde versterker-modus, kan de
gesynchroniseerde versterker-modus worden
geannuleerd als een handeling die geluid van de TV
voortbrengt wordt uitgevoerd met het menuscherm, enz.
van de TV.
-
Wanneer de gesynchroniseerde versterkerfunctie wordt
geannuleerd, zal de receiver worden uitgeschakeld als u
op de TV aan het kijken was naar een HDMI-ingangsbron
of een TV-programma.
•
Power-synchronisatie met TV
-
Wanneer de TV in de stand-bystand wordt gezet, komt de
receiver ook in de stand-bystand te staan. (Alleen
wanneer de ingangsfunctie voor een apparaat dat via een
HDMI-verbinding op de receiver is aangesloten wordt
geselecteerd of wanneer TV wordt gekeken.)
•
Automatisch schakelen tussen ingangen
-
De receiver schakelt de ingangsfunctie automatisch om
wanneer het Control met HDMI-compatabile apparaat
wordt afgespeeld.
-
De ingang van de receiver wordt automatisch
overgeschakeld wanneer de ingang van de TV wordt
overgeschakeld.
Control met HDMI-functie
-
De gesynchroniseerde versterkerfunctie blijft actief ook
wanneer de ingangsfunctie van de receiver naar een
ander apparaat dan een HDMI-aangesloten apparaat
wordt overgeschakeld.
Waarschuwingen bij de Control met HDMIfunctie
•
Sluit de TV en componenten (Blu-ray Disc-speler etc.)
rechtstreeks op deze receiver aan. Het onderbreken van
een rechtstreekse verbinding met andere versterker of een
AV-omzetter (zoals een HDMI-schakelaar) kan leiden tot
storingsfouten.
•
Wanneer de Control van de receiver op ON staat, kunt u
zelfs wanneer de receiver in stand-by staat, de audio- en
videosignalen uitvoeren van een speler die via HDMI op de
TV is aangesloten zonder dat er geluid via de receiver wordt
weergegeven, maar alleen wanneer er een Control met
HDMI-compatible apparaat (Blu-ray Disc-speler enz.) en
een compatible TV zijn aangesloten. In dit geval wordt de
receiver ingeschakeld en gaan het aan/stand-by-lampje en
de HDMI-indicator branden.
4
9
58
57
Page 58
Hoofdstuk
9
9
Overige informatie
Problemen oplossen
Vaak worden onjuiste handelingen verward met problemen of
storingen. Wanneer u denkt dat er iets mis is met dit
apparaat, controleert u eerst de onderstaande punten.
Controleer de andere apparaten en elektrische apparatuur die
wordt gebruikt, omdat het probleem soms daarin verscholen
ligt. Wanneer het probleem niet opgelost is’ nadat u alle
onderstaande controles hebt uitgevoerd, dient u contact op te
nemen met uw lokale Pioneer-erkende onafhankelijke
reparatiedienst om het reparatiewerk te laten uitvoeren.
•
Als het apparaat niet naar behoren functioneert vanwege
externe effecten zoals statische elektriciteit, haalt u de
stekker uit het stopcontact en steekt u deze weer in het
stopcontact om het apparaat weer normaal te doen
werken.
Algemeen
Het apparaat gaat niet aan.
Trek de stekker uit het stopcontact en steek hem weer in.
Zorg ervoor dat er geen losse eindjes luidsprekerkabel tegen
het achterpaneel aankomen. Hierdoor zet de receiver zichzelf
automatisch uit.
De receiver schakelt plotseling uit.
Als de Auto Power Down-functie in werking is, wordt het
apparaat automatisch uitgeschakeld indien de receiver enkele
uren lang niet is bediend. Controleer de instelling voor de Auto
Power Down-functie (zie Het Auto Power Down-menu op
bladzijde 54).
Zet de receiver weer aan na ongeveer één minuut (gedurende
deze periode kan het apparaat niet worden ingeschakeld). Als
het bericht blijft aanhouden, neem dan contact op met een
erkend onafhankelijk Pioneer-servicepunt.
Als er weinig informatie over de lage frequenties beschikbaar
is in het bronmateriaal, wijzigt u de luidsprekerinstellingen
naar Front: SMALL voor de voorluidsprekers en YES voor de
subwoofer of LARGE voor de voorluidsprekers en PLUS
(bladzijde 52).
Het HDMI-indicatorlampje knippert en het systeem wordt
niet ingeschakeld.
Er kan een ernstig probleem met de receiver zijn. Probeer de
receiver niet aan te zetten. Haal de stekker van de receiver uit
het stopcontact en bel een door Pioneer erkend
servicecentrum.
Het apparaat wordt plotseling in- of uitgeschakeld, of de
ingang wordt plotseling gewijzigd (wanneer de Control
met HDMI op ON staat).
Dit komt door de gesynchroniseerde bediening vanwege de
Control met HDMI-functie. Als u gesynchroniseer de bediening
niet wilt gebruiken, stelt u de Control met HDMI op OFF (zie
HDMI Setup op bladzijde 56).
OVERHEAT verschijnt in de display en het apparaat wordt
uitgeschakeld.
De temperatuur binnenin het apparaat heef t de toelaatbare
waarde overschreden. Verplaats het apparaat voor betere
ventilatie (bladzijde 2).
Verlaag het geluidsniveau.
TEMP verschijnt in de display en het geluidsniveau daalt.
De temperatuur binnenin het apparaat heef t de toelaatbare
waarde overschreden. Verplaats het apparaat voor betere
ventilatie (bladzijde 2).
Verlaag het geluidsniveau.
Er klinkt geen geluid nadat u een ingangsfunctie hebt
geselecteerd.
Gebruik
Druk op
Stel de
Zorg ervoor dat de component goed is aangesloten (zie De
Controleer de audio-uitgangsinstellingen van de
Raadpleeg de bij de broncomponent meegeleverde
Er worden geen beelden weergegeven wanneer een
Zorg ervoor dat de component goed is aangesloten (zie De
Gebruik voor de aansluiting van deze receiver hetzelfde type
De op het TV-scherm gekozen video-ingang is onjuist.
Er klinkt geen geluid uit de subwoofer.
Controleer of de subwoofer aan staat.
Als de subwoofer een volumeknop heeft, zorg dan dat die niet
VOLUME +/–
MUTE
geluid weer aan te zetten.
