Garmin Ltd. of haar dochterbedrijven
Alle rechten voorbehouden
Garmin International, Inc.
1200 East 151st Street
Olathe, Kansas 66062 U.S.A.
Tel. 913/397.8200
Fax 913/397.8282
Met uitzondering van zoals hier vermeld mag de inhoud van dit handboek of een deel daarvan op generlei wijze worden vermenigvuldigd, gekopieerd, verzonden, verspreid, gedownload of opgeslagen in enig opslagmedium voor welk doel dan ook zonder de uitdrukkelijke en voorafgaande schriftelijke toestemming
van Garmin. Garmin verleent hierbij de toestemming om één enkele kopie van dit handboek en eventuele revisies van dit handboek te downloaden op een
harde schijf of ander opslagmedium, om te bekijken of om één kopie af te drukken of een eventuele revisie ervan, onder voorwaarde dat de elektronische of
afgedrukte kopie van het handboek de volledige tekst van deze auteursrechtelijke mededeling bevat en verder dat elke ongeautoriseerde commerciële verspreiding van dit handboek of eventuele r
De informatie in dit handboek is onderhevig aan wijzigingen zonder berichtgeving vooraf. Garmin behoudt zich het recht voor om zijn producten te wijzigen
of te verbeteren en om veranderingen in dit handboek aan te brengen zonder de verplichting om personen of organisaties hiervan op de hoogte te stellen.
Bezoek de Garmin website (www.garmin.com) voor de nieuwste updates en voor bijkomende informatie betreffende het gebruik en de bediening van dit en
ander
e Garmin producten.
®
Garmin
en Personal Navigator® zijn geregistreerde handelsmerken, Forerunner™ en Virtual Partner™ zijn handelsmerken van Garmin Ltd. of hun dochterbedrijven en mogen niet worden gebruikt zonder de uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van Garmin.
WAARSCHUWING: Deze Nederlandse versie van de Engelse Forerunner 101-201 handleiding (Garmin part nr. 190-00318-00, rev. A) wordt u aangeboden
voor uw gemak. Indien nodig kunt u de meest r
talige handleiding dient enkel als hulp bij het interpreteren van de Engelse handleiding.
evisie ervan ten strengste verboden is.
Garmin (Europe) Ltd.
Unit 5, The Quadrangle,
Abbey Park Industrial Estate
Romsey, SO51 9DL, U.K.
Tel. 44/1794.519944
ecente Engelse handleiding raadplegen voor de werking en het gebruik van uw Forerunner. Deze Nederlands-
GARMIN IS NIET VERANTWOORDELIJK VOOR DE JUISTHEID VAN DEZE NEDERLANDSE HANDLEIDING EN WIJST IEDERE VORM
VAN AANSPRAKELIJKHEID I.V.M. HET GEBRUIK ERVAN AF.
Page 3
UW GANGMAKER
Plezier tijdens het trainen! Doe de personal trainer om je pols en laat hem al het werk
doen; het rennen moet je nog zelf doen. Welkom in de wereld van de Forerunner 101/201:
een compacte, lichte en waterdichte GPS-ontvanger die u tijdens het trainen nauwkeurige
gegevens verschaft over uw snelheid, afgelegde afstand en tijd. En niet enkel dat, hij geeft u
ook een kaart van uw afgelegde weg en helpt u door middel van de Virtuele Partner uw doel
te bereiken. Neem uw Forerunner 201 mee waar u ook gaat bij uw outdoor activiteiten.
Om uw Forerunner 201 optimaal te leren gebruiken, neemt u best eerst de tijd om deze
Handleiding en de Quick Start Guide door te nemen.
PRODUCTREGISTRATIE
Help ons u beter te helpen door de on-line registratie vandaag nog uit te voeren!
Ga naar onze website (www.garmin.com) en klik op de link “Product Registration” op de
startpagina. Het serienummer vindt u op de achterkant van uw toestel.
Gefeliciteerd met uw keuze voor de Garmin Forerunner. Als u vragen of opmerkingen
heeft over het gebruik van de Forerunner, kunt u onze website bezoeken of contact opnemen
met de Garmin Klantenservice.
Serienummer
Noteer hier uw serienummer (u vindt de 8 tekens van het serienummer op de achterzijde
van het toestel, onder de polsband). U heeft dit nummer nodig in geval van verlies of diefstal
of als u een beroep doet op onze service. Bewaar uw originele rekening op een veilige plaats
en een kopie ervan in deze handleiding.
INDEX ........................................................32
31
Page 5
iii
BEPERKTE GARANTIE
Dit Garmin product staat voor een periode van een jaar na de aankoopdatum onder garantie voor
defecte onderdelen en werkuren. Tijdens deze periode zal Garmin gelijk welk onderdeel herstellen of vervangen dat bij normaal gebruik defect raakt. Deze
herstellingen of vervangingen zullen gebeuren zonder kosten voor onderdelen of werkuren voor de gebruiker, onder voorwaarde dat de gebruiker instaat voor
de transportkosten. Deze garantie vervalt bij verkeerd gebruik, misbruik, ongeval of aanpassingen of herstellingen door niet-bevoegden.
DE HIERIN OMVATTE WAARBORGEN EN GARANTIES ZIJN EXCLUSIEF EN VERVANGEN ALLE ANDERE GARANTIES, EXPLICIET OF IMPLICIET
OF STATUTAIR, INCLUSIEF ELKE AANSPRAKELIJKHEID ALS GEVOLG VAN ENIGE WAARBORG VAN VERHANDELBAARHEID OF GESCHIKTHEID
VOOR EEN SPECIFIEK DOEL, STATUTAIRE OF ANDERE. DEZE GARANTIE VERLEENT U SPECIFIEKE RECHTEN, DIE KUNNEN VARIEREN VAN LAND
TOT LAND.
IN GEEN ENKEL GEVAL KAN GARMIN VERANTWOORDLIJK WORDEN GESTELD VOOR ENIGE INCIDENTELE, SPECIALE, INDIRECTE OF
RESULTERENDE SCHADE, ALS GEVOLG VAN HET GEBRUIK, MISBRUIK, OF ONJUIST GEBRUIK VAN DIT PRODUCT OF DEFECTEN AAN HET PRODUCT. Sommige landen laten de uitsluiting van incidentele of resulterende schade niet toe, waardoor de bovenstaande beperkingen voor u misschien niet van
toepassing zijn.
Garmin behoudt zich het exclusieve recht voor om naar eigen goeddunken het toestel of de software te repareren of te vervangen of een volledige terugbetaling aan te bieden. EEN DERGELIJKE TEGEMOETKOMING IS UW ENIGE EN EXCLUSIEVE VERGOEDING VOOR GELIJK WELK GARANTIEGEVAL.
Om garantieservice aan te vragen: contacteer uw plaatselijke erkende Garmin verdeler of de Garmin Customer Service op één van de hieronder vermelde
nummers, voor het bekomen van instructies voor de verzending en het verkrijgen van een “RMA tracking number”. Het toestel moet zorgvuldig worden verpakt, met duidelijke vermelding van het “RMA tracking number” op de buitenkant van de verpakking. Het toestel moet worden verzonden, transportkosten
vooraf betaald, naar gelijk welk Garmin garantieservice center. Een kopie van de originele verkoopfactuur is vereist als bewijs van aankoop bij reparatie onder
garantie.
Een bevestiging van een online veiling wordt niet geaccepteerd voor verificatie van de garantie. Om garantieservice te verkrijgen, is een origineel of een
kopie van de verkoopfactuur van de originele verkoper vereist. Garmin zal geen ontbrekende onderdelen vervangen van een pakket dat is aangekocht via een
online veiling.
Inleiding
Garmin International, Inc.
1200 E. 151st Street
Olathe, KS 66062, U.S.A.
Tel: 800/800.1020
FAX: 913/397.0836
www.garmin.com
Garmin (Europe) Ltd.
Unit 5, The Quadrangle, Abbey Park Industrial Estate
Romsey, SO51 9DL, U.K.
Tel: 44/1794.519944
FAX: 44/1794.519222
Page 6
iv
Inleiding
FCC Conformiteit
De Forerunner is conform “Part 15 of the FCC interference limits for Class B digital devices FOR HOME OR OFFICE USE”. Deze voorwaarden zijn bepaald om een betere bescher
ming te bieden tegen schadelijke interferentie in een woonomgeving, en zijn strenger dan de
eisen voor outdoor gebruik.
Het gebruik van dit toestel is onderworpen aan de volgende voorwaarden: (1) Dit toestel
mag geen schadelijke interferentie veroorzaken en (2) dit toestel moet inkomende interferen
tie accepteren, inclusief interferentie die ongewenste werking kan veroorzaken.
