keramische kookvlakken
KM 431 / KM 435
KM 432 / KM 436
KM 433 / KM 437
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor
u het toestel installeert en in gebruik neemt.
Zo zorgt u voor uw veiligheid en
vermijdt u schade aan uw toestel.
Alle kookzones zijn uitgerust met automatische kookstart en veiligheidsuitschake
ling.
Voorts is een van de kookzones met twee verschillende verwarmingselementen
uitgerust, nl. HiLight en halogeen. U merkt dat als volgt: de buitenste cirkel van de
verwarmde zone (halogeenverwarming) gaat vlugger en intensiever gloeien dan
de binnenste cirkel (HiLight-verwarming).
KM 431 / KM 435KM 432 / KM 436KM 433 / KM 437
C in cmVermogen in
watt
Totaal:
5500
C in cmVermogen in
watt
Totaal:
6400
C in cmVermogen in
17,0 x 26,5
watt
1500 / 2400
Totaal:
7600
-
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Inbouw en aansluiting
Dit toestel mag u enkel door een
erkend vakman laten inbouwen en
aansluiten. Doe daartoe een beroep op
een elektricien die de vereiste voor
schriften kent en toepast. De fabrikant
kan niet aansprakelijk worden gesteld
voor schade die werd veroorzaakt door
schade bij het inbouwen of aansluiten
van dit toestel.
De elektrische veiligheid van dit
toestel wordt enkel gewaarborgd
indien u het op een volgens de voor
schriften geïnstalleerd aardsysteem
aansluit. Het is heel belangrijk dat deze
fundamentele beveiliging voorhanden
is. Laat bij twijfel uw installatie door een
vakman nakijken. De fabrikant is niet
aansprakelijk voor schade veroorzaakt
doordat de aardleiding onderbroken
was of gewoon ontbrak.
-
-
Gebruik geen verlengsnoeren om
het toestel aan te sluiten. Die bie
den niet voldoende veiligheidsgaran
ties.
Bouw het kookvlak niet in boven
was-, droog-, afwasautomaten,
koelkasten en diepvriezers. De soms
wel intensieve hittestraling van het
kookvlak kan aan deze toestellen scha
de toebrengen. Bovendien is de venti
latie van het kookvlak dan niet meer ge
waarborgd.
Indien u dit toestel niet op een vas
te plaats inbouwt en monteert, bv.
op een schip, laat dit karwei dan enkel
uitvoeren door vakmensen. Die moeten
ervoor zorgen dat u het toestel veilig
kan gebruiken.
-
-
-
-
-
-
8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Deskundig gebruik
Lees aandachtig uw gebruiksaan
wijzing voor u dit toestel in gebruik
neemt. Zo beschermt u zichzelf en ver
mijdt u schade aan het toestel.
Gebruik uw toestel enkel in inge
bouwde toestand. Zo bent u zeker
dat u geen elektrische onderdelen kan
aanraken.
Dit toestel is geschikt voor gebruik
in het huishouden. Het is niet voor
industriële of professionele doeleinden
bestemd.
Gebruik dit toestel enkel om le-
vensmiddelen te bereiden. Andere
toepassingen zijn niet toegestaan. Ze
kunen ook risico’s inhouden.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die werd veroorzaakt doordat het toestel niet volgens de voorschriften gebruikt of verkeerd bediend werd.
-
Gebruik het kookvlak niet om het
-
-
vertrek te verwarmen. Door hoge
temperaturen aan de kookzones kun
nen licht ontvlambare voorwerpen in de
omgeving in brand schieten. Dat zou
bovendien de levensduur van uw toe
stel verminderen.
Als u het kookvlak lang intensief
gebruikt, kan het bedieningsvlak
gaan opwarmen. Dit is normaal, er is
geen sprake van storing.
-
-
9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Het toestel tegen schade be
-
schermen
Vermijd dat er voorwerpen als
kookpannen bv. op het keramisch
oppervlak vallen. Zelfs zogezegd lichte
voorwerpen als zoutvaatjes kunnen in
een minder gunstig geval scheuren of
spleten veroorzaken.
