MIELE DGD 4635 User Manual [nl]

Page 1
Gebruiks- en montageaanwijzing
Drukstoomoven DGD 4635 DGD 6635 DGD 6605
Lees absoluut de gebruiks­en montageaanwijzing voor u het toestel plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan het toestel.
nl-BE
Page 2
Inhoud
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ..................................6
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu ..........................15
Verpakking wegdoen...............................................15
Het afdanken van het apparaat .......................................15
Beschrijving van het toestel ........................................16
Vooraanzicht .....................................................16
Meegeleverd toebehoren ...........................................17
Hoe werkt uw toestel? .............................................18
Bedieningspaneel .................................................18
Geluiden ........................................................20
Temperatuur .....................................................20
Bereidingstijd.....................................................20
Opwarmfase .....................................................20
Bereidingsfase....................................................20
Afkoelfase .......................................................20
Draagblad .......................................................21
Toestel voor het eerst in gebruik nemen..............................22
Waterhardheid instellen .............................................22
Kooktemperatuur aanpassen ........................................22
Deur openen .....................................................22
Deur sluiten ......................................................23
Eerste reiniging ...................................................24
Ovenfuncties ....................................................25
Bedieningsprincipe ...............................................26
Ovenfunctie kiezen ................................................26
Temperatuur instellen ..............................................27
Bereidingstijd instellen..............................................27
Werking starten ...................................................28
Na afloop van de bereidingstijd ......................................28
Na het gebruik ....................................................29
2
Page 3
Inhoud
Bediening .......................................................30
Terwijl het toestel in werking is .......................................30
Werking onderbreken ............................................30
Werking voortzetten .............................................31
Temperatuur / bereidingstijd wijzigen ...............................31
Van functie veranderen...........................................31
Veiligheidsvoorzieningen ..........................................32
Overdrukbeveiliging / veiligheidsventiel ................................32
Beveiliging tegen oververhitting ......................................34
Vergrendeling / ingebruiknameblokkering ..............................35
Belangrijke opmerkingen en wetenswaardigheden .....................37
Het voordeel van koken met stoom ....................................37
Kookgerei........................................................37
Stoomovenpannen ..............................................37
Eigen kookgerei ................................................37
Inschuifniveau ....................................................38
Diepgevroren producten ............................................38
Temperatuur .....................................................38
Bereidingstijd.....................................................38
Koken met vocht ..................................................39
Eigen recepten ...................................................39
Koken met stoom.................................................40
Groenten ........................................................40
Vlees ...........................................................44
Worsten .........................................................46
Vis .............................................................47
Schaaldieren .....................................................50
Mosselen ........................................................51
Rijst ............................................................52
Pasta/deegwaren..................................................53
Knoedels ........................................................54
Granen ..........................................................55
Gedroogde peulvruchten ...........................................56
3
Page 4
Inhoud
Kippeneieren .....................................................58
Fruit ............................................................59
Menukoken ......................................................60
Speciale toepassingen ............................................62
Opwarmen .......................................................62
Ontdooien .......................................................64
Inmaken .........................................................68
Uitpersen ........................................................71
Yoghurt bereiden ..................................................73
Deeg laten rijzen ..................................................75
Gelatine laten smelten ..............................................75
Chocolade laten smelten ............................................76
Levensmiddelen schillen ............................................77
Appels inmaken ...................................................78
Blancheren.......................................................78
Uien smoren......................................................79
Spek laten uitzweten ...............................................79
Steriliseren .......................................................80
Vochtige handdoekjes opwarmen .....................................80
Honing vloeibaar maken ............................................81
Bouillon met ei bereiden ............................................81
Instellingen ......................................................82
Reiniging en onderhoud ...........................................84
Front van het toestel ...............................................85
Ovenruimte en draagblad ...........................................86
Toebehoren ......................................................87
Stoomovenpannen en bodemzeef ..................................87
Zijroosters .....................................................88
Deurdichting / veiligheidsventiel ......................................89
Watersproeier ....................................................90
Ontkalken........................................................92
4
Page 5
Inhoud
Wat gedaan als ... ? ...............................................96
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren ...............................101
Stoomovenpannen................................................101
Reinigings- en onderhoudsmiddelen .................................103
Overig .........................................................103
Dienst Herstellingen aan huis, typeplaatje, garantie ...................104
Opmerkingen omtrent uw veiligheid bij de inbouw ....................105
Opmerkingen omtrent de inbouw...................................106
Toestel- en inbouwafmetingen .....................................108
DGD 4635 in nis van 380 mm hoog...................................108
DGD 4635 en AB 45-7 in nis van 450 mm hoog .........................110
DGD 6635 in nis van 380 mm hoog...................................112
DGD 6605 en AB 45-7 L in nis van 450 mm hoog........................114
Montage .......................................................116
Toestel aansluiten en plaatsen ......................................116
Elektrische aansluiting ...........................................119
Aansluitkabel ....................................................121
Aansluitschema ..................................................122
Wateraansluiting ................................................123
Opmerkingen omtrent de watertoevoer .............................123
Watertoevoer aansluiten .........................................125
Opmerkingen omtrent de waterafvoer ..............................126
Waterafvoer aansluiten ..........................................126
5
Page 6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Deze stoomoven voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsvoor schriften. Door ondeskundig gebruik kunnen gebruikers echter letsel oplopen en kan er schade optreden aan het toestel.
Lees de gebruiks- en montageaanwijzing aandachtig voor u het toestel in gebruik neemt. U vindt er belangrijke opmerkingen omtrent inbouw, veiligheid, gebruik en onderhoud. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan het toestel.
Miele is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is doordat deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.
Bewaar de gebruiks- en montageaanwijzing en geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
-
6
Page 7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Juist gebruik
Deze stoomoven is bedoeld voor gebruik in het huishouden en in
~
gelijkaardige omgevingen.
Deze stoomoven is niet bestemd voor gebruik buiten.
~
Gebruik de stoomoven enkel voor toepassingen in huishoudelijke
~
context die in deze gebruiksaanwijzing vermeld staan. Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten.
Personen die door hun fysieke, zintuiglijke of geestelijke mogelijk
~
heden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn om deze stoomoven veilig te bedienen, moeten bij de bediening in het oog worden gehouden. Deze personen mogen het toestel zonder toezicht bedienen, maar alleen wanneer de bediening van het toestel zo uitgelegd is aan hen dat ze het veilig kunnen bedienen. Ze moeten de eventuele risico's van een foutieve bediening kunnen beseffen en begrijpen.
-
7
Page 8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Kinderen in het huishouden
Maak gebruik van de ingebruiknameblokkering om te vermijden
~
dat kinderen de drukstoomoven per ongeluk inschakelen.
Kinderen jonger dan acht jaar moeten uit de buurt van de stoom
~
oven worden gehouden, tenzij ze constant in het oog worden ge houden.
Kinderen vanaf acht jaar mogen de stoomoven zonder toezicht
~
bedienen, maar alleen wanneer de bediening van het toestel zo uit gelegd is aan hen dat ze het veilig kunnen bedienen. Kinderen moe ten de eventuele risico's van een foutieve bediening kunnen besef­fen en begrijpen.
Kinderen mogen de stoomoven niet zonder toezicht reinigen.
~
Hou kinderen die in de buurt van de stoomoven komen in het
~
oog. Laat kinderen nooit met het toestel spelen.
Gevaar voor verstikking!
~
Spelende kinderen kunnen zich wikkelen in verpakkingsmateriaal (bijv. folies) of het over hun hoofd trekken en daardoor verstikken. Hou kinderen uit de buurt van verpakkingsmateriaal.
Gevaar voor verbranding!
~
De huid van kinderen reageert gevoeliger op hoge temperaturen dan de huid van volwassenen. Bouw de stoomoven minstens zo hoog in dat kleine kinderen geen gevaar lopen, bijv. door de hete toesteldeur.
-
-
-
-
Gevaar voor verwonding! Aan het scharnier van de toesteldeur
~
kunt u zich kwetsen. Hou vooral kinderen uit de buurt van de toestel deur.
8
-
Page 9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Technische veiligheid
Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- of
~
herstellingswerken kunnen er voor de gebruiker aanzienlijke risico's ontstaan. Installatie-, onderhouds- of herstellingswerken mogen al leen door vakmensen worden uitgevoerd die door Miele erkend zijn.
-
Beschadigingen aan de stoomoven kunnen uw veiligheid in ge
~
vaar brengen. Controleer of het toestel zichtbaar beschadigd is. Een beschadigd toestel mag u nooit in gebruik nemen.
De elektrische veiligheid van de stoomoven is alleen gegaran
~
deerd wanneer het toestel wordt aangesloten op een volgens de voorschriften geïnstalleerd aardsysteem. Het is heel belangrijk dat aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan. Laat de elektrische installatie in uw woning bij twijfel door een elek­tricien controleren.
De aansluitgegevens (frequentie en spanning) op het typeplaatje
~
van de stoomoven moeten absoluut overeenstemmen met deze van het elektriciteitsnet. Zo voorkomt u schade aan uw toestel. Vergelijk deze gegevens voordat u het toestel aansluit. Vraag bij twijfel inlichtingen aan een elektricien.
Verlengkabels bieden niet voldoende veiligheidsgaranties (ge
~
vaar voor brand). Gebruik deze niet om de stoomoven aan te sluiten op het elektriciteitsnet.
Gebruik de stoomoven enkel in ingebouwde toestand. Enkel dan
~
is een veilige werking gegarandeerd.
-
-
-
Deze stoomoven mag niet op niet-vaste plaatsen (bijv. op een
~
schip) worden gebruikt.
9
Page 10
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Wanneer u aansluitingen onder spanning aanraakt of de elek
~
trische en mechanische constructie wijzigt, kan dat voor u gevaar opleveren. Het kan ook tot storingen in de werking van de stoom oven leiden. Open nooit de behuizing van het toestel.
Het recht op garantie vervalt wanneer de stoomoven door een
~
klantendienst wordt hersteld die niet door Miele is erkend.
Enkel met originele Miele-wisselstukken bent u zeker dat ze ten
~
volle voldoen aan de eisen die Miele qua veiligheid stelt. Defecte onderdelen mogen enkel worden vervangen door originele Miele-wisselstukken.
Wordt de stekker van de aansluitkabel verwijderd of is de aan-
~
sluitkabel niet uitgerust met een stekker, dan moet de stoomoven door een vakman of vakvrouw die op de hoogte is van elektriciteitsaansluitingen, worden aangesloten op het elektriciteits­net.
Als de aansluitkabel beschadigd is, moet deze worden
~
vervangen door een speciale aansluitkabel van het type H 05 VV-F (pvc-isolatie). Deze is verkrijgbaar via de dienst Onderdelen en toe­behoren van Miele.
-
-
Tijdens installatie-, onderhouds- en herstellingswerken moet de
~
stoomoven van het elektriciteitsnet losgekoppeld zijn. Ga daartoe als volgt te werk:
schakel de zekeringen in uw zekeringkast uit of
draai de schroefzekeringen in uw zekeringkast helemaal uit of
trek de stekker van het toestel (als de aansluitkabel uitgerust is met een stekker) uit het stopcontact. Trek daarbij niet aan de aansluitkabel, wel aan de stekker.
10
Page 11
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Het aansluiten van het toestel op de waterleiding mag alleen wor
~
den uitgevoerd door erkende vakmensen. Wanneer er bij het inbouwen of aansluiten van het toestel fouten worden gemaakt, kan de fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die daar eventueel het gevolg van is.
Het toestel mag alleen op een koudwaterleiding worden aange
~
sloten.
De waterkraan voor de watertoevoer moet nog goed toegankelijk
~
zijn wanneer het toestel ingebouwd is.
Controleer vóórdat de watertoevoerslang en waterafvoerslang
~
worden aangesloten of ze zichtbaar beschadigd zijn.
Het ingebouwde Waterproof System beschermt u tegen water-
~
schade, op voorwaarde dat aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
– De watertoevoerslang en waterafvoerslang zijn juist geïnstalleerd.
– Wanneer er duidelijk sprake is van schade moet het toestel wor-
den hersteld of moeten de desbetreffende onderdelen indien no­dig worden vervangen.
-
-
De waterkraan moet bij lange afwezigheid (bijv. vakantie) worden dichtgedraaid.
11
Page 12
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Veilig gebruik
Gevaar voor verbranding!
~
De stoomoven wordt heet terwijl deze in werking is. U kunt zich verbranden aan de ovenruimte, gerechten, toebehoren en hete stoom. Trek ovenwanten aan om hete gerechten in te schuiven of uit te ne men en als u met uw handen in de hete ovenruimte moet komen. Als u stoomovenpannen inschuift en uitneemt, dient u op te letten dat de inhoud niet over de rand klotst.
De toesteldeur is tijdens de werking heet en dat blijft deze ook
~
nog enige tijd na het uitschakelen van het toestel. Raak de hete toe­steldeur enkel aan de deurknop en deurgreep aan.
In afgesloten conservenblikken ontstaat bij het inmaken en ver-
~
warmen overdruk, waardoor deze kunnen ontploffen. Gebruik de stoomoven nooit voor het inmaken en verwarmen van conservenblikken.
-
Kunststof kookgerei smelt bij hoge temperaturen en kan het toe-
~
stel beschadigen. Gebruik geen kunststof kookgerei.
Gerechten die in de ovenruimte worden bewaard, kunnen uitdro
~
gen en de vrijgekomen vochtigheid kan leiden tot corrosie in het toe stel. Bewaar geen klaargemaakte gerechten in de ovenruimte en ge bruik voor het bereiden geen voorwerpen die kunnen roesten.
12
-
-
-
Page 13
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Gevaar voor verbranding!
