Alle rechten voorbehouden. Niets van deze uitgave mag, in welke vorm dan ook, zonder
schriftelijke toestemming van ROLAND CORPORATION gereproduceerd worden.
trigger parameters in de TD-3 geluidsmodule aangepast worden.
Page 2
USING THE UNIT SAFELY
HETAPPARAATOPEENVEILIGEMANIERGEBRUIKEN
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOMEN
Over
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
WAARSCHUWING en
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij
de gebruiker attent gemaakt wordt op
het risico van overlijden of zwaar letsel,
wanneer het apparaat niet op juiste
wijze gebruikt wordt.
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij
de gebruiker attent gemaakt wordt op
het risico van letsel of materiële schade,
wanneer het apparaat niet op juiste
wijze gebruikt wordt.
* Materiële schade verwijst naar schade
of andere ongunstige effecten, die ten
aanzien van het huis en al het
aanwezige meubilair, en tevens aan
huisdieren kunnen optreden.
VOORZICHTIG opmerkingen
NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
001
• Voordat u het apparaat in gebruik neemt, leest u
onderstaande instructies en de gebruikershandleiding
• Maak het apparaat niet open, en voer geen interne
modificaties uit. (De enige uitzondering hierop is
wanneer deze handleiding specifieke instructies
geeft voor het installeren van gebruikers-opties;
zie p. 8.)
• Tracht het apparaat niet te repareren of onderdelen
in het apparaat te vervangen (behalve wanneer
daartoe specifieke instructies in de handleiding
staan.) Ga voor alle onderhoud naar uw handelaar,
het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of een
erkende Roland distributeur, die u op de ‘Informatie’
pagina kunt vinden.
Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke
instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis
van het symbool wordt bepaald door het teken, dat zich
binnen de driehoek bevindt. Het symbool, dat zich in dit
geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit teken
voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwingen,
of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.
Het symbool wijst de gebruiker op onderdelen, die
nooit verplaatst mogen worden (verboden). De
specifieke handeling, die niet uitgevoerd mag worden,
wordt aangegeven door het symbool, dat zich binnen
de cirkel bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan
de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat nooit
uit elkaar gehaald mag worden.
Het wijst de gebruiker op onderdelen, die verwijderd
moeten worden. De specifieke handeling, die uitgevoerd
moet worden, wordt door het symbool binnen de cirkel
aangegeven. Het symbool, dat zich in dit geval aan de
linkerkant bevindt, geeft aan dat het netsnoer uit de
daarvoor bestemde aansluiting getrokken moet worden.
006
• Dit product dient alleen gebruikt te worden met
een rek of standaard, die door Roland aangeraden
wordt.
• Wanneer u dit apparaat gebruikt met een rek of
standaard, dient u ervoor te zorgen dat het rek of
de standaard zorgvuldig geplaatst is, waterpas en
zodat u er zeker van bent dat deze niet zal vallen.
Als u niet een rek of een standaard gebruikt, dient
u erop te letten, dat elke locatie die u voor het
apparaat kiest een recht oppervlak is dat het
apparaat goed ondersteunt, en ervoor zorgt dat het niet
wiebelt.
• Zorg dat er geen objecten (bijvoorbeeld brandbaar
materiaal, munten of spelden) of vloeistoffen
(water, frisdrank, enz.) in het apparaat terechtkomen.
• In huishoudens met kleine kinderen moet een
volwassene toezicht houden, totdat het kind in
staat is de regels die essentieel zijn voor een veilige
bediening van het apparaat op te volgen.
• Probeer het in elkaar verwikkeld raken van
snoeren en kabels te voorkomen. Bovendien
zouden alle snoeren en kabels buiten het bereik van
kinderen geplaatst moeten worden.
• Indien u de schroeven van het bovenpaneel
verwijdert, bewaart u deze op een veilige plaats,
buiten het bereik van kinderen, zodat zij deze niet
per ongeluk kunnen inslikken.
Naast de onderdelen die bij “Het apparaat op een veilige
manier gebruiken” op pagina 2 worden genoemd, leest en
neemt u het volgende alstublieft in acht:
Plaatsing
• Stel het apparaat niet aan direct zonlicht bloot, plaats het
niet in de buurt van apparaten die warmte afgeven, laat
het niet in een afgesloten voertuig achter en onderwerp
het niet op andere manieren aan temperatuur extremen.
Door overmatige hitte kan het apparaat vervormen of
verkleuren.
• Zorg dat rubber, vinyl of soortgelijke materialen niet
gedurende langere tijd op het apparaat aanwezig zijn.
Door dit soort objecten kan de afwerking van het apparaat
verkleuren of op andere wijze beschadigen.
Onderhoud
• Voor het dagelijks schoonhouden veegt u het apparaat
met een zachte, droge of een licht vochtige doek schoon.
Om hardnekkig vuil te verwijderen, gebruikt u een doek
met een kleine hoeveelheid mild, niet schurend schoonmaakmiddel. Neem het apparaat daarna met een zachte,
droge doek af.
• Gebruik nooit benzine, verdunners, alcohol of oplosmiddelen om verkleuring en/of vervorming van het apparaat
te voorkomen.
Aanvullende
voorzorgsmaatregelen
• Behandel de knoppen, schuifregelaars of andere bedieningselementen van dit apparaat met gepaste voorzichtigheid. Dit geldt ook voor het gebruik van de stekkers en
aansluitingen. Ruwe behandeling kan tot storingen leiden.
• Tijdens het aansluiten en/of loskoppelen van alle kabels,
houdt u deze bij de aansluiting zelf vast – trek nooit aan
de kabel. Op deze manier vermijdt u kortsluiting of
schade aan de interne elementen van de kabel.
• Om te vermijden dat u uw buren stoort, probeert u het
volume van dit apparaat op een redelijk niveau te houden.
U kunt ervoor kiezen om een koptelefoon te gebruiken,
zodat u zich geen zorgen om de personen in uw naaste
omgeving hoeft te maken (‘s nachts in het bijzonder.)
• Dit instrument is ontworpen om tijdens het spelen
geluiden van buitenaf te minimaliseren. Aangezien
geluidsvibraties echter sterker dan verwacht via vloeren
en muren overgebracht kunnen worden, moet u erop
letten dat deze geluiden niet storend zijn voor uw buren.
Dit geldt in het bijzonder als u ‘s avonds laat speelt en bij
het gebruik van een koptelefoon.
3
Page 4
De inhoud van de
verpakking controleren
❑ TD-3 (Percussie geluidsmodule) x 1
❑ KD-8 (Kick Trigger Pad) x 1
❑ FD-8 (Hi-Hat pedaal) x 1
❑ PDX-8 (V-Pad) x 1
❑ PD-8 (Pad) x 3
❑ CY-5 (Cymbal Pad) x 1
❑ CY-8 (Cymbal Pad) x 2
❑ Aansluitkabels
❑ Stemsleutel x 1
■ TD-3KW Gebruikershandleiding x 1
MDS-3C
Monteer de drumstandaard.
Meer over de standaard vindt u in de
gebruikershandleiding van de standaard.
Zet de poten van de standaard NOOIT verder dan 120
graden open, en zorg ervoor dat de afstand tussen de
linker- en rechterpoot NOOIT meer is dan 90cm, Als u dit
wel doet, zou de standaard om kunnen vallen.
(Drum Stand)
• De stemsleutel is onderdeel van het FD-8 pakket.
• De TD-3 gebruikershandleiding is onderdeel van het
TD-3 pakket.
• Een basdrumpedaal maakt geen deel uit van dit pakket.
Gebruik hiervoor een in de winkel verkrijgbaar kick
pedaal.
• In dit pakket vindt u geen CY-5 bevestigingsset voor
cimbalen.
* In het kader van productverbetering kunnen de specificaties en/
of het uiterlijk van dit apparaat zonder voorafgaande
mededeling veranderd worden.
TD-3
fig.TD-3.e
• Om de standaardhouder te bevestigen, verwijdert
928
• Wanneer u het apparaat op zijn kop zet, plaatst
929
• Als u het apparaat op zijn kop zet, pas dan goed op
(Percussie geluidsmodule)
Bevestig de verbindingsplaat (behorende bij de optionele drum standaard) aan de TD-3.
Met gebruik van de schroeven van het onderpaneel bevestigt u de houder zo, dat het apparaat zich in de richting
bevindt, zoals in het diagram wordt getoond.
u de vier 8 mm schroeven (M5 x 8) voor gebruik
van de onderkant van de TD-3. Gebruik van
andere schroeven kan schade aan het apparaat
veroorzaken.
dan een stapeltje kranten of tijdschriften onder de
vier hoeken om schade aan knoppen en regelaars
te voorkomen. U kunt het apparaat ook zo plaatsen
dat knoppen of regelaars niet kunnen beschadigen.
dat u het niet laat vallen en dat het niet kan
omvallen.
Smal
120˚
90 cm
120˚
Breed
4
Page 5
PDX-8
fig.PD-85.e_80
Rand rubber
Schroef om standaard
vast te zetten
add
* Plaats uw vingers NIET in de schaal. U kunt zich pijn doen of
schade aan de PDX-8 veroorzaken. Wanneer u de kop
vervangt, mag u de interne onderdelen NIET aanraken. Steek
ook uw vingers niet in het gat van de montagehaak.
fig.Stand.j
(Snare)
Output Jack
Houder
Hoepel
Stemschroef
Head sensor
Head
Schaal
Rand sensor
USING THE UNIT SAFELY
De spanning van het trommelvel
(head) afstellen
De spanning van het trommelvel dient voor gebruik
afgesteld te worden.
In het algemeen is een spanning van een aanslag, die
ongeveer overeenkomt met een akoestische drum,
geschikt.
Als het trommelvel wordt aangeslagen, wanneer de
spanning van het vel los is, kan de sensor beschadigen.
1. Gebruik de stemsleutel om de stemschroeven
aan te draaien.
Sla op de kop om de reactie te voelen en te controleren.
fig.Adjust.e
LosserStrakker
fig.Stand.j
Head sensor
Rand sensor
Head sensor
Draai de stemschroeven één voor één vast, afgaande op
de numerieke volgorde die in het diagram wordt
getoond. Zet één schroef op zichzelf nooit zeer strak vast.
Hierdoor kan het trommelvel niet gelijkmatig gespannen
worden en zullen storingen ontstaan.
fig.Bolt
3
1
6
5
2
4
2. De gemaakte afstelling kunt u nu nauwkeuriger
afstemmen, terwijl u de ‘feel’ en de reactie van
het pad blijft controleren.
• Op de PDX-8 heeft het afstellen van de spanning van het
trommelvel alleen effect op de reactie van het trommelvel
en verandert de toonhoogte van het geluid niet, zoals dit
op een akoestisch drumstel wel het geval zou zijn.
• De spanning van het trommelvel zal veranderen, zodra u
het apparaat heeft gebruikt, daarom dient u deze
wanneer nodig opnieuw af te stellen.
5
Page 6
USING THE UNIT SAFELY
Het Pad op een standaard
bevestigen
Bevestig de PDX-8 aan een pad houder van de standaard.
fig.RimShot.e
Zorg dat u de schroef om de standaard vast te zetten
stevig aandraait. Als deze los blijft, kan dubbele
triggering optreden.
fig.Stand.e
Strakker
Losser
Staaf
Speelmethodes
Head Shots
Sla alleen op het trommelvel van het pad.
fig.HeadShot.e
Head
Rim (rand)
* Om rim shots te spelen, slaat u op de rand (rim) binnen het
gebied dat in het diagram wordt aangegeven.
fig.RimShot.e
Geschikte positie
voor rim shots
Speler
Cross Stick
Sla alleen op de rand van het pad.
Afhankelijk van het instrument dat aan de rand (rim) is
toegewezen, kunt u rim shots en/of cross stick geluiden
spelen.
fig.XStick.e
Head (drumvel)
* Sla niet op de hoepel.
Rim Shots
Sla het trommelvel en de rand van het pad gelijktijdig
aan.
6
Rim
Rim
* Om de cross stick te spelen, moet u alleen op de rand van het
pad slaan. Als u uw hand op het trommelvel van het pad
plaatst, kan het cross stick geluid mogelijk niet correct worden
gespeeld.
Meer over instellingen en geluiden vindt u in de
gebruikershandleidingen van de respectievelijke
modules.
Page 7
Als u op het trommelvel slaat en een rim geluid wordt
geproduceerd, reduceert u de Rim Sens ()
waarde.
Aan de andere kant, als het u moeite kost om rim
shot geluiden te spelen, verhoogt u de Rim Sens
() waarde.
5. Plaats de hoepel op het trommelvel.
USING THE UNIT SAFELY
6. Bevestig de stemschroeven aan de hoepel en
schaal.
7. Vervolgens stelt u de spanning van het
trommelvel in. Zie “De spanning van het
trommelvel (head) afstellen” (p.5).
Vervangen van het trommelvel
Wanneer het trommelvel vervangen
dient te worden
Het trommelvel is een eenmalig onderdeel dat op den duur
versleten raakt en vervangen moet worden. Vervang het
trommelvel wanneer het volgende gebeurt:
In het trommelvel blijven gedeeltes met speling aanwezig,
ondanks dat de spanning van het vel correct is afgesteld.
Zet één schroef op zichzelf nooit zeer strak vast. Hierdoor
kan het trommelvel niet gelijkmatig gespannen worden,
en zullen storingen ontstaan.
Specificaties
PDX-8
Head grootte: 8 inches
Triggers:2 (Head, Rim)
Afmetingen:266 (B) x 326 (D) x 62 (H) mm
Gewicht:1.3 Kg
Optie:Mesh Head (MH-8)
* Het Rim rubber is een component dat op den duur verslijt
(zeker wanneer er veel rim shots worden uitgevoerd) en dan
vervangen moet worden. Wanneer het rim rubber versleten is,
zullen rim shots mogelijk niet correct uitgevoerd kunnen
worden. Wanneer dit voorkomt, vervangt u het rim rubber.
Raadpleeg Roland Service voor meer informatie over het
vervangen van het rim rubber.
add
* Door de aard van de materialen die in de sensor worden
gebruikt, kunnen veranderingen in kamertemperatuur de
gevoeligheid van de sensor beïnvloeden.
Sensoren
Rubber gedeelte
van de
hoepel
Schaal (behuizing)
Behandel de sensor onder het trommelvel voorzichtig.
Teveel kracht kan accurate detectie in de weg staan en de
sensor kan hierdoor beschadigen.
2. Verwijder de hoepel.
3. Verwijder het oude trommelvel.
4. Plaats het nieuwe trommelvel op de schaal.
7
Page 8
USING THE UNIT SAFELY
PD-8
fig.PD-8.e
(Tom)
Standaard bevestigingsschroef
De PD-8 bespelen
fig.PD-HR.e
Head Shot
Head
Standaard bevestigingsschroef
Uitgangsjack
Het Pad op een standaard
bevestigen
fig.PD-Set.e
Strakker
Losser
Staaf
Head
Specificaties
PD-8
Pad grootte:8.5 inches
Triggers:2 (Head, Rim)
Afmetingen:226 (B) x 280 (D) x 54 (H) mm
Gewicht:1.2 Kg
Steek de staaf door de pijp binnenin de houder.
Bij het bevestigen van de PD-8 aan de houders moet u
ervoor zorgen, dat de schroeven om de standaard vast te
zetten stevig vast zitten. Als één van hen los blijft, kan het
pad er af vallen.
8
Page 9
CY-5
fig.CY-8.e
Uitgangsjack
(Hi-Hat)
Koepel deel
Rand deel
Pad zijde
2. Monteer de CY-5, zodat deze in de onderste
USING THE UNIT SAFELY
koppeling past, zoals hieronder aangegeven.
Bescherming (zorg dat deze
correct wordt gericht)
De instellingen maken
Om de CY-5 op een L-Rod (pad houder) te bevestigen,
gebruikt u ALLEEN de bevestigingsset, die hieronder
wordt getoond.
1. De onderste koppeling en het koppelingsvilt (L)
monteren
Stel het ingekeepte gedeelte, zoals hieronder wordt
aangegeven, af. Plaats dan het koppelingsvilt (L), zodat
dit stevig vastzit.
Inkeping
(zorg dat deze
correct wordt gericht)
Draai de moer met
een stemsleutel vast
3. Plaats het koppelingsvilt (S) en, terwijl u wat
druk uitoefent, monteert u de bovenste
koppeling zoals hieronder wordt getoond.
Hierna kunt u de bovenste koppeling aanpassen om de
gewenste beweging te verkrijgen. Als deze te los is, kan
dubbel triggering optreden.
Zorg dat het ROLAND logo zich aan de andere kant van
het speelgebied bevindt.
Druk uitoefenen
Draai de moer met
een stemsleutel vast
Specificaties
CY-5
Grootte:10 inches
Triggers:2 (Bow, Edge)
Afmetingen:246 (B) x 246 (D) x 45 (H) mm
Gewicht: 380 g
Accessoires:bevestigingsset voor Hi-Hat (Bovenste
koppeling, onderste koppeling, koppelingsvilt
(L), koppelingsvilt (S))
add
* Door onafgebroken spelen kan het Pad verkleuren. Dit heeft
echter geen invloed op de werking van het Pad.
9
Page 10
USING THE UNIT SAFELY
CY-8 (Crash bekken / Ride bekken)
De CY-8 bespelen
fig.CY-8.e
Pad zijde
Koepel deel
Rand deel
Uitgangsjack
Het Cymbal Pad aan een standaard
bevestigen
1. Met een stemsleutel draait u de stop bout vast.
De stopper zorgt dat het bekken pad niet kan draaien, en
voorkomt dat de kabels op de standaard in elkaar
draaien.
fig.CY-Set01.e
Bow Shot
Dit is de meest voorkomende speelmethode, waarbij de pad
zijde van het bekken wordt bespeeld. Dit correspondeert met
het geluid van de “head side” van de aangesloten trigger
invoer.
fig.CY-Bow.e
Koepel
Edge Shot
Bij deze speelmethode wordt de rand met het voorste gedeelte
van de stick aangeslagen. Dit correspondeert met het geluid
van de “rimside” van de aangesloten trigger invoer.
* Om van een edge shot gebruik te maken, dient u een trigger
ingangsjack aan te sluiten op de percussie geluidsmodule, die
rim shots kan uitvoeren.
fig.CY-Edge.e
Rand
Stopper
(zorg dat deze
correct gericht is)
Draai de moer met
een stemsleutel vast.
2. Bevestig de CY-8, zodat het ROLAND logo zich
aan de andere zijde van het speelgebied
bevindt.
3. Draai de vleugelmoer aan om de gewenste
beweging te verkrijgen.
Gebruik de bijgeleverde vilt ring en de vleugelmoer.
fig.CY-Set02.e
Vleugelmoer
Vilt ring
Het geluid kan dubbel te horen zijn, wanneer de
vleugelmoer los is.
Choking
Choking (knijpen) van de rand van het bekken met de hand,
direct nadat het bekken is aangeslagen, maakt dat het geluid
stopt.
* Om van choking speeltechnieken gebruik te maken, dient u een
trigger ingangsjack aan te sluiten op de percussie
geluidsmodule, die rim shots kan uitvoeren.
fig.CY-Choke
Specificaties
CY-8
Grootte:12 inches
Triggers:2 (Bow, Edge)
Afmetingen:290 (B) x 295 (D) x 47 (H) mm
Gewicht:650 gr
Accessoires:Vleugelmoer, vilt ring, stopper
* Door onafgebroken spelen kan het Pad verkleuren. Dit heeft
echter geen invloed op de werking van het Pad.
10
Page 11
FD-8 (Hi-Hat pedaal)
USING THE UNIT SAFELY
De FD-8 gebruiken
fig.FD-8.e
De uitslag van het pedaal instellen
Draai de schroef met
een stemsleutel los.
Verschuif de arm
Ankermoer
De ankermoeren bevestigen (bij gebruik op vloerbedekking)
diep
flauw
Pedaalplaat
Control Out Jack
Ankermoer
Veer voor
de ankermoer
Met gebruik van de FD-8 kunt u het openen en sluiten van het
hi-hat geluid regelen.
Open Hi-Hat
Sla op de hi-hat zonder het pedaal in te drukken.
Half open Hi-Hat
Sla op de hi-hat met het pedaal half ingedrukt.
