Niets in dit document of deze software mag worden verveelvoudigd of openbaar worden gemaakt,
in enige vorm of op enigerlei wijze, of worden vertaald in een andere taal zonder voorafgaande
schriftelijke toestemming van Sanford, L.P.
Handelsmerken
DYMO en LabelWriter zijn gedeponeerde handelsmerken van Sanford, L.P. Alle andere
handelsmerken zijn eigendom van hun respectieve eigenaren.
Gefeliciteerd met de aankoop van een DYMO LabelWriter Print Server. Uw Print Server zal u
jarenlang betrouwbaar van dienst zijn. We raden u aan een paar minuten het gebruik en onderhoud
van uw Print Server te bestuderen.
Met behulp van de Print Server, kunt u uw LabelWriter 400 of latere versie etikettenprinter
(LabelWriter 450, LabelWriter 4XL,...) aansluiten op uw netwerk, zonder dat u een computer aan
de printers hoeft te wijden. Nu kan iedereen aangesloten op uw netwerk etiketten afdrukken op één
enkele LabelWriter printer. Wij verzekeren u dat de LabelWriter Print Server uw werk
gemakkelijker en efficiënter zal maken.
Functies van de Print Server
Uw LabelWriter Print Server kan worden ingezet om het gebruik van uw LabelWriter 400 of latere
versie etikettenprinter, inclusief de LabelWriter Twin Turbo, LabelWriter Duo en LabelWriter 4XL, te
delen.
De Print Server wordt aangesloten op uw netwerk via een standaard ethernetverbinding.
Maak uzelf vertrouwd met de belangrijkste onderdelen van de Print Server.
Hoofdstuk 1
DC-IN
Init.
USB
POWER LINK ACTIVE USB
LAN
De statuslampjes tonen visueel de huidige status van de Print Server. Zie „Statuslampjes“ op pagina 27
voor een beschrijving van de statuslampjes.
1
Over de LabelWriter Print Server
Systeemvereisten
De Print Server vereist een standaard ethernetverbinding en één van de volgende systemen:
• Windows
®
• Windows Vista
• Windows
• Mac OS
®
®
X v10.4 of later (LabelWriter Duo vereist Mac OS X v10.5 of later)
• Linux (Linux wordt niet officieel ondersteund. Zie „Een printer toevoegen in Linux“ op
pagina 18 voor meer informatie)
Over deze handleiding
Deze gebruikershandleiding bevat instructies voor de DYMO LabelWriter Print Server op
Windows-, Macintosh- en Linux-platforms. De software werkt over het algemeen op dezelfde
manier op alle platforms. Eventuele verschillen in functies, procedures of opdrachten worden
vermeld in de tekst.
Deze gebruikershandleiding bevat informatie voor de installatie en het gebruik van de Print Server
met een DYMO LabelWriter printer. Afhankelijk van het model DYMO etikettenprinter dat u
gebruikt, kunnen sommige delen van deze gebruikershandleiding niet op u van toepassing zijn.
De volgende tabel biedt een overzicht van de inhoud.
XP 32-bit
®
32- of 64-bit
7
Hoofdstuk
gebruikershandleiding
Over de LabelWriter
Print Server
De LabelWriter Print
Server installeren
De LabelWriter Print
Server beheren
Hulp vragen
Technische informatie
en certificatie
Beschrijving
Dit hoofdstuk geeft een overzicht van de mogelijkheden van de Print Server.
Dit hoofdstuk beschrijft hoe de Print Server te installeren en configureren,
de Print Server Control Center-software te installeren en een LabelWriter
printer toe te voegen op uw computer.
Dit hoofdstuk bevat informatie over de Print Server Control Center-software.
Dit omvat informatie over het wijzigen van de serverconfiguratie en het
upgraden van de firmware.
Dit hoofdstuk biedt suggesties voor het oplossen van problemen die kunnen
optreden tijdens het gebruik van de Print Server. Als u een probleem niet kunt
oplossen, dan wordt in dit hoofdstuk ook beschreven hoe u contact kunt
opnemen met de technische ondersteuning van DYMO.
Dit hoofdstuk bevat technische en certificatie-informatie voor de Print Server.
2
Hoofdstuk 2
LabelWriter Print Server
Cd-rom
Stroomadapter
De LabelWriter Print Server installeren
Dit hoofdstuk beschrijft hoe u de Print Server moet installeren en configureren.
De Print Server installeren
1 Zorg ervoor dat u alles hebt om te kunnen beginnen.
2 Sluit de kabels aan.
3 Installeer de LabelWriter Control Center-software.
4 Configureer de Print Server.
5 De printer toevoegen aan uw computer.
Lees Hoofdstuk 3, Een printer toevoegen voor de instructies voor het toevoegen van een
printer op uw specifieke besturingssysteem.
Aan de slag
Zodra u uw Print Server hebt uitgepakt, moet u ervoor zorgen dat u over alle items beschikt die hier
worden afgebeeld.
POWER LINK ACTIVE USB
Naast de bij de Print Server geleverde items hebt u het volgende nodig:
• een LabelWriter 400 printer of een latere versie LabelWriter etikettenprinter, met
stroomadapter en USB-kabel
• de printerdrivers geïnstalleerd (inbegrepen in de installatie van de DYMO Label Software)
• een standaard ethernetkabel (verkrijgbaar bij uw plaatselijke handelaar in kantoorartikelen en
andere detailhandelaren)
• een werkende ethernetverbinding met uw lokaal netwerk
3
De LabelWriter Print Server installeren
Kabels aansluiten
De Print Server wordt rechtstreeks op uw netwerk aangesloten via een standaard
ethernetverbinding.