Dit toestel genereert, gebruikt en straalt radiofrequentie-energie uit en kan storende
interferentie veroorzaken voor radiocommunicatie als het niet wordt geïnstalleerd en gebruikt
volgens de richtlijnen. Er bestaat geen garantie dat er geen interferentie kan optreden in een
bepaalde installatie. Als dit toestel storingen veroorzaakt in de ontvangst van radio- of televi
siesignalen - wat men kan nagaan door het toestel uit te schakelen - raden wij de gebruiker
aan te proberen om de storing te verhelpen op één van de volgende manieren:
• Heroriënteer of verplaats de antenne.
• Verwijder het toestel verder van de ontvanger.
• Sluit het toestel aan op een stopcontact van een andere kring.
• Raadpleeg de verdeler of een ervaren radio/TV-technieker voor hulp.
De Forerunner bevat geen onderdelen die de gebruiker zelf kan repareren. Reparaties
mogen enkel worden uitgevoerd door een erkend Garmin service center. Ongeoorloofde
reparaties of aanpassingen kunnen het toestel permanent beschadigen en uw garantie of uw
gebruiksrecht voor dit toestel doen vervallen volgens de voorschriften van Part 15.
-
-
-
Page 7
v
SOFTWARE LICENTIE-OVEREENKOMST
DOOR DE FORERUNNER TE GEBRUIKEN, STEMT U IN MET DE VOORSCHRIF-
TEN EN VOORWAARDEN VAN DE VOLGENDE LICENTIE-OVEREENKOMST. LEES
DEZE OVEREENKOMST ZORGVULDIG DOOR AUB.
Garmin verleent u een beperkte licentie voor het gebruik van de in dit toestel ingebouwde software (de “Software”), in binaire uitvoerbare vorm, bij het normale gebruik
van het product. Titel, eigendomsrecht en rechten van intellectueel eigendom blijven in
handen van Garmin.
U erkent dat de Software het eigendom is van Garmin en dat deze beschermd is door
de copyrightwetten van de Verenigde Staten van Amerika en internationale copyrightovereenkomsten. U erkent verder dat de structuur, organisatie en code van de Software
waardevolle handelsgeheimen zijn van Garmin en dat de Software in broncodevorm een
waardevol handelsgeheim van Garmin blijft. U stemt ermee in de software of enig deel
ervan niet te decompileren, uit elkaar te nemen, te wijzigen, te bewerken door middel
van reverse assembly of reverse engineering, om te zetten in leesbare vorm, noch enige
afgeleide vorm te maken op basis van de Software. U stemt ermee in de Software niet te
exporteren of herexporteren naar enig land in overtreding met de exportwetten van de
Verenigde Staten van Amerika.
Inleiding
Software
Licentie-overeenkomst
Page 8
vi
Inleiding
Waarschuwingen
WAARSCHUWING.- Dit product, zijn verpakking en zijn
onderdelen bevatten chemische stoffen die bij de Staat Californië bekend zijn als producten die kunnen leiden tot kanker,
aangeboren afwijkingen of gevaren voor de voortplanting.
Deze waarschuwing is conform “California’s Proposition
65”. Voor vragen hierover of voor bijkomende informatie,
raadpleeg onze website op http://www.garmin.com/prop65.
WAARSCHUWING: Het Global Positioning System (GPS) wordt bediend door de
overheid van de Verenigde Staten van Amerika, die als enige verantwoordelijk is voor de
nauwkeurigheid en het onderhoud ervan. Het systeem is onderhevig aan wijzigingen die de
nauwkeurigheid en de werking van alle GPS toestellen kunnen beïnvloeden. De Garmin
GPS ontvanger is een precies elektronisch NAVigation AID (NAVAID) toestel, maar elk NAVAID toestel kan worden misbruikt of verkeerd worden geïnterpreteerd en daardoor onveilig
worden.
WAARSCHUWING: Bij gebruik op de fiets is het de volledige verantwoordelijkheid
van de gebruiker om op een veilige manier te fietsen, op elk moment attent te zijn voor alle
verkeerssituaties en niet afgeleid te worden door de Forerunner. Het bedienen van de Forerunner tijdens het fietsen is niet veilig. Als de berijder van een fiets met een Forerunner niet
goed let op de bediening van de fiets of op de verkeersomstandigheden, kan dit leiden tot een
ongeluk met materiële of persoonlijke schade.
OPGELET: U gebruikt de Forerunner op eigen risico. Om het risico op onveilige bediening te beperken: zorg dat u alle delen van deze Handleiding zorgvuldig leest en begrijpt
voordat u het toestel gebruikt. Vergelijk bij het effectief gebruik de aanduidingen van de
rerunner met alle beschikbare NAVAIDs, visuele referenties, kaarten, enz. Voor uw veiligheid,
los alle discrepanties op vooraleer u verder gaat met navigeren.
OPGELET:
DUCT VOORZICHTIG TE GEBRUIKEN. DIT PRODUCT MAG ENKEL WORDEN GEBUIKT
ALS NAVIGATIEHULPMIDDEL EN MAG NIET WORDEN GEBRUIKT VOOR DOELEINDEN
DIE PRECIEZE METING VAN RICHTING, AFSTAND, LOCATIE OF TOPOGRAFIE VER
EISEN. DIT PRODUCT MAG NIET WORDEN GEBRUIKT ALS MIDDEL OM DE HOOGTE
TEN OPZICHTE VAN DE GROND TE BEPALEN BIJ LUCHTVAARTNAVIGATIE.
HET IS DE VERANTWOORDELIJKHEID VAN DE GEBRUIKER HET PRO-
Fo-
-
Page 9
vii
REINIGEN VAN DE FORERUNNER EN DE POLSBAND
De Forerunner is gemaakt van kwalitatief hoogstaand materiaal en vraagt geen ander
onderhoud dan reiniging. Reinig het toestel met een vochtige doek met een zacht detergent
en droog het af. Gebruik geen chemische reinigingsmiddelen of oplosmiddelen die plastic
onderdelen kunnen aantasten. De polsband moet met de hand worden gewassen met een
zacht detergent in warm water. Daarna droog deppen en verder laten opdrogen. Niet in de
wasmachine wassen.
BEWAREN
Bewaar de Forerunner niet waar hij langdurig wordt blootgesteld aan extreme temperaturen (zoals in de koffer van een wagen). Dit kan leiden tot permanente schade. Gebruikersinformatie, zoals posities, tracks en trainingsgegevens worden onbeperkt bewaard in het
geheugen zonder externe voeding. Het is altijd aan te bevelen belangrijke gegevens veilig te
bewaren door ze te noteren of te downloaden op een PC. Voor de Forerunner 201 is er gratis
software beschikbaar op onze website www.garmin.com. Zie “Forerunner Logbook” software.
WATERDICHTHEID
De Forerunner is waterdicht volgens de IEC Standard 529 IPX7. Hij kan weerstaan aan
30 minuten onderdompeling in water op 1 meter diepte. Langere onderdompeling kan leiden
tot schade aan het toestel. Na onderdompeling het toestel afdrogen en aan de lucht laten
drogen voordat u het opnieuw gebruikt of oplaadt.
Als u een probleem heeft waarvoor u de oplossing niet vindt in deze handleiding, neem
dan contact op met uw Garmin verdeler.
Inleiding
Onderhoud
Page 10
viii
Inleiding
Achterkant Forerunner 101
Ingebouwde
GPS antenne
AAN/UIT
VERLICHTING
Voorkant Forerunner 101 / 201
MODE RESET
LAP
ENTER
START/STOP
LCD scherm
(met verlichting)
OP
NEER
Deksel batterijcom-
partiment
Voeding/Data
contacten
SerienummerPieper
Achterkant Forerunner 201
SerienummerPieper
Page 11
ix
De Forerunner past comfortabel om uw pols. Draag de Forerunner als een uurwerk, met
de bovenkant van het toestel naar de hemel gericht. Met het verlengstuk kunt u de polsband
nog langer maken.
Om de Forerunner om uw pols te doen:
1. Plaats de Forerunner op uw pols, met de polsband open.
2. Schuif het uiteinde van de polsband door de gesp.
3. Span de polsband aan zodat hij comfortabel zit en sluit hem met de klittenband. Span de
polsband niet te strak aan, om de bloedcirculatie niet te belemmeren.
Het verlengstuk gebruiken:
1. Schuif het uiteinde van de polsband door de gesp van het verlengstuk met de klittenband
van beide strippen in dezelfde richting.
2. Plaats de Forerunner op uw pols of arm.
3. Schuif het uiteinde van het verlengstuk door de gesp van de polsband.
4. Span de polsband aan zodat hij comfortabel zit en sluit hem met de klittenband. Span de
polsband niet te strak aan, om de bloedcirculatie niet te belemmeren.