SIGNAL SEL
(analoog) overeenkomstig de gemaakte aansluitingen
(bladzijde 26).
apparatuur aansluiten op bladzijde 14).
broncomponent.
instructiehandleiding.
ingangsfunctie is geselecteerd.
apparatuur aansluiten op bladzijde 14).
videokabels voor zowel het bronapparaat als voor de TV (zie
Informatie over video-uitgangaansluiting op bladzijde 17).
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de TV.
op nul staat.
om het geluidsvolume te verhogen.
op de afstandsbediening om het uitgezette
in op H (HDMI), C1/O1 (digitaal) of A
De Dolby Digital- of DTS-bron waarnaar u luistert heeft
misschien geen LFE-kanaal.
Schakel de subwooferinstelling in Luidsprekerinstellingen op
bladzijde 52 in op YES of PLUS.
Schakel de LFE ATT (LFE verzwakken) op bladzijde 39 in op
LFEATT 0 of LFEATT 5.
Er klinkt geen geluid uit de surroundluidsprekers of de
middenluidspreker.
Sluit de luidsprekers op de juiste manier aan (bladzijde 15).
Zie Luidsprekerinstellingen op bladzijde 52 om de
luidsprekerinstellingen te controleren.
Zie Kanaalniveau op bladzijde 53 om de luidsprekerniveaus te
controleren.
Het OSD-scherm (Home Menu, enz.) wordt niet getoond.
De OSD verschijnt niet als de aansluiting via de
composietuitgang van de TV is gedaan. Gebruik de HDMIaansluiting bij de installatie van het systeem.
De Phase Control-functie heeft geen hoorbaar effect.
Indien van toepassing, controleert u of de lowpass-
filterschakelaar op uw subwoofer in de stand uit staat, of dat
de lowpass-uitschakeling in de hoogste frequentie-instelling is
ingesteld. Als uw subwoofer een PHASE -instelling heeft, stelt
u deze in op 0º (of, afhankelijk van de subwoofer, op de
instelling waarvan u denkt dat deze het beste effect op het
algehele geluid heeft).
Zorg ervoor dat de luidsprekerafstand-instelling correct is voor
alle luidsprekers (zie Lui dspr eke rafs tand op bladzijde 54).
Veel storing bij radio-uitzendingen.
Sluit de antenne (bladzijde 21) aan en stel de positie ervan in
voor een optimale ontvangst.
Haal losse kabels weg bij de antenneaansluitingen en draden.
Rol de FM-draadantenne helemaal uit, richt hem voor zo goed
mogelijke ontvangst en zet hem vast op een muur (of sluit een
buiten-FM-antenne aan).
Sluit een extra AM-binnen- of -buitenantenne aan
(bladzijde 21).
Schakel apparatuur uit die storing veroorzaakt of plaats deze
uit de buurt van de receiver (of plaats antennes verder weg van
de apparatuur die de storing veroorzaakt).
U kunt geen radiozenders automatisch selecteren.
Sluit een buitenantenne aan (bladzijde 21).
Storing tijdens afspelen van een cassette.
Plaats het cassettedeck uit de buurt van de receiver, tot de ruis
verdwijnt.
4
9
58
58
Page 59
9
9
Overige informatie
Er is geen geluid of er klinkt herrie wanneer bronnen met
DTS worden afgespeeld.
Controleer of de instellingen van de speler juist zijn en/of de
uitvoer van het DTS-signaal is ingeschakeld. Raadpleeg de
gebruiksaanwijzing van de DVD-speler.
Er lijkt een tijdsverschil te zijn tussen de uitvoer van de
luidsprekers en die van de subwoofer.
Zie Automatische instelling van surroundgeluid (MCACC) op
bladzijde 24 en stel uw systeem opnieuw in waarbij u de
MCACC gebruikt (hierdoor wordt de vertraging in de subwoofer
automatisch gecompenseerd).
Na de automatische MCACC-instelling is de instelling van
het luidsprekerformaat (LARGE of SMALL) onjuist.
Low-De laagfrequente ruis kan veroorzaakt zijn door een
airconditioning of een motor. Schakel alle toestellen in de
kamer uit en voer de automatische MCACC-instelling opnieuw
uit.
De afstandsbediening doet het niet.
Vervang de batterijen (bladzijde 13).
Blijf binnen 7 m en 30º van de sensor op het voorpaneel
(bladzijde 13).
Verwijder het obstakel of ga op een andere plaats zitten of
staan.
Vermijd blootstelling van de afstandsbedieningssensor op het
voorpaneel aan direct licht.
Druk op de
schakel over op de bedieningsmodus van de receiver.
De display is donker.
Druk herhaaldelijk op
naar de standaardinstelling terug te keren.
Tijdens de ECO Mode kan de helderheid tussen 2 niveaus
worden afgewisseld. Als het meest gedimde niveau wordt
geselecteerd, verschijnt DIMMER in de display. (Andere modes
dan ECO: 4 niveaus, ECO Mode: 2 niveaus)
De receiver herkent iPod touch/iPhone niet.
Probeer het volgende.
1. Houd de slaapstandtoets en hometoets op de iPod touch of
de iPhone meer dan 10 seconden lang tegelijkertijd ingedrukt
om opnieuw op te starten.
2. Schakel de receiver in.
3. Sluit de iPod touch/iPhone aan op de receiver.
Het apparaat dat is voorzien van Bluetooth draadloze
technologie kan niet worden aangesloten of bediend. Er
komt geen geluid uit het apparaat dat is voorzien van
RECEIVER
-toets van de afstandsbediening en
DIMMER
op de afstandsbediening om
Bluetooth draadloze technologie of het geluid is
onderbroken.
Controleer dat er geen voorwerp dat elektromagnetische
straling uitzend in de 2,4 GHz band (magnetrons, draadloze
LAN-apparatuur of draadloze apparatuur die is voorzien van
Bluetooth technologie) in de buurt van de eenheid staat. Als
een dergelijk apparaat bij de receiver staat, moet u het verder
weg zetten. U kunt het apparaat dat de elektromagnetische
golven uitzendt ook uitzetten.
