De fabrikant behoudt zich het recht voor om zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen aan het in
Het merk dat op het product is aangebrachtgeeft
aan dat het product voldoet aan defundamentele
kwaliteitsvereisten.
dezehandleiding beschreven product aan te brengen.
ENERGY STARis een U.S. geregistreerd merk.
Het ENERGY STAR programma is een energiebesparingsplan geïntroduceerd door de United StatesEnvironmental
Protection Agency in antwoord op de milieuproblematiek en met als doel bevordering van deontwikkeling en het
gebruik van meer energie-efficiënte kantoorapparatuur.
Gelieve rekening te houden met het feit dat de volgende omstandigheden bovengenoemde conformiteit evenals
deproductkenmerken niet meer gegarandeerd zijn:
• verkeerde elektrische stroomvoorziening;
• verkeerde installatie, verkeerd of onheus gebruik of in ieder geval gebruik waarbij geen rekening
wordtgehouden met de aanwijzingen in de bij het product geleverde handleiding;
• vervangen van originele componenten of accessoires door een ander type dat niet goedgekeurd is door
deconstructeur, of uitgevoerd door onbevoegd personeel.
Alle rechten voorbehouden. Niets van dit materiaal mag worden verveelvoudigd ofovergedragen in welke
vorm of op welke wijze dan ook, elektronisch of mechanisch,inclusief fotokopieën, opname of door middel
van enig systeem voor het opslaan enopvragen van gegevens, zonder voorafgaande schriftelijke
toestemming van deUitgever.
Veiligheidsaanduidingen in deze handleiding
Lees deze gebruikershandleiding voordat u het faxapparaat in gebruik neemt.
De delen van deze handleiding en onderdelen van het faxapparaat die zijn aangeduid met symbolen, bevatten
veiligheidswaarschuwingen ter bescherming van de gebruiker, andere personen en voorwerpen in de buurt. Ze
zijn ook bedoeld voor een correct en veilig gebruik van het faxapparaat. De symbolen met hun betekenis
worden hieronder beschreven.
WAARSCHUWING:Dit geeft aan dat wanneer u onvoldoende aandacht besteedt aan of u zich
niet op de juiste wijze houdt aan de betreffende punten, dit kan leiden tot
ernstig letsel of zelfs levensgevaar.
VOORZICHTIG:Dit geeft aan dat wanneer u onvoldoende aandacht besteedt aan of u zich
niet op de juiste wijze houdt aan de betreffende punten, dit kan leiden tot
lichamelijk letsel of mechanische beschadiging.
Symbolen
Het symbool geeft aan dat het betreffende deel veiligheidswaarschuwingen bevat. Specifieke
aandachtspunten worden binnenin het symbool aangegeven.
....[Algemene waarschuwing]
....[Waarschuwing voor hoge temperatuur]
Het symbool geeft aan dat het betreffende deel informatie bevat over niet-toegestane handelingen.
Specifieke informatie over de niet-toegestane handeling wordt binnenin het symbool aangegeven.
....[Waarschuwing voor niet-toegestane handeling]
....[Demontage verboden]
Het symbool
uitgevoerd. Specifieke informatie over de vereiste handeling wordt binnenin het symbool aangegeven.
geeft aan dat het betreffende deel informatie bevat over handelingen die moeten worden
....[Waarschuwing voor vereiste handeling]
....[Haal de stekker uit het stopcontact]
....[Sluit het apparaat altijd aan op een geaard stopcontact]
Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger om een vervanging te bestellen als de
veiligheidswaarschuwingen in deze gebruikershandleiding onleesbaar zijn of als de handleiding zelf ontbreekt.
(tegen betaling)
i
<Opmerking>
Wegens prestatie-updates zijn wijzigingen van de informatie in deze gebruikershandleiding voorbehouden
zonder voorafgaande kennisgeving.
Deze gebruikershandleiding bevat informatie over het gebruik van de faxfuncties van dit apparaat. Lees deze
gebruikershandleiding voordat u het apparaat in gebruik neemt.
Raadpleeg tijdens het gebruik de gebruikershandleiding van uw apparaat voor informatie over de onderstaande
onderwerpen.
