AMW 588
www.whirlpool.com
1
INSTALLATIE
HET APPARAAT MONTEREN
VOLG DE MEEGELEVERDE afzonderlijke montage-in- structies voor het installeren van het apparaat.
VOORDAT U DE OVEN AANSLUIT
CONTROLEER of de spanning op het type- plaatje overeenstemt met de spanning bij u thuis.
CONTROLEER of het ovengedeelte leeg is vóór de montage.
VERZEKER U ERVAN DAT HET APPARAAT NIET BESCHADIGD
IS. Controleer of de ovendeur goed sluit en of de interne deurvergrendeling niet beschadigd is. Haal de oven leeg en reinig de binnenkant met een zachte, vochtige doek.
NA DE AANSLUITING
U KUNT UW OVEN ALLEEN INSCHAKELEN als de deur
goed gesloten is.
GEBRUIK HET APPARAAT NIET als het netsnoer
of de stekker beschadigd is, als het apparaat niet goed werkt of als het beschadigd of gevallen is. Dompel het netsnoer of de stekker niet onder in water. Houd het snoer uit de buurt van warme oppervlakken. Hierdoor kunnen elektrische schokken, brand of andere ongevallen worden veroorzaakt.
DIT APPARAAT MOET worden geaard. De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor letsel aan personen of dieren noch voor materiële schade als het apparaat niet is geaard.
De fabrikanten zijn niet aansprakelijk voor eventuele problemen die worden veroorzaakt doordat de gebruiker deze instructies niet in acht heeft genomen.
2
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
LEES DEZE AANWIJZINGEN ZORGVULDIG DOOR EN BEWAAR ZE VOOR RAADPLEGING IN DE TOEKOMST
VERWARM OF GEBRUIK GEEN ONTVLAMBARE MATE-
RIALEN in of bij de oven. De dampen kunnen brand of een explosie veroorzaken.
GEBRUIK UW MAGNETRON NIET om textiel, pa-
pier, kruiden, hout, bloemen, fruit of andere brandbare materialen te drogen. Er kan brand ontstaan.
ALS MATERIAAL BINNEN OF BUITEN DE OVEN IN
BRAND VLIEGT OF ALS ER ROOKONTWIKKELING IS,
laat de ovendeur dan dicht en schakel de oven uit. Haal de stekker uit het stopcontact of sluit de stroom af via de zekering of stroomonderbreker.
LAAT HET VOEDSEL NIET OVERKOKEN. Er kan
brand ontstaan.
LAAT DE OVEN NIET ONBEWAAKT ACHTER, vooral
niet wanneer er papier, plastic of andere brandbare materialen bij het koken worden gebruikt. Het papier kan verkolen of vlam vatten en sommige kunststoffen kunnen smelten wanneer u het voedsel opwarmt.
GEBRUIK geen bijtende chemicaliën of gassen in dit apparaat. Dit type oven is
speciaal ontworpen voor het verwarmen en koken van voedsel. De oven is niet geschikt voor industrieel of laboratoriumgebruik.
EIEREN
LAAT KINDEREN de oven alleen onder toezicht
gebruiken nadat u ze heeft geleerd hoe deze werkt en heeft gecontroleerd of zij de oven op een veilige wijze weten te gebruiken en of zij de gevaren van verkeerd gebruik beseffen.
Het apparaat is niet bestemd voor gebruik door jonge kinderen of zwak- begaafden zonder toezicht.
Houd toezicht op jonge
kinderen om er zeker van
te zijn dat ze niet met het apparaat kunnen spelen.
Indien uw oven een combinatiestand heeft, dan mogen kinderen, in verband met de temperaturen die worden opgewekt, de oven alleen gebruiken onder toezicht van volwassenen.
GEBRUIK UW MAGNETRON niet
voor het verwarmen van ma-
teriaal in luchtdicht ver-
zegelde schalen. Door de
druktoename kunnen deze
ontploffen of bij het openen schade veroorzaken.
CONTROLEER DE DEURVERZEGELING en het ge-
bied er omheen regelmatig op beschadigingen. In geval van beschadiging mag het apparaat niet worden gebruikt voordat het is gerepareerd door een bevoegd technicus.
GEBRUIK UW MAGNETRON niet om eieren met of
zonder schaal te verwarmen, omdat deze kunnen ontploffen; zelfs
nadat ze zijn verwarmd en uit
de magnetron zijn verwijderd.
