Stel het apparaat niet bloot aan regen of
vocht, om gevaar voor brand of een
elektrische schok te voorkomen.
Om gevaar voor elektrische schokken te vermijden,
dient u de behuizing van het apparaat nooit te openen.
Laat inwendig onderhoud en eventuele reparatie over
aan bevoegd vakpersoneel.
Plaats het apparaat niet in een gesloten ruimte,
zoals een boekenrek of ingebouwde kast.
Dit apparaat is geklassificeerd
als een KLASSE 1 LASER
product. De aanduiding
CLASS 1 LASER PRODUCT
bevindt zich aan de achterkant
van het apparaat.
Deze stereo-installatie is voorzien van het B-type
Dolby* ruisonderdrukkingssysteem.
* Geproduceerd onder licentie van: Dolby
Laboratories Licensing Corporation.
DOLBY en het dubbel D symbool ; zijn
handeismerken van: Dolby Laboratories Licensing
Corporation.
Bij dit product zijn batterijen geleverd.
Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet
weggooien maar inleveren als KCA.
Volg de onderstaande aanwijzingen van 1 t/m 3 om uw stereo-installatie aan te sluiten met de
bijgeleverde snoeren en ander toebehoren.
FM-draadantenne
2
AM-kaderantenne
1
Rechter voorluidspreker
1 Sluit de voorluidsprekers aan.
Sluit de luidsprekersnoeren van de
voorluidsprekers aan op de FRONT
SPEAKER klemmen zoals hieronder
getoond.
Steek alleen het vrijgemaakte
uiteinde in de aansluiting.
R
+
Rood/
eenkleurig
(3)
–
1
1
3
Linker voorluidspreker
Opmerking
Houd de luidsprekersnoeren uit de buurt van de
antennes, om storing in de weergave te
voorkomen.
L
Zwart/gestreept (#)
NL
4
2 Sluit de FM- en AM-antennes aan.
Zet de AM-kaderantenne in elkaar en sluit
deze aan.
Aansluiting type A
Strek de FM-draadantenne
AM-kaderantenne
Aansluiting type B
AM-kaderantenne
zover mogelijk horizontaal uit.
Strek de FM-draadantenne
zover mogelijk horizontaal uit.
FM75
AM
FM75
COAXIAL
AM
3 Steek de stekker van het netsnoer in het
stopcontact.
Als de bijgeleverde verloopstekker niet in het
stopcontact past, verwijdert u deze en
gebruikt u de vaste netstekker (alleen voor de
modellen met verloopstekker).
Aansluiten van andere
apparatuur
Zie blz. 45.
Uit/inschakelen van de
demonstratie
Wanneer u de tijd instelt (zie “Stap 2: Gelijkzetten
van de klok” op blz. 6) wordt de demonstratie
automatisch uitgeschakeld.
Om de demonstratie weer te starten/stoppen, drukt
u de DISPLAY toets enkele malen in terwijl de
stereo-installatie uit staat.
wordt vervolgd
Voorbereidingen
NL
5
Stap 1: Aansluiten van de
stereo-installatie (vervolg)
Aanbrengen van de voetjes
onder de voorluidsprekers
Bevestig de bijgeleverde luidsprekervoetjes onder
de voorluidsprekers, om te zorgen dat ze stevig
staan en niet kunnen wegglijden.
Plaats twee R6 (AA-formaat)
batterijen in de
afstandsbediening
]
}
}
]
Stap 2: Gelijkzetten van
de klok
Om de schakelklok-functies te kunnen gebruiken,
zult u eerst de ingebouwde klok op de juiste tijd
moeten instellen.
Bij de Europese modellen geeft de ingebouwde
klok de tijd aan volgens een 24-uurs cyclus en bij
de overige modellen volgens een 12-uurs cyclus.
De afbeeldingen tonen het model met 24-uurs
tijdsaanduiding.
?/1
(Aan/uit-schakelaar)
12,3,4,5,6
Tip
Bij normaal gebruik zal een stel batterijen ongeveer
zes maanden meegaan. Als de stereo-installatie niet
meer goed op de afstandsbediening reageert, vervangt
u dan beide batterijen door nieuwe.
Opmerking
Wanneer u de afstandsbediening geruime tijd niet
gebruikt, kunt u beter de batterijen eruit verwijderen,
om schade door eventuele batterijlekkage en corrosie
te vermijden.
Wanneer u de stereo-installatie
vervoert
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen om het
CD-mechanisme te beschermen. Zorg echter eerst
dat alle compact discs uit het apparaat zijn
verwijderd.
1 Druk meermalen op de FUNCTION
keuzeschakelaar totdat de aanduiding “CD” in
het uitleesvenster verschijnt.
2 Houd de V-GROOVE toets ingedrukt en druk
dan op de ?/1 toets zodat er “LOCK” in het
NL
6
uitleesvenster verschijnt.
1 Druk op de MODE SELECT toets
terwijl de installatie nog uit staat.
De aanduiding “Clock Set ?” verschijnt.
Wanneer de stroombesparingsfunctie is
ingeschakeld, zal de “Clock Set ?”
tijdinstelling niet verschijnen. Schakel dan de
stroombesparing uit of zet eerst de stereoinstallatie aan en volg dan de aanwijzingen
op de volgende pagina onder “Corrigeren
van de tijdinstelling”.
2 Druk op de PUSH ENTER toets.
De uren-aanduiding begint te knipperen.
3 Druk de instelknop enkele malen naar v
of V om het juiste uur te kiezen.
4 Druk de instelknop naar B.
De minuten-aanduiding begint te knipperen.
5 Druk de instelknop enkele malen naar v
of V om de juiste minuut te kiezen.
6 Druk op de PUSH ENTER toets.
Uitschakelen van de menufuncties
Druk op de MODE SELECT toets.
Tips
• Zie de afbeelding voor het gebruik van de
instelknop. Steek uw vinger in de holte en druk de
knop in de gewenste richting (omhoog/omlaag of
links/rechts, aangegeven als v/V en b/B in deze
gebruiksaanwijzing).
Omhoog (v)
PUSH
ENTER
Links (b)
Rechts (B)
Corrigeren van de tijdinstelling
Hierboven wordt beschreven hoe u de tijd instelt
wanneer de apparatuur is uitgeschakeld. Voor het
gelijkzetten van de klok terwijl de apparatuur is
ingeschakeld, gaat u als volgt te werk:
1 Druk enkele malen op de MODE SELECT toets
om in te stellen op “Set Up Mode” en druk dan
op de PUSH ENTER toets.
2 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “Timer Set Up ?” en druk
weer op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “Clock Set ?” en druk op de
PUSH ENTER toets.
4 Volg de aanwijzingen 3 t/m 6 in de linker
kolom.
Opmerking
De tijdinstelling verdwijnt uit het geheugen wanneer
er een stroomonderbreking is of de stekker niet in het
stopcontact zit.
Voorbereidingen
Omlaag (V)
• Na een vergissing dient u opnieuw te beginnen
vanaf stap 1.
NL
7
Stap 3: Vastleggen van
uw favoriete
radiozenders
In het afstemgeheugen kunt u in totaal 30
favoriete radiozenders vastleggen (20 voor de FM
en 10 voor de AM).
?/1
(Aan/uit-schakelaar)
Instelknop
1
PUSH ENTER
3 Druk enkele malen op de MODE
SELECT toets om in te stellen op “Set
Up Mode” en druk dan op de PUSH
ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “TUNER Set
Up ?” en druk weer op de PUSH
ENTER toets.
3
5 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “TUNER
Memory ?” en druk op de PUSH
ENTER toets.
In het uitleesvenster verschijnt een
voorinstelnummer en de gevonden
afstemfrequentie. De beschikbare zenders
worden automatisch in volgorde vanaf
zendernummer 1 vastgelegd.
Voorinstelnummer
. >
1 Druk enkele malen op de TUNER/
BAND toets om de FM of AM
afstemband te kiezen.
2 Houd de m of M toets ingedrukt
totdat de frequentie-aanduiding gaat
veranderen en laat de toets dan los.
Het doorzoeken van de frequenties stopt
automatisch zodra er op een duidelijk
doorkomende zender is afgestemd. In het
uitleesvenster verschijnt de aanduiding
“TUNED” (en ook “STEREO” als er een
stereo radio-uitzending wordt ontvangen).
TUNED
NL
8
2
6 Druk op de PUSH ENTER toets.
7 Herhaal de stappen 2 t/m 6 voor elk van
de voorkeurzenders die u wilt
vastleggen.
Uitschakelen van de menufuncties
Druk op de MODE SELECT toets.
STEREO
Afstemmen op een zender die te
zwak is voor automatische
afstemming
Druk in stap 2 enkele malen achtereen op de m
of M toets om handmatig op de gewenste zender
af te stemmen.
Vastleggen van een nieuwe
zender onder een al gebruikt
voorinstelnummer
Volg de aanwijzingen weer vanaf stap 1. Na stap 5
drukt u op de . of > toets om in te stellen
op het voorinstelnummer waaronder u de nieuwe
zender wilt vastleggen en dan drukt u op de PUSH
ENTER toets.
Onder het gekozen voorinstelnummer kunt u nu
een nieuwe zender van uw keuze vastleggen.
Wissen van een vooringestelde zender
1 Druk op de TUNER/BAND toets om de FM of
AM afstemband te kiezen.
2 Druk enkele malen op de MODE SELECT toets
om in te stellen op “Set Up Mode” en druk dan
op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “TUNER Set Up ?” en druk
weer op de PUSH ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “TUNER Erase ?” en druk
op de PUSH ENTER toets.
5 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op de vooringestelde zender die
u wilt wissen en druk op de PUSH ENTER
toets.
Kies de mogelijkheid “TUNER Ers FM ALL”
(of voor “TUNER Ers AM ALL”) als u alle
vastgelegde voorkeurzenders in de afstemband
tegelijk wilt wissen.
Bij het wissen van een voorkeurzender schuiven
alle volgende zenders een plaatsje naar voren op
en krijgen dus allemaal een lager nummer.
Tip
De vastgelegde voorkeurzenders zullen na het
verwijderen van de stekker uit het stopcontact of na
uitvallen van de stroom ongeveer een halve dag in het
afstemgeheugen bewaard blijven.
Omschakelen van het AM
afsteminterval
(Uitgezonderd het model voor
Europa)
Het afsteminterval voor de AM ontvangst is in de
fabriek ingesteld op 9 kHz (voor sommige
gebieden 10 kHz). Om dit AM afsteminterval om
te schakelen, stemt u eerst af op een willekeurige
AM zender en dan schakelt u het apparaat uit.
Houd vervolgens de MODE SELECT toets
ingedrukt en schakel zo de stroom weer in. Bij
omschakelen van het afsteminterval verdwijnen
alle vastgelegde AM voorkeurzenders uit het
afstemgeheugen. Om het afsteminterval weer
terug te schakelen, herhaalt u deze werkwijze.
Voorbereidingen
NL
9
Stroom besparen in de
gebruiksklaar-stand
U kunt het stroomverbruik in de uitgeschakelde
gebruiksklaar-stand verminderen
(stroombesparingsstand) om energie te besparen.
?/1
(Aan/uitschakelaar)
DISPLAY
Tips
• In de stroombesparingsstand blijft het ?/1
spanningslampje nog wel branden, evenals de
schakelklok-indicator (wanneer de schakelklok is
ingesteld).
• In de stroombesparingsstand zal de schakelklok
gewoon werken.
Opmerkingen
• De klok kan niet op de juiste tijd worden ingesteld
in de stroombesparingsstand.
• De één-toets weergavestart zal niet werken in de
stroombesparingsstand.
Uitschakelen van de
stroombesparingsstand
Druk eenmaal op de DISPLAY toets om een
demonstratie van de mogelijkheden van het
apparaat te zien, of tweemaal om de juiste tijd te
zien.
10
, Druk enkele malen op de DISPLAY
toets wanneer de stereo-installatie is
uitgeschakeld.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringen de aanduidingen in het
uitleesvenster als volgt:
t demonstratie t kloktijd
stroombesparingsfunctie T
In deze stand kunt u de stereo-installatie aan/
uit zetten door indrukken van de ?/1 toets.
NL
Basisbediening
Afspelen van een
compact disc
— Normale weergave
Met deze stereo-installatie kunt u tot vijf compact
discs achtereen afspelen.
?/1
(Aan/uitschakelaar)
. >
CD NX
x
MODE SELECT
Instelknop
PUSH ENTER
VOLUME
12
m M
1 Druk op een van de A 1~5 disc-
keuzetoetsen en leg een compact disc in
de disc-lade.
Als een disc niet goed geplaatst is, kan deze
niet worden afgespeeld.
Leg de bedrukte
label-kant boven.
Voor het afspelen
van een 8 cm CD
singletje plaatst u
dit in de binnenste
uitsparing van de
disc-lade.
Druk nogmaals op dezelfde disc-keuzetoets om
de disc-lade te sluiten. Om nog meer compact
discs te plaatsen drukt u op de andere A disckeuzetoetsen om de disc-lade daarvoor te openen.
Voor elke geplaatste CD verschijnt een discaanwezig indicator in het uitleesvenster.
Disc-aanwezig indicator
2 Druk op een van de DISC 1~5 toetsen.
De disc-lade sluit en het afspelen van de
gekozen CD begint.
Als u op de CD NX toets (of op de CD H toets
van de afstandsbediening) drukt met de disc-lade dicht,
dan begint het afspelen vanaf het begin van de CD in de
disc-lade waarvan de disc-afspeelindicator oplicht.
Nummer van
de disc-uitsparing
Muziekstuknummer
Basisbediening
V
Bb
v
DISC SKIP
X
x
. >
m M
CD N
MODE SELECT
ENTER
VOL +/–
B/b
Disc-aanwezig/
afspeelindicators
Disc-aanwezig
indicator
Bij de “1 Disc” afspeelfunctie (zie blz. 12)
Bij de “All Discs” afspeelfunctie (zie blz. 12)
Verstreken speelduur
Discafspeelindicator
wordt vervolgd
11
NL
12
Afspelen van een compact disc
(vervolg)
Voor het
Stoppen met
afspelen
Pauzeren
Opzoeken van
een muziekstuk
Opzoeken van
een punt in een
muziekstuk
Kiezen van een
compact disc in
de stopstand
Afspelen van
alleen de
gekozen
compact disc
Afspelen van
alle CD’s
Uitnemen van
een compact disc
Verwisselen van
een andere CD
tijdens weergave
Bijregelen van
de geluidssterkte
NL
Doet u het volgende
Druk op de x stoptoets.
Druk op de CD NX toets (of op
de X toets van de
afstandsbediening). Druk nogmaals
op de toets om de weergave te
hervatten.
Tijdens weergave of in de pauzestand
drukt u op de > toets (om vooruit
te gaan) of de . toets (om terug te
gaan) op de afstandsbediening.
Druk tijdens weergave op de M
of m toets en laat de toets bij het
gewenste punt los.
Druk op een van de DISC 1~5
toetsen (of op de DISC SKIP toets
van de afstandsbediening).
1
Druk enkele malen op de MODE SELECT
toets om in te stellen op “Set Up Mode” en
druk dan op de PUSH ENTER toets.
2
Druk de instelknop enkele malen naar
of B om in te stellen op “CD Set Up ?” en
druk weer op de PUSH ENTER toets.
3
Druk de instelknop enkele malen naar
of B om in te stellen op “Play Mode Set
Up ?” en druk op de PUSH ENTER toets.
4
Druk de instelknop enkele malen naar
of B om in te stellen op “Play Mode 1
Disc” en druk op de PUSH ENTER toets.
1
Druk enkele malen op de MODE SELECT
toets om in te stellen op “Set Up Mode” en
druk dan op de PUSH ENTER toets.
2
Druk de instelknop enkele malen naar
of B om in te stellen op “CD Set Up ?” en
druk weer op de PUSH ENTER toets.
3
Druk de instelknop enkele malen naar
of B om in te stellen op “Play Mode Set
Up ?” en druk op de PUSH ENTER toets.
4
Druk de instelknop enkele malen naar
of B om in te stellen op “Play Mode All
Discs” en druk op de PUSH ENTER toets.
Druk op een van de A 1~5 disckeuzetoetsen.
Druk op een van de A 1~5 disckeuzetoetsen om de disc-lade te
openen voor de CD die u wilt
verwisselen. Na het inleggen van
een nieuwe CD drukt u nogmaals
op dezelfde toets om de disc-lade te
sluiten.
Draai aan de VOLUME regelaar (of
druk op de geluidssterkte VOL +/–
afstandsbediening).
Tips
• Bij indrukken van de CD NX toets wanneer de
stereo-installatie nog uit staat, wordt deze
automatisch ingeschakeld en begint het afspelen
van de compact disc, mits er een CD in de disc-lade
aanwezig is (één-toets weergavestart). Wanneer de
stereo-installatie in de stroombesparingsstand staat,
zal de één-toets weergavestart niet werken.
• U kunt in één handeling overschakelen van een
andere geluidsbron en de weergave van een
compact disc starten, eenvoudig met een druk op de
CD NX toets of een van de DISC 1~5 toetsen
(automatische geluidsbron-keuze).
• Als er geen CD in de disc-lade aanwezig is,
verschijnt de aanduiding “No Disc”.
• Als er een CD in een disc-lade aanwezig is, licht het
indicatorlampje voor die disc-lade oranje op.
Wanneer er een bepaalde CD is gekozen (of al
wordt afgespeeld) licht bovendien de discafspeelindicator op. Wanneer er wel een disc
aanwezig is, maar die is niet gekozen, dan brandt
wel de disc-aanwezig indicator maar niet de discafspeelindicator. Wanneer alle disc-lades leeg zijn,
branden echter wel alle disc-afspeelindicators en
disc-aanwezig indicators.
Opmerking
Wanneer een disc-lade nog niet door de CD-speler is
b
gelezen, kan de disc-aanwezig indicator wel eens
branden, ook als er geen CD in die disc-lade
aanwezig is.
b
b
b
b
b
Opnemen van een
compact disc
— CD synchroon-opname
Met behulp van de CD SYNC toets kunt u een
compact disc snel en doeltreffend op de band
opnemen. U kunt TYPE I (normaalband) of TYPE
II (CrO2-band) cassettes gebruiken. Het
opnameniveau wordt automatisch ingesteld.
?/1
(Aan/uitschakelaar)
TAPE B N Indicator
TAPE B n
Instelknop
PUSH ENTER
x
2 Druk op een van de A 1~5 disc-
keuzetoetsen en leg een CD in de disclade.
Druk nogmaals op dezelfde toets om de disclade te sluiten.
Als de indicator voor de gewenste disc-lade
niet oplicht, druk dan net zovaak op de DISC
SKIP toets van de afstandsbediening tot de
indicator oplicht.
Leg de bedrukte
label-kant boven.
Voor het afspelen
van een 8 cm CD
singletje plaatst u
dit in de binnenste
43
uitsparing van de
disc-lade.
Basisbediening
3 Druk op de CD SYNC toets.
Deck B komt in de opnamepauzestand te
staan en de CD-speler komt in de weergavepauzestand te staan. De TAPE B N
indicator (voor de voorkant van de cassette)
licht op en de REC PAUSE/START toets
knippert.
4 Druk enkele malen op de MODE
SELECT toets om in te stellen op “Set
Up Mode” en druk dan op de PUSH
ENTER toets.
2
18, REC PAUSE/START
1 Druk op de A B toets en plaats een voor
opnemen geschikte cassette in deck B.
Leg de kant
voor opname
naar u toe.
5 Druk de instelknop enkele malen naar
b of B om in te stellen op “TAPE Set
Up ?” en druk weer op de PUSH
ENTER toets.
6
Druk de instelknop enkele malen naar
b
of B om in te stellen op “Direction Set
Up ?” en druk op de PUSH ENTER toets.
7 Druk de instelknop enkele malen naar
b of B om in te stellen op “1 Way”
voor het opnemen op één cassettekant
of op “Cycle” (of “Relay”) voor het
opnemen op beide cassettekanten, en
druk dan op de PUSH ENTER toets.
8 Druk op de REC PAUSE/START toets.
Het opnemen begint.
wordt vervolgd
13
NL
Opnemen van een compact disc
V
v
Bb
m M
VOL +/–
. >
TUNER/BAND
(vervolg)
Stoppen met opnemen
Druk op de x stoptoets.
Uitschakelen van de
menufuncties
Druk op de MODE SELECT toets.
Tips
• Wilt u op de achterkant van de cassette beginnen
met opnemen, druk dan na de CD SYNC toets op de
TAPE B n toets zodat de indicator van die toets
oplicht.
• Wilt u op beide cassettekanten opnemen, begin dan
aan de voorkant van de cassette met opnemen. Als u
aan de achterkant begint, stopt het opnemen zodra
het einde van die kant is bereikt.
• Om storende bandruis in zacht doorkomende hoge
frequenties te onderdrukken, volgt u na het
indrukken van de CD SYNC toets de volgende
aanwijzingen.
1 Druk enkele malen op de MODE SELECT toets
om in te stellen op “Set Up Mode” en druk dan
op de PUSH ENTER toets.
2 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “TAPE Set Up ?” en druk
weer op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “DOLBY NR Set Up ?” en
druk op de PUSH ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “On” en druk op de PUSH
ENTER toets.
De aanduiding “DOLBY NR” licht op in het
uitleesvenster.
Om terug te keren naar de oorspronkelijke instelling
herhaalt u de stappen 1 t/m 4 en kiest u de stand
“Off” in stap 4.
Opmerking
Tijdens het opnemen kunt u niet naar een andere
geluidsbron luisteren; daarvoor zult u eerst moeten
stoppen met opnemen.
Luisteren naar de radio
— Geheugenafstemming
Leg eerst uw favoriete radiozenders in het
afstemgeheugen vast (zie “Stap 3: Vastleggen van
uw favoriete radiozenders” op blz. 8).
?/1
(Aan/uit-schakelaar)
m M
12
VOLUME
MODE
SELECT
Instelknop
PUSH ENTER
NL
14
1 Druk enkele malen op de TUNER/
BAND toets om de FM of AM
afstemband te kiezen.
2 Druk op de . of > toets om af te
stemmen op de gewenste
voorkeurzender.
Voorinstelnummer*
STEREO
Afstemfrequentie
* Als er slechts één voorkeurzender is ingesteld,
verschijnt de aanduiding “ONE PRESET” in het
uitleesvenster.
Voor het
Uitschakelen van
de radio
Bijregelen van de
geluidssterkte
Luisteren naar radiozenders die
niet zijn vastgelegd
Gebruik handmatige of automatische afstemming
in stap 2. Voor handmatige afstemming drukt u
enkele malen achtereen op de m of M toets.
Voor automatische afstemming houdt u de m of
M toets langer ingedrukt.
Doet u het volgende
Druk op de ?/1 schakelaar.
