Miele DGC 5080 XL, DGC 5085 XL Assembly instructions [nl]

Page 1
Montagehandleiding
Combi-stoomoven DGC 5080 XL DGC 5085 XL
Lees absoluut de gebruiks­en montageaanwijzing voor u het toestel opstelt, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u vermijdt schade aan het toestel.
nl-BE
Page 2
Inhoud
Veiligheidsinstructies voor het inbouwen..............................3
Opmerkingen omtrent de inbouw.....................................4
DGC 5080 XL .....................................................6
Toestel- en inbouwafmetingen.........................................6
Inbouw in een kolomkast ..........................................6
Inbouw in een onderkast ..........................................8
Inbouw samen met een gewone oven ...............................10
Inbouw samen met EGW/ESW 50x0-14 ..............................12
Inbouw samen met ESW 50x0-29...................................14
Toestel plaatsen..................................................16
DGC 5085 XL ....................................................17
Aanbrengen van de watertoevoer/waterafvoer ...........................17
Toestel- en inbouwafmetingen........................................18
Inbouw in een kolomkast .........................................18
Inbouw in een onderkast .........................................20
Inbouw samen met een gewone oven ...............................22
Inbouw samen met EGW/ESW 50x0-14 ..............................24
Inbouw samen met ESW 50x0-29...................................26
Toestel in gereedheid brengen .......................................28
Toestel plaatsen en aansluiten .......................................28
Wateraansluiting ..................................................30
Opmerkingen omtrent de watertoevoer ..............................30
Watertoevoer aansluiten ..........................................32
Opmerkingen omtrent de waterafvoer ...............................33
Waterafvoer aansluiten ...........................................33
Elektrische aansluiting ............................................34
Aansluitkabel ....................................................36
Energie-efficiëntieklasse ............................................36
2
Page 3
Veiligheidsinstructies voor het inbouwen
Alle aansluitingen moeten overeen komstig de richtlijnen die van toe passing zijn op de opstelplaats, wor den uitgevoerd door een vakman of vakvrouw die erkend is door het be voegde energiebedrijf.
Controleer vóórdat het toestel wordt
~
geplaatst, of het aan de buitenkant zichtbaar beschadigd is.
Vergelijk zeker eerst de aansluitge
~
gevens (spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van het elektrici teitsnet. Sluit daarna pas uw toestel aan. Deze gegevens dienen absoluut overeen te stemmen. Anders treedt er schade op aan uw toestel. Vraag bij twijfel inlichtingen aan een elektricien.
De elektrische veiligheid van het
~
toestel is alleen gewaarborgd als het wordt aangesloten op een volgens de voorschriften geïnstalleerd aardsys­teem. Het is belangrijk dat u dit con­troleert. Laat de elektrische installatie in uw woning bij twijfel door een elektri cien controleren. De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die werd veroorzaakt doordat de aardleiding onderbroken was of ge woon ontbrak. Er bestaat in dat geval onder andere gevaar voor elektrische schokken.
-
-
-
-
-
-
Zorg ervoor dat het stopcontact na
~
de inbouw van uw toestel nog vlot toe gankelijk is.
-
-
Wordt de stekker van de aansluitka
~
bel verwijderd, laat het toestel dan uit sluitend door een vakman of vakvrouw inbouwen en aansluiten. Uw installateur is precies op de hoogte van de toepas selijke voorschriften en houdt zich daar strikt aan. Wanneer er bij het inbouwen of aansluiten van het toestel fouten wor den gemaakt, kan de fabrikant niet aan sprakelijk worden gesteld voor schade die daar eventueel het gevolg van is.
Dit toestel mag niet op niet-vaste
~
plaatsen (bijv. op een schip) worden gebruikt.
Plaats het toestel zo dat u de inhoud
~
van de stoomovenpan in het bovenste inschuifniveau kan zien. Enkel zo kunt u vermijden dat u morst en zich verbrandt aan hete gerechten of heet water.
Bewaar deze montagehandleiding en geef ze door aan wie het toestel even tueel na u gebruikt.
Alle afmetingen zijn opgegeven in mm.
-
-
-
-
-
-
-
Gebruik uit veiligheidsoverwegingen
~
geen stopcontactenblokken of verleng kabels om het toestel aan te sluiten. Die bieden niet voldoende veiligheidsga ranties. Er bestaat onder andere gevaar voor oververhitting.