3
VEILIGHEIDSMAATREGELEN
ALGEMEEN
DIT APPARAAT IS UITSLUITEND BEDOELD VOOR HUIS-
HOUDELIJK GEBRUIK!
GEBRUIK DE MAGNETRONFUNCTIE NOOIT zonder voedsel
in de oven te plaatsen. Hierdoor kan het apparaat beschadigd raken.
PLAATS EEN GLAS WATER IN DE OVEN als u deze wilt
testen. Het water absorbeert de microgolfenergie en de oven raakt niet beschadigd.
GEBRUIK DE OVENRUIMTE NIET als opslagruimte.
VERWIJDER METALEN SLUITSTRIPS van pa-
pieren of plastic zakken voordat u deze in de oven plaatst.
FRITUREN
GEBRUIK UW MAGNETRON NIET om te frituren, daar
u de temperatuur van de olie niet kunt regelen.
GEBRUIK NA HET KOKEN OVENHANDSCHOENEN
om u niet aan de schalen, pannen of hete ovendelen te branden.
4
VLOEISTOFFEN
BIJVOORBEELD FRISDRANK OF WATER. De vloeistof
kan boven het kookpunt worden oververhit zonder dat de
vloeistof begint te borrelen. Als gevolg hiervan kan de hete
vloeistof plotseling overkoken.
Om dit te voorkomen, kunt u het beste als volgt te werk gaan:
1.Vermijd het gebruik van rechte houders met nauwe halzen.
2.Roer de vloeistof om alvorens de houder in de oven te zetten en laat het lepeltje erin staan.
3.Laat de vloeistof na het opwarmen even staan, roer opnieuw en haal de houder voorzichtig uit de oven.
VOORZICHTIG
RAADPLEEG ALTIJD een magnetronkookboek voor informatie. Vooral wanneer u alcoholhoudend voedsel kookt of opwarmt.
WANNEER U BABYVOEDING in een zuigfles
of potje in de magnetron ver- warmt, moet u het voedsel al-
tijd doorroeren en de temperat-
uur controleren voordat u het serveert. Zo zorgt u ervoor dat de warmte gelijkmatig wordt verdeeld en dat brandwonden worden vermeden.
Let erop dat u de ring en de speen vóór het opwarmen verwijdert!
INDRUKKEN DRUKKNOPPEN
DE KNOPPEN VAN DEZE OVEN bevinden zich
bij aflevering op één lijn met de toetsen op het paneel. Wanneer de knoppen worden ingedrukt, komen deze naar
buiten, zodat de verschillende functies kunnen worden ingesteld. Zij hoeven tijdens
het werken van de oven niet uit het paneel naar buiten te steken. Wanneer u klaar bent met instellen duwt u de knop simpelweg terug in het paneel en kunt u doorgaan met het gebruik van de oven.
ACCESSOIRES
ALGEMEEN
ER ZIJN VERSCHILLENDE accessoires verkrijgbaar. Overtuig u er vóór de aankoop van dat deze geschikt zijn voor gebruik in de magnetron.
CONTROLEER VOOR GEBRUIK OF HET KOOKGEREI DAT U
GEBRUIKT geschikt is voor de oven en microgolven doorlaat.
ZORG ERVOOR DAT VOEDSEL EN KOOKGEREI niet in aan-
raking komen met de binnenkant van de oven.
Dat is vooral belangrijk bij accessoires van metaal of met metalen delen.
ALS EEN METAALHOUDEND ACCESSOIRE in aanraking
komt met de binnenkant van de oven, terwijl de oven werkt, kunnen er vonken overschieten die de oven zouden kunnen beschadigen.
CONTROLEER ALTIJD of het draaiplateau vrij kan draaien voordat u de oven start.
PLATEAUDRAGER
GEBRUIK ALTIJD DE plateaudrager als steun onder het glazen draaiplateau. Plaats nooit andere voorwerpen op de plateaudrager.
Plaats de plateaudrager in de oven.
GLAZEN DRAAIPLATEAU
GEBRUIK HET GLAZEN draaiplateau bij alle toepassingen. Het vangt spetters, sap-
pen en kruimels op die anders de ovenruimte zouden bevuilen.
Plaats het glazen draaiplateau op de plateaudrager.
BAKPLAAT
GEBRUIK DE BAKPLAAT uitsluitend
bij het koken met hete lucht. Ge-
bruik hem beslist nooit met magnetronfunctie.
