Olivetti D-COPIA 120, D-COPIA 150 User Manual [nl]

PUBLICATION ISSUED BY:
Olivetti Tecnost S.p.A.
Divisione Business Prodotti Office
Via Jervis, 77 -10015 Ivrea (TO)
www.olivettitecnost.com Copyright © 2003, Olivetti
All rights reserved

WAARSCHUWINGEN

Attentie bij het gebruik
Volg de attenties op bij de toepassing van dit apparaat.
Waarschuwing:
• Het gebied van de heater is heet. Wees voorzichtig in dit gebied bij het verwijderen van vastgelopen papier.
• Kijk niet direct in een lichtbron. Anders kunt u uw ogen beschadigen.
• Zet het apparaat niet snel na elkaar aan en uit. Wacht 10 tot 15 seconden na het uitschakelen van het apparaat voordat u het weer inschakelt.
• Schakel de stroom van het kopieerapparaat uit voordat u vervangstukken installeert.
Attentie:
• Plaats het apparaat op een stevige vlakke ondergrond.
• Installeer het apparaat niet op een vochtige of stoffige plaats.
• Wanneer het kopieerapparaat langdurig niet wordt gebruikt, bijv. tijdens de vakantie, dient u de aan/-uitschakelaar uit te zetten en de stekker uit het stopcontact te trekken.
• Wanneer u het kopieerapparaat verplaatst, dient u de aan-/uitschakelaar uit te zetten en de stekker uit het stopcontact te trekken.
• Bedek het apparaat niet met een stofkap, kleed of plasticfolie terwijl de stroom ingeschakeld is. Anders wordt de warmte-uitstraling verhindert, waardoor het apparaat beschadigd kan worden.
• Het gebruik van besturingen of het uitvoeren van andere procedures dan hier beschreven kan een schadelijke blootstelling aan straling ten gevolg hebben.
• De AC contactdoos moet in de nabijheid van de apparatuur geïnstalleerd zijn en eenvoudig toegankelijk zijn.
Belangrijke punten bij de keuze van een opstellingsplaats
Installeer de kopieermachine niet op plaatsen die:
• vochtig, nat of erg stoffig zijn
• aan direct zonlicht worden blootgesteld
• slecht geventileerd zijn
• onderhevig zijn aan extreme temperatuurwisselingen of veranderingen in de luchtvochtigheid bijv. in de nabijheid van de airconditioning of verwarming.
Laat voldoende ruimte open rond de kopieermachine voor onderhoud en behoorlijke ventilatie.
Er wordt een kleine hoeveelheid ozon geproduceerd tijdens de werking van het apparaat. Het emissieniveau is zo laag dat er geen gevaar voor de gezondheid bestaat.
Opmerking:
De actueel aanbevolen lange termijn blootstellinggrens voor ozon bedraagt 0.1ppm (0.2mg/m Daar de kleine hoeveelheid die wordt uitgestoten een onaangename geur heeft, wordt aanbevolen om het apparaat in een goed geventileerde ruimte te plaatsen.
3
) berekend als een gemiddelde concentratie gedurende 8hr.
1
Attenties m.b.t. de handhaving
Wees voorzichtig bij de omgang met het apparaat om het prestatievermogen van dit apparaat te behouden.
Laat het apparaat niet vallen, stel het niet bloot aan schokken en stoot het niet tegen andere voorwerpen aan. Stel de drumpatroon niet bloot aan direct zonlicht.
• Hierdoor kan het oppervlak (groene gedeelte) van de drumpatroon beschadigd worden waardoor er vlekken op de kopieën komen.
Bewaar reservevoorraden zoals drumpatronen en tonerpatronen in hun verpakking in een donkere omgeving.
• Wanneer deze aan direct zonlicht worden blootgesteld, kunnen er vlekken op de kopieën komen.
Raak het oppervlak van het drumpatroon (groene gedeelte) niet met de hand aan.
• Hierdoor kan het oppervlak van de patroon beschadigd worden waardoor er vlekken op de kopieën komen.
Informatie over handelsmerken
• Microsoft en Windows zijn handelsmerken van Microsoft Corporation in de U.S.A. en andere landen.
• IBM en PC/AT zijn handelsmerken van de International Business Machines Corporation.
• Adobe en Acrobat zijn handelsmerken van Adobe Systems Incorporated.
• Alle andere handelsmerken en copyrights zijn het eigendom van de respectievelijke eigenaars.
OLIVETTI verklaart als ENERGY STAR® geheel overeenkomt met de ENERGY STAR betreffende energiebesparing
.
partner dat dit produkt
®
g
voorschriften
Veiligheidsmaatregelen:
Dit digitale kopieerapparaat heeft laserklasse 1 en voldoet aan de 21 CFR 1040.10 en
1040.11 de CDRH normen. Dat betekent dat het apparaat geen schadelijke laserstraling produceert. Voor uw eigen veiligheid, dient u de volgende aanwijzingen op te volgen.
• Verwijder de behuizing, het bedieningspaneel en ander afdekkingen niet.
• De buitenkant van het apparaat bevat verschillende veiligheidsschakelaars. Overbrug deze schakelaars niet door er wiggen of andere voorwerpen in de schakelgleuf te steken.
Waarschuwingen m.b.t. laser
Golflengte
Impulstijden
Uitgangsvermogen
Bij de modellen voor sommige landen zijn de posities van de netschakelaar (POWER) aangegeven met “I” en “O” in plaats van “ON” en “OFF”. Het “O” symbool bij de netschakelaar betekent dat het kopieerapparaat standby staat en niet volledig van het lichtnet is losgekoppeld. Indien de netschakelaar van deze opschriften is voorzien, dient u “I” voor “ON” en “O” voor “OFF” te lezen.
LET OP: Trek de stekker uit het stopcontact om het kopieerapparaat volledig van het lichtnet los te koppelen. De AC contactdoos moet in de nabijheid van de apparatuur geïnstalleerd zijn en eenvoudig toegankelijk zijn.
770 nm - 795 nm
11.82 µs/7 mm
0.17 mW 0.01 mW
+
-
2

