Roland TD-3 User Manual [nl]

Gebruikershandleiding
Lees, alvorens u dit apparaat in gebruik neemt, zorgvuldig de hoofdstukken “HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN” (p.2) en “BELANGRIJKE OPMERKINGEN” (p.4). Deze hoofdstukken bevatten belangrijke informatie omtrent correct gebruik van het apparaat. Echter, om uzelf ervan te verzekeren een goed inzicht in alle functies en mogelijkheden van uw nieuwe apparaat te verkrijgen, dient u de gehele handleiding te lezen. De handleiding dient onder handbereik als een praktisch naslagwerk te worden bewaard.
Gefeliciteerd met uw keuze voor de Roland Percussion Sound Module TD-6KV.
Aparte verwijzingen in deze handleiding
Woorden tussen vierkante haakjes verwijzen naar knoppen op het paneel.
Als de inschriften in illustraties niet zijn vertaald, dan heb ik ze niet!
202
Copyright © 2004 ROLAND CORPORATION Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOMEN
Over
WAARSCHUWING en
VOORZICHTIG opmerkingen
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij
WAARSCHUWING
de gebruiker attent gemaakt wordt op het risico van overlijden of zwaar letsel, wanneer het apparaat niet op juiste wijze gebruikt wordt.
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij de gebruiker attent gemaakt wordt op het risico van letsel of materiële schade, wanneer het apparaat niet op juiste
VOORZICHTIG
wijze gebruikt wordt.
* Materiële schade verwijst naar schade
of andere ongunstige effecten, die ten aanzien van het huis en al het aanwezige meubilair, en tevens aan huisdieren kunnen optreden.
NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT
WAARSCHUWING WAARSCHUWING
001
Lees, voordat u dit apparaat in gebruik neemt, eerst de onderstaande instructies en de handleiding.
................................................................................................
002c
• Open of wijzig (op welke wijze ook) dit apparaat of de adapter niet.
................................................................................................
003
• Probeer niet om het apparaat te repareren of inwendige onderdelen te vervangen (tenzij deze handleiding specifieke instructies geeft om dit wel te doen). Laat al het onderhoud over aan uw verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een erkend Roland dealer, zoals beschreven op de “Informatie” pagina.
................................................................................................
004
• Gebruik of stal het apparaat nooit op plaatsen die:
• Bloot staan aan extreme temperaturen (bijv., in direct zonlicht in een afgesloten voertuig, dichtbij een verwarmingsbuis, bovenop een warmte producerend apparaat); of waar
• Dampvorming plaatsvindt (bijv., baden, wasruimtes, op natte vloeren); of die
• Vochtig zijn; of die
• Bloot staan aan regen; of die
• Stoffig zijn; of die
• Bloot staan aan zware trillingen.
............................................................................................................
Over de symbolen
Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis van het symbool wordt bepaald door het teken, dat zich binnen de driehoek bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit teken voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwingen, of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.
Het symbool wijst de gebruiker op onderdelen, die nooit verplaatst mogen worden (verboden). De specifieke handeling, die niet uitgevoerd mag worden, wordt aangegeven door het symbool, dat zich binnen de cirkel bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat nooit uit elkaar gehaald mag worden.
Het wijst de gebruiker op onderdelen, die verwijderd moeten worden. De specifieke handeling, die uitgevoerd moet worden, wordt door het symbool binnen de cirkel aangegeven. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, geeft aan dat het netsnoer uit de daarvoor bestemde aansluiting getrokken moet worden.
005
• Dit apparaat dient alleen gebruikt te worden met een door Roland aanbevolen houder of standaard.
................................................................................................
006
• Als het apparaat gebruikt wordt met een door Roland aanbevolen houder of standaard, moet de houder of standaard nauwkeurig geplaatst worden , zodat deze recht en stabiel staat. Als u geen houder of standaard gebruikt, dient u echter ook een plaats uit te kiezen om het apparaat neer te zetten met een voldoende vlak oppervlak, dat het apparaat goed ondersteunt en wiebelen voorkomt.
................................................................................................
008c
• Gebruik alleen de meegeleverde adapter. Controleer ook of de netspanning overeen komt met de op de adapter weergegeven ingang­spanning. Andere adapters kunnen een andere polariteit gebruiken of ontworpen zijn voor een ander voltage, wat kan leiden tot schade, onjuist functioneren of een elektrische schok.
................................................................................................
009
• Buig of draai de stroomdraad niet extreem, en plaats er geen zware dingen op. Dit kan schade veroorzaken aan het snoer, en leiden tot zwakke plekken en kortsluiting. Beschadigde snoeren geven brand- en schokgevaar!
............................................................................................................
2
WAARSCHUWING
010
• Dit apparaat, zowel alleen als in combinatie met een versterker,een koptelefoon of speakers, kan geluids­niveaus produceren, die permanente gehoorschade kunnen opleveren. Gebruik het daarom niet gedurende lange tijd op een hoog volumeniveau of op een niveau dat oncomfortabel is. Als u enige vorm van gehoorverlies of suizen in de oren ervaart, dient u onmiddellijk te stoppen met het gebruik van het apparaat en een audioloog te raadplegen.
................................................................................................
011
• Voorkom dat objecten (bijv., ontvlambaar materiaal, muntjes, spijkers) of vloeistoffen (water, frisdrank, etc) het apparaat binnendringen.
................................................................................................
012c
• Schakel onmiddellijk de stroom uit, trek de adapter uit het stopcontact en raadpleeg uw verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een erkend Roland dealer, zoals beschreven op de “Informatie” pagina, als:
• De adapter of stroomdraad is beschadigd;
• Rook of een vreemde geur ontstaat;
• Objecten in of vloeistoffen over het apparaat zijn gevallen;
• Het apparaat heeft blootgestaan aan regen (of op een andere manier nat is geworden);
• Het apparaat niet normaal lijkt te werken of een typische functieverandering heeft ondergaan.
................................................................................................
013
• In een huishouden met kleine kinderen dient een volwassene toezicht te houden , totdat het kind in staat is alle regels te hanteren, die essentieel zijn voor veilig gebruik van het apparaat.
............................................................................................................
014
• Bescherm het apparaat tegen zware stoten. (Laat het niet vallen!)
................................................................................................
015
• Sluit het apparaat niet aan op een stopcontact, samen met overdreven veel andere apparaten. Wees vooral voorzichtig met verlengsnoeren - het gezamenlijke vermogen van alle, op het verleng­snoer aangesloten, apparaten mag nooit meer zijn dan het vermogensbereik (watt/ampère) van het verlengsnoer. Door overbelasting kan de draad warm worden en uiteindelijk doorbranden.
................................................................................................
016
• Raadpleeg, als u het apparaat in het buitenland wilt gaan gebruiken, eerst uw verkoper, het dichtstbij­zijnde Roland Service Center of een erkend Roland dealer, zoals beschreven op de “Informatie” pagina.
................................................................................................
• Het apparaat en de adapter dienen zo geplaatst te worden, dat geen belemmering van ventilatie optreedt.
............................................................................................................
VOORZICHTIG
102d
• Gebruik deze TD-3 alleen met een Roland standaard. Het gebruik van andere standaards kan leiden tot instabiliteit en mogelijk letsel.
................................................................................................
102d
• Pak altijd alleen de plug of de behuizing van de adapter vast bij het in- of uitpluggen in het apparaat of een stopcontact.
................................................................................................
103b
• Haal met enige regelmaat de adapter uit het stopcontact, en reinig deze met een droge doek om zo alle stof en andere ophopingen uit de kieren te vegen. Verwijder ook de stekker uit het stopcontact als het apparaat lange tijd niet gebruikt gaat worden. Iedere vorm van stofophoping tussen de stekker en het stopcontact kan resulteren in slechte isolatie, en leiden tot brand.
................................................................................................
104
• Probeer te voorkomen, dat snoeren en kabels in de knoop raken. Ook dienen alle snoeren en kabels buiten het bereik van kinderen geplaatst te worden.
................................................................................................
106
• Klim nooit bovenop het apparaat, en plaats er geen zware dingen op.
............................................................................................................
107d
• Raak nooit de behuizing van de adapter of de stekkers met natte handen aan bij het in- of uitpluggen in een stopcontact of dit apparaat.
............................................................................................................
108b
• Maak, alvorens u het apparaat verplaatst, de
adapter en alle draden afkomstig van externe apparaten los.
............................................................................................................
109b
• Zet, voordat u het apparaat reinigt, de stroom uit
en haal de adapter uit het stopcontact (p. 13, p. 15).
............................................................................................................
110b
Haal de adapter uit het stopcontact als er onweer wordt verwacht bij u in de omgeving.
................................................................................................
118
• Mocht u schroeven bij het bevestigen van de drumstandaard verwijderen, zorg er dan voor dat u ze op een veilig plek legt, buiten het bereik van kinderen, zodat ze niet per ongeluk ingeslikt kunnen worden.
............................................................................................................
3
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
291a
Lees het volgende als aanvulling op de zaken genoemd onder “HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN” op pagina 2-3, en neem dit in acht:
Stroomvoorziening
• Sluit dit apparaat niet aan op een stopcontact, dat tevens gebruikt wordt voor een elektrische toepassing met een motor of wordt gevoed door middel van een omvormer (zoals een koelkast, wasmachine, magnetron of airconditioner). Afhankelijk van de wijze, waarop de elektrische toepassing wordt gebruikt, kan ontstane storing in de stroomvoorziening leiden tot het onjuist functioneren van dit apparaat of hoorbare ruis. Als het om praktische redenen niet mogelijk is gescheiden stopcontacten te gebruiken, sluit dan een storingsfilter aan tussen dit apparaat en het stopcontact.
• De adapter zal warm worden bij lange tijd aaneengesloten gebruik. Dit is normaal en biedt geen reden tot bezorgdheid.
• Schakel, alvorens dit apparaat met andere apparaten te verbinden, de stroom van alle apparaten uit. Dit helpt het onjuist functioneren en/of ontstaan van schade aan speakers of andere apparatuur voorkomen.
Plaatsing
• Gebruik van het apparaat in de buurt van eindversterkers (of andere apparatuur met grote transformatoren) kan leiden tot brommen. Verander, om dit probleem te verminderen, de opstelling van het apparaat of plaats het verder weg van de storingsbron.
• Dit apparaat kan op radio en televisie ontvangst storen. Gebruik dit apparaat niet in de nabijheid van dergelijke ontvangers.
• Er kan storingsgeluid ontstaan als draadloze communicatiemid­delen, zoals mobiele telefoons, worden gebruikt in de nabijheid van dit apparaat. Dergelijke storing kan optreden bij het opbouwen van een verbinding of tijdens een gesprek. Mocht u met zulke problemen te maken krijgen, verplaats dan dergelijke draadloze toestellen, zodat ze verder van het apparaat verwijderd zijn of schakel ze uit.
• Stel het apparaat niet bloot aan direct zonlicht, plaats het niet in de nabijheid van warmte producerende apparatuur, laat het niet staan in een afgesloten auto en stel het niet bloot aan extreme tempera­turen. Extreme hitte kan leiden tot vervorming en/of kleurveran­dering van het apparaat.
• Als het apparaat verplaatst wordt en het verschil in temperatuur en/of luchtvochtigheid tussen de ene en de andere plaats erg hoog is, kunnen waterdruppels in het apparaat ontstaan (condens­vorming). Schade en onjuist functioneren kunnen het gevolg zijn, als u het apparaat in deze conditie probeert te gebruiken. Laat het apparaat daarom enkele uren staan, totdat de condens volledig is verdampt, alvorens het in gebruik te nemen.
Onderhoud
• Veeg het apparaat voor dagelijkse reiniging af met een zachte, droge of licht-vochtige doek. Gebruik voor het verwijderen van hardnekkig vuil een doek voorzien van een mild, niet-schurend schoonmaakmiddel. Veeg nadien het apparaat grondig af met een zachte, droge doek.
• Gebruik nooit benzine, verdunnen, alcohol of welke vorm van oplosmiddelen ook, teneinde het optreden van vorm- en/of kleur­veranderingen van het apparaat te vermijden.
Reparaties en gegevens
• Houd er rekening mee, dat alle gegevens die zijn opgeslagen in het geheugen van het apparaat verloren kunnen gaan als het apparaat ter reparatie wordt aangeboden. Belangrijke gegevens dienen daarom altijd te worden opgeslagen in een ander MIDI apparaat (bijv. een sequencer) of op schrift te worden gesteld. Echter, in sommige gevallen (wanneer bijvoorbeeld geheugen gerelateerde systemen zelf defect zijn) zal het tot onze spijt niet mogelijk zijn de gegevens te herstellen. Roland erkent geen aansprakelijkheid voor een dergelijk verlies van gegevens.
Extra voorzorgsmaatregelen
• Houd er rekening mee dat de geheugeninhoud definitief verloren kan gaan als gevolg van onjuist functioneren of onjuist gebruik van het apparaat. Om uzelf te beschermen tegen het risico van verlies van belangrijke gegevens (die u heeft opgeslagen in het geheugen van dit apparaat), raden wij u aan regelmatig een backup te maken op een ander MIDI apparaat (bijv. een sequencer).
• Helaas is het soms niet mogelijk om eenmaal verloren gegevens te herstellen, die waren opgeslagen in het geheugen van dit apparaat of een ander MIDI apparaat (bijv. een sequencer). Roland Corpora­tions erkent geen aansprakelijkheid voor een dergelijk verlies van gegevens.
• Neem een zekere mate van voorzichtigheid in acht bij het bedienen van de knoppen, schuiven en andere regelaars op dit apparaat, en bij het gebruik van de jacks en pluggen. Ruw handelen kan leiden tot onjuist functioneren.
• Houd bij het aansluiten/verwijderen van kabels altijd de plug zelf vast. Trek nooit aan het draad. Op deze manier voorkomt u het ontstaan van kortsluiting of beschadigingen van de binnenzijde van de kabel.
• Probeer, ter voorkoming van overlast voor buren, het volume van het apparaat tot redelijke niveaus te beperken. U kunt ook gebruik maken van een koptelefoon, zodat u zich geen zorgen hoeft te maken om de buren (vooral ‘s avonds laat).
• Aangezien geluidstrillingen beter worden doorgegeven via vloeren en muren, dan men misschien zou verwachten, dient u te voorkomen dat dergelijk geluid overlast veroorzaakt. Hoewel de drum Pads en pedalen zo ontworpen zijn dat er zo min mogelijk bijgeluiden worden geproduceerd, hebben rubberen Heads de neiging meer geluid te produceren dan Mesh Heads. U kunt veel van het ongewenste geluid van de Pads effectief verminderen door over te stappen op Mesh Heads (apart verkrijgbaar).
• Als u het apparaat wilt vervoeren, verpak het dan, indien mogelijk, in de originele verpakking (inclusief vulsel). Anders dient u soort­gelijke verpakkingsmaterialen te gebruiken.
• Gebruik Roland kabels voor het tot stand brengen van de verbin­dingen. Neem, indien u gebruik maakt van een ander merk verbin­dingskabel, het volgende in acht.
• Sommige verbindingskabels bevatten weerstanden. Gebruik
geen kabels, die weerstanden bevatten, voor het tot stand brengen van een verbinding met dit apparaat. Het gebruik van dergelijke kabels kan een extreem laag of onhoorbaar volume­niveau tot gevolg hebben. Neem voor informatie omtrent kabel­specificaties contact op met de fabrikant van de kabel.
4
Inhoud
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN ... 2
BELANGRIJKE OPMERKINGEN ............................................. 4
Kenmerken ............................................................................... 8
Paneelbeschrijvingen.............................................................. 9
Bovenpaneel.......................................................................................................................... 9
Achterpaneel....................................................................................................................... 10
Side Panel ............................................................................................................................10
Het opbouwen van de uitrusting .......................................... 11
Het monteren van de TD-3 op de standaard .................................................................11
Het aansluiten van de Pads en pedalen.......................................................................... 12
Het aansluiten van een koptelefoon, audio apparatuur, versterkers
of soortgelijke apparatuur ................................................................................................13
De stroom aan/uit zetten.................................................................................................. 14
De stroom uitschakelen .........................................................................................15
Een drumuitrusting kiezen.................................................... 16
Horen hoe de verschillende uitrustingen klinken.........................................................17
Het bespelen van de drumuitrusting.................................... 18
Trigger inputs en Trigger mogelijkheden ......................................................................18
Het bespelen van de Pads................................................................................................. 19
Head en Rim slagen................................................................................................19
Cross stick op de snare Pad................................................................................... 20
Bekken bow slagen/rand slagen.......................................................................... 20
Bekken dempen.......................................................................................................20
Hi-hat bedieningspedaal................................................................................................... 21
Uw eigen drumuitrusting (drum kit) samenstellen ............. 22
Een drumuitrusting kiezen [DRUM KIT]....................................................................... 23
Geluiden selecteren [INST]............................................................................................... 24
Instrument Volume & Pan [LEVEL/PAN] ....................................................................25
Ambiance instellingen [AMBIENCE] .............................................................................26
Ambiance aan/uit schakelen ................................................................................26
Het type ambiance selecteren ...............................................................................26
Een drumuitrusting kopiëren [KIT COPY] ....................................................................27
Spelen met de metronoom (klik) .......................................... 28
De metronoom starten en stoppen [CLICK] ..................................................................28
Aanpassen van het tempo [TEMPO]............................................................................... 28
Het instellen van de maatsoort [BEAT] ..........................................................................29
Een type ritme selecteren [RHYTHM TYPE] .................................................................30
Het klikgeluid selecteren [CLICK INST] ........................................................................32
Het volume aanpassen [CLICK LEVEL] ........................................................................33
5
Inhoud
Spelen met een CD, tape of MD (via MIX IN Jack)............... 34
COACH Mode ......................................................................... 35
Instellingsprocedure.......................................................................................................... 35
Nauwkeurigheid en timing oefeningen .........................................................................36
Warming-up (ritmische Noten) ............................................................................ 36
Goed synchroon spelen met de beat (Time Check) ...........................................36
Stil tellen - inwendig timingsgevoel ontwikkelen .............................................37
Snelheidscontrole - 8 maten timing-nauwkeurigheidsproef............................ 37
Oefeningen voor het uithoudingsvermogen..................................................................38
Geleidelijk omhoog/omlaag – tempo versnelling/vertraging oefening .......38
Stapsgewijs omhoog/omlaag – tempo versnelling/vertraging in stappen... 38
Gesproken “aftellen”/visuele matenteller ..................................................................... 39
Aftellen en matenteller...........................................................................................39
Pad aanpassingen ................................................................. 40
Gevoeligheid van de Pad aanpassen [Pad SENS] .........................................................40
Het vermijden van resonantie (crosstalk) tussen Pads [XTALK CANCEL] .............41
Aanpassingen aan het hi-hat bedieningspedaal................. 42
Aanpassen van het hi-hat foot closed niveau ................................................................42
Fabrieksreset (De fabrieksinstellingen herstellen)............. 43
Over de Pads.......................................................................... 44
Trigger inputs en de Pads die u kunt gebruiken........................................................... 44
Trigger input functies ............................................................................................44
Over polariteitverwisseling................................................................................... 44
Combinaties van Pad en Trigger input ...............................................................45
De Pads bespelen ...............................................................................................................46
Head slagen en Rim slagen ...................................................................................46
Cross stick op de snare Pad................................................................................... 46
Bekken bow slag/rand slag/cup slag .................................................................47
Het bekken dempen ...............................................................................................47
Pad configuratie mogelijkheden........................................... 48
Drie toms en drie bekkens ................................................................................................48
Twee toms en vier bekkens ..............................................................................................49
Pad en Trigger instellingen................................................... 50
Het Pad type selecteren (Trigger type) ...........................................................................50
Gevoeligheid van de Pad aanpassen............................................................................... 52
De drempelwaarden van de Pads instellen (Threshold).............................................. 53
Hoe dynamiek bij het spelen het volume beïnvloedt (Velocity Curve).....................54
Het aanpassen van de Trigger signaal detectie tijd (Scan Time) ................................55
Het opsporen van Trigger signaal verzwakking en onjuiste Triggering
elimineren (Retrigger Cancel) ..........................................................................................56
Het vermijden van resonantie (crosstalk) tussen Pads (Crosstalk Cancel) ..............57
Het voorkomen van dubbele Triggering (Mask Time) ................................................58
Rim slag respons (Rim Sensitivity).................................................................................. 59
Rim/rand dynamische respons (Rim Gain)...................................................................59
6
MIDI instellingen .................................................................... 60
Over MIDI ........................................................................................................................... 60
MIDI connectoren................................................................................................... 60
MIDI nootnummer voor elke Pad [Note#].....................................................................60
Als u de TD-3 alleen als MIDI controller gebruikt (Local Control)............................ 62
Data opslaan op een extern MIDI apparaat (Bulk Dump)...........................................62
Data laden op de TD-3 ...........................................................................................63
MIDI gebruiken..................................................................................................................63
MIDI kanaal.............................................................................................................63
Program Changes Transmitting/Receiving .......................................................63
Bedieningswijzigingen gebruikmakend van het hi-hat
bedieningspedaal...................................................................................................63
Boodschappen voor het versturen van dempinformatie.................................. 63
Een externe sound module besturen met de TD-3 ............................................64
Opnemen op een externe sequencer ....................................................................64
De TD-3 gebruiken als sound module................................................................. 64
Problemen oplossen/foutmeldingen.................................... 65
Problemen oplossen........................................................................................................... 65
Geen geluid.............................................................................................................. 65
Geen geluid/laag volume van de op de MIX IN jack aangesloten bron........ 66
De drumuitrusting klinkt niet zoals bedoeld .....................................................66
De Pad klinkt niet zoals bedoeld..........................................................................66
Het geluid is vervormd.......................................................................................... 66
Bulk dump kan niet uitgevoerd worden............................................................. 66
Foutmeldingen ...................................................................................................................67
Inhoud
Drumkit lijst ............................................................................ 68
Drum instrumenten lijst......................................................... 69
MIDI Implementatie kaart....................................................... 70
Specificaties........................................................................... 71
Index........................................................................................ 72
7
Kenmerken
Bevat zorgvuldig geselecteerde geluiden voor alle muziekstijlen voor live optreden of oefening
32 Verschillende drum uitrustingen
U kunt direct met een druk op de knop met verscheidene drumuitrustingen beginnen te spelen. De uitrustingen zijn ontworpen om alle muziekstijlen te dekken.
114 Instrumenten
Creëer uw eigen, originele uitrustingen met behulp van de instrumentenlijst.
Expressie mogelijkheden
Het spelen van Rim slagen (p.19, p.46), bekken/hi-hat slagen (p.20, p.47) en gebruik maken van bekken/hi-hat demping (p.20, p.47)
Cross stick techniek is mogelijk (p.20, p.46)
Het hi-hat bedieningspedaal zorgt voor natuurlijk klinkende hi-hat prestaties (open, half-open, gesloten, Foot) (p.21)
Handige functies voor bij het oefenen
Ingebouwde metronoom (klik) voor gebruik bij het oefenen of bij optredens (p.28)
Ingebouwde intelligente “coach” functie zorgt voor plezier en uitdaging bij het oefenen (p.35)
De MIX IN jack biedt u de mogelijkheid om met een externe audio bron (CD, MD) te oefenen (p.34)
Uitbreidingsmogelijkheden en compatibiliteit
Sluit een combinatie aan tot 9 Pads, bekkens en kick Triggers (p.44)
Pads (PD-8, PD-6, PD-7, PD-9, PD-80, PD-80R, PD-100, PD-105, PD-120, PD-125) Bekkens (CY-8, CY-6, CY-12R/C, CY-12H, CY-14C, CY-15R) Kick Triggers (KD-8, KD-7, KD-80, KD-120) Akoestische Drum Triggers (RT-3T, RT-5S, RT-7K)
Te gebruiken als MIDI Sound Module en MIDI Controller. (p.64)
8
Paneelbeschrijvingen
Bovenpaneel
fig.front
12 543
6 7 8 9 10 11 12
1. Display
De display toont het nummer van de drumuitrusting, het tempo, de parameterinstellingen en andere dergelijke informatie.
2. Trigger indicators
De indicator van de bespeelde Pad licht op. Indien [EDIT] is ingedrukt, licht de indicator overeenkomstig
aan de geselecteerde parameter op.