Controleer dat het apparaat dat is voorzien van Bluetooth
technologie niet te ver van de eenheid staat en dat er geen
obstakels tussen het apparaat dat is voorzien van Bluetooth
technologie en de eenheid staan. Stel het apparaat dat is
voorzien van Bluetooth draadloze technologie en de eenheid zo
in dat de onderlinge afstand kleiner is dan 10 m en dat er geen
voorwerpen tussen staan.
Controleer of de Bluetooth ADAPTER en het ADAPTER PORT-
aansluitpunt van het apparaat juist zijn aangesloten. (alleen
VSX-529)
Het apparaat dat is voorzien van Bluetooth draadloze
technologie is mogelijk niet ingesteld op de
communicatiemodus die de Bluetooth draadloze technologie
ondersteunt. Controleer de instelling van het apparaat dat is
voorzien van Bluetooth draadloze technologie.
Controleer of de paring juist is. De paringinstelling werd van
deze eenheid of van het apparaat da t is voorzien van Bluetooth
draadloze technologie verwijderd. Reset de paring.
Controleer of het profiel juist is. Gebruik een apparaat dat is
voorzien van Bluetooth draadloze technologie dat A2DPprofielen en AVRCP-profielen ondersteunt.
De display knippert en kan niet worden bediend
Afhankelijk van het ingangssignaal of de luistermodus, zijn er
mogelijk functies die niet kunnen worden geselecteerd.
NETWORK-functie
Geen toegang mogelijk tot het netwerk.
De LAN-kabel is niet stevig aangesloten. Sluit de LAN-kabel
stevig aan (bladzijde 20).
De router is niet ingeschakeld. Schakel de router in.
Er is internet-beveiligingssoftware geïnstalleerd in het
aangesloten apparaat. Er zijn gevallen waarbij geen toegang
mogelijk is tot een apparaat met internet-beveiligingssoftware.
Het audio-apparaat in het netwerk dat uitgeschakeld is, wordt
ingeschakeld. Schakel het audio-apparaat in het netwerk in
voordat u de receiver inschakelt.
Het afspelen begint niet en ‘Connecting Wired...’ wordt
voortdurend aangegeven.
Het apparaat is losgekoppeld van de receiver of de
stroomvoorziening. Controleer of het apparaat correct op de
receiver en de stroomvoorziening is aangesloten.
De PC of internetradio werkt niet juist.
Het corresponderende IP-adres is niet juist ingesteld. Schakel
de ingebouwde DHCP-serverfunctie van de router in of maak
de netwerkinstellingen handmatig overeenkomstig uw
netwerkomgeving (bladzijde 55).
Het IP-adres wordt nu automatisch geconfigureerd. De
automatische configuratie zal even duren. Even wachten a.u.b.
De audiobestanden die op de apparaten in het netwerk
zijn opgeslagen, zoals een PC, kunnen niet worden
afgespeeld.
Windows Media Player 11 of Windows Media Player 12 is niet
op de PC geïnstalleerd. Installeer Windows Media Player 11 of
Windows Media Player 12 op uw PC.
Audiobestanden opgenomen in MPEG-4 AAC of FLAC worden
afgespeeld op Windows Media Player 11 of Windows Media
Player 12. Audiobestanden opgenomen in MPEG-4 AAC of
FLAC kunnen niet worden afgespeeld op Windows Media
Player 11 of Windows Media Player 12. Probeer een andere
server te gebruiken. Zie de handleiding die bij uw server wordt
geleverd.
Het apparaat aangesloten op het netwerk wordt niet juist
bediend.
-
Controleer of het apparaat wellicht beïnvloed wordt door
speciale omstandigheden of in de slaapmodus staat.
-
Indien nodig, kunt u proberen om het apparaat opnieuw op te
starten.
Het apparaat aangesloten op het netwerk geeft geen
toestemming voor het uitwisselen van bestanden. Probeer de
instellingen te veranderen voor het apparaat aangesloten op
het netwerk.
De map opgeslagen op het apparaat aangesloten op het
netwerk is verwijderd of beschadigd. Controleer de map
opgeslagen op het apparaat aa ngesloten op het netwerk.
Netwerkaansluitingen zijn mogelijk beperkt vanwege de
netwerkinstellingen, beveiligingsinstellingen, etc. van de
computer. Controleer de netwerkinstellingen,
beveiligingsinstellingen, etc. van de computer.
Er rusten auteursrechten op de audiobestanden. DRM-
beveiligde audiobestanden waarop auteursrechten rusten
kunnen niet met de receiver worden afgespeeld.
4
9
58
59
Page 60
9
9
Overige informatie
Geen toegang mogelijk tot het apparaat aangesloten op
het netwerk.
Het apparaat aangesloten op het netwerk is niet juist ingesteld.
Als de client automatisch geautoriseerd wordt, moet u de
corresponderende informatie opnieuw invoeren. Controleer of
de verbindingsstatus op “Niet autoriseren” is ingesteld.
Er zijn geen afspeelbare audiobestanden op het apparaat
aangesloten op het netwerk. Controleer de audiobestanden
opgeslagen op het apparaat aangesloten op het netwerk.
De audioweergave wordt plotseling gestopt of er zijn
storingen.
Het audiobestand dat wordt afgespeeld is niet opgenomen in
een formaat dat de receiver kan afspelen.
-
Controleer of het audiobestand is opgenomen in een formaat
dat door de receiver wordt ondersteund.
-
Controleer of de map beschadigd is of de gegevens verminkt.
-
Merk op dat er gevallen zijn waarbij de audiobestanden als
afspeelbaar op de receiver zijn aangegeven, maar toch niet
afgespeeld of weergegeven kunnen worden (bladzijde 50).
De LAN-kabel is niet goed aangesloten. Sluit de LAN-kabel
correct aan (bladzijde 20).
Er is veel dataverkeer op het netwerk terwijl er tevens
verbinding is met internet op hetzelfde netwerk. Gebruik
100BASE-TX voor toegang tot de apparaten in het netwerk.
Afhankelijk van de externe bedieningseenheid die wordt
gebruikt, kan in de DMR-modus de weergave onderbroken
wanneer een volume-instelling op de bedieningseenheid wordt
uitgevoerd. In dit geval moet u het volume vanaf de receiver of
met de afstandsbediening instellen.
Er is een verbinding gemaakt via een draadloze LAN op
hetzelfde netwerk.
