2003 Xerox Corporation. Alle rechten voorbehouden.
De auteursrechtelijke bescherming waarop aanspraak wordt gemaakt, omvat alle vormen en zaken van auteursrechtelijk materiaal en informatie die thans of in de toekomst van rechtswege is toegestaan. Dit omvat, zonder enige beperking, materiaal dat wordt gegenereerd
door de software en dat in het scherm wordt weergegeven, zoals stijlen, sjablonen, pictogrammen, uiterlijk en inhoud van schermen, enz.
®
XEROX
, The Document Company®, de digitale X® en alle Xerox-productnamen en -productnummers die in deze publicatie worden ver-
meld, zijn handelsmerken van XEROX CORPORATION.
Adobe, het Adobe logo, PDF, Adobe Illustrator, PostScript, Adobe Photoshop en Adobe PageMaker zijn handelsmerken van Adobe Systems Incorporated, gedeponeerd in bepaalde rechtsgebieden. EPS (Encapsulated PostScript) is een handelsmerk van Altsys Corporation.
Macintosh is een gedeponeerd handelsmerk van Apple Computer, Inc. Microsoft, MS, Windows, MS Word, MS Excel en MS PowerPoint
zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft in de VS en andere landen. QuarkXPress is een gedeponeerd handelsmerk van Quark,
Inc. NetWare en Novell zijn gedeponeerde handelsmerken en Internetwork Packet Exchange (IPX) is een handelsmerk van Novell, Inc.
PANTONE is een gedeponeerd handelsmerk van Pantone, Inc.
Andere bedrijfsmerken of productnamen kunnen handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken zijn van de respectieve bedrijven en
deze worden hierbij ook erkend.
Dit document wordt periodiek gewijzigd. Technische wijzigingen worden in volgende edities opgenomen.
•het soort conventies en schrijfstijlen die in deze handleiding
worden gebruikt
•veiligheidsvereisten
•radiofrequenties
•wettelijke voorschriften
•vereisten m.b.t. milieu en recycleren
1 Inleiding
Symbolen
Let op: Dit symbool wordt gebruikt om operateurs te wijzen op
een bedrijfsprocedure, prakrijk of toestand die, indien niet strikt
opgevolgd, kan leiden tot veiligheidsgevaren voor personeel of
beschadiging van de apparatuur, software of verlies van
gegevens.
Waarschuwing: Dit symbool wordt gebruikt om operateurs te
wijzen op een bedrijfsprocedure, praktijk of toestand die, indien
niet strikt opgevolgd, kan leiden tot lichamelijk letsel.
Waarschuwing: Dit symbool geeft een onderdeel van het
apparaat aan dat HEET is en brandwonden kan veroorzaken.
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur11
1-1
Inleiding
Waarschuwing: Dit symbool geeft aan dat er een laser in het
apparaat wordt gebruikt en verwijst naar de bijbehorende
veiligheidsinformatie.
Belangrijk: Dit symbool identificeert informatie die wordt
benadrukt en belangrijk is om te onthouden.
Het 1 2 3 ... symbool geeft het begin aan van een taak of
werkprocedure die moet worden uitgevoerd.
Opmerking: Dit symbool wijst u op nuttige informatie, die echter
niet essentieel is om een procedure of taak te voltooien.
Stijlconventies
•Een vet lettertype wordt gebruikt voor de naam van een te
selecteren of in te drukken toets.
•Onderstreepte
tekst wordt gebruikt om een woord of term te
benadrukken.
•Een cursief lettertype wordt gebruikt voor de tekst bij de
symbolen Voorzichtig, Opmerking, Belangrijk, enzovoort, om
de informatie visueel onder uw aandacht te brengen.
•Een cursief lettertype wordt ook gebruikt voor namen, zoals de
titel van een hoofdstuk of de naam van een scherm.
•Procedures helpen u bij het indrukken
van toetsen op het
bedieningspaneel en het selecteren van toetsen op het
aanraakscherm.
•Tekst bij afbeeldingen of voorbeeldschermen staat altijd boven
de afbeelding.
1-2
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Elektrische veiligheid
Inleiding
De digitale pers van Xerox en de aanbevolen onderhoudsartikelen
zijn ontworpen en getest om te voldoen aan strenge
veiligheidseisen. Indien u de volgende veiligheidsmaatregelen
opvolgt, bent u verzekerd van een veilige werking van uw digitale
pers.
•Alleen het bij het apparaat geleverde netsnoer gebruiken.
•Het netsnoer rechtstreeks op een goed geaard stopcontact
aansluiten. Geen verlengsnoer gebruiken. Indien niet bekend
is of het stopcontact goed is geaard, contact opnemen met
een elektricien.
•Geen geaarde verloopstekker gebruiken om dit apparaat aan
te sluiten op een stopcontact zonder randaarde
Waarschuwing: Indien het stopcontact niet goed is geaard, kan
dit leiden tot een zware elektrische schok.
•Nooit de pers zodanig plaatsen dat iemand op het snoer kan
stappen of erover kan struikelen. Nooit voorwerpen op het
netsnoer plaatsen.
1 Inleiding
•Elektrische of mechanische veiligheidsschakelaars niet
overbruggen of uitschakelen.
•De ventilatieopeningen niet blokkeren. Door deze openingen
wordt oververhitting van het apparaat voorkomen.
Waarschuwing: Geen voorwerpen in sleuven of openingen in het
apparaat steken. Contact met een onderdeel dat onder stroom
staat of een onderdeel kortsluiten kan leiden tot een elektrische
schok of brand.
•Indien een van de volgende omstandigheden zich voordoet,
het apparaat onmiddellijk uitschakelen en het netsnoer uit het
stopcontact verwijderen. Contact opnemen met een
servicevertegenwoordiger van Xerox om het probleem te
verhelpen.
–Het apparaat verspreidt vreemde geuren of maakt
vreemde geluiden.
–Het netsnoer is beschadigd of gerafeld.
–Een aardlekschakelaar, een zekering of andere
veiligheidsvoorziening heeft de stroomtoevoer
onderbroken.
–Er is vloeistof in de pers terechtgekomen.
–Het apparaat is blootgesteld aan water.
–Een onderdeel van het apparaat is beschadigd.
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
1-3
Inleiding
Stroomtoevoer naar het apparaat onderbreken
Veiligheid van de laser
De stroomtoevoer naar het apparaat kan uitsluitend worden
onderbroken d.m.v. het netsnoer. Het netsnoer is voorzien van
twee stekkers waarvan er één dient te worden aangesloten op de
achterkant van het apparaat. Indien u de stroomtoevoer naar het
apparaat volledig wilt afsluiten, dient u de stekker van het
netsnoer uit het stopcontact te verwijderen.
Dit product voldoet aan de veiligheidsnormen en is gecertificeerd
als een Klasse I Laserproduct onder de prestatienorm voor
straling van het US Department of Health and Human Services
(DHSS) (Amerikaanse Ministerie van gezondheid) volgens de Wet
op bestralingscontrole voor gezondheid en veiligheid van 1968.
Dis product zendt geen gevaarlijke laserstraling uit.
Let op: Gebruik van bedieningselementen of aanpassingen of
het uitvoeren van procedures anders dan hierin beschreven, kan
leiden tot gevaarlijke blootstelling aan laserlicht.
Aangezien de in dit product uitgezonden straling volledig
begrensd is in de beschermende behuizing en externe omhulsels
kan de laserstraal niet ontsnappen uit de machine tijdens een
gebruiksfase.
Het Center for Devices and Radiological Health (CRDH) van het
Amerikaanse Food and Drug Administration heeft op 1 augustus
1976 voorschriften ingesteld voor laserproducten. Deze
voorschriften zijn van toepassing op laserproducten die worden
verkocht in de Verenigde Staten. Het etiket op de machine geeft
de inschikkelijkheid met de CDRH-voorschriften aan en moet
worden aangebracht op laserproducten die in de Verenigde Staten
worden verkocht.
Het product bevat laserwaarschuwingsetiketten. Deze etiketten
zijn bestemd voor gebruik door XEROX
servicevertegenwoordigers en worden geplaatst op of in de buurt
van panelen of beschermplaten waarvoor speciaal gereedschap is
vereist om ze te verwijderen. Deze panelen niet verwijderen. Er
zijn geen onderdelen achter deze beschermplaten die door de
operateur kunnen worden gerepareerd.
1-4
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Veiligheid bij onderhoud
Inleiding
•Nooit onderhoudshandelingen uitvoeren die niet specifiek
worden beschreven in de documentatie bij de pers.
•Nooit schoonmaakmiddelen in spuitbussen gebruiken.
Gebruik van niet-goedgekeurde verbruiksartikelen kan leiden
tot een laag prestatieniveau van de pers en gevaarlijke
situaties.
•Altijd schoonmaakmiddelen en verbruiksartikelen volgens de
aanwijzingen in deze handleiding gebruiken. Al deze
materialen buiten het bereik van kinderen houden.
Veiligheid bij het gebruik
•Nooit deksels of beschermplaten die met schroeven vastzitten
verwijderen. Achter deze beschermplaten bevinden zich geen
onderdelen die moeten worden onderhouden door de
gebruiker.
Nooit onderhoudshandelingen uitvoeren die u niet heeft geleerd
van een Xerox-technicus of die niet specifiek worden beschreven
in de documentatie bij de pers.
Xerox-apparaten en -materialen zijn ontworpen en getest om te
voldoen aan strenge veiligheidseisen, waaronder erkende milieueisen die gesteld, goedgekeurd en geïnspecteerd worden door
verscheidene veiligheidsinstanties.
Indien u de volgende veiligheidsmaatregelen opvolgt, bent u
verzekerd van een veilige werking van uw digitale pers:
•De specifiek voor de digitale pers ontworpen materialen en
verbruiksartikelen gebruiken. Gebruik van ongeschikt
materiaal kan leiden tot een laag prestatieniveau en
gevaarlijke situaties.
1 Inleiding
•Alle waarschuwingen en instructies opvolgen die zijn
aangebracht of meegeleverd.
•Plaats de machine in een kamer met voldoende ruimte voor
ventilatie en onderhoud.
•Het apparaat op een vaste, vlakke ondergrond installeren
(geen hoogpolig tapijt) met genoeg draagkracht voor het
gewicht van het apparaat.
•Nooit proberen het apparaat te verplaatsen. Het
stabilisatiemechanisme onder het apparaat, ingesteld tijdens
de installatie, kan de vloerbedekking of de vloer beschadigen.
•Het apparaat niet in de buurt van een warmtebron plaatsen.
•Het apparaat niet in direct zonlicht plaatsen.
•Het apparaat niet in de koude luchtstroom van de
airconditioning plaatsen.
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
1-5
Inleiding
Informatie over ozon
•Geen bekers koffie of andere dranken op het apparaat
plaatsen.
•De sleuven en openingen van het apparaat niet blokkeren of
afdekken. Deze zijn bedoeld om oververhitting van het
apparaat te voorkomen.
•Elektrische of mechanische veiligheidsschakelaars niet
overbruggen of uitschakelen.
Waarschuwing: Indien u het apparaat bedient in zones die
voorzien zijn van dit waarschuwingssymbool, dient u voorzichtig te
zijn. Deze zones kunnen zeer heet zijn en persoonlijk letsel
veroorzaken.
Voor meer informatie over het apparaat of over materialen, kunt u
contact opnemen met uw Xerox-leverancier.
Bij een normale werking van dit apparaat wordt een kleine
hoeveelheid ozon geproduceerd. De ozon is zwaarder dan lucht.
De hoeveelheid ozon die wordt geproduceerd, is afhankelijk van
het aantal afdrukken dat wordt gemaakt. Wanneer het apparaat in
de juiste omgeving wordt opgesteld, zoals die wordt beschreven in
de Xerox-installatieprocedure, blijft de concentratie ozon binnen
de gestelde grenzen.
Wanneer u meer informatie wenst over ozon, kunt u de
Engelstalige Xerox-publicatie OZONE, 600P83222 aanvragen bij
uw Xerox-leverancier of het Xerox Welcome Centre.
1-6
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Veiligheidsgoedkeuring m.b.t. lage spanning
Deze digitale pers van Xerox voldoet aan de bepalingen van
verscheidene overheidsinstanties en aan nationale
veiligheidsbepalingen. Alle systeempoorten voldoen aan de eisen
van “extra lage spanningscircuits”, waarop externe accessoires of
netwerken van de klant kunnen worden aangesloten. Dergelijke
accessoires moeten voldoen aan eerder genoemde eisen.
