Dit toestel voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften. On‐
uist gebruik echter kan persoonlijk letsel of beschadiging van het
j
toestel tot gevolg hebben. Lees daarom de gebruiks- en montage‐
handleiding aandachtig door, voordat u het toestel in gebruik
neemt. In de handleiding vindt u belangrijke instructies met be‐
trekking tot inbouw, veiligheid, gebruik en onderhoud. Miele kan
niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die is ontstaan
doordat de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet in acht
zijn genomen. Bewaar de gebruiks- en montagehandleiding en
geef deze door aan een eventuele volgende eigenaar.
5
Page 6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Juist gebruik
Dit t
bruik (of daarmee vergelijkbaar).
Het t
oestel is uitsluitend bestemd voor particulier huishoudelijk ge‐
oestel mag niet buiten worden gebruikt.
Gebruik het toestel alleen voor de toepassingen die in deze ge‐
bruiksaanwijzing worden beschreven.
Gebruik voor andere doeleinden is niet toegestaan en kan gevaarlijk
zijn.
P
ersonen die op grond van hun fysieke of psychische gesteld‐
heid, hun onervarenheid of gebrek aan kennis van de stoomoven
niet in staat zijn de stoomoven veilig te bedienen, mogen het alleen
onder toezicht bedienen
of wanneer ze worden geïnstrueerd door iemand die de stoomoven
kent. Ze moeten het mogelijke gevaar van een verkeerde bediening
kunnen herkennen en begrijpen.
6
Page 7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Kinderen in het huishouden
Maak gebruik
niet onbedoeld kunnen inschakelen of instellingen kunnen wijzigen.
Houd kinder
rend toezicht houdt.
Kinder
zicht gebruiken als ze weten hoe ze het toestel veilig moeten bedie‐
nen. De kinderen moeten zich bewust zijn van de gevaren van een
foutieve bediening.
Kinder
derhouden.
en vanaf acht jaar mogen de stoomoven alleen zonder toe‐
en mogen het toestel niet zonder toezicht reinigen of on‐
Houd kinder
toestel bevinden. Laat kinderen nooit met het toestel spelen.
erstikkingsgevaar! Spelende kinderen kunnen zich wikkelen in
V
verpakkingsmateriaal (bijv. folies) of het over hun hoofd trekken en
daardoor verstikken. Houd verpakkingsmateriaal zoals plastic buiten
het bereik van kinderen.
V
erbrandingsgevaar! De huid van kinderen is gevoeliger voor hoge
temperaturen dan de huid van volwassenen. Het toestel moet zo
hoog worden ingebouwd dat kinderen geen gevaar lopen (hete deur,
heet water, etc.).
van de vergrendeling, zodat kinderen de stoomoven
en onder acht jaar op een afstand, tenzij u voortdu‐
en in de gaten wanneer zij zich in de buurt van het
Aan de scharnier
kinderen.
en van de deur kunt u zich bezeren. Let vooral op
7
Page 8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Technische veiligheid
Door on
herstellingen kunnen er niet te onderschatten risico's ontstaan voor
de gebruiker. Installatie-, onderhouds- of herstellingswerken mogen
alleen door vakmensen worden uitgevoerd die door Miele erkend
zijn.
Contr
beschadigd is. Een beschadigde oven mag niet worden geplaatst en
niet in gebruik worden genomen.
De st
hij op het openbare elektriciteitsnet is aangesloten.
De elektrisc
deerd, als deze wordt aangesloten op een aardingssysteem dat vol‐
gens de geldende voorschriften is geïnstalleerd. Aan deze funda‐
mentele veiligheidsvoorwaarde moet worden voldaan. Laat de elek‐
trische installatie bij twijfel door een vakman inspecteren.
De aanslu
moeten met de waarden van het elektriciteitsnet overeenkomen, om
beschadiging van de stoomoven te voorkomen.
Vergelijk deze gegevens voor de aansluiting. Raadpleeg bij twijfel
een elektricien.
deskundig uitgevoerde installaties, onderhoudswerken of
oleer voordat de stoomoven wordt geplaatst, of hij zichtbaar
oomoven kan alleen betrouwbaar en veilig functioneren, als
he veiligheid van de stoomoven is uitsluitend gegaran‐
itgegevens (frequentie en spanning) op het typeplaatje
S
topcontactenblokken of verlengkabels bieden niet voldoende
veiligheidsgaranties (gevaar voor brand). Dit in verband met gevaar
voor oververhitting.
Gebruik de
is een veilige werking gegarandeerd.
ze stoomoven mag niet op niet-vaste plaatsen (bijv. op een
De
schip) worden gebruikt.
8
stoomoven enkel in ingebouwde toestand. Enkel dan
Page 9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
anneer u aansluitingen onder spanning aanraakt of de elek‐
W
trische en mechanische constructie wijzigt, kan dat voor u gevaar
opleveren. Het kan ook tot storingen in de werking van de stoom‐
oven leiden.
Open nooit de behuizing van de stoomoven.
Het r
klantendienst wordt hersteld die niet door Miele is erkend.
Enk
volle voldoen aan de eisen qua veiligheid. Defecte onderdelen mo‐
gen alleen door originele Miele-wisselstukken worden vervangen.
Als de aansluitkabel
cien worden vervangen door een speciale aansluitkabel van het type
H 05 VV-F (pvc-geïsoleerd). Zie hoofdstuk "Elektrische aansluiting".
Bij instal
stoomoven volledig van het elektriciteitsnet losgekoppeld zijn. Ga
daarvoor als volgt te werk:
– schakel de zekeringen in uw zekeringkast uit of
– draai de zekeringen in uw zekeringkast er helemaal uit of
– als de stekker (indien aanwezig) uit de contactdoos is getrokken.
De wat
gerealiseerd.
Miele kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade als gevolg
van fouten bij het inbouwen of aansluiten.
echt op garantie vervalt wanneer de stoomoven door een
el met originele Miele-wisselstukken bent u zeker dat deze ten
beschadigd is, moet deze door een elektri‐
latie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden moet de
Trek daarbij aan de stekker en niet aan de aansluitkabel.
eraansluiting mag alleen door een erkend vakman worden
Het t
oestel mag uitsluitend op koud water worden aangesloten.
De afsluitkraan van de watertoevoer moet goed toegankelijk zijn,
ook nadat het toestel is ingebouwd.
Contr
Het inge
tegen waterschade als aan de volgende voorwaarden is voldaan:
oleer de slangen voor de aansluiting op zichtbare schade.
bouwde Waterproof-systeem biedt alleen bescherming
9
Page 10
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
– De watertoe- en -afvoer moeten correct zijn geïnstalleerd.
– Wanneer er duidelijk sprake is van schade moet het toestel wor‐
den ger
– De kraan moet bij langdurige afwezigheid (bijvoorbeeld tijdens
vakan
epareerd, resp. moeten onderdelen worden vervangen.
ties) worden dichtgedraaid.
10
Page 11
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Efficiënt gebruik
V
erbrandingsgevaar! Het toestel wordt bij gebruik heet. U kunt
zich branden aan verwarmingselementen, de ovenruimte, het voe‐
dingsmiddel, de accessoires en de hete stoom. Draag altijd oven‐
wanten als u hete gerechten in het toestel zet of eruit haalt of als u in
het toestel bezig bent. Voorkom dat gerechten overstromen als u de‐
ze in de ovenruimte zet of eruit haalt.
De deur wor
tijd nadat het toestel is uitgeschakeld. Raak de hete deur alleen aan
bij de deurknop en de deurgreep.
In geslot
warmen een overdruk, waardoor deze kunnen ontploffen. Gebruik
de stoomoven niet voor het inmaken en verwarmen van conserven‐
blikken.
unststof serviesgoed dat niet hitte- en stoombestendig is, smelt
K
bij hoge temperaturen en kan het toestel beschadigen.
Gebruik alleen hitte- (tot 100°C) en stoombestendig kunststof ser‐
viesgoed. Houdt u zich aan de aanwijzingen van de betreffende fa‐
brikant.
Ger
gen. Het vrijkomende vocht kan in het toestel corrosie veroorzaken.
Bewaar daarom geen klare gerechten in de oven en gebruik voor de
bereiding geen voorwerpen die kunnen roesten.
echten die in de ovenruimte worden bewaard, kunnen uitdro‐
dt tijdens het gebruik heet en blijft dat ook nog enige
en conservenblikken ontstaat bij het inmaken en op‐
11
Page 12
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
erwondingsgevaar! Open nooit tijdens werking de toesteldeur!
V
De deur mag pas worden geopend als
– de afkoelfase is afgerond;
– het geluidssignaal is gestopt,
– het symbool
Als u probeert om de toesteldeur te vroeg te openen, klinkt een
waarschuwingssignaal en verschijnt op de tijdsaanduiding.
erwondingsgevaar!K ies voor inmaken nooit een temperatuur
V
boven 95°C (op een hoogte van meer dan 1000m nooit hoger dan
90°C), anders kunnen de glazen uiteenspatten.
Ontkalk het t
nen anders bijtende dampen ontstaan (zie ook de rubriek "Ont‐
kalken").
ove voedingsresten kunnen de waterafvoer en de pomp ver‐
Gr
stoppen. Controleer daarom altijd of de bodemzeef correct geplaatst
is.
Het appar
helpen. Het betreft foutmeldingen met een code tussen tot .
Open de ovendeur pas als de foutcode in het display knippert. Knip‐
pert de foutcode niet, dan is het probleem nog niet verholpen. Zie
ook het hoofdstuk "Nuttige tips".
toomovens met liftdeur: Laat de liftdeur open als de stoomoven
S
gebruik is.
aat kan bepaalde storingen zelf herkennen en ver‐
in de tijdaanduiding knippert.
oestel uitsluitend, wanneer het is afgekoeld. Er kun‐
12
Page 13
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Reiniging en onderhoud
De st
die onder spanning staan en een kortsluiting veroorzaken.
Gebruik voor het reinigen van de stoomoven nooit een stoomreini‐
ger.
De gele
derd (zie "Reiniging en onderhoud").
Plaats de geleiderails na afloop correct terug en gebruik het toestel
nooit zonder ingebouwde geleiderails.
oom van een stoomreiniger kan terechtkomen op onderdelen
iderails kunnen voor reinigingsdoeleinden worden verwij‐
13
Page 14
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het toestel
egen transportschade. Het verpak‐
t
kingsmateriaal is uitgekozen met het
oog op een zo gering mogelijke belas‐
ting van het milieu en de mogelijkheden
voor recycling.
Door hergebruik van verpakkingsmate‐
riaal wordt er op grondstoffen bespaard
en wordt er minder afval geproduceerd.
Uw handelaar neemt de verpakking
over het algemeen terug.
Het oude toestel
Oude elektrische en elektronische toe‐
ellen bevatten meestal nog waarde‐
st
volle materialen. Ze bevatten echter ook
schadelijke stoffen die nodig zijn ge‐
weest om de toestellen goed en veilig
te laten functioneren. Wanneer u uw ou‐
de toestel bij het gewone afval doet of
er op een andere manier niet goed mee
omgaat, kunnen deze stoffen schadelijk
zijn voor de gezondheid en het milieu.
Verwijder uw oude toestel dan ook
nooit samen met het gewone afval,
maar lever he
inzameldepot voor elektrische en elek‐
tronische apparatuur. Vraag uw han‐
delaar indien nodig om inlichtingen.
t in bij een gemeentelijk
14
Het afgedankte toestel moet buiten het
eik van kinderen worden opgesla‐
ber
gen.
Page 15
Aanzicht stoomoven
a
Bedieningspaneel
b
Aan-/uit-toets-
c
Beschermkapje oververhittingsbe‐
veiliging
d
Deurgreep*
e
Deurontgrendeling
f
Plateau
g
Deur van het toestel
h
Deurknop
i
Vulopening voor ontkalkingsmiddel
(systeemontkalker)
j
Liftdeur (modelafhankelijk)
Overzicht
k
Temperatuurvoeler
l
Stoomtoevoer
m
Afschermplaatje waterinspuiter
n
Geleiderails
o
Deurcontactschakelaar
p
Bodemzeef
15
Page 16
Overzicht
Bijgeleverde accessoires
U kunt de bijgeleverde accessoires (en
e accessoires) desgewenst ook
ander
nabestellen (zie "Bij te bestellen acces‐
soires").
DGGL 1
2 ovenpannen met gaten,
inhoud 1,5 l / nuttige inhoud 0,9 l
325 x 175 x 40 mm (BxDxH)
DGG 2
1 ovenpan zonder gaten,
inhoud 2,5 l / nuttige inhoud 2,0 l
325 x 175 x 65 mm (BxDxH)
Plateau
Doseerspuit voor systeemontkalker
Aanvraagkaart Miele-ontkalkings‐
middel
Gebruik voor het ontkalken uitsluitend
tkalkingsmiddel van Miele. Deze
het on
ontkalker is speciaal op uw hogedruk‐
stoomoven afgestemd. U voorkomt
daarmee schade aan het apparaat. Als
u de bijgevoegde aanvraagkaart in‐
stuurt, ontvangt u de eerste fles
(1000ml) kosteloos!
