De fabrikant behoudt zich het recht voor om zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen aan het in
Het merk dat op het product is aangebrachtgeeft
aan dat het product voldoet aan defundamentele
kwaliteitsvereisten.
dezehandleiding beschreven product aan te brengen.
ENERGY STARis een U.S. geregistreerd merk.
Het ENERGY STAR programma is een energiebesparingsplan geïntroduceerd door de United StatesEnvironmental
Protection Agency in antwoord op de milieuproblematiek en met als doel bevordering van deontwikkeling en het
gebruik van meer energie-efficiënte kantoorapparatuur.
Gelieve rekening te houden met het feit dat de volgende omstandigheden bovengenoemde conformiteit evenals
deproductkenmerken niet meer gegarandeerd zijn:
• verkeerde elektrische stroomvoorziening;
• verkeerde installatie, verkeerd of onheus gebruik of in ieder geval gebruik waarbij geen rekening
wordtgehouden met de aanwijzingen in de bij het product geleverde handleiding;
• vervangen van originele componenten of accessoires door een ander type dat niet goedgekeurd is door
deconstructeur, of uitgevoerd door onbevoegd personeel.
Alle rechten voorbehouden. Niets van dit materiaal mag worden verveelvoudigd ofovergedragen in welke
vorm of op welke wijze dan ook, elektronisch of mechanisch,inclusief fotokopieën, opname of door middel
van enig systeem voor het opslaan enopvragen van gegevens, zonder voorafgaande schriftelijke
toestemming van deUitgever.
Page 3
Inleiding
Hartelijk dank voor de aanschaf van de d-Copia 1800MF/d-Copia 2200MF.
Deze bedieningshandleiding is bedoeld om u te helpen het apparaat correct te bedienen, het
basisonderhoud uit te voeren en zo nodig eenvoudige problemen op te lossen, zodat u uw
apparaat steeds in optimale staat kunt gebruiken. Lees deze bedieningshandleiding aandachtig
voor u het apparaat in gebruik neemt. Bewaar de handleiding in de buurt van het apparaat zodat
u deze snel kunt raadplegen. Wij adviseren u vervangartikelen van ons eigen merk te gebruiken.
Wij zijn niet aansprakelijk voor schade ten gevolge van het gebruik van verbruiksartikelen van
andere fabrikanten in dit apparaat.
In deze bedieningshandleiding wordt naar de d-Copia 1800MF verwezen als het '18-ppm-model' en
naar de d-Copia 2200MF als het '22-ppm-model'.
Page 4
Wettelijke kennisgevingen
en veiligheidsvoorschriften
Lees deze informatie voordat u het apparaat in gebruik neemt.
In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen behandeld:
•Voorzorgsmaatregelen bij de installatie.......................... vii
•Stroomtoevoer/aarding van het apparaat...................... viii
•Voorzorgsmaatregelen voor gebruik ...............................ix
•Laserveiligheid ............................................................... xii
•Stroomtoevoer afsluiten................................................. xiii
•EG-verklaring van overeenstemming ............................ xiii
GEBRUIKERSHANDLEIDINGi
Page 5
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsvoorschriften
Wettelijke kennisgevingen
Kennisgeving
Copyright
VOORZICHTIG:
schade die het gevolg is van het verkeerd installeren van het apparaat.
De informatie in deze handleiding kan zonder voorafgaande kennisgeving
worden gewijzigd. In toekomstige edities kunnen extra pagina's worden
ingevoegd. De huidige editie kan technische onvolkomenheden of
drukfouten bevatten.
Wij aanvaarden geen verantwoordelijkheid voor ongevallen die het gevolg
zijn van het niet opvolgen van de instructies in deze handleiding. Wij
aanvaarden geen verantwoordelijkheid voor fouten in de firmware van de
printer (de inhoud van het ROM).
Deze handleiding en al het materiaal dat onder het auteursrecht valt en
wordt verkocht of meegeleverd bij of in verband met de verkoop van het
apparaat, zijn auteursrechtelijk beschermd. Alle rechten voorbehouden.
Elke kopie die van deze handleiding of een deel daarvan wordt gemaakt,
en alles wat onder het auteursrecht valt, moet dezelfde copyrightvermelding bevatten als het materiaal dat wordt gekopieerd.
Er wordt geen aansprakelijkheid aanvaard voor
Handelsmerken
PRESCRIBE, ECOSYS, KPDL en KIR (Kyocera Image Refinement) zijn
handelsmerken van Kyocera Corporation.
Diablo 630 is een product van Xerox Corporation. IBM Proprinter X24E is
een product van International Business Machines Corporation. Epson
LQ-850 is een product van Seiko Epson Corporation. Hewlett-Packard,
PCL en PJL zijn gedeponeerde handelsmerken van Hewlett-Packard
Company. Adobe Acrobat, Acrobat Reader en PostScript zijn
geregistreerde handelsmerken van Adobe Systems Incorporated.
Macintosh, AppleTalk en TrueType zijn geregistreerde handelsmerken
van Apple Computer, Inc. Microsoft, Windows, Windows NT, Windows XP,
Windows Vista en Internet Explorer zijn geregistreerde handelsmerken
van Microsoft Corporation. PowerPC is een handelsmerk van IBM in de
Verenigde Staten en in andere landen. ENERGY STAR is een in de
Verenigde Staten gedeponeerde handelsmerk. Alle overige merk- en
productnamen zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van
de respectieve bedrijven.
CompactFlash en CF zijn handelsmerken van SanDisk Corporation of
America.
Dit apparaat is ontwikkeld met behulp van het embedded
realtimebesturingssysteem Tornado™ van Wind River Systems, Inc.
iiGEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 6
•Alle Europese lettertypes die in dit apparaat geïnstalleerd zijn, worden
gebruikt onder licentieovereenkomst met Monotype Imaging Inc. In dit
apparaat zijn UFST™ MicroType®-lettertypes van Monotype Imaging
Inc. geïnstalleerd.
•Helvetica, Palatino en Times zijn geregistreerde handelsmerken van
Linotype-Hell AG.
•ITC Avant Garde Gothic, ITC Bookman, ITC ZapfChancery en ITC
ZapfDingbats zijn geregistreerde handelsmerken van International
Type-face Corporation.
•TypeBankG-B, TypeBankM-M en Typebank-OCR zijn handelsmerken
van TypeBank®.
Wettelijke beperking op kopiëren
•Het kan verboden zijn om auteursrechtelijk beschermd materiaal te
kopiëren zonder toestemming van de copyright-houder.
•Het is te allen tijde ten strengste verboden binnenlandse of
buitenlandse valuta en waardepapieren te kopiëren met inbegrip van:
Papiergeld, bankbiljetten, waardepapieren, postzegels, paspoorten,
certificaten.
•Plaatselijke wetten en bepalingen kunnen mogelijk het kopiëren of
scannen van ander materiaal dan hierboven is vermeld verbieden of
beperken.
Het apparaat is voorzien van een energiebesparende stand, waarbij het
energieverbruik wordt beperkt na het verstrijken van een bepaalde
tijdsperiode nadat het apparaat het laatst werd gebruikt, en met een
slaapstand, waarbij de printer- en faxfuncties in een wachtstand komen te
staan, maar het energieverbruik tot een minimum wordt beperkt wanneer
er gedurende een bepaalde tijdsperiode geen activiteiten hebben
plaatsgevonden op het apparaat. Als de tijdsduur voor het automatisch
inschakelen van de energiebesparende stand even lang is als voor de
slaapstand, dan krijgt de slaapstand voorrang.
Het apparaat schakelt automatisch in de energiebesparende stand één
minuut nadat het apparaat voor het laatst werd gebruikt.
Het apparaat schakelt automatisch in de slaapstand één minuut nadat het
apparaat voor het laatst werd gebruikt.
Dit apparaat kan optioneel voorzien worden van een dubbelzijdige
kopieerfunctie. Als u bijvoorbeeld twee enkelzijdige originelen als
GEBRUIKERSHANDLEIDINGiii
Page 7
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsvoorschriften
dubbelzijdige kopie op één vel papier kopieert, kunt u de gebruikte
hoeveelheid papier beperken.
Gerecycled papier
Dit apparaat ondersteunt het gebruik van gerecycled papier om de
belasting voor het milieu te verminderen. Uw verkoper of
servicevertegenwoordiger kan u informatie verschaffen over aanbevolen
papiersoorten.
Energy Star-programma (ENERGY STAR®)
Als bedrijf dat deelneemt aan het Energy Star-programma hebben wij
vastgesteld dat dit product voldoet aan de normen zoals bepaald in het
internationale Energy Star-programma.
Veiligheidsconventies
Lees deze handleiding voor de bediening voordat u het apparaat in
gebruik neemt. Bewaar de handleiding in de buurt van het apparaat,
zodat deze direct beschikbaar is.
De delen van deze handleiding en onderdelen van het apparaat die zijn
aangeduid met symbolen, bevatten veiligheidswaarschuwingen ter
bescherming van de gebruiker, andere personen en voorwerpen in
de buurt. Ze zijn ook bedoeld voor een correct en veilig gebruik van
het apparaat.
De symbolen met hun betekenis worden hieronder beschreven.
GEVAAR: Dit geeft aan dat wanneer u onvoldoende aandacht
besteedt aan of u niet op de juiste wijze houdt aan de betreffende
punten, dit waarschijnlijk zal leiden tot ernstig letsel of zelfs
levensgevaar.
WAARSCHUWING: Dit geeft aan dat wanneer u onvoldoende
aandacht besteedt aan of u niet op de juiste wijze houdt aan de
betreffende punten, dit kan leiden tot ernstig letsel of zelfs levensgevaar.
VOORZICHTIG: Dit geeft aan dat wanneer u onvoldoende
aandacht besteedt aan of u niet op de juiste wijze houdt aan de
betreffende punten, dit kan leiden tot lichamelijk letsel of mechanische
beschadiging.
ivGEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 8
Symbolen
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsvoorschriften
De volgende symbolen geven aan dat het betreffende deel
veiligheidswaarschuwingen bevat. Specifieke aandachtspunten worden
binnenin het symbool aangegeven.
.... [Algemene waarschuwing]
.... [Waarschuwing voor gevaar van elektrische schokken]
.... [Waarschuwing voor hoge temperatuur]
De volgende symbolen geven aan dat het betreffende deel informatie
bevat over niet-toegestane handelingen. Specifieke informatie over de
niet-toegestane handeling staat binnenin het symbool.
.... [Waarschuwing voor niet-toegestane handeling]
.... [Demontage verboden]
De volgende symbolen geven aan dat het betreffende deel informatie
bevat over handelingen die moeten worden uitgevoerd. Specifieke
informatie over de vereiste handeling staat binnenin het symbool.
.... [Waarschuwing voor vereiste handeling]
.... [Haal de stekker uit het stopcontact]
.... [Sluit het apparaat altijd aan op een geaard stopcontact]
Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger om een nieuw
exemplaar te bestellen (tegen betaling), als de veiligheidswaarschuwingen
in deze handleiding voor de bediening onleesbaar zijn of als de
handleiding zelf ontbreekt.
GEBRUIKERSHANDLEIDINGv
Page 9
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsvoorschriften
Waarschuwingsetiketten
Er zijn ten behoeve van de veiligheid op de volgende plaatsen
waarschuwingsetiketten op het apparaat aangebracht: Voorkom brand of
elektrische schokken bij het verhelpen van een papierstoring of wanneer u
de toner vervangt.
Etiket 2
Hoge temperatuur. Raak geen
onderdelen in dit gebied aan,
wegens gevaar op brandwonden.
Etiket 3
Probeer de tonercontainer niet te
verbranden. De vonken kunnen
brandwonden veroorzaken.
Etiket 1
Hoge temperatuur. Raak geen
onderdelen in dit gebied aan,
wegens gevaar op brandwonden.
Etiket 4
Probeer de tonerafvalbak niet te
verbranden. De vonken kunnen
brandwonden veroorzaken.