INHOUDSOPGAVE

1 INTRODUCTIE
HET GEBRUIK VAN DE
HANDBOEKEN..............................4
NAMEN VAN DE ONDERDELEN.. 5
BEDIENINGSPANEEL................... 6
2
INSTALLATIE VAN HET APPARAAT
INSTALLATIEPROCEDURE ..........7
CONTROLE VAN DE VERPAKKINGSINHOUD EN ACCESSOIRES HET APPARAAT VOOR HET
PLAATSEN VOORBEREIDEN....... 8
VASTZETSCHAKELAAR
SCANKOP .....................................9
PLAATSEN VAN DE
TONERPATROON........................10
STROOM AAN.............................12
3
H
ET LADEN VAN KOPIEERPAPIER
PAPIER ........................................14
HET LAEN VAN DE PAPIERLADE. 15 HANDINVOER
(inclusief speciaal papier) ............ 17
4
HET INSTALLEREN VAN DE SOFTWARE
SOFTWARE VOOR DE OLIVETTI
PERSONAL MFP SERIE.............19
HARDWARE EN SOFTWARE
EISEN ..........................................19
VOOR DE INSTALLATIE..............20
HET INSTALLEREN VAN DE
SOFTWARE................................. 21
INDICATIES OP HET
BEDIENINGSPANEEL ................. 31
HET GEBRUIK VAN DE
PRINTERFUNCTIE ..................... 32
HET GEBRUIK VAN DE
SCANFUNCTIE ...........................34
HET GEBRUIK VAN HET ONLINE
HANDBOEK.................................43
HET GEBRUIK VAN ANDERE GEINSTALLEERDE
BESTURINGEN...........................44
HET AANSLUITEN VAN DE
INTERFACEKABEL .....................45
.............................. 8
5 HET MAKEN VAN KOPIEEN
EENMAAL SCANNEN/VEEL
PRINTEN .....................................46
KOPIEERSNELHEID...................46
HET PLAATSEN VAN DE
ORIGINELEN...............................47
INSTELLEN VAN DE
KOPIEERHOEVEELHEID............49
AFSTELLEN BELICHTING/
FOTOKOPIËREN.........................49
VERKLEINEN/VERGROTEN/ZOOM..51
6 SPECIALE FUNCTIES
BESCHRIJVING VAN DE
SPECIALE FUNCTIES ................52
TONERSPAARFUNCTIE .............52
GEBRUIKERSPROGRAMMA’S ..53 WEERGEVEN VAN TOTAAL
AANTAL KOPIEËN.......................54
7 ONDERHOUD
HET VERVANGEN VAN DE
TONERPATROON........................55
HET VERVANGEN VAN DE
DRUMPATROON..........................56
REINIGING VAN HET APPARAAT ... 57
8 OPSPOREN VAN FOUTEN IN HET
OPSPOREN VAN FOUTEN.........59
STATUS INDICATIES...................60
PAPIERSTORING VERHELPEN .61
9 APPENDIX
SPECIFICATIES ..........................66
INFO OMTRENT GEBRUIKSARTIKELEN EN
INTERFACEKABELS...................68
VERPLAATSEN EN OPSLAAN
VAN HET APPARAAT ..................69
INDEX ..........................................70
SOFTWARE LICENTIE................73
1
2
3
4
5
6
7
8
9
3
1
Dit hoofdstuk bevat basisinformatie voor de toepassing van het apparaat.