Draai aan de VOLUME regelaar
(of druk op de VOL +/– toets van
de afstandsbediening).
Tips
• Bij indrukken van de TUNER/BAND toets wanneer
de stereo-installatie nog uit staat, wordt deze
automatisch ingeschakeld en begint de weergave
van de laatst ontvangen radiozender (één-toets
weergavestart). Wanneer de stereo-installatie in de
stroombesparingsstand staat, zal de één-toets
weergavestart niet werken.
• U kunt in één handeling overschakelen van een
andere geluidsbron naar de tuner en de radioontvangst starten, eenvoudig met een druk op de
TUNER/BAND toets (automatische geluidsbronkeuze).
• Wanneer een FM stereo radio-uitzending niet
duidelijk doorkomt, volgt u de onderstaande
aanwijzingen:
1 Druk enkele malen op de MODE SELECT toets
om in te stellen op “Set Up Mode” en druk dan
op de PUSH ENTER toets.
2 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “TUNER Set Up ?” en druk
weer op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “Stereo Mono ?” en druk op
de PUSH ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “Mono” en druk op de PUSH
ENTER toets.
De aanduiding “Mono” licht op in het
uitleesvenster.
Het stereo-effect zal nu verloren gaan, maar de
radio-ontvangst zal helderder klinken. Om weer
stereo-geluid te horen, herhaalt u de stappen 1 t/m 4
en kiest u de stand “Stereo” in stap 4.
• Om de beste radio-ontvangst te verkrijgen kan het
nodig zijn verschillende standen van de
bijgeleverde antennes uit te proberen.
Basisbediening
15
NL
Opnemen van een radiouitzending
Na keuze van de gewenste vastgelegde
voorkeurzender kunt u radio-uitzendingen op de
band opnemen. U kunt TYPE I (normaalband) of
TYPE II (CrO2-band) cassettes gebruiken. Het
opnameniveau wordt automatisch ingesteld.
3 Druk op de A B toets en plaats een voor
opnemen geschikte cassette in deck B.
Leg de kant
voor opname
naar u toe.
?/1
(Aan/uitschakelaar)
4,9
TAPE B n
2
x
3
1
Instelknop
PUSH ENTER
5
1 Druk op de TUNER/BAND toets om de
FM of AM afstemband te kiezen.
2 Druk enkele malen op de . of >
toets om af te stemmen op de gewenste
voorkeurzender.
Voorinstelnummer
4 Druk op de REC PAUSE/START toets.
Deck B komt in de opnamepauzestand te
staan.
5 Druk enkele malen op de MODE
SELECT toets om in te stellen op “Set
Up Mode” en druk dan op de PUSH
ENTER toets.
6 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “TAPE Set
Up ?” en druk weer op de PUSH
ENTER toets.
7 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “Direction Set
Up ?” en druk op de PUSH ENTER
toets.
8 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “1 Way” voor
het opnemen op één cassettekant of op
“Cycle” (of “Relay”) voor het opnemen
op beide cassettekanten, en druk dan op
de PUSH ENTER toets.
9 Druk op de REC PAUSE/START toets.
Het opnemen begint.
Stoppen met opnemen
Druk op de x stoptoets.
16
NL
Afstemfrequentie
STEREO
Uitschakelen van de
menufuncties
Druk op de MODE SELECT toets.
Tips
• Wilt u op de achterkant van de cassette beginnen
met opnemen, druk dan na de REC PAUSE/
START toets in stap 4 op de TAPE B n toets
zodat de indicator van die toets oplicht.
• Wilt u op beide cassettekanten opnemen, begin dan
aan de voorkant van de cassette met opnemen. Als
u aan de achterkant begint, stopt het opnemen
zodra het einde van die kant is bereikt.
• Voor het opnemen van een uitzending van een
radiozender die niet is vastgelegd, gebruikt u in
stap 2 de m en M toets om handmatig op de
gewenste zender af te stemmen.
• Om storende bandruis in zacht doorkomende hoge
frequenties te onderdrukken, volgt u na het
indrukken van de REC PAUSE/START toets in
stap 4 de volgende aanwijzingen.
1 Druk enkele malen op de MODE SELECT
toets om in te stellen op “Set Up Mode” en druk
dan op de PUSH ENTER toets.
2 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “TAPE Set Up ?” en druk
weer op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “DOLBY NR Set Up ?” en
druk op de PUSH ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “On” en druk op de PUSH
ENTER toets.
De aanduiding “DOLBY NR” licht op in het
uitleesvenster.
Om terug te keren naar de oorspronkelijke
instelling herhaalt u de stappen 1 t/m 4 en kiest u
de stand “Off” in stap 4.
• Als er bij het opnemen van een radio-uitzending
storing klinkt, kunt u dit verhelpen door de antenne
voor de betreffende afstemband in een andere
richting te draaien.
Afspelen van een cassette
De cassettedecks zijn geschikt voor weergave van
TYPE I (normaalband), TYPE II (CrO2-band) en
TYPE IV (metaalband) cassettes. Bij plaatsen van een
cassette neemt het deck automatisch de bandsoort
waar en stelt daarop in. De . en >
kunt u gebruiken om de muziekstukken die u wilt
horen vlot en gemakkelijk op te zoeken.
?/1
(Aan/uitschakelaar)
2
7
Instelknop
x
PUSH ENTER
toetsen
3
Basisbediening
V
Bb
v
VOLUME
1
x
. >
m M
TAPE A N
TAPE B N
MODE SELECT
ENTER
VOL +/–
B/b
wordt vervolgd
m M. >
NL
17
Afspelen van een cassette
(vervolg)
1 Druk op de A A of A B toets en steek
een bespeelde cassette in deck A of B.
Leg de kant die u
wilt weergeven naar
u toe.
De cassette-aanwezig indicator licht op in het
uitleesvenster.
7 Druk op de TAPE A (of TAPE B) N
toets.
Om de achterkant van de cassette af te spelen
drukt u op de TAPE A (of TAPE B) n
toets. Dan begint de weergave.
Bij gebruik van de afstandsbediening drukt u
op de TAPE A (of TAPE B) N toets om de
weergave te starten. Voor het afspelen van de
achterkant drukt u nogmaals op de TAPE A
(of TAPE B) N toets.
* De continu-weergave verloopt altijd in de
onderstaande volgorde:
t
Deck A (
Deck B (
voorkant) t
achterkant) T
Deck A (
Deck B (
achterkant
voorkant) T
)
Cassette-aanwezig indicator
2 Druk enkele malen op de FUNCTION
toets om in te stellen op “TAPE A” of
“TAPE B”.
3 Druk enkele malen op de MODE
SELECT toets om in te stellen op “Set
Up Mode” en druk dan op de PUSH
ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar
b of B om in te stellen op “TAPE Set
Up ?” en druk weer op de PUSH
ENTER toets.
5 Druk de instelknop enkele malen naar
b of B om in te stellen op “Direction
Set Up ?” en druk op de PUSH ENTER
toets.
6 Druk de instelknop enkele malen naar
b of B om in te stellen op “1 Way”
voor het afspelen van één cassettekant,
op “Cycle” voor het afspelen van beide
cassettekanten, of op “Relay”* voor het
afspelen van beide decks achtereen en
druk dan op de PUSH ENTER toets.
Voor het
Stoppen met
Vooruitspoelen
Terugspoelen
Uitnemen van de
cassette
Bijregelen van
de geluidssterkte
*
Dit cassettedeck heeft geen weergavepauzestand. De
toets is niet te gebruiken om de weergave te pauzeren.
Doet u het volgende
Druk op de x stoptoets.
Druk op de m of M
snelspoeltoets.
Druk op de m of M
snelspoeltoets.
Druk op de A A of A B toets.
Draai aan de VOLUME regelaar
(of druk op de VOL +/– toets van
de afstandsbediening).
X
Uitschakelen van de menufuncties
Druk op de MODE SELECT toets.
18
NL
Tips
• Bij indrukken van de TAPE A (of TAPE B) N of
n weergavetoets wanneer de stereo-installatie nog
uit staat, wordt deze automatisch ingeschakeld en
begint het afspelen van de cassette, mits er een
cassette in het deck aanwezig is (één-toets
weergavestart). Wanneer de stereo-installatie in de
stroombesparingsstand staat, zal de één-toets
weergavestart niet werken.
• U kunt in één handeling overschakelen van een
andere geluidsbron en de weergave van een cassette
starten, eenvoudig met een druk op de TAPE A (of
TAPE B) N of n weergavetoets (automatische
geluidsbron-keuze).
• Om storende bandruis in zacht doorkomende hoge
frequenties te onderdrukken, volgt u de
onderstaande aanwijzingen:
1 Druk enkele malen op de MODE SELECT toets
om in te stellen op “Set Up Mode” en druk dan
op de PUSH ENTER toets.
2 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “TAPE Set Up ?” en druk
weer op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “DOLBY NR Set Up ?” en
druk op de PUSH ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “On” en druk op de PUSH
ENTER toets.
De aanduiding “DOLBY NR” licht op in het
uitleesvenster.
Om terug te keren naar de oorspronkelijke instelling
herhaalt u de stappen 1 t/m 4 en kiest u de stand
“Off” in stap 4.
Opzoeken van het begin van een
muziekstuk (AMS* zoekfunctie)
Druk op de tijdens afspelen enkele malen op de
. of > toets, in dezelfde richting als de n
of N indicator, om de band in voorwaartse
richting te doorzoeken. Druk enkele malen op de
. of > toets in de tegengestelde richting om
terugwaarts te zoeken.
De richting waarin u zoekt, + (vooruit) of –
(terugwaarts) en het aantal versprongen nummers
(1~9) worden in het uitleesvenster aangegeven.
Voorbeeld: twee nummers vooruit zoeken
Opmerkingen
• Het deck stopt automatisch nadat de cyclus, d.w.z.
afspelen van beide cassettekanten, vijfmaal is
herhaald.
• De AMS-zoekfunctie kan wel eens niet goed
werken in de volgende gevallen:
– als er tussen twee muziekstukken geen vier
seconden stilte is.
– als de geluidssterkte van het linker kanaal sterk
verschilt van die van het rechter kanaal.
– bij langdurige stille of erg zachte passages in
een muziekstuk, of geruime tijd alleen maar
lage tonen (zoals bij een bas-solo, een tuba of
een bariton-saxofoon).
– als het cassettedeck te dicht bij een TV-toestel
staat. (In dit geval kunt u de apparatuur beter
wat verder van het TV-toestel zetten of de TV
uitschakelen.)
Basisbediening
* AMS zoekfunctie (Automatische Muziek Sensor)
19
NL
Kopiëren van bandopnamen
— Kopiëren met hoge snelheid
2 Druk op de HI-DUB toets.
Deck B komt in de opnamepauzestand te
staan.
20
U kunt TYPE I (normaalband) of TYPE II (CrO2band) cassettes gebruiken. Het opnameniveau
wordt automatisch ingesteld.
?/1
(Aan/uitschakelaar)
23
7
x
1
Instelknop
PUSH ENTER
1 Druk op de A A en A B toetsen en
plaats een bespeelde cassette in deck A
en een voor opnemen geschikte cassette
in deck B.
Leg de kant voor weergave/
opname naar u toe.
NL
3 Druk enkele malen op de MODE
SELECT toets om in te stellen op “Set
Up Mode” en druk dan op de PUSH
ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar
b of B om in te stellen op “TAPE Set
Up ?” en druk weer op de PUSH
ENTER toets.
5 Druk de instelknop enkele malen naar
b of B om in te stellen op “Direction
Set Up ?” en druk op de PUSH ENTER
toets.
6 Druk de instelknop enkele malen naar
b of B om in te stellen op “1 Way”
voor het opnemen op één cassettekant
of op “Cycle” (of “Relay”) voor het
opnemen op beide cassettekanten, en
druk dan op de PUSH ENTER toets.
7 Druk op de REC PAUSE/START toets.
Het kopiëren begint.
Stoppen met kopiëren
Druk op de x stoptoets.
Uitschakelen van de
menufuncties
Druk op de MODE SELECT toets.
Tips
• Wilt u op beide cassettekanten opnemen, begin dan
aan de voorkant van de cassette met opnemen. Als u
aan de achterkant begint, stopt het opnemen zodra
het einde van die kant is bereikt.
• Als u in het “Direction Set Up ?” menu de stand
“Cycle” hebt gekozen en de cassettes in de decks
een verschillende lengte hebben, zullen de cassettes
onafhankelijk van elkaar op de andere kant
overschakelen. Als u de “Relay” stand hebt
gekozen, schakelen beide cassettes gelijktijdig op
de andere kant over.
• Instellen van de DOLBY NR schakelaar is niet
nodig. De cassette in deck B wordt automatisch van
dezelfde codering voorzien, d.w.z. met/zonder
Dolby, als de cassette in deck A.
Compact disc speler
Gebruik van het CD
uitleesvenster
In het uitleesvenster kunt u de resterende
speelduur van het weergegeven muziekstuk of de
gehele compact disc controleren.
Als er een CD TEXT disc is geplaatst, kunt u de
tekst daarvan, zoals de disc-titel, muziektitels en
de naam van de artiest(en) in het uitleesvenster
zien. Zodra het apparaat een geplaatste CD TEXT
disc waarneemt, verschijnt de aanduiding “CD
TEXT” in het uitleesvenster.
?/1
(Aan/
uit-schakelaar)
DISPLAY
, Druk op de DISPLAY toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verandert de aanduiding in het uitleesvenster
als volgt:
Tijdens normale weergave
t Verstreken speelduur van het weergegeven
muziekstuk
r
Resterende speelduur van het
weergegeven muziekstuk
r
Resterende speelduur van de huidige
compact disc (“1 Disc” stand) of “--m--s”
aanduiding (“All Discs” stand)
r
Titel van het weergegeven muziekstuk*
r
Gewone tijdsaanduiding (acht seconden lang)
r
Gekozen geluidseffect of “EFFECT ON (OFF)”
In de stopstand
Tijdens programma-weergave en als er nummers
geprogrammeerd zijn
t Laatst geprogrammeerd muziekstuknummer
en totale programma-speelduur
r
Totaal aantal geprogrammeerde nummers
(acht seconden lang)
r
Titel en uitvoerende artiesten van de CD*
r
Gewone tijdsaanduiding (acht seconden lang)
r
Gekozen geluidseffect of “EFFECT ON (OFF)”
Compact disc speler
Tijdens andere afspeelfuncties
t Totaal aantal muziekstukken en totale
speelduur
r
Titel en uitvoerende artiesten van de CD*
r
Gewone tijdsaanduiding (acht seconden lang)
r
Gekozen geluidseffect of “EFFECT ON (OFF)”
*
Alleen met CD TEXT discs (maar bepaalde letters
kunnen niet worden aangegeven). Afhankelijk van de
disc kan niet alle CD TEXT informatie worden
getoond.
21
NL
Herhaalde weergave van
muziekstukken op CD
–– REPEAT weergave
4 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “Repeat Set
Up ?” en druk op de PUSH ENTER
toets.
Met de herhaalfunctie kunt u een enkele compact
disc of alle CD’s laten herhalen met normale
weergave, willekeurige weergave of programmaweergave.
?/1
(Aan/uit-schakelaar)
1
Instelknop
PUSH ENTER
2
5 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “Repeat 1” of
“Repeat All” en druk op de PUSH
ENTER toets.
Als u “Repeat 1” kiest, wordt er een enkel
muziekstuk herhaald weergegeven. Bij keuze
van “Repeat All” zijn de herhaalde
muziekstukken afhankelijk van uw keuze in
het “Play Mode Set Up ?” menu.
Play Mode
instelling*
1 Disc
1 Shuffle
All Discs
All Shuf
Program
* Zie voor het kiezen van een andere Play Mode
instelling blz. 12.
Uitschakelen van de
menufuncties
Druk op de MODE SELECT toets.
Uitschakelen van de
herhaalfunctie
Kies in stap 5 de “Repeat Off” stand.
Herhaalt
alle muziekstukken op de
weergegeven CD tot vijf maal
alle muziekstukken van alle
CD’s tot vijf maal
niet van toepassing
uw samengestelde
muziekprogramma tot vijf
maal
22
1 Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding
“CD” verschijnt en leg dan een of meer
compact discs in de disc-lade.
2 Druk enkele malen op de MODE
SELECT toets om in te stellen op “Set
Up Mode” en druk dan op de PUSH
ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “CD Set Up ?”
en druk weer op de PUSH ENTER
NL
toets.
Willekeurige weergave
van muziekstukken op CD
–– SHUFFLE weergave
4 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “Play Mode Set
Up ?” en druk op de PUSH ENTER
toets.
Alle muziekstukken van een compact disc of van
alle compact discs kunnen in willekeurige
volgorde worden weergegeven.
?/1
(Aan/uitschakelaar)
12
Instelknop
PUSH ENTER6
5 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “All Shuf” of
“1 Shuffle” en druk op de PUSH
ENTER toets.
Bij “All Shuf” worden alle compact discs in
de CD-speler in willekeurige volgorde
weergegeven. De “1 Shuffle” functie speelt
in willekeurige volgorde alleen de
muziekstukken van de CD waarvoor de discafspeelindicator oplicht.
6 Druk op de CD NX toets.
Dan begint het afspelen in willekeurige
volgorde.
Uitschakelen van de
menufuncties
Druk op de MODE SELECT toets.
Uitschakelen van de
willekeurige weergave
1 Volg de bovenstaande aanwijzingen 1 t/m 4.
2 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “All Discs” of “1 Disc” en
druk op de PUSH ENTER toets.
Hierna worden de muziekstukken in de normale
volgorde weergegeven.
Compact disc speler
DISC 1~5
1 Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding
“CD” verschijnt en leg dan een of meer
compact discs in de disc-lade.
2 Druk enkele malen op de MODE
SELECT toets om in te stellen op “Set
Up Mode” en druk dan op de PUSH
ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “CD Set Up ?”
en druk weer op de PUSH ENTER
toets.
Kiezen van een gewenste
compact disc
Druk op de DISC 1~5 toets.
Tips
• Om een ongewenst muziekstuk over te slaan, drukt
u op de > toets.
• Ook tijdens normale weergave kunt u
overschakelen op willekeurige weergave, door in te
stellen op “All Shuf” of “1 Shuffle”.
23
NL
Programmaweergave
van muziekstukken op
CD
–– PROGRAM weergave
U kunt uw eigen muziekselectie samenstellen door
maximaal 32 nummers van alle CD’s te
programmeren in de volgorde waarin u de muziek
wilt horen.
?/1
(Aan/uitschakelaar)
12
x
Instelknop
PUSH ENTER10
1 Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding
“CD” verschijnt en leg dan een of meer
compact discs in de disc-lade.
2 Druk enkele malen op de MODE
SELECT toets om in te stellen op “Set
Up Mode” en druk dan op de PUSH
ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar
b of B om in te stellen op “CD Set
Up ?” en druk weer op de PUSH
ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar
b of B om in te stellen op “Program
Set ?” en druk op de PUSH ENTER
toets.
5 Druk de instelknop enkele malen naar
v of V om de gewenste CD te kiezen.
Als u alle muziekstukken van een CD wilt
programmeren, kunt u na het kiezen van de
CD in deze stap de volgende stap 6 overslaan
en direct doorgaan met stap 7.
24
NL
v/V
V
Bb
v
x
CD N
MODE SELECT
ENTER
VOL +/–
B/b
6 Druk de instelknop enkele malen naar
b of B om het gewenste muziekstuk te
kiezen.
Nummer van
muziekstuk
PROGRAM
Disc-nummer
Totale speelduur (inclusief
het gekozen muziekstuk)
7 Druk op de PUSH ENTER toets.
Het gekozen muziekstuk is nu in uw
muziekprogramma vastgelegd. Wanneer u
alle muziekstukken hebt gekozen, verschijnt
er “AL” in het uitleesvenster en dan gelden
alle muziekstukken als één stap in het
programma. Het volgnummer in het
muziekprogramma verschijnt, gevolgd door
de totale speelduur.
8
Voor elk muziekstuk dat u aan uw
muziekprogramma wilt toevoegen, herhaalt
u de stappen 5 t/m 7. Voor het kiezen van
een volgend muziekstuk van dezelfde
compact disc kunt u stap 5 achterwege laten.
9 Druk op de PUSH ENTER toets.
10 Druk op de CD NX toets.
Alle geprogrammeerde muziekstukken worden
dan in de door u gekozen volgorde afgespeeld.
Uitschakelen van de menufuncties
Druk op de MODE SELECT toets.
Uitschakelen van de programma-weergave
1 Druk enkele malen op de FUNCTION toets
totdat er “CD” in het uitleesvenster verschijnt.
2 Druk enkele malen op de MODE SELECT toets
om in te stellen op “Set Up Mode” en druk dan
op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “CD Set Up ?” en druk weer
op de PUSH ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “Play Mode Set Up ?” en
druk op de PUSH ENTER toets.
5 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “All Discs” of “1 Disc” en
druk op de PUSH ENTER toets.
Hierna worden de muziekstukken in hun normale
volgorde weergegeven.
Muziekstukken toevoegen aan
een bestaand programma
Volg de aanwijzingen 1 t/m 9 terwijl het afspelen
gestopt is. Dan kunt u elk gewenst muziekstuk
toevoegen na de laatst geprogrammeerde stap.
Controleren van uw muziekprogramma
1 Druk enkele malen op de FUNCTION toets
totdat er “CD” in het uitleesvenster verschijnt.
2 Druk enkele malen op de MODE SELECT toets
om in te stellen op “Set Up Mode” en druk dan
op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “CD Set Up ?” en druk weer
op de PUSH ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “PGM Check Clear ?” en
druk op de PUSH ENTER toets.
5 Druk de instelknop naar b of B.
Het discnummer en het muziekstuknummer
worden aangegeven.
6
Na het controleren van uw muziekprogramma, drukt
u op de MODE SELECT toets.
Wissen van een ongewenst
nummer uit uw muziekprogramma
1 Druk enkele malen op de FUNCTION toets
totdat er “CD” in het uitleesvenster verschijnt.
2 Druk enkele malen op de MODE SELECT toets
om in te stellen op “Set Up Mode” en druk dan
op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “CD Set Up ?” en druk weer
op de PUSH ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “PGM Check Clear ?” en
druk op de PUSH ENTER toets.
5 Druk de instelknop naar b of B.
Het discnummer en het muziekstuknummer
worden aangegeven.
6 Als u het aangegeven nummer wilt wissen,
drukt u op de PUSH ENTER toets.
De aanduiding “Clear ?” verschijnt in het uitleesvenster.
7 Druk nogmaals op de PUSH ENTER toets.
Het in stap 5 aangegeven muziekstuknummer
wordt nu uit het programma verwijderd.
