CANON IXUS 310 HS User Manual [nl]

Gebruikershandleiding
• Lees voordat u de camera gebruikt eerst deze handleiding door, met name het gedeelte "Veiligheidsmaatregelen".
• Zo leert u de camera juist te gebruiken.
• Bewaar de handleiding goed, zodat u deze later nog kunt raadplegen.
NEDERLANDS

De inhoud van de verpakking controleren

Controleer of de verpakking van de camera de onderstaande onderdelen bevat. Indien er iets ontbreekt, kunt u contact opnemen met de leverancier van de camera.
Camera Batterij NB-6L
Interfacekabel
IFC-400PCU
Introductiehandleiding
Cd DIGITAL CAMERA
(met kapje)
Stereo AV-kabel
AVC-DC400ST
Solution Disk
Batterijlader
CB-2LY/CB-2LYE
Polsriem
WS-DC10
Canon
garantiesysteemboekje
De handleidingen gebruiken
Raadpleeg ook de handleidingen op de cd DIGITAL CAMERA Manuals Disk.
Gebruikershandleiding (deze handleiding)
Zodra u de basishandelingen onder de knie hebt, kunt u de vele functies van de camera gebruiken om foto's met geavanceerdere instellingen te maken.
Softwarehandleiding
Lees deze wanneer u de meegeleverde software wilt gebruiken.
Een geheugenkaart is niet bijgesloten.
U hebt Adobe Reader nodig om de PDF handleidingen te openen. U kunt
de Word-handleidingen raadplegen met Microsoft Word/Word Viewer (alleen noodzakelijk voor handleidingen voor het Midden-Oosten).

Lees dit eerst

Proefopnamen en disclaimer
Maak enkele proefopnamen en speel deze af om te controleren of de beelden goed zijn opgenomen. Canon Inc., dochterondernemingen van Canon en andere aangesloten bedrijven en distributeurs zijn niet aansprakelijk voor welke gevolgschade dan ook die voortvloeit uit enige fout in de werking van een camera of accessoire, inclusief kaarten, die ertoe leidt dat een opname niet kan worden gemaakt of niet kan worden gelezen door apparaten.
Schending van het auteursrecht
De beelden die met deze camera worden opgenomen, zijn bedoeld voor persoonlijk gebruik. Neem geen beelden op die inbreuk doen op het auteursrecht zonder voorafgaande toestemming van de houder van het auteursrecht. In sommige gevallen kan het kopiëren van beelden van voorstellingen, tentoonstellingen of commerciële eigendommen met behulp van een camera of ander apparaat in strijd zijn met het auteursrecht of andere wettelijke bepalingen, ook al is de opname gemaakt voor persoonlijk gebruik.
Garantiebeperkingen
Voor meer informatie over de garantie voor uw camera kunt u het Canon garantiesysteemboekje raadplegen dat bij uw camera wordt geleverd. Raadpleeg het Canon garantiesysteemboekje voor contactinformatie van Canon Klantenservice.
LCD-monitor (scherm)
Voor het vervaardigen van de LCD-monitor zijn speciale hoge-
precisietechnieken gebruikt. Meer dan 99,99% van de pixels werkt naar behoren, maar soms verschijnen er niet-werkende pixels in de vorm van heldere of donkere stippen. Dit duidt niet op een defect en heeft geen invloed op het beeld dat wordt vastgelegd.
Er zit mogelijk een dunne plastic laag over de LCD-monitor om deze te
beschermen tegen krassen tijdens het vervoer. Verwijder deze laag voordat u de camera gaat gebruiken.
Temperatuur van de camerabehuizing
Wees voorzichtig als u de camera lange tijd continu gebruikt. De camerabehuizing kan dan warm worden. Dit is niet het gevolg van een storing.

Wat wilt u doen?

Opnamen maken
z Opnamen maken en de instellingen aan de camera overlaten....27
Mooie opnamen maken van mensen
4
I
Portretten
(p. 66)
Diverse andere opnamen maken
V
Kinderen en
dieren (p. 67)
Gezichtsuitdrukkingen
(p. 83)
w
Op het strand
(p. 67)
P
In de sneeuw
(p. 68)
O t
Nacht Scene
(p. 67)
Opnamen maken met speciale effecten
Fisheye-effect
(p. 71)
Creative Light Effect
(p. 73)
z
Scherpstellen op gezichten
z Opnamen maken op locaties waar ik de flitser niet kan
gebruiken (de flitser uitschakelen) ...............................................56
z Foto’s maken met de zelfontspanner ............................... 60, 61, 80
z De datum en tijd aan de opnamen toevoegen .............................59
z Een opname maken tijdens het opnemen van een film ...............69
Donkere omgeving
(p. 67)
Miniatuureffect
Monochroom
(p. 76)
................................................27, 66, 97
(p. 72)
Flora
(p. 67)
Extra levendige
kleuren (p. 70)
Vuurwerk
(p. 68)
Speels effect
(p. 77)
Poster-effect
(p. 70)
Wat wilt u doen?
E
Weergeven
z Foto's bekijken .............................................................................30
z Foto's automatisch afspelen (diavoorstelling) ............................126
z Foto's bekijken op een tv ...........................................................135
z Foto's bekijken op een computer .................................................36
z Snel foto's zoeken......................................................................122
z Foto's wissen .......................................................................32, 141
Films opnemen en bekijken
z Films opnemen.....................................................................33, 113
z Films bekijken ..............................................................................35
z Opnamen maken van snel bewegende objecten
en deze afspelen in slow motion ................................................116
Afdrukken
z Snel en gemakkelijk foto's afdrukken .........................................154
Opslaan
z Beelden opslaan op een computer ..............................................36
1
2
Overige
z Geluid uitzetten ............................................................................51
z De camera gebruiken in het buitenland ...............................16, 171
z Begrijpen wat op het scherm wordt weergegeven .....................189
3