3. Rim indicator
Deze Trigger indicator licht gelijktijdig op, wanneer u een Rim of rand slag maakt.
4. AMBIENCE knop
Schakelt de ambiance (omgeving galm) aan en uit (p.26).
5. CLICK knop
Schakelt de metronoom (klik) aan/uit.
6. DRUM KIT knop
Toont het nummer van de drumuitrusting.
7. INST knop
Toont het instrumentnummer van de bespeelde Pad.
8. LEVEL/PAN knop
Met een druk op deze knop wordt tussen level (volume) en pan (positie in het stereo veld-links/rechts) geschakeld.
9. TEMPO knop
Toont de tempo instellingen van de metronoom.
10. COACH knop
Schakelt de TD-3 in coach mode (p.35).
11. EDIT knop
Gebruik deze voor het instellen van de uitrustingsparameters (p.22), klikparameters (p.28) en Padparameters (p.40, p.50, p.60).
12. +/- knop
Deze knoppen worden voor het wijzigen van de instellingswaarden gebruikt.
9
Paneelbeschrijvingen
Achterpaneel
fig.rear
13 14 15
16171819
13. VOLUME knop
Voor het aanpassen van het volume van de TD-3 voor zowel de koptelefoon als de output jacks.
14. OUTPUT jacks (L (MONO), R)
Voor het aansluiten van de TD-3 op uw versterker of geluid systeem. Gebruik voor mono uitvoer de L/MONO jack (p.13).
15. Trigger INPUT jacks
Voor het aansluiten van Pads, bekkens en kick Triggers (optioneel of bij de uitrusting geleverd) (p.12). Kijk voor meer gedetailleerde informatie over de Trigger inputs bij Trigger inputs en Pads die u kunt gebruiken (p.44).
16. HH CTRL (Hi-hat control) jack
Side Panel
fig.side
20 2221
Voor het aansluiten van een optioneel FD-7/FD-6 of bij de TD-3 uitrusting geleverd FD-8 hi-hat bedieningspedaal (p.12).
17. MIX IN jack
Voor het aansluiten van een CD-speler, MD-speler, cassettedeck of andere audiobron (p.34). Geluid dat wordt ingevoerd via deze jack zal worden uitgevoerd via de OUTPUT jacks en de PHONES jack.
18. Adapter jack
Sluit de bijgeleverde adapter aan op deze ingang (p.13).
19. POWER schakelaar
Schakelt de stroom aan/uit (p.14).
20. Beveiligingsslot ( )
http://www.kensington.com/
21. MIDI pluggen (IN, OUT)
IN: Om vanuit een MIDI bron (sequencer, keyboard of ander
MIDI apparaat) op de TD-3 geluiden af te spelen of om gegevens te laden van een MIDI sequencer.
OUT: Om de TD-3 Pads te gebruiken om geluiden af te spelen van een externe MIDI sound module of om gegevens van de TD-3 in een MIDI sequencer op te slaan (p.60).
10
22. PHONES jack
Op deze jack kan een stereo koptelefoon worden aangesloten (p.13). Het aansluiten van een koptelefoon zal niet leiden tot verzwakking van de uitvoer via de OUTPUT jacks.
Het opbouwen van de uitrusting
Het monteren van de TD-3 op de standaard
1. Het monteren van de TD-3 op de standaard.
Maak de houder (bijgeleverd bij de optionele drumstandaard) vast aan de TD-3 door gebruik te maken van de schroeven in het bodempaneel. Verbind de houder zo, dat de plaatsing van het apparaat overeenkomt met de plaatsing in de illustratie.
Gebruik ALLEEN de bij de TD-3 geleverde 8mm schroeven (M5x8). Andere schroeven
kunnen schade aan het apparaat veroorzaken.
fig.P-001.e
smal
breed
Leg, als u het apparaat op z’n kop zet, onder de vier hoeken of aan weerszijden een stapeltje
kranten of tijdschriften, ter voorkoming van schade aan de knoppen en toetsen. Ook dient u
het apparaat zo te plaatsen, dat de knoppen en toetsen niet beschadigd zullen raken.
Wees, als u het apparaat op z’n kop zet, voorzichtig en voorkom dat het apparaat (om)valt
of wordt omgestoten.
2. Plaats de TD-3 met de houder op de drumstandaard (zoals de optionele MDS-3C). Zie de handleiding van
de standaard voor details bij het in elkaar zetten van de drumstandaard en het monteren van de TD-3.
De optionele APC-33 multifunctionele klem kan aan buizen met een doorsnede 10,5 mm-30
mm worden bevestigd, mocht u de TD-3 willen bevestigen aan een bekkenstandaard of iets
dergelijks.
11
Het opbouwen van de uitrusting
Het aansluiten van de Pads en pedalen
Sluit, met behulp van de bijgeleverde kabels, de Pads, bekken Pads, het hi-hat bedieningspedaal en de
kick Trigger aan.
Opstellingsvoorbeeld
fig.P-004.e
TRIGGER INPUT jacks
CRASH 1 CY-8
TOM 1
PD-8
TD-3
HH CTRL FD-8
Zie voor meer voorbeelden van mogelijke manieren om de TD-3 aan te sluiten “Pad
configuratie mogelijkheden” (p.48).
HI-HAT
PD-8
SNARE PD-8
KICK KD-8
RIDE CY-8
TOM 3 PD-8
12
Het opbouwen van de uitrusting
Het aansluiten van een koptelefoon, audio apparatuur, versterkers of soortgelijke apparatuur
fig.P-005.e
R
L
Jack aansluitingen
Stereo koptelefoon
Stereo tulpstekker
CD/MD speler, enz.
1. Schakel de stroom uit van alle apparaten, voordat u een verbinding tot stand brengt.
Zet, ter voorkoming van onjuist functioneren en/of schade aan speakers en andere
apparatuur, altijd het volume laag en de stroom uit van alle apparaten, voordat u een
verbinding tot stand brengt.
2. Verbind de OUTPUT L(MONO) en R jacks op het achterpaneel met uw audio systeem of versterker.
Koptelefoons dienen UITSLUITEND te worden aangesloten op de PHONES jack.
3. Sluit de bijgeleverde adapter aan op de adapter jack.
4. Steek de adapter in een stopcontact.
De MIX IN jack op de TD-3 maakt het mogelijk om met een CD of een andere audio bron
mee te spelen (p.34).
13
Het opbouwen van de uitrusting
De stroom aan/uit zetten
* Zet, als alles is aangesloten (p.12, p.13), de stroom aan van de verschillende apparaten in de voorgeschreven
volgorde. Door apparaten in de verkeerde volgorde aan te zetten, riskeert u het onjuist functioneren en/of
beschadigen van speakers en andere apparaten.
fig.P-006
1, 5
3
1. Draai de VOLUME knop op het achterpaneel van de TD-3 helemaal naar links om het volume op “0” te
zetten.
2. Zet het volume laag van de aangesloten versterker of audio-installatie.
3. Zet de POWER schakelaar in de “ON” stand om de stroom aan te zetten.
* Overtuig uzelf er altijd van, dat het volume laag staat, voordat u de stroom aanzet. Zelfs als het volume helemaal
laag staat, kan het voorkomen dat u enig geluid hoort als de stroom wordt aangezet. Dit is echter normaal en
duidt niet op onjuist functioneren.
Voorzorgsmaatregelen bij het aanzetten van de stroom
fig.P-007
Als de stroom is aangezet, verschijnt het
nummer van de drumuitrusting in het display.
Sla NIET op een van de Pads en trap NIET op
een van de pedalen , totdat [DRUM KIT] oplicht.
Dit kan namelijk tot Trigger problemen leiden.
14
4. Zet de stroom aan van de aangesloten versterker of audioinstallatie.
5. Draai, terwijl u op een van de Pads slaat, de VOLUME knop rustig naar rechts om het volumeniveau aan
te passen.
Geen geluid als u op de Pads slaat of de pedalen gebruikt?
• Controleer de volgende punten.
Bij het gebruik van een versterker of audioinstallatie
• Is de volume-instelling van de versterker of audioinstallatie correct?
• Zijn de TD-3 en de versterker of audioinstallatie correct aangesloten?
• Is er een probleem met een van de verbindingskabels?
• Zijn de Input instellingen van uw versterker of audio systeem correct?
Bij het gebruik van een koptelefoon
• Is de koptelefoon aangesloten op de PHONES jack?
De stroom uitschakelen
1. Zet het volume van de TD-3 en alle aangesloten externe apparaten helemaal laag.
2. Schakel de stroom uit van alle externe apparaten.
3. Zet de POWER schakelaar van de TD-3 in de “OFF” stand om de stroom uit te zetten.
Het opbouwen van de uitrusting
15
Een drumuitrusting kiezen
De TD-3 wordt met 32 vooraf ingestelde drumuitrustingen geleverd.
Voor een overzicht van de beschikbare drumuitrustingen, zie “Drum instrumenten lijst”
(p.69).
Iedere drumuitrusting kent zijn eigen instellingen: Pad/instrument parameters etc. Voor
details, zie p.22.
fig.P-019
12
1. Druk op [DRUM KIT].
[DRUM KIT] licht op en het nummer van de drumuitrusting verschijnt.
Sla op de Pads om de geluiden te horen.
2. Druk op [+] of [-] om een andere drumuitrusting te selecteren.
16
Een drumuitrusting kiezen
Horen hoe de verschillende uitrustingen klinken
U kunt een voorbeeld van het geluid van de op dat moment geselecteerde drumuitrusting beluisteren.
fig.01-003
1
1. Houd, als een drumuitrusting geselecteerd is, [DRUM KIT] ingedrukt en druk op [INST].
Het klankvoorbeeld van de uitrusting wordt herhaaldelijk afgespeeld (loop mode).
De Trigger of Rim indicator van de Pad, waarvan het geluid wordt afgespeeld, licht op.
* Het klankvoorbeeld van een uitrusting wordt altijd afgespeeld met een tempo van 94 (kwart Noten) beats per
minuut, onafhankelijk van de tempo instelling van de metronoom (p.28).
2. Druk op [DRUM KIT] om het afspelen van het klankvoorbeeld te stoppen.
U kunt op [+] en [-] drukken , terwijl het klankvoorbeeld wordt afgespeeld om andere
drumuitrustingen te selecteren. Druk op [AMBIENCE] om Ambiance (p.26) aan en uit te zetten.
Waarschuwing aangaande het volume
Draai, terwijl het klankvoorbeeld van de uitrusting wordt afgespeeld, de VOLUME knop naar links
(tegen de wijzers van de klok in) om het volumeniveau omlaag te brengen. Het geluidsniveau (volume)
van de instrumenten kan mogelijk harder zijn als het klankvoorbeeld wordt afgespeeld.
17
Het bespelen van de drumuitrusting
fig.Play-00
AMBIENCE
CLICK
INST TEMPO
• Door op [INST] te drukken, kunt u van instrument wisselen (p.24).
• Door op [AMBIENCE] te drukken, kunt u Ambiance aan en uit zetten (p.26).
• Door op [CLICK] (metronoom) te drukken, start u de metronoom (p.28).
• Druk op [TEMPO] om het tempo aan te passen (p.28).
Trigger inputs en Trigger mogelijkheden
fig.P-011.e
TOM 3
Head
RIDE
Bow
(Head)
Edge
(Rim)
TOM 2
Head
CRASH1CRASH2
Bow
(Head)
Edge (Rim)
SNARE
Head
Rim
TOM 1 KICK
Head
Bow
(Head)
Edge (Rim)
HI-HAT
Bow
(Head)
Edge (Rim)
Head
De volgende Trigger inputs maken het mogelijk
om zowel Rim slagen als cross stick te spelen op
de snare Pad, zowel rand slagen te spelen op het
bekken als te dempen en nog veel meer
technieken toe te passen.
De volgende Trigger inputs kunnen gebruikt
worden voor dubbele Trigger Pads/Triggers.
SNARE
HI-HAT
CRASH 1
CRASH 2
RIDE
18
Het bespelen van de Pads
Head en Rim slagen
Bij het bespelen van de snare
Head Shot
Head
Zorg ervoor, dat de snare Pad op de SNARE Trigger input jack is aangesloten.
Sommige instrumentnamen, bijvoorbeeld: “S1” voor het snare Head instrument en “S1r”
voor het Rim instrument, zijn soortgelijk, aangezien het de Head en Rim van dezelfde
drumstel betreft. (geluiden selecteren [INST] (p.24)).
Bij het bespelen van de hi-hat
Bow Shot
Rim Shot
Head
Rim
Edge Shot
Het bespelen van de drumuitrusting
fig.Play-01.e
Sla alleen op de Head om het geluid te laten klinken, dat
hoort bij deze Head.
Om een Rim slag te spelen dient u zowel de Head als de
Rim van de Pad gelijktijdig aan te slaan.
fig.Play-04.e
Slaan op de Head is net als slaan op de welving van de hi-
hat, en slaan op de Rim is net als slaan op de rand van de hi-
hat bekkens.
Head
Rim
Als u “H01” kiest als hi-hat bow (Head) instrument en “H02” als rand (Rim) instrument (of
“H03” als bow en “H04” als rand), dan zult u merken, dat ze bij dezelfde hi-hat horen
(geluiden selecteren [INST] (p.24)).
19
Het bespelen van de drumuitrusting
Cross stick op de snare Pad
fig.Play-02.e
Het cross stick geluid wordt soms ook wel “gesloten Rim slag” genoemd.
Zorg ervoor dat u, als u cross stick speelt op de PD-8, alleen de Rim
Rim
(buiten rand) van de Pad raakt. Het plaatsen van uw hand op de Head
(midden gedeelte) van de Pad kan ervoor zorgen dat het cross stick geluid
Rim
niet goed wordt gespeeld.
Zorg ervoor, dat de snare Pad op de SNARE Trigger input jack is aangesloten.
Kies, voor het spelen van een cross stick geluid, “S1r”, “S2r”, “S3r”, “S4r”, “S10” of “S11”
voor de Rim. Als u “S1r”, “S2r”, “S3r” of “S4r” als SNARE Rim instrument kiest, kunt u
zowel Rim shots als cross stick geluid laten klinken, afhankelijk van hoe u het instrument
bespeelt. (Geluiden selecteren [INST] (p.24))
PD-8
fig.Play-02a.e
U kunt ook eenvoudiger cross stick geluiden laten klinken op de PD-8 door
Rim
alleen de Rim krachtig te bespelen.
Bekken bow slagen/rand slagen
Bow slagen brengen het geluid voort, horend bij de Head, en rand slagen brengen het geluid voort,
horend bij de Rim.
fig.Play-03.e
Bow Shot Edge Shot
Bow
Als “rd1” of “rd4” geselecteerd is als RIDE bow (Head) instrument, kunt u kiezen tussen een bow slag en een cup slag, afhankelijk van uw speelsterkte (hoe hard u slaat). (Geluiden selecteren [INST] (p.24))
Edge
Bekken dempen
Knijpen in het Rim gedeelte van de Pad, vlak nadat erop geslagen is, maakt het mogelijk om het bekken
geluid te smoren of te dempen. Deze techniek wordt ook wel choking genoemd.
fig.P-017
20
Hi-hat bedieningspedaal
Met behulp van een hi-hat bedieningspedaal (FD-8, FD-7 of FD-6) kunt u het geluid van een open en
gesloten hi-hat regelen.
fig.P-018
Open hi-hat:
Bespeel de hi-hat zonder het pedaal in te drukken
Half open hi-hat:
FD-8
Het volume van het Foot Closed geluid kan apart worden aangepast (p.42).
• Sluit het hi-hat bedieningspedaal op de TD-3 aan, voordat u de stroom aanzet.
• Druk NIET op het pedaal , terwijl u de stroom aanzet.
Bespeel de hi-hat , terwijl u het pedaal half indrukt
Closed hi-hat:
Bespeel de hi-hat , terwijl u het pedaal indrukt
Foot Closed:
Druk het pedaal volledig in
Het bespelen van de drumuitrusting
21
Uw eigen drumuitrusting (drum kit) samenstellen
Drumuitrustingen
KIT instellingen bevat aan Pads/Rims toegeschreven geluiden, individueel niveau, pan,
ambiance type en MIDI noot #.
fig.01-001.e
Drum Kit #32
Drum Kit #1
Pad instellingen
HI-HAT
CRASH1
Bow
(Head)
Edge (Rim)
KICK
Head
Inst (Instrument), Level, Pan, MIDI nootnummer
Bow
(Head)
Edge (Rim)
SNARE
Head
Rim
CRASH2
Bow
(Head)
Edge (Rim)
TOM 1
Head
RIDE
Bow
(Head)
Edge (Rim)
TOM 2
Head
TOM 3
Head
Ambiance instellingen
Ambience Type
• Er zijn 32 drumuitrustingen
•U kunt ze naar eigen wens aanpassen
Het is altijd mogelijk drumuitrustingen naar de originele fabriek instellingen
terug te brengen. Zie daarvoor “Een drumuitrusting kopiëren [KIT COPY]”
(p.27).
22
Uw eigen drumuitrusting (drum kit) samenstellen
Een drumuitrusting kiezen [DRUM KIT]
Als u een andere drumuitrusting kiest, worden ook de Pad instellingen, ambiance, etc. gewijzigd.
De originele “drumuitrustingen lijst” is te vinden op p.68.
fig.P-019
12
1. Druk op [DRUM KIT].
[DRUM KIT] licht op, en het nummer van de drumuitrusting verschijnt.
2. Druk op [+] of [-] om een uitrusting te selecteren.
Door [+] ingedrukt te houden, en op [-] te drukken kunt u het nummer snel laten oplopen.
Door [-] ingedrukt te houden, en op [+] te drukken kunt u het nummer snel laten teruglopen.
DRUM KIT NUMMER: 1-32
23
Uw eigen drumuitrusting (drum kit) samenstellen
Geluiden selecteren [INST]
Hoe instrumenten (geluiden) kunnen worden toegeschreven aan verschillende Pads of pedalen.
Selecteer, bij het gebruik van Rim/rand-geschikte Pads, de aparte geluiden door of op de Head (bow in
het geval van een bekken Pad) of op de Rim (rand in het geval van een bekken Pad) te slaan.
Kijk voor de beschikbare instrumenten bij “Drum instrumenten lijst” (p.68).
fig.01-004
31
1. Druk op [INST].
[INST] knippert.
2. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op en het instrumentnummer verschijnt.
Als de Rim (rand) wordt bespeeld, licht de Rim indicator op.
3. Druk op [+] of [-] om een instrument te selecteren.
Door [+] ingedrukt te houden, en op [-] te drukken kunt u het nummer snel laten oplopen.
Door [-] ingedrukt te houden, en op [+] te drukken kunt u het nummer snel laten teruglopen.
4. Herhaal stap 2 en 3 om de instellingen voor andere Pads en pedalen te maken.
5. Druk, als u klaar bent, op [DRUM KIT]. Het [INST] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [INST] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
24
Uw eigen drumuitrusting (drum kit) samenstellen
Instrument Volume & Pan [LEVEL/PAN]
Ieder geluid in de uitrusting, dat is toegeschreven aan een Pad of pedaal, heeft eigen niveau (volume) en
pan (positie) instellingsmogelijkheden. Bij het gebruik van voor Rim en rand slagen geschikte Pads, kunt
u het niveau van de Head (of bow) en Rim (of rand) apart aanpassen.
De pan positie is echter gelijk voor de Head (bow) en Rim (rand).
fig.01-005a
31, 3
1. Druk op [LEVEL/PAN].
[LEVEL/PAN] knippert.
2. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op en de niveau of pan waarde verschijnt in het display.
Als de Rim (rand) wordt bespeeld, licht de Rim indicator op.
3. Druk op [LEVEL/PAN] en [+] of [-] om het niveau of de pan in de stellen.
De niveau en pan waarden wisselen in het display, telkens wanneer [LEVEL/PAN] wordt ingedrukt.
fig.01-005.e
Niveau
Wisselt telkens wanneer
[LEVEL/PAN] wordt ingedrukt
Door [+] ingedrukt te houden en op [-] te drukken, kunt u het nummer snel laten oplopen.
Door [-] ingedrukt te houden en op [+] te drukken, kunt u het nummer snel laten teruglopen.
(Bij gebruik van de bovengenoemde “snelle” methode, zal het pan nummer stoppen, zodra het “Ctr” is
bereikt)
NIVEAU: 0-15
PAN: L15 (links)-Ctr (midden)-r15 (rechts)
4. Herhaal stap 2 en 3 om de instellingen voor andere Pads en pedalen te maken.
5. Druk, als u klaar bent, op [DRUM KIT]. Het [LEVEL/PAN] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [LEVEL/PAN] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen
de gemaakte wijzigingen verloren gaan.
Pan
25
Uw eigen drumuitrusting (drum kit) samenstellen
Ambiance instellingen [AMBIENCE]
Ambience (15 types)
Er is een pakket van ambiance of “ruimte simulatie” effecten beschikbaar, voor iedere afzonderlijke
uitrusting. Kamers van verschillende omvang en zelfs een selectie “gecomprimeerde” types behoren tot
de keuzemogelijkheden.
Ambiance aan/uit schakelen
1. Druk op [AMBIENCE] om de functie aan of uit te zetten.
Als [AMBIENCE] oplicht: de ambiance staat aan
Als [AMBIENCE] niet oplicht: de ambiance staat uit
Ambiance aan/uit instellingen kunnen NIET voor afzonderlijke drumuitrustingen worden
opgeslagen.
Druk, indien u wilt dat de ambiance aan of uitstaat, telkens wanneer de stroom wordt
aangezet, op [DRUM KIT], terwijl ambiance aan of uitstaat.
Het type ambiance selecteren
De TD-3 beschikt over vijftien verschillende voorgeprogrammeerde ambiance instellingen. Ze worden
gelijkmatig toegepast op alle geluiden van de uitrusting.
Ambiance wordt tevens op de klik (metronoom) toegepast.
1. Druk op [EDIT].
[EDIT] knippert.
2. Druk een aantal keer op [EDIT] , totdat de AMBIANCE indicator oplicht.
Het ambiance type nummer verschijnt.
fig.01-006
Houd [EDIT] ingedrukt, en druk op [-] om de indicators in omgekeerde volgorde te doen
oplichten.
3. Druk op [+] of [-] om het ambiance type te selecteren.
Type Beschrijving
n 1, n 2, n 3 Natuurlijke kamergalm. b 1, b 2, b 3 Lichte, luchtige galm. d 1, d 2, d 3 Warme en zachte galm. c 1, c 2, c 3 Versterkte aanslag geeft het geluid meer pit.
Warme galm is eveneens toegevoegd.
C 1, C 2, C 3 Versterkte aanslag geeft het geluid meer pit.
Oppervlakkige kamergalm is eveneens toegevoegd.
4. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje dooft.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
Naarmate het nummer oploopt, ver­andert de kamergrootte, waardoor het effect duidelijker wordt.
Er wordt meer compressie toegepast naarmate het nummer oploopt, waar­door het geluid meer “pit” krijgt.
26
Uw eigen drumuitrusting (drum kit) samenstellen
Een drumuitrusting kopiëren [KIT COPY]
Alle onderdelen van een uitrusting kunnen gekopieerd worden: instrument, niveau, pan, ambiance, etc.
Met deze actie zullen alle instellingen van de op dat moment geselecteerde drumuitrusting
worden gewist. Controleer alles goed, voordat u deze functie toepast.
fig.01-006a
324 2, 5
1. Kies een drumuitrusting.
Deze uitrusting wordt de kopieerbestemming.
2. Houd [COACH] ingedrukt en druk op [EDIT].
“CPy” verschijnt en [EDIT] knippert snel. De geselecteerde uitrusting wordt de kopieerbron.
Druk op [+] of [-] om de als kopieerbron dienende drumuitrusting te selecteren.
Door [+] ingedrukt te houden en op [-] te drukken, kunt u het nummer snel laten oplopen.
Door [-] ingedrukt te houden en op [+] te drukken, kunt u het nummer snel laten teruglopen.
(De instellingswaarden stoppen met veranderen, zodra “P1” is bereikt.)
U1-U32: Drumuitrustingen
P1-P32: Fabrieksinstellingen drumuitrustingen
U kunt de Pads bespelen om de geluiden van de als kopieerbron dienende drumuitrusting te
beluisteren.