-
-
3
Page 4
Opmerkingen omtrent de inbouw
Detailafmetingen van het front van het toestel
4
Page 5
Opmerkingen omtrent de inbouw
Nodige ruimte voor het openen en sluiten van het bedienings paneel
-
In de ruimte die het bedieningspaneel nodig heeft voor het openen en sluiten mag er zich geen voorwerp bevinden (bijv. een deurgreep) dat het openen of sluiten kan verhinderen.
5
Page 6
DGC 5080 XL
Toestel- en inbouwafmetingen
Inbouw in een kolomkast
a Combi-stoomoven
b Inbouwnis
c Waar de aansluitkabel in het toestel binnenkomt
d Plaats waar de elektrische aansluiting (het stopcontact) bij voorkeur wordt aan
gebracht
e Aansluitkabel
* Toestellen met glazen front ** Toestellen met metalen front
6
-
Page 7
Uitsparingen voor de ventilatie van het toestel
DGC 5080 XL
Om een optimale ventilatie van het toestel te verzekeren, dienen de volgende uit sparingen te worden voorzien (telkens van 500 x 40 mm):
a in de bovenkant van het meubel
b in de plank boven de inbouwnis
De inbouwnis mag geen achterwand hebben.
-
7
Page 8
DGC 5080 XL
Inbouw in een onderkast
Als het toestel onder een kookvlak moet worden ingebouwd, dient u de opmer kingen omtrent het inbouwen van het kookvlak te volgen en de inbouwhoogte van het kookvlak te respecteren.
a Combi-stoomoven
-
b Inbouwnis
c Waar de aansluitkabel in het toestel binnenkomt
d Plaats waar de elektrische aansluiting (het stopcontact) bij voorkeur wordt aan
gebracht
e Aansluitkabel
* Toestellen met glazen front ** Toestellen met metalen front
8
-
Page 9
DGC 5080 XL
Uitsparingen voor de ventilatie van het toestel
Om een optimale ventilatie van het toestel te verzekeren, dienen de volgende uit­sparingen te worden voorzien (telkens van 500 x 40 mm):
a in de steunplank van het toestel
b in de bodem van de kastruimte daaronder
De inbouwnis mag geen achterwand hebben.
9
Page 10
DGC 5080 XL
Inbouw samen met een gewone oven
a Combi-stoomoven
b Inbouwnis
c Waar de aansluitkabel in het toestel binnenkomt
d Plaats waar de elektrische aansluiting (het stopcontact) bij voorkeur wordt aan
gebracht
e Aansluitkabel
f Oven
* Toestellen met glazen front ** Toestellen met metalen front
10
-
Page 11
Uitsparingen voor de ventilatie van het toestel
DGC 5080 XL
Om een optimale ventilatie van het toestel te verzekeren, dienen de volgende uit sparingen te worden voorzien (telkens van 500 x 40 mm):
a in de bovenkant van het meubel
b in de plank boven de inbouwnis
De inbouwnis mag geen achterwand hebben.
Uitsparing voor de ventilatie van de oven: Raadpleeg de montageaanwijzing van de oven.
-
11
Page 12
DGC 5080 XL
Inbouw samen met EGW/ESW 50x0-14
a Combi-stoomoven
b Inbouwnis
c Waar de aansluitkabel in het toestel binnenkomt
d Plaats waar de elektrische aansluiting (het stopcontact) bij voorkeur wordt aan
gebracht
e Aansluitkabel
f Geïntegreerde bordenwarmer / geïntegreerde warmhoudlade
* Toestellen met glazen front ** Toestellen met metalen front
12
-
Page 13
Uitsparingen voor de ventilatie van het toestel
DGC 5080 XL
Om een optimale ventilatie van het toestel te verzekeren, dienen de volgende uit sparingen te worden voorzien (telkens van 500 x 40 mm):
a in de bovenkant van het meubel
b in de plank boven de inbouwnis
De inbouwnis mag geen achterwand hebben.
-
13
Page 14
DGC 5080 XL
Inbouw samen met ESW 50x0-29
a Combi-stoomoven
b Inbouwnis
c Waar de aansluitkabel in het toestel binnenkomt
d Plaats waar de elektrische aansluiting (het stopcontact) bij voorkeur wordt aan
gebracht
e Aansluitkabel
f Geïntegreerde warmhoudlade
* Toestellen met glazen front ** Toestellen met metalen front
14
-
Page 15
Uitsparingen voor de ventilatie van het toestel
DGC 5080 XL
Om een optimale ventilatie van het toestel te verzekeren, dienen de volgende uit sparingen te worden voorzien (telkens van 500 x 40 mm):
a in de bovenkant van het meubel
b in de plank boven de inbouwnis
De inbouwnis mag geen achterwand hebben.
