Miele H 5361 BP, H 5461 BP assembly instructions

Gebruiks- en montagehandleiding
Ovens H 5361 BP, H 5461 BP
Lees beslist de gebruiks- en montage­handleiding voordat u uw apparaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan uw apparaat.
nl-NL
Inhoud
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen.............................5
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu.......................10
Algemeen .......................................................11
Uitvoering .......................................................12
Ovenelektronica...................................................12
Beveiligingen .....................................................12
Vergrendeling apparaat ..........................................12
Veiligheidsuitschakeling ..........................................12
Koelventilator ..................................................12
Luchtgekoelde deur .............................................12
Deurvergrendeling voor de pyrolysefunctie ...........................12
Energiebesparende systemen........................................13
Aanwijzingen voor het gebruik .......................................14
Professional ......................................................14
PerfectClean-veredelde oppervlakken .................................14
Pyrolyse .........................................................14
Toebehoren ......................................................14
Bakplaat, universele bakplaat en rooster met uittrekbeveiliging ...........15
Bratometer ....................................................15
Spatel ........................................................15
Ontkalkingstabletten, kunststof slang met houder ......................15
Bedieningselementen .............................................16
Functieschakelaar .................................................16
Temperatuurschakelaar.............................................17
Sensortoetsen ....................................................17
Toetssignaal ...................................................17
Display ..........................................................18
Ovenfuncties ....................................................20
Vóór gebruik.....................................................22
Automatische programma's ........................................24
Eenvoudige handmatige bediening ..................................25
Uitgebreide handmatige bediening ..................................26
Ovenfunctie kiezen ................................................26
Temperatuur instellen ..............................................26
Voorgeprogrammeerde temperaturen ...............................26
Temperatuur veranderen .........................................26
Opwarmfase ...................................................27
2
Inhoud
Ovenruimte voorverwarmen..........................................27
Duur/Starttijd/Einde (automatische uitschakeling).........................28
Tijden invoeren .................................................28
Automatische uitschakeling .......................................29
Automatische uitschakeling met startvoorkeuze .......................29
Verloop van een bereiding met automatische uitschakeling ..............30
Ingevoerde bereidingstijden wijzigen of wissen........................30
Vochtreductie gebruiken ............................................31
Professional .....................................................32
Automatische programma's..........................................32
Ovenfunctie "Professional d"........................................33
Aantal en tijdstip stoominjecties ....................................33
Het gebruik van de ovenfunctie "Professional d"......................34
Restwaterverdamping ..............................................35
Verloop van de restwaterverdamping ...............................35
Restwaterverdamping meteen uitvoeren .............................35
Restwaterverdamping afbreken ....................................36
Ontkalken........................................................36
Kookwekker .....................................................37
Instellingen ......................................................38
Taal J...........................................................38
Dagtijd ..........................................................39
Weergave .....................................................39
Tijdformaat ....................................................39
Instellen.......................................................39
Verlichting .......................................................40
Katalysator .......................................................40
Naloop ventilator ..................................................40
Pyrolyse .........................................................40
Opwarmfase .....................................................41
Voorgeprogrammeerde temperaturen..................................41
Display ..........................................................41
Contrast ......................................................41
Lichtsterkte ....................................................41
Volume ..........................................................41
Geluidssignalen ................................................41
Toetssignaal ...................................................42
Frequentie.....................................................42
3
Inhoud
Veiligheid ........................................................42
Vergrendeling
Vergrendeling voor één bereiding uitzetten ...........................42
Temperatuureenheid ...............................................43
Handelaar .......................................................43
Demo-functie uitschakelen ........................................43
Fabrieksinstelling ..................................................43
Aanwijzingen voor keuringsinstituten ................................44
Gerechten getest volgens EN 60350...................................44
Energie-efficiëntieklasse volgens EN 50304 .............................44
Reiniging en onderhoud ...........................................45
Front............................................................45
Toebehoren ......................................................46
Bakplaat, universele bakplaat .....................................46
Rooster, geleiderails .............................................46
Bratometer ....................................................46
PerfectClean-veredeld email .........................................47
Ovenruimte ......................................................49
Handmatige reiniging van de ovenruimte ............................49
Pyrolytische reiniging van de ovenruimte.............................50
Deur verwijderen ..................................................53
Deur uit elkaar halen.............................................54
Deur terugplaatsen ................................................57
Geleiderails verwijderen ............................................58
Verwarmingselement bovenwarmte/grill laten zakken......................59
Ontkalken........................................................60
Tijdstip van ontkalken ............................................60
Ontkalkingsprocedure (overzicht) ..................................60
Voorbereiding ..................................................61
Ontkalkingsprogramma uitvoeren ..................................61
Storingen en foutmeldingen ........................................63
Service en garantie ...............................................66
Bij te bestellen accessoires ........................................67
Elektrische aansluiting ............................................69
Maatschetsen voor de inbouw ......................................70
Afmetingen apparaat en kast ........................................70
Gedetailleerde afmetingen front ......................................71
Inbouw oven .....................................................72
0 ...............................................42
4
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Dit apparaat voldoet aan de gelden de veiligheidsvoorschriften. Onjuist gebruik echter kan persoonlijk letsel of beschadiging van het apparaat tot gevolg hebben.
Lees daarom de gebruiks- en mon tagehandleiding aandachtig door, voordat u het apparaat in gebruik neemt. In de handleiding vindt u be langrijke instructies met betrekking tot inbouw, veiligheid, gebruik en onderhoud.
Bewaar de gebruiks- en montage­handleiding en geef deze door aan een eventuele volgende eigenaar!
Verantwoord gebruik
Dit apparaat is uitsluitend bestemd
~
voor particulier huishoudelijk gebruik (of daarmee vergelijkbaar).
Dit apparaat is uitsluitend bestemd
~
voor huishoudelijk gebruik, en wel voor het bakken, braden, grilleren, ontdooi en, koken, inmaken en drogen van voe dingsmiddelen. Gebruik voor andere doeleinden is niet toegestaan en kan gevaarlijk zijn. Miele kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die wordt veroorzaakt door gebruik voor andere doeleinden dan hier aangegeven of door foutieve be diening.
-
-
-
-
-
Kinderen
Houd kinderen in de gaten wanneer
~
zij zich in de buurt van het apparaat be vinden. Laat kinderen nooit met het ap paraat spelen.
Kinderen mogen het apparaat alleen
~
zonder toezicht gebruiken als ze weten hoe ze het apparaat veilig moeten be dienen. De kinderen moeten zich be wust zijn van de gevaren van een fou tieve bediening.
Zorg dat kinderen uit de buurt van
~
het apparaat blijven als het in werking is. Het apparaat wordt heet bij de deur, het bedieningspaneel en de wasemaf­voer. De huid van kinderen is gevoe­liger voor hoge temperaturen dan de huid van volwassenen. Gevaar voor verbrandingen!
Tijdens de pyrolyse wordt het front
~
van het apparaat warmer dan bij nor­male ovenfuncties. Houd kinderen op een afstand als de pyrolysefunctie actief is! Ze zouden zich kunnen branden!
-
-
-
-
-
-
Dit apparaat mag alleen worden ge
~
bruikt door personen die in staat zijn het apparaat veilig te bedienen en die volledig op de hoogte zijn van de in houd van de gebruiksaanwijzing!
-
-
5
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Technische veiligheid
Laat installatie-, onderhouds- en re
~
paratiewerkzaamheden uitsluitend door vakmensen uitvoeren die door de fabri kant zijn geautoriseerd. Ondeskundig uitgevoerde werkzaamheden leveren grote risico's op voor de gebruiker. De fabrikant kan hiervoor niet aansprakelijk worden gesteld.
Controleer het apparaat voor de in
~
bouw op zichtbare schade. Neem een beschadigd apparaat nooit in gebruik. Een beschadigd apparaat kan uw vei ligheid in gevaar brengen.
De elektrische veiligheid van het ap-
~
paraat is uitsluitend gegarandeerd, als het wordt aangesloten op een aar­dingssysteem dat volgens de geldende veiligheidsbepalingen is geïnstalleerd. Het is zeer belangrijk dat wordt nage­gaan of aan deze fundamentele veilig­heidsvoorwaarde is voldaan. Laat bij twijfel de huisinstallatie door een vak­man inspecteren. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die wordt veroorzaakt door een ontbrekende of beschadigde aard draad (bijvoorbeeld een elektrische schok).
-
-
-
Voordat u het apparaat aansluit,
~
dient u de aansluitgegevens (spanning
­en frequentie) op het typeplaatje te ver
gelijken met de waarden van het elektri
­citeitsnet. Deze gegevens moeten be
slist overeenkomen om beschadiging van het apparaat te voorkomen. Raad pleeg bij twijfel een elektricien.
Het apparaat mag niet via een stek
~
kerdoos of verlengsnoer op het elektri citeitsnet worden aangesloten. Hiermee kan een veilig gebruik van het apparaat niet worden gewaarborgd. Er kan bij voorbeeld oververhitting ontstaan.
Gebruik het apparaat alleen als het
~
is ingebouwd, zodat de veiligheid ge­waarborgd is.
Open in geen geval de ommanteling
~
van het apparaat. Wanneer onderdelen worden aange­raakt die onder spanning staan of wan­neer elektrische of mechanische onder­delen worden veranderd, levert dit ge­vaar op voor de gebruiker. Het kan er tevens toe leiden dat het apparaat niet meer goed functioneert.
Als dit apparaat binnen de
~
garantieperiode defect raakt, mag het alleen door Miele worden gerepareerd, anders vervalt de garantie.
-
-
-
-
-
-
-
6
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Bij installatie-, onderhouds- en repa
~
ratiewerkzaamheden dient het apparaat spanningsvrij te worden gemaakt. Het apparaat is alleen dan spanningsvrij als aan één van de volgende voorwaarden is voldaan:
als de hoofdschakelaar van de huis
installatie is uitgeschakeld.
als de zekering van de huisinstallatie
er geheel is uitgedraaid.
als de stekker uit het stopcontact is
getrokken. Trek daarbij aan de stek ker en niet aan de aansluitkabel.
Defecte onderdelen mogen alleen
~
door originele Miele-onderdelen wor­den vervangen. Alleen van die onder­delen kan Miele garanderen dat zij aan de veiligheidseisen voldoen.
Als de aansluitkabel beschadigd is,
~
moet deze door Miele worden ver­vangen of door een door de fabrikant geautoriseerde vakman.
Dit apparaat mag uitsluitend door
~
een vakman op een niet-stationaire lo catie (bijvoorbeeld een boot of camper) worden ingebouwd en aangesloten. Hierbij moet aan alle voorwaarden voor een veilig gebruik worden voldaan.
-
-
-
Veilig gebruik
-
Pas op! Bepaalde delen van de oven worden zeer heet! U kunt zich hieraan branden!
Draag altijd ovenwanten als u hete
~
gerechten in de oven zet of eruit haalt, of als u in de ovenruimte bezig bent. Let vooral op het verwarmingselement voor de bovenwarmte/grill. U kunt zich anders branden!
Houd het apparaat goed in de gaten
~
als u met olie en vetten werkt. Olie en vet kunnen bij oververhitting vlam vat­ten. Brandgevaar!
Houdt u zich bij de ovenfuncties
~
"Grill Y", "Grill klein Z"en "Circulatiegrill \" aan de aanbevolen bereidingstijden. Bij een te lange berei­ding drogen de gerechten uit en kun­nen zelfs ontbranden. Brandgevaar!
Gebruik de ovenfuncties "Grill Y",
~
"Grill klein Z" en "Circulatiegrill \" niet voor het afbakken van broodjes of brood en voor het drogen van bloemen of kruiden. Brandgevaar! Gebruik hiervoor de ovenfunctie "Hete lucht plus U"of "Boven-Onderwarmte V".
-
7
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Bij de bereiding van gerechten wor
~
den vaak alcoholische dranken ge bruikt, zoals rum, cognac of wijn. Door de hoge temperaturen verdampt de al cohol. Deze dampen kunnen onder on gunstige omstandigheden vlam vatten wanneer ze in aanraking komen met hete verwarmingselementen. Brandge vaar!
Dek gerechten altijd af als u ze in de
~
oven bewaart. Het vocht uit de ge rechten kan corrosie veroorzaken. Bo vendien voorkomt u zo dat de ge rechten uitdrogen.
Schakel het apparaat niet uit, als u
~
de restwarmte wilt benutten om ge­rechten warm te houden. Stel de laagste temperatuur in, maar kies geen andere ovenfunctie. Schakel de oven in geen geval uit, an­ders stijgt de luchtvochtigheid in het apparaat, wat leidt tot – corrosie in de ovenruimte. – schade aan het bedieningspaneel,
het werkblad en de ombouwkast.
Leg nooit aluminiumfolie op de bo
~
dem van de oven, wanneer u de oven functies "Boven-Onderwarmte V"/"On derwarmte X"/"Intensief bakken O" gebruikt. Door de warmteophoping kan het email barsten of loslaten. Zet ook geen pannen, schalen of bakplaten op de bodem van het apparaat.
-
-
-
-
-
Als u een bakplaat van een ander merk
­gebruikt, moet de afstand tussen de onderkant van de bakplaat en de bo dem van de oven minimaal 6 cm zijn.
-
-
-
-
-
Giet nooit koud water op een bak
~
plaat, de universele bakplaat of in de ovenruimte, zolang deze heet zijn. Er vormt zich anders waterdamp die brandwonden kan veroorzaken. Het email kan door het temperatuurverschil beschadigd raken.
Zorg dat voedsel altijd voldoende
~
wordt verwarmd. Eventuele bacteriën in het eten worden alleen gedood als de temperatuur hoog genoeg is (ü 70 °C) en lang genoeg wordt aangehouden (ü 10 min.). Kies bij twijfel een iets langere tijd. Het is belangrijk dat de temperatuur in het gerecht gelijkmatig wordt verdeeld en hoog genoeg is. Roer de gerechten daarom regelmatig door of draai ze om.