Mogelijk is er een tekort aan bandbreedte op de
frequentieband van 2,4 GHz die door de draadloze LAN wordt
gebruikt. Maak LAN-verbindingen via een kabel die niet via een
draadloze LAN loopt.
Zorg ervoor dat de installatie uit de buurt wordt gedaan van
apparatuur die elektromagnetische golven uitstraalt op de
frequentieband van 2,4 GHz (magnetronovens, gameconsoles,
enz.). Als hiermee het probleem niet is verholpen, gebruik dan
geen andere apparatuur die elektromagnetische golven
uitstraalt.
Geen toegang mogelijk tot Windows Media Player 11 of
Windows Media Player 12.
In geval van Windows Media Player 11: U bent op het moment
op het domein ingelogd via uw PC met Windows XP of
Windows Vista geïnstalleerd. In plaats van inloggen op het
domein, moet u op de lokale apparatuur inloggen
(bladzijde 42).
In geval van Windows Media Player 12: U bent op het moment
op het domein ingelogd via uw PC met Windows 7 of 8
geïnstalleerd. In plaats van inloggen op het domein, moet u op
de lokale apparatuur inloggen (bladzijde 42).
Kan niet naar internetradiozenders luisteren.
De firewall-instellingen voor de apparaten in het netwerk zijn
geactiveerd. Controleer de firewall-instellingen voor de
apparaten in het netwerk.
U bent niet verbonden met internet. Controleer de
verbindingsinstellingen voor de apparaten in het netwerk en
neem indien nodig contact op met uw netwerkserviceprovider
(bladzijde 45).
De uitzendingen van een internetradiozender worden gestopt
of onderbroken. Er zijn gevallen waarin u niet naar bepaalde
internet-radiozenders kunt luisteren, hoewel de zenders toch in
de lijst staan van de internet-radiozenders van de receiver
(bladzijde 43).
De NETWORK-functie kan niet met de toetsen op de
afstandsbediening worden bediend.
De afstandsbediening staat niet in de NETWORK-modus. Druk
op
NET
om de afstandsbediening op de NETWORK-modus in
te stellen (bladzijde 49).
Dit systeem kan niet worden geselecteerd via de Spotify-
applicatie.
Een internetverbinding is vereist voor zowel het mobiele
digitale apparaat als dit systeem.
Sluit het mobiele digitale apparaat aan door middel van de Wi-
Fi op de draadloze LAN-router van hetzelfde netwerk als het
netwerk waarmee dit apparaat is verbonden.
Een Spotify Premium-account (tegen een vergoeding) dient
voor de Spotify-applicatie te worden aangemaakt.
Wanneer dit systeem op stand-by staat, kan het niet via de
Spotify-applicatie worden geselecteerd.
Het geluid van de Spotify-audiostream wordt niet
weergegeven.
Controleer of dit systeem op de Spotify-applicatie is
geselecteerd.
Controleer of materiaal op de Spotify-applicatie wordt
afgespeeld.
Indien via bovenstaande het probleem niet wordt opgelost,
schakel dit systeem dan uit en weer in.
Het volume op dit systeem wordt niet verhoogd als de
volumeslider in de Spotify-applicatie wordt verhoogd.
Op sommige modellen bevindt zich een bovengrens voor het
volume om ervoo r te zorgen dat het volume niet per on geluk te
hoog staat. Gebruik in dat geval de afstandsbediening om het
volume hoger te zetten. Wanneer een applicatie zoals
iControlAV wordt gebruikt, kan het volume ook via de applicatie
worden verhoogd.
De weergave loopt door op dit systeem als de Spotify-
applicatie is gestopt.
De Spotify audiostreaming blijft via dit systeem doorlopen, ook
als de Spotify-applicatie is gestopt. Start de Spotify-applicatie
opnieuw op om deze weer te kunnen bedienen.
Problemen oplossen van draadloze LAN
WLAN ERR wordt in de display getoond.
Mogelijk doet zich een onregelmatigheid voor met de WLAN-
adapter die op de DC OUTPUT voor WIRELESS LAN aan het
achterzijdepaneel is aangesloten.
Verwijder de netstekker als WLAN ERR in de display verschijnt
wanneer Network Standby op ON staat. Wanneer het netsnoer
na 10 seconden weer wordt aangesloten, wordt WLAN ERR
uitgeschakeld.
Er is geen toegang tot het netwerk via draadloze LAN.
De draadloze LAN-convertor is niet ingeschakeld (De
indicators “Power”, “WPS” en “Wireless” branden niet
allemaal). Controleer of de USB-kabel waarmee de draadloze
LAN-convertor is aangesloten op het aa nsluitpunt DC OUTPUT for WIRELESS LAN van de receiver juist is aangesloten.
De LAN-kabel is niet stevig aangesloten. Sluit de LAN-kabel
stevig aan (bladzijde 20).
De draadloze LAN-convertor en de hoofdunit (draadloze LAN-
router, enz.) bevinden zich te ver van elkaar af, of er bevindt
zich een obstakel tussen de twee apparaten. Breng verbetering
aan de omgeving van de draadloze LAN aan door de draadloze
LAN-convertor en de basisunit dichter bij elkaar te zetten, e.d.
Er bevindt zich een magnetron of ander apparaat dat
elektromagnetische golven produceert in de buurt van de
draadloze LAN.
-
Gebruik het systeem op een plaats uit de buurt van
magnetrons en andere apparaten die elektromagnetische
golven produceren.
4
9
58
60
Page 61
9
9
-
Gebruik waar mogelijk geen apparatuur die
elektromagnetische golven produceren als het systeem met
de draadloze LAN wordt gebruikt.
Draadloze LAN-aansluitingen kunnen niet tot stand worden
gebracht tussen de draadloze L AN-convertor en de basisunit
(draadloze LAN-router enz.).
-
Schakel het apparaat uit terwijl de draadloze LAN-convertor
op de receiver is aangesloten, verwijder het netsnoer uit het
stopcontact en steek daarna het netsnoer weer in en schakel
de receiver in.
-
De draadloze LAN-convertor moet worden ingesteld om de
draadloze LAN-aansluitingen tot stand te brengen.
Raadpleeg de bedieningshandleiding van de draadloze LANconvertor voor meer gegevens.