INTRODUCTIE

HET GEBRUIK VAN DE HANDBOEKEN

Naast dit printerhandboek wordt ook een online handboek geleverd. Om van alle eigenschappen te kunnen profiteren dient u zich eerst vertrouwd te maken met beide handboeken. Dit geprinte handboek bevat alle informatie over het plaatsen en installeren van het apparaat alsmede instructies voor het gebruik van alle kopieerfuncties. Het online handboek bevat de volgende informatie.
Online handboek
Levert informatie over het maken van keuze-instellingen en het opsporen van problemen. Raadpleeg het online handboek wanneer u dit apparaat gebruikt nadat de eerste installatie werd voltooid.
Het gebruik van het online handboek
Verklaart het gebruik van het online handboek
Printen
Biedt informatie over het printen van een document.
Scannen
Verklaart het gebruik van de scannerbesturing en het afstellen van de instellingen voor de Button Manager.
Het opsporen van problemen
Geeft aanwijzingen voor het oplossen van besturing- of softwareproblemen.
Begrippen die in dit handboek en het online handboek worden gebruikt
• In deze gebruiksaanwijzing wordt de werking van het model met en zonder SPF toegelicht. Wanneer de werking hetzelfde is wordt gebruik gemaakt van de model SPF.
• De illustraties van besturingschermen en andere computerschermen tonen de schermen van de Windows XP Home Edition. Sommige namen die in deze schermen verschijnen kunnen iets afwijken van de schermen die in andere bedrijfssystemen verschijnen.
• In dit handboek wordt over de Toevoer van enkele bladen als “SPF”.
• In dit handboek worden de volgende iconen gebruikt om de gebruiker informatie te verstrekken die voor het gebruik van het apparaat nodig zijn.
Wanneer de inhoud van deze waarschuwing niet correct wordt
Waarschuwing
Attentie
Opmerking
opgevolgd kan letsel van de gebruiker het gevolg zijn.
Wanneer de inhoud van deze attentie niet correct wordt opgevolgd kan het kopieerapparaat of een van de onderdelen ervan beschadigd worden.
Opmerkingen bieden aanvullende informatie m.b.t. de specificaties, functies, prestatievermogen, bediening van het kopieerapparaat enz
Duid een letter aan die in het display wordt weergegeven.
4

NAMEN VAN DE ONDERDELEN

SPF
Origineel uitvoergedeelte
Origineel invoerlade
SPF
scangebied
Handinvoer voor afzonderlijke bladen
Origineel uitvoerlade
Deksel voedingswals
Tonerpatroon
Documentdeksel
1
Drumpatroon
Glasplaat
1
Bedieningspaneel
2
Frontdeksel
3
Papierlade
4
Zijklep
5
Opentoets voor zijklep
6
Handinvoer papiergeleiders
7
Papier uitvoerlade
8
Verlengstuk papier uitvoerlade
9
Aan-/uitschakelaar
10
Handgreep
11
Bus voor netsnoer
12
Ontgrendelingshefboom heater-eenheid
13
Corona-eenheid
14
Reiniger voor corona-bedrading
15
5

BEDIENINGSPANEEL

Belichtingsmodus selectietoets en -indicaties
1
Wordt gebruikt om achtereenvolgens de volgende belichtingsmodi te selecteren: AUTO, MANUEEL of FOTO. De geselecteerde modus wordt door een brandende indicatie aangeduid. (P.49)
Licht en donkertoetsen en
2
belichtingsindicaties
Wordt gebruikt om het MANUEEL of FOTO belichtingsniveau af te stellen. Het geselecteerde belichtingsniveau wordt door een brandende indicatie aangeduid. (P.49) Wordt gebruikt om een gebruikersprogramma instelling te starten en te beëindigen. (P.53)
Alarm indicaties
3
4
5
6
7 8
9
10
11
Drum patroon vervangen vereist indicatie (P.56)
Papierstoring indicatie (P.61)
Toner vereist indicatie (P.55)
SPF indicatie (P.48) (uitsluitend model 15 cpm)
SPF papierstoringindicatie (P.64) (uitsluitend model 15 cpm)
Kopieerpercentage selectietoets en indicaties
Gebruik deze toets om het vooraf ingestelde verkleining- c.q. vergrotingpercentage te selecteren. Het geselecteerde kopieerpercentage wordt door een brandende indicatie aangeduid. (P.51)
Kopieerpercentage display (%) toets (P.51) Display
Geeft het gespecificeerde kopieerpercentage, zoompercentage, code van het gebruikersprogramma en foutcode weer.
SCANNER toets en indicatie (P.31, P.38) ON LINE toets en indicatie
Gaat branden wanneer het apparaat als printer en scanner wordt gebruikt. Voor een beschrijving van de ON LINE indicatie, zie "INDICATIES OP HET BEDIENINGSPANEEL" (P.31).
Stroomspaarstand indicatie
Gaat branden wanneer het apparaat in een stroomspaarfunctie is. (P.52, P.53)
Indicatie locatie papierinvoer
12
Gaat branden om de geselecteerde papier invoerlade te tonen.
Zoom toetsen en indicatie
13
Gebruik deze toetsen om verkleining- of vergrotingpercentages tussen25 en 400% in te kunnen voeren in stappen van 1%. (P.51)
Kopieerhoeveelheid toetsen
14
• Gebruik deze om de gewenste kopieerhoeveelheid te selecteren (1 tot
99). (P.49)
• Gebruik deze toets om ingaven in een gebruikersprogramma te maken. (P.53)
Wistoets
15
• Indrukken om het display te wissen of indrukken tijdens een kopieerproces om dit proces te beëindigen. (P.49)
• Ingedrukt houden tijdens stand-by om het aantal tot nu toe gemaakte kopieën weer te geen. (P.54)
Start toets en indicatie
16
• Wanneer deze indicatie aan is, kan er gekopieerd worden.
• Indrukken om met kopiëren te beginnen.
• Gebruik deze toets om een gebruikersprogramma in te stellen. (P.53)
6
2