~
Open nooit de toesteldeur terwijl het toestel in werking is! De toestel deur mag pas worden geopend wanneer
- de afkoelfase beëindigd is,
- het geluidssignaal niet meer weerklinkt,
- het symbool g knippert op het display voor tijdsaanduiding. Probeert u de toesteldeur te vroeg te openen, dan weerklinkt een waarschuwingssignaal en verschijnt "door" op het display voor tijds aanduiding.
Gevaar voor verwonding!
~
Voor het inmaken mag in geen geval een bereidingstemperatuur bo­ven 95 °C worden gekozen (bevindt de plaats waar het toestel ge­plaatst is zich op een hoogte van meer dan 1000 m boven de zeespiegel: nooit boven 90 °C). Anders ontploffen de bokalen.
Voer het ontkalken (zie rubriek "Ontkalken") uitsluitend uit wan-
~
neer de stoomoven afgekoeld is. Anders vormen er zich bijtende dampen.
-
-
Grove etensresten kunnen de waterafvoer en de pomp verstop-
~
pen. Zorg ervoor dat de bodemzeef altijd geplaatst is.
De stoomoven kan bepaalde storingen zelf herkennen en ver
~
helpen. Ze worden op het display aangegeven met de foutmel dingen F06 tot F95. De toesteldeur mag pas worden geopend wan neer de foutmelding op het display knippert. Als het display niet knippert, is de foutverwerking nog niet voltooid. Meer opmerkingen vindt u in de rubriek "Wat gedaan als ...?".
Stoomovens met liftdeur:
~
Laat de liftdeur geopend wanneer het toestel in werking is.
-
-
-
13
Page 14
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Reiniging en onderhoud
De stoom van een stoomreiniger kan terechtkomen op onderde
~
len die onder spanning staan en zo een kortsluiting veroorzaken. Gebruik voor het reinigen van de stoomoven nooit een stoomreini ger.
De zijroosters kunt u verwijderen om deze te reinigen (zie rubriek
~
"Reiniging en onderhoud"). Plaats deze correct terug. Gebruik de stoomoven nooit terwijl de zijroosters verwijderd zijn.
-
-
14
Page 15
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Verpakking wegdoen
De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Uw handelaar neemt de verpakking normaal gezien terug. Hergebruik van het verpakkingsmateri aal vermindert de afvalproductie en het gebruik van grondstoffen. Uw han delaar neemt de verpakking terug. Als dit niet het geval is, en u de transport verpakking zelf wegdoet, kunt u bij uw gemeentebestuur het adres van een containerpark in uw buurt opvragen.
-
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap­paraten bevatten vaak nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die voor het functio­neren en de veiligheid van het apparaat nodig waren. Als u het apparaat bij het gewone afval doet of bij verkeerde be­handeling kunnen deze stoffen schade­lijk zijn voor de gezondheid en het mi­lieu. Verwijder het afgedankte apparaat dan ook nooit met het gewone afval.
Als u vragen heeft omtrent het af danken van uw oud toestel, neem dan contact op met
­de handelaar bij wie u het kocht
of
de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10, website: www.recupel.be
of
uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus­sen kindveilig wordt bewaard voor u het laat wegbrengen.
-
Bij de aankoop van uw nieuw toestel heeft u een bijdrage betaald. Die wordt volledig gebruikt voor de toekomstige recyclage van dat toestel. Dat bevat trouwens nog waardevol materiaal. Door te recycleren wordt er dan ook minder verspild en vervuild.
15
Page 16
Beschrijving van het toestel
Vooraanzicht
a Bedieningspaneel
b Aan-uittoets
c Beschermkap van de beveiliging te
gen oververhitting
d Deurgreep
e Deurontgrendeling
f Draagblad
g Toesteldeur
h Deurknop
i Vulopening voor systeemontkalker
j Liftdeur
k Temperatuurvoeler
l Stoomtoevoeropening
m Afschermplaatje voor watersproeier
n Zijroosters
o Deurcontactschakelaar
p Bodemzeef
-
16
Page 17
Meegeleverd toebehoren
Beschrijving van het toestel
DGGL 1
DGG 2
Draagplaat
Siliconenschijfjes
U kunt het meegeleverde toebehoren, alsook ander toebeho ren, indien gewenst nabestellen (zie rubriek "Mits toeslag ver krijgbaar toebehoren").
2 stoomovenpannen met gaatjes Inhoud: 1,5 l / nuttige inhoud: 0,9 l GastroNorm-maat GN 1/3 325x175x40mm(BxDxH)
1 stoomovenpan zonder gaatjes Inhoud: 2,5 l / nuttige inhoud: 2,0 l GastroNorm-maat GN 1/3 325x175x65mm(BxDxH)
Om eigen kookgerei op te plaatsen
Voor de overdrukbeveiliging
-
-
Doseerspuit voor systeemontkalker
Miele-kookboek
Koken met stoom en genieten met Miele
Bestelkaart voor Miele-systeemontkalker
Gebruik voor het ontkalken uitsluitend de Miele-systeemontkalker. Deze is speciaal ontwikkeld voor het ontkalken van de drukstoomoven. Door dat product te gebruiken, voorkomt u dat het toestel beschadigd raakt. Als u de bestelkaart opstuurt, ontvangt u de eerste fles (1000 ml) gratis.
17
Page 18
Hoe werkt uw toestel?
Bedieningspaneel
Ovenfunctie-/temperatuurdisplay
Symbool Betekenis
È Stoomkoken met druk
2 Koken met stoom
Ç Opwarmen
18
P Ontdooien
0 Vergrendeling
k Ontkalken
X Instellingen
Toets(en) Functie
-
+
; Ovenfunctie kiezen
Temperatuur instellen
Page 19
Tijdsdisplay
Hoe werkt uw toestel?
Symbool / weergave Betekenis
T Bereidingsduur
Start
Stop
Toets(en) Functie
-
+
Start Stop
Bereidingstijd instellen
Werking starten Werking onderbreken
19
Page 20
Hoe werkt uw toestel?
Geluiden
Temperatuur
Bereidingstijd
Opwarmfase
Na het inschakelen van het toestel, terwijl het toestel in wer king is en na het uitschakelen is een (brommend) geluid te horen. Dat geluid wijst niet op een storing of een defect van het toe stel. Het duidt erop dat er water wordt aangevoerd of wegge pompt.
Voor elke ovenfunctie is een voorgeprogrammeerde tempera tuur beschikbaar. U kunt de voorgeprogrammeerde tempera tuur wijzigen voor één bereidingsproces, maar u kunt deze ook permanent wijzigen (zie rubriek "Instellingen").
U kunt de voorgeprogrammeerde temperatuur wijzigen in stappen van 5 °C. Als u in stappen van 1 °C wilt werken, moet u de fabrieksinstelling wijzigen (zie rubriek "Instel­lingen").
U kunt een tijd tussen 1 minuut (0:01) en 9 uur 59 minuten (9:59) instellen.
Tijdens de opwarmfase wordt de ovenruimte opgewarmd tot de ingestelde temperatuur.
-
-
-
-
-
Bereidingsfase
Afkoelfase
20
De duur van de opwarmfase is afhankelijk van de hoeveel heid levensmiddelen en de temperatuur van de levensmid delen. In het algemeen duurt de opwarmfase ca. 5 minuten. Bij het bereiden van gekoelde of diepgevroren levensmid delen wordt deze langer.
Wanneer de ingestelde temperatuur bereikt is, start de berei dingsfase. Tijdens de bereidingsfase wordt op het display de resttijd weergegeven.
De bereidingstijd eindigt met een afkoelfase.
Op het ovenfunctie-/temperatuurdisplay verschijnt een voortgangsbalk tijdens de afkoelfase. De afkoelfase duurt ca. 1 minuut. Bij grotere hoeveelheden kan deze langer duren.
-
-
-
-
Page 21
Draagblad
Hoe werkt uw toestel?
Trek het draagblad uit voordat u de toesteldeur opent. U kunt daarop uw gerecht neerzetten en eventueel afdruipend heet water wordt opgevangen.
Open in geen geval de toesteldeur terwijl het toestel in wer king is! Dat zou tot brandwonden kunnen leiden. Let vooral op kinderen!
De toesteldeur mag pas worden geopend wanneer
- de afkoelfase beëindigd is,
- het geluidssignaal niet meer weerklinkt,
- het symbool g knippert op het display voor tijdsaandui ding.
Probeert u de toesteldeur te vroeg te openen, dan weerklinkt een waarschuwingssignaal en verschijnt "door" op het dis­play voor tijdsaanduiding.
Als u stoomovenpannen uitneemt, dient u op te letten dat de inhoud niet over de rand klotst.
-
-
21
Page 22
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Waterhardheid instellen
De stoomoven is in de fabriek ingesteld op hardheidsgraad "Hard". Om ervoor te zorgen dat het toestel optimaal werkt en dat u op het juiste tijdstip wordt gevraagd te ontkalken, moet u de hardheid van uw water instellen op het toestel. Hoe har der het water, hoe vaker het toestel moet worden ontkalkt.
Controleer welke waterhardheid ingesteld is en stel indien
^
nodig de juiste waterhardheid in (zie rubriek "Instellingen").
Kooktemperatuur aanpassen
Het kookpunt van het water is afhankelijk van hoe hoog de plaats waar het toestel wordt geplaatst zich bevindt boven de zeespiegel. In de fabriek is een hoogte van minder dan 1000 mm ingesteld voor de stoomoven. Bevindt de plaats waar het toe­stel wordt geplaatst zich op een hoogte van meer dan 1000 m boven de zeespiegel, dan moet u de fabrieksinstelling wij­zigen (zie rubriek "Instellingen").
-
Deur openen
22
^
Schuif de deurontgrendeling met de duim van uw rechter hand naar voren en draai de greep omhoog.
Wanneer de greep horizontaal staat, is de toesteldeur ont grendeld en kan deze worden geopend.
-
-
Page 23
Deur sluiten
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Zet de greep horizontaal.
^
Enkel in die positie kunnen de lamellen van de deur en van de ovenruimte (zie pijlen) in elkaar grijpen.
^
Duw met uw linkerhand de toesteldeur aan de deurknop goed dicht.
^
Schuif met uw rechterhand de greep omlaag totdat deze hoorbaar vergrendelt. Duw de deurontgrendeling daarbij met uw duim naar voren. Zo wordt de ovenruimte ontlucht en kan de toesteldeur gemakkelijker worden gesloten.
Het toestel is enkel gebruiksklaar wanneer de toesteldeur vol ledig gesloten is.
-
23
Page 24
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Kleef het typeplaatje dat bij de documentatie bijgevoegd is
^
op de daarvoor bestemde plaats in de rubriek "Typeplaat je".
Eerste reiniging
Verwijder eventuele beschermfolies.
^
Neem al het toebehoren uit de ovenruimte. Reinig het met
^
de hand of in de afwasautomaat.
-
De stoomoven werd voor de levering behandeld met een on derhoudsmiddel.
Om de film van het onderhoudsmiddel te verwijderen, rei
^
nigt u de ovenruimte met een schone sponsdoek, handaf wasmiddel en warm water.
^ Neem het toestel gedurende 10 minuten in gebruik met de
ovenfunctie "Stoomkoken met druk" È (120 °C) om de on­derdelen die met water in aanraking komen, door te spoe­len. Ga daarbij te werk zoals beschreven in de rubriek "Be­diening".
Open in geen geval de toesteldeur terwijl het toestel in werking is! Dat zou tot brandwonden kunnen leiden.
Probeert u de toesteldeur te openen terwijl het toestel in werking is of voordat de afkoelfase beëindigd is, dan weerklinkt een waarschuwingssignaal en verschijnt "door" op het display voor tijdsaanduiding.
-
-
-
24
Page 25
Ovenfuncties
Sym
Ovenfunctie Voorgeprogrammeerde
-
bool
È Stoomkoken met
temperatuur*
in °C
120 105 - 120 101 - 120
Instelbaar temperatuurbereik**
Fabrieks­instelling
in °C
Gewijzigde
instelling
druk
2 Koken met stoom 100 40 - 100 40 - 100
Ç Opwarmen 95 - -
P Ontdooien 60 50 - 60 50 - 60
* De voorgeprogrammeerde temperatuur is de temperatuur die in onze
proefkeuken de beste is gebleken.
** U kunt de voorgeprogrammeerde temperatuur binnen de hierboven vermelde
grenzen wijzigen in stappen van 5 °C. Als u in stappen van 1 °C wilt werken, moet u de fabrieksinstelling wijzigen (zie rubriek "Instellingen").
25
Page 26
Bedieningsprincipe
Controleer voorafgaand aan elk bereidingsproces dat de bodemzeef juist geplaatst is. Anders zouden grove voed selresten de waterafvoer kunnen verstoppen.
Ovenfunctie kiezen
Sluit de toesteldeur.
^
Schakel het toestel in met de aan-uittoets.
^
U ziet het volgende op het ovenfunctie-/temperatuurdisplay:
Na enkele seconden wordt automatisch overgeschakeld naar de ovenfunctie "Stoomkoken met druk" È.
-
26
^ Als u met een andere ovenfunctie wilt werken, drukt u zo
vaak op de ovenfunctietoets ; totdat de gewenste oven­functie verschijnt op het display, bijv. "Koken met stoom"
2.
Page 27
Temperatuur instellen
Stel met de temperatuurtoets + of - de gewenste tempera
^
tuur in.
Bereidingstijd instellen
Op het display voor tijdsaanduiding ziet u 3 nullen en het knipperende symbool T.
Bedieningsprincipe
-
^
Stel met de tijdtoets + of - de gewenste tijd in, bijv. 20 minuten.
27
Page 28
Bedieningsprincipe
Werking starten
Druk op de Start-/Stop-toets.