OPMERKING: Deze etiketten niet verwijderen.
viGEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 10
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsvoorschriften
Voorzorgsmaatregelen bij de installatie
Omgeving
VOORZICHTIG: Plaats het apparaat niet op of in plaatsen
die niet stabiel of vlak zijn. Op dergelijke plaatsen kan het
apparaat vallen. Dergelijke situaties leveren gevaar van
lichamelijk letsel of beschadiging van de apparatuur op.
Plaats het apparaat niet op vochtige of stoffige/vuile locaties.
Reinig de stekker om gevaar van brand en elektrische schokken
te voorkomen, wanneer er stof en vuil op de stekker zijn
terechtgekomen.
Plaats het apparaat niet in de buurt van radiatoren, kachels of
andere warmtebronnen of in de buurt van ontvlambare
voorwerpen, om gevaar van brand te voorkomen.
Laat ruimte vrij, zoals hieronder wordt aangegeven, om het
apparaat koel te houden en het vervangen van onderdelen en
onderhoud te vergemakkelijken. Laat met name rond de
ventilatieopeningen voldoende ruimte vrij, zodat de lucht het
apparaat gemakkelijk kan verlaten.
Links:
11
30 cm
Overige voorzorgsmaatregelen
Ongunstige omgevingsomstandigheden kunnen van invloed zijn op de
veilige werking en de prestaties van het apparaat. Installeer het apparaat
in een ruimte met airconditioning (aanbevolen kamertemperatuur: circa
10-32,5 °C, relatieve luchtvochtigheid: circa 15-80%) en plaats het
apparaat niet op de volgende plaatsen:
•Plaats het apparaat niet in de buurt van een venster of direct in het
zonlicht.
•Vermijd plaatsen met trillingen.
•Vermijd plaatsen met sterke temperatuurschommelingen.
•Vermijd plaatsen met directe blootstelling aan warme of koude lucht.
•Vermijd slecht geventileerde locaties.
13/16"
Vóór:
39
100 cm
3/8"
Achter:
3 15/16"
10 cm
Rechts:
11 13/16"
30 cm
GEBRUIKERSHANDLEIDINGvii
Page 11
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsvoorschriften
Vermijd delicate vloeren. Wanneer het product na de installatie wordt
verschoven, kan de vloer worden beschadigd.
Tijdens het kopiëren komt er een kleine hoeveelheid ozon vrij, maar dit
heeft geen nadelige gevolgen voor de gezondheid. Als het apparaat echter
langere tijd in een slecht geventileerde ruimte wordt gebruikt of wanneer
er een zeer groot aantal kopieën wordt gemaakt, kan de reuk
onaangenaam worden. Een juiste omgeving voor kopieerwerk
moet goed geventileerd zijn.
Stroomtoevoer/aarding van het apparaat
WAARSCHUWING:
een ander voltage dan aangegeven. Sluit niet meerdere
apparaten op één stopcontact aan. Dergelijke situaties leveren
gevaar van brand of elektrische schokken op.
WAARSCHUWING: Steek de stekker stevig in het
stopcontact. Als metalen voorwerpen in contact komen met de
pinnen van de stekker, kan dit brand of elektrische schokken
veroorzaken.
WAARSCHUWING: Sluit het apparaat altijd aan op een
geaard stopcontact, om het gevaar van brand of elektrische
schokken bij kortsluiting te voorkomen. Neem contact op met uw
servicevertegenwoordiger als een geaarde aansluiting niet
mogelijk is.
Overige voorzorgsmaatregelen
Sluit de stekker aan op het dichtstbijzijnde stopcontact.
Het netsnoer is het belangrijkste middel om de stroomtoevoer af te sluiten.
Zorg ervoor dat het stopcontact zich bevindt/is geïnstalleerd in de buurt
van de apparatuur en goed toegankelijk is.
Omgaan met plastic zakken
Gebruik geen stroomtoevoer met
WAARSCHUWING: Houd de plastic zakken die bij het
apparaat worden gebruikt, uit de buurt van kinderen. Het plastic
kan aan neus en mond vast blijven zitten en verstikking
veroorzaken.
viiiGEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 12
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsvoorschriften
Voorzorgsmaatregelen voor gebruik
Waarschuwingen bij het gebruik van het apparaat
WAARSCHUWING: Plaats geen metalen voorwerpen
of voorwerpen die water bevatten (vazen, bloempotten, kopjes,
enz.) op of in de buurt van het apparaat. Dit vormt een risico voor
brand of elektrische schokken mocht het water in het apparaat
terechtkomen.
WAARSCHUWING: Verwijder geen van de panelen
van het apparaat, omdat er dan gevaar bestaat op elektrische
schokken als gevolg van de hoge spanning binnenin het
apparaat.
WAARSCHUWING: Zorg dat het netsnoer niet
beschadigd raakt of breekt en probeer het niet te repareren.
Plaats geen zware voorwerpen op het snoer, trek er niet aan,
buig het niet onnodig en veroorzaak geen andere schade.
Dergelijke situaties leveren gevaar van brand of elektrische
schokken op.
WAARSCHUWING: Probeer nooit het apparaat of
onderdelen ervan te repareren of te demonteren, omdat er dan
gevaar van brand, elektrische schokken of schade aan de laser
bestaat. Als de laserstraal buiten het apparaat komt, kan deze
blindheid veroorzaken.
WAARSCHUWING: Als het apparaat uitzonderlijk heet
wordt, als er rook uit het apparaat komt, als er een vreemde geur
ontsnapt, of als er zich een andere ongewone situatie voordoet,
bestaat er gevaar van brand of een elektrische schok. Zet de
AAN/UIT-schakelaar onmiddellijk uit ({), zorg dat u de stekker
uit het stopcontact haalt en neem contact op met uw
servicevertegenwoordiger.
WAARSCHUWING: Als er schadelijke zaken
(paperclips, water, andere vloeistoffen, enz.) in het apparaat
terechtkomen, moet u de AAN/UIT-schakelaar ({) onmiddellijk
uitzetten. Vervolgens moet u zeker de stekker uit het stopcontact
halen, om gevaar van brand of elektrische schokken te
voorkomen. Neem hierna contact op met uw servicevertegenwoordiger.
WAARSCHUWING: Zorg dat u een stekker niet met
natte handen in het stopcontact steekt of eruit haalt, omdat er
dan gevaar van elektrische schokken bestaat.
WAARSCHUWING: Neem altijd contact op met uw
servicevertegenwoordiger voor onderhoud of reparatie van
interne onderdelen.
GEBRUIKERSHANDLEIDINGix
Page 13
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsvoorschriften
VOORZICHTIG: Trek niet aan het netsnoer wanneer u dit uit het
stopcontact haalt. Als u aan het netsnoer trekt, kunnen de draden breken
en bestaat er gevaar van brand of elektrische schokken. (Pak altijd de
stekker vast wanneer u het netsnoer wilt loskoppelen van het stopcontact.)
VOORZICHTIG: Haal altijd de stekker uit het stopcontact
wanneer u het apparaat verplaatst. Als het netsnoer beschadigd
raakt, bestaat er gevaar van brand of elektrische schokken.
Als het apparaat korte tijd (bijvoorbeeld 's nachts) niet wordt
gebruikt, moet u de AAN/UIT-schakelaar ({) uitzetten. Als het
apparaat langere tijd niet wordt gebruikt (tijdens vakanties, enz.),
neemt u voor de veiligheid de stekker uit het stopcontact.
Houd bij het optillen of verplaatsen het apparaat altijd vast op de
daarvoor bestemde plaatsen.
Verwijder om veiligheidsredenen de stekker altijd uit het
stopcontact bij het reinigen van het apparaat.
Als zich in het apparaat stof ophoopt, bestaat het gevaar van
brand of andere problemen. Het wordt daarom aanbevolen uw
servicevertegenwoordiger te raadplegen met betrekking tot het
reinigen van interne onderdelen. Dit is met name effectief als u
dit laat doen voorafgaande aan een periode van hoge
luchtvochtigheid. Raadpleeg uw servicevertegenwoordiger over de
reinigingskosten van de interne onderdelen van het apparaat.
Overige voorzorgsmaatregelen
Plaats geen zware voorwerpen op het apparaat en zorg dat het apparaat
niet beschadigd raakt.
Open tijdens het kopiëren de bovenste voorklep niet, schakel de AAN/UITschakelaar niet uit en trek de stekker niet uit het stopcontact.
Neem contact op met de servicevertegenwoordiger wanneer u het
apparaat wilt optillen of verplaatsen.
Raak geen elektrische onderdelen, zoals connectoren of printplaten aan.
Deze kunnen beschadigd raken door statische elektriciteit.
Probeer geen handelingen te verrichten die niet in deze handleiding zijn
beschreven.
VOORZICHTIG: Het gebruik van andere knoppen of aanpassingen
en de uitvoering van andere procedures dan hierin worden vermeld, kan
leiden tot gevaarlijke blootstelling aan straling.
Kijk niet rechtstreeks in het licht van de scanlampen, omdat dit
vermoeidheid of pijn in uw ogen kan veroorzaken.
xGEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 14
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsvoorschriften
Waarschuwingen voor de omgang met verbruiksartikelen
VOORZICHTIG: De tonercontainer en de afvaltonerbak
mogen niet worden verbrand. De vonken kunnen brandwonden
veroorzaken.
Houd de tonercontainer en de afvaltonerbak buiten het bereik
van kinderen.
Als er onverhoopt toner uit de tonercontainer of de afvaltonerbak
wordt gemorst, moet u inademing of inname van toner
voorkomen, evenals contact met de ogen en de huid.
Als u onverhoeds toner inademt, gaat u naar een plaats met
frisse lucht en gorgelt u met veel water. Neem bij opkomende hoest
contact op met een arts.
Als u toner binnenkrijgt, spoelt u uw mond met water en drinkt u 1 of 2
koppen water om de inhoud van uw maag te verdunnen. Neem indien
nodig contact op met een arts.
Als u toner in uw ogen krijgt, spoelt u deze grondig met water. Als de ogen
gevoelig blijven, neemt u contact op met een arts.
Als u toner op de huid krijgt, wast u deze met water en zeep.
De tonercontainer en de afvaltonerbak mogen niet worden opengemaakt
of vernietigd.
Overige voorzorgsmaatregelen
Verwijder de tonercontainer en de afvaltonerbak na gebruik altijd
overeenkomstig de plaatselijke milieuwetgeving.
Bewaar alle verbruiksartikelen in een koele, donkere ruimte.
Als het apparaat langere tijd niet wordt gebruikt, verwijdert u het papier uit
de cassette(s) en de handinvoer, legt u dit terug in de oorspronkelijke
verpakking en sluit u deze weer.
GEBRUIKERSHANDLEIDINGxi
Page 15
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsvoorschriften
Laserveiligheid
Laserstralen kunnen gevaarlijk zijn voor het menselijk lichaam. Om deze reden is de laserstraal in het apparaat
hermetisch afgesloten binnen een beschermende behuizing en achter een externe afdekking. Bij normale
bediening van het product door de gebruiker kan er geen straling uit het apparaat ontsnappen.
Dit apparaat wordt geclassificeerd als een laserproduct van klasse 1 volgens IEC 60825.
Voorzichtig: Het uitvoeren van andere procedures dan in deze handleiding beschreven, kan leiden tot
blootstelling aan gevaarlijke straling.
Deze etiketten zijn aangebracht op de laserscaneenheid in het apparaat en bevinden zich niet op een plaats die
toegankelijk is voor de gebruiker.
Het onderstaande etiket bevindt zich aan de rechterkant van het apparaat.
xiiGEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 16
Stroomtoevoer afsluiten
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsvoorschriften
VOORZICHTIG:
afsluiten van de stroomtoevoer! Andere schakelaars op de apparatuur zijn
slechts functionele schakelaars en zijn niet geschikt om de apparatuur van
de stroomtoevoer los te koppelen.
ACHTUNG: Der Netzstecker ist die Hauptisoliervorrichtung! Die
anderen Schalter auf dem Gerät sind nur Funktionsschalter und können
nicht verwendet werden, um den Stromfluß im Gerät zu unterbrechen.