Om de polsband van de Forerunner te verwijderen:
1. Plaats de Forerunner op een doek of een zacht oppervlak, om geen krassen te maken.
2. Houd de Forerunner stevig vast met één hand, gebruik een juweliersgereedschap of een
kleine platte schroevendraaier om de veerpen in te drukken en te verwijderen.
3. Om de polsband terug aan te brengen: schuif de pen door de lus en breng één uiteinde van
de pen in het gaatje in de Forerunner.
4. Druk de pen samen en klik het andere uiteinde in het andere gaatje. Zorg dat de veerpen
nen goed in de gaatjes klikken voordat u de Forerunner gebruikt.
-
Inleiding
Polsband
Page 12
x
Inleiding
FORERUNNER 101: BATTERIJEN PLAATSEN
De Forerunner 101 werkt op twee AAA alkaline batterijen (niet inbegrepen) of herlaadbare
Batterijtoestand (101)
Het pictogram geeft de toestand van de
batterijen aan. 4 blokjes = vol.
Belangrijk
Gebruik enkel nieuwe of volledig opgeladen batterijen. Alkaline
en NiMH batterijen niet tegelijk gebruiken. Verwijder de batterijen als u het meer dan een maand niet gaat gebruiken, zodat
deze niet kunnen lekken en het batterijvak beschadigen. Volg de
instructies van de fabrikant i.v.m. onderhoud en verwerking van
lege batterijen. Werp lege batterijen niet in het vuur. Het gebruik
van de schermverlichting en pieptonen vermindert de levensduur
van de batterijen.
alkaline, NiMH, NiCad of lithium batterijen (zie blz. 28). Bewaarde gegevens gaan niet verloren tijdens het wisselen van de batterijen. Als lege batterijen niet binnen enkele dagen worden
vervangen, kan het zoeken naar satellieten langer duren bij de volgende opstart.
Batterijen in het toestel plaatsen:
1. Verwijder het deksel met behulp van een muntje in de gleuf onderaan.
2. Let op de juiste polariteit bij het plaatsen van de nieuwe batterijen.
3. Plaats het deksel terug en zorg dat het goed op zijn plaats klikt.
Draai het muntje om het deksel op te lichten en verwijder het deksel.
De batterij opladen (201)
Het batterij-pictogram geeft de toestand
van de batterij aan. Vier blokjes = vol.
Bewegende blokjes = externe voeding
aangesloten.
Als de Forerunner 201 uit staat en is aangesloten op een lader, ziet u dit scherm.
FORERUNNER 201: DE BATTERIJ OPLADEN
De Forerunner 201 werkt op een herlaadbare lithium-ion batterij. De batterij kan tot 15 uren
meegaan, als ze volledig opgeladen is. Om de batterij op te laden: indien nodig eerst de contacten
droog wrijven en de AC lader op het toestel klikken met de kant van de 4 contacten eerst (zie
figuur). Plug de adapter in. Volledig opladen duurt 1-3 uren. Voor het eerste gebruik moet de
batterij minstens 2 uren worden opgeladen.
OPMERKING. Als het toestel een lange tijd niet is gebruikt (batterij volledig
ontladen), kan het tot 30 minuten duren voordat het toestel kan worden
aangezet en/of aanduiding geeft van het laden. Het geheugen van de Forerunner bewaart uw gegevens permanent. De gebruiksduur van de batterij
vermindert bij extreme temperaturen en als de batterij veroudert.
Page 13
1
WAT IS GPS?
Het Global Positioning System (GPS) is een systeem met 24 satellieten die twee keer
per dag om de aarde draaien in een precieze baan en informatie uitzenden naar de aarde.
De Forerunner moet continu minstens drie van deze satellieten “zien” om uw positie en uw
beweging te kunnen registreren. Soms zijn er meer satellieten nodig om uw positie te kunnen
bepalen. Als er sommige satellieten worden geblokkeerd of afgeschermd, kan de ontvanger
overschakelen op een andere satelliet om een “fix” te bekomen.
Omdat de Forerunner satellietsignalen nodig heeft om u te helpen navigeren, moet hij een
vrij en ongehinderd zicht hebben op de hemel. De mate waarin de ontvanger vrij zicht heeft,
bepaalt de snelheid waarmee een (eventuele) fix wordt bereikt. GPS signalen zijn relatief zwak
en dringen niet door rotsen, gebouwen, metaal of het menselijk lichaam.
Uw Forerunner moet de kans krijgen om “zichzelf te vinden” (initialiseren). Als het toestel
op een bepaalde positie is geïnitialiseerd, vindt het meestal een fix binnen enkele minuten.
Het initialiseren duur langer:
• bij het eerste gebruik van de Forerunner (nieuw uit de fabriek).
• Als het toestel verplaatst is over meer dan 750 km (terwijl het uit stond).
Op de Garmin website wwwgarmin.com vindt u meer informatie over GPS.
Eerste gebruik
De basisprincipes
Page 14
Eerste gebruik
DE FORERUNNER OPSTARTEN
Als de Forerunner volledig is opgeladen of voorzien van batterijen, is hij klaar voor
gebruik. Geef de Forerunner de tijd om de satellieten te vinden en uw positie te bepalen. Tij-
Uw Forerunner
opstarten
dens het opstarten verschijnt er een GPS signaalbalk. Als de Forerunner meer satellieten vindt
en de signaalsterkte toeneemt, verschuift de balk naar rechts. Dit scherm verdwijnt als de
Forerunner een satellietfix heeft. U kunt best uw training niet aanvatten voordat de Forerunner de satellieten heeft gevonden en uw positie kent. De resterende batterijcapaciteit wordt
aangegeven onder de GPS signaalbalk. Zie blz. xvoor het opladen van de Forerunner 201.
De Forerunner opstarten:
Welkomscherm
GPS satellietpictogram
1. Hou de toets POWER ingedrukt totdat u het Welkomscherm ziet.
2. Na het Welkomscherm ziet u de Timermodus met de GPS signaalbalk. Het pictogram met de
schotelantenne knippert aan de linkerzijde van het scherm terwijl de Forerunner uw positie
bepaalt.
3. Bij de eerste opstart moet u de Forerunner 15-30 minuten vrij zicht op de hemel geven. Na
de eerste keer duurt het opsporen van de satellieten slechts enkele minuten.
4. Als de Forerunner voldoende satellietsignalen ontvangt om uw positie te bepalen, stopt het
pictogram met knipperen en de GPS signaalbalk verdwijnt.
2
Page 15
3
HOOFDSCHERMEN
Alle nodige informatie voor het gebruik van de Forerunner vindt u op twee schermen:
Timermodus en Menumodus. Druk op de toets MODE om van het ene scherm naar het
andere over te schakelen.
Eerste gebruik
Timermodus
Timermodus
Gebruik van de Timermodus:
1. In Timermodus: druk op START/STOP om tijd en afstand te meten.
2. Druk nogmaals op START/STOP om het meten stop te zetten.
3. Druk op
4. Als de timer gestopt is: houd de toets
LAP om het einde van een ronde vast te leggen.
RESET 3 seconden ingedrukt om alle trainingsge-
gevens te resetten. Het toestel houdt automatisch de historische gegevens bij.
OPMERKING - Bij het manuele stoppen + herstarten van de Timer wordt
automatisch een nieuwe ronde gestart. U kunt de Forerunner ook zo instel
len dat hij automatisch een nieuwe ronde registreert en/of pauzeert op een
bepaalde afstand en/of snelheid (zie blz. 9-10).
Menumodus
Timerpictogram
-
Page 16
4
Timermodus
Dataschermen
Tijdens het trainen kunt u 3 dataschermen gebruiken door op de toetsen “OP” of “NEER”
te drukken. Deze dataschermen zijn:
Dataschermen
• Timerscherm - Tijd/Tempo(snelheid)/Afstand
• Scherm Huidige ronde - Rondetempo(-snelheid)/Rondetijd/Ronde-afstand
• Custom scherm - Custom 1/Custom 2/Custom3
Voor informatie over het instellen van de custom velden: zie blz. 25 onder “Custom
scherm instellen”. Als “Autopauze” is ingeschakeld, verschijnt er een vierde scherm “Rusttijd/
Rustafstand/Totale afstand“ (zie blz. 9). In deze modus kunt u ook de stopwatch gebruiken.
Timerscherm
Door het gecombineerd gebruik van GPS en Timer, kunt u gelijk waar beginnen met rennen
en de Forerunner uw snelheid, afstand en tijd laten registreren.
Timermodus - toetsen
MODE toets:
• Indrukken om naar de volgende modus te gaan.
