Northstar EXPLORER 467, EXPLORER 457 Installation and user Manual [it]

Explorer 457/467
Fishfinder
Installatie- en bedieningshandleiding
www.northstarnav.com
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINFORMATIE
CAUTION
!
DANGER
WARNING
CAUTION
!
WARNING
CAUTION
CAUTION
!
CAUTION
DANGER
WARNING
Lees voor installatie en gebruik aandachtig door.
Dit is een waarschuwingssymbool. Het wordt gebruikt om te wijzen op potentiële situaties waarin persoonlijk letsel kan ontstaan. Volg alle veiligheidsaanwijzingen die volgen op dit symbool op, om mogelijk letsel of de dood te voorkomen.
Deze WAARSCHUWING geeft een potentiële gevaarlijke situatie aan die, indien niet vermeden, kan resulteren in de dood of ernstig letsel.
LET OP, dit waarschuwingsteken geeft een potentiële gevaarlijke situatie aan die, indien niet vermeden, kan resulteren in licht of middelzwaar persoonlijk letsel.
LET OP, deze waarschuwing gebruikt zonder waarschuwingssymbool geeft een potentieel gevaarlijke situatie aan die, indien niet vermeden, kan resulteren in zaakschade.
FCC Verklaring
Opmerking: Deze apparatuur is getest en voldoet aan de richtlijnen voor een klasse B digitaal instrument, conform onderdeel 15 van de FCC-reglementen. Deze richtlijnen zijn ontworpen om redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke storingen in een normale installatie. Deze instrumenten produceren en gebruiken radiofrequentie-energie en kunnen dit uitstralen en indien ze niet geïnstalleerd zijn in overeenkomst met de instructies, dan kunnen ze schadelijke storing m.b.t. radiocommunicatie veroorzaken. Er is echter geen garantie dat er in bepaalde installaties geen storing zal plaatsvinden. Indien deze instrumenten schadelijke storingen veroorzaken bij radio- en televisieontvangst, wat kan worden bepaald door de instrumenten in en uit te schakelen, wordt de gebruiker aanbevolen een van de volgende maatregelen te nemen om de storing te verhelpen:
Heroriënteer of verplaats de ontvangstantenne.
Vergroot de afstand tussen het instrument en de ontvanger..
Sluit het instrument aan op een output van een andere stroomkring dan die waarop de ontvanger is aangesloten
Raadpleeg de leverancier of een er varen technicus.
Een afgeschermde kabel dient te worden gebruikt wanneer perifere apparatuur op de seriële poorten wordt aangesloten.