Er licht een punt (“.”) op achter het drum uitrustingsnummer als u de kopieerbestemming
selecteert als kopieerbron.
Drumuitrustingen, aangeduid met “P” als kopieerbron (P01-P32), zullen de originele fabriek
drum uitrustingen doen herstellen.
3. Druk op [DRUM KIT] om de actie te annuleren.
4. Houd [EDIT] ingedrukt om het kopiëren uit te voeren.
Als het kopiëren is voltooid, licht [DRUM KIT] op en het drum uitrustingsnummer verschijnt weer in het
scherm.
27
Spelen met de metronoom (klik)
De metronoom starten en stoppen [CLICK]
fig.01-010
1
1. Druk op [CLICK] om hem AAN en UIT te zetten.
[CLICK] licht op en het klikgeluid is hoorbaar.
Aanpassen van het tempo [TEMPO]
fig.01-010a
213
1. Druk op [TEMPO]
2. Druk op [+] of [-] teneinde het tempo met één BPM (beat per minuut) te doen toenemen of afnemen.
Door [+] ingedrukt te houden en op [-] te drukken, nemen de waarden een stap toe ten opzichte van de
huidige tempoinstelling.
Door [-] ingedrukt te houden en op [+] te drukken, nemen de waarden een stap af ten opzichte van de
huidige tempoinstelling.
TEMPO: 20-260
3. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT] om het drum uitrustingsnummer in het display terug te zien.
Schakel de stroom niet uit, voordat u naar het drum uitrusting nummer display bent
teruggekeerd. Anders zullen de gemaakte wijzigingen verloren gaan.
28
Het instellen van de maatsoort [BEAT]
fig.01-013
35 1, 2, 4
Spelen met de metronoom (klik)
1. Druk op [EDIT].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat de BEAT indicator oplicht.
Houd [EDIT] ingedrukt, en druk op [-] om de indicators in omgekeerde volgorde te doen
oplichten.
3. Druk op [+] of [-] om de maatsoort van de metronoom te wijzigen.
Display Beschrijving
* Druk op [CLICK] als u het metronoomgeluid wilt horen.
4. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
5. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT] om het drum uitrustingsnummer te tonen.
Schakel de stroom niet uit voordat u naar het drum uitrusting nummer display bent
teruggekeerd. Anders zullen de gemaakte wijzigingen verloren gaan.
Beschrijving mogelijke maatsoorten: van 1/4 tot 7/4. De eerste tel van iedere maat wordt geaccentueerd. De “0” instelling betekent geen maatsoort en geen geaccentueerde tel.
29
Spelen met de metronoom (klik)
Een type ritme selecteren [RHYTHM TYPE]
1. Druk op [EDIT].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat de RHYTHM TYPE indicator oplicht.
fig.01-014
Houd [EDIT] ingedrukt en druk op [-] om de indicators in omgekeerde volgorde te doen
oplichten.
3. Druk op [+] of [-] teneinde het type ritme te selecteren, waardoor de klik hoorbaar wordt.
Display Beschrijving Display Beschrijving
Hoorbaar op de maat.
(kwart noot) (8ste noot)
(8ste noot)
(8ste-noot triool)
(16de noot) (16de noot)
(halve noot) (
(8ste-noot triool)
(16de noot)
(16de-noot quintool)
(16de-noot heptool)
3-2 son clave 2-3 son clave
3-2 rumba clave 2-3 rumba clave
* Druk op [CLICK] als u het metronoomgeluid wilt horen.
4. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
5. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT] om het drum uitrustingsnummer te tonen.
Schakel de stroom niet uit voordat u naar het drum uitrustingsnummer display bent
teruggekeerd. Anders zullen de gemaakte wijzigingen verloren gaan.
(16de-noot triolen)
30
Spelen met de metronoom (klik)
Waar zijn de Claves?
Het standaard Clave patroon, wat de basis is van de meeste Latin ritmes, wordt
gekarakteriseerd door een basisbeat van twee 2/2de maten.
Er zijn vier typen Cubaanse Clave ritmes: 3-2 son Clave, 2-3 son Clave, 3-2 rumba Clave en 2-3
rumba Clave.
“Clave” is Spaans voor kern- of sleutelpunt. In beginsel werd ieder instrument, dat gebruikt
werd om de belangrijke noten, die essentieel waren voor een muziekstuk, te benadrukken
“Clave” genoemd. En zodoende werden de meeste met deze instrumenten gespeelde
basisritmes “Claves” genoemd.
Zet, indien u Claves als ritmetype kiest, het ritme (p.29) op “4” (4/4 maatsoort;
2/2 maat staat in de partituur).
31
Spelen met de metronoom (klik)
Het klikgeluid selecteren [CLICK INST]
1. Druk op [EDIT]
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat de CLICK INST indicator oplicht.
fig.01-012
Houd [EDIT] ingedrukt en druk op [-] om de indicators in omgekeerde volgorde te doen
oplichten.
3. Druk op [+] of [-] om het geluid voor de metronoomklik te kiezen.
No. Instrumenten Beschrijving
1 Metronoom Standaard zwaaimetronoom. 2 Beep Elektronische piep. 3 Electric Eenvoudige elektronische metronoom. 4 Sweep Elektronisch geluid dat gemakkelijk is op de vangen, zelfs in luid-
ruchtige omgevingen, zoals bij live slagwerk.
5 Zap Elektronisch geluid, zeer geschikt voor het spelen gedurende lange
periodes. 6 Pulse Strak, scherp geluid zonder galm of echo’s. 7 Cowbell Voegt langere echo’s toe aan het geluid; ook geschikt voor langzame
nummers. 8 Claves Te gebruiken bij het spelen van rumba, salsa en andere Latin ritmes ,met
Claves geselecteerd als ritme type (p.30). 9 Sticks Eenvoudig, natuurlijk stick geluid. 10 Voice Tellen met gebruikmaking van vocale en stick geluiden.
32
* Druk op [CLICK] als u het metronoomgeluid wilt horen.
4. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
5. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT] om het drumuitrustingsnummer te tonen.
Schakel de stroom niet uit voordat u naar het drumuitrustings-nummer display bent
teruggekeerd. Anders zullen de gemaakte wijzigingen verloren gaan.
• Het klikgeluid kan wegvallen bij sommige tempi of ritmetypes.
• Als “Voice” is geselecteerd en het ritmetype is ingesteld op “ ,” “ ,” “ ,” of “ ,”,
dan zal alleen het stickgeluid worden gespeeld.
Het volume aanpassen [CLICK LEVEL]
1. Druk op [EDIT].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat de CLICK LEVEL indicator oplicht.
fig.01-011
Houd [EDIT] ingedrukt, en druk op [-] om de indicators in omgekeerde volgorde te doen
oplichten.
3. Druk op [+] of [-] om het volume van de klik aan te passen.
CLICK LEVEL: 0-15
* Druk op [CLICK] als u het metronoomgeluid wilt horen.
4. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
5. Druk, als u klaar bent, op [DRUM KIT] om het drumuitrustingsnummer te tonen.
Schakel de stroom niet uit voordat u naar het drumuitrustings-nummer display bent
teruggekeerd. Anders zullen de gemaakte wijzigingen verloren gaan.
Spelen met de metronoom (klik)
33
Spelen met een CD, tape of MD
(via MIX IN Jack)
De TD-3’s MIX IN jack biedt u de mogelijkheid met verschillende externe audiobronnen mee te spelen.
1. Sluit alles aan zoals weergegeven in het volgende figuur.
fig.mix.e
Koptelefoon, audio apparatuur,
versterker, etc.
CD/MD speler, enz.
OUTPUT jack
Gebruik een plug, die past op het apparaat waar u naar wilt luisteren.
Stereo tulpstekker
MIX IN jack
TD-3
Zet, ter voorkoming van onjuist functioneren en/of schade aan speakers en andere
apparatuur, altijd het volume laag en de stroom uit van alle apparaten, voordat u een
verbinding tot stand brengt.
2. Als u de audiobron begint af te spelen, wordt het geluid via de OUTPUT jacks en de PHONES jack van de
TD-3 uitgestuurd.
Pas het volume van het afspeelapparaat aan, aan dat van het drumstel, en stel dan het
volume van koptelefoons of monitorspeakers in.
3. Nu kunt u samen drummen met het geluid via de MIX IN jack.
34
COACH Mode
De TD-3’s coach mode biedt een uniek pakket aan oefeningen, speciaal ontworpen om te helpen bij het
opbouwen van snelheid, nauwkeurigheid, uithoudingsvermogen en het ontwikkelen van een betere
timing. Werkend met de coach modes zult u ontdekken dat sommige oefeningen instelbare parameters
hebben, wat u de mogelijk biedt de functies aan uw specifieke wensen aan te passen.
Instellingsprocedure
fig.coach00
1, 2 3
4, 5
1. Druk op [COACH].
2. Druk een paar keer op [COACH] om de parameter te selecteren.
Display Parameter Oefening Pag.
Rhythmic Notes Oefening voor nauwkeurigheid en timing (4 varianten) p. 36
Time Check
Quiet Count
Speed Check
Gradual Up/Down Oefening voor uithoudingsvermogen (2 varianten) p. 38
Step Up/Down
Count In De puntjes op de “i” zetten bij wat u heeft geoefend p. 39
Houd [COACH] ingedrukt, en druk op [-] om de parameters in omgekeerde volgorde te
selecteren.
3. Druk op [+] of [-] om de gewenste variant te selecteren.
4. Druk op [CLICK] om de oefening te beginnen.
5. Druk nogmaals op [CLICK] om de oefening te beëindigen.
Het selecteren van de coach mode , terwijl de metronoom loopt, doet de metronoom
stoppen.
In de coach mode kunt u, voordat u op [CLICK] drukt, op [TEMPO] drukken om het tempo
te wijzigen. Pas het tempo aan met behulp van [+] of [-].
35
COACH Mode
Nauwkeurigheid en timing oefeningen
Warming-up (ritmische Noten)
Ritmische Noten is een sublieme warming-up oefening en bovendien een goede methode voor het leren van ritmische waarden van Noten. Na een intro van twee maten speelt de metronoom een serie van twee nootintervallen of beatpatronen. Deze worden gedurende twee maten gespeeld, voordat wordt verdergegaan met het volgende intervalniveau. De oefening start met halve Noten, loopt op tot 16de-noot triolen, en gaat dan weer terug naar halve Noten.
1. Druk in de coach mode op [COACH] , totdat “ ” verschijnt.
2. Druk op [+] of [-] om een variant te selecteren.
Start
: (standaard instelling)
Start
:
Start
:
3. Druk op [CLICK] om de oefening te starten.
4. Druk nogmaals op [CLICK] om de oefening te beëindigen.
U kunt het tempo met behulp van [+] of [-] tijdens de oefening aanpassen.
Goed synchroon spelen met de beat (Time Check)
Timing controle is bedoeld voor het ontwikkelen van een goede timing door middel van visueel gebruik van het display. Als u met de metronoom meespeelt, wordt uw prestatie vergeleken met de timing van de klik en het resultaat wordt weergegeven.
fig.coach02.e
Achter de beat (te langzaam)
Op de beat (perfecte timing)
Voor de beat (te snel)
1. Druk in de coach mode op [COACH] , totdat “ ” verschijnt.
2. Druk op [+] of [-] om het niveau te selecteren.
: Controleert de prestatie met behulp van relatief soepele timing. (standaard instelling) : Controleert de prestatie met behulp van meer exacte timing.
* Niet mogelijk met de hi-hat bediener, foot closed timing.
3. Druk op [CLICK] om de oefening te starten.
4. Druk nogmaals op [CLICK] om de oefening te beëindigen.
U kunt het tempo tijdens de oefening met behulp van [+] of [-] aanpassen.
36
Stil tellen - inwendig timingsgevoel ontwikkelen
Stil tellen is bedoeld voor het ontwikkelen van uw timingsgevoel. De klik speelt op een vast volumeniveau gedurende een cyclus van 1, 2, 3, 4, 6 of 8 maten en speelt daarna het zelfde aantal of 1 of 2, maten (zie hieronder) op een niveau dat nauwelijks hoorbaar is. Deze cyclus herhaalt zich , totdat u op [CLICK] drukt om te stoppen.
1. Druk in de coach mode op [COACH] , totdat “ ”” verschijnt.
2. Druk op [+] of [-] om een variant te selecteren.
: cyclus van 1 maat : cyclus van 3 maten plus 1 (stille) maat : cyclus van 2 maten : cyclus van 6 maten plus 2 (stille) maten : cyclus van 4 maten (standaard instelling) : cyclus van 8 maten
3. Druk op [CLICK] om de oefening te starten.
4. Druk nogmaals op [CLICK] om de oefening te beëindigen.
U kunt het tempo tijdens de oefening met behulp van [+] of [-] aanpassen.
Snelheidscontrole - 8 maten timing-nauwkeurigheidsproef
De snelheidscontrole mode komt tamelijk overeen met de timing controle mode (p.36), behalve dat u hier 8 maten synchroon met de metronoom moet spelen. Doet u dit correct, dat zal het tempo toenemen met 5 beats per minuut. Dit gaat zo door , totdat het maximale tempo van de klik is bereikt.
1. Druk in de coach mode op [COACH] , totdat “ ” verschijnt.
2. Druk op [+] of [-] om het niveau te selecteren.
: Controleert de prestatie met behulp van relatief soepele timing. (standaard instelling) : Controleert de prestatie met behulp van meer exacte timing.
* Niet mogelijk met de hi-hat bediener, foot closed timing.
3. Als er op [CLICK] gedrukt is, is er een intro van twee maten, voordat de snelheidscontrole begint.
4. De op de Pad gespeelde slagen worden vergeleken met de timing van de klik, en het resultaat wordt
weergegeven.
fig.coach02.e
Achter de beat (te langzaam)
COACH Mode
Op de beat (perfecte timing)
Voor de beat (te snel)
Als u goed speelt, geeft het display het volgende tempo knipperend weer (+5 BPM).
Doet u dit niet, dan knippert in het display tweemaal het huidige tempo.
* Het maximale tempo van de metronoom van de TD-3 bedraagt 260.
5. Druk nogmaals op [CLICK] om de oefening te beëindigen.
Druk op [+] of [-] om het huidige tempo weer te geven.
Wat is BPM?
BPM is een afkorting van “Beats Per Minuut” (het aantal kwartnoot slagen in een minuut). Het betekent tevens “tempo”.
37
COACH Mode
Oefeningen voor het uithoudingsvermogen
Geleidelijk omhoog/omlaag – tempo versnelling/vertraging oefening
De geleidelijk omhoog/omlaag mode is bedoeld om het uithoudingsvermogen bij het spelen te
verbeteren door de snelheid van de klik langzaam te laten toe- en afnemen. In deze mode neemt het
tempo van de klik toe met een beat per minuut (1BPM) na iedere twee beats (of één beat), totdat het
maximum tempo van de klik is bereikt. Nadat het maximum tempo is bereikt, neemt het tempo van de
klik af met een beat per minuut (1BPM) na iedere twee beats (of één beat). Dit gaat door , totdat het
starttempo van de klik weer is bereikt, en dan herhaalt het proces zich.
1. Druk in de coach mode op [COACH] , totdat “Gud” verschijnt.
2. Druk op [+] of [-] om een variant te selecteren.
: Het tempo neemt toe en/of af met 1BPM na iedere beat.
: Het tempo neemt toe en/of af met 1BPM na iedere twee beats. (standaard instelling)
3. Druk op [CLICK] om de oefening te beginnen.
4. Druk als u klaar bent nogmaals op [CLICK].
Als de klik gestart is, kunt u het gewenste maximum tempo instellen door op [-] te drukken
als het gewenste tempo is bereikt. Druk op [+] om het maximum tempo te wissen (standaard
waarde: 260).
Stapsgewijs omhoog/omlaag – tempo versnelling/vertraging in stappen
De stapsgewijs omhoog/omlaag mode toont overeenkomst met de geleidelijk omhoog/omlaag mode. Ze
is ook geschikt voor het ontwikkelen van uithoudingsvermogen en snelheid. De metronoom speelt acht
maten. Daarna versnelt het tempo in stappen (die u zelf bepaalt), totdat het maximum tempo wordt
bereikt. Dan vertraagt het tempo op dezelfde manier, totdat het begintempo weer wordt bereikt.
1. Druk in de coach mode op [COACH], totdat “ ” verschijnt.
2. Druk op [+] of [-] om een variant te selecteren.
: Het tempo neemt toe en/of af met 2 BPM na iedere acht maten. (standaard instelling)
: Het tempo neemt toe en/of af met 5 BPM na iedere acht maten.
: Na acht maten neemt het tempo toe en/of af, afhankelijk van het huidige tempo.
3. Druk op [CLICK] om de oefening te beëindigen.
4. Druk als u klaar bent nogmaals op [CLICK].
Als de klik gestart is, kunt u het gewenste maximum tempo instellen door op [-] te drukken
als het gewenste tempo is bereikt. Druk op [+] om het maximum tempo te wissen (standaard
waarde: 260).
38
Gesproken “aftellen”/visuele matenteller
Aftellen en matenteller
De coach mode bevat een “gesproken aftel” functie, die erg handig kan zijn bij het oefenen of zelfs bij
optredens.
Er is ook een visuele matenteller in het display van de TD-3 (1-999 maten).
De mogelijkheden worden hieronder uitgelegd:
1. Druk in de coach mode op [COACH] , totdat “ ” verschijnt.
2. Druk op [+] of [-] om een variant te selecteren.
OFF: De klik stopt met spelen als het aftellen is voltooid.
ON: De klik speelt door na het aftellen (waarbij het als klikinstrument ingestelde geluid wordt gebruikt).
(standaard instelling)
3. Druk op [CLICK] om de oefening te beginnen.
4. Druk als u klaar bent nogmaals op [CLICK].
Voor het coach aftellen wordt altijd de gesproken vorm gebruikt, onafhankelijk van het
ingestelde klik geluid.
COACH Mode
U kunt tijdens de oefening het tempo aanpassen met behulp van [+] of [-].
39
Pad aanpassingen
Gevoeligheid van de Pad aanpassen [Pad SENS]
U kunt de gevoeligheid van de Pads aanpassen aan uw persoonlijke speelstijl. Dit biedt de mogelijkheid
meer dynamische controle te hebben over het geluidsvolume, gebaseerd op hoe hard u speelt.
De gevoeligheidsinstellingen van iedere Pad worden automatisch ingesteld op de meest
efficiënte waarden als u het Trigger type (p.50) selecteert. Pas aan indien nodig.
1. Druk op [EDIT]
[EDIT] knippert
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat de Pad SENS indicator oplicht.
De Pad SENS waarde wordt weergegeven.
fig.P-010
Houd [EDIT] ingedrukt, en druk op [-] om de indicators in omgekeerde volgorde te doen
oplichten.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht een ogenblik op.
4. Druk op [+] of [-] om de gevoeligheid van de Pad aan te passen.
Een hogere gevoeligheid maakt dat de Pad een groter volume produceert, zelfs als deze zacht wordt
bespeeld.
Een lagere gevoeligheid maakt dat de Pad een kleiner volume produceert, zelfs als deze hard wordt
bespeeld.
Stel de snelheid in op een waarde van 127 als u de Pad maximaal hard bespeelt.
PAD SENS: 1–16
Slagkracht
hard
zacht
5. Herhaal stap 3 en 4 om andere noodzakelijke aanpassingen in de Padgevoeligheid te maken.
6. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
7. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
Snelheid
127
100–126
75–99
50–74
25–49
1–24
fig.P-010a.e
De kracht, waarmee u op de Pad slaat (snelheid) wordt in het display
weergegeven op een zes-stappen-schaal.
40
Pad aanpassingen
Het vermijden van resonantie (crosstalk) tussen Pads [XTALK CANCEL]
Als twee Pads op dezelfde standaard gemonteerd zijn, kan het slaan op de ene Pad, de andere Pad
ongewenst doen klinken (dit heet crosstalk). Vermijd dit door crosstalk cancel toe te passen op de Pad,
die ongewenst klinkt.
IIn sommige gevallen kunt u resonantie tussen twee Pads voorkomen door ze verder uit
elkaar te plaatsen.
U kunt resonantie niet voorkomen tussen Pads, die zijn aangesloten op verschillende drum
sound modules. Plaats ze in dat geval ver uit elkaar of op verschillende standaards.
1. Druk op [EDIT]
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat de XTALK CANCEL indicator oplicht.
De XTALK CANCEL waarde wordt weergegeven.
fig.01-007
Houd [EDIT] ingedrukt, en druk op [-] om de indicators in omgekeerde volgorde te doen
oplichten.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht een ogenblik op.
Resonantie voorbeeld: U slaat op de snare Pad en het hi-hat bekken klinkt ook
Verhoog de “Xtalk Cancel (crosstalk eliminatie)” van de Pad, die als hi-hat dient. De hi-hat Pad zal
minder geneigd zijn om te resoneren met andere Pads.
4. Druk op [+] of [-] om de waarde aan te passen.
Als de waarde te hoog wordt ingesteld, en twee Pads worden tegelijk bespeeld, kan het gebeuren dat de
zachter bespeelde Pad niet klinkt. Wees voorzichtig, en stel deze parameter op een zo laag mogelijke
waarde in, die volstaat om resonantie te voorkomen.
Bij een “OFF” instelling zal crosstalk eliminatie niet werken.
XTALK CANCEL: OFF, 20, 25, 30, 35, 40, 45, 50, 55, 60, 65, 70, 75, 80
5. Bespeel de Pad om de instelling te controleren.
6. Herhaal stap 3-5 , totdat de resonantie niet meer optreedt.
7. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
8. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
Zie “Pad en Trigger instellingen”(p.50) als u meer, fijnere Padinstellingen wilt maken.
41
Aanpassingen aan het hi-hat bedieningspedaal
Aanpassen van het hi-hat foot closed niveau
Het volume van het geluid dat klinkt als het hi-hat pedaal wordt ingetrapt, kan worden aangepast.
fig.Pedal-01
1
23 1
1. Zorg ervoor dat POWER op OFF staat. Houd vervolgens [LEVEL/PAN] ingedrukt en zet de stroom aan.
“Pedal Modify” verschijnt in het scroll display. Het foot closed niveau wordt vervolgens weergegeven en
[LEVEL/PAN] knippert.
2. Druk op [+] of [-] om het foot closed niveau aan te passen.
Waarde: 0-15
(standaard waarde: 10)
Volg, voor het aanpassen van het hi-hat volume in het ALGEMEEN, de instructies bij
“Instrument volume & pan [LEVEL/PAN]”(p.25).
3. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [LEVEL/PAN] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [LEVEL/PAN] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen
de gemaakte wijzigingen verloren gaan.
42
Fabrieksreset
(De fabrieksinstellingen herstellen)
Dit brengt de TD-3 terug naar de originele fabrieksinstellingen.
POWER moet op OFF staan, voordat dit proces gestart wordt.
Dit zal alle instellingswijzigingen van de TD-3 ongedaan maken. Gebruik, om deze data te
bewaren, de “Bulk dump” functie en ze op een extern MIDI apparaat op te slaan. (p.62)
fig.Reset-01
1
3
1. Zet de stroom aan , terwijl u [+] en [-] ingedrukt houdt.
De volgende informatie verschijnt in het display, en [DRUM KIT] knippert snel.
fig.rSt
* Schakel de stroom uit om fabrieksreset te annuleren.
2. Druk op [+] of [-] om de instellingen te selecteren, die moeten worden hersteld.
: Algehele fabrieksreset.
: Herstelt alleen drum kit instellingen.
3. Houd [DRUM KIT] lang ingedrukt om de fabrieksreset uit te voeren.
Schakel de stroom NIET uit tijdens het fabrieksreset proces. Dit kan het interne geheugen
van de TD-3 beschadigen.
1, 2
43
Over de Pads
Trigger inputs en de Pads die u kunt gebruiken
De TD-3 is compatible met al Rolands eerdere Pads, kick Triggers, etc. Problemen tussen Pads en Trigger
inputs kunnen echter voorkomen. Vergeet daarom niet de tabel op p.45 te controleren, zodat alle
instellingen correct zijn.
Wat is een Trigger?