• Ingedrukt houden om over te schakelen van Tempo naar Snelheid of omgekeerd.
Scherm Huidige ronde
RESET/LAP toets:
• Terwijl de tijd loopt: indrukken om een ronde te beëindigen.
• Als de timer gestopt is: 3 seconden indrukken om de datavelden te resetten.
START/STOP toets:
• Indrukken om de Timer te starten of te stoppen.
OP/NEER toetsen:
Custom scherm
• Indrukken om door de dataschermen te bladeren: Tijd/Tempo(Snelheid)/Afstand, Rondetempo(-snelheid)/Rondetijd/Rondeafst(and), Custom 1/Custom 2/Custom 3, Rusttijd/
Rustafst/Totaalafst (indien Autopauze aan staat).
Page 17
5
MENUNAVIGATIE
Met de Forerunner kunt u snel en efficiënt door de menu’s navigeren met behulp van
de toetsen ENTER, OP, NEER en MODE. Dit schema geeft u een kort overzicht van de
beschikbare opties. Meer informatie over de functies vindt u op de tussen haakjes aangegeven
paginanummers.
• Kort indrukken om de schermverlich ting aan of uit te zetten.
De MODE toets:
• Drukken voor de volgende modus.
• Drukken om de laatste handeling onge-
daan te maken.
De toets ENTER:
• Drukken om gegevensinvoer of een
menuselectie te bevestigen.
De OP/NEER toetsen:
• Om een item in een menu te kiezen.
HISTORIE
De functie Historie bewaart uw trainingsgegevens. ‘Historie totalen’ geeft een totaaloverzicht, dat wordt onderverdeeld in weken met ’Per week’ en in dagen van die week met ’Per
dag’. In het menu ‘Historie’ kunt u kiezen welke informatie u eerst wilt zien: ’Per dag’, ‘Per
week’, ‘Historie totalen’ of u kunt alle historiegegevens wissen.
Per dag
Als u deze optie kiest, ziet u een lijst van rondes per dag. De bovenste helft van het
scherm toont een lijst van de dagen, trainingstijden en totaal afgelegde rondes. Als u bovenaan een dag selecteert, ziet u onderaan een overzicht van de informatie van die dag, zoals
totale tijd, totale afstand, gemiddeld tempo en totaal verbruikte calorieën.
Om een dag te selecteren:
1. Kies ‘HISTORIE’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Kies ’PER DAG’ en druk op ENTER.
3. Druk op
4. Selecteer een dag of een individuele ronde en druk op
5. Kies ’BEKIJK OP KAART’ om uw pad te zien of kies ’WIS RONDE/GEHELE LOOP’ om die
NEER of OP om de dag te kiezen. Als er 2 of meer rondes zijn voor die dag: druk
op ENTER om de individuele rondes te zien. Als er een dag/ronde is geselecteerd, wordt
er onderaan een overzicht getoond van die dag/ronde met tijd, afstand, tempo en totale
calorieën.
ENTER om het menu Opties te
openen.
training te wissen.
Page 19
7
Per week
Zoals bij ‘Per dag’, kunt u via deze optie een lijst zien van uw trainingen per week. De
bovenste helft van het scherm toont de weken waarin u heeft getraind. Als u een week selecteert, ziet u onderaan de totale tijd, totale afstand, gemiddelde snelheid en totaal verbruikte
calorieën voor die week. Als u een week selecteert, splitst de Forerunner die week op in
dagen.
Om een week te selecteren:
1. Kies ‘HISTORIE’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Kies ‘PER WEEK’ en druk op ENTER.
3. Druk op
4. Druk op ENTER om de dagen van die week te bekijken.
5. Druk op
6. Druk op
7. Kies de ronde die u wilt zien en druk op ENTER om het menu Opties te openen.
8. Selecteer ‘BEKIJK OP KAART’ om de ronde te zien, selecteer ‘WIS RONDE’ om een ronde
NEER of OP om een week te kiezen.
NEER of OP om een dag te selecteren.
ENTER om de rondes van die dag te bekijken.
te wissen of ‘WIS GEHELE LOOP’ om de hele training te wissen uit de historie en druk op
ENTER.
Menumodus
Historie: Per week
Page 20
8
Menumodus
Historie:
Historie totalen en Wissen
Historie totalen
Onder deze optie ziet u een totaaloverzicht van al uw trainingen.
Om ‘Historie totalen’ te bekijken:
1. Kies ‘HISTORIE’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Kies ‘HISTORIE TOTALEN’ en druk op ENTER.
Wist...
Via deze optie kunt u een aantal of alle trainingen wissen. U kunt kiezen voor ‘Ouder
dan 1 maand’, ‘Ouder dan 3 maanden’, ‘Ouder dan 1 jaar’ of ‘Wis alles’. Als u een optie heeft
gekozen verschijnt er een venster om te bevestigen dat u de gegevens echt wilt wissen.
Om trainingsgegevens te wissen:
1. Kies ‘HISTORIE’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Kies ‘DELETE’ en druk op
3. Druk op NEER of OP om te kiezen welke gegevens u wilt wissen.
4. Druk nogmaals op
Kies ‘JA’ en druk op
ENTER.
ENTER. Nu verschijnt de vraag “WILT U ECHT DEZE RONDES WISSEN?”.
ENTER of ‘NEE’ en druk op ENTER.
Page 21
9
TRAINING ASSISTENT
Met de Training Assistent van de Forerunner kunt u uw trainingssessies optimaliseren.
Hier kunt u Autopauze/ronde instellen en gebruiken, de “Virtuele Partner”, tempo/snelheid
alarm en tijd/afstand alarm.
Autopauze/Ronde
De Forerunner kan automatische de timer pauzeren tijdens uw training. De Autopauze
werkt goed als uw ronde stoplichten of stoptekens bevat. Autopauze last een pauze in als
uw tempo daalt onder de ingestelde waarde. De stopwatchaanduiding zal knipperen als de
timer op pauze staat. De functie Autoronde is nuttig als u wilt dat de Forerunner uw rondes
bijhoudt zonder dat u op LAP moet drukken als u een bepaalde afstand heeft afgelegd.
Om Autopauze in te stellen:
1. Kies ’TRAINING ASSISTENT’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Kies ‘AUTO PAUZE/RONDE’ en druk op ENTER..
3. Kies de ‘AAN/UIT’ optie naast ‘AUTO TIMER PAUZE:’. Druk op
PAUZE’ aan of uit te zetten.
4. Kies het veld rechts van ‘PAUZEER BIJ:’ en druk op ENTER om het optiemenu te openen.
Andere keuzes dan ‘CUSTOM’ zijn gebaseerd op uw ‘INSTEL. PROFIEL’ instellingen (blz. 26).
5. Druk op
NEER of OP en kies ‘JOGGEND’, ‘WANDELEND’, ‘GESTOPT’ of ‘CUSTOM’. Druk op
ENTER om uw keuze te bevestigen.
ENTER om de ‘AUTO TIMER
Menumodus
Training Assistent:
Autopauze/Ronde
Page 22
10
Menumodus
Training Assistent:
Virtuele Partner
Om Auto Ronde in te stellen:
1. Kies ‘TRAINING ASSISTENT’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Kies ‘AUTO PAUZE/RONDE’ en druk op
3. Kies de optie ‘AAN/UIT’ naast ‘AUTO RONDE TRIGGER:’. Druk op ENTER om de ‘AUTO
RONDE TRIGGER:’ aan of uit te zetten.
4. Kies de optie ‘AFSTAND’ naast ‘RONDE AFST.:’ en druk op
openen.
5. Druk op NEER of OP om een waarde te kiezen uit de lijst. Druk op ENTER om de gekozen
waarde te bevestigen.
Virtuele Partner
ENTER.
ENTER om het optiemenu te
Dit is een unieke functie van de Forerunner. U kunt uw Virtuele Partner instellen om u te
helpen bij het bereiken van uw trainingsobjectieven. Uw Virtuele Partner kan u helpen in de
opties ‘Afstand & Tijd’, ‘Tijd & Tempo(Snelheid)’ of ‘Afstand & Tempo(Snelheid)’. De modus
Virtuele Partner verschijnt na het maken van uw instellingen. In de modus Virtuele Partner
is het bovenste figuurtje uw Virtuele Partner en uzelf staat eronder. Als u op START drukt,
begint uw training en uw Virtuele Partner begint te lopen. Als u loopt, loopt ook uw digitale
evenbeeld. Daaronder verschijnt er een tekstbalk die toont hoe ver u verwijderd bent van
uw Virtuele Partner. De Virtuele Partner zal altijd het ingestelde doel bereiken. Het is uw job
om hem bij te blijven. Druk op NEER of OP om andere gegevens te bekijken in de modus
Virtuele Partner, zoals de resterende afstand en tijd. Druk op STOP om de timer stil te zetten
nadat u uw doel heeft bereikt of kies ‘EIND PARTNER LOOP’ in het menu Training Assistent,
waarna er een scherm met een samenvatting verschijnt.