Belangrijk

Het is de verant woordelijkheid van de eigenaar om dit Northstar instrument en transducer(s) op zodanige wijze te installeren en gebruiken dat geen ongelukken, persoonlijk letsel of zaak schade worden veroor zaakt. Neem altijd de regels voor goed zeemanschap in acht.
De keuze, plaatsing, hoek en installatie van het instrument en transducers zijn cruciaal om het systeem te doen werken zoals het bedoeld is. Volg de instructies in deze handleiding met zorg. Raadpleeg in geval van t wijfel een Northstar leverancier.
Gaten dienen op een veilige plaats gemaakt te worden en de constructie van de boot niet te ondermijnen. Raadpleeg in geval van twijfel een gekwalificeerde bootbouwer.
Installeer geen kunststof door-de-huid transducers in massief houten rompen. Romplekkage zou een resultaat kunnen zijn.
Installeer geen bronzen transducers in metalen rompen. Dit veroorzaak t elektrolytische corrosie, welke in schade aan de romp of transducer kan resulteren.
Sonar fu nctioneren: De precisie van het sonardieptescherm wordt door verschillende f actoren beïnvloed, zoals het type en de locatie van de transducer en de watercondities. Ver zeker uzelf ervan dat de transducer juist geplaatst en gebruik t wordt.
Brandstofcomputer: Gebruik de brandstofcomputer niet als de enige informatiebron m.b.t. beschikbare brandstof aan boord. Brandstof verbruik kan drastisch veranderen, afhankelijk van de lading van de boot en de condities op het water. Informatie van de brandstofcomputer dient te worden aangevuld met visuele of andere controles van de brandstofvoorraad. Dit is nodig i.v.m. mogelijke bedieningsfouten zoals het vergeten te resetten van de verbruikte brandstof wanneer de tank wordt gevuld, het draaien van de motor terwijl de brandstofcomputer niet ingeschakeld is of andere bedieningsfouten die de precisie van het instrument ondermijnen. Neem altijd voldoende brandstof mee aan boord voor de voorgenomen tocht, plus een reser ve voor onvoorziene omstandigheden.
Het gee n gevolg geven aan dez e waarschuwingen kan leiden tot de dood, ernstig persoonlijk letsel of zaaks chade. Northstar wijst elke aa nsprakelijkheid af voor instal latie of gebruik van dit product, dat de do od, persoonl ijk letsel of zaaksch ade tot gevolg he eft, of dat in st rijd is met de wet.
Omdat Northstar voortdurend verbeteringen aan dit produc t doorvoert, behouden we ons het recht voor om te allen tijde veranderingen aan het product door te voeren, die niet worden weergegeven in deze versie van de handleiding. Neem voor verdere hulp contact op met een Northstar kantoor bij u in de buurt.
Bepalende taal: Deze verklaring, instructiehandleidingen, gebruikersgidsen en andere informatie m.b.t. het product (Documentatie) kunnen worden vertaald naar, of zijn vertaald uit een andere taal (Vertaling). Als er strijdigheden zijn tussen enige Vertaling van de Documentatie dan is de Engelstalige versie van de Documentatie de officiële versie van de Documentatie.
Copyright © 2006 Brunswick New Technologies Inc. Nor thstar™. Alle rechten voorbehouden. Northstar is een geregistreerd handelsmerk van Copyright © 2006 Brunswick New Technologies Inc. .
De 457/467 is ingesteld op standaard eenheden. Om de eenheden te veranderen, zie paragraaf 8-6.
Inhoud
Belangrijk ................................................................................................................................................ 4
1 Introductie ............................................................................................................................................
1-1 Overzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1-2 Schoonmaak en onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
1-3 Verwijderen en herplaatsen van het beeldscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
2 Normaal gebruik ....................................................................................................................................
2-1 Gebruik van de toetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
2-2 Auto-power in- en uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10
2-3 Achtergrondverlichting en nachtstand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
2-4 Alarms . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
2-5 Simulatiestand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
2-8 De hoofdvensters . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
3 Sonar fishfinding: Introductie .............................................................................................................
3-1 De 457/467 gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
3-2 Het beeldscherm begrijpen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
3-3 Het vinden van vis met enkele en dubbele frequentie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
3-4 Zoeken en weergeven van vis . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
3-5 Bereik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
3-6 Toename (gain) en drempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .25
4 Sonar fishfinding: Beeldschermen .......................................................................................................
4-1 Sonar bodemweergave . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4-2 Sonar Zoom en Volledig-scherm-zoom beeldschermen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .27
4-3 Sonar bodemweergave . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4-4 Sonar 50/200 beeldscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .28
4-5 Sonar A-Scope-beeldscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .29
5 Metersvenster .....................................................................................................................................
7
7
9
9
11
11
17
17
18 20 23
26
26
28
30
6 Datavenster .........................................................................................................................................
7 Brandstoffuncties en -beeldscherm .....................................................................................................
7-1 Wat de brandstofcomputer doet . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
7-2 Brandstofvenster . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .31
7-3 Brandstof toevoegen of verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
7-4 Weinig brandstof-alarm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33
Northstar Explorer 457/467 Installatie- en bedieningshandleiding 5
30
31
31
32
7-5 Bootsnelheidsensors . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
7-6 Brandstofverbruikcurves . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
7-7 Kalibratie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
8 Instelling van de 457/467 .....................................................................................................................
8-1 Instelling > Systeem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
8-2 Instelling > Sonar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41
8-3 Instelling > Brandstof . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .42
8-4 Instelling > Log . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
8-5 Instelling > Alarmen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .44
8-6 Instelling > Eenheden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
8-7 Instelling > Communicatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .45
8-8 Instelling > Kalibratie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .46
8-9 Instelling > Favorieten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
8-10 Instelling > Simulatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .47
9 Installatie ...........................................................................................................................................
9-1 Installatie: Wat er bij de 457/467 geleverd wordt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
9-2 Installatie: Opties en accessoires . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .48
9-3 Installatie: Het beeldscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
9-4 Installatie: Stroom-/Datakabel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
9-5 Installatie: Sonar transducer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .52
9-6 Installatie: Northstar benzinesensors . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
9-7 Installatie: Northstar dieselsensors . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .53
9-8 Installatie: SmartCraft . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
9-9 Installatie: Andere NavBus-instrumenten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .54
9-10 Installatie: Andere NMEA-instrumenten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .54
9-11 Installatie: Instelling en test . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Appendix A - Specificaties .......................................................................................................................
35 37
38
40
43
45
47
48
48
50
52
53
55
56
Appendix B - Problemen oplossen ...........................................................................................................
B-1 Algemene problemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
B-2 Problemen met de brandstofverbruikcurves . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
B-3 Sonar fishfinding problemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .60
Appendix C - Woordenlijst en navigatiedata ...........................................................................................
Northstar Explorer 457/467 Installatie- en bedieningshandleiding6
58
58 59
61