Inhoudsopgave

In hoofdstuk 1 tot en met 3 worden het basisgebruik en de veelgebruikte functies van deze camera beschreven. Vanaf hoofdstuk 4 worden de geavanceerde functies beschreven, waarbij u in elk volgend hoofdstuk meer leert.
De inhoud van de verpakking
controleren.......................................2
Lees dit eerst .....................................3
Wat wilt u doen? ................................4
Inhoudsopgave ..................................6
Conventies die in deze handleiding
worden gebruikt ...............................9
Veiligheidsmaatregelen ...................10
1 Aan de slag ........................ 13
Het aanraakscherm gebruiken.........14
De batterij opladen...........................15
De interne, oplaadbare
lithiumbatterij recyclen ...................17
Compatibele geheugenkaarten
(afzonderlijk verkrijgbaar) ..............19
De batterij en geheugenkaart
plaatsen .........................................19
De datum en tijd instellen ................22
De taal van het scherm instellen......24
Geheugenkaarten formatteren.........25
De ontspanknop indrukken ..............26
Foto's maken (Smart Auto) ..............27
Beelden bekijken .............................30
Active Display ..................................31
Beelden wissen................................32
Films opnemen ................................33
Films bekijken ..................................35
Beelden downloaden naar een
computer om te bekijken ...............36
Accessoires .....................................40
Afzonderlijk verkrijgbare
accessoires....................................41
2 Meer informatie ..................43
Overzicht van de onderdelen .......... 44
Schermweergave ............................ 46
Lampje ............................................ 47
Menu FUNC. – Basishandelingen... 48
MENU – Basishandelingen ............. 49
De geluidsinstellingen wijzigen .......51
De helderheid van het scherm
aanpassen ....................................52
De standaardinstellingen van
de camera herstellen ................... 53
De functie spaarstand
(Automatisch Uit) .......................... 54
3 Veelgebruikte functies
voor opnamen ....................55
De flitser uitzetten ........................... 56
Nader inzoomen op het onderwerp
(Digitale Zoom) ............................. 57
Datum en tijd aan de opname
toevoegen ..................................... 59
De zelfontspanner gebruiken .......... 60
De resolutie wijzigen
(beeldgrootte)................................62
De compressieverhouding wijzigen
(Beeldkwaliteit).............................. 62
4 Effecten toevoegen en
opnamen maken in diverse
omstandigheden ................65
Opnamen maken in diverse
omstandigheden ...........................66
Inhoudsopgave
Automatisch korte films maken
(Filmsynopsis)............................... 69
Effecten toevoegen aan
de opname.................................... 70
Een gezicht detecteren en
opnemen (Smart Shutter) ............. 78
Snel na elkaar continue-opnamen
maken (Snel na elkaar)................. 82
De beste gezichtsuitdrukkingen
vastleggen (Selectie beste
beeld)............................................ 83
5 Zelf instellingen
selecteren ...........................85
Opnamen maken in Programma
automatische belichting ................ 86
De helderheid aanpassen
(flitsbelichtingscompensatie)......... 87
De flitser inschakelen...................... 87
De witbalans aanpassen................. 88
De ISO-waarde wijzigen ................. 90
De helderheid corrigeren en
opnamen maken (i-Contrast)........ 91
De verhouding wijzigen................... 92
Continu-opnamen maken................ 93
De kleurtoon van een foto
wijzigen (My Colors) ..................... 94
Close-ups maken (macro)............... 96
Objecten op grote afstand
fotograferen (Oneindig)................. 96
De modus AF Frame wijzigen......... 97
Het autofocuskader vergroten......... 99
Het onderwerp selecteren voor
scherpstellen (Touch AF)............ 100
Opnamen maken met
AF-vergrendeling ........................ 101
Opnamen maken met Servo AF ... 102
De meetmethode wijzigen............. 103
Opnamen maken met de
AE-vergrendeling ........................ 104
Opnamen maken met de
FE-vergrendeling.........................104
Opnamen maken met Slow sync.... 105
Rode-ogencorrectie ....................... 106
Controleren op gesloten ogen....... 107
6 Haal meer uit uw
camera.............................. 109
De sluitertijd instellen .................... 110
De diafragmawaarde instellen....... 111
7 Diverse functies voor het
opnemen van films.......... 113
Verschillende soorten films
opnemen .....................................114
Films opnemen die op een
miniatuurmodel lijken
(Miniatuureffect) .......................... 115
Films opnemen in super slow
motion ......................................... 116
De beeldkwaliteit wijzigen ............. 118
Overige opnamefuncties ............... 119
Bewerken ...................................... 119
8 Diverse functies gebruiken
voor afspelen en
bewerken.......................... 121
Snel naar beelden zoeken.............122
Beelden bekijken met gefilterd
afspelen....................................... 125
Diavoorstellingen bekijken.............126
De focus controleren ..................... 128
Beelden vergroten ......................... 129
Elk beeld in een groep
weergeven................................... 130
Diverse beelden weergeven
(Smart Shuffle) ............................ 132
Inhoudsopgave
Beeldovergangen wijzigen.............133
Eenvoudige bewerkingen met
Touch-acties ................................133
Beelden bekijken op een tv............135
Beelden beveiligen ........................139
Alle beelden wissen .......................141
Beelden markeren als favoriet.......143
Beelden indelen op categorie
(My Category) ..............................145
Beelden roteren .............................146
Het formaat van beelden
wijzigen........................................147
Trimmen.........................................148
Effecten toepassen met de
functie My Colors.........................150
De helderheid corrigeren
(i-Contrast)...................................151
Het rode-ogeneffect corrigeren......152
9 Afdrukken......................... 153
Beelden afdrukken.........................154
Beelden selecteren voor afdrukken
(DPOF) ........................................161
10 De camera-instellingen
aanpassen .......................165
De camera-instellingen wijzigen.... 166
Instellingen voor opnamefuncties
wijzigen ....................................... 173
Instellingen voor afspeelfuncties
wijzigen ....................................... 178
11 Nuttige informatie ...........179
Aansluiten op het lichtnet.............. 180
Een Eye-Fi-kaart gebruiken ..........181
Problemen oplossen ..................... 183
Lijst met berichten die op het
scherm verschijnen ..................... 186
Informatieweergave op het
scherm ........................................ 189
Voorzorgsmaatregelen.................. 193
Beschikbare functies per
opnamemodus ............................ 194
Menu's........................................... 198
Afspeelmodus Menu FUNC. ......... 202
Specificaties .................................. 203
Index ............................................. 207