Page 23
11
Om de te lopen Afstand & Tijd in te stellen:
1. Kies ‘TRAINING ASSISTENT’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Kies ‘VIRTUELE PARTNER’ en druk op
3. Kies ‘INSTEL. AFSTAND & TIJD’ en druk op ENTER.
4. Selecteer ‘AFSTAND’ en druk op
5. Druk op NEER of OP om een waarde voor de afstand te kiezen en druk op ENTER. U kunt
ook ‘CUSTOM’ kiezen en uw eigen afstand instellen.
6. Druk op
7. Druk op
8. Kies ‘GEREED?’ en druk op
9. Als u klaar bent om te beginnen, druk dan op de toets START
NEER om het veld ‘TIJD’ te selecteren en druk op ENTER.
NEER of OP om een waarde voor de totale tijd te kiezen en druk op ENTER. U
kunt ook ‘CUSTOM’ kiezen en de tijd zelf instellen.
ENTER.
ENTER.
ENTER.
.
Om Tijd & Snelheid in te stellen:
1. Kies ‘TRAINING ASSISTENT’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Kies ‘VIRTUELE PARTNER’ en druk op
3. Kies ‘INSTEL.TIJD & SNELHEID en druk op ENTER.
4. Selecteer ‘TIJD’ en druk op
5. Druk op NEER of OP om de totale tijd te kiezen en druk op ENTER. U kunt ook ‘CUSTOM’
kiezen en uw eigen afstand instellen.
6. Druk op
NEER om het veld ‘TEMPO (SNELHD)’ te selecteren en druk op ENTER.
ENTER.
ENTER.
Menumodus
Training Assistent:
Virtuele Partner
Page 24
12
Menumodus
Training Assistent:
Tempo/Snelheid alarm
7. Druk op NEER of OP om het tempo (snelheid) te kiezen voor uw training en druk op
ENTER. U kunt ‘CUSTOM’ kiezen om zelf een waarde voor tempo/snelheid in te geven.
8. Kies ‘GEREED’ en druk op
9. Als u klaar bent om te beginnen: druk op START
ENTER.
.
Om Afstand & Tempo/Snelheid in te stellen:
1. Kies ‘TRAINING ASSISTENT’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Kies ‘VIRTUELE PARTNER’ en druk op ENTER.
3. Kies ‘SET AFSTAND & TEMPO (SNELHEID)’ en druk op
3. Selecteer ‘AFSTAND’ en druk op
4. Druk op NEER of OP om een waarde voor de afstand te kiezen en druk op ENTER. U kunt
ook ‘CUSTOM’ kiezen en uw eigen afstand instellen.
5. Druk op
6. Druk op NEER of OP om een waarde voor tempo(snelheid) te kiezen en druk op ENTER. U
7. Kies ‘Gereed?’ en druk op
8. Als u klaar bent om te beginnen: druk op START
NEER om het veld ‘TEMPO (SNELHEID)’ te selecteren en druk op ENTER.
kunt ook ‘CUSTOM’ kiezen en uw eigen tempo/snelheid instellen.
ENTER.
ENTER.
ENTER.
.
Tempo/Snelheid alarm
Gebruik Tempo/Snelheid alarm als u wilt weten wanneer u uw hoogste of uw laagste
tempo/snelheid bereikt. Als u deze waarde overschrijdt, klinkt er een alarmsignaal.
Page 25
13
Om de max. waarde voor Tempo/Snelheid alarm in te stellen:
1. Kies ‘TRAINING ASSISTENT’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Kies ‘TEMPO (SNELHEID) ALARM’ en druk op
3. Selecteer ‘TEMPO (SNELHEID) ALARM’, druk op ENTER. Gebruik de toetsen NEER of OP
om ‘AAN’ of ‘UIT’ te kiezen en druk op
4. Druk op
5. Kies uit het snelmenu ‘SPRINT’, ‘REN’, ‘JOG’, ‘SNELWANDELEN’, ’WANEDEL’, of ‘CUSTOM’
6. Druk op
NEER om het veld ‘SNELHEID:’ te selecteren en druk op ENTER.
en druk op ENTER.
MODE om terug te keren naar de Training Assistent.
ENTER.
ENTER.
Om de min. waarde voor Tempo/Snelheid alarm in te stellen:
1. Kies ‘TRAINING ASSISTENT’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Kies ‘TEMPO (SNELHEID) ALARM’ en druk op
3. Druk op NEER of OP om ‘LAAG TEMPO (SNELHEID) ALARM’ te selecteren en druk op
ENTER. Druk op NEER of OP om ‘AAN’ of ‘UIT’ te kiezen en druk op ENTER.
4. Druk op
5. Kies uit het snelmenu ‘SPRINT’, ‘REN’, ‘JOG’, ‘SNELWANDELEN’, ’WANEDEL’, of ‘CUSTOM’
6. Druk op MODE om terug te keren naar de Training Assistent.
NEER om het veld ‘SNELHEID:’ te selecteren en druk op ENTER.
en druk op ENTER.
ENTER.
Menumodus
Training Assistent:
Tempo/Snelheid alarm
Page 26
14
Menumodus
Training Assistent:
Tijd/Afstand alarm
Tijd/Afstand alarm
Zoals bij het Tempo/Snelheid alarm, kunt u een alarm instellen dat weerklinkt als u een
bepaalde tijd of afstand bereikt.
Om het Tijd alarm in te stellen:
1. Kies ‘TRAINING ASSISTENT’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Kies ‘TIJD/AFST(AND) ALARM’ en druk op ENTER.
3. Selecteer ‘TIJD ALARM’ en druk op
‘HERHL’ zodat het herhaald wordt telkens als u de tijd ‘ALARM BIJ:’ bereikt.
4. Als ‘TIJD ALARM’ aan staat, kies dan het veld ‘ALARM BIJ:’ en druk op
5. Kies ‘2 UREN’, ’1.5 UREN’, ‘1 UUR’, ’30 MINUTEN’ of ‘CUSTOM’. Druk op
uw keuze te maken en druk op
6. Druk op
MODE om terug te keren naar de modus Training Assistent.
ENTER om het alarm ‘UIT’ te zetten, op ‘ENKEL’ of
ENTER.
NEER of OP om
ENTER.
Om het Afstand alarm in te stellen:
1. Kies ‘TRAINING ASSISTENT’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Kies ‘TIJD/AFST(AND) ALARM’ en druk op ENTER.
3. Ga met de toetsen
te zetten op ‘UIT’, alarm ‘ENKEL’ of ‘HERHL’ zodat het wordt herhaald telkens als u de
afstand ‘ALARM BIJ:’ bereikt.
4. Als ‘AFSTAND ALARM’ aan staat, kies dan het veld ‘ALARM BIJ:’ en druk op
5. Kies ‘1/2 MARATHON’, ’10 MIJL’, ’10 KM’, ’5 MIJL’, ’5 KM’, ’1 MIJL’ of ‘CUSTOM’. Druk op
NEER of OP om uw keuze te maken en druk op ENTER.
6. Druk op
MODE om terug te keren naar de modus Training Assistent.
NEER of OP naar ‘AFSTAND ALARM’ en druk op ENTER om het alarm
ENTER.
Page 27
15
NAVIGATIE
Het Navigatiemenu bevat extra opties om te reizen met uw Forerunner. Via dit menu kunt
u de Kaartmodus toevoegen of verwijderen, een locatie markeren of zoeken, terugkeren naar
uw vertrekpunt en de oriëntatie van de kaart instellen.
Verw. Kaartmodus
De Kaartmodus verschijnt pas op uw Forerunner als u deze functie activeert in het menu.
Als u de kaart toevoegt, gaat u onmiddellijk naar de Kaartmodus waar u uw positie kunt zien,
uw afgelegde weg of uw locaties.
De Kaartmodus toont waar u (het geanimeerd figuurtje) zich bevindt en geeft een beeld
van waar u bent geweest. Als u zich verplaatst, ‘wandelt’ het figuurtje en laat een ‘spoor’
achter. Locatienamen en -symbolen verschijnen ook op de kaart. Als u de kaartmodus aan
heeft gezet, schakelt u met de toets MODE over tussen Timermodus, Kaartmodus en Menumodus. Om uw hele ‘spoor’ te kunnen zien, kunt u de kaartschaal aanpassen (van 5m tot
200 km). Druk op OP om uit te zoomen of NEER om in te zoomen. Als u één van de toetsen
ingedrukt houdt, verloopt het zoomen sneller.