Gesloten Hi-Hat
Sla op de hi-hat met het pedaal ingedrukt.
Foot Closed
Druk het pedaal helemaal in.
Het volume van de Foot Closed kan apart worden
ingesteld (TD-3 gebruikershandleiding, p.42).
• Sluit de FD-8 op de TD-3 aan, voordat u de stroom
inschakelt.
• Druk het pedaal NIET in op het moment dat u de stroom
inschakelt.
• De punten van de ankerbouten zijn scherp. Wees
voorzichtig.
• Bij gebruik op een vloer kunnen de ankerbouten de vloer
beschadigen. Bevestig de ankerbouten niet.
• Wanneer de FD-8 gedurende langere tijd niet gebruikt zal
worden, kunt u de arm verplaatsen en vastzetten,
waardoor het pedaal een hogere uitslag heeft.
• Om schade te voorkomen, laat u de FD-8 niet langere tijd
met de pedaalplaat ingedrukt staan.
Specificaties
FD-8
Afmetingen:130 (B) x 396 (D) x 103 (H) mm
Gewicht:1.3 Kg
Accessoire:Stemsleutel
11
Page 12
USING THE UNIT SAFELY
KD-8 (Basdrum)
fig.KD-8.e
Uitgangsjack
Standaard
Ankermoer
3. Met een stemsleutel, meegeleverd met de FD-8,
draait u de schroeven vast, die u bij stap 1 heeft
verwijderd, zodat de standaard stevig vastzit.
fig.KD-Assy03
Trommelvel
Voetplaat
De instellingen maken
1. Verwijder de schroeven aan de andere kant van
de KD-8’s trigger.
fig.KD-Assy01
2. Trek de standaard uit, in de richting die door de
pijl wordt aangegeven, totdat deze volledig is
uitgeschoven.
fig.KD-Assy02
4. Bevestig het basdrumpedaal.
Richt de klopper zo dat deze het midden van het
trommelvel raakt. Zet dan het basdrumpedaal en de
KD-8 stevig vast.
fig.KD-Assy04.e
Klopper
Installeer het basdrumpedaal
zorgvuldig.
De hoogte van de voetplaat
aanpassen
Afhankelijk van uw basdrumpedaal, kan dit onstabiel zijn als
u het aan de KD-8 bevestigt. Stel de voetplaat bij, zodat het
volledige onderoppervlak van het pedaal met de vloer is
verbonden.
fig.KD-Assy05.e
Klopper
12
In de winkel verkrijgbaar
basdrumpedaal
* Pas de hoogte aan, zodat het hele
pedaal contact heeft met de vloer.
Page 13
1. Draai de ankermoeren van de standaard los, en
verwijder de voetplaat.
fig.KD-Assy06
De ankermoeren bijstellen
Wanneer het basdrumpedaal op een vloerkleed of een
soortgelijk oppervlak wordt gebruikt, kunt u de ankermoeren
bijstellen, zodat de punten uit de plaat steken en het pedaal op
zijn plaats houden. Hierdoor is het basdrumpedaal
gemakkelijker te gebruiken.
Echter, als dit op de vloer wordt gebruikt, kunnen de
ankermoeren de vloer beschadigen. Pas de ankermoeren op
passende wijze aan.
fig.KD-Anchor.e
De ankermoeren bijstellen
Bij gebruik op vloerbedekkingBij gebruik op de vloer
USING THE UNIT SAFELY
2. Stel de basdrumplaat zo, dat het gehele onder
oppervlak op de vloer is bevestigd.
3. In de meeste gevallen gaat de standaard
enigszins zweven. Draai de ankermoeren daar
stevig vast om de standaard en de voetplaat
vast te zetten.
fig.KD-Assy07.e
Deze hoogte zal variëren,
afhankelijk van het
basdrumpedaal.
• Installeer het basdrumpedaal zorgvuldig.
• Pas op, dat u niet in uw vingers prikt.
• De punten van de ankermoeren zijn scherp. Wees
voorzichtig.
• Als u de setup moet verplaatsen, verwijder dan de
schroeven en klap de standaard in. Door de KD-8 te
vervoeren, terwijl deze open staat, kan de standaard
overmatig worden belast, waardoor deze kan
beschadigen.
De punten van de ankermoeren zijn scherp. Wees
voorzichtig.
Bij gebruik van een dubbel pedaal
fig.KD-Pedal1
Plaats de twee kloppers
evenwijdig van het midden
van het pad, zoals in het figuur
links wordt getoond. Als één
van de kloppers verder van het
midden weg is dan de andere,
zal het geluid van de verste
klopper een lager volume
hebben of geheel niet naar
wens klinken.
fig.KD-Pedal2
Gebruik van een dubbel
pedaal zal resulteren in lagere
gevoeligheid, in vergelijking
met gebruik van een enkel
pedaal. Verhoog de
gevoeligheid op de
geluidsmodule.
Specificaties
KD-8
Afmetingen:272 (B) x 260 (D) x 405 (H) mm
Gewicht:2.9 Kg
Accessoires:Schroeven
* Doorlopend spelen kan verkleuring van het pad veroorzaken,
maar dit is niet van invloed op de werking van het pad.
13
Page 14
.
USING THE UNIT SAFELY
De “TD-3KW”monteren
921
Met gebruik van de meegeleverde kabels sluit u de pads aan.
Sluit de L-vormige pluggen van de bijgeleverde kabels op de pads aan.
Om storing en/of schade aan luidsprekers of andere apparaten te voorkomen, zet u het volume altijd laag, en zet u alle
apparaten uit, voordat u aansluitingen gaat maken.
fig.Setting1.e
Trigger Inputs
TD-3TD-3
T1T2T3
RD
HHCCR1
CY-8CY-8
HH
CY-5CY-5
PDX-8PDX-8
SNR
KIKSNR
HH
CR1
T1
PD-8PD-8
KIK
RD
CY-8CY-8
T2
PD-8PD-8
T3
PD-8PD-8
KD-8KD-8
HHC
FD-8FD-8
fig.Label
1. Steek de pluggen van de kabels in de TRIGGER INPUTS jacks aan de achterzijde
van de TD-3.
2. Steek de L-vormige pluggen in de TRIGGER OUTPUTS jacks van de pads.
* Als u de kabels aansluit, raadpleeg het etiket dat aan beide zijden van de kabels is bevestigd.
14
SNR
Page 15
.
USING THE UNIT SAFELY
Trigger instellingen voor de TD-3
Om de snare (PDX-8) correct te laten functioneren, moeten de trigger parameters in
de TD-3 geluidsmodule worden bijgesteld.
Meer informatie hierover, vindt u in de TD-3 gebruikershandleiding.
.
De optionele pads aan de TD-3KW toevoegen
Als u een nieuw pad toevoegt, gebruikt u de trigger ingang (CRASH2).
Voorbeelden
Een bekken toevoegen
De CY-8 of de CY-5 als een 2e Crash of Splash bekken toevoegen. Voor de montage gebruikt u de Cymbal Mount
MDY-10U.
Een tom toevoegen
De PD-8 als 2e floortom toevoegen. Voor de montage gebruikt u Pad Mount MDH-10U.
Options
Kick Trigger Pad:KD-8, KD-7
V-Kick Trigger Pad:KD-85, KD-120
Dual Trigger Pad:PD-8
V-Pad:PDX-8, PD-85, PD-105, PD-125
Cymbal Pad:CY-8, CY-5
V-Cymbal:CY-12R/C, CY-14C, CY-15R
Pad Mount:MDH-10U
Cymbal Mount:MDY-10U
15
Page 16
Informatie
Als u een reparatiedienst nodig heeft, belt u het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of
erkend Roland distributeur in uw land, zoals hieronder getoond.
5100 S. Eastern Avenue
Los Angeles, CA 90040-2938,
U. S. A.
TEL: (323) 890 3700
04234178 1PR
Page 17
Gebruikershandleiding
Lees, alvorens u dit apparaat in gebruik neemt, zorgvuldig de hoofdstukken “HET
APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN” (p.2) en “BELANGRIJKE
OPMERKINGEN” (p.4). Deze hoofdstukken bevatten belangrijke informatie omtrent
correct gebruik van het apparaat. Echter, om uzelf ervan te verzekeren een goed
inzicht in alle functies en mogelijkheden van uw nieuwe apparaat te verkrijgen, dient
u de gehele handleiding te lezen. De handleiding dient onder handbereik als een
praktisch naslagwerk te worden bewaard.
Gefeliciteerd met uw keuze voor de Roland Percussion Sound Module TD-6KV.
Aparte verwijzingen in deze handleiding
Woorden tussen vierkante haakjes verwijzen naar knoppen op het paneel.
Als de inschriften in illustraties niet zijn vertaald, dan heb ik ze niet!
INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOMEN
Over
WAARSCHUWING en
VOORZICHTIG opmerkingen
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij
WAARSCHUWING
de gebruiker attent gemaakt wordt op
het risico van overlijden of zwaar letsel,
wanneer het apparaat niet op juiste
wijze gebruikt wordt.
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij
de gebruiker attent gemaakt wordt op
het risico van letsel of materiële schade,
wanneer het apparaat niet op juiste
VOORZICHTIG
wijze gebruikt wordt.
* Materiële schade verwijst naar schade
of andere ongunstige effecten, die ten
aanzien van het huis en al het
aanwezige meubilair, en tevens aan
huisdieren kunnen optreden.
NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
001
Lees, voordat u dit apparaat in gebruik neemt, eerst
de onderstaande instructies en de handleiding.
• Probeer niet om het apparaat te repareren of
inwendige onderdelen te vervangen (tenzij deze
handleiding specifieke instructies geeft om dit wel
te doen). Laat al het onderhoud over aan uw
verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service Center
of een erkend Roland dealer, zoals beschreven op
de “Informatie” pagina.
• Gebruik of stal het apparaat nooit op plaatsen die:
• Bloot staan aan extreme temperaturen (bijv., in
direct zonlicht in een afgesloten voertuig,
dichtbij een verwarmingsbuis, bovenop een
warmte producerend apparaat); of waar
• Dampvorming plaatsvindt (bijv., baden,
wasruimtes, op natte vloeren); of die
Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke
instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis
van het symbool wordt bepaald door het teken, dat zich
binnen de driehoek bevindt. Het symbool, dat zich in dit
geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit teken
voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwingen,
of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.
Het symbool wijst de gebruiker op onderdelen, die
nooit verplaatst mogen worden (verboden). De
specifieke handeling, die niet uitgevoerd mag worden,
wordt aangegeven door het symbool, dat zich binnen
de cirkel bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan
de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat nooit
uit elkaar gehaald mag worden.
Het wijst de gebruiker op onderdelen, die verwijderd
moeten worden. De specifieke handeling, die uitgevoerd
moet worden, wordt door het symbool binnen de cirkel
aangegeven. Het symbool, dat zich in dit geval aan de
linkerkant bevindt, geeft aan dat het netsnoer uit de
daarvoor bestemde aansluiting getrokken moet worden.
005
• Dit apparaat dient alleen gebruikt te worden met
een door Roland aanbevolen houder of standaard.
• Als het apparaat gebruikt wordt met een door
Roland aanbevolen houder of standaard, moet de
houder of standaard nauwkeurig geplaatst worden
, zodat deze recht en stabiel staat. Als u geen
houder of standaard gebruikt, dient u echter ook
een plaats uit te kiezen om het apparaat neer te
zetten met een voldoende vlak oppervlak, dat het
apparaat goed ondersteunt en wiebelen voorkomt.
• Gebruik alleen de meegeleverde adapter.
Controleer ook of de netspanning overeen komt
met de op de adapter weergegeven ingangspanning. Andere adapters kunnen een andere
polariteit gebruiken of ontworpen zijn voor een
ander voltage, wat kan leiden tot schade, onjuist
functioneren of een elektrische schok.
• Buig of draai de stroomdraad niet extreem, en
plaats er geen zware dingen op. Dit kan schade
veroorzaken aan het snoer, en leiden tot zwakke
plekken en kortsluiting. Beschadigde snoeren geven
brand- en schokgevaar!
• Dit apparaat, zowel alleen als in combinatie met een
versterker,een koptelefoon of speakers, kan geluidsniveaus produceren, die permanente gehoorschade
kunnen opleveren. Gebruik het daarom niet
gedurende lange tijd op een hoog volumeniveau of
op een niveau dat oncomfortabel is. Als u enige
vorm van gehoorverlies of suizen in de oren
ervaart, dient u onmiddellijk te stoppen met het
gebruik van het apparaat en een audioloog te
raadplegen.
• Schakel onmiddellijk de stroom uit, trek de adapter
uit het stopcontact en raadpleeg uw verkoper, het
dichtstbijzijnde Roland Service Center of een
erkend Roland dealer, zoals beschreven op de
“Informatie” pagina, als:
• De adapter of stroomdraad is beschadigd;
• Rook of een vreemde geur ontstaat;
• Objecten in of vloeistoffen over het apparaat zijn
gevallen;
• Het apparaat heeft blootgestaan aan regen (of
op een andere manier nat is geworden);
• Het apparaat niet normaal lijkt te werken of een
typische functieverandering heeft ondergaan.
• In een huishouden met kleine kinderen dient een
volwassene toezicht te houden , totdat het kind in
staat is alle regels te hanteren, die essentieel zijn
voor veilig gebruik van het apparaat.
• Sluit het apparaat niet aan op een stopcontact,
samen met overdreven veel andere apparaten.
Wees vooral voorzichtig met verlengsnoeren - het
gezamenlijke vermogen van alle, op het verlengsnoer aangesloten, apparaten mag nooit meer zijn
dan het vermogensbereik (watt/ampère) van het
verlengsnoer. Door overbelasting kan de draad
warm worden en uiteindelijk doorbranden.
• Raadpleeg, als u het apparaat in het buitenland wilt
gaan gebruiken, eerst uw verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een erkend Roland
dealer, zoals beschreven op de “Informatie” pagina.
• Haal met enige regelmaat de adapter uit het
stopcontact, en reinig deze met een droge doek om
zo alle stof en andere ophopingen uit de kieren te
vegen. Verwijder ook de stekker uit het stopcontact
als het apparaat lange tijd niet gebruikt gaat
worden. Iedere vorm van stofophoping tussen de
stekker en het stopcontact kan resulteren in slechte
isolatie, en leiden tot brand.
• Mocht u schroeven bij het bevestigen van de
drumstandaard verwijderen, zorg er dan voor dat u
ze op een veilig plek legt, buiten het bereik van
kinderen, zodat ze niet per ongeluk ingeslikt kunnen
worden.
Lees het volgende als aanvulling op de zaken genoemd onder “HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN”
op pagina 2-3, en neem dit in acht:
Stroomvoorziening
• Sluit dit apparaat niet aan op een stopcontact, dat tevens gebruikt
wordt voor een elektrische toepassing met een motor of wordt
gevoed door middel van een omvormer (zoals een koelkast,
wasmachine, magnetron of airconditioner). Afhankelijk van de
wijze, waarop de elektrische toepassing wordt gebruikt, kan
ontstane storing in de stroomvoorziening leiden tot het onjuist
functioneren van dit apparaat of hoorbare ruis. Als het om
praktische redenen niet mogelijk is gescheiden stopcontacten te
gebruiken, sluit dan een storingsfilter aan tussen dit apparaat en
het stopcontact.
• De adapter zal warm worden bij lange tijd aaneengesloten gebruik.
Dit is normaal en biedt geen reden tot bezorgdheid.
• Schakel, alvorens dit apparaat met andere apparaten te verbinden,
de stroom van alle apparaten uit. Dit helpt het onjuist functioneren
en/of ontstaan van schade aan speakers of andere apparatuur
voorkomen.
Plaatsing
• Gebruik van het apparaat in de buurt van eindversterkers (of
andere apparatuur met grote transformatoren) kan leiden tot
brommen. Verander, om dit probleem te verminderen, de
opstelling van het apparaat of plaats het verder weg van de
storingsbron.
• Dit apparaat kan op radio en televisie ontvangst storen. Gebruik dit
apparaat niet in de nabijheid van dergelijke ontvangers.
• Er kan storingsgeluid ontstaan als draadloze communicatiemiddelen, zoals mobiele telefoons, worden gebruikt in de nabijheid van
dit apparaat. Dergelijke storing kan optreden bij het opbouwen van
een verbinding of tijdens een gesprek. Mocht u met zulke
problemen te maken krijgen, verplaats dan dergelijke draadloze
toestellen, zodat ze verder van het apparaat verwijderd zijn of
schakel ze uit.
• Stel het apparaat niet bloot aan direct zonlicht, plaats het niet in de
nabijheid van warmte producerende apparatuur, laat het niet staan
in een afgesloten auto en stel het niet bloot aan extreme temperaturen. Extreme hitte kan leiden tot vervorming en/of kleurverandering van het apparaat.
• Als het apparaat verplaatst wordt en het verschil in temperatuur
en/of luchtvochtigheid tussen de ene en de andere plaats erg hoog
is, kunnen waterdruppels in het apparaat ontstaan (condensvorming). Schade en onjuist functioneren kunnen het gevolg zijn,
als u het apparaat in deze conditie probeert te gebruiken. Laat het
apparaat daarom enkele uren staan, totdat de condens volledig is
verdampt, alvorens het in gebruik te nemen.
Onderhoud
• Veeg het apparaat voor dagelijkse reiniging af met een zachte,
droge of licht-vochtige doek. Gebruik voor het verwijderen van
hardnekkig vuil een doek voorzien van een mild, niet-schurend
schoonmaakmiddel. Veeg nadien het apparaat grondig af met een
zachte, droge doek.
• Gebruik nooit benzine, verdunnen, alcohol of welke vorm van
oplosmiddelen ook, teneinde het optreden van vorm- en/of kleurveranderingen van het apparaat te vermijden.
Reparaties en gegevens
• Houd er rekening mee, dat alle gegevens die zijn opgeslagen in het
geheugen van het apparaat verloren kunnen gaan als het apparaat
ter reparatie wordt aangeboden. Belangrijke gegevens dienen
daarom altijd te worden opgeslagen in een ander MIDI apparaat
(bijv. een sequencer) of op schrift te worden gesteld. Echter, in
sommige gevallen (wanneer bijvoorbeeld geheugen gerelateerde
systemen zelf defect zijn) zal het tot onze spijt niet mogelijk zijn de
gegevens te herstellen. Roland erkent geen aansprakelijkheid voor
een dergelijk verlies van gegevens.
Extra voorzorgsmaatregelen
• Houd er rekening mee dat de geheugeninhoud definitief verloren
kan gaan als gevolg van onjuist functioneren of onjuist gebruik van
het apparaat. Om uzelf te beschermen tegen het risico van verlies
van belangrijke gegevens (die u heeft opgeslagen in het geheugen
van dit apparaat), raden wij u aan regelmatig een backup te maken
op een ander MIDI apparaat (bijv. een sequencer).
• Helaas is het soms niet mogelijk om eenmaal verloren gegevens te
herstellen, die waren opgeslagen in het geheugen van dit apparaat
of een ander MIDI apparaat (bijv. een sequencer). Roland Corporations erkent geen aansprakelijkheid voor een dergelijk verlies van
gegevens.
• Neem een zekere mate van voorzichtigheid in acht bij het bedienen
van de knoppen, schuiven en andere regelaars op dit apparaat, en
bij het gebruik van de jacks en pluggen. Ruw handelen kan leiden
tot onjuist functioneren.
• Houd bij het aansluiten/verwijderen van kabels altijd de plug zelf
vast. Trek nooit aan het draad. Op deze manier voorkomt u het
ontstaan van kortsluiting of beschadigingen van de binnenzijde van
de kabel.
• Probeer, ter voorkoming van overlast voor buren, het volume van
het apparaat tot redelijke niveaus te beperken. U kunt ook gebruik
maken van een koptelefoon, zodat u zich geen zorgen hoeft te
maken om de buren (vooral ‘s avonds laat).
• Aangezien geluidstrillingen beter worden doorgegeven via vloeren
en muren, dan men misschien zou verwachten, dient u te
voorkomen dat dergelijk geluid overlast veroorzaakt. Hoewel de
drum Pads en pedalen zo ontworpen zijn dat er zo min mogelijk
bijgeluiden worden geproduceerd, hebben rubberen Heads de
neiging meer geluid te produceren dan Mesh Heads. U kunt veel
van het ongewenste geluid van de Pads effectief verminderen door
over te stappen op Mesh Heads (apart verkrijgbaar).