Conventies die in deze handleiding worden gebruikt

In de tekst worden pictogrammen gebruikt die de knoppen en schakelaars
van de camera voorstellen.
Tekst op het scherm wordt weergegeven binnen vierkante haken [ ].
: Zaken waarmee u voorzichtig moet zijn
: Tips voor het oplossen van problemen
: Suggesties waarmee u meer uit uw camera kunt halen
: Aanvullende informatie
(p. xx): Referentiepagina's (“xx” geeft het paginanummer aan)
In deze handleiding wordt ervan uitgegaan dat alle functies de
standaardinstellingen hebben.
De diverse soorten geheugenkaarten die in deze camera kunnen worden
gebruikt, worden in deze handleiding aangeduid met de overkoepelende term geheugenkaarten.

Veiligheidsmaatregelen

Lees de volgende veiligheidsmaatregelen goed door voordat u het product gebruikt.
Gebruik het product altijd op de juiste wijze.
De veiligheidsvoorschriften op de volgende pagina's zijn bedoeld om letsel bij uzelf of
bij andere personen, of schade aan de apparatuur te voorkomen.
Lees ook altijd de handleidingen van alle afzonderlijk aangeschafte accessoires die u gebruikt.
Waarschuwing
Gebruik de flitser niet dicht bij de ogen van mensen.
Blootstelling aan het sterke licht van de flitser kan het gezichtsvermogen aantasten. Houd vooral bij kleine kinderen ten minste één meter afstand wanneer u de flitser gebruikt.
Berg de apparatuur op buiten het bereik van kinderen.
Riem: het plaatsen van de riem om de nek van een kind kan leiden tot verstikking.
Gebruik alleen de aanbevolen energiebronnen voor stroomvoorziening.
Probeer het product niet te demonteren, wijzigen of op te warmen.
Laat het product niet vallen en voorkom harde schokken of stoten.
Raak om letsel te voorkomen de binnenkant van het product niet aan als dit is
gevallen of op een andere wijze is beschadigd.
Stop onmiddellijk met het gebruik van het product als dit rook of een vreemde
geur afgeeft of andere vreemde verschijnselen vertoont.
Gebruik geen organische oplosmiddelen zoals alcohol, wasbenzine of thinner
om de apparatuur schoon te maken.
Laat het product niet in contact komen met water (bijvoorbeeld zeewater) of
andere vloeistoffen.
Voorkom dat vloeistoffen of vreemde objecten in de camera komen.
Dit kan leiden tot een elektrische schok of brand. Als er vloeistoffen of vreemde objecten in de camera komen, schakelt u de camera onmiddellijk uit en verwijdert u de batterij. Als de batterijlader nat is geworden, haalt u het netsnoer uit het stopcontact en neemt u contact op met uw leverancier of een helpdesk van Canon Klantenservice.
Gebruik alleen de aanbevolen batterij.
Plaats de batterij niet in de buurt van of in open vuur.
Maak het netsnoer regelmatig los en veeg het stof en vuil dat zich heeft
opgehoopt op de stekker, de buitenkant van het stopcontact en het gebied eromheen weg met een droge doek.
Raak het netsnoer niet aan met natte handen.
Gebruik de apparatuur niet op een manier waarbij de nominale capaciteit van het
stopcontact of de kabelaccessoires wordt overschreden. Gebruik de apparatuur niet als het netsnoer of de stekker is beschadigd of als deze niet volledig in het stopcontact is geplaatst.
Zorg ervoor dat stof of metalen objecten (zoals spelden of sleutels) niet in
contact komen met de contactpunten of stekker.
De batterij kan exploderen of gaan lekken, wat kan leiden tot een elektrische schok of brand. Dit kan persoonlijk letsel en schade aan de omgeving veroorzaken. In het geval dat een batterij lekt en uw ogen, mond, huid of kleding met de batterijvloeistof in aanraking komen, moet u deze onmiddellijk afspoelen met water.
10
Hiermee wordt gewezen op het risico van ernstig letsel of levensgevaar.
Veiligheidsmaatregelen
Zet de camera uit op plaatsen waar het gebruik van een camera niet is toegestaan.
De elektromagnetische golven uit de camera hinderen de werking van elektronische instrumenten en andere apparatuur. Denk goed na voordat u de camera gebruikt op plaatsen waar het gebruik van elektronische apparatuur verboden is, zoals in vliegtuigen en medische instellingen.
Speel de meegeleverde cd-rom(s) met gegevens alleen af in een cd-speler die
hiervoor geschikt is.
Uw gehoor kan beschadigd raken als u een koptelefoon draagt terwijl u de harde geluiden van een cd-rom via een muziekspeler afspeelt. Daarnaast kunt u de luidsprekers beschadigen als u de cd-rom(s) afspeelt in een gewone cd-speler voor muziek-cd's.
Voorzichtig
Zorg dat de camera niet tegen voorwerpen stoot of wordt blootgesteld aan
schokken en stoten wanneer u deze aan de polsriem draagt.
Zorg dat u niet tegen de lens stoot of drukt.
Dit kan verwondingen veroorzaken of de camera beschadigen.
Zorg dat u de flitser niet per ongeluk met uw vingers of een kledingstuk bedekt
wanneer u een foto maakt.
Dit kan brandwonden of schade aan de flitser tot gevolg hebben.
Gebruik, plaats of bewaar het product niet op de volgende plaatsen:
- plaatsen die aan sterk zonlicht blootstaan;
- plaatsen die blootstaan aan temperaturen boven 40 °C;
- vochtige of stoffige plaatsen.
Hierdoor kan lekkage of oververhitting ontstaan of de batterij kan ontploffen, wat kan leiden tot elektrische schokken, brand, brandwonden of ander letsel. Bij hoge temperaturen kan de behuizing van de camera of de batterijlader vervormd raken.
De overgangseffecten in de diavoorstellingen kunnen onprettig zijn wanneer
iemand hier lang naar kijkt.
Voorzichtig
Richt de camera niet direct op een sterke lichtbron (zoals de zon op een heldere dag).
Dit kan de beeldsensor beschadigen.
Als u de camera gebruikt op een strand of op een winderige plek, moet u erop
letten dat er geen zand of stof in het apparaat terechtkomt.
Dit kan de werking van het product negatief beïnvloeden.
Bij normaal gebruik kan er soms een beetje rook uit de flitser komen.
Dit komt door de hoge intensiteit van de flitser, waardoor er stofdeeltjes verbranden die vastzitten aan de voorkant van het apparaat. Gebrui k een wattenstaafje om vuil, stof of ander materiaal van de flitser te verwijderen. Zo kunt u oververhitting en schade aan het apparaat voorkomen.
Hiermee wordt gewezen op het risico van schade aan de apparatuur.
Hiermee wordt gewezen op het risico van letsel.
11
Veiligheidsmaatregelen
Verwijder de batterij en berg deze op wanneer u de camera niet gebruikt.
Als de batterij in de camera wordt gelaten, kan deze gaan lekken.
Breng voordat u de batterij weggooit, tape of ander isolatiemateriaal aan over de
polen van de batterij.
Contact met andere metalen kan leiden tot brand of een explosie.
Als de batterij is opgeladen en als u de batterijlader niet gebruikt, haalt u deze uit
het stopcontact.
Dek de batterijlader tijdens het opladen van een batterij niet af met voorwerpen
zoals een stuk textiel.
Als u de lader gedurende een lange periode in het stopcontact laat, kan deze oververhit en beschadigd raken, waardoor brand kan ontstaan.
Plaats de batterij niet in de buurt van huisdieren.
Als huisdieren op de batterij kauwen, kan dit leiden tot lekkage, oververhitting of een explosie, wat kan leiden tot brand of schade.
Ga niet zitten terwijl u de camera in uw zak hebt.
Dit kan leiden tot storingen of schade aan het scherm.
Let erop dat harde voorwerpen niet in contact komen met het scherm als u de
camera in uw tas stopt.
Bevestig geen harde voorwerpen aan de camera.
Dit kan leiden tot storingen of schade aan het scherm.
12
1

