Miele PW 5104 MopStar 100 User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing en opstellingsinstructies Wasautomaat PW 5104 MopStar 100
Lees beslist de gebruiksaanwijzing voordat u uw apparaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt onnodige schade aan uw apparaat.
nl-BE
M.-Nr. 09 687 560
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Het verpak kingsmateriaal is uitgekozen met het oog op een zo gering mogelijke belas ting van het milieu en de mogelijkheden voor recycling.
Hergebruik van het verpakkingsmateri aal remt de afvalproductie en het ge bruik van grondstoffen. Vaak neemt de leverancier de verpakking terug. Als u de verpakking zelf wegdoet, informeer dan bij de reinigingsdienst van uw ge meente waar u die kunt afgeven.
-
-
-
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap­paraten bevatten meestal nog waarde­volle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die nodig zijn geweest om de apparaten goed en vei­lig te laten functioneren. Wanneer u uw oude apparaat bij het gewone afval doet of er op een andere manier niet goed mee omgaat, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu.
Het afgedankte apparaat moet tot die tijd buiten het bereik van kinderen wor den opgeslagen.
Energie besparen
Energie- en waterverbruik
Maak zoveel mogelijk gebruik van de
­maximale beladingscapaciteit van
een programma. U gebruikt dan rela tief gezien de minste hoeveelheid energie en water.
Wasmiddel
– Gebruik de hoeveelheid wasmiddel
die op de verpakking staat aangege­ven.
– Verlaag bij een geringere belading
de wasmiddelhoeveelheid.
Als u aansluitend machinaal droogt
Kies het hoogste centrifugetoerental voor het betreffende wasprogramma. U bespaart dan energie tijdens het dro gen.
-
-
-
Verwijder uw oude apparaat dan ook nooit samen met het gewone afval, maar lever het in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elek tronische apparatuur. Vraag uw han delaar indien nodig om inlichtingen.
2
-
-
Inhoud
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu........................2
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ..................................7
Bediening van de wasautomaat .....................................16
Bedieningspaneel .................................................16
Opmerking voor eerste ingebruikneming ...............................16
De werking van de display ..........................................17
Het toestel voor het eerst in gebruik nemen ...........................18
Zo wast u juist ...................................................19
Korte handleiding .................................................19
Symbolen op het etiket .............................................25
Centrifugeren ....................................................26
Maximale eindcentrifugeertoerental ...................................26
Centrifugeren voor en tussen de spoelbeurten ........................26
Niet centrifugeren op het einde van het programma (Spoelstop) ..........26
Niet centrifugeren voor en tussen de spoelbeurten
en op het einde van het programma ................................26
Startuitstel ......................................................27
Programmaoverzicht ..............................................28
Programmaverloop ...............................................34
Ontwateren ......................................................35
Voorwassen / voorspoelen...........................................35
Programmaverloop wijzigen ........................................36
Programma afbreken ...............................................36
Programma onderbreken............................................36
Van programma veranderen .........................................36
Wasmiddel ......................................................37
Waterontharder ...................................................37
Componentenwasmiddel............................................37
Ontkleuren/verven .................................................37
Wasverzachter, vormspoeler of vloeibaar stijfsel .........................38
Wasverzachter, vormspoeler of vloeibaar stijfsel automatisch doseren .....38
Wasverzachter of vormspoeler in een apart programma ................38
Relaisaansturing voor externe dosering ..............................39
Externe dosering ..................................................39
Sensor leegmelding .............................................41
3
Inhoud
Reiniging en onderhoud ...........................................42
Wasautomaten reinigen .............................................42
Zeefjes watertoevoer reinigen ........................................44
Storingen verhelpen ..............................................45
Wat gedaan als...................................................45
Er kan geen wasprogramma worden gestart ............................45
Op het display wordt een foutmelding weergegeven. .....................46
Algemene problemen met de wasautomaat .............................47
Het wasresultaat is onvoldoende......................................48
De vuldeur gaat niet open ...........................................49
Programma voortzetten na stroomonderbreking..........................49
Weergave service-interval ...........................................50
Piekbelastinguitschakeling ..........................................50
De vuldeur openen bij verstopte afvoer en/of stroomonderbreking ...........51
Laat het water aflopen ...........................................51
Vuldeur openen ................................................52
Service / Klantcontacten ...........................................53
Reparaties .......................................................53
Optische interface PC ..............................................53
Bij te bestellen accessoires ..........................................53
Opstellen en aansluiten............................................54
Vooraanzicht .....................................................54
Achteraanzicht....................................................55