DEKSEL
Het deksel wordt gebruikt om het voedsel te bedekken wanneer het alleen
met microgolven wordt gekookt en opgewarmd. Het helpt spatten te verminderen, het vocht in het voedsel te behouden en de kooktijden te verkorten. GEBRUIK het deksel bij het verwarmen op twee niveaus
ROOSTER
GEBRUIK HET ROOSTER wanneer u
voedsel bereidt en bakt met de functies Hete lucht en Grill.
BIJ GRILLEN ZONDER MAGNETRONFUNCTIE gebrui-
kt u het rooster om het voedsel dichter bij het grillelement bovenin de magnetron te brengen.
STOOMPAN
GEBRUIK DE STOOMPAN MET DE ZEEF
voor voedsel als vis, groenten en aardappelen.
GEBRUIK DE STOOMPAN zonder het
stoomrooster voor voedsel als rijst, pasta en witte bonen.
PLAATS de stoompan altijd op het glazen draaiplateau.
CRISPHANDGREEP
GEBRUIK DE MEEGELEVERDE SPECIALE
CRISPHANDGREEP om de hete crispplaat uit de oven te halen.
CRISPPLAAT
PLAATS HET VOEDSEL DIRECT OP DE CRISPPLAAT.
Gebruik altijd het gla-
zen draaiplateau als steun wanneer u de crispplaat gebruikt.
ZET GEEN KEUKENGEREI OP de crispplaat
omdat deze erg heet wordt en het gerei waarschijnlijk zal beschadigen.
DE CRISPPLAAT mag voor het gebruik worden vóórverwarmd (max. 3 min..). Gebruik altijd de crispfunctie bij het vóórverwarmen van de crispplaat.
5
STARTBEVEILIGING / KINDERSLOT
DEZE AUTOMATISCHE BEVEILIGING WORDT EEN MINUUT
NADAT de oven teruggekeerd is in “stand- by” geactiveerd. (De oven is in “stand
by”-modus als de 24-uursklok wordt
weergegeven of - als de klok niet is in-
gesteld - als het display leeg is).
DE DEURMOET WORDEN GEOPEND EN GESLOTEN, bi-
jvoorbeeld om er voedsel in te zetten, voordat de veiligheidsvergrendeling wordt uitgeschakeld. Anders verschijnt op het display “DEUR”. DEUR
GAARHEID
GAARHEID IS BESCHIKBAAR BIJ DE VOLGENDE FUNCTIES: 6DE SENSE OPWARMEN
HULPMODUS
BIJ DE BOVENSTAANDE FUNCTIES HEEFT U DE MOGELI-
JKHEID OM het eindresultaat persoonlijk aan te passen via de functie Gaarheid instellen. Met deze functie kunt u een hogere of lagere eindtemperatuur instelling in vergelijking met de standaardinstelling.
GAARHEID
NIVEAU |
EFFECT |
GEEFT DE HOOGSTE
GAARHEID +2
EINDTEMPERATUUR
GEEFT EEN HOGERE
GAARHEID +1
EINDTEMPERATUUR
GAARHEID 0 GEEFT DE STANDAARDINSTELLING
GAARHEID -1 GEEFT EEN LAGERE EINDTEMPERATUUR
GAARHEID -2 GEEFT DE LAAGSTE EINDTEMPERATUUR
WANNEER U een van deze functies gebruikt, kiest de oven de standaardinstelling. Deze instelling geeft gewoonlijk het beste resultaat. Als het door u opgewarmde voedsel echter te heet was om meteen te eten, kunt u dit gemakkelijk aanpassen voordat u de functie de volgende keer gebruikt. U doet dit door een Gaarheidsniveau te kiezen met de instelknop, meteen nadat u op de Start-toets hebt gedrukt.
OPMERKING:
DE GAARHEID kan alleen worden ingesteld of gewijzigd gedurende de eerste 20 seconden nadat de oven gestart is.
AFKOELEN
ALS EEN FUNCTIE IS VOLTOOID, voert de oven een
afkoelprocedure uit. Dit is normaal.
Na deze procedure wordt de oven automatisch uitgeschakeld.
DOOR DE DEUR TE OPENEN KAN ZONDER schadelijke
gevolgen voor de oven, de afkoelprocedure worden onderbroken.
6
INSTELLINGEN VERANDEREN
WANNEER HET APPARAAT VOOR HET EERST WORDT INGE-
SCHAKELD, wordt u gevraagd om de taal en de tijd in te stellen.
NA EEN STROOMUITVAL gaat de klok knipperen en moet deze opnieuw ingesteld worden.
UW OVEN HEEFT een aantal functies die kunnen worden aangepast naar uw persoonlijke smaak.