Gebruik alleen kunststof servies-
~
goed dat ovenbestendig is. Ander kunststof serviesgoed smelt bij hoge temperaturen, waardoor de oven be schadigd kan raken.
-
-
-
8
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Gebruik voor het inmaken geen con
~
servenblikken en verwarm deze ook niet in de oven. De blikken kunnen door overdruk uiteenspatten. Hierdoor kan persoonlijk letsel ontstaan en schade aan de oven.
Schuif geen pannen en dergelijke
~
over de bodem van de oven heen en weer, anders beschadigt u het opper vlak van de bodem.
Ga nooit op de geopende deur zit
~
ten of staan. Plaats er ook geen zware voorwerpen op. Er mag ook niets tus sen de deur en de ovenruimte vastge klemd raken. De oven kan anders be­schadigd raken. De deur mag met maximaal 15 kg wor­den belast.
Gebruik het apparaat niet om er een
~
ruimte mee te verwarmen. Door de hoge temperaturen in het apparaat kun­nen licht ontvlambare voorwerpen, die zich in de buurt van het apparaat be­vinden, vlam vatten.
-
-
-
-
Gebruik alleen de speciale
-
~
Miele-Bratometer. Wanneer deze moet worden vervangen, bestel dan een ori ginele Miele-Bratometer. Deze is ver krijgbaar bij de Miele-vakhandelaar of rechtstreeks bij Miele.
Laat de Bratometer niet in de oven
~
als u met de ovenfuncties "Grill Y"of "Grill klein Z" werkt. Door de hoge temperaturen kan de kunststof smelten.
Als de "Veiligheidsinstructies en waarschuwingen" niet worden opge volgd, kan de fabrikant niet aanspra­kelijk worden gesteld voor schade die daarvan het gevolg is.
-
-
-
Toebehoren
Toebehoren mogen alleen dan wor
~
den aan- of ingebouwd, als deze uit drukkelijk door Miele zijn vrijgegeven. Als er andere onderdelen worden aan­of ingebouwd, kan Miele niet voor de gevolgen instaan en kan er geen be roep worden gedaan op bepalingen met betrekking tot garantie en product aansprakelijkheid.
-
-
-
-
9
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Het verpak kingsmateriaal is uitgekozen met het oog op een zo gering mogelijke belas ting van het milieu en de mogelijkheden voor recycling. Hergebruik van het verpakkingsmateri aal remt de afvalproductie en het ge bruik van grondstoffen. Vaak neemt de leverancier de verpakking terug. Als u de verpakking zelf wegdoet, informeer dan bij de reinigingsdienst van uw ge meente waar u die kunt afgeven.
-
-
-
-
Het afdanken van een apparaat
Oude elektrische en elektronische ap paraten bevatten meestal nog waarde volle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die nodig zijn geweest om de apparaten goed en vei lig te laten functioneren. Wanneer u uw oude apparaat bij het gewone afval
­doet of er op een andere manier niet goed mee omgaat, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu.
Verwijder uw oude apparaat dan ook nooit samen met het gewone afval, maar lever het in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elek­tronische apparatuur. Vraag uw hande laar indien nodig om inlichtingen.
-
-
-
-
10
Het afgedankte apparaat moet buiten het bereik van kinderen worden opge slagen.
-
H 5361 BP, H 5461 BP
Algemeen
a Functieschakelaar, in nulstand verzinkbaar b Display c Sensortoetsen ?, OK, ;, N d Temperatuurschakelaar, verzinkbaar e Deurvergrendeling voor de pyrolysefunctie f Openingen voor de stoomtoevoer bij de ovenfunctie "Professional" g Verwarmingselement voor "Bovenwarmte"/"Grilleren" h Achterwand met aanzuigopening voor de ventilator i Geleiderails met vijf niveaus j Aansluitpunt voor de Bratometer k Vulbuis voor het stoomsysteem l Deur
11
Uitvoering
Ovenelektronica
Dankzij de elektronica van het apparaat kunt u niet alleen bakken, braden en grilleren. U kunt de elektronica ook ge bruiken:
voor de dagtijdweergave.
als kookwekker.
voor het programmeren van berei
dingstijden.
voor het gebruik van automatische
programma's.
voor het invoeren van individuele in
stellingen.
-
-
-
Beveiligingen
Vergrendeling apparaat
De vergrendelingsfunctie 0 voorkomt dat de oven door anderen wordt ge­bruikt of onbedoeld wordt ingescha­keld, zie ook het hoofdstuk "Instellingen
- Veiligheid".
Veiligheidsuitschakeling
Deze functie wordt automatisch geacti veerd als het apparaat gedurende een ongebruikelijk lange tijd ingeschakeld is geweest. Hoe lang die tijd is, is af hankelijk van de gekozen ovenfunctie.
-
Koelventilator
Bij elke bereiding wordt automatisch de ventilator ingeschakeld. De ventilator mengt de hete ovenlucht met de lucht uit de keuken. Zo wordt de ovenlucht afgekoeld voordat deze tussen de deur en het bedieningspaneel vrijkomt.
Om te voorkomen dat er vocht in de ovenruimte, op het bedieningspaneel of in de inbouwkast neerslaat, blijft de ventilator na een bereiding nog een tijd je lopen.
Luchtgekoelde deur
De deur bestaat uit een open systeem met glasplaten die deels van een warmtereflecterende coating zijn voor­zien. Als de oven in gebruik is, wordt boven­dien lucht door de deur geleid, zodat de buitenste glasplaat koel blijft.
Voor reinigingsdoeleinden kunt u de deur uit elkaar halen.
Deurvergrendeling voor de pyrolysefunctie
­Bij het begin van de pyrolyse wordt de
deur om veiligheidsredenen vergren deld. De vergrendeling wordt pas weer opgeheven als na de pyrolyse de tem peratuur in de ovenruimte onder 280 °C is gekomen.
-
-
-
12
Uitvoering
Energiebesparende systemen
Dagtijdweergave
De dagtijdweergave is standaard zo in gesteld dat deze na 60 seconden wordt uitgeschakeld. Het display is dan ook donker als het apparaat uitgeschakeld is. De dagtijd loopt op de achtergrond door (zie "Instellingen - Dagtijd - Weer gave"). De dagtijd verschijnt alleen als u het apparaat bedient.
Energiebesparende functie
De lichtsterkte van het display wordt na een bepaalde tijd verminderd om ener­gie te besparen.
Dit gebeurt als het apparaat is uitge­schakeld en als u na afloop van een au­tomatisch programma of na een berei­ding met automatische uitschakeling de oven niet meer bedient.
Verlichting
De verlichting is standaard zo ingesteld dat deze tijdens een bereiding na 15 seconden wordt uitgeschakeld (zie "Instellingen - Verlichting").
-
Deurcontactschakelaar
De deurcontactschakelaar reageert au tomatisch als u de deur opent. De schakelaar schakelt tijdens een berei
­ding de ovenverwarming uit en afhan kelijk van de ovenfunctie ook de hete luchtventilator. Zo blijft het warmtever lies beperkt als u de deur opent om bij voorbeeld het vlees te besprenkelen. Tegelijk wordt ook de ovenverlichting ingeschakeld.
Benutting restwarmte
Bij bereidingen met automatische uit schakeling of bij gebruik van de Brato­meter wordt de ovenverwarming vlak voor het einde van de bereiding auto­matisch uitgeschakeld.
De restwarmtebenutting wordt geacti­veerd. De aanwezige restwarmte is vol­doende om de bereiding af te ronden.
De koudeluchtventilator en (afhankelijk van de gekozen ovenfunctie) ook de heteluchtventilator blijven ingescha keld.
-
-
-
-
-
-
-
-
13
Uitvoering
Aanwijzingen voor het gebruik
Het boekje "Aanwijzingen voor het ge bruik" hoort bij deze gebruiks- en mon tagehandleiding. Hierin vindt u uitvoe rige informatie over:
Automatische programma's
De Bratometer (kerntemperatuurvoe
ler) Bakken
Braden
Koken op lage temperatuur (oven
functie "Lage temperatuur") Grilleren
Ontdooien
– – Inmaken – Het bereiden van
kant-en-klaargerechten
– Recepten voor automatische pro-
gramma's
-
-
-
Professional
Bij deze professionele ovenfunctie wordt tijdens de bereiding vocht toege­voegd. Bij voedingsmiddelen zoals brood en vlees bereikt u zo een opti maal resultaat.
De ovenfunctie "Professional" wordt voor bepaalde automatische program ma's gebruikt, maar kan ook als aparte functie worden gekozen.
-
PerfectClean-veredelde oppervlakken
-
PerfectClean-veredeld zijn:
de geleiderails
de bakplaat
de universele bakplaat
-
het rooster
Door de anti-aanbakeigenschappen van deze oppervlakteveredeling bak ken gerechten niet aan en kunt u de oppervlakken eenvoudig reinigen.
Neem de aanwijzingen in acht uit het hoofdstuk "Reiniging en onderhoud".
Pyrolyse
De ovenruimte van uw apparaat kan met de ovenfunctie "Pyrolyse" worden gereinigd.
Tijdens de pyrolyse wordt de ovenruim­te tot meer dan 400 °C verhit. Aanwezige verontreinigingen verbran­den bij deze hoge temperaturen. Er blijft alleen as over.
Neem de aanwijzingen in acht uit het hoofdstuk "Reiniging en onderhoud".
-
Toebehoren
-
14
De volgende accessoires worden bij het apparaat geleverd.
Nog meer accessoires zijn verkrijgbaar bij de Miele-vakhandel en bij Miele, zie ook "Bij te bestellen accessoires".
Uitvoering
Bakplaat, universele bakplaat en rooster met uittrekbeveiliging
De bakplaat, de universele bakplaat en het rooster worden tussen de spijlen van een niveau in de geleiderails ge­schoven.
De bakplaten en het rooster hebben een uittrekbeveiliging die voorkomt dat u de onderdelen per ongeluk helemaal uit de oven trekt, terwijl u ze slechts ge­deeltelijk had willen uittrekken. U kunt de bakplaten en het rooster al­leen uit de oven halen als u de onder­delen iets optilt.
Bratometer
Met de kerntemperatuurvoeler kunt u tij dens de bereiding de temperatuur van het vlees nauwkeurig controleren.
Als u de Bratometer gebruikt, kunt u de FlexiClip-geleiders niet op niveau 4 gebruiken, omdat de geleiders dan de aansluitbus afdekken.
Voor meer informatie over het gebruik van de voeler zie het boekje "Aanwij­zingen voor het gebruik".
Spatel
Met de spatel verwijdert u de afdekking van de verlichting in de zijkant.
Ontkalkingstabletten, kunststof slang met houder
-
Wanneer u het rooster op de bakplaat legt, schuift u de bakplaat tussen de spijlen van een niveau. Het rooster komt er automatisch boven.
Deze accessoires zijn nodig als u het apparaat ontkalkt.
15
Bedieningselementen
Functieschakelaar
Met de linker schakelaar kiest u de ovenfunctie. U kunt de knop rechts- of linksom draaien. In de nulstand kunt u de knop verzinken (indrukken).
U Hetelucht plus
c Automatic
\ Circulatiegrill
O Intensief bakken
d Professional
P Ontdooien
V Boven-Onderwarmte
X Onderwarmte
Y Grill
Z Grill klein
^ Pyrolyse (reinigingsfunctie)
T Verlichting:
Met deze functie kunt u de ovenverlichting apart inschakelen. Dit is handig als u bijvoorbeeld de ovenruimte wilt reinigen, nadat u de deur heeft verwijderd.
% Instellingen:
In deze stand kunt u de instellingen van het apparaat veranderen.
16
Bedieningselementen
Temperatuurschakelaar
Met de rechter schakelaar V 6 W stelt u de temperatuur in. U kunt de schakelaar rechts- of linksom draaien. De knop is in elke stand verzinkbaar.
Sensortoetsen
Onder het display bevinden zich sensortoetsen die op een lichte aanraking met de vinger reageren. Telkens als u een toets aanraakt, hoort u een akoestisch signaal.
Functie
OK
? – Voor het "bladeren" in de keuzelijsten (omlaag).
; – Voor het "bladeren" in de keuzelijsten (omhoog).
N Voor het invoeren van een kookwekkertijd, bijvoorbeeld voor het koken
Toetssignaal
Voor het signaal is een gemiddeld volume ingesteld. U kunt het volume veran deren, zie het hoofdstuk "Instellingen - Volume - Toetssignaal".
Voor het oproepen van keuzelijsten.
– – Voor het bevestigen van ingevoerde waarden.
– Voor het verlagen van waarden voor tijd, lichtsterkte, contrast, ...
– Voor het verhogen van waarden voor tijd, lichtsterkte, contrast, ...
van eieren.
-
17
Bedieningselementen
Display
Op het display kunt u alle informatie aflezen over de ovenfunctie, de temperatuur, de bereidingstijd, de automatische programma's en de instellingen.
Afhankelijk van de stand van de functieschakelaar en/of het aantippen van de sensortoets OK verschijnen in het display informatievensters of keuzelijsten:
Stand func tieschakelaar
0 : Informatievenster
Ovenfunctie (behalve %
of c)
% Keuzelijst van de instellingen:
c Keuzelijst van beschikbare automatische programma's.
Als u op OK drukt, verschijnt het volgende:
-
Keuzelijst voor een bereiding:
Duur
Einde
Starttijd
– – Vochtreductie
– Taal – Dagtijd – Verlichting – Katalysator – Naloop ventilator – Pyrolyse – Opwarmfase – – – – – – –
Gedetailleerde informatie vindt u in het boekje "Aanwijzingen voor het gebruik".