Als een Pad wordt bespeeld, worden signalen, veroorzaakt door de trillingen, naar de TD-3 of een andere sound module gestuurd. Dit worden “Trigger signalen” genoemd. Trigger input jacks op het achterpaneel ontvangen deze Trigger signalen, en de Trigger indicators (p.9) op het bovenpaneel lichten op als de signalen door de TD-3 ontvangen worden.
Trigger input functies
Het volgende geeft de Head/Rim of alleen Head Trigger input mogelijkheden weer.
fig.P-011.e
TOM 3
Head
TOM 2
Head
TOM 1 KICK
Head
SNARE
Head
Rim
Head
RIDE
Bow
(Head)
Edge
(Rim)
(Head)
Edge (Rim)
Bow
CRASH1CRASH2
(Head)
Over polariteitverwisseling
fig.P-003
POLARITEIT
+
Als u een PD-7, PD-9 of KD-7 gebruikt, dient de polariteitschakelaar van de Pad in de “-(Roland)” stand te
staan. Kijk voor meer gedetailleerde informatie in uw PD-7, PD-9 of KD-7 gebruiksaanwijzing.
44
- (Roland)
Bow
Edge (Rim)
HI-HAT
Bow
(Head)
Edge (Rim)
Combinaties van Pad en Trigger input
Gebruik, om optimaal gebruik te maken van de mogelijkheden van de TD-3 en uw Pads, vooral de
volgende tabel voor het selecteren van Pads, die het beste aansluiten op uw wensen.
fig.P-012.e
KICK SNARE HI-HATTOM 1 TOM 2 TOM 3 CRASH1CRASH2 RIDE
*1
Head
Head
Head
Head
Head
Head
Rim, Choke
Head
Rim, Choke
Head
Head
Rim
Head
Head
Rim
Head
Rim
Head (Bow)
Rim (Edge),
Choke
Head (Bow)
Rim (Edge),
Choke
Head (Bow)
Rim (Edge),
Choke
Head (Bow)
Rim (Edge),
Choke
Head (Bow)
Rim (Edge/
Bell), Choke
KD-7
KD-8
KD-80
Kick TriggerPadCymbal
KD-120
PD-6
PD-7 PD-9
PD-8
PD-80
PD-80R
PD-100
PD-105
PD-120
PD-125
CY-6
CY-8
CY-12H
CY-14C
CY-12R/C
CY-15R
o: kan gebruikt worden.
x: kan niet gebruikt worden.
Slash: Deze Trigger inputs herkennen geen Rim Trigger signalen.
*1: Met de CY-12R/C en CY-15R kunt u zowel rand slagen als cup slagen dempen en spelen. Zie p.41 of kijk
in de gebruiksaanwijzing van de CY-12R/C of CY-15R.
OO OOOO O O O
OO OOOO O O O
OO OOOO O O O
OO OOOO O O O
OO OOOO O O O
OO OOOO O O O
OO OOOO O O O
OOOOO
OO OOOO O O O
OOOOO
OO OOOO O O O
OO OOOO O O O
OXXXX
OO OOOO O O O
OO OOOO O O O
OXXXX
OO OOOO O O O
OXXXX
OO OOOO O O O
OOOOO
OO OOOO O O O
OOOOO
OO OOOO O O O
OOOOO
OO OOOO O O O
OOOOO
OO OOOO O O O
OOOOO
Over de Pads
Trigger Input Jack
45
Over de Pads
De Pads bespelen
Head slagen en Rim slagen
Sla om een Head slag te spelen, alleen op de Head.
Sla om een Rim slag te spelen, gelijktijdig op de Head en de Rim van de Pad.
Head en Rim slagen zijn mogelijk met de volgende Pads:
PD-7, PD-8, PD-9, PD-80R, PD-105, PD-120, PD-125.
Met de volgende Pads zijn alleen Head slagen mogelijk:
PD-6, PD-80, PD-100.
fig.P-014.e
Head slag
Rand slag
Head
Verbind, indien u Rim slagen wilt maken op de PD-80R, PD-105, PD-120 of PD-125, de Pad
met de SNARE Trigger input jack door middel van een STEREO kabel.
Sommige instrumenten, bijvoorbeeld: “S1” als snare Head instrument en “S1r” als Rim
instrument, worden feitelijk “gekoppeld” als zijnde de Head en Rim van dezelfde drum.
( Geluiden selecteren [INST] (p.24))
Head
Cross stick op de snare Pad
fig.P-015.e
Het cross stick geluid wordt soms ook wel “gesloten Rim slag” genoemd.
Als u cross stick speelt, wordt alleen het Rim instrument bespeeld.
Rim
Zorg ervoor dat u, als u de PD-80R, PD105, PD-120 of PD-125 gebruikt om
cross stick te spelen, uitsluitend de Rim (buiten rand) van de Pad raakt.
Rim
Verbind om cross stick te spelen op de PD-80R, PD-105, PD-120 of PD-125, de Pad met de
SNARE Trigger input jack door middel van een STEREO kabel.
Schrijf om een cross stick geluid te spelen, “S1r”, “S2r”, “S3r”, “S4r”, “S10” of “S11” toe aan
de Rim. Door ofwel “S1r”, “S2r”, “S3r”of “S4r” als SNARE Rim instrument te selecteren,
kunt u zowel Rim slagen als het cross stick geluid spelen, afhankelijk van uw speelstijl.
(Geluiden selecteren [INST] (p.24))
Het plaatsen van uw hand op de Head (midden gedeelte) van de Pad kan
ertoe leiden, dat het cross stick geluid niet goed wordt weergegeven.
Head
Rand
Head
Rand
46
Bekken bow slag/rand slag/cup slag
Bow slagen produceren het geluid, dat hoort bij de Head. Rand slagen produceren het geluid, dat hoort
bij de Rim.
De volgende Pads kunnen bow slagen en rand slagen produceren:
CY-6, CY-8, CY-12H, CY-14C.
De volgende Pads kunnen bow slagen en rand of cup slagen produceren:
CY-12R/C, CY-15R.
Cup slagen worden gespeeld door de cup wat harder te raken met de schouder van de stok.
fig.P-016.e
Bow slag
Rand slag
Over de Pads
Cup slag
Bow
Gebruik voor het spelen van rand slagen op de CY-12R/C of CY-15R, de BOW/rand
uitgang. Gebruik voor cup slagen de BOW/BELL uitgang.
Selecteer, voor het maken van cup slagen met de CY-12R/C of CY-15R, “rd2”of “rd5” als
cup instrument.
Het bekken dempen
Door in het Rim gedeelte van de Pad te knijpen, net nadat u erop heeft geslagen, kunt u het geluid
dempen of smoren. Deze techniek staat bekend als dempen.
fig.P-017
Cup
Rand
CY-15RCY-6
Met “rd1” of “rd4” geselecteerd als RIDE bow (Head) instrument, kunt u
kiezen tussen het bow slag geluid of het cup slag geluid, afhankelijk van uw
speelsterkte (hoe hard u slaat). ( Geluiden selecteren [INST] (p.24))
47
Pad configuratie mogelijkheden
Drie toms en drie bekkens
TD-3 kit met een PD-80R, CY-8 (+ 1 MDY-10U)
fig.Expand-1.e
TRIGGER INPUT jacks
CRASH 1 CY-8
CRASH 2
CY-8
TOM 1
TD-3
HH CTRL FD-8
Deze opstelling toont een TD-3 kit met daarbij een PD-80R, CY-8 (+ 1 MDY-10U).
De PD-80R dient als snare en de PD-8, die als snare gebruikt werd, is nu een tom.
HI-HAT
PD-8
PD-8
SNARE
PD-80R
TOM 2 PD-8
KICK KD-8
RIDE CY-8
TOM 3 PD-8
48
Twee toms en vier bekkens
TD-3 kit met twee CY-8en (+ 2 MDY-10Us)
fig.Expand-2.e
TRIGGER INPUT jacks
CRASH1 CY-8
TD-3
HI-HAT
PD-8
(CRASH3)
TOM 1 PD-8
CY-8
Pad configuratie mogelijkheden
CRASH2 CY-8
RIDE
CY-8
SNARE PD-8
KICK KD-8
HH CTRL FD-8
Deze opstelling toont een TD-3 kit met twee CY-8en (+ 2 MDY-10Us) voor een totaal van vier bekkens.
Het aansluiten van bekken Pads op de TOM1-3 Trigger input jacks maakt het mogelijk vier of meer
bekkens te gebruiken.
U kunt vier toms gebruiken door een Pad op de TOM1-3 en/of CRASH2/CRASH1 Trigger
input jack aan te sluiten.
Stel de Trigger in voor elke Trigger input, zodat deze met de gebruikte Pad of bekken
overeenkomt (p.50).
TOM 3 PD-8
49
Pad en Trigger instellingen
U kunt voor de Pads meer geavanceerde instellingen maken.
De Trigger parameters voor elke Pad (behalve de Xtalk Cancel) worden automatisch op de meest
efficiënte waarde ingesteld, als u het Trigger type selecteert. Maak instellingen voor de parameters indien
nodig. Hier volgt een overzicht van de Trigger parameters.
Parameter Display Page
Trigger Type p. 50
Pad Sensitivity p. 52 (p. 40)
Threshold p. 53
Velocity Curve p. 54
Scan Time p. 55
Retrigger Cancel p. 56
Crosstalk Cancel p. 57 (p. 41)
Mask Time p. 58
Rim Sensitivity p. 59
Rim Gain p. 59
Het Pad type selecteren (Trigger type)
Selecteer het Trigger type (het gebruikte type Pad) om er zeker van te zijn, dat de TD-3 op juiste wijze
signalen van de Pads ontvangt.
Stel elke Trigger input in, zoals hieronder staat beschreven.
De optimale instellingen voor de TD-3 kit zijn in de fabrieksinstellingen van de TD-3 toegepast.
Wat is een Trigger type?
Een Trigger type is een verzameling Triggerinstellingenm waarvan de waarden zijn geoptimali-
seerd voor een bepaalde Pad. Als u een Trigger type selecteert voor een aangesloten Pad, wordt
iedere parameter ingesteld op de meest geschikte waarde voor deze Pad, zodat u deze zonder
problemen te ondervinden met de instellingen kunt bespelen. Alleen wanneer factoren,
onverwant aan de keuze van het juiste Trigger type, u belemmeren bij het behalen van goede
resultaten, dient u de afzonderlijke parameters voor de Pad nauwkeurig in te stellen.
50
6
317
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] knippert.
2. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
3. Druk op [+] of [-] om een Trigger type te selecteren.
Pad Waarde (Display)
PD-8 PD-6, PD-7, PD-9 PD-80, PD-80R, PD-100
PD-120
PD-105, PD-125
KD-8
KD-7, KD-80, KD-120
CY-8
CY-6, CY-12R/C, CY-12H, CY-14C, CY-15R
RT-7K
RT-5S
RT-3T
* De RT-7K, RT-5S en RT-3T zijn Roland akoestische drum Triggers.
Pad en Trigger instellingen
4. Herhaal stap 2-3 om het Trigger type voor elke Pad in te stellen.
Deze instelling is zowel van toepassing op de Rim als de Head.
5. Bespeel de Pads en trap op de pedalen om het volgende te controleren.
• Wordt er geluid weergegeven van alle Pads en pedalen?
• Wordt voor elke Pad het juiste instrument weergegeven?
Controleer, indien niet het juiste geluid wordt weergegeven, nogmaals de Pad instellingen, en kijk bij
“Problemen oplossen” (p.65).
6. Druk om andere instellingen te maken op [EDIT] om zo een andere Trigger parameter te selecteren.
7. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
De “Xtalk Cancel” (crosstalk eliminatie) waarde verandert niet als het Trigger type wordt
gewijzigd. Pas dit, indien nodig, aan in overeenstemming met de Pad en de
speelomstandigheden (p.57).
51
Pad en Trigger instellingen
Gevoeligheid van de Pad aanpassen
U kunt de gevoeligheid van de Pads aan uw persoonlijke speelstijl aanpassen.
Dit maakt het mogelijk om meer dynamische controle over het geluidsvolume te hebben, afhankelijk van
hoe hard u speelt.
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat “ ” verschijnt.
“” verschijnt in het display, vervolgens wordt de Pad gevoeligheidswaarde weergegeven.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
4. Druk op [+] of [-] om de gevoeligheid van de Pad aan te passen.
Pad gevoeligheid: 1-16
Een hogere gevoeligheid maakt, dat de Pad een groot volume produceert, zelfs als deze zacht wordt
bespeeld.
Een lagere gevoeligheid maakt, dat de Pad een klein volume produceert, zelfs als deze hard wordt
bespeeld.
De kracht, waarmee u op de Pad slaat (snelheid), wordt in het display weergegeven op een zes-stappen-
schaal.
Stel de snelheid op een waarde van 127 in als u de Pad maximaal hard bespeelt.
fig.P-010a.e
Slagkracht
Snelheid
hard
zacht
5. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
6. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
U kunt de instellingen ook met behulp van de procedure op p.40 maken.
127
100–126
75–99
50–74
25–49
1–24
52
Pad en Trigger instellingen
De drempelwaarden van de Pads instellen (Threshold)
Deze optie maakt het mogelijk, dat een Triggersignaal alleen wordt ontvangen als het signaal van de Pad
boven een vastgesteld sterkteniveau komt. Dit kan worden gebruikt om te voorkomen, dat een Pad klinkt
door trillingen van andere Pads.
In het voorbeeld hieronder zal B klinken, maar A en C zijn niet hoorbaar.
fig.threshold.e
Threshold
CBA
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat“ ” verschijnt.
“” verschijnt in het display, vervolgens wordt de threshold waarde weergegeven.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
4. Druk op [+] of [-] om de drempelwaarde in te stellen.
Threshold: 0-15
Indien ingesteld op een hogere waarde, zal er geen geluid geproduceerd worden als de Pad zacht
bespeeld wordt.
Verhoog de “threshold” waarde geleidelijk , terwijl u de Pad bespeelt. Controleer dit, en maak
desgewenst aanpassingen. Herhaal dit proces , totdat u de perfecte instelling voor uw speelstijl heeft
gevonden.
5. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
6. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
53
Pad en Trigger instellingen
Hoe dynamiek bij het spelen het volume beïnvloedt (Velocity Curve)
Deze optie maakt het mogelijk om de relatie tussen speelsnelheid (slagkracht) en volume te regelen. Pas deze curve aan , totdat de respons zo natuurlijk mogelijk aanvoelt.
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat “ ” verschijnt.
“” verschijnt in het display, vervolgens wordt de snelheidscurve weergegeven.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
4. Druk op [+] of [-] om de curve aan te passen.
Snelheidscurve
fig.VeloC-LINEAR.e
LINEAR ( )
De standaard instelling. Dit zorgt voor de meest
natuurlijke relatie tussen speeldynamiek en
volumeverandering.
fig.VeloC-EP.e
EXPONENTIEEL 1, EXPONENTIEEL 2 ( )
Vergeleken met LINEAIR veroorzaakt een sterke
dynamiek een grotere verandering.
Volume
Slagkracht
LINEAIR
Volume Volume
fig.VeloC-LOG.e
LOG1, LOG2 ( )
Volume Volume
Vergeleken met LINEAIR wordt een grotere verandering
bereikt bij zacht spelen.
fig.VeloC-SPLINE.e
SPLINE ( )
Volume
Extreme veranderingen worden bereikt als reactie op
speeldynamiek.
fig.VeloC-LOUD.e
LOUD1, LOUD2 ( )
Volume Volume
Heel weinig dynamische respons, wat het makkelijk
maakt sterke volumeniveau’s te handhaven. Bij het
gebruik van drum Triggers helpen deze instellingen bij
het handhaven van stabiele niveau’s.
5. Druk op [EDIT] om met het maken van andere
instellingen verder te gaan.
6. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
EXPONENTIEEL 2EXPONENTIEEL 1
Slagkracht
Slagkracht
LOG2LOG1
Slagkracht
SPLINE
Slagkracht
LOUD2LOUD1
54
Pad en Trigger instellingen
Het aanpassen van de Trigger signaal detectie tijd (Scan Time)
Aangezien de oplooptijd van het golfpatroon van het Trigger signaal enigszins kan verschillen,
afhankelijk van de eigenschappen van iedere Pad of akoestische drum Trigger (drum pickup), kan het
voorkomen dat gelijke slagen (snelheid) geluid produceren met een verschillend volume. Mocht dit het
geval zijn, dan kunt u de “SCAN TIJD” aanpassen , zodat uw manier van spelen preciezer wordt
opgepakt.
Hoe hoger de ingestelde waarde, des te langer het duurt, voordat het geluid wordt weergegeven.
fig.scan time1.e
Scan tijd
Tijd
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat “ ”verschijnt.
”verschijnt in het display, en de scan tijd waarde wordt weergegeven.
3. Sla op de Pad die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
4. Druk op [+] of [-] om de scan tijd aan te passen.
Scan tijd: 0-4.0 ms (in stappen van 0.1 ms)
De instellingen maken
Verhoog, terwijl u herhaaldelijk met een constante kracht op de Pad slaat, de scan tijd waarde geleidelijk
vanaf 0msec, totdat het resulterende volume stabiliseert op het luidste niveau. Probeer in deze instelling
zowel zachte als harde slagen uit, en overtuig uzelf ervan dat het volume op juiste wijze verandert.
De kracht, waarmee u op de Pad slaat (snelheid), wordt in het display weergegeven op een zes-stappen-
schaal.
Stel de snelheid in op een waarde van 127 als u de Pad maximaal hard bespeelt.
fig.scan time2.e
Slagkracht
hard
zacht
5. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
6. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
Snelheid
127
100–126
75–99
50–74
25–49
1–24
55
Pad en Trigger instellingen
Het opsporen van Trigger signaal verzwakking en onjuiste Triggering elimineren (Retrigger Cancel)
Dit is belangrijk als u akoestische drum Triggers gebruikt. Zulke Triggers kunnen anders gevormde
golfpatronen produceren, wat onbedoelde klanken kan veroorzaken, zoals bij punt A in het volgende
figuur.
fig.retrigger.e
A
Tijd
Dit treedt vooral op in het teruglopende deel van het golfpatroon. ReTrigger eliminatie spoort zulke
verstoringen op, en voorkomt het optreden van reTriggering.
Hoewel het instellen op een hoge waarde reTriggering voorkomt, maakt het dat geluiden sneller
wegvallen als de drums snel worden bespeeld (roffel, etc.). Kies daarom voor de laagst mogelijke waarde,
waarbij geen reTriggering meer optreedt.
U kunt dit reTrigger probleem ook met de mask tijd functie oplossen. Mask tijd zorgt ervoor
dat Trigger signalen, die binnenkomen binnen een vastgestelde tijd na het vorige Trigger
signaal, genegeerd worden. ReTrigger eliminatie herkent verzwakking van het Trigger
signaal niveau, en doet het geluid klinken na bepaald te hebben welke Trigger signalen
werkelijk veroorzaakt zijn door het bespelen van de Head, terwijl het de andere, false
Triggersignalen, die niet dienen te klinken, wegfiltert.
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat “ ” verschijnt.
“” verschijnt in het display, vervolgens wordt de reTrigger eliminatie waarde weergegeven.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
Druk op [+] of [-] om de waarde aan te passen.
ReTrigger eliminatie: 1-16
De instellingen maken
Verhoog, terwijl u herhaaldelijk op de Pad slaat, de “reTrigger eliminatie” waarde , totdat de reTriggering
niet meer optreedt.
4. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
5. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
56
Pad en Trigger instellingen
Het vermijden van resonantie (crosstalk) tussen Pads (Crosstalk Cancel)
Als twee Pads op dezelfde standaard gemonteerd zijn, kan het slaan op de ene Pad, de andere Pad
ongewenst doen klinken (dit heet crosstalk). Vermijd dit door crosstalk cancel op de Pad die ongewenst
klinkt toe te passen .
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] licht op.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat “ “ verschijnt.
“” verschijnt in het display, vervolgens wordt de crosstalk eliminatie waarde weergegeven.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
Als ook het hi-hat bekken klinkt bij het bespelen van de snare Pad, stel dan crosstalk eliminatie in voor de
Pad die als hi-hat dient. Naarmate de waarde wordt verhoogd, zal het hi-hat bekken minder geneigd zijn
te resoneren met andere Pads.
4. Druk op [+] of [-] om de waarde aan te passen.
Crosstalk eliminatie: OFF, 20, 25, 30, 35, 40, 45, 50, 55, 60, 65, 70, 75, 80.
Resonantie voorbeeld: U slaat op de snare Pad, en het hi-hat bekken klinkt ook.
Verhoog de “Xtalk Cancel (crosstalk eliminatie)” van de Pad die als hi-hat dient. De hi-hat Pad zal minder
geneigd zijn om met andere Pads te resoneren.
Als de waarde te hoog wordt ingesteld en twee Pads worden tegelijk bespeeld, kan het gebeuren dat de
zachter bespeelde Pad niet klinkt. Wees voorzichtig, en stel deze parameter op een zo laag mogelijke
waarde in, die volstaat om resonantie te voorkomen.
Bij een “OFF” instelling zal crosstalk eliminatie niet werken.
5. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
6. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
U kunt de instellingen ook met behulp van de procedure op p.41 maken.
57
Pad en Trigger instellingen
Het voorkomen van dubbele Triggering (Mask Time)
Bij het bespelen van een kick Pad kan de beater terug stuiteren, en de Pad, meteen na de bedoelde slag,
voor een tweede maal raken (bij akoestische drums blijft de beater soms tegen de Head aan zitten). Dit
maakt van een enkele slag een “dubbele Trigger” (twee slagen in plaats van één). De mask tijd optie helpt
dit voorkomen. Als op een Pad is geslagen, zal elk daarop volgend Trigger signaal, dat wordt gegeven
binnen de vastgestelde “MASK TIJD” (0-64ms), worden genegeerd.
Als een hoge waarde is ingesteld, zal het moeilijk zijn om heel snel te spelen. Kies daarom voor een zo
laag mogelijke waarde.
fig.mask time.e
Mask tijd
Tijd
Geluid wordt niet geproduceerd
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT], totdat “ ”verschijnt.
“” verschijnt in het display, vervolgens wordt de mask tijd waarde weergegeven.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
4. Druk op [+] of [-] om de mask tijd in te stellen.
Mask tijd: 0-64ms (in stappen van 4ms)
De instellingen maken
Pas de “mask tijd” waarde aan , terwijl u de Pad bespeelt.
Probeer, bij het gebruik van een pedaal om de beater terug te laten stuiteren en deze de Head heel snel te
laten raken. Verhoog vervolgens de “mask tijd” waarde , totdat de stuiterslag van de beater geen geluid
meer veroorzaakt.
Als twee of meer geluiden worden geproduceerd , terwijl u de Head maar één keer raakt, pas
dan re-trigger eliminatie aan.
5. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
6. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
58
Rim slag respons (Rim Sensitivity)
Als een PD-80R, PD-105, PD-120, PD-125 Pad of RT-5S (Trigger) is aangesloten op de SNARE Trigger
INPUT, kunt u de gevoeligheid van de Rim respons aanpassen.
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat “ ” verschijnt.
”verschijnt in het display, vervolgens wordt de Rim gevoeligheidswaarde weergegeven.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
4. Druk op [+] of [-] om de gevoeligheid van de Rim aan te passen.
Rim gevoeligheid: OFF, 1-20
De instellingen maken
Een hogere instellingswaarde maakt het makkelijker om Rim geluiden te genereren. Als Rim gevoeligheid
op “OFF” staat, zal een slag op de Rim als een Head slag klinken. Het extreem verhogen van de waarde
kan tot gevolg hebben, dat bij het bespelen van de Head ook de Rim klinkt.
Als het Trigger type op iets anders is ingesteld dan “ ,” “ ,” “ ,” of “ ,”verschijnt
een horizontale lijn ( ), en kunt u geen aanpassingen maken.
5. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
6. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
Pad en Trigger instellingen
Rim/rand dynamische respons (Rim Gain)
Als een PD-7/8/9, PD-80R, PD-105/120/125, CY serie Pad of RT-5S (Trigger) is aangesloten op de
SNARE, HI-HAT, CRASH1, CRASH2 of RIDE Trigger INPUT, kunt u de relatie tussen uw speelsnelheid
(kracht) op de Rim/rand en het resulterende volumeniveau aanpassen.
1. Houd [LEVEL/PAN] ingedrukt, en druk op [TEMPO].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat “ ” verschijnt.