• Als u het apparaat wilt vervoeren, verpak het dan, indien mogelijk,
in de originele verpakking (inclusief vulsel). Anders dient u soortgelijke verpakkingsmaterialen te gebruiken.
• Gebruik Roland kabels voor het tot stand brengen van de verbindingen. Neem, indien u gebruik maakt van een ander merk verbindingskabel, het volgende in acht.
• Sommige verbindingskabels bevatten weerstanden. Gebruik
geen kabels, die weerstanden bevatten, voor het tot stand
brengen van een verbinding met dit apparaat. Het gebruik van
dergelijke kabels kan een extreem laag of onhoorbaar volumeniveau tot gevolg hebben. Neem voor informatie omtrent kabelspecificaties contact op met de fabrikant van de kabel.
4
Page 21
Inhoud
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN ... 2
Bevat zorgvuldig geselecteerde geluiden voor alle
muziekstijlen voor live optreden of oefening
32 Verschillende drum uitrustingen
U kunt direct met een druk op de knop met verscheidene drumuitrustingen beginnen te spelen. De
uitrustingen zijn ontworpen om alle muziekstijlen te dekken.
114 Instrumenten
Creëer uw eigen, originele uitrustingen met behulp van de instrumentenlijst.
Expressie mogelijkheden
Het spelen van Rim slagen (p.19, p.46), bekken/hi-hat slagen (p.20,
p.47) en gebruik maken van bekken/hi-hat demping (p.20, p.47)
Cross stick techniek is mogelijk (p.20, p.46)
Het hi-hat bedieningspedaal zorgt voor natuurlijk klinkende hi-hat
prestaties (open, half-open, gesloten, Foot) (p.21)
Handige functies voor bij het oefenen
Ingebouwde metronoom (klik) voor gebruik bij het oefenen of bij
optredens (p.28)
Ingebouwde intelligente “coach” functie zorgt voor plezier en
uitdaging bij het oefenen (p.35)
De MIX IN jack biedt u de mogelijkheid om met een externe audio
bron (CD, MD) te oefenen (p.34)
Uitbreidingsmogelijkheden en compatibiliteit
Sluit een combinatie aan tot 9 Pads, bekkens en kick Triggers (p.44)
Te gebruiken als MIDI Sound Module en MIDI Controller. (p.64)
8
Page 25
Paneelbeschrijvingen
Bovenpaneel
fig.front
12543
6789101112
1. Display
De display toont het nummer van de drumuitrusting, het
tempo, de parameterinstellingen en andere dergelijke
informatie.
2. Trigger indicators
De indicator van de bespeelde Pad licht op.
Indien [EDIT] is ingedrukt, licht de indicator overeenkomstig
aan de geselecteerde parameter op.
3. Rim indicator
Deze Trigger indicator licht gelijktijdig op, wanneer u een Rim
of rand slag maakt.
4. AMBIENCE knop
Schakelt de ambiance (omgeving galm) aan en uit (p.26).
5. CLICK knop
Schakelt de metronoom (klik) aan/uit.
6. DRUM KIT knop
Toont het nummer van de drumuitrusting.
7. INST knop
Toont het instrumentnummer van de bespeelde Pad.
8. LEVEL/PAN knop
Met een druk op deze knop wordt tussen level (volume) en
pan (positie in het stereo veld-links/rechts) geschakeld.
9. TEMPO knop
Toont de tempo instellingen van de metronoom.
10. COACH knop
Schakelt de TD-3 in coach mode (p.35).
11. EDIT knop
Gebruik deze voor het instellen van de uitrustingsparameters
(p.22), klikparameters (p.28) en Padparameters (p.40, p.50,
p.60).
12. +/- knop
Deze knoppen worden voor het wijzigen van de
instellingswaarden gebruikt.
9
Page 26
Paneelbeschrijvingen
Achterpaneel
fig.rear
131415
16171819
13. VOLUME knop
Voor het aanpassen van het volume van de TD-3 voor zowel
de koptelefoon als de output jacks.
14. OUTPUT jacks (L (MONO), R)
Voor het aansluiten van de TD-3 op uw versterker of geluid
systeem. Gebruik voor mono uitvoer de L/MONO jack (p.13).
15. Trigger INPUT jacks
Voor het aansluiten van Pads, bekkens en kick Triggers
(optioneel of bij de uitrusting geleverd) (p.12). Kijk voor meer
gedetailleerde informatie over de Trigger inputs bij Triggerinputs en Pads die u kunt gebruiken (p.44).
16. HH CTRL (Hi-hat control) jack
Side Panel
fig.side
202221
Voor het aansluiten van een optioneel FD-7/FD-6 of bij de
TD-3 uitrusting geleverd FD-8 hi-hat bedieningspedaal (p.12).
17. MIX IN jack
Voor het aansluiten van een CD-speler, MD-speler,
cassettedeck of andere audiobron (p.34). Geluid dat wordt
ingevoerd via deze jack zal worden uitgevoerd via de
OUTPUT jacks en de PHONES jack.
18. Adapter jack
Sluit de bijgeleverde adapter aan op deze ingang (p.13).
19. POWER schakelaar
Schakelt de stroom aan/uit (p.14).
20. Beveiligingsslot ()
http://www.kensington.com/
21. MIDI pluggen (IN, OUT)
IN: Om vanuit een MIDI bron (sequencer, keyboard of ander
MIDI apparaat) op de TD-3 geluiden af te spelen of om
gegevens te laden van een MIDI sequencer.
OUT: Om de TD-3 Pads te gebruiken om geluiden af te spelen
van een externe MIDI sound module of om gegevens van de
TD-3 in een MIDI sequencer op te slaan (p.60).
10
22. PHONES jack
Op deze jack kan een stereo koptelefoon worden aangesloten
(p.13). Het aansluiten van een koptelefoon zal niet leiden tot
verzwakking van de uitvoer via de OUTPUT jacks.
Page 27
Het opbouwen van de uitrusting
Het monteren van de TD-3 op de standaard
1. Het monteren van de TD-3 op de standaard.
Maak de houder (bijgeleverd bij de optionele drumstandaard) vast aan de TD-3 door gebruik te maken
van de schroeven in het bodempaneel. Verbind de houder zo, dat de plaatsing van het apparaat
overeenkomt met de plaatsing in de illustratie.
Gebruik ALLEEN de bij de TD-3 geleverde 8mm schroeven (M5x8). Andere schroeven
kunnen schade aan het apparaat veroorzaken.
fig.P-001.e
smal
breed
Leg, als u het apparaat op z’n kop zet, onder de vier hoeken of aan weerszijden een stapeltje
kranten of tijdschriften, ter voorkoming van schade aan de knoppen en toetsen. Ook dient u
het apparaat zo te plaatsen, dat de knoppen en toetsen niet beschadigd zullen raken.
Wees, als u het apparaat op z’n kop zet, voorzichtig en voorkom dat het apparaat (om)valt
of wordt omgestoten.
2. Plaats de TD-3 met de houder op de drumstandaard (zoals de optionele MDS-3C). Zie de handleiding van
de standaard voor details bij het in elkaar zetten van de drumstandaard en het monteren van de TD-3.
De optionele APC-33 multifunctionele klem kan aan buizen met een doorsnede 10,5 mm-30
mm worden bevestigd, mocht u de TD-3 willen bevestigen aan een bekkenstandaard of iets
dergelijks.
11
Page 28
Het opbouwen van de uitrusting
Het aansluiten van de Pads en pedalen
Sluit, met behulp van de bijgeleverde kabels, de Pads, bekken Pads, het hi-hat bedieningspedaal en de
kick Trigger aan.
Opstellingsvoorbeeld
fig.P-004.e
TRIGGER INPUT jacks
CRASH 1
CY-8
TOM 1
PD-8
TD-3
HH CTRL
FD-8
Zie voor meer voorbeelden van mogelijke manieren om de TD-3 aan te sluiten “Pad
configuratie mogelijkheden” (p.48).
HI-HAT
PD-8
SNARE
PD-8
KICK
KD-8
RIDE
CY-8
TOM 3
PD-8
12
Page 29
Het opbouwen van de uitrusting
Het aansluiten van een koptelefoon, audio
apparatuur, versterkers of soortgelijke apparatuur
fig.P-005.e
R
L
Jack aansluitingen
Stereo koptelefoon
Stereo tulpstekker
CD/MD speler, enz.
1. Schakel de stroom uit van alle apparaten, voordat u een verbinding tot stand brengt.
Zet, ter voorkoming van onjuist functioneren en/of schade aan speakers en andere
apparatuur, altijd het volume laag en de stroom uit van alle apparaten, voordat u een
verbinding tot stand brengt.
2. Verbind de OUTPUT L(MONO) en R jacks op het achterpaneel met uw audio systeem of versterker.
Koptelefoons dienen UITSLUITEND te worden aangesloten op de PHONES jack.
3. Sluit de bijgeleverde adapter aan op de adapter jack.
4. Steek de adapter in een stopcontact.
De MIX IN jack op de TD-3 maakt het mogelijk om met een CD of een andere audio bron
mee te spelen (p.34).
13
Page 30
Het opbouwen van de uitrusting
De stroom aan/uit zetten
* Zet, als alles is aangesloten (p.12, p.13), de stroom aan van de verschillende apparaten in de voorgeschreven
volgorde. Door apparaten in de verkeerde volgorde aan te zetten, riskeert u het onjuist functioneren en/of
beschadigen van speakers en andere apparaten.
fig.P-006
1, 5
3
1. Draai de VOLUME knop op het achterpaneel van de TD-3 helemaal naar links om het volume op “0” te
zetten.
2. Zet het volume laag van de aangesloten versterker of audio-installatie.
3. Zet de POWER schakelaar in de “ON” stand om de stroom aan te zetten.
* Overtuig uzelf er altijd van, dat het volume laag staat, voordat u de stroom aanzet. Zelfs als het volume helemaal
laag staat, kan het voorkomen dat u enig geluid hoort als de stroom wordt aangezet. Dit is echter normaal en
duidt niet op onjuist functioneren.
Voorzorgsmaatregelen bij het aanzetten van de stroom
fig.P-007
Als de stroom is aangezet, verschijnt het
nummer van de drumuitrusting in het display.
Sla NIET op een van de Pads en trap NIET op
een van de pedalen , totdat [DRUM KIT] oplicht.
Dit kan namelijk tot Trigger problemen leiden.
14
4. Zet de stroom aan van de aangesloten versterker of audioinstallatie.
5. Draai, terwijl u op een van de Pads slaat, de VOLUME knop rustig naar rechts om het volumeniveau aan
te passen.
Page 31
Geen geluid als u op de Pads slaat of de pedalen gebruikt?
• Controleer de volgende punten.
Bij het gebruik van een versterker of audioinstallatie
• Is de volume-instelling van de versterker of audioinstallatie correct?
• Zijn de TD-3 en de versterker of audioinstallatie correct aangesloten?
• Is er een probleem met een van de verbindingskabels?
• Zijn de Input instellingen van uw versterker of audio systeem correct?
Bij het gebruik van een koptelefoon
• Is de koptelefoon aangesloten op de PHONES jack?
De stroom uitschakelen
1. Zet het volume van de TD-3 en alle aangesloten externe apparaten helemaal laag.
2. Schakel de stroom uit van alle externe apparaten.
3. Zet de POWER schakelaar van de TD-3 in de “OFF” stand om de stroom uit te zetten.
Het opbouwen van de uitrusting
15
Page 32
Een drumuitrusting kiezen
De TD-3 wordt met 32 vooraf ingestelde drumuitrustingen geleverd.
Voor een overzicht van de beschikbare drumuitrustingen, zie “Drum instrumenten lijst”
(p.69).
Iedere drumuitrusting kent zijn eigen instellingen: Pad/instrument parameters etc. Voor
details, zie p.22.
fig.P-019
12
1. Druk op [DRUM KIT].
[DRUM KIT] licht op en het nummer van de drumuitrusting verschijnt.
Sla op de Pads om de geluiden te horen.
2. Druk op [+] of [-] om een andere drumuitrusting te selecteren.
16
Page 33
Een drumuitrusting kiezen
Horen hoe de verschillende uitrustingen klinken
U kunt een voorbeeld van het geluid van de op dat moment geselecteerde drumuitrusting beluisteren.
fig.01-003
1
1. Houd, als een drumuitrusting geselecteerd is, [DRUM KIT] ingedrukt en druk op [INST].
Het klankvoorbeeld van de uitrusting wordt herhaaldelijk afgespeeld (loop mode).
De Trigger of Rim indicator van de Pad, waarvan het geluid wordt afgespeeld, licht op.
* Het klankvoorbeeld van een uitrusting wordt altijd afgespeeld met een tempo van 94 (kwart Noten) beats per
minuut, onafhankelijk van de tempo instelling van de metronoom (p.28).
2. Druk op [DRUM KIT] om het afspelen van het klankvoorbeeld te stoppen.
U kunt op [+] en [-] drukken , terwijl het klankvoorbeeld wordt afgespeeld om andere
drumuitrustingen te selecteren. Druk op [AMBIENCE] om Ambiance (p.26) aan en uit te zetten.
Waarschuwing aangaande het volume
Draai, terwijl het klankvoorbeeld van de uitrusting wordt afgespeeld, de VOLUME knop naar links
(tegen de wijzers van de klok in) om het volumeniveau omlaag te brengen. Het geluidsniveau (volume)
van de instrumenten kan mogelijk harder zijn als het klankvoorbeeld wordt afgespeeld.
17
Page 34
Het bespelen van de drumuitrusting
fig.Play-00
AMBIENCE
CLICK
INST TEMPO
• Door op [INST] te drukken, kunt u van instrument wisselen (p.24).
• Door op [AMBIENCE] te drukken, kunt u Ambiance aan en uit zetten (p.26).
• Door op [CLICK] (metronoom) te drukken, start u de metronoom (p.28).
• Druk op [TEMPO] om het tempo aan te passen (p.28).
Trigger inputs en Trigger mogelijkheden
fig.P-011.e
TOM 3
Head
RIDE
Bow
(Head)
Edge
(Rim)
TOM 2
Head
CRASH1CRASH2
Bow
(Head)
Edge
(Rim)
SNARE
Head
Rim
TOM 1KICK
Head
Bow
(Head)
Edge
(Rim)
HI-HAT
Bow
(Head)
Edge
(Rim)
Head
De volgende Trigger inputs maken het mogelijk
om zowel Rim slagen als cross stick te spelen op
de snare Pad, zowel rand slagen te spelen op het
bekken als te dempen en nog veel meer
technieken toe te passen.
De volgende Trigger inputs kunnen gebruikt
worden voor dubbele Trigger Pads/Triggers.
• SNARE
• HI-HAT
• CRASH 1
• CRASH 2
• RIDE
18
Page 35
Het bespelen van de Pads
Head en Rim slagen
Bij het bespelen van de snare
Head Shot
Head
Zorg ervoor, dat de snare Pad op de SNARE Trigger input jack is aangesloten.
Sommige instrumentnamen, bijvoorbeeld: “S1” voor het snare Head instrument en “S1r”
voor het Rim instrument, zijn soortgelijk, aangezien het de Head en Rim van dezelfde
Sla alleen op de Head om het geluid te laten klinken, dat
hoort bij deze Head.
Om een Rim slag te spelen dient u zowel de Head als de
Rim van de Pad gelijktijdig aan te slaan.
fig.Play-04.e
Slaan op de Head is net als slaan op de welving van de hi-
hat, en slaan op de Rim is net als slaan op de rand van de hi-
hat bekkens.
Head
Rim
Als u “H01” kiest als hi-hat bow (Head) instrument en “H02” als rand (Rim) instrument (of
“H03” als bow en “H04” als rand), dan zult u merken, dat ze bij dezelfde hi-hat horen
(→ geluiden selecteren [INST] (p.24)).
19
Page 36
Het bespelen van de drumuitrusting
Cross stick op de snare Pad
fig.Play-02.e
Het cross stick geluid wordt soms ook wel “gesloten Rim slag” genoemd.
Zorg ervoor dat u, als u cross stick speelt op de PD-8, alleen de Rim
Rim
(buiten rand) van de Pad raakt. Het plaatsen van uw hand op de Head
(midden gedeelte) van de Pad kan ervoor zorgen dat het cross stick geluid
Rim
niet goed wordt gespeeld.
Zorg ervoor, dat de snare Pad op de SNARE Trigger input jack is aangesloten.
Kies, voor het spelen van een cross stick geluid, “S1r”, “S2r”, “S3r”, “S4r”, “S10” of “S11”
voor de Rim. Als u “S1r”, “S2r”, “S3r” of “S4r” als SNARE Rim instrument kiest, kunt u
zowel Rim shots als cross stick geluid laten klinken, afhankelijk van hoe u het instrument
bespeelt. (→Geluiden selecteren [INST] (p.24))
PD-8
fig.Play-02a.e
U kunt ook eenvoudiger cross stick geluiden laten klinken op de PD-8 door
Rim
alleen de Rim krachtig te bespelen.
Bekken bow slagen/rand slagen
Bow slagen brengen het geluid voort, horend bij de Head, en rand slagen brengen het geluid voort,
horend bij de Rim.
fig.Play-03.e
Bow ShotEdge Shot
Bow
Als “rd1” of “rd4” geselecteerd is als RIDE bow (Head) instrument, kunt u kiezen tussen een
bow slag en een cup slag, afhankelijk van uw speelsterkte (hoe hard u slaat). (→Geluidenselecteren [INST] (p.24))
Edge
Bekken dempen
Knijpen in het Rim gedeelte van de Pad, vlak nadat erop geslagen is, maakt het mogelijk om het bekken
geluid te smoren of te dempen. Deze techniek wordt ook wel choking genoemd.
fig.P-017
20
Page 37
Hi-hat bedieningspedaal
Met behulp van een hi-hat bedieningspedaal (FD-8, FD-7 of FD-6) kunt u het geluid van een open en
gesloten hi-hat regelen.
FD-8
Het volume van het Foot Closed geluid kan apart worden aangepast (p.42).
• Sluit het hi-hat bedieningspedaal op de TD-3 aan, voordat u de stroom aanzet.
• Druk NIET op het pedaal , terwijl u de stroom aanzet.
fig.P-018
Open hi-hat:
Bespeel de hi-hat zonder het pedaal in te drukken
Half open hi-hat:
Bespeel de hi-hat , terwijl u het pedaal half indrukt
Closed hi-hat:
Bespeel de hi-hat , terwijl u het pedaal indrukt
Foot Closed:
Druk het pedaal volledig in
Het bespelen van de drumuitrusting
21
Page 38
Uw eigen drumuitrusting (drum kit) samenstellen
Drumuitrustingen
KIT instellingen bevat aan Pads/Rims toegeschreven geluiden, individueel niveau, pan,
ambiance type en MIDI noot #.
fig.01-001.e
Drum Kit #32
Drum Kit #1
Pad instellingen
HI-HAT
CRASH1
Bow
(Head)
Edge
(Rim)
KICK
Head
Inst (Instrument), Level, Pan,
MIDI nootnummer
Bow
(Head)
Edge
(Rim)
SNARE
Head
Rim
CRASH2
Bow
(Head)
Edge
(Rim)
TOM 1
Head
RIDE
Bow
(Head)
Edge
(Rim)
TOM 2
Head
TOM 3
Head
Ambiance instellingen
Ambience Type
• Er zijn 32 drumuitrustingen
• U kunt ze naar eigen wens aanpassen
Het is altijd mogelijk drumuitrustingen naar de originele fabriek instellingen
terug te brengen. Zie daarvoor “Een drumuitrusting kopiëren [KIT COPY]”
(p.27).
22
Page 39
Uw eigen drumuitrusting (drum kit) samenstellen
Een drumuitrusting kiezen [DRUM KIT]
Als u een andere drumuitrusting kiest, worden ook de Pad instellingen, ambiance, etc. gewijzigd.
De originele “drumuitrustingen lijst” is te vinden op p.68.
fig.P-019
12
1. Druk op [DRUM KIT].
[DRUM KIT] licht op, en het nummer van de drumuitrusting verschijnt.
