Miele KM 431, KM 435, KM 432, KM 436, KM 433 User Manual [nl]

...
Gebruiksaanwijzing
keramische kookvlakken KM 431 / KM 435 KM 432 / KM 436 KM 433 / KM 437
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor u het toestel installeert en in gebruik neemt. Zo zorgt u voor uw veiligheid en vermijdt u schade aan uw toestel.
B
Inhoud
Beschrijving van de toestellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
KM 431 / 435 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
KM 432 / 436 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
KM 433 / KM 437 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Recycleerbare verpakking. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Berging van uw oud toestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Voor het eerste gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Informatie vooraf . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Eerste schoonmaak en eerste opwarming . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Bediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Sensortoetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Tabel voor het instellen van de tiptoetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Automatische kookstart . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
De tweede verwarmingskring mee inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Uitschakelen / resterende warmte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Beveiligingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Vergrendelfunctie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Veiligheidsuitschakeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Beveiliging tegen oververhitting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Kookgerei kiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Tips om stroom te besparen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
2
Inhoud
Reiniging en onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Wat gedaan als . . . ? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
Techniek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
Technische Dienst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Typeplaatje. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
3
Beschrijving van de toestellen
KM 431 / 435
Kookvlak
a vario-kookzone (met 2 diameters) bc gewone kookzones
d bedieningsvlak
(met 1 diameter)
Bediening op het kookvlak
4
Tiptoetsen
e om de kookzones te bedienen f AAN / UIT, om het kookvlak in of uit
te schakelen
g om het kookvlak te vergrendelen i om een tweede verwarmingskring in
te schakelen
Controlelampjes voor:
h vergrendeling j inschakelen van een tweede
verwarmingskring
KM 432 / 436
Kookvlak
Bediening op het kookvlak
Beschrijving van de toestellen
a vario-kookzone (met 2 diameters) bcd gewone kookzones
(met 1 diameter)
e bedieningsvlak
Tiptoetsen
f om de kookzones te bedienen g AAN / UIT, om het kookvlak in of uit
te schakelen
h om het kookvlak te vergrendelen j om een tweede verwarmingskring in
te schakelen
Controlelampjes voor:
i vergrendeling k inschakelen van een tweede
verwarmingskring
5
Beschrijving van de toestellen
KM 433 / KM 437
Kookvlak
a vario-kookzone (met 2 diameters) bd gewone kookzones
c braadzone e bedieningszone
Bediening op het kookvlak
(met 1 diameter)
Tiptoetsen
f om de kookzones te bedienen g AAN / UIT, om het kookvlak in of uit
te schakelen
h om het kookvlak te vergrendelen j om een tweede verwarmingskring in
te schakelen
Controlelampjes voor:
i vergrendeling k inschakelen van een tweede
verwarmingskring
6
Beschrijving van de toestellen
Bediening en display van de kookzones
o
n
8.
m
p
l Symbool voor kookzone m Display:
0 = de kookzone is klaar voor gebruik 1 tot 9 = ingesteld vermogen H = resterende warmte F = foutmelding (zie rubriek "Veiligheidsuitschakeling")
n Controlelampje voor de automatische kookstart o Tiptoetsen voor het instellen van het vermogen
Kookzones
Kook­zone
y 14,5 / 23,0 1100 / 2500 14,5 / 21,0 1000 / 2200 14,5 / 21,0 1000 / 2200 w - - 14,5 1200 14,5 1200 x 18,0 1800 18,0 1800 17,0 /
z 14,5 1200 14,5 1200 18,0 1800
Alle kookzones zijn uitgerust met automatische kookstart en veiligheidsuitschake ling.
Voorts is een van de kookzones met twee verschillende verwarmingselementen uitgerust, nl. HiLight en halogeen. U merkt dat als volgt: de buitenste cirkel van de verwarmde zone (halogeenverwarming) gaat vlugger en intensiever gloeien dan de binnenste cirkel (HiLight-verwarming).
KM 431 / KM 435 KM 432 / KM 436 KM 433 / KM 437
C in cm Vermogen in
watt
Totaal:
5500
C in cm Vermogen in
watt
Totaal:
6400
C in cm Vermogen in
17,0 x 26,5
watt
1500 / 2400
Totaal:
7600
-
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Inbouw en aansluiting
Dit toestel mag u enkel door een
erkend vakman laten inbouwen en aansluiten. Doe daartoe een beroep op een elektricien die de vereiste voor schriften kent en toepast. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die werd veroorzaakt door schade bij het inbouwen of aansluiten van dit toestel.