Gebruik geen pannen met onge
slepen bodem (bv. van gietijzer) of
met graat. Daardoor kunnen er krassen
op het glazen oppervlak opduiken. Hou
er rekening mee dat ook zandkorreltjes
krassen kunnen veroorzaken.
Vermijd dat er suiker, in vaste of
vloeibare vorm, kunststof en aluminiumfolie op hete kookzones terechtkomen. Deze stoffen smelten en gaan
vastkleven. Ze kunnen bij het afkoelen
scheurtjes of spleten in het oppervlak
veroorzaken. Is dit toch eens gebeurd,
schakel het toestel dan uit. Verwijder de
resten dadelijk met een krabber zolang
de zone nog warm is.
Voorzichtig:
Daar de kookzones heet zijn, kan u zich
daaraan verbranden!
Maak de kookzones verder schoon zo
dra ze afgekoeld zijn.
-
Om te vermijden dat resten gaan
inbranden, verwijdert u het vuil zo
vlug mogelijk. Als u een pan opzet, let
er dan op dat de bodem zuiver is,
droog en vrij van vet.
Gebruik om het toestel schoon te
maken geen hogedrukreiniger. De
vloeistof kan het oppervlak en onderde
len van het toestel beschadigen, die
door de fabrikant niet worden vergoed.
Gebruik geen vaatwerk met een te
dunne bodem. Verwarm nooit leeg
vaatwerk tenzij de vaatwerkfabrikant
deze toepassing uitdrukkelijk toelaat.
Als u hiermee geen rekening houdt, kan
het kookvlak schade oplopen.
Zet in geen geval hete kookpannen
vlakbij de bedieningszone. De
elektronische elementen kunnen immers schade oplopen.
-
-
10
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Bescherm u tegen verbran
-
dingen
Het toestel is tijdens de werking
heet en dat blijft het ook nog enige
tijd na het uitschakelen. Pas zodra het
lampje voor de resterende warmte is
uitgegaan, is het gevaar om u te ver
branden geweken.
Let vooral op kinderen!
Leg geen spullen die aantrekkelijk
zijn voor kleine kinderen, vlak ach
ter of boven het kookvlak. Anders wor
den ze ertoe verleid op het toestel te
klauteren. Ze kunnen zich verbranden!
Bescherm uw handen telkens als u
aan of bij het hete toestel werkt.
Gebruik pannenlappen, hitte-isolerende
handschoenen e.d. Let erop dat die
niet nat of vochtig zijn. Daardoor wordt
de hitte beter geleid en kan u zich verbranden.
Zorg ervoor dat kinderen geen
hete pannen naar zich toe kunnen
trekken. Ze kunnen zich verbranden!
In de handel is er ter bescherming van
kleine kinderen een speciaal rooster
verkrijgbaar.
-
-
Gebruik het toestel niet om er voor
werpen op neer te zetten. Als u het
onverhoeds inschakelt of als het nog
warm is van een kookproces, bestaat
het risico dat het materiaal verhit. U kan
zich daaraan verbranden. Het materiaal
zelf kan ook smelten of vlam vatten.
Dek het toestel nooit met een doek
of folie af. Als u het onverhoeds in
schakelt, bestaat er brandgevaar.
-
Hou het toestel onder toezicht als u
heet vet of olie gebruikt. Oververhit
vet of olie kan ontvlammen. Daardoor
kan ook de wasemkap in brand gera
ken. Brandgevaar!
Als het vet of de olie toch eens zou
ontvlammen, probeer het dan niet
met water te blussen! Doe het vuur
stikken, bv. met een deken of met het
schuim van een brandblusser.
Flambeer nooit spijzen onder een
wasemkap. De ventilator zuigt de
vlammen aan zodat de wasemkap in
brand kan geraken.
-
-
-
Verwarm geen gesloten reci
piënten, bv. conservenblikjes, met
dit toestel. Door de opduikende over
druk kunnen de recipiënten of blikjes
springen. Er is dan risico van verbran
dingen en ander lichamelijk letsel!
-
-
-
11
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Bij een defect
Stelt u aan uw toestel een defect
vast, schakel dan eerst het toestel
en daarna ook de smeltveiligheden uit.