Zijaanzicht .......................................................56
Bovenaanzicht ....................................................56
Wasautomaat opstellen .............................................56
Opstelling op sokkel ...............................................57
Opstellocatie .....................................................58
De transportbescherming wegnemen ..................................58
De transportbescherming monteren ...................................59
Stellen ..........................................................60
Wateraansluiting ..................................................61
Koudwateraansluiting ............................................61
Warmwateraansluiting ...........................................62
Aansluiting op heet water .........................................62
Waterafvoer ......................................................63
Uitvoering met afvoerklep.........................................63
Uitvoering met afvoerpomp .......................................63
4
Inhoud
Elektrische aansluiting ..............................................64
Technische gegevens .............................................65
Instellingen om de standaardwaarden te wijzigen ......................67
Menu Instellingen J ...............................................68
Afkoeling waswater ................................................68
Contrast .........................................................68
Lichtsterkte ......................................................68
Menu Instellingen/Exploitatieniveau .................................69
Code wijzigen ....................................................69
Dagtijd ..........................................................70
Stand-by (display) .................................................70
Exploitatieniveau ..................................................70
Memory .........................................................71
Beladingsautomaat ................................................71
Water voorwas ....................................................71
Water hoofdwas ...................................................71
Water spoelen ....................................................71
Lage waterdruk ...................................................71
Temp. standaard plus ..............................................72
MOP-ontwateren ..................................................72
Chemo-therm. desinf. ..............................................72
Thermische desinfectie .............................................72
Desinfectie hygiëne ................................................73
Microvezel-MOP ..................................................73
Behandelen standaard .............................................73
Behandelen desinfectie .............................................73
Behandelen doeken................................................73
Cent.behand.stand.,des. ............................................74
Centr.-behand. stand.+ .............................................74
Centr.-behand. doeken .............................................74
Sensor leegmelding................................................74
Overige programma's ..............................................75
Niveau wit/bont ...................................................75
Niveau kreukherstell. ...............................................75
Temp. voorwas WB ................................................75
Wastijd voorwas...................................................75
5
Inhoud
Wastijd wit/bont ...................................................76
Wastijd kreukherstell................................................76
Voorwas wit/bont/kh................................................76
Lijst speciale programma's ..........................................76
Spoelgangen wit/bont ..............................................76
Spoelgangen kreukh................................................77
Voorspoelen wit/bont ...............................................77
Voorspoel. kreukherst. ..............................................78
Temperatuureenheid ...............................................78
Gestuurd energieverbr. .............................................78
Centrifugeren gratis ................................................78
Menu Instellingen verlaten...........................................78
6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Lees beslist deze gebruiksaanwijzing.
~
Deze wasautomaat voldoet aan de voorgeschreven veiligheids voorschriften. Bij ondeskundig gebruik kan er schade optreden aan het toestel en kan de gebruiker gevaar lopen.
Lees deze gebruiksaanwijzing voor u deze wasautomaat voor het eerst gebruikt. U vindt er belangrijke opmerkingen omtrent uw veiligheid, het gebruik en het onderhoud van uw wasautomaat. Dat is veiliger voor uzelf en u vermijdt schade aan uw wasauto­maat.
Als er andere personen over de bediening van de wasautomaat worden geïnstrueerd, stel dan deze veiligheidsrichtlijnen beschik­baar en / of licht deze toe.
Bewaar deze handleiding en geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
-
Juist gebruik
De wasautomaat mag u enkel gebruiken om wasgoed te wassen
~
waarvan de fabrikant verklaart dat het machinaal wasbaar is. Alle andere toepassingen zijn mogelijk gevaarlijk. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door een ander gebruik dan wat hier wordt vermeld of door foutieve bediening.
De wasautomaat moet conform de handleiding worden gebruikt, re
~
gelmatig worden onderhouden en moet op een goede werking worden gecontroleerd.
-
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
De wasautomaat is niet bestemd voor gebruik buitenshuis.
~
Personen die door hun fysieke, zintuiglijke of geestelijke mogelijk
~
heden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn om de wasautomaat veilig te bedienen, mogen deze wasautomaat alleen onder het toezicht of de begeleiding van een verantwoordelijk iemand gebruiken.