1 Introductie

Kort overzicht van ingebouwde en optionele functies:
Functie Type Zie Benodigd
Algemeen
Alarmen
Bootdata
Brandstof Brandstofcomputer, benzinemotor 7 Brandstofsensors
Peiler Overzicht van de dieptepeiler 3 Peiler

1-1 Overzicht

De Northstar 457 en 467 zijn compact, stevige, uitstekend geïntegreerde mariene fishfinders. Het instrument is eenvoudig te gebruiken en heeft een goed leesbaar kleurenscherm. Complexe functies kunnen worden uitgevoerd met een paar tikken op de toetsen, zodat navigeren een stuk eenvoudiger wordt.
De beschik bare func ties, beeldschermen en instellingsmenu’s zijn afhankelijk van de geïnstalleerde instrumenten en sensors.
Voor brandstoffuncties is de installatie
van een of meer benzine - of diesel brandstofsensor(en) nodig.
Voor SmartCraft motorfunc ties dient een
SmartCraft systeem te worden geïnstalleerd. Voor informatie over het gebruik van SmartCraft, zie de Smart Craft Gateway
Gebruik van de toetsen en de beeldschermen 2
Problemen oplossen Appendix B
Simulatiestand 2-5
Woordenlijst met speciale namen Appendix C
Specificaties Appendix A
Ingebouwde alarmen 2-4
SmartCraft motoralarmen 1-1 SmartCraft
Data bovenaan de hoofdbeeldschermen 2-6-3
Speciaal datavenster 6
Brandstofcomputer, dieselmotor 7 Dieselsensors
Brandstofcomputer, SmartCraft-motoren 7 SmartCraft
Brandstof toevoegen of verwijderen 7-3
Diepte, bodemkenmerken, waterkenmerken 3 Peiler
FishFinder 3 Peiler
Installati e- en bedieningsha ndleiding.
De 457/467 kan data naar andere
instrumenten sturen, zoals een automatische piloot, en data ontvangen van andere instrumenten.
Voor informatie over installatieopties, zie paragraaf 9-2.
Deze handleiding beschrijft hoe de 457/467 geïnstalleerd en gebruikt dient te worden. Voor maximaal profijt raden we aan deze handleiding voor installatie en gebruik aandachtig door te lezen. Voor meer informatie over dit instrument en andere Nor thstar producten ver wijzen we naar onze website, www.Northstarnav.com.
Northstar Explorer 457/467 Installatie- en bedieningshandleiding 7

1-2 Schoonmaak en onderhoud

Het beeldscherm van de 457/4 67 is bedekt met een gedeponeerde anti-reflectielaag. Om schade te voorkomen dient het scherm, wanneer het vies is, of bedekt is met zeezout, alleen met een vochtige doek en een mild afwasmiddel te worden schoongemaakt. Vermijd schuurmiddelen, benzine en andere oplosmiddelen.
Bedek of ver wijder een spiegeltransducer indien de romp geverfd wordt. Indien over een ‘door-de-romp’-transducer wordt gever fd met anti-fouling verf, gebruik dan slechts één laag.
Verwijder eerdere anti-fouling verflagen door deze licht te schuren.
Voor optimaal functioneren dient niet over de kabels gelopen te worden en dienen de kabels en connectors niet bekneld te raken. Houd de transducer vrij van wier, verf en wrakhout. Gebruik geen hogedrukspuit op het logwiel van een snelheidsensor omdat dit de kogellagers kan beschadigen.
Plaats de stof kap over het beeldscherm als de 457/467 is uitgeschakeld.