Doe vervolgens een beroep op de
technische dienst.
Zorg ervoor dat de smeltveiligheden in
geen geval opnieuw worden ingescha
keld voor de reparatie achter de rug is.
Hou er rekening mee dat ook
barsten en spleten in de glaskera
miek defecten zijn. Schakel het toestel
dan eveneens uit. Anders bestaat het
risico dat u elektrische schokken op
loopt.
-
Herstellingen mogen enkel door
een erkend elektricien worden uit
gevoerd. Door ondeskundige reparaties
kunnen er voor u als gebruiker grote
risico’s opduiken. Het toestel kan even
eens schade oplopen. Maak de om
manteling van het toestel in geen geval
open.
Laat u het kookvlak tijdens de ga
rantieperiode herstellen, dan mag
dat enkel gebeuren door een technicus
die door de fabrikant erkend is. Anders
is er bij schade achteraf geen aan
spraak meer op waarborg.
-
-
-
-
-
12
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Overige risico’s
Wees voorzichtig als u een stop
contact gebruikt dichtbij het kook
vlak. Het snoer van het toestel mag niet
met het kookvlak in aanraking komen.
De isolatie van de leiding kan bescha
digd worden. Er is risico van elektrische
schokken!
Verwarm de spijzen steeds vol
doende. Eventuele kiemen worden
enkel vernietigd indien de temperatuur
hoog genoeg en de programmaduur
lang genoeg is.
Gebruik geen kookgerei van kunst-
stof of aluminiumfolie. Dat gaat bij
hogere temperaturen smelten. Er is dan
ook brandgevaar!
Let vooral op kinderen. Hou ze van
het ingeschakelde toestel weg.
Geraakt een huisdier op het kook-
vlak, dan kan dat intussen een tiptoets aanraken zodat er een kookzone
wordt ingeschakeld. Hou huisdieren
dus van het toestel weg.
-
-
-
-
Is er onder het ingebouwde kook
vlak een lade aangebracht? Be
waar daarin dan geen ontvlambare
vloeistof noch brandbare voorwerpen
als bv. spraybussen. Is die lade met
een bestekinzet uitgerust, dan dient die
vervaardigd te zijn van tegen hitte be
stand materiaal.
-
-
-
13
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd materiaal ge
kozen, dat door het milieu wordt verdra
gen en opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop
te brengen, wordt er grondstof ge
spaard en verkleint de afvalberg. Geef
deze stoffen dus niet met het gewone
vuilnis mee. Breng ze liever naar het
dichtstbijzijnde gemeentelijk container
park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij
uw gemeentebestuur aan de weet.
-
Berging van uw oud toestel
Bij de aankoop van uw nieuw toestel
heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
volledig gebruikt voor de toekomstige
recyclage van dat toestel. Dat bevat
trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild. Als u vra
gen heeft omtrent het afdanken van uw
oud toestel, neem dan contact op met
de handelaar bij wie u het kocht
–
of
de firma Recupel,
–
telefoon 02 706 86 10,
website: www.recupel.be
of
– uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intussen kinderveilig wordt bewaard voor u
het laat wegbrengen.
-
14
Maak uw afgedankt toestel stroom
loos en verwijder al de elektrische
draden. Zo houden die bv. voor
spelende kinderen geen gevaar in.
-
Voor het eerste gebruik
Informatie vooraf
Kleef het typeplaatje van uw toestel in
het daartoe voorziene vakje in de ru
briek "Typeplaatje"
-
Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorg
vuldig en geef ze door aan wie het toe
stel eventueel na u gebruikt.
-
-
15
Voor het eerste gebruik
Eerste schoonmaak en eerste
opwarming
Voor het eerste gebruik dient u het toe
stel met een vochtig doekje af te wissen
en daarna droog te wrijven.
Gebruik geen afwasmiddel. Daar
door kunnen er blauwige verkleu
ringen op het glas verschijnen.
-
-
De metalen onderdelen zijn beschermd
door een onderhoudsmiddel. Daarom
wordt er tijdelijk wat reuk gevormd als
-
het toestel voor het eerst opwarmt.