Om de Kaartmodus toe te voegen of te verwijderen:
1. Kies ‘NAVIGATIE’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Selecteer ‘VOEG KAART TOE’ of ‘VERW. KAART MODUS’ en druk op ENTER.
Verw. kaartmodus
Menumodus
Navigatie:
Page 28
16
Menumodus
Navigatie:
Markeer locatie
Markeer locatie
Met de optie ‘Markeer locatie’ kan de Forerunner een locatie bewaren (lengte- en breedtegraad), zodat u later naar die locatie kunt terugkeren. De Forerunner bewaart uw locatie met
een getal van 3 cijfers, te beginnen bij 001. U kunt max. 100 locaties bewaren. U kunt zelf
het symbool, de naam, een hoogtepositie en een locatie (lengte- en breedtegraad) invullen.
Deze gegevens kunt u ook later wijzigen.
Om het locatiesymbool te wijzigen:
1. Kies ‘NAVIGATIE’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Druk op NEER om ‘MARKEER LOCATIE’ te kiezen en druk op ENTER. Dan verschijnt het
scherm ‘Locatie bewerken’ (vlag met symbool, naam en locatie).
3. Druk op
4. Kies een symbool uit de lijst met behulp van de toetsen NEER of OP en druk op ENTER
5. Druk op
Om de naam van een locatie te wijzigen:
1. Kies ‘NAVIGATIE’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Druk op
3. Druk op
NEER om het symbool te selecteren en druk op ENTER.
om het gekozen symbool te bevestigen.
NEER of OP om het veld ‘OK’ te selecteren en druk op ENTER. Uw locatie met het
nieuwe locatiesymbool is nu bewaard in het geheugen.
NEER om ‘MARKEER LOCATIE’ te selecteren en druk op ENTER. Het scherm
‘Locatie bewerken’ verschijnt (vlag met symbool, naam en locatie).
NEER om de naam te selecteren en druk op ENTER.
Page 29
17
4. Met de toetsen NEER of OP kunt u naar een teken in de naam gaan. (OP = naar rechts,
NEER = naar links). Kies het teken dat u wilt wijzigen en druk op ENTER. Kies met NEER
of OP een letter, cijfer of symbool en druk op ENTER. U kunt een naam met max. 6 tekens
ingeven.
5. Druk op
6. Druk op
NEER of OP om naar het veld ‘OK’ te gaan en druk op ENTER. Daardoor keert u
terug naar de Locatiemodus, met de gewijzigde naam.
NEER of OP om naar het veld ‘OK’ te gaan en druk op ENTER. Uw locatie met de
nieuwe naam is nu bewaard in het geheugen.
Om de hoogte te wijzigen:
1. Kies ‘NAVIGATIE’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Druk op NEER om ‘MARKEER LOCATIE’ te selecteren en druk op ENTER. Dan verschijnt
het scherm ‘Locatie bewerken’ (vlag met symbool, naam en locatie).
3. Druk op
4. Ga naar het cijfer van de hoogtewaarde dat u wilt wijzigen met de toetsen
5. Druk op
6. Druk op
NEER om het veld ‘HGTE:’ te selecteren en druk op ENTER.
NEER of OP
(OP beweegt de cursor naar links, NEER naar rechts) en druk op ENTER. Kies met NEER
of OP de gewenste waarde en druk op ENTER. Herhaal dit indien nodig voor de andere
cijfers.
NEER of OP om naar het veld ‘OK’ te gaan en druk op ENTER. Daardoor keert u
terug naar de Locatiemodus, met de gewijzigde hoogte.
NEER of OP om naar het veld ‘OK’ te gaan en druk op ENTER. Uw locatie met de
nieuwe hoogte is nu bewaard in het geheugen.
Menumodus
Navigatie:
Markeer locatie
Page 30
18
Menumodus
Navigatie:
Zoek locatie
Om de coördinaten te wijzigen (lengte- en breedtegraad):
1. Kies ‘NAVIGATIE’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Druk op
3. Druk op
4. Ga naar het cijfer van de coördinaten dat u wilt wijzigen met de toetsen
5. Druk op NEER of OP om naar het veld ‘OK’ te gaan en druk op ENTER. Daardoor keert u
6. Druk op
NEER om ‘MARKEER LOCATIE’ te selecteren en druk op ENTER. Dan verschijnt
het scherm ‘Locatie bewerken’ (vlag met symbool, naam en locatie).
NEER om het veld ‘POSITIE’ (lengte- en breedtegraad) te selecteren en druk op
ENTER.
beweegt de cursor naar links,
de gewenste waarde en druk op
terug naar de Locatiemodus, met de gewijzigde coördinaten.
NEER of OP om naar het veld ‘OK’ te gaan en druk op ENTER. Uw locatie met de
nieuwe coördinaten is nu bewaard in het geheugen.
NEER naar rechts) en druk op ENTER. Kies met NEER of OP
ENTER. Herhaal dit indien nodig voor de andere cijfers.
NEER of OP (OP
Zoek locatie
Via de functie ‘ZOEK LOCATIE’ vindt u al uw locaties terug, in alfabetische volgorde. Als
u de gewenste locatie heeft gevonden in de lijst, kunt u de positie ervan bekijken op de kaart
of een ‘GOTO’ starten. Een ‘GOTO’ stuurt u van uw huidige locatie naar de gezochte locatie.
De Forerunner trekt een rechte lijn (in vogelvlucht) van uw huidige positie naar de gezochte
locatie. U moet wellicht om een aantal obstakels heen om op de gezochte locatie te komen.
‘Zoek locatie’ heeft de volgende opties: ‘TOON ALLEN, ‘DICHTSTBIJZ.’ en ‘WIS ALLES’.
Page 31
19
Om een locatie te zoeken en te selecteren:
1. Kies ‘NAVIGATIE’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Druk op
3. Selecteer ‘TOON ALLES’ en druk op ENTER. Er verschijnt een lijst met locaties, beginnend
4. Druk op
NEER, selecteer ‘ZOEK LOCATIE’ en druk op ENTER.
met cijfers (0-9) en verder een alfabetische lijst.
NEER of OP om de gewenste tab te selecteren en daarna op ENTER. Druk op
NEER of OP om de gewenste locatie te selecteren en daarna op ENTER. Dan verschijnt
het scherm ‘Locatie bewerken’.
Om een locatie te wissen:
1. Druk op het scherm ‘Locatie bewerken’ op NEER of OP om ‘DELETE’ te selecteren. Druk op
ENTER. Dan verschijnt een scherm om te bevestigen dat u de locatie zeker wilt wissen. Als
u zeker bent, ga dan met
2. Als u de locatie niet wilt wissen, kies dan ‘NEE’ en druk op
verdwijnt en de locatie blijft in het geheugen. U kunt ook op
pen.
NEER of OP naar ‘JA’ en druk op ENTER.
ENTER. Het bevestigingsscherm
MODE drukken om te stop-
De ‘DICHTSTBIJZIJNDE’ locaties bekijken:
1. Kies ‘NAVIGATIE’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Druk op NEER om ‘ZOEK LOCATIE’ te selecteren en druk op ENTER.
3. Druk op
4. De negen dichtstbijzijnde locaties verschijnen in een lijst, met naam en afstand vanaf uw
NEER om ‘DICHTSTBIJZIJNDE’ te selecteren en druk op ENTER.
huidige locatie. Selecteer een locatie met
op het scherm ‘Locatie bewerken’ de gegevens eventueel wijzigen.
NEER of OP en druk op ENTER. Daarna kunt u
Menumodus
Navigatie:
Zoek locatie
Page 32
20
Menumodus
Navigatie:
Zoek locatie
Om een geselecteerde locatie te bekijken in Kaartmodus:
1. Selecteer ‘KAART’ in ‘Locatie bewerken’ met de NEER of OP toets en druk op ENTER. De
geselecteerde locatie wordt getoond op de kaart. Met de
uitzoomen op de kaart.
2. Kies ‘OK’ en druk op
Een ‘GOTO’ starten:
1. Selecteer ‘GOTO’ in ‘Locatie bewerken’ modus met de NEER of OP toets en druk op
ENTER. De ‘GOTO’ is nu geactiveerd, met de geselecteerde locatie als bestemming.
Een ‘GOTO’ stoppen:
1. Kies ‘NAVIGATIE’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Druk op
Om alle locaties te wissen:
1. Kies ‘WIS ALLES’ in ‘ZOEK LOCATIE’ modus en druk op ENTER. Er verschijnt een boodschap
2. Als u de locatie toch niet wilt wissen, kies dan ‘NEE’ en druk op ENTER. Het bevestigings-
NEER of OP om ‘STOP GOTO’ te selecteren en druk op ENTER.
om te vragen of u zeker bent dat u alle locaties wilt wissen. Als dat zo is: kies ‘JA’ en druk
op ENTER.
venster verdwijnt en alle locaties blijven bewaard in het geheugen.