Miele-kookboek
Koken en genieten met Miele
beste recepten uit de keuken van
De
Miele
Om kookgerei op te zetten
Siliconenschijven
Voor de overdrukbeveiliging
16
Page 17
Bedieningselementen
Functie-/temperatuurdisplay
Symbool Betekenis
ToetsFunctie:
-
+
Stomen onder druk
Stomen
Verwarmen
Ontdooien
Vergrendeling
Ontkalken
Instellingen
Temperatuur instellen
Tijdweergave
Symbool Betekenis
Start
Stop
ToetsFunctie:
-
+
Start
Stop
Bereidingstijd
Het starten van een oven‐
functie
Bereiding stoppen
Bereidingstijd instellen
Het starten van een oven‐
functie
Bereiding stoppen
Ovenfunctie kiezen
17
Page 18
Functiebeschrijving
Temperatuur
Aan alle ovenfuncties is een voorgepro‐
ammeerde temperatuur toegewezen.
gr
U kunt deze voorgeprogrammeerde
temperatuur voor een enkele bereiding
of definitief wijzigen (zie "Instellingen").
U kunt de voorgeprogrammeerde tem‐
atuur in stappen van 5 °C of 1 °C
per
veranderen. Als u de temperatuur in
stappen van 1°C wilt veranderen, moet
u de fabrieksinstelling wijzigen (zie "In‐
stellingen").
Bereidingstijd
U kunt een tijd instellen tussen 1 minuut
(0:01) en 9 uur en 59 min
uten (9:59).
Geluiden
Na het inschakelen van het toestel,
tijdens het gebruik en na het uitscha‐
k
elen is een (brommend) geluid te ho‐
ren.
Dit geluid ontstaat bij het in- en afpom‐
pen van het wat
op een storing of een defect.
er. Het geluid duidt niet
Opwarmfase
Tijdens de opwarmfase wordt de oven‐
e tot de ingestelde temperatuur
ruimt
opgewarmd. Het oplopen van de tem‐
peratuur kunt u op het display volgen.
De duur van de opwarmfase is afhanke‐
lijk van de hoeveelheid voedingsmiddel
en d
e temperatuur ervan. In het alge‐
meen duurt de opwarmfase ca. 5 minu‐
ten. Als u gekoelde of ingevroren voe‐
dingsmiddelen bereidt, neemt de tijd
toe.
Bereidingsfase
Als de ingestelde temperatuur bereikt
is, begint de ber
bereidingsfase kunt u in het display de
resttijd aflezen.
eidingsfase. Tijdens de
Afkoelfase
Na de bereidingstijd komt de afkoelfa‐
se.
Tijdens de afkoelfase loopt een balkje
door het functi
Na ca. 1 minuut is de afkoelfase beëin‐
digd. Bij grote hoeveelheden kan deze
tijd toenemen.
e-/temperatuurdisplay.
18
Plateau
Schuif voordat u de deur opent het uit‐
tr
ekplateau uit. Zo kunt u het kookgerei
neerzetten en hete waterdruppels wor‐
den opgevangen.
Page 19
Ingebruikneming van het toestel
Waterhardheid instellen
Het toestel is af fabriek op waterhard‐
heid "Har
zorgen dat het toestel correct functio‐
neert en op het juiste moment wordt
ontkalkt, moet u het toestel op de wa‐
terhardheid van uw regio instellen. Hoe
hoger het kalkgehalte, des te harder is
het water en des te vaker moet het toe‐
stel worden ontkalkt.
Controleer welke waterhardheid is in‐
gesteld en voer zo nodig de juiste
waterhardheid in (zie "Instellingen").
d" ingesteld. Om ervoor te
Kookpunt aanpassen
Het kookpunt van water is afhankelijk
van de hoog
stelling.
Af fabriek is de stoomoven ingesteld op
een hoogte tot 1000 m (boven zeeni‐
veau). Bevindt de plaats van opstelling
zich op een hoogte boven 1000 m, dan
moet de fabrieksinstelling worden ge‐
wijzigd (zie "Instellingen").
te van de plaats van op‐
Deur openen
Schu
Als de deurgreep horizontaal staat, is
d
openen.
if met de duim van uw rechter
hand de deurontgrendeling naar vo‐
ren en draai de greep naar boven.
e deur ontgrendeld en kunt u deze
19
Page 20
Ingebruikneming van het toestel
Deur sluiten
Zet de greep in horizontale stand. Al‐
leen dan sluiten de lamellen van de
deur aan op de lamellen van de oven‐
ruimte (zie de pijlen).
Druk met uw link
deurknop.
Duw met de r
omlaag totdat deze hoorbaar vast‐
klikt. Druk daarbij de deurontgrende‐
ling met de duim naar voren. De
ovenruimte wordt dan ontlucht, waar‐
door de deur gemakkelijker sluit.
De stoomoven functioneert alleen als
eur correct gesloten is.
de d
20
er hand stevig op de
echter hand de greep
Page 21
Ingebruikneming van het toestel
Kleef het typeplaatje dat bij de docu‐
mentatie bijgevoegd is, op de daar‐
voo
r bestemde plaats in het hoofd‐
stuk "Miele-Service, typeplaatje, ga‐
rantie".
erwijder eventueel aanwezige be‐
V
schermfolies en stickers.
Stoomoven voor de eerste
k
eer reinigen
Accessoires / ovenruimte
l alle accessoires uit de oven‐
Haa
ruimte.
ig de accessoires handmatig of
Rein
in de afwasautomaat.
Het toestel is tijdens de productie met
een onderhoudsmiddel behandeld.
Rein
ig de ovenruimte met een
schoon sponsdoekje, afwasmiddel en
warm water om het onderhoudsmid‐
del te verwijderen.
et het toestel vervolgens gedurende
Z
10 minuten aan op de ovenfunctie
"Stomen onder druk" (120°C) om
de waterleidingen door te spoelen.
Ga daarbij te werk zoals beschreven
in het hoofdstuk "Bediening".
Pas op dat u zich niet verbrandt!
Open de ovendeur niet als een pro‐
gramma nog niet is afgelopen! U
kunt zich anders ernstig branden!
Als u toch probeert de deur voortij‐
dig te openen, hoort u een waar‐
schuwingssignaal en verschijnt in het
tijddisplay de melding .
21
Page 22
Ovenfuncties
OvenfunctieVoorgepro‐
ammeerde
gr
temperaturen
S
tomen onder druk
120°C105 - 120 °C101 - 120 °C
Temperatuurbereik*
vanaf fabriekgewijzigd
Bij deze temperatuur kunt u
voedingsmiddelen garen die
ongevoelig zijn voor druk.
V
oor het bereiden van alle
100°C40 - 100°C40 - 100°C
voedingsmiddelen, voor inma‐
ken, sap maken en speciale
toepassingen
V
oor het verwarmen van
95°C95°C–
reeds bereide gerechten
V
oor het behoedzaam ont‐
60°C50 - 60°C50 - 60°C
dooien van diepvriesproducten
*U kunt de voorgeprogrammeerde temperatuur binnen de aangegeven grenzen in stappen
van 5°C ver
fabrieksinstelling wijzigen (zie "Instellingen").
anderen. Als u de temperatuur in stappen van 1°C wilt veranderen, moet u de
22
Page 23
Bediening
Controleer voor elke bereiding of de
bodemzeef correct geplaatst is, om‐
dat grove voedingsresten de water‐
afvoer kunnen verstoppen.
etselrisico!
L
Probeer de ovendeur niet te openen
als ee
n programma nog niet is afge‐
lopen! U kunt zich anders ernstig
branden. Let vooral op kinderen!
De deur mag pas worden geopend
nadat
- de afk
- het geluidssignaal is gestopt,
-het symbool in de tijdsaandui‐
ding knippert.
Probeert u de toesteldeur te vroeg te
openen, dan weerklinkt een waar‐
schuwingssignaal en verschijnt
op het display voor tijdsaanduiding.
oelfase afgelopen is,
Bedieningsprincipe
Ovenfunctie kiezen
Slu
it de toesteldeur.
akel de stoomoven in met de
Sch
toets aan/uit.
In de werkwijze-/temperatuurindicator
verschijnt het volgende:
Na enkele seconden wisselt het display
omatisch naar de ovenfunctie "Sto‐
aut
men onder druk °".
Als u met een andere ovenfunctie wilt
werken, drukt u zo vaak op de oven‐
functietoets ; totdat de gewenste
ovenfunctie verschijnt op het display,
bijv. "Koken met stoom" .
Temperatuur instellen
S
tel met de temperatuurtoetsen + of -
de gewenste temperatuur in.
23
Page 24
Bediening
Bereidingstijd instellen
In het tijddisplay verschijnen 3 nullen en
knipper
Stel met de tijdtoets - of + de ge‐
Het starten van een ovenfunctie
Druk op de S
In het tijddisplay verschijnt "Start", het
symbool knipper
dubbele punt begint te knipperen.
Zit de deur niet goed dicht, dan hoort
u na de star
naal en verschijnt in het tijddisplay de
melding .
t het symbool T.
wenste tijd in, bijvoorbeeld 20 minu‐
ten.
tart/Stop-toets.
t niet meer en de
t een waarschuwingssig‐
Na afloop van de bereidingstijd
Na de bereidingstijd komt de afkoelfa‐
se.
In het display voor tijdsaanduiding ver‐
nt "Stop". Het symbool en
schij
"Start" verdwijnen en de dubbele punt
stopt met knipperen.
Tijdens de afkoelfase loopt een balkje
door het functie-/temperatuurdisplay.
acht totdat u meerdere akoestische
W
signalen hoort, in het tijddisplay
3 nullen te zien zijn en het symbool
knippert, voordat u de deur opent
en het voedingsmiddel verwijdert.
Schak
De stoomoven pompt na het uitscha‐
kelen af. In de werkwijze-/temperatuur‐
indicator branden drie horizontale bal‐
ken - - -.
Zolang de ovenruimte nog een tempe‐
r
atuur van meer dan 45°C heeft, wordt
in de werkwijze-/temperatuurindicator
°C weergegeven. Pas nadat °C is ver‐
dwenen schakelt de stoomoven defini‐
tief uit.
el de stoomoven uit.
24
Page 25
Bediening
Pas op dat u zich niet verbrandt!
Verbrandingsgevaar! U kunt zich
anden aan de ovenruimte, het voe‐
br
dingsmiddel en de accessoires.
Draag altijd ovenwanten als u een
heet voedingsmiddel uit het toestel
haalt.
Na gebruik
W
anneer °C op de werkwijze-/tempe‐
ratuurindicator uitgegaan is, reinigt u
de ovenruimte met een sopje van af‐
wasmiddel of azijnwater.
Wrijf de ovenruimte en de binnenzijde
van de deur daarna droog.
Dr
aai de watertoevoerkraan dicht om
eventuele waterschade te voorko‐
men.
Sluit de ovendeur pas wanneer de
ruimte droog is.
oven
Een andere ovenfunctie kiezen
Druk op de S
W
acht totdat de afkoelfase afgeslo‐
ten is.
Kies de gewenst
verder te werk zoals in het voorgaan‐
de is beschreven.
tart/Stop-toets.
e ovenfunctie en ga
Temperatuur / bereidingstijd
wijzigen
U kunt de temperatuur en de berei‐
ingstijd tijdens een bereiding op elk
d
moment wijzigen.
tel met de toets + of - de gewenste
S
waarde in.
25
Page 26
Bediening
Bereiding stoppen
U kunt een bereiding op elk moment
onderbr
der gerecht in de oven te zetten.
Druk op de S
In het tijddisplay verschijnt "Stop".
De afkoelfase begint.
eken, bijvoorbeeld om een an‐
Pas op dat u zich niet verbrandt!
Verbrandingsgevaar! U kunt zich
anden aan de ovenruimte, het voe‐
br
dingsmiddel en de accessoires.
Draag altijd ovenwanten als u hete
voedingsmiddelen in het toestel zet
of eruit haalt of als u in het toestel
bezig bent.
tart/Stop-toets.
Bereiding voortzetten
t de deur.
Slui
Schui
Druk op de S
De verwarming wordt weer ingescha‐
k
het display te zien.
f het uittrekplateau terug.
tart/Stop-toets.
eld en de stijgende temperatuur is in
Schui
W
26
f het uittrekplateau uit.
acht totdat u meerdere akoestische
signalen hoort en in het tijddisplay
het symbool knippert, voordat u
de deur opent.
Page 27
Normaal regelt de stoomoven automa‐
tisch de druk en de t
ovenruimte. Voor noodgevallen heeft
het toestel twee veiligheidsvoorzie‐
ningen tegen overdruk (overdrukbeveili‐
ging en veiligheidsventiel), alsmede een
beveiliging tegen te hoge temperaturen
(oververhittingsbeveiliging).
Het veiligheidsventiel en de overdruk‐
beveilig
vervangen (afhankelijk van het gebruik).
ing moeten na 1-2 jaar worden
Het is niet toegestaan wijzigingen
aan te brengen in de veiligheidsvoor‐
zieningen.
emperatuur in de
Overdrukbeveiliging / veilig‐
heidsventiel
Het veiligheidsventiel en de overdruk‐
liging kunnen afzonderlijk, tegelijk
bevei
of na elkaar reageren.