Aan de slag

In dit hoofdstuk worden het voorbereiden van de opnamen, het maken van opnamen in de modus A en het bekijken en wissen van de
gemaakte foto's beschreven. Het laatste deel van het hoofdstuk
behandelt het maken en bekijken van films en het downloaden van
beelden naar een computer.
De riem bevestigen/de camera vasthouden
Bevestig de meegeleverde riem en draag deze om uw pols om te
voorkomen dat de camera valt tijdens het gebruik.
Houd uw armen tegen uw lichaam gedrukt en houd de camera bij het
maken van opnamen stevig aan weerszijden vast. Zorg dat uw vingers de flitser niet blokkeren of het scherm aanraken.
Riem
13

Het aanraakscherm gebruiken

Deze camera beschikt over een aanraakscherm waarmee u bewerkingen kunt uitvoeren met een aanraking van uw vinger.
Aanraken
Raak het scherm kort aan met uw vinger.
z Gebruikt voor het kiezen van
pictogrammen of vergroten van beelden.
Slepen
Sleep uw vinger over het scherm.
z Gebruikt voor afspeelbewerkingen zoals
overschakelen naar het volgende beeld of de weergavelocatie van vergrote beelden verplaatsen.
Aangezien de camera een drukgevoelig aanraakscherm gebruikt, kan de camera uw aanraakbewerkingen mogelijk niet herkennen als u een schermbeveiliging installeert.
Wat als ik bewerkingen niet goed kan uitvoeren?
Als aanraken met uw vinder niet goed werkt, kunt u de mini-stylus op de riem gebruiken om bewerkingen uit te voeren. Gebruik alleen de bijgeleverde mini-stylus om bewerkingen uit te voeren. Gebruik geen andere objecten, zoals pennen of potloden. U kunt het aanraakscherm kalibreren als u problemen ondervindt bij het kiezen van items of knoppen (p. 172).
14