1-3 Verwijdere n en herplaatsen van het beel dscherm

Als het beeldscherm op een beugel is bevestigd, dan kan deze gemakkelijk ver wijderd worden voor veiligheid en bescherming.
Verwijd eren van het beeldscherm:
1 Schakel het beeldscherm uit (zie paragraaf
2-2) en plaats de stofhoes erover.
2 Maak de knop van de bevestigingsbeugel los
en neem het instrument van de beugel.
3 Neem de connectors uit het beeldscherm;
draai ze stuk voor stuk tegen de klok in totdat u de stekker eruit kunt nemen.
4 Plaats de stof hoesjes die eraan vast zitten
over de uiteinden van de connec tors.
5 Bewaar het beeldscherm op een schone
droge plaats, zoals de optionele Northstar draagtas.
Terugplaatsen van het beel dscherm
1 Verwijder de stofkapjes van de connectors.
Steek de connec tors achterin het beeldscherm:
Zorg dat de connec tor’s
contactkleur.
Steek alle connectors in hun contact en draai de sluitmoer met de klok mee totdat deze redelijk stevig is aangedraaid.
Er zal niets beschadigd worden als een kabel
per ongeluk in het verkeerde contact wordt gestoken.
kleur past bij de
2 Houd het beeldscherm op zijn plaats op de
bevestigingsbeugel. Pas de kanteling van het beeldscherm aan voor beste zichtbaarheid en draai dan de knop van de bevestigingsbeugel met de hand stevig vast. Verwijder de stofkap.
Bevestigings beugel
Knop
Northstar Explorer 457/467 Installatie- en bedieningshandleiding8

2 Normaal gebruik

Toetsenoverzicht

2-1 Gebruik van de toet sen

ESCAPE - Ga terug naar een eerder menu of beeldscherm.
DISPLAY - Geeft een menu van de voornaamste beeldschermen weer. Selecteer, om naar een beeldscherm te gaan, deze van het menu (zie paragraaf 2-6).
CURSOR TOE TSEN - om de cursor of de selectiemarkering te
bewegen.
MENU - Geef t een menu weer met de opties voor het huidige beeldscherm. Druk nogmaals op paragraaf 8).
details op de kaart.
bedieningsstand (zie paragraaf 3-1).
paragraaf 3-3).
POWER - Schakel de 457/467 aan en uit (zie paragraaf 2-2); pas
achtergrondverlichting aan (zie paragraaf 2-3).
om het Instellingsmenu weer te geven (zie
ENTER - Begin een actie of accepteer een verandering.
ZOOM - Zoom in of uit van/naar verschillende gebieden en
AUTO - Selecteer vissen/kruisen of de handmatige
50/200 - Verandert de frequentie tussen 50 kHz en 200kHz (zie
In deze handleiding betekent:
Drukke n dat de toets minder dan een
seconde wordt gedrukt.
Vasthouden dat de toets ingedruk t blijft.
De interne pieper piept wanneer een toet s wordt ingedruk t (om de piep in of uit te schakelen, zie paragraaf 8-1).
Gebruik van de menu ’s
Bedien de 457/467 door items van de menu’s te selecteren. Items kunnen submenus, commando’s of data zijn.
Northstar Explorer 457/467 Installatie- en bedieningshandleiding 9
Selectie van een submenu
Een
na een menu geeft een submenu weer, bijv.
Systeem
. Druk op of om de markering
naar het submenu te verplaatsen en druk dan
.
op
Beginnen van een commando
Druk op markeren, bijvoorbeeld Taal en druk dan op
Verandering van data
Druk eerst op verplaatsen naar de te veranderen data en vervolgens:
of om het commando the
.
of om de markering te
a) Om een aanvinkvakje te veranderen
betekent Aan of Ja
betekent Uit of Nee.
Druk op
veranderen.
b) Om een optie te selecteren
1 Druk op
geven.
2 Druk op of om de markering te
verplaatsen naar de gewenste optie en druk vervolgens op .
of om het aanvinkvakje te
om de menu-opties weer te