!
Voorgeprogrammeerde temperatuur Display Volume Veiligheid Temperatuureenheid Handelaar Fabrieksinstelling
^
Met de sensortoets ; of ? bladert u door de keuzelijsten, totdat het gewenste punt oplicht.
^
U bevestigt uw keuze met de toets OK.
18
Bedieningselementen
Naast de teksten kunnen ook de volgende symbolen verschijnen:
Symbool Betekenis
T Duur
R Starttijd
S Einde
N Kookwekker
Q Kerntemperatuur bij gebruik van de Bratometer.
Als er meer dan twee keuzemogelijkheden zijn, verschijnen er pijltjes
; ,
ZZZZZZZ Als u door een lijst bladert, verschijnt aan het eind een onderbroken
Terug # Als u met OK bevestigt, gaat u weer terug naar de hogere keuzelijst.
( Het vinkje geeft de actuele instelling aan.
: Hieraan herkent u extra informatie over de bediening. Druk op "OK"
0
1
F Ontkalken
op het display. Met de toetsen ; en ? "bladert" u door de lijst.
streep. Daarna bent u weer bij het begin van de lijst.
om een informatievenster te wissen.
Vergrendeling is toegestaan (zie "Instellingen - Veiligheid"): Aan = het apparaat kan niet worden bediend. Uit = het apparaat kan worden bediend.
19
Ovenfuncties
Voor de bereiding van de meest uiteenlopende gerechten, kunt u kiezen uit een reeks van functies.
Uw apparaat beschikt over een:
a Bovenwarmte-/grillelement (onder de bovenwand van de ovenruimte) b Onderwarmte-element (onder de ovenruimte) c Ringvormig verwarmingselement (achter de aanzuigopening van de ventilator) d Ventilator (achter de aanzuigopening van de ventilator) e Stoomsysteem
Afhankelijk van de ovenfunctie worden deze elementen verschillend gecombi neerd, zie de aanduidingen tussen rechte haakjes [ ].
Ovenfuncties Opmerkingen
V Boven-Onder
­warmte
[a + b]
X Onderwarmte
[b]
Y Grill
[a]
Z Grill klein
[a]
P Ontdooien
[c + d]
Voor het bakken en braden van traditionele recepten.
– – Voor het bereiden van soufflés. – Kies voor het bereiden van oudere recepten een tempera-
tuur die 10° lager is dan in het recept staat aangegeven. De bereidingstijd verandert niet.
– Kies deze functie tegen het einde van de baktijd, als het
product aan de onderkant bruiner moet worden.
– Het gehele verwarmingselement is ingeschakeld en wordt
roodgloeiend. Het verwarmingselement levert de infra­roodstraling die voor het grilleren nodig is.
Voor het grilleren van grote hoeveelheden plat vlees (bij voorbeeld steaks).
Voor bruineren (grote schalen).
Alleen het binnenste gedeelte van het verwarmingsele ment is ingeschakeld en wordt roodgloeiend. Het verwar mingselement levert de infraroodstraling die voor het gril leren nodig is.
Voor het grilleren van kleine hoeveelheden plat vlees (bij voorbeeld steaks).
Voor bruineren (kleine schalen).
Voor het behoedzaam ontdooien van diepvriesproducten.
-
-
-
-
-
-
20
Ovenfunctie Opmerkingen
U Hetelucht
plus
[c + d]
c Automatic
[afhankelijk van het pro gramma]
[ Braad-
automaat
[c + d]
\ Circulatiegrill
[a + d]
O Intensief
bakken
[b + c + d]
d Professional
[c + d + e]
Voor bakken en braden.
Er kunnen meerdere niveaus tegelijk worden gebruikt.
De temperatuurinstelling is lager dan bij
"Boven-Onderwarmte V", omdat de warmte door de luchtstroom het gerecht meteen bereikt.
De lijst van beschikbare automatische programma's wordt
opgeroepen.
-
Deze ovenfunctie vindt u in de keuzelijst van de automa tische programma's.
Voor braden.
Tijdens de aanbraadfase wordt de oven eerst automatisch op een hoge temperatuur ingeschakeld (230 °C). De oven schakelt daarna vanzelf terug naar de ingestelde tempera­tuur (doorbraadtemperatuur).
– Het grillelement en de ventilator worden afwisselend inge-
schakeld.
– Voor het grilleren van gerechten met een grote diameter,
zoals een rollade of een kip.
– De temperatuurinstelling is lager dan bij "Grill Y"/"Grill
klein Z", omdat de warmte door de luchtstroom het ge recht meteen bereikt.
Voor het bakken van taarten met vochtige bovenlaag.
Niet geschikt voor het bakken van plat gebak en niet voor braden (de fond wordt anders te donker).
Voor bakken en braden met vochttoevoer.
Ovenfuncties
-
-
21
Vóór gebruik
Basisinstellingen invoeren
Als het apparaat op de netspanning wordt aangesloten, wordt het automa tisch ingeschakeld.
Welkomstscherm
In het display verschijnt in het Duits de begroeting "Miele - Willkommen". Daarna wordt u gevraagd enkele instel lingen uit te voeren die voor de inge bruikneming van het apparaat nodig zijn.
Volg de aanwijzingen op het display.
Taalkeuze
Kies eerst de door u gewenste taal:
^ Blader met de sensortoets ; of ? in
de keuzelijst, totdat de gewenste taal gemarkeerd is.
^ Bevestig uw keuze met de toets OK.
U keuze wordt met een vinkje L aan­gegeven.
Tijdformaat
Vervolgens wordt u verzocht, het tijdformaat van de klok aan te geven. Standaard is een 24-uursritme inge steld.
-
-
Dagtijd instellen
Daarna moet de dagtijd worden inge steld. De uren lichten op.
-
Stel met de sensortoets ; of ? de
^
uren in en bevestig uw keuze met de toets OK.
Vervolgens lichten de minuten op.
Stel met de sensortoets ; of ? de
^
­minuten in en bevestig uw keuze met de toets OK.
Dagtijdweergave
Stel ten slotte de weergave van de dag­tijd in:
– Aan
De dagtijd wordt altijd in het display weergegeven.
– 60 seconden aan
De dagtijd verschijnt alleen geduren­de deze tijd.
– Geen weergave
Het display blijft donker.
^
Kies met de sensortoets ; of ? de gewenste instelling en bevestig uw keuze met de toets OK.
Het apparaat is nu klaar voor gebruik.
-
^
Blader met de sensortoets ; of ?, totdat het gewenste tijdformaat ge markeerd is.
^
Bevestig met "OK".
22
Als u per ongeluk een taal heeft ge
-
kozen die u niet beheerst, zie dan "Instellingen - Taal J".
-
Vóór gebruik
Reiniging voor het eerste ge
-
bruik
Verwijder – eventueel aanwezige stickers. – eventueel aanwezige bescherm-
folies van het front van het apparaat.
Neem de aanwijzingen in acht uit het hoofdstuk "Reiniging en onderhoud".
Voordat u de oven gebruikt, raden wij u aan
de accessoires uit de ovenruimte te
halen en te reinigen.
– het apparaat één keer leeg te ver-
hitten. Onaangename geurtjes die bij nieuwe apparaten vaak ontstaan, verdwijnen dan snel.
^ Verwijder voordat u de oven inscha-
kelt eerst eventuele verontreinigingen en verpakkingsresten uit de oven­ruimte. Gebruik hiervoor een vochtige doek.
Zodra de waarde is overgenomen, wordt de ovenverwarming ingescha keld.
Verhit het lege apparaat gedurende
^
minimaal een uur.
Zorg voor een goede ventilatie van de keuken. U voorkomt zo dat de geurtjes in andere vertrekken te rui ken zijn.
U kunt de oven ook automatisch laten uitschakelen (zie "Automatische uit schakeling").
^ Wacht na het uitschakelen totdat het
apparaat weer tot kamertemperatuur is afgekoeld.
^ Reinig de ovenruimte vervolgens met
een sopje van warm water en mild reinigingsmiddel. Wrijf de ruimte daarna met een schone doek droog.
Sluit de deur pas als de ovenruimte droog is.
-
-
-
^
Druk op de functieschakelaar en de temperatuurschakelaar, zodat deze naar buiten komen.
^
Kies met de functieschakelaar de ovenfunctie "Hetelucht plus U".
In het display verschijnt de voorgepro grammeerde temperatuur (160 °C).
^
Stel met de temperatuurschakelaar de hoogste temperatuur in (250 °C).
-
23
Automatische programma's
Het apparaat beschikt over vele auto matische programma's voor de meest uiteenlopende gerechten. Met deze programma's bereikt u comfortabel en veilig een optimaal bereidingsresultaat. Kies het bij uw gerecht passende programma en volg de aanwijzingen op het display.
De beschikbare automatische program ma's worden weergegeven als u de ovenfunctie "Automatic c" kiest.
In het display verschijnt de lijst:
– Braadautomaat (ovenfunctie)
– Lage temperatuur (koken op lage
temperatuur)
– Taart/cake
– Gebak
-
-
Kies het gewenste menupunt.
^
Meer keuzemogelijkheden worden aan gegeven.
De afzonderlijke stappen tot aan de start van een automatisch programma worden overzichtelijk in het display weergegeven.
Afhankelijk van het programma krijgt u aanwijzingen over
het te gebruiken kookgerei.
het te gebruiken niveau.
het gebruik van de Bratometer.
– de benodigde hoeveelheid water bij
programma's met vochttoevoer (ovenfunctie "Professional").
– de bereidingstijd.
Volg deze aanwijzingen.
-
– Brood
– Broodmixen
Broodjes
Pizza
Vlees
Gevogelte
Vis
Ovenschotels/gratins
Diepvriesgerechten
24
In de bijgevoegde documentatie vindt u nog meer informatie over de automatische programma's en diver se recepten.
-
Eenvoudige handmatige bediening
U schakelt het apparaat in, kiest een ovenfunctie en temperatuur en scha kelt het apparaat na afloop van de bereiding weer uit.
Plaats het gerecht in de oven.
^
Kies de gewenste ovenfunctie (bij
^
voorbeeld "Hetelucht plus U").
In het display verschijnen:
de gekozen ovenfunctie "Hetelucht
plus". de voorgeprogrammeerde tempera
tuur "160".
^ Wijzig met de temperatuurschakelaar
eventueel de temperatuur (binnen het aangegeven bereik).
De ovenverwarming en de ventilator worden ingeschakeld.
De ovenverlichting gaat na 15 secon­den uit. U kunt de verlichting echter ook continu inschakelen. Zie hiervoor het hoofdstuk "Instellingen - Verlichting".
-
-
-
Als u tijdens een bereiding op de toets OK drukt, verschijnen in het display de menupunten "Duur", "Starttijd", "Einde" en "Vochtreductie".
Na afloop van de bereiding zet u de
^
functieschakelaar op "0" en kunt u het gerecht uit de oven halen.
Om te voorkomen dat er vocht in de binnenruimte, op het bedieningspaneel of in de inbouwkast neerslaat, blijft de ventilator nog enige tijd ingeschakeld.
De ventilator wordt automatisch uitge schakeld als de ovenruimte onder een bepaalde temperatuur komt.
U kunt deze fabrieksinstelling wijzigen, zie hiervoor het hoofdstuk "Instellingen ­Naloop ventilator".
-
Op het display kunt u het verloop van de bereiding volgen.
Naast de ovenfunctie en de tempera tuur verschijnt tot het bereiken van de ingestelde temperatuur ook het woord "Opwarmfase" in het display.
Als de ingestelde temperatuur voor het eerst wordt bereikt,
verdwijnt het woord "Opwarmfase".
hoort u een signaal, als deze functie ingeschakeld is (zie "Instellingen ­Volume - Geluidssignalen").
-
25
Uitgebreide handmatige bediening
Temperatuur instellen
Naast de eenvoudige handmatige bediening kunt u ook voor meer in stellingen kiezen. U kunt het appa raat bijvoorbeeld automatisch laten uitschakelen. Daarnaast kunt u de opwarmfase en de luchtvochtigheid in de ovenruimte beïnvloeden.
Ovenfunctie kiezen
Kies de gewenste ovenfunctie.
^
De ovenfunctie en de voorgeprogram meerde temperatuur worden weerge geven.
^ Tip de sensortoets OK aan.
Er verschijnen verschillende menu­punten:
– Duur
– Starttijd
– Einde
– Vochtreductie
Kerntemp. (De functie "Kerntemperatuur" ver schijnt alleen bij gebruik van de Bra tometer, zie het boekje "Aanwijzingen voor het gebruik".)
-
-
Voorgeprogrammeerde temperaturen
Zodra u een ovenfunctie kiest, ver schijnt de voorgeprogrammeerde
temperatuur.
Ovenfunctie Voorgepro
U Hetelucht plus 160 °C O Intensief bakken 170 °C
-
V Boven-
­Onderwarmte
X Onderwarmte 190 °C \ Circulatiegrill 200 °C Y Grill 240 °C Z Grill klein 240 °C P Ontdooien 25 °C [ Braadautomaat* 160 °C d Professional 160 °C
* Aanbraadtemperatuur ca. 230 °C,
doorbraadtemperatuur 160 °C
-
Temperatuur veranderen
-
Wijzig de waarde met de temperatuur schakelaar als de voorgeprogram meerde temperatuur niet overeenkomt met de temperatuur uit het recept.
-
­grammeerde temperatuur
180 °C
-
-
26
Zodra u aan de temperatuurschakelaar draait, verschijnt het bereik waarbinnen u de temperatuur kunt veranderen. De tem peratuur verandert in stappen van 5°.
U kunt een voorgeprogrammeerde tem peratuur ook definitief aan uw persoonlijke wensen aanpassen, zie het hoofdstuk "Instellingen - Voorgepro grammeerde temperaturen".