INSTALLATIE VAN HET APPARAAT

Volg de onderstaande installatieprocedure op om het apparaat correct te kunnen gebruiken
Wanneer het apparaat tijdens de installatie of het gebruik niet correct functioneert, of wanneer er een functie niet kan worden gebruikt, zie
Opmerking
"OPSPOREN VAN FOUTEN IN HET APPARAAT" (P.59).

INSTALLATIEPROCEDURE

Voor het eerste gebruik dient u het apparaat volgens de onderstaande procedure te installeren.
1
Open de verpakking en controleer of alle accessoires bij het apparaat werden geleverd. (P.8)
2 Verwijder het beschermmateriaal. (P.9)
3 Installeer de tonerpatroon. (P.10)
4 Laad het papier in de papierlade (P.15).
2
5
Steek het andere einde van het netsnoer in de dichtstbijzijnde contactdoos (P.12).
6 Installeer de software.*1(P.19).
7 Sluit het interface kabel*1 (P.45) aan en schakel het apparaat
in (
P
.12).
8 Nu kunt u uw document kopieren (P.46), printen (P.32), of
scannen (P.34).
1
Indien u het apparaat uitsluitend voor het kopiëren gebruikt, kunt u deze stap
*
overslaan.
7

CONTROLE VAN DE VERPAKKINGSINHOUD EN ACCESSOIRES

Open de doos en controleer of de volgende onderdelen en accessoires aanwezig zijn. Indien er een onderdeel ontbreekt of beschadigd is, neem dan contact op met een erkende OLIVETTI vertegenwoordiging.
Gebruiksaanwijzing
Voedingskabel
Drumpatroon
(geinstalleerd in apparaat)
Tonerpatroon

HET APPARAAT VOOR HET PLAATSEN VOORBEREIDEN

Pak het apparaat aan beide
1
handgrepen aan de zijkanten van het apparaat vast tijdens het uitpakken en wanneer u het apparaat naar de opstellingsplaats transporteert.
8
Verwijder alle stukken plakband volgens de onderstaande
2
afbeelding. Open vervolgens het documentdeksel/SPF en verwijder het beschermmateriaal. Hierna neemt u de zak met het netsnoer en de tonerpatroon eruit.
2
model 12 cpm
model 12 cpm
model 15 cpm
model 15 cpm

VASTZETSCHAKELAAR SCANKOP

De ontgrendelingsschakelaar van de scankop bevindt zich onder de glasplaat. Als de schakelaar is vergrendeld ( ), werkt het apparaat niet. Ontgrendel de schakelaar ( ) zoals hieronder afgebeeld.
Hier beetpakken en in pijlrichting draaien.
Vergrendelen
Ontgrendelen
9

PLAATSEN VAN DE TONERPATROON

Open de zijklep.
1
Verwijder het tape van het frontdeksel en verwijder de twee
2
beschermpennen van de heater-eenheid door de touwtjes één voor één naar boven te trekken.
Beschermpennen
Tape
Druk zachtjes aan beide kanten
3
van het frontdeksel om deze te openen.
10
Neem de tonerpatroon uit de zak. Verwijder het
4
beschermpapier. Houd de patroon aan beide kanten vast en schud deze vier tot vijf keer heen en weer. Houd de strip van de beschermafdekking vast en trek de strip naar u toe om het deksel te verwijderen.
4 tot 5 keer
Voer de tonerpatroon
5
voorzichtig in totdat deze op zijn plaats vastklikt.
Sluit het frontdeksel en
6
vervolgens de zijklep door op de ronde uitsteeksels bij de opentoetsen voor de zijkleppen te drukken. De indicatie ( ) gaat uit en de bedrijfsklaar ( ) indicatie gaat branden.
Bij het sluiten van de deksel
Attentie
dient u eerst het frontdeksel zorgvuldig te sluiten en vervolgens de zijkleppen. Wanneer de kleppen in de verkeerde volgorde worden gesloten, kunnen zij beschadigd worden.
2
11