2-2 Auto-power in- en uitschakelen

Handmati g inschakelen
Druk indien de 457/467 niet voorzien is van auto power-bedrading op schakelen. Pas indien nodig het beeldscherm aan zodat het goed leesbaar is (zie paragraaf 2-3).
Opmerking: Indien de 457/467 niet voorzien is van auto power-bedrading, dan registreert de 457/467 geen motoruren en misschien ook geen brandstof verbruik (zie paragraaf 9- 4).
om het instrument in te
Handmati g uitschakelen
Indien de 457/467 niet voorzien is van auto power-bedrading of als de contactschakelaar uit staat, houdt dan beeldscherm inschakelt.
ingedruk t totdat het
c) Om een naam of nummer te veranderen:
1 Druk op
weer te geven:
2 Druk op of om een letter of cijfer
die/dat veranderd moet worden te selecteren. Druk op cijfer te veranderen.
Herhaal dit om andere letters of cijfers te
veranderen.
3 Druk op
accepteren. Of druk op om de veranderingen te negeren.
d) Om een glijdende waarde te veranderen
Druk op de waarde te verhogen.
om een naam of nummer
of om een let ter of
om de nieuwe waarde te
om de waarde te verlagen of om
Auto-powe r
Indien de 457/467 voorzien is van auto power­bedrading (zie paragraaf 9- 4), dan:
• Zal de 457/467 automatisch inschakelen als het contact van de boot ingeschakeld wordt.
• Kan de 457/467 niet worden uitgeschakeld als het contact nog aan is.
• Indien Auto power uit (zie paragraaf 8-1) is
, dan zal de 457/467 automatisch uitschakelen wanneer het contact van de boot uitgeschakeld wordt.
• Indien Auto power uit (zie paragraaf 8-1) is
, dan blijft de 457/467 automatisch ingeschakeld wanneer het contact van de boot uitgeschakeld wordt. De 457/467 kan nu handmatig worden uitgeschakeld.
Northstar Explorer 457/467 Installatie- en bedieningshandleiding10

2-3 Achtergrondverlichting en nachtstand

!
WARNING
Druk om naar het achtergrondverlichtingsscherm
te gaan kort op
Het beeldscherm en de toetsen zijn verlicht. Selecteer om het achtergrondverlichtingsniveau te veranderen op Achtergrondverlichting, druk
om te dimmen of op voor feller
dan op licht.
Druk wanneer u klaar bent op
Tip: druk twee keer op voor het felste licht, met maximale achtergrondverlichting en de nachtstand uitgeschakeld.
. Achtergrondverlichting
.

2-4 Alarms

Als de 457/467 een alarmconditie waarneemt geeft het een waarschuwingsboodschap weer op het scherm, de interne pieper gaat af en externe piepers en lichten treden in werking.
Druk op Het alarm zal weer afgaan als de alarmconditie zich opnieuw voordoet.
De 457/467 heeft alarmen die door de gebruiker worden ingesteld (zie paragraaf 8-5).
om het alarm uit te schakelen.

2-5 Simulatiestand

In de simulaties tand negeert de 457/467 data van de GPS-antenne en andere transducers en sensors. De 457/467 genereert deze data dan zelf. Voor de rest functioneert de 457/467 normaal. De simulatiestand stelt de gebruiker in staat om op de wal aan de 457/467 te wennen.
Nachtstand
In de nachtstand wordt het palet voor alle beeldschermen ingesteld.
Normaal palet, voor overdag
Een palet dat is geoptimaliseerd voor ‘s
nachts.
Markeer Nachtstand om de stand te veranderen en druk dan op
Om de Simulatiestand te beginnen en te eindigen, zie paragraaf 8-10. In de simulatiestand knipper t het woord, Simulatie onder in beeld.
of .
Gebruik de Simulatiestand nooit als de
op het water aan het navigeren is.
457/467
Northstar Explorer 457/467 Installatie- en bedieningshandleiding 11