De elektrische veiligheid van dit
toestel wordt enkel gewaarborgd indien u het op een volgens de voor schriften geïnstalleerd aardsysteem aansluit. Het is heel belangrijk dat deze fundamentele beveiliging voorhanden is. Laat bij twijfel uw installatie door een vakman nakijken. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade veroorzaakt doordat de aardleiding onderbroken was of gewoon ontbrak.
-
-
Gebruik geen verlengsnoeren om
het toestel aan te sluiten. Die bie den niet voldoende veiligheidsgaran ties.
Bouw het kookvlak niet in boven
was-, droog-, afwasautomaten, koelkasten en diepvriezers. De soms wel intensieve hittestraling van het kookvlak kan aan deze toestellen scha de toebrengen. Bovendien is de venti latie van het kookvlak dan niet meer ge waarborgd.
Indien u dit toestel niet op een vas
te plaats inbouwt en monteert, bv. op een schip, laat dit karwei dan enkel uitvoeren door vakmensen. Die moeten ervoor zorgen dat u het toestel veilig kan gebruiken.
-
-
-
-
-
-
8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Deskundig gebruik
Lees aandachtig uw gebruiksaan
wijzing voor u dit toestel in gebruik neemt. Zo beschermt u zichzelf en ver mijdt u schade aan het toestel.
Gebruik uw toestel enkel in inge
bouwde toestand. Zo bent u zeker dat u geen elektrische onderdelen kan aanraken.
Dit toestel is geschikt voor gebruik
in het huishouden. Het is niet voor industriële of professionele doeleinden bestemd.
Gebruik dit toestel enkel om le-
vensmiddelen te bereiden. Andere toepassingen zijn niet toegestaan. Ze kunen ook risico’s inhouden. De fabrikant kan niet aansprakelijk wor­den gesteld voor schade die werd ver­oorzaakt doordat het toestel niet vol­gens de voorschriften gebruikt of ver­keerd bediend werd.
-
Gebruik het kookvlak niet om het
-
-
vertrek te verwarmen. Door hoge temperaturen aan de kookzones kun nen licht ontvlambare voorwerpen in de omgeving in brand schieten. Dat zou bovendien de levensduur van uw toe stel verminderen.
Als u het kookvlak lang intensief
gebruikt, kan het bedieningsvlak gaan opwarmen. Dit is normaal, er is geen sprake van storing.
-
-
9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Het toestel tegen schade be
-
schermen
Vermijd dat er voorwerpen als
kookpannen bv. op het keramisch oppervlak vallen. Zelfs zogezegd lichte voorwerpen als zoutvaatjes kunnen in een minder gunstig geval scheuren of spleten veroorzaken.
Gebruik geen pannen met onge
slepen bodem (bv. van gietijzer) of met graat. Daardoor kunnen er krassen op het glazen oppervlak opduiken. Hou er rekening mee dat ook zandkorreltjes krassen kunnen veroorzaken.
Vermijd dat er suiker, in vaste of
vloeibare vorm, kunststof en alumi­niumfolie op hete kookzones terecht­komen. Deze stoffen smelten en gaan vastkleven. Ze kunnen bij het afkoelen scheurtjes of spleten in het oppervlak veroorzaken. Is dit toch eens gebeurd, schakel het toestel dan uit. Verwijder de resten dadelijk met een krabber zolang de zone nog warm is. Voorzichtig: Daar de kookzones heet zijn, kan u zich daaraan verbranden! Maak de kookzones verder schoon zo dra ze afgekoeld zijn.
-
Om te vermijden dat resten gaan
inbranden, verwijdert u het vuil zo vlug mogelijk. Als u een pan opzet, let er dan op dat de bodem zuiver is, droog en vrij van vet.
Gebruik om het toestel schoon te
maken geen hogedrukreiniger. De vloeistof kan het oppervlak en onderde len van het toestel beschadigen, die door de fabrikant niet worden vergoed.
Gebruik geen vaatwerk met een te
dunne bodem. Verwarm nooit leeg vaatwerk tenzij de vaatwerkfabrikant deze toepassing uitdrukkelijk toelaat. Als u hiermee geen rekening houdt, kan het kookvlak schade oplopen.
Zet in geen geval hete kookpannen
vlakbij de bedieningszone. De elektronische elementen kunnen im­mers schade oplopen.