•Waarschuwingsetiketten
•Voorzorgsmaatregelen bij
de installatie
•Voorzorgsmaatregelen
tijdens gebruik
•Papier plaatsen
•Tonercontainer en tonerafvalbak
vervangen
•Papierstoringen oplossen
•Storingen oplossen
•Reinigen
v
Algemene kennisgeving
Wettelijke kennisgeving
WIJ ZIJN NIET AANSPRAKELIJK VOOR HET VOLLEDIGE OF GEDEELTELIJKE VERLIES VAN
ONTVANGEN DOCUMENTEN, WANNEER EEN DERGELIJK VERLIES WORDT VEROORZAAKT DOOR
SCHADE AAN HET FAXSYSTEEM, STORINGEN, FOUTIEF GEBRUIK OF EXTERNE FACTOREN ZOALS
STROOMONDERBREKINGEN, NOCH VOOR PUUR ECONOMISCH VERLIES OF GEMISTE
OPBRENGSTEN DIE HET GEVOLG ZIJN VAN GEMISTE KANSEN ALS GEVOLG VAN GEMISTE
TELEFOONOPROEPEN OF HIERDOOR GEREGISTREERDE BERICHTEN.
Handelsmerken
•Adobe Acrobat, Adobe Reader en PostScript zijn gedeponeerde handelsmerken van Adobe Systems
Incorporated.
Alle overige bedrijfs- en productnamen in deze gebruikershandleiding zijn handelsmerken of gedeponeerde
handelsmerken van hun respectieve bedrijf. De aanduidingen ™ en ® zijn in deze handleiding weggelaten.
IMPORTANT SAFETY INSTRUCTIONS
When using your telephone equipment, basic safety precautions should always be followed to reduce the risk
of fire, electric shock and injury to persons, including the following:
CAUTION: To reduce the risk of fire, use only No.26 AWG or larger UL listed or CSA certified
telecommunication line cord.
1Do not use this product near water, for example, near a bath tub, wash bowl, kitchen sink or laundry tub,
in a wet basement or near a swimming pool.
2Avoid using a telephone (other than a cordless type) during an electrical storm. There may be a remote
risk of electric shock from lightning.
3Do not use the telephone to report a gas leak in the vicinity of the leak.
4Use only the power cord and batteries indicated in this manual. Do not dispose of batteries in a fire. They
may explode. Check with local codes for possible special disposal instructions.
SAVE THESE INSTRUCTIONS
vi
IMPORTANTES MESURES DE SECURITE
Certaines mesures de sécurité doivent être prises pendant l'utilisation de matériel téléphonique afin de réduire
les risques d'incendie, de choc électrique et de blessures. En voici quelques unes:
1Ne pas utiliser l'appareil près de l'eau, p. ex., près d'une baignoire, d'un lavabo, d'un évier de cuisine, d'un
bac à laver, dans un sous-sol humide ou près d'une piscine.
2Eviter d'utiliser le téléphone (sauf s'il s'agit d'un appareil sans fil) pendant un orage électrique. Ceci peut
présenter un risque de choc électrique causé par la foudre.
3Ne pas utiliser l'appareil téléphonique pour signaler une fuite de gaz s'il est situé près de la fuite.
4Utiliser seulement le cordon d'alimentation et le type de piles indiqués dans ce manuel. Ne pas jeter les
piles dans le feu: elles peuvent exploser. Se conformer aux règlements pertinents quant à l'élimination
des piles.
CONSERVER CES INSTRUCTIONS
vii
Verklaringen omtrent Europese Richtlijnen
VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING MET 2004/108/EG, 2006/95/EEG, 93/68/EEG, 1999/5/EG en 2009/
125/EG.
Wij verklaren uitsluitend op eigen verantwoordelijkheid dat het product waarop deze verklaring betrekking heeft
voldoet aan de volgende specificaties.