EG-verklaring van overeenstemming
VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING
2004/108/EC, 2006/95/EEC, 93/68/EEC en 1999/5/EC
Wij verklaren op basis van onze eigen verantwoordelijkheid dat het
product waarop deze verklaring betrekking heeft, in overeenstemming
is met de volgende specificaties.
EN55024
EN55022 Class B
EN61000-3-2
EN61000-3-3
EN60950-1
EN60825-1
EN300 330-1
EN300 330-2
De stekker is het belangrijkste middel voor het
MET
GEBRUIKERSHANDLEIDINGxiii
Page 17
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsvoorschriften
xivGEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 18
Inleiding
Deze Basis Gebruikershandleiding bestaat uit de volgende
hoofdstukken:
•1 Onderdelen van het apparaat
Bevat de namen van de onderdelen van het apparaat
en de belangrijkste functies ervan.
•2 Voorbereiding
Bevat uitleg over het plaatsen van papier en
apparaataansluitingen.
•3 Basishandelingen
Bevat uitleg over het maken van eenvoudige kopieën
en afdrukken.
•4 Optionele apparatuur
Geeft een beschrijving van de verkrijgbare optionele
apparatuur.
•5 Onderhoud
Bevat uitleg over het onderhoud van het apparaat en
de procedures om de toner bij te vullen.
•6 Problemen oplossen
Bevat uitleg over het oplossen van problemen, zoals
foutmeldingen en papierstoringen.
•Appendix
Bevat de apparaatspecificaties.
GEBRUIKERSHANDLEIDINGxv
Page 19
Inleiding
Conventies
ConventieBeschrijvingVoorbeeld
In deze handleiding worden de volgende conventies gebruikt.
Cursief lettertypeWordt gebruikt om een
sleutelwoord, een woordgroep
of een bericht te benadrukken.
Daarnaast worden verwijzingen
naar andere publicaties met een
cursief lettertype weergegeven.
Vetgedrukte letters
tussen rechte haken
OpmerkingenWordt gebruikt om aanvullende,
BelangrijkWordt gebruikt om belangrijke
VoorzichtigMet deze waarschuwingen
Wordt gebruikt om de selectie
van een toepassingsmode of
toets te benadrukken.
nuttige informatie over een
functie of toepassing te geven.
informatie te verstrekken.
wordt aangegeven dat er als
gevolg van een actie
mechanische beschadiging
kan optreden.
Open de handinvoer.
Druk op [Enter].
OPMERKING: Voor optimale
kopieerresultaten wordt aanbevolen
deze reinigingsprocedure minimaal
eenmaal per maand uit te voeren.
BELANGRIJK: Gebruik nooit water,
oplosmiddelen of andere organische
reinigingsmiddelen om de smalle
glasstrook te reinigen.
VOORZICHTIG: Om
veiligheidsredenen dient de stekker altijd
uit het stopcontact te worden verwijderd
wanneer het apparaat wordt gereinigd.
WaarschuwingWordt gebruikt om gebruikers
te wijzen op het gevaar van
lichamelijk letsel.
WAARSCHUWING: Het
ladergedeelte staat onder hoge
spanning.
Maateenheden
In deze handleiding worden de specificaties zowel in inches als in mm
weergegeven. In de schermen en berichten van deze handleiding worden
de afmetingen in inches weergegeven. Als u de versie van het apparaat
gebruikt, waarop de afmetingen in mm worden weergegeven, moet u de
berichten op uw apparaat raadplegen.
xviGEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 20
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsvoorschriften
1Afdekklep
2Opvangbak
3Bedieningspaneel
4Cassette 1
5Instelmechanisme voor papierbreedte
6Instelmechanisme voor papierlengte
7Hendel van linkerklep
8Multifunctionele Lade
9Verlengstuk multifunctionele lade
10 Invoergeleiders
4
1-2GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 24
11
Onderdelen van het apparaat
12
15
16
141317
18
11Glasplaat
12 Aanduidingsplaten origineelformaat
13 Linkerklep
14 Afvaltonerbak
15 Ontgrendelingshendel tonercontainer
16 Tonercontainer
17 Reinigingsstaafje van de lader
18 Voorklep
GEBRUIKERSHANDLEIDING1-3
Page 25
Onderdelen van het apparaat
23
24
22
21
21
19
19 Hoofdschakelaar
20 Afdekplaat hoofdschakelaar
21 Handgrepen voor transport
22 Netwerkaansluiting
23 USB-aansluiting
24 Geheugenkaartsleuf
20
1-4GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 26
Bedieningspaneel
Auto
1
100%
Gereed o m t e k opiëren.
Auto
12376 11 121325
21
28 27 2629 303137
5489 1016 14 17 18
22
19
23
20
24
3334 3635
32
15
Onderdelen van het apparaat
1Toets Systeemmenu/Tellers en lampje
2Toets Kopiëren en lampje
3Toets Afdrukken en lampje
4Toets Scannen en lampje
5Toets FAX en lampje
6Toets Combineren en lampje
7Toets Kader wissen en lampje
8Toets Duplex en lampje
9Toets Verschuiven en lampje
10 Toets Functie
11Toets Scanfunctie
12 Toets Originelen met verschillende formaten en lampje
13 Toets Marge en lampje
14 Toets Sorteren en lampje
15 Toets Nieten en lampje
16 Toets Programma
17 Toets Zoom/<-toets
18 Toets Auto%/100%/T-toets
19 Toets Origineel fomaat/S-toets
20 Toets Papierselectie/>-toets
21 Toets Enter
GEBRUIKERSHANDLEIDING1-5
Page 27
Onderdelen van het apparaat
22 Toets voor de afdrukkwaliteit
23 Toets Autom. dichtheid
24 Toets voor belichting: Lighter (lichter)/Darker (donkerder)
25 Berichtenscherm
26 Lampje Gereed (groen lampje)
27 Lampje Data (groen lampje)
28 Lampje Opgelet (rood lampje)
29 Toets Afmelden
30 Toets Interrupt en lampje
31 Toets Spaarstand en lampje
32 Toets Power en lampje
33 Numerieke toetsen
34 Toets Reset
35 Toets Stop/Wissen
36 Toets Start en lampje
37 Hoofdvoedingslampje
OPMERKING•Beginmodus (de status van het apparaat als het klaar is met
opwarmen of als de Reset-toets ingedrukt wordt). In de
standaardfabrieksinstellingen wordt automatisch papier van hetzelfde
formaat als het origineel geselecteerd (automatische papierselectie),
staat de vergrotingsfactor op 100% ingesteld, staat het aantal te
maken kopieën op 1 ingesteld en is de beeldkwaliteit op Tekst + Foto
ingesteld.
•De instellingen voor de beginmodus kunnen gewijzigd worden met
behulp van de procedure voor de standaardinstellingen. Hieronder
valt ook het wijzigen van de cassette die gekozen wordt in de
beginmodus, de beeldkwaliteitsmodus en de belichting (automatische
belichtingsmodus).
Automatische wisfunctie
Als een ingestelde tijdsduur verstreken is nadat het kopiëren gestopt is
(tussen 10 en 270 seconden), keert het apparaat terug naar dezelfde
instellingen als meteen na het opwarmen. Er kunnen continu kopieën
gemaakt worden met dezelfde instellingen (kopieermodus, aantal
exemplaren en belichtingsmodus) als de volgende kopieersessie gestart
wordt voor de automatische wisfunctie geactiveerd wordt.
1-6GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 28
Berichtenscherm
Scherm Kopiëren – Basis
Onderdelen van het apparaat
Op het berichtenscherm wordt de bedieningsstatus van het apparaat
weergegeven.
Het volgende scherm verschijnt wanneer de toets Kopiëren wordt
ingedrukt.
1
3
Gereed om te kopiëren.
Auto
100%
25
Referentie-
nummer
1Geeft de huidige apparaatstatus aan.
2Verschijnt wanneer het origineelformaat automatisch wordt
geselecteerd.
3Geeft de vergrotingsfactor aan.
4Verschijnt wanneer de automatische papierselectiemodus
wordt geselecteerd.
5Geeft het origineelformaat, het papierformaat en de
geselecteerde cassette aan.
Auto
1
Betekenis
4
6
6Aantal geselecteerde kopieën.
GEBRUIKERSHANDLEIDING1-7
Page 29
Onderdelen van het apparaat
Scherm Afdrukken – Basis
Het volgende scherm verschijnt wanneer de toets Afdrukken wordt
ingedrukt:
1
2
3
4
OPMERKINGDe volgende procedure kan ook gebruikt worden om de
Gereed
GO
ANNULEREN
MENU
Referentie-
nummer
1Geeft de huidige status van het apparaat aan.
2Selecteren om te schakelen tussen online en offline, om af te
drukken of het afdrukken te hervatten, om een specifieke fout
te wissen en om het huidige afdrukproces te annuleren en te
beginnen met het afdrukken van een nieuwe pagina.
3Selecteren om het afdrukproces stop te zetten.
4Selecteren om de netwerkinstellingen aan te passen.
Raadpleeg voor meer informatie Netwerkinstellingen, op
pagina 2-14.
standaardinstellingen van de printerfuncties te wijzigen.
Betekenis
1Druk op de toets Menu Systeemmenu/Tellers.
2Druk op de toets S of de
toets T om
Standardinstell.
printer te selecteren.
Druk op de toets Enter. Hetzelfde scherm verschijnt nu als wanneer MENU
geselecteerd wordt in het basisscherm van de printer.
•Datum en tijd instellen ................................................ 2-17
•De taal instellen.......................................................... 2-19
GEBRUIKERSHANDLEIDING2-1
Page 31
Voorbereiding
Papier plaatsen
Papier voorbereiden
Papier en andere soorten afdrukmateriaal kunnen in de cassette of in de
multifunctionele lade worden geplaatst.
OPMERKING: Raadpleeg de appendix van de Uitgebreide
Gebruikershandleiding voor informatie over de soorten afdrukmateriaal
die kunnen worden gebruikt.
Wanneer u het papier uit de
verpakking heeft gehaald, moet
u de vellen loswaaieren voordat
u het papier plaatst.
Als u papier gebruikt dat
gevouwen of gekruld is, strijkt u dit
recht voordat u het papier plaatst.
Als u dit niet doet, kan dit leiden
tot een papierstoring.
BELANGRIJK: Zorg dat nietjes en paperclips verwijderd zijn.
Plaats het papier met de zijde die in de richting van de bovenkant van de
verpakking lag naar boven, als u gebruik maakt van een cassette en naar
beneden, als u gebruik maakt van de multifunctionele lade.
Als u het papier bij hoge temperaturen en vochtige omstandigheden buiten
de verpakking bewaart, kunnen er problemen ontstaan als gevolg van de
luchtvochtigheid. Wanneer u het papier in de cassette of in de
multifunctionele lade heeft geplaatst, moet u het restant papier in de
oorspronkelijke verpakking bewaren en deze goed sluiten. Als het
apparaat gedurende langere tijd niet wordt gebruikt, verwijdert u al het
papier uit de cassette(s) en de multifunctionele lade en plaatst u het terug
in de oorspronkelijke verpakking, die u vervolgens weer goed sluit.
Papier in een cassette plaatsen
U kunt de volgende papiersoorten plaatsen: standaardpapier (80 g/m²), dik
papier (90 tot 105 g/m²), gerecycled papier of gekleurd papier. Er kunnen
maximaal 300 vellen standaardpapier (80 g/m²) tegelijk in een cassette
worden geplaatst.
De volgende papierformaten kunnen worden geplaatst: A3, B4, A4, A4R,
B5, B5R, A5R, Folio, 11 × 17 inch (Ledger), 8
11 × 8
8
1/2 inch, 8 1/2 × 11 inch (Letter), 5 1/2 ×81/2 inch (Statement),
1/2 × 13 inch (Oficio II, 8K, 16K).
1/2 × 14 inch (Legal),
BELANGRIJK: Leg het papier bij het plaatsen in de cassette met de te
bedrukken kant naar boven.
2-2GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 32
Trek de cassette helemaal uit het
1
apparaat.
BELANGRIJK: Ondersteun de
cassette wanneer u deze uit het
apparaat trekt, zodat de cassette
er niet plotseling uit valt.
OPMERKING: Trek één cassette tegelijk uit het apparaat.