Kinderen jonger dan acht jaar dienen uit de buurt van de wasau
~
tomaat te worden gehouden, tenzij ze continue in het oog worden gehouden.
Kinderen vanaf acht jaar mogen de wasautomaat alleen zonder
~
toezicht bedienen, wanneer hen de wasautomaat zodanig is toege­licht dat ze het toestel veilig kunnen bedienen. Kinderen moeten de eventuele risico's van een foutieve hantering kunnen herkennen en begrijpen.
Kinderen mogen de wasautomaat niet zonder toezicht reinigen of
~
onderhouden.
Hou kinderen die in de buurt van de wasautomaat komen in het
~
oog. Laat ze nooit met de wasautomaat spelen.
Als de wasautomaat in een openbaar toegankelijke ruimte wordt
~
gebruikt, moet de exploitant met geschikte maatregelen garanderen dat er door mogelijke restrisico's geen gevaarlijke situaties voor de gebruikers ontstaan.
-
-
De exploitant moet kunnen aantonen dat de normen op het vlak
~
van reiniging en ontsmetting, zowel thermisch als chemothermisch (conform de lijst, § 18 IFSG), in de praktijk gehaald worden. Ontsmettingsprogramma's mogen niet worden onderbroken, omdat anders het resultaat van de ontsmetting beperkt kan worden.
8
Technische veiligheid
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Controleer of de wasautomaat geen uiterlijk zichtbare schade ver
~
toont voordat u het opstelt en gebruikt. Een beschadigde wasautomaat mag u nooit opstellen noch in ge bruik nemen.
De elektrische veiligheid van deze wasautomaat wordt enkel ge
~
waarborgd als het toestel op een aardsysteem aangesloten is dat volgens de voorschriften werd geïnstalleerd. Het is heel belangrijk dat aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan. In ge val van twijfel dient u uw installatie door een vakman of vakvrouw te laten nakijken. De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die werd veroorzaakt doordat de aardleiding onderbro­ken was of gewoon ontbrak.
Door ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen er onvoorziene
~
risico's ontstaan voor de gebruiker. Daarvoor kan de fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld. Reparaties mag u uitsluitend laten uit­voeren door vakmensen die door Miele erkend zijn. Anders is er bij schade achteraf geen aanspraak meer op garantie.
Voer geen veranderingen aan de wasautomaat uit die niet uit-
~
drukkelijk door Miele zijn toegestaan.
-
-
-
-
Bij storingen of bij een reinigings- en onderhoudsbeurt is de was
~
automaat alleen dan van het elektriciteitsnet losgekoppeld in de vol gende gevallen:
de stekker van de wasautomaat is uit het stopcontact getrokken, of
de zekering op uw elektrische installatie uitgeschakeld is, of
de schroefzekering op uw elektrische installatie helemaal uitge draaid is.
-
-
-
9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Sluit uw wasautomaat enkel met een nieuwe toevoerslang op de
~
waterleiding aan. Oude slangen, bijv. van het vorige toestel, mag u niet opnieuw gebruiken. Controleer de slangen regelmatig. Op deze manier kunt u ze tijdig vervangen en waterschade voorkomen.
Laat defecte onderdelen enkel vervangen door originele
~
Miele-wisselstukken. Enkel dan bent u zeker dat ze ten volle voldoen aan de eisen die Miele qua veiligheid stelt.
De vuldeur van de wasautomaat niet met geweld openen. Om de
~
veiligheidsfunctie van het deurslot te garanderen, is de deurgreep voorzien van een beveiliging.
Deze wasautomaat mag niet op niet-stationaire plaatsen (bijv.
~
schepen) worden gebruikt.
10
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Als u het apparaat voor professionele doeleinden gebruikt, moet
~
u het apparaat periodiek door een deskundige laten controleren (bij voorbeeld door Miele). De resultaten moeten in het zogenaamde machinevolgboek worden vastgelegd (verkrijgbaar bij Miele). Het machinevolgboek moet op de plaats van opstelling worden be waard.
Dit apparaat mag uitsluitend door een vakman op een
~
niet-stationaire locatie (bijvoorbeeld een boot of camper) worden in gebouwd en aangesloten. Hierbij moet aan alle voorwaarden voor een veilig gebruik worden voldaan.