De batterij opladen

Gebruik de meegeleverde oplader om de batterij op te laden. Bij aankoop is de batterij niet opgeladen. U moet deze dus eerst opladen.
Verwijder het klepje.
Plaats de batterij.
z Zorg dat de markering o op de batterij
overeenstemt met die op de oplader en plaats dan de batterij door deze naar binnen ( ) en naar beneden ( ) te schuiven.
Laad de batterij op.
z Voor CB-2LY: kantel de stekker ( ) naar
buiten en steek de oplader in een
CB-2LY
CB-2LYE
stopcontact ( ).
z Voor CB-2LYE: sluit het netsnoer aan op
de oplader en steek het andere uiteinde in een stopcontact.
X Het oplaadlampje gaat rood branden en
het opladen begint.
X Als de batterij volledig is opgeladen,
wordt het oplaadlampje groen. Het opladen duurt ongeveer 1 uur en 55 minuten.
Verwijder de batterij.
z Haal het netsnoer van de batterijlader uit
het stopcontact en verwijder de batterij door deze naar binnen ( ) en omhoog ( ) te schuiven.
Laad de batterij niet langer dan 24 uur achtereen op om de batterij te beschermen en de levensduur van de batterij te verlengen.
15
De batterij opladen
Geschat aantal opnamen
Aantal opnamen
Het aantal opnamen dat kan worden gemaakt, is gebaseerd op metingen volgens de
CIPA-norm (Camera & Imaging Products Association).
Onder bepaalde omstandigheden is het aantal opnamen dat gemaakt kan worden,
kleiner dan hierboven is aangegeven.
Afspeeltijd
Ongeveer 180
Circa 4 uur
Batterij-oplaadlampje
Op het scherm verschijnt een pictogram of bericht dat de resterende lading van de batterij aangeeft.
Weergave Betekenis
Voldoende opgeladen.
Iets leger, maar nog voldoende opgeladen.
(Knippert rood) Bijna leeg. Laad de batterij op.
“Vervang \ Verwissel accu” Leeg. Laad de batterij opnieuw op.
De batterij en de oplader efficiënt gebruiken
Laad de batterij op de dag dat u deze wilt gebruiken op, of de dag daarvoor.
Opgeladen batterijen verliezen voortdurend wat van hun lading, ook als ze niet worden gebruikt.
Plaats het klepje zodanig op een geladen batterij dat de markering o zichtbaar is.
De batterij een lange tijd bewaren:
Zorg dat de batterij helemaal leeg is voordat u deze uit de camera haalt. Bevestig het klepje op de aansluitpunten en berg de batterij op. Wanneer u een niet helemaal lege batterij een lange tijd (ongeveer een jaar) niet gebruikt, kan dit de levensduur beperken of de prestaties doen afnemen.
U kunt de batterijlader ook in het buitenland gebruiken.
De lader kan worden gebruikt in gebieden met een wisselspanning van 100 – 240 V (50/60 Hz). Als de stekker niet in het stopcontact past, moet u een geschikte stekkeradapter gebruiken. Gebruik in het buitenland geen elektrische transformatoren, omdat dit kan leiden tot beschadigingen.
De batterij kan plaatselijk wat opzwellen.
Dit is een normaal kenmerk van de batterij en duidt niet op een probleem. Als de batterij echter zodanig opzwelt dat deze niet meer in de camera past, moet u contact opnemen met de helpdesk van Canon Klantenservice.
Als de batterij snel weer leeg is na het opladen, is de levensduur verstreken.
Koop dan een nieuwe batterij.
16

De interne, oplaadbare lithiumbatterij recyclen

Als u uw camera wilt weggooien, verwijdert u eerst de interne, oplaadbare lithiumbatterij om deze te recyclen volgens de lokale regelgeving.
Draai de schroeven van de behuizing los.
z Open het klepje. z Draai de schroeven van de behuizing aan
de zij- en onderkant los.
Verwijder de voorkant.
z Open het klepje van de geheugenkaart/
batterij.
z Maak de voorkant rechtsonder los ( ),
en duw deze vervolgens omhoog ( ) terwijl u op het flitserraampje drukt ( ) om de rechterkant van de voorkant los te maken.
z Druk op de linkerbovenkant van de
voorkant ( ).
z Verwijder de voorkant ( ).
Verwijder de achterkant.
z Verwijder de schroef waarmee de
achterkant is bevestigd.
z Verwijder de achterkant.
Raak dit gedeelte
nooit aan!
Raak het gemarkeerde gedeelte nooit aan. U kunt een grote elektrische schok krijgen.
17
De interne, oplaadbare lithiumbatterij recyclen
Verwijder het scherm.
z Draai de camera om en maak de lintkabel
los ( ).
z Duw het scherm naar links en til de
rechterkant op om het los te maken ( ).
z Trek het scherm naar rechts om de
linkerkant los te maken ( ).
z Kantel het scherm omhoog ( ).
Verwijder de flitser en de batterij.
z Verwijder de schroeven waarmee de flitser
is bevestigd.
z Draai de camera om en kantel de flitser
naar voren.
z Verwijder de batterij.
Raak het gemarkeerde gedeelte nooit aan. U kunt een grote elektrische schok krijgen.
Raak dit gedeelte nooit aan!
18
Verwijder de camerabehuizing alleen als u de interne, oplaadbare lithiumbatterij wilt verwijderen voor recycling voordat u de camera weggooit.

Compatibele geheugenkaarten (afzonderlijk verkrijgbaar)

De onderstaande kaarten kunnen worden gebruikt zonder beperkingen op de capaciteit.
SD-geheugenkaarten*
SDHC-geheugenkaarten*
SDXC-geheugenkaarten *
MultiMediaCards
MMCplus-geheugenkaarten
HC MMCplus-geheugenkaarten
Eye-Fi-kaarten
* Deze geheugenkaart voldoet aan de SD-normen. Afhankelijk van het merk werken
sommige kaarten mogelijk niet goed.
Afhankelijk van de besturingssysteemversie van uw computer worden SDXC-geheugenkaarten mogelijk zelfs niet herkend als u een kaartlezer gebruikt. Controleer van tevoren of uw besturingssysteem SDXC­geheugenkaarten ondersteunt.
Info over Eye-Fi-kaarten
Ondersteuning van de Eye-Fi-kaartfuncties (inclusief draadloze overdracht) wordt niet gegarandeerd voor dit product. Als u een probleem hebt met een Eye-Fi-kaart, kunt u contact opnemen met de fabrikant van de kaart. Denk er ook aan dat u in veel landen of gebieden toestemming nodig hebt voor het gebruik van Eye-Fi-kaarten. Zonder toestemming is het gebruik van de kaart niet toegestaan. Als het niet duidelijk is of de kaart in een bepaald gebied mag worden gebruikt, neemt u contact op met de fabrikant van de kaart.