De draadloze LAN-convertor is op juiste wijze op de receiver
aangesloten en de indicators van de draadloze LAN-convertor
branden, maar de draadloze LAN-convertor kan niet vanaf de
receiver worden ingesteld (het instellingenscherm kan niet
worden weergegeven).
Als Network Modes in de Network Settings van de receiver
op STATIC staat, en het IP-adres is handmatig ingesteld, dan
komt het IP-adres dat in de draadloze LAN-converter is
ingesteld mogelijk niet overeen. Zet Network Modes in de
Network Settings van de receiver op DHCP. Schakel de
receiver uit nadat de instellingen zijn gedaan. Schakel daarna
de receiver weer in en controleer of de instellingen van de
draadloze LAN-convertor met de receiver kunnen worden
weergegeven.
Als de instellingen kunnen worden weergegeven, wijzig dan
waar nodig de instellingen van het IP-adres van de receiver en
de draadloze LAN.
De instellingen van het IP-adres van de receiver en de
draadloze LAN-convertor corresponderen niet met de
instellingen van de draadloze LAN-router enz.
Controleer de instellingen van het IP-adres van de receiver en
de draadloze LAN-convertor (inclusief de Network Modes).
Schakel de receiver uit als de Network Modes van de receiver
op DHCP staat, en schakel het apparaat daarna weer in.
Controleer of de IP-adressen van de receiver en de draadloze
LAN-convertor corresponderen met de instellingen van de
draadloze LAN-router, enz. Als de Network Modes van de
receiver op STATIC staat, stel dan een IP-adres in dat
correspondeert met het netwerk van de basisunit (draadloze
LAN-router enz.)
Als bijvoorbeeld het IP-adres van de draadloze LAN-router
“192.168.1.1” is, stel dan het IP-adres van de receiver in op
“192.168.1.XXX” (*1), het Subnet Mask op “255.255.255.0”, de
Gateway en DNS op “192.168.1.1”.
Zet daarna het IP-adres van de draadloze LAN-convertor op
“192.168.1.249” (*2).
(*1) Zet de “XXX” in “192.168.1.XXX” op een waarde tussen 2 en
248 die niet aan andere apparaten is toegewezen.
(*2) Zet “249” in “192.168.1.249” op een waarde tussen 2 en 249
die niet aan andere apparaten is toegewezen.
Probeer de geavanceerde instellingen van de draadloze LAN-
convertor in te stellen. De draadloze LAN-convertor kan op een
computer worden aangesloten om de geavanceerde
instellingen van draadloze LAN uit te voeren. Zie de bijgesloten
CD-Rom van de draadloze LAN-convertor voor meer gegevens.
Controleer de instellingen van de draadloze LAN-router enz. en
wijzig daarna de instellingen van de draadloze LAN-convertor.
Let echter wel dat met de geavanceerde draadloze LANinstellingen de draadloze LAN-omgeving niet per definitie
wordt verbeterd. Pas op bij het wijzigen van de instellingen.
Het toegangspunt is ingesteld op verbergen van SSID. In dat
geval wordt de SSID mogelijk niet op het scherm van de
access-pointlijst getoond. Stel in dat geval de SSID enz. in door
de instellingen van de draadloze LAN-convertor handmatig uit
te voeren.
De beveiligingsinstellingen van het access point gebruiken
WEP 152-bits codesleutel of gedeelde sleutelauthenticatie. De
receiver ondersteunt geen WEP 152-bits codesleutel of
gedeelde sleutelauthenticatie.
Netwerkaansluitingen kunnen niet tot stand worden gebracht
als bovenstaande stappen worden genomen. Reset de
draadloze LAN-convertor. Stel hierna de instellingen van de
draadloze LAN-convertor opnieuw in.
-
Gegevens over resetten
-
1. Controleer of de draadloze LAN-convertor is ingeschakeld.
-
2. Druk tenminste 3 seconden lang op de resettoets van de
draadloze LAN-convertor.
-
3. Laat de resettoets los.
Als de draadloze LAN-convertor opnieuw is gestart dan is de
resetprocedure voltooid.
HDMI
Geen geluid of beeld.
Als het probleem blijft aanhouden terwijl uw HDMI-component
rechtstreeks is aangesloten op uw monitor, dient u de
handleiding van de component of de monitor te raadplegen of
contact op te nemen met de fabrikant voor ondersteuning.
Er is geen beeld.
De videosignalen die vanaf het analoge video-aansluitpunt
binnenkomen worden niet door het HDMI-aansluitpunt
uitgevoerd. De videosignalen die vanaf het HDMI-aansluitpunt
Overige informatie
binnenkomen worden niet door het analoge video-aansluitpunt
uitgevoerd. Het type kabel tussen de ingang en uitgang dient
telkens hetzelfde te zijn.
Afhankelijk van de uitgangsinstellingen van de
broncomponent kan het zijn dat er een video-indeling wordt
verzonden die niet kan worden weergegeven. Wijzig de
uitgangsinstellingen van de bron, of voer de aansluiting uit met
de contactstekers van de composiet video.
Deze receiver is geschikt voor HDCP. Controleer of de
apparatuur die u aansluit ook geschikt is voor HDCP. Als dat
niet het geval is, sluit ze dan aan met de contactstekers van de
composiet video.
Afhankelijk van het aangesloten apparaat is het mogelijk dat
het apparaat niet werkt met deze receiver (zelfs als het geschikt
is voor HDCP). Sluit hem in dat geval aan met de
contactstekers voor de composiet video tussen de bron en de
receiver.
Als er geen beeld op de TV verschijnt, probeert u de instelling
voor de resolutie of Deep Color, of een andere instelling voor
het apparaat te wijzigen.
Om signalen in Deep Color uit te voeren, gebruikt u een HDMI-
kabel (High Speed HDMI®/™-kabel) om deze receiver te
verbinden met een apparaat of TV met de Deep Color-functie.
Er is geen geluid of het geluid stopt plotseling.
Controleer of de HDMI-instelling op AMP is ingesteld
(bladzijde 39).
Als de component een DVI-apparaat is, gebruikt u een
afzonderlijke aansluiting voor de audio.
Bij digitale audio-overbrenging in HDMI-formaat duurt het
langer voordat dit door het apparaat wordt herkend. Daarom is
het mogelijk dat er een onderbreking in het geluid is bij het
overschakelen tussen de audio-indelingen of het beginnen met
afspelen.