-
-
-
Uitgebreide handmatige bediening
Opwarmfase
Totdat de gekozen temperatuur bereikt wordt, verschijnt de aanduiding "Op warmfase".
Als de ingestelde temperatuur voor het eerst wordt bereikt,
verdwijnt het woord "Opwarmfase".
hoort u een signaal, als deze functie
ingeschakeld is (zie "Instellingen ­Volume - Geluidssignalen").
Bij de ovenfuncties "Hetelucht plus U", "Boven-Onderwarmte V" en "Braadau tomaat [" worden tijdens de opwarm­fase standaard alle verwarmingsele­menten en de ventilator ingeschakeld om de gewenste temperatuur zo snel mogelijk te bereiken.
U kunt deze instelling veranderen, zie het hoofdstuk "Instellingen - Opwarmfa­se".
-
Ovenruimte voorverwarmen
De meeste gerechten kunt u in de kou de oven zetten. Zo wordt ook de warm te van de opwarmfase benut.
U hoeft de oven slechts in enkele ge vallen voor te verwarmen:
Bij Hetelucht plus U:
voor het bakken van donker brood
deeg. voor het braden van rosbief en filet.
Bij Boven-Onderwarmte V:
voor gebak met een korte baktijd (tot
­ca. 30 minuten).
– voor het bakken van fijne deegsoor-
ten (biscuit).
– voor het bakken van donker brood-
deeg.
– voor het braden van rosbief en filet.
Wijzig voor pizza en gevoelige deegsoorten (biscuit, koekjes) de in­stelling voor de opwarmfase van "Snel" in "Normaal", zie "Instellingen ­Opwarmfase". De producten worden anders van boven te snel bruin.
-
-
-
-
Ga als volgt te werk als u de oven wilt voorverwarmen:
^
Kies de ovenfunctie en stel de tem peratuur in.
^
Wacht tot de opwarmfase is afge rond.
^
Plaats het gerecht nu in de oven.
-
-
27
Uitgebreide handmatige bediening
Duur/Starttijd/Einde (automatische uitschakeling)
Als u een duur, starttijd of einde invoert, kunt u een bereiding automatisch laten uitschakelen of laten in- en uitschake len.
Duur
Hier voert u de tijd in die voor een bereiding nodig is. Na afloop van die tijd wordt de oven verwarming automatisch uitgescha keld. U kunt maximaal 9 uur en 59 minuten instellen.
U kunt geen "Duur" invoeren als u de Bratometer gebruikt. De duur van een bereiding is in dat geval afhan­kelijk van het bereiken van de kern­temperatuur.
– Starttijd
Via "Starttijd" bepaalt u het tijdstip waarop het bereidingsproces moet beginnen. Op dat tijdstip wordt de ovenverwarming automatisch inge schakeld.
U kunt de functie "Starttijd" alleen in combinatie met "Duur" of "Einde" ge bruiken (behalve als u de Bratometer gebruikt).
Einde
Via "Einde" bepaalt u het tijdstip waarop de bereiding beëindigd moet zijn. Op dat tijdstip wordt de oven verwarming automatisch uitgescha keld.
U kunt geen "Einde" invoeren als u de Bratometer gebruikt. Het einde van een bereiding is in dat geval af
-
-
-
-
-
-
-
hankelijk van het bereiken van de kerntemperatuur.
Tijden invoeren
Kies de ovenfunctie en stel de tem
^
peratuur in.
Druk op de toets OK.
^
Blader zo lang met de sensortoets ;
^
of ? totdat het gewenste menupunt
­(duur, starttijd of einde) gemarkeerd
is.
Druk op de toets OK.
^
In het display verschijnt bij keuze van:
– Duur:0:00 h:min
– Starttijd:--:--
– Einde:--:--
De uren (voor de dubbele punt) zijn ge­markeerd.
^ Voer met de sensortoets ; of ? eerst
de uren in. Bevestig de waarde met de toets OK.
Vervolgens lichten de minuten op.
^
Voer met de sensortoets ; of ? nu de minuten in. Bevestig de waarde met de toets OK.
Als u geen "Duur" invoert, maar met een "Starttijd" of "Einde" kiest, wordt bij het eerste aanraken – van de sensortoets ; een uur
bij de dagtijd opgeteld.
– van de sensortoets ? een uur
van de dagtijd afgetrokken.
-
-
28
Uitgebreide handmatige bediening
Automatische uitschakeling
Om een bereidingsproces automa tisch te laten uitschakelen, kiest u de
functie "Duur" of "Einde" en stelt u de gewenste tijd in.
Voorbeeld: Het is 11:45 uur. Het gerecht kan in 30 minuten gaar zijn en moet om 12:15 uur gereed zijn.
U kunt nu "Duur" kiezen en 0:30 uur in stellen. Of u kiest "Einde" en stelt 12:15 in.
Na die tijd of op het ingestelde tijdstip wordt de oven uitgeschakeld.
-
-
Automatische uitschakeling met startvoorkeuze
Automatisch in- en uitschakelen is ideaal voor het braden van vlees. Als u een taart of brood wilt bakken, kunt u de bereiding beter niet te lang van tevoren programmeren. Het deeg kan uitdrogen en de wer king van het rijsmiddel kan afnemen.
Als u een bereidingsproces automa tisch wilt laten in- en uitschakelen, kunt u de tijden op verschillende ma nieren invoeren. Via: – "Duur" en "Einde". – "Starttijd" en "Duur". – "Einde" en "Starttijd".
Voorbeeld: Het is 11:30 uur. Het gerecht kan in 30 minuten gaar zijn en moet om 12:30 uur gereed zijn.
Kies "Duur" en stel 0:30 uur in.
-
-
-
Kies daarna "Einde" en stel 12:30 uur in.
De "Starttijd" wordt automatisch bere kend. In het display verschijnt "Start om 12:00".
Op dat tijdstip wordt de oven ingescha keld.
-
29
-
Uitgebreide handmatige bediening
Verloop van een bereiding met automatische uitschakeling
Tot aan de start
zijn de ovenfunctie en de gekozen
temperatuur in het display te zien. is de tekst "Start om" met de starttijd
te zien.
Na de start
kunt u de opwarmfase tot het berei
ken van de ingestelde temperatuur op het display volgen. hoort u een signaal als de ingestelde
temperatuur is bereikt, als deze func tie ingeschakeld is (zie "Instellingen ­Volume - Geluidssignalen").
Na de opwarmfase
– verschijnt de "Resttijd" in het display. – kunt u het aflopen van de tijd op het
display volgen.
Vlak voor het einde
– wordt de ovenverwarming uitgescha-
keld.
– wordt de restwarmtebenutting inge-
schakeld. De restwarmte is voldoen de om de bereiding te voltooien.
verschijnt "Restwarmtebenutting" in het display.
blijven de koudeluchtventilator en (afhankelijk van de gekozen oven functie) ook de heteluchtventilator in geschakeld.
-
-
Na afloop van de bereiding
blijft de koelventilator ingeschakeld,
zodat er geen vocht in de ovenruim te, op het bedieningspaneel of in de kast neerslaat. De ventilator wordt temperatuurge stuurd uitgeschakeld. Deze stan daardinstelling kunt u wijzigen, zie hiervoor "Instellingen - Naloop venti lator". wordt de oven (om energie te bespa
ren) automatisch uitgeschakeld als er binnen een bepaalde tijd geen be
­diening meer plaatsvindt.
Het tijdstip is afhankelijk van de ge­kozen instellingen (ovenfunctie, tem­peratuur, duur).
Ingevoerde bereidingstijden wijzigen of wissen
^ Druk op de toets OK.
^ Roep met de toets OK de functie
"Duur" op.
-
^
Stel met de toets ? de tijd op "-:- -".
Bij een stroomstoring worden alle inge voerde waarden gewist.
-
-
-
-
-
-
-
-
Bij het einde van de bereiding
wordt (afhankelijk van de ovenfunc tie) ook de heteluchtventilator uitge schakeld.
verschijnt de melding "Programma afgerond".
hoort u een signaal, als deze functie ingeschakeld is (zie "Instellingen ­Volume - Geluidssignalen").
30
-
-
Uitgebreide handmatige bediening
Vochtreductie gebruiken
Deze functie is ideaal voor vochtige producten die een krokant bovenlaagje moeten krijgen, zoals diepvriespatat, kroketten en braadvlees met een korst je.
-
Ook voor taarten met een vochtige bo venlaag, zoals pruimen- en appeltaarten, is deze functie geschikt.
U kunt de "Vochtreductie" bij elke ovenfunctie gebruiken.
U moet de "Vochtreductie" voor elke bereiding afzonderlijk activeren. U bereikt het beste resultaat als u de functie al bij het begin van een be­reiding activeert.
^ Plaats het gerecht in de oven.
^ Kies de ovenfunctie en stel de tem-
peratuur in.
^ Druk op de toets OK.
De lijst wordt weergegeven.
^
Kies met de sensortoets ; of ? "Vochtreductie" en bevestig uw keuze met de toets OK.
^
Kies met de sensortoets ; of ? "Aan" en bevestig uw keuze met de toets OK.
-
31
Professional
Voor de functie "Professional" heeft het apparaat een stoomsysteem waarmee u tijdens bereidingen het vochtgehalte in de ovenruimte kunt verhogen.
Het benodigde water wordt opgezogen met het vulbuisje links onder het bedie ningspaneel. Het water wordt tijdens de bereiding in de vorm van stoominjecties in de ovenruimte gedoseerd. De stoomtoevoer bevindt zich in de hoek links achter bij de bovenwand.
Gebruik uitsluitend water voor
,
bereidingen met vochttoevoer. Als u andere vloeistoffen gebruikt, kan het apparaat beschadigd raken!
Bij bakken, braden en koken met de ovenfunctie "Professional" garanderen de vochtregeling en de luchtgeleiding een gelijkmatig bereidings- en bruineringsresultaat. Brood wordt heer­lijk luchtig en krijgt een glanzende, knapperige korst. Broodjes en croissants smaken als van de bakker. U krijgt mals en sappig vlees met een mooi bruin korstje. Perfect bereide ovenschotels, heerlijke soufflés en nog veel meer.
Recepten en tips vindt u in de docu mentatie.
-
Voordat u een automatisch program ma met vochtregeling of de functie "Professional" voor het eerst ge bruikt, moet u het stoomsysteem doorspoelen.
­Schakel het lege apparaat daarvoor
een keer in met de instelling "Professional - 160 °C - automa tische stoominjectie", gedurende ca. 30 minuten.
Automatische programma's
Bij de automatische programma's met vochtregeling bepaalt de elektronica de temperatuurinstellingen, de vochtregeling en de duur.
U wordt voor de bereiding gevraagd een bepaalde hoeveelheid water klaar te zetten. Dit water wordt vervolgens opgezogen. De gevraagde hoeveelheid is groter dan de benodigde hoeveelheid. Er zal dus een resthoeveelheid in het reser voir achterblijven. Het programma regelt het aantal stoominjecties en het tijdstip waarop die plaatsvinden.
-
-
-
-
De ovenfunctie is niet geschikt voor deegsoorten die veel vocht bevatten, zoals bij eiwitgebak en soezendeeg. Deze deegsoorten moeten tijdens het bakken droger worden.
De vochtregeling maakt deel uit van sommige automatische programma's, maar u kunt de functie "Professional" ook zelf kiezen.
32
Professional
Ovenfunctie "Professional d"
Voor de ovenfunctie "Professional" moet u de temperatuur (minimaal 130 °C) en het aantal stoominjecties invoeren.
Daarnaast kunt u de bereidingstijd in stellen en de Bratometer gebruiken.
Aantal en tijdstip stoominjecties
Het gerecht bepaalt het aantal stoominjecties en het tijdstip:
Bij gistdeeg bereikt u het beste re
sultaat als de stoominjecties bij het begin van de bereiding plaatsvinden. Het deeg rijst dan beter.
Brood en broodjes rijzen beter als
in het begin vocht wordt toegevoegd. De korst wordt extra glanzend als te­gen het einde van de bereiding nog een stoominjectie plaatsvindt.
– Als u vetrijk vlees braadt, wordt het
vet beter uitgebakken als in het be­gin vocht wordt toegevoegd.
Gebruik ook de voorbeelden uit de documentatie.
-
-
Na het kiezen van de ovenfunctie "Professional" moet u het aantal stoominjecties aangeven. U kunt kiezen uit:
ß Automatisch
Hiervoor moet u de waterhoeveel heid voor één stoominjectie klaarzetten. Het apparaat voert de stoominjectie automatisch na de op warmfase uit. De stoominjectie duurt ca. 5 minuten.
ß 1 stoominjectie ß 2 stoominjecties ß 3 stoominjecties
Hiervoor moet u de waterhoeveel­heid klaarzetten die nodig is voor het gewenste aantal stoominjecties. De stoominjecties kunnen pas na de opwarmfase worden uitgevoerd. Een injectie duurt ca. 5 minuten. Stel de kookwekker in, zodat u de injecties op de juiste momenten uitvoert.
Het is normaal dat er vocht op de binnenkant van de deur neerslaat. Het vocht verdampt gedurende de bereiding.
-
-
33
Professional
Het gebruik van de ovenfunctie "Professional d"
Bereid het gerecht voor en plaats het
^
in de oven.
Kies de ovenfunctie "Professional d".
^
"Professional" (gemarkeerd) en "Ontkalken" verschijnen op het display.
Druk op de toets OK.
^
Kies voor automatische stoominjectie
^
of kies het gewenste aantal stoominjecties.
Druk op de toets OK.
^
^ Stel de gewenste temperatuur in.