De batterij en geheugenkaart plaatsen

Plaats de meegeleverde batterij en een geheugenkaart (afzonderlijk verkrijgbaar).
Controleer het schuifje voor schrijfbeveiliging van de kaart.
z Als de geheugenkaart een schuifje voor
schrijfbeveiliging heeft, kunt u geen opnamen maken als het schuifje is ingesteld op vergrendeld. Duw het schuifje omhoog totdat u een klik hoort.
Open het klepje.
z Schuif het klepje naar buiten ( ) en
omhoog ( ) om het te openen.
19
De batterij en geheugenkaart plaatsen
Plaats de batterij.
z Duw de batterijvergrendeling in de richting
van de pijl en plaats de batterij op de afgebeelde wijze totdat deze vastklikt.
z Zorg dat u de batterij in de juiste richting
plaatst, anders klikt deze niet goed vast.
Aansluit-
punten
Batterijver­grendeling
Plaats de geheugenkaart.
z Plaats de geheugenkaart op de
afgebeelde wijze totdat deze vastklikt.
z Plaats de geheugenkaart in de juiste
richting. Als u de geheugenkaart in de verkeerde richting probeert te plaatsen, kunt u de camera beschadigen.
Aansluitpunten
Sluit het klepje.
z Sluit het klepje ( ) en duw het lichtjes aan
terwijl u het naar binnen schuift, totdat het vastklikt ( ).
Wat als [Geheugenkaart op slot] op het scherm verschijnt?
SD-, SDHC-, SDXC-geheugenkaarten en Eye-Fi-kaarten hebben een schuifje voor schrijfbeveiliging. Als dit schuifje in de vergrendelstand staat, verschijnt op het scherm [Geheugenkaart op slot]. U kunt dan geen beelden opnemen of wissen.
20
De batterij en geheugenkaart plaatsen
De batterij en geheugenkaart verwijderen
Verwijder de batterij.
z Open het klepje en duw de
batterijvergrendeling in de richting van de pijl.
X De batterij wipt nu omhoog.
Verwijder de geheugenkaart.
z Duw de geheugenkaart naar binnen tot u
een klik hoort en laat de kaart langzaam los.
X De geheugenkaart wipt nu omhoog.
Aantal opnamen per geheugenkaart
Geheugenkaart
Aantal opnamen
Deze waarden zijn gebaseerd op de standaardinstellingen.
Het aantal opnamen dat kan worden gemaakt, varieert al naar gelang de camera-
instellingen, het onderwerp en de geheugenkaart die u gebruikt.
Wilt u kijken hoeveel opnamen u nog kunt maken?
U kunt zien hoeveel opnamen u nog kunt maken als de camera in de opnamemodus is ingesteld (p. 27).
Aantal opnamen dat kan worden gemaakt
4GB 16GB
Ongeveer 1231 Ongeveer 5042
21

De datum en tijd instellen

Het scherm voor datum/tijd-instellingen verschijnt wanneer de camera voor het eerst wordt ingeschakeld. Aangezien de datum en tijd die aan uw opnamen worden toegevoegd op deze instellingen worden gebaseerd, is het belangrijk dat u deze instelt.
Schakel de camera in.
z Druk op de knop ON/OFF.
X Het scherm Datum/Tijd verschijnt.
Stel de datum en tijd in.
z Raak de optie aan die u wilt instellen.
X op verschijnt op het scherm.
z Raak op aan om een waarde in te
stellen.
Voltooi de instelling.
z Raak Ú aan.
X Nadat u de datum en tijd hebt ingesteld,
wordt het scherm Datum/Tijd gesloten.
z Als u op de ON/OFF-knop drukt, wordt de
camera uitgeschakeld.
Het scherm Datum/Tijd komt steeds terug
Stel de juiste datum en tijd in. Als u de datum en tijd niet goed hebt ingesteld, verschijnt het scherm Datum/Tijd elke keer als u de camera inschakelt.
Zomertijd instellen
Als u aanraakt in stap 2 en kiest, stelt u de tijd in op zomertijd (1 uur vooruit).
22
De datum en tijd instellen
Datum en tijd wijzigen
U kunt de huidige instellingen voor de datum en tijd wijzigen.
Open het menu.
z Nadat u ø hebt aangeraakt, raakt u
n aan.
Selecteer [Datum/Tijd].
z Raak de tab 3 aan. z Sleep omhoog of omlaag op het scherm
om [Datum/Tijd] te selecteren.
z Raak [Datum/Tijd] aan.
Wijzig de datum en/of de tijd.
z Volg stap 2 en 3 op p. 22 om de instelling
te wijzigen.
z Raak Ú twee keer aan om het menu te
sluiten.
Datum/tijd-batterij
De camera bevat een ingebouwde datum/tijd-batterij (reservebatterij) die de
datum/tijd-instellingen ongeveer drie weken kan vasthouden nadat de andere batterij is verwijderd.
Als u een opgeladen batterij plaatst of een voedingsadapterset aansluit
(afzonderlijk verkrijgbaar, p. 41), kan de datum/tijd-batterij in ongeveer 4 uur worden opgeladen, zelfs als de camera niet is ingeschakeld.
Als de datum/tijd-batterij leeg is, verschijnt het scherm [Datum/Tijd] als u de
camera inschakelt. Volg de stappen op p. 22 om de datum en tijd in te stellen.
23