^
Op het display voor tijdsaanduiding verschijnt "Start", het symbool T knippert niet meer en de dubbele punt begint te knipperen.
Als de toesteldeur niet volledig gesloten is, weerklinkt na de start een waarschuwingssignaal en verschijnt op het display voor tijdsaanduiding de melding "door".
Na afloop van de bereidingstijd
28
De bereidingstijd eindigt met een afkoelfase.
Op het display voor tijdsaanduiding verschijnt "Stop". Het symbool T en "Start" gaan uit en de dubbele punt stopt met knipperen.
Op het ovenfunctie-/temperatuurdisplay verschijnt een voortgangsbalk tijdens de afkoelfase.
Wacht totdat u meerdere geluidssignalen hoort, op het dis play voor tijdsaanduiding 3 nullen staan en het symbool T knippert. Pas dan opent u de toesteldeur en neemt u de le vensmiddelen uit.
-
-
Page 29
Schakel het toestel uit.
^
Bedieningsprincipe
Na het gebruik
Het toestel pompt water weg na het uitschakelen van het toe stel. Op het ovenfunctie-/temperatuurdisplay ziet u 3 horizon tale streepjes ---. Daarna wordt "°C" weergegeven zolang de ovenruimte nog een temperatuur van meer dan 45 °C heeft. Merk op dat het toestel pas echt uitgeschakeld is wanneer "°C" uitgegaan is.
Gevaar voor verbranding! U kunt zich verbranden aan de wanden van de ovenruim te, gerechten die over de rand van stoomovenpannen klotsen en toebehoren. Trek ovenwanten aan wanneer u hete gerechten uit het toestel neemt.
^ Wanneer "°C" op het ovenfunctie-/temperatuurdisplay uitge-
gaan is, reinigt u de ovenruimte met een sopje van afwas­middel of azijnwater. Wrijf de ovenruimte daarna droog.
^ Draai de waterkraan dicht om eventuele waterschade te
vermijden.
Laat de toesteldeur openstaan zolang de ovenruimte nog vochtig is.
-
-
-
29
Page 30
Terwijl het toestel in werking is
Werking onderbreken
Bediening
U kunt de werking op elk moment onderbreken om bijv. an dere gerechten in de ovenruimte te plaatsen.
^ Druk op de Start-/Stop-toets.
Op het display voor tijdsaanduiding verschijnt "Stop".
De afkoelfase start.
-
^
Wacht totdat u meerdere geluidssignalen hoort en totdat op het display voor tijdsaanduiding het symbool T knip pert. Pas dan opent u de toesteldeur.
Gevaar voor verbranding! U kunt zich verbranden aan de wanden van de ovenruim te, gerechten die over de rand van stoomovenpannen klotsen en toebehoren. Trek ovenwanten aan om hete gerechten in te schuiven of uit te nemen en als u met uw handen in de hete ovenruim te moet komen.
-
-
-
30
Page 31
Bediening
Werking voortzetten
Sluit de toesteldeur.
^
Schuif het draagblad weer in.
^
Druk op de Start-/Stop-toets.
^
Er wordt opnieuw opgewarmd. Hierbij toont het display de stijgende temperatuur in de ovenruimte.
Temperatuur / bereidingstijd wijzigen
U kunt de temperatuur en de bereidingstijd op elk moment wijzigen terwijl het toestel in werking is.
^ Stel met de toets + of - de gewenste waarde in.
Van functie veranderen
^ Druk op de Start-/Stop-toets.
31
^ Wacht totdat de afkoelfase beëindigd is.
^ Kies de gewenste ovenfunctie en ga vervolgens te werk zo-
als eerder beschreven.
Page 32
Veiligheidsvoorzieningen
In normale omstandigheden regelt het toestel de druk en de temperatuur automatisch. Mochten er zich eventueel sto ringen voordoen, dan is uw toestel beschermd tegen te hoge druk dankzij een overdrukbeveiliging en een veiligheidsven tiel. Daarnaast is het toestel ook uitgerust met een beveiliging tegen oververhitting.
Afhankelijk van hoe vaak u uw toestel gebruikt, moeten het veiligheidsventiel en de overdrukbeveiliging om de 1 tot 2 jaar worden vervangen.
Wijzigingen aan de veiligheidsvoorzieningen zijn verboden.
Overdrukbeveiliging / veiligheidsventiel
Het veiligheidsventiel en de overdrukbeveiliging kunnen af­zonderlijk, tegelijk of na elkaar in werking treden.
Als ze in werking treden, komt er stoom boven en onder het deurbeslag naar buiten.
-
-
^
Druk op de Start-/Stop-toets.
^
Wacht totdat de afkoelfase beëindigd is (zie rubriek "Wer king onderbreken").
^
Open de toesteldeur.
-
32
Page 33
Veiligheidsvoorzieningen
Controleer eerst of het siliconenschijfje uit de overdrukbe
^
veiliging geduwd is. Als dat het geval is, duwt u een nieuw siliconenschijfje (zie rubriek "Mits toeslag verkrijgbaar toe behoren") in de opening van de overdrukbeveiliging aan de binnenzijde van de toesteldeur.
U kunt het toestel nu weer op de normale manier gebruiken.
^ Als de overdrukbeveiliging niet in werking getreden is, trekt
u het veiligheidsventiel aan de binnenzijde van de toestel­deur af.
-
-
33
^
Duw de metalen pen van het veiligheidsventiel weer in.
^
Steek het veiligheidsventiel weer op. Zorg ervoor dat de rubberen dichting juist past.
U kunt het toestel nu weer op de normale manier gebruiken.
Als de overdrukbeveiliging of het veiligheidsventiel op nieuw in werking treedt, neemt u contact op met de Dienst Herstellingen aan huis van Miele.
-
Page 34
Beveiliging tegen oververhitting
De beveiliging tegen oververhitting bevindt zich onder de aan-uittoets. Als deze beveiliging in werking treedt omdat de temperatuur in het stoomaggregaat te hoog is, wordt de ver warming van het toestel automatisch uitgeschakeld. Op het ovenfunctie-/temperatuurdisplay verschijnt F27 en de afkoel fase start.
Na 1 minuut is de afkoelfase beëindigd en hoort u meerdere geluidssignalen. Op het ovenfunctie-/temperatuurdisplay knippert gedurende korte tijd F27 en vervolgens verschijnen 3 horizontale streepjes ---. Na enkele ogenblikken verschijnt F20 op het display.
Schakel het toestel uit en open de toesteldeur.
^
^ Laat het toestel ca. 30 minuten afkoelen.
Intussen gaat F20 uit op het display.
Veiligheidsvoorzieningen
-
-
^
Neem de beschermkap van de beveiliging tegen overver hitting (zie pijl) af en duw de beveiliging tegen oververhit ting met een stabiel dun voorwerp (bijv. een schroeven draaier) terug.
^
Zet de beschermkap op.
U kunt het toestel nu weer op de normale manier gebruiken.
Als de beveiliging tegen oververhitting opnieuw in werking treedt, neemt u contact op met de Dienst Herstellingen aan huis van Miele.
-
-
-
34
Page 35
Veiligheidsvoorzieningen
Vergrendeling / ingebruiknameblokkering
Om te vermijden dat het toestel ongewenst wordt gebruikt of dat er bepaalde instellingen worden gewijzigd terwijl het toe stel in werking is, is het toestel uitgerust met een vergrende ling.
Als u de vergrendeling wilt gebruiken, moet u de instelling eenmalig wijzigen (zie rubriek "Instellingen").
De vergrendeling kan worden geactiveerd terwijl het toe stel in werking is. Als de vergrendeling geactiveerd is, kan het toestel alleen nog beperkt worden bediend:
De voorgeprogrammeerde temperatuur kan enkel worden
verlaagd maar niet verhoogd.
De ingestelde bereidingstijd kan enkel worden verlaagd.
Het toestel kan worden uitgeschakeld en weer ingescha
keld, maar er kan geen ovenfunctie worden gekozen.
De ingebruiknameblokkering kan worden geactiveerd ter- wijl het toestel gebruiksklaar is. Als de ingebruiknameblok­kering geactiveerd is, kan het toestel worden in- en uitge­schakeld, maar niet in gebruik worden genomen.
Activeren
-
-
-
-
35
^ Druk zo vaak op de ovenfunctietoets ; totdat 3 streepjes
en het vergrendelingssymbool 0 verschijnen op het ovenfunctie-/temperatuurdisplay.
^ Druk op de temperatuurtoets +.
Om aan te geven dat de vergrendeling geactiveerd is, ver
schijnt "0-§" op het ovenfunctie-/temperatuurdisplay wanneer u iets probeert in te stellen.
-
Page 36
Deactiveren
Veiligheidsvoorzieningen
Druk zo vaak op de ovenfunctietoets ; totdat 0-§ en het
^
symbool 0 verschijnen op het display.
Druk op de temperatuurtoets -.
^
De vergrendeling is nu gedeactiveerd.
36
Page 37
Belangrijke opmerkingen en wetenswaardigheden
In deze rubriek vindt u algemene opmerkingen omtrent het koken met stoom. Zijn er bij levensmiddelen en/of toepas singen bijzondere opmerkingen, dan worden deze in de des betreffende rubriek vermeld.
Het voordeel van koken met stoom
-
-
Kookgerei
Stoomovenpannen
Eigen kookgerei
Tijdens het koken met stoom blijven de vitamines en minera len nagenoeg volledig behouden, want het gerecht ligt niet in water.
Bij koken met stoom blijft de typische smaak van levensmid delen beter behouden dan bij gewoon koken. Daarom raden wij aan de levensmiddelen niet of pas na het koken met stoom te kruiden met zout. De levensmiddelen behouden bo vendien hun verse, natuurlijke kleur.
Bij het toestel is kookgerei van roestvrij staal meegeleverd. U kunt nog bijkomende stoomovenpannen van verschillende grootte kopen, met of zonder gaatjes (zie rubriek "Mits toe­slag verkrijgbaar toebehoren"). Zo kunt u voor elk gerecht de meest geschikte stoomovenpan gebruiken.
Gebruik indien mogelijk stoomovenpannen met gaatjes. De stoom kan dan van alle kanten bij het gerecht, waardoor het gelijkmatig gaar wordt.
U kunt eigen kookgerei gebruiken. Hou in dat geval rekening met de volgende opmerkingen:
-
-
-
Het kookgerei moet geschikt zijn voor temperaturen tot 120 °C en moet bestand zijn tegen stoom. Als u kunststof kook gerei wilt gebruiken, neemt u contact op met de fabrikant en gaat u na of het geschikt is.
Kookgerei met een dikke wand (bijv. porselein, keramiek of aardewerk) is minder geschikt om te koken met stoom. Dik ke wanden geleiden de warmte niet goed verder en zor gen er zo voor dat de vermelde duur aanzienlijk langer wordt.
-
-
-
37
Page 38
Belangrijke opmerkingen en wetenswaardigheden
Zet het kookgerei op de draagplaat.
Zorg ervoor dat het kookgerei niet tegen de wand van de
ovenruimte komt, zodat de stoom langs alle kanten onge hinderd het gerecht kan bereiken.
Inschuifniveau
U kunt gelijk welk inschuifniveau kiezen en tegelijk meerdere gerechten op verschillende inschuifniveaus bereiden. Dat heeft geen invloed op de bereidingstijd.
Diepgevroren producten
Bij het bereiden van diepvriesproducten is de opwarmtijd langer dan bij het bereiden van verse levensmiddelen. Hoe meer diepvriesproducten er zich in de ovenruimte bevinden, hoe langer de opwarmfase duurt.
Temperatuur
Wij adviseren
– de ovenfunctie "Stoomkoken met druk" È (120 °C) om le-
vensmiddelen die niet gevoelig zijn voor druk, snel te be­reiden.
-
Bereidingstijd
38
Gebruik de ovenfunctie "Koken met stoom" 2 (100 °C) om levensmiddelen die gevoelig zijn voor druk, behoedzaam te bereiden. Om te vermijden dat delicate levensmiddelen zoals bessen uiteenspatten, moeten deze op een lagere tempera tuur worden bereid. Dat wordt vermeld in de desbetreffende rubrieken.
De bereidingstijden bij het koken met stoom stemmen in het algemeen overeen met deze voor het koken in een kookpot. Als de bereidingstijd door bepaalde factoren wordt beïn vloed, wordt dat vermeld in de volgende rubrieken.
De bereidingstijd is niet afhankelijk van de hoeveelheid le vensmiddelen. De bereidingstijd voor 1 kg aardappelen is even lang als voor 500 g aardappelen.
De tijden die in de tabellen worden vermeld, zijn richtwaar den. Wij raden aan eerst de kortere bereidingstijd te kiezen. U kunt indien nodig nog nagaren.
-
-
-
-
Page 39
Belangrijke opmerkingen en wetenswaardigheden
Koken met vocht
Eigen recepten
Als u met vocht kookt, vult u de stoomovenpan maar voor2/ met vocht. Zo vermijdt u dat de inhoud over de rand klotst wanneer u de stoomovenpan uitneemt.
Met de ovenfunctie "Stoomkoken met druk" È kan de nor
male bereidingstijd met ongeveer de helft worden verkort.
Bij de functie "Stoomkoken met druk" È (120 °C) ontstaan
er tijdens de afkoelfase luchtwervelingen in de ovenruimte. Voedsel kan door die luchtwervelingen uit de stoomoven pan worden meegezogen, waardoor de ovenruimte vuil wordt. Dat is vooral mogelijk bij levensmiddelen die in vocht worden bereid (soep, eenpansgerecht, rode kool enz.) en bij levensmiddelen met een brijachtige consistentie (bijv. appelmoes). Dek daarom de stoomovenpan af met de draagplaat of het deksel (zie rubriek "Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren") wanneer u dergelijke levensmiddelen bereidt. Schuif de stoomovenpan met afdekking tussen de steunen van de zijroosters, niet erop.