-
-
10
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Bescherm u tegen verbran
-
dingen
Het toestel is tijdens de werking
heet en dat blijft het ook nog enige tijd na het uitschakelen. Pas zodra het lampje voor de resterende warmte is uitgegaan, is het gevaar om u te ver branden geweken. Let vooral op kinderen!
Leg geen spullen die aantrekkelijk
zijn voor kleine kinderen, vlak ach ter of boven het kookvlak. Anders wor den ze ertoe verleid op het toestel te klauteren. Ze kunnen zich verbranden!
Bescherm uw handen telkens als u
aan of bij het hete toestel werkt. Gebruik pannenlappen, hitte-isolerende handschoenen e.d. Let erop dat die niet nat of vochtig zijn. Daardoor wordt de hitte beter geleid en kan u zich ver­branden.
Zorg ervoor dat kinderen geen
hete pannen naar zich toe kunnen trekken. Ze kunnen zich verbranden! In de handel is er ter bescherming van kleine kinderen een speciaal rooster verkrijgbaar.
-
-
Gebruik het toestel niet om er voor
werpen op neer te zetten. Als u het onverhoeds inschakelt of als het nog warm is van een kookproces, bestaat het risico dat het materiaal verhit. U kan zich daaraan verbranden. Het materiaal zelf kan ook smelten of vlam vatten.
Dek het toestel nooit met een doek
of folie af. Als u het onverhoeds in schakelt, bestaat er brandgevaar.
-
Hou het toestel onder toezicht als u
heet vet of olie gebruikt. Oververhit vet of olie kan ontvlammen. Daardoor kan ook de wasemkap in brand gera ken. Brandgevaar!
Als het vet of de olie toch eens zou
ontvlammen, probeer het dan niet met water te blussen! Doe het vuur stikken, bv. met een deken of met het schuim van een brandblusser.
Flambeer nooit spijzen onder een
wasemkap. De ventilator zuigt de vlammen aan zodat de wasemkap in brand kan geraken.
-
-
-
Verwarm geen gesloten reci
piënten, bv. conservenblikjes, met dit toestel. Door de opduikende over druk kunnen de recipiënten of blikjes springen. Er is dan risico van verbran dingen en ander lichamelijk letsel!
-
-
-
11
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Bij een defect
Stelt u aan uw toestel een defect
vast, schakel dan eerst het toestel en daarna ook de smeltveiligheden uit. Doe vervolgens een beroep op de technische dienst. Zorg ervoor dat de smeltveiligheden in geen geval opnieuw worden ingescha keld voor de reparatie achter de rug is.
Hou er rekening mee dat ook
barsten en spleten in de glaskera miek defecten zijn. Schakel het toestel dan eveneens uit. Anders bestaat het risico dat u elektrische schokken op loopt.
-
Herstellingen mogen enkel door
een erkend elektricien worden uit gevoerd. Door ondeskundige reparaties kunnen er voor u als gebruiker grote risico’s opduiken. Het toestel kan even eens schade oplopen. Maak de om manteling van het toestel in geen geval open.
­Laat u het kookvlak tijdens de ga rantieperiode herstellen, dan mag
dat enkel gebeuren door een technicus
­die door de fabrikant erkend is. Anders
is er bij schade achteraf geen aan spraak meer op waarborg.
-
-
-
-
-
12
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Overige risico’s
Wees voorzichtig als u een stop
contact gebruikt dichtbij het kook vlak. Het snoer van het toestel mag niet met het kookvlak in aanraking komen. De isolatie van de leiding kan bescha digd worden. Er is risico van elektrische schokken!
Verwarm de spijzen steeds vol
doende. Eventuele kiemen worden enkel vernietigd indien de temperatuur hoog genoeg en de programmaduur lang genoeg is.
Gebruik geen kookgerei van kunst-
stof of aluminiumfolie. Dat gaat bij hogere temperaturen smelten. Er is dan ook brandgevaar!
Let vooral op kinderen. Hou ze van
het ingeschakelde toestel weg.
Geraakt een huisdier op het kook-
vlak, dan kan dat intussen een tip­toets aanraken zodat er een kookzone wordt ingeschakeld. Hou huisdieren dus van het toestel weg.
-
-
-
-
Is er onder het ingebouwde kook
vlak een lade aangebracht? Be waar daarin dan geen ontvlambare vloeistof noch brandbare voorwerpen als bv. spraybussen. Is die lade met een bestekinzet uitgerust, dan dient die vervaardigd te zijn van tegen hitte be stand materiaal.
