Miele G 7783 CD MIELABOR User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing

Reinigingsautomaat voor laboratoriumglas G 7783 CD MIELABOR

Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor u uw toestel installeert en in gebruik neemt.

Daardoor zorgt u voor uw veiligheid

en vermijdt u schade aan het apparaat.

*

M.-Nr. 04 908 560

Inhoud

Beschrijving van het toestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3

Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5

Opmerkingen over veiligheid, waarschuwingen (heraustrennbar) . . . . . Heftmitte

Definitie van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9

De waterontharder instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10

De deur openen en sluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12

Toepassingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13

Naspoelmiddel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17

De doseerhoeveelheid instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17

Neutralisatieen reinigingsmiddel (vloeibaar) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18

Doseersystemen (vloeibaar) ontluchten/onderhouden . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19

Reinigingsmiddel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20

Een programma kiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21

Overzicht van de programma’s. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22

Inen uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 Een programma kiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 Een bijkomend programma kiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 Aanduiding programmaverloop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 Een programma onderbreken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26

Speciale functies programmeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27

De ontharder regenereren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29

Reiniging en onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31

Het droogaggregaat (TA) onderhouden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33 De grove filter vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33 De aërosolfilter (filter voor zwevende stofdeeltjes) vervangen . . . . . . . . . . . . . 33

Eventuele kleine storingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34

Opstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35

Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37

Watertoevoer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39

Waterafvoer. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41

Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42

Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43

2

Beschrijving van het toestel

 

°C

 

 

 

 

min

 

 

 

 

I-O

 

 

DOS

 

 

 

 

 

DESIN

 

 

 

 

 

C

T1

 

D

T2

A

E

10’- 80’

B

F

 

12 3 4

5

6

7

8

9

1

Controlelampje ‘storing watertoevoer

5

Aanduiding programmaverloop

 

en -afvoer’

 

 

 

6

Leesvenstertje

 

 

 

 

 

2

Controlelampje ‘ontharder regenere-

7

Deuropener

 

ren’

 

 

 

 

 

 

 

 

 

3

Controlelampje ‘reinigingsmiddel

 

8

Toets aan/uit (I/0)

 

 

 

 

(vloeibaar) toevoegen’

 

 

9

Programmatoetsen

4Controlelampje ‘neutralisatiemiddel toevoegen’

3

Beschrijving van het toestel

 

10 11 12 13 14

15

16

17

 

18

19

20

10

Reservoir voor neutralisatiemiddel

 

16

Doseerbakje voor poedervormig

 

(DOS 10 –rood–) en reinigingsmid-

 

 

reinigingsmiddel

 

del –vloeibaar– (DOS 60 –blauw–)

 

17

Reservoir voor vloeibaar naspoel-

 

 

 

 

 

11

Droogaggregaat (TA)

 

 

 

middel met doseerregeling

12

Fijne zekering (blokkerbeveiliging) TA

18

Peiloog

 

13

Bedrijfsurenteller TA

 

 

19

Filterset

 

14

Temperatuurkiezer TA

 

 

20

Aansluiting voor zoutfles

15

Inspectiepaneel

 

 

 

(waterontharder)

 

 

 

 

 

 

4

Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen

Dit apparaat voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsbepalingen. Laat reparaties alleen uitvoeren door erkende vakmensen. Ondeskundige reparaties kunnen gevaar opleveren voor de gebruiker. Lees eerst aandachtig deze gebruiksaanwijzing voordat u het apparaat in gebruik neemt. U vindt er belangrijke informatie over veiligheid, gebruik en onderhoud van het apparaat. Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig!

Efficiënt gebruik van het apparaat

Deze desinfector mag uitsluitend worden gebruikt voor de doelein-

den aangegeven in de gebruiksaanwijzing. Ieder ander gebruik is voor eigen risico en kan gevaarlijk zijn. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die is ontstaan door foutieve bediening en elk ander gebruik dan hier is aangegeven.

Let op de volgende aanwijzingen, voor uw veiligheid en die van anderen!

Dit apparaat mag uitsluitend worden geïnstalleerd en onderhouden door de Miele-naverkoopdienst of een erkend

Miele-vakman.

Dit apparaat mag niet in ruimten met explosiegevaar worden ge-

plaatst.

De elektrische veiligheid van het apparaat is alleen dan gewaar-

borgd als het wordt aangesloten op een aardingsysteem dat volgens de voorschriften is geïnstalleerd. Het is belangrijk dat u dit controleert en in geval van twijfel de elektrische installatie door een vakman laat inspecteren.