Externe eenheden moeten worden geïnstalleerd op de door Xerox
aangegeven manier.
Conformiteitsverklaring
Het CE-merk op dit product symboliseert de
overeenkomstigheidsverklaring van Xerox Europe met de
volgende van toepassing zijnde richtlijnen van de Europese Unie
vanaf de aangegeven data:
1 januari 1995: - Richtlijn 73/23/EEG bij amendement gewijzigd
door Richtlijn 93/68/EEG, betreffende de onderlinge aanpassing
van de wetten van de lidstaten aangaande apparatuur met lage
netspanning.
Inleiding
1 Inleiding
1 januari 1996: - Richtlijn 89/336/EEG, betreffende de onderlinge
aanpassing van de wetten van de lidstaten aangaande
elektromagnetische compatibiliteit.
Elke wijziging of modificatie die zonder toestemming van Xerox
Europe wordt aangebracht met betrekking tot deze apparatuur,
kan het gebruiksrecht voor deze apparatuur tenietdoen.
Bij dit apparaat dienen afgeschermde kabels te worden gebruikt
om te blijven voldoen aan Richtlijn 89/336/EEG.
Dit apparaat is niet in eerste instantie bedoeld voor gebruik in een
huiselijke omgeving.
Een volledige verklaring met de relevante richtlijnen en normen
kan worden verkregen bij uw Xerox-leverancier.
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
1-7
Inleiding
Waarschuwing: Om dit apparaat te laten werken in de nabijheid
van industriële, wetenschappelijke en medische apparatuur, kan
het zijn dat de externe straling van die apparaten moet worden
beperkt of dat er speciale stralingstemperende maatregelen
moeten worden getroffen.
Waarschuwing: Dit is een Klasse A-product. In een huiselijke
omgeving kan dit product radiostoringen veroorzaken. In dat geval
dient de gebruiker de nodige maatregelen te treffen.
Recycleren en weggooien van product
Xerox heeft een wereldwijd programma voor het opnieuw gebruik
en recycleren van producten. Neem contact op met uw Xerox
vertegenwoordiger om te bepalen of dit Xerox product deel
uitmaakt van dit programma. Bezoek voor meer informatie over
het milieuprogramma van Xerox www.xerox.com (raadpleeg het
hoofdstuk “Informatie over Xerox”).
Als uw product geen deel uitmaakt van het Xerox programma en u
het dient te verwijderen, dient u in acht te nemen dat het product
lood, kwik en andere materialen kan bevatten die moeten worden
verwijderd volgens bepaalde voorschriften. Neem voor informatie
over recycleren en verwijderen contact op met uw plaatselijke
overheid.
1-8
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Overzicht
2.Informatie over kleurendruk
Bij de traditionele offsetdruk zijn tijd, mensen, materialen en het
uitvoeren van vele stappen vereist om kleurenafdrukken van hoge
kwaliteit te kunnen produceren. De digitale technologie verandert
in belangrijke mate de manier waarop in de drukkerswereld wordt
gewerkt. Alle stappen die voorheen moesten worden verricht voor
offsetdruk zijn nu gedigitaliseerd en kunnen op de computer
worden uitgevoerd. Met de digitale kleurenpers kunnen beelden
snel en met offset-kwaliteit worden afgedrukt.
De flexibiliteit en de beheersmogelijkheden die door digitale
technologie en software-applicaties worden geboden, kunnen
uitstekende resultaten opleveren. Met de kennis van de variabele
factoren die van invloed zijn op de afdrukkwaliteit, zoals de
kwaliteit van een origineel dat via een computer wordt ingescand,
resolutie, kleurbeheer, beeldvormingstechnologie en
verscheidene andere factoren, kunnen de resultaten worden
gemaximaliseerd.
2 Informatie over
kleurendruk
Ter ondersteuning van het gebruik van deze nieuwe digitale
desktoptechnologie, is in dit hoofdstuk informatie te vinden over
de productie van kleurenbeelden die afdrukken van een hoge
kwaliteit opleveren.
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur12
2-1
Informatie over kleurendruk
Beeldkwaliteit
Kwaliteit begint bij het origineel
Wanneer een document met kleurenbeelden wordt gecreëerd,
dienen allereerst de mogelijkheden en de sterke en zwakke
punten bekend te zijn van de software die wordt gebruikt. Dit geldt
voor zowel pc’s als Mac’s met software zoals QuarkXPress®,
Adobe FrameMaker®, Adobe Illustrator®, Macromedia
FreeHand® en Adobe Photoshop® om maar een paar applicaties
te noemen die momenteel verkrijgbaar zijn. Met een uitgebreide
kennis van deze programma’s, kunnen de bestanden correct
worden aangemaakt.
In de volgende gedeelten worden de variabelen beschreven die
van invloed zijn op de beeldkwaliteit. Deze variabelen betreffen
onder andere: de kwaliteit van het origineel, resolutie en
kleurbeheer.
De beeldkenmerken waarmee wordt gestart zijn van grote invloed
op het eindresultaat, of het origineel nu een gescande
transparant, een foto of een digitaal bestand is. Wanneer een
beeld door het productieproces gaat, wordt dit op vele manieren
weergegeven: als digitale informatie in het gescande
beeldbestand, als pixels in rood, groen en blauw licht (RGB) op
het computerscherm, of als cyaan, magenta, gele en zwarte
tonerpuntjes (CMYK) op papier. Tijdens elke stap van het proces
worden de kleuren van het origineel omgezet om te voldoen aan
de eisen van deze verschillende technieken en het weergave- of
afdrukmedium.
2-2
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Hoe het origineel het eindresultaat bepaalt
Een geslaagde weergave van kleurenbeelden hangt af van een
aantal factoren, te beginnen met de verschillende manieren
waarop de diverse technieken die van invloed zijn op het beeld, de
kleur vertalen en weergeven.
ScannersScanners zijn alleen in staat kleuren vast te leggen als rood, groen
en blauw (RGB). Er worden momenteel twee typen scanners
gebruikt: drum-scanners en flatbedscanners. Een flatbedscanner
heeft een kleiner kleurenbereik dan een drumscanner.
•Een drumscanner maakt gebruik van een fotomultiplicatorbuis
die zeer gevoelig en nauwkeurig is. Het origineel wordt
bevestigd aan de drum die wordt geroteerd langs een groep
sensoren: één voor rood, één voor groen en één voor blauw,
en een vierde die het digitale beeld scherper maakt. Een
interne computer zorgt meestal voor de omzetting van RGB
naar CMYK.
•Flatbedscanners maken gebruik van een minder dure en
minder nauwkeurige CCD-sensor (charge coupled device).
Het origineel wordt op een vlakke glasplaat geplaatst en de
CCD-sensoren gaan langs het origineel om de gegevens over
rood, groen en blauw te verzamelen. De conversie van RGB
naar CMYK wordt meestal op een computerwerkstation
uitgevoerd.
Informatie over kleurendruk
2 Informatie over
kleurendruk
Belangrijk: De resolutie waarmee het beeld in eerste instantie
wordt gescand en gedigitaliseerd bepaalt de kwaliteit van het
eindresultaat en beperkt de mate waarmee het beeld kan worden
vergroot zonder verlies van de uiteindelijke afdrukkwaliteit.
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
2-3
Informatie over kleurendruk
Beeldsleutel
Sommige scanners, vooral goedkopere desktop-modellen, neigen
ernaar het toonbereik van een beeld te comprimeren en het
contrast of het verschil tussen lichte en donkere gebieden te
verhogen. Indien het contrast van het origineel te hoog of te laag
is, kunnen er details verloren gaan bij de reproductie. Beelden met
weinig donkere gebieden of schaduwtinten worden high-key
genoemd. Dit in tegenstelling tot een low-key beeld dat uit grote
schaduwgebieden en donkere middentonen bestaat (de tinten die
ertussenin vallen).
Sommige scanners kunnen worden aangepast zodat u de
automatische belichtingsinstelling kunt negeren in die gevallen,
waar de beelden bovenstaande kenmerken vertonen.
Beeldbewerkingssoftware-applicaties maken gebruik van
histogrammen of grafische weergaven om de spreiding van pixels
binnen de verschillende toonbereiken van een beeld te tonen.
2-4
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Korrel/beeldformaat
Het formaat van een oorspronkelijk gescand beeld is tevens van
belang voor de helderheid van de afdruk. Indien een beeld te veel
wordt vergroot, kan de korrel van het beeld zichtbaar worden,
hetgeen afbreuk doet aan de afdrukkwaliteit. Bij digitale foto’s
wordt de mate waarin een beeld met succes kan worden vergroot,
beperkt door de korrel die door scannen ontstaat.
De volgende richtlijnen geven de maximaal aanbevolen vergroting
aan voor enkele standaardformaten.
Informatie over kleurendruk
Gewenste kleuren krijgen
Onze ogen zijn zo gevoelig dat ze duizenden verschillende
kleuren in het spectrum van het zichtbare licht kunnen waarnemen
- waaronder vele kleuren die niet op een kleurenmonitor kunnen
worden weergegeven. Het kleurbereik, of kleurengamma, dat met
toner kan worden afgedrukt, is zelfs nog beperkter.
Kennis van het kleurengamma is vooral van belang wanneer men
bedenkt hoe verschillende technieken en apparaten licht
gebruiken om kleurenbeelden weer te geven in tegenstelling tot
hetgeen we zien op een afgedrukte pagina. Terwijl kleuren van de
scanner via het scherm naar de pers worden verplaatst, worden
ze omgezet van het ene kleurenmodel in het andere - zodat de
kleuren die op papier worden afgedrukt niet precies gelijk zijn aan
die op het scherm.
Origineel-
formaat
Afdrukformaat
4 x 5 inch11 x 17
inch/A3
8 x 10 inch24 x 36 inch
2 Informatie over
kleurendruk
Tijdens het ontwerpproces van de afdrukken dient daarom altijd te
worden gedacht aan wat er met behulp van toner op papier kan
worden vastgelegd, en niet aan hetgeen er op de monitor te zien
is.
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
2-5
Informatie over kleurendruk
Additieve kleurComputermonitoren werken met geactiveerde fosfor die rood,
Subtractieve kleurAfdrukken is gebaseerd op het subtractieve kleurproces. Cyaan,
groen of blauw opgloeit aan de binnenkant van de voorkant van
een beeldbuis. Indien een nauwkeurige kleurenreproductie van
belang is, dient de monitor regelmatig te worden gekalibreerd. Via
kalibratie wordt het gamma, de witte en zwarte punten en de
kleurbalans van de monitor aangepast en gecorrigeerd. Monitoren
geven kleur weer met een indrukwekkende nauwkeurigheid, deze
kleur kan echter nooit perfect op een afgedrukte pagina worden
weergegeven; dit is te wijten aan de fysica van de kleuren.
Monitoren geven de additieve kleurruimte RGB weer, en
afdrukapparatuur maakt gebruik van CMYK, hetgeen een
subtractieve kleurruimte is.
magenta en gele toner wordt op wit reflecterend papier geplaatst.
Elke kleur absorbeert of onttrekt haar tegenliggende kleur via het
reflecterende witte licht. Via dit proces wordt de hoeveelheid rood,
groen en blauw licht dat via het witte papier wordt gereflecteerd,
bestuurd. De CMYK-kleuren worden afgedrukt als lagen van
halftoonpunten in verschillende formaten en hoeken om de illusie
van verschillende kleuren te creëren. Via de verschillende
puntgroottes wordt een effect gecreëerd dat lijkt op de
verschillende intensiteit van de rode, groene en blauwe fosfor van
een monitor.
PapierHet gebruikte afdrukpapier heeft een groot effect op de
kleurenreproductie. Papier reflecteert niet-geabsorbeerd licht naar
het oog van de kijker. Dus hoe beter het oppervlak van het papier
reflecteert, hoe groter het kleurenbereik is dat kan worden
geproduceerd.
De Handleiding voor kleurenmaterialen in het documentatiepakket
voor de klant raadplegen voor meer informatie over hoe papier
van invloed is op de afdrukkwaliteit.
KleurserversWanneer een bestand eenmaal gereed is om te worden afgedrukt
wordt dit naar een kleurserver verzonden om te worden verwerkt
voor aflevering. Deze kleurservers beschikken over veel functies
zoals o.a. elektronisch sorteren, verwerken tijdens afdrukken,
kleurbeheer, automatisch overlappen en kalibratie.