^ Zet de benodigde hoeveelheid water
klaar. Automatisch/ 1 injectie: ca. 100 ml 2 injecties: ca. 150 ml 3 injecties: ca. 250 ml
^ Klap de vulbuis links onder het be-
dieningspaneel naar voren.
De benodigde waterhoeveelheid wordt opgezogen. Het verloop kunt u op een balkje aflezen.
De gevraagde waterhoeveelheid is gro ter dan de werkelijk benodigde hoe veelheid, zodat er een resthoeveelheid in het glas achterblijft.
Zodra u de deur sluit, hoort u nog eens kort een pompgeluid.
Automatische stoominjectie
Na de opwarmfase wordt de
^
stoominjectie automatisch uitgevoerd en verdampt het water in de oven ruimte.
Na de stoominjectie wordt de bereiding verder afgewerkt.
– Handmatig uitgevoerde
stoominjecties
Zodra na de opwarmfase "Stoominjectie" op het display ver­schijnt, kunt u de stoominjecties na de in het recept aangegeven tijden uitvoe­ren. Gebruik de kookwekker N als geheu gensteuntje.
-
-
-
-
^
Houd het glas met de benodigde wa terhoeveelheid onder de vulbuis en start het opzuigen met OK.
34
Ga op het juiste moment als volgt te werk:
^
Druk op de toets OK.
Het vocht wordt in de ovenruimte ge spoten.
Herhaal deze stappen bij eventuele vol gende injecties.
Na de stoominjectie wordt de bereiding verder afgewerkt.
-
-
-
Professional
Restwaterverdamping
Bevindt zich na afloop (of na het afbre ken) van een bereiding nog water in het stoomsysteem, dan wordt u verzocht dit restwater te laten verdampen.
Zodra u de functieschakelaar op "0" zet, verschijnt de melding dat u voor de restwaterverdamping de ovenfunctie "Professional" moet kiezen. Bevestig de melding met "OK". De melding verschijnt steeds opnieuw als u de functieschakelaar na een be reiding op "0" zet zonder de restwaterverdamping uit te voeren.
De melding "Restwater verdampen" ver­schijnt ook – bij het kiezen van de ovenfunctie
"Professional".
– bij het kiezen van een automatisch
programma met vochtregeling.
U kunt de restwaterverdamping starten of afbreken.
-
Verloop van de restwaterverdamping
Bij de restwaterverdamping wordt het
­apparaat tot ca. 150 °C verhit. Het ach tergebleven water wordt in de oven ruimte verdampt. Afhankelijk van de waterhoeveelheid kan de restwaterverdamping maximaal 30 minuten duren.
Tijdens het verdampen slaat vocht neer in de ovenruimte en op de ovendeur. Verwijder dit vocht na het afkoelen van de ovenruimte!
Restwaterverdamping meteen uitvoeren
^ Kies de ovenfunctie "Professional
d".
^ Bevestig de melding "Restwater ver-
dampen" met de sensortoets "OK".
-
-
Start de restwaterverdamping bij voorkeur meteen, zodat bij een vol gende bereiding alleen vers water wordt verdampt.
De restwaterverdamping wordt meteen gestart. In het display verschijnt de
­geschatte resttijd.
Na de restwaterverdamping wordt de ovenfunctie "Professional" aangeboden.
^
Zet de functieschakelaar op "0".
35
Professional
Restwaterverdamping afbreken
Als u de ovenfunctie "Professional" kiest of een automatisch programma met vochtregeling verschijnt het verzoek de restwaterverdamping uit te voeren.
Druk minimaal 3 seconden op de
^
sensortoets ; of ?.
De restwaterverdamping wordt afge broken.
Daarna kunt u de bereiding starten.
^
Negeer het verzoek om de restwaterverdamping uit te voeren niet te vaak. Onder ongunstige om­standigheden kan anders water van­uit het stoomsysteem in de oven­ruimte stromen als opnieuw water voor stoominjecties wordt opgezo­gen.
-
Ontkalken
Het apparaat moet regelmatig worden ontkalkt. Het tijdstip is afhankelijk van het aantal bereidingen met vochtregeling en van de opgezogen waterhoeveelheid. Als u het apparaat moet ontkalken, verschijnt in het display een melding.
Bij een hoge waterhardheid moet het stoomsysteem vaker worden ontkalkt.
Het ontkalkingsprogramma kunt u op elk moment starten via het menupunt "Ontkalken", nadat u de ovenfunctie "Professional" heeft gekozen.
Als u het apparaat niet ontkalkt, kunt u het niet gebruiken.
Een nauwkeurige beschrijving van de ontkalkingsprocedure vindt u in het hoofdstuk "Reiniging en onderhoud".
36
Kookwekker
De kookwekker kunt u onder meer ge bruiken als u iets buiten de oven be reidt, bijvoorbeeld als u eieren kookt.
U kunt een kookwekkertijd van maxi maal 9 uur en 59 minuten instellen.
U kunt de kookwekker los van inge stelde bereidingsprocessen gebruiken, bijvoorbeeld om u eraan te herinneren dat u na een bepaalde bereidingstijd kruiden moet toevoegen of het vlees moet besprenkelen.
Opmerking bij de ovenfunctie "Professional d": Gebruik de kookwekker om u eraan te herinneren dat u eventuele hand­matige stoominjecties op het juiste moment uitvoert.
-
-
-
-
Kookwekker instellen
^ Tip de sensortoets N aan.
^ In het display verschijnt
"0 : 00 : 00 h : min : sec".
De uren zijn gemarkeerd.
^
Voer met de sensortoets ; of ? eerst de uren in. Bevestig de waarde met de toets OK.
Het aflopen van de kookwekkertijd kunt u op het display volgen.
Na afloop van de kookwekkertijd
knippert het symbool N.
hoort u een signaal, als deze functie
ingeschakeld is (zie "Instellingen ­Volume - Geluidssignalen").
begint de tijd op te lopen.
Tip ten slotte de sensortoets N aan.
^
Kookwekkertijd wijzigen
Tip de sensortoets N aan.
^
^ Zet de kookwekker met de sensor-
toets ? op"-:--:--"enstel bloksgewijs een nieuwe tijd in. U moet elk "blok" met OK bevestigen.
Kookwekkertijd wissen
^ Tip de sensortoets N aan.
^ Zet de kookwekker met de sensor-
toets ? op"-:--:--".
^
Druk op de toets OK.
Vervolgens lichten de minuten op.
^
Voer met de sensortoets ; of ? nu de minuten in. Bevestig de waarde met de toets OK.
Daarna lichten de seconden op.
^
Voer met de sensortoets ; of ? de seconden in. Bevestig de waarde met de toets OK.
37
Instellingen
Af fabriek heeft uw apparaat reeds di verse standaardinstellingen.
U kunt instellingen alleen wijzigen als op dat moment geen bereiding plaatsvindt.
Om hierin wijzigingen aan te brengen, gaat u als volgt te werk:
Kies "Instellingen %".
^
De lijst wordt weergegeven.
Taal J
Dagtijd
– Verlichting
– Katalysator
– Naloop ventilator
– Pyrolyse
– Opwarmfase
– Voorgeprogrammeerde temperatu-
ren
Display
Kies met de sensortoets ; of ? de
^
­gewenste optie en bevestig uw keuze met de toets OK.
De actuele instellingen worden met een vinkje L aangeduid.
Als u na het oproepen van een instel ling binnen 15 seconden geen keuze maakt, springt de displayweergave te rug naar de keuzelijst "Instellingen".
Taal J
U kunt voor het display de door u ge wenste taal instellen.
Nadat u uw keuze heeft gemaakt en bevestigd, verschijnt in het display met­een de gekozen taal.
Als u per ongeluk een taal heeft ge­kozen die u niet beheerst, kunt u aan de hand van het symbool J ge­makkelijk weer terug naar het sub­menu "Taal J".
-
-
-
Volume
Veiligheid
Temperatuureenheid
Handelaar
Fabrieksinstelling
^
Kies de instelling die u wilt wijzigen met de sensortoets ; of ? en beves tig uw keuze met OK.
38
-
Instellingen
Dagtijd
U kunt kiezen uit:
Weergave
Tijdformaat
Instellen
Ook na een stroomstoring blijft de actuele dagtijd behouden. Het ap paraat slaat de tijd ca. 200 uur op. Daarna verschijnt net als bij de eerste ingebruikneming de waarde "0:00" in het display.
Weergave
Kies de gewenste weergave van de dagtijd als het apparaat uitgeschakeld is:
– Aan
(fabrieksinstelling) De dagtijd wordt altijd weergegeven.
– 60 seconden aan
De dagtijd verschijnt alleen geduren­de deze tijd als u een sensortoets aanraakt (;, ?, OK).
Geen weergave
Het display blijft donker. De dagtijd loopt op de achtergrond door. Om de dagtijd te kunnen zien, moet u een van de beide andere opties kiezen.
-
Tijdformaat
U kunt het tijdformaat van de dagtijd kiezen:
12 h
12-uurs-weergave
24 h
(fabrieksinstelling) 24-uurs-weergave
Instellen
U kunt de dagtijd alleen instellen als op dat moment geen bereiding plaatsvindt.
De uren zijn gemarkeerd.
^ Stel met de sensortoets ; of ? eerst
de uren in en bevestig de instelling met OK.
Vervolgens lichten de minuten op.
^ Stel met de sensortoets ; of ? de
minuten in en bevestig de instelling met OK.
39
Instellingen
Verlichting
Aan
De ovenverlichting blijft tijdens de hele bereiding ingeschakeld.
15 seconden aan
(fabrieksinstelling) De ovenverlichting wordt tijdens een bereiding na 15 seconden uitge schakeld. De verlichting wordt voor die tijd weer ingeschakeld als u een sensor toets aanraakt (;, ?, OK).
Katalysator
– Aan
(fabrieksinstelling) De katalysator is altijd ingeschakeld.
– Een keer uit
De katalysator is bij de volgende be­reiding uitgeschakeld.
Temperatuurgestuurd
(fabrieksinstelling) De ventilator wordt bij een tempera tuur in de oven onder ca. 70 °C uit geschakeld.
Tijdgestuurd
De ventilator wordt na ca. 25 minuten
-
uitgeschakeld.
In de ovenruimte mag u geen ge rechten warmhouden als u de venti
­lator tijdgestuurd laat uitschakelen.
De luchtvochtigheid zal anders toe nemen, waardoor het bedieningspa neel en het meubelfront kunnen be­slaan en er condensvorming onder het werkblad kan optreden.
Door condenswater – kan de kastombouw/het werk-
blad beschadigd raken.
– kan er corrosie in het apparaat
ontstaan.
-
-
-
-
-
-
Naloop ventilator
Om te voorkomen dat er vocht in de ovenruimte, op het bedieningspaneel of in de inbouwkast neerslaat, blijft de koudeluchtventilator na een bereiding nog enige tijd ingeschakeld. Instelmo gelijkheden:
40
-
Pyrolyse
Met advies
U wordt via een melding op het dis play geadviseerd de pyrolyse uit te voeren.
Zonder advies
(fabrieksinstelling) U wordt niet via een melding op het display geadviseerd de pyrolyse uit te voeren.
-
Instellingen
Opwarmfase
Voor de opwarmfase bij de ovenfunc ties "Hetelucht plus U", "Boven-Onderwarmte V" en "Braadau tomaat [" heeft u de volgende instel mogelijkheden:
Snel
(fabrieksinstelling) Alle verwarmingselementen worden ingeschakeld om het apparaat zo snel mogelijk tot de gewenste tem peratuur te verhitten.
Normaal
Alleen de verwarmingselementen van de gekozen ovenfunctie worden ingeschakeld.
-
-
-
Voorgeprogrammeerde temperaturen
Als u vaak met afwijkende temperatu­ren werkt, kan het zinvol zijn de voorge­programmeerde temperaturen te wij zigen.
De ovenfuncties waarvan u de voorge programmeerde temperaturen kunt wij zigen, worden weergegeven.
Als u een ovenfunctie kiest, licht de voorgeprogrammeerde temperatuur op. Tegelijk verschijnt het bereik waaruit u met de temperatuurschakelaar kunt kie zen.
-
-
Display
Contrast
-
Het contrast kunt u aflezen op een balk je met zeven segmenten, waarvan één segmentje gevuld is.
Fabrieksinstelling: NH H H TTTTT H H HN
U wijzigt de instelling door het seg mentje met de sensortoets ? of ; naar links of rechts te verschuiven.
Lichtsterkte
De lichtsterkte kunt u aflezen op een balkje met zeven segmenten, waarvan één segmentje gevuld is.
Fabrieksinstelling: NH H H KKKKK H H QN
U wijzigt de instelling door het seg­mentje met de sensortoets ? of ; naar links of rechts te verschuiven.
Volume
Geluidssignalen
Het volume van de geluidssignalen
-
kunt u aflezen op een balkje met zeven segmenten, waarvan één segmentje gevuld is.
Fabrieksinstelling: NH H H KKKKK H H QN
­U wijzigt de instelling door het seg
mentje met de sensortoets ? of ; naar links of rechts te verschuiven.
-
-
-
Is geen enkel segmentje gevuld, dan zijn alle geluidssignalen uitgezet.
41
Instellingen
Toetssignaal
Het toetssignaal kunt u aflezen op een balkje met zeven segmenten, waarvan één segmentje gevuld is.
Fabrieksinstelling: NH H H KKKKK H H QN
U wijzigt de instelling door het seg mentje met de sensortoets ? of ; naar links of rechts te verschuiven.
Is geen enkel segmentje gevuld, dan is het signaal uitgezet.
Frequentie
U kunt de frequentie van de geluidssig­nalen wijzigen. Afhankelijk van de in­bouwsituatie kunt u zo het optimale vo­lume instellen.
De volumeregeling wordt weergegeven als een balkje met 15 segmenten, waar­bij één segmentje gevuld is. Elk seg­mentje komt overeen met een andere frequentie.