Beveiligingen
ntroleer eerst of het siliconen‐
Co
schijfje uit de houder van de over‐drukbeveiliging is gedrukt. Is dat het
geval, plaats dan een nieuw silico‐
nenschijfje (zie de rubriek "Bijgele‐
verde accessoires") in de opening
van de overdrukbeveiliging aan de
binnenkant van de deur.
Wanneer de beveiligingen reageren,
k
omt er stoom boven en onder het be‐
slag vrij (zie afbeelding).
Druk op de S
acht totdat de afkoelfase afgeslo‐
W
ten is. (zie rubriek "Bediening – Berei‐
ding stoppen").
Open de
tart/Stop-toets.
deur.
U kunt de stoomoven weer in gebruik
nemen.
ft de overdrukbeveiliging niet ge‐
Hee
reageerd, trek dan het veiligheids‐ventiel aan de binnenkant van de
deur eruit.
27
Page 28
Beveiligingen
Druk de metalen stift van het veilig‐
heidsventiel weer naar binnen.
Druk het nieuwe veiligheidsventiel
weer in de opening
opening moet zich geheel in de gleuf
van de rubberen dichting bevinden.
U kunt de stoomoven weer in gebruik
nemen.
. De rand van de
Als de overdrukbeveiliging of het vei‐
heidsventiel heeft gereageerd,
lig
neemt u contact op met de Miele-Ser‐
vice.
28
Page 29
Beveiligingen
Oververhittingsbeveiliging
De oververhittingsbeveiliging bevindt
zich on
oververhittingsbeveiliging bij te hoge
temperaturen in de stoomaggregaat
wordt ingeschakeld, wordt de verwar‐
ming van de stoomoven automatisch
uitgeschakeld. In de werkwijze-/tempe‐
ratuurindicator verschijnt en de af‐
koelfase begint.
Als de afkoelfase na 1 minuut is beëin‐
digd, klinken meerdere geluidssignalen.
In de werkwijze-/temperatuurindicator
knippert korte tijd , dan verschijnen
drie horizontale balken - - -. Na een
tijdje verschijnt in het display.
Schak
Laat de st
Als de stoomoven afkoelt dooft
het display.
der de toets Aan/Uit. Als de
el de stoomoven uit en open
de deur.
oomoven ongeveer 30 mi‐
nuten afkoelen.
in
Reageert de oververhittingsbeveiliging
opnieuw nadat de oorzaak is wegge‐
nomen, neem dan contact op met Mi‐
ele-
Service.
V
erwijder het kapje van de oververhit‐
tingsbeveiliging (zie pijl) en druk de
oververhittingsbeveiliging weer in.
Gebruik hiervoor bijvoorbeeld een
geschikte schroevendraaier.
Plaats het kapje weer t
U kunt de stoomoven weer in gebruik
nemen.
erug.
29
Page 30
Beveiligingen
Inschakelblokkering / vergren‐
deling
De stoomoven is voorzien van een ver‐
rendeling die voorkomt dat het appa‐
g
raat onbedoeld in gebruik wordt geno‐
men of dat instellingen worden gewij‐
zigd als het apparaat al in gebruik is.
Als u de vergrendeling/bedieningsver‐
g
rendeling wilt gebruiken, moet u een‐
malig de instelling wijzigen (zie hoofd‐
stuk "Instellingen").
grendeling van het toestel acti‐
De ver
veert u als het toestel stand-by staat.
Het toestel kan worden in- en uitge‐
schakeld, maar niet in gebruik worden
genomen.
grendeling wordt tijdens het
De vergebruik ingeschakeld. Als de vergren‐
deling is ingeschakeld, kan de stoom‐
oven maar beperkt worden bediend:
– De voorgeprogrammeerde tempera‐
tuur kan
niet verhoogd.
– De ingestelde bereidingstijd kan al‐
lee
– Het toestel kan worden in- en uitge‐
schakeld, maar er kan geen oven‐
functie worden gekozen.
wel worden verlaagd, maar
n worden verminderd.
Activeren
Druk zo vaa
totdat 3 balken en het symbool in
de werkwijze-/temperatuurindicator
verschijnen.
Druk op de t
In de werkwijze-/temperatuurindicator
verschijnt het volgende en het sym‐
bool knipper
Als u iets wilt instellen bij ingeschakelde
werkwijze-/temperatuurindicator, ver‐
schijnt in de werkwijze-/tempera‐
tuurindicator.
Deactiveren
Druk zo vaa
totdat in het display de symbolen
en verschijnen.
Druk op de t
De inschakelblokkering / vergrendeling
is uitge
schakeld.
k op de functietoets ,
emperatuurtoets +.
t.
k op de functietoets ,
emperatuurtoets -.
30
Page 31
Belangrijke opmerkingen en informatie
In dit hoofdstuk vindt u algemene aan‐
wijzingen. Als u bij voedingsmiddelen
en/of t
oepassingen bijzonderheden in
acht moet nemen, wordt u hierop ge‐
wezen.
Het bijzondere van koken met
st
oom
Bij stomen gaan nauwelijks vitaminen
en mine
dingsmiddel niet in het water ligt.
Bij stomen blijft de eigen smaak van het
voeding
gewoon koken. Voeg daarom geen zout
toe of doe dat pas na de bereiding.
Daarnaast behouden de producten hun
frisse, natuurlijke kleur.
ralen verloren, omdat het voe‐
smiddel beter behouden dan bij
Kookgerei
Stoomovenpannen
Het toestel wordt met roestvrijstalen
ookgerei geleverd. Daarnaast kunt u
k
nog andere ovenpannen bestellen, al
dan niet met gaten en met een verschil‐
lende grootte (zie "Bij te bestellen ac‐
cessoires"). Zo kunt u voor elk gerecht
de meest geschikte ovenpan gebruiken.
Gebruik bij voorkeur ovenpannen met
gat
en. De stoom bereikt dan van alle
kanten het voedingsmiddel, waardoor
het gelijkmatig gaar wordt.
Eigen serviesgoed
U kunt ook eigen serviesgoed ge‐
bruik
en. Neem daarbij het volgende in
acht:
– Het serviesgoed moet hitte- (tot
100
°C) en stoombestendig zijn. Als u
kunststof serviesgoed wilt gebruiken,
informeer dan bij de fabrikant of het
materiaal geschikt is voor gebruik in
een stoomoven.
– Kookgerei met dikke wanden (bij‐
rbeeld van porselein, keramiek of
voo
aardewerk) is minder geschikt voor
stomen. Dikke wanden geleiden de
warmte slecht, waardoor de aange‐
geven bereidingstijden aanzienlijk
kunnen toenemen.
– Plaats het kookgerei op het inge‐
scho
ven plateau, niet op de bodem.
– Het kookgerei mag niet met de oven‐
wand in aanr
kan de stoom niet goed bij het ge‐
recht komen.
aking komen, anders
Niveau
U kunt elk niveau kiezen en tegelijk op
meer
dere niveaus koken. Een en ander
is niet van invloed op de bereidingstijd.
Diepvriesproducten
Bij diepvriesproducten is de opwarmtijd
langer dan bij verse voedingsmiddelen.
Hoe
groter de hoeveelheid, des te lan‐
ger de opwarmfase.
Temperatuur
In de stoomoven wordt met de oven‐
functie
"Stomen onder druk" maxi‐
maal 120 °C bereikt. Bij deze tempera‐
31
Page 32
Belangrijke opmerkingen en informatie
tuur kunt u voedingsmiddelen garen die
ong
evoelig zijn voor druk. Bereid voe‐
dingsmiddelen die gevoelig zijn voor
druk met stoomkoken 100°C.
Sommige heel gevoelige voedingsmid‐
delen, bijv
dan 100 °C worden toebereid anders
kunnen ze barsten. In de betreffende
rubrieken wordt daarop gewezen.
. bessen, moeten met minder
Bereidingstijd
De bereidingstijden bij stomen komen
in gr
ote lijnen overeen met de berei‐
dingstijden in een kookpan. Als de be‐
reidingstijd door bepaalde factoren
wordt beïnvloed, wordt u in de betref‐
fende rubrieken hierop gewezen.
Met de ovenfunctie "Stomen onder
druk "
tijd bijna halveren.
De bereidingstijd is niet afhankelijk van
de hoeveelheid voedingsmiddel. De be‐
r
eidingstijd voor bijvoorbeeld 1 kg aard‐
appelen is gelijk aan die voor 500 g.
De in de tabellen genoemde tijden zijn
slech
u aan om eerst de kortste bereidingstijd
te kiezen. U kunt de bereidingstijd na
afloop nog verlengen.
kunt u de normale bereidings‐
ts algemene richtlijnen. Wij raden
Bereiden met vloeistoffen
Vul ovenpannen hooguit voor 2/3 als u
echten met veel vocht bereidt. U
ger
voorkomt zo dat het gerecht over‐
stroomt als u het uit de oven haalt.
Bij de ovenfunctie "Stomen onder druk"
120°C tr
wervelingen op in de ovenruimte. Door
deze wervelingen kunnen gerechten uit
de ovenpan worden gemorst en daar‐
door de ovenruimte vervuilen. Dat ge‐
beurt vooral wanneer voedingsmid‐
delen in vloeistof worden toebereid
(soep, eenpansgerechten, rode kool
enz.) en bij brijachtige voedingsmid‐
delen, zoals appelmoes.
Dek ovenpannen met dergelijke voe‐
dingsmi
leverde plateau of met een deksel (zie
"Bij te bestellen accessoires"). Plaats
een ovenpan met afdekking tussen de
geleiderails, niet erop.
eden in de afkoelfase lucht‐
ddelen daarom af met het bijge‐
Eigen recepten
Voedingsmiddelen en gerechten die u
pan bereidt, kunt u ook in de
in een
stoomoven bereiden. De bereidings‐
tijden zijn ongeveer even lang. Houdt u
er wel rekening mee dat gerechten in
de stoomoven niet bruin worden.
32
Page 33
Stomen
Groente
Verse producten
Bereid verse groente voor zoals u dat
normaal ook doet, bijvoorbeeld afspoe‐
len, r
einigen en fijn snijden.
Diepvriesproducten
Diepvriesgroente hoeft u voor de berei‐
ding nie
die als blok is ingevroren.
Diepvries- en verse groente met een
geli
tijd worden bereid.
Maak grote, aan elkaar gevroren stuk‐
k
de verpakking.
Stoomovenpannen
Voedingsmiddelen met een kleine dia‐
met
men nauwelijks holle ruimten, zodat de
stoom nauwelijks kan binnendringen.
Voor een gelijkmatig bereidingsresultaat
moet u voor dergelijke producten platte
ovenpannen gebruiken. Vul de oven‐
pannen niet hoger dan 3-5cm. Verdeel
grote hoeveelheden over meerdere
platte ovenpannen.
t te ontdooien, behalve groente
jke bereidingstijd kunnen tegelijker‐
en kleiner. De bereidingstijd vindt u op
er (zoals erwten en asperges) vor‐
Niveau
Als u in ovenpannen met gaten groente
ber
eidt die kleur afgeeft (zoals rode bie‐
ten), plaats dan geen andere voedings‐
middelen eronder. U voorkomt zo dat
de andere voedingsmiddelen verkleu‐
ren.
Bereidingstijd
De bereidingstijd is net als bij gewoon
oken afhankelijk van de grootte van
k
het voedingsmiddel en de gewenste
gaarheid. Voorbeeld:
vastkokende aardappelen, in vier stuk‐
ken = ca. 18 minuten
vastkokende aardappelen, gehalveerd =
ca. 22 minuten
spruitjes, groot, beetgaar = ca. 12 mi‐
nuten
spruitjes, klein, zacht = ca. 12 minuten
Instellingen
Stomen onder druk
emperatuur: 120 °C
T
of
stomen
Temperatuur: 100 °C
Bereidingstijd: zie tabel
Verschillende groentesoorten met de‐
z
elfde bereidingstijd kunt u in één oven‐
pan bereiden.
Gebruik voor groente die in vocht wordt
ber
eid (zoals rode kool) ovenpannen
zonder gaten.
33
Page 34
Stomen
De in de tabellen genoemde tijden zijn slechts algemene richtlijnen voor verse
gr
oente. Wij raden u aan om eerst de kortste bereidingstijd te kiezen. U kunt de
Bereid het vlees voor zoals u dat nor‐
maal ook doet.
Diepvriesproducten
Ontdooi diepvriesvlees voordat u het
eidt (zie "Ontdooien").
ber
Voorbereiding
Vlees dat bruin moet worden en dat u
volgens wilt smoren, zoals goulash,
ver
moet u eerst op de kookplaat aanbra‐
den.
Bereidingstijd
De bereidingstijd is afhankelijk van de
dikt
e en de hoedanigheid van het vlees,
niet van het gewicht. Hoe dikker het
vlees des te langer de bereidingstijd.
Een stuk vlees van 500 g dat 10 cm dik
is, heeft een langere bereidingstijd dan
een stuk van 500 g dat 5 cm dik is.