Druk de onderplaat van de
2
cassette naar beneden.
Voorbereiding
Gebruik het instelmechanisme
3
voor de papierbreedte om de
breedtegeleiders op het gewenste
papierformaat aan te passen.
OPMERKING: De papierformaten staan op de cassette vermeld. Let
erop dat de breedtegeleiders strak tegen het papier aankomen. Als er nog
ruimte tussen de geleiders en het papier zit, stel de breedtegeleiders dan
opnieuw in.
Gebruik het instelmechanisme
4
voor de papierlengte om de
lengtegeleiders op het gewenste
papierformaat aan te passen.
GEBRUIKERSHANDLEIDING2-3
Page 33
Voorbereiding
Bij het plaatsen van papier van
A3-formaat of 11 × 17 inch
(Ledger), schuift u de
papierlengtegeleider helemaal
naar rechts en drukt u deze naar
beneden. Zie de afbeelding.
OPMERKING: De papierformaten staan op de cassette vermeld.
Plaats het papier in de cassette,
5
met de voorste rand tegen de
papierlengtegeleider.
BELANGRIJK: Stel de lengte- en
breedtegeleiders altijd in voordat
u het papier plaatst. Zo kunt u
schuin ingevoerd papier en
papierstoringen voorkomen.
Zorg dat het papier goed tegen de
lengte- en breedtegeleiders aan ligt, zonder vrije ruimte ertussen.
Als de geleiders niet goed zijn ingesteld, wordt in het berichtenvenster
het verkeerde papierformaat weergegeven.
Zorg dat het papier niet boven de
vullijnen van de breedtegeleider
uitkomt.
Zorg dat de zijde die moet worden
bedrukt naar boven wijst en dat
het papier niet gevouwen, gekruld
of beschadigd is.
Vullijnen
Bevestig het bijgeleverde etiket
6
zodanig dat het papierformaat in
de cassette gecontroleerd kan
worden vanaf de voorkant van de
cassette.
2-4GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 34
Duw de cassette stevig terug in
7
het apparaat tot deze niet meer
verder kan.
Papier in de MF-cassette plaatsen
Naast normaal en gerecycled papier kan ook speciaal papier gebruikt
worden. Let erop dat u speciaal papier in de multifunctionele lade plaatst.
Er kunnen maximaal 100 vellen normaal (80 g/m²) papier (25 vellen A3,
B4, Folio, 11 × 17" (Ledger), 8 1/2 × 14" (Legal), 8 1/2 × 13" (Oficio II) of
8K) geplaatst worden. De volgende papierformaten kunnen gebruikt
worden: A3 tot A6R, briefkaart, Folio, 11 × 17" (Ledger) tot 5 1/2 × 8 1/2"
(Statement), 8K, 16K en 16KR.
Voorbereiding
Hierna volgt een overzicht van de soorten en formaten papier die in het
apparaat kunnen worden geplaatst, evenals het aantal vellen dat kan
worden geplaatst:
Soort of formaatCapaciteit
Standaardpapier100 vellen (80 g/m²)
Dun en dik papier50 vellen (90 tot 105 g/m²)
Hagaki15 vellen
Gekleurd papier100 vellen
Envelope DL, Envelope C5, Envelope
#10 (Commercial #10), Monarch, Youkei
4, Youkei 2
Open de multifunctionele lade.
1
5 vellen
GEBRUIKERSHANDLEIDING2-5
Page 35
Voorbereiding
Trek het verlengstuk van de
invoerlade uit volgens het
papierformaat.
Stel de invoergeleiders in op
2
de breedte van het papier.
Schuif het papier zover mogelijk
3
langs de invoergeleiders de
lade in.
Zorg dat de invoergeleiders zich
strak tegen de zijkanten van het
papier aan bevinden.
BELANGRIJK: Strijk gekrulde
briefkaarten en andere soorten
dik papier glad voordat u dit
papier in het apparaat plaatst. Als de kwaliteit van het papier niet
voldoende is, wordt het mogelijk niet ingevoerd.
Plaats alleen papier in de lade wanneer u van plan bent dit papier te
gebruiken en laat geen papier in de lade achter gedurende langere
perioden.
Als u papier in de multifunctionele lade plaatst, moet het papier met de te
kopiëren of de te bedrukken zijde naar beneden worden geplaatst. Let
erop dat er geen kreukels enzovoort in het papier zitten. Gekreukt papier
kan vastlopen.
2-6GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 36
Briefkaarten en enveloppen in de multifunctionele lade plaatsen
Wanneer u een briefkaart of envelop
1
plaatst, open dan de papierstopper
zoals weergegeven in de afbeelding.
Bij liggend geörienteerde
enveloppen, moet de flap dicht zijn.
Schuif de envelop zo ver mogelijk
langs de geleiders en houd daarbij de
te bedrukken zijde naar boven en de
kant met de flap naar u toe gericht.
Bij staand geörienteerde enveloppen,
moet de flap dicht zijn. Schuif de
envelop zo ver mogelijk langs de geleiders en houd daarbij de te bedrukken zijde
naar beneden en de kant met de flap naar de opening gericht.
Er kunnen maximaal vijf enveloppen geplaatst worden.
Voorbereiding
Sluit de flap.
BELANGRIJK: Hoe u de enveloppen precies moet plaatsen (richting en
kant) hangt af van het soort envelop. Zorg dat u ze op de juiste manier
plaatst want anders kunnen ze in de verkeerde richting of op de verkeerde
kant worden bedrukt.
GEBRUIKERSHANDLEIDING2-7
Page 37
Voorbereiding
Papierformaat en papiersoort voor de multifunctionele lade
Lees de volgende instructies om het papierformaat en de papiersoort in te
stellen, voordat u gebruik gaat maken van de multifunctionele lade.
Papiersoort
Stel het papierformaat in dat gebruikt zal worden in de multifunctionele
lade. Als het papierformaat onbekend is of als er geen specifieke
papierformaatinstelling nodig is, selecteer dan Universal.
Regulier papierformaat:
De volgende reguliere papierformaten zijn beschikbaar:
Sluit het apparaat op het netwerk aan met een netwerkkabel (10Base-T of
100Base-TX).
Til de afdekplaat van de
1
hoofdschakelaar rechts op het
apparaat omhoog en zet de
AAN/UIT-schakelaar op UIT (
Verwijder vervolgens de stekker
van het netsnoer uit het
stopcontact.
Sluit de netwerkkabel aan op de
2
netwerkaansluiting rechts op het
apparaat.
{).
Sluit het andere uiteinde van de netwerkkabel aan op uw
3
netwerkapparaat (hub).
Programmeer de vereiste netwerkinstellingen. Raadpleeg voor meer
4
informatie Netwerkinstellingen, op pagina 2-14.
GEBRUIKERSHANDLEIDING2-11
Page 41
Voorbereiding
De USB-kabel aansluiten
Om het apparaat rechtstreeks op uw computer aan te sluiten, moet u een
USB-kabel gebruiken.
BELANGRIJK: Schakel het apparaat altijd uit (
van het netsnoer uit het stopcontact voordat u de printerkabel aansluit.
De computer moet ook uitgeschakeld zijn.
Til de afdekplaat van de
1
hoofdschakelaar rechts op het
apparaat omhoog en zet de
AAN/UIT-schakelaar op UIT (
Verwijder vervolgens de stekker
van het netsnoer uit het
stopcontact.
Sluit de printerkabel aan op de
2
USB-aansluiting, die zich op de
rechterkant van het apparaat
bevindt.
{).
{) en verwijder de stekker
Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op de USB-aansluiting op uw
3
computer.
Het apparaat aansluiten op het stroomnet
Sluit het netsnoer aan op de netsnoeraansluiting rechts op het apparaat.
1
Sluit het andere uiteinde van het netsnoer aan op een stopcontact.
2
2-12GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 42
Het apparaat inschakelen
Voorbereiding
Til de afdekplaat van de
hoofdschakelaar rechts op het
apparaat omhoog en zet de
AAN/UIT-schakelaar op AAN ( | ).
Het apparaat begint op te
warmen.
Wanneer het apparaat is
opgewarmd, gaat het groene
lampje Start branden.
GEBRUIKERSHANDLEIDING2-13
Page 43
Voorbereiding
Netwerkinstellingen
IP-adres instellen
Het IP-adres dat u moet invoeren, kunt u navragen bij uw
netwerkbeheerder voor u deze instelling uitvoert.
Voor u het IP-adres invoert volgens de onderstaande instructies, moet u
de DHCP-instelling op Uit instellen en de TCP/IP-instelling op Aan.
OPMERKING: Wijzigingen aan de netwerkinstellingen worden van
kracht wanneer u het apparaat uit en weer in heeft geschakeld.
Druk op [Afdrukken].
1
Druk op S of T om MENU te
2
selecteren en druk op [Enter].
Gereed
GO
ANNULEREN
MENU
Druk op S of T om Interface te
3
selecteren en druk op [Enter].
Druk op S of T om Netwerk te
4
selecteren en druk op [Enter].
Druk op S of T om TCP/IP te
5
selecteren en druk op [Enter].
Druk op S of T om Wijzig nr. te
6
selecteren en druk op [Enter].
Druk op S of T om IP-adres te
7
selecteren en druk op [Enter].
Menu
Terug
Druk statuspagina af
Interface
Interface
Terug
Netwerk
USB
Netwerkinstelling
Terug
NetWare
TCP/IP
TCP/IP
Aan
Uit
Wijzig nr.
TCP/IP-instell.
Terug
DHCP
IP-adres
Voer met het toetsenblok het
8
adres in. Typ het eerste gedeelte
van het IP-adres in het
gemarkeerde gebied en druk
op [#].
2-14GEBRUIKERSHANDLEIDING
IP-adres
00..00.
Page 44
Voer het volgende segment in
9
en druk op [#].
Volg dezelfde procedure voor
de resterende segmenten.
Druk op [Enter] als het hele adres is ingevoerd.
Subnetmasker instellen
Ga door vanaf de vorige stap 9 om het adres van het subnetmasker te
registreren.
OPMERKING: Raadpleeg de netwerkbeheerder als u niet zeker weet
wat het adres van het subnetmasker is.
Ga naar het scherm TCP/IP-instell..
1
Druk op S of T om
2
Subnetmasker te selecteren
en druk op [Enter].
Voorbereiding
IP-adres
100..00 .
TCP/IP-instell.
DHCP
IP-adres
Subnetmasker
Het adres van het subnetmasker
3
moet op dezelfde manier worden
ingevoerd als het IP-adres. Zie
stap 8 en 9 van IP-adres instellen.
Druk op [Enter] als het hele adres is ingevoerd.
Subnetmasker
00..00.
GEBRUIKERSHANDLEIDING2-15
Page 45
Voorbereiding
Standaardgateway registreren
Ga door vanaf de vorige stap 3 om de standaardgateway te registreren.
OPMERKING: Raadpleeg de netwerkbeheerder als u niet zeker weet
wat het adres van de standaardgateway is.
Ga naar het scherm TCP/IP-instell.
1
Druk op S of T om Gateway te
2
selecteren en druk op [Enter].
Het adres van de gateway moet
3
op dezelfde manier worden
ingevoerd als het IP-adres. Zie
stap 8 en 9 van IP-adres instellen.
Druk op [Enter] als het hele adres is ingevoerd.
TCP/IP-instell.
IP-adres
Subnetmasker
Gateway
Gateway
00..00.
Druk op [Reset], als alle netwerkinstellingen zijn ingevoerd.
4
Het scherm Afdrukken – Basis verschijnt.
2-16GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 46
Datum en tijd instellen
1
2
3
Voorbereiding
Volg deze instructies om de huidige datum en tijd, het tijdsverschil met
Greenwich Mean Time (GMT) en de zomertijd in te stellen.
Druk op [Systeemmenu/Tellers].
Druk op S of T om Standinstell. machine te selecteren en druk
op [Enter].
Gebruik het toetsenblok om de
4 cijferige beheercode in te
voeren.
