Met uw nieuwe DYMO LabelMANAGER™ 450
labelmaker, kunt u een uiteenlopende reeks
zelfklevende labels van hoge kwaliteit creëren. U
heeft de keuze uit tal van verschillende grootten en
stijlen om uw labels af te drukken. De labelmaker
gebruikt DYMO D1 tapecassettes met breedten
van 1/4” (6 mm), 3/8” (9 mm), 1/2” (12 mm),
3/4” (19 mm), of 1” (24 mm). Tapecassettes zijn
eveneens beschikbaar in een tal van materialen.
Surf naar www.dymo.com om te weten te komen
waar tapes en accessoires voor uw labelmaker
verkrijgbaar zijn.
Garantieregistratie
Gelieve de garantieregistratiekaart in te vullen en
binnen zeven dagen na aankoop naar het juiste
adres van de klantendienst terug te sturen. Surf
naar www.dymo.com voor meer details.
Van start gaan
Volg de instructies in dit deel om uw eerste label af
te drukken.
De stroomvoorziening aansluiten
De labelmaker kan worden gebruikt op
wisselstroom of op batterijen. Om stroom te
sparen, zal de labelmaker automatisch
uitschakelen wanneer hij langer dan twee minuten
niet wordt gebruikt.
De batterijen plaatsen
De labelmaker gebruikt zes 1,5-volt hoge-capaciteit
AA alkaline batterijen.
Om de batterijen te plaatsen
1. Verwijder het deksel van het
batterijcompartiment. Zie Figuur 2.
Figuur 2
2. Plaats de batterijen volgens de aangegeven
polariteit (+ en –).
3. Plaats het deksel van het batterijcompartiment
terug.
Verwijder de batterijen indien de labelmaker
niet zal worden gebruikt gedurende een lange
tijdperiode.
NL
De stroomadapter aansluiten
Het aansluiten van de stroomadapter op de
labelmaker schakelt de batterijen uit als
stroombron.
Om de stroomadapter aan te sluiten
1. Sluit de stroomadapter aan op de
stroomconnector bovenaan links op de
labelmaker.
2. Sluit de andere kant van de stroomadapter aan
op de stroomuitgang.
De tapecassette plaatsen
Uw labelmaker wordt geleverd met één DYMO D1
tapecassette. Surf naar www.dymo.com om te
weten te komen waar u extra tapecassettes kunt
kopen.
37
Om de tapecassette te plaatsen
s
1. Om het tapecompartiment te openen, duwt u op
het deksel van de tapecassette en laat u dit weer
los. Zie Figuur 3.
Figuur 3
Wanneer u de labelmaker voor de eerste
keer gebruikt, moet u het beschermende
kartonnen tussenstuk dat zich tussen de
printkop en de aandrukrol bevindt, verwijderen.
Zie Figuur 4.
Verwijder
het kartonnen tus
KLIK!
Figuur 5
4. Druk hard tot de cassette op zijn plaats klikt.
Zorg ervoor dat de tape en het lint correct zijn
geplaatst.
5. Sluit het deksel van de tapecassette en druk op
om de stroom in te schakelen.
A
Het menu voor instelling van de tape verschijnt
automatisch, onmiddellijk na het plaatsen van
een nieuwe tapecassette.
6. Gebruik de pijltoetsen om de tapebreedte te
selecteren van de tapecassette die op het
ogenblik in de labelmaker zit en druk op .
Instellingen
U kunt de taal, actuele datum en tijd en de
meeteenheden instellen die de labelmaker moet
gebruiken.
Figuur 4
2. Zorg ervoor dat de tape en het lint strak rond de
opening van de cassette zitten en dat de tape
tussen de geleidestangen door loopt. Indien
nodig kunt u de spoel met de wijzers van de klok
mee draaien om het lint aan te spannen.
3. Plaats de cassette, zodat de tape en het lint
tussen de afdrukkop en de aandrukrol liggen.
Zie Figuur 5.
38
Een taal kiezen
U kunt kiezen uit een aantal verschillende
taalopties. De taal is standaard ingesteld op
Engels.
Om een taal te kiezen
1. Druk op .
2. Gebruik de pijltoetsen om de gewenste taal te
selecteren en druk op .
Language
Instellen van de actuele datum
Het standaard datumformaat is afhankelijk van de
taalselectie voor de labelmaker. U kunt het
standaard datumformaat wijzigen door het volgen
van de instructies in Het datumformaat wijzigen
op pagina 45.