2. Druk op [+] of [-] om een uitrusting te selecteren.
Door [+] ingedrukt te houden, en op [-] te drukken kunt u het nummer snel laten oplopen.
Door [-] ingedrukt te houden, en op [+] te drukken kunt u het nummer snel laten teruglopen.
DRUM KIT NUMMER: 1-32
23
Page 40
Uw eigen drumuitrusting (drum kit) samenstellen
Geluiden selecteren [INST]
Hoe instrumenten (geluiden) kunnen worden toegeschreven aan verschillende Pads of pedalen.
Selecteer, bij het gebruik van Rim/rand-geschikte Pads, de aparte geluiden door of op de Head (bow in
het geval van een bekken Pad) of op de Rim (rand in het geval van een bekken Pad) te slaan.
Kijk voor de beschikbare instrumenten bij “Drum instrumenten lijst” (p.68).
fig.01-004
31
1. Druk op [INST].
[INST] knippert.
2. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op en het instrumentnummer verschijnt.
Als de Rim (rand) wordt bespeeld, licht de Rim indicator op.
3. Druk op [+] of [-] om een instrument te selecteren.
Door [+] ingedrukt te houden, en op [-] te drukken kunt u het nummer snel laten oplopen.
Door [-] ingedrukt te houden, en op [+] te drukken kunt u het nummer snel laten teruglopen.
4. Herhaal stap 2 en 3 om de instellingen voor andere Pads en pedalen te maken.
5. Druk, als u klaar bent, op [DRUM KIT]. Het [INST] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [INST] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
24
Page 41
Uw eigen drumuitrusting (drum kit) samenstellen
Instrument Volume & Pan [LEVEL/PAN]
Ieder geluid in de uitrusting, dat is toegeschreven aan een Pad of pedaal, heeft eigen niveau (volume) en
pan (positie) instellingsmogelijkheden. Bij het gebruik van voor Rim en rand slagen geschikte Pads, kunt
u het niveau van de Head (of bow) en Rim (of rand) apart aanpassen.
De pan positie is echter gelijk voor de Head (bow) en Rim (rand).
fig.01-005a
31, 3
1. Druk op [LEVEL/PAN].
[LEVEL/PAN] knippert.
2. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op en de niveau of pan waarde verschijnt in het display.
Als de Rim (rand) wordt bespeeld, licht de Rim indicator op.
3. Druk op [LEVEL/PAN] en [+] of [-] om het niveau of de pan in de stellen.
De niveau en pan waarden wisselen in het display, telkens wanneer [LEVEL/PAN] wordt ingedrukt.
fig.01-005.e
Niveau
Wisselt telkens wanneer
[LEVEL/PAN] wordt ingedrukt
Door [+] ingedrukt te houden en op [-] te drukken, kunt u het nummer snel laten oplopen.
Door [-] ingedrukt te houden en op [+] te drukken, kunt u het nummer snel laten teruglopen.
(Bij gebruik van de bovengenoemde “snelle” methode, zal het pan nummer stoppen, zodra het “Ctr” is
bereikt)
NIVEAU: 0-15
PAN: L15 (links)-Ctr (midden)-r15 (rechts)
4. Herhaal stap 2 en 3 om de instellingen voor andere Pads en pedalen te maken.
5. Druk, als u klaar bent, op [DRUM KIT]. Het [LEVEL/PAN] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [LEVEL/PAN] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen
de gemaakte wijzigingen verloren gaan.
Pan
25
Page 42
Uw eigen drumuitrusting (drum kit) samenstellen
Ambiance instellingen [AMBIENCE]
Ambience (15 types)
Er is een pakket van ambiance of “ruimte simulatie” effecten beschikbaar, voor iedere afzonderlijke
uitrusting. Kamers van verschillende omvang en zelfs een selectie “gecomprimeerde” types behoren tot
de keuzemogelijkheden.
Ambiance aan/uit schakelen
1. Druk op [AMBIENCE] om de functie aan of uit te zetten.
Als [AMBIENCE] oplicht: de ambiance staat aan
Als [AMBIENCE] niet oplicht: de ambiance staat uit
Ambiance aan/uit instellingen kunnen NIET voor afzonderlijke drumuitrustingen worden
opgeslagen.
Druk, indien u wilt dat de ambiance aan of uitstaat, telkens wanneer de stroom wordt
aangezet, op [DRUM KIT], terwijl ambiance aan of uitstaat.
Het type ambiance selecteren
De TD-3 beschikt over vijftien verschillende voorgeprogrammeerde ambiance instellingen. Ze worden
gelijkmatig toegepast op alle geluiden van de uitrusting.
Ambiance wordt tevens op de klik (metronoom) toegepast.
1. Druk op [EDIT].
[EDIT] knippert.
2. Druk een aantal keer op [EDIT] , totdat de AMBIANCE indicator oplicht.
Het ambiance type nummer verschijnt.
fig.01-006
Houd [EDIT] ingedrukt, en druk op [-] om de indicators in omgekeerde volgorde te doen
oplichten.
3. Druk op [+] of [-] om het ambiance type te selecteren.
TypeBeschrijving
n 1, n 2, n 3Natuurlijke kamergalm.
b 1, b 2, b 3Lichte, luchtige galm.
d 1, d 2, d 3Warme en zachte galm.
c 1, c 2, c 3Versterkte aanslag geeft het geluid meer pit.
Warme galm is eveneens toegevoegd.
C 1, C 2, C 3Versterkte aanslag geeft het geluid meer pit.
Oppervlakkige kamergalm is eveneens toegevoegd.
4. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje dooft.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
Naarmate het nummer oploopt, verandert de kamergrootte, waardoor het
effect duidelijker wordt.
Er wordt meer compressie toegepast
naarmate het nummer oploopt, waardoor het geluid meer “pit” krijgt.
26
Page 43
Uw eigen drumuitrusting (drum kit) samenstellen
Een drumuitrusting kopiëren [KIT COPY]
Alle onderdelen van een uitrusting kunnen gekopieerd worden: instrument, niveau, pan, ambiance, etc.
Met deze actie zullen alle instellingen van de op dat moment geselecteerde drumuitrusting
worden gewist. Controleer alles goed, voordat u deze functie toepast.
fig.01-006a
3242, 5
1. Kies een drumuitrusting.
Deze uitrusting wordt de kopieerbestemming.
2. Houd [COACH] ingedrukt en druk op [EDIT].
“CPy” verschijnt en [EDIT] knippert snel. De geselecteerde uitrusting wordt de kopieerbron.
Druk op [+] of [-] om de als kopieerbron dienende drumuitrusting te selecteren.
Door [+] ingedrukt te houden en op [-] te drukken, kunt u het nummer snel laten oplopen.
Door [-] ingedrukt te houden en op [+] te drukken, kunt u het nummer snel laten teruglopen.
(De instellingswaarden stoppen met veranderen, zodra “P1” is bereikt.)
U1-U32: Drumuitrustingen
P1-P32: Fabrieksinstellingen drumuitrustingen
U kunt de Pads bespelen om de geluiden van de als kopieerbron dienende drumuitrusting te
beluisteren.
Er licht een punt (“.”) op achter het drum uitrustingsnummer als u de kopieerbestemming
selecteert als kopieerbron.
Drumuitrustingen, aangeduid met “P” als kopieerbron (P01-P32), zullen de originele fabriek
drum uitrustingen doen herstellen.
3. Druk op [DRUM KIT] om de actie te annuleren.
4. Houd [EDIT] ingedrukt om het kopiëren uit te voeren.
Als het kopiëren is voltooid, licht [DRUM KIT] op en het drum uitrustingsnummer verschijnt weer in het
scherm.
27
Page 44
Spelen met de metronoom
(klik)
De metronoom starten en stoppen [CLICK]
fig.01-010
1
1. Druk op [CLICK] om hem AAN en UIT te zetten.
[CLICK] licht op en het klikgeluid is hoorbaar.
Aanpassen van het tempo [TEMPO]
fig.01-010a
213
1. Druk op [TEMPO]
2. Druk op [+] of [-] teneinde het tempo met één BPM (beat per minuut) te doen toenemen of afnemen.
Door [+] ingedrukt te houden en op [-] te drukken, nemen de waarden een stap toe ten opzichte van de
huidige tempoinstelling.
Door [-] ingedrukt te houden en op [+] te drukken, nemen de waarden een stap af ten opzichte van de
huidige tempoinstelling.
TEMPO: 20-260
3. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT] om het drum uitrustingsnummer in het display terug te zien.
Schakel de stroom niet uit, voordat u naar het drum uitrusting nummer display bent
teruggekeerd. Anders zullen de gemaakte wijzigingen verloren gaan.
28
Page 45
Het instellen van de maatsoort [BEAT]
fig.01-013
351, 2, 4
Spelen met de metronoom (klik)
1. Druk op [EDIT].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat de BEAT indicator oplicht.
Houd [EDIT] ingedrukt, en druk op [-] om de indicators in omgekeerde volgorde te doen
oplichten.
3. Druk op [+] of [-] om de maatsoort van de metronoom te wijzigen.
DisplayBeschrijving
–
* Druk op [CLICK] als u het metronoomgeluid wilt horen.
4. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
5. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT] om het drum uitrustingsnummer te tonen.
Schakel de stroom niet uit voordat u naar het drum uitrusting nummer display bent
teruggekeerd. Anders zullen de gemaakte wijzigingen verloren gaan.
Beschrijving mogelijke maatsoorten: van 1/4 tot 7/4.
De eerste tel van iedere maat wordt geaccentueerd.
De “0” instelling betekent geen maatsoort en geen geaccentueerde tel.
29
Page 46
Spelen met de metronoom (klik)
Een type ritme selecteren [RHYTHM TYPE]
1. Druk op [EDIT].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat de RHYTHM TYPE indicator oplicht.
fig.01-014
Houd [EDIT] ingedrukt en druk op [-] om de indicators in omgekeerde volgorde te doen
oplichten.
3. Druk op [+] of [-] teneinde het type ritme te selecteren, waardoor de klik hoorbaar wordt.
DisplayBeschrijvingDisplayBeschrijving
Hoorbaar op de maat.
(kwart noot) (8ste noot)
(8ste noot)
(8ste-noot triool)
(16de noot) (16de noot)
(halve noot) (
(8ste-noot triool)
(16de noot)
(16de-noot quintool)
(16de-noot heptool)
3-2 son clave2-3 son clave
3-2 rumba clave2-3 rumba clave
* Druk op [CLICK] als u het metronoomgeluid wilt horen.
4. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
5. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT] om het drum uitrustingsnummer te tonen.
Schakel de stroom niet uit voordat u naar het drum uitrustingsnummer display bent
teruggekeerd. Anders zullen de gemaakte wijzigingen verloren gaan.
(16de-noot triolen)
30
Page 47
Spelen met de metronoom (klik)
Waar zijn de Claves?
Het standaard Clave patroon, wat de basis is van de meeste Latin ritmes, wordt
gekarakteriseerd door een basisbeat van twee 2/2de maten.
Er zijn vier typen Cubaanse Clave ritmes: 3-2 son Clave, 2-3 son Clave, 3-2 rumba Clave en 2-3
rumba Clave.
“Clave” is Spaans voor kern- of sleutelpunt. In beginsel werd ieder instrument, dat gebruikt
werd om de belangrijke noten, die essentieel waren voor een muziekstuk, te benadrukken
“Clave” genoemd. En zodoende werden de meeste met deze instrumenten gespeelde
basisritmes “Claves” genoemd.
Zet, indien u Claves als ritmetype kiest, het ritme (p.29) op “4” (4/4 maatsoort;
2/2 maat staat in de partituur).
31
Page 48
Spelen met de metronoom (klik)
Het klikgeluid selecteren [CLICK INST]
1. Druk op [EDIT]
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat de CLICK INST indicator oplicht.
fig.01-012
Houd [EDIT] ingedrukt en druk op [-] om de indicators in omgekeerde volgorde te doen
oplichten.
3. Druk op [+] of [-] om het geluid voor de metronoomklik te kiezen.
No.InstrumentenBeschrijving
1MetronoomStandaard zwaaimetronoom.
2BeepElektronische piep.
3ElectricEenvoudige elektronische metronoom.
4SweepElektronisch geluid dat gemakkelijk is op de vangen, zelfs in luid-
5ZapElektronisch geluid, zeer geschikt voor het spelen gedurende lange
6PulseStrak, scherp geluid zonder galm of echo’s.
7CowbellVoegt langere echo’s toe aan het geluid; ook geschikt voor langzame
8ClavesTe gebruiken bij het spelen van rumba, salsa en andere Latin ritmes ,met
9SticksEenvoudig, natuurlijk stick geluid.
10VoiceTellen met gebruikmaking van vocale en stick geluiden.
ruchtige omgevingen, zoals bij live slagwerk.
periodes.
nummers.
Claves geselecteerd als ritme type (p.30).
32
* Druk op [CLICK] als u het metronoomgeluid wilt horen.
4. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
5. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT] om het drumuitrustingsnummer te tonen.
Schakel de stroom niet uit voordat u naar het drumuitrustings-nummer display bent
teruggekeerd. Anders zullen de gemaakte wijzigingen verloren gaan.
• Het klikgeluid kan wegvallen bij sommige tempi of ritmetypes.
• Als “Voice” is geselecteerd en het ritmetype is ingesteld op “,” “,” “,” of “,”,
dan zal alleen het stickgeluid worden gespeeld.
Page 49
Het volume aanpassen [CLICK LEVEL]
1. Druk op [EDIT].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat de CLICK LEVEL indicator oplicht.
fig.01-011
Houd [EDIT] ingedrukt, en druk op [-] om de indicators in omgekeerde volgorde te doen
oplichten.
3. Druk op [+] of [-] om het volume van de klik aan te passen.
CLICK LEVEL: 0-15
* Druk op [CLICK] als u het metronoomgeluid wilt horen.
4. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
5. Druk, als u klaar bent, op [DRUM KIT] om het drumuitrustingsnummer te tonen.
Schakel de stroom niet uit voordat u naar het drumuitrustings-nummer display bent
teruggekeerd. Anders zullen de gemaakte wijzigingen verloren gaan.
Spelen met de metronoom (klik)
33
Page 50
Spelen met een CD, tape of MD
(via MIX IN Jack)
De TD-3’s MIX IN jack biedt u de mogelijkheid met verschillende externe audiobronnen mee te spelen.
1. Sluit alles aan zoals weergegeven in het volgende figuur.
fig.mix.e
Koptelefoon, audio apparatuur,
versterker, etc.
CD/MD speler, enz.
OUTPUT jack
Gebruik een plug, die
past op het apparaat
waar u naar wilt luisteren.
Stereo tulpstekker
MIX IN jack
TD-3
Zet, ter voorkoming van onjuist functioneren en/of schade aan speakers en andere
apparatuur, altijd het volume laag en de stroom uit van alle apparaten, voordat u een
verbinding tot stand brengt.
2. Als u de audiobron begint af te spelen, wordt het geluid via de OUTPUT jacks en de PHONES jack van de
TD-3 uitgestuurd.
Pas het volume van het afspeelapparaat aan, aan dat van het drumstel, en stel dan het
volume van koptelefoons of monitorspeakers in.
3. Nu kunt u samen drummen met het geluid via de MIX IN jack.
34
Page 51
COACH Mode
De TD-3’s coach mode biedt een uniek pakket aan oefeningen, speciaal ontworpen om te helpen bij het
opbouwen van snelheid, nauwkeurigheid, uithoudingsvermogen en het ontwikkelen van een betere
timing. Werkend met de coach modes zult u ontdekken dat sommige oefeningen instelbare parameters
hebben, wat u de mogelijk biedt de functies aan uw specifieke wensen aan te passen.
Instellingsprocedure
fig.coach00
1, 23
4, 5
1. Druk op [COACH].
2. Druk een paar keer op [COACH] om de parameter te selecteren.
DisplayParameterOefeningPag.
Rhythmic NotesOefening voor nauwkeurigheid en timing (4 varianten)p. 36
Time Check
Quiet Count
Speed Check
Gradual Up/DownOefening voor uithoudingsvermogen (2 varianten)p. 38
Step Up/Down
Count InDe puntjes op de “i” zetten bij wat u heeft geoefendp. 39
Houd [COACH] ingedrukt, en druk op [-] om de parameters in omgekeerde volgorde te
selecteren.
3. Druk op [+] of [-] om de gewenste variant te selecteren.
4. Druk op [CLICK] om de oefening te beginnen.
5. Druk nogmaals op [CLICK] om de oefening te beëindigen.
Het selecteren van de coach mode , terwijl de metronoom loopt, doet de metronoom
stoppen.
In de coach mode kunt u, voordat u op [CLICK] drukt, op [TEMPO] drukken om het tempo
te wijzigen. Pas het tempo aan met behulp van [+] of [-].
35
Page 52
COACH Mode
Nauwkeurigheid en timing oefeningen
Warming-up (ritmische Noten)
Ritmische Noten is een sublieme warming-up oefening en bovendien een goede methode voor het leren
van ritmische waarden van Noten. Na een intro van twee maten speelt de metronoom een serie van twee
nootintervallen of beatpatronen. Deze worden gedurende twee maten gespeeld, voordat wordt
verdergegaan met het volgende intervalniveau. De oefening start met halve Noten, loopt op tot 16de-noot
triolen, en gaat dan weer terug naar halve Noten.
1. Druk in de coach mode op [COACH] , totdat “” verschijnt.
2. Druk op [+] of [-] om een variant te selecteren.
Start
: (standaard instelling)
Start
:
Start
:
3. Druk op [CLICK] om de oefening te starten.
4. Druk nogmaals op [CLICK] om de oefening te beëindigen.
U kunt het tempo met behulp van [+] of [-] tijdens de oefening aanpassen.
Goed synchroon spelen met de beat (Time Check)
Timing controle is bedoeld voor het ontwikkelen van een goede timing door middel van visueel gebruik
van het display. Als u met de metronoom meespeelt, wordt uw prestatie vergeleken met de timing van de
klik en het resultaat wordt weergegeven.
fig.coach02.e
Achter de beat (te langzaam)
Op de beat (perfecte timing)
Voor de beat (te snel)
1. Druk in de coach mode op [COACH] , totdat “” verschijnt.
2. Druk op [+] of [-] om het niveau te selecteren.
: Controleert de prestatie met behulp van relatief soepele timing. (standaard instelling)
: Controleert de prestatie met behulp van meer exacte timing.
* Niet mogelijk met de hi-hat bediener, foot closed timing.
3. Druk op [CLICK] om de oefening te starten.
4. Druk nogmaals op [CLICK] om de oefening te beëindigen.
U kunt het tempo tijdens de oefening met behulp van [+] of [-] aanpassen.
36
Page 53
Stil tellen - inwendig timingsgevoel ontwikkelen
Stil tellen is bedoeld voor het ontwikkelen van uw timingsgevoel. De klik speelt op een vast
volumeniveau gedurende een cyclus van 1, 2, 3, 4, 6 of 8 maten en speelt daarna het zelfde aantal of 1 of 2,
maten (zie hieronder) op een niveau dat nauwelijks hoorbaar is. Deze cyclus herhaalt zich , totdat u op
[CLICK] drukt om te stoppen.
1. Druk in de coach mode op [COACH] , totdat “”” verschijnt.
2. Druk op [+] of [-] om een variant te selecteren.
: cyclus van 1 maat: cyclus van 3 maten plus 1 (stille) maat
: cyclus van 2 maten: cyclus van 6 maten plus 2 (stille) maten
: cyclus van 4 maten (standaard instelling)
: cyclus van 8 maten
3. Druk op [CLICK] om de oefening te starten.
4. Druk nogmaals op [CLICK] om de oefening te beëindigen.
U kunt het tempo tijdens de oefening met behulp van [+] of [-] aanpassen.
De snelheidscontrole mode komt tamelijk overeen met de timing controle mode (p.36), behalve dat u hier
8 maten synchroon met de metronoom moet spelen. Doet u dit correct, dat zal het tempo toenemen met 5
beats per minuut. Dit gaat zo door , totdat het maximale tempo van de klik is bereikt.
1. Druk in de coach mode op [COACH] , totdat “” verschijnt.
2. Druk op [+] of [-] om het niveau te selecteren.
: Controleert de prestatie met behulp van relatief soepele timing. (standaard instelling)
: Controleert de prestatie met behulp van meer exacte timing.