•Basisprocedure voor afdrukken.................................. 3-22
GEBRUIKERSHANDLEIDING3-1
Page 51
Basishandelingen
Basishandelingen voor kopiëren
Til de afdekplaat van de
1
hoofdschakelaar rechts op het
apparaat omhoog en zet de
AAN/UIT-schakelaar op AAN ( | ).
Wanneer het apparaat is
opgewarmd, gaat het lampje
Start branden.
Open de afdekklep en plaats het
2
origineel met de beeldzijde naar
beneden op de glasplaat. Leg het
origineel exact in de achterste
linkerhoek van de glasplaat.
OPMERKING: Als de optionele documententoevoer op het apparaat is
geïnstalleerd, raadpleeg Documententoevoer op pagina 4-3.
Selecteer het papierformaat.
3
Als Auto verschijnt, dan wordt
voor de kopie automatisch
hetzelfde papierformaat
geselecteerd als dat van het
origineel.
Druk op [Papierselectie] om de
papierselectie te wijzigen.
Gereed om te kopiëren.
Auto
100%
Auto
1
3-2GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 52
Druk op de toets voor de
4
afdrukkwaliteit om de gewenste
afdrukkwaliteitsmodus te
selecteren.
Het lampje van de geselecteerde
modus gaat branden.
AfdrukkwaliteitsmodusBeschrijving
Text+PhotoSelecteer deze modus voor originelen die uit een
combinatie van tekst en afbeeldingen bestaan.
PhotoSelecteer deze modus voor originelen die
voornamelijk uit foto's bestaan.
TextSelecteer deze modus voor originelen die
voornamelijk uit tekst bestaan.
Basishandelingen
De belichting kan automatisch of
5
handmatig worden aangepast.
Druk op [Autom. dichtheid] om
het apparaat de optimale
belichting voor het origineel te
laten selecteren.
Druk op [Lichter] of [Donkerder],
als u de kopieerbelichting
handmatig wilt instellen.
Er zijn 7 belichtingsniveaus.
Op het scherm verschijnt het huidige belichtingsniveau.
OPMERKING: Als u Foto heeft geselecteerd, kan Autom. dichtheid niet
worden gebruikt.
Voer het gewenste aantal kopieën in.
6
Het maximumaantal is 999.
Druk op [Start]. Het kopiëren begint onmiddellijk nadat het groene lampje
7
Start is gaan branden.
GEBRUIKERSHANDLEIDING3-3
Page 53
Basishandelingen
Voltooide kopieën worden
8
afgeleverd in de opvangbak.
OPMERKING: De capaciteit van de opvangbak is 250 vel standaard-
papier (80 g/m²). De capaciteit varieert afhankelijk van het soort papier
dat wordt gebruikt.
VOORZICHTIG: Schakel
de hoofdschakelaar (
optionele fax-kit is geïnstalleerd
en het apparaat gedurende een
korte periode (bijvoorbeeld 's
nachts) niet wordt gebruikt. Als
het apparaat langere tijd niet
wordt gebruikt (bijvoorbeeld
tijdens vakanties), neemt u voor
de veiligheid de stekker uit het
stopcontact.
{) uit, als de
OPMERKING: Als de optionele fax-kit is geïnstalleerd en de hoofd-
schakelaar is uitgeschakeld of de stekker bevindt zich niet in het
stopcontact, kunnen er geen faxberichten worden verzonden en
ontvangen.
3-4GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 54
Zoomkopieën maken
Basishandelingen
Het is mogelijk de zoomfactor te wijzigen om grotere of kleinere kopieën te
maken.
De volgende modi zijn beschikbaar voor het selecteren van de gewenste
zoomfactor.
ModusBeschrijving
Auto-zoomMet deze modus wordt de zoomfactor zo aangepast
dat de gekopieerde afbeelding op het geselecteerde
papierformaat past.
ZoommodusDe zoomfactor kan desgewenst in stappen van
1% worden ingesteld op alle waarden tussen de
25 en 400%.
Auto-zoom
Vooraf
ingestelde
zoommodus
In deze modus wordt bij het kopiëren een van
de vooraf ingestelde zoomfactoren gebruikt.
De volgende factoren zijn beschikbaar:
OPMERKING: Wanneer de vergrotingsfactor hoger is dan 201%, dan
wordt het beeld voor het kopiëren 90° gedraaid tegen de richting van de
klok.
Met deze modus wordt de
zoomfactor zo aangepast dat
de gekopieerde afbeelding op
het geselecteerde
papierformaat past.
8 1/2 ×11"
A4
11 × 17": 129 %
A3: 141%
5
1/2 ×81/2": 64 %
A5: 70%
OPMERKING: U kunt een standaardinstelling opgeven zodat het
Automatisch selecteren van de zoomfactor geselecteerd wordt wanneer u
een cassette kiest.
GEBRUIKERSHANDLEIDING3-5
Page 55
Basishandelingen
Plaats het origineel en druk op [Auto% / 100%].
1
Auto % verschijnt op het scherm.
Druk op [Papierselectie] om het gewenste kopieerpapier te selecteren.
2
De zoomfactor verschijnt op het scherm.
Druk op [Start].
3
Het origineel wordt gekopieerd en de afmetingen worden automatisch zo
aangepast dat het origineel op het geselecteerde papier past.
3-6GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 56
Zoommodus
Basishandelingen
In deze modus kan de
zoomfactor worden ingesteld
tussen 25 en 400% in
stappen van 1%.
Plaats het origineel en druk op [Zoom].
1
Voer met het toetsenblok
2
de zoomfactor in.
De zoomfactor verschijnt. (In dit
voorbeeld is '118%' opgegeven).
Druk op [Enter].
Druk op [Start].
3
Voltooide kopieën worden afgeleverd in de opvangbak.
25 %
Zoom:
% 118
106
100%:
90 :Folio%
400 %
:11x15%
Vooraf ingestelde zoommodus
In deze modus wordt bij het kopiëren een van de vooraf ingestelde
zoomfactoren gebruikt.
Plaats het origineel en druk op [Zoom].
1
Druk op S of T om de gewenste
2
zoomfactor te selecteren en druk
op [Enter].
De zoomfactor verschijnt.
Druk op [Start].
3
Voltooide kopieën worden afgeleverd in de opvangbak.
Zoom:
106 :11x15%
100%:
Auto
90 :Folio%
Auto
100%
Gereed om te kopiëren.
%115
11x17
1
GEBRUIKERSHANDLEIDING3-7
Page 57
Basishandelingen
Duplex-modus
ModusBeschrijving
1-zijdig ¼ 2-zijdigEr worden tweezijdige kopieën gemaakt van eenzijdige originelen.
Als de optionele duplexeenheid is
geïnstalleerd, kunnen er
tweezijdige kopieën worden
gemaakt van een- of tweezijdige
originelen.
OrigineelKopieën
De volgende duplexmodi zijn beschikbaar:
Als het aantal originelen oneven is, is de achterzijde van de laatste
gekopieerde pagina leeg.
Originelen
Kopieën
De volgende opties zijn beschikbaar bij Zadelsteekrichting:
•Links Æ Inbindrand links op de kopieën: de afbeeldingen van de
tweede zijde worden gekopieerd zonder eerst te worden geroteerd.
De kopieën kunnen aan de linkerkant worden ingebonden en de
afbeeldingen bevinden zich in de juiste richting...A
•Bovenkant Æ Inbindrand aan de bovenkant van de kopieën: de
afbeeldingen van de tweede zijde worden 180 graden geroteerd.
De kopieën kunnen aan de bovenkant worden ingebonden en de
afbeeldingen bevinden zich in de juiste richting...B
ghi
def
abc
OriginelenKopieën
AB
ghi
abc
def
ghi
abc
def
3-8GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 58
Basishandelingen
ModusBeschrijving
2-zijdig ¼ 2-zijdigEr worden tweezijdige kopieën gemaakt van tweezijdige originelen.
Originelen
Kopieën
OPMERKING: De papierformaten die kunnen worden gebruikt, zijn
A3 tot A5R, Folio, 11 × 17 inch (Ledger), 8
8
1/2 × 11 inch (Letter), 11 × 8 1/2 inch, 5 1/2 ×81/2 inch (Statement)
en 8 1/2 × 13 inch (Oficio II, 8K, 16K, 16KR).
Boek ¼ 2-zijdigEr worden tweezijdige kopieën gemaakt van een opengeslagen
origineel, bijvoorbeeld een tijdschrift of een boek.
OriginelenKopieën
1/2 × 14 inch (Legal),
OPMERKING: De origineelformaten die kunnen worden gebruikt, zijn
A3, B4, A4R, B5R, A5R, 11 × 17 inch (Ledger) en 8
(Letter, 8K). De papierformaten zijn beperkt tot 16K voor specificaties
in inches en A4 en B5 voor specificaties in mm.
Het papierformaat kan worden gewijzigd en de zoomfactor kan op het
papierformaat worden aangepast.
1/2 × 11 inch
GEBRUIKERSHANDLEIDING3-9
Page 59
Basishandelingen
ModusBeschrijving
2-zijdig ¼ 1-zijdigEr worden eenzijdige kopieën gemaakt van tweezijdige
originelen.
1
2
OrigineelKopiëen
1
2
De volgende opties zijn beschikbaar voor de stikzijde van het
origineel:
•LinksÆ Inbindrand links op de originelen: de afbeeldingen
op de tweede zijde van de originelen worden gekopieerd
zonder te worden geroteerd, zodat ze in de juiste richting
op de kopieën verschijnen.
•BovenkantÆ Inbindrand aan de bovenkant van de
originelen: de afbeeldingen op de tweede zijde van de
originelen worden 180 graden geroteerd, zodat ze in de
juiste richting op de kopieën verschijnen.
Boek ¼ 1-zijdigEr worden eenzijdige kopieën gemaakt van een opengeslagen
origineel, bijvoorbeeld een tijdschrift of een boek.
21
1
2
OPMERKING: De origineelformaten die kunnen worden
gebruikt, zijn A3, B4, A4R, B5R, A5R, 11 × 17 inch (Ledger) en
8
1/2 × 11 inch (Letter, 8K). De papierformaten zijn beperkt tot
16K voor specificaties in inches en A4 en B5 voor specificaties
in mm.
Het papierformaat kan worden gewijzigd en de zoomfactor kan
op het papierformaat worden aangepast.
Plaats het origineel en druk op [Duplex].
1
Druk op S of T om de duplex-
2
modus te selecteren en druk
op [Enter].
Duplex/Pagina splitsen:
1-zijd. 2-zijd.
2-zijd. 2-zijd.
Boek 2-zijdig
Als [1-zijdig¼ 2-zijdig] is
geselecteerd, drukt u op
S of T om de gewenste
zadelsteek richting te selecteren
Zadelsteek ric hting:
Links
Bovenkant
en drukt u op [Enter].
3-10GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 60
Basishandelingen
Druk op [Start].
3
Als u de optionele documenten-toevoer gebruikt, wordt het kopieerproces
automatisch voltooid.
Als u de glasplaat gebruikt, verschijnt er een bericht wanneer u het
volgende origineel moet plaatsen. Plaats het volgende origineel en druk op
[Start].
Als alle originelen gescand zijn, drukt u op [Enter].
GEBRUIKERSHANDLEIDING3-11
Page 61
Basishandelingen
Kopiëren met sorteren
In één bewerking kunnen
meerdere originelen naar het
geheugen worden gescand en het
gewenste aantal sets kopieën
worden gemaakt.
Het maximumaantal originelen
!
dat kan worden gescand, is
afhankelijk van het beschikbare
geheugen van het apparaat.
OriginelenKopiëen
OPMERKING: Als de optionele documententoevoer is geïnstalleerd,
kan de sorteermodus als standaard worden ingesteld.
Plaats het origineel en druk op [Sorteren].
1
Voer met de numerieke toetsen het gewenste aantal kopieën in.
2
Druk op [Start].
3
Als u de optionele Documenten-toevoer gebruikt, wordt het kopieerproces
automatisch voltooid.
!
!
!
Als u de glasplaat gebruikt, verschijnt er een bericht wanneer u het
volgende origineel moet plaatsen. Plaats het volgende origineel en druk op
[Start].
Als alle originelen gescand zijn, drukt u op [Enter].