– Bereidt u vlees en voegt u wel vocht
t
oe, houd dan vooral bij de ovenfunc‐
tie "Stomen onder druk " de in het
recept aangegeven vochthoeveelheid
aan, anders kan het gerecht overko‐
ken. U kunt eventueel na het koken
nog vocht toevoegen, bijvoorbeeld
bouillon.
Instellingen
Stomen onder druk
emperatuur: 120 °C
T
of
stomen
Temperatuur: 100 °C
Bereidingstijd: zie tabel
Tips
– Als u de ar
den, bereid het vlees dan in een
ovenpan met gaten. Schuif een oven‐
pan zonder gaten onder het vlees in
de oven om het vrijkomende vocht
op te vangen. U kunt het vocht dan
later gebruiken om er bijvoorbeeld
een sausje van te maken of om het in
te vriezen.
– Voor een k
bijvoorbeeld een soepkip, een bout,
borstvlees, dikke rib of een runderbot
gebruiken. Doe het vlees met soep‐
groente en koud water in een oven‐
pan. Hoe langer de bereidingstijd,
des te krachtiger de bouillon.
36
omastoffen wilt behou‐
rachtige bouillon kunt u
Page 37
Stomen
De in de tabel genoemde tijden zijn slechts algemene richtlijnen. Wij raden u aan
om eerst de k
verlengen.
ortste bereidingstijd te kiezen. U kunt de bereidingstijd na afloop nog
Vlees
Bout (stuk), bedekt met water45–50110–120
Eisbein75–80135–140
Kippenborstfilet–8–10
Schenkel58–63105–115
Dikke rib, bedekt met water38–43110–120
Kalfsvlees in reepjes–3–4
Casselerrib, schijven3–46–8
Lamsragout6–812–16
Poularde3060–70
Kalkoenrollade–12–15
Kalkoenschnitzel–4–6
Ribstuk, bedekt met water50–55130–140
Rundergoulash30–35105–115
Soepkip, bedekt met water4080–90
Rundvlees, gekookt45–50110–120
[min]
Ber
eidingstijd
37
Page 38
Stomen
Worstwaren
Instellingen
Stomen
T
emperatuur: 90 °C
Duur: zie tabel
Worstwaren
Gekookte worst6–8
Vleesworst6–8
Witte worst6–8
Ber
eidingstijd
[min]
Vis
Verse producten
Bereid verse vis voor zoals u dat nor‐
maal ook doet, bijvoorbeeld schubben
en ing
ewanden verwijderen en reinigen.
Diepvriesproducten
Vis hoeft voor de bereiding niet hele‐
maal t
e worden ontdooid. Het is vol‐
doende als de buitenkant zacht genoeg
is om de kruiden op te nemen.
Voorbereiding
Besprenkel de vis voor de bereiding
met bijvoorbeel
Hierdoor wordt het vlees steviger.
U hoeft de vis niet te zouten, omdat het
vlees bij stomen alle mineralen behoudt
die voor een intensieve smaak zorgen.
Stoomovenpannen
Vet ovenpannen met gaten in.
Niveau
Als u in ovenpannen met gaten vis be‐
eidt en tegelijk in andere ovenpannen
r
andere voedingsmiddelen wilt bereiden,
kunt u smaakbeïnvloeding vermijden
(door omlaag druppelend vocht) door
de vis meteen boven het metalen pla‐
teau in de oven te plaatsen.
d citroen- of limoensap.
38
Page 39
Stomen
Temperatuur
85 - 90 °C
V
oor het behoedzaam bereiden van
kwetsbare vissoorten, zoals zeetong.
100 °C
V
oor het bereiden van vissoorten met
stevig vlees, zoals kabeljauw en zalm.
Voor het bereiden van vis in saus of
bouillon.
Bereidingstijd
De bereidingstijd is afhankelijk van de
dikt
e en de hoedanigheid van de vis,
niet van het gewicht. Hoe dikker de vis
des te langer de bereidingstijd. Een
stuk vis van 500 g dat 3 cm dik is, heeft
een langere bereidingstijd dan een stuk
van 500 g dat 2 cm dik is.
Hoe langer u vis kookt des te steviger
dt het vlees. Houd de aangegeven
wor
bereidingstijden aan. Als u de vis niet
gaar genoeg vindt, kunt u de bereiding
verlengen, maar hooguit met enkele mi‐
nuten.
– Met het visafval (graten, vinnen en
visk
oppen), soepgroente en koud wa‐
ter kunt u in een ovenpan visfond
maken. Stel een temperatuur in van
100 °C en houd een bereidingstijd
aan van 60 tot 90 minuten. Hoe lan‐
ger de bereidingstijd des te krach‐
tiger de fond.
– Voor blauw k
water met azijn bereid (de vis wordt
daarbij blauw). Voor de hoeveelheden
water en azijn volgt u het recept. U
mag voor deze bereidingswijze de
huid van de vis niet beschadigen.
Geschikte vissoorten zijn karper, fo‐
rel, zeelt, paling en zalm.
Gebruik een ovenpan met gaten als u eieren wilt koken.
U hoeft de eieren voor de bereiding niet in te prikken. Omdat de eieren tijdens de
opwarmfase lang
Vet ovenpannen zonder gaten in als u daarin eiergerechten wilt bereiden.
Instellingen
StomenTemperatuur: 100 °C
Duur: zie tabel
Grootte S
Zach
t Gemiddeld Hard
Grootte M
Zacht Gemidd
Grootte L
Zacht Gemidd
zaam worden verhit, barsten ze niet tijdens het stomen.
[min]
eld Hard
eld Hard
3
5
9
4
6
10
5
6–7
12
Grootte XL
Zacht Gemidd
Ber
eidingstijd
eld Hard
6
8
13
49
Page 50
Stomen
Fruit
Om te voorkomen dat sap verloren gaat, kunt u fruit het best in een ovenpan zon‐
der gat
ovenpan zonder gaten eronder in de oven. Ook dan blijft het sap behouden.
en bereiden. Als u fruit in een ovenpan met gaten bereidt, schuif dan een
Tip: U kun
Instellingen
Stomen onder druk
T
emperatuur: 120 °C
of
stomen
Temperatuur: 100 °C
Bereidingstijd: zie tabel
Appels, in stukjes–1–3
Peren, in stukjes–1–3
Kersen–2–4
Mirabellen–1–2
Nectarines/perziken, in stukjes–1–2
Pruimen–1–3
Kweeappels/-peren, blokjes3–46–8
Rabarber, in stukjes–1–2
t het opgevangen sap voor andere doeleinden gebruiken.
[min]
Kruisbessen–2–3
eidingstijd
Ber
50
Page 51
Stomen
Menugaren
Met deze bereidingsfunctie kunt u een
menu same
lende voedingsmiddelen met verschil‐
lende bereidingstijden bestaat, bijvoor‐
beeld roodbaarsfilet met rijst en broc‐
coli. De voedingsmiddelen worden ach‐
tereenvolgens op verschillende mo‐
menten in de oven gezet en zijn dan te‐
gelijk klaar.
Niveau
Schuif druppelende voedingsmiddelen
(zoals vis) en kleur afgevende voedings‐
middelen (zoals r
boven het plateau in de oven. U voor‐
komt zo smaakbeïnvloeding en verkleu‐
ringen.
Temperatuur
De temperatuur bij het bereiden van
menu's moet 100°C zijn, omdat de
meest
temperatuur gaar worden. Kies nooit de
laagste temperatuur als voor voedings‐
middelen verschillende temperaturen
worden aanbevolen, bijvoorbeeld voor
doradefilet 85°C en voor aardappelen
100°C.
Als voor een voedingsmiddel bijvoor‐
beeld 85°C wor
eerst wat het resultaat zal zijn als u op
100°C gaat koken. Bij kwetsbare vis‐
soorten met een losse structuur, zoals
zeetong en schol, wordt het vlees op
100°C erg stevig.
Bereidingstijd
Als u de temperatuur verhoogt, moet u
de b
ereidingstijd met ca. ¹/₃ verkorten.
dt aanbevolen, test dan
51
Page 52
Stomen
Werkwijze
Schak
Z
S
Z
S
Z
S
el de stoomoven in en stel sto‐
men 100 °C in.
et eerst de rijst in de oven.
tel de eerste tijd in, dus 14 minuten.
et na die 14 minuten de roodbaarsfi‐
let in de stoomoven.
tel de tweede tijd in, dus 2 minuten.
et na die 2 minuten de broccoli in de
stoomoven.
tel de derde tijd in, dus 4 minuten.
52
Page 53
Speciale toepassingen
Verwarmen
Voedingsmiddelen kunnen in de stoom‐
oven beho
Ze drogen niet uit en worden niet gaar‐
der. Het product wordt gelijkmatig ver‐
hit en hoeft niet te worden doorgeroerd.
U kunt bordmaaltijden (vlees, groente,
dappelen) net zo verwarmen als af‐
aar
zonderlijke voedingsmiddelen.
Kookgerei
Kleine hoeveelheden kunt u op een
d, grote hoeveelheden in een oven‐
bor
pan verwarmen.
Tips
– Verwarm grote stukken (zoals braad‐
vlee
als bordmaaltijd.
– Halveer compacte voedingsmiddelen,
zoal
de.
– Gepaneerde voedingsmiddelen, zoals
schn
edzaam worden verwarmd.
s) niet als geheel, maar in porties
s gevulde paprika's of een rolla‐
itzels, blijven niet krokant.
Werkwijze
Dek de voedingsmiddelen af met een
diep bor
stoombestendige folie of met een
deksel.
et het bord op het plateau en schuif
Z
het in het toestel.
Instellingen
Verwarmen
ijd: zie tabel
T
d, een hitte- (tot 100°C) en
– Verwarm sauzen apart. Uitzondering:
voedingsmiddelen die in een saus
wor
den bereid (zoals goulash).
53
Page 54
Speciale toepassingen
[min]
Groente
Bloemkool, bonen2
Koolraap, wortels2
Bijgerechten
Aardappelen (in de lengte gehalveerd)3–4
Pasta, rijst2–3
Vlees en gevogelte
Braadvlees, gesneden, ca. 1,5 cm dik3–5
Goulash3–5
Kipschnitzel3–5
Gehaktballen3–5
Rollade, gesneden3–5
Vis
Visfilet2–3
Visrollade, gehalveerd2–3
Bordmaaltijden
Kippenragout met rijst3–5
Gebraden varkensvlees met aardappelen en groente3–4
Spaghetti met tomatensaus2–3
Soepen/eenpansgerechten
Eenpansgerecht4–5
Groente-/crèmesoep / heldere soep2–3
54
Page 55
Speciale toepassingen
Ontdooien
De ontdooitijden zijn aanzienlijk korter
n bij ontdooien op kamertempera‐
da
tuur.
Temperatuur
De optimale ontdooitemperatuur is 60
°C.
Uitzonderingen: Gehakt en wild: 50 °C.
Voor en na het ontdooien / de berei‐
ding
Verwijder bij ontdooien de verpakking.
Uitzonderingen:Ontdooi
bak in de verpakking, omdat deze pro‐
ducten anders vocht opnemen en zacht
worden.
Laat het ontdooide voedingsmiddel na
afloo
p nog enige tijd bij kamertempera‐
tuur staan. Deze doorwarmtijd is nodig
zodat de warmte zich gelijkmatig kan
verdelen (van buiten naar binnen).
Stoomovenpannen
brood en ge‐
Tips
– Vis hoeft voor de bereiding niet hele‐
maal
te worden ontdooid. Het is vol‐
doende als de buitenkant zacht ge‐
noeg is om de kruiden op te nemen.
Afhankelijk van de dikte is 2–5 minu‐
ten voldoende.
– Maak producten die aan elkaar kle‐
ven (zoals bessen en
na de helft van de ontdooitijd los en
verdeel ze zo goed mogelijk.
– Vries eenmaal ontdooide voedings‐
middelen niet weer in.
– Ontdooi ingevroren kant-en-klaarge‐
echten volgens de aanwijzingen op
r
de verpakking.
Instellingen
Ontdooien
T
emperatuur: zie tabel
ontdooitijd: zie tabel
stukken vlees)
Gevaar voor salmonella!
Giet het vocht van vlees en gevogel‐
t
e weg. Gebruik het vocht nooit!
Gebruik bij het ontdooien van drup‐
pelende voedingsmiddelen (zoals gevo‐
gelt
e) een ovenpan met gaten met
daaronder het metalen plateau. Het
voedingsmiddel ligt dan niet in het vrij‐
komende vocht.
Voedingsmiddelen die niet druppelen
kunt u in een
ontdooien.
erwondingsgevaar!
Kies voor inmaken nooit een tempe‐
ratuur boven 95°C (op een hoogte
van meer dan 1000 m nooit hoger
dan 90°C), anders kunnen de glazen
uiteenspatten.
Gebruik alleen verse voedingsmiddelen,
zonder lel
Glazen
Gebruik alleen onbeschadigde, schone
inmaa
glazen met een twist-off-deksel ge‐
bruiken en glazen deksels met een rub‐
beren ring.
Gebruik alleen glazen die even groot
zijn, zodat alle
maakt.