Wissen van het gehele muziekprogramma
1 Druk enkele malen op de FUNCTION toets
totdat er “CD” in het uitleesvenster verschijnt.
2 Druk enkele malen op de MODE SELECT toets
om in te stellen op “Set Up Mode” en druk dan
op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “CD Set Up ?” en druk weer
op de PUSH ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “PGM Check Clear ?” en
druk op de PUSH ENTER toets.
5
Om het gehele programma te wissen, drukt u de
instelknop naar b of B om in te stellen op “PGM
All Clear” en drukt u op de PUSH ENTER toets.
6
De aanduiding “PGM All Clear ?” verschijnt.
Druk nogmaals op de PUSH ENTER toets. Het
gehele muziekprogramma wordt nu geannuleerd.
Tips
•
U kunt ook een muziekprogramma samenstellen via het
“Play Mode Set Up ?” menu. Stel in stap 4 in op “Play
Mode Set Up ?”, druk dan de instelknop enkele malen naar
b
of B om in te stellen op “Program” en druk op de PUSH
ENTER toets. Volg daarna de aanwijzingen 5 t/m 10.
•
Een eenmaal vastgelegd muziekprogramma blijft ook na afspelen
in het geheugen bewaard. Met een druk op de CD NX toets
kunt u hetzelfde programma dus nogmaals weergeven.
• Als tijdens programmeren in plaats van de totale
speelduur “--m--s” verschijnt, betekent dit:
– dat u een muziekstuknummer boven de 20 heeft
geprogrammeerd, of.
– dat de totale geprogrammeerde speelduur meer
bedraagt dan 100 minuten.
Opmerking
Een muziekprogramma zal in het geheugen bewaard blijven
totdat u het annuleert volgens de aanwijzingen onder “Wissen
van het gehele muziekprogramma”. Daarnaast zal bij
inschakelen van de bandlengte-montagefunctie ook het gehele
programma automatisch gewist worden.
Compact disc speler
NL
25
Cassettedeck
Handmatig opnemen
U kunt een compact disc, cassette of radiouitzending opnemen. Bij handmatig opnemen kunt
u naar wens muziekstukken overslaan of
bijvoorbeeld in het midden van de cassette
beginnen met opnemen. Het opnameniveau wordt
automatisch ingesteld.
?/1
(Aan/uit-schakelaar)
24
x
Instelknop
PUSH ENTER
4 Druk enkele malen op de MODE
SELECT toets om in te stellen op “Set
Up Mode” en druk dan op de PUSH
ENTER toets.
5 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “TAPE Set
Up ?” en druk weer op de PUSH
ENTER toets.
6 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “Direction Set
Up ?” en druk op de PUSH ENTER
toets.
7 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “1 Way” voor
het opnemen op één cassettekant of op
“Cycle” (of “Relay”) voor het opnemen
op beide cassettekanten, en druk dan op
de PUSH ENTER toets.
8 Druk op de REC PAUSE/START toets.
Het opnemen begint.
9 Begin met de weergave van de
geluidsbron die u wilt opnemen.
26
3,8
. >
1 Steek een voor opnemen geschikte
cassette in deck B.
2 Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding voor
de geluidsbron die u wilt opnemen
verschijnt (bijv. “CD” voor het
opnemen van een compact disc).
3 Druk op de REC PAUSE/START
opnametoets.
Deck B komt in de opnamepauzestand te
staan. De TAPE B N indicator (voor de
NL
voorkant van de cassette) licht op.
Voor hetDoet u het volgende
Stoppen metDruk op de x stoptoets.
opnemen
1
Kort onderbrekenDruk op de REC PAUSE/
(pauzeren) vanSTART pauzetoets.
de opname
Uitschakelen van de
menufuncties
Druk op de MODE SELECT toets.
Tips
• Wilt u op de achterkant van de cassette beginnen
met opnemen, druk dan na de REC PAUSE/START
toets in stap 3 op de TAPE B n toets zodat de
indicator van die toets (voor de achterkant van de
cassette) oplicht.
• Om storende bandruis in zacht doorkomende hoge
frequenties te onderdrukken, volgt u na het
indrukken van de REC PAUSE/START toets in
stap 3 de volgende aanwijzingen.
1 Druk enkele malen op de MODE SELECT toets
om in te stellen op “Set Up Mode” en druk dan
op de PUSH ENTER toets.
2 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “TAPE Set Up ?” en druk
weer op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “DOLBY NR Set Up ?” en
druk op de PUSH ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “On” en druk op de PUSH
ENTER toets.
De aanduiding “DOLBY NR” licht op in het
uitleesvenster.
Om terug te keren naar de oorspronkelijke instelling
herhaalt u de stappen 1 t/m 4 en kiest u de stand
“Off” in stap 4.
• In de opnamepauzestand (na indrukken van de REC
PAUSE/START opnametoets in stap 3 en vóór
nogmaals indrukken hiervan in stap 8) kunt u de
. of > toets gebruiken om op de CD-speler
de gewenste muziekstukken te kiezen.
Geprogrammeerde
opname van een CD
— Programma-montage
U kunt de muziekstukken op de compact discs in
een zelf gekozen volgorde opnemen. Bij het
programmeren van de volgorde dient u erop te
letten dat de totale speelduur van de
muziekstukken die op een bepaalde cassettekant
moeten worden opgenomen, niet langer is dan de
betreffende cassettekant.
?/1
(Aan/uitschakelaar)
212
x
Compact disc speler
Cassettedeck
3,13
Instelknop
PUSH ENTER
1117
10
wordt vervolgd
27
NL
Geprogrammeerde opname van
een CD (vervolg)
1 Leg een of meer compact discs in de
disc-lade en steek een voor opnemen
geschikte cassette in deck B.
2 Druk net zovaak op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot de aanduiding
“CD” verschijnt.
3 Druk enkele malen op de MODE
SELECT toets om in te stellen op “Set
Up Mode” en druk dan op de PUSH
ENTER toets.
4
Druk de instelknop enkele malen naar
of B om in te stellen op “CD Set Up ?”
en druk weer op de PUSH ENTER toets.
b
5 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “Program
Set ?” en druk op de PUSH ENTER
toets.
6 Druk de instelknop enkele malen naar v
of V om de gewenste CD te kiezen.
Als u alle muziekstukken van een CD wilt
opnemen, kunt u na het kiezen van de CD in
deze stap de volgende stap 7 overslaan en
direct doorgaan met stap 8.
7 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om het gewenste muziekstuk te
kiezen.
Nummer van CD
PROGRAM
Nummer van
muziekstuk
9 Voor elk muziekstuk dat u aan uw
muziekprogramma voor cassettekant A
wilt toevoegen, herhaalt u de stappen 6
t/m 8.
Voor het kiezen van een volgend muziekstuk
van dezelfde compact disc kunt u stap 6
achterwege laten.
10 Druk op de X toets van de
afstandsbediening om een pauze in te
voegen, aan het einde van het
muziekprogramma voor cassettekant A.
De letter “P” verschijnt en de totale
speelduur komt op “0m00s” te staan.
11 Voor het programmeren van de
muziekstukken bestemd voor opname
op cassettekant B, herhaalt u de stappen
7 en 8 indien het muziekstukken van
dezelfde disc betreft of anders de
stappen 6 t/m 8.
12 Druk op de CD SYNC toets.
Deck B komt in de opnamepauzestand te
staan en de CD-speler komt in de
weergavepauzestand te staan. De TAPE B
N indicator (voor de voorkant van de
cassette) licht op en de REC PAUSE/START
toets knippert.
13 Druk enkele malen op de MODE
SELECT toets om in te stellen op “Set
Up Mode” en druk dan op de PUSH
ENTER toets.
14 Druk de instelknop enkele malen naar
b of B om in te stellen op “TAPE Set
Up ?” en druk weer op de PUSH
ENTER toets.
28
Totale speelduur (met inbegrip
van het gekozen muziekstuk)
8 Druk op de PUSH ENTER toets.
Het gekozen muziekstuk is nu in uw
muziekprogramma vastgelegd. Wanneer u alle
muziekstukken hebt gekozen, verschijnt er
“AL” in het uitleesvenster en dan gelden alle
NL
muziekstukken als één stap in het programma.
Het volgnummer in het programma verschijnt,
gevolgd door de totale speelduur.
15 Druk de instelknop enkele malen naar
b of B om in te stellen op “Direction
Set Up ?” en druk op de PUSH ENTER
toets.
16 Druk de instelknop enkele malen naar
b of B om in te stellen op “1 Way”
voor het opnemen op één cassettekant
of op “Cycle” (of “Relay”) voor het
opnemen op beide cassettekanten, en
druk dan op de PUSH ENTER toets.
17 Druk op de REC PAUSE/START
toets.
Het opnemen begint.
Stoppen met opnemen
Druk op de x stoptoets.
Uitschakelen van de menufuncties
Druk op de MODE SELECT toets.
Controleren van de op te nemen
muziekstukken
1 Druk enkele malen op de FUNCTION toets
totdat er “CD” in het uitleesvenster verschijnt.
2 Druk enkele malen op de MODE SELECT toets
om in te stellen op “Set Up Mode” en druk dan
op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “CD Set Up ?” en druk weer
op de PUSH ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “PGM Check Clear ?” en
druk op de PUSH ENTER toets.
5 Druk de instelknop naar b of B.
Het discnummer en het muziekstuknummer
worden aangegeven.
6 Na het controleren van uw muziekprogramma,
drukt u op de MODE SELECT toets.
Uitschakelen van de programmamontage
1 Druk enkele malen op de FUNCTION toets
totdat er “CD” in het uitleesvenster verschijnt.
2 Druk enkele malen op de MODE SELECT toets
om in te stellen op “Set Up Mode” en druk dan
op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “CD Set Up ?” en druk weer
op de PUSH ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “Play Mode Set Up ?” en
druk op de PUSH ENTER toets.
5 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “All Discs” of “1 Disc” en
druk op de PUSH ENTER toets.
Hierna worden de muziekstukken in hun normale
volgorde weergegeven.
Tip
Om storende bandruis in zacht doorkomende hoge
frequenties te onderdrukken, volgt u na het indrukken
van de CD SYNC toets in stap 12 op de vorige pagina
eerst de volgende aanwijzingen.
1 Druk enkele malen op de MODE SELECT toets
om in te stellen op “Set Up Mode” en druk dan op
de PUSH ENTER toets.
2 Druk de instelknop enkele malen naar b of B om
in te stellen op “TAPE Set Up ?” en druk weer op
de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B om
in te stellen op “DOLBY NR Set Up ?” en druk op
de PUSH ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b of B om
in te stellen op “On” en druk op de PUSH ENTER
toets. De aanduiding “DOLBY NR” licht op in het
uitleesvenster.
Om terug te keren naar de oorspronkelijke instelling
herhaalt u de stappen 1 t/m 4 en kiest u de stand “Off”
in stap 4.
wordt vervolgd
Compact disc speler
Cassettedeck
29
NL
V
v
Bb
LOOP
v/V
Geprogrammeerde opname van
een CD (vervolg)
Diskjockey-effecten
Repeteerweergave van
Automatische selectie van de
vereiste bandlengte
— Bandlengte-montage
U kunt de CD-speler de geschikte bandlengte voor
het opnemen van een bepaalde compact disc laten
bepalen en aangeven, zodat u de disc automatisch
op een passende cassette kunt opnemen. De CDspeler kan echter geen passende cassette bepalen
voor compact discs met meer dan 20
muziekstukken.
1 Plaats een compact disc.
2 Druk enkele malen op de FUNCTION
toets tot het uitleesvenster “CD”
aangeeft.
3 Druk enkele malen op de MODE
SELECT toets om in te stellen op “Set
Up Mode” en druk dan op de PUSH
ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar
b of B om in te stellen op “CD Set
Up ?” en druk weer op de PUSH
ENTER toets.
5 Druk de instelknop enkele malen naar
b of B om in te stellen op “CD Edit
Start ?” en druk op de PUSH ENTER
toets.
De vereiste bandlengte voor het opnemen
van de gekozen compact disc verschijnt,
gevolgd door de totale speelduur voor
achtereenvolgens cassettekant A en B.
een muziekpassage op
CD
— LOOP weergave
Tijdens afspelen kunt u een bepaalde
muziekpassage enkele malen laten herhalen. Zo
kunt u interessante effecten bereiken voor
creatieve eigen opnamen.
, Druk tijdens afspelen op de LOOP toets
van de afstandsbediening bij het punt
waar u de repeteerweergave wilt starten
en houd de toets ingedrukt totdat u de
normale weergave wilt laten doorgaan.
Instellen van de lengte van het
repeteerfragment
Stel de lengte van de repeteerlus (LOOP 1~20) in
door enkele malen op de V of v toets van de
afstandsbediening te drukken terwijl u de LOOP
toets ingedrukt houdt.
NL
30
Instellen van de weergave
Instelle
“Flits” weergave van een
muziekpassage op CD
— FLASH weergave
Tijdens afspelen kunt u een bepaalde muziekpassage
met plotseling opkomende en afvallende
geluidssterkte weergeven. Zo kunt u interessante
effecten bereiken voor creatieve eigen opnamen.
FLASH
V
Bb
v
, Druk tijdens afspelen op de FLASH
toets van de afstandsbediening bij het
punt waar u de flits-weergave wilt
starten en houd de toets ingedrukt totdat
u de normale weergave wilt laten
doorgaan.
v/V
Bijregelen van het
geluid
U kunt het weergegeven geluid meer kracht geven
door de bassen of het gehele klankbeeld extra te
versterken. Ook is er een hoofdtelefoonaansluiting om te luisteren zonder anderen te
storen.
?/1
(Aan/uitschakelaar)
GROOVE-EX
V-GROOVE
Diskjockey-effecten / Instellen van de weergave
Instellen van de weergave
Instellen van de lengte van de
flits-weergavelus
Stel de lengte van de flits-weergavelus (FLASH
1~20) in door enkele malen op de V of v toets van
de afstandsbediening te drukken terwijl u de
FLASH toets ingedrukt houdt.
Gecombineerd gebruik van de
LOOP en FLASH functies
Houd de LOOP en de FLASH toets tegelijk
ingedrukt.
Opmerkingen
• In dit geval kunt u de lengte van de LOOP
repeteerlus en de flits-weergavelus niet instellen.
Indien gewenst, kunt u de lengte voor beide functies
afzonderlijk vooraf instellen.
• Om het flits-effect op te nemen, gebruikt u de
analoge (MD OUT) aansluitingen of het
cassettedeck van deze stereo-installatie.
GROOVE
Extra vermogen voor het
totaalgeluid (GROOVE)
Druk op de GROOVE toets. De geluidssterkte
wordt verhoogd, de DBFB* basversterking komt
op volle sterkte te staan, de instelling van de
grafiek-toonregeling verandert en de GROOVE
toets licht op. Druk nogmaals op de GROOVE
toets om weer terug te keren naar de
oorspronkelijke geluidssterkte.
* DBFB = Dynamic Bass Feedback (Dynamische
basversterking)
wordt vervolgd
31
NL
Bijregelen van het geluid
(vervolg)
Extra versterken van de laagste
bassen (V-GROOVE)
Druk op de V-GROOVE toets. De laagste tonen
van de muziek worden extra versterkt, de DBFB
basversterking wordt op volle sterkte gezet, de
curve van de grafiek-toonregeling verandert, er
wordt een loudness-effect toegevoegd en de
V-GROOVE toets licht op. Druk nogmaals op de
V-GROOVE toets om terug te keren naar de
oorspronkelijke klank.
Kiezen van een vaste
akoestiek-instelling
Met behulp van het akoestiek-menu kunt u het
klankbeeld aanpassen aan de muziek waar u naar
luistert.
Keuze van een effect uit het
akoestiek-menu
Voor de meest heldere klank
(GROOVE-EX)
Druk op de GROOVE-EX toets. De hogere tonen
van de muziek worden extra versterkt, de DBFB
basversterking wordt op volle sterkte gezet, de
curve van de grafiek-toonregeling verandert, er
wordt een loudness-effect toegevoegd en de
GROOVE-EX toets licht op. Druk nogmaals op de
GROOVE-EX toets om terug te keren naar de
oorspronkelijke klank.
?/1
(Aan/uitschakelaar)
V
Bb
v
Instelknop
PUSH ENTER 1
FILE SELECT
MODE SELECT
ENTER
B/b
32
NL
1 Druk enkele malen op de MODE
SELECT toets om in te stellen op
“Sound Mode” en druk dan op de
PUSH ENTER toets.
2 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “File Select” en
druk weer op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op het gewenste
akoestiekeffect.
De naam van het akoestiekeffect verschijnt
in het uitleesvenster.
Zie de tabel onder “Akoestiek-menu” in de
kolom hiernaast.
Uitschakelen van het akoestiekeffect
Volg de aanwijzingen en kies in stap 2 de “Effect
Off” stand.
Akoestiek-menu
Akoestiek-effect
ROCK
POP
JAZZ
DANCE
SOUL
ORIENTAL
ACTION
DRAMA
GAME
SF
P FILE 1~5
Voor
Standaard muziekbronnen
Geluid van speelfilms en
speciale luistersituaties
Eigen instellingen (Personal file)*
Instellen van de weergave
4 Druk op de PUSH ENTER toets.
Uitschakelen van de
menufuncties
Druk op de MODE SELECT toets.
Tip
Bij gebruik van de afstandsbediening drukt u net
zovaak op de FILE SELECT toets totdat het gewenste
effect wordt aangegeven.
* U kunt ook zelfgemaakte akoestiek-instellingen in
het geheugen vastleggen (zie “Vastleggen van uw
eigen akoestiek-instellingen” op blz. 37).
33
NL
34
Omschakelen van de
spectrum analyzer
aanduidingen
Tijdens het luisteren naar muziek kunt u de meest
dynamische spectrum analyzer aanduidingen
kiezen.
?/1
(Aan/uit-schakelaar)
1 Druk enkele malen op de MODE
SELECT toets om in te stellen op “Set
Up Mode” en druk dan op de PUSH
ENTER toets.
2 Druk de instelknop enkele malen naar
b of B om in te stellen op “Display Set
Up ?” en druk weer op de PUSH
ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar
b of B om in te stellen op “Spectrum
Set Up ?” en druk op de PUSH ENTER
toets.
NL
Instelknop
PUSH ENTER 1
4 Druk de instelknop zo vaak als nodig
naar b of B om het gewenste effect te
kiezen en leg dit vast met een druk op
de PUSH ENTER toets.
Telkens wanneer u de instelknop naar
b of B drukt, verspringt de aanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
Spectrum 1
Y
Spectrum 2
Y
Spectrum 3
Y
Spectrum Off
Uitschakelen van de
menufuncties
Druk op de MODE SELECT toets.
Bijregelen van de helderheid van
het uitleesvenster
Kies in stap 3 hierboven de stand “Dimmer Set
Up ?”. Druk de instelknop zo vaak als nodig naar
b of B om de gewenste helderheid te kiezen en
leg deze vast met een druk op de PUSH ENTER
toets.
Telkens wanneer u de instelknop naar b of B
drukt, verandert de helderheid van het
uitleesvenster als volgt:
Dimmer Off
Y
Dimmer 1
Y
Dimmer 2
Y
Dimmer 3
Y
Dimmer 4
Y
Dimmer 5
Controleren van het frequentieniveau
De geluidssterktemeters in het uitleesvenster
stijgen en dalen volgens de sterkte van de beat
(hoge frequenties en lage frequenties).
Meter voor lage frequenties (rond
40Hz
100 Hz)
100Hz
Meter voor hoge frequenties (rond
100Hz
6kHz
6 kHz)
Weergave met een
ruimtelijk effect
U kunt de muziek weergeven met een fraai
ruimtelijk akoestiekeffect.
?/1
(Aan/uit-schakelaar)
CINEMA SPACE
Tip
Als u het effect met een bepaalde geluidsbron altijd wilt
gebruiken, kunt u het vastleggen in het geheugen (zie
“Vastleggen van uw eigen akoestiek-instellingen” op blz. 37).
Opmerking
Wanneer u een ander akoestiekeffect kiest, zal het ruimtelijk
SURROUND effect worden uitgeschakeld.
Bijregelen van de parameters voor het
CINEMA SPACE akoestiekeffect
Voor het CINEMA akoestiekeffect kunt u de gesimuleerde
afstand en de balans van de nagalm zo bijregelen dat u kunt
kiezen uit verschillende zitplaatsen, als het ware.
1 Druk op de CINEMA SPACE toets om het
“CINEMA SPACE” akoestiekeffect te kiezen.
2 Druk enkele malen op de MODE SELECT toets
om in te stellen op “Sound Mode” en druk dan
op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “Cinema Space” en druk
weer op de PUSH ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar v of V
om uw zitplaats dichterbij of verderaf te kiezen
ten opzichte van het klankbeeld (in 3 stappen).
Instellen van de weergave
, Druk enkele malen achtereen op de
CINEMA SPACE toets om in te stellen
op het gewenste akoestiekeffect.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de akoestiekaanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
tCINEMA SPACE*
r
SURROUND ON**
r
SURROUND OFF
* CINEMA SPACE is het akoestiekeffect
dat speciaal bestemd is voor speelfilms.
**Hierbij verschijnt “” in het
uitleesvenster.
5 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om de ruimtelijkheid van het akoestiekeffect te
kiezen (uit 7 niveaus).
6 Druk op de PUSH ENTER toets.
Uitschakelen van de menufuncties
Druk op de MODE SELECT toets.
Opmerking
In de volgende gevallen zal het CINEMA SPACE
akoestiekeffect niet werken:
– bij weergave via een hoofdtelefoon
–
wanneer het TAPE B deck in de REC PAUSE stand staat
– tijdens opnemen op het TAPE B deck.
35
NL
Bijregelen met de
grafiek-toonregeling
Met de grafiek-toonregeling kan het niveau van de
diverse frequentiebanden naar wens verhoogd of
verlaagd worden.
Alvorens te beginnen, kiest u een bepaalde
akoestiek-instelling die gebruikt wordt als basis
voor de bijregeling van de klank.
?/1
(Aan/uit-schakelaar)
Instelknop
PUSH ENTER
2
3 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “Equalizer
Control” en druk weer op de PUSH
ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om een frequentieband te kiezen (5
stappen).
5 Druk de instelknop enkele malen naar v
of V om het niveau naar wens in te
stellen (9 stappen).
36
1 Kies de akoestiek-instelling die gebruikt
wordt als basis voor de bijregeling (zie
de paragraaf “Kiezen van een vaste
akoestiek-instelling” op blz 32).
2 Druk enkele malen op de MODE
SELECT toets om in te stellen op
“Sound Mode” en druk dan op de
PUSH ENTER toets.
NL
6 Herhaal de stappen 4 en 5.
7 Druk op de PUSH ENTER toets nadat u
de gewenste bijregeling heeft gemaakt.