* Niet mogelijk met de hi-hat bediener, foot closed timing.
3. Als er op [CLICK] gedrukt is, is er een intro van twee maten, voordat de snelheidscontrole begint.
4. De op de Pad gespeelde slagen worden vergeleken met de timing van de klik, en het resultaat wordt
weergegeven.
fig.coach02.e
Achter de beat (te langzaam)
COACH Mode
Op de beat (perfecte timing)
Voor de beat (te snel)
Als u goed speelt, geeft het display het volgende tempo knipperend weer (+5 BPM).
Doet u dit niet, dan knippert in het display tweemaal het huidige tempo.
* Het maximale tempo van de metronoom van de TD-3 bedraagt 260.
5. Druk nogmaals op [CLICK] om de oefening te beëindigen.
Druk op [+] of [-] om het huidige tempo weer te geven.
Wat is BPM?
BPM is een afkorting van “Beats Per Minuut” (het aantal kwartnoot slagen in een minuut).
Het betekent tevens “tempo”.
37
Page 54
COACH Mode
Oefeningen voor het uithoudingsvermogen
Geleidelijk omhoog/omlaag – tempo versnelling/vertraging oefening
De geleidelijk omhoog/omlaag mode is bedoeld om het uithoudingsvermogen bij het spelen te
verbeteren door de snelheid van de klik langzaam te laten toe- en afnemen. In deze mode neemt het
tempo van de klik toe met een beat per minuut (1BPM) na iedere twee beats (of één beat), totdat het
maximum tempo van de klik is bereikt. Nadat het maximum tempo is bereikt, neemt het tempo van de
klik af met een beat per minuut (1BPM) na iedere twee beats (of één beat). Dit gaat door , totdat het
starttempo van de klik weer is bereikt, en dan herhaalt het proces zich.
1. Druk in de coach mode op [COACH] , totdat “Gud” verschijnt.
2. Druk op [+] of [-] om een variant te selecteren.
: Het tempo neemt toe en/of af met 1BPM na iedere beat.
: Het tempo neemt toe en/of af met 1BPM na iedere twee beats. (standaard instelling)
3. Druk op [CLICK] om de oefening te beginnen.
4. Druk als u klaar bent nogmaals op [CLICK].
Als de klik gestart is, kunt u het gewenste maximum tempo instellen door op [-] te drukken
als het gewenste tempo is bereikt. Druk op [+] om het maximum tempo te wissen (standaard
waarde: 260).
Stapsgewijs omhoog/omlaag – tempo versnelling/vertraging in
stappen
De stapsgewijs omhoog/omlaag mode toont overeenkomst met de geleidelijk omhoog/omlaag mode. Ze
is ook geschikt voor het ontwikkelen van uithoudingsvermogen en snelheid. De metronoom speelt acht
maten. Daarna versnelt het tempo in stappen (die u zelf bepaalt), totdat het maximum tempo wordt
bereikt. Dan vertraagt het tempo op dezelfde manier, totdat het begintempo weer wordt bereikt.
1. Druk in de coach mode op [COACH], totdat “” verschijnt.
2. Druk op [+] of [-] om een variant te selecteren.
: Het tempo neemt toe en/of af met 2 BPM na iedere acht maten. (standaard instelling)
: Het tempo neemt toe en/of af met 5 BPM na iedere acht maten.
: Na acht maten neemt het tempo toe en/of af, afhankelijk van het huidige tempo.
3. Druk op [CLICK] om de oefening te beëindigen.
4. Druk als u klaar bent nogmaals op [CLICK].
Als de klik gestart is, kunt u het gewenste maximum tempo instellen door op [-] te drukken
als het gewenste tempo is bereikt. Druk op [+] om het maximum tempo te wissen (standaard
waarde: 260).
38
Page 55
Gesproken “aftellen”/visuele matenteller
Aftellen en matenteller
De coach mode bevat een “gesproken aftel” functie, die erg handig kan zijn bij het oefenen of zelfs bij
optredens.
Er is ook een visuele matenteller in het display van de TD-3 (1-999 maten).
De mogelijkheden worden hieronder uitgelegd:
1. Druk in de coach mode op [COACH] , totdat “” verschijnt.
2. Druk op [+] of [-] om een variant te selecteren.
OFF: De klik stopt met spelen als het aftellen is voltooid.
ON: De klik speelt door na het aftellen (waarbij het als klikinstrument ingestelde geluid wordt gebruikt).
(standaard instelling)
3. Druk op [CLICK] om de oefening te beginnen.
4. Druk als u klaar bent nogmaals op [CLICK].
Voor het coach aftellen wordt altijd de gesproken vorm gebruikt, onafhankelijk van het
ingestelde klik geluid.
COACH Mode
U kunt tijdens de oefening het tempo aanpassen met behulp van [+] of [-].
39
Page 56
Pad aanpassingen
Gevoeligheid van de Pad aanpassen [Pad SENS]
U kunt de gevoeligheid van de Pads aanpassen aan uw persoonlijke speelstijl. Dit biedt de mogelijkheid
meer dynamische controle te hebben over het geluidsvolume, gebaseerd op hoe hard u speelt.
De gevoeligheidsinstellingen van iedere Pad worden automatisch ingesteld op de meest
efficiënte waarden als u het Trigger type (p.50) selecteert. Pas aan indien nodig.
1. Druk op [EDIT]
[EDIT] knippert
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat de Pad SENS indicator oplicht.
De Pad SENS waarde wordt weergegeven.
fig.P-010
Houd [EDIT] ingedrukt, en druk op [-] om de indicators in omgekeerde volgorde te doen
oplichten.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht een ogenblik op.
4. Druk op [+] of [-] om de gevoeligheid van de Pad aan te passen.
Een hogere gevoeligheid maakt dat de Pad een groter volume produceert, zelfs als deze zacht wordt
bespeeld.
Een lagere gevoeligheid maakt dat de Pad een kleiner volume produceert, zelfs als deze hard wordt
bespeeld.
Stel de snelheid in op een waarde van 127 als u de Pad maximaal hard bespeelt.
PAD SENS: 1–16
Slagkracht
hard
zacht
5. Herhaal stap 3 en 4 om andere noodzakelijke aanpassingen in de Padgevoeligheid te maken.
6. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
7. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
Snelheid
127
100–126
75–99
50–74
25–49
1–24
fig.P-010a.e
De kracht, waarmee u op de Pad slaat (snelheid) wordt in het display
weergegeven op een zes-stappen-schaal.
40
Page 57
Pad aanpassingen
Het vermijden van resonantie (crosstalk) tussen Pads
[XTALK CANCEL]
Als twee Pads op dezelfde standaard gemonteerd zijn, kan het slaan op de ene Pad, de andere Pad
ongewenst doen klinken (dit heet crosstalk). Vermijd dit door crosstalk cancel toe te passen op de Pad,
die ongewenst klinkt.
IIn sommige gevallen kunt u resonantie tussen twee Pads voorkomen door ze verder uit
elkaar te plaatsen.
U kunt resonantie niet voorkomen tussen Pads, die zijn aangesloten op verschillende drum
sound modules. Plaats ze in dat geval ver uit elkaar of op verschillende standaards.
1. Druk op [EDIT]
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat de XTALK CANCEL indicator oplicht.
De XTALK CANCEL waarde wordt weergegeven.
fig.01-007
Houd [EDIT] ingedrukt, en druk op [-] om de indicators in omgekeerde volgorde te doen
oplichten.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht een ogenblik op.
Resonantie voorbeeld: U slaat op de snare Pad en het hi-hat bekken klinkt ook
Verhoog de “Xtalk Cancel (crosstalk eliminatie)” van de Pad, die als hi-hat dient. De hi-hat Pad zal
minder geneigd zijn om te resoneren met andere Pads.
4. Druk op [+] of [-] om de waarde aan te passen.
Als de waarde te hoog wordt ingesteld, en twee Pads worden tegelijk bespeeld, kan het gebeuren dat de
zachter bespeelde Pad niet klinkt. Wees voorzichtig, en stel deze parameter op een zo laag mogelijke
waarde in, die volstaat om resonantie te voorkomen.
Bij een “OFF” instelling zal crosstalk eliminatie niet werken.
5. Bespeel de Pad om de instelling te controleren.
6. Herhaal stap 3-5 , totdat de resonantie niet meer optreedt.
7. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
8. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
Zie “Pad en Trigger instellingen”(p.50) als u meer, fijnere Padinstellingen wilt maken.
41
Page 58
Aanpassingen aan het hi-hat bedieningspedaal
Aanpassen van het hi-hat foot closed niveau
Het volume van het geluid dat klinkt als het hi-hat pedaal wordt ingetrapt, kan worden aangepast.
fig.Pedal-01
1
231
1. Zorg ervoor dat POWER op OFF staat. Houd vervolgens [LEVEL/PAN] ingedrukt en zet de stroom aan.
“Pedal Modify” verschijnt in het scroll display. Het foot closed niveau wordt vervolgens weergegeven en
[LEVEL/PAN] knippert.
2. Druk op [+] of [-] om het foot closed niveau aan te passen.
Waarde: 0-15
(standaard waarde: 10)
Volg, voor het aanpassen van het hi-hat volume in het ALGEMEEN, de instructies bij
“Instrument volume & pan [LEVEL/PAN]”(p.25).
3. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [LEVEL/PAN] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [LEVEL/PAN] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen
de gemaakte wijzigingen verloren gaan.
42
Page 59
Fabrieksreset
(De fabrieksinstellingen herstellen)
Dit brengt de TD-3 terug naar de originele fabrieksinstellingen.
POWER moet op OFF staan, voordat dit proces gestart wordt.
Dit zal alle instellingswijzigingen van de TD-3 ongedaan maken. Gebruik, om deze data te
bewaren, de “Bulk dump” functie en ze op een extern MIDI apparaat op te slaan. (→p.62)
fig.Reset-01
1
3
1. Zet de stroom aan , terwijl u [+] en [-] ingedrukt houdt.
De volgende informatie verschijnt in het display, en [DRUM KIT] knippert snel.
fig.rSt
* Schakel de stroom uit om fabrieksreset te annuleren.
2. Druk op [+] of [-] om de instellingen te selecteren, die moeten worden hersteld.
: Algehele fabrieksreset.
: Herstelt alleen drum kit instellingen.
3. Houd [DRUM KIT] lang ingedrukt om de fabrieksreset uit te voeren.
Schakel de stroom NIET uit tijdens het fabrieksreset proces. Dit kan het interne geheugen
van de TD-3 beschadigen.
1, 2
43
Page 60
Over de Pads
Trigger inputs en de Pads die u kunt gebruiken
De TD-3 is compatible met al Rolands eerdere Pads, kick Triggers, etc. Problemen tussen Pads en Trigger
inputs kunnen echter voorkomen. Vergeet daarom niet de tabel op p.45 te controleren, zodat alle
instellingen correct zijn.
Wat is een Trigger?
Als een Pad wordt bespeeld, worden signalen, veroorzaakt door de trillingen, naar de TD-3 of
een andere sound module gestuurd. Dit worden “Trigger signalen” genoemd. Trigger input
jacks op het achterpaneel ontvangen deze Trigger signalen, en de Trigger indicators (p.9) op het
bovenpaneel lichten op als de signalen door de TD-3 ontvangen worden.
Trigger input functies
Het volgende geeft de Head/Rim of alleen Head Trigger input mogelijkheden weer.
fig.P-011.e
TOM 3
Head
TOM 2
Head
TOM 1KICK
Head
SNARE
Head
Rim
Head
RIDE
Bow
(Head)
Edge
(Rim)
(Head)
Edge
(Rim)
Bow
CRASH1CRASH2
(Head)
Over polariteitverwisseling
fig.P-003
POLARITEIT
+
Als u een PD-7, PD-9 of KD-7 gebruikt, dient de polariteitschakelaar van de Pad in de “-(Roland)” stand te
staan. Kijk voor meer gedetailleerde informatie in uw PD-7, PD-9 of KD-7 gebruiksaanwijzing.
44
- (Roland)
Bow
Edge
(Rim)
HI-HAT
Bow
(Head)
Edge
(Rim)
Page 61
Combinaties van Pad en Trigger input
Gebruik, om optimaal gebruik te maken van de mogelijkheden van de TD-3 en uw Pads, vooral de
volgende tabel voor het selecteren van Pads, die het beste aansluiten op uw wensen.
fig.P-012.e
KICK SNAREHI-HATTOM 1 TOM 2 TOM 3CRASH1CRASH2 RIDE
OOOOOOO O O
OOOOOOO O O
OOOOOOO O O
OOOOOOO O O
OOOOOOO O O
OOOOOOO O O
OOOOOOO O O
OOOOO
OOOOOOO O O
OOOOO
OOOOOOO O O
OOOOOOO O O
OXXXX
OOOOOOO O O
OOOOOOO O O
OXXXX
OOOOOOO O O
OXXXX
OOOOOOO O O
OOOOO
OOOOOOO O O
OOOOO
OOOOOOO O O
OOOOO
OOOOOOO O O
OOOOO
OOOOOOO O O
OOOOO
*1
Head
Head
Head
Head
Head
Head
Rim, Choke
Head
Rim, Choke
Head
Head
Rim
Head
Head
Rim
Head
Rim
Head (Bow)
Rim (Edge),
Choke
Head (Bow)
Rim (Edge),
Choke
Head (Bow)
Rim (Edge),
Choke
Head (Bow)
Rim (Edge),
Choke
Head (Bow)
Rim (Edge/
Bell), Choke
KD-7
KD-8
KD-80
Kick TriggerPadCymbal
KD-120
PD-6
PD-7
PD-9
PD-8
PD-80
PD-80R
PD-100
PD-105
PD-120
PD-125
CY-6
CY-8
CY-12H
CY-14C
CY-12R/C
CY-15R
o:kan gebruikt worden.
x:kan niet gebruikt worden.
Slash: Deze Trigger inputs herkennen geen Rim Trigger signalen.
*1:Met de CY-12R/C en CY-15R kunt u zowel rand slagen als cup slagen dempen en spelen. Zie p.41 of kijk
in de gebruiksaanwijzing van de CY-12R/C of CY-15R.
Over de Pads
Trigger Input Jack
45
Page 62
Over de Pads
De Pads bespelen
Head slagen en Rim slagen
Sla om een Head slag te spelen, alleen op de Head.
Sla om een Rim slag te spelen, gelijktijdig op de Head en de Rim van de Pad.
Head en Rim slagen zijn mogelijk met de volgende Pads:
PD-7, PD-8, PD-9, PD-80R, PD-105, PD-120, PD-125.
Met de volgende Pads zijn alleen Head slagen mogelijk:
PD-6, PD-80, PD-100.
fig.P-014.e
Head slag
Rand slag
Head
Verbind, indien u Rim slagen wilt maken op de PD-80R, PD-105, PD-120 of PD-125, de Pad
met de SNARE Trigger input jack door middel van een STEREO kabel.
Sommige instrumenten, bijvoorbeeld: “S1” als snare Head instrument en “S1r” als Rim
instrument, worden feitelijk “gekoppeld” als zijnde de Head en Rim van dezelfde drum.
(→ Geluiden selecteren [INST] (p.24))
Head
Cross stick op de snare Pad
fig.P-015.e
Het cross stick geluid wordt soms ook wel “gesloten Rim slag” genoemd.
Als u cross stick speelt, wordt alleen het Rim instrument bespeeld.
Rim
Zorg ervoor dat u, als u de PD-80R, PD105, PD-120 of PD-125 gebruikt om
cross stick te spelen, uitsluitend de Rim (buiten rand) van de Pad raakt.
Rim
Verbind om cross stick te spelen op de PD-80R, PD-105, PD-120 of PD-125, de Pad met de
SNARE Trigger input jack door middel van een STEREO kabel.
Schrijf om een cross stick geluid te spelen, “S1r”, “S2r”, “S3r”, “S4r”, “S10” of “S11” toe aan
de Rim. Door ofwel “S1r”, “S2r”, “S3r”of “S4r” als SNARE Rim instrument te selecteren,
kunt u zowel Rim slagen als het cross stick geluid spelen, afhankelijk van uw speelstijl.
(→Geluiden selecteren [INST] (p.24))
Het plaatsen van uw hand op de Head (midden gedeelte) van de Pad kan
ertoe leiden, dat het cross stick geluid niet goed wordt weergegeven.
Head
Rand
Head
Rand
46
Page 63
Bekken bow slag/rand slag/cup slag
Bow slagen produceren het geluid, dat hoort bij de Head. Rand slagen produceren het geluid, dat hoort
bij de Rim.
De volgende Pads kunnen bow slagen en rand slagen produceren:
CY-6, CY-8, CY-12H, CY-14C.
De volgende Pads kunnen bow slagen en rand of cup slagen produceren:
CY-12R/C, CY-15R.
Cup slagen worden gespeeld door de cup wat harder te raken met de schouder van de stok.
fig.P-016.e
Bow slag
Rand slag
Over de Pads
Cup slag
Bow
Gebruik voor het spelen van rand slagen op de CY-12R/C of CY-15R, de BOW/rand
uitgang. Gebruik voor cup slagen de BOW/BELL uitgang.
Selecteer, voor het maken van cup slagen met de CY-12R/C of CY-15R, “rd2”of “rd5” als
cup instrument.
Het bekken dempen
Door in het Rim gedeelte van de Pad te knijpen, net nadat u erop heeft geslagen, kunt u het geluid
dempen of smoren. Deze techniek staat bekend als dempen.
fig.P-017
Cup
Rand
CY-15RCY-6
Met “rd1” of “rd4” geselecteerd als RIDE bow (Head) instrument, kunt u
kiezen tussen het bow slag geluid of het cup slag geluid, afhankelijk van uw
speelsterkte (hoe hard u slaat). (→ Geluiden selecteren [INST] (p.24))
47
Page 64
Pad configuratie mogelijkheden
Drie toms en drie bekkens
TD-3 kit met een PD-80R, CY-8 (+ 1 MDY-10U)
fig.Expand-1.e
TRIGGER INPUT jacks
CRASH 1
CY-8
CRASH 2
CY-8
TOM 1
TD-3
HH CTRL
FD-8
Deze opstelling toont een TD-3 kit met daarbij een PD-80R, CY-8 (+ 1 MDY-10U).
De PD-80R dient als snare en de PD-8, die als snare gebruikt werd, is nu een tom.
HI-HAT
PD-8
PD-8
SNARE
PD-80R
TOM 2
PD-8
KICK
KD-8
RIDE
CY-8
TOM 3
PD-8
48
Page 65
Twee toms en vier bekkens
TD-3 kit met twee CY-8en (+ 2 MDY-10Us)
fig.Expand-2.e
TRIGGER INPUT jacks
CRASH1
CY-8
TD-3
HI-HAT
PD-8
(CRASH3)
TOM 1
PD-8
CY-8
Pad configuratie mogelijkheden
CRASH2
CY-8
RIDE
CY-8
SNARE
PD-8
KICK
KD-8
HH CTRL
FD-8
Deze opstelling toont een TD-3 kit met twee CY-8en (+ 2 MDY-10Us) voor een totaal van vier bekkens.
Het aansluiten van bekken Pads op de TOM1-3 Trigger input jacks maakt het mogelijk vier of meer
bekkens te gebruiken.
U kunt vier toms gebruiken door een Pad op de TOM1-3 en/of CRASH2/CRASH1 Trigger
input jack aan te sluiten.
Stel de Trigger in voor elke Trigger input, zodat deze met de gebruikte Pad of bekken
overeenkomt (p.50).
TOM 3
PD-8
49
Page 66
Pad en Trigger instellingen
U kunt voor de Pads meer geavanceerde instellingen maken.
De Trigger parameters voor elke Pad (behalve de Xtalk Cancel) worden automatisch op de meest
efficiënte waarde ingesteld, als u het Trigger type selecteert. Maak instellingen voor de parameters indien
nodig. Hier volgt een overzicht van de Trigger parameters.
ParameterDisplayPage
Trigger Typep. 50
Pad Sensitivityp. 52 (p. 40)
Thresholdp. 53
Velocity Curvep. 54
Scan Timep. 55
Retrigger Cancelp. 56
Crosstalk Cancelp. 57 (p. 41)
Mask Timep. 58
Rim Sensitivityp. 59
Rim Gainp. 59
Het Pad type selecteren (Trigger type)
Selecteer het Trigger type (het gebruikte type Pad) om er zeker van te zijn, dat de TD-3 op juiste wijze
signalen van de Pads ontvangt.