Die reuk en eventueel ook damp trek
ken gauw weg. Deze verschijnselen wij
zen niet op een verkeerde aansluiting
noch op een defect aan het toestel.
-
-
16
Bediening
Sensortoetsen
Het bedieningsvlak van uw keramisch
kookvlak is uitgerust met elektronische
sensortoetsen. Zulke tiptoetsen reage
ren op het contact met uw vingers.
Door met een vinger de gewenste toet
sen aan te raken, bedient u de kookzo
nes. Bij elke reactie van de
schakeltoetsen hoort u een akoestisch
signaal.
Let erop dat u telkens maar een en
kele sensortoets aanraakt (behalve
bij het uitschakelen van een kookzo
ne). Hou het bedieningsvlak ook vrij
van vuil. Leg er geen voorwerpen
op. Anders reageren de
schakeltoetsen niet. Er kunnen eveneens verkeerde instellingen worden
veroorzaakt. Eventueel wordt het
kookvlak dan automatisch uitgeschakeld. Zie rubriek "Veiligheidsuitschakeling".
Zet in geen geval hete kookpannen
op het schakelvlak. De elektronica
die eronder zit, kan schade oplopen.
Inschakelen
Schakel eerst het kookvlak in en daarna
de gewenste kookzone.
-
Zo schakelt u het kookvlak in:
Raak het schakelvlakje AAN/UIT s
^
aan.
In de displays van al de kookzones ver
schijnt een 0. Stelt u verder niets in,
dan wordt het kookvlak ter wille van de
-
veiligheid na enkele seconden weer uit
geschakeld.
-
Zo schakelt u een kookzone in:
^ Stel, door de schakeltoets - of + aan
te raken, het gewenste vermogen in
tussen 1 en 9.
Zo u met - begint, kiest u voor koken
met automatische kookstart; zie rubriek
"Automatische kookstart". Zo u met +
begint, kiest u voor koken zonder automatische kookstart.
Wenst u nog een andere kookzone in
te schakelen, waarvoor de 0 reeds is
uitgegaan, raak dan eerst even - of +
aan. De 0 verschijnt en u kan, met of
zonder automatische kookstart, een
vermogen kiezen.
-
-
17
Bediening
Tabel voor het instellen van de tiptoetsen
De instelmogelijkheden zijn voor alle kookzones dezelfde
Saus aanmaken met enkel eigeel en boter
Kleine hoeveelheden vloeibare spijzen opwarmen
Spijzen warm houden, die licht aanbranden
Rijst koken
Vloeibare en half vaste spijzen opwarmen
Saus en room aanmaken, bv. wijnsaus, Hollandse saus
Melkpap koken
Omeletten of spiegeleieren bakken zonder korst
Fruit stoven
Diepvries ontdooien
Groente en vis stoven
Deegwaren en peulvruchten klaarmaken
Spijzen met granen klaarmaken
1 - 2
1 - 3
2 - 4
3 - 5
Grote hoeveelheden spijzen aan de kook brengen en verder koken5
Koteletten, worst, vis, spiegeleieren e.d. behoedzaam braden
(zonder het vet over te verhitten)6 - 7
Pannenkoeken, flensjes e.d. bakken7 - 8
Grote hoeveelheden water koken
Gerechten aan de kook brengen8 - 9
De gegevens hierboven zijn richtwaarden van toepassing op normale porties voor
4 personen. Zo u een hogere kookpan gebruikt, zonder deksel kookt en meer spij
zen klaarmaakt, stel dan een hoger vermogen in. Maakt u minder spijzen klaar,
stel dan een lagere stand in.
18
-
Bediening
Automatische kookstart
Zo u de automatische kookstart hebt in
geschakeld, wordt de kookzone auto
matisch met het hoogste vermogen
(fikse kookstart) verwarmd. Nadien
wordt ze teruggeschakeld op de door u
gekozen stand om verder te koken. De
duur van de kookstart hangt af van de
gekozen stand om verder te koken. Zie
tabel.
Er worden hoge voortkookstanden aan
bevolen om te braden. Daarom zijn er
maar tamelijk korte kookstarttijden ver
eist om het vaatwerk op te warmen.