STROOM AAN

Controleer of de aan-/uitschakelaar op de UIT positie staat. Steek het bevestigde netsnoer in de aansluitdoos voor het netsnoer aan de achterkant van de kopieermachine. Steek het andere einde van het netsnoer in het dichtstbijzijnde stopcontact. Zet de aan-/uitschakelaar aan d elinkerkant van het apparaat op AAN. De bedrijfsklaar ( ) indicatie gaat branden net als de andere indicaties die de oorspronkelijke instellingen op het bedieningspaneel aantonen om de bedrijfsklare positie aan te geven. Voor e oorspronkelijke instellingen zie “De oorspronkelijke instellingen op het bedieningspaneel” op de volgende pagina.
Wanneer u het apparaat in een ander land gebruikt als waar hij werd
Waarschuwing
Attentie
Opmerking
gekocht, dient u te controleren of de plaatselijke netspanning overeenkomt met uw model. Wanneer u destekker van het apparaat in een niet overeenkomende netspanning steekt, kan er onherstelbare schade aan het apparaat ontstaan.
Steek het netsnoer alleen in een goed geaarde wandcontactdoos. Gebruik geen verlengsnoeren of stopcontactlijsten.
HHet apparaat gaat in de stroomspaarstand na een vooraf ingestelde tijd nadat de laatste bewerking werd gemaakt. De instellingen van de stroomspaarstand kunnen worden veranderd. Zie "GEBRUIKERSPROGRAMMA’S" (P.53).
Het apparaat gaat weer in de oorspronkelijke instelling na een vooraf ingestelde tijd nadat de laatste kopie, of scanjob printbewerking werd gemaakt. De vooraf ingestelde tijd (automatische wistijd) kan worden veranderd. Zie "GEBRUIKERSPROGRAMMA’S" (P.53).
12
De scankop
De scankop lamp blijft constant aan wanneer het apparaat in de bedrijfsklare positie staat (wanneer de bedrijfsklaar indicatie verlicht is). Het apparaat stelt de scankop lamp af en toe in om de kopieerkwaliteit te behouden. Op dat moment beweegt de scankop automatisch. Dit is normaal en betekent geen storing van het apparaat.
Oorspronkelijke instellingen van het bedieningspaneel
Het apparaat past de oorspronkelijke instellingen toe wanneer het apparaat wordt aangezet of wanneer “automatische wistijd”(P.52) is afgelopen nadat een kopie werd gemaakt of wanneer de wis ( ) toets tweemaal werd ingedrukt. De oorspronkelijke instellingen van het bedieningspaneel worden onderstaand afgebeeld.
A5 A4
141
A4
B5
86
A4
A5
70
"0" wordt in het display.
Wanneer het kopiëren in deze toestand begint, worden de instellingen in de volgende tabel gebruikt.
Kopieerhoeveelheid 1 kopie Afstelling belichting Auto Zoom 100%
Stroom uitschakelmethodes
Wanneer het apparaat een bepaalde tijd niet wordt gebruikt zal het apparaat automatisch in de automatische stroomuitschakelstand (P.52) gaan omhet energiegebruik te reduceren. Wanneer het apparaat lange tijd niet meer wordt gebruikt, dient u de aan-/uitschakelaar uit te schakelen en de stekker uit eht stopcontact te trekken.
2
13
3

HET LADNE VAN KOPIEERPAPIER

Volg de onderstaande stappen op om papier te laden.

PAP IER

Voor de beste resultaten alleen OLIVETTI papier gebruiken.
Soort
papiertoevoer
Papierlade Standaardpapier A4
Handinvoer voor enkele
* Gebruik geen enveloppen met een ander formaat dan standaard, metalen
klemmen, plastic klemmen, met touwsluiting, venster, voering, zelfplakkende enveloppen, met opgeplakte stukken of van synthetisch materiaal. Gebruik geen enveloppen die met lucht zijn gevuld of waaraan etiketten of zegels zijn bevestigd Deze kunnen het apparaat beschadigen.
** Voor papier met een gewicht van 104 tot 128 g/m 2 is A4 het maximum formaat dat
via de enkelvoudige toevoer kan worden aangevoerd.
• Speciaal papier zoals transparante folie, etiketten en enveloppen moeten één voor één via de enkelvoudige toevoer worden ingevoerd.
Soort papier Formaat Gewicht
56 tot 80g/m B5 A5 Brief Zakenbrief Rekening
Standaard papier en dik papier
Speciaa l papier
Transparante folie
Envelop* International DL
A4 B5 A5 B6 A6 Brief Zakenbrief Rekening
A4 Brief
International C5 Zakelijk 10 Monarch
52 tot 128g/m2 **
2
14