Door het aan- en uitzetten van het apparaat dat tijdens de
weergave op het HDMI OUT-aansluitpunt van dit systeem is
aangesloten, of door het aan- of afsluiten van de HDMI-kabel
tijdens de weergave kan ruis of een storing in het geluid
ontstaan.
Gesynchroniseerde bediening met gebruik van de Control
met HDMI-functie is niet mogelijk.
Controleer de HDMI-aansluitingen.
De kabel kan beschadigd zijn.
Selecteer ON voor de Control met HDMI-instelling (zie HDMI
Setup op bladzijde 56).
Schakel eerst het TV-toestel in en daarna pas deze receiver.
Schakel de Control met HDMI-instelling van de TV in (zie de
gebruiksaanwijzing voor de TV).
4
9
58
61
Page 62
9
Opmerking
9
Overige informatie
Belangrijke informatie over de HDMI-aansluiting
Er zijn gevallen waarin u de HDMI-signalen niet via deze
receiver kunt leiden (dit is afhankelijk van de component met
HDMI-functie die u aansluit - raadpleeg de fabrikant voor
informatie over HDMI-compatibiliteit).
Wanneer u via deze receiver de HDMI-signalen niet goed kunt
ontvangen (vanaf uw component), dient u de volgende
configuratie te proberen tijdens het aansluiten.
Configuratie
Sluit uw HDMI-geschikte bronapparaat rechtstreeks aan op
het beeldscherm via een HDMI-kabel. Gebruik vervolgens de
handigste aansluiting (digitaal is aanbevolen) voor het
doorgeven van het audiosignaal aan de receiver. Zie de
gebruiksaanwijzingen voor nadere details over de
audioaansluitingen. Zet de geluidssterkte van het
beeldscherm in de minimumstand bij het gebruik van deze
aansluitmethode.
•
Afhankelijk van het apparaat, kan het audiouitgangssignaal beperkt zijn tot het aantal kanalen dat
beschikbaar is van het aangesloten beeldscherm (zo kan
bijvoorbeeld het audio-uitgangssignaal worden beperkt tot
2 kanalen bij een videomonitor met niet meer dan stereogeluidsweergave).
•
Wanneer u de ingangsbron wilt omschakelen, moet u de
functies op zowel de receiver als uw scherm omschakelen.
•
Omdat het geluid op de display gedempt is wanneer de
HDMI-aansluiting wordt gebruikt, dient u het volume op de
display elke keer dat u tussen ingangsbronnen schakelt bij
te stellen.
Windows 8
Dit product is compatible met Windows 8.1 en Windows 8.
Windows® en het Windows-logo zijn handelsmerken van de
Microsoft-bedrijvengroep.
MHL
MHL, het MHL-Logo en Mobile High-Definition Link zijn
handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van MHL, LLC
in de VS en in andere landen.
MHL2 is in deze receiver geïntegreerd.
HTC Connect
Gegevens over de iPod/iPhone
AirPlay functioneert met iPhone, iPad en iPad touch met iOS
4.3.3 of latere versie, Mac met OS X Mountain Lion, en Mac en
PC met iTunes 10.2.2 of latere versie.
USB functioneert met iPhone 5s, iPhone 5c, iPhone 5, iPhone
4s, iPhone 4, iPhone 3GS, iPhone 3G, iPhone, iPod Touch
(1ste tot 5de generatie) en iPod nano (3de tot 7de generatie).
“Gemaakt voor iPod” en “Gemaakt voor iPhone” wil zeggen dat
een elektronische accessoire speciaal ontwikkeld is voor
verbinding met respectievelijk een iPod of iPhone en door de
maker gewaarborgd is als conform de Apple
werkingsnormen. Apple is niet verantwoordelijk voor de
werking van dit apparaat en voor het voldoen aan de
veiligheidsnormen en wettelijke normen. Houd er rekening
mee dat het gebruik van dit accessoire met iPod of iPhone
invloed kan hebben op de draadloze prestatie.
Apple, AirPlay, iPad, iPhone, iPod, iPod nano, iPod touch,
iTunes, Safari, Bonjour en Mac zijn handelsmerken van Apple
Inc., geregistreerd in de V.S. en andere landen. Het AirPlay logo
is een handelsmerk van Apple Inc.
App Store is een dienstenmerk van Apple Inc.
4
9
58
HTC, HTC Connect en het HTC Connect-logo zijn
handelsmerken van HTC Corporation.
plc of een van haar concernmaatschappijen en kunnen in één
of meerdere rechtsgebieden zijn geregistreerd.
Over de
Het merk Bluetooth® en de logo’s daarvan zijn gedeponeerde
handelsmerken van Bluetooth SIG, Inc. PIONEER
CORPORATION gebruikt deze onder licentie. Andere
handelsmerken en handelsnamen zijn eigendom van de
respectieve eigenaren.
®
en het logo aptX zijn handelsmerken van CSR
Bluetooth
draadloze technologie
Apple Lossless Audio Codec
Hieronder treft u vertalingen van softwarelicenties aan. Deze
vertalingen betreffen echter geen officiële documentatie.
Raadpleeg de Engelse originele versies.
Gelicentieerd onder het Apache License, Version 2.0. Een
exemplaar van de licentie kan worden verkregen bij
http://www.apache.org/licenses/LICENSE-2.0.
•
Herdistributie van broncode dient de volgende melding in
verband met auteursrecht te bevatten, deze lijst met
voorwaarden en de volgende disclaimer.
•
Voor herdistributie in binaire vorm dient bovenstaande
melding in verband met auteursrecht te worden
weergegeven, deze lijst met voorwaarden en de volgende
disclaimer in de documentatie en/of overig materiaal dat
bij de distributie wordt meegeleverd.
•
Noch de naam van de Xiph.org Foundation noch de namen
van de medewerkers mogen gebruikt worden voor
goedkeuring of reclame van producen die afgeleid zijn van
deze software, zonder voorafgaande schriftelijke
toestemming.