Veilig gebruik
Plaats het apparaat in een vorstvrije r7uimte. Bevroren slangen
~
kunnen barsten en temperaturen onder het vriespunt kunnen de werking van de elektronica beïnvloeden.
Verwijder voor de ingebruikneming de transportbeveiliging aan
~
de achterkant van de automaat (zie het hoofdstuk "Plaatsen en aan­sluiten" onder "Transportbeveiliging verwijderen"). Als de beveiliging niet wordt verwijderd, kunnen de wasautomaat en ernaast ge­plaatste apparaten en meubels tijdens het centrifugeren bescha­digd raken.
-
-
-
11
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Sluit de waterkraan als u gedurende lange tijd afwezig bent (bij
~
voorbeeld tijdens vakanties). Dit is vooral van belang als zich in de buurt van de automaat geen afvoerputje bevindt.
Als u voor de waterafvoer een wastafel gebruikt, controleer dan
~
van tevoren of het water in de wasbak snel genoeg wegstroomt. Zorg dat de afvoerslang niet kan wegglijden. De kracht van het uitstromende water kan een niet beveiligde slang uit de wastafel drukken.
Voorkom dat vreemde voorwerpen (spijkers, naalden, munten,
~
paperclips, etc.) in de machine terechtkomen. Dergelijke voor werpen kunnen de automaat beschadigen (zoals de kuip en de wastrommel). Beschadigde onderdelen kunnen op hun beurt het wasgoed beschadigen. Vooral metaalspaanders die zich in reinigingsmaterialen kunnen bevinden, moeten voor het wassen er­uit worden geschud.
Bij juiste dosering van het wasmiddel hoeft de automaat niet te
~
worden ontkalkt. Mocht u toch willen ontkalken, gebruik dan een ont­kalkingsmiddel dat een anti-corrosiemiddel bevat (verkrijgbaar bij Miele). Volg de aanwijzingen op de verpakking nauwkeurig op.
-
-
12
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Wasgoed dat met oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen be
~
handeld is, moet voordat het wordt gewassen grondig in zuiver wa ter worden uitgespoeld.
Gebruik in deze machine in geen geval reinigingsmiddel dat op
~
losmiddel bevat (bv. wasbenzine). Sommige onderdelen van het toestel dreigen namelijk schade op te lopen. Er kunnen ook giftige dampen ontstaan. Bovendien bestaat er bij deze middelen brand­en ontploffingsgevaar.
Bewaar of gebruik in de buurt van de wasautomaat geen benzi
~
ne, petroleum of andere licht ontvlambare stoffen. Brand- en explo siegevaar!
Kleuringmiddel dient voor gebruik in wasautomaten geschikt te
~
zijn. Volg de gebruiksaanwijzing van de fabrikant strikt op.
Ontkleuringsmiddel kan wegens zijn zwavelhoudende verbin-
~
dingen corrosie tot stand brengen. U mag geen ontkleuringsmiddel in uw wasautomaat gebruiken.
Zorg ervoor roestvrijstalen oppervlakken (front, deksel, ommante-
~
ling) niet in contact komen met vloeibaar chloor- of natriumhypochloriethoudende reinigings- of ontsmettingsmiddelen. Deze middelen kunnen corrosie veroorzaken op het roestvrije staal. Dampen van agressieve chloorbleekmiddelen kunnen ook tot corro sie leiden. Daarom mag u deze middelen niet geopend in de onmiddellijke nabijheid van het toestel bewaren.
-
-
-
-
-
-
Voor reiniging van de wasautomaat mag geen hogedrukreiniger
~
of waterstraal worden gebruikt.
Let bij het gebruik en combinatie van washulpmiddelen en speci
~
ale producten altijd op de gebruiksaanwijzingen van de fabrikant. Gebruik de verschillende middelen alleen voor de door de fabrikant voorziene toepassingen om schade aan materiaal en sterke che mische reacties te vermijden.
-
-
13
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Chloor en schade aan onderdelen
Richtlijnen voor de behandeling met chloorbleek en perchlooretheen
Met het toenemende gebruik van chloor neemt ook de
~
waarschijnlijkheid van schade aan onderdelen toe. Het gebruik van chloorhoudende middelen, zoals natrium-hypochloriet en poedervormige chloorbleek, kan - afhanke lijk van de chloorconcentratie, de inwerktijd en de temperatuur - de beschermlaag van roestvrij staal vernietigen en tot corrosie van on derdelen leiden. Daarom dienen dergelijke middelen niet te worden gebruikt; gebruik indien mogelijk in plaats hiervan bleekmiddelen op zuurstofbasis.