De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die ontstaat door een ontbrekende of beschadigde aardingsleiding. Er is gevaar voor elektrische schokken.

Door een beschadigd apparaat komt uw veiligheid in gevaar. Scha-

kel het meteen uit en waarschuw een erkend vakpersoon of een Miele-vak- handelaar.

Reparaties mogen uitsluitend worden uitgevoerd door deskundige

vakmensen. Ondeskundige reparaties kunnen gevaar opleveren voor de gebruiker.

Wie de machine bedient, dient regelmatig geschool te worden. De desinfector mag niet worden bediend

door niet opgeleid personeel.

5

Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen

Belangrijk! Vloeibare hulpmiddelen en additieven zijn soms bijtende

en prikkelende stoffen. Gebruik nooit organische oplosmiddelen; er is dan namelijk explosiegevaar. Lees de bijbehorende veiligheidsvoorschriften! Draag een veiligheidsbril en handschoenen! Hou bij gebruik van chemische hulpmiddelen rekening met de veiligheidsrichtlijnen van de fabrikant!

Vermijd inhaleren van stofdeeltjes bij poedervormig reinigingsmiddel.

Als afwasmiddel wordt ingeslikt, kan dat door de inbijtende werking monden keelholte beschadigen. Er bestaat ook risico op verstikking!

Het water in de spoelruimte is geen drinkwater!

Ga nooit op de geopende deur zitten of staan. Het apparaat kan kan-

telen en schade oplopen.

Als u scherpe, puntige voorwerpen rechtop in de automaat plaatst, let

er dan op dat u zich niet verwondt en plaats de voorwerpen zodanig in de automaat dat risico’s zijn uitgesloten.

Pas op! De temperaturen in de automaat kunnen hoog oplopen, nl.

70 à 95 °C. De kans op verbranding is groot! Korven en inzetten moeten eerst afkoelen. Er kan nog heet water in holtes e.d. zijn achtergebleven. Giet die objecten daarom eerst leeg in de spoelruimte.

Na het drogen met het droogaggregaat moet u altijd de deur een tijd-

je openzetten zodat de instrumenten kunnen afkoelen.

Raak de verwarmingselementen niet meteen aan na het openen

van de deur. U kunt zich verbranden.

De reinigingsautomaat en de directe omgeving mogen niet met water

(waterslang of hogedrukreiniger) worden schoongespoten.

Bij onderhoudswerkzaamheden dient u het apparaat altijd stroom-

loos te make: schakel het apparaat uit, trek de stekker uit het stopcontact of schakel de stroom uit met de hoofdschakelaar van de huisinstallatie.

Let goed op de volgende aanwijzingen voor een optimale kwaliteit van de reiniging en om schade te voorkomen!

De desinfectie-standaard van het desinfectieprocédé moet door de

gebruiker worden bewezen. Het procédé moet regelmatig aantoonbaar worden gecontroleerd d.m.v. chemo-indica- toren. Ook dienen er periodieke bacteriologische controles plaats te vinden d.m.v. bio-indicatoren.

Desinfectieprogramma’s mag u niet onderbreken. Het desinfectie-

resultaat komt anders in het gedrang. Is dat toch nodig, laat het volledige programma dan herhalen.

Gebruik enkel reinigingsmiddelen die door Miele zijn getest en aan-

bevolen. Als u andere middelen gebruikt kan het spoelgoed zowel als de automaat beschadigd raken.

6

Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen

Sommige behandelingen (bv. met reinigingsof desinfectiemiddel,

maar ook bepaalde vervuilingen en reinigingsmiddelen kunnen schuim veroorzaken. Schuim kan het reinigingsen desinfectieresultaat in het gedrang brengen.

Wanneer voor een bepaalde toepassing een chemisch hulpmiddel

(als bv. reinigingsmiddel) wordt aanbevolen, betekent dit niet dat de fabrikant van dit apparaat ook aansprakelijk is voor het effect van het hulpmiddel op het behandelde materiaal. Let op: veranderingen in formules en opslagvoorschriften die niet afkomstig zijn van de fabrikant van de chemicaliën kunnen het reinigingsresultaat beïnvloeden.

Hou bij gebruik van reinigingsmiddelen en speciale producten absoluut rekening met de aanwijzingen van

de fabrikant van die middelen. Wend het reinigingsmiddel enkel aan waarvoor de fabrikant het heeft voorzien.