DEZE SOFTWARE WORDT DOOR DE HOUDERS VAN HET
AUTEURSRECHT EN DE MEDEWERKERS GELEVERD IN DE
STAAT WAARIN DEZE ZICH BEVINDT EN ALLE UITDRUKKELIJK
VERMELDE OF GEÏMPLICEERDE GARANTIES, MET INBEGRIP
VAN, MAAR NIET BEPERKT TOT, GARANTIES DAT HET
PRODUCT VERHANDELBAAR IS EN GESCHIKT IS VOOR EEN
BEPAALD DOEL, WORDEN VERWORPEN. ONDER GEEN
BEDING ZIJN DE STICHTING OF DE MEDEWERKERS
AANSPRAKELIJK VOOR ENIGE DIRECTE, INDIRECTE,
INCIDENTELE OF BIJZONDERE SCHADE, OF SCHADE DIE
VOORTVLOEIT UIT HET GEBRUIK VAN HET PRODUCT
(INCLUSIEF, MAAR NIET BEPERKT TOT, AANKOOP VAN
VERVANGENDE GOEDEREN OF DIENSTEN, UITVAL, EN
VERLIES VAN GEGEVENS OF WINST; OF ONDERBREKING VAN
DE BEDRIJFSVOERING) HOE DAN OOK DOOR VEROORZAAKT
EN OP WELKE GROND OF AANSPRAKELIJKHEID DAN OOK,
HETZIJ CONTRACTUEEL, STRIKTE AANSPRAKELIJKHEID OF
ONRECHTMATIGE DAAD (INCLUSIEF NALATIGHEID OF
ANDERSZINS) OP EEN OF ANDERE WIJZE VOORTVLOEIENDE
UIT HET GEBRUIK VAN DEZE SOFTWARE, ZELFS NA MELDING
VAN DE MOGELIJKHEID VAN DERGELIJKE SCHADE.
Overige informatie
Informatie over berichten die verschijnen
wanneer netwerkfuncties worden gebruikt
Raadpleeg de volgende informatie als u een statusbericht
tegenkomt terwijl u de netwerkfuncties bedient.
StatusmeldingenBeschrijving
Connection DownEr kan geen verbinding met de
File Format ErrorAfspelen is om de een of andere reden
Track Not FoundHet geselecteerde nummer kan nergens
Server ErrorEr kan geen verbinding met de
Server Disconnected De ser ver is niet aangesloten.
EmptyEr zijn geen bestanden in de
License ErrorDe licentie voor de content die moet
Item Already Exists Dit wordt weergegeven wanneer het
Favorite List FullDit wordt weergegeven wanneer u een
geselecteerde categorie of de internetradiozender worden gemaakt.
niet mogelijk.
op het netwerk worden gevonden.
geselecteerde server worden gemaakt.
geselecteerde map opgeslagen.
worden afgespeeld is ongeldig.
bestand dat u in de favorietenmap
probeerde te registreren reeds is
geregistreerd.
bestand in de favorietenmap probeerde
te registreren maar de favorietenmap vol
is.
Herdistributie en gebruik in bron- en binaire vorm, met of
zonder aanpassingen, worden toegestaan mits aan de
volgende voorwaarden is voldaan:
63
Page 64
9
Belangrijk
9
Overige informatie
Het hoofdtoestel terugstellen
Aan de hand van de volgende procedure kunt u alle
instellingen van de receiver terugstellen op hun standaard
fabrieksinstellingen. Gebruik hiervoor de
bedieningselementen op het voorpaneel.
•
Zie Fabrieksreset op bladzijde 48 voor instructies over het
terugstellen van de instellingen voor netwerkaansluiting.
Zet de receiver in stand-by.
1
Terwijl u
BAND
2
ongeveer twee seconden lang ingedrukt.
Als RESET? in de display verschijnt, drukt u op
3
SURROUND/STREAM DIRECT
OK? verschijnt op het display.
Druk op
4
U ziet OK op het display om aan te geven dat de
standaardinstellingen van de receiver zijn hersteld.
•
Als de Control met HDMI-functie is ingeschakeld (ON), de
HDMI-functie Standby Through op iets anders dan OFF is
ingesteld, of Network Standby op ON is ingesteld, kan het
apparaat mogelijk niet worden gereset. In dat geval kunt u
een reset uitvoeren door de Control met HDMI-functie op
OFF te zetten, of door het apparaat op stand-by the zetten
waarbij u alle aangesloten apparatuur uitschakelt en
vervolgens reset nadat de HDMI-indicator op het
voorpaneel is uitgeschakeld.
indrukt, houdt u STANDBY/ON
.
ALC/STANDARD SURR
om te bevestigen.
AUTO
Het apparaat schoonmaken
•
Gebruik een poetsdoek of een droge doek om stof en vuil
van het apparaat te verwijderen.
•
Wanneer het buitenoppervlak van het apparaat vuil is,
veegt u het schoon met een zachte doek die u in een
neutraal reinigingsmiddel, vijf- tot zesmaal verdund in
water, hebt gedompeld en goed hebt uitgewrongen. Maak
het apparaat vervolgens droog met een droge doek.
Gebruik geen meubelwas of meubelreinigers.
•
Gebruik nooit verdunner, benzine, insectensprays of
andere chemische producten om dit product schoon te
maken, want deze kunnen corrosie op het buitenoppervlak
veroorzaken.
Geproduceerd onder licentie van Dolby Laboratories. Dolby, Pro
Logic en het dubbele-D-symbool zijn handelsmerken van
Dolby Laboratories.
* De directe transmissie-afstand is een geschatte waarde. De
feitelijke transmissie-afstand kan verschillen afhankelijk van
de omgevingsomstandigheden.
* De directe transmissie-afstand is een geschatte waarde. De
feitelijke transmissie-afstand kan verschillen afhankelijk van
de omgevingsomstandigheden.
Informatieblad over SPEAKER CAUTION (alleen Engels) . . . 1
Netsnoer
Deze handleiding (CD-ROM)
•
De specificaties zijn van toepassing wanneer de voeding
230 V is.
•
De technische gegevens en het ontwerp kunnen met het
oog op verbeteringen zonder voorafgaande kennisgeving
worden gewijzigd.
•
Dit product bevat FontAvenue®-lettertypen gelicentieerd door
NEC Corporation. FontAvenue is een gedeponeerd
handelsmerk van NEC Corporation.
•
Microsoft, Windows, Windows Media en Windows Vista zijn
gedeponeerde handelsmerken óf handelsmerken van
Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere
landen.