ENTER om terug te keren naar ‘Locatie bewerken’ modus.
NEER/OP toetsen kunt u in- of
Page 33
21
Terug naar start
Via deze optie kunt u terugkeren naar uw startpunt, volgens de eerder gevolgde weg, zonder eerst locaties te markeren. De Forerunner registreert een ‘track’ of ‘elektronisch kruimelspoor’ op uw gevolgde pad. Als u wilt terugkeren naar het startpunt, begeleidt de Forerunner
u via het ‘elektronisch kruimelspoor’ dat u heeft achtergelaten.
Om ‘Terug naar start’ te gaan:
1. Kies ‘TERUG NAAR START’ in de modus ‘NAVIGATIE’ en druk op ENTER. Dan verschijnt de
Kaartmodus met een pijl die de te volgen richting aanwijst.
2. Druk op NEER of OP om in of uit te zoomen op de kaart. Druk op MODE om terug te gaan
naar Menumodus.
3. Om te stoppen: kies ‘NAVIGATIE’ en druk op
GOTO’ te selecteren en druk op
Noord boven/boven
ENTER.
ENTER. Druk op NEER of OP om ‘STOP
Met ‘Noord boven’ geselecteerd, is de kaart altijd met het noorden naar boven georienteerd. Als u beweegt, blijft de kaart stilstaan en het geanimeerde figuurtje beweegt over
de kaart. Met ‘Kaart boven’ geselecteerd, is de bovenkant van de kaart de richting waarin u
beweegt. Het geanimeerde figuurtje staat stil en de kaart draait als u van richting verandert
met de Forerunner.
Om ‘Noord boven’ te selecteren:
1. In ‘NAVIGATIE’ modus: druk op NEER of OP om ‘KAART NOORD’ te selecteren en druk op
ENTER. Dan verschijnt het Kaartscherm met oriëntatie naar het noorden.
Menumodus
Navigatie:
Terug naar start/
Noord boven/boven
Page 34
22
Menumodus
Instellingen:
Instell. Tijd
Om ‘Kaart boven’ te selecteren:
1. In ‘NAVIGATIE’ modus: druk op NEER of OP om ‘KAART BOVEN’ te selecteren en druk op
ENTER. Dan verschijnt het Kaartscherm met oriëntatie naar boven.
INSTELLINGEN
Via het menu ‘INSTELLINGEN’ kunt u uw Forerunner aanpassen aan uw wensen. U kunt
hier de tijd instellen, de eenheden bepalen, de custom pagina instellen, uw profiel maken,
het scherm instellen, het systeem, de instellingen herstellen naar de af-fabriek waarden en de
softwareversie controleren.
INSTEL. TIJD: Tijd formaat
In het menu ‘INSTEL. TIJD’ kunt u de tijdweergave instellen op 12 uur of 24 uur, de
juiste tijdzone opgeven en de instellingen voor zomer-/wintertijd bepalen. Als u voor 12 uur
weergave kiest, wordt het uur aangegeven met 12 uren AM en 12 uren PM cycli. Anders
gebeurt de tijdweergave in een 24 uren cyclus.
Om de tijdweergave te wijzigen:
1. Kies ‘INSTELLINGEN’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Druk op NEER of OP om ‘INSTEL. TIJD’ te selecteren en druk op ENTER.
3. Druk op
4. Druk op
NEER of OP om ‘TIJD FORMAAT’ te selecteren en druk op ENTER.
NEER of OP, kies ‘12 UUR’ of ‘24 UUR’ en druk op ENTER. Druk op MODE om
terug te gaan naar het vorige scherm.
Page 35
23
Om de tijdzone te wijzigen:
1. Kies ‘INSTELLINGEN’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Druk op
3. Druk op NEER of OP om ‘TIJD ZONE’ te selecteren en druk op ENTER.
4. Druk op
5. Druk op MODE om terug te gaan naar het gewenste scherm.
SET TIJD: Zomertijd
NEER of OP om ‘INSTEL. TIJD’ te selecteren en druk op ENTER.
NEER of OP om de juiste tijdzone te kiezen uit de lijst en druk op ENTER .
OPMERKING: Als u ‘Overige’ kiest, moet u het UTC tijdverschil invullen voor
uw locatie en de optie Zomertijd is dan niet beschikbaar.
Zomertijd kan op ‘AUTO’ worden gezet, zodat de omschakeling automatisch verloopt. U
kunt ‘JA’ kiezen om de klok manueel op zomertijd in te stellen of ‘NEE’ voor wintertijd.
Om het veld ‘Zomertijd’ te wijzigen:
1. Kies ‘INSTELLINGEN’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Druk op
3. Druk op NEER of OP om ‘ZOMERTIJD’ te selecteren en druk op ENTER.
4. Druk op
NEER of OP om ‘INSTEL. TIJD’ te selecteren en druk op ENTER.
NEER of OP om ‘AUTO’, ‘JA’ of ‘NEE’ te kiezen en druk op ENTER. Druk op MODE
om terug te gaan naar het gewenste scherm.
Menumodus
Instellingen:
Instell. Tijd
Page 36
24
Menumodus
Instellingen:
Instell. Eenheden
U kunt ook de toets MODE ingedrukt
houden om snel te switchen tussen ‘TEMPO’
en ‘SNELHEID’, vanuit elk scherm.
Instell. Eenheden
U kunt de Forerunner instellen op Angelsaksische (voet, mijl en mijl per uur) of metrische
eenheden (meter, kilometer en kilometer per uur) voor alle aanduidingen van afstand en
snelheid. U kunt ook kiezen tussen modus tempo of snelheid. ‘Tempo middeling’ bepaalt het
gemiddeld tempo over een bepaalde tijd om fouten in de GPS positie en snelheid te vermijden. Het toestel moet in ‘TEMPO’ modus staan om ‘Tempo middeling’ te kunnen gebruiken.
Om de eenheden in te stellen:
1. Kies ‘INSTELLINGEN’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Druk op NEER of OP om ‘INSTEL. EENHEDEN’ te selecteren en druk op ENTER.
3. Druk op
4. Druk op NEER of OP, om ‘STATUUT’ of ‘METRISCH’ te kiezen en druk op ENTER.
NEER of OP om het veld ‘EENHEDEN’ te selecteren en druk op ENTER.
Druk op MODE om terug te keren naar het vorige scherm.
Om te verwisselen tussen tempo/snelheid modus:
1. Kies ‘INSTELLINGEN’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Druk op NEER of OP om ‘INSTEL. EENHEDEN‘ te selecteren en druk op ENTER.
3. Druk op
4. Kies met NEER of OP ‘TEMPO’ of ‘SNELHEID’ en druk op ENTER.
NEER of OP om ‘TEMPO/SNELHEID MODUS’ te selecteren en druk op ENTER.
Druk op MODE om terug te keren naar het vorige scherm.
Om ‘Tempo middeling’ in te stellen:
1. Kies ‘INSTELLINGEN’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Druk op NEER of OP om ‘INSTEL. EENHEDEN’ te selecteren en druk op ENTER.
Page 37
25
3. Druk op NEER of OP om het veld ‘TEMPO MIDDELING’ te selecteren en druk op ENTER.
4. Kies met
Custom scherm instellen
NEER of OP voor ‘MEEST’, ‘MEER’, ’MINDER’, of ‘MINSTE’ en druk op ENTER.
’MEEST’ geeft de sterkste afvlakking.
Druk op MODE om terug te keren naar het vorige scherm.
Via deze optie kunt u de datavelden op de pagina Custom bepalen, toegankelijk vanuit
Timermodus. De keuze tussen Snelheid en Tempo is afhankelijke van uw instelling op ‘SNELHEID’ of ‘TEMPO’ bij ‘EENHEDEN’ (blz. 24).