“” verschijnt in het display, vevolgens wordt de Rim gain waarde weergegeven.
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht op.
4. Druk op [+] of [-] om het Rim signaalniveau aan te passen.
Rim gain: 0.5-2.0
Als het Trigger type is ingesteld op “ ,” “ ,” “ ,” of “ ,” verschijnt een horizontale
lijn ( ), en kunt u geen aanpassingen maken.
5. Druk op [EDIT] om met het maken van andere instellingen verder te gaan.
6. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT] lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de
gemaakte wijzigingen verloren gaan.
59
MIDI instellingen
Over MIDI
MIDI (Musical Instrument Digital Interface) is een standaard,
die het mogelijk maakt geproduceerde data en andere infor-
matie uit te wisselen tussen elektronische muziekinstru-
menten en computers. Door middel van een MIDI kabel, die
met MIDI connectoren uitgeruste apparaten verbindt, kunt u
meerdere instrumenten met één keyboard bespelen, meerdere
MIDI instrumenten tegelijk laten spelen, het geheel program-
meren om, naarmate het nummer vordert, de uitrustingen
automatisch aan een optreden aan te passen, en nog veel meer.
Het is eenvoudig om TD-3 Pads als MIDI controller te
gebruiken of om met de Pads een opname te maken op een
externe sequencer. De TD-3 is ook eenvoudig te gebruiken als
sound module met een externe sequencer. Lees daarom de
volgende informatie over MIDI.
MIDI connectoren
De TD-3 heeft twee typen MIDI connectoren.
fig.midi-001
MIDI nootnummer voor elke Pad [Note#]
Iedere drumuitrusting kan zijn eigen set MIDI nootnummers
krijgen, die worden verstuurd/ontvangen door elke Pad. Dit
is voor geavanceerde doeleinden te gebruiken.
Normaliter zult u ze nooit hoeven te veranderen. Onthoud
echter dat de standaard instelling van de open hi-hat 46 (A#2),
van de closed hi-hat 42 (F#2) en van de pedal-close hi-hat 44
(G#2) is. Deze veranderen gezamelijk om de hi-hat te openen
en te sluiten.
* Als het open hi-hat nootnummer op “60(C4)” wordt ingesteld,
dan wordt het nootnummer voor de closed hi-hat “56(G#3)” en het nootnummer voor de pedal hi-hat “58(A#3)”.
Er is meer te vinden over de fabrieksinstellingen van noot-
nummers bij: “drumkit nootnummers” (p.61).
1. Druk op [EDIT].
[EDIT] knippert.
2. Druk een paar keer op [EDIT] , totdat de Note#
indicator oplicht.
fig.01-008
MIDI IN Connector
Deze ontvangt MIDI informatie afkomstig van een extern
MIDI apparaat. Deze informatie kan de interne geluiden van
de TD-3 laten afspelen, uitrustingen veranderen of eerder
opgeslagen data laten laden (p.63).
MIDI OUT Connector
Data afkomstig van Pads (noot#, snelheid, etc.) wordt via deze
connector verstuurd naar aangesloten MIDI apparaten. Ook
kunt u uw instellingen op een MIDI sequencer (bulk dump;
p.62) opslaan.
60
3. Sla op de Pad, die u wilt instellen.
De Trigger indicator van de bespeelde Pad licht een
ogenblik op.
4. Druk op [+] of [-] om het nootnummer in te
stellen.
Door [+] ingedrukt te houden en op [-] te drukken, kunt u
het nummer snel laten oplopen.
Door [-] ingedrukt te houden en op [+] te drukken, kunt u
het nummer snel laten teruglopen.
Nootnummer: 0(C-)-127(G9), OFF
* Als u een nootnummer selecteert, dat al gebruikt wordt voor
een andere Pad, dan knippert het nootnummer.
5. Herhaal stap 3 en 4 voor andere Pads, die u wilt
instellen.
6. Druk als u klaar bent op [DRUM KIT]. Het [EDIT]
lampje gaat uit.
Schakel de stroom niet uit als het [EDIT] lampje nog niet gedoofd is. Anders zullen de gemaakte wijzigingen verloren gaan.
Een ander MIDI apparaat bespelen met aan de TD-3 aangesloten Pads
Stel de MIDI nootnummers (hetzelfde als toetsnummers
op een keyboard) in, die door de TD-3 Pads verstuurd
zullen worden. Koppel dit aan het nootnummer of
geluid, dat u op uw externe sound module of sampler
wenst af te spelen.
Indien meerdere Pads aan hetzelfde nootnummer worden toegeschreven
Als, bij het bespelen van de TD-3, overlappende
nootnummers worden ontvangen van een extern MIDI
apparaat, wordt prioriteit gegeven aan de instrumenten
in de volgende volgorde.
1. KICK
2. SNARE
3. TOM 1
4. TOM 2
5. TOM 3
6. HI-HAT
7. CRASH 1
8. CRASH 2
9. RIDE
Als de nootnummers voor de Head en de Rim hetzelfde
zijn, wordt alleen het Head instrument gespeeld.
MIDI instellingen
Drumkit nootnummers
fig.InitNote
Note No.
18
19
20
21
22 CLOSED HI-HAT (Edge)
23
C1
24
25
26 OPEN HI-HAT (Edge)
27
28
29
30
31
32
33
34
35
KICK
36
C2
37
38 SNARE (Head)
39
40
SNARE (Rim) TOM 3
41
42 CLOSED HI-HAT (Bow)
43
4446PEDAL HI-HAT
45 TOM 2
OPEN HI-HAT (Bow)
47
C3
C4
* Als een nootnummer wordt ontvangen, dat is toegeschreven
aan een Pad, licht de bijbehorende Trigger indicator op. (U
kunt niet de timing controleren in de coach mode.)
TOM 1
48
49 CRASH 1 (Bow)
50
51 RIDE (Bow)
52
CRASH 2 (Edge) RIDE (Edge)
53
54
55 CRASH 1 (Edge)
56
57 CRASH 2 (Bow)
58
59
60
Voorbeeld:
Nootnummer “38(D2)” is toegeschreven aan de Head en
de Rim van Trigger input SNARE en de Head van
Trigger input TOM1. In dit geval wordt, als nootnummer
38(D2) wordt ontvangen, het instrument dat is
toegeschreven aan de Head van Trigger input SNARE
gespeeld.
61
MIDI instellingen
Als u de TD-3 alleen als MIDI controller gebruikt (Local Control)
Dit is nodig als u geluiden wilt afspelen van een externe sound module en/of uw optreden wilt opnemen op een externe MIDI sequencer en GEEN gebruik wilt maken van TD-3’s eigen geluiden. Zet local control op “UIT”. De Trigger­signalen van de Pads gaan direct naar de MIDI OUT uitgang.
Zie de figuur hieronder.
Standaard staat TD-3’s local control op “AAN”.
fig.midi-004.e
Pad
Trigger Input
TD-3
TriggerMIDI
Converter
OUT
Local Control:
OFF
Interne geluidsgenerator
Als u aansluitingen maakt en opneemt, zoals hier getoond, met local control op “AAN”, zal MIDI noot “feedback” optreden. De TD-3 zal anders klinken.
1. Houd [INST] ingedrukt en zet de stroom van de
TD-3 aan.
“Local Control oFF” verschijnt in het scrolldisplay, en local control is uitgeschakeld.
Er komt geen geluid van de TD-3 als de Pads bespeeld worden. (De Trigger indicators lichten wel op.)
2. Als u de stroom uitzet, zal local control op
“AAN” staan als de stroom weer wordt aangezet.
De Pads werken normaal. Ze Triggeren de eigen geluiden van de TD-3.
* Local control schakelt altijd aan als de stroom wordt aangezet
zonder dat [INST] wordt ingedrukt.
IN
OUT
Externe MIDI Sequencer
(Soft Thru = ON)
IN
Data opslaan op een extern MIDI apparaat (Bulk Dump)
U kunt alle drumuitrustingen, algemene instellingen, etc. van
de TD-3 op een externe MIDI sequencer opslaan.
Gebruik de externe sequencer net zoals bij het opnemen van
muziekgegevens. Doorloop de volgende stappen op de TD-3,
zoals hieronder staat beschreven.
1. Verbind de MIDI OUT connector van de TD-3
met behulp van een MIDI kabel aan de MIDI IN connector van de externe sequencer.
fig.midi-005.e
MIDI OUT
MIDI IN
TD-3
Externe MIDI sequencer
2. Zet de TD-3 aan, terwijl u [DRUM KIT] ingedrukt
houdt.
“bulk duMP” verschijnt in het scrolldisplay, daarna “ ”, en [DRUM KIT] knippert.
3. Druk op [+] of [-] om te selecteren wat moet
worden opgeslagen.
“: Alle data, inclusief de setup (Trigger, Pad, en
andere instellingen) en drumkits wordt
verstuurd.
: Alle gegevens van drumkits 1-32 worden
verstuurd.
: Alleen setup data wordt verstuurd.
4. Start de opname met de externe sequencer.
5. Houd [DRUM KIT] ingedrukt om de data-
overdracht te starten.
“” verschijnt in het display als de data wordt verstuurd.
6. Controleer of de overdracht klaar is. Stop
vervolgens de opname met de externe sequencer.
7. Schakel de stroom van de TD-3 uit.
62
MIDI instellingen
Zie voor meer informatie aangaande externe MIDI
apparaten de desbetreffende handleidingen.
Bulk dump behoort tot de System Exclusive
boodschappen. Zorg ervoor, dat u een externe MIDI
sequencer gebruikt, die in staat is om System Exclusive
boodschappen op te nemen. Controleer eveneens of de
sequencer niet staat ingesteld op “geen System Exclusive
boodschappen ontvangen”.
Device ID, een MIDI System Exclusive boodschap van
Roland, wordt gebruikt om onderscheid te maken tussen
meerdere apparaten. De waarde voor deze instelling
wordt Device ID nummer genoemd. Het Device ID
nummer van de TD-3 is vastgesteld op “17”.
Data laden op de TD-3
Dit haalt de data terug naar de TD-3 die was opgeslagen op
een sequencer of ander extern MIDI apparaat.
Op dat moment worden alle huidige gegevens in de TD-3
overschreven. Zorg voor de nodige back-up.
1. Verbind de MIDI IN connector van de TD-3 met
behulp van een MIDI kabel aan de MIDI OUT connector van de externe sequencer.
fig.midi-006.e
MIDI gebruiken
MIDI kanaal
Het zend- en ontvangstkanaal van de TD-3 op “10” is vastge-
steld.
Program Changes Transmitting/Receiving
Drumuitrusting
De drumkit programma wijzigingsnummers zijn identiek aan
de drumkitnummers en kunnen niet gewijzigd worden.
De drumuitrustingen van de TD-3 worden gewisseld als
een programmawijziging wordt ontvangen van een
extern MIDI apparaat.
Bedieningswijzigingen gebruikmakend van het hi-hat bedieningspedaal
Het hi-hat bedieningspedaal verstuurt bedieningswijzi-
gingsnummer 4 (voetbediening).
Verstuurde data: 0-127
Boodschappen voor het versturen van dempinformatie
Bij het dempen worden boodschappen na het aanraken poly-
foon verstuurd.
MIDI IN
MIDI OUT
Externe MIDI sequencer
TD-3
2. Druk op [DRUM KIT] om het drumkit nummer
weer te geven.
3. Druk op “PLAY” op de sequencer om de data
naar de TD-3 te sturen.
Ontvangen data wordt opgeslagen in het geheugen van de TD-3.
Nootnummer
Het nootnummer, dat is ingesteld voor de Head en Rim
van de Pad.
Verstuurde data
Als op de Rim wordt gedrukt: 7FH
Als de Rim wordt losgelaten: 00H
63
MIDI instellingen
Een externe sound module besturen met de TD-3
Dit maakt het mogelijk voor u om gelijktijdig geluiden van de TD-3 en van een externe MIDI sound module te spelen.
1. Verbind de MIDI OUT connector van de TD-3
met behulp van een MIDI kabel aan de MIDI IN connector van het externe MIDI apparaat.
fig.midi-007.e
MIDI OUT
MIDI IN
Externe MIDI geluidsmodule,
sampler, enz.
TD-3
2. Zet het MIDI ontvangstkanaal van het externe
MIDI apparaat op 10.
3. Stel het nootnummer in, dat van elke Pad
verstuurd moet worden (p.60).
Verbind dit aan het nootnummer van het geluid van de externe sound module of sampler.
Opnemen op een externe sequencer
2. Houd [INST] ingedrukt, en zet de TD-3 aan.
Local control staat nu op “OFF”.
3. Zet, indien nodig, zowel het verstuur- als
ontvangstkanaal van de externe MIDI sequencer op 10.
4. Begin met opnemen op de externe MIDI
sequencer.
5. Alles wat u op de Pads speelt, wordt op de
sequencer opgenomen.
6. Stop het opnemen als u klaar bent.
7. Speel de MIDI sequencer af, en u hoort wat u
zojuist heeft opgenomen.
De TD-3 gebruiken als sound module
Hier wordt de TD-3 gebruikt als een sound module. U kunt
een MIDI-compatible keyboard of Pads aansluiten voor de
bediening.
1. Verbind de MIDI IN connector van de TD-3 met
behulp van een MIDI kabel aan de MIDI OUT connector van het externe MIDI apparaat.
fig.midi-009.e
MIDI IN
MIDI OUT
TD-3
Hierbij maakt u de instellingen, die het mogelijk maken geluiden van de Pads op een extene MIDI sequencer op te nemen.
1. Gebruik MIDI kabels om de MIDI connectoren
van de TD-3 en de MIDI sequencer te verbinden, zoals weergegeven in het volgende figuur.
fig.midi-008.e
MIDI OUT
MIDI IN
MIDI IN
Externe MIDI sequencer
MIDI OUT
TD-3
64
MIDI Keyboard, Pad
2. Zet het MIDI verstuurkanaal van het externe
MIDI apparaat op 10.
3. Bij het bespelen van het externe MIDI apparaat
zullen de geluiden van de TD-3 klinken.
Problemen oplossen/foutmeldingen
rand/cup slagen) of voor dempen, dient u deze aan te sluiten
Problemen oplossen
In dit hoofdstuk staan problemen, die u mogelijk ervaart, en
wat u er aan zou kunnen doen.
op de Trigger input “SNARE”, “HI-HAT”, “CRASH1”,
“CRASH2” of “RIDE”.
De PD-6, PD-80 en PD-100 hebben geen Rim/rand mogelijk-
heid.
Geen geluid
Geen geluid
Staat het [VOLUME] laag?
Draai aan de [VOLUME] knop om dit te controleren.
Staat local control uit? (p.62)
Local control dient aan te staan als er geen externe sequencer
wordt gebruikt. Schakel de stroom uit (POWER “OFF”) en
weer aan (POWER “ON”).
Geen geluid van een of meer Pads
Is het volumeniveau van een van de instrumenten verlaagd? (p.25)
Druk op [LEVEL/PAN], en stel het niveau van het instrument
in.
Is de Pad goed aangesloten? (p.12)
Controleer of de Pad/input verbinding goed is.
Gebruik alleen de bijgeleverde kabels om de Pads aan te slui-
ten.
Is het instrument ingesteld op #114 (UIT)? (Drum instrumentenlijst; p.69)
#114(UIT) betekent UIT.
Selecteer een instrument met nummer 1-113.
Het lukt niet om Rim/rand slagen te spelen
Is de Pad geschikt voor Rim/rand slagen? Is hij aangesloten op een voor Rim/rand slagen geschikte Trigger input? Is er een stereo kabel gebruikt? (p.18)
Als u de PD-80R, PD-105, PD120 of PD-125 gebruikt voor het
spelen van Rim slagen, dient u deze op de Trigger input
“SNARE” aan te sluiten.
Als u de PD-7, PD-8, PD-9, CY-6, CY-8, CY-12R/C, CY-12H,
CY-14C of CY-15R gebruikt voor het spelen van Rim slagen (of
Is de Rim gevoeligheid ingesteld op “0”? (p.59)
Druk op [+] om een andere waarde dan “0” in te stellen.
U dient de “Rim gevoeligheid” in te stellen als u de PD-80R,
PD-105, PD-120 of PD-125 gebruikt voor het spelen van Rim
slagen.
Cross stick werkt niet
Is de Pad aangesloten op een Trigger input, geschikt voor rand/Rim signalen? (p.18)
Als u de PD-80R, PD-105, PD-120 of PD-125 gebruikt voor het
spelen van cross stick, dient u deze op de SNARE Trigger
input jack aan te sluiten (Stereo kabel).
Is het juiste instrument toegeschreven aan de Rim? (Drum instrumentenlijst; p.69)
Selecteer voor het spelen van cross stick “S1r”, “S2r”, “S3r”,
“S4r”, “S10” of “S11” als Rim instrument.
Speelt u op de juiste manier cross stick? (p.20, p.46)
Het spelen van cross stick op een elektronisch drumstel gaat
net even anders. Zorg ervoor, dat uw hand of stok niet ook de
Head raakt.
Geen geluid als de Pad zacht geraakt wordt
Bespeelde of raakte u een Pad of drukte u op een pedaal tij-
dens het opstarten van de TD-3?
Volg de procedure op p.14, en zet de stroom opnieuw aan.
RAAK NIET een van de Pads of pedalen aan tijdens het
opstarten van de TD-3. Als de TD-3 wordt aangezet, wordt
een controle van de Pads uitgevoerd. Als u een Pad raakt of op
een pedaal drukt tijdens dit proces, kunnen de Pads niet cor-
rect gecontroleerd worden, wat leidt tot het onjuist functione-
ren van de Pads.
Geen klik/metronoom geluid
Licht [CLICK] op? (p.28)
Druk op [CLICK] om de knop te doen oplichten.
65
Problemen oplossen/foutmeldingen
Staat het klikvolume ingesteld op “0”? (p.33)
Druk een paar keer op [EDIT] om “CLICK LEVEL” te selecte-
ren. Druk vervolgens op [+] om een andere waarde dan “0” in
te stellen.
Geen geluid/laag volume van de op de MIX IN jack aangesloten bron
Gebruikt u misschien een verbindingskabel met weerstand?
Gebruik een verbindingskabel zonder weerstand.
Controleer het volumeniveau van de aangesloten audiobron.
Kijk in de handleiding van het betreffende apparaat als er een
probleem bestaat.
De drumuitrusting klinkt niet zoals bedoeld
Geen ambiance toegepast
Staat de ambiance ingesteld op “UIT”? (p.26)
Druk op [AMBIENCE], en zet deze vervolgens op “AAN”.
De Pad klinkt niet zoals bedoeld
De Pad speelt niet correct
Is het Trigger type correct ingesteld?
Stel het Trigger type in (p.50).
Controleer of u met de gebruikte Trigger input afzonderlijke
instellingen voor Head en Rim kunt maken . Pas vervolgens
de waarden aan.
Speelt u de Rim slag (p.19, p.46) en cross stick (p.20, p.46) op de juiste manier?
Raak, voor het maken van Rim slagen, de Rim en de Head
gelijktijdig. Zorg er bij cross stick voor, dat uw hand of stok
niet de Head raakt.
Het geluid is vervormd
Het geluid van de koptelefoon is vervormd
Sommige tonen kunnen vervormd raken, als de output te hard wordt afgesteld.
Zet het VOLUME lager of controleer de koptelefoon.
Het uitgang geluid is vervormd
Controleer de inputniveau’s op uw mixer of versterker. Controleer de individuele niveau’s en pan posities.
Druk op [LEVEL/PAN] om het instrumentniveau weer te
geven. Druk vervolgens op [-] om het niveau van het Pad-
instrument te verlagen.
U kunt vervorming onderdrukken door de pan dicht bij het
midden af te stellen.
Druk op [LEVEL/PAN] om de pan instelling van het instru-
ment weer te geven. Druk vervolgens op [+] of [-] om de
instelling aan te passen.
Is de gevoeligheid van de Pad correct ingesteld?
Stel de Padgevoeligheid in (p.40, p.52).
* Voor maximale expressiemogelijkheden bij het spelen, raden wij
aan uitsluitend Roland Pads te gebruiken.
Is de Head van de KD-80, KD-120, PD-80, PD-80R, PD-100, PD-105, PD-120 of PD-125 gelijkmatig gespannen?
Kijk in de handleiding van de Pad en pas vervolgens de Head
spanning aan. Dit is heel belangrijk voor een juiste Triggering.
Er wordt een verkeerd geluid weergegeven
Bevindt zich een fout in de Head en Rim selectie? (p.24)
66
Bulk dump kan niet uitgevoerd worden
Is de MIDI verbinding/kabel correct? (p.62)
Verbind, als u een bulk dump op een extern apparaat wilt
opslaan, de MIDI OUT connector van de TD-3 met de MIDI IN
connector van de externe sequencer.
Is het externe MIDI apparaat zo ingesteld dat het GEEN MIDI Exclusive boodschappen kan ontvangen?
Kijk in de handleiding van het externe MIDI apparaat. Stel het
vervolgens zo in, dat het in staat is om System Exclusive data
te ontvangen.
* System Exclusive data is data, dat alleen door één bepaald
apparaat gebruikt wordt. Bulk dump data is een vorm van
System Exclusive data.
Foutmeldingen
Display Betekenis Maatregelen
(Scroll Display)
(Scroll Display)
(Scroll Display)
(Scroll Display)
Data in het geheugen van de TD-3 kan verstoord zijn.
Er is een probleem met het interne sys­teem.
Er is een grote hoeveelheid MIDI berichten ontvangen, die niet geheel verwerkt kan worden.
Iets heeft een breuk veroorzaakt in de communicatie met het externe MIDI apparaat.
De checksum waarde van een System Exclusive boodschap was incorrect.
De TD-3 is er niet in geslaagd een MIDI bericht correct te ontvangen.
“” verschijnt als [DRUM KIT] wordt ingedrukt. Houd [DRUM KIT] nog een keer ingedrukt. Alleen de in­stellingen voor het verstoorde deel worden teruggezet naar de fabrieksinstellingen (door dit te doen worden alle wijzigingen die u heeft gemaakt gewist). Raadpleeg, als dit het probleem niet oplost, uw Roland dealer of dichtstbijzijnde Roland Service Center.
Raadpleeg uw Roland dealer of dichtstbijzijnde Roland Service Center.
Controleer nogmaals uw MIDI verbindingen (p.62, p.64). Verminder, als dit het probleem niet oplost, de hoeveel­heid MIDI boodschappen die naar de TD-3 verstuurd wordt.
Controleer uw MIDI verbindingen.
Pas de checksum waarde aan.
Verstuur de MIDI boodschap nogmaals naar de TD-3.