Levensmiddelen en gerechten die in een kookpot worden be­reid, kunnen ook in de stoomoven worden bereid. De berei­dingstijden zijn dezelfde. Hou ermee rekening dat u met de stoomoven niet kunt bruineren.
3
-
-
39
Page 40
Koken met stoom
Groenten
Verse groenten
Bereid de groenten zoals gebruikelijk voor: was de groenten, maak ze schoon en snij ze in stukken.
Diepgevroren groenten
Stoomovenpannen
Inschuifniveau
Diepvriesgroenten moeten niet vooraf worden ontdooid. Uit zondering: groenten die in een blok zijn ingevroren.
Diepvriesgroenten en verse groenten met dezelfde berei dingstijd kunnen samen worden bereid.
Snij grote, aaneengevroren stukken in kleinere stukken. De bereidingstijd vindt u op de verpakking.
Levensmiddelen met een kleine doorsnede (bijv. erwten en asperges) vormen nauwelijks holle ruimten. Zo kan de stoom er nauwelijks binnendringen. Om een gelijkmatig gaarresultaat te verkrijgen, gebruikt u voor deze levensmid­delen platte stoomovenpannen en vult u deze niet hoger dan ongeveer 3-5 cm. Verdeel grotere hoeveelheden over meer­dere platte stoomovenpannen.
U kunt verschillende soorten groenten met dezelfde berei­dingstijd in één stoomovenpan bereiden.
Groenten die in vocht worden bereid, zoals rode kool, bereidt u in stoomovenpannen zonder gaatjes.
Wanneer u groenten die kleur afgeven (bijv. rode bieten) in stoomovenpannen met gaatjes bereidt, mag u geen andere levensmiddelen daaronder plaatsen. Zo vermijdt u verkleu ring door afdruipend vocht.
-
-
-
Bereidingstijd
40
De bereidingstijd is zoals bij conventionele kookprocessen afhankelijk van de grootte van het levensmiddel en de ge wenste gaarheid. Voorbeeld: Vastkokende aardappelen, in vier delen = ca. 18 minuten Vastkokende aardappelen, gehalveerd = ca. 22 minuten Spruitjes, groot, beetgaar = ca. 12 minuten Spruitjes, klein, zacht = ca. 12 minuten
-
Page 41
Koken met stoom
Instellingen
De tijden die in de tabel worden vermeld, zijn richtwaarden voor verse groenten. Wij raden aan eerst de kortere bereidingstijd te kiezen. U kunt indien nodig nog nagaren.
Stoomkoken met
druk
È (120 °C) *
Artisjokken 12–14 32–38
Bloemkool, heel 27–28
Bloemkool, roosjes 2 8
Groene bonen 2 10–12
Broccoli, roosjes 3–4
Jonge wortels, heel 3 7–8
Jonge wortels, gehalveerd 3 6–7
Jonge wortels, fijngesneden 1 4
Witloof, gehalveerd 4–5
Chinese kool, gesneden 1 3
Erwten 3
Venkel, gehalveerd 4–5 10–12
Venkel, in reepjes 2 4–5
Groene kool, gesneden 4–6 23–26
Aardappelen, vastkokend, geschild
Heel Gehalveerd In vier delen
– 9 6
Koken met stoom
2 (100 °C) *
27–29 21–22 16–18
Aardappelen, redelijk vastkokend, geschild
Heel Gehalveerd In vier delen
* Bereidingstijd in minuten
– 7 5
25–27 19–21 17–18
41
Page 42
Koken met stoom
Stoomkoken met
druk
È
(120 °C) *
Aardappelen, kruimig, geschild
Heel Gehalveerd In vier delen
Koolrabi, groffe julienne 2 6–7
Pompoen, blokjes 2–4
Maïskolf 15 30–35
Snijbiet, gesneden 2–3
Paprika, blokjes/reepjes 2
Aardappelen in de schil, vastkokend
Paddenstoelen 2
Prei, gesneden 1 4–5
Prei, stengels, gehalveerd 6
Romanesco, heel 22–25
– 7 5
30–32
Koken met stoom
2
(100 °C) *
26–28 19–20 15–16
Romanesco, roosjes 2 5–7
Spruitjes 3–4 10–12
Rode bieten, heel 24–26 53–57
Rode kool, gesneden 4 23–26
Schorseneren, heel duimdik 3–4 9–10
Selderijknol, groffe julienne 2 6–7
Asperges, groen 7
Asperges, wit, duimdik 9–10
Wortels, fijngesneden 1 6
Spinazie 1–2
* Bereidingstijd in minuten
42
Page 43
Koken met stoom
Stoomkoken met druk
È
(120 °C)
Spitskool, gesneden 2–3 10–11
Bleekselderij, gesneden 1–2 4–5
Knolrapen, gesneden 2–3 6–7
Witte kool, gesneden 2 12
Savooikool, gesneden 2 10–11
Courgettes, schijfjes 2–3
Sluimerwten 5–7
* Bereidingstijd in minuten
Koken met stoom
2
(100 °C)
43
Page 44
Koken met stoom
Vlees
Vers vlees
Bereid het vlees zoals gebruikelijk voor.
Diepgevroren vlees
Voorbereiding
Bereidingstijd
Tips
Ontdooi het diepgevroren vlees vooraf (zie rubriek "Ontdooi en").
Vlees dat moet worden gebruineerd en vervolgens gestoofd (bijv. goulash) moet op het kookvlak worden aangebraden.
De bereidingstijd is afhankelijk van de dikte en de toestand van het levensmiddel, en niet van het gewicht. Hoe dikker het stuk, hoe langer de bereidingstijd zal zijn. Een stuk vlees van 500 g dat 10 cm dik is, heeft een langere bereidingstijd dan een stuk van 500 g dat 5 cm dik is.
Als de aromatische stoffen van het vlees behouden moeten blijven, bereidt u het vlees in een stoomovenpan met gaatjes. Schuif een stoomovenpan zonder gaatjes eronder om het concentraat op te vangen. U kunt het concentraat gebruiken om sauzen op smaak te brengen of u kunt het invriezen om het later te gebruiken.
Om een krachtige bouillon te bereiden zijn vooral soepkip en de achterpoten, het borstvlees, de dikke rib en de been deren van runderen geschikt. Doe het vlees met de soepgroenten en koud water in een stoomovenpan. Hoe langer de bereidingstijd, hoe krachtiger de fond zal zijn.
-
-
44
Als vlees wordt bereid met toevoeging van vocht,moetude in het receptenboekje vermelde hoeveelheid vocht in acht ne men. Dat geldt vooral bij het bereiden van gerechten met de ovenfunctie "Stoomkoken met druk" È. Als u te veel vocht toevoegt, kan het schuimend overlopen. Verhoog de hoeveel heid vocht indien nodig pas na het bereiden, bijv. door te be sprenkelen met bouillon.
-
-
-
Page 45
Koken met stoom
Instellingen
De tijden die in de tabel worden vermeld, zijn richtwaarden. Wij raden aan eerst de kortere bereidingstijd te kiezen. U kunt indien nodig nog nagaren.
Vlees Stoomkoken met druk
È
(120 °C) *
Achterpoot, bedekt met water 45–50 110–120
Hammetje 75–80 135–145
Kippenborstfilet 8–10
Schenkel 58–63 105–115
Dikke rib, bedekt met water 38–43 110–120
In reepjes gesneden kalfsvlees 3–4
Casselerribsneden 3–4 6–8
Lamsragout 6–8 12–16
Kip 30 60–70
Kalkoenrollade 12–15
Kalkoenschnitzel 4–6
Ribstuk, bedekt met water
Rundergoulash 30–35 105–115
Soepkip, bedekt met water 40 80–90
50–55 130–140
Koken met stoom
2
(100 °) *
Gekookt rundsvlees 45–50 110–120
* Bereidingstijd in minuten
45
Page 46
Koken met stoom
Worsten
Instellingen
Koken met stoom 2 Temperatuur: 90 °C Duur: zie tabel
Worsten Duur in minuten
Worst 6–8
Vleesworst 6–8
Witte worst 6–8
46
Page 47
Vis
Verse vis
Diepgevroren vis
Voorbereiden
Koken met stoom
Bereid de vis zoals gebruikelijk voor: maak de vis schoon, verwijder de schubben en spoel de vis af.
Ontdooi de diepgevroren vis vooraf (zie rubriek "Ontdooien").
Besprenkel de vis vooraf met citroensap of limoensap. Het zuur geeft het visvlees een vastere structuur.
Stoomovenpannen
Inschuifniveau
Temperatuur
De vis hoeft niet te worden gezouten, aangezien de minera len die de vis zijn typische smaak geven, bij het koken met stoom optimaal behouden blijven.
Vet stoomovenpannen met gaatjes in.
Als u tegelijkertijd vis in een stoomovenpan met gaatjes en andere levensmiddelen in andere stoomovenpannen bereidt, dient u te vermijden dat de smaak wordt overgedragen via af­druipend vocht. Schuif de stoomovenpan met de vis daartoe vlak boven de draagplaat in de ovenruimte.
85°C–90°C
Om delicate vissoorten behoedzaam te bereiden (bijv. zee tong).
100 °C
Om vissoorten met vast vlees te bereiden (bijv. kabeljauw en zalm). Om vis in saus of bouillon te bereiden.
-
-
47
Page 48
Koken met stoom
Bereidingstijd
De bereidingstijd is afhankelijk van de dikte en de toestand van het levensmiddel, en niet van het gewicht. Hoe dikker het stuk, hoe langer de bereidingstijd zal zijn. Een stuk vis van 500 g dat 3 cm hoog is, heeft een langere bereidingstijd dan een stuk van 500 g dat 2 cm hoog is.
Hoe langer de vis wordt gegaard, hoe vaster het vlees wordt. Neem de vermelde bereidingstijden in acht. Als de vis niet gaar genoeg is, laat u deze nog enkele minu ten nagaren.
Verleng de vermelde bereidingstijden met enkele minuten als de vis in saus of bouillon wordt bereid.
Tips
Met kruiden zoals dille kunt u de vissmaak versterken.
Bereid grote vissen in "zwempositie". Om de vis rechtop te kunnen plaatsen, zet u een klein kopje omgekeerd in de stoomovenpan. Schuif de vis met de geopende buikkant erover.
-
48
Doe het visafval, waaronder de graten, vinnen en koppen, met soepgroenten en koud water in een stoomovenpan om visfond te bereiden. Bereid deze gedurende 60 tot 90 minu ten op 100 °C. Hoe langer de bereidingstijd, hoe krachtiger de fond zal zijn.
Om vis blauw te koken wordt de vis bereid in water met azijn (de water-azijnverhouding is afhankelijk van het recept). Belangrijk is dat u de huid van de vis niet beschadigt. Karper, forel, zeelt, paling en zalm zijn geschikt voor deze bereiding.
-
Page 49
Instellingen
Koken met stoom
Koken met stoom 2 Temperatuur: zie tabel Duur: zie tabel
De tijden die in de tabel worden vermeld, zijn richtwaarden voor verse vis. Wij raden aan eerst de kortere bereidingstijd te kiezen. U kunt indien nodig nog nagaren.
Temperatuur in
°C
Paling 100 5–7
Baarsfilet 100 8–10
Doradefilet 85 3
Forel, 250 g 90 10–13
Heilbotfilet 85 4–6
Kabeljauwfilet 100 6
Karper, 1,5 kg 100 18–25
Zalmfilet 100 6–8
Zalmsteak 100 8–10
Zalmforel 90 14–17
Pangasiusfilet 85 3
Roodbaarsfilet 100 6–8
Schelvisfilet 100 4–6
Scholfilet 85 4–5
Zeeduivelfilet 85 8–10
Duur in minuten
Zeetongfilet 85 3
Tarbotfilet 85 5–8
Tonijnfilet 100 5–10
Snoekbaarsfilet 85 4
49
Page 50
Koken met stoom
Schaaldieren
Voorbereiding
Ontdooi de diepgevroren schaaldieren vooraf.
Pel de schaaldieren, verwijder de darm en was ze.
Stoomovenpannen
Vet stoomovenpannen met gaatjes in.
Bereidingstijd
Hoe langer de schaaldieren garen, hoe vaster ze worden. Neem de vermelde bereidingstijden in acht.
Verleng de vermelde bereidingstijden met enkele minuten als de schaaldieren in saus of bouillon worden bereid.
Instellingen
50
Koken met stoom 2 Temperatuur: zie tabel Duur: zie tabel
Temperatuur in°CDuur in minuten
Garnalen 90 3
Reuzengarnalen 90 3
Gamba's 90 4
Krabben 90 3
Langoesten 95 10–15
Scampi 90 3
Page 51
Mosselen
Verse mosselen
,
Mosselen die na het bereiden niet geopend zijn, mag u niet opeten. Gevaar voor vergiftiging!
Was de verse mosselen enkele uren vooraf om eventueel zand af te spoelen. Borstel de mosselen vervolgens grondig schoon.
Diepgevroren mosselen
Ontdooi de diepgevroren mosselen.
Bereidingstijd
Koken met stoom
Bereid alleen gesloten mosselen.
Instellingen
Hoe langer de mosselen garen, hoe harder ze worden. Neem de vermelde bereidingstijden in acht.
Koken met stoom 2 Temperatuur: zie tabel Duur: zie tabel
Temperatuur in °C Duur in minuten
Eendenmosselen 100 2
Kokkels 100 2
Mosselen 90 12
Sint­jakobsschelpen
Zwaardscheden 100 2–4
Venusschelpen 90 4
90 5
51
Page 52
Koken met stoom
Rijst
Rijst zet uit tijdens de bereiding. Daarom moet de rijst in vocht worden bereid. Afhankelijk van de soort is de vochtopname en dus ook de verhouding tussen rijst en vocht verschillend.