Stel elke Trigger input in, zoals hieronder staat beschreven.
De optimale instellingen voor de TD-3 kit zijn in de fabrieksinstellingen van de TD-3 toegepast.
Wat is een Trigger type?
Een Trigger type is een verzameling Triggerinstellingenm waarvan de waarden zijn geoptimali-
seerd voor een bepaalde Pad. Als u een Trigger type selecteert voor een aangesloten Pad, wordt
iedere parameter ingesteld op de meest geschikte waarde voor deze Pad, zodat u deze zonder
problemen te ondervinden met de instellingen kunt bespelen. Alleen wanneer factoren,
onverwant aan de keuze van het juiste Trigger type, u belemmeren bij het behalen van goede
resultaten, dient u de afzonderlijke parameters voor de Pad nauwkeurig in te stellen.
50
6
317
Page 67
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] knippert.
2. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
3. Druk op [+] of [-] om een Trigger type te selecteren.
PadWaarde (Display)
PD-8
PD-6, PD-7, PD-9
PD-80, PD-80R, PD-100
PD-120
PD-105, PD-125
KD-8
KD-7, KD-80, KD-120
CY-8
CY-6, CY-12R/C, CY-12H, CY-14C, CY-15R
RT-7K
RT-5S
RT-3T
* De RT-7K, RT-5S en RT-3T zijn Roland akoestische drum Triggers.
Pad en Trigger instellingen
4. Herhaal stap 2-3 om het Trigger type voor elke Pad in te stellen.
Deze instelling is zowel van toepassing op de Rim als de Head.
5. Bespeel de Pads en trap op de pedalen om het volgende te controleren.
• Wordt er geluid weergegeven van alle Pads en pedalen?
• Wordt voor elke Pad het juiste instrument weergegeven?
Controleer, indien niet het juiste geluid wordt weergegeven, nogmaals de Pad instellingen, en kijk bij
“Problemen oplossen” (p.65).
6. Druk om andere instellingen te maken op [EDIT] om zo een andere Trigger parameter te selecteren.
7. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
De “Xtalk Cancel” (crosstalk eliminatie) waarde verandert niet als het Trigger type wordt
gewijzigd. Pas dit, indien nodig, aan in overeenstemming met de Pad en de
speelomstandigheden (p.57).
51
Page 68
Pad en Trigger instellingen
Gevoeligheid van de Pad aanpassen
U kunt de gevoeligheid van de Pads aan uw persoonlijke speelstijl aanpassen.
Dit maakt het mogelijk om meer dynamische controle over het geluidsvolume te hebben, afhankelijk van
hoe hard u speelt.
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat “” verschijnt.
“” verschijnt in het display, vervolgens wordt de Pad gevoeligheidswaarde weergegeven.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
4. Druk op [+] of [-] om de gevoeligheid van de Pad aan te passen.
Pad gevoeligheid: 1-16
Een hogere gevoeligheid maakt, dat de Pad een groot volume produceert, zelfs als deze zacht wordt
bespeeld.
Een lagere gevoeligheid maakt, dat de Pad een klein volume produceert, zelfs als deze hard wordt
bespeeld.
De kracht, waarmee u op de Pad slaat (snelheid), wordt in het display weergegeven op een zes-stappen-
schaal.
Stel de snelheid op een waarde van 127 in als u de Pad maximaal hard bespeelt.
fig.P-010a.e
Slagkracht
Snelheid
hard
zacht
5. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
6. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
U kunt de instellingen ook met behulp van de procedure op p.40 maken.
127
100–126
75–99
50–74
25–49
1–24
52
Page 69
Pad en Trigger instellingen
De drempelwaarden van de Pads instellen (Threshold)
Deze optie maakt het mogelijk, dat een Triggersignaal alleen wordt ontvangen als het signaal van de Pad
boven een vastgesteld sterkteniveau komt. Dit kan worden gebruikt om te voorkomen, dat een Pad klinkt
door trillingen van andere Pads.
In het voorbeeld hieronder zal B klinken, maar A en C zijn niet hoorbaar.
fig.threshold.e
Threshold
CBA
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat“” verschijnt.
“” verschijnt in het display, vervolgens wordt de threshold waarde weergegeven.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
4. Druk op [+] of [-] om de drempelwaarde in te stellen.
Threshold: 0-15
Indien ingesteld op een hogere waarde, zal er geen geluid geproduceerd worden als de Pad zacht
bespeeld wordt.
Verhoog de “threshold” waarde geleidelijk , terwijl u de Pad bespeelt. Controleer dit, en maak
desgewenst aanpassingen. Herhaal dit proces , totdat u de perfecte instelling voor uw speelstijl heeft
gevonden.
5. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
6. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
53
Page 70
Pad en Trigger instellingen
Hoe dynamiek bij het spelen het volume beïnvloedt
(Velocity Curve)
Deze optie maakt het mogelijk om de relatie tussen speelsnelheid (slagkracht) en volume te regelen. Pas
deze curve aan , totdat de respons zo natuurlijk mogelijk aanvoelt.
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat “” verschijnt.
“” verschijnt in het display, vervolgens wordt de snelheidscurve weergegeven.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
4. Druk op [+] of [-] om de curve aan te passen.
Snelheidscurve
fig.VeloC-LINEAR.e
LINEAR ()
De standaard instelling. Dit zorgt voor de meest
natuurlijke relatie tussen speeldynamiek en
volumeverandering.
fig.VeloC-EP.e
EXPONENTIEEL 1, EXPONENTIEEL 2 ()
Vergeleken met LINEAIR veroorzaakt een sterke
dynamiek een grotere verandering.
Volume
Slagkracht
LINEAIR
VolumeVolume
fig.VeloC-LOG.e
LOG1, LOG2 ()
VolumeVolume
Vergeleken met LINEAIR wordt een grotere verandering
bereikt bij zacht spelen.
fig.VeloC-SPLINE.e
SPLINE ()
Volume
Extreme veranderingen worden bereikt als reactie op
speeldynamiek.
fig.VeloC-LOUD.e
LOUD1, LOUD2 ()
VolumeVolume
Heel weinig dynamische respons, wat het makkelijk
maakt sterke volumeniveau’s te handhaven. Bij het
gebruik van drum Triggers helpen deze instellingen bij
het handhaven van stabiele niveau’s.
5. Druk op [EDIT] om met het maken van andere
instellingen verder te gaan.
6. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
EXPONENTIEEL 2EXPONENTIEEL 1
Slagkracht
Slagkracht
LOG2LOG1
Slagkracht
SPLINE
Slagkracht
LOUD2LOUD1
54
Page 71
Pad en Trigger instellingen
Het aanpassen van de Trigger signaal detectie tijd
(Scan Time)
Aangezien de oplooptijd van het golfpatroon van het Trigger signaal enigszins kan verschillen,
afhankelijk van de eigenschappen van iedere Pad of akoestische drum Trigger (drum pickup), kan het
voorkomen dat gelijke slagen (snelheid) geluid produceren met een verschillend volume. Mocht dit het
geval zijn, dan kunt u de “SCAN TIJD” aanpassen , zodat uw manier van spelen preciezer wordt
opgepakt.
Hoe hoger de ingestelde waarde, des te langer het duurt, voordat het geluid wordt weergegeven.
fig.scan time1.e
Scan tijd
Tijd
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat “”verschijnt.
“”verschijnt in het display, en de scan tijd waarde wordt weergegeven.
3. Sla op de Pad die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
4. Druk op [+] of [-] om de scan tijd aan te passen.
Scan tijd: 0-4.0 ms (in stappen van 0.1 ms)
De instellingen maken
Verhoog, terwijl u herhaaldelijk met een constante kracht op de Pad slaat, de scan tijd waarde geleidelijk
vanaf 0msec, totdat het resulterende volume stabiliseert op het luidste niveau. Probeer in deze instelling
zowel zachte als harde slagen uit, en overtuig uzelf ervan dat het volume op juiste wijze verandert.
De kracht, waarmee u op de Pad slaat (snelheid), wordt in het display weergegeven op een zes-stappen-
schaal.
Stel de snelheid in op een waarde van 127 als u de Pad maximaal hard bespeelt.
fig.scan time2.e
Slagkracht
hard
zacht
5. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
6. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
Snelheid
127
100–126
75–99
50–74
25–49
1–24
55
Page 72
Pad en Trigger instellingen
Het opsporen van Trigger signaal verzwakking en
onjuiste Triggering elimineren (Retrigger Cancel)
Dit is belangrijk als u akoestische drum Triggers gebruikt. Zulke Triggers kunnen anders gevormde
golfpatronen produceren, wat onbedoelde klanken kan veroorzaken, zoals bij punt A in het volgende
figuur.
fig.retrigger.e
A
Tijd
Dit treedt vooral op in het teruglopende deel van het golfpatroon. ReTrigger eliminatie spoort zulke
verstoringen op, en voorkomt het optreden van reTriggering.
Hoewel het instellen op een hoge waarde reTriggering voorkomt, maakt het dat geluiden sneller
wegvallen als de drums snel worden bespeeld (roffel, etc.). Kies daarom voor de laagst mogelijke waarde,
waarbij geen reTriggering meer optreedt.
U kunt dit reTrigger probleem ook met de mask tijd functie oplossen. Mask tijd zorgt ervoor
dat Trigger signalen, die binnenkomen binnen een vastgestelde tijd na het vorige Trigger
signaal, genegeerd worden. ReTrigger eliminatie herkent verzwakking van het Trigger
signaal niveau, en doet het geluid klinken na bepaald te hebben welke Trigger signalen
werkelijk veroorzaakt zijn door het bespelen van de Head, terwijl het de andere, false
Triggersignalen, die niet dienen te klinken, wegfiltert.
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat “” verschijnt.
“” verschijnt in het display, vervolgens wordt de reTrigger eliminatie waarde weergegeven.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
Druk op [+] of [-] om de waarde aan te passen.
ReTrigger eliminatie: 1-16
De instellingen maken
Verhoog, terwijl u herhaaldelijk op de Pad slaat, de “reTrigger eliminatie” waarde , totdat de reTriggering
niet meer optreedt.
4. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
5. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
56
Page 73
Pad en Trigger instellingen
Het vermijden van resonantie (crosstalk) tussen Pads
(Crosstalk Cancel)
Als twee Pads op dezelfde standaard gemonteerd zijn, kan het slaan op de ene Pad, de andere Pad
ongewenst doen klinken (dit heet crosstalk). Vermijd dit door crosstalk cancel op de Pad die ongewenst
klinkt toe te passen .
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] licht op.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat ““ verschijnt.
“” verschijnt in het display, vervolgens wordt de crosstalk eliminatie waarde weergegeven.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
Als ook het hi-hat bekken klinkt bij het bespelen van de snare Pad, stel dan crosstalk eliminatie in voor de
Pad die als hi-hat dient. Naarmate de waarde wordt verhoogd, zal het hi-hat bekken minder geneigd zijn
Resonantie voorbeeld: U slaat op de snare Pad, en het hi-hat bekken klinkt ook.
Verhoog de “Xtalk Cancel (crosstalk eliminatie)” van de Pad die als hi-hat dient. De hi-hat Pad zal minder
geneigd zijn om met andere Pads te resoneren.
Als de waarde te hoog wordt ingesteld en twee Pads worden tegelijk bespeeld, kan het gebeuren dat de
zachter bespeelde Pad niet klinkt. Wees voorzichtig, en stel deze parameter op een zo laag mogelijke
waarde in, die volstaat om resonantie te voorkomen.
Bij een “OFF” instelling zal crosstalk eliminatie niet werken.
5. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
6. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
U kunt de instellingen ook met behulp van de procedure op p.41 maken.
57
Page 74
Pad en Trigger instellingen
Het voorkomen van dubbele Triggering (Mask Time)
Bij het bespelen van een kick Pad kan de beater terug stuiteren, en de Pad, meteen na de bedoelde slag,
voor een tweede maal raken (bij akoestische drums blijft de beater soms tegen de Head aan zitten). Dit
maakt van een enkele slag een “dubbele Trigger” (twee slagen in plaats van één). De mask tijd optie helpt
dit voorkomen. Als op een Pad is geslagen, zal elk daarop volgend Trigger signaal, dat wordt gegeven
binnen de vastgestelde “MASK TIJD” (0-64ms), worden genegeerd.
Als een hoge waarde is ingesteld, zal het moeilijk zijn om heel snel te spelen. Kies daarom voor een zo
laag mogelijke waarde.
fig.mask time.e
Mask tijd
Tijd
Geluid wordt niet geproduceerd
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT], totdat “”verschijnt.
“” verschijnt in het display, vervolgens wordt de mask tijd waarde weergegeven.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
4. Druk op [+] of [-] om de mask tijd in te stellen.
Mask tijd: 0-64ms (in stappen van 4ms)
De instellingen maken
Pas de “mask tijd” waarde aan , terwijl u de Pad bespeelt.
Probeer, bij het gebruik van een pedaal om de beater terug te laten stuiteren en deze de Head heel snel te
laten raken. Verhoog vervolgens de “mask tijd” waarde , totdat de stuiterslag van de beater geen geluid
meer veroorzaakt.
Als twee of meer geluiden worden geproduceerd , terwijl u de Head maar één keer raakt, pas
dan re-trigger eliminatie aan.
5. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
6. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
58
Page 75
Rim slag respons (Rim Sensitivity)
Als een PD-80R, PD-105, PD-120, PD-125 Pad of RT-5S (Trigger) is aangesloten op de SNARE Trigger
INPUT, kunt u de gevoeligheid van de Rim respons aanpassen.
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat “” verschijnt.
“”verschijnt in het display, vervolgens wordt de Rim gevoeligheidswaarde weergegeven.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
4. Druk op [+] of [-] om de gevoeligheid van de Rim aan te passen.
Rim gevoeligheid: OFF, 1-20
De instellingen maken
Een hogere instellingswaarde maakt het makkelijker om Rim geluiden te genereren. Als Rim gevoeligheid
op “OFF” staat, zal een slag op de Rim als een Head slag klinken. Het extreem verhogen van de waarde
kan tot gevolg hebben, dat bij het bespelen van de Head ook de Rim klinkt.
Als het Trigger type op iets anders is ingesteld dan “,” “,” “,” of “,”verschijnt
een horizontale lijn (), en kunt u geen aanpassingen maken.
5. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
6. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
Pad en Trigger instellingen
Rim/rand dynamische respons (Rim Gain)
Als een PD-7/8/9, PD-80R, PD-105/120/125, CY serie Pad of RT-5S (Trigger) is aangesloten op de
SNARE, HI-HAT, CRASH1, CRASH2 of RIDE Trigger INPUT, kunt u de relatie tussen uw speelsnelheid
(kracht) op de Rim/rand en het resulterende volumeniveau aanpassen.
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat “” verschijnt.
“” verschijnt in het display, vevolgens wordt de Rim gain waarde weergegeven.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
4. Druk op [+] of [-] om het Rim signaalniveau aan te passen.
Rim gain: 0.5-2.0
Als het Trigger type is ingesteld op “,” “,” “,” of “,” verschijnt een horizontale
lijn (), en kunt u geen aanpassingen maken.
5. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
6. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
59
Page 76
MIDI instellingen
Over MIDI
MIDI (Musical Instrument Digital Interface) is een standaard,
die het mogelijk maakt geproduceerde data en andere infor-
matie uit te wisselen tussen elektronische muziekinstru-
menten en computers. Door middel van een MIDI kabel, die
met MIDI connectoren uitgeruste apparaten verbindt, kunt u
meerdere instrumenten met één keyboard bespelen, meerdere
MIDI instrumenten tegelijk laten spelen, het geheel program-
meren om, naarmate het nummer vordert, de uitrustingen
automatisch aan een optreden aan te passen, en nog veel meer.
Het is eenvoudig om TD-3 Pads als MIDI controller te
gebruiken of om met de Pads een opname te maken op een
externe sequencer. De TD-3 is ook eenvoudig te gebruiken als
sound module met een externe sequencer. Lees daarom de
volgende informatie over MIDI.
MIDI connectoren
De TD-3 heeft twee typen MIDI connectoren.
fig.midi-001
MIDI nootnummer voor elke
Pad [Note#]
Iedere drumuitrusting kan zijn eigen set MIDI nootnummers
krijgen, die worden verstuurd/ontvangen door elke Pad. Dit
is voor geavanceerde doeleinden te gebruiken.
Normaliter zult u ze nooit hoeven te veranderen. Onthoud
echter dat de standaard instelling van de open hi-hat 46 (A#2),
van de closed hi-hat 42 (F#2) en van de pedal-close hi-hat 44
(G#2) is. Deze veranderen gezamelijk om de hi-hat te openen
en te sluiten.
* Als het open hi-hat nootnummer op “60(C4)” wordt ingesteld,
dan wordt het nootnummer voor de closed hi-hat “56(G#3)” en
het nootnummer voor de pedal hi-hat “58(A#3)”.
Er is meer te vinden over de fabrieksinstellingen van noot-
nummers bij: “drumkit nootnummers” (p.61).
1. Druk op [EDIT].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat de Note#
indicator oplicht.
fig.01-008
MIDI IN Connector
Deze ontvangt MIDI informatie afkomstig van een extern
MIDI apparaat. Deze informatie kan de interne geluiden van
de TD-3 laten afspelen, uitrustingen veranderen of eerder
opgeslagen data laten laden (p.63).
MIDI OUT Connector
Data afkomstig van Pads (noot#, snelheid, etc.) wordt via deze
connector verstuurd naar aangesloten MIDI apparaten. Ook
kunt u uw instellingen op een MIDI sequencer (bulk dump;
p.62) opslaan.
60
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht een
ogenblik op.
4. Druk op [+] of [-] om het nootnummer in te
stellen.
Door [+] ingedrukt te houden en op [-] te drukken, kunt u
het nummer snel laten oplopen.
Door [-] ingedrukt te houden en op [+] te drukken, kunt u
het nummer snel laten teruglopen.
Nootnummer: 0(C-)-127(G9), OFF
* Als u een nootnummer selecteert, dat al gebruikt wordt voor
een andere Pad, dan knippert het nootnummer.
5. Herhaal stap 3 en 4 voor andere Pads, die u wilt
instellen.
6. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT]
lampje gaat uit.
Page 77
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet
gedoofd is. Anders zullen de gemaakte wijzigingen
verloren gaan.
Een ander MIDI apparaat bespelen
met aan de TD-3 aangesloten Pads
Stel de MIDI nootnummers (hetzelfde als toetsnummers
op een keyboard) in, die door de TD-3 Pads verstuurd
zullen worden. Koppel dit aan het nootnummer of
geluid, dat u op uw externe sound module of sampler
wenst af te spelen.
Indien meerdere Pads aan hetzelfde nootnummer
worden toegeschreven
Als, bij het bespelen van de TD-3, overlappende
nootnummers worden ontvangen van een extern MIDI
apparaat, wordt prioriteit gegeven aan de instrumenten
in de volgende volgorde.
1. KICK
2. SNARE
3. TOM 1
4. TOM 2
5. TOM 3
6. HI-HAT
7. CRASH 1
8. CRASH 2
9. RIDE
Als de nootnummers voor de Head en de Rim hetzelfde
zijn, wordt alleen het Head instrument gespeeld.
MIDI instellingen
Drumkit nootnummers
fig.InitNote
Note No.
18
19
20
21
22 CLOSED HI-HAT (Edge)
23
C1
24
25
26OPEN HI-HAT (Edge)
27
28
29
30
31
32
33
34
35
KICK
36
C2
37
38SNARE (Head)
39
40
SNARE (Rim)
TOM 3
41
42 CLOSED HI-HAT (Bow)
43
4446PEDAL HI-HAT
45TOM 2
OPEN HI-HAT (Bow)
47
C3
C4
* Als een nootnummer wordt ontvangen, dat is toegeschreven
aan een Pad, licht de bijbehorende Trigger indicator op. (U
kunt niet de timing controleren in de coach mode.)