Fabrieksinstelling:
-
Veiligheid
Vergrendeling 0
Deze vergrendelingsfunctie voorkomt dat het apparaat onbedoeld wordt in geschakeld.
Uit
(fabrieksinstelling) Het apparaat is ontgrendeld en kan worden bediend.
Aan
Het apparaat wordt vergrendeld en kan niet meer worden bediend. Bij uitgeschakeld apparaat verschijnt in het display
De kookwekker N kan wel worden gebruikt.
De vergrendeling blijft ook na een stroomstoring ingeschakeld.
Vergrendeling voor één bereiding uitzetten
0.
-
P G G G G G G G G G G G G G GM
U wijzigt de instelling door het seg mentje met de sensortoets ; of ? naar rechts of links te verschuiven.
Is het segmentje helemaal links gemar keerd (fabrieksinstelling), dan hoort u na afloop van een tijd vier keer een kort signaal (met tussenpozen van ca. 15 seconden).
Is een ander segment gemarkeerd, dan hoort u na afloop van een tijd geduren de ca. 5 minuten een continu signaal met de gekozen frequentie.
42
-
^
Kies een ovenfunctie.
In het display verschijnt een melding dat het apparaat vergrendeld is.
^
Druk 3 seconden lang op de toets
-
OK.
De melding verdwijnt en de oven wordt ingeschakeld.
-
Instellingen
Temperatuureenheid
°C
(fabrieksinstelling)
°F
Handelaar
Met deze functie kan de vakhandel het apparaat presenteren, zonder dat de verwarming wordt ingeschakeld (demo-functie). Voor particulier gebruik is deze instelling niet relevant.
– Uit
(fabrieksinstelling)
– Demo-functie
Volg de aanwijzingen op het display om de demo-functie in te schakelen.
Demo-functie uitschakelen
Als u de demo-functie per ongeluk heeft geactiveerd, kunt u deze als volgt weer uitschakelen:
Fabrieksinstelling
Alle instellingen
Als u hiervoor kiest, worden alle ge wijzigde instellingen weer op de fa brieksinstellingen gezet.
Voorgeprogrammeerde temperatu
ren
Alleen de gewijzigde voorgepro grammeerde temperaturen worden weer op de fabrieksinstellingen ge zet.
-
-
-
-
-
^
Kies "Instellingen %".
^
Kies "Handelaar" en bevestig uw keuze met OK.
^
Kies "Uit" en bevestig uw keuze met OK.
^
Druk 4 seconden lang op de toets OK.
^
Bevestig de afsluitende melding met OK.
43
Aanwijzingen voor keuringsinstituten
Gerechten getest volgens EN 60350
-
Voorver warmen
ja, 5 minu­ten
2)
2)
2)
2)
2)
2)
2)
2)
2)
2)
Berei dingstijd in min.
30-50 nee
30-50 nee
15-33 ja
28-40 nee
28-40 nee
23-35 ja
30-40 nee
20-30 ja
80-105 nee
75-90 nee
10-15 kant 2: 5-10
Gerecht Bakplaat,
Spritsen (8.4.1)
Small cakes (8.4.2)
Biscuittaart (8.5.1)
Appeltaart (8.5.2)
Toast (9.1) rooster Grill 3 275 5-8 nee
Biefstuk (9.2)
1) Haal een bakplaat uit de oven, zodra het gebak voldoende bruin is, ook als de bereidingstijd nog niet verstreken is.
2) Gebruik tijdens de opwarmfase niet het snelopwarmsysteem, zie "Instellingen - Opwarmfase - Normaal".
vorm
1 bakplaat Hetelucht plus 2 140
2 bakplaten
1 bakplaat Boven-
1 bakplaat Hetelucht plus 2 150
2 bakplaten Hetelucht plus 1, 3 150
1 bakplaat Boven-
springvorm C 26 cm
springvorm C 26 cm
springvorm C 20 cm
springvorm C 20 cm
rooster op univer­sele bakplaat
Ovenfunctie Niveau
1)
Hetelucht plus 1, 3 140
Onderwarmte
Onderwarmte
Hetelucht plus 2 170
Boven­Onderwarmte
Hetelucht plus 2 170
Boven­Onderwarmte
Grill 4 275 kant 1:
van onde ren
Tempe­ratuur
­in °C
2 160
3 160
3 180
2 180
-
Energie-efficiëntieklasse volgens EN 50304
De energie-efficiëntieklasse A is vastgesteld op basis van EN 50304. De meetwaarden hebben betrekking op de ovenfunctie "Hetelucht plus U". De katalysator moet tijdens de meting zijn uitgeschakeld, zie "Instellingen - Katalysa tor - Een keer uit".
44
-
Reiniging en onderhoud
Gebruik voor het reinigen van
,
het apparaat nooit een stoomreini ger. De stoom kan in aanraking ko men met delen die onder spanning staan en kortsluiting veroorzaken.
-
-
Front
Verwijder verontreinigingen op het front bij voorkeur meteen. Als veront reinigingen te lang inwerken, kunt u ze soms niet meer verwijderen en kunnen de oppervlakken verkleuren of aangetast worden.
Reinig het front met een schoon spons­doekje, afwasmiddel en warm water of met een schoon, vochtig microvezeldoekje. Droog het geheel daarna af met een zachte doek.
Alle oppervlakken zijn krasgevoelig. Bij glazen oppervlakken kunnen krassen onder bepaalde omstandig heden glasbreuk tot gevolg hebben. Alle oppervlakken kunnen verkleu ren of aangetast worden als deze met ongeschikte reinigingsmiddelen in aanraking komen.
Voorkom dat de oppervlakken be schadigd raken. Gebruik voor het rei nigen geen:
-
soda-, ammoniak-, zuur- of chloride
houdende reinigingsmiddelen.
– kalkoplossende reinigingsmiddelen.
– schurende reinigingsmiddelen, zoals
schuurpoeder, vloeibaar schuurmid­del en reinigingssteen.
– oplosmiddelhoudende reinigingsmid-
delen.
– reinigingsmiddelen voor roestvrij
staal.
-
-
-
-
-
reinigingsmiddelen voor afwasauto maten.
ovensprays.
glasreinigers.
schurende harde sponzen en borstels, bijvoorbeeld pannenspons jes.
vlekkensponsjes.
scherpe metalen schrapers.
-
-
45
Reiniging en onderhoud
Toebehoren
Verwijder alle accessoires uit de ovenruimte, voordat u de pyrolysereiniging start. Dit geldt ook voor de geleiderails en andere bijbestelde accessoires. Door de hoge temperaturen tijdens de pyrolyse raken de accessoires beschadigd.
Bakplaat, universele bakplaat
Het geëmailleerde oppervlak is PerfectClean-veredeld.
Houdt u zich aan de reinigings- en on­derhoudsvoorschriften uit de rubriek "PerfectClean-veredeld email".
Rooster, geleiderails
Het verchroomde oppervlak is PerfectClean-veredeld.
Voor het rooster en de geleiderails gel­den daarom dezelfde reinigings- en on­derhoudsvoorschriften als voor het PerfectClean-veredelde email. Zie ook de gelijknamige rubriek.
Bratometer
Reinig de kerntemperatuurvoeler met een vochtige doek.
Leg de voeler niet in water en reinig deze niet in de afwasautomaat. De voeler kan anders beschadigd ra ken.
46
-
Reiniging en onderhoud
PerfectClean-veredeld email
Volgens een speciaal procédé zijn de volgende geëmailleerde oppervlakken PerfectClean-veredeld:
de bakplaat
de universele bakplaat
Deze speciale oppervlaktebehandeling resulteert in zeer goede
anti-aanbakeigenschappen en een zeer eenvoudige reiniging vergeleken
met normale emailsoorten.
Na het bakken of braden laat het ge recht gemakkelijk los en verontreini gingen kunnen veel eenvoudiger wor­den verwijderd dan bij normaal email.
Om jarenlang plezier te hebben van het email dient u bij de reiniging met de volgende aanwijzingen rekening te houden.
PerfectClean-veredelde oppervlakken zijn, wat de reiniging betreft, vergelijk­baar met glas. Op PerfectClean kunt u uw gerechten in stukken snijden en verdelen, zoals dat ook bij bakplaten met gewoon email mogelijk is.
-
-
Gebruik bij normale verontreinigingen een zacht keukensponsje, heet water en afwasmiddel. U kunt eventueel ook de harde kant van een keukensponsje gebruiken. U kunt de onderdelen nog gemakkelij ker reinigen, als u de verontreinigingen eerst enkele minuten laat inweken.
Spoel de onderdelen na afloop met schoon water af. Resten reinigingsmid del hebben een negatief effect op de anti-aanbakwerking.
Bij hardnekkige verontreinigingen kunt u ovenspray gebruiken.
Laat de te reinigen delen tot kamertem­peratuur afkoelen. Spuit de oppervlak­ken met ovenspray in en laat deze kort (ca. 10 minuten) inwerken. Indien nodig kunt u na de inwerktijd ook nog de har­de kant van een keukensponsje ge­bruiken. Herhaal zo nodig deze stap­pen. Reinig de oppervlakken vervol­gens met water en droog de delen af.
-
-
Laat de oven voor het reinigen af koelen. U kunt zich anders branden!
-
47
Reiniging en onderhoud
Voor vastzittende verontreinigingen kunt u ook een glasschraper of een speciaal sponsje gebruiken (bijvoor beeld Spontex Spirinett).
Met de genoemde hulpmiddelen kunt u de oppervlakken altijd goed reinigen.
Voor een optimaal effect dient u de oppervlakken bij voorkeur na ieder ge bruik te reinigen, zodat de anti-aanbakwerking niet ongunstig wordt beïnvloed. Het effect neemt af, wanneer het PerfectClean-oppervlak verontreinigd is.
Bij herhaaldelijk gebruik zonder tussen­tijdse reiniging zijn verontreinigingen moeilijker te verwijderen.
Om PerfectClean-veredelde opper­vlakken niet te beschadigen, dient u het volgende te vermijden:
– schurende reinigingsmiddelen, zoals
schuurpoeder, vloeibaar schuurmid­del en reinigingssteen.
-
Maar zelfs als door onjuist onderhoud de PerfectClean-veredelde oppervlak ken beschadigd zijn, blijven de anti-aanbak- en de reinigingseigen schappen vergelijkbaar met die van an dere onderhoudsvriendelijke email soorten.
-
Let ook op het volgende:
Vruchtensap of deeg, dat bijvoor
beeld uit een slecht sluitende bak vorm is gelopen, kunt u het beste verwijderen als de ovenruimte nog warm is.
– Vruchtensap kan blijvende verkleu-
ringen veroorzaken. Ook op de bak­plaat kunnen na het braden doffe plekken ontstaan. Dergelijke verkleu­ringen hebben echter geen effect op de eigenschappen van de verede­ling. Probeer de vlekken niet met alle geweld te verwijderen. Gebruik al­leen de beschreven reinigingsmidde­len.
-
-
-
-
-
-
reinigingsmiddelen voor keramische kookplaten.
staalwol.
schurende sponsjes, zoals pannen sponsjes of gebruikte sponsjes die nog resten schuurmiddel bevatten.
ovenspray op niet afgekoelde PerfectClean-veredelde oppervlak ken of een te lange inwerktijd.
reiniging in een afwasautomaat.
puntreiniging met mechanische reini gingsmiddelen.
48
-
-
-
Reiniging en onderhoud
Ovenruimte
De ovenruimte is voorzien van donker pyrolyse-email.
Hierbij gaat het om een bijzonder harde emailsoort met een extreem glad op pervlak en een uitstekende anti-aanbakwerking.
Handmatige reiniging van de ovenruimte
Laat de ovenruimte voor de hand matige reiniging afkoelen. U kunt zich anders branden!
Reinig de ovenruimte en de binnen­kant van de deur bij voorkeur na elk gebruik. Als u de oven blijft ge­bruiken, branden de verontreini­gingen verder in en wordt het steeds moeilijker de oven schoon te krijgen. In extreme gevallen kunnen ernstige verontreinigingen de oppervlakken beschadigen.
Rondom de ovenruimte bevindt zich een afdichting van glaszijde die op de glasplaat van de deur aansluit. Reinig deze afdichting niet als dat niet noodzakelijk is. Het materiaal is erg kwetsbaar. Door wrijven en schuren kan de afdichting bescha digd raken.
-
-
-
Het meeste vuil kunt u verwijderen met een sponsdoekje, mild afwasmiddel en warm water.
Reinig de emaillering niet met harde borstels en sponzen, spiraalsponsjes* of andere schuur middelen. Het email kan anders be schadigd raken!
Neem bij gebruik van ovenspray be slist de aanwijzingen van de fabri kant in acht.
* Speciale spiraalsponsjes, zoals de
Spontex Spirinett, kunt u wel ge­bruiken.
Om de oven eenvoudiger te kunnen rei­nigen, kunt u
– de deur verwijderen. – de deur uit elkaar halen. – de geleiderails verwijderen. – het verwarmingselement voor de bo-
venwarmte/grill laten zakken.
Zie hiervoor de betreffende rubrieken op de volgende pagina's.
-
-
-
-
49
Reiniging en onderhoud
Pyrolytische reiniging van de ovenruimte
Na een bepaalde tijd verschijnt in het display het advies de oven met het pyrolyseprogramma te reinigen. Deze functie kunt u uitschakelen (zie "Instel lingen - Pyrolyse").
Neem de volgende punten in acht, voordat u het reinigingsproces start:
Verwijder alle grove verontreini gingen uit de ovenruimte, voordat u het pyrolyseproces start.