De rijst neemt het bereidingsvocht compleet op. Zo gaan er geen voedingsstoffen verloren.
Instellingen
Koken met stoom 2 of Stoomkoken met druk (120 °C) Temperatuur: 100 °C / 120 °C Duur: zie tabel
Verhouding rijst : vocht
Basmatirijst 1 : 1,5 7 15
Voorgekookte rijst
Rondkorrelrijst
Rijstpap Risotto
Volkorenrijst 1 : 1,5 13 26–29
Wilde rijst 1 : 1,5 13 26–29
1 : 1,5 11 23–25
1 : 2,5 1 : 2,5 11
Stoomkoken met
druk
È (120 °C) *
Koken met
stoom
2 (100 °C) *
30
18–19
52
Page 53
Pasta/deegwaren
Gedroogde pasta/deegwaren
Koken met stoom
Gedroogde pasta en deegwaren zetten uit tijdens de berei ding. Daarom moeten ze in vocht worden bereid. De pasta moet volledig bedekt zijn door het vocht. Bij gebruik van heet vocht is het bereidingsresultaat beter.
Verleng de bereidingstijd die wordt vermeld door de produ cent, met ca.
Verse pasta/deegwaren
Verse pasta en deegwaren (bijv. uit de koelafdeling) moeten niet uitzetten. Bereid deze in een stoomovenpan met gaatjes.
Maak samengekleefde pasta of deegwaren van elkaar los en verdeel ze gelijkmatig in de stoomovenpan.
Instellingen
Verse pasta/deegwaren Stoomkoken met druk
Gnocchi - 3
Knöpfli - 2
Ravioli - 3
Macaroni - 2
Tortellini - 3
Gedroogde pasta/deeg waren, bedekt met water
Tagliatelle 8 14
Vermicelli - 8
* Bereidingstijd in minuten
-
-
1
/3.
È (120 °C) *
-
Koken met stoom
2 (100 °C) *
53
Page 54
Koken met stoom
Knoedels
Knoedels in een kookbuiltje moeten goed met water worden bedekt, omdat ze anders niet genoeg vocht zouden opne men en uit elkaar zouden vallen.
Bereid verse knoedels in een ingevette stoomovenpan met gaatjes.
Instellingen
Koken met stoom 2 Temperatuur: 100 °C Duur: zie tabel
Knoedeltjes 30
Gistknoedels 20
-
Duur
in minuten
54
Aardappelknoedels in kookbuiltje 20
Deegknoedels in kookbuiltje 18–20
Page 55
Granen
Koken met stoom
Instellingen
Granen zetten uit tijdens de bereiding. Daarom moeten gra
­nen in vocht worden bereid. De verhouding tussen granen en vocht is afhankelijk van de soort granen.
Granen kunnen als hele graankorrel of gemalen worden be
­reid.
Verhouding
granen :
vocht
Amarant 1 : 1,5 8 15–17
Bulgur 1 : 1,5 4 9
Groene spelt, gebro­ken
Groene spelt, heel 1 : 1 9 18–20
Haver, heel 1 : 1 9 18
Haver, gebroken 1 : 1 4 7
Gierst 1 : 1,5 - 10
Polenta 1 : 3 - 10
Quinoa 1 : 1,5 7 15
Rogge, heel 1 : 1 18 35
Rogge, gebroken 1 : 1 5 10
Tarwe, heel 1 : 1 15 30
Tarwe, gebroken 1 : 1 4 8
* Bereidingstijd in minuten
1:1 4 7
Stoomkoken met
druk
È
(120 °C) *
Koken met
stoom
2
(100 °C) *
55
Page 56
Koken met stoom
Gedroogde peulvruchten
Peulvruchten moeten vooraf minstens 10 uur in koud water worden geweekt. Door het inweken zijn ze gemakkelijker ver teerbaar en wordt de bereidingtijd verkort. Uitzondering: linzen moeten niet worden geweekt.
Vooraf geweekte peulvruchten moeten bij het bereiden met vocht bedekt zijn. Bij peulvruchten die niet vooraf zijn ge weekt, moet afhankelijk van de soort een bepaalde verhou ding tussen peulvruchten en vocht in acht worden genomen.
Instellingen
Bonen
Kidneybonen 7 55–65
Rode bonen (azukibonen) 3 20–25
Zwarte bonen 7 55–60
Bonte bonen 7 55–65
Witte bonen 7 34–36
Erwten
Gele erwten 11 40–50
Groene erwten, gedopt 9 27
* Bereidingstijd in minuten
Vooraf geweekt
Stoomkoken met
druk
È
(120 °C) *
-
-
-
Koken met stoom
2
(100 °C) *
56
Page 57
Koken met stoom
Niet vooraf geweekt
Verhouding
peulvruchten :
vocht
Bonen
Kidneybonen 1 : 3 - 130–140
Rode bonen (azukibonen)
Zwarte bonen 1 : 3 15-16 100–120
Bonte bonen 1 : 3 - 115–135
Witte bonen 1 : 3 - 80–90
Linzen
Bruine linzen 1 : 2 - 13–14
Rode linzen 1 : 2 - 7
Erwten
Gele erwten 1 : 3 - 110–130
Groene erwten, gedopt
* Bereidingstijd in minuten
1 : 3 - 95–105
1 : 3 - 60–70
Stoomkoken met
druk
È
(120 °C) *
Koken met
stoom
2
(100 °C) *
57
Page 58
Koken met stoom
Kippeneieren
Gebruik stoomovenpannen met gaatjes wanneer u gekookte eieren wilt bereiden.
De eieren moeten vooraf niet worden doorprikt. Doordat ze tijdens de opwarmfase langzaam worden opgewarmd, spat ten ze niet uiteen bij het koken met stoom.
-
Instellingen
Vet stoomovenpannen zonder gaatjes in om daarin eierge rechten te bereiden (bijv. bouillon met ei).
Koken met stoom 2 Temperatuur: 100 °C Duur: zie tabel
Duur in minuten
Klein
Zacht Gemiddeld Hard
Middelmatig
Zacht Gemiddeld Hard
Groot
Zacht Gemiddeld Hard
Extra groot
Zacht Gemiddeld Hard
3 5 9
4 6
10
5
6-7
12
6 8
13
-
58
Page 59
Fruit
Tip
Instellingen
Koken met stoom
Om geen sap verloren te laten gaan, moet u het fruit in een stoomovenpan zonder gaatjes bereiden. Als u fruit in een stoomovenpan met gaatjes bereidt, schuift u eronder een stoomovenpan zonder gaatjes in. Op die manier gaat er ook geen sap verloren.
U kunt het opgevangen sap gebruiken om glazuur voor taarten te maken.
Stoomkoken met
druk
È (120 °C) *
Appels, in stukken 1–3
Peren, in stukken 1–3
Kersen 2–4
Mirabellen 1–2
Nectarines/perziken, in stukken 1–2
Pruimen 1–3
Kweeperen, in blokjes 3–4 6–8
Rabarber, in stukken 1–2
Kruisbessen 2–3
* Bereidingstijd in minuten
Koken met
stoom
2 (100 °C) *
59
Page 60
Koken met stoom
Menukoken
Menukoken is het bereiden van verschillende levensmiddelen met verschillende bereidingstijden om een complete maaltijd samen te stellen (bijv. roodbaarsfilet met rijst en broccoli). De levensmiddelen worden op verschillende tijdstippen in de stoomoven geplaatst. Zo zijn ze op hetzelfde moment klaar.
Inschuifniveau
Temperatuur
Bereidingstijd
Levensmiddelen waarbij vocht vrijkomt (bijv. vis) of levens middelen die kleur afgeven (bijv. rode bieten) schuift u vlak boven de draagplaat in de ovenruimte. Zo vermijdt u smaakoverdracht of verkleuring door afdruipend vocht.
De temperatuur bij menukoken moet 100 °C bedragen. De meeste levensmiddelen worden immers gaar bij deze tempe­ratuur. Wanneer voor de levensmiddelen verschillende temperaturen zijn aanbevolen (bijv. 85 °C voor doradefilet en 100 °C voor aardappelen), mag u het menu in geen geval op de lagere temperatuur bereiden.
Wanneer voor een levensmiddel een temperatuur van bijv. 85 °C wordt aanbevolen, moet u eerst testen wat het resultaat is als het wordt bereid op 100 °C. Het vlees van delicate vissoorten met een losse structuur (bijv. zeetong en schol) wordt bij 100 °C zeer vast.
Als de aanbevolen bereidingstemperatuur wordt verhoogd, moet de bereidingstijd met ca.
1
/3worden verkort.
-
60
Page 61
Voorbeeld
Koken met stoom
Rijst 20 minuten Roodbaarsfilet 6 minuten Broccoli 4 minuten
20 minuten - 6 minuten = 14 minuten (1e bereidingstijd: rijst) 6 minuten - 4 minuten = 2 minuten (2e bereidingstijd: roodbaarsfilet) Resterende tijd = 4 minuten (3e bereidingstijd: broccoli)
Bereidings tijden
Instelling 14 min. 2 min. 4 min.
^ Doe eerst de rijst in de ovenruimte.
^ Stel de 1e bereidingstijd in (14 minuten).
^ Zodra de 14 minuten afgelopen zijn, doet u de
roodbaarsfilet in de ovenruimte.
^ Stel de 2e bereidingstijd in (2 minuten).
^
Zodra de 2 minuten afgelopen zijn, doet u de broccoli in de ovenruimte.
^
Stel de 3e bereidingstijd in (4 minuten).
-
20 min. rijst
6 min. roodbaarsfilet
4 min. broccoli
61
Page 62
Speciale toepassingen
Opwarmen
In uw toestel kunt u met de ovenfunctie "Opwarmen" Ç reeds bereide berechten zeer goed weer opwarmen. Ook het kookgerei wordt daarbij opgewarmd. Omdat het toestel met deze ovenfunctie niet met water afkoelt, wordt er nauwelijks condensatie gevormd.
U kunt bereide maaltijden (vlees, groenten, aardappelen) of afzonderlijke levensmiddelen opwarmen.
Kookgerei
Duur
Tips
Kleine hoeveelheden kunnen op een bord worden opge warmd, grotere hoeveelheden in een stoomovenpan.
Het aantal borden of stoomovenpannen heeft geen invloed op de bereidingstijd.
De vermelde duur (zie tabel) geldt voor een doorsneeportie per bord/stoomovenpan. Verleng de duur bij grotere hoeveel­heden.
Warm grote stukken zoals gebraad niet in één keer op, maar in porties.
Halveer compacte stukken zoals gevulde paprika's of rollades.
Gepaneerde levensmiddelen zoals schnitzels blijven niet kro kant.
Warm sauzen apart op. Een uitzondering daarop zijn ge rechten die in saus worden bereid (bijv. goulash).
-
-
-
62
Page 63
Werkwijze
Instellingen
Speciale toepassingen
Dek de levensmiddelen af met een omgekeerd diep bord,
^
een deksel of folie die bestand is tegen temperaturen tot 100 °C en bestand is tegen stoom.
Plaats het bord op de draagplaat en schuif deze in het toe
^
stel.
Opwarmen Ç (altijd 95 °C)
-
63
Page 64
Speciale toepassingen
Ontdooien
Als u levensmiddelen in het toestel ontdooit, verloopt dat veel sneller dan ontdooien bij kamertemperatuur.
Temperatuur
De optimale ontdooitemperatuur bedraagt 60 °C.
Uitzonderingen: 50 °C voor gehakt en wild
Voor-/nabereiding
Verwijder voor het ontdooien alle verpakking.
Uitzonderingen:
Ontdooi brood en gebak in de verpakking. Anders neemt de vochtigheid toe en wordt het zacht.
Stoomovenpannen
Laat de levensmiddelen nadat u ze uit het toestel hebt geno men, nog enige tijd bij kamertemperatuur staan. Deze wachttijd is vereist om de warmte gelijkmatig van buiten naar binnen te brengen.
Gebruik bij het ontdooien van levensmiddelen waarbij vocht vrijkomt, zoals gevogelte, een stoomovenpan met gaatjes en schuif de draagplaat eronder. De levensmiddelen liggen dan niet in het dooivocht.
,
Het dooivocht van vlees en gevogelte giet u meteen na het ontdooien weg. U mag dat in geen geval nog ge bruiken! Gevaar voor salmonella!
Levensmiddelen waarbij tijdens het ontdooien geen vocht vrijkomt, kunnen in een stoomovenpan zonder gaatjes wor den ontdooid.
-
-
-
64
Page 65
Tips
Speciale toepassingen
Laat vis voor de bereiding niet helemaal ontdooien. Het volstaat wanneer de buitenkant zacht genoeg is om kruiden op te nemen. Afhankelijk van de dikte is 2-5 minuten voldoen de.
Maak levensmiddelen die samenkleven (zoals bessen en stukken vlees) na het verstrijken van de helft van de ont dooitijd van elkaar los en verdeel ze.
Vries ontdooide levensmiddelen niet opnieuw in.
-
-
Instellingen
Ontdooi ingevroren kant-en-klaargerechten volgens de aan wijzingen op de verpakking.