1.DRAAI DE MULTIFUNCTIONELE KNOP naar de instel-
lingspositie.
2.GEBRUIK DE INSTELKNOP om een van de volgen-
de instellingen te kiezen.
KLOK
1.DRUK OP DE OK-TOETS.
2.DRAAI DE INSTELKNOP om de juiste tijd van de dag in te stellen (of druk op de Stop-toets om de klok van het display te verwijderen).
3.DRUK NOGMAALS OP DE OK-TOETS om uw selectie
te bevestigen.
4.DRUK OP DE STOP-TOETS om de instelfunctie te verlaten en al uw veranderingen op te slaan als u klaar bent.
INSTELLEN |
|
|
|
|
q |
KLOK |
INSTELLEN |
||
-/+ VERANDEREN |
||||
OK |
-/+ |
|||
|
|
|||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
q |
w |
TAAL
1.DRUK OP DE OK-TOETS.
2.DRAAI DE INSTELKNOP om één van de beschikbare talen te kiezen.
3.DRUK NOGMAALS OP DE OK-TOETS om uw selectie
te bevestigen.
4.DRUK OP DE STOP-TOETS om de instelfunctie te verlaten en al uw veranderingen op te slaan als u klaar bent.
q |
TAAL INSTELLEN |
|
|||
OK |
-/+ |
|
|
||
w |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
NEDERLANDS |
|
|
||
|
|
OK |
-/+ |
|
|
|
|
|
|
|
|
r |
|
qe |
w |
||
|
|
|
w |
KLOK |
INSTELLEN |
OK |
-/+ |
r qe w
ZOEMER
1.DRUK OP DE OK-TOETS.
2.DRAAI DE INSTELKNOP om de zoemer in of uit te schakelen.
3.DRUK NOGMAALS OP DE OK-TOETS om uw selectie
te bevestigen.
4.DRUK OP DE STOP-TOETS om de instelfunctie te verlaten en al uw veranderingen op te slaan als u klaar bent.
q |
ZOEMER |
INSTELLEN |
OK |
-/+ |
|
|
|
|
wZOEMER INSTELLEN-/+ ON OK
r qe w
7
INSTELLINGEN VERANDEREN
CONTRAST
1.DRUK OP DE OK-TOETS.
2.DRAAI DE INSTELKNOP om het door u gewen-
ste contrastniveau in te stellen.
3.DRUK NOGMAALS OP DE OK-TOETS om uw selec-
tie te bevestigen.
4.DRUK OP DE STOP-TOETS om de instelfunctie te verlaten en al uw veranderingen op te slaan als u klaar bent.
HELDERHEID
1.DRUK OP DE OK-TOETS.
2.DRAAI DE INSTELKNOP om het door u gewenste helderheidsniveau in te stellen.
3.DRUK NOGMAALS OP DE OK-TOETS om uw selectie
te bevestigen.
4.DRUK OP DE STOP-TOETS om de instelfunctie te verlaten en al uw veranderingen op te slaan als u klaar bent.
|
CONTRAST |
INST |
|
q |
HELDERHEID INST |
|
|
|
|
OK |
-/+ |
|
|||
q |
OK |
-/+ |
|
|
|||
|
|
|
|
|
|||
w |
CONTRAST INST |
w |
|
HELDERHEID INST |
|
||
|
|
|
|
|
|||
r |
q |
w |
|
r |
|
qe |
w |
e |
|
|
|
KOOKWEKKER
GEBRUIK DEZE FUNCTIE als u een kookwekker nodig hebt om de tijd precies bij te houden, zoals voor het koken van eieren en pasta of voor het laten rijzen van deeg.
1.DRAAI DE MULTIFUNCTIONELE KNOP naar de nul-
positie. De klok wordt weergegeven als deze is ingesteld, anders is het display leeg.
2.DRUK OP DE OK-TOETS om de instelmodus op te roepen.
3.DRAAI DE INSTELKNOP OM DE TIJD in te stellen.
DE KOOKWEKKER START AUTOMATISCH met aftellen na
10 seconden. Druk op de Start-toets als u eerder wilt starten.
WANNEER DE INGESTELDE TIJD VERSTREKEN IS, hoort u
een geluidssignaal.
4.OM DE KOOKWEKKER UIT TE SCHAKELEN voordat het
aftellen beëindigd is, drukt u op de Stoptoets.
q
w |
KOOKWEKKER |
|
-/+ INSTELLEN |
|
|
q r |
w |
e |
|
8