De kleurenserver-documentatie raadplegen voor meer informatie
over de functionaliteit van uw eenheid.
2-6
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Kleurengamma
Informatie over kleurendruk
Een kleurengamma is een bereik van kleuren. Het gamma dat
zichtbaar is voor het menselijk oog is veel groter dan kan worden
geproduceerd op een foto. Het fotogamma is veel groter dan dat
van een RGB-monitor, en het RGB-monitorgamma is groter dan
het CMYK-gamma van een Xerox DocuColor-systeempers. Het
CMYK-gamma van offsetdruk is aanzienlijk kleiner dan dat van
een Xerox DocuColor-systeem. Hieronder ziet u een vergelijking
tussen de kleurengamma’s van een kleurenprinter en de digitale
kleurenpers.
Vergelijking van 6 punt- (C,M,Y,R,G,B) (A*, B* kleurengamma’s: DC40 vs DC2
Geel
Rood
Groen
Digitale kleurenpers
kleurenprinter
2 Informatie over
kleurendruk
Magenta
Blauw
Cyaan
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
2-7
Informatie over kleurendruk
Kleurenmodellen
Videotechnologie (computermonitoren, scanners en
televisieschermen) ziet kleur als transparant licht en gebruikt een
RGB-model om kleuren weer te geven. Om goed te kunnen
weergeven via deze videotechnologie, worden vastgelegde
beelden herleid tot pixels (beeldelementen) die worden
geprojecteerd als stralen van rood, groen en blauw licht.
Printers zien kleur als reflecterend licht dat heel anders reageert
op afgedrukte beelden op papier, en teruggekaatst wordt van niettransparante oppervlakken. Kleuren worden vertaald naar
combinaties van cyaan, magenta, geel en zwart (via een CMYKkleurenmodel) om werkelijke kleuren te verkrijgen.
2-8
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Informatie over kleurendruk
Grijs toevoegen en vervangen om kleuren te verbeteren
UCR
UCR
Geen GCR
UCR
Lichte GCR
Het is niet altijd mogelijk de exacte kleuren te bereiken bij het
converteren van RGB (voor videoweergave) naar CMY (voor
afdrukken). CMY-pigmenten zijn bijvoorbeeld niet in staat
consistente zwarte of grijze tinten te produceren.
In gevallen waarbij drie tonerkleuren elkaar zwaar overlappen,
variëren software-applicaties automatisch de verschillende
percentages van cyaan, magenta en geel om de beeldkwaliteit en
afdrukbaarheid te verbeteren. Deze techniek staat bekend als
UCR (UnderColor Removal) waarbij zwarte toner wordt gebruikt
om cyaan, magenta en gele toner alleen te vervangen in neutrale
gebieden (d.w.z. gebieden met gelijke hoeveelheden cyaan,
magenta en geel). Dit resulteert in een lager tonerverbruik en een
grotere diepte van schaduwen. UCR wordt in het algemeen
gebruikt voor kranten en niet-gecoat papier.
Een andere vorm van UCR wordt GCR (Gray Component
Replacement) genoemd. Ter compensatie van de neutrale of
grijze tinten die tijdens de conversie van RGB naar CMYK zijn
gecreëerd, vervangt zwarte toner delen van cyaan, magenta en
gele toner in gekleurde zowel als in neutrale gebieden. Bij GCRkleurscheiding worden zwarte, verzadigde kleuren iets beter
gereproduceerd en wordt de grijsbalans op de afdruk beter
gehandhaafd dan bij UCR-kleurscheiding.
2 Informatie over
kleurendruk
Gemiddelde GCR
Maximum GCR
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
2-9
Informatie over kleurendruk
Kleurbeheer
Daar de kleuren op het scherm afwijken van de kleuren die door
de pers wordt geproduceerd, is een kleurbeheersysteem (colour
management system, CMS) noodzakelijk. Via het CMS wordt het
gat tussen de RGB- en CMYK-kleurruimtes waarvan sprake is bij
uw monitor, pers en scanner, geïdentificeerd en overbrugd. Macen Mac OS-compatibele computers gebruiken Apple ColorSyncCMS voor het implementeren en hanteren van de profielen van
deze apparaten. Voor pc’s met Windows de
bedieningshandleiding van de pc raadplegen voor een
kleurbeheersysteem dat compatibel is met uw systeem.
Zonder een kleurbeheersysteem geeft een en hetzelfde beeld
verschillende resultaten op verschillende apparaten door de
inconsistenties in de kleurengamma’s.
Met een kleurbeheersysteem kunnen consistentere
kleurresultaten worden behaald via het uitlijnen van de
kleurengamma’s die door verschillende apparaten worden
gebruikt.
Halftoonpunten en rasterhoeken
Halftoonrasters
o
o
90
105
o
75
o
45
0
Om volvlakbeelden te produceren op een uitvoerapparaat dienen
bitmaps en verwerkingskleurgrafieken te worden opgesplitst in
een serie punten van verschillende afmetingen en kleuren. Dit
creëert een halftoonraster. In halftoonrasters worden cyaan,
magenta, gele en zwarte punten gebruikt onder verschillende
o
rasterhoeken om een vierkleurenbeeld te vormen. De structuur en
patronen waarmee de kleuren worden gecombineerd zijn de
halftoonrasters. Wanneer een bepaalde kleur wordt vereist, wordt
door het halftoonraster gedefinieerd welke punten gekleurd
dienen te worden, welke kleur dient te worden gebruikt en in welke
mate elke punt wordt gekleurd. In de afbeelding hier links ziet u
een halftoonraster.
2-10
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Halftoonpunten
Halftoonpunten zijn combinaties van stippen die samen een
gedrukte punt vormen. De punten die hier worden weergegeven,
tonen verschillende afdrukresoluties. De afbeelding aan de
linkerkant bevat 25 mogelijke printerpuntcellen, waarmee
verschillende grijswaarden kunnen worden gecreëerd. De
afbeelding aan de rechterkant bevat 256 printerpuntcellen,
hetgeen een groter bereik van grijswaarden oplevert. Om een
visueel overtuigend halftoonbeeld af te drukken, zijn minimaal 150
grijstinten nodig.
Halftoonpuntvormen
Omdat toner verschillend reageert op verschillende
papieroppervlakken, bepalen de kenmerken van het papier in het
algemeen welke rasterliniëring wordt gebruikt (bijvoorbeeld: toner
heeft de neiging zich te verspreiden op ruw, absorberend papier).
Verschillende puntvormen kunnen de afdrukkwaliteit vergroten en
verbeteren.
Volvlakachtergrond afdrukken
Informatie over kleurendruk
2 Informatie over
kleurendruk
De beeldkwaliteit wordt beïnvloed door de mogelijkheden van uw
uitvoerapparaat en het afdrukmateriaal dat wordt gebruikt. Houd
het volgende voor ogen bij de digitale pers:
•De maximale tonerbedekking is 270 procent.
•De maximale kleurdiepte is 256 niveaus per kleur.
•De maximale kleurresolutie is 600 dpi.
AfdrukmateriaalOm scherpe en gelijkmatige afdrukken te verkrijgen, dient het
papier glad te zijn met gelijkmatig verdeelde vezels. De
papierstructuur wordt bepaald door de gelijkmatige
vezelverdeling. Bij afdrukken in kleur is de papierstructuur van
invloed op de neiging tot vlekken, ongelijkmatige
tonerverspreiding, en bij volvlakachtergronden bepaalt dit de
scherpte van de kleur en de verzadiging.
Xerox-afdrukmateriaal heeft een structuur van gelijkmatig
verspreide vezels voor heldere en vlekvrije afdrukken.
Papierkwaliteit kan variëren van zijde tot zijde. Bij papier van
goede kwaliteit blijven deze verschillen beperkt. Veel fabrikanten
brengen pijlen aan op de verpakking van het papier om aan te
geven welke zijde het best is om te bedrukken.
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
2-11
Informatie over kleurendruk
Elektronisch digitaal bestand
Kalibratie
Kalibratie is essentieel voor een goede kleurkwaliteit. Het doel van
kalibratie is het meten van de wijze waarop de digitale pers de
gevraagde kleuren afdrukt, en het uitvoeren van de vereiste
correcties.
Kalibratie dient dagelijks bij de kleurserver te worden uitgevoerd,
of elke keer dat de kleuren van de digitale pers mogelijk zijn
gewijzigd ten opzichte van de kleuren bij een eerdere kalibratie.
Enkele redenen om te kalibreren zijn:
•Kleur wordt verschillend weergegeven op identieke modellen
persen die door dezelfde fabrikant zijn vervaardigd.
•De temperatuur van de apparatuur is bij het opwarmen van
invloed op de intensiteit van de kleur.
•Beeldkwaliteit en kleurreproductie op ongekalibreerde
apparatuur resulteert in onvoorspelbare, onbetrouwbare
resultaten.
Om de invloed van kleurvariabelen correct te kunnen voorspellen
en te beheersen moet de hardware en software worden
gekalibreerd voordat de productie start.
De Digitale Pers Handleiding voor de systeembeheerder (zie
pagina 2-12) raadplegen voor informatie over het kalibreren van
de digitale pers.
De handleidingen die bij de kleurenserver zijn geleverd
raadplegen voor informatie over het kalibreren van de betreffende
eenheid.
2-12
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Digitale beeldmanipulatie
Alhoewel beeldreproductie een complex proces kan zijn, is een
van de belangrijkste voordelen van het digitaal vastleggen van
een beeld, dat het beeld kan worden gemanipuleerd tot het
gewenste resultaat is bereikt. Beeldbewerkingssoftwareapplicaties worden continu verbeterd om het proces van
beeldmanipulatie te vereenvoudigen.
Grootte wijzigen
Wanneer een beeld digitaal wordt vergroot, worden de pixels of
cellen mogelijk zichtbaar. Het resulterende trapjeseffect, of
aliasering, in diagonale lijnen kan worden gecorrigeerd door uw
software-applicatie te gebruiken om pixels toe te voegen voordat
de grootte wordt gewijzigd.
Verscherpen
Wanneer een RGB-beeld wordt geconverteerd of gescand naar
een CMYK-beeld, kan het beeld wazig worden. De
verscherpingsoptie van de software-applicatie gebruiken om
aanpassingen uit te voeren voor wat betreft de helderheid van het
beeld.
Informatie over kleurendruk
2 Informatie over
kleurendruk
Kleurtint
Kleurtint is de aanpassing van een tint door de toevoeging van
een spoor van een andere tint, zoals geelachtig groen, roze-achtig
blauw, enz. Dit effect kan worden toegevoegd of worden
verwijderd door zwarte, witte of grijsachtige punten toe te voegen
via de kleurbalansoptie van de software-applicatie.
Belangrijke aanvullende tips
•Vaststellen wat het bestandsformaat is.
•Apparatuur kalibreren voor optimale afdrukken, indien nodig.
•Alle bestanden, fonts en gekoppelde tekeningen meenemen.
•De beste manier bepalen om de gegevens op te slaan zodat
ze opnieuw kunnen worden afgedrukt.
•Bepalen of de gegevens kunnen worden gecomprimeerd voor
opslag, zonder dat de afdrukkwaliteit wordt verlaagd tot
onacceptabele niveaus. Indien de kwaliteit onacceptabel is na
compressie, opslagmethodes overwegen waarbij geen
compressie wordt vereist.
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
2-13
Informatie over kleurendruk
Overwegingen bij uitvoer
Vlekken
Vlekken zijn onregelmatigheden in de tonerbedekking die
optreden wanneer grote volvlakken van een vlakke kleur worden
afgedrukt. De papierkeuze kan van groot belang zijn om dit
probleem te vermijden. Om scherpe en gelijkmatige beelden te
verkrijgen alleen glad papier gebruiken met gelijkmatig verspreide
vezels.
Vlekken
Geen vlekken
Registratie
Overlappen of overdrukken kan worden toegepast ter
compensatie voor hiaten of verschuivingen die optreden wanneer
het papier de afdrukcyclus doorloopt.
2-14
GeregistreerdIncorrecte registratie
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Overlappen
Geen Overlapping
overlapping
Halo
HaloGeen Halo
Informatie over kleurendruk
Overlapping compenseert incorrecte registratie door licht over
omliggende kleuren te drukken.
Halo’s zijn lichte gebieden rond een object die optreden wanneer
met een donkerdere kleur toner wordt afgedrukt op een
achtergrond in een lichtere kleur toner. Dit probleem wordt
bestreden door op pastelkleurig of grijs papier af te drukken.