Ontdooien Temperatuur: zie tabel Duur: zie tabel
-
65
Page 66
Speciale toepassingen
Levensmiddelen Gewicht
in g
Zuivelproducten
Kaas in plakken 125 60 15 10
Kwark (plattekaas) 250 60 20–25 10–15
Room 250 60 20–25 10–15
Zachte kaas 100 60 15 10–15
Fruit
Appelmoes 250 60 20–25 10–15
Stukjes appel 250 60 20–25 10–15
Abrikozen 500 60 25–28 15–20
Aardbeien 300 60 8–10 10–12
Frambozen/ rode bessen
Kersen 150 60 15 10–15
Perziken 500 60 25–28 15–20
Pruimen 250 60 20–25 10–15
Kruisbessen 250 60 20–22 10–15
Groenten
Als blok ingevroren, bijv. groene kool, spinazie, rode kool
Vis
Visfilets 400 60 15 10–15
Forellen 500 60 15–18 10–15
Kreeft 300 60 25–30 10–15
Krabben 300 60 4–6 5
300 60 8 10–12
300 60 20–25 10–15
Tempera
tuur
in °C
­dooitijd
in minuten
Ont
-
Wachttijd
in minuten
66
Page 67
Speciale toepassingen
Levensmiddelen Gewicht
in g
Vlees
Gebraad In plakken 60 8–10 15–20
Gehakt 250 50 15–20 10–15
Gehakt 500 50 20–30 10–15
Goulash 500 60 30–40 10–15
Goulash 1000 60 50–60 10–15
Lever 250 60 20–25 10–15
Hazenrug 500 50 30–40 10–15
Reerug 1000 50 40–50 10–15
Schnitzel / kotelet / braadworst
Gevogelte
Kip 1000 60 40 15–20
Kippenbil 150 60 20–25 10–15
Kippenschnitzel 500 60 25–30 10–15
Kalkoenbouten 500 60 40–45 10–15
Gebak
Blader-/ gistdeeggebak
Roerdeeggebak/­taart/cake
Brood / broodjes
Broodjes 60 30 2
Bruin brood, gesne den
Volkorenbrood, ge sneden
Wit brood, gesneden 150 60 30 20
-
-
800 60 25–35 15–20
400 60 15 10–15
250 60 40 15
250 60 65 15
Tempera
in °C
-
tuur
60 10–12 10–15
Ont
-
dooitijd
in minuten
Wachttijd
in minuten
67
Page 68
Speciale toepassingen
Inmaken
Bokalen
Fruit
Voor het inmaken mag in geen geval een bereidingstem peratuur boven 95 °C worden gekozen (bevindt de plaats waar het toestel geplaatst is zich op een hoogte van meer dan 1000 m boven de zeespiegel: nooit boven 90 °C). An ders ontploffen de bokalen. Gevaar voor verwonding!
Gebruik om in te maken enkel verse levensmiddelen die in perfecte staat zijn. Ze mogen niet beschadigd zijn of rotte plekken vertonen.
Gebruik alleen bokalen en toebehoren die schoon, gespoeld en niet beschadigd zijn. U kunt bokalen met een draaideksel gebruiken of bokalen met een glazen deksel en een rubberen ring.
Zorg ervoor dat de bokalen dezelfde grootte hebben, zodat alles gelijkmatig wordt ingemaakt.
Als u een bokaal hebt gevuld, dient u de glazen rand met een schone doek en heet water te reinigen voordat u de bokaal sluit.
-
-
Groenten
68
Selecteer het fruit zorgvuldig, was het kort maar grondig en laat het uitdruppen. Bessen dient u zeer voorzichtig te was sen. Ze zijn zeer teer en raken snel platgedrukt. Verwijder eventueel de schil, stelen of pitten. Snij grote stukken fruit in kleinere stukken. Appels snijdt u bijv. het best in partjes. Als u steenvruchten met de pit (pruimen, abrikozen) inmaakt, doorprikt u de vruchten vooraf meerdere keren met een vork of een houten stokje. Anders zullen ze uiteenspatten.
Was de groenten, maak ze schoon en snij ze in stukken. Blancheer groenten vóór het inmaken, zodat de kleur behou den blijft (zie rubriek "Blancheren").
-
-
Page 69
Vulpeil
Speciale toepassingen
Doe de levensmiddelen losjes in de bokaal. Vul de bokaal tot max. 3 cm onder de rand. De celwanden van de levensmid delen raken beschadigd wanneer deze in de bokaal worden geperst. Laat de bokaal zachtjes op een doek neerploffen om zo de inhoud beter te verdelen.
-
Tips
Werkwijze
Vul de bokalen met vloeistof. De levensmiddelen moeten on dergedompeld zijn. Gebruik voor fruit een suikeroplossing. Voor groenten kunt u een zout- of azijnoplossing gebruiken.
Benut de restwarmte door de bokalen pas 30 minuten na het uitschakelen uit de ovenruimte te nemen.
Laat de bokalen, met een doek erover, ca. 24 uur langzaam afkoelen.
^ Schuif de stoomovenpan met gaatjes op het onderste in-
schuifniveau in het toestel.
^
Zet de bokalen van gelijke grootte in een stoomovenpan met gaatjes. De bokalen mogen elkaar niet raken.
-
69
Page 70
Speciale toepassingen
Instellingen
Koken met stoom 2 Temperatuur: zie tabel Duur: zie tabel
Levensmiddelen Temperatuur in °C Duur in minuten*
Bessen
Rode bessen 80 50
Kruisbessen 80 55
Rode bosbessen 80 55
Steenvruchten
Kersen 85 55
Mirabellen 85 55
Pruimen 85 55
Perziken 85 55
70
Reine Claudes 85 55
Pitvruchten
Appels 90 50
Appelmoes 90 65
Kweeperen 90 65
Groenten
Bonen 100 120
Dikke bonen 100 120
Augurken 90 55
Vlees
Voorgekookt 90 90
Gebraden 90 90
* De vermelde tijden zijn bedoeld voor bokalen van 1,0 liter.
Bij bokalen van 0,5 liter is de tijd 15 minuten korter, bij bokalen van 0,25 liter 20 minuten.
Page 71
Uitpersen
Voorbereiding
Tips
Speciale toepassingen
U kunt in uw toestel zachte, middelharde en harde vruchten uitpersen. Zie kookboek.
Overrijpe vruchten zijn perfect geschikt om sap te produceren; hoe rijper de vruchten, hoe meer sap en hoe aromatischer het is.
Selecteer en was het uit te persen fruit. Snij beschadigde stukken weg.
Verwijder de stelen van wijndruiven en zure kersen, want deze bevatten bittere stoffen. Van bessen hoeft u de stelen niet te verwijderen.
Snij grote vruchten zoals appels in blokjes van ca. 2 cm dik. Hoe harder het fruit of de groente, hoe kleiner het moet wor­den gesneden.
Om de smaak af te ronden, vermengt u zachte met bittere vruchten.
Bij de meeste fruitsoorten krijgt u meer sap en wordt het aro­ma beter als u suiker aan het fruit toevoegt en dat enkele uren laat intrekken. Wij adviseren voor 1 kg zoet fruit 50-100 g suiker en voor 1 kg bitter fruit 100-150 g suiker.
Als u het verkregen sap wilt bewaren, giet u het heet in scho ne flessen en sluit u deze onmiddellijk af.
71
-
Page 72
Speciale toepassingen
Werkwijze
Doe de voorbereide vruchten in een stoomovenpan met
^
gaatjes.
Plaats een stoomovenpan zonder gaatjes eronder om het
^
sap op te vangen.
Instellingen
Stoomkoken met druk È Temperatuur: 100 °C Duur: 40–70 minuten Zie kookboek.
72
Page 73
Yoghurt bereiden
Speciale toepassingen
U hebt melk nodig en als startcultuur yoghurt of yoghurtferment (bijv. uit de reformwinkel).
Gebruik alleen natuuryoghurt met levende culturen en zonder toevoegingen. Warmtebehandelde yoghurt is niet geschikt.
De yoghurt moet vers zijn (korte bewaartijd).
Om yoghurt te bereiden, kunt u ongekoelde gehomogeni seerde melk of verse melk gebruiken. Gehomogeniseerde melk kan zonder verdere behandeling worden gebruikt. Ver se melk moet u eerst tot 90 °C opwarmen (niet koken!) en vervolgens weer laten afkoelen tot 35 °C. Als u verse melk gebruikt, wordt de yoghurt iets vaster dan met gehomogeni seerde melk.
Yoghurt en melk moeten hetzelfde vetgehalte hebben.
De glazen mogen tijdens de bewaartijd niet worden bewogen of geschud.
Na de bereiding moet de yoghurt direct in de koelkast wor­den afgekoeld.
De vastheid, het vetgehalte en de culturen die in de startyoghurt worden gebruikt, hebben invloed op de consistentie van de zelf bereide yoghurt. Niet alle yoghurts zijn even geschikt als startyoghurt.
Mogelijke oorzaken voor slechte resultaten
Yoghurt is niet vast: De startyoghurt werd verkeerd bewaard, de koelketen werd onderbroken, de verpakking was beschadigd, de melk werd niet voldoende opgewarmd.
-
-
-
Er heeft zich vocht afgezet: De glazen werden verplaatst, de yoghurt werd niet snel ge noeg afgekoeld.
Yoghurt is gruisachtig: De melk werd tot een te hoge temperatuur opgewarmd, de melk was niet meer goed, de melk en startyoghurt werden niet gelijkmatig erdoor geroerd.
-
73
Page 74
Speciale toepassingen
Tip
Als u yoghurtferment gebruikt, kunt u yoghurt bereiden uit een mengsel van melk en room. Meng 3/4 liter melk met 1/4 liter room.
Werkwijze
Roer 100 gram yoghurt in 1 liter melk of bereid het mengsel
^
met yoghurtferment volgens de aanwijzingen op de verpak king.
Doe dit melkmengsel in glazen en dek deze af.
^
Plaats de gesloten glazen in een stoomovenpan met gaat
^
jes. De glazen mogen elkaar niet raken.
Plaats de glazen direct na afloop van de duur in de koel
^
kast. Beweeg de glazen daarbij niet onnodig.
Instellingen
Koken met stoom 2 Temperatuur: 40 °C Duur: 5:00 uur
-
-
-
74
Page 75
Deeg laten rijzen
Werkwijze
Bereid het deeg volgens het recept.
^
Dek de deegschotel af en plaats deze op de draagplaat.
^
Instellingen
Koken met stoom 2 Temperatuur: 40 °C Duur: afhankelijk van het recept
Gelatine laten smelten
Werkwijze
^ Laat gelatinebladen 5 minuten weken in een schotel met
koud water. De gelatinebladen moeten volledig bedekt zijn met water. Druk de gelatinebladen uit en giet het water uit de schotel. Doe de uitgedrukte gelatinebladen terug in de schotel.
Speciale toepassingen
Instellingen
^ Doe gemalen gelatine in een schotel en voeg de hoeveel-
heid water toe die op de verpakking vermeld staat.
^
Dek de schotel af en plaats deze op de draagplaat.
Koken met stoom 2 Temperatuur: 90 °C Duur: 1 minuut
75
Page 76
Speciale toepassingen
Chocolade laten smelten
U kunt elke soort chocolade laten smelten met het toestel.
Werkwijze
Hak de chocolade in stukken.
^
Doe vetglazuur in de gesloten verpakking in een stoom ovenpan met gaatjes.
Doe grote hoeveelheden in een stoomovenpan zonder
^
gaatjes en kleine hoeveelheden in een kopje of een scho tel.
Dek de stoomovenpan of het kookgerei af met een deksel
^
of folie die bestand is tegen temperaturen tot 100 °C en be stand is tegen stoom.
^ Roer grote hoeveelheden tussendoor een keer om.
Instellingen
Koken met stoom 2 Temperatuur: 65 °C Duur: 20 minuten
-
-
-
76
Page 77
Levensmiddelen schillen
Werkwijze
Maak in levensmiddelen zoals tomaten, nectarines enz.
^
een kruisvormige insnijding ter hoogte van het kroontje. Zo kan de schil gemakkelijker worden verwijderd.
Doe de levensmiddelen in een stoomovenpan met gaatjes.
^
Spoel amandelen onmiddellijk erna met koud water af. An
^
ders kan de schil niet worden verwijderd.
Instellingen
Koken met stoom 2 Temperatuur: 100 °C Duur: zie tabel
Levensmiddelen Duur in minuten
Abrikozen 1
Amandelen 1
Speciale toepassingen
-
Nectarines 1
Paprika 4
Perziken 1
Tomaten 1 / 95 °C
77
Page 78
Speciale toepassingen
Appels inmaken
Instellingen
Blancheren
Werkwijze
De houdbaarheid van onbehandelde appels kan worden ver lengd. Als u ze optimaal bewaart in een droge, koele en goed verluchte ruimte kunt u ze 5 tot 6 maanden bewaren. Dat geldt alleen voor appels, niet voor andere pitvruchten.
Koken met stoom 2 Temperatuur: 50 °C Duur: 5 minuten
In te vriezen groenten en fruit moeten eerst worden geblan­cheerd. De kwaliteit van de levensmiddelen blijft daardoor beter behouden terwijl ze in de diepvrieskast worden be­waard.
Bij groenten die zijn geblancheerd voordat ze verder werden verwerkt, blijft de kleur beter behouden.
^ Doe de voorbereide groenten of vruchten in een stoom-
ovenpan met gaatjes.
-
Instellingen
78
^
Dompel de groenten/vruchten na het blancheren in ijskoud water onder om ze snel af te koelen. Laat ze daarna goed afdruppen.
Koken met stoom 2 Temperatuur: 100 °C Duur: 1 minuut
Page 79
Uien smoren
Werkwijze
Instellingen
Speciale toepassingen
Smoren betekent gaar laten worden in eigen sap, eventueel met toevoeging van wat vet.
Hak de uien fijn en doe ze samen met wat boter in een
^
stoomovenpan zonder gaatjes.