TOM 1
48
49 CRASH 1 (Bow)
50
51 RIDE (Bow)
52
CRASH 2 (Edge)
RIDE (Edge)
53
54
55CRASH 1 (Edge)
56
57CRASH 2 (Bow)
58
59
60
Voorbeeld:
Nootnummer “38(D2)” is toegeschreven aan de Head en
de Rim van Trigger input SNARE en de Head van
Trigger input TOM1. In dit geval wordt, als nootnummer
38(D2) wordt ontvangen, het instrument dat is
toegeschreven aan de Head van Trigger input SNARE
gespeeld.
61
Page 78
MIDI instellingen
Als u de TD-3 alleen als MIDI
controller gebruikt (Local Control)
Dit is nodig als u geluiden wilt afspelen van een externe
sound module en/of uw optreden wilt opnemen op een
externe MIDI sequencer en GEEN gebruik wilt maken van
TD-3’s eigen geluiden. Zet local control op “UIT”. De Triggersignalen van de Pads gaan direct naar de MIDI OUT uitgang.
Zie de figuur hieronder.
Standaard staat TD-3’s local control op “AAN”.
fig.midi-004.e
Pad
Trigger Input
TD-3
Trigger→MIDI
Converter
OUT
Local Control:
OFF
Interne geluidsgenerator
Als u aansluitingen maakt en opneemt, zoals hier
getoond, met local control op “AAN”, zal MIDI noot
“feedback” optreden. De TD-3 zal anders klinken.
1. Houd [INST] ingedrukt en zet de stroom van de
TD-3 aan.
“Local Control oFF” verschijnt in het scrolldisplay, en
local control is uitgeschakeld.
Er komt geen geluid van de TD-3 als de Pads bespeeld
worden. (De Trigger indicators lichten wel op.)
2. Als u de stroom uitzet, zal local control op
“AAN” staan als de stroom weer wordt
aangezet.
De Pads werken normaal. Ze Triggeren de eigen geluiden
van de TD-3.
* Local control schakelt altijd aan als de stroom wordt aangezet
zonder dat [INST] wordt ingedrukt.
IN
OUT
Externe MIDI Sequencer
(Soft Thru = ON)
IN
Data opslaan op een extern
MIDI apparaat (Bulk Dump)
U kunt alle drumuitrustingen, algemene instellingen, etc. van
de TD-3 op een externe MIDI sequencer opslaan.
Gebruik de externe sequencer net zoals bij het opnemen van
muziekgegevens. Doorloop de volgende stappen op de TD-3,
zoals hieronder staat beschreven.
1. Verbind de MIDI OUT connector van de TD-3
met behulp van een MIDI kabel aan de MIDI IN
connector van de externe sequencer.
fig.midi-005.e
MIDI OUT
MIDI IN
TD-3
Externe MIDI sequencer
2. Zet de TD-3 aan, terwijl u [DRUM KIT] ingedrukt
houdt.
“bulk duMP” verschijnt in het scrolldisplay, daarna
“”, en [DRUM KIT] knippert.
3. Druk op [+] of [-] om te selecteren wat moet
worden opgeslagen.
“: Alle data, inclusief de setup (Trigger, Pad, en
andere instellingen) en drumkits wordt
verstuurd.
: Alle gegevens van drumkits 1-32 worden
verstuurd.
: Alleen setup data wordt verstuurd.
4. Start de opname met de externe sequencer.
5. Houd [DRUM KIT] ingedrukt om de data-
overdracht te starten.
“” verschijnt in het display als de data wordt
verstuurd.
6. Controleer of de overdracht klaar is. Stop
vervolgens de opname met de externe
sequencer.
7. Schakel de stroom van de TD-3 uit.
62
Page 79
MIDI instellingen
Zie voor meer informatie aangaande externe MIDI
apparaten de desbetreffende handleidingen.
Bulk dump behoort tot de System Exclusive
boodschappen. Zorg ervoor, dat u een externe MIDI
sequencer gebruikt, die in staat is om System Exclusive
boodschappen op te nemen. Controleer eveneens of de
sequencer niet staat ingesteld op “geen System Exclusive
boodschappen ontvangen”.
Device ID, een MIDI System Exclusive boodschap van
Roland, wordt gebruikt om onderscheid te maken tussen
meerdere apparaten. De waarde voor deze instelling
wordt Device ID nummer genoemd. Het Device ID
nummer van de TD-3 is vastgesteld op “17”.
Data laden op de TD-3
Dit haalt de data terug naar de TD-3 die was opgeslagen op
een sequencer of ander extern MIDI apparaat.
Op dat moment worden alle huidige gegevens in de TD-3
overschreven. Zorg voor de nodige back-up.
1. Verbind de MIDI IN connector van de TD-3 met
behulp van een MIDI kabel aan de MIDI OUT
connector van de externe sequencer.
fig.midi-006.e
MIDI gebruiken
MIDI kanaal
Het zend- en ontvangstkanaal van de TD-3 op “10” is vastge-
steld.
Program Changes
Transmitting/Receiving
Drumuitrusting
De drumkit programma wijzigingsnummers zijn identiek aan
de drumkitnummers en kunnen niet gewijzigd worden.
De drumuitrustingen van de TD-3 worden gewisseld als
een programmawijziging wordt ontvangen van een
extern MIDI apparaat.
Bedieningswijzigingen
gebruikmakend van het hi-hat
bedieningspedaal
Het hi-hat bedieningspedaal verstuurt bedieningswijzi-
gingsnummer 4 (voetbediening).
Verstuurde data: 0-127
Boodschappen voor het versturen
van dempinformatie
Bij het dempen worden boodschappen na het aanraken poly-
foon verstuurd.
MIDI IN
MIDI OUT
Externe MIDI sequencer
TD-3
2. Druk op [DRUM KIT] om het drumkit nummer
weer te geven.
3. Druk op “PLAY” op de sequencer om de data
naar de TD-3 te sturen.
Ontvangen data wordt opgeslagen in het geheugen van
de TD-3.
Nootnummer
Het nootnummer, dat is ingesteld voor de Head en Rim
van de Pad.
Verstuurde data
Als op de Rim wordt gedrukt: 7FH
Als de Rim wordt losgelaten: 00H
63
Page 80
MIDI instellingen
Een externe sound module besturen
met de TD-3
Dit maakt het mogelijk voor u om gelijktijdig geluiden
van de TD-3 en van een externe MIDI sound module te
spelen.
1. Verbind de MIDI OUT connector van de TD-3
met behulp van een MIDI kabel aan de MIDI IN
connector van het externe MIDI apparaat.
fig.midi-007.e
MIDI OUT
MIDI IN
Externe MIDI geluidsmodule,
sampler, enz.
TD-3
2. Zet het MIDI ontvangstkanaal van het externe
MIDI apparaat op 10.
3. Stel het nootnummer in, dat van elke Pad
verstuurd moet worden (p.60).
Verbind dit aan het nootnummer van het geluid van de
externe sound module of sampler.
Opnemen op een externe sequencer
2. Houd [INST] ingedrukt, en zet de TD-3 aan.
Local control staat nu op “OFF”.
3. Zet, indien nodig, zowel het verstuur- als
ontvangstkanaal van de externe MIDI
sequencer op 10.
4. Begin met opnemen op de externe MIDI
sequencer.
5. Alles wat u op de Pads speelt, wordt op de
sequencer opgenomen.
6. Stop het opnemen als u klaar bent.
7. Speel de MIDI sequencer af, en u hoort wat u
zojuist heeft opgenomen.
De TD-3 gebruiken als sound module
Hier wordt de TD-3 gebruikt als een sound module. U kunt
een MIDI-compatible keyboard of Pads aansluiten voor de
bediening.
1. Verbind de MIDI IN connector van de TD-3 met
behulp van een MIDI kabel aan de MIDI OUT
connector van het externe MIDI apparaat.
fig.midi-009.e
MIDI IN
MIDI OUT
TD-3
Hierbij maakt u de instellingen, die het mogelijk maken geluiden
van de Pads op een extene MIDI sequencer op te nemen.
1. Gebruik MIDI kabels om de MIDI connectoren
van de TD-3 en de MIDI sequencer te verbinden,
zoals weergegeven in het volgende figuur.
fig.midi-008.e
MIDI OUT
MIDI IN
MIDI IN
Externe MIDI sequencer
MIDI OUT
TD-3
64
MIDI Keyboard, Pad
2. Zet het MIDI verstuurkanaal van het externe
MIDI apparaat op 10.
3. Bij het bespelen van het externe MIDI apparaat
zullen de geluiden van de TD-3 klinken.
Page 81
Problemen oplossen/foutmeldingen
rand/cup slagen) of voor dempen, dient u deze aan te sluiten
Problemen oplossen
In dit hoofdstuk staan problemen, die u mogelijk ervaart, en
wat u er aan zou kunnen doen.
op de Trigger input “SNARE”, “HI-HAT”, “CRASH1”,
“CRASH2” of “RIDE”.
De PD-6, PD-80 en PD-100 hebben geen Rim/rand mogelijk-
heid.
Geen geluid
Geen geluid
Staat het [VOLUME] laag?
Draai aan de [VOLUME] knop om dit te controleren.
Staat local control uit? (p.62)
Local control dient aan te staan als er geen externe sequencer
wordt gebruikt. Schakel de stroom uit (POWER “OFF”) en
weer aan (POWER “ON”).
Geen geluid van een of meer Pads
Is het volumeniveau van een van de instrumenten
verlaagd? (p.25)
Druk op [LEVEL/PAN], en stel het niveau van het instrument
in.
Is de Pad goed aangesloten? (p.12)
Controleer of de Pad/input verbinding goed is.
Gebruik alleen de bijgeleverde kabels om de Pads aan te slui-
ten.
Is het instrument ingesteld op #114 (UIT)?
(Drum instrumentenlijst; p.69)
#114(UIT) betekent UIT.
Selecteer een instrument met nummer 1-113.
Het lukt niet om Rim/rand slagen te
spelen
Is de Pad geschikt voor Rim/rand slagen? Is hij
aangesloten op een voor Rim/rand slagen geschikte
Trigger input? Is er een stereo kabel gebruikt?
(p.18)
Als u de PD-80R, PD-105, PD120 of PD-125 gebruikt voor het
spelen van Rim slagen, dient u deze op de Trigger input
“SNARE” aan te sluiten.
Als u de PD-7, PD-8, PD-9, CY-6, CY-8, CY-12R/C, CY-12H,
CY-14C of CY-15R gebruikt voor het spelen van Rim slagen (of
Is de Rim gevoeligheid ingesteld op “0”? (p.59)
Druk op [+] om een andere waarde dan “0” in te stellen.
U dient de “Rim gevoeligheid” in te stellen als u de PD-80R,
PD-105, PD-120 of PD-125 gebruikt voor het spelen van Rim
slagen.
Cross stick werkt niet
Is de Pad aangesloten op een Trigger input, geschikt
voor rand/Rim signalen? (p.18)
Als u de PD-80R, PD-105, PD-120 of PD-125 gebruikt voor het
spelen van cross stick, dient u deze op de SNARE Trigger
input jack aan te sluiten (Stereo kabel).
Is het juiste instrument toegeschreven aan de Rim?
(Drum instrumentenlijst; p.69)
Selecteer voor het spelen van cross stick “S1r”, “S2r”, “S3r”,
“S4r”, “S10” of “S11” als Rim instrument.
Speelt u op de juiste manier cross stick? (p.20, p.46)
Het spelen van cross stick op een elektronisch drumstel gaat
net even anders. Zorg ervoor, dat uw hand of stok niet ook de
Head raakt.
Geen geluid als de Pad zacht geraakt
wordt
Bespeelde of raakte u een Pad of drukte u op een pedaal tij-
dens het opstarten van de TD-3?
Volg de procedure op p.14, en zet de stroom opnieuw aan.
RAAK NIET een van de Pads of pedalen aan tijdens het
opstarten van de TD-3. Als de TD-3 wordt aangezet, wordt
een controle van de Pads uitgevoerd. Als u een Pad raakt of op
een pedaal drukt tijdens dit proces, kunnen de Pads niet cor-
rect gecontroleerd worden, wat leidt tot het onjuist functione-
ren van de Pads.
Geen klik/metronoom geluid
Licht [CLICK] op? (p.28)
Druk op [CLICK] om de knop te doen oplichten.
65
Page 82
Problemen oplossen/foutmeldingen
Staat het klikvolume ingesteld op “0”? (p.33)
Druk een paar keer op [EDIT] om “CLICK LEVEL” te selecte-
ren. Druk vervolgens op [+] om een andere waarde dan “0” in
te stellen.
Geen geluid/laag volume van de op
de MIX IN jack aangesloten bron
Gebruikt u misschien een verbindingskabel met
weerstand?
Gebruik een verbindingskabel zonder weerstand.
Controleer het volumeniveau van de aangesloten
audiobron.
Kijk in de handleiding van het betreffende apparaat als er een
probleem bestaat.
De drumuitrusting klinkt niet zoals
bedoeld
Geen ambiance toegepast
Staat de ambiance ingesteld op “UIT”? (p.26)
Druk op [AMBIENCE], en zet deze vervolgens op “AAN”.
De Pad klinkt niet zoals bedoeld
De Pad speelt niet correct
Is het Trigger type correct ingesteld?
Stel het Trigger type in (p.50).
Controleer of u met de gebruikte Trigger input afzonderlijke
instellingen voor Head en Rim kunt maken . Pas vervolgens
de waarden aan.
Speelt u de Rim slag (p.19, p.46) en cross stick
(p.20, p.46) op de juiste manier?
Raak, voor het maken van Rim slagen, de Rim en de Head
gelijktijdig. Zorg er bij cross stick voor, dat uw hand of stok
niet de Head raakt.
Het geluid is vervormd
Het geluid van de koptelefoon is
vervormd
Sommige tonen kunnen vervormd raken, als de
output te hard wordt afgesteld.
Zet het VOLUME lager of controleer de koptelefoon.
Het uitgang geluid is vervormd
Controleer de inputniveau’s op uw mixer of
versterker.
Controleer de individuele niveau’s en pan posities.
Druk op [LEVEL/PAN] om het instrumentniveau weer te
geven. Druk vervolgens op [-] om het niveau van het Pad-
instrument te verlagen.
U kunt vervorming onderdrukken door de pan dicht bij het
midden af te stellen.
Druk op [LEVEL/PAN] om de pan instelling van het instru-
ment weer te geven. Druk vervolgens op [+] of [-] om de
instelling aan te passen.
Is de gevoeligheid van de Pad correct ingesteld?
Stel de Padgevoeligheid in (p.40, p.52).
* Voor maximale expressiemogelijkheden bij het spelen, raden wij
aan uitsluitend Roland Pads te gebruiken.
Is de Head van de KD-80, KD-120, PD-80, PD-80R,
PD-100, PD-105, PD-120 of PD-125 gelijkmatig
gespannen?
Kijk in de handleiding van de Pad en pas vervolgens de Head
spanning aan. Dit is heel belangrijk voor een juiste Triggering.
Er wordt een verkeerd geluid
weergegeven
Bevindt zich een fout in de Head en Rim selectie?
(p.24)
66
Bulk dump kan niet uitgevoerd
worden
Is de MIDI verbinding/kabel correct? (p.62)
Verbind, als u een bulk dump op een extern apparaat wilt
opslaan, de MIDI OUT connector van de TD-3 met de MIDI IN
connector van de externe sequencer.
Is het externe MIDI apparaat zo ingesteld dat het
GEEN MIDI Exclusive boodschappen kan ontvangen?
Kijk in de handleiding van het externe MIDI apparaat. Stel het
vervolgens zo in, dat het in staat is om System Exclusive data
te ontvangen.
* System Exclusive data is data, dat alleen door één bepaald
apparaat gebruikt wordt. Bulk dump data is een vorm van
System Exclusive data.
Page 83
Foutmeldingen
DisplayBetekenisMaatregelen
(Scroll Display)
(Scroll Display)
(Scroll Display)
(Scroll Display)
Data in het geheugen van de TD-3 kan
verstoord zijn.
Er is een probleem met het interne systeem.
Er is een grote hoeveelheid MIDI
berichten ontvangen, die niet geheel
verwerkt kan worden.
Iets heeft een breuk veroorzaakt in de
communicatie met het externe MIDI
apparaat.
De checksum waarde van een System
Exclusive boodschap was incorrect.
De TD-3 is er niet in geslaagd een
MIDI bericht correct te ontvangen.
“” verschijnt als [DRUM KIT] wordt ingedrukt.
Houd [DRUM KIT] nog een keer ingedrukt. Alleen de instellingen voor het verstoorde deel worden teruggezet
naar de fabrieksinstellingen (door dit te doen worden alle
wijzigingen die u heeft gemaakt gewist).
Raadpleeg, als dit het probleem niet oplost, uw Roland
dealer of dichtstbijzijnde Roland Service Center.
Raadpleeg uw Roland dealer of dichtstbijzijnde Roland
Service Center.
Controleer nogmaals uw MIDI verbindingen (p.62, p.64).
Verminder, als dit het probleem niet oplost, de hoeveelheid MIDI boodschappen die naar de TD-3 verstuurd
wordt.
Controleer uw MIDI verbindingen.
Pas de checksum waarde aan.
Verstuur de MIDI boodschap nogmaals naar de TD-3.
Problemen oplossen/foutmeldingen
67
Page 84
Drumkit lijst
No.Naam
1Akoestisch
2Groove
3Oldies
42Step
5Ballad
6Electronisch
7Techno house
8Hip-hop
9Jazz
10Disco beat
11Open rock
12Standaard
13Acid house
14TR-808
15Dirty
16Jungle
17Funk
18Latin house
19Abstract
20Club mix
21Jazz Fusion
22Garage house
23Light tuning
24Brushes
25R&B
26Techno cumbia
27Classic R&B
28Pop-rock
29Timbales uitrusting
30Conga uitrusting
31Percussie set 1
32Percussie set 2
46 t1.1Power Tom 12"
47 t1.2Power Tom 14"
48 t1.3Power Tom 16"
49 t2.1Rock Tom 12"
50 t2.2Rock Tom 13"
51 t2.3Rock Tom 16"
52 t3.1Clear Tom 10"
53 t3.2Clear Tom 12"
54 t3.3Clear Tom 14"
55 t3.4Clear Tom 16"
56 t4.1Jazz Tom 12"
57 t4.2Jazz Tom 13"
58 t4.3Jazz Tom 16"
59 t5.1808 Tom 1
60 t5.2808 Tom 2
61 t5.3808 Tom 3
62 t6.1Electronic Tom 1
63 t6.2Electronic Tom 2
64 t6.3Electronic Tom 3
Dit product voldoet aan de voorwaarden van Europese Richtlijnen EMC 89/336/EEC en LVD 73/23/EEC.
For the USA
FEDERAL COMMUNICATIONS COMMISSION
RADIO FREQUENCY INTERFERENCE STATEMENT
This equipment has been tested and found to comply with the limits for a Class B digital device, pursuant to Part 15 of the FCC Rules. These limits are designed to provide reasonable protection against harmful interference in a residential installation. This equipment generates, uses, and can radiate radio frequency energy and, if not installed and used in accordance with the instructions, may cause harmful interference to radio communications. However, there is no guarantee that interference will not occur in a particular installation. If this equipment does cause harmful interference to radio or television reception, which can be determined by turning the equipment off and on, the user is encouraged to try to correct theinterference by one or more of the following measures:
— Reorient or relocate the receiving antenna.— Increase the separation between the equipment and receiver.— Connect the equipment into an outlet on a circuit different from that to which the receiver is connected.— Consult the dealer or an experienced radio/TV technician for help.
This device complies with Part 15 of the FCC Rules. Operation is subject to the following two conditions: (1) This device may not cause harmful interference, and (2) This device must accept any interference received, including interference that may cause undesired operation.
Unauthorized changes or modification to this system can void the users authority to operate this equipment.This equipment requires shielded interface cables in order to meet FCC class B Limit.
For Canada
NOTICE
This Class B digital apparatus meets all requirements of the Canadian Interference-Causing Equipment Regulations.
AVIS
Cet appareil numrique de la classe B respecte toutes les exigences du Rglement sur le matriel brouilleur du Canada.
Page 91
Gebruikershandleiding
Gefeliciteerd met uw keuze voor de Roland PDX-8.