Ondoorzichtigheid
Ondoorzichtigheid is een maatstaf voor de hoeveelheid licht die
door het papier te zien is. Bij de productie van 2-zijdige uitvoer
een papiersoort met een hoge ondoorzichtigheid gebruiken, zodat
de afdruk op zijde 1 niet op zijde 2 te zien is.
2 Informatie over
kleurendruk
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
2-15
Informatie over kleurendruk
Anti-aliasering
Met anti-Zonder antialiaseringaliasering
Knockout
Dit is een grafische softwarefunctie waarmee de rafeligheid van
afgeronde hoeken met een lage resolutie wordt voorkomen of
verminderd.
Met knockout wordt een vorm of object gecreëerd waarin alle
onderliggende kleuren zijn verwijderd.
Knockout
Overdrukken
Overdrukken
Met Overdrukken wordt een element boven op onderliggende
elementen afdrukken, in plaats van deze elementen te
verwijderen. Wordt vaak gebruikt bij zwarte tekst.
2-16
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
2-zijdige instellingen
Om te garanderen dat de beeldrichting op beide zijden van de
pagina correct is, dient de juiste 2-zijdige instelling te worden
aangegeven in het printerdrivervenster. Indien de instelling
incorrect is, kunnen de beeldgegevens op de ene zijde 180
worden geroteerd ten opzichte van de andere zijde.
Bestandsformaten
Grafische computerbeelden die zijn gecreëerd in verschillende
software-applicaties bieden verschillende niveaus van
afdrukkwaliteit. Deze worden gewoonlijk op twee manieren
beschreven: gebaseerd op pixels of bitmap (bits informatie of
rasterbestanden), of wiskundig beschreven object-georiënteerde
afbeeldingen (vectorafbeeldingen). De meest gebruikte
bestandsformaten zijn onder andere Tagged Image File Format
(TIFF) en encapsulated PostScript (EPS).
TIFF is een op pixels, of bitmap, gebaseerd formaat dat door zeer
veel verschillende applicaties op meerdere platforms kan worden
gelezen. Dit formaat is vooral handig voor het bekijken en
afdrukken van beelden in standaardapplicaties, zoals Microsoft
Word, PowerPoint, enz.
Informatie over kleurendruk
o
2 Informatie over
kleurendruk
EPS is een object-georiënteerd formaat dat beelden oplevert van
de hoogste kwaliteit waartoe de afleveringslocatie in staat is. Het
is het meest betrouwbare en meest uitgebreide bestandsformaat
voor desktop publishing en grafische programma’s omdat dit een
apparaat-onafhankelijk formaat is.
Resolutie
Resolutie is het aantal beschikbare punten om een bitmap-beeld
weer te geven. PC-monitoren hebben een resolutie van 72 dpi.
Het kiezen van de correcte beeldresolutie is het belangrijkste
aspect bij het verkrijgen van het best mogelijke beeld. Het is van
belang te onthouden dat een beeld alleen kan worden afgedrukt
met de resolutie die beschikbaar is op het uitvoerapparaat. De
digitale pers heeft een afdrukmogelijkheid van 600 dpi.
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
2-17
Informatie over kleurendruk
Kleurenserver
Kleurenservers zijn aangesloten op het netwerk en besturen de
kleuren-uitvoerapparaten (digitale kleurpersen/printers). Elke keer
dat een beeld naar een printer wordt verzonden, converteert (of
rastert) de kleurenserver die op de printer is aangesloten, de
gegevens in het bestand in punten die door het
doeluitvoerapparaat kunnen worden afgedrukt. Elke punt krijgt
een specifieke locatie, kleur en mate van densiteit toegewezen.
Kleurenservers optimaliseren de kleur van een document door de
punten waaruit het beeld bestaat te manipuleren zodat deze
overeenkomen met het gamma van de printer.
De volgende functies van de afdrukkwaliteit worden gewoonlijk
geassocieerd met kleurenservers:
•Verwerken tijdens afdrukken stelt de kleurenserver in staat
gelijktijdig pagina’s naar het uitvoerapparaat te verzenden,
terwijl nieuwe beelden worden verwerkt om te worden
afgedrukt.
•Geavanceerde instellingen voor tekst- en lijntekeningkwaliteit
bieden de mogelijkheid tot anti-aliasering, hetgeen resulteert
in tekst en afbeeldingen van een hoge kwaliteit.
•Via kleurbeheer CMS wordt het optimaliseren van beelden en
offset-tonersimulaties vereenvoudigd.
•Via documentopslag wordt het gerasterde bestand
opgeslagen op de kleurenserver voor toekomstige verwerking.
Voor meer informatie de documentatie raadplegen die bij de
kleurenserver is geleverd.
2-18
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Afwerking
Vouwtechnieken
Informatie over kleurendruk
Er zijn twee typen afwerking: de afwerking die via de digitale pers
kan worden uitgevoerd en de voorbereiding op de afwerking die
niet door de digitale pers kan worden uitgevoerd.
De afwerkingsopties voor de digitale pers zijn de staffelopvangbak
waarin de sets worden gestaffeld zodat ze eenvoudig van elkaar
kunnen worden gescheiden, of de uitlegtafel waarop stapels in
sets en gestaffeld worden afgeleverd vanuit de pers.
Om afdrukken voor te bereiden op afwerkfuncties die niet door de
digitale pers kunnen worden uitgevoerd, dienen de verschillende
beschikbare vouwtechnieken, inbindmethodes en
afwerktechnieken bekend te zijn. Tevens dient software zoals
DK&A, Ultimate Technographics, Scenicsoft, Press Wise, enz.
beschikbaar te zijn, zodat het document op de correcte wijze kan
worden voorbereid op de afdruk.
Parallelle vouw
Een parallelle vouw is een vouw die parallel loopt aan de korte of
lange rand van het papier.
Rechthoekige vouw
Een rechthoekige vouw gaat een stap verder dan de parallelle
vouw. Dit betekent dat een vouw in een rechte hoek ten opzichte
van de vorige vouw valt.
Harmonicavouw
Een harmonicavouw bestaat uit twee of meer parallelle vouwen
die in de tegenovergestelde richting zijn gemaakt.
Uitklappagina
Uitklappagina’s zijn geschikt voor brochures en boekomslagen
omdat er twee uitslaande pagina’s worden gecreëerd waarop kan
worden afgebeeld.
2 Informatie over
kleurendruk
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
2-19
Informatie over kleurendruk
Voorbereiden op inbinden
Genest katern en inbindkruip
Verzameld katern
Botteling
De effecten van inbindkruip zijn het duidelijkst wanneer dik papier
wordt gevouwen of meerdere katernen in elkaar worden gepast.
Na het snijden hebben de binnenste pagina’s een kleiner formaat
dan die aan de buitenkant.
Verzamelde katernen worden gevouwen, op elkaar geplaatst en
samengebonden. Dit proces minimaliseert de effecten van
inbindkruip.
Botteling treedt op wanneer katernen niet met precies exact
rechte hoeken worden gevouwen.
2-20
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Inbindmethodes
Rughecht
Perfect inbinden
Mechanisch inbinden
Informatie over kleurendruk
Hechten door de rug wordt uitgevoerd via een nieteenheid of
inbindeenheid met hoge snelheid, waarmee dun hechtdraad door
de rug van een document wordt aangebracht en gebogen. Met
deze draad ziet het document eruit alsof het is geniet. Het
maximum aantal vellen dat door de rug kan worden gehecht is 32.
Wanneer wordt gezorgd voor een onbedrukt gebied aan de
binnenzijde van de omslag van een perfect ingebonden boek, dan
ontstaat een gebied waar de lijm kan hechten, zodat de omslag
om enkele binnenpagina’s kan worden geslagen.
Bij mechanisch inbinden kunnen de pagina’s vlak liggen; dit wordt
vaak gebruikt voor technische handleidingen, blocnotes en
kalenders.
Losbladig inbinden
Losbladig inbinden is vooral ideaal voor documenten die vaak
worden bijgewerkt omdat pagina’s eenvoudig kunnen worden
ingevoegd en verwijderd.
2 Informatie over
kleurendruk
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
2-21
Informatie over kleurendruk
Laatste afwerkfuncties
Stansen
Lamineren
Vernissen
Bij stansen worden vormen uit een vel gesneden met scherpe
messen. Dit wordt meestal gebruikt om in het oog springende
documenten te creëren, of voor verpakkingen met unieke vormen,
zoals de omslagen van dozen voor videobanden.
Gelamineerde documenten worden omhuld met een dunne,
afwasbare plastic coating, om veelgebruikte documenten te
beschermen tegen de elementen en slijtage.
Vernis beschermt documenten tegen invloeden van buitenaf en
kan tevens worden gebruikt als ontwerp om een document te
verbeteren. Afhankelijk van het gewenste effect, kan glanzende of
matte vernis worden toegepast op een heel document (flood
coverage) voor een zachte algehele afwerking, of op specifieke
gedeelten van een pagina (spot coverage) om enkele delen van
het document te benadrukken en andere minder.
Reliëf
Wanneer reliëf in een document wordt aangebracht, wordt dit
tussen twee vormen (of mallen) geperst om een verhoogde of
verlaagde textuur aan te brengen op het vel. Dit werkt het best bij
ongecoat, niet al te licht omslagmateriaal.
2-22
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3.Overzicht
De digitale pers drukt kleuren- en zwart/wit afdrukken af. In dit
hoofdstuk worden de locatie, naam en functie van de
verschillende onderdelen van de digitale pers behandeld,
waaronder:
•Externe onderdelen
•Interne onderdelen
•Bedieningspaneel
•Helpsysteem
3 Overzicht
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3–1
Overzicht
Externe onderdelen identificeren
De volgende illustratie gebruiken om de externe onderdelen van
het apparaat zoals vermeld in de tabel te identificeren.
Scanner
Bovenste
deur
Lade 1
Lade 2
Lade 3
AAN/UITschakelaar
Transport-module
Bedieningspaneel
Aanraakscherm
Linker
voordeur
Tonercompartiment
Staffelopvangbak
Afleveringsmodule
Rechter voordeur
Afbeelding 3-1
OnderdeelBeschrijving
Papierlade 1
Papierlade 2
Papierlade 3
Biedt plaats aan 550 vellen papier van 90 g/m
Biedt plaats aan 550 vellen papier van 90 g/m
Biedt plaats aan 2200 vellen papier van 90 g/m
2
2
2
3–2
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
OnderdeelBeschrijving
Overzicht
Bovenste
deur papierlademodule
Transportmodule
ScannerDe scanner bevat een dubbelzijdige
GlasplaatEen origineel kan op de glasplaat worden
AAN/UIT
AAN
UIT
De papierlademodule van de bovenste deur
transporteert het papier van de papierladen
naar de transportmodule.
De transportmodule transporteert het papier
van de papierladen naar de bovenste
papierbaan van de digitale pers. Daarnaast
wordt het papier van de onderste papierbaan
van de digitale pers naar de bovenste
papierbaan verplaatst bij 2-zijdig afdrukken.
automoatische originelendoorvoer (DAOD)
die automatisch originelen op de glasplaat
plaatst. De originelen kunnen enkelvoudig of
tweezijdig worden gescand. De DAOD heeft
een capaciteit van 50 originelen van hetzelfde
formaat of gemengd formaat van 64 tot
g/m
2
.
128
gelegd om te worden gekopieerd.
De AAN/UIT-schakelaar op AAN zetten om de
digitale pers in te schakelen.
In een schermbericht wordt medegedeeld dat
er een korte wachttijd is, tijdens welke de
fuser wordt opgewarmd en de digitale pers
een systeemcontrole ondergaat. Gedurende
deze tijd kan de digitale pers worden geprogrammeerd voor een opdracht, zodat het
afdrukproces automatisch start wanneer de
digitale pers gereed is.
De AAN/UIT-schakelaar op UIT zetten om de
digitale pers uit te schakelen.
De digitale pers minimaal 20 seconden uitgeschakeld laten alvorens deze weer in te
schakelen.
3 Overzicht
Aanraakscherm
Bedieningspaneel
To ne r compartiment
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Hier kunnen selecties worden gemaakt door
eenvoudigweg het scherm aan te raken.
Hier kunnen functies worden geselecteerd via
het toetsenbord. De paragraaf Bedieningspaneel in dit hoofdstuk raadplegen.
Bevat de tonercassettes.