Dek de stoomovenpan of het kookgerei af met een deksel
^
of folie die bestand is tegen temperaturen tot 100 °C en be stand is tegen stoom.
Koken met stoom 2 Temperatuur: 100 °C Duur: 4 minuten
Stoomkoken met druk È Temperatuur: 120 °C Duur: 2 minuten
-
Spek laten uitzweten
Het spek wordt niet gebruineerd!
Werkwijze
^
Doe het spek (in blokjes, reepjes of schijfjes) in een stoom ovenpan zonder gaatjes.
^
Dek de stoomovenpan af met een deksel of folie die be stand is tegen temperaturen tot 100 °C en bestand is tegen stoom.
Instellingen
Koken met stoom 2 Temperatuur: 100 °C Duur: 4 minuten
Stoomkoken met druk È Temperatuur: 120 °C Duur: 2 minuten
-
-
79
Page 80
Speciale toepassingen
Steriliseren
Serviesgoed en babyflessen die in het toestel zijn gesterili seerd, zijn na afloop van het programma even vrij van bacte riën als bij het uitkoken. Controleer vooraf aan de hand van de gegevens van de fabrikant of alle onderdelen bestand zijn tegen temperaturen tot 100 °C en bestand zijn tegen stoom.
Steek de babyflessen pas weer in elkaar als ze helemaal droog zijn. Enkel op die manier vermijdt u dat er weer kiemen ontstaan.
Werkwijze
Maak de onderdelen van de babyflessen los.
^
Plaats alle stukken horizontaal of met de opening naar on deren in een stoomovenpan met gaatjes. Ze mogen elkaar niet aanraken. Zo kan de hete stoom ongehinderd circule­ren.
Instellingen
Koken met stoom 2 Temperatuur: 100 °C Duur: 15 minuten
Vochtige handdoekjes opwarmen
-
-
-
Werkwijze
Instellingen
80
^
Bevochtig de handdoekjes en rol ze op.
^
Leg de handdoekjes naast elkaar in een stoomovenpan met gaatjes.
Koken met stoom 2 Temperatuur: 70 °C Duur: 2 minuten
Page 81
Honing vloeibaar maken
Werkwijze
Draai het deksel af en plaats de bokaal in een stoomoven
^
pan met gaatjes of op de draagplaat.
Roer de honing tussendoor een keer om.
^
Instellingen
Koken met stoom 2 Temperatuur: 60 °C Duur: 90 minuten (niet afhankelijk van de grootte van de bokaal of de hoeveelheid honing erin)
Bouillon met ei bereiden
Werkwijze
^ Meng 6 eieren met 375 ml melk (niet schuimig kloppen).
Speciale toepassingen
-
Instellingen
^ Kruid het mengsel van eieren en melk en giet het in een
met boter bestreken stoomovenpan zonder gaatjes.
Koken met stoom 2 Temperatuur: 100 °C Duur: 4 minuten
Stoomkoken met druk È Temperatuur: 120 °C Duur: 2 minuten
81
Page 82
Instellingen
In de fabriek zijn bepaalde instellingen van uw toestel vooraf geprogrammeerd. De instellingen die in de tabel worden ver meld, kunt u wijzigen.
Zet het toestel met de ovenfunctietoets ; in de
^
programmeermodus. P wordt weergegeven op het display.
Druk zo vaak op de temperatuurtoets + totdat op het
^
ovenfunctie-/temperatuurdisplay het gewenste cijfer ver schijnt (1 voor P1, 2 voor P2 enz.).
^ Druk zo vaak op de tijdtoets + of - totdat op het display
voor tijdsaanduiding de gewenste status verschijnt, bijv.
02.
-
-
82
^
Druk op de ovenfunctietoets -.
De nieuwe instelling is opgeslagen.
U kunt het toestel nu uitschakelen of weer op de normale ma nier gebruiken.
-
Page 83
Instellingen
Programma* Status** Instelling
P1 Volume van het geluidssignaal S 0 Uit
S 1 Zeer zacht
S 2 Zacht
S
34Gemiddeld
S
P2 Duur van het geluidssignaal bij
afloop van het programma
P3 Vergrendeling S0Niet mogelijk
P4 Weergegeven programma bij
het inschakelen
P5 Waterhardheid S 1 Zacht
P6 Hoogte van de plaats waar het
toestel geplaatst is (ten op zichte van de zeespiegel)
P7 Temperatuurwijziging S0In stappen van 5°
P8 Demo-stand en fabrieksinstel
lingen
* Programma's die niet in de tabel zijn vermeld, kunt u niet instellen.
** De fabrieksinstellingen zijn vetgedrukt.
S 0 Enkele toon
S1Onderbroken toon, kort
S 2 Onderbroken toon, lang (5
S 1 Mogelijk
S0Stoomkoken met druk
S 1 Koken met stoom
S 2 Opwarmen
S 3 Ontdooien
S 4 Laatst gekozen ovenfunctie
S 2 Gemiddeld
S 3 Hard
S4Zeer hard
S0Lager dan 1000 m
­S 1 Hoger dan 1000 m
S 1 In stappen van 1° (merk op
-
S 0 Demo-stand aan
S1Demo-stand uit
S 9 Fabrieksinstellingen herstellen
Hard
min.)
dat tijdens het opwarmen weer in stappen van 5° wordt ge werkt)
-
83
Page 84
Reiniging en onderhoud
Gevaar voor verwonding!
,
De stoom van een stoomreiniger kan terechtkomen op on derdelen die onder spanning staan en zo een kortsluiting veroorzaken. Gebruik voor het reinigen van het toestel nooit een stoom reiniger.
Gevaar voor beschadiging! Wanneer ongeschikte reinigings- en afwasmiddelen wor den gebruikt, kunnen de oppervlakken beschadigd raken. Om te reinigen, mag u alleen huishoudelijke afwasmid delen gebruiken.
Gebruik geen reinigings- of afwasmiddelen die alifatische koolwaterstoffen bevatten. Daardoor kunnen de dichtingen gaan zwellen.
-
-
-
-
84
Reinig het toestel en het toebehoren na elk gebruik en wrijf daarna alles droog. Laat het toestel afkoelen voordat u het reinigt.
Sluit de toesteldeur pas wanneer heel het toestel goed droog is.
Als u het toestel lange tijd niet gebruikt, maak het dan grondig schoon. Zo vermijdt u dat er geurtjes optreden. Laat de toesteldeur daarna openstaan.
Page 85
Front van het toestel
Verwijder vuil op het front van het toestel onmiddellijk. Als vuil er langere tijd op inwerkt, kan het soms niet meer worden verwijderd en kunnen de oppervlakken verkleuren of wijzigingen ondergaan.
Reinig het front van het toestel met een schone sponsdoek, handafwasmiddel en warm water. Wrijf daarna alles droog met een zachte doek. U kunt om te reinigen ook een schone, vochtige microvezeldoek zonder reinigingsmiddel gebruiken.
Alle oppervlakken zijn gevoelig voor krassen. Krassen in oppervlakken uit glas kunnen ertoe leiden dat het breekt.
Alle oppervlakken kunnen verkleuren of wijzigingen onder­gaan wanneer ze in contact komen met ongeschikte reini­gingsmiddelen.
Reiniging en onderhoud
Om schade aan de oppervlakken te voorkomen, mogen de volgende middelen niet worden gebruikt om de opper­vlakken te reinigen:
– reinigingsmiddelen die soda, alkali, ammoniak, zuur of
chloor bevatten,
kalkoplossende reinigingsmiddelen,
schurende reinigingsmiddelen, zoals schuurpoeder, schuurmelk, poetsstenen,
reinigingsmiddelen met oplosmiddel,
reinigingsmiddelen voor roestvrij staal,
afwasmiddelen voor de afwasautomaat,
ovensprays,
glasreinigers,
schurende harde sponsen en borstels (bijv. schuursponsen),
speciale "wondersponsen",
scherpe metaalschrapers!
85
Page 86
Reiniging en onderhoud
Ovenruimte en draagblad
Reinig de ovenruimte, de binnenzijde van de toesteldeur en het draagblad na elk gebruik. Wrijf vervolgens alles droog of laat alles drogen. Laat het toestel afkoelen voordat u het rei nigt.
Het meeste vuil kan moeiteloos worden verwijderd met een sponsdoek, wat afwasmiddel en warm water.
Bij zeer kalkrijk water kan er zich kalkaanslag vormen op de wand van de ovenruimte en op het draagblad. Bij sterk mineraalhoudend water kunnen er na verloop van tijd verkleuringen optreden op de wand van de ovenruimte. Kalkaanslag en verkleuringen kunt u gemakkelijk verwijderen met het reinigingsmiddel voor keramische kookplaten en roestvrij staal van Miele (zie rubriek "Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren"). Ga na het gebruik van het reinigingsmiddel met een vochtige doek over de wanden van de ovenruimte en neem het toestel vervolgens gedurende 5 minuten in gebruik met de ovenfunc­tie "Koken met stoom" 2 (100 °C). Reinig het draagblad met schoon water en wrijf het vervol­gens droog.
-
86
Kalkaanslag kunt u met azijn verwijderen, en verkleuringen met een ontkalkingsmiddel op basis van citroenzuur. Reinig de oppervlakken vervolgens met schoon water en wrijf ze droog.
Page 87
Toebehoren
Stoomovenpannen en bodemzeef
Spoel de stoomovenpannen en de bodemzeef na elk gebruik af en wrijf ze droog. Al deze onderdelen zijn geschikt voor reiniging in de afwasautomaat.
Reiniging en onderhoud
Blauwachtige verkleuringen op de stoomovenpannen en ver kleuringen en kalkaanslag op de bodemzeef kunt u moeite loos verwijderen met het reinigingsmiddel voor keramische kookplaten en roestvrij staal van Miele (zie rubriek "Mits toe slag verkrijgbaar toebehoren"). Spoel de stoomovenpannen en de bodemzeef vervolgens af met schoon water. Zo verwij dert u alle resten van het reinigingsmiddel.
Verkleuringen en kalkaanslag kunt u ook met azijn verwij­deren. Spoel de stoomovenpannen en de bodemzeef vervol­gens af met schoon water.
-
-
-
-
87
Page 88
Reiniging en onderhoud
Zijroosters
De zijroosters kunnen met de hand of in de afwasautomaat worden gereinigd.
Verkleuringen en kalkaanslag kunt u gemakkelijk verwijderen met het reinigingsmiddel voor keramische kookplaten en roestvrij staal van Miele (zie rubriek "Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren"). Spoel de zijroosters vervolgens af met schoon water. Zo verwijdert u alle resten van het reinigingsmiddel.
Zijroosters uitnemen
88
^ Draai de bevestigingsschroeven a zo ver los dat u de
roosters naar voren toe kunt uittrekken. De schroeven kunnen niet helemaal worden uitgedraaid!
Zijroosters plaatsen
^
Plaats de zijroosters met de geleiding b (vooraan in het midden) op de losgedraaide bevestigingsschroeven.
^
Steek de ogen van de zijroosters (achteraan in het midden) op de pennen c in de achterwand van de ovenruimte.
Draai de schroeven weer vast.
Page 89
Deurdichting / veiligheidsventiel
Afhankelijk van hoe vaak u het toestel gebruikt, vervangt u de deurdichting en het veiligheidsventiel om de 1 tot 2 jaar. De deurdichting en het veiligheidsventiel zijn als set verkrijgbaar als mits toeslag verkrijgbaar toebehoren (zie rubriek "Mits toe slag verkrijgbaar toebehoren").
Reiniging en onderhoud
-
Deurdichting
Reinig de deurdichting na elk gebruik. Reinig de deurdichting alleen met de hand, nooit in de afwasautomaat. Gebruik daarvoor een sponsdoek, wat afwasmiddel en warm water. Wrijf deze daarna droog met een zachte doek.
Veiligheidsventiel
^
Open de toesteldeur.
^
Trek het oude veiligheidsventiel aan de binnenzijde van de deur af.
^
Plaats het nieuwe veiligheidsventiel. Zorg ervoor dat de rubberen dichting juist past.
89
Page 90
Reiniging en onderhoud
Watersproeier
Via de watersproeier achter het afschermplaatje achter het zijrooster rechts wordt tijdens de afkoelfase water in de oven ruimte gesproeid. Deze sproeier kan na langdurig gebruik vervuild en verkalkt raken.
Uiterlijk wanneer op het display de foutmelding F13 verschijnt, moet de sproeier worden ontkalkt.
^ Wacht totdat u meerdere geluidssignalen hoort. Open dan
de toesteldeur en neem het gerecht uit.
-
90
Let op als u de toesteldeur opent, want er ontsnapt veel hete stoom en het gerecht is zeer heet!
^
Laat het toestel afkoelen terwijl de toesteldeur geopend is.
^
Neem de zijroosters uit (zie rubriek "Zijroosters").
^
Trek de sproeier uit.
^
Ontkalk de sproeier met behulp van de Miele-systeemontkalker of een in de handel verkrijgbaar ontkalkingsmiddel.
^
Spoel de sproeier na het ontkalken onder stromend water af.
Voordat u de sproeier terugplaatst, moeten de onderdelen in het toestel die met water in aanraking komen, kort worden doorgespoeld.
Page 91
Reiniging en onderhoud
Sluit de toesteldeur, schakel het toestel in en kies de func
^
tie "Koken met stoom" 2.
Stel een tijd van 1 minuut in en druk op de Start-/Stop-toets.
^
Wacht totdat de afkoelfase beëindigd is (zie rubriek "Na af
^
loop van de bereidingstijd").
Open de toesteldeur en plaats de sproeier en de
^
zijroosters terug.
U kunt het toestel nu weer op de normale manier gebruiken.