2-8 De hoofdvensters

Het beeldschermmenu biedt snelle toegang tot de belangrijkste schermen en de favorieten. Volledig-scherm kaar t staat bovenaan het menu, gevolgd door de favorieten. Andere vensters zijn verkrijgbaar in het
Opmerking:
De beschik bare vensters zijn afhankelijk van de optionele sensors en de geïnstalleerde instrumenten (zie paragraaf 1-1).
Meer... sub-menu.
Northstar Explorer 457/467 Installatie- en bedieningshandleiding12
Opmerking: De vensters onder de menuverdeler worden alleen
getoond op een volledig scherm zonder datatitel. (zie paragraaf 2-6-3).
Northstar Explorer 457/467 Installatie- en bedieningshandleiding 13
2-6-1 Multi-venster beeldschermen
De 457/467 kan twee vensters tegelijkertijd weergeven.
Om een venster aan het beeldscherm toe te voegen
Druk op toevoegen en selecteer een venster dat toegevoegd dient te worden. De 457/467 herschik t het beeldscherm automatisch, zodat het nieuwe venster wordt weergegeven.
Het actieve venster
Indien er meer dan een venster wordt weergegeven, dan wordt het actieve venster aangegeven door een rode rand. Druk tweemaal op
, selecteer Venster
om het actieve venster te wisselen.
Sonar is actief
Vensterformaat veranderen
1 Druk op
Splitsingsratio.
2 Druk op
vensters te veranderen. Opmerking: Sommige vensters hebben een vast formaat.
3 Druk op
Twee vensters wisselen op het beeldscherm
1 Druk tweemaal op
venster te wisselen.
2 Druk op
selecteer het tweede venster.
De 457/467 verwisselt de twee vensters.
Een venster vervangen op het beeldscherm
1 Druk tweemaal op
venster te wisselen.
2 Druk op
selecteer een nieuw venster dat op dit moment niet zichtbaar is.
Opmerking:
Sommige kleine vensters geven niet alle informatie weer.
Door op beeldscherm het optiesmenu voor het actieve venster verschijnen.
Rode rand
en selecteer
of om de hoogte van de
.
, selecteer Vervangen en
, selecteer Vervangen en
te drukken zal op het
om het actieve
om het actieve
Meters is actief
Rode rand
Northstar Explorer 457/467 Installatie- en bedieningshandleiding14
2-6-2 Favoriete beeldscher men
De 457/467 heeft een lijst van veel gebruikte beeldschermen, favoriete beeldschermen genaamd. Er kunnen maximaal zes favoriete beeldschermen zijn.
Kaart-, Meters-, Snelweg-, Brandstof-, Data-, en Tanks-vensters kunnen in een venster worden gecombineerd. Elk van deze beeldschermen kan voorzien zijn van een datatitel (zie paragraaf 2-6-3).
Een favoriet beeldscherm selecteren
Druk op menu.
Een favoriet beeldscherm aan de lijst toevoegen
1 Stel het beeldscherm in met de/het door u
gewenste venster(s) in the nieuwe f avoriet (zie paragraaf 2-6).
2 Druk op
scherm. De 457/467 geeft de favorietenlijst weer.
3 Selecteer waar de nieuwe favoriet dient
te worden toegevoegd aan de lijst. Indien een bestaand favoriet beeldscherm wordt geselec teerd, dan zal de nieuwe favoriet de bestaande vervangen op de lijst.
en selecteer een favoriet van het
en selecteer Bewaar dit
Een favoriet beeldscherm van de lijst wissen
1 Druk tweemaal op
vervolgens Favorieten.
2 Markeer het te wissen beeldscherm, druk op
De volgorde van de favorietenlijst veranderen
1 Druk tweemaal op
2 Markeer het te verplaatsen beelscherm, druk
en selecteer Wissen.
vervolgens Favorieten.
op of Verplaats naar beneden.
en selecteer Verplaats naar boven
en selecteer
en selecteer
Northstar Explorer 457/467 Installatie- en bedieningshandleiding 15
2-6-3 Datatitel
Bovenaan de beeldschermen kan data worden weergeven; dit heet de datatitel.
Wanneer u een venster selec teert in het
beeldschermmenu (zie paragraaf 2-6) dan geeft de 457/467 een passende datatitel voor het venster weer.
Elk favoriete beeldscherm (zie paragraaf 2-6 -
2) heeft zijn eigen datatitel. Als u een favoriet beeldscherm selec teert, dan herinner t de 457/467 zich de datatitel voor deze favoriet.
Instellen van de datatitel voor een beeldscherm
1 Druk op
2 Om de datatitel uit of in te schakelen:
i Selecteer Data.
ii Selecteer
3 Om het formaat van de data te selecteren:
i Selecteer Formaat.
ii Selecteer het weer te geven formaat.
4 Om de weergegeven data te veranderen:
i Selecteer Data-instelling.
ii Verander een dataveld:
a Druk op de cursortoetsen om een
veld te markeren.
b Druk op
data-items weer te geven.
c selecteer een data-item dat
beschikbaar is op het systeem of selecteer Geen om het veld blank te laten.
iii Herhaal bovenstaande stap om andere
datavelden in te stellen.
en selecteer Data-titel
of .
om een menu van
Tip: Indien alle velden op een lijn Geen zijn, dan zal de lijn niet weergegeven worden en de datatitel zal minder ruimte op het beeldscherm in beslag nemen.
5 Druk op
Tip: De datatitel zal veranderen wanneer u een ander beeldscherm kiest. Om een datatitel in te stellen dat later nogmaals kan worden opgeroepen, dient u de datatitel onderdeel van een favoriet beeldscherm te maken (zie onderstaand).
Favoriete beeldschermen en datatitels
Om een datatitel voor een favoriet beeldscherm in te stellen, volgt u de stappen om een favoriet toe te voegen (zie paragraaf 2-6-2 - Een favoriet beeldscherm toevoegen aan de lijst). In stap 1 stel u de datatitel voor de favoriet in zoals bovenstaand beschreven.
Opmerking: Alleen de Kaart-, Meters-, Snelweg-, Brandstof-, Data-, en Tanks-vensters hebben een data-titel.
.
Northstar Explorer 457/467 Installatie- en bedieningshandleiding16