Om de datum in te stellen
1. Druk op .
Settings
2. Kies Datum instellen en druk op . De
standaard datum wordt weergegeven.
3. Verplaats de cursor over iedere instelling
(maand, dag en jaar) en gebruik de pijltoetsen
om de waarde te verhogen of te verlagen.
4. Wanneer dit is gebeurd, drukt u op .
Instellen van de actuele tijd
Het standaard tijdformaat is afhankelijk van de
taalselectie voor de labelmaker. U kunt het
standaard tijdformaat wijzigen door het volgen van
de instructies in Wijzigen van het tijdformaat op
pagina 45.
Om de tijd in te stellen
1. Druk op Instellingen.
2. Kies Tijd instellen en druk op . De
standaard tijd wordt weergegeven.
Om de meeteenheden in te stellen
1. Druk op .
Settings
2. Gebruik de pijltoetsen om Eenheden instellen
te kiezen en druk op .
3. Kies inches of millimeters en druk op .
Uw eerste label afdrukken
U bent nu klaar om uw eerste label af te drukken.
Om een label af te drukken
1. Voer een tekst in om een eenvoudig label te
creëren.
2. Druk op . Het label wordt automatisch
1,2...n
afgeknipt.
De functie voor automatisch afknippen is
standaard ingeschakeld. Voor het uitschakelen
van de automatische knipfunctie, zie De knipoptie wijzigen op pagina 48.
3. Verwijder het label.
Gefeliciteerd! U heeft uw eerste label afgedrukt.
Blijf lezen om meer te leren over de beschikbare
opties om labels te creëren.
De labelmaker leren kennen
De volgende delen beschrijven ieder kenmerk in
detail. Raak vertrouwd met de plaats van de
toepassings- en functietoetsen op uw labelmaker.
Zie Figure 1.
3. Verplaats de cursor over iedere instelling (uren
en minuten) en gebruik de pijltoetsen om de
waarde te verhogen of te verlagen.
4. Wanneer dit is gebeurd, drukt u op .
Meeteenheden kiezen
U kunt ervoor kiezen om de eenheden in inches of
millimeters weer te geven. De standaard
meeteenheden zijn afhankelijk van de gekozen
taal.
Stroom
De A knop schakelt de stroom in en uit. Wanneer
de labelmaker langer dan twee minuten niet
gebruikt wordt, schakelt de stroom automatisch uit.
Het label dat u het laatst creëerde, wordt
onthouden en getoond wanneer de stroom
opnieuw ingeschakeld wordt. De eerder gekozen
stijlinstellingen worden ook hersteld.
39
LCD-display
Het LCD-display van de labelmaker toont een rij
van maximum zestien tekens. U kunt echter tot 99
tekens en spaties invoeren.
Het display lijkt op een scherm waarin door de tekst
gerold kan worden. (Zie Figuur 6.) Het aantal
tekens dat werkelijk getoond wordt, is afhankelijk
van de spatiëring.
The quick brown fox jumps over the lazy dog.
Figuur 6
Bovendien verschijnen er kenmerkindicatoren op
het display waaraan u kunt zien dat een kenmerk
gekozen werd. Zie Figuur 7.
Lettertype en -grootteStijl
Scrollen
Shifttoets
Wanneer de -toets wordt gebruikt in
combinatie met een ABC-toets, verandert de
letterkast van de letter die u heeft gekozen. Bij
gebruik in combinatie met numerieke toetsen of
functietoetsen kiest de -toets de andere functie
die op de toets wordt getoond. Wanneer u,
bijvoorbeeld, op drukt, wordt het teken links
van de cursor gewist; wanneer u echter tegelijk op
+ drukt, wordt de volledige labeltekst en
Shift
opmaak gewist en is het display klaar om een
nieuw label te typen.
Shift
Shift
Clear
Clear
Spatiebalk
De
tekst in.
-toets voegt één of meer spaties in uw
V
BIG
Meerdere Regels
Hoofdlettermodus
Vaste lengte
Uitlijnen/Uitvullen
Onderstrepen/kader
Gemengde opmaken
Aantal kopieën
Automatisch afknippen
Figuur 7
Hoofdlettermodus
CAPS
De -toets zet de hoofdletterfunctie aan en uit.
Wanneer de hoofdlettermodus aanstaat, is de
hoofdletterindicator te zien op het display en zullen
alle letters die u invoert hoofdletters zijn. De
standaardinstelling is hoofdlettermodus aan.
Wanneer de hoofdlettermodus uitstaat, zullen alle
letters die u invoert kleine letters zijn.