Reinig de rand van de glazen na het
vullen met een schone doek en heet
wat
Fruit
Selecteer het fruit zorgvuldig. Was het
ort maar grondig en laat het goed uit‐
k
druppelen. Reinig bessen extra voor‐
zichtig. Bessen zijn zeer kwetsbaar en
raken snel beschadigd.
Verwijder eventueel schillen, stelen, pit‐
t
en en stenen. Maak grote vruchten
klein. Snijd bijv. appelen in schijven.
Prik grote steenvruchten met steen
(pruimen, abrik
ren met een vork of een houten stokje,
omdat ze anders kunnen barsten.
ijke en rotte plekken.
kglazen en toebehoren. U kunt
s gelijkmatig wordt inge‐
er en sluit de glazen.
ozen) verschillende ke‐
Groente
Groente rafspoelen, reinigen en fijn
snijden.
Blancheer groenten voor het inmaken,
zodat de kleur behouden blijft (zie ru‐
briek "Blanche
Hoeveelheid/Systeeminhoud
Vul het glas losjes tot maximaal 3 cm
onder de r
schadigd als u het voedingsmiddel erin
drukt. Tik met het glas voorzichtig op
een doek, zodat de inhoud beter wordt
verdeeld.
Gebruik voor fruit een suikeroplossing.
oor groenten kunt u een zout- of azijn‐
V
oplossing gebruiken.
Vlees en worst
Braad of kook het vlees voor het inma‐
en, zodat het net gaar wordt. Neem
k
voor het opvullen de braadfond, die u
met water kunt strekken, of de bouillon
waarin het vlees is gekookt. Let op dat
de rand van het glas vetvrij is.
Vul de potten met worst slechts tot de
helft, omdat de worst tijdens het inma‐
ken omhoog komt.
Tips
– Maak gebruik van de restwarmte van
de oven en ha
nuten na het uitschakelen uit de
ovenruimte.
– Laat de glazen ca. 24 uur langzaam
oelen, afgedekt met een doek.
afk
ren").
and. De celwanden raken be‐
al de glazen pas 30 mi‐
58
Page 59
Speciale toepassingen
Werkwijze
Gebruik voor de ovenpan
et de (even grote) glazen in de ovenpan met gaten. Ze mogen elkaar niet raken.
T
* De aangegeven inmaaktijden hebben betrekking op potten van 1,0 l. Voor weckpotten van
0,5 l moet de inmaakti
nuten.
jd met 15 minuten worden verkort, voor potten van 0,25 l met 20 mi‐
60
Page 61
Speciale toepassingen
Sap bereiden
U kunt in uw oven van zacht en hard
fruit sap mak
Met rijp fruit kunt u het best sap maken.
jper het fruit des te meer sap en
Hoe ri
des te aromatischer het sap.
Voorbereiding
Selecteer en reinig het fruit waarvan u
sap wilt mak
digde plekken.
Verwijder de steeltjes van wijndruiven
e kersen, omdat deze bittere stof‐
en zur
fen bevatten. De steeltjes van bessen
hoeven niet te worden verwijderd.
Snijd grote vruchten (zoals appels) in
ca. 2 cm dikk
fruit of de groente, des te kleiner moet u
deze producten snijden.
Tips
– Meng voor een nog fijnere smaak
zoet met minder zoet fruit.
en.
en en verwijder bescha‐
e blokjes. Hoe harder het
Werkwijze
Doe
het voorbereide fruit in een
ovenpan met gaten.
Schui
Instellingen
Stomen onder druk
T
emperatuur: 120 °C
of
stomen
Temperatuur: 100 °C
Tijd: zie tabel
f een ovenpan zonder gaten er‐
onder om het vrijkomende vocht op
te vangen.
– Bij de meeste fruitsoorten neemt de
saphoeve
aroma als u suiker toevoegt. Meng de
suiker door het fruit en laat deze en‐
kele uren intrekken. Gebruik op 1kg
zoet fruit 50–100 g suiker, op 1kg
zuur fruit 100–150g.
– Wilt u het sap bewaren, doe het dan
hee
meteen.
elheid toe en verbetert het
t in schone flessen en sluit deze
61
Page 62
Speciale toepassingen
[min]
Zachte vruchten,
zoals bessen–40–70
Middelharde vruchten,
zoals appels en peren30–45–
Harde vruchten,
zoals kwee-appels, peren40–50–
T
ijd
62
Page 63
Speciale toepassingen
Yoghurt bereiden
Voor de yoghurtbereiding gebruikt u
melk en al
hurtferment, bijvoorbeeld uit een re‐
formwinkel.
Gebruik verse yoghurt met levende cul‐
tur
en zonder toevoegingen. Gepasteuri‐
seerde yoghurt is niet geschikt.
De yoghurt moet vers zijn. Bewaar de
yogh
Voor de yoghurtbereiding kunt u onge‐
k
oelde houdbare melk of verse melk
gebruiken. Houdbare melk kunt u met‐
een gebruiken. Verse melk moet u eerst
tot 90 °C verhitten (niet koken!) en ver‐
volgens weer tot 35 °C laten afkoelen.
Als u verse melk gebruikt, wordt de
yoghurt iets steviger dan met houdbare
melk.
De yoghurt en de melk moeten hetzelf‐
de vetgehal
Beweeg of schud de glazen niet tijdens
het st
s startcultuur yoghurt of yog‐
urt niet te lang.
te hebben.
ollen.
Er is vocht afgezet:
De gla
zen zijn bewogen, de yoghurt is
niet snel genoeg afgekoeld.
De yoghurt is korrelig:
De melk is t
van de melk was niet optimaal, de melk
en de startyoghurt zijn niet goed ge‐
mengd.
Tip: Bij gebruik van yoghurtferment
kunt u de yoghurt met een mengsel van
melk en room bereiden. Meng 3/4 liter
melk met 1/4 liter room.
e heet gemaakt, de kwaliteit
Na de bereiding moet de yoghurt met‐
de koelkast worden afgekoeld.
een in
De stevigheid, het vetgehalte en de ge‐
e yoghurtculturen beïnvloeden de
bruikt
consistentie van de zelfgemaakte yog‐
hurt. Niet alle yoghurts zijn geschikt als
"startyoghurt".
Mogelijke oorzaken van een slecht
esultaat
eindr
De yoghurt is niet stevig genoeg:
De star
de koelketen is onderbroken, de ver‐
pakking was beschadigd, de melk is
niet voldoende verhit.
tyoghurt is niet goed bewaard,
63
Page 64
Speciale toepassingen
Werkwijze
Roe
r 100 g yoghurt door 1 liter melk
of maak het mengsel met yoghurtfer‐
ment volgens de aanwijzingen op de
verpakking.
ul het melkmengsel in portieglazen
V
en sluit de glazen af.
et de gesloten glazen in een oven‐
Z
pan met gaten. Ze mogen elkaar niet
raken.
et de glazen meteen na afloop in de
Z
koelkast. Beweeg de glazen niet on‐
nodig.
Instellingen
Stomen
Temperatuur: 40 °C
Duur: zie tabel
Gistdeeg laten rijzen
Werkwijze
Ber
eid het deeg volgens het recept.
Dek de deegscha
het plateau.
Instellingen
Stomen
emperatuur: 40 °C
T
Duur: zie tabel
al af en zet deze op
64
Page 65
Speciale toepassingen
Gelatine smelten
Werkwijze
Laat gelatinebladen 5 minu
een schaal met water weken. De ge‐
latinebladen moeten goed met water
bedekt zijn. Knijp de gelatinebladen
uit en giet het water weg. Leg de uit‐
geknepen gelatinebladen weer in de
schaal.
Doe gemalen gelatine in een schaal
voeg zoveel water toe als op de
en
verpakking staat aangegeven.
Dek het ser
het plateau.
Instellingen
Stomen
emperatuur: 90 °C
T
Duur: 1 minuut
viesgoed af en zet het op
ten in
Chocolade smelten
U kunt alle soorten chocolade in het
oestel smelten.
t
Werkwijze
eek de chocolade in stukken.Vet‐
Br
glazuur bereidt u bij voorkeur in de
ongeopende verpakking in een oven‐
pan met gaten.
Doe
grote hoeveelheden in een oven‐
pan zonder gaten en kleine hoeveel‐
heden in een kopje of schaal.
Dek de ovenpan of het ser
af met hitte- (tot 100°C) en stoombe‐
stendige folie of met een deksel.
Roe
r grote hoeveelheden tussendoor
een keer om.
Instellingen
Stomen
T
emperatuur: 65 °C
Duur: 20 minuten
viesgoed
65
Page 66
Speciale toepassingen
Voedingsmiddelen pellen
Werkwijze
Snij
d voedingsmiddelen zoals toma‐
ten, nectarines, etc. bij de steelvoet
in (kruisvormig). U kunt het velletje
dan gemakkelijker verwijderen.
Doe het voedingsmiddel in een oven‐
pan met gat
Laat ama
met koud water schrikken. U kunt ze
anders niet pellen.
Stomen
T
emperatuur: 100 °C
Duur: zie tabel
Voedingsmiddel
Abrikozen1
Amandelen1
Nectarines1
Paprika4
en.
ndelen meteen na het koken
[min]
Appels conserveren
U kunt onbehandelde appels langer
dbaar maken. Bij opslag in een dro‐
hou
ge, koele, goed geventileerde ruimte
zijn appels dan 5 tot 6 maanden houd‐
baar. Dit kan alleen met appels, niet
met andere pitvruchten.
Instellingen
Stomen
T
emperatuur: 50 °C
Conserveringstijd: 5 minuten
Perziken1
Tomaten1
ijd
T
66
Page 67
Speciale toepassingen
Blancheren
Als u groente en fruit wilt invriezen,
moet u de pr
De kwaliteit van de voedingsmiddelen
blijft dan tijdens de opslag in de vriezer
beter.
Bij groentesoorten die voor verdere ver‐
werking
kleur beter behouden.
Werkwijze
Doe
in een ovenpan met gaten.
Dompel
blancheren in ijswater om het product
snel af te koelen en laat het daarna
goed uitdruppelen.
Instellingen
Stomen
T
emperatuur: 100 °C
Blancheer: 1 minuut
oducten eerst blancheren.
geblancheerd worden, blijft de
de voorbereide groente (het fruit)
de groente (het fruit) na het
Uien fruiten/stoven
Bij stoven wordt een voedingsmiddel in
en sap bereid, eventueel met
het eig
toevoeging van wat vet (fruiten).
Werkwijze
Snijd de uien fijn en doe de uien met
wat bot
ten.
Dek de ovenpan of het ser
af met hitte- (tot 100°C) en stoombe‐
stendige folie of met een deksel.
Instellingen
Stomen onder druk
T
emperatuur: 120 °C
Bereidingstijd: 2 minuten
of
Stomen
emperatuur: 100 °C
T
Bereidingstijd: 4 minuten
er in een ovenpan zonder ga‐
viesgoed
67
Page 68
Speciale toepassingen
Spek uitsmelten
Het spek wordt niet bruin.
Werkwijze
Doe
het spek (in blokjes, reepjes of
plakjes) in een ovenpan zonder ga‐
ten.
Dek de ovenpan af met een hi
100°C) en stoombestendige folie of
met een deksel.
Instellingen
Stomen onder druk
emperatuur: 120 °C
T
Duur: 2 minuten
of
Stomen
emperatuur: 100 °C
T
Duur: 4 minuten
tte- (tot
Steriliseren
In het toestel kunt u ook serviesgoed en
flessen steriliseren. Na afloop van
zuig
het programma zijn deze voorwerpen
kiemvrij zoals bij het bekende uitkoken.
Controleer wel eerst of alle onderdelen
(ook de speen) bestand zijn tegen tem‐
peraturen tot 100 °C en tegen stoom.
Haal zuigflessen helemaal uit elkaar. Zet
de zuigflessen pas weer in elkaar als
de
ze helemaal droog zijn. Alleen zo
voorkomt u dat er opnieuw kiemvor‐
ming optreedt.
Werkwijze
L
eg alle onderdelen zo in een oven‐
pan met gaten dat deze elkaar niet
raken (liggend of met de opening
naar beneden). De hete stoom kan nu
onbelemmerd alle delen bereiken.
Gebruik voor de ovenpan het onder‐
st
e niveau.
Instellingen
Stomen
T
emperatuur: 100 °C
Duur: 15 minuten
68
Page 69
Speciale toepassingen
Vochtige handdoekjes verwar‐
men
Werkwijze
ak de handdoekjes vochtig en rol
Ma
ze stevig op.
Doe de handdoekjes in een ovenpan
met gat
Instellingen
Stomen
emperatuur: 70 °C
T
Duur: 2 minuten
en.
Honing vloeibaar maken
Werkwijze
aai het deksel iets open en zet de
Dr
pot in een ovenpan met gaten.
Roe
r de honing tussendoor een keer
om.
Instellingen
Stomen
T
emperatuur: 60 °C
Duur: 90 minuten (ongeacht de grootte
van de pot of de hoeveelheid in de pot)
Eierstich (ei voor soep)
Werkwijze
Ro
er 6 eieren door 375 ml melk (niet
tot schuim kloppen).
Kruid het ei-/melkmengsel en doe het
n met boter besmeerde ovenpan
in ee
zonder gaten.