-
-
-
13
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd materiaal ge kozen, dat door het milieu wordt verdra gen en opnieuw kan worden benut. Door de verpakking weer in kringloop te brengen, wordt er grondstof ge spaard en verkleint de afvalberg. Geef deze stoffen dus niet met het gewone vuilnis mee. Breng ze liever naar het dichtstbijzijnde gemeentelijk container park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij uw gemeentebestuur aan de weet.
-
Berging van uw oud toestel
Bij de aankoop van uw nieuw toestel heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
­volledig gebruikt voor de toekomstige
­recyclage van dat toestel. Dat bevat trouwens nog waardevol materiaal. Door te recycleren wordt er dan ook minder verspild en vervuild. Als u vra gen heeft omtrent het afdanken van uw oud toestel, neem dan contact op met
­de handelaar bij wie u het kocht
– of
de firma Recupel,
– telefoon 02 706 86 10, website: www.recupel.be of – uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus­sen kinderveilig wordt bewaard voor u het laat wegbrengen.
-
14
Maak uw afgedankt toestel stroom loos en verwijder al de elektrische draden. Zo houden die bv. voor spelende kinderen geen gevaar in.
-
Voor het eerste gebruik
Informatie vooraf
Kleef het typeplaatje van uw toestel in het daartoe voorziene vakje in de ru briek "Typeplaatje"
-
Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorg vuldig en geef ze door aan wie het toe stel eventueel na u gebruikt.
-
-
15
Voor het eerste gebruik
Eerste schoonmaak en eerste opwarming
Voor het eerste gebruik dient u het toe stel met een vochtig doekje af te wissen en daarna droog te wrijven.
Gebruik geen afwasmiddel. Daar door kunnen er blauwige verkleu ringen op het glas verschijnen.
-
-
De metalen onderdelen zijn beschermd door een onderhoudsmiddel. Daarom wordt er tijdelijk wat reuk gevormd als
-
het toestel voor het eerst opwarmt. Die reuk en eventueel ook damp trek
ken gauw weg. Deze verschijnselen wij zen niet op een verkeerde aansluiting noch op een defect aan het toestel.
-
-
16
Bediening
Sensortoetsen
Het bedieningsvlak van uw keramisch kookvlak is uitgerust met elektronische sensortoetsen. Zulke tiptoetsen reage ren op het contact met uw vingers. Door met een vinger de gewenste toet sen aan te raken, bedient u de kookzo nes. Bij elke reactie van de schakeltoetsen hoort u een akoestisch signaal.
Let erop dat u telkens maar een en kele sensortoets aanraakt (behalve bij het uitschakelen van een kookzo ne). Hou het bedieningsvlak ook vrij van vuil. Leg er geen voorwerpen op. Anders reageren de schakeltoetsen niet. Er kunnen even­eens verkeerde instellingen worden veroorzaakt. Eventueel wordt het kookvlak dan automatisch uitge­schakeld. Zie rubriek "Veiligheidsuit­schakeling". Zet in geen geval hete kookpannen op het schakelvlak. De elektronica die eronder zit, kan schade oplopen.
Inschakelen
Schakel eerst het kookvlak in en daarna de gewenste kookzone.
-
Zo schakelt u het kookvlak in:
­Raak het schakelvlakje AAN/UIT s
^
­aan.
In de displays van al de kookzones ver schijnt een 0. Stelt u verder niets in, dan wordt het kookvlak ter wille van de
-
veiligheid na enkele seconden weer uit geschakeld.
-
Zo schakelt u een kookzone in:
^ Stel, door de schakeltoets - of + aan
te raken, het gewenste vermogen in tussen 1 en 9.
Zo u met - begint, kiest u voor koken met automatische kookstart; zie rubriek "Automatische kookstart". Zo u met + begint, kiest u voor koken zonder auto­matische kookstart.
Wenst u nog een andere kookzone in te schakelen, waarvoor de 0 reeds is uitgegaan, raak dan eerst even - of + aan. De 0 verschijnt en u kan, met of zonder automatische kookstart, een vermogen kiezen.