40
Terugtoets
Clear
De -toets verwijdert het teken links van de
cursor. + wist alle labeltekst en opmaak.
Clear
Shift
Annuleer
Cancel
Met de -toets kunt u een menu verlaten,
zonder een selectie te maken of om een handeling
te annuleren.
Navigatietoetsen
Met de C-toetsen, kan u uw label eerst bekijken
en opmaken en doorheen de menu's navigeren.
Gebruik de linker en rechter pijltoetsen om de
cursor te verplaatsen langsheen de labeltekst of
om doorheen velden te bewegen. Gebruik de
omhoog- en omlaag-pijltoetsen om instellingen te
vermeerderen of te verminderen en om
menukeuzemogelijkheden te selecteren en druk
daarna op om de selectie te aanvaarden.
Op uw computer aansluiten
Uw labelmaker kan worden gebruikt als een
autonome labelprinter of u kunt labels afdrukken
vanaf uw computer door gebruik te maken van de
DYMO Label-software. Uw labelmaker kan via de
USB-verbinding bovenaan op de labelmaker met
uw computer verbonden worden. Zie Figuur 8.
Figuur 8
Raadpleeg de LabelMANAGER 450 Quick Startkaart voor installatie-instructies en de DYMO Label
softwarehandleiding voor informatie over het
ontwerpen en afdrukken van labels.
Uw label opmaken
U kunt kiezen uit een aantal opmaakopties om het
uitzicht van uw labels te verbeteren.
De labelmaker onthoudt de laatst gebruikte
toepassingsselectie, zodat telkens u één van de
toepassingsmenu's selecteert die in deze sectie
worden beschreven, u automatisch terecht komt bij
het laatst gekozen item uit dat menu.
Het lettertype wijzigen
Er zijn zeven lettertypes beschikbaar voor uw
labels:
Arial Narrow
Arial Normal
Arial Wide
BIG
Time s N ew Ro ma n
Wanneer u een lettertype specificeert, geldt dit
lettertype voor alle tekens op het label.
Om het lettertype in te stellen
1. Druk op de -toets.
2. Gebruik de pijltoetsen om naar het gewenste
lettertype te gaan en druk dan op .
Letterstijlen toevoegen
U kunt kiezen uit verschillende letterstijlen om op
uw tekst toe te passen:
Normaal
Vet
Cursief
Open
Schaduw
3D
Doorstreept
Verti caal
Gespiegeld
Cursief + Vet
Cursief + Open
Cursief + Schaduw
Cursief + 3D
Er kan slechts één stijl tegelijk worden gebruikt.
Stijlen kunnen worden gebruikt bij alfanumerieke
tekens en symbolen.
Zie Symbolen en speciale tekens gebruiken op
pagina 43 voor meer informatie over het afdrukken
van symbolen.
41
Om de letterstijl in te stellen
DYMO
1. Druk op de -toets.
2. Gebruik de pijltoetsen om naar de gewenste
letterstijl te gaan en druk dan op .
Kader- en achtergrondstijlen
toevoegen
U kunt uw tekst nog meer doen uitkomen door een
kader of achtergrondstijl te kiezen, of de tekst te
onderstrepen. U kunt eveneens labeltekst, die in
het geheugen is opgeslagen, als achtergrondtekst
op uw label gebruiken.
Een label kan onderstreept worden, of in een kader
of tegen een achtergrond geplaatst worden, maar
niet beide. De beschikbare stijlen worden getoond
in Figuur 9.
DYMO
DYMO
DYMO
DYMO
DYMO
DYMO
DYMO
LabelMANAGER
DYMO
Figuur 9
Achtergrondpatronen zijn niet beschikbaar
voor 6 mm-tape.
Om de kaderstijl in te stellen
1. Druk op de -toets.
2. Selecteer een kaderstijl en druk dan op .
Op labels met meerdere regels zijn alle regels
onderstreept. Alle regels worden echter in een
kader geplaatst.
Om een tekstachtergrond te selecteren
1. Druk op de -toets.
2. Selecteer tekstachtergrond en druk dan op .
De eerste geheugenplaats wordt weergegeven.
Onderstrepen
Vierkante kader
Gepunte kader
Ronde kader
Krokodillenkader
Perkamentrolkader
3D-kader
Stippen
Houtnerf
Bakstenen
Ruiten
Parket
Diamanten
Geweven
Tekstachtergrond
42
3. Gebruik de pijltoetsen om de opgeslagen tekst
die u als achtergrond wenst te gebruiken, te
selecteren en druk op .