Uitschakelen van de
menufuncties
Druk op de MODE SELECT toets.
Opmerking
Als u een andere akoestiek-instelling kiest, komt de
gemaakte bijregeling te vervallen (dit is niet het geval
als “Effect Off” wordt gekozen). Wilt u de
instellingen bewaren voor toekomstig gebruik, leg
deze dan vast in het geheugen van de stereoinstallatie. (Zie “Vastleggen van uw eigen akoestiekinstellingen” op blz. 37.)
Vastleggen van uw
eigen akoestiekinstellingen
— PERSONAL FILE functie
Na het samenstellen van uw eigen akoestiekinstellingen (met behulp van de grafiektoonregeling en het ruimtelijk rondom-effect) kunt
u deze in het geheugen van de stereo-installatie
vastleggen. Deze PERSONAL FILE
akoestiekinstellingen kunt u dan later telkens weer
gebruiken voor het beluisteren van een favoriete
cassette, CD of radio-uitzending. U kunt vijf
zelfgemaakte akoestiekinstellingen vastleggen.
Alvorens te beginnen, kiest u een bepaalde
akoestiekinstelling die gebruikt wordt als basis
voor de bijregeling van het geluid.
?/1
(Aan/uitschakelaar)
Instelknop
PUSH ENTER 2
2 Druk enkele malen op de MODE
SELECT toets om in te stellen op
“Sound Mode” en druk dan op de
PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “P File
Memory” en druk op de PUSH ENTER
toets.
In het uitleesvenster verschijnt een nummer
voor het zelfgemaakte akoestiekpatroon.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om het gewenste nummer (P FILE
1~5) te kiezen voor opslag van uw
bijgeregelde akoestiekpatroon.
5 Druk op de PUSH ENTER toets.
Het bijgeregelde akoestiekeffect is nu
vastgelegd onder het gekozen nummer. Het
voorheen op deze plaats vastgelegde
akoestiekpatroon wordt gewist en vervangen
door de nieuwe instellingen.
Instellen van de weergave
1 Regel de gekozen akoestiekinstelling
naar uw eigen smaak bij met de grafiektoonregeling (zie blz. 36) en het
ruimtelijk rondom-effect (zie blz. 35).
Uitschakelen van de
menufuncties
Druk op de MODE SELECT toets.
Oproepen van een zelfgemaakt
akoestiekpatroon
1 Druk enkele malen op de MODE SELECT toets
om in te stellen op “Sound Mode” en druk dan
op de PUSH ENTER toets.
2 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “File Select” en druk weer
op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op het zelfgemaakte
akoestiekpatroon van uw keuze (P FILE 1~5).
4 Druk op de PUSH ENTER toets.
Tip
De vastgelegde akoestiekinstellingen blijven ook als de
stroom uitvalt of de stekker uit het stopcontact zaakt
zeker een halve dag lang in het geheugen bewaard.
37
NL
Extra functies
Gebruik van het Radio
Data Systeem (RDS)
(Alleen voor het Europese model)
Welke mogelijkheden biedt
het RDS informatiesysteem?
De RDS (Radio Data Systeem) is een digitaal
radio-informatiesysteem waarmee radiozenders
naast de gewone radio-uitzendingen allerlei
nuttige informatie kunnen uitzenden. De
ingebouwde tuner biedt enkele handige RDS
functies, zoals de aanduiding van de naam van de
radiozender in het uitleesvenster en het opzoeken
van radiozenders aan de hand van het soort
programma dat ze uitzenden. De RDS is alleen
beschikbaar voor FM zenders.*
Opmerking
De RDS informatie zal niet altijd goed te ontvangen
zijn, als de zender waarop u hebt afgestemd niet goed
doorkomt of als de signaalsterkte onvoldoende is.
* Niet alle FM radiozenders geven RDS informatie
door, en de zenders die dit wel doen bieden niet alle
dezelfde soorten informatie. Voor nadere
bijzonderheden omtrent de in uw woongebied
beschikbare RDS informatie kunt u het best contact
opnemen met de plaatselijk actieve radiozenders.
Ontvangst van RDS uitzendingen
, Kies eenvoudigweg een radiozender uit
de FM band.
Bij afstemming op een zender die RDS
informatie uitzendt, zal automatisch de
zendernaam samen met de RDS
indicator in het uitleesvenster
verschijnen.
Aangeven van RDS informatie in
het uitleesvenster
Telkens wanneer u op de DISPLAY toets drukt,
verspringt de aanduiding in het uitleesvenster als
volgt:
t Zendernaam*
r
Afstemfrequentie
r
Programmatype*
r
Tijdsaanduiding
r
Gekozen geluidseffect of
“EFFECT ON (OFF)”
* Als er geen RDS informatie wordt ontvangen, kan
de zendernaam en het programmatype niet in het
uitleesvenster worden aangegeven.
Opzoeken van een radiozender
aan de hand van het
programmatype (PTY)
U kunt een radiozender van uw keuze uit de FM
afstemband opzoeken door in te stellen op het
gewenste programmatype. De tuner stemt dan af
op een uitzending van het gekozen type, verzorgd
door een van de RDS zenders die zijn vastgelegd
in het afstemgeheugen van de tuner.
?/1
(Aan/uitschakelaar)
Instelknop
PUSH ENTER 21
38
x
NL
1 Druk enkele malen op de FUNCTION
toets totdat er “TUNER” in het
uitleesvenster verschijnt.
2 Druk enkele malen op de MODE
SELECT toets om in te stellen op “Set
Up Mode” en druk dan op de PUSH
ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “TUNER Set
Up ?” en druk weer op de PUSH
ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “PTY Select ?”
en druk op de PUSH ENTER toets.
5 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op het gewenste
programmatype. Zie het nevenstaande
“Overzicht van de programmatypes”.
6 Druk op de PUSH ENTER toets.
De tuner doorloopt dan de vooringestelde
RDS radiozenders, op zoek naar het gekozen
soort programma (hierbij verschijnen
afwisselend de aanduidingen “SEARCH” en
het gekozen programmatype).
Wanneer de tuner het soort programma vindt
dat u hebt gekozen, gaat het
voorkeurzendernummer knipperen.
7 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B totdat de gewenste radiozender
wordt aangegeven.
8 Druk nogmaals op de PUSH ENTER
toets terwijl het voorkeurzendernummer
nog knippert.
Uitschakelen van de menufuncties
Druk op de MODE SELECT toets.
Uitschakelen van de PTY
programmatype-zoekfunctie
Druk op de x stoptoets.
Overzicht van de
programmatypes (PTY)
NEWS
Nieuwsbulletins.
AFFAIRS
Actualiteiten-programma’s die op de
achtergronden van het huidige nieuws ingaan.
INFO
Uitzendingen over consumentenzaken,
medisch advies e.d.
SPORT
Sportverslagen, uitslagen e.d.
EDUCATE
Educatieve programma’s, met wetenswaardigheden,
praktische tips en advies op allerlei gebied.
DRAMA
Hoorspelen en radioseries.
CULTURE
Programma’s over nationale en regionale
cultuur.
SCIENCE
Programma’s over natuurwetenschappen en
technologie.
VARIED
Gevarieerd amusement, zoals interviews met
bekende persoonlijkheden, quizprogramma’s
en komedies.
POP M
Populaire muziek.
ROCK M
Moderne serieuze muziek.
EASY M
Easy listening muziek.
LIGHT M
Lichte klassieke muziek voor een breed
publiek zowel vocale als instrumentale muziek.
CLASSICS
Uitvoeringen van klassieke orkestwerken,
kamermuziek, opera, enz..
OTHER M
Muziek die niet is onder te brengen in één
van de andere muzikale categorieën, rhythmand-blues, reggae, enz.
WEATHER
Weerbericht.
FINANCE
Beursberichten, financieel en zakennieuws.
wordt vervolgd
Extra functies
NL
39
Gebruik van het Radio Data
Systeem (RDS) (vervolg)
Met muziek in slaap
CHILDREN
Kinderprogramma’s.
SOCIAL
Programma’s over mensen en hun
bezigheden.
RELIGION
Programma’s over godsdienst en religieuze
zaken.
PHONE IN
Programma’s waarin luisteraars via de
telefoon of in een publiek forum kunnen
reageren.
TRAVEL
Programma’s over reizen. Niet voor
aankondigingen die met de TP/TA
verkeersinformatiefuncties te vinden zijn.
LEISURE
Programma’s over vrijetijdsbesteding en
hobbies als vissen, tuinieren, koken e.d.
JAZZ
Jazz en geïmproviseerde muziek.
COUNTRY
Country & western muziek.
NATION M
Programma’s met de nationale of
streekmuziek van een bepaald gebied.
OLDIES
Hits van vroeger.
FOLK M
Volksmuziekprogramma’s.
DOCUMENT
Documentaires.
TEST
Testsignaal voor nooduitzendingen.
ALARM
Nooduitzendingen.
NONE
Ieder type uitzending dat niet onder een van
de bovengenoemde categorieën valt.
vallen
— Sluimerfunctie
U kunt de stereo-installatie na een zelf te kiezen
periode automatisch laten uitschakelen, zodat u
gerust met muziek in slaap kunt vallen (dit
noemen we de sluimerfunctie). De sluimerduur is
instelbaar in stappen van 10 minuten.
SLEEP
, Druk op de SLEEP toets van de
afstandsbediening.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de minuten-aanduiding (de
sluimerduur of tijd tot het uitschakelen) als
volgt:
Auto t 90min t 80min t 70min
t … t 10min t Off t Auto …
Als u de “Auto” instelling kiest
De stereo-installatie wordt uitgeschakeld wanneer
de huidige compact disc of cassette is afgelopen
(maximaal na 100 minuten).
Controleren van de resterende
sluimertijd
Druk eenmaal op de SLEEP toets van de
afstandsbediening.
Wijzigen van de sluimertijd
tijdens gebruik van de
sluimerfunctie
Druk enkele malen op de SLEEP toets van de
afstandsbediening om de gewenste tijd tot het
uitschakelen te kiezen.
40
Opmerking
De aanduiding “No PTY” zal verschijnen als er geen
zender is die het door u gekozen programmatype
uitzendt.
NL
Uitschakelen van de
sluimerfunctie
Druk net zovaak op de SLEEP toets van de
afstandsbediening tot de aanduiding “Sleep Off”
verschijnt.
Met muziek gewekt worden
— Wekfunctie
U kunt de stereo-installatie automatisch op een
vooraf gekozen tijdstip laten inschakelen, zodat u
’s ochtends met muziek gewekt wordt. Voor het
gebruik van deze wekfunctie moet wel eerst de
ingebouwde klok op de juiste tijd zijn ingesteld
(zie “Stap 2: Gelijkzetten van de klok” op blz. 6).
11
Instelknop
PUSH ENTER
3
2 Stel de geluidssterkte naar wens in.
3 Druk enkele malen op de MODE
SELECT toets om in te stellen op “Set
Up Mode” en druk dan op de PUSH
ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “Timer Set
Up ?” en druk weer op de PUSH
ENTER toets.
5 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “Timer Set ?”
en druk op de PUSH ENTER toets.
De aanduiding “Set Daily 1” verschijnt.
6 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “Daily 1 (of 2)”
en druk op de PUSH ENTER toets.
De aanduiding “On” verschijnt en de urencijfers voor de inschakeltijd gaan knipperen.
DAILY 1
Extra functies
1 Breng de geluidsbron waarmee u
gewekt wilt worden in gereedheid.
•
Compact disc: Leg een CD in de disc-lade.
Als u wilt beginnen met een bepaald
muziekstuk, maakt u een muziekprogramma
(zie “Programmaweergave van
muziekstukken op CD” op blz. 24).
•
Cassette: Steek een cassette in het deck met
de gewenste cassettekant naar u toe gericht.
•
Radio: Stem af op de gewenste
voorkeurzender (zie “Luisteren naar de
radio” op blz. 14).
2
7 Stel het tijdstip in waarop u door de
stereo-installatie gewekt wilt worden.
Druk de instelknop enkele malen naar v of
V om het juiste uur te kiezen en druk dan op
de PUSH ENTER toets.
Nu gaan de minuten-cijfers voor de opnameaanvangstijd knipperen.
Druk de instelknop enkele malen naar v of
V om de juiste minuut te kiezen en druk
weer op de PUSH ENTER toets.
wordt vervolgd
DAILY 1
41
NL
Met muziek gewekt worden
(vervolg)
8 Stel op dezelfde wijze als bij stap 7 de
tijd in waarop u wilt stoppen met
afspelen.
9 Druk de instelknop enkele malen naar
b of B om de gewenste geluidsbron te
kiezen.
Telkens wanneer u de instelknop zijwaarts
naar b of B drukt, verspringt de aanduiding
in het uitleesvenster als volgt.
t TUNER y CD Play T
t TAPE Play T
10 Druk op de PUSH ENTER toets.
In het uitleesvenster verschijnen nu de
geldende wekfunctie (Daily 1 of Daily 2) en
dan de door u gekozen inschakeltijd, de
uitschakeltijd en de geluidsbron, gevolgd
door de oorspronkelijke aanduidingen.
11 Schakel de stereo-installatie uit.
Uitschakelen van de menufuncties
Druk op de MODE SELECT toets.
om in te stellen op “Set Up Mode” en druk dan
op de PUSH ENTER toets.
2 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “Timer Set Up ?” en druk
weer op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “Timer Select ?” en druk op
de PUSH ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “Timer Off” en druk op de
PUSH ENTER toets.
Tip
15 seconden voordat de ingestelde tijd wordt bereikt,
zal de stereo-installatie worden ingeschakeld.
Opmerkingen
• De DAILY 1 en DAILY 2 wekfuncties zijn niet
tegelijk te gebruiken.
• Voor de inschakeltijd en de uitschakeltijd kunt u
niet hetzelfde tijdstip kiezen.
• Wanneer u de sluimerfunctie hebt ingeschakeld, kan
de Daily wekfunctie niet werken zolang de
sluimerfunctie de stereo-installatie nog niet heeft
uitgeschakeld.
• Het is niet mogelijk de Daily wekfunctie en de
schakelklok-opname op hetzelfde tijdstip in te
stellen.
42
Controleren van de wekfunctieinstellingen
1 Druk enkele malen op de MODE SELECT toets
om in te stellen op “Set Up Mode” en druk dan
op de PUSH ENTER toets.
2 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “Timer Set Up ?” en druk
weer op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “Timer Select ?” en druk op
de PUSH ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op de instelling die u wilt
controleren (“Daily 1” of “Daily 2”) en druk op
de PUSH ENTER toets.
Als u de instelling wilt wijzigen, volgt u weer de
aanwijzingen vanaf stap 1 op blz. 41.
Uitschakelen van de
schakelklok-wekfunctie
1 Druk enkele malen op de MODE SELECT toets
NL
Schakelklok-opname
van radio-uitzendingen
U kunt de schakelklok instellen voor het op
cassette opnemen van een radio-uitzending op een
bepaalde tijd, maar dan moet de radiozender wel
in het afstemgeheugen zijn vastgelegd (zie “Stap
3: Vastleggen van uw favoriete radiozenders” op
blz.8) en moet de klok op de juiste tijd zijn
ingesteld (zie “Stap 2: Gelijkzetten van de klok”
op blz.6).
Instelknop
PUSH ENTER29
4 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “Timer Set ?”
en druk op de PUSH ENTER toets.
De aanduiding “Set Daily 1” verschijnt.
5 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “Set REC” en
druk op de PUSH ENTER toets.
De aanduiding “On” verschijnt en de urencijfers voor de inschakeltijd gaan knipperen.
REC
6 Stel het tijdstip in waarop u wilt
beginnen met opnemen.
Druk de instelknop enkele malen naar v of
V om het juiste uur te kiezen en druk dan op
de PUSH ENTER toets.
Nu gaan de minuten-cijfers voor de opnameaanvangstijd knipperen.
REC
Druk de instelknop enkele malen naar v of
V om de juiste minuut te kiezen en druk
weer op de PUSH ENTER toets.
Extra functies
8
1 Stem af op de voorkeurzender waarvan
u een uitzending wilt opnemen (zie
“Luisteren naar de radio” op blz. 14).
2
Druk enkele malen op de MODE SELECT
toets om in te stellen op “Set Up Mode” en
druk dan op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b
of B om in te stellen op “Timer Set
Up ?” en druk weer op de PUSH
ENTER toets.
wordt vervolgd
43
NL
Schakelklok-opname van radiouitzendingen (vervolg)
7 Stel op dezelfde wijze als bij stap 6 de
tijd in waarop u wilt stoppen met
opnemen.
In het uitleesvenster verschijnen nu de door u
gekozen inschakeltijd, de uitschakeltijd, en
het nummer van de voorkeurzender waarvan
u een uitzending wilt opnemen (bijvoorbeeld
“TUNER FM 5”), gevolgd door de
oorspronkelijke aanduidingen.
8 Steek een voor opnemen geschikte
cassette.
9 Schakel de stereo-installatie uit.
Wanneer het opnemen begint, wordt de
geluidsweergave automatisch gedempt.
Uitschakelen van de menufuncties
Druk op de MODE SELECT toets.
Controleren van de
schakelklokopname-instellingen
1 Druk enkele malen op de MODE SELECT toets
om in te stellen op “Set Up Mode” en druk dan
op de PUSH ENTER toets.
2 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “Timer Set Up ?” en druk
weer op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “Timer Select ?” en druk op
de PUSH ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “REC” en druk op de PUSH
ENTER toets.
Als u de instelling wilt wijzigen, volgt u weer de
aanwijzingen vanaf stap 1 op blz. 43.
Uitschakelen van de
schakelklok-functie
1 Druk enkele malen op de MODE SELECT toets
om in te stellen op “Set Up Mode” en druk dan
op de PUSH ENTER toets.
2 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “Timer Set Up ?” en druk
weer op de PUSH ENTER toets.
3 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “Timer Select ?” en druk op
de PUSH ENTER toets.
4 Druk de instelknop enkele malen naar b of B
om in te stellen op “Timer Off” en druk op de
PUSH ENTER toets.
Opmerkingen
• Als de stereo-installatie op de ingestelde opnameaanvangstijd reeds ingeschakeld is, zal er geen
opname plaatsvinden.
• Voor de inschakeltijd en de uitschakeltijd kunt u
niet hetzelfde tijdstip kiezen.
• Wanneer u de sluimerfunctie hebt ingeschakeld, kan
de wekfunctie niet werken zolang de sluimerfunctie
de stereo-installatie nog niet heeft uitgeschakeld.
• Het is niet mogelijk de schakelklok-opname en de
Daily wekfunctie op hetzelfde tijdstip in te stellen.
44
NL
Externe apparatuur
Aansluiten van audioapparatuur
Kies een van de volgende aansluitmethoden,
afhankelijk van de apparatuur die u heeft. Zie voor
nadere bijzonderheden tevens de
gebruiksaanwijzing van elk aan te sluiten
apparaat.
Aansluiten van een minidiscrecorder voor het maken van
digitale opnamen
Sluit de minidisc-recorder via een optische kabel
aan voor het maken van digitale opnamen van
CD’s op minidisc.
Aansluiten van een minidiscrecorder voor het maken van
analoge opnamen
Steek de stekkers in de aansluitbussen met
dezelfde kleur. Voor het luisteren naar de
weergave van de aangesloten minidisc-recorder,
drukt u meermalen op de FUNCTION
keuzeschakelaar tot in het uitleesvenster de
aanduiding “MD” verschijnt.
Naar de audio-uitgangen
van de minidisc-recorder
Naar de audio-ingangen
van de minidisc-recorder
Externe apparatuur
Naar de digitale ingangsaansluiting
van de minidisc-recorder
wordt vervolgd
45
NL
Aansluiten van audio-apparatuur
(vervolg)
Aansluiten van een
Aansluiten van een ultralaagluidspreker
U kunt op dit apparaat ook een los verkrijgbare
“superwoofer” ultralage-tonen luidspreker aansluiten.
Naar de ultralaag-luidspreker
Aansluiten van een hoofdtelefoon
Sluit een hoofdtelefoon aan op de PHONES
aansluiting. Wanneer de hoofdtelefoon is aangesloten,
zal er geen geluid via de luidsprekers te horen zijn.
videorecorder
Steek de stekkers in de aansluitbussen met
dezelfde kleur. Voor het luisteren naar het geluid
van de aangesloten videorecorder, drukt u
meermalen op de FUNCTION keuzeschakelaar tot
in het uitleesvenster de aanduiding “VIDEO”
verschijnt. Zie voor nadere bijzonderheden tevens
de gebruiksaanwijzing van het aan te sluiten
apparaat.
Naar de audio-uitgang van de videorecorder
46
NL
?/1
(Aan/uitschakelaar)
PHONES
Opmerking
Voor het aansluiten van een VIDEO-CD speler
verbindt u de audio-uitgangen van de VIDEO-CD
speler met de MD IN ingangsaansluitingen van dit
apparaat.
Aansluiten van
Aansluiten van
akoestiekluidsprekers
Sluit de luidsprekersnoeren van de
akoestiekluidsprekers aan op de hiervoor
bestemde SURROUND SPEAKER aansluitingen.
Verbind de eenkleurige draden met de rode
aansluitbussen en de gestreepte draden met de
zwarte aansluitbussen.
Houd de luidsprekersnoeren uit de buurt van de
antennes en antennesnoeren, om storing in de
ontvangst te vermijden.
Sluit hierop de
rechter
akoestiekluidspreker
aan.
Sluit hierop de
linker
akoestiekluidspreker
aan.
buitenantennes
Voor de beste radio-ontvangst is het aanbevolen
een of meer buitenantennes aan te sluiten. Zie
voor nadere bijzonderheden tevens de
gebruiksaanwijzing van het aan te sluiten
apparaat.
FM-antennes
Sluit een los verkrijgbare FM-buitenantenne aan.
U kunt ook gebruik maken van een TV-antenne.
Aansluiting type A
75-ohm coaxiaalkabel
(niet bijgeleverd)
Aansluiting type B
IEC standaard antennestekker
(niet bijgeleverd)
FM75
COAXIAL
AM
FM75
AM
Externe apparatuur
Opmerking
Als u akoestiekluidsprekers gebruikt, sluit dan in elk
geval zowel een linker als een rechter luidspreker aan.
Een enkele akoestiekluidspreker zal geen geluid
weergeven.
wordt vervolgd
47
NL
Aansluiten van buitenantennes
(vervolg)
AM-antennes
Sluit een geïsoleerde draad van 6 tot 15 meter
lengte aan op de AM antenne-aansluiting. Laat
tevens de bijgeleverde AM-kaderantenne
aangesloten.
Aansluiting type A
Geïsoleerde draad (niet bijgeleverd)
FM75
Aansluiting type B
Geïsoleerde draad (niet bijgeleverd)
FM75
COAXIAL
AM
48
NL
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
Stroomvoorziening
Controleer, alvorens de stereo-installatie in gebruik te
nemen, of de bedrijfsspanning van het apparaat
overeenkomt met de plaatselijke netspanning.