-
-
17
Bediening
Tabel voor het instellen van de tiptoetsen
De instelmogelijkheden zijn voor alle kookzones dezelfde
Kookproces Getal
Boter, chocolade enz. laten smelten Gelatine oplossen Yoghurt klaarmaken
Saus aanmaken met enkel eigeel en boter Kleine hoeveelheden vloeibare spijzen opwarmen Spijzen warm houden, die licht aanbranden Rijst koken
Vloeibare en half vaste spijzen opwarmen Saus en room aanmaken, bv. wijnsaus, Hollandse saus Melkpap koken Omeletten of spiegeleieren bakken zonder korst Fruit stoven
Diepvries ontdooien Groente en vis stoven Deegwaren en peulvruchten klaarmaken Spijzen met granen klaarmaken
1 - 2
1 - 3
2 - 4
3 - 5
Grote hoeveelheden spijzen aan de kook brengen en verder koken 5 Koteletten, worst, vis, spiegeleieren e.d. behoedzaam braden
(zonder het vet over te verhitten) 6 - 7 Pannenkoeken, flensjes e.d. bakken 7 - 8 Grote hoeveelheden water koken
Gerechten aan de kook brengen 8 - 9
De gegevens hierboven zijn richtwaarden van toepassing op normale porties voor 4 personen. Zo u een hogere kookpan gebruikt, zonder deksel kookt en meer spij zen klaarmaakt, stel dan een hoger vermogen in. Maakt u minder spijzen klaar, stel dan een lagere stand in.
18
-
Bediening
Automatische kookstart
Zo u de automatische kookstart hebt in geschakeld, wordt de kookzone auto matisch met het hoogste vermogen (fikse kookstart) verwarmd. Nadien wordt ze teruggeschakeld op de door u gekozen stand om verder te koken. De duur van de kookstart hangt af van de gekozen stand om verder te koken. Zie tabel.
Er worden hoge voortkookstanden aan bevolen om te braden. Daarom zijn er maar tamelijk korte kookstarttijden ver eist om het vaatwerk op te warmen.
Stand om
verder te koken
1 1’ 20" 2 2’ 45" 3 4’ 05"
Kookstart
in minuten en
seconden (ca.)
-
-
Zo schakelt u de automatische kook start in:
­Zolang er een 0 in het display van de
^
kookzone is verlicht, raakt u de scha kelzone - aan tot de gewenste stand om verder te koken verschijnt, bv. 6.
6.
-
Tijdens de kookstart wordt een punt­vormig controlelampje verlicht rechts naast de stand om verder te koken. Na afloop van deze tijd gaat het lampje uit.
Tijdens de kookstart kan u de voort­kookstand steeds met de + of - verho­gen of verlagen. De duur van de kook­start wordt dan eveneens aangepast.
-
-
4 5’ 30" 5 6’ 50" 6 1’ 20" 7 2’ 45" 8 2’ 45" 9-
19
Bediening
De tweede verwarmingskring mee inschakelen
Gebruikt u grote kookpannen, dan kan u de kookzone vergroten bij zones met twee cirkels en bij de braadzone.
Schakel de kookzone in en kies een
^
vermogen door - of + aan te raken. Daarna raakt u het schakelvlakje n
^
aan om de tweede verwarmingskring mee in te schakelen.
Zo er in het display van de kookzone een 0 wordt verlicht, dan kan u ook eerst het schakelvlakje n aanraken en daarna een vermogen kiezen.
Dat de extra verwarmingskring inge schakeld is, wordt aangeduid door het overeenstemmende controlelampje.
-
5
n
De tweede verwarmingskring schakelt u weer uit door nog eens het schakel vlakje n aan te raken of door het dis play van de kookzone weer op 0 te zet ten.
-
-
-
20
Bediening
Uitschakelen / resterende warmte
Zo schakelt u een kookzone uit:
Raak tegelijk de schakelvlakjes - en
^
+ aan.
In het display wordt enkele seconden een 0 verlicht. Is de kookzone nog heet, dan wordt daarna de resterende warm te aangeduid.
h
Zo schakelt u het kookvlak uit:
^ Raak het schakelvlakje AAN-/UIT s
aan.
Daarmee zijn al de kookzones uitge­schakeld. In de displays van de kook­zones die nog te heet zijn om ze aan te raken, ziet u de aanduiding voor de resterende warmte.
De displays ter aanduiding van reste rende warmte gaan pas uit zodra u de kookzones zonder enig risico kan aan raken.
Raak de kookzones niet aan zolang het display voor de resterende warmte wordt verlicht. Leg er ook geen voorwerpen op, die geen hitte kunnen verdragen.
­U loopt het risico u te verbranden.
Er is ook brandgevaar!
Hou er rekening mee dat de dis plays voor resterende warmte na een stroomonderbreking niet verlicht zijn. Toch zijn de kookzones nog te heet om ze aan te raken!