Labels met meerdere regels
creëren
Het aantal regels die u op een label kunt
afdrukken, is afhankelijk van de breedte van het
label dat u gebruikt:
• Maximaal vijf regels op labels van 19 mm (3/4")
en 24 mm (1")
• Maximaal drie regels op labels van 9 mm (3/8")
en 12 mm (1/2")
• Maximaal één regel op labels van 6 mm (1/4")
Om een label met meerdere regels te creëren
1. Typ de tekst voor de eerste regel en druk op
Enter. Een teken dat een nieuwe regel aangeeft
, wordt aan het einde van de eerste regel op
het display geplaatst, maar zal niet op het label
worden afgedrukt.
2. Typ de tekst voor de tweede regel.
Het display toont de regel waarop u op dat moment
tekst invoert. Het onderstaande voorbeeld geeft
aan dat de tweede regel de huidige regel op het
label is.
Gebruik de pijltoetsen om van de ene regel naar de
andere te gaan.
Gemengde opmaken gebruiken
U kunt verschillende lettertypes en -stijlen
toepassen op de tekst van een label, door het label
te verdelen in tekstblokken of pagina's. Iedere
pagina wordt van de andere gescheiden door een
pagina-einde.
Het aantal regels dat op een pagina kan worden
ingevoerd, wordt bepaald door de labelbreedte. U
kunt twee pagina-einden toevoegen per label.
Uitlijnen, onderstrepen, kaderstijlen en
achtergrondpatronen kunnen niet worden
gemengd op een label. Deze stijlen worden voor
het volledige label toegepast.
Om een pagina-einde toe te voegen
1. Voer de tekst voor de eerste pagina in en maak
de tekst op.
2. Druk op .
Preview
Insert
3. Selecteer Opmaakeinde invoegen en druk op
.
4. Ga verder met het invoeren en opmaken van de
tekst voor de volgende pagina van het label.
Tabulatorstops gebruiken
U kunt tabulatorstops toevoegen aan een label om
tekst uit te lijnen op labels met meerdere regels.
Tabulatorstops worden links uitgevuld en de
standaard witruimte is 50 mm (2,0").
Om de tabruimte te veranderen
1. Druk op .
2. Selecteer Tablengte instellen en druk op .
3. Gebruik de pijltoetsen omhoog en omlaag om de
tabinstelling te vergroten of te verkleinen en druk
daarna op .
Om een tab in te voeren
1. Voer uw tekst in.
2. Druk op de -toets en ga verder met het
invoeren van tekst.
Symbolen en speciale tekens
gebruiken
Symbolen en andere speciale tekens kunnen
toegevoegd worden aan uw labels.
Settings
43
Internationale tekens toevoegen
De labelmaker ondersteunt de uitgebreide reeks
Latijnse tekens door gebruik te maken van de
RACE-technologie. Net zoals bij een gsmtoetsenbord zal u door de variaties van een letter
rollen als u die letter meerdere keren snel na elkaar
intoetst.
Bijvoorbeeld, als het Frans de gekozen taal is en u
herhaaldelijk op de letter a drukt, zal u a à â æ en
alle andere beschikbare variaties zien. De
tekenvariaties en de volgorde waarin de variaties
verschijnen, zijn afhankelijk van de taal die u heeft
gekozen.
Valutasymbolen
De valutatoets € maakt ook gebruik van RACE om
door een aantal valutasymbolen te scrollen:
€ £ $ ¢ ¥
De volgorde waarin deze symbolen verschijnen, is
afhankelijk van de taal die u heeft gekozen.
Symbolen toevoegen
De labelmaker ondersteunt de uitgebreide
symbolenreeks zoals die te zien is in Figuur 10:
Figuur 10
44
Om een symbool toe te voegen
1. Druk op . De eerste rij symbolen die in de
Symbols
tabel getoond worden, verschijnen op het
display.
2. Gebruik de pijltoetsen om naar het gewenste
symbool te gaan. De pijltoetsen naar links en
rechts bewegen horizontaal over een rij
symbolen. De pijltoetsen omhoog en omlaag
rollen verticaal door de rijen symbolen.
Om een rij symbolen snel te bekijken, kunt u de
letter indrukken die overeenkomt met de rij die u
wilt zien.
3. Wanneer u het gewenste symbool gevonden
heeft, drukt u op om het symbool aan uw
labeltekst toe te voegen.
Toevoegen van datum en tijd
U kunt de datum en de tijd aan uw labels
toevoegen.