Instellingen
Stomen onder druk
T
emperatuur: 120 °C
Duur: 2 minuten
of
Stomen
T
emperatuur: 100 °C
Bereidingstijd: 4 minuten
69
Page 70
Instellingen
Vanuit de fabriek heeft uw toestel be‐
paalde standaar
in de tabel aangegeven instellingen wij‐
zigen.
Kies met de functietoets ; de
programmeerfunctie P.
dinstellingen. U kunt de
Kies met de t
gewenste programma.
Kies met de tijdt
status.
Druk op de functiet
De nieuwe instelling wordt opgeslagen.
emperatuurtoets + het
oets + de gewenste
oets ;.
70
Page 71
Instellingen
De fabrieksinstelling wordt vet w
ProgrammaStatus Mogelijke instellingen
P1Akoestisch signaalS0
P2Duur geluidssignaal aan het
einde van een
P3VergrendelingS0S1niet mogelijk
P4Programma na inschakelenS0
P5WaterhardheidS1
P6Plaats van opstellingS0S1Onder 1000 m (hoogte)
P7TemperatuurinstellingS0S1In stappen van 5 °C
P8Demo-stand en fabrieksin‐
ellingen
st
programma:
eergegeven.
uit
S1
heel zacht
S2
zacht
S3
gemiddeld
S4
hard
S0
Eén toon
S1
Kort intervalsignaal
S2
Lang intervalsignaal (5 minuten)
Mogelijk
Stomen onder druk
S1
Stomen
S2
Verwarmen
S3
Ontdooien
S4
Laatst gekozen ovenfunctie
zacht
S2
gemiddeld
S3
hard
S4
zeer hard
Boven 1000 m (hoogte)
In stappen van 1 °C (het stijgen van de
t
weergegeven)
S0
Demo-stand aan
S1
Demo-stand uit
S9
Fabrieksinstellingen herstellen
emperatuur wordt wel in stappen van 5°C
71
Page 72
Reiniging en onderhoud
Reiniging en onderhoud
L
etselrisico!
De stoom van een stoomreiniger kan
terechtkomen op onderdelen die on‐
der spanning staan en een kortslui‐
ting veroorzaken.
Gebruik voor het reinigen van de
st
oomoven nooit een stoomreiniger.
Alle oppervlakken kunnen verkleuren
o
f veranderen wanneer u onge‐
schikte reinigingsmiddelen gebruikt.
Alle oppervlakken zijn krasgevoelig.
lazen oppervlakken kunnen
Bij g
krassen glasbreuk tot gevolg heb‐
ben.
Verwijder resten van reinigingsmid‐
delen onmiddellijk.
Gebruik geen aliphatische koolwa‐
t
erstofhoudende reinigings- of spoel‐
middelen. Daardor kunnen afdich‐
tingen zwellen.
Laat de stoomoven voor iedere reini‐
ging afkoelen.
Maak heel de stoomoven en alle toe‐
behoren na elk gebruik schoon en
wrijf alles droog of laat alles drogen.
Sluit de ovendeur pas wanneer de
oven
ruimte droog is.
Als u het toestel gedurende een
ere periode niet gebruikt (bijvoor‐
lang
beeld tijdens vakanties), reinig het dan
nog eens grondig om geurvorming,
etc. te voorkomen. Laat de ovendeur
daarna openstaan.
72
Page 73
Stoomovenfront
Ongeschikte reinigingsmiddelen
Om beschadigingen aan de oppervlak‐
k
en te voorkomen, mogen de volgende
middelen niet worden gebruikt:
– soda-, ammoniak-, zuur- en chloride‐
ho
udende reinigingsmiddelen,
– kalkoplossende reinigingsmiddelen,
– schurende reinigingsmiddelen, zoals
schu
urpoeder, vloeibaar schuurmid‐
del en reinigingssteen,
– oplosmiddelhoudende reinigingsmid‐
delen,
– reinigingsmiddelen voor roestvrij
staal,
– reinigingsmiddelen voor vaatwassers.
– glasreinigers,
– reinigingsmiddelen voor keramische
ookplaten,
k
Reiniging en onderhoud
Rein
ig de oppervlakken met een
schone doek, lauwwarm water en rei‐
nigingsmiddel. U kunt ook een
schoon, vochtig microvezeldoekje
zonder reinigingsmiddel gebruiken.
er, kan kalkaanslag en verkleuring op‐
treden in de ovenruimte en op de pla‐
teaus.
V
erwijder kalkafzettingen en verkleu‐
ringen met het Miele reinigingsmiddel
voor keramisch glas en roestvrij staal
(zie "Bij te bestellen accessoires") of
met azijn of een ontkalkingsmiddel
op basis van citroenzuur.
m na gebruik van een reinigings‐
Nee
middel de ovenruimte nat af.
Nee
m de stoomoven gedurende 5
minuten in gebruik met de ovenfunc‐
tie "Koken met stoom" 100°C.
Accessoires
Alle accessoires zijn geschikt voor rei‐
ing in de vaatwasser.
nig
Ovenpan en bodemzeef
Rein
ig de ovenpan en de bodemzeef
in de vaatwasser of met een schoon
sponsdoekje, wat afwasmiddel en
warm water.
erwijder blauw uitgeslagen verkleu‐
V
ringen van de stoomovenpan en kalk‐
afzettingen aan de bodemzeef met
het Miele reinigingsmiddel voor kera‐
misch glas en roestvrij staal (zie "Bij
te bestellen accessoires") of met azijn
of een ontkalkingsmiddel op basis
van citroenzuur.
Rein
ig de stoomovenpan en de bo‐
demzeef na iedere reiniging met
schoon water om alle resten van rei‐
nigingsmiddelen te verwijderen.
W
ischen het uittrekplateau af met
schoon water en wrijf het droog.
Let erop dat u alle resten reinigings‐
middel verwijdert.
74
Page 75
Reiniging en onderhoud
Geleiderails
ig de geleiderails in de vaatwas‐
Rein
ser of met een schoon sponsdoekje,
wat afwasmiddel en warm water.
erwijder kalkafzettingen en verkleu‐
V
ringen met het Miele reinigingsmiddel
voor keramisch glas en roestvrij staal
(zie "Bij te bestellen accessoires") of
met azijn of een ontkalkingsmiddel
op basis van citroenzuur.
Rein
ig de geleiderails na iedere reini‐
ging met schoon water om alle resten
van reinigingsmiddelen te verwij‐
deren.
Geleiderails terugplaatsen
Plaats de gele
gingspunt (voorkant) op de iets
losgedraaide schroeven.
S
teek de oogjes op de geleiderails
(achterkant) op de pennetjes van
de achterwand.
aai de bevestigingsschroeven
Dr
weer stevig vast.
iderails met bevesti‐
Geleiderails verwijderen
Draai de schroeven zover los dat u
de geleiderails er naar voren toe kunt
uittrekken. U kunt de schroeven er
niet helemaal uitdraaien!
75
Page 76
Reiniging en onderhoud
Deurdichting / veiligheidsven‐
tiel
ervang de deurdichting en het vei‐
V
ligheidsventiel steeds na 1-2 jaar (af‐
hankelijk van het gebruik). De dich‐
ting en het veiligheidsventiel zijn als
setje te bestellen (zie "Bij te bestellen
accessoires").
Deurdichting
ig de deurdichting na elk ge‐
Rein
bruik. Reinig de dichting niet in de af‐
wasautomaat, maar alleen handmatig
met een zacht sponsje, afwasmiddel
en warm water. Wrijf de dichting ver‐
volgens met een zachte doek droog.
Wrijf de deurdichting na elke reiniging
droog met een zachte doek.
Veiligheidsventiel
Open de
rek het ventiel vanaf de binnenkant
T
uit de deur.
Druk het nieuwe veiligheidsventiel
weer in de opening
opening moet zich geheel in de gleuf
van de rubberen dichting bevinden.
deur.
. De rand van de
76
Page 77
Waterinspuiter
Reiniging en onderhoud
Slui
t de deur. Schakel het toestel in
en kies de ovenfunctie "Drukloos sto‐
men 2" (100 °C).
S
tel een tijd in van 1 minuut en druk
op de Start/Stop-toets.
Als de afkoelfase beëindigd is, opent
u de deur en plaatst u de inspuiter en
de geleiderails weer terug.
U kunt de stoomoven weer in gebruik
nemen.
Via de waterinspuiter achter het af‐
schermplaatje wordt tijdens de afkoel‐
fase water in de ovenruimte gespoten.
Na langdurig gebruik kan de inspuiter
smerig worden en verkalken.
acht totdat er een akoestisch sig‐
W
naal klinkt. Open de deur van het toe‐
stel en haal het gerecht uit de oven.
Pas op dat u zich niet verbrandt!
Open de deur voorzichtig. Er komt
hete stoom vrij en ook het ge‐
veel
recht is heet!
Laat de st
de deur geopend is.
erwijder de geleiderails (zie de ru‐
V
briek "Geleiderails").
T
rek de inspuiter eruit.
Ontkalk de inspuit
systeemontkalker of met een ander
normaal ontkalkingsmiddel.
oomoven afkoelen, terwijl
er met de Miele-
Verschijnt de foutmelding na het
ontkal
ken opnieuw, neem dan contact
op met Miele.
Spoel de inspuiter na het ontkalken
met stromend water af.
Voordat u de inspuiter terugplaatst,
moet u de wat
nog kort doorspoelen.
erleidingen in het toestel
77
Page 78
Reiniging en onderhoud
Ontkalken
Gebruik voor het ontkalken uitslui‐
t
end de Miele systeemontkalker (zie
"Overzicht – Bijgeleverde accessoi‐
res"). U voorkomt zo schade aan de
stoomoven.
Als u het ontkalkin
hebt uitgevoerd bij hete ovenruimte,
vormen zich bijtende dampen.
Ontkalk de stoomoven alleen, als de
ove
nruimte koud is.
De syst
tende stoffen.
Vermijd contact met de huid of het
inademen van dampen. Spoel on‐
middelli
pleeg een arts als er sprake is van
verwondingen door de bijtende stof‐
fen.
Houd de ontkalker uit de handen van
deren.
kin
Houd de verpakking van de sys‐
eemontkalker altijd goed gesloten.
t
eemontkalker bevat bij‐
jk met veel water en raad‐
gsprogramma
De stoomoven moet na een bepaalde
gebruiksduu
tijdstip voor het ontkalken bereikt is,
wordt het aantal resterende bereidings‐
processen op het display weergegeven.
Na het laatste verblijvende stoompro‐
ces wordt de stoomoven geblokkeerd.
Wij raden u aan de stoomoven te ont‐
en voordat hij geblokkeerd wordt.
kalk
U kunt het ontkalkingsprogramma al‐
leen door het uitschakelen van het
toestel onderbreken. Als u het toestel
vervolgens weer inschakelt, wordt het
automatisch doorgespoeld (zie ook
het hoofdstuk "Nuttige tips").
acht totdat de stoomoven is afge‐
W
koeld.
r worden ontkalkt. Als het
Ontkalkingsoplossing is zuurhou‐
dend.
Als ontkalkingsoplossing op de deur‐
eep of de metalen panelen komt,
gr
kunnen vlekken ontstaan.
Veeg ontkalkingsoplossing dadelijk
af.
78
Druk he
de bijgeleverde spuit en plaats het op
het tuitje.
Schak
in.
In het functie-/temperatuurdisplay ver‐
schijnen het symbool k, de ovenfunc‐
tie "Ontkalk
t opzetstukje uit de zuiger van
el de lege, gesloten stoomoven
en" en een getal.
Page 79
Reiniging en onderhoud
Druk op de S
In het functie-/temperatuurdisplay ver‐
schijnen
kalken" wordt weergegeven.
De stoomoven pompt het water weg.
Na het wegpompen verschijnt
functie-/temperatuurdisplay.
ul de spuit met water. Steek de ope‐
V
ning van de spuit in de vulopening
links boven in het front van het toe‐
stel en doseer 1 spuitvulling water
langzaam en gelijkmatig in de ope‐
ning. Houd de spuit daarbij recht.
300 ml systeemontkalker in een
Doe
zuurbestendig schaaltje, bijvoorbeeld
van glas of porselein.
Vul de spuit met ontkalkingsmiddel
uit het schaaltje en doseer 1 spuitvul‐
ling in de vulopening.
tart/Stop-toets.
en de ovenfunctie "Ont‐
in het
nog niet, schakel het toestel dan uit en
weer in (zie ook het hoofdstuk "Nuttige
tips").
Als de voorbereiding afgesloten is,
hoo
rt u een signaal en verschijnt in het
functie-/temperatuurdisplay .
ul de spuit met ontkalkingsmiddel
V
uit het schaaltje en doseer 2 spuitvul‐
lingen in de vulopening.
Vul de spuit met water en doseer 2
spuitvullingen in de vulopening.
U hoort een signaal en in het functie-/
emperatuurdisplay verschijnt . In
t
het tijddisplay verschijnt de ontkal‐
kingstijd (30 minuten). Deze tijd kan niet
worden gewijzigd.
Het ontkalkingsprogramma start. De af‐
pomp- en spoelfasen na afloop van het
ontkal
kingsprogramma worden telkens
aangegeven met een akoestisch signaal
en de meldingen tot .