3 Sonar fishfinding: Introductie

!
WARNING
Voor sonarfuncties is de installatie en instelling van een optionele sonar transducer nodig.
In deze paragraaf wordt uitgelegd hoe de sonarvensters gebruikt dienen te worden, hoe de verschillende frequenties worden gebruikt en hoe vis wordt gevonden en weergegeven.
3-1 De 457/467 geb ruiken
De 457/467 gebruikt een sonartransducer die aan de romp vastzit. De transducer genereert een ultrasoon signaal (buiten het menselijk gehoorbereik), dat zich naar de bodem beweegt met een snelheid van 1463 m/sec en dat zich in kegelvorm uitspreidt.
Wanneer het signaal een voor werp tegenkomt, zoals een vis of de bodem, wordt het signaal gedeeltelijk als een echo teruggekaatst naar de boot. De 457/467 berekent de diepte van het object of de bodem door de tijd te meten tussen het verzenden van het signaal en de ontvangst van de echo. Wanneer een echo is ontvangen, wordt het volgende signaal verzonden.
De 457/467 verandert elke echo in een elektronisch signaal, die als een verticale pixellijn wordt weergegeven. De recentste echo’s verschijnen uiterst rechts op het scherm, terwijl de oudere echo’s naar links worden gescrollt, om uiteindelijk van het scherm te verdwijnen.
De scroll-snelheid is af hankelijk van de waterdiepte en de scroll-snelheidsinstelling. Zie paragrafen 8-2 en 3-2, voor meer informatie.
Hoe een echo eruitziet is afhankelijk van:
De 457/467 instelling (zie paragrafen 8-2, 3-5
en 3-6)
Echo’s (verschillende vistypes, verschillende
bodemsoorten, wrakken en zeewier; zie paragraaf 3-2)
Ruis (helderheid van het water en belletjes;
zie paragraaf 3-2).
Het beschrijft ook de toename- en bereikfuncties en geeft voorbeelden van de verschillende sonarvensters.
Kruis-, vis- en handmatige standen.
De 457/467 heeft drie sonar-bedieningsstanden:
K ruisstand: Gebruik deze indien u vaar t. De
457/467 past automatisch de instellingen aan, om voor waterhelderheid te compenseren en de bodem weer te geven.
Visstan d: Gebruik deze wanneer u vist. De
457/467 past automatisch de instellingen aan, om voor waterhelderheid te compenseren en vis, de bodem en andere details het beste weer te geven
H andmatige sta nd: Gebruik dit om
handmatig het instrument in te stellen. De beste resultaten worden bereikt in de handmatige stand, maar voor optimale instelling onder verschillende omstandigheden is oefening en ervaring nodig.
Voor meer informatie over deze standen, zie paragrafen 3-5 en 3-6.
Waarschuwing: Gebruik de automatische Kruis­en Visstanden wanneer u met de 457/467 leert om te gaan of wanneer u op snelheid vaart.
Northstar Explorer 457/467 Installatie- en bedieningshandleiding 17