3–3
Overzicht
OnderdeelBeschrijving
Staffelopvangbak
Rechter-/
linkervoordeuren
Afleveringsmodule
Hierin wordt de voltooide afdrukopdracht
afgeleverd. Sets worden gestaffeld zodat ze
eenvoudig van elkaar kunnen worden
gescheiden. De maximumcapaciteit is 500
vellen papier van 90 g/m
Hierachter huist het beeldoverdrachtssysteem voor 1-zijdig en 2-zijdig
afdrukken. De deuren openen om papierstoringen in de papierbaan van de afdrukmodule
en in de fuser te verhelpen. De instructies
voor het verhelpen van een storing in de fuser
nauwkeurig opvolgen.
2
.
VOORZICHTIG: De fuser is zeer heet en
veroorzaakt persoonlijk letsel indien de
storingsinstructies niet exact worden
opgevolgd.
Deze eenheid bevat de ontkruller en het
omkeermechanisme. Via de ontkruller wordt
eventuele krulling uit het bedrukte vel papier
verwijderd. Het omkeermechanisme wordt
gebruikt wanneer 2-zijdig afdrukken of
afdrukken met de beeldzijde omlaag is
geselecteerd.
Aardlekschakelaar
Niet getoond in Afbeelding 3-1; Afbeelding 3-5
raadplegen. De aardlekschakelaar wordt
ingeschakeld indien een onderbreking in de
stroomtoevoer naar de digitale pers wordt
waargenomen.
3–4
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Ecologische module
De ecologische module die op de achterkant van de digitale pers
is aangesloten, bevat de ozon- en stoffilters. Deze module wordt
door de Xerox-technicus onderhouden.
Overzicht
Afbeelding 3-2
3 Overzicht
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3–5
Overzicht
Elektrische module
De elektrische module bevat de software, printplaten en
elektrische voedingen. De Xerox-technicus sluit een laptop aan
op de elektrische module wanneer software wordt geladen of
diagnostische tests worden uitgevoerd.
Afbeelding 3-3
VOORZICHTIG: De ventilatie-openingen van de elektrische
module NIET blokkeren. Een te hoge temperatuur door niet
afgevoerde warmte kan tot beschadiging van de digitale pers
leiden.
WAARSCHUWING: Geen deksels of beschermplaten verwijderen die
met schroeven zijn bevestigd. Achter deze deksels bevinden zich geen
onderdelen die door de gebruiker dienen te worden onderhouden.
3–6
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Tonerafvalcontainer
Overzicht
In de tonerafvalcontainer wordt het tonerafval van het
afdrukproces verzameld. De tonerafvalcontainer kan door de
gebruiker worden vervangen en bevindt zich achterin de
afleveringsmodule.
Het hoofdstuk over onderhoud in deze handleiding raadplegen
voor aanwijzingen met betrekking tot het vervangen van de
tonerafvalcontainer.
Tonerafvalcontainer
Afbeelding 3-4
3 Overzicht
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3–7
Overzicht
Stroomonderbreker
De digitale pers is uitgerust met een extra stroomonderbreker,
een aardlekschakelaar. Deze wordt geactiveerd indien er een
elektrische overbelasting is.
Ecologische
module
Aardlekschakelaar
Afbeelding 3-5
In geval van een stroomuitval moet de digitale pers zo spoedig
mogelijk worden ingeschakeld nadat de stroom hersteld is en
moet een afdruk worden gemaakt om te verzekeren dat geen
schade is toegebracht aan de digitale pers.
Indien de stroomtoevoer naar de digitale pers niet wordt hersteld,
de volgende stappen uitvoeren:
1De stroomonderbreker lokaliseren op de achterkant van de
digitale pers, op de elektrische module naast de
tonerafvalcontainer.
2Indien de schakelaar is geactiveerd, staat deze op de UIT-stand
(naar beneden). De schakelaar in de ON-stand plaatsen.
OPMERKING: Indien de stroomonderbreker nogmaals wordt
geactiveerd, of indien de stroom-toevoer niet wordt hersteld door bovenstaande procedure, contact opnemen met het Xerox Welcome Centre.
3–8
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Aanraakscherm
Overzicht
VOORZICHTIG: Het drukkussen in de fuser blijft in de bovenste
stand staan indien de stroomtoevoer naar de digitale pers wordt
onderbroken terwijl deze in gebruik is. Het drukkussen wordt pas
uit deze stand gehaald als de stroomtoevoer is hersteld, de AAN/
UIT-schakelaar op AAN staat en de Start-toets is ingedrukt.
Indien het drukkussen gedurende een langere periode in de
bovenste stand blijft staan, heeft dit een nadelige invloed op de
afdrukkwaliteit.
Het aanraakscherm gebruiken om toepassingen en opties te
selecteren voor het uiterlijk van de kopie.
Ook worden er meldingen of berichten weergegeven over de
status van de digitale pers wanneer deze niet actief is, in gebruik
is of storingen vertoont.
Op het aanraakscherm wordt het standaardscherm weergegeven
dat door de systeembeheerder is geselecteerd in de mode
Hulpprogramma’s. Dit standaardscherm is Basistoepassingen,
Opdrachtstatus of Apparaatstatus.
Berichtengebied
In het berichtengebied bovenaan het aanraakscherm worden
berichten weergegeven over de status van de digitale pers,
programmeringsconflicten, of fouten. De berichten kunnen ook
instructies zijn voor de operateur.
3 Overzicht
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3–9
Overzicht
Tabbladen/toetsen/pictogrammen
Sommige schermen van het aanraakscherm hebben tabbladen
met een aantal opties. Het voorbeeld op de volgende pagina
raadplegen.
Toepassingen en opties worden in eerste instantie in de fabriek
ingesteld. Zij kunnen door de systeembeheerder in de mode
Hulpprogramma’s worden gewijzigd.
Uw systeembeheerder om meer informatie vragen over deze
instellingen,
raadplegen.
Tabblad
of de Handleiding voor de systeembeheerder
Berichtengebied
Optietoetsen
Afbeelding 3-6
3–10
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Overzicht
Typen toetsen en functies in het aanraakscherm
De selecteerbare toetsen in het aanraakscherm zijn gekleurd en
hebben een schaduw. Deze toetsen veranderen van uiterlijk
wanneer zij worden geselecteerd. De standaardtoetstypen zijn
onder andere:
•Optie-toetsen
Optie-toetsen zijn leeg en er staat een pictogram of tekst
naast.
Voor sommige toepassingen zijn er meer opties dan er kunnen
worden weergegeven op een scherm. Wanneer de toets
Meer... aangeraakt wordt, verschijnt er een ander scherm met
alle volgende opties.
•Pictogram-toetsen
Pictogram-toetsen zijn optietoetsen met een pictogram.
•Pijl-toetsen
Met pijl-toetsen kunnen waarden worden gewijzigd voor
toepassingen zoals Variabel Vergroten/verkleinen.
Met pijl omhoog wordt de waarde verhoogd, met pijl omlaag
verlaagd. De wijzigingen worden weergegeven in de
waardevelden.
De waarden bij de digitale pers zijn in millimeters (mm) of
inches.
•Toetsen voor vaste selectie
Met toetsen voor vaste selectie kunnen voorinstellingen
(standaardinstellingen) worden geselecteerd op het aanraakscherm.
3 Overzicht
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3–11
Overzicht
Toet
Pictogramtoets
Vaste
optie
•Toetsen Annuleren en Opslaan
Met Annuleren kunnen de geselecteerde opties geannuleerd
worden, wijzigingen worden niet opgeslagen.
Met Opslaan worden wijzigingen opgeslagen.
s
Annuleren
Toets
Opslaan
Pijltoetsen
Afbeelding 3-7
3–12
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Bedieningspaneel
Overzicht
De digitale pers beschikt over een van de volgende twee
bedieningspanelen: een bedieningspaneel met tekst (hieronder
afgebeeld), of met internationale symbolen (afgebeeld op de
volgende pagina). De functie van elke toets wordt beschreven in
de tabel op de volgende pagina’s. Niet alle functies zijn
geactiveerd voor de digitale persconfiguratie zonder scanner.
Afbeelding 3-8
3 Overzicht
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3–13
Overzicht
Afbeelding 3-9
3–14
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
7
NaamWoordSymboolFunctie
Overzicht
Toepassingen
Energiespaarstand
Opdrachtstatus
Ta alEén van twee talen kan worden
Toont het scherm met de tabbladen
Basistoepassingen, Extra toepassingen, Beeldkwaliteit en Meer. Alleen
digitale pers met scanner.
De digitale pers wordt in een standby-mode gezet, waarbij de temperatuur van de fuser wordt verlaagd.
Toont een lijst en de huidige status
van alle verzonden netwerkopdrachten. De opdracht kan tevens
worden vastgehouden, voorrang
krijgen, worden vrijgegeven en
worden verwijderd, en de geselecteerde opties voor iedere opdracht
kunnen worden bekeken in de
wachtrij van de digitale pers.
geselecteerd voor weergave op het
aanraakscherm.
ToegangBiedt toegang tot de met een
toegangs-code beveiligde paden
Hulpprogramma’s en Auditronbeheer.
Apparaatstatus
Geeft de status van de papierladen,
de apparaatinformatie, het foutenlog
en onderhoudsinformatie weer. Onder
Apparaatstatus zijn het serienummer
van de digitale pers, het telefoonnummer van het Xerox Welcome
Centre en de tellers te vinden die de
paginatelling voor kleur, zwart/wit,
extra grote afdrukken en het totaal
aantal afdrukken weergeven.
3 Overzicht
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3–15
Overzicht
NaamWoordSymboolFunctie
BekijkenToont de opties voor opdrachtpro-
grammering die zijn geselecteerd.
Alleen digitale pers met scanner.
HelpBiedt informatie die van pas komt bij
het voltooien van een taak.
Alles wissenWist alle programmeringen en herstelt
de
standaardinstellingen van de
digitale pers. Alles wissen kan niet
worden gebruikt terwijl een afdrukopdracht wordt uitgevoerd. Alleen
digitale pers met scanner.
OnderbrekenOnderbreekt de afdrukwerkzaam-
heden, zodat een scanopdracht
waaraan voorrang verleend is kan
worden uitgevoerd. Het lampje
Onderbreken licht op. De toets
Onderbreken selecteren nadat de
opdracht is voltooid om de afdrukopdracht die was onderbroken te
hervatten. De toets Onderbreken kan
niet worden geselecteerd wanneer de
toepassing Poster wordt gebruikt.
Wanneer Onderbreken is geselecteerd, is de optie Gebied definiëren in
de toepassing Documenttype/
Donkere randen niet beschikbaar,
netzomin als Opgeslagen opdrachten
of Speciale toepassingen. Alleen
digitale pers met scanner.
3–16
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Overzicht
NaamWoordSymboolFunctie
PauzeDe toets Pauze selecteren om de
scanopdracht te stoppen. Er kan geen
andere opdracht worden uitgevoerd in
de stand Pauze. Scannen hervatten
selecteren om het scannen van de
opdracht te hervatten of Opdracht verwijderen selecteren om de
opdracht te annuleren. Alleen
digitale pers met scanner.
StartDe Start-toets selecteren om met
scannen te beginnen. Deze toets
wordt ook gebruikt in de mode
Hulpprogramma’s voor bepaalde
instellingen.
Aantaltoetsen
CDe toets C (Clear) selecteren om het
De aantaltoetsen gebruiken om de
toegangscode in te voeren voor
toegang tot de mode Hulpprogramma’s en om het gewenste aantal
exemplaren voor een opdracht in te
voeren.
geselecteerde aantal terug te zetten
op 1. Alleen digitale pers met scanner.
3 Overzicht
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3–17
Overzicht
Toepassingen
Wanneer de toets Toepassingen wordt geselecteerd, wordt het
volgende scherm zichtbaar. Auto papier is niet bij alle
configuraties zichtbaar.
Het scherm Toepassingen kan door de systeembeheerder
worden ingesteld als het standaardbeginscherm.
Afbeelding 3-10
TabBeschrijving
Basistoepassingen
Extra
toepassingen
Beeldkwaliteit
Meer...Toont de tabbladen voor Afleveringsformaat,
Toont de opties voor het programmeren van
Kleurenmode, Aflevering, Verkleinen/
vergroten en Papierinvoer.
Toont de opties voor het programmeren voor
2-zijdige aflevering, Beeldverschuiving,
Origineleninvoer, Rand wissen en
Opgeslagen programmeringen.