-
-
-
21
Bediening
Kookgerei kiezen
Gebruik kook- en braadpannen met
een stabiele bodem die zich in kou de toestand lichtjes naar binnen welft. Als de bodem heet wordt, ligt die dan mooi effen op de kookzone. Oneffen panbodems vertragen het kookproces.
koud heet
– Let erop dat de panbodem met het
formaat van de kookzone overeen­stemt of iets groter is. Anders verspilt u nodeloos warmte.
Hou ermee rekening dat bij pannen vaak de maximumdiameter boven­aan wordt opgegeven. Wat telt, is echter de meestal kleinere diameter van de bodem.
Tips om stroom te besparen
Kook bij voorkeur met een deksel op
-
de pan. Zo vermijdt u dat er warmte ontsnapt.
zonder deksel met deksel
– Schakel de kookzone bij lange kook-
tijden reeds 5 à 10 minuten voor het einde van die kooktijd uit. Zo benut u de resterende warmte.
te klein gepast
22
Beveiligingen
Vergrendelfunctie
Om te vermijden dat uw kookvlak en de kookzones onverhoeds worden inge schakeld of de instellingen ervan gewij zigd, is uw toestel met een vergrendel functie uitgerust.
De vergrendeling kan u zowel bij uitge schakeld als ingeschakeld kookvlak ac tiveren.
Activeert u de vergrendeling bij uitge schakeld kookvlak, dan kan het kook vlak niet meer worden ingeschakeld.
Zet u de vergrendelfunctie tijdens de werking aan, dan kan u het toestel nog enkel in beperkte mate bedienen:
– De vermogensstand van de kookzo-
nes kan u niet meer wijzigen.
– De kookzones en het kookvlak kan u
enkel nog uitschakelen, daarna ech­ter niet meer inschakelen.
-
-
Zo zet u de vergrendeling aan:
Raak de tiptoets voor de vergrende
^
ling a zo lang aan tot het bijho rende controlelampje aangaat.
-
­Even later gaat dit lampje uit.
Het gaat weer aan, als teken voor ge
­activeerde vergrendeling, indien u
­de tiptoets voor de vergrendeling a
aanraakt. iets wenst in te stellen.
-
Zo zet u de vergrendeling uit:
^ Raak het schakelvlakje voor de ver-
grendeling a zo lang aan tot het controlelampje uitgaat.
Hou er rekening mee dat de ver­grendeling door een stroomonder­breking uitgeschakeld wordt.
-
-
-
23
Beveiligingen
Veiligheidsuitschakeling
Bij te lange werking
Uw kookvlak is ter wille van uw veilig heid uitgerust met een uitschakelauto matisme. Dit kan zijn nut bewijzen in dien u bv. vergeet het kookvlak uit te schakelen.
Blijft een kookzone ongewoon lang (zie tabel) op hetzelfde vermogen in wer king? Dan wordt het kookvlak automa tisch uitgeschakeld. De aanduiding voor de resterende warmte wordt zicht baar.
^ Wenst u de kookzone opnieuw te ge-
bruiken? Schakel die dan als ge­woonlijk weer in.
-
-
-
-
-
Vermogen Maximumtijd
werking in uren
110 25 35 44 53 62
-
72 82 91
24
Beveiligingen
Bij bedekte sensortoetsen
Blijven een of meer schakeltoetsen langer dan zowat 10 seconden bedekt
- bv. door uw vingers, overgekookte spijzen, voorwerpen -, dan wordt het kookvlak automatisch uitgeschakeld. Tegelijk weerklinkt om de 30 seconden een signaal. Dat duurt hoogstens 10 minuten. In het display van de bedekte schakeltoetsen gaat een F knipperen:
Maak het bedieningsvlak schoon of
^
verwijder de voorwerpen die erop lig gen.
Nu verstomt het signaal en wordt de F gedoofd.
Schakel het kookvlak met de
^
schakeltoets AAN/UIT s weer in. Daarna kan u het weer gewoon ge bruiken.
-
-
25
Beveiligingen
Beveiliging tegen over
-
verhitting
Elke kookzone is voorzien van een oververhittingsbeveiliging. Dat is een onderdeel dat de interne temperatuur beperkt. Het schakelt de verwarming van de kookzone automatisch uit voor dat de glaskeramiek oververhit geraakt. Zodra de glaskeramiek afgekoeld is, wordt de verwarming weer automatisch ingeschakeld.