Het datumformaat wijzigen
U kunt kiezen uit twaalf verschillende
datumformaten:
24/12/200412/24/2004
24/12/0412/24/04
24 Dec 2004Dec 24, 2004 (VS
24 Dec 04 (EU
standaard)
24 December 2004December 24, 2004
24 December 04December 24, 04
standaard)
Dec 24, 04
3. Gebruik de pijltoetsen om ieder gedeelte van de
datum te wijzigen (maand, dag, jaar) en druk op
na ieder gedeelte.
Toevoegen van de datum aan uw label
De datum kan worden toegevoegd als vaste tekst
(de datum blijft hetzelfde) of als variabele tekst die
automatisch wordt bijgewerkt met de actuele
datum wanneer het label feitelijk wordt afgedrukt.
Om de datum toe te voegen
1. Druk op .
Preview
Insert
2. Selecteer Datum invoegen en druk op .
3. Selecteer VASTE DATUM of AUTOM. BIJGEWERKT en druk op .
Wanneer autom. bijgewerkt is geselecteerd, wordt
een datum -icoontje op uw label ingevoegd.
Wanneer Vaste datum is geselecteerd, wordt de
actuele datum ingevoegd op uw label in het
gespecificeerde formaat.
Wijzigen van het tijdformaat
U kan er voor kiezen om de tijd te tonen in 12-uren
formaat of 24-uren formaat.
Om het tijdformaat in te stellen
1. Druk op , selecteer Tijd instellen en druk
op .
2. Gebruik de pijltoetsen om het tijdformaat te
selecteren (24 -uren klok of 12 -uren klok) en
druk op .
Het display toont de standaard tijd.
Settings
Om het datumformaat te wijzigen
1. Druk op , selecteer Datum instellen en
Settings
druk op .
2. Gebruik de pijltoetsen om het datumformaat te
selecteren en druk op .
Het display toont de actueel ingestelde datum.
3. Gebruik de pijltoetsen om ieder gedeelte van de
tijd te wijzigen (uren en minuten) en druk op
na ieder gedeelte.
45
De tijd toevoegen aan uw label
De tijd kan worden toegevoegd als vaste tektst (de
actuele tijd) of als variabele tekst die automatisch
wordt bijgewerkt met de huidige tijd wanneer het
label feitelijk wordt afgedrukt.
Om de tijd toe te voegen
1. Druk op .
Preview
Insert
2. Selecteer Tijd invoegen en druk op .
3. Selecteer Vaste tijd of Autom. bijgewerkt en
druk op .
Wanneer Autom. bijgewerkt is geselecteerd, wordt
een tijd -icoontje op uw label ingevoegd.
Wanneer vaste tijd is geselecteerd, wordt de
actuele tijd ingevoegd op uw label in het
gespecificeerde formaat.
Afdrukopties
U kunt meerdere kopieën van een label
tegelijkertijd afdrukken, labels met een vaste lengte
afdrukken, de labeltekst en de opmaak vooraf
bekijken en het afdrukcontrast aanpassen.
Meerdere kopieën afdrukken
U kunt tot 16 kopieën van een label tegelijkertijd
afdrukken. Wanneer u meerdere kopieën afdrukt,
zal een gestippelde snijlijn afgedrukt worden
tussen ieder label.
Om meerdere kopieën van het label af te
drukken
1. Druk op en selecteer daarna Instellen
van # kopieën.
2. Druk op de pijltoets omhoog om het aantal af te
drukken kopieën te verhogen.
3. Druk op de pijltoets omlaag om het aantal af te
drukken kopieën te verlagen vanaf 16.
4. Druk op .
5. Druk op om het afdrukken te starten.
Settings
1,2...n
Het is mogelijk dat u tijdens het afdrukken
een korte pauze opmerkt tussen ieder label, voor
meer complexe opmaakformaten.
Wanneer het afdrukken voltooid is, keert het aantal
kopieën terug op de standaardwaarde 1.
Uw labels rangschikken
U kunt een reeks labels afdrukken waarbij het
laatste getal met één verhoogd wordt. Het aantal te
rangschikken labels is afhankelijk van het aantal
kopieën dat u wilt afdrukken. Alleen de laatste
reeks getallen die na om het even welke letter,
ruimte of interpunctie komen, zullen gerangschikt
worden. Bijvoorbeeld, abc123 zal afgedrukt worden
als abc123, abc124, abc125; en 123-998 zal
afgedrukt worden als 123-998, 123-999, 123-1000,
enzovoort.