Toont de opties Origineeltype, Lichter/
Donkerder, Scherpte, Voorinstellingen
beeldtoon, Kleurbalans, Kleurverschuiving,
Kleurverzadiging en Kleurenbalk.
Opdracht opbouwen en Terug (terug naar het
scherm Basistoepassingen).
3–18
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Overzicht
Opdrachtstatus
Wanneer de toets Opdrachtstatus wordt geselecteerd, wordt het
scherm Opdrachtstatus weergegeven. Het scherm Opdrachtstatus kan als standaardbeginscherm worden ingesteld
door de systeembeheerder. Informatie over de opdracht betreft
onder andere Opdrachttype, Huidige status, Papierformaat,
Aantal (het aantal vellen voor een opdracht van één pagina en
het aantal sets of stapels voor een opdracht van meer dan één
pagina) en het totaal aantal pagina’s.
Opdrachten worden genummerd in de volgorde waarin zij voor
verwerking worden ontvangen. De volgorde in de wachtrij kan
worden gewijzigd met een automatische opdracht Vasthouden (er
dient iets te gebeuren met de digitale pers voordat deze verder
kan gaan), een opdracht handmatig vasthouden door de
gebruiker (met andere woorden, op diens verzoek), er kan
voorrang verleend worden aan een of meer opdrachten, of een
opdracht kan worden verwijderd.
Om een van de volgende functies te laten uitvoeren, moet u eerst
de gewenste opdracht aanraken om deze te selecteren en dan
een van de onderstaande toetsen aanraken.
•Opdracht vasthouden selecteren om het systeem een
opdracht te laten vasthouden. Wanneer een opdracht de
status Vasthouden heeft in de wachtrij, wordt deze niet
uitgevoerd, ook al staat de opdracht vooraan in de rij. De
opdracht wordt overgeslagen totdat deze wordt vrijgegeven of
verwijderd.
•Opdracht vrijgeven selecteren om een opdracht te
reactiveren die in de wachtrij stond en werd vastgehouden.
Indien de opdracht in de wachtrij stond en werd vastgehouden
vanwege een probleem met hulpbronnen (papier, toner, etc.),
wordt de opdracht pas vrijgegeven wanneer de bron
beschikbaar is. Een opdracht die werd vastgehouden op
verzoek van de gebruiker kan worden vrijgegeven met de
toets Vrijgeven.
•Voorrang opdracht selecteren om een geselecteerde
opdracht in de wachtrij te verwerken nadat de opdracht die nu
wordt uitgevoerd is voltooid. Opdrachten worden verwerkt op
basis van binnenkomst, eerste binnen als eerste eruit,
wanneer aan meer dan één opdracht voorrang wordt gegeven.
Zodra eenmaal aan een opdracht voorrang is gegeven, kan
deze niet worden "ingehaald" door andere opdrachten
waaraan later voorrang is gegeven.
•Opdracht verwijderen selecteren om een opdracht uit de
wachtrij te verwijderen. Het antwoord “Ja” selecteren wanneer
de opdracht tot verwijdering dient te worden bevestigd.
•Opdrachtgegevens selecteren voor meer informatie over een
geselecteerde opdracht zoals Aantal verwerkte beelden,
Kleurenmode, Papierlade in gebruik, Papiertype en Afwerking.
Er worden maximaal zestien tekens van de opdrachtnamen
weergegeven op het scherm Opdrachtstatus, dat kan minder zijn
dan het aantal op uw kleurenserver.
3 Overzicht
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3–19
Overzicht
Afbeelding 3-11
Naam Functie
OpdrachtenlijstToont alle verzonden opdrachten.
Opdracht
vasthouden
Opdracht
vrijgeven
Prioriteit
opdracht
Opdracht verwijderen
Opdracht informatie
Toetsen pijl
omhoog/omlaag
De opdracht wordt in de printerwachtrij vastgehouden tot deze wordt vrijgegeven.
Een opdracht wordt vrijgegeven en wordt
uitgevoerd.
Hiermee kan een opdracht vóór andere
opdrachten in de wachtrij worden geplaatst.
Een geselecteerde opdracht wordt verwijderd.
Toont de geprogrammeerde opties voor een
opdracht.
Hiermee kan door de opdrachtenlijst worden
geschoven.
3–20
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Overzicht
Energiespaarstand
Met de toets Energiespaarstand wordt de digitale pers in een
standby-modus gezet, waarbij de temperatuur van de fuser daalt.
De fabrieksinstelling is 60 minuten. Deze waarde kan echter
worden gewijzigd in Hulpprogramma’s en kan variëren van 1
minuut tot 240 minuten. De Handleiding voor de systeembeheerder raadplegen voor meer informatie (zie pagina
2-22).
Taal
Met de toets Taal kan één van de twee vooringestelde talen voor
het aanraakscherm worden geselecteerd.
Toeg ang
Met de toets Toegang wordt een scherm opgeroepen waarin een
toegangscode dient te worden ingevoerd om de modes
Hulpprogramma’s en Auditron te starten. De Handleiding voor de systeembeheerder raadplegen voor meer informatie over deze
twee modes (zie pagina 3-1 en 2-2).
3 Overzicht
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3–21
Overzicht
Apparaatstatus
Wanneer de toets Apparaatstatus wordt geselecteerd, verschijnt
het volgende scherm. Het scherm Apparaatstatus kan door de
systeembeheerder worden ingesteld als het
standaardbeginscherm.
Afbeelding 3-12
Scherm-
naam
PapierladenToont de beschikbare laden, het niveau, type,
gewicht en formaat van het papier in de laden.
Apparaatinformatie
FoutenlogToont alle storingscodes ter assistentie van de
OnderhoudToont de status van de tonercassettes, de
Toont het telefoonnummer van het Xerox
Welcome Centre, het serienummer van het
apparaat, en biedt toegang tot het scherm Tellers.
Xerox-technicus bij het oplossen van problemen
met de digitale pers.
tonerafvalcontainer, de fuserolie en het fuserweb.
Een groen vinkje betekent de status is OK, een
geel vinkje is een waarschuwing en een rode
cirkel is een storing.
OPMERKING: Het fuserweb mag alleen door de
Xerox-technicus worden vervangen.
Functie
3–22
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Overzicht
Tellers
De tellers houden de afdrukkentelling bij. Om de aantallen te zien
de toets Tellers selecteren op het scherm Apparaatinformatie.
Het scherm Factureringstellers verschijnt:
Afbeelding 3-13
3 Overzicht
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3–23
Overzicht
De tellers worden als volgt op nul gezet:
1Opnieuw instelbare tellers selecteren op het scherm
Factureringstellers.
Afbeelding 3-14
3–24
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Overzicht
2De toets Op nul zetten selecteren op het scherm Opnieuw
instelbare tellers.
De tellers worden op nul gezet.
Afbeelding 3-15
3De toets Sluiten selecteren om terug te keren naar het
oorspronkelijke scherm Apparaatinformatie.
3 Overzicht
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3–25
Overzicht
Bekijken
Met Bekijken wordt het scherm Bekijken weergegeven, waarop
de geprogrammeerde informatie voor een scanopdracht wordt
weergegeven. De toetsen pijl omhoog en pijl omlaag gebruiken
aan de rechterzijde van het scherm om door de toepassingen te
lopen.
•De toets Alle toepassingen selecteren om de informatie voor
iedere toepassing weer te geven.
•De toets Gebruikte toepassingen selecteren om alleen de
informatie voor toepassingen weer te geven die zijn
geprogrammeerd voor een bepaalde opdracht.
•De toets Stand.inst. toepas. uit selecteren om alleen de
informatie voor toepassingen weer te geven die niet hun
standaardinstellingen op dit moment hebben.
3–26
Afbeelding 3-16
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Afbeelding 3-17
Overzicht
Afbeelding 3-18
3 Overzicht
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3–27
Overzicht
Afbeelding 3-19
3–28
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Overzicht
Help
De toets Help biedt een overzicht van de opties in de tabbladen
op het aanraakscherm.
Alles wissen
De toets Alles wissen selecteren om alle geprogrammeerde
selecties te wissen en de standaardinstellingen te herstellen.
Onderbreken
Met Onderbreken kan de operateur een scan- of afdrukopdracht
in uitvoering onderbreken, een andere opdracht programmeren
en uitvoeren, en vervolgens de oorspronkelijke scan- of
afdrukopdracht voortzetten. Een groen lampje links van de toets
Onderbreken brandt wanneer Onderbreken is geselecteerd.
Pauze
Met de toets Pauze wordt de opdracht gestopt die momenteel
wordt uitgevoerd. Op het scherm Opdrachtstatus Scannen hervatten selecteren om het scannen van de opdracht te
hervatten of Opdracht verwijderen selecteren om de opdracht te
annuleren.
3 Overzicht
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3–29
Overzicht
Opdrachtbewaking
Op het scherm Opdrachtbewaking worden de opties getoond die
zijn geselecteerd voor de huidige opdracht en waarmee functies
voor de volgende opdracht kunnen worden geprogrammeerd
terwijl de huidige opdracht wordt uitgevoerd. Indien er meer dan
één opdracht is geprogrammeerd in de digitale pers, verschijnt de
opdracht die het laatst werd geprogrammeerd bij
Opdrachtbewaking, en niet de opdracht die nu wordt uitgevoerd.
Afbeelding 3-20
De digitale pers kan worden geprogrammeerd voor Extra
originelen. Deze selectie wordt geactiveerd in de Mode
Hulpprogramma's. De Handleiding voor de systeembeheerder
raadplegen voor meer informatie (zie pagina 2-52).
Indien Extra originelen wordt geactiveerd, zoekt de digitale pers
naar meer originelen voor een opdracht totdat de toets Scannen voltooid wordt geselecteerd op het scherm Opdrachtbewaking.
3–30
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Overzicht
Audiotonen
Er zijn drie audiotonen:
•Waarschuwingstoon:
De waarschuwingstoon geeft aan dat de toets niet kan
worden geselecteerd.
•Toetsselectietoon:
De toetsselectietoon geeft aan dat de toets kan worden
geselecteerd.
•Storingstoon:
De storingstoon geeft aan dat er een storing in de digitale
pers is en deze pas weer werkt nadat de storing is
verholpen.
De audiotonen kunnen worden in- of uitgeschakeld via de mode
Hulpprogramma's. Voor meer informatie de Handleiding voor de systeembeheerder raadplegen (zie pagina 2-34).
3 Overzicht
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3–31
Overzicht
Waarschuwingsschermen
In een waarschuwingsscherm wordt door middel van een rode
balk aangegeven wanneer een verbruiksartikel, zoals een
tonercassette, aan vervanging toe is, of wanneer de digitale pers
niet in staat is afdrukken te maken vanwege bijvoorbeeld een
lege papierlade. De instructies op het aanraakscherm volgen om
het probleem te verhelpen en het afdrukken te hervatten.
Afbeelding 3-21
3–32
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Overzicht
Onderhoud
Op het scherm Onderhoud wordt een groen vinkje getoond
wanneer het verbruiksartikel nog in voldoende mate aanwezig is.
Een geel driehoekje wijst erop dat het artikel begint op te raken
en een rode cirkel geeft aan dat het op is. In dit laatste geval
onderbreekt de digitale pers automatisch de huidige opdracht en
gaat pas weer verder nadat het artikel is vervangen.
De dubbelzijdige automatische originelendoorvoer of DAOD voert
automatisch maximaal 50 originelen van hetzelfde formaat of van
gemengd formaat door.
1Documenten dienen met de beeldzijde naar boven in de DAOD te
worden geplaatst zodat de papiergeleider tegen de documenten
ligt.
In het lampje van de DAOD is een groene pijl te zien wanneer
een origineel goed is geplaatst. Het lampje kan ook een
papierstoring aangeven.
2De Start-toets selecteren om met scannen te beginnen. Het
bovenste origineel van de stapel wordt naar de glasplaat gevoerd
voor een scan met de beeldzijde naar beneden en naar de
originelenopvangbak aan de rechterkant gestuurd.
BELANGRIJK: Niet met kracht de DAOD naar beneden drukken
wanneer gebonden documenten worden gekopieerd.
BELANGRIJK: De optie Auto-kleur is niet beschikbaar wanneer
de DAOD open dient te blijven tijdens het kopiëren. De digitale
pers met scanner werkt pas wanneer in de toepassing
Kleurenmode een andere selectie is gemaakt.