Als het ontkalkingsprogramma beëin‐
digd is, hoor
schijnt in het functie-/temperatuurdis‐
play . In het tijddisplay zijn 3 nullen
te zien en het symbool knippert.
t u een signaal en ver‐
V
ul de spuit met water en doseer 2
spuitvullingen in de vulopening.
U hoort een signaal en in het functie-/
emperatuurdisplay verschijnt . Het
t
ontkalkingsprogramma wordt voorbe‐
reid.
Als u geen signaal hoort, spuit dan be‐
slist geen water meer in het toestel!
Wacht 5 minuten. Klinkt het signaal dan
79
Page 80
Reiniging en onderhoud
Na het ontkalken:
Schui
f het uittrekplateau uit.
Open de
Schak
Wis de ovenruimte schoon met een
sopje van afwasmiddel of een azijn‐
oplossing.
W
rijf de ovenruimte en de binnenzijde
van de deur vervolgens droog.
Maak de vulopening voor het ontkal‐
king
voorkomen. Plaats de afdekking te‐
rug.
Sluit de ovendeur pas wanneer de
oven
Dr
aai de watertoevoerkraan dicht om
eventuele waterschade te voorko‐
men.
Schui
Doe
kalkingsmiddel weer in de fles. Dit
gaat het eenvoudigst als u de res‐
thoeveelheid met de spuit opzuigt en
in de fles spuit.
deur.
el de stoomoven uit.
smiddel droog om korstjes te
ruimte droog is.
f het uittrekplateau terug.
het eventueel overgebleven ont‐
Spoel het ge
grondig af.
80
bruikte schaaltje daarna
Page 81
Nuttige tips
De meeste problemen die in de dagelijkse praktijk kunnen voorkomen, kunt u zelf
verhelpen. Het volgende overzicht helpt u daarbij.
Neem co
kunt vinden of als u het probleem niet kunt verhelpen.
L
tiewerkzaamheden leveren grote risico's op voor de gebruiker. Miele kan hier‐
voor niet aansprakelijk worden gesteld.
Laat installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden uitsluitend door vak‐
mensen uitvoeren die door Miele zijn geautoriseerd.
Open nooit de ommanteling van de stoomoven.
ProbleemOorzaak en oplossing
De stoomoven kan niet
wor
Na het inschakelen ver‐
schijnt in het functie-/
t
emperatuurdisplay kort
"deM" en het toestel
verwarmt niet.
Na het inschakelen van
het toestel, tijdens het
gebruik en na het uit‐
schakelen is een (brom‐
mend) geluid te horen.
ntact op met Miele (zie omslag) als u de oorzaak van een probleem niet
etselrisico! Ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- en repara‐
De zekering heeft gereageerd.
den ingeschakeld.
Activeer de z
plaatje).
Er is mogelijk sprake van een technische storing.
Maak het t
dat als volgt:
– schakel de hoofdschakelaar van de huisinstalla‐
tie uit c.q.
eruit of
– schakel de aardlekschakelaar uit.
Schak
dan nog niet in gebruik nemen, neem dan contact
op met een elektricien of met Miele-Service.
De demo-functie is ingeschakeld.
akel de demo-functie uit (zie "Instellingen").
Sch
Dit geluid ontstaat bij het in- en afpompen van het
wat
er. Het geluid duidt niet op een storing of een de‐
fect.
ekering (minimale sterkte: zie type‐
oestel ca. 1 minuut spanningsvrij. Doe
draai de desbetreffende zekering(en)
el daarna alles weer in. Kunt u het toestel
81
Page 82
Nuttige tips
ProbleemOorzaak en oplossing
Na de start van een pro‐
gr
amma hoort u een
continu signaal en in
het tijddisplay ver‐
schijnt "door".
Bij het deksel verzamelt
water.
zich
Na het inschakelen ver‐
schijnen in het functie-/
t
emperatuurdisplay de
ovenfunctie "Ontkalken
k" en het getal 00.
Links verschijnt het
symbool k en er klinkt
een signaal.
Nadat u hebt ingescha‐
k
eld, worden en
weergegeven en op het
display voor tijdsaan‐
duiding verschijnt .
Tijdens een lopend pro‐
gr
amma valt de stroom
uit. U wilt het gerecht
uit de oven halen.
De deur van het toestel is niet gesloten.
uit de toesteldeur.
Sl
Binnen een bepaald temperatuurbereik condenseert
de st
oom die tijdens de drukregeling wordt afge‐
voerd in het dubbelwandige deksel. Het water komt
bij het deurscharnier vrij. Dit duidt niet op een defect.
De stoomoven moet worden ontkalkt.
Ontkalk het t
Ontkalken").
Het ontkalkingsprogramma is door een stroomstoring
of door uitsch
kelen wordt het toestel automatisch gespoeld om
eventuele resten ontkalkingsmiddel te verwijderen.
Deze functie kan niet worden onderbroken.
W
acht totdat u meerdere akoestische signalen
hoort en in het tijddisplay het symbool g knip‐
pert.
tart het ontkalkingsproces helemaal opnieuw of
S
kies de gewenste werkwijze.
Pas op! Het toestel is misschien nog heet en staat
onder druk!
S
chuif het uittrekplateau uit.
chuif het uittrekplateau uit. Om de druk en de
S
hoeveelheid stoom in de ovenruimte te vermin‐
deren, schuift u met de duim van uw rechter hand
de deurontgrendeling langzaam en stukje voorstukje naar voren.
Pas op! Boven en onder het deurbeslag komt
stoom vrij.
Op
en voorzichtig de deur. U kunt zich branden
aan het hete water!
oestel (zie "Reiniging en onderhoud >
akelen onderbroken. Na het inscha‐
82
Page 83
ProbleemOorzaak en oplossing
Er ontwijkt plotseling
st
oom langs de oven‐
deur.
Het veiligheidsventiel heeft gereageerd.
te werk zoals beschreven in de rubriek "Veilig‐
Ga
heidsventiel".
De overdrukbeveiliging heeft gereageerd.
Ga t
De deurdichting zit niet goed of is beschadigd (bij‐
voorbeel
Z
e werk zoals beschreven in de rubriek "Over‐
drukbeveiliging".
d scheurtjes)
org dat de dichting goed zit of vervang deze in‐
dien nodig.
Nuttige tips
...
Voor alle foutmeldingen geldt:
De ovenrui
- de foutmelding en de ingestelde temperatuur afwis‐
selend knipperen,
- het symbool T in het tijddisplay knippert,
- het waarschuwingssignaal niet meer klinkt.
Knipperen de displays niet, dan is het probleem nog
niet verholpen.
De temperatuurvoeler is defect.
Schak
met Miele.
Er stroomt geen water in de stoomoven.
De watertoevoerkraan is niet geopend.
Op
De watertoevoerslang is defect.
Schak
en neem contact op met Miele.
De zeef in de watertoevoer is verstopt.
Reini
unt u de storing niet zelf verhelpen, schakel het
K
toestel dan uit en neem contact op met een vak‐
man of met Miele.
mte mag pas worden geopend als
el de stoomoven uit en neem contact op
en de kraan en start de ovenfunctie opnieuw.
el het toestel uit, sluit de watertoevoerkraan
g de zeef.
83
Page 84
Nuttige tips
ProbleemOorzaak en oplossing
De temperatuur in de ovenruimte is te hoog, omdat
het t
oestel tijdens de afkoelfase niet voldoende is af‐
gekoeld. De bereide hoeveelheid was te groot. De be‐
reiding van zeer grote hoeveelheden is van invloed op
de afkoeling.
De watertoevoerkraan is niet volledig geopend.
Op
en de kraan en start de ovenfunctie opnieuw.
De waterinspuiter in de achterwand van de oven is
verkalkt.
Ontkalk de inspuit
> Waterinspuiter").
Er stroomt te weinig water in het stoomaggregaat.
Schak
V
De oververhittingsbeveiliging heeft gereageerd.
Ga t
De stroomvoorziening is onderbroken geweest, terwijl
het t
Contr
Zelftest van de elektronica. Er is sprake van een sto‐
ring.
Schak
De temperatuurregeling is niet in orde. De tempera‐
tuur in de ovenru
ma wordt onderbroken en de afkoelfase begint.
Schak
U kunt de stoomoven niet uitschakelen.
Neem contact op met Miele.
el de stoomoven uit en weer in.
erschijnt de foutmelding opnieuw, schakel de
stoomoven uit en neem contact op met Miele.
e werk zoals beschreven in de rubriek "Over‐
verhittingsbeveiliging".
oestel in gebruik was.
oleer in hoeverre het gerecht gaar is. Voer
eventueel een nieuwe bereidingstijd in en druk op
de Start/Stop-toets om de bereiding voort te zet‐
ten.
el de stoomoven uit en neem contact op
met Miele.
imte ligt boven 125 °C. Het program‐
el de stoomoven na afloop van de afkoelfa‐
se uit en neem contact op met Miele.
er (zie "Reiniging en onderhoud
84
Page 85
ProbleemOorzaak en oplossing
en and
ere cijfers
Het ventiel in de watertoevoer is lek.
Schak
In het watersysteem van het toestel is een defect op‐
getr
W
Als de foutmelding meermaals ac
Een technisch defect.
Schak
el het toestel uit, sluit de watertoevoerkraan
en neem contact op met Miele.
eden.
acht totdat en de ingestelde temperatuur af‐
wisselend knipperen. Druk daarna op de Start/
Stop-toets.
treedt, schakel het toestel dan uit, sluit de water‐
toevoerkraan en neem contact op met Miele.
el de stoomoven uit en neem contact op
met Miele.
Nuttige tips
htereen op‐
85
Page 86
Bij te bestellen accessoires
Speciaal voor uw toestellen levert Miele
een ui
tgebreid assortiment aan toebe‐
horen, alsmede reinigings- en onder‐
houdsmiddelen.
U kunt deze producten heel eenvoudig
via de Miele-
De producten zijn ook verkrijgbaar bij
Miel
e-Service (zie einde van deze ge‐
bruiksaanwijzing) en bij uw Miele-han‐
delaar.
webshop bestellen:
Stoomovenpannen
U kunt kiezen uit tal van ovenpannen
met en zonder gaatjes en in diverse for‐
mat
en:
DGGL 1
Ovenpan met gaten,
inhoud 1,5 l / nuttige inhoud 0,9 l
325 x 175 x 40 mm (BxDxH)
DGG 2
Ovenpan zonder gaten,
inhoud 2,5 l / nuttige inhoud 2,0 l
325 x 175 x 65 mm (BxDxH)
DGGL 5
86
Ovenpan met gaten,
inhoud 2,5 l / nuttige inhoud 2,0 l
325x175x65 mm (BxDxH)
Page 87
Bij te bestellen accessoires
DGGL 6
Ovenpan met gaten,
inhoud 4,0 l / nuttige inhoud 2,8 l
325 x 175 x 100 mm (BxDxH)
DGG 7
Ovenpan zonder gaten,
inhoud 4,0 l / nuttige inhoud 2,8 l
325 x 175 x 100 mm (BxDxH)
DGG 9
Ovenpan zonder gaten,
inhoud 5,7 l / nuttige inhoud 4,2 l
325 x 175 x 150 mm (BxDxH)
DGGL 10
Ovenpan met gaten,
inhoud 5,7 l / nuttige inhoud 4,2 l
325 x 175 x 100 mm (BxDxH)
DGD 1/3
Deksel voor ovenpannen 325 x 175 mm
Plateau
Om kookgerei op te zetten
87
Page 88
Bij te bestellen accessoires
Reinigings- en onderhouds‐
middelen
Systeemontkalker
Voor het ontkalken van het toestel. Het
ddel is speciaal voor deze stoom‐
mi
oven ontwikkeld
Doseerspuit voor systeemontkalker
Reinigingsmiddel voor keramische
pla
ten en roestvrij staal 250 ml
Voor het verwijderen van verkleuringen
op ovenpannen
Diversen
Siliconenschijven
Voor de overdrukbeveiliging
Deurdichting / veiligheidsventiel
Afhankelijk van het gebruik moet u de
rdichting a en het veiligheidsven‐
deu
tiel b eens per 1-2 jaar vervangen. Ver‐
vang de beide onderdelen altijd tegelijk.
Microvezeldoekje
Voor het verwijderen van vingerafdruk‐
ken en lichte verontreinigingen
88
Page 89
Veiligheidsinstructies voor het inbouwen
Door ondeskundige inbouw kunnen gebruikers letsel oplopen
en kan er schade optreden aan het toestel.
Voorafgaand aan het aansluiten van de stoomoven en na alle
werkzaamheden aan de leiding moet de waterleiding worden ge‐
spoeld om afzettingen in leiding en waterkraan eruit te spoelen.
De st
oomoven mag alleen in een hoge kast worden ingebouwd.
Het toestel moet zo hoog worden ingebouwd dat kleine kinderen
geen gevaar lopen (hete deur, heet water, etc.).