-
15
Page 16
Toestel plaatsen
^
Het toestel moet waterpas staan, zodat de stoomgenerator zonder problemen kan werken. De positie van het toestel mag maximaal 2° afwijken van waterpas.
^ Schroef het toestel met de bijgeleverde houtschroeven
Schuif het toestel in de inbouwnis en zet het waterpas.
3,5 x 25 mm rechts en links vast aan de zijwanden van de kast.
16
Page 17
Aanbrengen van de watertoevoer/waterafvoer
DGC 5085 XL
a Waterkraan
b Watertoevoerslang, L = 1500 mm
c Waterafvoerslang, L = 3000 mm
d Het oplopende uiteinde van de waterafvoerslang tot aan de ingang van de sifon
mag niet hoger zijn dan 500 mm.
e Opgelet! De watertoevoerslang en waterafvoerslang van het toestel mogen bij
het inbouwen van een oven niet achter het luchtgat e worden vastgeklemd.
17
Page 18
DGC 5085 XL
Toestel- en inbouwafmetingen
Inbouw in een kolomkast
a Combi-stoomoven
b Inbouwnis
c Waar de aansluitkabel in het toestel binnenkomt
d Plaats waar de elektrische aansluiting (het stopcontact) bij voorkeur wordt aan
gebracht
e Aansluitkabel
* Toestellen met glazen front ** Toestellen met metalen front
18
-
Page 19
DGC 5085 XL
Uitsparingen voor de ventilatie van het toestel en voor de watertoevoerslang en waterafvoerslang
Om de watertoevoerslang en waterafvoerslang aan te brengen en een optimale ventilatie van het toestel te verzekeren, dienen de volgende uitsparingen te wor den voorzien (telkens van 500 x 40 mm):
a in de bovenkant van het meubel (ventilatie)
b in de plank boven de inbouwnis (ventilatie)
c in de steunplank van het toestel (watertoevoerslang en waterafvoerslang)
d in de bodem van het meubel (watertoevoerslang en waterafvoerslang)
De inbouwnis mag geen achterwand hebben.
-
19
Page 20
DGC 5085 XL
Inbouw in een onderkast
Als het toestel onder een kookvlak moet worden ingebouwd, dient u de opmer kingen omtrent het inbouwen van het kookvlak te volgen en de inbouwhoogte van het kookvlak te respecteren.
-
a Combi-stoomoven
b Inbouwnis
c Waar de aansluitkabel in het toestel binnenkomt
d Plaats waar de elektrische aansluiting (het stopcontact) bij voorkeur wordt aan
gebracht
e Aansluitkabel
* Toestellen met glazen front ** Toestellen met metalen front
20
-
Page 21
DGC 5085 XL
Uitsparingen voor de ventilatie van het toestel en voor de watertoevoerslang en waterafvoerslang
Om de watertoevoerslang en waterafvoerslang aan te brengen en een optimale ventilatie van het toestel te verzekeren, dienen de volgende uitsparingen te wor­den voorzien (telkens van 500 x 40 mm):
a in de steunplank van het toestel
b in de bodem van de kastruimte daaronder
De inbouwnis en de kastruimte daaronder mogen geen achterwand hebben.
21
Page 22
DGC 5085 XL
Inbouw samen met een gewone oven
a Combi-stoomoven
b Inbouwnis
c Waar de aansluitkabel in het toestel binnenkomt
d Plaats waar de elektrische aansluiting (het stopcontact) bij voorkeur wordt aan
gebracht
e Aansluitkabel
f Oven
* Toestellen met glazen front ** Toestellen met metalen front
22
-
Page 23
DGC 5085 XL
Uitsparingen voor de ventilatie van het toestel en voor de watertoevoerslang en waterafvoerslang
Om de watertoevoerslang en waterafvoerslang aan te brengen en een optimale ventilatie van het toestel te verzekeren, dienen de volgende uitsparingen te wor den voorzien (telkens van 500 x 40 mm):
a in de bovenkant van het meubel (ventilatie) b in de plank boven de inbouwnis van de combi-stoomoven
(ventilatie)
c in de steunplank van de combi-stoomoven (watertoevoerslang en waterafvoer slang)
d in de steunplank van de oven (watertoevoerslang en waterafvoerslang) e in de bodem van het meubel (watertoevoerslang en waterafvoerslang)
De inbouwnis mag geen achterwand hebben. Uitsparing voor de ventilatie van de oven: Raadpleeg de montageaanwijzing van de oven.