HET LADEN VAN DE PAPIERLADE

Til het handvat van de papierlade
1
omhoog en trek de papierlade zo ver mogelijk naar buiten.
Verwijder de vergrendeling van de aandrukplaat. Draai de
2
vergrendeling van de aandrukplaat in pijlrichting om deze te verwijderen terwijl u de aandrukplaat omlaag drukt.
Bewaar de drukplaat die werd verwijderd in stap 2. Om e
3
drukplaatvergrendling te bewaren dient u de vergrendeling te draaien om deze op de gewenste plaats te fixeren.
Drukplaatvergrendeling
3
Stel de papiergeleiders van de papierlade in op de breedte en
4
lengte van het kopieerpapier. Knijp de hefboom van de papiergeleider in en pas de geleider aan de breedte van het papier aan. Beweeg de papiergeleider naar de betreffende gleuf zoals op de lade is gemarkeerd.
Papiergeleider
B
A
B
Papiergeleider A
15
Waaier het papier en plaatshet in de lade. Zorg ervoor dat de
5
randen onder de hoeken zitten.
Laad het papier niet boven de maximumhoogte markering ( ). Het
Opmerking
Opmerking
overschrijden van de markering heeft papierstoring ten gevolg.
Schuif de papierlade weer voorzichtig in het apparaat.
6
Na het laden van het papier kunt u de knipperende annuleren zonder het kopiëren opnieuw te starten, druk op de wis ( ) toets. De
in het display gaat uit en de bedrijfsklaar ( ) indicatie gaat
branden.
Zorg dat het papier vrij is van scheuren, stof, kreukels en omgekrulde of gevouwen hoeken.
Controleer of het papier in de papierstapel van het zelfde soort en formaat is.
Zorg bij het laden van papier, dat er geen ruimte tussen het papier en de papiergeleider is en dat de papiergeleider niet te nauw is ingesteld zodat het papier niet buigt. Anders zullen er papierstoringen ontstaan.
Wanneer u het apparaat langere tijd niet gebruikt, dient u het papier uit het apparaat te verwijderen en op een droge plaats te bewaren. Indien er langere tijd papier in het apparaat blijft, zal dit vocht uit de lucht opnemen, waardoor er papierstoringen ontstaan.
Wanneer u nieuw papier in de papierlade vult, dient u het oude papier te verwijderen. Indien u nieuw papier op het oude papier plaatst kunnen er meerdere bladen tegelijkertijd worden ingetrokken.
16

HANDINVOER (inclusief speciaal papier)

De handinvoer voor afzonderlijke bladen kan worden gebruikt voor de toevoer van standaardpapier, transparante folie, etiketten, enveloppen en ander speciaal papier. Papier met een formaat van A6 tot A4/Zakenbrief en een gewicht tussen 52 tot 128g/m lade worden gebruikt. (Voor papier met een gewicht van 104 tot 128g/m formaat.)
De handinvoer voor enkele bladen kan een blad papier bevatten.
Het originele beeld moet kleiner zijn dan het papier of kopieerpapier.
Opmerking
Indien het originele beeld groter is dan het papier kunnen er vegen op de hoeken van de kopieën ontstaan.
Handinvoer voor enkele bladen
2
2
kan in deze
, is A4 het maximum
Wanner u een blad papier in de handinvoer invoert, nadat er meerdere kopieën werden ingesteld in de kopieerhoeveelheid instelling (P.49), zal de
Opmerking
kopieerhoeveelheid wisselen in "0" en wordt er slechts een kopie gemaakt.
Selecteer de kopieer- en printinstellingen voor u met kopiëren begint.
1
Voor informatie over de kopieerinstellingen, zie "HET MAKEN VAN KOPIEEN" (P.46). Voor informatie over de printinstellingen zie het online handboek of het helpbestand voor de printerbesturing en begin vervolgens te printen via de handinvoer.
Stel de papiergeleiders in op de breedte van het papier. Voer
2
een blad kopieer- of printpapier in (geprinte zijde omlaag) de invoersleuf van de handinvoer.
Het gebruik van de kopieerfunctie
Wanneer u het papier invoert, trekt het apparaat het automatisch naar binnen en begint te kopiëren.
Het gebruik van de printerfunctie
Nadat in het display verschijnt dient u te wachten tot de indicatie voor de locatie van de papierinvoer voor de handinvoer gaat branden en kunt u vervolgens het papier invoeren. Het apparaat rrekt het papier automatisch naar binnen en begint te printen.
3
Printzijde
17
Opmerking voor het laden van enveloppen
• Enveloppen moeten één voor één met de smalle zijde vooraan in de invoersleuf worden ingevoerd.
• Gebruik geen enveloppen met een ander formaat dan standaard, metalen klemmen, plastic klemmen, met touwsluiting, venster, voering, zelfplakkende enveloppen, met opgeplakte stukken of van synthetisch materiaal. Gebruik geen enveloppen die met lucht zijn gevuld of waaraan etiketten of zegels zijn bevestigd.
• Enveloppen waarvan het oppervlak niet vlak is omdat door het reliëf de afdrukken door verontreinigd kunnen worden.
• Bij hoge luchtvochtigheid en temperatuur kan de lijm op de flappen van de enveloppen kleverig worden zodat de enveloppen bij het printen kunnen dichtplakken.
• Gebruik alleen vlakke, scherp gevouwen enveloppen. Omgekrulde of slecht gevormde enveloppen kunnen niet goed worden beprint of kunnen papierstoringen veroorzaken.
• Selecteer alleen Com10, DL, C5 of Monarch in de papierformaat instelling van de printerbesturing. (Voor nadere informatie over de printerbesturing, zie het online handboek).
• Er wordt aanbevolen dat u een testafdruk maakt voor u de actuele printbewerking uitvoert.
18
HET INSTALLEREN VAN DE SOFTWARE
4
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de installatie van de vereiste software om het apparaat met uw computer te kunnen gebruiken. Er wordt ook informatie aangeboden iver het gebruik van het online handboek. De volgende begrippen worden in dit hoofdstuk gebruikt.
CD-ROM
Betekent de meegeleverder CD-ROM bij de OLIVETTI Personal MFP serie software.