Stand om
verder te koken
11’ 20"
22’ 45"
34’ 05"
Kookstart
in minuten en
seconden (ca.)
-
-
Zo schakelt u de automatische kook
start in:
Zolang er een 0 in het display van de
^
kookzone is verlicht, raakt u de scha
kelzone - aan tot de gewenste stand
om verder te koken verschijnt, bv. 6.
6.
-
Tijdens de kookstart wordt een puntvormig controlelampje verlicht rechts
naast de stand om verder te koken. Na
afloop van deze tijd gaat het lampje uit.
Tijdens de kookstart kan u de voortkookstand steeds met de + of - verhogen of verlagen. De duur van de kookstart wordt dan eveneens aangepast.
-
-
45’ 30"
56’ 50"
61’ 20"
72’ 45"
82’ 45"
9-
19
Bediening
De tweede verwarmingskring
mee inschakelen
Gebruikt u grote kookpannen, dan kan
u de kookzone vergroten bij zones met
twee cirkels en bij de braadzone.
Schakel de kookzone in en kies een
^
vermogen door - of + aan te raken.
Daarna raakt u het schakelvlakje n
^
aan om de tweede verwarmingskring
mee in te schakelen.
Zo er in het display van de kookzone
een 0 wordt verlicht, dan kan u ook
eerst het schakelvlakje n aanraken en
daarna een vermogen kiezen.
Dat de extra verwarmingskring inge
schakeld is, wordt aangeduid door het
overeenstemmende controlelampje.
-
5
n
De tweede verwarmingskring schakelt
u weer uit door nog eens het schakel
vlakje n aan te raken of door het dis
play van de kookzone weer op 0 te zet
ten.
-
-
-
20
Bediening
Uitschakelen / resterende
warmte
Zo schakelt u een kookzone uit:
Raak tegelijk de schakelvlakjes - en
^
+ aan.
In het display wordt enkele seconden
een 0 verlicht. Is de kookzone nog heet,
dan wordt daarna de resterende warm
te aangeduid.
h
Zo schakelt u het kookvlak uit:
^ Raak het schakelvlakje AAN-/UIT s
aan.
Daarmee zijn al de kookzones uitgeschakeld. In de displays van de kookzones die nog te heet zijn om ze aan te
raken, ziet u de aanduiding voor de
resterende warmte.
De displays ter aanduiding van reste
rende warmte gaan pas uit zodra u de
kookzones zonder enig risico kan aan
raken.
Raak de kookzones niet aan zolang
het display voor de resterende
warmte wordt verlicht. Leg er ook
geen voorwerpen op, die geen hitte
kunnen verdragen.
U loopt het risico u te verbranden.
Er is ook brandgevaar!
Hou er rekening mee dat de dis
plays voor resterende warmte na
een stroomonderbreking niet verlicht
zijn. Toch zijn de kookzones nog te
heet om ze aan te raken!
-
-
-
21
Bediening
Kookgerei kiezen
Gebruik kook- en braadpannen met
–
een stabiele bodem die zich in kou
de toestand lichtjes naar binnen
welft. Als de bodem heet wordt, ligt
die dan mooi effen op de kookzone.
Oneffen panbodems vertragen het
kookproces.
koudheet
– Let erop dat de panbodem met het
formaat van de kookzone overeenstemt of iets groter is. Anders verspilt
u nodeloos warmte.
Hou ermee rekening dat bij pannen
vaak de maximumdiameter bovenaan wordt opgegeven. Wat telt, is
echter de meestal kleinere diameter
van de bodem.
Tips om stroom te besparen
Kook bij voorkeur met een deksel op
–
-
de pan. Zo vermijdt u dat er warmte
ontsnapt.
zonder dekselmet deksel
– Schakel de kookzone bij lange kook-
tijden reeds 5 à 10 minuten voor het
einde van die kooktijd uit. Zo benut u
de resterende warmte.
te kleingepast
22
Beveiligingen
Vergrendelfunctie
Om te vermijden dat uw kookvlak en de
kookzones onverhoeds worden inge
schakeld of de instellingen ervan gewij
zigd, is uw toestel met een vergrendel
functie uitgerust.