Veiligheid
•
Zolang de stekker van het netsnoer in het stopcontact
steekt, blijft er een geringe hoeveelheid stroom naar het
apparaat lopen, ook al is het apparaat zelf uitgeschakeld.
•
Trek de stekker uit het stopcontact wanneer u denkt het apparaat
geruime tijd niet te gebruiken. Pak de stekker vast om deze uit
het stopcontact te trekken. Trek nooit aan het snoer.
•
Mocht er vloeistof of een voorwerp in het inwendige van
het apparaat terechtkomen, verbreek dan de aansluiting op
het stopcontact en laat het appraat eerst door een
deskundige nakijken alvorens dit weer in gebruik te nemen.
•
Mocht het nodig zijn het netsnoer of de stekker te vervangen,
laat dit dan uitsluitend bij een erkende vakhandel verrichten.
Opstelling
• Zet de stereo-installatie op een plaats met
voldoende ventilatie om oververhitting van de
inwendige onderdelen te voorkomen, in het belang
van een langdurige betrouwbare werking.
•
Zorg dat het apparaat zo goed mogelijk horizontaal staat.
• Plaats het apparaat ergens waar het niet blootgesteld
wordt aan:
— extreme hitte of koude
— stof of vuil
— erg veel vocht
— heftige trillingen
— directe zonnestraling.
Voorkomen van beschadiging
•
Als de stereo-installatie rechtstreeks van een koude in een
warme omgeving wordt gebracht of in een erg vochtige kamer
wordt geplaatst, kan op de lens binnenin de compact disc
speler vocht uit de lucht condenseren. Als dit zich voordoet,
zal de stereo-installatie niet naar behoren functioneren. In
zulke gevallen dient u de CD te verwijderen en het apparaat
ongeveer een uur ingeschakeld maar ongebruikt aan te laten
staan, zodat alle condensvocht kan verdampen.
•
Voor u de stereo-installatie verplaatst of vervoert, dient
u de compact disc(s) uit het apparaat te verwijderen.
Mocht u vragen of problemen met uw stereo-installatie
hebben, neemt u dan a.u.b. contact op met uw
dichtstbijzijnde Sony handelaar of onderhoudsdienst.
Betreffende de omgang met
compact discs
•
Veeg een CD voor het afspelen schoon met een niet pluizend
reinigingsdoekje, vanuit het midden naar de rand. Berg elke
CD na het afspelen weer in het bijbehorende doosje op.
•
Gebruik voor het reinigen geen oplosmiddelen als benzine of
thinner, evenmin als reinigingsvloeistoffen of antistatische
spray voor het reinigen van conventionele grammofoonplaten.
•
Zorg dat uw compact discs niet worden blootgesteld aan
fel zonlicht of de hitte van een kachel of
verwarmingsradiator; laat compact discs nooit achter in
een afgesloten auto die in de volle zon geparkeerd staat.
•
Als u een compact disc afspeelt waarvan de label-kant
plakkerig is, door lijm of andere klevende stoffen zoals
speciale inkt e.d., bestaat het gevaar dat de CD of het
label ervan blijft kleven aan het inwendige mechanisme
van dit apparaat. Dan zult u de CD niet kunnen
verwijderen en kan het apparaat defect raken. Let voor
het afspelen altijd goed op dat de CD niet plakt.
Gebruik geen CD’s waar het volgende mis mee is:
—
Tweedehands of gehuurde CD’s met een etiket of sticker
waarvan de rand omkrult of de lijm voorbij de sticker
uitsteekt. Dit kan problemen bij het afspelen geven.
—
CD’s met een label dat in speciale inkt is gedrukt; als
de inkt kleverig aanvoelt mag u de CD niet afspelen.
Reinigen van de behuizing
Maak de buitenkant van de apparatuur schoon met een zacht
doekje, droog of licht bevochtigd met wat milde vloeibare zeep.
Beveiligen van uw bandopnamen
tegen per ongeluk wissen
Om een cassette tegen abusievelijk wissen te beschermen, breekt
u het wispreventienokje uit voor cassettekant A of B waarvan u
de opnamen wilt beveiligen, zoals in de afbeelding is aangegeven.
Aanvullende informatie
Bandsoortherkenningsopeningen
Nokje voor kant BNokje voor kant A
Kant A
Ter beveiliging het
wispreventienokje
voor cassettekant
A uitbreken
Als u een aldus beveiligde cassette later weer voor opname
geschikt wilt maken, kunt u de ontstane opening(en) met
een stukje plakband afdekken. Let bij het afplakken echter
wel op dat de bandsoortopeningen voor het automatische
bandsoort-detectiesysteem niet afgedekt worden.
Bandsoort:
CrO2/metaalbandnormaalband
Bandsoort-herkenningsopeningen
wordt vervolgd
49
NL
Voorzorgsmaatregelen (vervolg)
Alvorens de cassette in het
cassettedeck te plaatsen
Trek een eventuele lus in de band strak. Dit om te
voorkomen dat de band zich rondom de onderdelen
wikkelt, met beschadiging van de band en het
cassettedeck als gevolg.
Betreffende het gebruik van
cassettes langer dan 90 minuten
De band van deze cassettes is erg dun. Bij gebruik
van deze cassettes wordt het afgeraden veelvuldig en
snel achter elkaar om te schakelen tussen afspelen,
stoppen, snelspoelen e.d., aangezien de band kan
uitrekken of verstrikt kan raken.
Reinigen van de koppen
De koppen van het cassettedeck dienen om de tien
gebruiksuren gereinigd te worden, anders kunnen de
volgende problemen ontstaan:
— tegenvallende opnameresultaten.
Om verzekerd te kunnen zijn van de beste
geluidskwaliteit, verdient het aanbeveling de koppen
vóór iedere belangrijke opname te reinigen en ook
nadat u een oude cassette heeft afgespeeld. Gebruik
voor het reinigen een los verkrijgbare
reinigingscassette (droog type of vloeistof-type).
Zie de handleiding van de reinigingscassette voor
nadere aanwijzingen.
Demagnetiseren van de koppen
De koppen en alle metalen onderdelen waarmee de
band in aanraking komt, dienen om de 20 tot 30
gebruiksuren gedemagnetiseerd te worden met een in
de handel verkrijgbaar demagnetiseerapparaat. Zie de
handleiding van het demagnetiseerapparaat voor
nadere bijzonderheden.
Verhelpen van storingen
Mocht zich een probleem voordoen met de stereoinstallatie, neemt u dan de volgende lijst met
controlepunten door.
Controleer echter eerst of het netsnoer stevig is
aangesloten en of alle aansluitingen van de
luidsprekers in orde zijn.
Is het probleem niet zo eenvoudig te verhelpen,
neem dan a.u.b. contact op met uw dichtstbijzijnde
Sony handelaar.
Algemeen
Er beginnen aanduidingen in het
uitleesvenster te knipperen wanneer u de
stekker in het stopcontact steekt, terwijl u
de stereo-installatie nog niet heeft
ingeschakeld (demonstratiefunctie).
• Druk de DISPLAY toets eenmaal in terwijl de
installatie uit staat. De demonstratie verdwijnt
dan.
De tijdinstelling/voorkeurzenders/
schakelklok-instellingen zijn vervallen.
• De stekker is langer dan een halve dag uit het
stopcontact geweest of er is een langdurige
stroomonderbreking geweest.
Doe opnieuw het volgende:
— “Stap 2: Gelijkzetten van de klok” op blz. 6
— “Stap 3: Vastleggen van uw favoriete
radiozenders” op blz. 8
Als u bovendien de schakelklok had ingesteld,
volgt u tevens de aanwijzingen onder “Met
muziek gewekt worden” op blz. 41 en/of
“Schakelklok-opname van radiouitzendingen” op blz. 43.
Er klinkt geen geluid.
• Draai de VOLUME regelaar rechtsom.
• Wellicht is er een hoofdtelefoon aangesloten.
• Let erop dat u alleen het vrijgemaakte
uiteinde van het luidsprekersnoer in de
SPEAKER aansluiting steekt. Als u het snoer
te ver naar binnen steekt, is er een kans dat de
isolatie van het snoer een goed contact
verhindert.
• Tijdens een schakelklok-opname wordt er
geen geluid weergegeven.
50
NL
Hevige bromtoon of ander storend geluid.
• De stereo-installatie staat te dicht bij een TV
of videorecorder. Zet de stereo-installatie
verder van de TV of videorecorder vandaan.
Er knippert “--:--” in het uitleesvenster.
• De stroomvoorziening is onderbroken
geweest. Stel de klok weer op de juiste tijd in
en leg uw voorkeurzenders opnieuw in het
geheugen vast.
De schakelklok-functies werken niet naar
behoren.
• Stel de klok op de juiste tijd in.
Bij instellen op het “Timer Select ?” menu
verschijnen de “Daily 1”, “Daily 2” en
“REC” aanduidingen niet.
• Maak de schakelklok-instellingen zorgvuldig
volgens de aanwijzingen.
• Stel de klok op de juiste tijd in.
De afstandsbediening werkt niet.
• Zorg dat er geen obstakels tussen de
afstandsbediening en de stereo-installatie zijn.
• Richt de afstandsbediening, van niet al te ver,
recht op de afstandsbedieningssensor van de
stereo-installatie.
• Wellicht zijn de batterijen (bijna) leeg.
Vervang beide batterijen door nieuwe.
Er is akoestische terugkoppeling (u hoort
een rondzingende fluittoon).
• Verminder de geluidssterkte.
• Houd de microfoon verder van de
luidsprekers vandaan of draai de microfoon in
een andere richting.
Er is storing in de kleuren van het TVbeeld.
• Schakel het TV-toestel eenmaal uit en
vervolgens na 15 à 30 minuten weer in. Als er
na weer inschakelen geen verbetering in de
kleurweergave zichtbaar is, zet de
luidsprekers en de TV dan iets verder uit
elkaar.
Om en om verschijnen de aanduidingen
“PROTECT” en “PUSH POWER”.
•
Er is een te krachtig ingangssignaal
doorgekomen. Druk op de
stroom uit te schakelen, laat de stereo-installatie
een tijdje uit staan en druk dan weer op de
toets om het apparaat weer in te schakelen.
Als de aanduidingen “PROTECT” en “PUSH
POWER” bij weer inschakelen nog steeds
beurtelings knipperen, schakel dan eerst de
stroom uit met de ?/1 schakelaar en
controleer vervolgens de aansluiting van de
luidsprekersnoeren.
?/1
toets om de
?/1
Luidsprekers
Geen geluid van één kanaal of onevenwichtige
weergave van links en rechts.
• Controleer de luidspreker-aansluitingen en de
opstelling van de luidsprekers.
Erg weinig lage tonen.
• Controleer of de + en – aansluitingen van de
luidsprekersnoeren niet zijn verwisseld.
CD-speler
De disc-lade gaat niet dicht.
• De compact disc ligt niet goed in de discuitsparing.
Het afspelen van de compact disc begint niet.
• De compact disc ligt niet goed horizontaal in
de disc-lade.
• Controleer of de compact disc vuil is.
•
De compact disc ligt ondersteboven in de disc-lade.
•
Er is vocht uit de lucht in het apparaat
gecondenseerd. Verwijder de compact disc(s) en
laat de stereo-installatie een uur lang ongebruikt
aan staan, zodat het condensvocht kan verdampen.
De weergave begint niet bij het eerste
muziekstuk.
• De compact disc speler staat ingesteld op
programma-weergave of weergave in
willekeurige volgorde. Kies de “1 Disc” of
“All Discs” instelling in het “Play Mode”
menu (zie blz. 23 en 25).
De aanduiding “Over” verschijnt in het
uitleesvenster.
• Tijdens het snel doorzoeken is het einde van
de compact disc bereikt. Druk op de m toets
om terug te keren naar het muziek-gedeelte
van de compact disc.
wordt vervolgd
Aanvullende informatie
NL
51
Verhelpen van storingen
(vervolg)
Cassettedeck
Opnemen is niet mogelijk.
• Er is geen cassette in de houder aanwezig.
• Het wispreventienokje van de cassette is
verwijderd (zie “Beveiligen van uw
bandopnamen tegen per ongeluk wissen” op
blz. 49).
• De band is geheel naar één kant opgespoeld.
Het is niet mogelijk op te nemen of weer te
geven, of het geluidsvolume neemt af.
• Vuile bandkoppen. Reinig de koppen (zie
“Reinigen van de koppen” op blz. 50).
• De bandkoppen zijn gemagnetiseerd.
Demagnetiseer de koppen (zie
“Demagnetiseren van de koppen” op blz. 50).
Eerdere opnamen worden onvoldoende
gewist.
• De bandkoppen zijn gemagnetiseerd.
Demagnetiseer de koppen (zie
“Demagnetiseren van de koppen” op blz. 50).
Te veel snelheidsfluctuaties of het geluid
valt weg.
• Vuil op de capstan-assen of aandrukrollen.
Reinig deze onderdelen (zie “Reinigen van de
koppen” op blz. 50).
Veel ruis of wissen van de hoge
frequenties.
• De bandkoppen zijn gemagnetiseerd.
Demagnetiseer de koppen (zie
“Demagnetiseren van de koppen” op blz. 50).
Bij indrukken van de N (n) weergave
toets of de A uitwerptoets verschijnt er
“EJECT” in het uitleesvenster, dan klinkt
er een mechanisch geluid en wordt het
apparaat uitgeschakeld.
• De cassette is niet juist ingestoken. Neem de
cassette uit de houder en schakel dan het
apparaat weer in.
Tuner
Ernstige brom of andere storing in de
radio-ontvangst (in het uitleesvenster
knippert de “TUNED” of de “STEREO”
aanduiding).
• Richt of verstel de antenne.
• De ontvangen zender komt te zwak door. Sluit
een buitenantenne aan.
Een stereo FM uitzending wordt niet in
stereo weergegeven.
• Kies de “Stereo” instelling in het “Stereo
Mono ?” menu.
Als er zich andere problemen
voordoen, die hierboven niet zijn
beschreven, kunt u de stereoinstallatie als volgt terugstellen
in de uitgangsstand:
1 Trek de stekker uit het stopcontact.
2 Steek de stekker weer in het stopcontact.
3 Druk de x, DISPLAY en DISC 5 toets tegelijk
in.
4 Druk op de ?/1 aan/uit-schakelaar om de
installatie in te schakelen.
De stereo-installatie is nu teruggesteld op de
fabrieksinstellingen. Alle door u gemaakte
instellingen, zoals de tijd, de voorkeurzenders en
de schakelklok-instellingen zijn uit het geheugen
gewist. Daarom zult u de gewenste instellingen
opnieuw moeten maken.
Uitgangen
MD OUT:uitgangsspanning 250 mV
(tulpstekkerbussen)impedantie 1 kOhm
PHONES:voor hoofdtelefoons van
(stereo klinkstekkerbus) 8 ohm of meer
FRONT SPEAKER:voor luidsprekers met impedantie
SURROUND SPEAKER: voor luidsprekers met impedantie
SUPER WOOFER:uitgangsspanning 1 V, impedantie
80 + 80 watt
(aan 8 ohm bij 1 kHz, DIN)
100 + 100 watt
(aan 8 ohm bij 1 kHz, 10% THV)
170 + 170 watt
(aan 8 ohm bij 1 kHz, 10% THV)
van 8 tot 16 ohm
van 16 ohm
1 kOhm
Compact disc speler
AfspeelsysteemCompact disc digitaal
LaserHalfgeleider laser
Laser-uitgangsvermogen Maximaal 44,6 µW*
Golflengte780 – 790 nm
Frequentiebereik2 Hz – 20 kHz (± 0,5 dB)
Signaal/ruisverhoudingMeer dan 90 dB
Dynamisch bereikMeer dan 90 dB
CD OPTICAL DIGITAL OUT aansluiting
(vierkante optische aansluitbus, achterpaneel)
Golflengte660 nm
Uitgangsniveau–18 dBm
audiosysteem
(λ=780 nm)
Emissieduur: continu
*Deze waarde is gemeten op een
afstand van ca. 200 mm van het
lensoppervlak van het
optisch blok, bij een diafragma van
7 mm.
Cassettedeck
Bandopnamesysteem4 sporen, 2 kanalen stereo
Frequentiebereik40 – 13.000 Hz (± 3 dB),
(zonder Dolbymet Sony TYPE I
ruisonderdrukking)cassette
Snelheidsfluctuaties± 0,15% Gewogen piek (IEC)
40 – 14.000 Hz (± 3 dB),
met Sony TYPE II cassette
Instellingen in de “Sound Mode” en “Set Up Mode”
menu’s
De nummers tussen haakjes verwijzen naar de bladzijde(n) waar de instelling beschreven wordt.
Sound Mode
Effect OnpOff/OffpOn (33)
File Select (33)
P File Memory (37)
Equalizer Control (36)
Cinema Space (35)
*
Set Up Mode
CD Set Up ?
*
Repeat Set Up ? (22)
Play Mode Set Up ? (12)
CD Edit Start ? (30)
Program Set ? (24, 27)
PGM Check Clear (25, 29)
1)
2)
*
Mode End
• Voor het uitschakelen van
de menufuncties drukt u op
de MODE SELECT toets.
• De met een sterretje (*) gemerkte
instellingen zijn niet altijd
beschikbaar, afhankelijk van de
situatie.
•
De instellingen in een dubbel kader
verschijnen niet in het menu. Voor
keuze van een dergelijk onderdeel
drukt u op de gelijknamige toets op
het voorpaneel of de
afstandsbediening.
• Om een bepaalde menu-instelling
te beëindigen, stelt u in op
“Mode End”.
1)
Kan niet worden gekozen tijdens
afspelen van een CD.
2)
Kan niet worden gekozen tijdens
programma-weergave van een
CD.
TUNER Set Up ?
TAPE Set Up ?
Timer Set Up ?
Display Set Up ?
Mode End
*
Stereo Mono ? (15)
PTY Select ? (38)
TUNER Memory ? (8)
TUNER Erase ? (9)
Mode End
Direction Set Up ? (13, 16, 18, 20)
DOLBY NR Set Up ? (14, 17, 19)
Mode End
Clock Set ? (6)
Timer Set ? (41, 43)
Timer Select ? (42, 44)
Mode End
Spectrum Set Up ? (34)
*
*
*
*
*
Aanvullende informatie
Mode End
Dimmer Set Up ? (34)
Mode End
57
NL
Si dichiara che l’apparecchio è stato fabbricato in
conformità all’art.2, Comma 1 del D.M. 28.08.1995
n.548.
Sony International (Europe) GmbH
Product Compliance Europe
ATTENZIONE
Per evitare il pericolo di incendi o scosse
elettriche, non esporre l’apparecchio alla
pioggia o all’umidità.
Per evitare scosse elettriche, non aprire il
rivestimento. Per riparazioni rivolgersi
esclusivamente a personale qualificato.
Non installare l’apparecchio in uno spazio chiuso,
come una libreria o un mobiletto.
Questo apparecchio è
classificato come prodotto
LASER DI 1a CLASSE.
L’etichetta CLASS 1
LASER PRODUCT è
collocata all’esterno sul
retro.
Questo sistema stereo è dotato del sistema di
riduzione del rumore Dolby* tipo B.
* Fabbricato su licenza della Dolby Laboratories
Licensing Corporation.
DOLBY e il simbolo della doppia D ; sono
marchi della Dolby Laboratories Licensing
Corporation.
IT
2
Indice
Preparativi
Punto 1: Collegamento del sistema .......... 4
Punto 2: Regolazione dell’orario ............. 6
Punto 3: Preselezione delle stazioni
radio .................................................... 8
Per risparmiare corrente in modo
di attesa ............................................. 10
Operazioni basilari
Ascolto di compact disc .......................... 11
Registrazione da compact disc ................ 13
Ascolto della radio .................................. 14
Registrazione dalla radio......................... 16
Riproduzione di nastri ............................. 17
Registrazione da un nastro ...................... 20
Lettore CD
Uso delle indicazioni CD ........................ 21
Per riprodurre ripetutamente i brani ........ 22
Per riprodurre i brani in ordine casuale... 23
Per programmare i brani ......................... 24
Piastra a cassette
Registrazione manuale di nastri .............. 26
Per registrare da compact disc specificando
l’ordine dei brani .............................. 27
Effetti da DJ
Per ripetere ciclicamente una parte ......... 30
Per lampeggiare una parte ....................... 31
Regolazioni del suono
Regolazione del suono ............................ 31
“Set Up Mode” ................................. 57
IT
* Solo modello per l’Europa
IT
3
Preparativi
Punto 1: Collegamento del sistema
Eseguire i punti da 1 a 3 del seguente procedimento per collegare il sistema usando i cavi e gli accessori
in dotazione.
Antenna AM a telaio
Antenna FM
2
1
Diffusore anteriore
(destro)
1 Collegare i diffusori anteriori.
Collegare i cavi diffusore dei diffusori
anteriori alle prese FRONT SPEAKER come
mostrato sotto.
Inserire solo la parte denudata dei cavi.
R
+
–
Rosso/tinta
unita (3)
L
1
1
3
Diffusore anteriore
(sinistro)
Nota
Tenere i cavi diffusori lontani dalle antenne per
evitare disturbi.
Nero/con riga (#)
IT
4
2 Collegare le antenne FM/AM.
Montare l’antenna AM a telaio prima di
collegarla.
Tipo di presa A
Antenna AM
a telaio
Tipo di presa B
Antenna AM
a telaio
Estendere il filo dell’antenna
FM orizzontalmente.
Estendere il filo dell’antenna
FM orizzontalmente.
FM75
AM
FM75
COAXIAL
AM
3 Collegare il cavo di alimentazione ad
una presa a muro.
Se l’adattatore spina in dotazione non
corrisponde alla forma della presa di
corrente, scollegarlo dalla spina (solo per i
modelli dotati di adattatore).
Per collegare componenti
opzionali
Vedere pagina 45.
Per disattivare/attivare la
dimostrazione
Quando si imposta l’orario (“Punto 2:
Regolazione dell’orario” a pagina 6), la
dimostrazione viene disattivata.
Per attivare/disattivare la dimostrazione in seguito,
premere ripetutamente DISPLAY una volta a
sistema spento.
continua
Preparativi
IT
5
Punto 1: Collegamento del
sistema (continuazione)
Applicazione dei cuscinetti per i
diffusori anteriori
Applicare i cuscinetti per diffusori anteriori in
dotazione al fondo dei diffusori per stabilizzare i
diffusori ed evitare che scivolino.
Punto 2: Regolazione
dell’orario
È necessario regolare l’orario prima di poter usare
le funzioni timer.