Grenswaarden en meetmethoden voor
immuniteitskenmerken van gegevensverwerkende
apparatuur
Grenswaarden en meetmethoden voor
radiostoringskenmerken van
gegevensverwerkende apparatuur
Limietwaarden voor de emissie van harmonische
stromen voor apparatuuringangsstroom 16 A
per fase
Limietwaarden voor spanningsschommelingen en
flikkering in laagspanningsnetten voor apparatuur
met een ingangsstroom 16 A
Veiligheid van apparatuur voor informatietechniek,
waaronder elektrische bedrijfsapparatuur
Eindapparatuur;
Koppelingseisen voor pan-Europese goedkeuring
voor de aansluiting op analoge openbaar
geschakelde telefoonnetwerken (PSTN's) van
eindapparatuur (behalve de eindapparatuur ten
behoeve van de spraaktelefoniedienst) waarin de
netwerkadressering, voor zover daarin is voorzien,
plaatsvindt door middel van dubbeltoonmultifrequentie (DTMF)-signalering.
EN55024
EN55022 Klasse B
EN61000-3-2
EN61000-3-3
EN60950-1
TBR 21
viii
Technische regelgeving voor terminalapparatuur
Deze terminalapparatuur voldoet aan:
•TBR21•DE 08R00Nationale AN voor D
•AN 01R00AN voor P•DE 09R00Nationale AN voor D
•AN 02R01AN voor CH en N•DE 12R00Nationale AN voor D
•AN 05R01AN voor D, E, GR, P en N•DE 14R00Nationale AN voor D
•AN 06R00AN voor D, GR en P•ES 01R01Nationale AN voor E
•AN 07R01AN voor D, E, P en N•GR 01R00Nationale AN voor GR
•AN 09R00AN voor D•GR 03R00Nationale AN voor GR
•AN 10R00AN voor D•GR 04R00Nationale AN voor GR
•AN 11R00AN voor P•NO 01R00Nationale AN voor N
•AN 12R00AN voor E•NO 02R00Nationale AN voor N
•AN 16R00Algemene adviesnota•P 03R00Nationale AN voor P
•DE 03R00Nationale AN voor D•P 04R00Nationale AN voor P
•DE 04R00Nationale AN voor D•P 08R00Nationale AN voor P
•DE 05R00Nationale AN voor D
ix
Verklaring netwerkcompatibiliteit
De fabrikant verklaart dat de apparatuur is ontworpen om te werken op de openbaar geschakelde
telefoonnetwerken (PSTN) in de volgende landen:
OostenrijkFrankrijkLiechtensteinSlowakije
BelgiëDuitslandLitouwenSlovenië
BulgarijeGriekenlandLuxemburgSpanje
CyprusHongarijeMaltaZweden
TsjechiëIJslandNoorwegenZwitserland
DenemarkenIerlandPolenNederland
EstlandItaliëPortugal Verenigd Koninkrijk
FinlandLetlandRoemenië
x
Inleiding
Deze handleiding
Deze gebruikershandleiding bestaat uit de volgende hoofdstukken.
Hoofdstuk 1 - Namen en functies van de onderdelen
Geeft uitleg over de apparaatonderdelen en de toetsen op het bedieningspaneel.
Hoofdstuk 2 - Voorbereiding voor het gebruik
Geeft uitleg over de benodigde instellingen voor u de fax gebruikt
Hoofdstuk 3 - Faxbediening (basis)
Geeft uitleg over het algemene gebruik van de fax zoals het verzenden en ontvangen van originelen
Hoofdstuk 4 - Verzendresultaten en registratiestatus controleren
Geeft uitleg over het controleren van de status van recente verzendingen in het berichtendisplay. Geeft tevens
uitleg over het afdrukken van administratieve rapporten om de communicatieresultaten en de instellingen en
registratiestatus van het apparaat te controleren
Hoofdstuk 5 - Instellingen en registraties
Geeft uitleg over de verschillende instellingen en de registratie van functies, zoals bijvoorbeeld het instellen van
het volume van het waarschuwingsgeluid
Hoofdstuk 6 - Problemen oplossen
Beschrijft hoe u moet reageren op foutmeldingen en problemen
Appendix
Geeft uitleg over het invoeren van karakters en de specificaties van het apparaat
xi
Vormgevingselementen in deze handleiding
De volgende vormgevingselementen worden gebruikt, afhankelijk van het soort beschrijving.
Vormgevingseleme
nt
VetGeeft de toetsen op het
bedieningspaneel of een
computerscherm aan.
[Normaal]Geeft een selectie-item in het
Berichtendisplay aan.
CursiefGeeft een bericht in het
Berichtendisplay aan.
Wordt gebruikt om belangrijke
woorden en zinnen of verwijzingen
naar extra informatie te benadrukken.