201a
Voordat u dit apparaat in gebruik neemt, leest u de secties getiteld “HET APPARAAT OP EEN VEILIGE
MANIER GEBRUIKEN” en “BELANGRIJKE OPMERKINGEN” (p. 2, p. 3). In deze secties vindt u belangrijke
informatie over het op juiste wijze gebruiken van het apparaat. Bovendien kunt u de gebruikershandleiding
in zijn geheel doorlezen om een goed beeld te krijgen van alles dat uw nieuwe apparaat te bieden heeft.
Bewaar deze handleiding, zodat u er later aan kunt refereren.
ZEER BELANGRIJK!!!
• Voordat u op dit Pad gaat spelen, moet de spanning afgesteld worden. Zie
pag. 4.
• Het soort en de parameters in de geluidsmodule moeten afgesteld worden.
Zie pag. 5.
• Tenslotte moet u de gevoeligheid van de rand in de geluidsmodule afstellen.
Zie pag. 5.
Alle rechten voorbehouden. Niets van deze uitgave mag, in welke vorm dan ook, zonder schriftelijke
toestemming van ROLAND CORPORATION gereproduceerd worden.
Stemschroef
Hoofd sensor
Hoofdvel
Behuizing
Rand Sensor
Page 92
USING THE UNIT SAFELY
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOMEN
Over
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
WAARSCHUWING en
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij
de gebruiker attent gemaakt wordt op
het risico van overlijden of zwaar letsel,
wanneer het apparaat niet op juiste
wijze gebruikt wordt.
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij
de gebruiker attent gemaakt wordt op
het risico van letsel of materiële schade,
wanneer het apparaat niet op juiste
wijze gebruikt wordt.
* Materiële schade verwijst naar schade
of andere ongunstige effecten, die ten
aanzien van het huis en al het
aanwezige meubilair, en tevens aan
huisdieren kunnen optreden.
VOORZICHTIG opmerkingen
NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
001
• Voordat u het apparaat in gebruik neemt, leest
u onderstaande instructies en de gebruikershandleiding.
• Maak het apparaat niet open, en voer geen
interne modificaties uit. (De enige uitzondering hierop is wanneer deze handleiding
specifieke instructies geeft voor het installeren
van gebruikers-opties; zie p.7).
• Tracht het apparaat niet te repareren of onderdelen in het apparaat te vervangen (behalve
wanneer daartoe specifieke instructies in de
handleiding staan.) Ga voor alle onderhoud naar uw
handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service
Centrum of een erkende Roland distributeur, die u op
de ‘Informatie’ pagina kunt vinden.
• Wanneer u dit apparaat gebruikt met
standaard (MDS serie), dient u ervoor te
zorgen dat het rek of de standaard zorgvuldig
geplaatst is, waterpas en zodat u er zeker van
bent dat deze niet zal vallen. Als u niet een rek of een
standaard gebruikt, dient u erop te letten, dat elke
locatie die u voor het apparaat kiest een recht
oppervlak is dat het apparaat goed ondersteunt, en
ervoor zorgt dat het niet wiebelt.
Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke
instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis
van het symbool wordt bepaald door het teken, dat zich
binnen de driehoek bevindt. Het symbool, dat zich in dit
geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit teken
voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwingen,
of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.
Het symbool wijst de gebruiker op onderdelen, die
nooit verplaatst mogen worden (verboden). De
specifieke handeling, die niet uitgevoerd mag worden,
wordt aangegeven door het symbool, dat zich binnen
de cirkel bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan
de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat nooit
uit elkaar gehaald mag worden.
Het wijst de gebruiker op onderdelen, die verwijderd
moeten worden. De specifieke handeling, die uitgevoerd
moet worden, wordt door het symbool binnen de cirkel
aangegeven. Het symbool, dat zich in dit geval aan de
linkerkant bevindt, geeft aan dat het netsnoer uit de
daarvoor bestemde aansluiting getrokken moet worden.
001
• Gebruik of berg het apparaat nooit op, op
plaatsen die:
• aan extreme temperaturen onderhevig zijn
(bijvoorbeeld in direct zonlicht, in een
afgesloten voertuig, dichtbij een warmtekanaal of bovenop warmte genererende
apparatuur of die
• vochtig zijn (bijvoorbeeld badkamers,
wasruimtes of natte vloeren hebben of die
• Zorg dat er geen objecten (bijvoorbeeld
brandbaar materiaal, munten of spelden) of
vloeistoffen (water, frisdrank, enz.) in het
apparaat terechtkomen.
• In huishoudens met kleine kinderen moet een
volwassene toezicht houden, totdat het kind in
staat is de regels die essentieel zijn voor een
veilige bediening van het apparaat op te volgen.
• Bescherm het apparaat tegen zware schokken.
(Laat het niet vallen!.)
2
Page 93
104
VOORZICHTIG
• Probeer het in elkaar verwikkeld raken van
snoeren en kabels te voorkomen. Bovendien
zouden alle snoeren en kabels buiten het
bereik van kinderen geplaatst moeten worden
• Indien u de schroeven van het bovenpaneel
verwijdert, bewaart u deze op een veilige plaats,
buiten het bereik van kinderen, zodat zij deze
niet per ongeluk kunnen inslikken.
• Plaats u vingers niet binnen de rand, want u
kunt zo uzelf bezeren of de PDX-8 beschadigen. Kom ook niet aan de interne onderdelen
als u het hoofdvel vervangt. Tenslotte
verzoeken wij u uw vingers niet in het gat te
steken, waar u het geheel op monteert.
Naast de onderdelen die bij “Het apparaat op een
veilige manier gebruiken” op pagina 2-3 worden
genoemd, leest en neemt u het volgende alstublieft
in acht:
Plaatsing
• Stel het apparaat niet aan direct zonlicht bloot, plaats
het niet in de buurt van apparaten die warmte afgeven,
laat het niet in een afgesloten voertuig achter en
onderwerp het niet op andere manieren aan temperatuur extremen. Door overmatige hitte kan het
apparaat vervormen of verkleuren.
• Zorg dat rubber, vinyl of soortgelijke materialen niet
gedurende langere tijd op het apparaat aanwezig zijn.
Door dit soort objecten kan de afwerking van het
apparaat verkleuren of op andere wijze beschadigen.
Onderhoud
• Voor het dagelijks schoonhouden veegt u het apparaat
met een zachte, droge of een licht vochtige doek
schoon. Om hardnekkig vuil te verwijderen, gebruikt u
een doek met een kleine hoeveelheid mild, niet
schurend schoonmaakmiddel. Neem het apparaat
daarna met een zachte, droge doek af.
• Gebruik nooit benzine, verdunners, alcohol of
oplosmiddelen om verkleuring en/of vervorming van
het apparaat te voorkomen.
fig.Stand.j
Hoofd sensor
Rand sensor
Hoofd sensor
Aanvullende
voorzorgsmaatregelen
• Behandel de knoppen, schuifregelaars of andere
bedieningselementen van dit apparaat met gepaste
voorzichtigheid. Dit geldt ook voor het gebruik van de
stekkers en aansluitingen. Ruwe behandeling kan tot
storingen leiden.
• Tijdens het aansluiten en/of loskoppelen van alle
kabels, houdt u deze bij de aansluiting zelf vast – trek
nooit aan de kabel. Op deze manier vermijdt u kortsluiting of schade aan de interne elementen van de kabel.
• Om te vermijden dat u uw buren stoort, probeert u het
volume van dit apparaat op een redelijk niveau te
houden. U kunt ervoor kiezen om een koptelefoon te
gebruiken, zodat u zich geen zorgen om de personen
in uw naaste omgeving hoeft te maken (‘s nachts in het
bijzonder.)
• Dit instrument is ontworpen om tijdens het spelen
geluiden van buitenaf te minimaliseren. Aangezien
geluidsvibraties echter sterker dan verwacht via
vloeren en muren overgebracht kunnen worden, moet
u erop letten dat deze geluiden niet storend zijn voor
uw buren. Dit geldt in het bijzonder als u ‘s avonds
laat speelt en bij het gebruik van een koptelefoon.
3
Page 94
Het product
Het lichte gewicht van de PDX-8 en compact
ontwerp staan garant voor een comfortabel
gebruik en geluidloze respons, zelfs als rim shots
(rand tikken) gespeeld worden.
De spanning van het
trommelvel (head) afstellen
De spanning van het trommelvel dient voor gebruik
afgesteld te worden.
Een slappe afstelling kan tot problemen bij rim shots en
echo slagen leiden.
Als het trommelvel wordt aangeslagen, wanneer de
spanning van het vel los is, kan de sensor beschadigen.
1. Gebruik de meegeleverde stemsleutel om de
stemschroeven aan te draaien.
Sla op de kop om de reactie te voelen en te controleren.
fig.Adjust.e
LosserStrakker
2. De gemaakte afstelling kunt u nu nauwkeuriger
afstemmen, terwijl u de ‘feel’ en de reactie van
het pad blijft controleren.
• Op de PDX-8 heeft het afstellen van de spanning van het
trommelvel alleen effect op de reactie van het trommelvel
en verandert de toonhoogte van het geluid niet, zoals dit
op een akoestisch drumstel wel het geval zou zijn.
• De spanning van het trommelvel zal veranderen, zodra u
het apparaat heeft gebruikt, daarom dient u deze
wanneer nodig opnieuw af te stellen.
Het Pad op een standaard
bevestigen
Bevestig de PDX-8 aan een pad houder van de
standaard (MDS serie).
Zorg dat u de schroef om de standaard vast te zetten
stevig aandraait. Als deze los blijft, kan dubbele
triggering optreden (echo slagen).
fig.Stand.e
Vaster
Draai de stemschroeven één voor één vast, afgaande op
de numerieke volgorde die in het diagram wordt
getoond. Zet één schroef op zichzelf nooit zeer strak vast.
Hierdoor kan het trommelvel niet gelijkmatig gespannen
worden en zullen storingen ontstaan.
fig.Bolt
3
1
6
5
2
4
Losser
Stang
Indien u de PDX-8 aan een Tom standaard wilt bevestigen, moet u de afmetingen van de stang controleren.
Afhankelijk van deze afmetingen kan het mogelijk zijn,
dat u het pad niet op de standaard kunt monteren.
Gewenste stang afmetingen:
9–11.5 mm
Aanluiten op een Percussie
geluid module
Gebruik voor aansluiting de bijgeleverde stereo kabel.
• Als een mono kabel gebruikt wordt, kunt u geen Rim
shots of Cross Stick speeltechnieken toepassen.
• Verbind de L-vormige plug van de meegeleverde kabel
aan de PDX-8
* Om storing en/of schade aan luidsprekers of andere apparatuur
te voorkomen, moet het volume (of stroom) van alle apparaten
uitgezet worden.
4
Page 95
Signaal (Trigger) instellingen voor percussie geluid module
Stel het Trigger type en de parameters voor de gebruikte percussie geluid module.
Vergeet deze instellingen niet te maken, zodat de PDX-8 goed werkt.
Hieronder vindt u de instellingen, aanbevolen voor verschillende modules.
Voor de instructies raadpleegt u de handleiding van de geluid module.
* Laat de ingestelde parameters voor de Cross Stick onveranderd.
Over de vel spanning
Zorg, dat het vel goed gespannen staat.
Door het vel losser te maken, kan problemen met de PDX-8, zoals rand slagen en echo klanken,
veroorzaken.
Over Rim Sens (*1)
Als één van de onderstaande problemen voorkomt, pas dan de Rim Sens naar een waarde aan, die in
het kolom van de percussie geluid module wordt aangegeven.
• Als het Rim geluid hoorbaar is, terwijl u het vel bespeelt, verlaagt u de Rim Sens waarde.
• Als geen Rim geluiden hoorbaar zijn, zelfs als u hard op de rand slaat, verhoogt u de Rim Sens waarde.
* Bij gebruik van de TD-12 en TD-20 past u de “Rimshot Adjust” aan.
TD-3 (percussie geluid module)
BELANGRIJK: Alleen snaarsignalen (Snare Input)
kunnen een rand slag produceren.
Trigger Type ()
Mask Time ()
Rim Sensitivity ()
80r
8
10 (7–12) (*1)
TD-6V (percussie geluid module)
BELANGRIJK: Alleen de 2 (Snare Input) kan een rand
slag produceren.
TrigTypPD-80R
Mask Time8ms
Rim Sens 11 (8–13) (*1)
TD-12/TD-20
(percussie geluid module)
BELANGRIJK: Alleen de aan gegeven ingangen
hieronder kunnen een rand slag produceren.
TD-12: 2 (SNARE), 3–5 (TOM1–3), 11–12 (AUX1–2)
TD-20: 2 (SNARE), 3–6 (TOM1–4), 12–15 (AUX1–4)
Trig TypePD80R or PD85
Sensitivity7
RimShot Adjust2.0 (1.6–2.4) (*1)
Afstelling met aansluiting op ingang 2 (SNARE)
De PDX-8 ondersteunt de positie instellingen van de
TD-12 en de TD-20 niet. Stel beide apparaten zo in, dat
positie instelling niet geactiveerd wordt.
Zet Snare CC uit.
(Druk op [SETUP], dan [F1(MIDI)], dan [F3 (Control)]
5
Page 96
Speelmethoden
Head shots
fig.HeadShot.e
Vel
Cross Stick
Sla alleen op de rand van het pad.
Afhankelijk van het instrument dat aan de rand
(rim) is toegewezen, kunt u rim shots en/of cross
stick geluiden spelen.
fig.XStick.e
Rand
* Sla alleen op het trommelvel van het pad.
Rim shots
fig.RimShot.e
(rand)
Rim
* Om een Rim shot (rand slag) te maken, moet u de rand raken,
zoals in de tekening wordt aangegeven.
fig.RimShot.e
Rand
* Om de cross stick te spelen, moet u alleen op de rand van het
pad slaan. Als u uw hand op het trommelvel van het pad
plaatst, kan het cross stick geluid mogelijk niet correct worden
gespeeld.
* Meer over instellingen en geluiden vindt u in de
gebruikershandleidingen van de respectievelijke modules.
Speler
Geschikte positie
voor rim shots
6
Page 97
Vervangen van het
trommelvel
Wanneer het trommelvel vervangen
dient te worden
6. Bevestig de stemschroeven aan de hoepel en
schaal.
7. Vervolgens stelt u de spanning van het
trommelvel in. Zie “De spanning van het
trommelvel (head) afstellen” (pag. 4).
Het trommelvel is een eenmalig onderdeel dat op den
duur versleten raakt en vervangen moet worden.
Vervang het trommelvel wanneer het volgende
gebeurt:
In het trommelvel blijven gedeeltes met speling
aanwezig, ondanks dat de spanning van het vel correct
is afgesteld.
Zet één schroef op zichzelf nooit zeer strak vast. Hierdoor
kan het trommelvel niet gelijkmatig gespannen worden,
en zullen storingen ontstaan.
Specificaties
PDX-8
Vel afmeting: 8 inches ( 20,3 cm)
Triggers (signalering): 2 (vel en rand)
Afmetingen: 266 (B) x 326 (D) x 62 (H) mm
Gewicht: 1,3 kg
Accessoires: Gebruiksaanwijzing,
aansluitkabel, stemsleutel
Opties: Mesh Head (MH-8)
Pad Mount (MDH-10U)
Drum standaard (MDS-3C,
MDS-6C, MDS-12, MDS-20)
962a
* In het belang van product verbetering kunnen de specificaties
of het uiterlijk zonder voorafgaande berichtgeving gewijzigd
worden.
* Het Rim rubber is een onderdeel dat op den duur verslijt (zeker
wanneer er veel rim shots worden uitgevoerd) en dan
vervangen moet worden. Wanneer het rim rubber versleten is,
zullen rim shots mogelijk niet correct uitgevoerd kunnen
worden. Wanneer dit voorkomt, vervangt u het rim rubber.
Raadpleeg Roland Service voor meer informatie over het
vervangen van het rim rubber.
* Door de aard van de materialen die in de sensor worden
gebruikt, kunnen veranderingen in kamertemperatuur de
gevoeligheid van de sensor beïnvloeden.
Behuizing
Behandel de sensor onder het trommelvel voorzichtig.
Teveel kracht kan accurate detectie in de weg staan en de
sensor kan hierdoor beschadigen.
2. Verwijder de hoepel (ring).
3. Verwijder het oude trommelvel.
4. Plaats het nieuwe vel op de behuizing
5. Plaats de ring op het trommelvel.
7
Page 98
Informatie
Als u een reparatiedienst nodig heeft, belt u het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of
erkend Roland distributeur in uw land, zoals hieronder getoond.
5100 S. Eastern Avenue
Los Angeles, CA 90040-2938,
U. S. A.
TEL: (323) 890 3700
Page 99
Lees voor ingebruikname
van de pads en pedaal,
zorgvuldig de gedeelten
met als titel: ‘HET APPARAAT OP EEN VEILIGE
MANIER GEBRUIKEN’ en
‘BELANGRIJKE OPMERKINGEN’ (p. 2-3).
Deze gedeelten verstrekken belangrijke informatie over een goede
werking van de pads en
pedaal.
Om er zeker van te zijn
dat u voldoende begrip
verworven hebt met
betrekking tot elke mogelijkheid waarin uw
nieuwe eenheid voorziet,
dient u de gebruikshandleiding in zijn geheel
door te nemen.
U kunt voor het gemak
het beste de handleiding
binnen handbereik
bewaren.
Gebruikershandleiding
Gefeliciteerd met uw keuze voor de Roland Dual Trigger Pad PD-8/Dual Trigger Cymbal
Pad CY-8/Kick Trigger Pad KD-8/HH Control Pedal FD-8.
Voor ingebruikname van de PD-8/CY-8/KD-8/FD-8, dient u
de percussion sound module (p. 12) volgens de instellingswaarden in te stellen.
• Probeer de pads en pedaal niet te repareren,
of interne delen te vervangen (behalve
wanneer deze handleiding voorziet in specifieke aanwijzingen). Ga voor al het onderhoud naar
uw dealer, het dichtstbijzijnde Roland Service
Center of een gemachtigde Roland distributeur,
zoals te lezen op het bijvoegde informatievel.
temperaturen (bijvoorbeeld direct zonlicht,
in de besloten ruimte van een voertuig,
vlakbij een verwarmingsafvoer, bovenop
warmte producerende apparatuur) of
• vochtige ruimtes (bijvoorbeeld badkamers, de
wc, op natte vloeren of
• natte ruimtes of
• ruimtes die zijn blootgesteld aan regen of
• stoffige ruimtes of
• ruimtes die onderhevig zijn aan sterke trillingen.
Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke
instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis
van het symbool wordt bepaald door het teken, dat zich
binnen de driehoek bevindt. Het symbool, dat zich in dit
geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit teken
voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwingen,
of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.
Het symbool wijst de gebruiker op onderdelen, die
nooit verplaatst mogen worden (verboden). De
specifieke handeling, die niet uitgevoerd mag worden,
wordt aangegeven door het symbool, dat zich binnen
de cirkel bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan
de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat nooit
uit elkaar gehaald mag worden.
Het wijst de gebruiker op onderdelen, die verwijderd
moeten worden. De specifieke handeling, die uitgevoerd
moet worden, wordt door het symbool binnen de cirkel
aangegeven.
005
• De pads en pedaal mogen alleen gebruikt
worden met een door Roland aanbevolen rek
of standaard.
• Bij gebruik van de pads en pedaal met een
door Roland aanbevolen rek of standaard,
moet het rek of standaard zorgvuldig
waterpas geplaatst worden, zodat stabiliteit
gewaarborgd is. Bij gebruik zonder rek of
standaard moet u er toch voor zorgen dat welke
plaats u ook kiest voor de pads en pedaal, deze
voorzien is van een vlakke, goed dragende ondergrond, waardoor wiebelen uitgesloten wordt.
• Wees er zeker van dat u de pads en pedaal
altijd zodanig heeft geplaatst dat een
waterpas opstelling en stabiliteit blijvend
verzekerd is. Plaats hem nooit op een
standaard die zou kunnen gaan wiebelen of op
hellende vlakken.
• Voorkom dat voorwerpen (bijvoorbeeld
brandbare materialen, munten, spelden) of
vloeistoffen (water, frisdranken, etc.) de pads
en pedaal binnendringen.
• In huishoudens met kleine kinderen zou een
volwassene toezicht moeten houden tot het
kind alle regels kan opvolgen, die essentieel
zijn voor de veilige werking van de pads en
pedaal.