De volgende datavelden zijn beschikbaar:
• GEM. TEMPO/SNELHEID - totale gemiddelde snelheid
• GEM. RONDETIJD - gemiddelde rondetijd over alle rondes
• MAX. SNELHEID - hoogste snelheid van de training
• CALORIEEN - totaal verbruikte calorieën sinds het starten van de timer
• AFSTAND - training afstand
• HOOGTE - huidige hoogte
• HELLING - % helling van het terrein
• RONDE AFSTAND - afstand per ronde
• RONDE TEMPO/SNELHEID - gemiddelde snelheid per ronde
• RONDETIJD - tijd van de huidige ronde
• RONDES - aantal rondes van de training
• TEMPO - huidige tempo
• RUST AFSTAND - afstand afgelegd tijdens Autopauze
• RUST TIJD - tijd Autopauze
• SNELHEID - huidige snelheid
• TIJD - tijd van de lopende training
• TIJD - huidige tijd
• TOTAAL AFSTAND - trainingafstand en rustafstand samen
Menumodus
Instellingen:
Custom scherm
Page 38
26
Menumodus
Instellingen:
Instel. Profiel
Om de dataschermen aan te passen:
1. Kies ‘INSTELLINGEN’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Druk op
3. Druk op NEER of OP om het gewenste dataveld te selecteren en druk op ENTER.
4. Kies met
NEER of OP om ‘INSTEL. CUSTOM’ te selecteren en druk op ENTER.
NEER of OP het gewenste datatype voor het veld en druk op ENTER.
Druk op MODE om terug te keren naar het vorige scherm.
Instel. Profiel
Hier kunt u de Forerunner personaliseren volgens uw eigen gewicht (om de verbruikte
calorieën te berekenen) en andere gegevens. Deze gegevens worden gebruikt door de Training
Assistent voor tempo en instellingen.
Om de profielinstellingen te wijzigen:
1. Kies met de toetsen NEER of OP ‘Settings’ in Menumodus en druk op ENTER.
2. Druk op NEER of OP om ‘INSTEL. PROFIEL’ te selecteren en druk op ENTER.
3. Kies met
4. Ga naar het teken dat u wilt wijzigen met NEER of OP (OP = cursor naar links, NEER =
5. Kies ‘OK’ en druk op
NEER of OP het veld dat u wilt wijzigen en druk op ENTER.
cursor naar rechts). Druk op
met NEER of OP het cijfer dat u nodig heeft en druk op ENTER.
ENTER op de positie van het teken dat u wilt wijzigen. Kies
ENTER als u klaar bent.
Page 39
27
Instel. scherm
Hier kunt u de instelling van de schermverlichting en het contrast wijzigen.
Om de schermverlichting in te stellen:
1. Kies in Menumodus met NEER of OP voor ‘INSTELLINGEN’ en druk op ENTER.
2. Druk op NEER of OP om ‘INSTEL. SCHERM’ te selecteren en druk op ENTER.
3. Kies ‘SCHERMVERLICHTING’ en druk op
4. Druk op NEER of OP om uw keuze te maken en druk op ENTER.
5. Druk op
Om het schermcontrast te regelen:
1. Kies in Menumodus met NEER of OP voor ‘INSTELLINGEN’ en druk op ENTER.
2. Druk op
3. Kies ‘CONTRAST’ en druk op ENTER.
4. Druk op
5. Druk op
MODE om terug te keren naar ‘INSTELLINGEN’.
NEER of OP om ‘INSTEL. SCHERM’ te selecteren en druk op ENTER.
NEER of OP om de contrastregeling te wijzigen.
Druk op ENTER als u klaar bent.
MODE om terug te keren naar ‘INSTELLINGEN’.
ENTER.
Menumodus
Instellingen:
Instel. scherm
Page 40
28
Menumodus
Instellingen:
Instel. systeem
Instel. systeem
Hier kunt u de pieper instellen en de taal kiezen.
Om de instelling van de pieper te wijzigen:
1. Kies ‘INSTELLINGEN’ in Menumodus met de NEER of OP toets en druk op ENTER.
2. Druk op NEER of OP om ‘INSTEL. SYSTEEM‘ te selecteren en druk op ENTER.
3. Kies ‘PIEPER’ en druk op
4. Druk op NEER of OP om uw keuze te maken en druk op ENTER.
5. Druk op
MODE om terug te keren naar ‘INSTELLINGEN’.
ENTER.
Om de taal te wijzigen:
1. Kies ‘INSTELLINGEN’ in Menumodus met de NEER of OP toets en druk op ENTER.
2. Druk op
3. Kies ‘TAAL’ en druk op ENTER.
4. Druk op
5. Druk op
NEER of OP om ‘INSTEL. SYSTEEM‘ te selecteren en druk op ENTER.
NEER of OP om uw keuze te maken en druk op ENTER.
MODE om terug te keren naar ‘INSTELLINGEN’.
Om het batterijtype te wijzigen (enkel bij Forerunner 101):
1. Kies ‘INSTELLINGEN’ in Menumodus met de NEER of OP toets en druk op ENTER.
2. Druk op NEER of OP om ‘INSTEL. SYSTEEM‘ te selecteren en druk op ENTER.
3. Kies ‘BATTERIJ’ en druk op
4. Druk op
5. Druk op MODE om terug te keren naar ‘INSTELLINGEN’.
NEER of OP om uw keuze te maken en druk op ENTER.
ENTER.
Page 41
29
Herstel instellingen
Via deze functie kunt u de af-fabriek instellingen herstellen, ENKEL voor de opties in
het menu INSTELLINGEN. Gegevens en instellingen in andere menu’s, zoals HISTORIE en
TRAINING ASSISTENT, worden hierdoor niet beïnvloed.
Om de af-fabriek instellingen terug te zetten:
1. Kies in Menumodus met de NEER of OP toets ‘INSTELLINGEN’ en druk op ENTER.
2. Druk op NEER of OP om ‘HERSTEL INSTELLINGEN’ te selecteren en druk op ENTER.
3. Druk op
Over Forerunner
Hier kunt u de softwareversie van uw Forerunner vinden.
Om de softwareversie op te vragen:
1. Kies in Menumodus met de NEER of OP toets ‘INSTELLINGEN’ en druk op ENTER.
2. Druk op NEER of OP om ‘OVER FORERUNNER’ te selecteren en druk op ENTER.
NEER of OP om uw keuze te maken en druk op ENTER.
Menumodus
Instellingen:
Herstel instell./
Over Forerunner
Page 42
30
Software
Forerunner 201
Logbook software
FORERUNNER 201: LOGBOOK PC SOFTWARE
Eigenaars van een Forerunner 201 kunnen gratis PC software krijgen voor hun toestel.
Met Logbook kunt u historiegegevens downloaden, bekijken en archiveren. Na het downloaden, kunt u het verloop en een verticaal profiel van uw training zien, notities toevoegen,
historiegegevens opruimen (wissen) of exporteren in XML gegevensopmaak. Op onze website www.garmin.com kunt u de “Forerunner Logbook” software downloaden.
Minimum systeemvereisten
IBM-compatibele PC met Pentium processor of equivalent, 16-32 Mb RAM, muis of ander
aanwijsapparaat, 256-kleuren schermkaart (24-bit aanbevolen) en monitor met 800 x 600
resolutie of hoger.
MapSource heeft een 32-bit besturingssysteem nodig, zoals Windows 98/2000, Windows
ME, XP of Windows NT 4.0. Voor de koppeling met uw Forerunner 201 heeft u een seriële
poort nodig.
Page 43
31
Fysiek
Behuizing:
IEC-60529, IPX7 (onderdompeling 1 m @ 30 min.)
Robuust, volledig afgedicht, waterbestendig,
Afmetingen: FR 101: B 83 mm x H 43.5 mm x D 23 mm
FR 201: B 82 mm x H 43.5 mm x D 17.5 mm
Massa : FR 101: 55 g / FR 201: 78 g
Temp.-bereik: -20° tot 60°C (werkend)
Scherm: 100 x 64 pixels, B 36.49 mm x H 23.35 mm
Prestaties
Ontvanger:
12-kanaals parallel ontvanger
Acquisitietijd Ongeveer 15 seconden (warme start)
Ongeveer 45 seconden (koude start)
Ongeveer 5 minuten (eerste start)
Bijwerktijd: 1 / seconde, continu
GPS miswijzing: < 15 meter RMS
1
Snelheid: 0. 1 knoop RMS in stabiele toestand
Dynamiek:
Tot 6 g versnelling
Antenne: Ingebouwde strip
Voeding
Input: FR 101: twee 1.5 V AAA batterijen2
FR 201: Herlaadbare ingebouwde lithium ion batterij
Levensduur batterijen: 14-15 uur bij typisch gebruik
Specificaties onderhevig aan wijzigingen zonder bericht vooraf.
1
Onderhevig aan nauwkeurigheidsvermindering tot 100m 2DRMS als gevolg van het U.S. DOD-imposed Selective Availability
programma.
2
De Forerunner 101 is bestand tegen hogere temperaturen dan sommige batterijen. Alkaline batterijen kunnen scheuren bij hoge
temperaturen.
3
Alkaline batterijen verliezen capaciteit bij lage temperaturen. Gebruik lithium batterijen bij vriestemperaturen.
De levensduur kan variëren tussen verschillende merken van batterijen.