Rondom de ovenruimte bevindt zich een afdichting van glaszijde die op de glasplaat van de deur aansluit. Reinig deze afdichting niet als dat niet noodzakelijk is. Het materiaal is erg kwetsbaar. Door wrijven en schuren kan de afdichting bescha­digd raken.
Verwijder alle accessoires uit de ovenruimte voordat u de pyrolysereiniging start. Dit geldt ook voor de geleiderails en eventuele bijbestelde accessoires.
Tijdens de pyrolyse wordt het front van het apparaat warmer dan bij normale ovenfuncties. Houd kinderen op een afstand als de pyrolysefunctie actief is! Ze zou den zich kunnen branden!
-
Tijdens de pyrolyse wordt de ovenruim te tot meer dan 400 °C verhit. Aanwezige verontreinigingen verbran den bij deze hoge temperaturen. Er blijft alleen as over.
U kunt uit drie pyrolysestanden met een
­vaste duur kiezen.
Stand 1 (duur ca. 2 uur en
15 minuten)
Stand 2 (duur ca. 2 uur en
25 minuten)
Stand 3 (duur ca. 2 uur en
35 minuten)
Bij het begin van de pyrolyse wordt de
deur om veiligheidsredenen automa­tisch vergrendeld.
De deurvergrendeling wordt na de py­rolyse pas weer opgeheven als de tem­peratuur in de ovenruimte onder 280 °C gezonken is.
Als de ovenfunctie "Pyrolyse" per onge­luk gestart is, of als u het proces wilt af­breken, dan wordt de vergrendeling
bij temperaturen onder ca. 280 °C meteen opgeheven.
bij temperaturen boven 280 °C pas opgeheven als de temperatuur in de ovenruimte onder 280 °C gezonken is.
U kunt het pyrolyseprogramma ook op
­een later tijdstip laten starten, bijvoor
beeld om gebruik te maken van een la ger tarief voor nachtstroom.
-
-
-
-
50
Reiniging en onderhoud
Pyrolyse starten
Haal de accessoires uit de oven.
^
Zet de functieschakelaar op pyroly
^
se ^.
Met de sensortoets ; of ? kunt u kie
^
zen uit de standen 1, 2 of 3.
Het pyrolyseprogramma start u met
^
de toets OK.
U kunt de reinigingsfunctie meteen of op een later tijdstip laten starten.
Als u het programma meteen start, wordt de deur vergrendeld en wordt de verwarming ingeschakeld.
Met de optie "Later starten" kunt u de
start van het pyrolyseprogramma ook verschuiven, bijvoorbeeld als u ge-
bruik wilt maken van goedkoop nachtstroom.
De starttijd kunt u tot het starttijdstip op elk moment wijzigen.
Na de pyrolyse
verschijnt de melding "Programma afgerond".
hoort u een akoestisch signaal, als deze functie ingeschakeld is (zie "In stellingen - Volume").
-
Na de pyrolyse kunt u de pyrolyseresten (zoals as) eenvoudig verwijderen.
Verwijder deze resten pas als de oven afgekoeld is. U kunt zich an
­ders branden!
Reinig de afdichting van glaszijde niet als dat niet beslist noodzakelijk is. Het materiaal is erg kwetsbaar. Door wrijven en schuren kan de dichting beschadigd raken.
De meeste resten kunt u met een voch tige doek verwijderen. Afhankelijk van de mate van verontreini­ging kunnen op de ovendeur zichtbare afzettingen voorkomen. U kunt deze verwijderen met een afwassponsje, een glasschraper of een spiraalspons (bij­voorbeeld Spontex Spirinett) en afwas­middel.
Door overgelopen vruchtensap kan het email verkleuren. Dit heeft echter geen effect op de eigenschappen van het email. Probeer dergelijke vlekken niet met geweld te verwijde ren.
-
-
-
-
^
Zet de functieschakelaar op "0".
De akoestische en optische signalen worden uitgezet.
Als u niet aan de functieschakelaar draait, herinnert een akoestisch signaal (indien ingeschakeld) u er om de vijf minuten aan dat het programma afgelo pen is. Dit herinneringsprogramma duurt maximaal 30 minuten.
-
51
Reiniging en onderhoud
Het pyrolyseproces wordt afgebro ken
als het apparaat wordt uitgescha
keld.
als tijdens de pyrolyse een andere
ovenfunctie wordt gekozen.
bij een stroomstoring.
Schakel het apparaat ook in de laatste twee gevallen uit.
Als de temperatuur in de ovenruimte la ger is dan 280 °C wordt de deurver grendeling na korte tijd opgeheven en kunt u de deur weer openen. Indien nodig kunt u daarna de pyroly­sefunctie opnieuw starten.
-
-
-
-
52
Reiniging en onderhoud
Deur verwijderen
De deur is via speciale houders met de deurscharnieren verbonden.
Voordat u de deur van deze houders kunt loshalen, moet u eerst de vergren­delingsbeugels van de beide scharnie­ren ontgrendelen.
^ Open de deur helemaal.
Sluit de deur tot aan de aanslag.
^
Trek de deur nooit in horizontale stand van de houders. De houders klappen dan terug en kunnen het apparaat beschadigen dan wel let sel veroorzaken.
-
^
Ontgrendel de beugels van de deur scharnieren met een draaibeweging. Draai de beugels tot aan de aanslag. Ze staan dan schuin.
^
Pak de deur bij de zijkanten vast en trek de deur naar boven toe van de houders.
Trek niet aan de deurgreep. De
-
greep zou kunnen afbreken en de glasplaten zouden beschadigd kun nen raken.
Pas op dat de deur bij het uitnemen niet kantelt!
-
53
Reiniging en onderhoud
Deur uit elkaar halen
De deur bestaat uit vier glasplaten en is voorzien van openingen aan de boven­en onderkant.
Als de oven in gebruik is, wordt lucht door de deur geleid, zodat de buitenste glasplaat koel blijft.
Als in de ruimte tussen de glasplaten verontreinigingen neerslaan, kunt u de deur uit elkaar halen om de binnen kanten van de platen te reinigen.
-
Verwijder in elk geval eerst de deur voordat u deze uit elkaar haalt.
Leg de deur met de buitenste glas
^
plaat op een zachte ondergrond (bij voorbeeld een theedoek). U voor komt zo krassen. Leg de deur zo dat de greep over de rand van de tafel ligt. De glasplaat ligt dan plat op de ondergrond en zal tijdens het reini gen niet breken.
-
-
-
-
Neem bij het reinigen van de glas platen dezelfde aanwijzingen in acht als bij het reinigen van het front. Gebruik geen schuurmiddelen, geen harde sponzen of borstels en geen metalen schrapers. Deze veroorza­ken krassen op het oppervlak. Kras­sen kunnen ook glasbreuk tot ge­volg hebben. Gebruik geen ovensprays. Deze tas­ten het oppervlak van de aluminium profielen aan. De glasplaten moeten na het reini gen op de juiste manier worden te ruggezet. De beide kanten van de glasplaten hebben een verschillen de coating. Aan de kant van de ovenruimte is een warmtereflecte rende laag aangebracht. Bewaar de gedemonteerde glaspla ten op een geschikte plek, zodat ze niet kunnen breken.
-
-
-
-
-
^ Draai de vergrendelingen voor de
glasplaten naar buiten.
-
54
Nu kunt u achter elkaar de binnenste glasplaat en de beide middelste glas platen verwijderen.
^ Til de binnenste glasplaat iets op en
trek de glasplaat uit de afdeklijst.
Reiniging en onderhoud
-
Til de bovenste van de beide middel
^
ste glasplaten iets op en verwijder deze.
-
^
Verwijder de dichting.
^
Til de onderste van de beide middel ste glasplaten iets op en verwijder deze.
^
Reinig de glasplaten en de andere onderdelen. Gebruik hiervoor een schoon spons doekje, afwasmiddel en warm water of een schoon, vochtig microvezeldoekje. Droog alles met een zachte doek af.
-
-
55
Reiniging en onderhoud
Zet de deur weer in elkaar.
^
De beide middelste glasplaten zijn identiek. Om veilig te stellen dat u de glasplaten correct terugplaatst, zijn de platen voorzien van het 7-cijferige materiaalnummer.
Plaats de onderste van de beide mid
^
delste glasplaten zo terug dat het materiaalnummer leesbaar is (dus niet gespiegeld).
-
Plaats de dichting terug.
^
^ Draai de vergrendelingen voor de
glasplaten naar binnen. De vergren delingen moeten over de onderste van de beide middelste glasplaten schuiven (zie afbeelding).
^
Plaats de bovenste van de beide middelste glasplaten zo terug dat het materiaalnummer leesbaar is (dus niet gespiegeld). De plaat moet op de vergrendelingen liggen.
56
^ Schuif de binnenste glasplaat in de
­kunststof lijst en leg de glasplaat tus
sen de vergrendelingen.
-
Draai de vergrendelingen voor de
^
glasplaten naar binnen (zie afbeel ding).
Reiniging en onderhoud
Deur terugplaatsen
-
^ Pak de deur bij de zijkanten vast en
plaats de deur op de houders van de scharnieren.
Pas op dat de deur niet kantelt!
57
Reiniging en onderhoud
Open de deur helemaal.
^
Draai de beide vergrendelingsbeu
^
gels weer terug, zodat de vergrende ling weer actief is. Draai de beugels tot aan de aanslag. Ze staan dan ho­rizontaal.
De beugels moeten na het reinigen beslist weer worden vergrendeld. De deur kan anders losgaan en be­schadigd raken.
Geleiderails verwijderen
De verwarmingselementen moeten uitgeschakeld en afgekoeld zijn. U kunt zich anders branden!
-
-
^ Trek de geleiderails aan de voorkant
uit de bevestiging en verwijder de rails.
Het plaatsen gebeurt in omgekeerde volgorde. Monteer de onderdelen zorg­vuldig.
58
Verwarmingselement bovenwarmte/grill laten zakken
De verwarmingselementen moeten uitgeschakeld en afgekoeld zijn. U kunt zich anders branden!
Haal de geleiderails uit de oven.
^
^ Draai de vleugelmoer los en laat het
element zakken.
Reiniging en onderhoud
Duw het verwarmingselement niet met geweld omlaag, anders kan het beschadigd raken.
Plaats alles in omgekeerde volgorde te rug.
Draai de vleugelmoer goed vast.
Monteer de onderdelen zorgvuldig.
-
59
Reiniging en onderhoud
Ontkalken
Gebruik voor het ontkalken uitslui tend de bijgevoegde ontkalkingsta bletten. Met deze speciaal ontwikkelde tabletten bereikt u een optimaal ontkalkingsresultaat. Nieuwe tabletten zijn verkrijgbaar bij de Miele-vakhandel en bij Miele. Andere middelen kunnen het appa raat beschadigen!
Houdt u zich aan de mengverhou ding van het ontkalkingsmiddel. Het apparaat raakt anders beschadigd.
Reinig na het ontkalken de oven­ruimte, zodat er geen ontkalkingsresten achterblijven.
Tijdstip van ontkalken
-
-
U kunt het apparaat op elk moment ontkalken.
­Na een bepaald aantal bereidingen wordt u automatisch verzocht het appa raat te ontkalken. Dit is nodig voor een goede werking van het apparaat.
Ontkalkingsprocedure (overzicht)
-
Het ontkalken duurt ca. 90 minuten en wordt in meerdere stappen uitgevoerd:
a Voorbereiding
b Ontkalkingsvloeistof opzuigen
c Inwerkfase
d Spoelen 1
e Spoelen 2
f Spoelen 3
g Restwaterverdamping
-
60
Reiniging en onderhoud
Voorbereiding
Los een ontkalkingstablet op in ca.
^
600 ml koud leidingwater.
Schuif de universele bakplaat op het
^
hoogste niveau in de oven om de ge bruikte ontkalkingsvloeistof op te van gen.
Bij het apparaat wordt een kunststof slang met houder (zuignap) gele verd. U hoeft het reservoir met de ontkalkingsvloeistof dan niet onder de vulbuis te houden.
Ontkalkingsprogramma uitvoeren
Kies de ovenfunctie "Professional d"
^
en kies het menupunt "Ontkalken".
Volg de aanwijzingen.
­Start het opzuigen met de sensor
^
­toets OK.
Op het display kunt u het verloop van dit proces volgen. De pomp is tijdens
-
het opzuigen duidelijk te horen.
De werkelijk opgezogen hoeveelheid kan minder zijn dan de gevraagde hoe veelheid. Er kan dan een resthoeveelheid in het reservoir achter­blijven. Vul toch nog ca. 300 ml water bij, omdat het systeem tijdens de inwerkfase opnieuw vloeistof opzuigt.
Na het opzuigen van de ontkalkingsvloeistof
– verschijnt de melding "Inwerkfase".
Deze fase duurt ca. 60 minuten.
– kunt u de resttijd van de inwerkfase
op het display aflezen.
-
-
^
Bevestig de slang met een uiteinde aan de vulbuis. Het andere uiteinde steekt u in het reservoir. De slang moet tot vlak bij de bodem komen. Bevestig de slang met de houder aan het reservoir. Zie ook de afbeelding.
^
Sluit de deur.
Ongeveer om de vijf minuten zuigt het systeem opnieuw vocht op. U hoort dan kort een pompgeluid.
Gedurende het hele proces bijven de ovenverlichting en de koelventilator in geschakeld.
-
61
Reiniging en onderhoud
Na het ontkalken moet het
stoomsysteem worden gereinigd. In het systeem mag geen ontkalkingsvloeistof achterblijven.
Volg de aanwijzingen op het display.
Voor het reinigen wordt drie keer ca. 1 l leidingwater door het stoomsysteem gepompt. Het water wordt in de univer sele bakplaat opgevangen.
Haal de universele bakplaat met de
^
opgevangen ontkalkingsvloeistof uit het apparaat. Giet de plaat leeg en schuif de plaat weer op het hoogste niveau in de oven.