Om
plaatsen of uitnemen van stoomovenpannen, mag het midden van
het toestel zich niet hoger dan op ooghoogte bevinden. De afstand
van de vloer tot de onderkant van het toestel mag niet hoger zijn dan
1400 mm (zie rubriek "Inbouwaanwijzingen > Inbouwhoogte").
De
schip) worden gebruikt.
Het t
geïnstalleerd met inachtneming van alle van toepassing zijnde voor‐
schriften.
Alle aansl
kend vakman worden gerealiseerd.
De afsluitkr
goed toegankelijk zijn.
brandwonden door overlopend voedsel te voorkomen bij het
ze stoomoven mag niet op niet-vaste plaatsen (bijv. op een
oestel mag uitsluitend door een vakman worden geplaatst en
uitingen moeten volgens de voorschriften door een er‐
aan van de watertoevoer naar de stoomoven moet
De afvoersifo
punt van de stoomoven. Alleen zo kan het afvoerwater volledig weg‐
stromen.De temperatuur van het afgevoerde water ligt tussen
80-90°C.
n mag niet hoger worden geplaatst dan het afvoer‐
89
Page 90
Veiligheidsinstructies voor het inbouwen
De aansluitslangen en ‑leidinge
n moeten zo geplaatst zijn, dat de
Technische Dienst van Miele de stoomoven altijd kan uittrekken.
Alle maten zijn in mm aangegeven.
90
Page 91
Inbouwaanwijzingen
Uitsparing maken voor water‐
t
oevoer- en afvoerslang
Maak voor het leggen van de water‐
oevoer- en waterafvoerslang een
t
uitsparing in de tussenbodem van de
kast.
Zonder uitsparing kunnen de slangen
worden beschadigd en kan water‐
schade ontstaan.
a
Uitsparing in tussenboden maken
voor wat
Maak vo
toevoer- en waterafvoerslang een uit‐
sparing (zie afbeelding).
ertoevoer- en afvoerslang
or het leggen van de water‐
Inbouwhoogte
Houdt u zich aan de afmetingen op
de t
ekening.
91
Page 92
Inbouwmaten
DGD 4635 (inbouwnis 380 mm)
a
Uitsparing in tussenboden maken
voor watertoevoer- en afvoerslang
b
Gedeelte voor de positie van de net‐
aansluitdoos 250 x 80 mm
netaansluitkabel L = 2.000 mm
c
Afsluitkraan (koudwateraansluiting)
d
Watertoevoerslang
* glazen front / ** metalen front
92
e
Afzonderlijke sifon
f
Sluit de waterafvoerslang hier niet
aan! Zie "W
kingen waterafvoer"
g
Waterafvoerslang
h
Het oplopende einde van de afvoers‐
tot aan de stankafsluiter mag
lang
niet hoger zijn dan 500mm, zie af‐
beelding!
ateraansluiting – Opmer‐
Page 93
DGD 4635 (inbouwhoek 450 mm)
Inbouwmaten
a
Uitsparing in tussenboden maken
voor watertoevoer- en afvoerslang
b
Gedeelte voor de positie van de net‐
aansluitdoos 250 x 80 mm
netaansluitkabel L = 2.000 mm
c
Afsluitkraan (koudwateraansluiting)
d
Watertoevoerslang
e
Afzonderlijke sifon
* glazen front / ** metalen front
f
Sluit de waterafvoerslang hier niet
aan! Zie "Wateraansluiting – Opmer‐
kingen waterafvoer"
g
Waterafvoerslang
h
Het oplopende einde van de afvoers‐
lang tot aan de stankafsluiter mag
niet hoger zijn dan 500mm, zie af‐
beelding!
i
Opvulstrip AB 45-7
93
Page 94
Inbouwmaten
DGD 6635 (inbouwnis 380 mm)
a
Uitsparing in tussenboden maken
voor wat
b
Gedeelte voor de positie van de net‐
aansluitdoos 250 x 80 mm
netaansluitkabel L = 2.000 mm
c
Afsluitkraan (koudwateraansluiting)
d
Watertoevoerslang
* glazen front / ** metalen front
94
ertoevoer- en afvoerslang
e
Afzonderlijke sifon
f
Sluit de waterafvoerslang hier niet
aan! Zie "W
kingen waterafvoer"
g
Waterafvoerslang
h
Het oplopende einde van de afvoers‐
tot aan de stankafsluiter mag
lang
niet hoger zijn dan 500mm, zie af‐
beelding!
ateraansluiting – Opmer‐
Page 95
DGD 6605 / DGD 6635 (inbouwnis 450 mm)
Inbouwmaten
a
Uitsparing in tussenboden maken
voor watertoevoer- en afvoerslang
b
Gedeelte voor de positie van de net‐
aansluitdoos 250 x 80 mm
netaansluitkabel L = 2.000 mm
c
Afsluitkraan (koudwateraansluiting)
d
Watertoevoerslang
e
Afzonderlijke sifon
* glazen front / ** metalen front
f
Sluit de waterafvoerslang hier niet
aan! Zie "Wateraansluiting – Opmer‐
kingen waterafvoer"
g
Waterafvoerslang
h
Het oplopende einde van de afvoers‐
lang tot aan de stankafsluiter mag
niet hoger zijn dan 500mm, zie af‐
beelding!
i
Opvulstrip AB 45-7 L
95
Page 96
Het inbouwen en aansluiten van het toestel
Lees eerst de rubriek "Wateraanslui‐
ting" voordat u het toestel plaatst en
aansluit!
Schak
Bevestig het nisopvulpaneel met de
Geleid de wat
Schuif het toestel in de kast en jus‐
el de netspanning uit (zie ook
"Elektrische aansluiting").
vier meeg
4x10 op de stoomoven (zie afbeel‐
ding).
afvoerslang door de uitsparing in de
tussenboden.
teer het. De aansluitkabel en de wa‐
terslangen mogen niet ingeklemd of
beschadigd raken.
eleverde schroeven CM
ertoevoer- en
Schroef de stoomoven met de bijge‐
voegde schroeven rechts en links
vast aan de zijwanden van de kast
(zie afbeelding).
t de stoomoven aan op de water‐
Slui
toevoer en ‑afvoer.
Slui
t de stoomoven aan op het elek‐
triciteitsnet.
Schakel de netspanning weer in. Zie
ook de rubriek "Elektrische aanslui‐
ting".
Co
ntroleer alle schroefverbindingen
van de waterslangen op lekkage
voordat u het toestel in gebruik
neemt.
96
ntroleer alle functies van de
Co
stoomoven aan de hand van de ge‐
bruikshandleiding.
Page 97
Wateraansluiting
De watertoe- en -afvoerslangen dienen
zo t
e worden gelegd dat een technicus
het toestel nog uit de kast kan trekken.
Co
ntroleer de slangen voor de aan‐
sluiting op zichtbare schade.
Gegevens waterslangen
– Roestvrijstalen toevoerslang
engte 1.500 mm (1,5 m) Ø 12,5 mm
L
aansluiting waterkraan / aansluiting
op de stoomoven Ø elk 33,5 mm,
– Kunststof afvoerslang
L
engte 2.500 mm (2,5 m) Ø 30 mm
aansluiting sifon Ø inwendig 21 mm
Als u de slangen via (lege) buizen aan‐
sluit, adviser
binnendiameter van minimaal 50 mm.
en wij buizen met een
Opmerkingen watertoevoer
Door ondeskundige inbouw kun‐
n
en gebruikers letsel oplopen en kan
er schade optreden aan het toestel.
De aansluiting op de drinkwaterlei‐
ding mag alleen door een gekwalifi‐
cee
rde vakmensen worden gereali‐
seerd.
Bij gebruik van een onthardingsin‐
stallatie dient de elektrische gelei‐
ding
van het water behouden te blij‐
ven.
Alle apparaten en systemen die voor
oevoer van het water naar het
de t
toestel worden gebruikt, moeten vol‐
doen aan de voorschriften die gelden
in het land van opstelling.
Het toestel mag uitsluitend op koud
er worden aangesloten.
wat
De waterdruk moet minimaal 100kPa
(1bar) bedragen en mag niet hoger
zijn dan 600kPa (6bar). Als de druk
hoger is dan 600kPa (6bar) moet een
reduceerventiel worden ingebouwd.
De bijgeleverde roestvrijstalen water‐
toevoerslang mag niet worden inge‐
kort.
Oude of al gebruikte slangen mogen
ni
et worden aangesloten op de
stoomoven.
Voordat u het toestel aansluit en na‐
dat aan de wat
werkt, moet de waterleiding worden
doorgespoeld om afzettingen te ver‐
wijderen.
ertoevoerleiding is ge‐
97
Page 98
Wateraansluiting
– Een terugslagklep is niet noodzake‐
lij
k, daar de stoomoven voldoet aan
de richtlijnen van IEC 61770 en
EN 61770.
– De waterkwaliteit dient te voldoen
alle voorschriften die in het land
aan
van opstelling gelden voor drinkwa‐
ter.
– Voor de aansluiting is een waterkraan
met 3/4"-schroefkoppeling vereist
tussen de watertoevoerslang en de
waterleiding. Ontbreekt een derge‐
lijke kraan, dan mag deze alleen door
een erkend installateur worden geïn‐
stalleerd.
– De afsluitkraan van de watertoevoer
t goed toegankelijk zijn, ook na‐
moe
dat het toestel is ingebouwd.
– Wij adviseren alleen originele slangen
van de fabrikant t
e gebruiken.
Watertoevoer aansluiten
Lichamelijk letsel door elek‐
trische schok!
De aansluiting op de waterleiding
mag
niet worden uitgevoerd terwijl
het toestel op het elektriciteitsnet is
aangesloten.
Maak de st
Slui
t de roestvrijstalen slang op de
waterkraan aan.
Zorg dat de schroefkoppelingen vast
zitten en goed afsluiten.
De verbindingen staan onder leiding‐
druk. Contr
Draai de kraan hiervoor langzaam
open. Controleer of de dichting en de
schroefkoppeling goed zitten.
oomoven spanningsvrij.
oleer of de aansluiting lekt.
98
Page 99
Wateraansluiting
Opmerkingen waterafvoer
Door ondeskundige inbouw kun‐
n
en gebruikers letsel oplopen en kan
er schade optreden aan het toestel.
Sluit de waterafvoerslang niet aan op
de vaatwasser
"Inbouwmaten" – Afbeeldingen posi‐
tie ). Zo voorkomt u dat u zich
brandt aan hete, stijgende stoom,
De afvoersifon mag niet hoger wor‐
den geplaatst dan het afvoerpunt
van de st
volledig kan weglopen.
Let op! Het oplopende einde van de
rslang tot aan de aansluiting op
afvoe
de sifon mag niet hoger zijn dan
500mm.
De bijgeleverde waterafvoerslang
niet worden ingekort.
mag
De waterafvoer kan worden aangeslo‐
en op een opbouw- of inbouwsifon
t
met vaste slangaansluiting.
aansluiting (zie rubriek
oomoven zodat het water
Waterafvoer aansluiten
t de waterafvoerslang met het
Slui
slangmondstuk (Ø 21mm) aan op de
afzonderlijke sifon (zie rubriek "In‐
bouwmaten" – Afbeeldingen positie
).
Bevestig de afvoerslang met de
slangklem.
De temperatuur waterafvoer bedraagt
80–90 °C.
Wij adviseren alleen originele slangen
van de fabrikant t
e gebruiken.
99
Page 100
Elektrische aansluiting
L
etselrisico!
Door ondeskundige installatie- en
derhoudswerkzaamheden of repa‐
on
raties kunnen zeer gevaarlijke situa‐
ties voor de gebruiker ontstaan
waarvoor Miele geen aansprakelijk‐
heid aanvaardt.
Miele kan niet verantwoordelijk wor‐
den gesteld voor schade die een ge‐
volg is van ondeskundige installatieen onderhoudswerkzaamheden of
reparaties. Evenmin is Miele aan‐
sprakelijk voor (de gevolgen van)
ontbrekende of onderbroken aarding
(bijv. elektrische schok).
De stoomoven mag uitsluitend door
elektricien worden aangesloten.
een
Hij kent de voorschriften die van toe‐
passing zijn en houdt zich daar strikt
aan.
Na het inbouwen moet zijn gewaar‐
borgd dat onder spanning staande
delen niet kunnen worden aange‐
raakt.
Aansluitwaarde
Zie typeplaatje
Aansluiting
AC 230 V / 50 Hz
Voordat u het toestel aansluit, dient u
de aa
nsluitgegevens (spanning en fre‐
quentie) op het typeplaatje te vergelij‐
ken met de waarden van het elektrici‐
teitsnet. Deze gegevens moeten beslist
overeenkomen.
Voor de aansluitmogelijkheden zie het
aansluitschema.
Aardlekschakelaar
Voor extra veiligheid wordt in de EUvoorsc
hriften en -richtlijnen voor België
geadviseerd om de huisinstallatie van
een aardlekschakelaar te voorzien
(30 mA).
Scheidingssysteem
Het toestel moet via een schakelaar
met alle polen van de netspanning kun‐
nen wor
opening in uitgeschakelde toestand
moet ten minste 3 mm bedragen! Ge‐
schikte schakelaars zijn overbelastingsen aardlekschakelaars.
den losgekoppeld. De contact‐
100
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.