L’orologio impiega il ciclo di 24 ore per il
modello europeo e il ciclo di 12 ore per gli altri
modelli.
Per le illustrazioni è usato il modello con ciclo di
24 ore.
Inserimento di due pile tipo R6
(formato AA) nel telecomando
]
}
}
]
Informazione
Le pile durano per circa sei mesi di uso normale.
Quando il telecomando non può più controllare il
sistema, sostituire entrambe le pile con altre nuove.
Nota
Se non si usa il telecomando per un lungo periodo,
estrarre le pile per evitare possibili danni dovuti a
perdite di fluido delle pile.
Trasporto del sistema
Procedere come segue per proteggere il
meccanismo CD. Assicurarsi che tutti i dischi
siano stati estratti dall’apparecchio.
1 Premere ripetutamente FUNCTION fino a che
“CD” appare sul display.
2 Tenere premuto V-GROOVE e premere &/1 in
modo che “LOCK” appaia sul display.
?/1
(alimentazione)
2,3,4,5,6 1
1 Premere MODE SELECT a sistema
spento.
Appare “Clock Set ?”.
Se il sistema è nel modo salvaenergia,
“Clock Set ?” non appare. Disattivare il
modo salvaenergia o seguire il procedimento
alla prossima pagina (“Per cambiare
l’orario”) dopo aver acceso il sistema.
2 Premere PUSH ENTER.
L’indicazione delle ore lampeggia.
IT
6
3 Spostare ripetutamente il multistick
verso v o V per impostare le ore.
4 Spostare il multistick verso B.
L’indicazione dei minuti lampeggia.
5 Spostare ripetutamente il multistick
verso v o V per impostare i minuti.
6 Premere PUSH ENTER.
Per disattivare l’operazione di
menu
Premere MODE SELECT.
Informazioni
• Fare riferimento all’illustrazione per come usare il
multistick. Mettere un dito nel centro del multistick
e muovere nella direzione voluta (su/giù o sinistra/
destra, indicati con v/V e b/B in questo
manuale).
Su (v)
Per cambiare l’orario
La spiegazione precedente mostra come impostare
l’orario a sistema spento. Per cambiare l’orario
con il sistema acceso, procedere come segue:
1 Premere ripetutamente MODE SELECT per
selezionare “Set Up Mode”, quindi premere
PUSH ENTER.
2 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “Timer Set Up ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “Clock Set ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
4 Eseguire i punti da 3 a 6 a sinistra.
Nota
L’impostazione dell’orario viene cancellata quando si
scollega il cavo di alimentazione o se si verifica
un’interruzione di corrente.
Preparativi
PUSH
ENTER
Destra (B)Sinistra (b)
Giù (V)
• Se si fa un errore, ricominciare dal punto 1.
IT
7
Punto 3: Preselezione
delle stazioni radio
3 Premere ripetutamente MODE SELECT
per selezionare “Set Up Mode”, quindi
premere PUSH ENTER.
Si può preselezionare un totale di 30 stazioni (20
per FM e 10 per AM).
?/1
(alimentazione)
. >
Multistick
1
PUSH ENTER
2
1 Premere ripetutamente TUNER/BAND
per selezionare FM o AM.
2 Tenere premuto m o M fino a che
l’indicazione della frequenza inizia a
cambiare e quindi rilasciarlo.
La ricerca si ferma automaticamente quando
viene sintonizzata una stazione. “TUNED” e
“STEREO” (per programmi stereo) appaiono
sul display.
4 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “TUNER
Set Up ?”, quindi premere PUSH
3
ENTER.
5 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “TUNER
Memory ?”, quindi premere PUSH
ENTER.
Un numero di preselezione e la frequenza
appaiono sul display. Le stazioni sono
memorizzate automaticamente a partire dal
numero di preselezione 1.
6 Premere PUSH ENTER.
7 Ripetere i punti da 2 a 6 per
memorizzare altre stazioni.
Per disattivare l’operazione di
menu
Premere MODE SELECT.
Numero di preselezione
TUNED
IT
8
STEREO
Per sintonizzare una stazione dal
segnale debole
Premere ripetutamente m o M al punto 2 per
sintonizzare manualmente la stazione.
Per memorizzare un’altra
stazione su un numero di
preselezione occupato
Ricominciare dal punto 1. Dopo il punto 5,
premere . o > per selezionare il numero di
preselezione dove si desidera memorizzare l’altra
stazione e quindi premere PUSH ENTER.
Si può preselezionare una stazione sul numero di
preselezione selezionato.
Per cancellare una stazione
preselezionata
1 Premere TUNER/BAND per selezionare FM o
AM.
2 Premere ripetutamente MODE SELECT per
selezionare “Set Up Mode”, quindi premere
PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “TUNER Set Up ?”,
quindi premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “TUNER Erase ?”,
quindi premere PUSH ENTER.
5 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare il numero di preselezione
che si desidera cancellare, quindi premere
PUSH ENTER.
Selezionare “TUNER Ers FM ALL” (o
“TUNER Ers AM ALL”) se si desidera
cancellare tutte le stazioni preselezionate.
Quando si cancella un numero di preselezione, il
numero di preselezione cala di uno e tutti i numeri
di preselezione successivi a quello cancellato sono
rinumerati.
Informazione
Le stazioni preselezionate sono conservate per mezza
giornata anche se si scollega il cavo di alimentazione
o si verifica un’interruzione di corrente.
Per cambiare l’intervallo di
sintonia AM
(tranne il modello per l’Europa)
L’intervallo di sintonia AM è stato preselezionato
in fabbrica su 9 kHz (10 kHz per alcune aree). Per
cambiare l’intervallo di sintonia AM, sintonizzare
una stazione AM qualsiasi e quindi spegnere il
sistema. Tenendo premuto MODE SELECT,
riaccendere il sistema. Quando si cambia
l’intervallo le stazioni AM preselezionate sono
cancellate. Per tornare all’intervallo originale
ripetere lo stesso procedimento.
Preparativi
IT
9
Per risparmiare corrente
in modo di attesa
Si può ridurre il consumo di corrente al minimo
(modo salvaenergia) e risparmiare corrente in
modo di attesa.
?/1
(alimentazione)
DISPLAY
Informazioni
• L’indicatore ?/1 e l’indicatore del timer (quando il
timer è impostato) rimangono illuminati anche nel
modo salvaenergia.
• Il timer funziona nel modo salvaenergia.
Note
• Non è possibile impostare l’orario nel modo
salvaenergia.
• La funzione di riproduzione a tasto singolo non si
attiva nel modo salvaenergia.
Per disattivare il modo
salvaenergia
Premere DISPLAY una volta per visualizzare la
dimostrazione, due volte per visualizzare l’orario.
10
, Premere ripetutamente DISPLAY a
sistema spento.
A ciascuna pressione del tasto, la
visualizzazione cambia come segue:
t Dimostrazione t orologio
Modo salvaenergia T
Il sistema si accende/spegne premendo ?/1.
IT
Operazioni basilari
Ascolto di compact disc
— Riproduzione normale
È possibile riprodurre fino a cinque compact disc
in successione.
?/1
(alimentazione)
. >
CD NX
x
MODE SELECT
Multistick
PUSH ENTER
VOLUME
12
m M
1 Premere uno dei tasti A 1~5 e collocare
un disco nel comparto dischi.
Se un disco non è collocato correttamente
non viene identificato.
Collocare con
l’etichetta verso
l’alto. Quando si
riproduce un
compact disc
single (8 cm),
collocarlo nel
cerchio interno
del piatto.
Premere lo stesso tasto per chiudere il
comparto dischi. Per inserire altri dischi,
premere A di altri numeri per aprire il
comparto dischi.
L’indicatore di presenza disco si illumina sul
display.
Indicatore di presenza disco
2 Premere uno dei tasti DISC 1~5.
Il comparto dischi si chiude e la riproduzione
inizia.
Se si preme CD NX (o CD H sul
telecomando) quando il comparto dischi è
chiuso, la riproduzione inizia dal disco
inserito nel piatto il cui indicatore di
selezione disco è illuminato.
Numero di disco
Numero di brano
Operazioni basilari
V
Bb
v
DISC SKIP
X
x
. >
m M
CD N
MODE SELECT
ENTER
VOL +/–
B/b
Indicatori CD
Indicatore di
presenza disco
Nel modo di riproduzione “1 Disc”
(vedere pagina 12)
Nel modo di riproduzione “All Discs”
(vedere pagina 12)
Tempo di riproduzione
Indicatore di
selezione disco
continua
11
IT
12
Ascolto di compact disc
(continuazione)
Per
Interrompere la
riproduzione
Fare una pausa
Selezionare un
brano
Trovare un punto
in un brano
Selezionare un
disco in modo di
arresto
Riprodurre solo il
disco selezionato
Riprodurre tutti i
dischi
Estrarre un disco
Sostituire i dischi
durante la
riproduzione
Regolare il
IT
volume
Procedere come segue
Premere x.
Premere CD NX (o X sul
telecomando). Premerlo di nuovo
per riprendere la riproduzione.
Durante la riproduzione o la pausa,
premere > (per avanzare) o .
(per retrocedere).
Tenere premuto M o m durante
la riproduzione e rilasciarlo al
punto desiderato.
Premere uno dei tasti DISC 1~5 (o
DISC SKIP sul telecomando).
1 Premere ripetutamente MODE
SELECT per selezionare “Set Up
Mode”, quindi premere PUSH
ENTER.
2 Spostare ripetutamente il
multistick verso b o B per
selezionare “CD Set Up ?”,
quindi premere PUSH ENTER.
3
Spostare ripetutamente il
multistick verso b o B per
selezionare “Play Mode Set Up ?”,
quindi premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il
multistick verso b o B per
selezionare “Play Mode 1 Disc”,
quindi premere PUSH ENTER.
1 Premere ripetutamente MODE
SELECT per selezionare “Set Up
Mode”, quindi premere PUSH
ENTER.
2 Spostare ripetutamente il
multistick verso b o B per
selezionare “CD Set Up ?”,
quindi premere PUSH ENTER.
3
Spostare ripetutamente il
multistick verso b o B per
selezionare “Play Mode Set Up ?”,
quindi premere PUSH ENTER.
4
Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Play
Mode All Discs”, quindi premere
PUSH ENTER.
Premere uno dei tasti A 1~5.
Premere uno dei tasti A 1~5 per
aprire il comparto che contiene il CD
che si desidera scambiare. Quando si
scambia il CD, premere lo stesso
tasto per chiudere il comparto.
Girare VOLUME (o premere VOL
+/– sultelecomando.)
Informazioni
• Se si preme CD NX a sistema spento, il sistema si
accende automaticamente e inizia la riproduzione di
compact disc se un disco è presente nel comparto
(riproduzione a tasto singolo). Quando il sistema è
nel modo salvaenergia, la funzione di riproduzione
a tasto singolo non si attiva.
• È possibile passare da un’altra fonte al lettore CD e
iniziare la riproduzione di compact disc
semplicemente premendo CD NX o uno dei tasti
DISC 1~5 (selezione automatica della fonte).
• Se non è inserito alcun disco nel lettore, “No Disc”
appare sul display.
• Quando un comparto disco contiene un disco,
l’indicatore del comparto si illumina in arancione.
Sul display, quando un comparto disco contenente
un disco è selezionato (o il disco nel comparto è in
fase di riproduzione), l’indicatore di selezione disco
si illumina. Quando un comparto contenente un
disco non è selezionato, si illumina l’indicatore di
presenza disco, ma l’indicatore di selezione disco
non si illumina. Quanto tutti i comparti disco sono
vuoti, tutti gli indicatori di selezione disco e
presenza disco sono illuminati.
Nota
Quando un comparto non è stato letto
dall’apparecchio, l’indicatore di presenza disco può
illuminarsi anche se non c’è un disco nel comparto.
Registrazione da
compact disc
— Registrazione sincronizzata da
compact disc
Il tasto CD SYNC permette di registrare
facilmente da un compact disc ad un nastro. È
possibile usare nastri TIPO I (normali) o TIPO II
(cromo). Il livello di registrazione viene regolato
automaticamente.
Indicatore TAPE B N
?/1
(alimentazione)
TAPE B n
3
Multistick
PUSH ENTER
x
4
2 Premere uno dei tasti A 1~5 e collocare
un disco nel comparto disco.
Premere lo stesso tasto per chiudere il
comparto disco.
Se l’indicatore del piatto con il disco da
registrare non è illuminato, premere
ripetutamente DISC SKIP sul telecomando
fino a che si illumina.
Collocare con
l’etichetta verso
l’alto. Quando si
riproduce un
compact disc
single (8 cm),
collocarlo nel
cerchio interno
del piatto.
3 Premere CD SYNC.
La piastra B rimane in attesa per la
registrazione e il lettore CD rimane in attesa
per la riproduzione. L’indicatore TAPE B
N (facciata anteriore) si illumina e il tasto
REC PAUSE/START lampeggia.
4 Premere ripetutamente MODE SELECT
per selezionare “Set Up Mode”, quindi
premere PUSH ENTER.
5 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “TAPE Set
Up ?”, quindi premere PUSH ENTER.
Operazioni basilari
8, REC PAUSE/START
2
1 Premere A B e inserire un nastro
registrabile nella piastra B.
Inserire con la
facciata da
registrare rivolta
verso l’esterno.
1
6 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Direction
Set Up ?”, quindi premere PUSH
ENTER.
7 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “1 Way”
per registrare su una facciata o “Cycle”
(o “Relay”) per registrare su entrambe
le facciate, quindi premere PUSH
ENTER.
8 Premere REC PAUSE/START.
La registrazione inizia.
continua
13
IT
Registrazione da compact disc
(continuazione)
Per interrompere la registrazione
Premere x.
Per disattivare l’operazione di
menu
Premere MODE SELECT.
Informazioni
• Se si desidera registrare a partire dalla facciata
posteriore, premere TAPE B n per far illuminare
il suo indicatore dopo aver premuto CD SYNC.
• Quando si registra su entrambe le facciate,
assicurarsi di partire dalla facciata anteriore. Se si
parte dalla facciata posteriore la registrazione si
interrompe alla fine della facciata posteriore.
• Se si desidera ridurre il sibilo del nastro nei suoni
ad alta frequenza di basso livello, procedere come
segue dopo aver premuto CD SYNC.
1 Premere ripetutamente MODE SELECT per
selezionare “Set Up Mode”, quindi premere
PUSH ENTER.
2 Spostare ripetutamente il multistick verso b o B
per selezionare “TAPE Set Up ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick verso b o B
per selezionare “DOLBY NR Set Up ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick verso b o B
per selezionare “On”, quindi premere PUSH
ENTER.
“DOLBY NR” appare sul display.
Per tornare all’impostazione originale, ripetere i
punti da 1 a 4 e selezionare “Off” al punto 4.
Nota
Non è possibile ascoltare altre fonti durante la
registrazione.
Ascolto della radio
— Sintonia preselezionata
Preselezionare prima le stazioni radio nella
memoria del sintonizzatore (vedere “Punto 3:
Preselezione delle stazioni radio” a pagina 8).
?/1
(alimentazione)
m M
12
VOLUME
PUSH ENTER
SELECT
Multistick
MODE
14
TUNER/BAND
. >
m M
V
Bb
v
VOL +/–
IT
1 Premere ripetutamente TUNER/BAND
per selezionare FM o AM.
2 Premere ripetutamente . o > per
sintonizzare la stazione preselezionata
desiderata.
Numero di preselezione*
STEREO
Frequenza
* Se è preselezionata solo una stazione, “ONE
PRESET” appare sul display.
PerProcedere come segue
Spegnere la radioPremere ?/1.
Regolare il volumeGirare VOLUME (o
premere VOL +/– sul
telecomando).
Per ascoltare stazioni radio non
preselezionate
Usare la sintonia manuale o automatica al punto 2.
Per la sintonia manuale premere ripetutamente
m o M. Per la sintonia automatica tenere
Informazioni
• Se si preme TUNER/BAND a sistema spento, il
sistema si accende automaticamente e sintonizza
l’ultima stazione ricevuta (riproduzione a tasto
singolo). Quando il sistema è nel modo
salvaenergia, la funzione di riproduzione a tasto
singolo non si attiva.
• È possibile passare da un’altra fonte alla radio
semplicemente premendo TUNER/BAND
(selezione automatica della fonte).
• Se un programma FM è disturbato, procedere come
segue:
1 Premere ripetutamente MODE SELECT per
selezionare “Set Up Mode”, quindi premere
PUSH ENTER.
2 Spostare ripetutamente il multistick verso b o B
per selezionare “TUNER Set Up ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick verso b o B
per selezionare per selezionare “Stereo Mono ?”,
quindi premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick verso b o B
per selezionare “Mono”, quindi premere PUSH
ENTER.
“Mono” appare sul display.
Non c’è alcun effetto stereo, ma la ricezione
migliora. Per ripristinare l’effetto stereo, ripetere i
punti da l a 4 e selezionare “Stereo” al punto 4.
• Per migliorare la ricezione delle trasmissioni,
riorientare le antenne in dotazione.
Operazioni basilari
15
IT
Registrazione dalla
radio
È possibile registrare un programma radiofonico
su un nastro richiamando una stazione
preselezionata. È possibile usare nastri TIPO I
(normali) o TIPO II (cromo). Il livello di
registrazione viene regolato automaticamente.
3 Premere A B e inserire un nastro
registrabile nella piastra B.
Inserire con la
facciata da
registrare rivolta
verso l’esterno.
?/1
(alimentazione)
TAPE B n
4,9
2
x
3
1
Multistick
PUSH ENTER
1 Premere TUNER/BAND per
selezionare FM o AM.
2 Premere ripetutamente . o > per
sintonizzare una stazione
preselezionata.
Numero di preselezione
4 Premere REC PAUSE/START.
5
La piastra B rimane in attesa per la
registrazione.
5 Premere ripetutamente MODE SELECT
per selezionare “Set Up Mode”, quindi
premere PUSH ENTER.
6 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “TAPE Set
Up ?”, quindi premere PUSH ENTER.
7 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare per
selezionare “Direction Set Up ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
8 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “1 Way”
per registrare su una facciata o “Cycle”
(o “Relay”) per registrare su entrambe
le facciate, quindi premere PUSH
ENTER.
9 Premere REC PAUSE/START.
La registrazione inizia.
Per interrompere la registrazione
Premere x.
Per disattivare l’operazione di
menu
Premere MODE SELECT.
16
STEREO
IT
Frequenza
Informazioni
• Se si desidera registrare a partire dalla facciata
posteriore, premere TAPE B n per far illuminare
il suo indicatore dopo aver premuto REC PAUSE/
START al punto 4.
• Quando si registra su entrambe le facciate,
assicurarsi di partire dalla facciata anteriore. Se si
parte dalla facciata posteriore la registrazione si
interrompe alla fine della facciata posteriore.
• Per registrare stazioni non preselezionate, usare
m e M al punto 2 per sintonizzare manualmente
la stazione desiderata.
• Se si desidera ridurre il sibilo del nastro nei suoni
ad alta frequenza di basso livello, procedere come
segue dopo aver premuto REC PAUSE/START al
punto 4.
1 Premere ripetutamente MODE SELECT per
selezionare “Set Up Mode”, quindi premere
PUSH ENTER.
2 Spostare ripetutamente il multistick verso b o B
per selezionare “TAPE Set Up ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick verso b o B
per selezionare “DOLBY NR Set Up ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick verso b o B
per selezionare “On”, quindi premere PUSH
ENTER.
“DOLBY NR” appare sul display.
Per tornare all’impostazione originale, ripetere i
punti da 1 a 4 e selezionare “Off” al punto 4.
• Se si sentono disturbi durante la registrazione dalla
radio, spostare la relativa antenna per ridurre i
disturbi.
Riproduzione di nastri
È possibile usare qualsiasi tipo di nastro, TIPO I
(normale), TIPO II (cromo) o TIPO IV (metallo),
perché la piastra individua automaticamente il tipo
di nastro. Si possono anche usare . o > per
localizzare rapidamente i brani che si desidera
ascoltare.
?/1
(alimentazione)
2
7
Multistick
x
PUSH ENTER
Operazioni basilari
3
V
Bb
v
1
VOLUME
x
. >
m M
TAPE A N
TAPE B N
MODE SELECT
ENTER
VOL +/–
B/b
continua
m M. >
IT
17
Riproduzione di nastri
(continuazione)
1 Premere A A o A B e inserire un nastro
registrato nella piastra A o B.
Inserire con la
facciata da
riprodurre rivolta
verso l’esterno.
L’indicatore di nastro presente appare sul
display.
Indicatore di nastro presente
2 Premere ripetutamente FUNCTION per
selezionare “TAPE A” o “TAPE B”.
3 Premere ripetutamente MODE SELECT
per selezionare “Set Up Mode”, quindi
premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “TAPE Set
Up ?”, quindi premere PUSH ENTER.
5 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Direction
Set Up ?”, quindi premere PUSH
ENTER.
6 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “1 Way”
per riprodurre una facciata, “Cycle” per
riprodurre entrambe le facciate o
“Relay”* per riprodurre entrambe le
piastre in successione, quindi premere
PUSH ENTER.
7 Premere TAPE A (o TAPE B) N.
Premere TAPE A (o TAPE B) n per
riprodurre la facciata posteriore. La
riproduzione del nastro inizia.
Quando si usa il telecomando, premere
TAPE A (o TAPE B) N per iniziare la
riproduzione. Per riprodurre la facciata
posteriore, premere di nuovo TAPE A (o
TAPE B) N.
* La riproduzione a catena segue sempre questo
ordine:
Piastra A
(facciata anteriore)
t
Piastra B
(facciata posteriore)
Per
Interrompere la
riproduzione
Avanzare
rapidamente
Riavvolgere
Estrarre la cassetta
Regolare il volume
Procedere come segue
Premere x.
Premere m o M.
Premere m o M.
Premere A A o A B.
Girare VOLUME (o premere
VOL +/– sul telecomando).
Piastra A
(facciata posteriore)
t
T
Piastra B
(facciata anteriore)
T
18
* Questa piastra a cassette non è dotata di funzione di
pausa di riproduzione. Non si può usare X per
mettere in pausa la riproduzione.
Per disattivare l’operazione di
menu
Premere MODE SELECT.
IT
Informazioni
• Se si preme TAPE A (o TAPE B) N o n a
sistema spento, il sistema si accende
automaticamente e inizia la riproduzione di nastri se
un nastro è presente nella piastra (riproduzione a
tasto singolo). Quando il sistema è nel modo
salvaenergia, la funzione di riproduzione a tasto
singolo non si attiva.
• È possibile passare da un’altra fonte alla piastra a
cassette semplicemente premendo TAPE A (o
TAPE B) N o n (selezione automatica della
fonte).