•
Android en Google Play zijn handelsmerken van Google Inc.
Overige informatie
4
9
58
65
Page 66
Declaration of Conformity with regard to the R&TTE Directive 1999/5/EC
Manufacturer:
PIONEER HOME ELECTRONICS
CORPORATION
1-1, Shin-ogura, Saiwai-ku,
Kawasaki-shi, Kanagawa
212-0031, Japan
[*] VSX-824-K
English:
Hereby, Pioneer, declares that this [*] is
in compliance with the essential
requirements and other relevant
provisions of Directive 1999/5/EC.
Suomi:
Pioneer vakuuttaa täten että [*]
tyyppinen laite on direktiivin 1999/5/EY
oleellisten vaatimusten ja sitä
koskevien direktiivin muiden ehtojen
mukainen.
Nederlands:
Hierbij verklaart Pioneer dat het toestel
[*] in overeenstemming is met de
essentiële eisen en de andere
relevante bepalingen van richtlijn
1999/5/EG
Français:
Par la présente Pioneer déclare que
l’appareil [*] est conforme aux
exigences essentielles et aux autres
dispositions pertinentes de la directive
1999/5/CE
Svenska:
Härmed intygar Pioneer att denna [*]
står I överensstämmelse med de
väsentliga egenskapskrav och övriga
relevanta bestämmelser som framgår
av direktiv 1999/5/EG.
EU Representative’s:
Pioneer Europe NV
Haven 1087, Keetberglaan 1,
9120 Melsele, Belgium
http://www.pioneer.eu
Dansk:
Undertegnede Pioneer erklærer
herved, at følgende udstyr [*]
overholder de væsentlige krav og
øvrige relevante krav i direktiv 1999/5/EF
Deutsch:
Hiermit erklärt Pioneer, dass sich
dieses [*] in Übereinstimmung mit den
grundlegenden Anforderungen und den
anderen relevanten Vorschriften der
Richtlinie 1999/5/EG befindet". (BMWi)
Ελληνικά:
ΜΕ ΤΗΝ ΠΑΡΟΥΣΑ Pioneer ΔΗΛΩΝΕΙ
[*] ΣΥΜΜΟΡΦΩΝΕΤΑΙ ΠΡΟΣ ΤΙΣ
ΟΤΙ
ΟΥΣΙΩΔΕΙΣ ΑΠΑΙΤΗΣΕΙΣ ΚΑΙ ΤΙΣ
ΛΟΙΠΕΣ ΣΧΕΤΙΚΕΣ ΔΙΑΤΑΞΕΙΣ ΤΗΣ
ΟΔΗΓΙΑΣ 1999/5/ΕΚ
Italiano:
Con la presente Pioneer dichiara che
questo [*] è conforme ai requisiti
essenziali ed alle altre disposizioni
pertinenti stabilite dalla direttiva
1999/5/CE.
Español:
Por medio de la presente Pioneer
declara que el [*] cumple con los
requisitos esenciales y cualesquiera
otras disposiciones aplicables o
exigibles de la Directiva 1999/5/CE
Português:
Pioneer declara que este [*] está
conforme com os requisitos essenciais
e outras disposições da Directiva
1999/5/CE.
Čeština:
Pioneer tímto prohlašuje, že tento [*] je
ve shodě se základními požadavky a
dalšími příslušnými ustanoveními
směrnice 1999/5/ES
Eesti:
Käesolevaga kinnitab Pioneer seadme
[*] vastavust direktiivi 1999/5/EÜ
põhinõuetele ja nimetatud direktiivist
tulenevatele teistele asjakohastele
sätetele.
Magyar:
Alulírott, Pioneer nyilatkozom, hogy a
[*] megfelel a vonatkozó alapvetõ
követelményeknek és az 1999/5/EC
irányelv egyéb elõírásainak.
Latviešu valoda:
Ar šo Pioneer deklarē, ka [*] atbilst
Direktīvas 1999/5/EK būtiskajām
prasībām un citiem ar to saistītajiem
noteikumiem.
Lietuvių kalba:
Šiuo Pioneer deklaruoja, kad šis [*]
atitinka esminius reikalavimus ir kitas
1999/5/EB Direktyvos nuostatas.
Malti:
Hawnhekk, Pioneer jiddikjara li dan [*]
jikkonforma mal-ħtiġijiet essenzjali u ma
provvedimenti oħrajn
fid-Dirrettiva 1999/5/EC
Slovenčina:
Pioneer týmto vyhlasuje, že [*] spĺňa
základné požiadavky a všetky príslušné
ustanovenia Smernice
1999/5/ES.
relevanti li hemm
Slovenščina:
Pioneer izjavlja, da je ta [*] v skladu z
bistvenimi zahtevami in ostalimi
relevantnimi določili direktive
1999/5/ES.
Română:
Prin prezenta, Pioneer declara ca acest
[*] este in conformitate cu cerintele
esentiale si alte prevederi ale Directivei
1999/5/EU.
български:
С настоящето, Pioneer декларира, че
този [*] отговаря на основните
изисквания и други съответни
постановления на Директива
1999/5/EC.
Polski:
Niniejszym Pioneer oświadcza, że
[*] jest zgodny z zasadniczymi wymogami oraz pozostałymi stosownymi
postanowieniami
Dyrektywy 1999/5/EC
Norsk:
Pioneer erklærer herved at utstyret [*]
er i samsvar med de grunnleggende
krav og øvrige relevante krav i direktiv
1999/5/EF.
Íslenska:
Hér með lýsir Pioneer yfir því að
[*] er í samræmi við
grunnkröfur og aðrar kröfur, sem gerðar
eru í tilskipun 1999/5/EC
Hrvatski:
Ovime tvrtka Pioneer izjavljuje da je
ovaj [*] u skladu osnovnim zahtjevima i
ostalim odredbama Direktive
1999/5/EC.
R-TTE-24L_C1_En
Page 67
<ARC8313-B>
PIONEER HOME ELECTRONICS CORPORATION
1-1, Shin-ogura, Saiwai-ku, Kawasaki-shi, Kanagawa 212-0031, Japan
PIONEER ELECTRONICS (USA) INC.
P.O. BOX 1540, Long Beach, California 90801-1540, U.S.A. TEL: (800) 421-1404