-
-
23
Page 24
DGC 5085 XL
Inbouw samen met EGW/ESW 50x0-14
a Combi-stoomoven
b Inbouwnis
c Waar de aansluitkabel in het toestel binnenkomt
d Plaats waar de elektrische aansluiting (het stopcontact) bij voorkeur wordt aan
gebracht
e Aansluitkabel
f Geïntegreerde bordenwarmer / geïntegreerde warmhoudlade
* Toestellen met glazen front ** Toestellen met metalen front
24
-
Page 25
DGC 5085 XL
Uitsparingen voor de ventilatie van het toestel en voor de watertoevoerslang en waterafvoerslang
Om de watertoevoerslang en waterafvoerslang aan te brengen en een optimale ventilatie van het toestel te verzekeren, dienen de volgende uitsparingen te wor den voorzien (telkens van 500 x 40 mm):
a in de bovenkant van het meubel (ventilatie)
b in de plank boven de inbouwnis (ventilatie)
c in de steunplank van het toestel (watertoevoerslang en waterafvoerslang)
d in de bodem van het meubel (watertoevoerslang en waterafvoerslang)
De inbouwnis mag geen achterwand hebben.
-
25
Page 26
DGC 5085 XL
Inbouw samen met ESW 50x0-29
a Combi-stoomoven
b Inbouwnis
c Waar de aansluitkabel in het toestel binnenkomt
d Plaats waar de elektrische aansluiting (het stopcontact) bij voorkeur wordt aan
gebracht
e Aansluitkabel
f Geïntegreerde warmhoudlade
* Toestellen met glazen front ** Toestellen met metalen front
26
-
Page 27
DGC 5085 XL
Uitsparingen voor de ventilatie van het toestel en voor de watertoevoerslang en waterafvoerslang
Om de watertoevoerslang en waterafvoerslang aan te brengen en een optimale ventilatie van het toestel te verzekeren, dienen de volgende uitsparingen te wor den voorzien (telkens van 500 x 40 mm):
a in de bovenkant van het meubel (ventilatie)
b in de plank boven de inbouwnis (ventilatie)
c in de steunplank van het toestel (watertoevoerslang en waterafvoerslang)
d in de bodem van het meubel (watertoevoerslang en waterafvoerslang)
De inbouwnis mag geen achterwand hebben.
-
27
Page 28
DGC 5085 XL
Toestel in gereedheid brengen
Voordat u het toestel plaatst en aansluit, moet u in elk geval de rubriek "Wateraansluiting" lezen.
Watertoevoerslang monteren
De aansluiting voor de watertoevoerslang bevindt zich linksboven aan de achterkant van het toestel.
Draai de wartelmoer van de roestvrijstalen slang op de
^
schroefdraad. Zorg dat de schroefkoppeling vastzit en goed afsluit.
Waterafvoerslang monteren
De aansluiting voor de waterafvoerslang bevindt zich linksonder aan de achterkant van het toestel.
^ Sluit de slang aan op de aansluiting voor de waterafvoer-
slang op het toestel en bevestig deze met de slangklem.
Toestel plaatsen en aansluiten
^ Sluit de aansluitkabel aan op het toestel.
^ Leid de watertoevoerslang en waterafvoerslang door de
uitsparing van de steunplank van het toestel.
28
^ Schuif het toestel in en zet het waterpas.
Let erop dat de aansluitkabel en de watertoevoerslang en waterafvoerslang niet vastgeklemd zitten of beschadigd ra ken.
Het toestel moet waterpas staan, zodat de stoomgenerator zonder problemen kan werken. De positie van het toestel mag maximaal 2° afwijken van waterpas.
-
Page 29
DGC 5085 XL
^ Schroef het toestel met de bijgeleverde houtschroeven
3,5 x 25 mm rechts en links vast aan de zijwanden van de kast.
^ Sluit het toestel aan op de watertoevoer en -afvoer.
^ Sluit het toestel via de aansluitkabel aan op het elektrici-
teitsnet.
^ Controleer alle functies van het toestel aan de hand van de
gebruiksaanwijzing.