De taal van het scherm instellen

U kunt de taal wijzigen die op het scherm wordt weergegeven.
Selecteer de afspeelmodus.
z Druk op de knop 1.
Open het instellingenscherm.
z Blijf n aanraken.
X Het instellingenscherm wordt
weergegeven.
Stel de taal van het LCD-scherm in.
z Raak een weergavetaal aan en raak Ú
aan.
X Nadat u de taal van het LCD-scherm hebt
ingesteld, wordt het instellingenscherm gesloten.
Wat als n niet wordt weergegeven?
Als er beelden staan op de geheugenkaart, raakt u ø aan in de linkerbenedenhoek van het scherm om n weer te geven.
U kunt ook de weergavetaal wijzigen door ø en n aan te raken. Kies de tab 3 in het scherm dat wordt weergegeven en kies het menu-item [Taal].
24

Geheugenkaarten formatteren

Voordat u een nieuwe geheugenkaart of een geheugenkaart die is geformatteerd in een ander apparaat gaat gebruiken, moet u de kaart formatteren met deze camera. Door het formatteren (initialiseren) van een geheugenkaart worden alle gegevens op de kaart gewist. Aangezien u de gewiste gegevens niet kunt herstellen, moet u uiterst voorzichtig zijn als u een geheugenkaart gaat formatteren. Voordat u een Eye-Fi-kaart (p. 181) gaat formatteren, moet u de software van de kaart op een computer installeren.
Open het menu.
z Raak ø en vervolgens n aan.
Selecteer [Formateren].
z Raak de tab 3 aan. z Sleep omhoog of omlaag op het scherm
om [Formateren] te selecteren.
z Raak [Formateren] aan.
Kies [OK].
z Raak [OK] aan.
X Er wordt een bevestigingsscherm
weergegeven.
Formatteer de geheugenkaart.
z Raak [OK] aan.
X De geheugenkaart wordt geformatteerd.
25

De ontspanknop indrukken

Voltooi het formatteren.
X Als het formatteren is voltooid, verschijnt
op het scherm de melding [Geheugenkaart is geformatteerd].
z Raak [OK] aan.
Door het formatteren van de geheugenkaart of het wissen van de gegevens op de geheugenkaart wordt alleen de bestandsbeheerinformatie op de kaart gewijzigd. Hiermee wordt niet gegarandeerd dat de volledige inhoud wordt gewist. Wees voorzichtig bij het downloaden of weggooien van een geheugenkaart. Tref voorzorgsmaatregelen, zoals het fysiek vernietigen van de kaart, wanneer u een geheugenkaart weggooit, om te voorkomen dat persoonlijke informatie wordt verspreid.
De totale capaciteit van de geheugenkaart die bij het formatteren wordt
weergegeven op het scherm, kan minder zijn dan wordt aangegeven op de geheugenkaart.
Voer een Low Level Format (p. 167) van de geheugenkaart uit als de camera
niet goed werkt, als de opname-/leessnelheid van een geheugenkaart is afgenomen, als het maken van continu-opnamen langzamer gaat of als het opnemen van een film plotseling wordt afgebroken.
De ontspanknop indrukken
Druk de ontspanknop altijd eerst half in om de focus in te stellen en druk de knop daarna volledig in om de foto te maken.
Druk de knop half in (Druk lichtjes
om de focus in te stellen).
z
Druk lichtjes totdat u tweemaal een piepgeluid hoort en er AF-kaders verschijnen waarop de camera scherpstelt.
Druk de knop volledig in (Druk
volledig in om de foto te maken).
U hoort het geluid van de sluiter als de
X
opname wordt gemaakt.
z Beweeg de camera niet terwijl u dit geluid
hoort, aangezien op dat moment de foto wordt gemaakt.
26

Foto's maken (Smart Auto)