3-12GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 62
Gecombineerd kopiëren
Basishandelingen
Twee of vier originelen worden
verkleind en op één vel
gekopieerd. Bovendien kan elk
orgineel omkaderd worden met
een zwarte rand of een stippellijn.
NOTA: Het formaat van zowel het origineel als van het kopieerpapier
moet standaard zijn.
Gebruik deze mode om twee originelen op één vel te kopiëren:.
ModeBeschrijving
Gebruik deze mode om twee originelen op één vel te
kopiëren.
2
1
1
OrigineelKopie
2
2-naar-1
4-naar-1
(horizontaal)
2
1
1
OrigineelKopie
Gebruik deze mode om vier originelen op één vel te
kopiëren.
2
4-naar-1
(verticaal)
OrigineelKopie
GEBRUIKERSHANDLEIDING3-13
Page 63
Basishandelingen
2-naar-1
De richting van de originelen en het gekopieerde resultaat staan hieronder
afgebeeld.
Gebruik van de glasplaat:
KopieOrigineel
Gebruik van de documenttoevoer:
KopieOrigineel
KopieOrigineel
KopieOrigineel
3-14GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 64
4-naar-1 (horizontaal)
Basishandelingen
De richting van de originelen en het gekopieerde resultaat staan hieronder
afgebeeld.
Gebruik van de glasplaat:
Origineel
Origineel
Gebruik van de documenttoevoer:
Kopie
Kopie
KopieOrigineel
KopieOrigineel
GEBRUIKERSHANDLEIDING3-15
Page 65
Basishandelingen
4-naar-1 (verticaal)
De richting van de originelen en het gekopieerde resultaat staan hieronder
afgebeeld.
Gebruik van de glasplaat:
KopieOrigineel
Gebruik van de documenttoevoer:
KopieOrigineel
KopieOrigineel
KopieOrigineel
3-16GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 66
Onderbrekingsmodus
Kopiëren onderbreken• Deze modus kan worden gebruikt om een kopieertaak
Basishandelingen
De onderbrekingsmodus kan
worden gebruikt om het kopieerof afdrukproces tijdelijk te
stoppen, zodat een taak die meer
spoed heeft, tussendoor kan
worden uitgevoerd.
Wanneer de spoedeisende taak is
voltooid, kan de onderbroken taak
worden hervat.
De volgende onderbrekingsmodi zijn beschikbaar:
ModusBeschrijving
te onderbreken die op dit moment wordt gescand, om
kopieën te maken van een ander origineel met andere
instellingen. Wanneer de spoedeisende taak is
voltooid, worden de voorafgaande taakinstellingen
hersteld en kan de onderbroken taak worden hervat.
•Deze modus kan ook worden gebruikt om een
kopieertaak te onderbreken om een kopie van een
andere taak te maken. Wanneer de spoedeisende
kopie is gemaakt, kan de onderbroken taak worden
hervat.
Priorit.: UitvoerDeze modus kan worden gebruikt om de uitvoer van een
Kopieerproces onderbreken
Druk op [Interrupt].
1
Het bericht onderbrekingsmodus
OK verschijnt nu.
Verwijder dit bericht en sla het origineel voor de huidige kopieertaak op.
2
taak te onderbreken om een spoedeisende afdruk of een
ontvangen fax af te drukken. Nadat de spoedeisende taak
is voltooid, kan de onderbroken taak worden hervat.
OPMERKING: Als u de faxfuncties wilt gebruiken, moet
de optionele fax-kit zijn geïnstalleerd.
GEBRUIKERSHANDLEIDING3-17
Page 67
Basishandelingen
Plaats het origineel voor de
3
spoedeisende taak.
Selecteer de gewenste functies
4
voor de spoedeisende taak en
druk op [Start].
Wanneer de spoedeisende taak is voltooid, verwijdert u het origineel en
5
drukt u op [Interrupt].
De instellingen van de onderbroken opdracht worden hersteld.
Plaats het vorige origineel en druk op [Start] om verder te gaan met
6
kopiëren.
Afdrukproces of faxproces onderbreken
Druk op [Interrupt], terwijl het apparaat bezig is met afdrukken.
1
Select. onderbrekingsmodus verschijnt.
Druk op S of T om de gewenste
2
onderbrekingsmodus te
selecteren en druk op [Enter].
Het voorbeeld rechts laat zien dat
het apparaat zowel
afdrukgegevens (2) als ontvangen faxgegevens (3) in de wachtrij heeft
staan
•Om de lopende afdruktaak of faxafdruktaak te onderbreken om
kopieën te maken, selecteer (1). Volg de stappen in de vorige alinea
om de kopieën te maken.
•Om het apparaat een afdruktaak te laten voltooien, selecteer (2).
•Om het apparaat het afdrukken van een (ontvangen) fax te laten
voltooien, selecteer (3).
•Als er afdrukgegevens ontvangen zijn, dan wordt de optie
PrioriteitPrinter weergegeven.
•Als er faxgegevens ontvangen zijn, dan wordt de optie PrioriteitFax
weergegeven.
Als de lopende afdruktaak voltooid is, plaats dan het origineel voor de
4
onderbrekingskopie en kopieer.
Als de kopieertaak klaar is, druk op de toets Interrupt. De volgende
5
afdruktaak wordt hervat.
GEBRUIKERSHANDLEIDING3-19
Page 69
Basishandelingen
Energiebesparingsmodus
Energiespaarstand
Druk op [Spaarstand] om het apparaat over te schakelen naar een
1
energiebesparende modus.
Alleen de lampjes Spaarstand en Power en het lampje van de
hoofdschakelaar blijven branden op het bedieningspaneel.
Druk weer op [Spaarstand] om door te gaan met kopiëren. Het duurt
2
10 seconden voordat er weer kopieën kunnen worden gemaakt.
OPMERKING: Als het apparaat zich in de energiebesparende stand
bevindt en gegevens ontvangt die moeten worden afgedrukt of gefaxt,
worden deze gegevens automatisch verwerkt.
Automatische energiebesparing
Als de energiebesparende stand is ingesteld, wordt het apparaat
automatisch overgeschakeld naar de energiebesparende stand als er
gedurende een vooraf ingestelde tijd geen bewerkingen op het apparaat
zijn uitgevoerd. De in de fabriek standaard ingestelde tijd is 1 minuut.
Als de energiebesparende stand is ingesteld, wordt het apparaat
automatisch overgeschakeld naar de energiebesparende stand als er
gedurende een vooraf ingestelde tijd geen bewerkingen zijn uitgevoerd.
De in de fabriek standaard ingestelde tijd is 1 minuut. Tijd die kan worden
ingesteld:
•1 tot 120 minuten (in stappen van 1 minuut)
3-20GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 70
Automatische slaapmodus
Als de automatische slaapstand is ingesteld, wordt het apparaat
automatisch overgeschakeld naar de slaapstand als er gedurende
een vooraf ingestelde tijd geen bewerkingen zijn uitgevoerd. De in de
fabriek standaard ingestelde tijd is 1 minuut.
Tijd die kan worden ingesteld:
•1 tot 120 minuten (in stappen van 1 minuut)
Het is mogelijk de automatische slaapstand handmatig in te schakelen:
Druk op [Power]. De automatische slaapstand wordt onmiddellijk
1
ingeschakeld.
Alleen het lampje van de hoofschakelaar brandt nog, alle andere lampjes
zijn uit.
In deze modus wordt minder energie verbruikt dan in de
energiebesparende stand.
Basishandelingen
Als u weer wilt kopiëren, drukt u op [Power]. Binnen ongeveer 17,2
2
seconden is de stroomtoevoer weer hersteld.
OPMERKING: Als het apparaat zich in de automatische slaapstand
bevindt en gegevens ontvangt die moeten worden afgedrukt of gefaxt,
worden deze gegevens automatisch verwerkt.
GEBRUIKERSHANDLEIDING3-21
Page 71
Basishandelingen
Basisprocedure voor afdrukken
Controleer of de printer- en netwerkkabels van het apparaat en het
netsnoer correct zijn aangesloten.
De printerdriver installeren
Als u de printerfunctie van het apparaat wilt gebruiken, moet de
printerdriversoftware op de computer zijn geïnstalleerd. Raadpleeg de
KX Printer Driver Operation Guide (KX Handleiding voor de bediening
van de printerdriver) voor informatie over het installeren van de
printerdriversoftware.
Afdrukken vanuit applicaties
Hieronder worden de stappen beschreven die nodig zijn voor het
afdrukken van een document dat in een applicatie is gemaakt. U kunt het
papierformaat en de afleveringsbestemming voor de afdrukken selecteren.
OPMERKING: In de volgende procedure wordt uitgelegd hoe u
bijvoorbeeld vanuit Microsoft Word kunt afdrukken. De stappen kunnen
variëren als u een andere applicatie gebruikt.
Plaats het gewenste papier in de papiercassette.
1
Selecteer in de applicatie in het menu Bestand de optie [Afdrukken].
2
Het dialoogvenster Afdrukken wordt weergegeven.
Klik op de vervolgkeuzelijst met printernamen. Alle printers die in Windows
3
zijn geïnstalleerd, staan vermeld. Klik op de naam van het apparaat.
Voer met behulp van [Aantal kopieën] het aantal afdrukken in dat u wilt
4
maken. Er kunnen maximaal 999 kopieën worden gemaakt. Wanneer u 2
of meer kopieën maakt, klikt u voor gesorteerde sets op het selectievakje
bij [Sorteren] om er een vinkje (
9) in te plaatsen.
3-22GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 72
Voor Microsoft Word wordt aanbevolen dat u op [Opties] klikt en
[Printerinstellingen gebruiken] als [Standaardpapierladen]
specificeert.
3
4
Klik op [OK] om te beginnen met afdrukken.
5
Basishandelingen
GEBRUIKERSHANDLEIDING3-23
Page 73
Basishandelingen
3-24GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 74
4Optionele apparatuur
(Niet in alle landen)
De volgende optionele apparatuur is voor uw apparaat
verkrijgbaar:
De volgende optionele apparatuur is voor uw apparaat verkrijgbaar.
Documententoevoer
Duplexeenheid
Geheugenuitbreiding
Harde schijf
Sleutelteller
Fax-kit
Netwerkscannerkit
Afwerkeenheid
Netwerkinterfacekaart
Papierinvoer
Takenscheider
Geheugenkaart
(CompactFlash)
4-2GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 76
Documententoevoer
Toegestane originelen
Optionele apparatuur
Meerdere originelen worden
automatisch ingevoerd en één
voor één gescand.
Tweezijdige originelen worden
automatisch omgedraaid, zodat
beide zijden kunnen worden
gescand.
•Gebruik alleen originelen bestaande uit losse vellen.
•Papiergewicht:
-Eenzijdige originelen: 45 tot 160 g/m²
-Tweezijdige originelen: 50 tot 120 g/m²
•Papierformaten: A3 tot A5R, Folio, 11 × 17 inch (Ledger) tot
5
1/2 ×81/2 inch (Statement).
•Maximumcapaciteit: 50 vellen (50 tot 80 g/m²) tegelijk. 30 vellen voor
automatische papierselectie.
Opmerkingen over toegestane originelen
Gebruik de volgende originelen niet in de documententoevoer. Bovendien
moeten originelen met voorgeboorde gaten of perforaties met de rand
waarin de gaten zitten van de invoerrichting af gericht in de documenten-toevoer worden geplaatst.
•Overheads en andere transparante films.
•Zachte originelen, zoals bijvoorbeeld carbonpapier of vinylpapier, of
andere originelen die gekruld, gekreukeld of gevouwen zijn.
•Onregelmatig gevormde originelen, natte originelen of originelen
voorzien van plakband of lijm.
•Originelen die met paperclips of nietjes aan elkaar zitten. Bij het
gebruik van dit soort originelen moeten paperclips en nietjes worden
verwijderd en krullen, kreukels en vouwen glad worden gestreken
voordat de originelen in de documententoevoer worden geplaatst.
•Originelen met uitsnijdingen of met een glad oppervlak aan
beide zijden.
•Originelen waarop nog vochtige correctievloeistof aanwezig is.