Als er desondanks bij speciale vervuilingen chloorhoudende bleek­middelen worden gebruikt, dan moet er altijd een anti-chlorering worden uitgevoerd. Anders kunnen de onderdelen van de wasauto­maat en het wasgoed permanent en onherstelbaar beschadigd ra­ken.
-
-
Antichloor-behandeling
De antichloor-behandeling moet direct na het chloorbleken plaats­vinden. Gebruik bij voorkeur waterstofperoxide of een was- of bleek middel op zuurstofbasis zonder de oplossing tussendoor te ledigen.
Met thiosulfaat kan er zich, met name bij gebruik van hard water, gips vormen; dit kan leiden tot incrustaties op het wasgoed of tot af zettingen in de wasautomaat. Aangezien de behandeling met waterstofperoxide het neutralisatieproces van chloor ondersteunt, heeft dit de voorkeur.
De precieze gebruikshoeveelheden van de hulpmiddelen en de behandelingstemperaturen moeten ter plekke conform de doseringsaanbevelingen van de was- en hulpmiddelfabrikant wor den ingesteld en gecontroleerd. Er moet tevens worden gecontro leerd of er geen resterende actief chloor in het wasgoed achterblijft.
14
-
-
-
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Toebehoren
Toebehoren mag enkel worden ingebouwd indien dat door Miele
~
is goedgekeurd. Worden er andere onderdelen gemonteerd of ingebouwd, dan ver valt elke waarborg of productaansprakelijkheid.
Uw toestel afdanken
-
Als u een wasautomaat afdankt, maak dan eerst het deurslot on
~
bruikbaar. Op die manier voorkomt u dat kinderen zich in het toestel opsluiten, wat levensgevaarlijk kan zijn.
Miele is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is doordat deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.
-
15
Bediening van de wasautomaat
Bedieningspaneel
a Toets Start
Start het gekozen wasprogramma.
b Display met toetsen –, OK en +
Meer informatie daarover vindt u op de volgende pagina.
c Toets +
Om het startuitstel te kiezen.
d Optische interface PC
dient als controle- en overdrachts­punt voor de technische dienst van Miele (o.a. voor updates).
e Toets Voorwas/Voorspoelen =
met controlelampje
f Programmakiezer
Om het programma te kiezen. U kunt de programmakiezer zowel naar rechts als naar links draaien.
g Toets Aan/Uit s
Opmerking voor eerste ingebruikneming
Stel het toestel degelijk op en sluit het juist aan voordat u het de eerste keer gebruikt. Houd rekening met de rubriek "Opstellen en aansluiten".
Neem het toestel voor de eerste keer in gebruik zoals beschreven in de rubriek "Het toestel voor het eerst in gebruik nemen".
16
Bediening van de wasautomaat
De werking van de display
Toetsen–/+
veranderen de op het display gemar­keerde componenten. – verlaagt het getal of beweegt de
markering naar boven.
+ verhoogt het getal of beweegt de
markering naar onder toe.
Toets OKOK b
om het gekozen getal te bevestigen en het volgende gegeven te kiezen.
Bij de programmakeuze kiest u via het display:
Overige programma's
de temperatuur van een aantal pro gramma's
het centrifugeertoerental
het startuitstel.
Het display toont onder andere de duur van het wasprogramma en de huidige tijd.
Bovendien bedient u het menu Instel lingen J via het display.
-
-
17
Het toestel voor het eerst in gebruik nemen
De display schakelt over op de Stel het toestel juist op en sluit het correct aan voor u het voor het eerst in gebruik neemt. Houd rekening met de rubriek "Opstellen en aan sluiten".
-
uurinstelling.
Kloktijd instellen
12:00
Schakel de wasautomaat met de
^
K-toets in.
Wanneer u de wasautomaat voor het eerst in gebruik neemt, verschijnt het woord "welkom" op het display.
Miele Professional welkom
De verwelkoming verschijnt niet meer nadat de inbedrijfstelling is voltooid.
Het display schakelt over op de taalinstelling.
^
Kies de gewenste taal met de toetsen – en + en bevestig uw keuze met de toets OK.