• Se si desidera ridurre il sibilo del nastro nei suoni
ad alta frequenza di basso livello, procedere come
segue:
1 Premere ripetutamente MODE SELECT per
selezionare “Set Up Mode”, quindi premere
PUSH ENTER.
2 Spostare ripetutamente il multistick verso b o B
per selezionare “TAPE Set Up ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick verso b o B
per selezionare “DOLBY NR Set Up ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick verso b o B
per selezionare “On”, quindi premere PUSH
ENTER.
“DOLBY NR” appare sul display.
Per tornare all’impostazione originale, ripetere i
punti da 1 a 4 e selezionare “Off” al punto 4.
Per localizzare l’inizio di un
brano (AMS*)
Durante la riproduzione, premere ripetutamente
. o > per avanzare nella stessa direzione
dell’indicatore n o N. Premere ripetutamente
. o > in direzione opposta per retrocedere.
La direzione di ricerca + (avanti) o – (indietro) e il
numero di brani da saltare (1~9) appaiono sul
display.
Esempio: per cercare 2 brani in avanti
Note
• La piastra si ferma automaticamente dopo aver
ripetuto la sequenza cinque volte.
• La funzione AMS può non attivarsi correttamente
nelle seguenti circostanze:
– quando la parte non registrata tra i brani è di
durata inferiore a 4 secondi.
– se informazioni completamente diverse sono
registrate sui canali sinistro e destro.
– quando esistono sezioni continue a livello molto
basso o con suoni a bassa frequenza (come un
sassofono baritono).
– quando l’apparecchio si trova vicino ad un
televisore. (In questo caso consigliamo di
allontanare maggiormente l’apparecchio dal
televisore o di spegnere il televisore.)
Operazioni basilari
* AMS (sensore musicale automatico)
19
IT
Registrazione da un
nastro
— Duplicazione ad alta velocità
È possibile usare nastri TIPO I (normali) o TIPO
II (cromo). Il livello di registrazione viene
regolato automaticamente.
?/1
(alimentazione)
2
Multistick
PUSH ENTER
x
2 Premere HI-DUB.
La piastra B rimane in attesa per la
registrazione.
3 Premere ripetutamente MODE SELECT
per selezionare “Set Up Mode”, quindi
premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “TAPE Set
3
Up ?”, quindi premere PUSH ENTER.
5 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Direction
Set Up ?”, quindi premere PUSH
ENTER.
6 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “1 Way”
per registrare su una facciata o “Cycle”
(o “Relay”) per registrare su entrambe
le facciate, quindi premere PUSH
ENTER.
7 Premere REC PAUSE/START.
La duplicazione inizia.
20
7
1
1 Premere A A e A B e inserire un nastro
registrato nella piastra A e un nastro
registrabile nella piastra B.
Inserire con la facciata da riprodurre/
registrare rivolta verso l’esterno.
IT
Per interrompere la duplicazione
Premere x.
Per disattivare l’operazione di
menu
Premere MODE SELECT.
Informazioni
• Quando si duplica su entrambe le facciate, iniziare
la registrazione dalla facciata anteriore. Se si parte
dalla facciata posteriore, la registrazione si
interrompe alla fine della facciata posteriore.
• Se si selezione “Cycle” nel menu “Direction Set
Up ?” quando i nastri impiegati sono di durate
diverse il nastro in ciascuna piastra cambia facciata
indipendentemente dall’altro. Se si seleziona
“Relay” i due nastri cambiano facciata
contemporaneamente.
• Non è necessario selezionare il sistema Dolby NR,
perché il nastro nella piastra B viene registrato
automaticamente nello stesso modo del nastro nella
piastra A.
Lettore CD
Uso delle indicazioni CD
È possibile controllare il tempo rimanente del
brano o del disco attuale.
Quando è inserito un disco CD TEXT si possono
controllare le informazioni memorizzate sul disco,
come il titolo del disco o il nome dell’artista.
Quando l’apparecchio individua dischi CD TEXT,
l’indicazione “CD TEXT” appare sul display.
?/1
(alimentazione)
DISPLAY
, Premere DISPLAY.
A ciascuna pressione del tasto durante la
riproduzione normale o in modo di arresto, la
visualizzazione cambia come segue:
Durante la riproduzione normale
t Tempo di riproduzione del brano attuale
r
Tempo rimanente del brano attuale
r
Tempo rimanente del disco attuale (modo
“1 Disc”) o indicazione “--m--s” (modo “All
Discs”)
r
Titolo del brano attuale*
r
Indicazione dell’orario (per otto secondi)
r
Nome della memoria preselezionata o
“EFFECT ON (OFF)”
In modo di arresto
Durante il modo di riproduzione programmata
quando esiste un programma
t Numero dell’ultimo brano del programma
e tempo di riproduzione totale
r
Numero totale di brani programmati (per
otto secondi)
r
Titolo del disco e nome dell’artista*
r
Indicazione dell’orario (per otto secondi)
r
Nome della memoria preselezionata o
“EFFECT ON (OFF)”
Lettore CD
In altre condizioni
t Numero totale di brani e tempo di
riproduzione totale
r
Titol del disco e nome dell’artista*
r
Indicazione dell’orario (per otto secondi)
r
Nome della memoria preselezionata o
“EFFECT ON (OFF)”
*
Solo con dischi CD TEXT (alcuni caratteri non
possono essere visualizzati). A seconda dei dischi,
alcune informazioni CD TEXT possono non apparire.
21
IT
Per riprodurre
ripetutamente i brani
–– Riproduzione a ripetizione
4 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Repeat
Set Up ?”, quindi premere PUSH
ENTER.
Questa funzione permette di ripetere un solo disco
o tutti i dischi durante la riproduzione normale,
casuale o programmata.
?/1
(alimentazione)
12
Multistick
PUSH ENTER
1 Premere ripetutamente FUNCTION
fino a che “CD” appare sul display e
inserire un disco.
5 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Repeat 1”
o “Repeat All”, quindi premere PUSH
ENTER.
Quando è selezionato “Repeat 1”, viene
ripetuto un brano. Quando è selezionato
“Repeat All”, la riproduzione varia a seconda
dell’impostazione del menu “Play Mode Set
Up ?”.
Modo di
riproduzione*
1 Disc
1 Shuffle
All Discs
All Shuf
Program
* Per cambiare l’impostazione di modo di
riproduzione, vedere pagina 12.
Per disattivare l’operazione di
menu
Premere MODE SELECT.
Per disattivare la riproduzione a
ripetizione
Selezionare “Repeat Off” al punto 5.
Ripetizione
Tutti i brani del disco attuale
fino a cinque volte
Tutti i brani di tutti i dischi
fino a cinque volte
Non disponibile
Il programma fino a cinque
volte
22
2 Premere ripetutamente MODE SELECT
per selezionare “Set Up Mode”, quindi
premere PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “CD Set
Up ?”, quindi premere PUSH ENTER.
IT
Per riprodurre i brani in
ordine casuale
–– Riproduzione casuale
4 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Play
Mode Set Up ?”, quindi premere PUSH
ENTER.
È possibile riprodurre tutti i brani di un disco o di
tutti i dischi in ordine casuale.
?/1
(alimentazione)
1
DISC 1~5
Multistick
6
PUSH ENTER
2
1 Premere ripetutamente FUNCTION
fino a che “CD” appare sul display e
inserire un disco.
2 Premere ripetutamente MODE SELECT
per selezionare “Set Up Mode”, quindi
premere PUSH ENTER.
5 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “All Shuf”
o “1 Shuffle”, quindi premere PUSH
ENTER.
“All Shuf” rimescola tutti i dischi nel lettore.
“1 Shuffle” rimescola il disco il cui
indicatore di selezione disco è illuminato.
6 Premere CD NX.
Tutti i brani sono riprodotti in ordine casuale.
Per disattivare l’operazione di
menu
Premere MODE SELECT.
Per disattivare la riproduzione
casuale
1 Eseguire i punti da 1 a 4 del procedimento
sopra.
2 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “All Discs” o “1 Disc”,
quindi premere PUSH ENTER.
La riproduzione continua secondo l’ordine
originale dei brani.
Per selezionare il disco
desiderato
Premere DISC 1~5.
Informazioni
• Per saltare un brano, premere >.
• È possibile avviare la riproduzione casuale durante
la riproduzione normale selezionando “All Shuf” o
“1 Shuffle”.
Lettore CD
3 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “CD Set
Up ?”, quindi premere PUSH ENTER.
23
IT
Per programmare i brani
–– Riproduzione programmata
1 Premere ripetutamente FUNCTION
fino a che “CD” appare sul display e
inserire un disco.
È possibile creare un programma di 32 brani al
massimo da tutti i dischi nell’ordine in cui si
desidera siano riprodotti.
?/1
(alimentazione)
1
x
Multistick
PUSH ENTER10
x
CD N
2 Premere ripetutamente MODE SELECT
per selezionare “Set Up Mode”, quindi
premere PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick
2
verso b o B per selezionare “CD Set
Up ?”, quindi premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Program
Set ?”, quindi premere PUSH ENTER.
5 Spostare ripetutamente il multistick
verso v o V per selezionare un disco.
Se si desidera programmare tutti i brani di un
disco in una volta, selezionare un disco a
questo punto, poi saltare il punto 6 e
continuare con il punto 7.
6 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare il brano
desiderato.
Numero di disco Numero di brano
PROGRAM
24
MODE SELECT
v/V
IT
V
Bb
v
ENTER
VOL +/–
B/b
7 Premere PUSH ENTER.
Il brano è programmato. Quando tutti i brani
sono selezionati, “AL” appare sul display e
tutti i brani sono programmati come un solo
passo. Il numero di passo nel programma
appare sul display, seguito dal tempo di
riproduzione totale.
Tempo di riproduzione totale
(incluso il brano selezionato)
8 Per programmare altri brani, ripetere i
punti da 5 a 7.
Saltare il punto 5 quando si scelgono
altri brani dallo stesso disco.
9 Premere PUSH ENTER.
10 Premere CD NX.
Tutti i brani sono riprodotti nell’ordine
selezionato.
Per cancellare un passo
particolare dal programma
1
2
3
4
5
Per disattivare l’operazione di
menu
Premere MODE SELECT.
Per disattivare la riproduzione
6
7
programmata
1
Premere ripetutamente FUNCTION fino a che “CD”
appare sul display.
2
Premere ripetutamente MODE SELECT per selezionare
“Set Up Mode”, quindi premere PUSH ENTER.
3
Spostare ripetutamente il multistick verso b o B per
selezionare “CD Set Up ?”, quindi premere PUSH
ENTER.
4
Spostare ripetutamente il multistick verso b o B per
selezionare “Play Mode Set Up ?”, quindi premere
PUSH ENTER.
5
Spostare ripetutamente il multistick verso b o B per
selezionare “All Discs” o “1 Disc”, quindi premere
PUSH ENTER.
I brani continuano la riproduzione nel loro ordine originale.
Per aggiungere brani al
programma esistente
Eseguire i punti da 1 a 9 a riproduzione ferma. Aggiungere
il brano desiderato dopo l’ultimo passo programmato.
Per controllare il programma
1
Premere ripetutamente FUNCTION fino a che “CD”
appare sul display.
2
Premere ripetutamente MODE SELECT per selezionare
“Set Up Mode”, quindi premere PUSH ENTER.
3
Spostare ripetutamente il multistick verso b o B per
selezionare “CD Set Up ?”, quindi premere PUSH
ENTER.
4
Spostare ripetutamente il multistick verso b o B per
selezionare “PGM Check Clear ?”, quindi premere
PUSH ENTER.
5
Spostare il multistick verso b o B.
Appare il numero di disco e il numero di brano.
6
Dopo aver controllato il programma, premere MODE
SELECT.
Per cancellare l’intero programma
1
2
3
4
5
6
Informazioni
•
•
• Se appare “--m--s” invece del tempo di riproduzione totale
Nota
Il programma rimane in memoria fino a che viene cancellato
eseguendo il procedimento “Per cancellare l’intero programma”.
Tuttavia, quando si usa la funzione di montaggio a selezione
nastro il programma viene cancellato automaticamente.
Premere ripetutamente FUNCTION fino a che “CD”
appare sul display.
Premere ripetutamente MODE SELECT per selezionare
“Set Up Mode”, quindi premere PUSH ENTER.
Spostare ripetutamente il multistick verso b o B per
selezionare “CD Set Up ?”, quindi premere PUSH
ENTER.
Spostare ripetutamente il multistick verso b o B per
selezionare “PGM Check Clear ?”, quindi premere
PUSH ENTER.
Spostare il multistick verso b o B.
Appare il numero di disco e il numero di brano.
Quando è visualizzato il brano che si desidera
cancellare, premere PUSH ENTER.
“Clear ?” appare sul display.
Premere di nuovo PUSH ENTER.
Il brano visualizzato al punto 5 viene cancellato dal
programma.
Premere ripetutamente FUNCTION fino a che “CD”
appare sul display.
Premere ripetutamente MODE SELECT per selezionare
“Set Up Mode”, quindi premere PUSH ENTER.
Spostare ripetutamente il multistick verso b o B per
selezionare “CD Set Up ?”, quindi premere PUSH
ENTER.
Spostare ripetutamente il multistick verso b o B per
selezionare “PGM Check Clear ?”, quindi premere
PUSH ENTER.
Per cancellare l’intero programma, spostare il multistick
verso b o B per selezionare “PGM All Clear”, quindi
premere PUSH ENTER.
Appare “PGM All Clear ?”. Premere di nuovo PUSH
ENTER. L’intero programma viene cancellato.
Si può creare un programma nel menu “Play Mode Set Up ?”.
Selezionare “Play Mode Set Up ?” al punto 4, quindi spostare
ripetutamente il multistick verso b o B per selezionare
“Program” e premere PUSH ENTER. Poi eseguire i punti da
5 a 10.
Il programma creato rimane nella memoria del sistema anche
dopo essere stato riprodotto. Premere CD NX per
riprodurre di nuovo lo stesso programma.
durante la programmazione, vuol dire che:
– si è programmato un brano di numero superiore a 20.
– il tempo di riproduzione totale ha superato i 100 minuti.
Lettore CD
25
IT
Piastra a cassette
Registrazione manuale
di nastri
È possibile registrare da compact disc, nastri o
trasmissioni radio come si desidera. Per esempio,
si possono registrare solo i brani desiderati o
registrare partendo da metà del nastro. Il livello di
registrazione viene regolato automaticamente.
?/1
(alimentazione)
24
x
Multistick
PUSH ENTER
4 Premere ripetutamente MODE SELECT
per selezionare “Set Up Mode”, quindi
premere PUSH ENTER.
5 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “TAPE Set
Up ?”, quindi premere PUSH ENTER.
6 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Direction
Set Up ?”, quindi premere PUSH
ENTER.
7 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “1 Way”
per registrare su una facciata o “Cycle”
(o “Relay”) per registrare su entrambe
le facciate, quindi premere PUSH
ENTER.
8 Premere REC PAUSE/START.
La registrazione inizia.
9 Iniziare la riproduzione della fonte da
registrare.
26
. >
3,8
1 Inserire un nastro registrabile nella
piastra B.
2 Premere ripetutamente FUNCTION
fino a che appare la fonte (p.es. CD) che
si desidera registrare.
3 Premere REC PAUSE/START.
La piastra B rimane in attesa per la
registrazione. L’indicatore TAPE B N
(facciata anteriore) si illumina.
IT
PerPremere
Interrompere lax.
registrazione
Fare una pausaREC PAUSE/START.
nella registrazione
1
Per disattivare l’operazione di
menu
Premere MODE SELECT.
Informazioni
• Quando si desidera registrare a partire dalla facciata
posteriore, premere TAPE B n in modo che il suo
indicatore si illumini dopo aver premuto REC
PAUSE/START al punto 3.
• Se si desidera ridurre il sibilo del nastro nei suoni
ad alta frequenza di basso livello, procedere come
segue dopo aver premuto REC PAUSE/START al
punto 3.
1 Premere ripetutamente MODE SELECT per
selezionare “Set Up Mode”, quindi premere
PUSH ENTER.
2 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “TAPE Set Up ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “DOLBY NR Set Up ?”,
quindi premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “On”, quindi premere
PUSH ENTER.
“DOLBY NR” appare sul display.
Per tornare all’impostazione originale, ripetere i
punti da 1 a 4 e selezionare “Off” al punto 4.
• Durante la registrazione da compact disc si può
usare . o > per selezionare i brani durante il
modo di pausa di registrazione (dopo aver premuto
REC PAUSE/START al punto 3 e prima di
premerlo di nuovo al punto 8).
Per registrare da compact
disc specificando l’ordine
dei brani
— Montaggio programmato
È possibile registrare brani da tutti i dischi
nell’ordine desiderato. Quando si esegue la
programmazione, assicurarsi che il tempo di
riproduzione per ciascuna facciata non ecceda la
durata di una facciata del nastro.
?/1
(alimentazione)
2
12
x
3,13
Lettore CD
Piastra a cassette
1
117
Multistick
PUSH ENTER
10
continua
27
IT
Per registrare da compact disc
specificando l’ordine dei brani
(continuazione)
1 Inserire un disco e inserire un nastro
registrabile nella piastra B.
2 Premere ripetutamente FUNCTION
fino a che “CD” appare sul display.
3 Premere ripetutamente MODE SELECT
per selezionare “Set Up Mode”, quindi
premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “CD Set
Up ?”, quindi premere PUSH ENTER.
9 Per programmare altri brani da
registrare sulla facciata A, ripetere i
punti da 6 a 8.
Saltare il punto 6 quando si scelgono altri
brani dallo stesso disco.
10 Premere X sul telecomando per
inserire una pausa alla fine della
facciata A.
“P” appare sul display e il tempo di
riproduzione totale torna a “0m00s” sul
display.
11 Ripetere i punti 7 e 8 per brani dallo
stesso disco o i punti da 6 a 8 per brani
da un altro disco per programmare i
brani rimanenti da registrare sulla
facciata B.
5 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Program
Set ?”, quindi premere PUSH ENTER.
6 Spostare ripetutamente il multistick
verso v o V per selezionare un disco.
Se si desidera programmare tutti i brani di un
disco in una volta, selezionare un disco a
questo punto, poi saltare il punto 7 e
continuare con il punto 8.
7 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare il brano
desiderato.
Numero di disco
PROGRAM
Tempo di riproduzione totale
(incluso il brano selezionato)
Numero di brano
8 Premere PUSH ENTER.
Il brano è programmato. Quando tutti i brani
sono selezionati, “AL” appare sul display e
tutti i brani sono programmati come un solo
passo. Appare il numero di passo nel
programma, seguito dal tempo di
riproduzione totale.
12 Premere CD SYNC.
La piastra B rimane in attesa per la
registrazione e il lettore CD rimane in attesa
per la riproduzione. L’indicatore TAPE B
N (facciata anteriore) si illumina e il tasto
REC PAUSE/START lampeggia.
13 Premere ripetutamente MODE
SELECT per selezionare “Set Up
Mode”, quindi premere PUSH ENTER.
14 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “TAPE Set
Up ?”, quindi premere PUSH ENTER.
28
IT
15 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Direction
Set Up ?”, quindi premere PUSH
ENTER.
16 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “1 Way”
per registrare su una facciata o “Cycle”
(o “Relay”) per registrare su entrambe
le facciate, quindi premere PUSH
ENTER.
17 Premere REC PAUSE/START.
La registrazione inizia.
Per interrompere la registrazione
Premere x.
Per disattivare l’operazione di
menu
Premere MODE SELECT.
Per controllare l’ordine
1 Premere ripetutamente FUNCTION fino che
“CD” appare sul display.
2 Premere ripetutamente MODE SELECT per
selezionare “Set Up Mode”, quindi premere
PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “CD Set Up ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “PGM Check Clear ?”,
quindi premere PUSH ENTER.
5 Spostare il multistick verso b o B.
Appare il numero disco e il numero di brano.
6 Dopo aver controllato il programma, premere
MODE SELECT.
Per disattivare il montaggio
programmato
1 Premere ripetutamente FUNCTION fino a che
“CD” appare sul display.
2 Premere ripetutamente MODE SELECT per
selezionare “Set Up Mode”, quindi premere
PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “CD Set Up ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “Play Mode Set Up ?”,
quindi premere PUSH ENTER.
5 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “All Discs” o “1 Disc”,
quindi premere PUSH ENTER.
I brani continuano la riproduzione nell’ordine
originale.
Informazione
Se si desidera ridurre il sibilo del nastro nei suoni ad
alta frequenza di basso livello, procedere come segue
dopo aver premuto CD SYNC al punto 12 della
pagina precedente.
1 Premere ripetutamente MODE SELECT per
selezionare “Set Up Mode”, quindi premere PUSH
ENTER.
2 Spostare ripetutamente il multistick verso b o B
per selezionare “TAPE Set Up ?”, quindi premere
PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick verso b o B
per selezionare “DOLBY NR Set Up ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick verso b o B
per selezionare “On”, quindi premere PUSH
ENTER.
“DOLBY NR” appare sul display.
Per tornare all’impostazione originale, ripetere i punti
da 1 a 4 e selezionare “Off” al punto 4.
continua
Lettore CD
Piastra a cassette
29
IT
Per registrare da compact disc
V
v
Bb
LOOP
v/V
specificando l’ordine dei brani
(continuazione)
Effetti da DJ
Per ripetere ciclicamente
una parte
— Ciclo
Per selezionare automaticamente
la durata del nastro
— Montaggio a selezione nastro
È possibile ottenere la durata nastro più adatta alla
registrazione di un compact disc. Notare che non è
possibile usare il montaggio a selezione nastro per
dischi contenenti più di 20 brani.
1 Inserire un disco.
2 Premere ripetutamente FUNCTION
fino a che “CD” appare sul display.
3 Premere ripetutamente MODE SELECT
per selezionare “Set Up Mode”, quindi
premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “CD Set
Up ?”, quindi premere PUSH ENTER.
5 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “CD Edit
Start ?”, quindi premere PUSH ENTER.
Appare la durata nastro necessaria per il
disco attualmente selezionato, seguita dal
tempo di riproduzione totale rispettivamente
per le facciate A e B.
Con la funzione di ciclo è possibile ripetere parte
di un compact disc durante la riproduzione.
Questo permette di creare registrazioni originali.
, Tenere premuto LOOP sul telecomando
durante la riproduzione al punto dove si
desidera avviare la funzione di ciclo e
rilasciarlo per riprendere la riproduzione
normale.
Per regolare la durata del ciclo
Premere ripetutamente V o v tenendo premuto
LOOP sul telecomando per selezionare diverse
durate di ciclo (LOOP 1~20).
IT
30
Regolazioni del suono
Per lampeggiare una
parte
— Lampeggiamento
Con la funzione di lampeggiamento è possibile far
“lampeggiare” il suono del disco durante la
riproduzione. Questo permette di creare
registrazioni originali.