De vergrendeling kan u zowel bij uitge
schakeld als ingeschakeld kookvlak ac
tiveren.
Activeert u de vergrendeling bij uitgeschakeld kookvlak, dan kan het kook
vlak niet meer worden ingeschakeld.
Zet u de vergrendelfunctie tijdens dewerking aan, dan kan u het toestel nog
enkel in beperkte mate bedienen:
– De vermogensstand van de kookzo-
nes kan u niet meer wijzigen.
– De kookzones en het kookvlak kan u
enkel nog uitschakelen, daarna echter niet meer inschakelen.
-
-
Zo zet u de vergrendeling aan:
Raak de tiptoets voor de vergrende
^
ling a zo lang aan tot het bijho
rende controlelampje aangaat.
-
Even later gaat dit lampje uit.
Het gaat weer aan, als teken voor ge
activeerde vergrendeling, indien u
de tiptoets voor de vergrendeling a
–
aanraakt.
iets wenst in te stellen.
–
-
Zo zet u de vergrendeling uit:
^ Raak het schakelvlakje voor de ver-
grendeling a zo lang aan tot het
controlelampje uitgaat.
Hou er rekening mee dat de vergrendeling door een stroomonderbreking uitgeschakeld wordt.
-
-
-
23
Beveiligingen
Veiligheidsuitschakeling
Bij te lange werking
Uw kookvlak is ter wille van uw veilig
heid uitgerust met een uitschakelauto
matisme. Dit kan zijn nut bewijzen in
dien u bv. vergeet het kookvlak uit te
schakelen.
Blijft een kookzone ongewoon lang (zie
tabel) op hetzelfde vermogen in wer
king? Dan wordt het kookvlak automa
tisch uitgeschakeld. De aanduiding
voor de resterende warmte wordt zicht
baar.
^ Wenst u de kookzone opnieuw te ge-
bruiken? Schakel die dan als gewoonlijk weer in.
-
-
-
-
-
VermogenMaximumtijd
werking in uren
110
25
35
44
53
62
-
72
82
91
24
Beveiligingen
Bij bedekte sensortoetsen
Blijven een of meer schakeltoetsen
langer dan zowat 10 seconden bedekt
- bv. door uw vingers, overgekookte
spijzen, voorwerpen -, dan wordt het
kookvlak automatisch uitgeschakeld.
Tegelijk weerklinkt om de 30 seconden
een signaal. Dat duurt hoogstens 10
minuten. In het display van de bedekte
schakeltoetsen gaat een F knipperen:
Maak het bedieningsvlak schoon of
^
verwijder de voorwerpen die erop lig
gen.
Nu verstomt het signaal en wordt de F
gedoofd.
Schakel het kookvlak met de
^
schakeltoets AAN/UIT s weer in.
Daarna kan u het weer gewoon ge
bruiken.
-
-
25
Beveiligingen
Beveiliging tegen over
-
verhitting
Elke kookzone is voorzien van een
oververhittingsbeveiliging. Dat is een
onderdeel dat de interne temperatuur
beperkt. Het schakelt de verwarming
van de kookzone automatisch uit voor
dat de glaskeramiek oververhit geraakt.
Zodra de glaskeramiek afgekoeld is,
wordt de verwarming weer automatisch
ingeschakeld.
-
Het kan tot oververhitting komen als
de kookzone werd ingeschakeld zon
–
der kookpan erop,
er leeg vaatwerk wordt verwarmd,
–
de bodem van het vaatwerk niet
–
keurig effen op de kookzone ligt,
het vaatwerk de warmte slecht ge
–
leidt.
Dat de beveiliging gereageerd heeft,
merkt u aan het feit dat de verwarming,
zelfs in de hoogst mogelijke vermo
gensstand, in- en uitgeschakeld wordt.
-
-
-
26
Reiniging en onderhoud
Gebruik in geen geval een hoge
drukreiniger. De vloeistof kan het op
pervlak en onderdelen van het toe
stel beschadigen. Voor zulke scha
de is de fabrikant niet aansprakelijk.
Neem geen puntige voorwerpen om
de dichtingen tussen het glas en de
rand en / of tussen de rand en het
werkblad niet te beschadigen.