Als de foutmelding F13 opnieuw wordt weergegeven hoewel u net de watersproeier hebt ontkalkt, neemt u contact op met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
-
-
91
Page 92
Reiniging en onderhoud
Ontkalken
Gebruik voor het ontkalken uitsluitend de Miele-systeemontkalker (zie rubriek "Meegeleverd toebe horen"). Zo voorkomt u dat het toestel beschadigd raakt.
-
Voer het ontkalken uitsluitend uit wanneer het toestel afge koeld is. Anders vormen er zich bijtende dampen.
De systeemontkalker heeft een bijtende werking. Vermijd contact met de huid en adem de dampen niet in. Bij contact met de huid, onmiddellijk met veel schoon wa ter spoelen en in geval van irritaties onmiddellijk een arts raadplegen.
Hou de fles met de systeemontkalker altijd goed afgeslo­ten. De ontkalker mag niet in de handen van kinderen te­rechtkomen!
Zorg ervoor dat er geen ontkalkingsmiddel op metalen op­pervlakken terechtkomt. Anders kunnen er vlekken ont­staan. Als er toch ontkalkingsmiddel op terechtkomt, veegt u het direct weg.
Het toestel meldt u na een bepaalde gebruiksduur dat het toestel moet worden ontkalkt. Bij het inschakelen van het toe­stel verschijnen op het ovenfunctie-/temperatuurdisplay links het symbool k, de ovenfunctie "Ontkalken" k en het getal 10.
Het getal betekent dat u nog 10 bereidingsprocessen kunt uitvoeren voor het toestel wordt vergrendeld. Als u het toestel niet direct ontkalkt, verschijnt er een 9 wanneer u het toestel een volgende keer inschakelt enz.
-
-
92
Uiteindelijk wordt het toestel vergrendeld en moet u het ont kalken. Wij raden aan het toestel te ontkalken vóórdat het wordt vergrendeld.
Het ontkalkingsproces kan enkel worden onderbroken door het toestel uit te schakelen. Als het toestel na het onderbre ken van het ontkalkingsproces weer wordt ingeschakeld, wordt automatisch een spoelproces uitgevoerd (zie rubriek "Wat gedaan als ...").
-
-
Page 93
Reiniging en onderhoud
Wacht totdat het toestel afgekoeld is.
^
Druk het opzetstuk uit de plunjer (het binnenste deel) van
^
de meegeleverde spuit en plaats dat op het mondstuk.
Schakel het lege gesloten toestel in.
^
Op het ovenfunctie-/temperatuurdisplay verschijnen links het symbool k, de ovenfunctie "Ontkalken" k en een getal.
^ Druk op de Start-/Stop-toets.
Op het ovenfunctie-/temperatuurdisplay worden E00 en links het symbool k weergegeven. De ovenfunctie "Ontkalken" k wordt weergegeven.
Het toestel pompt water weg. Wanneer het wegpompproces afgerond is, verschijnt E01 op het ovenfunctie-/temperatuur­display.
Vul de spuit met water. Duw de opening van de spuit in de vulopening links bovenaan in het front van het toestel en spuit 1 spuitvulling water langzaam en gelijkmatig in. Zorg ervoor dat u de spuit recht houdt.
93
Page 94
Reiniging en onderhoud
Vul een zuurbestendige recipiënt van bijv. glas of porselein
^
met 300 ml systeemontkalker.
Vul de spuit met systeemontkalker uit de recipiënt en spuit
^
1 spuitvulling in de vulopening.
Vul de spuit met water en spuit 2 spuitvullingen in de vulo
^
pening.
Een geluidssignaal weerklinkt en E02 verschijnt op het ovenfunctie-/temperatuurdisplay. Het ontkalkingsproces wordt voorbereid.
Als het geluidssignaal niet weerklinkt, vul dan in geen geval meer water bij! Wacht 5 minuten. Als het geluidssignaal nog altijd niet weer klinkt, schakelt u het toestel uit en weer in (zie rubriek "Wat gedaan als ...").
Zodra de voorbereiding voltooid is, weerklinkt een geluidssignaal en verschijnt E03 op het ovenfunctie-/tempera­tuurdisplay.
-
-
94
^ Vul de spuit met systeemontkalker uit de recipiënt en spuit
2 spuitvullingen in de vulopening.
^ Vul de spuit met water en spuit 2 spuitvullingen in de vulo-
pening.
Een geluidssignaal weerklinkt en E04 verschijnt op het ovenfunctie-/temperatuurdisplay. Op het display voor tijds aanduiding verschijnt de ontkalkingsduur: 30 minuten. Deze duur kunt u niet wijzigen.
Het ontkalkingsproces wordt gestart. De wegpomp- en spoelprocessen op het einde van het ontkalkingsproces wor den telkens aangegeven met een geluidssignaal en E05 tot E07.
Wanneer het ontkalkingsproces afgerond is, weerklinkt een geluidssignaal en verschijnt E08 op het ovenfunctie-/tempera tuurdisplay. Op het display voor tijdsaanduiding zietu3nul len en het symbool g knippert.
-
-
-
-
Page 95
Reiniging en onderhoud
Na het ontkalken:
Trek het draagblad uit.
^
Open de toesteldeur.
^
Schakel het toestel uit.
^
Reinig de ovenruimte met een sopje van afwasmiddel of
^
azijnwater en wrijf de ovenruimte vervolgens droog.
Wrijf de vulopening voor systeemontkalker droog om te ver
^
mijden dat restjes aankoeken. Plaats vervolgens de afdek king terug.
Laat de toesteldeur openstaan zolang de ovenruimte nog
^
vochtig is.
^ Draai de waterkraan van de watertoevoer dicht om eventu-
ele waterschade te vermijden.
^ Schuif het draagblad weer in.
Als er nog systeemontkalker overblijft in de recipiënt, doet u deze terug in de fles. De gemakkelijkste manier om dat te doen, bestaat erin met de spuit de resterende vloeistof op te zuigen en in de fles te spuiten.
-
-
Spoel de gebruikte recipiënt grondig.
95
Page 96
Wat gedaan als ... ?
De meeste problemen die zich bij het dagelijkse gebruik kunnen voordoen, kunt u zelf oplossen. Doordat u dan geen beroep hoeft te doen op de dienst Herstellin gen aan huis van Miele, bespaart u tijd en kosten.
Het onderstaande overzicht kan u helpen om de oorzaken van een probleem te vinden en problemen te verhelpen. Vergeet echter niet:
Herstellingen aan dit toestel mogen enkel worden uitgevoerd door een vak
,
man of vakvrouw die op de hoogte is van elektriciteits- en wateraansluitingen, of door de dienst Herstellingen aan huis van Miele. Door ondeskundig uitge voerde herstellingen kunnen er voor de gebruiker aanzienlijke risico's ontstaan.
Probleem Oorzaak en oplossing
-
-
-
Na het inschakelen van het toestel, terwijl het toestel in werking is en na het uit­schakelen is een (brom­mend) geluid te horen.
Na het starten van de wer­king weerklinkt een geluidssignaal en op het display voor tijdsaandui­ding verschijnt de melding "door".
De desbetreffende zeke ring in uw zekeringkast is gesprongen.
Het toestel warmt niet op. Controleer of de demo-stand ingesteld is (zie ru
Op het deksel verzamelt er zich water.
Dat geluid wijst niet op een storing of een defect van het toestel. Het duidt erop dat er water wordt aangevoerd of weggepompt.
De toesteldeur moet volledig worden gesloten.
Als u na het opnieuw inschakelen/opnieuw indraai
­en van de zekering(en) of het opnieuw inschakelen van de verliesstroomschakelaar het toestel nog steeds niet kunt gebruiken, neemt u contact op met een elektricien of met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
briek "Instellingen").
Dat wijst niet op een defect van het toestel. In een bepaald temperatuurbereik condenseert de stoom die voor de drukregeling wordt afgevoerd, in het dubbelwandige deksel. Deze komt ter hoogte van het scharnier van de deur naar buiten.
-
-
96
Page 97
Probleem Oorzaak en oplossing
Stroomonderbreking! Tijdens een langere
stroomonderbreking is het toestel vergren deld. U wilt het ge recht uitnemen.
Opgelet! Het toestel is mogelijk nog heet en staat onder druk!
Trek het draagblad uit. Om de druk en de stoom in de
^
-
-
ovenruimte af te bouwen, schuift u met de duim van uw rechterhand de deurontgrendeling langzaam en staps gewijs naar voren. Opgelet! Er komt stoom boven en onder het deurbeslag naar buiten.
Doe de toesteldeur voorzichtig open. Gevaar voor ver
^
branding! U kunt zich verbranden aan heet water.
Wat gedaan als ... ?
-
-
Er ontsnapt plots stoom uit de toestel deur.
Na het inschakelen van het toestel wor­den op het ovenfunctie-/tempe ratuurdisplay de ovenfunctie "Ont kalken" k en 00 weergegeven. Links verschijnt het sym bool k en er weer klinkt een geluidssignaal.
Op het ovenfunctie-/tempe ratuurdisplay worden k en E04 weergege ven en op het display voor tijdsaanduiding verschijnt 0:06.
-
-
-
-
-
-
Controleer of
het veiligheidsventiel in werking getreden is. Ga te werk
zoals beschreven in de rubriek "Veiligheidsventiel".
– de overdrukbeveiliging in werking getreden is. Ga te
werk zoals beschreven in de rubriek "Overdrukbeveili­ging".
– het deurdichtingsrubber goed zit en niet beschadigd is
(bijv. barsten). Plaats het rubber juist of vervang het in­dien nodig.
Het toestel moet worden ontkalkt. Ga te werk zoals be­schreven in de rubriek "Ontkalken".
Het ontkalkingsproces werd onderbroken door een stroomonderbreking of uitschakeling.
Na het inschakelen van het toestel voert het toestel auto
-
matisch een spoelproces uit om eventuele resten van het ontkalkingsmiddel te verwijderen. Dat proces kan niet worden afgebroken. Wacht totdat u meerdere geluidssignalen hoort en op het display voor tijdsaandui ding het symbool g knippert. Start het ontkalken hele maal opnieuw of kies een andere ovenfunctie.
-
-
-
97
Page 98
Wat gedaan als ... ?
Probleem Oorzaak en oplossing
Op het display wordt een F in combinatie met een getal weer gegeven.
Voor alle foutmeldingen geldt: De toesteldeur mag pas worden geopend wanneer
- afwisselend de foutmelding en de ingestelde
­temperatuur knipperen
- het symbool T knippert op het display voor tijdsaanduiding
- het waarschuwingssignaal niet meer weerklinkt.
Als de displays niet knipperen, is de foutverwerking nog niet voltooid.
F06
F12 p
F13
De temperatuurvoeler is defect.
Schakel het toestel uit en neem contact op met de dienst Her
^
stellingen aan huis van Miele.
Er loopt geen water in het toestel.
^ Controleer of
– de waterkraan opengedraaid is. Als dat niet het geval is,
draait u de kraan open en start u de werking opnieuw.
– de watertoevoerslang defect is.
– de vuilzeef in de watertoevoer verstopt is.
Als u de storing niet zelf kunt verhelpen, schakelt u het toestel uit en neemt u contact op met een vakman of vakvrouw die op de hoogte is van wateraansluitingen, of met de dienst Herstellin gen aan huis van Miele.
De temperatuur in de ovenruimte is te hoog.
Het toestel werd onvoldoende gekoeld tijdens de afkoelfase.
^
Controleer of
de wateraansluitkraan volledig opengedraaid is. Als dat niet het geval is, draait u de kraan open en start u de werking op nieuw.
de watersproeier in de achterwand van de ovenruimte ver kalkt is. Ga te werk zoals beschreven in de rubriek "Watersproeier".
Als geen van de beschreven problemen van toepassing is, is het mogelijk dat de hoeveelheid levensmiddelen te groot was. Als u zeer grote hoeveelheden bereidt (bijv. veel aardappelen), heeft dat invloed op de afkoeling.
-
-
-
-
98
Page 99
Probleem Oorzaak en oplossing
Op het display wordt een F in combinatie met een getal weergegeven.
Wat gedaan als ... ?
F14p
F20
F27
F40
F83
F93
Er loopt te weinig water in het stoomaggregaat.
Schakel het toestel uit en weer in. Als de foutmelding opnieuw
^
verschijnt, schakelt u het toestel uit en neemt u contact op met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
De beveiliging tegen oververhitting is in werking getreden.
Ga te werk zoals beschreven in de rubriek "Beveiliging tegen
^
oververhitting".
De stroomtoevoer werd onderbroken terwijl het toestel in werking was.
^ Controleer hoe gaar het voedsel al is, stel eventueel een
nieuwe bereidingstijd in en druk op de Start-/Stop-toets om de werking voort te zetten.
Zelfdiagnose van de elektronische besturing
De temperatuurregeling werkt niet goed; de temperatuur in de ovenruimte ligt boven 125 °C. De werking wordt onderbroken en de afkoelfase start.
^
Schakel vervolgens het toestel uit en neem contact op met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
Het toestel kan niet worden uitgeschakeld.
F94
^
Neem contact op met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
De waterkraan voor de watertoevoer lekt.
^
Schakel het toestel uit, draai de waterkraan dicht en neem contact op met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
99
Page 100
Wat gedaan als ... ?
F95
F.. Andere fout meldingen
In de waterloop in het toestel is een storing opgetreden.
Wacht totdat afwisselend F95 en de ingestelde temperatuur knipperen. Druk dan op de Start-/Stop-toets.
Als de foutmelding F95 meerdere keren na elkaar verschijnt, schakelt u het toestel uit, draait u de waterkraan dicht en neemt u contact op met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
Technisch defect.
-
Schakel het toestel uit en neem contact op met de dienst Her
^
stellingen aan huis van Miele.
-
100
Loading...