Om uw labels te rangschikken
1. Voer de tekst voor uw label in.
2. Druk op en selecteer dan Instellen van#
Settings
kopieën.
3. Druk op de pijl naar omhoog om het aantal af te
drukken labels te verhogen en druk op .
4. Druk op +.
1,2...n
Shift
De labels worden automatisch afgedrukt, iedere
label verhoogd met één nummer.
Een label met een vaste lengte
afdrukken
Normaal gesproken wordt de lengte van het label
bepaald door de lengte van de ingevoerde tekst.
Toch kan het zijn dat u een label wenst te maken
voor een specifiek doel met een vaste lengte,
ongeacht de lengte van de tekst.
46
U kunt een vaste lengte voor een label specificeren
tussen 40 mm (1,5") en 400 mm (15,0") met een
tussenafstand van telkens 2 mm (0,1 "). De vooraf
ingestelde lengte is 100 mm (4 "). Iedere wijziging
die u aanbrengt aan de instelling voor vaste lengte,
blijft van kracht totdat u deze wijzigt.
Om de labellengte in te stellen
1. Druk op +.
Shift
2. Druk op de pijl naar omhoog voor het selecteren
van Vaste lengte aan en druk daarna op .
3. Gebruik de pijltoetsen om de lengte in te stellen.
4. Druk op .
Nadat u het label afdrukt, moet u de instelling voor
label met vaste lengte terug op UIT plaatsen;
anders worden alle volgende labels met deze vaste
lengte afgedrukt.
Streepjescodes toevoegen aan
labels
De labelmaker kan streepjescodes afdrukken in
zes standaardformaten: UPC A, UPC E, EAN8,
EAN13, CODE-39 en CODE-128.
U kunt een streepjescode afdrukken op labeltape
van 19 mm (3/4”) en 24 mm (1”) en u kunt slechts
één streepjescode per label afdrukken.
De streepjescode wordt horizontaal op het label
afgedrukt met de tekst in kleine druk eronder. U
kunt optioneel tekst toevoegen vóór en achter de
streepjescode. Of u kunt tekst toevoegen boven of
onder de streepjescode door een label met twee
regels te creëren. Zie Labels met meerdere regels creëren op pagina 43.
4 van de standaardstreepjescodes vereisen een
vast aantal tekens om de streepjescode te kunnen
aanmaken: EAN-8, EAN-13, UPC-A en UPC-E. Bij
CODE-39- en CODE-128-streepjescodes kan een
variabel aantal tekens ingevoerd worden.
Om de streepjescodestijl in te stellen
1. Druk op .
Settings
2. Selecteer Streepjescode instellen en druk op
.
3. Gebruik de pijltoetsen om de streepjescodestijl
te selecteren en druk op .
Eén of meerdere vraagtekens verschijnen
tussen de streepjescodesymbolen ( ).
???????0
Bij sommige types van streepjescode kunt u een
0 uiterst rechts zien. Dit is een controlegetal en
zal vervangen worden door een getal als de
gegevens voor de streepjescode ingevoerd
worden.
4. Voer de gegevens voor de streepjescode in,
door de vraagtekens te vervangen en druk op
wanneer u klaar bent met invoeren.
Vanaf het ogenblik dat u een type streepjescode
selecteert, blijft deze instelling behouden totdat u
een ander type streepjescode selecteert.
Om een streepjescode toe te voegen
1. Voer de tekst in die u vóór de streepjescode op
het label wilt zien verschijnen. (Optioneel)
2. Druk op .
Preview
Insert
3. Selecteer Streepjescode invoegen en druk op
.
4. Voer een willekeurige tekst in die u na de
streepjescode wilt zien verschijnen. (Optioneel)
5. Druk op .
1,2...n
Uw label bekijken
U kunt de tekst of opmaak van uw label bekijken
voordat u het label afdrukt. Een label met twee
regels wordt getoond als een label met één regel.
47
Om uw label te bekijken
1. Druk op +.
Preview
Insert
Shift
2. Selecteer Tekst of Opmaak en druk daarna op
.
Indien u Tek st selecteert, scrolt de tekst van het
label over het display. Indien u Opmaak selecteert,
wordt de geselecteerde opmaak kort weergegeven.
De tekst uitlijnen
Wanneer u een label met een vaste lengte afdrukt,
kunt u ervoor kiezen om de tekst links, centraal, of
rechts uit te lijnen. Op labels met meerdere regels
worden alle regels van de tekst links, centraal of
rechts ten opzichte van elkaar uitgelijnd.