3–34
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Glasplaat
Overzicht
Afbeelding 3-24
1DAOD optillen en origineel met beeldzijde naar beneden plaatsen
in de linker bovenhoek in dezelfde richting op de glasplaat als het
papier in de geselecteerde lade (LKE op de plaat wanneer het
papier in de lade LKE is, KKE op de glasplaat wanneer het papier
in de lade KKE is).
VOORZICHTIG: Bij het kopiëren van een gebonden document
GEEN overmatige kracht uitoefenen op de DAOD.
2De DAOD laten zakken.
3De toets Starten selecteren om met het scannen te beginnen.
Het maximale formaat van het gescande origineel is 11 x 17
inches ofwel A3. Om een afbeelding van deze afmetingen te
kopiëren op papier van 12 x 17,7 inch ofwel SRA3-papier een
vergroting van 102% selecteren. Het hoofdstuk Papier en
papierladen in deze handleiding raadplegen voor meer informatie
over de programmering van het systeem voor de verschillende
papierformaten.
3 Overzicht
BELANGRIJK: U mag niet de optie Autokleur gebruiken als de
DAOD open moet blijven tijdens het kopiëren. De digitale pers met
scanner werkt pas wanneer een andere selectie wordt gemaakt bij
de toepassing Kleurenmode.
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3–35
Overzicht
Interne onderdelen identificeren
Glasplaat
Bovenste deur
Lade 1
Lade 2
Lade 3
Papierbaan
transportmodule
Label met
serienummer
Tonercassettes
Papierbaan
digitale pers
Papierbaan
afleveringsmodule
Afbeelding 3-25
Tonercassettes
De kleuren in de digitale pers, van links naar rechts, zijn zwart,
cyaan, magenta en geel. De Handleiding voor de systeembeheerder raadplegen voor instructies met betrekking tot
het vervangen van een cassette.
Label met serienummer
Indien de digitale pers uitvalt en het niet mogelijk is het
serienummer te achterhalen via het tabblad Apparaatinformatie,
de twee voordeuren openen. Het label met het serienummer zit in
het midden van het onderste frame van de digitale pers.
3–36
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Bovenste deur papierlademodule
De hierna vertoonde illustratie toont hoe de bovenste deur van de
papierlademodule papier transporteert van de laden 1 en 2 naar
de transportmodule.
Overzicht
Afbeelding 3-26
Transport-
module
Lade 1
Lade
Lade 3
Afbeelding 3-27
Naar de
digitale
pers
Vanuit
horizontaal
(tweezijdig)
transport
3 Overzicht
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3–37
Overzicht
Transportmodule
Afbeelding 3-28
De bovenste papierbaan in de transportmodule brengt het papier
uit de papierladen naar de bovenste papierbaan van de digitale
pers.
De onderste papierbaan in de transportmodule brengt het papier
van de onderste papierbaan in de digitale pers naar de bovenste
papierbaan in de digitale pers bij 2-zijdig afdrukken.
Papier uit laden
1 en 2
Wegneemtransport
Papier uit lade 3
Onderste
transport
Bovenste
transport
Naar de digitale
pers
1-zijdige afdrukken
vanuit het horizontale
transport
Afbeelding 3-29
3–38
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Papierbaan in de digitale pers
De papierbaan in de digitale pers brengt het beeld over op het
papier en fixeert het voor zowel 1-zijdige als 2-zijdige selecties.
Er zijn twee zones, de bovenste papierbaan en de onderste
papierbaan. De bovenste papierbaan wordt gebruikt voor 1-zijdig
en 2-zijdig afdrukken. De onderste papierbaan wordt alleen voor
2-zijdig afdrukken gebruikt. In horizontaal transport 1 wordt het
papier ontkruld bij 2-zijdig afdrukken.
Overzicht
Toegang
omkeermechanisme
Van transportmodule
Naar transportmodule
Uitlijntransport
Horizontaal transport 2
Vacuumtransport
Omkeermechanisme-transport
Fusertransport
Horizontaal transport 1
Afbeelding 3-30
Naar
afleveringsmodule
Van
2-zijdig
transport
omkeermechanisme
3 Overzicht
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3–39
Overzicht
Afleveringsmodule
1
Afbeelding 3-31
Een voltooide afdruk gaat via de afleveringsmodule naar de
staffelopvangbak.
De afleveringsmodule beschikt over een ontkruller waarmee
krulling die optreedt tijdens het fixeerproces, uit het papier wordt
verwijderd.
De afleveringsmodule beschikt daarnaast over een
omkeermechanisme waarmee papier wordt omgekeerd zodat op
zijde 2 kan worden afgedrukt bij 2-zijdig afdrukken, of wanneer
beeldzijde omlaag is geselecteerd.
Van digitale pers
Naar omkeer-
mechanisme-transport
Naar digitale pers
Afbeelding 3-32
Naar het
afleveringsapparaat
Ontkruller
2-zijdig
omkeermechanisme
3–40
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
De digitale pers verplaatsen
Indien de digitale pers dient te worden verplaatst, het Xerox
Welcome Centre bellen. De installatieplanningsprocedure dient te
worden uitgevoerd voor elke nieuwe locatie.
Overzicht
3 Overzicht
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
3–41
Overzicht
3–42
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
4.Papier en papierladen
Aanbevolen papier en speciale materialen
De Handleiding voor kleurenmaterialen en de Lijst met
aanbevolen materialen voor richtlijnen m.b.t. tot papier gebruiken.
De Lijst met aanbevolen materialen is een bestand dat op de
website www.xerox.com te vinden is en kan worden gedownload.
De zoekparameters voor uw digitale pers gebruiken en het pad
volgen totdat de te downloaden bestanden worden bereikt.
Omgaan met papier
Voor de beste prestatie papier met de naadzijde omlaag in laden 1
en 2 en met de naadzijde omhoog in lade 3 plaatsen. De
naadzijde is de zijde waar de randen van de papierverpakking op
elkaar geplakt zijn.
OPMERKING: Veel leveranciers plaatsen pijlen op de
productlabels om de voorkeurszijde voor bedrukking aan te
geven. Deze zijde gebruiken (zoals aangeven via de pijl) als
equivalent voor de naadzijde bij het plaatsen van papier.
Er zijn veel factoren die van invloed zijn op de prestatie van papier
zoals onder andere omgevingstemperatuur, vochtigheid,
papierkwaliteit, stof en het formaat van het beeldgebied. Indien
papierstoringen of papierkrulling steeds ontstaan na het plaatsen
van het papier, het papier uit de papierlade verwijderen, omkeren,
weer in de lade plaatsen en het afdrukken hervatten. Indien het
probleem nu is opgelost, het papier altijd op deze wijze in de lade
plaatsen. Indien het probleem niet is opgelost, een nieuw pak
papier plaatsen en de procedure nogmaals uitvoeren. Indien het
probleem blijft aanhouden, kan de systeembeheerder naar de
mode Hulpprogramma’s gaan en andere instellingen voor de
ontkruller uitproberen. Indien het probleem na deze pogingen nog
steeds niet is verholpen, contact opnemen met het Xerox
Welcome Centre.
4 Papier en papierladen
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur14
4-1
Papier en papierladen
Papier opslaan:•Op een plat oppervlak. Papier niet rechtstreeks op de vloer
Voor een betrouwbare werking van de digitale pers en een goede
afdrukkwaliteit, raadt Xerox het volgende aan:
opslaan, daar dit de kans op vochtabsorptie verhoogt. Papier
dient op pallets, planken of in kasten te worden opgeslagen in
een ruimte waar het papier wordt beschermd tegen extreme
temperaturen en vochtigheid.
•In een ruimte met weinig stof.
•In een ruimte met een lage vochtigheidsgraad. Het onder
controle houden van de vochtigheid is een van de
belangrijkste stappen die kan worden uitgevoerd om
papierkenmerken te behouden. Optimale condities voor
papieropslag omvatten een relatieve vochtigheid van 35 tot
55%. Een verhoging van de vochtigheid kan ertoe leiden dat
het papier golvende randen krijgt. Dit treedt op omdat de
randen vocht opnemen terwijl de rest van het pak niet wordt
beïnvloed. Golvende randen kunnen papierstoringen en
foutieve invoer tot gevolg hebben.
•In een lucht- en vochtdichte doos.
Papier snijden en
bijsnijden
•Bij een gecontroleerde temperatuur. De temperatuur in de
ruimte waar het papier is opgeslagen kan een groot effect
hebben op de mate waarop het papier presteert in het
apparaat. De optimale opslagtemperatuur ligt tussen 20 en
24,4 graden Celsius.
Voor meer informatie over het omgaan met papier de Handleiding voor kleurenmaterialen raadplegen.
Het is belangrijk om papier goed te snijden. Papierfabrieken die
papier in allerlei formaten aanbieden, snijden hun papier met
geavanceerde rotatiesnijmachines in krachtige systemen. Het
snijden en bijsnijden van de rand door cirkelvormige messen met
stofverwijdering op ieder snijpunt voorkomt vervuiling.
Het snijden van papier uit moedervellen om de juiste formaten te
bereiken kan leiden tot stofvorming bij gebruik van botte messen.
Aanbevolen wordt met snijden te wachten totdat er is afgedrukt,
anders kan de afdruk nadelige gevolgen ondervinden van de
aanwezigheid van papierstof en ander vuil.
Wanneer er toch eerder afgedrukt dient te worden, is een in-huis
onderhoudsprogramma met aandacht voor het slijpen der messen
en stofverwijdering met een vacuüm- of persluchtsysteem
essentieel voor het bereiken van goede resultaten.
4-2
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Papierladen 1, 2 en 3
Papier en papierladen
Papierladen 1, 2 en 3 zijn standaardpapierladen en bieden plaats
aan het papier voor de digitale pers.
Lade 1
Lade 2
Lade 3
Afbeelding 4-1
4 Papier en papierladen
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
4-3
Papier en papierladen
In de volgende afbeelding worden de papierbanen voor laden 1, 2
en 3 getoond.
Transport
-
module
Lade 1
Lade 2
Lade 3
Naar
digitale
pers
Van ui t
horizontaal
(2-zijdig)
transport
Afbeelding 4-2
4-4
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Richtlijnen voor papier
Voor de beste resultaten de volgende richtlijnen in acht nemen:
•Geen papier of andere afdrukmaterialen boven de MAX-lijn
•Geen gekreukt, gescheurd, gekruld of gevouwen papier
•De aanbevolen papierformaten en -gewichten gebruiken.
•Geen verschillende formaten en gewichten combineren in één
•Controleren of de indicatielampjes op de lade zijn ingesteld op
•De aanbevelingen volgen in de Lijst met aanbevolen
Het afdrukpapier kan op twee manieren in de digitale pers worden
ingevoerd. Een van de twee manieren wordt lange kant eerst
(LKE) genoemd. Lange kant verwijst naar de langste kant van het
afdrukpapier. Wanneer LKE te zien is, het afdrukpapier met de
lange kant als invoerrand plaatsen. De andere manier wordt korte
kant eerst (KKE) genoemd. Korte kant verwijst naar de kortste
kant van het afdrukpapier. Wanneer KKE te zien is, het
afdrukpapier met de korte kant als invoerrand plaatsen
Papier en papierladen
plaatsen.
gebruiken.
papierlade.
het correcte bereik voor het gewicht.
materialen die te vinden is op: www.xerox.com
.:
OPMERKING: Bij het plaatsen van het papier dienen de
papiergeleiders goed te worden afgesteld. Indien het papier NIET
correct is geplaatst, wordt dit scheef ingevoerd en treden
papierstoringen op.
4 Papier en papierladen
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
4-5
Papier en papierladen
PapierLade 1/lade 2Lade 3
PapierformaatJIS B5 (LKE/KKE)
A4 / 8,5 x 11 inch
(LKE/KKE)
JIS B4 (KKE)
ISO B4
8 x 10 inch (LKE)
8,5 x 13 inch (KKE)
8,5 x 14 inch (KKE)
A3 / 11 x 17 inch (KKE)
12 x 18 inch (KKE)*
12,6 x 17,7 inch/SRA3
(KKE)*
Bereik papier-
64 - 220 g/m264 - 280 g/m2
JIS B5 (LKE/KKE)
A4 / 8,5 x 11 inch
(LKE/KKE)
JIS B4 (KKE)
ISO B4
8 x 10 inch (LKE)
8,5 x 13 inch (KKE)
8,5 x 14 inch (KKE)
A3 / 11 x 17 inch (KKE)
12 x 18 inch (KKE)
12,6 x 17,7 inch/SRA3
(KKE)
12,6 x 19,2 inch (KKE)
gewichten
TransparantenNeeJa
EtikettenNeeJa
TransferpapierNeeJa
Gecoat papierNeeJa
Tabblad-
NeeJa
invoegingen**
VoorgeboordJaJa
Tabel 1. Richtlijnen papier
*Er dient een papiergeleider te worden verwijderd om deze
formaten te kunnen gebruiken.