Problemen oplossen/foutmeldingen
67
Drumkit lijst
No. Naam
1 Akoestisch
2 Groove
3 Oldies
4 2Step
5 Ballad
6 Electronisch
7 Techno house
8 Hip-hop
9 Jazz
10 Disco beat
11 Open rock
12 Standaard
13 Acid house
14 TR-808
15 Dirty
16 Jungle
17 Funk
18 Latin house
19 Abstract
20 Club mix
21 Jazz Fusion
22 Garage house
23 Light tuning
24 Brushes
25 R&B
26 Techno cumbia
27 Classic R&B
28 Pop-rock
29 Timbales uitrusting
30 Conga uitrusting
31 Percussie set 1
32 Percussie set 2
68
Drum instrumenten lijst
No. Display Naam
KICK
1 K01 Wood Kick 2 K02 Rock Kick 3 K03 Tight Kick 4 K04 Ambient Kick 5 K05 Muffle Kick 6 K06 Jazz Kick 7 K07 Hard Attack Kick 8 K08 Latin Kick
9 K09 Club Kick 1 10 K10 Club Kick 2 11 K11 Club Kick 3 12 K12 Club Kick 4 13 K13 808 Kick 14 K14 909 Kick
SNARE
15 S1 Bright Snare 16 S1r Bright Snare Rim *1 17 S2 Vintage Snare 18 S2r Vintage Snare Rim *1 19 S3 Vintage Snare 2 20 S3r Vintage Snare 2 Rim *1 21 S4 Funk Snare 22 S4r Funk Snare Rim *1 23 S5 Piccolo Snare 24 S5r Piccolo Snare Rim 25 S6 Brass Snare 26 S6r Brass Snare Rim 27 S7 Rock Snare 28 S7r Rock Snare Rim 29 S8 Ballad Snare 30 S9 Brush Snare 31 S9r Brush Snare Rim 32 S10 Cross Stick 1 33 S11 Cross Stick 2 34 S12 Club Snare 1 35 S13 Club Snare 2 36 S14 Club Snare 3 37 S15 Club Snare 4 38 S16 Club Snare 5 39 S17 Club Snare 6 40 S18 Club Snare 7 41 S19 Club Snare 8 42 S20 Club Snare 9 43 S21 808 Snare 44 S22 909 Snare 45 S23 909 Clap
TOM
46 t1.1 Power Tom 12" 47 t1.2 Power Tom 14" 48 t1.3 Power Tom 16" 49 t2.1 Rock Tom 12" 50 t2.2 Rock Tom 13" 51 t2.3 Rock Tom 16" 52 t3.1 Clear Tom 10" 53 t3.2 Clear Tom 12" 54 t3.3 Clear Tom 14" 55 t3.4 Clear Tom 16" 56 t4.1 Jazz Tom 12" 57 t4.2 Jazz Tom 13" 58 t4.3 Jazz Tom 16" 59 t5.1 808 Tom 1 60 t5.2 808 Tom 2 61 t5.3 808 Tom 3 62 t6.1 Electronic Tom 1 63 t6.2 Electronic Tom 2 64 t6.3 Electronic Tom 3
HI-HAT
65 H01 Lite HH 66 H02 Lite HH Edge 67 H03 Dark HH 68 H04 Dark HH Edge 69 H05 Club HH 70 H06 808 HH 71 H07 909 HH 72 H08 Triangle HH 73 H09 Shaker & Pedal Claves 74 H10 Tambourine & Pedal Cowbell
RIDE
75 Rd1 Pop Ride (Bow/Bell sw) *2 76 Rd2 Pop Ride Bell 77 Rd3 Pop Ride Edge 78 Rd4 Jazz Ride (Bow/Bell sw) *2 79 Rd5 Jazz Ride Bell 80 Rd6 Jazz Ride Edge
CRASH
81 Cr1 Dark Thin Crash 16" 82 Cr2 Medium Crash 16" 83 Cr3 Thin Crash 18" 84 Cr4 Medium Thin Crash 18" 85 Cr5 Paper Thin Crash 14" 86 Cr6 Splash 8" 87 Cr7 China 16" 88 Cr8 808 Cymbal
PERCUSSION
89 P01 Claves 90 P02 Shaker 91 P03 Tambourine 92 P04 Cowbell 1 93 P05 Cowbell 2 94 P06 Wood Block Hi 95 P07 Wood Block Lo 96 P08 Triangle Open 97 P09 Triangle Close 98 P10 Sleigh Bell
99 P11 Tree Chimes 100 P12 Timbale Hi 101 P13 Timbale Rim 102 P14 Timbale Lo 103 P15 Conga Hi 104 P16 Conga Closed Slap 105 P17 Conga Lo 106 P18 Bongo Hi 107 P19 Bongo Closed Slap 108 P20 Bongo Lo 109 SP1 Wood Block Lo/Hi sw *3 110 SP2 Timbale Hi/Rim sw *3 111 SP3 Conga Hi/Slap sw *3 112 SP4 Bongo Hi/Slap sw *3 113 SP5 Shaker/Claves sw *3
OFF
114 oFF Off
Click Instruments
No. Name
1 Metronome 2 Beep 3 Electric 4 Sweep 5 Zap 6 Pulse 7 Cowbell 8 Claves 9 Sticks
10 Voice
*1: Snelheid afhankelijk “snare Rim” geluid. Zacht bespelen geeft een cross stick geluid, harder bespelen geeft een Rim slag
geluid (p.20, p.46).
*2: Snelheid afhankelijk geluid. Door middel van dynamiek bij het spelen, krijgt u of het “bow” of het “cup” geluid (p.20, p.47).
*3: Snelheid afhankelijk percussie geluid. Berust op het hierboven beschreven principe.
69
MIDI Implementation Chart
PERCUSSION SOUND MODULE
Model TD-3
MIDI Implementatie kaart
Basic Channel
Mode
Note Number :
Velocity
After Touch
Pitch Bend
Control Change
Functie...
Default Changed
Default Messages Altered
True Voice
Note On Note Off
Key's Channel's
Verzonden Herkend
10 X
Mode 3 X
**************
0–127
**************
O 99H, v = 1–127 O 89H, v = 64
O X
X
4
O
10 X
Mode 3 X
**************
0–127 0–127
O X
O X
X
O
Opmerkingen
Foot control
Program Change
: True Number
System Exclusive
System Common
System Real Time
Aux Messages
: Song Position : Song Select : Tune Request
: Clock : Commands
: All Sound Off : Reset All Controllers : Local On/Off : All Notes Off : Active Sensing : System Reset
Notes
Mode 1 : OMNI ON, POLY Mode 3 : OMNI OFF, POLY
70
O
**************
O
X X X
X X
X X X X O X
Mode 2 : OMNI ON, MONO Mode 4 : OMNI OFF, MONO
O 0–31
O
X X X
X X
O O X X O X
Program No. 1–32
O : Ja X : Nee
Specificaties
TD-3: Percussion Sound Module
Instrumenten
Drum instrumenten: 114
Klik instrumenten: 10
Drumuitrustingen
32 variaties
Effect
Ambiance (15 types)
Klik tempo
20-260 bpm
Coach mode
Menu: 7
Variatie: 20
Display
7 segmenten, 3 karakters (LED)
Connectoren
Trigger input jack x9
Hi-hat control jack
Output jacks (L/MONO, R)
Koptelefoon jack (type stereo phone)
Mix in jack (type miniatuur stereo phone)
MIDI connectoren (IN, OUT)
Afmetingen
220 (l) x 144 (b) x 59,5 (h) mm
Gewicht
550g (exclusief adapter)
Accessoires
Handleiding
Adapter (ACI/ACB serie)
Schroeven (M5x8)x4
Opties
Pads
(PD-6, PD-7, PD-8, PD-9, PD-80, PD-80R, D-100,
PD-105, PD-120, PD125)
Bekkens
(CY-6, CY-8, CY-12H, CY-12R/C, CY-14C, CY-15R)
Kick Triggers
(KD-7, KD-8, KD-80, KD-120)
Hi-hat bediening pedalen
(FD-7, FD-8)
Standaards
(MDS-3C, MDS-6, MDS-8C, MDS-10, MDS-20)
Bekken bevestigingen
(MDY-10U)
Pad bevestigingen
(MDY-10U)
Output impedantie
1,0 kOhm
Stroomvoorziening
Adapter (DC 9V)
Vermogen
1000 mA
962a
* Met het oog op productverbetering zijn de specificaties en/of
uiterlijke kenmerken van dit product aan verandering
onderhevig, zonder voorafgaande berichtgeving.
71
Index
A
adapter jack.....................................................10, 13
Achterpaneel ........................................................10
Aftellen.................................................................. 39
Ambiance ........................................................18, 26
B
BEAT...................................................................... 29
Bedieningswijzigingen........................................63
Bovenpaneel ...........................................................9
Bow slag ....................................................19-20, 47
BPM........................................................................37
Bulk dump ............................................................62
C
Claves ....................................................................31
CLICK..............................................................18, 28
CLICK INST..........................................................32
CLICK LEVEL ......................................................33
COACH................................................................. 35
Compressie ...........................................................26
Cross stick ....................................................... 20, 46
Crosstalk eliminatie.......................................41, 57
Cubaanse clave..................................................... 31
Cup slag ................................................................47
D
Display ....................................................................9
Drum instrumenten lijst .....................................69
DRUM KIT............................................................23
Drumkit lijst..........................................................68
Drumuitrusting.............................................. 16, 22
Drumstandaard.................................................... 11
I
INST................................................................. 18, 24
K
KIT COPY ............................................................. 27
Klik
Aan/uit............................................................ 28
Geluid .............................................................. 32
Instrumenten ..................................................69
Maatsoort ........................................................ 29
Ritme type....................................................... 30
Tempo.............................................................. 28
Volume ............................................................ 33
Kopiëren................................................................ 27
Koptelefoon .................................................... 10, 13
L
Latin ritme ............................................................ 31
LEVEL/PAN........................................................ 25
Local control......................................................... 62
M
Maatsoort.............................................................. 29
Mast tijd ................................................................58
Metronoom........................................................... 28
MIDI ......................................................................60
MIDI connector.............................................. 10, 60
MIDI kanaal.......................................................... 63
MIDI uitvoering overzicht .................................70
MIX IN jack..................................................... 10, 34
N
Nootnummer.............................................60-61, 63
F
Fabriek reset .........................................................43
G
Geleidelijk omhoog/omlaag.............................. 38
H
Head slag ..............................................................19
Head slagen ..........................................................46
HH CTRL jack ......................................................10
Hi-hat bedieningspedaal ........................21, 42, 63
72
O
Opbouwen............................................................ 11
OUTPUT jack (uitgang)................................ 10, 13
P
Pad ...................................................................19, 44
Pad gevoeligheid ........................................... 40, 52
Pad SENS .............................................................. 40
Pan ......................................................................... 25
PHONES jack ................................................. 10, 13
Polariteitverwisseling .........................................44
POWER (aan/uit)schakelaar .............................10
Programma wijzigingen ..................................... 63
R
Rand slag....................................................19-20, 47
ReTrigger eliminatie............................................56
RHYTHM TYPE................................................... 30
Ritmische Noten...................................................36
Rim gain ................................................................59
Rim indicator..........................................................9
Rim gevoeligheid.................................................59
Rim slag........................................................... 19, 46
Rumba clave .........................................................31
S
Scan tijd .................................................................55
Smoren.......................................................20, 47, 63
Snelheidscontrole................................................. 37
Snelheidscurve .....................................................54
Son clave ...............................................................31
Stapsgewijs omhoog/omlaag ............................38
Stil tellen................................................................ 37
Stroom
Aan ...................................................................14
Uit..................................................................... 15
Index
T
TEMPO............................................................ 18, 28
Threshold (drempel) ...........................................53
Timing controle....................................................36
Trigger indicator ....................................................9
Trigger input functies .........................................44
Trigger INPUT jack .................................10, 18, 44
Trigger type ..........................................................50
V
Verbinding.................................................12-13, 34
Volume
Hi-hat gesloten ...............................................42
Instrument....................................................... 25
Klik ................................................................... 33
VOLUME knop ....................................................10
Voorbeeld.............................................................. 17
X
XTALK CANCEL.................................................41
Z
Zijpaneel................................................................ 10
73
Voor EU-Landen
Dit product voldoet aan de voorwaarden van Europese Richtlijnen EMC 89/336/EEC en LVD 73/23/EEC.
For the USA
FEDERAL COMMUNICATIONS COMMISSION
RADIO FREQUENCY INTERFERENCE STATEMENT
This equipment has been tested and found to comply with the limits for a Class B digital device, pursuant to Part 15 of the FCC Rules. These limits are designed to provide reasonable protection against harmful interference in a residential installation. This equipment generates, uses, and can radiate radio frequency energy and, if not installed and used in accordance with the instructions, may cause harmful interference to radio communications. However, there is no guarantee that interference will not occur in a particular installation. If this equipment does cause harmful interference to radio or television reception, which can be determined by turning the equipment off and on, the user is encouraged to try to correct the interference by one or more of the following measures:
— Reorient or relocate the receiving antenna. — Increase the separation between the equipment and receiver. — Connect the equipment into an outlet on a circuit different from that to which the receiver is connected. — Consult the dealer or an experienced radio/TV technician for help.
This device complies with Part 15 of the FCC Rules. Operation is subject to the following two conditions: (1) This device may not cause harmful interference, and (2) This device must accept any interference received, including interference that may cause undesired operation.
Unauthorized changes or modification to this system can void the users authority to operate this equipment. This equipment requires shielded interface cables in order to meet FCC class B Limit.
For Canada
NOTICE
This Class B digital apparatus meets all requirements of the Canadian Interference-Causing Equipment Regulations.
AVIS
Cet appareil num rique de la classe B respecte toutes les exigences du R glement sur le mat riel brouilleur du Canada.
Handleiding
Hartelijk dank en gefeliciteerd met uw keuze van de Roland PD-85 V-Pad.
201a
Lees eerst aandachtig de volgende pagina's voor u dit toestel gaat gebruiken: "HET TOESTEL VEILIG GEBRUIKEN" en
"BELANGRIJKE OPMERKINGEN" (p. 6; p. 7). Deze rubrieken bevatten belangrijke informatie over de correcte bediening
van het toestel. Om zeker te zijn dat u alle functies van uw nieuwe toestel voldoende beheerst, moet u de handleiding
in haar geheel lezen. Bewaar de handleiding binnen handbereik zodat u ze naar believen kunt raadplegen.
ZEER BELANGRIJK!!! VOOR u op de pad speelt, moet u het INSTELLEN op uw favoriete speelspanning. De pads zijn NIET ingesteld in de fabriek. Als u het vel niet op spanning brengt, kunt u de triggersensor beschadigen.
fig.Cover.e
Inhoud van de verpakking
PD-85 (padmodule)VerbindingskabelStemsleutel
Deze handleiding
202
Naam van de componenten
Roede (Rim)
Sensor
Drumvel
Bevestigingsmoer standaard
Houder
Copyright © 2005 ROLAND CORPORATION
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag, in welke vorm dan ook, worden
gereproduceerd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van ROLAND CORPORATION.
Stembout
Output-aansluiting
Sluitring
Fram e
03894956 '05-2-1N
Functies
Deze strook heeft een dikte van 7 mm. Gebruik dit als referentie wanneer u de spanning van het vel regelt.
7 mm
• Snare/tom pad met verzonken gaasvel voor een
superieur speelgevoel en een zachte respons.
• De compacte pad van 8 inches zorgt voor een grotere
veelzijdigheid binnen een opstelling.
De velspanning aanpassen
Gebruik als u gaat stemmen de meegeleverde stemsleutel.
Pas de velspanning aan voor gebruik.
In het algemeen heeft een goede spanning een slagrespons
die overeenkomt met die van een akoestische drum.
Wanneer u op een vel met een te lage spanning slaat, zou dit de sensor en het vel kunnen beschadigen.
Wanneer u de instellingen niet juist uitvoert, kunnen de
volgende problemen ontstaan:
• Soms krijgt u geen strak geluid (ongelijk volume).
• Het volume is te laag (verminderde gevoeligheid).
• U kunt "cross stick"- (gesloten rim shot) en "rim shot"-
technieken gebruiken.
• U kunt (nylon) brushes gebruiken voor brush-spel.
• U kunt toonveranderingen creëren door de locatie te
veranderen waarop u op de pad speelt.
1. Gebruik de meegeleverde stemsleutel om de
stembouten aan te spannen.
Span de bouten aan tot er ongeveer een afstand van
7 mm is tussen het frame en de roede.
fig.Adjust.e
Roede
7mm
Fram e
• Het regelen van de bovenvelspanning heeft bij de PD-85
alleen invloed op de respons van het bovenvel, en niet op
de toonhoogte van de klank zoals bij een akoestische drum.
• De bovenvelspanning verandert bij gebruik van het instru-
ment en moet dus aangepast worden wanneer nodig.
• Wanneer u de pad langdurig gebruikt, rekt het vel uit.
Hierdoor zou het dus kunnen dat u na verloop van tijd
niet meer dezelfde spanning krijgt als in het begin,
wanneer het vel volgens onderstaande procedure op
7 mm hebt ingesteld. Sla op het vel om de respons en
de feel te controleren terwijl u de spanning aanpast.
Boven aan dit blad werd een zwarte strook van 7 mm gedrukt. Gebruik deze strook als referentie voor uw aanpassingen.
Span de bouten één voor één aan en respecteer daarbij de volgorde in onderstaande figuur. Span nooit slechts één stembout aan. Doet u dit toch dan is de spanning in het bovenvel niet gelijkmatig verdeeld, met een foute werking tot gevolg.
fig.Bolt
3
1
5
4
2
2. Verfijn de regeling terwijl u de respons en de
feel van de pad blijft controleren.
2
Vervolg
De pad aan een standaard bevestigen
De pad aansluiten op een Percussion Sound Module
Bevestig de PD-85 aan een drumstandaard (MDS-serie).
fig.Stand.e
Aanspannen
Losdraaien
Staaf
Schuif de staaf door de buis die zich in de houder bevindt.
Controleer bij bevestiging van de PD-85 aan een tom­standaard eerst de afmetingen van de staaf. De mogelijk­heid of onmogelijkheid van bevestiging van de pad aan de standaard hangt af van de maten van deze staaf.
Acceptabele staafdiameters: 8,5 – 11,5 mm.
Aansluiten op een Percussion Sound Module (TD-20, TD-12,
TD-10, TD-8, TD-6V/6, TD-3, enz.).
Wanneer u de aansluiting op uw Percussion Sound Module
hebt voltooid, raadpleegt u de handleiding van deze
geluidsmodule en maakt u de nodige instellingen.
• Om defecten en/of schade aan luidsprekers of andere
toestellen te voorkomen, moet u steeds het volume
dichtzetten en alle toestellen uitschakelen alvorens
aansluitingen te maken.
• Gebruik voor de verbinding de bijgeleverde stereokabel.
Anders (bij gebruik van een monokabel) zult u de "rim
shot" en "cross stick" speeltechnieken niet kunnen
gebruiken.
• Verbind de L-vormige plug van de meegeleverde kabel
met de PD-85. Dit voorkomt belasting van de verbinding
met de PD-85.
Percussion Sound Module
TD-20 2 (SNARE), 3–6 (TOM 1–4),
TD-12 2 (SNARE), 3–5 (TOM 1–3),
TD-10 2 (SNARE) TD-8 3 (SNARE) TD-6V/6 2 (SNARE) TD-3 SNARE
Trigger-input met "rim shot" capaciteit
12–15 (AUX 1–4)
11 (AUX 1), 12 (AUX 2)
3
Vervolg
Speelmethoden
Tabel met de Sound Module­compatibiliteit
Head Shots
Sla alleen op het vel van de pad. Bij bepaalde snaarklanken
verandert de speelpositie de nuance van de klank.
fig.HeadShot.e
Drumvel
Rim Shots
Sla tegelijkertijd op het vel en de rand.
fig.RimShot.e
Drumvel
Rand (Rim)
Cross Stick
Sla alleen op de rand van de pad.
U kunt "rim shots" en/of "cross stick"-klanken spelen.
Dit hangt af van het instrument dat u aan de rand toewijst.
fig.XStick.e
TD-20, TD-12,
TD-10, TD-8
Head Shot o o Positional Sensing o – Rim Shot o o Cross Stick o o
* Raadpleeg de handleiding van de desbetreffende module voor
meer informatie over instellingen en klanken.
Als u geluidsmodules gebruikt die een correspondentie hebben voor de nuances van het rim shot, zal het geluid veranderen volgens de manier waarop u uw rim shots speelt. Raadpleeg de handleiding van elke geluidsmodule.
TD-6V/6, TD-3
Als u bij het slaan op het drumvel een rim­geluid krijgt, moet u de rim-gevoeligheid (Rim Sens of RimShot Adjust) aanpassen. Als u er daarentegen moeilijk in slaagt om rim shot-geluiden te produceren, moet u de rim­gevoeligheid (Rim Sens of Rimshot Adjust) vergroten.
Rand (Rim)
Rand (Rim)
* Zorg dat u alleen de rand van de pad raakt als u een cross stick
speelt. Het plaatsen van uw hand op de bovenkant van de rand kan verhinderen dat de cross stick klank goed wordt gespeeld.
4
Het vel vervangen
Wanneer vervangt u het vel?
Het vel is een verbruiksgoed dat verslijt en dat u na verloop
van tijd moet vervangen. Vervang het vel in de volgende
omstandigheden:
• Het veloppervlak is gescheurd
• Er blijven slappe zones in het vel zelfs als de velspanning
is aangepast.
Vervangvellen (apart verkrijgbaar): MH-8 Mesh Head
Hoe vervangt u het vel?
Als een borgschijf loskomt van de frame bij het vervangen van het vel, plaatst u de schijf zo dat de vier sleufjes uit­gelijnd zijn met de overeenstemmende randen in de frame. Druk vervolgens stevig op de mof.
fig.LockBush.e
Borgschijf
Fram e
1. Verwijder alle stembouten en sluitringen
van de KD-85.
Houd de borgschijf (zie onderstaande figuur) op zijn
plaats met uw vinger bij het verwijderen van iedere stem-
bout, om te voorkomen dat u de schijf uit de frame trekt.
fig.Replace.e
Stemsleutel
Rubberen deel van de roede
Sluitring
* De borgschijfjes voorkomen dat de stemmoeren gaan draaien en
loskomen door de trillingen die u produceert bij het spelen.
Stembout
Roede
Borgschijf
Fram e
2. Verwijder de roede.
3. Verwijder het oude vel.
4. Plaats het nieuwe vel op het frame.
Specificaties
PD-85 (V-Pad)
Paddiameter: 8 inches
Triggers: 2 (Head, Rim)
Afmetingen: 245 (B) x 310 (D) x 95 (H) mm
Gewicht: 1,7 kg
Accessoires: Handleiding, verbindingskabel, stelsleutel
Optioneel: Mesh Head (MH-8), Pad Mount (MDH-10U),
Drum Stands (MDS-3C, MDS-12BK, MDS-20BK)
962a
* In het belang van de productverbetering kunnen de
specificaties en/of de vormgeving van dit toestel zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
5. Plaats de roede op het vel.
6. Steek de stembouten door de sluitringen en
bevestig ze aan de roede en het frame.
7. Regel vervolgens de velspanning. Raadpleeg
hiervoor “De velspanning aanpassen” (p. 2).
Span nooit slechts één stembout aan. Doet u dit toch dan is de spanning in het bovenvel niet gelijkmatig verdeeld, met een foute werking tot gevolg.
5
HET TOESTEL VEILIG GEBRUIKEN
HET TOESTEL VEILIG GEBRUIKEN
INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOKKEN OF VERWONDINGEN TE VOORKOMEN
Over de labels WAARSCHUWING en LET OP
Wordt gebruikt voor instructies die de
WAARSCHUWING
LET OP
gebruiker wijzen op het risico op dodelijke ongevallen of zware verwondingen bij onjuist gebruik van het toestel.
Wordt gebruikt voor instructies die de gebruiker wijzen op het risico op verwondingen of materiële schade bij onjuist gebruik van het toestel.
* Materiële schade verwijst naar schade of
andere ongunstige gevolgen voor het huis en de hele inboedel, huisdieren inbegrepen.
NEEM STEEDS HET VOLGENDE IN
WAARSCHUWING WAARSCHUWING
001
• Lees aandachtig onderstaande instructies en de
volledige handleiding voor u dit toestel gebruikt.
............................................................................................................
002b
• Open het toestel niet en voer er ook geen interne
aanpassingen in uit (de enige uitzondering is als de handleiding specifieke instructies geeft om door de gebruiker te installeren opties te activeren; zie p. 5).
003
• Probeer het toestel niet zelf te herstellen of onder-
delen ervan te vervangen (tenzij deze handleiding hiervoor specifieke instructies bevat). Laat alle onderhoud uitvoeren door uw leverancier, een Roland Service Center of een erkend Roland­distributeur (raadpleeg de pagina "Informatie").
............................................................................................................
004
• Gebruik of bewaar het toestel nooit op plaatsen die:
• onderhevig zijn aan extreme temperaturen (bijv. direct zonlicht in een gesloten voertuig, op of naast verwarmingsbuizen of in de buurt van andere warmtebronnen);
• vochtig zijn (zoals badkamers, wasruimten, op natte vloeren);
• een hoge luchtvochtigheid hebben;
• blootgesteld zijn aan regen;
• stoffig zijn;
• onderhevig zijn aan sterke trillingen.
............................................................................................................
005
• Gebruik dit toestel alleen met een standaard dat door Roland is aanbevolen.
............................................................................................................
Over de pictogrammen
Het -pictogram maakt de gebruiker attent op belangrijke instructies of waarschuwingen. De juiste betekenis van het pictogram wordt bepaald door de tekening in de driehoek. Het links getoonde pictogram wordt gebruikt voor algemene waarschuwingen of om de aandacht te vestigen op gevaar.