Gebruik nooit producten met een
schurend effect noch agressief reini
gingsmiddel als bv. grill- en oven
spray, vlek- en roestoplosmiddel,
schuurzand, krassende sponsjes.
Gebruik geen afwasmiddel. Daardoor kunnen er blijvende blauwige
verkleuringen op het glas verschijnen.
-
-
-
Neem bij toepassing van speciaal
reinigingsmiddel voor glaskeramiek
de opmerkingen van de fabrikant in
-
-
acht.
Als er nog resten van dat speciaal
reinigingsmiddel op het kookvlak
achtergebleven zijn, wis die dan met
een vochtige doek weg. Bij het op
warmen van de kookzones kunnen
die resten immers een bijtende wer
king hebben.
Wrijf het kookvlak na elke vochtige
schoonmaakbeurt goed droog.
Daarmee vermijdt u kalkresten.
Om te vermijden dat resten gaan inbranden, verwijdert u het vuil zo vlug
mogelijk. Als u een pan opzet, let er
dan op dat de bodem zuiver is,
droog en vrij van vet.
-
-
27
Reiniging en onderhoud
Maak uw keramisch kookvlak geregeld
schoon, bij voorkeur na elk gebruik.
Laat het vlak daartoe afkoelen. Verwij
der al het grove vuil met een vochtige
doek. Vast eraan klevend vuil schraapt
u weg met een glaskrabber.
Maak het kookvlak daarna grondig
schoon met enkele druppels speciaal
reinigingsmiddel voor glaskeramiek.
Gebruik daartoe wat keukenrol of een
zuivere doek. Zo verwijdert u ook kalk
resten, veroorzaakt door overgekookt
water, alsook metaalachtig glinsterende
vlekken (aluminiumresten).
Wis het vlak daarna vochtig af en wrijf
het ten slotte met een zuivere doek
droog.
Eventueel gebruikt u een reinigingsmiddel dat de glaskeramiek meteen ook
onderhoudt. Dat middel vormt een film
die water en vuil afstoot.
Is er suiker, kunststof of aluminium-folie op het hete kookvlak terechtgekomen? Schakel de zone dan uit. Verwij
der de resten dadelijk grondig met een
glaskrabber zolang de zone nog heet
is. Ga voorzichtig te werk, u kan zich
daarbij verbranden.
Maak de kookzone verder schoon zo
dra die afgekoeld is. Zie hierboven.
-
-
-
-
28
Laat reparaties enkel door een er
kend elektricien uitvoeren. Door on
deskundige reparaties kunnen er
niet te onderschatten risico’s voor
de gebruiker opduiken.
Wat gedaan als . . . ?
. . . u het kookvlak of de kookzones
niet kan inschakelen?
Kijk eens na of
– de vergrendeling niet ingeschakeld
is. Om die uit te schakelen, leest u
het best eerst de rubriek "Vergrendelfunctie".
– de smeltstoppen van uw elektrische
installatie niet zijn uitgesprongen.
Is dat niet het geval, maak het toestel
dan ca. 1 minuut lang stroomloos.
Schakel daartoe de smeltstoppen die
voor het kookvlak bedoeld zijn, of de
verliesstroomschakelaar uit.
Kan u het toestel niet opnieuw in wer
king stellen nadat u de smeltstoppen of
de verliesstroomschakelaar weer hebt
ingeschakeld? Doe dan een beroep op
een elektricien of op de Technische
Dienst van Miele.
-
-
-
Wat gedaan als . . . ?
. . . het toestel tijdens de werking
wordt uitgeschakeld, in het display
van minstens 1 kookzone een H of
een knipperende F verschijnt en er
eventueel een signaal weerklinkt?
Waarschijnlijk bleef een van de kookzo
nes te lang ingeschakeld of werden tip
toetsen bedekt. Zie rubriek "Veiligheids
uitschakeling".
. . . de verwarming van een kookzone
in de hoogst mogelijke vermogens
stand in- en uitgeschakeld wordt?
De beveiliging tegen oververhitting
heeft gereageerd. Zie rubriek "Beveiliging tegen oververhitting".
. . . de inhoud van de kookpan bij de
automatische kookstart moeilijk of
helemaal niet begint te koken?