•Originelen met diepe vouwen. Bij het gebruik van dit soort originelen
dienen de vouwen glad te worden gestreken, voordat de originelen in
de documententoevoer worden geplaatst. Als u dit niet doet, kunnen
de originelen in het apparaat vastlopen.
•Gekrulde originelen. Bij het gebruik van dit soort originelen dienen de
krullen glad te worden gestreken, voordat de originelen in de
documententoevoer worden geplaatst.
GEBRUIKERSHANDLEIDING4-3
Page 77
Optionele apparatuur
Namen van onderdelen
1Origineleninvoer –
Plaats de originelen
die u wilt kopiëren in
deze invoer.
32124 5
2Origineleninvoer-
geleiders – Pas deze
geleiders aan voor de
breedte van de
originelen die moeten
gekopieerd.
3Linkerklep – Open
deze klep als er een
origineel is vastgelopen.
76
4Originelenuitvoer –
Originelen die zijn gekopieerd, worden hier uitgeworpen en bewaard.
5Uitvoerverlengstuk – Trek dit verlengstuk uit bij gebruik van
originelen van een groter formaat, zoals A3, B4, 11 × 17 inch
(Ledger) en 8
1/2 × 14 inch (Legal).
6Handgreep – Gebruik deze handgreep om de documententoevoer
te openen of te sluiten.
7Tijdelijke uitvoer – Tweezijdige originelen worden tijdelijk hier
uitgevoerd.
BELANGRIJK: Zorg dat de documententoevoer gesloten is wanneer u het
apparaat vervoert.
Originelen in de documententoevoer plaatsen
Pas de origineleninvoergeleiders
1
aan voor de breedte van het
origineel/de originelen.
BELANGRIJK: Om te voorkomen
dat er vellen vastlopen, moeten
alle originelen worden verwijderd
die in de originelenuitvoer zijn
achtergebleven, en moeten de
originelen vóór invoer worden
uitgewaaierd om de vellen van
elkaar te scheiden.
4-4GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 78
Optionele apparatuur
Gebruik originelen van hetzelfde formaat wanneer u meerdere originelen
tegelijk instelt. Het is mogelijk om in de automatische selectiemodus
originelen van verschillende formaten met dezelfde breedte tegelijk te
gebruiken (bijvoorbeeld 11 × 17 inch (Ledger) en 11 × 8
A3).
Leg de originelen op volgorde
2
en plaats ze met de beeldzijde
naar boven in de origineleninvoer.
Schuif de voorste rand van de
originelen zover mogelijk in
de documententoevoer.
BELANGRIJK: Om te voorkomen
dat er vellen vastlopen, mogen de
originelen niet boven de
maximummarkering aan de
binnenkant van de achterste
invoergeleider uitkomen.
1/2 inch of A4 en
Trek het verlengstuk van de
3
uitvoer naar buiten als u met
grotere originelen werkt, zoals A3,
B4, 11 × 17 inch (Ledger) en
8
1/2 × 14 inch (Legal), om te
voorkomen dat ze uit de uitvoer
vallen.
BELANGRIJK: Wanneer u
tweezijdige originelen kopieert,
worden de originelen tijdelijk in de tijdelijke uitvoer uitgeworpen, zodat u ze
om kunt draaien. Raak ze nu niet aan. Als u ze probeert te verwijderen,
kunnen de originelen vastlopen.
GEBRUIKERSHANDLEIDING4-5
Page 79
Optionele apparatuur
Originelen op de glasplaat leggen
Wanneer u een origineel kopieert
dat niet in de documententoevoer
kan worden geplaatst
(bijvoorbeeld een boek, een
tijdschrift of een voorwerp), tilt u
de documententoevoer op en legt
u het origineel rechtstreeks op de
glasplaat.
OPMERKING: Er mogen zich geen originelen meer in de documenten-
toevoer bevinden als u deze opent. Als u de documententoevoer opent
terwijl er zich nog originelen in bevinden, vallen deze er mogelijk uit.
Bij de randen en in het midden van kopieën die worden gemaakt van
opengeslagen originelen, zoals bijvoorbeeld boeken, kunnen zich
schaduwen voordoen.
BELANGRIJK: Oefen bij het sluiten van de documententoevoer geen
onnodige druk uit op de glasplaat.
WAARSCHUWING: Laat de documententoevoer niet openstaan.
Dit kan lichamelijk letsel als gevolg hebben.
4-6GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 80
Papierinvoer
Optionele apparatuur
Onder de standaardcassette(s)
kan een papierinvoer met extra
cassettes worden geplaatst.
•Capaciteit van de cassette:
300 vel standaardpapier
(64 tot 105 g/m²).
1/2 × 14 inch (Legal), 11 × 8 1/2 inch, 8 1/2 × 11 inch (Letter),
5
1/2 ×81/2 inch (Statement) en 8 1/2 × 13 inch (Oficio II, 8K, 16K).
OPMERKING: Er kunnen maximaal drie cassettes worden toegevoegd
aan het 18 ppm-model en maximaal twee cassettes aan het 22 ppmmodel.
Het papier wordt op dezelfde manier geplaatst als in de
standaardcassette(s). Raadpleeg voor meer informatie Papier plaatsen,
op pagina 2-2.
De linkerkleppen zijn bedoeld om papier te kunnen verwijderen wanneer
er zich een papierstoring voordoet.
BELANGRIJK: Als de papierinvoer is geïnstalleerd, moet u deze altijd
verwijderen voordat u het apparaat optilt of verplaatst.
GEBRUIKERSHANDLEIDING4-7
Page 81
Optionele apparatuur
Duplexeenheid
Afwerkeenheid
Dubbelzijdig kopiëren is mogelijk
op de formaten A3 tot A5R, Folio,
11 × 17" (Ledger) tot 5 1/2 × 8 1/2"
(Statement), 8K, 16K en 16KR (64
tot 80 g/m²).
De afwerkeenheid kan een groot aantal kopieën verwerken: de kopieën
kunnen worden gesorteerd en in sets worden afgeleverd. De sets kunnen
ook worden voorzien van nietjes.
Hieronder vindt u de specificaties van de afwerkeenheid:
1/2 × 14 inch (Legal), 8 1/2 × 13 inch (Oficio II)
5412 3
verwerkingslade
afwerkeenheidslade
6
4-8GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 82
De afwerkeenheid gebruiken
Gesorteerde kopieën worden
trapsgewijs in de
afwerkeenheidslade afgeleverd.
Het verlengstuk van de afwerkeenheidslade moet worden
aangepast aan het papierformaat
dat wordt gebruikt.
Optionele apparatuur
De papierformaten staan
aangegeven op het verlengstuk van de afwerkeenheidslade.
Open papieruitvoergeleider1 of 2,
afhankelijk van het papierformaat
dat wordt gebruikt.
Bij het nieten van papier van groot
formaat, zoals A3, B4, 11 × 17
inch (Ledger) en 8
(Legal), opent u het verlengstuk van de verwerkingslade.
1/2 ×14 inch
GEBRUIKERSHANDLEIDING4-9
Page 83
Optionele apparatuur
Nietjes toevoegen
Open de voorklep van de
1
nieteenheid.
Trek de nietcassettehouder
2
naar buiten.
Verwijder de lege nietcassette
3
uit de nietcassettehouder.
Plaats een nieuwe nietcassette
4
in de houder.
Het pijltje op de nietcassette
geeft aan hoe deze moet worden
ingevoerd.
Duw de nietcassette recht in de
houder en verwijder het papieren
bandje dat om de nietcassette
heen zit.
4-10GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 84
Plaats de nietcassettehouder
5
terug in de nieteenheid. U hoort
een klik als de houder weer goed
op zijn plaats zit.
Sluit de voorklep van de nieteenheid.
6
Een storing in de nieteenheid oplossen
Verwijder de nietcassettehouder,
1
raadpleeg Nietjes toevoegen op
pagina 4-10.
Gebruik knopA op het
afdekplaatje van de
nietcassettehouder om het plaatje
omhoog te tillen.
Optionele apparatuur
A
Verwijder het vastgelopen nietje
2
van het uiteinde waar de nietjes
worden ingevoerd.
Plaats het afdekplaatje van de
3
nietcassettehouder terug in de
oorspronkelijke positie.
GEBRUIKERSHANDLEIDING4-11
Page 85
Optionele apparatuur
Takenscheider
Plaats de nietcassettehouder
4
terug in de nieteenheid en sluit de
voorklep van de nieteenheid.
Deze eenheid wordt gebruikt
om de afdrukken van elkaar te
scheiden, zodat ze gemakkelijk
uitgedeeld kunnen worden.
Kopieën worden in de opvangbak
afgeleverd en afdrukken worden
in de takenscheideropvangbak
afgeleverd. De gebruikers kunnen
zelf de afleverbestemmingen
opgeven.
De papierindicator aan de voorkant van het apparaat geeft aan wanneer
er zich papier in de takenscheideropvangbak bevindt.
Als u wilt dat uw kopieën in
de takenscheideropvangbak
worden afgeleverd, moet u de
standaardinstellingen van het
apparaat wijzigen. Als u wilt
dat uw afdrukken in de
takenscheideropvangbak
worden afgeleverd, moet u
de papierinstellingen wijzigen.
Verwijder papier uit de
takenscheideropvangbak door het aan de punt vast te pakken om te
voorkomen dat de afdruk wordt beschadigd.
OPMERKING: Als papier te veel krult, kunnen er zich papierstoringen
voordoen in de uitvoergebieden. Als de afdrukken gekruld zijn of niet
netjes op een stapel liggen, draait u het papier in de cassette om.
4-12GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 86
Sleutelteller
De sleutelteller plaatsen
Optionele apparatuur
De sleutelteller is bedoeld om het
gebruik van het kopieerapparaat
bij te houden. Het gebruik van het
kopieerapparaat kan worden
bijgehouden per afdeling, per
departement, voor het hele
bedrijf, enz.
Plaats sleutelteller verschijnt als de sleuteltellerfunctie is geïnstalleerd,
maar de sleutelteller niet is geplaatst.
Plaats de sleutelteller goed in de
sleuf die daarvoor bestemd is.
OPMERKING: Als de sleuteltellerfunctie is geïnstalleerd, kunnen er
alleen kopieën worden gemaakt als de sleutelteller goed in de sleuf
is bevestigd.
GEBRUIKERSHANDLEIDING4-13
Page 87
Optionele apparatuur
Fax-kit
Als de fax-kit op het apparaat is geïnstalleerd, kunnen er faxberichten
worden ontvangen en verzonden. Als de optionele netwerkscannerkit ook
is geïnstalleerd, kan het apparaat als netwerkfax worden gebruikt, zodat
gegevens via een computer kunnen worden verzonden en ontvangen.
Zie de handleiding van de fax-kit voor meer informatie.
Netwerkscannerkit
Als de netwerkscannerkit is geïnstalleerd, kan het apparaat worden
gebruikt om te scannen via het netwerk.
Zie de handleiding van de netwerkscannerkit voor meer informatie.
Geheugenkaart (CompactFlash)
De geheugenkaart is een microchip-kaart waar optionele fonts, macro's en
formulieren naartoe kunnen worden geschreven.
Plaats de geheugenkaart in de geheugenkaartsleuf, die zich rechts op het
apparaat bevindt.
Netwerkinterfacekaart (IB-23)
De netwerkinterfacekaart ondersteunt de TCP/IP-, IPX/SPX-, NetBEUI- en
AppleTalk-protocollen, zodat de printer gebruikt kan worden in
netwerkomgevingen waaronder Windows, Macintosh, UNIX, Netware
enzovoort.
Voor meer details, zie de documentatie bij de kaart.
4-14GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 88
Harde schijf
Geheugenuitbreiding
Optionele apparatuur
De harde schijf is bedoeld voor de opslag van afdrukgegevens. Om alle e-
MPS-functies te kunnen gebruiken, moet de harde schijf worden
geïnstalleerd.
U kunt het geheugen van het apparaat uitbreiden. Met extra geheugen
verhoogt u het aantal originelen dat tegelijkertijd kan worden gescand. Een
geheugenuitbreiding van 64 MB of 128 MB is nuttig bij het kopiëren van
originelen met foto's, vanwege de normaal gesproken lage
compressieverhouding.