Het -pictogram maakt de gebruiker attent op dingen die nooit mogen worden uitgevoerd (verboden zijn). Wat nooit mag worden gedaan, wordt aangegeven door de tekening in de cirkel. Het links getoonde pictogram geeft aan dat het toestel nooit uit elkaar mag worden gehaald.
Het -pictogram maakt de gebruiker attent op dingen die moeten worden uitgevoerd. Wat er moet worden gedaan, wordt aangegeven door de tekening in de cirkel. Het links getoonde pictogram betekent dat de stekker van het netsnoer uit het stopcontact moet worden gehaald.
ACHT
006
• Wanneer u het toestel met een standaard gebruikt, moet u het rek of de standaard zo plaatsen dat het waterpas staat en stabiel blijft. Ook als u geen rack of standaard gebruikt, moet u zorgen dat het toestel op een stevig en waterpas oppervlak staat, dat voldoende steun biedt en het toestel niet doet wankelen.
............................................................................................................
011
• Zorg dat er geen voorwerpen (bijv. brandbare materialen, muntstukken, spelden) of vloeistoffen (water, frisdrank, enz.) in het toestel kunnen terechtkomen.
............................................................................................................
013
• In gezinnen met kleine kinderen moet een volwassene toezicht houden tot de kinderen in staat zijn om het toestel op een veilige manier te gebruiken.
............................................................................................................
014
• Bescherm het toestel tegen zware schokken. (Laat het niet vallen!)
............................................................................................................
VOORZICHTIG
104
• Probeer ervoor te zorgen dat kabels en snoeren verstrikt raken. Hou alle kabels en snoeren buiten het bereik van kinderen.
............................................................................................................
106
• Ga nooit boven op het toestel staan en plaats er geen zware voorwerpen op.
............................................................................................................
118a
• Als u stembouten, sluitringen en/of borgschijfjes verwijdert, bewaar ze dan op een veilige plaats, buiten het bereik van kinderen, zodat zij ze niet per ongeluk kunnen inslikken.
............................................................................................................
6
Vervolg
VOORZICHTIG VOORZICHTIG
(Toevoeging)
• Monteer de pad voorzichtig op de standaard om te vermijden dat uw vingers gekneld raken.
............................................................................................................
(Toevoeging)
• Oefen geen overdreven druk uit op de sensor die zich onder het midden van het vel bevindt. Doet u dit toch dan kan dit de detectie storen en de sensor beschadigen.
............................................................................................................
(Toevoeging)
• Door de materialen die in de sensor zijn gebruikt, kan een verandering in omgevingstemperatuur een invloed hebben op de gevoeligheid van de sensor.
............................................................................................................
(Toevoeging)
• U kunt brushes gebruiken om op de PD-85 te spelen als u de TD-20, TD-12, TD-10, of TD-8 gebruikt als geluidsmodule. Gebruik altijd nylon brushes. Metalen brushes bekrassen niet alleen het drumvel, maar kunnen ook gevaarlijk zijn omdat de punt van de brush in de mazen verstrikt kan raken.
............................................................................................................
(Toevoeging)
• Dit toestel wordt geleverd met een losse bovenvel­spanning. Span het vel aan voor gebruik. Wanneer u op een vel met een te lage spanning slaat, zou dit de sensor en het vel kunnen beschadigen.
............................................................................................................
(Toevoeging)
• Het rubberen gedeelte van de roede zal na verloop van tijd slijten (zeker als u vaak rim shots gebruikt) en vervangen moeten worden. Als het rubber versleten is, kunt u uw rim shots mogelijk niet correct uitvoeren. Vervang in dat geval het rubber van de roede. Raadpleeg de Roland Service voor meer informatie over het vervangen van het roederubber.
............................................................................................................
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
291a
Lees naast de rubriek "HET TOESTEL VEILIG GEBRUIKEN" op pagina's 6-7 ook de volgende punten en neem ze in acht:
Plaatsing
354a
• Stel dit toestel niet bloot aan direct zonlicht, plaats het niet in de buurt van warmtebronnen, laat het niet achter in een afgesloten voertuig en stel het ook op geen enkele andere wijze bloot aan extreme temperaturen. Extreme warmte kan het toestel doen verkleuren of vervormen.
355b
• Bij verplaatsing tussen locaties met een groot verschil in temperatuur en/of luchtvochtigheid, kunnen zich in het toestel waterdruppeltjes (condens) vormen. Als u het toestel in deze conditie gebruikt, kunnen beschadigingen of storingen ontstaan. Laat het toestel daarom voor gebruik enkele uren acclimatiseren. Zo krijgt condens de kans om volledig te verdampen.
356
• Laat rubber, vinyl en dergelijke niet te lang op het toestel liggen. Dit soort voorwerpen kan de afwerking doen verkleuren of op een andere manier aantasten.
Onderhoud
401a
• Gebruik voor een gewone schoonmaakbeurt een zachte, droge of licht bevochtigde doek. Gebruik voor hardnekkig vuil een doek met een mild, niet-bijtend schoonmaakmiddel. Veeg nadien het toestel goed af met een zachte droge doek.
402
• Gebruik nooit benzine, thinners, alcohol of gelijk welk oplosmiddel. Deze producten kunnen immers verkleuring en/of vervorming veroorzaken.
Extra voorzorgen
553
• Gebruik de knoppen, schuifregelaars of andere regelaars van dit toestel met de nodige voorzichtigheid. Dat geldt ook voor de stekkers en de aansluitingen. Ruw omgaan met deze elementen kan defecten veroorzaken.
556
• Neem bij het aansluiten en loskoppelen van kabels steeds de stekker vast – trek nooit aan de kabel. Zo voorkomt u kortsluitingen en schade aan de interne kabelelementen.
558a
• Zet het volume van het toestel niet te luid zodat u uw buren niet stoort. U kunt ook een hoofdtelefoon gebruiken zodat u zich geen zorgen hoeft te maken over de personen in uw nabije omgeving (vooral 's avonds laat).
558d
• Dit toestel is ontworpen om bijkomstig geluid te minimali­seren wanneer het wordt afgespeeld. Geluidstrillingen kunnen zich echter sterker door muren en vloeren heen verplaatsen dan u zou denken. Zorg dat dit geen probleem wordt voor uw buren, zeker 's nachts en bij gebruik van een hoofdtelefoon.
559a
• Als u het toestel transporteert, gebruikt u het best de oorspronkelijke verpakking (inclusief opvulling). Zorg anders voor een gelijkwaardige verpakking.
Dit product voldoet aan de vereisten van de Europese Richtlijn 89/336/EEC.
7
Voor landen van de EU
Informatie
Als u een hersteller nodig hebt, kunt u contact opnemen met het dichtstbijzijnde Roland Service Center of met een erkend Roland-distributeur in uw land. Hun gegevens vindt u in onderstaande lijst.
AFRICA
EGYPT
Al Fanny Trading Office
9, EBN Hagar A1 Askalany Street, ARD E1 Golf, Heliopolis, Cairo 11341, EGYPT TEL: 20-2-417-1828
REUNION
Maison FO - YAM Marcel
25 Rue Jules Hermann, Chaudron - BP79 97 491 Ste Clotilde Cedex, REUNION ISLAND TEL: (0262) 218-429
SOUTH AFRICA
That Other Music Shop(PTY)Ltd.
11 Melle St., Braamfontein, Johannesbourg, SOUTH AFRICA TEL: (011) 403 4105 FAX: (011) 403 1234
Paul Bothner(PTY)Ltd.
17 Werdmuller Centre, Main Road, Claremont 7708 SOUTH AFRICA TEL: (021) 674 4030
ASIA
CHINA
Roland Shanghai Electronics Co.,Ltd.
5F. No.1500 Pingliang Road Shanghai 200090, CHINA TEL: (021) 5580-0800
Roland Shanghai Electronics Co.,Ltd. (BEIJING OFFICE)
10F. No.18 3 Section Anhuaxili Chaoyang District Beijing 100011 CHINA TEL: (010) 6426-5050
Roland Shanghai Electronics Co.,Ltd. (GUANGZHOU OFFICE)
2/F., No.30 Si You Nan Er Jie Yi Xiang, Wu Yang Xin Cheng, Guangzhou 510600, CHINA TEL: (020) 8736-0428
HONG KONG
Tom Lee Music Co., Ltd. Service Division
22-32 Pun Shan Street, Tsuen Wan, New Territories, HONG KONG TEL: 2415 0911
Parsons Music Ltd.
8th Floor, Railway Plaza, 39 Chatham Road South, T.S.T, Kowloon, HONG KONG TEL: 2333 1863
INDIA
Rivera Digitec (India) Pvt. Ltd.
409, Nirman Kendra Mahalaxmi Flats Compound Off. Dr. Edwin Moses Road, Mumbai-400011, INDIA TEL: (022) 2493 9051
INDONESIA
PT Citra IntiRama
J1. Cideng Timur No. 15J-150 Jakarta Pusat INDONESIA TEL: (021) 6324170
KOREA
Cosmos Corporation
1461-9, Seocho-Dong, Seocho Ku, Seoul, KOREA TEL: (02) 3486-8855
MALAYSIA
Roland Asia Pacific Sdn. Bhd.
45-1, Block C2, Jalan PJU 1/39, Dataran Prima, 47301 Petaling Jaya, Selangor, MALAYSIA TEL: (03) 7805-3263
PHILIPPINES
G.A. Yupangco & Co. Inc.
339 Gil J. Puyat Avenue Makati, Metro Manila 1200, PHILIPPINES TEL: (02) 899 9801
SINGAPORE
SWEE LEE MUSIC COMPANY PTE. LTD.
150 Sims Drive, SINGAPORE 387381 TEL: 6846-3676
CRISTOFORI MUSIC PTE LTD
Blk 3014, Bedok Industrial Park E, #02-2148, SINGAPORE 489980 TEL: 6243-9555
TAIWAN
ROLAND TAIWAN ENTERPRISE CO., LTD.
Room 5, 9fl. No. 112 Chung Shan N.Road Sec.2, Taipei, TAIWAN, R.O.C. TEL: (02) 2561 3339
THAILAND
Theera Music Co. , Ltd.
330 Verng NakornKasem, Soi 2, Bangkok 10100, THAILAND TEL: (02) 2248821
VIETNAM
Saigon Music
Suite DP-8 40 Ba Huyen Thanh Quan Street Hochiminh City, VIETNAM TEL: (08) 930-1969
AUSTRALIA/ NEW ZEALAND
AUSTRALIA/ NEW ZEALAND
Roland Corporation Australia Pty.,Ltd.
38 Campbell Avenue Dee Why West. NSW 2099 AUSTRALIA
For Australia Tel: (02) 9982 8266 For New Zealand Tel: (09) 3098 715
CENTRAL/LATIN AMERICA
ARGENTINA
Instrumentos Musicales S.A.
Av.Santa Fe 2055 (1123) Buenos Aires ARGENTINA TEL: (011) 4508-2700
BARBADOS
A&B Music Supplies LTD
12 Webster Industrial Park Wildey, St.Michael, Barbados TEL: (246)430-1100
BRAZIL
Roland Brasil Ltda.
Rua San Jose, 780 Sala B Parque Industrial San Jose Cotia - Sao Paulo - SP, BRAZIL TEL: (011) 4615 5666
CHILE
Comercial Fancy II S.A.
Rut.: 96.919.420-1 Nataniel Cox #739, 4th Floor Santiago - Centro, CHILE TEL: (02) 688-9540
COLOMBIA
Centro Musical Ltda.
Cra 43 B No 25 A 41 Bododega 9 Medellin, Colombia TEL: (574)3812529
COSTA RICA
JUAN Bansbach Instrumentos Musicales
Ave.1. Calle 11, Apartado 10237, San Jose, COSTA RICA TEL: 258-0211
CURACAO
Zeelandia Music Center Inc.
Orionweg 30 Curacao, Netherland Antilles TEL:(305)5926866
DOMINICAN REPUBLIC
Instrumentos Fernando Giraldez
Calle Proyecto Central No.3 Ens.La Esperilla Santo Domingo, Dominican Republic TEL:(809) 683 0305
ECUADOR
Mas Musika
Rumichaca 822 y Zaruma Guayaquil - Ecuador TEL:(593-4)2302364
EL SALVADOR
OMNI MUSIC
75 Avenida Norte y Final Alameda Juan Pablo II, Edificio No.4010 San Salvador, EL SALVADOR TEL: 262-0788
GUATEMALA
Casa Instrumental
Calzada Roosevelt 34-01,zona 11 Ciudad de Guatemala Guatemala TEL:(502) 599-2888
HONDURAS
Almacen Pajaro Azul S.A. de C.V.
BO.Paz Barahona 3 Ave.11 Calle S.O San Pedro Sula, Honduras TEL: (504) 553-2029
MARTINIQUE
Musique & Son
Z.I.Les Mangle 97232 Le Lamantin Martinique F.W.I. TEL: 596 596 426860
Gigamusic SARL
10 Rte De La Folie 97200 Fort De France Martinique F.W.I. TEL: 596 596 715222
MEXICO
Casa Veerkamp, s.a. de c.v.
Av. Toluca No. 323, Col. Olivar de los Padres 01780 Mexico D.F. MEXICO TEL: (55) 5668-6699
NICARAGUA
Bansbach Instrumentos Musicales Nicaragua
Altamira D’Este Calle Principal de la Farmacia 5ta.Avenida 1 Cuadra al Lago.#503 Managua, Nicaragua TEL: (505)277-2557
PANAMA
SUPRO MUNDIAL, S.A.
Boulevard Andrews, Albrook, Panama City, REP. DE PANAMA TEL: 315-0101
PARAGUAY
Distribuidora De Instrumentos Musicales
J.E. Olear y ESQ. Manduvira Asuncion PARAGUAY TEL: (595) 21 492147
PERU
Audionet
Distribuciones Musicales SAC Juan Fanning 530 Miraflores Lima - Peru TEL: (511) 4461388
TRINIDAD
AMR Ltd
Ground Floor Maritime Plaza Barataria Trinidad W.I. TEL: (868)638 6385
URUGUAY
Todo Musica S.A.
Francisco Acuna de Figueroa 1771 C.P.: 11.800 Montevideo, URUGUAY TEL: (02) 924-2335
VENEZUELA
Instrumentos Musicales Allegro,C.A.
Av.las industrias edf.Guitar import #7 zona Industrial de Turumo Caracas, Venezuela TEL: (212) 244-1122
EUROPE
AUSTRIA
Roland Elektronische Musikinstrumente HmbH. Austrian Office
Eduard-Bodem-Gasse 8, A-6020 Innsbruck, AUSTRIA TEL: (0512) 26 44 260
BELGIUM/FRANCE/ HOLLAND/ LUXEMBOURG
Roland Central Europe N.V.
Houtstraat 3, B-2260, Oevel (Westerlo) BELGIUM TEL: (014) 575811
CZECH REP.
K-AUDIO
Kardasovska 626. CZ-198 00 Praha 9, CZECH REP. TEL: (2) 666 10529
DENMARK
Roland Scandinavia A/S
Nordhavnsvej 7, Postbox 880, DK-2100 Copenhagen DENMARK TEL: 3916 6200
FINLAND
Roland Scandinavia As, Filial Finland
Elannontie 5 FIN-01510 Vantaa, FINLAND TEL: (0)9 68 24 020
GERMANY
Roland Elektronische Musikinstrumente HmbH.
Oststrasse 96, 22844 Norderstedt, GERMANY TEL: (040) 52 60090
GREECE
STOLLAS S.A. Music Sound Light
155, New National Road Patras 26442, GREECE TEL: 2610 435400
HUNGARY
Roland East Europe Ltd.
Warehouse Area DEPO Pf.83 H-2046 Torokbalint, HUNGARY TEL: (23) 511011
IRELAND
Roland Ireland
G2 Calmount Park, Calmount Avenue, Dublin 12 Republic of IRELAND TEL: (01) 4294444
ITALY
Roland Italy S. p. A.
Viale delle Industrie 8, 20020 Arese, Milano, ITALY TEL: (02) 937-78300
NORWAY
Roland Scandinavia Avd. Kontor Norge
Lilleakerveien 2 Postboks 95 Lilleaker N-0216 Oslo NORWAY TEL: 2273 0074
POLAND
MX MUSIC SP.Z.O.O.
UL. Gibraltarska 4. PL-03664 Warszawa POLAND TEL: (022) 679 44 19
PORTUGAL
Roland Iberia, S.L. Portugal Office
Cais das Pedras, 8/9-1 Dto 4050-465, Porto, PORTUGAL TEL: 22 608 00 60
ROMANIA
FBS LINES
Piata Libertatii 1, 535500 Gheorgheni, ROMANIA TEL: (266) 364 609
RUSSIA
MuTek
3-Bogatyrskaya Str. 1.k.l 107 564 Moscow, RUSSIA TEL: (095) 169 5043
SPAIN
Roland Iberia, S.L.
Paseo Garc a Faria, 33-35 08005 Barcelona SPAIN TEL: 93 493 91 00
SWEDEN
Roland Scandinavia A/S SWEDISH SALES OFFICE
Danvik Center 28, 2 tr. S-131 30 Nacka SWEDEN TEL: (0)8 702 00 20
SWITZERLAND
Roland (Switzerland) AG
Landstrasse 5, Postfach, CH-4452 Itingen, SWITZERLAND TEL: (061) 927-8383
UKRAINE
TIC-TAC
Mira Str. 19/108 P.O. Box 180 295400 Munkachevo, UKRAINE TEL: (03131) 414-40
UNITED KINGDOM
Roland (U.K.) Ltd.
Atlantic Close, Swansea Enterprise Park, SWANSEA SA7 9FJ, UNITED KINGDOM TEL: (01792) 702701
MIDDLE EAST
BAHRAIN
Moon Stores
No.16, Bab Al Bahrain Avenue, P.O.Box 247, Manama 304, State of BAHRAIN TEL: 17 211 005
CYPRUS
Radex Sound Equipment Ltd.
17, Diagorou Street, Nicosia, CYPRUS TEL: (022) 66-9426
IRAN
MOCO INC.
No.41 Nike St., Dr.Shariyati Ave., Roberoye Cerahe Mirdamad Tehran, IRAN TEL: (021) 285-4169
ISRAEL
Halilit P. Greenspoon & Sons Ltd.
8 Retzif Ha’aliya Hashnya St. Tel-Aviv-Yafo ISRAEL TEL: (03) 6823666
JORDAN
AMMAN Trading Agency
245 Prince Mohammad St., Amman 1118, JORDAN TEL: (06) 464-1200
KUWAIT
EASA HUSAIN AL-YOUSIFI & SONS CO.
Abdullah Salem Street, Safat, KUWAIT TEL: 243-6399
LEBANON
Chahine S.A.L.
Gerge Zeidan St., Chahine Bldg., Achrafieh, P.O.Box: 16­5857 Beirut, LEBANON TEL: (01) 20-1441
OMAN
TALENTZ CENTRE L.L.C.
P.O. BOX 37, MUSCAT, POSTAL CODE 113 TEL: 931-3705
QATAR
Al Emadi Co. (Badie Studio & Stores)
P.O. Box 62, Doha, QATAR TEL: 4423-554
SAUDI ARABIA
aDawliah Universal Electronics APL
Corniche Road, Aldossary Bldg., 1st Floor, Alkhobar, SAUDI ARABIA
P.O.Box 2154, Alkhobar 31952 SAUDI ARABIA TEL: (03) 898 2081
SYRIA
Technical Light & Sound Center
Rawda, Abdul Qader Jazairi St. Bldg. No. 21, P.O.BOX 13520, Damascus, SYRIA TEL: (011) 223-5384
TURKEY
Ant Muzik Aletleri Ithalat Ve Ihracat Ltd Sti
Siraselviler Caddesi Siraselviler Pasaji No:74/20 Taksim - Istanbul, TURKEY TEL: (0212) 2449624
U.A.E.
Zak Electronics & Musical Instruments Co. L.L.C.
Zabeel Road, Al Sherooq Bldg., No. 14, Grand Floor, Dubai, U.A.E. TEL: (04) 3360715
NORTH AMERICA
CANADA
Roland Canada Music Ltd. (Head Office)
5480 Parkwood Way Richmond B. C., V6V 2M4 CANADA TEL: (604) 270 6626
Roland Canada Music Ltd. (Toronto Office)
170 Admiral Boulevard Mississauga On L5T 2N6 CANADA TEL: (905) 362 9707
U. S. A.
Roland Corporation U.S.
5100 S. Eastern Avenue Los Angeles, CA 90040-2938, U. S. A. TEL: (323) 890 3700
As of January 15, 2005 (ROLAND)
Lees voor ingebruikname van de pads en pedaal, zorgvuldig de gedeelten met als titel: ‘HET APPA­RAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN’ en ‘BELANGRIJKE OPMER­KINGEN’ (p. 2-3).
Deze gedeelten verstrek­ken belangrijke informa­tie over een goede werking van de pads en pedaal.
Om er zeker van te zijn dat u voldoende begrip verworven hebt met betrekking tot elke moge­lijkheid waarin uw nieuwe eenheid voorziet, dient u de gebruikshand­leiding in zijn geheel door te nemen.
U kunt voor het gemak het beste de handleiding binnen handbereik bewaren.
Gebruikershandleiding
Gefeliciteerd met uw keuze voor de Roland Dual Trigger Pad PD-8/Dual Trigger Cymbal Pad CY-8/Kick Trigger Pad KD-8/HH Control Pedal FD-8.
Voor ingebruikname van de PD-8/CY-8/KD-8/FD-8, dient u de percussion sound module (p. 12) volgens de instellings­waarden in te stellen.
Copyright © 2004 ROLAND CORPORATION Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze publicatie mag zonder
schriftelijke toestemming van ROLAND CORPORATION op generlei wijze gereproduceerd worden.
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOMEN
Over
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
WAARSCHUWING en
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij de gebruiker attent gemaakt wordt op het risico van overlijden of zwaar letsel, wanneer het apparaat niet op juiste wijze gebruikt wordt.
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij de gebruiker attent gemaakt wordt op het risico van letsel of materiële schade, wanneer het apparaat niet op juiste wijze gebruikt wordt.
* Materiële schade verwijst naar schade
of andere ongunstige effecten, die ten aanzien van het huis en al het aanwezige meubilair, en tevens aan huisdieren kunnen optreden.
VOORZICHTIG opmerkingen
NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT
WAARSCHUWING WAARSCHUWING
001
• Lees voor de ingebruikneming van de pads en pedaal eerst onderstaande aanwijzingen, en de gebruikershandleiding.
................................................................................................
002a
• Open onder geen voorwaarde de pads en pedaal of breng er een wijziging in aan.
................................................................................................
003
• Probeer de pads en pedaal niet te repareren, of interne delen te vervangen (behalve wanneer deze handleiding voorziet in speci­fieke aanwijzingen). Ga voor al het onderhoud naar uw dealer, het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een gemachtigde Roland distributeur, zoals te lezen op het bijvoegde informatievel.
................................................................................................
004
• Gebruik of berg de pads en pedaal nooit op in:
• ruimtes, die blootgesteld zijn aan extreme
temperaturen (bijvoorbeeld direct zonlicht, in de besloten ruimte van een voertuig, vlakbij een verwarmingsafvoer, bovenop warmte producerende apparatuur) of
• vochtige ruimtes (bijvoorbeeld badkamers, de
wc, op natte vloeren of
• natte ruimtes of
• ruimtes die zijn blootgesteld aan regen of
• stoffige ruimtes of
• ruimtes die onderhevig zijn aan sterke trillingen.
................................................................................................
Over de symbolen
Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis van het symbool wordt bepaald door het teken, dat zich binnen de driehoek bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit teken voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwingen, of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.
Het symbool wijst de gebruiker op onderdelen, die nooit verplaatst mogen worden (verboden). De specifieke handeling, die niet uitgevoerd mag worden, wordt aangegeven door het symbool, dat zich binnen de cirkel bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat nooit uit elkaar gehaald mag worden.
Het wijst de gebruiker op onderdelen, die verwijderd moeten worden. De specifieke handeling, die uitgevoerd moet worden, wordt door het symbool binnen de cirkel aangegeven.
005
• De pads en pedaal mogen alleen gebruikt worden met een door Roland aanbevolen rek of standaard.
................................................................................................