Kan het geluid van de sluiter langer duren?
Aangezien de opnameduur afhangt van de situatie, kan het geluid van de sluiter
korter of langer duren.
Als de camera of het onderwerp tijdens dit geluid beweegt, kan het opgenomen
beeld onscherp zijn.
Als u de ontspanknop meteen helemaal indrukt zonder halverwege te pauzeren, is het beeld wellicht onscherp.
Foto's maken (Smart Auto)
De camera kan het onderwerp en de opnameomstandigheden bepalen, zodat u de camera automatisch de beste instellingen voor de compositie kunt laten selecteren en u alleen nog maar de foto hoeft te maken. De camera kan ook gezichten detecteren en hierop automatisch scherpstellen, waarna de kleur en helderheid optimaal worden ingesteld.
Schakel de camera in.
z Druk op de knop ON/OFF.
X Het opstartscherm verschijnt.
Open de modus A.
z Stel de modusschakelaar in op A. z Als u de camera op het onderwerp richt,
maakt de camera geluid omdat deze de compositie bepaalt.
X Het pictogram voor de ingestelde
compositie wordt in de linkerbovenhoek van het scherm weergegeven.
X De camera stelt scherp op gedetecteerde
onderwerpen en geeft kaders weer rond deze onderwerpen.
X Er worden zwarte balken weergegeven
aan de zijkanten van het scherm. Deze gebieden worden niet vastgelegd tijdens het opnemen.
27
Foto's maken (Smart Auto)
Zoombalk
AF-kader
Kies de compositie.
z Als u de zoomknop naar i (telelens)
duwt, zoomt u in op het onderwerp zodat dit groter lijkt. Als u de zoomknop naar j (groothoek) duwt, zoomt u uit op het onderwerp zodat dit kleiner lijkt. (De zoombalk, die de zoompositie aangeeft, verschijnt op het scherm.)
Stel scherp.
z Druk de ontspanknop half in om scherp te
stellen.
X Als de camera scherpstelt, piept de
camera twee keer en worden AF-kaders weergegeven op het punt waarop de camera heeft scherpgesteld. Er worden verschillende AF-kaders weergegeven als de camera op meerdere punten scherpstelt.
Maak de opname.
z Druk de ontspanknop helemaal in om de
opname te maken.
X Het sluitergeluid klinkt terwijl het beeld
wordt vastgelegd. Als er weinig licht is, wordt de flitser automatisch geactiveerd.
X De foto verschijnt circa twee seconden op
het scherm.
z Terwijl de foto nog op het scherm staat,
kunt u al op de ontspanknop drukken om een volgende foto te maken.
Wat als...
Wat als de kleur en helderheid van de opnamen niet worden weergegeven
zoals verwacht?
Het weergegeven compositiepictogram (p. 190) past niet bij de werkelijke compositie. Probeer in dat geval opnamen te maken in de modus G (p. 85).
28
Foto's maken (Smart Auto)
Wat als er witte en grijze kaders verschijnen wanneer u de camera op een
onderwerp richt?
Er wordt een wit kader op het gezicht of onderwerp weergegeven dat de camera ziet als hoofdonderwerp, terwijl er grijze kaders worden weergegeven op andere gedetecteerde gezichten. De kaders volgen de onderwerpen binnen een bepaald bereik. Als het onderwerp echter beweegt, verdwijnen de grijze kaders en blijft alleen het witte kader zichtbaar.
Wat als er geen kader wordt weergegeven op het onderwerp waarvan u
een opname wilt maken?
Het onderwerp wordt mogelijk niet gedetecteerd en kaders kunnen op de achtergrond worden weergegeven. Probeer in dat geval opnamen te maken in de modus
Wat als er een blauw kader verschijnt wanneer u de ontspanknop half indrukt?
Er verschijnt een blauw kader wanneer een bewegend onderwerp wordt gedetecteerd. De scherpstelling en belichting worden voortdurend aangepast (Servo AF).
Wat als er een knipperende verschijnt?
Bevestig de camera op een statief, zodat de camera niet kan bewegen en daardoor het beeld onscherp maakt.
Wat als het beeld donker is terwijl toch de flitser is gebruikt bij de opname?
Het onderwerp valt buiten het bereik van de flitser. De werkzame flitsafstand is ongeveer 50 cm – 5,0 m met een maximale groothoekinstelling (j) en ongeveer 50 cm – 2,0 m met een maximale telelens (i).
Wat als de camera één keer piept wanneer de ontspanknop half wordt
ingedrukt?
Het onderwerp is wellicht te dichtbij. Beweeg, als de camera in de maximale groothoekinstelling (j) staat, ongeveer 3 cm of meer weg van uw onderwerp en maak de opname. Beweeg ongeveer 40 cm of meer weg als de camera in de maximale telelensinstelling (i) staat.
Wat als het lampje gaat branden wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt?
Om rode ogen te corrigeren en om het scherpstellen te vergemakkelijken, kan het lampje gaan branden bij opnamen in een donkere omgeving.
Wat als het pictogram h knippert wanneer u een foto probeert te maken?
De flitser is aan het opladen. U kunt een foto nemen wanneer de flitser is opgeladen.
Wat als verschijnt wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt?
Als u de ontspanknop half indrukt onder extreem heldere opnameomstandigheden verschijnt op het scherm en wordt de helderheid automatisch aangepast aan de juiste niveaus.
G
(p. 85).
Wat als er in de linkerbovenhoek van het scherm een pictogram verschijnt?
Het pictogram voor de ingestelde compositie wordt linksboven in scherm weergegeven. Zie “Compositiepictogrammen” (p. 190) voor meer informatie over de pictogrammen die verschijnen.
29

Beelden bekijken

Het onderwerp selecteren waarop u wilt scherpstellen (Touch AF)
Nadat u het onderwerp hebt aangeraakt en hebt weergegeven, worden de focus en belichting behouden op de locatie waar het blauwe AF-kader wordt weergegeven wanneer u de ontspanknop half indrukt (Servo AF). Druk de ontspanknop helemaal in om de opname te maken.
Beelden bekijken
U kunt de foto’s die u hebt gemaakt op het scherm bekijken.
Selecteer de afspeelmodus.
z Druk op de knop 1.
X De laatst gemaakte opname verschijnt.
Selecteer een beeld.
z
Als u van links naar rechts over het scherm sleept, bladert u door de beelden in de omgekeerde volgorde waarin ze zijn gemaakt; van het nieuwste beeld naar het oudste.
z Als u van rechts naar links over het scherm
sleept, bladert u door de beelden in de volgorde waarin ze zijn gemaakt; van het oudste beeld naar het nieuwste.
z
Als u de linkerkant van het scherm aanraakt (binnen het kader in het scherm links), wordt q weergegeven en worden beelden weergegeven in de omgekeerde volgorde waarin ze zijn gemaakt; van het nieuwste beeld naar het oudste.
z Als u de rechterkant van het scherm
aanraakt (binnen het kader in het scherm links), wordt r weergegeven en worden beelden weergegeven in de volgorde waarin ze zijn gemaakt; van het oudste beeld naar het nieuwste.
z De beelden veranderen sneller als u qr
ingedrukt houdt.
z Na ongeveer 1 minuut wordt de lens weer
30
ingetrokken.
Loading...
+ 180 hidden pages