OpmerkingGeeft extra informatie of handelingen
ter referentie aan.
BelangrijkGeeft verplichte of verboden items
aan om problemen te voorkomen.
VoorzichtigGeeft aan wat u moet doen om
lichamelijk letsel of
apparaatbeschadiging te voorkomen
en hoe u hiermee moet omgaan.
BeschrijvingVoorbeeld
Druk op de toets Start.
Selecteer [Systeem].
Gereed voor kopiëren wordt
weergegeven.
Raadpleeg voor meer informatie de
Gebruikershandleiding van het apparaat.
OPMERKING:
BELANGRIJK:
VOORZICHTIG:
OnderstreeptVia de linkfunctie kunt u naar de
betreffende pagina gaan. Plaats de
cursor op de onderstreepte tekst tot de
cursor in een handje met een wijzende
vinger verandert (). Klik vervolgens
op de tekst. (In de Inhoudsopgave,
Index en Menulijst zijn de links niet
onderstreept.)
Raadpleeg Inhoud
.
Beschrijving van de gebruiksprocedures
In deze gebruikershandleiding verschijnt de aaneensluitende bediening van de toetsen in het berichtendisplay
als volgt:
Bedieningsprocedure
Druk op [FAX].
Druk op [Volgende] bij
Verzending.
Druk op [Volgende] bij Basis.
Druk op [Wijzigen] bij TTI.
Beschrijving in deze
Gebruikershandleiding
Druk op [FAX], [Volgende] bij
Verzending, [Volgende] bij Basis
en vervolgens op [Wijzigen] bij
TTI.
xii
1
Dit hoofdstuk geeft uitleg over de onderdelen van het faxapparaat.
Voor de overige onderdelen, raadpleeg de Gebruikershandleiding van het apparaat.
Knippert terwijl het
apparaat het
geheugen gebruikt.
Berichtendisplay. Lees hier de berichten
tijdens het bedienen van het apparaat.
Knippert tijdens het
afdrukken en tijdens
ontvangst/verzenden.
Selecteert het menu dat
weergegeven wordt links onderaan
in het Berichtendisplay.
Selecteert het menu dat
weergegeven wordt rechts
onderaan in het
Berichtendisplay.
Schakelt tussen op de haak en van de haak
wanneer u handmatig een fax verzendt.
Schakelt tussen de lagere en hogere
snelkiestoetsen (1 tot 11 en 12 tot 22).
Het lampje brandt bij de hogere
snelkiestoetsen (12 tot 22).
Bestemmingen kunnen worden gecontroleerd en toegevoegd.
Roept de vorige bestemming op. Wordt ook gebruikt om een pauze
in te voegen bij het invoeren van een faxnummer.
Geeft het scherm Adresboek weer, waarin u bestemmingen kunt toevoegen.
Worden gebruikt om de
bestemmingen op te roepen
die opgeslagen zijn onder de
snelkiestoetsen (1 tot 22).
Worden ook gebruikt om
oproepbestemmingen op te
slaan en te wissen.
Geeft het scherm
Kopiëren weer.
Geeft het scherm FAX weer.
Geeft het scherm
Verzenden weer.
Geeft het scherm Documentbox weer.
Geeft het scherm Status/Taak
annuleren weer.
Geeft het menuscherm Systeemmenu/
Tellers weer.
Niet gebruikt in
faxmodus.
Bedieningspaneel
Voor de namen van de toetsen en lampjes voor andere functies dan de faxfuncties, raadpleeg de
Gebruikershandleiding van het apparaat
1-2
Namen en functies van de onderdelen
Brandt als het apparaat
ingeschakeld is.
Worden gebruikt om programma's te
registreren en op te roepen.
Beëindigt (meldt af) in het
scherm Beheer.
Schakelt het apparaat in of uit de slaapstand.
Annuleert de lopende afdruktaken.
Resets instellingen en geeft het
basisscherm weer.
Start het verzenden en het bewerken van instellingen.
Wist ingevoerde nummers en karakters.
Cijfertoetsen.
Om cijfers en symbolen in te voeren.
Geeft het functiemenu voor de fax weer.
Wordt gebruikt om een menu-item te selecteren, de
cursor te verplaatsen bij het invoeren van karakters,
een waarde te wijzigen enzovoort.