Herinnering aan de transportbeveili ging
worden uit
-
Dagtijd instellen
-
-
-
Stel met de toetsen - en + het uur in
^
en bevestig dat met de toets OK.Nu kunt u de minuten instellen. Na be vestiging van die invoer schakelt het display over op het basismenu.
Eerste wasbeurt
De wasautomaat is nu klaar om het
eerste wasprogramma uit te voeren.
^ Draai de waterkranen open.
^ Draai de programmakiezer op §
40°C.
^ Druk op de toets Start.
Na afloop van dit programma is de in-
bedrijfstelling afgesloten.
-
De transportbeveiliging moet voor de eerste wasbeurt worden verwij derd om schade aan de wasauto maat te voorkomen.
^
Bevestig dat de transportbeveiliging is verwijderd. Druk hiervoor op de toets OK.
18
-
-
Zo wast u juist
Korte handleiding
De bedieningsstappen met de getallen (A, B, C,...)kunt u als beknopte handleiding gebruiken.
A Wasgoed voorbereiden
Maak de zakken leeg.
^
Vreemde voorwerpen (bijv. spij
,
kers, geldstukken, papierklemmen) kunnen het wasgoed en onderdelen van de machine beschadigen.
Vlekken vooraf behandelen
^ Verwijder eventuele vlekken uit het
textiel voor u het wast. Doe dat bij voorkeur terwijl de vlekken nog vers zijn. Dop de vlekken weg met een doekje dat geen kleur afgeeft. Niet wrijven!
Vlekken (bloed, ei, koffie, thee, enz.) kunt u vaak met kleine trucs wegwerken die Miele in een waslexicon heeft gebundeld. Dit kunt u direct bij Miele of via de website van Miele opvragen resp. inkijken.
-
Wasgoed sorteren
Moppen, doeken en pads goed
^
uitschudden, zodat er geen grove vervuiling in de wastrommel terecht komt.
Wasgoed sorteren
Sorteer het wasgoed volgens de
^
kleur en de symbolen op het onder houdsetiket. Dat vindt u in kragen en zomen.
Donker textiel heeft de neiging om bij
de eerste wasbeurten wat kleur te ver
liezen. Om geen wasgoed te laten ver-
kleuren, wast u licht en donker textiel
het best apart.
Algemene tips
– Gordijnen: Haal de gordijnrolletjes en
de loodveter weg. U kunt de gordij­nen ook in een zak steken.
– Doe ritssluitingen, haakjes en oogjes
voor het wassen dicht.
Meer tips vindt u in de rubriek "Pro grammaoverzicht".
-
-
-
-
,
Gebruik nooit chemische reini gingsmiddelen (die oplosmiddel be vatten) in uw wasautomaat!
-
Was in deze machine nooit textiel met
-
de aanduiding niet wasbaar (onder houdssymbool h).
-
19
Zo wast u juist
B De wasautomaat laden
Schakel de wasautomaat in met de
^
toets K.
^ Open de vuldeur door aan de greep
te trekken.
Leg de was opengevouwen en losjes
^
in de trommel. Door textiel van ver schillende formaten in de trommel te stoppen, verbetert het waseffect en raakt de was tijdens het centrifugeren beter verdeeld.
-
Open de vuldeur nooit met geweld. De deurgreep is voorzien van een beveiliging. Door het losspringen van de deurgreep worden bescha­digingen aan het slot voorkomen (ru­briek "Storingen verhelpen" alinea "De vuldeur kan niet worden geopend").
20
Bij de maximumlading is het stroom- en waterverbruik, berekend op basis van de totale hoeveelheid wasgoed, het laagst. Als u te veel wasgoed laadt, vermindert het wasresultaat en kreukt de was meer.
Sluit de vuldeur. Druk de deur aan en
^
sluit vervolgens de deurgreep. Gooi de vuldeur niet dicht.
Let erop dat er geen wasgoed
,
tussen de vuldeur en de trommel geklemd zit.
^ Sluit de vuldeur.
Zo wast u juist
C Een programma kiezen
© MOPP Standaard 60°C
© MOPP Standaard plus
40/60/70/95°C
M6 Thermische Desinfectie
M¦ Chem. - Therm. Desinfectie
x Andere programma's
1. De deur aandrukken.
2. De deurgreep sluiten.
ª Pads 40°C
§ Reinigingsdoeken 40°C en
60°C
§ M Doeken hygiëne
^
Kies het gewenste wasprogramma en de temperatuur via de program makiezer.