-
Het kan tot oververhitting komen als
de kookzone werd ingeschakeld zon
der kookpan erop, er leeg vaatwerk wordt verwarmd,
de bodem van het vaatwerk niet
keurig effen op de kookzone ligt, het vaatwerk de warmte slecht ge
leidt.
Dat de beveiliging gereageerd heeft, merkt u aan het feit dat de verwarming, zelfs in de hoogst mogelijke vermo gensstand, in- en uitgeschakeld wordt.
-
-
-
26
Reiniging en onderhoud
Gebruik in geen geval een hoge drukreiniger. De vloeistof kan het op pervlak en onderdelen van het toe stel beschadigen. Voor zulke scha de is de fabrikant niet aansprakelijk.
Neem geen puntige voorwerpen om de dichtingen tussen het glas en de rand en / of tussen de rand en het werkblad niet te beschadigen.
Gebruik nooit producten met een schurend effect noch agressief reini gingsmiddel als bv. grill- en oven spray, vlek- en roestoplosmiddel, schuurzand, krassende sponsjes.
Gebruik geen afwasmiddel. Daar­door kunnen er blijvende blauwige verkleuringen op het glas verschij­nen.
-
-
-
Neem bij toepassing van speciaal reinigingsmiddel voor glaskeramiek
­de opmerkingen van de fabrikant in
-
-
acht.
Als er nog resten van dat speciaal reinigingsmiddel op het kookvlak achtergebleven zijn, wis die dan met een vochtige doek weg. Bij het op warmen van de kookzones kunnen die resten immers een bijtende wer king hebben.
Wrijf het kookvlak na elke vochtige schoonmaakbeurt goed droog. Daarmee vermijdt u kalkresten.
Om te vermijden dat resten gaan in­branden, verwijdert u het vuil zo vlug mogelijk. Als u een pan opzet, let er dan op dat de bodem zuiver is, droog en vrij van vet.
-
-
27
Reiniging en onderhoud
Maak uw keramisch kookvlak geregeld schoon, bij voorkeur na elk gebruik.
Laat het vlak daartoe afkoelen. Verwij der al het grove vuil met een vochtige doek. Vast eraan klevend vuil schraapt u weg met een glaskrabber.
Maak het kookvlak daarna grondig schoon met enkele druppels speciaal reinigingsmiddel voor glaskeramiek. Gebruik daartoe wat keukenrol of een zuivere doek. Zo verwijdert u ook kalk resten, veroorzaakt door overgekookt water, alsook metaalachtig glinsterende vlekken (aluminiumresten).
Wis het vlak daarna vochtig af en wrijf het ten slotte met een zuivere doek droog.
Eventueel gebruikt u een reinigingsmid­del dat de glaskeramiek meteen ook onderhoudt. Dat middel vormt een film die water en vuil afstoot.
Is er suiker, kunststof of aluminium- folie op het hete kookvlak terechtgeko­men? Schakel de zone dan uit. Verwij der de resten dadelijk grondig met een glaskrabber zolang de zone nog heet is. Ga voorzichtig te werk, u kan zich daarbij verbranden. Maak de kookzone verder schoon zo dra die afgekoeld is. Zie hierboven.
-
-
-
-
28
Laat reparaties enkel door een er kend elektricien uitvoeren. Door on deskundige reparaties kunnen er niet te onderschatten risico’s voor de gebruiker opduiken.
Wat gedaan als . . . ?
. . . u het kookvlak of de kookzones niet kan inschakelen?
Kijk eens na of – de vergrendeling niet ingeschakeld
is. Om die uit te schakelen, leest u het best eerst de rubriek "Vergrendel­functie".
– de smeltstoppen van uw elektrische
installatie niet zijn uitgesprongen.
Is dat niet het geval, maak het toestel dan ca. 1 minuut lang stroomloos. Schakel daartoe de smeltstoppen die voor het kookvlak bedoeld zijn, of de verliesstroomschakelaar uit. Kan u het toestel niet opnieuw in wer king stellen nadat u de smeltstoppen of de verliesstroomschakelaar weer hebt ingeschakeld? Doe dan een beroep op een elektricien of op de Technische Dienst van Miele.
-
-
-
Wat gedaan als . . . ?
. . . het toestel tijdens de werking wordt uitgeschakeld, in het display van minstens 1 kookzone een H of een knipperende F verschijnt en er eventueel een signaal weerklinkt?