Aansluiten van de kabels
1 Sluit de ethernetkabel aan op de
rechterzijde van de Print Server.
2 Sluit het andere uiteinde van de
ethernetkabel aan op een
beschikbare ethernetverbinding
op uw netwerk.
3 Sluit de USB-kabel van uw
LabelWriter printers aan op de
rechterzijde van de Print Server.
Zorg ervoor dat de USB-kabel
aangesloten is op uw printer en
dat uw printer aangesloten is op
de voeding.
4 Sluit de stroomadapter van de Print Server aan op de linkerzijde van de Print Server.
5 Sluit het andere uiteinde van de stroomadapter aan op een stopcontact.
POWER LINK ACTIVE USB
De software installeren
De bij uw Print Server meegeleverde Control Center-software geeft u snelle toegang tot alles wat
u nodig hebt om uw Print Server te configureren en beheren. U kunt de software installeren op elke
computer die is aangesloten op uw netwerk.
De software installeren in Windows
U kunt de Control Center-software installeren in Windows.
De software installeren in Windows
1 Plaats de cd van de LabelWriter Print Server in uw cd-romstation. Na een paar seconden
verschijnt het installatiescherm.
Als het installatiescherm niet verschijnt:
a. Klik in de taakbalk van Windows op Start en vervolgens op Uitvoeren. Het
dialoogvenster Uitvoeren verschijnt.
b. Vo e r D:\install.exe in (waarbij D staat voor de letter die is toegewezen aan het
cd-romstation) en klik op OK.
2 Klik op Toepassing installeren en volg de instructies voor de installatie.
4
3 Zorg er op de laatste pagina van de installatie voor dat het selectievakje LabelWriter Print
Server Control Center opstarten is geselecteerd, en klik vervolgens op Voltooien.
Het LabelWriter Control Center wordt opgestart.
De software installeren in Mac OS
De software installeren in Mac OS.
1 Plaats de cd van de LabelWriter Print Server in uw cd-romstation.
Het cd-pictogram verschijnt op uw bureaublad.
2 Dubbelklik op het cd-pictogram en dubbelklik vervolgens op de Mac-map.
3 Dubbelklik op DYMO LabelWriter Print Server Control Center.dmg.
De map DYMO LabelWriter Print Server wordt geopend.
4 Sleep het pictogram van het DYMO LabelWriter Print Server Control Center naar de map
Programma's op uw computer.
5 Dubbelklik op DYMO LabelWriter Print Server Control Center in de map
Programma's om het Print Server Control Center te openen.
De software installeren
5
De LabelWriter Print Server installeren
De Print Server configureren
Bij de eerste installatie van de Print Server wordt de server automatisch een IP-adres toegewezen.
Telkens als de software wordt opgestart, wordt het IP-adres weergegeven naast de servernaam in
het venster van het Control Center.
De server is standaard ingesteld om automatisch een IP-adres te verkrijgen. Als u de Print Server
gebruikt op een klein kantoor- of thuisnetwerk, raden wij u aan de server te configureren om een
statisch IP-adres te gebruiken. Dit zal ervoor zorgen dat de op uw netwerk aangesloten computers
altijd de Print Server kunnen vinden.
Het statische IP-adres voor de Print Server is standaard ingesteld op 192.168.1.100. U moet alleen
de laatste drie cijfers wijzigen. Controleer bij het toewijzen van een statisch IP-adres uw router om
te verzekeren dat het gekozen IP-adres nog niet in gebruik is. Raadpleeg de documentatie bij uw
router om te weten te komen hoe u dit moet doen. Een goede praktijk voor het toevoegen van een
Print Server of ander gedeeld netwerkapparaat is te beginnen met een nummer bovenaan het bereik,
bijvoorbeeld 192.168.1.250. Werk daarna naar beneden.
Opmerking
Als u geen statisch IP-adres instelt, schrijf dan het IP-adres op dat verschijnt naast de
servernaam in het venster van het Control Center. Dit IP-adres hebt u nodig om de printer toe te
voegen aan uw computer.
Een statisch IP-adres instellen
1 Als het Control Center nog niet open is, dubbelklikt u op uw bureaublad (Windows) of in
de map Toepassingen (Mac OS).
2 Klik op Server configureren in de werkbalk van het Control Center.
Het dialoogvenster voor het aanmelden op LW Print Server verschijnt.
3 Voer het volgende in in de velden Beheerder en Wachtwoord.
Beheerder: admin
Wachtwoord: admin
Opmerking Dit zijn de standaardinstellingen. Zie „De naam en het wachtwoord van de
beheerder wijzigen“ op pagina 24 voor informatie over het wijzigen van de naam en het
wachtwoord van de beheerder.
6
De Print Server configureren
4 Klik op Aanmelden.
Het dialoogvenster voor het instellen van de TCP/IP-configuratie verschijnt.
5 Selecteer Statisch IP-adres.
6 Voer het IP-adres dat u wenst te gebruiken in in het veld IP-adres en klik vervolgens
op Toepassen.
7 Klik op Ja bij de vraag om de TCP/IP-configuratie op te slaan.
8 Nadat de server opnieuw is opgestart, klikt u op Sluiten om het dialoogvenster
TCP/IP-configuratie te sluiten.
Het IP-adres wordt nu weergegeven naast de servernaam in het venster van het Control Center.
Opmerking Schrijf dit IP-adres op; u zult het nodig hebben om de printer toe te
voegen aan uw computer.
Vervolgens dient u de printer toe te voegen aan uw computer. Raadpleeg Hoofdstuk 3, Een printer toevoegen voor informatie over het toevoegen van de printer in uw specifieke besturingssysteem.
7
Loading...
+ 25 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.