29
Page 30
DGC 5085 XL
Wateraansluiting
De watertoevoerslang en waterafvoerslang moeten zo aange bracht zijn dat de Service After Sales van Miele het toestel kan uittrekken.
Controleer vóórdat de watertoevoerslang en waterafvoerslang worden aangesloten of ze zichtbaar beschadigd zijn.
Gegevens van de waterslangen
Roestvrijstalen toevoerslang Lengte 1.500 mm (1,5 m) C 12,5 mm C aansluiting waterkraan / aansluiting op het toestel allebei 33,5 mm
Kunststof afvoerslang Lengte 3.000 mm (3,0 m) C 12,5 mm C aansluiting sifon 26 mm / aansluiting op het toestel 15 mm
Als de waterslangen in lege buizen worden geplaatst, ra­den wij buizen aan met een binnendiameter van minstens 50 mm.
Opmerkingen omtrent de watertoevoer
De aansluiting op de waterleiding mag alleen door een gekwalificeerde vakman of vakvrouw worden gerealiseerd.
-
30
Het toestel voldoet aan de eisen van IEC 61770 en EN 61770.
De waterkwaliteit moet voldoen aan de drinkwatervoorschriften van het land waarin het toestel wordt gebruikt.
De waterkraan voor de watertoevoer moet nog goed toe gankelijk zijn wanneer het toestel ingebouwd is.
Als een eigen onthardingssysteem voorgeschakeld is, moet erop worden gelet dat het elektrisch geleidende ver mogen van het water behouden blijft.
-
-
Page 31
DGC 5085 XL
Alle toestellen en inrichtingen die worden gebruikt om het wa ter naar de combi-stoomoven te voeren, moeten voldoen aan de geldige voorschriften van het land in kwestie.
Het toestel mag alleen op een koudwaterleiding worden aangesloten.
Een terugslagklep is niet vereist; het toestel voldoet aan de richtlijnen van DVGW.
De waterdruk moet minimum 100 kPa (1 bar) bedragen en mag maximum 600 kPa (6 bar) bedragen. Is de druk hoger dan 600 kPa (6 bar), dan moet een drukreduceerventiel wor den ingebouwd.
Voor de aansluiting is een waterkraan met 3/4"-schroefkopp eling vereist tussen de watertoevoerslang en de waterleiding. Is er geen dergelijke waterkraan aanwezig, dan mag het toe­stel alleen door een erkend installateur op de drinkwaterlei­ding worden aangesloten.
De meegeleverde roestvrijstalen watertoevoerslang mag niet worden ingekort.
Er is een toevoerslang met een lengte van 3.000 mm (3,0 m) verkrijgbaar, indien nodig. De slang mag niet worden inge­kort.
-
-
-
Er mogen geen oude of gebruikte slangen op het toestel worden aangesloten.
Het is aan te bevelen alleen originele slangen van de fa brikant te gebruiken.
De totale lengte van de slang mag maximum 7.500 mm (7,5 m) bedragen.
Voorafgaand aan het aansluiten van het toestel en na alle werkzaamheden aan de watertoevoerleiding moet de water leiding worden gespoeld om aanslag of afzettingen eruit te spoelen.
-
-
31
Page 32
DGC 5085 XL
Watertoevoer aansluiten
De wateraansluiting mag niet worden uitgevoerd terwijl het toestel op het elektriciteitsnet is aangesloten.
Ontkoppel het toestel in dat geval van het elektriciteitsnet.
^
Sluit de roestvrijstalen slang aan op de waterkraan.
^
Zorg dat de schroefkoppelingen vast zitten en goed afslui ten.
De schroefkoppelingen staan onder waterdruk. Controleer daarom of de aansluiting niet lekt door de kraan langzaam open te draaien. Corrigeer indien nodig de zitting van de dichting en de schroefkoppeling.
-
32
Page 33
Opmerkingen omtrent de waterafvoer
De waterafvoer kan worden aangesloten op
- een op- of inbouwsifon met vaste slangaansluiting of
- een aftakking/aansluiting
op de gootsteensifon.
DGC 5085 XL
De afvoersifon mag niet hoger worden geplaatst dan de aan sluiting voor de waterafvoerslang op het toestel, zodat het water volledig kan weglopen. De temperatuur van het afgevoerde water bedraagt ca. 70 °C.
Opgelet: Het oplopende uiteinde van de waterafvoerslang tot aan de aansluiting op de sifon mag niet hoger zijn dan 500 mm!