FLASH
V
Bb
v
, Tenere premuto FLASH sul
telecomando durante la riproduzione al
punto dove si desidera avviare la
funzione di lampeggiamento e
rilasciarlo per riprendere la riproduzione
normale.
Per regolare la durata del
lampeggiamento
Premere ripetutamente V o v tenendo premuto
FLASH sul telecomando per selezionare diverse
durate di lampeggiamento (FLASH 1~20).
v/V
Regolazione del suono
È possibile rinforzare i bassi, creare un suono più
potente e ascoltare con le cuffie.
?/1
(alimentazione)
GROOVE-EX
GROOVE
Per un suono potente (GROOVE)
Premere GROOVE. Il volume passa al modo
potente, il DBFB* viene regolato
automaticamente sull’intensità massima, la curva
di equalizzazione cambia e il tasto GROOVE si
illumina. Premere di nuovo GROOVE per tornare
al volume precedente.
* DBFB = Dynamic Bass Feedback (retroazione
dinamica dei bassi)
V-GROOVE
Effetti da DJ / Regolazioni del suono
Regolazioni del suono
Per usare insieme ciclo e
lampeggiamento
Tenere premuti sia LOOP che FLASH
contemporaneamente.
Note
• La durata del ciclo e del lampeggiamento non può
essere regolata durante questa operazione. Regolare
prima le durate del ciclo e del lampeggiamento
indipendentemente, se necessario.
• Per registrare l’effetto di lampeggiamento usare i
collegamenti analogici (MD OUT) o la piastra a
cassette del sistema.
continua
31
IT
Regolazione del suono
(continuazione)
Per rinforzare il suono dei bassi
più profondi (V-GROOVE)
Premere V-GROOVE. Le frequenze dei bassi più
profondi della musica ascoltata sono potentemente
rinforzate, il DBFB viene regolato
automaticamente sull’intensità massima, la curva
di equalizzazione cambia, la sonorità aumenta e il
tasto V-GROOVE si illumina. Premere di nuovo
V-GROOVE per ritornare al livello precedente.
Per produrre un suono chiaro
(GROOVE-EX)
Premere GROOVE-EX. Le frequenze più alte
della musica ascoltata sono rinforzate, il DBFB
viene regolato automaticamente sull’intensità
massima, la curva di equalizzazione cambia, la
sonorità aumenta e il tasto GROOVE-EX si
illumina. Premere di nuovo GROOVE-EX per
tornare al livello precedente.
Selezione della memoria
di effetto audio
preselezionata
Il menu di memoria di effetto audio permette di
scegliere le caratteristiche del suono in base al tipo
di suono che si sta ascoltando.
Selezione dell’effetto dal
menu musicale
?/1
(alimentazione)
Multistick
PUSH ENTER
1
32
FILE SELECT
MODE SELECT
V
Bb
v
IT
ENTER
B/b
1 Premere ripetutamente MODE SELECT
per selezionare “Sound Mode”, quindi
premere PUSH ENTER.
2 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “File
Select”, quindi premere PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare la
preselezione desiderata.
Il nome dell’effetto appare sul display.
Vedere la tabella “Opzioni di menu
musicale”.
4 Premere PUSH ENTER.
Per disattivare l’operazione di
menu
Premere MODE SELECT.
Informazione
Quando si usa il telecomando, premere ripetutamente
FILE SELECT fino a che appare il nome dell’effetto
desiderato.
Per disattivare l’effetto
Selezionare “Effect Off” al punto 2.
Opzioni di menu musicale
Effetto
ROCK
POP
JAZZ
DANCE
SOUL
ORIENTAL
ACTION
DRAMA
GAME
SF
P FILE 1~5
* La funzione di memoria personale permette di
memorizzare gli effetti creati (vedere “Creazione di
una memoria personale di effetto audio” a pagina
37).
Per
Fonti musicali normali
Colonne sonore e situazioni di
ascolto particolari
Memoria personale*
Regolazioni del suono
33
IT
34
Per cambiare la
visualizzazione
dell’analizzatore di
spettro
Si può cambiare la visualizzazione a piacere
mentre si ascolta la musica.
?/1
(alimentazione)
1 Premere ripetutamente MODE SELECT
per selezionare “Set Up Mode”, quindi
premere PUSH ENTER.
2 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Display
Set Up ?”, quindi premere PUSH
ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Spectrum
Set Up ?”, quindi premere PUSH
ENTER.
IT
Multistick
PUSH ENTER
1
4 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare l’effetto
desiderato, quindi premere PUSH
ENTER.
Ogni volta che si sposta il multistick verso
b o B, la visualizzazione cambia come
segue:
Spectrum 1
Y
Spectrum 2
Y
Spectrum 3
Y
Spectrum Off
Per disattivare l’operazione di
menu
Premere MODE SELECT.
Per regolare la luminosità del
display
Al punto 3 sopra, selezionare “Dimmer Set Up ?”.
Spostare ripetutamente il multistick verso b o B
per selezionare l’effetto desiderato, quindi
premere PUSH ENTER.
Ogni volta che si sposta il multistick verso b o B,
la visualizzazione cambia come segue:
Dimmer Off
Y
Dimmer 1
Y
Dimmer 2
Y
Dimmer 3
Y
Dimmer 4
Y
Dimmer 5
Per controllare il livello delle
frequenze
I misuratori sul display salgono e scendono in
base alla forza della battuta (frequenza alta e
frequenza bassa).
Misuratore delle frequenze basse
40Hz
100Hz
(intorno a 100 Hz)
Misuratore delle frequenze alte
100Hz
6kHz
(intorno a 6 kHz)
Selezione degli effetti
surround
Si può ascoltare con gli effetti surround.
?/1
(alimentazione)
CINEMA SPACE
Informazione
Se si desidera memorizzare l’effetto, assegnarlo ad
una memoria personale (vedere “Creazione di una
memoria personale di effecto audio” a pagina 37).
Nota
Quando si selezionano altri effetti sonori, l’effetto
surround viene disattivato.
Per regolare i parametri di
Cinema Space
Si può regolare il bilanciamento surrond per avere
la sensazione di trovarsi sul posto.
1 Premere CINEMA SPACE per selezionare
“CINEMA SPACE”.
2 Premere ripetutamente MODE SELECT per
selezionare “Sound Mode”, quindi premere
PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick verso b o
B per selezionare “Cinema Space”, quindi
premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick verso v o
V per regolare la posizione di ascolto su un
punto fisso nel campo sonoro (3 scatti).
Regolazioni del suono
, Premere ripetutamente CINEMA
SPACE per selezionare l’effetto
surround desiderato.
A ciascuna pressione del tasto l’indicazione
cambia come segue:
t CINEMA SPACE*
r
SURROUND ON**
r
SURROUND OFF
* CINEMA SPACE è l’effetto surround per i
film.
**“” appare sul display.
5 Spostare ripetutamente il multistiche verso b o
B per regolare il livello del surround (7 scatti).
6 Premere PUSH ENTER.
Per disattivare l’operazione di
menu
Premere MODE SELECT.
Nota
Nei seguenti casi gli effetti di CINEMA SPACE non
funzionano.
– Quando si usano le cuffie
– Quando TAPE B è nel modo REC PAUSE
– Quando si registra usando TAPE B.
35
IT
Controllo
dell’equalizzatore
grafico
È possibile controllare il suono alzando o
abbassando i livelli di gamme di frequenza
specifiche.
Prima di procedere, selezionare l’effetto audio
desiderato per il suono basilare.
3 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Equalizer
Control”, quindi premere PUSH
ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare una banda
di frequenza (5 scatti).
?/1
(alimentazione)
Multistick
PUSH ENTER 2
1 Selezionare l’effetto audio desiderato
per il suono basilare (vedere “Selezione
della memoria di effetto audio
preselezionata” a pagina 32).
2 Premere ripetutamente MODE SELECT
per selezionare “Sound Mode”, quindi
premere PUSH ENTER.
5 Spostare ripetutamente il multistick
verso v o V per regolare il livello (9
scatti).
6 Ripetere i punti 4 e 5.
7 Premere PUSH ENTER quando si è
completata la regolazione.
Per disattivare l’operazione di
menu
Premere MODE SELECT.
Nota
Se si seleziona un altro effetto audio (tranne che per
“Effect Off”), l’effetto di suono ottenuto va perduto.
Per conservare l’effetto di suono ottenuto con la
regolazione per usi futuri, memorizzarlo in una
memoria personale. (Vedere “Creazione di una
memoria personale di effetto audio” a pagina 37.)
36
IT
Creazione di una memoria
personale di effetto audio
— Memoria personale
È possibile creare una memoria personale di
schemi audio (effetto surround e equalizzatore
grafico) e memorizzarla nell’apparecchio. Le
memorie personali possono essere usate quando si
ascolta un nastro, compact disc o programma
radio preferito. Si possono creare fino a cinque
memorie audio.
Prima di procedere, selezionare l’effetto audio
desiderato per il suono basilare.
?/1
(alimentazione)
Multistick
PUSH ENTER 2
3 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “P File
Memory”, quindi premere PUSH
ENTER.
Il numero di memoria personale appare sul
display.
4 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare il numero
della memoria (P FILE 1~5) dove si
desidera memorizzare l’effetto sonoro.
5 Premere PUSH ENTER.
Gli effetti di suono ottenuti con la
regolazione sono memorizzati sotto il
numero di memoria selezionato. Le
regolazioni precedentemente memorizzate in
questo numero di memoria sono cancellate e
sostituite dalle nuove regolazioni.
Per disattivare l’operazione di
menu
Premere MODE SELECT.
Regolazioni del suono
1 Ottenere l’effetto sonoro desiderato
controllando l’equalizzatore grafico
(vedere pagina 36) e selezionando
l’effetto surround (vedere pagina 35).
2 Premere ripetutamente MODE SELECT
per selezionare “Sound Mode”, quindi
premere PUSH ENTER.
Per richiamare una memoria
personale
1 Premere ripetutamente MODE SELECT per
selezionare “Sound Mode”, quindi premere
PUSH ENTER.
2 Spostare ripetutamente il multistick verso b o
B per selezionare “File Select”, quindi premere
PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick verso b o
B per selezionare il numero della memoria
desiderata (P FILE 1~5).
4 Premere PUSH ENTER.
Informazione
L’effetto sonoro memorizzato viene conservato per
mezza giornata anche se si scollega il cavo di
alimentazione o si verifica un’interruzione di
corrente.
37
IT
Altre funzioni
Uso del sistema dati
radio (RDS)
(solo modello per l’Europa)
Che cosa è il sistema dati
radio?
Il sistema dati radio (RDS) è un servizio che
permette alle stazioni radio di inviare informazioni
addizionali insieme al normale segnale di
programma. Questo sintonizzatore offre varie
comode funzioni RDS come la visualizzazione del
nome della stazione e la localizzazione di stazioni
in base al tipo di programma. Il servizio RDS è
disponibile solo su stazioni FM.*
Nota
Il servizio RDS può non funzionare correttamente se
la stazione sintonizzata non trasmette correttamente il
segnale RDS o se l’intensità del segnale è debole.
* Non tutte le stazioni FM offrono il servizio RDS e
non tutte offrono lo stesso tipo di servizi. Se non si
è familiari con il sistema RDS, controllare con
l’emittente locale per quanto riguarda i servizi
offerti nella propria zona.
Ricezione di trasmissioni RDS
, Basta selezionare una stazione della
banda FM.
Quando si sintonizza una stazione che
offre servizi RDS, il nome della
stazione appare sul display.
Per controllare le informazioni
RDS
A ciascuna pressione di DISPLAY, la
visualizzazione cambia come segue:
t Nome stazione*
r
Frequenza
r
Tipo di programma*
r
Indicazione dell’orario
r
Nome della memoria preselezionata o
“EFFECT ON (OFF)”
* Se non sono ricevuti dati RDS, il nome della
stazione e il tipo di programma possono non
apparire sul display.
Localizzazione di una stazione
con il tipo di programma (PTY)
È possibile localizzare una stazione desiderata
selezionando un tipo di programma.
L’apparecchio sintonizza i tipi di programma
attualmente trasmessi dalle stazioni RDS
memorizzate nella memoria di preselezione del
sintonizzatore.
?/1
(alimentazione)
Multistick
PUSH ENTER 21
38
x
IT
1 Premere ripetutamente FUNCTION
fino a che “TUNER” appare sul display.
2 Premere ripetutamente MODE SELECT
per selezionare “Set Up Mode”, quindi
premere PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “TUNER
Set Up ?”, quindi premere PUSH
ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “PTY
Select ?”, quindi premere PUSH
ENTER.
5 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare il tipo di
programma desiderato. Vedere la “Lista
dei tipi di programma” di seguito.
6 Premere PUSH ENTER.
L’apparecchio inizia a cercare le stazioni
RDS preselezionate (“SEARCH” e il tipo di
programma selezionato appaiono
alternatamente sul display).
Quando il sintonizzatore riceve un
programma, il numero di stazione
preselezionata lampeggia.
7 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per visualizzare il numero
di stazione preselezionata desiderato.
8 Premere PUSH ENTER mentre il
numero di stazione preselezionata
lampeggia.
Per disattivare l’operazione di
menu
Premere MODE SELECT.
Lista dei tipi di programma (PTY)
NEWS
Giornali radio.
AFFAIRS
Programmi a soggetto che ampliano sulle
notizie recenti.
INFO
Programmi su questioni dei consumatori,
assistenza medica.
SPORT
Programmi di sport.
EDUCATE
Programmi educativi, come programmi di
“fai da te” e consigli.
DRAMA
Radiodrammi e storie a puntate.
CULTURE
Programmi di cultura nazionale o regionale,
lingua e questioni sociali.
SCIENCE
Programmi sulle scienze naturali.
VARIED
Programmi con interviste a personalità,
giochi a quiz e commedie.
POP M
Programmi di musica pop.
ROCK M
Programmi di musica rock.
EASY M
Musica di facile ascolto (musica per tutti).
LIGHT M
Musica classica, ad esempio strumentale, e
opere vocali e corali.
CLASSICS
Concerti di grandi orchestre, musica da
camera, opera, ecc.
OTHER M
Musica come il rhythm and blues o il reggae.
WEATHER
Informazioni metereologiche.
FINANCE
Rapporti di borsa e quotazioni azionarie, ecc.
Altre funzioni
Per disattivare la ricerca PTY
Premere x.
continua
39
IT
Uso del sistema dati radio (RDS)
(continuazione)
Per addormentarsi al
CHILDREN
Programmi per i piccoli.
SOCIAL
Programmi sulle persone e i loro problemi.
RELIGION
Programmi di contenuto religioso.
PHONE IN
Programmi in cui il pubblico può telefonare
per esprimere le sue opinioni o in discussioni
aperte.
TRAVEL
Programmi di viaggi. Non per annunci sul
traffico di tipo TP/TA.
LEISURE
Programmi su attività per il tempo libero
come giardinaggio, pesca, cucina, ecc.
JAZZ
Programmi di musica jazz.
COUNTRY
Programmi di musica country.
NATION M
Programmi di musica popolare del paese o
della regione.
OLDIES
Programmi di vecchi successi.
FOLK M
Programmi di musica folk.
DOCUMENT
Servizi ricercati in profondità.
TEST
Segnale di prova per le trasmissioni di
emergenza.
ALARM
Trasmissioni di emergenza.
NONE
Qualsiasi programma non definito sopra.
Nota
Appare “No PTY” quando il tipo di programma
selezionato non è attualmente in fase di trasmissione.
suono della musica
— Timer di spegnimento
ritardato
È possibile predisporre il sistema perché si spenga
dopo un lasso di tempo predeterminato, in modo
da potersi addormentare al suono della musica. È
possibile stabilire il tempo fino allo spegnimento
in scatti di 10 minuti.
SLEEP
, Premere SLEEP sul telecomando.
A ciascuna pressione del tasto, l’indicazione
dei minuti (tempo fino allo spegnimento)
cambia come segue:
Auto t 90min t 80min t 70min
t … t 10min t Off t Auto…
Quando si seleziona “Auto”
Il sistema si spegne quando il disco o nastro
attuale finisce la riproduzione (per un massimo di
100 minuti).
Per controllare il tempo
rimanente
Premere una volta SLEEP sul telecomando.
Per cambiare il tempo fino allo
spegnimento
Premere ripetutamente SLEEP sul telecomando
per selezionare il tempo desiderato.
Per disattivare la funzione di
timer di spegnimento ritardato
Premere ripetutamente SLEEP sul telecomando
fino a che appare “Sleep Off”.
40
IT
Per svegliarsi al suono
della musica
— Timer di sveglia
È possibile svegliarsi ogni giorno al suono della
musica preferita all’orario fissato. Assicurarsi che
l’orologio sia stato regolato (vedere “Punto 2:
Regolazione dell’orario” a pagina 6).
Multistick
PUSH ENTER 311
3 Premere ripetutamente MODE SELECT
per selezionare “Set Up Mode”, quindi
premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Timer Set
Up ?”, quindi premere PUSH ENTER.
5 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Timer
Set ?”, quindi premere PUSH ENTER.
Appare “Set Daily 1”.
6 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Daily 1 (o
2)”, quindi premere PUSH ENTER.
Appare “On” e la cifra delle ore lampeggia
sul display.
DAILY 1
7 Regolare l’orario di inizio della
riproduzione.
Spostare ripetutamente il multistick verso v
o V per impostare le ore, quindi premere
PUSH ENTER.
L’indicazione dei minuti inizia a
lampeggiare.
DAILY 1
Altre funzioni
1 Preparare la fonte musicale che si
desidera riprodurre.
• CD: Inserire un disco. Per iniziare da un
brano particolare creare un programma
(vedere “Per programmare i brani” a
pagina 24).
• Nastri: Inserire un nastro con la facciata da
riprodurre rivolta verso l’esterno.
• Radio: Sintonizzare la stazione
preselezionata desiderata (vedere “Ascolto
della radio” a pagina 14).
2 Regolare il volume.
2
Spostare ripetutamente il multistick verso v
o V per impostare i minuti, quindi premere
PUSH ENTER.
continua
41
IT
Per svegliarsi al suono della
musica (continuazione)
8 Regolare l’orario di fine della
riproduzione come al punto 7.
9 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare la fonte
musicale desiderata.
Ogni volta che si muove il multistick verso
b o B, la visualizzazione cambia come
segue.
t TUNER y CD Play T
t TAPE Play T
10 Premere PUSH ENTER.
Appare il tipo di timer (Daily 1 o Daily 2),
seguito da orario di inizio, orario di fine e
fonte musicale e quindi riappare la
visualizzazione originale.
11 Spegnere l’apparecchio.
Per disattivare l’operazione di
menu
Premere MODE SELECT.
Per disattivare l’operazione
timer
1 Premere ripetutamente MODE SELECT per
selezionare “Set Up Mode”, quindi premere
PUSH ENTER.
2 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “Timer Set Up ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “Timer Select ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “Timer Off”, quindi
premere PUSH ENTER.
Informazione
Il sistema si accende 15 secondi prima dell’orario
fissato.
Note
• Non si possono attivare DAILY 1 e DAILY 2
contemporaneamente.
• Non è possibile impostare il timer se l’orario di
inizio e quello di fine sono identici.
• Quando si usa il timer di spegnimento ritardato, il
timer quotidiano non accende il sistema finché il
timer di spegnimento ritardato non lo ha spento.
• Non si possono attivare il timer quotidiano e la
registrazione a timer contemporaneamente.
42
Per controllare la regolazione
1 Premere ripetutamente MODE SELECT per
selezionare “Set Up Mode”, quindi premere
PUSH ENTER.
2 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “Timer Set Up ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “Timer Select ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare il relativo modo (“Daily
1” o “Daily 2”), quindi premere PUSH ENTER.
Per cambiare l’impostazione, cominciare dal
punto 1 a pagina 41.
IT
Registrazione a timer di
programmi radio
Per registrare a timer, è necessario prima
preselezionare la stazione radio (vedere “Punto 3:
Preselezione delle stazioni radio” a pagina 8) e
regolare l’orologio (vedere “Punto 2: Regolazione
dell’orario” a pagina 6).
Multistick
9
PUSH ENTER
2
4 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Timer
Set ?”, quindi premere PUSH ENTER.
Appare “Set Daily 1”.
5 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Set REC”,
quindi premere PUSH ENTER.
Appare “On” e la cifra delle ore lampeggia
sul display.
6 Regolare l’orario di inizio della
registrazione.
Spostare ripetutamente il multistick verso
v o V per impostare le ore, quindi premere
PUSH ENTER.
L’indicazione dei minuti inizia a
lampeggiare.
Spostare ripetutamente il multistick verso
v o V per impostare i minuti, quindi premere
PUSH ENTER.
REC
Altre funzioni
REC
8
1 Sintonizzare la stazione radio
preselezionata (vedere “Ascolto della
radio” a pagina 14).
2 Premere ripetutamente MODE SELECT
per selezionare “Set Up Mode”, quindi
premere PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick
verso b o B per selezionare “Timer Set
Up ?”, quindi premere PUSH ENTER.
continua
43
IT
Registrazione a timer di
programmi radio (continuazione)
7 Regolare l’orario di fine della
registrazione come al punto 6.
Appare l’orario di inizio, seguito dall’orario
di fine, stazione radio preselezionata da
registrare (p.es. “TUNER FM 5”) e quindi
riappare la visualizzazione originale.
8 Inserire un nastro registrabile.
9 Spegnere l’apparecchio.
Quando la registrazione inizia, il livello del
volume viene regolato sul minimo.
Per disattivare l’operazione di
menu
Premere MODE SELECT.
Per controllare la regolazione
1 Premere ripetutamente MODE SELECT per
selezionare “Set Up Mode”, quindi premere
PUSH ENTER.
2 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “Timer Set Up ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “Timer Select ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “REC”, quindi premere
PUSH ENTER.
Per cambiare l’impostazione, cominciare dal
punto 1 a pagina 43.
Note
• Se il sistema è già acceso all’orario fissato, la
registrazione non viene eseguita.
• Non si può impostare il timer se l’orario di inizio e
l’orario di fine sono identici.
• Quando si usa il timer di spegnimento ritardato, la
registrazione a timer non accende il sistema fino a
che il timer di spegnimento ritardato non lo ha
spento.
• Non si possono attivare la registrazione a timer e il
timer quotidiano contemporaneamente.
44
Per disattivare l’operazione
timer
1 Premere ripetutamente MODE SELECT per
selezionare “Set Up Mode”, quindi premere
PUSH ENTER.
2 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “Timer Set Up ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
3 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “Timer Select ?”, quindi
premere PUSH ENTER.
4 Spostare ripetutamente il multistick verso
b o B per selezionare “Timer Off”, quindi
premere PUSH ENTER.
IT
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.