Aantal originelen dat kan worden gescand (A4-originelen met 6%-dekking,
Tekst + Foto-modus):
16 MB32 MB64 MB128 MB
289 vellen
(179 vellen)
De waarden die zich tussen haakjes ( ) bevinden zijn de waarden voor het
apparaat waarop de netwerkscannerkit is geïnstalleerd.
BELANGRIJK: De geheugenuitbreiding moet door uw dealer worden
geïnstalleerd. Wij zijn niet aansprakelijk voor eventuele schade die wordt
veroorzaakt door een onjuiste installatie van een geheugenuitbreiding.
392 vellen
(282 vellen)
597 vellen
(487 vellen)
1006 vellen
(896 vellen)
GEBRUIKERSHANDLEIDING4-15
Page 89
Optionele apparatuur
4-16GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 90
5Onderhoud
In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen behandeld:
het stopcontact te worden verwijderd bij het reinigen van het apparaat.
Regelmatig reinigen van het apparaat zorgt voor een optimale
kopieerkwaliteit.
Om veiligheidsredenen dient de stekker altijd uit
Reinigen van de glasplaat, de originelenklep, de documenttoevoer en de
sleufglazen
Gebruik een zachte doek die is
1
bevochtigd met alcohol of een
niet-bijtend schoonmaakmiddel
om de glasplaat en de afdekklep
of documententoevoer te
reinigen.
IMPORTANTE: Gebruik nooit
oplosmiddelen of andere
organische reinigingsmiddelen
om de afdekklep of documententoevoer te reinigen..
Als er vuil op de kopieën zit,
2
bijvoorbeeld zwarte strepen op
het gekopieerde beeld, terwijl
gebruik gemaakt wordt van de
optionele documentprocessor,
dan zijn de sleufglazen A en B
vuil. Veeg de sleufglazen schoon
met een droge, zachte doek.
BELANGRIJK: Gebruik nooit
water, oplosmiddelen of andere
organische reinigingsmiddelen
om het sleufglas te reinigen.
B
A
5-2GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 92
De scheidingsnaalden reinigen
Open de voorklep en verwijder
1
de reinigingsborstel.
Trek de hendel van de linkerklep
2
omhoog en open de klep.
Onderhoud
Verwijder vuil en stof van de
3
scheidingsnaalden door de
borstel van links naar rechts
over de naald te bewegen.
Ziedeafbeelding.
Sluit de linkerklep.
4
GEBRUIKERSHANDLEIDING5-3
Page 93
Onderhoud
De transferrol reinigen
Deze taak moet minimaal eenmaal per maand worden uitgevoerd.
Open de voorklep en verwijder
1
de reinigingsborstel.
Trek de hendel van de linkerklep
2
omhoog en open de klep.
Terwijl u de linkertransferrol
3
naar links draait, zoals u in de
afbeelding kunt zien, beweegt u
de borstel van links naar rechts
over de rol om vuil en stof te
verwijderen.
Sluit de linkerklep.
4
5-4GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 94
De tonercontainer en de afvaltonerbak vervangen
Onderhoud
Als het bericht Kan niet kopiëren.
Voeg toner toe verschijnt,
vervangt u de tonercontainer
en de afvaltonerbak.
Voeg alleen toner toe als dit bericht verschijnt.
Voer telkens wanneer de tonercontainer en de afvaltonerbak worden
vervangen ook de van toepassing zijnde reinigingsprocedure uit.
Plaats tonercontainer.
Voeg toner toe
Auto
100%
VOORZICHTIG: De tonercontainer mag niet worden verbrand.
De vonken kunnen brandwonden veroorzaken.
De tonercontainer mag niet open worden gebroken of worden vernietigd.
Open de voorklep.
1
Terwijl u de houder van de
2
afvaltonerbak naar links duwt,
verwijdert u de afvaltonerbak.
10
BELANGRIJK: Houd de oude
afvaltonerbak niet op zijn kop.
WAARSCHUWING:
Het ladergedeelte staat onder
hoge spanning. Neem voldoende
voorzorgsmaatregelen wanneer u in dit gedeelte werkt, aangezien er
gevaar bestaat op elektrische schokken.
Gebruik de dop die op het midden
3
van de gebruikte afvaltonerbak is
bevestigd om de opening af te
sluiten en te voorkomen dat er
toner wordt gemorst.
GEBRUIKERSHANDLEIDING5-5
Page 95
Onderhoud
Draai de ontgrendelingshendel
4
van de tonercontainer (A)
naar links en verwijder de
tonercontainer.
Plaats de gebruikte
5
tonercontainer en de gebruikte
afvaltonerbak in de daartoe
meegeleverde plastic zakken.
Pak het reinigingsstaafje van
6
de lader vast en trek dit zo ver
mogelijk naar buiten. Duw het
staafje vervolgens weer terug.
A
Herhaal dit twee of drie keer.
BELANGRIJK: Oefen niet te
veel kracht uit bij het naar buiten
trekken van het staafje en probeer
het staafje niet helemaal naar
buiten te trekken.
Duw de elektrische lader naar
rechts en trek deze tegelijkertijd
circa 5 cm naar buiten.
Haal de roosterreiniger uit de
verpakking en verwijder de dop.
Plaats de roosterreiniger in de
inkeping en installeer deze in
het apparaat.
Trek, terwijl u de gridreiniger
7
voorzichtig vasthoudt met uw
linkerhand, de elektrische lader zo
ver mogelijk uit en duw deze weer
terug tot deel B het witte vlak van
de gridreiniger net niet raakt.
Herhaal dit een aantal keren.
B
5-6GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 96
Verwijder de roosterreiniger en
8
sluit de dop.
BELANGRIJK: Na het gebruik
van de roosterreiniger om de
elektrische lader te reinigen,
wacht u 5 minuten alvorens
het apparaat weer in gebruik
te nemen.
Houd de nieuwe tonercontainer
9
rechtop en tik vijf keer of meer op
de bovenkant. Draai de
tonercontainer ondersteboven en
tik vijf keer of meer op de
bovenkant.
Schud de tonercontainer vijf keer
of meer op en neer. Draai de
tonercontainer ondersteboven en
schud deze vijf keer of meer.
Onderhoud
10
Houd de tonercontainer
horizontaal en schud deze vijf
keer of meer heen en weer.
Plaats de nieuwe tonercontainer.
Duw met beide handen tot deze
vergrendeld is.
C
GEBRUIKERSHANDLEIDING5-7
Page 97
Onderhoud
11
12
Installeer de nieuwe
afvaltonerbak.
Sluit de voorklep.
OPMERKING: Verwijder de tonercontainer en de afvaltonerbak na
gebruik altijd overeenkomstig de plaatselijke milieuwetgeving.
5-8GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 98
6Problemen oplossen
In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen behandeld:
In onderstaand overzicht vindt u de algemene richtlijnen voor het oplossen
van problemen.
Indien er zich een probleem met uw apparaat voordoet, moet u de
controles en procedures uitvoeren die op de volgende pagina's staan
beschreven. Indien het probleem aanhoudt, neemt u contact op met uw
servicevertegenwoordiger of geautoriseerde servicecenter.
ProbleemControleProcedurePagina
Er gaat niets branden op
het bedieningspaneel
wanneer het apparaat
wordt ingeschakeld.
Er worden geen kopieën
gemaakt wanneer op
[Start] wordt gedrukt.
De kopieën zijn blanco.Zijn de originelen correct
De kopieën worden te
licht afgedrukt.
Is de stekker aangesloten
op een stopcontact?
Staat er een melding over
het probleem op het
bedieningspaneel?
geplaatst?
Staat het
kopieerapparaat in de
automatische
belichtingsmodus?
Staat de handmatige
belichtingsmodus aan?
Is de toner gelijkmatig
verdeeld in de
tonercontainer?
Staat het
kopieerapparaat in de
EcoPrint-modus?
Is Toner toevoegen
nodig?
Is het kopieerpapier
vochtig?
Is de elektrische lader
vuil?
Sluit de stekker aan op een
stopcontact.
Controleer de melding en voer de
bijbehorende procedure uit.
De originelen moeten met de
beeldzijde naar beneden op de
glasplaat worden gelegd.
De originelen moeten met de
beeldzijde omhoog in de optionele
documententoevoer worden gelegd.
Als u het algehele belichtingsniveau
wilt aanpassen, moet u de procedure
Automatische belichting aanpassen
uitvoeren.
Gebruik de toets voor de
afdrukkwaliteit om het
belichtingsniveau naar wens aan te
passen.
Als u de algehele belichting wilt
aanpassen, moet u de van
toepassing zijnde procedure voor het
aanpassen van de belichting voor
elke afdrukkwaliteitsmodus uitvoeren.
Schud de tonercontainer ongeveer 10
keer in horizontale positie.
Selecteer een andere
afdrukkwaliteitsmodus dan de
EcoPrint-modus.
Vervang de tonercontainer.pagina 5-5
Vervang het kopieerpapier.pagina 2-2
Open de voorklep en gebruik het
reinigingsstaafje van de lader om de
elektrische lader te reinigen.
pagina 2-11
pagina 6-5
pagina 3-2
pagina 4-3
–
pagina 3-3
–
pagina 5-7
–
pagina 5-6
6-2GEBRUIKERSHANDLEIDING
Page 100
ProbleemControleProcedurePagina
De kopieën worden
te donker afgedrukt.
Er verschijnt een moirépatroon op de kopieën
(moiré betekent dat de
puntjes in patronen op
het papier staan).
De kopieën zijn niet
helder.
De kopieën zijn vuil.Is de glasplaat of de
Het gekopieerde
beeld verschijnt
scheef op de kopie.
Er treden vaak
papierstoringen op.
Staat het
kopieerapparaat in de
automatische
belichtingsmodus?
Staat de handmatige
belichtingsmodus aan?
Is het origineel een
afgedrukte foto?
Komt de door u geselecteerde afdrukkwaliteitsmodus overeen met het
soort origineel?
optionele documenten-toevoer vuil?
Zijn de originelen
correct geplaatst?
Is het papier correct
ingesteld?
Is het papier correct in
de cassette geplaatst?
Is het papier gekruld,
gevouwen of gekreukeld?
Zijn er vastgelopen of
losse stukken papier in
het apparaat
achtergebleven?
Komt het formaat van het
papier in de
multifunctionele lade
overeen met het
geregistreerde formaat?
Problemen oplossen
Als u het algehele belichtingsniveau
wilt aanpassen, moet u de procedure
Automatische belichting aanpassen
uitvoeren.
Gebruik de toets voor de
afdrukkwaliteit om het
belichtingsniveau naar wens aan te
passen.
Als u de algehele belichting wilt
aanpassen, moet u de van
toepassing zijnde procedure voor het
aanpassen van de belichting voor
elke afdrukkwaliteitsmodus uitvoeren.
Stel de afdrukkwaliteitsmodus in
op Foto.
Selecteer de van toepassing zijnde
afdrukkwaliteitsmodus.
Reinig de glasplaat en/of de
optionele documententoevoer.
Wanneer u originelen op de glasplaat
plaatst, moeten deze precies in de
linkerbovenhoek worden geplaatst.
Wanneer originelen in de optionele
documententoevoer worden
geplaatst, moeten de invoergeleiders
worden ingesteld voordat u de
originelen plaatst.
Controleer de positie van de
breedtegeleider in de cassette.
Plaats het papier correct.pagina 2-2
Als voltooide kopieën krullen, moet u
het papier in de cassette omdraaien.
Vervang het papier.pagina 2-2
Voer de juiste procedure uit om het
papier te verwijderen.
Zorg dat het formaat dat zich in de
multifunctionele lade bevindt,
overeenkomt met het geregistreerde
formaat.
–
pagina 3-3
–
pagina 3-3
pagina 3-3
pagina 5-2
pagina 3-2
pagina 4-3
pagina 2-2
pagina 2-2
pagina 6-11
pagina 2-8
GEBRUIKERSHANDLEIDING6-3
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.