Daarmee vermijdt u materiële schade en eventueel ook heel heftige chemische reacties, als bv. van knalgas.

De reinigingsautomaat is alleen gemaakt voor gebruik met water

en toegevoegde reinigingsmiddelen. U mag geen organische oplosmiddelen in de automaat gebruiken, o.a. in verband met explosiegevaar.

Opmerking: er zijn veel organische oplosmiddelen waarbij geen explosiegevaar bestaat, maar andere problemen kunnen optreden, zoals beschadiging van rubber en kunststof.

Bij toepassingen waarbij zeer specifieke eisen aan het resultaat wor-

den gesteld, moet u de voorwaarden voor het reinigingsproces (reinigingsmiddel, waterkwaliteit etc.) van te voren afstemmen met Miele.

Wanneer zeer hoge eisen worden gesteld aan het reinigingsen na-

spoelresultaat (bv. bij chemische analyse, speciale industriële producten) dient u regelmatig een kwaliteitscontrole uit te voeren.

De speciale inzetten mogen uitsluitend worden gebruikt voor de doeleinden aangegeven in de gebruiksaan-

wijzing.

Alle schalen, bakjes e.d. moeten leeg zijn als u ze in de automaat

plaatst.

Laat geen resten van oplosmiddelen en zuren, in het bijzonder zoutzuren en chloride-houdende oplossin-

gen in de spoelruimte terechtkomen. Bv. als u de objecten in de automaat zet. Ook mogen er geen corroderende metalen in terechtkomen. Oplosmiddelen in verbinding met het vuil mogen slechts in een sporenhoeveelheid aanwezig zijn. Dit geldt vooral bij gevarenklasse A1.

Om schade door corrosie te vermijden, mag de r.v.s ommanteling niet

met zoutzuur-houdende oplossingen noch met dampen in contact komen.

Neem de installatie-instructies in deze gebruiksaanwijzing en in de

installatie-handleiding in acht.

7

Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen

Gebruik van toebehoren

Voor extra toepassingen mogen alleen Miele-hulpapparaten worden

aangesloten. Informeer bij de Miele-na- verkoopdienst naar de typenummers van deze apparaten.

Berging van uw oud toestel

Maak oude toestellen onbruikbaar. Trek de stekker uit het stopcontact

en knip het aansluitsnoer door. Verwijder al de restjes reinigingsmiddel. Hou daarbij rekening met de geldige veiligheidsen milieuvoorschriften. Gelieve een bril en handschoenen te dragen.

Maak ook het deurslot onbruikbaar zodat kinderen zich niet in het toestel kunnen opsluiten. Verwijder de slotplaat door 2 kruiskopschroeven boven de deur uit te draaien. Ruim het toestel daarna weg en hou daarbij rekening met de bescherming van ons milieu.

De fabrikant kan niet worden aansprakelijk gesteld voor schade die werd veroorzaakt doordat deze opmerkingen omtrent uw veiligheid en waarschuwingen niet werden in acht genomen.

8

Definitie van het apparaat

De G 7783 is een speciale reinigingsautomaat voor laboratoriumglas. Hij wordt van voren geladen. Hij is geschikt voor het onberispelijk reinigen, neutraliseren en naspoelen met gewoon of met gedemineraliseerd water (H2O pur, aqua purificata) met een resultaat dat voor de toepassing behoorlijk is.

Op het einde van het automatisch programmaverloop wordt het laboratoriumglas analysezuiver uit het toestel gehaald.

Met de electronic zijn er verschillende temperaturen mogelijk voor de reinigingsen de naspoelfase.

De optimale temperatuur blijkt voor het reinigen T1 85 °C en voor het naspoelen T2 70 °C te zijn.

In het programma ‘B’ SPECIAL kan het toestel met thermische desinfectie bij 93 °C met de daarbij passende inwerktijd worden gebruikt.

Volgens het Duitse ministerie van Volksgezondheid te Berlijn is ‘desinfectie van instrumenten in reinigingsautomate- n’, met de desinfectieparameters 93 °C en 10 min. inwerktijd, onder rubriek 3.2.4 in de lijst opgenomen, overeenkomstig paragraaf 10c van het wetboek over besmettelijke ziekten. De doeltreffendheidsdomeinen die werden toegekend, zijn A+B (reductiefactor 7).

De doeltreffendheidsdomeinen worden als volgt bepaald:

A = voor de vernietiging van vegetatieve bacteriekiemen, inclusief mycobacteriën, alsook van zwammen, inclusief zwamsporen.