Keert terug naar het vorige scherm in
het Berichtendisplay.
Brandt of knippert als zich een fout voordoet.
Selecteert het gekozen item of legt de
ingevoerde waarde vast.
1
1-3
Namen en functies van de onderdelen
1
2
3
4
5
Apparaat
Dit hoofdstuk geeft uitleg over de onderdelen van het faxapparaat.
Voor de onderdelen voor andere functies dan de faxfuncties, raadpleeg de Gebruikershandleiding van het
apparaat
1BedieningspaneelBedien de faxfuncties via dit paneel.
2HoofdschakelaarZet deze schakelaar op AAN als u de fax of
het kopieerapparaat wilt gebruiken. Het
Berichtendisplay licht op om het bedienen
mogelijk te maken.
3Multifunctionele lade
(MF-lade)
Plaats het papier in deze lade wanneer u een
andere papiersoort gebruikt dan die in de
cassette (bijvoorbeeld speciaal papier).
4LINE-connectorSluit de modulaire kabel voor de telefoonlijn
aan op deze connector.
5TEL-connectorSluit de modulaire kabel aan op deze
connector als u een in de handel verkrijgbaar
telefoontoestel gebruikt.
BELANGRIJK: Het automatisch ontvangen van faxen is niet mogelijk als de hoofdschakelaar uitgeschakeld is.
Om het apparaat in de slaapstand te schakelen, drukt u op de Power-toets op het bedieningspaneel.
1-4
Documenttoevoer
7
8
9
10
6
6Klep documenttoevoerOpen deze klep als het origineel vastgelopen
Namen en functies van de onderdelen
1
is in de documenttoevoer.
7Breedtegeleiders voor
originelen
8OrigineleninvoerPlaats de stapel originelen op deze plaat.
9OriginelenuitvoerGelezen originelen worden op deze plaat
10Handgreep voor
openen/sluiten
documenttoevoer
Pas deze geleiders aan aan de breedte van
het origineel.
uitgevoerd.
Houd deze hendel vast om de
documenttoevoer te openen of te sluiten.
1-5
Namen en functies van de onderdelen
1-6
2Voorbereiding voor het gebruik
Dit hoofdstuk beschrijft de benodigde voorbereidingen voor het apparaat in gebruik wordt
genomen.
De klant hoeft deze voorbereidingen niet uit te voeren als deze reeds gedaan zijn door een
servicevertegenwoordiger.
De TTI-informatie (Transmit Terminal Identification) is de informatie over het apparaat (verzendterminal) die
door het ontvangstsysteem op de fax afgedrukt wordt. De informatie bestaat uit verzenddatum en -tijd, het
aantal verzonden pagina's, de interne faxnaam en het lokale faxnummer/ID. Met dit apparaat kan de gebruiker
zelf selecteren of de TTI afgedrukt wordt op de fax van het ontvangstsysteem. Wat betreft de plek waar de
informatie afgedrukt wordt, kunt u kiezen tussen binnen of buiten het verstuurde paginabeeld.
OPMERKING: Normaal gezien wordt de lokale faxnaam in de TTI-informatie afgedrukt. Wanneer
Taakaccounting echter ingeschakeld is en u verzendt originelen nadat een account-ID ingevoerd is, dan wordt
de accountnaam afgedrukt.
1Druk op de toets Systeemmenu/Tellers.
2Druk op de toets of om [FAX] te selecteren.
3Druk op de toets OK.
4Druk op de toets of om [Verzending] te
selecteren.
5Druk op de toets OK.
6Druk op de toets of om [TTI] te selecteren.
7Druk op de toets OK.
8Druk op de toets of om de gewenste plek te
selecteren voor het afdrukken van de informatie of
selecteer [Uit] als u deze niet wilt afdrukken.
9Druk op de toets OK.
2-2
Voorbereiding voor het gebruik
Gedeelten die gebruikt worden
Interne naam fax:B b
*
S
ABC
[ Tekst ]
TTI-informatie instellen
Registreer de naam (interne faxnaam), het faxnummer en de lokale fax-ID, die afgedrukt worden in het TTIgebied (Transmit Terminal Identification).
Door de TTI-gegevens te registreren kan de ontvanger gemakkelijk achterhalen waar de fax vandaan kwam.