SOFTWARE VOOR DE OLIVETTI PERSONAL MFP SERIE

De meegeleverde CD-ROM bevat software voor dit apparaat.
MFP besturing
Scanner besturing
Maakt het mogelijk om de scanfunctie van dit apparaat te bedienen met de TWAIN-compliant en WIA-compliant applicatie.
Printer besturing
Hiermee kunt u de printerfunctie van dit apparaat met uw computer gebruiken.
Print Status Window
De printstatus en informatie over het actuele printproces worden in het status monitor venster weergegeven.
Desktop Document Manager
Een geïntegreerde softwareomgeving die het eenvoudig maakt om document- en beeldbestanden te beheren en applicaties in gebruik te nemen.
Button Manager
Door de Button Manager kan de SCANNER ( ) toets op het apparaat in gebruik worden genomen.
4

HARDWARE EN SOFTWARE EISEN

Check de volgende hardware en software eisen voor het installeren van de software.
Computer type IBM PC/AT of compatibele computer uitgerust met een
Bedrijfssysteem*
Display 800 x 600dots (SVGA) display met 256 kleuren (of beter) Vrije ruimte harde schijf Andere vereisten
voor hardware
1
*
Compatibel met modellen voorzien van Windows 98, Windows Me, Windows 2000 Professional, Windows XP Professional of Windows XP Home Edition en USB standaard interface.
*2Printen is niet beschikbaar in de MS-DOS modus.
3
De vergunning van de beheerder is nodig om deze software via deze instalaltie te
*
installeren.
USB1.1*
2
Windows 95, Windows 98, Windows Me, Windows NT Workstation 4.0 (ServicePack 5 of later)* Professional, Windows XP Professional* Home Edition*3
150MB of meer Een omgeving waarin het bovengenoemde bedrijfssysteem
volledig kan functioneren
1
of bi-directioneel parallel interface (IEEE 1284)
3
, Windows 2000
3
, Windows XP
19

VOOR DE INSTALLATIE

De volgende tabel toont de besturingen en de software die voor iedere versie van Windows geïnstalleerd kunnen worden alsmede de interface aansluiting.
MFP besturing
Printer
besturing/ Print
Status Window
Gebruikers van Windows 98/Me/2000/XP die de USB interface aansluiting gebruiken
Gebruikers van Windows 98/Me/2000/XP die de parallelle interface aansluiting gebruiken Windows 95/NT 4.0 gebruikers
*1Wanneer het apparaat via de parallelle poort is aangesloten, kan het Print Status Window alleen
worden gebruikt wanneer de parallelle poort op ECP modus is ingesteld. Om de parallelle poort modus in te stellen, raadpleegt u de gebruiksaanwijzing van uw computer of vraagt u de computerfabrikant.
*2Desktop Document Manager kan geïnstalleerd worden bij de toepassing van een parallelle
interface aansluiting, de scanner van het apparaat kan echter niet worden gebruikt.
Indien u een deel van uw compuergeheugen als RAM besturing gebruikt,
Beschikbaar*
Scannerbesturing
Beschikbaar Beschikbaar Beschikbaar
1
Niet
beschikbaar
Button
Manager
Niet
beschikbaar
kan de printerbesturing niet de juistehoeveelheid geheugen aangeven. In
Attentie
dit geval dient u het formaat van de RAM schijf te reduceren of deze niet te gebruiken. Raadpleegt de Windows documentatie voor nadere informatie.
Is er al een andere GDI printerbesturing of Windows Printing System printerbesturing geïnstalleerd? Zo ja, dient u de instelling van de printerpoort te wijzigen. Voor het wijzigen van de instelling voor de printerpoort, zie "HET GEBRUIK VAN ANDERE GEINSTALLEERDE BESTURINGEN" (P.44).
Desktop
Document
Manager
Beschikbaar
2
*
20
Installatieschema
Zie de volgende tabel en begin met daarna met de installatie.
Bedrijfs
systeem
Windows XP
Windows 98
Windows Me
Windows 2000
Windows 95/
NT 4.0
Interface Referentiepagina’s voor de installatie
USB/
Parallel
USB
Parallel
USB
Parallel
USB
Parallel
Parallel
De installatie op Windows XP (USB/parallel interface) (P.21) Het installeren op Windows 98/Me/2000 (USB interface) (P.25)
De installatie op Windows 95/98/Me/NT4.0/2000 (Parallel interface) (P.28)
Het installeren op Windows 98/Me/2000 (USB interface) (P.25) De installatie op Windows 95/98/Me/NT4.0/2000 (Parallel interface) (P.28) Het installeren op Windows 98/Me/2000 (USB interface) (P.25) De installatie op Windows 95/98/Me/NT4.0/2000 (Parallel interface) (P.28) De installatie op Windows 95/98/Me/NT4.0/2000 (Parallel interface) (P.28)