Om de tekst uit te lijnen
1. Druk op +.
Shift
2. Selecteer de gewenste uitlijning en druk op .
De instelling voor uitlijning blijft actief totdat u de
uitlijning opnieuw instelt.
De knipoptie wijzigen
U kunt er voor kiezen dat ieder label automatisch
wordt afgeknipt na het afdrukken of u kunt de
labels manueel afknippen door middel van de
-toets. Standaard worden de labels
automatisch afgeknipt. Wanneer manueel
afknippen geselecteerd is en u meerdere kopieën
of gerangschikte labels afdrukt, wordt een
streepjes-snijlijn afgedrukt tussen ieder label.
Om de knipoptie te wijzigen
1. Druk op .
2. Selecteer Automatisch knippen instellen en
druk op .
3. Selecteer Aan of Uit en druk daarna op .
Deze instelling zal behouden blijven, totdat u ze
wijzigt.
Settings
Het afdrukcontrast aanpassen
U kunt het afdrukcontrast aanpassen om de
afdrukkwaliteit van uw label nauwkeurig in te
stellen.
Om het contrast in te stellen
1. Druk op .
Settings
2. Selecteer Contrast instellen en druk op .
3. Selecteer een contrastinstelling en druk op .
Het labelmakergeheugen
gebruiken
De labelmaker heeft een indrukwekkende
geheugenfunctie die de tekst en opmaak als volgt
opslaat:
• Het geheugen slaat automatisch de laatste 15
afgedrukte labels op.
• In het geheugen kunt u de tekst opslaan van
maximaal 10 labels die u vaak gebruikt.
• In het geheugen kunt u maximaal 10 vaak
gebruikte labelopmaken benoemen en opslaan.
Labeltekst opslaan
De labelmaker bewaart automatisch de laatste
vijftien afgedrukte labels in een tekstbuffer.
Bovendien kunt u tot 10 specifieke labels opslaan
die u vaak gebruikt.
Om de huidige labeltekst op te slaan
1. Druk op .
2. Selecteer Opslaan en druk daarna op .
3. Gebruik de pijltoetsen voor het selecteren van
Label en druk daarna op .
Er worden tien velden weergegeven, die staan
voor geheugenplaatsen. Ingevulde velden
duiden op opgeslagen labeltekst. U kunt nieuwe
tekst in iedere geheugenpositie opslaan, maar
als u een positie kiest die al gevuld is, zal de
vorige labeltekst overschreven worden.
Memory
48
4. Selecteer een geheugenlocatie en druk op .
Uw labeltekst wordt bewaard en u keert terug naar
het label.
Opmaken opslaan
Naast de labeltekst kunt u tot 10 specifieke
labelopmaken opslaan die u vaak gebruikt. Met
deze functie wordt alleen de opmaakinformatie
opgeslagen, niet de labeltekst.
Om de huidige opmaak op te slaan
1. Druk op .
2. Selecteer Opslaan en daarna Opmaak.
Er wordt een lijst van tien velden weergegeven,
die staan voor geheugenlocaties. Velden die
opmaken bevatten, vertonen een naam in het
veld. U kunt in ieder willekeurig veld nieuwe
opmaken opslaan, maar indien u een locatie
selecteert die al gevuld is, zal de vorige
labelopmaak overschreven worden.
3. Selecteer een veld en druk op . Het woord
Naam? verschijnt in het veld.
4. Voer een naam in voor de opmaak en druk op
terug naar het label.
Memory
. Uw labelopmaak wordt bewaard en u keert
Opgeslagen labels en opmaken terug
oproepen
U kunt in het geheugen opgeslagen labels en
opmaken makkelijk terughalen om op een later
tijdstip te gebruiken
Om labels en opmaken terug te halen
1. Druk op .
2. Selecteer Terug oproepen en daarna Label,
Opmaak, of Laatst afgedrukt.
Er wordt een lijst met geheugenlocaties getoond
gelijkaardig met het opslaan van een label of
opmaak.
Memory
3. Selecteer een label of opmaak die u wilt terug
oproepen en druk op .
Zorg dragen voor uw
labelmaker
Uw labelmaker is zo ontworpen, dat u er lang en
probleemloos gebruik van kunt maken, zonder dat
hij al te veel onderhoud vereist.
Reinig uw labelmaker nu en dan om zijn goede
werking te behouden. Reinig het afsnijmesje iedere
keer u de labelcassette vervangt.
Om het afsnijmesje te reinigen
1. Druk op
2. Druk tegelijk opA en. De boodschap,
Snijtest, verschijnt op het display.