^ Haal de kunststof slang uit het reser-
voir. Vul het reservoir met ca. 1 l vers water. Plaats het reservoir weer in de oven en bevestig de slang weer in het reservoir zoals in het voorgaande is beschreven.
^ Start het eerste spoelen.
^ Herhaal deze procedure nog twee
keer.
Na het derde spoelen volgt het verwij deren van het restwater uit het stoomsysteem.
Haal vóór de restwaterverdamping de kunststof slang en het gebruikte reservoir uit de oven.
Voor de restwaterverdamping wordt het
­apparaat verhit. U kunt de resttijd in het display aflezen.
Laat de ovenruimte voor het hand matige reinigen eerst afkoelen. U kunt zich anders branden!
^ Haal de universele bakplaat met de
opgevangen vloeistof uit de oven. Reinig daarna het afgekoelde appa­raat. Verwijder aanwezig vocht en resten ontkalkingsmiddel.
Sluit de deur pas als de ovenruimte droog is.
-
-
Giet de universele bakplaat voor het tweede en derde spoelen leeg.
62
Storingen en foutmeldingen
De meeste storingen en fouten die bij gebruik kunnen optreden, kunt u zelf oplos sen. Het volgende overzicht helpt u daarbij. Neem contact op met Miele als u de oorzaak van een probleem niet kunt vinden of het probleem niet kunt verhelpen.
Open nooit de ommanteling van het apparaat!
,
Laat installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden uitsluitend door vak mensen uitvoeren die door de fabrikant zijn geautoriseerd. Ondeskundig uitge voerde werkzaamheden leveren grote risico's op voor de gebruiker. De fabri kant kan hiervoor niet aansprakelijk worden gesteld.
Probleem Oorzaak en oplossing
Het display is don ker.
De oven wordt niet heet.
Na de bereiding is een geluid te horen.
De deur kan na de pyrolyse niet wor den geopend.
-
Controleer of de dagtijdweergave ingesteld is (zie onder
-
"Instellingen - Dagtijd - Weergave").
– Controleer of de zekering van de huisinstallatie doorge-
slagen is. Waarschuw zo nodig een elektricien of Miele. – Controleer of de vergrendeling geactiveerd is. – Controleer of de demo-functie ingeschakeld is (zie "In-
stellingen - Handelaar"). – Controleer of de zekering van de huisinstallatie doorge-
slagen is. Waarschuw zo nodig een elektricien of Miele. Na een bereiding blijft de ventilator ingeschakeld (zie "In-
stellingen - Naloop ventilator"). Schakel het apparaat uit. Neem contact op met Miele als de
deurvergrendeling voor de pyrolysefunctie niet wordt opge heven.
-
-
-
-
-
63
Storingen en foutmeldingen
Probleem Oorzaak en oplossing
Maak het apparaat spanningsvrij. Trek daarvoor de stek
De verlichting bo ven is defect.
De verlichting aan de zijkant is defect.
^
­ker uit het stopcontact of schakel de zekering van de huisinstallatie uit.
Draai de lampafdekking los (kwartslag naar links draaien).
^
Trek de afdekking naar beneden toe uit de behuizing.
Vervang de halogeenlamp (Osram 66725 AM/A, 230 V,
^
25 W, G9).
Plaats de lampafdekking terug en draai deze weer vast
^
(naar rechts draaien).
Sluit het apparaat weer op het elektriciteitsnet aan.
^
Maak het apparaat spanningsvrij. Trek daarvoor de stek
^
ker uit het stopcontact of schakel de zekering van de huisinstallatie uit.
^ Verwijder de geleiderail.
^ Maak met de bijgeleverde spatel de glazen afdekking los.
^ Vervang de halogeenlamp (Osram 66725 AM/A, 230 V,
25 W, G9).
-
-
Het gebak is na de in de tabel aange geven bereidings tijd nog niet gaar.
Het gebak is niet overal even bruin.
64
^ Plaats de afdekking van de lamp terug en vervolgens de
geleiderail.
^
Sluit het apparaat weer op het elektriciteitsnet aan.
Controleer of u de juiste temperatuur heeft ingesteld.
-
Controleer of u het recept heeft veranderd. Als het deeg
-
vochtiger is (bijvoorbeeld door het toevoegen van eieren of melk), neemt de bereidingstijd toe.
Een zeker kleurverschil is normaal. Controleer bij zeer grote verschillen of u de juiste temperatuur en het juiste niveau heeft gekozen. Bij Boven-Onderwarmte V spelen ook het materiaal en de kleur van de bakvorm een rol. Lichte, blanke vormen zijn minder geschikt.
Storingen en foutmeldingen
Probleem Oorzaak en oplossing
In het display staat de melding "Maxi male bedrijfsduur bereikt".
In het display ver schijnt een foutco de: F + cijfers.
De veiligheidsuitschakeling is geactiveerd. U kunt het apparaat meteen weer gebruiken als u het uit-
­en weer inschakelt.
Bij de volgende foutcode(s) kunt u het probleem zelf ver
­helpen:
­Fout 23: De pyrolysetemperatuur is niet bereikt.
Eén oorzaak kan een te verontreinigde ovenruimte zijn. Verwijder dan eerst alle grove verontreinigingen, voordat u de pyrolysefunctie opnieuw start. Verschijnt de foutcode herhaaldelijk, neem dan contact op met Miele.
Fout 32: De deurvergrendeling voor het pyrolyseproces
wordt niet geactiveerd. Schakel het apparaat uit en start de functie opnieuw. Verschijnt de foutcode herhaaldelijk, neem dan contact op met Miele.
– Fout 33: De deurvergrendeling voor het pyrolyseproces
wordt niet gedeactiveerd. Breek de pyrolyse af door het apparaat uit te schakelen. Wordt de deur niet ontgrendeld, neem dan contact op met Miele.
– Fout 54: De Bratometer is defect.
Zodra u de kerntemperatuurvoeler uit de ovenruimte haalt, verdwijnt de foutmelding. Bij de vakhandel of bij Miele kunt u een nieuwe Bratometer bestellen.
Neem bij andere foutcodes contact op met Miele.
-
65
Service en garantie
Miele Service
Voor storingen die u niet zelf kunt ver helpen, waarschuwt u
uw Miele-vakhandelaar
of
de service-organisatie van Miele.
De gegevens van Miele vindt u op de achterkant van deze gebruiks- en montagehandleiding.
Voor een goede en vlotte afhandeling is het noodzakelijk dat de afdeling Klant contacten weet welk type apparaat u heeft en welk serienummer het heeft.
Deze informatie vindt u op het type­plaatje dat zich achter de deur, op het frontgedeelte bevindt.
Miele-Serviceverzekering-Certificaat
Voor informatie over het Miele-Serviceverzekering-Certificaat kunt u zich wenden tot uw Miele-vak­handelaar of de bijgaande folder raad plegen.
-
-
-
Garantie en garantievoorwaar den
De garantietermijn voor dit apparaat bedraagt 2 jaar.
Voor meer informatie zie de bijge voegde garantievoorwaarden.
-
-
66
Bij te bestellen accessoires
Het Miele-assortiment omvat tal van nuttige accessoires, alsmede reinigings- en onderhoudsmiddelen die op uw apparaat zijn afgestemd. U kunt deze producten via internet bestellen, bij Miele (zie omslag) en bij de Miele-vakhandel.
FlexiClip-geleiders
U kunt de FlexiClip-geleiders op elk ni veau aanbrengen. U kunt de geleiders helemaal uit de ovenruimte trekken, waardoor u optimaal zicht heeft op de gerechten.
U kunt meerdere FlexiClip-geleiders op meerdere niveaus monteren.
Bakplaat, universele bakplaat, roos­ter
Naast de bijgeleverde onderdelen kunt u extra bakplaten en roosters ge­bruiken.
Vermeld bij uw bestelling altijd de type aanduiding van uw apparaat.
Koudhandgreep
Voor het uitnemen en plaatsen van de universele bakplaat, de bakplaat en het rooster.
Lekblad
Deze plaat wordt bij het grilleren en braden in de universele bakplaat ge
­legd. De plaat vangt het vleessap in de
bakplaat op en voorkomt dat het ver brandt. Zo kan het na afloop voor ver­dere bereiding worden gebruikt. Het geëmailleerde oppervlak is PerfectClean-veredeld.
Gourmetsteen
Met de gourmetsteen bereikt u een op
­timaal bakresultaat bij gerechten die
een krokante bodem moeten hebben, zoals pizza, quiche, brood, broodjes en hartig gebak. De gourmetsteen is van vuurvaste kera miek en voorzien van een glazuurlaag. De steen wordt op het rooster gelegd. Bij de gourmetsteen hoort een spatel van niet behandeld hout waarmee u de gerechten op de steen legt en na af loop weer verwijdert.
-
-
-
-
-
67
Bij te bestellen accessoires
Pizzavorm
Deze ronde vorm is ideaal voor pizza's, plat gebak van gist- of roerdeeg, zoete en hartige taarten, gegratineerde des serts, plat brood en dergelijke, alsmede voor het afbakken van diepvriesgebak en -pizza's. Het geëmailleerde oppervlak is PerfectClean-veredeld.
Braadpan
Deze speciale braadpan kan in tegen­stelling tot andere braadpannen zo in de geleiderails van de oven worden ge­schoven. De pan is net als de universe­le bakplaat voorzien van een uittrekbe­veiliging. Het oppervlak van de braadpan heeft een anti-aanbaklaag.
De pan is in twee formaten leverbaar. Vermeld bij aanschaf de typeaandui ding van uw apparaat:
-
-
Deksel
Voor de braadpannen zijn deksels ver krijgbaar.
Vermeld bij bestelling de type­aanduiding van uw braadpan.
Microvezeldoekje
Met een microvezeldoekje kunt u lichte verontreinigingen en vingerafdrukken heel eenvoudig verwijderen.
Ovenreiniger
Met de ovenreiniger kunt u ook hard­nekkige verontreinigingen verwijderen. De ovenruimte hoeft hiervoor niet te worden verwarmd.
-
HUB 5000-M (diepte: 22 cm)
HUB 5000-XL (diepte: 35 cm)
68
Dit apparaat mag alleen door een erkend elektricien op het elektrici teitsnet worden aangesloten. Hierbij moeten de landelijke voorschriften en de voorschriften van het energie bedrijf in acht genomen worden.
Ondeskundig uitgevoerde installatie­en onderhoudswerkzaamheden, als mede ondeskundig uitgevoerde re paraties leveren gevaar op voor de gebruiker. De fabrikant kan daarvoor niet aansprakelijk worden gesteld.
De elektrische installatie moet volgens de daarvoor geldende normen (zoals NEN 1010) zijn geïnstalleerd.
Aansluiting op een contactdoos is aan te bevelen, aangezien dit eventuele werkzaamheden van een technicus ver­gemakkelijkt.
-
-
-
-
Elektrische aansluiting
Voordat u het apparaat aansluit, dient u de aansluitgegevens (spanning en fre quentie) op het typeplaatje met de waarden van het elektriciteitsnet te ver gelijken. Deze gegevens moeten beslist overeenkomen. Het typeplaatje bevindt zich achter de deur, op het frontgedeelte.
Vermeld altijd het voltage en het type­en serienummer als u contact opneemt met Miele.
Als de aansluiting wordt veranderd of als de kabel wordt vervangen, moet dit volgens het aansluitschema gebeuren. Gebruik een aansluitka­bel van het type H 05 VV-F of H 05 RR-F. Let op de juiste draad­doorsnede.
-
-
Als de gebruiker niet meer bij de con­tactdoos kan komen of als er sprake is van een vaste aansluiting, dan moet het apparaat via een schakelaar met alle polen van de netspanning kunnen worden losgekoppeld.
De contactopening in uitgeschakelde toestand moet minimaal 3 mm bedra gen. Geschikte schakelaars zijn zelf-uitschakelaars, zekeringen en re lais (EN 60 335).
-
-
Oven
De oven is voorzien van een 3-aderige kabel van ca. 1,7 m, met stekker, en geschikt voor aansluiting op wisselstroom 50 Hz, 230 V.
De oven moet met 16 A zijn beveiligd en worden aangesloten op een ge aarde contactdoos die volgens de voorschriften is geïnstalleerd.
Maximale aansluitwaarde: zie type plaatje.
-
-
69
Maatschetsen voor de inbouw
De afmetingen zijn in "mm" aangegeven.
Afmetingen apparaat en kast
Inbouw in een onderkast
Inbouw in een hoge kast
* Apparaten met glazen front ** Apparaten met metalen front
70
Maatschetsen voor de inbouw
Gedetailleerde afmetingen front
A H 5361: 53,2
H 5461: 47,5
B Apparaten met glazen front: 2,2
Apparaten met metalen front: 1,2
71
Inbouw oven
Gebruik het apparaat alleen als
,
het is ingebouwd.
De toevoer van koellucht mag niet worden belemmerd! Let er bij het inbouwen op dat – in de ombouwkast geen
achterwand wordt geplaatst.
– de tussenbodem waarop
het apparaat geplaatst wordt niet op de wand aansluit.
– er geen warmtewerende lijsten
langs de zijwanden van de nis gemonteerd worden.
Pak het apparaat bij het inbouwen niet bij de deurgreep vast. De deur kan hierdoor beschadigd raken.
Haal de spanning van het aansluit punt.
Sluit de oven op het elektriciteitsnet
^
aan.
Schuif de oven in de keukenkast en
^
stel het apparaat.
^ Open de ovendeur en schroef het
apparaat met 2 schroeven aan de zij­wanden van de kast vast.
-
727374
75
Wijzigingen voorbehouden / 22 / 4511
(H 5361 BP; H 5461 BP)
M.-Nr. 09 269 400 / 00
Loading...