De meegeleverde waterafvoerslang mag niet worden inge­kort.
Er is een afvoerslang met een lengte van 7.500 mm (7,5 m) verkrijgbaar, indien nodig. De slang mag niet worden inge­kort.
Het is aan te bevelen alleen originele slangen van de fa­brikant te gebruiken.
De totale lengte van de slang mag maximum 7.500 mm (7,5 m) bedragen.
Waterafvoer aansluiten
^
-
Sluit de waterafvoerslang met het slangmondstuk (C 21 mm) aan op de sifon.
^
Bevestig de slang met de slangklem.
33
Page 34
Elektrische aansluiting
Het is aan te bevelen het toestel via een stekker aan te sluiten op het elektriciteitsnet. Daardoor worden onderhouds- en herstelwerken eenvoudiger. Zorg ervoor dat het stopcontact na de inbouw van uw toestel nog vlot toegankelijk is.
Als de aansluiting niet via een stopcontact gebeurt, dient u de aansluiting te laten uitvoeren door een elektricien, die goed op de hoogte is van de nationale voorschriften en aan vullende voorschriften van de plaatselijke elektriciteitsmaat schappij, en die deze voorschriften nauwkeurig volgt.
Is het stopcontact voor de gebruiker niet meer toegankelijk of is er een vaste aansluiting voorzien, dan moet die voor elke fase met een stroomonderbreker uitgerust zijn. Als stroomon derbrekers kunnen schakelaars worden gebruikt met een contactopening van minstens 3 mm. Bijvoorbeeld automa­tische uitschakelaars, zekeringen en contactsluiters.
De vereiste aansluitgegevens vindt u op het typeplaatje. Deze gegevens moeten overeenstemmen met de gegevens van het elektriciteitsnet.
De fabrikant wijst erop dat hij geen aansprakelijkheid aanvaart voor (on)rechtstreekse schade die voortvloeit uit een ondeskundige inbouw of verkeerde aansluiting.
-
-
-
34
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die werd veroorzaakt doordat de aardleiding on derbroken was of gewoon ontbrak. Er bestaat in dat geval onder andere gevaar voor elektrische schokken.
Na inbouw moet worden gewaarborgd dat onder span ning staande delen niet kunnen worden aangeraakt.
-
-
Page 35
Aansluitwaarde
Zie typeplaatje.
Aansluiting en zekering
AC230V/50Hz Zekering: 16 A Onderbrekingskarakteristiek: type B of C
Verliesstroomschakelaar
Om extra veiligheid te kunnen garanderen, wordt in de EU-voorschriften en richtlijnen voor België geadviseerd de elektrische installatie van een verliesstroomschakelaar (30 mA) te voorzien.
Elektrische aansluiting
35
Page 36
Elektrische aansluiting
Van het elektriciteitsnet loskoppelen
Als het stroomcircuit van het toestel van het elektriciteitsnet dient te worden losgekoppeld, gaat u afhankelijk van de in stallatie als volgt te werk:
Smeltzekeringen:
Neem de inzetstukken helemaal uit de schroefkappen.
Automaat met schroefzekeringen
Druk op de testknop (rood) tot de middelste knop (zwart) uitspringt.
Inbouwzekeringsautomaat
(stroomonderbreker, min. type B of C): Zet de tuimelschakelaar van 1 (aan) op 0 (uit). of:
Aardlekschakelaar
(verliesstroomschakelaar) Zet de hoofdschakelaar van 1 (aan) op 0 (uit) of druk op de testtoets.
-
of:
of:
Aansluitkabel
Als de aansluitkabel beschadigd is, moet deze worden vervangen door een speciale aansluitkabel van het type H 05 VV-F (PVC-isolatie). Deze kabel is verkrijgbaar bij de fabrikant of via de Service After Sales. De kabel mag enkel worden vervangen door de fabrikant van het toestel, de door hem erkende dienst Herstellingen aan huis of een elektricien. De vereiste aansluitgegevens vindt u op het typeplaatje.
Energie-efficiëntieklasse
Voor het toestel werd overeenkomstig EN 50304 de energie
-efficiëntieklasse A vastgesteld. Dit is gebaseerd op de
meetgegevens bij de functie "Speciaal gebak".
363738
-
Page 37
Page 38
Page 39
39
Page 40
Wijzigingen voorbehouden / 1012
M.-Nr. 07 702 150 / 03
Loading...