Contact opnemen met het Xerox Welcome Centre voor het
verwijderen van een zijgeleider.
**Het gedeelte Niet-standaard papierformaat in dit hoofdstuk
raadplegen.
OPMERKING: Indien de optie Uitlegtafel beschikbaar is, kan bij
het afdrukken van etiketten soms de achterkant losraken wanneer
de mode Stapels is geselecteerd. De mode Bovenste opvangbak
gebruiken wanneer etiketten worden bedrukt om dit probleem te
voorkomen.
BELANGRIJK:Wanneer papier KKE wordt ingevoerd en er een
uitlegtafel aanwezig is, dient de aflevering plaats te vinden in de
bovenste opvangbak.
4-6
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Speciale toepassingen papierladen
Er zijn speciale toepassingen beschikbaar om de
omgevingscondities in de papierladen te beheersen en optimale
afdrukmogelijkheden te garanderen.
•Voor papierladen 1 en 2 zijn optionele verwarmingskits
beschikbaar.
•Papierlade 3 heeft een verwarmingselement onder de
papierlade dat kan worden geactiveerd door de Xeroxtechnicus.
•Papierlade 3 heeft twee ventilators. De invoerrandventilator
staat altijd aan en produceert verwarmde lucht indien de
volgende selecties worden gemaakt: gecoat papier,
transparanten of gewoon papier van 106 g/m2 of zwaarder. De
achterrandventilator staat altijd aan en produceert geen
verwarmde lucht.
•Papierlade 3 heeft luchtaanpassingshendels op de lade om de
hoeveelheid afgegeven lucht te reguleren. Indien het
papiergewicht 150 g/m2 of minder is, dienen de
luchtaanpassinghendels naar de voorkant van de lade te
wijzen. Indien het papiergewicht 150 g/m2 of meer is, dienen
de luchtaanpassingshendels naar de achterkant van de lade
te wijzen.
Papier en papierladen
Afbeelding 4-3
4 Papier en papierladen
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
4-7
Papier en papierladen
Capaciteit laden
Krul
Papierladen 1 en 2 bieden plaats aan 550 vellen papier van
2
90 g/m
Papierlade 3 biedt plaats aan 2200 vellen papier van 90 g/m
.
2
.
Wanneer het papier wordt blootgesteld aan warmte, verliest het
papier vocht en krult het in de richting van de warmtebron.
Opdrachten met veel bedrukking krullen sneller door het
plastificeringseffect van de toner op het papier. Het systeem
probeert dit effect te verminderen door het gebruik van
mechanismen in de papierbaan die ontkrullers worden genoemd.
Het systeem is uitgerust met een automatische krulbeheersing
waarbij gebruik wordt gemaakt van informatie zoals mate van
bedrukking van het papier, papiergewicht, onderscheid tussen
gecoat en ongecoat papier, de huidige vochtigheid en
temperatuur, om de hoeveelheid druk te bepalen die nodig is bij
de verschillende ontkrullers om het krullen van de afdrukken te
verminderen.
2-zijdig
Bij extreme krul het papier uit de lade verwijderen, omkeren en
weer in de lade plaatsen. Indien er nog steeds sprake is van
extreme krul in de Handleiding voor de systeembeheerder het
hoofdstuk Mode Hulpprogramma’s raadplegen (zie pagina 2-66),
om de instellingen voor ontkrullen te wijzigen en aan te passen
aan de omgevings- en papiercondities.
De digitale pers drukt 2-zijdig af vanuit alle papierladen met papier
tot 220 g/m2. Papier dat zwaarder is dan 220 g/m2 of groter dan
321,1 x 458,1 mm (12,6 x 18 inch) wordt niet 2-zijdig bedrukt.
4-8
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Richtlijnen voor transparanten
Transparanten kunnen ALLEEN worden ingevoerd via lade 3.
•Transparanten in lade 3 plaatsen met de papierstrookzijde
OMLAAG en de streep als invoerrand. (De invoerrand is de
rand die als eerste in de digitale pers wordt ingevoerd.)
•Geen papier met transparanten combineren in lade 3. Dit
kan papierstoringen tot gevolgd hebben.
•De optie Transparanten dient te zijn geselecteerd in de sectie
Papiergewicht voor de papierlade.
Alleen het aanbevolen type transparanten gebruiken:
•Xerox-transparanten met verwijderbare witte rand: Xerox
Europe, 3R93179.
Tabbladinvoegingen
Papier en papierladen
Tabbladinvoegingen kunnen als niet-standaardpapier in lade 3
worden geplaatst.
•Bij het plaatsen moet de korte kant van de tabbladinvoeging
(de kant zonder tab) de invoerrand in de digitale pers zijn.
•Indien er een papierstoring optreedt terwijl sets met tabbladen
worden gebruikt, is er geen herstelprocedure beschikbaar.
•De originelen en afdrukken moeten handmatig opnieuw
worden samengevoegd. Er dient te worden bepaald waar
de opdracht is gestopt en het afdrukken dient te worden
hervat, of de opdracht annuleren en opnieuw beginnen.
•Het formaat van de tabbladinvoeging dient 229 x 279 mm voor
het formaat Letter of 223,5 x 296 mm voor A4-equivalente
tabbladen te zijn.
•Het juiste gewicht van de invoeging moet op de lade
worden geselecteerd.
•Niet-standaard formaat selecteren en 296 mm invoeren voor
A4 als de waarde voor de X-as en 223,5 mm voor A4 als de
waarde voor de Y-as voor KKE.
Handleiding voor de systeembeheerder raadplegen (zie pagina 2-
42), voor informatie over de procedure voor het programmeren
van Niet-standaard formaat.
4 Papier en papierladen
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
4-9
Papier en papierladen
e
Voorgeboord papier
Voorgeboord papier met 3 gaten kan worden ingevoerd via laden
1, 2 en 3.
Voorgeboord papier moet worden ingevoerd in de onderaan
afgebeelde laadrichtingen Simplex (eenzijdig) en Duplex
(tweezijdig) om papierstoringen te vermijden veroorzaakt door de
gaten die niet correct zijn gealigneerd met de papiersensor in de
pers.
Eenzijdige afdrukopdrachten
Het voorgeboorde papier in de laden 1, 2 of 3 Lange Kant Eerst
(LKE) plaatsen met de gaten aan de invoerrand. Onderstaande
illustratie raadplegen voor aanwijzingen.
Papierladen 1 en 2
Achterkant van papierlade
Papier-
Linker-
zijde
Voorkant van papierlade
lade
geleiders
Tweezijdige afdrukopdrachten
Voorgeboord papier in de laden 1, 2 of 3 plaatsen met de gaten
naar de achterkant van de papierlade. Onderstaande illustratie
raadplegen voor aanwijzingen.
Laden 1, 2 en 3
Achterkant van papierlade
Papierlade 3
Achterkant van pap
Papierlade
geleiders
Voorkant van papierlad
Papierlade
geleiders
Rechter
zijde
-
4-10
Voorkant van papierlade
OPMERKING: Indien u voorgeboord papier met 3 gaten niet met
de optionele uitlegtafel met nieteenheid, dient u het hoofdstuk
Accessoires
te raadplegen (zie pagina 6-4) voor de
laadinstructies voor papier naargelang de positie van de niet.
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Briefhoofdpapier
Verschillende inkten en toners worden gebruikt voor het maken
van voorbedrukt briefhoofdpapier dat misschien niet intact de
digitale pers passeert.
De Specialty Media Guide (Handleiding speciaal
afdrukmateriaal) raadplegen die bij uw documentatie werd
geleverd voor meer informatie over het gebruik van voorbedrukt
briefhoofdpapier.
Niet-standaard papierformaat
Papier van een niet-standaardformaat (7,2 tot 12,6 inch (LKE) of
7,2 tot 19,2 inch (KKE)) kan in lade 3 worden geplaatst.
Controleren of niet-standaard papierformaat is geselecteerd voor
lade 3. De Handleiding voor de systeembeheerder raadplegen
(zie pagina 2-42) voor het programmeren van niet-standaard
papierformaat.
Papier en papierladen
Extra groot papier
Extra groot papier (12 x 18 inch (KKE) of 12,6 x 17,7 inch/SRA3
(KKE)) kan in laden 1 en 2 worden geplaatst nadat de
papiergeleiders zijn verwijderd door de Xerox-technicus. De
Handleiding voor de systeembeheerder raadplegen (zie pagina 2-
43) voor het programmeren van extra groot papier.
4 Papier en papierladen
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
4-11
Papier en papierladen
Auto-overschakelen
Auto-papier
Wanneer Auto-overschakelen (deze functie is misschien niet
beschikbaar in uw configuratie) wordt geactiveerd in de mode
Hulpprogramma’s, schakelt de digitale pers automatisch over op
een andere lade met papier met hetzelfde formaat, gewicht, soort
en invoerrichting (KKE of LKE) wanneer de oorspronkelijke lade
leeg is. De Handleiding voor de systeembeheerder raadplegen
(zie pagina 2-36) voor instructies over het inschakelen van deze
functie.
Met Auto-papier wordt automatisch gesignaleerd wat het formaat
van het origineel is en wordt de juiste lade voor aflevering
geselecteerd. Voor informatie over de manier waarop Auto-papier
wordt geactiveerd de Handleiding voor de systeembeheerder
raadplegen (zie pagina 2-36).
4-12
Afbeelding 4-4
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Papier plaatsen
Papier en papierladen
1De lade langzaam naar buiten trekken tot deze stopt.
2Papier met het correcte formaat in de lade plaatsen in de correcte
invoerrichting. Hiervoor de labels op de laden raadplegen.
OPMERKING: Geen papier boven de MAX-lijn op de
randgeleider plaatsen.
•Papier met de naadzijde omlaag in laden 1 en 2 plaatsen (de
naadzijde is de zijde waar de randen van de papierverpakking
op elkaar geplakt zijn).
•Papier met de naadzijde omhoog in lade 3 plaatsen (de
naadzijde is de zijde waar de randen van de papierverpakking
op elkaar geplakt zijn).
OPMERKING: Veel leveranciers plaatsen pijlen op de
productlabels om de voorkeurszijde voor bedrukking aan te
geven. Deze zijde gebruiken (zoals aangeven via de pijl) als
equivalent voor de naadzijde bij het plaatsen van papier.
Afbeelding 4-5
4 Papier en papierladen
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
4-13
Papier en papierladen
Afbeelding 4-6
3De papiergeleiders afstellen door de ontgrendeling in de geleider
in te drukken en de randgeleider voorzichtig te verplaatsen tot
deze de rand van het papier in de lade nét raakt.
4-14
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Papier en papierladen
4Alhoewel het formaat in laden 1, 2 en 3 automatisch kan worden
gedetecteerd, moet het bereik van het papiergewicht (g/m2)
worden geselecteerd op de gewichtsindicator. De
toevoercapaciteit en beeldkwaliteit worden beïnvloed door de
seelctie van het juiste papiergewicht.
Lade 1 bevat een tabel waarin lbs in g/m2 worden omgezet voor
eenvoudige selectie. Eventueel kunnen ook de conversietabellen
voor het papiergewicht in dit hoofdstuk worden geraadpleegd.
OPMERKING: Het indicatielampje voor het geselecteerde
gewicht gaat branden. Het indicatielampje bevindt zich op het
frame van de digitale pers rechts van de lade en is enkel te zien
wanneer de lade is uitgetrokken.
Afbeelding 4-7
Selectietoets
4 Papier en papierladen
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
4-15
Papier en papierladen
5Nadat het juiste papiergewicht is aangegeven voor lade 3 de soort
Niet-standaard of Standaard en Gecoat of Ongecoat papier
selecteren.
Afbeelding 4-8
6De lade voorzichtig sluiten zodat de stapel papier niet verschuift.
BELANGRIJK:Indien gehoord wordt dat papier kreukelt of
scheurt, de lade niet verder sluiten. De beschadigde vellen
verwijderen en de lade voorzichtig sluiten.
4-16
DocuColor 5252 Handleiding voor de operateur
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.