Waarschijnlijk bleef een van de kookzo nes te lang ingeschakeld of werden tip toetsen bedekt. Zie rubriek "Veiligheids uitschakeling".
. . . de verwarming van een kookzone in de hoogst mogelijke vermogens stand in- en uitgeschakeld wordt?
De beveiliging tegen oververhitting heeft gereageerd. Zie rubriek "Beveili­ging tegen oververhitting".
. . . de inhoud van de kookpan bij de automatische kookstart moeilijk of helemaal niet begint te koken?
– Misschien geleidt de kookpan de
warmte slecht.
Er worden grote hoeveelheden le vensmiddelen verwarmd.
Kies in het vervolg een hogere voort kookstand. Of laat het gerecht op de hoogste vermogensstand starten en schakel daarna manueel terug.
-
-
-
-
-
-
29
Wat gedaan als . . . ?
... de tiptoetsen al te gevoelig of hele maal niet gevoelig reageren?
De gevoeligheid van de tiptoetsen is ontregeld. U kan die als volgt corrige ren:
Zorg er eerst voor dat er geen
rechtstreeks licht (zon- of kunstlicht) op het kookvlak valt. De omgeving van het kookvlak mag ook niet te donker zijn.
Zorg ervoor dat noch heel het kook
vlak noch de tiptoetsen bedekt zijn. Verwijder kookgerei en maak het kookvlak vrij van restjes.
– Schakel de stroom ca. 1 minuut lang
uit.
Zodra er weer stroom is, wordt de ge­voeligheid van de tiptoetsen door de elektronische besturing opnieuw inge­steld.
Duikt het probleem daarna weer op, doe dan een beroep op de Technische Dienst van Miele.
-
. . . de buitente ring van een kookzo
­ne na het inschakelen vlugger en in tensiever begint te gloeien dan de binnenste?
Dit is geen storing. Deze kookzone is uitgerust met 2 verschillende verwar mingselementen. Zie rubriek "Kookzo nes" (onder de tabel).
-
-
-
-
-
30
Techniek
Elektrische aansluiting
Het verdient aanbeveling het toestel via een stopcontact aan te sluiten. Dit ver gemakkelijkt immers eventuele tussen komsten van de Technische Dienst. Het stopcontact dient toegankelijk te zijn nadat het toestel is ingebouwd.
Wordt er niet op een stopcontact aan gesloten, vertrouw de aansluiting van uw toestel op het stroomnet dan toe aan een bevoegd elektricien. Die dient de plaatselijke reglementering te ken nen en nauwgezet te volgen.
Is het stopcontact niet meer toegan­kelijk of is er een vaste aansluiting uit­gevoerd, dan moet die voor elke fase met een stroomonderbreker uitgerust zijn. Als stroomonderbrekers kunnen er schakelaars worden gebruikt met een contactopening van meer dan 3 mm, zoals automatische schakelaars, smelt­veiligheden en contactsluiters.
De vereiste gegevens over de aanslui- ting vindt u op het typeplaatje. Ga na of deze gegevens met de spanning en frequentie van het net overeenstem men.
-
-
-
-
-
Technische gegevens
Totaal aansluitvermogen:
zie typeplaatje.
Er wordt aangesloten op:
230 V / 50 Hz.
Smeltveiligheden:
16 A.
Verliesstroomschakelaar:
Om de veiligheid te verhogen, verdient het aanbeveling een verliesstroomscha­kelaar met een uitschakelstroom van 30 mA voor het toestel te schakelen.
Het toestel mag enkel aan twee zijden omgeven zijn door wanden of meubels hoger dan het toestel. Zie bijgeleverde montagehandleiding.
31
Techniek
Technische Dienst
Neem bij storingen die u niet zelf kan oplossen, contact op
met uw Miele-handelaar
of met de Technische Dienst van Miele. Het adres en telefoonnummer van onze
Technische Dienst vindt u op de rugzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Als u een beroep doet op de Technische Dienst, geef dan a.u.b. het toesteltype en het fabricagenummer op. Beide gegevens vindt u op het bijgeleverde type plaatje.
Typeplaatje
Kleef hier het bijgeleverde typeplaatje. Let erop dat het typenummer overeenstemt met de gegevens op de voorpagina van deze gebruiksaanwijzing.
-
323334
35
Wijzigingen voorbehouden / 0403
M.-Nr. 05 409 790 / V05
Dit papier spaart het milieu doordat het uit 100 % chloorvrij gebleekte celstof bestaat.
Loading...