HET INSTALLEREN VAN DE SOFTWARE

De volgende begrippen worden in deze paragraaf gebruikt.
MFP
Duid het apparaat als printer en scanner aan.
In deze beschrijving wordt er van uitgegaan dat de muis voor de bediening met de rechterhand is geconstrueerd.
Opmerking
De installatie op Windows XP (USB/parallel interface)
Voor het starten van de installatie dient u te controleren of de USB of parallelle interfacekabel niet aangesloten is op de MFP.
Opmerking
Voor het printen of scannen moet de MFP in online modus staan.
De scannerfunctie werkt alleen wanneer u een USB interfacekabel gebruikt.
Indien er een storingsmelding verschijnt, dient u het probleem volgens de instructies op het scherm te verhelpen. Nadat het probleem werd opgelost, wordt de installatieprocedure voortgezet. Afhankelijk van het probleem dient u de installatie te verlaten. Klik in dit geval op de "Annuleren" toets om de installatie te verlaten. Na het oplossen van uw probleem dient u de software vanaf het begin opnieuw te installeren.
Steek de meegeleverde CD-ROM in uw CD-ROM loopwerk.
1
Klik op de "start"toets, klik op "Deze Computer" ( ), en
2
dubbelklik vervolgens op het CD-ROM ( ) icoon.
Wanneer de "Wizard Nieuwe hardware gevonden" melding verschijnen tijdens de installatie van de software dient u in elk geval op de "Annuleren" toets te drukken.
4
Dubbelklik op het “Setup" ( ) icoon.
3
Indien het taalselectie scherm verschijnt na het dubbelklikken van de "Setup"
Opmerking
icoon, selecteert u de gewenste taal en klikt u op de "Volgende toets. (Normaal gesproken wordt de correcte taal automatisch geselecteerd.)
Selecteer de softwarepaketten die u
4
wilt installeren en klik vervolgens op de “Volgende” toets.
De softwarepaketten met een checkmarkering ( ) op de lijst op het scherm worden geïnstalleerd.
Klik op de "README weergeven" toets om informatie van het geselecteerde pakket weer te geven.
Desktop Document Manager
21
Indien u de parallelle interfaceverbinding gebruikt, mag u de Button Manager checkbox niet selecteren, omdat deze functie niet door de
Opmerking
5
parallelle interface wordt ondersteund.
Indien het volgende scherm verschijnt, klik dan op de "OK" toets. Bekijk de inhoud van "VOOR DE INSTALLATIE" (P.20), en selecteert vervolgens alleen de softwarepakketten die u wilt installeren.
Ga nogmaals door de softwarepaketten die u wilt installeren en klik vervolgens op de “Start” toets.
De te installeren softwarepaketten worden op het scherm weergegeven. Wanneer er ongeschikte pakettten worden weergegeven klikt u op de “Vorige” toets om de juiste paketten opnieuw te selecteren.
Het kopiëren van bestanden voor de installatie van de MFP
6
Desktop Document Manager
besturing. (Deze stap begint als deze in stap 4 geselecteerd was).
Na het bevestigen van de melding in het "Welkom" venster, klikt u
1
op de "Volgende" toets. Er verschijnt een dialoogbox die u vraagt om te controleren of de
2
USB of het parallelle interfacekabel niet aan het apparaat is aangesloten. Controleer of het interfacekabel niet aangesloten is en klik op de “Volgende” toets.
Klik op de "Volgende" toets in de dialoogbox
3
om de MFP besturing te installeren of op Cancel om de installatie te verlaten.
Het installatieprogramma begint de bestanden te kopiëren. Indien het volgende scherm verschijnt terwijl de bestanden gekopieerd worden (de meldingen kunnen meer dan eenmaal verschijnen), klikt u op "Toch doorgaan".
Wanneer de dialoogbox "De installatie van het MFP
4
stuurprogramma is voltooid." verschijnt, klikt u op de "OK" toets.
De Button Manager installatie start.
22
Loading...
+ 54 hidden pages