B = voor het inactiveren van virussen, inclusief HBV en HIV.

Het programma ‘B’ SPECIAL werkt met de parameters 93 °C en 10 minuten inwerktijd.

Deze reinigingsautomaat is steeds uitgerust met een droogaggregaat (TA) en een waterontharder.

9

De waterontharder instellen

Om kalkafzetting op de objecten en in het toestel tegen te gaan, dient het water waarmee wordt afgewassen, onthard te worden. Dit is enkel nodig als het harder is dan 6° Duitse (°d) of 10,7° Franse (°f) hardheid of 1,07 mmol per liter.

Deze taak kan de ingebouwde ontharder pas behoorlijk vervullen wanneer

1.de ontharder juist is ingesteld en

2.dadelijk met regenereerzout wordt geregenereerd zodra het controlelampje met het symbool k aangaat.

Bij het in-gebruik-nemen dient u de ontharder, naar gelang van de plaatselijke waterhardheid, in te stellen.

Uw watertoeleveringsbedrijf kan u inlichten over de hardheid van het u geleverde leidingwater.

De ontharder instellen

De hardheidscategorieën zijn onderverdeeld in 18 tijdsfases en een 0-stand. In de fabriek werd de ontharder ingesteld op tijdsfase ‘8’. Dit komt overeen met 19° Duitse (°d) of 33,9° Franse (°f) hardheid. Zo het u geleverde leidingwater harder of zachter is:

de tijdsfase (zie tabel) via de toetsen op het bedieningspaneel aanpassen.

Tijds-

°d

mmol/

°f

°e

ppm

fase

 

l

 

 

CaCO3

 

 

 

 

 

 

18

6

1,0,7

10,7

7,5

107

17

7

1,25

12,5

8,8

125

16

8

1,42

14,3

10

143

15

9

1,60

16

11,3

160

14

10

1,78

17,9

12,5

179

13

11

1,96

19,6

13,8

196

12

12

2,14

21,4

15

214

11

13

2,31

23,2

16,3

232

10

15

2,67

26,8

18,8

268

9

17

3,03

30,4

21,3

304

8

19

3,38

33,9

23,8

339

7

22

3,92

39,3

27,5

393

6

24

4,27

42,8

30

428

5

28

4,98

50

35

500

4

32

5,70

57,1

40

571

3

38

6,76

67,8

47,6

678

2

48

8,54

85,7

60,1

857

1

71

12,64

126,7

88,9

1267

0

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Tegelijkertijd op de programmatoetsen T1 en c drukken, blijven drukken en intussen het toestel via de hoofdschakelaar ‘I-0’ inschakelen. In het leesvenstertje verschijnt ‘P...’.

Op de toets k drukken, de ‘P’ verdwijnt. In het leesvenstertje verschijnt steeds tijdsfase ‘0’. Tijdsfase ‘0’ kan wel worden gewijzigd zo dat nodig blijkt. Daartoe:

Zo vaak op toets c drukken totdat het gewenste getal in het leesvenstertje te zien is.

Op toets h drukken. ‘SP’ verschijnt in het leesvenstertje.

Nog eens op toets hdrukken. De tijdsfase wordt in het geheugen gebracht. Het leesvenstertje wordt gedoofd.

Het toestel is klaar om af te wassen.

10

De waterontharder instellen

Zo de hardheid van uw leidingwater permanent onder 6°d of 10,7°f blijft:

De tijdsfase ‘0’ instellen.

Het controlelampje k gaat niet aan. De ontharder hoeft niet te worden geregenereerd.

De ontharder regenereren: zie bl. 29.

11

De deur openen en sluiten

De deur openen a

Druk de deuropener tot aan de aanslag in. Neem tegelijkertijd de deur in de greeplijst vast en maak ze open.

Tijdens een afwasprogramma mag de deur enkel in dringende gevallen worden opengemaakt. Bv. als er objecten staan te rammelen. Zie ‘Een programma onderbreken.’

De deur sluiten

Klap de deur omhoog en duw ze stevig dicht totdat u een klik hoort. De deuropener mag u intussen niet indrukken.

12

Toepassingen

Deze speciale reinigingsautomaat voor laboratoriumglas kan met twee basiskorven (een onderaan en een bovenaan) worden uitgerust.

Naar gelang van de soort en de vorm van het te reinigen laboratoriumen apotheeksglas worden deze korven van de meest verscheiden inzetten voorzien of door andere speciale korven vervangen.