3-2 Het beeldscherm begrijpen

CAUTION
!
!
CAUTION
DANGER
WARNING
De sonarbeeldschermen geven geen vaste door de boot afgelegde afstand weer, maar een verleden; ze laten zien wat zich gedurende een bepaalde periode onder de boot heeft bevonden.
Het verleden dat door het sonarsignaal wordt weergegeven is afhankelijk van de diepte van het water en de instelling van de scroll-snelheid.
In ondiep water leggen de echo’s een korte afstand af tussen de bodem en de boot. In diep water beweegt het verleden zich langzamer over het scherm omdat het langer duurt voordat de echo’s de afstand tussen de bodem en de boot hebben afgelegd. Wanneer bijvoorbeeld de scroll-snelheid is ingesteld op Snel, dan duurt het op 300 m (1000 vt) ongeveer 6 minuten voordat de data over het scherm gescrollt is, terwijl het op 6 m (20 vt) ongeveer 10 seconden duurt.
De scroll-snelheid kan worden ingesteld door de gebruiker om een langer verleden met minder visinformatie of een korter verleden met meer visdetails weer te geven (zie paragraaf 8 -2).
Als de boot voor anker ligt, komen alle echo’s van hetzelfde stuk bodem. Dit geeft een vlak bodemtracé op het beeldscherm.
Het beeldschermplaatje geeft een normaal sonarbeeldscherm weer, waarbij de viss ymbolen zijn Uitgeschakeld.
Echosterkte
De kleuren geven de verschillen in echosterkte weer. De sterkte is van verschillende fac toren afhankelijk, zoals:
• Het formaat van de vis, school of andere
objecten.
• De diepte van vis of objec ten.
• De locatie van vis of objecten. (Het gebied
dat door het ultrasone signaal bestreken wordt is grofweg een kegelvorm en de echo’s zijn het sterkst in het midden.)
• Helderheid van het water. Luchtdeeltjes in
het water reduceren de sterkte van de echo.
• Samenstelling of dichtheid van het object of
de bodem.
Opmerking: Planerende rompen produceren luchtbellen en turbulent water die de transducer bombarderen. De resulterende ultrasone ruis kan door de transducer worden opgepik t en echte echo’s slecht zichtbaar maken.
A
B
A Enkele vis
B Grote school vissen
C Kleine school vissen
D Bodem
A
B
C
D
A Kelp / Zeewier
B Zachte bodems, zoals modder, zeewier
en zand worden als smalle banden weergegeven
C Harde bodems zoals rots of koraal worden als
brede banden weergegeven
Northstar Explorer 457/467 Installatie- en bedieningshandleiding18
C
Bodemsoorten
Bodems met modder en zeewier en zandbodems verzwakken en verstrooien over het algemeen het sonarsignaal, wat in een z wakke echo resulteert. Harde, rotsachtige of koraalbodems reflec teren het signaal, wat in een sterke echo resulteert.
Frequentie en kegelb reedte
Het sonarsignaal van de 457/467 transducer beweegt zich in kegelvorm naar beneden door het water. De breedte van de kegel is afhankelijk van de frequentie van het signaal; bij 50 kHz is het ongeveer 45°, en bij 200 kHz is het ongeveer 11°.
De verschillende kegelbreedtes beïnvloeden wat wordt weergegeven. Zie paragraaf 3-3.
Water Kegelbreedte Kegelbreedte Diepte bij 50 kHz bij 200 kHz
25 20 5 50 40 10 100 80 20 150 130 30 200 170 40
300 250 60
400 330 80
600 500 120
800 660 150
1000 830 190
45° kegel
11° kegel
Northstar Explorer 457/467 Installatie- en bedieningshandleiding 19
Loading...
+ 44 hidden pages