Interne faxnaam registreren
2
Registreer de interne faxnaam, die afgedrukt wordt als TTI-informatie (Transmit Terminal Identification).
OPMERKING: Om de invoer te wijzigen volgt u dezelfde procedure.
1Druk op de toets Systeemmenu/Tellers.
2Druk op de toets of om [FAX] te selecteren.
3Druk op de toets OK.
4Druk op de toets of om [Verzending] te
selecteren.
5Druk op de toets OK.
6Druk op de toets of om [Interne naam fax] te
selecteren.
7Druk op de toets OK.
8Voer de Interne naam fax in die u wilt registreren.
Er kunnen maximaal 32 karakters ingevoerd
worden.
OPMERKING: Voor informatie over het invoeren van
karakters, raadpleeg Specificaties (fax) in Appendix-3.
9Druk op de toets OK.
2-3
Voorbereiding voor het gebruik
Lokaal faxnummer:B b
*
S
Lokale faxinformatie invoeren
Registreer de lokale faxinformatie (lokaal faxnummer/ID), die afgedrukt wordt als TTI-informatie (Transmit
Terminal Identification). De lokale faxinformatie wordt gebruikt voor verzendbeperkingen.
1Druk op de toets Systeemmenu/Tellers.
2Druk op de toets of om [FAX] te selecteren.
3Druk op de toets OK.
4Druk op de toets of om [Verzending] te
selecteren.
5Druk op de toets OK.
Als u het lokale faxnummer registreert, ga dan
naar de volgende stap. Als u de lokale fax-ID
registreert, ga dan naar stap 10.
Lokaal faxnummer invoeren
6Druk op de toets of om [Lokaal faxnummer]
te selecteren.
Lokale fax-ID invoeren
7Druk op de toets OK.
8Gebruik de cijfertoetsen om het lokale faxnummer
dat u wilt registreren in te voeren. Er kunnen
maximaal 20 cijfers ingevoerd worden.
OPMERKING: Druk op de toets of om de cursor
te verplaatsen.
Druk om het nummer te corrigeren op de toets Wissen
om de cijfers één voor één te verwijderen alvorens u
het nummer opnieuw invoert. Om alle ingevoerde
cijfers te wissen en terug te keren naar het
standaardscherm, drukt u op de Reset-toets.
9Druk op de toets OK.
10 Druk op de toets of om [Lokale fax-ID] te
selecteren.
11 Druk op de toets OK.
2-4
Voorbereiding voor het gebruik
Lokale fax-ID:
D
b
(0000 - 9999)
****1409*
12 Gebruik de cijfertoetsen om de lokale fax-ID van 4
cijfers in te voeren.
13 Druk op de toets OK.
2
2-5
Voorbereiding voor het gebruik
Aanmeld.gebr.nm: L b
********************
Aanmeld.wachtw.:
[ Login]
Datuminstelling:
a
b
*********************
2
Datumnotatie
3
Tijdzone
[ Einde]
1
Datum/tijd
Tijdzone:
a
b
*********************
2
-11:00 Midway Is
3
-10:00 Hawaii
1
*-12:00 Internat.
Datum en tijd invoeren
Registreer de datum en de tijd voor de ingebouwde klok van het apparaat. Aangezien uitgestelde
faxverzendingen op basis van de hier ingestelde tijd gebeuren, moet u de juiste datum en tijd registreren.
BELANGRIJK: Corrigeer de tijd die weergegeven wordt op het bedieningspaneel regelmatig. De weergegeven
tijd kan door fouten af gaan wijken van de juiste tijd.
1Druk op de toets Systeemmenu/Tellers.
2Druk op de toets of om [Algemene instell.] te
selecteren.
3Druk op de toets OK.
4Druk op de toets of om [Datuminstelling] te
selecteren.
5Druk op de toets OK.
6Er verschijnt een aanmeldingsscherm. Voer
vervolgens de Aanmeldingsgebruikersnaam en
het Aanmeldingswachtwoord in.
7Druk op [Logboek] (de rechterkeuzetoets). Het
menu Datuminstelling verschijnt.
8Druk op de toets of om [Tijdzone] te
selecteren.
9Druk op de toets OK.
10 Druk op de toets of om uw regio te
selecteren.