Op het display wordt het geselecteerde wasprogramma weergegeven.
Reinigingsdoeken
-
21
Zo wast u juist
Het display schakelt over naar de pro grammakeuze.
Reinigingsdoeken
60°C Duur:
Met de toetsen – of + kunt u het cen
^
1100 omw/min
h
trifugeertoerental wijzigen. Bevestig dat met de toets OK.
Bij keuze van de programmakiezerpositie x worden er andere programma's ter keuze op het display weergegeven.
Mops nieuw
E
Mops behandelen
Doeken behandelen H
^ Markeer met de toets – of+ het ge-
wenste programma en bevestig met de toets OK.
Het display schakelt over naar de pro­grammakeuze.
-
Voorwassen / voorspoelen =
Voor wasgoed waarin veel vuil zit,
^
bijv. stof en zand, de extra functie Voorwas. Als de extra functie Voorwas niet kan worden gekozen, dan is deze voor dit programma niet toegestaan.
-
Startuitstel +
Kies eventueel een tijd voor het start
^
uitstel (zie rubriek "Startuitstel").
-
Vitrages
30°C Duur: 00:38 h
^
Met de toetsen – of + kunt u het ge
600 omw/min
markeerde centrifugeertoerental ver anderen en met de toets OK bevesti gen. Bij sommige programma's kan ook de temperatuur met – of + wor den veranderd.
22
-
-
-
-
D Wasmiddel toevoegen
Houd rekening met de vervuiling van de was en met de waterhardheid.
Als u te weinig wasmiddel gebruikt,
wordt het wasgoed niet proper en na
verloop van tijd grauw en hard,
vormen er zich vetluizen op de was,
en gaat er zich kalk afzetten op de
verwarmingsweerstanden.
Als u teveel wasmiddel toevoegt,
wordt er teveel schuim gevormd.
Daardoor vermindert het effect van de wasbewegingen en zijn de was-, spoel- en centrifugeerresultaten onbevredigend.
– wordt het milieu zwaarder belast.
Meer details over wasmiddelen en de dosering ervan vindt u in de rubriek "Wasmiddelen".
Zo wast u juist
Trek de wasmiddellade iets uit. Giet
^
het wasmiddel in de vakjes:
i = Wasmiddel voor de voorwas j = Wasmiddel voor de hoofd-
was
§ = Wasverzachter, vormspoeler,
vloeibaar stijfsel of impregneer­middel
^ Sluit de wasmiddellade.
De wasautomaat is voorbereid voor aansluiting van externe doseersyste men voor het doseren van vloeibare was- en hulpmiddelen (zie rubriek "Wasmiddel").
Het vakje voor wasmiddel mag
­tijdens het wassen niet naar buiten
worden getrokken. De wasautomaat mag alleen met gesloten vakje voor wasmiddel worden gebruikt.
23
Zo wast u juist
E Programma starten
Zodra een programma kan worden ge start, knippert de toets Start.
Druk op de toets Start.
^
De toets Start gaat aan.
Als geen startuitstel is geselecteerd, verschijnt de waarschijnlijke program maduur op het display. Die wordt minuut per minuut verminderd. Tijdens de eerste 10 minuten berekent de was automaat het vermogen van het was goed om water op te nemen. Dat kan de programmaduur verkorten.
Ook het verloop van het programma wordt op het display weergegeven. De wasautomaat vertelt u steeds hoe ver het programma al gevorderd is.
-
F Het wasgoed uit de trommel ne
-
-
men
15 minuten na het einde van het pro gramma schakelt de wasautomaat zich automatisch uit. De wasauto maat moet opnieuw worden inge schakeld door op de toets "Start"te drukken.
Doe de vuldeur open met de deur
^
greep.
-
Neem het wasgoed uit de trommel.
^
Vergeet geen stukken wasgoed in de trommel! Die kunnen bij de daar­opvolgende wasbeurt krimpen of an­der wasgoed verkleuren.
^ Draai de programmakiezer op Einde
M.
^ Sluit de vuldeur. Anders bestaat het
risico dat er onbedoeld voorwerpen in de trommel terechtkomen. Die kun­nen dan per vergissing mee worden gewassen en het wasgoed bescha digen.
-
-
-
-
-
-
24
^
Schakel de wasautomaat met de schakelaar K uit.
Loading...
+ 56 hidden pages