• Bij gebruik van de pads en pedaal met een door Roland aanbevolen rek of standaard, moet het rek of standaard zorgvuldig waterpas geplaatst worden, zodat stabiliteit gewaarborgd is. Bij gebruik zonder rek of standaard moet u er toch voor zorgen dat welke plaats u ook kiest voor de pads en pedaal, deze voorzien is van een vlakke, goed dragende onder­grond, waardoor wiebelen uitgesloten wordt.
................................................................................................
007
• Wees er zeker van dat u de pads en pedaal altijd zodanig heeft geplaatst dat een waterpas opstelling en stabiliteit blijvend verzekerd is. Plaats hem nooit op een standaard die zou kunnen gaan wiebelen of op hellende vlakken.
................................................................................................
011
• Voorkom dat voorwerpen (bijvoorbeeld brandbare materialen, munten, spelden) of vloeistoffen (water, frisdranken, etc.) de pads en pedaal binnendringen.
................................................................................................
013
• In huishoudens met kleine kinderen zou een volwassene toezicht moeten houden tot het kind alle regels kan opvolgen, die essentieel zijn voor de veilige werking van de pads en pedaal.
................................................................................................
2
014
WAARSCHUWING
005
• Bescherm de pads en pedaal tegen schokken of stoten. (Laat de unit niet vallen!)
................................................................................................
VOORZICHTIG
104
• Probeer te voorkomen dat snoeren en kabels verstrikt raken. Bovendien moeten alle snoeren en kabels buiten bereik van kinderen gehouden worden.
................................................................................................
106
• Plaats geen zware voorwerpen op de pads en pedaal.
................................................................................................
118
• Wees er bij het verwijderen van moeren, ringen, schroeven, veiligheidsschroeven, etc. zeker van dat ze op een veilige plaats, buiten het bereik van kinderen opgeborgen worden, zodat ze niet per ongeluk ingeslikt kunnen worden.
VOORZICHTIG
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
291a
In aanvulling op de onderwerpen die genoemd worden onder “HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN” op pagina 2, wordt u verzocht het volgende te lezen en te bekijken:
Plaatsing
• Stel de pads en pedaal niet bloot aan direct zonlicht, noch plaats hem in de buurt van apparaten die warmte afgeven. Laat de pads en pedaal niet achter in een afgesloten voertuig of een andere plaats waar extreme temperaturen heersen. Voorkom eveneens plaatsing nabij verlichtingsapparatuur, zoals een lichtbron die heel dichtbij het apparaat wordt geplaatst (zoals een pianolichtje), of krachtige spots, die gedurende langere tijd op hetzelfde gebied gericht zijn. Buitensporige hitte kan de pads en pedaal doen vervormen of verkleuren.
• Bij verplaatsing tussen locaties met een groot verschil in temperatuur en/of luchtvochtigheid, kan er zich in de pads en pedaal condens vormen. Daarom dient u de pads en pedaal voor gebruik enkele uren te laten acclimatiseren, zodat condens de kans krijgt volledig te verdampen.
• Voorkom dat rubber, vinyl of soortgelijke materialen gedurende langere tijd op de pads en pedaal blijven liggen. Dergelijke voorwerpen kunnen de afwerking doen verkleuren of op een andere manier aantasten.
Onderhoud
• Maak de pads en pedaal voor dagelijks onderhoud schoon met een zachte doek, die eventueel met water licht bevochtigd is. Gebruik voor het verwij­deren van hardnekkig vuil een doek geïmpregneerd met een mild niet-schurend schoonmaakmiddel.
Zorg ervoor dat u de pads en pedaal daarna goed afneemt met een zachte droge doek.
• Gebruik nooit benzine, verdunner, alcohol of welk soort oplosmiddel dan ook, teneinde verkleuring en/of vervorming te voorkomen.
Extra voorzorgmaatregelen
• Behandel de knoppen, schuifregelaars of andere regelaars van de pads en pedaal met de nodige zorg. Dat geldt ook voor het gebruik van pluggen en stekkers. Een ruwe behandeling kan leiden tot storingen.
• Pak alleen de stekkers beet om kabels in de apparatuur te steken of eruit te trekken – trek nooit aan de kabels. Zo voorkomt u kortsluiting of schade aan de inwendige delen van de kabel.
• Aangezien geluidstrillingen door vloeren en muren hoorbaar zijn, dient men te voorkomen dat deze geluiden overlast bij de buren veroorzaken, vooral bij gebruik ’s nachts en bij gebruik van een kopte­lefoon.
• Het rubber van het padoppervlak kan verbleken, maar dit heeft geen invloed op het functioneren ervan.
3
PD-8
Kenmerken
• Dit pad is te gebruiken met dubbele triggers voor gescheiden head- en rimsounds.
• Het aanslaggevoelige pad voorziet in vele variaties en mogelijkheden.
• Het compacte 8.5-inch pad zorgt voor een grotere veelzijdigheid binnen een opstelling.
• Bij gebruik samen met een percussie sound module met galm instellingen, kan men verschillen in toon krijgen door de plaats van aanslag op het pad te variëren.
Raadpleeg voor details over de galm instellingen de docu-
mentatie over de gebruikte percussion sound module.
Inhoud van de verpakking
PD-8 (pad unit)
Verbindingskabel (stereo)
Gebruikershandleiding (deze handleiding)
Een opstelling maken
Het bevestigen van het pad aan een standaard
Bevestig de PD-8 aan een drumstandaard.
Zorg er bij bevestiging van de PD-8 aan het padmontuur voor,
dat de bevestigingsschroef voor de standaard goed aange-
draaid wordt. Als hij los blijft zitten, kan het pad eraf vallen.
Vastdraaien
osdraaien
Staaf
Steek de staaf door de pijp binnenin de houder.
Paneelbeschrijving
Bevestigingsschroef voor standaard
Speelvlak (Head)
Bevestigingsschroef voor standaard
Aansluiting voor jackplug
4
Controleer bij bevestiging van de PD-8 aan een tomstandaard
eerst de afmetingen van de staaf. De mogelijkheid of onmoge-
lijkheid van bevestiging van het pad aan de standaard hangt
af van de maten van deze staaf.
Acceptabele staafdiameters: 8.5–11.5 (3/8 tot 1/2 inch).
Bevestiging aan een Percussie Sound Module
Draai ter voorkoming van storingen en/of beschadiging van
luidsprekers of andere apparatuur, altijd het volume laag, en
zet alle apparaten uit alvorens ze onderling te verbinden.
1. Gebruik de meegeleverde verbindingskabel, en
verbind de uitgang van de PD-8 met de trigger ingang van de percussie sound module.
Verbind de L-vormige plug van de meegeleverde kabel met de PD-8. Dit voorkomt belasting van de verbinding met de PD-8.
2. Verzorg de trigger instellingen van de percus-
sion sound module. Voor de aanbevolen instel­lingswaarden, zie pag. 12.
Wanneer u de instellingen van de percussion sound
module niet juist uitvoert, kunnen de volgende proble-
men ontstaan:
• Soms is er geen sprake van een strak geluid (oneven volume)
• Het volume is te laag (verminderde gevoeligheid)
Raadpleeg de documentatie over de door u gebruikte
percussion sound module voor informatie over het ver-
anderen van de parameters.
Specificaties
PD-8: Pad
Pad diameter: 8.5 inches
Trigger: 2 (Head, Rim)
Afmetingen: 226 (breedte) x 280 (lengte) x 54 (hoogte) mm
Gewicht: 1250 g/2 lbs 13 oz
Accessoires: Gebruikershandleiding, verbindingskabel
Opties: Pad monturen (MDH-7U, MDH-10), Drum
standaards (MDS-3C, MDS-6, MDS-8C, MDS­10, MDS-20)
PD-8
In het belang van productverbetering zijn de specificaties en/
of uitvoeringen van deze pad onderhevig aan veranderingen
zonder waarschuwing vooraf.
5
CY-8
Eigenschappen
• Het aanslaggevoelige cymbalpad voorziet in vele variaties en mogelijkheden.
• Speciaal ontworpen voor cymbalen biedt het pad een ideaal speelgevoel. De geluidskarakteristiek van dit pad geeft op een realistische wijze beweging weer met een voor een bekken kenmerkende swing.
•U kunt bow shots, edge shots en chokingtechnieken gebruiken.
Inhoud van de doos
CY-6 (cymbal pad unit)
Verbindingskabel (stereo)
Vleugelmoer
Viltring
Stopper
Gebruikershandleiding
(deze handleiding)
Paneelbeschrijving
1. Gebruik een stelsleutel uit de winkel om de
bout, die aan de stopper zit, vast te draaien.
De stopper voorkomt draaien van het cymbal pad en het blij­ven haken of het verstrikt raken van de kabels aan de stan­daard.
Stopper Verzeker u van een juiste positionering.
2.
Bevestig de CY-8 zodanig, dat het logo zich aan de andere kant van het speelgebied bevindt.
3.
Maak de vleugelmoer dermate vast, dat de gewenste ruimte bereikt wordt.
Gebruik de meegeleverde vilten ring en de vleugelmoer.
Draai de bout vast met een stelsleutel uit de winkel
Vleugel moer
Viltring
Pad oppervlak
welving (bow)
rand (rim)
Aansluiting voor een jackplug
De opstelling
Het bevestigen van de cymbal pad aan een standaard
Bevestig de CY-8 aan een bekken houder.
6
Zorg ervoor, dat de kabels niet in aanraking komen met delen
van de cymbal en/of de standaard. Een kabel die een cymbal
unit of een standaard raakt, veroorzaakt een dubbele klank of
een ander ongewenst effect.
Bevestiging aan een Percussion Sound Module
921
Draai ter voorkoming van storingen en/of beschadiging van
luidsprekers of andere apparatuur, altijd het volume laag, en
zet alle apparaten uit alvorens ze onderling te verbinden.
1. Gebruik de meegeleverde verbindingskabel en
verbind de jackplug aansluiting van de CY-8 met de jackplug trigger ingang van de percus­sion sound module.
Verbind de L-vormige plug, die aan de meegeleverde kabel zit, met de CY-8. Dit voorkomt belasting van de verbinding met de CY-8.
Om edge shot en chokingspeeltechnieken uit te kunnen
voeren, is het nodig een verbinding te leggen met een
jackplug trigger ingang van een percussion sound
module, die de mogelijkheid biedt rim shots te maken.
2.
Geef de kabel wat speling, zodat er niet aan getrok­ken wordt door de bewegingen van de CY-8 bij het bespelen.
fig.CY04a.e
Houd wat speling in de kabel
CY-8
Edge shot
Deze speelwijze houdt in, het raken van de rand van het bek­ken met het midden van de stick. Dit correspondeert met het geluid van de ‘rimside’ van de aangesloten triggeringang.
Om gebruik te maken van de mogelijkheid tot het produ-
ceren van een edge shot, is het nodig een verbinding te
leggen met een jackplug op de trigger ingang van een
percussion sound module waar rim shots op ingesteld
kunnen worden.
Rand
3.
Verzorg de trigger instellingen van de percussion sound module. Raadpleeg pag. 12 voor de aanbevo­len waarden.
Wanneer u de instellingen van de percussion sound
module niet juist uitvoert, kunnen de volgende proble-
men ontstaan:
• Soms is er geen sprake van een strak geluid (oneven volume)
• Het volume is te laag (verminderde gevoeligheid)
Raadpleeg de documentatie over de door u gebruikte
percussion sound module voor informatie over het ver-
anderen van de parameters.
Spelen op de CY-8
Bow shot
Dit is de meest gangbare speelwijze, spelen op de zadel van het bekken. Dit correspondeert met het geluid van de ‘head-side’ van de aangesloten triggeringang.
Rand
Choking
Dempen van het geluid (afknijpen) met de hand aan de rand van het bekken, onmiddellijk nadat het bekken geraakt wordt, doet het geluid verstommen.
Om gebruik te kunnen maken van choking speel-technie-
ken, is het nodig een verbinding te leggen met een jack-
plug op de trigger ingang van een percussion sound
module waar rim shots op ingesteld kunnen worden.
Specificaties
CY-8: Cymbal Pad
Pad diameter: 12 inches
Triggers: 2 (Head, Rim)
Afmetingen: 290 (breedte) x295 (lengte) x 45 (hoogte) mm
Gewicht: 650 g
Accessoires: Gebruikershandleiding, verbindingskabel,
vleugelmoer, viltring, stopper
Opties: Cymbal Mounts (MDY-7U, MDY-10)
Drum standaards (MDS-3C, MDS-6, MDS-8C,
MDS-10, MDS-20)
In het belang van productverbetering kunnen de specificaties en/of uitvoering van deze unit zonder waarschuwing vooraf worden gewijzigd.
7
KD-8
Eigenschappen
• Het aanslag gevoelige pad voorziet in vele variaties en mogelijkheden.
• Een verticaal trigger oppervlak voor extreem rustige prestaties. Ook te gebruiken met dubbele pedalen.
Inhoud van de doos
KD-8 (pad unit)
Mono verbindingskabel
Schroeven (bevestigd aan het bodempaneel)
Gebruikershandleiding
* Deze pad wordt geleverd zonder kick pedal en beater. Gebruik de pad met een in de winkel verkrijgbare kick pedal and beater.
Paneelbeschrijving
2. Trek de standaard uit in de richting aangegeven
door de pijl, totdat hij volledig uitgeklapt is.
3. Gebruik een stelsleutel uit de winkel om de in
Stap 1 verwijderde schroeven vast te zetten, zodat de standaard stevig geborgd wordt.
Aansluiting voor jackplug
Standaard
Veiligheidsschroef
Voetplaat
Head
Een opstelling maken
Draai ter voorkoming van storingen en/of beschadiging van
luidsprekers of andere apparatuur altijd het volume laag, en
zet alle apparaten uit, alvorens ze onderling te verbinden.
1. Verwijder de aan de achterkant van de KD-8
trigger bevestigde schroeven.
4. Bevestigd het kickpedaal.
Breng de beater zodanig in stelling, dat het hoofd in het midden geraakt wordt. Zet het kickpedaal en de PD-8 daarna stevig op z’n plaats vast.
Beater
Plaats het kickpedaal zorgvuldig.
De hoogte van de voetplaat afstellen
Het hangt van uw kickpedaal af of hij stabiel aan de KD-8 bevestigd kan worden. Zorg ervoor dat het gehele oppervlak van de pedaal met de vloer in aanraking is.
8
KD-8
Beater
Kickpedaal (apart verkrijgbaar)
* Stel de hoogte zo in, dat het gehele pedaal contact maakt met de vloer.
1. Maak de veiligheidsschroeven los en verwijder
de voetplaat.
2. Plaats het kickpedaal zo, dat het gehele grond-
vlak de vloer raakt.
3. In de meeste gevallen staat de standaard wat
zweverig. Haal de veiligheidsschroeven stevig aan om de standaard en voetplaat aan elkaar te bevestigen.
Deze hoogte zal wat variëren, afhankelijk van uw kickpedaal.
• Plaats het voetpedaal nauwkeurig.
• Pas op, dat uw vingers niet bekneld raken.
• De punten van de veiligheidsschroeven zijn scherp. Ga er voorzichtig mee om.
• Zorg er bij het verplaatsen van de opstelling voor de schroeven te verwijderen en de standaard in te klappen. Vervoer van de KD-8, terwijl hij uitgeklapt staat, stelt de standaard bloot aan buitensporige spanningen en resul­teert in beschadiging van de standaard.
Bevestigen van de veiligheids­schroeven
Stel de veiligheidsschroeven bij gebruik van het kickpedaal op tapijt of vloerbedekking zodanig in, dat ze enigszins buiten de plaat uitsteken, en het pedaal zo op z’n plaats vast zetten. Toch kunnen veiligheidsschroeven op vloermateriaal beschadigin­gen veroorzaken. Bevestig de veiligheidsschroeven correct.
Bevestigen van de veiligheidsschroeven
Bij gebruik op tapijt Bij gebruik op de vloer
• De uiteinden van de veiligheidsschroeven zijn scherp. Ga er voorzichtig mee om.
Bij gebruik van een twinpedal
Bevestig de slagbolletjes zo, dat ze zich bevinden als getoond in de linker figuur. U kunt tot de conclusie komen, dat het gebruik van een twinpedal resulteert in een lagere gevoeligheid dan bij gebruik van één pedaal. Verhoog in zo’n geval de gevoeligheid op de sound module tot het vereiste niveau.
9
KD-8
Aansluiten aan een percussion sound module
1. Gebruik de meegeleverde verbindingskabel, en
verbind de jackaansluiting van de KD-8 met de trigger jackingang van de percussion sound module.
Verbind de L-vormige plug van de meegeleverde kabel met de KD-8. Dit voorkomt belasting van de verbinding met de PD-8.
2. Bepaal de trigger instellingen van de percus-
sion sound module. Raadpleeg pag. 12 voor de aanbevolen waarden.
Wanneer u de instellingen van de percussion sound
module niet juist uitvoert, kunnen de volgende proble-
men ontstaan:
• Soms is er geen sprake van een strak geluid (oneven volume)
• Het volume is te laag (verminderde gevoeligheid)
Raadpleeg de documentatie over de door u gebruikte
percussion sound module voor informatie over het ver-
anderen van de parameters.
Specificaties
KD-8: Kick Trigger Unit
Afmetingen: 272 (breedte) x 260 (diepte) x 405 (hoogte) mm
Gewicht: 2.9 kg
Accessoires: Gebruikershandleiding, verbindingskabel,
schroeven.
In het belang van productverbetering kunnen de specificaties
en/of uitvoeringen van de pads en pedaal onderhevig zijn aan
veranderingen zonder waarschuwing vooraf.
10
FD-8
Kenmerken
Dit hi-hat controle pedaal heeft als kenmerken vrij verstel­bare pedaalplaat hoek en spanning. Het voorziet in open, gesloten en half-open geluiden, en traploos instelbare besturing van volledig geopend tot gesloten positie ter verbreding van een muzikaal resul­taat met rijke expressiviteit.
Inhoud van de doos
Inhoud van de verpakking
FD-8 (pad unit)
Mono-verbindingskabel
Gebruikershandleiding
Afstellen van de reikwijdte van de pedaal
Maak de moer los met de bijgevoegde stelsleutel
Schuif aan de arm
Geringe uitslag
Forse uitslag
Pedaal plaat
Paneel beschrijving
Pedaal plaat
Veiligheidsschroef
Aansluitjack
Specificaties
FD-8: Hi-Hat Controle Pedaal
Uitgangsjack: 1
Afmetingen: 130 (breedte) x 396 (lengte) x 103 (hoogte)
mm
Gewicht: 1.3 kg
Accessoires: Gebruikershandleiding, verbindingskabel,
stelsleutel
962a
In het belang van productverbetering kunnen de specificaties
en/of uitvoeringen van de pads en pedaal onderhevig zijn aan
veranderingen zonder waarschuwing vooraf.
Aansluiten aan een percussion sound module
1. Gebruik de bijgevoegde verbindingskabel en
Een opstelling maken
Draai ter voorkoming van storingen en/of beschadiging van
luidsprekers of andere apparatuur altijd het volume laag, en
zet alle apparaten uit alvorens ze onderling te verbinden.
Jack uitgang
Het bevestigen van de veiligheidsschroeven
(bij gebruik op tapijt)
Veiligheidsschroef
Veer voor veiligheidsschroef
• De punten van de veiligheidsschroeven zijn scherp. Ga er voorzichtig mee om.
• Bij gebruik op vloerbedekking kunnen de veiligheids­schroeven de vloer beschadigen. Bevestig de veiligheids­schroeven dan niet.
• Als de FD-8 langere tijd buiten gebruik is, beweeg de arm om hem vast te zetten, teneinde een grotere vrije slag van het pedaal mogelijk te maken.
• Laat de FD-8 niet gedurende langere tijd met de pedaal ingedrukt staan, ter voorkoming van schade.
verbind de uitgangsjack van de FD-8 met de hi­hat control jack van de percussion sound module.
Verbind de L-vormige plug van de bijgevoegde kabel met de FD-8. Dit voorkomt dat de kabel te strak verbonden is met de FD-8.
11
Aanbevolen instellingen voor een Percussion sound module
Dit zijn de aanbevolen instellingen van de trigger parameters voor het gebruik van de PD-8/CY-8/KD-8 met verschillende percussie sound modules.
• De trigger parameters dienen te worden aangepast aan de status van uw configuratie, en de omgeving waarin de PD-8/ CY-8/KD-8 wordt gebruikt.
TD-10 (TDW-1 V-Cymbal Control, TDW-1)
PD-8 CY-8 KD-8 Trigger Type P9A CrB KD7 Sensitivity 5 8 10 Threshold 2 3 5 Curve Linear Linear LoG1 Scan Time 0.8 2.0 0.8 Retrigger Cancel 4 10 4 Mask Time 8 8 4 Xtalk Cancel (40) (40) (OFF) Mount Type Pad Mount CymMount Separate
TD-10 (Non expanded)
PD-8 CY-8 KD-8 Trigger Type PD9 PD9 KD7 Sensitivity 3 5 7 Threshold 1 1 3 Curve Linear Linear Linear Scan Time 0.8 2.0 0.8 Retrigger Cancel 1 8 1 Mask Time 8 8 12 Xtalk Cancel (30) (30) (OFF)
TD-8
PD-8 CY-8 KD-8 Trigger Type PD-6 CY1 KD7 Sensitivity 6 10 7 Threshold 3 3 3 Curve LINEAR LINEAR LINEAR Scan Time 0.6 2.0 1.2 Retrig Cancel 3 8 6 Mask Time 4 8 12 Xtalk Cancel (30) (30) (30)
TD-6
PD-8 CY-8 KD-8 TrigType PD6 CY6 KD7 Sensitivity 7 10 9 Threshold 3 3 3 TrigCurve LINEAR LINEAR LINEAR Xtalk Cancel (50) (60) (20) Scan Time 1.0 2.0 2.0 Retrig Cancel 3 3 3 Mask Time 4 8 8
SPD-20
PD-8 CY-8 KD-8 Trig Sens 6 12 11 Trig Threshold 0 1 0 Trig Type Pd9 Pd5 Kd7 Trig Curve 0 0 1 Scan Time 00 20 08 Retrigger Cancel 2 6 7 Mask Time 8 12 12 Cross Talk Cancel (40) (50) (OFF) Rim Sensitivity --- --- ---
SPD-S
PD-8 CY-8 KD-8 InputMode HD&RM HD&RM TRGx2 Type PD CY-6 KD Sensitivity 7 9 9 Threshold 3 3 4 VeloCrv LINEAR LINEAR LINEAR Scan Time 0.8 2.0 0.8 RegrigCancel 3 4 6 Mask Time 8 8 8 XtalkCancel (30) (30) (30) Rim Sens --- --- --­Rim Gain 1.4 1.1 ---
HPD-15
PD-8 CY-8 KD-8 Input Mode HD/RM HD/RM TRIGx2 Trig Type PD-7 PD-5 KD-7 Trig Sens 9 11 10 Curve Linear Linear Linear Threshold 3 3 6 Scan Time 1ms 2ms 1ms Retrig Cancel 2 9 4 Mask Time 6ms 8ms 6ms X-Talk Rate OFF OFF (40%) Rim Sens --- --- ---
RM-2
PD-8 CY-8 KD-8 Input Mode H-2 H-2 Trigger Type Pd Kd Threshold 3 4 Sensitivity 8 11 Velocity Curve LG1 Lnr Scan Time 06 06 Retrigger Cancel 2 7 Crosstalk Cancel (30) (off) Mask Time 8 8 Rim Sensitivity --- ---
TMC-6
PD-8 CY-8 KD-8
Threshold 3 3 3 Sensitivity 8 10 10 Trig Type Pd Cy Kd Scan Time 0.8 2.0 0.8 Retrig Cancel 3 3 2 Mask Time 8 8 8 XTalk Cancel (30) (30) (30)
* Wanneer u parameters wijzigt, dient u eerst het trigger type in te stellen.
* De HPD-15 en SPD-S ondersteunen het gebruik van edge shots met de
CY-8 en de PD-8, maar zij ondersteunen geen choking technieken.
* De RM-2 ondersteunt geen gebruik van rim shots met de PD-8.
12
Gebruiksaanwijzing
MDS-3C



 



toelating van Roland Benelux NV.
Loading...