11 Druk op de toets OK.
12 Druk op de toets of om [Zomertijd] te
selecteren.
2-6
Voorbereiding voor het gebruik
Zomertijd:
a
b
*********************
2
Aan
1
*Uit
Datum/tijd:
a
b
Jaar Maand Dag
*2010*
01 01
(Tijdzone:Tokyo )
Datum/tijd:
a
b
Uur Min. Sec.
****11
: 45: 50
(Tijdzone:Tokyo )
OPMERKING: Als u een regio kiest zonder
zomertijd, dan verschijnt het scherm voor het instellen
van de zomertijd niet.
13 Druk op de toets OK.
14 Druk op de toets of om [Aan] of [Uit] te
selecteren.
15 Druk op de toets OK.
16 Druk op de toets of om [Datum/tijd] te
selecteren.
17 Druk op de toets OK.
18 Druk op de toets of om de cursor te
verplaatsen voor het invoeren van het jaar, de
maand en de dag.
2
19 Druk op de toets OK.
20 Druk op de toets of om de cursor te
verplaatsen voor het invoeren van het uur, de
minuten en de seconden.
Als het apparaat gebruikt wordt in een omgeving met een PBX voor het aansluiten van meerdere telefoons voor
zakelijk gebruik, configureer dan de volgende PBX-instelling.
OPMERKING: Voor u het apparaat op een PBX aansluit, adviseren wij u om contact op te nemen met het
bedrijf dat het PBX-systeem heeft geïnstalleerd om dit apparaat te laten aansluiten. Wij wijzen u erop dat een
juiste werking niet kan worden gegarandeerd in een omgeving waarin dit apparaat aangesloten is op een PBX,
omdat de functies van dit apparaat dan kunnen worden beperkt.
PBX-instelling
ItemInstellingBeschrijving
PSTNGebruik deze instelling als het apparaat
PSTN/PBXinstelling
PBXGebruik deze instelling als het apparaat
aangesloten is op een openbaar
geschakeld telefoonnetwerk (standaard).
aangesloten is op een PBX.
Nummerinstelling
buitenlijn
0 - 9
00 - 99
Stel een nummer in voor het openen van
een buitenlijn. Neem voor het nummer
contact op met de PBX-beheerder.
1Raadpleeg Basisbedieningsprocedure op pagina
5-6.
2Druk op de toets of om [Fax oproep inst.] te
selecteren.
3Druk op de toets OK.
4Druk op de toets of om [Uitwisselen sel.] te
selecteren.
5Druk op de toets OK.
6Druk op de toets of om [PBX] te selecteren.
7Druk op de toets OK.
8Druk op de toets of om [Telnr. naar PSTN] te
selecteren.
9Druk op de toets OK.
10 Gebruik de cijfertoetsen om het nummer voor het
openen van een buitenlijn in te toetsen.
11 Druk op de toets OK.
12 Druk op [Einde] (de rechterkeuzetoets).
2-8
3Faxbediening (basis)
In dit hoofdstuk worden de volgende basisbedieningshandelingen uitgelegd.
Het normale verzenden met behulp van de cijfertoetsen wordt uitgelegd.
Verzendscherm openen
1Druk op de toets FAX. Controleer of het
basisscherm voor verzenden weergegeven wordt.
Faxbediening (basis)
Verzendmethode selecteren
OPMERKING: Afhankelijk van de instellingen kan
het zijn dat het scherm met het adresboek verschijnt.
Druk in dat geval op Reset om het basisscherm voor
verzenden weer te geven.
Naast een fax kunt u ook een e-mail en/of een folder
(SMB/FTP) toevoegen om als één verzendtaak (Multiversturen) te verzenden. Druk op de toets Verzenden
om de bestemmingen te selecteren. Voor meer details,
raadpleeg Verzenden in de Gebruikershandleiding van
het apparaat.
2Er zijn twee verzendmethodes: verzenden uit het
geheugen en direct verzenden. De
standaardmethode is verzenden uit het geheugen.
Volg de volgende procedure om direct verzenden
te selecteren.
1Druk op de toets Functiemenu.
2Druk op de toets of om [Directe faxverz.]
te selecteren.
3Druk op de toets OK.
3-2
Loading...
+ 88 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.