3. Druk op de + -toetsen en houd deze
ingedrukt. Het snijmesje zal in stapjes
tevoorschijn komen.
4. Wanneer u beide zijden van het mes kan vast
nemen, laat u de toetsen los.
5. Gebruik een katoenen prop en alcohol om beide
zijden van het snijmesje te reinigen.
6. Na het reinigen van het mesje, drukt u op
om het mesje terug op zijn plaats te brengen.
snijmesje vast komt te zitten in de voorwaartse
positie en niet meer kan bewegen.
Om de afdrukkop te reinigen
♦ Maak de printkop schoon door gebruik te maken
van het schoonmaakgereedschap dat zich in het
deksel van het labelcompartiment bevindt. Zie
Figuur 11.
om de stroom uit te schakelen.
A
Shift
U kunt deze procedure ook volgen als het
49
Figuur 11
50
Troubleshooting
Bekijk de volgende mogelijke oplossingen als u geconfronteerd wordt met een probleem bij het gebruiken
van uw labelmaker.
Probleem/FoutmeldingOplossing
Display werkt niet• Zorg er voor dat de labelmaker ingeschakeld is.
• Vervang lege batterijen.
Slechte afdrukkwaliteit• Vervang lege batterijen of sluit de stroomadapter aan.
Afsnijhendel werkt slechtReinig het afsnijmesje. Zie
Afdrukken
Te veel tekens
Maximaal aantal tekens in buffer overschreden.
Te veel regels
Maximaal aantal toegestane regels overschreden.
Plaats de tapecassette
Tapecassette ontbreekt
Batterij laag
Batterijen zijn bijna leeg.
Tape geblokkeerd
Motor is gestopt tengevolge van een blokkering van
de tape.
Stel in
Het geselecteerde label met vaste lengte en de
lengte die nodig is om het label af te drukken
overschrijden de geselecteerde lengte.
• Controleer of de tapecassette correct geplaatst is.
• Reinig de afdrukkop.
• Plaats de tapecassette terug.
labelmaker
.
Zorg dragen voor uw
Geen handeling nodig.
Boodschap verdwijnt wanneer het afdrukken
gedaan is.
Wis de buffertekst geheel of gedeeltelijk.
Selecteer een andere opmaak.
Plaats een nieuwe tapecassette
Vervang de batterijen of sluit de AC-stroomadapter
aan.
• Verwijder de geblokkeerde tape en plaats de
tapecassette terug.
• Reinig het afsnijmesje.
• Na deze boodschap verschijnt een vaste-lengtewaarde
die de minimale labellengte aangeeft die nodig is om
geschikt te zijn voor de tekst. Doe één van de volgende
dingen:
• Pas het label met een vaste lengte naar behoren aan, of
• Kies een smaller lettertype.
Als u nog steeds hulp nodig heeft, neem dan contact op met de DYMO-helpdesk voor uw land. Raadpleeg
Contact opnemen met de helpdesk op de binnenzijde van de rugomslag om het telefoonnummer voor uw
land op te zoeken.
51
Feedback over de documentatie
We werken er voortdurend aan om documentatie van de hoogste kwaliteit op te stellen voor onze
producten. Uw feedback is welkom.
Stuur ons uw opmerkingen of suggesties over onze handleidingen. Gelieve de volgende informatie toe te
voegen aan uw feedback:
• Productnaam, versienummer en paginanummer
• Korte beschrijving van de inhoud (instructies die onnauwkeurig of onduidelijk zijn, onderdelen waarvoor meer details
nodig zijn, enzovoort)
Ook uw suggesties over extra onderwerpen die u in de documentatie zou willen behandeld zien, zijn
welkom.
Stuur uw e-mailberichten naar: documentation@dymo.com
Gelieve er rekening mee te houden dat dit e-mailadres uitsluitend dient voor feedback over documentatie.
Gelieve u met een technische vraag tot de helpdesk te richten.
Dit product heeft een CE-markering die in overeenstemming is met de EMC-richtlijn en de laagspanningsrichtlijn, en is ontworpen
conform de volgende internationale normen:
‘US FCC Class B’-compatibiliteit
Veiligheid – UL, CUL, TUV, CE, T-Mark, SAA, BABT, C-Tick
EMC - EMI - compatibiliteit
EN 55022; EN 61000 (+ addendums)
Esselte is een ISO 14001-geregistreerd bedrijf. Plastic componenten van deze printer zijn zo ontworpen dat ze op een milieuvriendelijke
manier weggeworpen kunnen worden.
52
53
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.