– Misschien geleidt de kookpan de
warmte slecht.
–
Er worden grote hoeveelheden le
vensmiddelen verwarmd.
Kies in het vervolg een hogere voort
kookstand. Of laat het gerecht op de
hoogste vermogensstand starten en
schakel daarna manueel terug.
-
-
-
-
-
-
29
Wat gedaan als . . . ?
... de tiptoetsen al te gevoelig of hele
maal niet gevoelig reageren?
De gevoeligheid van de tiptoetsen is
ontregeld. U kan die als volgt corrige
ren:
Zorg er eerst voor dat er geen
–
rechtstreeks licht (zon- of kunstlicht)
op het kookvlak valt. De omgeving
van het kookvlak mag ook niet te
donker zijn.
Zorg ervoor dat noch heel het kook
–
vlak noch de tiptoetsen bedekt zijn.
Verwijder kookgerei en maak het
kookvlak vrij van restjes.
– Schakel de stroom ca. 1 minuut lang
uit.
Zodra er weer stroom is, wordt de gevoeligheid van de tiptoetsen door de
elektronische besturing opnieuw ingesteld.
Duikt het probleem daarna weer op,
doe dan een beroep op de Technische
Dienst van Miele.
-
. . . de buitente ring van een kookzo
ne na het inschakelen vlugger en in
tensiever begint te gloeien dan de
binnenste?
Dit is geen storing. Deze kookzone is
uitgerust met 2 verschillende verwar
mingselementen. Zie rubriek "Kookzo
nes" (onder de tabel).
-
-
-
-
-
30
Techniek
Elektrische aansluiting
Het verdient aanbeveling het toestel via
een stopcontact aan te sluiten. Dit ver
gemakkelijkt immers eventuele tussen
komsten van de Technische Dienst. Het
stopcontact dient toegankelijk te zijn
nadat het toestel is ingebouwd.
Wordt er niet op een stopcontact aan
gesloten, vertrouw de aansluiting van
uw toestel op het stroomnet dan toe
aan een bevoegd elektricien. Die dient
de plaatselijke reglementering te ken
nen en nauwgezet te volgen.
Is het stopcontact niet meer toegankelijk of is er een vaste aansluiting uitgevoerd, dan moet die voor elke fase
met een stroomonderbreker uitgerust
zijn. Als stroomonderbrekers kunnen er
schakelaars worden gebruikt met een
contactopening van meer dan 3 mm,
zoals automatische schakelaars, smeltveiligheden en contactsluiters.
De vereiste gegevens over de aanslui-ting vindt u op het typeplaatje. Ga na
of deze gegevens met de spanning en
frequentie van het net overeenstem
men.
-
-
-
-
-
Technische gegevens
Totaal aansluitvermogen:
zie typeplaatje.
Er wordt aangesloten op:
230 V / 50 Hz.
Smeltveiligheden:
16 A.
Verliesstroomschakelaar:
Om de veiligheid te verhogen, verdient
het aanbeveling een verliesstroomschakelaar met een uitschakelstroom van
30 mA voor het toestel te schakelen.
Het toestel mag enkel aan twee zijden
omgeven zijn door wanden of meubels
hoger dan het toestel. Zie bijgeleverde
montagehandleiding.
31
Techniek
Technische Dienst
Neem bij storingen die u niet zelf kan oplossen, contact op
met uw Miele-handelaar
–
of
met de Technische Dienst van Miele. Het adres en telefoonnummer van onze
–
Technische Dienst vindt u op de rugzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Als u een beroep doet op de Technische Dienst, geef dan a.u.b. het toesteltype
en het fabricagenummer op. Beide gegevens vindt u op het bijgeleverde type
plaatje.
Typeplaatje
Kleef hier het bijgeleverde typeplaatje. Let erop dat het typenummer overeenstemt
met de gegevens op de voorpagina van deze gebruiksaanwijzing.
-
323334
35
Wijzigingen voorbehouden / 0403
M.-Nr. 05 409 790 / V05
Dit papier spaart het milieu doordat het uit 100 % chloorvrij gebleekte celstof bestaat.
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.