Er zijn zoveel inzetten en korven dat die hier niet allemaal apart kunnen worden afgebeeld noch besproken. Zo kunnen er bv. inzetten worden gebruikt voor de directe inspuiting van nauwehalskolven, butyrometers, pipetten e.d. Courant laboratoriumglas als bekerglazen, erlenmeyerkolven, petrischalen, reageerbuisjes e.d. wordt in complete, halve of kwart-inzetten in de bovenste of onderste korf geplaatst.

Hier komen aanwijzingen aan bod, die bij het voorbereiden en schikken van glas dienen in acht te worden genomen.

De objecten schikken

Vooraf wegruimen

Het te reinigen glas eerst leegmaken voor u het in de automaat zet. Hou desgevallend rekening met de richtlijnen i.v.m. besmettingen.

Restjes zuur en oplosmiddel, vooral zoutzuur en chloride, mogen niet in de kuip terechtkomen.

Bij Petrischalen dient u de voedingsbodems af te steken.

Bij reageerbuisjes giet u de bloedrestjes uit en steekt u de bloedklonters af.

Doppen, kurken, etiketten, zegellakresten e.d. verwijderen.

Hou hiermee rekening

Het af te wassen glas zo schikken dat het water alle vlakken omspoelt. Enkel dan kan het schoon worden!

Leg de af te wassen objecten niet in elkaar. Ze mogen elkaar niet bedekken.

Plaats glazen als bekerglazen, meetcylinders, kolven e.d. met de opening naar onder in de passende inzetten. Zo kan het water vrij inen uitlopen. Leg er eventueel een net over om glasbreuk te vermijden.

Zet Petrischalen e.d. met de vuile zijde naar het midden in een passende inzet.

Pipetten met de mondstukken naar boven schikken.

Objecten met een diepe bodem zo schuin mogelijk plaatsen, zodat het water er goed kan aflopen.

Hoge, slanke holle recipiënten zoveel mogelijk in het midden van de korf zetten. Daar worden ze door de sproeistralen beter bereikt.

De toevoerpijp voor de sproeiarm in het midden van de bovenste korf mag niet worden afgedekt. Korven of injectiekorven met een aanpasstuk juist aansluiten (zie volgende blz.).

13

Toepassingen

De sproeiarmen mogen niet door hoge of naar beneden hangende objecten worden geblokkeerd. Test dat even door ze te laten draaien.

Belangrijk:

Het verende aanpasstuk (watertoevoer) van korven of injektiekorven moet bij het inschuiven juist worden aangekoppeld. Het dient het 4 à 5 mm hoger in te stellen als de watertoevoeropening in het toestel. Zo dat niet het geval is, dient u het verstelbare aanpasstuk aan de watertoevoer aan te passen.

Draai de klemring los.

Schuif het aanpasstuk omhoog (4 à 5 mm hoger dan de watertoevoeropening in het toestel) en draai de klemring weer aan.

Kies de korven en inzetten volgens de taken die dienen te worden verricht.

Voorbeelden van uitvoering:

14

E 380

Injectiekorf ‘Intermiel’

(met TA-aansluiting)

voor glas met nauwe hals, compleet met 15 sproeikoppen 4x1 mm/160 mm hoog en met 18 sproeikoppen

6x1 mm/220 mm hoog met 33 ‘MIELAVA’-blokkeringen.

O 175

Injectiekorf (met TA-aansluiting)

(in de bovenste korf) voor de directe inspuiting van laboratoriumglas met nauwe hals, 34 sproeikoppen 4x1 mm/ 160 mm met ‘MIELAVA’-blokkeringen.

Hou hiermee rekening:

Poedervormig reinigingsmiddel mag u bij gebruik van de O 175 enkel op de binnendeur gieten.

Miele G 7783 CD MIELABOR User Manual

 

Toepassingen

O 188 bovenste korf

E 109

voor diverse inzetten.

Halve inzet van roestvrijstaal, voor 21

 

bekerglazen tot 250 cm3, erlenmeyer-

kolven, ronde kolven e.d.

U 174 onderste korf voor diverse inzetten.

E 106

Halve inzet van roestvrij staal, met 28 veerhaakjes in 2 verschillende hoogten, voor divers laboratoriumglas als nauwe-halskolven, meetcylinders, geneesmiddelflesjes e.d.

15

Loading...
+ 33 hidden pages